Nederlandse Genealogische Vereniging Afdeling Zeeland
Ze. Ill. II Cadsandt, Aerdenburg, Ysendyck en Biervliet. (zie verder binnenpagina)
WIJ VAN ZEELAND Mededelingenblad 12e jaargang, nummer 3 augustus 2010
Nederlandse Genealogische Vereniging afd. Zeeland
Bestuurssamenstelling F.A.J.M. Moubis (Ferrie) R.J. de Groot (Rob) G.C. Bek (Gilles) J.G. Polderdijk (Jan) Y. Bliek (Yvonne) J.L. Oosthoek (Jan) vakature
Voorzitter Secretaris 2e secretaris Penn.meester Lid Lid
Tabakstraat 24A Koudekerkeseweg 19 Spinellihof 40 Schippersweg 26 Nwe Vlissingseweg 201 Sterappelstraat 49
Correspondentieadres: Secretariaat afd Zeeland NGV, Koudekerkseweg 19, 4373 RB
4561 HW 4373 RB 4463 GP 4455 VP 4387 AE 4421 LE
Hulst Biggekerke Goes Nieuwdorp Vlissingen Kapelle
Biggekerke
nieuw emailadres:
[email protected] Redactie Mededelingenblad “Wij van Zeeland”: email:
[email protected] R.J. de Groot Koudekerkseweg 19 4373 RB Biggekerke A.L. Minderhoud Kapelseweg 49 4481 PD Kloetinge A.M. van Gessel Kleine Beer 2 4501 HP Oostburg Werkgroep Computergenealogie: G.C. Bek Spinellihof 40 J.C.M. Hoornick Notestraat 14 A. Maljaars, Majoorwerf 21 J.G. Polderdijk Schippersweg 26 A. Taal J.van Reigersbergstr. 75 J. van Zweeden Nassaulaan 63
4463 GP 4462 EB 4374 CA 4455 VP 4336 XC 3743 CB
Goes Goes Zoutelande Nieuwdorp
[email protected] Middelburg Baarn
Cals, afd Zeeland Mw Y. Bliek Nwe Vlissingseweg 201 4387 AE Vlissingen Telnr. 0118-634629 Webmaster R.J. de Groot
Koudekerkseweg 19
Haza-21 Helpdesk J. Remijn Claushof 41
[email protected]
4373 RB Biggekerke 4461 NN Goes
Afgevaardigde naar de ALV van de NGV F.A.J.M. Moubis Tabakstraat 24 A 4561 HW Hulst R.J. de Groot Koudekerkseweg 19 4373 RB Biggekerke
[email protected]
(plv. afg.)
Bij de voorplaat: Zeeuws Archief, KZGW, Zel. Ill. II nr 2161 Cadsandt, Aerdenburg, Ysendyck en Biervliet. Het Koninklijk Zeeuws Genootschap der Wetenschappen ondersteunde de uitgave door af te zien van de vergoeding van de gebruiksrechten.
-2-
Van de Voorzitter Een nieuw seizoen staat voor de deur. Veelbelovende lezingen, de introductie van een genealogisch spreekuur, een lezing over genealogie voor beginners in de bibliotheek in Kapelle. Kortom er is veel werk aan de winkel. In het archief kwam ik iemand tegen die nog met de pen zijn genealogie in een dikke multomap noteerde. Hij wist vrijwel feilloos waar wat stond en hoe de familieverbanden waren. Ik vroeg hem of hij al van zijn onderzoek aan de openbaarheid prijs gegeven had. Het antwoord was nee, want hij zou niet weten hoe. Zijn buurman klopte intussen driftig gegevens uit een notariële akte in zijn laptop. Ook hij had nog nooit iets gepubliceerd, vertelde hij. Velen van ons zullen dit wel herkennen. Genealogie is een prachtige hobby en menigeen onder ons denkt dat, zodra hij een publicatie maakt van zijn bevindingen, dat dat de laatste mijlpaal, het uiteindelijke doel is. Niets is minder waar. Ruchtbaarheid aan uw bevindingen geven, brengt ook reacties teweeg en brengt anderen ertoe U correcties en aanvullingen te geven. Publicatie hoeft niet in een prachtig boek met goud op snee. Dat kan ook door het in te sturen voor publicatie in een blad of plaatsing op internet. De site van de NGV biedt U hiervoor ruime mogelijkheden. Breng uw informatie op papier of een USB stick of laptop mee naar een afdelingsbijeenkomst en praat er met collegagenealogen over. Vaak is er wel iemand die een oplossing weet of een hint kan geven, waar U het zoeken moet. En dan kunt u weer verder met uw onderzoek. Samen weten we nu eenmaal méér dan alleen. Ik zou zeggen: “tot ziens op de volgende afdelingsbijeenkomst”. Ferrie Moubis, voorzitter. Van de Redactie. Zomertijd, het is echt zomer, begin juli, als ik dit stukje schrijf! Maar dat is niet te merken aan het aantal artikelen in dit nummer. Ondanks dat de vakantietijd is aangebroken, hebben we weer een groot aantal zeer leeswaardige artikelen! Eén wil ik er uitlichten: het interview met Hermien Gijsbertsen die op 14 augustus haar 85e verjaardag viert!! Een bijzondere vrouw die nog steeds actief is voor het Genealogisch Centrum. Verder heeft de redactie gemeend dat de verschijningsdata een aanpassing nodig hebben. Met ingang van volgend jaar gelden de volgende data voor het verschijnen en het inleveren van copy: Nummer 1: 10 januari; inleverdatum copy uiterlijk 25 december Nummer 2: begin april; inleverdatum copy uiterlijk 15 maart; (afwijkende data in verband met de jaarvergadering afd Zeeland) Nummer 3: 10 juli; inleverdatum copy uiterlijk 25 juni Nummer 4: 10 oktober; inleverdatum copy uiterlijk 25 september De volledige inhoud van het derde nummer van de 11e jaargang: -3-
Bestuursmededelingen Verslag Bestuursvergadering 06-04-2010 Nieuws uit de NGV-afdeling Zeeland Lezing over de familie Moubis Hermien Gijsbertsen 85 jaar: een icoon van de Zeeuwse Genealogie Nieuws uit de Regio's van de afdeling Zeeland van de NGV Regio Oost Zeeuws-Vlaanderen, met Luciën Lebbink Regio Tholen en St.-Philipsland, met Annette Kuiper Regio Noord- en Zuid-Beveland, met Mirjam Louisse en A.J. Barth Uit het Genealogisch Centrum Zeeland De verzameling Rijk Genealogie met en op de computer. Pro-Gen, deel 3 slot, door Bram Maljaars Aldfaer, deel 1 door Jaap den Ouden PR-aktiviteiten Nieuws over de Genealogische Dag in Middelburg Het Genealogisch Spreekuur Boeken, boeken, boeken, boeken…, met Hans van Felius Uit betrouwbare bron …., met Mirjam Neuteboom Nieuws uit de NGV-bladen en de NGV-afdelingsbladen De grenzen van de Niet-Westerse genealogiebeoefening, deel III, door Roelof Vennink Lezers schrijven Enige ervaringen van een beginnend genealoog I, Frits van Oostveen Paleografie met Huib Uil, deel 6 Van internet geplukt Zeeuwse Activiteiten Ledenmutaties En…data die u beslist niet mag vergeten!!
Bestuursmededelingen. Verslag Bestuursvergadering 06 april 2010 te Nieuwdorp. Na de gebruikelijke punten kwamen in deze bestuursvergadering de volgende zaken aan de orde: Het Zeeuws Archief heeft voorgesteld om op zaterdag 16 oktober – in combinatie met de Landelijke Archieven Dag - in het Zeeuws Archief een Zeeuwse Contactdag te organiseren in samenwerking met het Genealogisch Centrum Zeeland en de afdeling Zeeland van de NGV. Tijdens die dag zal ook een eerste Genealogisch Spreekuur georganiseerd worden. Jan Oosthoek is namens de afdeling Zeeland van de NGV voorgedragen als lid van de organisatiecommissie. De commissie komt op 15 april bijeen voor een eerste bijeenkomst. -4-
Met betrekking tot de voorbereiding van de voorjaarsvergadering van de NGV en de jaarvergadering van de afdeling Zeeland is besloten dat Ferrie Moubis zich kandidaat stelt als afgevaardigde naar de algemene ledenvergadering van de NGV. De stukken voor de ALV zijn aan de “email-leden” toegestuurd; over de verlaging van de begroting door de landelijk penningmeester heeft de voorzitter actie ondernomen, maar tot nu toe heeft hij nog geen reactie van het hoofdbestuur ontvangen. (NB begin juli heeft de landelijk penningmeester wél gereageerd en ingestemd met een verhoging van de ingediende begroting!) Verslag van de gehouden enquete wordt besproken en aangepast. Een samenvatting van de resultaten wordt opgenomen in het november-nummer van Wij van Zeeland. De afdeling Zeeland van de NGV “bezit” – nog – geen eigen inventaris. De afdeling heeft slechts PR-materiaal. Schenkingen en aanschaffingen worden vanaf nu bijgehouden door de secretaris. Wij van Zeeland. De redacteur heeft zes correspondenten gevonden die regelmatig informatie over hun eigen regio zullen geven in Wij van Zeeland. Alleen een vertegenwoordiger(ster) voor Walcheren ontbreekt nog. Afdelingswebsite. Voor het onderhoud van de site wordt gebruik gemaakt van het Office-programma Sharepoint Designer. Daarvoor is een Handleiding aangeschaft. De website wordt nog steeds niet up-to-date gehouden door een chronisch gebrek aan tijd!! Oproepen: wie van de leden is bereid om als correspondent voor de regio Walcheren op te treden; de taak van webmaster op zich te nemen. PR-aktiviteiten. Op een Genealogisch Spreekuur in Veldhoven heeft de secretaris kennis opgedaan betreffende de organisatie van een genealogisch spreekuur in de verschillende regio’s van de afdeling Zeeland. Het eerste genealogische spreekuur zal gehouden worden tijdens de Genealogische Dag in Middelburg op 16 oktober 2010, van 11.00 – 13.00 uur. In het vervolg zal de koffie op alle bijeenkomsten gratis verstrekt worden. Volgende vergadering is op 5 juli om 20.00 uur bij de voorzitter. Rondvraag. De redactie heeft van de familie Poldervaart-van der Male haar genealogische archief ontvangen. Hij heeft het overgedragen aan het Genealogisch Centrum en Rob de Groot zal dit archief namens het Centrum proberen te ontsluiten.
Nieuws uit de NGV en de NGV-afdelingsbladen De familie Moubis Korte samenvatting van de lezing op 10 april 2010. -5-
Ferrie Moubis vertelt over zijn zoektocht in de afgelopen dertig jaar naar de geschiedenis van de familie Moubis. Dertig jaar geleden, in 1981, werd mijn zoon geboren. Een week later was ik op bezoek bij een oom om de felicitaties bij de geboorte van onze eerste in ontvangst te nemen. Het gesprek kwam op de stamboom van de familie en hij bleek een prachtige getekende stamboom uit het begin van de vorige eeuw te hebben. Een dergelijk familiestuk was natuurlijk niet te leen en dus maakte ik 36 foto’s. Een week later werd mijn oom dood in de keuken gevonden en zijn voormalige echtgenote stuurde de stamboom samen met een pak van 25cm oude foto’s naar de jongste zoon in Nieuw Zeeland. Verder weg kon niet. Ik heb de negatieven ingeraamd en met de diaprojector heb ik dagenlang alle 221 namen genoteerd. In de jaren daarna verzamelde ik al pratende met familie, bidprentjes, foto’s en andere documenten. Ik kwam in contact met de voorzitter van de heemkundige kring van het stadje Breyell (D), net over de grens bij Venlo. Hij bleek een boek geschreven te hebben over Breyell (D) en het naburige Schaag (D) waar de familie Moubis vandaan komt. Enkele maanden later bezorgde hij mij informatie over de vijf generaties die aan de oudste van de stamboom vooraf gingen. In 1986 kreeg ik door een toeval een enorme verzameling oude documenten, foto’s en 327 bidprentjes van familielehet Moubis-haus in Schaag
den. Grootouders, overgrootouders, betovergrootouders, ik had bidprentjes tot 1835 (overleden). Mijn betovergrootvader Mathis Moubis vertrok vanuit het Duitse achterland naar de Maas om handel te drijven. Hij vestigde zich in 1831 in Steyl bij Tegelen en dreef een bloeiende handel in koloniale waren. Bij de stapel papieren die ik kreeg zat nog een boekje waarin zijn recettes extraordinaires (buitengewone inkomsten) waren genoteerd. Een lastig kriebelhandschrift maar dankbare bron van informatie over het reilen en zeilen van Mathis Moubis.
Matthias Moubis
Zijn zoon Jos (1844-1925) werd priester. In 1872 vertrok hij naar Canada als missionaris. 10 jaar later keerde hij ziek terug om de rest van zijn leven als rector in het klooster van de zusters Ursulinen in Tegelen te slijten. In 1904 richtte rector Moubis een stichting op die als doelstelling heeft “het verlenen van studiebeurzen aan de afstammellingen van Mathias Moubis en Antonetta Canoy “. Sinds 1983 ben ik bestuurslid/ beheerder van deze stichting en ik ben dus uit hoofde van mijn functie verplicht om de familiestamboom bij te houden. Jaarlijks profiteren een -6-
aantal studenten van het feit dat ze een afstammeling van voornoemd echtpaar zijn. En ik houd met plezier de stamboom van de familie bij. (Ferrie Moubis)
Hermien Gijsbertsen, een icoon van de Zeeuwse Genealogie.
Op dinsdag 13 mei bracht ik een bezoek aan Hermien Gijsbertsen, met lidnummer 104045 één van de oudste leden van de afdeling Zeeland van de NGV en met geboortedatum 14-08-1925 óók een van de oudste actieve leden van de afdeling. Vanwege haar 85e verjaardag vond de redactie het een goed idee om in het augustusnummer van Wij van Zeeland deze vrouw eens in het zonnetje te zetten, gezien haar lange staat van dienst voor de afdeling én voor het Genealogisch Centrum. Het gesprek vond plaats in haar woning in Ede en het was vooral mevrouw Gijsbertsen die het woord voerde; mijn bijdrage was zeer beperkt: een enkel woord, een begin van een vraag was voldoende om haar te laten vertellen over allerlei genealogische zaken die ze mee heeft gemaakt en waaraan ze heeft meegewerkt. Haar eerste contact met de genealogie vond plaats, nadat haar moeder was overleden en met haar de naam Vlijberge. Bij het onderzoek naar die naam werd ze o.a. geholpen door Jaap Zondervan. Hij zette haar op het spoor van een Marinus, beurtschipper op Gouda en zo kwam ze uiteindelijk terecht in Colijnsplaat en wel in het jaar 1624. In 1969 werkte ze als lerares handwerken op het Christelijk Lyceum in Goes en op zaterdag 26 april van dat jaar werd ze door een vriendin meegenomen naar de Genealogische Dag die door de NGV afdeling Zeeland in Goes werd georganiseerd. Daar werd ze voorgesteld aan Paul Harthoorn en Geert op 't Hoff. -7-
Later die dag werd ze door Paul Harthoorn gevraagd om mee te gaan werken in de werkgroep van beide heren: de "Genealogische Werkgroep Zeeland" , al ging dat aanbod niet van harte, getuige de opmerking: .."ze kan niet eens oude teksten lezen.." pagina uit schriftje van Hermien en van Op 't Hof
Maar toch begon ze in dat jaar met het verzamelen van gegevens voor het Centraal Alfabetisch Register, het CAR. De gegevens werden in schriftjes opgenomen en later ook op kaartjes gezet. En natuurlijk leerde ze gaandeweg het oud schrift óók lezen. Vanaf 1969 kon je haar 's middags, na afloop van haar lessen handwerken, vinden in het archief om gegevens op te zoeken in geboorte- en huwelijksakten, doopboeken, enzovoort, en die op kaartjes te zetten. Deze kaartjes staan nog steeds in sigarenkistjes in het Genealogisch Centrum, maar ze zijn ook digitaal beschikbaar. In het begin van de jaren 70 werkte ze samen met Harthoorn en Op 't Hof aan de bewerking van de uiterst belangrijke archieven van de notarissen van Goes. Later verdiepte ze zich in het archief van het weeshuis van Veere en het Burgerweeshuis van Middelburg, met name in de financiële gegevens en de boedelbeschrijvingen. Over de gegevens uit het archief van het Burgerweeshuis publiceerde ze jarenlang in het tijdschrift Van Zeeuwse Stam, een uitgave van de Stichting Zeeuwse -8-
Publicaties. Een voorbeeld van een dergelijke notitie uit 1771: UIT DE NOTULEN VAN HET BURGERWEESHUIS :: :: TE MIDDELBURG :: :: Inv.De Waard, 1580 :: :: Archief Godshuizen te Middelburg. :: 27.4.1771 .. Aanstelling van Regenten.Present burgemeester
Tulleken, presidente vrouwe Anna Hurgronje, wed. van de heer Huyssen van Kattendijke, regent M r . Isaac Brungne du Buysson, Joost Noose, Henricus Kakelaar en Christoffel de Geyter, regentesse Cornelia Berdenis wed.van Daniel van Berlekom, Susanna Wybo, huisvrouw van Andries van der Poest. Regenten van het armweeshuis zijn: burgemeester Visvliet, pres.regent, Jan de Raad, Anthony Meeuwsen, Pieter de Lichte en Jacobus Hancke. Regentesse Elisabeth Isabella de Ka, wed. van Casper Verstegen Vermeule, Adriana Paays, huisvrouw van Jacobus Smitman, Anna Hosde en Catharina Pierings, wed. van Cornelis Verschuure.
Na haar "pensioen" in 1978 bij het nijverheidsonderwijs kon je haar bijna uittekenen op "haar" plaatsje in de bovenzaal van het oude rijksarchief in de St. Pieterstraat in Middelburg, voor een tafel-lessenaartje met een stevig foliant daarop. Elke dinsdag- , woensdag- en donderdagmorgen werkte ze daar voor de werkgroep. Niét op vrijdag, want dan ging ze naar de kapper, elke vrijdag! Toen in 1985 het Genealogisch Centrum Zeeland in Goes werd opgericht en de verschillende werkgroepen daar ondergebracht werden met hun gegevensverzamelingen, ging het werk aan CAR gewoon door en begon ze ook met het samenstellen van de verzameling Luteijn, waarover in een eerdere aflevering van Wij van Zeeland door Ab Risseeuw is geschreven. Daarnaast verschenen er allerlei andere genealogische publicaties van haar hand, bijvoorbeeld over de trouw- en doopboeken van Biggekerke, en gegevens uit het al eerder genoemde Burgerweeshuis van Middelburg. Het duurde tot in 1994 voordat ze door Han Stoutjesdijk "bekeerd" werd tot de computer. Dat ging overigens zonder opzet, eigenlijk als gevolg van een misverstand tussen haar en Han. Han had zich op het archief lovend uitgelaten over een nieuwe transcriptie, die nog heel netjes was uitgetypt, maar waar geen klapper op was gemaakt. Hij stelde zich beschikbaar voor het maken van een dergelijke klapper, mits de transcripties aangeleverd zouden worden in een Word-Perfectbestand. Dit aanbod kwam in het Genealogisch Centrum in Goes verkeerd over: men nam daar aan dat Han zelf wilde gaan transcriberen en dat Mevrouw Gijsbertsen hem van materiaal zou voorzien. Hij heeft daarna contact met haar opgenomen, het misverstand uitgelegd en zijn verwondering uitgesproken over het feit dat zij nog zo netjes met een oude schrijfmachine aan transcripties kon werken, terwijl aan de tekstverwerking op de computer zoveel voordelen zaten. Els Rentmeester vertelde hem later, dat de -9-
eerstvolgende keer dat mevrouw Gijsbertsen in Goes kwam, ze voor de computer is gaan zitten, want ..” die Stoutjesdijk beweerde dit en hij beweerde dat…!” Vanaf die tijd werden alle kaartjes één voor één gedigitaliseerd. De computer dateert uit 2000, met windows 98 en Haza-data, maar het enige
gebruik is de tekstverwerker en het genealogieprogramma Haza-data; geen email, geen internet of wat dan ook; contact heb je via een brief of de telefoon! En ook nu is ze nog aktief: elke maand krijgt ze vanuit het Centrum door Els Rentmeester kopieën uit doopboeken uit de 17e eeuw toegestuurd. Zij transcribeert de teksten en stuurt ze per post terug; ..en, zoals ze zelf zegt: ..”dat kan ik nog goed, al zeg ik het zelf…
- 10 -
Al haar werkzaamheden voor de genealogie in Zeeland werden op 29 april 1996 beloond. Haar “buurman” op het Rijksarchief, de commandant van de Marine in Vlissingen de heer Poortvliet, vond dat ze wel recht had op een lintje… Hij mobiliseerde de Genealogische vrienden en bracht de zaak aan het rollen. pagina uit een doopboek uit de 17e eeuw
Haar aanstaande verhuizing – 10 mei 1996 – stelde de heer Meijer van het Rijksarchief in staat om haar te overreden tot een afscheids”etentje” op 29 april. Hoewel ze eigenlijk geen zin had – ze had wel wat anders te doen – liet ze zich toch overhalen en ging argeloos op pad naar het archief. Daar trof ze niet alleen de heer Meijer aan, maar ook haar familie en vrienden én de loco-burgemeester, mevrouw Smitskamp, die haar namens de koningin benoemde tot ridder in de orde van Oranje Nassau! “Voorwaar, een "remarkable woman" !! (Rob de Groot)
- 11 -
Nieuws uit de Regio's van afdeling Zeeland Deze keer slechts drie bijdragen in deze rubriek, mede door de vakantietijd. Regio Oost Zeeuws-Vlaanderen, Luciën Lebbink
Polders In de huidige Gemeente Hulst liggen 45 polders. Van iedere polder zijn wij momenteel als Vrienden van het Hulsterarchief de Everingboeken van de 18e eeuw te bewerken. Van iedere polder zal een korte beschrijving gegeven worden over de geschiedenis en een foto van de kaart uit het Everingboek. Van ieder perceelnummer zal de eigenaar, vorige eigenaar en gebruiker met jaar vermeld worden. Verder van ieder perceel het type bouwland of onderland, kreek, dijk of dat er een boerderij, huis of stal op staat. Als bijzonderheid willen wij, indien vermeld, land- en boerderijnamen meenemen. Daarna volgt de grootte van ieder perceel in gemeten en roeden. Aanvullende gegevens van archiefstukken uit die polder met indien nodig met transcriptie en een foto van de huidige situatie. Wij hopen dit in het najaar als boekwerk te presenteren en indien gereed zal u dit zeker van ons horen. (Luciën Lebbinck)
De Vier Ambachten, zoals Oost ZeeuwsVlaanderen ook genoemd wordt. (foto Oudheidkundige Kring de Vier Ambachten)
- 12 -
Regio Tholen en St.-Philipsland, Annette Kuiper Archieven van de voormalige gemeente Tholen. Het gemeentearchief van de gemeente Tholen heeft naast de archieven van de voormalige gemeenten van het eiland Tholen en Sint-Philipsland ook particuliere archieven in bewaring: een rijke bron voor achtergrondinformatie over het leven van uw voorouders. Voor wat betreft het verzamelen van genealogische gegevens denken we als eerste aan de doop-,trouw- en begraafboeken, de burgerlijke stand en bevolkingsregisters. Daarnaast kan er ook in het Oud Rechterlijk archief, beter bekend als RAZE (Rechterlijk Archief Zeeuwse Eilanden) naar gegevens worden gezocht en in het Notarieel archief. Op sommige bestanddelen zijn eigentijdse toegangen, die u in de inventaris zelf vindt. Ook kan het zijn, dat vrijwilligers of medewerkers van het archief een toegang hebben gemaakt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de transporten en de weeskamer in het RAZE archief. Deze toegangen kunt U in de studiezaal raadplegen. Uit de archieven van de voormalige gemeente en de particuliere (gedeponeerde) archieven kan genealogisch materiaal worden gehaald. Het is alleen soms wat méér zoekwerk en gebruik maken van enige inventiviteit. Op de website van de gemeente Tholen vindt u een overzicht van de archieven die bij ons aanwezig zijn. De archieven zijn ingedeeld per rubriek. In dit stukje zal ik een aantal archieven noemen, met voorbeelden waar u gegevens uit kunt halen. Het archief van de voormalige gemeente Tholen bestaat uit twee onderdelen. Het eerste gedeelte loopt over de periode 1330 tot 1936. Het tweede gedeelte over de periode 1936 tot 1971. In de eerste inventaris is niet alleen het archief van het gemeentebestuur opgenomen, maar ook tal van gedeponeerde (particuliere) archieven. Om een paar voorbeelden te noemen: de archieven van de gilden; het archief van het armbestuur (weeshuis); het Rooms katholiek Armbestuur en het Algemeen Armbestuur. In de rekeningen van het arm- en wezenbestuur kunt u gegevens aantreffen van overlijdens en begrafenissen van de armen. Ook treft u archieven van verenigingen aan, zoals de vereniging door Oefening volmaakter en de handboogschutterij Non Semper. In het archief van het gemeentebestuur kunt u aanvullende genealogische gegevens vinden in bijvoorbeeld belasting kohieren en kadastrale registers. In de bezoekersruimte van het Thools archief staat een aantal zwarte ordners welke inventarissen bevatten, gegroepeerd naar de voormalige gemeenten op het eiland Tholen en Sint Philipsland. Indien u een inventaris doorbladert, kunt u stukken tegenkomen die u meer over de leefwijze van uw voorouders kunnen ver- 13 -
tellen. Een voorbeeld zou kunnen zijn: vaccinaties, lijsten van manschappen bij de brandweer, lijsten van schoolgaande kinderen. Ook het archief van weeshuis of armbestuur kan u informatie verschaffen over de sociale achtergrond van uw familie. Kortom: zodra er personen genoemd worden, kan een stuk interessant worden voor de genealoog. Voorts is er nog een aantal aparte inventarissen van particuliere (gedeponeerde) archieven: De kerkarchieven, zoals de archieven van de Gereformeerde Kerk, de Nederlands Hervormde gemeente, de Waalse kerk, het archief van de Roomskatholieke Parochie. Verenigings archieven, bijvoorbeeld de Koninklijke muziekvereniging Concordia. Denk hierbij aan ledenlijsten. Schoolarchieven; hier komt u bestanddelen tegen waarin namen van leerkrachten en leerlingen voorkomen. Sportarchieven; ook hierin vindt U stukken die iets met de leden te maken hebben. Tot slot zijn er archieven van bedrijven aanwezig, misschien net het bedrijf waar uw voorouder heeft gewerkt. In het archief van het college van toezicht voor het huis van bewaring te Tholen (1830-1890) kunt u onder andere registers vinden van ingebrachte en ontslagen personen.
Dit zijn registers waar personen in chronologische volgorde worden gemeld, met aantekening van de gepleegde misdaad. Dit kan gaan van het weiden van varkens op een verkeerde plaats tot diefstal. In sommige registers wordt ook het uiterlijk van de personen beschreven. - 14 -
Niet alleen treft U Thoolse inwoners aan, maar ook personen uit de provincie Zeeland en ver daarbuiten.
Zo wordt in het register van 1851 Jacobus Haarzakker uit Vlissingen genoemd. Hij is opgepakt wegens desertie. Neeltje Mekus uit Nieuwerk werd opgepakt wegens een eenvoudige diefstal evenals de uit Zierikzee afkomstige Neeltje Quist. Beide meisjes waren 16 jaar oud. Kornelis Dammers uit Bergen op Zoom werd wegens desertie opgepakt. De Schiedamse Jacobus Groenendaal werd van diefstal verdacht, en de Haagse kleermaker Leonardus Nikolaas Heerens, geboren te Leiden, was opgepakt wegens desertie. Indien u onze studiezaal bezoekt, schroom niet om eens een ordner met inventarissen te pakken van de plaats waar uw voorouder heeft gewoond. Wie weet komt U op ideeën om ook nog een stukje achtergrond te vinden van uw familie. Wij helpen U graag verder. Namens het Thools archief, Annette Kuiper
Regio Noord- en Zuid-Beveland, met Mirjam Louisse en A.J. Barth Over landmeters en zo. Landmeter is al een heel oud beroep. Eigenlijk moet ik schrijven: was al een heel oud beroep. De Egyptenaren kenden al het belang van het in kaart brengen van grenzen. Zij gebruikten daartoe merkstenen. Dat had alles te maken met de rivier de Nijl. Jaarlijks overstroomde die en bracht vruchtbaar slib op het land. In de oudheid was Egypte de graanschuur van de toen bekende wereld. Eigendommen werden in die oude tijd met stenen bebakend, omdat die niet wegspoelden. Het was van economisch belang om grenzen te markeren en te bewaren. Ook in onze contreien was men al snel van het belang van grenzen overtuigd. In de middeleeuwen kende men al het bestaan van landmeters. Een van de oudst bekende - 15 -
in ons Zeeland was Symoen de Lantmeere, die in de dertiende eeuw verblijf hield in Aardenburg. Tijdens het bewind van de Bourgondische hertogen in de vijftiende eeuw kwamen de werkzaamheden van landmeters in een stroomversnelling terecht. Want die hertogen onderkenden het belang van belastingheffing op gronden en daarvoor was het noodzakelijk om de eigendom van grond nauwkeurig vast te leggen voor de heffing van het geschot. En sindsdien liepen er om de zeven jaar, de heventijd genaamd, landmeters op ’s heren wegen en door de polders met hun attributen bij zich. De term “s heren wegen” heeft niets met godsdienst te maken. Dat betekent gewoon: openbare weg. Zij gingen doorgaans het gebied “van noorden inne” en maten de stukken land van de boeren en grootgrondbezitters op. Meestal werd het gebied volgens de kompasroos afgewerkt. Zij legden hun bevindingen vast in “overlopers”, of “ommelopers”, zoals ze in Zeeuws-Vlaanderen heten. Jan Pieterszoon Dou, landmeter (1573-1635)(illustratie H.C. Pouls)
Hier en daar maakten ze er uitermate fraaie plattegronden bij. We danken er nu nog onze uitgebreide kennis van veld- en hoeknamen aan. De Napoleontische tijd bracht ons het kadaster. De totstandkoming van de beschrijving en tekening van elk perceeltje in ons land duurde tot 1832, toen de Oorspronkelijke Aanwijzende Tabel(len) gereed waren. De rijksdienst van het kadaster kwam in eerste instantie onder het Ministerie van Financiën, want ook toen stonden de financiële belangen voorop. Steeds gingen bij elke wijziging landmeters het veld in om die te noteren. Thans is dat niet meer het geval. De digitale techniek, via satelliet en GPS, heeft dat beroep overbodig gemaakt. Het nobele ambt van landmeter bestaat niet meer. Daarom is het goed dat er zo nu en dan publicaties verschijnen, die kadastrale situaties van vroeger herkenbaar maken. Op donderdag 3 juni 2010 nam locoburgemeester De Putter van Noord-Beveland twee kloeke delen in ontvangst, met uitgewerkte kadastrale gegevens, voorzien van kaarten, van Noord-Beveland in 1832. We kenden voorheen de Stichting Kadastrale Atlas Zeeland, maar die had zijn activiteiten enkele jaren geleden beëindigd, terwijl er toch al gegevens over Noord-Beveland waren verzameld. Gerard de Fouw, archivaris in NoordBeveland, betreurde dat zeer. Want net als bij de door de stichting uitgegeven boeken het geval was, waren voor Noord-Beveland ook al talloze gegevens verzameld over de personen, die grond en huizen op Noord-Beveland in bezit hadden. Een ware goudmijn voor de genealoog en de wetenschapsman. Hij zette er met behulp van de Stichting Colijnsplaat foto- en documentatiearchief de schouders onder en het resultaat mag er zijn. Twee kloeke delen, verpakt in een bewaardoos, zijn het resultaat. Het eerste bevat geschiedenissen van belangrijke objecten, bestaand en gesloopt op het eiland, zoals huize Sorgwijck, waarna een opsomming volgt van eigenaren van onroerende goederen. Enkele namen geven grootgrondbezitters weer, zoals de familie Vader, later Van Voorst Vader, en Swemer. Het tweede deel bevat 68 afdrukken van de oudste kadastrale kaarten - 16 -
van Noord-Beveland. Van deze uitgave zijn 250 stuks gedrukt die bijna allemaal zijn verkocht. De Zeeuwse archieven bereiden sinds enige tijd een digitaal project voor, waarbij alle percelen op de kadastrale kaarten van 1832 op de computer zijn te bewonderen, per perceel aangevuld met de namen van eigenaren, eventueel oude foto’s en bronnen waar men de gegevens in de archieven kan vinden. Vectorisering noemt men dat. Een waar monnikenwerk, maar dat talloze mogelijkheden zal bieden voor de onderzoeker. Alleen wat jammer, dat er voor de eerbiedwaardige landmeter geen rol meer is weggelegd. (A. J. Barth)
Uit het Genealogisch Centrum Zeeland, De Zuid-Bevelandse familie Rijk 1565-1995 Het boek is uitgegeven in 1996. Er werden 520 exemplaren gedrukt, welke met voorinschrijving werden verkocht. Omdat het boek vlot werd afgenomen, kwam er in 1998 een tweede druk van 320 stuks. Daarvan resteren er nu nog zo’n 50. De stamvader. De stamvader van de familie is Adriaen Rijck die we alleen maar kennen van de patroniem van zijn zoon Leunis Adriaense Rijck. Leunis werd geboren circa 1565 en werd hoogstens 44 jr. oud. Hij was landman te Kloetinge en één van de kerkmeesters aldaar. Hoe kwam deze genealogie tot stand. Voordat deze genealogie tot stand kwam, is er heel wat speurwerk verricht. De kloosterling J.Th. Rijk heeft er in totaal 12 jaar aan gewerkt. Hij noemde het zelf een monnikenwerk, wat het ook letterlijk én figuurlijk was. Zijn werkwijze was als volgt: Aan de naamgenoten “Rijk”verzocht hij, een door hem toegezonden formulier in te vullen. In dat formulier werd dan gevraagd naar de namen van de grootouders, ouders, kinderen, met wie gehuwd, waar en wanneer gehuwd, overlijdensdata, waar begraven etc. De ingevulde formulieren werden in registers per familie verzameld. Ook werden soms families bezocht, die dan hun gegevens graag wilden afstaan, meerdere malen aangevuld met interessante familieverhalen. Bovendien speelde hier mee, dat hij als R.K. priester, een zeker gezag uitstraalde. Een priester immers wilden zij graag terwille zijn. De doop-, trouw- en begrafenis-registers werden nageplozen. Daarvoor nam hij contact op met de R.K. parochiebesturen, voornamelijk in de zak van Zuid- 17 -
Beveland. Hij kreeg daarbij ook hulp van de priester Kees Molenkamp. In dit opzicht werd hem trouwens van alle kanten de helpende hand geboden. Zo zorgde de oud-schoolonderwijzeres van ’s-Heerenhoek, Job Vette, voor bidprentjes en maakte zij foto’s van boerderijen en panden, waar een stamgenoot ‘Rijk ‘ woonde of had gewoond. Al deze gegevens werden verzameld. Dat resulteerde in tientallen ordners met vele honderden pagina’s aan gegevens. Samenwerking. Het was in het jaar 1985 dat de auteur voor het eerst telefonisch contact met mij zocht. Voor die tijd kende ik hem niet. Aan het slot van het gesprek vroeg ik hem naar zijn dagelijkse werkzaamheden. Zijn antwoord: Ik ben priester en ik werk in het vreemdelingenpastoraat. In mijn vrije tijd doe ik genealogisch onderzoek naar de familie ‘Rijk’. Ik zei tegen mijn echtgenote: “weer een priester die geïnteresseerd is in de stamboom”. Wij correspondeerden namelijk toen al met een naamgenoot van mij die priester was en archivaris in de Norbertijnen-abdij in Postel (België). Hij had als hobby het uitzoeken van de familiegeschiedenis. Wij ontvingen van hem heel wat informatie over de familie. Hij verzamelde ook bidprentjes. Onze samenwerking met de auteur is toen echt begonnen. Wij wisselden de gegevens en informatie die wij al hadden, aan elkaar uit. De archieven. Ondergetekende en zijn echtgenote bezochten vanaf die tijd nog al eens het Centraal Archief in Den Haag. We bekeken geboorteakten, overlijdensadvertenties, bidprentjes, persoonskaarten en dergelijke documenten. We zochten naar de juiste geboortedatum of soms de precieze huwelijksdatum. Het resultaat bestond uit bloknoten vol met familiegegevens, die verwerkt werden in de eerder genoemde registers. Ook bezocht ik het Zeeuws Archief, dat toen in Goes was gevestigd. Els Rentmeester maakte me daar wegwijs, zodat ik wist waar ik moest zoeken en kon vinden. Ik ontmoette daar o.m. Dies Martens uit Oudenbosch. Hij was, zo vertelde hij mij, een trouwe bezoeker van het Zeeuws Archief i.v.m. zijn werkzaamheden voor de Werkgroep “Blasijntje Danckaerts”. Alle genoemde gegevens werden aan de samensteller doorgegeven, zodat hij ze in zijn registers kon verwerken. Daardoor hadden wij naar gelang ons boek vorderde veelvuldig contact met elkaar, zowel per telefoon als ook door bezoeken over en weer. Omdat wij geen gebruik maakten van een genealogisch programma, zoals aldfaer, haza-data, gens-data of een ander programma , wat ik later heb betreurd, was onze werkwijze wel tijdrovend. Het werd een gigantische legpuzzel en nog heel wat uitzoekwerk.Toch is het gelukt om er uiteindelijk een samenhangend geheel van te maken en te komen tot een definitieve versie van de genealogie Rijk. Een belangrijke rol. In zijn inleiding ging de auteur in op de rol van de familie binnen de katholieke geloofsgemeenschap op Zuid-Beveland. - 18 -
De familie Rijk speelde mede een belangrijke rol bij de bouw en de financiering van een katholieke kerk in ’s-Heerenhoek en Ovezande. Emigratie Lange tijd bleef de familie stevig geworteld in Zuid-Beveland. Echter na de Tweede Wereldoorlog hebben sommigen elders een nieuw landbouwbedrijf opgezet, o.a. op het platteland van Groningen, in de NoordOostpolder, in Brabant etc. Anderen zijn geëmigreerd naar Amerika, Canada, Australië, NieuwZeeland, Brazilië, etc. Zij kunnen in ieder geval hun band met de stam terugvinden in deze genealogie. De genealogie en de geschiedenis. De genealogie omvat de periode 1565-1995. De samensteller beschrijft per hoofdstuk wat er in die tijdsperiode in grote trekken heeft plaatsgevonden, zowel in economisch en cultureel, als in religieus en sociaal opzicht. Zo wordt kort ingegaan op de situatie tussen 1550 en 1700, de achttiende eeuw, de Bataafse en Franse tijd 1795-1815 en de situatie in de 19de eeuw. De genealogie Rijk omvat zo 14 generaties te beginnen met Leunis Adriaensz Rijk als eerste generatie. Aparte en interessante aspecten. Het is geen echte familiegeschiedenis geworden, hoewel de voetnoten in het boek, die er veelvuldig in voorkomen, er wel aparte en interessante aspecten aan geven. Bijv. de voetnoot op pagina 107, waarin wordt verhaald dat Barend Cornelisse Rijk, die als Zouaaf deelnam aan de verdediging van de kerkelijke staat. Hij nam ook deel aan de veldtocht van 1867 en werd onderscheiden met het Mentanakruis, omdat hij zich bijzonder verdienstelijk had gemaakt tijdens de choleraepidemie in Albano in augustus 1867. Op de eerste dag van deze epidemie, dat was 5 augustus, vielen er al 158 slachtoffers. De twee apothekers stierven, de burgemeester en de wethouders vluchtten; de bewoners lieten hun doden en zieken aan hun lot over. Er werd een beroep gedaan op de Zouaven en ook Barend Rijk behoorde tot de groep van 42 mannen die zich aanbood te gaan helpen. Een andere voetnoot bij VIII,1, verhaalt over de geschiedenis en vroegere eigenaren van Hoeve de Weel, (zie de foto in het boek), waarin wordt beschreven wie de vorige eigenaren waren van deze kapitale boerderij. Het genealogisch register. Het genealogisch naamregister is gemaakt door Laurens en Riet Rijk, die ook de bestandsgegevens herhaaldelijk kritisch hebben doorgelezen. Het register telt 71 pagina’s en is in het boek groen gemarkeerd. - 19 -
Naslagwerk Het is een imposant boekwerk geworden dat thans in menige boekenkast prijkt of gewoon op tafel ligt als naslagwerk. Overzicht van de ordners met gegevens van de familie Rijk (bij het GCZ). Ordner 1 generatie I t/m IX-13 (+ bidprentjes en foto’s) Ordner 2 generatie IX-14 t/m X-18 (+ idem ) Ordner 3 generatie X-19 t/m XI-32 (+ idem ) Ordner 4 generatie XI-33 t/m XII-16 (+ idem ) Ordner 5 generatie XII-17 t/m XII-138 (+ idem ) Ordner 6 generatie XII-139 t/m XIV-151 (+ idem ) Ordner 7 kopieën van notarieel en rechterlijk archief Ordner 8 t/m 14 bidprentjes en foto’s (L. Rijk, Zoetermeer)
Genealogie op/in de computer
Deel 3, Slot In het hoofdmenu(Afb.4) zien we ook de opties van Stamreeks, Kwartierstaat, Genealogie en Parentelen:
Afb.4 Ook hierbij zijn weer veel mogelijkheden en alles is aan te passen naar eigen smaak. - 20 -
Een leuke vorm van kwartierstaat is de cirkelvormige pdf uitvoering. Deze wordt direct uitgevoerd naar de pdf reader, meestal Adobe Reader. Uitvoering is mogelijk naar verschillende papierformaten tot A0 aan toe. Het programma Pro-Gen wordt ondersteund door de makers zelf via www.progen.nl en door de Pro-gen Gebruikersgroep. De gebruikersgroep is enorm actief
en heeft ook een eigen helpdesk. Door de makers wordt Pro-Gen “Genealogie a la Carte” genoemd en deze zin dekt de lading van het progamma volledig. Ik hoop daarom wat de mogelijkheden betreft een tipje van de sluier opgelicht te hebben. (Bram Maljaars)
Mijn naam is Jaap den Ouden, graag wil ik in de komende weken het een en ander vertellen over het stamboomprogramma Aldfaer Aldfaer is gratis te downloaden via de website www.aldfaer.nl . Klik nu op Download huidige versie Aldfaer versie 4.2. Het programma MOET geïnstalleerd C:\programma aldfaer, dus niet in C:\program files.
worden
in
- 21 -
De reden daarvan is, dat er later communicatie-problemen kunnen ontstaan. Het programma draait op alle Windows versies. Met Windows Vista zijn er wel opstart-problemen, maar daar is een hulpprogramma voor, dat via de site van Aldfaer is te downloaden. Inmiddels gebruik ik zelf Windows 7 dat feilloos draait.
Na het downloaden ziet u gelijk het hoofdscherm en kunt u direct beginnen met invoeren. Op de site van Aldfaer kunt u inloggen met een gebruikersnaam en wachtwoordKlikt u hierna eens op “de beschrijving en specificaties”, u krijgt een korte en krachtige handleiding. Boven in het scherm op de site van Aldfaer ziet u Forum staan. Hier vindt u een uitgebreide hulpdesk voor al uw eventuele vragen, onderverdeeld in diverse categorieën. Nadat u uw vraag hebt gesteld, krijgt u een snel en duidelijk antwoord van het forum-team. Als u een vraag heeft, meld dan met welk systeem u werkt en de Aldfaer versie. Met Aldfaer kunt u prachtige tekst- en grafische uitdraaien maken via bonusrapporten en sjablonen. Deze bonusrapporten moet u wel apart installeren in Aldfaer. Eerst gaan we de SVG viewer installeren van Adobe via de site van Adobe http://www.adobe.com/svg/viewer/install Scroll nu naar beneden en kies: Nederlands Win 98–XP 3.03 04/2005 ((ja deze - ook al heb je Vista of Windows7), downloaden en uitvoeren (bij Vista, uitvoeren met admin.rechten) Dit wordt nu vanzelf geïntegreerd in Aldfaer. - 22 -
Hierna gaat u naar Help rechts op uw hoofdscherm in Aldfaer. Klik nu op versiebeheer invoegtoepassingen. In de witte regel onderin tikt u http://www.aldfaer.net/site/files/downloads/bonus.html Klik nu rechts op de blauwe i, hierna op installeren, de rest gaat vanzelf. Herstart de computer. Klik nu boven in het scherm op Tonen en hierna op Rapporten. Als het goed is staat er nu overige rapporten. Als u hier weer op klikt, krijgt u een submenu met een uitgebreid rapporten-keuze-menu. Om de Handleiding Sjablonen te installeren, vult u in http://www.aldfaer.net/site/files/downloads/handleiding.html Bovenin ziet u nu een knoppenbalk. Om het vinden van pictogrammen te verduidelijken heb ik een speciaal overzicht gemaakt, met een onderverdeling van de knoppen.
1 Nieuwe stamboom invoeren 18 Kwartierstaat uitdraaien 2 Open stamboom 19 Kwartierstaat grafisch uitraaien 3 Open stamboom 20 Personenkaart 4 Opslaan 21 Parenteel 5 Veiligheidskopie 22 Parenteel Grafisch 6 Instellingen 23 Ga naar vader 7 Nieuw persoon invoeren 24 Ga naar moeder 8 Persoon verwijderen 25 Ga naar broer/zuster 9 Pagina terug 26 Ga naar partner 10 Referentiepersoon 27 Ga naar kind 11 Pagina volgende 28 Zoeken 12 Personenlijst 29 Helptoets F1 13 Groepen 14 Kalender 15 Verwantschap 16 Rapporten 17 Rapporten Met deze bijdrage hoop ik dat u een start kunt maken om met Alfaer te beginnen. Als u nog vragen hebt, kunt u deze mailen naar:
[email protected] Graag - 23 -
help ik u dan verder, de volgende keer gaan we detailspecificaties behandelen. Succes en een genealogische groet, Jaap den Ouden.
PR-aktiviteiten Nieuws over de Genealogische Dag in Middelburg Persbericht uitgegeven door het Zeeuws Archief, Leo Hollestelle De jaarlijkse Zeeuwse Genealogische Contactdag wordt dit jaar niet gehouden op de eerste zaterdag van de maand september, maar op 16 oktober. Ook de locatie is gewijzigd. U bent die dag welkom in het Zeeuws Archief te Middelburg. De dag wordt georganiseerd door de Afdeling Zeeland van de Nederlandse Genealogische Vereniging, het Genealogisch Centrum Zeeland en het Zeeuws Archief. De organisatie van de dag vindt plaats samen met de Landelijke Archieven Dag 2010 die ook in het Zeeuws Archief wordt gehouden, met het thema Land en Water. Tijdens de Genealogische Contactdag kunt u de grote hoeveelheid bestanden van het Genealogisch Centrum (waaronder 150.000 overlijdensberichten) raadplegen. Deskundigen van het Genealogische Centrum en van de afdeling Zeeland helpen u met het opzetten van stamboomonderzoek. In de studiezaal van het Zeeuws Archief kunt u de daar beschikbare bestanden raadplegen én u kunt uw onderzoeksvragen voorleggen aan de archiefexperts. Enkele genealogische organisaties en werkgroepen zijn aanwezig met hun materiaal en expertise. Uiteraard kunt u contact leggen met andere genealogen en kunt u gegevens uitwisselen. Voor deelname aan deze dag hoeft u zich niet aan te melden. Voor een lunch moet u zelf zorgen. Omdat de parkeervoorzieningen bij het Zeeuws Archief niet optimaal zijn, zal er aan het begin van de morgen en aan het eind van de middag een pendelbus rijden vanaf het transferium bij de Mortiereboulevard en vanaf het NS-station. Zaterdag 16 oktober 2010; Aanvang: 10.00 uur, einde 16.30 uur Plaats: Zeeuws Archief, Hofplein 16, Middelburg Meer informatie: Secretariaat NGV Koudekerkseweg 19 4373 RB Biggekerke
[email protected] http://zeeland.ngv.nl/
Stichting Genealogisch Centrum Zeeland p/a J.L. Oosthoek Sterappelstraat 49, 4421 LE Kapelle
[email protected] http://www.genealogischcentrum.nl
Het Genealogisch Spreekuur Op de Genealogische Contactdag in het Zeeuws Archief – 16 oktober 2010 in Middelburg – zal voor de eerste keer een Genealogisch Spreekuur gehouden worden. Op dit Genealogische Spreekuur kunt u uw vragen over genealogie voorleggen aan deskundigen op diverse gebieden. Er zijn verschillende informatie-stands: - 24 -
afdeling Zeeland / Algemeen NGV Computerprogramma’s zoals Aldfaer, HazaData/21 en PRO-GEN Genealogie op Internet – Genlias, Geneanet, Archieven.nl, ed Zeeuwen op ISIS en Zeeuwse Genealogieën Natuurlijk zijn er ook folders en ander materiaal beschikbaar. Het is de bedoeling van het bestuur een dergelijk Genealogisch Spreekuur in alle regio’s van de afdeling Zeeland te organiseren. In de Regio Schouwen-Duiveland is het Genealogisch Spreekuur al gepland en wel op donderdagavond 25 november 2010 tussen 19.00 -21.00 uur in Zierikzee. Uiteraard is dan de opzet om vooral óók informatie te verstrekken uit de regio zelf en daarvoor hebben we natuurlijk de kennis van anderen nodig. Graag nodigen we de leden uit om hun specifieke kennis uit hun regio ter beschikking te stellen, ten dienste van de bezoekers van het spreekuur. Graag een mailtje naar het secretariaat:
[email protected] (Rob de Groot)
Boeken, boeken, boeken, boeken…, Dr. Frans Debrabandere, Woordenboek van de familienamen in Zeeland, te downloaden in pfd format via www.naamkunde.net/?p=309. Dit boek verscheen digitaal in het jaar 2009, gratis te downloaden bij het Netwerk Naamkunde (een initiatief van het Meertens Instituut te Amsterdam). Debrabandere is geen onbekende in het Zeeuwse. Van hem verscheen immers in 2007 al het Zeeuws etymologisch woordenboek. De herkomst van de Zeeuwse woorden. Een woordenboek van de familienamen in Zeeland lijkt daarop een logisch vervolg, te meer daar hij eerder al een dergelijk werk verzorgde voor een aangrenzend gebied, het Woordenboek van de familienamen in België en NoordFrankrijk, (2003). Natuurlijk zijn we in Zeeland gewend om Meertens’ onvolprezen Zeeuwse familienamen uit 1947 uit de kast te halen, zodra we om een verklaring van een van onze namen verlegen zitten. Waarom dan toch een woordenboek als dat van Debrabandere? Hij geeft daarvoor een verklaring in de inleiding op dit woordenboek. Weliswaar verschenen er in Nederland diverse werken op het gebied van familienamen, zowel landelijk als enkele regionale voor het Zeeuwse gebied. Ze verklaren echter de namen niet of onvoldoende, maar geven veeleer een opsomming. Deze kwalificatie is in zijn woorden het meest van toepassing op het werk van Huizinga uit de jaren vijftig, en minder voor de werken van Meertens, zowel het landelijke uit 1941 als het Zeeuwse uit 1947, en hetzelfde geldt voor het boekje van Lo van Driel uit 2007: Van Aarnoudse tot Zachariasse. Zeeuwse familienamen. Zowel Meertens als Van Driel geven weliswaar verklaringen, maar zijn volgens Debrabandere om uiteenlopende redenen niet uitputtend genoeg. Dat ook het hier besproken boek dat niet is, zal uit het vervolg blijken. Dat wordt ove- 25 -
rigens door de auteur ook volmondig erkend. Het blijkt al uit de gekozen titel: Woordenboek van de familienamen in Zeeland, en met opzet niet Woordenboek van Zeeuwse familienamen. Dat ligt aan het feit, dat hij het Zeeuwse deel van het Repertorium van familienamen, uitgegeven door het Meertens Instituut als grondslag heeft genomen. En dit deel is weer gebaseerd op de uitkomst van de volkstelling van 1947, en geeft de familienamen weer van mensen die op het moment van die volkstelling (formeel 1 mei 1947) in de provincie Zeeland woonden. Dit houdt in dat in het woordenboek namen voorkomen van mensen die niet of nauwelijks Zeeuws genoemd kunnen worden. Ze waren misschien Fries, Gronings of Hollands, en woonden op het moment van de telling toevallig even in Zeeland. En families die al voor 1947 uit de provincie verdwenen waren, maar er honderden jaren historie hebben liggen, zijn er juist niet in vermeld. De titel dekt daarmee de lading wel, het zijn de familienamen die in 1947 in Zeeland voorkomen, maar niet per se Zeeuwse familienamen. Aan de ene kant is dat begrijpelijk, maar aan de andere kant ook jammer. Want het zullen soms juist die inmiddels verdwenen namen zijn die mensen verklaard willen hebben. Wat is de herkomst van de naam van de Schouwse familie Plokhaar. Slaat de naam Hardekaas werkelijk op een bepaalde kaassoort, of zit er een inmiddels verloren betekenis achter? De naam Van Oeffelen wordt wel verklaard, maar weer niet een verbastering ervan als Van Hoeffelen. Zo zullen nog vele andere namen te bedenken zijn. Het ontbreken van deze namen is na lezing van de inleiding zeker te begrijpen, maar voor de nieuwsgierige Zeeuwse lezer is het wel een vervelende beperking. En tsja, het blijft in een aantal gevallen koffiedik kijken, het verklaren van namen. Daarom is het maken van een dergelijk boek ook een betrekkelijke bezigheid. Namen kun je soms eenvoudig verklaren, vaak niet. Soms kun je wel achterhalen waarom iemand een bepaalde familienaam draagt, maar dat verklaart dan de familienaam nog niet. Om het een beetje te benaderen moet je naast kennis van de taal, ook kennis hebben van de afstamming van de familie, ook kennis van de streek, van geografie, en nog een aantal andere zaken. Een voorbeeld: op Schouwen komt de naam Van de Panne voor. Diverse naamkundigen hebben zich daarover gebogen, Huizinga, Meertens, en ook Debrabandere. Huizinga veronderstelde een relatie met een voorwerp dat een inhoud heeft, zoals een pan om in te koken. Meertens suggereert verschillende verklaringen, een duinpan, de Pannewei, of het hoefje De Braedpan (beide onder Duivendijke / Ellemeet), of een link met de zoutnering (zoutpan). Bij gebrek aan beter geeft ook Debrabandere dat deel: duinpan, of een beroepsnaam (zout- of brouwpan); hij geeft daarbij een voorbeeld: Gillis van der Pannen uit Dendermonde. Nu kan ik - 26 -
die naam op zich wel verklaren, tenminste: de herkomst. Maar dat verklaart dan nog niet de betekenis. Ook dat blijft voor mij gissen. Meertens heeft namelijk exact de juiste herkomst gegeven. De familie woonde op het hoefje De Braedpan (ook wel het Panhoefje), dat gelegen was aan een watervlakte in de polder Schouwen, die deels De Vlake werd genoemd, en deels De Panne. De veldnaam Pannewei herinnert daar nog aan. Dus als we in een woordenboek van Zeeuwse familienamen de naamsverklaring voor de Schouwse naam Van de Panne moeten geven, dan kan zout en bier hier buiten beschouwing blijven, evenals een duinpan. Dat kunnen wel naamsverklaringen zijn voor andere families met dezelfde naam, maar in dit verband zouden ze alleen verwarrend werken. Blijft natuurlijk nog steeds de vraag: waarom heette dat water nu eigenlijk De Panne? Soms zijn naamsverklaringen open deuren. Van der Sluis, Bakker, Visser, Dekker, Smit. Iedereen kan wel een volstrekt zinnige verklaring voor het ontstaan van die namen bedenken. Maar dat zegt dan eigenlijk weer dubbel niks. Dezelfde familie Van de Panne komt vóór circa 1770 vrijwel uitsluitend onder patroniem voor. Een tak die de 19e eeuw haalt, gaat verder als Landman, een andere als Jobse. Maar de oudste toevoeging die je ooit kunt vinden is een zelfde open deur: Van 't Klooster. "Naar de betrekkingen met of de woonplaats bij een klooster", aldus Debrabandere. Maar dat zegt natuurlijk ook weer weinig, want interessant is eigenlijk te weten om welk klooster het dan gaat. Dat is in dit geval het klooster Bethlehem (of Bellem) onder Elkerzee; gedurende een generatie boerde de familie daar. Maar op dat punt zwijgt het woordenboek stil. Het geeft vaak gewoon de verklaring, zonder een relatie met een familie. En daarmee weet je in feite nog niets. Ook de herkomst van een naam als Touburg zal alleen verklaard kunnen worden door onderzoek naar de herkomst van de familie. Of het zo eenvoudig is als een vergissing voor Souburg? Geen idee. In dit geval zou het best Tuborg kunnen zijn, als je maar lang genoeg terug gaat zoeken (een van de suggesties van De Brabandere). En dat is altijd de zwakte van welke uitgebreide publicatie over familienamen dan ook. De schrijver heeft vaak wel een uitgebreide kennis waar het de taal betreft, en soms een regionale geografische kennis (zoals Meertens). Maar wat meestal ontbreekt, is voldoende kennis over de herkomst van een bepaalde familie. En juist dat is, bij het geven van een redelijk afdoende verklaring, een essentieel iets. En zoals gezegd: het blijft in een groot aantal gevallen gissen. En als de schrijver wel die kennis heeft, ontbreekt het hem soms weer aan wetenschappelijke onderbouwing. De zwakte van het boek is tegelijk ook te vinden in de reden waarom Debrabandere het wilde publiceren. Hij schrijft, dat de belangstelling voor de betekenis van namen groot is, maar dat er sprake is van grote onwetendheid, waardoor de wildste verklaringen worden gegeven. Hierop kan ik volmondig amen zeggen! In de inleiding geeft hij in het paragraafje "Waarom een familienamenwoordenboek" aan dat er behoefte is aan wetenschappelijke studie van de familienamen. "Er is behoefte aan een woordenboek, waarin elke belangstellende de betekenis van zijn of een andere achternaam kan opzoeken." Op zich zal die constatering wel kloppen, maar zoals ik al aangaf: in deze reden van publiceren zit tevens de zwakte van het woordenboek. Niemand zal de kennis van Debrabandere willen of - 27 -
kunnen kleineren, ook ik niet. Integendeel, mensen als hij hebben we nodig om, zodra we meer weten over onze familie, de noodzakelijke wetenschappelijke onderbouwing te krijgen voor de verklaring van de naam, zoals wij die in diverse schrijfwijzen in de loop der eeuwen hebben gevonden. Het jammere van dit woordenboek (en hetzelfde geldt eigenlijk ook voor Meertens' Zeeuwse familienamen) is dat het de zaak omkeert: een verklaring geven, zonder dat voldoende kennis aanwezig is over de betreffende familie(s). Veel zinniger zou het zijn om het andersom te doen: eerst kennis vergaren over de familie, en dan de naam proberen te verklaren. Natuurlijk geldt dit niet voor alle gevallen, maar jammer genoeg soms wel voor de moeilijkst te verklaren namen. Wilde verhalen kunnen mensen spontaan verzinnen (zoals de door Debrabandere genoemde persoon met de naam Chamon, die meende van Toetanchamon af te stammen), maar of ze veel beter af zijn met sommige van de gegeven verklaringen? Neem het voorbeeld Laban, een familienaam die op het eiland Tholen inheems is. Debrandere trapt geheel onschuldig in de val (hij heeft blijkbaar niet de benodigde kennis over deze specifieke familie), en geeft als enige verklaring dat het een patroniem betreft, gebaseerd op de Bijbelse naam Laban. Ik kende mijn leven lang een aantal leden van die familie, en zou ook meteen aan de Bijbel gedacht hebben. Maar inmiddels is al lang en breed bekend dat er een klinkerverwisseling in deze naam heeft plaats gevonden. De oudste vorm is Loban, en het is een Schotse naam. Iemand die het woordenboek raadpleegt om de betekenis van deze naam te vinden, wordt dus met een verhaal de wereld ingestuurd dat in dit geval zelfs minder wild is dan de werkelijkheid... Een ander voorbeeld waar de werkelijkheid veel wilder is dan de (overigens op zich vakkundige) verklaring van Debrabandere. Een van mijn voormoeders is Johanna Donke (Donken), ook een familienaam die op het eiland Tholen terug te vinden is. Volgens het woordenboek is de naam te verklaren als "zandige opduiking in moerassig terrein". Daar kan ik nu werkelijk niks tegen in brengen. Dat is namelijk de verklaring voor het woord "donk", en het komt in veel namen, onder meer met samenstellingen voor (Moerendonk bijvoorbeeld). Verklaart het echter de naam van mijn Johanna? Nou nee, want Johanna heeft Engelse voorouders. De naam is in de loop van de jaren nogal verbasterd. Donkem, Donkum, Donkembe, allerlei varianten kom je tegen. De betreffende familie stamt af van een Engelse officier in Staatse dienst, Jeremy Duncombe, en de familie is afkomstig uit het graafschap Buckinghamshire. Omdat de oorspronkelijke vorm in 1947 in Zeeland niet meer voorkwam, wordt die naam niet verklaard, laat staan dat je een link kunt leggen tussen Donken en Duncombe. Is het woordenboek daarom waardeloos? Dat zou ik nu ook weer niet willen zeggen. Er staat veel zinnigs in, en de kennis van Debrabandere staat buiten kijf. Maar het heeft zeker zijn zwakke kanten... Aan ons genealogen om, samen met mensen als Debrabandere er steeds verbeteringen aan toe te voegen! (Hans van Felius)
- 28 -
Uit betrouwbare bron ….met Mirjam Neuteboom. Graag kom ik nog even terug op mijn vorige stukje in WvZ dat over de raadselachtige handtekening in spiegelschrift ging. Enige tijd later hoorde ik op de Belgische radio iets dat misschien de oplossing van dit raadsel geeft. Het schijnt zo te zijn dat mensen die linkshandig zijn, maar gedwongen worden rechtshandig te schrijven, soms van rechts naar links en dan in spiegelschrift schrijven. Was Jan van Standonck zo iemand: linkshandig en wellicht iemand die wel had leren schrijven maar niet zo vaak de pen voerde en toen bij het plaatsen van zijn handtekening ‘in de fout’ ging … ? We kunnen er, zoals zo vaak in de genealogie alleen over speculeren. Uw reacties hierop zijn trouwens welkom. Nu iets heel anders: Historieminnend Zeeland kon de afgelopen tijd genieten van een prachtig boek: Geld in het water, opnieuw een schitterend werk van prof. C. Dekker over de geschiedenis van Zuid-Beveland, ditmaal over de in vele opzichten turbulente 16 e eeuw. Hij beschrijft, samen met de Belgische historicus prof. R. Baetens de pogingen tot herbedijkingen na de stormvloeden in de 16 e eeuw op Zuid-Beveland en de investeringen die daarin gedaan werden door kapitaalkrachtige inwoners van Mechelen en vooral van Antwerpen. Ook genealogisch Zeeland mag blij zijn met de komst van dit boek. En niet alleen vanwege de hoeveelheid historische informatie over de 16e eeuw die er in gegeven wordt. Dekker en Baetens geven veel biografische bijzonderheden over de Antwerpse kooplieden, die geld pompten in de drooglegging en herbedijking van het ondergelopen land, of in de pogingen daartoe en die vaak ook honderden gemeten grond, hoeven en ambachtsheerlijkheden op Zuid-Beveland kochten. Soms waren het hele families die zich, in iets later tijd, met name na de val van Antwerpen in 1585, metterwoon op ZuidBeveland vestigden, bijvoorbeeld in Kruiningen. En dan wordt het zeker interessant voor de genealoog. Er ligt nog steeds een heel gebied braak om grensoverschrijdend genealogisch onderzoek te doen naar de migratie vanuit de Zuidelijke Nederlanden naar de Zeeuwse eilanden in de tweede helft van de 16 e eeuw en dan vooral vanuit Antwerpen. Zeeland, vooral Middelburg nam veel ‘vluchtelingen’ op. Vluchtelingen die niet altijd om reden van de religie huis en haard verlieten. Ook economische motieven speelden in veel gevallen een belangrijke rol. Soms waren Middelburg en andere Zeeuwse plaatsen slechts tijdelijke verblijfplaatsen en trok men verder naar de Hollandse of Duitse steden. Zeer velen bleven echter in Zeeland ‘hangen’ en integreerden daar volledig. Alleen hun namen herinneren nog aan hun ‘zuidelijke’ herkomst. En omdat hun komst alhier in de 16e eeuw ligt, een tijd waarvoor de genealogische bronnen veel schaarser zijn dan bijvoorbeeld voor een eeuw later, is het voor de huidige genealoog vaak heel lastig, alleen al om te bepalen uit welke plaats in de Zuidelijke Nederlanden een bepaalde familie afkomstig was. Toch heeft men soms geluk, maar dat geluk moet dan ook wel afgedwongen worden door geduldig en intensief, niet aflatend onderzoek. Dan hebben de Antwerpse archieven enorm veel te bieden. - 29 -
Prof. Dekker heeft in zijn boek veel gegevens opgenomen over verschillende Antwerpse families die zich met name het dorp Kruiningen vestigden, bijvoorbeeld de families Vervoort en de Haeze (de Hase). Genealogen kunnen daar hun voordeel mee doen. Ik hoop daar binnenkort op terug te komen. Ook een kritische noot. Een zeer uitgebreid gedocumenteerd hoofdstuk over de ondergang van de stad Reimerswaal sluit het boek af. Daarin wordt ook vermeld dat de stad Reimerswaal in de jaren ’80 van de 16e eeuw een proces voerde tegen de oud-burgemeester van de stad, Willem Jansz. Oliphant. Het is jammer dat hierbij geen gebruik gemaakt is van het artikel ‘Van Reymerswale gesproten …’ dat in 1992 in de uitgave ‘Spelerieë’ verscheen en waarin dit proces uitgebreid behandeld wordt. Een ander voorbeeld is de familie De (Da) Lutiano. Piero de Lutiano was aanvankelijk koopman te Antwerpen, maar de schaarse bronnen die we over hem hebben, wijzen er op, dat hij later vanuit Middelburg opereerde. Hij kwam in Zeeland terecht door zijn huwelijk met Geertruyd van Wulven, die van haar voorgeslacht de ambachtsheerlijkheid Ellewoutsdijk, Coudorpe en Everinge geërfd had. Dekker en Baetens beweren op p. 232 van hun boek dat het huwelijk van Pietro de Lutiano en Geertruyd van Wulven te Antwerpen plaatsvond. Hoewel er nooit absolute zekerheid over is, wijst alles er echter op dat dat huwelijk, in 1552 te Middelburg plaatsvond. De bron daarvoor is in allerlei publicaties over de Da Lutiano’s terug te vinden. Dekker en Baetens hebben hier de bestaande genealogische publicaties te weinig serieus genomen bij hun literatuuronderzoek. Mogen we hieruit concluderen, dat de academische geschiedschrijving genealogische publicaties nog steeds niet voor ‘vol’ aanziet ? Ik vrees van wel. Een volgende vraag is dan: ‘Wat kunnen wij als genealogen daaraan veranderen?’ Het antwoord daarop moet zijn: genealogisch en historisch verantwoord en hoogwaardig onderzoek doen en daarover publiceren volgens diezelfde hoge, academische normen. Genealogen, en met name Zeeuwse genealogen: er is nog steeds heel veel werk aan de winkel !
Nieuws uit de NGV- en afdelings-bladen Uit 1340, afdeling Rotterdam, najaar 2009 De grenzen van de Niet-Westerse genealogiebeoefening III, Slot (Roelof Vennink) Met de onderzoeksmethoden zoals ons die als beginnende genealogen zijn ingepeperd, komen we in de Islamitische wereld niet ver. Al snel zullen we ervaren dat degelijke publicaties van redelijke tot zeer goede kwaliteit, zoals die via de genealogische bladen of websites tot ons komen, hier onmogelijk zijn door het ontbreken van een centrale burgerlijke stand. Dit maakt zelfs primair onderzoek vrijwel onmogelijk. In Marokko begon de bevolkingsregistratie in 1912, toen dit land een Frans protectoraat werd. Verantwoordelijken voor deze bronnen registreerden vaak slordig - 30 -
in schriftjes die in privé bezit bleven en maar al te vaak verloren gingen. Na de onafhankelijkheid werd de registratie in de wet opgenomen en moesten alle opgemaakte akten bij de rechtbank worden geregistreerd. Huwelijken moesten eveneens worden geregistreerd, maar er werd niets bepaald over de bewaring van deze akten. De Burgerlijke Stand registreert momenteel uitsluitend de geboorte en het overlijden en een centraal register op de huwelijken ontbreekt nog steeds. Voor een genealogisch onderzoek is men vrijwel uitsluitend afhankelijk van de orale geschiedenis met de kans op fouten en onwaarheden. Voor onderzoek naar Fransen uit de koloniale tijd bestaat er de Association Généalogie Algerie, Maroc, Tunesie (AGAMT) die in Aix en Provence is gevestigd. Deze vereniging richt zich vrijwel niet op de locale bevolking. Ook bestaat er in Marokko inmiddels een genealogische vereniging, maar weinig is bekend over haar activiteiten en er is geen website van deze vereniging te vinden. In Turkije is de situatie wellicht iets beter te noemen, maar ook hier is deze verre van ideaal. Pas in 1934 ontstond de Wet op de Familienamen, waarbij een ieder een vaste familienaam kreeg. De Bevolkingsboekhouding stamt uit de periode van het Tanzimat dat al in 1839 begon. Deze periode wordt gekenmerkt door een herstructurering van het staatsapparaat om de achterstand op Europa te niet te doen. Uit deze periode is veel verloren gegaan, maar toch is een aantal registers bewaard gebleven. Oudere gegevens, zoals de Volkstelling van 1831 zijn wel bewaard gebleven, maar nog niet toegankelijk. Ook al beschikt Turkije over een aantal oudere bronnen, we moeten toch constateren dat deze zeer moeilijk toegankelijk zijn. Dit maakt genealogisch onderzoek naar eenvoudige families vóór ca 1800 vrijwel onmogelijk. De Volkstelling van 1904 is opgenomen in het z.g. digitale Mernis systeem met gegevens over 144 miljoen personen allemaal gekoppeld aan een uniek identificatienummer. Terugkijken tot het midden van de 19 e eeuw is mogelijk, omdat ook de gegevens van de ouders zijn vermeld. Voor gegevens uit de 20ste eeuw kan men bij de Burgerlijke Stand terecht van de plaats waar iemand is geboren. Openbaarheid is ook hier vrij lastig, vooral wanneer men zelf niet de Turkse nationaliteit heeft. Als slotconclusie kan gesteld worden, dat genealogiebeoefening in de Islamitische wereld bijzonder lastig en bovendien zeer beperkt is. Wanneer we de recente gegevens en de orale geschiedenis veilig willen stellen, zal dit zo spoedig mogelijk moeten gebeuren, mede gezien het feit dat de eerste generatie nieuwe Nederlanders de pensioenleeftijd heeft bereikt of inmiddels al is overleden. Het initiatief ligt bij de Marokkaanse of Turkse gemeenschap . De rol die de genealogische verenigingen en instanties kunnen spelen is slechts beperkt. Deze kan slechts een ondersteunende taak hebben of een kader geven voor de opzet en de archivering van deze gegevens. (Roelof Vennik)
- 31 -
Lezers schrijven Enige ervaringen van een beginnend genealoog I, Frits van Oostveen Op verzoek van de redactie vertel ik kort iets over mijn eind 2009 aangevangen onderzoek naar mijn voorvaderen. De redactie dacht dat het wel leuk kon zijn voor andere beginners om te horen tegen welke problemen een beginner zoals ik, komende van ver buiten de regio Zeeland, zo al aan loopt tijdens het onderzoek. In deel 1 vertel ik over de aanpak van mijn zoektocht en hoe ik stap voor stap van mijn geboorte-plaats Amsterdam in Middelharnis aankwam. In deel 2, dat verschijnt in de volgende editie van “Wij van Zeeland”, verhaal ik over de verdere zoektocht in de regio, deel ik met de lezer mijn ervaringen en formuleer ik enige suggesties voor beginnend stamboom onderzoek. Allereerst iets over het waarom van het onderzoek naar mijn voorvaderen. Dat was, zoals bij velen neem ik aan, het met pensioen gaan en dus wat tijd over hebben, een algemene interesse in vaderlandse en Europese geschiedenis en het je voor het eerst afvragen waar je familie vandaan komt. Dat laatste had me eigenlijk nooit zo erg bezig gehouden, maar leek me nu en dat hoorde ik ook van meer mensen in mijn omgeving, wél een interessante uitdaging (ja, een cliché, ik weet het). Hoe nu te beginnen? Allereerst was ik het meest geïnteresseerd in de herkomst van mijn eigen familie naam “van Oostvoorn”. Wat wist ik daar eigenlijk van? Niet veel, alleen de geboorte datum (1902) en plaats (Amsterdam) van mijn vader en zijn twee zusters en broer en de naam van zijn vader en moeder. Eerst thuis achter de PC begonnen met het scannen van diverse stamboom websites, gedigitaliseerde genealogische archief bestanden, met name die van Amsterdam, om relevante naam hits te vinden. Tegelijk de vele tips op de diverse sites met uitleg over “hoe men onderzoek moet aanpakken en beginnen” lezen en toepassen. Vooral de sites van de grote archieven Amsterdam, Den Haag en Rotterdam, maar ook die van de NGV bevatten nuttige informatie en uitleg voor een beginner. Via de stamboomonderzoek-sites van Genlias en van de mormonen krijg je snel een redelijk algemeen beeld van het voorkomen, waar en wanneer, in de tijd van je familie-naam in Nederland en mogelijke (!) voorouders en bijbehorende familierelaties. Voorlopige eerste conclusie: de familie naam komt relatief weinig voor (vroeger en nu), na 1850 meer in Amsterdam en omgeving en voor die tijd bijna uitsluitend in Zuid-West Nederland (m.n. Zeeland, Zuid-Holland). Niet verrassend maar wel leerzaam om je zoekstrategie (proberen met zo min mogelijk inspanning zo snel mogelijk een betrouwbare stamreeks construeren) te bepalen. Duidelijk was dat de eerste generaties in Amsterdam hebben geleefd. Maar omdat ook nog een Govert v O (koopt huis 1645) en doop-getuige Maria v O in 1774 werden geïdenti- 32 -
ficeerd in Amsterdam, bleef ’t toch nog onduidelijk, wanneer migratie naar de hoofdstad had plaatsgevonden. Kortom nu eerst het Amsterdamse archief bezoeken en daar aanwezige archiefkaarten van vader, grootvader enz trachten te vinden en lezen. Hieruit resulteerde onmiddellijk een preciezer overzicht van de eerste drie generaties voorouders (allen de voornaam Johannes Adolph Frederik) en hun verwanten met huwelijk- en geboorte-data in Amsterdam in de 20e en 19e eeuw. Opvallend en verrassend was wel dat de broers en zusters van de oudste generatie JAF om beurten in Utrecht of Amsterdam geboren waren. Mijn overgrootvader JAF in 1837 te Utrecht. Maar uit het bevolkingsregister van Amsterdam 1851, bijgehouden tot 1854, met een incompleet overzicht van de familie Melger v Oostvoorn, bleek dat bijna alle kinderen geboren waren in Utrecht en maar één in Oudewater. Een bezoek aan het archief van Utrecht moest uitsluitsel geven. Uit de registratie van de Utrechtse Volkstelling van 1840 (en ook 1830 maar met minder kinderen) bleek er geen familie “v Oostvoorn” te hebben bestaan, maar wel een familie “Melchers” met de dezelfde voornamen van de kinderen en naam van de moeder (Josina Zorn, geb 1800) als waren vermeld in ‘t archief van Amsterdam, maar dan met de achternaam van Oostvoorn. In Amsterdam heette de vader Melger v O en nu in Utrecht Pieter Melgers, maar beiden waren geboren in Middelharnis in 1792. Terug naar Amsterdam voor de eindcontrole. Daar bleek nu hoe het werkelijk zat. In een geboorte-akte uit 1825 van een van de kinderen van Pieter Melgers werd verwezen naar een notariële Akte opgesteld in februari 1851. Hieruit bleek dat mijn betovergrootvader Melger, sluiswachter en schipper, geboren was in 1792 te Middelharnis en wel als Melger v O, maar zich zelf tot 1851 Pieter Melgers had genoemd. Waarom? Ik weet het niet. Iemand van de lezers een suggestie? Conclusie: stamboomsites en digitale poorten van archieven zijn nuttig ten behoeve van vooronderzoek, maar de Archieven zelf leveren tenslotte de juiste familie-gegevens. De waarschuwing, dat digitale informatie soms onjuistheden en lacunes bevat, kan niet vaak genoeg worden herhaald. Voorts moet ik bekennen niet verwacht te hebben al zo vroeg in de tijd terug naar Zuid-Hollandse eilanden te moeten afreizen gezien de Amsterdamse naam hit vóór 1645. Weliswaar had ik relatief reeds veel “van Oostvoorn’s” digitaal geïdentificeerd, die in de 18 eeuw in bijv. VoornePutten, Rotterdam, Vlaardingen en GoereeOverflakkee woonden (zie Genlias, diverse regioarchieven en openbare stamboom-sites), maar daaruit waren slechts vermoedens omtrent mijn eigen voorouders af te leiden, geen concrete stamreeks. Daarom nu op pad naar Middelharnis, het archief van GoereeOverflakkee, voor verder onderzoek. Niet naast de deur in de winter, als je in de kop van Hengst, een typische vissers-schuit voor Goeree-Overflakkeese en Zeeuwse wateren
- 33 -
Noord-Holland woont. Met hulp van een aanwezige archief medewerker, dhr. Bos, lukte het echter om tijdens één bezoek, een aantal relevante geboorte-, doop-, ondertrouw- en andere gegevens te vinden. De gegevens van Melger v O geboren in 1792 en zijn vader Jan geboren in 1751 (werd 90 jr !!) werden vastgesteld. Vervolgens werden de doop- en ondertrouw- gegevens van diens vader Melcher Jansz gevonden. Hij was de jongste zoon van Jan Jansz, die in 1705 in Sommelsdijk trouwde met A. Kortewegh. Alle relevante aktes gelezen en gekopieerd. Verder onderzoek terug in de tijd was niet meer mogelijk volgens het archief. Tot slot werden nog wel een paar notariële aktes op de naam Jan geïdentificeerd, waaronder een verkoop akte in 1810 betreffende een vissers-schuit type Hengst. Opnieuw bleek Genlias wel een nuttig eerste hulpmiddel, maar was het inzien van de echte trouw- en doopaktes, aanwezig op pdf in Middelharnis, essentieel om de juiste voorouderstamreeks te kunnen construeren en de vele neven en nichten uit elkaar te houden. Tenslotte kan ik niet nalaten allen in de archieven, met name dat van Goeree-Overflakkee en zijn vrijwilligers, die mij geholpen hebben in het vinden van mijn voorouders zeer te danken. En resteert nog een laatste vraag; wie waren mijn verdere voorouders wonende op Goeree-Overflakkee in de 17 eeuw? Gaarne suggesties!! Frits van Oostvoorn, St Maarten, Noord Holland
Wie neemt ook de "pen" ter hand? Ik zie uw bijdrage graag!!
Paleografie met Huib Uil (6) In de vorige aflevering was de derde tekst te vinden. Dit keer was een notariële akte aan de beurt. Zoals gebruikelijk laten we eerst de transcriptie volgen en gaan dan nader in op de inhoud. In den name Godes amen. Op huijden den 16en julij 1710 compareerde voor mij Jacob Trompert, openbaer notaris, bij den Edele Hove van Hollant geadmitteert binnen Brouwershaven residerende ende getuijgen naergenoemt Jacob Fonteijne en Neeltje Haerens, eg- 34 -
teluijden (mij notaris bekent), den voorschreven testateur sieckelijk te bedde liggende, dog beijde de comparanten haer verstant ende memorie nog wel sijn hebbende en gebruijkende soo mij notaris en getuijgen uijtterlijk is gebleeken, dewelke overdenkende de seekerheit des doots en niet wettende de tijt nog uijre van dien en niet gaeren van dese waerelt scheijden sonder alvorens van haere tijdelijke goederen te hebben gedisponeert gelijk sij doen bij desen ten dien eijnde eerst ende alvorens revocerende, casserende, doot ende te niete doende bij desen alle voorgaende testamenten, codicillen ofte andere actens van uijtterste wille welke sij comparanten Zoals in de vorige aflevering aangegeven betreft het hier alleen het eerste deel van de akte. We geven een korte samenvatting van de tekst waarbij we meteen lastige woorden overzetten in hedendaags Nederlands: In de naam van God amen. Op heden 16 juli 1710 verscheen voor mij Jacob Trompert, openbaar notaris, door het Hof van Holland toegelaten en binnen Brouwershaven residerende en de hierna te noemen getuigen Jacob Fonteijne en Neeltje Hoevens, echtelieden mij notaris bekend, waarvan de testateur ziekelijk te bed ligt maar beide comparanten hun verstand en geheugen nog goed hebbend en gebruikend zoals mij notaris en getuigen uiterlijk is gebleken, die overdenkende de zekerheid van de dood en niet wetend de tijd noch het uur daarvan en niet graag de wereld willen verlaten zonder tevoren over hun tijdelijke goederen beschikt te hebben zoals zij bij deze doen en voor dat doel eerst en alvorens herroepen, vernietigen, dood en te niet doen bij deze alle voorgaande testamenten, codicillen of andere akten van uiterste wil die zij comparanten …. Wie notaris wilde worden, ging dat vak leren bij iemand die als zodanig werkzaam was en die bereid was zo’n jongeman onder zijn hoede te nemen. Op die wijze maakte de leerling zich de vereiste kennis eigen en stond hij zijn leermeester bij door allerlei karweitjes voor hem op te knappen. Daartoe behoorde ook het verrichten van schrijfwerk. Had de aspirant-notaris voldoende kennis vergaard, dan kon hij zich aanmelden voor een aanstelling als notaris. Vanaf de zeventiende eeuw kwamen notarissen vrijwel uitsluitend in de steden en grotere plaatsen voor. Als er een vacature was of de plaats of de omliggende regio was zodanig gegroeid dat er ruimte was voor een nieuwe notaris, dan meldde de betrokkene zich bij het stadsbestuur. Kon deze instemmen met de vestiging en vonden zij de betrokkene voldoende bekwaam, dan schreef de stadssecretaris een aanbevelingsbrief. Met die op zak ging de aspirant-notaris naar Middelburg, waar hij zich vervoegde bij Gecommitteerde Raden, het dagelijks bestuur van de Staten van Zeeland. Daar werd hij tot notaris ‘gecreëerd’ of aangesteld. Vervolgens ging hij naar Den Haag. Daar zetelde het Hof van Holland, Zeeland en West-Friesland (in de akte verkort tot het Hof van Holland), een rechtbank in hoger beroep voor de gewesten Holland en Zeeland. Deze onderzochten de bekwaamheid van de betrokkene en verleende op basis van de aanstelling de creatie of toelating (admissie – geadmitteerd) van de nieuwe notaris. Daarmee op zak - 35 -
keerde de nieuwe notaris terug en begon hij zijn nieuwe loopbaan in de stad waar hij was toegelaten. Verhuisde hij naar een andere plaats binnen het gewest, dan was geen nieuwe procedure nodig, maar kon hij daar verder gaan op basis van deze toelating. Jacob Trompert kreeg zijn akte van creatie op 28 februari 1707 op aanbeveling van het stadsbestuur van Brouwershaven en op 14 maart daaropvolgend werd hij toegelaten als notaris. In die stad was hij de opvolger van notaris Jacobus van der Wolf, die naar Zierikzee was vertrokken. Van notaris Trompert zijn de notariële akten over de periode 1707-1717 bewaard gebleven. Die berusten met de andere in het Gemeentearchief SchouwenDuiveland. Vrijwilligers maken daar deze akten voor wat betreft de periode tot 1811 toegankelijk. Al ruim 32.000 akten zijn op die manier bewerkt. Deze toegang is te raadplegen op de website. Het adres is www.schouwen-duiveland.nl. Daarna achtereenvolgens aanklikken: Gemeentearchief / zoeken in de collectie / notariële akten. Daarna kan op elke naam worden gezocht. De akten zelf zijn ter inzage in de studiezaal van het Gemeentearchief, dat gehuisvest is in het gemeentehuis aan de noordwestzijde van Zierikzee (Laan van St. Hilaire 2). Op de website is onder andere informatie over de openingstijden te vinden. Alvorens we ingaan op de transcripties eerst iets over de vorm. De akte betreft een testament. De aanhef ervan - de notaris begint met ‘In den name Godes amen’ - was gebruikelijk. Dat geldt ook voor de formulering over het beschikken over de ‘tijdelijke’ goederen, immers na de dood moet alles worden losgelaten. Ten slotte was het ook gebruikelijk om alle eerdere testamenten of wilsbeschikkingen te herroepen. Dat moet ons niet op een dwaalspoor brengen. In veel gevallen was er geen testament opgemaakt, maar nam de notaris toch zo’n passage op om elk misverstand uit te sluiten. Het zoeken naar een eerder testament kan daarom negatief eindigen. Ook komt vaak voor dat de notaris melding maakt van ziekte. In deze gevallen was sprake van een zodanig ernstige ziekte die wellicht kon eindigen met de dood. Daarom werd de notaris erbij geroepen voor het opmaken van het testament. Die ziekte mocht echter niet zodanig zijn dat de betrokkene niet meer aanspreekbaar was. Hij of zij moest derhalve in een dusdanige toestand zijn dat goed beseft werd wat vastgelegd ging worden. Zijn of haar verstand en geheugen (‘memorie’) moesten in tact zijn. Dat laatste legde de notaris vast om achteraf geen onnodige discussies op te roepen over de geldigheid van het testament. Ten aanzien van de transcripties gingen de inzenders in de fout bij de achternaam van de notaris. Trampert lag ook erg voor de hand. Transcriptie van eigennamen is lastig, vooral wanneer we niet goed thuis zijn in de gangbare familienamen. In dit geval moest de a in Trampert een o zijn. Met de namen van het echtpaar ging het iets beter. De inzenders maakten nog een ander gezamenlijke foutje. Aan het eind van de achtste regel staat ‘en’ met een streepje erboven. Dat streepje duidt een afkorting aan, in dit geval is dat: ende. De notaris maakte twee schrijffoutjes. Letterlijk schreef hij ‘haer verstaet’ in plaats van ‘haer verstant’. Dit foutje hebben we in de transcriptie stilzwijgend hersteld. Even verder schrijft hij ‘niet wettende de tijt nog uijre’. De dubbele t in ‘wettende’ is ook een schrijffout maar laten we staan omdat de betekenis nog steeds duide- 36 -
lijk is in tegenstelling tot ‘verstaet’ wat een heel andere betekenis heeft. De schrijver schreef verder op ook nog ‘de’ waardoor hij, terecht, een streep zette. Bij de transcriptie laten we doorgestreepte woorden in principe buiten beschouwing. Tot viermaal toe kortte de schrijver woorden af door bij een woord achter de letter l een krul te zetten. Terecht is dat getranscribeerd als: sieckelijk, uijtterlijk, tijdelijk en gelijk. Het toevoegen van een c voor de k was in deze tijd al minder gebruikelijk geworden. Bovendien schrijft hij ‘gebleeken’ waarin geen ‘c’ voor de k is geplaatst. Het is daarom terecht dat we transcriberen als ‘…lijk’. De inzenders kregen hun huiswerk thuisgestuurd. De foutjes corrigeer ik met rood. Cijfers geef ik niet, maar uit de hoeveelheid rood ten opzichte van hun vorige inzending kan zelf een conclusie worden getrokken. Laat niemand zich verontschuldigen of ontmoedigd voelen. De kwaliteit van de inzendingen was zonder meer goed en hen en anderen moedigen we dan ook graag aan om weer aan de slag te gaan met de volgende opgaaf. Dit keer gaan we op bezoek bij de predikant in Haamstede. Hij heeft het doopboek van zijn kerk – de Nederduitse gereformeerde gemeente – bijgewerkt. Drie doopaantekeningen zijn hierbij gevoegd. Let goed op, want we zien in dit stuk opnieuw de letter e op twee verschillende manieren geschreven. In zijn huidige vorm, maar ook in zijn oude vorm. De transcriptie kunt u als Word-document (graag uw postadres erbij) vóór 01 oktober 2010 a.s. toemailen aan:
[email protected]. U mag de transcriptie ook per post insturen. In dat geval is het adres: Secretariaat afd. Zeeland NGV, Koudekerkseweg 19, 4373 RB Biggekerke. Veel succes toegewenst!
nr 1
- 37 -
nr 2
nr 3
Van internet geplukt (voor de liefhebbers…) Op http://kranten.kb.nl vind je de inhoud van een miljoen oude kranten uit de periode 1618-1995. Dit aantal wordt het komende jaar uitgebreid tot acht miljoen kranten uit Nederland, Suriname, Nederlands-Indië en de Antillen.
Op http://belgica.kbr.be - en dan doorklikken bij Verzamelingen - is een groot aantal oude Belgische kranten doorzoekbaar.
Op http://www.archiefzoeker.nl/ - zoekterm kranten invoeren – vind je allerlei buitenlandse sites met kranten-archieven - 38 -
Op http://newsletter.geneanet.org is in nieuwsbrief 110 en 111 een overzicht gegeven van de mogelijkheden die Geneanet aan de beginnende genealoog biedt.
Zeeuwse aktiviteiten 16 oktober
23 oktober
Zeeuwse Genealogische Contactdag, georganiseerd door het Zeeuws Archief, de NGV afdeling Zeeland en het Genealogisch Centrum Zeeland gecombineerd met een Genealogisch Spreekuur. lezing A.D. Huizer over Genetische Genealogie + Ledenvergadering in verband met de Najaarsvergadering NGV
20 november
Lezing G.F. Lepoeter over Marinus de Broekert, heel- en vroedmeester op het Zeeuwse platteland
25 november
Genealogisch Spreekuur in het archief van Schouwen-Duiveland te Zierikzee, 19.00-21.00 uur
29 januari 2011 26 februari 2011 09 april 2011
lezing lezing + computermiddag lezing + Jaarvergadering + voorjaarsverg NGV
Voor de evenementenlijst van de NGV zie: www.ngv.nl/Agenda
Ledenmutaties per 31 mei 2010 …..namen niet opgenomen in verband met de privacy-wetgeving……
Per 31-3-2009 telde de afdeling Zeeland Nieuw bijkomend lid Nieuw lid Totaal
385 leden 1 lid 3 leden 389 leden, waarvan 32 bijkomende.
U wordt verzocht al uw mutaties, ook adreswijzigingen, alleen door te geven aan: NGV Ledenadministratie, Postbus 26, 1380 AA Weesp.
- 39 -
Datum die u beslist niet mag vergeten: 16 oktober 2010 Zeeuwse Genealogische Contacdag in het Zeeuws Archief te Middelburg. Een samenwerking tussen het Zeeuws Archief, GCZ en NGVafdZld
23 oktober 2010 20 november 2010 Genetische Genealogie Marinus de Broekert, door heel- en vroedmeesA.D.Huizer ter op het Zeeuwse platteland Welke praktische mogedoor lijkheden kan dit bieden G.F. Lepoeter voor de genealoog?
Alle bijeenkomsten vinden plaats in “De Vroone”, C.D. Vereekestraat 74 te Kapelle en beginnen om 14.00 uur, tenzij anders aangegeven.
- 40 -