Natuurbeheerplan Zeeland 2009 Ontwerp planwijziging 2013 Antwoordnota Vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 24 september 2013
1
1.
Inleiding
Op 14 mei heeft het College van GS de ontwerp planwijziging Natuurbeheerplan Zeeland 2013 met de notitie Herijking Zeeuwse Ecologische Hoofdstructuur vastgesteld voor inspraak en advies. Het Natuurbeheerplan Zeeland bevat het provinciale beleid voor begrenzing, verwerving, omvorming, inrichting en beheer van natuurgebieden en agrarische beheergebieden van de Zeeuwse Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De planwijziging betreft de volgende punten: 1- Herijking Zeeuwse Ecologische Hoofdstructuur 2- Afstemming SNL-beheertypen en N2000-habitattypen 3- Actualisering natuurambitiekaart 4- Wijziging begrenzing natuur- en beheergebieden 5- Wijziging beheertypen natuur- en beheergebieden 6- Technische correcties 7- Collectief agrarisch beheergebied De planwijziging stond open voor inspraak. De inspraakperiode was van 27 mei tot en met 7 juli 2013. De planwijziging is bekendgemaakt via advertenties, brieven en website en ter inzage gelegd op het Provinciaal informatiecentrum en op de gemeentehuizen in Zeeland. In totaal zijn 32 zienswijzen ingediend. Deze zijn samengevat in bijlage 1. De zienswijzen hebben betrekking op de volgende onderwerpen: 1- Herijking Zeeuwse Ecologische Hoofdstructuur 2- Begrenzing natuur- en beheergebieden 3- Beheertypen natuur- en beheergebieden 4- Technische correcties De concept antwoordnota is behandeld en goedgekeurd door de Provinciale Commissie voor de Groene Ruimte. In deze antwoordnota worden de zienswijzen beschreven en wordt toegelicht hoe de zienswijzen in het Natuurbeheerplan zijn verwerkt.
2
2
Inspraakreacties en verwerking
2.1 Herijking Zeeuwse Ecologische Hoofdstructuur 2.1.1 Herijking algemeen Inspraakreacties 1 - Het Zeeuwse Landschap, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten zijn teleurgesteld over de forse neerwaartse bijstelling van het oorspronkelijke ambitieniveau van de natuurontwikkeling in Zeeland, die van 2200 ha halveert naar 1150 ha. Tegelijkertijd is er begrip voor deze beleidswijziging gezien de landelijke herijking en bezuiniging. Voor de realisering van de herijkte EHS worden de Zeeuwse uitgangspunten van de "Notitie Herijking Zeeuwse EHS' nadrukkelijk onderschreven: robuust natuurbeheer, synergie met waterbeheer, afstemming natuur en landbouw, vrijwillige aankoop, geen planologische schaduwwerking en optimale toegankelijkheid. Deze uitgangpunten hebben in Zeeland altijd gezorgd voor consensus en draagvlak, zoals ook weer gebleken is uit het positieve advies van de PCGR van 22 mei j.l. Ondanks de forse verkleining van de EHS-opgave zien de Zeeuwse natuurbeheerders met vertrouwen uit naar een gezamenlijk toekomstig behoud en versterking van de kwaliteit van het Zeeuwse buitengebied. 2 - Mevrouw Hanja de Vos vindt het schrappen van 1000 ha nieuwe natuur schandalig. Robuuste economie vraagt juist om evenwicht met robuuste natuur. Omdat de biodiversiteit nog steeds terugloopt moet niet overal van alles toegestaan worden en moet er meer goed beheerde natuur komen. 3 - De Natuurbeschermingsvereniging De Steltkluut vindt naast het opschuiven van de realisatietermijn van de EHS het verkleinen van de EHS van 6772 ha naar 5713 ha buitenproportioneel. Hierdoor zal de achteruitgang van de natuur nog moeilijker te stoppen zijn en zal niet voldaan worden aan de biodiversiteitsdoelstellingen en het behoud van typisch Zeeuwse soorten. Liever ziet men een langere termijn dan minder ruimtelijke ambities. Niet te verwerven huiskavels kunnen geschrapt worden mits de oppervlakte op andere locaties ingezet worden. Het schrapen van agrarisch beheersgebied, zoals holebollig grasland, is onacceptabel omdat de bescherming via het bestemmingsplan daarmee vervalt. Dit kan leiden tot afname van weidevogels, zoals de Tureluur. Verwerking 1, 2, 3 - De halvering van de resterende EHS-opgave is inderdaad een forse neerwaartse bijstelling. Zoals opgemerkt, komt dit voort uit de (financiële) noodzaak om de EHS selectiever te begrenzen, waarbij het accent ligt op de internationale doelen. Doordat met name de hogere landbouwgronden, veelal huiskavels, geschrapt worden, valt de schade voor de EHS betrekkelijk mee, omdat deze voor natuurontwikkeling het minst interessant zijn. De kenmerkende Zeeuwse natuurwaarden zijn vooral te vinden op de lagere gronden, op de grens van zoet en zout, nat en droog, zand en klei. In de resterende robuuste Zeeuwse EHS zal voor deze internationaal belangrijke natuur voldoende ruimte zijn. Ook bij de resterende natuurontwikkeling zullen de bekende Zeeuwse bestuurlijke uitgangspunten gehanteerd worden, met als belangrijkste vrijwillige verwerving in plaats van onteigening. Ook de positieve reactie van de PCGR, waarin alle betrokken partijen vertegenwoordigd zijn, geeft weer eens aan, dat dit voor Zeeland de beste aanpak is. Zie ook antwoord 1. Het beleid blijft gericht op een ook in de toekomst goed functionerende robuuste Zeeuws EHS, waarin voldoende ruimte is voor het duurzaam voortbestaan van de kenmerkende Zeeuwse natuurwaarden. De herijking van de EHS dwingt tot meerdere maatregelen. Enerzijds wordt de termijn verlengd van 2018 naar 2027. Dit betekent, dat de financiën over een langer tijd uitgesmeerd kunnen worden, wat gezien de bezuinigingen noodzakelijk is. Tegelijkertijd biedt een langere termijn ook meer mogelijkheden om de wezenlijke delen van de EHS af te ronden. Het Plan Bureau voor de Leefomgeving(PBL) vergelijkt de aanleg van EHS dan ook met de bouw van 3
een Middeleeuwse kathedraal - het is een concept, dat over een langere periode gestaag gestalte krijgt maar waarvan de voortgang varieert in goede en slechte tijden. Aan de andere kant moet de EHS ook daadwerkelijk kleiner en moet deze meer selectief ingezet worden, gericht op het behalen van internationale doelen. Het is dan ook niet mogelijk om de oppervlakte aan geschrapte hogere huiskavels automatisch opnieuw elders te begrenzen. Bij beheersgebieden worden geen waardevolle gebieden geschrapt, zoals hollebollig grasland. De beheersgebieden, die nu buiten de EHS komen te vallen, zijn agrarisch cultuurland (weilanden, akkerranden) met een agrarische bestemming, waar op dit moment mogelijkheden geboden worden om een SNL-overeenkomst af te sluiten. Juist om verwarring te voorkomen, wordt nu een helder onderscheid gemaakt tussen agrarische gebieden van ecologische betekenis en zuiver agrarische percelen. De eerste categorie, (kreekresten, heggenperceeltjes, hollebollige graslanden, etc.) blijven onderdeel van de EHS en blijven, zoals gebruikelijk, planologisch beschermd via de Verordening Ruimte Provincie Zeeland (VRPZ, kaart 9) vastgesteld door Provinciale Staten op 28 september 2012. Het agrarisch natuurbeheer op de echte agrarische cultuurgrond, die vanouds een gewone agrarische bestemming heeft, valt voortaan buiten de EHS en zal verder gestalte moeten krijgen bij de verdere uitwerking van het Europese landbouwbeleid (GLB).
2.1.2 Herijking specifieke gebieden Inspraakreacties 4 - Clinge en Koewacht: De Natuurbeschermingsvereniging De Steltkluut vindt het onterecht dat gebieden op de pleistocene rand bij Clinge en Koewacht geschrapt worden omdat het geen "typisch Zeeuwse natuur' zou zijn. Het gaat hier juist om natuur op de rand van zand en klei, wat uitgangspunt is bij de Zeeuwse EHS. Het is onverstandig om het gebied bij Clinge te schrappen gezien de vele kwaliteiten. Dit geldt ook voor de Nieuwe Karnemelkpolder bij Koewacht, waar het gaat om laaggelegen grond, grenzend aan bestaande kreekresten en dijken. De Steltkluut verzoek de gebieden bij Clinge en Koewacht te handhaven. 5 - Zuidkust Schouwen: De heer Ringelberg verzoekt zijn huiskavel wederom in het Natuurbeheerplan op te nemen. Het betreft een perceel, dat vanwege een beheerovereenkomst al 12 jaar niet bemest is en inmiddels ook op grote schaal gebruikt wordt door ganzen. Bij het ruilproces was het voor hem geen optie om dit perceel te verkopen. Nu verzoekt hij om de aanduiding 'nieuwe natuur' weer op te nemen of om een andere oplossing aan te dragen. 6 - Herdijkte Zwarte polder": Stichting Het Zeeuwse Landschap (HZL) verzoekt om een perceeltje nabij de Herdijkte Zwarte Polder de status 'bestaande natuur' te geven. Het perceeltje is onlangs door de Stichting verworven en zal als natuurgebied beheerd worden. Het weilandje is de enige groeiplaats in Nederland van de Wilde (of Vlaamse) Peterselie. 7 - Molenplolder: De familie De Kever-Pankow heeft bezwaar tegen de begrenzing van een deel van de Molenpolder als natuurgebied. Dit is landbouwgrond, die bij hen in gebruik is en die ze niet op willen geven. 8 - Westkapelle vroon: De ZLTO vraagt namens de heer J.de Visser om een aantal kadastrale percelen rond zijn bedrijf aan de Babelweg te Domburg te schrappen als 'nieuwe natuur' 9 - Oostdijk: De gemeente Reimerswaal verzoekt om een perceeltje van Staatsbosbeheer aan het Bolwerk in Oostdijk te schrappen als EHS met het oog op een herontwikkelingsplan, waarbij de op- en afrit van de dijk aangepast moet worden. 10 - Hoedekenskerke, De gemeente Borsele vindt het vreemd, dat er een aantal percelen in strijd met de vigerende agrarische bestemming de aanduiding 'bestaande natuur' heeft gekregen, dat op het vorige Natuurbeheerplan nog de status 'nieuwe natuur' (geel) dan wel 'agrarisch beheersgebied' (blauw) had. Enkele van deze percelen zijn zelfs al als
4
natuurgebied ingericht en in gebruik. Voor deze percelen dient de bestemming nog te wijzigen, nadat hiervoor een verzoek is binnengekomen. Ook ten noorden van Hoedekenskerke is voorbarig de aanduiding 'bestaande natuur' op de kaart gezet, terwijl de procedure voor wijziging van de bestemming, met het oog op de nog uit te voeren natuurontwikkeling, nog loopt. De natuurinrichting dient hier te wachten op de besluitvorming rond de bestemmingswijziging. Verder acht de gemeente de term 'nieuwe natuur' verwarrend en vindt men een term als 'toekomstige natuur' o.i.d. meer verhelderend. Daarbij wordt er volledigheidshalve op gewezen, dat aankoop van de grond niet automatisch betekent, dat het gebied ingericht kan worden en de natuurfunctie krijgt. Dit kan pas, nadat de bestemming gewijzigd is in 'natuur' door toepassing van de wijzigingsbevoegdheid. Het is gewenst dat de initiatiefnemer in een vroeg stadium vraagt om wijziging van de bestemming in het belang van een snelle realisatie van de EHS. Bij het Sloegroen ontbreken al ingerichte percelen, die opgenomen zijn in het bestemmingsplan "Groenproject 't Sloe". Ook dient de kaart aangepast te worden conform het wijzigingsplan "Borsele Buiten, gedeelte Groenproject 't Sloe, 2011. 11 - Graauwsche kreek De gemeente Hulst vindt de aanduiding van de Graauwse Kreek als 'bestaand natuurgebied/zoete plas' niet terecht. Er is sprake van zeer brak water, de kreek heeft een belangrijke functie als afwateringskanaal richting gemaal Paal en kent een sterk fluctuerend peil. De Raad van State heeft in 1998 besloten, dat de bestemming water geen afbreuk doet aan de functie van de kreek als onderdeel van de EHS en dat er onvoldoende waarden zijn voor een bestemming 'Natuur'. Sindsdien zijn er geen natuurtechnische aanpassingen gedaan. Daarnaast wil de gemeente, dat de aanduiding 'bestaande natuur' voor percelen ten zuiden en ten westen van het Groot Eiland wordt gewijzigd in 'agrarisch gebied van ecologische betekenis' en de kaarten van de VRPZ hierop aan te passen. Deze percelen worden begraasd met vee en overeenkomstig dit extensieve agrarische gebruik hebben zij de bestemming 'Aln' gekregen. Deze bestemming biedt ook meer kansen om deze percelen te betrekken bij de vergroening van het nieuwe landbouwbeleid. 12 - J.Magnus, Vof Staal-van de Vijver, Mts.Voermans en D.Steijaert maken bezwaar tegen de bestemming 'natuur' van de Graauwse Kreek. De gemeente heeft in 1996 de bestemming 'water' toegekend omdat het gaat om een kanaal als aanvoer voor gemaal Paal en vanwege het ontbreken van natuurwaarden. De raad van State heeft de gemeente in 1998 in het gelijk gesteld. Op 16 mei j.l. hebben het College en de Raad van Hulst besloten dat de bestemming 'water' moet blijven. 13 – Wolfdijksepolder de heer W. Magnus verzoekt om het gebied 589/M505 Hulst te schrappen uit het Natuurbeheerplan vanwege het ontbreken van ecologische en cultuurhistorische waarden en gezien de vorm, ligging en geringe oppervlakte. In het verleden is hierover al contact geweest met de provincie, waarop geen bevredigend antwoord is verkregen. Daarnaast zijn er ten onrechte percelen aan de west- en zuidkant van het Groot Eiland aangeduid als 'nieuwe natuur' of 'bestaande natuur'. Dit is niet in overeenstemming met het geldende bestemmingsplan. Verwerking 4 - Het schrappen van de gebieden bij Clinge en Koewacht berust op de noodzaak om de EHS-ha's selectiever in te zetten voor met name internationale natuurwaarden. Daarbij gaat het in Zeeland inderdaad om de bijzondere overgangen van zand naar klei en nat naar droog. Bij Clinge is de natuur op deze overgangen al gerealiseerd: rond de Kriekeputten en de overige welen langs de oostrand, waar het pleistocene dekzand direct grenst aan de holocene klei. De overige lappendeken aan kleinschalige percelen betreft grasland op zure dekzandbodem. Hoewel landschappelijk voor Zeeland bijzonder, is dit voor Nederland geen bijzonder milieutype, dat in Zeeland specifieke ontwikkeling vraagt. Bij Koewacht ligt de zaak genuanceerder: hier grenst een kreekrest (holocene klei) aan een bestaand bosgebied op pleistoceen dekzand. Gezien de ecologische overgangen en de topografie (bos, kreek, dijk) zijn er goede argumenten om dit gebied af te ronden conform de eerdere begrenzing.
5
Het gebied Clinge wordt geschrapt, bij Koewacht wordt de oorspronkelijke aanduiding van twee percelen 'nieuwe natuur' gehandhaafd. Zie kaart 10 in bijlage 2. 5 - Bij het ruilproces van de landinrichting Schouwen-oost is rekening gehouden met de wens van de heer Ringelberg om dit perceel buiten de natuurontwikkeling te houden. Topografisch vormt het perceel echter een logisch onderdeel van het nieuwe natuurgebied. Er is dan ook geen bezwaar om tegemoet te komen aan de wens om dit perceel toch de status 'nieuwe natuur' te laten behouden. Dit biedt de mogelijkheid om op vrijwillige basis ook hier in de toekomst alsnog natuur te ontwikkelen. Het perceel van de heer Ringelberg houdt de oorspronkelijke aanduiding 'nieuwe natuur'. Zie kaart 9. 6 - HZL merkt terecht op dat dit een bijzonder gebied is. Gezien het feit, dat zij dit al vrijwillig verworven hebben en als natuurgebiedje willen gaan beheren, is er geen bewaar het perceeltje als 'bestaand natuurgebied' op de kaart te zetten. Het perceeltje zal worden aangeduid als 'bestaand natuurgebied'. Zie kaart 11. 7 - Bij het begrenzen van de Molenpolder is per ongeluk een kaart gebruik, waarop het bezit van BBL verkeerd stond aangegeven. Daardoor is er grond van de RVOB, die normaal agrarisch gepacht wordt door de familie de Kever-Pankow, ten onrechte aangeduid als "bestaand natuurgebied'. Deze fout zal worden hersteld. De landbouwgrond van de RVOB, die in normaal agrarisch gebruik is bij de familie de Kever-Pankow, zal geschrapt worden als 'bestaande natuur'. Zie kaart 7. 8 - De percelen van de heer de Visser maken al vanaf het begin onderdeel uit van de EHSbegrenzing. Inmiddels is bij Westkapelle al veel nieuwe natuur van zeer hoge kwaliteit gerealiseerd. Ook het resterende gebied richting Domburg blijft voor de EHS van groot belang, gezien de ligging pal onder de kust bij de Voordelta (Natura 2000-gebied). Om die reden wordt de begrenzing gehandhaafd. De realisering van de Zeeuwse EHS geschiedt op basis van vrijwillige verkoop. Zolang de eigenaar niet wil verkopen gelden er geen extra planologische beperkingen (conform VRPZ: geen planologische schaduwwerking, wel een waarborgingsbeleid tegen andere functies). Door de begrenzing wordt de heer de Visser dan ook niet belemmerd bij zijn agrarische bedrijfsvoering, terwijl hij wel een extra mogelijkheid heeft om eventueel te zijner tijd zijn grond op vrijwillige basis te verkopen. 9 - Er is vanuit de EHS geen bezwaar voor de realisering van het herontwikkelingsplan, waarbij de op- en afrit van de dijk van Staatsbosbeheer moet worden aangepast. Aangezien de dijk niet als zodanig expliciet op de EHS van het Natuurbeheerplan Zeeland is aangegeven is een kaartwijziging ook niet nodig. Wel staan alle beschermde dijken op kaart 8 van de VRPZ. Deze ingreep is echter dermate kleinschalig en gedetailleerd, dat ook die kaart hiervoor aanpassen weinig zinvol is. Het is veel praktischer en sneller, dat de provincie via deze bestuurlijk vastgestelde antwoordnota verklaart, dat de EHS-status van deze dijk geen belemmering vormt voor de door de gemeente gewenste aanpassing. Vervolgens kan de gemeente zelf met Staatsbosbeheer bespreken, hoe zij de zaak privaatrechtelijk geregeld willen hebben. 10 - In het Ontwerp planwijziging Natuurbeheerplan Zeeland 2013 zijn met de aanduiding 'bestaande natuur' verschillende categorieën aangegeven: al lang bestaande natuurgebieden, inmiddels aangelegde nieuwe natuurgebieden en gebieden, waar op afzienbare termijn natuurontwikkeling voorzien wordt, omdat de grond op vrijwillige basis inmiddels verworven is. Bij de natuurontwikkeling is immers het aankopen van de grond de cruciale factor. In Zeeland is er bij de realisatie van de EHS vanaf het begin expliciet gekozen voor verwerving op basis van vrijwilligheid. Voor de natuurontwikkeling van de EHS wordt er niet onteigend. Daarmee is dus niet zeker of alle gebieden met de aanduiding 'nieuwe natuur' ook daadwerkelijk gerealiseerd kunnen worden. De provincie geeft met deze aanduiding, die in Nederland gangbaar is binnen de systematiek van een provinciaal Natuurbeheerplan, wel aan, dat het beleid er op gericht is om op die agrarische gronden in de toekomst natuur te ontwikkelen. De gemeente houdt hier in het bestemmingplan rekening mee door bij de vigerende agrarische bestemming een wijzigingsbevoegdheid naar 'natuur' op te nemen. Voor de concrete aanleg van de nieuwe natuur is derhalve de vrijwillige aankoop van de grond het bepalende moment. Redelijkerwijs kan verwacht worden, dat daarna de natuurfunctie op afzienbare termijn ook werkelijk gerealiseerd kan gaan worden.
6
Vandaar dat de provincie voor de al verworven natuurontwikkelingslocaties de aanduiding 'bestaande natuur' toekent. Dit laat uiteraard onverlet, dat voor de uitvoering van de natuurontwikkeling de bestemming 'agrarisch' eerst moet wijzigen in 'natuur'. Dit is passend voor gebieden, die op de provinciale EHS-kaart zijn aangeduid met 'nieuwe natuur' (recent verworven) of 'bestaande natuur' (al eerder verworven), zoals in Hoedekenskerke. Bij de bestemmingswijziging wordt dan gekeken naar de concrete maatregelen en kunnen er voorwaarden gesteld worden aan de uitvoering, om bijvoorbeeld overlast voor andere functies in de omgeving te voorkomen. Daarnaast zijn er nog gebieden, waar geen ingrijpende natuurinrichting nodig is (bijv. bestaande waardvolle heggenpercelen) of waar een beperkte agrarische basisinrichting, passend binnen de agrarische bestemming, voldoende is, zoals in gras leggen en het plaatsen van rasters. Vanwege hun ecologische kwaliteit of hun strategische ligging (afronding bestaand natuurgebied) kunnen degelijke gebieden bij een evaluatie, zoals deze herijking van de EHS, soms in aanmerking komen voor de status 'bestaand natuurgebied'. Er hoeft dan geen acute wijziging van de bestemming plaats te vinden, omdat ingrijpende natuurinrichting niet aan de orde is. Wel dient de gemeente op een passend moment, bijvoorbeeld bij de integrale herziening van het Plan Buitengebied, de bestemming in overeenstemming te brengen met de aanduiding van de VRPZ. Overige zal de provincie nagaan of de informatie over natuurontwikkeling richting de gemeenten kan worden verbeterd, bijvoorbeeld door toezending van een jaarlijkse realisatiekaart. Voor de door de gemeente aangereikt gebieden, horend bij het project Sloegroen, zal de kaart van de EHS worden geactualiseerd. Zie kaart 5. Op de kaart van het Natuurbeheerplan Zeeland worden extra percelen aangeduid met de titel 'Sloegroen', conform het door de gemeente aangereikte kaartbeeld van het bestemmingsplan "Groenproject 't Sloe" en het wijzigingsplan "Borsele Buiten, gedeelte Groenproject 't Sloe, 2011". 11 - Over de door de gemeente ingebrachte zaken, de status natuurgebied van de Graauwse kreek en van een aantal percelen bij het Groot Eiland, heeft recent bestuurlijke besluitvorming plaats gevonden. Op 25 juni 2013 hebben Gedeputeerde Staten de raad van de gemeente Hulst bericht, dat de provincie de gemeente een reactieve aanwijzing geeft op het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied Hulst, waarin deze gebieden volgens het beleid van de provincie ten onrechte de bestemming 'Water' (Graauwse Kreek) dan wel 'Agrarisch met waarden'(percelen bij Groot Eiland) hebben gekregen. Voor zowel de Graauwse kreek als ook voor de betreffende percelen bij het Groot Eiland wordt in de brief van de provincie uitgebreid ingegaan op de formele en inhoudelijke argumenten, die ten grondslag liggen aan deze reactieve aanwijzing. Kortheidshalve wordt hier naar verwezen. Zowel de Graauwse kreek alsook de gerealiseerde natuurgebieden ten westen en zuiden van het Groot Eiland zijn volgens de provincie van belang als bestaand natuurgebied en zijn ook als zodanig aangeduid op kaart 8 van de VRPZ. Er zijn geen nieuwe ontwikkelingen of argumenten om van dit besluit af te wijken en deze gebieden zullen dan ook bij de herijking van de EHS als 'bestaand natuurgebied' gehandhaafd blijven. 12 - Voor de status 'bestaand natuurgebied' voor de Graauwse Kreek wordt verwezen naar het antwoord op de reactie van de gemeente Hulst (antwoord 11). 13 - In het verleden is met de heer Magnus overlegd of de status 'Aln' van perceel M505 Hulst kon komen te vervallen. De provincie heeft daarbij aangegeven, dat zowel landschappelijk als ook natuurwetenschappelijk dit een gebied van waarde is. Daarom is het perceel op kaart 9 van de VRPZ en bij de Ontwerpplanwijziging Natuurbeheerplan Zeeland 2013 aangeduid als "agrarisch (beheers) gebied van ecologische betekenis", wat in het bestemmingsplan overeenkomst met een bestemming 'Aln'. Er is geen aanleiding om van dit beleid af te wijken.Voor wat betreft de status 'bestaand natuurgebied' voor een aantal percelen ten westen en zuiden van het Groot Eiland wordt verwezen naar het antwoord aan de gemeente Hulst (antwoord 11).
7
2.2 Begrenzing natuur- en beheergebieden Inspraakreacties Enkele insprekers vragen om wijziging van de EHS begrenzing in specifieke gebieden. 1 – de heer Faas verzoekt om medewerking provincie bij het toekennen van natuurbegrenzing op de buitenplaats Overduin bij Oostkapelle in de toekomst 2 – de heer Hage verzoekt om expliciete opname van schor en inlaag bij Bruinisse op de NBP kaart 3 – de heer Flikweert verzoekt om begrenzing van beheergebied aan de Eerste dijk bij St Maartensdijk 4 – de heer Bossinga verzoekt namens Groot Eiland tot omvlaggen van set aside bossen van natuur naar beheergebied 5 – de heer Veraart verzoekt om een beheergebied bij Philippine te schrappen 6 – Stichting Het Zeeuws Landschap verzoekt een natuurgebied bij Cadzand te begrenzen Verwerking 1 - De provincie zal zijn medewerking verlenen aan een natuurbegrenzing op de buitenplaats Overduin zodra daar vanuit de buitenplaats behoefte aan is. Dit past in het provinciale beleid voor instandhouding van historische buitenplaatsen. 2 - Schor en inlaag bij Bruinisse maken reeds deel uit van de EHS maar staan alleen nog niet expliciet op de kaart. De beide gebieden worden voor alle duidelijkheid op de kaart gezet. Zie kaart 6. 3 - De begrenzing van het beheergebied van dhr. Flikweert wordt vergroot zodat dit geheel samenvalt met zijn agrarisch perceel. Zie kaart 4. 4 - Omvlaggen van de set aside bossen op het Groot Eiland van bestaande natuur naar beheergebied is op dit moment niet mogelijk aangezien het agrarisch beheerinstrumentarium niet is toegesneden op het beheer van bossen. De provincie zal echter in de toekomst zijn medewerking verlenen aan het natuurbeheer van de betreffende percelen zodra de bossen worden omgevormd naar natuur. 5 - Aangezien op het beheergebied van dhr. Veraart geen actuele natuurwaarden aanwezig zijn en er geen beheerovereenkomst loopt is er geen bezwaar het gebied te schrappen op de plankaart. Zie kaart 12. 6 - Het natuurgebiedje bij Cadzand wordt begrensd aangezien hierover eerder al toezeggingen aan het Zeeuws Landschap zijn gedaan en de begrenzing een zinvolle uitbreiding is van de EHS. Zie kaart 11. 2.3 Beheerpakketten natuur- en beheergebieden Inspraakreacties 1 – de heer Vermue vraagt om wijziging van het beheerpakket in agrarische weiderand 2 – de Heer Bossinga vraagt om wijziging beheerpakketten van bos in kruidenrijk grasland voor enkele percelen op het Groot Eiland 3 – de heer Bossinga vraagt om wijziging van beheerpakket vochtig schraalland in de Oude Vaart op het Groot Eiland 4 – de heer Veraart vraagt om opname van het beheerpakket botanisch weiland voor een agrarisch beheergebied bij Philippine 5 – de heer Serrarens vraagt om samenvoeging van kleine beheereenheden of opname van het beheerpakket botanische weiderand voor een dijk bij Ossenisse 6 - Bosch Slabbers vraag om wijziging van het beheertype productiebos in natuurbos voor het landgoed Kogelhof. 7 – de heer Moolenburg vraagt om wijziging van het beheertype Natuurlijk duinlandschap in Open duin voor enkele gebieden van de Oosterenban 8 – de heer Moolenburg vraagt om opname van enkele landschapselementen bij de vluchtheuvel op de beheerkaart. Verwerking
8
De verzoeken 2, 3, 4, 6, 8 worden ingewilligd omdat de beheertypen aansluiten bij de bestaande situatie in de gebieden. Aangezien het bij Bosch Slabbers gaat om bos op klei is het bijpassende beheertype N14.03. Zie kaart 2, 3, 12, 1 en 8 in bijlage 2. De verzoeken 1 en 5 worden niet ingewilligd omdat het collectief beheerplan met ingang van 2014 de mogelijkheid biedt om zelf een beheerpakket uit te kiezen. Het verzoek 7 wordt niet ingewilligd omdat voor het betreffende gebied het beheertype Open duin N08.02 al is opgenomen. 2.4 Technische correcties Inspraakreacties Dienst Landelijk Gebied (DLG/BBL), Staatsbosbeheer en de provincie hebben ambtshalve gewezen op enkele technische fouten en omissies in het kaartbeeld en in de database.. Verwerking Op grond van aanvullende informatie is het noodzakelijk om enkele cartografische (grenscorrecties) en database omissies te corrigeren. Kleine kaartfouten zullen worden hersteld en actuele informatie over eigendom zal worden verwerkt.
9
3
Vervolg
De wijzigingsvoorstellen worden verwerkt in de definitieve planwijziging Natuurbeheerplan Zeeland 2013. De planwijziging wordt na vaststelling door GS toegezonden aan alle betrokkenen en op de provinciale website worden geplaatst. De wijzigingsvoorstellen worden bovendien verwerkt in het digitale bestand met begrenzing EHS dat met ingang van november is te raadplegen via de provinciale website (Geoloket) en op het landelijke portaal Natuur en Landschap.
10
4
Bijlagen
Bijlage 4.1 Tabel samenvatting inspraakreacties en verwerking
Bijlage 4.2 Kaartbijlage wijzigingen begrenzing en beheerpakketten EHSgebieden naar aanleiding van inspraakreacties
11
02NBP2013inspraakreactiesdef.xlsx24-9-2013 naam Bosch Slabbers Bossinga Bossinga Bossinga Bossinga Bossinga Bossinga DLG DLG DLG Faas Flikweert Gemeente Borssele Gemeente Borssele Gemeente Hulst Gemeente Hulst Gemeente Reimerswaal Hage Kever Mangnus Mangnus Moolenburgh Moolenburgh Natuurmonumenten Ringelberg Serrarens Steijaart Steltkluut Stichting Het Zeeuwse Landschap Veraart Veraart Vermue Voermans VOF Staal-Van de Vijver Vos ZLTO
plaats Middelburg Ede Ede Ede Ede Ede Ede Tilburg Tilburg Tilburg Oostkapelle Ouwerkerk Heinkenszand Heinkenszand Hulst Hulst Kruiningen Bruinisse Ossenisse Hulst Hulst ? ? s-Graveland Zierikzee Ossenisse Nieuw-Namen Terneuzen Heinkenszand Ijzendijke Ijzendijke s-Heerenhoek Graauw Graauw Kamperland Goes
regnr 13008549 13014730 13014730 13014731 13014730 13015446 13014730 mail mail mail 13014329 13014692 13013093 13013093 13014293 13014293 13014324 13014690 13012185 13014878 13014340 13014689 13014689 13014328 13015444 13007875 13014292 13014584 13014269 13013946 13013946 13014729 13014339 13014257 13013320 13014341
inzake Kogelhof Groot Eiland Groot Eiland Groot Eiland Prinsenhoeve Prinsenhoeve Vluchtheuvel Nisse dijken Borssele kustlicht Buitenplaats Overduin Beheergebied Bestemmingsplan sloegroen Graauwse kreek Groot Eiland Bolwerk Oostdijk schor Bruinisse Molenpolder Wulfdijksepolder Graauwse kreek elementen Vluchtheuvel NM, SBB, HZL nieuwe natuur dijken ossenisse Graauwse kreek clinge/Koewacht Cadzand beheerpakket beheergebied beheerpakket Graauwse kreek Graauwse kreek nieuwe natuur Dhr. J. de Visser
verzoek beheerpakket dennen- eiken beukenbos N15.02 wijzigen beheerpakket in kruidenrijk grasland N12.02 op drie bospercelen begrenzen set aside als agrarisch beheergebied beheerpakket moeras voor delen Oude Vaart beheertype duinvallei en hakhout voor enkele terreinen beheertype duinvallei en hakhout in plaats van duin- en kwelderlandschap wijzigen beheerpakket in open duin beheergebieden begrenzen beheergebieden begrenzen beheergebieden begrenzen medewerking in toekomst voor begrenzing natuur vergroten bestaand beheergebied bij St Maartensdijk procedure ingerichte gebieden handhaving ruime begrenzing Sloegroen schrappen begrensd gebied Graauwse kreek beheergebied en landbouwfunctie voor zuidrand Groot Eiland schrappen bestaand gebiedje Bolwerk in Oostdijk van SBB opnemen schor en inlaag Bruinisse op beheerkaart schrappen begrenzing perceel Molenpolder schrappen begrensd gebied in Riet- en Wulfdijksepolder schrappen begrensd gebied Graauwse kreek toevoegen elementen wilgenrij en bosrand aan beheerkaart open duin N08.02 in plaats van grootschalig duin N01.03 teleurgesteld over bezuiniging, voortzetten natuurbeleid, instemming met Zeeuwse aanpak perceel nieuw natuur in NBP handhaven samenvoegen kleine beheereenheden of pakket wijzigen schrappen begrensd gebied Graauwse kreek begrenzing handhaven, specifiek voor Clinge en Koewacht begrenzen grasland bij Cadzand als bestaande natuur beheerpakket botanisch weiland schrappen Oostburg H102 wijzigen beheerpakket in botanische weilandrand schrappen begrensd gebied Graauwse kreek schrappen begrensd gebied Graauwse kreek handhaving natuurbegrenzingen schrappen nieuwe natuur Babelweg bij Westkapelle
planwijziging wordt N14.03 Haagbeuken- essenbos wordt N12.02 op drie bospercelen geen wordt N05.01 beheertype duinvallei opnemen geen geen beheergebieden begrenzen beheergebieden begrenzen beheergebieden begrenzen geen beheergebied vergroten geen percelen toevoegen geen geen geen schor en inlaag begrenzen perceel schrappen geen geen elementen toevoegen geen geen perceel nieuwe natuur handhaven geen geen begrenzing twee percelen nieuwe natuur handhaven grasland begrenzen botanisch weiland A02.01.01 beheergebied schrappen geen geen geen geen geen
krt 1 2 3 16
13 14 15 4 5
6 7
8
9
11 10 12 12
02NBP2013inspraakreactiesdef.xlsx24-9-2013
Kaart 1
Kaart 2
Kaart 3
Kaart 4
Kaart 5
Kaart 6
Kaart 7
Kaart 8
Kaart 9
Kaart 10
Kaart 11
Kaart 12
Kaart 13
Kaart 14
Kaart 15
Kaart 16