Milieuprogramma 2008 Gemeente Bloemendaal

Milieuprogramma 2008

gemeente Bloemendaal

Milieuprogramma 2008 Gemeente Bloemendaal

Datum : januari 2008 Auteur : H.P. Kranendonk Reg.nr : 2008003622



Inhoudsopgave 1. 2.

INLEIDING ..........................................................................................................................2 MILIEUBELEID (SUBPRODUCT 8.1) ................................................................................3 2..1 Algemene onderwerpen ..................................................................................................3 2..1.1 Milieuverslag en –programma...................................................................................3 2..1.2 Milieuraad..................................................................................................................3 2..1.3 Portefeuillehoudersoverleg Natuur, Milieu en Water ................................................3 2..1.4 Vervuilde woningen...................................................................................................4 2..1.5 Samenwerking met de Milieudienst IJmond .............................................................4 2..1.6 Fusie met Bennebroek ..............................................................................................4 2..1.7 Natuur- en milieueducatie voor scholen ...................................................................4 2..2 Energiebesparing en klimaatbeleid .................................................................................5 2..2.1 Klimaatbeleid/ BANS regeling...................................................................................5 2..2.2 Lokale Milieuagenda (onderdelen energiebesparing en klimaatmaatregelen) .........5 2..2.3 Duurzaam Bouwen ...................................................................................................6 2..3 Luchtkwaliteit en geluid ...................................................................................................6 2..3.1 Luchtkwaliteit.............................................................................................................6 2..3.2 Omgevingslawaai......................................................................................................7 2..3.3 Eindmelding saneringsgevallen wegverkeergeluid...................................................7 2..3.4 Overige geluidtaken ..................................................................................................7 2..4 Bodembeleidstaken.........................................................................................................8 2..4.1 ISV bodemprogramma..............................................................................................8 2..4.2 Bodemonderzoeken en saneringen ..........................................................................8 2..4.3 Verstrekken van bodeminformatie en sanering ondergrondse olietanks .................9 2..4.4 Besluit bodemkwaliteit ..............................................................................................9 2..4.5 Uitwisseling bodeminformatie met provincie...........................................................10 2..4.6 Opsporing en opruimen explosieven ......................................................................10 3. MILIEUVERGUNNINGEN EN MELDINGEN WET MILIEUBEHEER (SUBPRODUCT 8.2)10 3..1.1 Ontwikkelingen wetgeving: Activiteitenbesluit en Wabo.........................................10 3..1.2 Milieuvergunningen en meldingen ..........................................................................11 4. MILIEUHANDHAVING (SUBPRODUCT 8.3) ...................................................................12 4..1.1 Inleiding, kader........................................................................................................12 4..1.2 Actualiseren probleem- en risicoanalyse, vaststellen nieuwe handhavingdoelstellingen en prioriteiten..............................................................................12 4..1.3 Controle/handhavingprogramma ............................................................................13 4..1.4 Milieuklachten .........................................................................................................13

Bijlagen Bijlage 1: Activiteitenlijst Lokale Milieuagenda Bijlage 2: Controleprogramma 2008



1. INLEIDING Dit milieuprogramma geeft een overzicht van de uit te voeren milieutaken door het Team Milieu van de gemeente Bloemendaal en het uitvoeringsniveau van deze taken. Het programma wordt, conform artikel 4.20 van de Wet milieubeheer, door de gemeenteraad vastgesteld, en na vaststelling aan gedeputeerde staten en de VROM-inspecteur gezonden. Het milieuprogramma vormt een nadere uitwerking van de begroting 2008 en van het afdelingsplan van de Afdeling Bouwen en Wonen. Artikel 4.20 Wet milieubeheer 1. De gemeenteraad stelt jaarlijks voor een daarbij vast te stellen periode een gemeentelijk milieuprogramma vast. 2. Het programma bevat ten minste: a. een programma van door het gemeentebestuur in de betrokken periode te verrichten activiteiten ter uitvoering van de bij wettelijk voorschrift met het oog op de bescherming van het milieu aan het gemeentebestuur opgedragen taken; b. een overzicht van de financiële gevolgen van de onder a bedoelde activiteiten. 3. Indien in de gemeente een gemeentelijk milieubeleidsplan geldt, houdt de gemeenteraad met dat plan rekening bij de vaststelling van een gemeentelijk milieuprogramma. Artikel 4.21 Wet milieubeheer 1. Het gemeentelijk milieuprogramma wordt voorbereid door burgemeester en wethouders. Burgemeester en wethouders leggen het ontwerp van het programma bij het ontwerp van de begroting voor aan de gemeenteraad. 2. Artikel 4.17, derde lid * is van overeenkomstige toepassing. 3. Zodra het gemeentelijk milieuprogramma is vastgesteld, doen burgemeester en wethouders hiervan mededeling door toezending van het programma aan gedeputeerde staten en aan de inspecteur. 4. Burgemeester en wethouders maken de vaststelling bekend in één of meer dag- of nieuwsbladen die in de gemeente verspreid worden. Hierbij geven zij aan op welke wijze kennis kan worden gekregen van de inhoud van het programma. Artikel 4.17 Wet milieubeheer 3. Burgemeester en wethouders betrekken bij de voorbereiding van het plan voorts de ingezetenen en belanghebbenden, op de wijze voorzien in de krachtens atikel 150 van de Gemeentewet vastgestelde verordening.

2



2. MILIEUBELEID (SUBPRODUCT 8.1) Het gemeentelijke milieubeleid betreft het anticiperen op nieuwe milieuwetgeving en het implementeren van bestaande wetgeving en hoger overheidsbeleid, zoals het Nationaal Milieubeleidsplan, waterbeheersplannen en de Provinciale Milieuverordening. Tevens wordt onder milieubeleid verstaan: het ontwikkelen van beleid voor de verschillende milieuspecialismen, zoals bodem, klimaat, geluid en externe veiligheid.

2..1 Algemene onderwerpen 2..1.1 Milieuverslag en –programma Jaarlijks dient de gemeente Bloemendaal een milieuprogramma en een milieuverslag op te stellen. Deze documenten worden jaarlijks getoetst door de VROM-Inspectie. Het team Milieu levert daarnaast bijdragen in het kader van de gemeentelijke Planning & Control cyclus. Concrete actiepunten Opstellen milieujaarverslag 2007 Opstellen milieuprogramma 2009 Aanleveren gegevens gemeentelijke P&C cyclus

Doelstellingen/kengetallen Milieujaarverslag Milieuprogramma vastgesteld voor 1-1-2009 Tijdige bijdrage aan jaarrekening, voor- en najaarsnota, begroting en afdelingsplan

Benodigde capaciteit (uren) 60 60 40

2..1.2 Milieuraad In 1999 is de milieuraad Bloemendaal van start gegaan in het kader van de Lokale Agenda 21. De milieuraad is een door de gemeente ingestelde onafhankelijke milieuraad die gevraagd en ongevraagd advies kan geven aan het college van B&W met betrekking tot zaken die het milieu in de gemeente beïnvloeden. De taken van de milieuraad zijn geregeld in de Verordening milieuraad 2005. De gemeente stelt faciliteiten en een ambtelijk secretaris voor de milieuraad beschikbaar. De milieuraad vergadert zes keer per jaar. De vergaderingen zijn openbaar. Een paar keer per jaar vindt terugkoppeling plaats met een vertegenwoordiging van de milieuraad en de wethouder voor milieu. De milieuraad bestaat uit negen leden. De milieuraad maakt jaarlijks zijn eigen jaarverslag. Concrete actiepunten Ambtelijke begeleiding Milieuraad

Doelstellingen/kengetallen

Benodigde capaciteit (uren) 65

Lasten: Grootboeknummer 4081500 4081502 4081504

Omschrijving Projecten Lokale Agenda 21 Kosten Milieuraad Presentiegeld leden Milieuraad

Raming 2008 3.000 400 5.000

2..1.3 Portefeuillehoudersoverleg Natuur, Milieu en Water Het Basisconvenant Intergemeentelijke Samenwerking Zuid-Kennemerland geeft in de vorm van portefeuillehoudersoverleggen een basis voor overleg en samenwerking van de colleges en portefeuillehouders in de regio. Bij elke gemeente berust het voorzitterschap en secretariaat van één overleg; voor Bloemendaal is dat Natuur, Milieu en Water. Concrete actiepunten Secretariaat NMW



3



2..1.4 Vervuilde woningen Het Sociaal Team, waarin de woningbouwvereniging, gemeente, GGD, politie en maatschappelijk werkers deelnemen, bespreekt regelmatig alle bij de zorginstanties bekende gevallen.. Het gaat hierbij om hygiënische woonproblemen. Het toezicht is gebaseerd op de Woningwet en de Bouwverordening. In voorkomende gevallen worden sancties toegepast om ruimingen af te dwingen. Concrete actiepunten Ambtelijke aansturing en juridische ondersteuning

Doelstellingen/kengetallen Schrijnende gevallen worden aangepakt


Lasten: Grootboeknummer 4081501

Omschrijving Plaagdierbestrijding/Vervuilde woningen

Raming 2008 2.300

2..1.5 Samenwerking met de Milieudienst IJmond Met de Milieudienst IJmond is een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor 250 uur per jaar, die afhankelijk van de behoefte van de gemeente kan worden ingevuld. Daarnaast zijn specifieke overeenkomsten met de Milieudienst afgesloten ten aanzien van de uitvoering van de ISVbodemtaken en de bereikbaarheid buiten kantooruren (piketregeling). De overeenkomsten hebben een looptijd tot en met 31 december 2009. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de overeenkomst voor de uitvoering van de ISV-bodemtaken. Concrete actiepunten Overleg over dienstverlening en aansturing




Omschrijving Bijdrage Milieudienst IJmond

Raming 2008 21.000

2..1.6 Fusie met Bennebroek Het jaar 2008 staat voor de ambtelijke organisatie van de Gemeente Bloemendaal in het teken van de fusie met de Gemeente Bennebroek. Terwijl het werk doorgaat, zullen de twee organisaties in elkaar geschoven worden, moeten activiteiten, processen en regels op elkaar afgestemd worden en moet samenwerking opnieuw vorm krijgen. Bennebroek heeft geen eigen milieuafdeling meer. Een paar jaar geleden is de uitvoering van de milieutaken uitbesteed aan de Milieudienst IJmond. Met de Milieudienst IJmond dienen afspraken gemaakt te worden over een herverdeling van de uitvoering van die milieutaken. De bijdrage in het fusieproces zal een aanzienlijke tijdsinspanning vergen, die op voorhand echter moeilijk te becijferen is. Uitgegaan wordt van 472 uur voor het Team Milieu (hierin zijn ook uren verwerkt voor Georganiseerd Overleg i.v.m. de rechtspositie). Dit komt overeen met het aantal uren dat in het kader van de begroting 2008 was geraamd voor de post bestuursondersteuning. Concrete actiepunten Bijdrage in fusieproces

Doelstellingen/kengetallen Goede werkafspraken/contracten met de Milieudienst IJmond. De fusiegemeente voert de milieutaken op een adequaat niveau uit.

2..1.7 Natuur- en milieueducatie voor scholen

4




Voor natuur en milieueducatie is een bedrag van € 1 000 per basisschool, dus totaal € 14.000, beschikbaar (programma 7 programmabegroting 2008). Subsidieaanvragen worden getoetst aan de beleidsregels “éénmalige subsidies voor natuur- en milieueducatie basisscholen Bloemendaal”. Concrete actiepunten Stimuleren scholen, toetsen ingediende subsidieaanvragen

Doelstellingen/kengetallen Aantal aanvragen en bestede subsidie



Omschrijving Milieu educatie scholen

Raming 2008 14.000

2..2 Energiebesparing en klimaatbeleid 2..2.1 Klimaatbeleid/ BANS regeling In 2004 is het gemeentelijk plan van aanpak klimaatbeleid vastgesteld. Voor de uitvoering van de klimaatprojecten uit dit gemeentelijk plan van aanpak klimaatbeleid is in oktober 2004 door VROM in het kader van het BANS (bestuurs akkoord nieuwe stijl) een voorwaardelijke subsidie van € 44.788 toegekend. De BANS- subsidie wordt in een periode van 4 jaar in gedeelten aan de gemeente uitbetaald onder voorwaarde van uitvoering van de klimaatprojecten. Binnen zes maanden na uitvoering van het plan van aanpak dient de eindrapportage en de eindverantwoording ingediend te worden bij SenterNovem op grond waarvan de definitieve subsidie wordt vastgesteld. Dit betekent indiening uiterlijk in april 2009. Concrete actiepunten Uitvoeren BANS-projecten Opstellen Eindrapportage



Eindrapportage tijdig ingediend bij SenterNovem


Omschrijving Klimaatbeleid: BANS regeling

Raming 2008

Omschrijving Bijdrage volgens BANS regeling

Raming 2008

0

1

0

2

Baten: Grootboeknummer 8081400

2..2.2 Lokale Milieuagenda (onderdelen energiebesparing en klimaatmaatregelen) Eind 2005 heeft de raad een motie aangenomen die het college uitnodigde stappen te ondernemen om de extra opbrengst uit de ENECO-aandelen aan te wenden voor de inrichting van een nieuw fonds waaruit initiatieven op het gebied van energiebesparing kunnen worden gesteund. Energiebesparing levert een bijdrage aan het verminderen van het opwarmen van de aarde.

In 2007 is een lokale milieuagenda voor de periode 2007-2008 opgesteld. De lokale milieuagenda geeft een overzicht van de actiepunten (gemeentelijke speerpunten) die de gemeente wil uitvoeren met name op het gebied van klimaat en energie. De actiepunten zijn veelal aanvullend (extra) aan de verplichte BANS-projecten. De door de raad vastgestelde activiteitenlijst (concrete uitwerking van de milieuagenda) is opgenomen als bijlage 1. Voor 2008 is een werkbudget van € 50.000 beschikbaar gesteld door de raad. Tevens heeft de raad een subsidieverordening vastgesteld met een budget van eveneens € 50.000 voor de aanschaf van zonnepanelen en zonnecollectoren door particulieren. Concrete actiepunten Uitvoeren actiepunten



1

Het saldo van de nog niet bestede BANS-bijdrage en het restant van het gemeentelijk BANS-budget wordt gereserveerd als budget voor uitvoering in 2008 2 Bij volledige goedkeuring van de eindverantwoording wordt nog een subsidie ontvangen van € 2.239 in 2009

5



Lasten: Grootboeknummer 4081509 40815??

Omschrijving Werkbudget Lokale Milieuagenda Subsidieverordening zonnepanelen en zonnecollectoren

Raming 2008 50.000 50.000

2..2.3 Duurzaam Bouwen Duurzaam Bouwen is afgeleid van het begrip Duurzame Ontwikkeling. Het is op een zodanige manier (ver)bouwen, dat aan de huidige vraag voldaan wordt zonder dat de mogelijkheden van andere volken en toekomstige generaties worden beperkt. Door Duurzaam Bouwen (dubo) ontstaan zo weinig mogelijk milieuproblemen bij de bouw, tijdens het gebruik en de eventuele sloop van de gebouwde omgeving. De gemeente Bloemendaal is voorstander van het zo duurzaam mogelijk bouwen maar beschikt niet meer over een up-to-date beleidskader. Het vorige beleidsdocument Plan van Aanpak Duurzaam Bouwen Gemeente Bloemendaal dateert uit 1998 en sindsdien is er veel veranderd. Het gemeentelijk beleid voor dubo wordt in 2008 geactualiseerd en is als actiepunt opgenomen in het kader van de lokale milieuagenda en het plan van aanpak klimaatbeleid. Bij de opstelling van het beleidskader zal nauw samengewerkt worden met de duboconsulent van de Milieudienst IJmond. De Milieudienst IJmond zal ook voor de gemeenten Heemstede en Zandvoort het dubobeleid gaan actualiseren. Indien dit qua tijdsplanning en ambitieniveau mogelijk is wordt gestreefd naar een gezamenlijk beleidskader. Concrete actiepunten Opstellen nieuw gemeentelijk beleidsplan dubo Advisering en voorlichting duboaspecten bij relevante ruimtelijkeen bouwplannen

Doelstellingen/kengetallen Een door de raad vastgesteld beleidsplan dubo

Benodigde capaciteit (uren) 80 Extern Milieudienst IJmond: pm 24

2..3 Luchtkwaliteit en geluid 2..3.1 Luchtkwaliteit Op 15 november 2007 is de ‘Wet luchtkwaliteit’ , paragraaf 5.2 van de Wet milieubeheer, in werking getreden ter vervanging van de eerdere Besluiten luchtkwaliteit. De Wet luchtkwaliteit verplicht tot onderzoek naar de luchtkwaliteit en bevat normen voor stikstofdioxide (NO 2), koolstofmonoxide (CO), zwaveldioxide (SO 2), benzeen (C6H6) en fijn stof (PM10). De wet stelt luchtkwaliteitniveaus vast in de vorm van grenswaarden, plandrempels en alarmdrempels. Omdat de gemeente Bloemendaal is aangewezen als agglomeratiegemeente (behorende bij de agglomeratie Haarlem-Amsterdam) dient het gemeentebestuur de plaatsen te inventariseren waar de bevolking naar redelijke verwachting, direct of indirect, kan worden blootgesteld aan luchtverontreiniging door stoffen genoemd in de wet. De resultaten van de inventarisatie dienen, in de vorm van een jaarrapportage, vóór 1 juli gerapporteerd te worden aan gedeputeerde staten. Op grond van de laatste jaarrapportage werden in 2006 de grenswaarden nergens in Bloemendaal overschreden. In 2008 dient gerapporteerd te worden over de luchtkwaliteit in het verslagjaar 2007. De stoffenconcentraties worden berekend volgens het model CAR II dat gratis beschikbaar wordt gesteld door het Ministerie van VROM. In het kader van de jaarrapportage wordt de luchtkwaliteit langs de drukste wegen berekend. Bij ruimtelijke planontwikkelingen, en bij verkeersbesluiten die van invloed kunnen zijn op de lokale luchtkwaliteit, dient aandacht besteed te worden aan de gevolgen voor de luchtkwaliteit. Concrete actiepunten Opstellen jaarrapportage

Doelstellingen/kengetallen Vaststelling van de jaarrapportage

6



luchtkwaliteit 2007 Advisering bij relevante ruimtelijkeen verkeersplannen


vóór 1 juli 2008 24

2..3.2 Omgevingslawaai Conform de EU-richtlijn omgevingslawaai zijn voor 30 juni 2007 geluidsbelastingkaarten vastgesteld. De volgende stap is het vaststellen van actieplannen voor 18 mei 2008. Hiervoor heeft de gemeente de afgelopen vier jaar een vergoeding voor de apparaatskosten van € 68.592 ontvangen. Vanuit de provincie is er op aangedrongen regionaal samen te werken en voor een zelfde aanpak en uitvoering te kiezen. De milieudienst IJmond verzorgt de projectvoorbereiding en begeleiding. Volgens het projectplan zullen de kosten binnen de apparaatskostenvergoeding blijven. (staat er al)In het actieplan wordt zowel het beleid ter beperking van de geluidsbelasting beschreven, als de voorgenomen, in de eerstvolgende vijf jaar te treffen maatregelen. Vaststelling van het actieplan omgevingslawaai is een bevoegdheid van het college. Bij het opstellen ervan is de openbare voorbereidingsprocedure van toepassing. Een bijzondere vorm van inspraak is aan de gemeenteraad gegeven: voordat het college het actieplan vaststelt moet hij de gemeenteraad in de gelegenheid hebben gesteld om zijn wensen en zienswijzen kenbaar te maken. De geluidsproblematiek in Bloemendaal beperkt zich hoofdzakelijk tot verkeerslawaai (wegen en spoorwegen) en in mindere mate tot industrielawaai. In de gemeente zijn geen zogenaamde ‘grote lawaaimakers’ in de zin van de Wet geluidhinder gevestigd. Gezoneerde industrieterreinen zijn niet aanwezig. Concrete actiepunten Opstellen en vaststellen gemeentelijk actieplan

Doelstellingen/kengetallen Vaststelling vóór 18 mei 2008

Benodigde capaciteit (uren) Intern: 80 Extern: binnen contract Milieudienst

2..3.3 Eindmelding saneringsgevallen wegverkeergeluid Op grond van de herziene Wet geluidhinder dienen woningen die op 1 maart 1986 een geluidsbelasting hadden van meer dan 60 dB(A) (na aftrek van 5 dB(A) ex artikel 103) vanwege het wegverkeer voor 1 januari 2009 aangemeld te worden bij het ministerie van VROM (Bureau Sanering Verkeerslawaai), de zogenaamde “eindmelding wegverkeerslawaai” . Woningen die al eerder aangemeld zijn voor saneringsmaatregelen hoeven niet opnieuw gemeld te worden. Met de melding stellen gemeenten veilig dat de kosten van noodzakelijke geluidbeperkende maatregelen voor saneringswoningen voor subsidie in aanmerking komen. Niet tijdig gemelde saneringsituaties komen niet meer in aanmerking voor een bijdrage in de kosten van geluidsanering. Eind 2006 diende reeds de eindmelding voor spoorweglawaai ingediend te worden. Dat is gebeurd; de melding is, na een aanpassing vanwege een fout in het gehanteerde rekenmodel, geaccepteerd door het Bureau Sanering Verkeerslawaai. De inventarisatie spoorweglawaai is in 2006 gedaan door dBvision. Het voornemen bestaat dBvision ook de inventarisatie voor de eindmelding wegverkeerslawaai uit te laten voeren. Verwacht wordt dat de kosten gedekt kunnen worden uit de ontvangen apparaatskostenvergoeding in het kader van de EU-richtlijn omgevingslawaai. Concrete actiepunten Opstellen saneringslijst Vaststellen en indienen eindmelding

Doelstellingen/kengetallen Rapportage Indiening vóór 1 januari 2009

Benodigde capaciteit (uren) Extern: dBvision 32

2..3.4 Overige geluidtaken Bij ruimtelijke procedures, verkeersbesluiten en bij reconstructies van wegen adviseert het Team Milieu over het geluidaspect. In dit kader benodigde akoestische berekeningen worden uitgevoerd door de Milieudienst IJmond. In voorkomende gevallen (bij overschrijding van de wettelijke voorkeursgrenswaarde) voert het Team Milieu de in de Wet geluidhinder voorgeschreven hogere grenswaarde procedure uit. In 2007 is de bevoegdheid tot het vaststellen van hogere waarden

7



toegekend aan het college. Bij ruimtelijke procedures dient de motivering onderdeel te worden van de planologische onderbouwing, hetgeen ertoe leidt dat het verzoek ertoe vanuit dat taakveld èn met onderbouwing aan Milieu wordt gericht. Hiervoor ontwikkelt de Milieudienst IJmond een toetsingskader. Ontwikkelingen rond Schiphol en het circuit Zandvoort worden kritisch gevolgd. Toezicht op de naleving van de geluidsgrenswaarden door bedrijven en de behandeling van geluidklachten zijn activiteiten die zijn opgenomen in hoofdstuk 4. Concrete actiepunten Advisering in kader van planvorming RO en verkeer en bij overige ontwikkelingen Akoestische berekeningen verkeerslawaai Procedures hogere grenswaarde

Doelstellingen/kengetallen Ca 15 adviezen per jaar

Ca 5 per jaar


Extern: in kader diensverlening Milieudienst IJmond 40

1 á 2 per jaar

2..4 Bodembeleidstaken 2..4.1 ISV bodemprogramma Op 31 maart 2005 heeft de gemeenteraad de ISV-2 notitie (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) voor de periode 2005 – 2009 vastgesteld. De bodemparagraaf in de notitie schetst het bodemprogramma gedurende deze periode. Voor een deel van de uitvoering van het bodemprogramma is in april 2005 een overeenkomst met de Milieudienst IJmond afgesloten. Het betreft met name de voorbereiding en begeleiding van de grote projecten. De kosten op grond van de overeenkomst bedragen jaarlijks € 7.644. De gemeentelijke bodemkwaliteitskaarten en het bodembeheersplan zijn in 2007 vastgesteld. Ook het ISV-project Oriënterende onderzoeken nieuwe stijl is in 2007 afgerond. De financiële afronding dient nog wel in 2008 plaats te vinden. Bij goedkeuring door GS kan gerekend worden op een nog te ontvangen tekortsubsidie van € 4.000. In 2008 wordt gestart met het opstellen van een (gemeentelijk/regionaal) bodembeleidsplan. De kosten worden voor 50% vergoed vanuit het ISV. Als gemeentelijke bijdrage is een bedrag van € 10.000 geraamd. In 2008 dient het Bodem Informatie Systeem geactualiseerd te worden. De huidige softwarepakketten (StraBis,StraGis, StraMis,StraTank) van Syncera worden vervangen door een nieuwe generatie pakketten onder de naam SQUIT. De overgang is noodzakelijk om voorbereid te zijn op de komst van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo, zie ook § 3.1.1) en om de digitale uitwisseling van bodemgegevens met de provincie mogelijk te maken (§ 2.4.5). De totale kosten voor de overstap naar SQUIT bedragen circa € 20.000. Een deel van deze kosten, circa € 8.000 kan worden vergoed uit het ISV Concrete actiepunten Uitvoering ISV- bodemprogramma

Doelstellingen/kengetallen Uitvoering conform planning


Lasten: Grootboeknummer 4082501 4082503 4081510

Omschrijving Uitbesteding ISV-bodemtaken Bodembeleidsplan/ISV Software bodeminformatie

Raming 2008

Omschrijving ISV tekortsubsidie 2005/2009

Raming 2008

7.644 10.000 20.000

Baten: Grootboeknummer 8081402+8081403

22.000

2..4.2 Bodemonderzoeken en saneringen

8



Eén van de reguliere taken van het team Milieu is het toetsen van bodemonderzoeken (verkennend-, oriënterend-, nul-, nader- en saneringsonderzoeken). Bodemonderzoeken worden over het algemeen uitgevoerd naar aanleiding van grondtransacties, bouwvergunningen, milieuvoorschriften en civieltechnische werken. De gegevens van de bodemonderzoeken en saneringen worden ingevoerd in het gemeentelijk bodeminformatiesysteem (StraBis). Gemiddeld vinden in Bloemendaal per jaar 15 tot 20 bodemonderzoeken plaats en één sanering Voor het laten nemen van bodemmonsters ten behoeve van de gemeentelijke dienstuitvoering (zoals bijvoorbeeld bij vrijkomende grond bij gemeentelijke werken en bij grondtransacties van gemeentelijke eigendommen) is een budget opgenomen in de begroting van € 7.500 (grootboeknummer 425572350). Gemaakte kosten voor het invoeren van de resultaten van de bodemrapporten worden deels vergoed vanuit het ISV. Geraamd is een vergoeding van € 700 voor 2008. Concrete actiepunten Toetsen bodemonderzoeken en advisering Initiëren gemeentelijke bodemonderzoeken Invoeren gegevens in StraBis

Doelstellingen/kengetallen 15-20 bodemonderzoeken


3-5 bodemonderzoeken

20

20 bodemonderzoeken

24


Omschrijving Het nemen van grondmonsters

Raming 2008


Raming 2008

7.500


700

2..4.3 Verstrekken van bodeminformatie en sanering ondergrondse olietanks Voor een verzoek om informatie over de kwaliteit van de bodem van een perceel wordt in 2008 € 36,60 aan leges geheven. Met name makelaars maken hiervan gebruik. Het legesbedrag is gebaseerd op een gemiddelde behandelingstijd van een half uur. Gestreefd wordt naar afhandeling van een verzoek binnen twee werkdagen na ontvangst. Op basis van de ervaringscijfers van de afgelopen jaren wordt uitgegaan van 200 verzoeken tot informatie. Voor verzoeken om (historische)bodeminformatie in het kader van geplande bodemonderzoeken wordt geen leges geheven. Het gaat om ongeveer tien verzoeken per jaar. De gegevens van alle bekende olietanks in Bloemendaal zijn ondergebracht in het datasysteem StraTank. Mutaties worden hierin verwerkt. Gemiddeld vinden nog maar drie saneringen van olietanks per jaar plaats. Concrete actiepunten Behandeling verzoeken om bodeminformatie Saneringen olietanks, beheren StraTank

Doelstellingen/kengetallen 210 verzoeken


3 tanksaneringen, actueel bestand StraTank

24


Omschrijving Leges bodeminformatie

Raming 2008 7.000

2..4.4 Besluit bodemkwaliteit In 2008 wordt het huidige Bouwstoffenbesluit gefaseerd vervangen door het Besluit bodemkwaliteit. Op 1 januari 2008 treedt het Besluit bodemkwaliteit in werking voor alle toepassingen van grond en baggerspecie in oppervlaktewateren, en op 1 juli 2008 voor het toepassen van bouwstoffen en het toepassen van grond en baggerspecie in en op de landbodem. Welke consequenties voor de dagelijkse gemeentelijke praktijk het besluit zal hebben is nog niet te overzien. In de eerste helft van 2008 zullen informatiebijeenkomsten bijgewoond worden en indien nodig cursussen gevolgd worden.

9



Concrete actiepunten Implementatie Besluit bodemkwaliteit


Benodigde capaciteit (uren) p.m.

2..4.5 Uitwisseling bodeminformatie met provincie In 2007 is de provincie gestart met het project “samenwerken voor een betere bodeminformatie”. Het belangrijkste onderdeel van dit project is het synchroniseren van de gemeentelijke en de provinciale bodemdata teneinde een goede digitale uitwisseling van de bodemdata mogelijk te maken. Het doel is het vormen van één locatielijst en hiermee te voldoen aan de eis gesteld door het Ministerie van VROM. Voor de uitwisseling en synchronisatie van de bodemdata moeten de gemeenten hun bodemdata aanleveren aan de provincie. Hierbij dienen de bodemdata te voldoen aan een landelijk protocol (SIKB0101). Om aan deze eisen te voldoen is een grote inspanning nodig. Het team Milieu bezit hiervoor noch de expertise, noch de capaciteit. Het werk dient dus uitbesteed te worden. De kosten hiervoor zijn nog niet in te schatten. De kosten die hierbij gemaakt worden mogen voor 50% ten laste komen van het ISV-budget. De synchronisatie is eenmalig. Uitgaande van een goed databeheer kan daarna periodiek op eenvoudige wijze uitwisseling van bodemdata plaatsvinden. Concrete actiepunten Synchronisatie bodemdata

Doelstellingen/kengetallen Levering bodemdata aan provincie conform SIKB0101

Benodigde capaciteit (uren) Intern: 24 Extern: p.m.

Lasten: Grootboeknummer Nog op te nemen

Omschrijving Uitbesteding synchronisatie bodemdata

Raming 2008


Raming 2008

p.m.


p.m.

2..4.6 Opsporing en opruimen explosieven Voor de reconstructie van de Kop Zeeweg is een opsporingsonderzoek nodig. In het kader van dit project heeft de provincie besloten het gehele projectgebied te laten verkennen.De (vernieuwde) regelgeving stelt zwaardere eisen aan het (historisch) vooronderzoek, op basis waarvan gerichte opsporing kan plaatsvinden. De opsporing moet voorafgaan aan de reconstructie. Het historisch vooronderzoek werd uitgevoerd door REASeuro. De provincie coördineert het gehele project; voor de begeleiding van het aanbestedingstraject is REASeuro ingeschakeld. De gemeente is opdrachtgever voor het explosievenonderzoek, dit wordt uitgevoerd door KWS. De provincie heeft toegezegd de eigen bijdrage en de kosten die volgens de Bijdrageregeling kostenruiming explosieven WO II ten laste van de gemeente blijven, te zullen vergoeden. Een tweede project waarvoor waarschijnlijk in 2008 een opsporingsonderzoek benodigd is bevindt zich in het Nationale Park De Kennemerduinen. Concrete actiepunten Explosievenopsporingsactie Kop Zeeweg Idem Kennemerduinen

Doelstellingen/kengetallen Veiligverklaring voor wegenbouwwerkzaamheden Veiligverklaring voor natuurherstel werkzaamheden

Benodigde capaciteit (uren)

3. MILIEUVERGUNNINGEN EN MELDINGEN WET MILIEUBEHEER (SUBPRODUCT 8.2)

3..1.1 Ontwikkelingen wetgeving: Activiteitenbesluit en Wabo Onder invloed van de wens van de regering om regelgeving te vereenvoudigen en de lastendruk hiermee te verminderen wijzigt de (milieu)wetgeving de komende jaren aanzienlijk. De twee

10

40 120



belangrijkste ontwikkelingen hierin zijn de invoering van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit) en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Het Activiteitenbesluit treedt op 1 januari 2008 in werking. Tegelijk is de systematiek van de Wet milieubeheer (Wm) omgekeerd: alleen uitgezonderde inrichtingen behoeven vergunning, de andere inrichtingen moeten voldoen aan algemene regels. De inrichtingen moeten daartoe per activiteit worden getoetst, en aan de hand daarvan worden gekwalificeerd als type A-, B- of C-inrichting. Voor een aantal inrichtingen moeten maatwerkvoorschriften worden opgesteld. Het aantal inrichtingen waarvoor dit geldt is nog niet bekend. Dit moet bepaald worden door middel van een screening van het inrichtingenbestand en de geldende milieuvergunningen. Hierdoor zal de implementatie van het Activiteitenbesluit veel tijd vergen. Op grond van de huidige verwachtingen treedt de Wabo op 1 januari 2009 in werking als geïntegreerde wet voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu. Hiermee wordt de nieuwe omgevingsvergunning geïntroduceerd ter vervanging van onder andere de bouwvergunning, de milieuvergunning en de kapvergunning. De implementatie van de Wabo zal in 2008 veel werk voor de gemeentelijke organisatie vergen (zoals stroomlijnen en coördinatie vergunningaanvragen, aanpassen procedures en werkprocessen, ICT-aanpassingen). De extra inspanningen die de invoering en de uitvoering van de nieuwe regels zullen vergen, zijn in dit stadium nog niet te kwantificeren. In het afdelingsplan wordt voor het team Milieu voorlopig van minimaal 150 uur uitgegaan voor zowel de implementatie van het Activiteitenbesluit als de Wabo. Concrete actiepunten Implementatie Activiteitenbesluit

Implementatie Wabo

Doelstellingen/kengetallen Een aan het Activiteitenbesluit aangepast en actueel inrichtingenbestand Een goed op de komst van de Wabo voorbereide organisatie


150

3..1.2 Milieuvergunningen en meldingen Onderstaande tabel geeft het aantal bedrijven weer dat volgens het inrichtingenbestand StraMis eind 2007 onder de Wet milieubeheer viel. Vergunningsplichtige inrichtingen AMvB- inrichtingen Totaal

17 212 229

De verwachting bestaat dat door het van kracht worden van het Activiteitenbesluit het aantal vergunningsplichtige bedrijven mogelijk halveert. Niet wordt verwacht dat het totale aantal Wminrichtingen zal toenemen. Op grond van de ervaringscijfers en de actualisatieplicht uit de Wet milieubeheer (voor vergunningen is dat eens per 10 jaar) worden voor 2008 1 á 2 vergunningsprocedures en de behandeling van 10 meldingen verwacht. Voorlopig is in de begroting 2008 van deze aantallen uitgegaan. Mogelijk zal het in werking treden van het Activiteitenbesluit leiden tot extra meldingen. Concrete actiepunten Vergunningprocedures Behandeling meldingen Opleggen maatwerkvoorschriften

Doelstellingen/kengetallen 1-2 verleende milieuvergunningen 10 meldingen aantal moet blijken na screenen inrichtingenbestand

11




4. MILIEUHANDHAVING (SUBPRODUCT 8.3)

4..1.1 Inleiding, kader In het kader van de professionalisering van de milieuhandhaving hebben VROM, V&W, IPO, VNG en UvW op 1 november 2002 kwaliteitscriteria voor milieuhandhaving vastgesteld. De kwaliteitscriteria zijn vervolgens vastgelegd in het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer (in werking getreden op 10 november 2005). Op grond van artikel 3 van het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer dient het handhavingprogramma aan te geven welke handhavingactiviteiten het komende jaar worden uitgevoerd en wat de daarvoor benodigde en beschikbare financiële en personele middelen zijn. In het handhavingprogramma dient rekening te worden gehouden met: • de vastgestelde handhavingdoelen • de vastgestelde prioriteiten , en • de vastgestelde controlefrequenties In 2004 zijn de volgende doelstellingen vastgesteld: • Het gemeentelijk handhavingsprogramma wordt volledig uitgevoerd; • 75% van het aantal inrichtingen leeft bij de eerste controle de voorschriften na (naleefpercentage); • Een hercontrole wordt binnen drie dagen na de afgesproken hersteltermijn uitgevoerd; • 90% van de overtredingen is opgeheven tijdens de hercontrole; • 90% van de overtredingen geconstateerd bij de hercontrole is opgeheven binnen de hersteltermijn. Op grond van de in 2004 uitgevoerde probleem en risicoanalyse (analyse van inrichtingenbestand, naleefgedrag, milieurisico, klachtenpatroon en omgevingskenmerken) zijn de volgende prioriteiten aangewezen: • Externe veiligheid, • Verruimde reikwijdte (milieurendement), • Naleving geluidvoorschriften, • Strand. Op grond van de prioriteiten zijn de frequenties vastgesteld voor de reguliere bedrijfscontroles. Deze variëren van een keer per jaar (strandpaviljoens en bedrijven met een relatief hoog extern risico zoals opslag en verkoop van vuurwerk, filmmuseum) tot een keer per zes jaar (bedrijven waar gevaarsaspecten of besparingspotentieel geen prioriteit geven).

4..1.2 Actualiseren probleem- en risicoanalyse, vaststellen nieuwe handhavingdoelstellingen en prioriteiten. Het stabiele inrichtingenbestand, de resultaten van het toezicht en het klachtenpatroon noodzaakten sinds 2004 niet tot het aanpassen van de vastgestelde handhavingprioriteiten en –doelstellingen. Ook het nieuwe raadsprogramma en het collegeprogramma gaven hiertoe geen aanleiding. De fusie met Bennebroek maakt het wel noodzakelijk om voor de nieuwe gemeente Bloemendaal opnieuw een probleemanalyse en risicoanalyse uit te voeren en nieuwe handhavingdoelstellingen en prioriteiten vast te stellen voor de periode vanaf 1 januari 2009. Ook de nieuwe indeling in categorieën op grond van het Activiteitenbesluit noodzaakt tot een nieuwe analyse en herbezinning op de controlefrequenties. Omdat het toezicht en de handhaving door Bennebroek thans is uitbesteed aan de Milieudienst IJmond zullen de analyse, prioriteiten en doelstellingen voor de nieuwe gemeente in nauw overleg met de Milieudienst worden opgesteld. Concrete actiepunten Uitvoeren probleem- en risicoanalyse Vaststellen prioriteiten en doelstellingen



Concrete en meetbare doelstellingen

12

25



4..1.3 Controle/handhavingprogramma Het controleprogramma voor 2008 (bijlage 2) is opgesteld conform de in § 4.1.1 genoemde doelstellingen, prioriteiten en controlefrequenties. Dit betekent dat de bedrijven die jaarlijks moeten worden gecontroleerd op het programma staan, de bedrijven die een keer per twee worden gecontroleerd en niet in 2007 zijn gecontroleerd op het programma staan, etc. Bij het opstellen is gebruik gemaakt van het geautomatiseerde planningsprogramma StraMis dat op basis van de datum van het laatste bedrijfsbezoek en de ingestelde controlefrequentie automatisch de datum voor het volgende bedrijfsbezoek aanmaakt. Naast de controle van bedrijven wordt steekproefsgewijs gecontroleerd bij voorkomende bodemsaneringen, gevelreinigingen, en overige werken in de gemeente. Verder worden de Bloemendaalse evenementen gecontroleerd. Het controleprogramma is niet volledig uitgewerkt. Op het programma staan 52 eerste bedrijfscontroles, terwijl het gemiddelde aantal 70 á 80 per jaar is. Er is, ten opzichte van de beschikbare personele capaciteit, bewust ruimte gehouden voor extra bedrijfsbezoeken in het kader van de implementatie van het Activiteitenbesluit (zoals voorlichtingsbezoeken en inventarisatie van activiteiten als hierover in het dossier onduidelijkheid over bestaat). Een beperkt deel van de controles (6 -10 bezoeken) zal worden uitgevoerd door de Milieudienst IJmond. Tevens is capaciteit beschikbaar voor deelname aan projecten uit het Noord-Hollands Samenwerkingsprogramma 2007-2008. In ieder geval zal worden deelgenomen aan de jaarlijkse milieuestafette en waar dit gevraagd wordt zal medewerking worden verleend aan ketenprojecten. Deelname aan het samenwerkingsproject ‘supermarkten’ loopt nog door in 2008, maar wordt geheel getrokken door de Milieudienst IJmond. Concrete actiepunten Uitvoeren controleprogramma

Doelstellingen/kengetallen 80 eerste bedrijfscontroles 15-20 hercontroles 20 aspectcontroles (o.a. geluid)


4..1.4 Milieuklachten Milieuklachten kunnen kort samengevat betrekking hebben op hinder van geluid, geur, afval, verontreiniging van bodem en oppervlaktewater en visuele hinder. Het zorgvuldig afhandelen van een milieuklacht is van groot belang en heeft een hoge prioriteit. Klachten die binnenkomen bij het team Milieu worden, zeker als de klacht betrekking heeft op een bedrijf, geregistreerd in het geautomatiseerde inrichtingenbestand StraMis. Het klachtenbeeld speelt een rol bij de bepaling van de controlefrequentie. Een deel van de klachten komt binnen bij de politie en bij de controleurs openbare buitenruimte (BOA’s). Deze milieuklachten hebben vooral betrekking op de in de APV geregelde milieuaspecten, zoals het illegaal storten en verbranden van afvalstoffen, het achterlaten van autowrakken, geluidhinder (buiten inrichtingen) en incidenten op de openbare weg. Jaarlijks worden gemiddeld tussen de 30 en 40 milieuklachten behandeld. Ongeveer de helft hiervan heeft betrekking op Wm-inrichtingen. De ervaring laat zien dat de meeste klachten over geluidhinder gaan. Meldingen en klachten over afvaldumpingen zijn niet in het aantal milieuklachten meegenomen. Deze worden in het algemeen, door politie, gemeentelijke BOA’s en het team Milieu,rechtstreeks teruggekoppeld naar de buitendienst van de Afdeling gemeentewerken. Klachten over verkeerslawaai worden over het algemeen behandeld door het team Civiele Techniek en Verkeer. Concrete actiepunten Behandelen milieuklachten

Doelstellingen/kengetallen Afhandelen 30 á 40 milieuklachten

13




Milieuprogramma 2008 Gemeente Bloemendaal Bijlage 1 Activiteitenlijst Lokale Milieu Agenda



Milieuprogramma 2008 Gemeente Bloemendaal Bijlage 2 Controleprogramma 2008

2

Milieuprogramma 2008 Gemeente Bloemendaal

Recommend Documents