Educatief leer- en speel materiaal over gezonde voeding voor kinderen van 8-12 jaar
Mijn gezonde moestuin Doe-boek 8 tot 12 jaar
Inhoudstafel September............................................................................................................ 2 Mut De Muis (1) ............................................................................................... 3 Koolrabisalade (2) ............................................................................................ 7 Samen met de ouders ......................................................................................... 8 Gezonde voeding op school (3) .......................................................................... 8 Gezonde traktatie (3) ....................................................................................... 8 Oktober................................................................................................................ 9 Dip? Dobbel. Doe! (1) ......................................................................................10 Gezondheidstest (2) ........................................................................................11 Samen met de ouders ........................................................................................12 Griezelig gezonde brooddoos (3) .......................................................................12 November............................................................................................................14 Fit-o-eter (1) ..................................................................................................15 Wimmekes witloof (2)......................................................................................16 Samen met de ouders ........................................................................................18 Uitstap naar de witloofboer (3) .........................................................................18 December............................................................................................................19 Santé! Is klinken met een glaasje vruchtensap gezond? (1) .................................20 Fruit- en groentesaté voor vogels (2) ................................................................21 Samen met de ouders ........................................................................................22 Uitstap naar de plaatselijke markt (3)................................................................22 Januari ................................................................................................................23 Filmpjes over gezonde voeding (1) ....................................................................24 Muntthee maken (2)........................................................................................25 Samen met de ouders ........................................................................................26 Gezond tussendoortje (3).................................................................................26 Februari ..............................................................................................................28 Groente- en fruitbingo (1) ................................................................................29 Moestuin in een fles (2) ...................................................................................30 Samen met de ouders ........................................................................................32 Pim Pompoen Kwartetspel (3)...........................................................................32 Maart ..................................................................................................................33 Heeft de groenteboer een grote moestuin? (1)....................................................34
i
Quiz: wat weet jij over groenten en fruit? (2) .....................................................35 Samen met de ouders ........................................................................................37 Leerrijke fotoavond (3) ....................................................................................37 April....................................................................................................................39 Waarom moeten we groenten en fruit eten? (1) ..................................................40 Kervelsoep (2) ................................................................................................42 Samen met de ouders ........................................................................................43 Gezond ontbijt (3)...........................................................................................43 Mei .....................................................................................................................45 Poppetje tuinkers voor mama (1) ......................................................................46 Inzoomen op de actieve voedingsdriehoek (2) ....................................................47 Samen met de ouders ........................................................................................51 De gezondheidsrally (3) ...................................................................................51 Juni ....................................................................................................................52 Letters zaaien (1) ...........................................................................................53 Sapblokjes (2) ................................................................................................54 Samen met de ouders ........................................................................................55 Gezonde snacks op het schoolfeest of de klasreceptie (3) ....................................55
ii
Inleiding Kinderen eten beter groenten als ze die eigenhandig hebben verbouwd. Want dan is het geen groente meer uit een zakje van de supermarkt of uit een potje of blik, maar een groente die ze hebben zien groeien van zaadje tot plantje of vrucht. Eigen groenten kweken geeft dus een aanzet naar een gezonde voeding. Je kan de moestuin in jouw school daarom gebruiken als kapstok voor gezondheid in het algemeen en gezonde voeding in het bijzonder. Dit doe-boek bundelt activiteiten over gezonde voeding waarmee je meteen aan de slag kunt in de klas. Alle activiteiten zijn gericht op kinderen tussen acht en twaalf jaar. Elke maand komen er spellen, educatief materiaal en recepten aan bod. Waar mogelijk worden de activiteiten gekoppeld aan thema’s. Denk maar aan Halloween, vaderdag, het schoolfeest… Omdat werken aan gezonde voeding in de klas alleen niet volstaat, vind je elke maand activiteiten om (groot-)ouders te betrekken. Zo maak je gezonde voeding niet alleen op school, maar ook thuis bespreekbaar. Want jong geleerd, is oud gedaan. Wil je meer actie of andere inspiratie? Neem eens een kijkje in de informatielijst. Die geeft een overzicht van educatieve lesmaterialen en spelletjes die verband houden met gezonde voeding.
Smakelijk!
1
September Wat doen we in de tuin? In september is er minder te doen in de tuin. Bemesten doe je nu best niet meer. De planten bereiden zich zo voor op de winter.
Wat doen we in de klas? Dit schooljaar gaan we aan de slag met gezonde voeding. Weten wat en hoeveel je best eet en beweegt om gezond te blijven, is dan ook de eerste stap. De actieve voedingsdriehoek helpt je hierbij. In september verdiepen we ons in deze driehoek. Dat doen we samen met Mut de Muis (1). Houden je leerlingen niet van gezond eten? Overtuig ze dat je op een creatieve manier met groente een eenvoudig en gezond beleg kan maken. Wedden dat ze gewonnen zijn voor de overheerlijke koolrabisalade op een bruine boterham (2)? Leerlingen moeten ook buiten je klas- of schoolmuren zin krijgen in gezonde voeding en voldoende beweging. Hun ouders en grootouders spelen daarin een belangrijke rol. Breng hen per brief op de hoogte dat de klas of school zich inzet om te werken aan gezonde voeding. Zo kan je hen vragen om ook thuis aandacht te hebben voor het feit dat ze best kiezen voor gezond eten. Of maak hen warm om samen met jou een activiteit over het thema uit te werken (3). Is het de gewoonte dat de kinderen een traktatie meebrengen voor hun verjaardag? Informeer de ouders dan dat er dit jaar gekozen wordt voor gezonde traktaties. Je kan hen een aantal ideeën of recepten bezorgen (3).
2
Mut De Muis (1) Tijdsduur: 2 lesuren Benodigdheden: PowerPointpresentatie Mut De Muis Blanco voedingsdriehoek die als puzzel dient 15 puzzelstukken met tekeningen van voedsel of drank Opdrachten bewegingsspel Aan de slag: Begin de les met een PowerPointpresentatie waarbij de kinderen de actieve voedingsdriehoek leren kennen. Mut de Muis helpt je hierbij door de verschillende lagen van de actieve voedingsdriehoek voor te stellen. Na de presentatie gaan de kinderen zelf aan de slag met het bewegingsspel. Ze voegen dus meteen de daad bij het woord. De leerlingen leggen een conditieparcours af en verdienen een puzzelstuk bij elke oefening die ze doen. Elk puzzelstuk heeft een afbeelding van groente, fruit, zuivelproducten, dranken, eiwitten, vetten, snoep… dat de kinderen op de juiste plaats in de actieve voedingsdriehoek leggen. De basis van de driehoek verdienen ze met conditieoefeningen. Conditieoefeningen
Oefening 1: Ren je rot Start aan lijn A, loop naar lijn B en tik ze aan met je hand. Loop terug naar lijn A en tik ze aan met je hand. Loop naar lijn C en tik ze aan met je hand. Loop terug naar lijn A en tik ze met de hand. Herhaal. Eerste graad: 5 keer Tweede graad: 8 keer Derde graad: 12 keer
Oefening 2: Ligfiets Ga op je rug liggen met twee tegenover elkaar, benen gebogen, voetzolen tegen die van je partner. Hef je hoofd, kijk naar je knieën, doe de fietsbeweging door afwisselend linker en rechterbeen te strekken. Eerste graad: 10 keer Tweede graad: 15 keer Derde graad: 20 keer
Oefening 3: Windmolen Sta gestrekt met je armen naast je lichaam. Draai je rechterarm opwaarts naar achter. Herhaal. Draai je rechterarm opwaarts naar voor. Herhaal. Draai je linkerarm opwaarts naar achter. Herhaal. Draai je linkerarm opwaarts naar voor. Herhaal. Eerste graad: 5 keer Tweede graad: 8 keer Derde graad: 12 keer
Oefening 4: Raket
3
Sta mooi rechtop met je armen tegen je lichaam. Buig door je benen totdat je handen de grond raken. Houd je rug recht. Spring zo hoog als je kunt op en reik ondertussen zo hoog als je kunt met je handen. Eerste graad: 7 keer Tweede graad: 10 keer Derde graad: 15 keer
Oefening 5: Haasje over Eén leerling staat aan startlijn, één leerling staat op de oefenlijn voorover gebogen, zijn handen steunen op zijn knieën, kin tegen borstkas. Loop aan vanaf ‘start’, spring met je benen gespreid over je partner, je handen mogen daarbij lichtjes steunen op de rug van je partner. Loop terug over de startlijn en herhaal de oefening. Als je oefenreeks afgewerkt is, wissel je van plaats met je partner die op zijn beurt de oefening uitvoert. Eerste graad: 3 keer Tweede graad: 6 keer Derde graad: 9 keer
Oefening 6: Muizentunnel Eén leerling staat de achter startlijn, de partner staat met gespreide benen achter de oefenlijn. Loop van ‘start’ naar je partner, kruip onder zijn benen door. Je partner moet met beiden voeten op de grond blijven! Loop terug naar de startlijn. Als je de reeks hebt uitgevoerd, wissel je van plaats met je partner die de oefening dan uitvoert. Eerste graad: 5 keer Tweede graad: 8 keer Derde graad: 10 keer
Oefening 7: Super star Steun met je handen en voeten op de grond, je buik is naar beneden, je lichaam en je benen zijn gestrekt. Zet met een sprong je voeten zo dicht mogelijk bij je handen. Je handen blijven op de grond. Ga met een sprong terug naar gestrekte handen- en voetensteun. Eerste graad: 5 keer Tweede graad: 8 keer Derde graad: 12 keer
Oefening 8: Hoge maaier Sta met gespreide benen en armen zijwaarts gespreid op schouderhoogte. Draai je lichaam zo ver mogelijk naar links, daarna zo ver mogelijk naar rechts. Je armen blijven altijd op schouderhoogte gespreid. Eerste graad: 15 keer Tweede graad: 20 keer Derde graad: 25 keer
Oefening 9: Step-up Ga naast de bank staan met je gezicht naar de bank. Stap met je linkervoet op de bank en zet je rechtervoet bij je linkervoet. Stap achteruit van de bank eerst met je linkervoet. Zet dan je rechtervoet naast je linkervoet. Eerste graad: 7 keer Tweede graad: 10 keer
4
Derde graad: 15 keer
Oefening 10: Krabbengang Ga zitten met je benen gebogen, leun achterover en steun met je handen op de grond. Hef je zitvlak op, loop op handen en voeten van start naar aankomst. Sta recht en loop terug naar start. Eerste graad: 2 keer Tweede graad: 3 keer Derde graad: 4 keer
Oefening 11: Flamingorace Hinkel op je rechterbeen van lijn A tot over lijn B. Hinkel op je linkerbeen van lijn B tot over lijn A. Eerste graad: 3 keer Tweede graad: 6 keer Derde graad: 9 keer
Oefening 12: Jumping Jack Sta mooi rechtop met je voeten tegen elkaar en je armen tegen je lichaam. Spring naar spreidstand en zwaai je armen zijwaarts tot schouderhoogte. Spring terug naar je eerste houding. Eerste graad: 10 keer Tweede graad: 15 keer Derde graad: 20 keer
Oefening 13: Bliksembal Vorm duo’s. Ga elk achter een lijn staan tegenover elkaar. Eén van jullie twee neemt de bal. Gooi met twee handen de bal naar je partner aan de overkant. Je partner gooit de bal terug. Wie de oefening start, telt telkens de bal terug bij hem is. Wil je het gemakkelijker? Rol de bal dan. Wie je het moeilijker? Laat de bal 1x of 2x stuiten voor dat hij aan de overkant is. Eerste graad: 10 keer Tweede graad: 15 keer Derde graad: 20 keer
Oefening 14: Sit-ups Beginhouding: ruglig, benen gebogen, voeten steunen op de grond, handen liggen naast het lichaam of gekruist op de schouders. Hef je schouders van de grond en tik met je handen bovenop je knieën. Eerste graad: 5 keer Tweede graad: 8 keer Derde graad: 10 keer
Oefening 15: Boksersfitness Spring het opgegeven aantal keren touwtje. Je partner telt voor jou. Daarna wissel je en springt diegene die eerst telde. Als touwtjespringen je niet lukt, breng het touw dan met een zwaaibeweging van achter je voeten, over je hoofd tot voor je voeten en spring er dan over. Herhaal. Eerste graad: 10 keer Tweede graad: 20 keer
5
Derde graad: 30 keer
Bron: De Voorzorg – Socialistische Mutualiteiten
6
Koolrabisalade (2) Tijdsduur: 45 minuten Benodigdheden: Ingrediënten
300 gram koolrabi 1 grote appel 100 gram verse kaas 50 gram rozijnen 1 fijngesnipperd teentje look Bieslook Platte peterselie Eventueel peper en zout Bruin brood
Materiaal
Snijplankjes Mesjes Rasp Mengkom Lepel
Aan de slag:
Schil de koolrabi en rasp hem fijn in de mengkom Schil de appel en rasp hem bij de koolrabi Snij de kruiden fijn Voeg de kaas, rozijnen, look en de kruiden toe Meng alles met een lepel
Laat de kinderen zelf hun boterham met de salade besmeren. En smullen maar. Bron: www.ecosmos.velt.be
7
Samen met de ouders Gezonde voeding op school (3) Alleen in de klas aan gezonde voeding werken, is natuurlijk niet voldoende. Verwittig de ouders dat de school bezig is met gezonde voeding en vraag hen om ook hun steentje bij te dragen. Je brengt hen op de hoogte met een brief. Voorbeeldbrief Beste ouders De gezondheid van de kinderen ligt u en ook ons nauw aan het hart. Daarom plannen we dit jaar verschillende activiteiten over gezonde voeding. We vinden het belangrijk dat gezondheidsopvoeding thuis en op school op elkaar worden afgestemd. Daarom willen we u op de hoogte houden van wat er op school aan de orde is. Indien u zelf nog suggesties heeft of bereid bent om aan enkele activiteiten mee te werken, kan u steeds terecht bij de leerkracht. Met vriendelijke groeten
Gezonde traktatie (3) Is het gebruikelijk dat leerlingen die jarig zijn een traktatie meebrengen? Spoor ouders dan aan om te kiezen voor iets gezonds. Je kan dit bij in je algemene brief vermelden. Geef hen meteen ook voorbeelden van wat gezonde traktaties zijn. Voorzie jijzelf iets als leerkracht? Kies dan voor:
Fruitsla Fruitbrochetten Kaasblokjes versierd met fruit en/of groenten Bruine broodjes versierd met rauwkost …
Bron: Gezond tussendoor – CM
8
Oktober Wat doen we in de tuin? In oktober is het te koud om nog buiten te zaaien. De grond maakt zich klaar voor de winter. Eerder gezaaide wortelen en pompoen kan je oogsten.
Wat doen we in de klas? Ook als het buiten wat kouder wordt, blijft voldoende bewegen nodig. Omdat kinderen letterlijk heel wat uren in de klas zitten, is dat de ideale plaats om dat lange stilzitten te doorbreken. Dat kan op een speelse manier dankzij de bewegingstussendoortjes van ‘Dip? Dobbel. Doe!’ (1). Vorige maand hebben de leerlingen geleerd over de actieve voedingsdriehoek. Maar hoe staat het met hun eetgewoonten? Drinken ze voldoende water en eten ze genoeg fruit? Doe met hen de test (2). Op 31 oktober is het Halloween. Een leuk thema om mee aan de slag te gaan. Als laatste deze maand maken we dan ook een griezelig gezonde brooddoos. Je kan hiervoor enthousiaste ouders optrommelen. Of je bezorgt hen een briefje over of foto’s van het griezelig gezonde resultaat. Het hoeft niet altijd pompoensoep te zijn, toch (3)?
9
Dip? Dobbel. Doe! (1) Tijdsduur: dagelijks een aantal minuten Benodigdheden: Spel Heb je het spel niet op school, dan kan je het gratis uitlenen bij Logo Oost-Brabant als je werkzaam bent in de regio. Bel 016 89 06 05 of mail
[email protected] Aan de slag: Dip? Dobbel. Doe! is een leuke spelvorm om bewegingstussendoortjes te integreren in de klas. Het pakket bestaat uit vier sets kaartjes met bewegingstussendoortjes, één set gezondheidsweetjes en een dobbelsteen met zes verschillende kleuren. De kaartjes met gezondheidsweetjes vestigen de aandacht op een gezonde en fitte levensstijl. Bewegingstussendoortjes zijn veilige, leuke en eenvoudige oefeningen die je in het dagelijkse leven gebruikt als break. Bijvoorbeeld bij lesonderbreking of bij aanvang naar een nieuw lesonderwerp. Gemiddeld nemen de tussendoortjes twee tot vijf minuten in beslag. Nadien schiet het concentratiegehalte van de leerlingen omhoog. 1. De leraar neemt de dobbelsteen en de kaartjes 2. Een leerling (spreek een beurtrol af) gooit met de dobbelsteen en zegt of toont aan de klas welke kleur bovenaan ligt. De kleuren hebben de volgende betekenis: - Rood = een kaartje van de rode stapel nemen: bodydrum en ritme - Geel = een kaartje van de gele stapel nemen: coördinatie, lichaamsbesef (links– rechts), manipuleren, aandacht en imitatie - Groen = een kaartje van de groene stapel nemen: bewegingsliedjes en taalspelletjes - Blauw = een kaartje van de blauwe stapel nemen: houdingsoefeningen - Donkerblauw = de leerling mag een kaartje nemen uit een categorie naar keuze - Zwart = de leraar mag een kaartje nemen uit een categorie naar keuze 3. De leerling neemt een kaartje van de betreffende stapel en leest dit zelf voor aan zijn medeleerlingen of geeft het door aan de leraar. Op de kaartjes staan meestal twee opdrachten: een eenvoudig en een moeilijker bewegingstussendoortje. De leraar bepaalt welke opdracht het meest geschikt is. 4. Na de oefening wordt het kaartje met bewegingstussendoortje onderaan de stapel gestopt. 5. De leerling neemt een kaartje van de stapel met gezondheidsweetjes en geeft het aan de leraar. Elk kaartje bevat een gemakkelijke en een moeilijke vraag. De leraar bepaalt welke vraag het meest geschikt is. 6. De leraar bevestigt of verbetert indien nodig het antwoord en geeft de uitleg bij het antwoord dat op het kaartje staat. Het kaartje wordt onderaan de stapel met gezondheidsweetjes gelegd en de les kan verdergaan. Bron: Dip? Dobbel. Doe! - VIGeZ
10
Gezondheidstest (2) Tijdsduur: 10 minuten per kind Benodigdheden:
Computer Internet De website www.gezondheidstest.be
Aan de slag: Eten jouw leerlingen eigenlijk gezond? Bewegen ze voldoende? Drinken ze genoeg water? Je kan met hen de test doen. Surf naar www.gezondheidstest.be. Daar klik je op de leeftijdscategorie 8+. Vervolgens maken de leerlingen de keuze tussen de korte of uitgebreide online test, de interactieve test of de extra informatie. Wil je de test graag op papier doen? Dan vind je op dezelfde webpagina een versie die je kan downloaden. De test kan ook een leuk tussendoortje zijn op een kort, vrij moment. Bron: www.gezondheidstest.be - VIGeZ
11
Samen met de ouders Griezelig gezonde brooddoos (3) Tijdsduur: 2 uren Benodigdheden: Boterhamsterren
2 plakken kaas 3 meergranen boterhammen
Fris-pittige doorkijkboterham
2 boterhammen Magere yoghurt 2 radijsjes 1 lente-ui
Wortel-rozijnenslaatje
Een paar blaadjes sla 1 wortel 1 lente-ui 2 eetlepels rozijnen
Knapperig smulbroodje
2 bruine boterhammen 2 plakjes kipfilet 6 schijfjes komkommer 1/4 paprika in reepjes 1 eetlepel mais 2 radijsjes
Materialen
Snijplankjes Mesjes Uitsteekvormpjes Griezelige prikkers Kaasschaaf of dunschiller
Aan de slag: Maak in aanloop naar Halloween een griezelig gezonde brooddoos samen met de leerlingen en eventueel enkele ouders. Hoe doe je dat? Boterhamsterren
Besmeer de boterhammen dun met margarine Met een uitsteekvorm in de vorm van een ster steek je de sterren uit de boterhammen en de kaas
12
Stapel de boterhammen en kaasplakken op elkaar Steek er eventueel een griezelige prikker door
Fris-pittige doorkijkboterham
Besmeer de boterhammen met een laagje kwark Beleg de ene boterham met de radijsjes en lente-ui Snijd uit de andere boterham met een uitsteekvormpje een leuk figuur en leg die er op
Wortel-rozijnenslaatje
Was de groenten goed af Snijd de wortel in de lengte met een kaasschaaf in lange repen Snijd de lente-ui fijn Meng de sla, wortel, ui en rozijnen door elkaar
Knapperig smulbroodje
Besmeer de bruine boterhammen dun met margarine Beleg ze met de kipfilet, komkommer, paprika en mais Snijdt de boterhammen hoekig in twee (zie figuur) Maak een griezelig gezicht met de overschot van de ingrediënten Steek eventueel een griezelig prikkertje met een radijsje in het broodje
Na deze eerste griezelig gezonde brooddoos hebben de leerlingen de smaak hopelijk te pakken. Neem foto’s van de brooddozen, zodat je later een griezelig bewijs hebt. Je kan hier een fotocollage van maken. Verwittig de ouders met een briefje wanneer er wordt verwacht dat zij hun versie van een griezelig gezonde brooddoos met hun kind meegeven. Maak er een echt griezelfeest van door ook de refter te versieren. Voorbeeldbrief Beste ouder Halloween komt dichterbij. Een leuk moment om te griezelen met gezonde voeding. We hebben al eens geoefend in de klas zoals je kan zien op de fotocollage, maar nu is het aan jou. Op …-…-… houden wij ’s middags een griezelig gezonde middagmaaltijd. Hierbij vragen we aan jou om samen met de kinderen een gezonde monsterachtige brooddoos te maken. Je vindt op internet zeker een aantal leuke voorbeeldjes boordevol groentjes en fruit. Of laat je inspireren door de fotocollage. Het is natuurlijk aangewezen dat de kinderen die dag op school eten, anders kunnen ze niet deelnemen aan de griezelmiddag. Laat je fantasie de vrije loop en hou het gezond Veel griezelplezier Bron: Veggiebende
13
November Wat doen we in de tuin? De winter is begonnen voor onze moestuin. Daarom zaaien of oogsten we nu niet meer.
Wat doen we in de klas? Ondertussen kennen de leerlingen de principes van gezonde voeding, maar kunnen ze die ook toepassen in de praktijk? Met de Fit-o-eter stellen ze spelenderwijs een evenwichtig menu op voor superster Dustin Tieser (1). Eind november is er de Week van de Smaak. Tien dagen lang kan je activiteiten over smaak en eetcultuur organiseren. Wist je dat België, na Frankrijk, de belangrijkste witloofproducent ter wereld is? Om de witloofcultuur dichter bij je leerlingen te brengen, telen we deze maand samen witloof in de klas (2). Telen in de klas is leuk, maar waar komt witloof écht vandaan? Hoe is het ontstaan? En hoe ziet zo een witloofkot er nu eigenlijk uit? Een bezoekje aan het Witloofmuseum in Kampenhout, de Nationale Proeftuin voor Witloof in Herent of aan een plaatselijke witloofboer beantwoordt al jullie vragen. Maak enkele ouders warm om jullie te vergezellen en geef hen de kans om naar jullie eigen teelt in de klas te komen kijken (3).
14
Fit-o-eter (1) Tijdsduur: 1 lesuur Benodigdheden: Je kan de Fit-o-eter gratis aanvragen bij de dienst gezondheidspromotie van het Onafhankelijk Ziekenfonds op
[email protected] of 02 778 92 11. Aan de slag: Dustin Tieser is een superster. Een superster met slechte gewoontes: hij eet nooit op vaste uren, snoept veel tussendoor en gaat ’s avonds na een concert vaak nog naar de frituur. De laatste tijd heeft hij niet veel energie, hij is wat bijgekomen en kan de dansers op het podium nog amper bijhouden. Zijn persoonlijke kok, Chef Marcel, heeft hulp nodig om gezonde maaltijden samen te stellen. Daarmee wil hij de superster weer in vorm krijgen. De kinderen spelen in vijf groepjes de hulpkok van Marcel die voor Dustin Tieser een gezond en evenwichtig menu moet samenstellen. Dat doen ze volgens de principes van de actieve voedingsdriehoek. Ook moeten ze hem leren hoe hij minstens zestig minuten fysieke inspanning per dag kan leveren. Het spel is opgebouwd aan de hand van drie thematische tafels: evenwichtige voeding, dagelijkse voedselbehoeftes en fysieke activiteit. Bron: Onafhankelijk Ziekenfonds
15
Wimmekes witloof (2) Tijdsduur: 3 à 4 weken Benodigdheden: Witloofbox van Wimmeke Teeltmateriaal Teelthandleiding Lesmateriaal Extra informatie Aan de slag Ligt je school in Vlaams-Brabant, dan vraag je Wimmekes witloofbox gratis aan op www.vlaamsbrabant.be. De teelt verloopt in acht stappen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Ga op zoek naar een koele ruimte om te telen Knip en plak zodat je iets hebt om in te telen en om het donker te maken Bereid de wortels voor en stop ze in plantenpotten Geef water Maak het donker Geef nog meer water Oogsten maar Smakelijk!
In de teelthandleiding staat elke stap in detail uitgelegd. Om het hele gebeuren in te leiden, kan je deze strip gebruiken. Die brengt alle teeltstappen in beeld. Witlooftip Als jullie voldoende witloof kweken, dan kan je overwegen om het kerstfeestje in de klas in een witloofkleedje te stoppen. Misschien kan je witloofsoep maken of lekkere hapjes met jullie geteelde witloof?
16
17
Bron: Provincie Vlaams-Brabant
Samen met de ouders Uitstap naar de witloofboer (3) Tijdsduur: halve dag Aan de slag: Samen met beschikbare ouders en de kinderen breng je een bezoek aan een museum of een plaatselijke witloofboer. Daar zien de leerlingen met eigen ogen hoe een grotere teelt in zijn werk gaat. Neem de tijd om aan de ouders die jullie vergezellen ook jullie eigen teelt te laten zien. Witloofmuseum Leuvensesteenweg 22 - 1910 Kampenhout 016 22 33 80 www.witloofmuseum.be –
[email protected] Nationale Proeftuin voor Witloof Blauwe Stap 25 – 3020 Herent 016 29 01 74 www.proeftuinherent.be –
[email protected] Groeps- en klasbezoeken op land- en tuinbouwbedrijven in Vlaams-Brabant www.vlaamsbrabant.be/boerenmetklasse
18
December Wat doen we in de tuin? Net zoals in november is het in december nog steeds niet mogelijk om buiten in de tuin te werken. Je kan wel je zelfgeteeld witloof verzorgen.
Wat doen we in de klas? In december brengt Sinterklaas een bezoek aan de brave kinderen, dan komt de Kerstman. Als die uit het vizier is, staat er een nieuw jaar voor de deur. Bij al die feestelijkheden horen drankjes en hapjes. Dikwijls wordt er getoast met vruchtensappen, maar zijn die eigenlijk wel zo gezond als we denken (1)? Op 21 december begint de winter. Het is koud buiten en vogels moeten hun best doen om eten te vinden. Daarom helpen wij ze een handje. Met appelen, brood, pinda’s, winterwortel en druiven maken we gezonde satés waarmee de vogels de winter probleemloos doorkomen (2). Om de satés voor de vogels te maken, hebben we groenten en fruit nodig. Die kopen we op de plaatselijke markt (3).
19
Santé! Is klinken met een glaasje vruchtensap gezond? (1) Tijdsduur: 45 minuten Benodigdheden: Verpakkingen van vruchtensap, vruchtendrank en frisdrank Aan de slag: In de winkel vind je allerlei soorten vruchtensappen en afgeleide dranken. Wat is het verschil? En dewelke zijn de gezonde keuzes? Opener Toon aan de kinderen de verpakkingen die je hebt verzameld. Eventueel kan je nagaan welke drankjes de kinderen van thuis hebben meegebracht, zodat je deze ook als voorbeeld kan aanhalen. Let er daarbij wel op dat je niet stigmatiseert. Vervolgens stel je bij wijze van opener de volgende vragen aan de klas:
Welk drankje is lekker? Hoeveel drink je ervan? Wat drink je nog?
Voorleestekst Echt vruchtensap is sap dat bestaat uit puur, ongezoet vruchtensap. Het kan vers geperst zijn. Op de verpakking staat vermeld: 100% sap, puur, ongezoet. Het kan ook uit geconcentreerd vruchtensap gemaakt zijn dat weer wordt aangevuld met water. Dat staat dan op de verpakking of etiket. Sommige mensen denken dat vruchtensap fruit kan vervangen. Dat is helemaal niet waar. Vers fruit is altijd de eerste keus, want daarin zitten de meeste voedingsstoffen zoals vitamine C, vezels, mineralen (zoals ijzer) en ander bioactieve stoffen die goed zijn voor de gezondheid. Bij het maken van vruchtensap gaat een deel van de voedingsstoffen verloren. Sinaasappel-, ananas-, appel-, pompelmoes- en multivruchtensap zijn vers lekker zoet. Sappen van perzik, mango, aardbei, kiwi en papaya zijn te dik om als puur sap te worden gebruikt. Daarom worden ze vaak aangelengd met water. Ze zijn dus geen ‘echt’ vruchtensap meer, maar vallen onder vruchtendranken. Dat lees je op het etiket. In druiven zit weinig vitamine C. Daarvan blijft weinig over als er sap van wordt gemaakt. Druivensap is dus wel puur sap, maar het vervangt fruit niet. Dan zijn er nog allerlei drankjes met fruitsmaak. Als er nog een klein beetje vruchtensap in zit, worden ze vruchtenlimonades genoemd. Frisdrank is suikerwater met plantextract. Activiteit Lees de etiketten van de verpakkingen van vruchtensappen, vruchtendranken en frisdranken. Verdeel de sappen in verschillende groepen: tweede keus, derde keus, geen vruchtensap. Bespreek klassikaal.
20
Bron: Fruit op School - VIGeZ
Fruit- en groentesaté voor vogels (2) Tijdsduur: 30 minuten Benodigdheden:
Een lange satéstok of spies per leerling Appel, (oud) brood, doppinda’s, winterwortel, druiven of andere soorten die geschikt zijn voor vogels Ijzerdraad en tang Mesjes en snijplankjes
Het fruit en de groenten kan je op de plaatselijke markt kopen (3) Aan de slag: Maak als juf of meester op voorhand een voorbeeldstok. Zorg er ook voor dat je de winterwortel in één groot en meerdere kleine stukjes snijdt. Steek daarna voor elke leerling een stukje ijzerdraad door het grootste stuk wortel. Geef elke leerling een satéstok of spies. Snijd de appel en het brood in stukjes. Laat de leerlingen daarna de stukjes vogeleten aan hun stok rijgen: appel, druiven en pinda’s of de andere soorten groenten en fruit die je hebt voorzien. De spies of saté sluit je af met het stuk winterwortel met ijzerdraad. Nu zijn jullie satés klaar om in de bomen en struiken op te hangen. Daarna is het wachten geblazen tot de vogels komen snoepen van jullie gezonde hap. Bron: Ons Groene Schoolplein
21
Samen met de ouders Uitstap naar de plaatselijke markt (3) Tijdsduur: 1,5 uur Benodigdheden: Brief voor de ouders, warme kledij, vervoer, zakgeld Aan de slag: Om de satés voor de vogels te maken, hebben jullie groenten en fruit nodig. Die kan je kopen op de plaatselijke markt. Geef de ouders een briefje mee waarin jullie plannen staan. Nodig vrijwilligers uit om jullie te vergezellen. Op de markt kan je de kinderen zelf op pad sturen en hen de nodige aankopen voor de satés laten doen. Voorbeeldbrief Beste ouders Op …-…-… brengen we een bezoek aan de plaatselijke markt. We zullen er inkopen doen voor de groente- en fruitsatés die we zullen maken voor de vogels. We zouden dan ook willen vragen om je kind voldoende warm gekleed naar school te laten komen. We zouden het leuk vinden, mochten een aantal ouders ons willen vergezellen naar de markt. Ben je daartoe bereid? Laat het weten voor …-…-… . Je kan met je vragen terecht bij de leerkracht. Met vriendelijke groeten
22
Januari Wat doen we in de tuin? In januari viert de winter hoogtij. De moestuin laten we voorlopig nog voor wat hij is.
Wat doen we in de klas? Soms zegt één beeld meer dan duizend woorden. Kies daarom eens voor een filmpje over gezonde voeding (1). Met de winter in het land is een kop warme thee welgekomen. Die maken de leerlingen eenvoudig zelf. Superlekker met verse kruiden (2). Januari is de maand van de goede voornemens. Hebben jij en jouw leerlingen er gemaakt? Organiseer een gezonde-tussendoortjesmaand en motiveer de ouders om ervoor te zorgen dat hun kinderen kiezen voor fruit, groenten of yoghurt als tussendoortje (3).
23
Filmpjes over gezonde voeding (1) Tijdsduur: afhankelijk van het gekozen filmpje Benodigdheden: Computer Internet Beamer en projectiemuur of smartboard Aan de slag: Op www.schooltv.nl vind je afleveringen, lesmateriaal, programma’s, dossiers en veel meer over gezondheid, gezonde voeding, beweging… Vind je daar je gading niet, surf dan naar www.veggiebende.nl. Ook daar vind je heel wat filmpjes over gezonde voeding. Bron: School TV, Veggiebende
24
Muntthee maken (2) Tijdsduur: 20 minuten Benodigdheden: Verse munt of andere verse kruiden waarvan je thee wilt maken Schaar of mesje Theepot Tasjes Heet water Aan de slag: Kook water en gooi de geplukte kruiden erin. Laat de thee twintig minuten rustig trekken. Je ziet het water van kleur veranderen. Je kan verschillende soorten thee maken. Kruidenthee Combineer verschillende verse kruiden Muntthee Pluk muntblaadjes. Hoe meer je er in het water doet, hoe sterker de smaak Brandnetelthee Ga op zoek naar de stengeltopjes. Die voeg je toe aan het kokende water Aardbeienthee Pluk bladeren van de aardbei en gooi ze in het hete water. Je krijgt een heerlijke fruitthee in de plaats Bron: Ons Groene Schoolplein
25
Samen met de ouders Gezond tussendoortje (3) Tijdsduur: 1 maand Benodigdheden: brief aan ouders Aan de slag: Gedurende een hele maand eten jullie op school enkel gezonde tussendoortjes. Kies voor fruit, groenten of yoghurt. Hierover moeten de ouders natuurlijk op de hoogte worden gebracht. Voorbeeldbrief Beste ouder Een nieuw jaar is van start gegaan. Heb jij goede voornemens gemaakt? Op onze school staat gezondheid centraal. Om de goede voornemens van onze leerlingen kracht bij te zetten, organiseren wij in januari een gezonde tussendoortjes maand. Alle boekentassen worden gevuld met fruit, groenten of yoghurt. De koeken en chocolade worden deze maand eventjes opgeborgen. We gaan voor een gezonde school met gezonde kinderen. We hopen dat we op jouw steun mogen rekenen om van deze maand een succes te maken. Bij vragen kan je contact opgenomen worden met de leerkracht. Met vriendelijke groeten Je kan de ouders ook inspireren en hen kennis bijbrengen over wat een gezond tussendoortje nu juist is door een bijlage bij de brief te stoppen. Bijlage: gezonde tussendoortjes en de actieve voedingsdriehoek Gezonde tussendoortjes, allemaal goed en wel. Maar wanneer is zo’n tussendoortje nu eigenlijk gezond? En vooral… Wanneer niet? Kies tussendoortjes uit de volgende groepen van de actieve voedingsdriehoek: o
o
o
Graanproducten Een bruine boterham met beleg en groenten doet prima dienst als een gezond tussendoortje. Idem dito voor een portie ongesuikerde ontbijtgranen, een rijstwafel of een volkoren cracker. Fruit Wissel af in soort en kleur en kies zo veel mogelijk voor seizoensfruit. Dat zorgt automatisch voor variatie in je eetpatroon. Groenten Rauwe groenten zijn even lekker en handig als
26
o
o
fruit, bijvoorbeeld kerstomaatjes, radijzen, een wortel of wortelreepjes, komkommerschijfjes, paprikasnippers, selderstengels, witloofblaadjes, bloemkoolroosjes… Groenten verwerkt in zelfbereide soepen of sappen bieden ook variatie. Melkproducten of calciumverrijkte sojaproducten Ideaal bij het ontbijt of als dessert, maar ook als verfrissend tussendoortje. Een extra gelegenheid om calcium binnen te krijgen. Magere of halfvolle melkproducten zonder toegevoegde suikers krijgen de voorkeur. Dranken Drink niet alleen bij de maaltijd, maar ook tussendoor. Geef de voorkeur aan water.
Een gezond tussendoortje bevat maximum tussen de 100 à 150 kcal. Deze tussendoortjestabel helpt je om de gezonde keuze te maken. Bij voorkeur, slimme tussendoortjes Vers fruit of verse fruitsalade (125 gram) zonder toegevoegde suiker of siroop Een bruine boterham met groenten en mager beleg Een beschuit, cracker of toast Een portie ontbijtgranen zonder toegevoegde suiker Magere of halfvolle melkproducten of calciumverrijkte sojaproducten zonder toegevoegde suiker of zoetmiddelen
Ter afwisseling Fruit in blik
Bij speciale gelegenheden Chocolade, snoeprepen
Gedroogd fruit, noten
Suikersnoep
Gesuikerde ontbijtgranen
Chips
Gesuikerde of gezoete melkproducten of calciumverrijkte sojaproducten
Roomijs
Volle yoghurt, volle plattekaas Tweedekeuzekoeken (maximaal 200 kcal per portie*), bijv. speculaas, boudoirs, sommige granenkoeken, mueslirepen en droge koeken
Gebak en taart Derdekeuzekoeken (meer dan 200 kcal per portie*), bijv. chocoladekoeken, wafels, gevulde koekjes, cake
Eerstekeuzekoeken (maximaal 150 kcal per portie*), bijv. peperkoek, rijstwafels, sommige granenkoeken en droge koeken * Let op: een portie staat niet altijd gelijk aan één koek of aan het hele pak koeken
Bron: Gezond tussendoor - CM
27
Februari Wat doen we in de tuin? Eindelijk kunnen we aan de slag in de tuin. Alvorens we beginnen te zaaien, moet het ongekruid worden gewied. Laat de kinderen vervolgens de grond bemesten. Schrijf daarom vooraf in de agenda dat ze vuile kleren aantrekken. Eens de grond volledig voorbereid is, worden de eerste zaadjes geplant.
Wat doen we in de klas? Na een maand vol gezonde tussendoortjes, veel fruit en groenten wil je er natuurlijk voor zorgen dat de kinderen die goede gewoonten volhouden en kiezen. Met een groente- en fruitbingo zorg je ervoor dat ze blijven kiezen voor de gezonde snack (1). Omdat we deze maand in de moestuin duiken, is het leuk als de kinderen ook thuis kunnen moestuinieren. Dat kan… in een fles! We knutselen daarom een leuke moestuinfles die ze nadien mee naar huis nemen (2). Weten de leerlingen hoe groenten groeien uit zaadjes? En kennen ze de weg van zaadje tot gerecht? Het Pim Pompoen Kwartetspel leert het hen. Bij elke groente zit een recept. Je kan ouders uitnodigen om samen met hen en de leerlingen één van deze recepten in de klas te maken (3).
28
Groente- en fruitbingo (1) Tijdsduur: zelf te bepalen periode (één maand, tot einde schooljaar…) Benodigdheden: Poster (gratis te downloaden) Aan de slag: Wil je dat leerlingen gevarieerd groente en fruit mee blijven nemen naar school? De groente- en fruitbingoposter stimuleert hen op een speelse manier. Je kan er eventueel een wedstrijdje van maken. Schrijf de namen van de leerlingen in de eerste kolom. Leg uit aan de leerlingen dat ze gedurende een bepaalde periode (één maand, tot het einde van het schooljaar…) mogen proberen alle soorten groente en fruit die op de poster staan een keer mee te nemen en op te eten. Ze mogen het in willekeurige volgorde meenemen en aankruisen. Bijvoorbeeld: als een leerling een peer meeneemt én opeet, mag die bij zijn/haar naam een kruisje zetten achter/door de peer. Er zijn twee vrije keuzevakjes. Als de leerling een ander stuk fruit meeneemt dan op de poster staat, mag het vraagteken worden afgekruist. De groente- en fruitsoorten die op de poster staan, zijn (van links naar rechts): peer, banaan, mandarijn, druiven, (snack)tomaat, (snack)komkommer, (snack)paprika, kiwi en twee vrije stukken naar keuze. Bingotips Maak er een wedstrijdje van. Wie het eerst alle vakjes heeft aangekruist, krijgt een kleine verrassing (bijvoorbeeld een bananen- of appeldoosje, een gezonde brooddoos…). Als de leerling fruit of groente voor het vrije keuzevakje meeneemt, laat hem of haar daarvan een tekening maken of een plaatje opzoeken en opplakken op de poster. Laat de leerlingen op de poster turven hoe vaak ze welke soort groente/fruit meenemen. Bron: Lessenpakket.be
29
Moestuin in een fles (2) Tijdsduur: 30 minuten Benodigdheden: Potgrond Lege plastic flessen Lang, dun stevig touw 2 ringetjes of knopen per fles Schaar Priem of spijker Zaadjes van (eetbare) plantjes, zoals sla of kruiden Aan de slag:
Neem een lege plastic fles en knip deze, zoals je op de tekening ziet, open aan de zijkant. Maak met een priem (of scherpe schaar) voorzichtig gaatjes in de fles, recht boven elkaar. Doe twee strengen touw door de gaatjes en bevestig er onderaan de fles ringetjes, knopen of iets dergelijks aan vast om glijden van de fles te voorkomen. Maak zo alle flessen onder elkaar vast aan de strengen. Vul je flessen met potgrond. En nu… zaaien maar! Geef je zaadjes/plantjes regelmatig water en kijk hoe ze groeien!
Bron: Ons Groene Schoolplein
30
31
Samen met de ouders Pim Pompoen Kwartetspel (3) Tijdsduur:
spel: 1 uur recept bereiden en opeten: 3 uren
Benodigdheden: Kwartetspel met infoboekje en groentekalender, uitnodiging voor ouders om samen een recept uit het boekje te bereiden. Gratis uit te lenen bij Logo Oost-Brabant als je werkzaam bent in de regio. Bel 016 89 06 05 of mail
[email protected] Aan de slag: De kinderen ontdekken samen met Pim Pompoen hoe groenten groeien uit zaadjes en hoe die groenten worden verwerkt tot iets lekkers. In het kwartetspel komen negen groenten aan bod. Tijdens het spel leren de kinderen de weg die de groente aflegt van zaadje naar plant, tot groente en gerecht. Bij het spel zit een groentekalender en een boekje. Daarin vind je bij elke groente een recept en een woordje uitleg. Je kan ouders uitnodigen om samen met jou en de kinderen één van de recepten uit het boekje te maken. Nadien kan je er gezellig samen van smullen, natuurlijk. Voorbeeldbrief Beste ouders Deze maand willen we met de kinderen op basis van de groentekalender een heerlijk gezond seizoensgerechtje bereiden. Daarvoor kunnen we wat hulp gebruiken. Heb je zin om sous-chef te zijn en daarna samen met de kinderen te smullen op …-…-…? Bezorg het invulstrookje terug voor …-…-…. Met vriendelijke groeten -------------------------------------------------------------------------------------------o o
Ja, ik doe mee aan deze activiteit Neen, ik doe niet mee aan deze activiteit
Naam ouder/voogd: Naam kind: Handtekening:
Bron: VELT
32
Maart Wat doen we in de tuin? In maart kunnen we volop aan de slag in de moestuin. Je kan extra groenten zaaien en zien hoe snel ze groeien. Duikt er onkruid op? Let er dan op dat je dit tijdig weghaalt.
Wat doen we in de klas? De moestuin op school is één vierkante meter groot. Toch halen we daar heel wat groenten uit. Maar hoe zit dat bij een groenteboer? Heeft die een grote moestuin? Dat is het onderwerp van het themadossier tuinbouw waarmee we aan de slag gaan (1). Tijdens het schooljaar hebben de leerlingen al heel wat geleerd over groenten en fruit. Tijd om eens na te gaan hoe goed ze op de hoogte zijn. Dat doen we met een leuke quiz (2). Als afsluiter deze maand is er een leerrijke fotoavond voor de ouders. Tijdens die avond leren ouders wat hun kinderen allemaal doen met gezonde voeding op school én leren ze zelf iets bij over gezonde voeding dankzij hun eigen kinderen (3).
33
Heeft de groenteboer een grote moestuin? (1) Tijdsduur: 1 lesuur Benodigdheden: Themadossier tuinbouw (www.grasspriet.be - leestekst en werkbladen) Aan de slag: In het themadossier vind je een leestekst over de weg van groenten van bij de kweker tot op je bord. Aansluitend vind je werkblaadjes. Daarop schrijven leerlingen in eigen woorden neer hoe groenten op hun bord komen. Er wordt hen eveneens gevraagd hoe zij het zouden aanpakken als groenteboer. Ten slotte wordt ingezoomd op de betekenis van spreekwoorden waarin groenten voorkomen. Bron: Grasspriet.be
Leestekst
Werkblad
Werkblad
34
Quiz: wat weet jij over groenten en fruit? (2) Tijdsduur: 20 minuten Benodigdheden: Onderstaande vragenlijst. Eventueel een (gezonde) prijs voor de winnaar. Aan de slag: 1. Waarom moet je nu eigenlijk groenten en fruit eten? Omdat het lekker is. Omdat fruit en groenten mooie kleuren hebben. Omdat ze ons helpen om fit en gezond te blijven. 2. Waarvoor zorgen groenten en fruit? Je krijgt er direct een mooie huid van. Je wordt nooit meer verkouden. Ze helpen je om gezond oud te worden. 3. Wat is het gezondst? Spruitjes, ze bevatten alle voedingsstoffen die we nodig hebben. Afwisselen, want alle groenten bevatten andere voedingsstoffen. Worteltjes, want die vindt bijna iedereen lekker. 4. Als
je geen groenten lust, kun je dan alleen fruit eten? Je mag gerust elke dag appelmoes eten in plaats van groenten. Dat kan, maar dan moet je vijf stukken fruit eten per dag. Neen, groenten en fruit gaan elkaar niet vervangen.
5. Hoeveel groenten heb je per dag op zijn minst nodig? 100 gram gekookte groenten. 200 – 300 gram groenten. De hoeveelheid speelt geen rol, maar je moet rauwe en gekookte groenten eten. 6. Hoeveel fruit heb jij per dag ten minste nodig? 1 stuk. 2 stukken. 3 stukken. 7. Welke vitaminen zitten er veel in groenten en fruit? Alle vitaminen zitten erin. Er zitten bijna geen vitaminen in, enkel vezels. Er zit vooral veel vitamine C in. 8. Welke zijn de draderige, hardere stukjes in groenten en fruit? Dit zijn gewoon velletjes. Dit is afval, je kan ze het best verwijderen. Dit zijn vezels. 9. Waarom zijn vezels in groenten en fruit zo belangrijk voor ons?
35
Vezels maken je botten steviger, zodat je geen kromme benen krijgt. Vezels zorgen ervoor dat je darmen goed werken, zodat je beter naar de wc kunt. Vezels maken je spieren sterker, zodat je goed kan lopen.
10. Kun je in plaats van groenten en fruit te eten, vitaminepillen slikken? Neen, in een vitaminepil zitten niet alle stoffen die je nodig hebt. Ja, in een vitaminepil zit alles wat je nodig hebt. Neen, alleen volwassenen kunnen een vitaminepil slikken. Antwoorden en uitleg: 1c. Groenten en fruit helpen je om gezond en fit te blijven. 2c. Wie elke dag voldoende groenten en fruit eet en daarbij afwisselt tussen de verschillende soorten, krijgt voldoende vitaminen, mineralen, vezels en andere stoffen binnen. Je blijft gezonder en fitter. Je krijgt meer weerstand en vermindert de kans om in de toekomst hartproblemen, problemen met je bloedvaten en kanker te krijgen. 3b. Variatie is belangrijk. In de verschillende soorten groenten zitten verschillende voedingsstoffen. Die voedingsstoffen heeft je lichaam nodig. Er is niet één groente die alle voedingsstoffen levert die nodig zijn. Door te variëren krijgt het lichaam in ieder geval genoeg stoffen binnen, zodat alles in je lichaam werkt. Dan ben je gezond. 4c. Groenten en fruit mag je niet door elkaar vervangen. Fruit bevat andere voedingsstoffen dan groenten. Daarom zijn fruit én groenten elke dag nodig. 5b en 6b. Van 6 tot 12 jaar eet je liefst 200-300 gram groenten en 2 stukken fruit. Om je een idee te geven: 2 mandarijntjes wegen 100 gram, evenveel als een trosje druiven. 7c. Groente en fruit staan in de actieve voedingsdriehoek op dezelfde hoogte, omdat ze een bron zijn van vitaminen en mineralen, bijv. vitamine C. Vitamine C speelt een belangrijke rol bij het in stand houden van de weerstand tegen ziekten, bijvoorbeeld verkoudheid en griep. Het helpt tegen vermoeidheid en laat wondjes snel genezen. In groente en fruit zitten ook nog andere speciale stofjes, zoals in wortel en tomaat, waarvan je lichaam zelf vitamine A kan maken. Vitamine A zorgt ervoor dat je beter kan zien. 8c. Groenten en fruit zijn een belangrijke bron van vezels. Vezels zitten ook in bruin brood en aardappelen. 9b. Vezels zetten je darmen aan het werk en zorgen ervoor dat je goed naar het toilet kan gaan. Voedingsvezels zitten enkel in voedingsmiddelen afkomstig van een plant. Het is wel belangrijk om hierbij ook voldoende te drinken en om te bewegen. 10a. Een vitaminepil gaat groenten en fruit niet vervangen. In groenten en fruit zitten vitaminen, mineralen, vezels, vocht en andere gezonde stoffen. Die haal je nooit allemaal uit een pilletje.
Bron: EU Schoolfruit
36
Samen met de ouders Leerrijke fotoavond (3) Tijdsduur: 1,5 uur Benodigdheden: Briefje met uitnodiging Foto en projectiebenodigdheden (beamer, laptop, projectiemuur) ‘Les’ voorbereid door de leerlingen Vrij klaslokaal Drankje Eventueel diëtiste Aan de slag: Tijdens de leerrijke fotoavond komen ouders meer te weten over waar hun kinderen op school mee bezig zijn. We gaan van start met een ‘les’ over gezonde voeding die de kinderen zelf hebben voorbereid en ook zelf geven aan de ouders. Zo worden de rollen eens omgedraaid. Laat hen bijvoorbeeld op hun manier de actieve voedingsdriehoek voorstellen en uitleggen, geef hen de kans om hun ouders te vertellen wat gezonde tussendoortjes zijn… Neem voldoende tijd om deze ‘les’ met de kinderen voor te bereiden en de inhoud te checken. Zo kan je hen met een gerust hart correcte info laten vertellen. Wil je de avond nog leerrijker maken, dan kan je eventueel een diëtiste vragen om aanwezig te zijn. Zo kunnen vragen van ouders worden beantwoord. Daarna volgt een fotoprojectie. Zo zien ouders hoe hun kinderen in de klas aan de slag gaan met gezonde voeding en de schoolmoestuin. De kinderen kunnen bij elke foto kort uitleg geven. Aanwezige ouders worden uitgenodigd om zelf mee te werken aan of leuke suggesties te geven over activiteiten met gezonde voeding. Op het einde van de avond krijgen ze nog eens informatie mee over gezonde voeding. Voorbeeldbrief Beste ouders Op …-…-… om … uur nodigen wij jullie uit voor onze leerrijke fotoavond over gezonde voeding. Bij een drankje leren de kinderen jullie waar gezonde voeding om draait. Daarna krijgen jullie leuke foto’s te zien van onze activiteiten over gezonde voeding en de moestuin. De kinderen vertellen daarbij graag enkele leuke anekdotes. Willen jullie ons vergezellen op deze leuke avond? Vul onderstaande gegevens in en bezorg dit briefje tegen …-…-… terug. Bij vragen kan je contact opnemen met de leerkracht. Met vriendelijke groeten De leerkracht
37
-------------------------------------------------------------------------------------------o o
Ja, ik doe mee aan deze activiteit Neen, ik doe niet mee aan deze activiteit
Naam ouder/voogd: Naam kind: Handtekening:
Bron: Gezond tussendoor - CM
38
April Wat doen we in de tuin? Zaaien en oogsten maar!
Wat doen we in de klas? De leerlingen weten ondertussen dat het belangrijk is om genoeg fruit en groenten te eten. Maar weten ze ook waarom (1)? Het is even geleden dat we nog eens iets in de klas hebben bereid. Daarom maken we deze maand kervelsoep (2). Ga samen voor gezond tijdens een gezond ontbijt. Nodig de ouders uit en schuif jullie voeten onder een gezonde ontbijttafel (3).
39
Waarom moeten we groenten en fruit eten? (1) Tijd: 1 lesuur Benodigdheden: Leestekst: snoep verstandig, eet een appel Leestekst: waanzinnig om te weten Een stuk nylonkous, een steen en een pingpongballetje Een appel Aan de slag: Tijdens dit lesuur krijgen de leerlingen vier opdrachten. Opdracht 1 Laat de in je mond?
leerlingen
een
stuk
appel eten. Moet je goed bijten? Is het droog
Besluit: een appel verstevigt het tandvlees. Omdat een appel veel water bevat is het ook een goede dorstlesser. Opdracht 2 Leestekst ‘Snoep verstandig, eet een appel’. Opdracht 3 Fruit, maar zeker citrusvruchten, kiwi’s en aardbeien bevatten erg veel vitamine C. Lees in de bijlage ‘Waanzinnig om te weten’ het verhaal van de zeerovers. ➔ ➔ ➔ ➔
Hoe kon je een paar honderd jaar geleden de zeelui herkennen in de haven? Waarom was scheurbuik de schrik van de zeven zeeën? Waarom aten ze regelmatig bedorven eten? Hoe kon scheurbuik voorkomen worden?
Besluit: Waarom is vitamine C belangrijk voor ons lichaam. Je kan de leerlingen ook een rollenspel laten uitwerken. ➔ ➔ ➔ ➔ ➔
In welke tijd situeert zich het verhaal? Welke ziekte kregen de zeelui? Welke symptomen hadden zij? Waarom waren de zeelui banger voor scheurbuik dan voor schipbreuk? Wat is de oorzaak van deze ziekte?
De kinderen maken een rolverdeling, bestuderen aandachtig het verhaal en brengen dit voor de klas. Opdracht 4
40
Fruit en groenten bevatten veel voedingsvezels. Zij zorgen voor een betere darmtransit (je kan beter naar het toilet gaan). Neem een kous en probeer hierdoor een grote ruwe steen te duwen. Lukt dit? Neen, dit gaat erg moeilijk. Wanneer je te weinig groenten en fruit eet, maar ook te weinig drinkt, wordt je stoelgang hard en worden je darmen lui. Dat heeft als gevolg dat je moeilijk naar het toilet kan. Neem nu dezelfde nylonkous en duw hierdoor een pingpongbal. Lukt dit? Ja, je kan deze er vanzelf doorduwen. Als je voldoende vezels eet, stimuleer je de peristaltische beweging van je darmen. Voedsel wordt in de darm langzaam in de richting van de anus voortbewogen. De dubbele spierlaag in de wand van de darm is verantwoordelijk voor dit transport. Doordat de spieren van de darm zich afwisselend op verschillende plaatsen samentrekken, en vervolgens weer verslappen, wordt de darminhoud vooruit geduwd. Dit worden peristaltische bewegingen of peristaltiek genoemd. En het zijn deze vezels die in groenten en fruit zitten die voor een gemakkelijke stoelgang zorgen. Het is belangrijk om ook voldoende te drinken. Eet je te veel fruit dan kan je diarree krijgen, omdat je te veel vezels opnam. Vat ten slotte met de leerlingen samen waarom ze genoeg fruit en groenten moeten eten. Bron: Fruit op School - VIGeZ
41
Kervelsoep (2) Tijdsduur: 30 minuten Benodigdheden: Voor 20 kinderen heb je volgende ingrediënten nodig:
2 ajuinen 2 kleine preistengels 1 kippenbouillonblokje 2 liter water Kervel Peper en zout 2 eetlepels plantaardige olie (bijv. arachideolie, zonnebloemolie, …)
Naast de ingrediënten heb je ook kookinstrumenten nodig
Een grote kookpot Kleine mesjes voor de kinderen Vergiet Mixer Pollepel Maatbeker Borden voor de kinderen Eetlepels voor de kinderen Servetten
Aan de slag: Kuis de ui en de preistengels. Snijd ze in kleine stukken. Doe de stukken in het vergiet. Was de kervel. Vervolgens doe je de vetstof in de kookpot. Voeg de ui en de prei toe en laat deze fruiten. Overgiet het geheel met water. Vervolgens doe je de bouillon erbij en laat koken. Pas op het einde doe je de kervel bij in de pot. Ten slotte mix je alles. Breng op smaak met peper en een klein beetje zout. Smakelijk!
42
Samen met de ouders Gezond ontbijt (3) Tijdsduur: 3 uren (met voorbereiding en opruim) Benodigdheden: Brief voor de ouders Ruimte om te ontbijten Gezond ontbijt Bestek, borden en bekers Eventueel brochure ‘goed gemutst de ochtend door – tips en tricks voor een gezond ontbijt’ Aan de slag: Nodig ouders uit voor een gezond ontbijt op school samen met de kinderen. Vraag in je uitnodigingsbrief meteen ook of er ouders zijn die willen helpen met klaarzetten en opruimen nadien. Je voorziet een ruimte die je kan inkleden met materiaal over gezonde voeding. Denk aan tekeningen die kinderen hierover hebben gemaakt, affiches van de actieve voedingsdriehoek… Zorg voor het nodige bestek, voor borden, bekers en servetten enerzijds. Anderzijds verzamel je ingrediënten voor het gezonde ontbijt zelf. Hou in je achterhoofd dat een gezond ontbijt evenwichtig is en variatie biedt. Het ontbijt kan bestaan uit:
bruin brood, volkorenbeschuitjes, eventueel volkoren crackers of ongesuikerde ontbijtgranen Halfvolle melk of magere (ongezoete) yoghurt Plakjes magere harde kaas, magere tot halfvette platte kaas, ham en kipfilet Confituur, honing of appelstroop Thee en water of ongezoet vruchtensap Volkoren of ongesuikerde ontbijtgranen Fruit, zowel om zo op te eten als om te gebruiken als broodbeleg: bijvoorbeeld banaan, aardbei of peer Eventueel rauwkost, zoals plakjes radijs en komkommer Margarine (rijk aan onverzadigde vetzuren)
Wil je de ouders die aanwezig zijn extra informatie bezorgen, dan kan je de brochures ‘Goed gemutst de ochtend door – tips en tricks voor een gezond ontbijt’ meegeven. Die bevatten betrouwbare, correcte informatie en kan je gratis bestellen op de website van NICE. Voorbeeldbrief Beste ouders
43
Gezond eten leer je niet alleen door erover te lezen en leren, maar ook door het te doen. Daarom organiseren we op …-…-… een gezond ontbijt op school om … uur. Als je ’s morgens wakker wordt, heb je acht tot twaalf uur niets meer gegeten. Hoog tijd dus om energie, vitaminen en mineralen bij te tanken om je dag optimaal te starten. Niets leuker om de dag te starten dan samen rond een gezonde ontbijttafel te zitten. Ben je erbij? Bezorg het ingevulde strookje terug voor …-…-…. Om de organisatie en logistiek vlot te laten verlopen, zijn we op zoek naar enkele helpende handen. Heb je zin om bij te dragen, duidt dit dan aan op het invulstrookje. Bij vragen kan je contact opnemen met de leerkracht. Met vriendelijke groeten De leerkracht ------------------------------------------------------------------------------------------o o o
Ja, ik doe mee aan deze activiteit en wil graag helpen klaarzetten en opruimen Ja, ik doe mee aan deze activiteit Neen, ik doe niet mee aan deze activiteit
Naam ouder/voogd: Naam kind: Handtekening:
Bron: Fruit op School - VIGeZ
44
Mei Wat doen we in de tuin? Ook deze maand kan er volop worden gezaaid en kunnen we heel wat oogsten.
Wat doen in de klas? De maand mei is traditioneel de maand waarin de mama’s in de bloemetjes worden gezet. Het ideale moment dus om creatief aan de slag te gaan met groenten en een poppetje tuinkers te maken voor de mama’s (1). Deze maand zoomen we een laatste keer in op de actieve voedingsdriehoek. Afhankelijk van de leeftijd van de groep vind je aangepast materiaal (2). Het is mooi weer buiten, tijd dus om de klas te verlaten. Tijdens een gezonde wandelzoektocht trekken de leerlingen door de school voor de gezondheidsrally (3).
45
Poppetje tuinkers voor mama (1) Tijdsduur: 30 minuten Benodigdheden:
Hard gekookt ei per leerling Lepeltje Watten Tuinkerszaadjes (of andere spruitgroente) Stiften
Aan de slag: Maak je ei voorzichtig aan de bovenkant open. Lepel er vervolgens het ei uit, zodat je een mooi leeg ei overhoudt. Neem dan een plukje watten en maak dat nat. Laat het even goed intrekken. Stop het vervolgens in het ei. Zaai dan de zaadjes van de tuinkers (of bijv. rode radijszaden). Dat doe je door een volle theelepel zaadjes over de watten heen te sprenkelen. Nu kunnen de kinderen een gezicht tekenen met de stiften of een leuke boodschap op het ei schrijven. En dan wachten maar tot het ‘haar’ van het poppetje begint te groeien. Let er op dat je het poppetje elke dag een beetje water geeft. De zaden mogen immers niet uitdrogen. Het ‘haar’ van het poppetje kan je afknippen als het ongeveer 5 cm lang is. Smakelijk! Bron: Ons Groene Schoolplein
46
Inzoomen op de actieve voedingsdriehoek (2) Tijdsduur: 1 lesuur Benodigdheden:
Opdracht voor de klasactiviteit voor leerlingen van 8, 9 of 10 jaar Opdracht voor de klasactiviteit voor leerlingen van 10, 11 of 12 jaar
Aan de slag 8, 9, 10 jaar: Klasgesprek over Joris, Flup en de actieve voedingsdriehoek Je vertelt over Joris en Flup. De leerlingen evalueren de voeding van Joris en Flup aan de hand van de actieve voedingsdriehoek. Joris en Flup zijn twee buurjongens. Ze lijken helemaal niet op elkaar. Joris is een tengere, magere jongen. Hij ziet ook altijd bleek. Bij Flup is het dan net weer van het goede te veel. De vader van Flup zegt wel eens dat zijn zoon zo rond is als een voetbal. Joris en Flup willen zelf wel eens weten waarom ze zo veel van elkaar verschillen, en ze hebben daarom besloten om één dag lang op te schrijven wat ze eten en hoeveel ze bewegen. Dit is het resultaat. Flup:
als ontbijt: 2 gekookte eitjes, 4 sneden wit brood met veel boter en choco en een glas cola om tien uur: een reep chocolade als middagmaal: een bord gebakken aardappelen, drie grote gehaktballen in tomatensaus uit blik, een suikerwafel tussendoor: een fles limonade en een zak chips als avondmaal: 2 sneden wit brood met een salamiworst en 4 sneden wit brood met veel boter en confituur, een kop koffie met 3 klontjes suiker voor het slapengaan: een zakje gezouten pindanootjes en een blikje cola Flup fietst elke dag naar school. Na schooltijd kijkt hij het liefst TV
Joris:
als ontbijt: een sneetje bruin brood met confituur, een glas water om tien uur: een appel als middagmaal: een kommetje appelmoes, een aardappel en twee glazen water als vieruurtje: een kop thee en een potje yoghurt als avondmaal: een sneetje volkorenbrood en een bord groentesoep voor het slapengaan: een glas water Joris gaat met de auto naar school. Na schooltijd gaat hij vaak
47
zwemmen. Dat doet hij één of twee keer per week voor een uurtje De leerkracht tekent twee actieve voedingsdriehoeken op het bord: één voor Joris en één voor Flup. Tijdens een klasgesprek brengen de kinderen de voeding van Joris onder in de actieve voedingsdriehoek voor Joris en deze van Flup in zijn actieve voedingsdriehoek. Bij zowel Joris als Flup gaan de kinderen na in welke voedingsgroep er te veel, te weinig of geen voedingsmiddelen voorkomen en of ze voldoende bewegen. Evaluatie Flup
Beweging: Flup fietst naar school, maar komt niet aan een uurtje beweging per dag. Hij zou beter nog wat extra bewegen door bijvoorbeeld na school te sporten Groep 1: Flup drinkt geen water Groep 2: Flup kan beter bruin brood nemen in plaats van wit brood en gekookte aardappelen verkiezen boven gebakken aardappelen Groep 3: Flup eet geen groenten (tomatensaus vervangt een portie groenten niet) Groep 4: Flup eet geen fruit Groep 5: Flup eet geen melk en melkproducten Groep 6: eén ei bij het ontbijt kan af en toe. Twee eieren is te veel. Flup eet best maximum twee eieren per week. Hij eet zowel ’s morgens als ’s avonds te veel vlees (100 g per dag is voldoende). Gehaktballen en salamiworst zijn beide vette vleesproducten Groep 7: Dik smeren is niet gezond Restgroep: Flup eet te veel voedingsmiddelen uit de restgroep, te veel zoete (frisdranken, choco, confituur, suikerwafel, chocolade) en vette dingen (chips, gezouten pindanootjes)
Evaluatie Joris
Beweging: Joris beweegt beter nog wat extra. Met één of twee uurtjes sport per week zal hij niet elke dag aan een uurtje beweging komen. Joris kan beter naar school fietsen of te voet gaan Groep 1: het is goed dat Joris regelmatig water drinkt Groep 2: en bruin brood en volkorenbrood neemt. Hij mag wel wat meer brood en aardappelen eten Groep 3: Joris eet te weinig groenten (appelmoes is van fruit gemaakt en fruit kan een portie groenten niet volledig vervangen) Groep 4: Met een kommetje appelmoes en een appel heeft Joris ongeveer twee stukken fruit gegeten Groep 5: Met slechts één potje yoghurt per dag krijgt Joris niet genoeg calcium binnen om zijn botten sterk te maken en te houden. Per dag zou hij drie glazen melk of een ander melkproduct en één of twee sneetjes kaas moeten eten Groep 6: Joris eet geen vlees of een vleesvervanger Groep 7: Joris gebruikt geen smeer- en bereidingsvet. We hebben allemaal nochtans een klein beetje vet nodig Restgroep: Joris is ten slotte geen snoeper zoals Flup
48
De kinderen doen suggesties om de voeding van Joris en Flup evenwichtig en gevarieerd te maken en hoe ze meer kunnen bewegen. Aansluitend kunnen de kinderen elkaar interviewen. Vraag Wanneer heb je bewogen en wat deed je dan? Antwoord: Om .... uur heb ik .......................................................................... en om .... uur heb ik ..........................................................................
Vraag Wat heb je gisteren gegeten en gedronken? Antwoord: als ontbijt.......................................................omdat (*)...................................... op weg naar school ......................................omdat.................................. tijdens de pauze (op de speelplaats) ................omdat..................................... als middagmaal .........................................omdat.......................................... tijdens de pauze (op de speelplaats).................omdat..................................... op weg naar huis............................................omdat...................................... als avondmaal .........................................omdat........................................ voor het slapen .........................................omdat........................................ (voor TV, tijdens het lezen van een boek,...)
(*) ‘omdat’ is bijv. omdat ik honger (dorst) had, ik het lekker vind, ik me verveelde, uit gewoonte, ik het moest eten, het gezond is... Ze kunnen elkaar vragen of ze wit of bruin brood eten, veel smeervet en beleg op de boterham doen, veel groenten eten, veel vlees nemen… Een aantal interviews wordt vervolgens klassikaal besproken. Je rondt af met leuke en gezonde suggesties. Aan de slag 10, 11, 12 jaar: De leerkracht hangt op het bord of aan de muur een uitvergrote blanco actieve voedingsdriehoek. De kinderen verzamelen prenten (minimum 5) over eten en drinken en over activiteiten die in de beweeglaag van de actieve voedingsdriehoek passen uit oude tijdschriften (in de klas of thuis de avond voordien). Ze kleven de uitgeknipte activiteiten in de beweeglaag en de voedingsmiddelen in de juiste voedingsgroep in de driehoek. Wanneer het om een product gaat waarin verschillende voedingsmiddelen verwerkt zijn, proberen de leerlingen er de voornaamste ingrediënten uit te halen en schrijven deze dan in de juiste voedingsgroep. Er volgt een nabespreking over voeding en reclame. Bespreking*:
49
Je stelt de volgende vragen aan de klas:
In welke voedingsgroep werden de meeste prenten gekleefd? Waarom wordt er veel reclame gemaakt voor voedingsmiddelen uit de restgroep? Er wordt veel reclame gemaakt voor allerlei lekkernijen die in de reclame vaak ook nog extra lekker of aantrekkelijk voorgesteld worden. Reclame wil mensen verleiden Ken je reclame voor verse producten (bijv. verse groenten en fruit, aardappelen, kaas, melk, yoghurt)? Volstaat het alleen producten te eten waarvoor reclame wordt gemaakt? De reclame stelt producten vaak aantrekkelijker voor dan ze zijn, je mag reclame niet altijd geloven; welke producten of welk merk je kiest maakt niet zoveel uit, als je je maar aan de principes van de actieve voedingsdriehoek houdt. Ken je reclame waarin verwezen wordt naar onze gezondheid of naar een gezonde voeding? Zijn er reclames die verwijzen naar een slanke lijn? Kan je een concreet voorbeeld geven?
De leerlingen proberen ten slotte zelf een leuke en informatieve reclameslogan voor elke voedingsgroep te bedenken (eventueel in groepjes van 4). Bron: Land van Calcimus - NICE * Wil je dieper op het thema reclame en voeding ingaan, dan kan je gebruik maken van het materiaal Reclame, we zijn er vet mee, van Logo Oost-Brabant
50
Samen met de ouders De gezondheidsrally (3) Tijdsduur: 2 uren Benodigdheden: Pancartes Antwoordformulieren Gratis uit te lenen bij Logo Oost-Brabant als je werkzaam bent in de regio. Bel 016 89 06 05 of mail
[email protected] Aan de slag: Met de Gezondheidsrally laat je je leerlingen een fiets- of wandeltocht doorheen de school maken. Tijdens die tocht gaan ze op zoek naar vragen die te maken hebben met gezondheid. Noem het gerust een gezonde zoektocht. Je hangt verspreid over de school vragen uit. De leerlingen vullen hun antwoord in op een formulier. Voor de winnaar kan je een gezonde prijs voorzien. De antwoorden op de vragen kan je nadien in de klas bespreken. Wil je de tocht wat uitbreiden naar bijvoorbeeld de omgeving rond de school? Dan kan je overwegen om ouders in te schakelen om groepjes leerlingen te begeleiden. Zo gaan ze samen actief op zoek en denken ze samen na over gezondheid. Bron: Logo Oost-Brabant
51
Juni Wat doen we in de tuin? In de tuin kan je volop zaaien en gewassen oogsten. Je kan met de kinderen al afspraken maken over hoe jullie de moestuin tijdens de zomermaanden onderhouden.
Wat doen we in de klas? In juni is het vaderdag. Het moment om de papa’s te voorzien van een originele, gezonde attentie (1). Op een zomerse dag zal een glaasje water met een verfrissende sapblokje smaken (2). Het einde van het schooljaar is in zicht. Dan is het alle hens aan dek voor het schoolfeest, afsluitende recepties en klasfeestjes. Wist je dat je dit feestelijk gebeuren ook een gezonde toets kan geven (3)?
52
Letters zaaien (1) Tijdsduur: 30 minuten Benodigdheden: Platte schaal Vochtige potgrond Wit vogelzand Lepeltje Tuinkerszaadjes (of andere spruitgroente) Aan de slag: Doe de vochtige potgrond in een platte schaal en druk de aarde plat met je vlakke hand. Schrijf met je vinger de eerste letter van de naam van je papa in de aarde. Strooi in het geultje van de letter wat wit vogelzand zodat je de letter goed kan zien. Zaai dan de zaadjes van de tuinkers op het witte zand. Zorg dat de hele letter goed ingezaaid is. Dek het zaad af met een laagje aarde. Geef de zaadjes elke dag een beetje (!) water, want ze mogen niet uitdrogen. Na enkele dagen zie je uit de zwarte aarde de letter in plantjes omhoog komen. Na een week zijn de plantjes ongeveer vijf centimeter lang en kan je ze afknippen. Als je leerlingen hun geschenk voor papa mee naar huis nemen, kunnen ze er nadien thuis ook nog eens lekker mee koken. Natuurlijk kun je ook een andere vorm maken dan een letter, bijvoorbeeld een hartje of een smiley. Bron: Ons Groene Schoolplein
53
Sapblokjes (2) Tijdsduur: 15 minuten – enkele uren in de diepvries Benodigdheden: Bakjes om ijsklontjes te maken Cocktailprikkers Glazen Diepvries Water Lekkere eetbare bessen en vruchten, bijvoorbeeld frambozen, aardbeien, druiven… Vruchtensap Aan de slag: Neem een bakje waarin je ijsblokjes kan maken. Leg in ieder vakje een stuk fruit. Snij grotere aardbeien doormidden. Steek een cocktailprikker door het fruit en vul het bakje langzaam met vruchtensap. Zet het daarna heel voorzichtig in de diepvries. En nu wat geduld… Na enkele uren in de diepvries zijn je sapblokjes klaar! Je kan je sapblokjes ook in een glas water doen. Da’s lekker verfrissend en het geeft het water een verrassende smaak. Santé! Bron: Ons Groene Schoolplein
54
Samen met de ouders Gezonde snacks op het schoolfeest of de klasreceptie (3) Hou jij met je leerlingen een klasreceptie op het einde van het schooljaar? Of organiseert de school een schoolfeest in juni? Zorg dan eens voor een gezond tussendoortjesbuffet. Samen met enkele enthousiaste ouders maak je met de kinderen gezonde snacks. De tafel en de ruimte waar je het buffet uitstalt, versier je helemaal vanuit het thema gezonde voeding. Gebruik bijvoorbeeld de actieve voedingsdriehoek en stel een kleurrijke fruitschaal samen. Wil je meer? Dan kan je de kinderen in de klas op voorhand een tekening of knutselwerk over gezonde voeding laten maken. De snacks uit het buffet kan je gratis meegeven of verkopen. Wanneer ze verkocht worden, dan kan je de opbrengst gebruiken om te investeren in een schoolmoestuin, een bezoek aan een boerderij of de aankoop van drankfonteintje. Inspiratie nodig om het buffet te vullen? Onderstaande receptjes zetten je op weg:
Egel
Fruitkebabs
Benodigdheden: halve meloen,
Benodigdheden: 1 rode appel, 2
verschillende soorten fruit, satéprikkers, 2 kersen of schijfjes wortel (voor de ogen). Werkwijze: Snij de meloen doormidden en haal de pitjes met een lepel weg. Snij alle vruchten in blokjes zodat ze makkelijk aan de satéprikkers blijven hangen. Rijg het fruit aan de stokjes en steek de stokjes in de halve meloen. Zorg dat er een stevig stukje fruit aan de voorkant en achterkant zit, zodat het fruit er niet allemaal af schuift als iemand de prikker uit de meloen pakt. Zet de kersen of wortelschijfjes met een stukje van een prikker aan de meloen vast, zodat de egel oogjes krijgt.
bananen, citroensap, 2 sinaasappels, 12 blauwe druiven, 50 gram in blokjes gesneden magere kaas, eventueel 1 takje verse munt. Werkwijze: Was de appels, boor het klokhuis uit en snij in dikke plakken. Pel de bananen en snij in dikke plakken. Strijk een beetje citroensap over de plakken appel en banaan zodat ze niet verkleuren. Pel de sinaasappels, haal de velletjes eraf en de pitten eruit. Verdeel ze in partjes. Rijg appels, bananen, sinaasappels, druiven en kaas om en om op spiesen. Zet de spiesen 5 minuten in een voorverwarmde oven of op de barbecue. Gooi dan een paar takjes munt over de spiesjes.
55
Wentelteefjes met banaan
Appel-dadel-smoothie
Benodigdheden: 1 banaan, 1 deciliter
Benodigdheden: 2 bij voorkeur
sojamelk of halfvolle melk, brood, olie. Werkwijze: Mix de banaan met de (soja)melk tot een gladde pasta. Giet in een diep bord. Dop het brood erin, laat het uitlekken en bak het aan twee kanten bruin in een lichtgeoliede pan.
bevroren bananen, 2 appels (geschild en in stukjes), 2 à 4 grote dadels, 25 centiliter vers appelsap Werkwijze: Meng alle ingrediënten met een staafmixer of in een blender tot het mengsel zeer glad en romig is.
Fruitwrap
Fruitbowl voor een feestje
Benodigdheden (8 stuks): 8
Benodigdheden (10 personen): 200
pannenkoekjes, 750 gram fruit (bijvoorbeeld appel, aardbei, kiwi, mandarijn, ananas, banaan, druiven, mango, meloen), citroensap, poedersuiker, 8 vierkante stukken (vetvrij) papier, 8 lage limonadebekers of glazen Werkwijze: Verwarm de pannenkoekjes in de microgolfoven. Was en schil het fruit. Snij het fruit in stukjes. Besprenkel de stukjes appel en banaan met citroensap. Meng het fruit in een kom. Maak de wraps: vouw een pannenkoekje dubbel, rol het op tot een hoorntje, hou hem in je hand en schep wat fruit erin. Vouw een stuk papier voorzichtig om het pannenkoekje heen. Laat de wrap voor de helft in een beker of glas glijden.
gram rode bessen (of klein blikje ananasstukjes), 250 gram aardbeien (of plakjes banaan), 150 gram frambozen (of mangostukjes), 1 kleine meloen, 6 deciliter koude cassis, 3 deciliter spuitwater, 6 eetlepels poedersuiker. Werkwijze: Spoel de rode bessen in een zeef onder de kraan af. Haal ze boven een (bowl)schaal met een vork van de steeltjes. Strooi er de poedersuiker over. Was de aardbeien en haal de kroontjes weg. Spoel de frambozen in een zeef af en verwijder de kroontjes. Doe de aardbeien en frambozen ook in de schaal. Snij de meloen doormidden en lepel de pitjes eruit. Schep bolletjes uit de meloen en die ook in de schaal. Meet de cassis en het spuitwater af en schenk die over het fruit. Zet de bowl voor het opdienen afgedekt in de koelkast.
Yoghurtshake
Vitaminebommetje
Benodigdheden (voor 4 glazen): 250
Benodigdheden: 4 kiwi’s, 3 deciliter
gram aardbeien (eventueel kiwi, banaan, perzik), 1 deciliter sinaasappelsap, 0,5liter yoghurt Werkwijze: Was de aardbeien. Verwijder de kroontjes en doe ze met het sinaasappelsap in een keukenmachine of blender. Pureer. Schenk de yoghurt erbij en laat de machine even draaien. Schenk de shake in 4 glazen. Steek er een rietje in en leg er eventueel een aardbei bovenop.
appelsap, 3 deciliter sinaasappelsap. Werkwijze: Doe alles in een mengbeker en pureer dit mengsel met een staafmixer.
Bron: Fruit op School - VIGeZ
56