Gezonde groenten kweken zonder pesticiden Aantastingen in de moestuin voorkomen en natuurlijk genezen
Informatie bijeengebracht in opdracht van Velt Midden Brabant door Luc Vanhoegaerden
•
Aantastingen in de moestuin, welke en waarom • • • • •
•
Hoe trachten aantastingen te voorkomen • • • • • • • •
•
Fauna en flora in de moestuin Hoe kijken we naar een aantasting Wat bepaalt of er aantastingen optreden Soorten aantastingen merkbaar in de moestuin Mechanisme van aantasting - aan en in - de plant
Overzicht mogelijke preventieve maatregelen Basismaatregelen in de preventieve gewasbescherming De juiste standplaats geven De juiste (bij)bemesting toedienen De juiste hoeveelheid water geven Het preventief gebruik van gesteentemelen Inpassen combinatieteelten Natuurlijke helpers lokken en belagers wegvangen
Hoe aantastingen natuurlijk bestrijden • Zelf natuurlijke bestrijdingsmiddelen aanmaken en toepassen • Het gebruik van milieuontziende bestrijdingsmiddelen • Enkele frequent voorkomende aantastingen voorkomen en bestrijden
Natuurlijk tuinieren; kan dat wel?
Hoe kijken we naar een aantasting?
Waarom het ene jaar niet; het andere wel aantastingen? Insectenpopulatie en ziektedruk staat in functie van : – Klimaat- en seizoensinvloeden – Aanwezigheid waardplanten – Zaai- en planttijdstip – Dichtheid van het gewas – Vruchtafwisseling – Bemesting overmaat of tekort – Onkruidgroei – Bodemomstandigheden – …
Een abnormaal uitzicht bij een tuingewas
Mechanisme van aantasting - aan en in - de plant Uitwendige organen dierlijke vraat van insecten, kleine dieren,
en fysische schade aan bladeren, stengel, wortel
Dierlijke plagen
& Schade allerhande
Weefsel uitwendig zichtbare verkleuringen veroorzaakt door schadelijke bacteriën, schimmels en virussen in het bladmoes
Infectieziekten Cellen tekorten (voeding, licht, lucht,water) in de cellen worden uitwendig zichtbaar als gebreksziekte
Stofwisselingsziekten chemische verbindingen op elk ‘niveau’ van de plant kunnen aantastingen de opbouw- en levensprocessen bedreigen
eiwitten : bouwstenen levende cel koolhydraten : bouwsteen, brandstof en reservevoedsel vetten : brandstof etherische oliën, vitaminen, enzymen,…… groeistoffen – plantenhormonen e.a.
elementen atomair gebonden C, H en O water - tot 95% (blad) , tot 15% (zaden) diverse elementen in kleine hoeveelheden N - P - K - Mg - S - Ca ………AL- Cl –Br…….
Mechanisme van aantasting - aan en in - de plant lagere vormen – bacterie / schimmel / virussen / aaltjes opereren ter hoogte van de cellen en celweefsel
Mechanisme van aantasting - aan en in - de plant Vraat aan de uitwendige organen bijv. rupsen en larven
Zuigen én infecteren van plant – sappen en weefsel bijv. bladluizen
Vorming van plant weefsel woekeringen bijv. galweefsel, knolvoet
Preventieve maatregelen ter gewasbescherming • een bestudeerde vruchtafwisseling toepassen als basismaatregel in de preventieve gewasbescherming • de teelten zo spreiden dat we de belagers vermijden vb. het zaai- of planttijdstip bewust verleggen • geurmisleiding van de insecten nastreven vb. door het toepassen van combinatie- of mengteelten, aanplant van Afrikaantjes • insecten de pas afsnijden door mechanische afschermingen aan te brengen vb. insectengaas – vogelnetten – koolkragen • de belagers tijdig wegvangen vb. aardvlooiplank, lijmbanden, lokaas aardrups, boompap Preicobact
Preventieve maatregelen ter gewasbescherming • lokvallen plaatsen om de aanvallers tijdig op te ruimen vb. bierval slakken, aardappelschijf ritnaalden, OI kers- bladluizen • natuurlijke vijanden bewust introduceren vb. oorwormpotjes, vogelkastjes, aanleg houtwal, sluipwesp serre • gesteentemelen stuiven onttrekken oppervlaktevocht, verhogen hardheid en zuurtegraad op het blad • milieuontziende insecticiden inzetten (alleen als het niet anders kan) vb. natuurlijk pyretrum (bloemaftreksel) , kwassiahout (aftreksel schors) derris (wortelextract) , thuricide (bacteriepreparaat) • belagers weren door het toepassen van plantenaftreksels vb. alsem, boerewormkruid, brandnetel, knoflook
Basismaatregelen in de preventieve gewasbescherming Doel : Plantenstress vermijden Vruchtafwisseling toepassen en regelmatige controle van de Zuurtegraad van de grond (pH)
De juiste standplaats geven optimale groeiomstandigheden : voeding, licht, water, planten in de buurt
•
Prei in de zon op voedzame en doorlatende grond, open standplaats
•
Snijbiet in de zon/half schaduw in de vochthoudende, voedzame grond
•
Wortelen op zonnige standplaats in lichte en voedzame grond
•
Boontjes verkiezen een warme, zonnige standplaats in de tuin
•
Rucola in de zon op humusrijke en lichte grond.
•
Radijsjes voelen zich beter thuis op luchtige vochtige zandgrond
•
Sla
•
Spinazie In de zon, in lichte humusrijke grond die niet te zanderig is
•
Kolen voelen zich goed op een eerder zware grond,
•
Selder geeft goed resultaat op een vochtige standplaats in halfschaduw
zon of halfschaduw, op humusrijke en vochthoudende grond
De juiste (bij) bemesting toedienen •
•
Groenten betrekken de hoofdelementen N-P-K uit de basisbemesting die is aangebracht.
Indien er tijdens het groeiproces voedingstekorten ontstaan zal de plant dat tonen met een abnormale groei, ongewone verkleuringen, moeilijke afrijping......
STIKSTOF •
De groei van het blad kan achterblijven of stilvallen bij tekort aan stikstof. Vermits stikstof gemakkelijk uitspoelt hebben snel groeiende bladgewassen of vruchtgewassen soms stiktoftekort. Vooral prei en koolgewassen lijden hier wel eens aan.
•
Bloeiende planten niet te veel stikstof bijgeven want dat bemoeilijkt bloemafrijping en maakt de plant gevoeliger voor ziektes.
•
Tijdens de groei van het blad mag men - indien nodig- wel bijkomend stikstof toedienen.
•
Plantengier levert heel wat bruikbare stikstof.
De juiste (bij) bemesting toedienen KALIUM •
Kalium zorgt voor een goede bloei bij vruchtgewassen en peulvruchten. Het bevordert tevens de wateropname van wortels.
•
De aanwezige kalium spoelt vooral uit in zanderige bodems.
•
Vinasse en houtas (van onbehandeld hout!) zijn een goede bron van kalium
SPORENELEMENTEN •
Voor een evenwichtige groei heeft iedere plant nood aan kleinere hoeveelheden van diverse sporenelementen om de aanwezige mineralen om te zetten in voor plantengroei bruikbare stoffen.
•
Tekort aan sporenelementen kan zich tonen in diverse vormen.
•
Zeewier en vulkanische gesteenten brengen heel wat sporenelementen aan.
FOSFOR •
Fosfor is nodig voor wortelvorming en de groei van bloemknoppen, zaden en vruchten. In de bodem komt het meestal voldoende voor, maar de opname van fosfor wordt beperkt bij een lagere bodemtemperatuur.
•
Tijdens het vroege voorjaar bij een tekort aan beschikbare fosfor in de grond) kan een bijbemesting met fosfor helpen . Vooral voor aardappelen en uien is beschikbare fosfor een noodzaak.
•
Natuurlijke fosfor kan aangebracht worden via natuurfosfaat, compost en dierlijke mest.
Advies soorten bijbemesting •
In de tuinzaken worden diverse gekorrelde organische handelsmeststoffen verkocht die men als specifieke bijbemesting oppervlakkig kan inwerken
•
Evenwichtig opgebouwde compost is evenwel veel goedkoper en werkt even krachtig.
•
Opgroeiende gewassen kan men geregeld met zeewierextracten besproeien. Geconcentreerd zeewierextract wordt volgens de gebruiksaanwijzing verdund en verneveld over de bladeren. Zeewierextract bevat een aantal natuurlijke groeihormonen.
•
Plantengieren aan de gewassen gieten. Bemest met plantengier bij voorkeur op vochtige grond, dit verbetert de opname door de plantenwortels. Opgepast: Te veel bijbemesting met een te geconcentreerde vloeibare mest kan de wortels evenwel verbranden! Hou je aan de voorgeschreven dosissen. Bemest liever twee keer met een halve dosis, dan één keer een hele dosis.
•
Regelmatig gesteentemelen verstuiven
De juiste hoeveelheid water toedienen Gebrek aan water kan planten kwetsbaarder maken voor plagen en ziekten, de opbrengst verminderen en doorschieten veroorzaken Zaailingen en jong aanplant mogen nooit uitdrogen. Als planten eenmaal zijn aangeslagen, kunt u ze beter onregelmatig veel water geven, dan geregeld een beetje. Water dat diep in de grond dringt, stimuleert de planten diep te wortelen, waardoor ze in droge perioden het benodigde vocht diep uit de grond kunnen halen. (cfr. goede grondstructuur) Begiet planten 's avonds aan de voet, want dan is de verdamping het geringst.. Tijdens de bloei is er een grote vochtbehoefte
Bij droogte moeten de planten extra water krijgen in bepaalde perioden:
Bijvoorbeeld : • Bonen: aan het begin van de bloei; wanneer de peulen zich vormen. • Sla: 7 - 10 dagen voor de pluk. • Zomerkool, zomer - en herfstbloemkool: 2 - 3 weken voor de oogst. • Courgette: als de vruchten zich vormen. • Erwten: als ze bloeien en als de peulen zich vormen. • Aardappelen: wanneer de knollen knikkergroot zijn. • Suikermais: als de bloei begint en als de kolven zwellen. • Tomaten: vanaf de bloei. • Broccoli, selderij, spinazie: altijd bij droogte.
Gesteentemelen stuiven Basaltmeel en lavameel zijn pure, gemalen, vulkanische gesteenten die een gewasversterkende werking hebben en die voorbehoedend werken tegen ziekten en plagen. Ze brengen vooral kiezelzuur en sporenelementen aan.
Werkingsmechanismen •
Fijn verstoven gesteentemelen zijn hygroscopisch. Ze onttrekken vocht aan het blad of bij de aanwezige schimmelsporen die dan uitdrogen
•
Fijne stofdeeltjes verstoppen de luchtwegen van de insecten. Ze worden daardoor minder actief of vertrekken
•
Gesteentemelen veranderen de levensomstandigheden van op het blad levende schimmels. Het verhoogt de zuurheidsgraad van het bladoppervlak waardoor ziekte verwekkende schimmelsporen niet meer kunnen ontkiemen
•
Poreus gesteentemeel absorbeert ook geuren. Het gesteentemeel onttrekt de specifieke gewasgeur waar de insecten op af komen. (koolvlinders naar kolen, wortelvlieg naar wortelen)
•
Ook het beschermende waslaagje van een insect wordt beschadigd door het fijn stof waardoor het insect uitdroogt. Dit zou vooral bij warme, droge omstandigheden goed werken. Bij lagere temperaturen of bij hoge vochtigheid hebben de insecten er minder hinder van
•
Het blad neemt silicium op uit het gesteentemeel waardoor het op microschaal harder wordt wat meer weerstand heeft tegen schimmels en insecten
Gepast gesteentemelen stuiven •
•
•
•
Gesteentemelen worden in een lichte laag om de twee à drie weken preventief verstoven De dosis per verstuifbeurt ligt tussen 40 tot 50 gram per are. Men kan best verstuiven op een vochtig gewas, bij voorkeur 's avonds bij windstil weer Het gesteentemeel zal uiteraard ook vele nuttige schimmels en insecten beïnvloeden. Stuif dus niet op planten waarop bijen komen of wacht tot de avond of tot na de bloei. volgens de literatuur zijn de bestuivingen niet gunstig, maar ook niet dodend voor gewenste natuurlijke vijanden van sommige schadelijke insecten bijv. roofmijten en sluipwespen.
Gepast combinatieteelten toepassen bestrijding dierlijke aantastingen
• De beïnvloeding kan liggen bij de geur die de planten afgeven waarmee ze bepaalde plaaginsecten afstoten of misleiden. Klassiek voorbeeld is het misleiden van de wortelvlieg (op zoek naar wortels voor het leggen van hun eitjes) door ajuin naast de wortels aan te planten. Tegelijkertijd wordt de uienvlieg misleidt door de geur van de wortels. • Sommige planten geven die via hun wortels bepaalde stoffen af waardoor aaltjes worden geweerd. (Afrikaantjes – tagetes patula ‘Single Gold)
Combinatieteelt
Bij het aanplanten van het groenteperceel rekening houden met het combineren van planten die al dan niet (boven- én ondergronds) een gunstige invloed hebben op elkaar. Planten kunnen elkaar positief beïnvloeden of elkaar verzwakken Voorbeelden inpassen groenten in combinatieteelt www.tuinadvies.be/artikels/combinatieteelt_groenten_planten.htm
Groente
Gunstig in combinatie met
Slecht in combinatie met
ajuin
bonen, spruiten, koolrabi, spinazie,suikermaïs, bloemkool, sluitkool, erwten
tomaat, pompoen, erwt, ajuin, komkommer, selderij, bloemkool, wortel
wortelen
bonen
knoflook, kolen, bieslook, witlof, prei, ajuin, erwten, radijs, sla, tomaat, rozemarijn aubergine, sluitkool, selderij, komkommer, aardappel, suikermaïs, pompoen
rode biet
venkel, prei, sjalot, ajuin
Keukenkruiden als gezelschapsplanten Een gezonde tuin door mengcultuur, Gertrud Franck ISBN 90 6410 151 5 Planten die elkaars gezelschap zoeken, Helen Philbrick, ISBN 90 6045 895 8
Volgens Gertrud Franck kan men: •
•
• Bieslook bij aardbei zetten, gunstig of niet?
• • •
Relatief weinig wetenschappelijk onderzoek op gedaan Enkele gespecialiseerde boeken Vooral eigen ervaringen die circuleren onder tuiniers
• • •
Keukenkruiden als gunstige gezelschapsplanten tussen de groenten zetten Keukenruiden inzetten als bescherming tegen schadelijke organismen Keukenkruiden gebruiken als gierplanten Keukenkruiden als voorteelt inzetten als bodemverbeteraars Keukenkruiden gebruiken als hulp bij de bodembedekking Keukenkruiden inschakelen als nuttige planten in de compost
Keukenkruiden als gezelschapsplanten Enkele interessante combinaties zijn volgens Gertrud Franck: • • • • • •
Dille mee zaaien tussen de wortelen en tussen kolen en rode biet zetten Kervel mee zaaien tussen de slaplanten en andijvie Bonenkruid uitplanten tussen de bonen Basilicum tussen augurken, courgette en venkel en in de serre bij tomaat Bernagie mee zaaien met koolrabi en kolen Peterselie naast ui en tomaat zetten
Mengteelt met keukenkruiden zou op die manier: • Schadelijke insecten misleiden of verdrijven • Nuttige insecten (bestuiving) aantrekken • De wortelgroei positief beïnvloeden • De grond gezond houden door werkzame stoffen af te scheiden • Buurplanten stimuleren in hun groei
Belagers vermijden en/of wegvangen •
Sommige groenten afschermen met netten tegen vogels of aantasting door insecten.
•
Verschillende groenten afwisselend in rijen zetten om insecten in de war te brengen via geurmisleiding
•
Methoden gebruiken om te beletten dat schadelijke insecten bij de plant geraken en nuttige insecten naar de plant lokken.
•
Indien mogelijk aantasting door schadelijke insecten vermijden door gevoelige groenten te kweken buiten de periode van aantasting door insecten
•
Zo veel mogelijk de schadelijke insecten wegvangen
•
Afweren van schadelijke insecten met plantenaftreksels
Mens- en milieuontziend bestrijden van aantastingen Natuurlijke bestrijdingsmiddelen maken en toepassen
Plantenaftreksels kunnen we zelf maken van planten die we plukken in de vrije natuur We kunnen ze ook bewust als hulpmiddel kweken in de tuin en zo hebben we ze altijd bij de hand Je kan vers plukken en direct gebruiken of drogen en bewaren voor later gebruik Er zijn verschillende methodes voor de bereiding van aftreksels van planten, die kunnen gebruikt worden als: »
geur misleider
»
plantversterker
»
bestrijdingsmiddel
Welke soorten van aftreksels van planten zijn er? Ongegist aftreksel Plantendelen maximum 5 dagen laten weken in water, filteren en op de planten verstuiven gebruiken als geurmisleiding (preventief middel) gebruiken als bestrijdingsmiddel Gier We kunnen planten ook afkoken, of laten gisten tot het 'gier' wordt. Tijdens het gisten komen er meststoffen vrij; vooral stikstof. Gier kan (verdund) zorgen voor een bijkomende (blad) bemesting. Gegiste gier Plantendelen maximum 2 weken laten weken in een vat, afgedekt met een doek. Elke dag een beetje omroeren en nu en dan wat water bijvoegen. Een paar keer basaltmeel door roeren om de geur weg te nemen en de vrijkomende stikstof te binden. Onverdund aan de voet van de plant gieten als voeding voor de plant Verdund verstuiven over de planten als vorm van bijbemesting
Algemeen recept maken van een aftreksel of een gier
•
Voor een aftreksel van 10 liter water gebruik je 1 kilo verse plantendelen of 150 gram gedroogde planten. De emmer afsluiten met een deksel of een doek. Je moet het aftreksel dagelijks wat omroeren
•
Je laat de planten 5 dagen weken in het water (ongegist aftreksel) of tot maximaal twee weken (gegiste gier)
•
Na twee weken kan je de gevormde gier eventueel verdunnen.
•
Zeven van het aftreksel of de gier net voor gebruik.
•
Kwalijke geurvorming kan men afremmen door basaltmeel in te mengen
Zelf aftreksels maken uit eigen tuin • geurstoffen van deze planten jagen insecten weg en zo kunnen we aantastingen voorkomen • aftreksels van deze planten kunnen groenten versterken en zo meer weerstand bieden tegen aantastingen • we kunnen aftreksels van deze planten gebruiken om plagen te bestrijden
Zelf aftreksels maken uit verzamelde kruiden
Enkele frequent voorkomende aantastingen voorkomen en bestrijden met plantaftreksels • •
•
• • • •
Als afweer tegen schimmelziekten bij aardappels en aardbeien. Laat 500 gram knoflook en 500 gram ajuinschillen trekken in water. Verdund begieten op de grond tussen de rijen. Om schimmelziekten als meeldauw, schurft en roest te voorkomen. 1 kilogram verse heermoes of akkerpaardenstaart (of 150 gram gedroogde) laten trekken en verdund in een verhouding van 1 op 5 liefst tijdens de morgen verstuiven over de planten Als vloeibare meststof en als afweer tegen bladluizen. Laat 1 kilogram brandnetel trekken en spuit het aftreksel verdund in een verhouding 1 op 10 over de planten als meststof. Onverdund kan het ingezet worden tegen bladluizen. Als afweermiddel tegen koolwitjes op de koolgewassen. Laat twee handenvol gekneusde tomatenbladeren trekken in 3 liter water gedurende 5 uur. Om de paar dagen onverdund sproeien over de koolplanten Tegen de zwarte luis en de preimot. Laat 500 gram vers gekneusd rabarberblad trekken in 3 liter water en sproei het aftreksel onverdund over de planten Tegen roest en meeldauw. Laat 300 gram vers geplukt boerenwormkruid trekken en sproei het in een verdunning van 1 op 3 over de planten Tegen preivlieg, bladluizen, koolwitjes en aardvlooien. Laat 1 kilogram fijngehakte bladeren van de vlierboom trekken in 10 liter water en sproei het aftreksel onverdund over de aangetaste planten
Milieuontziend bestrijden van aantastingen met commerciële middelen In uiterste nood : milieuontziende insecticiden inzetten vb. natuurlijk pyretrum (bloemaftreksel) , kwassiahout (aftreksel schors) derris (wortelextract) , thuricide (bacteriepreparaat), Neemolie (boomextract), conserve (geïsoleerde grondcomponent),….