MEZENBOL
Advent 2013
Inhoudsopgave
2
Woord van de redactie
3
Wat voorbij is wordt begin
4
Herfst Heiligen helpen ons ,op weg naar Kerst
5
Donker is de aarde (liedje)
7
Elf november
8
Advent (gedicht)
10
Kerstfeest in de voorchristelijke mysterietraditie
11
Het wonder (gedicht)
19
De wichtelman
20
‘Er zijn’ – niet alleen een Kerstgedachte!
21
Kerstfeest in het Leendert Meeshuis
22
Verhuispuzzel
24
Grondsteenspreuk
26
Ronde kransen en het Licht
28
Antroposofische kerstboomversiering
29
Schumann en de bewoners van het Leendert Meeshuis
30
Kruispuntje
31
Knutsels
32
Kersttijd, Heilige Nachtentijd
34
Programma Advent- Kerst- Heilige Nachten – tijd
35
Concerten januari t/m maart 2014
37
Als de liefde niet bestond (gedicht)
38
Colofon
39
Afbeelding voorkant:Internet
2
Woord van de redactie. Marianne Visser
Over sterren, over zonne, zachtjes gaat Maria’s voet. Louter goud en lichte vreugde brengt zij aan haar kindje zoet. Als Maria blijde wandelt, hoog door ’t Godlijk licht omstraald, weeft zij ’t kleed uit sterre-zegen, waar Gods kind in nederdaalt We zijn nu in de maand december, waarin we toeleven naar de donkerste tijd van het jaar. In al dat donker zoeken we naar licht. We doen dat door samen met familie en anderen kaarsjes aan te steken, om zo wat ‘extra’ licht en gezelligheid te ervaren. In het Leendert Meeshuis proberen we aan elkaar licht te schenken, door te wichtelen, mee te doen met het wekzingen, mee te werken aan het Kerstspel en met elkaar in de huiskamers een sfeer van warmte en gezelligheid op te bouwen. Zo leven we toe naar de Kerstdagen. Net zoals Maria kunnen we de sterren aan de hemel ervaren en in dankbaarheid elkaar licht en vreugde brengen. Het licht dat naar beneden daalt in ons hart, omstraalt dan ons allen! De redactie wenst u allen dan ook een lichte kersttijd toe.
3
Wat voorbij is wordt begin. Heleen de Weger Het heeft dit jaar best lang geduurd voordat ‘de donkere dagen voor kerst’ inzetten. Ook al werden de dagen duidelijk korter en de nachten steeds langer, tot midden november hing het geel en rood en bruin en soms zelfs nog groen gekleurde blad nog aan de bomen. En al was de regenval af en toe extreem, de zonnige dagen gaven ons dit jaar lang een kleurrijk herfstgevoel. Al begin oktober inspireerde de prachtige natuur in de binnentuin en op het terrein van Berg en Bosch om ons tijdens de literaire kring bezig te gaan houden met herfst en herfstgedichten. We haalden herfstherinneringen op uit onze jeugd, en zochten met elkaar en ieder voor zich naar trefwoorden voor wat we nú spontaan met herfst associeerden. En uit die –schuingedrukte- trefwoorden maakten we onderstaand gedicht… Herfst in huiskamer drie van afd. Pauw 22 oktober 2013
Als de bladeren vallen en de wind mijn ijs wegblaast voel ik nattigheid. Ik zie de muisjes in hun huisjes kruipen. Vol nostalgie kijk ik terug op geelbruine vioolklanken, wat voorbij is wordt begin. Het licht verdwijnt in mooie kleuren. Ik luister naar de stilte van het interval.
4
Herfst Heiligen helpen ons, op weg naar Kerst . Renske van Pomeren Advent : voorbereiding en verwachting. Voorbereiding van wat? Voor kinderen is het duidelijk: wij vieren de geboorte van Jezus, die voor de mensen het Licht op de aarde bracht. Maar wat verwacht ik nu zelf, wordt het voor mij innerlijk ook feest of ga ik ten onder aan alle drukte? Wat wil ik verwachtingvol beleven of in mijzelf wakker roepen c.q. geboren laten worden? Waar wil ik zelf bij stil staan (als het al mogelijk is om in deze tijd ergens de rust te vinden om stil te staan, vooral vlak voor kerst)? Het kost moed en kracht je hiervan bewust te worden en dan bedoel ik werkelijk innerlijk in jezelf te voelen wat je wilt en niet wat je met je hoofd bedenken kan.
Ik wil in die tijd mijzelf als mens beleven en mijn innerlijk kern voelen. Ik wil bewust leren voelen dat ik de kracht van Christus, die Hij sinds het mysterie van Golgotha in ieder mens gelegd heeft, in mij draag en proberen deze vonk tot een mooie vlam te ontwikkelen. Wanneer ik dat werkelijk wil dan kost dat voorbereiding. Dit Licht in mijzelf kan alleen stralen en anderen tot heil zijn als ik zelf stevig in mijn schoenen kan staan. Daarop moet ik dus in eerst instantie mijn aandacht richten, niet egoïstisch, maar om daardoor de ander de ruimte te kunnen bieden zichzelf te kunnen zijn. Met Michaël neem je de moed op om deze weg te gaan. De weg naar het geestelijke in jezelf, de weg naar het geestelijke in de ander, de weg naar het geestelijke in de wereld, de weg naar alle geestelijke wezens die ons zorgend en wevend omringen.
Hoe doen we dat? Als je in de Michaëls tijd (dus oktober - november) om je heen kijkt in de natuur wordt het je duidelijk. Alle bomen doen het ons namelijk voor: "leg sierlijk en met vreugde je oude omhullingen (verdedigingsmuren enz.) af en behoud de gouden essentie van je zijn". Iedere boom laat in de herfst met gratie en tot vreugde van vele levende wezens zijn vruchten en bladeren vallen. Hij verschijnt dan in zijn naakte zijn, zijn wezenlijke gestalte en draagt een groot geheim bij zich. 5
Welk geheim? Hij lijkt wel kaal en naakt, maar in zijn knoppen ligt de gouden essentie van zijn zijn. In wezen is hij nu het meest zichzelf, stevig rechtop staand trotseert hij iedere storm. Die stevigheid moeten wij ook zoeken. Wij moeten dan zelf op zoek gaan naar de gouden essentie van ons eigen zijn. De antroposofie kan je daarbij helpen. Het is en blijft een persoonlijke zoektocht. En als je deze gouden essentie gaat naderen, dan voel je je warm van binnen worden, je voelt dat de vonk in jezelf gaat opvlammen. Het gaat echter niet alleen om jezelf. Deze vonk wordt pas echt een vlam als hij in het sociale kan opvlammen. Daar sta je dan als een boom, kaal maar eigenlijk het meest jezelf en overal in je knoppen draag je de gouden essentie van je eigen zijn. Nu komt de eerst proef: het feest van Sint Maarten. Ben je in staat te delen? Dit is de eerste stap in de grote adventstijd die op 11 november begint. Men spreekt ook wel over de grote kersttijd die zich uitstrekt van Sint Maarten tot en met Maria Lichtmis. Het sociale oefenen is begonnen. Kun je werkelijk delen op alle denkbare gebieden ? Sint Maarten deelde zijn mantel in tweeën en gaf zijn halve mantel weg. De andere helft van zijn mantel behield hij. Dit laatste moeten wij goed tot ons door laten dringen. Een mens kan namelijk niet meer goed functioneren als hij innerlijk alles weggeeft. Ieder mens moet een deel behouden en zal dan merken dat deze halve mantel steeds weer heel, zo niet groter, wordt. Hierdoor kan men steeds weer en steeds meer schenken Dit delen en schenken is een hoge kunst , een kunst die je pas goed kan leren hanteren als je inzicht hebt gekregen in jezelf dus in je eigen gouden essentie. De volgende proef is het Sinterklaasfeest, het feest van creatief en sociaal bezig zijn. Voor dit feest moet je je werkelijk verdiepen in de andere mens, je probeert van haar of hem een levend beeld te maken. Door de andere mens zo zuiver mogelijk te proberen te zien kun je hem datgene geven wat die ander juist nodig heeft. Met creativiteit kun je de ander een handje helpen op zijn levensweg. Humor is daarbij onontbeerlijk. Vrolijkheid, lachen, zingen, creativiteit en humor zijn een soort smeerolie in het leven. Het is overigens niet alleen je inleven in de ander, want de ander houdt jou ook een spiegel voor. Dit kan je weer helpen beter inzicht te verwerven over jezelf en hoe je overkomt bij anderen. Je verzamelt dus eerst de moed om je gouden essentie te gaan zoeken (en zodoende jezelf te leren kennen), dan om te leren werkelijk te delen met anderen en vervolgens om te proberen levende beelden te ontwikkelen van je medemensen en hen met liefde en humor tegemoet te treden en tevens leer je ook in je eigen spiegel te kijken om zo een eerlijk beeld over jezelf te vormen. Door deze ontwikkeling te gaan kun je een open en onbevangen houding ten opzichte van je medemensen krijgen waarbij je niet overheerst noch dominant voelt en waar de ander zich ook veilig en gezien kan voelen. Ontmoeten wordt dan ook echt ont-moeten, dus je moet 6
niet meer en mag jezelf zijn. Wanneer mensen elkaar zo ontmoeten, dan geeft dat nieuwe energie ("waar twee of meer in mijn naam verenigd zijn ben Ik (Christus) in hun midden"). Wij worden weer enthousiast (zijn in God : en-thou-siast).
Op deze wijze zou ik het kerstfeest willen naderen: rustend in mijzelf en open voor de ander. En als het je lukt niet alleen je eigen vlammetje te laten opvlammen, maar ook dat van de anderen, dan voel je de jubel: het lukt (ook al is het soms kortstondig)! Er kan dan een intense vrede ontstaan, een vrede waarin iedereen zichzelf kan zijn in zijn diepste wezen.
"VREDE op aarde voor de mensen van goede wille". In dit liedje wordt het voorgaande stuk op eenvoudige wijze samengevat:
Donker is de aarde, de bomen zijn nu kaal. Voor kwaad bewaard’ ons De dapp’re Michaël, De dapp’re Michaël. d’Heilige Sint Maarten, Hij schonk ons offerkracht. Advent is nu gekomen En heel de wereld wacht, En heel de wereld wacht. Nicolaas wil helpen Een beter mens te zijn. Opdat het Kerstlicht strale In onze harten rein, In onze harten rein. Bronnen : De jaarfeesten Het Zonnejaar Schipper mag ik overvaren Juul van der Stok www. Antrovista : Tinekes Doehoekje
7
Elf november. Femke Akse
Vroeg, het is heel vroeg, ik draai mijzelf nog een keer om, buiten is het herfst, het waait en het is guur. De regen klettert tegen de ruiten. Met gemengde gevoelens denk ik aan de avond. Vanavond is het St. Maarten bij de Vrije School en als ik het buiten zo tekeer hoor gaan zakt de moed mij een beetje in de schoenen. Ik vind het echt een prachtfeest en loop ook graag mee maar oh dat weer! Dat weer!! Daar word ik niet vrolijk van. Inmiddels is mijn oudste zoon wakker die een heel andere kijk op ‘t geheel heeft. “Mam mam .. Eruit!! Het is St. Maarten en vanavond gaan we met de lampions lopen en het regent buiten en het waait heeeeeel hard!! En dan is het echt St. Maarten hè?” “Ja jongen dat is ‘t…”
Het is St. Maarten! Rond half negen vertrekken we richting school, ik help mee in de klas pompoenen versieren. Het uithollen en de soep maken vind ik persoonlijk het leukste gedeelte. In de middag eten we gezamenlijk de soep en bekijken we de resultaten van een ochtend snijden aan onze pompoenen. Ze zien er allemaal even prachtig uit! En het voelt ook echt als St. Maarten, het delen met elkaar, en het samen doen. Ondertussen regent het gestaag door.
8
En dan is het avond en gaan we lopen, een lang stuk door het bos naar een boerderij. Met al die brandende pompoenen en het zachte zingen van de liederen voel ik mij ondanks de regen en de harde wind helemaal warm worden van binnen, het beeld wat hier zo mooi bij past is… dat wanneer het donker op de aarde wordt je door middel van het kaarsje in de pompoen een klein stukje van je hart naar buiten kan laten schijnen. En dan het prachtige lied:
Ik loop hier al met mijn lantaren, En mijn lantaren met mij Daar boven stralen de sterren, Beneden stralen wij. Prachtig vind ik dat, dat we op dat moment alles delen, ook het licht van de sterren, en dat we in deze donkere dagen een stukje van ons innerlijk licht naar buiten dragen en het aan elkaar geven en met elkaar delen. Tot het moment dat het grote licht geboren kan worden… Kerst.
9
Advent Felicia Dekkers
Tussen hemel en aarde kun je alles verwachten, weet je nooit wat er komt, maar er kan iets nieuws gebeuren… Het enige is wachten: uitzien en hoopvol vèrwachten, -kome Wie komten dat nu… betekent advent.
10
Kerstfeest in de voorchristelijke mysterietraditie. Margarete van den Brink
Vaak wordt gedacht dat het Kerstfeest of Kerstmis vanouds een heidens feest is dat op een gegeven ogenblik door de kerk ‘gekerstend’ werd en zo tot een christelijk feest gemaakt. Nu was het inderdaad zo dat in oude tijden, lang vóór Jezus Christus’ geboorte, door de Germanen en de Kelten, maar ook door andere oude volken, de ‘winterzonnewende’ werd gevierd. Dat feest vond plaats op 25 december, de dag waarop de zon aan zijn terugkeer begon aan de noordelijke hemel. Men vierde en beleefde dat op die dag, in die diepe winternacht, de zon opnieuw geboren werd. Ter ere van dit zich vernieuwende leven, haalden de Germanen een groene boom, een dennenboom, uit het heilige bos en zetten deze midden in het dorp. Het duurde echter nog tot in de 18e eeuw na Christus voordat in deze dennenboom lichtjes werden geplaatst en hij ook in de huizen kwam te staan. Het feest van de Onoverwinnelijke Zon Maar niet alleen voor deze noordelijke volken, ook voor de Romeinen was 25 december, honderden jaren vóór Christus’ geboorte, al een heilige dag. Op 25 december vierden zij de geboorte van de zonnegod Mitras. Mitras of Mithra zoals hij in het oude Perzië (het huidige Iran) werd genoemd was de verpersoonlijking van het licht dat de duisternis overwon. Zijn erenaam was ‘Sol Invictus’, de ‘Onoverwinnelijke Zon’. De 25e december werd daarom de ‘Dies Natalis Solis Invicti’, de ‘Geboortedag van de Onoverwinnelijke Zon’ genoemd. Op die datum vierde men trouwens rond heel de Middellandse Zee de geboorte van de Zonnegod zoals deze onder verschillende namen werd vereerd. Zo kennen wij hem als de god ‘Ra’ in het oude Egypte, als ‘Helios’ in het oude Griekenland en als ‘Mithra’ of Mitra in het vroegere Perzië en het Romeinse Rijk.
11
Net als in onze tijd was de 25e december in die voorchristelijke tijden een feestdag van het wedergeboren licht. Licht dat de duisternis doordringt en licht brengt waar het donker is. Waarom werd dit zonnefeest nu op zo’n uitgebreide schaal op de 25e december gevierd? Had dat alléén met heidense vieringen van de terugkeer van de zon te maken? Nee, zo simpel dacht men in die vroegere tijden niet. Die datum had te maken met de speciale inwijdingen die in de nacht van de 24e op de 25e december plaatshadden in de voorchristelijke mysteriën. Met die wijdingen waren vieringen verbonden.
De mysteriën Wat waren die ‘mysteriën’? Dat waren spirituele leerscholen en centra waar men door middel van bepaalde scholingen en cultussen verbinding kreeg met de geestelijke wereld en met de hoge geestelijke leiders van de mensheid. Overal waren deze mysteriën te vinden. We kennen hen als de Egyptische mysteriën, de Eleusische mysteriën, de mysteriën van Samothrake, de Babylonisch-Chaldeeuwse mysteriën, de mysteriën van de Perzische Mithras diensten, de Indische Brahma mysteriën, de Germaanse mysteriën, de Keltische mysteriën, en zo zijn er nog veel meer te noemen. Overal beleefden leerlingen in deze mysteriescholen op het noordelijk halfrond tijdens het middennachtelijk uur van de wijdingsnacht, de nacht van de 24e op de 25e december, een bepaald ritueel al naar gelang de inwijdingsgraad die men bezat. Wat gebeurde er in deze mysteriescholen? In de eerste plaats was het zo dat slechts een klein aantal als leerling werd toegelaten. Alleen diegenen die door de priesters of Wijzen geschikt bevonden waren een intensieve geestelijke scholing te ondergaan. De mysterieleerlingen namen wat hen onderwezen werd grondig in zich op. Dat deden ze niet op de intellectuele manier waarop wij dat tegenwoordig doen. Om kennis te verwerven werd de mysterieleerling tot bepaalde belevingen en ervaringen gebracht. Deze leidden ertoe dat hij geleidelijk aan een ander mens werd. De opgenomen kennis maakte krachten in hem wakker die hem mogelijk maakten een heel andere wereld te leren kennen. Een wereld die voor uiterlijke ogen en voor het gewone, alledaagse denken niet te bereiken is. Zo werd gaandeweg – wat men noemde – zijn innerlijke mens, zijn hogere goddelijke mens, in hem geboren. Zo werd hij een ‘wedergeborene’. Zuivering en versterking van de ziel Dat gebeurde niet zo maar. Daarvoor was een intensieve scholing van de ziel nodig die drie belangrijke elementen bevatte:
12
Een scholing in morele zuiverheid. Oefeningen ter versterking van de innerlijke geestelijke kracht. En een diep doorleefd inzicht in de waarheid.
Het betekende dat de leerling vóórdat hij toegang kreeg tot de grote waarheden die de mysteriën te bieden hadden, zijn emoties en gevoelens, ja überhaupt de belevingen van zijn ziel, grondig moest veranderen. Zijn gevoel bijvoorbeeld, moest zó worden voorbereid dat hij zich in volle eerbied en zuiverheid kon openstellen voor dat wat hem geboden zou worden. Dat vroeg om een radicale heropvoeding van de ziel. Een heropvoeding die gebaseerd was op innerlijke oefeningen, het ondergaan van allerlei beproevingen en discipline. De wijze waarop de ziel van de leerling de grote waarheden en wijsheden die hem vanuit de mysteriën geopenbaard zouden worden tegemoet zou treden en wat hij bij die grote waarheden en wijsheden zou voelen, daar ging het om. Op die wijze werd de mysterieleerling voorbereid om tijdens de inwijding iets van het hogere goddelijke te ervaren. Een ervaring waarover Aristides, een Grieks staatsman uit de 6e eeuw vóór Christus, zei: ‘Ik dacht de Godheid aan te raken, zijn naderen te voelen. Ik was daarbij tussen waken en slapen. Mijn geest was heel licht, op een wijze als geen mens kan zeggen en begrijpen die niet is ingewijd’. Op deze wijze werden de mysterieleerlingen op een weg gebracht waarin zij geleidelijk aan de gedachten die aan de wereldontwikkeling ten grondslag liggen, gingen doorgronden en de goddelijke wezens ervaarden die het leven van ons mensen en de aarde met hun wijsheid doorweven en leiden.
De kleine en de grote mysteriën De oude mysteriescholen kenden twee verschillende vormen: a. een exoterische vorm, die algemeen bekend is als ‘de kleine mysteriën’ en b. een esoterische vorm, ook ‘de grote mysteriën’ genoemd. Tot de kleine mysteriën had iedere oprechte en rechtschapen kandidaat toegang die diepergaande scholing wenste. Bij de grote mysteriën gingen de deuren echter alleen open voor de weinigen die uiteindelijk in staat zouden zijn een van de allerhoogste inwijdingen, het Zonneritueel, door te maken en zo tot een adept, een meester te worden. Dat wil zeggen tot iemand die ingewijd was in de diepe, geheime waarheden van de grote mysteriën. En daarmee ‘een wetende’ was geworden. Want alleen aan hen die gedurende jarenlange beproevingen en innerlijke
13
scholing bewezen hadden waardig te zijn ingewijd te worden, werden de diepste geheimen en mysteriën onthuld. De inwijdingen, zowel in de kleine als de grote mysteriën, brachten de betrokkene stap voor stap naar steeds hogere graden van bewustzijn. Maar steeds moest vóórdat een volgende graad van inwijding bereikt kon worden de ziel nog dieper worden omgevormd en de geestelijke krachten nog verder worden versterkt. De voorbereidingen op de inwijding Vóórdat de hogere inwijdingen in de grote mysteriën plaats hadden, kreeg de inwijdeling grote inzichten. In de eerste plaats werd hem getoond wat de opwekking van zijn geest voor het grote wereldal betekende. Daarnaast zag hij met zijn geestesoog, dat wil zeggen op helderziende wijze, hoe de hele gang van de mensheid tot nu toe was geweest. Miljoenen jaren terug werd zijn blik geleid. ‘Kijk naar het tijdstip’, zo werd de leerling gezegd, ‘waar onze aarde nog niet zo was als nu, waar geen zon en geen maan was, maar beide nog verenigd waren met de aarde. Waar de aarde nog één lichaam vormde met de zon en de maan. Ook toen was de mens er al maar hij had nog geen fysiek lichaam. Hij was alleen een geestelijk wezen. Op deze geestelijke zielemens scheen het zonlicht niet van buitenaf. Dat bevond zich in die tijd nog in de aarde zelf en glansde vanuit de mensen en de dingen op’. Toen, zo hoorde en zag de mysterieleerling, trad in de evolutie het moment op waarop de zon zich losmaakte van de aarde en er een scheiding tussen beiden ontstond. Dat leidde ertoe dat haar licht van buitenaf op de aarde en de mensen scheen: de situatie zoals wij die heden ten dage kennen. Met de afscheiding van de zon van de aarde werd de aarde donker. Hetzelfde gebeurde met het innerlijk van de mensen. Dat, zo werd de inwijdeling verteld, is het allereerste begin van een ontwikkeling naar een toekomstig tijdstip waarop de mensen het licht weer terug zullen vinden, maar dan in het eigen hart. Eerst moest de mens met de naar buiten gerichte zintuigen de dingen van de aarde leren kennen en de eigen persoonlijkheid ontwikkelen. De volgende stap zal dan zijn dat het licht in hem opstaat en dat daarmee de eigen hogere, geestelijke mens in zijn innerlijk geboren wordt. Van het licht door de duisternis heen naar het licht – dat is de gang van de ontwikkeling van de mensheid, zo werd de mysterieleerling duidelijk.
Het schouwen van de Zon te middernacht Pas nadat al dit soort inzichten waren verkregen en de ziel voldoende gezuiverd en gesterkt, werden de laatste handelingen verricht die tot de innerlijke opwekking, de eigenlijke inwijding, zouden voeren. 14
In die voorchristelijke tijden kon de verbinding met het innerlijke licht alleen door speciale inwijdingen in speciaal daartoe voorbereide mysterieleerlingen, worden bereikt. De handelingen of riten die naar de hoge inwijdingen leidden vonden in de grote mysteriën plaats in de tijd van het jaar waarop de duisternis het allergrootste is. Op het noordelijk halfrond is dat de tijd rond de 25e december. De priesters of Wijzen die de inwijdingen voltrokken wisten dat in die tijd, als de zon op haar laagste punt staat maar wel al aan haar terugtocht naar de noordelijke hemel is begonnen, door de wereldruimte heel speciale geestelijke krachten werkzaam zijn die een dergelijke inwijding of geestelijke opwekking tot in de diepste diepten ondersteunen. Dát was de reden waarom in alle grote mysteriën van het noordelijke halfrond de hogere zonne-inwijdingen in díe tijd plaatshadden. Hoge goddelijk-geestelijke engelwezens die de mensheid leiden konden zo optimaal aan deze inwijdingen meewerken. Daarom werd op die dag de geboorte van de Zonnegod gevierd, ongeacht of hij Ra, Helios of Mithras heette. Nadat de leerling door innerlijk schouwen op de juiste wijze was voorbereid, voerde men hem voor de daadwerkelijke inwijding op een bepaald tijdstip naar een bepaalde plaats: een grot of een onderaardse crypte. Daar vond, gehuld in een bepaalde cultus en rite in diepe duisternis het innerlijke beleven plaats waar het in heel de mensheid om gaat: het door de geopende geestelijke ogen schouwen van het eeuwige geestelijke licht waar alles van uitgaat. Een gebeuren dat in de mysterietraditie genoemd wordt: het schouwen van de Zon te middernacht.
In de taal van de mysteriën wordt daarover gezegd: ‘Degene die werkelijk ingewijd is, leert de zon te middernacht waarachtig schouwen, want in hem is het materiële losgemaakt. Alleen de zon van de geest leeft in zijn innerlijk en overstraalt alle duisternis van de materie en van zijn ziel.’ Onvoorstelbaar diep ging de beleving van degene die deze ervaring doormaakte. Het beleven van de zon te middernacht is het ultiemste, het meest verheven, het meest zalige moment dat een mens ooit mee kan maken: los van het duister van het aardse in het eeuwige licht te zijn. Dit heilige gebeuren voltrok zich, zoals gezegd, op het moment waarop in de natuur het uiterlijke zonlicht het zwakste was: tijdens het middennachtelijk uur van 24 op 25 december. Daar, op dat moment, opende zich het goddelijke licht naar degene die daartoe was voorbereid en werd in zijn innerlijk zijn hogere geestelijke mens geboren. Deze inwijdingsgebeurtenis en de daarmee verbonden feestelijkheden, leven tot op de dag van vandaag voort in de Duitse benaming voor het Kerstmis of de Kerstnacht: ‘Weihnachts15
fest’. Ook nu nog nemen in de Duitstalige landen de feestelijkheden van het Kerstfeest een aanvang op het moment dat de zon op 24 december ondergaat en de ‘Heilige Abend’ of de ‘Weihnacht’ begint: de ‘heilige avond’ of ‘de heilige nacht’. Ook in de Engelstalige landen wordt Kerstmis vooral gevierd op de avond van de 24e december: ‘Christmas Eve’. Allemaal overblijfselen uit de voorchristelijke mysteriën.
De Zonnelogos, de geestelijke Zon Het voorgaande laat zien dat ook in die oude tijden het besef bestond dat er naast de fysieke zon een geestelijke zon bestaat die net als de fysieke zon vanuit het donker, de duisternis, geboren wordt. Wat of wie was die geestelijke zon, dat eeuwige licht, dat de leerlingen in die hogere inwijdingen schouwden? Dat was de Zonnelogos, het goddelijke Licht der Wereld, dat in die voorchristelijke tijden nog niet op aarde was, maar vanuit hoge hemelhoogten op weg was naar de aarde! In alle voorchristelijke mysteriën werd deze in de hogere inwijdingen geschouwd in de sfeer van de zon. Want daar verbleef hij vóór zijn komst op aarde. De vereniging met de goddelijke Zon was het ultieme doel waar alle geestelijke ontwikkeling op was gericht. Deze goddelijke Zon is, zo zegt de esoterische traditie, niemand anders dan de Logos, het goddelijke Woord, die ook de naam Christus draagt. En Christus is dezelfde God die aan het begin van onze jaartelling in het Midden-Oosten, mens werd in Jezus van Nazareth. Wat de inwijdelingen in de hogere graden van de mysteriën tijdens hun heilige momenten beleefden, was de vereniging met deze naar de aarde afdalende goddelijke Zon of Zonnegeest. Dezelfde God dus die onder andere namen vereerd werd in het beeld van de zonnegod Ra, van Helios in het oude Griekenland en van Mithras ‘de Onoverwinnelijke Zon’ in het oude Perzië en bij de Romeinen. Het nieuwe Leven dat dood en duisternis overwint Nadat de inwijdeling in de Mithrasmysteriën de opgang van de goddelijke Zon, het Licht der wereld, had beleefd en daardoor voorgoed veranderd was, werd hij in een grot gevoerd. In die grot was niets anders te zien dan steen, levenloze materie. Uit die stenen nu zag hij korenaren groeien. Dat was voor hem het teken van de vernieuwing die ingetreden was. Het nieuwe leven dat in het dode, levenloze, geboren wordt en dit levenloze vervolgens overwint en nieuw leven schenkt.
16
Door al die schouwingen en inzichten leerden de inwijdelingen het grote toekomstbeeld kennen dat in alle oude mysteriën bekend was en dat als volgt luidt: Ooit, in de toekomst van de aarde zal dit goddelijke Licht in heel de mensheid, in ieder mens op aarde, opstaan en stralen. Dat zal de tijd zijn waarop de aarde haar voleinding heeft bereikt. En de inwijdelingen begrepen: eens zal de aarde tot stof vergaan. Maar een geestelijke essentie van de aarde zal blijven bestaan in het innerlijk van alle mensen die door dit goddelijke licht stralend geworden zijn. Dat zal dan het moment zijn waarop aarde en de mensheid opgenomen zijn in een hoger bestaan, in een heel nieuwe fase van zijn en mens-zijn.
De Christus-mis Toen het christendom zich na de komst naar de aarde van Christus in de loop van de tijd verder ontplooide, droeg het dit hoge ideaal in zich. Men voelde en beleefde dat Christus, de onsterfelijke Zonnegeest die zich met mensen en aarde verbonden had, niet alleen drager is van al het zich vernieuwende leven in de wereld van de materie, maar ook drager is van de geestelijke wedergeboorte in de mensen. Daarom besloot men de geboortedag van Jezus Christus – net als alle andere, eerdere manifestaties van zijn hoge lichtwezen, op de 25e december te vieren. Daarmee gaven zij die ‘weten’, de ingewijden die dit bewerkstelligden, aan dat zij wisten welk hoog goddelijk wezen in Jezus Christus naar de aarde gekomen was.
17
In de begintijd van het Christendom vierden de christenen in de nacht van de 24e op de 25e december in holen in de bergen, te middernacht, een cultus, een mis. In die mis lichtte rond het middernachtelijk uur vanuit een diepe duisternis een zee van licht op die de mensen in vervoering bracht. Daarmee sloot men aan bij dat wat in de voorchristelijke mysteriën werd beleefd: het eeuwige licht van de goddelijke geest dat de duisternis doordringt en nieuw leven schenkt. En de mis te middernacht? Die werd ‘Kerstmis’, de ‘Christusmis’ of ‘Kerstfeest’, het ‘feest van de Christus’, de ‘Onoverwinnelijke Zon’ uit de oude mysteriën. Zo leven in onze tijd waarheden en inzichten voort die al in de voorchristelijke mysteriën bestonden. Tot op de dag van vandaag beïnvloeden zij ons leven, onze vieringen en ons Kerstfeest.
Bronnen
De mysteriescholen door de eeuwen heen door Grace Knoche, Theosophical University Press 2001. Zeichen und Symbole des Weihnachtsfestes, door Rudolf Steiner in ‘Ursprungimpulse der Geisteswissenschaft’, Dornach 1974.
Aan Synagoge, Kerk en Moskee voorbij, door Hans Stolp, Ankh-Hermes 2006.
18
Het wonder Hans Stolp
Het wonder van het licht? Je moet er hard voor werken om weer een weg vooruit te vinden en niet alleen maar achterom te zien. Het wonder is zo teer. Je moet er zo behoedzaam over spreken. ’t Verdraagt geen grote woorden: met pijn wordt het geboren. Wees eerlijk: er is geen geboorte zonder weeën, de wanhoop en het niet meer weten. Licht wordt in de duisternis geboren. Maar wie die weg durft gaan, de eenzaamheid, de pijn doorstaat, in de nacht blijft hopen op het wonder, zal zien: het hoge licht van God.
19
De Wichtelman. Renske van Pomeren
Na de viering op Sint Maarten komt de Wichtelman die ons helpt de donkere dagen naar kerst lichter te maken. Hierdoor wordt de overgang naar Sint Nicolaas en Kerst heel vanzelfsprekend. In het hoge noorden kent iedereen deze vriendelijke huiskabouter, die na de avondschemering dichter bij de mensen komt en ze, ongezien en in alle stilte, bij het zware werk een handje helpt.
Het woord wichtelen hoeft aan kinderen niet uitgelegd te worden, het woord ‘wiegen’ klinkt erin door en dat is iets met grote aandacht verzorgen. Het woord wichtje wordt vertaald met kindje, meisje. Het werkwoord wichtelen betekent: bewegen, verzorgen, strelen. Een Zweedse vroedvrouw noemde het eerste strelen en liefkozen van de baby door de moeder wichtelen. Een Duits spreekwoord zegt: “Gib acht wie ein Wichtelmánnchen”, wees waakzaam als een aardmannetje. Daar moeten we het wat de naam betreft mee doen. Na Sint Maarten begint het wichtelmannetje te vertellen over de donkere tijd, waarin hij mensen extra wil helpen en dat hij daarbij best onze hulp gebruiken kan. Hij gaat rond met zijn mandje, waarin op papiertjes al onze namen geschreven zijn en deelt ze uit. Om te kunnen wichtelen, moet je de ander goed waarnemen en je afvragen waarmee je kan helpen. Op welk moment, zonder gezien te worden, voer je je plannetje uit? We kunnen dat letterlijk samen mét de wichtelman doen en hem ter plekke achterlaten, middels een briefje met: ‘Je Wichtel’,of Je Wichtelmannetje. Briefjes met de afbeelding van het Wichtelmannetje die vanaf de 1 e adventzondag bij de receptie liggen, mogen hiervoor gebruikt worden, maar dat hoeft niet perse. Voorbeelden zijn: Een klusje voor iemand (ongezien) afmaken. Een kopje koffie halen/brengen, zomaar tussendoor. Een lief briefje in de jas van de ander doen. Een kaartje in de kamer van een bewoner achterlaten. Een lekkernij op een bureau leggen van collega’s. Een bosje bloemen op een kamer of bureau neerzetten. Iets lekkers bakken voor bij de pauze van je collega’s. Een mooie spreuk of gedichtje ophangen op de kamer van een bewoner. Een cadeautje kopen voor iemand die even dat ruggesteuntje kan gebruiken. Je kunt zomaar, voor iedereen, een ‘Wichtelmannetje‘ zijn, of je kunt met een groep afspreken en lootjes trekken, zodat iedereen zijn eigen wichtelmannetje krijgt. Kijk wat werkt voor jouw groep/afdeling. Veel plezier met ‘wichtelen’ !! 20
‘Er zijn’ – niet alleen een Kerstgedachte! Heleen de Weger Verbondenheid kent zoveel uitingsvormen, communiceren doen we op verschillende wijzen,… er zijn voor elkaar kan op zoveel manieren… Onderstaande foto werd gemaakt op zo maar een namiddag in de Tuinzaal, waar ‘zomaar’ een zoon voor ‘zomaar’ een bewoonster, zijn moeder, piano speelde…
21
Kerstfeest in het Leendert Meeshuis. Heleen de Weger
Voor velen van ons is het vieren van het kerstfeest een traditie geworden. Samen met familie vaak veel en lekker eten, al dan niet van harte, al dan niet gezellig, en cadeaus kopen en krijgen (en daarna omruilen!). En als je om welke reden dan ook die familie en dat lekkere eten en die cadeaus moet missen, blijft er vaak maar weinig verheugends over. Integendeel, je kunt je eenzamer dan ooit voelen met kerst, als ‘iedereen’ zo gezellig bij elkaar is… Het is wonderlijk dat dát geworden is van het herdenken van wat er zo’n 2013 jaar geleden gebeurd is in een klein landje aan de Middellandse Zee. Een herdenken dat niet voor niets in de donkerste tijd van het jaar plaatsvindt. Een herdenken ook van DE centrale gebeurtenis in de mensheidsgeschiedenis: het Zonnewezen, de Logos zelf, de Christus, werd als mens geboren op aarde. Of beter, de drager van de Zonnegeest, de reine mens Jezus die drie jaar lang de Christus tot aardse woonstee zou dienen, werd geboren… En alle engelen juichten, en ingewijden uit het Oosten gingen op weg. Anno 2013 kunnen we daar amper nog blij om zijn. Het zegt ons weinig tot niks meer. Zeker ook mee doordat de esoterische, geheim gehouden kennis omtrent dit hele gebeuren, nog maar sinds kort weer aan het licht is gekomen (door uitspraken van geesteswetenschappelijke onderzoekers als Rudolf Steiner en door de vondst in Egypte van de Nag Hammadigeschriften in 1945). Na honderden jaren ondergronds te hebben voortgeleefd. Toch is het die nacht van 24 op 25 december, ‘Heilige Abend’, ‘Christmas Eve’, die al duizenden jaren lang voor velen op het gehele noordelijk halfrond een heel bijzondere nacht was. Niet alleen omdat de kortste dag dan net achter de rug was en de zon weer aan haar stijgende baan begon, midden in de donkerste periode van het jaar. Al ver voor de midwinterfeesten van de Kelten werden in deze nacht in de Mysteriescholen diegenen die ingewijd werden door een laatste stadium van hun scholing gevoerd. Door de priesters uitverkoren, geschikt geacht, hadden ze al een lange weg van innerlijke loutering doorlopen, waarin hen meer en meer inzicht ten deel viel in de grote geheimen van de mensheid en de kosmos. Ze hadden tot diep in hun ziel ervaren hoe het ware wezen van de mens louter Licht is, ze hadden de zwaarte van het aardse bestaan leren overwinnen en ze wisten dat het doel van de mensheid en van het mens-zijn is: die zwaarte volledig te doorlichten. En ze wisten dat het Zonnewezen zelf, Ahura Mazdao, Mithra, Ra, Helios of hoe hij in de verschillende volken en tijden ook maar genoemd werd, dat dit Zonnewezen ooit naar de aarde zou komen om mens te worden, en hen zo zou helpen om net als Hij tot lichtgestalte te worden. In een verre toekomst. Want ze hadden ‘de zon gezien in het middernachtelijk uur’. Deze hele oude kennis en inzichten uit vele Mysteriescholen leefde voort in de 22
Keltische en Romaanse midwinterfeesten. Men beleefde hoe het eeuwig levende, het licht, werd geboren in de diepe duisternis van de winternacht. Zoals de oude ingewijden de overwinning van hun innerlijke ‘duisternis’ door de opstanding van de innerlijke zon beleefden, werd midden in de duisternis van de winter de ‘opstanding’ van de uiterlijke zon beleefd. Dat deze innerlijke ‘wedergeboorte’ in de mens het allerbelangrijkste was wat op aarde en voor de mensheid zou gebeuren, en dat daartoe de Logos, het goddelijke Woord, het Christuswezen zelf naar de aarde zou komen, was lange tijd bekend in de mensheidsontwikkeling. Totdat er een tijd moest komen waarin dit van buitenaf aangereikte inzicht diende te verdwijnen, zodat de mensheid zich kon gaan richten op de aarde, op de materie. Het diepe weten omtrent de geboorte in Israël verdween als het ware ondergronds. Werd esoterisch, ‘geheim’. Tot de tijd rijp was waarop het weer te voorschijn mocht komen en aan de harten van de mensen mocht aankloppen – vanaf het begin van de vorige eeuw. Wij staan aan het begin van die tijd van hernieuwd weten, een weten met ons hart. Wij kunnen op grond van betrouwbare bronnen weer op zoek gaan naar de diepe betekenis van de geboorte en de kruisdood in Israël, ruim 2000 jaar geleden, en daarmee naar de diepste zin van ons bestaan. En dan vinden we dat niets zo ingrijpend was en zulke verstrekkende gevolgen heeft gehad voor ons mensen als wat zich daar en toen, ruim 2013 jaar geleden, heeft afgespeeld. Dáárom vieren wij hier de jaarfeesten. Dáárom vieren wij in het Leendert Meeshuis Kerst.
23
Verhuispuzzel. Renske van Pomeren Ik droomde dat ik weer in mijn ouderlijk huis was. Het huis in Helvoirt, met een kelder vol wijn en weckpotten en een zolder vol oude kleren en boeken. Ik was niet alleen, iedereen was er, alle broers en zussen, eigenlijk iedereen die ik ken liep daar rond. Maar het gekke was dat we allemaal op zoek waren naar een nieuw huis. Over het grindpad en langs de beukenhaag vertrokken we weer, ieder een andere kant op. Het was mooi weer, iedereen was zo vrolijk. Einde droom. Volgens sommigen staat het huis symbool voor je lichaam. Anderen gaan verder en zeggen dat het huis staat voor jezelf, voor je ziel. De kelder zou dan je onderbewuste zijn en de zolder je intellect òf je hogere zelf. Hoe dan ook: het huis staat voor je innerlijk en verhuizen zou dan kunnen betekenen dat wij onze “ouderlijke” manier van denken willen veranderen. De laatste weken ben ik hiermee bezig geweest, want niets blijft bij het oude. Bij een vriend is de pensioenspaarpot ineens verdampt, een vriendin is onzeker over het voorbestaan van haar baan, en een ander heeft grote zorgen met kinderen. Iedereen heeft dit soort verhalen in de directe familie en vrienden kring
En wat zeg je dan? Je moet innerlijk gaan verhuizen? Op zoek naar een andere kamer ? Is dat het antwoord? In gedachten zie ik al die kamers voor me. Je kunt innerlijk de deur opendoen voor ontevredenheid, of die van teleurstelling. Je kunt de deur van boosheid altijd op een kier zetten of de meest favoriete kamer van angst en onzekerheid binnengaan. In gedachten kan zo’n kamer ook nog eens groeien, uitgroeien tot een balzaal met grote openslaande deuren waardoor gedachtegolven vol negativiteit naar binnen kunnen stromen. Als je wilt kun je daar permanent gaan wonen. Maar het helpt niet. En de situatie verandert ook niet. Een levensles is te vinden in verschillende oude boeken vol wijsheid. Elke keer werd hetzelfde woord genoemd als hulpmiddel in tijden van verandering en chaos: `waardering’. Als alle positieve deuren gesloten lijken en je denkt geen kant meer op te kunnen, dan kan het woord waardering een kleine verandering teweegbrengen in je bewustzijn, in je manier van denken. Het is eigenlijk heel gemakkelijk want er is zo veel dat onze waardering mag krijgen. De schoonheid van de natuur, mensen om je heen, een mooi stuk muziek, de lijst is eindeloos.
24
Het bijzondere van waardering is dat het niet zomaar een woord is, maar dat het -toegepast- ook een sleutelwoord kan zijn,want wanneer je dit actief gaat gebruiken.
Het opent dan een volgende deur naar je mooiste, krachtigste kamer. Dat is de ruimte waar liefde woont. Niet alleen voor die ene, maar voor alles wat je doet, eet, koopt, wie je ontmoet. Een plek waar altijd een mooi lichtje brandt. En wie goed kijkt ziet een volgend luikje waar nieuwsgierigheid op staat. Een ruimte voor diegenen, die ,ondanks zorgen of angst toch openstaan voor het nieuwe,voor een ander manier van denken en een andere manier van met elkaar omgaan. En wie weet hoeveel deuren je daarmee kunt openen… Naar nieuwe kamers , nieuwe mogelijkheden. Wie durft, kan alvast gaan verhuizen. Met een koffer vol waardering kom je gegarandeerd in die liefdevolle ruimte terecht, de plek om nu al van te dromen. Ik heb, inmiddels vier jaar geleden, het luikje, waar nieuwsgierigheid opstaat, letterlijk open gemaakt. De weg die achter dat luik lag, leidde me naar een nieuwe werkplek: Dit Leendert Meeshuis in Bilthoven, verpleeghuis op antroposofische basis. Waarschijnlijk gaat dit huis nu fuseren, wordt het een “twee onder een kap” woning, of misschien wel vier of vijf ? Gaat dat betekenen, dat we allemaal “dezelfde keuken“ krijgen, of mag dat verschillen? En waar zien we dan aan dan het nog steeds onze woning is ? Ik hoop dat ik straks,als het zover is, weer het lef heb, om het luikje met ‘nieuwsgierigheid ‘ open te doen, en ik hoop velen met mij!
( met dank aan Inez van Oord, wiens column in de Happinez, leidraad was voor dit verhaal)
25
Grondsteenspreuk Marianne Visser Het Leendert Meeshuis heeft, net als vele andere antroposofische instellingen, een grondsteenspreuk. Onze grondsteenspreuk wordt elke maandagochtend bij de dagopening om 10 uur voorgelezen. Iedereen kan zich in de kring bij de receptie aansluiten om deze spreuk mee te beluisteren. Een grondsteenspreuk is een in woorden gevatte intentie, het streven of de grondslag van het mensenwerk, waarvoor het betreffende gebouw de aardse behuizing vormt. Deze tekst wordt gewoonlijk op een oorkonde van perkament in een grondsteenvorm gestopt. (Bij ons ligt de vorm ingemetseld onder de blauwe marmeren plaat in de hoofdingang.) Als innerlijk doorleefde en in taal gevormde uitdrukking van de wil van een mensengemeenschap, kan deze spreuk worden gezien als een brief aan zowel de engelenhiërarchieën als aan de elementenwezens. Daarin deelt men aan hen mede wat men op die plaats wil doen. Deze mededeling kan ook nog een uitnodiging aan de geestelijke wereld bevatten om aan het mensenwerk op die plaats deel te nemen om dit werk te ondersteunen. Bij de oprichting van de Antroposofische Vereniging op de kerstbijeenkomst van 1923, heeft Rudolf Steiner ons ook voor de Antroposofische Vereniging een Grondsteenspreuk gegeven. Deze grondsteenspreuk bestaat uit meerdere gedeelten. Het laatste gedeelte van de spreuk spreekt mij erg aan. In de kersttijd wordt het op meerdere momenten in het huis voorgelezen: voordat wij met het kerstspel beginnen, en op de eerste kerstdag, wanneer er een bijeenkomst is in de Tuinzaal. Hierna volgt deze bijzondere tekst.
26
In der tijden wending Trad het Wereld-geesteslicht In de aardse wezensstroom; Nacht-donker Heerste niet langer; Daghelder licht Ontstraalde in mensenzielen; Licht Dat verwarmt De arme herdersharten; Licht Dat verlicht De wijze koningshoofden. Goddelijk licht, Christus-zon Verwarm Onze harten, Verlicht Onze hoofden, Dat goed worde Wat wij Uit harten gronden, Wat wij Uit hoofden Doelvervuld leiden willen.
27
Ronde kransen en het Licht. Heleen de Weger
In de christelijke traditie van de westerse wereld wordt het herdenken van de komst van het Licht der Wereld, de geboorte van het Jezuskind dat 30 jaar later de Christus wordt genoemd, altijd vooraf gegaan door Advent. Een benaming die is afgeleid van het Latijnse advenire: naderbij komen. De Adventstijd begint ieder jaar op de zondag die valt tussen 27 november en 3 december en eindigt op 24 december. Dit jaar dus op zondag 1 december. Je zou kunnen zeggen dat er met Advent een nieuw jaar begint, waarin het Licht nog kómen moet, de dingen nog ‘rond gemaakt’ moeten worden. Mooi symbool daarvoor is de nog groene adventskrans. Deze krans wordt versierd met linten in de kleur van de nachtelijke hemel waar we in de donkere tijd van het jaar naar opzien, in afwachting van het licht dat geboren gaat worden. Ook de mantel van Maria wordt van oudsher afgebeeld in hemelsblauw – pas met Kerst laat zij het rood, de kleur van de liefde, eronder zien. In het Leendert Meeshuis wordt zo’n krans ook in iedere huiskamer opgehangen. Meestal wordt dat licht gesymboliseerd door uiteindelijk op de vierde zondag vier kaarsen in de krans, als aankondiging van het Licht. Op Kerstavond is dan een hele kerstboom in lichtjes gebaad. Dat ‘Licht’ dat in de westerse wereld met Kerst in verband wordt gebracht, is er voor de hele wereld, voor de hele schepping. Met al z’n ‘rijken’. Het minerale rijk van de gesteenten, het plantenrijk, het dierenrijk en het ‘rijk’ dat al die verschillende rijken in zich verenigt: de mens. Helaas mogen we in het Leendert Meeshuis zonder toezicht geen kaarsen meer branden. Daarom zetten we hier voor ieder van die rijken een symbool neer op verschillende plaatsen in huis. De eerste Adventszondag is dat een edelsteen, de tweede iets wat het plantenrijk symboliseert, de derde een symbool voor het dierenrijk, en de vierde Adventszondag een symbool voor de mensenwereld. In de adventskrans zelf komt in plaats van een kaars iedere zondag erbij, een papieren roos. Dit symboliseert de verbinding met de rozen die straks in een tweetal kerstbomen komen. Iedereen een oplichtende Adventstijd gewenst!
28
Antroposofische kerstboomversiering. Heleen de Weger Als kiezen voor zo natuurlijk mogelijke materialen, en streven naar een zekere mate van soberheid ‘antroposofisch’ is, ja, dan zullen alle kerstbomen in het Leendert Meeshuis er zo uitzien! Toch zijn er twee bomen die er straks uitspringen. Bij de receptie en in de Tuinzaal krijgen de bomen drie witte en dertig rode roosjes. Die symboliseren de levensjaren van Jezus Christus: dertig rode voor de eerste dertig jaren van de mens Jezus, drie witte voor de drie jaren na de doop in de Jordaan, toen het goddelijke Christuswezen in de mens Jezus woonde. Daarnaast zijn er de zeven planetentekens te zien, en, in een kruisvorm, zeven voorchristelijke symbolen: Pentagram, Tao, Tarok, driehoek, vierkant en alpha en omega.
De tekens worden ook in een speciale vorm / volgorde opgehangen. Voor wie het nog eens na wil zien: Goed kijken in de Tuinzaal en bij de receptie!
29
Schumann en de bewoners van het Leendert Meeshuis. Bernadette Mannuss Sinds afgelopen september loop ik stage bij Mieke van de Goorbergh, de muziektherapeute. Mijn naam is Benadette Mannuss en ik kom uit Duitsland. Mijn opleiding antroposofische muziektherapie volg ik op de Hogeschool van Leiden. Twee keer per week komen wij op de afdelingen Fazant en De Mezen om met en voor de bewoners muziek te maken. Voor mij is hier veel te leren. Vooral het repertoire Nederlandse liederen is nieuw voor mij en het lijkt wel op een bodemloze put! Ik vind de Nederlandse liederen erg mooi en vrolijk. Het is voor mij dan ook een vrolijke bezigheid om ze allemaal goed ‘in de vingers’ te krijgen. Mijn hoofdinstrument, het instrument waar ik het meest vertrouwd mee ben, is de piano. Hier in het Leendert Meeshuis staat in elke woonkamer een piano, te wachten totdat er iemand op komt spelen. Het trok mij erg aan om in de muzieksessies de piano een plaats te geven.En zo kwam het dat ik na de kennismakingstijd de muzieksessies mocht beginnen met muziek op de piano. Ik heb twee stukken gekozen waarvan ik dacht dat ze geschikt zouden zijn om mensen wakker en alert te maken, zo aan het begin van ons muziektherapie-uurtje. Een van de twee pianostukken is uit Schumann’s Kinderszenen: Von fremden Ländern und Menschen. Het is een heel kort stuk en ik speel het meestal een paar keer achter elkaar. De bewoners reageren heel goed op dit stuk. Ze bewegen mee, luisteren of zingen zelf de melodie mee. Elke keer dat ik het speel zie ik dezelfde positieve reacties van de bewoners, onafhankelijk van in welke stemming de groep is.Mensen die vroeger zelf piano gespeeld hebben reageren ook heel duidelijk op de piano. Soms zijn er speelbewegingen van de handen waar te nemen. Anderen komen langs bij de piano en kijken mee in de noten, vertellen dat ze zelf piano gespeeld hebben en proberen mee te spelen. Ook leveren ze commentaar op hoe ik het stuk speel. Het pianostuk van Schumann blijkt een stuk te zijn dat veel positieve bewegingen in een mens op gang brengt. Omdat het stuk van Schumann zulke goede reacties opriep, ben ik op zoek gegaan naar nog een ander stuk. Ik vond bij Mendelssohn een pianostuk waarvan ik dacht, dat dit ook de bewoners wel zou aanspreken. Heel precies heb ik gekeken naar de muzikale fenomenen, zoals toonsoort, maat en ritme. Thuis tijdens het spelen van dit stuk, probeerde ik mij in te leven, hoe de werking van deze muziek bij de bewoners zou kunnen zijn.Ik dacht dat dit stuk de bewoners nog veel meer zou aanspreken dan het stuk van Schumann. Op een vrijdag begon ik op de afdeling Mezen met mijn nieuw gekozen repertoire van Mendelssohn. Ik was erg nieuwsgierig en ook zenuwachtig hoe de bewoners zouden reageren op dit stuk. Verbazend was de reactie van de mensen… Niemand reageerde erop! Ik ben gelijk gestopt met dit stuk en overgegaan tot het spelen van het stuk van Schumann. En…onmiddellijk was er reactie, bewoners reageerden wel op dit stuk! Het is dus duidelijk. De voorkeur ligt bij Von fremden Ländern und Menschen. Het is ook een geweldig stuk dat je vanaf het begin mee op reis neemt tot aan het einde van de laatste maat. En wie gaat nu niet graag op reis?Tot eind mei ben ik nog als stagiaire in het Leendert Meeshuis aan het werk.Tot zolang kunnen de bewoners nog met mij mee op reis gaan. Als U op maandag of vrijdag Schumann hoort, dan weet U nu dat ik dus aan het pianospelen ben! 30
Kruispuntje Johanna Priester
Een prachtige oer-beweging is die van de lemniscaat, de 8-vorm.
Door op een groot vel herhalend een (liggende) lemniscaat te tekenen kom je in een geruststellende slinger of wiegbeweging terecht.
Als je wandelt gebeurt trouwens hetzelfde in je rug, bij elke wervel!
Schommelend tussen uitersten is daar steeds weer een weldadig midden,
terwijl alles kan blijven veranderen tot het juiste evenwicht is gevonden.
Heerlijk èn simpel om (even) te doen als je uit balans bent, dreigt te verstarren of juist op te lossen in chaos, twijfel of verdriet. Op zo'n eenvoudige vorm kun je gaan variëren met extra lussen en kruisingen, en met 'binnen en buiten', tot aan de meest ingewikkelde vlechtmotieven toe.
In oude culturen duidde men er de eeuwigstromende levenskracht mee aan,
maar hielp het ook om - bij elk kruispunt - zelfbewust en geordend te worden.
En de vreugde om te ontdekken dat het boven-onder vlechtwerk altijd uitkomt!
Puntje is een korte, positieve, gezondheidsbevorderende tip van Johanna Priester, huisarts. Wie geregeld zo'n lichtpuntje wil ontvangen kan zich aanmelden via de website www.puntjes.nu. Afmelden kan daar ook. 31
Gehaakt windlichtje Monique Wilbrink
NODIG: haaknaald wol/katoen borduurnaald glazen potje >> Voor het potje kan je alle soorten en maten gebruiken (groente, appelmoes etc. …) WERKWIJZE: Toer 1: maak een ketting van lossen waarvan het aantal deelbaar is door 4 en die strak om het potje past. Beter iets te strak dan te los. Het haakwerk rekt wel wat mee en dan zit het mooier om het potje. Sluit deze ketting met een halve vaste (zorg ervoor dat de ketting niet draait). Toer 2: haak 3 lossen (dit is het 1ste stokje) dan op alle lossen van de ketting een stokje, sluit de toer met een halve vaste in de 3de losse van het beginstokje. Toer 3: haak 4 lossen (dit is het 1ste stokje en 1 losse), * sla 1 stokje over maak 1 stokje in het volgende stokje, 1 losse *. Herhaal van * tot * rondom en sluit de toer met een halve vaste in de 3de losse van het beginstokje. Toer 4: een halve vaste in de volgende losse-ruimte, 4 lossen (dit is het 1ste stokje en 1 losse), * maak 1 stokje in de volgende losse-ruimte, 1 losse *. Herhaal van * tot * rondom en sluit de toer met een halve vaste in de 3 de losse van het beginstokje. Herhaal toer 4 tot het hoog genoeg is om het potje te bedekken. Laatste toer: 3 lossen, 4 stokjes in de 1ste losse-ruimte, * 1 vaste in de volgende losseruimte, 5 stokjes in de volgende losse-ruimte *. Herhaal van * tot * rondom en sluit de toer met een halve vaste in de 3de losse van het beginstokje. Draden afhechten, waxinelichtje in het potje en klaar! VEEL PLEZIER MET HET MAKEN!
32
Vouw eens een kerstbal Monique Wilbrink
NODIG: karton (effen, kerstmotief) potlood schaar lijm ophangdraad WERKWIJZE: Maak een cirkel en de driehoek één keer op karton. Knip ze uit; dit zijn de 2 mallen waarmee je werkt. Leg de cirkel op karton en trek deze over met potlood. Leg de driehoek in de getekende cirkel en trek de zijkanten over met potlood. Deze lijnen worden de vouwlijnen (zie tekening met vlakje) Knip de cirkel uit en vouw de lijnen om. Op deze manier maak je 8 cirkels. Neem 4 cirkels, lijm 3 omgevouwen randen aan elkaar, plaats een ophangdraad ertussen, voordat je de 4de omvouwde rand vastlijmt .Nu is de bovenkant af. Lijm op dezelfde manier de andere 4 cirkels aan elkaar (= onderkant). Lijm boven- en onderkant op elkaar en klaar!
33
Kersttijd, Heilige Nachtentijd Renske van Pomeren
De kersttijd is een ‘feesttijd’ met twee gezichten. Aan de ene kant de gezelligheid, het sociale gebeuren en aan de andere kant de behoefte tot spirituele verdieping - wie zoekt in die tijd niet naar mooie inhoudsvolle verhalen, een zogenaamd echt kerstverhaal? Het gevoel hebben wij nog, maar daarnaast lijkt het ook of in onze moderne tijd de feesten steeds meer hun geestelijke inhoud verliezen. Het is van belang ons te realiseren dat dit een consequentie is van onze ontwikkeling tot een vrij mens. In vroegere tijden werd aan feesten een vorm gegeven vanuit de mysteriën of de mysteriewijsheid. De ingewijde of de wijze van het volk bepaalde het leven van de mensen van de stam. Later werden het religieuze orden die grote invloed hadden op de mens en hem leidden in zijn ontwikkeling. Langzaam maar zeker ging de mens steeds meer op eigen benen staan en maakte zich in onze tijd los van de kerk als instelling. Dat wil niet zeggen dat de mens niet meer religieus is, maar dat hij zo zelfstandig is geworden, dat hij zijn weg zelf wil zoeken en vinden. Hij wil weten en begrijpen waar hij mee bezig is en niet in opdracht geloven en handelen. Zijn binding met de kerk en het gezag worden steeds losser en het zelf zoeken naar nieuwe wegen zowel op religieus als op moreel gebied worden steeds belangrijker. Door dit zelf willen zoeken ontstaat er een soort lege ruimte en dan is de mens erg kwetsbaar voor allerlei verleidingen en misleidingen. De uiterlijke wereld trekt zo sterk en eist steeds de aandacht op, zodat je sterk moet zijn je daar niet alleen aan over te geven en de hele zoektocht naar het mysterie mens en zijn verbindingen met de geestelijke wereld te vergeten. Hoeveel sprookjeshelden vergeten immers hun opdracht niet of vallen in slaap? Als zij niet ontwaken, loopt het slecht met hen af. De oude feestvormen verliezen hun inhoud, als wij zelf deze inhoud niet verjongen of vernieuwen. Verder kunnen wij nieuwe feestvormen zoeken om belangrijke waarden of inhouden weer beleefbaar te maken voor onze tijd of voor de situatie waarin wij op dat moment leven. Dat is een creativiteit die wij moeten gebruiken als wij niet ten onder willen gaan aan feestvormen, die ons via winkels, tijdschriften of andere media worden opgedrongen. Het kerstfeest is bij veel mensen een door tradities bepaald feest en daar is niets op tegen, zolang men deze tradities als zinvol ervaart. Moeilijker wordt het om de “kersttijd” van Kerst tot Driekoningen zinnig te vullen en je niet over te geven aan alleen maar eetfestijnen en verveling. Zo komen wij bij de zoektocht naar inhoud. Inhoud geven aan deze tijd waardoor het spiritueel gezien weer een feesttijd kan zijn. De tijd tussen 25 december en 6 januari werd in 567 na Christus op de Synode van Tours de ‘Twaalf Heilige Dagen’ genoemd. 25 december is de dag van de herders, die na de openbaring van de engelen op zoek gaan naar het kind in de stal (Lucas-evangelie) en 6 januari is de dag van de Drie Koningen die het kind in Bethlehem opzoeken en die geleid worden door de ster (Mattheüs-Evangelie).
34
Zijn wij in staat bewust deze tijd te beleven en op een eigentijdse manier sociaal spiritueel te vullen? De tijd dat de kerk of andere autoriteiten ons voorschreven hoe wij feesten moesten vieren is voorbij. Wij zullen zelf actief moeten worden. Wij zullen zelf op zoek moeten gaan naar de geestelijke inhoud en eigen vormen zoeken. Deze vrijheid is voor ons verlossend en benauwend tegelijk. Het verzanden in inhoudsloos opvullen van deze tijd ligt voor iedereen op de loer en de media en commercie helpen ons daar vaak nog een handje bij. Alleen werkelijke innerlijke activiteit kan ons verder helpen en dat is iets wat wij stapje voor stapje zullen moeten veroveren. Hoe geef je daar vorm aan met een huis vol mensen en met even zoveel zinnen of gezindten? Hoe doe je het als je alleen of met zijn tweeën bent? Zijn wij in staat zelf inhoud en nieuwe vormen te ontwikkelen? Laten wij elkaar helpen en steunen om in dit gebied, waar oude vormen onderzocht en nieuwe ontwikkeld moeten worden, een weg te vinden. Studie, uitproberen, ontwikkelen en ontdekken, dat zal de weg zijn en stapje voor stapje, met vallen en opstaan, hopen wij deze ‘Heilige Nachten’ weer te vullen met spirituele inhoud, die verbonden is met de wereld en tijd waarin wij nú leven. Met het programma tijdens de Heilige Nachten - periode hier in het Leendert Meeshuis, hopen we een ondersteuning hierbij te geven, voor eenieder die daar behoefte aan heeft.
Programma voor de Advent /Kerst / en Heilige Nachten Tijd: 2013 Wanneer 1 / 8 / 15 / 22 dec
Wat
Hoe laat
Waar
Wekzingen
tussen 7.00 – 8.00 uur tussen 15.30 – 17.00 uur 14.30 – 16.00 uur
op alle afdelingen
verspreid over de dag
op verschillende afdelingen
15.30 uur: Fazant/DeMezen 19.30 uur: Pauw / Patrijs
Tuinzaal
rond 19.00 uur
op de huiskamers op de afdelingen
zondag
17 dec dinsdag
19 dec donderdag
20 dec vrijdag
22 dec
zondag
23 dec
Optreden Studentenkoor Themamiddag medewerkers & vrijwilligers Midden in de winternacht GEEN concert Kerstspel
maandag
24 dec Kerstavond
Kerstverhaal dinsdag
35
op alle afdelingen Tuinzaal
Tuinzaal
25 dec 1e Kerstdag 1
26 dec 2e Kerstdag 2
donderdag
27 dec 3
Kerstviering
11.30 uur
Tuinzaal
Concert Piano en cello Kunstkring : Winterthema
16.00 uur
Tuinzaal
11.00 – 12.30 uur
Huiskamer 3 Pauw of Tuinzaal
16.30-17.15 uur
Tuinzaal
Tussen de jaren…………… Oliebollen & …….
11.00 uur
Huiskamer 3 Pauw
rond 10.30 uur
Alle afdelingen
Een veelvoud van verhalen
16.00–16.30 uur
Tuinzaal
11.00-12.30 uur
Tuinzaal
Soglasje Koor Piano concert: Laurens v. Rooijen
16.00-16.45 uur
Tuinzaal
Olaf Asteson
16.00 – 16.45 uur
woensdag
vrijdag
28 dec 4
zaterdag
29 dec 5
Weihnachtsoratorium Bach zondag
30 dec 6
maandag
31 dec Oud Jaar 7
dinsdag
1 jan Nieuwjaar 8
woensdag
2 jan. 9
donderdag
3 jan. 10
Zijde schilderen (demonstratie) vrijdag
4 jan. 11
zaterdag
5 jan. 12
zondag
6 jan. Driekoningen 13
16.00-16.45 uur Tuinzaal Tuinzaal
maandag
Schuine letter is mogelijkheid , is nog niet zeker
Rechte letter is definitief afgesproken
Programma’s in de Tuinzaal zijn bedoeld voor bewoners èn belangstellenden. Hieronder verstaan we dan: vrijwilligers & medewerkers, familie & bezoek. N.B. Voor alle programma’s geldt, onder voorbehoud van wijzigingen. Let op de meest recente informatie via Mezennieuws en prikborden.
36
Concerten januari t/m maart 2014 05 jan.
Laurens van Rooyen
piano
12 jan.
Christian Sanders
try-out master piano
19 jan.
Lisanne Jacobs
zang
26 jan.
Ephraim van IJzerloo Celia Garcia
cello piano
02 febr.
Monique Unger
piano
09 febr.
Cuypersensemble olv Jouke vd Leest
16 febr.
Felix Justin Bernardo Parilla
piano saxofoon
23 febr.
Irine Durova Hristo Petrov
viool, piano
02 maart
Daan van den Hurk
piano
09 maart
Paul Broek
piano
16 maart
ClariNext olv Celeste Zewald
23 maart
Jooske van Andel Michelle Sweegers
klarinet harp AMT duo
30 maart
Thomas Witkamp
piano
Alle concerten worden financieel mogelijk gemaakt door de Stichting Vrienden van het Leendert Meeshuis
Deze stichting wil het huis graag extra financiële armslag bieden. Het werken vanuit de specifieke zorgvisie stelt extra eisen aan bijvoorbeeld opleiding, behandeling, voeding, inrichting en aan culturele evenementen. De AWBZ–subsidie is hiervoor niet toereikend. De Stichting ontvangt graag bijdragen vanuit giften en legaten. Deze zijn over te maken op rekening 21.21.09.588 bij de Triodos Bank te Zeist, ten name van Stichting Vrienden van het Leendert Meeshuis. Een folder van de stichting is te verkrijgen bij de receptie. 37
Als de liefde niet bestond Toon Hermans Als de liefde niet bestond Zullen ze stilstaan, de rivieren En de vogels en de dieren Als de liefde niet bestond Als de liefde niet bestond Zou het strand de zee verlaten Ze hebben niets meer te bepraten Als de liefde niet bestond Als de liefde niet bestond Zou de maan niet langer lichten Geen dichter zou meer dichten Als de liefde niet bestond Nergens zouden bloemen staan En de aarde zou verkleuren Overal gesloten deuren En de klok zou niet meer slaan Als de liefde niet bestond Dan was de hele vrijerij bedorven De wereld was gauw uitgestorven Als de liefde niet bestond Als de liefde niet bestond Zou de zon niet langer stralen De wind zou niet meer ademhalen Als de liefde niet bestond Geen appel zou meer rijpen Zoals eens in het paradijs Als wij elkaar niet meer begrijpen Dan is de wereld koud als ijs Ik zou sterven van de kou En m'n adem zou bevriezen Als ik de liefde zou verliezen Er is geen liefde zonder jou
38
Colofon De Mezenbol is een uitgave van het Leendert Meeshuis, verpleeghuis met antroposofische identiteit te Bilthoven. De Mezenbol komt vier keer per jaar uit, voor alle grote jaarfeesten: een week voor Pasen, Sint-Jan, Michaël en Kerst. Leendert Meeshuis Prof. Bronkhorstlaan 6 3723 MB Bilthoven Tel: 030-2259600 Fax: 030-2259699
[email protected]
Redactie: Renske van Pomeren Marianne Visser Lysan van Winden
www.antroz.nl Ingezonden artikelen en brieven kunnen worden gestuurd aan de redactie. Op papier kunnen deze worden afgegeven aan de receptie van het Leendert Meeshuis, per e-mail aan
[email protected] Kopij voor het volgende nummer (Pasen) graag inleveren voor donderdag 20 maart 2014 Aan deze Mezenbol werkten mee: Femke Akse Margareta van den Brink Bernadette Mannuss Renske van Pomeren Nina Ritsma Edmée Smissaert Joke Stiel Hans Stolp Marianne Visser Heleen de Weger Monique Wilbrink
Afbeelding achterkant: De Company
39
Kerst 2013
40