MEZENBOL
Sint Jan 2014 1
Inhoudsopgave
2
Woord van de redactie
3
Een blik op het Sint Jansfeest
4
Spreuk
6
Sint Jans mijmering
6
Waarnemingsoefeningen
7
Sint Janskruid
10
Je leest weleens een boek
14
Je ziet weleens een voostelling
15
Draaipuntje
16
Bomen zijn werkelijk
17
De krekel en de mier
18
Biografiecyclus
19
Activiteitenrooster
20
Concert agenda
22
Colofon
23
Voorkant: Sint Janskruid - schilderij van Hanne Post Uiterweer
2
Woord van de redactie Renske van Pomeren Pas sinds een paar jaar weet ik hoe Sint Janskruid eruit ziet, met een stralend gele bloeiwijze, die bijna je oog inspringt, net als de zon. Een duidelijker ‘beeld’ van de zomer kun je bijna niet krijgen. Wat ik niet wist: Er schijnen 400 soorten te zijn van deze plant. Meer bijzonderheden weten? Er is hierover te lezen verderop in dit blad. In “De blik op het Sint Jansfeest” zit ook een ‘nieuwe’ gedachte. Hiermee kun je nog bewuster het geschenk van de zomertijd opnemen en het doelgericht, later in het jaar, inzettenwaar nodig. Kortom, een lezenswaardige Mezenbol, met nieuwe inzichten, samenvattingen, en last but not least: humor! Een goede zomertijd wens ik u allemaal!
3
Een blik op het Sint Jansfeest Floor van der Voet Wat vieren we eigenlijk met Sint Jan, wanneer we op 24 juni een feest vieren met Johannes de Doper als hoofdpersoon en wat voor plaats heeft dat in de kring van de Jaarfeesten? Allereerst dat laatste. Sint Jan valt als enige van de grote feesten na de zomerzonnewende als het licht weer afneemt. Een geweldig grensmoment. Van Kerstmis tot voorbij Pinksteren neemt het licht en de warmte toe en dan… wordt het anders. In de natuur is dat heel duidelijk zichtbaar. Vanaf januari wordt er in en met de aarde gewerkt. Snoeien, ploegen, eggen, mesten, zaaien, wieden, zo nodig opbinden, maar dan houdt het op. Vanaf de zonnewende wordt er geoogst en kunnen wij nauwelijks meer iets doen voor wat er groeit. We moeten letterlijk oogsten wat we gezaaid hebben. Die oogsttijd gaat door tot eind september als de laatste appels en noten ook binnenkomen. En hoe zit het dan met de mens? Wat kan er met ons gebeuren in de lange periode van Kerstmis tot Sint Jan en wat daarna? Het is opvallend dat de grote christelijke feestdagen in de tijd van de stijgende zon vallen.
Kerstmis en Jordaandoop (6 januari) wanneer het licht net begint te stijgen. Lijdenstijd en Pasen net voor en net na de dag en nachtevening. Hemelvaart en Pinksteren wanneer de zon bijna haar hoogste punt bereikt heeft. Sint Jan, de eenzame profeet, wanneer de zon afneemt en de warmte blijft hangen en vaak gaat broeien. 4
Met Kerstmis ontvangen we het nieuw geboren woord en brengen het geschenken. Bij de doop, 6 januari, werden en worden in het oosten nog steeds de wateren gezegend, rivieren, beken en bronnen. Met Pasen brengt Christus het grote offer voor ons in kruisdood en opstanding, levenschenkende kracht. Met Hemelvaart en Pinksteren wordt die kracht als levenselixer in de omgeving van de aarde gebracht en geïndividualiseerd in vuur en adem, als woord en denkkracht aan de leerlingen gegeven zodat ze apostelen kunnen worden. En dan? Dan mogen wij het opnemen en in ons veranderen zodat we langzaam aan andere mensen kunnen worden.
“Ik moet afnemen, Hij moet groeien,” zegt Johannes de Doper.
Hij die zelf op de grens staat van oud en nieuw, van land en water, als bemiddelaar, roept ons op te veranderen. Met een Griekse term: “Metanoeite”, verander van denkrichting, werk aan jezelf, zodat je het goddelijke woord kunt opnemen. Dan kan, wat wij in onszelf kunnen oogsten, aan Michaël gegeven worden als wapen om de krachten van de duisternis te temmen. Er zijn natuurlijk vele mogelijkheden om naar het feest van Sint Jan te kijken. Dit is er één van, maar voor de mensen die het feest niet kennen helpt het misschien om het eerst maar in het totaal van de jaarkring te stellen. Volgend jaar misschien weer een andere kant.
5
In de zomer hoeven we niet eerst omhoog te kijken naar de zon of de sterren om de kosmos te voelen, nee, de aarde zelf is de kosmos. Het grote geheel omgeeft ons hier en nu.
Uit:De jaarfeesten als kringloop door het jaar Emil Bock
Een Sint-Jansmijmering Hans Altenburg Deze week de langste dag, de kortste nacht. Ik weet hoe ik altijd uitkijk naar de kortste dag en de langste nacht: de dagen worden vanaf dan weer langer…! Nu is het dan zover, genieten van de lange avonden. Soms lijkt het alsof het niet echt donker wordt. Dat was bijvoorbeeld tijdens mijn reis door Scandinavië een aparte gewaarwording, die nachten vol licht, midzomernacht. Het doet iets met het waak- en slaapbewustzijn dat je normaal gewend bent. Die fase tussen waken en slapen, het is een raadselachtig moment. Een moment als een sluier, een nauwelijks te betrappen overgang van de dagrealiteit naar het nachtgebeuren. Het thema van de sluiers houdt me bezig. Sluiers die verhinderen dat dingen duidelijk worden; sluiers die je misschien ook behoeden voor het feit dat je niet te vroeg ergens zicht op kunt krijgen; je moet er ook aan toe zijn. Waarom gaan de dingen zoals ze gaan, in jezelf, met de mensen om je heen, binnen een organisatie, in de wereld waarin we leven? Allemaal vragen; kan er misschien niet een keer ‘een tipje van de sluier opgelicht worden’?! Sluiers, je kunt ze opzij schuiven, je legt ze zelf ergens overheen, ze worden gelegd. Soms moet er iets verhuld worden, zijn er andere belangen die géén bewustzijn wensen. De kracht van het vuur dan maar? Vuur als een beeld voor enthousiasme en stimulans; voor warme en bezielde contacten. Voor onrust die beweging brengt. Vuur ook als een reinigende kracht, wakker makend en wakker houdend. Een sluier verterend, een sluier opzij…
6
Waarnemingsoefeningen Marianne Visser Annemarie Zunderdorp heeft ons in het begin van dit jaar geïnspireerd met waarnemingsoefeningen. Als uitgangspunt werd het vierledig mensbeeld genomen. Dit vanuit de antroposofie geïnspireerde mensbeeld bestaat uit het fysieke lichaam, een vitaliteitslichaam of etherlichaam, de psyche of astraallichaam en het Ik van de mens. In de literatuur vinden we soms hele mooie beschrijvingen over het waarnemen. Zo ook in het boek van De Kleine Prins geschreven door Antoine de Saint-Exupéry. Daar vertelt de vos aan de kleine prins zijn geheim: ”Alleen met je hart kun je werkelijk zien, het wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar. Alle tijd die je aan de roos besteed hebt, maakt je roos juist zo belangrijk.” Als je met je hart kijkt, verbind je je met wat je waarneemt. Door aandacht, eerbied en verwondering die je schenkt, komt er iets terug: een antwoord. Maar nu onze praktijkoefening. Het waarnemen van het fysieke lichaam In de eerste week van de oefenperiode beschreven we de kleur ogen van de bewoners die we ontmoetten. In de volgende serie een maand later, was dat: Kijken naar de driegeleding in het gezicht: Voorhoofd, middengebied en kaak. Zie je eenzijdigheid of symmetrie? Er is geoefend, zeker! Waar kwam ik dat bijvoorbeeld tegen? Er was een bijeenkomst van één team van een afdeling waar we samen gingen kijken naar één bewoner. Het was opvallend hoe goed een ieder wist hoe de persoon eruit zag, ondanks dat we van te voren niet wisten om wie het zou gaan. Maar ook hoe we ons konden vergissen: waren het nu blauwe of bruine ogen? Hebben we wel echt gekeken of vul ik het in met: ik denk dat die kleur ogen bij een bepaald mensentype past. Opvallend vond ik ook hoe in dit team de objectiviteit de boventoon voerde. Er werd niet gesproken over mooi of lelijk, nee, vanuit een liefdevolle waarneming kwamen we tot een gezamenlijke slotsom: wat vraagt deze bewoner van ons, hoe kunnen we deze mens helpen in de moeilijke momenten die er zijn? Blij gingen we uit elkaar. We hadden samen waargenomen op een manier die ons allen geraakt had. We waren dichter bij elkaar gekomen, omdat we in het waarnemen ook iets van onszelf hadden laten zien. Wat ons raakt en motiveert in ons dagelijks leven. Wat fijn dat er zoveel vertrouwen is dat dit kan. Dat we ons kwetsbaar durven opstellen. Dat we ons hart konden openen! De volgende dag ontmoetten we elkaar weer tijdens ons werk, maar het was toch anders. We hadden een bijzonder waardevol moment gedeeld met elkaar. Het waarnemen van het etherlichaam In de tweede week gingen we kijken naar het etherlichaam, de vitaliteit. De oefening was: geef een kleurbeschrijving van het gelaat van de bewoners. Beschrijven hoe vitaal deze is. En een maand later was de oefening: een blozend gezicht, vitaler dan gedacht of minder. Hoe uit zich dat? We moeten nu heel anders gaan kijken. In het fysieke lichaam heb je nog houvast aan de uiterlijke kenmerken. Nu vraagt het meer van ons. Want waar 'huist' het etherlichaam? 7
Voor een groot gedeelte herken je dit in de vitaliteit, in alles wat in ons stroomt, denk hierbij aan de wereld van de planten. Als een plant geen water krijgt, verdort hij. Wat heeft iemand nodig om niet te verdorren? Dat is voor ieder mens verschillend, daarom is het waarnemen zo belangrijk. Kan ik zien of iemand het prettig vindt om in de ochtend veel thee te drinken? Wil iemand altijd op de zelfde tijd opstaan, of naar bed gaan? Is iemand een ochtend- of avondmens? In de gesprekken met het team merk ik dan ook vaak dat hier minder bewuste aandacht voor is. Het etherlichaam treedt op zich niet zo op de voorgrond, terwijl het wel een belangrijke basis is om ons prettig en vitaal te voelen. Onbewust voelen we veel aan en doen we het vaak ook goed. Door het waarnemen krijg je steeds meer bewustzijn van je eigen handelen. Ook als je aandacht geeft aan iemand zijn gewoontes dan kom je in het gebied van de vitaliteitskrachten. Rust, ritme en reinheid zijn drie belangrijke aspecten. Besteden we daar aandacht aan, dan weet iemand zich gezien. Een mooi voorbeeld is het opstaan uit je bed. Uit onderzoek is gebleken dat jij en je partner een vaste plek hebben in bed. Iemand is dus al jarenlang gewend om bijvoorbeeld links uit bed te stappen. Neem je dat waar, dan kan je het bed zo zetten dat de bewoner, zoals hij al jarenlang gewend is, weer links uit zijn bed kan stappen. Door in het team te oefenen en dit met collega's te delen, gebeurt er wat: het gaat stromen! We worden enthousiast en gaan dan meer vanuit bewustzijn werken. In de kunstzinnige therapie gebruik ik vaak vormtekenen om dat wat vast zit, meer te laten stromen. Het is mooi om te zien dat er dan mensen zijn, die dan helemaal meegaan in die beweging. Het waarnemen van het astraallichaam In de derde week gaat het over het aan het dier verwante in de mens, het astraallichaam of de psyche. De oefening was: de stemming van een van de bewoners beschrijven. Waar zag ik dat aan? Een maand later oefenden we: hoe is de motoriek van de bewoner? Beschrijf deze zo nauwkeurig mogelijk. In het astraallichaam kunnen we waarnemen wat ieder persoonlijk beweegt in het leven. Dat gaat zelfs zover dat je dat in het lopen van iemand kunt zien. We hebben het bijvoorbeeld over een 'lichtvoetig' iemand. Maar ook de stemming van iemand is waarneembaar. Ik zag laatst om iemand 'een donkere wolk' hangen. In ons astraallichaam leven sympathieën en antipathieën. In de waarnemingsoefeningen kunnen we daar inzicht door krijgen. Onze omgeving heeft er niets aan of we iemand een 'lelijk' mens vinden. Het gaat er meer om: hoe kan ik naast dat lelijke ook het goede van iemand zien? Dat is de bedoeling van deze oefeningen, door steeds te oefenen kun je objectiever staan tegenover alles wat je in het leven tegemoet komt. En voor mij is het een groot wonder dat onze bewoners, die ontzettend gevoelig zijn voor de hele omgeving en alles wat daarin speelt, meteen anders reageren als ik hen vanuit objectiviteit benader. Als team hebben we echt bewoners geholpen die het heel moeilijk met zichzelf hadden, door een objectieve benadering. Door het waarnemen krijg ik zicht op de dingen die ik onbewust doe. Als ik vanuit een bewustzijn handel kan ik daardoor het astrale in de mens zachter tegemoet treden!
8
Het waarnemen van de mens De laatste oefening was de mens, het IK van de mens. De oefening was: heb ik iemand écht ontmoet? Een maand later oefenden we: heeft de bewoner warme of koude handen/voeten? Wat is dat, iemand écht ontmoeten? Als ik even stil word in mijzelf en erover nadenk, dan voel ik: als ik iemand echt wil ontmoeten dan zal ik mijzelf moeten terughouden, als het ware een stapje terug doen, om de ander ruimte te geven zichzelf te laten zien. Het is toch heel bijzonder dat we als mensen alleen maar ik tegen onszelf kunnen zeggen?! Ik kan mijzelf alleen maar terughouden om de ander te ontmoeten. Dit doen is een uitnodiging aan de ander om zichzelf te laten zien, als mens. Als ik door het oefenen waarneem dat ik toch ook wel heel graag mijn eigen dingen wil zeggen, dan geeft mij dat de mogelijkheid om het een volgende keer toch maar ietsjes anders te doen. 'Ik wil het anders gaan doen', neem ik mijzelf dan voor. Waarom die verbinding met koude handen of voeten? Dat was de tweede oefening. Het gaat hier ook om het stromende in ons, het bloed. Bloed is de uitdrukking van ons Ik. Aan de warmte van iemand kan je voelen hoe iemand zich voelt, is iemand meer of minder aanwezig? Het Ik van de mens bestaat eigenlijk uit twee delen. Dit hebben we nog niet geoefend, maar ik denk dat het toch mooi is om hiermee af te sluiten. Het geeft misschien wat stof tot waarnemen! In het antroposofisch mensbeeld hebben we het over een hoger en een lager Ik. Het lagere Ik is verbonden met de aarde, het hogere Ik met de kosmos/geestelijke wereld. Toch kan ik deze twee als één hier ontmoeten. Het speelt tussen jou en mij! Waarom zijn deze oefeningen zo belangrijk? Het is 'hogeschool'-werk. Want het gaat erom, kan ik mijn eigen gevoelens terughouden? Kan ik objectief zonder een oordeel kijken? Dat kan ik niet alleen. Ik heb daarvoor mijn omgeving nodig. In de uitwisseling met anderen kan de ander tegen mij zeggen: dat is je eigen invulling, of iets dergelijks. In de eerste week keek ik naar de ogen van de bewoners en merkte op hoe ik niet alleen naar de kleur van de ogen keek, maar ook wat mij daar uit tegemoet kwam. Dat wat mij tegemoet komt is niet het fysieke, maar meer het psychische van degene die ik aankijk. Puur kijken naar kleur en vorm van de ogen gaf mij een grote les in terughouden! Door de oefeningen trouw te doen, merk ik dat ik anders ga kijken. Ik kan degene die ik ontmoet meer objectief ontmoeten. Dat geeft mij vrijheid in de ontmoeting. Ook degene die ik ontmoet kan dat voelen, dat maakt dat een ontmoeting opener wordt. Ik geef letterlijk en figuurlijk ruimte aan de ander maar ook aan mijzelf. Eigenlijk maken deze oefeningen mij duidelijk waar ik de sympathie in schiet of dat ik mijn antipathie onbewust uitdruk in mijn lichaamstaal. In mijn werk kan ik dat meteen merken. Onze bewoners zijn erg gevoelig voor al dit soort onbewuste uitingen. Ik denk dat we daar allemaal wel ervaring mee hebben. Het is dan ook een grote verrassing als ik merk dat als ik iemand objectief benader, dat er dan iets heel nieuws tussen ons kan ontstaan! Oude gedachten en invullingen verdwijnen; er is een hernieuwde ontmoeting. Als die ontmoeting zich verdiept kan er een nieuwe relatie ontstaan tussen mij en de ander. Soms zo anders dat ik merk dat ik ineens een veel dieper contact met iemand heb. Als dit echt zo werkt, dan wil ik heel veel oefenen en ik hoop dat allendie dit lezen hier inspiratie uit opdoen om ook aan de slag te gaan met de waarnemingsoefeningen!
9
Sint-Janskruid of hypericum perforatum Hanne Post Uiterweer De benaming Sint-Janskruid heeft te maken met de feestdag: 24 juni van Sint Johannes de Doper, de dag waarop de zon op haar hoogste punt staat, en het ogenblik dat de plant de meeste geneeskrachtige substanties bevat. De naam "Hypericum" verwijst naar de god Hyperion, vader van de zon in de Griekse mythologie. Het Sint-Janskruid staat sinds de oudheid bekend als medicinale plant. Hoe veelzeggend is het om heel precies naar de uiterlijke vormgeving van de plant te kijken, en daarna te kijken welk gebaar/beeld ervan uitgaat en in de naklank innerlijk opgeroepen wordt. Dat deden we dan ook met een groepje medewerkers in onze lunchpauze. Een voeding voor de ziel! Waarnemen Er bestaan 400 soorten Hypericum. Het is een meerjarige plant, die houdt van droge, arme akkergrond. Het komt voor in wegbermen, dijken en open plekken in het bos. De plant groeit bij voorkeur in de volle zon. Er zijn kleine, donkergroene, ellipsvormige blaadjes zonder bladsteel. Ze bevinden zich tegenstandig aan de stengel en bevatten kliertjes met hars en etherische olie. Als je het blad tegen het licht houdt, zien de kliertjes er uit als kleine gaatjes in het blad. Ook in bloemen zijn oliekliertjes, evenals in de houtige stengel. De plant heeft een recht omhoog gaande stengel, die zich bovenaan vertakt. Het is een mergbevattende stengel waarover twee verhoogd liggende assen lopen. Van boven breed, van onderen smal, dat geeft de indruk van een omgekeerde piramide. De wortel groeit recht naar beneden, maakt een zwenking en groeit vervolgens horizontaal verder. In de herfst en winter zijn de eerste loten al te zien, een bladrozet op de bodem van de grond. Rond Sint Jan (24 juni) begint de plant uitbundig te bloeien met goudgele gekleurde vijfbladige bloemetjes, met drie bundels van meeldraden. De bloemen vormen een breed vlak. En als je ze fijnwrijft kleuren ze bloedrood, de karakteristieke kleur ven Sint-Jansolie. Wanneer de zon haar hoogste punt heeft bereikt stopt de groei. De warmte en lichtprocessen gaan naar binnen. De blaadjes laag aan de grond rond de stengel gaan dan verkleuren in herfstige tinten en de stengel wordt houtig en roodbruin. Het zwarte zaad dat uit de bruine vrucht valt ontkiemt alleen in het licht! Onder de grond gebeurt helemaal niets. De stoffen De plant heeft etherische olie die roodgekleurd is door de vermenging met hypericine, carotine en harsachtige stoffen. Vooral de jonge scheuten, de bloemen en de meeldraden bevatten hypericine. Hypericine breekt in onze huid de stof af die ons tegen de zon beschermt. Tannine en looistoffen activeren bij de mens het bewustzijnslichaam, om zich met het levenslichaam te verbinden. Verder bevat de plant sterke bitterstoffen, die ook samentrekkend werken. Door deze stoffen wordt bij de mens het levenslichaam geactiveerd om het bewustzijnslichaam op te nemen. 10
Elementen Het licht- en warmte-element zijn overheersend. De hypericine, de harsachtige stoffen en de vormkracht en al die meeldraadjes geven de relatie met licht aan. Er is ook veel vurigheid te zien in de bloei en de vele meeldraden, en ook de etherische olie laat de relatie met het warmte-element zien. De vorm van de meeldraadjes zegt iets over het lichtprincipe en een grote hoeveelheid stuifmeel geeft een relatie met het warmte-element aan. De aardse, verhardende kant is te zien aan de houtige stengel. Karakteristiek De plant is een echte vormplant. De eerste helft van het jaar is de groei krachtig omhoog, met een stengel die zich naar boven toe breder vertakt. Door de bloeiwijze vormt de hypericum bovenaan een breed vlak. Dat laat zien dat de levenskrachten worden afgeremd door sterkere van buitenaf inwerkende (astrale) krachten. Na de bloei wordt de warmte en het licht naar beneden genomen. Dit wordt zichtbaar door het samentrekken en verhouten van de stengel. Hypericum brengt licht in de stofwisseling. Persoonlijke verbinding met het Sint Janskruid Ieder jaar staat er in de dakgoot van mijn buurvrouw een rij met flesjes, waarvan de inhoud (Sint-Jansbloemen in olijfolie) langzaam rood kleurt, naarmate de zon feller schijnt. Tegenover de dakgoot van mijn buurvrouw bevindt zich mijn schildersatelier waar vol enthousiasme deze plant op het schilderdoek verscheen. Eerst precies vanuit de waarneming,
daarna in abstracter beeld waarin de karakteristiek spreekt.
Iedere keer als ik rode olie in mijn handpalm zie voor toepassing in de uitwendige therapie licht de geschiedenis op en voegt er een stukje nieuwe ervaring aan toe. Ervaringen met de bewoners uit dit huis: een voormalig bewoonster heeft dit schilderij gekocht, de andere ging de plant waarnemen en tekenen en vertelde na thuiskomst hoe de plant haar verraste in een tuin. En nog iemand vertelde over de voelbare geneeskrachtige werking die zij ervaart.
(n.b. zie ook de grote foto’s van de schilderijen op bld. 12 en 13).
11
eerst precies vanuit de waarneming…….
12
daarna in abstracter beeld waarin de karakteristiek spreekt…………
13
Je leest weleens een boek. Renske van Pomeren Ter voorbereiding voor een voorstelling heb ik het boek: Hoe karma werkt gelezen. Dit boek is in 2010 verschenen ter gelegenheid van het honderdjarige bestaan van de mysteriedrama’s en het een en twintig jarig bestaan van het Drempelheater. Het geeft van vier mysterie drama ’s een korte inhoud en de titel ‘hoe karma werkt’ klinkt door in alle verhalen. Ik citeer een stukje uit het boek: ‘In deze tijd is er grote behoefte de eigen ervaringen te delen met anderen. Wereldwijd wordt er door miljoenen mensen geblogd en getwitterd en worden er via facebook netwerken gebouwd op zoek naar communicatie en de zin van het eigen bestaan. In de Mysteriedrama’s worden onzichtbare werelden, waarin ook netwerken voorbereid worden, zichtbaar. Netwerken die van incarnatie naar incarnatie doorwerken, en de zin van het bestaan : het ‘samen’ leven en ‘samen’ werken onthullen door de blik in vorige incarnaties en een hoopvolle toekomstblik.’ Verder geeft het boek veel achtergrond informatie en veel (mooie!) beelden van de verschillende opvoeringen. Zeer lezenswaardig ter voorbereiding, maar ook een heel mooi kijk en blader boek. Met name de losse verhalen van deelnemers en toeschouwers zijn heel leuk om te lezen. Kortom een kleurrijk geheel en tevens mooie geschiedschrijving van een bijzonder initiatief, wat voornamelijk gedragen wordt door een grote groep (vrijwillige!) deelnemers , al meer dan 25 jaar. Een aanrader!
Hoe karma werkt ~ 21 jaar drempeltheater ~100 jaar mysteriedrama Diverse auteurs Uitgave van het Drempeltheater (www.drempeltheater.nl )
14
Je ziet weleens een voorstelling Renske van Pomeren
Onlangs mocht ik voor het eerst een van de mysteriedrama’s bijwonen. ‘De wachter aan de drempel’. Dat was een bijzondere ervaring. Vanaf 11.00 uur ’s morgens tot 20.00 uur ’s avonds in de schouwburg was op zich al een belevenis. Toch bleek dit in de praktijk, heel goed te doen, door het stromende geheel van voordrachten en pauzes. In een tiental taferelen, zie je de belevenissen van een aantal personen in hun verschillende incarnaties en de samenhangen hiertussen. Het is adembenemend om te zien dat alles consequenties heeft, niet alleen het handelen van iedere individualiteit , maar ook de groepsgeest, de besluiten, de intenties. Deze gevolgen zijn er zowel voor elkaar, als voor eenieders toekomst. Bedenk eens : wereldwijd, wat een duizelingwekkend weefwerk ligt hieraan ten grondslag, ik kan het bijna niet gedacht krijgen. Het is ondoenlijk om op deze plaats van tien taferelen een samenvatting te geven, kijk daarvoor op de website van het drempeltheater, maar graag wil ik wel mijn enthousiasme hiervoor delen. Het is echt bijzonder èn prachtig om in beeld, kleur, spraak, dans en muziek zo´n uitvoering mee te maken. Volgend jaar gaat het drempeltheater het vierde drama opvoeren: Het ontwaken van de zielen, en wel op 12 april 2015. Van harte aanbevolen! In het programmaboekje van dit jaar stond het Leitmotief voor spelers, medewerkers, trouwe bezoekers en vrienden van het Drempeltheater. Dat spreekt me enorm aan, ook voor ons Leendert Meeshuis : De beslissende vraag wordt steeds meer of mensen uit een gemeenschappelijke wilskracht in vrijheid elkaar kunnen vinden. Of we vrij-willig, uit echte vrije wil samen kunnen komen. ‘Als mensen vrijwillig hun gevoelens samen laten stralen, wordt er iets boven het groepsproces uit gevormd. Dan kunnen nieuwe gemeenschappen ontstaan waardoorheen nieuwe groepsgeesten kunnen gaan werken, niet sektarisch, maar met volledige vrijheid van elk individu’. Het wevend gevoel van een aanwezige nieuwe, zich verbindende groepsgeest, maakt dat het gemeenschappelijke doel de persoonlijkheid verheft en het egoïsme tot zwijgen brengt. (Tekst van Rudolf Steiner, vrij vertaald door Corrie Hendriks)
15
Draaipuntje Johanna Priester Goed ouder worden is een levenskunst die geboren wordt na een half leven oefenen. Wat zou het helpen als het gewoon werd om daar vanaf middelbare leeftijd mee bezig te zijn! Want als je straks doof wordt, heb je dan tijdig geoefend in het tussen de regels door luisteren? Als je minder scherp gaat zien, heb je dan het wezenlijke leren onderscheiden? Als je last krijgt van duizelingen, heb je dan houvast verworven aan het eeuwige en onveranderlijke? Als je aan je stoel gekluisterd bent, kun je dan met je interesse naar een ander toe blijven bewegen? Als je smaak afgestompt raakt, heb je dan nuances leren proeven en uitspreken? Als je leden koud en pijnlijk zullen zijn, weet je dan wat warmte en mildheid kunnen betekenen? Als je alleen achterblijft, ken je dan het in stilte luisteren naar wat zich aandient? Als je afhankelijk zult zijn, heb je dan al geleerd oprecht te vragen, en in eenvoud te ontvangen? Als je rug gaat krommen, blijf je dan overeind staan, onafhankelijk van wat anderen denken? Als je weet hoe hard het leven kan zijn, ben je dan geoefend in het oproepen van zachtheid? Als de wereld vreemd voor je wordt, leeft er dan in jou nog echte verwondering? Als de dood je komt halen, heb je dan ervaring met afronden, loslaten en neerleggen? Heb je je kunnen omdraaien? Zo ja, dan komt de ouderdom óók met zegeningen, tijd, stilte en aandacht. De wereld heeft dat hard nodig! Zouden we daarom zo lang blijven leven?
Puntje is een korte, positieve, gezondheidsbevorderende tip van Johanna Priester, huisarts. Wie geregeld zo'n lichtpuntje wil ontvangen kan zich aanmelden via de website www.puntjes.nu. Afmelden kan daar ook.
16
Bomen zijn werkelijk Hun bladeren praten werkelijk met woorden veelzeggend en letterloos. Hun toppen zingen. Hun stammen zwijgen hoorbaar. Hun wortels houden van de aarde. Bij een boom staande moet ik wel ademen als een boom. Naar een boom ziende zie ik hemel en aarde in elkanders armen. Want een boom , een boom is een bruiloft. Hans Andreus
17
De eekhoorn en de mier Bewoners en Heleen de Weger Het werk van de afdeling Cultuur en Welzijn heeft veel met zingeving te maken. Maar dat betekent absoluut niet dat er nooit gelachen wordt! Vaak integendeel. Zo ook tijdens een Literaire Kring waarin het ging over de verhalen van de arts en schrijver Toon Tellegen. Nadat we een paar van zijn verhalen hadden gehoord, gingen we zelf aan de slag, om de beurt een zin. Het werd ons al snel duidelijk dat het niet eenvoudig is om de diepgang te bereiken die Toon Tellegen in zijn luchtige verhaaltjes weet te leggen. Maar dat deed niets af aan de algehele hilariteit die ontstond doordat ieder er telkens weer een andere draai aan gaf! Hieronder leest u het resultaat van ons gezamenlijke proces. ‘Op een dag zat de mier te zonnen aan de kant van de rivier. Hij keek om zich heen, naar boven waar de vrije lucht was. Er was niets in de lucht. Behalve lucht. Hij verveelde zich stierlijk. En dat is voor een mier zeer ongewoon. Plotseling zag hij een eekhoorn voorbij vliegen. “Eekhoorn, wat doe jij daar!”. “Ik vlieg me te vervelen,” riep de eekhoorn, terwijl hij rondjes begon te draaien boven de mier, “Mooi uitzicht heb je hier trouwens!”. “O ja?” zei de mier, “ik zie het niet. Ik zou wel eens een rondje mee willen gaan met je, als ik achter in je staart mag meereizen.” “Die staart is van mij”, zei de eekhoorn, “daarmee moet je voorzichtig zijn!” En toen kwamen er donkere wolken en begon het hard te regenen. Toen werd de staart van de eekhoorn zo nat dat hij op de grond kwam te hangen. En toen kon de mier er zo in kruipen. “Met een natte staart kan ik niet vliegen,” zei de eekhoorn. “Daar geloof ik niets van,” zei de mier, “dat is onzin” en hij trok hem aan zijn staart. “Hort sik, hort sik, niet zo kinderachtig!” En daar ging de eekhoorn, met z’n staart omhoog, ondersteboven de lucht in. En de zon scheen achter de regenwolk zo hard en de lucht was zo droog dat de staart in een kort ogenblik droog gevlogen was. De eekhoorn vloog weer rechtop. De mier moest zich met al z’n pootjes vasthouden, zo hard woei het in de staart. Maar hij was niet bang. Maar de eekhoorn had last van het gekriebel in z’n staart. Hij verlangde er naar zich weer te vervelen. Maar hij kon geen rondjes meer vliegen boven de mier, want die zat in zijn staart. Hij raakte helemaal zijn kluts kwijt. En hij wist niet waar hij hem gelaten had. Plotseling zag de mier hem liggen, met z’n pootjes omhoog. Samen doken ze naar beneden. Toen de eekhoorn zijn kluts weer had, zuchtte hij diep. “Mier, dat was vervelend! Ga jij je in het vervolg maar alleen vervelen in het grote verveelbos. Dat lijkt me veel prettiger.”
18
Sint Jansfeest Dit jaar wordt het Sint Jansfeest gevierd op dinsdag 24 juni van 15.30-18.30 uur. We gebruiken de Tuinzaal en de binnentuin hiervoor, en kunnen hier genieten van alles wat dit zomerfeest te bieden heeft. Helpende handen zijn altijd welkom, ook wanneer u één bewoner kunt begeleiden. Ieder beetje helpt, om het voor veel mensen mogelijk te maken dit feest met aandacht en plezier bij te wonen. Tijden zijn bij benadering. 15.00 uur:
helpers verzamelen in de Tuinzaal: uitleg /afspraken wie doet wat.
vanaf 15.00 15.30 uur:
bewoners halen/ ontvangst gasten
Er speelt pianomuziek bij aanvang van het feest door Meindert Kuyper 15.30 uur
officiële opening feest , daarna
15.45 uur
starten we met taart en sap
16.00 uur
samen zingen : zomer liedjes / Sint Jansliedjes
16.15 uur
poffertjes , smoothies
16.30 uur
intermezzo
16.45 uur
samen zingen: zomerliedjes / Sint Jansliedjes
17.00 uur
piano muziek door Meindert Kuyper
17.15 uur
aansteken vuur korf
17.30 uur
buffet
18.00 uur
toetje met daarna afronding feestelijkheden
Voor vragen kunt u terecht bij de medewerkers van de afdeling Cultuur en Welzijn: Renske van Pomeren, Edmée Smissaert en Heleen de Weger.
19
ACTIVITEITENROOSTER* RENSKE VAN POMEREN Vanaf eind april hangt er bij iedere huiskamer, een rooster met de activiteiten per huiskamer , en de namen van de vrijwilligers, die op die huiskamer helpen. Vanaf begin juni kunt u deze roosters ook vinden op de website van Antroz onder het kopje ‘agenda’. Dit overzicht is tot stand gekomen ,op verzoek van de familie tijdens de familieavond, eind 2013. Familie merkte toen op dat men niet wist, wanneer er wat gebeurde, en zodoende ook weinig of geen zicht had, op de momenten waarop eventuele hulp nodig –en/of mogelijk zou zijn. Na veel overleg en gepuzzel is het rooster op de volgende bladzijde tot stand gekomen, dit is een willekeurig voorbeeld , per huiskamer zal de invulling anders zijn. In de eerste kolom vindt u de dagen van de week. De tweede kolom geeft de tijd en plaats aan van de ochtendkring. Voor de nieuwelingen onder ons, dit is het moment waarop in een kring van belangstellende bewoners, vrijwilligers en medewerkers, de jaarspreuk van het Leendert Meeshuis uitgesproken wordt. Hierna volgen de bijzonderheden van die dag, en zo maken we als het ware een gezamenlijke start van de dag. De derde kolom geeft de activiteit van de ochtend aan, met daaronder de naam van de vrijwilliger van die ochtend. Daaronder staat dan ´mantelzorger`, dit is de plek waar een mantelzorger aan kan geven te kunnen helpen op die huiskamer. De vierde kolom is idem voor de middag. De vijfde kolom is idem voor de avond, deze staat niet in dit voorbeeld, maar staat wel op de roosters De volgorde van de activiteiten staan zo aangegeven, dat je kunt lezen - Wat de activiteit is - Wanneer de activiteit is -Voor Wie de activiteit is - en Waar de activiteit is. Er zijn activiteiten op de huiskamer -in de tuinzaal -in de Fysio en -in de Therapiekamer. We hopen hiermee duidelijkheid te geven over het programma per huiskamer, en ook inzicht per huiskamer wanneer er wat te doen is en wanneer niet. U wordt van harte uitgenodigd uw mogelijke bijdrage te leveren, uiteraard in overleg met de medewerkers van de afdeling, hoe en waar mogelijk! *N.B. Deze artikelen hebben ook in de vorige Mezenbol gestaan, deze herhaling is voor alle nieuwe bewoners en hun familie/bezoek,en voor nieuwe vrijwilligers en medewerkers.
20
Kring*
Ochtend
Middag
Maandag
Gymgroep 11.15 – 12.15 uur In de Tuinzaal 10.00 uur Hal Receptie
Vrijwilliger:
10.30-13.30 uur
Mantelzorger:
Dinsdag
Vrijwilliger:Dhr. X
15.30 – 18.30 uur
Mantelzorger: Seizoensactiviteit 11.00 – 12.30 uur Voor alle bewoners van Pauw In Huiskamer 3
Woensdag
Zingen 15.00 – 16.00 uur voor alle bewoners afdeling Pauw In Huiskamer 1 Sportgroep (Bowlen) 13.30 – 15.00 uur In de Fysio
Vrijwilliger uur
10.30 – 13.30
Vrijwilliger: Mantelzorger:
Mantelzorger:
10.00 uur De Mezen
Donderdag
10.30 – 13.30 uur
Antroposofisch Leesgroepje …….. uur In de Tuinzaal
Mantelzorger:
10.00 uur Hal Receptie
Zondag
Vrijwilliger:
Vrijwilliger: Mevr. IJ. 15.30 – 18.30 uur Mantelzorger:
Mensenwijdingsdienst 10.30 – 11.30 uur In de Tuinzaal 10.00 uur Fazant
Muziekgroep 15.30 – 16.30 uur Op uitnodiging In de Tuinzaal
Creatieve ochtend 10.30 – 12.00, HK2 Even weken Alle bewoners Pauw
Open Atelier 15.30 – 17.00 uur Op uitnodiging In de therapiekamer
Vrijwilliger: Mevr. Z.
Vrijwilliger:
Mantelzorger: Vrijwilliger:
Mantelzorger: Vrijwilliger:
Mantelzorger: Vrijwilliger:
Mantelzorger: Vrijwilliger: Dhr. S.
Mantelzorger:
Mantelzorger:
15.30 – 18.30 uur
Zondagconcert 16.00 – 16.45 Tuinzaal Voor iedereen 21 Vrijwilliger: Mantelzorger:
Vrijwilliger: Mantelzorger:
Concertprogramma juli tot en met september 2014 Juli 06 juli
George en Paulus Vis - fluiten
13 juli
Mignon Primus en Cecily Lock - zang en piano
20 juli
Claudia Witlam - piano en zang en blokfluit
27 juli
Monique Unger - piano Augustus
03 aug.
Geen concert i.v.m. opknappen vloer Tuinzaal
10 aug.
“
17 aug.
“
24 aug.
Ellen Verhagen en Helen Ansing – piano en klarinet
31 aug.
Angela van Dis - piano September
07 sept.
Anne Meijer en Chrystal Benton – piano en zang
14 sept.
Manuel Wouthuysen - piano
21 sept.
Gemma Munoz - fluit en gitaar
28 sept.
Peter Bruinsma en Ineke Opstal - zang en piano
Alle concerten worden financieel mogelijk gemaakt door de Stichting Vrienden van het Leendert Meeshuis Stichting Vrienden van het Leendert Meeshuis Deze stichting wil het huis graag extra financiële armslag bieden. Het werken vanuit de specifieke zorgvisie stelt extra eisen aan bijvoorbeeld opleiding, behandeling, voeding, inrichting en aan culturele evenementen. De AWBZ–subsidie is hiervoor niet toereikend. De Stichting ontvangt bijdragen vanuit giften en legaten, die over te maken zijn op rekening NL41 TRIO 0212 1095 88 bij de Triodos Bank te Zeist , ten name van Stichting Vrienden van het Leendert Meeshuis. Een folder van de stichting is te verkrijgen bij de receptie.
22
Colofon De Mezenbol is een uitgave van het Leendert Meeshuis, verpleeghuis met antroposofische identiteit te Bilthoven. Leendert Meeshuis Prof. Bronkhorstlaan 6 3723 MB Bilthoven Tel: 030-2259600 Fax: 030-2259699
[email protected]
Redactie: Renske van Pomeren Marianne Visser Lysan van Winden
www.antroz.nl Ingezonden artikelen en brieven kunnen worden gestuurd aan de redactie. Op papier kunnen deze worden afgegeven aan de receptie van het Leendert Meeshuis, per e-mail aan
[email protected]
Kopij voor het volgende nummer graag inleveren voor Donderdag 28 augustus 2014
Aan deze uitgave werkten mee: Hans Altenburg Ingrid Batavier Renske van Pomeren Hanne Post Uiterweer Nina Ritsma Edmée Smissaert Marianne Visser Floor van der Voet Heleen de Weger
Afbeelding achterkant: Sint Jan door Leonardo da Vinci
23
Zomer 2014 24