Met een hartelijk voornemen bij de HEERE blijven
ORDE VAN DE BELIJDENISDIENST op 29 maart 2015 (Palmzondag)
In deze dienst wordt openbare belijdenis des geloofs afgelegd door: Janneke Jenelle (Janneke) van der Leede Anne Naomi (Anne) Molenaar Margrietha Gerline (Eline) Verweij Teuna Johanna Dorothé (Tanja)Vis
De betekenis van ‘openbare belijdenis des geloofs’: Openbare belijdenis doen is, door het geven van je ‘ja-woord’, tegen God, zijn gemeente en allen die het maar willen horen - de kerk staat immers voor iedereen open - uitspreken: dat je niet zonder God de Vader kunt: Je erkent dat Hij degene is die je heeft geschapen en dat Hij voor heel zijn schepping en voor jou persoonlijk zorgt. dat je niet zonder God de Zoon kunt: Je erkent dat Jezus Christus de Zoon van God is die speciaal naar de aarde is gekomen om zondige mensen zoals jij te verlossen van hun nood en schuld voor God. Dat je niet zonder God de Heilige Geest kunt: Je erkent dat Hij je leven leidt en dat geloof en gehoorzaamheid, verandering en vernieuwing van je leven niet uit jezelf maar bij Hem vandaan komen.
Aan deze dienst werken mee: Ds. H.G.de Graaff : voorganger A. Weerheim
: orgel
Orgelspel Welkom en mededelingen Voorzang: Gezang 326 : 2 en 5
2. God o - pent hart en op - dat wij
in
o - ren,
ge - loof
zijn roep - stem zouden ho - ren, voor an - d're stem - men doof. Gods woord gordt mensen aan, om zon-der te ver - sa - gen het smal - le pad te gaan en stil het kruis te
dra - gen
achter hun Heiland aan. 5. Gij die wilt ontmoeten wie vragen naar uw wil, zie hoe wij aan uw voeten zitten en luistren stil. Geef dat tot U, o Heer, 't woord van uw welbehagen niet ledig wederkeer', maar dat het vrucht mag dragen, uw grote naam ter eer.
Stil gebed Votum en groet Zingen: Psalm 108 : 1 en 2 (OB) 1. Mijn hart, o He - mel - ma - je - steit, Is
tot Uw dienst en lof
be - reid.
'k Zal zin - gen voor den Op - per - heer; 'k Zal psalmen zin - gen tot Zijn eer. Gij, zach - te harp, gij schel - le luit, Waakt op; dat niets uw klan - ken stuit'; 'k Zal in den da - ge - raad ontwa - ken, En
met gezang mijn God ge-na - ken.
2. Ik zal, o HEER, Uw wonderdaân, Uw roem den volken doen verstaan; Want Uwe goedertierenheid Is tot de heem'len uitgebreid; Uw waarheid heeft noch paal noch perk, Maar streeft tot aan het hoogste zwerk. Verhef U boven 's hemels kringen, En leer al d' aard' Uw grootheid zingen. Samenvatting van Gods geboden
Zingen: Psalm 5 : 2 en 6 (NB) 2. Gij
hebt een afschuw van de zon - de.
Gij
haat de hand waar bloed aan kleeft,
de
tong die van de leu - gen
Wie
leeft.
in geweld hun sterkte von - den
Richt Gij te gron-de. 6. Maar die uw lieve naam belijden, vinden een schuilplaats aan uw hart: zij zullen vrij van zorg en smart juichende zich in U verblijden ten allen tijde. Gebed om de opening van het Woord en de verlichting met de Heilige Geest Schriftlezingen: Handelingen 8 : 1-4(HSV) Het Evangelie in Samaria 1.En Saulus stemde in met zijn dood. En er ontstond op die dag een grote vervolging tegen de gemeente die in Jeruzalem was; en zij werden allen verspreid over de landstreken van Judea en Samaria, behalve de apostelen. 2 En godvrezende mannen droegen Stefanus samen naar het graf en bedreven grote rouw over hem. 3 En Saulus begon de gemeente te verwoesten: hij ging de huizen binnen, sleepte mannen en vrouwen mee en leverde hen over in de gevangenis. 4 Zij dan die overal verspreid waren, trokken het land door en verkondigden het Woord.
Handelingen 11 : 19-26 (HSV) De uitbreiding van het Evangelie naar Antiochië 19 Zij nu die, door de verdrukking die in verband met Stefanus plaatsgevonden had, overal verspreid waren, gingen het land door tot Fenicië, Cyprus en Antiochië toe, terwijl zij tot niemand het Woord spraken dan alleen tot de Joden. 20 Er waren onder hen echter enkele mannen van Cyprus en uit Cyrene die, toen ze in Antiochië gekomen waren, het woord richtten tot de Griekssprekenden en de Heere Jezus verkondigden. 21 En de hand van de Heere was met hen en een groot aantal geloofde en bekeerde zich tot de Heere. 22 En het gerucht over hen kwam de gemeente die in Jeruzalem was, ter ore; en zij zonden Barnabas uit om het land door te gaan tot Antiochië toe. 23 En toen hij daar gekomen was en de genade van God zag, werd hij verblijd en spoorde hij hen allen aan om met een hartelijk voornemen bij de Heere te blijven. 24 Want hij was een goed man en vol van de Heilige Geest en van geloof; en er werd een grote menigte aan de Heere toegevoegd. 25 En Barnabas vertrok naar Tarsus om Saulus te zoeken; en toen hij hem gevonden had, bracht hij hem naar Antiochië. 26 En het gebeurde dat zij een heel jaar met de gemeente samenkwamen en een grote menigte onderwezen en dat de discipelen voor het eerst in Antiochië christenen genoemd werden. Tekstlezing: Handelingen 11 : 23 ‘En toen Barnabas daar gekomen was en de genade van God zag, werd hij verblijd en spoorde hen allen aan om met een hartelijk voornemen bij de HEERE te blijven’.
Zingen: Psalm 89 : 6 en 7 (OB) 6. Gij schiept het barre noord' en 't zoele zui - den saâm; Ginds juicht een Thabor, hier een Hermon in Uw naam; Gij hebt een arm met macht, Uw hand heeft groot vermogen, Uw rechterhand is hoog; Uw troon blijft, onbewogen, Van recht en van gericht zijn vas - ten steun ontlenen; En waarheid en
genâ gaan voor Uw aanschijn henen.
7. Hoe zalig is het volk, dat naar Uw klanken hoort! Zij wand'len, HEER, in 't licht van 't Godd'lijk aanschijn voort; Zij zullen in Uw naam zich al den dag verblijden; Uw goedheid straalt hun toe; Uw macht schraagt hen in 't lijden; Uw onbezweken trouw zal nooit hun val gedogen, Maar Uw gerechtigheid hen naar Uw woord verhogen. De kinderen van de 4+ verzamelen op het podium Prediking Zingen: Gezang 78
2. Ik kan mijzelf geen wasdom geven: niets kan ik zonder U, o Heer! In uw gemeenschap kiemt er leven en levensvolheid meer en meer! Uw Geest moet in mij uitgestort: de rank die U ontvalt, verdort. 3. Neen, Heer, ik wil van U niet scheiden, 'k blijf de Uw' altijd, blijf Gij de mijn'! Uw liefde moet alom mij leiden, uw leven moet mijn leven zijn, uw licht moet schijnen in mijn huis bij kruis naar kracht en kracht naar kruis. 4. Dan blijft mijn ziel voor U gewonnen, dan wint mijn ziel door U in kracht! Het werk in needrigheid begonnen, wordt dan in heerlijkheid volbracht! Wat in de windslen sliep, ontbot, en komt in 't licht en rijpt voor God. Belijdenis van het geloof. Lezing van het formulier voor de openbare geloofsbelijdenis: Gemeente des Heeren, een aantal zusters verlangen nu in uw midden persoonlijk en openlijk belijdenis van het geloof af te leggen, opdat zij mogen delen in de volle gemeenschap van de kerk. Zij worden hierdoor tot het Heilig Avondmaal toegelaten en dragen medeverantwoordelijkheid voor de opbouw van de gemeente van Christus. Wij geloven en belijden dat God in Christus Zijn kinderen vergadert uit alle rassen en volken en hen verenigt tot één lichaam, waarvan Jezus Christus het hoofd is en wij de leden zijn. In de Heilige Doop wordt ons betuigd en verzegeld, dat wij in Gods genadeverbond opgenomen zijn. Daarom behoren wij als leden van Christus' gemeente gedoopt te zijn. Daarmee dragen wij zijn merk- en veldteken.
In het Heilig Avondmaal, waar Christus ons brood en wijn geeft als tekenen en zegelen van Zijn gekruisigd lichaam en Zijn vergoten bloed, verbindt Hij ons telkens opnieuw tot de waarachtige gemeenschap met Zichzelf en met elkaar. Zo verenigd met Christus, zijn wij geroepen met woord en daad Hem te belijden als Heere en Heiland, en Gods Koninkrijk te verkondigen en te verwachten. De kerkenraad heeft, na gevraagd te hebben naar uw geloof en kennis van de waarheid, met vertrouwen en blijdschap in uw voornemen toegestemd. Daarom verzoek ik u, zusters, die nu belijdenis van het geloof wilt afleggen, op te staan, op het podium plaats te nemen, en in dankbare gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift en in gemeenschap met de belijdenis van de vaderen te antwoorden op de volgende vragen: Ten eerste: Belijdt u te geloven in God, de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en aarde, en in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere en in de Heilige Geest? Ten tweede: Aanvaardt u de roeping om, als lid van de gemeente, die God Zich in Christus tot het eeuwige leven verkoren heeft, door Zijn genade tegen de zonde en de duivel te strijden, uw Heiland te volgen in leven en sterven, Hem te belijden voor de mensen en met blijdschap te arbeiden in Zijn Koninkrijk? Ten derde: Wilt u, in de gemeenschap van de Protestantse Kerk in Nederland en onder haar opzicht, getrouw zijn onder de bediening van het Woord en de sacramenten, volharden in het gebed en het lezen van de Heilige Schrift, en wilt u met de u geschonken gaven meewerken aan de opbouw van de gemeente van Christus? Wat is daarop uw antwoord? Ja. Het antwoord wordt door ieder afzonderlijk gegeven, nadat haar naam genoemd is. Ieder ontvangt vervolgens geknield een persoonlijke tekst onder handoplegging.
Opneming onder de belijdende leden: Uit kracht van uw doop en als gevolg van uw persoonlijke belijdenis van het geloof, verklaren wij u, in de gemeenschap van de Kerk van Christus, tot belijdende leden van de Protestantse Kerk in Nederland en nodigen u tot de tafel des Heeren. De God van alle genade, die u in Christus geroepen heeft tot zijn eeuwige heerlijkheid, Hij zal u volmaken, bevestigen, sterken en grondvesten. Hem zij de kracht in alle eeuwigheid. Amen (1 Petr. 5 : 10 en 11). De gemeente zingt de nieuwe lidmaten staande toe: Psalm 134 : 3 (OB) 3. Dat 's HEEREN zegen op u daal'; Zijn gunst uit Sion u bestraal'; Hij schiep 't heelal, Zijn naam ter eer; Looft, looft dan aller heren HEER. Inbreng van de belijdeniscatechisanten Ouderling P. Sijpestein spreekt de belijdeniscatechisanten toe Vermaning Geliefde zusters in de Heere, nu u door uw belijdenis in alle voorrechten van het lidmaatschap van de Kerk van Christus delen mag, bedenkt te allen tijde dat u medeburgers van de heiligen bent en huisgenoten van God, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus Zelf de hoeksteen is; in Hem wordt ook u mede gebouwd tot een woonstede van God in de Geest (Ef 2 : 19-22). Gemeente van Jezus Christus, nu u de belijdenis van deze zusters hebt gehoord en hun toelating tot het Heilig Avondmaal hebt vernomen, bevelen wij hen aan in uw liefde en zorg, als leden, die met ons één zijn in de Heere. Gedenk de woorden van onze Here Jezus Christus: Een nieuw gebod geef ik u dat u elkander liefhebt, gelijk Ik u liefgehad heb, dat u ook elkander liefhebt. Hieraan zullen allen weten, dat u discipelen van Mij zijt, indien u liefde hebt onder elkander (Joh. 13 : 34, 45).
Geloofsbelijdenis Belijden wij ons christelijk geloof: Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde. En in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere; die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria; die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle; ten derden dage wederom opgestaan van de doden; opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods, des almachtigen Vaders; van waar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof een heilige, algemene christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen; vergeving der zonden; wederopstanding des vleses; en een eeuwig leven. Amen. Dankgebed en voorbeden Inzameling van de gaven Slotzang: Psalm 138 : 4 en 1 (OB) 4. Als
ik, omringd door
te - gen - spoed,
Be - zwij-ken moet, Schenkt Gij mij leven; Is 't, dat mijns vij - ands gramschap brandt, Uw rech - ter - hand zal redding geven. De HEER
is
zo ge - trouw, als
sterk;
Hij
zal Zijn werk Voor mij vol - en - den,
Ver
laat niet wat Uw hand be - gon,
O
Le - vens - bron, Wil bijstand zenden.
1. 'k Zal met mijn ganse hart Uw eer Vermelden, HEER, U dank bewijzen; 'k Zal U in 't midden van de goôn, Op hogen toon, Met psalmen prijzen; Ik zal mij buigen, op Uw eis, Naar Uw paleis, Het hof der ho - ven, En, om Uw gunst en waarheid saâm, Uw groten naam Eerbiedig loven. Zegen Orgelspel Na de dienst is er gelegenheid de nieuwe lidmaten Gods zegen toe te wensen.