Goedgekeurd door het bestuur op 12 december 2011
Meerjarenbeleidsplan Stichting Fondsen De Theaterschool 1. Inleiding Op 28 juni 2007 werd te Amsterdam opgericht de Stichting Fondsen De Theaterschool (hierna te noemen ‘de Stichting’). De oprichters waren vier stichtingen, die alle een specifieke activiteit ten behoeve van De Theaterschool, een instituut van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, ondersteunen. Die stichtingen (hierna te noemen ‘aangesloten rechtspersonen’) zijn: ‐ ‐
Ineke Sluiter Stichting (opgeheven per 1 november 2010) Stichting Hanny Veldkamp Fonds
Doelstelling: geldelijke uitkeringen te doen aan de leerlingen van de vereniging: vereniging Theaterschool, gevestigd te Amsterdam – en wel speciaal aan leerlingen die in financiële moeilijkheden verkeren – om te kunnen voorzien in hun dagelijks onderhoud en kosten van huisvesting, een en ander door het bestuur vast te stellen na een aanbeveling van de directeur van voormelde vereniging.
‐
Stichting Top Naeff Prijs
Doelstelling: Het beschikbaar stellen van een prijs (Top Naeff Prijs) aan één of meer door het bestuur van de stichting Fondsen De Theaterschool voor te dragen student of studenten ter gelegenheid van zijn of haar afstuderen aan de Faculteit Theater van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten
‐
Stichting Vrienden en Oud‐leerlingen van de Akademie voor Kleinkunst
Doelstelling: bevordering van het niveau en het aanzien van de Nederlandse Kleinkunst, meer speciaal de bevordering van de mogelijkheden voor de Akademie voor Kleinkunst haar doel te bereiken.
Het doel van de Stichting is statutair alsvolgt geformuleerd: a. het zijn van een overkoepelende rechtspersoon ter versterking van de doelstellingen van de aangesloten rechtspersonen, in het bijzonder en de Theaterschool in het algemeen, zowel op bestuurlijk, organisatorisch als financieel terrein, en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord. b. de stichting tracht dit doel te bereiken door ‐ het voeren van een gezamenlijke administratie ten behoeve van de aangesloten rechtspersonen; ‐ het met de aangesloten rechtspersonen gezamenlijk organiseren van activiteiten; ‐ het verlenen van ondersteuning aan de aangesloten rechtspersonen; ‐ het meedenken en meewerken met de Theaterschool over / aan het alumnibeleid. c. de stichting kan vorenstaand doel ook verwezenlijken ten behoeve van rechtspersonen of andere entiteiten zonder rechtspersoonlijkheid die na de oprichting middels een daartoe strekkend besluit van het bestuur onder de activiteiten van de stichting komen te vallen. 1
d. de stichting kent de mogelijkheid tot het instellen van een Fonds op naam. Degene die een door het bestuur vast te stellen (minimum) bedrag wenst te schenken of na te laten kan daartoe verzoeken. Aan het Fonds op naam kan door de begunstigde een speciale doelstelling voor de besteding van de gift, het legaat of de erfstelling worden verbonden. Een Fonds op naam maakt deel uit van het vermogen van de stichting en kent geen eigen rechtspersoonlijkheid. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam. De Belastingdienst verleende de stichting 16 april 2008 het fiscaal nummer 818193700. De Belastingdienst heeft per 1 januari 2008 de Stichting aangemerkt als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). De aanmerking geldt voor onbepaalde tijd mits aan de vereisten daartoe voldaan blijft worden. De brief van de Belastingdienst is van 12 mei 2010.
2. Karakterisering van de stichting De oprichtende stichtingen hebben de kenmerken van vermogensstichtingen. De vermogens zijn echter door de geldontwaarding en het gebruik tot een niveau gedaald waarbij de statutaire doelstellingen niet meer goed gerealiseerd kunnen worden. De Stichting heeft daarom naast de ondersteuning van de activiteiten van de aangesloten rechtspersonen de expliciete doelstelling de verwerving van gelden. In haar eerste jaar heeft de stichting twee Fondsen op naam verworven. De bestaande Pisuisse Prijs is bij ontbreken van een rechtspersoon als Fonds op naam onder de stichting opgenomen. De Stichting Top Naeff Prijs heeft het beheer van haar vermogen en de opganisatie van de verlening van haar prijs overgedragen aan de Stichting, waartoe het Fonds op naam ‘Top Naeff Prijs’ is ingesteld. In beide gevallen is gebruik gemaakt van een ‘Overeenkomst tot instelling van een Fonds op Naam’ volgens het model dat het bestuur op 17 februari 2008 goedkeurde. Eind 2010 is een legaat verworven uit de nalatenschap van mevrouw J.R.M Jensen te Havelte (Drenthe), schoondochter van de actrice Emma Morel ( 1883‐1957), waarmee het Emma Morel Fonds in het leven is geroepen. Dit fonds is daarmee het derde fonds op naam binnen de Stichting. De Stichting is een vooralsnog kleine stichting. Statutair is geregeld dat het bestuur uit tenminste drie en ten hoogste zeven leden bestaat. De leden van het bestuur zijn zodanig benoemd dat de oprichtende stichtingen in het bestuur vertegenwoordigd zijn. De stichting heeft geen personeel in dienst. Voor enkele administratieve werkzaamheden laat het bestuur zich bijstaan door De Theaterschool. Eind 2011 bedraagt het Eigen Vermogen van de stichting ruim € 80.000,‐ 2
3. Beleid inzake ondersteuning bestaande fondsen en werving van nieuwe De aangesloten rechtspersonen en het verworven oude fonds (Pisuisse Prijs) hebben alle een redelijk lange geschiedenis, die terugvoert naar de jaren van de Vereniging Theaterschool, of zelfs naar de tijd van de zelfstandige Toneelschool. Drie van die fondsen hadden als taak het toekennen van een prijs aan Theaterschool‐studenten gedurende hun studie of bij het afstuderen. Deze prijzen werden mogelijk gemaakt op grond van een legaat dat de basis was van de uitkerende stichtingen. De opsomming van een aantal winnaars illustreert de rijke traditie van deze fondsen:
Top Naeff Prijs: ‐ Sigrid Koetse (1955) ‐ Krijn ter Braak (1966) ‐ Annie van Hoof (1991) ‐ Carice van Houten (2000) ‐ Susanne Kennedy (2005) Pisuisse Prijs: ‐ Simone Kleinsma (1977) ‐ Karin Bloemen (1983) ‐ Acda en De Munnik (1993)
Ineke Sluiterprijs: ‐ Hildegard Draaijer (1990) ‐ Gaia Gonnelli (1992) Daarnaast heeft het Hanny Veldkamp Fonds, gebaseerd op een legaat van de logopediedocente van de toenmalige Toneelschool, gedurende de ruim veertig jaren van haar bestaan een paar honderd Theaterschool‐studenten substantiële financiële bijstand geboden die essentieel was om het volbrengen van de studie mogelijk te maken. Door geldontwaarding, stagnatie in de rendementsopbouw en het gestaag interen op de vermogens, is het met name bij de drie prijzenstichtingen langzamerhand niet goed meer mogelijk aan de statutaire verplichtingen te voldoen. Ook het Hanny Veldkamp Fonds heeft in toenemende mate last van de discrepantie tussen de ontwikkeling van het vermogen en de toenemende studiekosten van de Theaterschool‐studenten Om de verschillende fondsen in staat te stellen hun oorspronkelijke taak te hervatten, voort te zetten of zelfs te versterken, hebben de stichtingen de handen in een geslagen door zich te verenigen in de gezamenlijke stichting. De Stichting heeft daarmee naast de ondersteuning van de activiteiten van de aangesloten rechtspersonen tevens de expliciete taak gekregen nieuwe bijdragen te werven. Onder deze fondsenwerving wordt verstaan dat de verkregen gelden vrijwillig zijn afgestaan, geen of 3
geen evenredige tegenprestatie vormen voor geleverde goederen of diensten en dat er geen rechten voor zorg of hulp aan kunnen worden ontleend. Inmiddels zijn er twee initiatieven ontplooit: De Stichting ondersteunt het initiatief tot oprichting van een Theaterschool‐brede alumni‐rechtspersoon. Deze rechtspersoon zal toetreden tot de Stichting als nieuwe aangesloten rechtspersoon en zal dan ook een bestuurder leveren. Daarnaast is de Stichting overgegaan tot de oprichting van het Jan Kassies Fonds, specifiek bedoeld om talentvolle studenten financieel in staat te stellen hun studie met succes te voltooien. Namens de Stichting wordt de fondsenwerving specifiek voor dit fonds behartigd door mr Pauline Beran, afscheidnemend studentendecaan van de Theaterschool.
4. Beleid inzake giften De doelstellingen van de aangesloten rechtspersonen, van de fondsen op naam alsmede de overige doelstellingen van de stichting vormen de leidraad bij de toekenning van de giften door de stichting. De doelstellingen zijn gerangschikt onder charitatieve, culturele, wetenschappelijke of andere het algemeen nut beogende doelstellingen. Deze doelstellingen worden alleen beperkt doordat zij te maken moeten hebben met activiteiten van de Theaterschool, waarin niet door overheidsfinanciering wordt voorzien. Het bestuur laat zich voor de uitreiking van de prijzen adviseren door jury’s die per prijs worden ingesteld. Het bestuur van het Hanny Veldkamp Fonds beslist op basis van vastgelegde criteria over de toekenning van de te verlenen bijdragen in de vorm van een ‘Hanny Veldkamp Grant’ of een ‘Hanny Veldkamp Gift’. De werkwijze ten aanzien van beoordeling en toekenning van aanvragen bij het Jan Kassies Fonds is nog onderwerp van gesprek binnen de Stichting. Het bestuur hanteert als globaal uitgangspunt dat het rendement in jaar “t” beschikbaar is voor de toekenningen in jaar “t + 1 “. Door hiervan uit te gaan is de totale omvang van de jaarlijkse giften min of meer een gegeven.
5. Beleggingsbeleid Het door twee van de oprichters ingebrachte vermogen omvatte twee kleine effectenportefeuilles. Het bestuur onderkende de kwetsbaarheid van die portefeuilles. Na verwerving van het legaat Jensen heeft het bestuur na ampele overwegingen besloten tot reorganisatie van de beleggingen van de drie vermogens in één zogenaamde ‘defensieve’ belegging met maar 15% in aandelen en 85% in obligaties en liquiditeiten. 4
6. Beginselen van goed bestuur Het bestuur onderschrijft in algemene zin de code die voor het bestuur van “goede doelen” instellingen is opgesteld 1 , zij het dat vanwege de relatief kleine omvang van de stichting niet alle aanbevelingen feitelijk worden opgevolgd. Bij de start van zijn werkzaamheden heeft het bestuur zijn oor te luisteren gelegd bij twee bestuursleden van een vergelijkbare stichting met een lange geschiedenis en ervaring, de Stichting Amsterdams Universitair Fonds. De ervaring die daar is opgebouwd strekt ons tot voordeel.
7. Vergoeding bestuursleden Bestuursleden zullen voor hun werkzaamheden ten dienste van de stichting hoogstens onkostenvergoeding in rekening brengen. De feitelijke situatie is dat bestuursleden zeer terughoudend zijn in het gebruik van deze mogelijkheid.
8. Vereffening bij liquidatie van de stichting Artikel 10 van de statuten regelt de situatie die ontstaat indien het bestuur te enigertijd zou besluiten tot ontbinding en liquidatie van de stichting. Mocht na vereffening een batig saldo resteren dan wordt dit saldo zoveel mogelijk besteed overeenkomstig het doel van de stichting. Amsterdam, 12 december 2011 Het bestuur: Edwin de Vries, voorzitter Jeroen de Leeuw, lid Berend Jan Langenberg, penningmeester
1
Advies van de Commissie Code Goed Bestuur voor Goede Doelen, Amsterdam: VFI, 2005
5