Meerjarenbeleidsplan 2011-2015 Stichting Sirius
Inhoudsopgave In 2007 hebben wij voor het meerjarenbeleidsplan 20072011 als onze missie geformuleerd dat Sirius kinderen lerend wil laten reizen naar hun toekomst. Als we iets geleerd hebben de afgelopen vier jaren dan is het dat dit leren vooral leuk en effectief is als je samen reist, dat reizen naar de toekomst vooral vereist dat je een goed kompas hebt en dat wij zelf als volwassenen nog heel veel te leren hebben. De afgelopen vier jaar heeft het bestuur voort kunnen bouwen op het meerjarenplan 2007-2011 van de toenmalige bestuurscommissie. Het was voor bestuur en schooldirecties een goed kompas. Het heeft ervoor gezorgd dat wij onze doelen helder voor ogen bleven houden. Dankzij dit meerjarenplan hebben we enorm kunnen investeren in de kwaliteit van personeel en management. In de zoektocht, die elke reis kenmerkt, hebben we ook ontdekt dat het belangrijk is om concrete doelstellingen te formuleren ten aanzien van de resultaten voor onze kinderen.
1 2 2.1 2.2 2.3 2.4 3 3.1 3.2 3.3 4 4.1 4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4 4.2.5 5 5.1 5.2. B
2
Voorwoord Inleiding Van missie tot ambitie Missie Identiteit Kernwaarden Ambitie Externe en interne analyse Demografische gegevens Landelijke, stedelijke en lokale context Kansen en bedreigingen Voorwaarden Sirius als organisatie Het INK model Leiderschap; Strategie en beleid; Management van medewerkers: ons personeelsbeleid Management van middelen: ons financieel, ICT en huisvestingsbeleid Management van processen Monitoring en resultaten Monitoring Resultaten Bijlagen Namen scholen/adressen en aantallen leerlingen 1 oktober 2010 Lijst met afkortingen
2 3 3 3 3 4 5 6 7 7 8 9 9 10 11 12 12 14 16 19 19 21 23 23 24
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Inhoudsopgave
We hebben met bewondering gekeken naar de inzet van de medewerkers om nieuwe uitdagingen aan te gaan. En we zijn er in geslaagd een financieel gezonde organisatie te realiseren die ruimte heeft om de komende jaren extra te investeren op versterking van de kwaliteit van het onderwijs. We hebben geleerd dat je op je reis ook anderen nodig hebt. Het stadsdeel Zuidoost en de Centrale Stad bijvoorbeeld, hebben ons op kruispunten echt verder geholpen. Dat waarderen wij en we hopen dan ook, zoals met zoveel andere ontmoetingen, dat we elkaar zullen blijven opzoeken. Dit nieuwe meerjarenplan 2011-2015 bouwt voort op het fundament dat met het vorige is gelegd. We hebben als organisatie al een flinke stap gezet en onze capaciteiten versterkt. Om dit zichtbaar te maken hebben wij een film gemaakt met een aantal inspirerende voorbeelden uit onze eigen organisatie. Deze film is te bekijken op onze website www.stichting-sirius.nl onder het kopje ‘beleid’. We zetten het beleid van de afgelopen vier jaar voort en kiezen ervoor de lat nog hoger te leggen. Meer dan voorheen leggen we nu de focus op drie concrete doelstellingen op het gebied van het verbeteren van de leerprestaties, passend onderwijs voor elke leerling en het realiseren van een omgeving waarin alle leerlingen hun talenten kunnen ontwikkelen. Meer dan voorheen vertalen we dit ook in concrete indicatoren waarop we onszelf af kunnen rekenen. Meten is weten, juist als de ontwikkeling van kinderen aan de orde is. Samen reizen is leuk, maar levert soms ook spanningen op. Dat was bij Sirius niet anders en zal de komende vier jaar soms ook het geval zijn. Maar de hoofdzaak is dat wij als bestuur trots zijn op de manier waarop schoolleiding en medewerkers de afgelopen jaren een start hebben gemaakt met het kwaliteitstraject. Wij durven daarom door te gaan op dit pad en investeren de komende vier jaar substantieel in een verdere versterking van de competenties van onze medewerkers. Onze inzet is dat niet alleen de kinderen er beter van worden, maar dat iedereen die met Sirius meereist zich ontwikkelt en er plezier aan beleeft. Namens het bestuur en de medewerkers van het onderwijsbureau, Gijs van Rozendaal, voorzitter
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Vorwoord
3
1 Inleiding
De uitgangspunten van het meerjarenbeleidsplan worden beschreven in hoofdstuk 2 waarin missie, identiteit, kernwaarden en ambities zijn geformuleerd. In hoofdstuk 3 worden op basis van demografische gegevens en de landelijke, stedelijke en lokale context de kansen en bedreigingen geformuleerd bij het realiseren van de ambities. 4
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Inleiding
Hoofdstuk 4 beschrijft de voorwaarden op basis van de organisatiegebieden van het INK-model, zijnde leiderschap, strategie en beleid, management van medewerkers, management van middelen
en management van processen. Hoofdstuk 5 ten slotte beschrijft de monitoring van de ambities, vertaald in de resultaten die Sirius uiterlijk in 2014 wil realiseren.
5
2 Van missie tot ambitie Voor Sirius geldt daarom de volgende missie: Sirius wil kinderen lerend laten reizen naar hun toekomst. De identiteit en de kernwaarden van Sirius zijn de steunpilaren van deze missie.
In dit hoofdstuk beschrijven wij de keuzen die Sirius bepalen. Het hoofdstuk sluit af met de ambitie die hieruit volgt.
Dit meerjarenbeleidsplan biedt het kader en het geeft richting aan de verbeteringen die in de gehele organisatie worden doorgevoerd.
2.1 Missie Stichting Sirius is verantwoordelijk voor het onderwijs op 13 basisscholen en een school voor speciaal basisonderwijs in het stadsdeel Amsterdam Zuidoost. Sirius geeft onderwijs aan ruim 3200 leerlingen en heeft daarvoor ongeveer 400 medewerkers in
Wij hechten veel waarde aan het bereiken van heldere en opbrengstgerichte doelen en een consequente aanpak. Wij bieden op professionele wijze kwalitatief goed en eigentijds onderwijs, dat onze leerlingen in al hun verscheidenheid voorbereidt om zelfstandig, competent en verdraagzaam te functioneren in de samenleving.
waarop we aan verbeteringen werken telt. Bij de verbetering van de kwaliteit van onze scholen is het begrip duurzaamheid een sleutelwoord. Wij faciliteren onze scholen om ‘stap voor stap’ hun kwaliteit te verbeteren. Duurzaamheid is een begrip dat staat voor langdurig en blijvend. Sirius bevindt zich in een
Een verbeterplan staat of valt met de overtuiging waarmee het gebruikt wordt. dienst. Sirius heeft kwaliteit hoog in het vaandel staan en deze focus op kwaliteit betekent voor ons dat zowel het resultaat als de wijze
6
proces waarbij alle medewerkers werken aan langdurige en blijvende verbetering van de resultaten van al onze scholen.
Door te leren en te ontwikkelen creëren leerlingen voor zichzelf een plek in de maatschappij. Sirius streeft ernaar dat ieder kind zijn ontwikkelingspotentieel zo volledig mogelijk benut en zich daardoor zo goed mogelijk kan ontplooien.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Van missie tot ambitie
2.2 Identiteit Op de scholen van Sirius zijn alle leerlingen welkom, ongeacht hun achtergrond of religie. De openbare scholen van Sirius zijn ontmoetingsscholen met ruimte voor verschillen. In onze scholen leren de leerlingen ook van elkaar door het actief verkennen van hun culturele, levensbeschouwelijke en economische achtergronden. Openbaar onderwijs is immers meer dan alleen het overdragen van kennis en vaardigheden en het klaarstomen voor de maatschappij. Onze scholen hebben ook een maatschappelijke opdracht en willen een bijdrage leveren aan de samenleving en de directe omgeving waarin ze zijn gevestigd. Sirius onderschrijft de brede toegankelijkheid van het openbaar onderwijs. Alle medewerkers on-
en/of religieuze overtuigingen. Op onze scholen leren de leerlingen elkaar kennen op basis van gelijkwaardigheid. Hier ontmoeten leerlingen elkaar en leren ze naast de basisvaardigheden verdraagzaam en respectvol om te gaan met andere opvattingen, levensovertuigingen en culturen. Wij leren onze leerlingen inzien hoe verschillende
Ouder: ‘We moeten allemaal leren om te gaan met culturele diversiteit.’ achtergronden tot anders denken en handelen kunnen leiden. We vinden het belangrijk dat onze leerlingen vanuit dat inzicht eigen opvattingen ontwikkelen. Als je weet wat anderen beweegt, kun je beter met elkaar samenleven. 2.3 Kernwaarden De scholen van Sirius, Zuidoost en Amsterdam zijn een smeltkroes van culturen. Wij hebben respect voor de medemens en voelen ons mede verantwoordelijk voor het welzijn van de ander. Bij Sirius is iedereen welkom, ongeacht etni-
Samenwerking op basis van respect en vertrouwen derschrijven de grondbeginselen van artikel 1 van de Grondwet, de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het Verdrag in zake de rechten van het kind. Hierbij wordt uitgegaan van gelijkwaardige samenwerking op basis van respect en vertrouwen. Wij brengen verschillende opvattingen bij elkaar en wij vermijden, vanwege het principe van het openbare karakter van onze scholen, het uitdragen van persoonlijke politieke
De grenzen die wij stellen aan het gedrag van leerlingen, ouders en personeel zijn mede gebaseerd op onderstaande kernwaarden, maar ook op basis van de eigenheid van de openbare school waar de leerling is ingeschreven. De scholen van Sirius hebben immers een eigen (onderwijskundig) profiel (passend binnen de kaders van dit
sche, culturele en sociaaleconomische achtergrond. Een succesvolle bijdrage aan de integratie van verschillende culturen en achtergronden door iedereen die deel uitmaakt van Sirius is voor ons dan ook essentieel. Bij het benoemen van nieuw personeel maakt Sirius geen onderscheid op basis van levensovertuiging, godsdienst, politieke gezindheid, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Van missie tot ambitie
meerjaren beleidsplan). Wij hechten eraan om de kernwaarden, die voor de medewerkers van Sirius gelden, ook voor de ouders en leerlingen te laten opgaan. Onze kernwaarden zijn: Integriteit Met integriteit als kernwaarde werken wij aan een organisatie die transparant is over haar vorderingen en werkwijzen. Met deze kernwaarde werken wij aan een cultuur waarin iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt voor zijn eigen bijdrage aan het proces. Eerlijk en open communiceren, helpt ons bij het ontwikkelen van duurzame onderwijskwaliteit. De openbare scholen besteden actief aandacht aan uiteenlopende levensbeschouwelijke, godsdienstige en maatschappelijke waarden. De openbare scholen betrekken leerlingen, ouders en personeelsleden actief bij de besluitvorming over doelstellingen en werkomstandigheden. Medezeggenschap is op alle niveaus goed geregeld. De openbare scholen van Sirius staan in de samenleving. Ambitie Onze ambities zijn vormgegeven door onze doelstellingen. Achter
7
2 Van missie tot ambitie deze doelstellingen liggen hoge verwachtingen ten aanzien van onszelf, de leerkrachten, de kinderen en de ouders. Ambities prikkelen onze motivatie om continu het beste uit onszelf en de ander te halen en mogelijkheden te benutten. Dit leidt voor iedereen tot een groot plezier in leren en ontwikkelen en wij zijn trots op ons werk. Ontmoeten Sirius is een organisatie voor mensen met verschillende achtergronden die elkaar ontmoeten en hiermee hun belevingswereld
lingen zich succesvol ontwikkelen en handhaven in de maatschappij. De ambitie van Sirius is dan ook dat de onderwijsinspectie de kwaliteit van het onderwijs in de basisvaardigheden op alle scholen van Sirius tenminste als ‘voldoende’ beoordeelt. De scholen, die dit doel bereikt hebben, blijven zich doorontwikkelen tot goede of excellente scholen. Goed basisonderwijs is de eerste stap in de ontwikkeling van een kennissamenleving, in de economische ontwikkeling, in de eman-
Bestuursmanager: ‘Ouderbetrokkenheid is een serieuze zaak op onze scholen.’ uitbreiden. Ontmoetingen die een blijvende en inspirerende indruk achterlaten. Dit wederzijdse respect bewerkstelligt Sirius voor alle leerlingen, de ouders en het personeel. De vele mogelijkheden van de brede talentontwikkeling en cultuureducatie leveren hieraan een grote bijdrage. Sirius organiseert voor de leerlingen de ontmoeting met andere achtergronden, culturen en religies. 2.4 Ambities Voor de periode van het meerjarenbeleidsplan 2011-2015 is onze ambitie om een drietal doelen te realiseren: het verbeteren van de leerprestaties We werken aan structurele verbetering van de kwaliteit en het verhogen van de leerprestaties. Een goede beheersing van de culturele vaardigheden, met taal en rekenen voorop, is essentieel voor al onze leerlingen. Alleen met een goede beheersing van de basisvaardigheden kunnen onze leer-
8
cipatie en in het terugdringen van sociaaleconomische achterstanden. Het meerjarenbeleidsplan 20112015 van Sirius sluit aan bij het bestuursakkoord dat de schoolbesturen in juni 2010 hebben ondertekend. Het sluit ook aan bij de afspraken die stedelijk gemaakt worden in Jong Amsterdam II, voor zover deze de focus op de kwaliteitsverbetering betreffen die wij willen bereiken. Om de zwakke scholen te verbeteren en om te voorkomen dat de andere scholen zwak worden, heeft Sirius gebruik gemaakt van de mogelijkheid om met alle scholen deel te nemen aan de Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam (KBA). Het opbrengstgericht werken loopt als een rode draad door dit traject. Tevens neemt Sirius met de andere schoolbesturen in Zuidoost deel aan het rekenproject Omdat Elk Kind Telt (OEKT). Voor elke leerling passend onderwijs Passend onderwijs is voor Sirius
vooral goed onderwijs. Onderwijs dat tegemoet komt aan de verschillen tussen leerlingen. Sirius wil dat voor ieder kind onderwijs in Zuidoost bereikbaar is. Elk kind gaat in principe naar school in de eigen wijk. Daarom zorgt Sirius er samen met de andere schoolbesturen in Zuidoost en de expertisecentra voor dat voor elke leerling een passend onderwijsarrangement samengesteld kan worden. Dit geldt voor de kinderen met het predicaat ‘zorgleerling’ maar óók voor de hoogbegaafde leerlingen. Passend onderwijs is landelijk beleid dat koerst op een wetswijziging in juli 2013. Dan wordt de Wet op de Zorgplicht ingevoerd. Deze wet geeft ouders grotere vrijheid in het maken van schoolkeuzes. We richten ons bij de organisatie van passend onderwijs op de kwaliteit van de scholen, de kwaliteit van de leerkrachten en het eigenaarschap van directeuren bij het invoeren van het gedachtegoed van het handelingsgericht werken. Alle leerlingen ontwikkelen hun talenten Sirius creëert voor haar leerlingen een omgeving waarbinnen talenten zich kunnen ontwikkelen. Sirius werkt daarbij samen met scholen, het stadsdeel, de stad, welzijnsinstellingen en andere betrokken partijen. Zij zijn samen verantwoordelijk voor talentontwikkeling. De vier talentgebieden zijn: sport/ gezondheid, kunst/cultuur, natuur/ techniek en media/communicatie. Alle Siriusscholen maken deel uit van de brede school clusters en organiseren daarbinnen activiteiten in het kader van de brede talentontwikkeling. Door samenwerking tussen scholen en (culturele) instellingen vergroten wij de ontwikkelingskansen van onze leerlingen. Met de brede
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Van missie tot ambitie
talentontwikkeling en dagarrangementen verhogen we tevens de beschikbare onderwijstijd voor onze leerlingen. De brede talentontwikkeling kent een landelijke, stedelijke en locale context. De overheid stelt dat alle kinderen gebruik moeten kunnen maken van voor-, tussen- en naschoolse activiteiten (sport, cultuur & educatie). Wij spreken in dit verband steeds over brede talentontwikkeling, als deel uitmakend van de Brede School. Sirius geeft hieraan actief invulling en streeft naar een breed aanbod op dit gebied. Dit aanbod is beschikbaar voor alle kinderen, ook voor de kinderen met een beperking of minder draagkrachtige ouders. De maatschappelijke functie van het onderwijs staat bij Sirius hoog in het vaandel. Sirius creëert voor al haar leerlingen een omgeving waarbinnen talenten zich kunnen ontwikkelen. We willen onze leerlingen in aanraking brengen met andere levensovertuigingen en culturen. Daarom ook vinden wij gerichte aandacht voor de brede talentontwikkeling een belangrijk beleidsthema. Door samenwerking tussen scholen en (culturele) instellingen vergroten wij de ontwikkelingskansen van onze leerlingen. Dagarrangementen vervullen met de VVE een belangrijke functie voor alle scholen. Daarmee verhogen we de beschikbare onderwijstijd voor onze leerlingen. Sirius faciliteert de realisatie van ambities Om bovenstaande doelen te realiseren heeft Sirius veel aandacht voor het faciliteren van de ambities. In hoofdstuk 4 zien wij hoe het leiderschap, strategie, beleid en management van medewerkers, middelen en processen hieraan bijdragen.
In de afgelopen beleidsperiode is binnen Sirius hard gewerkt aan het scheppen van voorwaarden om de gewenste veranderingen tot stand te brengen. Resultaten van de periode tot en met december 2010 zijn: • Wij weten nu beter wat goed onderwijs is en hoe je dit kunt bereiken en monitoren; • Wij hebben meer inzicht in de te gebruiken middelen en de competenties die nodig zijn om deze middelen goed te gebruiken; • Wij hanteren nu opbrengstgerichte doelstellingen en zetten in op vaardigheidsgroei bij iedere leerling; • Naast de ontwikkeling van kennis en vaardigheden zetten wij voor elke leerling in op brede talentontwikkeling; • In projecten als KBA en OEKT is en wordt veel geïnvesteerd in de kwaliteit van de leerkrachten op de scholen van Sirius. Er zijn ook doelen nog niet bereikt. Het werken aan de voorwaarden heeft tot nu toe niet geleid tot betere resultaten op de Cito Eindtoets. De resultaten van het rekenonderwijs zijn wel licht gestegen in 2010. Ouders als partners bij het realiseren van de ambities De betrokkenheid van de ouders bij de school is belangrijk vanwege de taakverlichting in de school, afspraken over opvoeding en ondersteuning van het leerproces. Ook burgerschap en culturele inte-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Van missie tot ambitie
gratie zijn gediend bij een actieve betrokkenheid. Sirius wil op drie niveaus een relatie met ouders onderhouden: • de individuele, juridische relatie; wij willen de ouders een minimale garantie geven op basiskwaliteit van het onderwijs, goede informatie over de ontwikkeling van hun kind en over hun recht op bijstand of het indienen van een klacht; • de samenwerking ten aan zien van de opvoeding en het leerproces. Hierbij gaat het om de noden en belangen van de eigen kinderen; ouders zorgen ervoor dat hun kind uitgeslapen en gevoed is, de ontwikkeling thuis gestimuleerd wordt en de taak en opdracht van de leraar gerespec-
Excellente scholen zijn ons doel teerd wordt. • de ouder die (formeel of informeel) deel uitmaakt van een oudergemeenschap in onze scholen. Hiermee wordt de ouderraad, de medezeggenschapsraad of de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad bedoeld. Door een professionele samenwerking tussen ouders en de school wordt de cohesie in de school sterker en voelt de leraar zich ondersteund in de school.
9
3 Externe en interne analyse
Bij het realiseren van de ambitie speelt de context een wezenlijke rol. In dit hoofdstuk wordt de landelijke, stedelijke, stadsdeel en Sirius context geschetst voor zover die een rol speelt. 3.1 Demografische gegevens Onderstaande gegevens zijn ontleend aan het Sociaal Structuurplan Zuidoost. Zuidoost is een zeer divers stadsdeel met ongeveer 80.000 inwoners, 132 nationaliteiten en ca. 72% inwoners van niet-westerse afkomst. Voor Amsterdam is dat 35%. De grootste etnische groep wordt gevormd door de bewoners die uit Suriname afkomstig zijn (26.000). Maar er wonen ook veel Antillianen (5.000), steeds meer Ghanezen en andere Afrikanen
10
(10.000), ruim 23.000 autochtone Nederlanders en 16.000 immigranten uit andere niet-westerse en westerse landen. Het stadsdeel heeft een relatief jonge bevolking ongeveer 27% van de bevolking is jonger dan 19 jaar (voor geheel Amsterdam is dit 21%). De herkomst van de jeugd is dan ook zeer divers. De meeste kinderen hebben minstens één ouder die buiten Nederland geboren is. Er zijn meer leerlingen met een niet-westerse achtergrond (81% versus 56%) en meer gewogen leerlingen (50% versus 31%).
Er zijn in Zuidoost 9.213 kinderen in de basisschoolleeftijd (5-12) en 5.442 kinderen in de leeftijd van de middelbare school (13-17). In de basisschoolleeftijd gaat 98% in het eigen stadsdeel naar school. Na de basisschool gaat ruim de helft van de kinderen in het eigen stadsdeel naar een school voor voortgezet onderwijs. De basisscholen in Zuidoost hebben meer leerlingen in een achterstandssituatie dan gemiddeld in Amsterdam.
Boor positieve krachten aan. Sirius is onderdeel van een sterke sociale infrastructuur in Zuidoost. Sirius zoekt daarbij actief en ondernemend naar samenwerking met het Stadsdeel en andere partners in Zuidoost.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Externe en interne analyse
Amsterdam Zuidoost heeft te maken met een bijzondere sociale situatie met sterke, maar ook hardnekkige zwakke kanten. Zuidoost wil de maatschappelijke situatie voor haar bewoners verbeteren door de positieve krachten die erin besloten liggen gaande te houden en te versterken. Zuidoost kent een groot aantal eenoudergezinnen, meestal met een niet Nederlandse achtergrond. Deze gezinnen hebben vaak problemen, taalachterstanden, geen of nauwelijks inkomen, weinig contact buiten de eigen beperkte kring en niet zelden fysieke en psychische gezondheidsproblemen. Het gevolg is dat 40% van de jongeren opgroeit in armoede. Getalsmatig verandert het stadsdeel voortdurend van samenstelling. Jaarlijks verhuizen rond de 8.500 mensen binnen het stadsdeel en trekken rond de 6.500 mensen het stadsdeel uit. De gehele situatie lijkt haast onvermijdelijk de aanleiding te zijn voor de slechte onderwijsprestaties van de kinderen in Zuidoost. De helft van hen heeft het predicaat achterstandsleerlingen. In Amsterdam geldt dit voor een derde van de leerlingen. Ook het percentage leerlingen met een HAVO-VWO advies ligt lager dan het stedelijke gemiddelde. 3.2 Landelijke, stedelijke en lokale context De zorgen over de onderwijskwaliteit worden maatschappelijk breed gedeeld. Jonge mensen die het mbo en het hoger onderwijs binnenstromen blijken bijvoorbeeld veel moeite te hebben met lezen, spellen en rekenen. Een expertgroep is door OC & W ingesteld om met een systematische beschrijving te komen van de taal- en rekenniveaus die leerlingen op vier ‘momenten’ in de schoolloopbaan moeten be-
heersen. Voor elk moment is aangegeven waaraan alle leerlingen op dat niveau zouden moeten voldoen. Dit niveau is aangeduid als het algemeen maatschappelijk functioneel niveau, het niveau waaraan elke Nederlander zou
riode 2006-2010 opgesteld. Om tot dit beleidsplan te komen heeft de gemeente Amsterdam nauw samengewerkt met de Amsterdamse schoolbesturen en jeugden welzijnswerk, Jeugdzorg, GGD en met de diverse speci-
Duurzaamheid: je verantwoordelijk voelen voor de samenleving van nu en die van morgen. moeten voldoen. Het beheersen van de basiskennis en basisvaardigheden zijn voorwaarden voor het functioneren als burger in de samenleving. Passend onderwijs is landelijk beleid dat koerst op een wetswijziging in juli 2013. Dan wordt de Wet op de Zorgplicht ingevoerd. Deze wet geeft ouders grotere vrijheid in het maken van schoolkeuzes. Passend onderwijs is vooral kwalitatief goed onderwijs voor alle leerlingen. Onderwijs dat tegemoet komt aan de verschillen tussen leerlingen. Dit geldt voor de kinderen met het predicaat ‘zorgleerling’ maar óók voor de hoogbegaafde leerlingen. De brede talentontwikkeling, ons derde beleidsdoel, kent ook een landelijke, stedelijke en locale context. De overheid stelt dat alle kinderen gebruik moeten kunnen maken van voor- tussen- en naschoolse activiteiten (sport, cultuur & educatie). Wij spreken in dit verband steeds over brede talentontwikkeling, als deel uitmakend van de Brede School. Door de Amsterdamse schoolbesturen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs, de stadsdelen en de centrale stad is een Amsterdams onderwijs- en jeugdplan Jong Amsterdam voor de pe-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Externe en interne analyse
fieke werkgroepen in de stad. Het uitvoeringsplan van Jong Amsterdam bevat 25 actiepunten, geordend onder zes hoofdthema’s (succesvolle schoolloopbaan, zorg, brede talentontwikkeling, voortijdig schoolverlaten, veiligheid en voortgezet onderwijs). Voor elk actiepunt zijn resultaatafspraken gemaakt. De partners in Jong Amsterdam hebben verder afspraken gemaakt over monitoring van resultaten, de financiering van het beleid, de sturing van Jong Amsterdam en de communicatie. Het primaire doel van Jong Amsterdam is het scheppen van mogelijkheden en voorwaarden voor kinderen en jongeren voor hun individuele ontwikkeling en maatschappelijke deelname. Met veel jongeren gaat het goed, maar niet voor alle Amsterdamse kinderen en jongeren is het vanzelfsprekend dat zij hun talenten kunnen ontwikkelen. Er zijn nog teveel jongeren die met problemen te maken hebben, waar ze niet altijd op eigen kracht uitkomen. Dit blijkt onder meer uit de uitval in het onderwijs en het beroep op de jeugdzorg. Jong Amsterdam 2, het vervolg op Jong Amsterdam, is in voorbereiding en beslaat dezelfde periode als het meerjarenbeleidsplan van Sirius. De belangrijkste stedelijk gesprekspartners van Sirius zijn de andere stichtingen voor openbaar
11
3 Externe en interne analyse onderwijs in Amsterdam. Gezamenlijk vormen zij de Federatie
benoemen wij deze factoren in relatie tot de drie beleidsdoelstellin-
Kansen zien, bedreigingen tackelen. openbaar onderwijs Amsterdam. De samenwerking heeft voornamelijk betrekking op het maken voor een eenduidig personeelsbeleid voor medewerkers in het Amsterdamse openbare onderwijs (mobiliteitsbeleid, vervangingsbeleid, functiebouwwerk, kweekvijvers voor schoolleiders en intern begeleiders). Inmiddels wordt ook gebruik gemaakt van elkaars deskundigheid op andere terreinen. Het Breed Bestuurlijk Overleg is het orgaan waarin Sirius afspraken maakt over de stedelijke onderwerpen (kwaliteit, segregatie, discriminatie, cultuureducatie, huisvesting, etc.) Aan dit overleg nemen (bijna) alle Amsterdamse schoolbesturen deel en veelal is dit ook het platform waar overleg met de gemeente Amsterdam plaatsvindt. In Zuidoost werkt Sirius op lokaal niveau samen met de andere schoolbesturen aan de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Ook stadsdeel Zuidoost is hierbij een belangrijke partner. 3.3 Kansen en bedreigingen De haalbaarheid van de ambities is mede afhankelijk van de sterke (S) en zwakke (W) punten en van de kansen (O) en bedreigingen (T) van Sirius en haar omgeving. Onze scholen kunnen niet los gezien worden van de omgeving. Er is sprake van een continue wederkerige beïnvloeding. Onderstaand
12
gen omdat ze elkaar zowel positief als negatief kunnen beïnvloeden. Verbeteren van de leerprestaties Kansen en sterke punten • Onze focus op verhoging van de leerprestaties en het opbrengstgericht werken; • Deelname van al onze scholen aan projecten gericht op kwaliteitsverhoging; • Goed gemotiveerde leerlingen en ambitieuze ouders; • Inzetten van budgetten voor verhoging van de onderwijskwaliteit; • Scholing- en begeleidingstrajecten voor al onze medewerkers. Bedreigingen en zwakke punten • De maatschappelijke context van de scholen (wijk, opleidingsniveau van de ouders, armoede) en het imago van zuidoost; • Het huidige aantal zwakke scholen; • Gebrek aan continuïteit en goed gekwalificeerd personeel; • De vermindering van en onzekerheid over rijkssubsidies. Passend onderwijs Kansen en sterke punten • Een kwalitatief sterke openbare school voor SBO die zorg draagt voor expertise in de regio; •E en samenwerkingsverband dat een relatie legt tussen passend onderwijs en het verbeteren van de leerprestaties en onderwijskwaliteit; • Een ruim zorgontwikkelingsbudget beschikbaar voor schoolontwikkeling; • Sirius is aantrekkelijk voor jonge ambitieuze leerkrachten;
4 Voorwaarden
• Een stadsdeel dat werk maakt van de aanpak Jeugd (OKC en stadsdeeltafels). Bedreigingen en zwakke punten • Kwaliteit van de interne begeleiders; • Gebrek aan kennis en vaardigheden om tijdig te signaleren, en het opzetten van een preventieve aanpak; • Hoge aantal LWOO geïndiceerde leerlingen (Sirius 25,2%, landelijk 4,4%); • Het niet voldoen aan de minimumstandaard voor leerlingzorg; • De werkdrukbeleving van de leerkrachten; • Weerstand bij ouders voor het aanvragen van indicaties; • Discontinuïteit en slechte afstemming met jeugdhulpverlening. Brede talentontwikkeling Kansen en sterke punten De brede talentontwikkeling is een stadsdeelprioriteit en is in alle scholen geïmplementeerd; de subsidieregelingen voor cultuureducatie kunnen aanvullend voor talentontwikkeling benut worden; De brede talentontwikkeling biedt systematisch aandacht aan de talentgebieden, maar ook huiswerkklassen, mentorgroepen, weekendschool, e.d.
Sirius stimuleert talenten Bedreigingen en zwakke punten Er is onvoldoende budget om voor elke leerling de brede talentontwikkeling optimaal vorm te geven (twee keer per week voor 40 weken); De prioriteit van de scholen is nu gericht op het primaire proces (rekenen, spelling en taal); de ervaren werkdruk laat te weinig tijd voor het investeren in brede talentontwikkeling.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Externe en interne analyse
Hoofdstuk 4 beschrijft de voorwaarden op basis van de organisatiegebieden van het INKmodel, zijnde leiderschap, strategie en beleid, management van medewerkers, management van middelen en management van processen. 4.1 Sirius als organisatie Sirius werkt met een bestuur dat bestuurt op hoofdlijnen en de dagelijkse leiding heeft gemandateerd aan de bestuursmanager. Deze managementfilosofie is leidend voor de gehele organisatie. Het bestuur heeft de opdracht van de Code Goed Bestuur meegenomen in dit meerjarenplan. Het betreft dan principes rond de efficiency en effectiviteit van de organisatie, de taakverdeling, de subsidiariteit en het adaptieve vermogen. In dit meerjaren beleidsplan wordt ook de basis gelegd voor het toetsingskader waarmee het bestuur
het interne toezicht zal uitvoeren (zie hoofdstuk 5.2 Resultaten). De functiescheiding tussen bestuursmanager en het bestuur krijgt vorm in het schooljaar 2010 – 2011. Dit kan gevolgen hebben voor de huidige mandaatverdeling zoals die is vastgelegd in het managementstatuut van Sirius. Het onderwijsbureau bestaat uit de bestuursmanager, een adjunct-bestuursmanager, twee beleidsmedewerkers (personeel en huisvesting), een controller, een personeelsconsulent en secretariële ondersteuning. Het onder-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
wijsbureau staat garant voor professionele ondersteuning van de bestuursmanager en de schoolleiders. De bestuursmanager is eindverantwoordelijk voor de hele organisatie en legt verantwoording af aan het bestuur door middel van managementrapportages. Het toetsingskader wordt gevormd door het meerjarenbeleid en de hieruit afgeleide jaarlijkse uitvoeringsplannen. Het onderwijsbureau is voor de schooldirecteuren faciliterend, beleidsvoorbereidend en een instrument voor het schoolbestuur dat het verkeer tussen het beleid en de werkvloer regelt. De kaders voor het onderwijskundig leiderschap zijn uitgewerkt in de missie, identiteit en de kernwaarden. De bestuursmanager is verantwoordelijk om, samen met het onderwijsbureau, deze kaders te bewaken en de scholen te onder-
13
4 Voorwaarden steunen bij het realiseren van de doelstellingen.
om in te stemmen of te adviseren over het beleid.
De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) heeft hierin een belangrijke positie door het goedkeuren en meedenken over nieuw en bestaand beleid. Zowel de ouders als de medezeggenschapsraden worden door het bestuur en de scholen gefaciliteerd, betrokken en uitgenodigd om hun positie binnen de school in te nemen. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad is een belangrijke partner in het overleg met het bestuur. Alle scholen zijn vertegenwoordigd, soms door een ouder èn een personeelslid. De GMR van Sirius is paritair samengesteld; d.w.z. dat de personeelsgeleding even groot is als de oudergeleding. De GMR geeft invulling aan haar opdracht
4.2 Het INK model Sirius wil zich graag publiekelijk intern en extern verantwoorden over de geleverde kwaliteit, de behaalde resultaten en de besteding van middelen. Intern: alle rollen en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in het managementstatuut en in het handboek bureau medewerkers. Extern: middels het jaarverslag. Het voorliggende strategisch beleid wordt uitgevoerd volgens de PDCA-cyclus (Plan-Do-CheckAct), die jaarlijks wordt bijgesteld met een jaarplan. Het strategisch plan vormt ook de basis van de schoolplannen en op schoolniveau wordt eenzelfde kwaliteitszorgcyclus gehanteerd. Structurele monitoring van de op-
brengsten maakt ons beleid doelgericht en realistisch. Het INK-model is hierbij behulpzaam en helpt ons bij het maken van een koppeling tussen het beleid en de middelen, maar ook tussen het beleid en de competenties die nodig zijn om onze doelen te bereiken. Het model helpt bovendien om meer toe te werken naar een effectieve vorm van (zelf)evaluatie. Naast concrete subdoelen of resultaatgebieden kent het INK-model vijf organisatiegebieden waarin de voorwaarden beschreven staan om deze subdoelen te realiseren. Deze organisatiegebieden worden in dit hoofdstuk uitgewerkt. Onderstaand wordt beschreven op welke wijze Sirius de komende periode werkt aan het verbeteren van de (organisatie)voorwaarden om haar doelstellingen te bereiken.
INK-Managementmodel Richten missie/visie
Inrichten procesmanagement
Do
Management van medewerkers
Leiderschap
Beleid en strategie
Verichten prestatiemanagement
Management van medewerkers
Management van processen
Beleid en strategie
Bestuur en Financiers
Plan
Check Management van middelen
Management van middelen
Resultaat
Organisatie Verbeteren en vernieuwen Berichten informatiemanagement
14
Act
Her(in)richtenrichten verbetermanagement
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
Om tot de gewenste resultaten te komen is het belangrijk om de gewenste voorwaarden te scheppen zodat iedereen optimaal kan werken. Daarvoor gebruiken wij vanaf dit hoofdstuk het INK model. 4.2.1 Leiderschap Hier gaat het om de manier waarop de leiding de organisatie inspireert tot voortdurende verbetering. Doelen ten aanzien van leiderschap • zorgen voor draagvlak bij alle betrokkenen voor de missie en ambitie van Sirius • het realiseren van een professionele structuur en cultuur in de organisatie • het realiseren van een sfeer waarin coaching en zelfreflectie normaal is • faciliteren en ondersteunen, tonen van voorbeeldgedrag. De schooldirecties vormen de managementlaag die direct leiding geeft aan het onderwijskundig proces in de school. Onze schooldirecteuren vormen de doorslaggevende factor bij het realiseren van de gedragsveranderingen in de organisatie die nodig zijn voor inhoudelijke vernieuwing. Zij zetten zich in voor de juiste kwaliteit van de schoolorganisatie. Om effectief leiding te kunnen geven aan een schoolorganisatie werken de schooldirecteuren vanuit morele doelen, kennis en begrip van veranderingsprocessen. Zij kunnen relaties opbouwen, delen kennis en creëren samenhang in de beleidsonderwerpen. Daarbij leggen onze schooldirecteuren rekenschap af aan het schoolbestuur en de inspectie over de kwaliteit en de opbrengsten. De directeuren zijn integraal verantwoordelijk voor de school. De taakverdeling
tussen bestuur en schoolleiding is vastgelegd in het managementstatuut dat is opgesteld in 2008. Om het beleid in samenspraak met alle betrokkenen te ontwikkelen en uit te voeren zijn er regelmatig bijeenkomsten waarbij het managementteam, de beleidsme-
4.2.2 Strategie en beleid Het gaat hierbij om de strategie waarmee de organisatie haar visie implementeert voor alle belanghebbenden. De informatiebronnen die gebruikt worden voor het beleid en de vertaling van het beleid naar concrete plannen en budgetten.
De schoolleider is verantwoordelijk voor de toekomst van de leerlingen op zijn school dewerkers en de schoolleiders elkaar ontmoeten (overleg, training, werkgroep, intervisie, e.d.). Op alle niveaus binnen de organisatie wordt het ontwikkelen van leiderschapskwaliteiten gestimuleerd en gefaciliteerd. Hiermee bouwen we aan duurzaam en kwalitatief goed onderwijs. Sirius heeft krachtige onderwijskundige leiders nodig die betrokken en verantwoordelijk zijn. Ze werken opbrengstgericht. Een goede leider stelt zich naar onze opvattingen open voor de omgeving en legt hier verbindingen mee, is proactief als het gaat om nieuwe ontwikkelingen ter verbetering van het onderwijs en de organisatie en communiceert voortdurend over de behaalde resultaten met de buitenwereld. Sirius wil graag meer diversiteit in het leiderschap in de organisatie; het directieteam van Sirius moet een afspiegeling worden van de teams van de scholen. In de afgelopen beleidsperiode zijn drie leerkrachten met een niet-westerse achtergrond doorgestroomd in een directiefunctie. Ook qua leeftijd is er een grotere diversiteit bereikt in de afgelopen jaren. Het huidige beleid wordt de komende jaren voortgezet.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
Vanuit onderwijskundig, maatschappelijk, en economisch oogpunt zijn het verbeteren van de onderwijsprestaties en de talenten van onze leerlingen van groot belang. De globalisering en maatschappelijke ontwikkelingen vragen echter ook onze speciale aandacht voor de veiligheid op de scholen. Sociale cohesie en burgerschap zijn belangrijke thema’s. Sirius wil de komende jaren een ondernemende organisatie zijn, die op heldere en transparantie wijze werkt, communiceert met haar omgeving en verantwoording aflegt. Ondanks de sombere prognoses met betrekking tot de leerlingenaantallen in ons stadsdeel streeft Sirius ernaar haar marktaandeel minimaal te behouden. Wij willen dit doen door het bieden van hoge kwaliteit op het gebied van leerprestaties, de leerlingenzorg, talentontwikkeling, personeelsbeleid, huisvesting, bedrijfsvoering en bestuur. Het is ook van belang dat we laten zien dat de identiteit van het openbaar onderwijs past bij alle ouders en leerlingen. De scholen geven jaarlijks aan hoe zij werken aan de verbetering van de kwaliteit en de tevredenheid
15
4 Voorwaarden van leerlingen, ouders en personeel. Ook wordt jaarlijks aandacht besteed aan actieve PR en marketing. Wij willen dat onze scholen een positief imago hebben in de wijk en daarmee ook in de rest van Amsterdam. In de afgelopen jaren heeft Sirius
ervaring uit te wisselen en zijn gericht op teamwerk en multi-inzetbaarheid. Voor de directeuren is duidelijk wat het bestuur verwacht ten aanzien van onderwijskundig ondernemerschap. Integraal personeelsbeleid (IPB) waarin de medewerker centraal staat, zorgt voor
Opbrengstgericht werken geeft de leraren hun vak weer terug gebruik kunnen maken van ruime subsidiemogelijkheden om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Vanwege de bezuinigen bij de overheid verwachten wij dat de mogelijkheden in de komende jaren beperkt zullen zijn. Om de kwaliteitsimpulsen toch duurzaam te borgen in onze organisatie is in de meerjarenbegroting jaarlijks een bedrag gereserveerd. Door een effectieve en efficiënte inzet van middelen verwachten wij dat extra investeringen mogelijk blijven. 4.2.3 Management van medewerkers: personeelsbeleid Het gaat hierbij om de manier waarop de organisatie de kennis en inzet van de medewerkers maximaal benut. ’Leren is reizen naar de toekomst’; dat geldt ook voor onze medewerkers. Onze kernwaarden gelden ook voor het personeel en daarom investeren wij zoveel als mogelijk in de ontwikkeling van ons personeel. Sirius heeft in 2015 voor alle leerlingen competente, enthousiaste, betrokken en professionele leerkrachten. Het competentieschema dat bij de KBA wordt gebruikt is hiervoor leidend. Alle leerkrachten van Sirius zien het als een uitdaging om kennis en
16
de continuering en borging van de kwaliteit van alle medewerkers. De hoge kwaliteit van het personeelsbeleid van Sirius is een belangrijke eerste voorwaarde om de doelstellingen van de organisatie te bereiken. Het personeelsbeleid voor de komende periode is opgedeeld in vier onderdelen: • kwaliteit van het personeel; • instroom, doorstroom en uitstroom van het personeel; • ziekteverzuim en ziektevervanging; • zorgvuldig werkgeverschap. Voor elk van deze vier onderdelen is één of meer doelen geformuleerd. Kwaliteit van het personeel Resultaat is dat in 2015 bij 80% van de medewerkers de competenties van het KBA competentieschema minimaal op een voldoende niveau zijn ontwikkeld en dat daarvan bij minimaal 10% van de groepsleerkrachten de competenties voldoen aan de eisen op excellent niveau. De kwaliteit van elke leerkracht wordt op gestandaardiseerde wijze structureel gevolgd. Sirius vindt het belangrijk dat elke medewerker zich blijft ontwikkelen en verschillende talenten kan gebruiken. Daarom faciliteert Sirius
Incompany of in samenwerking met de federatie korte opleidingstrajecten, en zijn er professionele leergemeenschappen. Op individueel niveau, en op school- en stichtingsniveau maken we afspraken over scholing en ontwikkeling. De schooldirecteuren schrijven jaarlijks een scholingsplan dat is afgestemd op de ontwikkeling van de school. Het gebruik van de lerarenbeurs wordt gestimuleerd. Medewerkers van Sirius die er niet in slagen om te voldoen aan de kwaliteitsnormen van stichting Sirius, worden ondersteund bij een outplacementtraject of overplaatsing naar een functie buiten het onderwijs. Sirius stimuleert en biedt daarom verschillende mogelijkheden voor scholing en (tijdelijke) mobiliteit. Sirius heeft in 2015 de functieverdeling, de verdeling van taken en competenties, het flexibel kunnen inzetten van medewerkers en passende beloningen uitgewerkt en geïmplementeerd. Sirius heeft dan een duidelijk functiebouwwerk ingevoerd en vastgesteld; de functiemix is volledig geïmplementeerd. Er zijn functiebeschrijvingen op twee niveaus vastgesteld voor Interne Begeleiders. Daarnaast is vastgesteld welke competenties nodig zijn voor het uitoefenen van deze functie. De beloningsstructuur is daarop aangepast.
Instroom, doorstroom en uitstroom personeel Werving en selectie maken onlosmakelijk deel uit van de instroom, doorstroom en uitstroom. Het werven van kwalitatief goed personeel geschiedt door uniforme en transparante procedures. Iedere vacature is een kans om de schoolorganisatie verder te optimaliseren. Om deze kansen te benutten han-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
teren wij een zorgvuldige wervingen selectieprocedure. Het personeelsbestand is evenwichtig samengesteld. Een evenwichtig personeelsbestand geeft continuïteit en balans in de schoolorganisatie. De komende vier jaar richt Sirius zich op het in balans brengen van leeftijd, geslacht, etniciteit, vooropleiding en specialismen binnen de gehele organisatie. Dit zorgt voor meer evenwicht in de schoolorganisaties als eenheid en binnen Sirius als geheel. Voor ouders en leerlingen zijn er voldoende rolmodellen. Er is een monitor waarin kengetallen zijn opgenomen over de kenmerken van de medewerkers. De instroom-, doorstroom- en uitstroomtrajecten voor het personeel zijn op maat en worden goed begeleid. Met het startertraject lukt het om een nieuwe instroom van jonge leerkrachten op gang te brengen. De in- en uitstroom zijn op elkaar
kweekvijver voor schooldirecteuren. Sirius is trekker van de specifiek op de Amsterdamse markt gerichte kweekvijver voor interne begeleiders. Op alle scholen zijn stageplekken voor stagiaires van de PABO van de HvA en van de universitaire Pabo van Amsterdam (UPVA) in het kader van Opleiden in de school. Met de deelname aan de kweekvijver management en de opzet van een kweekvijver interne begeleiding maakt Sirius ontwikkeling en loopbaanmobiliteit voor haar medewerkers mogelijk. Ziekteverzuim en ziektevervanging Het ziekteverzuim is in 2015 teruggebracht tot op of onder het landelijk gemiddelde. Het ziekteverzuim binnen de Siriusorganisatie is gemiddeld 1,7% (bron: SROL) hoger dan het landelijke gemiddelde percentage van 6,1% (bron: Vervangingsfonds). Indien er wordt uitgegaan van de cijfers van Tredin is het ziektever-
Het personeel is ons kapitaal afgestemd. In de periode 20112015 stromen veel leerkrachten uit doordat zij de pensioengerechtigde leeftijd bereiken (12,75% is ouder dan 60 jaar). Ruim een derde van onze medewerkers is ouder dan 55 jaar, daarom wordt gewerkt aan leeftijdsbewust ouderenbeleid om vroegtijdige uitval te voorkomen. Tegelijkertijd richten onze inspanningen zich op het benaderen van potentieel nieuw personeel. Sirius gaat door met het leveren van een bijdrage aan de nieuwe opleidingen voor academische leraren en blijft een actieve rol spelen bij de organisatie van de stedelijke
zuim bij Sirius 3% hoger dan het landelijk gemiddelde. Het ziekteverzuim onder medewerkers van Sirius is in de periode 2011-2015 opnieuw een aandachtspunt. Ook de verzuimfrequentie ligt aanzienlijk hoger (landelijk 1,0 voor Sirius 1,45). De factoren die het ziekteverzuim bij Sirius terug kunnen dringen worden de komende periode scherp in beeld gebracht. De regierol van de verzuimtrajecten ligt in handen van de directie. De evaluatie van de dienstverlening van Tredin vindt plaats in 2011. In het schooljaar 2010-2011 is gestart met een flexpool voor de
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
vervanging van ziek personeel. De effectiviteit van de flexpool en de kwaliteit van leerkrachten wordt structureel beoordeeld. Er is ook gestart met een pool van gepensioneerde leerkrachten. Deze wordt verder uitgebreid de komende jaren. Vervanging op interim basis voor andere functies dan die van leerkracht, wordt zoveel mogelijk bovenschools georganiseerd. Hier wordt ook een pool voor opgezet. Voor de vervanging van directiefuncties op interim-basis wordt naar een oplossing gezocht door een eigen pool van interim medewerkers bij Sirius of in de Federatie in bestand te hebben. Zorgvuldig werkgeverschap Ter bevordering van de veiligheid en de gezondheid van de leerkrachten, leerlingen en ouders op school heeft elke school de beschikking over voldoende gekwalificeerde BHV’ers (bedrijfshulpverleners) en preventiemedewerkers. Er is een goed georganiseerde, veilige, professionele werkomgeving doordat de actiepunten uit de RI zijn uitgevoerd en er op de scholen voldoende gekwalificeerde BHV’ers en preventiemedewerkers zijn. Elke school voert structurele risico-inventarisaties (RI) uit. De actiepunten uit de RI’s worden jaarlijks voor de gestelde data uitgevoerd en geüpdatet. Er zijn voldoende preventiemedewerkers en BHV’ers. Sirius heeft een besluit genomen om de inzet van de bovenschools preventiemedewerker te continueren. 4.2.4 Management van middelen: financieel beleid, huisvestings- en ICT-beleid Het gaat hierbij om de wijze waarop vanuit strategie en beleid de beschikbare middelen (geld, ken-
17
4 Voorwaarden nis en technische faciliteiten) worden aangewend om de activiteiten van Sirius effectief en efficiënt uit te voeren. Financieel beleid Om de kwaliteit van het onderwijs centraal te kunnen stellen, moeten basisvoorzieningen (leermiddelen, gebouwen, ICT, schoonmaak, e.d.)
meerjarenplan is een meerjarenbegroting opgesteld. De omvang van de reserves neemt in de komende jaren echter af door het aflopen van de bruidsschatregeling, door de bezuinigingen op Bestuur en Management en ook door een daling van het leerlingenaantal in Zuidoost. Deze ontwikkelingen kunnen op dit moment nog opge-
Een aangenaam leer- en werkklimaat op orde zijn. Leraren moeten hun aandacht en tijd aan het lesgeven kunnen besteden en de schoolleiders aan het onderwijskundig leiderschap. Sirius kent een geringe overhead/bovenschoolse inzet (< 5%). Dit is al laag, maar we zullen naar nieuwe wegen blijven zoeken om de bedrijfsvoering zo doelmatig mogelijk in te richten, bijvoorbeeld door gezamenlijke ondersteunende faciliteiten of gezamenlijke inkoop (Siriusscholen, Federatie, stedelijk) In de afgelopen jaren heeft Sirius zich ontwikkeld tot een financieel gezonde organisatie. Sirius voert een financieel (en materieel) beleid waarbij de middelen optimaal ingezet worden ten behoeve van de kwaliteit van het onderwijs. Sirius gaat verantwoord om met de middelen die door de overheid (rijk en lokale overheid) beschikbaar worden gesteld. Verantwoord omgaan met geld en middelen betekent dat wij adequate reserveringen treffen voor de toekomst en anderzijds geen middelen (onnodig) oppotten. Dit betekent dat we steeds beter in staat zijn de inhoudelijke doelen en resultaten af te stemmen op de begroting en de meerjareninvesteringsplannen. Bij dit voorliggende
18
vangen worden, maar zullen in de toekomst gevolgen hebben voor de bovenschoolse afdracht van de scholen. Ten aanzien van de beheerssituatie wordt gestreefd naar meer efficiëntie waardoor de schooldirecteuren meer tijd en ruimte krijgen voor het onderwijskundig leiderschap. Huisvestingsbeleid Sirius wil onderwijs geven in goed toegeruste gebouwen. De leerlingen en de leerkrachten verdienen een aangenaam leer- en werkklimaat. De dagarrangementen en de brede talentontwikkeling stellen in de nieuwe beleidsperiode eisen aan de flexibele inrichting van de schoolgebouwen. Daarnaast zal de wens energiebesparing en een betere klimaatbeheersing te realiseren tot de huisvestingsprioriteiten behoren. Subdoelen en indicatoren: • de gebouwinrichting laat zien dat de gebruikers van de ruimte centraal staan; • dagarrangementen, VVE en brede talentontwikkeling zijn uitvoerbaar in het gebouw; • het gebouw geeft gebruikers een veilig gevoel; het is binnen en rondom de gebouwen veilig voor zowel personen als goederen; • ICT-voorzieningen zijn up-to-
date en overal in het gebouw te gebruiken; • in de gebouwen heerst een gezond binnenklimaat; • de gebouwen zijn duurzaam en energiezuinig; • indeling, inrichting en afwerking (materiaal en kleur) staan ten dienste van de onderwijsprestaties; • in de periode 2011-2015 past Sirius de scholen aan teneinde in te kunnen spelen op de multifunctionele eisen, de veiligheidseisen en de eisen ten aanzien van een gezond binnenklimaat, die aan een schoolgebouw gesteld worden; • een jaarlijkse schouw wordt op iedere school door huisvesting uitgevoerd aan de hand van de kwaliteitsstandaard; • Het bestaande meerjarenonderhoudsplan van de schoolgebouwen wordt geactualiseerd. ICT beleid Bij de start van de beleidsperiode 2011-2015 is een aantal voorwaarden voor optimale ondersteuning door automatisering/ICT gerealiseerd: • alle scholen zijn aangesloten op het glasvezelnetwerk; • alle scholen hebben de servers extern geplaatst, waardoor de betrouwbaarheid van de verbinding is geoptimaliseerd; • het contract met Unilogic reduceert de technische ICT inzet aanzienlijk. Voor de periode 2011-2015 biedt dit de volgende mogelijkheden: • kostenreductie door gebruikmaking van glasvezel (VOIP en IPTV); • kwaliteitsverbetering van het onderwijs door de mogelijkheden die glasvezelverbinding biedt; • door verminderde technische ICT inzet ontstaat er ruimte voor
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
de inzet van een I-Coach die tot taak heeft om alle leerkrachten optimaal gebruik te laten maken van de mogelijkheden van de automatisering voor de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. 4.2.5 Management van processen Het gaat hierbij om de manier waarop de organisatie vanuit de strategie en het beleid haar processen identificeert, ontwerpt, beheerst en –waar nodig- verbetert of vernieuwt. Het verhogen van de leerprestaties We werken aan structurele verbetering van de kwaliteit en het verhogen van de leerprestaties. Wij vinden dat een goede beheersing van de culturele vaardigheden, met taal en rekenen voorop, essentieel is voor al onze leerlingen. Alleen met een goede beheersing van de basisvaardigheden kunnen onze leerlingen zich succesvol ontwikkelen en handhaven in de maatschappij. Bij de start van het meerjaren beleidsplan staan bij het verbeteren van de kwaliteit in alle Siriusscholen twee belangrijke projecten centraal. Het eerste project is: Omdat elk kind telt (OEKT). Dit project zorgt ervoor dat het rekenonderwijs in alle scholen meetbaar en merkbaar verbetert. In een looptijd van drie jaar zorgen we ervoor dat de rekenresultaten minimaal op het landelijk gemiddelde uitkomen. De visie en aanpak van Michael Fullan over de wijze waarop een onderwijsverandering succesvol kan verlopen, vormen de leidraad van dit project. Omdat elk kind telt loopt door tot augustus 2011. Het tweede project is de Kwali-
teitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam (KBA). Alle Siriusscholen participeren in de Kwaliteitsaanpak. Sirius neemt hiermee een unieke positie in het Amsterdamse primair onderwijs in. Door met àlle scholen deel te nemen aan deze kwaliteitsaanpak, neemt Sirius nadrukkelijk haar verantwoordelijkheid en investeert in een structurele, meetbare en consequent gemonitorde verbetering van het onderwijs. Sirius werkt door middel van dit project systematisch aan het verbeteren van het onderwijs op elke basisschool (rekenen, spellen, lezen en taal), de kwaliteit van de schooldirectie, de kwaliteit van de leerkrachten (o.a. didactische routines) en de zorgstructuur. De huidige cofinanciering voor de KBA eindigt in 2011. Naast bovengenoemde projecten biedt de Wet OKE (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) inhoudelijk voldoende aanknopingspunten voor de verbetering van de kwaliteit van de voor- en vroegschool. Met de projecten OEKT (tot augustus 2011) en KBA (tot 2012) wordt bij de start van het meerjarenbeleid binnen de scholen een flinke kwaliteitsslag gemaakt. Met deze kwaliteitsslag gaan wij de komende jaren voort. De ambitie van Sirius is dan ook dat de kwaliteit van het onderwijs in de basis-
Het kwaliteitsdoel dat Sirius zich stelt om de komende jaren onderwijs te geven dat gericht is op de optimale ontwikkeling van elk kind heeft vier subdoelen. Subdoelen en indicatoren 1. Alle scholen werken doelgericht aan het bieden van ‘sterk rekenonderwijs’, dit betekent voor ons dat: • de rekenresultaten van elke Siriusschool zowel op de Cito Eindtoets als op de tussentijdse toetsen van het LVS, beoordeeld volgens de landelijke gemiddelden c.q. volgens de normen van de inspectie, minimaal ‘voldoende’ zijn; • de streefnorm voor alle scholen is om op genoemde toetsen de beoordeling ‘goed’ te verkrijgen; • het leerrendement op rekenen hoog is; dit wordt vastgesteld door op de tussentijdse toetsen van het LVS op leerling, groep en schoolniveau vast te stellen of de vaardigheidsgroei zodanig is dat minimaal voldoende resultaten volgens de normen van de inspectie zullen worden gerealiseerd. 2. Alle scholen werken doelgericht aan het bieden van ‘sterk taalonderwijs’, dit betekent voor ons dat: • de taalresultaten van elke Siriusschool zowel op de Cito Eindtoets als op de tussentijdse toetsen van het LVS, beoordeeld volgens de landelijke gemiddelden c.q. vol-
Niet de leerling, maar het onderwijs past zich aan vaardigheden op alle scholen van Sirius door de onderwijsinspectie tenminste als ‘voldoende’ wordt beoordeeld. De scholen die dit doel bereikt hebben blijven zich doorontwikkelen tot goede of excellente scholen.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
gens de normen van de inspectie, minimaal ‘voldoende’ zijn; • de streefnorm voor alle scholen is om op genoemde toetsen de beoordeling ‘goed’ te verkrijgen; • het leerrendement op taal hoog is; dit wordt vastgesteld door
19
4 Voorwaarden op de tussentijdse toetsen van het LVS op leerling, groep en schoolniveau vast te stellen of de vaardigheidsgroei zodanig is dat minimaal voldoende resultaten volgens de normen van de inspectie zullen worden gerealiseerd. 3. Alle leerlingen doorlopen een succesvolle schoolcarrière. Dit betekent voor ons dat: • het percentage leerlingen dat met een indicatie voor LWOO naar het VO gaat afneemt van 25% in 2010 naar 17% in 2014 (het landelijk gemiddelde van 4,4% ligt voorlopig buiten ons bereik); • het percentage leerlingen dat in het voortgezet onderwijs dooren opstroomt in 2014 minimaal 85% is. In 2009 is dat percentage 72%; 4. De kwaliteit van het onderwijs is op alle scholen structureel geborgd en verbeterd. Dit betekent voor ons dat: • in 2014 alle scholen van Sirius een basisarrangement van de inspectie hebben. Voor elke leerling passend onderwijs Passend onderwijs is voor Sirius vooral kwalitatief goed onderwijs
meer leertijd voor kinderen die dat nodig hebben; • een goed pedagogisch klimaat, waar kinderen voldoende duidelijkheid, veiligheid en sociale ondersteuning krijgen; • een gedifferentieerd onderwijsaanbod; onderwijs dat tegemoet komt aan de verschillen tussen leerlingen • het goed volgen van de resultaten, het maken van handelingsgerichte (groeps)plannen en het volgen van de cyclus handelingsgericht werken; • het beter en sneller observeren van jonge kinderen en direct handelen wanneer dat nodig is. Subdoelen en indicatoren 1. Alle leerkrachten houden rekening met de verschillen tussen leerlingen en voeren het handelingsgericht werken als basisconcept voor onderwijskwaliteit in. Alle leerkrachten zijn in staat om met drie niveaus of instructiegroepen in de klas te werken. Er wordt rekening gehouden met leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. • differentiëren op drie niveaus is per 2015 zichtbaar ingebed in stevig en waarneembaar klassenmanagement;
Eruit halen wat er in zit voor alle leerlingen. Het is onderwijs dat tegemoet komt aan de verschillen tussen leerlingen. De aandachtspunten bij het realiseren van passend onderwijs zijn: effectief, adaptief onderwijs geven met goede, interactieve instructielessen; • goed klassenmanagement en
20
• voor elke Siriusschool is het leerlingvolgsysteem als graadmeter voor de opbrengst van gedifferentieerd onderwijs dominant; • de school stelt in 2015 aantoonbaar doelen op het niveau van de leerkracht; • het deelnamepercentage aan het SBO/SO is voor Sirius in 2015 < 2%.
2. De minimumstandaard en het zorgprofiel zijn instrumenten waarmee in kaart wordt gebracht of de basisafspraken op het gebied van de onderwijs- en leerlingenzorg op school gerealiseerd zijn. Het voldoen aan de criteria van de minimumstandaard is voorwaardelijk om passend onderwijs te kunnen realiseren. Het zorgprofiel kan gezien worden als schoolprofilering van scholen die aan de minimumstandaard voldoen. • alle scholen in SWV Zuidoost voldoen aan de minimumstandaard; • scholen die voldoen aan de minimumstandaard brengen hun onderwijszorgprofiel in beeld; • er is in 2015 financieel en inhoudelijk beleid op de inzet van (externe) ambulante diensten en speciale deskundigheid.
• van het schoolverzuim wordt 100% gemeld bij leerplicht.
3. Iedere Siriusschool heeft een eigen Zorg Breedte Overleg (ZBO) gerealiseerd dat voldoet aan de stedelijk vastgestelde standaard. Het stadsdeel realiseert de voorwaarden die nodig zijn om de verbinding met de door haar gefinancierde faciliteiten te kunnen maken. De basisschool zoekt zelf naar afstemming met het OKC, medewerkers van Bureau Jeugdzorg, leerplicht of andere instellingen: • elke Sirius school neemt in 2015 deel aan een netwerk dat bestaat uit partners van onderwijs, welzijn en jeugdzorg; • elke Siriusschool organiseert in 2015 deelname van externe instanties binnen het eigen ZBO; • de werkzaamheden van de OKC’s en de scholen zijn in 2015 optimaal op elkaar afgestemd en in protocollen beschreven; • van ieder kind worden bij schoolwisselingen en overgang, ook van OKC naar PO, de school-, leer- en zorggegevens tijdig en volledig overgedragen;
Subdoelen en indicatoren 1. Alle leerlingen krijgen een activiteitenprogramma aangeboden dat een afspiegeling is van de vier talentgebieden en dat naast kennismakingsactiviteiten per talentgebied minimaal één verdiepingsactiviteit kent: • ieder kind heeft vanaf 2011 een portfolio waarin de deelname aan brede talentontwikkeling wordt gevolgd en op basis waarvan de leerling wordt gestimuleerd om een gevarieerd aanbod te kiezen; • ieder kind kan vanaf 2011 gedurende de veertig schoolweken gemiddeld vijftien keer per jaar deelnemen aan kwalitatief goede, betaalbare en bij hem/haar passende activiteiten om zijn/ haar talenten te ontwikkelen; • Sirius implementeert vanaf 2011 samen met het stadsdeel het ‘basispakket kunst- en cultuureducatie’.
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
Elk kind telt 4.Ouders worden altijd tijdig en realistisch geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind(eren). Scholen geven aan alle ouders en verzorgers begrijpelijke en eerlijke informatie over de prestaties van hun kinderen. Alle leerlingen ontwikkelen hun talenten Sirius creëert voor al haar leerlingen een omgeving waarbinnen alle talenten zich kunnen ontwikkelen.
2. Voor alle leerlingen organiseren we de activiteiten rond brede talentontwikkeling op gestructureerde
wijze samen met een cluster van scholen in een veilige omgeving: • tijdens alle activiteiten rond brede talentontwikkeling is afdoende toezicht, beheer en waarborging van de veiligheid gerealiseerd; • elk cluster van scholen heeft een interne coördinator ‘brede talentontwikkeling activiteiten’. 3. Er is een informatieve en interactieve website gericht op alle (potentiële) deelnemers en partners van de brede talentontwikkeling activiteiten: • de website wordt gebruikt voor informatieverstrekking over alle activiteiten, het opgeven voor activiteiten, informatie-uitwisseling tussen activiteitenbegeleider en deelnemers, deelnemers onderling en de verschillende partners onderling, plaatsen van foto’s en filmpjes; • ouders zijn betrokken bij de deelname van hun kind aan de brede talentontwikkeling.
deel, welzijn, speelzalen en kinderopvang werken aan dagarrangementen die rust en regelmaat bieden voor de dagindeling van kinderen. • leerlingen kunnen zelfstandig of onder begeleiding van een leerkracht, aansluitend op de schooldag naar de naschoolse activiteit waar ze overgedragen worden aan een voor het kind herkenbare persoon in een herkenbare omgeving; • de dagarrangementen en de Voorschoolse Educatie hebben als opbrengst tevens de extra tijd die kinderen in een rijke en stimulerende omgeving doorbrengen; • de VVE doelstellingen uit Jong Amsterdam 2 zijn in 2015 door Sirius gerealiseerd; • alle (doelgroep)kinderen maken in 2015 gebruik van kwalitatief goede VVE voorzieningen; • er zijn in 2015 geen wachtlijsten voor naschoolse activiteiten.
4. Sirius wil samen met het stads-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Voorwaarden
21
5 Monitoring en resultaten
In dit hoofdstuk geven wij aan op welke wijze Sirius bewaakt of de geformuleerde doelen en subdoelen worden gerealiseerd. 5.1 Monitoring Voor wat betreft de leerprestaties is de leidraad voor dit meerjarenbeleidsplan dat het ons gaat om de resultaten en om vaardigheidsgroei van de leerlingen. Met de
22
meting van de vaardigheidsgroei brengen wij het leerrendement van elk kind in beeld. Voor ons is dat een betrouwbare indicator voor kwaliteit van het onderwijs. Daaraan meten wij dan ook de kwaliteit
van de organisatie af. Sirius hanteert voor de duur van het meerjarenbeleidsplan 20112015 voor het monitoren van de leerprestaties de door de scholen behaalde resultaten op de LVS toetsen en op de Cito Eindtoets. Voor de resultaten gebruiken wij als referentie de normen die de inspectie van het onderwijs hanteert. Voor wat betreft de vaardigheids-
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Monitoring en resultaten
scores wordt in 2011 de beginsituatie van de leerlingen vastgesteld en een systematiek voor monitoring ontwikkeld. Voor de overige aspecten die wij monitoren gaan wij voor zover beschikbaar uit van landelijke normen of gemiddelden. Het streven is dan in ieder geval om de norm
Duurzaamheid: datgene wat je leert, heeft betekenis voor je. Het wordt van jou en je raakt er daardoor bij betrokken. te halen c.q. beter te scoren dan de landelijke gemiddelden. In hoofdstuk 5.2 zijn de onderdelen van de monitor opgenomen
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Monitoring en resultaten
die deel uit zullen maken van de externe verantwoording die Sirius jaarlijks aflegt over de uitvoering van het meerjaren beleidsplan.
23
5 Monitoring en resultaten 5.2 Resultaten Resultaatgebied
Kritische succesfactor
Prestatie- indicator
Norm
Resultaat 2010
Resultaat 2015
ouders/leerlingen
Leerprestaties
Cito Eind Taal
Landelijk gemiddelde 76,6%
66,7%
76,7%
Cito Eind Rek. Wisk.
Landelijk gemiddelde 70,5%
62,2%
70,5%
Cito Eind Informatie verw.
Landelijk gemiddelde 77,4%
65,2%
77,4%
Cito Eind Wereldoriëntatie
Sirius: 70%
57%
70%
Uitstroom naar VMBO-T, HAVO/VWO
Sirius: 44%
36%
44%
Door- en opstroom 3 VO
Sirius: 85%
72%
85%
Vaardigheidsgroei *
Scholen bepalen vaardigheidsgroei per LVS-toets
10
15
LVS toetsen
Per groep positieve vaardigheidsgroei
Per leerling positieve vaardigheidsgroei
Deelname
Per leerling 15 act. per jaar
Portfolio ***
Registratie activiteitenkeuze en mate van talent per leerling
100%
Leerlingen zijn lid van clubs/verenigingen
Sirius: nog te bepalen
% leerlingen
% leerlingen
Tevredenheid ouders
Rapportcijfer ouders over Sirius hoger dan landelijk gemiddeld 75%
71%
> 75%
Tevredenheid over communicatie door school
Sirius: 80% ouders
80%
Aandeel in leerlingenaantal PO Zuidoost
Sirius: 45%
42,5%
45%
Tevredenheid leerlingen
Rapportcijfer leerlingen over Sirius hoger dan landelijk gemiddeld 80%
83%
≥ 85%
Resultaatgebied
Kritische succesfactor
Prestatie- indicator
Norm
Resultaat 2010
Resultaat 2015
medewerkers
Tevredenheid over Sirius c.q. school
Tevredenheid personeel
Rapportcijfer personeel over Sirius hoger dan landelijk gemiddeld 76%
70%
76%
Kwaliteit personeel
Basiscompetenties ***
Sirius: 80% personeel positief beoordeeld
80%
Ziekteverzuim
Verzuimpercentage
Landelijk gemiddelde: 6,1%
9,1%
6,1%
maatschappij
Inspectiearrangement
Soort arrangement
Sirius school heeft Inspectie basisarrangement
57%
100%
VVE
Kwaliteit VVE ***
Voldoende volgens inspectienorm
Partners Brede School, TSO, Opleidingen
Tevredenheidsonderzoek door Sirius bij Stadsdeel
Norm moet ontwikkeld worden
Brede talentontwikkeling
Tevredenheid over de school
100%
Imago Sirius/ scholen Participatie in wijk **
bestuur/financiers
Solvabiliteit
DON: ≥ 20%
52%
45%
Kapitalisatiefactor
DON: ≤ 35%
48%
30% - 35%
Current ratio
DON: 0,5 – 1,5
3, 7
2
Rentabiliteit
DON: 0 – 5%
0,4%
2,5%
Staat van onderhoud
Onderhoud conform quickscan bouwtechnische staat 2011
14 scholen
14 scholen
Duurzaamheid, energiezuinig ***
Norm in ontwikkeling
14 scholen
Gebruiksvergunning en veiligheid
Stadsdeel: 14 scholen
14 scholen
financiën
Gebouwen
*
Bij vaardigheidsgroei moeten methodiek en normen nog worden ontwikkeld
**
Bij lidmaatschap clubs/verenigingen en bij imago Sirius moeten normen en resultaten nog bepaald worden
7 scholen
*** Bij portfolio Brede School, bij basiscompetenties, bij kwaliteit VVE en bij duurzaamheid energiezuinigheid
24
moeten resultaat 2010 nog bepaald worden
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Monitoring en resultaten
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Monitoring en resultaten
25
B Bijlage Aantallen leerlingen 16e Montessori
173
Bijlmerdrie
148
Bijlmerhorst
129
Blauwe Lijn
215
Brink
356
C. Jetses
55
Holendrecht
244
Nellestein
333
Rozemarn
297
Schakel
334
Ster
147
Tamboerijn
436
Wereldwijs
352
Sirius PO
3219
Van Houte (SBO)
104
Sirius PO en SBO
3323
bron 01-10-2010 Sirius
Lijst met afkortingen
Namen scholen/adressen en aantallen leerlingen 1 oktober 2010
26
School
Adres
Postcode
Plaats
16e Montessori Gaasperdam
Vreeswijkpad 6
1106 DV
Amsterdam
Bijlmerdrie
Kantershof 641
1104 HJ
Amsterdam
Bijlmerhorst
Egoli 12
1103 AB
Amsterdam
Blauwe lijn
Kortvoort 61A
1104 NA
Amsterdam
Brink
Mijehof 302
1106 HW
Amsterdam
Cornelis Jetses
Jaargetijden 6
1109 AR
Amsterdam
Holendrecht
Holendrechtplein 39
1106 LP
Amsterdam
Nellestein
Leksmondplein 31
1108 EL
Amsterdam
Rozemarn
Huntum 16
1102 JA
Amsterdam
Schakel
Alex.Dumaslaan 9
1102 WD
Amsterdam
Ster
Woudrichemstraat 8
1107 NG
Amsterdam
Tamboerijn
Reigersbos 301
1107 EZ
Amsterdam
Van Houte (SBO)
Leksmondplein 27
1108 EL
Amsterdam
Wereldwijs
Geerdinkhof 695
1103 RP
Amsterdam
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Bijlage
ARBO BHV BSO GGD GMR IPB KBA LIO LVS LWOO MBO OEKT OKC PABO PO RI SBO SO SWV TSO UPVA VO VVE Wet OKE ZBO
Arbeidsomstandigheden Bedrijfshulpverlening Buitenschoolse Opvang Gemeentelijke Gezondheidsdienst Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Integraal Personeelsbeleid Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam Leraar In Opleiding Leerlingvolgsysteem Leerwegondersteunend Onderwijs Middelbaar Beroepsonderwijs Omdat Elk Kind Telt Ouder Kind Centrum Pedagogische Academie Basisonderwijs Primair Onderwijs Risico Inventarisatie Speciaal Basisonderwijs Speciaal Onderwijs Samenwerkingsverband Tussenschoolse Opvang Universitaire Pabo van Amsterdam Voortgezet Onderwijs Voor- en Vroegschoolse Educatie Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie Zorgbreedteoverleg
Stichting Sirius meerjarenbeleidsplan | Bijlage
27