Medezeggenschap
Medezeggenschap Vooraf Medezeggenschap is een belangrijk middel om actief betrokken te zijn bij de organisatie en invloed uit te oefenen op het beleid. Voor u als arts in dienstverband betekent dit dat u uw visie kenbaar kunt maken en een bijdrage kunt leveren aan het verbeteren van de arbeidsomstandigheden en de arbeidsvoorwaarden in uw organisatie. De LAD staat haar leden bij in medezeggenschapsraden, georganiseerd overleg bij overheidsinstellingen zoals GGD-en, dienstcommissies, lokaal overleg, universiteitsen ondernemingsraden. Dit betekent ondersteuning bij de uitvoering van de Wet op de Ondernemingsraden en CAO-afspraken én advies bij de besteding van secundaire arbeidsvoorwaardengelden. Deze brochure is bedoeld als handig naslagwerk met algemene informatie over medezeggenschap, ondernemingsraden en de rol van de LAD hierbij. Als bijlage zijn de belangrijkste artikelen van de WOR opgenomen.
Ook deze LAD-brochure is gedrukt op silverblade, mc-papier met milieukeurmerk
L AD
november 2002
Medezeggenschap Inhoud blz LAD algemeen
3
Medezeggenschap: bij wet geregeld!
5
LAD en medezeggenschap
9
Veel gestelde vragen
11
Nuttige adressen
16
Literatuur
17
Bijlagen
19
I
Artikel 25 WOR
II
Artikel 30 WOR
III Artikel 27 WOR
L AD
IV Artikel 28 WOR
Medezeggenschap LAD algemeen De LAD is de representatieve werknemersorganisatie voor artsen die in Nederland in dienstverband werkzaam zijn. De LAD behartigt materiële en immateriële belangen, zowel collectief als individueel, die samenhangen met de rechtspositie/het dienstverband. Dit geldt ook voor co-assistenten en voor gepensioneerde artsen die voorheen in dienstverband werkzaam waren. Meer dan 10.000 (aanstaande) artsen in dienstverband zijn lid van de LAD.
Individuele rechtshulp De juristen van de afdeling Individuele Rechtshulp geven adviezen over onder andere: • de Wet op de Ondernemingsraden en medezeggenschap; • CAO’s; • arbeidsvoorwaarden; • salarissen; • pensioenen; • functiewaardering; • bemiddeling bij opleidingskwesties of dreigende arbeidsconflicten; • ziekte/arbeidsongeschiktheid; • sociale verzekeringen. Ook kunt u bij de juristen terecht voor het beoordelen van uw arbeidsovereenkomst, (juridische) procedures en het verlenen van juridische bijstand bij fusies en reorganisaties.
Collectieve belangenbehartiging De collectieve belangenbehartiging omvat onder andere: • onderhandelingen over CAO’s en andere rechtspositieregelingen; • besprekingen over sociale beleidskaders; • ondersteuning bij collectiviteiten als assistent-verenigingen, groepen specialisten, co-assistenten;
L AD
• begeleiding bij reorganisaties, fusies en opstellen van sociale plannen;
én 3
Medezeggenschap • ondersteuning van leden in ondernemingsraden en andere medezeggenschapsorganen.
Nog meer dienstverlening Andere dienstverlening van de LAD bestaat uit ondersteuning van categoriale verenigingen, het voeren van het secretariaat van de LVAG1 en het ontwikkelen en organiseren van cursussen voor leden. Ook geeft de LAD algemene voorlichting over de activiteiten van de vereniging met betrekking tot de positie en het werkveld van de
L AD
arts in dienstverband.
1
4
LVAG: Landelijke Vereniging van Assistent-Geneeskundigen
Medezeggenschap Medezeggenschap: bij wet geregeld! Sinds 1950 bestaat de WOR: de Wet op de Ondernemingsraden. De WOR geldt voor zowel particuliere intra- en extramurale zorginstellingen als voor overheidspersoneel (ambtenaren)2. Elke instelling in Nederland met ten minste 50 werknemers moet volgens de WOR een ondernemingsraad (OR) hebben. Voor een instelling met ten minste 10 maar minder dan 50 werknemers kan een personeelsvertegenwoordiging (PVT) worden ingesteld. Als er geen OR of PVT is ingesteld, is de werkgever wettelijk verplicht om een personeelsvergadering te houden, die minimaal twee keer per jaar moet plaatsvinden (artikel 35b – WOR). Wanneer een werkgever twee of meer instellingen in stand houdt, kan een centrale ondernemingsraad (COR) of een groepsondernemingsraad (GOR) worden ingesteld. Een centrale ondernemingsraad functioneert voor alle ondernemingen die de werkgever in stand houdt, dus ook voor instellingen die geen ondernemingsraad hebben. Een groepsondernemingsraad wordt ingesteld voor een groep van de betrokken instellingen. Zo kan een medische instelling een centrale ondernemingsraad hebben voor de hele instelling en een groepsondernemingsraad voor alleen de medisch specialisten. De werkgever moet ervoor zorgen dat een ondernemingsraad in zijn instelling komt. De WOR bepaalt de rechten en plichten van de OR.
Rechten en plichten van OR en werkgever De OR heeft bijzondere bevoegdheden die het beleid van de werkgever kunnen beïnvloeden. Zo kent de WOR onder andere de volgende rechten aan de OR toe: • adviesrecht: bij belangrijke financieel-economische en bedrijfsorganisatorische wijzigingen als een fusie, reorganisatie of verhuizing van het bedrijf (artikel 25 – Bijlage I, artikel 30 – Bijlage II). • instemmingsrecht: bij een groot aantal onderwerpen op het terrein van sociaal
2
De WOR is niet van toepassing op de volgende sectoren overheidspersoneel: onderwijs en wetenschappen, defensie, rechterlijke macht, leden van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer en de
L AD
beleid. Denk hierbij aan werktijden, beloningssystemen, opleidingsbeleid,
Nationale Ombudsman.
5
Medezeggenschap arbeidsomstandigheden etc. Het betekent dat de werkgever geen eenzijdige wijzigingen kan doorvoeren, maar daarvoor altijd instemming van de OR nodig heeft (artikel 27 – Bijlage III). • informatierecht: bijvoorbeeld over de jaarrekening, sociaal jaarverslag en beleidsplannen. • initiatiefrecht: op eigen initiatief mag de OR voorstellen doen over alle sociale, organisatorische, financiële en economische zaken van de instelling. Ook kan de ondernemingsraad commissies instellen die hij voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijze nodig heeft. Hiervoor is echter overleg nodig met de werkgever. Heeft de werkgever bezwaar tegen een commissie (bijvoorbeeld vanwege extra lasten), dan kan de OR zich tot de bedrijfscommissie wenden voor bemiddeling en advies. Voor de werkgever biedt het overleg met de OR de gelegenheid om de acceptatie van beslissingen te vergroten, het draagvlak van beleid te bevorderen en het vertrouwen tussen management en werknemers te versterken.
De OR-verkiezingsprocedure De leden van de OR worden gekozen door middel van geheime schriftelijke verkiezingen. In principe is iedereen met een arbeidsovereenkomst kiesgerechtigd en verkiesbaar. Ook mensen met een parttime dienstverband, een oproepcontract, een nul-uren contract, een tijdelijk contract en leden van het managementteam mogen stemmen. Alleen de directie heeft geen stemrecht. In de WOR staat dat de werknemer mag stemmen als hij tenminste zes maanden in dienst van de organisatie is. Sinds de inwerkingtreding van de Flexwet per 1 januari 1999 hebben ook ingeleende medewerkers zoals uitzendkrachten, die minimaal 24 maanden in de instelling werkzaam zijn geweest, stemrecht. Hiervoor geldt wel de eis dat hun werk moet hebben bijgedragen aan ondernemingsactiviteiten. Zo werkt een door een ziekenhuis ingeleende loodgieter niet in het kader van de werkzaamheden van het ziekenhuis en mag daarom niet deelnemen aan OR-verkiezingen in het ziekenhuis (uiteraard
L AD
wel aan de OR-verkiezingen in het loodgietersbedrijf). In het OR-reglement kan opgenomen worden dat ook anderen, zoals vrijwilligers, stemrecht krijgen. Om verkiesbaar te worden gesteld, moet de werknemer minimaal een jaar in de organisatie werkzaam zijn. Van deze termijn mag, bij reglement, worden afgeweken. 6
Medezeggenschap In een (voorlopig) reglement wordt de verkiezingsprocedure geregeld. Hierin wordt de werkwijze van de OR, de kandidaatstelling en de verkiezingsprocedure vastgelegd. Het reglement is de basis, de grondslag, voor het functioneren van de OR. In de WOR staan richtlijnen voor de inhoud van het reglement (artikel 8). Voor de OR-verkiezingen kunnen kandidatenlijsten worden ingediend door: • werknemersorganisaties die leden hebben in de instelling. De LAD kan u als lid voor de OR voordragen. • werknemers die ongeorganiseerd of lid van een werknemersorganisatie zijn die geen kandidaten heeft gesteld. In dit geval moeten minimaal 30 werknemers de kandidatenlijst ondertekenen.
Kiesgroepen De ondernemingsraad beslist of de ondernemingsraad in zijn geheel door alle werknemers wordt gekozen, of dat de werknemers verdeeld worden in kiesgroepen. Dit zijn groepen werknemers die ieder uit hun midden een bepaald aantal leden van de ondernemingsraad kiezen, zodat de ondernemingsraad een juiste afspiegeling is van de instelling. Zo kan er een kiesgroep voor de ag(n)io’s, een voor de medisch specialisten en een voor de administratie zijn. Elke werknemer hoort bij een kiesgroep. De LAD heeft een duidelijke voorkeur voor kiesgroepen.
Personen- en lijstenstelsel De ondernemingsraad bepaalt niet alleen of de ondernemingsraad via kiesgroepen of in zijn geheel door alle werknemers wordt gekozen, maar ook volgens welk kiesstelsel de verkiezingen plaatsvinden. Dit kan het personen- of lijstenstelsel zijn: • personenstelsel: hierbij kennen de kiezers en de kandidaten elkaar persoonlijk. Dit is vooral gebruikelijk in kleinere ondernemingen. In het reglement moet worden bepaald hoeveel stemmen de kiezer mag uitbrengen: minimaal 1 stem en maximaal het aantal te bezetten OR-zetels. de lijst van de LAD zijn. De kiezer kiest vooral voor een bepaald programma, waarbij de personen op de lijst niet doorslaggevend zijn voor de keuzebepaling.
L AD
• lijstenstelsel: hierbij brengt elke kiezer één stem uit, en wel op een lijst. Dit kan
7
Medezeggenschap Aantal leden in een OR Hiervoor kunt u het volgende schema aanhouden: Aantal werknemers
Aantal OR-leden
50 – 100
5
100 – 200
7
200 – 400
9
400 – 600
11
600 – 1000
13
1000 – 2000
15
Voor iedere 1000 werknemers meer komen er twee OR-leden bij, tot maximaal 25 leden. Als in uw instelling geen ondernemingsraad is, maar een personeelsvertegenwoordiging, dan dient deze uit ten minste drie personen te bestaan die rechtstreeks worden gekozen door en uit de in de instelling werkzame personen.
Faciliteiten De WOR geeft aan de ondernemingsraad een aantal extra faciliteiten. Zo heeft de ondernemingsraad recht op: • scholing: OR-leden hebben recht op minimaal vijf dagen scholing per jaar, leden van OR-commissies op minimaal drie dagen en leden die lid zijn van zowel de OR als van een commissie hebben recht op minimaal acht dagen scholing per jaar; • vergaderen onder werktijd; • gebruik van in de instelling voorkomende voorzieningen (gebruik van vergaderruimte, kopieerapparaat, etc.); • het een aantal uren per jaar onderbreken van werk voor beraad; • inhuren van externe deskundigen, op kosten van de instelling; • ontslagbescherming. Hierop is een aantal uitzonderingen, zoals sluiting van de instelling, ontslag op staande voet, wanprestatie, een tijdelijk contract, etc.. Een OR-
L AD
lid dat met ontslag gedreigd wordt, kan het best contact opnemen met de LAD.
8
Medezeggenschap LAD en medezeggenschap Uit het voorgaande wordt duidelijk: medezeggenschap is belangrijk en de rechten en taken van ondernemingsraden zijn sterk toegenomen. De LAD stimuleert haar leden dan ook zich verkiesbaar te stellen en lid te worden van de OR. Tijdens de voorbereiding van de OR-verkiezingen moet de betreffende instelling de LAD verzoeken om kandidaatstelling. Hierdoor is de LAD, als representatieve werknemersorganisatie, op de hoogte van de details van de OR-verkiezingen binnen de meeste organisaties. De LAD benadert schriftelijk de aldaar werkzame leden met een oproep tot kandidaatstelling. Dit stelt de leden bovendien in staat te overleggen met de andere LAD-leden van de betreffende instelling. De LAD streeft naar een zo groot mogelijk aantal leden dat zich verkiesbaar stelt voor medezeggenschapsorganen.
Medezeggenschap en CAO’s De LAD maakt zich tijdens CAO-onderhandelingen sterk voor extra rechten voor ondernemingsraden. Zo is in de CAO Thuiszorg een hoofdstuk gewijd aan medezeggenschap. Hierin is onder andere vastgelegd dat de werkgever de ondernemingsraad informatie verstrekt over overwerk, de inzet van oproep- en/of invalkrachten en werkervaringsplaatsen. Daarnaast is afgesproken dat de instelling voor vervanging zorgt voor de uren die OR-leden besteden aan OR-werkzaamheden. Dit is ook afgesproken in de CAO GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg). Vanuit de CAO Verpleeg- en Verzorgingshuizen heeft de OR recht van bespreking van de conceptbegroting van de instelling, in het bijzonder ten aanzien van de personeelsbegroting en het aanschaffingsbeleid. De bevoegdheden van de OR verschillen per CAO. Daarom is het aan te bevelen om als OR een goed inzicht te hebben in de CAO. Echter heeft de OR geen instemmingsrecht in de CAO, met uitzondering van de in artikel 27 van de WOR genoemde instemmingsplichtige regelingen (zie Bijlage III). Voor deze regelingen blijft lingen heeft getroffen. In de praktijk komt het regelmatig voor dat in de CAO een afspraak wordt gemaakt
L AD
instemming van de OR noodzakelijk, voor zover de CAO hierover geen aparte rege-
die op instellingsniveau moet worden ingevuld. Denk hierbij aan een budget voor 9
Medezeggenschap kinderopvang of een persoonlijk opleidings-/ontwikkelingsplan (POP). Over de nadere invulling van het budget heeft de OR instemmingsrecht. Natuurlijk alleen wanneer het betreffende onderwerp valt onder het (wettelijk) instemmingsrecht of wanneer dit is afgesproken in de CAO. De OR kan de werkgever aanspreken op naleving van de CAO, conform artikel 28 van de WOR (Bijlage IV). Wanneer de werkgever weigert de CAO te volgen, kan de OR een beroep doen op werknemersorganisaties als de LAD. Zij kunnen vervolgens
L AD
vorderen dat de werkgever de CAO-afspraken nakomt.
10
Medezeggenschap Veel gestelde vragen Wat betekent ‘medezeggenschap’? Onder medezeggenschap wordt verstaan de verschillende wijzen waarop werknemers invloed uitoefenen op beleidsbeslissingen die worden genomen in de instelling waar zij werkzaam zijn.
Hoe zet ik een ondernemingsraad op? De verplichting tot het instellen van een ondernemingsraad berust bij de werkgever. Het komt ook voor dat werknemers het initiatief nemen tot het instellen van een ondernemingsraad. Vervolgens kan het idee worden besproken met de werkgever en eventueel met de werknemersorganisatie (LAD). Als er in uw organisatie nog geen ondernemingsraad is, dan kunt u deze als volgt opzetten: 1. De werkgever stelt de verkiezingsprocedure vast in een ‘voorlopig reglement’. Hierin wordt ook de werkwijze van de OR geregeld, zoals regels voor een vergadering en de verslaglegging. Bij de LAD kunt u terecht voor een voorbeeldreglement. 2. De werkgever legt dit reglement ter beoordeling voor aan de werknemersorganisaties die leden in de instelling hebben. Dit kan dus de LAD zijn. De bedrijfscommissie krijgt een exemplaar ter kennisneming. 3. Vervolgens worden de verkiezingen gehouden en kiezen de werknemers een OR. Na de OR-verkiezingen kan het voorlopig reglement worden vervangen door een definitief reglement.
Ik ben lid van de LAD en wil mij kandidaat stellen voor de ondernemingsraad van mijn ziekenhuis. Hoe doe ik dat? Als er OR-verkiezingen in uw instelling plaatsvinden, dan stelt uw werkgever de relevante werknemersorganisaties, zoals de LAD, hiervan in kennis. Vervolgens kijkt de LAD hoeveel leden zij in de instelling heeft. Deze leden krijgen een brief waarin ze om kandidaat stelt voor de OR. Als u hiervoor kiest, zorgt de LAD ervoor dat uw naam op de kandidatenlijst wordt gezet en kunt u deelnemen aan de verkiezingen.
L AD
kandidaatstelling worden gevraagd. U kunt dan zelf aangeven of u wilt dat de LAD u
11
Medezeggenschap Ik ben lid van de medische staf. Kan ik dan ook lid van de OR worden? Ja. Het belang van de medische staf en dat van de OR staat los van elkaar. De medische staf zet zich vooral in voor een goede kwaliteit van de zorg in de instelling die het belang van de patiënt, arts en instelling dient. De doelstelling van de ondernemingsraad is de belangenbehartiging en zeggenschap van de werknemers in de instelling en van de instelling zelf. Soms overlappen de activiteiten van de medische staf en de OR. Het is om die reden dan ook van belang dat artsen in dienstverband in beide organen zijn vertegenwoordigd en met elkaar contact onderhouden.
Hoe lang is de zittingsduur van een ondernemingsraad? In artikel 12 van de WOR staat dat de leden van de ondernemingsraad om de drie jaar tegelijk aftreden. De ondernemingsraad kan in haar reglement hiervan afwijken en de zittingsduur van de leden ook op twee of vier jaar stellen.
Wat is een ‘bedrijfscommissie’ zoals bedoeld in de WOR? Een bedrijfscommissie is een commissie die is ingesteld of aangewezen door de SER (Sociaal-Economische Raad) voor groepen van instellingen die in beginsel een gedeeltelijke of gehele bedrijfstak omvatten. De leden van de commissie worden benoemd door de werkgevers- en werknemersorganisaties die representatief zijn voor de groep van instellingen. Een aantal jaren geleden heeft een hergroepering plaatsgevonden van de bedrijfscommissies, waardoor er op dit moment 24 bedrijfscommissies zijn. Voorbeelden zijn de bedrijfscommissie voor de Zorg, Groothandel, Industrie en Overheid. Bij de LAD of SER kunt u terecht voor de vraag welke bedrijfscommissie in een bepaald geval bevoegd is.
Heeft de LAD ook een zetel in een bedrijfscommissie? Ja. Via de Federatie van verenigingen van hogere functionarissen in de gezondheids-
L AD
en bejaardenzorg (FHZ), die de belangen behartigt van LAD-leden in de privaatrech-
12
telijke sector, heeft de LAD een zetel in de bedrijfscommissie voor de Zorg.
Medezeggenschap Welke taak heeft een bedrijfscommissie? Een bedrijfscommissie heeft een bemiddelende en adviserende rol bij geschillen over de toepassing en naleving van de bepalingen van de Wet op de Ondernemingsraden. Als bijvoorbeeld werkgever en ondernemingsraad het oneens zijn over de naleving van wettelijke bepalingen, kan de bedrijfscommissie worden verzocht om te bemiddelen. Daarnaast heeft zij een informerende en stimulerende taak met betrekking tot aangelegenheden van ondernemingsraden en registreert zij onder andere voorlopige en definitieve OR-reglementen.
Welke elementen zijn voor het begrip ‘onderneming’ in de zin van de WOR belangrijk? Hiervoor zijn de volgende drie elementen van belang: 1. Er moet sprake zijn van een organisatorisch verband (dat wil zeggen een groep mensen die op een bepaalde wijze met elkaar samenwerken); 2. In dit samenwerkingsverband zijn de mensen (in dienst van en onder leiding van een ander) werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst of (een publiekrechtelijke) aanstelling; 3. Het samenwerkingsverband treedt in de maatschappij als zelfstandige eenheid naar buiten.
Onze organisatie telt 67 werknemers. Toch weigert de werkgever een OR in te stellen. Wat kan ik daaraan doen? Als de werkgever geen ondernemingsraad wil instellen, kan iedere belanghebbende of iedere werknemersorganisatie die het recht van kandidaatstelling in de betrokken instelling heeft, de bedrijfscommissie om bemiddeling vragen. Leidt dit niet tot het gewenste resultaat, dan kan de kantonrechter worden verzocht om de werkgever te verplichten een ondernemingsraad in te stellen. U kunt in dit soort situaties ook altijd een beroep doen op de LAD. Zij kan als adviseur
Kan een OR-lid vanwege (langdurige) ziekte worden vervangen? Wanneer bij de verkiezingen ook één of meer plaatsvervangende leden zijn verkozen,
L AD
optreden.
kunnen deze een (langdurig) ziek OR-lid vervangen. Als er geen plaatsvervangers zijn, 13
Medezeggenschap is geen tussentijdse oplossing mogelijk, tenzij de betrokken persoon zelf besluit zich uit de OR terug te trekken. Dan ontstaat een tussentijdse vacature. Het is aan te bevelen dat de OR in het reglement een bepaling opneemt omtrent het plaatsvervangerschap. Zo kan het plaatsvervangend lid dezelfde rechten en plichten hebben als het OR-lid dat hij of zij vervangt.
Mijn werkgever wil niet dat de OR onder werktijd vergadert. Kan hij dat eisen? Nee. OR-leden mogen tijdens werktijd vergaderen en gebruik maken van vergaderruimten, telefoon, briefpapier e.d. van de instelling. Als de werkgever dit weigert en een geschil ontstaat, raadpleeg dan de LAD.
Kan de werkgever bezwaar maken tegen kandidaten? Nee. Het is aan te bevelen om in het OR-reglement een bezwarenprocedure op te nemen. De bezwarenprocedure is van belang bij procedurele fouten, bijvoorbeeld het tijdstip van de verkiezingen, de lijst van verkiesbare en kiesgerechtigde personen, de geldigheid van de kandidatenlijst of de verkiezingsuitslag. Elke belanghebbende, dus ook de werkgever, kan bezwaren indienen over de verkiezingen. De werkgever kan echter niet tegen de personen die zich kandidaat hebben gesteld, bezwaar maken.
De werkgever wil de reiskostenvergoeding verlagen beneden het in de CAO bepaalde bedrag. Hiervoor heeft hij de OR om toestemming gevraagd. Kan de OR hiermee akkoord gaan? Nee. De werkgever is verplicht de CAO te volgen en de OR heeft tot taak daar op toe te zien.
Wat behoort tot het werkterrein van de ondernemingsraad en wat tot het werkterrein van de werknemersorganisatie? L AD
Naast de WOR is er nog een aantal andere wetten en besluiten waaraan de OR rechten kan ontlenen, zoals de Arbeidsomstandighedenwet en de Arbeidstijdenwet. Daarnaast vloeien onder andere rechten voort uit de Wet Bescherming Persoonsgegevens, Wet Arbeid en Zorg en Wet Aanpassing Arbeidsduur. 14
Medezeggenschap Sociale zekerheid en arbeidsvoorwaarden, waaronder sociale plannen, behoren echter tot het terrein van de werknemersorganisatie (LAD).
Wat behoort tot het werkterrein van de ondernemingsraad en wat tot het werkterrein van het georganiseerd overleg? Binnen gemeentelijke instellingen, waaronder GGD-en, functioneert naast de ondernemingsraad een georganiseerd overleg (GO) waarin ook de vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties als LAD een adviseursfunctie vervullen. In de verordening van het georganiseerd overleg staat opgenomen welke taken het GO heeft in het kader van de rechtspositie. Sommige taken overlappen met de taken van de OR. Om die reden wordt veelal tussen de OR en het GO een convenant gesloten waarin de taken worden afgebakend en afspraken worden gemaakt over de samenwerking tussen OR en GO.
Kan bij gebrek aan belangstelling in de instelling ontheffing worden gevraagd voor het instellen van een ondernemingsraad? Nee. Gebrek aan belangstelling voor het instellen van een ondernemingsraad zal niet worden gezien als omstandigheid, waarvoor ontheffing kan worden verleend door de SER.
In onze instelling is het aantal werknemers gedaald van 53 naar 42. Kan de OR nu toch blijven bestaan? De OR kan wel blijven bestaan, maar dan moet de werkgever hier vrijwillig mee instemmen en dit schriftelijk aan de bedrijfscommissie meedelen. Doet de werkgever dit niet, dan houdt de ondernemingsraad aan het einde van de lopende zittingsperiode van rechtswege op te bestaan. De werkgever kan in dat geval nog wel een personeelsvertegenwoordiging instellen, maar hij is hier op basis van artikel 35c van de
L AD
WOR, niet toe verplicht.
15
Medezeggenschap Nuttige adressen SER – Sociaal-Economische Raad Postbus 90405, 2509 LK Den Haag T
(070) – 349 94 99
F
(070) – 383 25 35
E
[email protected]
I
www.ser.nl
GBIO – Gemeenschappelijk BegeleidingsInstituut Ondernemingsraden Catharijnesingel 54 Postbus 19306, 3501 DH Utrecht Gratis infolijn: 0800 GBIOINFO T
(030) – 231 88 00
F
(030) – 234 22 67
E
[email protected]
I
www.gbio.nl
Sectorfondsen Zorg en Welzijn Postbus 8203, 3503 RE Utrecht T
(030) – 298 52 22
F
(030) – 298 52 00
E
[email protected]
I
www.fondsenzw.nl
Bedrijfscommissie Zorg mw. mr. H.G. Blom-de Gram & mw. mr. C. van Driel-Nikken Achterom 16-A, 3995 EB Houten T
(030) 657 16 73
Internet www.artsennet.nl/lad
website van de LAD met het laatste nieuws en
cao.pagina.nl
informatie over de CAO’s in Nederland
wor.pagina.nl
de wet op de ondernemingsraden uitgesplitst per artikel
www.or-online.nl
informatie- en communicatieplatform voor OR-leden
L AD
achtergrondinformatie
www.wetten.sdu.nl
online databank met alle geïntegreerde wetsteksten en besluiten
www.zeggenschapsmonitor.nl vragenlijst voor advies over de strategische kennis 16
van uw OR
Medezeggenschap Literatuur WOR: Wet op de ondernemingsraden: tekst en commentaar 2002 Auteurs: Albers, O., Höcker, Rueb & Doeleman ISBN: 9014077009 Tekst en toelichting op de Wet op de Ondernemingsraden (WOR).
Op weg naar een professionele ondernemingsraad? Auteur: R. Goodijk ISBN: 9023228073 Dit boek geeft antwoord op de vragen: hoe wordt een ondernemingsraad professioneel? Hoe kan een ondernemingsraad invloed krijgen op het beleid van de onderneming?
Inzicht in de praktijk van het OR-werk Auteurs: mr. D. Karssen, P.W. Zevenhuijzen ISBN: 901208936 In dit boek worden bepalingen van de WOR duidelijk gemaakt door middel van stroomschema’s, voorbeeldreglementen, verzoekschriften, stappenplannen en voorbeeldbrieven.
Introductie in de ondernemingsraad Auteur: Th.H.A. van Leeuwen ISBN: 9012089352 Basisboek dat het medezeggenschapswerk behandelt voor mensen die nog weinig of niets van een ondernemingsraad weten.
Inzicht in de ondernemingsraad Auteur: mr. F.W.H. Vink De tekst van de Wet op de Ondernemingsraden, inclusief toelichting.
L AD
ISBN: 9012093406
17
Medezeggenschap Tijdschrift: Inzicht in medezeggenschap, nieuws- en adviesbrief voor ondernemingsraden Auteur: mr. A. Otten, drs. G. Son / GITP Medezeggenschap Frequentie: 10 x per jaar
L AD
Gratis proefnummer? Bel met Servicecentrum Uitgevers: (070) 378 98 80.
18
Medezeggenschap Bijlage I Artikel 25 WOR 1. De ondernemingsraad wordt door de ondernemer in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over elk door hem voorgenomen besluit tot: a.
overdracht van de zeggenschap over de onderneming of een onderdeel daarvan;
b.
het vestigen van, dan wel het overnemen of afstoten van de zeggenschap over, een andere onderneming, alsmede het aangaan van, het aanbrengen van een belangrijke wijziging in of het verbreken van duurzame samenwerking met een andere onderneming, waaronder begrepen het aangaan, in belangrijke mate wijzigen of verbreken van een belangrijke financiële deelneming vanwege of ten behoeve van een dergelijke onderneming;
c.
beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming of van een belangrijk onderdeel daarvan;
d.
belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de werkzaamheden van de onderneming;
e.
belangrijke wijziging in de organisatie van de onderneming, dan wel in de verdeling van bevoegdheden binnen de onderneming;
f.
wijziging van de plaats waar de onderneming haar werkzaamheden uitoefent;
g.
het groepsgewijze werven of inlenen van arbeidskrachten;
h.
het doen van een belangrijke investering ten behoeve van de onderneming;
i.
het aantrekken van een belangrijk krediet ten behoeve van de onderneming; het verstrekken van een belangrijk krediet en het stellen van zekerheid voor belangrijke schulden van een andere ondernemer, tenzij dit geschiedt in de normale uitoefening van werkzaamheden in de onderneming;
L AD
j.
19
Medezeggenschap k.
invoering of wijziging van een belangrijke technologische voorziening;
l.
het treffen van een belangrijke maatregel in verband met de zorg van de onderneming voor het milieu, waaronder begrepen het treffen of wijzigen van een beleidsmatige, organisatorische en administratieve voorziening in verband met het milieu;
m.
vaststelling van een regeling met betrekking tot het zelf dragen van het risico, bedoeld in artikel 75, eerste lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering;
n.
het verstrekken en het formuleren van een adviesopdracht aan een deskundige buiten de onderneming betreffende een der hiervoor bedoelde aangelegenheden.
Het onder b bepaalde, alsmede het onder n bepaalde, voor zover dit betrekking heeft op een aangelegenheid als bedoeld onder b, is niet van toepassing wanneer de andere onderneming in het buitenland gevestigd is of wordt en redelijkerwijs niet te verwachten is dat het voorgenomen besluit zal leiden tot een besluit als bedoeld onder c-f ten aanzien van een onderneming die door de ondernemer in Nederland in stand wordt gehouden. 2. De ondernemer legt het te nemen besluit schriftelijk aan de ondernemingsraad voor. Het advies moet op een zodanig tijdstip worden gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. 3. Bij het vragen van advies wordt aan de ondernemingsraad een overzicht verstrekt van de beweegredenen voor het besluit, alsmede van de gevolgen die het besluit naar te verwachten valt voor de in de onderneming werkzame personen zal hebben en van de naar aanleiding daarvan voorgenomen maatregelen. 4. De ondernemingsraad brengt met betrekking tot een voorgenomen besluit als bedoeld in het eerste lid geen advies uit dan nadat over de betrokken aangelegenheid ten minste éénmaal overleg is gepleegd in een overlegvergadering. Ten aanzien van de bespreking van het voorgenomen besluit in de overlegvergade-
L AD
ring is artikel 24, tweede lid, van overeenkomstige toepassing. 5. Indien na het advies van de ondernemingsraad een besluit als in het eerste lid bedoeld wordt genomen, wordt de ondernemingsraad door de ondernemer zo spoedig mogelijk van het besluit schriftelijk in kennis gesteld. Indien het advies 20
Medezeggenschap van de ondernemingsraad niet of niet geheel is gevolgd, wordt aan de ondernemingsraad tevens meegedeeld, waarom van dat advies is afgeweken. Voor zover de ondernemingsraad daarover nog niet heeft geadviseerd, wordt voorts het advies van de ondernemingsraad ingewonnen over de uitvoering van het besluit. 6. Tenzij het besluit van de ondernemer overeenstemt met het advies van de ondernemingsraad, is de ondernemer verplicht de uitvoering van zijn besluit op te schorten tot een maand na de dag waarop de ondernemingsraad van het besluit in kennis is gesteld. De verplichting vervalt wanneer de ondernemingsraad zulks te kennen geeft.
Bijlage II Artikel 30 WOR 1. De ondernemingsraad wordt door de ondernemer in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over elk door hem voorgenomen besluit tot benoeming of ontslag van een bestuurder van de onderneming. 2. Het advies moet op een zodanig tijdstip worden gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. 3. De ondernemer stelt de ondernemingsraad in kennis van de beweegredenen voor het besluit en verstrekt voorts in het geval van een benoeming gegevens waaruit de ondernemingsraad zich een oordeel kan vormen over de betrokkene, in verband met diens toekomstige functie in de onderneming. Artikel 25, vierde
L AD
lid en vijfde lid, eerste en tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing.
21
Medezeggenschap Bijlage III Artikel 27 WOR 1. De ondernemer behoeft de instemming van de ondernemingsraad voor elk door hem voorgenomen besluit tot vaststelling, wijziging of intrekking van: a.
een regeling met betrekking tot een pensioenverzekering, een winstdelingsregeling of een spaarregeling;
b.
een werktijd- of een vakantieregeling;
c.
een belonings- of een functiewaarderingssysteem;
d.
een regeling op het gebied van de arbeidsomstandigheden, het ziekteverzuim of het reïntegratiebeleid;
e.
een regeling op het gebied van het aanstellings-, ontslag- of bevorderingsbeleid;
f.
een regeling op het gebied van de personeelsopleiding;
g.
een regeling op het gebied van de personeelsbeoordeling;
h.
een regeling op het gebied van het bedrijfsmaatschappelijk werk;
i.
een regeling op het gebied van het werkoverleg;
j.
een regeling op het gebied van de behandeling van klachten;
k.
een regeling omtrent het verwerken van alsmede de bescherming van de persoonsgegevens van de in de onderneming werkzame personen:
l.
een regeling inzake voorzieningen die gericht zijn op of geschikt zijn voor waarneming van of controle op aanwezigheid, gedrag of prestaties van de in de onderneming werkzame personen.
2. De ondernemer legt het te nemen besluit schriftelijk aan de ondernemingsraad voor. Hij verstrekt daarbij een overzicht van de beweegredenen voor het besluit, alsmede van de gevolgen die het besluit naar te verwachten valt voor de in de onderneming werkzame personen zal hebben. De ondernemingsraad beslist niet dan nadat over de betrokken aangelegenheid ten minste éénmaal overleg
L AD
is gepleegd in een overlegvergadering. Na het overleg deelt de ondernemingsraad zo spoedig mogelijk schriftelijk en met redenen omkleed zijn beslissing aan de ondernemer mee. Na de beslissing van de ondernemingsraad deelt de ondernemer zo spoedig mogelijk schriftelijk aan de ondernemingsraad mee 22
Medezeggenschap welk besluit hij heeft genomen en met ingang van welke datum hij dat besluit zal uitvoeren. 3. De in het eerste lid bedoelde instemming is niet vereist, voor zover de betrokken aangelegenheid voor de onderneming reeds inhoudelijk is geregeld in een collectieve arbeidsovereenkomst of een regeling van arbeidsvoorwaarden vastgesteld door een publiekrechtelijk orgaan. 4. Heeft de ondernemer voor het voorgenomen besluit geen instemming van de ondernemingsraad verkregen, dan kan hij de kantonrechter toestemming vragen om het besluit te nemen. De kantonrechter geeft slechts toestemming, indien de beslissing van de ondernemingsraad om geen instemming te geven onredelijk is, of het voorgenomen besluit van de ondernemer gevergd wordt door zwaarwegende bedrijfsorganisatorische, bedrijfseconomische of bedrijfssociale redenen. 5. Een besluit als bedoeld in het eerste lid, genomen zonder de instemming van de ondernemingsraad of de toestemming van de kantonrechter, is nietig, indien de ondernemingsraad tegenover de ondernemer schriftelijk een beroep op de nietigheid heeft gedaan. De ondernemingsraad kan slechts een beroep op de nietigheid doen binnen een maand nadat hetzij de ondernemer hem zijn besluit overeenkomstig de laatste volzin van het tweede lid heeft meegedeeld, hetzij bij gebreke van deze mededeling - de ondernemingsraad is gebleken dat de ondernemer uitvoering of toepassing geeft aan zijn besluit. 6. De ondernemingsraad kan de kantonrechter verzoeken de ondernemer te verplichten zich te onthouden van handelingen die strekken tot uitvoering of toepassing van een nietig besluit als bedoeld in het vijfde lid. De ondernemer kan de kantonrechter verzoeken te verklaren dat de ondernemingsraad ten onrechte
L AD
een beroep heeft gedaan op de nietigheid als bedoeld in het vijfde lid.
23
Medezeggenschap Bijlage IV Artikel 28 WOR 1. De ondernemingsraad bevordert zoveel als in zijn vermogen ligt de naleving van de voor de onderneming geldende voorschriften op het gebied van de arbeidsvoorwaarden, alsmede van de voorschriften op het gebied van de arbeidsomstandigheden en arbeids- en rusttijden van de in de onderneming werkzame personen. 2. De ondernemingsraad bevordert voorts naar vermogen het werkoverleg, alsmede het overdragen van bevoegdheden in de onderneming, zodat de in de onderneming werkzame personen zoveel mogelijk worden betrokken bij de regeling van de arbeid in het onderdeel van de onderneming waarin zij werkzaam zijn. 3. De ondernemingsraad waakt in het algemeen tegen discriminatie in de onderneming en bevordert in het bijzonder de gelijke behandeling van mannen en vrouwen alsmede de inschakeling van gehandicapten en minderheden in de onderneming. 4. De ondernemingsraad bevordert naar vermogen de zorg van de onderneming voor het milieu, waaronder begrepen het treffen of wijzigen van beleidsmatige,
L AD
organisatorische en administratieve voorzieningen in verband met het milieu.
24
Medezeggenschap Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband Domus Medica Lomanlaan 103 Postbus 20058 3502 LB Utrecht T F E I
(030) 282 33 48 / 282 33 44 (030) 288 78 20
[email protected] www.artsennet.nl/lad
De juristen van de afdeling individuele rechtshulp zijn telefonisch bereikbaar van 09.30 tot 12.15 uur.