Maak de Toekomst
Klikken voor een volgende pagina. Om terug te gaan klikken + shift.
DUURZAME INNOVATIE Het verschil maken • Eén spoorlint met 5.000 belanghebbenden • Rotterdamse skyline • Energierevolutie in woningbouw • Innovatie Rotterdam CS en Markthal • De ker n van innovatie • Aanstormend talent
Inhoud 02 Interview Daan Sperling 08 Spoorlint Delft 12 Constante innovatiemotor 14 Rotterdamse skyline 18 Energierevolutie 23 Highlights 24 Koninklijke aandacht 28 Voorop in het nieuwe varen 30 Toekomst van ons verleden 32 De kern van innovatie 34 TBI acdmy Het verschil maken
Eén spoor, 5.000 belanghebbenden
02
08
Gedreven door de consument
Toonbeeld duurzame innovatie
Aanjager in de woningbouw
18
Opmerkelijke momenten in 2014
TBI JAARMAGAZINE 2014
Maak de Toekomst DU U R Z A M E I N N O VAT I E H e t ve r schil ma k e n • E é n spoor lint me t 5. 000 be l a n g h e b b e n d e n • R o t t e rd a m se sk yline • E ne r gie re volut ie in woningbouw • I n n o v a t i e R o t t e rd a m C S e n M a r k t ha l • D e k e r n va n innova t ie • A a nst or me nd t a le nt
Maak de Toekomst TBI is een groep van ondernemingen, die onze leef omgeving op een duurzame manier vernieuwt, inricht en onderhoudt. Met € 1,6 miljard bedrijfsopbrengsten en gemiddeld bijna 7.000 medewerkers behoort TBI in 2014 tot de top van de bouw en techniekbedrijven in Nederland. Technisch vakmanschap, multidisciplinaire samenwerking en duurzame innovatie liggen hieraan ten grondslag. Een voorbeeld hiervan is de Markthal, een innovatief en duurzaam project (drie sterren
Innovatie Rotterdam CS en Markthal
BREEAMNL), gerealiseerd in samenwerking tussen J.P. van Eesteren (boog en markthal) en Mobilis (parkeergarage). Het door projectontwikkelaar Provast ontwikkelde en door Winy Maas van MVRDV ontworpen gebouw omvat een voor Europa unieke overdekte markt, appartementen, winkelruimte, horeca, een parkeergarage en het grootste kunstwerk van Nederland. De Markthal verwacht jaarlijks zeven miljoen bezoekers.
Innovatie in marine & offshore
24
32
Integrale herbestemming
Resultaat van een 360°-blik
Comfort Partners • Croon • Eekels Wolter & Dros • WTH J.P. van Eesteren • ERA Contour • Groothuis • Hazenberg • HEVO Koopmans • Korteweg • MDB • Nico de Bont • Synchroon Voorbij Prefab Beton Mobilis • Servicis • Timmermans • Voorbij Funderingstechniek Techniek
Bouw
Infra
TBI Holdings B.V. Postbus 23134, 3001 KC Rotterdam Aanstormend talent Wilhelminaplein 37, 3072 DE Rotterdam T: 010 – 290 85 00 | F: 010 – 486 57 88
[email protected] www.tbi.nl © Maart 2015 TBI Holdings B.V., Rotterdam
denkt TBI-breed
34
Colofon Dit is een uitgave van TBI Holdings B.V., Rotterdam • Dit magazine vormt een drieluik met het Financiële Jaarverslag 2014 en het Duurzaamheidsverslag 2014. Fotoverantwoording DezeAmstelside documenten kunt 33) u raadplegen op: (pagina www.tbi.nl (pagina • ANP Photo 25) • Theo Berends Fotografie (pagina 29) • Jeroen Dietz (pagina 32) • Vincent van Dordrecht (pagina 5, 17, 31) • Verantwoordelijk bij TBI Marlou Sinac, Douwe van denRotterdam Wall Bake Image en ElcoBank Jongeneel • Concept, realisatie, illustraties en•tekst C&F Report(pagina 27) • Claire Droppert (pagina 15) • Ossip van Duivenbode, (pagina 17) • Hollandse Hoogte (pagina 25) Ronald Tilleman + • Druk en afwerking Veenman , Rotterdam • Ruud Jonker Fotografie (pagina 13) • Christiaan Krop (pagina 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 15, 18, 19, 20,21, 22, 31, 34, 35, 36) • Rotterdam Image Bank (pagina 14, 15, 16, 17) • Spoorzone Delft (pagina 10, 11) • Kees Stuip Fotografie (omslag, pagina 24, 25, 26, 27) • TBI (pagina 12, 13, 16, 17, 23, 28, 30, 31) 1
Combinatie van technisch vakmanschap, multidisciplinaire samenwerking en duurzame innovatie
Het verschil maken
De centrale hal van het Museum voor Modern Realisme (MORE) in het Gelderse Gorssel.
2
TBI JAARMAGAZINE 2014
TBI heeft 2014 afgesloten met een licht positief nettoresultaat. De economie herstelt, constateert bestuursvoorzitter Daan Sperling, maar het herstel is fragiel. Om de toekomst met vertrouwen tegemoet te zien, ontwikkelt TBI zich tot een hybride organisatie. Het doel is door multidisciplinaire samenwerking en duurzame innovatie het verschil te maken, met behoud en versterking van ons technisch vakmanschap. ‘We hebben een zwaluw gezien, maar de zomer is nog niet doorgebroken.‘ Met die beeldspraak typeert TBI-bestuursvoorzitter ir. D.A. (Daan) Sperling het jaar 2014. ‘We zien licht economische groei, toenemend consumentenvertrouwen en een werkloosheid die niet
‘Eén zwaluw, maar nog geen zomer‘ verder ‘oploopt.‘ Dat vertaalde zich voor TBI in een iets lager, maar positief operationeel resultaat. Het nettoresultaat nam echter toe, mede onder invloed van eenmalige baten en een in vergelijking met vorig jaar lagere voorziening voor reorganisatielasten.
Ir. D.A. (Daan) Sperling, Voorzitter Raad van Bestuur TBI Holdings.
3
Wisselend beeld Opvallend in 2014 is de sterke ontwikkeling van de TBI-ondernemingen in de marine & offshoremarkt. Eekels en Croon zagen de orderintake in die sector fors groeien. Daarbij gaat het onder meer om technologie voor speciale vaartuigen, zoals offshoreschepen. Daan Sperling: ‘De gevolgen van de dalende olieprijs voor de sector zijn nog niet te overzien, maar deze ontwikkeling stemt tot optimisme. Een deel van deze orderintake hangt ook samen met de bouw van windmolenparken op zee.‘ Positief is ook het opveren van de woning-
‘We ontwikkelen ons tot een hybride organisatie’
Daan Sperling: 'We hebben op eigen kracht moeilijke tijden doorstaan.'
Op de vraag of dat resultaat tot tevredenheid stemt, heeft Daan Sperling geen eensluidend antwoord. ‘We hebben onze voeten droog gehouden in een moeilijke markt die ten opzichte van vijf jaar geleden met 30 procent is gekrompen. Onze solvabiliteit is met 33 procent nog steeds goed, dat stemt tot tevredenheid. Onze marktpositie is op niveau gebleven en de werkvoorraad staat met 1,7 miljard euro
op ongeveer gelijk niveau met vorig jaar. We hebben op eigen kracht moeilijke tijden doorstaan. Maar ik ben niet tevreden als ik bedenk met welke inspanningen dit bescheiden resultaat is bereikt. Het is bovendien jammer dat onze solvabiliteit in de markt te weinig wordt erkend als onderscheidend. Vanuit de klant bezien zou het immers een graadmeter moeten zijn: kan dit bedrijf deze risico‘s aan?‘
Arbeidsongevallen (Aantallen met verzuim) 150
Injury Frequency Rate 10
markt. Een inhaaleffect, lage rente en herstellend consumentenvertrouwen kwamen eind 2014 eindelijk tot gelding. ‘Dat begon in de Randstad, maar verspreidt zich nu ook naar andere delen van het land‘, stelt Daan Sperling. Zorgelijker is hij over de ontwikkeling in utiliteitsbouw en infra. Daar is nog altijd sprake van overcapaciteit en prijsdruk. Bij TBI vertaalde dat zich in een dalend werkvolume. ‘Als gevolg daarvan hebben we helaas van driehonderd collega‘s afscheid moeten nemen.‘ Portfolio tegen het licht gehouden Daarnaast heeft TBI het afgelopen jaar het bedrijfsportfolio tegen het licht gehouden. ‘Onze strategie is om op optimale waarde en integraal samenwerkingsperspectief te sturen vanuit onze kernactiviteiten in bouw en techniek. Dat leidde ertoe dat drie bedrijven in
Bij TBI staat veiligheid op nummer 1 Bij goed werkgeverschap hoort ook de verantwoordelijkheid voor veilig en gezond werken, stelt Daan Sperling.
120
Om die veiligheid te bevorderen zijn in 2013 richtlijnen
8
opgesteld, met eigen voorschriften die boven de 90
normering liggen voor de sectoren waarin de
6
TBI-ondernemingen actief zijn. Dat heeft er mede toe bijgedragen dat TBI in 2014 een Injury Frequency Rate
60
(IFR) bereikte van zes ongevallen per miljoen gewerkte
4
uren. Een goed cijfer binnen de bouw- en technieksector. 30
2
0
0
De TBI-ondernemingen willen dat nog verder verbeteren. Om dat te bereiken is het afgelopen jaar een meting gedaan – een Safety Awareness Survey (SAS) in
2012 144
4
TBI JAARMAGAZINE 2014
2013 83
2014 73
samenwerking met TNO – naar het veiligheids-bewustzijn
2012 8,5
2013 6,0
2014 6,1
binnen TBI. Voor 2015 is op basis van deze meeting een actieplan opgesteld om de aandacht voor veiligheid nog verder te vergroten.
andere handen zijn overgegaan: Acto (softwareontwikkeling), Alfen (elektrische installaties en oplaadpunten voor auto‘s) en Fri-Jado (apparatuur voor de foodsector). Mooie ondernemingen, maar minder passend bij onze kernactiviteiten en ambitie om integrale toegevoegde waarde aan klanten te bieden‘, zegt Daan Sperling.
Veilig én herkenbaar gekleed Met nieuwe bedrijfskleding voor alle uitvoerende medewerkers van alle bedrijven vergrootte TBI in 2014 de veiligheid op alle bouwplaatsen. Een commissie van deskundige medewerkers uit alle verschillende TBI-disciplines zocht de kleding uit en testte deze op de hoogste veiligheidseisen en bescherming, maar ook op (draag)comfort en geschiktheid voor het brede palet aan voorkomende werkzaamheden. De veiligheid is hierdoor verder verbeterd. De kleding voldoet aan alle veiligheidseisen van nu. Dankzij de herkenbare kleuren en het logo zijn TBI-werknemers nu nog herkenbaarder voor opdrachtgevers, collega’s en consumenten. De oude werkkleding wordt gerecycled.
Naar een hybride organisatie De organisatie verandert in meer opzichten, met nieuwe producten en samenwerkingsverbanden. Daan Sperling noemt als speerpunten het TBI WOONlab dat met ERA Contour, Koopmans en Hazenberg is vormgegeven, de samenwerking tussen J.P. van Eesteren, Croon en Wolter & Dros bij de ontwikkeling en realisatie van gebouwen en tussen Mobilis, Croon en Wolter & Dros in de markten voor industrie & infra. Daarnaast ontwikkelt de groep van TBI-ondernemingen zich tot een multidisciplinaire eenheid. ‘We worden geleidelijk een hybride organisatie. De TBI-ondernemingen houden een grote mate van eigen verantwoordelijkheid voor hun eigen operatie en business en opereren “dicht bij de klant”. Tegelijk willen we aan de achterkant meer gezamenlijkheid betrachten, kennis delen en innovatie tot stand brengen, 5
een ontwerp voldoet aan de gestelde eisen.‘ Hij wijst om zich heen op de voor het interview gekozen locatie. Het Museum voor Modern Realisme MORE, dat is gerealiseerd in en aan het voormalige gemeentehuis van het Gelderse Gorssel. ‘Het ontwerp voor het museum is volledig in 3D opgezet. Daardoor was het in de voorbereiding mogelijk om het bouwproces te perfectioneren. Minder faalkosten, betere kwaliteit. Het is bovendien een voorbeeld van integrale samenwerking tussen de bouwer Koopmans en Croon en Wolter & Dros die de techniek voor hun rekening nemen.‘ Bouw is ‘hartstikke innovatief‘ Hij wil er ook mee aangeven dat de bouw ‘hartstikke innovatief‘ is. ‘Innovatie in de bouw is misschien niet altijd zichtbaar, het gaat stap voor stap, per project. Kijk naar de indrukwekkende projecten die we in 2014 hebben gerealiseerd. De renovatie van de eerste Coentunnel: een veilige tunnel, door Croon voorzien van geavanceerde techniek, vijf maanden eerder gereed dan gepland. De succesvolle Markthal in Rotterdam met een gevel van glasplaten, gevat in gespannen staaldraad. Die is bestand tegen windkracht 12!‘
Museum MORE Het Museum voor Modern Realisme MORE in het Gelderse Gorssel is de bijzondere locatie
bijvoorbeeld Co Westerik en Jan Beutener. Het nieuwe museum in Gorssel is gevestigd in
voor het gesprek met Daan Sperling. Het museum is een initiatief van Hans Melchers,
het voormalige gemeentehuis, dat is uitgebreid met nieuwe vleugels naar ontwerp van
eigenaar van de DS Artcollectie. Die omvat ruim 1.200 schilderijen van magisch-realistische
architect Hans van Heeswijk. Het museum is gerealiseerd door integrale samenwerking
schilders zoals Carel Willink, Jan Mankes en Pyke Koch, naast moderner werk van
van de TBI-ondernemingen Koopmans, Croon en Wolter & Dros.
waarbij TBI een verbindende factor is. De afgelopen jaren hebben we de ICT- en HR-diensten voor de bouw- en infrabedrijven in Shared Service Centra ondergebracht. In 2015 willen we dat ook doen voor de technische bedrijven. Het gebruik van dezelfde systemen en processen heeft al geleid tot kostenreductie en meer efficiency.‘
sterker betrokken aan de voorkant, de ontwerpfase. Dat vraagt om andere competenties, werken in gedelegeerd opdrachtgeverschap. Om hierin voorop te lopen, zetten we in op systemen als BIM (een driedimensionaal Bouw Informatie Model gericht op integrale samenwerking) en System Engineering, waarmee we meetbaar kunnen aantonen dat
Die ontwikkeling sluit aan bij de trends die Daan Sperling ziet in de markt. ‘We zien verantwoordelijkheden verschuiven. Opdrachtgevers schrijven vaak niet meer een specifiek product, een gebouw, een infrastructureel kunstwerk voor, maar beschrijven de prestaties die ze willen realiseren. Er ontstaan nieuwe, prestatiegerichte, contractvormen. Wij zijn daardoor
Kerninformatie 2014 15
10 9
1.800
9,6
1.600 1.400
8,0
7
5
1,4
0
–5
3
2013
2014
Operationeel bedrijfsresultaat in miljoenen euro’s
TBI JAARMAGAZINE 2014
2013
Nettoresultaat
in miljoenen euro’s
2014
5.000
0
3.000
Bedrijfsopbrengsten in miljoenen euro’s
0
2013
9%
2.000
38%
1.000
200 2014
51%
4.000
400
2013
10% 39%
600
200
–13,1 –15
6.967
6.000
800
600
Techniek Bouw Infra
7.717
1.743
1.000
–10
1
6
1.000
400
2
1.815
7.000
1.200
800
4
1.600
8.000
1.400
1.200
6 5
1.800
1,603
10
8
0
2.000
1.744
2013
2014
Orderportefeuille in miljoenen euro’s
0
2013
53%
2014
2014
Gemiddeld aantal medewerkers
Procentuele verdeling bedrijfsopbrengsten
Duurzaamheid is in toenemende mate verbonden met innovatie. ‘Duurzaamheid is begonnen met onze eigen bedrijfsvoering, zuinige auto‘s en milieubewuste bouwplaatsen. Nu gaat het ook om de gebouwde omgeving. In nieuwbouw en renovatie is grote vraag naar verduurzaming, vermindering van CO2-uitstoot door gebouwen en woningen die gepaard gaat met lagere energiekosten. Technologie maakt dat mogelijk. Wij zijn daarop ingesprongen met producten als het E-House, de nul-op-de-meterwoning, maar denk ook aan onze bijdrage aan het Prêt-à-Loger-huis in Delft, waarbij een bestaan-de woning in extreme mate is verduurzaamd. Duurzaamheid is een onomkeerbare trend, wij willen hierin met de TBI-ondernemingen koploper zijn.‘ Een ander voorbeeld van innovatieve verduurzaming is de combinatie van twee projecten in Amsterdam, de herbestemming en renovatie van de toren Overhoeks – het voormalige Shell-kantoor – en de bouw van Hotel Amstelkwartier. Granulaat afkomstig van de gevel van Overhoeks wordt gebruikt als grondstof bij de bouw van het hotel. Daan Sperling: ‘Dit laat zien dat innovatie niet top-down werkt, maar vooral vanuit onze medewerkers zelf. Door medewerkers te stimuleren creatief en kritisch te zijn, buiten gebaande paden te denken,
kunnen we producten leveren waar de samenleving behoefte aan heeft. Dat doen we ook met de TBI-Innovatieprijs en ons partnership met YES!Delft, een toonaangevende incubator en een broedplaats voor technische start-ups.‘ Verwachtingen voor 2015 Daan Sperling is terughoudend als het gaat om voorspellingen voor het lopende jaar 2015. ‘Ik verwacht vooralsnog eenzelfde beeld als in 2014. We worden vooral gehinderd door overcapaciteit in de markt. Het is voor de
sector daardoor lastig om uit de negatieve prijsspiraal te komen. Mogelijk kan de overheid daarbij ook een rol spelen, waarbij ik nadrukkelijk niet vraag om protectionisme. Wat wel nodig is, zijn eerlijke prijzen voor de risico‘s die we lopen. Ik ben groot voorstander van nieuwe contractvormen. Maar er moet wel sprake zijn van realistische en aanvaardbare risico‘s en daarbij behorende winstmarges. Ook de overheid heeft baat bij een gezonde bouwsector.‘
7
Eén spoorlint, 5.000 belanghebbenden
Een ruim twee kilometer lange spoortunnel dwars door Delft bouwen is een uitdaging. De relatie goed houden tijdens de bouw met 5.000 omwonenden, winkeliers en andere ondernemers – jaar in jaar uit – maakt de opdracht extra complex. De omgevingsmanagers van opdrachtgever ProRail, Bouwcombinatie CrommeLijn (Mobilis, Aannemingsmaatschappij CFE en Dura Vermeer Groep) en de gemeente zijn daar iedere dag mee bezig.
Het uitgangspunt was in ieder geval gunstig. Inwoners van Delft hebben jarenlang actie gevoerd voor de tunnel. Ze worden daarmee verlost van een bovengronds spoor en viaduct waarover dagelijks 350 treinen rijden. Ada Haasnoot, omgevingsmanager van CrommeLijn: ‘Dit is de eerste stad waar we ontvangen zijn met bloemen en cadeautjes.’ Maar het is de kunst om draagvlak te behouden tijdens de bouw, als er sprake is van omleidingen, parkeerhinder en lawaai, om maar een paar aspecten te noemen. Ada Haasnoot van CrommeLijn: ‘We proberen tijdens de bouw iedereen mee te nemen. Dat kan alleen als je bewoners en ondernemers serieus neemt. Door in gesprek te gaan en lang van tevoren uit te leggen wat ze kunnen verwachten, kun je al veel problemen voorkomen.’
30 jaar
8
TBI JAARMAGAZINE 2014
1988 Toekomstvisie NS (Rail 21) gaat uit van viersporig maken lijn Amsterdam-Dordrecht. De gemeente Delft is tegen bovengrondse spoorverdubbeling.
1991 Delft laat stedenbouwkundige Frits Palmboom onderzoek doen. Uitkomst: viersporige tunnel is enige duurzame oplossing.
Maatschappelijk draagvlak
Ada Haasnoot: ‘De Spoorzone wordt gerealiseerd in een complexe bestuurlijke omgeving, waar een groot aantal partijen met verschillende belangen en in verschillende hoedanigheden een rol spelen. De complexiteit maakt dat een veelheid aan afstemming noodzakelijk is. Alle partijen acteren daarin “schouder aan schouder”, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid. Dat betekent dat we als omgevingsmanagers als één partij naar buiten treden.’
Openheid is daarbij volgens Jeroen Mansveld van ProRail essentieel. ‘Dat gaat verder dan informeren wanneer dat contractueel is voorgeschreven. We bouwen soms dag en nacht, dicht bij huizen. We moeten heien, damwanden intrillen en bouwen. Om daar begrip voor te krijgen in de omgeving waar we te gast zijn,
Hij legt uit dat omgevingsmanagement voor de Spoorzone draait om het creëren en behouden van zo breed mogelijk bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak tijdens iedere fase van het project. ‘Belangrijkste uitgangspunt daarbij is dat we van buiten naar binnen denken, helderheid en consistentie scheppen in de boodschap naar de omgeving: ”Zeg wat je doet en doe wat je zegt.” En soms is het beter een stapje extra te zetten.’ Ada Haasnoot noemt als voorbeeld daarvan het intrillen van palen bij de Bolkbrug. ‘Het trillen leidde, ondanks alle aankondigingen, tot veel onrust. Bewoners werden bang. Voor hen was het trillen onaanvaardbaar. Om aan dat sentiment tegemoet te komen heeft de aannemer daarop gekozen voor een andere techniek, met palen die worden gedrukt. Maar dat is niet altijd mogelijk, dat moet je goed uitleggen.’
1993
1996
1998
1999
Tweede Kamer vraagt regering een duurzame viersporige oplossing te bevorderen.
Eerste Nederlandse internetpetitie levert 500 steunbetuigingen op voor tunnel.
Delft geeft Spaanse stedenbouwkundige Joan Busquets opdracht een visie op de Spoorzone te maken. Overleg met alle belanghebbenden.
Gemeente start aankoop panden in het gebied. Intensief overleg met bewoners.
Stap extra
Bijna overleg en omgevingsmanagement…
laten we zien wat we doen. We nodigen mensen uit om te komen kijken. Dat leidt ertoe dat we vanuit de omgeving meer begrip krijgen voor de uit te voeren werkzaamheden.’
Ingenieurs Bouwen in Delft heeft zo zijn eigen bijzonderheden, vertellen de omgevingsmanagers. De interesse en de betrokkenheid van omwonenden zijn bijzonder groot. Dat heeft te maken met de voorgeschiedenis van het project, maar ook met de aanwezigheid van de Technische Universiteit. Die betrokkenheid geeft een extra dimensie aan het werk van de omgevingsmanagers. Er is een vast publiek, dat de bouwactiviteiten op de voet volgt en ook fotografeert. Jeroen Mansveld: ‘Het eerste boek met foto’s en columns over Spoorzone Delft, Delft in stukkies, een initiatief van een bewoner, ligt op dit moment in de boekhandel.’
9
Daarnaast melden zich ook studenten bij de projectorganisatie omdat ze onderzoek willen doen.
‘Zorgen voor langdurig draagvlak’ ‘Het project Spoorzone is te gast in de stad. Als al het werk gedaan is, blijven de bewoners, de reizigers en de
Maar liefst twee promovendi
Spoorzone Delft is een samenwerking
hebben interesse getoond in de
van de gemeente Delft en ProRail.
werkzaamheden van Spoorzone
Kern van het project is de bouw van
Delft en testen hun hypothese in
een 2,3 kilometer lange spoortunnel langs het centrum van Delft, een
Delft telt talloze bouwkundig ingenieurs die kritisch meekijken
nieuw ondergronds station, parkeergarage en fietsenstalling. Op het station komt een nieuw stadskantoor. Hierna volgt de sloop van het uit 1965 daterende spoorviaduct en de herontwikkeling van het hele gebied.
gemeente hier. Aan ons de taak om te zorgen dat het draagvlak blijvend is.’
de praktijk. Omgevingsmanage-
Zo vat Antje Tenhaaf, omgevings-
ment verzorgt ook colleges op
manager namens het gemeentelijke
universiteiten en hogescholen.
Ontwikkelings Bedrijf Spoorzone (OBS),
Bouwen in Delft betekent bouwen
• Projectleiding: ProRail (gedelegeerd
haar taak samen.
in een kritische omgeving van een
opdrachtgever) en gemeente Delft
Zij is net als de andere omgevings-
vaak hoog opgeleid publiek in
managers doorlopend in gesprek met
‘Delft Kennisstad’. Jeroen Mans-
• Bouw spoortunnel, station en
alle belanghebbenden. ‘Wij nemen
veld: ‘Zoals Nederland miljoenen
parkeergarage, ondergrondse
hen heel serieus als stakeholder.
bondscoaches heeft, kent Delft
fietsenstalling: Combinatie CrommeLijn
Door in gesprek te blijven, kun je al
talloze bouwkundig ingenieurs
VOF: Mobilis, Dura Vermeer en CFE.
veel klachten wegnemen en samen
die allemaal kritisch meekijken.’
• Masterplan Spoorzone en ontwerp
• Opdrachtgevers: ministerie van Infrastructuur & Milieu en gemeente Delft.
(Ontwikkelings Bedrijf Spoorzone Delft).
buitenruimte: Joan Busquets.
oplossingen bedenken.’
• Stedenbouwkundig plan Nieuw Teken dat het werkt
Delft: Bureau Palmbout.
Ze spreekt met hen ook over de
‘Licht aan het eind van de tunnel’
‘Luisterend oor en oplossingsgericht’
toekomstige inrichting van het gebied
De heer Ph. Poppink,
rapport over de effecten
‘Het spoorproject heeft ons omzet gekost,
Bouwmarkt aan de Leeuwenstein in Delft.
bereikbaarheid en belemmeringen.
rond de Spoorzone. Bewoners zijn heel
tandarts in ruste, woont
van trillingen heeft
dat is een feit. Maar er is wel zo veel
Hij is ook voorzitter van de onder-
Het werk zou in juni beginnen, maar ze
tunnelbouw: april 2009-2017.
goed geïnformeerd en zeer betrokken.
ruim vijftig jaar aan de
kunnen inzien.
mogelijk geprobeerd de pijn te
nemingsvereniging Leeuw & Stein.
waren al bezig toen ik in april terugkwam
Afhankelijk van ontwikkeling is
‘Dat willen we graag vasthouden.
Phoenixstraat in Delft.
verzachten.’ Dat zegt John van Beek,
‘Toen de plannen echt op tafel kwamen,
van vakantie. Dat verdiende de
nieuwbouw in het gebied voltooid in
We zijn ook steeds op zoek naar de
Hij heeft nog gezien hoe
Veel meegemaakt
vestigingsmanager van de Gamma
hebben we afspraken vastgelegd over
schoonheidsprijs niet. We hebben toen
periode 2025-2035.
ruimte die er is om de bewoners en
het oude spoorviaduct
‘Maar de bouw heeft
snel nieuwe, heldere afspraken gemaakt.
• Parkeergarage: 650 plaatsen.
ondernemers te betrekken bij het
is gebouwd. Hij maakt
ook aardige aspecten’,
In het begin was het nog even aanmod-
• Fietsenstalling: 5.000 plaatsen
ontwerp en de uitvoering. Ook al is dat
straks ook mee hoe
zegt Poppink. ‘Het is
deren, maar daarna was er snel een klik.’
ondergronds, 2.000 plaatsen in
soms lastig omdat een aantal zaken
die weer verdwijnt.
interessant wat voor je
• Lengte tunnel: 2.300 meter. • Aanvang/voltooiing project:
Coenderspark.
deur gebeurt. We hebben
Meer begrip
• Stadspark: 2,4 hectare.
gelegd. Maar we willen graag dat de
Gemengde
hier veel meegemaakt.
Hij legt uit dat het belangrijk was goed te
• Nieuwbouw: 1.000 woningen.
omgeving als belangrijke stakeholder
gevoelens
Toen de treinen nog hier
worden geïnformeerd. ‘De Engelsestraat,
• Financiering: ministerie van
blijft meedenken over de uiteindelijke
Over de tunnelbouw
voor reden, kon je maar
voor onze ontsluiting essentieel, is meer
Infrastructuur & Milieu, gemeente Delft,
invulling en dat er vertrouwen is in
heeft hij gemengde
beter een pakje brood
dan een jaar afgesloten als doorgaande
provincie Zuid-Holland, Stadsgewest
ons als gesprekspartner. Dat een
gevoelens. ‘We wonen in een huis uit de
rotzooi geweest. Met je auto niet bij je
meenemen als je wilde oversteken. Daarna
weg. Dat heeft omzet gekost, maar er is
Haaglanden en Stadsregio Rotterdam.
bewonersgroep besluit om niet door
negentiende eeuw, vlak bij de tunnel.
huis kunnen komen. Het is met geven
kwam het viaduct. We zien nu licht aan het
alles gedaan om de schade te beperken.
• Totale investering project Spoorzone
te procederen omdat zij overleg met
Er zijn geen scheuren ontstaan in de gevel,
en nemen opgelost. Je weet dat het
einde van de tunnel. Als alles volgens plan
Als je elkaar dan leert kennen, is er meer
Delft: 1 miljard euro infrastructuur en
ons constructiever vindt, is voor ons
daar ben ik heel tevreden over. Aan de
overgaat.’ Hij vindt het ook jammer dat
wordt uitgevoerd, wonen we straks op een
begrip. De organisatie heeft een
vastgoed (tunnel, parkeergarage en
een teken dat het werkt.’
andere kant is het hier een paar jaar een
hij pas na ‘juridische touwtrekkerij’ een
van de fraaiste plekken van Delft.’
luisterend oor en is oplossingsgericht.’
inrichting openbare ruimte: 355 miljoen
al in een heel vroeg stadium is vast-
euro).
2002
2003
2005
2008
2009
2009
2010
Rijk, provincie, stadsgewest en gemeente tekenen procesovereenkomst voor Spoorzone Delft. Stakeholdersmanagement krijgt veel aandacht.
Er dreigt vertraging, kabinet geeft prioriteit aan bestaand spoor. Bewoners richten actiecomité Spoortunnel Delft NU op, meer dan 10.000 handtekeningen.
Ruim 150 reacties op voorontwerp bestemmingsplan, overleg en aanpassingen volgen.
ProRail gunt bouw aan Bouwcombinatie CrommeLijn. Opening website SpoorzoneDelft: digitaal platform voor bewoners en belanghebbenden.
Omgevingsmanagers voor continu overleg met omwonenden, ondernemers en andere betrokkenen.
Opening informatiecentrum Delft met een maquette, voorlichtingsmateriaal en buurtbijeenkomsten, apart schadeloket.
Inspraak inrichting openbare ruimte door middel van stadsdialoog. Op een aparte website konden Delftenaren ideeën uploaden en reageren op inspiratie van anderen.
2015
2017
Oplevering ondergronds station, eerste treinen rijden, bouw tweede tunnelbuis, inrichting openbare ruimte, spoortunnel klaar, einde van bijna 30 jaar overleg. 11
10 TBI JAARMAGAZINE 2014
De consument die zelf zijn woning ontwerpt, samenstelt en laat bouwen. In Nederland was dit tot voor kort zeldzaam, maar dankzij het TBI WOONlab is dat nu werkelijkheid. Er zijn verschillende concepten die elk een ander segment van de markt aanspreken. Het beterBASIShuis richt zich
WOONlab. ‘We hebben de standaarden neergezet, maar die zijn jaarlijks aan innovatie onderhevig. We leren het meest van de input van de consument. Er is vanuit senioren bijvoorbeeld vraag naar slapen en sanitair op de begane grond. Dit hebben we meegenomen in de ontwikkeling. De concepten zijn dus een constante innovatiemotor, gedreven door de consument.’
Innovatieve, integrale samenwerking
bijvoorbeeld op woningen voor de sociale huursector en starters. Het lekkerEIGENhuis geeft consumenten de gelegenheid gezinswoningen samen te stellen.
‘Constante innovatiemotor gedreven door de consument’ Consumenten in de woningmarkt willen niet meer lang wachten op een homogene nieuwbouwwoning. Kopers willen inspraak in het proces en een woning laten bouwen volgens de eigen wensen en smaak. Maar het moet natuurlijk wel betaalbaar blijven. Onmogelijk? Niet met de verschillende concepten uit het TBI WOONlab, een samenwerking tussen TBI-ondernemingen ERA Contour, Hazenberg Bouw en Koopmans Bouwgroep. Het TBI WOONlab realiseert nieuwbouwconcepten waarin de consument co-producent is. 12 TBI JAARMAGAZINE 2014
‘Consumenten kunnen nu kiezen uit een tiental woonsmaken, maar om te voorkomen dat heel Nederland straks in dezelfde architectuurstijl is gebouwd, breiden we dit aantal snel uit’, vertelt Jeroen Heijdra, directeur van het TBI
Eerste bouwbedrijf op WOONbeurs
TBI-ondernemingen ERA Contour, Hazenberg Bouw en Koopmans Bouwgroep zijn de trekkers van het TBI WOONlab, maar in de uitvoering is er samenwerking met andere TBIondernemingen. Bijvoorbeeld met WTH voor de vloerverwarming, met Voorbij Prefab Beton voor de levering van prefabbetoncasco’s en met Comfort Partners op het gebied van installatie. ‘De concepten zorgen ervoor dat de verschillende TBI-ondernemingen echt integraal gaan samenwerken’, vertelt Bianca Seekles, directeur van ERA Contour. ‘Dit bevordert de innovatie en duurzaamheid. Dankzij de productinnovatie die door deze samenwerking ontstaat, kunnen we de woningen goedkoop en snel realiseren.’ Jeroen Heijdra voegt toe: ‘Wij werken dus niet meer projectmatig, zoals vroeger, maar conceptmatig. Samen zijn we
Het concept lekkerEIGENhuis werd in oktober 2014 gelanceerd op de WOONbeurs in de RAI. TBI was het eerste bouwbedrijf met een stand op de consumentenbeurs. Ook kwam in 2014 het lekkerEIGENhuis Woonsmaakmagazine uit, waarin de nieuwe concepten en woonsmaken staan beschreven. Op de beurs konden bezoekers een woonsmaaktest doen, kregen ze een woonpaspoort en konden ze lid worden van het permanente TBI WOONlab-klantenpanel.
Jeroen Heijdra van het TBI WOONlab en Bianca Seekles van ERA Contour op de Woonbeurs in de RAI, waar zij luisterden naar de woonwensen van de bezoekers.
sterker dan wanneer we voor elk project zelf een concept moeten ontwikkelen. Bij een normaal project zijn er ontwikkelkosten, die worden doorberekend aan de koper. Die kosten maken we niet, omdat het concept al staat. We creëren zo maximale waarde voor de klant. Samenwerking in de keten loont dus.’ De eerste woningen van de concepten beterBASIShuis en lekkerEIGENhuis werden in 2014 gebouwd, onder andere in Utrecht en Maassluis. In 2015 zijn de standaarden alweer verbeterd. ‘We gaan weer nieuwe concepten uitbrengen voor de consument en professionele klant’, onthult Bianca Seekles. ‘We blijven de innovatie aanjagen’, concludeert Heijdra. ‘Het nieuwste concept is mooi-
Consument aan zet: 10.000 mogelijkheden!
De collectie lekkerEIGENhuis omvat tien woonsmaken die met allerlei opties te combineren zijn tot meer dan 10.000 varianten voor een woning. Is de woonsmaak Urban, Charming, Royaal of Pakhuis? Twee, drie, vier slaapkamers? Waar komt de trap, hoe groot is de badkamer en zit deze in het midden tussen de kamers of aan de zijkant? De consument is aan zet.
GROOThuis, dat inspeelt op vraag naar particulier opdrachtgeverschap. Hiervoor werken wij samen met Groothuis Wonen. In april 2015 gaan we hiermee de markt op.’
Honderden woonwensen op de stand van TBI WOONlab tijdens de WOONbeurs in de RAI.
Opgeleverd in drie maanden
Als kopers eenmaal weten wat hun woonsmaak is en welke indeling het beste past, dan duurt de bouw van het lekkerEIGENhuis gemiddeld drie maanden. De snelle bouw is mogelijk omdat de woningen deels uit prefab-elementen bestaan en vanwege de goed afgestemde integrale ketensamenwerking van de TBI-ondernemingen.
13
De Rotterdam en het Centraal Station. ‘Met het oog op duurzaamheid vraag ik me af: wanneer is een icoon duurzaam? Als hij lang meegaat? Dat past niet bij Rotterdam, waar altijd veel wordt gesloopt. Het kost hier soms de grootste moeite om mensen te overtuigen om de gebouwen niet te slopen en te vervangen door nieuwe iconen.’
Rotterdamse TBI-iconen
Innovatie door stadscultuur
Rotterdamse skyline
Toonbeeld duurzame innovatie TBI De skyline van Rotterdam is het toonbeeld van innovatie. Daar zijn bouwwerken bij die TBI-ondernemingen in de afgelopen jaren realiseerden. De Euromast, De Kuip, het Shellgebouw en de eerste kantorenwolkenkrabbers: het zijn iconen van de stad. Op het gebied van duurzaamheid zijn deze gebouwen voorlopers van de moderne Markthal en het Centraal Station. ‘Iconen brengen architectuur en stadscultuur samen en zijn aanjagers van innovatie’, vertelt hoogleraar en stadshistoricus prof. dr. Paul van de Laar.
Duurzame innovatie is niet alleen van toepassing op moderne gebouwen met zonnepanelen en een lage CO2-uitstoot. Juist in de geschiedenis zijn er grote voorbeelden te vinden van TBI-ondernemingen die vernieuwend bouwden. Zo was De Kuip in de jaren dertig één van de eerste grote opdrachten van J.P. van Eesteren. Het was het eerste stadion met een doorlopende ovale tribune en een ‘zwevende’ tweede ring. Bovendien waren er vlak na de Tweede Wereldoorlog in Rotterdam volop kansen om vernieuwende modernistische ideeën te realiseren. Verschillende (voorlopers van) TBI-ondernemingen waren betrokken bij de grootschalige wederopbouw van de stad.
Als je bijvoorbeeld kijkt naar de Euromast, dan zie je dat ze toen al slim omgingen met lichtinval en energie. Je ziet de hand van de ingenieur erin terug. Hierdoor is de Euromast nog steeds een architectonische trekpleister voor de stad.’
Trots van Rotterdammers Niet alleen op het gebied van architectuur, maar ook voor de stadscultuur zijn de iconen belangrijk. ‘Als je een Rotterdammer vraagt waarom hij trots is op zijn stad, zal hij ongetwijfeld iconen noemen als De Kuip, de Erasmusbrug en nu de Markthal’, vertelt de stadshistoricus. ‘Mensen ontlenen er status aan. Nu de stad opduikt in allerlei lijstjes, populair is in internationale reisgidsen en veel aandacht krijgt in de media, zie je dat de iconen vele malen worden gereproduceerd. Blijkbaar heeft de stad deze gebouwen nodig.’
Volgens Paul van de Laar kunnen juist de oudere iconen duurzame innovatie stimuleren. ‘De truc is dat de gebouwen zó innovatief blijven, dat slopen niet goedkoper is. De crisis is een kans om na te denken over deze slimme manieren van hergebruik. Neem bijvoorbeeld een verzamelgebouw als het Groot Handelsgebouw, vroeger het toppunt van vernieuwing. De laatste jaren zag je het gebouw niet leven. Maar nu, met het nieuwe werken, wil iedereen op binnenstedelijke knooppunten zitten. Het gebouw leent zich goed voor flexplekken. De cultuur van het nieuwe werken en de architectuur komen zo samen en dat leidt tot duurzame innovatie.’ Ook De Kuip is volgens Paul van de Laar een sprekend voorbeeld van hoe stadscultuur en monumentale waarde elkaar versterken. ‘Zowel architectuurliefhebbers als supporters willen De Kuip behouden. Feyenoord is het sterkste merk van Rotterdam en De Kuip is daar onlosmakelijk mee verbonden. De actiegroep “Red De Kuip” en de supporters van Feyenoord verbinden twee iconen: voetbal en architectuur, stadscultuur en monumentaliteit. Samen versterken ze de waarde van De Kuip door er een multifunctioneel gebouw van te maken. Ook hier dwingt de nieuwe invulling tot innovatie.’ Ondanks zijn voorkeur om historische gebouwen te behouden, is Paul van de Laar zeker niet tegen nieuwbouw. ‘Nieuwe gebouwen zijn het meest efficiënt en duurzaam voor de lange termijn. Zonder de bouw ligt Nederland op zijn gat. Het zou goed zijn als de TBI-ondernemingen samen het duurzame besef in de stad blijven aanjagen. Misschien kunnen ze in de toekomst een duurzaam stadsconcept genereren of met nieuwe iconen bijdragen aan een politieke agenda voor de duurzame stad.’
‘Iconen zijn aanjagers van innovatie’
Paul van de Laar is bijzonder hoogleraar stadsgeschiedenis (Leerstoel Roterodamum ‘Geschiedenis van Rotterdam’ van de Faculteit der Historische en Kunstwetenschappen) aan de Erasmus Universiteit en directeur van Museum Rotterdam. Hij meent dat deze historische iconen bijdragen aan het innovatieve karakter van de stad. ‘Door de manier van bouwen zijn het duurzame gebouwen. Arbeid was in die periode goedkoop, dat zie je duidelijk terug in de architectuur. Ze hebben ook een innovatief karakter, vanwege de duurzame materiaalkeuzes, de toegankelijkheid en functionaliteit. 14 TBI JAARMAGAZINE 2014
Dat geldt ook nog steeds voor de oudere iconen, al hebben de twintigste-eeuwse gebouwen als De Kuip, het Shellgebouw en de Euromast nu grote concurrentie van de nieuwste drie verschijningen: de Markthal,
Prof. dr. Paul van de Laar: ‘Juist de oudere iconen kunnen duurzame innovatie stimuleren. De truc is dat de gebouwen zó innovatief blijven, dat slopen niet goedkoper is.’
1937
Stadion Feijenoord
Groot Handelsgebouw
Het gebouw – ontworpen door architectenbureau Van Tijen en Maaskant en gebouwd door J.P. van Eesteren – van 440.000 m2 was een van de grote bouwprojecten tijdens de wederopbouwfase na WO II. Innovatieve ‘autoroute’ door het pand om producten door het hele gebouw te transporteren. In 1961 opende bioscoop Kriterion op de hoogste verdieping (43 meter). De projectiewand werd voor de aanvang en tijdens de pauze opgehaald. Zo hadden miljoenen bezoekers uitzicht over de stad in opbouw.
1953
Ontworpen door Leendert van der Vlugt, eerste grote opdracht van Aanneming Maatschappij J.P. van Eesteren. Bijnamen: De Kuip, Tempel aan de Maas. Geroemd door innovatief gebruik van staal en glas en een ‘zwevende’ tweede ring zonder steunpilaren, waardoor er overal goed zicht is. Zoals het er nu voorstaat, zal er een Nieuwe Kuip komen die uitgaat van de emotionele, cultuurhistorische en economische kwaliteiten van de bestaande icoon.
1960 Euromast
Ontworpen door Huig Maaskant ter gelegenheid van de Floriade en gebouwd door J.P. van Eesteren. Met 185 meter is het de hoogste toren van Nederland die open is voor publiek. Unieke constructie met ronde betonnen schacht van negen meter doorsnede. Hieraan hangen drie paviljoens: entreepaviljoen (begane grond), een scheepsbrug (op 30 meter) en een asymmetrisch kraaiennest (bovenin). Gerealiseerd met glijbekistingstechniek met een snelheid van 15 tot 20 centimeter per uur. De fundering is een robuust blok beton van 1.900.000 kilo. Het stalen kraaiennest hangt 96 meter boven de grond en weegt 240.000 kilo. Innovatieve bouwmethode: onderaan de toren gebouwd en vervolgens in vijf dagen centimeter voor centimeter omhoog getakeld. In 1970 werd de Space Tower er nog op geplaatst.
15
De Rotterdam
Shellgebouw Hofplein
1960
2014
Spectaculair en geroemd ontwerp van Rem Koolhaas van architectenbureau OMA, eind 2014 opgeleverd. Croon was verantwoordelijk voor de elektrotechniek en WTH leverde de vloerverwarming in het gebouw. De Rotterdam is bedoeld als ‘verticale stad’ met de functies wonen, werken en ontspannen. Er zijn 240 appartementen, 72.000 m2 aan kantoren en conferentieruimten en een ondergrondse parkeergarage met 670 parkeerplaatsen. De Rotterdam wordt dagelijks door zo’n 5.000 mensen gebruikt en vormt daarmee het dichtst bebouwde stukje Nederland.
Het Shellgebouw, ontworpen door C.A. Abspoel, was niet geliefd bij Rotterdammers en zelfs aanleiding voor een tijdelijke kantoren- en hoogbouwstop in het centrum. Een belangrijke stedenbouwkundige voorwaarde was een doorgaande secundaire route van het Centraal Station naar Station Hofplein. De destijds unieke oplossing van J.P. van Eesteren was het omvangrijke gebouw op kolommen te plaatsen. In 1976 uitgebreid met een toren van 95 meter hoog. In 1999 verliet Shell de vestiging in het centrum.
Nieuw Crooswijk
ERA Contour is ontwikkelaar én bouwer en samen met bouwbedrijf Proper Stok en woningcorporatie Woonstad Rotterdam ook opdrachtgever van het project. Ontworpen door onder andere West 8, Brink architectuur en stedenbouw, DeZwarteHond, Drost + Van Veen, Geurst & Schulze, JSA, NL architects en Kolhoff. 85 procent van de bestaande vooroorlogse woningen wordt gesloopt om plaats te maken voor een ingenieus masterplan met nieuwe toekomstvaste dimensies en 1.800 nieuwe woningen.
2010 _ 2016
1992 2014
Kop van Zuid
In 1987 voltooide Teun Koolhaas het masterplan voor de zuidoever van Rotterdam. Verschillende duurzame complexen ontworpen door diverse architecten, onder wie Rem Koolhaas en Alvaro Siza, en vanaf 1992 gerealiseerd door ERA Contour. Wordt ook wel Manhattan aan de Maas genoemd: grootstedelijk gebied met veel voorzieningen langs de rivier en woongebieden langs binnenhavens. Nog volop in ontwikkeling. Croon was betrokken bij de ‘Verticale Stad’, drie dicht naast elkaar geplaatste torens van bijna 150 meter hoog (oppervlakte 160.000 m2). Op initiatief van Synchroon realiseren meerdere integraal samenwerkende TBI-ondernemingen thans de woontorens Boston en Seattle.
Le Medi
Medische faculteit Erasmus MC
Een 117 meter hoog laboratoriumgebouw (herkenbaar in de skyline) domineert het laboratorium- en onderwijscomplex van 25.000 m2. Duurzaam en innovatief ontwerp door gebruik van aluminium sandwichpanelen in een betonnen bouwwerk, ontworpen door architecten-bureau OD 205 en constructeur Jean Prouvé. Extreem snelle bouwtijd van minder twee jaar was mogelijk dankzij innovatieve flexibele standaardplattegronden, vergaande prefabricage en introductie van aparte installatieverdiepingen.
Multicultureel nieuwbouwproject met 93 grondgebonden woningen in de Rotterdamse wijk Bospolder-Tussendijken. Opdrachtgever is ERA Contour, in samenwerking met enkele woningcorporaties. Ontworpen door architectenbureau Geurst & Schulze. Innovatief, levensbestendig en modulair woonconcept, geïnspireerd op de architectuur van de landen rond de Middellandse Zee. Eén basistype met de mogelijkheid deze in de toekomst flexibel uit te breiden. Met Le Medi laat Rotterdam zien dat multicultureel wonen een positieve betekenis voor de stad kan hebben.
1968
Rotterdam World Gateway Terminal (RWG)
Containerterminaal op Maasvlakte II, opgeleverd in 2014. Gerealiseerd door onder andere Croon. Gebouwd op een opgespoten landoppervlak in zee van 2,5 kilometer lang en 600 meter breed. Op- en overslag van 2.350.000 20ft-containers per jaar. De terminal kent een ‘fail-safe’-ontwerp: systeemfalen kan hierdoor nooit leiden tot onveilige situaties.
2008
2015 _ 2040
A-15, Rotterdam
Rijkswaterstaat heeft op basis van een DBFM-contract (Design, Build, Finance & Maintain) het project aanbesteed aan de aannemerscombinatie A-Lanes A15, waarvan Croon Elektrotechniek als onderaannemer opereert. Er wordt 85 kilometer extra rijstrooklengte aangelegd en de Thomassentunnel, Botlektunnel en meerdere viaducten worden gerenoveerd. Croon verzorgt alle tunnel- en verkeerstechnische installaties, waaronder over 35 kilometer een hightech dynamisch verkeersmanagementsysteem, inclusief het technische onderhoud in de komende 25 jaar.
‘De Euromast achtervolgt me’
The Red Apple
Willemsbrug
1981
De Willemsbrug is een tuibrug die de Nieuwe Maas overspant en de rechteroever met het Noordereiland verbindt. De brug is 270 meter lang en ontworpen door C. Veerling, werd in 1981 opengesteld en telt vier rijstroken voor autoverkeer en fietsers. Mobilis (Voormolen) verzorgde de afgezonken caisons voor de 'landhoofden', het basisfundament van de brug, alsmede de betonnen contragewichten voor de rode pilonen die hierdoor perfect in balans blijven.
16 TBI JAARMAGAZINE 2014
The Landmark, ontworpen door KCAP Architects & Planners en Jan des Bouvrie, met een opvallende hoge woontoren. Verwijst naar de oude appelmarkt en is een knipoog naar ‘The Big Apple’. Multifunctioneel gebouw gerealiseerd door J.P. van Eesteren: woontoren (40 verdiepingen) van 124 meter hoog, een kopblok van 53 meter hoog en opgedeeld in 3.900 m2 kantoorruimte, 1.600 m2 winkelruimte en appartementen. Uniek is de zeer grote variatie aan woningtypen passend bij de diverse levensstijlen van deze tijd. Een van de eerste gebouwen voorzien van open glasvezelnetwerk.
2008
Het is bijna 55 jaar gelden dat de Euromast werd opgeleverd. Toch krijgt voormalig constructeur Krijn Holleman nog regelmatig vragen over de bouw van de Euromast. ‘Ik werkte ook aan Dijkzigt, de Lijnbaanflat, de Coolse Poort en de Kop van Zuid’, vertelt de 80-jarige oud-werknemer van J.P. van Eesteren. ‘Maar de Euromast achtervolgt me. Het was ook wel een heel imposant gebouw voor die tijd.’ Het meest innovatief was volgens Holleman het restaurant. ‘De constructie met een gewicht van 250 ton is beneden gebouwd en vervolgens opgevijzeld. Dat was bijzonder voor die tijd, net als het kraaiennest dat vanaf een drijvende bok de hoogte in werd getild. Bovendien werd de mast in de winter gebouwd. Dat was precair, want vorst zou ons in de problemen brengen. Het beton werd ter plaatse gemaakt. Met een heimachine werd het grind opgewarmd. Er was immers nog geen verwarmd beton zoals nu!’
17
Aanjager
in woningbouw
De energiespecialisten van TBI in het innovatieve Prêt-à-Logerhuis op de TU Delft: v.l.n.r. Jochem Joosten (Synchroon), Martin Kleintunte (Croon), Erik Baan (Groothuis Wonen) en Remon Vermaire (projectleder Prêt-à-Loger-huis): ‘Wij zijn samen een integrale aanjager van de energierevolutie die in de Nederlandse woningbouw plaatsvindt.’ 18 TBI JAARMAGAZINE 2014
19
De woningbouw maakt een stille revolutie door. Een energierevolutie. Een standaard nieuwbouwhuis verbruikt minder dan de helft aan energie dan begin jaren negentig gangbaar was. En met extra ingrepen kan een huis zelfs meer energie produceren dan het verbruikt. TBI is een aanjager van deze stille revolutie. Vier deskundigen schuiven aan voor een gesprek.
Ze ontmoeten elkaar op een bijzondere plek, het Prêt-à-Loger-huis op de campus van de TU Delft. Een voorbeeld van hoe je een traditioneel rijtjeshuis energieneutraal kunt maken. TBI was hoofdsponsor van het project, waarmee studenten in 2014 meedongen in een internationale wedstrijd. Aan tafel Remon Vermaire, zelfstandig projectmanager namens TBI en projectleider van Prêtà-Loger, Erik Baan, projectontwikkelaar bij Groothuis Wonen, Jochem Joosten, duurzaamheidscoördinator bij Synchroon en Martin Kleintunte, innovatiecoördinator voor het thema duurzaamheid bij Croon. Ze hebben alle vier een stelling meegebracht.
Duurzaamheid is verleiding Jochem Joosten valt direct met de deur in huis. ‘Om verder te komen met duurzaamheid moeten we de consument beter begrijpen. We bieden het mooiste wat er is. Neem de E-houses die we in Noordwijkerhout bouwen. De prachtigste techniek, robuust en begrijpbaar. Toch investeren mensen liever in die mooie keuken dan in zonnepanelen. Het gaat er dan ook om de consument te verleiden.’
‘We moeten de consument verleiden’ Remon Vermaire herkent het beeld. ‘We zullen eraan moeten wennen dat we altijd een stapje meer moeten zetten dan verwacht. De klant extra tegemoetkomen. Meedenken over een energie- en onderhoudsplan. Het huis inregelen. Inzichtelijk maken dat iets geld oplevert en laten zien dat het tot meer comfort leidt. ERA Contour doet dat onder andere met workshops over wonen in een duurzaam huis. Het gedrag van bewoners is namelijk 20 TBI JAARMAGAZINE 2014
van grote invloed op het energieverbruik.’ Dat is aanleiding voor Jochem Joosten om te constateren dat de TBI-ondernemingen elkaar goed weten te vinden. ‘E-House is daar een voorbeeld van, Prêt-à-Loger, maar ook grote projecten als de woontorens Seattle en Boston in Rotterdam, met koeling vanuit de Maas, of de Markthal. Projecten waar we trots op zijn. Er is een groot geloof om gezamenlijk doelen te bereiken.’
Passief is passé Erik Baan is bij Groothuis Wonen betrokken bij de realisatie van energiezuinige projecten voor Twentse woningbouwcorporaties. Eén ervan was gebaseerd op het idee van een passief huis. Zo goed geïsoleerd dat het theoretisch kan worden verwarmd met de energie van een strijkijzer of föhn. Toch stelt hij dat dit concept passé is. ‘De kosten zijn zo hoog, dat je het niet terugverdient. Bovendien is het een uitdaging om het koel te houden in de zomer. Met een iets lagere isolatiewaarde en slimme installaties is het ook mogelijk op nulverbruik uit te komen. Tegen lagere kosten.’
EPC nul is haalbaar en betaalbaar Martin Kleintunte stelt dat het goed mogelijk is betaalbare huizen te bouwen met een EPCwaarde van nul. Dat wil zeggen dat ze net zoveel energie opwekken als verbruiken. ‘Denk
Jochem Joosten aan zonnepanelen geïntegreerd in het dak in plaats van dakpannen, slimme gevels en installaties. Een brandstofcel die warmte levert en stroom opwekt. Slim ontwerpen kost een paar duizend euro extra en je krijgt levenslang nul energieverbruik. Wat kun je nog mooier verkopen?’ Jochem Joosten is minder stellig. ‘We hebben de techniek wel, maar de kosten zijn nog relatief hoog. Er is wel wat extra financiering mogelijk, maar banken lopen er bepaald niet mee te koop.’ Dat brengt de discussie op de rol van de overheid. De vier zijn het erover eens dat het belangrijk is dat de overheid eisen stelt aan duurzaamheid. Zoals de regel dat vanaf 2015 nieuwbouw een EPC-waarde van 0,4 moet hebben. Dat betekent dat een nieuwe woning minder dan de helft aan energie verbruikt dan eenzelfde woning uit 1991. Martin Kleintunte: ‘De overheid moet scherp blijven met regelgeving. Dat zorgt voor een bodem en het bedrijfsleven kan met innovaties hierop inspelen.’ Remon Vermaire vult aan: ‘De overheid moet prikkelen en stimuleren. Zet studenten aan het werk en laat ze pionieren, maar geef geen langdurige ondersteuning in de vorm van subsidies.’
Innovatie is leeftijdgebonden Het is niet voor niets dat hij deze suggestie doet. Remon was projectleider van Prêt-à-Loger. Hij werkte intensief met studenten samen. Hij stelt dat echte innovatie van jongeren komt. ‘Die laten zich niet remmen door traditie. Hier in Delft komt straks de The Green Village. Er komt een waterstofcentrale waar je met je auto kunt tanken. Met die auto rijd je naar je woning. De auto koppel je aan je huis dat je daarmee van stroom voorziet. De auto wordt zo vervoermiddel én energiecentrale voor je woning.’ Daarnaast is er ook een wereld te winnen in de bestaande bouw. Remon Vermaire: ‘Een slecht geïsoleerde woning is in de toekomst onverkoopbaar.’ Jochem Joosten vult aan: ‘De corporaties willen in 2020 voor al hun woningen een B-label. Renovatie is duur, soms kun je beter slopen en iets nieuws neerzetten.’ Martin Kleintunte wijst daarbij op de groeiende tegenstelling tussen nieuwe energienulwoningen en gebouwen en anderzijds bestaande ‘energieslurpers’.
Jochem Joosten (41) werkt sinds 2009 bij Synchroon. Hij is kosten deskundige en duurzaamheidscoördinator. Voordat hij deze functie had, was hij onder meer projectcoördinator, calculator/werkvoor bereider en organisatiemedewerker. Hij is nauw betrokken bij de ontwikkeling van de E-Houses van Synchroon, die worden gerealiseerd in Noordwijkerhout. Jochem studeerde Bouwkunde aan het HTI in Amsterdam en volgde de Neprom-masterclass duurzaam ontwikkelen. Zijn werkmotto is: ‘Met alle belangen en invloeden mooie projecten realiseren!’ Trots op: De eerste E-Houses zijn verkocht en gaan binnenkort in productie.
Remon Vermaire Remon Vermaire (38) is eigenaar van Vermaire Bouwmanagement en werkt nauw samen met UBuild. Daarvoor was hij projectorganisator Ontwikkeling bij ERA Contour. Voor hij deze functie had, was hij onder andere planontwikkelaar en calculator, projectleider en werk voorbereider en bouwteamcoördinator. Na zijn opleiding MTS Bouwkunde volgde hij HTS Bouwkunde en postHBO-Bedrijfskunde. Hij nam ook deel aan het Talentprogramma van de TBI Acdmy. Zijn werkmotto is: ‘Niet luisteren, maar begrijpen. Niet eisen en claimen, maar vragen en helpen. Geen plezier zonder prestatie, geen prestatie zonder plezier.’ Trots op: ‘Het Prêt-à-Loger-project. Namens TBI schoof ik aan bij het team van 45 studenten van de TU Delft. Tijdens de Solar Decathlon 2014 in Versailles streed het team TU Delft mee met twintig vooraanstaande universiteiten uit de hele wereld en won vijf prijzen.’
Erik Baan Erik Baan (41) is projectontwikkelaar bij Groothuis Wonen. Voor hij deze functie had, was hij junior projectontwikkelaar en verkoper particuliere en projectmatige woningbouw bij Groothuis. Erik studeerde Commercieel Technische Bedrijfskunde (differentiatie bouwkunde) aan de Hogeschool Enschede (Saxion). Trots op: Twee duurzame woningbouwprojecten in Overdinkel en Tubbergen. In Overdinkel heeft Groothuis vier energieleverende woningen gebouwd, gebaseerd op het passiefhuisprincipe. Het project is onderdeel van de gebiedsvisie ‘Hart voor Overdinkel’. In Tubbergen ging het om twee energieleverende woningen met hoge isolatiewaarde, onder andere uitgerust met zonneboiler en zonnepanelen.
Martin Kleintunte Martin Kleintunte (64) is coördinator innovatie voor het thema duur zaamheid bij Croon Elektrotechniek. Voor hij deze functie had, had hij onder meer de leiding van de TBI Stichting Informatiecentrum Duur zame Energie Technieken. Hij was ook betrokken bij Croon Duurzaam. Martin studeerde Economie aan de Erasmus Universiteit en behaalde daarna zijn MBA. Zijn werkmotto is: ‘Met mijn inzet het verschil kunnen maken.’ Trots op: Het ZeroWatt-project van Croon. Een kantoorgebouw dat energetisch als een ‘eilandbedrijf’ kan functioneren, ongevoelig voor netuitval. Ook trots op het concept voor het woningbouwplan in het centrum van Veghel, voorbereid om energie-nul te zijn, gerealiseerd door Woonpartners samen met Wolter & Dros. 21
Highlights 2014 De Bongerd: energieneutrale wijk In het Brabantse Steenbergen ligt de energieneutrale wijk De Bongerd. De wijk omvat 34 woningen, mede gerealiseerd door ERA Contour in opdracht van woningcorporatie Stadlander. Dat de levensloopbestendige huizen zijn voorzien van zonnepanelen en goed geïsoleerd zijn, ligt voor de hand. Extra bijzonder is het collectieve verwarmingssysteem, waarvoor gebruik wordt gemaakt van een bodemwarmtewisselaar en een warmtepomp. Bij de ontwikkeling van de wijk zijn de bewoners al in een vroeg stadium betrokken. In klantenpanels konden zij meedenken over de inrichting en ook over de sociale cohesie in de wijk. Dat leidde tot de aanleg van een moestuin, een jeu-de-boulesbaan en een gezamenlijke ontmoetingsruimte. Via nieuwsbrieven en kijkdagen zijn de bewoners ook tijdens de bouw betrokken gebleven. De bewoners kregen bovendien training in workshops om te leren hoe ze het energieverbruik zo laag mogelijk kunnen houden, zodat ze daadwerkelijk nul op de meter krijgen.
WKO Wolter & Dros 100% garandeert werking WKO-installatie Installaties voor koeling en verwarming die gebruikmaken van warmte-koudeopslag (WKO) in de bodem zijn duurzaam, bieden veel comfort en leiden tot een lagere energierekening en minder CO2-uitstoot. Als ze goed functioneren. De techniek is betrouwbaar, maar het onderhoud is kritisch. Dat leidt ertoe dat bijna 70 procent van de WKO’s niet goed functioneert. Wolter & Dros helpt met WKO 22 TBI JAARMAGAZINE 2014
En omdat het huis geen gas verbrandt, stoot het geen CO2 uit. Het E-House vergt ten opzichte van een vergelijkbare ‘gewone’ woning wel een extra investering. Maar door de besparing op energie zijn de nettomaandlasten toch lager. De eerste E-Houses worden gerealiseerd in Noordwijkerhout.
Garant een groeiend aantal klanten door te garanderen dat hun WKO wel goed werkt. De werking van de installatie wordt onderzocht met een quick-scan, waarna een plan wordt gemaakt voor proactief beheer. Via een gratis app kan de werking doorlopend worden gecontroleerd. Bovendien garandeert Wolter & Dros dat de installatie voldoet aan de vergunningseisen.
Nul op de meter
ZeroWatt-kantoor Croon 10
0
Binnen het energiezuinige beterBASIShuis van TBI WOONlab (zie ook pagina 12-13) kunnen kopers kiezen voor een ‘nul op de meter’variant. Dat betekent dat een woning in principe net zoveel energie kan opwekken – bijvoorbeeld met zonnepanelen of een HRe-verwarmingsketel – als de bewoners verbruiken. Dat betekent dat over een heel jaar net zoveel stroom wordt afgenomen van het net als teruggeleverd. Wie heel zuinig is kan zelfs wat terugverdienen. Het huis is dus niet volledig onafhankelijk van het openbare net.
E-House: bewust en energieneutraal wonen
e
house
Het E-House van Synchroon geeft invulling aan bewust en energieneutraal wonen. Een degelijke en robuuste woning die geen gebruik maakt van fossiele brandstoffen. De woning is goed geïsoleerd, waardoor hij hoe dan ook al energiezuinig is. Op het dak genoeg zonnepanelen om in het eigen energieverbruik te voorzien. Om te koken, het huis te verwarmen en voor warm water. Wie slim omspringt met zijn energieverbruik kan zelfs nettostroom terugleveren aan het net. Een gasaansluiting heeft het E-House niet nodig.
ZERO
Prêt-à-Loger-huis
WATT
Er was geen betere locatie voor dit gesprek dan het Prêtà-Loger-huis op de campus van de TU Delft. Dit duurzame huis is ontwikkeld door een groep van 45 studenten, bij de uitwerking van het ontwerp en de uitvoering begeleid door Remon Vermaire. Het is gebaseerd op een rijtjeswoning uit de jaren zestig. De studenten hebben ermee willen laten zien hoe een bestaand huis energetisch optimaal kan worden gemaakt. Onder andere door er een schil omheen te bouwen die een tussenklimaat creëert en energie opwekt.
Croon Elektrotechniek is in 2011 begonnen met een bijzonder project. Het energieneutraal maken van het bedrijfskantoor in Den Haag met behulp van eigen technologie. Binnen dit ZeroWattproject werkt Croon samen met de TU Delft en TBI-bedrijf Alfen uit Almere. Uitgangspunt is het kantoor volledig in de eigen energiebehoefte te laten voorzien zodat het onafhankelijk van het openbare net kan functioneren. De grootste uitdagingen hierbij zijn het energiemanagement en het opslagsysteem. Samen met de TU ontwikkelde Croon een systeem om de energieopwekking ten opzichte van het verbruik te optimaliseren. Een ander systeem maakt het mogelijk de energieprestaties online te volgen. Het gebouw is voorzien van extra isolatie, urban windturbines, zonnepanelen en een miniwarmtekrachtkoppeling. Omdat de levering door deze energiebronnen niet constant is, is opslag noodzakelijk. Hiervoor wordt gebruikgemaakt van een accupakket, ontwikkeld voor het Sopra-systeem van Alfen. Stroom die niet direct wordt afgenomen is daardoor beschikbaar voor momenten dat onvoldoende wordt geproduceerd.
TBI was hoofdsponsor van het project. Het demontabele huis is vervaardigd bij Groothuis Wonen in Harbinkhoek. Daarna is het getransporteerd naar Versailles, waar de TU Delft met twintig andere universiteiten meedeed aan de Solar Decathlon. Prêt-àLoger won eerste prijzen in de categorieën Sustainability, Communication & Social Awareness, tweede prijzen voor Energy Efficiency en Construction Safety & Management en de derde prijs overall. Na de wedstrijd is het huis weer opgebouwd in Delft.
Prijzenregen: erkenning voor innovatie
TBI pitcht Rotterdam voor WorldExpo
TBI won in 2014 maar liefst veertien prijzen. Zo eindigde ERA Contour bijvoorbeeld op nummer 1 in de Building Business Reputatiemonitor en kregen Croon en Wolter & Dros een bronzen SHE-award. Het project Strandeiland Harderwijk van Synchroon en Koopmans won de Gelderse Prijs Ruimtelijke Kwaliteit en Synchroon en Radix & Veerman wonnen de prijsvraag ‘Op Smaeck’ in Leidsche Rijn. Het door TBI gerealiseerde station Rotterdam CS werd ook veelvuldig genomineerd en won uiteindelijk de Daylight Award 2014, de Nationale Staalprijs 2014, de Brunel Award 2014 en de Dutch Design Award 2014. Ook de onderwijsprojecten waren succesvol: de Kraaipanschool won de Amsterdamse nieuwbouwprijs 2014 en de Award Duurzame Architectuur 2014 ging naar Lyceum Schravenlant.
Samen met veertien Rotterdamse ondernemers werkte TBI in 2014 mee aan plannen om Rotterdam kandidaat te stellen voor de WorldExpo 2025. Het thema voor 2025 is duurzame ontwikkeling in het deltagebied. Dit sluit naadloos aan bij Rotterdam als havenstad én bij de visie van TBI op duurzame innovatie, de circulaire economie en zijn rol in de samenleving. De gemeente Rotterdam ontving de plannen met enthousiasme en tekende een samenwerkingscontract met Stichting WorldExpo 2025. In de zomer van 2015 wordt bepaald of Rotterdam zich daadwerkelijk kandidaat stelt voor de tentoonstelling.
Governance Code ‘Veiligheid in de bouw’ TBI tekende in 2014 samen met veertien andere grote partijen uit de bouw, infra en installatiemarkt de Governance Code ‘Veiligheid in de bouw’. Deze code werd gepresenteerd door Stef Blok, minister voor Wonen en Rijksdienst. Het doel is het aantal ongevallen in de bouwsector verder terug te dringen. Alleen al in de grond-, weg- en waterbouw zijn de afgelopen tien jaar 325 ongelukken gebeurd. De nieuwe code code biedt een uniform kader voor dienstverleners en hun opdrachtgevers en nodigt uit tot het maken van duidelijke afspraken. Hiermee wil TBI een voorbeeld zijn voor de bouwsector en een koploperspositie innemen.
Minister-president Rutte slaat eerste paal EPO TBI-ondernemingen J.P. van Eesteren, Croon, HEVO en Wolter & Dros werken integraal samen aan de realisatie van het nieuwe hoofdkantoor van het European Patent Office (EPO) in Rijswijk. Het gebouw van 80.000 m2 moet circa 1.750 medewerkers huisvesten en wordt daarmee een van de grootste kantoren van Nederland. De TBI-ondernemingen vervullen samen hun integrale rol op basis van een ‘Design and Construct’-model en werken zo intensief samen. Deze methode maakt optimaal gebruik van de toegevoegde waarde van eenieder op het gebied van bouw- en installatietechniek. Minister-president Rutte sloeg de eerste paal.
Veilig bouwen aan Sluiskiltunnel Volgens TBI is veiligheid een keuze. Bij de bouw van de Sluiskiltunnel is het streven dat er minder dan vijf verzuimongevallen per miljoen gewerkte uren plaatsvinden. In 2014 werd dit doel ruimschoots bereikt. Na ruim één miljoen arbeidsuren zijn er slechts drie verzuimongevallen geweest. Het landelijk gemiddelde ligt tussen de vijftien en vijfentwintig verzuimongevallen per miljoen manuren. De inspanningen om de veiligheid tijdens het werk hoog in het vaandel te plaatsen – onder andere veiligheidsplanning, -gedrag, -bijeenkomsten, -thema’s en een fysieke veiligheidsmeter – hebben hun vruchten afgeworpen.
23
Opening des Overvloeds Een breed lachende Koningin Máxima opende op 1 oktober 2014 de Markthal in Rotterdam. Toen zij een grote pompoen op de weegschaal legde, was de hal officieel geopend. Hierna volgden een rondleiding en kennismaking met ondernemers. Nooit eerder trok de opening van een
Koninklijke
aandacht voor majestueuze
Rotterdamse architectuur
Rotterdam kreeg in 2014 internationale aandacht vanwege de oplevering van twee iconische gebouwen: het nieuwe Centraal Station en de Markthal. Koning Willem-Alexander opende in het voorjaar het station en in het najaar opende koningin Máxima de Markthal. Het zijn belangrijke mijlpalen voor de toekomst van Rotterdam, maar ook succesvolle innovatieve projecten van de samenwerkende TBI-ondernemingen.
Dankzij de Markthal en het nieuwe station werd Rotterdam vorig jaar bejubeld in de internationale pers en met nadruk genoemd in verschillende internationale reisgidsen. De website van de New York Times met
Uitgestoken hand van de koning
vastgoedproject in
Toen koning Willem-Alexander op 13 maart 2014 het nieuwe Centraal Station van
Nederland zoveel
Rotterdam opende, waren er duizenden getuigen. Het stationsplein stond helemaal vol
aandacht. Dit dankzij het
en in de centrale hal werd de opening gevierd met muziek en dans, onder andere door
koninklijk bezoek, maar
het gezelschap ‘Conny Jansen danst’. De laatste danser kwam op met een tablet.
ook vanwege het
De koning moest zijn hand op een uitgestoken hand op het scherm leggen. Daarmee
ontwerp van Winy Maas
werd het station officieel geopend. Terwijl Koning Willem-Alexander werd rondgeleid,
en het kunstwerk aan de
bleef het station gewoon in werking. Duizenden reizigers kwamen langs de ceremonie
binnengevel. Dit kunstwerk, Horn of Plenty, van Arno Coenen en Iris Roskam, is met
op weg naar hun bestemming.
een oppervlakte van 11.000 m2 het grootste in Nederland.
75 miljoen bezoekers per maand noemde Rotterdam bijvoorbeeld een stad die je in 2014 beslist nog moet bezoeken. Kort daarna verscheen een lovend artikel over de Markthal. Ook de Rough Guide, een internationale reisgids, noemde Rotterdam de beste stad om te bezoeken. Eind 2014 werd de stad ook nog eens uitgeroepen tot ‘Beste stad van Europa’ door een Britse denktank. Volgens Rotterdam Partners, verantwoordelijk voor de stadsmarketing van Rotterdam, heeft de stad dit succes vooral te danken aan de architectuurhoogstandjes die in 2014 werden opgeleverd: de Markthal en het nieuwe station. Het succes van deze gebouwen is tevens een succes voor TBI, omdat verschillende TBI-ondernemingen integraal meewerkten aan de realisatie van deze innovatieve flagshipprojecten. In het project Centraal Station werkten Croon, Mobilis en Wolter & Dros samen. Ook de Markthal, een ontwerp van architectenbureau MVRDV, is van top tot teen TBI: de bovenbouw is gerealiseerd door J.P. van Eesteren en aan de onderbouw werkte Mobilis mee. Deze projecten zorgden ervoor dat TBI in 2014 mijlpalen bereikte op het gebied van duurzame innovatie.
ROTTERDAM CS onafgebroken bouwen Rotterdam Centraal is een schoolvoorbeeld van een complex integraal project in TBI-verband. Mobilis was hoofdaannemer en werkte samen met Croon en Wolter & Dros. Ook MDB, Voorbij, Timmermans, J.P. van Eesteren en Korteweg waren bij het project betrokken. ‘Een vruchtbare samenwerking’, concludeert Jaap den Butter, projectleider van Rotterdam Centraal Station (Mobilis). ‘Het station moest dag en nacht in werking blijven. Dat is best een uitdaging, zeker bij zo’n groot project. Zo werden er nieuwe installaties aangebracht op andere plekken, zodat de oude techniek zonder dat de reizigers ook maar iets merkten, overging op de nieuwe installaties. Dit kan alleen als je goed samenwerkt. Hierdoor is alles uiteindelijk netjes geregeld. Het station is al die tijd nooit donker geweest.’
24 TBI JAARMAGAZINE 2014
25
Innovatie
Rotterdam CS
Innovatie
Samenwerking tussen Mobilis (hoofdaannemer), Croon, Wolter & Dros, MDB, Voorbij, Timmermans, J.P. van Eesteren en Korteweg.
Team CS (samenwerking tussen Benthem Crouwel Architekten, MVSA Meyer en Van Schooten Architecten en West 8 Urban Design & Landscape Architecture) en Maarten Struijs creërden een unieke eenheid: de 250 meter lange perronoverkapping vormt één geheel met de transferhal en de reizigerspassage. De stationshal meet 10.000 m2, het hoogste punt ligt op circa 30 meter. De perronoverkapping is 250 meter lang, 156 meter breed en 15 meter hoog en heeft een oppervlakte van 38.800 m2. Met dagelijks 110.000 reizigers verwerkt het stationsgebied evenveel reizigers als Schiphol. Door aansluiting op het Europese net van hogesnelheidstreinen en op de RandstadRail zal het aantal reizigers in 2025 zijn toegenomen tot 320.000 per dag. Tijdens de bouw is daarmee al rekening gehouden. Het dak is bedekt met 25.000 m2 zonnepanelen met in totaal 136.000 zonnecellen. Met de verwachte stroomopbrengst van 340 MWh per jaar wordt in de energievoorziening voor de roltrappen, verlichting en liften voorzien. Het zonnedak realiseert een CO2-reductie van acht procent.
De Markthal
Samenwerking J.P. van Eesteren (toog en markthal) en Mobilis (parkeergarage). Met medewerking van WTH (vloerverwarming).
Door de unieke combinatie van levensmiddelen, horeca en wonen is de Markthal, een initiatief van projectontwikkelaar Provast, een van de meest innovatieve projecten in 2014. Het 117.000 ton zware gebouw heeft een hoogte van 40 meter, een lengte van 114 meter en een breedte van 71 meter en telt 4.600 m2 winkelruimte, 1.600 m2 horeca, 228 appartementen en een parkeergarage voor circa 1.000 auto’s.
zomer verwarmt in de winter het gebouw. Dit bespaart ook 20.000 kg extra CO2-uitstoot. Alle bouwmaterialen werden bij de rand van de stad verzameld, daar werden ze overgeladen in een speciale trein die naar Rotterdam Centraal reed. Hierdoor werd zowel vrachtverkeer door de stad als de CO2-uitstoot beperkt. De betrokken TBI-ondernemingen hebben succesvol ingezet op een perfecte logistieke operatie met doorgaande exploitatie en zo min mogelijk overlast voor de reizigers, NS en ProRail.
In de eerste drie weken na de opening trok de Markthal één miljoen bezoekers. Het gemiddeld aantal bezoekers per jaar komt uit 7 miljoen, hoger dan verwacht. Hiermee draagt de nieuwe markthal bij aan social return van het centrumgebied en zorgt voor extra inkomsten voor de marktkooplui van de oorspronkelijke, nog altijd bestaande buitenmarkt.
kwam de elfde verdieping. Deze werd als een sluitsteen op de andere verdiepingen geplaatst. Deze methode kreeg een eigen bijnaam: ‘the kissing act’. In de boog bevinden zich 228 koop- en huurappartementen van 80 tot 300 m2. Een gecombineerde functie die architect Winy Maas van MVRDV heeft ontworpen om het stadscentrum sociaal duurzamer te maken. Omdat de hal midden in de stad werd gebouwd, moest er rekening gehouden worden met verkeer en doorstroming: logistiek hogeschoolwerk om geen overlast te veroorzaken bij de aan- en afvoer van bouwmateriaal. In de Markthal is het grootste kunstwerk van Nederland te vinden. De Horn of Plenty is met Pixar-software tot stand gekomen en op 4.500 akoestische aluminium platen geprint.
Het hele bouwproces is vanuit veiligheidsoverwegingen gemonitord met honderden sensoren voor het meten van onder andere het grondwaterpeil, trillingen, mogelijke verschuivingen of schade aan belendende percelen. De erfenis van het oude station van architect Sybolt van Ravesteyn is in ere gehouden: de oude letters ‘Centraal Station’ en de oude klok sieren de nieuwe gevel. Over het veelgeroemde project daalde een ware prijzenregen neer. Het gedurfde ontwerp won de Brunel Award, Dutch Design Award, Houtarchitectuurprijs, Nationale Staalprijs, de Rotterdamse Architectuurprijs 2014 en Living Daylights Award.
De zonnepanelen hebben ook een esthetische functie. Het glas van het dak varieert in lichtdoorlatendheid, waardoor op de perrons een fascinerend spel van schaduwen ontstaat. Bij het ontwerp van het station is rekening gehouden met een efficiënte bevoorrading: minder overlast voor de omgeving en minder CO2-uitstoot. Onder het station bevindt zich een fietskelder met een capaciteit van 5.200 fietsen. De winkels en kantoren in het station zijn aangesloten op een duurzaam circuit voor ondergrondse warmte-koudeopslag (WKO). Koude uit de winter wordt via een watercircuit gebruikt voor koeling in de zomer en overtollige hitte in de 26 TBI JAARMAGAZINE 2014
De Markthal is volledig uitgewerkt in BIM (Building Information Model), een IT-tool om geïntegreerd samen te werken met betrokken partijen en om fouten en onnodige kosten te voorkomen. De twee zijkanten moesten op 35 meter hoogte tegen elkaar komen. Hiervoor bouwde J.P. van Eesteren een unieke, verschuifbare constructie met een overspanning van bijna 24 meter en een gewicht van circa 590.000 kilogram. Hierop
Ook aan de flora en fauna is gedacht, onder andere met nestelplaatsen voor gierzwaluwen en integratie van diverse vleermuisverblijven in de spouw. Het gebouw bezit een drie sterren BREEAM-NL duurzaamheidscertificaat. De Markthal en de appartementen worden verwarmd en gekoeld via een WKOinstallatie. Koude uit de grond wordt gebruikt voor koeling en warmte wordt opgeslagen om de hal en woningen in de winter te verwarmen. In de bouwput is gebruikgemaakt van de meest geavanceerde technologie. Voor de plaatsbepaling werd satelliettechnologie ingezet. De kranen waren uitgerust met een PDS 2000-machinevolgsysteem, dat de bewegingen real time vastlegde. 27
‘Orderintake in marine & offshore verdubbeld’
Eekels Technology: innovatief voor marine & offshore en industrie
Voorop in het
‘nieuwe varen’ Elektrotechnische installaties voor schepen en procesindustrie zijn de specialiteit van Eekels Technology. Het Groningse bedrijf loopt voorop bij de ontwikkeling en toepassing van duurzame technologie op de wal en op zee. Een voorbeeld is het ‘Slow Steaming’ project, bekroond met de TBI Innovatieprijs. Op een poster in de hoofdvestiging in Kolham wordt ‘Slow Steaming’ samengevat als ‘het nieuwe varen’. Een door Eekels ontwikkeld elektrotechnisch systeem zorgt ervoor dat de motor van een schip optimaal kan werken. Door langzamer te varen verbruikt het dan vijftig
procent minder brandstof. Hendrik de Haan, directeur van Eekels: ‘Dat bespaart kosten en leidt tot minder CO2-uitstoot.’ Het is één van de innovatieve oplossingen die Eekels ontwikkelt. ‘We willen kort op de bal spelen, partner zijn, vanaf het prilste ontwerp meedenken’, aldus De Haan. Zo werkt Eekels ook aan geavanceerde systemen waarbij
diesel- en elektromotoren gecombineerd de voortstuwing verzorgen. Nieuwe technologie ontwikkelt Eekels vooral binnen projecten. Een enkele keer leidt samenwerking tot een overname. Het afgelopen jaar nam Eekels Greenland Engineering over, gespecialiseerd in automatiseringsoplossingen voor marine & offshore en industrie. ‘Dat biedt
een belangrijke aanvulling. Zij hebben onder meer geavanceerde monitoringsystemen ontwikkeld waarmee gegevens op tablet of telefoon kunnen worden uitgelezen.’
Synergie Naast de marineactiviteiten bouwt Eekels installaties voor de procesindustrie en energie-
sector. Het is betrokken bij projecten in de chemie rond Delfzijl, papierindustrie, voedingsmiddelenindustrie en elektriciteitssector. De activiteiten in de chemie leidden ertoe dat Eekels sinds 2010 weer actief is op het gebied van werktuigbouw. De Haan: ‘Eigenlijk terug naar onze wortels, want daar is Eekels in 1908 ook mee begonnen.’ De combinatie van activiteiten leidt tot veel synergie. ‘De kennis van elektrische omzettingssystemen voor de industrie passen we ook toe bij de aandrijving van schepen. En de strenge veiligheidsprotocollen in de petrochemie en offshore dragen sterk bij aan het algemene veiligheidsbewustzijn’, aldus De Haan. Synergie is er ook binnen TBI. ‘We doen veel voor
Hendrik de Haan, directeur Eekels Technology
Tennet, de beheerder van het hoogspanningsnet. Daarbij werken we nauw samen met Croon. Als daarbij civieltechnische oplossingen nodig zijn, kunnen we een beroep doen op Mobilis. Zo kunnen we een integraal pakket aanbieden.’
Mooie toekomst Eekels heeft vier vestigingen in Nederland, één in Roemenië, één in Duitsland en verkoopkantoren in China en Vietnam. Hendrik de Haan: ‘We moeten wereldwijd dicht bij onze opdrachtgevers zitten.’ Het bedrijf telt 550 medewerkers en maakt een sterke groei
door. ‘De orderintake in marine & offshore is in 2014 meer dan verdubbeld. Dat komt mede door de bouw van windmolenparken op zee, waarvoor speciale vaartuigen nodig zijn. In de industrie groeien wij licht in een overigens stabiele markt. We zien de toekomst optimistisch tegemoet.’
Innovatieve hybride aandrijving De elektrificatie van schepen is volop in ontwikkeling. Conventionele dieselmechanische voortstuwing maakt plaats voor een meer geavanceerde en schonere hybride aandrijving. Optimalisatie van de energiehuishouding staat centraal, waarbij binnen de integrale energiebehoefte zowel opwekking als verbruik onafhankelijk van elkaar wordt geoptimaliseerd. Gedegen kennis van zowel energieopwekking, -distributie en -opslag als aandrijfsystemen maakt dat TBI klanten wereldwijd kan bedienen met deze innovatieve technologie.
Snelle bevoorradingsschepen voor offshore-industrie Bevoorradingsschepen voor olieplatforms moeten aan bijzondere eisen voldoen. Ze moeten snel en wendbaar zijn, lading en passagiers vervoeren en ook onder extreme omstandigheden inzetbaar zijn. Speciale gecombineerde dieselelektrische aandrijfsystemen maken dat mogelijk. Bovendien hebben deze systemen onder normale omstandigheden een laag brandstofverbruik. Voor Shipyard De Hoop bouwt Eekels de complete elektrotechnische systemen voor vijf ‘fast supply intervention vessels’ met hybride dieselelektrische/dieseldirecte aandrijving. Bij lagere snelheden drijft een dieselmotor een generator aan en zorgt een elektromotor voor de voortstuwing. Bij hogere snelheden (tot 21 knopen = 38 km/uur) nemen de dieselmotoren
Hoogspanning en vergroenen
Hier werkt Eekels (in opdracht van Alstom) mee aan realisatie van de derde
de voortstuwing over. Een intelligent powermanagementsysteem zorgt dat dit automatisch
Netwerkbeheerder Tennet investeert de komende jaren miljarden euro’s in
transformatorverbinding tussen het 220 en 380 kV net. Verder verzorgt
– en heel snel – gebeurt en geeft het schip een flitsende acceleratie. Het eerste schip heeft
het moderniseren van het hoogspanningsnet. Dat is mede nodig om de groei
Eekels in de Eemshaven de montage van de secundaire installaties in
inmiddels succesvol proefgevaren.
van wind- en zonne-energie mogelijk te maken. Eekels Technology voert in
het 220/380 kV station Eemshaven. Het gaat hier om besturings- en
samenwerking met Croon een deel van deze projecten uit. Een voorbeeld
beveiligingssystemen. In veel stations zijn deze installaties meer dan dertig
is de uitbreiding van de 220 en 380 kV installaties in de Eemshaven.
jaar oud. Station Eemshaven is de eerste waar deze worden vernieuwd.
28 TBI JAARMAGAZINE 2014
29
Ozive brengt leven terug in monumenten
Toekomst
Leegstand in 2 miljoen m2 monumenten Nederland telt 62.000 gebouwde rijksmonumenten en 40.000 gemeentelijke monumenten, circa 1,5% van alle gebouwen. Volgens het Nationaal Programma Herbestemming staat er circa 2 miljoen m2 monumenten leeg.
van ons verleden
‘Eigenlijk staat het Nederlandse monumentenbestand er heel netjes bij’, opent Tobias Verhoeven van samenwerkingsverband Ozive het gesprek. ‘Er is veel gerestaureerd. Maar 10.000 van de ruim 62.000 rijksmonumenten staan leeg. En dat aantal groeit snel. Om monumentale gebouwen nieuw leven te geven, moeten we niet alleen restaureren, maar ze ook een nieuwe bestemming geven. Dat is wat Ozive doet.’
De overheid geeft subsidie voor haalbaarheidsonderzoek naar herbestemming van monumenten, in totaal 6,2 miljoen euro voor vijfhonderd projecten. De grootste leegstandsproblemen komen voor in religieus, industrieel en agrarisch erfgoed.
vertrouwen. ‘Het begint bij de klant. Een eigenaar zoekt een passend gebruik voor een gebouw. Bijvoorbeeld een bisdom voor een klooster of een kerk, maar het gaat ook over industrieel erfgoed, oude ziekenhuizen of kazernes. Dan gaan wij, met alle gegevens op tafel, op zoek. Staat de boekwaarde hergebruik in de weg? Hoe is een gebouw gesitueerd? Herbestemming betekent ook “placemaking” aanpassen van de omgeving. Misschien moet je eerst een broedplaats voor creatieve bedrijfjes creëren rond een industrieel complex.’
Maatschappelijk bewust Het herbestemmen van monumenten vraagt een brede blik. Bijzondere gebouwen zijn ook een soort publiek bezit. Het gaat immers om de toekomst van ons verleden. Verhoeven: ‘Er zijn veel partijen en belangen bij betrokken. Je moet al vroeg aangeven wat de kansen zijn en niet op posities gaan zitten. De bedrijven binnen Ozive hebben van oudsher een groot maatschappelijk bewustzijn. Dat zit in ons DNA. En dat is essentieel om deze projecten te kunnen realiseren.’
Parc Glorieux: van klooster naar appartementen Parc Glorieux – ontwikkeld door Synchroon en Tobias Verhoeven: ‘Binnen Ozive zetten we onze kennis gezamenlijk in en werken intensief samen met opdrachtgevers en stakeholders.’
gerealiseerd door Nico de Bont – in Vught is een goed voorbeeld van herbestemming zoals Ozive die voorstaat. Het ruim honderd jaar oude complex Mariaoord bood in de loop der tijd onder andere
Verhoeven is adjunct-directeur van projectontwikkelaar Synchroon, een van de deelnemers aan Ozive. De andere twee zijn TBI-zusterbedrijven Nico de Bont en HEVO. ‘Nico de Bont weet alles van restauraties. HEVO adviseert opdrachtgevers over huisvestingsvraagstukken. Synchroon weet als geen ander hoe je vanuit een visie op een locatie een concept ontwikkelt. Binnen Ozive vallen grenzen weg, we zetten onze kennis gezamenlijk in. Werken intensief 30 TBI JAARMAGAZINE 2014
samen met opdrachtgevers en stakeholders. Dan blijkt dat in korte tijd veel mogelijk is.’
Transparantie en vertrouwen Als voorbeeld noemt Verhoeven een project in Tilburg. Een leegstaand voormalig kloostercomplex met kapel aan de rand van het centrum. ‘De kapel en de achterliggende tuin moesten behouden blijven. Binnen de gemeente Tilburg wordt al jaren gesproken
over de toekomst van het gebied. Wij hebben, in samenspraak met lokale stakeholders, een visie ontwikkeld. Die voorziet in een publieke bestemming en de bouw van zeventien appartementen in bestaande en nieuwe bouwblokken. De volgende stap is daadwerkelijk aan de slag gaan.’ De essentie van de werkwijze van Ozive is volgens Verhoeven transparantie en
onderdak aan een klooster, een meisjespensionaat
Vakman Kees Bakkeren over restauratie:
en een opleiding voor verpleegkundigen. Inmiddels
‘Er is altijd meer aan de hand’
is het met behoud van het monumentale karakter
‘Het gebouw is het belangrijkste’, zo vat Kees Bakkeren, uitvoerder bij restauratiebedrijf Nico de Bont kernachtig zijn
verbouwd tot een appartementencomplex.
werk samen. Bakkeren werkt al 25 jaar in het restauratie- en herbestemmingsvak en is een vakman pur sang. Het werk is
De 32 woningen hebben kenmerkende hoge plafonds
vergaand geprofessionaliseerd. Archeologen en historici staan het restauratiebedrijf bij. Voordat er iets gebeurt, is de
en ramen. De indeling is gebaseerd op de oorspronke-
bouwkundige staat van een monument nauwkeurig in kaart gebracht. En toch zijn er nog steeds verrassingen. ‘Er is altijd
lijke structuur van het gebouw, gesitueerd in een
meer aan de hand. Je komt historische dingen tegen: bouwsporen uit het verleden. Je kan die, in overleg met de
sfeervolle, parkachtige omgeving.
architect, in het werk inpassen.’ Bakkeren werkt nu op Kasteel Ruurlo dat onderdak gaat bieden aan het Carel Willink
Meer opmerkelijke herbestemmingsprojecten:
Museum. ‘Het gaat altijd over respect voor wat onze voorouders hebben neergezet en daar een nieuwe invulling aan
www.ozive.nl.
geven.’ Hij is trots op zijn vak, op de samenwerking binnen de bouwteams. ‘Dit is uiteindelijk de elite van het bouwvak.’
31
Artist Impression van Hotel Amstelkwartier in Amsterdam.
De kern
van innovatie
Grensverleggend, dat is het nieuwe hotel dat J.P. van Eesteren, Croon en Wolter & Dros realiseren in de Amsterdamse wijk Amstelkwartier. Grensverleggend, niet alleen om het internationale karakter, de innovatieve technologie die wordt toegepast of het extreem duurzame karakter van het gebouw. Hotel Amstelkwartier, zoals het project bekend staat, is vooral grensverleggend omdat in het bouwproces wordt gebroken met alle geldende conventies. Met dit grensverleggende project wordt dan ook de kern van innovatie geraakt.
‘Voor ons als bouwers is dit project vooral grensdoorbrekend. Hier wordt echt integraal gebouwd, waarbij de teams van de drie bedrijven samensmelten tot één. Dit project vraagt ook om een dergelijke aanpak.’ Aan het woord is Marco Peppel, directeur Engineering bij J.P. van Eesteren. ‘De visie achter dit hotel daagt ons uit om verder te denken: te zoeken naar manieren om vanuit integrale samenwerking en gezamenlijke ambitie te innoveren.’
Treating Life Well Hotel Amstelkwartier wordt ontwikkeld door Amstelside dat ook eigenaar en exploitant is van het hotel. Xander Bueno de Mesquita is één van de eigenaren van Amstelside. Het was zijn visie op een duurzaam gebouwd en geëxploiteerd hotel die een extra dimensie toevoegde aan het contract. Bueno de Mesquita: ‘We willen onze gasten straks een unieke, luxe hotelervaring bieden. Met dien verstande dat we een heel eigen idee hebben van wat luxe in deze tijd inhoudt. En dat we sterk geloven in echt toekomstbestendig bouwen. Nú wordt dit gebouw een prachthotel, maar het moet in de toekomst ook andere functies kunnen hebben. Dat betekent dat we de omgeving en medewerkers moeten betrekken: sociale duurzaamheid dus. Wij gaan
Hotel Amstelkwartier • 70 meter hoog • 300 kamers Marco Peppel (links), directeur Engineering bij J.P. van Eesteren, en Xander Bueno de Mesquita, één van de eigenaren van Amstelside. 32 TBI JAARMAGAZINE 2014
• Hotel, meeting rooms,
in al onze beslissingen uit van het concept Treating Life Well: het bedenken, delen en uitvoeren van alle processen om het gebouw te realiseren en het hotelconcept te exploiteren met respect voor het leven zelf.’ Een van de paradepaardjes van het zeventig meter hoge hotel is de glazen gevel. De lamellen voor de ramen dragen volautomatisch bij aan een perfect leefklimaat. Door weersinformatie door te vertalen naar de stand van de lamellen en naar het klimaatsysteem, kan een kamer waarin tijdelijk niemand verblijft volledig worden ‘uitgeschakeld’ maar ook binnen vijf minuten weer op temperatuur gebracht. Warmte en koude komen daarbij van een systeem voor warmte-koudeopslag. Regenwater wordt zo veel mogelijk hergebruikt.
wellness, winkels
• Glazen kas op het dak
• Oplevering eind 2015
LEED en verder
• Communicerende gevel
• Opening eerste kwartaal
‘Dergelijke oplossingen zijn niet nieuw: het is de gecombineerde toepassing ervan die een uitdaging biedt’, vertelt Peppel. ‘Maar de
• WKO-installatie
2016
échte uitdaging ligt in het proces van bouwen. In alle aspecten zoeken we naar manieren om bijvoorbeeld afval tot nul te reduceren, materiaal te hergebruiken, aanvoer te combineren. Dat vergt grote flexibiliteit van onze eigen organisaties, maar ook van onze bouwpartners. Als je duurzaam werken tot een basisprincipe maakt, moet je alles daaraan meten. Doordat dit hotel gebouwd wordt volgens de strenge Amerikaanse LEED Platinum-normen, zijn we al heel erg gebonden qua – bijvoorbeeld – materiaalgebruik. Maar we zien dat niet als een beperking, maar als een kans voor waardecreatie. We gaan een stap verder. Hoe klein of groot het probleem ook is, we analyseren het tot de absolute kern. Van daaruit zoeken we op basis van de eigen expertise én gedeelde verantwoordelijkheid met een 360°-blik naar een innovatieve oplossing. Die ligt vaak heel ergens anders dan waar je als eerste zou zoeken. Daarmee raak je de kern van innovatie.’ 33
Bas Steegh (27) STUDIE: TU Eindhoven, Master Real Estate Management & Development. TBI-ERVARING: Huisvestingsadviseur voor HEVO, werkvoorbereider en uitvoerder bij J.P. van Eesteren en junior engineer bij Wolter & Dros, projecten Markthal in Rotterdam en European Patent Office (EPO) in Rijswijk. Bas heeft zijn traineeship afgerond en is sinds september 2014 tendermanager bij J.P. van Eesteren. VRIJE TIJD: ‘Ik ben graag met sport bezig en maak het liefst elk jaar een paar mooie reizen.’ AMBITIE: Doorgroeien tot projectmanager binnen integrale utiliteitsprojecten.
Jorrit van den Berg (27) STUDIE: Civiele Techniek TU Delft, Master ‘Building Engineering’. TBI-ERVARING: Projectorganisator bij ERA Contour, waar hij meewerkte aan het Co-Green-project in Amsterdam. Nu werkt hij voor Wolter & Dros aan verbetertrajecten op het gebied van CRM (klantrelaties) en acquisitie. VRIJE TIJD: tennis, hardlopen, wielrennen, duiken, reizen. AMBITIE: Eraan bijdragen dat TBI het beste integrale en meest duurzame bouwbedrijf van Nederland wordt. Annieke Smith (31) STUDIE: TU Delft, Master Real Estate & Housing, afstudeeronderwerp BIM (Bouw Informatie Model). TBI-ERVARING: Werkte aan het ontwerpproces voor het European Patent Office (EPO) in Rijswijk bij J.P. van Eesteren. Nu actief als bouwproces engineer bij Mobilis voor de tender van de Rotterdamse Baan, een boortunnel van Ypenburg naar de Binckhorstlaan in Den Haag. VRIJE TIJD: hockey, zeilen, duiken, wake-boarden, zwemmen. AMBITIE: Het managen en toepassen van integrale samenwerking, BIM, system engineering en kennisdeling om TBI toekomstbestendig en sterker te maken.
Trainees bouwen mee aan TBI-breed netwerk
Aanstormend
Bert Evers (27) STUDIE: TU Eindhoven, Master Construction Technology. TBI-ERVARING: Junior engineer bij Wolter & Dros, huisvestingsadviseur bij het expertisecentrum van HEVO, werkvoorbereider bij Nico de Bont. Namens Nico de Bont was hij lid van het Ozive-team (herbestemming monumenten). Bert heeft zijn traineeship afgerond en is nu projectorganisator bij ERA Contour. VRIJE TIJD: toeren op mijn Benelli Bella, snowboarden en zo veel mogelijk reizen. AMBITIE: Doorgroeien tot projectleider en mooie projecten blijven realiseren.
talent
Ze zijn het gezicht van de toekomst van techniek, bouw en infra. De managementtrainees van TBI. Vier van hen schuiven aan in een Haags hotel. Buiten stormt het, binnen ook. Want als het aan Annieke Smith, Jorrit van den Berg, Bas Steegh en Bert Evers ligt, begint de toekomst vandaag. Sleutelwoorden voor die toekomst zijn integraal werken, breed denken, innovatie en duurzaamheid. Alle vier zijn ze kort na hun afstuderen ingestroomd in het traineeprogramma van TBI. Ze zijn het er absoluut over eens dat ze daarmee extra kansen hebben gekregen bij de start van hun carrière. Annieke Smith: ‘Ik had in eerste 34 TBI JAARMAGAZINE 2014
instantie gesolliciteerd naar een andere functie bij J.P. van Eesteren, maar ben gelukkig trainee geworden. Daardoor heb ik de kans gekregen heel TBI te leren kennen, waarbij ik zie hoe TBI fungeert als holding van zelfstandige bedrijven.
Een uniek concept in de Nederlandse bouwwereld.’ Bas Steegh: ‘Met dit traineeship ben ik drie keer uit mijn comfortzone gehaald. Ik heb drie keer in een andere functie bij verschillende bedrijven gewerkt en me ook drie keer moeten
bewijzen, waardoor je een ontzettend steile leercurve doormaakt.’ Die werkwijze leidt tot een brede kijk. Alle vier constateren dat ze een breed netwerk hebben opgebouwd, doordat ze bij verschillende TBI-ondernemingen hebben gewerkt. Ook de netwerkbijeenkomsten en de locatiebezoeken onder de vlag van TBI acdmy hebben hieraan bijgedragen. Jorrit van den Berg: ‘Wij leren vanaf het begin TBI-breed te denken. De verbinding te leggen.’ Bas Steegh: ‘We hebben
gefunctioneerd in projecten waarbij we samenwerking zochten met andere partijen vanuit een gezamenlijk belang.’ Annieke Smith: ‘Integrale samenwerking is voor ons het centrale thema.’
plaats om snel gegevens vast te leggen. ‘In de bouw wordt nog steeds van papier uitgegaan. Maar geleidelijk wordt ook de bouwkeet papierarmer. Een bouwkeet zonder tekeningenkast is nu nog ondenkbaar. Uiteindelijk gaat ook dat gebeuren.’
iPad in de keet De trainees hebben daarbij ook in de praktijk geen last van oude ideeën en vooroordelen. Bert Evers introduceerde bij Aannemingsbedrijf Nico de Bont bijvoorbeeld de iPad op de bouw-
Het is een voorbeeld van hoe de trainees naar het bouwproces kijken en zien dat daar veel valt te winnen. Annieke Smith en Bas Steegh benoemen de mogelijkheden om op basis van 35
TBI acdmy geeft ruimte voor groei De TBI acdmy is een interne opleidingsacademie en biedt veel
Ursem, manager opleiding & ontwikkeling bij de TBI acdmy. Na het doorlopen van het
mogelijkheden tot ontwikkeling voor jong talent binnen TBI. Daarnaast
traineeship wordt op basis van de opgedane ervaringen en advies van de mentor en
verzorgt TBI acdmy onder andere de opleidings en trainingsprogramma’s
coach door de trainees zelf bepaald wat de volgende stap zal zijn.
voor management TALENT en TOP.
TBI biedt een inspirerende omgeving aan professionals met een passie voor duurzame
Sinds 2008 heeft de TBI acdmy 42 trainees begeleid. Het traineeprogramma richt zich
projectontwikkeling, bouw en techniek. TBI acdmy is het platform voor persoonlijke
vandaag de dag op pas afgestudeerden op WO-niveau. Voor toelating doorlopen
ontwikkeling, kennisdeling en ontmoeting. ‘TBI acdmy kiest bewust voor een integrale
kandidaten een uitgebreid selectieprogramma waar onder andere een
aanpak bij de ontwikkeling van het potentieel van medewerkers. We stimuleren hen om
ontwikkelassessment deel van uitmaakt.
over eigen bedrijfsgrenzen heen te kijken. Het mes snijdt aan twee kanten: door onze
Eenmaal toegelaten krijgen trainees de gelegenheid ervaring op te doen bij drie
mensen optimaal te ontwikkelen, ontwikkelt de onderneming zich ook’, zegt Brenda
TBI-ondernemingen. Daarnaast zijn er gezamenlijke opleidingsmodules voor trainees,
Ursem.
netwerkbijeenkomsten en locatiebezoeken. Gedurende de traineeperiode is er begeleiding door een mentor en projectbegeleiders binnen de bedrijven en coaching door Brenda
TBI JAARMAGAZINE 2014
het LEAN-gedachtengoed efficiënte en effecJorrit van den Berg: ‘Met duurzaamheid valt Nudge Sustainable Leadership Maak de Toekomst tieve werkmethoden te introduceren. Het geld te verdienen, maar dan is bewustzijn wel Challenge BREEAMNL), gerealiseerd in samenwerking tussen TBI is een groep van ondernemingen, die onze leef gebruik van BIM (Bouw Informatie Model) noodzakelijk. De opdrachtgever vraagt er ook J.P. van Eesteren (boog en markthal) en Mobilis omgeving een duurzame vernieuwt, kan daarbij helpen, maar ook ‘just in op time’ om.’manier Bas Steegh: ‘Leesinricht hier maar voor: de koper Dat duurzaamheid een belangrijke rol speelt in het (parkeergarage). Het door projectontwikkelaar en onderhoudt. Met € 1,6wil miljard leveren van materialen en prefab-bouwdelen. het. Inbedrijfsopbrengsten de utiliteitsbouw staat duurzaamheid traineeprogramma van TBI blijkt uit de deelname van Provastwilontwikkelde en dooraan Winy MaasSustainable van MVRDV enTBI-ondernegemiddeld bijna 7.000keihard medewerkers behoort TBI in Annieke Smith merkt op dat in het eisenpakket. Een belegger TBI-trainees de Nudge Leadership ontworpen gebouw omvat een voor Europa unieke 2014 tot de top van de bouw en techniekbedrijven in mingen een BREEAM-certificering, anders stapt hij niet Challenge. Tachtig jonge managers werden in een Maak devan elkaar kunnen leren. ‘Infra heeft overdekte markt, appartementen, Nederland. multidisciplinaire veel ervaring met projectmatig werkenTechnisch en het vakmanschap, in.’ weekeinde drie dagenwinkelruimte, uitgedaagd om na te denken en Toekomst horeca, een parkeergarage en het over grootste kunstwerk samenwerking en duurzame innovatie liggen hieraan beheer van alle documenten in één systeem. ideeën te genereren duurzaamheid. Jorrit van den van Nederland. DeBerg Markthal jaarlijks van zeven grondslag. Een voorbeeld hiervan is de Markthal, Dat is ook toepasbaar in deten bouw.’ Grote kansen was één verwacht van de tien finalisten de Challenge. innovatief en duurzaam project sterren Bert Evers: ‘In het verledeneen werden bij ieder De vier zijn(drie het er nadrukkelijk overmiljoen eens datbezoekers.Hij won een opleidingstraject om zijn case verder uit te
DU U R Z A M E I N N O VAT I E H e t v e r s c h i l ma k e n • E é n spoor lint me t 5. 000 be l a n g h e b b e n d e n • R o t t e rd a m s e s k y l i n e • E ne r gie re volut ie in woningbouw • I nn o v a t i e Ro t t e rd a m C S e n M a r k t h a l • D e k er n va n innova t ie • A a nst or me nd t a le nt
project nieuwe partijen aanbesteed. Dankzij integraliteit en duurzaamheid de sleutel zijn werken. Jorrit: ‘TBI is intensief bezig met duurzaamheid. ketenintegratie maakt dit oude “vechtmodel” tot succes voor de TBI-ondernemingen in de Ik wil nu verder gaan en de algemene visie concreet plaats voor gelijkwaardig zakendoen, samentoekomst. Bert Evers: ‘Je moet veranderingsmaken. Hoe vul je stap voor stap duurzaamheid binnen werken en vakmanschap. Dit resulteert in gericht zijn om mee te komen. De markt een project in. De Raad van Bestuur is op zoek naar dit lagere faalkosten en hogere kwaliteit.’ verandert en bedrijven zijn wel verplicht om soort ideeën en biedt mij de ruimte om dit verder Bas Steegh, inmiddels tendermanager bij te innoveren.’ Annieke Smith: ‘Verandering invulling te geven.’ Comfort Partners Croon J.P. van Eesteren: ‘De rol van onderaannemers biedt grote kansen, wij • bouwen iets op•omEekels Wolter & Dros • WTH verandert. Zij worden co-makers binnen een straks verder te gaan.’ project, waarbij alle betrokkenen belang J.P. van Eesteren • ERA Contour • Groothuis • Hazenberg • HEVO hebben bij het succes van het geheel.’ Meedenken over Worldexpo 2025
Koopmans • Korteweg • MDB • Nico de Bont • Synchroon Voorbij Prefab Beton Slim en duurzaam Rotterdam dingt mogelijk mee naar het binnenhalen van de Worldexpo 2025, met als thema ‘Changing currents/Delta’s in Een slimme werkwijze komt ook de duurzaamtransitie’. Als echt ‘Rotterdams bedrijf’ is TBI sponsor van het initiatief. TBI-trainees waren hierbij betrokken Bas Steegh: Mobilis • Servicis • Timmermans • Voorbij Funderingstechniek heid ten goede. Annieke: ‘Als je processen ‘We hebben meegedacht over wat ‘Delta’s in transitie’ betekent voor Rotterdam, voor Nederland en de wereld. Wat is de goed afstemt, ga je vanzelf duurzamer werken. erfenis en wat is vooral de opbrengst van de Worldexpo? De Expo 2025 is niet het einddoel, naar we zien die als een Just in time betekent ook efficiënter omgaan tussenstap in ontwikkelingen richting 2050. Het leuke is dat onze ideeën ook in het plan zijn opgenomen.’ Techniek Bouw Infra met materiaal. Daar valt winst te behalen.’ 36 TBI JAARMAGAZINE 2014
TBI Holdings B.V. Postbus 23134, 3001 KC Rotterdam Wilhelminaplein 37, 3072 DE Rotterdam T: 010 – 290 85 00 | F: 010 – 486 57 88
[email protected] www.tbi.nl © Maart 2015 TBI Holdings B.V., Rotterdam Fotoverantwoording Amstelside (pagina 33) • ANP Photo (pagina 25) • Theo Berends Fotografie (pagina 29) • Jeroen Dietz (pagina 32) • Vincent van Dordrecht (pagina 5, 17, 31) • Claire Droppert (pagina 15) • Ossip van Duivenbode, Rotterdam Image Bank (pagina 17) • Hollandse Hoogte (pagina 25) • Ronald Tilleman (pagina 27) • Ruud Jonker Fotografie (pagina 13) • Christiaan Krop (pagina 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 15, 18, 19, 20,21, 22, 31, 34, 35, 36) • Rotterdam Image Bank (pagina 14, 15, 16, 17) • Spoorzone Delft (pagina 10, 11) • Kees Stuip Fotografie (omslag, pagina 24, 25, 26, 27) • TBI (pagina 12, 13, 16, 17, 23, 28, 30, 31)
MAAK DE TOEKOMST
Als groep van ondernemingen is TBI gefocust op de toekomst. TBI bouwt immers niet alleen aan de toekomst; TBI maakt de toekomst. Gebouwen, woningen, tunnels en bruggen die generaties lang bijdragen aan de kwaliteit van werken, wonen en leven. Daarom beschouwen we duurzaamheid van
essentieel belang. Zowel in de ontwikkeling als in de realisatie van projecten. MAAK DE TOEKOMST