Leidsche Rijn Monitor 2003 Mattijs Numans (Dr M.E. Numans, namens de projectgroep Leidsche Rijn Gezondheidsproject: D.E. Grobbee, A.W.Hoes, T.J.M.Verheij, A.J.P.Schrijvers, E.van Ameijden, M.E.Numans) Gezonde Zorg in Leidsche Rijn Inleiding In Leidsche Rijn, als nieuw stadsdeel van Utrecht, is er met het groeien van de bevolking steeds meer behoefte aan goed functionerende eerstelijnsgezondheidszorg. Daarvoor zijn al jaren geleden plannen gemaakt, toen het ernaar uitzag dat de wijk het zonder ziekenhuis zou moeten stellen. Het uitgangspunt is dat de zorg laagdrempelig is, gemakkelijk toegankelijk voor alle wijkbewoners, dus dichtbij huis en tegelijkertijd multifunctioneel en professioneel opgezet. Inwoners moeten er terechtkunnen voor preventie, informatie en voorlichting én voor diagnose en behandeling zowel op het somatische, het psychische als het maatschappelijke vlak. Als basis voor een goed functionerende eerstelijnsgezondheidszorg is samenhang en continuïteit in verschillende elementen van zorg essentieel, waaronder met name de huisartsgeneeskundige zorg, farmacie, fysiotherapie, wijkverpleging en psychosociale hulpverlening (maatschappelijk werk). Vanaf het begin is het ook de bedoeling geweest de eerstelijns zorg goed aan te doen sluiten op de tweedelijns (specialistische, ziekenhuis) zorg waarover in Leidsche Rijn zou kunnen worden beschikt. De natuurlijke tweedelijns partner voor de huisartsen in Leidsche Rijn is het MESOS Medisch Centrum, dat in haar nieuwbouw in 2008 de functionaliteit van de locaties ziekenhuis Overvecht en ziekenhuis Oudenrijn zal combineren in de nieuwe vestiging in Leidsche Rijn. In Leidsche Rijn worden niet alleen de nieuwste inzichten toegepast op het gebied van wonen, werken en voorzieningen, maar ook wat betreft de inrichting en de structuur van de gezondheidszorg. Dit laatste verloopt echter nog niet naar verwachting. Naast bestuurlijke en organisatorische problemen en vertraging in de infrastructurele ontwikkeling van de wijken van Leidsche Rijn zelf, wordt de situatie bemoeilijkt door een toenemend tekort aan huisartsen en veranderende voorwaarden waaronder huisartsen en andere disciplines in de eerste lijn wensen te werken.
De ontwikkeling In het oorspronkelijke masterplan Leidsche Rijn wordt voor gezondheidszorgvoorzieningen 1,5 hectare grond gereserveerd. In het gebied zal, aldus het masterplan, naar verwachting werk zijn voor 32 tandartsen die merendeels praktijk aan huis zullen hebben. De bij de geplande bevolkingsomvang berekende 36 “formatieplaatsen” huisartsen zullen volgens de in het masterplan neergelegde verwachting in clusters samen worden gevestigd in gezondheidscentra. Er is in de aanvangsfase van Leidsche Rijn uitdrukkelijk geen draagvlak voor de bouw van een ziekenhuis, wel wordt er in het plan gesproken van een ‘buitenpoli’, gelieerd aan de bestaande ziekenhuizen in en om de stad. Er wordt vooral gestreefd naar ontwikkeling van een integrale visie op de gezondheidszorg en een gemeenschappelijke vestiging van gezondheidszorgvoorzieningen. Enkele jaren na het oorspronkelijke masterplan, in 1999, verschijnt de actualisatie van de Ontwikkelingsvisie op Leidsche Rijn. Inmiddels is het dan zover dat wordt gestreefd naar de realisatie van een medisch centrum onder de naam MESOS. Dit ziekenhuis zal worden gebouwd ter vervanging van de ziekenhuizen Overvecht en Oudenrijn in de stad Utrecht en het zal een plek moeten vinden aan de westkant van de A2 in het ‘Utrechtse deel’ van Leidsche Rijn. In het denken over de gezondheidszorg in Leidsche Rijn lijkt zich aldus in een paar jaar tijd een complete omwenteling te hebben voorgedaan, terwijl de eerste woningen al werden opgeleverd en de eerste bewoners de wijk in trokken. De gezondheidszorg in Leidsche Rijn, wel of geen ziekenhuis? Voor Leidsche Rijn werd door Prof. dr. Guus Schrijvers een grootschalig plan voor ‘Geïntegreerde Eerstelijnszorg in Leidsche Rijn’ (GEL) ontwikkeld. De zorg in Leidsche Rijn zou vanuit een zevental ‘gezondheidscentra nieuwe stijl’ plaatsvinden. In die centra zouden de verschillende disciplines (huisartsen, thuiszorg, community health, maatschappelijk werk, verloskundigen, apotheker) na een gemeenschappelijke intake, de verschillende hulpvragen behandelen. ‘Ontschotting’ en ‘Integratie’ waren de leidraad, waarlangs vervolgens op een aantal deelgebieden voorwerk werd verricht. Er was in dit stadium sprake van de ontwikkeling van een ‘cottage hospital’ (bedden onder de hoede van de huisartsen in de wijk), gecombineerd met eerste hulp faciliteiten, multifunctionele eerstelijns steunpunten voor benodigde aanvullende (verplaatsbare) diagnostische faciliteiten, geavanceerde consultatiemogelijkheden tussen eerste en tweede lijn, sterk met ICT ondersteunde thuiszorg etc.
Vrijwel parallel aan de ontwikkelingen van de plannen voor de eerste lijn, vond een adviestraject plaats ten behoeve van de gezondheidszorg in de provincie Utrecht, waarbij ook bureau Berenschot was betrokken. Het advies van Berenschot aan de provincie onderschreef de plannen van Schrijvers voor Leidsche Rijn grotendeels: een ziekenhuis is niet nodig, streef vooral naar geïntegreerde voorzieningen. Het werd wel steeds duidelijker dat het ‘neven’advies de twee ziekenhuizen aan de westkant van Utrecht (Oudenrijn en Overvecht) te doen fuseren onder de hoede van het Antonius in Nieuwegein, alsnog tot nieuwbouw zou moeten leiden. Na ampele discussie is vervolgens een plan ontwikkeld voor het nieuwe ziekenhuis Mesos Medische Centrum, dat groen licht kreeg voor nieuwbouw op voorwaarde van gestructureerde intensieve samenwerking van huisartsen, specialisten en thuiszorg in de vorm van “ketenzorg”. De eerste lijn Voor de praktische ontwikkeling van de eerstelijns zorg in Leidsche Rijn is in 1998 de stichting Gezondheidscentra Leidsche Rijn (GLR) opgericht. De stichting GLR heeft ervoor gezorgd dat de eerste bewoners per 1 maart 1999 bij een huisarts terechtkonden in de voorlopige voorziening van het eerste gezondheidscentrum (Parkwijk). Op 1 januari 2000 is de tweede huisarts aangetrokken, die in de voorlopige voorziening van het tweede gezondheidscentrum (Veldhuizen) is gevestigd. Inmiddels zijn medio 2003 in de gezondheidscentra, nog steeds in de voorlopige voorzieningen, een tiental huisartsen (merendeels in deeltijd) aan het werk in een populatie van ca 14.000 ingeschreven bewoners van Leidsche Rijn. Gezondheidscentrum Veldhuizen betrekt naar verwachting in het najaar van 2003 haar nieuwe vestiging op de begane grond van een van de appartementencomplexen in Veldhuizen. De nieuwbouw van gezondheidscentrum Parkwijk zal nog enige tijd op zich laten wachten en de capaciteitsproblemen nopen tot uitbreiding met meer tijdelijke vestigingen in dit gebied. Voor het derde en vierde gezondheidscentrum, gericht op de wijken Vleuterweide en Terwijde zijn de tijdelijke voorzieningen in ontwikkeling. Vele organisatorische en bestuurlijke problemen in de ontwikkeling van de gezondheidszorg, maar ook vertraging in de opbouw van de diverse deelgebieden van de wijk Leidsche Rijn en de landelijke discussie over plaats en mogelijkheden en financiering van de
eerstelijns zorg hebben ondanks het enthousiasme en de pioniersgeest van de werkers, geleid tot een niet altijd even voortvarende start. De bewoners en hun gezondheid In Leidsche Rijn is sinds enkele jaren dankzij een universitair initiatief door het Julius Centrum van het UMC het Leidsche Rijn Gezondheidsproject opgezet (www.lrgp.nl). Er nemen aan dit project inmiddels ruim 5000 bewoners deel. Het LRGP is opgezet als infrastructurele voorziening met behulp waarvan de gezondheid van de inwoners van Leidsche Rijn in kaart kan worden gebracht en in samenwerking met de huisartsen in de loop van de tijd gevolgd. Het project dient meerdere doelen: de bewoners zelf zijn erbij gebaat omdat zij een check-up van hun gezondheid krijgen. De huisarts is ermee geholpen omdat hij door het groepsgewijze onderzoek weet hoe het met de gezondheid van alle patiënten in de wijk is gesteld en kan beschikken over een up-to-date gezondheidsmeting van zijn patiënten. Deze gegevens kunnen vervolgens worden gebruikt om vast te stellen welke voorzieningen in Leidsche Rijn nu en in de toekomst nodig zijn. En tenslotte zal door de bevolking van Leidsche Rijn nationaal en internationaal worden bijgedragen aan de ontwikkeling van medische en daaraan verwante wetenschappelijke kennis op een manier die niet eerder in Nederland is mogelijk geweest. Vorig jaar werd een eerste deelanalyse gedaan met de gegevens van de bewoners. De steekproef van deelnemers aan het Leidsche Rijn Gezondheidsproject kenmerkt zich ten opzichte van de bewoners van andere delen van de stad door een lager percentage chronische aandoeningen. Sommige chronische aandoeningen komen in het algemeen wat vaker voor bij de relatief jongere bevolkingsgroepen die in Leidsche Rijn overheersen. Die aandoeningen worden dan ook in Leidsche Rijn relatief vaker gemeld dan elders in de stad. Het gaat daarbij met name om astma/COPD en migraine. In Leidsche Rijn wordt wel relatief weinig gerookt in vergelijking met de rest van de stad. Op het gebied van luchtwegaandoeningen en de relatie daarvan met de woonomgeving kan dus in de toekomst in Leidsche Rijn veel onderzoek worden gedaan. De eerste stappen op dat gebied zijn inmiddels gezet: in Terwijde wordt het cluster allergeenarme woningen dat dit jaar wordt opgeleverd, als voorziening in het kader van het Leidsche Rijn Gezondheidsproject door het Julius Centrum in samenwerking met de GG&GD en andere onderzoeksgroepen van de Utrechtse Universiteit geëvalueerd. Een ander voorbeeld van luchtwegonderzoek dat in Leidsche Rijn
plaatsvindt in het kader van het Leidsche Rijn Gezondheidsproject, is het vorig jaar in Parkwijk begonnen ‘Whistler onderzoek’ van het Julius centrum en het Wilhelmina Kinderziekenhuis (WKZ). Daarin wordt de longfunctie van hele jonge kinderen bestudeerd als uitgangspunt voor het optreden van luchtweginfecties en astmatische aandoeningen in de eerste levensjaren. De eerste 250 kinderen zijn voor dit project als deelnemer inmiddels aangemeld en een eerste analyse leerde dat in Leidsche Rijn jongetjes in ieder geval duidelijk vaker luchtweginfecties hebben dan meisjes. De bewoners en hun wensen In 2001 werd in samenwerking met het Provinciaal Patienten en Consumenten Platform Utrecht een representatieve steekproef van de bewoners via het Leidsche Rijn Gezondheidsproject geënquêteerd over hun tevredenheid en wensen t.a.v. de gezondheidszorg in Leidsche Rijn. Zij onderschreven de potentiële voordelen van samenwerking van verschillende disciplines in de gezondheidscentra. Maar met name werd gemeld dat verschillende hulpverleners en voorzieningen in het gezondheidscentrum werden gemist. Veruit het meest is de tandarts genoemd als ontbrekende voorziening. Het is bij aanvang van de planning van de gezondheidscentra niet gelukt de tandartsen in de regio tot participatie te brengen, hetgeen blijkbaar nog steeds als een gemis wordt ervaren. Andere voorzieningen die meerdere malen zijn aangegeven als relatief onbereikbaar zijn de apotheek, specialisten en een EHBO-post. In Parkwijk is de apotheek op dit moment nog op een andere plaats gevestigd dan het gezondheidscentrum. In de toekomst zal dat veranderen. De samenwerking met de tweede lijn heeft nog niet geresulteerd in transmurale consultatie van specialisten in de gezondheidscentra of van huisartsen in het ziekenhuis. Wellicht zal dat gemakkelijker te arrangeren zijn als het nieuwe Mesos Medisch Centrum daadwerkelijk in Leidsche Rijn gevestigd is. Hetzelfde geld voor de spoedeisende hulp. Onder de wensen van bewoners viel ook op dat het toenemend gebruik van internettechnologie in de gezondheidszorg door velen zou worden toegejuicht, in eerste instantie als informatiebron, in de nabije toekomst ook in de vorm van het maken van afspraken of het hebben van consultaties per email. De toekomst In breed overleg (Gemeente Utrecht, AGIS, DHV, Mesos Medisch Centrum / Rhijnhuysen, Julius Centrum / UMC Utrecht) zijn mogelijke oplossingen voor de
problematiek van de gezondheidszorg in Leidsche Rijn besproken. Ook na bijna vijf jaar is aan een aantal geformuleerde doelstellingen en wensen van de bewoners onvoldoende vormgegeven. Het gaat dan met name om de kwaliteit van de organisatie, huisvesting, innovatie en planning. De genoemde partijen zijn gezamenlijk van mening dat onveranderde voortzetting van de huidige stichting GLR onvoldoende perspectief biedt voor realisatie van een adequate en optimale eerstelijnszorg (huisartsenzorg en ook aangrenzende eerstelijns zorg zoals fysiotherapie) in Leidsche Rijn. Naar aanleiding daarvan is een ontwikkelingsplan tot stand gekomen waarin met name Mesos Medisch Centrum en het Julius Centrum gezamenlijk borg staan voor de verdere opbouw van een kwalitatief hoogstaande eerstelijns zorg. De Districts Huisartsen Vereniging (DHV) en de GG&GD ondersteunen dit initiatief. Trefwoorden zijn kwaliteit en continuïteit. Kwaliteit in huisartsgeneeskundige en fysiotherapeutische zorg kan worden geboden door een combinatie van aantrekkelijkheid voor jonge huisartsen om in de wijk te werken met de inbreng van ervaring en kennis door ervaren huisartsstafleden van het Julius Centrum. Continuïteit kent meerdere dimensies. In de eerste plaats continuïteit van patiëntenzorg door intensieve samenwerking met de andere “zorg” schakels in de “zorg” keten. Hiertoe is afstemming nodig via het beleidsoverleg Zorg Leidsche Rijn en met de overige zorgaanbieders. Continuïteit raakt echter ook aan het dreigende tekort aan huisartsen in Nederland. In het voorstel wordt op een drietal manieren getracht continuïteit van huisartsenzorg te waarborgen. In de eerste plaats door ruim baan te geven aan het initiëren en evalueren van vernieuwende vormen van zorg waarin naast de traditionele huisarts plaats is voor andere professionals en zorgaanbieders om in onderlinge afstemming een optimaal spectrum aan zorg te kunnen bieden. In de tweede plaats door gebruik te maken van de opleidingscapaciteit van de Utrechtse opleiding tot huisarts waar jaarlijks 40 nieuwe huisartsen worden geregistreerd. Naast directe toegang tot deze instroom zijn er mogelijkheden om huisartsen in opleiding al tijdens die periode met Leidsche Rijn kennis te maken en er na de opleiding in de vorm van fellowships kortere of langere tijd aan verbonden te blijven. Ten slotte is het bieden van carrière perspectieven in de zorg, het onderwijs of het onderzoek voor de huisartsen en fysiotherapeuten die in Leidsche Rijn werkzaam zijn een belangrijk element van de plannen. Dit zal de aantrekkelijkheid van Leidsche Rijn vergroten en kunnen voorkomen dat betrokken professionals vroegtijdig hun beroep verlaten door het stagneren van hun loopbaan.
Het Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde rekent het ontwikkelen, bevorderen en aanbieden van innovatieve eerstelijnsgezondheidszorg in samenhang met de keten van zorgaanbod tot haar kerntaken. Vanuit die ambitie en competentie is zij in de afgelopen periode intensief betrokken bij het overleg van de zorgaanbieders, zorgverzekeraar en de gemeente Utrecht, om te komen tot een versterking van de gezondheidszorg in Leidsche Rijn. De initiatiefnemers hebben de overtuiging dat hierdoor niet alleen de inwoners van Leidsche Rijn verzekerd kunnen zijn van goede gezondheidszorg, maar dat de eerstelijnszorg en de flankerende zorgvormen in de wijk alsnog een rolmodel zullen gaan vormen voor de ontwikkeling van de in andere delen van het land. Ten slotte dient nog te worden vermeld dat het de intentie is om de daadwerkelijke vooruitgang die in Leidsche Rijn kan worden geboekt niet alleen ten goede te laten komen aan de wijk zelf maar dat ook een positieve uitstraling kan worden bereikt naar andere delen van stad Utrecht. Het Leidsche Rijn Gezondheidsproject Het LRGP is inmiddels voor veel bewoners een bekend en terugkerend onderdeel van het leven in Leidsche Rijn. Langzamerhand nemen steeds meer bewoners deel aan dit project en langzamerhand maken steeds meer betrokkenen kennis met de verworvenheden van dit project. Dankzij de voorgenomen veranderingen in de gezondheidszorg kan het project nog meer integraal een onderdeel gaan vormen van de gezondheidszorgvoorzieningen voor Leidsche Rijn. Dat zal de functie van het project als multidisciplinair platform voor beleid en wetenschappelijke evaluatie van de ontwikkelingen in de bevolking van Leidsche Rijn vooral ten goede komen.
Referenties • Ketenzorg met Wetenschap in Leidsche Rijn, Medisch contact 2000 • Ontwikkelingsplan voor optimale huisartsenzorg en fysiotherapie in Leidsche Rijn 2003 • Numans ME. Nieuwe Zorg, nieuwe zorgen. Gezondheidszorg in Leidsche Rijn. In: van Eldert B, Leidsche Rijn Monitor 2000, Viva Vinex?. • Numans ME, van Wezel P. Gezondheidszorg in Leidsche Rijn; wat willen de bewoners en hoe gaat het? In Mijdam A: Leidsche Rijn Monitor 2001, Op tijd naar Kwaliteit.
• •
•
Numans ME. Gezondheid, een zorg voor de dokter? In: Venderbosch M, red. Leidsche Rijn Monitor 2002, naar realistische ambities Grobbee DE, Hoes AW, Verheij TJM, Schrijvers AJ, van Ameijden E, Numans ME. Het Leidsche Rijn Gezondheidsproject: zorgvernieuwing toetsen met dagelijks verzamelde gegevens. In: Schrijvers AJ, Oudendijk N, de Vries P, Hageman M, red. Moderne Patiëntenzorg in Nederland. Elsevier Gezondheidszorg, Maarssen 2002. www.lrgp.nl