Leid ze naar Christus Chip Brogden Het doel van elke bediening die door de Geest geleid wordt, is mensen tot Christus te brengen. Ik wil deze uitspraak analyseren en uitleggen wat ik ermee bedoel. Als wij geen doel voor ogen hebben, zullen wij geen doel bereiken. Er zijn Christelijke werkers die spreken van een doel, anderen van een visie, weer anderen van een roeping of een last. Welke terminologie u ook wilt gebruiken, u moet weten waar God met uw leven heen wil. Nu kan ik de stoute schoenen aantrekken en u vertellen dat ik al weet waar God met uw leven heen wil. Hoe is dat mogelijk als ik u zelfs nog nooit ontmoet heb? Ik kan met vrijmoedigheid zeggen dat ik weet, waar God op uit is met uw leven, omdat Zijn doel met mijn leven hetzelfde is, en dat doel is hetzelfde voor alle heiligen. Het is Gods uiteindelijke doel en datgene wat Hij met uw leven hoopt te bereiken. Wij zijn DE naar Zijn voornemen GEROEPENEN, om gelijkvormig gemaakt te worden aan het beeld van Zijn Geliefde Zoon: DE GEROEPENEN moeten de GELIJKVORMIGEN worden. Wat een hoge en edele roeping! Ik ben verbaasd en bedroefd over het aantal Christenen dat geen doel, geen oogmerk heeft, geen visie die hun alles verterende verlangen is, geen andere motivatie dan vol te houden tot de volgende samenkomst. Wij behoren hierover verdriet te hebben en rouw te bedrijven. Ik heb soms de neiging naar deze kostbare gelovigen toe te gaan, ze vastpakken en ze eens goed door elkaar te schudden! Wordt wakker, u die slaapt, en Christus zal over u lichten! Sta op en zorg dat u uw bestemming bereikt! Er is een lotsbestemming en Paulus noemde dat “de prijs der roeping Gods … in Christus Jezus”. Christelijke broeder en zuster, alleen maar overleven schiet tekort bij het doel dat God met uw leven heeft. BEDIENING DOOR DE GEEST GELEID Wat is een bediening? Het is de dienst die wij eerst aan de Heer brengen en dan pas aan anderen. David diende eerst de Heer met zijn harp, en daarna pas Saul met zijn harp. De gelovigen in Antiochië dienden eerst de Heer in gebed en vasten, en daarna pas elkaar. Laten wij erkennen dat onze dienst als eerste voor de Heer bestemd is, en niet voor mensen. U bent misschien al eens in een situatie geweest waarin de mensen voorrang kregen, en het werk zo omvangrijk werd en de noden zo groot dat u uw dienst aan de Heer verwaarloosde. Het duurde niet lang of u voelde zich leeg van binnen. Dit is wat er gebeurt als wij ons uitstrekken naar onze naaste in plaats van naar boven. Ik vind de manier waarop Jezus Zijn discipelen uitkoos prachtig en de reden waarom zij uitgekozen werden:”… opdat zij met Hem zouden zijn en uit zouden gaan om te prediken.” Uitgezonden worden was afhankelijk van het bij de Heer geweest zijn. Prediken was een keuze-item, maar het bij Hem zijn was het eerste doel. Als ze aan de voorwaarde van het met Hem zijn voldoen, dan hebben zij ook wat te vertellen wanneer zij uitgaan. Natuurlijk herinneren wij ons hoe Jezus de menigte achterliet en vertrok naar een eenzame plaats, waar Hij gemeenschap met de Vader kon hebben. Het spreekt vanzelf dat als Jezus het nodig achtte bij de Vader te zijn, hoeveel te meer moeten dan wij, zwak als wij zijn, het noodzakelijk vinden bij de Vader te zijn! Als onze bediening door de Geest geleid wordt, dan brengt die het Leven voort. ”Mijn Woorden zijn Geest en zijn Leven.” Hoe merken wij dat, dat wij door de Geest geleid 1
worden? Wij hoeven alleen maar toe te zien of er Leven uit voortkomt, want waar de Geest des Heren is, daar is vrijheid. Het Leven vloeit voort uit ons innerlijk wezen. LEID MENSEN TOT CHRISTUS Wij hebben het nu gehad over wat een door de Geest geleide bediening is, en wij hebben het gehad over een doel. Wat is dat doel? Het doel is mensen tot Christus te leiden. Laten wij dit nu eens nader bezien. Als wij de woorden “leid mensen tot Christus” horen, zijn wij geneigd te denken aan tentcampagnes, evangelisatiediensten en zendingsreizen. Ik wil uw horizon wat verruimen en u tonen dat Gods enige doel is ons tot Christus te leiden, niet één keer, maar onophoudelijk, elk uur en elke minuut van iedere dag. Net als een rondtollend kompas uiteindelijk het noorden aanwijst, net zo regelt de Heilige Geest ons leven zo en richt Hij onze schreden zo, dat wij voortdurend teruggebracht worden naar ons “ware noorden”, afgestemd en geconcentreerd op CHRISTUS, en wij worden voortdurend met de neus gedrukt op het feit dat Hij ons genoeg is, dat Hij de Leidsman en Voleinder van ons geloof is, dat wij compleet zijn in Hem, en met Hem gezeten zijn in de hemelse gewesten. Als gelovigen moeten wij elkaar altijd aanmoedigen en oproepen, en zowel de zondaar als de heilige TERUGBRENGEN NAAR CHRISTUS (de eerste of de duizendste keer), terug naar de Bron, terug naar het Leven. Mag ik mijn eerst opmerking van hierboven herhalen? Het doel van elke door de Geest geleide bediening is mensen TOT CHRISTUS te leiden, hardnekkig, en zonder te verslappen, elke kans uitbuitend om hun het Getuigenis van Jezus Christus te brengen. Paulus zei dat wij niet onszelf prediken, maar Christus. Elke poging om een eigen aanhang te creëren moet rigoureus gesmoord worden. Er mag geen gelegenheid gegeven worden om zelf eer te ontvangen, of in de werken van onze eigen handen. Als onze bediening, ons werk, onze dienst niet onafgebroken Christus de superioriteit geeft, als die niet constant de aandacht van ons afleidt en op Hem vestigt, dan kunnen wij wat wij doen niet het werk van de Heer noemen. Er is maar één werk, en dat werk is mensen tot Christus te leiden van de slechtste heiden tot de heiligste heilige en de aandacht af te leiden van de mens. EEN WOORD VOOR PREDIKANTEN Toen Paulus en Barnabas in Lystra het evangelie predikten, bevestigde God hun boodschap door een kreupele man te genezen. Toen de mensen dit zagen, troffen zij voorbereidingen om als daad van aanbidding offers te brengen aan Paulus en Barnabas. Hoe reageerden de apostelen? De Schrift zegt dat zij in wanhoop hun kleren scheurden en hun best deden de aanbidding van henzelf af te leiden en op de Heer te richten. Zij hielden de mensen tegen tijdens hun plan aan hun die eer te bewijzen. Wat geweldig! Fantastisch! Wat een kostbaar goddelijk voorbeeld hebben wij in deze twee broeders. Laten wij standvastig elke poging van de mens om ons zo te verheffen en te aanbidden weerstaan. Mag ik u voorgangers, leraren en predikanten die zo op de voorgrond treden, iets zeggen, of u nu alom of slechts weinig bekend bent, internationaal gevraagd of niet? Als u een ware man of vrouw Gods bent, dan zult u de aandacht van uzelf afleiden en ze op Christus wijzen. Sommigen onder u verwachten niet echt van de mensen dat zij u verheerlijken, maar u doet ook niet uw uiterste best om dat te verhinderen. Uw passieve aanvaarding van verering door een menigte mensen neemt superioriteit weg van Christus. Als u zo doorgaat zult u de vorderingen die al gemaakt heeft in uw bediening, weer kwijtraken. Ik raad u aan u te bekeren, uw klederen te scheuren en uw volgelingen op te 2
roepen hun oog van u af te wenden en op Christus te richten. U bent niets. Als u Hem vanaf het begin getrouw had verheerlijkt, zou u zich niet op de gevaarlijke grond begeven hebben waar u nu op staat. Bekeer u en neem een besluit Hem voortaan de superioriteit te geven, al kost het u uw bediening. Wij kunnen niet verhinderen dat mensen in een opwelling offers aan ons willen opdragen, maar wij hoeven het ook niet over onze kant te laten gaan. Paulus en Barnabas demonstreerden in woord en daad dat zij slechts dienstknechten waren van de Allerhoogste. Toen de Korintiërs later beweerden volgelingen te zijn van Paulus, Petrus of Apollos, wendde Paulus getrouw hun aandacht van hen af. “Wie is Paulus? Wie is Apollos? Wie is Petrus? Zijn wij voor jullie gekruisigd? Zijn jullie ingedoopt in onze naam?” Deze fout maakte Paulus nooit, altijd gaf hij aan Christus in alle dingen de superioriteit. Daardoor draagt zijn bediening vandaag de dag nog steeds vrucht. Een bediening die is opgebouwd rond één man of één vrouw, houdt niet meer dan een paar jaar na hun dood stand. Paulus heeft natuurlijk ook gezegd:”Volg mij na, zoals ik Christus navolg.” Maar kijk hoe hij het formuleert. Het is heel duidelijk. Hij zegt:”Volg mij na, ZOALS ik Christus navolg.” En niet:”Volg mij na omdat ik de apostel Paulus ben.” Op elk willekeurig moment kon een jonge Christen naar Paulus kijken en zien of Paulus Christus ook werkelijk navolgde. Als Paulus Christus navolgde, dan wist hij dat hij met een gerust hart Paulus kon navolgen. Als Paulus Christus niet navolgde, waren zij van elke verplichting ontslagen hem na te volgen. Eigenlijk zegt Paulus:”Op het moment dat Christus niet meer de Superieure is in mijn leven, hou dan op met mij na te volgen.” Wat is dit fantastisch! Ergens anders zegt hij:”De dingen die u van mij heeft geleerd, ontvangen, gehoord en gezien heeft in mij, doe dat, en de God des vredes zal met u zijn.” En wat deed hij zelf? “EEN DING doe ik, vergetende hetgeen achter mij ligt en mij uitstrekkende naar het geen voor mij ligt, jaag ik naar het doel om de prijs der roeping Gods, die van boven is, in Christus Jezus … Ik verheug mij in Christus en vertrouw niet op mijzelf. … Ik ben een levende dode, en mijn echte leven is te vinden in Christus. … Ik roem in mijn zwakheden.” Ik wil u iets zeggen over deze man Paulus. Hij werd verteerd door Christus, en alleen een man die zo verteerd wordt, is een geschikt voorbeeld om na te volgen. Zijn meeste gelukkige brief, aan de Filippenzen, is geschreven vanuit de gevangenis. Op zijn lichaam zaten niet minder dan 195 littekens die hij had opgelopen door de vijf maal veertig min één geselslagen, om nog maar niet te spreken van de kneuzingen, snijwonden en gebroken beenderen, opgelopen tijdens stenigingen, en toen hij voor dood achtergelaten, met stokken geslagen en bijna gevierendeeld was door een boze menigte. Een man die in zijn lichaam de merktekenen draagt van de Here Jezus, kun je met een gerust hart navolgen. Zijn wonden maken hem geloofwaardig. Deze man heeft Iemand gezien. Ik wil weten wat een man ertoe aanzet dagelijks te sterven voor wat hij gelooft. Dit is iets bovennatuurlijks. Dit gaat verder dan een beetje kippenvel op zondagochtend, of een klein beetje sensatiegevoel dat wij van tijd tot tijd hebben als de muziek heel mooi klinkt. Paulus was een man met een doel voor ogen, iets om voor te leven, iets om voor te sterven; en dat doel was in Christus bevonden te worden en mensen tot Christus te leiden. Hij zei:”Volg mij na zoals ik Christus navolg.” Maar hij keek nooit om om te zien hoeveel mensen hem ook echt volgden. Hij weet waar hij naartoe gaat, en als jij daar wilt komen, dan volg je of je raakt achterop. Hij heeft maar één passie: Christus. HET GESCHENK VAN DE BEDIENING 3
Laten wij eens nadenken, niet over gaven in de bediening maar over de gave van de bediening. Het vermogen om te dienen, dat u van God gekregen heeft, is op zich al een gave, omdat de meeste mensen gediend willen WORDEN. Er wordt veel gesproken over de vijf- of viervoudige bediening. Mensen willen weten wat hun gave is, zodat zij iets op hun visitekaartje kunnen zetten. Zij willen iets in gouden letters op hun Bijbel zien staan. Ik heb een keer zoʼn Bijbel gezien en de titel en de naam in het goud waren zo lang dat het er nauwelijks op paste. Ik ben er nooit achter kunnen komen wat mijn bedieningsgave is. Ik kon er gefrustreerd over raken. Het ene moment denk ik dat een leraar ben, en dan zegt iemand tegen me dat ik het hart van een herder heb, en dan hoor ik weer dat ik de mond van een evangelist heb, en dan weer dat ik de boze blik van een profeet heb, en weer een ander vertelt mij dat ik de openbaring van een apostel heb. Ik weet niet wat ik op mijn visitekaartje moet zetten. Tot ik erachter kwam dat het er niet toe deed! Ik raakte geboeid door de Gave in plaats van de gaven! Mijn Gave is Christus: Omdat ik Hem heb, heb ik alles (echter niet ik, maar Christus in mij). En wat ik verder nog ben, is aan Hem, en Hij zal het uitwerken zoals het Hem goeddunkt. Zonder u ooit ontmoet te hebben kan ik u zeggen dat uw Gave Christus is. Maar hoe die Gave door u heen tot uiting komt, is natuurlijk iets wat u zelf moet ontdekken. Ik wil u alleen aanmoedigen Hem niet in een bedieningsdoosje te stoppen en te zeggen:”Ik ben zus, en dus kan ik nooit zo worden.” Vriend, u bent zelf niets, en Hij is alles, en je kunt nooit weten hoe Hij een overgegeven vat zal gebruiken. Maar laten wij, omwille van de bespreking hier, eens kijken naar wat wij tot nu toe geleerd hebben en met het oog op de vijf-/viervoudige bediening eens kijken, waar wij naar op zoek moeten gaan in iemand die beweert dat hij of zij leraar, herder, evangelist, profeet of apostel is. Niet vergeten, dat elke door de Geest geleide bediening tot doel moet hebben mensen tot Christus te leiden: voortdurend de aandacht van zichzelf af te leiden, alle aandacht om te leiden en op Hem te richten. Wat betreft de zogenaamde bedieningsgaven vertelt de Schrift ons dat zij zijn gegeven “tot opbouw van de heiligen die in het Lichaam van Christus zijn.” Laten wij die gaven eens nader bezien. LERAAR Hoe benadert de leraar zijn bediening? Een leraar realiseert zich dat hij niets te onderwijzen heeft dan alleen wat de Geest onderwijst, want Hij is de Leraar en Hij is de Waarheid. Zij onderwijzen het Lichaam niet met een veelheid aan boodschappen, gedachtes, meningen en visies. Als zij naar de Geest opzien om woorden, en de Geest altijd getuigenis aflegt van Christus, waar zal het onderwijs dan over gaan? Het zal mensen een diepere kennis bijbrengen over de Here Jezus. Men mag er niet van uitgaan dat men het Lichaam onderwijst zoals men een klas op de middelbare school of de universiteit onderwijst. Wij leren niet om anderen te imponeren met een vleselijk vertoon van kennis. De leraar houdt geen academische oefening met de studenten, maar hij leidt mensen dieper in Christus binnen door de Schrift te onderwijzen en spreekt daarbij woorden van Geest en Waarheid, waardoor de hoorders Leven ontvangen. Wanneer wij spreken, moeten wij beslissen of wij uit ons hoofd of uit onze geest spreken. Het eerste is erop gericht intellectuele kennis door te geven, het laatste houdt zich bezig met openbaring. Het eerste is dood, terwijl het tweede Leven voor het Lichaam is. 4
Wij moeten zover komen dat wij ophouden met de voedingswaarde van het eten te ontleden, het menu te analyseren en te bestuderen onder de microscoop en recepten uit te wisselen. Het Lichaam heeft tastbaar vlees, brood, water, melk en honing nodig. Streef ernaar de mensen ook werkelijk te voeden in plaats van alleen maar over het eten te praten. De mensen hebben honger. GEEF ze eerst Leven, en analyseer het dan als je dat wilt. Ik zat altijd te mopperen en te klagen dat “niemand” mijn boodschappen wilde horen. Dat kan waar zijn als wij iets anders brengen dan Christus. Maar als wij Christus spreken, dan zal iedereen het willen horen, of zij dat nu doorhebben of niet. De mensen verlangen wanhopig naar het Woord des Levens dat u bij u draagt. Klopt, niet iedereen zal luisteren, iedereen heeft in ieder geval de mogelijkheid te luisteren, en er luistert altijd wel iemand. Misschien kunt u het verschil niet met woorden beschrijven, maar luister maar eens naar een paar mensen en u zult snel ontdekken wie de openbaring van Christus heeft en wie niet. Ofwel is er Leven of het is er niet. Ofwel gaat u weg alsof u een volledige maaltijd gehad heeft, ofwel u gaat weg met een hongerig gevoel. Moge God ons het verschil tonen. HERDER Hoe benadert de herder zijn bediening? Hij (of zij) zal zich realiseren dat de Heer de Grote Herder is, en dat hij zelf een ondergeschikte is, niet veel meer dan een ouder schaap. Natuurlijk zal iemand met een herdershart (of hij nu als zodanig erkend wordt of niet) over de schapen waken, ze liefhebben, beschermen en bij elke gelegenheid bemoedigen. O, wat is de kudde vaak misbruikt door de zogenaamde herders. Zonder dat iemand het merkte zijn wolven de kudde binnengedrongen en hebben zij er een aantal verslonden. Hoe kunnen wij een echte herder herkennen? Door in te zien dat een herder meer doet dan waken over de schapen. Een echte herder zal de schapen wijzen op de Goede Herder, ze naar Christus leiden, ze de smalle weg opleiden en in de schaapskooi brengen, opdat het Een Kudde zij onder Een Herder. Lees Johannes 10 zelf a.u.b. en let vooral op de woorden “een kudde en een herder” in vers 16. Zoals u ziet, houdt herderschap meer in dan mijn eigen kleine kudde te hebben met mij als hun eigen kleine herder. Als wij eenmaal inzien, dat er eigenlijk maar Een Kudde is met Een Herder, dan zal dat onmiddellijk de kwesties oplossen over wie, waar of hoe wij bij elkaar moeten komen. Wat eenvoudig! Het neemt alle vooroordelen binnen stromingen en over leerstellingen weg. Het rekent af met de geest van wedijver en vergroot ons hart voor de heiligen, waar zij zich ook mogen bevinden, of dat nu in het kamp is of daarbuiten. Wij ontvangen allen die door de Heer ontvangen worden, in plaats van mensen uit te ziften met theologische of leerstellige toetsen eer wij bereid zijn omgang met hen hebben. Laten wij niet “onrein” noemen wat God “rein” genoemd heeft. Ik bid de Heer dat Hij onze ogen zal openen om voor Gods aangezicht te zien, dat wij slechts Een Kudde zijn onder Een Herder. Een herder hoedt de schapen, en hij gaat de schapen voor. Waar leidt hij de schapen naartoe? De Ene Kudde binnen onder de Ene Herder, want de schapen zijn verspreid over heel de aarde en verdeeld in hun eigen sekten en hebben hun eigen eigenaardigheden. De Ene Kudde is de Ekklesia, de vergadering van eruit geroepenen die de openbaring van Christus hebben, en de ene Herder is Christus Zelf. Er is geen andere. Mediteer daarover en verruim je horizon, zodat alles wat buiten uw vier kleine muurtjes valt er ook bij hoort. 5
Wij zijn Een Kudde in Christus, en alle schapen behoren de Goede Herder toe. Niets is van ons. Als je denkt dat je eigenaar bent van ook maar één klein lammetje, dan heb je last van grootheidswaanzin. Belachelijk is het te praten over een voorganger die de schapen van een andere voorganger steelt! Alsof ze ooit aan de een òf de ander hebben toebehoord. De Here Jezus heeft niet tegen Petrus gezegd uit te gaan en wat schapen bij elkaar te trommelen, die hem dan als hun herder zouden verkiezen. Tot drie keer toe heeft de Heer gezegd:”Voed mijn lammeren!” Wie zijn lammeren? “MIJN LAMMEREN!” zegt de Goede Herder. De schapen zijn van Hem, behandel ze dus voorzichtig, of je zult erachter komen dat de Heer een stok en een staf heeft, die Hij voor meer dingen kan gebruiken. Ik herhaal, het doel is mensen tot Christus te leiden, en niet ze in jouw eigen naam en voor jouw eigen voordeel in kleine schaapskooitjes te verzamelen. Helaas, niet iedereen sluit de visie van Een Kudde en Een Herder in zijn hart, want dan moeten ze hun eigen egoïstische visie opgeven. Maar wie God kennen, zijn ervan doordrongen dat zij erbij winnen, want met het opgeven van hun eigen kleine kudde winnen zij het Koninkrijk. EVANGELIST Hoe benadert de evangelist zijn bediening? Ik vind dat als de hele onderneming alleen gericht is op het houden van samenkomsten, wat boodschappen preken, een paar oproepen te doen om naar voren te komen en wat beslissingen vast te leggen, dan raakt het zijn doel niet, nl. om mensen tot Christus te leiden. Waarom? Iedereen kan naar voren komen als hij emotioneel is aangedaan en belijdenis doen van zijn geloof. Velen zeggen ”Heer, Heer” en de Heer zal zeggen “Wie ben jij? Ik ken jou niet.” Een evangelist brengt het Goede Nieuws. Wat is het Goede Nieuws? Het Goede Nieuws is dat het compleet is, volbracht, voltooid, en het is allemaal in Christus. Als ons Goede Nieuws is dat je niet naar de hel hoeft maar naar de hemel kunt gaan, dan is er niet veel verschil met de andere religies op deze aarde. Nee, ons Goede Nieuws draait volledig om een God-Mens. Niemand anders kan hierop aanspraak maken. De Ekklesia heeft het alleenrecht op Het Getuigenis van Jezus. Weet u het geval van evangelist Filippus en de Ethiopische prins nog? De Geest des Heren leidde Filippus naar een zekere plaats waar hij de karavaan van de prins zag. Daar hoorde hij de prins hardop lezen uit hoofdstuk 53 van Jesaja. Filippus greep zijn kans en vroeg:”Begrijpt u wat u daar leest?” De prins nodigde hem uit naast hem te komen zitten. En wat deed Filippus? Uitgaande van die passage liep hij het hele Oude Testament met hem door en leidde hem tot Christus. En daar bedoel ik niet mee, dat hij hem het zondaarsgebed liet bidden. Hij leidde de man letterlijk tot Christus. God dank dat hij hem niet sprak over lid worden van de gemeente in Jeruzalem, of een zaadje van geloof in zijn eigen bediening liet investeren, of naar voren liet komen of een kaart liet ondertekenen met daarop vermeld zijn beslissing voor Christus. Hij predikte Christus. Met als gevolg dat de prins geheel uit eigen beweging tot de Heer kwam, gedoopt werd en met grote vreugde zijns weegs ging. In gesprek met de vrouw bij de bron zei Jezus:”Indien gij wist van de gave Gods en wie het is, die tot u zegt: Geef Mij te drinken, gij zoudt het Hem gevraagd hebben en Hij zou u levend water hebben gegeven.” Indien gij wist! Dit is het doel van evangelisatie. De evangelist heeft de gave mensen tot Christus te leiden (al dan niet gered) door elke gelegenheid uit te buiten. Christus was inderdaad de Volleerde Evangelist. Hij sprak over water, zaad, wijnstokken, wind, regen, vogels, rotsen, vissen, brood, wat Hij ook maar kon 6
gebruiken van de ruwe elementen uit de omgeving waar Hij dan was. Hij sprak tot het volk in de Tempel, vanuit de boot, in een huis, op een heuvel of een berg, bij het meer, aan de rivier. Overal verkondigde Hij het Goede Nieuws over Zichzelf. “Het Koninkrijk van God is als een man die op reis was … een boer die zaad zaait … een visser die zijn netten uitwerpt … een vrouw die brood aan het bakken is …” De Heer lijkt wel een eindeloze voorraad te hebben van illustraties en gelijkenissen. Ik geloof dat dit de echte gave van evangelisatie is, elke kans benutten en elk middel aangrijpen om door het Goede Nieuws mensen tot Christus te leiden, een smaakmaker zijn voor de dingen van God, pogen de zielen van mannen en vrouwen te vangen. Als u niet zonder een podium, voetlicht en orgelmuziek kunt om dit te bereiken, dan denk ik niet dat u die gave heeft. PROFEET Hoe benadert de profeet zijn bediening? Hij (of zij) weet dat het Getuigenis van Jezus de inspiratie van elke profetische uiting is. Dus is de profeet iemand die de Heer door vele omstandigheden van afbraak en opbouw kent, waardoor het Getuigenis van Jezus niet alleen in zijn mond is maar in zijn PERSOON. De profeet brengt niet zomaar een boodschap, hij of zij IS de boodschap. En die boodschap is op Christus gericht. Johannes de Doper was een profeet Gods, maar niet omdat hij met donderstem een woord van de Heer kon uitspreken. Ik kan mij niet herinneren dat hij ooit ook maar één enkele voorspelling gedaan heeft, behalve dan de openbaring over Christus. Johannes was door en door een boodschap. In zijn kleding was hij een boodschap van God; hij besloot niet op zekere dag zich op een bepaalde manier te gaan kleden. In hetgeen hij at, was hij een boodschap van God, niet bepaald zijn natuurlijke voorkeur. Zijn wijze van dopen was een boodschap van God, niet slechts bedoeld om de aandacht te trekken. De plaats bij de Jordaan was een boodschap van grote betekenis. Zijn gedrag was een boodschap van God. Wij zien een man die grondig door God onder handen genomen is. Wat hij te zeggen had, was slechts een onderdeel van de hele man, je moest hem ervaren. Hier zullen “Internetprofeten” het moeilijk mee hebben. Het gaat niet om je woorden, maar je geest. Wat was nu Johannesʼ boodschap? Hij had maar één boodschap: bekeer u en bereid u voor op Degene die machtiger is dan ik. Hij verkondigt Jezus Christus, niet zichzelf. Hij brengt ons de openbaring van Christus. En wat is zijn bedieningsfilosofie? “Ik moet minder, Hij moet meer worden.” Dit is een mooie samenvatting van hetgeen wij u proberen te vertellen. Merk alstublieft weer op dat de prediker zelf op de achtergrond komt te staan naarmate de superioriteit van Christus op de voorgrond komt. Het vat wordt overschaduwd en gaat helemaal verloren in het heldere licht van Zijn Zoon. O, wat verlangen wij naar een duidelijk profetisch woord van een man of vrouw die niet op de voorgrond wil staan! APOSTEL Hoe benadert de apostel zijn bediening? Opnieuw gaan wij naar Paulus als voorbeeld van wat een apostel is. Wat was zijn opdracht? Wat had God hem opgedragen? “… hiertoe ben Ik u verschenen om u aan te wijzen als dienaar en getuige daarvan, dat gij Mij gezien hebt en dat Ik aan u verschijnen zal …” (vgl. Handelingen 26:16). Het Griekse woord “apostolos” betekent “gezondene”. De apostel is gezonden als getuige van de openbaring van Christus. Wat is een getuige? Een getuige is iemand die iets zelf heeft waargenomen. Iets voor de rechter herhalen wat je zelf niet hebt gezien, noemt men geruchten. Dat is ontoelaatbaar. Maar een getuige legt getuigenis af van wat hij gezien en/ of gehoord heeft. Hun eigen wetten schreven de Joden voor iets voor waar aan te nemen 7
wat door twee of drie getuigen gezegd werd. Petrus en Johannes gaven een uitstekend getuigenis dat Jezus de Christus is. Maar de Joden wilden niet luisteren. In plaats daarvan bevalen zij Petrus en Johannes op te houden met prediken en onderwijzen in de Naam van Jezus. Kijk eens hoe zij op dit bevel reageerden:”Wij kunnen niet ophouden met te spreken over de dingen die wij gezien en gehoord hebben.” Ik zeg het nog eens, de openbaring van Jezus is een kwestie van zien. Wij kunnen ook zien dat de apostel alle bedieningen van leraar, herder, evangelist en profeet in één is. Dit maakt ze niet groot, het betekent alleen dat zij zo ver vernederd zijn tot een plaats van onbekendheid dat zij nauwelijks nog herkenbaar zijn. Zij worden door de Geest geleid om zich voluit te werpen in elke taak waar de Gemeente ze voor nodig heeft. De taak van een apostel is groter dan het bouwen van kerken, Zij bouwen de Kerk. Let goed op het verschil. Hun werk is gericht op het gehele Lichaam van Christus, daarom kunnen zij zich ook niet erg lang vestigen op één enkele plaats. Apostelen worden uitgezonden met een openbaring die groter is dan zij zelf zijn. Mensen kunnen HUN niet inperken, net zo min als zij hun eigen openbaring aan banden kunnen leggen. Vervolg een apostel in de ene stad, en hij trekt gewoon verder naar de volgende. Verban ze en het gevolg is dat zij meer openbaring ontvangen. Stop ze in de gevangenis en zij beginnen de Schrift te schrijven. Plaats ze voor de rechter en het wordt voor hun een preekstoel. Stuur ze de dood tegemoet en zij brengen de beulen tot bekering. Ware apostelen kun je niet het zwijgen opleggen. Denkt u dat Nero Paulus het zwijgen heeft opgelegd door hem te laten onthoofden? Vergeet het maar. Paulus spreekt nog steeds en legt nog steeds getuigenis af door zijn geschriften. Hoewel hij dood is, spreekt hij nog. Halleluja. Broeders en zusters, laten wij getrouw zijn aan de Heer en aan Zijn Lichaam. Wat Hij u ook als werk heeft opgedragen, doe het met heel uw wezen, niet vanuit uw eigen beperkte kracht, maar volgens Zijn Macht en Kracht die machtig in u werkt! Wordt ontketend, man Gods! Wordt ontketend, vrouw Gods! Behartig de bediening waar Hij u toe geroepen heeft, dat u die vervult, en ten volle vervult. Leid mensen tot Christus, en ga de diepte met ze in. Vergeet het verleden, en ruk altijd op en verder omhoog naar de prijs van de hoge roeping Gods in Christus. Die u roept is getrouw, Hij zal het ook doen. Amen.
8