Leerlijnen
BEWEGINGSONDERWIJS
Wat is de bedoeling van bewegingsonderwijs? In het bewegingsonderwijs leren de leerlingen om deel te nemen aan veel verschillende bewegingsactiviteiten. Door beter te worden in bewegen kunnen ze aan meer activiteiten deelnemen. De meeste bewegingsactiviteiten doe je samen met anderen. Daarom leren de leerlingen in de lessen bewegingsonderwijs de activiteiten met elkaar op gang te houden. In de bovenbouw leren de leerlingen ook waarom bewegen belangrijk is en wat een gezonde en actieve leefstijl inhoudt. Waarom is bewegingsonderwijs belangrijk? Bewegingsonderwijs zorgt ervoor dat leerlingen nu én later activiteiten kunnen doen in de vrije tijd. In deze wereld wordt dat steeds belangrijker, omdat er meer vrije tijd komt en sport en bewegen steeds belangrijker worden om zowel actief als passief aan deel te nemen. Daarom is er zowel een relatie naar de sport als naar de recreatie. In het bewegingsonderwijs is het mogelijk om talenten op bepaalde takken van sport te ontdekken en de leerlingen te helpen bij het kiezen van een passende sport. Bewegingsonderwijs draagt hiermee bij aan de persoonlijke ontwikkeling van jonge mensen. Door beter te bewegen voelen leerlingen zich competenter en voelen ze zich sterk. In de lessen wordt voortdurend een beroep gedaan op de attitude van de leerlingen. De waarden en normen komen expliciet en impliciet aan de orde, ze leren samenwerken en omgaan met winnen en verliezen en de daarbij horende teleurstelling. In verschillende bewegingsactiviteiten is de onderlinge saamhorigheid regelmatig een aandachtspunt tijdens de lessen. Eén gebied binnen het bewegingsonderwijs is expliciet van belang voor de veiligheid en overlevingskansen van leerlingen en dat is zwemmen. Door de toenemende hoeveelheid recreatieoorden en de grote hoeveelheid water in ons land is het van groot belang dat alle leerlingen leren zwemmen. Internationale onderzoeken hebben verbanden gelegd tussen bewegen en cognitieve ontwikkeling. Er lijkt een positief verband tussen bewegen en de leerprestaties daarna bij de cognitieve vakken. Het kunnen concentreren is in veel gevallen beter na een les bewegingsonderwijs. Steeds meer leerlingen hebben last van overgewicht en/of obesitas. Dat hangt niet alleen samen met eetpatronen (de voeding die mensen tot zich nemen), maar ook met de hoeveelheid en intensiteit van bewegen. Door leerlingen plezier bij te brengen in bewegingsactiviteiten (en het plezier ontstaat mede doordat leerlingen er beter in worden) gaan ze buiten schooltijd ook meer bewegen. Op die manier draagt bewegingsonderwijs bij aan het voorkomen en verminderen van overgewicht. Een actieve leefstijl levert een belangrijke bijdrage aan het voorkomen van welvaartsziekten en op termijn het in de hand houden van de kosten voor gezondheidszorg.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
1
Naam van het vak Tot voor kort werd voor het vak vooral Lichamelijke Opvoeding als officiële gebruikt. Leerlingen noemen het meestal gymnastiek, maar officieel is dat maar een klein deel van het hele vakgebied. Omdat in dit vak de leerlingen onderwijs in bewegen krijgen gaat de voorkeur uit naar de naam bewegingsonderwijs. Hiermee wordt de kern van het vak precies weergegeven. In dit onderwijs zitten natuurlijk veel opvoedingsaspecten. Zwemmen Leren zwemmen is van groot belang voor de veiligheid van leerlingen. Om leerlingen te leren zwemmen is een periode nodig dat ze regelmatig achter elkaar oefenen. Het zwemmen is daarom gepland in groep 4 en in groep 5, voor beide groepen twaalf weken één keer per week. Dit vindt plaats naast de overige lessen bewegingsonderwijs. In de bovenbouw is het zwemmen een onderdeel van de lessen bewegingsonderwijs.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
2
Domein - SPEL Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Overloopspelen (bijvoorbeeld 'Djoel', 1 lijn)
Overloopspelen (bijvoorbeeld 'Djoel, 3 lijnen')
- jagerbalspelen
Jagerbal (1 jager)
Jagerbal (2 jagers, 1 bal) Overloopjagerbal
- trefbalspelen
Afwerpspelen; trefbal 3 – 3 en 4 – 4
Afwerpspelen met achtervak
--groepjes maken omgaan met eenvoudige regels leiding geven
--partijen maken omgaan met regels fair play scheidsrechteren leiding geven coachen
Taal uit tikspelen begrijpen bijvoorbeeld: overlopen tikker
Taal uit “tikken” begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: afwerpen jagen honk branden uitmaken
Tik- en jagerbalspelen - tikspelen
Taal
Bovenbouw groep 9-11
Samenhang
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
3
Domein - SPEL Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Stoeispelen - iets afpakken
Iets afpakken
- controle krijgen en bevrijden
Elkaar controleren
Stoeispelen met kantelen en controleren Bevrijden uit houdgreep
--groepjes maken omgaan met eenvoudige regels leiding geven
--partijen maken omgaan met regels fair play scheidsrechteren leiding geven coachen
Taal
Stoeitaal begrijpen bijvoorbeeld: trekken duwen controleren stoppen pijn sociaal zelfverdediging
Stoeitaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: houdgreep wurggreep
Samenhang
OJW - hygiëne
OJW - hygiëne
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
Bovenbouw groep 9-11
4
Domein - SPEL Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Mikken tegen een doel (bijvoorbeeld bal tegen kegel) Mikken in een doel (bijvoorbeeld bal in hoepel)
Schoppen/werpen tegen een mikdoel
Schoppen/werpen tegen een kleiner mikdoel
- jongleren
Werpen en vangen met grote bal Werpen en vangen met kleine bal
Werpen en vangen met kleine bal via de grond
- voetbal
Voetbal overspelen Voetbal dribbelen en drijven
Voetbal dribbelen en kaatsen Overkoppen Voetbal balhooghouden Voetbal partijspel 6-6 en 8-8
Voetbal dribbelen en kaatsen Voetbal trucjes
Spel en sport - mikken
Voetbal lummelspel 3-2 en 4-3 Voetbal partijspel 4-4 en lijnvoetbal
Voetbal partijspelen
- basketbal
Keeperspelen met gescheiden speelhelft Lummelspelen 3-3 en 4-4
Keeperspelen met meer doeltjes Lummelspelen 5-5 (tienbal) Partijspelen 5-5 (handbalvorm)
Basketbal 5-5
- volleybal
Lijnbal 2-2 en 4-4 met werpen
Volleybal hooghouden individueel Bovenhands en onderarms volleybal terugspelen (1-1 en 2-2) Lijnbal 4-4 met bovenhands gooien op volleybaleigen manier en onderarms spelen
Vingertechniek en onderarms overspelen over hoge lijn (1-1, 2-2, 3-3) Volleybal 4-4 met onderarmse en vingertechniek met drie keer overspelen en set-up
- honkloopspelen
(Eenvoudige) honkloopspelen; werpbal met 4 honken
Honkloopspelen met brander (slagbal, cricket, bat & bal))
Honkloopspelen (slagbal of cricket, of peanutbal of softbal)
--groepjes maken omgaan met eenvoudige regels leiding geven
--partijen maken omgaan met regels fair play scheidsrechteren
--partijen maken omgaan met regels fair play scheidsrechteren
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
5
leiding geven coachen
leiding geven coachen
Taal
Sport- en speltaal begrijpen bijvoorbeeld: mikken terugspelen op gang houden dribbelen drijven lummelen aannemen er naar toe lopen (achter)lijn
Sport- en speltaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: team afdekken vrijlopen samenspel passen/overspelen partijspel bovenhands onderarms serveren opslaan
Sport- en speltaal begrijpen en gebruiken en toepassen bijvoorbeeld: goal scoren set-up pass slag wijd
Samenhang
Rekenen – meten veldgrootte
Rekenen/wiskunde – meten en ruimte verdelen OJW – balbaan berekenen, verticaal en horizontale lijnen
OJW – grasveld, zaad, snelheid, versnellen, vertragen
Luikje
MIKKEN De juf gaat vandaag 3 thema’s behandelen in de les: - herhalen van werpen en vangen - herhalen van gericht rollen en stoppen - als nieuw thema: gericht slaan met een slagplank ( Moeilijkere vorm van mikken) Er wordt in 3 groepen gewerkt. De juf is meer aanwezig bij de groep die het nieuwe thema doet. Zij merkt dat één leerling de bal constant mist. Welke (mogelijke) aanwijzingen kan ze geven om bij het kind het slaan te verbeteren? - aanleren van de 'suikerschep'-slag (de onderhandse slag is de makkelijkste slag) - aan de hand van de analyse van wat er fout gaat aanwijzingen geven om het slaan te verbeteren.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
6
Domein - TURNEN Springen - steunspringen
Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Wendsprongen Spreidsprong Hurksprong
Spreidsprong over medeleerlingen Hurksprong m.b.v.medeleerlingen Radslag
Spreidsprong
Arabier - touwtje springen
Individueel touwtje springen
Taal
Begrijpen van taal uit springsituaties Bijvoorbeeld: afzetten steunen hulpverlenen hurken handen plaatsen slootje rad (geen rat)
Samenhang
Touwtje springen met lang touw Begrijpen en gebruiken van taal uit springsituaties bijvoorbeeld: hulpverlenen serie landen de bal van je voet hielen
Begrijpen, gebruiken en toepassen van taal uit springsituaties bijvoorbeeld: zweven arabier
Rekenen/wiskunde - meten OJW – Zwaartekracht, menselijk lichaam
Wiskunde – meten OJW - lichaamszwaartepunt
Luikje
Lesbrief (activerende didactiek) In een lesbrief geeft de leraar minimale informatie over de spreidsprong. Veiligheid speelt een belangrijke rol, dus ook de techniek van het hulpverlenen. De leerlingen denken samen na, moeten de lesbrief begrijpen en samenwerken. De leerlingen gaan zelf aan de slag. De leraar kijkt of de leerlingen kunnen starten met de spreidsprong en helpt daarna waar nodig.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
7
Domein -
TURNEN
Balanceren - gaan over een balanceervlak
- acrogym
Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Gaan over een lijn Gaan over een (verhoogd) balanceervlak Idem met hindernis of voorwerp in de hand Gaan over een schuin balanceervlak
Gaan over verhoogd balanceervlak met trucjes Idem met tweetallen en elkaar passeren Gaan over een instabiel balanceervlak
Paardrijden
Torentje bouwen Stoeltje Schouderzit
Acrogym met combinaties
Balanceertaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: onderpersoon bovenpersoon
Balanceertaal begrijpen en gebruiken en toepassen
OJW - weegschaal
OJW – vectoren / krachten Kunst en cultuur – Marronacrobatiek vorm
Handstand Taal
Balanceertaal begrijpen bijvoorbeeld: balans evenwicht vlakken hindernissen stabiel / instabiel
Samenhang
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
Bovenbouw groep 9-11
8
Domein -
TURNEN Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Rollen - rollen voorover
Rollen voorover
Handstanddoorrol Zweefrol Combinaties van verschillende rolvormen
Salto voorover Zweefrol met hoge zweef Combinaties van verschillende rolvormen
- rollen achterover
Achterover schommelen
Rollen achterover
Salto achterover
Taal
Taal uit 'Rollen' begrijpen bijvoorbeeld: klein maken voorover achterover kin borst afzetten schommelen
Taal uit 'Rollen' begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: doorrol combinaties
Taal uit 'Rollen' begrijpen en gebruiken en toepassen bijvoorbeeld: salto ondergreep bovengreep
Samenhang
OJW – krachten en rotaties
Luikje
Leerhulp Juffrouw Ingrid werkt vandaag met groep 2. Zij maakt drie groepen waarbij het eerste groepje touwtje gaat springen, het tweede groepje gaat mikken en het derde groepje gaat voorover rollen. De onderdelen touwtje springen en mikken hebben de kinderen al eerder gedaan, dus ze gaan zelfstandig aan het werk. Het onderdeel rollen komt vandaag voor het eerst aan de orde in deze klas. De juf gaat dus bij het derde groepje en geeft een voorbeeld. Daarna mogen alle kinderen bij de juf de rol voorover komen maken, waarna zij aanwijst bij welke mat de kinderen moeten gaan werken en waarop moet worden gelet. Eric en Sandra hebben moeite met rollen. Eric rolt schuin omdat hij zijn rechterarm van de mat haalt voordat de rol begint. De extra aanwijzing voor Eric is dat beide handen/vingers moeten 'drukken' op de mat. De leerkracht verleent hulp door de handen zo lang mogelijk op de mat te (helpen) houden. Sandra zet haar hoofd op de mat voordat de rol begint. De aanwijzing die zij krijgt is dat ze extra moet afzetten/afduwen met de voeten en ervoor moet zorgen dat de kin op de borst blijft gedurende de hele rol. De leerkracht verleent hulp door het hoofd te begeleiden met de hand. Gedurende de les mogen de Eric en Sandra aansluiten bij de andere groepen op de matten.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
9
Domein -
ATLETIEK
Hardlopen - sprinten - duurloop
Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Sprinten (20 en 40m) Duurloop (400m)
Sprinten (40 en 60m) Duurloop (600m) Shuttle-run Estafette met wisselzone Estafette met wisselzone en stokje (4x60m)
Sprinten (80 en 100m) Conditieloop(testen)
- estafette
Estafette met wisselzone en stokje (4x100m)
Taal
Hardlooptaal begrijpen bijvoorbeeld: uithoudingsvermogen snelheid starter
Hardlooptaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: volhouden jury startcommando's
Hardlooptaal begrijpen en gebruiken en toepassen bijvoorbeeld: grenzen opzoeken
Samenhang
OJW – hartslag, uithoudingsvermogen
OJW – voeding, hartslag opnemen, klokken (tijd opnemen)
OJW – voeding, uithoudingsvermogen Rekenen/wiskunde - gemiddelde
Luikje
Estafette vormen De klas wordt verdeeld in twee of drie groepen. Op het fluitsignaal van de leraar start de achterste leerling van de groep met het lopen met een bal of een stokje in de hand. De leerlingen lopen steeds rechts van de groep naar voren, gaan om de voorste leerling en lopen links van de groep naar achteren, om de achterste leerling en geven de bal (of het stokje) aan de rechterkant van de groep aan de volgende loper. Daarna gaan zij weer op hun plaats staan. Wanneer de laatste loper (= voorste leerling) van de groep heeft gelopen en weer op zijn/haar plaats staat met de bal (of het stokje) omhoog, is de activiteit afgelopen. De groep die het eerst klaar is, is winnaar.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
10
Domein Springen - verspringen
ATLETIEK Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Slootje springen Verspringen uit stand
Verspringen vanuit stand
Verspringen met aanloop (springbak) Hink-stap-sprong
- hoogspringen Taal Samenhang
Hoogspringen Rekenen/wiskunde – afstand meten
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
OJW - lichaamszwaartepunt
11
Domein Werpen - balwerpen
ATLETIEK Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
'Ver'werpen met kleine en gewone bal
'Ver'werpen met 1 kg bal
'Ver'werpen met 2 kg bal
Taal
Samenhang
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
Taal uit begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: ver werpen afstand meten OJW – oog-hand coördinatie vectoren
12
Domein - BEWEGEN en MUZIEK Onderbouw groep 1-4
Middenbouw groep 5-8
Stappen en huppelen in de maat van muziek / een lied
Huppelen en galopperen op muziek Figuurloop
- dansvormen
Traditionele dans
Inzetten, veranderen en stoppen na 8 tellen
Dansvormen Dansen ontwerpen
Taal
Danstaal begrijpen bijvoorbeeld: in de maat lopen huppelen
Danstaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: galop starten stoppen
Danstaal begrijpen en gebruiken en toepassen
Samenhang
Kunst en cultuur – traditionele dansen Muziek – maten Rekenen/wiskunde - tellen
Muziek - muziekstijlen
Kunst en cultuur – dansen in traditionele en moderne culturen Muziek – muziekinterpretaties
Bewegen op muziek - gaan in de maat
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
Bovenbouw groep 9-11
13
Domein - ZWEMMEN Onderbouw groep 1-4 Zwemmen - watergewenning
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Rugslag Rugcrawl Andere borstslag Onder water zwemmen Duiken
Estafette Conditie
- zwemslagen
Watergewenning Uitdrijven Borstslag
- springen en duiken - watertrappelen
Springen Watertrappelen
Taal
Zwemtaal begrijpen bijvoorbeeld: ademhalen / blazen armen, benen enz. uitdrijven / staan in en uit, boven en onder water afzetten zwembroek badpak douchen
Zwemtaal begrijpen en gebruiken bijvoorbeeld: duiken
Zwemtaal begrijpen, gebruiken en toepassen in verschillende situaties bijvoorbeeld: estafette soortelijk gewicht
Samenhang
OJW – lucht in water soortelijk gewicht lichaam – water weerstand en stuwing hygiëne Rekenen/wiskunde – aantal baantjes
OJW – stuwing en weerstand hygiëne waterdruk
OJW – conditie / VO2 / longinhoud / verzuring / spierpijn hygiëne
Opmerking Het zwemmen is verdeeld over alle drie de bouwen van de basisschool. Om de kinderen te leren zwemmen is een periode nodig dat ze regelmatig achter elkaar oefenen. Het zwemmen is daarom op de volgende wijze gepland: in groep 4 twaalf weken één keer per week, en in groep 5 twaalf weken één keer per week. Dit vindt plaats naast de overige lessen bewegingsonderwijs. In de bovenbouw is het zwemmen een onderdeel van de lessen bewegingsonderwijs.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
14
Domein - FITNESS Onderbouw groep 1-4 Eenvoudige krachttraining - spierversterkende oefeningen
Taal
Samenhang
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11
Paard en ruiter Kruiwagen
Push-ups Sit-ups Heffen en dragen
Begrippen bij deze activiteiten begrijpen. bijvoorbeeld: paard en ruiter kruiwagen
Gezondheids- en fysieke taal begrijpen en gebruiken en toepassen bijvoorbeeld spierkracht spieren opdrukken OJW – krachten, spierkracht en spiervorming, gezond tillen, voeding Rekenen/wiskunde – tabellen, gemiddelden
Luikje
Leerlingen bereiden zelf voor (activerende didactiek) De leraar gaat vandaag met de leerlingen van groep 9 fysieke training (krachttraining) doen. Hij verdeelt de groep in kleine groepen en geeft elke groep de opdracht één of twee oefeningen voor een bepaalde spiergroep te bedenken. Daarbij mogen er materialen gebruikt worden. De groepen gaan overleggen en als iedereen zover is vertelt iedere groep welke oefening bedacht is. Er wordt voorgedaan op welke manier de oefening gedaan moet worden. De leraar stuurt hierbij om de oefening goed en veilig te laten uitvoeren en de hele klas gaat de oefeningen doen.
Luikje
Samenwerken De leerlingen moeten in een drietal van een streep naar een andere streep en weer terug gaan, waarbij één leerling door de anderen 'vervoerd' moet worden (de passagier). Bij het aankomen bij elke streep moet van passagier gewisseld worden. De leerlingen krijgen twee minuten om te overleggen hoe ze dit goed en veiligkunnen doen.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
15
Domein - FITNESS Onderbouw groep 1-4 Conditietraining - aerobic - touwtje springen
Middenbouw groep 5-8
Bovenbouw groep 9-11 Aerobicvormen Touwtje springen kort en lang touw
Taal
Gezondheids- en fysieke taal begrijpen en gebruiken en toepassen bijvoorbeeld aerobevermogen conditie herstellen
Samenhang
OJW – voeding
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
16
School- en gebiedsgebondenkeuzes Het programma bewegingsonderwijs is met deze 13 leerlijnen voor ongeveer 90% gevuld. In de planning die voortvloeit uit de inhouden van deze leerlijnen zou een open ruimte moeten zijn voor andere activiteiten bijvoorbeeldin de gebieden waar veel water is zou ruimte moeten zijn voor watersportactiviteiten zoals roeien. De Fos'tenpré's zijn traditionele Surinaamse activiteiten die voor een groot deel binnen de hiervoor genoemde leerlijnen een plaats kunnen krijgen, maar niet allemaal. Deze kunnen binnen de open ruimte gepland worden. Binnen de open ruimte zou verder ook gedacht kunnen worden aan schoolsportdagen.Handbal heeft in Suriname geen competitie en wordt weinig gedaan. Vandaar dat dit in de bovenbouw niet is opgenomen in het programma, maar in de open ruimte kandit wel worden gepland. In de middenbouw staan wel handbalvormen gepland, omdat ze als basis dienen voor verschillende activiteiten in de bovenbouw. Op dit moment is er een tekort van bevoegde en bekwame vakleerkrachten bewegingsonderwijs. Ruim 150 scholen van het huidige GLO hebben geen vakleerkracht waardoor heel veel leerlingen geen bewegingsonderwijs krijgen op een verantwoorde wijze. In de huidige situatie kan er niet van worden uitgegaan dat alle doelen in iedere bouw haalbaar zijn. Daar moet wel naar worden gestreefd zodat kinderen bekend raken met en enthousiast worden voor de bewegingscultuur en de sport. Het is wenselijk als ook de accommodaties en de beschikbare materialen aandacht krijgen.
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
17
Planning van activiteiten In dit overzicht van de leerlijnen bewegingsonderwijs is gekeken of de genoemde doelen haalbaar zijn. Vooral de hoeveelheid lestijd is daarvoor van belang. Daarom is een verdeling gemaakt van de lestijd voor de verschillende leerlijnen en dit is omgerekend naar de beschikbare lestijd. De conclusie is dat dit programma mogelijk is. Het overzicht van de lestijd is:
Domein
Leerlijn
Onderwijstijd per jaar (%) OB
MB
BB
Tik- en jagerbalspelen
20
17
-
Stoeispelen
5
5
-
Spel en sport
20
25
43
Springen
8
8
4
Balanceren
6
5
4
Rollen
8
8
2
Hardlopen
7
8
7
Springen
3
4
5
Werpen
3
3
3
Bewegen op muziek
10
7
7
Zwemmen
Zwemmen
-*
-*
10
Fitness
Eenvoudige krachttraining
-
3
5
Conditietraining
-
-
5
10
7
5
100
100
100
Spel
Turnen
Atletiek
Bewegen en
* Bij zwemmen staat er in de onderbouw en de middenbouw 0%, terwijl er wel vanuit wordt gegaan dat dat in groep 4 èn in groep 5 wordt gezwommen gedurende 12 weken. In deze periode vindt dat plaats naast de lessen bewegingsonderwijs. Zie ook de leerlijn zwemmen. Uitgaande van 32 effectieve lesweken per schooljaar maal twee lesuren (twee maal 40 minuten) per week is 100% 64 lesuren. Er zijn meer lesdelen per lesuur mogelijk. Gemiddeld per les gaan we uit van 3 lesdelen. 1% gaat in dat geval om 2 lesdelen.
muziek
Open ruimte
SLO – Leerlijnen Bewegingsonderwijs 250311
18