Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse Overzicht uit te voeren organische bepalingen 2008 - 2009
November 2008 V 1.3
November 2008 v1.3
Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse Overzicht uit te voeren organische bepalingen 2008 - 2009
© 2008 KWR, Watercycle Research Institute Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
KWR, Watercycle Research Institute Groningenhaven 7 Postbus 1072 3430 BB Nieuwegein Tel. 030 606 95 11 Fax 030 606 11 65 www.kwrwater.nl
Colofon Overzicht uit te voeren organische bepalingen 2008 – 2009 Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse
Ten geleide In deze brochure wordt informatie gegeven over de bepalingsmethoden die bij KWR, Watercycle Research Institute te Nieuwegein voor organische analyses bij de Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse (LMC) worden uitgevoerd. Deze brochure vervangt alle eerder uitgebrachte informatie. De meest actuele informatie kan bij het laboratorium worden opgevraagd. In korte samenvattingen worden de bepalingsmethoden voor organische verbindingen weergegeven. Daarbij is ook informatie opgenomen omtrent de te bepalen componenten of componentgroepen. Bij de monsterneming is het van belang, dat al het materiaal op de juiste wijze gereinigd is en wordt voorgespoeld met het te bemonsteren water. Vervolgens vindt in het algemeen de monsterneming plaats door middel van langzaam langs de wand vullen van de monsterfles. Voor de bepaling van gasvormige verbindingen (b.v. vluchtigen als benzeen, tri of tetra) moet de monsterfles geheel gevuld worden; voor de overige bepalingen is dit geen vereiste. De monsters dienen in het algemeen te worden aangeleverd in glazen flessen. Het volume van de fles hangt af van de uit te voeren bepaling. Meer informatie is vermeld in deze brochure. Conservering anders dan koel en donker bewaren en transporteren is in de regel niet noodzakelijk. De houdbaarheidstermijn van de monsters kan per bepaling verschillend zijn. De meest recente informatie is altijd op te vragen bij het laboratorium. De levertijden, die in de tabel in bijlage 2 zijn vermeld, zijn een richtlijn en gelden bij tijdige aanmelding van de monsters. Na overleg vooraf is het altijd mogelijk om bepalingen op kortere termijn of met spoed uit te voeren. Het is hiervoor wenselijk om contact met het laboratorium op te nemen. Evenzo is het mogelijk om niet genoemde bepalingen bij het laboratorium aan te melden. Deze zullen na overleg door ons worden ontwikkeld ofwel de bepaling wordt uitbesteed bij een (erkend) ander laboratorium.
© KWR, Watercycle Research Institute
1
KWR en het LMC KWR, Watercycle Research Institute ondersteunt waterleidingbedrijven en andere opdrachtgevers met onderzoek en advies op het terrein van drinkwater, waterkwaliteit en waterbeheer. KWR bestrijkt het gehele traject van winning, behandeling, distributie en kwaliteitsbeoordeling van (drink)water en de daarmee verwante natuurontwikkeling en milieu- en gezondheidsaspecten. Het researchcentrum onderscheidt zich door bundeling van uiteenlopende wetenschappelijke, technische en beleidsondersteunende deskundigheden, variërend van hydrologie, ecologie, procestechnologie en distributietechniek tot analytische chemie, biologie, toxicologie en informatica. Naast de laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse beschikt KWR, Watercycle Research Institute over een laboratorium voor Microbiologie. De laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse voeren o.m. analyses uit op aanwezigheid van organische componenten in diverse matrices waar onder drinkwater, oppervlaktewater, grondwater en ultra-zuiver water. Indien gewenst, kan KWR de monsterneming voor deze analyses uitvoeren. De juiste selectie van monsters en parameters is niet alleen van belang voor het verkrijgen van goede informatie, maar kan ook kostenbesparend zijn. Naast de toepassing van analyses kan in samenwerking met één van de aandachtsvelden van KWR, Watercycle Research Institute worden geadviseerd op het gebied van methodeontwikkeling of aanpassing van analysemethoden. Ook worden in het werkgebied ringonderzoeken voorbereid. KWR, Watercycle Research Institute heeft experts in huis om te assisteren bij het opstellen van onderzoekplannen, het interpreteren van de analyseresultaten in relatie met gezondheidsaspecten of te adviseren bij complexe problemen. Analyses van microbiologische, organische en/of anorganische parameters kunnen in dergelijke onderzoeken worden opgenomen. Deze kunnen in een gezamenlijk onderzoek bij de KWR-laboratoria worden uitgevoerd.
Het LMC werkterrein voor organische parameters Het werkterrein van het Laboratorium voor Organische Analyse omvat onder andere de volgende specialisaties: het op innovatieve basis analyses uitvoeren met behulp van • • •
•
• •
vloeistofchromatografie (HPLC) met diverse detectoren, voor- of nakolomsderivatisering en on-line vaste-fase preconcentrering; GC/MS, afhankelijk van de vraag met diverse voorbewerkingen, breed screenend of stofgericht onderzoek, gericht op vluchtige of juist niet-vluchtige verbindingen; LC/MS/MS, ter bevestiging van HPLC-resultaten, ter identificatie en kwantificering van (bekende) verbindingen en ter identificatie van onbekende verbindingen. Deze analytische meetmethoden worden veelal vooraf gegaan door voorbewerkingtechnieken als vloeistof/vloeistofextractie, vaste fase isolatie of XAD-isolatie. In sommige gevallen is groot volume injectie van het watermonster mogelijk voor HPLC analyse; Identificatie van onbekende organische componenten met behulp van accurate massa bepaling door de Ion Trap Hybride Fourier Transform Massaspectrometer (LTQ Orbitrap). Identificatie van kunststoffen met behulp van curiepuntpyrolyse en GC/FID met statistische data analyse; Identificatie van organische migratieproducten met GC/MS volgens EAS protocol, afkomstig van kunststoffen.
© KWR, Watercycle Research Institute
2
Het laboratorium kan tevens voorbewerkingen uitvoeren teneinde microbiologische testen (bijvoorbeeld mutageniteitstest volgens Ames en toxiciteittest met Toxprint) en Bio-Assays (zoals ER-Calux) te kunnen uitvoeren. Het laboratorium voert analyses uit in het kader van onderzoek en voor adviesopdrachten. De analysemethoden zijn toegespitst op (drink)water en de zuivering, transport en distributie daarvan. De rapportagegrenzen van de analyses liggen dan ook in de ordegrootte van microgrammen en nanogrammen per liter water. Als basis voor de analyses worden in huis ontwikkelde analysevoorschriften gebruikt. Hiervan afgeleid zijn meerdere NENvoorschriften tot stand gekomen. Waar mogelijk wordt aangesloten bij (inter)nationaal geaccepteerde werkwijzen, zoals ISO-normen. Nieuwe analysetechnieken worden door ons in samenwerking met collega's binnen KWR, Watercycle Research Institute, of daarbuiten, ontwikkeld en vervolgens ingezet ten behoeve van de waterkwaliteitsbeoordeling.
Kwaliteitsborging De laboratoria van KWR, Watercycle Research Institute zijn sinds 1989 door de Raad voor Accreditatie (RvA) geaccrediteerd. De accreditatie staat vermeld onder nummer L479. Een groot deel van het analysepakket is ondergebracht in deze accreditatie. De basis hiervoor is de ISO 17025. In 1996 is daar de accreditatie voor ringonderzoeken bijgekomen. KWR, Watercycle Research Institute als geheel beschikt over het ISO-9001:2000 certificaat. Om de kwaliteitsborging verder vorm te geven, wordt deelgenomen aan beschikbare interlaboratorium onderzoeken (ringonderzoeken).
Wat kost het onderzoek Omdat het onderzoek zeer uiteenlopend kan zijn van soort en matrix, is het niet mogelijk om hierop één antwoord te geven. Er is wel een overzicht in deze brochure opgenomen met alle organisch chemische bepalingen, die door het laboratorium kunnen worden uitgevoerd. Daarin is informatie vermeld over de gehanteerde meetmethoden, parameters, rapportagegrenzen, benodigde monsterhoeveelheid en prijs in Kiwapunten. Voor 2008 bedraagt het tarief van één Kiwapunt excl. BTW € 3,73. Voor 2009 bedraagt het tarief van één Kiwapunt excl. BTW € 3,84.Tevens wordt kort ingegaan op het beginsel van de bepaling en de uitvoering ervan. Voor elk onderzoek kan een offerte worden aangevraagd. Bij omvangrijk onderzoek kan aanzienlijke korting worden verleend op de uitvoering van de analyses.
Informatie Voor nadere informatie kunt u terecht bij mevr. Nanda Berg, coördinator chemie voor de planning van de werkzaamheden, tel: 030-6069517, e-mail
[email protected], Fax: 030- 606 11 65. Voor vragen omtrent de toegepaste methodes kunt u contact opnemen met dhr. Piet Speksnijder, senior onderzoeksmedewerker, tel: 030-6069522, e-mail
[email protected].
© KWR, Watercycle Research Institute
3
Bepalingen voor organische parameters (halogeen)fenolen Voorschrift
(halogeen) fenolen (GC/MS) LOA-533
Methode
De fenolen worden bij pH=2 uit 500 ml water geïsoleerd met vaste fase extractie. Na drogen van de vaste fase (Lichrolut EN) kolom met stikstof worden de fenolen geëlueerd met dichloormethaan. Van dit extract wordt een gedeelte gederivatiseerd met N-(t-butyl-dimethylsilyl-)N-methyltrifluoraceetamide (MTBSTFA). De hierbij gevormde tbutyldimethylsilyl-ethers worden geanalyseerd met GC/MS. Voor de kwantificering wordt gebruik gemaakt van 3 specifieke ionen, twee interne standaarden en een externe kalibratiecurves. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa). De methode is geschikt voor drink- grond- en oppervlaktewater.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
165
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
4
Acam Voorschrift
acrylamide met HPLC-MS/MS ATA-043
Methode
Het polymeer wordt opgelost in zuiver water (Milli-Q). Door vervolgens de ontstane oplossing verder te verdunnen in Milli-Q en te filtreren over een 0.45 µm filter kan het monster worden geïnjecteerd. Van de verdunde oplossing wordt 2 ml in een 500 µl monsterloop geleid. Hierna wordt de monsterloop in de eluensstroom van het HPLC-systeem geschakeld. Door scheiding op de analytische kolom kunnen de componenten vervolgens worden geïdentificeerd met een Triple-Stage Quadrupole" massaspectrometer met behulp van een dochterscan gemeten op drie specifieke positieve ionen: het precursor-ion (geprotoneerd molecuul) en twee productionen. Kwantificering vindt plaats door middel van standaard addities aan het monster."
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
0,2 g
Fles
borosilicaatglas/polyethyleen
Basisprijs (Kiwapunten)
205
Aczu Voorschrift
acrylzuur
per monster (Kiwapunten)
0
Methode Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume Fles Basisprijs (Kiwapunten)
205
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
5
Alkylfenolen Voorschrift
alkylfenolen (GC/MS) LOA-530
Methode
Alkylfenolen zijn xeno-oestrogene stoffen. Het watermonster wordt geëxtraheerd met ethylacetaat en geconcentreerd tot 1 ml. Daarna wordt een deel van het verkregen extract geïnjecteerd in een gaschromatograaf en kwalitatief en kwantitatief geanalyseerd met behulp van massaspectrometrie. Voor de kwantificering wordt gebruik gemaakt van 3 tot 4 specifieke ionen, twee interne standaarden en externe lalibratiecurves. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
145
Amitrol Voorschrift
amitrol (LC/MS/MS) LOA-526
Methode
Van de aangeboden monsters wordt aan een deelmonster een derivatiserings reagens (FMOC) toegevoegd, waarna omzetting van de doelstof amitrol plaatsvindt. Een deel van het gederivatiseerde monster wordt met behulp van een autosampler in een HPLC gebracht. Na on-line SPE (PRLPS) preconcentrering worden de verbindingen op een specifieke HPLC-kolom gescheiden. Met behulp van een APCI interface worden de verbindingen in de massaspectrometer gebracht en vervolgens gedetecteerd op hun specifieke precursor- en productionen. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van een externe kalibratiecurve.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
250 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
135
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
6
Bestrpol1 Voorschrift
polaire bestrijdingsmiddelen (6) (LC/MS/MS) LOA-529
Methode
De identiteit van de verbindingen wordt met behulp van LC/MS/MS vastgesteld. Hiertoe wordt het monster via een autosampler in een HPLC gebracht. Na on-line SPE (PRLPS) preconcentrering worden de verbindingen op een specifieke HPLC-kolom gescheiden. Met behulp van APCI worden de verbindingen in de LC/MS/MS gebracht en vervolgens gedetecteerd op hun specifieke precursor-, fragment- of productionen. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een kalibratiecurve of éénpunts-kalibratie. Op verzoek kunnen andere bestrijdingsmiddelen en metabolieten aan deze analysemethode worden toegevoegd.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
150
per monster (Kiwapunten)
0
Benzotriazolen Orbitrap benzotriazolen en benzothiazolen Voorschrift LOA-601 Methode
De methode is gebaseerd op een vastefase extractie van het Watermonster (pH=2,3). Voorafgaand aan de extractie worden de interne standaarden fenuron en cloroxuron toegevoegd als interne standaarden. Aan het extract worden de interne standaarden d4-1H-benzotriazool, d5-atrazin en d6-bentazon toegevoegd. De met vloeistofchromatografie gescheiden componenten worden vervolgens in de massaspectrometer geleid. De MS is uitgerust met een Electrospray Ionisatie Interface (ESI). Alle stoffen worden gemeten met een accurate massameting met positieve [M+H]+ in de full scan mode (scangebied: 100-1000 Da). De volgende componenten kunnen met deze methode worden bepaald: 1-H-benzotriazool, 4-methyl-1-H-benzotriazool, 5-methyl-1-H-benzotriazool, 5,6-dimethyl-1-H-benzotriazool, 5-chloor-1-H-benzotriazool, benzothiazool, 2-hydroxybenzothiazool, 2-(methylthio) benzothiazool.
Rapportagegrens
10 ng/l
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume Fles Basisprijs (Kiwapunten)
1000 ml donker glas, op aanvraag
© KWR, Watercycle Research Institute
7
Bestrpol2 Voorschrift
polaire bestrijdingsmiddelen (14) (LC/MS/MS) Kiwa/EU protocol
Methode
De identiteit van de verbindingen wordt met behulp van LC/MS/MS vastgesteld. Hiertoe wordt het monster via een autosampler in een HPLC gebracht. Na on-line SPE (PRLPS) preconcentrering worden de verbindingen op een specifieke HPLC-kolom gescheiden. Met behulp van ESI worden de verbindingen in de LC/MS/MS gebracht en vervolgens gedetecteerd op hun specifieke precursor-, fragment- of productionen. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een kalibratiecurve of éénpuntskalibratie. Op verzoek kunnen andere bestrijdingsmiddelen en metabolieten aan deze analysemethode worden toegevoegd.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
175
Bestrpol3 Voorschrift
polaire bestrijdingsmiddelen (22) (LC/MS/MS) Kiwa-protocol
Methode
De identiteit van de verbindingen wordt met behulp van LC/MS/MS vastgesteld. Hiertoe wordt het monster via een autosampler in een HPLC gebracht. Na on-line groot volume injectie worden de verbindingen op een specifieke HPLCkolom gescheiden. Met behulp van ESI worden de verbindingen in de LC/MS/MS gebracht en vervolgens gedetecteerd op hun specifieke precursor-, fragment- of productionen. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een kalibratiecurve of éénpuntskalibratie. Op verzoek kunnen andere bestrijdingsmiddelen en metabolieten aan deze analysemethode worden toegevoegd.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
175
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
8
Bis Voorschrift
bisfenol-A ATA-045
Methode
HPLC met uv detectie
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
jeneverfles van 1 liter, schroefdop met teflon inlage
Basisprijs (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
CPCZ +Bentazon Voorschrift
chloorfenoxycarbonzuren; bentazon (GC/MS) LOA-512
Methode
Isolatie door middel van vaste fase isolatie aan C18-materiaal bij pH=2, gevolgd door elutie van de verbindingen met ethylacetaat en concentrering van het extract tot 1 ml. Er wordt dan een interne standaard aan toegevoegd. Vervolgens wordt het extract met behulp van diazomethaan gederivatiseerd, zodat de methylderivaten van de te bepalen. Kwantificering vindt plaats met behulp van twee of drie specifieke massafragmenten. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa) verbindingen ontstaan. Hiervan wordt een gedeelte via splitless/split injectie in een gaschromatograaf gebracht, waarbij na scheiding op een specifieke capillaire kolom de detectie met massaspectrometrie plaats vindt.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
9
cross.1 Voorschrift
crosslinking ATA-046
Methode
NEN-EN-579 en DIN-16892
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
n.v.t. (kunststof buislengte van 1 meter)
Fles
n.v.t.
Basisprijs (Kiwapunten)
115
Dik.1 Voorschrift
dikegulac (GC/MS) LOA-511
Methode
Isolatie door middel van extractie met ethylacetaat bij pH=3 en concentrering van het extract tot 1 ml. Er wordt dan een interne standaard aan toegevoegd. Vervolgens wordt het extract met behulp van diazomethaan gederivatiseerd, zodat de methylderivaat van de te bepalen verbinding ontstaat. Hiervan wordt een gedeelte via splitless/split injectie in een gaschromatograaf gebracht, waarbij na scheiding op een specifieke capillaire kolom de detectie met massaspectrometrie plaats vindt. Kwantificering vindt plaats met behulp van drie specifieke fragmenten. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
100
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
10
DMS.1 Voorschrift
N,N-dimethylsulfamide (metaboliet van tolylfluanid) LOA-541
Methode
De methode is gebaseerd op een directe indampstap van het watermonster gevolgd door een groot volume (1 ml) loop injectie op de analytische kolom gevolgd door HPLC scheiding en tandem massaspectrometrie (MS/MS).
Rapportagegrens
0,05 µg/l
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Kortste analysetijd
in overleg
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas (jeneverfles 1 liter, schroefdop met teflon inlage)
Basisprijs (Kiwapunten)
210
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
11
ETU.1 Voorschrift
ETU (GC/MS) LOA-531
Methode
ETU komt voor in de lijst van reprotoxische stoffen. ETU is het omzettingsproduct van de landbouwbestrijdingsmiddelen maneb, zineb en mancozeb. Voorafgaand aan de isolatie wordt een interne standaard aan het water toegevoegd en wordt het watermonster geconcentreerd door middel van indampen. Het concentraat wordt geëxtraheerd met dichloormethaan. Het dichloormethaanextract wordt geconcentreerd en overgebracht in methanol. Het methanolextract wordt via split/splitless injectie in een gaschromatograaf gebracht en de verbinding wordt met massaspectrometrie gedetecteerd. Kwantificering vindt plaats op basis van een kalibratiecurve met selectieve ionen en een interne standaard. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
145
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
12
Form Voorschrift
formaldehyde ATA-008
Methode
Formaldehyde reageert met chromotroopzuur in sterk zuur milieu onder vorming van een paarsgekleurde complexe verbinding. De extinctie hiervan wordt gemeten bij 580 nm.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
5 ml
Fles
glazen fles 100 ml
Basisprijs (Kiwapunten)
17
per monster (Kiwapunten)
FTL.1 Voorschrift
ftalaten met GC/MS LOA-534
Methode
Ftalaten zijn stoffen die wijd verbreidt toegepast worden om de flexibiliteit van hoge moleculaire polymeren te vergroten. Door het gebruik van ftalaten in bijvoorbeeld inkt, pesticiden, kleefmiddelen en verpakking van diverse producten zijn deze overal in het milieu te vinden. De verbindingen worden vanuit het water met vaste fase extractie op een Oasis-kolom geïsoleerd. De Oasis-kolom wordt met ethylacetaat geëlueerd. Het extract wordt vervolgens geconcentreerd. Aan dit extract worden de interne standaarden naftaleen-d8 en anthraceen-d10 toegevoegd. De interne standaard anthraceen-d10 wordt kwantitatief gebruikt. Het extract wordt vervolgens gaschromatografisch geanalyseerd en gedetecteerd met een massaspectrometer. Het gehalte aan de betreffende componenten wordt berekend aan de hand van een kalibratiecurve waarbij wordt gecorrigeerd voor de interne standaard.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
145
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
13
Gen.1 Voorschrift
geneesmiddelen LC/MS/MS LOA-602
Methode
SPE off-line LC-MS/MS Orbitrap
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
bruin glas
Basisprijs (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
14
Glym.1 Voorschrift
glyfosaat, AMPA en glufosinaat ammonium met LOA-526
Methode
Het gefiltreerde watermonster wordt met een boraatbuffer op pH (pH tussen 7,6-9,3) gebracht en vervolgens wordt een hoeveelheid van een FMOC-Cl-oplossing in acetonitril toegevoegd. Na 18 uur staan bij een temperatuur van 37 °C is de derivatisering voltooid en wordt de reactie gestopt door de pH tot 1 à 2 te verlagen met fosforzuur. Van het gederivatiseerde monster wordt vier ml over een extractiekolom geleid die aan een HPLC-injectiekraan gemonteerd is. Vervolgens wordt de extractiekolom in de eluensstroom van het HPLC-systeem geschakeld. Het eluens elueert in tegenstroom de aan het extractiekolommetje geadsorbeerde componenten en spoelt deze op de analytische kolom, waar ze gescheiden worden. De gescheiden derivaten worden met een Triple-Stage Quadrupole" massaspectrometer m.b.v. dochterscan gemeten op drie specifieke negatieve ionen: het precursorion (gedeprotoneerd molecuul) en twee productionen per component."
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
250 ml
Fles
PP
Basisprijs (Kiwapunten)
150
Horm.1 Voorschrift
hormonen LOA-539
Methode
De methode is gebaseerd op een on-line isolatie m.b.v. een vaste fase (SPE) gevolgd door HPLC met post column additie van een base en tandem massaspectrometrie (MS/MS). Deze methode is toepasbaar voor : estrone, 17-α-estradiol, 17-β-estradiol, 17-α-ethinylestradiol en estriol.
Rapportagegrens
2 ng/l
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
250 ml
Fles
PP
Basisprijs (Kiwapunten)
150
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
15
Hyd Voorschrift
hydrochinon ATA-040
Methode
Hydrochinon kan direct, of indien nodig door een clean-up stap over C18 materiaal, gemeten worden door scheiding op een zelfgemaakte oasis-kolom met UV-detectie. Identificering en kwantificering vindt plaats door vergelijking van de retentietijden resp. respons in het chromatogram ten opzichte van de standaardoplossingen.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume Fles
glas (jeneverfles 1 liter, schroefdop met teflon inlage)
Basisprijs (Kiwapunten)
45
Isothiazoline(s) Voorschrift
isothiazolines ATA-047
Methode
De methode is gebaseerd op een groot volume (2 ml) loop injectie op de analytische kolom gevolgd door HPLC scheiding en tandem massaspectrometrie (MS/MS). De methode is toepasbaar voor de meting van 2-methyl-4-isothiazolin-3-one (MIT), 5-chloor-2-methyl4-isothiazolin-3-one (CMIT) en 4,5-dichloor-2-methyl-4-isothiazolin3-one (DCMIT).
Rapportagegrens
0,1 µg/l
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
10 ml
Fles
glas (jeneverfles 1 liter, schroefdop met teflon inlage)
Basisprijs (Kiwapunten)
150
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
16
NBM.1 Voorschrift
polaire bestrijdingsmiddelen LOA-540
Methode
De methode is gebaseerd op een groot volume (2 ml) loop injectie op de analytische kolom gevolgd door HPLC scheiding en tandem massaspectrometrie (MS/MS). De methode bestaat uit twee onderdelen, één voor positieve ionisatie-mode en één voor negatieve ionisatie-mode. Voor negatieve ionisatie wordt bentazon-d6 aan het water toegevoegd en atrazin-d5 voor de positieve ionisatie.Voor de negatieve ionisatie-mode wordt post-kolom addite toegepast. De methode is toepasbaar voor amidosulfuron, azimsulfuron, clomazone, cyromazin, dimethenamid-p, ethoxysulfuron, florasulam, foramsulfuron, fosthiazaat, imidacloporid, jodosulfuronmethylester, mefenpyr(diethyl)ester, mesotrion, nicosulfuron, oxasulfuron, prosulfuron, pymetrozine, pyraclostrobin, pyrimethanil, rimsulfuron, sulcotrion, sulfosulfuron, thiacloprid, thiodicarb en triflusulfuron-methylester.
Rapportagegrens
0,03 µg/l
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
250 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
210
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
17
NIAM Voorschrift
nitrosamines LOA-535
Methode
De methode is gebaseerd op een vastefase extractie van het watermonster. Voorafgaand aan de extractie wordt de interne standaard d6-NMDA toegevoegd als surrogaat standaard. Vervolgens wordt de vastefase gextraheerd met een organisch oplosmiddel en geconcentreerd . Aan het extract worden de interne standaarden d10-NDEA en d14NDPA toegevoegd. Hierna wordt het extract met behulp van gaschromatografie geanalyseerd en gedetecteerd met een massaspectrometer voorzien van chemisiche ionisatie. Het gehalte aan de betreffende componenten wordt berekend aan de hand van een kalibratiecurve (externe standaardmethode gecorrigeerd voor de gevoeligheid van de interne standaard d10-NDEA (NDMA, NMEA en NDEA) en d14-NDPA (resterende componenten).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles Basisprijs (Kiwapunten)
donker glas, spoelen met dichloormethaan, droog blazen met schone stikstof 175 per monster (Kiwapunten) 0
NPOC Voorschrift
niet-purgeable organisch koolstof LAM-041
Methode
Rapportagegrens
Bij toepassing van deze bepaling wordt eerst het anorganisch koolstof verwijderd en vervolgens wordt het niet vluchtige koolstof gemeten met behulp van een infrarood gas analyzer. Dit gebeurt door de monsters aan te zuren met zoutzuur en door te blazen met lucht. Daarna wordt het monster geïnjecteerd met behulp van een autosampler in een verbrandingsbuis waar het organisch koolstof wordt omgezet in CO2. Het draaggas (lucht) neemt het CO2 mee naar een IC reactievat, waar het wordt gekoeld en gedroogd. Hierna gaat het door een scrubber naar een monstercel in de infrarood gas analyzer waar de CO2 concentratie wordt gemeten. De piekoppervlakte is evenredig met de NPOC concentratie. Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
50 ml
Fles
borosilicaatglas/polyethyleen
Basisprijs (Kiwapunten)
15
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
18
Orbitrap Voorschrift
Indentificatie onbekenden en/of doelstofanalyse LOA-600
Methode
De methode is gebaseerd op een vastefase extractie van het watermonster. Voorafgaand aan de extractie worden de interne standaarden fenuron en cloroxuron toegevoegd als interne standaarden. Aan het extract worden de interne standaarden d5-atrazin en d6-bentazon toegevoegd. De met vloeistofchromatografie gescheiden componenten worden eerst door een UV-diode array detector (DAD) geleid. Na de DAD wordt het eluens in de massaspectrometer geleid. De MS is uitgerust met een Electrospray Ionisatie Interface (ESI). Alle stoffen worden gemeten met een accurate massameting met zowel positieve [M+H]+ als negatieve ionen [M-H]- in de full scan mode (scangebied: 50-1300 Da). De massa-resolutie is ingesteld op 100.000. De maximale relatieve massa-afwijking is 5 ppm.
Rapportagegrens
Afhankelijk van de organische component (ca 10 ng/l)
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume Fles Basisprijs (Kiwapunten)
1000 ml donker glas, speciale reinigingsprocedure op aanvraag
© KWR, Watercycle Research Institute
19
PAAS.1 Voorschrift
primaire aromatische amines (PAAS) ATA-020
Methode
Primaire aromatische amines reageren in zuur milieu met natriumnitriet tot diazoniumzouten, die vervolgens met N-(1naftalyn)-diaminoethaandihydrochloride reageren tot paars gekleurde (azo)verbindingen, waarvan de absorptie bepaald wordt bij 546 nm.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
40 ml
Fles
borosilicaatglas gespoeld met zoutzuur 1:1
Basisprijs (Kiwapunten)
80
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
20
Pyro.2 Voorschrift
pyrolyse van kunststoffen met GC/FID LOA-503
Methode
Bij de analyse van de kunststof wordt een kleine hoeveelheid monstermateriaal met behulp van Curiepuntpyrolyse thermisch afgebroken tot vluchtige bestanddelen. Deze vluchtige bestanddelen worden met behulp van gaschromatografie gescheiden en vervolgens met behulp van een vlamionisatie detector gedetecteerd. De identificatie van rubbers en kunststoffen vindt plaats aan de hand van patroonherkenning met behulp van referentie pyrogrammen. De werkwijze in dit voorschrift is verder geheel afgestemd op de identificatie van PE en PVC met behulp van pyrolyse, gaschromatografie en statistische data-analyse. De identificatie van PE en PVC en de berekening van de overeenstemming hiervan vindt vervolgens plaats aan de hand van patroonherkenning met behulp van statistische data-analyse. De patroonherkenning gebeurt aan de hand van referentiepyrogrammen. Met de data-analyse kan op basis van het pyrogram objectief worden vastgesteld of een kunststof product op een bepaald moment nog uit dezelfde uitgangsstoffen is samengesteld als bij de aanvraag tot toelating. De toets komt neer op het vergelijken van tien (referentie) pyrogrammen van het oorspronkelijke, gecertificeerde materiaal, met drie pyrogrammen van het materiaal afkomstig van een jaarlijkse controle. Na inweegcorrectie worden de pyrogrammen op kwantitatieve wijze onderling vergeleken, waarbij onderlinge afwijkingen worden geïdentificeerd. Het uiteindelijke resultaat wordt uitgedrukt in de mate van overeenstemming. De software voor de statistische dataverwerking, gemaakt door Artesia, is een pakket welke ontwikkeld is door drs. P. Baggelaar (Icastat Statistisch Adviesbureau).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
5g
Fles
geen specifieke eisen
Basisprijs (Kiwapunten)
80
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
21
SAAS.1 Voorschrift
secundaire alifatische amines (SAAS) ATA-023
Methode
Secundaire Alifatische Amines reageren in water met koolstofdisulfide en het koperammoniak complex tot het bruin gekleurde, in water onoplosbare, maar in tolueen oplosbare, koperditiocarbamaat. De extinctie van deze oplossing wordt bepaald bij 435 nm.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
100 ml
Fles
borosilicaatglas gespoeld met zoutzuur 1:1
Basisprijs (Kiwapunten)
80
Scr.GCMS.LLE.doelst Voorschrift
screening doelstoffen na vloeistof/vloeistof extractie LOA-concept
Methode
Vloeistof/vloeistof extractie gevolgd door GC/MS op doelstoffen.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
5
22
Scr.GCMS.LLE.interpr Voorschrift
screening onbekende componenten na LOA-411
Methode
Dit onderzoek is bedoeld om de aanwezigheid van specifieke organische verbindingen of groepen van verbindingen vast te stellen en van de eventueel aangetoonde componenten de identiteit te bevestigen. De verbindingen of groepen van verbindingen worden tevoren geselecteerd uit een Infospec databestand met vele stoffen eerder aangetoond in diverse watertypes. Dit Infospec-databestand is opgezet door de participerende Waterleidingbedrijven (GWA, PWN, WBE en WRK) en RIZA en Kiwa. De methode kan worden toegepast voor verbindingen met een kookpunt tussen 100 en 350 °C. Omdat de analyse plaats vindt op basis van specifieke molecuulfragmenten, wordt in het algemeen geen hinder van de matrix ondervonden en kan een zeer lage bepalingsgrens worden bereikt. De isolatie van de verbindingen wordt uitgevoerd door middel van extractie met een geschikt oplosmiddel (petroleumether, hexaan, dichloormethaan, ethylacetaat) of isolatie met XAD-4 hars en concentrering van het extract tot enkele honderden microliters. Aan het extract wordt een tweetal interne standaarden toegevoegd. Vervolgens wordt een deel van het extract door middel van splitless/split, groot-volume- of cold-on-column injectie in een gaschromatograaf gebracht, waarin op een geschikte capillaire kolom de aanwezige verbindingen worden gescheiden. Met behulp van een massaspectrometer worden de verbindingen geïdentificeerd. Zo mogelijk wordt een kwantitatieve indruk gegeven op basis van vergelijking met de interne standaarden. Deze methode kan minder nauwkeurig zijn dan bij andere bepalingsmethoden; daarom wordt het gehalte semi-kwantitatief genoemd. Indien de verbindingen in het databestand aanwezig zijn, kan een standaardoplossing worden gemaakt, teneinde een nauwkeuriger kwantificering uit te voeren.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
2L
Fles
glas 1000 ml
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
20
23
Scr.GCMS.SPE.doelst Voorschrift
screening doelstoffen na vaste fase extractie LOA-concept
Methode
Vaste fase extractie gevolgd door GC/MS op doelstoffen.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
1000 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
5
24
Scr.GCMS.SPE.interpr screening onbekende componenten na vaste fase Voorschrift LOA-411 Methode
Dit onderzoek is bedoeld om de aanwezigheid van specifieke organische verbindingen of groepen van verbindingen vast te stellen en van de eventueel aangetoonde componenten de identiteit te bevestigen. De verbindingen of groepen van verbindingen worden tevoren geselecteerd uit een Infospec databestand met vele stoffen eerder aangetoond in diverse watertypes. Dit Infospec-databestand is opgezet door de participerende Waterleidingbedrijven (GWA, PWN, WBE en WRK) en RIZA en Kiwa. De methode kan worden toegepast voor verbindingen met een kookpunt tussen 100 en 350 °C. Omdat de analyse plaats vindt op basis van specifieke molecuulfragmenten, wordt in het algemeen geen hinder van de matrix ondervonden en kan een zeer lage bepalingsgrens worden bereikt. De isolatie van de verbindingen wordt uitgevoerd door middel van extractie met een geschikt oplosmiddel (petroleumether, hexaan, dichloormethaan, ethylacetaat) of isolatie met XAD-4 hars en concentrering van het extract tot enkele honderden microliters. Aan het extract wordt een tweetal interne standaarden toegevoegd. Vervolgens wordt een deel van het extract door middel van splitless/split, groot-volume- of cold-on-column injectie in een gaschromatograaf gebracht, waarin op een geschikte capillaire kolom de aanwezige verbindingen worden gescheiden. Met behulp van een massaspectrometer worden de verbindingen geïdentificeerd. Zo mogelijk wordt een kwantitatieve indruk gegeven op basis van vergelijking met de interne standaarden. Deze methode kan minder nauwkeurig zijn dan bij andere bepalingsmethoden; daarom wordt het gehalte semi-kwantitatief genoemd. Indien de verbindingen in het databestand aanwezig zijn, kan een standaardoplossing worden gemaakt, teneinde een nauwkeuriger kwantificering uit te voeren.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
2L
Fles
glas 1000 ml
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
20
25
Scr.GCMS.VLU.doelst Voorschrift
screening vluchtige basispakket verbindingen LOA-413
Methode
Dit onderzoek is bedoeld om de aanwezigheid van vluchtige organische verbindingen vast te stellen en de eventueel aangetoonde componenten te identificeren en te kwantificeren. De methode is o.a. toepasbaar voor de bevestiging van vluchtige bestrijdingsmiddelen, vluchtige aromaten, diverse organische oplosmiddelen en vele andere vluchtige stoffen. De isolatie van de verbindingen wordt uitgevoerd door middel van gasstrip (purge) met stikstofgas, nadat aan het monster een interne standaard is toegevoegd. De vluchtige verbindingen ontwijken en worden aan tenax geadsorbeerd. Vervolgens vindt desorptie, trapping" en scheiding van de verbindingen plaats in een gaschromatograaf. Met behulp van een massaspectrometer worden de verbindingen geïdentificeerd. Zo mogelijk wordt een kwantitatieve indruk gegeven op basis van vergelijking met de interne standaard. Indien de verbindingen in het Kiwabestand aanwezig zijn, kan een standaardoplossing worden gemaakt, teneinde een nauwkeurige kwantificering uit te voeren."
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
5
26
Scr.GCMS.VLU.interp Voorschrift
screening onbekende vluchtige verbindingen (GC/MS) LOA-413
Methode
Dit onderzoek is bedoeld om de aanwezigheid van vluchtige organische verbindingen vast te stellen en de eventueel aangetoonde componenten te identificeren en te kwantificeren. De methode is o.a. toepasbaar voor de bevestiging van vluchtige bestrijdingsmiddelen, vluchtige aromaten, diverse organische oplosmiddelen en vele andere vluchtige stoffen. De isolatie van de verbindingen wordt uitgevoerd door middel van gasstrip (purge) met stikstofgas, nadat aan het monster een interne standaard is toegevoegd. De vluchtige verbindingen ontwijken en worden aan tenax geadsorbeerd. Vervolgens vindt desorptie, trapping" en scheiding van de verbindingen plaats in een gaschromatograaf. Met behulp van een massaspectrometer worden de verbindingen geïdentificeerd. Zo mogelijk wordt een kwantitatieve indruk gegeven op basis van vergelijking met de interne standaard. Indien de verbindingen in het Kiwabestand aanwezig zijn, kan een standaardoplossing worden gemaakt, teneinde een nauwkeurige kwantificering uit te voeren."
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 L
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
Scr.LC/MS/MS.doelst Voorschrift
bepaling en bevestiging van specifieke verbindingen Kiwa-protocol
Methode
Met behulp van ESI of APCI kunnen diverse verbindingen met LC/MS/MS worden bepaald. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een kalibratiecurve of éénpuntskalibratie. Op verzoek kunnen diverse componenten worden geanalyseerd via een loopinjectie (FIA) of met HPLC scheiding voorafgegaan indien nodig met een on-line of off-line preconcentratiestap voor drink-, grond- en oppervlaktewater.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
20
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
27
Scr.LC/MS/MS.interpr Voorschrift
bepaling en bevestiging van diverse verbindingen Kiwa-protocol
Methode
Met behulp van ESI of APCI kunnen diverse verbindingen met LC/MS/MS worden bepaald. Voor de kwantificering wordt evenals bij HPLC gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een kalibratiecurve of éénpuntskalibratie. Op verzoek kunnen diverse componenten worden geanalyseerd via een loopinjectie (FIA) of met HPLC scheiding voorafgegaan indien nodig met een on-line of off-line preconcentratiestap voor drink-, grond- en oppervlaktewater.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
150
Sulf Voorschrift
sulfonen ATA-041
Methode
De sulfonen worden gemeten door préconcentratie op PLRPS en een Intersil ODS-80A kolom met UV-detectie. Identificering en kwantificering vindt plaats door vergelijking van de retentietijden resp. respons in het chromatogram ten opzichte van de standaardoplossingen.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
50 ml
Fles
borosilicaatglas
Basisprijs (Kiwapunten)
135
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
20
0
28
TBC Voorschrift
4-t-butylcatechol ATA-032
Methode
Het watermonster wordt geïnjecteerd op een Chromspher 5 RP18 en gemeten ten opzichte van een standaardkalibratiecurve in water. Na scheiding wordt 4tertiair-butyl-catechol gedetecteerd met UV-detector bij 281,5 nm. Identificering en kwantificering vindt plaats op basis van de absolute retentietijd. Verder vindt vergelijking van de retentietijden in het chromatogram ten opzichte van standaardoplossingen.
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
100 ml
Fles
borosilicaatglas
Basisprijs (Kiwapunten)
45
TCA.1 + Dalapon Voorschrift
gehalogeneerde azijnzuren en dalapon (GC/MS) LOA-518
Methode
Een deelmonster wordt geëxtraheerd met methyltert.butylether (MTBE) en geconcentreerd. Vervolgens vindt met diazomethaan een methylering plaats. Van het dan ontstane extract wordt met behulp van groot volume injectie een deel in een gaschromatograaf gebracht. Met een GC/MS worden de gescheiden componenten geïdentificeerd en gekwantificeerd. Voor de kwantificering wordt gebruik gemaakt van 3 tot 4 specifieke ionen, twee interne standaarden en externe kalibratiecurves. De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa).
Rapportagegrens
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
500 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
125
per monster (Kiwapunten)
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
0
29
Vlu1 Voorschrift
specifieke vluchtige verbindingen met GC-MS LOA-405
Methode
Rapportagegrens
Dit onderzoek is bedoeld voor een groep verbindingen, waarvan de kwaliteitsborging nauwkeurig bekend is. Isolatie door middel van gasstrip (purge) met stikstofgas, nadat aan het monster een interne standaard is toegevoegd. De vluchtige verbindingen ontwijken en worden aan tenax geadsorbeerd. Vervolgens vindt desorptie en scheiding van de verbindingen plaats in een gaschromatograaf. Voor de kwantificering wordt gebruik gemaakt van 3 specifieke ionen, een interne standaard en éénpuntscalibratie (responsfactor). De identificatie wordt uitgevoerd aan de hand van de Novem GC-MS criteria (I. Bobeldijk, 1998, Identificatiecriteria voor GC-MS analyse van milieucontaminanten in verschillende matrices, KOA 98.222, Kiwa). Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Meetonzekerheid
Zie separaat overzicht kengetallen per parameter
Analysevolume
100 ml
Fles
glas
Basisprijs (Kiwapunten)
115
per monster (Kiwapunten)
© KWR, Watercycle Research Institute
0
30
Postbus 1072 3430 BB Nieuwegein
T 030 606 95 11
F 030 606 11 65
E
[email protected]
I www.kwrwater.nl