L$26. 22.] Verslag van den staat dor booge-, middelbare en lagere scholen over 1906 1909. (BUlage T).
BIJLAGE T.
VERSLAG VAN DE COMMISSIE, in 1908 belast geweest met het afnemen van de akte-examens in de Engelsche taal (middelbaar ondfrwijs, akte A, en lager onderwijs). Aan Zijne Excellentie den Minister Binnenlandsche Zaken.
van
De Commissie, bij Ministerieele beschikking van 30 Mei 1908, n ° . 3 2 0 1 \ Afd. M. H. O., benoemd en belast met het afnemen van de akte-examens in de Engelsche taal, lager onderwijs en middelbaar onderwijs (akte A ) , heeft de eer hierbij verslag te doen van hare werkzaamheden. Zij was samengesteld als volgt: dr. J . H. Kern, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Groningen, lid en voorzitter; C. Grondhoud, leeraar aan eene hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus te Amsterdam, lid en ondervoorzitter; de leden: L. P . H. Eykman, leeraar aan eene hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus te Amsterdam; dr. W. van der Gaaf, leeraar aan de openbare handelsschool te Amsterdam; J . C. G. Grasé, leeraar aan eene hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus te Amsterdam; C. Heyman, leeraar aan het gymnasium te Haarlem; M. G. van Neck, leeraar aan het gymnasium en de hoogere burgerschool met driejarigen cursus te Utrecht; H . Poutsma, leeraar aan het gymnasium te Amsterdam; A. E. H. Swaen, lector aan de Rijksuniversiteit en leeraar aan het gymnasium te Groningen; J . de Josselin de Jong, leeraar aan de hoogere burgerschool te Leiden; R. R. de Jong, leeraar aan de Rijks- hoogere burgerschool te Utrecht; dr. E. Kruisinga, leeraar aan de hoogere burgerschool te Amersfoort: A. Picnot, leeraar aan het gymnasius en de Rijks- hoogere burgerschool te Middelburg; C. J . Voortman, leeraar aan de openbare handelsschool te Amsterdam; mej. J . D. van der Waals, leerares aan de middelbare school voor meisjes te Amsterdam; mej. J . F . de Wilde, leerares in de Engelsche taal en letterkunde te Amsterdam; de plaatsvervangende leden: J . F . Bense, leeraar aan het gymnasium te Arnhem; R. de Boer, leeraar aan het gymnasium te Assen;
D. van Bruggen, leeraar aan de gemeentelijke hooger* burgerschool te Nijmegen; W. A. van Dongen, leeraar aan het Marnix-gymnasium te Rotterdam; Chr. Kok, leeraar aan het gymnasium te Leiden; W. A. Wanting, leeraar aan de Rijks- hoogere burgerschool te Groningen; mej. C. G. H . Japikse, leerares in de Engelsche taal e» letterkunde te 's Gravenhage. De leden Grondhoud, Eykman, van der Gaaf, Grasé, Heyman, van Neck, Poutsma en Swaen waren aangewezen om ook de examens middelbaar onderwijs (akte A) af te nemen. Daar het aantal candidaten voor de akte lager onderwijs ongekend groot was, moesten alle plaatsvervangende leden opgeroepen worden gedurende het mondeling examen lager onderwijs en een gedeelte hunner gedurende de correctie. De eerste voorbereidende vergadering werd op 14 Juni te Utrecht gehouden. Op deze vergadering werd de heer van Neck als secretaris en de heer Grasé als tweede secretaris aangewezen. "Vervolgens besloot de Commissie dat de examens voor de akte lager onderwijs op dezelfde wijs zouden worden afgenomen als in vorige jaren. Het schriftelijk gedeelte zou worden gehouden te Amsterdam, Breda 's Gravenhage, Nijmegen en Zwolle, en zou bestaan in het vertalen van drie van elkander onafhankelijke reeksen van samenhangende zinnen in het Engelsch en van een stuk proza in het Nederlandsch. Dit gedeelte zou plaats hebben op 17 J u l i , terwijl met het beoordeelen van het gemaakte werk op 18 Juli zou worden begonnen. In deze vergadering werd verder een aantal zinnen ter vertaling in het Engelsch door de vergadering uitgekozen, waaruit door eene commissie van drie leden, door den voorzitter aangewezen, eene keuze zou worden gedaan. Hetzelfde geschiedde met eenige door de commissie niet ongeschikt bevonden stukken, ter vertaling in het Nederlandsch. Deze beide groepen van drie kozen de naar hunne meening meest doelmatige stukken uit en onderwierpen hunne keuze op de tweede voorbereidende vergadering, die op 5 Juli te Utrecht gehouden werd, aan het oordeel der geheele commissie, welke daarop het schriftelijk werk voor het examen lager onderwijs definitief vaststelde. Verder werd op de eerste voorbereidende vergadering door de leden, die zicli meer bepaald met het afnemen van de examens middelbaar onderwijs (akte A) zouden belasten, besloten, het examen voor deze akte over 't algemeen op dezelfde wijze af te nemen als in vorige jaren geschied was. Op de tweede voorbereidende vergadering werd eene keuze gedaan uit eenige stukken ter vertaling in het Engelsch, die reeds van te voren door de leden onderzocht waren, en werd de tekst van liet gekozen stuk vastgesteld. Verder werden op deze vergadering vastgesteld de onderwerpen voor de opstellen en het gedicht, dat buitenlanders zou worden opgegeven ter paraphraseering.
1220.
Bijlage D.
22.]
Tweede Kamer, i ():>
Verelag van deu staat der hooge*, middelbare ra lagen scholen over L908- ÜK)(J. (Bijlage T). De examens hadden een geregeld verloop. Op het schrifte* lijk examen lager onderwijs deed zich het geval vour, dat «ene vrouwelijke candidaat reeds hij het begin van het examen zoodanig door eene oogaandoening gekweld werd, dat zij onmogelijk lezen kon. Op eene schriftelijke verklaring var. den haar benandelenden geneesheer werd haar later gelegenheid gegoven, ander schriftelijk werk te maken en het niondeling gedeelte af te leggen. Daar tijdens het mondeling examen de voorzitter meestal bij de examens middelbaar onderwijs aanwezig moest zijn, droeg hij de leiding van het examen, wat het lager onderwijs betreft, aan den ondervoorzitter, den heer Grondhoud, op: voorts wees hij den heer Eykman aan om samen met iedere groep examinatoren bij het examen lager onderwijs het cijfer voor de practische uitspraak vast te stellen.
De beoordeeling van het schriftelijk werk voor de lager onderwijs duurde van 18 J u l i tot Donderdag 30 en het mondeling examen van 31 J u l i tot Donderdag 13 gustus met 26 candidaten per dag. De eindvergadering werd gehouden op Vrijdag 14 gustus.
akte Juli AuAu-
Het schriftelijk examen voor de akte A had plaats op 16 Juli en de beoordeeling van het schriftelijk werk duurde van 22 Juli tot 28 Juli, terwijl de mondelinge examens werden gehouden van 29 Juli tot 18 Augustus. De uitkomst van het examen voor de akte lager onderwijs vindt Uwe Excellentie saamgevat in de tabellen I en I I .
TABEL I.
Aantal van hen die
Qevraagde akte Candidaten.
van
bekwaamheid.
A k t e van bekwaamheid voor schoolonderwijs in de Engelsche taal, krachtens de w e t tot regeling van het lager onderwijs.
. niet zijn het geheele niet zijn !opgekomen examen voor het hebben 1
zid
' hebben
aangemeld, opgekomen.
Vrouwelijke
.
Mannelijke
211
i
mondeling gedeelte
atoeiefld
zijn
zijn
^gewezen,
toegelaten
82
186
44
92
44
l-i()
67
«8
U
Totaal.
888
T A HEI.
7(5
dat is toegekend
daten.
Manne* lijke.
185
Mondeling.
Aantal malen
Candi-
lijkc
111
II.
•Schriftelijk.
Vrou\ve-
296
het praedicaat.
Vertaling uit het Engelscli.
5. zeer goed. 4. goed. 8. voldoende.
•> onvoldoende 1. slecht. zeer goed.
o 28 10
5. 4. 8. 2. 1.
goed.
voldoende. onvoldoende slecht.
17
Vertaling in het
Dictee.
Engelsen.
4
!) 54 78 17 7
1 18 97 44 0
0 11 87 88 0
2 6 106 46 0
88
il!»
66
28 24
Ui
0
Handelingen der Staten-üeneraal. Bijlagen 1909—1910.
heid.
1 22 91 22 0
42 24
sa
Vaardig-
0 17 84 86 0
41
54 17
kunst.
Woordenschat en taaieigen.
2 1!» 90 25 0
15
18 100 58
Spraak-
Uitspraak. Theorie. 1
96 92 17
Practijk. 1 i 72
0
66 0
8
0
25 102 29
0
6 92 «1 1
27
22G.
HM»
22. |
Verslag van den staat der hooge-, middelbare en lagere scholen over 1908 1900. (Bijlage Ti. U i t deze tabellen blijkt, d a t voor de a k t e lager onderwijs in liet geheel geslaagd zijn 56 p e r c e n t van de vrouwelijke en 4 5 | p e r c e n t van de mannelijke c a n d i d a t e n ; gemiddeld 50 percent van d e c a n d i d a t e n , die voor h e t schriftelijk examen waren o p g e k o m e n . N a de correctie van het schriftelijk werk voor de akte lager onderwijs bleek het, d a t 26 percent van de vrouwelijke en 25 p e r c e n t van d e m a n n e l i j k e c a n d i d a t e n geen, of zeer g e r i n g e , k a n s op slagen h a d . Twee en t w i n t i g h u n n e r onderwierpen zich toch a a n h e t m o n d e l i n g e x a m e n , m e t b e t gevolg, d a t twee de a k t e v e r k r e g e n . De v e r t a l i n g e n , die de c a n d i d a t e n voor lager onderwijs te m a k e n h a d d e n , volgen a c h t e r d i t verslag (bijlagen I , I a , II, Ha). De commissie heeft geen a a n l e i d i n g tot het maken v a n o p m e r k i n g e n a a n g a a n d e de v e r t a l i n g e n . E e n e v e r g e l i j k i n g van de u i t k o m s t e n m e t die van vorige j a r e n t o o n t eenige verb e t e r i n g ; vooral is d i t h e t geval m e t de uitkomsten van de v e r t a l i n g in h e t N e d e r l a n d s c h . Ten opzichte v a n de m o n d e l i n g e e x a m e n s heeft d e commissie geheel en al de r e g e l i n g d e r vorige j a r e n gevolgd. Zij verdeelde s t r e n g d e te b e h a n d e l e n stof en t r a c h t t e een oordeel te krijgen over de kennis, die de c a n d i d a t e n bezaten van h e t idioom, h u n woordenschat en den g r a a d van v a a r d i g h e i d en n a u w k e u r i g h e i d , w a a r m e d e zij h u n n e g e d a c h t e n in het E n g e l s c h konden u i t d r u k k e n . Over h e t a l g e m e e n is de commissie tevreden over de kennis ' TABEL
van het t a a i e i g e n , den woordenschat, de kennis der s p r a a k k u n s t en den g r a a d van v a a r d i g h e i d der c a n d i d a t e n , Ook de kennis van de theorie van de u i t s p r a a k gaf geen aanleidingtot o p m e r k i n g e n , wel de toepassing e r v a n . Vele c a n d i d a t e n zijn gewoon in het spreken en lezen d e klinkers te b e g i n n e n m e t een ,,clear b e g i n n i n g " , d a t , ten gevolge van h u n voorz i c h t i g en l a n g z a a m lezen en h u n v e r l a n g e n om zoo d u i d e l i j k mogelijk te zijn, bijna (zoo n i e t geheel) o v e r g a a t in een , , g i o t t a l s t o p " . Deze fout moeten toekomstige c a n d i d a t e n t r a c h t e n t e voorkomen, in de eerste p l a a t s door zich te g e wennen aan natuurlijk lezen, w a a r d o o r het gebrek aan v e r b i n d i n g tusschen de verschillende woorden spoedig zal v e r d w i j n e n . E e n a n d e r e fout is, d a t vele c a n d i d a t e n de korte i u i t spreken als d e i in N e d e r l a n d s c h e woorden, en de korte e en a als d e e in h e t N e d e r l a n d s c h e woord bed, waardoor h e t verschil tusschen E n g e l s c h e woorden zooals bed en bad, head en had geheel en al verloren g a a t . Ook voor h e t a a n l e e r e n van de u i t s p r a a k van de w, die bij velen te wenschen overliet, ofschoon ze meer ongewoon d a n moeilijk is, r a a d t d e commissie toekomstige c a n d i d a t e n p r a c t i s c h e oefening a a n . H e t schriftelijk werk voor de c a n d i d a t e n m i d d e l b a a r onderwijs bestond in de hierbij gevoegde v e r t a l i n g ( b i j lage I I Ï ) . Twee v r e e m d e l i n g e n m a a k t e n een opstel over een d e r in bijlage I V genoemde o n d e r w e r p e n e n eene p a r a p h r a s e v a n een stuk poëzie (bijlage V ) . D e v o l g e n d e talbellen b e v a t t e n den u i t s l a g van d i t e x a m e n . III.
Aantal van hen die Gevraagde akte van
Candidaten.
bekwaamheid.
ziek hebben niet zijn terughet geheele opgekomen zijn zijn zich hebben niet zijn getrokken | examen voor het onder het hebben afgewezen.; toegelaten. aangemeld. opgekomen mondeling afgelegd. mondeling gedeelte.
examen.
Akte van bekwaamheid A voor srhoolondenvijs in de Engelsche taal, ingevolge art. 4 der wet van 25 April 1879 (Staatsblad n°. 871.
Vrouwelijke
Mannelijke
Totaal
48
84
10
<»1
82
28
.Schriftelijk. Aantal malen Vertaling dat is toegekend het praedicaat | Paraphni.se. x?ï\0\'- .i
Vrouwelijke.
Mannelijke.
zeer goed. goed. voldoende. onvoldoende. slecht.
0 1 0 0 0
Klankleer.
5. 4. 3. 2. 1.
zeer goed. goed. voldoende. onvoldoende. slecht.
o o l
o
o
2 21 26 4
0 8 18 25 2
0 2 11 21 3
0 3 16 13 2
o
(Akte A.i
Mondeling.
of opstel, i 5. 4. i 3. 2. 1.
18
39
TABEL IV.
Candidaten.
80
Spraak*
Taaieigen en
Vaardig-
kunst.
woorden*
heid.
0 0 11 34 3
schat.
0 0
0 2 38 8 O
0
o
0
0
o
13 20 1
14 li) 1
ö 29 11 0
Uitspraak.
21 14 0
I 1 20 12 0
Theorie van onderwijs en opvoeding.
o o 22 0 1
0 0 12 1 1
[ 226.
22. |
K)7
Verslag van den staat der booge-, middelbare en lagen scholen over 1908 Uit deze tabellen blijkt, dut omstreeks U2 percent van lien, die zich aan liet examen onderwierpen, de ante A verkregen. Over de schriftelijke paraphrase was liet oordeel gunstig, maar wegens liet K''i'i"H' aantal randidalcii kan de commissic geen gevolgtrekking maken. De vertaling werd dit jaar minaer voldoende geacht dan verleden jaar. De uitslag van het mondeling examen heeft in het alge'
ondernemen de studie eener rreemde taai, vóór /.ij de begin»
selen der algemeene spraakkunst geleerd hebben, vóór zij bijv. een goed begrip hebben van wat men in de spraakkunst wijze, lijd, naamval, enz. noemt ; en liet behoeft nauwelijks gezegd te worden, dat onder zulke omstandigheden inzicht in grammaticaal verband of gebrekkig of geheel afwezig is. Dat aan dezen verkeerden toestand een einde zon komen, indien de candidaten voor de middelbare akte genoodzaakt waren eene deugdelijke voorbereidende oefenschool door te maken, spreekt van zelf, en deze commissie zou, indien haar oordeel gevraagd werd, eene wijziging in die richting ten zeerste aanbevelen. De uitslag van het onderzoek naar de kennis van het idioom, de vaardigheid en de practische uitspraak was gelijk aan dien van vorige jaren. Ook deze commissie betreurt het, dat op zijn minst negen van elke tien candidaten voor de akte A zich tevreden stellen met een verblijf in Engeland van enkele weken, ten hoogste één of twee maanden. Zij raadt toekomstige candidaten aan, om ten minste een jaar daar te verblijven, opdat zij zich vertrouwd kunnen maken met het idioom en eene vaardigheid in het spreken verkrijgen, die hen in staat stelt, voor eene klasse vlot en correct in de Engelsche taal te zeggen wat voor en bij het onderwijs noodzakelijk is. Bij het onderzoek naar de kennis der klankleer, bevond ook deze commissie, dat de candidaten niet voldoende met dit gedeelte vertrouwd zijn. Daar de theorie de practijk moet steunen, vooral bij hen, die in lateren tijd niet geregeld naar Engeland kunnen gaan, drukt de commissie toekomstigen candidaten op het hart, groote zorg te wijden aan dit onderdeel van het examen. Met dankzegging voor het in haar gestelde vertrouwen besluit de commissie dit verslag.
Gjroningen
, 27 September 1908.
Utrecht Namens de commissie
voornoemd,
.1. H. K E R N , Voorzitter. M. G. VAN NECK, Secretaris.
BIJLAGE I.
The town was dirty, the streets were shabby, and the houses very small. So far as Joan was able to judge, it was not inhabited by any gentlefolk, as she understood the term, except by a parson or two and a few medical men, and possibly by a lawyer. Those who lived in the best houses — houses of more than a groundfloor and one upper story, and which had a room on each side of the front-door, —• were also those who worked least, the better class shopkeepers, such as did not live over their shops. But of these there were few. As to the owners of the potteries, they had mansions far away in the country, among trees and flowers, and went to their business by train. Living where she had chosen to live, living in the marnier she had elected, and among those with whom she was daily to associate, she woud be as absolutely cut off from the society of the class to which she belonged by birth and culture, as if she had been wrecked on a South-Sea island, peopled only with dark-skinned na-
üto'.t. (Bijlage I),
| tives. 1'erliaps one of the most difficult things to which to I nooommodate the taste is dialect. But soine dialects are vulgar, and grate upon the rofiued ear, and other do not. To tliis latter class belongl the common speech of Staffordshire. 1 lis singularly pure, and possesses none of those eleuients of detective and distorted pronunciation that charecterize the [ language of the London vulgar. Joan had already noticed, as regards the external appearauce of the people, that dark hair prevailed, and that those employed in the potteries were < uriously short iu their lower limbs. This was probably due • to sedentary habits from an early age. They might have long backs, but their legs were disproportionate. Joan with cool clear sense reviewiug all that had tuiiie uuder her observation, was well awere that she would be deprived of a thousand things that she would miss, and which hitherto she had considered indispensable. But she saw with equal distinctness that by the change she would not be the loser. Hitherto, she had known nothing of that part of humanity which earns its daily bread, save what she had seen of the sleepy rustics about her native village, and thse she viewed from a height which had rendered her incapable of understanding them as they understood one auother. Now she was about to become a worker among working people, and she | foresaw that the study of the class into which she had ', entered would prove highly interesting. One fact had already 1 made a deep impression upon her — that huinan nature was ! mach the same in every class, and whenever some little act i of kindness or delicate courtesy was done, her heart swelled with grateful surprise.
BIJLAGE
la.
I n the nieantime neither the opinion held by the minority that John Huxford was dead, nor that of the majority, which pronounced him to be faithless, represented the true state of the case. Still alive, and of stainless honour, he had yet been singled out by fortune as her victim in one of those stninge whims which are of such rare occurrence, and so beyond the general experience, that they might be put by as incredible, had we not the most trustworthy evidence of their occasional possibility. Landing at Quebec, with his heart full of hope and courage, John selected a dingy room in a back street, where the ferms were less exorbitant than elsewhere, and conveyed thither the two boxes which contained his worldly goods. After taking up his quarters there he had half a mind to change again, for the landlady and the fellow-lodgers were by no means to his taste; but the montreal coach started within a day or two, and he consoled himself by the thought that the discomfort would only last for that short time. Having written home to Mary to announce his safe arrival, h© employe
[fM« 22.] Verslag van «Ion «taal der liooge-, middelbare <•il lagere acbolen over 1008 to until the ship was well down the Bt. LawimMi This trade caused llit' w relehes H lm l'ollowed it li) lic experts in the UW of stupefying dmgs, and tliey deterinined to j)ractise tlieir arts u])oii tlieir i'riendless lodder, so as to have an opportunity of ransacking bis effects, and of seeing wliat it might be wort li tlieir wiiilc to stcal.
BI.JI.AGI-;
II.
armoede een der ergste dingen is, die men zich kan voorstellen. Maar aan den anderen kant zouden wij ons zeer verbissen, als wij meenden, dat het ware geluk altijd t<» vinden is in het bezit van grooten rijkdom. Menigeen wordt benijd om zijn prachtig huis of zijn uitgestrekt landgoed door hen, die niets weten van de dagelijksche ergernissen, waaraan hij is blootgesteld. Wij kunnen veilig zeggen, dat iemand, die door eerlijk werk voor zich en ziju gezin kan zorgen, bijna nooit reden zal hebben zich over zijn lot te beklagen. II. Niet lang geleden heb ik in de courant een aardig verhaal gelezen. Een boer had een arbeider, die hein vele jaren trouw gediend had en aan wiens eerlijkheid hij nooit in het minst had getwijfeld. Sedert eenigen tijd had hij zich echter verbeeld, dat een hoop tarwe, die in zijn schuur lag, langzamerhand kleiner werd. Hij verborg zich daarom op zekeren avond dicht bij de tarwe. Omstreeks middernacht hoorde hij iemand zachtjes de deur openen. Deze ging naar de tarwe en begon een zak, die hij in de hand had, te vullen. De boer trad op hem toe, en legde hem de hand op den schouder. De verschrikte dief keerde zich om, en daar de maan beider scheen door een raam in het dak, herkende de boer zijn arbeider. I n plaats van de politie met den diefstal in kennis te stellen, verhoogde de boer het loon van den armen kerel, die met het geld, dat hij verdiende, niet genoeg voedsel voor zijn gezin bad kunnen koopen.
1. Wij kwamen met den trein van tien uur te Ylissinjivn aan, en Ingaven ons onmiddellijk aan boord. Alle passagiers schenen groote haast te hebben, en wij konden, heiaden als wij waren met pakjes, reistasschen en paraplui's, haast niet door de menigte heen komen. Tante Marie en ik waren zoo gelukkig een lint met slechts twee bedden te krijgen, maar vader moest de zijne deelen met twee Duitsche professoren en een Belgischen fabrikant. Wij sliepen, de omstandigheden in aanmerking genomen, vrij goed, maar dat was niet het geval met vader, want de heide Duitachen praatten het grootste gedeelte van den nacht met elkander en de Belg was zeeziek. Toen wij wakker werden, was de Engelsche kust in het gezicht, en het duurde niet lang, of wij kwamen veilig aan te Queenboro, van waar de trein ons in minder dan zeven kwartier naar Londen bracht. 2. Een Amerikaan reisde eens met vrouw en kinderen in Engeland. Hij kwam aan eene stad aan de Theems, met bijzonder mooie omstreken, welke hij natuurlijk wilde bezichtigen. Hij besloot een rijtuig te nemen, dat hij zelf wenschte te besturen, maar iedereen weigerde er een te geven aan een vreemdeling, van wien men niets wist. Eindelijk deed hij iemand het volgende voorstel: „ I k zal de paarden en het rijtuig van u koopen en wanneer ik er mee gedaan heb, moet gij ze voor denzelfdeu prijs terugnemen." Het antwoord was gunstig, en hij betaalde wat gevraagd werd. Na eeuige uren kwam het gezelschap terug, en daar alles in goeden staat werd bevonden, kocht de Engelschman het terug. De Amerikaan stak het geld in den zak en ging heen met een vriendelijk „goeden dag". De Engelschman vond dit vreemd en, meenende recht te hebben op een som gelds voor het gebruik van het rijtuig, riep hij den Amerikaan terug, en herinnerde hem aan zijne vergissing. Maar deze zeide: ,,Ik ben den geheelen dag in mijn eigen rijtuig uit geweest, en daarvoor behoef ik niets te betalen, wel i"
1909. (Bijlage Ti.
j : j i j ; | , I
III. Verleden Woensdag, toen ik u voor 't eerst schreef, had ik slechts gelegenheid om u te laten weten, dat ik den Zaterdag te voren was aangekomen. Ik zal nu echter iets meer vertellen over mijn reis: Wij hadden een zeer ruwen overtocht, zoodat we in plaats van om ongeveer tien uur, pas vijf minuten over half twaalf de haven binnenkwamen. Mijn vriend stond op mij te wachten, en zoodra hij mij zag, kwam hij naar mij toe en zei: „ W a t bij je laat! Ik wacht hier al bijna twee uur. Hoe komt het, dat je zooveel bagage bij je h e b t ? " Dat was alles wat hij zei. Ik deed of ik het niet merkte en zei slechts: „ H e t spijt me, dat ik je heb laten wachten, maar het is de schuld van het slechte weer. Bijna den geheelen tijd hebben we stormweer gehad, en je kunt je niet voorstellen hoe zeeziek ik geweest ben." De knecht van mijn vriend bracht de bagage naar het rijtuig, en we reden samen naar mijn nieuwe tehuis.
3. Toen ik onlangs het huis van een kennis van mij voorbijging op een ongewoon uur, zag ik den dokter er uit komen. Daar ik hem heel goed ken, aarzelde ik niet hem aan te spreken. BI.II.AGE I I I . ,,ls er iemand ziek?" vroeg ik. „Niet bepaald ziek", zeide hij, „ m a a r gisteren is een van de jongens vun de trap gevallen, en heeft zich ernstig aan De dokter was in zijn humeur, blijkbaar om een zaak, die het hoofd bezeerd." hemzelf, niet zijn patiënten aanging. : „ W i e van hen is ket? ° „ W e l dokter zoo vroolijk vandaag?" „ H e t is J a n , de oudste. Ik weet nog niet, hoe het zal af- j En hij vertelde, handenwrijvend, het volgende: loopen. Van het oogenblik, dat hij te bed is gebracht, is hij „Verbeeld je, wat mij overkomen is? Een Engelsche dame bewusteloos, en tot nog toe zie ik geen verbetering." komt mij halen om mee te gaan naar een aieke in een hotel. I k dankte hem voor zijne inlichtingen, gaf hem de hand Ik word in een mooi gemeubileerde kamer gelaten, waar en vervolgde mijn weg naar huis. een lange magere Amerikaan met een kamerjapon aan al op m ij waoht. „ „ ' t is toch niet voor u ? " vroeg ik. „ „Xeen, mijn dochter voelt zich niet lekker Maar u moet haar vlug beter maken, want wij zijn voor one pleizier in Europa." BIJLAGE \\a. „ „Mag ik haar eens z i e n ? " ,, „Jawel", zei hij, en hy bracht mij bij zijn dochter, een echte Amerikaansche, niet mooie regelmatige trekken en I. prachtig haar. Zeer veel menscheu zeggen of denken dikwijls, dat zij j „Voor ik nog een paar vragen had kunnen doen, vroeg zich volkomen gelukkig zouden gevoelen, indien zij slechte j de vader al bezorgd: „ ' t Heeft toch niet veel te beteekeveel geld hadden. Nu valt het niet te ontkennen, dat de nen, wel?"
Bijlage D.
[fcSÖ. 22.1
Tweede Kamer.
IOi>
Veralag van den staat der booge-, middelbare HJ lagere scholen over 1908 1909, (Bijlage Ti. „Maai toan ik klaar was met mijn onderzoek, wist ik, dat bet meisje bard ziek was. ,, „Malligheid, ze beeft kou gevat. We kunnen hier in dit gat niet blijven zitten!" ,, ,,Zij heelt waarschijnlijk typhus," zei ik kalm, „ e n wel in ernstigen graad.'"
,, „Maak haar maar gauw weer beier, geld komt ei
llK't
op a a n . " ,, ,,'t Is lieuscli ernstig!" zeide ik niet nadruk. , ,Ik deed wat ik als dokter doen moest, en waarschuwde den hotelhouder. Die wilde natuurlijk zulk een gevaarlijke zieke niet houden." ,, ,,i)an huur ik het heele hotel," zeide de Amerikaan doodleuk. „Maar zij braohten hem beleefd aan het verstand, dat het een beginselkwestie gold, en dat dit onmogelijk was. Nadat ik niet zonder moeite een ziekeninriehting gevonden had, welke de zieke wilde opnemen, liet ik haar vervoeren. De vader was woedend, omdat hij voor de eerste maal in zijn leven zijn zin niet kon krijgen. ,, ,,Ik heb om mijn eigen dokter in New-York geseind", gromde hij naast mij loopende ,,en ook om een professor uit Parijs. En uit Londen heb ik twee pleegzusters laten overkomen " „ D a t was te bar! Ik zei hem, dat wij hier genoeg bekwame dokters en pleegzusters hadden, alsook hoogleeraren, die ik zou kunnen consulteeren, als hij dat wenschte. ,,Later werd hij weer boos, omdat zijn dochter slechts één kamer kreeg, en nog wel een kleine. En hij werd gewoon ziedend, toen hem werd beduid, dat hij zelf niet kon logeeren. ,,]\a een paar dagen kreeg hij berichten, die het noodig maakten, dat hij even voor zaken naar Amerika terugkeerde. Zijn vrouw kwam uit Italië en nam zijn plaats in. Ik kreeg opdracht eiken dag een uitvoerig bulletin te seinen, dat gemiddeld 50 dollar kostte. ,,I)e moeder was even eigenaardig als de vader; zij zat als een vreemde naar haar dochter te kijken, banger voor zicii zelf dan voor haar kind, dat toch zoo erg ziek was. ..Zij vond Amsterdam, ja heel Holland, ellendig. Zij liet alles uit het buitenland komen. Er kwamen dagelijks kisten met de kostbaarste bloemen uit het Zuiden. De zeldzaamste vruchten werden uit Engeland gezonden. De eieren liet zij door haar bedienden per eigen rijtuig van een boerderij buiten Amsterdam halen. En natuurlijk hield ik als dokter vast aan mijn voorschriften: de bloemen mochten niet in de ziekenkamer, en het fruit mocht de zieke volstrekt niet gebruiken. W a t de eieren aangaat, die bleken niet eens versch te zijn en waren aan de ziekeninriehting veel beter te krijgen. „Toen eindelijk het gevaar geweken was, verdween de Amei ikaansebe mama naar Wiesbaden, om voorloopig in de huurt te blijven.
Handelingen der Staten-Generaal.
Bijlagen 1909—1910.
,,Op een goeden dag stond papa plotseling weer voor me. Hij keek zijn dochter aan en zei toen: ,, „Mag ik u eenjs vragen? Is het nu niet lang genoeg geweest? Ik wou nu naar het Zuiden." ,,11 ij had al een extra trein besteld, die hem en zijn dochter rechtstreeks van Amsterdam naar Italië SOU brengen. Daartegen kon ik natuurlijk geen bezwaar maken. „En zooeven kreeg ik een cheque voor Maar het bedrag noem ik niet, want mijn collega's mochten eens jaloersch worden op mijn Amerikaansche praktijk."
BIJLAGE
IV.
1.
A teacher's life.
2.
The pleasures of gardening.
3.
The good and evil influence of newspaper9.
4.
111 weeds grow apace.
5.
My native village.
0.
Life in a secluded part of the country.
BIJLAGE
V.
OCTOBER. Ay, thou art welcome. ueaven's delicious breath, When woods begin to wear the crimson leaf, And suns giow meek, and the meek suns grow brief, And the year smiles as it draws near ito death, Wind of the sunny South! Oh still delay I n the gay woods and in the golden air, Like to a good old age released from care, Journeying, in long serenity, away. In such a bright, late quiet, would that I .Might wear out life like thee; mid bowers and brooks, And, dearer yet, the sunshine of kind looks, And music of kind voices ever nigh; And, when my last sand twinkled in the glass, Pass silently from men, as thou dost pass.
28