[««O.
8.]
Verslag van den staat der booge», middelbar* en lagere scholen over L9Q8 1909. (Bijlage F).
BIJLAGE F.
VERSLAGEN van de in 1908 afgenomen i;i handenarbeid.
1.
examens
Examen, gebonden op 21—25 April 1008. Aan het Bestuur run de Vereeniging tot Bevordering run het Onderwijs in Handenarbeid in Nederland.
• De door u benoemde Commissie belast met het afnemen van de examens ter verkrijging van de in art. 23 (huish. regl. van uwe vereeniging) bedoelde diploma's, hield met den voorzitter en den secretaris van uw bestuur hare eerste bijeenkomst op 4 April te Haarlem. Zij bestond uit de heeren: D. Been, P . T. van der Meulen, J. W . Sevenhuysen, J . Stam en .P. Ypes. Laatstgenoemde had echter bedankt. Zijne plaats werd ingenomen door den eerste-plaatsvervanger, den heer W . Swart. Tweede-, derde- en vierde-plaatsvervanger waren de heeren Max, Langeveld en Tjalkens. De .voorzitter van liet hoofdbestuur deed mededeeling van liet voor de vereeniging zoo belangrijke Regeeringsbesluit, waarbij werd bepaald: 1°. dat over het jaar 1908 voor eiken candidaat, die examen aflegde, f 5 zou worden uitgekeerd tot een maximum bedrag van f 500 en 2°. dat een der leden van het Rijksschool toezicht zou zijn lid en voorzitter der examencommissie. In verband 'met dit besluit werd gekozen tot vice-voorzitter, de heer J. W . Sevenhuysen en tot secretaris de heer 1). Been. Vervolgens werd ter kennis der Commissie gebracht dat zicli hadden aangemeld 64 candidaten voor diploma A en 18 voor diploma B. Dir groote aantal candidaten moest in drie groepen verdeeld worden. De eerste groep, bestaands uit 30 candidaten voor diploma A, zou geëxamineerd worden op 21 April van 8 1 - 1 2 en van 2—6J uur en op 22 April van 8—12 uur. De tweede groep, bestaande uit 12 candidaten voor diploma A en 18 voor diploma B zou geëxamineerd worden op '22 April van 2 - 5 ' . uur en op 23 April van 8—12 en van 2—51 uur. De derde groep, bestaande uit 22 candidaten voor diploma A, zou geëxamineerd worden op 24 April A-an 81 -12 en van 2—Dj uur en op 25 April van 8—12 uur. Daarna werd aan de hand van bet examenprogram, opgenomen in art. 23 van het huishoudelijk reglement, in groote trekken vastgesteld, wat geëischt zou worden. Besloten werd zich te houden aan wat dienaangaande werd bepaald bij het. voorgaande examen, met dit verschil, dat, meer dan tot dusver het geval was. werkstukken zouden worden opgegeven met gebogen vlakken, bij den kartonarbeid, zoowel als bij de houtslöjd. Voor elk der drie vakken, klei-, karton- en houtarbeid, werd aan minstens twee leden der Commissie opgedragen, het ontwerpen van werkstukken om als examenopgaven te dienen. Tot nadere regeling van het examen en tot het definitief vaststellen der werkstukken en andere opgaven zou de Com-
missie vergaderen op Zaterdag 18 April in het examenlokaal. In deze tweede bijeenkomst was aanwezig als voorzitter der examencommissie de heer G. Roodenburch, schoolopziener in het district Haarlem. Vóór de Commissie hare werkzaainheden aanving, nam de voorzitter van het hoofdbestuur der vereeniging, de heer KI. de Vries Szn., het woord om den heer Roodenburch te installeeren en er op te wijzen van hoe groote beteekenis voor de vereeniging en in het bijzonder voor de waarde der uit te reiken diploma's het Regeeringsbesluit geacht moet worden, ten gevolge waarvan de heer Roodenburch nu als voorzitter der examencommissie optreedt. De heer Roodenburch, den heer de Vries beantwoordende, zei, dat hij moest bekennen niet bepaald een groot voorstander te zijn van den handenarbeid, maar dat hij er wel warme belangstelling voor gevoelde; dat hij, zoo dikwijls hij er getuige van was, werd getroffen door de nauwkeurigheid en den ernst, waarmede de examens werden afgenomen. Hij meende te mogen verwachter;, dat op dit eerste officieele examen in dienzelfden geest zou worden voortgegaan, aangezien de diploma's moeten zijn een deugdelijke waarborg voor bekwaamheid in het geven van onderwijs in bandenarbeid. In de '.eiste plaats werd nu mededeeling gedaan, dat zich 21 candidaten hadden teruggetrokken; zij behoorden voor het grootste deel tot hen, die zich al vóór Kerstmis hadden aangemeld. De drie groepen bestonden nu respectievelijk uit: lste groep: 24 candidaten voor diploma A; 2de groep: 20 candidaten, waarvan 9 voor diploma A en 11 voor diploma B ; 3de groep: 17 candidaten voor diploma A. Samen dus 61 candidaten. Hierna werd overgegaan tot de keuze van de op te geven werkstukken. Na ampele bespreking, waarbij de voorgestelde opgaven soms gewijzigd werden, werd de arbeid als volgt «eregreld; Groep I . Diploma A. Dinsdag, 21 April. Karton.
Klei.
uur. Briefkaartenbakje. (Fig. 1). ( J ) Snij- en ritsmodel. 10--10J,
8£—10
101—1U
Beschrijving van een werkstuk (een bakje met gebogen opstaande kanten).
11*—12
Het schild voor een later te vervaardigen bakje. (Fig. 2).
2—3*
Keulsche pot.
(1) De figuren waren bij het oorspronkelijke verslag gevoegd, doch zijn hier niet overgedrukt.
!ff6.
60
H. |
Verslag van den staat der ti<>i>ti<'-, middelbare en lagere scholen over 1908 1009. (BUlage F). :U
l.l
U-óh
uur. Snijden in klei a ' — b 1 = ( a — b) fa' + ol> + b3) = ( a — 6 ) a3 + (a-b) ab + (a -b)b3. (Fig. 3). ,,
Spoordijk en Viaduct. ( F i g . 4 ) .
Woensdag) 22 April. Karton.
8
12
UUT. Bakje op Schild. ( F i g . 2 ) . Groep I I .
Diploma A.
Klei.
2—3, :j.l—U 4J-5J
VVoeusdag, 22 April. uur. Vergiet. ,, Afgeinedeu kuhus. (Fig. 5). ,,
8 11 u u r . Doos in kubusvoriii. ( F i g . 4 ) . ,, Beschrijving van een werkstuk 11—12
X—O
5-5J
,, ,,
(bakje niet gebogen kanten). R o n d e doos m o t deksel. S m j - e n ritsmodel.
W o e n s d a g , 22 A p r i l , uur. Slagbalhout. (Fig. 8). D o n d e r d a g , 2;i A p r i l .
8- -12 •>_ o 3
51
uur. Kapstok. (Fig. 9). ,,
YVerkteekeuing.
,,
K a p s t o k afmaken.
Diploma A V r i j d a g , 24 A p r i l .
H
12 2—-3
nl.
Zooals uit bovenstaanden rooster blijkt, was het praetiseh werk voor alle drie groepen verschillend, m a a r de opgaven waren geheel van denselfden a a r d . Het snijmodel moest, dienen om te onderzoeken, of de c a n d i d a a t voldoende bedrevenheid bad in bet .snijden van klei met d e n d r a a d . Bij de beoordeeling werd onderzocht, of n a u w k e u r i g en vlak gesneden ivas. Den c a n d i d a t e n werd eene perspeelievische teekening gegeven van het te snijden l i c h a a m . De Keutsctu pot, de vergiet en de koekenpot moesten gevornid worden n a a r aanweziye voorwerpen in n a t u r a . Bedoel ing was te onderzoeken, of de c a n d i d a t e n voldoende
geoefend waren in het zien en weergeven van vormen en proporties. mei liet doel om te onderzoeken, of de candidaten de hun verstrekte afbeelding begrepen en bedrevenheid bezaten om in klei het d a a r i n voorgestelde in de j u i s t e p r o p o r t i e s weer t e
geven. Kartonarbeid. Aan de tnig' cv ritsmodeilen — eenvoudige figuren m e t rechte lijnen en oirkelbogen — werd beoordeeld h e t snijden en ritsen. De briefkaart enttanderê en de doos in kubuivorm moesten geheel of gedeeltelijk, z.g. koud in e l k a a r gezet worden, d.w.z. zonder ritsen en zonder plakstrookjes. • Bij h e t laatste dezer werkstukken werd ook het o m r a n d e n m e t linnen g e v r a a g d . N a u w k e u r i g h e i d bij het construeeren en zuiver snijden zijn vereischten om h e t werk behoorlijk te doen slagen. De overige d r i e o p g a v e n : h e t bakje op schild, de ronde doos en het stofdoekbakje v o r m d e n h e t hoofdwerkstuk v a n den k a r t o n a r b e i d . De voorwerpen moesten o m r a n d en m e t sierpapier beplakt worden Houtarbeid.
Groep I I I .
E arton.
rlit
opstaande
Diploma B. Hout.
KI,
De a n d e n werkstukken, nl. een spoordijk met viaduct, het IJ ielmeer, een hunebed, werden in t e e k e n i n g opgegeven
IJselmeer. (Fig. 0).
Donderdag, 2>'i April. Karton.
DE PEACTIS0HE EXAMENS.
uur. Stof doekbakje. ( F i g . 10) ,,
Voortzetting v a n b o v e n s t a a n d werkstuk.
3 - -4
,,
Beschrijving van een werkstuk (bakje met gebogen w a n d e n ; .
4 - -b\
,,
Briefkaartendoos, (overeenkomende m e t het w e r k s t u k in fig. 1 ) .
H e t slaijballiout werd in eiken uitgevoerd n a a r werkteeken i n g . De stukken, die bij het h a n d v a t w e r d e n u i t g e z a a g d , moesten bij h e t werkstuk worden ingeleverd om h e t zagen met de l i n t z a a g te k u n n e n beoordeelen. V e r d e r werd bij de beoordeeling g e l e t op a f m e t i n g e n en haakscliheid en op de wijze, waarop het h a n d v a t gevormd was. De kapstok werd i n g r e n e n u i t g e v o e r d ; hij de beoordeel i n g werd een afzonderlijk cijfer gegeven voor de h o u t v e r b i n d i n g e n . A a n alle c a n d i d a t e n , a a n die voor diploma A als a a n die voor B , werd bovendien opgegeven eene b e s c h r i j v i n g te leveren van de wijze, w a a r o p een bepaald werkstuk (voor A een bakje mei gebogen Klakken, voor B eene schaaf plank) v e r v a a r d i g d moet w o r d e n . Geëischt werd d a a r b i j een u i t s l a g bij karton en eene w e r k t e e k e n i n g bij den h o u t a r b e i d .
Z a t e r d a g , 25 A p r i l . Karton. Klei.
8—-8j
uur. S n i j - en
ritsmodel.
8A -1Ü
,,
Koekenpot.
10—11
,,
S n i j d e n : een gebouwtje u i t een regelni. achtzijdig prisma. ( F i g . 1 1 ) .
11-12
,,
Hunebed. (Fig. 12).
O n d e r den arbeid door werden alle c a n d i d a t e n t w e e m a a l een k w a r t i e r m o n d e l i n g g e ë x a m i n e e r d : in m e e t k u n d e en g e schiedenis, en in vouwen, m e t h o d e en grondstoffen. E e n e afzondei lijke vouwoel'ening werd n i e t opgegeven, m a a r bij h e t m o n d e l i n g e x a m e n werd n a a r de b e d r e v e n h e i d en h e t inzicht in het vouwen een onderzoek i n g e s t e l d . D e Commissie kwam des avonds van 7—10 u u r bijeen voor h e t beoordeelen van h e l door d e c a n d i d a t e n geleverde werk. H i e r o n d e r volgen eenige o p m e r k i n g e n over 1°.
het practische deel van d e e x a m e n s ,
2°.
het theoretische ( m o n d e l i n g e ) deel.
BET MONDELING EXAMEN. De geschiedenit
run den
handenarbeid.
G e v r a a g d werd n a a r den tegen woord igen t o e s t a n d ; hoe de h a n d e n a r b e i d zich ontwikkeld heeft; welke corporaties en welke personen de v e r b r e i d i n g bevorderd hebben en hoe en met welke m i d d e l e n ; welke geschriften op iiet gebied v a n den h a n d e n a r b e i d verschenen z i j n ; welke van die geschriften de i n h o u d is en de s t r e k k i n g . Methode. G e v r a a g d werd m e t welk doel onderwijs in h a n d e n a r b e i d gegeven wordt (leervorm — l e e r v a k ) ; welke v a k k e n de h a n denarbeid steunen kan en hoe (voorbereiding, toepassing, c o n t r o l e * m i d d e l ) ; eene verdeeling v a n de leerstof voor d e verschillende l e e r j a r e n , hoe een l e e r g a n g voor papier*, voor karton* en voor kleiarbeid samen te s t e l l e n ; hoe d e oefeningen e l k a a r k u n n e n opvolgen. Bij het e x a m e n in den h o u t arbeid werden soortgelijke v r a g e n g e d a a n als de l a a t s t e .
Bijlage D.
[ I N . 8.]
Tweede Kamer.
Verslag van don staat der booge», middelbare en lagere scholen over 1908 1909. (Bijlage F). M i ii k
Kartonarbeid.
iiudi'.
Ben onderzoek werd ingesteld naar de kennis van meetkunstige figuren en liobamen en hunne eenvoudigste eigenschappen. Gevraagd werd (iet eonstrueeren van verschillende meetkunstige figuren en op welke wijze de oppervlakte gevonden kan worden : hoe den uitslag te eonstrueeren van prisma's, piramiden, cilinders, kegels; hoe den inhoud van die lichamen gevonden kan worden; de snijding van meetkundige lichamen door platte vlakken; het teekenen van projecties van meetkunstige 'lichamen en andere voorwerpen. Alleen naar aanschouwelijke bewijzen werd gevraagd, niet naar wiskunstige. Qrondttoffen
en
Gereedschappen.
Bij liet examen voor diploma A werden vragen gesteld als de volgende: Hoe wordt hoetseerklei bereid; hoe wordt ze in goeden staat gehouden; kent ge pijpaarde; wat is plasticine; waarom wordt met een draad, niet met een nies gesueden : papiersoorten benoemen met behulp van aanwezige monsters en zeggen, voor welke doeleinden verschillende soorten gebezigd worden; waarvoor wordt linnen gebruikt; hoe wordt het gesneden voor omranding, voor scharnieren en ruggen; wat is leerbord n°: 40; snijdt ge met of zonder liniaal: welke kleefstof' is aan te bevelen; hoe wordt dextrine, hoe stijfsel, hoe lijm bereid? Bij het examen voor houtarbeid werd een onderzoek ingesteld naar de kennis der houtsoorten, waarbij den candidaat monsters werden voorgelegd; gevraagd werd welke houtsoorten voor bepaalde oefeningen de voorkeur verdienen en waarom; hoe de verschillende gereedschappen gebruikt en onderhouden moeten worden; welke de meest wenschelijke lichaamsstand bij het gebruik is. OPMERKINGEN OVER DEN G E L E V E R D E N A R B E I D . Kleiarbeid. Voor het snijden met den draad werden de hoogste cijfers behaald. Van de 47 candidaten x) voor diploma A behaalden: 14 candidaten 4 of minder (onvold. of zeer vold.) ; 14 ,, 5 ïi 6 of 6 (voldoende) en 19 ,, meer dan voldoende, goed of uitstekend. Het nabootsen van een aanwezig voorwerp (Keulsche pot, vergiet, koekenpan) was minder goed. 18 candidaten behaalden 4 of minder; 18 ,, ,, 5 a 6 of 6, en 11 ,, ,, T of meer.
Voor de snij- en ritsoefeningen werden de hoogste punten behaald: 7 candidaten behaalden 4 of minder; 23 ,, ,, 5 a 6 of 6, en 17 ,, ,, 7 of meer. Voor liet koud haald door: 9 candidaten 9 ,, 19 ,,
in elkaar zetten van een voorwerp werd be4 of minder; 5 a 6 of 6, en 7 of meer.
Voor de vervaardiging van het versierde kartonwerkstuk verkregen: 16 candidaten 4 of minder; 17 ,, 5 a 6 of 6, en 14 ,, 7 of meer. Voor het laatste werkstuk, het hoofdmodel, werd, zooals uit deze cijfers blijkt, ,door 1/3 van alle candidaten een onvoldoend cijfer behaald. De Commissie kreeg den indruk, dat vele candidaten, wat den kartonarbeid betreft — en voor de kleiarbeid geldt hetzelfde — zich niet voldoende voorbereid aan het examen onderwierpen. Houtarbeid. Zooals uit den hiervóór opgenomen rooster blijkt, waren twee werkstukken opgegeven : een .slagbalhout en een kapstok. Voor het eerste werkstuk behaalden: 4 candidaten 4 of minder; 6 ,, 5 a 6 .of ö, en 1 ,, 7 of meer (n.1. 8). Voor het tweede werkstuk, den kapstok, verkregen: 1 candidaat 4 ; 5 candidaten 5 a 6 of 6, en ó ,, 7 of meer. Het springt in het oog, dat deze opgave beter werd uitgevoerd dan het slagbalhout. De Commissie meent dit, voor een deel althans, daaraan te moeten toeschrijven, dat dit laatste voorwerp van eikenhout gemaakt moest worden, welke houtsoort velen candidaten blijkbaar vreemd was. Opmerkingen
over het mondelinge
examen.
Op dezelfde wijze als van den arbeid volgen hier opgaven van het mondeling examen, dat zich bepaalde tot meetkunde, geschiedenis, vouwen, methode en grondstoffen en gereedschappen.
Duidelijk kwam bij dit werkstuk uit, dat vele candidaten in dezen arbeid maar weinig oefening gehad hadden. Het werken naar plaat (Uselmeer, hunebed, viaduct). 21 candidaten behaalden 4 of minder; IT ,, ,, 5 a 6 of 6, en 9 ,, ,, 7 of meer. Uit deze cijfers blijkt, dat de uitvoering van dit werkstuk het minst slaagde. De Commissio betreurt dit zeer, want zij acht dezen vorm van kleiarbeid van groot belang. Vele candidaten bleken eene perspectievische teekening niet te begrijpen. Om maar iets te noemen: bij velen kwam de verhouding tusschen de breedte en de hoogte der doorgangen van de viaduct in het geheel niet overeen met die van de figuur; er waren er, die de steenen van het hunebed in eene rechte rij plaatsten. (1)
Drie candidaten voor diploma A waren niet opgekomen.
Handelingen der SUteo-U*nenial. Bijlagen 1909—1910.
•ê E ^ '^ -^-
óT
g
^, -~
s -= fl=
ê£ X
.
r. Oi Ö
>
09
— s: = c=: o.
>.
22
15
7i>
14
8
11
13
18
22
2:!
n
5 a ;> of (i en
26
30
22
22
27
TT
7 of meer.
V
s
ta
c
C
Candidat» MI 4 of minder.
(1) NB. De 11 candidaten voor diploma B behoefden natuurlijk niet te vouwen.
16
[Mt. Verslag MUI den Btaat der hooge-, middelbare Deze cijfers zijn veelzeggend: zeer vele candidaten behaalden voor de theoretische vakken onvoldoende ot' maar even voldoende. De Commissie gelooft echter niet, dat dit in de eerste plaats moet worden toegeschreven aan onvoldoende opleiding. Veeleer moet, naar zij meent, de verklaring daarin gezocht worden, dat een aantal candidaten geen onderwijzers (-essen) waren en hun kost het uit den aard der zaak verbazend veel moeite om in die vakken, in meetkunde en methode vooral, wat te praesteeren. Een der leden sprak de wenschelijkheid uit, personen die geen onderw ijzer(es) zijn van het examen uit te sluiten. Alin. d van de exameneischen voor diploma A eischt veel paedagogisch inzicht, dat bij personen, geheel buiten het onderwijs staande, niet is ie verwachten. Eene oplossing zou te vinden zijn door het verkrijgbaar stellen van twee diploma's: één voor schoolonderwijs en één voor huisonderwijs, Let eerste alleen te behalen door onderwijzers(-essen), of door kweekelingen in het hoogste leerjaar van kweek- of normaalschool. Reglementswijziging zou daarvoor noodig zijn. Het resultaat was, dat van de 47 candidaten voor diploma A slaagden 26, en van de 11
,,
dus van 58
,,
,,
,,
13
,,
8,
slaagden 34.
Ten slotte veroorlooft de Commissie zicli op te merken, dat weer de tijd voor het examen te kort bleek: zeer wenschelijk is het, dien tijd te verlengen tot volle twee dagen voor elk examen. Aanbeveling zou het verdienen door de candidaten de geLoorteakte te doen overleggen en op het diploma te vermelden de volledige namen van den geslaagde en plaats en datum van geboorte. Te ruim drie uur op Zaterdag 25 April waren de werkzaaniheden der Commissie geëindigd. Toen nam de heer Sevenhuyzen als tolk der Commissie liet woord om den heer Gr. Roodenburch te danken voor zijne degelijke en aangename leiding. Spreker constateerde, dat door de medewerk ing van den heer Roodenburch, den schoolopziener in het district Haarlem, op het examen een stempel is gedrukt, waardoor de diploma's in waarde zijn gestegen. De heer Roodenburch het woord nemende bekende, dat hij niet zonder beschroomdheid het examenlokaal was l>innengetreden. Wat zou hem trachten? Maar weldra bleek hem, dat hij zich eene onjuiste voorstelling had gevormd van de taak, die hem wachtte. Het bleek geen sinecure; er was, waar door alle commissieleden zwaar en veel gewerkt werd, cok voor hem gelegenheid tot, naar hij hoopt, nuttigen arbeid. Die arbeid was hem licht gevallen door de vriendelijke medewerking van de zijde der commissieleden. Ook hij had een aangenamen tijd doorgemaakt en zeer hoopte» hij, dat eene volgende examencommissie zóó met haar voorzitter zou samenwerken, als hier het geval geweest was. Zeer dankte hij de leden voor de vele moeite en zorgen, die zij zich voor dit examen getroost hadden. £* Haarlem, 20 Nor. 1908. Xamens de Commissie
van
E.rnmen.
RoODEMirKCH,
Voorzitter. D.
BEEN,
Secretaris.
lagere scholen over 1908—1900. (Byiage F).
II.
Kxameii, gehouden op 22—24 December 1908. Aan liet Bestuur van de Ve.reeniging tot lic/vordering van het Onderwijs
m Handenarbeid in Nederland. De Commissie, bestaande uit de lieeren Roodenburch, voorzitter, Rijkscommissai is, Stam, Langeveld, Maz, Ypes en de Vries hield haar eerste bijeenkomst te Amsterdam op Zaterdag 12 December 1908. Daar werd vastgesteld: dat de heer Stam onder-voorzitter en de heer Langeveld secretaris zon zijn ; •lat de secretaris den heer A. van Waart zou verzoeken de candidaten (22 voor voor karton* en kleiarbeid en 13 voor hout en allen leerlingen van de Rijkskweekschool te Haarlem) op te roepen tegen 22 en 2'i December (de houtcandidaten), tegen 2'i en 24 December de karton- en kleicandidaten ; den eersten te verzoeken teekenhaak en driehoek mee te brengen en tevens den heer van der Ley overlegging van de geboorte-akten te vragen ten einde de diploma's naar behooren te kunnen invullen; dat de heeren Ypes en Stam houtmodellen zouden ontwerpen, de heeren Langeveld en Max karton- en kleimodellen, terwijl den heer de Vries geen bezigiieden werden opgedragen, aangezien Z. Ed zich als exainen-coinmissielid moest terugtrekken; dat de oefeningen aan de modellen voorkomende dezelfde zouden zijn als die welke voorkomen op bladz. 175 e. v. in den 12den jaargang van ons Tijdschrift; dat t r Woensdag 10 December d. a. v. weer een commissievergadering zou zijn. In deze vergadering, weer te Amsterdam gehouden, werd vastgesteld, dat de opgaven de volgende zouden zijn: Examen voor het diploma-houtarbeid: Opgave 1. Maak een hoedenstandaard, het kruisvoetje van grenen, den stok van eiken. Er zal bijzonder op de afwerking van den stok worden gelet. Zie fig. A. lieschikbare tijd 44. uur. Opgave 2. Maak een standaard voor een weegschaal. Zie fig. li. Beschikbare tijd 54 uur. Opaave 39. Maak werkteekeningen naar een der vier modellen voor 16. (Er werd door loting bepaald welk model gemaakt moest worden). Zie de figuren C1, C 2 , C3 en C 4 . Examen voor het diploma karton* en kleiarbeid: Opgave 4. Teeken, snijd en rits, wat fig D te zien geeft. Beschikbare tijd 14 uur. Opgave 5. Modelleer een test naar aanwezig model. Er werd voorgeschreven, dat de modellen minstens zoo groot als liet voorbeeld moesten worden. Zie fig. E. Beschikbare tijd \\ uur. Opgave 6. Modelleer een brug volgens teekening. Zie fig. F. Beschikbare tijd 14 uur. (De voorzitter heeft als breedte van de sloot 12 c.M. genoemd. Opgave 7. Vervaardig een snij model volgens de maten in fig. G gegeven. Bouw van de deelen een poortje op. Beschikbare tijd 3 | uur. Opgave 8. Maak een pennebak volgens de 16 verstrekte teekening (koud werk). Zie fig. H. Beschikbare tijd 14 uur. Opgave 0. Maak een bakje op schild met overvallend deksel volgens teekening. Omranden met linnen. Schild en
[226. 8.]
68
Verslag vim den staat dar hooge-, middelbare en lagere scholen over 1908—1909.
(Bijlag f).
genomen. Zie
grooter ploegen dan van 20 eandidateii te gelijk te examinee* ien, omdat anders:
Opgave 10. Beschrijf de wijze, waarop U een pennebak zult vervaardigen (het model was ter beschouwing aanwezig). Zie fig. J . Beschikbare tijd f uur.
"• «1«' hoeveelheid examen* eikstukken, die dagelijks moeten worden uitgezien, de commissieleden te zeer vermoeid; , u . t l u o n d e l i l l g e e X H 1 J 1 ,. n | l i t . t h a i U . | M . | l l M ) m i k a n w o l , l e n f)
deksel moeten eerst onder handen worden tig. I. Beschikbare tijd A\ uur.
De rooster van werkzaamheden voor het examen arbeid was: Dinsdag 8>/2— VI 2—H Dinsdag Woensdag
hout-
/ Hoedenstanderd. j Opgave 1.
8—8 I Weogscliaiilstatier". 8—10'/2 \ Opgave 2.
nu/
io S Werkteekening.
W»/f—1»|
opgave 8.
De candidaten werden ieder 2 keer 15 minuten van hun practisch werk geroepen om mondeling te worden ondervraagd in geschiedenis en meetkunde of grondstoffen en methode. De tijd voor het examen in karton- en klei-arbeid was aldus verdeeld: Woensdag
2—2£ Ititsmodel (Opgave 4).
2J—3J Test 3f—5* Brug ,, Donderdag
"i\—6 Snijmodel
( „ ( (
„ „
5). 6). 7).
8—94 Koud model (Opgave
8).
H—12 9).
Groot model ( 2-4i ,,
A\—5 Beschrijving (
,
10).
Het mondeling examen was geregeld evenals dat voor het diploma-houtarbeid. De arbeid, door de candidaten geleverd, gaf tot weinig opmerkingen aanleiding. In het algemeen kan worden opgemerkt, dat voor kleiarbeid en houtarbeid de beschikbare tijd ( i j dag) te kort is voor een in alle opzichten grondig onderzoek. De Commissie merkt verder op, dat het ongewenscht is,
0.
voor een riehtige controle de gelegenheid
ontbreekt.
Voor geschiedenis werd evenals voor kennis van gromlstoffen en gereedschappen een groot aantal onvoldoende cijfers gegeven. Deze cijfers hebbeu bij sommige candidaten tot afwijzen den doorslag gegeven. Het is toch niet voldoende, dat een onderwijzer een werkstuk kan uitvoeren, hij dient als gediplomeerde in de slöjd ook inzicht in de beweging en de methodiek van het onderwijs te hebben, en als hij straks wordt aangewezen het onderwijs op een school in te voeren mei genoegzame kennis van zaken papieren en houtsoorten en gereedschappen te kunnen inkoopen, en het onderwijs te leiden. Het is met het oog hierop, dat de Commissie de cijfers voor het mondeling examen meer dan tot heden het geval was, beeft laten wegen. Hel schriftelijk examen, bedoeld onder letter <1. in programma A., bestond ook ditmaal alleen in het maken van een beschrijving van een voor de candidaten geplaatst voorwerp. Tot slot legt de Commissie u hierbij een lijst over met namen der geslaagden. Voor het diploma voor houtarbeid slaagden: M. v. Crevel, K. G. Brunink, H. J. Hennis, L. D. E. J. Kramer, P. J. van Megchelen, T. H. Xakken, E. Visser, C. Visser, J. Vollema. Voor het diploma voor karton- en klei-arbeid slaagden: E. L. E. Bakker, H. G. E. Bremer, K. G. Brunink, M. v. Crevel, H. J. Hennis, L. D. E. J. Kramer, T. H. Xakken, H. J. Prins, P. J . T. Schuhmacher, J. W. J. Weytze, J. W. J. Thomas, R. Visser, J. Vollema. Hiermede zijn we aan het eind van ons verslag voor het najaarsexiinien 1908, en hebben we de eer, te zijn, Haarlem, Januari 1909. .\amens
de Commissie:
ROODEXBUHCH, M. J, LAXGKVELD,
Voorzitter. Secretaris.