PROTECTING PEOPLE
Ja, ik wil meer informatie over Ytong-bouwsystemen . Firma
Functie
Naam
Voornaam
Adres
Tel. E-mail
/
Fax
/ @
Ytong, Kruibeeksesteenweg 24, 2070 Burcht Tel. 03 250 47 00 • Fax 03 250 47 07 • E-mail
[email protected] • Website www.ytong.be
XXX-12
vdbn
✂
Konstruktief
Daarna vangen de Ytongwanden probleemloos de rondvliegende brokstukken op en beperken de brand tot het geëxplodeerde compartiment. Op deze wijze worden, als het noodlot toeslaat, personen en goederen optimaal beschermd. Ytong beschermt overigens ook tegen klimaatschommelingen. Door zijn cellenstructuur blijft het gebouw koel in de zomer en warm in de winter. Zonder extra isolatie en met een minimum aan stookkosten. Ytong isoleert ook akoestisch, iets wat niet enkel het personeel maar ook de omwonenden van de onderneming graag zullen horen. U merkt het: bouwen met Ytong heeft niets dan voordelen. En dan hebben we het nog niet gehad over de bouwsnelheid, de stevigheid, de oneindige esthetische mogelijkheden... Stuur dus snel onderstaande coupon terug. Dan krijgt u van ons een volledig documentatiepakket dat de vonk vast doet overslaan.
nummer41
Gebouwen ontwerpen is vooruitzien. Eén ongelukkige vonk en jaren van inspanning van een hardwerkende ondernemer gaan in rook op. Wat gebeurt er als een fabriek of logistiek gebouw vernield wordt door explosie of brand? Hoe moet het verder met de productie en distributie? Waar blijven de klanten en het personeel? Branden en explosies onderbreken de werking van een bedrijf. De ontwerper en risk manager moeten niet enkel oog hebben voor de directe schade van brand of explosie maar ook voor de gevolgen. Gelukkig heeft Ytong tal van constructieve ideeën om zulke rampen te voorkomen. Compartimentscheidende brandwanden en buitenwanden in Ytong bewijzen reeds jarenlang hun efficiëntie bij het inperken en begrenzen van brandrisico’s. Mits een aantal bijkomende voorzieningen kunnen dezelfde wanden ook de gevaren en de schade bij explosie indijken. De explosiedruk kan beperkt en gestuurd worden door openingen te voorzien (bijvoorbeeld explosieluiken in het dak).
KONSTRUKTIEF1/2003
YTONG BESCHERMT
zestiendejaargang halfjaarlijksnaslagwerk
EXPLOSIEGEVAAR?
halfjaarlijksnaslagwerkzestiendejaargang
1|2003 #41
1|2003#41 halfjaarlijks naslagwerk zestiende jaargang
In dit nummer: architectuur Grijpbare architectuur
4
Wim Van Beeck
Kwaliteit is geen toeval
12
Francis Haulot
Vierkanten, driehoeken en cirkels
24
Kris Devolder
Architectuur zonder compromissen
32
Jean-Luc Marrini
Industriële technieken ten dienste van het huishoudelijk comfort 38 Pierre Renier ‘Konstruktief’ is een uitgave van Lannoo Drukkerij nv in opdracht van Ytong nv en RC System nv Hoofdredacteur Ann Baeke Redactie Eduard Coddé architect Christophe Mercier Vorm, druk en afwerking Lannoo Drukkerij Kasteelstraat 97 8700 Tielt tel. 051/42 42 11
[email protected] www.lannooprint.be Advertentiewerving Ytong
De stad laat architectuur ontkiemen
46
A33 architecten
Zichzelf telkens opnieuw in vraag stellen blijft de boodschap.
58
Atelier 20
Architectuur vanuit de dialoog met de klant
66
Jan Gorteman
Stedenbouw tot in de details
74
Architectes Associés
constructie Complementariteit tussen functiewaarde en vastgoedwaarde 82 Redevco
Ytong nv Kruibeeksesteenweg 24 B-2070 Burcht tel. +32 3 250 47 00 fax +32 3 250 47 06 e-mail:
[email protected] www.ytong.be www.industrie.ytong.fr www.konstruktief.be
Waar wacht men nog op om te prefabriceren?
90
Quille
Aannemingsbedrijf Pirard
96
Pirard
actua RC System nv Industriezone 11 B-3400 Landen tel. +32 11 690 311 fax +32 11 832 004 e-mail:
[email protected] www.rcsystem.com
De overname van Fels (Hebel) en Ytong door de Haniel-groep is nu helemaal afgerond.
106
Duurzaam bouwen geen ijdel begrip bij YTONG
108
Konstruktief
g
g
YTONG BESCHERMT Bij het ontwerpen van een woning moet een architect verder denken dan vandaag. Want elk gebouw verandert onze natuurlijke omgeving voor een zeer lange tijd. De keuze van het bouwmateriaal is dan ook heel belangrijk. Bij Ytong begint de zorg voor het milieu al van bij de grondstoffen: enkel ruim voorkomende natuurlijke elementen zoals zand, water en kalksteen worden er in verwerkt. De gesloten, energiebesparende productie-cyclus zorgt ervoor dat de natuur zo min mogelijk belast wordt. Zowel het productie- als sloopafval worden gerecycleerd en hergebruikt. Ook bij het bouwen biedt Ytong onovertroffen voordelen. De lichtheid van het materiaal beperkt het energieverbruik, zowel bij het transport als de verwerking. Maar er is nog meer. Wanden van een woning omgeven ons als een tweede huid. Het bouwen met één enkel materiaal en het verwerken met dunne mortelvoegen vermijden koudebruggen in de wand, zodat er een gelijkmatige, optimale isolatie ontstaat. Deze hoge isolatiewaarde vermindert de energiekosten en de CO uitstoot van de verwarming. Ytong is een compact 2
bouwproduct dat de warmte zeer goed vasthoudt. Zijn cellenstructuur met luchtbelletjes slorpt de warmte op als het te heet is en geeft deze weer af als het frisser wordt. Zo blijft een woning heerlijk koel in de zomer en gezellig warm in de winter. Bovendien creëert de hoge oppervlaktetemperatuur aan de binnenkant van de wanden ‘s winters een bijkomend behaaglijkheidsgevoel. De goede dampdoorlaatbaarheid zorgt eveneens voor een aangenaam woonklimaat. De wanden nemen het teveel aan vocht op en geven dit weer af zodra de luchtvochtigheid binnen afneemt. En doordat de Ytong-wanden steeds perfect droog blijven kan er ook geen schimmel ontstaan. Tot slot is Ytong uiterst duurzaam en brandveilig. Genoeg kwaliteiten om uw opdrachtgever jarenlang gezond en probleemloos wooncomfort te verzekeren. Als u verder denkt, stuurt u onderstaande coupon vandaag nog terug. U ontvangt dan een volledig documentatiepakket. PROTECTING PEOPLE
Ja, ik wil meer info over Ytong-bouwsystemen van kelder tot dak. Naam
Voornaam
Adres
Tel.
/
Fax
/
Ytong, Kruibeeksesteenweg 24, 2070 Burcht Tel. 03 250 47 00 • Fax 03 250 47 06 • E-mail
[email protected] • Website www.ytong.be
KON-7
vdbn
✂
g
editoriaal 1|2003#41 ir. Jos Cox, Gedelegeerd bestuurder Ytong
Duurzaam ondernemen, Duurzaam bouwen, geen ijdele begrippen voor bouwmaterialen-producenten verbruik, minder afval (verpakking, bouw - en sloopafval) en meer recyclage verlaagt men de kostprijs en bekomt men een beter milieurapport. Ons leefmilieu is onze habitat en aantasting daarvan ondergraaft het eigen voortbestaan alsook dat van een bedrijf.
Duurzaam ondernemen en duurzaam bouwen zijn thema’s welke we reeds gedurende enkele jaren in dit tijdschrift behandelen. Het is een belangrijk onderwerp omdat het gaat om een breed maatschappelijk gebeuren waarbij men nadenkt hoe men kan voldoen aan de noden van het heden, zonder de behoeftevoorziening van de volgende generaties in het gedrang te brengen. Duurzaam bouwen is ook niet de exclusiviteit van één discipline uit de bouwsector maar het vormt een geheel waar zowel de ontwerpers van gebouwen, studiecentra, aannemers en producenten van bouwmaterialen bij betrokken zijn. De politiek kan hierbij een stimulerende rol spelen door een positief klimaat te scheppen voor bedrijven welke innoverend zijn inzake duurzaam ondernemen. (Het hoeven niet altijd beperkende maatregelen of milieuheffingen te zijn …)
Deze zorg geldt niet enkel voor het productieproces maar ook de ontwikkeling van producten en diensten moeten kaderen in een concept van ‘duurzaam bouwen’. Gebouwen bieden grote mogelijkheden voor energiebesparingen (en aldus een verminderde CO2 uitstoot) waarbij een geïntegreerde aanpak duidelijk aangewezen is. Deze aanpak vergt een juiste inplanting en oriëntatie van het gebouw, een goede isolatie, optimale verwarmingsinstallaties, een gecontroleerde ventilatie, energiezuinige verlichting, actieve zonnewinsten en het gebruik van duurzame energiebronnen.
Bouwmaterialenproducenten zijn meer en meer overtuigd dat de economische rentabiliteit van hun bedrijf niet los staat van sociale, ethische en milieu factoren. Door minder grondstoffen-
Hierbij horen uiteraard nieuwe of verbeterde materialen: isolerende bouwmaterialen, akoestische isolatie, speciale beglazingen, zonnecollectoren en domotica systemen …
3
Voor de professionelen uit de bouwsector wordt het begrip ‘duurzaam bouwen’ stilaan een evidentie. Men mag echter de belangrijkste partij voor het slagen van dit concept niet uit het oog verliezen nl. de woonconsument. Indien deze al een associatie maakt tussen ‘duurzaam bouwen’ en milieu hecht de consument (terecht) in de eerste plaats belang aan wooncomfort en betaalbaarheid. Bovendien wordt het begrip duurzaam bouwen vaak gelinkt aan een nostalgische terugkeer naar het verleden met materialen en bouwwijzen uit een ver verleden. Een goede communicatie welke de particuliere bouwheer aanspreekt is dus zeker nodig. Het in 2002 geopende ‘Centrum Duurzaam Bouwen’ in HeusdenZolder gaat juist in deze richting. Dit centrum wil op een wetenschappelijk wijze een communicatief en didactisch middel zijn voor zowel vakmensen, kandidaat-bouwers en scholen. Dit initiatief verdient dan ook alle steun vanwege alle disciplines uit de bouwsector Met constructieve groeten, Jos Cox
g
Voor architect Wim Van Beeck is het belangrijk te kunnen werken vanuit een zelf opgedane ervaring. Hij steekt dan ook graag de handen uit de mouwen om zelf te leren omgaan met bouwmaterialen en technieken, alvorens ze anderen voor te schrijven!
Wim Van Beeck tekst Eduard Coddé fotografie Dries Van Den Brande
Grijpbare architectuur
g
architectuur
Aandacht voor budget Wim Van Beeck studeerde in 1983 af te Hasselt en begon meteen een zelfstandige carrière. ‘Het was crisis in de bouwsector en de mogelijkheden om stages te lopen waren minimaal’, vertelt hij. In 1987 werd de eerste steen gelegd voor de eigen woning, een Ytong-blok wel te verstaan! Op dat ogenblik was het een vooruitstrevend project, temeer omdat de architect het bouwmateriaal aan de binnenkant van de woning zichtbaar wou laten. Bovendien zou de woning met eigen handenarbeid worden opgetrokken… ‘Aandacht voor de kosten – al dan niet uit noodzaak – heeft me altijd bezig gehouden’, verklaart hij. Voor de eigen woning werd het aantal benodigde blokken minutieus uitgerekend. Het ontwerp werd zelfs 20 maal herbegonnen om tot een minimaal materiaalgebruik te komen! ‘Toen ik de woning gebouwd had, restten mij nog amper 1,5 blok op de werf!’, krijgen we te horen. ‘Dat de Ytong blokken geen verdere afwerking behoefden, sprak me ook meteen aan. Ik hou trouwens van materialen die toelaten ze puur te gebruiken. Een eventuele afwerking kan dan tot later worden uitgesteld of als opfrissing worden opgevat’. Wim Van Beeck geeft zelf aan wat ‘lui’ te zijn geweest bij het ontwerpen van zijn eigen woning. Hij tekende slechts één helft en spiegelde die symmetrisch om het plan volledig te maken. De strakke architectuur was ook handig om een zelfde stijl door te trekken in het interieur. Bij het opmaken van de plannen
g
De eigen woning onderging door de jaren al drie gedaanteverwisselingen. Momenteel zijn de Ytong-blokken bekleed met metaalplaten, die een sinusvormig golfpatroon vertonen, dat horizontaal is verwerkt.
architectuur
Wim Van Beeck
werd een strikte maatvoering gevolgd: de deuren zijn 90 cm breed, doorgangen 180 cm en de tussenruimte tussen de steunpunten meet telkens 360 cm. De voorgevel is naar het zuiden gericht en wordt ingeleid door een uitspringend glazen deel, dat als inkom fungeert en tevens heel wat natuurlijk licht in de woning sluist. Van hieruit stapt men direct in de leefruimte, waarachter een 6 m hoge ruimte volgt, met centraal neergepote, doorzichtige trapstructuur. Hier rond zijn de eetkamer en de werkruimte van de architect gespiegeld. Achter aan de
woning is er een wasplaats, keuken, technische ruimte en toilet. Op de verdieping liggen twee grote vertrekken achter elkaar. Ze worden gedeeld door de centrale as van de woning. Het eerste vertrek is de ouderlijke kamer, door de in de as van de woning neergezette dressing opgedeeld in een slaap- en badkamerhelft. Daarachter ligt een oorspronkelijk als ‘multifunctioneel’ ruimte ingetekend vertrek, dat nu als jeugdkamer een nieuwe bestemming kreeg. Een uitgekiende bemeubeling zorgt voor een compartimentering en draagt bij
6
tot de nodige privacy voor de jongeren. Nog een bijzonder kenmerk, dat het gevolg is van een minutieuze kostencalculatie, is het gebruik van trekschakelaars in de woning. ‘De schakelaars werden op de vloerplaat gemonteerd, wat mij heel wat slijpwerk bespaarde’, licht de architect toe. ‘Het gebruik van trekkoorden aan de schakelaars, zorgt bovendien voor een ludiek accent’. Overigens werd het ganse elektriciteitsplan door de architect zelf bepaald en extreem vereenvoudigd, door gebruik te maken van een kringloopsysteem.
g
De voorgevel is naar het zuiden gericht en wordt ingeleid door een uitspringend glazen deel, dat als sas fungeert tussen de buitenwereld en de daarachter gelegen leefruimte.
Eigen huis versie 1.0 tot 3.0 Architect Wim Van Beeck slaagde met glans in de zichzelf opgelegde uitdaging: in amper 6 weken was de ruwbouw voltooid. Tot op heden heeft het oorspronkelijke concept van de woning de tijd goed doorstaan. Heel bijzonder is dat het uitzicht van de eigen woning in de loop der jaren een aantal aanpassingen onderging, waardoor het ging lijken alsof de architect al driemaal een nieuwe woning heeft gebouwd. Bij de eerste fase werd de gevel helemaal niet afgewerkt, zodat de witte blokken zichtbaar bleven.
Later volgde een ‘groene periode’, waarbij klimop werd voorgezet en het huis achter een groene schil verdween. In de actuele ‘versie 3.0’ fase is de gevel bekleed met een metaalplaat. Het betreft een product van het Finse Ranila, met een sinusvormig golfpatroon als oppervlak en RAL 9006 kleur. Dergelijke platen worden normaal slechts voor industriële projecten toegepast. Architect Wim Van Beeck zag er een uitdaging in voor een nieuw experiment met bouwmaterialen. Zo werd het golfpatroon van de platen niet verticaal gebruikt
7
zoals initieel bedoeld, maar wel horizontaal. Het oorspronkelijke dak uit Eternit-platen werd vervangen door vlakke metaalplaten, verzinkt en afgewerkt met polyesterlak, die met een staande naad aan elkaar zijn gezet. Het gedeelte boven de living, dat geniet van een rijkelijke bezonning, werd aangewend als afgesloten dakterras, met een oppervlakte van 24m2. Voor de afwerking koos de architect Bankirai, een materiaal dat ook nog mooi contrasteert met de plaatafwerking van de gevel.
g
architectuur
Het gebruik van Ytong stelt geen enkele beperking in stijl. Getuige hiervan deze ‘romantische’ woning in Amerikaans/koloniale stijl.
De woning bleef niet onopgemerkt en kreeg vrij snel navolging. Wim Van Beeck bouwde in zijn onmiddellijke omgeving nog een aantal woningen met Ytong en minder voor de hand liggende gevelafwerking. Gevoel voor karakters Na de eigen ervaring met zowel ontwerp als realisatie van een woning met Ytong-materialen, was er een band ontstaan, die uitnodigde om de mogelijkheden verder te ontdekken. ‘De aard en de het karakter van het ontwerp bepalen in niet geringe mate de keuze voor Ytong’, verklaart de architect. ‘Toch moet de klant er ook zelf rijp voor zijn.
Hem dwingen is uit den boze’, leert zijn ervaring. ‘Anderzijds hel ik proefondervindelijk vastgesteld dat eigenlijk heel veel stijlen een uitvoering met Ytong toelaten’, krijgen we te horen. Op de referentielijst van Wim Van Beeck staan een ‘romantische’ woning in Amerikaans/koloniale stijl, evenals een realisatie in Pastorijstijl met voorgemetselde gevelsteen. Een favoriet terrein voor het toepassen van Ytong is renovatie. De architect houdt van dergelijke opdrachten en heeft er ook een eigen visie voor ontwikkeld. ‘Bij een renovatieproject dient het verleden van het pand herkenbaar te blijven, om het aan te vullen en te
8
actualiseren met nieuwbouw. Integratie van het bestaande oude deel in het nieuwe deel, is veelal de beste oplossing. Men mag zich echter niet laten verleiden om kost wat kost te willen bewaren. Panden die gewoon geen of te weinig waarde hebben om ze te renoveren, dienen gesloopt en vervangen te worden door nieuwbouw’, argumenteert onze gastheer. ‘Ze toch willen behouden kost veel energie en investering, terwijl het sop de kool niet waard is’. Voor Wim Van Beeck is bewaren van bestaande woningen geen dwingend gegeven. Hij is niet zo te vinden voor het bouwen van woningen met de bedoeling ze 400 jaar te kunnen gebruiken.
g
WimBeeck Van De strakke buitenarchitectuur biedt een goede basis voor het uitwerken van de interieurinrichting in eenzelfde stijl.
‘In de Verenigde Staten bouwt men gemiddeld voor een periode van amper 20 tot 30 jaar’, merkt hij op. ‘Zelfs na die relatief korte tijd, blijft er vaak niet veel bruikbaars meer over voor de volgende generatie bewoners’, vult hij aan. Voorrang aan structuren Voor Wim Van Beeck zijn de indeling en de structuur van de woning primordiaal voor het ontwerp. Het uitzicht aan de buitenkant is daaraan ondergeschikt. ‘Het is in essentie het kleedje rond de functies en relaties tussen vertrekken’, verduidelijkt hij zijn visie. Hij heeft een voorliefde voor compact bouwen, ontwerpen op mensenmaat. ‘Kinderen
mogen niet worden opgeslokt door de woning waarin ze leven. Immense ruimten hebben vaak een beangstigend effect’, klinkt het overtuigend. De keuze van de materialen is een gevoelig punt voor Wim Van Beeck. ’Men moet de materialen gebruiken waarvoor ze gemaakt zijn en er niet teveel van verwachten’, stelt hij. ‘Als architect draag je een verantwoordelijkheid die verder gaat dan de creatie. Je slaat de brug tussen het ontwerp en de realisatie en mag daarom geen risico’s nemen door te experimenteren met materialen waarvan je onvoldoende kennis en/of ervaring hebt’. De architect verwijst in dat verband ook graag naar het verleden, toen
9
een architect ook ‘bouwmeester’ was. In deze uitvoerende functie verwierf de architect automatisch de praktische ervaring met de voorgeschreven materialen. Vandaag wordt een architect teveel gedwongen zich bezig te houden met juridische aspecten, waardoor de aandacht voor materiaalkennis enigszins op de achtergrond wordt gedrongen. Hij heeft evenmin een afkeer van zelfbouwers, integendeel. Wim Van Beeck helpt vaak mensen die het realiseren van hun woondroom zelf willen aanpakken. ‘Doe-het-zelvers zijn heel erg gemotiveerd en gaan zorgzaam te werk’, weet hij. ‘Hun aanpak staat los van een noodzakelijk te behalen
g
Bij dit renovatieproject werd het onmogelijke waar gemaakt: een natuurlijke lichtdoorstroming doorheen de ganse woning. Toch werd de band met het verleden niet doorbroken.
rendement en daardoor nemen ze de tijd om alles zorgvuldig uit te voeren’. De architect verzorgt niet alleen het ontwerp en de administratieve afhandeling, maar staat ook bij met praktisch advies en verzekert de werfopvolging. Architect Wim Van Beeck heeft 80% van zijn activiteiten in de particuliere woningbouw en de eengezinswoningen in het bijzonder. Daarnaast komen er steeds meer opdrachten voor openbare gebouwen. Zo werkt hij aan de uitbreiding van een school, een gefaseerd project, waarbij losse units worden
toegevoegd en een sporthal geïntegreerd wordt. Er komen aparte vleugels voor kleuterschool en basisonderwijs, elk op maat van de kinderen getekend. Zonder stijldwang ‘Hoewel een bepaald ontwerp vrijwel automatisch naar het gebruik van Ytong als bouwmateriaal leidt, is het toepassen van Ytong helemaal niet dwingend voor de stijl’, ontdekte architect Wim Van Beeck. Zo is het ‘verplicht’ gebruik van pleisterwerk voor de gevelafwerking voor hem volstrekt uit den boze. Een typisch bewijs van de
10
ongedwongen omgang met stijlen, is een woning in ‘Amerikaanse’ stijl. Heel typerend zijn de oversteken ter hoogte van de verdieping, die gedragen worden door houten kolommen. De ruwbouw werd in Ytong-blokken uitgevoerd en afgewerkt met ‘sidings’ van Eternit. De uitdaging van het onmogelijke De opdracht voor het renoveren van een woning daterend uit 1929, hem goed bekend daar ze had toebehoord aan zijn
g
Voor de architect vormt nieuwbouw een uitstekend complement op het gerenoveerde verleden.
grootmoeder, betekende een grote uitdaging. ‘De woning was destijds verkeerd georiënteerd – de tuin ligt aan de noordkant – en daardoor “gedoemd” om van veel natuurlijke lichtinval verstoken te blijven’, wist de architect maar al te goed. De oorspronkelijke achterbouw werd gesloopt, terwijl het hoofdgebouw bewaard bleef, als band met het verleden. Om de lichtdoorstroming mogelijk te maken, werd de 3-delige deur tussen de eerste twee kamers verwijderd. Boven de derde kamer werd een vide uitgewerkt voor een versterkte lichtin-
val. Tenslotte werd achteraan een nieuwbouw opgetrokken uit Ytong-blokken. De woning is nu 17m diep – de maximum toegelaten bouwdiepte – en heeft niet langer een tekort aan daglicht. Als verwijzing naar het verleden werd de oude kerselaar in de tuin geaccentueerd met een voetlicht. Dit project illustreert duidelijk de visie van Wim Van Beeck op renovatie: respectvol bewaren wat waardevol is uit het verleden en consequent aanvullen met nieuwbouw voor een optimale balans tussen kosten en baten.
Wim Van Beeck Septakkers 119 3920 Lommel T:011/54 28 53 F: 011/54 28 53
11
architectuur
Wim Van Beeck
_
_
_
g
_
_
_
g
tekst: Christophe Mercier fotografie: Jean-Luc Laloux en Jean-François Piersotte
Het verleden respecteren, meegaan met de tijd en half werk vermijden. Zo luidt het motto van dit Naamse bureau, dat onlangs twee projecten realiseerde in samenwerking
Francis Haulot met RC System.
architect
Kwaliteit is geen toeval
texte:
Eduard Coddé photographie: Dries Van Den Brande
13
_
_
_
g
Detail van een trapleuning. Het bureau van architect Haulot houdt eraan haar architectuur te verzorgen tot en met het kleinste detail.
architectuUR
FrancisHaulot Vooraleer hij de eerste schetsen op papier zet, observeert en analyseert Francis Haulot grondig alle facetten van een project. Daarmee is hij eerder een uitzondering in een sector waar alles draait om winst. Geduldig ontleedt hij het programma, de stedenbouwkundige en architecturale context, de technieken en materialen die zich lenen voor het project. Vervolgens gaat hij op zoek naar het juiste antwoord, naar de beste oplossing, waarbij hij een hedendaagse objectarchitectuur als te gemakkelijk afdoet, zonder echter te vervallen in goedkope imitaties van het verleden. ‘Wij werken veel in stedelijk gebied’, legt de architect uit. ‘Wij willen rekening houden met de context. Kwaliteitsarchitectuur moet evolueren, haar kracht en wortels vinden in de bestaande omgeving. Door een grondige analyse te maken van de context willen wij een
hedendaags antwoord formuleren. Dat is een boeiende uitdaging.’ De uitbreiding van het Naamse stadhuis, in samenwerking met J.P.Ledoux, illustreert deze filosofie uitstekend. De nieuwe structuur moest een rechtlijnig, recent gebouw verbinden met een rijkelijk bewerkte gevel uit de 19e eeuw. ‘Ons bureau legde zich toe op de studie van de gevel aan de straatkant. Deze gevel moest ongetwijfeld de nieuwe ingang van het stadhuis worden. Voorts wilden we een harmonieuze, eigentijdse schakel creëren als natuurlijke, naadloze overgang tussen twee sterk verschillende architectuurstijlen. We wilden een “vloeiende verbinding” maken door in de nieuwe gevel de meest significante elementen van de aanpalende architectuur te integreren en te herinterpreteren. Aan de recente constructie ontleenden we het systematische ritme van de stenen kolommen. Hoe
14
dichter we bij het oude gebouw komen, hoe luchtiger de stijl wordt om ruimte te maken voor glasramen en balkons met metalen spijlen die de balkons en vensters van vroeger oproepen.’ De architect koos voor steen en metaal omdat deze materialen zich makkelijk laten integreren in het verleden, maar tegelijkertijd uitstekend bij onze tijdsperiode passen. Voor de regionale OMOB-zetel die de benedenverdieping van het gebouw inneemt, konden de architecten hun ideeën vrijuit vorm geven: van het meubilair tot de keuze van de afwerking. Een totaalproject, van stedenbouw tot het kleinste detail, dat in 1997 de prijs ‘La Pierre Naturelle dans l‘Architecture’ in de wacht sleepte.
_
_
_
g
Gebouw ‘Bibot’ te Namen zetel van de provinciale stedenbouwkundige administratie.
15
_
_
_
g
_
_
g
FrancisHaulot architectuur
_
Kantoorgebouw ‘rue Dewez’ en ‘rue Namèche’, te Namen. Twee vergelijkbare aangezichten voor één en hetzelfde gebouw dat toegankelijk is vanuit 2 straten.
RC SYSTEM voor slanke en elegante raampartijen Architecture et Urbanisme heeft voor twee recente projecten een beroep gedaan op RC SYSTEM. Het bureau mocht de nieuwe studio’s voor Canal C en een kantoorcomplex in Namen tekenen. ‘Wij appreciëren het product, de slanke aanzichtbreedte van de profielen’, legt Francis Haulot uit. ‘De raamopeningen zijn luchtig en elegant dankzij de profielsystemen van RC SYSTEM. We zijn zeer tevreden over het gamma, het beantwoordt aan de verwachtingen en is goed ontworpen. De technische follow-up is uitstekend
en het Project Team bekwaam, vanaf het ontwerp tot op de werf.’ Inzake afwerking kozen de ontwerpers van deze werven voor gemoffeld antraciet. Een geslaagde en esthetisch verantwoorde kleurenkeuze omdat de donkere kleur van het raamwerk vervaagt in het glas en de gevulde ruimtes en vides goed doet uitkomen. Een lichte tint zou het raamwerk te veel benadrukken omdat ze zou contrasteren met de donkere opening. Daardoor zou het luchtige effect dat men met de gevelelementen wil bereiken, verloren gaan.
17
Het kantoorcomplex in de rue Dewez en de rue Namèche (waarvan het buitenschrijnwerk gerealiseerd werd door de firma Dinjart uit Meux) bestaat uit twee gebouwen die tot hetzelfde blok behoren, maar in andere straten liggen. Ze zijn met elkaar verbonden door twee ondergrondse verdiepingen en een patio-tuin. ‘Wij kozen bewust voor gebouwen die dezelfde stijl uitademen’, begint de architect, ‘zodat men kan zien dat ze tot eenzelfde geheel behoren. De ingangen zijn bijna identiek. Volgens de stedenbouwkundige voorschriften moesten we de percelen
_
_
_
g
architectuur
FrancisHaulot
gescheiden houden. Dankzij het niveauverschil van de straat konden we aan deze eis voldoen en toch de eenheid van het geheel benadrukken. Om het complex mooi te integreren sluiten de ramen aan bij de ramen van de bestaande huizen. Maar naarmate men zich verder van het gebouw verwijderd, verzwakt de nabootsing en wordt plaats gemaakt voor hedendaagse ramen.’ Deze aanpak past perfect in de architecturale visie van Francis Haulot en zijn medewerkers.
Televisiearchitectuur Een droomopdracht kunnen we wel zeggen: televisiestudio’s bouwen voor de communautaire zender Canal C in Namen. Omdat het terrein minder stedelijk gelegen is, heeft de architect een grotere uitdrukkingsvrijheid. Het gebouw is bestemd voor twee uiteenlopende functies en biedt onderdak aan drie televisiestudio’s, per definitie gesloten ruimtes waar geen daglicht of omgevingsgeluid kan doordringen, en aan een
18
administratief gedeelte dat veel opener is. Dit omvangrijke project beslaat zo’n 2500 vierkante meter. De hoofdstudio heeft een volume van 15 op 15 meter bij een hoogte van 10 meter. Op vlak van akoestiek worden hoge eisen gesteld. Daarom beslist het bureau samen te werken met onderzoekers van de Faculteit in Bergen. De bijzondere ruimtes en delicate technieken moeten immers met de nodige omzichtigheid aangepakt worden.
_
_
g
De studio’s van Canal C te Namen. De blauwe muur, grenzend aan de ingang, fungeert als signaal en ondersteunt terzelfdertijd het balkon uit gegalvaniseerd staal.
De studio’s van Canal C te Namen. Een gebouw dat er niet voor terugschrikt haar moderniteit openlijk te tonen.
architectuur
_
Het gebouw is opgevat als één compact volume. De verticale verbinding doet dienst als schakel tussen de administratieve en de televisiefunctie. Aan de ingang krijgen bezoekers een markant signaal in de vorm van het blauwe muurvak dat hen naar de ontvangstbalie in bepleisterd metselwerk leidt, waarboven zich een HEA schraagbalk en een gezandstraald glastablet bevinden. Het geheel werd in neutrale tinten gehouden: een donkergrijze vloer, zichtbaar wit metselwerk, een
gladde, zichtbare, geverfde vloerplaat. Achter het onthaal contrasteert een rood volume met de rustige tinten van de ruimte. Hier bevindt zich ook de lift. Ingewikkelde signalisatie is overbodig: de architectuur drukt glashelder uit welke functie de volumes hebben. De gevels zijn bepleisterd, terwijl de ‘doos’ met metalen bekleding de technische ruimtes en decoropslagplaatsen huisvest. Voor het aluminium buitenschrijnwerk, geplaatst door de firma Vermeire uit Achet, werd
19
gekozen voor een thermisch onderbroken tweekamersysteem. De keuze voor aluminium schrijnwerk van RC SYSTEM lag voor de hand: doordachte conceptie, onderhoudsvriendelijk, duurzaam en robuust! Kortom, een geslaagd project dat uitstekend afgestemd is op zijn hedendaagse functie, zonder te ontaarden in nutteloos formalisme.
_
_
g
architectuur
_
Axonometrisch perspectief van het B.E.P. gebouw: renovatie- en nieuwbouwproject te Namen dat weldra van start gaat.
Timmeren aan architectuurwedstrijden Het bureau neemt regelmatig deel aan architectuurwedstrijden die in Francis Haulots ogen belangrijk zijn, ook al leiden ze soms tot teleurstellingen. In samenwerking met de gerenommeerde Zwitserse architect Mario Botta en het Atelier de l’Arbre d’Or werd Architecture et Urbanisme in 1995 uitgeroepen tot laureaat voor de constructie van het Waals parlement op de Grognon-site in Namen. Echter, onder druk van de publieke opinie ziet men enkele maanden later af van het project, jammerlijk te wijten aan een gebrek aan ambitie bij de
politieke klasse. In Parijs, Londen of zelfs Vlaanderen zou een dergelijk scenario gewoon ondenkbaar zijn. Wallonië kan niet met trots terugblikken op deze gemiste kans. De oplossing die vervolgens uit de bus komt – het onderbrengen van het parlement in het oude SaintGilles-gasthuis – versterkt het beeld van een gewest dat alleen oog heeft voor zijn verleden en niet voor de toekomst. Over de algemene problematiek rond wedstrijden zegt Francis Haulot: ‘De wetgever streeft met deze wedstrijden de lovenswaardige doelstelling na om de kwaliteit van de architectuur op te drijven door
20
ideeën te vergelijken en uit te wisselen. Helaas moeten we vaststellen dat deze doelstelling zelden bereikt wordt. Architecten worden vaak het slachtoffer van wedstrijden die slecht georganiseerd zijn. Of, de investeringen die bij de deelname komen kijken, zijn aanzienlijk. Voor de toekomst van ons beroep, evenals voor de culturele toekomst van de architectuur is het dan ook van wezenlijk belang dat de organisatie niet mank loopt, dat er duidelijke toekenningscriteria gehanteerd worden, dat men een beroep doet op een bekwame en zo objectief mogelijke jury, dat de deelnemers een billijke beloning krijgen en ten slotte dat de organisatoren het bekroonde project ten uitvoer brengen.’
_
_
_
g
FrancisHaulot
21
_
_
_
g
Een molen uit de 17e en 18e eeuw die onlangs werd gerenoveerd tot woonhuis voor de architect en zijn gezin.
architectuur
FrancisHaulot
Een molen om bij weg te dromen De architect toont ons nog enkele foto’s van opvallende realisaties van het bureau. De zetel van de Waalse regering in 1989-90 en de kantoren van de Waalse Executieve. Een mooie renovatie van een herenhuis tegenover de Grognon, langs de Maas. De uitbreiding van het museum Félicien Rops in 20002001 die zich mooi laat inpassen in het straatbeeld, ook al heeft ze onmiskenbaar een eigentijdse uitstraling. ‘Het museum ligt in het oude hart van Namen, in een straat die oorspronkelijk alleen een woonfunctie had. Wij wilden de culturele functie van het museum onderstrepen door ondubbelzinnige architectuur. Omdat het museum maar weinig natuurlijk licht nodig had, kozen we voor een zachte, zijde-
lingse verlichting door twee gleuven die langs een gekromde muur lopen.’ En dan, te midden van de talrijke grote projecten zoals in 1999 de restauratie van het geklasseerde Bibot-gebouw om er de thuishaven van de provinciale stedenbouwkundige administratie van te maken, eindelijk toch een woonhuis… Op de foto’s zien we een molen uit de 17e en 18e eeuw die onlangs werd gerenoveerd tot woonhuis voor de architect en zijn gezin. ‘Omdat het gebouw een nieuwe functie kreeg, moesten er meer ramen gemaakt worden om licht binnen te laten stromen. Ik wilde het oorspronkelijke gebouw echter geen geweld aandoen en de schaarse getuigenissen uit het verleden tot hun recht laten komen. Aan het plafond van de benedenverdieping
22
Architecture et Urbanisme Francis Haulot BVBA Luiksesteenweg 564 5100 JAMBES Tel.: 081/30 90 70 Fax: 081/30 86 04
[email protected]
waren drie molenstenen bevestigd samen met de as van het schoepenrad. Vaak vraagt men me waarom ik een halfcirkelvormig raam achter deze overblijfselen plaatste. Met dit visuele effect wil ik het grote rad suggereren dat vroeger boven het water gedraaid moet hebben. Je hoeft je ogen maar een beetje te sluiten, en het lijkt of je het ziet rondwentelen…’ Hoewel geen enkel architecturaal element lukraak gekozen is, heeft de creatie een dromerige en poëtische uitstraling. Ze verraadt de verborgen passie die Francis Haulot voor zijn vak en de architectuur in het algemeen koestert. ‘Zonder passie en zonder dromen zou mijn vak zijn menselijk karakter verliezen en zouden architecten niet opgewassen zijn
_
_
_
g
tegen de hoge eisen en de groeiende verantwoordelijkheden die architectuur met zich meebrengt. Maar wanneer een project wordt afgerond, hoe moeilijk het ook geweest is, voelt het altijd alsof je afscheid moet nemen van iets dierbaars. Dan is het tijd om het potlood weer op te pakken en je in een nieuw architectuuravontuur te storten, meestal bijzonder boeiend en vol nieuwe ontmoetingen.’ En dat doet Francis Haulot met het uitbreidingsproject voor het Economisch Bureau van de provincie Namen en het tentoonstellingscomplex, een project dat Architecture et Urbanisme momenteel bestudeert in samenwerking met bureau SOMVILLE – PRESCIUTTI, naar aanleiding van de Europese wedstrijd die ze wonnen in 2000.
De molen ‹Haulot›, zicht vanuit de woonkamer. Een werk van Félix Roulin sluit perfect aan bij de inrichting van het interieur.
23
_
_
_
g
_
_
_
g
architect
25
_
_
_
g
Het streven naar eenvoud in de buitenarchitectuur legt de basis voor een interieurinrichting die rust en harmonie uitstraalt.
architectuur
KrisDevolder Kiezen voor zelfstandigheid Architect Kris Devolder studeerde af aan Sint-Lucas, waar hij naast architectuur ook nog een opleiding stedenbouw doorliep. Na zijn studietijd volgde hij stages te Brussel en te Brugge, terwijl hij parallel ook al heel snel zijn eigen projectjes wist op te starten. Zo kwam hij 11 jaar geleden op een keerpunt, waarbij gekozen werd voor een verdere carrière als zelfstandig architect. Hij toont een breed geïnteresseerde aanpak in zijn projecten’. Inmiddels heeft Kris Devolder een goede samenwerking ontwikkeld met collega Luc Dedeyne, eveneens uit Torhout, die zich vooral heeft toegespitst op de techniciteit van de architectuur; met bovendien diepgaande stu-
dies aangaande energie, verwarming, ventilatie, isolatie,…
26
Gevarieerde portfolio In de voorbije 11 jaren heeft onze gastheer aan een opvallend breed gevarieerde waaier projecten gewerkt. ‘Elke klant is voor mij belangrijk, ongeacht of hij met een kleine opdracht en dito budget komt, dan wel met grootschalige projecten’, klinkt het. Bij de particuliere woningbouw ontdekken we zowel eengezinswoningen, villa's als appartementsgebouwen. Kleinere en grotere industriële projecten worden evenmin geschuwd. Zo wordt thans gewerkt aan de beschutte werkplaats ‘Tordale’ te Lichtervelde. Het betrof het centraliseren van verspreid gelegen werkplaatsen naar één enkele site. Het project werd een mix van conversie van een bestaand
_
_
_
g
Voor zichzelf renoveerde de architect een bestaande woning, die aan de achterzijde een zuidgerichte halfronde uitbouw kreeg aangezet, waardoor veel licht naar binnen wordt gehaald. Ideaal voor het ontwerpatelier!
fabriekspand, renovatie en uitbreiding met nieuwbouw met een oppervlakte van 6000 m2. Heel uitzonderlijk is de betrokkenheid van de architect bij de (her)aanleg van kampeerterreinen. Het gaat dan over integratie in het omgevingsplan en het optimaliseren van de functionaliteit aan de normen van vandaag en morgen. Niet alleen de variatie in schaalgrootte en aard van de projecten zijn opvallend, de belangstelling voor restauratie is dat niet minder. Eén voorbeeld: het pand ‘De Bisthoven’ in de Nieuwstraat te Brugge, dat in opdracht van Familiehulp Brugge door Kris Devolder samen met de architecten Philip Cardinael en Luc Dedeyne werd getransformeerd
tot kantoorruimte. Het pand werd grondig gerestaureerd met bijzondere aandacht voor het historisch interieur. Naast bewaring en restauratie van het waardevolle kunstpatrimonium, moesten moderne technieken worden ingebracht voor de nieuwe bestemming van het gebouw. In functie van toegankelijkheid van het gebouw voor gehandicapten werd een lift ingeplant en dienden de brandveiligheidsvoorschriften te worden toegepast zonder afbreuk te doen aan de historische waarde en karakter van het pand. ‘Restauratie is een bijzonder boeiende aangelegenheid en krijgt steeds meer belang binnen onze activiteiten’, verklaart de architect. Het is ook duidelijk verschillend van ‘renovatie’. Kris
27
Devolder doet beiden. ‘Bij renovatie wordt eveneens tewerk gegaan met diep respect voor de authenticiteit uit het verleden, maar dat behoud is niet altijd dwingend’, licht hij het verschil toe. Analytische vormgeving Architect Kris Devolder houdt van eenvoud in architectuur en heeft een diepe bewondering voor de bouwkunst uit het verleden. ‘Historische gebouwen zijn meestal zeer goed geordend en sterk symmetrisch opgebouwd, wat op zich een vorm van eenvoud en duidelijkheid insluit’, merkt hij op. ‘Wij, jonge architecten kunnen daar heel veel uit leren!’. Zelf tracht hij zijn ontwerpen ook altijd te herleiden tot eenvoud. Waarschijnlijk was het ook zijn specialisatie stedenbouw, die bij
_
_
_
g
architectuur
Aan de straatzijde zorgen twee, parallel achter elkaar geplaatste lange muren voor de gewenste privacy.
KrisDevolder
Kris Devolder de liefde voor geometrische vlakken liet ontkiemen. Vierkanten, rechthoeken, cirkels en driehoeken vormen de bouwstenen die hij in zijn architectuur assembleert tot een geheel dat veel meer is dan de samenstellende delen. Dit streven naar eenvoud in zijn architectuur laat zich goed combineren met Ytong als bouwmateriaal. Bovendien heeft hij een uitgesproken voorliefde voor hout en pleister. ‘De Belg – en de Vlamingen in deze streek in het bijzonder – zijn met de spreekwoordelijke baksteen in de maag geboren’,
weet hij al te goed. Voor de architect zijn de weerhouden vormgeving en een eventuele voorkeur voor pleisterafwerking bij de klant, vaak doorslaggevend voor het kiezen voor cellenbeton van Ytong. Voor de presentatie van zijn ontwerpen aan de klant, zweert Kris Devolder bij maquettebouw; zijn collega is dan weer gewonnen voor driedimensionale computersimulaties. ‘Vooral de kleinere studiemaquettes betekenen een zeer waardevolle hulp’, voegt hij nog toe. Eventuele fouten in de architectuur komen direct tot uiting na
28
het bouwen van een maquette. Klanten koesteren een maquette ook heel lang nadat hun woning voltooid is. ‘Ontwerpen is een driedimensionaal denk- en werkproces. Het uitwerken van een ontwerp naar een bouwplan is echter een zuiver tweedimensionaal gegeven. De tekentafel wordt alleen nog gebruikt om te schetsen of maquettes te maken en werd voor nauwkeurig tekenwerk verdrongen door de computer’, verklaart de architect. ‘Eigenlijk is het vooral een kwestie van het beoogde doel, dat bepaalt welke middelen best worden ingezet. Bij specifieke wedstrijden en
_
_
_
g
De liefde voor geometrische vlakken resulteert zowel aan binnen als buitenzijde in geslaagde optische effecten.
projecten worden steeds meer driedimensionale computervoorstellingen gevraagd, doch dit is een arbeidsintensieve aangelegenheid die voor de meeste projecten vaak economisch niet verantwoord is’, vernemen we nog. Wonen & werken versmolten Architect Kris Devolder en zijn echtgenote advocaat Hilde Crevits werden voor hun woning en kantoor aangetrokken door de centrale ligging, de fraaie gevel (daterend van tussen de twee wereldoorlogen) en de daarachter gelegen tuin van het bestaande pand
in de Kortemarkstraat 30 te Torhout. Veel verdere kwaliteiten bezat het gebouw niet echt… De grond was slecht en het geheel bevond zich in een vrij bouwvallige staat. Het was in de loop der jaren geteisterd door de zo typische Vlaamse ‘expansiedrang’, gekenmerkt onder de vorm van diverse minderwaardige bijgebouwen. Maar als architect zag Kris Devolder daar doorheen en in zijn hoofd rijpte het beeld van een nieuwe toekomst voor dit pand met karaktervolle façade. Aanpalend was er ook nog een – zij het smalle – bouwplek
29
beschikbaar, die toeliet de gewenste bijkomende woon- en werkruimte te scheppen. De oorspronkelijke voorgevel is wel een halve meter dik! De vroegere waterdoorlatende buitenmuren aan de zijgevel en achteraan werden na de werken binnenmuren. Men realiseerde aan de achterzijde een zuidgerichte halfronde uitbouw met grote dakoversteken, die heel veel licht naar binnen haalt en een aangename plek werd geboren voor het ontwerpatelier. Boven de halfronde uitbouw ontstond een terras voor het privé-gedeelte.
_
_
_
g
Een indrukwekkende cirkelvormige waterpartij vervult de rol van draaiplateau tussen de woning, het tuinhuis en de tuin. Het tuinhuis met driehoekige doorsnede, werd ontworpen als kantoor en tentoonstellingsruimte.
30
_
_
g
In functie tot het terreinverloop, werden twee driehoeken in elkaar verweven: één horizontaal in het grondvlak en één verticaal in de doorsnede van het hoofdgebouw.
KrisDevolder
Gezien de slechte toestand van de grond, werd uitgekeken naar licht bouwmateriaal. In combinatie met het verlangen naar goede isolatie-eigenschappen vormden metaal, hout en Ytong de beste keuze. De achterzijde en de voorgevel van het nieuw aangebouwde gedeelte – hierin is ook een garage opgenomen – werd met cederhout bekleed, dat een natuurlijk vergrijzingproces ondergaat. Lange muur Het verlanglijstje van de bouwheer vermeldde veel ruimte, afscherming van de straatzijde en
de integratie van een werkruimte voor informaticus voor informaticus Niko Vervenne en zijn echtgenote Diane Embo. Het was de bedoeling zelf zoveel mogelijk werken uit te voeren. Voor de afwerking was het gebruik van bepleistering een uitgemaakte zaak. Vanuit dat lijstje volgde haast automatisch de keuze van Ytongblokken voor de realisatie van de woning. De architect bepaalde een eenvoudige, horizontaal gelijnde vormgeving met heel veel woonruimte. Teruggebracht naar de favoriete geometrische vormen, gaat het om drie rechthoe-
31
ken, waarvan twee verticaal zijn geplaatst. Door het optrekken van twee achter elkaar liggende muren, die uit de gevel ontspringen, wordt de complete afscherming aan straatzijde als niet brutaal ervaren. Het dak in pagodevorm en opgebouwd uit tegelpannen, lijkt boven de woning te zweven als gevolg van de t.o.v. het basisvolume inspringende verdieping. Opwaardering Architect Kris Devolder Voor een bestaande laagbouwKortemarkstraat 30 woning kreeg de architect de 8820 Torhout opdracht een T: 050 21 75 27tuinhuis te verbouF: 050/22.10.12 wen tot tentoonstellings- en ont-
architectuur
_
_
_
_
g
vangstruimte en meteen ook het tuinplan te herzien. Onze gastheer tekende een indrukwekkende cirkelvormige waterpartij uit, die als een draaiplateau fungeert tussen woning, het tuinhuis en de tuin. Om het geheel nog meer uitstraling te geven, werd een glazen as ingezet in de cirkelvorm – parallel verlopend aan de woning – die een boven het watervlak zwevend pad en vijverterras laat ontstaan. 's Avonds accentueert de vloerverlichting van het terras nog meer de bijzondere uitstraling. Haaks hierop zijn vanuit het terras achter de woning stapstenen uitgezet in het watervlak. Het watervlak wordt afgeboord door een optisch verruimende kiezelrand. Het tuinhuis zelf kreeg een driehoeksvorm als doorsnede. De bouw met veel glas en staalconstructie-elementen resulteert in een luchtige indruk. De bouwheer Geert Denoo-Vandenbroucke, gespecialiseerd aannemer voor binnenhuisinrichting, heeft het interieur volledig zelf uitgevoerd.
ping, vierkanten voor de tweede verdieping en een cirkel als kroon. ‘Er was een grote eensgezindheid tussen klant en architect’, blikt Kris Devolder terug op dit project. De keuze voor Ytong-blokken werd mede bepaald door de ondergrond van het terrein en de zware belasting door het grote gebouw. Voor de nog niet voltooide afwerking worden geel en grijs pleisterwerk tegenover elkaar gezet: de kleur van de zon voor de verticale driehoek en de kleur van blauwe steen voor de horizontale. ‘De keuken heeft een driehoekig grondplan en ik zou het fantastisch vinden als de eigenaars zich lieten verleiden tot het plaatsen van een driehoekige tafel!’, geeft de gastheer ons mee als afscheid.
Geknoopte driehoeken Zo zou men de analyse van dit laatste project voor anesthesist Dr. Stefaan Gouwy en Mevr. Lieve Verfaillie kunnen omschrijven. Kris Devolder vertrok vanuit twee driehoeken: één in het grondvlak en één in de doorsnede van het hoofdgedeelte. Het verloop van het bouwperceel, dat schuin van de straat wegloopt, geeft de aanzet tot deze benadering. Boeiend is verder het vormenspel van de ramen in de zijgevel: rechthoeken voor gelijkvloers en eerste verdie-
32
_
_
_
g
_
_
g
Hij is tegelijk ontwerper van gezinswoningen en hoofd projecten in een groot bureau. Deze architect is verliefd op zijn vak en houdt niet van halfslachtige oplossingen.
Jean-Luc Marrini
Architectuur zonder compromissen
tekst: Christophe Mercier
architect
_
Jean-Luc Marrini zegt van zichzelf dat hij nog een groentje is als architect. Nochtans stapelt hij sinds hij Saint-Luc in Luik in 1991 verliet, verrijkende professionele ervaringen op. Eerst op stage bij Philippe Frère die hij als zijn peter in het vak beschouwt. Van hem heeft hij een zekere filosofie van het beroep overgenomen, een compromisloze attitude die hem ertoe brengt slechts de projecten te aanvaarden die hem bevallen. Met Frère ontwikkelde hij de School van Jupille. Ondanks zijn statuut als stagiair genoot hij van een grote vrijheid van handelen. Al snel komt hij de rangen van het architectenbureau AUDEX van François Louwet in Luik versterken. Een bedrijf dat grote zaken aanneemt en met
33
budgetten goochelt tot 25 000 000 euro. Hoewel hij projectverantwoordelijke is, behoudt hij zijn zelfstandigheid en ontwikkelt hij daarnaast zijn eigen architectuur. Het gaat om de bouw of de renovatie van eengezinswoningen met bescheidener budgetten en andere doelstellingen. Hoe slaagt architect Marrini erin deze twee facetten van zijn activiteit te rijmen? ‘Het zijn twee verschillende benaderingen. Bij AUDEX moeten we rekening houden met verschillende partijen: projectontwikkelaars, quantity surveyors, project managers, allerhande studiebureaus enz. Het is niet eenvoudig ze op één lijn te krijgen. Iedereen heeft zijn esthetische, technische of commerciële visie op de
_
_
_
g
architectuur
Woning Paulet in Wezet – Voorgevel. Een eenvoudig volume dat de interne functies onderstreept.
Woning Paulet in Wezet – Achtergevel. Brede openingen naar de tuin toe.
Jean-Luc Marrini bouw. Het is niet makkelijk onze esthetische argumenten tegenover pure rentabiliteitsbegrippen te plaatsen. Voor het plan van een gezinswoning, speelt het emotionele een hoofdrol. De klanten zijn vooral gevoelig voor de ruimten en voor het beeld van de woning die ze tientallen jaren gaan bewonen. Uiteraard bestaat het financieel aspect, maar het is minder aanwezig in het ontwerp. Maar ook bij de projectontwikkelaars bestaat emotie. Ze zullen fier zijn op een gebouw dat goed in elkaar steekt en zijn bekommerd om het kwaliteitslabel dat het uitstraalt. Toch is het in de eerste plaats een investering en moet het geld opbrengen.’ zegt hij. Een betere samenvatting van deze dualiteit die typisch is voor de bouwindustrie, is moeilijk denkbaar. Ytong: een goed plan Bij verschillende recente ‘emotionele’ projecten, maakte de archi-
tect gebruik van Ytong-blokken. Een materieel dat hij in hoge mate waardeert. Hij vertelt ons zijn ervaringen: ‘Drie jaar geleden werkte ik voor het eerst met cellenbeton. Dat was voor de woning Paulet in Wezet. Het technisch kwaliteitsen montageniveau zijn uitstekend. Ik was onmiddellijk gewonnen voor dit materiaal. De aannemer – met wie ik in vertrouwen werk voor de meeste van mijn plannen – had nooit met Ytong gebouwd. Op mijn aanraden, heeft hij er zich aan gewaagd. Nu is hij overtuigd van de techniek.’ Het zal niet bij deze ene test blijven. In de rue du Pressoir in Luik is zonet een woning annex bureau uit de grond gerezen. Marrini ontwierp het in samenwerking met architect Oberge. Het is zo’n succes dat het werd weerhouden bij de finalisten van de prijs van Stedenbouw van de provincie.
34
‘We zijn vertrokken van een vaststelling’, zegt Jean-Luc Marrini. ‘De evolutie van de maatschappij en de bouw is dusdanig, dat de gebouwen steeds minder het vaste uitzicht hebben dat ze vroeger bezaten. Men verbouwt, renoveert, recycleert, men wijzigt bestemmingen. Met de bouwheer hebben we dus getracht volumes te creëren die makkelijk kunnen verbouwd worden. Op dit ogenblik biedt het gebouw plaats aan kantoren, maar het is ontworpen om op termijn een eengezinswoning te worden’. Deze vooruitstrevende visie is vooralsnog marginaal in een sector die nog altijd zweert voor de eeuwigheid te willen bouwen. Door hun lichtheid, maken de Ytong-blokken deze aanpak mogelijk. Een wand van 10 cm cellenbeton kan makkelijker verplaatst worden dan een muur van beton. En zal ook makkelijker gerecycleerd kunnen worden.
_
_
_
g
Apotheek en woning in Saint-Rémy.
Harmonische verhoudingen, verzorgd ontwerp Het ontwerp van de woning in de rue du Pressoir is simpel. De ruimte wordt in twee zones verdeeld. Een smalle ruimte bevat de diensten: inkom, trap, stookplaats enz. Het tweede deel, een bijna vierkant plan van 7 meter bij 10, bestaat uit kantoorruimten die kunnen omgebouwd worden tot woonzones en slaapkamers. Het terrein helt sterk. Het stijgt vanaf de straat. De garage op de gelijkvloerse verdieping zit dus half in de grond. In de toekomst moet een loopbrug de eerste verdieping met de tuin verbinden. De gevels zijn zeer verzorgd. De zeer mooie verhoudingen worden nog beklemtoond door de materialen: donkergrijze en lichtgrijze betonblokken. Men kan de twee zones, waarvan het dienstengedeelte lichtjes achteruit gebouwd is, duidelijk onderscheiden. De gevel, die gemeen-
schappelijk is en aan een nog niet bebouwd stuk grond paalt, zit vol kleine glasbouwstenen. Een effect dat overdag voor het nodige ritme zorgt en de blinde muur’s nachts een eigen taal geeft. Een recente verbouwing deed de architect eens temeer teruggrijpen naar Ytong-blokken. Het gaat om de woning van zijn aannemer. Dit gebouw uit het begin van de eeuw, dat aan de rand van een nationale route ligt, heeft een lange lijdensweg achter de rug. Het stond lang leeg, werd gekraakt, raakte in verval tot het compleet onbewoonbaar werd. De beslissing werd vlug genomen: het huis werd volledig ontdaan van alle binnenelementen, de vloeren inclusief, om binnen de bestaande enveloppe van nul te herbeginnen. De gelijkvloerse verdieping heeft een volledig commerciële bestemming. Op dit
35 35
ogenblik bevindt er zich een apotheek in. De woning bevindt zich op de eerste verdieping en kijkt helemaal naar de achterkant uit. De badkamer, wc en keuken, zullen aan de straatzijde worden geplaatst en doen dienst als buffer. Zelfs de ingang bevindt zich aan de achterkant, teneinde hem te onderscheiden van de toegang tot de winkel. Sinds het nieuwe terras er ligt, heeft men een onbelemmerd zicht op het platteland van Blegny-Trembleur. Kwaliteitsvolle architectuur laat niets aan het toeval over Jean-Luc Marrini is niet alleen een liefhebber van Ytong-producten. Hij is ook een onvoorwaardelijke voorstander van de aluminium profielsystemen van RC system. ‘We moeten toegeven dat aluminium ramen lange tijd een slechte reputatie
_
_
_
g
Bureau/woning in Cointe, in samenwerking met architect Oberge. Een gebouw dat de evolutie van de markt volgt door van bij zijn ontwerp, een flexibiliteit in te calculeren die aanpassingen toelaat voor verschillende toepassingen.
36
_
_
_
g
architectuur
Binnenzicht van het bureau/woning in Cointe. Ruimtes die baden in het licht en een dynamisch ontwerp.
Jean-Luc Marrini hebben gehad’, stelt hij vast. ‘Maar sinds enkele jaren zijn deze producten zo geëvolueerd dat de nadelen van weleer niet meer zijn dan slechte herinneringen. De thermische onderbrekingen zijn doeltreffend en de slanke aanzichtbreedte van de profielen maakt er een uitgelezen materiaal van voor de eigentijdse architectuur.’ Zich vragen stellen over zijn vak, daarmee is architect Marrini constant bezig. Men voelt bij deze ontwerper de behoefte meer in de richting van de efficiëntie, van juistheid in de architecturale keuzes te gaan en van harmonie tussen alle betrokken partijen op de werf. ‘De aannemer is meer dan een uitvoerder. Hij is uiteraard belast met de uitvoering, maar tegelijk een volwaardig partner in het creatief proces. Hoe beter de verstandhouding, hoe verder we kunnen gaan in de methodiek.’ Deze nood aan uitwisseling is goed voelbaar in de wil zich, zolang het project duurt, met de collega’s voor hetzelfde
doel in te spannen. ‘Ik vind het verrijkender met twee te werken. Dat leidt tot een openheid van geest. Men leert toegevingen te doen. Wanneer men alleen is, loopt men het gevaar hersenschimmen na te jagen en uit te monden in weinig interessante projecten.’ Die goede verstandhouding zoekt de architect in zijn omgeving: zijn beste vriend of de peter van zijn dochter die hetzelfde beroep uitoefenen als hij... Het imago en de ruimte De conversatie gaat verder over de bevoorrechte relaties met zijn klanten: ‘Het is soms moeilijk de boodschap te doen overkomen. De mensen zijn gevoelig voor twee zaken in hun huis: de ruimte en het imago. De ruimte, dat is wat ze gaan beleven. Het imago, dat is wat ze zien wanneer ze binnen- of buitengaan. Wanneer we ons richten op het imago, bestaat het gevaar dat we ons zelf niet gaan afvragen wat de mens als ruimte wil beleven. Iedereen ziet die anders. Voor nietingewijden, valt dat moeilijk te
37
bevatten, zeker als we met nieuwe begrippen afkomen, zoals split-levels bijvoorbeeld. Klanten zien de ruimte niet in een plan. Aan ons om de boodschap te laten aankomen, zoniet zullen de kandidaat-bouwers er misschien de voorkeur aan geven de fermette van de buurman te kopiëren. Dat mag dan banaal zijn, verrassingen zijn er niet.’ Wanneer Jean-Luc Marrini bijna klaar is met zijn werk en de bewoners in verrukking hun voltooide woning ontdekken, is het genoegen zijn vak zonder compromissen te hebben beoefend, er slechts groter op. ‘Ik denk aan één klant in het bijzonder. Soms vraag ik hem: En, bevalt uw huis u nog altijd zo?’ Dan antwoordt hij: ‘Het bevalt me nog steeds evenzeer!’ Is dat niet de mooiste beloning die je als architect kunt dromen? Bureau Audex Jean-Luc Marinni Rue Raikem 8 4000 Liège T: 04 253 51 00 F: 04 252 38 73
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 38
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 39
PierreRenier tekst: Christophe Mercier
Hoe een loft ontwerpen zonder in koele soberheid te vervallen? Hoe de recentste technieken aanwenden die op de markt zijn? Pierre Renier geeft ons enkele denkpistes.
‘Wat me aan de Ytong-blokken bevalt, is de snelheid waarmee gebouwd kan worden. De delicate verbindingen die typisch zijn voor dubbele muren, worden vereenvoudigd. Men heeft de eigenschappen van twee materialen samen in één: structureel en isolerend. Voor gevelbepleistering is het de ideale basisstructuur.’ Pierre Renier kent de producten in cellenbeton. De architect is voorstander van industriële technieken en heeft ze onlangs toegepast in twee interessante projecten, allebei gelegen in Andrimont: de grondige renovatie van een apotheek en een klein industrieel gebouw. We ontdekken samen deze twee, zowel vanuit technisch als esthetisch standpunt, geslaagde bouwwerken.
Industriële technieken ten dienste van het huishoudelijk comfort
Een apotheek in Ytong: rendabiliteit en imago De bouwheren vroegen de architect de ruimte voor het publiek in het bestaand gebouw te vergroten en een klein bureau te maken. In de kelderverdieping komt een show-room, waar verpleegmaterieel, een specialiteit van de zaak, wordt opgeslagen. Omdat de kelders geïsoleerd moeten zijn, heeft de architect een origineel en doeltreffend technisch detail bedacht. Vaak hoort men aannemers en architecten de efficiëntie van Ytong als funderingsmuur in twijfel trekken. Toch zweren de ingenieurs van de firma uit Burcht bij hoog en bij laag dat daar geen enkele reden toe is. Als oplossing maakt Pierre Renier
39
een dubbele keldermuur in zwaarbeton met Ytong-blokken, gebruik makend van de eigenschappen van beide materialen. Het plan draait rond de ingang, die in een hoek van het volume is gemaakt. Een spectaculaire glasgevel trekt de klanten aan. Bovendien zorgt hij ervoor dat het bureau en de kelderverdieping in daglicht baden. De verdeling gebeurt via een centrale trechter en een metalen trap. Om een breuk te maken met de neutrale, voornamelijk grijze, tinten – die de voorkeur wegdragen van de ontwerper – is het linoleum groen, een kleur die logischerwijs wordt geassocieerd met de functie van de plaats. De muren van
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 40
Apotheek in Andrimont. Gebouwd met Ytong, met een crepi van neutrale kleur, een constante bij deze architect.
Apotheek in Andrimont. Een evenwichtige compositie, waar gevulde ruimtes en vides in harmonie met elkaar leven.
Pierre Renier
architectuur
Apotheek in Andrimont. De ontwerpers maken van het hoogteverschil gebruik om in de kelderverdieping een showroom te installeren.
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 41
Opslagruimte voor de firma Multitra in Thimister. Eenvoudige volumes waarin het glazen dak de hoofdingang aangeeft.
Ytong-blokken werden bedekt met een in de massa gekleurde minerale crépi, een snelle en rendabele oplossing. Het resultaat is sober en functioneel. Commercieel gezien is het een investering die het imago van de apotheek ten goede is gekomen. Een gymnasium en een hal, gebouwd volgens dezelfde logica De firma MULTITRA had nood aan een opslagruimte. Deze firma, die gespecialiseerd is in transport over land, lucht en zee, bewaart goederen enige tijd in transit, om ze daarna verder te vervoeren. Naast de loods – een metalen constructie – heeft men een klein volume gebouwd waarin het bureau is ondergebracht. Deze ruimte vergde een groter thermisch comfort. Teneinde snelle uitvoering en isolatie te combineren, opteerden de bouwheer en de architect voor Ytongblokken. Het spel tussen functies is subtiel, een schakering van harmonische volumes. Opvallend is de klemtoon die op de ingang
werd gelegd, met de grote glaspartij en de luifel die het onthaal helder en aangenaam maken. Zoals voor de apotheek is de architectuur van het gebouw vrij van gratuite interventies. En weer is grijs op het rendez-vous. Dezelfde esthetische benadering vinden we voor het gymnasium van Dison. Dit is omgekeerd façadisme. Men heeft met andere woorden de volumes en de vloeren behouden maar de gevel ingrijpend gewijzigd. Weer vinden we de neutraal grijze kleuren terug maar andere materialen: zink met stootvoegen en Betorixblokken. Binnenin overheerst verzinkt staal op een achtergrond van onbezette bakstenen en witgeschilderde, geribbelde tegels. Net zoals voor de burelen in de opslagruimte, zorgt de architect voor contrast via het linoleum. Hier krijgt oranje de voorkeur. Een manier om de ruimte op te warmen zonder dat de felle kleur van de vloer te nadrukkelijk aanwezig is.
41
Gymnasium in Dison. Omgekeerd façadisme: men heeft de vloeren en de binnenvolumes behouden, maar de gevel gewijzigd.
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 42
(boven) Woning van de architect in Ensival. Een glazen loopbrug laat het licht van één enkele halogeenlamp door.
Woning van de architect in Ensival. De keuken is bemeubeld zoals de renovatie: met veel eenvoud. Een ruwe bepleistering bedekt de beschadigde of heterogene plaatsen.
42
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 43
architectuur
Woning van de architect in Ensival. De RC-system ramen passen zich aan alle situaties aan. Hier een boog, gelijk aan de bestaande.
Pierre Renier Een interieur met industrieel design Het kunstwerk bij uitstek van Pierre Renier, zijn akte van geloof, is zijn woning. In deze oude brouwerij uit het einde van de XIXde eeuw, heeft de architect zijn opvatting over de stiel in praktijk kunnen omzetten, zonder toegevingen te moeten doen tegenover een klant. ‘In het kader van de actie “Mijn huis, mijn architect”, hebben we hier een indrukwekkende menigte ontvangen. Niet iedereen bleek voorstander van de industriële esthetiek van deze plaats, maar ze laat in ieder geval niemand onberoerd. We hebben het karakter
van de voorgevel bewaard, maar de achterzijde naar de tuin breed geopend. Er werden praktisch geen wanden aan de oorspronkelijke muren toegevoegd. Alle ingrepen zijn uitgesproken. Zo werden de bakstenen gewelfjes die voor problemen zorgden, vervangen door ruw beton. De schuifdeuren zijn van glas en onderscheiden zich daardoor van het bestaand bouwweefsel. Overal werd deze geest met talent en zuiverheid gerespecteerd.’ Om de kleuren te laten overeenkomen, greep de ontwerper terug naar een weinig gebruikt procédé. Sommige metalen balken werden toegevoegd, onder meer om een
43
mezzanine te creëren tussen de gelijkvloerse en eerste verdieping. Er werden vensters gedicht om de intimiteit te vrijwaren. Sommige muren werden hersteld. Het idee was deze ingrepen te doen voor de zandstraling van de bestaande muren, die van de verf en bepleistering moesten ontdaan worden. De nieuwe elementen ondergingen daardoor een vroegtijdig verouderingsproces. Het geheel werd vervolgens met de hogedrukreiniger onder handen genomen, waardoor de metalen balken op termijn een roestlaag zullen krijgen. Op de vloer werd overal dezelfde techniek aangewend: een
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 44
Woning van de architect in Ensival. Een XXL-badkamer. De badkuip rust in een gladde betonnen kubus, de douche is ‘voor het gezin’.
industrieel polybeton dat een monolitisch oppervlak geeft met marmereffecten. Een XXL-badkamer De badkamer is een indrukwekkende plaats in het huis van Pierre Renier. Om zijn bouwlogica te respecteren, wilde hij geen wanden optrekken om aan de standaardafmetingen te komen van een klassieke badkamer. Hoe derhalve deze plaats van 35m2 gevuld, groot genoeg om er een salon in onder te brengen? Opdat de sanitaire toestellen in het groot volume tot hun recht zouden
komen, heeft men er de grootte van overdreven. De douche is er een voor het hele gezin. De muren zijn bedekt met een gewoon vochtafstotende pleister. De badkuip is een XXL-model en rust in een enorme kubus van glad beton. Deze opties blijven in verhouding tot het comfort dat ze bieden, bescheiden qua prijs. De ramen van deze restauratie zijn uitgerust met aluminium profielen van RC System. Het is verrassend vast te stellen in welke mate het profiel precies kan gebogen worden met respect voor de bestaande architectuur van de
44
raamopening in het gebouw. Zegt de architect: ‘Het is de firma DETHIER (Henri Dethier NV) uit Waimes, die het werk heeft gedaan. Ze hebben eerst een nauwkeurig patroon getekend en vervolgens de elementen naar een firma gestuurd die in dit werk is gespecialiseerd. Het is een delicate operatie, toch kan cintrage een ‘kromming’ aan van een straal van om en bij de 250 à 300 mm afhankelijk van het feit of het gaat om een twee- of driekamerprofiel.’ Het meest verbazingwekkend is vast te stellen dat de keuze voor aluminium, ondanks de moeilijkheden bij het buigen,
268532_NL_038_045
28-09-2006
08:12
Pagina 45
goedkoper uitviel dan een oplossing in afzelia. En dat ze beter paste bij het industrieel karakter van de plaats. Grijze gevels met mooie toekomst Sinds hij van Saint-Luc in Luik in 1986 afstudeerde, heeft Pierre Renier een hele weg afgelegd. Hij werkte tot 1993 voor andere bureaus. Daarna begon hij op zijn eentje. Sinds één jaar laat hij zich bijstaan door een jong medewerker, wat hem in staat stelt het hoofd te bieden aan de groter wordende vraag.
architectuur
Woning van de architect in Ensival. Dank zij het grote nieuwe raam baadt de living in licht.
Pierre Renier Of het nu om eengezinswoningen, verbouwingen, handelspanden of industriële gebouwen gaat, steeds hanteert de ontwerper dezelfde zin voor ruimte en brengt hij net die extra esthetische toets die zo vaak ontbreekt in de bouwindustrie. Zonder ooit in vormelijkheid of vervelend minimalisme te vervallen, is de architect in de opmerkelijke verbouwing van zijn woning, tot volle rijpheid gekomen. Het is een briljant bewijs van zijn enorm talent.
45
Architect Pierre Renier Rue des Chapeliers 88 4800 Ensival T : 087/31 31 75
_
_
_
g
_
_
_
g
A33 architecten De stad laat architectuur ontkiemen architecuur tekst: Eduard Coddé fotografie: Jan Van Goidsenhoven Voor architect Ludo Bekker is de stad het uitverkoren actieterrein. De stedelijke omgeving brengt architectuur samen, confronteert ze met elkaar en laat ze dialogiseren. De grote verscheidenheid aan gebouwen en hun typische functies – wonen, werken, winkelen, opleiding,… – maken de stad uitermate boeiend voor het experimenteren met nieuwe concepten.
_
_
_
g
Het begrip 'kwaliteit' in architectuur dekt voor Ludo Bekker zowel esthetiek als functionaliteit. Een harmonieus samengaan van renovatie gecombineerd met uitbreiding door nieuwbouw, zijn kenmerkend voor heel wat A33-projecten.
Sociaal-ecologisch engagement Architect Ludo Bekker studeerde in 1978 af als architect en in 1981 als stedenbouwkundige, waarna hij meteen aan de slag ging in de Leuvense agglomeratie. Hij heeft een sterk ecologisch bewustzijn en wordt uitermate geboeid door energiebesparing, zonder daarbij echter de realiteit uit het oog te verliezen. Villabouw in het alsmaar schaarser wordende platteland, is dan ook niet aan hem besteed. Het begrip ‘kwaliteit’ in architectuur dekt voor Ludo Bekker zowel esthetiek als functionaliteit. Samen met zijn sociale gerichtheid leidt dit haast automatisch tot stedenbouw, een thema dat
hem in zeer ruime mate boeit. Stadsvernieuwing door renovatie of nieuwbouw, meer globale stedenbouwkundige planning, zijn slechts enkele voorbeelden van zijn werkterrein. Sociale woningbouw kreeg van meetafaan een heel bijzondere plaats toebedeeld in het portfolio van de architect. Op de vraag of hij zich bij dit soort projecten als architect niet te zeer beperkt voelt, antwoordt hij: ‘Integendeel zelfs, want enkel budget en bouwprogramma zijn voorgeschreven. Daar staat tegenover dat men als architect veel meer vrijheid geniet om te vernieuwen. Men kan ontwerpen zonder gedicteerd te worden door de marktwetten en niet gedwongen door
48
commerciële stromingen aan de slag gaan. Bovendien steunt de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij vernieuwing in de architecturale aanpak’. De architect is vol lof over de goed gestructureerde en vooruitstrevende aanpak van de V.H.M., met o.a. een coherent programma, typebestek, een overzicht van alle normen en wetten, die geactualiseerd op het Internet worden gepubliceerd. ‘Het is als een soort receptenboek, waarin meer dan 80 jaar ervaring en kennis m.b.t. de sociale woningbouw zijn samengebracht’, vat Ludo Bekker samen. Partners in en voor de stad Toen Ludo Bekker zijn architectencarrière startte, werd zijn
_
_
g
De stad is het favoriete actieterrein voor architect Ludo Bekker. Stadsvernieuwing door renovatie of nieuwbouw, een globale stedenbouwkundige planning, zijn slechts enkele facetten uit de rijk gevulde portfolio van A33.
A33 architecten actieterrein afgebakend door de bereikbaarheid per fiets. Leuven werd het centrum van waaruit alles begon. Daar ontmoette hij ook zijn collega architect Johan Cockelaere, die amper enkele straten verderop zijn bureel vestigde. In 1994 verenigden beide architecten hun creatieve krachten en werd A33 geboren. ‘De A staat voor atelier; 33 was toevallig het huisnummer van onze beide kantoren’, luidt de verklaring voor de naamgeving. A33 begon met 3 mannen en 2 vrouwen en vormde de logische voortzetting van de gekozen stedenbouwkundige richting. Vandaag is A33 een kantoor waar uitsluitend architecten werken.
Onder hen een binnenhuisarchitect, twee afgestudeerden van Sint-Lucas en verder ingenieur-architecten. Binnen het architectenteam hebben 4 op 10 een specialisatie stedenbouw. ‘Het is onze bedoeling een nog belangrijker aandeel te verwerven in ruimtelijke vormgeving, van de grote schaal tot het kleine detail’, licht Ludo Bekker toe, ‘en om voor andere specialismen zoals stabiliteit, technische installaties, bouwfysica, mobiliteit en landschapsinrichting een associatie aan te gaan met de meest geschikte partner’. Elk van de A33 medewerkers heeft een bepaalde specialiteit, maar binnen het team moet iedereen multifunctioneel
49
inzetbaar zijn. Het komt er immers op aan zo flexibel mogelijk te kunnen inspelen op de binnenkomende opdrachten. Eén van beide vennoten treedt altijd op als projectverantwoordelijke, bijgestaan door een projectarchitect en één of twee assistent-architecten. A33 is volledig geïnformatiseerd en elke medewerker heeft een eigen werkpost. Toch wordt er nog met de hand getekend. ‘Concepten uitwerken gaat handmatig vaak sneller’, licht Ludo Bekker toe. Het driedimensionaal verfijnen lukt beter op de computer. Voor de architect is de wisselwerking tussen ‘traditionele’ werkwijzen – schetsen,
architectuur
_
_
_
_
g
Onder leiding van architect Renaat Braem (1910-2001) werd tussen 1963 en 1969 in het Leuvense stadscentrum het ‘Sint Maartensdal’ gebouwd. A33 kreeg de renovatie van de torens met 300 appartementen toegewezen.
maquettebouw of ontwerpen op de computer – een interessant gegeven. ‘Het gaat er niet om de ene werkwijze te verwerpen voor een andere, het komt er juist op aan zich als architect in elke situatie van de meest aangewezen methode te kunnen bedienen’, verklaart hij. Zo biedt volgens de architect de maquette een veel duidelijker beeld van een complex interieur, waarbij de relaties tussen de ruimten en lichtinvallen beter zichtbaar worden. Bovendien kunnen driedimensionale details realistischer onderzocht worden. Daar staat tegenover dat een driedimensionale computervoorstelling vooral geschikt is voor de buitenkant van een
gebouw. De toeschouwer ervaart het ontwerp vanuit een meer realistische kijkhoek, terwijl het vogelperspectief bij het bekijken van een maquette ver van de werkelijkheid verwijderd ligt. Toch biedt een maquette naar de opdrachtgever toe een grote overtuigingskracht. De portefeuille van A33 bestaat vandaag hoofdzakelijk uit overheidsprojecten. Dat maakt deelname aan architectuurwedstrijden dan ook onvermijdelijk. Ludo Bekker betreurt echter dat het winnen van een wedstrijd niet betekent dat men als architectenbureau ook gelast wordt met de realisatie van het project. Dit heeft te
50
maken met het intrekken van budgetten of wijziging van beleid, waardoor een project gewoon weer in de lade verdwijnt. Dat is jammer omdat deelnemen aan wedstrijden telkens weer een zeer zware investering met zich meebrengt. Renovatie door de tijd Het eerste renovatieproject waarvoor architect Ludo Bekker tekende, betrof de omvorming van een oude breigoedfabriek tot 25 sociale woningen. De opdracht dateert uit 1981, onmiddellijk na de start van zijn architectenloopbaan. Het ontwerp werd uitgewerkt in nauwe samenspraak met de kandidaat huurders.
_
_
g
architectuur
_
A33 architecten Elk van de A33 medewerkers heeft een bepaalde specialiteit, maar binnen het team moet iedereen multifunctioneel inzetbaar zijn.
Voor dit transformatieproject van een 19e-eeuwse stadsschool, ontving Ludo Bekker in 1994 de prijs van de Vlaamse Gemeenschap. Het integreren van hedendaagse kunst – de kunstenaars Guy Rombouts en Monica Droste (†), ontwikkelden een eigen alfabet uit lijnvormen en kleuren – was een persoonlijk initiatief van Ludo Bekker.
Tussen 1984 en 1987 werkte hij als medewerker van groep URBA aan het omvormen van de oude graanmolen ‘Dijlemolens’ tot een woon- en werkgemeenschap met 35 appartementen en 15 bedrijfsruimten. Daarbij werden alle mogelijke vormen van alternatieve energie geïntegreerd: o.a. actieve (zonneboilers) en passieve zonne-energie, warmtepompen en maximale isolatie. Het oude waterrad werd gerestaureerd en van een alternator voorzien. In de Dijle werd een waterturbine geïnstalleerd voor elektriciteitsproductie. Op dat ogenblik was werken met alternatieve energie nog heel ‘experimenteel’, een nieuw gegeven met weinig ervaringrapporte-
ring en waarmee de leveranciers evenmin vertrouwd waren. Het werd dus leren met vallen en opstaan. Projecten met een ziel Voor de transformatie van de 19eeeuwse stadsschool nr. 4 tot 28 sociale woningen, waarvan 5 aangepast voor bewoners met een fysieke handicap, ontving Ludo Bekker in 1994 meteen de prijs van de Vlaamse Gemeenschap. De aangepaste woningen werden ontworpen in nauw overleg met de bewoners zelf, zodat specifieke aanpassingen in functie van de handicap konden gebeuren. Het project stond symbool voor vernieuwing door de combinatie van
51
sociale huisvesting, zelfstandig wonen van gehandicapten, monumentenzorg en het integreren van hedendaagse kunst, een persoonlijk initiatief van Ludo Bekker. De kunstenaars, Guy Rombouts en Monica Droste(†), ontwikkelden een eigen alfabet uit lijnvormen en kleuren. Met dat kunstalfabet werden kunstwerken gecreëerd die tevens woorden of teksten voorstellen en daardoor een eigen taal spreken, waardoor vorm aan inhoud kan gekoppeld worden. In een oude school, waar zoveel generaties het alfabet leerden en die getransformeerd werd tot sociale woningen, herleidde men het alfabet tot kunstvorm.
_
_
_
g
Bij de renovatie van het 'Sint Maartensdal' koos A 33 voor een glazen inkomhal die het zonlicht als het ware volledig binnen in het gebouw trekt.
Ook de nieuwbouwprojecten voor sociale huisvesting (Nobelstraat en Glasblazerijstraat te Leuven) trachtten een wezenlijke bijdrage te leveren tot de regeneratie van achtergestelde buurten. In samenwerking met de Waalse architecten Carnoy en Deru ontwierp Ludo Bekker de nieuwe locatie van de ‘Zonnewijzer’, de Leuvense Steinerschool. De oude theaterzaal van de Remyfabrieken in Wijgmaal (arch. De Ligne 1933) werd gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwbouw voor klaslokalen. De architecten vroegen de kinderen om zelf hun ‘ideale school’ te tekenen en inspireerden zich op de kindertekeningen. Ook de ouders en leerkrachten werden ruim in het ontwerpproces betrokken.
Nieuwe uitdagingen Na een eerste periode, waarin vooral transformaties werden uitgevoerd, volgde een nieuwe uitdaging met het herwaarderen van bestaande sociale huisvestingsprojecten als opdracht. In Kessel-Lo werd het Koning Albertgebouw (arch. Leon Stijnen) aangepakt. Ondanks talrijke herstellingswerken, was het gebouw 30 jaar na de oplevering nog altijd niet waterdicht. Men opteerde voor het voorzetten van een gordijngevel, waartoe de vensterbanken werden afgezaagd. Deze keuze werd o.a. ingegeven door een minimale hinder voor de bewoners tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden, het
52
positieve effect op de isolatiewaarde en de gegarandeerde waterdichtheid. Bovendien gaf het plaatsen van de gordijngevel een volledig nieuw uitzicht aan het oude gebouw. In 1994 associeerde Ludo Bekker zich met Johan Cockelaere en werd A33 opgericht. Johan Cockelaere had zich voor de oprichting van A33 vooral bezig gehouden met kantoorgebouwen – o.a. Nestlé te Anderlecht (als medewerker van Archi+I) – en bejaardentehuizen (als medewerker van Arch-I). Het project ‘Casa Blanca’ behelsde de renovatie van 57 sociale woningen van Leon Stijnen. De gelegenheid werd te baat genomen om de
_
_
g
A33 won de wedstrijd voor het renoveren van de Antwerpse ‘Silvertoptorens’. Het project bestaat uit de ontmanteling voor herstelling van de torens en het herinrichten van de verdiepingen met ruimere appartementen als doelstelling.
stedenbouwkundige context te vervolledigen. Twee nieuwe kopgebouwen markeren de toegangspoort tot de wijk, het centrale plein en de aanliggende straten kregen een facelift i.s.m. landschapsarchitect Pauwels. A33 verzorgde het uitvoeringsdossier en de werfopvolging van het nieuwe kantoorgebouw van ‘De Lijn’ aan het station van Leuven (een ontwerp van de Catalaanse architect Manuel de Solà Morales). In Bornem is A33 eveneens betrokken bij de revalorisatie van de stationsbuurt. Het betreft een totaalproject, waarin de stad, de NMBS en De Lijn optreden als bouwheren. Het plan omvat een fietsenstalling, een
architectuur
_
A33 architecten ondertunneling van de sporen, een busstation, de aanleg van een parking en stationsplein. Bovendien zal het ontwerp fungeren als ‘typeaankleding’ voor een latere verfraaiing van de Bornemse straten. In Wijgmaal wordt de beschermde silotoren van Remy omgebouwd tot kantoren en aangevuld met nieuwbouw. A33 won ook de wedstrijd voor het renoveren van de ‘Silvertoptorens’ aan de Antwerpse ring. De torens gaan ontmanteld worden voor herstelling en krijgen een nieuwe look. Verder worden de plateaus ‘herverkaveld’, zodat ruimere appartementen ontstaan. De aanbesteding van deze werken zal in 2003 gebeuren.
53
Stedenbouw Naast de stadsvernieuwingsprojecten werkt A33 aan de Gemeentelijke Ruimtelijke Structuurplannen van Bierbeek, Tielt-Winge, Linter, Geetbets en Machelen. Er is niet alleen aandacht voor de vernieuwing van stedelijke kernen en oude industriegebieden (Wilsele, Wijgmaal, Machelen), maar ook voor de kwaliteit van het landelijk wonen (inbreidingsprojecten in Bierbeek), versterking van de ecologische infrastructuur (herwaardering Getegebied), recreatieve voorzieningen (fietsroutenetwerk Tienen) en de ruimtelijke herwaardering van oude steenwegen (N2 LeuvenDiest i.s.m. Langzaam Verkeer).
architectuur
_
_
_
g
A33 architecten Hommage aan architect Renaat Braem Het Leuvense ‘Sint Maartensdal’ is in volle stadscentrum gelegen naar het ontwerp van architect Renaat Braem (1910-2001). Het complex werd in de periode 1963 -1969 gebouwd en bestaat uit 6 gebouwen, waarvan 3 torens en 3 langsblokken. De hoogste toren meet ruim 60 m en wordt gekroond met een hoog in de lucht priemende antenne. ‘Eigenlijk is dit een monument dat verdient beschermd te worden’, verklaart Ludo Bekker. De opdracht die A33 kreeg toegewezen, bestond uit de renovatie van de torens met 300 appartementen en hield betonherstelling, brandbeveiliging en vernieuwing van de technische installaties in. De gebouwen hadden enorm te kampen met betonrot, die zich zeer snel verspreidde, dit ondanks herhaalde behandelingen. De gevel was opgebouwd uit platen, die met tegels waren bezet. Hierdoor ontstond een dubbele ‘vochtaanval’: enerzijds was er het via de voegen insijpelende water en anderzijds de condensvorming tussen tegels en betonplaten. A33 zocht naar een gevelherstelling met respect voor het werk van Renaat Braem. Na herstelling kreeg het beton een 6 cm dikke isolatie voorgezet. Daarvoor werden keramische tegels (26 x 60 cm) gehangen, gedragen door een aluminium structuur. De oorspronkelijke houten ramen, voorzien van dubbele beglazing, verkeerden nog in redelijk goede staat. De aansluiting met de
ruwbouw veroorzaakte echter diverse lekkages – de houten raamkaders waren destijds ingegoten in het beton – zodat A33 drastisch te werk ging en de ramen verving door een aluminium gordijngevel om koudebruggen te voorkomen. De indeling van de nieuwe ramen werd gekozen met maximaal respect voor het originele werk van architect Renaat Braem. Ze zijn opgebouwd uit aluminium profielen voor vliesgevels, Elegance 52 ST, van RC SYSTEM met een beperkt aantal indelingen, dit om economische redenen. De plaatsing ervan werd toevertrouwd aan de firma Groven+ uit Puurs. De opengaande vleugel is uitgevoerd met profielen met verborgen vleugel waardoor er visueel geen onderscheid bestaat tussen vaste en opengaande delen. Uit veiligheidsoverwegingen werd de gebruikelijke draai-kip constructie vervangen door een kip-draai werking. Er zijn ingezette kleurvakken, perfect integreerbaar in het Elegance 52 ST profielsysteem, waarbij het toepassen van zonnecellen werd overwogen, doch dit bleek niet haalbaar binnen het beschikbare budget. In de torens bevinden zich per verdieping 6 wooneenheden: 2 appartementen met elk 2 slaapkamers, 2 met 1 slaapkamer en 2 studio’s. Ze zijn 2 aan 2 gekoppeld met centraal de natte cel en keuken. Op de lagere verdiepingen werden telkens 2 appartementen gecombineerd tot één om een aantal wooneenheden
54
voor gehandicapten te integreren (13 in totaal). Het oorspronkelijke gebouw bezat centraal één hoge trapschacht, die in geval van brand ongetwijfeld als een schouw zou werken en elke evacuatie onmogelijk zou maken, zoniet sterk bemoeilijken. Een dubbele traphal met gekruiste trappen bracht de oplossing, één trap als vluchtweg en één als toegang tot de appartementen. Deze aanpak werd vervolledigd met 3 ontrokingsinstallaties voor het wegzuigen van de rook bij brand. De installaties zorgen ervoor dat op de bordessen de hoeveelheid weggezogen lucht gelijk is aan de hoeveelheid ingeblazen lucht, zodat de rook wordt afgezogen zonder het vuur aan te wakkeren. ‘De wetgeving op de brandpreventie is van toepassing op nieuwe gebouwen maar niet voor renovatie’, merkt Ludo Bekker op. In het geval van ‘Sint Maartensdal’ werd, in overleg met de Leuvense brandweer, het KB voor nieuwbouw zo dicht mogelijk benaderd. Van het totale budget voor dit project ging één derde op aan de traphal (herindeling en herinrichting aan de binnenzijde) en één derde werd opgemaakt aan de technische vernieuwing (centrale verwarming, rookafzuiging,…). De gevelrenovatie vertegenwoordigde het resterende derde. De werken aan toren 1 werden aangevat in 1998. In 2002 werd toren 3 voltooid.
_
_
_
g
Het verdiepingsplan van de torens werd hertekend, met ruimere wooneenheden tot gevolg. Een dubbele traphal met gekruiste trappen – één trap als vluchtweg en één als toegang tot de appartementen – bracht de oplossing voor verantwoorde brandveiligheid.
55
_
_
_
De torens van het ‘Sint Maartensdal’ hadden enorm te kampen met betonrot. A33 zocht naar een gevelherstelling met respect voor het werk van Renaat Braem en opteerde voor plaatsing van een aluminium gordijngevel van RC SYSTEM.
g
_
_
g
In de nabijheid van de Leuvense stadskern gelegen graansilo’s, werden door A33 nieuw leven ingeblazen als kantoorgebouw, aangevuld met enkele horecazaken.
A33 Architecten Fonteinstraat 1A 3000 LEUVEN T : 016/207200 F : 016/299800
[email protected] www.A33.be
architectuur
_
A33 architecten
Silo-T De voormalige graansilo’s, gunstig gelegen t.o.v. de Leuvense stadskern, vielen bij diverse projectontwikkelaars die ze wilden ombouwen tot lofts, niet echt in de smaak. A33 bewandelde een andere weg en zag een nieuw leven als kantoorgebouw, aangevuld met enkele horecazaken. ‘Omdat bedrijven de BTW kunnen recupereren, gaat het kostenplaatje er al heel anders uitzien’, licht
Ludo Bekker toe. A33 pakte de zaken aan in eigen beheer en nam een aannemer onder de arm voor de ombouw tot casco eenheden. Elk werkplateau telt 360 m2 bruikbare oppervlakte. Via mond-tot-mond reclame waren 4 op 7 eenheden snel verkocht. Het architectenbureau nam zelf 1 plateau in gebruik. In de betonnen silo’s werden ramen gezaagd. De zaagsnede werd zichtbaar gelaten en gevernist. Om de dwarsstijfheid
57
van het gebouw te verzekeren, werden de wanden alternerend weggebroken. Hierdoor zijn werkcellen ontstaan, die geïsoleerd of in groep als landschapskantoor kunnen worden gebruikt. Het enthousiasme voor architectuur in een stedelijke omgeving is uitgegroeid tot een hoge graad van specialisatie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat steeds grotere projecten aan A33 worden toevertrouwd.
_
_
_
g
Atelier 20 Zichzelf telkens opnieuw in vraag stellen blijft de boodschap.
_
_
_
g
Met de renovatie van het SOPIMA-gebouw, in de Regentschapsstraat, bewijst Atelier 20 nog maar eens zijn vakmanschap voor het realiseren van omvangrijke projecten. Dit in samenwerking met RC System met de keuze voor slanke raamprofielen.
tekst: Christophe Mercier fotografie: Jan Van Goidsenhoven
Met de restauratie van een villa van ‘De Koning’, de bouw van kantoren, appartementen, sportinfrastructuur, theaters, scholen, ziekenhuizen, restaurants of eengezinswoningen, heeft het bureau zich een specialisatie toegeëigend: eclecticisme. ‘Een middelgroot kantoor zoals het onze kan niet altijd keuzes maken, we moeten ons aanpassen aan de vraag’, legt Patrick De Simpel uit. Dertig jaar geleden koppelde hij zijn professionele toekomst aan die van Christian Lechien. Soms in barre, maar vooral in goede tijden. De samenwerking heeft immers de jaren getrotseerd door aan zeer diverse opdrachten een antwoord te bieden, zonder ooit te tornen aan de kwaliteit van de geleverde inspanningen. De gevels van het bureau zijn bedekt met roestkleurige crepi wat doet denken aan de herfstkleuren van het nabijgelegen Zoniënwoud. We worden er door de architect onthaald en ondergedompeld in het verhaal van zijn rijk gevulde en afwisselende loopbaan.
59
De renovatie van de Kruidtuin ‘Na de renovatie van de Kruidtuin, het culturele centrum van de Franse Gemeenschap in Brussel, kregen wij de smaak te pakken. Het project was erg boeiend en omvatte diverse zaken: theaterzalen, café-restaurant, bioscoopzaal, museum, kantoren, bibliotheek, ateliers, tropische plantentuinen, enz.’ Een opdracht die kadert binnen de ‘alles-inéén’-trend van de ontwerpers. Een moeilijke opdracht ook, want de originele architectuur van de site moest ondanks het aanbrengen van hedendaagse elementen gerespecteerd worden. Patrick De Simpel en Christian Lechien namen de uitdaging aan en creëerden met succes als het ware een dialoog tussen heden en verleden. Zo vind je in de kantoren een bestaande, vervallen muur naast een hedendaagse trap. Bovendien slaagden zij erin om op een geniale manier gebruikscomfort te geven aan ruimtes die aanvankelijk niet waren bedoeld om ooit als cultureel centrum te dienen. Al
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De aluminium vliesgevel van RC SYSTEM is bestudeerd geweest om een onovertroffen luchtigheid te creëren.
_
_
_
g
Atelier20 twintig jaar is de Kruidtuin een niet te miskennen onderdeel van het culturele leven in Brussel. Een bewijs dat Atelier 20 de juiste architecturale keuzes maakt. In dezelfde wijk genoot ook een ander project van de architecten internationale aandacht: hotel Siru op het Rogierplein. Het gebouw ligt tegenover de teloorgegane Martini Toren en is een buitenbeentje in het Brusselse architectonische erfgoed. Al in de 18de eeuw brachten koetsen de gasten naar Hotel Saint-Jean, waar ook de geliefden Rimbaud en Verlaine nog hebben gelogeerd. In 1932 werd het gebouw in een nieuw kleedje gestoken: Art deco met een exotisch tintje. Pittig detail: het hotel beschikte toen over zijn eigen warmwaterbron. Ongeveer tien jaar geleden wilde de eigenaar het hotel nieuw leven inblazen. Hij speelde met een bijzonder idee en vroeg een aantal Belgische kunstenaars om elk de inrichting van één kamer op zich te nemen. Zo kunnen de gasten er een nacht doorbrengen tussen de werken van Ravel, Somville, Sweetlove of zelfs François Schuiten. Een briljante inval die veel meer is dan een slimme marketingzet: op deze manier kan kunst temidden van de mensen en niet uitsluitend in kunstgalerijen worden beleefd. RC SYSTEM, slankheid troef Onlangs voltooide Atelier 20 een opmerkelijk project waarbij aluminium ramen van RC SYSTEM werden geplaatst.
architectuur
Het gaat om een kantoorgebouw voor de onderneming SOPIMA, in de Regentschapsstraat, vlakbij het Poelaertplein en het Justitiepaleis te Brussel. Het gebouw dateert uit de jaren zestig. Het diende opgefrist en groter gemaakt te worden. Zoals vaak het geval is, werd de architecten een totaalopdracht toevertrouwd. Zodoende kon het concept van de ruwbouw in detail uitgewerkt worden, en werd de klant een quasi coherent geheel aangeboden. De voorgevel werd enkel voorzien van een glazen overkapping, inclusief nieuwe inkomhal. Achteraan werd grondiger ingegrepen. Een verticaal glaselement omvat 4 panoramische liften. Op elke verdieping brengen armen het gewicht van de gordijngevel over op de interne metaalstructuur die losstaat van de gevels. Dankzij de goede conceptie en finesse van de aluminium gevelconstructie Elegance 52 ST door RC SYSTEM geeft het geheel een lichte en luchtige indruk. Voor het kantoorgedeelte werd het driekamer profielsysteem met ‘verborgen vleugel’ van RC SYSTEM, Excellence 65 HV, gebruikt. Waar standaardramen een aanzichtbreedte hebben van minimaal 10 centimeter, bedraagt deze bij dit profielsysteem slechts 77 millimeter. Bovendien valt er visueel geen verschil te merken tussen vaste en opengaande delen. De hele technologie van thermische onderbreking, EPDM dichting, decompressiekamers, enz. zit nl. in de vleugel vervat.
61
‘Vaste ramen zijn niet langer de trend, zelfs niet wanneer er airco aanwezig is’, benadrukt de architect. ‘De mensen voelen zich niet graag opgesloten, dat is gewoon een psychologisch gegeven.’ Om aan de brandveiligheidsnormen te beantwoorden, moet het onderlicht tussen de raamopeningen van de burelen minstens een meter hoog zijn. In plaats van deze naar de hoogte toe op te trekken, hebben de ontwerpers ervoor gekozen om ze lager aan te brengen. Zo krijg je meer uitzicht naar beneden toe en is er een betere afscherming van direct zonlicht. Daarmee is het bewijs geleverd dat ook een eenvoudige kantoorinrichting de creativiteit van een studiebureau op de proef kan stellen. We bladeren verder door de plannen en foto’s van het SOPIMA-project. Patrick De Simpel loodst ons doorheen de complexiteit van de opdracht en de verwezenlijking ervan: ‘Vandaag de dag zijn er haast geen kantoorgebouwen meer waar nog voor alle gevels gewoon dubbel glas wordt gebruikt. Naargelang de oriëntatie wordt berekend welke Kwaarde nodig is voor het beste rendement. Die denkpiste zie je veel minder bij eengezinswoningen.’ Ook hier zorgen de Excellence 65 HV ramen van RC SYSTEM dankzij hun isolatieklasse 2.1 (DIN 4108) voor een passende oplossing. Ook de firma Cartoflex uit SintAmandsberg welke instond voor de plaatsing van het aluminium schrijnwerk is zeer tevreden over de verwerking en de
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De glazen gevel zorgt voor een zachte overgang tussen de twee volumes van het pand.
Atelier20
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De medewerkers van het bureau willen geen vaste ramen meer. RC SYSTEM biedt opengaande systemen aan met ‘verborgen-vleugel’ waarbij er aan de buitenzijde geen visueel onderscheid te bemerken valt tussen opengaande en vaste delen van de raampartijen.
architectuur
62
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De inkomhal, met vervolgens het volume van de vliesgevel, verzekeren een volledige en vlotte distributie doorheen het gebouw.
63
_
_
_
g
Renovatie van een oude brasserie naar een landschapsbureau, Kazernenlaan te Brussel. Een ludiek samenbrengen van architecturale elementen.
mogelijkheden van dit profielsysteem. In de gangen onttrekken fijne roestvrijstalen roosters het ventilatiesysteem aan het oog en filteren ze het kunstlicht. Een eenvoudig, minimalistisch detail, dat duidelijk maakt dat men hier niets aan het toeval heeft willen overlaten en op zoek is gegaan naar een elegante oplossing voor alle afwerkingdetails van het gebouw. Steeds op zoek Spelen met licht, dynamische ruimtes creëren en toezicht houden over elk hoekje van de werf, dat zijn de kenmerken die
je in het landschapsbureau aan de Kazernenlaan, nog steeds in Brussel, terugvindt. Naast het legendarische, intussen verdwenen, ‘Do Brasil’, wachtte een oude brasserie om opgesmukt te worden. Op drie verdiepingen, geschikt rondom een atrium, wisten de ontwerpers met beperkte middelen heel wat effecten te creëren. Een grote, schuine zwarte muur bevindt zich naast een reeks loopbruggen en een draaitrap. Metaal overheerst, er wordt gespeeld met de oorspronkelijke onderdelen van het gebouw: stalen structuren, een fabrieksvloer. Een buitengewone werkplek die,
64
ondanks een zeer uitgesproken design, niets aan functionaliteit inboet. Toch blijft Atelier 20 ook aandacht hebben voor woningen. Enkele eengezinswoningen, gebouwd met dezelfde nauwkeurigheid en dezelfde vindingrijkheid, maken hun orderboek compleet. Voor de dienst Ruimtelijke Ordening van Etterbeek hebben de architecten zopas een reeks opvallende woningen gerealiseerd. Het project omvat 17 appartementen, 4 nieuwe en 4 gerenoveerde eengezinswoningen. ‘Bij het ontwerp van een woning,’
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. Snedes.
Atelier20
vertelt architect De Simpel, ‘is het onze eerste zorg om de volumes minder alledaags te maken en te komen tot een eclectisch resultaat. Ook voor de binnenkant zijn we op zoek naar verrassings- of lichteffecten. Dat is een duidelijke vraag vanwege de promotoren die zich willen onderscheiden van de rest door alternatieven aan te bieden voor de traditionele Brusselse “drie opeenvolgende kamers”. We ontwerpen dan ook gebogen of schuine muren, niveauverschillen, muren met levendige kleuren en schuifdeuren.’ Sommige mensen vergeten het wel eens, maar originaliteit en kwaliteit van een ruimte dragen bij tot een vlotte
architectuur
_
verkoop. Kwaliteit en rentabiliteit We hebben in dit artikel onvoldoende ruimte om dieper in te gaan op dertig goed gevulde jaren waarin uiteenlopende projecten gerealiseerd werden. We keren toch nog even terug naar een gebouw uit de beginjaren van het duo De Simpel-Lechien, een reeks rijwoningen in Kraainem. We moeten toegeven dat het design in 30 jaar tijd toch wat verouderd is geraakt. ‘Dat is het mooiste compliment dat we kunnen krijgen. Uiteraard evolueren we, volgen we technische en esthetische invloeden. De filosofie van ons
65
bureau is dan ook om ons niet te richten op een welbepaalde stijl, maar om onszelf voortdurend opnieuw in vraag te stellen’. Als je de eclectische werking van het bureau bekijkt, blijkt ook dat die keuze loont. Het werk van Atelier 20 valt op in de Brusselse bouwwereld, waar rentabiliteit en kwaliteit niet altijd hand in hand gaan.
Atelier 20 Kouterlaan, 2 1160 Brussel T: 02/660 43 73 F: 02/672 87 48
[email protected]
_
_
_
g
Atelier 20 Zichzelf telkens opnieuw in vraag stellen blijft de boodschap.
_
_
_
g
Met de renovatie van het SOPIMA-gebouw, in de Regentschapsstraat, bewijst Atelier 20 nog maar eens zijn vakmanschap voor het realiseren van omvangrijke projecten. Dit in samenwerking met RC System met de keuze voor slanke raamprofielen.
tekst: Christophe Mercier fotografie: Jan Van Goidsenhoven
Met de restauratie van een villa van ‘De Koning’, de bouw van kantoren, appartementen, sportinfrastructuur, theaters, scholen, ziekenhuizen, restaurants of eengezinswoningen, heeft het bureau zich een specialisatie toegeëigend: eclecticisme. ‘Een middelgroot kantoor zoals het onze kan niet altijd keuzes maken, we moeten ons aanpassen aan de vraag’, legt Patrick De Simpel uit. Dertig jaar geleden koppelde hij zijn professionele toekomst aan die van Christian Lechien. Soms in barre, maar vooral in goede tijden. De samenwerking heeft immers de jaren getrotseerd door aan zeer diverse opdrachten een antwoord te bieden, zonder ooit te tornen aan de kwaliteit van de geleverde inspanningen. De gevels van het bureau zijn bedekt met roestkleurige crepi wat doet denken aan de herfstkleuren van het nabijgelegen Zoniënwoud. We worden er door de architect onthaald en ondergedompeld in het verhaal van zijn rijk gevulde en afwisselende loopbaan.
59
De renovatie van de Kruidtuin ‘Na de renovatie van de Kruidtuin, het culturele centrum van de Franse Gemeenschap in Brussel, kregen wij de smaak te pakken. Het project was erg boeiend en omvatte diverse zaken: theaterzalen, café-restaurant, bioscoopzaal, museum, kantoren, bibliotheek, ateliers, tropische plantentuinen, enz.’ Een opdracht die kadert binnen de ‘alles-inéén’-trend van de ontwerpers. Een moeilijke opdracht ook, want de originele architectuur van de site moest ondanks het aanbrengen van hedendaagse elementen gerespecteerd worden. Patrick De Simpel en Christian Lechien namen de uitdaging aan en creëerden met succes als het ware een dialoog tussen heden en verleden. Zo vind je in de kantoren een bestaande, vervallen muur naast een hedendaagse trap. Bovendien slaagden zij erin om op een geniale manier gebruikscomfort te geven aan ruimtes die aanvankelijk niet waren bedoeld om ooit als cultureel centrum te dienen. Al
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De aluminium vliesgevel van RC SYSTEM is bestudeerd geweest om een onovertroffen luchtigheid te creëren.
_
_
_
g
Atelier20 twintig jaar is de Kruidtuin een niet te miskennen onderdeel van het culturele leven in Brussel. Een bewijs dat Atelier 20 de juiste architecturale keuzes maakt. In dezelfde wijk genoot ook een ander project van de architecten internationale aandacht: hotel Siru op het Rogierplein. Het gebouw ligt tegenover de teloorgegane Martini Toren en is een buitenbeentje in het Brusselse architectonische erfgoed. Al in de 18de eeuw brachten koetsen de gasten naar Hotel Saint-Jean, waar ook de geliefden Rimbaud en Verlaine nog hebben gelogeerd. In 1932 werd het gebouw in een nieuw kleedje gestoken: Art deco met een exotisch tintje. Pittig detail: het hotel beschikte toen over zijn eigen warmwaterbron. Ongeveer tien jaar geleden wilde de eigenaar het hotel nieuw leven inblazen. Hij speelde met een bijzonder idee en vroeg een aantal Belgische kunstenaars om elk de inrichting van één kamer op zich te nemen. Zo kunnen de gasten er een nacht doorbrengen tussen de werken van Ravel, Somville, Sweetlove of zelfs François Schuiten. Een briljante inval die veel meer is dan een slimme marketingzet: op deze manier kan kunst temidden van de mensen en niet uitsluitend in kunstgalerijen worden beleefd. RC SYSTEM, slankheid troef Onlangs voltooide Atelier 20 een opmerkelijk project waarbij aluminium ramen van RC SYSTEM werden geplaatst.
architectuur
Het gaat om een kantoorgebouw voor de onderneming SOPIMA, in de Regentschapsstraat, vlakbij het Poelaertplein en het Justitiepaleis te Brussel. Het gebouw dateert uit de jaren zestig. Het diende opgefrist en groter gemaakt te worden. Zoals vaak het geval is, werd de architecten een totaalopdracht toevertrouwd. Zodoende kon het concept van de ruwbouw in detail uitgewerkt worden, en werd de klant een quasi coherent geheel aangeboden. De voorgevel werd enkel voorzien van een glazen overkapping, inclusief nieuwe inkomhal. Achteraan werd grondiger ingegrepen. Een verticaal glaselement omvat 4 panoramische liften. Op elke verdieping brengen armen het gewicht van de gordijngevel over op de interne metaalstructuur die losstaat van de gevels. Dankzij de goede conceptie en finesse van de aluminium gevelconstructie Elegance 52 ST door RC SYSTEM geeft het geheel een lichte en luchtige indruk. Voor het kantoorgedeelte werd het driekamer profielsysteem met ‘verborgen vleugel’ van RC SYSTEM, Excellence 65 HV, gebruikt. Waar standaardramen een aanzichtbreedte hebben van minimaal 10 centimeter, bedraagt deze bij dit profielsysteem slechts 77 millimeter. Bovendien valt er visueel geen verschil te merken tussen vaste en opengaande delen. De hele technologie van thermische onderbreking, EPDM dichting, decompressiekamers, enz. zit nl. in de vleugel vervat.
61
‘Vaste ramen zijn niet langer de trend, zelfs niet wanneer er airco aanwezig is’, benadrukt de architect. ‘De mensen voelen zich niet graag opgesloten, dat is gewoon een psychologisch gegeven.’ Om aan de brandveiligheidsnormen te beantwoorden, moet het onderlicht tussen de raamopeningen van de burelen minstens een meter hoog zijn. In plaats van deze naar de hoogte toe op te trekken, hebben de ontwerpers ervoor gekozen om ze lager aan te brengen. Zo krijg je meer uitzicht naar beneden toe en is er een betere afscherming van direct zonlicht. Daarmee is het bewijs geleverd dat ook een eenvoudige kantoorinrichting de creativiteit van een studiebureau op de proef kan stellen. We bladeren verder door de plannen en foto’s van het SOPIMA-project. Patrick De Simpel loodst ons doorheen de complexiteit van de opdracht en de verwezenlijking ervan: ‘Vandaag de dag zijn er haast geen kantoorgebouwen meer waar nog voor alle gevels gewoon dubbel glas wordt gebruikt. Naargelang de oriëntatie wordt berekend welke Kwaarde nodig is voor het beste rendement. Die denkpiste zie je veel minder bij eengezinswoningen.’ Ook hier zorgen de Excellence 65 HV ramen van RC SYSTEM dankzij hun isolatieklasse 2.1 (DIN 4108) voor een passende oplossing. Ook de firma Cartoflex uit SintAmandsberg welke instond voor de plaatsing van het aluminium schrijnwerk is zeer tevreden over de verwerking en de
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De glazen gevel zorgt voor een zachte overgang tussen de twee volumes van het pand.
Atelier20
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De medewerkers van het bureau willen geen vaste ramen meer. RC SYSTEM biedt opengaande systemen aan met ‘verborgen-vleugel’ waarbij er aan de buitenzijde geen visueel onderscheid te bemerken valt tussen opengaande en vaste delen van de raampartijen.
architectuur
62
_
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. De inkomhal, met vervolgens het volume van de vliesgevel, verzekeren een volledige en vlotte distributie doorheen het gebouw.
63
_
_
_
g
Renovatie van een oude brasserie naar een landschapsbureau, Kazernenlaan te Brussel. Een ludiek samenbrengen van architecturale elementen.
mogelijkheden van dit profielsysteem. In de gangen onttrekken fijne roestvrijstalen roosters het ventilatiesysteem aan het oog en filteren ze het kunstlicht. Een eenvoudig, minimalistisch detail, dat duidelijk maakt dat men hier niets aan het toeval heeft willen overlaten en op zoek is gegaan naar een elegante oplossing voor alle afwerkingdetails van het gebouw. Steeds op zoek Spelen met licht, dynamische ruimtes creëren en toezicht houden over elk hoekje van de werf, dat zijn de kenmerken die
je in het landschapsbureau aan de Kazernenlaan, nog steeds in Brussel, terugvindt. Naast het legendarische, intussen verdwenen, ‘Do Brasil’, wachtte een oude brasserie om opgesmukt te worden. Op drie verdiepingen, geschikt rondom een atrium, wisten de ontwerpers met beperkte middelen heel wat effecten te creëren. Een grote, schuine zwarte muur bevindt zich naast een reeks loopbruggen en een draaitrap. Metaal overheerst, er wordt gespeeld met de oorspronkelijke onderdelen van het gebouw: stalen structuren, een fabrieksvloer. Een buitengewone werkplek die,
64
ondanks een zeer uitgesproken design, niets aan functionaliteit inboet. Toch blijft Atelier 20 ook aandacht hebben voor woningen. Enkele eengezinswoningen, gebouwd met dezelfde nauwkeurigheid en dezelfde vindingrijkheid, maken hun orderboek compleet. Voor de dienst Ruimtelijke Ordening van Etterbeek hebben de architecten zopas een reeks opvallende woningen gerealiseerd. Het project omvat 17 appartementen, 4 nieuwe en 4 gerenoveerde eengezinswoningen. ‘Bij het ontwerp van een woning,’
_
_
g
SOPIMA gebouw, Regentschapsstraat te Brussel. Snedes.
Atelier20
vertelt architect De Simpel, ‘is het onze eerste zorg om de volumes minder alledaags te maken en te komen tot een eclectisch resultaat. Ook voor de binnenkant zijn we op zoek naar verrassings- of lichteffecten. Dat is een duidelijke vraag vanwege de promotoren die zich willen onderscheiden van de rest door alternatieven aan te bieden voor de traditionele Brusselse “drie opeenvolgende kamers”. We ontwerpen dan ook gebogen of schuine muren, niveauverschillen, muren met levendige kleuren en schuifdeuren.’ Sommige mensen vergeten het wel eens, maar originaliteit en kwaliteit van een ruimte dragen bij tot een vlotte
architectuur
_
verkoop. Kwaliteit en rentabiliteit We hebben in dit artikel onvoldoende ruimte om dieper in te gaan op dertig goed gevulde jaren waarin uiteenlopende projecten gerealiseerd werden. We keren toch nog even terug naar een gebouw uit de beginjaren van het duo De Simpel-Lechien, een reeks rijwoningen in Kraainem. We moeten toegeven dat het design in 30 jaar tijd toch wat verouderd is geraakt. ‘Dat is het mooiste compliment dat we kunnen krijgen. Uiteraard evolueren we, volgen we technische en esthetische invloeden. De filosofie van ons
65
bureau is dan ook om ons niet te richten op een welbepaalde stijl, maar om onszelf voortdurend opnieuw in vraag te stellen’. Als je de eclectische werking van het bureau bekijkt, blijkt ook dat die keuze loont. Het werk van Atelier 20 valt op in de Brusselse bouwwereld, waar rentabiliteit en kwaliteit niet altijd hand in hand gaan.
Atelier 20 Kouterlaan, 2 1160 Brussel T: 02/660 43 73 F: 02/672 87 48
[email protected]
_
_
_
g
J
_
_
_
g
b u r e a u a r c h i t e c t u raer c h i t e c t
Jan Gorteman Architectuur vanuit de dialoog met de klant
tekst
Eduard Coddé fotografie Dries Van Den Brande
Architect Jan Gorteman kijkt realistisch aan tegen architectuur: het beroep van architect wordt alsmaar complexer, heeft hij geleerd en bouwen doe je niet voor jezelf. Ontwerpen blijft echter een boeiende bezigheid, al wordt de creatieve vrijheid van de architect beperkt door zijn klant. Juist daarom is de dialoog met die klant zo belangrijk, om de eigen creatieve grenzen toch te blijven verleggen.
Beroep in evolutie Architect Jan Gorteman studeerde architect in 1985 af aan het Gentse SintLucas. Naast de creatieve inhoud van het beroep, dient de architect vandaag een steeds groter deel van zijn tijd te besteden aan andere taken als bv. de regionaal vaak sterk verschillende wetgeving, het berekenen van isolatiewaarden, de integratie van nieuwe technieken, veiligheidscoördinatie, enz. Maar ook opvolging en begeleiding nemen een steeds groter aandeel van de tijdsbesteding op. Jan Gorteman ziet daarin enigszins een bedreiging van de creatieve vrijheid, die de eigenlijke basis vormt voor het beroep van architect. Toen hij zijn carrière als zelfstandig architect aanvatte, was de vraag naar ‘fermettes’ nog zeer groot. Vanuit zijn creatieve ingesteldheid, stelde hij in die periode aan zijn klanten altijd een – hedendaags getint – ontwerp als alternatief voor. Soms lukte het om de klant te overtuigen een
67
andere richting te kiezen, doch veelal komt de toekomstige bouwheer met een vast stijlidee aanzetten, waar nauwelijks of niet wordt van afgeweken. Jan Gorteman stelt ook vast dat de hedendaagse klanten gaan ‘shoppen’ bij architecten en collega’s tegen elkaar uitspelen. Zelf geeft hij hen graag een referentielijst mee, alvorens echt aan de slag te gaan. ‘Voor wat hoort wat, zeker in de bouwsector’, verdedigt hij. ‘Goedkoop bouwen kan slechts voor zover de klant aanvaardt dat hieraan onvermijdelijk beperkingen gekoppeld zitten. Goedkoop bouwen is bijgevolg niet altijd een uitdaging, maar veeleer een pijnlijke beperking van de mogelijkheden’, licht Jan Gorteman toe. De bouw van eengezinswoningen vormt het zwaartepunt in de activiteiten van Jan Gorteman. Hoewel de meeste van zijn projecten traditioneel worden uitgevoerd – de klanten bouwen nog altijd zeer conservatief – zitten er jaarlijks toch een aantal met
_
_
_
g
In de achteraan de woning breed uitgewaaierde woonvertrekken, wordt een wijds uitzicht op de tuin en het terras geboden.
architectuur
JanGorteman Ytong uitgevoerde woningen bij. Renovatieprojecten nemen een steeds belangrijker plaats in voor de architect. ‘Dat is enerzijds te verklaren door de sterk gestegen grondprijzen en anderzijds doordat de bouwheer bij renovatie kan kiezen voor een gespreide aanpak in tijd en budgettaire besteding’, ervaart Jan Gorteman. ‘Ik ontmoet twee soorten klanten: diegenen die voor een totaalaanpak kiezen en slechts na de voltooiing van de werken verhuizen, of zij die voor een gefaseerde aanpak kiezen, terwijl ze het pand al bewonen. In dit laatste geval is het belangrijk als architect betrokken te worden om een totaalvisie te kunnen projecteren op de renovatie’. Ytong ontdekt Heel wat stijlrichtingen zijn gebonden aan een periode in de tijd; ze zijn ‘trendgevoelig’ en tegen die stroom kan men als architect slechts moeilijk tegenin roeien… Zo ontdekte architect Jan Gorteman Ytong in 1996, een periode waarin het gebruik van bepleistering als gevelafwerking populairder werd in België. Aanvankelijk stond hij enigszins
sceptisch tegenover het gebruik van Ytong, omdat hij vreesde dat zijn stokpaardje – de creatieve vrijheid – niet verenigbaar zou zijn met het gebruik van cellenbeton. Dat veranderde echter snel, toen hij ontdekte dat er naar vormgeving geen beperkingen worden gesteld. ‘Zelfs cilinders stellen geen probleem’, klinkt het nu enthousiast. Vanzelfsprekend ontdekte hij al snel de thermische en geluidsisolerende kwaliteiten van Ytong. ‘K55 wordt gemakkelijk haalbaar met het gebruik van 30 cm blokken’, vult hij aan. Architect Jan Gorteman werkt in zijn ontwerpen graag met geometrische volumes – balken, cilinders, kubussen – die hij combineert door ze aan elkaar te zetten of in elkaar te laten versmelten. Het samenspel van vormen levert boeiende effecten op voor zowel buiten- als binnenkant van de woning. De gevels van Jan Gorteman laten een opeenvolging van open en gesloten vlakken zien, waarmee een naadloze overvloeiing van buiten naar binnen wordt benadrukt. Buitenarchitectuur kan voor Jan
68
Gorteman niet zonder een visie op het interieur, al beperkt hij zichzelf wel tot het uitzetten van de grote lijnen, met het accent op oriëntatie, inplanting en basisinrichting van de vertrekken. Techniek in dienst van de mens De complexiteit van het architectenberoep heeft ook te maken met het snel toenemend aanbod materialen en technieken, waarin voor de architect ook een boeiende uitdaging schuilt. Door het bestuderen van dergelijke nieuwigheden kan men de klant een woning voorstellen met meer comfort tegen een gunstiger gebruikskost en beter in harmonie met de omgeving. Architect Jan Gorteman heeft zich grondig verdiept in verwarmings- en verluchtingstechnieken. Hij is een fervente voorstander van het Masser-systeem, dat op heel natuurlijke wijze de woning verwarmt en dat met minimale inbreng van energie. De Masser-verwarming onttrekt met behulp van een buizenlabyrint, dat een 60 cm diep in de tuin ligt, warmte aan de grond. De oppervlakte waarover de bui-
_
_
_
g
De centrale cilinder, waarrond een paar boogvormig toelopende volumes zitten, werd opgevat als scharnierpunt voor de woning. Een glazen draaitrap accentueert deze functie nog extra.
69
_
_
_
g
Het reliëf in de gevels verhoogt de uitdrukkingskracht van het geheel.
De beide rond de centrale as gezette woonvolumes staan tevens voor een functionele opdeling in ‘dienstenblok’ en leefzone.
architectuur
JanGorteman
zen verspreid liggen, dient gelijk te zijn aan de te verwarmen woonoppervlakte. Via een compressor/circulatiepomp en vloermatten wordt de warmte gedistribueerd in de woning. Tot de bijzondere pluspunten rekent de architect het overbodig worden van een schouw, de afwezigheid van verbranding en daarmee gepaard het uitsluiten van onderhoud en controle voor verwarmingsketels en schouwen. De enige energie, die dient toegevoerd te worden, is deze voor de circulatiepomp. Tegenover ‘domotica’ staat archi-
tect Jan Gorteman niet onverdeeld positief. ‘Zodra de lichtfuncties in een woning bepaald zijn, blijven die meestal behouden en heeft men niet de behoefte ze om de haverklap opnieuw te gaan programmeren’, weet hij uit ervaring. Heel wat door ‘domotica’ vooropgestelde functionaliteit laat zich vandaag ook realiseren met de geavanceerde producten van bekende merken voor ‘traditioneel’ elektrisch schakelmaterieel. Zo is het automatisch aanspringen van de verlichting bij het betreden van een ruimte best nuttig, in het bijzonder bij transitzo-
70
nes als gang en overloop. Ook de beveiligingsfunctie door het simuleren van bewoning is haalbaar met het actuele aanbod schakelmateriaal, zonder daarvoor beroep te moeten doen op complexe computersturingen. Compositie met vormen Wanneer architect Jan Gorteman voldoende creatieve speelruimte wordt gelaten, gaat hij aan het experimenteren met geometrische vormen, die hij telkens opnieuw tot een verrassende en unieke compositie weet te assembleren. Een zeer geslaagd voorbeeld van
_
_
_
g
Met deze dubbele half open bebouwing, die bovendien in twee fasen werd gebouwd, wist de architect individuele eigenheid en harmonische verbondenheid maximaal tot uiting te brengen.
deze werkwijze is de tweewoonst, een dubbele half open bebouwing, die in twee fasen werd gerealiseerd. ‘Met dit soort projecten moet het altijd wat meezitten, dat de tweede bouwheer in dezelfde stijlrichting wil meegaan als de eerste, zoniet kijkt men aan tegen twee woningen die elkaar vervloeken!’, geeft Jan Gorteman aan. ‘In dit geval kwamen we tot een eenheid van stijl, terwijl toch twee verschillende woningen werden gebouwd’. De vormgeving kan herleid worden tot een cilinder, waarin een kubus werd gezet, waarna delen van de cilinder werden verwij-
derd. Bij de linker woning is het volledige woongebeuren op het gelijkvloers uitgezet. Boven is er enkel een logeerkamer. De tweede woning wordt gekenmerkt door een boogvormige wand in glasdallen. Gezien de beide woningen op een relatief klein terrein liggen, was het binnenhalen van veel licht – zonder echter een inkijk van buitenaf mogelijk te maken – één van de uitdagingen waarmee de architect te kampen kreeg. Voor beide met Ytong opgetrokken woningen werd een bepleistering als gevelafwerking aangewend.
71
Een tweede voorbeeld van de geprefereerde werkwijze van de architect is een ruime eengezinswoning, waarbij een paar boogvormig toelopende volumes rond een centrale cilinder zijn uitgewaaierd. De cilindervorm wordt nog eens herhaald in de tuin, als berging en wordt via een arcade gekoppeld aan de woning. Het reliëf in de gevels verhoogt de uitdrukkingskracht van het geheel. Als afwerking werd voor pleisterwerk gekozen, dat mooi harmonieert met het grijze schrijnwerk en dito dak.
_
_
_
g
De vormgeving kan ontleed worden naar twee kubussen die in elkaar gezet zijn.
In de centrale cilinder, opgevat als scharnierpunt voor de woning, is een glazen trap ingezet. Het ene volume is uitgewerkt als ‘dienstenblok’, het andere als leefzone. De keuken met wijds uitzicht op de tuin en het terras, zit centraal achteraan ingetekend. De harmonie tussen het contrast Voor de eigen woning, die op het ogenblik van ons bezoek nog maar net in gebruik was genomen, opteerde de architect voor een strikt doorgetrokken beperking van kleuren: zwart en wit kregen het alleenrecht. De zwart/wit contraststelling werd
consequent doorgedreven naar zowel bouwmaterialen als meubilering. Bij het ontwerp werd rekening gehouden met de aanwezige terreinglooiing. Zo zit het bouwwerk deels in een heuvel verwerkt en werd afgeweken van de traditionele niveau-indeling, om te kiezen voor een meerlagig ontwerp. De vormgeving kan ontleed worden naar twee kubussen die in elkaar gezet zijn. De ‘doorsnede’ van beide volumes vormt een immense lichtsluis met glazen dakinzet, die tevens heel wat boeiende panorama’s laat ontstaan en zorg draagt voor een hechte band tus-
72
sen de omgeving en het woongebeuren. Toch is er geen doorkijk in de woning mogelijk van op de straatzijde. Een trapconstructie en loopbruggen in glas, zorgen dat het transparante karakter van het centrale deel ongeschonden blijft. Voor de bouw van de woning werden Ytong blokken (30 cm) en overspanningen gebruikt. Als afwerking viel de keuze op een witte bepleistering. In de terreinglooiing werden een dubbele garage, een ontvangst-/ werkruimte, een archief en een wijnkelder – uitgewerkt in Ardense steen – verwerkt. Enkele betonzuilen, die als
g
g
tekst Eduard Coddé fotografie Dries Van Den Brande
Complementariteit tussen functiewaarde en vastgoedwaarde ‘Redevco Europe Services’
constructie
‘Redevco’ staat voor een bedrijf met internationale vertakkingen, gespecialiseerd in projectontwikkeling, verhuur en beheer van strategisch sterk gelegen winkelpanden, industriële en kantoorgebouwen. We waren te gast bij de Belgische tak, waar we werden verwelkomd door Dhr. Wim Ghoris, ‘Building, Maintenance & Development Manager’.
Internationale speler met lokaal karakter ‘Redevco Europe Services’ behoort toe aan de familie Brenninkmeijer en werd in 1999 opgericht als zelfstandige vastgoedtak, afgesplitst van de bekende Nederlandse kledingswinkelketen C&A. Daaruit werd 150 jaar ervaring in vastgoedbeheer meegebracht. De Europese hoofdzetel is gevestigd te Amsterdam en er zijn talrijke vertakkingen met eigen lokale vestigingen in Duitsland, België, Nederland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Spanje & Portugal, Centraal Europa met daaronder ook Zwitserland. Elke vertakking heeft zijn eigen verantwoordelijkheid en vaart een lokale koers. Voor de Belgische markt werd de vastgoedafdeling van de GIBGroup – GIB-IMMO – in 2001 opgenomen binnen Redevco Belgium.
‘Redevco’ is de samenvoeging van Real Estate Developing Company. In België toont een overzicht van de portefeuille aan dat commercieel vastgoed (winkelruimten) het overgrote aandeel, liefst 95%, vertegenwoordigd. Toch zijn de activiteiten in de retailsector niet de enige. Als industriële projecten worden 2 grootschalig opgevatte distributiecentra gecatalogeerd, die in opdracht van Carrefour Logistics te Kontich en Nijvel werden gerealiseerd. De kantorenmarkt is een ander actieterrein, waar Redevco Belgium vastberaden is zijn naam stevig door te drukken. Momenteel zijn twee projecten in ontwikkeling in hartje Brussel en aan de Brusselse stadsrand. Redevco Belgium kan een respectabele ‘huurderslijst’ voorleggen, met namen als Carrefour, Brico (behorend tot de Vendex-groep), Inno (deel van Kaufhof / Metro), Lunch Garden (recent opgenomen door Carestel), C&A met ook Marca,
g
constructie
Redevco
Er werd gekozen voor een modulaire invulling van de bouwwensen. Aldus is op elk ogenblik een herindeling mogelijk en kan elke module als een zelfstandige unit worden verhuurd.
Auto 5 (behorend tot Nordauto), enz. In totaal worden in België ruim 200 commerciële eigendommen beheerd. De verhuurcontracten bepalen veelal dat de huurders zelf instaan voor de onderhoudswerken, wat door Redevco nauwlettend wordt gecontroleerd. Rentabiliteitsberekening stuurt groei ‘We willen evolueren naar een herschikking van onze Belgische portefeuille tot 75% activiteiten in de retailbranche, 10% in industriële projecten en 15% in de
kantorenmarkt’, verklaart Wim Ghoris. ‘Toch zullen de winkelpanden altijd onze kernactiviteit blijven’, voegt hij er aan toe. ‘Omgaan met commercieel vastgoed betekent dat we de markt zeer scherp in de gaten moeten houden’, weet Wim Ghoris. ‘Deze markt is wetmatig eng begrensd, maar biedt anderzijds voortdurend nieuwe mogelijkheden. Socio-economisch is de markt beslist niet dood. Uitbreiding van bestaande panden met 1 tot 2000 m2 behoort tot de reële mogelijkheden’, leert ons Wim Ghoris.
84
Voor de komende 3 jaar worden investeringscijfers van 185 miljoen Euro genoemd, waarvan 110 miljoen al in de eerstkomende 2 jaar. Redevco Belgium is voortdurend op zoek naar geschikte, commerciële oppervlakten in en rond de belangrijkste stadskernen en werkt daarvoor de noodzakelijke vergunningsaanvragen uit. Redevco Belgium handelt op vraag van de klanten en promoot vastgoed met een stevige realiteitszin. ‘Een grondige rendementsberekening is in deze specialisatie essentieel’, zweert Wim
g
Redevco Belgium werd de realisatie van 3 regionale – Vlaanderen, Wallonië en Brussel - centrale opslagruimten toevertrouwd voor Carrefour Logistics.
Ghoris. Er worden ook zelf opportuniteiten gezocht, vooral op het vlak van industriebouw, die dan worden voorgesteld aan potentiële klanten. ‘Ook andere projecten – hotel, restaurant, appartementen,… – worden niet geschuwd voor zover de rentabiliteitsberekening groen licht geeft’, vult onze gesprekspartner nog aan. Wat de rentabiliteit betreft, zijn de resultaten van een door Wim Ghoris uitgevoerde vergelijkende studie voor de bouwkosten van een magazijn in 1990 t.o.v. 2000 veelzeggend. Terwijl de kosten voor de
ruwbouw slechts lichtjes stegen – 2 à 3% – namen de kosten voor speciale technieken met wel 15 tot 20% toe! Dat is vooral toe te schrijven aan meer aandacht voor veiligheid, ergonomie, klimaatbeheersing, enz. Het navolgen van de actuele milieuwetgeving veroorzaakt eveneens een meerkost van 2 tot 3% in vergelijking tot 10 jaar terug. Ontwikkeling in sneltreinvaart Nadat het Franse Carrefour met internationale activiteiten in de grootdistributie het Belgische GB had overgenomen, werd het plan
85
opgevat om 3 regionale – Vlaanderen, Wallonië en Brussel – centrale opslagruimten te creëren. Er zou gebruik gemaakt worden van de bestaande sites. Dat bracht Carrefour Logistics bij Redevco Belgium, dat in september 2000 aan de slag ging met het denkwerk voor twee van de voorgenomen 3 centra. Amper vier maanden later konden de definitieve plannen worden voorgelegd en vergunningen aangevraagd voor de bestaande sites van Kontich en Nijvel. Na aanpassing van de hydraulische studie – er zou
g
De brandwanden, die het gebouw in 6 verschillende compartimenten verdelen, zijn geplaatst in betonnen H-kolommen.
g
constructie
Redevco
Door het toepassen van Ytongwandplaten kon in zeer hoog tempo worden gebouwd. Dagelijks werden tot 400m2 gerealiseerd!
gebouwd worden in een gebied met aanzienlijk overstromingsgevaar – en het herzien van de mobiliteitsinfrastructuur werden de vergunningen voor Kontich afgeleverd in september 2001. Voor het Waalse distributiecentrum werd tot februari 2001 gewacht op de onontbeerlijke vergunningen. De werken werden uiteindelijk op beide sites vrijwel simultaan aangevat. Ondanks een winterperiode, die ruim 3 maanden voor waterproblemen zorgde, werd Nijvel al eind 2002 opgeleverd; Kontich moet eind januari 2003 operationeel worden. Voor de algemene aannemingswerken tekenden IBO NV uit Mechelen en IMW voor de staalstructuren.
Polyvalent ontwerp ‘De klant vroeg een aantal vierkante meters opslagruimte te creëren en hun exploitatienormen te respecteren’, blikt Wim Ghoris terug. ‘Als vastgoedmaatschappij moet je de functionele verwachtingen van de klant inlossen, terwijl anderzijds een maximale vastgoedwaarde dient nagestreefd te worden’. De architecten Johan Van Dorpe (site Nijvel), Geert De Ridder en Ignace Vermeire (site Kontich) werkten een polyvalent ontwerp uit – hallen met groot volume dat niet verstoord wordt door kolommen – voor beide distributiecentra, terwijl de respectievelijke aanpak heel verschillend was. De beschikbare oppervlakte in de hallen is
87
moduleerbaar, wat een positieve invloed heeft op de vastgoedwaarde. ‘We opteerden voor een modulaire invulling van de door de klant gestelde vraag’, licht de gastheer toe. ‘Waar nodig, kunnen de modules ten allen tijde opgesplitst worden en als zelfstandige units opnieuw worden verhuurd’. Redevco Belgium stelde een alles omvattende ‘sleutel-op-de-deur’ formule voor. In Nijvel bestond het project in een uitbreiding van de bestaande gebouwen. Voor de afdeling ‘droge voeding’ werden 16.000m2 opslagruimte bijgevoegd, met een stapelhoogte van 11,2 m. Er kwam een gekoelde hal met 6.700m2 oppervlakte en 9 m stapelhoogte. De
g
constructie
Redevco controleafdeling voor het leeggoed werd met 800m2 vergroot en er kwamen verder een nieuwe portiersloge en expeditiekantoor bij. Voor het 570 leden tellende personeelsbestand werd 15.000m2 parking aangelegd. In Kontich opteerde men voor het slopen van 4 van de bestaande 5 gebouwen. De oude beenhouwerij, de waterzuivering (die uit de zeventiger jaren dateerde) en de technische centrale verdwenen meteen. De leeggoedcentrale wordt in 2003 neergehaald. Enkel de hal ‘droge voeding’ werd behouden. In de plaats verrees een nieuwe hal, 35.976 m2 groot, en omwille van de brandveiligheid samengesteld uit 6 eenheden die elk minder dan 6.000 m2 netto vloeroppervlakte tellen. De netto overspanning is 45,20 m, wat resulteert in een totale gevellengte van ruim 270 m. De nuttige stapelhoogte bedraagt 11,2m. Er werd een logistiek complex getekend, dat is opgebouwd uit 2 bouwlagen van telkens 2700 m2. Op het gelijkvloers zijn een laadzaal voor de vorkheftrucks en technische ruimten ingetekend. De verdieping wordt ingenomen door de exploitatie, kantoren, vergaderzalen en faciliteiten voor het personeel. Het initiële plan voor Kontich werd teruggefloten uit vrees voor mobiliteitsproblemen. Liefst 15.000 m2 terrein werden heraangelegd om de nodige infrastructuur te voorzien, waaronder 8.000 m2 wachtparking voor de vrachtwagens van de toegangsweg tot het complex. Spectaculair was het uitwerken van een 4.100 m2 vattende buffer voor het opvangen en opslaan van re-
genwater, om het nadien vertraagd te lozen in een open sloot. ‘Het totale complex telt 20 hectare verhard oppervlak’, licht Wim Ghoris toe. ‘We kregen te maken met een regio met groot risico voor overstromingen en een wettelijke bepaling, die de te lozen hoeveelheid hemelwater tot 2,5 l/s/hectare beperkte!’. Magazijn voor de 21e eeuw ‘Het was niet onze bedoeling de gebruikelijke paden te bewandelen en een ontwerp neer te zetten met een levenscyclus van gemiddeld 10 jaar’, verklaart Wim Ghoris. ‘Redevco wou een soort modelconcept tonen, dat zich over een veel langere periode – 20 tot 30 jaar – zou weten te bewijzen’. Daarom werd er ook heel wat geïnvesteerd in studiewerk en techniek. Voor beide projecten werd een vloerbelasting van 4 ton/m2 gehanteerd en een puntlast van 12 ton voor een vlak van 10 x 15 cm. Een grondverbetering was dan ook onvermijdelijk. In Nijvel gebeurde dat door het infrezen van ongebluste kalk. In Kontich werd ‘Geogrit’ ingebracht. Elk van deze projecten met vergelijkbare opslagoppervlakte – 65.000 m2 voor Kontich en 70.000 m2 voor Nijvel – wordt gedragen door 2200 palen. Voor de bouw maakte men gebruik van beton voor de onderbouw en de kolommen, gecombineerd met ruimtelijk vakwerk in spanmetaal voor het dak. De binnenwanden bestaan uit YTONGblokken. De brandwanden, die het gebouw in 6 verschillende compartimenten verdelen, zijn uitgevoerd met YTONG-wandplaten, geplaatst
88
in betonnen H-kolommen. ‘De keuze is gegroeid vanuit een positief overleg tijdens de voorstudie tussen REDEVCO, ERGON en YTONG’, verklaart onze gastheer. ‘Het gebruik van de YTONGplaten betekende een groot voordeel naar bouwtijd. Er werden wel 400 m2 per dag gerealiseerd!’. De inplanting van de rekken werd door Carrefour Logistics bepaald. Er werd een tussenruimte van 3,20 m gedicteerd. Redevco opteerde voor een ‘in’ en ‘uit’ opvatting van de opslaghallen. Het plan omvat een in- en tegenoverliggende uitkant, die zo ingetekend werden dat de poort telkens in de as van een gang tussen de stapelrekken zit. In totaal beschikt het distributiecentrum over 94 laad/loskaden, terwijl de algemene norm slechts 1/1000 m3 opslagruimte voorschrijft! Elke laad/losplaats is uitgerust met een afstandsbedienbare EIB-brug. Voor de brandveiligheid ging de voorkeur naar een sprinklerinstallatie van het ESFR-type. De planning werd gebaseerd op de Amerikaanse NFPA-norm en de hoogste beveiligingsgraad (K25). ‘Vooral de opslag van PET-flessen verplicht tot een zeer hoge graad van brandbeveiliging’, merkt Wim Ghoris op. ‘Het perfecte samenspel van alle partners die bij deze projecten betrokken waren, heeft ons toegelaten de distributiecentra in een absolute recordtijd operationeel te maken. Zij verdienen alle lof en mijn grote dank!’, besluit Wim Ghoris, ‘Building, Maintenance & Development Manager’ bij Redevco Belgium.
g
Verleenden hun medewerking
Nijvel, Kontich
Infrastructuur
Architecten
TRAMO Hens
Johan Van Dorpe Geert De Ridder Ignace Vermeire
Voorgespannen beton
Studiebureau stabiliteit
Cellenbeton-brandwanden
Ergon
YTONG RIBEL engineering Verwarming & klimaatregeling Algemene aannemingswerken
De Clercq (Izegem)
IBO (Mechelen) IMW (staalstructuren)
Elektriciteitswerken
VNA sprinklerinstallatie
Le Sprinkel Rationel
89
REDEVCO Wim Ghoris, ‘Building, Maintenance & Development Manager’ Leopold Plaza Troonstraat 108 B6 1050 Brussel T: 02/645 37 00 F: 02/645 37 11
_
_
g
Enkele betonzuilen, die als ondersteuning in de tuin zijn ingeplant, verstevigen de band tussen woning en tuin.
Architect Jan Gorteman Bredeweg 67 1790 Affligem T 053/67 04 39
JanGorteman
ondersteuning in de tuin zijn ingeplant, verstevigen de band tussen woning en tuin. De living zit in de zuidelijk georiënteerde zijkant van de woning en is voorzien van een in het terrein uitspringende ‘glaspunt’. Aan de tegenoverliggende zijde van de lichtsluis bevinden zich de keuken – van waaruit men een uitkijk heeft naar de leefruimte – en de eetkamer, gescheiden door een centraal ingetekende berging. In de zuidelijke vleugel werd op een hoger niveau ruimte gereserveerd voor een Tv-kamer. De andere vleugel herbergt de slaapkamers en badkamer.
Opvallend is dat het zeer lichte en luchtige karakter van de woning hier geen aanleiding is tot een ‘aquariumgevoel’. De witte wanden, waaraan de architect absoluut geen decoratie wenst op te hangen, contrasteren met het zwart van de natuurstenen vloeren. Opmerkelijk origineel is het gebruik van glazen boorden aan vensterbanken en afboordingen. Waar enigszins mogelijk, werden binnendeuren weggelaten. Vanzelfsprekend viel de keuze voor de eigen woning op een Masser-verwarmingssysteem, aangevuld met ventilatie. Centraal in de woning wordt verse lucht
73
ingezogen en, eventueel voorverwarmd, net boven de vloer uitgeblazen in de woonvertrekken. Voor Jan Gorteman is ‘creatie’ de kern van zijn bestaan als architect. Hij heeft een persoonlijke vormentaal ontwikkeld, die – hoewel transparant als gevolg van het componeren met in essentie eenvoudige vormen – toch steeds weer verrassend nieuwe realisaties oplevert. Ze zijn gegroeid vanuit een dialoog tussen klant en creatieve geest van de architect en lokken op hun beurt ook steeds weer nieuwe dialogen uit met omgeving en toeschouwers.
architectuur
_
_
_
_
g
Stedenbouw tot in de details
Architectes associés Het Parijse bureau
‘Architectes Associés’, verenigt architecten die met hetzelfde talent, heel verscheiden programma’s kunnen opmaken.
Het heeft zich onlangs onderscheiden door het ontwerp en de realisatie van de sociale zetel van de ‘Mousquetaires’.
_
_
_
g
Warenhuis te Rambouillet (dpt 78), cellenbeton en harspanelen
architectenbureau tekst: Christophe Mercier
ARCHITECTES ASSOCIES SARL werd in 1988 opgericht door Alain-François BUREL en Daniel VIAL, architecten DPLG, waar zich later Pascal GUILLEMET en Olivier BUREL, respectievelijk architect en burgerlijk bouwkundig ingenieur, bijvoegden. Sindsdien stapelt het architectenbureau de belangrijke projecten in Frankrijk en Europa op. Of het nu om private of openbare, ingewikkelde of eenvoudige bestellingen gaat, steeds slagen ze erin die kwaliteit te brengen die het verschil maakt tussen architectuur en bouw. Een ontmoeting met de sympathieke Parijzenaars, die open kaart spelen en zeker zijn van de deugdelijkheid van hun werk. Eclecticisme en architecturale kwaliteit ‘Het is niet eenvoudig architecturale kwaliteit uit te drukken aan de hand van een programma zoals bijvoorbeeld een entrepot’, zegt Pascal GUILLEMET. ‘Voor de meeste klanten zijn deze volumes in de eerste plaats functioneel en economisch. Aan ons aan te
75
tonen dat het mogelijk is met weinig middelen hun imago te verbeteren. Een overdachte inplanting, eenvoudige volumes in combinatie met een zeer bijzondere aandacht voor de verhoudingen en een strakke aanwending van de materialen, zorgen ervoor dat het gebouw het gewenst effect krijgt.’ Deze filosofie wil het architectenbureau toepassen op alle sectoren die het bestrijkt. Over het hele spectrum van zijn activiteiten. Sinds 14 jaar hebben deze Parijzenaars immers alles aan gepakt: collectieve en individuele gebouwen, stadswoningen, stedenbouw tot zelfs binnenhuisinrichting. In de woningbouw vinden we residentiële gebouwen, verkavelingen, sociale woningen, herstellingen in onderaanneming van gebouwen in het centrum van Parijs, tot enkele originele villa’s toe. Ook de industrie en de grootdistributie doet beroep op zijn diensten, om het even of het gaat om kantoren, handelscentra, entrepots, logistieke platformen of fabrieken van landbouwpro-
_
_
_
g
Commercieel centrum Selestat (dpt 67). Het gebouw, gesitueerd in het centrum van de stad, doet denken aan tabaksilos uit de Elzas (hout)
Architectes Associés
Appartementsgebouw aan Front de Lac ‹Les Philippines› te Creteil (dpt 94)
architectuur
Grootwarenhuis te Compeigne Ytong, glas en aluminium
_
_
_
g
School ‹Gaston Deferre› te Creteil (dpt 94)
ducten. Zoals een conservenfabriek van foie gras in de Gers, een industriële bakkerij in Beuvry, een atelier voor verpakking van olie in Tourcoing of een bedrijf gespecialiseerd in machinefabricatie in Laval. Het bureau is niet bang om de problematiek van de renovatie en de restauratie, zoals die van commerciële centra of een gebouwencomplex uit de XVIII de eeuw, waar 13 woningen in moeten komen, aan te pakken. Zo kregen de vier verschillende stedenbouwkundige ontwerpstudies toevertrouwd: vernieuwing van het historisch centrum van MaisonsAlfort, inrichting van de universiteitscampus van Orléans of renovatie van stadswijken. Verder nog verschillende openbare gebouwen, opdrachten in het kader van ontspanning en binnenhuisarchitectuur voor verschillende handelscentra. Deze – onvolledige –
Logistiek platform te Moulins
Appartementsgebouw ‹Coteaux du Sud› te Creteil (dpt 94)
lijst geeft een idee over het gamma dat het agentschap bestrijkt. Een ruim aanbod dat inspeelt op een heel verscheiden vraag. De sociale zetel van de ‘Mousquetaires’: een origineel programma Het gaat om het Park van Tréville, een speciaal programma besteld door de groep van de ‘Mousquetaires’, een grote Europese distributiemaatschappij. Dit consortium – dat onder meer de bekende warenhuizen INTERMARCHE, BRICOMARCHE, VETIMARCHE, STATIONMARCHE groepeert, wenste een sociale zetel van een nieuw type te creëren. Waar ze van droomden, was een plaats te vinden die door alle Europese leden in minder dan drie uur kon bereikt worden. Daarom lieten de verantwoordelijken van de groep hun oog vallen op dit grote beboste stuk grond
77
op 40 km ten zuiden van Parijs, niet ver van de luchthaven van Orly. En al wordt ze nog niet benut door vrachtvliegtuigen, was de aanwezigheid van een start- en landingsbaan in de nabijheid van de site onder meer één van de belangrijke elementen die de keuze bepaalde. Alain-Fraçois BUREL herinnert zich goed hoe het plan gestalte kreeg. ‘We hadden het geluk dat we heel vroeg in het vormingsproces van het programma konden ingrijpen, iets wat eerder uitzonderlijk is in de bouwsector. De bedrijfsleiders hadden de grote lijnen van het programma getrokken: kleine kantoorgebouwen, duurzame constructie, alle werkposten op de eerste verdieping. Het zou eenvoudiger geweest zijn zich in een toren van La Défense te installeren, maar dat beantwoorde niet aan de bedrijfscultuur. Ze wensten iets horizontaals, zonder piramidale structuur.’
_
_
_
g
Het Parc de Treville, Bedrijfscampus, hoofdzetel van de Mousquetaires - groep te Vert - Le - Grand en Plessis - Pate (dpt 91)
78
_
_
_
g
architectuur
Het Parc de Treville, gebouw van de Holding (dpt 91)
Architectes Associés Dat is de reden waarom de ‘Architectes Associés’ een groot bedrijfspark hebben uitgedacht dat qua concept en in werkelijkheid mijlenver staat van de clichés van de pronkerige en gecentraliseerde sociale zetels in de stad. Stedenbouw als initiatie Op de 80 ha van de site, worden er 30 ha ingenomen door een geklasseerd bos. De ontwerpers willen er gebruik van maken door er een wandelweg en een gezondheidsparcours voor het personeel in aan te leggen. De gebouwen van één of twee verdiepingen,
bedekt met zink en bekleed met baksteen, herbergen alle filialen van de groep. Ze liggen rond een kunstmatig meer. Het gebouw van de holding (de directie) ligt aan de oevers. Het water weerspiegelt het silhouet van het wit volume. Alle perspectieven komen in deze waterpartij samen. Het paviljoen van de hoofdingang, dat tot in de details is bewerkt, staat vooraan, met in perspectief het gebouw van de holding, het verdwijnpunt van dit geheimzinnig parcours. Het park van Tréville omvat andere functies. Een oude boerderij
79
werd gerestaureerd en doet dienst als ‘club’, een gezellige ontvangstplaats dat het hotel van 80 kamers aanvult. Ietwat achterin bevindt zich een vormingscentrum met 8 zalen, waar de toekomstige bedrijfsleiders worden opgeleid. Het hotel biedt plaats om ze comfortabel te herbergen, met vrouw en kinderen. Twee tentoonstellingshallen werden voorzien om er de nieuwste producten voor te stellen. Verschillende malen per jaar trekt deze plek ter gelegenheid van de algemene vergaderingen en allerhande manifestaties, de grote familie van de ‘Mousquetaires’
_
_
_
g
Het Parc de Treville, de tentoonstellings en vergaderruimte. (dpt 91).
aan, wat de parking van 3.000 wagens voor deze gebouwen verklaart. ‘De oppervlakte van deze parking bestaat uit stevig gras, gezaaid op een keienstructuur’, verklaart Olivier BUREL. ‘Het zou doodzonde geweest zijn zo’n enorme oppervlakte met asfalt te bedekken voor het occasioneel gebruik dat we ervan maken.’ Een esthetische en ecologische bekommernis die het perfectionisme illustreert waarmee het studiebureau dit project heeft geleid. In maart 2000 ontving deze realisatie de ‘EQUERRE 91’, de eerste
prijs voor architectuur van de werf, die de bouwheer en de architecten wil bekronen die erin geslaagd zijn een kwaliteitsvol bouwwerk neer te zetten in het departement van de Essonne. Op zoek naar nieuwe oplossingen Architectes Associés SARL heeft grote interesse voor nieuwe bouwtechnieken. Op de site van Tréville hebben de ‘Mousquetaires’ een soort van reusachtige, experimentele maquette ontworpen om de schikking binnen hun magazijnen te testen. Het architecturaal antwoord op dit specifiek program-
80
ma beantwoordt helemaal aan dit avant-garde idee. Het gaat om een gebouw zonder funderingen, gebouwd met lichte materialen: aluminium voor de structuur en een dak in opgespannen zeilen. Eerst wordt gewoon de bodem gestabiliseerd, vervolgens wordt de infrastructuur ‘gespijkerd’. Men kan het gebouw, dat niet bedoeld is om de eeuwen te trotseren, verplaatsen, een beetje zoals tijdelijke tentoonstellingen. ‘Het zijn technieken die vooral interessant zijn voor de Oostbloklanden waar we mee werken, zoals Polen of Bosnië’, zegt Daniel VIAL. ‘Vermits het er zeer moeilijk is grond in volle eigendom te verwer-
_
_
g
Het Parc de Treville, een bedrijfscampus op een terrain van 80 hectare (dpt 91)
ven, heeft men daar infrastructuur nodig die snel kan worden opgebouwd en eventueel afgebroken. Of ze blijft bestaan is nooit zeker’. Ytong, de ideale brandwerende oplossing Het was logisch dat een bedrijf dat zoveel belangstelling heeft voor toekomstgerichte bouwoplossingen, ook interesse zou betonen voor Ytong-producten. In het bijzonder de brandwerende panelen, waarvan de nieuwe Franse wetgeving inzake brandbeveiliging, tot een ware boom op de markt heeft geleid. Voor de winkels van Intermarché in Checy, Saumur en Benfeld, werd deze techniek
architectuur
_
Architectes Associés
met succes toegepast. Opmerkelijk is de verfijning waarmee deze volumes werden getekend. In Benfeld heeft men geverfde Ytong-panelen vermengd met een bekleding in hout. In Saumur werd gepleisterd cellenbeton gecombineerd met tufsteen, wat een interessant effect geeft. Het bureau slaagt erin met hetzelfde gemak stedenbouwkundige oefeningen als detailontwerpen tot een goed eind te brengen. Met inbegrip de materialen van morgen, zoals de Ytong-panelen of demonteerbare infrastructuren.
81
Architectes Associés Rue Benoît Malon 12 92150 Suresnes France T: 0033 1 41 38 82 00 F: 0033 1 41 38 82 10
g
g
Quille, filiaal van c o n s t r u c t i e Bouygues in Rouen
tekst: Christophe Mercier fotografie: Quille
Waar wacht men nog op om te prefabriceren?
De bouwsector heeft er alle belang bij zich de principes van de prefabricatie eigen De bouwsector heeft er te maken. Bij Quille bereidt alle belang bij zich de men zich voor op een principes van de toekomst waar men almaar prefabricatie eigen te sneller zal bouwen… maken. Bij Quille bereidt men zich voor op een toekomst waar men almaar sneller zal bouwen…
g
Dankzij zijn brandwerende eigenschappen, is Ytong een onmisbaar materiaal geworden voor de bouw van industriehallen. Hier zien we de heropbouw van een hal voor de ‘lampes Berger’, nabij Rouen. De oorspronkelijke gebouwen gingen... in vlammen op.
Bouygues. De naam alleen al is een legende. De reusachtige Franse bouwonderneming is mondiaal geworden en heeft haar activiteiten gediversifieerd. Zoals een kleine aandeelhouder er belang bij heeft niet al zijn eieren in dezelfde mand te leggen, heeft de groep zich met andere sectoren verrijkt: beheer van openbare diensten, communicatie (TF1), telecommunicatie (Bouygues Télécom), vastgoed, wegenbouw. Maar opgelet: men houdt het hoofd koel. Rouen, 300.000 inwoners. Een stad in het Noord-Westen van Frankrijk, op 1u15 van de hoofdstad langs de autosnelweg van
Caen. Tegelijk te dicht en te ver van Parijs. Het filiaal van de streek heet Quille, maar het ovale en oranje logo is hetzelfde als dat van het moederbedrijf. Noël Gardie, ‘koper West’ voor Byefe (Bouygues entreprises France Europe) ontvangt ons: ‘30.000 mensen werken voor de bouwsector van de groep’, zegt hij. ‘Alleen al hier, zijn we met 1600.’ Hoewel de firma een sterke hiërarchie heeft, is ze niet gesloten. De communicatie tussen de verschillende niveaus is makkelijk tijdens de vele vergaderingen of informele bijeenkomsten.’ Men voelt dat deze man een scherp beeld heeft van zijn vak, een verlangen om de kwaliteit in zijn sector op te voe-
92
ren en vooral, om vooroordelen te laten varen, om de manier waarop de bouw moet gezien worden, te moderniseren. De prefabgeest, van bij het ontwerp Eén van de grote betrachtingen van Noël Gardie, is zijn collega's te overtuigen zoveel mogelijk gebruik te maken van prefabricatie. Dit concept bestaat sinds het begin van de vorige eeuw, maar lijkt slechts moeizaam tot de gewoonten van de ondernemingen door te dringen. ‘Handenarbeid wordt steeds zeldzamer’, zegt dit kaderlid van Quille. ‘Anderzijds zijn de klanten veeleisend als het op termijnen aankomt.
g
Bij Quille is men voorstander van snelle en rendabele technieken zoals de Ytong-brandwanden.
Vaak is het de snelste die de zaak binnenhaalt. Als men bijvoorbeeld voor Carrefour bouwt, lopen de vertragingsboetes in de duizenden franken op.’ Voor een koper is de taak vaak moeilijk. ‘Neem het voorbeeld van de automobielindustrie’, gaat meneer Gardie verder. ‘Bij Renault wordt een achteruitkijkspiegel ontworpen vijf jaar voor de auto op de markt komt. De leverancier heeft ruimschoots de tijd om het ontwerp, de fabricatie enzovoort, te optimaliseren en dus de productiekost te drukken. In de bouwsector tekenen de architecten een plan en hebben de fabrikanten enkele weken om de materialen op de werf te leve-
ren. Het is moeilijk om te doen begrijpen dat wanneer men van de norm afwijkt, door bijvoorbeeld een paal te wijzigen, de prijs van het element niet in m3 kan berekend worden. Dat is een voorbijgestreefde manier om de kostprijs van een bouw in te schatten. Vorig jaar heb ik een bestelling gedaan van 1600 palen van 50 x 50 cm. Elke dag 20 elementen. Het is duidelijk dat de prijs en de leveringstermijnen van deze palen niet voordelig zullen zijn wanneer men ze voor elke werf wijzigt.’ Vandaar het belang om de contacten tussen leveranciers en ontwerpers te intensiveren. De fabrikanten maken niet om het even wat om het even hoe. Het is door met dit gegeven aan de basis
93
rekening te houden dat de aannemers hun productiviteit zullen kunnen verbeteren. Ytong: koning van de brandwerende muren en de termijnen Een recent contract bewijst heel het belang van de timing in de huidige bedrijfswereld. Het gaat om de gebouwen van de ‘Lampes Berger’, niet ver van Rouen, waarvan de oude structuren op…11 september 2001 vuur vatten. Het is geen grapje. Men begrijpt onmiddellijk het belang dat in dit project werd besteed aan brandbeveiliging en brandwerende muren. Quille vraagt een offerte aan gespecialiseerde firma's die ze goed kent. Ytong is reeds een
constructie
Quille
g
In combinatie met een betonskelet van palen en balken, kunnen de Ytong-panelen moeiteloos op deze onvervormbare structuur worden geplaatst.
betrouwbare partner. De industriële vloeren hebben hun gelijke niet op gebied van brandveiligheid met een brandweerstand van 6 uren. Maar opgelet, er moet heel snel gebouwd worden en dus moet er binnen zeer korte termijnen gefabriceerd en geleverd worden. ‘We hebben ons antwoord moeten geven in november’, herinnert zich Noël Gardie. ‘De zaak werd op 1 december beklonken. De werf moet beginnen eind januari. Het is een echte challenge. Er bestaat geen andere mogelijkheid dan de prefabricatie, de traditionele methode is te traag.’
Ytong haalt de zaak binnen door een leveringstermijn van 5 weken vanaf de bestelling te beloven. Een uitdaging! De fabriek in Burcht bij Antwerpen stelt alles in het werk om deze zeer strakke kalender te respecteren. Uiteindelijk zal de ruwbouw van dit moeilijk gebouw van 5000 vierkante meter gerealiseerd worden op één maand en enkele dagen. Ondanks de druk, zullen de gebouwen zonder problemen worden opgetrokken. Boven een betonnen sokkel, die noodzakelijk is omwille van de schokken, volgen de Ytong-wandplaten elkaar netjes op. Een techniek die de firma Ytong goed onder de knie heeft. De technische raadgevers staan de bouwvak-
94
kers permanent bij. Met een record aan brandweerstand, is de fabriek thans gewapend om de jaren probleemloos te trotseren. Nieuwe verhouding constructeurs/leveranciers Teneinde voorzorgen te nemen en geleidelijk aan de verhoudingen tussen producenten en constructeurs te laten evolueren, nam Quille het initiatief om haar leveranciers op een aanbesteding te laten inschrijven vertrekkend van een algemeen bureaumodel. Het gaat om een plan van algemene principes dat van toepassing is voor alle logistieke platforms die de firma realiseert. Niets dwangmatigs tot daar, maar een schema
g
constructie
Quille
Quille Industrie 18 Rue Henri Rivière BP 1048 76172 Rouen Cedex France T 0033 235 14 49 92 F 0033 235 14 49 67
Flexibiliteit – betrouwbaarheid van de offerte – respect van de termijnen. Drie basiselementen, die de bouwprijs doen zakken, die door Ytong gegarandeerd worden.
dat dagelijks geactualiseerd zal worden volgens de specifieke omstandigheden van een project. Een basis en een referentie voor alle realisaties van kantoorgebouwen van de groep. Drie regels moeten strikt gevolgd worden: 1 De modulariteit die aan de basis ligt van elke prefabricatie. Het is nutteloos te werken op een typeplan wanneer aan deze voorwaarde niet voldaan wordt. 2 De betrouwbaarheid van de offerte. Een essentieel economisch gegeven dat onontbeerlijk is in elke stap die men zet om de leveranciers stroomopwaarts te raadplegen. Het komt erop
aan een geloofwaardig partnerschap op te bouwen. 3 Het respect van de termijnen. Elke vertraging van de levering heeft haar weerslag op de bouwtermijnen. ‘Time is money’, zegt het bekende spreekwoord. Het is meer dan ooit van toepassing in onze huidige economische wereld, waar de concurrentie op mondiaal vlak gevoerd wordt. Het typeplan omvat de goed gekende en beheerste standaardafmetingen. De overspanningen zijn een sleutelelement en sommige materialen hebben hun eisen. Het is ook door van bij het ontwerp deze gegevens te verwerken, dat men de prijs van de bouw drukt.
95
Een vloerplaat van Ytong bijvoorbeeld heeft een overspanning van 5 en niet van 6 meter. Ten allen koste de eigenschappen van de elementen willen doen overeenkomen met een een plan dat zonder bouwfilosofie is ontworpen, valt veel duurder uit. Bij Quille heeft men dat ingezien. Bij de afrekening zal deze evolutie alle deelnemers aan de bouw winst opleveren. De bouwheer wiens termijnen men zal kunnen respecteren. De aannemer van de ruwbouw die tijd en geld zal uitsparen. De leverancier die de fabricatie van de elementen zal optimaliseren. Wat wacht men nog om dit elementair principe dat men al zo lang kent, in daden om te zetten?
g
Verbouwing van een oud station voor Forem in Hannuit, een plan van architect Greisch. De gevelbekledingstechnieken in cederhout en zink gaan heel goed samen.
g
Aannemingsbedrijf
Mathieu
PIRARD Het aannemingsbedrijf Pirard
uit Ensival heeft de wind in de zeilen. Het werkt met
tekst Christophe Mercier fotografie Jacques Breuer
dynamische mensen die houden van nieuwe technologieën en een kwaliteitsvolle architectuur
constructie
Mathieu Pirard, die ingenieur is van opleiding, heeft zich gedurende 20 jaar kunnen vormen bij Wust. De man heeft echter teveel ambitie om heel zijn leven als bediende te blijven werken. Hij is dol op avontuur en begin ’95 waagt hij de sprong en richt hij zijn eigen bedrijfje op. Op dat ogenblik heeft de aannemer amper een handvol mensen rondom zich. We zijn juli, het begin van de vakantie. Er wordt een bureau ingericht in de woning van de baas. Toch wordt de situatie snel onhoudbaar. Drie maanden later verhuist het gezelschap naar Verviers, in een comfortabelere ruimte. Om te belanden in Ensival in december 1997, in een gebouw van 320 m2. ‘Toen we hier neerstreken vroegen we ons af hoe we de ruimte zouden vullen’, herinnert Mathieu Pirard zich nog. ‘Vandaag de dag hebben we een bureau tekort om comfortabel te kunnen werken’!
97
Het bedrijf telt namelijk, kaders en arbeiders inclusief, 72 werknemers. Zeven jaar terug waren ze met vijf. Die snelle ontwikkeling heeft het bedrijf niet alleen te danken aan zijn professionalisme en aan de goede relaties die het onderhoudt met zijn cliënteel, maar ook aan het team van Mathieu Pirard. Deze laatste heeft zich op alle vlakken weten te omringen: in de opvolging van de werven, de commerciële dienst, de logistiek, het secretariaat en de boekhouding. Allemaal eigenschappen waarvoor hij de ‘Gazelletrofee’ in de categorie kleine bedrijven in de wacht sleepte, van het magazine Trends. Het cliënteel beslaat nu de hele oppervlakte van Wallonië en Brussel. Er is slechts één hindernis om verder te groeien: het ontbreken van gekwalificeerd personeel. ‘Het is niet makkelijk om jongeren te motiveren voor jobs in de bouw. Toch is het geen moeilijk werk meer, dankzij de nieuwe werktuigen en de nieuwe normen. En het loon is
constructie
g
Mathieu Pirard Een appartementsgebouw in Marche-en-Famenne van architect Minne. De verzorgde details zijn een handelsmerk van het bedrijf.
deftig. Het is jammer, want dit is een rem op de economische expansie van onze bedrijven’. Werkzoekenden weten waarheen! Onderhoud, moeilijke technieken Om zijn plaatsje op te eisen, bespeelt de aannemer een sector waar niemand in geïnteresseerd is: het onderhoud. ‘Het is niet altijd even leuk als job. Bovendien vraagt het een zeer grote beschikbaarheid. Je moet altijd klaar staan, ook ’s nachts en tijdens de weekends. Geen sprake van de activiteiten te onderbreken tijdens uw werk. De ijzersmelterij MAGOTTEAUX, de koffiefabriek
EDEL, de werktuigenfabrikant PRECICARB, het katoenverwerkingsbedrijf ARMA, de steengroeve GRALEX zijn vaste klanten. En dan vooral de groep GB-Carrefour.’ Mathieu Pirard schetst de moeilijkheden van een onderhoudsbedrijf in de tertiaire sector: ‘Het komt erop aan snelle oplossingen te vinden en ze uit te voeren zonder de verkoop te hinderen. Vaak is het een kwestie van improvisatie. Men moet de technieken kennen opdat de herstelling ’s anderendaags niet hoeft overgedaan te worden. Als een kassei in een weg loskomt, is er geen sprake van hem te herstellen door hem in een vol mortelbad te leggen. Dan
98
moet de klus geklaard worden met snellijm’! Het is een veeleisende maar rendabele activiteit, op voorwaarde dat men goed georganiseerd is. Onderhoud is niet de enige bedrijvigheid van het aannemingsbedrijf Pirard, verre van. Ook de industriebouw maakt deel uit van zijn activiteiten. Hallen of supermarkten, om het even: het bedrijf beheerst de technieken. En in het bijzonder de Ytong-panelen die deel uitmaken van de materialen waarmee ze liefst werken. ‘Het is in de eerste plaats de bevoorrechte contacten met de firma Ytong die
g
Het veelzijdig bouwbedrijf Pirard houdt zich ook bezig met infrastructuurwerken. Hier een brug voor de burgerlijke bouwkunde in Trois-Ponts.
ons het cellenbeton hebben laten ontdekken’, zegt Mathieu Pirard. ‘Een uitstekende technische service en uitstekende public relations. Wat het zo interessant maakt, is dat het tegelijk een hard en isolerend materiaal is. Een metalen gevelbekleding heeft nooit dezelfde mechanische weerstand en betonpanelen, zelfs als ze isoleren, bieden nooit dezelfde prestaties. Vermits de verwerking niet moeilijker is, zijn de Ytong-panelen vaste keuzes van zodra het thermisch aspect doorslaggevend is. Zo kan men bijvoorbeeld in een fabriek waar veel waterdamp of warmte wordt geproduceerd, condensfenomenen beperken.’
Van de industriële naar de subtielere bouw Onlangs verving het bedrijf het dak van de papierfabriek ARJOWIGGINS in Nijvel met panelen cellenbeton. In Luik worden voor REDEVCO, een handelszaak, andermaal de technieken van Ytong aangewend. Mathieu Pirard, die van opleiding ingenieur is, geeft tekst en uitleg: ‘Eén van de kwaliteiten van Ytong is dat de elementen een afgewerkt uitzicht hebben, dat ze verfklaar zijn. Bovendien worden de problemen met koudebruggen voorkomen. Er is verder het brandwerend aspect. Voor PARCABEL bijvoorbeeld, een
99
drukkerij in Petit-Rechain, hebben we via compartimentering twee hallen gerealiseerd om de verspreiding van brand te beletten. De dubbele metaalstructuur is gescheiden door een wand in Ytongpanelen. Het daktimmerwerk is er beurtelings aan bevestigd. Zo blijft in geval van brand in één van de twee delen, de muur overeind.’ En vermits de 6 uur brandweerstand van de cellenbetonelementen een plaatsje verdient in het Guinness book, zijn de kansen dat de vlammen naar de aanpalende hal overslaan voor de aankomst van de brandweer, nihil. Toch stopt de productie van het aannemingsbedrijf Pirard niet bij
g
De uitbreiding van de provinciale jeugddienst. Een architectuur die niet bang is eigentijds te zijn.
de snelbouw in de industrie. Zijn ploegen zijn in staat werven met de meest subtiele details aan te pakken. Zoals de uitbreiding van de provinciale jeugddienst in Grivegnée, een ontwerp van architect Podgorski. Ook hier werden weer Ytong-blokken als bouwsysteem weerhouden. Het gaat om een soort jeugdherberg voor toeristen die halt houden in deze streek waar het prettig wandelen is. Een architectuur die niet bang is eigentijds te zijn, met de ronding waarin de traphal schuilt en het grote raam. Opmerkelijk is de zorg die besteed werd aan de afwerking en het geslaagd gebruik van ceder als tegengewicht voor crepi. ‘Wanneer men besluit een pleister te gebruiken,
is het duidelijk dat cellenbeton de beste oplossing is’, zegt Mathieu Pirard. ‘Maar crepi is een delicate techniek om uit te voeren. Er moet rekening gehouden worden met een aantal specifieke details, zoals verhogingen enzovoort. Wanneer er twee verdiepingen of een puntgevel zijn, dient men op te letten voor de stortnaden. Niet iedereen is in staat deze techniek op een correcte manier uit te voeren.’ Bedenkingen die, voor wie er nog mocht aan twijfelen, de vakkennis van de aannemer onderstrepen. Een afwerkingsgevoelig tijdperk Mathieu Pirard is meer dan louter een uitvoerder. Men voelt bij deze man een scherp inzicht in zijn vak en de sector waarin hij actief
100
is. Zijn ideeën bewijzen het. ‘Het tijdperk van het ruw industrieel design is voorbij. Vandaag de dag willen de klanten een afwerking op hun cellenbetonpanelen. Of het een handelszaak of een entrepot is, steeds meer vermijdt men metalen gevelbekledingen of gewassen beton.’ Tijdens het gesprek overlopen we de laatste producties van het bouwbedrijf. Kwaliteitsgebouwen in Marche en Spa. De verbouwing van een oud station voor de Forem, de Waalse VDAB, met de architect Greish, zoon van de beroemde Luikse ingenieur. Een verzorgde architectuur, met een gevelbekleding van zink en vuren. Aan de modules van de ramen herkent men de naam van de auteur. En dan, als om terug te
g
construction
De uitbreiding van de provinciale jeugddienst in Grivegnée, een ontwerp van architect Podgorski. Detail van de ‘toren’, waarin de traphal is verwerkt.
Mathieu Pirard
101
g
Verbouwing van een oud station voor Forem in Hannuit, door architect Greisch. Een eenvoudige constructie die nooit verveelt.
keren naar meer bedrijfsgerichte bouwwerken, valt ons oog op een foto van een waterzuiveringsstation en een brug van burgerlijke bouwkunde. Ze kunnen werkelijk alles aan, bij Pirard! Het meest merkwaardig opzet van de firma Pirard is ongetwijfeld deze projectontwikkeling in Louveigné, de ‘Clos des Doges’. Het gaat om een geheel van 18 woningen, 16 appartementen en 2 individuele huizen. Het uitgangspunt is knap. Vertrekkend van het principe van de kasteelhoeve, kijken alle woningen uit op een binnenhof. Het gebouw valt op
door zijn verzorgde architectuur en zijn kwaliteitsmaterialen: Betorixblokken, natuursteen uit de streek, platte pannen in terracotta. De toegangen gebeuren via het binnenhof, waar een fontein en een groene ruimte komt. De woonruimtes kijken uit naar buiten en het landschap. ‘We willen iets anders bieden, gebaseerd op de gezelligheid en de veiligheid’, verklaart de aannemer. ‘Met deze ruimtelijke indeling worden de mensen ertoe gedwongen elkaar te kruisen en een gesprek aan te gaan. Het is de enige manier om uit de dagelijkse mallemolen te komen. Ik dacht dat vooral oudere mensen zich zouden aangesproken voelen door het concept, maar de grote
102
meerderheid van de woningen werd aangekocht door jonge koppels.’ Misschien gewoon omdat dit systeem de toekomst voorspelt: kleinere investeringen, de densiteit, het gemengd karakter, het respect voor het milieu. Het zijn de krachtlijnen van een doordacht stedenbouwkundig beleid. Hier heeft men dat al heel vroeg begrepen.
constructie
g
Mathieu Pirard
Projectontwikkeling in Louveigné: de ‘Clos des Doges’, van architect Greisch. Een nieuwe constructie in de geest van de oude hoeves: woningen die rond een binnenhof zijn geschikt, waardoor de gastvrijheid in de hand gewerkt wordt.
103
g
De ‘Clos des Doges’ in Louveigné. Edele materialen, eenvoudige vormen en een geslaagde integratie in een landelijke omgeving.
104
g
Mathieu Pirard Construction Rue Auguste Dupont, 22 4800 Ensival T: 087/35 31 41 F:087/35 26 56
constructie
Mathieu Pirard
105
g
106
g
De ov na va
107
g
Ytong In het kader van het concept duurzaam bouwen ontwikkelde Ytong recentelijk twee nieuwe producten
Door zijn samenstelling, zijn fabricatietechniek met laag energieverbruik, zijn hoge isolatiewaarden en zijn potentieel integrale recyclage, is cellenbeton een van nature duurzaam en ecologisch materiaal. Innovatie betekent voor YTONG een constante zoektocht ter verbetering van zijn producten, zowel op het vlak van de duurzaamheid als op dat van het economisch rendement (engineering van de levenscyclus). Ytong is fier twee nieuwe producten te mogen voorstellen: de C2/04-blokken en de CC2/400panelen. De belangrijkste innovaties hebben betrekking op de eigenschappen van het product en de productietechniek. Deze blokken en panelen zijn superisolerend en worden gemaakt van gerecycleerd cellenbeton.
Blokken van het type C2/04 Isolerende draagblokken die zowel kunnen gebruikt worden voor nieuwbouw als voor renovatie binnen de residentiële, utiliteits- of industriële bouw. De nieuwe blokken kunnen verwerkt worden als buitenmuren, binnenmuren of brandwerende muren. Deze blokken worden met lijmmortel aan elkaar bevestigd. De YTONG C2/04-blokken worden gekenmerkt door volgende eigenschappen: duurzaamheid, thermische isolatie, akoestische isolatie, lichtheid, ergonomie, snelle verwerking, hoge brandweerstand. Panelen van het type CC2/400 Isolerende draagpanelen die gebruikt kunnen worden voor industriële, utiliteits- of residentiële bouw als buitenmuren, binnenmuren of brandwerende muren. Deze panelen worden op een draagstructuur bevestigd.
De YTONG CC2/400-panelen bieden volgende eigenschappen: duurzaamheid, brandweerstand, thermische isolatie, akoestische isolatie, lichtheid, ergonomie, snelle verwerking.
108
g
Duurzaam bouwen Geen ijdel begrip bij YTONG SAMENVATTING VAN DE VOORNAAMSTE EIGENSCHAPPEN VAN DEZE TWEE PRODUCTEN OP HET GEBIED VAN DUURZAAMHEID
De belangrijkste innovaties hebben betrekking op de kwaliteiten zelf van het product en op de productietechniek. 1) Zeer isolerend bouwmateriaal waarvan de isolatiecoëffciënt nog werd verbeterd: Het C2/04-blok heeft een λu,i waarde = 0,10 W/mK. (Ter vergelijking, het ‘oude’ blok C3/05 heeft λu,i -waarde 0,12 W/mK).
Dat geeft de volgende k-waarden (zonder bijkomende isolatie):
YTONG
YTONG
C2/04
C2/04
- YTONG C2/04 dikte 30 cm + crepi aan de buitenkant k = 0.31 W/m2K
- YTONG C2/04 dikte 20 cm + spouw + parementsteen: k = 0.42 W/m2K
- YTONG C2/04 dikte 36,5 cm + crepi aan de buitenkant k = 0.26 W/m2K
- YTONG C2/04 dikte 24 cm + spouw + parementsteen: k = 0.36 W/m2K
Deze zeer lage k-waarden zorgen ervoor dat men een perfect geïsoleerde woning heeft (zonder bijkomende isolatie) die zeer weinig energie verbruikt en de CO-2 uitstoot van de verwarming terugdringt.
109
g
Recyclage van cellenbetonresten (fabriek te Burcht, België)
2) Materiaal geproduceerd met gerecycleerd cellenbeton Er werden aanzienlijke investeringen gedaan in de recyclage van afval. Alle afval van cellenbeton wordt vandaag de dag gerecycleerd en hergebruikt in de fabriek. De productie gebeurt in gesloten kring. De C2/04-blokken en de CC2/400-panelen bevatten voor een groot deel gerecycleerd cellenbeton.
De recyclage van het afgewerkt product is mogelijk dankzij de gloednieuwe unit voor de hergebruik van cellenbetonafval. Deze unit laat niet alleen toe van voor 100% de productieafval te recycleren, maar ook van de afval van bouwplaatsen of van de afbraak van gebouwen te recycleren. De afval wordt vermalen tot men een fijn poeder bekomt dat als grondstof in de fabricatie wordt aangewend ter vervanging van zand.
Cellenbeton is een inert product (steenachtig materiaal) en de afval is niet milieubelastend. Het kan op verschillende manieren gerecycleerd worden. De volledige recyclage van de productieafval op de site zelf en het hergebruik ervan in het fabricatieproces, biedt nochtans vele voordelen: - Geen enkele afval meer. - Opheffing van de opslag van de afval op de site, dus minder hinder voor de onmiddellijke omgeving van de fabriek (lawaai, stof). - Minder grondstoffen nodig voor de productie. - Men hoeft de afval niet meer af te voeren, dus minder transport door energieverslindende en hinderlijke vrachtwagens voor de directe omgeving van de fabriek. - Besparing op de kosten voor het vervoer van de afval en het storten ervan.
Alle afval wordt integraal gerecycleerd en in het productieproces opgenomen. We hebben maw een gesloten kring.
110
3) Licht materiaal dat nog minder grondstoffen bevat De densiteit van de blokken van het type C2/04 en van de panelen van het type CC2/400 is kleiner (minder dan 400 kg/m3) dan de blokken en panelen met een densiteit C3/05 en CC3/500. Deze blokken en panelen bevatten minder grondstoffen. De voortdurende recyclage bij de fabricatie laat bovendien toe van slechts de precieze hoeveelheid nodige materie te gebruiken.
g
Autoclaven, fabriek van Burcht.
4) Vermindering met 30% van de energiehoeveelheid nodig voor de productie De productie van cellenbeton wordt gekenmerkt door een energiebalans die zeer gunstig is voor het milieu. De balans van de C2/04- en CC2/400densiteiten is nog gunstiger.
De ontwikkeling van deze twee nieuwe samenstellingen van blokken en panelen ging verder gepaard met talrijke investeringen in de fabricatieunit om de milieu- en economische aspecten te optimaliseren (engineering van de levenscyclus). De ontwikkeling van de twee nieuwe densiteiten en de investeringen die gedaan werden op het vlak van de automatisering van de autoclaven en de nieuwse stoomgenerators hebben een eneriebesparing mogelijk gemaakt van 30% (energie- en milieuwinst).
Nieuwe stoomgenerators, fabriek Burcht.
Energieverbruik bij de productie Cellenbeton is een geautoclaveerd materiaal. De licht verharde pasta die na de vermenging van de grondstoffen wordt bekomen, wordt uit de vorm genomen, in blokken of platen versneden en in de autoclaven geplaatst.
Stoomproductie van de autoclaven Sinds de zomer van 2002, wordt de stoom die in de autoclaven gebruikt wordt, geproduceerd door middel van twee ultramoderne Clayton-stoomgenerators die op aardgas werken.
De producten blijven ongeveer 12 uur in de autoclaven onder een druk van 10 atm en een temperatuur van 180° C. Na het autoclaveren, zijn de materialen hard en gebruiksklaar.
De installatie van deze twee stoomgenerators maakte een energiebesparing van 15% mogelijk ten opzichte van de oude generators. De gasuitstoot in de atmosfeer is eveneens veel zuiverder.
Dit verhardingsproces door autoclavering verbruikt weinig energie. Er werden grote investeringen gedaan in de automatisering van de besturing van de autoclaven. Deze investeringen maakten het mogelijk de hoeveelheid noodzakelijke stoom in de autoclaven te verminderen en zodoende het energieverbruik te drukken. Vermits de C2/04- en CC2/400densiteiten kleiner zijn, is de hoeveelheid energie die nodig is voor de productie, eveneens kleiner.
111
g
"IJ ALUMINIUM SCHRIJNWERK STAAT ONZE TECHNIEK TEN DIENSTE VAN DE ARCHITECTUUR
BESTEKTEKSTEN
)NDUSTRIEZONE "% ,ANDEN 4EL &AX )NDUSTRIELAAN "% ,ICHTERVELDE 4EL &AX INTERNET WWWRCSYSTEMCOM E MAIL INFO RCSYSTEMCOM