Kinderen met ADHD in het verkeer Een praktisch handwijzer voor ouders, leerkrachten en begeleiders van kinderen met ADHD.
In deze handleiding gaan we uit van kinderen met een gemiddeld intelligentieniveau. Omwille van de leesbaarheid is gekozen om consequent de mannelijke vorm te gebruiken. Daar waar we het hebben over “hij” moet dus eigenlijk “hij/zij” gelezen worden.
2
Inleiding In het verkeer is extra aandacht voor kinderen met ADHD geboden. Met hun impulsieve reacties en minder goede concentratie lopen zij meer risico op het maken van fouten dan andere kinderen. Het volledig beheersen van alle verkeersregels is voor hen dan ook extra belangrijk. Hoe beter een regel of vaardigheid wordt beheerst, hoe makkelijker het kind hier op kan terugvallen. Ook in die situaties wanneer het kind de gedachten er even niet helemaal bij heeft. Het praktisch Verkeersexamen in groep 8 is een goed moment om deze vaardigheden te toetsen. Maar daar gaat wel heel wat oefening en herhaling aan vooraf. Met een goede begeleiding staat het kind sterker en met meer zelfvertrouwen voor deze uitdaging. De essentie van de begeleiding van kinderen met ADHD zit hem in het stap voor stap aanleren van deelvaardigheden. Maar ook veel oefenen met verschillende situaties, liefst gekoppeld aan kleine beloningen. Wij hopen met deze handwijzer een bruikbaar hulpmiddel te leveren voor iedereen die met deze bijzonder spontane doelgroep aan de slag gaat.
3
Wat is ADHD? De letters ADHD staan voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. In het Nederlands vertalen we dit naar aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit. Soms wordt de term ADD gebruikt wanneer er geen sprake is van overmatige hyperactiviteit. ADHD is een neurobiologische aandoening wat betekent dat de hersenen anders werken dan bij iemand zonder ADHD. Met name het doorgeven van prikkels in de hersenen verloopt niet helemaal goed. Het brein van mensen zónder ADHD bevat een filter dat alleen prikkels doorlaat die van belang zijn. Het geeft automatisch voorrang aan die informatie die je op een bepaald moment, bij een bepaalde taak nodig hebt. Bij iemand met ADHD functioneert dat filter niet helemaal goed. Hierdoor komen alle prikkels even sterk binnen; een tegemoetkomende auto, het geluid van een huilend kind, dat lieve vogeltje dat net overvliegt, een poes die opkijkt…. en, o ja, die auto. Ieder kind met ADHD is anders! De één springt en vliegt hyperactief door het leven terwijl een ander juist dromerig en snel afgeleid is. Maar bij alle kinderen met ADHD zie je in meer of mindere mate problemen op 3 gebieden: 1. Onoplettendheid 2. Impulsiviteit 3. Hyperactiviteit
4
1. Onoplettendheid Mensen met ADHD houden het moeilijk vol om hun aandacht op één taak te richten en zich niet te laten afleiden. Zo ziet een kind met ADHD niet alleen de juffrouw die iets uitlegt, maar hoort ook het buurmeisje rommelen in haar laatje en de muziek uit een andere klas. Alles trekt hun aandacht waardoor het erg moeilijk is op één taak gericht te blijven. 2. Impulsiviteit Het ontbreekt mensen met ADHD vaak aan een ‘innerlijke rem’. Ze geven al antwoord voordat de vraag goed is gehoord en beginnen al aan een taak voordat begrepen is wat er wordt verwacht. Handelen zonder nadenken kan grote, nadelige gevolgen hebben. Zowel in het dagelijkse leven als in het verkeer. 3. Hyperactiviteit Kinderen met ADHD zijn vaak voortdurend in beweging. Ze voelen zich rusteloos, raken snel opgewonden en gauw gefrustreerd. Stil zitten en rustig zijn vraagt van hen erg veel energie. Hoewel bovenstaande voor flinke belemmeringen in het leven kan zorgen, kun je de kenmerken ook positief bekijken: ADHD-ers zijn vaak zeer spontane, enthousiaste en energieke mensen!
Tip: trek eerst duidelijk de aandacht van een kind met ADHD voordat je een vraag stelt of een opdracht geeft.
5
Leven in het moment De grootste moeilijkheid voor iemand met ADHD is om de consequenties van zijn handelen te overzien. Ze leven als het ware volledig in het nu, waarbij de toekomst nauwelijks lijkt te bestaan. Martin Kutscher (2008) formuleert het heel treffend: “Mensen met ADHD worden als motten aangetrokken naar het helderste licht. Soms is dat een computerspelletje, soms die glimmende pen of die fascinerende paperclip op tafel. Zelden is het helderste licht de boekbespreking die over twee weken af moet zijn of het opruimen van een kamer”. En dat verklaart meteen waarom een kind met ADHD zich soms zo enorm goed kan concentreren als het om iets leuks gaat. Het lijkt dan al gauw onwil als die concentratie plots is verdwenen bij een minder leuke taak. Toch ligt ook hier heel duidelijk een neurologische oorzaak aan ten grondslag en kan het kind er zelf niets aan doen. Het kind met ADHD wéét wel wat hij moet doen, maar hij dóet niet wat hij weet.
Tip: gaat het aanleren van een nieuwe vaardigheid erg moeizaam of is er sprake van veel weerstand? Bedenk dan kleine beloninkjes voor iedere stap van het leerproces. Creëer zelf heldere lichtpuntjes voor het kind.
6
Leren van ervaringen Het gebrek aan een innerlijke rem maakt het voor iemand met ADHD moeilijk om eerst stil te staan bij een situatie en daarna pas te handelen (eerst nadenken en dan pas doen). Het is voor hem moeilijk om stapjes terug te denken of stapjes vooruit. Alleen het heden lijkt te tellen waardoor een kind met ADHD ook veel minder snel leert van de eigen ervaringen. Hoe meer regels, feiten en kennis hij zich eigen kan maken, hoe makkelijker hij zijn impulsieve reacties kan onderdrukken. Het automatiseren van gedragsregels is hierbij een must om zelfstandig te kunnen functioneren.
7
Zwakker werkgeheugen Mensen met ADHD hebben vaak moeite om meerdere (deel) taken tegelijk te onthouden en uit te voeren. Het zogenaamde ‘werkgeheugen’ functioneert niet optimaal. “Waar een gemiddeld persoon zeven dingen tegelijk kan onthouden, onthoudt iemand met ADHD er maar één”. Deze stelling is een sterke overdrijving van de realiteit, maar helpt je om te bedenken dat het niet zo verstandig is om een kind met ADHD meervoudige opdrachten te geven. Ten eerste is het de vraag of hij alles kan vasthouden in het werkgeheugen. Ten tweede vindt hij het lastig om de taken te coördineren en uit te voeren. Het is daarom van belang om een kind met ADHD zoveel mogelijk één opdracht of deeltaak tegelijk te geven. Zodra die is afgerond geef je pas weer de volgende. Bouw het geleidelijk op door het kind mondelinge opdrachten te geven en hem die enkele keren hardop te laten herhalen. Door het zelf herhalen, beklijft de informatie beter in het werkgeheugen en vormt het kind zich een beeld bij de opdracht. Je creëert hiermee als het ware een plattegrond in het hoofd van het kind.
Tip: Ook al heb je 10 seconden geleden een vraag gesteld, besef dat het kind oprecht vergeten kan zijn wat hij moest doen. Laat het kind daarom een vraag of opdracht altijd even hardop herhalen.
8
ADHD en het verkeer Goed opletten en je aandacht erbij houden, is essentieel in het verkeer. Niet verwonderlijk dat ouders van kinderen met ADHD extra voorzichtig zijn om hun kind zelfstandig te laten participeren in het verkeer. Deze voorzichtigheid is ook zeker op zijn plaats. Kinderen met ADHD lopen meer risico in het verkeer en vragen extra begeleiding om veilig te leren deelnemen. Het is niet zo dat iemand met ADHD niet zou weten wat hij moet doen (hij weet echt wel dat hij niet al fietsend een vliegtuig in de gaten moet houden). Maar door zijn stoornis heeft hij wel moeite met de uitvoering daarvan; het daadwerkelijke doen of juist niet-doen.
9
Laten we de specifieke uitdagingen in het verkeer op een rijtje zetten. Het kind met ADHD zal in meer of mindere mate moeite hebben met*: • Het coördineren van ingewikkelde handelingen zoals het leren fietsen; • Het doelgericht te werk gaan in nieuwe situaties. Het lukt ze niet snel een plan op te stellen zoals een route bedenken om naar de supermarkt te fietsen; • Prioriteren, handelen in volgorde van belangrijkheid. ‘Haal ik nu eerst die fietser in of wacht ik tot de auto voorbij is?’; • Snel leren van hun ervaringen en die te laten meewegen bij (onbewuste) beslissingen over hun gedrag. Ze staan van tevoren minder stil bij de consequenties van hun gedrag; • Laten schieten van de directe beloning en in plaats daarvan te werken voor een doel of een beloning in de toekomst. Ze kiezen dus vaak voor de korte termijnoplossing of -beloning (als motten naar het helderste licht...) *gebaseerd op informatie van Paternotte en Buitelaar, 2006
We kunnen het kind helpen deze uitdagingen het hoofd te bieden, door hen een duidelijke structuur aan te bieden. We maken de te leren stapjes kleiner en bieden taken één voor één aan. Wanneer nodig koppelen we kleine beloningen aan iedere taak om het kind beter te motiveren. Door regelmatige herhaling in te bouwen zorgen we er bovendien voor dat nieuw geleerde vaardigheden goed beklijven.
Tip: Maak de stapjes zo klein als nodig en biedt opdrachten één voor één aan.
10
Leren in stapjes Zoals we gezien hebben, ontbreekt het kinderen met ADHD (nog) aan een innerlijke motivatie en sturing. Met name bij taken die lastig zijn, hebben zij nogal eens de neiging het bijltje erbij neer te gooien. De taak is te groot, te onoverzichtelijk en weinig aantrekkelijk. Aan ons de taak om opdrachten sterk te vereenvoudigen, concrete doelen te stellen en deze te koppelen aan beloningen. Het onderstaand stappenplan geeft een goed houvast om nieuwe verkeersregels aan te leren. 1.Concreet maken: Splits iedere verkeersregel op in kleine, concrete (sub)regels. Formuleer de regels vanuit de ik-persoon. 2.Kiezen: Kies één of meerdere regels om in eerste instantie aan te werken. 3.Visualiseren: Maak de regels zichtbaar. 4.Doelen stellen: Zet de te leren regels om in haalbare doelen en koppel er beloningen aan. 5.Oefenfase: Oefen de verkeersregel in de praktijk. 6.Toetsfase: Toets of de doelen behaald zijn en de beloning verdiend is.
‘ik kijk eerst naar links of er verkeer aankomt’
11
Veilig Verkeer Nederland heeft het boekje ‘Zo zit dat met het verkeer’ uitgebracht. Dit boekje is speciaal geschreven voor kinderen. De regels zijn vereenvoudigd uitgelegd. Het boekje is te bestellen via de website van VVN. We zullen hieronder een voorrangsregel uit dit boekje gebruiken om bovenstaande aanpak te verduidelijken.
Voorbeeld uit ‘Zo zit dat met het verkeer’, voorrangsregels bij gewone kruispunten, pagina 14: Bij een gewoon kruispunt •
moet je voorrang geven aan iedereen die van rechts komt rijden.
•
moet je voorrang krijgen van iedereen die van links komt rijden.
Om deze verkeersregel aan te leren, kunnen we met behulp van het stappenplan de regel nauwkeurig uitwerken en aanbieden. Bekijk hieronder maar eens hoe je dit zou kunnen aanpakken. 12
Stap 1: Concreet maken Bij een gewoon kruispunt
• •
moet je voorrang geven aan iedereen die van rechts komt rijden. moet je voorrang krijgen van iedereen die links komt rijden.
Deze regel kun je concreet maken door stap voor stap uit te schrijven wat het kind moet doen in de daadwerkelijke situatie. Uitgewerkt vanuit de ik-persoon ziet het er dan bijvoorbeeld zo uit: Regel 1: Als ik op mijn fiets een kruispunt nader waar ik rechtdoor moet, ga ik eerst rustiger rijden. Regel 2: Als ik zie dat er vanuit beide zijstraten niets aankomt, steek ik rustig het kruispunt over. Regel 3: Als er verkeer van links aankomt, bedenk ik of de bestuurder nog ruim tijd heeft om voor mij te stoppen. Regel 4: a) Als de bestuurder kan stoppen of zelf al stopt, steek ik rustig over. b) Als de bestuurder al te dichtbij is en niet meer kan stoppen, wacht ik tot hij voorbij is. c) Vervolgens steek ik over nadat ik nogmaals goed naar links en rechts heb gekeken. Regel 5: Als er verkeer van rechts aankomt, stop ik en laat de bestuurder voorgaan. Regel 6: Vervolgens steek ik over nadat ik nogmaals goed naar links en rechts heb gekeken. Regel 7: Ik steek altijd pas over als ik zeker weet dat het veilig is.
13
Stap 2 : Kiezen Kies één of meerdere regels uit, afhankelijk van wat het kind aankan. In dit geval zou je kunnen kiezen voor de eerste twee regels: ‘Als ik op mijn fiets een kruispunt nader waar ik rechtdoor moet, ga ik eerst rustiger rijden’ en ‘Als ik zie dat er vanuit beide zijstraten niets aankomt, steek ik rustig het kruispunt over’. Maar let op; overschat het kind niet te snel! Over het algemeen geldt hoe kleiner het stapje, hoe beter. Stap 3: Visualiseren Maak de regel visueel zichtbaar. Maak een tekening, beeld de situatie uit met legopoppetjes op een (zelfgemaakte) verkeersmat, bekijk een plaatje of filmpje. Stap 4: Doelen stellen Maak van de gekozen regels nu samen met het kind concrete doelen mét beloning. Spreek bijvoorbeeld samen het volgende af: Mijn doelen: Doel 1: Ik kan beide regels op ieder moment van de dag opzeggen. Doel 2: Ik kan beide regels vlekkeloos op de fiets uitvoeren. Beloning: Doel 1: Mama vraagt ná de oefenfase op 3 onverwachte momenten naar de regels. Zodra ik 3 keer beide regels kan opzeggen, mag ik samen met Mirna een ijsje gaan kopen bij IJs & Co (op de fiets!). Doel 2: Zodra ik (ná de oefenfase) 3 keer beide regels vlekkeloos heb uitgevoerd, mag ik het eerstvolgend weekend een uur langer op de computer. 14
Bedenk dat uitstel van beloning een moeilijk punt is voor kinderen met ADHD. De beloning dient dan ook direct na het behalen van een doel of deel van een doel gegeven te worden. Houdt bv. een score-lijstje bij zodat na ieder ‘punt’ een kruisje of smiley verdiend kan worden. Drie smileys worden vervolgens ingewisseld voor de beloning. Stap 5 : Oefenfase Tijdens de oefenfase wordt de regel uit het hoofd geleerd en geoefend in de praktijk. Spreek duidelijk af hoe lang de oefenfase duurt en dat het verdienen van de beloning pas ingaat ná de oefenfase. Herhaal regelmatig en vraag er ook op onverwachte momenten naar. Spreek indien nodig kleine beloninkjes af voor het uitvoeren van een oefening. Stap 6 : Beheersfase Wanneer de regels voldoende worden beheerst, mag het kind gaan werken voor de beloning. Maak er een soort ‘proefexamen’ van om het kind extra te motiveren. Wordt de regel door en door beheerst? Kies dan nu volgende, aanvullende regels zoals regel 3 en 4 in het door ons uitgewerkte voorbeeld. Doorloop stap 3 t/m 6 tot de regels weer helemaal worden beheerst.
15
Het maken van een stappenplan vereist maatwerk en is afhankelijk van de kennis die het kind al heeft over de uit te voeren opdracht. Voor de begeleider is het in eerste instantie nodig om zelf na te gaan uit hoeveel stappen de uit te voeren opdracht bestaat en deze te visualiseren. Maar let op: voor iedere nieuwe regel of uitzondering doorloop je het stappenplan! Leer alles dus één voor één aan, stap voor stap. Pas als een regel of vaardigheid helemaal wordt beheerst (als kennis in het hoofd én als vaardigheid in de praktijk), voeg je iets nieuws toe.
Tip: Zoek de belangrijkste regels op en werk ze op bovenstaande wijze één voor één uit. Koop hier een speciale map voor met tabbladen. Op deze manier kun je nieuwe regels en aanvullingen makkelijk toevoegen.
16
Voorbeeld uitwerking van een (algemene) verkeersregel: Kennis over:
voorgaan
Algemene regel: als je wilt oversteken bij het zebrapad mag je voorgaan als het verkeer nog op tijd voor je kan stoppen. Regel 1: Als ik wil oversteken bij het zebrapad kijk ik eerst naar links en rechts of er verkeer aan komt. Regel 2: Als er niets aankomt, steek ik rustig over. Mijn doelen Doel 1 Ik kan beide regels op ieder moment van de dag opzeggen. Doel 2 Ik kan beide regels vlekkeloos op de fiets uitvoeren. Mijn beloning Beloning 1 Mama vraagt ná de oefenfase op 3 onverwachte momenten naar de regels. Zodra ik 3 keer beide regels kan opzeggen, mag ik samen met Mirna een ijsje gaan kopen bij IJs & Co (op de fiets!). Score:
1.
2.
3.
IJSJE!!!
Beloning 2 Zodra ik (na de oefenfase) 3 keer beide regels vlekkeloos heb uitgevoerd, mag ik het eerstvolgend weekend een uur langer op de computer. Score:
1. 17
2.
3.
COMPUTER!!!
Duidelijk en voorspelbaar Kinderen met ADHD hebben veel behoefte aan duidelijkheid en voorspelbaarheid. Doordat prikkels ongefilterd binnenkomen en zij niet altijd even snel bij de juiste informatie kunnen komen, is het essentieel dat wij zo helder mogelijk met hen communiceren. Hoe minder vragen open blijven staan voor het kind, hoe beter hij zich kan concentreren op de uitvoering.
Kennis vragen en geven Eigenlijk is het heel eenvoudig; alles wat we meemaken kun je SMART maken; Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. Je geeft hiermee antwoord op de volgende kennisvragen: 1. Wat willen we bereiken? 2. Hoe pakken we het aan? 3. Wie zijn erbij betrokken? 4. Waar gaan we het doen? 5. Wanneer gebeurt het? 6. Waarom doen we het zo? Geef antwoord op deze 6 kennis-vragen en je geeft het kind de duidelijkheid die hij of zij nodig heeft. Duidelijkheid over de taak of activiteit waar je voor staat, duidelijkheid in tijd, ruimte, plaats en personen. Oftewel: wie, hoe, wat, wanneer, waar en eventueel nog de waarom-vraag. Colette de Bruin heeft dit mooi uitgewerkt in haar boek ‘Geef me de 5’. •
Duidelijkheid over de taak -
Wat moet ik doen?
•
Duidelijkheid over de manier waarop -
Hoe moet ik het doen?
•
Duidelijkheid over de tijd -
Wanneer moet ik het doen?
•
Duidelijkheid over de plaats -
Waar vindt het plaats?
•
Duidelijkheid over de personen -
Wie is er bij betrokken?
•
Duidelijkheid over de reden - Waarom moet ik het zo doen?
Deze vragen zouden steeds duidelijk moeten zijn voor het kind wanneer je gaat oefenen in het verkeer. Houd bij kinderen met ADHD extra rekening met de waarom-vraag. Een 18
kind met ADHD wil graag weten waarom hij iets moet doen of leren. Daardoor kan hij zichzelf beter motiveren om een taak correct uit te voeren. Het valt hem immers al zwaar genoeg om weerstand te bieden aan de leukere zaken. Als hij dan ook nog ergens het nut niet van inziet, wordt het hem onnodig moeilijk gemaakt. Probeer daarom steeds te benoemen wat een taak of opdracht het kind oplevert, liefst op korte termijn. Verwerk eventueel een beloning in het hele proces om de motivatie te vergroten. Terug naar ons voorbeeld. We gaan de voorrangsregels op een kruispunt oefenen samen met Ellen. Ellen is 10 jaar en heeft ADHD. We melden Ellen dat we gaan oefenen met de voorrangsregels. Maar Ellen heeft hier helemaal geen zin in. Zij weigert mee te werken. De kans is groot dat Ellen door haar ADHD bij voorbaat al weerstand heeft tegen deze onaantrekkelijke opdracht, die ook nog eens heel lastig en saai zou kunnen zijn. Ellen weet niet precies wat zij kan verwachten en wat zij er aan zal hebben. We geven haar dus eerst de kennis en motivatie die zij nodig heeft:
19
Ellen, We gaan een oefening doen om het oversteken op een kruispunt te oefenen. We herhalen de oefening 3 keer. Na de oefening mag je 10 minuten vrij spelen in het speeltuintje. (De wat-vraag is beantwoord.) We gaan dat doen op het kruispunt hier recht voor de school. (De waar-vraag is beantwoord). We pakken allebei onze fiets en lopen met de fiets aan de hand naar de Molenstraat. Daar leg ik je precies uit hoe we het oversteken gaan oefenen. (De hoe-vraag is beantwoord.) We doen de oefening met z’n tweeën. (De wie-vraag is beantwoord.) We vertrekken zodra jij mij goed begrepen hebt. (De wanneer-vraag is beantwoord.) We doen dat omdat iedereen alle verkeersregels moet leren en jij dus ook. Wanneer iedereen zich aan dezelfde regels houdt in het verkeer, gebeuren er geen ongelukken. (De waarom-vraag is beantwoord.)
Afhankelijk van het kind kies je voor bovenstaande stapsgewijze manier van kennis geven of ingekort zoals hieronder. Maar onthoud: alle vragen moeten wel altijd beantwoord worden. Ellen, iedereen moet de verkeersregels kennen dus jij en ik gaan het inhalen op de fiets oefenen, hier om de hoek op de Molenstraat. Nadat we de oefening 3 keer hebben uitgevoerd, mag jij 10 minuten vrij spelen in het speeltuintje. We pakken allebei onze fiets en lopen er eerst naartoe. Op de Molenstraat leg ik je de oefening precies uit. We gaan als jij mij goed begrepen hebt. Is dat duidelijk voor je? Heb je nog vragen? Let’s go!
20
Tips en Trucs Focus-denk-doe-check Een veel toegepaste methode om kinderen met ADHD te leren grip te leren krijgen op hun impulsiviteit is de STOPDENK-DOE-methode. De methode spreekt voor zich. Eerst stoppen en focussen, dan nadenken over de taak: wat moet ik doen en hoe ga ik het doen. Vervolgens pas uitvoeren en tot slot controleren en eventueel verbeteren. Gezien de verkeerssituatie is het woord ‘stop’ niet zo handig omdat je wilt dat het kind zich focust en niet letterlijk stopt en de fiets afstapt. Vandaar de aanpassing naar: DENK-DOE-CHECK. Help het kind door hardop deze stappen te doorlopen. Steeds wanneer het kind aan een taak begint, doorloop je de stapjes één voor één. Laat het kind herhalen, net zolang totdat de stappen gedroomd kunnen worden. In een volgende fase is alleen het woordje ‘focus’ nog nodig om het kind te laten nadenken voordat het doet.
Focus DENK 1. Wat moet ik doen? 2. Hoe doe ik het?
DOE
3. Ik doe het
CHECK 4. Ik kijk na.
5. Ik verbeter
21
Belonen Kinderen met ADHD reageren over het algemeen erg goed op beloningen. Bedenk dat ze worden aangetrokken tot het helderste licht. Huiswerk maken of nieuwe verkeersregels leren, is zelden een helder licht! Daarom kunnen we gebruik maken van kunstmatig helder licht zoals een concrete beloning om het kind met ADHD te helpen een minder boeiend pad te bewandelen. Uit recent onderzoek is gebleken dat kinderen met ADHD vergeleken met kinderen zonder ADHD veel minder gevoelig zijn voor sociale beloningen zoals een schouderklopje. Dit betekent natuurlijk niet dat we kinderen met ADHD nu maar overal een euro voor moeten geven, maar meer tastbare beloningen (zoals puntensystemen, kleine presentjes, iets leuks doen) werken toch echt beter. Stimuleer het kind bij lastige of saaie taken zelf een beloning te bedenken. Bijvoorbeeld: ‘Nadat ik dit hoofdstuk heb gelezen, ga ik lekker een kwartiertje grappige filmpjes bekijken op Youtube’. Op deze manier blijft het kind niet afhankelijk van externe beloningen, maar leert het zichzelf te motiveren met zelf bedachte beloninkjes.
Herhaling en enkelvoudige opdrachten Vanwege problemen met het werkgeheugen en het coördineren van uitvoerende taken, is het voor iemand met ADHD ontzettend moeilijk aanwijzingen en regels te onthouden en op te volgen. Je legt iets uit maar het kind is de draad na enkele tellen kwijt en haakt af. Een kind met ADHD geeft lang niet altijd aan dat hij het niet begrijpt. Check dit dus zelf! Laat het kind je uitleg zoveel mogelijk hardop herhalen. Je kunt dan goed controleren of de uitleg juist is begrepen. Bovendien blijft de informatie op deze manier veel beter in het werkgeheugen hangen. Om dezelfde reden is het belangrijk je instructies kort en krachtig te houden. Leg meervoudige, complexe taken niet in één keer uit. Deel een taak op in kleinere deeltaken en biedt een taak één voor één in kleine stapjes aan, zoals we hebben laten zien in het stappenplan. 22
Escapes Hoe vermoeiend zou een dag zijn voor iemand met ADHD? Best heel pittig kun je je misschien voorstellen. Iets nieuws leren vraagt van iemand met ADHD meer inspanning dan van een ander. Hij moet veel harder werken om alle kennis en vaardigheden naar boven te halen en zich te blijven concentreren. Zorg daarom voor escapes! Neem een onderbreking, maak een grap, ga even spelen, rennen of doe een dansje! Het maakt niet uit wat je doet zo lang je maar rekening houdt met de zwakke concentratieboog. Bedenk: Een korte pauze is ook LEERTIJD! Een pauze zorgt ervoor dat het brein zich kan ontspannen zodat het daarna weer gefocust kan zijn. Het inlassen van pauzes werkt dus een effectievere leertijd in de hand.
Samengevat Koop samen een map en oefen elke regel volgens de zes stappen: 1. Concreet maken 2. Kiezen 3. Visualiseren 4. Doelen stellen 5. Oefenfase 6. Beheersfase Lees gedurende het proces deze handwijzer nog eens door. Is het kind voldoende gemotiveerd, heb ik opdrachten in kleine stapjes opgedeeld, geef ik steeds antwoord op alle kennisvragen, ga ik niet te snel? Wij hopen met deze handwijzer een bijdrage te leveren in het begeleiden van kinderen met ADHD in het verkeer. Het kind zal je dankbaar zijn voor je geduld, begrip en gestructureerde aanpak. Veel succes! 23
Geraadpleegde literatuur Barkley, R.A. (2000). Taking charge of ADHD: the complete, authorative guidefor parents. New York, Guilford Press. De Bruijn, Colette (2005). Geef me de 5. Een praktisch houvast bij de opvoeding en begeleiding van kinderen met autisme Hartmann, Thom (2002). ADHD. De complete gids voor kinderen en volwassenen. Hallowell & Ratey, Edward & John (2006). Hulpgids ADHD. De meest actuele encomplete gids voor een succesvol leven met ADHD. Kutscher, Martin (2008). Oudergids ADHD. Bijsturen als alle remmen los zitten Paternotte & Buitelaar, Arga & Jan (2006). Het is ADHD. Alles over de kenmerken, diagnose, behandeling en aanpak thuis en op school. Colofon Dit is een uitgave van Veilig Verkeer Nederland Projectleiding: Christel de Heus Inhoud: Inke Brugman, orthopedagoog en eigenaar van Spectrum Brabant Fotografie: Noor van Mierlo Vormgeving: Jan Felen Alle gefotografeerde situaties zijn volledig in scène gezet. VVN Postbus 66, 3800 AB Amersfoort
[email protected] www.vvn.nl Copyright VVN Oktober 2013
24
Veilig Verkeer Nederland Zelfde als cover Stationsstraat 79a, 3811 MH Amersfoort Postbus 66 3800 AB Amersfoort T: 088 524 88 00 F: 088 524 88 99 E:
[email protected]