KIND & GEZONDHEID NIETS IS BELANGRIjKER DAN UW KINDEREN.
WIE ALS KIND GEZOND LEERT ETEN, HEEFT ONGETWIjFELD EEN STAPjE VOOR. Wat zijn de troeven van moedermelk? Hebben onze kids baat bij biofood? en waarom is de voedingsdriehoek zo waardevol?
jULI 2008
VAKANTIE, EEN ZALIGE TIjD! OOK MET KINDEREN.
MAZELEN, BOF, RODEHOND…
OPVOEDEN IS NIET ALTIjD EENVOUDIG...
als je zorgeloos wilt genieten, houd dan wel rekening met enkele specifieke behoeften van baby’s en jonge kinderen.
de typische kinderziekten van weleer zijn niet meer. Goed blijven vaccineren is echter een must om deze en andere infectieziekten blijvend onder controle te houden. Lees blz. 12
Hoe ga je om met peuterpuberteit? en is er een gouden standaard om tieners doorheen hun soms moeilijke puberjaren te begeleiden? Lees blz. 15
Lees blz. 4 adVerTenTIe
een KranT GePrOdUCeerd dOOr MedIaPLaneT
Lees blz. 11
| kids health
Een goede start voor elk kind
Katrien Verhegge Administrateur-generaal van Kind en Gezin
I
nvesteren in kinderen is investeren in de toekomst. Geen loze doelstellingen nastreven, maar heel concrete doelstellingen. Om kinderen van jongs af slagkracht te geven. Al decennialang weten we dat de eerste drie levensjaren van kinderen het fundament vormen voor hun ontwikkeling. Recent onderzoek naar de ontwikkeling van de hersenen heeft dit nog maar eens benadrukt. Kinderen die de eerste drie levensjaren positief benaderd worden en de nodige stimuli krijgen, ervaren dat ze er echt mogen zijn. Zij zullen sterker ‘hun mannetje’ kunnen staan in de samenleving waarin ze opgroeien. Vanuit deze wetenschap kan de samenleving niet anders dan effectief te investeren in de ondersteuning van gezinnen en kinderen om kinderen in hun eerste levensjaren maximale kansen te geven. Gelukkig zijn er de laatste jaren heel belangrijke ontwikkelingen in de verschillende domeinen die van belang zijn voor het opgroeien van kinderen. Inzake gezondheid staan we heel ver wat betreft de vaccinatiegraad van kinderen in Vlaanderen. Met hoogtechnologische instrumenten wordt het gehoor van de meeste kinderen kort na hun geboorte getest,
MEDIAPLANET PRODUCEERT, FINANCIERT EN ONTWIKKELT THEMAKRANTEN IN PERS, ONLINE EN VIA BROADCASTING. www.mediaplanet.com advertentie
om zo snel mogelijk te kunnen ingrijpen als er zich problemen voordoen en zo de kans op een normale spraak- en taalontwikkeling te vergroten. Daarnaast worden ouders met allerlei projecten en campagnes gestimuleerd om gezonde voeding aan te bieden aan hun kinderen en om een veilige leefomgeving te creëren. Ook het thema opvoeding van jonge kinderen staat volop in de kijker. Positief ouderschap is een begrip aan het worden. Ouders worden gesensibiliseerd om positief om te gaan met hun kinderen, wetende dat dit essentieel is voor hun zelfbeeld. De invoering van het programma Triple P benadrukt daarbij het belang van sterke, koesterende relaties, goede communicatie en positieve aandacht om kinderen te helpen bij hun ontwikkeling. Opgroeien in de wetenschap dat je welkom bent, biedt zoveel meer perspectief voor een kind dan wanneer dit niet het geval is. Jammer genoeg weten we ook dat niet elk kind, ook niet in Vlaanderen, dezelfde kansen krijgt. Elk nieuw onderzoek toont aan dat kinderen uit kwetsbare gezinnen het veel moeilijker hebben om sterk te staan in die complexe samenleving. Ze zijn niet op dezelfde manier gewapend met intelligentie, sociale vaardigheden, emotionele slagkracht… Als we alles inzetten voor de ontwikkeling van kinderen, verdienen deze kinderen zeker ook de nodige aandacht. Als administrateur-generaal van Kind en Gezin ga ik alvast het engagement aan om mede vanuit het agentschap maximaal te investeren in de toekomst van kinderen, zowel via onze preventieve dienstverlening als via de kinderopvang. Wat is er mooier dan mee te werken aan de goede start van elk kind en te zorgen dat het al van in de wieg alle kansen krijgt die het moet krijgen? Kind en Gezin wil dit samen met alle gezinnen doen.
kids health – PUBLICATIES MEDIAPLANET PUBLISHING HOUSE Project Manager: Julie Enderlé Mediaplanet +32 2 420 49 79 Graphic Design: Elise Toussaint Redactie: Heidi Van De Keere Pictures: www.istockphoto.com Print: Corelio Mediaplanet is de leidinggevende Europese uitgever van themakranten in pers, online en via broadcasting. Als u zelf een idee heeft over een onderwerp, of misschien wel een heel thema, aarzelt u dan niet om contact met ons op te nemen. Mediaplanet Publishing House, Country Director, Christian Züllig, Phone: +32 2 426 44 70, www.mediaplanet.com Gedistribueerd met Het Nieuwsblad op 3 juli 2008.
T
Kinderen maken de toekomst! Het is voor ouders een niet altijd eenvoudige maar tegelijk bijzonder boeiende uitdaging om kinderen groot te brengen, om ze te laten genieten van een zorgeloze kindertijd, en ze te begeleiden in hun ontwikkeling tot volwassen mensen. Kinderen opvoeden is een bijzonder ruim begrip. In dit dossier staan we stil bij enkele topics die op één of andere manier verband houden met de gezondheid en het welzijn van kinderen: voeding, kinderziekten, vaccinaties, opvangmogelijkheden, belang van onderwijs, reizen met kinderen, de zorg voor kinderen in het ziekenhuis, peuterpuberteit, de omgang met tieners… Het zijn slechts enkele aspecten in dit erg uitgebreide domein. Wie er meer wil over weten, vindt in dit dossier zeker links voor meer informatie. Veel leesgenot!
INHOUD Gezond zwanger Borst of fles?
3
3
Hoeveel slaap heeft mijn kind nodig? 4 Een huilende baby
4
Biovoeding
5
Veiligheid troef
6
Water drinken
6
Hoe (on)gezond eten onze kinderen? 7 Gezond eten. Vlaamse scholen scoren goed Kleuteronderwijs Zindelijkheid Mijn peuter pubert
T
V
i h 8e 9w t 8
9
Allergie
10 a
Met kinderen op vakantie Kinderziektes vermijden: blijven
11
vaccineren is de boodschap
12
Vaccineren
13
Kinderziekenhuis straalt warmte uit! 14 Poetsen: van zodra eerste tandjes doorbreken
14
Opvoeding
15
| kids health
Gezond zwanger Zorgen voor de gezondheid van je kind begint al vóór de geboorte. Een gezonde eet- en leefstijl tijdens de zwangerschap bevordert een gezonde start. Dit zijn enkele tips.
Tekst: Heidi Van de Keere
V
oldoende bewegen en gezond eten blijven het motto, ook tijdens de zwangerschap. Kies voor verse en gezonde voeding en zet elke dag producten uit de verschillende lagen van de actieve voedingsdriehoek op het menu. Vanaf het begin van de zwangerschap is bijzondere aandacht nodig voor mogelijke besmettingen via de
voeding, die een risico vormen voor het ongeboren kind. Het gaat vooral over toxoplasmose en listeriose. Toxoplasmose – ook kattenziekte genoemd – wordt veroorzaakt door een parasiet. Zwangere vrouwen die geen antistoffen hebben tegen deze parasiet, houden zich het best aan de volgende regels: w Eet geen rauw of halfdoorbakken vlees w Was handen en nagels
grondig na aanraken of bewerken van rauw vlees w Was en spoel rauwe groenten en fruit grondig, en schil ze indien mogelijk w Mijd contact met uitwerpselen van katten w Draag handschoenen om in de tuin te werken Listeriose wordt veroorzaakt door een bacterie. Om besmetting te voorkomen, gelden de volgende voorschriften: w Eet geen zuivelproducten op basis van niet-gepasteur-
iseerde melk, noch kazen op basis van rauwe melk w Bewaar voedsel dat ge koeld moet worden op 1 tot 5°C, en het best zo kort mogelijk w Respecteer de houdbaarheidsdatum w Verhitten door koken of bakken vernietigt de listeriabacterie. Geen plaats voor alcohol en tabak Denk er bovendien aan dat er tijdens de zwangerschap geen plaats is voor alcohol, tabak en drugs. Ze bevatten schadelijke stoffen die de ontwikkeling van het kind in het gedrang kunnen brengen. Vergeet niet dat
ook passief roken de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht verhoogt. Hou er tot slot rekening mee dat de inname van bepaalde geneesmiddelen en vitaminepreparaten al vroeg in de zwangerschap de ontwikkeling van het kind kunnen beïnvloeden. Neem dus nooit geneesmiddelen of vitamines op eigen houtje.
stokkanker te ontwikkelen of om osteoporose te krijgen. En last but not least, wie borstvoeding geeft, creëert minder verpakkingsafval. Flesje: goed alternatief Als borstvoeding niet (meer) mogelijk is, is flesvoeding een goed alternatief. De beschikbare zuigelingenmelken bevatten alle nodige voedingsstoffen voor de normale groei en ontwikkeling van het kind. Flesvoeding voldoet bovendien even goed als borstvoeding aan het
honger- en dorstgevoel en aan de zuigbehoefte van het kind. De beschermende antistoffen die rijkelijk aanwezig zijn in moedermelk, vind je daarentegen niet terug in het babyflesje.
Meer info in het infopakket voor zwangeren van Kind en Gezin, met bijhorende zwangerchapskalender. De zwangerschapsmap (ter vervanging van het vroegere ‘moederboekje’) van Kind en Gezin, kan aangevraagd worden bij de behandelende arts.
Borst of fles? Moedermelk is en blijft de beste keuze. Maar als borstvoeding om één of andere reden niet (meer) mogelijk is, vormt flesvoeding een goed alternatief.
Tekst: Heidi Van de Keere
V
oldoende bewegen en geBorstvoeding blijft voor de baby de ideale voeding. Niet alleen het kind maar ook de moeder en de maatschappij varen er wel bij. Moedermelk is altijd beschikbaar, op de juiste advertentie
temperatuur. Ze is goedkoop en staat garant voor een optimale hygiënische voeding. De hoeveelheid en samenstelling zijn altijd aangepast aan de behoefte van de baby. Ze is licht verteerbaar en rijk aan afweerstoffen die het kind tijdens de eerste maanden beschermen tegen aller-
lei infecties. Borstvoeding versnelt bovendien het herstel van de baarmoeder en het oorspronkelijke lichaamsgewicht na de bevalling. Bovendien lopen vrouwen die minstens drie maanden uitsluitend borstvoeding geven minder risico om later borstkanker en eier-
Alles over babyvoeding in de brochures “Borstvoeding, de ideale start” en “Flesvoeding, een mondjevol melk” van K&G.
| kids health
Hoeveel slaap heeft mijn kind nodig? Het ene kind is het andere niet. Ook wat slapen betreft. Er is dus ook geen eenduidig advies over hoeveel slaap een kind nodig heeft, en over het ideale uur van slapengaan en opstaan. Tekst: Heidi Van de Keere
P
asgeborenen slapen een groot deel van de dag. Op de leeftijd van zes maanden slapen kinderen nog gemiddeld 15 uur per dag. Rond de eerste verjaardag is dat nog 11 tot 12 uur. Het middagslaapje wordt gewoonlijk afgebouwdrond de kleuterleeftijd. Zesjarigen slapen nog gemiddeld 10 uur per nacht. Rond de leeftijd van 10 is dat nog 9 uur. Dat zijn weliswaar gemid-
delden. De behoefte aan slaap verschilt namelijk van kind tot kind. Dat maakt dat er ook geen precies advies is over hoeveel slaap een kind nodig heeft en hoe laat het naar bed moet. Zolang een kind ‘s ochtends spontaan of gemakkelijk wakker wordt, kun je ervan uitgaan dat het voldoende heeft geslapen. Slaaptekort zal al gauw leiden tot hangerigheid, moeheid of prikkelbaarheid overdag. Herhaald slaaptekort kan ook aan de basis liggen van spanning, concentraties-
toornissen, onhandelbaar of druk gedrag, slechte schoolresultaten… Slaapproblemen Slaaptekort kan in een aantal gevallen eenvoudig worden opgelost door het kind ‘s avonds wat vroeger in bed te stoppen. Maar daar ligt niet altijd het probleem. Sommige kinderen hebben moeite om in te slapen. Soms is de reden voor de hand liggend (lawaai, te veel licht, te laat eten, doorkomende tanden, spanning voor een verjaardag…) en is het probleem
T
van voorbijgaande aard. Als inslaapproblemen blijven voortduren, is het belangrijk om de oorzaak te achterhalen en naar een oplossing te zoeken. Scheidingsangst, pesten op school, het verlies van een dierbaar persoon, maar ook medische problemen, enz., kunnen aan de basis liggen. Daarnaast kan het gebeuren dat kinderen snel inslapen maar ’s nachts wakker wor-
den en moeilijk opnieuw de slaap vatten. Ook nachtmerries of slaapwandelen kunnen een goede nachtrust verstoren. Als de problemen zich herhalen en niet spontaan verdwijnen, doet u er goed aan om er met uw arts over te praten.
Meer info :in de folder ‘Papa, ik kan niet slapen’, uitgegeven en te bekomen bij de Christelijke Mutualiteiten
Baby’s huid is gevoelig: verzorg ze goed! De huid van een baby is heel zacht maar ook erg gevoelig. Verzorg ze goed, zeker op plaatsen die extra aandacht nodig hebben. Geef de voorkeur aan milde verzorgingsproducten.
Tekst: Heidi Van de Keere
D
e huid van de baby is zacht en gevoelig. Ze vormt een natuurlijke barrière tegen schadelijke invloeden van buitenaf. Verzorg ze dus goed : w gebruik milde, zeepvrije producten advertentie
w gebruik
eventueel een aangepaste badolie of badmelk om uitdroging te voorkomen w houd het baden kort w een verzorgende olie of bodylotion na het bad kan helpen om de vochtbalans van de babyhuid op peil te houden
Extra aandacht voor de billetjes Baby’s billetjes vragen extra aandacht, ook buiten badtijd. Vervang de luier na iedere voeding, overdag en ‘s nachts. Gebruik wegwerpluiers met een goed absorberende en ademende buitenlaag. Ze verminderen
de kans op uitslag ter hoogte van de luierstreek (luierdermatitis). Het gebruik van katoenen luiers wordt afgeraden omdat ze de huid vochtig houden en de kans op luierdermatitis (rode billetjes) verhogen. Maak de billetjes bij het verversen zorgvuldig schoon. Geef de voorkeur aan zachte vochtige doekjes die alcoholvrij zijn. Gebruik een waterafstotende billenzalf die een beschermende werking heeft om rode billetjes
te voorkomen. Indien je baby toch rode billetjes krijgt of een gevoelige huid heeft, gebruik je het best billendoekjes voor een gevoelige huid, en een “zinkzalf”: die kan helpen om de huidirritatie te herstellen In moeilijk bereikbare huidplooitjes kan talkpoeder helpen om overtollig vocht te absorberen. Zo blijft baby’s huid ook op die plaatsen droog, soepel en glad.
| kids health
Biovoeding voor een gezonde start Bioproducten bevatten minder additieven en verontreinigende stoffen, en over het algemeen ook minder resten van bestrijdingsmiddelen. Zeker jonge kinderen, van wie het afweersysteem nog brozer is, kunnen hier baat bij hebben. rie aan strenge normen en voorschriften wordt onderworpen zodat normaal gebruik geen gevaar mag opleveren voor de gezondheid van de consument. Anderzijds is het zo dat bioproducten ook mycotoxinen, dioxines en zware metalen kunnen bevatten. Voor de gangbare en de biologische voeding gelden hier dezelfde wettelijke maxima. Wel is het beperkt gebruik van additieven in de biologische voedingsindustrie eerlijker en veiliger. Bovendien is er minder gebruik van diergeneesmiddelen in de biologische dan in de klassieke voedingssector. Bio voor de allerkleinsten Vanzelfsprekend is die garantie nog belangrijker wanneer we denken aan babyvoeding. Als volwassene hebben we een relatief groot weerstandsvermogen. Jonge
Tekst: Heidi Van de Keere
D
e biologische landbouw beoogt kwaliteitsvoeding aan te bieden op een natuurlijke wijze, met respect voor mens, plant en dier. Bioboeren gebruiken geen chemisch-synthetische meststoffen of pesticiden, groeihormoon en nauwelijks andere klassieke geneesmiddelen. De biolandbouw streeft naar gezonde planten door een gerichte plantenkeuze, een gezonde bodem, organische bemesting, voldoende vruchtwisseling op de akkers en mechanische onkruidbestrijding. In de biologische veeteelt staan dierenwelzijn, preventieve gezondheidszorg en biologisch geteeld veevoeder centraal. Wie kiest voor bio, kiest ook voor landbouw die het milieu respecteert. Een belangrijke garantie om de natuur
advertentie
zo goed mogelijk te bewaren voor de volgende generaties. De ‘biologische’ landbouwmethode is wettelijk beschermd. Ze moet voldoen aan strenge normen die veelvuldig en strikt worden gecontroleerd, zowel op Belgisch als op Europees niveau. In België dragen biologische producten het Biogarantie®label. De veelgebruikte termen hoeve, streek of scharrel zeggen daarentegen niets over bio. Gezond en evenwichtig Het is niet omdat je biologisch eet, dat je automatisch gezond en evenwichtig eet. Wel bevatten bioproducten minder additieven (zoals kunstmatige kleur-, geuren smaakstoffen) en minder verontreinigende stoffen. Over het algemeen bevat bio ook minder resten van be-
strijdingsmiddelen. Anderzijds bevatten biologische geteelde groenten en fruit meer antioxidanten en zijn biologische groenten rijker aan vitamine C. Biozuivel is bovendien rijker aan de onverzadigde vetzuren omega 3 en omega 6. Het is ook juist dat de biosector een uitgebreid gamma aan onbewerkte producten aanbiedt, zoals niet-geraffineerde granen, in veel verschillende vormen. Wie bio wil eten, heeft dus een ruime keuze uit gezonde producten, wat perfect past in een evenwichtig dieet. Bio versus klassiek Experts wijzen er nog op dat het gebruik van bestrijdingsmiddelen, additieven en dergelijke tegenwoordig ook in de klassieke landbouw en voedingsindust-
kinderen, daarentegen, hebben deze bescherming nog niet. Tot de leeftijd van 3 jaar zijn hun afweersysteem en hun spijsvertering nog erg broos. Het weldadig effect van biovoeding is dus het belangrijkst tijdens de eerste levensmaanden. Waarom zijn bioproducten duurder ? Omdat bioboeren meestal een lagere opbrengst hebben per hectare bewerkte grond, of per veestapel, betaalt de consument gewoonlijk meer voor bioproducten. Die lagere opbrengst heeft te maken met het feit dat bioboeren geen onkruidverdelgers gebruiken en dat hun dieren meer ruimte krijgen (dus minder dieren per stal). Bovendien kiest de bioboer voor traaggroeiende rassen. Omdat ze minder snel worden opgefokt, is het vlees van deze dieren steviger maar is het aantal opgekweekte dieren per jaar lager zodat de boer minder geld verdient.
Meer hierover in de brochure “Aan tafel” van K&G
| kids health
Veiligheid troef! Veel ongevallen kun je voorkomen Kinderen opvoeden, is ze ook beschermen tegen allerlei gevaren die om de hoek schuilen. Als ouder kun je niet alles voorkomen. Wel kun je de risico’s beperken. En denk erom dat je een kind veiligheid moet aanleren. Tekst: Heidi Van de Keere
“Het was een stom accident”, hoor je wel eens zeggen. Toch zijn ongevallen vaak geen domme pech en kun je als ouder heel wat risico’s voor een ongeval vermijden. Zorg er in de eerste plaats voor dat de leefomgeving van je kind zo veilig mogelijk is. En start met veiligheidsopvoeding van zodra je kind er rijp voor is. Veilige leefomgeving Zorgen voor een veilige leefomgeving houdt in dat je de risico’s tijdig herkent, maar ook dat je ze beperkt of uitschakelt wanneer ze onaanvaardbaar zijn. Via de website van het provinciaal veiligheidsinstituut van de provincie Antwerpen
www.provant.be kun je een check-up doen van de veiligheid in je eigen woning. Ook veilig vervoer met kinderen is belangrijk: kies voor een veilige draagzak of kinderwagen, plaats autostoeltjes veilig in de wagen (tegen de rijriching en bij voorkeur op de achterzetel), leer je kinderen tijdig de gevaren van het verkeer kennen... Meer hierover lees je op www.bivv.be. Voor een veilige baby- en peuteruitzet (bv. wieg, speelpark), vind je checklists op www.kindengezin.be. Vanzelfsprekend is ook een veilig opvangmilieu essentieel. Erkende kinderopvangvoorzieningen moeten voldoen aan een aantal wettelijke voorwaarden en ze worden hiervoor re-
Eenvoudige tips om thuisongevallen met baby’s en peuters te voorkomen: w Schud het flesje steeds na opwarmen in de microgol
foven en controleer de temperatuur op de binnenkant van je pols w Laat eerst koud en dan warm water in bad lopen w Neem je kindje nooit op schoot wanneer je koffie of een andere warme drank drinkt w Zet de relax nooit op een tafel of verhoog w Bevestig de fopspeen nooit aan koorden, veters of losse kledingstukken w Hou (rol)gordijnkoorden buiten het bereik van kleine kinderen w Zet je kind nooit in een looprekje w Vervang het tafellaken door placemats van zodra je kindje begint rond te kruipen of te stappen w Hou geneesmiddelen, gevaarlijke producten, giftige planten, messen en scharen buiten bereik gelmatig geïnspecteerd. Verbod vraagt uitleg Naarmate kinderen opgroe-
ien, wordt veiligheidsopvoeding steeds belangrijker. Beetje bij beetje moet het
kind gevaren leren herkennen en ermee leren omgaan. Het heeft weinig zin om je kind iets te verbieden – omdat het volgens jou te gevaarlijk is - zonder hierbijT de nodige en correcte uitleg te geven. Verbied je kind niet“ zonder meer om dicht bij deb kachel te komen, of zeg nietz dat het uit de buurt moet( blijven omdat de kachelz stout is. Leg uit dat de kachel“ te heet is, en dat het daaromd uit de buurt moet blijven. i Veiligheidsopvoeding ge-g beurt stapje voor stapje,o in functie van de leeftijdo en mogelijkheden van hete kind. Vergeet niet dat voor-b beeldgedrag hier een belan-g grijke rol speelt. Tijdens het1 leerproces bootsen kinderenW het gedrag van hun ouderst immers na. M Meer over veiligheid in de bro-v chures “Het ABC van baby totd kleuter”en “Baby- en peuteruit-v zet” van Kind en Gezin. H t d v t
Water drinken hoort bij het opgroeien Tekst: Heidi Van de Keere
W
ater vervult heel wat belangrijke functies in het menselijk lichaam dat voor bijna 70 % uit water bestaat. Het verwijdert afvalstoffen en fungeert als transportmiddel van voedingsstoffen, vitamines en mineralen. Bovendien speelt het een belangrijke rol bij het op peil houden van de lichaamstemperatuur. Het water dat verloren gaat ondermeer via de urine en het transpireren,
moet met de regelmaat van een klok weer worden aangevuld. Dit kan het best door elke dag voldoende water te drinken. Hoe meer inspanningen worden geleverd, hoe meer water moet worden gedronken. Ook regelmatig groenten en fruit eten kan helpen omdat ze voor ongeveer 90 % uit water bestaan. Voldoende water drinken is een regel waarop geen leeftijd staat. Bij opgroeiende kinderen gaat de
aandacht voor een gezond drinkpatroon vaak verloren door de toegespitste aandacht voor een gezonde voeding. Het is nochtans van groot belang dat kinderen tot vier jaar dagelijks minstens 1,2 liter water drinken, oudere kinderen minstens 1,5 liter. Zuiver water moet de voorkeur genieten. De zeer aantrekkelijke suikerhoudende drankjes helpen het waterpeil bij de kinderen wel voor een deel normaliseren maar liggen daarentegen vaak aan de basis liggen van overgewicht, een sterk toenemend probleem van de 21ste eeuw, ook bij kinderen. Voldoende zuiver water drinken zorgt bij onze kinderen niet alleen voor een goede vochtbalans van het lichaam maar voorkomt ook zwaarlijvigheid. Twee vliegen in één klap!
advertentie
| kids health
Hoe (on)gezond eten onze kinderen? Je eetgewoonten als kind bepalen in belangrijke mate je voedingspatroon als volwassene. Hier en daar gebeurt er onderzoek om te peilen naar het eetgedrag van onze Vlaamse kinderen. Maar veel gegevens zijn er nog niet beschikbaar. Tekst: Heidi Van de Keere
“Een gezonde voeding aanbieden op school is één zaak”, zegt Olaf Moens (Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie, VIG). “Maar de vraag welk eetgedrag onze kinderen hebben, is al even belangrijk. En eigenlijk beschikken we niet over lange-termijngegevens of globale gegevens hierover. We moeten ons steeds beperken tot fragmentaire gegevensbanken.” 1 2 3 aan tafel Wat het eetgedrag van kleuters betreft, verwijst Olaf Moens naar het onderzoek van Inge Huybrechts van de Universiteit Gent, dat is verwerkt in ‘1 2 3 aan tafel’. Hieruit blijkt dat kleuters te weinig gezond eten: ze drinken te weinig water en te vaak frisdrank, ze gebruiken te weinig volkorenbrood, te
weinig groenten en fruit, te weinig melk en melkproducten en te weinig vis. En ze snoepen te veel. Over het eetgedrag van lagere-schoolkinderen zijn de gegevens volgens Olaf Moens nog beperkter. “De meest recente gegevens rond
Babyvoeding op reis w Voor de allerkleinsten is borst voeding ideaal: altijd bij
de hand, op temperatuur, hygiënisch…
w Neem nooit bereide melkvoeding mee, zelfs niet
in een thermoskan. Bereid het flesje steeds net voor het gebruik. Neem eventueel wel een thermoskan warm water mee waaraan je net voor gebruik het poeder toevoegt. w Sommige merken start- en opvolgmelkvoeding bieden kanten klare brikverpakkingen aan. Ideaal voor op reis. Bewaar ze na opening steeds koel, en niet langer dan 24u. w Houd rekening met vertragingen op de weg/in het vliegtuig… Neem dus voldoende voorraad mee. w Voor baby’s die al vaste voeding krijgen, is potjesvoed ing een handig alternatief voor onderweg.
voedingsgedrag dateren van 1989 en zijn dus niet langer bruikbaar. De eerstvolgende voedselconsumptiepeiling die start in 2009 zal zich voor de eerste keer ook richten naar – 15 jarigen. Dan zullen we opnieuw gegevens hebben over het voedingsgedrag van advertentie
lagere schoolkinderen.” Voor het secundair onderwijs beschikken we over de resultaten van de HBSC-studie waarbij voor België vooral de vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde van de Universiteit Gent nauw betrokken was. Uit die laatste studie blijkt onder meer dat 18% van de 17-18-jarigen nooit ontbijt. Ook het percentage jongens van 1112 jaar en meisjes van 1314 jaar dat dagelijks ontbijt is gedaald tussen 2002 en 2006. Daarentegen is de consumptie van fruit en groenten gestegen tussen 2002 en 2006. De consumptie van gesuikerde frisdrank is bij jongens gedaald maar bij meisjes licht gestegen sedert 2002. Gedrag koppelen aan gezondheid Deze gegevens over het eetgedrag van kinderen zijn
volgens Olaf Moens even belangrijk als de gegevens over de inspanningen van het beleid om een gezonde voeding aan te bieden op school. “Het is goed mogelijk dat het aanbod op school fantastisch is, met bijvoorbeeld dagelijks de keuze uit een vleesschotel, een vegetarische schotel of een pastaschotel, maar dat een kind toch onevenwichtig eet door bijvoorbeeld dagelijks voor pasta te kiezen.” Uiteindelijk is al deze informatie op lange termijn interessant om het verband na te gaan tussen het eetgedrag en het gevoerde gezondheidsbeleid. Ervan uitgaande dat gezonde eetgewoontes als kind een goede bescherming bieden tegen aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, overgewicht, diabetes, bepaalde vormen van kanker en dat deze eetgewoontes mee beïnvloed worden door het voedingsaanbod in scholen. “Het zou mooi zijn als we dat op termijn met eigen Vlaamse cijfers kunnen bewijzen.”
| kids health
Gezond eten. Vlaamse scholen scoren goed De kwaliteit van de maaltijden die de Vlaamse scholen aanbieden, is goed. Het aanbod aan tussendoortjes en frisdranken is daarentegen wel nog voor verbetering vatbaar. Toch scoren de scholen ook op dat vlak beter dan enkele jaren geleden. Tekst: Heidi Van de Keere
D
at zijn enkele conclusies die het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie (VIG) trekt uit haar studie (2007) die peilde naar het gevoerde rook-, voedings- en bewegingsbeleid in scholen. Niet minder dan 2.358 Vlaamse scholen vulden de vragenlijst in. “De samenstelling van de schoolmaaltijden is in Vlaanderen over het algemeen relatief goed”, zegt Olaf Moens (VIG). “Knelpunten zijn misschien nog dat er te
veel vet vlees wordt aangeboden, en iets te weinig mager vlees en vis, dat de groenteporties niet altijd voldoende groot zijn, en dat er wat meer melkdesserts en fruit mogen aangeboden worden.” Maar daarmee is de kous ook af. Drankjes en tussendoortjes: kan beter in secundair onderwijs Wat volgens Olaf Moens wel nog voor verbetering vatbaar is, is het drankenaanbod in het secundair onderwijs. “Dat blijft een probleem. Secundaire scholen bieden nog
gretig frisdranken en gezoete fruitsappen aan: in meer dan 8 op 10 secundaire scholen zijn ze dagelijks te koop. We zien wel een gunstige evolutie in die zin dat secundaire scholen tegenwoordig een breder aanbod aanbieden – meer dan driekwart van de scholen biedt bijvoorbeeld ook gratis water aan – maar binnen dat aanbod moeten de gezonde alternatieven het meest evident zijn, op het vlak van beschikbaarheid, aantrekkelijkheid, kostprijs. En dat is nog niet altijd zo.” Het basisonderwijs voorziet
een beperkter aanbod aan drankjes, met vooral ‘gezonde’ keuzes. Verder blijkt dat het secundair onderwijs een inhaalbeweging moet doen op het vlak van gezonde tussendoortjes: ruim een derde van de secundaire scholen biedt dagelijks snoep aan. Daartegenover staat dat 60% ook regelmatig fruit aanbiedt. Praktijkgids voor scholen In ieder geval zijn de scholen er sedert de vorige bevraging in 2003 op vooruitgaan op het vlak van een gezond
voedingsaanbod. Maar aandacht blijft nodig. Om die re-T den werkte het VIG op vraag van de Koning Boudewijn-D stichting een praktijkgids uitd die scholen kan helpen omj een evenwichtig en gezondn voedings- en drankenaan-d bod samen te stellen. “Tegenz de zomervakantie zal dezet praktijkgids online te raad-k plegen zijn. Na de vakantiet kunnen onder andere scho-h len de gids gratis verkrij-m gen”, zegt Olaf Moens die dev brochure samenstelde. z z De volledige resultaten van hetm VIG-onderzoek kan u download-z en via www.vig.be e De praktijkgids “Gezond eten op school” zal in juli online beschikbaar zijn via www.kbs-frb.be
Kleuteronderwijs legt waardevolle basis Kinderen brengen een groot deel van hun tijd door op de schoolbanken. Onderwijs is belangrijk. En de kleuterschool vormt de ideale basis voor een goede start op de lagere school.
Tekst: Heidi Van de Keere
W
anneer een kind 2,5 jaar wordt, kan het na de eerstvolgende schoolvakantie naar school. Zo is het althans in Vlaanderen. De meeste kinderen zijn rond de leeftijd van 2,5 tot 3 jaar ook effectief klaar voor deze stap. Voor sommige kinderen, en in sommige omstandigheden (geboorte van broertje of zusje, ziekte, overlijden van een geliefd persoon) kan het beter zijn om het schoolgaan nog even uit te stellen. Voor de meeste kinderen is de stap naar de kleuterschool een grote stap. Bij kinderen die al vertrouwd zijn met een kinderdagverblijf of opvan-
ggezin verloopt het over het algemeen gemakkelijker. Laat je kind de overgang naar de kleuterschool in ieder geval ervaren als een stap naar het
groter worden. Zo zal het trots zijn en deze nieuwe stap als positief ervaren. Het is belangrijk om kleuters met regelmaat naar school te
laten gaan. Zo hoeft het kind zich niet telkens opnieuw aan te passen aan het ritme, de juf, de klasgenootjes, de afspraken op school… Bovendien vormt de kleuterschool de ideale basis voor een goede start in de lagere school. Al spelend leren kleuters heel wat dingen die nodig zijn om later te leren lezen, schrijven
Waar K&G eindigt, begint CLB Van zodra een kind de kleuterleeftijd heeft bereikt en naar school gaat, geeft Kind en Gezin de fakkel door aan Centra voor leerlingenbegeleiding (CLB). Het CLB staat vanaf dat moment in voor de opvolging van de ontwikkeling van het kind, voor vaccinaties, voor opvoedingsvragen. In het CLB werkt een team van artsen, verpleegkundigen, psychologen, pedagogen, maatschappelijk assistenten… Ze nemen de taak van ouders en school niet over maar trachten ondersteuning te bieden waar nodig. Het CLB werkt nauw samen met de school maar is onafhankelijk: als je het wenst, kun je er dus in alle vertrouwen iets vertellen, zonder dat deze informatie aan de school wordt doorgegeven. Huisarts, spilfiguur Vanzelfsprekend is en blijft ook de huisarts een spilfiguur waar je als ouder met allerlei vragen terecht kunt omtrent de gezondheid, ziektepreventie en de ontwikkeling van je kind. www.ond.vlaanderen.be/clb
T
en rekenen. Overheid wil kleuterpar-E ticipatie bevorderen h Hoewel de leerplicht in Vlaan-w deren pas start op de leeftijde van 6 jaar is de deelname aanz het kleuteronderwijs hoog,l zelfs zeer hoog tegenoverh andere Europese landen. On-g geveer 97% van alle Vlaamse vijfjarigen is ingeschreven op school. Toch is er een groep van vooral kansarme ouders die hun kind erg laat of helemaal niet inschrijft in de kleuterschool. Om ook die groep - die veel belang heeft bij deelname aan het kleuteronderwijs – te motiveren, werkt de Vlaamse overheid maatregelen uit. Het streefdoel is een zo hoog mogelijke kleuterparticipatie: zoveel mogelijk inschrijvingen én effectieve aanwezigheid van kleuters op school. Meer info: ‘Het ABC van baby tot kleuter van K&G
| kids health
Zindelijkheid: forceer je kind niet! Gewoonlijk worden kinderen zindelijk tussen de leeftijd van 2 en 5 jaar. Het hoort bij het normale ontwikkelingsproces. Je kind forceren heeft geen zin en kan zelfs leiden tot een foutief plasgedrag. Tekst: Heidi Van de Keere
De meeste kinderen worden zindelijk tussen 2 en 5 jaar. Maar dat gebeurt zeker niet noodzakelijk net vóór de eerste schooldag. Het zindelijk worden behoort tot het normale ontwikkelingsproces, volgens het tempo van het kind. Je kunt het niet forceren. Je kindje moet er in ieder geval klaar voor zijn: het moet in staat zijn om stabiel gehurkt te zitten en de blaascontrole moet voldoende ontwikkeld zijn zodat het kind zijn plas eventjes kan ophouden.
Als je kindje er rijp voor wordt, krijgt het geleidelijk aan interesse voor het toilet of potje, praat het over “pipi doen”. Als je merkt dat je kindje 2 uur na de vorige plas nog een droge luier heeft, kun je het op het potje laten zitten, eventueel met luier aan. Blijft de luier droog bij meer dan de helft van de controles, dan is de tijd rijp om de luier weg te laten. Als je kind al verschillende maanden overdag droog is, blijft het meestal spontaan ook ’s nachts droog. Je kan de nachtluier weglaten wan-
neer je kind minstens 3 op de 7 nachten droog is. Vergeet niet dat bedplassen niet abnormaal is tot de leeftijd van 7 jaar. Krijgt je kind de zindelijkheid ’s nachts of overdag echter niet onder controle, bespreek dit dan even met je arts. Weetjes w Als je kind zindelijk wordt, neem het dan op regelmatige tijdstippen mee naar het toilet en zet het op het potje. Het kind zal je nadoen. w Laat je kind de hele dag normaal drinken. Minder drinken heeft geen invloed
op het vlot zindelijk worden. w Beloon je kind met een ‘hoera’ als het op het potje heeft geplast, maar berisp het nooit als het niet wil lukken. w ‘Nog snel een plasje doen vóór we vertrekken’ leert je kind persen en leidt tot een foutief plasgedrag. w Besmettingen gaan niet over via de wc-bril. Overdri-
jf dus niet met de aandacht voor hygiëne. Het kan je kind afschrikken om elders naar het toilet te gaan. w Verwijt je kind nooit als het in bed heeft geplast. w Haal je slapende kind niet uit bed om te plassen. Meer info in de brochure ‘Het abc van baby tot kleuter’ Kind en Gezin.
Mijn peuter pubert…
Een peuter die vreselijk koppig is, alles zelf wil doen, en als een driftkikker te keer gaat als iets niet mag… Iedereen maakt deze taferelen wel eens mee. Gelukkig gaan de koppigheidsfasen en driftbuien rond de leeftijd van vier jaar over. Maar hoe ga je er mee om als ze zich voordoen? Tekst: Heidi Van de Keere
Eigenlijk is deze koppigheidsfase een positieve ontwikkeling in het leven van een peuter, in zijn groei naar zelfstandigheid. Rond die leeftijd ontdekt een kind dat het een eigen wil heeft en gaat het volop op zoek hoe
hij dat duidelijk kan maken aan zijn omgeving. Bij heel wat kinderen gaat deze groei naar zelfstandigheid gepaard met koppige momenten. Als ze niet te hevig zijn, kun je ze het best negeren. Gewoonlijk gaan ze vanzelf over. Gaat je kind echt te ver, zeg dan consequent “nee” zodat het
duidelijk aanvoelt dat zoiets niet kan. Het kan helpen om je kind allerlei dingen zelf te laten uitproberen (eten, aanen uitkleden…) ook al gaat het in begin nog stuntelig, en om het aan te moedigen bij wat het goed kan. Stel duidelijke grenzen bij driftbuien Peuters kunnen behalve koppig ook erg driftig zijn als iets niet mag, als ze moe zijn… Zich tegen de grond gooien, schoppen met armen en benen, bonken met het hoofd, het kan er allemaal bijhoren. Na zo’n driftbui voelt de peuter zich vaak zielig. Het geeft hem een naar gevoel om zo boos te worden. Hij deed het niet met opzet, het overkwam hem gewoon. Hij heeft er ook nog geen benul van dat dergelijke driftbuien niet worden gewaardeerd. En eigenlijk heeft hij af en toe zo’n bui nodig om zijn omgeving te laten merken hoe hij zich voelt.
Zodra de peuter kan praten, en zijn gevoelens verbaal kan uiten, nemen de driftbuien gewoonlijk af. Je kind mag dus boos worden maar geef wel aan hoever het mag gaan. Zet het eventueel eventjes in afzondering als het te erg wordt. Maar neem je kind na de driftbui even bij je om het te troosten. Zeg dat je blij bent dat de driftbui
over is. Laat het voelen dat je niet zijn persoon afwijst maar wel zijn reactie. Geef tot slot nooit toe om de driftbui te laten stoppen want dan voelt het kind snel dat het met boos en driftig worden zijn wil kan bereiken.
Voor meer info verwijzen we naar de brochure “Het ABC van baby tot kleuter” van K&G
10 | kids health
Allergie: een kwestie van overgevoeligheid
Huiduitslag, diarree, hoesten of piepen… Deze klachten kunnen meerdere oorzaken hebben. Bij een aantal kinderen worden ze veroorzaakt door allergie, gaande van koemelkeiwitallergie tot overgevoeligheid voor huisstofmijt of huisdieren. Zo veel mogelijk contact met het allergeen vermijden blijft de boodschap. Tekst: Heidi Van de Keere
I
n families waar allergieën voorkomen, is de kans groter dat ook de kinderen een allergie ontwikkelen. Een allergische aanleg van je kind kun je als ouder niet vermijden. Wel kun je een aantal maatregelen treffen om jonge kinderen met een verhoogd risico voor allergie te beschermen, en om de symptomen van allergische reacties te beperken. Niet roken is zo’n maatregel. Zo lang mogelijk borstvoeding geven is een andere. Zuigelingen die de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding krijgen, komen pas later in contact met koemelk en eiwitten waarop ze allergisch kunnen reageren. Dat moment uitstellen verkleint de kans dat je kind allergisch wordt. Koemelkeiwitallergie is vooral een probleem
T
13% kinderen heeft allergie
Z Uit cijfers van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid blijkt dat in België ruim 13% van de kinderen onder de 12 jaar kampt met een allergie. Kinderen van 6 tot 12 jaar hebben frequenter te maken met allergieën dan kinderen die jonger zijn dan 6 jaar. Tussen 2001 en 2004 daalde het voorkomen van allergieën bij kinderen onder de 6 jaar en zagen we een toename bij 6- tot 12-jarigen.
w
w
w
w
w
bij jonge zuigelingen omdat hun darmwand nog doorlaatbaar is voor grote voedseldeeltjes, vooral voor eiwitten, die rijkelijk aanwezig zijn in koemelk waaruit de flesvoeding wordt bereid. Naarmate het kind groeit, wordt de darmwand minder doorlaatbaar. Wanneer borstvoeding niet mogelijk is, kan de arts een hydrolysaatvoeding voorschrijven. Ze heeft dezelfde samenstelling als startvoedingen maar de grote eiwitten zijn tot kleine deeltjes afgebroken om allergische reacties te vermijden. Het huis saneren tegen huisstofmijt is nog een nuttige maatregel om kinderen met aanleg voor allergie te beschermen: kies voor gladde, goed te reinigen vloerbekleding, mijd dikke gordijnen,
zorg voor goede verluchting, houd de luchtvochtigheid zo laag mogelijk (zet de afzuigkap na het koken niet te snel af, droog de was niet binnenshuis…), gebruik een synthetisch dekbed, gebruik allergeendichte matras- of kussenhoezen, kies voor synthetische knuffels die je regelmatig wast, reinig vloeren bij voorkeur met flipper en
dweil. Gebruik alleen een stofzuiger met waterslot of HEPA-filter …. Soms moeilijke zoektocht Onthoud tot slot dat een allergie zich op veel verschillende manieren kan uiten. Het ene kind krijgt eczeem, het andere darmklachten, of neusloop, of een piepende ademhaling… Klachten die bovendien ook andere
oorzaken kunnen hebben dan een allergie. Toch is het belangrijk om al vroeg te achterhalen of en voor welke stoffen een kind overgevoelig is. Zo kun je contact met het allergeen maximaal vermijden.
Meer over koemelkeiwitallergie in de brochure ‘Flesvoeding, een mondje vol melk’ van K&G
11 | kids health
Met kinderen op vakantie: waaraan denken? Vakantie, koffers pakken, even weg uit de dagelijkse sleur, geen stress, alleen genieten… Ook met baby’s en jonge kinderen kan reizen zalig zijn. Houd wel rekening met specifieke behoeften. We zetten enkele tips op een rijtje. Tekst: Heidi Van de Keere
Zee & strand w Een goede bescherming tegen de zon is een must. Water en zand weerkaat sen de gevaarlijke zon nestralen fel. Smeer je kind helemaal in met een zonnebrandproduct met hoge beschermings factor (30 of meer), ook onder het T-shirt. w Zet kinderen steeds een hoedje of pet op. w Kies voor een degelijke zonnebril om de ogen te beschermen tegen de zon. w Zorg voor aangepast schoeisel (ter bescherm ing tegen scherpe voorw erpen op het strand). w Vergeet niet dat drijf hulpjes (zwemvestjes, zwembandjes…) geen ab solute bescherming tegen verdrinking bieden. Houd kinderen steeds in het oog.
w Houd ook een oogje in het
zeil als kinderen in het zand spelen: zandkuilen kunnen instorten en kinderen bedelven. w Laat kinderen voldoende drinken. Door de warmte verliezen ze veel vocht. Bos, boerderij, platteland w Gebruik een muggenhor en eventueel citronella olie om muggen op af stand te houden. Mijd chemische verdelgers. w Bijen, wespen en hom mels zitten graag op klaver: laat kinderen niet blootsvoets in het gras lopen. w Kies in het bos voor lange broek en lange mouwen. Zo verminder je het risico voor een tekenbeet. In specteer je kind iedere dag op tekenbeten. Ver wijder teken zo snel mo gelijk: neem de kop van de teek vast met een
pincet en draai de teek eruit. In de apotheek zijn speciale tekenpincetten of tekenhaken verkrijgbaar. Ontsmet nadien de wonde en controleer ze regelmatig. Raadpleeg steeds een arts als je de teek niet zelf kunt verwijderen, als de wonde nadien rood kleurt of zwelt of als het kind koorts maakt. w Leer kinderen om na con tact met dieren steeds hun handjes te wassen. w Houd er rekening mee dat bessen, bloemen en ander plantaardig materiaal dat je in de natuur vindt, giftig kan zijn. Met de tent op reis : super! w Houd rekening met de wisselende temperatuur in de tent en de voch tigheid van de bodem. w Gebruik stevige ma trassen en kampeerbedjes
met degelijke isolatie. voor voldoende hy giëne bij het bereiden van de maaltijden. w Let op met kampvuurtjes, gasbranders… Naar de bergen : let op voor ijle lucht w De berglucht bevat mind er zuurstof waardoor kind eren sneller moe of lastig kunnen zijn. w Laat kinderen jonger dan 2 jaar niet slapen boven 2.000 m. w Laat kinderen tussen 3 en 10 jaar niet slapen boven 3.000 m. w Blijf met kinderen tot 1 jaar beneden 1.000 m (om wiegendood te voor komen). w Vanaf 2.500 m kan je kind hoogteziek worden (uit zich vooral door ve randeringen in eetpa troon, hongergevoel, ge drag en humeur). w Plan bergtochten van beperkte duur. En las vol doende eet- en drink pauzes in. w Bescherm je kind steeds tegen de zon w Zorg
advertentie
Waarom zijn kinderogen zo gevoelig ? Een kinderoog heeft nog geen natuurlijke bescherming . Voor de leeftijd van 1 jaar bereikt 90% van de door het oog opgevangen UVA-stralen en 50% van de UVB-stralen het netvlies. De ooglens van het kind is volledig transparant en de pupil is zeer groot. Op die manier wordt het kind, veel meer dan een volwassene, blootgesteld aan een schadelijke hoeveelheid zonnestralen. Elke niet-beschermde blootstelling aan zonnestralen tast het zonnekapitaal van het oog aan en kan onomkeerbare letsels veroorzaken aan het oogweefsel. Kinderen goed beschermen is van kapitaal belang Gadgetbrilletjes zijn uit den boze. Ze filterende UV-stralen niet en zorgen er alleen voor dat pupil nog groter wordt. Het kind denkt dat het beschermt is en zet de ogen wijd open om naar de zon te kijken. Op dat ogenblik wordt het kind blootdgesteld aan een veel te grote hoeveelheid schadelijke stralen. Zorg voor permanente bescherming Kies een montuur dat is aangepast aan de vorm van het hoofd van uw kind. Brilmonturen moeten de ogen volledig bedekken en de glazen mogen zo weinig mogelijk zonnestralen doorlaten.
w Ook
kleine kinderen heb ben baat bij degelijke stapschoenen. Met het vliegtuig: informeer je goed w Sommige maatschappij en hebben babybedjes voor kinderen jonger dan 1 jaar. Vraag ze tijdig aan. w Informeer naar de mo gelijkheden inzake baby voeding (strenge regle mentering voor vloeistof fen in de handbagage!). w Geef op voorhand door of je een babymaaltijd wenst w Zuigflessen kun je aan boord klaarmaken en op warmen Houd rekening met mogelijke vertragin gen. Zorg voor extra voeding. w Voorzie een fopspeen of iets om te drinken tijdens opstijgen en landen om last in de oortjes te ver minderen. w Geef je kind ook tijdens de vlucht voldoende te drinken; de lucht in het vliegtuig is droger. Op basis info uit “Het ABC van baby tot kleuter, brochure van K&G
12 | kids health
Kinderziektes vermijden: blijven vaccineren is de boodschap!
Mazelen, bof, rodehond… De huidige generatie kinderen krijgt de typische kinderziekten van weleer niet meer. Gelukkig! Want ze kunnen gepaard gaan met ernstige verwikkelingen. Toch zijn deze infectieziektes nog niet van de aardbol verdwenen. Adequaat blijven vaccineren is een must om ze onder controle te houden. Tekst: Heidi Van de Keere
Professor Jose Ramet Diensthoofd Pediatrie Universitair Ziekenhuis Antwerpen – UZA
A
lleen de inenting tegen kinderverlamming (polio) is in ons land wettelijk verplicht. Al sedert 1967. Kinderverlamming komt in België niet meer voor en ook de Europese regio is sinds 2002 poliovrij verklaard. “Ook mazelen, bof en rodehond verdwenen in de loop van de voorbije decennia geleidelijk aan dankzij efficiënte vaccinatiecampagnes”. zegt Prof. José Ramet (diensthoofd kindergeneeskunde, UZ Antwerpen). “Hersenvliesontsteking
(meningitis) veroorzaakt door Haemophilus influenzae type b (Hib) is in ons land zo goed als verdwenen sedert de introductie van de vaccinatie in 1993. De vaccinatie tegen de meningokok type C, die eveneens een ernstige vorm van hersenvliesontsteking kan veroorzaken, werpt intussen ook haar vruchten af.” Tegenwoordig wordt ook aanbevolen om jonge kinderen te laten inenten tegen pneumokokken (die onder meer hersenvliesontsteking kunnen veroorzaken), hepatitis B (geelzucht), en rotavirus. Dit laatste veroorzaakt maag-darminfecties met diarree, braken, koorts en kans op uitdroging tot gevolg. Dankzij vaccinatie kunnen we dus heel wat ziekten voorkomen. Blijven vaccineren Dat is goed nieuws. “Toch moeten we goed beseffen dat deze daling slechts in stand kan worden gehouden door kinderen op grote schaal te blijven vaccineren”, benadrukt José Ramet. “Er is geen enkele reden om te denken dat deze ziekten zijn uitgeroeid. Er is alleen een goede bescherming dankzij de vaccina-
tie. We zien deze aandoeningen wel vaker heropflakkeren in bepaalde bevolkingsgroepen die om één of andere – vaak religieuze – reden vaccinatie weigeren.” Nochtans hebben we er volgens de Antwerpse kinderarts alle belang bij om deze kinderziektes te voorkomen. Ze zijn namelijk niet zo onschuldig als ze misschien lijken. “Ze kunnen gepaard gaan met ernstige verwikkelingen.” In ontwikkelingslanden is mazelen bijvoorbeeld nog al-
ilus influenzae B, hepatitis B en polio. Ook de vaccins tegen mazelen, bof en rode-T hond worden samen in één spuitje aangeboden. “Het zou nuttig kunnen zijn om er in de toekomst bijvoorbeeld ook het vaccin tegen windpokken (varicella) aan toe te voegen. Dat laatste wordt nog niet systematisch toegediend waardoor de ziekte nog niet verdwenen is. Toch kan ook windpokken gepaard gaan met ernstige complicaties”, aldus nog Prof. Ramet.
Nieuwe kinderziektes? De klassieke kinderziekten verdwijnen van het toneel. In plaats daarvan zijn er een aantal infectieziekten die vaker dan vroeger schijnen voor te komen. Dat geldt bijvoorbeeld voor bronchiolitis veroorzaakt door het Respiratoir Syncytiaal virus (RSV). “Deze acute infectie van de onderste luchtwegen gaat regelmatig gepaard met verwikkelingen en heel wat kinderen met deze aandoening belanden in het ziekenhuis”, zegt Prof. Ramet. Er is geen vaccin beschikbaar om RSV-bronchiolitis te voorkomen. “Wel bestaat er een preventieve behandeling voor risicokinderen zoals te vroeg geboren kinderen met een laag geboortegewicht en kinderen met een hartafwijking.” Geen schrik voor vijfde kinderziekte En hoe zit het met de zogenaamde vijfde kinderziekte ? Ze wordt veroorzaakt door een virus (Parvovirus B 19) en kan gepaard gaan met koorts en huiduitslag op de wangen, maar vaak verloopt ze zonder symptomen. En zelden of nooit is een ziekenhuisopname vereist. “Geen aandoening om ongerust over te zijn, en geen prioriteit om preventieve maatregelen te treffen”, besluit Prof. Ramet.
Opvoeden, hoe doe je dat? Kinderen opvoeden is een hele uitdaging. Het thema maakt ook het onderwerp uit van heel wat boeken die een nuttige leidraad kunnen zijn voor ouders: je vindt er vaak erg herkenbare situaties in terug, met een aantal nuttige tips. Dit zijn slechts enkele voorbeelden: w Peter Adriaenssens (kinder- en jeugdpsychiater, UZLeuven) licht in een aantal boeken,
tijd verantwoordelijk voor een belangrijk deel van de kindersterfte. Meerdere vaccins, één prikje Om het aantal prikjes te beperken, en kinderen toch te beschermen tegen zoveel mogelijk kinderziekten, worden meer en meer combinatievaccins gebruikt. Ze verzamelen verschillende vaccins in één spuitje. Zo is er een zesvoudig spuitje beschikbaar dat beschermt tegen difterie (kroep), tetanus, pertussis (kinkhoest), Haemoph-
die in de loop van de voorbije jaren zijn uitgegeven bij uitgeverij Lannoo, verschillende aspecten van de opvoeding toe. Enkele toppers zijn: w “Opvoeden is een groeiproces. Wegwijzer voor vaders en moeders” (ISBN 90 209 4118 6) w “Van hieraf mag je gaan. Over het opvoeden van tieners” (ISBN 90 209 3887 8) w “Mijn kind is bang (en ik ook). Opvoeden tot weerbaarheid” (ISBN 90 209 3120 2) w Uit haar persoonlijke ervaring als kinderverpleegkundige, coach en moeder, en uit wat ouders en opvoeders, aan wie ze les gaf, haar meedeelden, schreef Marieke Vande pitte: w “Ter ere van het kind. Opvoeden met hart en ziel”. Het boek verscheen recent bij uitgeverij Ankh-Hermes (Nederland) (ISBN: 978 90 202 0230 4)
13 | kids health
Vaccineren tegen pneumokokken: terecht!
De pneumokok, een bacterie die verantwoordelijk is voor hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging maar ook longontstekingen en oorontstekingen veroorzaakt, kan bijzonder agressief zijn. Kinderen die jonger zijn dan 2 jaar, vormen een belangrijke risicogroep. In België is het pneumokokkenvaccin sinds januari 2007 in het vaccinatieprogramma voor zuigelingen opgenomen. Tot op vandaag werden er 180 miljoen doses verdeeld in meer dan 90 landen. een veralgemeende vaccinatie. Het aantal raadplegingen bij de kinderarts voor longontsteking daalde met 39%, het aantal raadplegingen voor oorontsteking verminderde met 43% en het aantal antibioticavoorschriften (vooral
Tekst: Heidi Van de Keere
P
neumokokken kunnen aanleiding geven tot verschillende aandoeningen, gaande van hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging tot longontstekingen en oorontstekingen. Kinderen jonger dan 2 jaar vormen een belangrijke risicogroep omdat de bacterie vooral in deze jonge populatie circuleert. Besmetting gebeurt vooral via speekseldruppeltjes (niezen, uitwisselen van speelgoed of fopspenen) op plaatsen waar kinderen nauw samenleven, zoals in kinderdagverblijven. Pneumokokkenziekten kunnen ernstige gevolgen hebben. Uit een studie van de Belgische Vereniging van Kinderartsen (2002-2003) blijkt dat ongeveer 2,5% van de kinderen (< 5 jaar) die een pneumokokkeninfectie doormaakt, sterft aan de gevolgen ervan, 3% van de getroffen kinderen houdt er ernstige restletsels aan over zoals epilepsie, verlamming of leerachterstand. Prikje op 2, 4 en 12 maanden Rekening houdend met de zware gevolgen van pneumokokkeninfecties be-
schouwt de Wereldgezondheidsorganisatie de preventie van pneumokokkeninfecties als een prioriteit. De Hoge Gezondheidsraad en de pediatrische artsenorganisaties in België raden aan om alle zuigelingen in te enten met het pneumokokkenvaccin. De overheid ging haar verantwoordelijkheid niet uit de weg en nam het pneumokokkenvaccin op in het vaccinatieprogramma voor zuigelingen. Het vaccin is sinds januari 2007 gratis beschikbaar voor alle kinderen jonger dan 2 jaar. Sinds 1 januari 2008 wordt de inenting aangeboden aan alle nieuwgeborenen. De volledige vaccinatie bestaat uit drie prikjes die worden gegeven op de leeftijd van 2, 4 en 12 maanden. Op de resultaten van de veralgemeende vaccinatie blijft het in ons land nog even wachten. De vooruitzichten zijn hoopgevend. In de Verenigde Staten, waar ze al sinds 2000 inenten tegen pneumokokken, daalde het aantal ernstige pneumokokkeninfecties in de gevaccineerde groep met 98% na invoering van
voor oorontsteking) ging met 42% achteruit. Met de hoge vaccinatiegraad in België – ongeveer 90% van de kinderen in ons land krijgt de verschillende vaccins die de algemene vaccinatiekalender aanbev-
eelt – ziet het er zeker naar uit dat we de Amerikaanse cijfers zullen evenaren.
Op basis van een interview met Dr. Pirard, Medisch Directeur, Wyeth Meer informatie over vaccinaties: www.pneumo.be
14 | kids health
Kinderziekenhuis straalt warmte uit!
Kansen om les te volgen, mogelijkheden voor spel en ontspanning, ruimte voor de ouders, opvang voor broers en zusjes, de organisatie van vakantiekampen voor chronisch zieke kinderen… Kinderziekenhuizen ondernemen heel wat om kinderen en hun gezin zo warm mogelijk te onthalen. “Maar onze belangrijkste uitdaging blijft om het verblijf in het ziekenhuis zo kort mogelijk te houden.”
ing met een liaisonequipe en een thuiszorgequipe maakt het mogelijk om voeding of bepaalde medicatie die viaT een baxter moet worden gegeven, thuis toe te dienen.“ Op die manier kunnen kin-g deren meer thuis zijn, ook ina een terminale fase.” d Gelijkaardige inspanningeng om de verblijfsduur in heth ziekenhuis te beperken ge-z beuren ook op andere kin-s Prof. Dr. Y. Benoit derafdelingen in de zieken-m huizen, het motto indachtigr Dept. Ped. Haemato-Oncology dat de thuissituatie voorV & Stem Cell transplantation University Hospital Ghent een kind, indien de omstan-p digheden het toelaten, dew at zegt Prof. Yves beste is en blijft. r Benoit (Pediatrische v haemato-oncologie, 11% kinderen 0-3 jaar naar ziekenhuis g UZ Gent). Al jarenlang zet e hij zich in voor kinderen met Een ziekenhuisopname met overnachting is voor jonge d kanker en helpt hij ervoor kinderen geen zeldzaamheid. Volgens cijfers van Kind & v zorgen dat kinderren het Gezin werd in 2004 ruim 11% van de Vlaamse kinderen b tijdens hun verblijf in het jonger dan 3 jaar in een ziekenhuis opgenomen. In de o ziekenhuis zo comfortabel leeftijdsgroep van 3 tot 6 jaar en van 6 tot 12 jaar lagen v mogelijk hebben. “In Gent de cijfers een stuk lager: respectievelijk 1,3% en 2,6%. b bieden we al sinds de jaren s m m m d D t v b e a i Zorg dragen voor het gebit begint wanneer het eerste tandje doorbreekt. Vanaf dat moment wordt er tandplak gevormdv en is regelmatig poetsen de boodschap om gaatjes te voorkomen. Gebruik voor kinderen tot zes jaar een pasta met eenk w laag fluoridegehalte. Want overdaad schaadt! h h w niets doen w Van 2 tot 6 jaar: kindertandpasta ter grootte beurt vervangen door: a Tekst: Heidi Van de Keere w Vóór doorbraak eerste w Twee fluoridemoment- van een erwt w opzuigen van één fluori-d De Vlaamse Werkgroep voor melktand: en per dag (‘s ochtends en w Van 6 tot …: detabletje (0,25 mg fluoride) i w Gezonde Tanden (VWGT), niets doen ‘s avonds); door tweemaal w drie fluoridemoment- w spoelen met een fluoride-e een werkgroep binnen het w Vanaf doorbraak eerste poetsen met kindertandpasta en per dag (‘s ochtends, ‘s mondspoelmiddel) z Verbond der Vlaamse Tand- melktand tot 2 jaar: (max. 500 ppm fluoride) middags en ‘s avonds); bij e artsen (VVT) werkte een ad- w één fluoridemoment w zolang kind niet kan voorkeur door driemaal po- Voor meer details en andere ad-A vies uit over poetsen en een per dag (‘s avonds) door een- spoelen : een héél weinig etsen met gewone tandpasta viezen van de VWGT verwijzeni optimaal fluoridegebruik. maal poetsen met erg weinig kindertandpasta aanbrengen (1.000 tot 1.500 ppm fluo- we naar de website van het Ver-v Dit zijn enkele tips: kindertandpasta (max. 500 w eenmaal kind kan ride) bond der Vlaamse Tandartsen:i w Vóór de geboorte: ppm fluoride) spoelen: een hoeveelheid w Eventueel één poets- www.vvt.be m Tekst: Heidi Van de Keere
D
’70 onderwijs aan. Het is belangrijk dat kinderen, ondanks hun ziekte, de boodschap krijgen dat ze toch in het normale leven blijven staan, dat er niet moet afgehaakt worden. Op die manier proberen we ook de herintrede in het gewone leven na het ziek-zijn te vereenvoudigen”, benadrukt Yves Benoit. “Sinds half jaren ’80 werken we bovendien nauw samen met orthopedagogen die spel en animatie verzorgen buiten de lesuren. Ook TV, video, DVD, computer, internet, het bezoek van een clown, een goochelaar, een BV, een leesmoeder… brengen verzet.” Bedoeling is om het aantal dode momenten zoveel mogelijk te beperken en om de kinderen zo veel mogelijk warmte en comfort aan te bieden. “Voor onze jongeren met kanker organiseren we jaarlijks ook enkele weekends. Ze hebben
er deugd aan om onder lotgenoten te zijn. De vakantiekampen voor chronisch zieke kinderen – voor onze kinderen met kanker gaan we deze zomer voor de 20ste keer op kamp - zijn telkens weer momenten om naar uit te kijken…” Ouders, broers en zussen worden evenmin vergeten Veel meer dan vroeger gaat er ook aandacht naar de ouders, broers en zussen van opgenomen kinderen. “Vroeger was de pediatrie een gesloten afdeling met glazen boxen, met erg strikte bezoekuren. Broers en zusjes mochten niet of nauwelijks op bezoek komen”, zegt Yves Benoit. “Tegenwoordig ziet een kinderkliniek er helemaal anders uit. Er is meer ruimte, de sfeer is huiselijker, er is veel meer comfort voor ouders die bij hun kind wensen te blijven. Op onze afdeling bieden we onder
professionele begeleiding ook opvang aan voor broers en zussen die mee op bezoek komen.” Zo kort mogelijk Er gebeuren dus heel veel inspanningen om kinderen en hun gezin in het ziekenhuis zo goed mogelijk op te vangen. “Toch blijft het onze belangrijkste uitdaging om het verblijf in het ziekenhuis zo kort mogelijk te houden”, zegt Prof. Benoit. “Zo zorgen we ervoor dat de nodige onderzoeken en/ of behandelingen op een zo kort mogelijke tijd kunnen gebeuren. Onze samenwerk-
Poetsen: van zodra eerste tandjes doorbreken!
15 | kids health
Ouders die geweldloos opvoeden geven hun kinderen een onschatbaar cadeau
Behalve de erfelijke aanleg van een kind bepaalt ook de manier waarop de omgeving met dat kind omgaat, hoe die aanleg tot uiting komt. Kinderpsychiater Peter Adriaenssens (KU Leuven) roept ouders op tot een geweldloze opvoeding. Maar de overheid en de samenleving moeten ouders de nodige ondersteuning bieden. Opvoeden van jongeren is een opdracht op verschillende niveaus. Tekst: Heidi Van de Keere
“Vanuit onze discipline groeit de bezorgdheid dat het aantal kinderen dat jeugdhulp, of toch een vorm van gespecialiseerde hulp, nodig heeft langzaam toeneemt”, zegt Prof. Peter Adriaenssens. “Dat zou ons als samenleving toch moeten verontrusten.” Vast staat dat het een complexe problematiek betreft waarin verschillende factoren een rol spelen. “Terwijl vele ouders zelf nog uit een generatie komen waarin men er redelijk van overtuigd was dat je mits een goede opvoeding een goed kind grootbrengt, weten we intussen dat ook erfelijke aanleg een nietverwaarloosbare rol speelt”, benadrukt Peter Adriaenssens. “Wel is het zo dat de manier waarop de omgeving met dat kind omgaat heel erg mee kan bepalen wat er van die aanleg tot uiting komt.” De Leuvense kinderpsychiater legt uit dat een groot deel van de kinderen wordt geboren met hersenen die zich erg soepel kunnen aanpassen aan allerlei nieuwe situaties, zoals een echtscheiding van de ouders. “Dat zijn de kinderen die het allemaal wel aankunnen. Anderzijds heeft 30% van de kinderen hersenen met een kwetsbare aanleg. Dat wil niet zeggen dat er fundamenteel iets mis is, maar wel dat deze kinderen kwetsbaarder zijn”. Het zijn vaak die kinderen die een diagnose krijgen van ADHD, of die gedragsmoeilijk zijn, of niet zo sociaal vaardig… “Voor die kinderen is alles wat bovenop het normale komt te veel.”
Vechtscheidingen en geweld laten sporen na Enerzijds is er een hele batterij aan fenomenen die de samenleving op jongeren afvuurt (alcohol, drugs, maar ook prestatiegerichtheid, de hoge verwachtingen inzake sociale vaardigheden…). Een andere groep van stressfactoren die eveneens heel erg bepalen hoe een kind zich verder ontwikkelt, situeert zich volgens Peter Adriaenssens in het intieme domein van de huissfeer. “De realiteit is dat ernstig probleemgedrag op termijn heel vaak te maken heeft met wat jonge kinderen thuis meegemaakt hebben, een problematische echtscheiding bijvoorbeeld. Ik wil hiermee niet zeggen dat scheiden op zich een probleem vormt, als je het tenminste redelijk doet. Maar naar schatting zijn tegenwoordig 30% van de scheidingen vechtscheidingen. En die zijn toch een belangrijke bron van stress bij kinderen.” Prof. Adriaenssens verwijst ook naar de hoge incidentie van partnergeweld. “Ongeveer 1 op 3 tussenkomsten van de politie aan huis heeft te maken met één of andere vorm van geweld.” Help je kinderen, begin bij jezelf Wat kun je als ouder doen om je kinderen te helpen in hun groei naar een mooi mens? “Begin bij jezelf”, geeft Peter Adriaenssens als raad mee. “Als je erin slaagt om een gezin te hebben dat het schip redelijk stabiel in de haven houdt, dan is dat een enorme bonus die bijdraagt tot de zelfredzaamheid van je kinderen.” Verder raadt hij ouders aan om naar hun ‘echte’ kind
te kijken, om realistisch te zijn, en hun kind niet onder druk te zetten van allerlei grote dromen. “De zogenaamde watervalkinderen die een groot probleem vormen in het onderwijs zijn vaak kinderen die van thuis niet naar het beroeps- of technisch onderwijs mogen gaan, en die hun motivatie al kwijt zijn op het moment dat ze daar dan toch terechtkomen.” Ouders van hyperactieve
in ’t veld in huis te hebben. Anderen lopen de muren op. Als kind maakt het wel een heel groot verschil welk soort ouders je hebt…” Overheid en samenleving dragen ook verantwoordelijkheid Wanneer er iets misloopt, worden ouders makkelijk met de vinger gewezen. Toch beklemtoont Peter Adriaenssens dat ook de overheid en de samenleving hier een
van die buitenwereld kunnen rekenen, vindt Peter Adriaenssens een spijtige zaak “De drugsindustrie, bijvoorbeeld, wordt weinig aangepakt. We merken een snelle toename vanuit de kant van de porno-industrie: kinderen en jongeren worden bestookt met erotisch materiaal. In allerlei humorprogramma’s vindt men het blijkbaar grappig om jongeren aan te zetten om seksscènes te fil-
kinderen krijgen van de Leuvense kinderpsychiater de raad om niet automatisch naar medicatie te grijpen maar om in de eerste plaats zelf op zoek te gaan hoe ze een prettige kant aan hun kind kunnen zien, hoe ze van hun kind kunnen genieten. “Kinderen met ernstige gevallen van ADHD hebben medicatie nodig. Er is ook de andere groep met een lichtere vorm. We zien een erg grote verscheidenheid aan ouders. Sommige ouders vinden het grappig om zo een spring
belangrijke opdracht hebben. Zo merkt hij op dat ouders voldoende financiële armslag moeten hebben om een beschermende thuis te creëren. “Als je op dit ogenblik geen redelijk woonhuis meer kunt kopen met één wedde is het de vraag of die samenleving zich echt nog wel correct gedraagt.” Maar ook het feit dat ouders moeten opboksen tegen allerlei opvoedproblemen die door de buitenwereld worden binnengebracht in het gezin, terwijl ze op weinig steun
men… Dat resulteert soms in jongerengedrag waarvan ouders achterover vallen en zich afvragen hoe ze dat nu weer moeten aanpakken.” Volgens Peter Adriaenssens onderneemt de samenleving heel weinig inspanningen om mee voor de eigen deur te vegen, en onderschat het beleid hoeveel beschermend werk het zou kunnen verrichten. “De kernvraag blijft hoeveel een samenleving wil investeren om problemen op lange termijn beter te voorkomen”, besluit hij.