Kern 6: geit-pauw-duif-ei In deze kern leert uw kind Letters: g - ui - au - f - ei Woorden: geit, pauw, duif, ei
Alle letters compleet In kern 6 leert uw kind de laatste nieuwe letters. Op het eind van deze kern zijn 34 letters aan de orde geweest. Het zijn lettertekens voor alle 34 klanken die in eenvoudige woorden met de combinatie medeklinker-klinker-medeklinker voorkomen. Ook woorden met klinker-medeklinker (uit) of medeklinker–klinker (kei) kunnen worden gelezen. De nieuwe woorden en letters worden aangeboden aan de hand van het voorleesverhaal, behorend bij het thema ‘Wat komt er uit een ei?’.
Begrijpend lezen Al vanaf het begin wordt het lezen van woorden en zinnen geoefend. Maar er wordt ook geoefend in het kritisch lezen van zinnen en het begrijpen van de betekenis van zinnen.
Begrijpend lezen oefenen Een oefenvorm in begrijpend lezen is het kiezen van de juiste zin of zinnen bij een tekening. Uw kind krijgt bijvoorbeeld een tekening van een jongetje dat naar een bus loopt. Het kan kiezen uit de volgende zinnen: (a) rik loopt naar de bus. (b) rik zit in de bus. (c) de mus zit bij de paal. (d) ik zie een paal bij de bus. Bij zo'n oefening moet het kind de zin begrijpen om het juiste plaatje te kunnen selecteren.
Vlot lezen oefenen Het maken van wisselwoorden neemt nog steeds een belangrijke plaats in. Op die manier worden ook de laatst geleerde letters toegepast in het vlot lezen van woorden. Nu alle letters aan bod zijn geweest, wordt het vlot lezen van woorden steeds belangrijker. Met een goede basis kan immers begonnen worden aan steeds moeilijkere woorden en lettercombinaties.
Spellen bij kern 6 Spel 1: Onzin-zinnen Maak een aantal briefjes met daarop telkens de volgende woorden: Briefje 1: ik ... Briefje 2: in de ... Briefje 3: met een ... Vul daarna samen met uw kind eerst de eerste briefjes in, vervolgens de tweede en de derde. Doe de briefjes dan in drie bakjes of mandjes. Trek om beurten een briefje uit ieder bakje of mandje. Leg ze achter elkaar en lees de zin op die zo ontstaat. Is het een zin-zin of onzin-zin? In elk geval is het leuk!
Spel 2: Een woordslang maken Maak samen met uw kind een woordslang. Begin met een woord en zoek om beurten een woord dat begint met de laatste letter van het laatstgenoemde woord, bijvoorbeeld: brief - fles - soep. Kunt u beiden na een minuut bedenktijd geen woord meer vinden, dan stopt het spel. U kunt de woorden ook opschrijven en samen nog eens doorlezen. Speel het spel een tweede keer en beperk de keuze van de woorden tot bijvoorbeeld dierennamen. Schrijf deze woorden op. Teken vervolgens boven de woordslang een optocht van de genoemde dieren.
Spel 3: Met de computer spelen Na deze kern kent uw kind alle letters. In de nieuwsbrief van kern 2 werd u het idee aangereikt om uw kind woorden te laten typen op de computer. Als u van deze tip gebruik hebt gemaakt, weet uw kind al aardig de weg op het toetsenbord. Stimuleer het vooral tot het maken van teksten of verzin samen spannende verhalen. Print de teksten en verhalen, verzamel ze en laat uw kind er een mooie tekening bij maken.
Spel 4: Maak een mooie kalender! Nu uw kind alle letters beheerst is het leuk om in te gaan op een van de functies van schrijven: Door dingen op te schrijven hoef je niet alles te onthouden. Een voorbeeld hiervan is een verjaardagskalender. Door de namen van je vrienden op een kalender op te schrijven hoef je niet te onthouden wanneer ze jarig zijn, maar kun je het opzoeken. Maak samen met uw kind 12 kalenderblaadjes. Neem hiervoor 12 witte vellen papier. De bovenste helft van deze bladzijden kunnen door uw kind voorzien worden van een leuke tekening of een plaatje uit een tijdschrift. Op de onderste helft schrijft u per blad de naam van de maand en tekent u 29, 30 of 31 schrijflijntjes (voor de namen van de jarigen). Elk schrijfregeltje wordt genummerd. Hierna kunnen de namen van de jarigen elke maand worden ingevuld. Deze kalender krijgt een mooie plaats op de kamer van uw kind of op een centrale plaats in huis.
Spel 5: Het kan, het kan niet In dit spel proberen kinderen zoveel mogelijk kaartjes te veroveren van goed lopende zinnen. De zinnen staan op kaartjes die eerst moeten worden losgeknipt. Leg de kaartjes dan op een stapeltje met de geschreven kant naar beneden in het midden van het spel. Zet twee of meer pionnen op 'start'. Bepaal met een worp van de dobbelsteen wie als eerste mag beginnen. De eerste speler zet de pion zoveel hokjes vooruit als de ogen van de dobbelsteen aangeven. Vervolgens leest hij eerst het woord in het hokje en pakt daarna een kaartje van de stapel. Dan leest de speler de zin op het kaartje en kijkt of het woord van het hokje past in de zin. Klopt de zin, dan mag hij het kaartje houden en legt het met de tekst naar beneden voor zich neer. Klopt de zin niet, dan wordt het kaartje met de tekst naar boven bij de speler neergelegd. Bij zijn volgende beurt kijkt die speler eerst of het woord past bij dit kaartje. Pas als dit kaartje is omgedraaid kan bij een volgende beurt een nieuw kaartje worden gepakt. Op een hokje met een ster mag je zelf een woordje bedenken bij de zin. Speel net zolang door tot alle kaartjes op zijn. Wie heeft de meeste kaartjes?
Spel 6: Spel voor 2 personen Maak van elk werkblad twee keer een kopie. Bij voorkeur plakt u de werkbladen voor het uitknippen op stevig papier of karton. Knip de kaartjes van werkblad 2a uit. Leg de kaartjes in het midden op tafel. De plaatjes liggen bovenop. Knip de kaartjes van werkblad 2b uit. Leg ze op een stapel. De jongste speler mag beginnen. Spelregels: Neem een kaartje van de stapel. Lees de zin voor. Zoek een dier dat bij de zin past. Leg dat plaatje voor je neer. Leg de zin terug onder de stapel. Ligt er geen dier dat past bij de zin dan gaat je beurt voorbij. Wie heeft aan het eind de meeste dieren? Die heeft gewonnen.
Spel 7: ZOEM de bij Naast allerlei spelletjes om het lezen te bevorderen ook een activiteit die aan het leren lezen gelinkt is, namelijk het vouwen van een eigen ZOEM de bij. ZOEM de bij leidt de leerlingen door alle thema's van de methode Veilig Leren lezen. Door middel van een vouwvoorbeeld en vouwinstructie kunnen de kinderen aan de slag. Op de website van Vouwjuf Janet staan filmpjes waarin de basisvouwsels worden uitgelegd. Veel vouwplezier!