Kadernota 2014 2015 2016 2017
2
Agendanummer
: 11
Volgnummer
: 41
Raadsvergadering
: 9 juli 2013
Kenmerk
: stafafdeling bzm
Onderwerp
: Kadernota 2014-2017
Brielle, 11 juni 2013.
Beslispunt: Vaststellen Kadernota 2014-2017. 1. Inleiding Ter voorbereiding op de begroting 2014-2017 hebben wij een kadernota opgesteld die wij u hierbij ter vaststelling aanbieden. Evenals voorgaande jaren hebben wij er voor gekozen geen afzonderlijke voorjaarsnota uit te brengen. De belangrijkste (budgettaire) ontwikkelingen tot op dit moment zijn samengevat in een overzicht dat aansluit bij de in de 2e wijziging van de programmabegroting 2013 opgenomen mutaties. Omdat deze mutaties afzonderlijk al onderwerp van bespreking en advisering zijn geweest in de betreffende vakcommissies zou het opnemen in een voorjaarsnota slechts leiden tot een herhaling van zetten. Voor zover uit deze wijzigingen structurele effecten optreden zijn zij uiteraard van belang voor de kadernota en daarmee voor de begroting 2014-2017. Waar dit van toepassing is zijn deze bedragen dan ook opgenomen in deze kadernota. Het nieuwe beleid t.o.v. van de door u vaststelde begroting 2013-2016 (incl. 1e wijziging) is zoals de afgelopen jaren gebruikelijk onderverdeeld in “onvermijdbaar”, “gewenst” en “ontwikkelingen met (mogelijk) financiële gevolgen”. Mutaties in het bestaande beleid zijn opgenomen onder de diverse programma’s. In het overzicht onder het kopje “Uitkomsten kadernota” zijn mutaties in de hiervoor genoemde rubrieken ten opzichte van de uitkomsten van de meerjarenbegroting 2013-2016 opgenomen. Uit dit overzicht blijkt dat, naar de huidige inzichten, in alle jaren die deze Kadernota bestrijkt een tekort wordt verwacht. Oplopend van ruim € 700.000 in 2014 tot ruim € 1,7 miljoen in 2017. Beoogd effect Deze kadernota geeft een eerste doorkijk naar de financiële vooruitzichten voor de komende begroting. U wordt hiermee geïnformeerd over de financiële ruimte en de mogelijkheden voor de voortzetting van het bestaande beleid en/of in gang zetten van nieuw beleid. In het licht van uw kaderstellende rol kunt u aangeven welke ontwikkelingen u al dan niet gerealiseerd wenst te zien of welke in de kadernota niet genoemde zaken alsnog dienen te worden opgenomen. Tevens verwachten wij van u dat u aangeeft waar eventueel extra benodigde middelen kunnen worden gevonden en welke posten/programma’s bij verdere bezuinigingen in ieder geval dienen te worden ontzien. De op deze wijze door u aan te geven kaders, wijzigingen, aanvullingen en suggesties zullen worden verwerkt in de op te stellen programmabegroting 2014-2017, die u in september zal worden aangeboden. Daarnaast zullen ze worden gebruikt om te komen tot een voorstel tot mogelijke bezuinigingen en ombuigingen die er toe moeten leiden dat er (in ieder geval) in 2017 weer sprake zal zijn van een sluitende begroting.
3
Burgemeester en wethouders van Brielle, de secretaris,
W. van Noord
4
de burgemeester,
K.J. Schipper, loco
Inhoudsopgave
Kadernota ................................................................................................ 1 Financiële vooruitzicht/meerjarenperspectief.......................................... 7 Ontwikkelingen 2013 (Voorjaarsnota) ..................................................................... 7 Tekort 2013 ........................................................................................................ 7 Jaarrekening 2012 ............................................................................................... 7
Uitkomsten kadernota .............................................................................. 9 Overzicht mutaties bestaand beleid ........................................................................ 9 Overzicht nieuw/gewenst beleid ............................................................................. 9 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Onvermijdbaar ............................................................................................................. 10
Toekomstvisie interne organisatie .............................................................. Gevolgen verhoging voorziening grondexploitatie ......................................... Rente/opbrengst beleggingen .................................................................... Afwikkeling grote projecten ....................................................................... Opbrengsten vrijkomende locaties ............................................................. Plan centrum management/bezoekers- en citymanagement ..........................
10 11 11 12 12 13
Gewenst: .................................................................................................................... 14 Ontwikkelingen met (mogelijk) financiële gevolgen: ......................................................... 16
0 Algemeen bestuur ............................................................................... 17 1 Openbare orde en veiligheid................................................................ 18 1.
Dierennoodhulp ....................................................................................... 18
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Onderhoud wegen buiten de bebouwde kom ............................................... Waterschapslasten wegen binnen bebouwde kom ........................................ Onkruidbestrijding wegen ......................................................................... Schoon, heel en veilig .............................................................................. Baggeren ................................................................................................ Onderhoud sloten en oeververdediging ....................................................... Vervangen beschoeiingen .........................................................................
1. 2.
Opbrengst specieberging .......................................................................... 21 Ondergrondse energieopslag ..................................................................... 21
1. 2.
Passend Onderwijs ................................................................................... 22 Doordecentralisatie Onderwijshuisvesting PO............................................... 22
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
Personeelskosten Dijckhuis ....................................................................... Dukdalf, BRES, ’t Dijckhuis, gymzalen ........................................................ Inhuur BHV-ers museum/stadhuis ............................................................. Verzekering kunstobjecten buitenruimte ..................................................... Plantsoenafval ......................................................................................... Kosten van volksfeesten ........................................................................... Kermis.................................................................................................... Opbrengst verhuur havens ........................................................................ Kinder Open Monumentendag .................................................................... BRES ...................................................................................................... Dukdalf................................................................................................... Renovatie kademuren 2017....................................................................... Machinale knipper ....................................................................................
23 23 24 24 25 25 25 25 25 25 25 25 26
Decentralisaties ................................................................................................. 1. Participatiewet ......................................................................................... 2. Jeugdzorg ............................................................................................... 3. Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg ................................................. 4. CJG ........................................................................................................ 5. WMO ......................................................................................................
27 27 28 28 28 28
2 Verkeer, vervoer en waterstaat ........................................................... 19 19 19 19 19 19 20 20
3 Economische zaken ............................................................................. 21 4 Onderwijs ............................................................................................ 22 5 Cultuur en recreatie ............................................................................ 23
6 Sociale voorzieningen en maat-schappelijke dienstverlening.............. 27
5
6. Decentralisatie AWBZ ............................................................................... 7. a. Passend onderwijs ................................................................................ b. Onderwijshuisvesting ...................................................................................... 8. Aangekondigde bezuiniging op Huishoudelijke Hulp ...................................... 9. Minimabeleid ........................................................................................... 10. Voorschoolse educatie ..............................................................................
28 29 29 29 29 29
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
30 30 31 31 31 31 32
7 Volksgezondheid en milieu .................................................................. 30
8. 9.
Regie op zorg/ huiselijk geweld ................................................................. Maatschappelijke opvang .......................................................................... Implementatie Nota Lokaal Volksgezondheidsbeleid ..................................... Reiniging ................................................................................................ Riolering ................................................................................................. Milieubeheer; bijdrage DCMR..................................................................... Lijkbezorging...........................................................................................
Investeringen .............................................................................................................. 32
Renovatie riolering 2017 ........................................................................... 32 Onderhoud paden oude begraafplaats 2013 ................................................ 32
8 Ruimtelijke ordening en ................................................................... 33 volkshuisvesting .................................................................................... 33 1. 2. 3. 4.
Bestemmingsplannen ............................................................................... Huuropbrengst ........................................................................................ Vinex bijdrage particuliere bouw ................................................................ Leges aanvragen Wabo-vergunning............................................................
33 33 33 33
1. 2.
Algemene uitkering gemeentefonds............................................................ 35 WOZ-baten ............................................................................................. 39
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats
Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ........................... 35 Paragraaf Bedrijfsvoering ...................................................................... 40
8.
6
personeelskosten .................................................................. automatisering ..................................................................... huisvesting binnendienst ........................................................ stadhuis/museum ................................................................. huisvesting buitendienst ........................................................ tractie ................................................................................. gebouwen ............................................................................
41 43 43 44 44 44 44
Investeringen .............................................................................................................. 46
Vervangen verlichting stadskantoor ............................................................ 46
Financiële vooruitzicht/meerjarenperspectief Ontwikkelingen 2013 (Voorjaarsnota) In deze nota geven wij een overzicht tot heden van de belangrijkste ontwikkelingen betreffende het lopend begrotingsjaar. Wij zien derhalve ook voor 2013 af van de opstelling van een afzonderlijke Voorjaarsnota. Het financieel perspectief voor 2013 is na de 2e wijziging van de Programmabegroting als volgt: Progr. Omschrijving 0 2 2 2 2 3 3 3 3 5 5 5 5 6 6 7 8 9 9 9 9 Bedr. Bedr. Bedr.
saldo begroting 2013 incl. 1e wijzing Cursus Politiek Actief Uitvoering verkeerscirculatieplan binnenstad Werkprogramma onderhoud wegen 2013 Stroomvoorz. vrachtwagenparkeerplaats Seggelant-Oost Overheveling budgetten Grondgebied van 2012 Uitbreiding weekmarkt Aanpassen c.q. inrichten standplaatsen Verkoopkosten landbouwgronden Overheveling budgetten Grondgebied van 2012 Inhuur BHV-ers museum Overdrachtskosten kleedruimtes VV Zwartewaal Viering troonswisseling Overheveling budgetten Grondgebied van 2012 Voorschoolse educatie Minimabeleid Overheveling budgetten Grondgebied van 2012 Overheveling budgetten Grondgebied van 2012 Uitvoering collegeprogramma 2010-2014 GVVP van 2012 Uitvoering college programma (verkeerscirc.deelplan binnenstad) Precariobelasting standplaatsen Ten laste van onvoorziene uitgaven Personeelskosten: overheveling budgetten BZM van 2012 Gebouwen: overheveling budgetten GG van 2012 Stadhuis/museum: overheveling budgetten BZM van 2012 saldo voor bestemming beschikking reserves: onderhoud wegen renovatie openbaar groen egalisatie rioolrecht alg reserve inzake overheveling budgetten van 2012 naar 2013 saldo na bestemming
2013 0 14.230 13.000 452.640 2.500 31.056 1.672 19.600 17.672 561.667 17.943 4.550 15.000 82.205 11.099 20.322 45.931 29.559 130.000 -13.000 -13.500 -81.250 47.879 13.271 20.000 1.444.046 -452.640 -38.514 -30.411 -892.643 29.838
Tekort 2013 Het nadelig saldo van de Voorjaarswijziging bedraagt € 29.838 en kan ten laste van de algemene reserve worden gebracht. Jaarrekening 2012 Het resultaat (na bestemming) over 2012 bedraagt € 11.878.172 negatief. Dit saldo wordt met name veroorzaakt door een per saldo dotatie van € 13.060.519 aan de voorziening voorlopig resultaat grondexploitatie, in verband met de verwachte risico's
7
inzake de opbrengsten van diverse locaties. In ons voorstel over de jaarrekening 2012 zal u over de bestemming van het resultaat worden voorgesteld om: • € 199.901 ten laste te brengen van de algemene risicoreserve (dotatie voorziening voorlopig resultaat) • € 611.325 ten laste van de reserve grondexploitatie (wegens rente over de voorziening voorlopig resultaat 2011) • € 12.249.293 ten laste te brengen van de algemene reserve (dotatie voorziening voorlopig resultaat) • € 728.000 ten gunste van de nieuw te vormen reserve ICT (wegens niet bestede en niet overgehevelde budgetten van voorgaande jaren) • € 454.347 conform bestaand beleid ten gunste te brengen van de algemene reserve (AR) Zoals hierboven aangegeven wordt een bedrag van € 892.643 opnieuw ter begroting gebracht, ter uitvoering van zaken die in 2012 nog niet of nog niet geheel zijn gerealiseerd. Dit bedrag zal in 2013 worden onttrokken aan de algemene reserve. Per saldo zal er uiteindelijk dus een netto onttrekking aan de AR plaatsvinden van € 12.687.588 (saldo AR per 31/12/2012 € 59.118.746). Het geraamde begrotingstekort voor 2012 bedroeg € 908.030
8
Uitkomsten kadernota Omschrijving
2014
2015
2016
2017
Bestaand beleid Uitkomsten meerjarenbegroting 20132016 (incl. 1e wijziging)
0
0
0
0
46.827
540.587
1.045.006
1.188.447
46.827
540.587
1.045.006
1.188.447
Onvermijdbaar
584.145
584.145
461.145
461.145
Gewenst
104.170
115.320
118.620
118.320
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
688.315
699.465
579.765
579.465
Aanpassen belastingen en tarieven
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Saldi overig
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
735.142
1.240.052
1.624.771
1.767.912
mutaties bestaand beleid Saldi bestaand beleid Nieuw/gewenst beleid:
Ontwikkelingen Saldi nieuw/gewenst beleid Overig:
Totaal * minteken is voordeel
Overzicht mutaties bestaand beleid In de kadernota zijn per programma (en de paragraaf bedrijfsvoering) de belangrijkste verschillen –uitgaande van voortzetting van bestaand beleid - aangegeven ten opzichte van de door u op 13 november 2012 vastgestelde Programmabegroting 2013-2016, inclusief de eerste wijziging. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de uitkomsten en daarmee van de totale afwijking van de jaarschijven van de begroting 2014-2017. Omschrijving Programma 0
2014 0
2015 0
2016 0
2017 0
Programma 1
16.000
16.000
16.000
16.000
Programma 2
30.871
48.371
65.372
84.728
Programma 3
13.800
13.800
13.800
13.800
Programma 4
0
0
0
0
Programma 5
-61.322
-97.762
-79.341
-107.619
Programma 6
96.716
75.094
75.094
75.094
Programma 7
49.046
43.387
45.018
41.003
Programma 8
205.615 -569.872
235.848 -46.105
244.553 354.747
188.675 578.380
Bedrijfsvoering
265.973
251.954
309.763
298.386
Saldi
46.827
540.587
1.045.006
1.188.447
Overzicht algemene dekkingsmiddelen
* minteken is voordeel
Overzicht nieuw/gewenst beleid De bovenstaande uitkomsten zijn zoals aangegeven tot stand gekomen uitgaande van voortzetting van bestaand beleid en uitvoering van het collegeprogramma 2010-2014.
9
Naast deze mutaties is er nog sprake van een aantal zaken waarvan het bestuurlijk of ambtelijk gewenst wordt geacht om deze in de meerjarenraming 2014-2017 te verwerken of waaraan verzoeken van derden ten grondslag liggen. In de onderstaande tabellen wordt hiervan een overzicht met toelichting gegeven, onderverdeeld als volgt: Onvermijdbaar Gewenst Ontwikkelingen met (mogelijk) financiële gevolgen
Onvermijdbaar Nr.
Omschrijving
1. 2.
Toekomstvisie interne organisatie Gevolgen verhoging voorziening grondexploitatie
3.
Rente/opbrengst beleggingen
2014
2015
2016
2017
p.m. 512.000
p.m. 512.000
p.m. 512.000
p.m. 512.000
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
4.
Afwikkeling grote projecten
p.m.
5. 6.
Opbrengsten vrijkomende locaties Plan centrum management / bezoekers- en citymanagement
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
72.145
72.145
-50.855
-50.855
584.145
584.145
461.145
461.145
Totaal
minteken is voordeel.
Toelichting 1.
Toekomstvisie interne organisatie Onder het kopje ‘Kostenplaats personeelskosten’ is onder ‘k.’ melding gemaakt van het opgestelde koersdocument “Op eigen kracht, (samen) werken aan Brielle”. In het licht van dat document en de door de raad gevraagde bezuinigingen, zullen wij meer specifiek bij de aanbieding van de gemeentebegroting mededelingen doen over de uitvoering van dat document. In hoofdlijnen volgt hieronder een overzicht van de genomen initiatieven: - In relatie tot mogelijke uitbesteding van het onderhoud van het openbaar groen, is een doorlichting gemaakt van het organisatieonderdeel “afdeling Beheer Openbare Ruimte” (BOR). Deze doorlichting heeft geleid tot een wijziging van dat organisatieonderdeel resulterend via natuurlijk verloop van een afname van de personeelsformatie van BOR van 5,86 % in 2015; - In verband met de door de gemeente opgepakte exploitatie van de BRES en de multifunctionele accommodatie in Vierpolders is – in aansluiting op een intern onderzoek – een extern bureau gevraagd een onderzoek in te stellen naar de bedrijfsvoering, in het bijzonder gericht op de noodzakelijk geachte personeelssterkte. Het resultaat van dat onderzoek verwachten wij zo rond het zomerreces. De resultaten van dat onderzoek zouden ook een aanzet kunnen geven voor de uit het koersdocument voortvloeiende lijn om te bezien of uitvoering door samenwerking/uitbesteding een haalbaar alternatief is. - Er loopt een onderzoek naar de gewenste personeelsformatie bij de afdeling VROM; dat in het kader van de afgenomen bouwactiviteiten;
10
- De uitvoering van het plan om de leerplicht via samenwerking elders onder te brengen is in een gevorderd stadium; - De inhuur van externen is in een afbouwfase; twee structureel ingehuurde medewerkers zijn sinds recent niet meer werkzaam voor de gemeente; - De ICT-component bij de gemeente is in een samenwerkingsverband weggezet, onder de naam Syntrophos, met gelijktijdige overgang van een tweetal medewerkers naar dat samenwerkingsverband. Zie ook paragraaf Bedrijfsvoering. 1 k.
2.
Gevolgen verhoging voorziening grondexploitatie Op basis van de aangepaste woningbouwplanning, de huidige economische situatie en de gewijzigde voorschriften m.b.t. de waardering van gronden binnen de grondexploitatie is in de jaarrekening 2012 de voorziening voorlopig resultaat grondexploitatie verhoogd met € 13.060.519. De omvang van deze voorziening bedraagt nu per ultimo 2012 € 28.343.637 In ons voorstel tot bestemming van het resultaat (na bestemming) van de jaarrekening hebben wij aangegeven dat het gedeelte van het resultaat dat wordt veroorzaakt door de dotatie aan de voorziening wordt gedekt door te beschikken over de volgende reserves: Grondexploitatie € 611.325 algemene risicoreserve € 199.901 algemene reserve € 12.249.293 Tegenover deze voorziening staat een boekwaarde per ultimo 2012 van € 51.190.610. Tot en met de begroting 2013 is over deze boekwaarde een rente berekend van 5%. Doordat de rente over de boekwaarden wordt geactiveerd is de voorziening, bij ongewijzigde omstandigheden niet toereikend omdat de boekwaarden zijn gestegen met de bijgeboekte rente. Over de voorziening wordt eveneens rente berekend, maar deze bedraagt 4%. In de praktijk betekent dit dat de rente over de voorziening, die wordt toegevoegd aan de reserve grondexploitatie, bij de jaarrekening weer wordt beschikt ter dekking van een (extra) dotatie aan de voorziening. Deze systematiek wordt vanaf deze begroting aangepast. In het vervolg zal over de boekwaarde van de grondexploitatie een rente van 4% worden berekend. Dit betekent dat voor een gedeelte van de verwachte toekomstige verliezen geen rente meer wordt berekend, maar dat het verlies gelijk wordt genomen. Dit heeft als budgettair effect dat er een nadeel optreedt van 1% van de boekwaarde van de grondexploitatie op 1 januari van het begrotingsjaar. Dus voor de bovengenoemde boekwaarde per 1 januari 2013 van € 51.190.610 betekent dit een nadeel van € 512.000.
3.
Rente/opbrengst beleggingen In de begroting 2013-2016 heeft nog beschikking kunnen plaatsvinden over de reserves ‘Beleg 5’ en ‘Beleg 10’. Ultimo 2016 is volgens de staat van reserves behorende bij deze begroting het saldo van deze reserves nihil respectievelijk € 306.879. In het jaar 2016 bedraagt de totale beschikking over deze reserves nog € 1.702.836. Voor het jaar 2017 zou, aangezien de maximale beschikking over de reserve € 306.879 kan bedragen, een begroot nadeel optreden van € 1.395.957. Dit is uitgaande van het worst-case scenario dat de in 2016 vrijvallende belegging van € 50.000.000 een rendement oplevert van 0%. Hoewel 11
een rendement van 4% in de huidige omstandigheden wellicht iets te optimistisch is, gaan wij er vanuit dat de opbrengst in 2016 in ieder geval voldoende is om nog een aantal jaren als dekkingsmiddel te kunnen dienen. Hierbij dient nog wel te worden aangetekend dat de eventueel niet benodigde middelen niet meer op dezelfde wijze kunnen worden belegd. In verband met het invoeren van het verplichte ‘schatkistbankieren’ zullen deze middelen moeten worden aangehouden op een rekening bij ’s-Rijks schatkist. Deze zal een aanzienlijk lager rendement opleveren.
4.
Afwikkeling grote projecten Inmiddels is de eindafrekening van een aantal grote projecten opgesteld. Het betreft dan met name sportpark Geuzenpark en de mfa Vierpolders. Zoals bekend is bij zowel Geuzenpark als de mfa Vierpolders sprake van een onderschrijding van de kredieten i.v.m. aanbestedingsvoordelen. Hierdoor zullen ook de geraamde kapitaallasten lager uitvallen. Deze kapitaallasten worden gedekt uit de daarvoor in het leven geroepen bestemmingsreserves. De omvang van deze reserves kan door de lagere kapitaallasten kleiner worden. Dit betekent een verschuiving van deze reserves naar de algemene reserve. Aangezien zowel de algemene reserve als de genoemde bestemmingsreserves (met uitzondering van de reserve onderwijshuisvesting) niet rentedragend zijn, d.w.z. dat er geen rente aan de reserves wordt toegevoegd maar dat deze ten gunste komt van de exploitatie, hebben deze mutaties geen budgettaire effecten. In de renteverdeling is echter wel rekening gehouden met een toerekening van 5% rente aan de investering. Deze rentetoerekening is een bate voor de exploitatie, hier betekent een lagere werkelijke investering dus een nadeel. Doordat er minder geld is uitgegeven betekent het anderzijds dat het financieringssaldo gunstiger uitvalt, er hoeft immers minder geld te worden geleend c.q. uit eigen middelen te worden gefinancierd. Aangezien de rente over het financieringssaldo in de huidige meerjarenraming is gesteld op 0,75% in 2013 oplopend tot 2% in 2016, treedt er nadeel op van het verschil tussen de rente over de activa van 5% en de rente over het financieringssaldo maal het lagere investeringsbedrag. Aangezien in de nieuwe meerjarenraming er nog vele andere mutaties zullen optreden die hun effect hebben op de renteverdeling wordt deze mutatie meegenomen in de op te stellen begroting.
5.
Opbrengsten vrijkomende locaties In de reserve ‘sportpark Geuzenpark’ en de reserve ‘Huisvesting onderwijs’ is rekening gehouden met de opbrengst van de woningbouw op de vrijgekomen locaties. Op basis van de huidige woningbouwplanning is het in ieder geval zeker dat de opbrengsten op een later tijdstip zullen worden gerealiseerd dan waarmee in de ramingen rekening is gehouden. Daarnaast is het maar de vraag of de opbrengsten tot de geraamde bedragen zullen worden gerealiseerd. Het gevolg hiervan kan zijn dat de reserves niet toereikend zullen zijn om gedurende de volledige afschrijvingstermijn de kapitaallasten te dekken en dat, om dit te voorkomen, een aanvullende dotatie zal moeten worden gedaan. Zoals hiervoor al is aangegeven zal de reserve ‘sportpark Geuzenpark’ kunnen worden verlaagd omdat de werkelijke investering lager uitvalt. De aanvullende dotatie zou in dit geval kunnen worden gedekt uit het bedrag dat anders terug vloeit naar de algemene reserve.
12
Het merendeel van de opbrengsten komt echter ten gunste van de reserve ‘Huisvesting onderwijs’. Gelet op de opvang van deze reserve in relatie tot de te storten opbrengsten is een extra dotatie op dit moment nog niet nodig. Temeer omdat er nog een aantal zaken in de pijplijn zitten die effect kunnen hebben op deze reserve, zoals de eventuele uitname uit het gemeentefonds voor onderwijshuisvesting en de overheveling van het buitenonderhoud en aanpassingen van de scholengebouwen voor primair onderwijs naar de schoolbesturen. Zodra hierover meer duidelijkheid is verkregen zal een nieuwe berekening worden gemaakt over de toereikendheid van deze reserve.
6.
Plan centrum management/bezoekers- en citymanagement In relatie tot de invoering van de “Verordening op de heffing en invordering van een reclamebelasting’, een en ander ter uitvoering van het plan ‘Ondernemersfonds 2012-2015 binnenstad Brielle’, alsmede tussen de gemeente en de Stichting Citymarketing Management Brielle gesloten uitvoeringsovereenkomst voor de jaren 2012 tot en met 2015 zijn afspraken gemaakt over de financiering van de uitvoering van citymarketing c.q. –citymanagement. Tot en met het jaar 2013 zijn daarvoor dekkingsmiddelen in de gemeentebegroting opgenomen. Voor de jaren 2014 en 2015 is in de begroting verwerkt een bedrag van € 50.855,--/jaarlijks. Voor de uitvoering van het plan ‘Ondernemersfonds 2012-2015 binnenstad Brielle’ dienen voor beide jaren nog aanvullende financiële middelen beschikbaar te worden gesteld van jaarlijks € 72.145.
13
Gewenst: Nr.
Omschrijving
2014
2015
2016
2017
1.
Stuurgroep Voorne-Putten
6.300
6.300
6.300
6.300
2. 3.
Deelname vestingstedendagen Maatregelen woningmarkt (Startersleningen, promotiemaatregelen)
3.870
3.870
3.870
3.870
100.000
100.000
100.000
100.000
Investeringen 4.
Banken
0
3.500
6.900
6.700
5.
Uitbreiding pick-up
0
7.500
7.250
7.000
6.
Systeemtrekker + hulpapparatuur
-6.000
-5.850
-5.700
-5.550
104.170
115.320
118.620
118.320
Totaal minteken is voordeel
Toelichting 1.
Stuurgroep Voorne-Putten Twee jaar geleden is de economische monitor Voorne-Putten vormgegeven. De eerste twee jaar werd de update/uitbreiding uit het budget SVP betaald. Vanaf 2013 moeten de gezamenlijke gemeenten daar apart een structureel budget voor regelen. De Economische Effect Rapportage (EER) is een nieuw project waarvoor door de portefeuillehouders en vervolgens de Stuurgroep Voorne-Putten groen licht is gegeven. Bekostiging niet uit de SVP pot maar gedeeld door de vijf gezamenlijke gemeentes.
2.
Deelname vestingstedendagen Tijdens de vestingstedendagen van de Vereniging Nederlandse Vestingsteden verzorgt de gemeente een statische en een dynamische presentatie. Verwacht wordt dat het publiciteitsmateriaal de komende jaren vervangen moet worden.
3.
Maatregelen woningmarkt (Startersleningen, promotiemaatregelen) In de openbare raadsvergadering van 13 november 2012 heeft de gemeenteraad unaniem de door de fractie van de VVD ingediende motie “Woningbouwstimulering” aangenomen. In vervolg daarop is de notitie "Woningbouwstimulering" opgesteld en opinierend in de raadsvergadering van 18 april 2013 behandeld. In deze notitie worden een aantal thema’s genoemd die direct invloed hebben op de stagnerende woningmarkt. De belangrijkste daarvan is het beschikbaar stellen van startersleningen. De mogelijkheden daartoe zullen nader onderzocht moeten worden. Om de gewenste maatregelen uit te kunnen voeren is in totaal een budget van € 100.000 per jaar opgenomen.
14
4.
Banken Voor de bestaande houten banken zijn bij schade of noodzakelijke reparatie geen planken meer leverbaar. Daarnaast zijn de betonnen voeten veelal beschadigd. Gezien het bovenstaande en om veiligheidsredenen worden de komende 2 jaar ca. 15 banken per jaar vervangen door stalen banken. Zowel in 2014 als in 2015 is € 30.000 opgenomen.
5.
Uitbreiding pick-up Als gevolg van de wijziging bij BOR is er behoefte aan een extra transportmiddel. Dit transportmiddel moet worden ingezet voor en door de coördinator openbare ruimte, de opzichter openbare ruimte, de 1e medewerkers en buiten de normale werktijden door de coördinator storingsdienst. Als gekozen wordt om voor dit vervoermiddel uit te gaan van een kleine 4x4 Pick-up, dan is dit een ideale combinatie om in te zetten voor het vegen/strooien/schuiven van fietspaden. Aanschafkosten € 50.000.
6.
Systeemtrekker + hulpapparatuur Voor 2013 staat de aanschaf van een systeemtrekker met hulpapparatuur geraamd voor € 60.000. Met de komst van een extra pick-up is deze aanschaf overbodig en kan vervallen.
15
Ontwikkelingen met (mogelijk) financiële gevolgen: Prog ram- Omschrijving ma 1. 2.
2014
2015
2016
2017
Herinrichting wijk Meeuwenoord Personeelskosten beheer Dukdalf, Dijckhuis en Bres
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Totaal
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
minteken is voordeel
Toelichting 1.
Herinrichting wijk Meeuwenoord Na afronding van de nieuwbouw in het havengebied van de wijk Meeuwenoord zal het openbaar gebied opnieuw ingericht worden.
2.
Personeelskosten beheer Dukdalf, Dijckhuis en Bres Zoals hiervoor onder “Toekomstvisie interne organisatie” al is aangegeven is in verband met de door de gemeente opgepakte exploitatie van de BRES en de multifunctionele accommodatie in Vierpolders – in aansluiting op een intern onderzoek – een extern bureau gevraagd een onderzoek in te stellen naar de bedrijfsvoering, in het bijzonder gericht op de noodzakelijk geachte personeelssterkte. Het resultaat van dat onderzoek verwachten wij zo rond het zomerreces. De resultaten van dat onderzoek zou ook een aanzet kunnen geven voor de uit het koersdocument voortvloeiende lijn om te bezien of uitvoering door samenwerking/uitbesteding een haalbaar alternatief is.
16
0
Algemeen bestuur
Nr Omschrijving
2014
2015
2016
2017
. . Totaal
minteken is voordeel
Geen mutaties.
17
1
Openbare orde en veiligheid
Nr omschrijving 1.
Dierennoodhulp Totaal
1.
2014
2015
2016
2017
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
minteken is voordeel
Dierennoodhulp Voor 2011 is besloten (cie BZM van 19 april 2011) om de kosten voor (wettelijk verplichte) opvang van zwerfdieren te vergoeden op basis van de kostprijs. Dit betekent dat de raming voor 2011 is verhoogd van € 1.500 naar € 5.000. Voor 2013 en verder zal het Streekdierentehuis met een voorstel komen voor een basispakket Dierennoodhulp, gebaseerd op een vaste vergoeding per inwoner. Naar verwachting zal deze € 1 per inwoner bedragen.
18
2
Verkeer, vervoer en waterstaat
Nr omschrijving
2014
2015
2016
2017
1.
5.284
5.284
5.285
8.141
6.500
6.500
6.500
6.500
3.340
3.340
3.340
3.340
-8.480
-8.480
-8.480
-8.480
5.527
5.527
5.527
5.527
18.700
18.700
18.700
18.700
0
17.500
34.500
51.000
30.871
48.371
65.372
84.728
3.
Onderhoud wegen buiten de bebouwde kom Waterschapslasten wegen binnen bebouwde kom Onkruidbestrijding wegen
4.
Schoon, heel en veilig
5.
Baggeren (storting in reserve)
6.
Onderhoud sloten en oeververdediging
2.
Investeringen 7.
Vervangen beschoeiingen
Totaal
1. Onderhoud wegen buiten de bebouwde kom Een aantal wegen buiten de bebouwde kom is in beheer en onderhoud bij het Waterschap Hollandse Delta. De bijdrage aan het waterschap wordt jaarlijks verhoogd met een in de septembercirculaire over de uitkering GF bekend gemaakt indexpercentage. De hogere lasten betreffen de verwachte verhogingen in 2013 en 2014.
2. Waterschapslasten wegen binnen bebouwde kom De hogere waterschapslasten worden vooral veroorzaakt door de uitbreiding van het aantal wegen, vooral in Nieuwland-Oost. Daarnaast wordt de verhoging veroorzaakt door de wijziging in een watersysteemheffing en een wegenheffing.
3. Onkruidbestrijding wegen De onkruidbestrijding van wegen wordt vanwege het specialistisch karakter van de benodigde apparatuur volledig uitbesteed. Vanaf 2012 tot 2014 is c.q. wordt het areaal aan wegen langzaam vergroot vanwege de stapsgewijze oplevering van de wegen in Nieuwland-Oost.
4. Schoon, heel en veilig Zoals vermeld in het jaarverslag over 2011 is na enkele jaren van ervaring met het project ´schoon, heel en veilig´ duidelijk dat het budget te hoog is. De kosten, verminderd met de bijdragen van derden, kunnen verlaagd worden met € 8.480.
5. Baggeren De baggerwerkzaamheden van keurplichtige watergangen zijn opgenomen in het baggerplan en moeten 1 keer in de 7 jaar plaatsvinden. In Brielle worden
19
deze werkzaamheden gefaseerd uitgevoerd in 3 opeenvolgende jaren. Voor de komende cyclus wordt gebaggerd in de jaren 2015, 2016 en 2017. De totale kosten over deze 3 jaren stijgen in totaal met € 27.635 (2015 -/€ 32.455; 2016 -/- € 12.455; 2017 + € 72.545) als gevolg van: In 2017 moet voor het eerst ook de wijk Nieuwland gebaggerd worden. Voor het storten van bagger in de Plas van Heenvliet moet een klein bedrag per ton betaald wordt voor veiligheidsvoorzieningen etc. De reserve baggeren dient ter egalisatie van de kosten in de 3 opeenvolgende jaren. De storting wordt dan ook vanaf 2013 (mee te nemen in de najaarswijziging 2013) verhoogd met € 5.527 per jaar.
6. Onderhoud sloten en oeververdediging Door de onderstaande vier factoren is het budget voor het onderhouden van oeververdedigingen en het verwijderen van riet etc. ontoereikend geworden: a) De laatste tien jaren is de te onderhouden hoeveelheid watergangen toegenomen, terwijl het beschikbare budget niet meegegroeid is, maar als gevolg van de bezuinigingen zelfs met 10% verlaagd is. Ook is er geen prijsindexering toegepast. b) Naast de onder a) genoemde areaaluitbreiding neemt de groei van waterplanten door klimatologische factoren explosief toe. c) Het waterschap bezuinigt op onderhoud aan hun hoofdwatergangen binnen de bebouwde kommen, waardoor zij hier geen taluds meer maaien en ook de verwijderde waterplanten niet meer afvoeren. Om esthetische redenen zorgt de gemeente alsnog voor de afvoer daarvan. d) Door het waterschap zijn een aantal natuurvriendelijke oevers uit het stedelijk waterplan geschrapt, waardoor extra in oeververdediging geïnvesteerd moet worden. Investeringen
7. Vervangen beschoeiingen De gemeente Brielle heeft ca. 20 km dubbelzijdig beschoeide sloten en watergangen in beheer (ca. 40 km beschoeiing). Het vervangingscriterium is dat alleen ernstig door houtrot aangetaste beschoeiing wordt vervangen. Het oorspronkelijke budget was bedoeld voor het vervangen van ca. 400 m. per jaar. Bij nadere inspectie blijkt dat de komende jaren in totaal ca. 3950 m. beschoeiing moet worden vervangen. Dit zal gefaseerd in 3 jaar worden uitgevoerd. Uitgaven 3 keer € 150.000 (af te schrijven in 15 jaar). .
20
3
Economische zaken
Nr omschrijving
2014
2015
2016
2017
1.
Opbrengst specieberging
5.000
10.000
15.000
20.000
-5.000
-10.000
-15.000
-20.000
2.
Storting in de reserve onderhoud Put van Heenvliet Ondergrondse energieopslag
13.800
13.800
13.800
13.800
0
0
0
0
13.800
13.800
13.800
13.800
Investeringen 3.
2017: Vervangen gebouwenbeheersysteem WKO Totaal
1. Opbrengst specieberging Het storten van bagger in de Plas van Heenvliet loopt langzaam ten einde, waardoor ook de opbrengsten terug zullen lopen. In het contract is destijds aangenomen dat de werkzaamheden in 2016 zouden zijn afgerond, maar gezien het teruglopen van het aanbod van te storten materiaal wordt nu verwacht dat het gebied pas in 2018/2019 als recreatiegebied overgedragen zal worden. De lagere opbrengst heeft tot gevolg dat de storting in de reserve onderhoud Plan van Heenvliet daalt met hetzelfde bedrag.
2.
Ondergrondse energieopslag Op basis van de werkelijke kosten van de afgelopen jaren dient het budget voor onderhoud te worden aangepast. Investeringen
3. Vervangen Gebouwenbeheersysteem WKO Investering € 82.583 Afschrijvingstermijn: 10 jaar (1e afschrijving in 2018) Toelichting: Het GBS (gebouwenbeheersysteem) van de energiecentrale warmte en koude opslag is conform het meerjarenonderhoudsplan (MOP) in 2017 na 10 jaar aan vervanging toe.
21
4
Onderwijs
Nr omschrijving 1. 2.
2014
2015
2016
2017
Passend Onderwijs Doordecentralisatie onderwijshuisvesting PO
p.m. p.m.
p.m. p.m.
p.m. p.m.
p.m. p.m.
Totaal
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
1. Passend Onderwijs De Wet Passend Onderwijs is op 9 oktober 2012 door de Eerste Kamer aangenomen. Afspraken over Passend Onderwijs worden door de Samenwerkingsverbanden vastgelegd in ondersteuningsplannen. Deze ondersteuningsplannen dienen verplicht in op overeenstemming gericht overleg met de gemeente besproken te worden. Per augustus 2014 verdwijnt het huidige systeem van indicatiestelling en wordt de zorgplicht op scholen ingevoerd. Passend Onderwijs kan gevolgen hebben voor de meer gemeentelijke taken, zoals Onderwijshuisvesting en Leerlingenvervoer. De (financiële) consequenties zijn nu niet duidelijk.
2.
Doordecentralisatie Onderwijshuisvesting PO Met ingang van 1 januari 2015 wordt op basis van wetgeving het budget voor het buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair onderwijs van de gemeenten overgeheveld naar de schoolbesturen Er vindt daarnaast een onttrekking plaats uit het gemeentefonds, omdat het Rijk op landelijk niveau heeft vastgesteld dat niet alle gemeenten het geld dat bedoeld is geweest voor onderwijshuisvesting daaraan hebben uitgegeven. Het Rijk zal die middelen overhevelen naar de schoolbesturen. Zie ook de toelichting bij het ‘Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’, onderdeel algemene uitkering.
22
5
Cultuur en recreatie
Nr omschrijving 1. 2.
Overheveling personeelskosten Dijckhuis naar paragraaf bedrijfsvoering Gymzaal Reede Gymzaal Trompstraat Bres
2014
2015
2016
2017
-114.200
-114.200
-114.200
-114.200
34.000
0
30.705
3.982
8.964
8.074
8.590
15.835
10.000
16.000
9.000
0
17.943
17.943
17.943
17.943
3.
Inhuur BHV-ers museum/stadhuis
4.
Premie kunstverzekering
1.822
1.822
1.822
1.822
5.
Plantsoenafval
7.500
7.500
7.500
7.500
6.
Kosten van volksfeesten
5.000
5.000
5.000
5.000
7.
Kermis
-9.492
-9.492
-9.492
-9.492
8.
Opbrengst verhuur havens
-15.859
-23.609
-29.609
-29.609
9.
Kinder Open Monumentendag
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
10. Bres
0
0
0
0
11. Dukdalf
0
0
0
0
Investeringen
12. Renovatie kademuren 13. Machinale knipper Totaal
0
0
0
0
-7.000
-6.800
-6.600
-6.400
-61.322
-97.762
-79.341
-107.619
1. Personeelskosten Dijckhuis De personeelslasten waren opgenomen in de post “exploitatie Dijckhuis”. Echter deze horen te worden opgenomen op de paragraaf Bedrijfsvoering; Via de fteverdeling wordt deze kosten met alle personeelskosten dan zoals gebruikelijk doorbelast naar de diverse programma’s.
2. Dukdalf, BRES, ’t Dijckhuis, gymzalen Naar aanleiding van het nieuw opgestelde meerjarenonderhoudsplan (MOP) ten aanzien van het algemeen onderhoud dienen op diverse locaties werkzaamheden uitgevoerd te worden. Hieronder zijn per locatie per jaar de werkzaamheden opgenomen. Gymzaal Reede 2014 (€ 34.000): Binnenschilderwerk gymzaal Vervangen douchekranen Vervangen sanitair toiletten
€ 16.000 € 6.500 € 5.000
23
Vervangen noodverlichting en vluchtwegarmaturen 2016: (€ 30.705): Antigraffiti behandeling Buitenschilderwerk Herstellen voegwerk Vervangen 3 stuks ramen Vervangen gasgestookte boiler 2017 (€ 3.982): Vervangen TL verlichting, remplace Gymzaal Trompstraat 2014 (€ 8.964): Vervangen CV boiler Vervangen afsluiters Vervangen Mechanische ventilatie 2015 (€ 8.074): Driewegklep en klimaatregeling vervangen 2016 (€ 8.590): Vervangen cv ketel Buitenschilderwerk 2017 (€ 15.835): Remplace verlichting Vervangen douchekranen Vervangen wand- en vloertegels toiletten Bres 2014 (€ 10.000): Divers onderhoud technische installatie 2015 (€ 16.000): Divers onderhoud technische installaties 2016 (€ 9.000): Divers onderhoud technische installaties
€
6.500
€ 3.403 € 9.700 € 12.000 € 2.850 € 2.752 €
3.982
€ € €
4.450 2.064 2.450
€
8.074
€ €
4.500 4.090
€ € €
1.835 6.500 7.500
€ 10.000 € 16.000 €
9.000
3. Inhuur BHV-ers museum/stadhuis In de arbeidsomstandighedenwet is vastgelegd dat iedere werkgever bedrijfshulpverlening dient te organiseren om de veiligheid van personeel en bezoekers te waarborgen. In het museum/stadhuis is de bedrijfshulpverlening qua bezetting onvoldoende afgestemd op de openingstijden en bezoekers van het museum. In de weekenden is er hierdoor geen opgeleid personeel aanwezig. Om aan de wetgeving te voldoen is gekozen om in de weekenden hiervoor bedrijfshulpverlening in te huren conform het besluit van het college op 27 maart 2012.
4. Verzekering kunstobjecten buitenruimte De kunstwerken in de buitenruimte waren tot en met 2012 verzekerd voor één totaalbedrag. Met ingang van 2013 worden alleen de kunstwerken met een hoog risico of op een risicovolle locatie verzekerd. Verder is van al die objecten apart een te verzekeren waarde bepaald; het totaal van deze waarden ligt circa 50% hoger dan de verzekerde waarde in 2012. Ook is de assurantiebelasting gestegen van 9% naar 21%.
24
5. Plantsoenafval In 2012 is het nieuwe groenbestek aanbesteed. In dat bestek is vooral veel hovenierswerk voor rekening van de eigen plantsoenendienst gekomen. Dit brengt met zich mee dat veel plantsoenafval, dat voorheen door de aannemers werd afgevoerd, nu in de afvalbak op de gemeentewerf terecht komt.
6. Kosten van volksfeesten De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en de GHOR verlangen bij het organiseren van evenementen steeds meer veiligheidsmaatregelen. Ook bij een feest als Koninginnedag / Koningsdag moet de gemeente de veiligheid waarborgen via steeds meer verkeersmaatregelen. Gelet op de uitgaven in 2012 en voor het 1-Aprilfeest in 2013, zal het budget structureel verhoogd moeten worden met € 5.000.
7. Kermis In april 2013 is de minimale pachtopbrengst voor het houden van de kermis op 1 april verhoogd tot € 30.250.
8. Opbrengst verhuur havens Begin 2013 is voor de verhuur van de haven van de kern Brielle een nieuw contract gesloten waarbij de huurprijs marktconform is vastgesteld.
9. Kinder Open Monumentendag Tijdens de raadvergadering van 11 september 2012 heeft de fractie van de Partij van de Arbeid een initiatiefvoorstel ingediend om het mogelijk te maken om in Brielle een Kinder Open Monumentendag te realiseren. Na de uitvoering van een dergelijke dag in 2013 zal een evaluatie plaatsvinden. Daarna zal bezien worden of dit ook in de volgende jaren wordt voortgezet. Investeringen
10. BRES Naar aanleiding van het opgestelde meerjarenonderhoudsplan (MOP) ten aanzien van het algemeen onderhoud dienen op diverse locaties werkzaamheden uitgevoerd te worden. 2017 GBS technische ruimte 3e verdieping: € 78.000 e Afschrijvingstermijn: 10 jaar (1 afschrijving 2018)
11. Dukdalf Naar aanleiding van het opgestelde meerjarenonderhoudsplan (MOP) ten aanzien van het algemeen onderhoud dienen op diverse locaties werkzaamheden uitgevoerd te worden. 2017 Vervangen voedingskabels elektrische installaties: € 60.000 e afschrijvingstermijn: 25 jaar (1 afschrijving 2018)
12. Renovatie kademuren 2017 Zoals vermeld in de begroting 2013 moet vanaf 2013 ca. 521 meter kademuur gerenoveerd worden. De totaal begrote kosten ad € 3 miljoen zijn uitgesmeerd over 4 jaren, te weten 2013, 2015, 2017 en 2019. In elk van die jaren wordt een investering geraamd van € 750.000 af te schrijven in 25 jaar. De kapitaal-
25
lasten van de renovatie in 2017 ad. € 67.500 (1e jaar) starten in 2018. De lasten van de investeringen in 2013 en 2015 zijn al opgenomen in de huidige meerjarenraming.
13. Machinale knipper Voor 2013 staat de aanschaf van een machinale knipper geraamd voor het in eigen beheer snoeien van heggen. Als gevolg van gewijzigde inzichten en veranderingen binnen de afdeling Beheer openbare ruimte zal het snoeien van heggen in de toekomst uitbesteed worden. De investering ad € 60.000 komt daarmee te vervallen.
26
6
Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening
Nr Omschrijving 1. Participatiewet
2014
2015
2016
2017
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
11.004
0
0
0
656
656
656
656
53.002
53.002
53.002
53.002
2.
Jeugdzorg
3.
Invoeringskosten dec. jeugdzorg
4.
CJG
5.
WMO
6.
AWBZ
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
7.
a.
(Passend) Onderwijs
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
b.
Onderwijshuisvesting
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
20.955
21.436
21.436
21.436
11.099
0
0
0
96.716
75.094
75.094
75.094
8.
Bezuinigingen huishoudelijke hulp
9.
Minimabeleid
10. Voorschoolse educatie Totaal
Decentralisaties Er wordt gewerkt aan een aantal decentralisaties: Participatie Jeugdzorg AWBZ (Passend) Onderwijs Deze decentralisaties worden zoveel mogelijk in het samenwerkingsverband van Voorne-Putten voorbereid. Complicerende factor is dat de meeste wetgeving er nog niet is, evenmin als duidelijkheid over budgetten. Ook de beoogde invoeringsdata verschuiven nogal eens. Algemeen uitgangspunt voor Brielle is dat de decentralisaties worden ingevoerd binnen de daarvoor te ontvangen middelen.
1. Participatiewet Naar het zich laat aanzien zal per 1 januari 2015 de Participatiewet ingaan. Aanvankelijk zou invoering per 1 januari 2014 gebeuren, maar dat is vanwege het sluiten van een Sociaal Akkoord tussen werkgevers, werknemers en Kabinet veranderd. Zodra er meer duidelijkheid is over de inhoud van de wetsvoorstellen en de gevolgen daarvan voor gemeenten, zal de raad daarover worden geïnformeerd c.q. voorstellen worden gedaan.
27
2. Jeugdzorg Het is de bedoeling dat in 2015 de jeugdzorg decentraliseert naar de gemeenten. Ter voorbereiding daarop worden in 2013 een (stad)regionaal en een lokaal implementatieplan vastgesteld en zullen besluiten moeten worden genomen over inkooptrajecten e.d., zodra de ontbrekende wet- en regelgeving en financiële consequenties duidelijk zijn.
3. Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg Bijdrage via de algemene uitkering naar aanleiding van de mei-circulaire van het gemeentefonds voor de invoeringskosten voor de decentralisatie jeugdzorg.
4. CJG Verhoging via de algemene uitkering naar aanleiding van de mei-circulaire van het gemeentefonds m.b.t. CJG.
5. WMO Verhoging via de algemene uitkering naar aanleiding van de mei-circulaire van het gemeentefonds m.b.t. WMO.
6. Decentralisatie AWBZ Het Rijk is voornemens taken vanuit de AWBZ te verschuiven naar de WMO, die door de gemeenten wordt uitgevoerd. De aldus versterkte WMO gaat uit van principes als eigen kracht, benutting omgeving en voorzieningen en pas in de laatste plaats het bieden van een compensatie in de vorm van een individuele voorziening. Benutting en versterking van mogelijkheden van mensen, hun omgeving en de lokale voorzieningen staan dan ook voorop. Er is nog geen wetsvoorstel openbaar. Of het beoogde wetgevingstraject haalbaar is, moet nog blijken. In het regeerakkoord zijn voor 2014 de volgende voornemens opgenomen: Geen nieuwe instroom in AWBZ ZZP 3. Dit is een nieuwe doelgroep van de Wmo, en dus voor gemeenten. Het betreft dan met name dagbesteding. Vervallen van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg). De Wtcg wordt vóór 1-1-2014 afgeschaft. Dit betekent dat in 2014 (met een kleine doorloop naar 2015) de laatste uitbetalingen van Wtcg-forfaits plaatsvinden voor rechten die in jaren t/m 2013 zijn opgebouwd. Ook de Wtcg-korting op de eigen bijdrage AWBZ/Wmo voor extramurale gevallen vervalt. Per 2015 wordt de taak naar gemeenten overgeheveld. Begeleiding vervalt voor nieuwe cliënten, tenzij de motie Samson wordt uitgevoerd (motie houdt in: er bestaat geen recht meer op dagbesteding op basis van de AWBZ, maar de begeleiding nog niet is gedecentraliseerd naar gemeenten; de regering wordt verzocht op zoek te gaan naar een oplossing in overleg met betrokken partijen (zoals de gemeenten), zodat mensen die in 2014 dagbesteding nodig hebben in dat jaar in aanmerking kunnen komen voor adequate ondersteuning. Als deze kabinetsvoornemens daadwerkelijk wet worden zal de Wmoverordening hierop moeten worden aangepast. Ook zal er dienstverlening, bijvoorbeeld dagbesteding en huishoudelijke hulp, moeten worden ingekocht binnen de nieuwe kaders.
28
7. a. Passend onderwijs Per 1 augustus 2014 wordt de Wet op het Passend Onderwijs van kracht. Daarin krijgen scholen de plicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Hoewel de verantwoordelijkheid bij de schoolbesturen ligt, kunnen die in meer randvoorwaardelijke zin een beroep doen op de gemeenten, m.n. als het gaat om huisvesting en leerlingenvervoer. De invoering van deze wet wordt door de schoolbesturen op VoornePutten via de samenwerkingsverbanden voorbereid.
b. Onderwijshuisvesting Het is de bedoeling van het Rijk dat per 1 januari 2015 de verantwoordelijkheid en het budget voor het buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair en speciaal onderwijs van de gemeenten naar de schoolbesturen overhevelt. Tevens is het Rijk voornemens een korting op het gemeentefonds door te voeren, omdat de gemeenten in het algemeen minder voor onderhoud en nieuwbouw van scholen hebben uitgegeven dan door het Rijk beschikbaar is gesteld.
8. Aangekondigde bezuiniging op Huishoudelijke Hulp Het regeerakkoord stelt dat het budget aanzienlijk gekort zal worden, maar werkt dit nog niet nader uit. Zodra er meer informatie is, zal dat worden gedeeld en worden gevolgd door voorstellen. Evenals bij de aspecten m.b.t. decentralisatie wordt ook hier uitgegaan van budgettair-neutrale invoering.
9. Minimabeleid Er is eind 2012 een nieuwe visie op armoedebeleid opgesteld. Het nieuwe minimabeleid richt zich op het vergroten van de financiële zelfredzaamheid, waarbij de focus ligt op werk en kinderen. De vereenvoudiging, doorvertaald naar de uitvoeringspraktijk, levert een nieuwe opbouw van het voorzieningenpakket op dat bestaat uit: 1. algemene voorzieningen (Collectieve Zorgverzekering Minima en Kwijtschelding gemeentelijke heffingen), 2. Persoonlijk Minima Budget (standaardbijdrage [plus] en kind bijdrage) en 3. specifieke besluiten (individuele bijzondere bijstand).
10. Voorschoolse educatie Bij de voorschoolse educatie gaat het om programma's uitgevoerd in kinderdagverblijven en peuterspeelzalen door gekwalificeerd personeel en gericht op doelgroepkinderen van 2 en 3 jaar. De Kinderkoepel verzorgt binnen de gemeente het peuterspeelzaalwerk. In 2012 is gekozen voor het versterken van het peuterspeelzaal werk tot VVE niveau voor alle groepen in de kern Brielle.
29
7
Volksgezondheid en milieu
Nr Omschrijving
2014
2015
2016
2017
1.
Regie op zorg/ huiselijk geweld
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
2.
Maatschappelijke opvang
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
3.
Implementatie Nota Lokaal Volksgezondheidsbeleid
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
4.
Reiniging Diverse lasten m.b.t. reiniging
-71.429
-74.154
-76.880
-82.805
Reserve egalisatie afvalstoffenheffing Riolering
71.429
74.154
76.880
82.805
Diverse lasten m.b.t. riolering
-58.969
-59.605
-60.257
-146.759
Reserve egalisatie rioolheffing
58.969
59.605
60.257
146.759
3.756
3.756
3.756
3.756
6.500
1.355
3.500
0
18.220
18.220
18.220
18.220
0
0
0
0
20.570
20.056
19.542
19.027
49.046
43.387
45.018
41.003
5.
6.
Milieubeheer Bijdrage DCMR
7.
Lijkbezorging Algemeen onderhoud Onderhoud groenvoorziening
Investeringen 8.
Renovatie riolering 2017
9.
Onderhoud paden oude begraafplaats 2013 Totaal
1. Regie op zorg/ huiselijk geweld In 2013 wordt, in samenhang met de decentralisaties, bekeken welke mogelijkheden er zijn om de regie op zorg, in dit geval bemoeizorg en zorg rondom huiselijk geweld op een andere manier vorm te geven. Op dit moment koopt de gemeente deze dienstverlening in bij de GGD Rotterdam Rijnmond. Wellicht zijn er andere partijen die deze dienstverlening kunnen leveren of dat de gemeente die (al dan niet in samenwerking met andere gemeenten op Voorne Putten) zelf gaat uitvoeren.
2. Maatschappelijke opvang In 2014 moet de nieuwe vorm van maatschappelijke opvang ingaan. Door de gemeente Spijkenisse wordt een voorstel voorbereid voor de invulling hiervan, waaruit ook moet blijken van de kosten voor de regiogemeenten zal zijn. De centrumgemeente Spijkenisse is gekort op de uitkering voor Maatschappelijke
30
Opvang/ Vrouwen-Opvang. Dit zou kunnen betekenen dat er een hogere bijdrage van de andere gemeenten gevraagd gaat worden.
3. Implementatie Nota Lokaal Volksgezondheidsbeleid In de tweede helft van 2013 wordt de Nota Lokaal Volksgezondheidsbeleid opgesteld, die in 2014 geïmplementeerd zal worden.
4. Reiniging Kosten afvalcontainers c.a. (incl. aanschaf minicontainers) Het bestand van minicontainers wordt ouder; steeds vaker wordt gebruiksschade aan deksels en wielen gemeld. Veelal zijn de containers niet te repareren en worden dan vervangen door nieuwe containers. Het extra budget ad € 14.270 is voor de aanschaf van extra nieuwe minicontainers. Onderhoud containers/vervangen papierbakken c.a. Vele afvalbakken in de gemeente zijn al jaren in gebruik en vertonen ernstige gebreken. De komende jaren zal er een vervangingsactie zijn waarin de slechtste bakken vervangen gaan worden. De hogere kosten bedragen € 6.235. Ophalen door derden De nieuwe en lopende contracten voor het ophalen van de diverse afvalstromen en de uitbreiding van het aantal (ondergrondse) afvalcontainers hebben tot gevolg dat de kosten voor ophalen door derden structureel hoger zijn. Afvoer en verwerking klein chemisch afval (KCA) De lagere kosten ten aanzien van het KCA zijn het gevolg van zowel lagere verwerkingskosten als een verminderd aanbod. Bewustwording van de burgers en de technologische aanpak in het kader van het terugdringen van het gebruik van schadelijke kunststoffen en Cfk’s zijn daar de oorzaak van. Het budget wordt structureel met € 5.000 verlaagd. Algemeen In bovenstaande toelichting is tevens van invloed dat het aantal huishoudens per 1 januari 2013 113 hoger is dan geraamd. De per saldo lagere lasten resulteren in een lagere beschikking over de egalisatiereserve afvalstoffenheffing.
5. Riolering Energiekosten De energiekosten van alle pompen en gemalen zijn in 2009 en 2010 flink toegenomen; de budgetten in de begroting 2013 zijn daarop afgestemd. In 2011 zijn echter een aantal voordelige afrekeningen ontvangen over de voorgaande perioden; de verschillen waren onder andere ontstaan door geschatte meterstanden. In 2012 zijn voor bijna alle aansluitingen zogenaamde slimme meters geplaatst waardoor de energieleverancier exact kan bepalen wat het verbruik is en daarop de maandelijkse afrekening kan aanpassen. Verwacht mag worden dat hierdoor in de komende jaren de schommeling in jaarlijkse energiekosten fors zal afnemen. Rioolheffing Het aantal aansluitingen waarvoor rioolheffing wordt geheven is per 1 januari 2013 ca. 128 hoger dan geraamd.
6. Milieubeheer; bijdrage DCMR De DCMR heeft in haar begroting de afgesproken bezuiniging van 1% gerealiseerd. Samen met de toegestane prijsmutatie van +0,9% resulteert dit per sal-
31
do in een verlaging van de bijdrage met 0,1%. In de meerjarenraming 2013-2016 was voor 2014 gerekend met de bezuiniging van 1% en het prijspeil van 2013. Ten opzichte van de begroting stijgt de bijdrage dus met 0,9%.
7. Lijkbezorging Algemeen onderhoud Conform het meerjarig onderhoudsplan worden de volgende onderhoudsuitgaven verwacht: - 2014 vervangen van de airco-splitunit op de G.J. v.d. Boogerdweg 35 € 6.500 - 2015 vervangen van het voegwerk in het baarhuis in Zwartewaal € 1.355 - 2016 vervangen golfplaten G.J. v.d. Boogerdweg 2 € 3.500 - 2017 binnen schilderwerk G.J. v.d. Boogerdweg 35 € 1.510 Onderhoud groenvoorziening Het onderhoud van alle groenvoorzieningen op de begraafplaatsen is middels het bestek uitbesteed. De kosten daarvan bedragen € 18.220 meer dan geraamd. Investeringen
8. Renovatie riolering 2017 In 2012 is het verbreed gemeentelijk rioleringsplan (vGRP) vastgesteld. In dit plan is onder meer de gewenste kwaliteit vermeld en de daarvoor op te nemen investeringen voor het vervangen, verbeteren en aanpassen van de riolering. Conform het vGRP wordt voor 2017 een investering opgenomen van € 509.500, af te schrijven in 30 jaar; de eerste kapitaallasten komen daarmee in 2018.
9. Onderhoud paden oude begraafplaats 2013 Op 16 april 2013 is de commissie Grondgebied akkoord gegaan met het vervangen van de grindverharding op de paden van de oude begraafplaats in Brielle door grindpave. Grindpave heeft de uitstraling van grind maar de eigenschappen van asfalt. De totale uitgaven inclusief BTW ad € 205.700 worden m.i.v. 2014 in 10 jaar afgeschreven.
32
8
Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
Nr Omschrijving
1.
2014
2015
2016
2017
-20.918
-20.918
-20.918
-20.918
1.
Bestemmingsplannen
2.
Huuropbrengst
10.880
10.880
10.880
10.880
3.
Vinex bijdrage particuliere bouw
17.813
48.046
56.751
873
4.
Leges aanvragen Wabo-vergunning
332.046
268.388
80.861
82.583
Reserve egalisatie leges bouwaanvragen Per saldo leges
-134.206
-70.548
116.979
115.257
197.840
197.840
197.840
197.840
Totaal
205.615
235.848
244.553
188.675
Bestemmingsplannen Op 1 juli 2010 is de nieuwe Wro in werking getreden. Sindsdien moeten bestemmingsplannen ouder dan 10 jaar worden herzien. In 2009 is met de actualisering gestart en uiterlijk 1 juli 2013 moeten alle bestemmingsplannen herzien zijn. Naar verwachting is een budget van € 50.000 per jaar de komende jaren toereikend, zodat een verlaging met € 20.918 kan plaatsvinden.
2.
Huuropbrengst De huuropbrengst van de niet verkochte monumentale panden is lager doordat 2 panden, Langestraat 36 en Rozemarijnstraat 44, niet meer verhuurd worden. Deze staan in de verkoop.
3.
Vinex bijdrage particuliere bouw De omslagbijdrage aan de Stadsregio Rotterdam is gebaseerd op de geactualiseerde woningbouwplanning 2013. Standaard is begroot de bouw van 6 particuliere woningen. Voor 2015 komen daar de 12 woningen bij voor de particuliere bouw in de Sluisstraat Vierpolders. In 2016 is de toename 32 en dit betreft de woningbouw in de Anna-Hoevestraat en de particuliere woningbouw in Zwartewaal. In 2017 is de toename 37 dit is het restant van de Anna-Hoevestraat en de bouw van de woningen nabij de haven Tromp in Meeuwenoord.
4.
Leges aanvragen Wabo-vergunning De leges voor het aanvragen van een Wabo-vergunning zijn geactualiseerd aan de hand van de in het eerste kwartaal 2013 door het College (raad mei 2013) vastgestelde woningbouwplanning. Ervan uitgaande dat een aanvraag gedaan wordt gemiddeld 1 jaar voor het jaar van gereedkomen, wordt inclusief de beschikking over de egalisatiereserve, een gemiddelde legesopbrengst verwacht van € 195.260. Dit betekent een verlaging
33
van € 197.840 ten opzichte van de vorige woningbouwplanning en begroting. De egalisatiereserve is daarmee ultimo 2019 nihil.
34
Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Nr omschrijving 1.
2014
2015
2016
2017
• hoeveelheidsverschillen
-381.087
-429.624
-374.286
-421.790
• taakmutaties/accres e.d.
-177.556
354.724
619.385
775.777
• wijziging risico’s
-118.000
-172.173
-128.785
1.130
-64.662
-53.658
-53.658
-54.204
100.992
103.074
103.074
-741.305
-199.739
165.730
403.987
171.433
153.634
189.017
174.393
-569.872
-46.105
354.747
578.380
algemene uitkering gemeentefonds
• blokkeringen • politieke ambtsdragers Sub-totaal algemene uitkering 2. 3.
WOZ baten Totaal
minteken is voordeel
1. Algemene uitkering gemeentefonds Hoeveelheidsverschillen:
Verschil 2014 -218435 -62349 120 5 -3 178 -146 90 -57 2 -1 14 -1 2 -3 4 15 110 10 -55 -3 0 -20 -6 -4 4 3 3 0 -57 48 170 103 85
Waarde woningen Waarde niet-woningen Aantal inwoners Aantal eenouderhuishoudens Aantal inwoners < 20 jaar Aantal inwoners > 64 Ouderen 75-85 Aantal huishoudens met een laag inkomen Woningen IOAW IOAZ WWB Totaal aantal WSWers WAO/WIA WAZ WAJONG Aantal minderheden Klantenpotentieel lokaal Klantenpotentieel regionaal Aantal leerlingen VO Aantal inwoners < 20 jaar Aantal inwoners < 20 jaar van jaar T-10 Leerlingen so goedkoop Leerlingen so duur Oppervlakte land in hectaren Oppervlakte binnenwater in hectaren Oppervlakte bebouwing in ha. Oppervlakte bebouwing binnen woonkernen in ha. Bodemfactor woonkernen Woningen Oad Oeverlengte in hectometers Oeverlengte in hectometers waarvan veen/kleiveen Aantal bedrijfsvestigingen €
381.087
2015 -234645 -66349 268 5 24 161 -151 90 -59 2 -1 14 -1 2 -3 4 15 110 10 -55 24 0 -20 -6 -4 4 3 3 0 -59 48 170 103 85 €
429.624
2016 -274445 -70349 169 5 -1 128 -162 90 -248 2 -1 14 -1 2 -3 4 15 110 10 -55 -1 0 -20 -6 -4 4 3 3 0 -248 48 170 103 85 €
374.286
2017 -257995 -70349 316 5 28 128 -162 90 -181 2 -1 14 -1 2 -3 4 15 110 10 -55 28 -14 -20 -6 -4 4 3 3 0 -181 48 170 103 85 €
421.790
35
Taakmutaties: Taakmutaties: Maatschappelijke stage Scootmobielen transitiekosten AWBZ begeleiding naar de WMO Ingroei onderwijshuisvesting Inburgering Korting onderwijshuisvesting Dualiseringskorting t.b.v. minder raadsleden Nationaal uitvoeringsprogramma Integratie Wet Uitkering Wegen
2014
2015
2016
2017
0 0 48.800 -203 -16.135 0 0 0 0
-26.631 -13.104 0 -54 -15.831 -280.747 84.821 -3.422 0
-26.948 -22.175 0 439 -15.983 -283.922 86.167 0 0
-27.034 -44.536 0 439 -15.983 -284.581 86.917
32.462
-254.968
-262.422
-283.725
1.054
Toelichting taakmutaties: Maatschappelijke stage: In het Regeerakkoord is opgenomen dat de wettelijk verplichte maatschappelijke stage voor het voortgezet onderwijs per 2015 wordt afgeschaft. Hiertoe wordt per 2015 de algemene uitkering van het gemeentefonds met € 20 miljoen structureel gekort. Scootmobielen: Voor scootmobielen geldt voortaan een plicht tot hergebruik. Transitiekosten decentralisatie AWBZ begeleiding naar de wmo: Het kabinet stelt in aanvulling op de middelen die in het kader van de decentralisatiebegeleiding reeds beschikbaar zijn gesteld voor gemeenten (€ 47,6 miljoen in 2012; € 32 miljoen in 2013), in 2014 een bedrag van € 37 miljoen beschikbaar via de algemene uitkering. Deze middelen zijn bedoeld om gemeenten te compenseren voor de (transitie)kosten die samenhangen met de inwerkingtreding van de nieuwe Wmo per 2015. Ingroeiregeling onderwijshuisvesting: De kapitaallasten voor de schoolgebouwen van het voortgezet onderwijs zullen naar verwachting over een periode van 20 jaar in de administratie van gemeenten worden opgenomen en worden door het ministerie van OCW geraamd op € 170 miljoen. In 2006 is de helft van dit bedrag via het accres gericht verdeeld via de maatstaf leerlingen VO. Vanaf 2007 tot 2016 wordt jaarlijks € 8,5 van het accres gericht verdeeld via dezelfde maatstaf. Deze gerichte verdeling houdt in dat dit bedrag rechtstreeks van het beschikbaar accres wordt overgeheveld naar het cluster Educatie. Het effect hiervan op de uitkeringsfactor is ca. 0,8 punt. Uitvoeringskosten inburgering: Via de algemene uitkering 2013 was een bedrag beschikbaar van € 24,6 miljoen in verband met de uitvoeringskosten inburgering. In 2014 is hier geen uitkering meer voor voorzien, in verband met een wijziging van de Wet Inburgering. Door die wijziging zijn nieuwkomers zelf verantwoordelijk voor hun inburgering. Vandaar dat het bedrag van € 24,6 miljoen wordt uitgenomen. Korting onderwijshuisvesting: In het Regeerakkoord is afgesproken dat € 256 miljoen uit het gemeentefonds wordt overgeheveld naar de begroting van OCW ten behoeve van de scholen in 36
het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs. Dit gebeurt per 1 januari 2015. Dualiseringskorting tbv vermindering raadsleden/Politieke ambtsdragers: Het verminderen van het aantal politieke ambtsdragers leidt tot een besparing op de loonkosten en de kosten van directe ondersteuning. Vanaf 2015 zou als gevolg hiervan structureel € 110 miljoen worden uitgenomen. In het regeerakkoord 2012 is bepaald dat de vermindering van de aantallen wordt verlaagd tot het niveau van voor de dualisering, waardoor de uitname 'slechts' € 18 miljoen wordt. In de meerjarenbegroting 2013 e.v. wordt er vanuit gegaan dat deze bezuiniging niet door gaat. Nationaal uitvoeringsprogramma: Dit betreft een voorfinanciering binnen het gemeentefonds waarmee gemeenten in staat zijn investeringen te doen i.h.k.v. de implementatie van de E-overheid. Over de jaren 2011 tot en met 2015 komt deze mutatie budgettair neutraal uit voor gemeenten. Integratie Wet Uitkering Wegen: De compensatie wordt gegeven in verband met de aanpassing van het verdeelsysteem per 1 januari 2001. De integratie-uitkering wordt verlaagd als gevolg van vrijval van kapitaallasten. Die verlaging wordt gecompenseerd door een verhoging van de maatstaven land * bodemfactor gemeente alsmede binnenwater. Wijziging uitkeringsfactor: Wijziging uitkeringsfactor 1 punt is € accres 2013 t/m 2018 aanpassen rekentarieven herwaardering WOZ-waarde onderuitputting budgetten 2012 verdeelreserve/ nom. effect/ afronding BC F verspringen basisjaar afbouw verfijningsuitkering riolering en gem. herindeling OZB suppletieuitkering WOZ-herwaardeing en aanpassing rekentarieven Lagere apparaatskosten (opschaling gemeenten)
31 9.664
6 9.390
-21 9.507
-35 9.534
28 3 -16 2 -15 24 -1 3 3
25
-8
-17
-16 2 -41 37 1 3
-16 3 -41 48 3
-16 -11 -41 65 2 3
-5
-10
-20
Toelichting: BCF (in stand blijven van het BTW-compensatiefonds): In het bestuurlijk overleg van 18 januari 2013 is afgesproken dat het BTWcompensatiefonds niet wordt afgeschaft, zoals dat nog wat opgenomen in het regeerakkoord van kabinet Rutte II. Echter, de opgenomen bezuinigingen in dat regeerakkoord blijven wel in stand. Het gemeentelijk aandeel bedraagt in 2014: 174 miljoen ofwel 15 punten uitkeringsfactor, en daarenboven 2015: 310 miljoen ofwel 26 punten uitkeringsfactor. Totaal vanaf 2015 41 punten. Lagere apparaatskosten (opschaling gemeenten): Het Regeerakkoord is opgenomen dat de omvang van de gemeenten wordt opgeschaald. De verwachting van het kabinet is dat de gemeenten dan in staat 37
zijn de nieuwe taken in het sociale domein in zelfstandigheid kunnen uitvoeren. Bij grotere gemeenten passen lagere apparaatskosten. De korting op het gemeentefonds is jaarlijks € 60 miljoen oplopend vanaf 2015. De korting wordt vertaald via de uitkeringsfactor en dus ook van toepassing op de gemeenten die de gewenste schaalgrootte hebben.
Blokkeringen:
2014
2015
2016
2017
WMO Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg Knelpunten (SU) C JG
53.002 11.004 0 656
53.002 0 0 656
53.002 0 0 656
53.002 0 546 656
Wijziging risico’s Het risico herverdeling gemeentefonds is berekend door van het aantal inwoners te vermenigvuldigen met € 7,50. Het maximale risico is € 15 per inwoners per jaar. De verlaging wordt veroorzaakt door de uitstel van de herverdeling van de clusters van 1 januari 2014 naar 1 januari 2015. Begroting 2013 e.v. (WAS) risico herverdeling gemeentefonds
Begroting 2014 e.v. (WORDT)
raming 2014 123.000
raming 2014
risico herverdeling gemeentefonds
raming 2015 247.000
raming 2015 125.828
raming 2016
raming 2017
372.000
raming 2016
372.000
raming 2017
253.215
383.130
Het risico verhoging GF t.o.v. 2011 voor 2014 en 2015 is vervangen door het te verwachte risico m.b.t. het Oranjeakkoord. In de begroting 2013 is er vanuit gegaan dat de stijging van het accres met zijn meerjarige effect zou worden teruggedraaid.
Begroting 2013 e.v. (WAS) risico verhoging GF t.o.v. 2011 voor 2014 en
Begroting 2014 e.v. (WORDT) Risico Oranjeakkoord
raming 2014 130.000
raming 2014 135.000
raming 2015 186.000
raming 2015 135.000
raming 2016 145.000
raming 2016 135.000
raming 2017 145.000
raming 2017 135.000
In februari van dit jaar heeft het Centraal Plan Bureau de economische ontwikkeling van ons land doorgerekend. Conclusie was dat zowel voor 2013 als 2014 de 3%-norm van het begrotingstekort werd overschreden. Het kabinet kondigde daarop - bovenop het regeerakkoord - een pakket maatregelen af ter waarde van € 4,3 miljard netto voor het jaar 2014, dat na overleg met sociale partners en parlement moest leiden tot het zgn. Oranje-akkoord. Op basis van voorlopige doorrekening zou dit pakket maatregelen leiden tot een daling van het gemeentefonds i.v.m. 'samen de trap af' van €162 miljoen.
38
Het kabinet neemt echter lichte tekenen van economisch herstel zichtbaar waar, van onder andere de export. In het Mondriaan-akkoord is opgenomen dat eerder genoemde bezuinigingstaakstelling van € 4,3 miljard netto in de koelkast is gezet tot in ieder geval augustus van dit jaar. Dat betekent dat deze maatregelen niet zijn verwerkt in de mei-circulaire gemeentefonds. Geadviseerd wordt om rekening te houden met een daling van de uitkeringsfactor in verband met tegenvallend economisch herstel (Oranjeakkoord).
2. WOZ-baten Voor de Kadernota 2014 is gerekend met de nieuwe woningbouwplanning “variant 3”. Dit betekent een lager aantal nieuwbouwwoningen t.o.v. de vorige meerjarenraming met als gevolg lagere OZB-inkomsten.
39
Paragraaf Bedrijfsvoering Nr Omschrijving 1.
2014
2015
2016
2017
37.390
37.390
37.390
37.390
-82.564
-82.564
-82.564
-82.564
-145.277
-145.277
-145.277
-145.277
Personeelskosten: a. salariskosten uitbreiding Dukdalf c.a.. b. vacatures grijs/groen vervallen c. 1. uit dienst automatisering *zie 2.b 2. uit dienst (BOA, theater ) d. stijging m.n. sociale lasten e. overige, correctie en afronding Sub-totaal (verschil PS 2011 tov PS 2013) f. salariskosten Dijckhuis (van prog 5) g. salariskosten Bres correctie
-91.829
-91.829
-91.829
-91.829
243.099
243.099
243.099
243.099
44.953
44.517
43.080
51.933
5.772
5.336
3.899
12.752
114.200
114.200
114.200
114.200
-47.754
-47.754
-47.754
-47.754
h. lasten voormalig personeel
52.833
59.978
-8.390
-8.753
i. reiskosten woon-werk
17.970
17.970
17.970
17.970
j. kleding/rente fietsplan
2.034
2.034
2.034
2.034
-115.000
-115.000
-115.000
145.055
36.764
-33.041
-24.551
-559.971
-471.477
-400.538
-400.538
690.272
678.777
674.945
674.945
130.301
207.300
274.407
274.407
20.000
20.000
20.000
20.000
0
-7.000
-7.000
-7.000
k. reductie personeelskosten (extra) Totaal personeelskosten: 2.
Automatisering a. vervallen gemeentelijke automatisering b. bijdrage Syntrophos zie 1.c.1 Sub-totaal c. website d. GBKN e. i-NUp-digitalisering
3.
4.
73.400
73.400
73.400
73.400
f. bijdrage reserve ICT
-100.000
-100.000
-100.000
-100.000
Totaal automatisering:
123.701
193.700
260.807
260.807
a. gas, water en electra stadskantoor b. diverse onderhoud stadskantoor
-29.200
-29.200
-29.200
-29.200
15.000
8.000
Totaal huisvesting binnendienst
-14.200
-21.200
-29.200
-29.200
Huisvesting Binnendienst
Stadhuis-museum a. buitenschilderwerk
40.000
b. vervangen warmtepomp ca
13.913
Totaal stadhuis-museum 5.
40
13.913
40.000
Kostenplaats huisvesting buitendienst Algemeen onderhoud
5.235
0
500
0
Totaal huisvesting buitendienst
5.235
0
500
0
6.
Kostenplaats tractie Graffiti
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
-4.500
40.200
28.458
106.878
45.924
Meerjarenonderhoudsplan
-29.518
18.732
-5.594
-5.594
Totaal gebouwen
10.682
47.190
101.284
40.330
Totaal tractie 7.
Kostenplaats gebouwen Algemeen onderhoud
Investeringen 8.
Vervangen verlichting stadskantoor (2016) Totaal
15.500
265.973
251.954
309.763
298.386
minteken is voordeel
1. Kostenplaats personeelskosten a. salariskosten uitbreiding Dukdalf c.a.. In verband met het in eigen beheer nemen van de Bres en de opening van het Dijckhuis is er personeel aangenomen. b. vacatures grijs/groen vervallen In verband met de verwachte areaal uitbreiding door de woningbouwprognose van een aantal jaren geleden is een tweetal vacatures in de begroting opgenomen. Door de crisis is ook in Brielle de woningbouw aanzienlijk lager dan enkele jaren geleden werd verwacht. Daardoor kunnen de genoemde vacatures vervallen. c. uit dienst (automatisering, BOA, theater) 1. van de medewerkers (3 fte) van automatisering zijn met ingang van 1 maart 2013 twee overgegaan naar Syntrophos. De personeelskosten vormen nu een onderdeel van de bijdrage aan Syntrophos (zie hieronder bij 2.e.) 2. met ingang van 29 mei 2012 is de functie gemeentelijk toezichthouder vacant. Deze vacature wordt niet meer vervuld. Wel is er noodzaak om in voorkomende gevallen, zoals bijvoorbeeld bij evenementen, jaarwisseling en in het zomerseizoen, extra toezicht in te zetten. Om hierin te kunnen voorzien is jaarlijks € 10.000 beschikbaar. Door pensionering van een medewerkster, gedetacheerd bij het Bres theater, is de bij deze functie behorend salarisbedrag omgezet in een subsidie aan de stichting Brielle stad van kunst en cultuur. d. stijging m.n. sociale lasten De wergeverslasten zijn 1,57% meer gestegen dan de geraamde 2% bij de begroting 2013. Voorts is rekening gehouden met 1,5% lastenstijging (m.n. sociale premies) in 2014 e. overige salarissen correctie en afronding In 2013 was abusievelijk het salaris van enkele medewerkers te laag opgenomen. f. salariskosten Dijckhuis (van prog 5) Deze personeelslasten waren in 2013 opgenomen in de post “exploitatie
41
g.
h.
i.
j.
k.
42
Dijckhuis” op programma 5. Deze lasten zullen worden betrokken de definitieve formatiebehoefte zoals hiervoor bij a. is toegelicht. salariskosten Bres correctie Deze salariskosten waren in 2013 opgenomen voor de niet-lokale Dukdalf kosten. Vooralsnog worden de werkzaamheden (gebouwenbeheer/ administratie) door de medewerkers op het stadskantoor meegenomen bij de reguliere werkzaamheden eventueel middels overwerk. lasten voormalig personeel Enkele voormalige medewerkers hebben recht op een aanvulllend gemeentelijke WW(kosten aanvulling op WW uitkering bij ontslag /FPUbijdrage reiskosten woon-werk In vergelijking met een aantal jaren geleden maken meer medewerkers gebruik van de Regeling reiskosten woon-werkverkeer 2009. Naast dat er momenteel meer medewerkers in dienst zijn die buiten onze gemeente wonen, is ook de afstand van de woonplaats (verder weg van Brielle) een oorzaak van toename van de vergoede reiskosten kleding/rente fietsplan de prijs van kleding is verhoogd, voorts is het bedrag van de rente op de fietsplanleningen aangepast. reductie personeelskosten (extra) Bij aanbieding d.d. 19 juni 2012 aan de raad van het koersdocument “Op eigen kracht, (samen)werken aan Brielle”is door B&W o.a. een kanttekening geplaatst bij het “besparingspotentieel” “Aan de hand van de voorziene relevante taakveranderingen voor de organisatieontwikkeling is een beeld gegeven van het besparingspotentieel uitgaande van besparingen, die gelijk of groter worden geacht dan 5% van de bestaande kosten - in termen, zoals 'aanwezig', of ‘gering ' . In het rapport wordt daarover vermeld, dat het niet goed mogelijk is om de efficiencywinst door uitbesteding of samenwerking kwantitatief te bepalen, omdat daarvoor een business case moet worden gemaakt en voorts dat het visiedocument nog geen definitieve keuze voor een verandering van de organisatie en uitvoering van takenmaakt. Hoewel wij de hoop hadden dat de besparingsmogelijkheden een meer concreet beeld zouden geven, hebben wij begrip voor de thans gekozen methode. Vooruitlopend op de nadere uitwerking van het document houden wij ons voorshands aan de eerder in de Nota van aanbieding genoemde reductie op de personeelsformatie van 5 % tegen 2015 ten opzichte van het jaar 2011. Overigens zou ook de navolgende methode kunnen worden toegepast.De reductie van 5% op de personeelsformatie wordt omgerekend in een bedrag. Dat bedrag is de leidraad voor de besparing op de alles omvattende component 'kosten van de bedrijfsvoering'”. Thans is in deze kadernota ingaande 2015 nog een extra bezuiniging van € 115.000 structureel opgenomen. Hierdoor is in begroting vanaf 2015 structureel een bedrag van totaal € 390.000 voor de genoemde reductie van de personeelskosten opgenomen; dit is ca 5% van de loonsom per 1-1-2011.
2. Kostenplaats automatisering a. vervallen gemeentelijke automatisering Met uitzondering van de kosten voor de website, de uitvoering van het realisatieplan (e-)dienstverlening en de kosten van beamers, printers e.d. worden de in de huidige meerjarenraming opgenomen budgetten afgevoerd. Hiervoor in de plaats komt de bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling Syntrophos. E.e.a. zoals ook vermeld is in het raadsvoorstel tot toetreding tot deze gemeenschappelijke regeling. b. bijdrage Syntrophos De opgenomen bijdrage is conform de bedragen die zijn opgenomen in het raadsvoorstel van 8 januari 2013 tot toetreding tot de gemeenschappelijke regeling. Dit bedrag is nog verhoogd met de licentiekosten van de software van het MJOP, die eerst werden geraamd op de kostenplaats gebouwen (zie ook hieronder bij 5.). c. website Doordat de website steeds belangrijker wordt als informatiemiddel en als onderdeel van de digitale dienstverlening worden ook de functionallteiten uitgebreid. Het huidige budget is daarvoor niet meer toereikend, zodat een verhoging met € 20.000 noodzakelijk is. d. GBKN Deze raming kan vervallen. e. i-NUp-digitalisering Het budget voor de uitvoering van het realisatieplan (e-)dienstverlening/i-NUP is verhoogd tot € 100.000 per jaar. Deze mutatie heeft te maken met het feit dat het restantbudget dat hiervoor beschikbaar is bij de rekening 2012 niet meer is overgeheveld naar het volgende dienstjaar maar is gestort in de reserve ICT. De dekking van dit budget vindt volledig ten laste van deze reserve plaats. Hierdoor onstaat er t.o.v. de huidige meerjarenraming een voordeel van € 26.600. f. bijdrage reserve ICT Zoals vermeld is onder e. wordt het daar geraamde budget gedekt uit deze reserve.
3. Kostenplaats huisvesting binnendienst a. gas, water en electra stadskantoor De werkelijke uitgaven van de vorige jaren waren gefactureerd met geschatte meterstanden, alsmede diverse verrekeningen van de leveranciers. Door toepassing van het werkelijke verbruik in 2012 kan de raming neerwaarts worden bijgesteld. b. diverse onderhoud stadskantoor, conform het meerjarenonderhoudsplan (mop): 1. vervangen batterijen ononderbreekbare stroomvoorziening (UPS) (€ 5.000). In 2006 zijn de batterijen van de UPS vervangen. Voor een blijvende goede werking van de UPS moeten deze in 2014 wederom vervangen worden. 2. aanbrengen ventilatievoorziening trappenhuis in 2014 (€ 10.000). Extra aanvulling t.o.v. het mop. De noodtrappenhuizen warmen bij zonnige dagen snel op. De warmte kan niet weg naar buiten en komt de gang en kantoren in. Om de
43
3.
opwarming van het gebouw te voorkomen zal er in het trappenhuis van de personeelsingang een ventilatievoorziening gemaakt moeten worden waar de warmte door naar buiten kan. Indien dit het gewenste resultaat heeft zal ook het tweede trappenhuis uitgevoerd moeten worden. De kosten voor het tweede trappenhuis zijn niet geraamd. vervangen in 2015 van de koelwaterdrukvat koelmachine ( € 8.000). Het koelwaterdrukvat maakt onderdeel uit van de koelmachine en dateert uit 1998. Vanwege het einde van de technisch levensduur dient deze vervangen te worden.
4. Kostenplaats stadhuis/museum In 2016: vervangen van de brandpomp, (warmte) luchtgordijn en luchtbehandelingskast € 13.913) conform het mop. Warmte luchtgordijn bij de toegangsdeur op de begane grond is vanwege het einde van technische levensduur aan vervanging toe. De kosten voor het vervangen van het warmte luchtgordijn bedraagt: € 3.390 De hydropressor die in de kelder staat is vanwege het einde van de technische levensduur aan vervanging toe. De kosten voor het vervangen van de hydropressor bedraagt: € 3.023. De luchtbehandelingskast op de expositieruimte op de 2e etage dateert uit 1995 en is vanwege het einde van zijn technische levensduur aan vervanging toe. De kosten voor het vervangen van de luchtbehandelingskast bedraagt: € 7.500
5. Kostenplaats huisvesting buitendienst Algemeen onderhoud conform het meerjarig onderhoudsplan De splitunit is gevuld met het koudemiddel R22 en dat middel mag vanwege milieueisen niet meer gebruikt worden; vanaf 2015 mag er aan dergelijke installaties ook geen onderhoud meer gepleegd worden. De installatie dient daarom in 2014 vervangen te worden ad € 5.235. De geraamde vervanging in 2016 ad € 6.000 komt daarmee te vervallen. In 2016 moet de buitenzijde van het gebouw geschilderd worden ad € 6.500.
6. Kostenplaats tractie Het budget voor de aankoop van schoonmaakmiddelen om graffiti te verwijderen kan structureel verlaagd worden met € 4.500.
7. Kostenplaats gebouwen Voor o.a. de volgende panden zijn de ramingen aangepast: Algemeen De kosten van de licenties voor de programmatuur van het meerjarig onderhoudsplan (MOP) worden met ingang van 2014 verantwoord op de kostenplaats automatisering. Op de kostenplaats gebouwen blijven staan: jaarlijks de kosten voor het doorvoeren van wijzigingen en actualiseren van het MOP en de jaarlijkse update. 3-jaarlijks de her inspectie van de gebouwen; in verband met de latere ingebruikname van het MOP wordt de 1e herinspectie doorgeschoven van 2014 naar 2015. Voorstraat 31 2017 vervangen van de bitumen en zinken dakbedekking € 11.729 Bernissedijk 24, Nettenpakhuis 2017 vervangen zinken dakgoten € 3.320
44
Franschestraat 1a 2015 buitenschilderwerk € 6.800 Maarland NZ 104 2016 buitenschilderwerk € 9.550 Molenstraat 0, Kruithuis 2015 buitenschilderwerk € 10.500 Maarland ZZ 91 2016 buitenschilderwerk € 2.300 Voorstraat 86, Jacobskerk 2014 aanbrengen deur tochtsluis € 11.500 Op de werkplekken aan de receptiebalie is geen daglicht toetreding. Dit kan opgelost worden door het aanbrengen van een glazen deur in de tochtsluis. vervangen cv-ketels met klimaatregeling € 10.700 2016 buitenschilderwerk € 13.500 Rozemarijnstraat 42a 2015 buitenschilderwerk € 4.100 2017 vervangen keuken € 4.650, lood van de schoorsteen € 795 en elektraboiler € 600 Langestraat 31 en 33 2014 accu’s van de noodverlichting vervangen € 1.350 2016 buitenschilderwerk € 13.444 2017 vervangen cv-ketel € 4.200 Langestraat 67, garage 2016 vervangen van het opgaand lood en de loodloketten € 2.812 en buitenschilderwerk € 780 Markt 7, Hoofdwacht 2014 aanbrengen van een stalen trap als vluchtweg voor het restaurantdeel op de 1e verdieping € 2.500 Rozemarijnstraat 46, Arsenaal 2014 vervangen cv circulatiepompen, regelaars en afsluiters € 14.150 2015 groepsremplace verlichting € 3.058 en aframen vervangen voegwerk binnenplaats € -15.000 2016 buitenschilderwerk € 22.800, vervangen voegwerk binnenplaats € 15.000, vervangen 2 dak ventilatoren € 3.092 en vervangen 3 cvketels € 10.800 Lijnbaan 17 2016 vervangen cv-ketel € 2.600 2017 buitenschilderwerk € 11.500 Rozemarijnstraat 42, Infirmerie 2015 buitenschilderwerk € 9.500 2016 vervangen cv-installatie € 6.200 De Rik 28, Bravo 2015 buitenschilderwerk € 4.500, reparatie kozijnen € 4.000 en binnen schilderwerk € 1.000 2016 vervangen cv-installatie € 4.000 2017 vervangen noodverlichting € 4.300, vervangen videocamerasysteem € 3.030 en vervangen 4 muurventilatoren € 1.800
45
Investeringen
8. Vervangen verlichting stadskantoor Investering € 155.000 in 2016 Afschrijvingstermijn: 20 jaar (1e afschrijving in 2017) Toelichting: De verlichting van de kantoren en algemene ruimtes dateren van 1995. Steeds vaker gaan er onderdelen van de armaturen stuk. Om de bedrijfszekerheid te kunnen blijven garanderen dient de verlichting na 20 jaar vervangen te worden. De verlichting zal vervangen worden voor energiezuinigere verlichtingsarmaturen. De mogelijke besparingen op de energiekosten zullen t.z.t. worden verwerkt in de voorstellen tot uitvoeren van deze werkzaamheden.
46