Vereniging van Zuid-Hollandse Gemeenten
Journaal voor de gemeenten Ontwikkelingen die voor alle Zuid-Hollandse gemeenten van belang kunnen zijn
jaargang 2009, nummer 10 redactie afgesloten op 30 oktober 2009
AGENDA Congres “Bestuurskracht en bestuurskrachtonderzoek in ZuidHolland” op vrijdagmorgen 27 november 2009 (09.30 – 13.00 uur, Provinciehuis Den Haag) Workshop “Ben ik in beeld als raadslid?” op dinsdagavond 8 december 2009 (19.30 -22.15 uur, raadhuis Spijkenisse)
AANMELDING: www.vzhg.nl Colofon Het Journaal voor de gemeenten wordt aan het eind van de maand digitaal aangeboden aan: • de erelieden van de VZHG: Bas Eenhoorn en Ties Elzenga • de burgemeesters; • de gemeentesecretarissen (met verzoek tot doorgeleiding naar de leden van het college); • de griffiers (met het verzoek tot doorgeleiding naar de raadsleden); • de Zuid-Hollandse leden van VNG-commissies; • de leden van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland; • de secretarissen van de samenwerkingsorganen /regio’s in Zuid-Holland; • de contactambtenaren bestuurskrachtonderzoek / bestuurlijke zaken • overige belangstellenden. Uitgave VZHG /Postbus 45 / 2800 AA Gouda Tel. 0182-545513 / Fax 0182-545510 / e-mail
[email protected] /website : www.vzhg.nl
Inhoudsopgave U kunt rechtstreeks naar de paragraaf die u interesseert door a) de cursor in de inhoudsopgave te leiden naar die paragraaf b) de Crtl-toets in te drukken (waarna er een handje verschijnt) c) te klikken met de linker muisknop. 1.
Bestuurszaken VZHG .................................................................................................................. 4 Namens het bestuur verzonden gelukwensen ............................................................................... 4 Penningmeester Weststrate verlaat Zuid-Holland. ......................................................................... 4 Vacature-Bonthuis in het VZHG-bestuur ........................................................................................ 4 2 Bestuurskracht ............................................................................................................................ 4 2.1 Project Bevordering Bestuurskrachtonderzoek in Zuid-Holland ..................................................... 4 2.2 Bestuurskracht in relatie tot decentralisatie .................................................................................... 5 2.3 Tof Thissen directeur van KING ..................................................................................................... 6 3 Bestuurlijke organisatie ............................................................................................................. 6 3.1 Statencommissie adviseerde GS niet, maar gaf ruimte voor start herindelingsprocedure ............ 6 3.2 Rozenburg per 18 maart 2010 geen zelfstandige gemeente meer ................................................ 7 4 De VZHG als provinciale afdeling van de VNG ........................................................................ 7 4.1 Bestuur VNG in vergadering bijeen ( 8 oktober)............................................................................. 7 4.2 Samenstelling bestuur en commissies VNG periode 2010-2014 ................................................... 8 4.3 VNG organiseert tweede bijeenkomst voor kleine gemeenten ...................................................... 8 5 Provinciaal bestuur ..................................................................................................................... 9 5.1 Provinciale Staten bijeen (14 oktober) ............................................................................................ 9 5.2 Statencommissie Bestuur en Middelen (4 november) .................................................................... 9 6 Overige bestuurlijke aangelegenheden .................................................................................... 9 6.1 Workshop “Ben ik in beeld?” als raadslid (8 december) ................................................................. 9 6.2 Herijking provinciaal toezicht op gemeenten ................................................................................ 10 6.3 CdK rapporteert over (niet-) openstelling burgemeestersvacatures............................................. 10 6.4 Randstadsamenwerking ............................................................................................................... 11 6.5 VNG-commissie Bestuur en Veiligheid ( 5 november) ................................................................. 11 6.6 VNG-subcommissie Gemeentelijke Dienstverlening en Informatiebeleid (30 oktober)................ 12 6.7 Tweede Kamer praat over decentralisatie en differentiatie (23 november) ................................. 12 7 Veiligheid ................................................................................................................................... 13 7.1 Drie bureaus in Zuid-Holland voor bestuurlijke aanpak criminaliteit............................................. 13 8 Gemeentefinanciën ................................................................................................................... 14 8.1 VNG-commissie Financiën (8 oktober) ......................................................................................... 14 8.2 Financieel toezicht op gemeenten ................................................................................................ 14 9 Onderwijs, cultuur, zorg en welzijn ......................................................................................... 15 9.1 Fusieconferentie Tympaan op 23 november ................................................................................ 15 10 Werk en Inkomen....................................................................................................................... 15 10.1 VNG-commissie Werk en Inkomen (8 oktober)......................................................................... 15 11 Ruimte en Wonen ...................................................................................................................... 15 11.1 Reactie GS op “Gemeentelijke visie op lokaal belang” ............................................................. 15 11.2 Statencommissie bespreekt nieuw ontwerp Provinciale Structuurvisie (PSV) ......................... 16 11.3 VROM –ambassadeursoverleg Wet ruimtelijke ordening ......................................................... 17 11.4 Agenda Provinciale Planologische Commissie (PPC) .............................................................. 17 11.5 Statencommissie Ruimte en Wonen (28 oktober) .................................................................... 18 11.6 VNG-commissie Ruimte en Wonen (5 november) .................................................................... 18 11.7 RO-café: Is Zuid-Holland werkelijk de lelijkste provincie van Nederland? ................................ 18 11.8 Bestuurdersconferentie Zuidvleugel.......................................................................................... 18 11.9 Provincie brengt Monitor Wonen 2009 uit ................................................................................. 19 11.10 In hoeverre wordt de sociale woningbouw gebruikt door de doelgroep?.................................. 19 12 Groen .......................................................................................................................................... 20 12.1 Statencommissie Groen, Water en Milieu ................................................................................. 20 12.2 Natura 2000 Deltawateren ........................................................................................................ 20 13 Milieu .......................................................................................................................................... 21 1.1 1.2 1.3
2
13.1 VNG- commissie Milieu en Mobiliteit (8 oktober) ...................................................................... 21 13.2 Wabo en regionale uitvoeringsdiensten .................................................................................... 22 13.3 OMO-Zuid-Holland bijeen (30 oktober) ..................................................................................... 25 13.4 Provinciaal Handhavings Overleg Zuid- Holland. ..................................................................... 25 14 Mobiliteit..................................................................................................................................... 26 14.1 Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie (21 oktober) ................................................ 26 15 Delta-aangelegenheden ............................................................................................................ 26 15.1 Deltawet naar Raad van State .................................................................................................. 26 15.2 Gemeentelijke betrokkenheid bij Programma Zuidwestelijke Delta .......................................... 27 15.3 Werkconferentie Zuidwestelijke Delta op 5 november .............................................................. 27 16 Water .......................................................................................................................................... 27 16.1 Behoefte en bekostiging waterambassadeurs in 2010-2011 .................................................... 27 16.2 Wateragenda voor gemeenten in HHR Rijnland ....................................................................... 28 16.3 Uitwisseling van water tussen Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht .................................. 29
3
1.
BESTUURSZAKEN VZHG
1.1 Namens het bestuur verzonden gelukwensen Brief d.d.
Aan
05-10-2009 Dhr. A.M. Weststrate 06-10-2009 Dhr. J.C. van Ginkel 09-10-2009 Dhr. A.B. Blase
Gelukwens / welkom i.v.m. benoeming tot Gemeentesecretaris van Ermelo Gemeentesecretaris van Graafstroom, Liesveld en Nieuw-Lekkerland Burgemeester van Alblasserdam
per 01-01-2010 01-09-2009 02-11-2009
1.2 Penningmeester Weststrate verlaat Zuid-Holland. Eind september is Aldrik Weststrate, gemeentesecretaris van Korendijk, benoemd als gemeentesecretaris/algemeen directeur van de gemeente Ermelo. De benoeming gaat in op 1 januari 2010. Aldrik Weststrate trad in 2007 officieel toe tot het algemeen bestuur van de VZHG. Al snel werd hij - als opvolger van Maarten Smaal- ook lid van het dagelijks bestuur. In juli 2009 werd hij aangewezen als penningmeester. De gemeente Korendijk biedt de heer en mevrouw Weststrate een afscheidsreceptie aan op maandagavond 23 november 2009, vanaf 19.30 uur in het gemeentehuis te Piershil.
1.3 Vacature-Bonthuis in het VZHG-bestuur Per 1 januari a.s. gaat de gemeente Nieuwerkerk aan den IJssel, samen met Moordrecht en Zevenhuizen-Moerkapelle, op in de nieuwe gemeente Zuidplas. Hiermee komt statutair een einde aan het bestuurslidmaatschap van André Bonthuis, burgemeester van Nieuwerkerk aan den IJssel. Hij werd in april 2007 door de ledenvergadering aangewezen als bestuurslid. De heer Bonthuis bezet een zetel van de gemeenten in de inwonercategorie 15.000 tot 40.000 inwoners.
2 BESTUURSKRACHT 2.1 Project Bevordering Bestuurskrachtonderzoek in Zuid-Holland 2.1.1
Reeds 125 aanmeldingen voor congres op 27 november
Half oktober zijn de uitnodigingen verzonden voor het congres op vrijdag 27 november a.s. over Bestuurskracht en bestuurskrachtonderzoek in Zuid-Holland, dat de VZHG organiseert in samenwerking met de provincie Zuid-Holland en de Vereniging voor Bestuurskunde. Een papieren uitnodiging (met programma en aanmeldingsformulier) is gezonden naar resp. het college van B&W, de burgemeester, de secretaris en de griffier van elke gemeente in Zuid-Holland. De griffiers hebben ook een digitale versie ontvangen met het verzoek deze door te zenden naar de raadsleden. Op vrijdag 30 oktober lag het aantal aanmeldingen op 125. Aanmelding staat open tot 21 november a.s. Hiervoor kan het aanmeldingsformulier worden gebruikt dat ook op de website staat (www.vzhg.nl). U kunt kon een mail sturen naar
[email protected]. Dan graag vermelden of u wel of niet deelneemt aan de lunch.
4
2.1.2
Programma van het congres op 27 november.
Het programma van Het congres “Bestuurskracht en Bestuurskrachtonderzoek in Zuid-Holland” wordt op vrijdag 27 november a.s. gehouden in het Provinciehuis van Zuid-Holland in Den Haag . Het programma ziet er als volgt uit: 09.00 : Ontvangst met koffie of thee 09.30 : Opening door gedeputeerde Martin van Engelshoven- Huls 09.35 : Introductie door projectleider Gert Jan Jansen over “witte vlekken” en verbeteradviezen uit de praktijk en de uitslag van de recente meningspeiling onder gemeentebestuurders. 09.55 : Video-interview met staatssecretaris Ank Bijleveld over het congresthema en over het kwaliteitshandvest bestuurskrachtonderzoek dat BZK, IPO en VNG samen ontwikkelen. 10.10 : Tweegesprek tussen Commissaris van de Koningin, Jan Franssen en bestuurskundige Arthur Ringeling over positie gemeenten, staatsburgerschap, schaalgrootte, herindeling en bestuurskracht; interview door Suzanne Mulder van RTV Rijnmond. 10.45 : PAUZE 11.15 : Discussiecarrousel Onder leiding van Suzanne Mulder komt telkens een aandachtvragend aspect van bestuurskrachtonderzoek in discussie via een stelling; geponeerd door een bestuurder van een gemeente, waar dat actueel is. • Joke van Doorne, burgemeester van Capelle aan den IJssel, over het leereffect van zelfstudie en visitatie, ervaringen met het onderzoek door PriceWaterhouseCoopers in vier gemeenten. • John Steegh, wethouder van Leiden, de gemeente die bestuurskrachtonderzoek gezamenlijk in de regio wil aanpakken • André Borgdorff, burgemeester van Binnenmaas, over de betekenis voor de organisatie van de samenwerking, ervaringen met de BMC-onderzoeken in de Hoeksche Waard. • Wim Hoogendoorn, loco-secretaris van Rotterdam, over het belang dat alle gemeenten positief staan ten opzichte van bestuurskrachtonderzoek. 12.30 : Flankerend commentaar op de discussie door bestuurskundige Stavros Zouridis. 12.45 : Blijk van verwondering door Driek van Wissen, dichter en fijnschrijver. 13.00 : Afsluiting door VZHG-voorzitter Ries Jansen en lunch
2.1.3
Veel medewerking aan enquête over bestuurskracht en bestuurskrachtonderzoek
Begin oktober heeft de VZHG een vragenlijst uitgezet bij de gemeenten in Zuid-Holland. Er werden 20 stellingen voorgelegd, waarmee men het eens of oneens kon zijn. Op vrijdag 30 oktober waren er 165 ingevulde formulieren terug ontvangen. De uitkomst van deze meningspeiling wordt gepresenteerd op het congres van 27 november a.s.
2.2 Bestuurskracht in relatie tot decentralisatie De Tweede Kamer praat op 23 november a.s. met de bewindsvrouwen van BZK over het kader dat zij hebben opgesteld voor (verdere) decentralisatie en differentiatie. In dit kader (kenmerk 2009-
5
0000392606) komt ook het thema bestuurskracht aan de orde. Aangegeven wordt dat er diverse mogelijkheden zijn om de bestuurskracht van de overheid te versterken. Hierbij valt volgens de bewindslieden te denken aan verbetering van de interne organisatie, samenwerking tussen overheden en herindeling van decentrale overheden.(niet van het rijk dus, red.) In het vernieuwde beleidskader herindeling hebben zij aangegeven dat gemeenten als eerste aan zet zijn om maatregelen te nemen om hun eigen bestuurskracht te versterken indien die tekortschiet. Een keuze voor samenwerking, herindeling of andere oplossingen ligt dus als eerste bij gemeenten. Waar de bestuurskracht van een gemeente tekort zou kunnen schieten voor het effectief uitvoeren van een gedecentraliseerde taak, kan bijvoorbeeld centrumgemeenteconstructie, op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen, soelaas bieden. Het kabinet ziet ook in toenemende intensiteit bij gemeenten samenwerking ontstaan op het vlak van personeel, informatie, organisatie, financiën, administratie, communicatie en huisvesting. De conclusie is gerechtvaardigd dat de vernieuwingskracht van gemeenten, in het vinden van voor hen passende oplossingen op specifieke bestuurskrachtproblemen, zeer groot is. “Bestuurskracht is immers niet alleen een schaalprobleem, het betreft ook de organisatie en –bestuurscultuur, doorzettingsvermogen, deskundigheid en ambitie van een gemeente. De praktijk laat dan ook zien dat herindeling niet zondermeer de geijkte oplossing is die wordt gekozen”, aldus minister Ter Horst en staatssecretaris Bijleveld.
2.3 Tof Thissen directeur van KING De Raad van Toezicht van het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING) heeft Tof Thissen per 1 oktober 2009 benoemd tot directeur. De heer Thissen kent de wereld van gemeenten en heeft zijn voetsporen verdiend als bestuurder en manager. Hij was van 1986 tot 2002 gemeenteraadslid van Roermond, waarvan twee termijnen tevens als wethouder. Daarna was hij bestuursvoorzitter van Divosa, de Nederlandse vereniging van gemeentelijke managers sociale zaken. Momenteel is hij lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal voor GroenLinks. De heer Thissen was al lid van de stuurgroep Ontwikkeling KING. Inmiddels is de werving voor de medewerkers van KING in volle gang. Op 1 januari 2010 kan de organisatie aan de slag. Een van de drie poten van KING gaat zich richten op het ontwikkelen van een standaard voor bestuurskrachtonderzoek. Bij de VZHG is de heer Thissen bekend als gewaardeerd inleider op twee conferenties die de afgelopen jaren werden gehouden over de sociale werkvoorziening; een keer als voorzitter van Divosa en een keer als lid van de commissie- De Vries die adviseerde over fundamentele herbezinning.
3 BESTUURLIJKE ORGANISATIE 3.1 Statencommissie adviseerde GS niet, maar gaf ruimte voor start herindelingsprocedure In het vorige Journaal is melding gemaakt van de discussie op 2 september jl. in de Statencommissie Bestuur en Middelen over het voornemen van Gedeputeerde Staten om herindelingsprocedures te starten op Goeree-Overflakkee, resp. in de Krimpenerwaard. Uit de concept-besluitenlijst was overgenomen dat de Statencommissie in beide gevallen (in meerderheid) aan GS had geadviseerd om de procedure tot herindeling te starten. Naar aanleiding van aanmerkingen van het Statenlid Stoop heeft de commissie op 7 oktober de besluitenlijst met een kleine wijziging vastgesteld. Gedeputeerde Staten hebben van de commissie de ruimte gekregen om de herindelingprocedure te starten. De commissie heeft dus geen advies gegeven.
6
3.2 Rozenburg per 18 maart 2010 geen zelfstandige gemeente meer De Eerste Kamer heeft op 27 oktober 2009 het wetsvoorstel tot herindeling van de gemeenten Rotterdam en Rozenburg zonder stemming aangenomen. De SP en de Onafhankelijke Senaatsfractie (1 zetel) “vroegen aantekening”, m.a.w. zij waren tegen. De herindeling gaat in per 18 maart 2010. Per 1 januari daalt het aantal Zuid-Hollandse gemeenten met 2 (van 76 naar 74) door de samenvoeging van Moordrecht, Nieuwerkerk aan den IJssel en Zevenhuizen-Moerkapelle. Per 18 maart a.s. daalt het aantal Zuid-Hollandse gemeenten vervolgens naar 73.
4 DE VZHG ALS PROVINCIALE AFDELING VAN DE VNG 4.1 Bestuur VNG in vergadering bijeen ( 8 oktober) Het bestuur van de VNG is op donderdagmiddag 8 oktober jl. bijeen geweest in het stadskantoor van Dordrecht. Op de agenda o.a.: • De financieel-economische situatie, met toelichting door Willem Vermeend • Wmo De beheerders van het gemeentefonds en vertegenwoordigers van de VNG waren op 31 augustus 2009 bijeen voor het halfjaarlijkse Bestuurlijk Overleg Financiële verhouding (BOFv). Er zijn financiële afspraken gemaakt over de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Uiteindelijk is het compromis bereikt dat € 25 miljoen via de integratie-uitkering Wmo loopt en € 102 miljoen via de algemene uitkering (het cluster Maatschappelijke Zorg). Van de € 102 miljoen die aan het cluster Maatschappelijke Zorg wordt toegevoegd wordt in 2010 een derde (€ 34 miljoen) specifiek verdeeld over de nadeelgemeenten. Dit zijn de gemeenten die bij de overgang naar het objectieve verdeelmodel Wmo (2008) een negatief herverdeeleffect hadden van meer dan € 5 per inwoner. • VNG-brief over motie-Haarlemmermeer De motie-Haarlemmermeer riep de VNG op in overleg te gaan met het kabinet over de ontwikkeling van het accres ná 2011. Door de grote economische onzekerheid bleek het echter niet mogelijk concrete (kwantitatieve) afspraken te maken. Voor 2010 en 2011 staan de accressen vast. Dit geeft rust en ruimte om na te denken. De VNG adviseert voor de periode daarna meerdere toekomstscenario’s uit te werken. De mei- en septembercirculaire 2010 zullen meer duidelijkheid brengen. Er gaat een brief naar de leden over de stappen die de VNG in de afgelopen maanden heeft ondernomen. • Schuldhulpverlening Op 7 oktober was er een bestuurlijk overleg met de vereniging voor schuldhulpverlening (NVVK) en Divosa. Daaruit kwam het verzoek aan het ministerie van SZW om na te denken over het moratorium op het terugbetalen van de schulden. Voorkomen moet worden dat dit leidt tot het maken van extra schulden. • Kostenberekening Leges Er komt een stappenplan met betrekking tot de kostenberekening van de leges. • Ondertekening convenant bedrijventerreinen Eind juni 2009 hebben IPO, VNG en de ministers van VROM en EZ een conceptconvenant bedrijventerreinen 2010-2020 gesloten. Dit bevat onder meer afspraken over verplichte regionale samenwerking door gemeenten. Het VNG-bestuur stemde in met het convenant. • Visiedocument Publieke gezondheid De VNG-commissie Onderwijs, Zorg en Welzijn (OZW) ging op 10 september akkoord met het visiedocument Publieke gezondheid. Het VNG-bestuur stemde in met de voorgelegde taakverdeling tussen de commissie OZW en het platform van GGD-bestuurders.
7
•
Verkiezingsproces De heer De Vet van de VNG-directieraad heeft binnenkort samen met de heer Van der Tak, burgemeester van Westland, een gesprek met staatssecretaris Bijleveld (BZK) over het verkiezingsproces. Het bestuur vindt dat er iets gedaan moet worden aan de sluitingstijden van de stembureaus. Er zal door de VNG druk worden uitgeoefend op het kabinet. Het bestuur gaf voorts steun aan de pilot die Doetinchem en enkele Achterhoekse gemeenten willen houden.
4.2 Samenstelling bestuur en commissies VNG periode 2010-2014 Na de raadsverkiezingen van 3 maart worden ook het bestuur en de commissies van de VNG opnieuw samengesteld. Op dit moment loopt nog een evaluatie van het huidige stelsel, zoals dat aan het begin van deze bestuursperiode van start ging. Het bestuurt van de VNG heeft inmiddels de procedure van kandidaatstelling voor de komende periode vastgesteld. Vrijdag 16-04-2010
Vrijdag 23-04-2010 Woensdag 28-04-2010 Donderdag 29-04-2010 Woensdag 19-05-2010 Woensdag 09-06-2010
Sluiting termijn voor aanmelding door kandidaten. De speciale adviescommissie voor de voordracht aan de ledenvergadering krijgt een overzicht van alle kandidaten. De provinciale afdelingen van de VNG ontvangen een overzicht van de kandidaten uit hun provincie. Uiterste datum voor indiening voordracht door provinciale afdelingen De speciale adviescommissie stelt -mede op basis van de voordrachten van de provinciale afdelingen- haar enkelvoudige voordracht vast voor de Algemene Ledenvergadering. Het bestuur van de VNG legt de voordracht voor aan de leden. Sluiting termijn voor indienen tegenkandidaten Besluitvorming op Algemene Ledenvergadering van de VNG in Leeuwarden
4.3 VNG organiseert tweede bijeenkomst voor kleine gemeenten Op woensdag 18 november organiseert de VNG samen met de gemeente Hattem de bijeenkomst “Kleine gemeenten, grote kwaliteit”. Het is een vervolg op de bijeenkomst die in april werd gehouden in Asperen (gemeente Lingewaal). Bij de bijeenkomst zijn leden van het bestuur van de VNG aanwezig evenals de voltallige directieraad. Hoe kunnen kleine gemeenten de kwaliteit kunnen leveren die van ze verwacht wordt? Voor welke opgave staan ze? Welke oplossingen zijn er? En hoe ga je als kleine gemeente daarmee om? De thema’s gemeentefinanciën, implementatie van de Wabo en goed werkgeverschap staan centraal. Annemarie Jorritsma, voorzitter van de VNG, komt na de opening aan het woord.Ralph Pans, directievoorzitter van de VNG, leidt de plenaire terugkoppeling na de deelsessies. De bijeenkomst vindt plaats in de Franse School, Kerkplein 16 in Hattem. Ze duurt van 17.00 tot 21.30 uur en is inclusief eten en drinken. Aanmelden via het bestuursbureau van de VNG op 070 373 8770 of via
[email protected].
8
5 PROVINCIAAL BESTUUR 5.1 Provinciale Staten bijeen (14 oktober) Provinciale Staten van Zuid-Holland zijn bijeen geweest op 14 oktober jl. Op de agenda stond naast de Najaarsnota o.a. • Overschrijding van de bebouwingscontour in Leerbroek gemeente Zederik in verband met de realisering van een woonzorgcomplex. • Regeling gevolgen invoering Waterwet voor provinciale regelgeving.
5.2 Statencommissie Bestuur en Middelen (4 november) De Statencommissie komt bijeen op 4 november a.s. Centraal staat de begroting 2010 van de provincie. Omdat de Statencommissie Ruimte en Wonen zo’n volle agenda heeft, worden ook de onderwerpen van de begroting op dat terrein geagendeerd in de Statencommissie Bestuur en Middelen. Andere agendapunten: • Geschiedschrijving van het provinciaal bestuur van Zuid-Holland: voorstel om ter zake opdracht te verlenen aan Erfgoedhuis Zuid-Holland. • Nota provinciaal kader Regionale uitvoeringsdiensten • Financieel toezicht op gemeenten en gemeenschappelijke regelingen: jaarverslag 2008.
6 OVERIGE BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN 6.1 Workshop “Ben ik in beeld?” als raadslid (8 december) Op dinsdagavond 8 december a.s. organiseert het Actieprogramma Lokaal Bestuur van de VNG, in samenwerking met de Vereniging van Zuid-Hollandse Gemeenten, een workshop over beeldvorming bij het opereren als gemeenteraadslid. Goede beeldvorming is van belang, of het nu gaat om een debat, een mediaoptreden of een presentatie. De deelnemers aan deze interactieve bijeenkomst horen tips en trucs en krijgen suggesties om hun boodschap beter over te brengen. Er zijn twee programmaonderdelen: • Een workshop met praktische tips en wetenswaardigheden, basisregels en achtergronden van politieke performance. Deze workshop wordt geleid door r presentatiedeskundige Peter van der Geer van Debat.NL, auteur van “Overtuigend Debatteren”. • Een workshop met praktijkvoorbeelden en discussie. Welk beeld is sterk? Hoe ver ga je in je persoonlijke profilering? Deze workshop wordt geleid door Anka Visser en Henk Westra, regioconsulenten van het Actieprogramma Lokaal Bestuur. De bijeenkomst is bedoeld voor gemeenteraadsleden en kandidaat-raadsleden. Het aantal deelnemers is beperkt. De workshop wordt op 8 december gehouden in het raadhuis van Spijkenisse, Raadhuislaan 106, van 19.30 tot 22.15 uur (inloop vanaf 19.00 uur). Er komt nog een officiële uitnodiging, die verspreid wordt via de griffier. Nadere info: Anka Visser: telefoon: 06-22 69 24 40. De aanmelding loopt via de VZHG:
[email protected].
9
6.2 Herijking provinciaal toezicht op gemeenten 6.2.1
Samenstelling bestuurlijke klankbordgroep en ambtelijke werkgroep
Op 15 september heeft de VZHG bij alle gemeenten de belangstelling gepeild voor deelname aan de bestuurlijke klankbordgroep, resp. de ambtelijke werkgroep van het komend project van de provincie Zuid-Holland tot herijking van het toezicht op de gemeenten. (Zie VZHG-Journaal nr. 9, paragraaf 6.1.) Bij brief van 5 oktober heeft de VZHG een voorstel aan gedeputeerde mw. Van de Vondervoort gedaan. Voor de Bestuurlijke Klankbordgroep • Kees Wassenaar , wethouder van Nederlek • Els van Oortmerssen-Schutte, wethouder van Oegstgeest • Anne de Baat, gemeentesecretaris van Rijswijk • Hans van der Sluijs, burgemeester van Leidschendam-Voorburg • Dirk van der Borg, burgemeester van Graafstroom • Gert Jan Jansen, secretaris VZHG Voor de Ambtelijke Werkgroep • Govard Slooters, gemeentesecretaris van Nieuwkoop • Marjolein Brasser, adviseur afdeling strategie en beleid van Leidschendam-Voorburg • Karen van Rijswijk, senior adviseur regionale aangelegenheden van Papendrecht • Timon van Zessen, afdeling Concern control van Gorinchem • Kees Paalvast, hoofd strategie en beleid van Dordrecht • Dick Bosgieter, medewerker van de Bestuursdienst Rotterdam • Anneke de Brouwer- Koeijers, senior jurist afd. juridische aangelegenheden Zoetermeer. Enkele belangstellenden voor de ambtelijke werkgroep hebben een voorbehoud gemaakt zolang niet duidelijk is hoeveel inzet er verwacht wordt.
6.2.2
Provincie kondigt startbijeenkomst ambtelijke werkgroep aan
Bij mail van 22 oktober 2009 heeft de provincie Zuid-Holland aan de leden van de ambtelijke werkgroep voorgesteld in de tweede helft van november een startbijeenkomst te organiseren. Aangegeven wordt dat het nodig is (meer) inzicht te hebben in het huidige interbestuurlijke toezicht en werkende weg een beeld te krijgen van de beoogde wijzigingen. De provincie Zuid-Holland wil graag met enkele gemeenten van Zuid-Holland een pilot opzetten. In de startbijeenkomst kan aan de orde komen: - Doel van de pilot - Welke gemeenten doen mee met de pilot - Voor welke terreinen van interbestuurlijk toezicht zal de pilot zijn - Samenwerking met VNG en VZHG - Eventuele samenwerking met de inspectie; - Wijze van werken van de ambtelijke werkgroep Halverwege november komt de provincie met een discussiedocument
6.3 CdK rapporteert over (niet-) openstelling burgemeestersvacatures Bij brief van 8 oktober 2009 rapporteert de Commissaris van de Koningin, de heer J. Franssen, de Statencommissie Bestuur en Middelen over de niet-openstelling van burgemeestersvacatures. Hij doet dat periodiek. Deze rapportage betreft de periode 15 april tot 1 oktober 2009. Op 1 oktober 2009 kenden 16 van de 76 Zuid-Hollandse gemeenten een waarnemend burgemeester. In één daarvan (Alblasserdam) is inmiddels een burgemeester door de Kroon benoemd; in een andere (Kaag en Braassem) valt dat binnen afzienbare tijd te verwachten. Bij 12 gemeenten is de vacature niet opengesteld voor vervulling in verband met de lopende herindelingsproceure (Wet arhi). Bij Nieuw-Lekkerland is dat gebeurd omdat de CdK de besluitvorming van de gemeente inzake een vrijwillige herindeling wil afwachten. Bij Rijnwoude
10
tenslotte is de vacature niet opengesteld, omdat GS de besluitvorming over de bestuurlijke toekomst willen afwachten. Het overzicht van waarnemend burgemeesters ziet er (per 1-10-2009) als volgt uit:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.
gemeente
naam wnd. burgemeester
per
Alblasserdam Bergambacht Bodegraven Kaag en Braassem Middelharnis Moordrecht Nederlek Nieuw-Lekkerland Oostflakkee Ouderkerk Reeuwijk Rijnwoude Rozenburg Schoonhoven Vlist Zevenhuizen-Moerkapelle
Mw. L.M. Huizer Hr. A. van Erk Hr. J.P.J. Lokker Hr. H.B. Eenhoorn Hr. P. Zevenbergen Hr. H.A. van der Meer Mw. B.F.A. van der Kluit Hr. M. Houtman Hr. J. Heijkoop Hr. J. de Prieëlle Hr. J. Elzinga Mw. A. Latenstein van Voorst Hr. J.W.J. Wolf Hr. D.W. de Cloe Mw. A.Z. Evenhuis Hr. J.C.G. Fijen
01-07-2007 01-09-2005 15-08-2007 01-01-2009 01-03-2009 01-07-2006 14-03-2008 15-10-2007 01-09-2007 01-05-2009 01-11-2004 07-04-2008 01-12-2006 01-12-2005 01-10-2005 01-09-2005
(Naar verwachting) tot 02-11-2009 01-01-2013 01-01-2011 01-03-2010 01-01-2013 01-01-2010 01-01-2013 01-01-2013 01-01-2013 01-01-2013 01-01-2011 onbepaald 18-03-2010 01-01-2013 01-01-2013 01-01-2010
6.4 Randstadsamenwerking Provinciale Staten van Zuid-Holland hebben in juli een motie aangenomen waarin GS gevraagd werden aan te geven hoe –anders dan alleen in Zuidvleugelverband- een effectieve samenwerking in de Randstad kan worden ontwikkeld. Bij brief van 1 oktober jl. geven GS hoe zij aan die motie uitvoering geven. Het college stelt dat de resultaten van inspanningen op Randstadniveau suboptimaal blijven zolang hun bestuurlijke partners op centraal èn decentraal niveau het Randstedelijk élan van ZuidHolland niet volgen. De inzet blijft gericht op het vergroten van bestuurlijke, maatschappelijke en ruimtelijk-economische samenhang in de Randstad door onder andere: • Inzet op één Randstedelijke vervoerautoriteit; • Het uitvoeren van een gezamenlijke bestuurskrachtmeting als Randstadprovincies; • Het ontwikkelen van een voorstel als vervolg op Randstad Urgent • Het binnenhalen van de Olympische Spelen in 2028 • Het inspelen op de aankondiging in de miljoenennota 2010 dat er “een brede heroverweging openbaar bestuur” komt.
6.5 VNG-commissie Bestuur en Veiligheid ( 5 november) De commissie komt bijeen op 5 november a.s. Op de agenda: • Dienstverlening, presentatie 2e fase visie Jorritsma • Decentralisatie en differentiatie, reactie op kader dat kabinet heeft ontwikkeld • Hoofdlijnenbrief drugs • Benchmark Sturen op veiligheid • Brede heroverwegingen Rijk • Gehandicapten en Veiligheid; gesprek met de heer Tchernoff van de Taakgroep Handicap en Lokale samenleving • Evaluatie Wet tijdelijk huisverbod • Nationaal Uitvoeringsprogramma betere dienstverlening en e-overheid (NUP)
11
• •
Modernisering Gemeentelijke Basis Administratie (mGBA ) Mededelingen en stand van zaken betreffende : Politie, Taskforce overvallen, Burgernet, C2000, Rapporten Onderzoeksraad voor Veiligheid De Punt en Terneuzen, E-awareness.
6.6 VNG-subcommissie Gemeentelijke Dienstverlening en Informatiebeleid (30 oktober) Deze subcommissie van de Commissie Bestuur en Veiligheid is bijeen geweest op vrijdagmorgen 30 oktober 2009. Op de agenda: • Presentatie Dienstverlening: tweede fase Jorritsma • Voorstel werkgroep Branchenormering: Kwaliteitshandvest met minimumnormen • Stand van zaken NUP • Visienota stelsel van basisregistraties • mGBA- voortgang • Mededelingen over de basisregistratie ondergrond Nederland (BRON) Deze subcommissie, die wordt voorgezeten door burgemeester Marijnen van Roosendaal, kent de volgende leden met een Zuid-Hollandse achtergrond: De heer Emmens, wethouder van Zoetermeer, de heer Lambregts, adviseur van de gemeente Zoetermeer, de heer Van Domburg, wethouder van Zoetermeer, de heer Meesters, hoofd Burgerzaken van Rotterdam, de heer Van den Wijngaart, gemeentesecretaris van Leiden, de heer Verkerk, burgemeester van Delft en de heer Kats, burgemeester van Liesveld
6.7 Tweede Kamer praat over decentralisatie en differentiatie (23 november) 6.7.1
Kader voor decentralisatie
In de Tweede Kamer vindt op 23 november a.s. overleg plaats met de bewindslieden Ter Horst en Bijleveld van BZK over decentralisatie en differentiatie. Aan de orde is het kader voor decentralisatie en differentiatie dat eerder is toegestuurd aan de voorzitters van Eerste en Tweede Kamer. Het kabinet komt in het decentralisatiekader niet met nieuwe gedachten. Ook worden er geen concrete nieuwe voorstellen gedaan. Er is al een decentralisatieagenda. De focus ligt op de uitvoering van gemaakte afspraken. Het uitgangspunt blijft “Decentraal wat kan, centraal wat moet”. De visie op de rol van de verschillende overheidslagen is al gegeven in de bestuursakkoorden met VNG en IPO. Gesignaleerd wordt wel dat er een spanning kan ontstaan tussen de eigen verantwoordelijkheid van het rijk en het recht doen aan de eigen verantwoordelijkheid van gemeenten en provincies. Het kabinet is zich daar van bewust en zal terughoudend zijn met het inzetten van hiërarchische instrumenten in zaken waarvoor gemeenten of provincies verantwoordelijk zijn. De Tweede Kamer wordt opgeroepen om die terughoudendheid ook te betrachten.
6.7.2
Drie soorten differentiatie
Wat betreft differentiatie van taken maakt het kabinet een onderscheid in: 1. Inhoudelijke differentiatie tussen decentrale overheden. Deze is een automatisch bijproduct van de lokale autonomie , maar ook van het maken van eigen afwegingen bij de uitvoering van taken in medebewind. 2. Differentiatie als gevolg van het selectief toedelen van taken en middelen. Het kabinet wil deze mogelijkheid (ex artikel 109 van de Gemeentewet) vaker toepassen, wanneer specifieke maatschappelijk opgaven daarom vragen. Als voorbeeld wordt de zgn. Rotterdamwet genoemd of het bevorderen van de zgn. centrumgemeenteconstructie of de Wgrplusgebieden
12
3. Differentiatie in bestuurlijke vormgeving. Het beleid kan ook in samenwerking worden uitgevoerd, zonder dat de aanspreekbaarheid van het bestuur of de duidelijkheid voor de burger verloren gaan. NB Differentiatie in bestuurlijke structuur is voor het kabinet niet aan de orde.
6.7.3
Zeven punten van afweging voor (de)centralisatie
Hoe gaat het kabinet nu concreet bepalen of en zo ja in welke mate een bepaalde taak gecentraliseerd of gedecentraliseerd kan worden? Hiervoor worden 7 punten van afweging geformuleerd: a. Wordt de integraliteit bevorderd? (voorbeeld Wet Participatiebudget) b. Rechtsgelijkheid: in hoeverre zijn verschillen acceptabel tussen gemeenten als het gaat om voorzieningenniveau, regels en procedures? c. Belangenbehartiging: is een goede afweging van belangen geborgd? d. Bestuurlijke drukte, moet niet worden vergroot: e. Doelmatig en doeltreffend: kan dat op lokaal of regionaal niveau? f. Draagvlak: staan de betrokkenen, ook bij het departement, er achter? g. Evenredigheid: Is er een goede balans tussen baten en kosten. Wordt afwentelgedrag voorkomen?
7 VEILIGHEID 7.1 Drie bureaus in Zuid-Holland voor bestuurlijke aanpak criminaliteit Om de bestuurlijke, geïntegreerde aanpak van georganiseerde criminaliteit op lokaal niveau te faciliteren, heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties samen met de VNG het programma ‘Bestuurlijke aanpak georganiseerde misdaad’ opgesteld. Een onderdeel van dit programma is de oprichting van zogenaamde Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC’s) in Nederland. In ZuidHolland komen er drie, zo maakt de VNG in een leden brief van 15 oktober 2009 (nr. 09/118) bekend. De veiligheidsregio’s Haaglanden en Hollands Midden doen samen met één bureau. RIEC Haaglanden/Hollands-Midden Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag, telefoon 070-7525624 RIEC Rotterdam-Rijnmond Postbus 70012, 3000 KP Rotterdam, telefoon 010-4172944 RIEC Zuid-Holland-Zuid Postbus 1070, 3300 BB Dordrecht (nog geen telefoonnummer bekend gemaakt) De bureaus zijn of worden tot het eind van deze kabinetsperiode (2012) ingesteld door het rijk bij wijze van pilot en “door middel van cofinanciering”. Daarna wordt een besluit genomen over voortzetting en de eventuele wijze waarop. De RIEC’s vormen een knooppunt waarbinnen de informatie van verschillende handhavings- en opsporingsdiensten (politie, openbaar ministerie, belastingdienst) naast elkaar worden gelegd. Ter ondersteuning van gemeenten zal het centrum gevraagd én ongevraagd analyses maken van de lokale verwevenheid tussen de onder- en bovenwereld en de wijze waarop dit tot uitdrukking komt. Verder faciliteert het centrum de onderlinge afstemming van strafrechtelijk en bestuurlijk handhavend optreden op regionaal niveau en ondersteunt het gemeenten bij de toepassing van de Wet Bevordering Integriteitsbeoordeling door het Openbaar Bestuur (BIBOB). Het is de bedoeling dat de RIEC’s een hulpmiddel zijn bij de afweging wat de meest adequate aanpak als overheid is: strafrechtelijk, fiscaal (aanslagen, naheffingen, boetes) of bestuurlijk (bijvoorbeeld weigeren of intrekken van een vergunning).
13
8 GEMEENTEFINANCIËN 8.1 VNG-commissie Financiën (8 oktober) De commissie is op donderdag 8 oktober 2009 in Dordrecht bijeen geweest. Op de agenda: • Rijksbegroting 2010 en Heroverwegingsoperatie • Financiële verhouding: Terugblik op het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhouding van 31 augustus 2009 en bespreking van de beschouwing van de Raad van State over interbestuurlijke verhoudingen • Kostentoerekening leges • Belastingen: Ontwikkeling OZB-tarieven, Lokaal belastinggebied, Stuurgroep WOZ [stand van zaken], Onderzoek Individuele Woonlastenmonitor, Afschaffing precariobelasting. • Financieel beheer: Onderzoek schatkistbankieren. • Bestuurlijke organisatie VNG: evaluatie.
8.2 Financieel toezicht op gemeenten Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben het jaarverslag uitgebracht van het financieel toezicht dat zij in 2008 hebben uitgeoefend op de Zuid-Hollandse gemeenten en gemeenschappelijke regelingen. De belangrijkste punten: • Het aantal gemeenten dat onder preventief toezicht staat is gedaald van 9 in 2008 naar 8 in 2009. Alleen bij de gemeente Ouderkerk liggen hieraan financiële redenen ten grondslag. Twee gemeenten waren te laat met het inzenden van de begroting 2009: Rijnwoude en Kaag en Braassem. Laatstgenoemde gemeente is pas op 1 januari jl. ontstaan en kon dus moeilijk voor 15 november 2008 een begroting insturen. Bij 5 gemeenten geldt per definitie een preventief regiem, omdat zij in een arhi-procedure zitten: Moordrecht, Nieuwerkerk aan den IJssel, Zevenhuizen-Moerkapelle, Bodegraven en Reeuwijk • Het aantal gemeenschappelijke regelingen (ca. 60) dat onder preventief financieel toezicht staat is gedaald: van 9 in 2008 naar 6 in 2009. Daarbij gaat het in alle gevallen om regelingen die niet tijdig (d.w.z. uiterlijk 15 juli) de begroting hebben ingezonden: de Avelingen Groep (sociale werkvoorziening Gorinchem e.o.), het Bedrijvenschap Bleizo (Bleiswijk-Zoetermeer), de Logopedische Dienst Kring Sliedrecht, Bureau Halt Rotterdam Rijnmond, de GGD Zuid-Hollandse Eilanden en het Openbaar Lichaam Voortgezet Onderwijs in Waddinxveen en Boskoop. Bij laatstgenoemde regeling was ook sprake van financiële gronden. • De reserves van de gemeenten zijn gestegen met 13%, maar de omvang van de voorzieningen is gedaald met 32%. • De lokale lasten zijn in totaliteit gestegen: OZB met 4,4%, afvalstoffenheffing met 1,7% en de rioolrechten met 3,9%. • De belastingdruk, uitgaande van de gemiddelde taxatiewaarde van een woning, is in 2009 met 3,3% gestegen. Ook besteden GS in hun jaarverslag aandacht aan enkele ontwikkelingen rond het financiële toezicht, zoals de Commissie Oosting (herijking interbestuurlijk toezicht), afschaffing/wijziging toezicht op gemeenschappelijke regelingen en het vervallen van de toets financieel-economische uitvoerbaarheid bestemmingsplannen.
14
9 ONDERWIJS, CULTUUR, ZORG EN WELZIJN 9.1 Fusieconferentie Tympaan op 23 november Het NSI Zuid-Holland gaat op in het Tympaan Instituut, het provinciaal kennisinstituut op het terrein van samenlevingsvraagstukken. Ter gelegenheid van de fusie wordt op maandagmiddag 23 november een conferentie georganiseerd over “De Staat van de Zuid-Hollandse Samenleving”. Dit gebeurt in “De Drie Hooibargen” in Zoetermeer. Tonny van de Vondervoort (gedeputeerde Samenleving van de provincie Zuid-Holland) en Michel den Os (directeur) introduceren het nieuwe Tympaan Instituut. In workshops wordt ingegaan op: • Jeugdwerkloosheid en de gevolgen van de kredietcrisis • Verharding van de samenleving • Cultuurparticipatie • Gevolgen van AWBZ-hervormingen De begeleiding van de bijeenkomst is in handen van Eelco Koolhaas van het Beleidstheater en acteur Thijs Feenstra. Aanmelding via: www.tympaan.nl
10 WERK EN INKOMEN 10.1 VNG-commissie Werk en Inkomen (8 oktober) De commissie is op 8 oktober jl. in Dordrecht bijeen geweest. Op de agenda: • Schuldhulpverlening • Wet WIJ • Begroting SZW • Update werkontbijt / jeugdwerkloosheid • Evaluatie VNG-commissiestructuur • VNG-thema’s voor 2010 • Overige aangelegenheden: Toekomst van het VAVO / stand van zaken pilots; Uitvraag regionaal arbeidsmarktbeleid; WSW / Pilots commissie De Vries, Pilots WA-jong
11 RUIMTE EN WONEN 11.1 Reactie GS op “Gemeentelijke visie op lokaal belang” Op 16 juni jl. bood de VZHG Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland de “Gemeentelijke visie op het lokaal belang in de ruimtelijke ordening” aan (Zie VZHG-Journaal nr. 6, paragraaf 10.1.). Nadat gedeputeerde Govert Veldhuijzen op 1 september een voorlopige reactie had gegeven (zie VZHGJournaal nr. 9, paragraaf 10.1), werd op 12 oktober jl. van GS de schriftelijke reactie ontvangen. De discussie binnen het college naar aanleiding van de gemeentelijke visie en het daarover op 3 september gevoerde overleg heeft geleid tot een aantal “noties”. Wat betreft de verhouding tussen de Provinciale Structuurvisie en regionale/gemeentelijke structuurvisies benadrukken GS dat elke bestuurslag verantwoordelijk is voor het formuleren van zijn eigen belangen en het vastleggen daarvan in structuurvisies. De provinciale belangen vormen het inhoudelijke kader voor de totstandkoming van (inter)gemeentelijke structuurvisies. Om vroegtijdig duidelijkheid te geven over de
15
concrete betekenis van dat kader is de provincie Zuid-Holland bereid actief te participeren in het ontwerpproces van (inter) gemeentelijke structuurvisies. In dat proces kan blijken dat het provinciaal kader onnodig een belemmering vormt voor de uitkomst van een adequate afweging op (inter) gemeentelijke schaal. Als daarover overeenstemming is tussen provincie en gemeenten, zijn GS bereid een voorstel te doen tot wijziging van het provinciaal beleid. Voorwaarde is dat de gemeenteraden de structuurvisie hebben vastgesteld. Vervolgens maken GS in hun brief een onderscheid tussen de intergemeentelijke structuurvisie en de regionale structuurvisie. De provincie hecht grote waarde aan die bijzonder vorm, waarin gemeenten “op de schaal van hun regio’s tezamen hun ruimtelijke belangen vastleggen”. Volgens GS is dat meestal de geëigende schaal is om dat te doen. Als in dat proces de wens tot aanpassing van het provinciale beleid aan de orde komt, zullen zo nodig ook Provinciale Staten daarbij in een vroegtijdig stadium worden betrokken. In dat geval is het gewenst de inspraakprocedures aan elkaar te koppelen, onverlet de eigen verantwoordelijkheid van raden en staten voor hun eigen beleid. GS willen bovenbedoelde handelwijze in overleg met de VZHG uitwerken en vastleggen in bestuurlijke afspraken. Dit is in lijn met de afspraak die op 3 september met de regioportefeuillehouders ruimtelijke ordening is gemaakt om tot een procesconvenant te komen, dat –wat de gemeenten betreft- zoveel mogelijk lijkt op de samenwerking tussen provincie en stadsregio Rotterdam ten aanzien van RR2020. De overige “noties” van GS stonden ook al in de concept-reactie van begin september (zie VZHGJournaal nr. 9): de handelwijze ten aanzien van contourwijzigingen, de andere inrichting van de Verordening Ruimte (geen dubbele regelingen, het systeem van ontheffingen terugdringen), het gelijk stellen van de termijnen voor aanpassing bestemmingsplannen aan de AMvB Ruimte en de mogelijkheid van een zware adviesbevoegdheid voor gemeenten die willen meewerken aan een inpassingsplan.
11.2 Statencommissie bespreekt nieuw ontwerp Provinciale Structuurvisie (PSV) 11.2.1 Bijgesteld ontwerp uitgebracht door GS Bij brief van 7 oktober 2009 is het ontwerp van de Provinciale Structuurvisie en van de Verordening Ruimte, zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 22 september jl., verspreid onder de leden van Provinciale Staten. Hieraan waren o.a. toegevoegd: een aanbiedingsbrief, diverse functiekaarten, een inhoudelijke toelichting en zogenaamde protocollen voor de toepassing van de bevoegdheden die Provinciale Staten op grond van de Wet ruimtelijke ordening hebben. Het college stelt Provinciale Staten voor om kennis te nemen van de stukken en deze ter inzage te leggen voor de formele inspraakperiode van 23 november 2009 tot en met 17 januari 2010. Gevraagd wordt om in te stemmen met de bedoelde protocollen.
11.2.2 Statencommissie Ruimte en Wonen vraagt om enkele wijzigingen in de tekst Op woensdagavond 28 oktober vond een “Statenbrede” vergadering plaats van de commissie Ruimte en Wonen, waarin de bijgestelde ontwerpen aan de orde kwamen. Er vond een uitgebreid debat plaats, waarin de commissie zich niet beperkte tot de procedurele vraag of ingestemd kon worden met het ter inzage leggen van de ontwerpstructuurvisie en ontwerpverordening c.a. Ook inhoudelijk werd er door de commissie diepgaand ingegaan op de tekst van de ontwerpen. Op een aantal punten werd GS gevraagd die tekst nog aan te passen voor de ter inzage legging vanaf 23 november. Ook in meer algemene zin deed de commissie een aantal (voorlopige) beleidsuitspraken. Gedeputeerde Veldhuijzen zegde toe aan Gedeputeerde Staten voor te stellen de gevraagde wijzigingen over te nemen.
16
De Statencommissie heeft o.a. uitgesproken dat de discussie over de contouren en hoe daar mee om te gaan, terug komt in de Staten. De zgn. 80% verstedelijkingsopgave wordt gezien als een ambitie en wordt daarom niet opgelegd. Over de “30% sociale woningbouw” wil de commissie verder praten op 2 december, wanneer ook de Monitor Wonen en het rapport “Sociale woningvoorraad en doelgroep in beeld” op de agenda staan. Dan komt ook het “ondergronds ruimtegebruik” aan de orde. De commissie wil verder dat de Staten een nadere discussie voeren hoe er om gegaan moet worden met het voorstel van “de Bollenregio”. Na afloop van de inspraakperiode wil de commissie praten over een suggestie van de CU/SGP-fractie over de HMC-bedrijven en de clustering. De financiële paragraaf komt in juni 2010, bij de definitieve vaststelling op de agenda. GS komen terug op een vraag van het Statenlid Ten Hagen over Natura 2000 Deltawateren en de betekenis daarvan voor het Kierbesluit Haringvliet. De commissie adviseert verder Provinciale Staten om de voorgelegde “Protocollen toepassing Wro bevoegdheden” zonder discussie vast te stellen. De toegezegde tekstwijzigingen hebben o.a. betrekking op het woordgebruik sierteelt versus boomteelt, verheldering van de passage over de CO² opslag, het schrappen van enkele passages over de Vlietzone en over de Cruiseterminal bij Scheveningen. Verder is gevraagd om bij windmolens niet te spreken van voorkeurslocaties, maar van zoeklocaties en het onderwerp “Bouwwerken in het landelijk gebied die geen gebouw zijn” op de onderzoeksagenda te plaatsen.
11.3 VROM –ambassadeursoverleg Wet ruimtelijke ordening Op 30 september jl. kwam het VROM-overleg bijeen van ambassadeurs Wet ruimtelijke ordening. Namens het Ministerie werd de uitgave aangekondigd van een eenvoudige brochure voor gemeenten, waarin aandacht wordt gevraagd voor de opvatting dat een bestemmingsplan niet per definitie gedetailleerd hoeft te zijn. De praktijkdagen over de digitale aspecten kenden ruim 800 deelnemers. Uit de laatste peiling blijkt dat 91 % van de gemeenten verwacht per 1 januari a.s. te kunnen voldoen aan de wettelijke eisen wat betreft digitalisering. Het expertteam van VROM blijft nog tot het eind van het jaar actief. Van meerdere kanten werd aandacht gevraagd voor de planschaderegeling op grond van de nieuwe Wet die gemeenten opzadelt met enorme kosten, wanneer sprake is beperkingen van de bestemmingen door Europese regelgeving (Natura 2000 en of Verdrag van Valetta). De vertegenwoordigers van VROM konden geen helder antwoord formuleren op vragen over de ingreep die de Crisis- en Herstelwet gaat betekenen voor de procedures die de Wet ruimtelijke ordening voorschrijft. Een ander departement (Economische Zaken) heeft daarin het voortouw en de afstemming is nog niet adequaat geregeld. Het overleg ging ook per provincie na of en hoe provinciebestuur en gemeenten oog hebben voor elkaars positie onder de nieuwe Wet. Waar vanuit Zuid-Holland een positiever signaal werd afgegeven dan voor de zomer, hebben de Brabantse gemeenten nog steeds het gevoel dat de provincie alles dicht regelt. In Gelderland hikt men aan tegen de systematiek van ontheffingen die de provincie heeft ontworpen. De provincies Limburg en Drenthe wachten op ruimte van de minister om geen verordening te hoeven maken, maar in het laatste Algemeen Overleg met de Tweede Kamer wilde zij zover niet gaan. Flevoland vindt een verordening als instrument niet nodig en ziet ook maar twee thema’s die “verorderbaar” zijn , de concentratie van de glastuinbouw en de bollenteelt. De provincie Overijssel meldt dat de tijd dat de provincie gemeentelijke plannen bij zich heeft, steeds korter wordt. De provincie Friesland heeft een heel ander probleem. Er is geen capaciteit om vooroverleg met de gemeenten te voeren en daarom ligt het aantal ingediende zienswijze relatief erg hoog.
11.4 Agenda Provinciale Planologische Commissie (PPC) Datum 29-10-2009
Agendapunten • Deltaprogramma naar aanleiding van het rapport Veerman, reactie vanuit de waterschappen
17
• 17-12-2009
•
Presentatie door Hans Oosters (dijkgraaf van Schieland en de Krimpenerewaard) namens de Vereniging van de Zuid-Hollandse Waterschappen Migratiesaldo nul en de Kwaliteitsatlas Groene Hart Presentaties door Mark Reede en Isolde Somsen van de provincie Zuid-Holland. Transformatievisie Merwedezone Toelichting op door de stuurgroep vastgestelde transformatievisie
11.5 Statencommissie Ruimte en Wonen (28 oktober) De commissie is bijeen geweest op 28 oktober jl. Op de agenda: • Provinciale structuurvisie (PSV) en Provinciale verordening Ruimte (bijgestelde ontwerpen), Zie voor de uitkomst paragraaf 11.2.2. • Inpassingsplan RijnGouwelijn West (startnotitie) De commissie adviseerde Provinciale Staten de notitie zonder discussie vast te stellen • Verordening op de Provinciale Planologische Commissie 2009. De commissie adviseerde Provinciale Staten de verordening zonder discussie vast te stellen • Monitor Wonen 2009 en Sociale Woningvoorraad en doelgroep in beeld Deze rapportages die op verzoek van de commissie zijn uitgebracht, worden inhoudelijk besproken in de commissievergadering van 2 december a.s.
11.6 VNG-commissie Ruimte en Wonen (5 november) De commissie komt bijeen op 5 november a.s. Op de agenda: • Deltaprogramma (themabespreking) Presentatie en toelichting door de heer Ir. B.W.A.H. Parmet, secretaris van het Deltaprogramma. • Crisis en herstelwet (CHW) • Voortgang stimuleringsbudget bouw • Statushouders en pardon • Gas en Elektra • Nationale Hypotheek Garantie (NHG) statutenwijziging • Handhaving RO • Diverse aangelegenheden: Procedure tweede tranche van de AMvB ruimte , de omgangscode AMvB ruimte, Voorstel voor ronde tafel over “Van structuurvisie naar realisatie” in relatie tot de Crisis en Herstelwet, Position paper VNG n.a.v. Beleidsbrief Modernisering Monumentenzorg ; Stand van zaken stedenbeleid/ISV, evaluatie Grote Steden Beleid GSB 3; Prestaties in perspectief en Gevolgen subsidiebesluit Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (brief d.d. 12 oktober 2009 van de SEV)
11.7 RO-café: Is Zuid-Holland werkelijk de lelijkste provincie van Nederland? De provincie Zuid-Holland organiseert op donderdagmiddag 26 november a.s. (15.00 tot 18.00 uur op de 42e etage van het Strijkijzer, Rijswijkseplein 761 in Den Haag) een RO-café over ruimtelijke kwaliteit. Is Zuid-Holland werkelijk de lelijkste provincie van Nederland? Valt er nog wel kwaliteitswinst te boeken? Hoe vanzelfsprekend is ruimtelijke kwaliteit eigenlijk? De bijeenkomst begint met een interview van gedeputeerde Govert Veldhuijzen, gevolgd door een presentatie door Eric Luiten, provinciaal adviseur Ruimtelijke Kwaliteit. De aansluitende discussie wordt geleid door Bert van Meggelen. Aanmelding:
[email protected]
11.8 Bestuurdersconferentie Zuidvleugel Op maandagmiddag 12 oktober jl. werd in het Kurhaus te Scheveningen de Bestuurdersconferentie Zuidvleugel 2009 gehouden. Hiervoor waren bestuurders van gemeenten, regio’s, provincie en rijk uitgenodigd en vertegenwoordigers van marktpartijen, wetenschap en maatschappelijke organisaties. Het
18
thema van de conferentie was ‘Verdichten en verruimen in de Zuidelijke Randstad'. Hoe kan er meer stedelijk gebouwd zonder de kwaliteit van de stad aan te tasten als aangename plek om te wonen, te werken en te recreëren? Dagvoorzitter was Felix Rottenberg. Na de opening door CdK Jan Franssen en inleidingen van rijksbouwmeester Liesbeth van der Pol en de Canadese planoloog Larry Beasley was er ruimte voor deelname aan werksessies: 1. Kansrijke economische segmenten in de Zuidvleugel 2. Gezamenlijke ontwikkeling stedenbaanlocaties - Case Stadionpark, Rotterdam 3. Park Supermarkt 4. Beleid maken als beeldenstrijd 5. Kinderen in de stad 6. Metropolitaan Landschap Zuidvleugel 7. Zuidvleugelnet: naar een naadloos openbaar vervoer 8. Het nieuwe landelijk wonen 9. Puzzelen met ruimte in de stad (of: Hoe maak je steden vol ruimte?) 10. Metropoolregio Rotterdam/Den Haag
11.9 Provincie brengt Monitor Wonen 2009 uit Bij brief van 5 oktober 2009 bieden Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland de Monitor Wonen 2009 aan, voortgang en vooruitblik woonbeleid provincie Zuid-Holland. Het college baseert zich voor dit overzicht op enerzijds de Woonvisie 2005-2014 en anderzijds op de ontwerp Provinciale Structuurvisie (PSV) die recent is uitgebracht. In de periode 2005-2008 is het inwonertal van Zuid-Holland nauwelijks gegroeid (met ruim 21.000 mensen); voor de periode 2010-2019 wordt uitgegaan van een groei tussen de 7 tot 15 duizend per jaar, bij een groei van de woningvoorraad van 9 tot 13 duizend per jaar. Buiten de zgn. Zuidvleugel stabiliseert zich de bevolkingsomvang. Verwacht wordt dat de steden zullen blijven groeien. In de monitor wordt een aantal acties voorgesteld dat een plaats moet krijgen in het Uitvoeringsprogramma van de PSV. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld onderzoek naar het vergroten van het aandeel huurwoningen in de nieuwbouwproductie, naar transformatie van woonmilieus, het bevorderen van centrumstedelijke woonmilieus of het vaststellen van de vereiste kwaliteit voor het binnenstedelijk bouwen. Ook formuleren GS acties “van bestuurlijke aard”, zoals • Het ontwikkelen van regionale scenario’s voor behoud van leefbaarheid en vitaliteit in geval van “krimp”, • Prioriteit geven aan de ontwikkeling van Stedenbaanstations • Rond Stedenbaanstations komen tot transformatie van verouderde bedrijventerreinen en niet meer in gebruik zijnde gebouwen. • Het bouwen van gemiddeld 19 duizend nieuwbouwwoningen per jaar in de periode 2010-2019 • In de periode 2010-2012 geen gebruik maken van “het ventiel Zuidplaspolder”. Aan de monitor is een bijlage toegevoegd waarin de inhoudelijke conclusies per regio zijn opgesomd. Gedeputeerde Veldhuijzen is van plan de uitkomsten van de monitor en de te ondernemen acties per regio te bespreken met het betreffende portefeuillehoudersoverleg volkshuisvesting.
11.10 In hoeverre wordt de sociale woningbouw gebruikt door de doelgroep? Gedeputeerde Veldhuijzen heeft in een notitie van 9 oktober 2009 aan de Statencommissie gerapporteerd over de sociale woningvoorraad in Zuid-Holland en de mate waarin de doelgroep daarvan gebruik maakt. De sociale woningvoorraad is volgens de rapportage ruim twee keer zo groot als het
19
aantal huishoudens waarvoor ze bedoeld zijn. Bijna 62 % van de sociale woningbouw wordt bewoond door huishoudens die niet tot de doelgroep behoren. De doelgroep bestaat uit 405.000 huishoudens, gedefinieerd aan de hand van de vraag of betrokkenen in aanmerking komen voor huurtoeslag. Dit is 27 % van het totaal aantal huishoudens. Die huishoudens zijn verschillend verdeeld binnen de provincie. In de Rijnstreek is het 18 % van het totaal aantal huishoudens, in de stadsregio Rotterdam 32 %. De totale voorraad aan sociale woningbouw in Zuid-Holland bedraagt 816.000, dat is 55 % van het totaal aantal woningen. In de stadsregio Rotterdam is het aandeel sociale woningbouw het hoogst: 64 %; in de Rijnstreek het laagst: 33 %. Van de sociale woningvoorraad wordt 38 % (311.000) bewoond door de doelgroep. In Haaglanden en de stadsregio Rotterdam ligt dit aandeel het hoogst: 40 %; op Goeree-Overflakkee het laagst: 23 %. Van de doelgroep woont ruim 75 % daadwerkelijk in een sociale woning, variërend van 60 % in de Rijnstreek tot 81 % in de stadsregio Rotterdam.
12 GROEN 12.1 Statencommissie Groen, Water en Milieu 12.1.1 Vergadering op 28 oktober 2009 De Statencommissie GWM is bijeen geweest op 28 oktober jl. Op de agenda o.a.: • CO² -opslag Barendrecht: onderzoeksrapporten en vervolg toetsingskader • Begroting 2010; • Natuur- en Landschapsbeheer: wijziging van de subsidieregelingen • Zandmotor, kwaliteitsverbetering van de kust • Nota Wervelender: onderzoek naar nieuwe locaties voor windturbines Tijdens de lunchpauze was er een bijeenkomst over de ontwikkeling van een visie op de landbouw in Zuid-Holland.
12.1.2 Vergadering 4 november 2009 De Statencommissie komt ook bijeen op 4 november a.s. Dan staat op de agenda: • Luchtkwaliteit: SP-rapport “Industrie kan 5 keer schoner”, reactie GS en voortgang dossier luchtkwaliteit; • Natuurontwikkeling Zuiderdieppolders, Roxenisse en Aardappelgors. Gezien de directe relatie met de Provinciale Structuurvisie (PSV) heeft het presidium van Provinciale Staten besloten om drie dossiers van de commissie Groen, Water en Milieu over te hevelen naar de commissie Ruimte en Wonen: 1. Nieuwe locaties voor windturbines (Nota Wervelender) 2. Ondergronds Ruimtegebruik 3. Het provinciale landschapsparken systeem.
12.2 Natura 2000 Deltawateren De Bestuurlijke Adviesgroep Natura 2000 Deltawateren (BAND) komt bijeen op- 6 november a.s. in Bruinisse. Op de agenda staat o.a. het zgn. regioproces in het licht van de vertraging die aan rijkszijde is opgetreden. Een consortium van ingenieursbureaus zou komen met een “Nadere Effect Analyse Bestaand Gebruik”, maar Rijkswaterstaat deelt mee dat dit onderzoek tot op heden onvoldoende resultaat heeft opgeleverd. Dit is tevens aanleiding om de complexe werkwijze nog eens onder de loep te nemen. Aan de orde komt de gewijzigde planning van het Beheerplan. De meest recente planning voor de aanwijzing van de gebieden Natura 2000 Deltawateren in Zuid-Holland is als volgt:
20
nr
gebied
Datum ontwerp besluit Januari 2007
Geplande datum definitief besluit April 2010
108
Oude Maas
109
Haringvliet
Januari 2007
April 2010
111
Hollandsch Diep
Januari 2007
April 2010
114
Krammer-Volkerak
April 2010
December 2010
115
Grevelingen
September 2008
April 2010
13 MILIEU 13.1 VNG- commissie Milieu en Mobiliteit (8 oktober) De commissie is op 8 oktober 2009 in Dordrecht bijeen geweest. Op de agenda: • Commissie Elverding /de oplevertoets/ NSL Op 2 juli heeft de VNG-commissie kort gesproken over de verhouding tussen de opleveringstoets, zoals die door de Commissie Elverding is geadviseerd in het kader van de versnelling van de besluitvorming over infrastructuurprojecten én de toetsing van projecten in het kader van het Nationale Samenwerkings-programma Luchtkwaliteit (NSL). Afgesproken is om de voors en tegens van beide varianten naast elkaar te zetten, zodat de commissie een betere keuze kan maken tussen beide varianten. Aan de commissie is gevraagd aan welke wijze van toetsing van infrastructuurprojecten zij de voorkeur geeft: aan de projecttoetsing à la Elverding of de gebiedsgewijze NSL-toetsing óf via het beschreven alternatief? • Wijziging Tracéwet De VNG ontving van het ministerie van V&W het voorontwerp voor het wetsvoorstel tot wijziging van de Tracéwet. Dit wetsvoorstel biedt de wettelijke basis voor de structurele invoering van het advies ‘Sneller en Beter’ van de Commissie Elverding en de Kabinetsreactie hierop. VNG is gevraagd om inhoudelijke reactie op het voorontwerp vóór 23 oktober a.s. Aan de commissie is een conceptreactie voorgelegd. • Regionale uitvoeringsdiensten en de Wabo Naar aanleiding van de ledenraadpleging en het bestuurlijk overleg met VROM, Justitie en het IPO is de commissie mondeling geïnformeerd over de laatste stand van zaken. • Producentenverantwoordelijkheid en gemeentelijke zorgplicht Wat moeten de aandachtspunten zijn voor een stelsel van wet- en regelgeving waarin producentenverantwoordelijkheid en gemeentelijke zorgplicht elkaar versterken en doelen achter de gedachte van producentenverantwoordelijkheid eindelijk gerealiseerd gaan worden? • Wetsvoorstel Experimenteerwet differentiatie parkeertarieven De experimenteerwet differentiatie parkeertarieven heeft als doel gemeenten mogelijkheden te bieden om vervuilende auto’s te ontmoedigen in stadscentra te parkeren. Het wetsvoorstel beoogt te regelen dat Amsterdam, Apeldoorn, Den Haag, Leiden, Nijmegen, Rotterdam en Utrecht met het oog op de verbetering van de lokale luchtkwaliteit op grond van bepaalde milieukenmerken van een voertuig kunnen experimenteren met het differentiëren van parkeertarieven voor zowel het parkeren aan de meter, als voor het parkeren met een parkeervergunning.
21
•
•
Rijksbegroting V&W en VROM voor 2010 Begrotingsbehandeling V&W in de Tweede Kamer is gepland in de week van 24-26 november 2009, van VROM is in de week van 8 december. Overige aangelegenheden: Concept wijziging Wegenverkeerswet, Zwerfafvalprogramma 2010-2012, Uitwerking bijlage 1 INSPIRE richtlijn, stand van zaken convenant vergunningvrije antennes, VNG-reactie tbv. nieuw EUWitboek vervoer, stand van zaken Uitvoeringsprogramma bodem, verpakkingen stand van zaken, Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen, de Crisis- en herstelwet.
13.2 Wabo en regionale uitvoeringsdiensten 13.2.1 Minister overlegt met Tweede Kamer Op 30 september jl. sprak de Tweede Kamer in een Algemeen Overleg met minister Cramer van VROM over de invoering van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) en de regionale uitvoeringsdiensten (RUD’s). Behalve het CDA maakte geen enkele partij een punt van de invoering van de Wabo per 1 januari a.s. Invoering op zijn vroegst per 1 juli 2010 wordt geaccepteerd. Daarbij speelt mee dat de Eerste Kamer nog tot parlementaire afronding moet komen, waarna het Besluit Omgevingsrecht begin volgend jaar naar de Raad van State kan gaan. De wet kan op zijn vroegst in april in het Staatsblad staan en dan moeten gemeenten en provincies nog zeker drie maanden de tijd hebben om alles op orde te krijgen. De Tweede Kamer is in meerderheid akkoord met de zgn. package deal die met VNG en IPO is gesloten over de Regionale Uitvoeringsdiensten. Wel wil men meer helderheid over het takenpakket en de juridische en geografische vormen. Een aantal fracties verwacht dat de ministers daar niet rigide mee om zullen gaan. Afwijkingen van de Veiligheidsregio en van de gemeenschappelijke regeling als juridische vorm moeten mogelijk zijn. Het tijdpad, dat bij de package deal hoort, werd krap genoemd. Hoe kunnen er in december afspraken liggen op hoofdlijnen over het werkgebied van de RUD’s en over de juridische vorm, terwijl de kwaliteitscriteria ook pas in december vastgesteld worden? De minister heeft de Kamer toegezegd nog in oktober met een brief aan de Kamer te komen, waarin duidelijkheid wordt verstrekt over het basistakenpakket. In december zal zij de Kamer informeren over de vorming van de RUD’s en de kwaliteitseisen.
13.2.2 Wat is er nu landelijk afgesproken? In juni 2009 hebben VROM, IPO en VNG een principeovereenkomst gesloten over de uitvoering Wabo en de handhaving van de VROM taken. Kern van deze zgn. “ package deal” was dat voor een goede uitvoering van de VROM taken de kwaliteitscriteria wettelijk worden vastgelegd. Deze criteria hebben zowel betrekking op de inhoud als op het proces van taakvervulling, maar ook op de minimale omvang (“kritische massa”) die de dienst moet hebben. Met het oog op de noodzakelijk geachte professionalisering gaan provincies en gemeenten samen die regionale uitvoeringsdiensten oprichten. Aan die diensten wordt in ieder geval het zgn. basistakenpakket opgedragen. De VNG heeft hierover een schriftelijke ledenraadpleging gehouden: een meerderheid van de gemeenten kan zich vinden in de package deal, maar niet met de omvang van het basistakenpakket. De regionale uitvoeringsdienst (RUD) opereert als uitvoerende, ondersteunende dienst van en voor de betreffende gemeenten en provincie. Het dagelijks bestuur daarvan (college van B&W of college van GS blijft het bevoegd gezag en is dus eindverantwoordelijk voor de taken die bij de regionale dienst zijn ondergebracht. Het Wabo-loket voor burgers en bedrijven blijft bij de gemeenten en de provincie. Uitgangspunt is, dat er landsdekkend 25 regionale uitvoeringsdiensten komen, waarvan het werkgebied gelijk is aan dat van de veiligheidsregio. Afwijking hiervan is mogelijk. Hiervoor zal vóór 1 december 2009
22
een gemotiveerd voorstel door betrokken gemeenten en de provincie moeten worden gedaan aan het Rijk, waar men vóór 1 januari 2010 zal beoordelen of met de voorgestelde afwijking kan worden ingestemd. In beginsel krijgen de diensten de juridische vorm van een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). Een andere organisatievorm is mogelijk als alle betrokken partijen daarmee instemmen en hiermee op een minstens gelijkwaardige wijze invulling gegeven wordt aan de randvoorwaarden voor de “robuuste landsdekkende uitvoeringsstructuur”. Bij het uitblijven van overeenstemming tussen de betrokken overheden over een eventuele andere organisatievorm, wordt een openbaar lichaam (Wgr) ingesteld. De provincie voert de regie bij de vorming van de regionale uitvoeringsdiensten en bij de ontwikkeling en toepassing van de kwaliteitscriteria. Verwacht wordt dat de provincies – in het kader van het project Herziening Interbestuurlijk Toezicht IBT- vanaf 1 januari 2012 als interbestuurlijk toezichthouder gaan beschikken over doorzettingsmacht om gemeenten die in gebreke blijven, te dwingen om taken uit het basispakket of andere taken, waarvoor niet aan de kwaliteitscriteria wordt voldaan, onder te brengen bij de regionale uitvoeringsdienst. Dat basistakenpakket van de regionale uitvoeringsdienst staat nog ter discussie, als het gaat de vraag wat ‘complexe’ en ‘bovenlokale’ taken zijn. Het zal vermoedelijk bestaan uit de vergunningverlening, toezicht en handhaving van de provinciale milieutaken, idem voor de gemeentelijke milieuvergunningplichtige inrichtingen, toezicht en handhaving op afvalinzameling en verwerking, toezicht en handhaving op grondstromen en bovenlokale infrastructuur zoals gasleidingen en elektriciteitsleidingen. Het verlenen van de overige gemeentelijke vergunningen en het toezicht en handhaving ten aanzien van bouwen, wonen en ruimtelijke ordening vormen geen onderdeel van het basistakenpakket. Gemeenten zijn overigens wel vrij om die taken toch bij een regionale uitvoeringsdienst onder te brengen.
13.2.3 Provinciaal Kader voor Regionale Uitvoeringsdiensten in Zuid-Holland Op 6 oktober 2009 hebben Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland het bestuurlijk kader opgesteld voor de vorming van zgn. Regionale Uitvoeringsdiensten in Zuid-Holland. Conform landelijk gemaakte afspraken over de invoering van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) beschrijven GS de verschillende rollen van de provincie. De provincie is enerzijds opdrachtgever van de nieuwe diensten voor de advisering over een aantal milieutaken die thans bij de provincie zelf berusten en anderzijds trekker van het proces dat er toe moet leiden, dat ook gemeenten bepaalde milieuadviestaken daar onder brengen, zodanig dat er binnen de veiligheidsregio’s een dekkend netwerk aan RUD’s ontstaat. De bestaande intergemeentelijke milieudiensten worden gezien als basis voor de nieuwe RUD’s. Elk voor zich of samen moeten zij qua werkgebied samenvallen met dat van een Veiligheidsregio’s in ZuidHolland. GS streven naar vijf RUD’s binnen de vier veiligheidsregio’s. Alleen in de Veiligheidsregio Hollands Midden zien GS –vooralsnog tot 2015- ruimte voor twee diensten: Midden-Holland en WestHolland. Voor de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, waarbinnen ook twee milieudiensten opereren (DCMR en ISGO) geldt dat niet. De gemeenten op Goeree-Overflakkee moeten zich verstaan met de DCMR. Aandacht is ook nodig voor: • de Veiligheidsregio Haaglanden, waar de gemeenten wel een regionaal milieuplan hebben, maar geen gezamenlijke milieudienst; • het westelijk deel van de Veiligheidsregio Hollands Midden, waar een deel van de gemeenten wel taken afneemt van de gemeenschappelijke regeling West-Holland, maar er niet aan deelneemt.
23
GS willen dat de bestuurlijk-juridische vorm van de Regionale Uitvoeringsdienst in principe overal gelijk is in Zuid-Holland: een gemeenschappelijke regeling, waarbij een openbaar lichaam wordt ingesteld. Het Provinciaal Kader laat (blz. 17) in het midden of het een gemeenschappelijke regeling moet worden van de provincie met de betreffende intergemeentelijke milieudienst of van de provincie met de betreffende gemeenten. NB Het standpunt van de VZHG daarover is –na de ervaringen met de opheffing van de Bestuursacademie West- duidelijk: geen gemeenschappelijke regeling met gemeenschappelijke regelingen; het wordt anders veel te ingewikkeld en slecht controleerbaar. GS willen dat er in het algemeen bestuur van de regeling met gewogen stemmen wordt gewerkt, te relateren aan de omzet die door de deelnemers wordt ingebracht. Voorgesteld wordt om per 1-1-2011 de RUD’s van start te laten gaan voor de Veiligheidsregio ZuidHolland-Zuid, voor de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en mogelijk ook voor het West-Hollandse deel van de Veiligheidsregio Hollands Midden. De RUD’s voor Haaglanden en voor het Midden-Hollandse deel van Hollands-Midden zouden dan per 1-1-2012 kunnen volgen.
13.2.4 VNG stuurt gemeenten ledenbrief Op 16 oktober 2009 heeft de VNG een ledenbrief (nr. 09/120) aan de gemeenten gestuurd over de “stand van zaken uitvoering Wabo en handhaving VROM-taken”. Hierin worden de ontwikkelingen samengevat die zich hebben voorgedaan sinds de VNG in juni een principeovereenkomst sloot met het ministerie van VROM en het IPO. Wat betreft het basistakenpakket voor de Regionale Uitvoeringsdiensten wordt aangegeven dat het overleg loopt op basis van het nader door de VNG uitgebracht voorstel. Een en ander wordt uitgewerkt in een “werkdocument voor de regio’s”, waarin o.a. de begrippen complex en bovenlokaal worden gedefinieerd. Wat betreft de kwaliteitscriteria waaraan de uitvoering van VROM-taken moet voldoen, geeft de VNG dat de conceptcriteria inmiddels beschikbaar zijn. Ze zijn deze zomer samen met het rijk, provincies en zo’n 40 gemeenten ontwikkeld. Gemeenten hebben tot 15 oktober de tijd gekregen hierop te reageren. Op 21 oktober jl. was er een workshop om de reacties te bespreken. Voor deze workshop waren gericht zo’n 75 deelnemers van gemeenten en provincies uitgenodigd. De kwaliteitscriteria worden aan het eind van het jaar bestuurlijk vastgesteld. Omdat zowel het werkdocument voor de regio’s als de kwaliteitscriteria van invloed zijn op de vraag wat de omvang van een regionale uitvoeringsdienst moet zijn, kan het lastig zijn om als gemeenten al voor 1 december (zoals afgesproken in de package deal) te bepalen of en hoe men bij de vorming van een RUD wil afwijken van de veiligheidsregio.
13.2.5 Gemeentesecretarissen: plannen voor Regionale Uitvoeringsdiensten onrealistisch. De Vereniging van Gemeentesecretarissen (VGS) heeft op 15 oktober jl. een brief gestuurd aan de Ministers van VROM, BZK en van Justitie, waarin de plannen voor de oprichting van Regionale Uitvoeringsdiensten voor de uitvoering van VROM taken volstrekt onrealistisch worden genoemd. De ingeslagen weg is strijdig met het overige rijksbeleid en het bestuursakkoord tussen rijk en gemeenten, aldus de VGS. De weg van het rijk is er één van blauwdrukontwerpen, miskent de creativiteit van gemeenten, stelt onrealistisch hoge eisen aan de inputkant, ondergraaft integrale dienstverlening, ondergraaft de behoefte aan regionaal maatwerk en zal in tijden van bezuinigingen alleen tot hoge meerkosten leiden. De VGS adviseert het rijk beter ten halve te keren dan ten hele te dwalen en terug te komen op haar plannen.
24
13.3 OMO-Zuid-Holland bijeen (30 oktober) Op 30 oktober jl. kwam het bestuurlijk OMO bijeen, het Overkoepelend Milieu Overleg Zuid-Holland, waarin o.a. de voorzitters van de regionale portefeuillehoudersoverleggen Milieu participeren, c.q. de voorzitters van de regionale milieudiensten. 1. Externe Veiligheid na 2010 Bob Houtkamp gaf een toelichting op het plan van aanpak uitvoeringprogramma externe veiligheid 2011 - 2014. Vanaf 2011 krijgt de provincie hiervoor minder middelen. Zuid-Holland wil met alle partners in gesprek over hoe de opgebouwde capaciteit kan worden behouden. Wat zijn de inhoudelijk opgaven na 2010? Hoe wordt de samenwerking en de financiering ingevuld? 2. 2010: Jaar van Transport en veiligheid: programma. Het veiligheidsberaad Zuid-Holland (de CdK en de voorzitters veiligheidsregio's) heeft besloten dat 2010 het jaar van 'transport en veiligheid' wordt. Er wordt een programma gemaakt rond het transport van gevaarlijke stoffen. Er komt ook een bovenregionaal risicoprofiel, er wordt een risicocommunicatieproject uitgevoerd en een rampenoefening gehouden. 3. Regionaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit: Actualisatie In april 2008 is het ontwerp van het Regionaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit ZuidHolland vastgesteld op basis van voorafgaande besluiten van alle RSL-partners afzonderlijk. Deze zomer heeft het kabinet een besluit genomen over het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit NSL. Voorgesteld wordt om het RSL daar op aan te passen. 4. Bestuurlijke Samenwerking Programma Natuur- en Milieueducatie De Tweede Kamer heeft de nota Natuur- en Milieueducatie 2008-2011 vastgesteld. Voor deze periode zijn ook extra middelen beschikbaar gesteld (20 miljoen). Centraal staat een versterking van jongerenparticipatie tav natuur en milieu. In de landelijke nota wordt daartoe ook een grotere bestuurlijke betrokkenheid bij NME als beleidsinstrument en betere interbestuurlijke afstemming bepleit. Binnen Zuid-Holland zijn de primaire partijen (o.a. 20 NME-centra) in 2009 een gezamenlijk professionaliseringstraject gestart. Ter vergadering is een eerste reactie gevraagd wat betreft de beoogde bestuurlijke Afstemming Crisis- en Herstelwet, onderdeel geluid De provincie Zuid-Holland wil gaan reageren op het ontwerp van de Crisis- en Herstelwet. Daarbij gaat het om een efficiëntere aanpak van op slot zittende industrieterreinen en om de rol van de provincie in het kader van “Stad en Milieu”. Aan het ministerie wordt voorgesteld een “verwaarloosbaarheidscriterium” op te nemen in het meet- en rekenvoorschrift voor Industrielawaai. 5. Uitvoering afspraak bodemconvenant: opstellen spoedlijst Voorstel om de lijst met spoedlocaties (locaties, waar de potentiële risico's aanwezig zijn als gevolg van bodemverontreiniging) door de programmagemeenten zelf te laten opstellen, voor zover die locaties zich bevinden in het stedelijk gebied. Dit in lijn met de uitvoeringsafspraken die in de meerjarenontwikkelingsprogramma's. 6. Kwaliteitsimpuls Ruimte en Milieu Met de regionale milieudiensten en stadsgewest Haaglanden is afgelopen periode overleg gevoerd om de inbreng van milieu in RO-processen verder te versterken. De provincie gaat na hoe via een Kwaliteitsimpuls Ruimte en Milieu deze versterking gefaciliteerd kan worden. 7. Wabo en Regionale Uitvoeringsdiensten (Dit onderwerp werd gezamenlijk met het Provinciaal Handhavings Overleg besproken). Wat betreft de Wabo werd de stand van zaken besproken; wat betreft de Regionale Uitvoeringsdiensten het door GS voorlopig vastgestelde Provinciaal Kader.
13.4 Provinciaal Handhavings Overleg Zuid- Holland. Het PHO Zuid-Holland kwam op 30 oktober jl. bijeen, in aansluiting op het bestuurlijke OMO ( zie hierboven). Specifieke punten voor het PHO:
25
•
•
Afstemming bestuursrecht - strafrecht bij regionale uitvoeringsdiensten Presentatie door Pauline Ambtman van het Ministerie van Justitie over nut en noodzaak van de regionale uitvoeringsdiensten in het licht van de samenwerking tussen de bestuursrechtelijke en strafrechtelijke kolom. Ketenproblematiek rondom de verwijdering van asbest Meerdere onderzoeken hebben aangetoond dat er aanzienlijke hiaten zitten in de milieuhygiënische verwijdering van asbest en het toezicht en de handhaving daarop door de overheid en certificerende instellingen. Daarom wordt de problematiek rondom asbest bestuurlijk breed geagendeerd. Aan de orde was een projectplan voor het realiseren van een regionale voorziening ('asbest-infomakelpunt') om de verwijderingsketen van asbest beter te gaan beheersen.
14 MOBILITEIT 14.1 Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie (21 oktober) De commissie is bijeen geweest op 21 oktober jl. Op de agenda o.a.: • Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur (MPI) 2010-2024 • Zuidwestelijke Randweg Gouda- N 207: het inpassingsplan gewijzigd vaststellen, zonder de mogelijkheid van versnelde onteigening, tevens te bepalen dat de gemeenten Gouda, Vlist en Ouderkerk tot 31 december 2013 niet bevoegd zijn een bestemmingsplan vast te stellen voor de gronden waarop het inpassingsplan betrekking heeft, tenzij daarbij wordt voorzien in een planregeling conform het inpassingsplan. • Rijnlandroute: stand van zaken • Gratis openbaar vervoer op 4 zaterdagen in november en december: eenmalige subsidie van ruim € 800.000 aan de vervoerders Arriva, Connexxion, NS Reizigers en Waterbus. • Convenant Bedrijventerreinen Rijk-IPO-VNG: stand van zaken. GS hebben besloten het convenant aan te gaan, omdat daarmee de positie van de provincie in het bedrijventerreinenbeleid wordt versterkt: regisseur van de planning en programmering van nieuwe en te herstructureren terreinen. Daarnaast wil het College van GS een Convenant Duurzame Bedrijventerreinen aangaan met de maatschappelijke partners: werkgevers, Kamers van Koophandel, Milieufederatie. • Actieprogramma Greenports Zuid-Holland: voortgangsrapportage.
15 DELTA-AANGELEGENHEDEN 15.1 Deltawet naar Raad van State De ministerraad heeft begin oktober ingestemd met de door staatssecretaris Huizinga (Waterstaat) voorgestelde Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening. Het kabinet streeft met de Deltawet naar een doelmatige, daadkrachtige en integrale aanpak van de grote wateropgaven voor Nederland. In ieder geval moet de waterveiligheid worden verbeterd en de zoetwatervoorziening worden veilig gesteld. De wet voorziet in de benoeming (nog dit najaar) van een Deltaregisseur, die tot taak heeft draagvlak te realiseren voor de te nemen maatregelen. Ook wordt een Deltafonds opgericht, dat ten minste vanaf 2020 jaarlijks gevoed zal worden met 1 miljard euro uit het Intrafonds..
26
15.2 Gemeentelijke betrokkenheid bij Programma Zuidwestelijke Delta In juli heeft de VZHG per brief de aandacht gevraagd van de voorzitter van de stuurgroep Zuidwestelijke Delta, mw. L. Dwarshuis, voor de betrokkenheid van de (Zuid-Hollandse) gemeenten bij de ontwikkelingen. (Zie VZHG Journaal nr. 7/8, paragraaf 14.1.) In de brief werden ook voorstellen gedaan. Namens de stuurgroep is bericht gedaan van het feit dat de brief nog niet behandeld is, omdat de stuurgroepvergadering van 1 oktober jl. niet kon doorgaan in verband wegens buitenlandse verplichtingen van stuurgroepleden en het samenvallen met het Westerschelde debat in de Tweede Kamer. Bespreking is daarom verschoven naar de stuurgroepvergadering van 10 november a.s. Namens de stuurgroep is aangegeven dat een gesprek tussen mw. Dwarshuis en mw. Van de Velde (VZHG-portefeuillehouder Delta-aangelegenheden) op prijs wordt gesteld. Aangetekend wordt dat het Ministerie van LNV nog niet gekomen is met een aanpak van het Nationale Delta Programma, zodat er nog tijd is om een en ander goed te regelen.
15.3 Werkconferentie Zuidwestelijke Delta op 5 november De stuurgroep Zuidwestelijke Delta organiseert op donderdagmorgen 5 november a.s. een werkconferentie in het provinciehuis van Zeeland te Middelburg. De nadruk van de conferentie ligt op het benadrukken van samenhang, zowel wat betreft de meer technische kant, waterhuishoudkundig, als wat betreft de inhoudelijke kant, de toekomstbeelden die voor de Delta bestaan. Programmadirecteur Joost Schrijnen presenteert de stand van zaken in het programma Zuidwestelijke Delta. Jon Coosen van Rijkswaterstaat geeft inzicht in de waterstaatkundige samenhang tussen Grevelingen, Krammer Volkerak Zoommeer, Haringvliet en Rijnmond. Lodewijk van Nieuwenhuyze van H+N+S-landschapsarchitecten neemt de toekomstbeelden door voor de lange termijn, uitgaande van het rapport van de commissie Veerman. Aanmelding: www.zwdelta.nl/nl/actueel_werkconferentie
16 WATER 16.1 Behoefte en bekostiging waterambassadeurs in 2010-2011 16.1.1 Memo van de VNG De VNG heeft op 16 oktober jl. een memo uitgebracht over de bekostiging van de zgn. waterambassadeurs in de periode 2010-2011. De afgelopen jaren zijn in heel Nederland gemeentelijke waterambassadeurs water actief geweest. Volgens alle betrokken partijen is hun inzet een succes. De VNG heeft dat deze zomer aangegeven in een ledenbrief. De bestuurlijke adviescommissie Water van de VNG is positief en kan zich vinden in het werkprogramma dat de ambassadeur hebben opgesteld voor 2010-2011. De eerste jaren werden de ambassadeurs volledig betaald uit rijksbijdragen. Sinds begin dit jaar betaalt het rijk nog 50 % van de kosten en wordt het restant bijeengebracht via allerlei incidentele bijdragen van provincies, waterschappen en sommige gemeenten of van het betreffende Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO). Voor de periode 2010-2011 loopt de rijksbijdrage terug naar 30 %. Het werk van de waterambassadeurs ( de toevoeging “gemeentelijke” is inmiddels vervallen) kan worden voortgezet als de “regionale overheden” (provincies, waterschappen en gemeenten) daaraan behoefte hebben. Het programma is “vraaggestuurd” zo stelt de VNG. De gemeenten “in een gebied” moeten samen en in overleg met waterschap en eventueel provincie bepalen of zij behoefte hebben aan de inzet
27
van een waterambassadeur. Als die behoefte er is, kan bij de VNG een rijksbijdrage worden aangevraagd. Ook moet dan worden bepaald op welke manier de resterende 70 % van de kosten wordt opgebracht. Is er geen behoefte aan een waterambassadeur dan zullen de activiteiten in dat gebied gestaakt worden. De VNG laat het ook aan de gemeenten over op welke schaal zij willen samenwerken voor de aanstelling van een waterambassadeur. Dat kan het beheersgebied van een waterschap zijn, maar ook van een bestuurlijk samenwerkingsverband, van een milieudienst of van een provincie. Van belang is dat overal structureel wordt samengewerkt aan water en riolering. Logisch vindt de VNG wel dat één gemeente als trekkende partij optreedt voor het aanvragen van de rijksbijdrage en het aanstellen van de ambassadeur. De VNG adviseert de provinciale afdelingen van de VNG om de inzet van de ambassadeurs te ondersteunen. Dat hoeft niet direct door de financiële en administratieve afhandeling van de regionale bijdrage op zich te nemen. Het kan ook door bijvoorbeeld een gezamenlijke communicatietraject, het gebruik van het eigen logo bij correspondentie, agenderen in bestaande overleggen e.d.
16.1.2 De lijn van de VZHG Het advies van de VNG komt aan de orde in de eerstkomende bestuursvergadering van de VZHG. Portefeuillehouder Water, Frank Speel, stelt voor om de lijn van de VNG volledig over te nemen, dat wil zeggen in de richting van de Zuid-Hollandse gemeenten aan te geven dat a) het van belang is dat ze een samenwerkingsverband aangaan voor water en riolering met elkaar en met het waterschap b) dat ze daarbij zeer veel baat kunnen hebben van een waterambassadeur, waarvoor ze een rijksbijdrage kunnen aanvragen, maar waaraan ze ook zelf financieel zullen moeten bijdragen. Dit betekent dat de VZHG –net als de VNG- geen advies geeft over de schaal, waarop gemeenten het best kunnen samen werken (waterschap, bestuurlijk samenwerkingsgebied, provincie, Zuidwestelijke Delta, milieudienst) en ook niet over de verdeling van de kosten. Dat is een afweging die elke gemeente zelf maakt. De uitkomst kan blijken uit de reacties van de gemeenten op de bijeenkomsten die nu door de waterambassadeurs in overleg met hun RBO-lid worden georganiseerd. Aan het organiseren van die bijeenkomsten wil de VZHG haar naam verbinden, niet echter aan de inhoud van de voorstellen die daar worden gedaan. Als die lokale samenwerkingsverbanden, waar de VNG over spreekt, er zijn, doet de VZHG –conform suggestie van de VNG- graag mee aan verdere communicatie en agendering.
16.2 Wateragenda voor gemeenten in HHR Rijnland Donderdagmiddag 29 oktober 2009 werd voor de gemeenten in het gebied van het Hoogheemraadschap Rijnland een bijeenkomst gehouden over een gemeentelijke wateragenda voor dit gebied. De bijeenkomst werd voorgezeten door John Steegh, wethouder van Leiden en voor het betreffende gebied gemeentelijk lid van het RBO Rijn-West en inhoudelijk voorbereid door gemeentelijk waterambassadeur Eric Kortlandt. Op de agenda stond: • De Waterwet en nieuwe wettelijke watertaken voor gemeenten • Trends en ontwikkelingen in gemeentelijke waternetwerk • Gemeentelijke watertaken uitvoeren in samenwerking met Rijnland. • Aanpak gemeentelijke watertaken in de regio • Opgaven en uitdagingen voor gemeentebestuurders • Bestuurlijke kijk Rijnland op ontwikkeling samenwerking met gemeenten • Visie op water in de gemeentelijke agenda.
28
16.3 Uitwisseling van water tussen Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht Het Hoogheemraadschap van Rijnland en het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi- en Vecht hebben een zgn. Waterakkoord gesloten dat de aan- en afvoer van water regelt tussen de boezems en polders in beide gebieden. Ook wordt de wateruitwisseling via de Tolhuissluis hiermee geregeld. Het Hoogheemraadschap van Rijnland maakt bij brief van 29 oktober 2009 bekend dat binnen zes weken na bekendmaking beroep tegen de vaststelling kan worden ingesteld bij Gedeputeerde Staten van ZuidHolland.
29