Omslag_Jaarstukken_2014_NL_439x297 21-04-15 15:56 Pagina 1
Jaarstukken 2014 Jierstikken 2014
Doel van dit document De Jaarstukken 2014 gaan over het door de provincie Fryslân in 2014 gevoerde beleid en het geld dat hiermee is gemoeid.
Jaarverslag, Jaarrekening en Burgerjaarverslag
Jaarstukken 2014
JAARSTUKKEN 2014 JAARVERSLAG, JAARREKENING EN BURGERJAARVERSLAG
Statenvergadering van 24 juni 2015
Gedeputeerde Staten van Fryslân 21 april 2015
1
Colofon Dit is een publicatie van: Provincie Fryslân Bezoekadres: Tweebaksmarkt 52 Postadres: Postbus 20120 8900 HM Leeuwarden Internet: www.fryslan.nl E-mail:
[email protected] Samenstelling en eindredactie Afdeling Financiën, Planning en Control (FP&C) E-mail:
[email protected] Telefoon: 058-2925330 © provincie Fryslân, april 2015
2
Inhoudsopgave Pagina Voorwoord
5
Provinciebestuur en organisatie
6
Kerngegevens
11
Leeswijzer
13
Samenvatting
19
Burgerjaarverslag
29
1.
Burgerparticipatie
33
2.
Kwaliteit van de provinciale dienstverlening
46
3.
Communicatie en informatie
53
4.
Klacht, bezwaar en beroep
54
5.
Conclusie
58
I. Jaarverslag 2014
63
1
Programmaverantwoording 1.1 Programma 1 - Bestuur en veiligheid 1.2 Programma 2 - Verkeer en vervoer 1.3 Programma 3 - Water 1.4 Programma 4 - Milieu 1.5 Programma 5 – Landelijk gebied 1.6 Programma 6 - Economie, toerisme en recreatie 1.7 Programma 7 - Sociaal beleid en zorg 1.8 Programma 8 - Cultuur, taal en onderwijs 1.9 Programma 9 - Ruimte en wonen 1.10 Programma 10 - Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 1.11 Programma 11 - Inzet Nuon-middelen
65 67 77 91 101 115 131 147 155 169 179 189
2
Paragrafen 2.1 Paragraaf 2.2 Paragraaf 2.3 Paragraaf 2.4 Paragraaf 2.5 Paragraaf 2.6 Paragraaf 4.7 Paragraaf 4.8 Paragraaf 4.9 Paragraaf 4.10 Paragraaf
203 205 207 214 217 222 239 253 264 266 299
3
Bijlagen 1 Financieel kader 2 Begrotingshistorie 3 EMU saldo 4 Begrippenlijst
1 - Provinciale heffingen 2 - Weerstandsvermogen en risicobeheersing 3 - Onderhoud kapitaalgoederen 4 - Financiering en beleggingen 5 - Verbonden partijen 6 - Grondbeleid 7 - Bedrijfsvoering 8 - Handhaving 9 - Grote projecten 10 - Samenwerkingsverbanden
303 305 313 327 329
3
II. Jaarrekening 2014
333
1
Inleiding
337
Balans Balans Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Gebeurtenis na balansdatum Toelichting rekeningresultaat Begrotingsonrechtmatigheid Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) Berekening benutting drempelbedrag SKB
338 338 341 342 346 351 352 353 354
3
Tijdelijke budgetten
357
4
Accountantsverslag
369
Bijlagen Structurele en niet structurele baten en lasten Overzicht Gewaarborgde geldleningen 2014 Personeelssterkte en -lasten Specifieke uitkeringen (SiSa-verantwoording)
371 372 374 375
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9
5 1 2 3 4
4
355
Voorwoord De Jaarstukken over het jaar 2014 liggen klaar. Met deze jaarstukken kijken we terug. Het jaar 2014 was het laatste volle jaar van de collegeperiode 2011-2015. Een periode waarin veel werk uit de weg gezet is. Waarin hard gewerkt is aan een mooi, sterk en slim Fryslân. De Friese economie staat nog steeds onder druk. Met het investeringsprogramma Wurkje foar Fryslân willen we de structuur van de Friese economie versterken en Friezen weer aan het werk helpen. Dat kunnen we niet alleen. Dat doen we samen met onderwijsinstellingen, ondernemers, overheden en andere belanghebbenden. Met onze investeringen in Wurkje foar Fryslân, de komst van grote spelers op het gebied van zuivel, de ontwikkelingen rond watertechnologie en natuurlijk ook met de instelling van het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE), is de energie voelbaar. Energie die moet leiden tot meer werkgelegenheid. Wat een energie heeft ook de opening van de Haak om Leeuwarden gegeven, de aanbesteding van Thialf en natuurlijk ook Leeuwarden KH2018. Voorbeelden waar de provincie het verschil niet alleen kan maken, maar ook heeft gemaakt. En het mooie daarvan is, we doen dat niet alleen. Sterker nog, wij zouden dat ook niet alleen kunnen. Met het coalitiekoord “Nije enerzjy foar Fryslân” hebben we hard gewerkt aan de vele ambities. Maar als provincie doen we veel meer. Met onze wettelijke taken op het gebied van natuur, milieu en de oprichting van de FUMO, de Friese taal, het beheer en onderhoud van onze wegen en het openbaar vervoer blijven we ervoor zorgen dat Fryslân de mooiste provincie van Nederland is en blijft. We zijn in 2014 ook de moeilijke dossiers niet uit de weg gegaan. De discussies rondom windenergie, het veenweidegebied en de ganzen bijvoorbeeld. In het afgelopen jaar hebben wij er bovendien voor kunnen zorgen dat we financieel gezond zijn met ook de financiele ruimte voor het nieuwe college om de komende jaren vol energie verder te bouwen. We kijken terug, maar we zijn in ons hoofd ook al bezig met de toekomst. Een toekomst met een mooi, sterk en slim Fryslân. College van Gedeputeerde Staten
5
Provinciebestuur en organisatie Samenstelling Gedeputeerde Staten J.A. Jorritsma Commissaris van de Koning Portefeuille
Algemene coördinatie Openbare orde en veiligheid Communicatie en Public Relations Coördinatie externe betrekkingen/Europa Relatiebeheer bedrijfsleven Fryslân, zowel provinciaal, nationaal als internationaal Coördinatie deelnemingenbeleid Ambassadeurschap regiomarketing Coördinatie Interbestuurlijk Toezicht (IBT) Algemene bestuurlijke zaken en bestuurskwaliteit gemeenten (in relatie tot koersbeleid)
Gedeputeerde en loco-Commissaris van de Koning mevr. mr. drs. J.A. de Vries (PvdA) Portefeuille
Financiën en NUON Taal, media, letteren en cultuur Kennis en onderwijs Monumentenzorg, cultuurhistorie en archeologie Recreatie en toerisme, Friese Meren Gebiedsgedeputeerde Zuidwest-Fryslân, inclusief Gebiedsagenda Súdwesthoeke Kulturele Haadsted 2018 Regiomarketing Kennis en Informatienetwerk Fryslân (KINF) Coördinerend gedeputeerde ‘Wurkje Foar Fryslân’
6
Gedeputeerde mevr. S.A.E. Poepjes (CDA) Portefeuille
Verkeer en vervoer (exclusief openbaar vervoer) Provinciale Waterstaat (waterwegen, vaarwegen en scheepvaartinspectie) Milieubeleid en leefomgeving, inclusief vergunningverlening/handhaving (Millenniumdoelstellingen) Mijnwet Europa en internationale contacten Digitale Agenda Gebiedsgedeputeerde Zuidoost-Fryslân, inclusief Gebiedsagenda Zuidoost-Fryslân, Samenwerkingsagenda Smallingerland, Samenwerkingsagenda Heerenveen en Investeringsagenda Drachten-Heerenveen
Gedeputeerde J.H.J. Konst (PvdA) Portefeuille
Ruimtelijke ontwikkeling, wonen en kwaliteit woonomgeving Economie (bestuurlijke kaders algemeen economisch beleid, uitvoering sociaaleconomisch beleid, arbeidsmarktbeleid, MKB, industrie, diensten en duurzame energie) Krimp Gebiedsgedeputeerde Noordwest-Fryslân, inclusief Gebiedsagenda Noordwest-Fryslân en Samenwerkingsagenda Leeuwarden
7
Gedeputeerde J.G. Kramer (FNP) Portefeuille
Landelijk gebied (natuur en landschap, landinrichting, provinciaal meerjarenprogramma) Groene handhaving Plattelandsbeleid, inclusief weidevogels Landbouw en tuinbouw Agrofood en Dairy Campus Openbaar vervoer Personeel en organisatie Trainees/werkgelegenheidsproject/’Talint foar Fryslân’ Concernondersteuning, bedrijfsvoering Integraal grondbeleid Gebiedsgedeputeerde Noordoost-Fryslân, inclusief Gebiedsagenda Noordoost-Fryslân en ANNO (Agenda Netwerk Noordoost) Coördinerend gedeputeerde Streekagenda’s/Gebiedsagenda’s Regisserend gedeputeerde Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO)
Gedeputeerde mevr. C. Schokker - Strampel (CDA) Portefeuille
Transitie sociaal beleid en zorg Zorgeconomie Jeugdzorg en sport Water, Deltaprogramma en toezicht zwemwater Watertechnologie Vitens Bestuurlijke zaken, bestuurskracht gemeenten, herindeling en gemeentefinanciën Wadden Gebiedsgedeputeerde Wadden, inclusief Gebiedsagenda Waddeneilanden Coördinerend gedeputeerde project Afsluitdijk
8
Algemeen directeur en secretaris Gedeputeerde Staten drs. A.J. van den Berg
Samenstelling Provinciale Staten (augustus 2014) Partij Partij van de Arbeid (PvdA) Christen Democratisch Appèl (CDA) Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) Fryske Nasjonale Partij (FNP) Partij voor de Vrijheid (PVV) Socialistische Partij (SP) ChristenUnie GrienLinks D66 Friese Koers Fractie VDG Fractie Buisman Totaal
9
Aantal zetels 11 8 6 4 1 3 3 2 2 1 1 1 43
Ambtelijke organisatie
10
Kerngegevens Fryslân 2012-2014 Uit: informatiedossier Fryslân / Staat van Fryslân (www.informatiedossier-fryslan.nl). De gegevens in dit onderdeel komen uit de “Staat van Fryslân” en zijn ook te vinden in het informatiedossier-fryslan. De staat van de bevolking Begin 2014 had Fryslân 646.317 inwoners. Dit is 3,8% van de bijna 17 miljoen Nederlanders. Hiervan woont zo’n 30% in de vier grootste steden (Leeuwarden, Drachten, Sneek en Heerenveen) en 7,5% in de 230 kernen kleiner dan 500 inwoners. Op dit moment is Fryslân één van de meest vergrijsde provincies van Nederland. Circa 115.000 Friezen hebben een leeftijd van 65 jaar of ouder. Dit is 18,9% van de inwoners. Landelijk ligt dit percentage op 17,9%. Regionaal gezien zijn de Waddeneilanden het meest vergrijsd met 20,7% 65-plussers. Zuidoost Fryslân volgt met 19,9%, daarna Zuidwest Fryslân (19,6%), Noordoost (18,9%) en Noordwest Fryslân (17,5% totaal, zonder Leeuwarden 19,0%).
Inwoners (CBS) [personen] Huishoudens (CBS) [huishoudens] Gemiddeld aantal personen per huishouden [pers/hh] (CBS) Werkgelegenheid totaal [banen] Vestigingen totaal [vestiging] Beroepsbevolking totaal 15-64 (EBB) [dzd.pers] Netto participatiegraad totaal 15-64 (EBB) [%] Werloosheid (aantal NWW-ers) [aantal] Werkloosheid (NWW- ers als % van bevolking 15-64) [%] Landbouwbedrijven totaal [bedrijven] Oppervlakte land [km2] Oppervlakte water [km2] Weglengte totaal [kilometer] Personenauto's [aantal] Woningvoorraad (BAG) [woningen] Gemiddelde WOZ-waarde woningen (CBS) [dzd.euro]
11
2012 647.214 283.615
2013 646.862 285.063
2014 646.317 285.320
2,28 287.437 51.996 293 65,8 22.496 5,4 5.587 3.339,95 2.408,82 8.835 303.868 287.338 191
2,27 283.896 53.608 298 65,4 29.196 7,1 5.501 3.325,32 2.423,44 8.836 305.956 289.379 182
2,27 280.908 55.246
onb onb 35.401 8,6 5.371 3.325,32 2.423,44 8.856 306.475 293.730 170
De ontwikkeling van de economische groei Sinds 2011 is er sprake van een negatieve economische groei (krimp). Dit geldt zowel voor Nederland als voor Fryslân. De economische ontwikkeling in Fryslân volgt doorgaans redelijk het landelijke beeld, maar de laatste paar jaar zijn de groeicijfers van Fryslân steeds wel iets slechter dan die van Nederland.
Het CPB verwacht dat in 2014 de recessie in Nederland afgelopen zal zijn en dat er weer ruimte ontstaat voor economische groei. Voor Nederland wordt in 2014 een groei verwacht van 0,5%, gevolgd door een groei van 1,3% in 2015. Fryslân zal naar verwachting iets later van het economisch herstel profiteren. Voorlopige cijfers van het ING geven aan dat voor Fryslân in 2014 nog een kleine krimp wordt verwacht van -0,2%, gevolgd door een groei van +0,8% in 2015. De staat van het wonen In Fryslân bestaat de woningvoorraad begin 2014 uit circa 284 duizend woningen (Bron: BAG). Om in de vraag te voorzien is volgens de laatste Provinciale Prognose van 2013 komende jaren een jaarlijkse toevoeging aan de woningvoorraad van circa 1.500 woningen gewenst. In 2011 is de woningvoorraad met 1.344 woningen uitgebreid: een groei van 0,5%. Precieze cijfers over recentere jaren zijn niet beschikbaar, maar de verwachting is wel dat dit fors lager ligt.
Bronnen: Zie www.informatiedossier-fryslan.nl
12
Leeswijzer Dit boekwerk bestaat uit de jaarstukken van het college van Gedeputeerde Staten en het burgerjaarverslag van de commissaris van de Koning. Beide documenten moeten wij op grond van de Provinciewet maken. De jaarrekening 2014 van het Fonds nazorg stortplaatsen Fryslân leggen we in een afzonderlijk document voor aan Provinciale Staten. De jaarstukken 2014 zijn het verantwoordingsdocument over het begrotingsjaar 2014 en daarmee het sluitstuk van de bestuurlijke planning- en controlcyclus 2014. De basis is de door Provinciale Staten vastgestelde begroting 2014 en de wijzigingen hierop in de eerste en tweede bestuursrapportage. De jaarstukken zijn als volgt opgebouwd:
Jaarstukken
Jaarverslag
Beleidsprogramma's
Jaarrekening
Paragrafen
Balans
Programmarekening
Naast de jaarstukken is in het begin van dit boekwerk het burgerjaarverslag opgenomen (direct na de samenvatting van de jaarstukken). Dit verantwoordingsdocument van de commissaris van de Koning wordt ter kennisneming voorgelegd aan Provinciale Staten. Dit is een zelfstandig verslag dat formeel geen deel uitmaakt van de jaarstukken, maar om praktische redenen in dit boekwerk is opgenomen. Jaarverslag Het eerste deel van de jaarstukken is het jaarverslag. Dit deel bestaat uit de beleidsprogramma’s (zoals bijvoorbeeld Verkeer en Vervoer en Landelijk Gebied) en de paragrafen. De paragrafen vloeien voort uit het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) en de financiële verordening. Deze paragrafen geven vanuit diverse beheersaspecten een dwarsdoorsnede van de programma’s. Het jaarverslag wordt afgesloten met een aantal bijlagen. Dit zijn bijvoorbeeld het financieel kader en een investeringsoverzicht. Jaarrekening Het tweede deel bevat de jaarrekening 2014 en de toelichting hierop. De jaarrekening bestaat uit de programmarekening (exploitatierekening) en de balans. De jaarrekening wordt ter vaststelling aan Provinciale Staten voorgelegd. De jaarrekening is samengesteld conform het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en gecontroleerd door accountant Ernst&Young.
13
De accountantscontrole is gericht op de getrouwheid en de rechtmatigheid van de financiële verantwoording. Getrouwheid gaat over de mate waarin de baten, lasten en balansmutaties juist en volledig zijn verantwoord. Rechtmatigheid is de mate waarin zogenoemde financiële beheershandelingen – bijvoorbeeld inkopen en aanbestedingen en subsidieverstrekking – volgens de geldende regels zijn uitgevoerd. De accountantsverklaring is bij de jaarrekening gevoegd. Dat geldt ook voor de jaarrekening van het Fonds nazorg stortplaatsen Fryslân. Het accountantsverslag en de reactie hierop van het college van Gedeputeerde Staten zijn, via het Statenvoorstel bij de jaarstukken, als afzonderlijke documenten aan Provinciale Staten voorgelegd. Opzet beleidsprogramma’s Centraal staat de ‘confrontatie’ tussen de beleidsdoelen uit de begroting 2014 en de verantwoording hierover. Het vertrekpunt bij elk programma is daarom een overzicht van de provinciale doelen uit de begroting 2014. Elk beleidsprogramma bestaat uit twee delen: een algemeen of ‘overall-programmadeel’ en de beleidsvelden waaruit het programma bestaat. Het algemene deel Wat wilden we bereiken? gaat over de ‘overall’ programmadoelen uit de begroting 2014. Deze doelen uit de begroting hebben vaak een meerjarig karakter en overstijgen de verschillende beleidsvelden. Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? geeft inzicht in de mate van doelrealisatie met stoplichtkleuren: groen, geel of rood. Deze kleurentabel is een samenvatting van de doelrealisatietabellen bij de afzonderlijke beleidsvelden. Onder Wat heeft het programma gekost? staan de baten en lasten van de betreffende beleidsvelden. In het onderdeel ‘mutatie reserves’ staat het saldo van toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. Na dit algemene deel volgen de beleidsvelden waaruit het programma is opgebouwd. Elk beleidsveld bestaat uit vier vragen: Wat wilden we bereiken? Hier staat het doel van het beleidsveld uit de begroting 2014. Dit doel heeft veelal een meerjarig karakter. Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Hier staat met stoplichtkleuren in hoeverre het doel van het beleidsveld is bereikt. Hebben we de gewenste resultaten bereikt? In de tabel onder deze kop staan de gewenste resultaten uit de begroting 2014. De mate waarin deze gewenste resultaten zijn gerealiseerd wordt door stoplichtkleuren weergegeven. De kleuren geel en rood worden onder de tabel toegelicht. De maatregelen die in het kader van Wurkje foar Fryslân zijn overgeheveld naar het beleidsprogramma staan – voor de herkenbaarheid – onder blauwe kopjes beschreven. Een totaaloverzicht van de Wurkje foar Fryslân-projecten en de hiervoor ingezette Nuonmiddelen is in programma 11 opgenomen.
14
Wat heeft het gekost? Hier laten we de baten en lasten per soort zien: structureel, tijdelijke etcetera. Dit zijn de zogenoemde exploitatiebedragen, dat wil zeggen: inkomsten en uitgaven die ten laste van de exploitatie in 2014 zijn verantwoord. Structurele budgetten zijn middelen voor jaarlijks terugkomende uitgaven. Tijdelijke budgetten zijn uitgaven die aan een specifieke periode zijn toegekend. Deze budgetten worden gedekt door de algemene dekkingsmiddelen (baten) in programma 10. Onder de kopjes reserves, voorzieningen en overlopende passiva staan de uitgaven en inkomsten die worden verrekend met de betreffende balansposten. In de jaarrekening leggen we verantwoording af over de inzet en niveaus van deze balansposten. De overlopende passiva gaan over de (rijks)bijdragen die wij hebben ontvangen met een speciaal bestedingsdoel. De nog te ontvangen of terug te betalen bedragen verantwoorden we op de balans (jaarrekening). De besteding en de daar tegenoverstaande dekking (baten) verantwoorden we in de exploitatie (programma’s) ten laste van deze balansposten. In het onderdeel ‘Mutatie reserves’ staat het saldo van onttrekkingen en stortingen in de reserves. Bijvoorbeeld het – ten laste van de exploitatie – toevoegen van het restant van een tijdelijk budget aan de reserve tijdelijke budgetten. Zodat deze middelen alsnog voor het door Provinciale Staten aangewezen doel ingezet kunnen worden. Een onttrekking aan een reserve is een bate in de exploitatie. Een toevoeging aan de reserve is een last in de exploitatie. In de tabellen vermelden we ook de algemene bedrijfsvoeringskosten. De BBV schrijft voor dat deze kosten zo goed mogelijk worden toegerekend aan de beleidsprogramma’s. Deze toerekening is gebaseerd op de personele inzet voor de beleidsprogramma’s en beleidsvelden. In de paragraaf Bedrijfsvoering lichten we de samenstelling en toerekening van de bedrijfsvoeringskosten aan de programma’s toe. De investeringsuitgaven en - inkomsten van de lopende investeringen verantwoorden we in bijlage 1 Investeringen en in de jaarrekening. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Programma 10 is geen beleidsprogramma in de strikte zin van het woord en is daarom niet opgebouwd naar de drie W-vragen. Dit programma bestaat voornamelijk uit baten (algemene dekkingsmiddelen) waaraan geen specifieke bestemming is gegeven: uitkering uit het provinciefonds, opbrengst uit opcenten op de motorrijtuigenbelasting, rendement uit dividenden en dividenden van deelnemingen uit belegd vermogen, etcetera. Aan de lastenkant van dit programma verantwoorden we onder andere de financieringskosten. Ook nemen we in dit programma de voorwaardelijke budgetten op tot deze vrijgegeven zijn voor uitvoering door respectievelijk Provinciale of Gedeputeerde Staten. Programma 11 Inzet Nuon-middelen In navolging van de begroting 2014 hebben we programma 11 ook in de jaarstukken 2014 opgenomen. De beleidsvelden 1 t/m 6 van dit programma zijn ontleend aan de thema’s uit de nota Wurkje foar Fryslân: economische en maatschappelijke structuurversterking, versterking menselijk kapitaal, kwaliteitsverhoging leefomgeving. De beleidsinhoudelijke en financiële verantwoording van de maatregelen in het kader van Wurkje foar Fryslân staat in de programma’s 1 t/m 9. Daarnaast geven we in dit programma de structurele gevolgen weer van de inzet van de Nuon- middelen en ook de inzet van zogenoemde revolverende middelen (terugstromende middelen die opnieuw ingezet kunnen worden).
15
Balanspositie per programma Per programma presenteren we (als het van toepassing is) aan het einde het overzicht van de balansposities van de investeringen, reserves, voorzieningen, revolverende middelen en de overlopende passiva. Dit is het totaal van wat er in de verschillende beleidsvelden gebeurt. Verwijzingen Daar waar projecten of onderwerpen op verschillende plaatsen in de jaarstukken terugkomen zijn in de beleidsprogramma’s verwijzingen opgenomen, bijvoorbeeld voor de onderdelen samenwerkingsagenda’s Smallingerland-Heerenveen, FUMO en onderhoud infrastructuur. Bij de inhoudelijke verantwoording over de resultaten lichten we alleen de afwijkingen toe. Van een aantal behaalde resultaten is via een link in de tekst wel een toelichting beschikbaar. Omdat het burgerjaarverslag van de commissaris van de koning een zelfstandig verantwoordingsdocument is zijn er hier en daar overlappingen met de jaarstukken zoals aangeboden door Gedeputeerde Staten (deel I Jaarverslag en deel II Jaarrekening). Friestalige jaarstukken De jaarstukken zijn opgesteld in het Nederlands, maar als totaaldocument ook beschikbaar in het Fries.
16
Hoe de stoplichtkleuren te lezen? Programma’s
Beleid
Tijd
Beleid
Tijd
Beleid
Tijd
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald ?
Geen afwijking. Naar verwachting wordt het doel gerealiseerd.
Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is gehaald.
Geen afwijking, de verwachting is dat het doel binnen de afgesproken tijd is/ wordt gerealiseerd. Mogelijke verwachte, maar nog geen zekere afwijking in de inhoudelijke doelrealisatie, waardoor het doel waarschijnlijk niet wordt gehaald Mogelijke verwachte, maar nog geen zekere afwijking in doelrealisatie binnen de tijd, waardoor het doel waarschijnlijk later wordt gehaald.
Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is binnen de afgesproken tijd gehaald.
Het doel wordt (zo goed als) zeker niet bereikt.
Het voorgenomen gewenste resultaat zoals beschreven in de begroting is inhoudelijk niet gehaald. Het voorgenomen gewenste resultaat zoals beschreven in de begroting is niet op tijd gehaald.
Doelrealisatie binnen de gestelde termijn wordt (zo goed als) zeker niet gerealiseerd.
Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is inhoudelijk niet geheel gehaald.
Zijn de kosten binnen het budget gebleven? / onderdeel ‘Geld’ Geen afwijking als de overschrijding of onderbesteding kleiner is dan € 50.000,-.
Onderbesteding als de afwijking groter is dan € 50.000,- of overschrijding groter dan € 50.000,-. *
Het gewenste resultaat zoals geformuleerd in de begroting is niet geheel op tijd gehaald.
Onderdeel ‘Geld’: overschrijding als de afwijking groter is dan € 50.000,-. *
* Voor de tijdelijke budgetten zijn spelregels afgesproken met de Staten. In het geval dat bij deze budgetten over- of onderschrijdingen plaatsvinden die bij de jaarovergang verrekend worden met het budget voor het volgende jaar, via de reserve tijdelijke budgetten, dan wordt dit niet als overof onderschrijding aangemerkt.
17
Paragraaf Grote projecten en bijlage investeringen (jaarverslag, hoofdstuk 5, bijlage 2) Tijd Tijd Tijd
Geld
Project ligt qua tijdsplanning op schema (het project wordt opgeleverd zoals in de begroting is vermeld) Project met risico voor mogelijke afwijkingen in tijd ( Er doen zich zaken voor die een risico vormen voor het opleveringsjaar, mogelijke eerdere oplevering valt hier ook onder) Projecten met overschrijding in tijd (project wordt later opgeleverd)
Geld
Project ligt qua bestedingen op schema (project wordt gerealiseerd binnen het beschikbare budget, onderbestedingen vallen hier ook onder) Project met risico voor mogelijke overschrijdingen in krediet
Geld
Projecten met overschrijding van het krediet
18
Samenvatting jaarstukken 2014 Dit is de samenvatting van de jaarstukken 2014. In de jaarstukken vertelt het College van Gedeputeerde Staten van Fryslân wat zij in 2014 gedaan heeft en wat dat heeft gekost. In deze samenvatting laten we zien hoe de provincie er financieel voor staat. We maken duidelijk waar onze inkomsten vandaan komen en waar we ons geld aan hebben uitgegeven. Het jaar 2014 was het laatste volledige jaar voor de verkiezingen van Provinciale Staten in maart 2015. Het was een jaar waarin vooral veel zaken zijn afgerond. Het coalitieprogramma dat de partijen PvdA, CDA en FNP in 2011 opstelden is zo goed als uitgevoerd. Dat vertelt het college van Gedeputeerde Staten in de ‘Einbalans’, het document waarin het college verantwoording aflegt over het gevoerde beleid in de afgelopen collegeperiode. Deze jaarstukken zijn het slotstuk van de collegeperiode. We focussen op datgene wat in 2014 is gedaan. In deze samenvatting doen we dat niet via de opbouw van de begrotingsprogramma’s, maar via de grote en/of beeldbepalende projecten die we in 2014 zijn tegengekomen. We beginnen hieronder met een algemeen financieel overzicht
Hoe is het in 2014 financieel gegaan? Baten Als provincie ontvangen wij geld van het Rijk en hebben we eigen inkomsten. Van het Rijk krijgen we een Algemene uitkering (onder andere het Provinciefonds) en verschillende doeluitkeringen (bijvoorbeeld voor Openbaar Vervoer en in 2014 voor het laatst de doeluitkering Jeugdzorg). Eigen inkomsten zijn bijvoorbeeld de opcenten motorrijtuigenbelasting.
19
Lasten Als provincie geven wij middelen uit voor de uitvoering van veel verschillende taken en activiteiten. Voor een deel zijn dat wettelijke taken, zoals bijvoorbeeld op het gebied van Verkeer en Vervoer, Milieu, Natuur en de Friese taal. Wij investeren daarnaast ook in ‘autonome’ taken, zoals bijvoorbeeld Economie, Sociaal Beleid en Sport. Wij hebben dit in de provinciale begroting verdeeld in onderstaande programma’s.
Het verschil tussen baten en lasten wordt veroorzaakt door de mutaties in de reserves (zie jaarrekening). De uitkomst is het rekeningresultaat (lichten we toe in de jaarrekening en hieronder bij Jaarrekeningresultaat) Een belangrijk deel van onze uitgaven doen wij in de vorm van subsidies (overdrachten). De bedrijfsvoeringskosten zijn voor het grootste deel de kosten voor de provinciale organisatie.
20
Jaarrekeningresultaat We hebben in 2014 een positief resultaat gerealiseerd van € 10,427 mln. Dit resultaat is op hoofdlijnen samengesteld uit positieve saldi op de structurele en tijdelijke budgetten, (€7,4 en € 1,4 mln.) en de bedrijfsvoeringskosten (€ 1,5 mln.). Het resultaat is op de balans (zie hierna) verantwoord als nog te bestemmen resultaat en wordt toegevoegd aan de vrij aanwendbare reserve (VAR). De VAR bedraagt per 31 december € 45.580.531,Balans In de balans staan de provinciale bezittingen (activa) en het vermogen (passiva).
Stand op 31-122014
Activa Vaste activa (vnl. geactiveerde invest. en bedr.geb.)
344
Financiële vaste activa (vnl. belegd Nuon-vermogen)
1.034
Voorraden (vnl. grond)
49
Kortlopende vorderingen
399
Liquide middelen
5
Overlopende activa
30
Totaal
1.861
Passiva Reserves (vnl. Nuon-reserve van 1,2 mld.)
1.456
Nog te bestemmen jaarrekeningresultaat 2014
10
Voorzieningen
11
Overlopende passiva (vnl. voorsch. van overheden)
262
Kortlopende schulden
121
Totaal
1.861
De samenstelling van het vermogen (de passiva) geeft aan hoe de provinciale bezittingen (activa) zijn gefinancierd. Te zien is dat deze bezittingen voornamelijk zijn gefinancierd door de reserves.
21
Wat we hebben gedaan in 2014 Inleiding Het jaar 2014 was een jaar met mijlpalen en hoogtepunten. Na de inzet van de afgelopen jaren kon, zoals dat heet, ‘geoogst’ worden. Daarom laten we in deze samenvatting een aantal projecten en onderwerpen de revue passeren, die wat ons betreft het provinciale jaar 2014 kleur hebben gegeven. We behandelen deze thema’s via de onderdelen uit het coalitieprogramma: Nieuwe energie voor de leefomgeving, Nieuwe energie voor de inwoners, Nieuwe energie voor de economie, Nieuwe energie voor het openbaar bestuur en Nieuwe energie met minder geld. Nieuwe energie voor de leefomgeving Weg & Water: Haak om Leeuwarden De Haak om Leeuwarden is klaar. Op 18 december 2014 gingen de Haak om Leeuwarden en de Westelijke invalsweg open voor het verkeer. Een belangrijke mijlpaal in het verbeteren van de bereikbaarheid van Leeuwarden. Op maandag 8 december gaf minister Melanie Schultz van Haegen het startschot voor de Haakdagen: tien dagen om kennis te maken met de nieuwe wegen in en om Leeuwarden. Ruim 3500 mensen bezochten De Haak om Leeuwarden en Westelijke invalsweg.
De Centrale As De Centrale As is volop in uitvoering. Op 17 maart 2014 ging de bouw van het noordelijk deel van De Centrale As van start. Op dit deel komen onder andere de onderdoorgang bij de Doniawei, de fly-over bij De Falom en de spooronderdoorgang bij Feanwâlden. Op 19 juni 2014 ging ook de uitvoering van het middendeel van De Centrale As van start. In december 2014 werden de laatste werkzaamheden uitgevoerd voor de Rondweg Garyp, zodat deze in januari 2015 geopend kon worden voor het verkeer. N381 We zijn ook gestart met de uitvoering van de N381 Drachten-Drentse grens. Op 9 mei 2014 startte de aanleg van de weg. Dit gebeurde op een tijdelijke ovonde in de bocht van Wijnjewoude. Met de ovonde kon het bouwverkeer veilig kruisen met het verkeer op de weg. Het was de opmaat naar de uitvoering tussen Oosterwolde-Zuid en de Drentse grens en Oosterwolde-Noord en Oosterwolde-Zuid.
22
Afsluitdijk Het icoon van de Nederlandse strijd tegen het water is aan vernieuwing toe. De Afsluitdijk voldoet niet meer aan de veiligheidsnormen en wordt de komende jaren grootschalig versterkt.
Die versterking is een verantwoordelijkheid van het Rijk. De provincies en gemeenten aan beide kanten van de dijk willen graag meer doen met de Afsluitdijk. Daarom werken zij samen aan de vismigratierivier, duurzame energieprojecten, recreatief-toeristische projecten en de opwaardering van het monument op de Dijk. De vismigratierivier is inmiddels een feit. Hoogtepunt was de opening van de proefinstallatie blue energy bij Breezanddijk door Koning Willem Alexander. Er zijn nog afspraken in de maak over het verbreden van de sluis bij Kornwerderzand. Johan Friso Sluis Stavoren heeft een nieuwe sluis. Lange wachttijden voor de sluis van Stavoren zijn sinds mei 2014 verleden tijd. De huidige Johan Frisosluis werd uitgebreid. Een nieuwe mooie, groene sluis met een bijzondere ontvangstruimte vormen samen dé toegangspoort van Fryslân. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander heeft op 8 mei in Stavoren de vernieuwde Johan Frisosluis officieel geopend.
23
Kansen in kernen Het project Kansen in Kernen (KIK) kreeg in 2014 een flinke zwengel. De colleges van Gedeputeerde Staten en Burgemeester & Wethouders stelden maar liefst € 23 mln. beschikbaar. Beiden betalen de helft. Met Kansen in Kernen willen ze de verkeersveiligheid en leefbaarheid in de dorpskernen vergroten. Dat gaat om de dorpen Garyp, Burgum, Hurdegaryp, Feanwâlden, De Falom en Damwâld, waar dagelijke duizenden auto’s passeerden. Met de komst van De Centrale As wordt dit fors minder. Dat biedt kansen om de huidige weg anders in te richten, socialer, groener en stiller. Zo krijgen de dorpen hun dorpse karakter terug door onder andere een mooie sierbestrating en het terughalen van dorpspleinen. Digitale Snelweg: Breedband In juni 2014 ontvingen acht kleinschalige breedbandprojecten een subsidie van in totaal ruim € 1,1 mln. uit het programma Wurkje foar Fryslân. Met deze subsidie werd de aanleg van glasvezel voor verschillende dorpen en een bedrijventerrein mogelijk. Deze projecten zijn de opmaat naar grotere breedbandprojecten die in 2015 via het breedbandfonds gerealiseerd moeten worden. In Langedijke werd in november 2014 het glasvezelproject opgeleverd. .frl Op 2 december 2014 is de provincie Fryslân overgegaan van www.fryslan.nl naar www.fryslan.frl. De Provincie Fryslân was op 2 december de eerste pionier die met puntFRL het levenslicht zag, snel gevolgd door gerenommeerde namen als Boomsma, Piet Paulusma, Hylkema & Haaima en Weidenaar.
Waddenfonds Met het Waddenfonds kunnen de Waddenprovincies werken aan versterking van de economie en ecologie van het Waddengebied. In 2014 investeerde het fonds in 35 projecten, waaronder de Vismigratierivier, duurzame garnalenverwerking en een biomassacentrale in Burdaard.
24
Duurzame energie FSFE Wij willen van Fryslân dé duurzame provincie van Nederland maken. Het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) helpt ons kansrijke projecten op te sporen en te realiseren waarmee we dat doel kunnen halen. Het FSFE is het investeringsfonds voor duurzame projecten in Fryslân. Het is in het leven geroepen als partner voor Friese duurzaamheidsprojecten. Het gaat hierbij om zakelijke projecten die aantoonbaar tot reductie van uitstoot van broeikasgassen leiden. Voorbeelden zijn aardwarmte, zonneenergie, biomassa maar ook energiebesparing in de bebouwde omgeving. De provincie Fryslân heeft 90 miljoen euro beschikbaar gesteld voor het FSFE. Daarmee wil de provincie in 2020 16 procent duurzame energie realiseren. Windenergie De provincie Fryslân maakt ruimte voor 530,5 MegaWatt aan windenergie. Deze opgave is onderdeel van de Rijksdoelstelling om meer schone energie te produceren en minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. Op 17 december 2014 besloten Provinciale Staten dat er ruimte komt in het IJsselmeer voor 316 MegaWatt aan windenergie. Mogelijk komen de benodigde turbines in rijen langs de Afsluitdijk te staan. Daarnaast is de Kop van de Afsluitdijk aangewezen als molenlocatie (36 MegaWatt). Twee bedrijventerreinen bij Heerenveen zijn reservelocaties. De bestaande molens (160 MegaWatt) en het nieuwe park Lemmer/Noordoostpolder (18 MegaWatt) tellen ook mee voor de totale opgave. Verder wil de provincie voor 65 MegaWatt aan oude molens saneren. Natuur: Ganzenakkoord In september 2014 zag de Fryske Guozzenoanpak het licht. Natuurorganisaties, boerenorganisaties en jagers werken samen aan het verminderen van schade die de ganzen aanrichten aan landbouwgewassen. Zomerganzen worden net zoals voorheen ‘behandeld’, maar de schade die winterganzen (trekganzen) aanrichten wordt stevig aangepakt. Zo willen we de schade aan landbouwgewassen in twee jaar met 10% terug te brengen. Kosten voor deze aanpak: € 12 mln. per seizoen. Nieuwe energie voor de inwoners Jeugdzorg Tot en met 31 december 2014 was de provincie verantwoordelijk voor de jeugdzorg. Na deze datum is deze overgedragen aan de gemeenten. 2014 stond daarom volop in het teken van een optimale overdracht. Ondertussen ging het normale werk gewoon door. Schaatsen (Thialf, IJshal L’den) 2014 was een belangrijk jaar voor de toekomst van Fryslân als schaatsprovincie. Zowel Thialf als de IJshal Leeuwarden hebben beide in 2014 de schoppen in de grond gezet voor de bouw van twee gloednieuwe schaatshallen. De ijshal in Leeuwarden is klaar voor het nieuwe schaatsseizoen 2015/2016. Het vernieuwde Thialf opent de deuren in 2016.
25
KH18 In 2018 is het zover. Dan zijn Leeuwarden en Fryslân een jaar lang de Culturele Hoofdstad van Europa. In 2014 is de organisatie opgetuigd. Er kwam een voltallige directie en er zijn verschillende producers benoemd. Ook ging het subsidieinformatiepunt STIPE 2018 van start. Ondertussen krijgen de media steeds meer belangstelling voor KH18, waardoor de bekendheid zowel regionaal, nationaal als internationaal toeneemt.
Nieuwe energie voor de economie Zuivelprovincie Fryslân is het land van melk en water. En op het gebied van melk zijn er in 2014 mooie resultaten behaald. Fryslân mag drie nieuwe zuivelfabrieken verwelkomen. Om ervoor te zorgen dat daar gekwalificeerd personeel aan de slag kan, is het van belang goede zuivelopeidingen beschikbaar te stellen. Daarom stelde de provincie € 1,3 mln. beschikbaar voor nieuwe opleidingen in de zuiveltechnologie voor MBO en HBO. Ook worden met het geld lectoren aangesteld en docenten geworven. De eerste minor dairytechnology startte in februari 2015 op Hogeschool Van Hall Larenstein. Ook ging het Praktijkleercentrum voor melkindustrie van start. Met de komst van het praktijkleercentrum, Dairy Training Centre, worden er in de toekomst gerichte (inter)nationale trainingen verzorgd voor de melkindustrie. Het verzorgen van de praktijktrainingen is één van de fundamenten onder het Dairy Campus-concept. Hierin investeerde de provincie € 300.000,- vanuit Wurkje foar Fryslân. Wurkje foar Fryslân In het eerste volle jaar voor Wurkje foar Fryslân werden twee uitvoeringsprogramma’s vastgesteld: het aanvalsplan Woningmarkt en het aanvalsplan Menselijk Kapitaal. Vooral op het gebied van de woningmarkt is al flink geïnvesteerd. We hebben leningen verstrekt voor herbestemmingsprojecten en subsidies gegeven aan toeristische ondernemers. Ook kwamen subsidies beschikbaar voor verduurzaming van woningen, voor restauratie van monumenten. Dat is niet alles, want er kwamen ook kredietmogelijkheden voor het Friese MKB en subsidie voor de digitalisering voor ons Friese erfgoed.
26
Zorgeconomie ‘Innoveren en verbinden met zorg’. Dat is de titel van het Uitvoeringsprogramma Zorgeconomie. Daarmee wil de Provincie het MKB en de zorgsector met elkaar verbinden en komen tot innovaties. Dat alles met als doel een toekomstbestendige Friese zorgsector en economische spin-off voor het Friese MKB. In 2014 is de Provincie met het uitvoeringsprogramma van start gegaan. Nieuwe energie voor het openbaar bestuur Herindelingen Per 1 januari 2014 is de gemeente Boarnsterhim opgegaan in de Gemeente Leeuwarden, Heerenveen, Súdwest-Fryslân en de nieuwe gemeente De Friese Meren. Deze laatste ontstond op dezelfde datum uit de gemeenten Lemsterland Gaasterlân-Sleat en Skarsterlân. In Noord-Oost en Noord-West Fryslân zijn goede stappen gezet om te komen tot meer samenwerking en het vergroten van de bestuurskracht. Wettelijke taken Naast alle ambities waar de provincie het verschil kan maken voor Fryslân, is de provincie ook verantwoordelijk voor een groot aantal wettelijke taken. Die dragen minstens net zo veel bij aan een mooi en sterk Fryslân. De zorg voor een goed netwerk van openbaar vervoer, wegen en het onderhoud daarvan, de inrichting en het beheer van de natuur in Fryslân en een aantal taken op het gebied van vergunningverlening en ontheffingen zijn hier voorbeelden van. FUMO Op 1 januari 2014 is de Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) van start gegaan in Grou. De provincie is nu bij de FUMO betrokken als opdrachtgever en als eigenaar van/partner in de Gemeenschappelijke Regeling. Daarnaast is de provincie leverancier van een aantal ondersteunende diensten. Bij de PS-behandeling van de FUMO-begroting in oktober 2014 is een motie aangenomen die vraagt om een nieuw bedrijfsplan en een meerjarenbegroting. De aanleiding hiervoor is het financiële tekort van de FUMO. Op 11 december 2014 stelde het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling FUMO de begroting voor 2015 vast. Nieuwe energie met minder geld Gezonde provincie Bovenstaande resultaten dragen bij aan de ‘mooiste provincie’ van Nederland. Om te wonen, te werken en te leven. Het blijven werken aan deze ambitie kan ook in een financieel gezond perspectief. Het nieuwe college kan de komende jaren beschikken over een vrij aanwendbare reserve van ruim € 45 mln. In de programmaverantwoording laten we per programma (zoals bijvoorbeeld Water of Ruimte en Wonen) het totale overzicht zien van de provinciale doelen zijn, wat we hebben gedaan en wat dat in 2014 heeft gekost.
27
28
BURGERJAARVERSLAG 2014
29
30
Voorwoord Op naar de finish en 2018 In het laatste volle kalenderjaar van het huidige college van Gedeputeerde Staten is het coalitieakkoord van PvdA, CDA en FNP vrijwel volledig uitgevoerd. De inzet van het college om te zorgen dat Fryslân de mooiste provincie van Nederland blijft en zich tegelijk verder vernieuwt en ontwikkelt, is gehaald. Dat wil niet zeggen dat het allemaal rozengeur en maneschijn is, want het economisch herstel kwam traag op gang. Vandaar dat het goed is dat de provincie kon profiteren van het eerste investeringsjaar van Wurkje foar Fryslân (WFF). Duizenden Friezen maakten met een energiepremie hun woning zuiniger, honderden jongeren kregen hun eerste baan bij Friese bedrijven en instellingen, via een woonoffensief zijn er extra huizen verkocht, bedrijven knapten monumenten op en gaven jongeren tegelijk een opleiding; om maar enkele projecten te noemen. Op allerlei manieren zet de provincie 300 miljoen euro in om een impuls aan het regionale MKB te geven en daarmee de werkgelegenheid te bevorderen. Ook was er extra aandacht om te zorgen dat meer bedrijven vernieuwen en exporteren. De jarenlange inzet om Thialf ook de komende jaren het schaatshart van de wereld te laten zijn, is in 2014 beloond. In november is gestart met de voorbereiding van de vernieuwbouw. De planning is dat de vernieuwbouw in 2016 klaar is. De windmolendiscussie leverde veel reacties op van de inwoners. Eens te meer bevestigde dit hoe betrokken de Friezen zijn bij de zorg om het landschap en hun woonomgeving. De investeringen in wegen ging volop door. De Haak om Leeuwarden ging open. Koning Willem-Alexander opende de nieuwe sluis in Stavoren. De vernieuwing van de Afsluitdijk is in gang gezet. De aankondiging van de eerste vismigratierivier ter wereld kreeg internationale aandacht. De Koning opende de proeflocatie voor de opwekking van energie uit het mengen van zoet en zout water, ook een wereldprimeur. Het zijn zaken die de provincie ook in 2018 graag onder de aandacht brengen, als Leeuwarden en Fryslân als Culturele Hoofdstad van Europa internationaal in de etalage komen te staan. Ook dat is dichterbij gekomen. Het is een mooi vooruitzicht om verder met ús mienskip te bouwen aan een mooi, sterk en welvarend Fryslân. John Jorritsma Commissaris van de Koning in Fryslân
31
Inhoudsopgave Pagina Voorwoord
31
1.
33
Burgerparticipatie 1.1
1.2
2.
3.
4.
33
Fries Jeugd Parlement
33
Voorbeelden van burgerparticipatie
33
Contact met bestuur
44
Gedeputeerde Staten
44
Provinciale Staten
44
Kwaliteit van de provinciale dienstverlening
46
2.1
Verbetering van dienstverlening
46
2.2
Telefonische bereikbaarheid
46
2.3
Betalingen
47
2.4
Aanvragen, vergunningen en ontheffingen
47
2.5
Subsidieaanvragen
51
2.6
Klanttevredenheidsonderzoek
51
2.7
Integriteit
51
2.8
Frysk
52
Communicatie en informatie
53
3.1
Website
53
3.2
Social media
53
3.3
Informatie
53
Bekendmakingen
53
Nieuwsbrieven
53
Informatieverzoeken
53
Pers
53
Klacht, bezwaar en beroep 4.1
5.
Vormen van burgerparticipatie
54
Klachten
54
Provinciale klachtenregeling
54
Klachtenregistratie Provinciale Waterstaat
54
Milieualarmnummer
54
Interbestuurlijk toezicht
55
4.2
Bezwaar- en beroepschriften
56
4.3
Beroep op de bestuursrechter
56
4.4
Dwangsommen
57
Conclusie
58
BIJLAGE: Handvest voor dienstverlening
32
59
1.
Burgerparticipatie
1.1
Vormen van burgerparticipatie
Steatemerk In september 2014 is na overleg tussen de Voorzitter van PS en het Presidium de Steatemerk ingevoerd. Burgers, bedrijven en instellingen kunnen op de Steatemerk het gesprek aangaan met Statenleden over onderwerpen waarover Provinciale Staten op korte termijn een besluit moeten nemen. Er zijn op de markt ambtenaren aanwezig om vragen van Statenleden te beantwoorden. Dit vervangt de 'traditionele' commissievergadering en geeft een impuls aan de interactie/inspraak met burgers/instellingen/betrokkenen. De Steatemerk wordt ongeveer eens per maand gehouden. In 2014 is viermaal een Steatemerk gehouden. Met gemiddeld zo'n 90 externe bezoekers voorziet de Steatemerk in een behoefte en mag als succes worden betiteld. Statenspel Bij het Statenspel kunnen groepen een Statenvergadering naspelen in de statenzaal. Vooral scholen maken hiervan gebruik. Ook andere groepen van 20 tot 45 deelnemers zijn van harte welkom. De deelnemers worden in fracties en een college van gedeputeerde staten verdeeld. Ze krijgen een aantal cases voorgelegd waarover zij kunnen debatteren. De begeleiding is in handen van een Statenlid. Een Statenlid vervult de rol van commissaris van de Koning/voorzitter van PS. De statenspellen worden in de historische statenzaal gehouden. In 2014 is het statenspel 6 maal gespeeld (in 2013 elf maal). Fries Jeugd Parlement Op 12, 13 en 14 maart 2014 heeft de drieëntwintigste editie van het Fries Jeugdparlement plaatsgevonden. Ruim tachtig jongeren in de leeftijd van 15 tot 18 jaar van acht scholen uit Fryslân hebben drie dagen lang het provinciaal bestuur nagespeeld. De leerlingen zijn verdeeld in verschillende commissies en hebben elk een voorstel ingediend. Voor de uitvoering van deze voorstellen is € 2.500 beschikbaar. De jongeren zijn dit jaar zeer kritisch, van de acht voorstellen zijn er maar twee aangenomen. Het eerste voorstel van de commissie Welzijn en Zorg betreft het tegengaan van eenzaamheid onder ouderen door ontslagen medewerkers in de zorg via AanZet in contact te brengen met eenzame ouderen. Daarnaast is door de jongeren aangedragen een politiek café te organiseren om jongeren in contact te brengen met de provinciale politiek. Na het lange debatteren, heeft gedeputeerde Tineke Schokker de dag afgesloten. Zij heeft het belang van het Fries Jeugd Parlement benadrukt, “Het FJP heeft voor ons echt een meerwaarde. Jongeren denken anders en zien kansen en mogelijkheden waar volwassenen vaak niet aan denken. Die ideeën horen en gebruiken wij graag”. Voorbeelden van burgerparticipatie Elk jaar worden er voor omwonenden, belangstellenden, ondernemers e.d. tal van informatiebijeenkomsten en inspraaktrajecten georganiseerd, om de burgers op de hoogte te stellen van op handen zijnde of lopende plannen, waaronder ook ruimtelijke plannen. Onder informatiebijeenkomsten worden die bijeenkomsten verstaan die een zuiver informerend karakter hebben. Bij inspraakbijeenkomsten of inspraaktrajecten is de opzet om standpunten of ideeën van de aanwezigen te verzamelen, zodat deze kunnen worden meegewogen in de besluitvorming.
33
Onderstaand volgen voorbeelden van burgerparticipatie: Wurkje foar Fryslân Wurkje foar Fryslân is het programma waarmee de provincie de economie in Fryslân een flinke impuls wil geven. Dit doet de provincie door € 300 miljoen te investeren om mensen in Fryslân weer aan het werk te krijgen. Wurkje foar Fryslân zet in op datgene wat onze provincie sterk maakt: minsken, wurk en omjouwing. Om onze ambities kracht bij te zetten heeft de provincie deze in cijfers gegoten. Het doel is om 1600 tijdelijke arbeidsplaatsen in Fryslân te creëren tot en met 2016. Onder het hoofddoel om werkgelegenheid te creëren heeft de provincie een aantal subdoelen gedefinieerd:
• • •
•
•
De provincie wil het Innovatief vermogen van Fryslân vergroten. Door bedrijven in de gelegenheid te stellen te innoveren kunnen betere en nieuwe producten ontwikkeld worden waardoor meer winst gemaakt kan worden. De provincie wil bedrijven een betere toegang geven tot bedrijfsfinanciering (kapitaal) in situaties waarin dit bij een gewone bank niet geregeld kan worden. De provincie versterkt het menselijk kapitaal in Fryslân. Dat wil zeggen dat de provincie de aansluiting tussen het aanbod en de vraag op de arbeidsmarkt willen verbeteren en het aanbod van onderzoek en onderwijs in de provincie willen versterken. De provincie zet in op het organiserend vermogen van bedrijven, kennisinstellingen en overheden. Onder het motto ‘samen sterker’ moedigen we bedrijven aan om internationaal te ondernemen en zorgt de provincie voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat om nieuwe bedrijven naar de provincie te halen. De provincie zet in op de kwaliteit van de leefomgeving. Dit doet de provincie met name door de investeringen in de woningmarkt.
In 2013 hebben Provinciale Staten enkele ‘quick- wins’ vastgesteld. Dit zijn projecten die onmiddellijk tot uitvoering konden worden gebracht en waarmee de provincie een snel resultaat konden bereiken. Deze quick- wins heeft de provincie in 2014 allemaal tot uitvoering kunnen brengen. Hierdoor heeft de provincie onder andere de Friese Ondernemersimpuls vastgesteld waarmee MKB’ers krediet kunnen krijgen als dat bij een reguliere bank niet kan. Zo heeft de provincie traineeplekken gecreëerd waardoor jong talent nu zicht heeft op een vaste baan. De provincie zorgt door middel van het Deltaplan digitalisering voor het vastleggen van ons cultureel erfgoed en de provincie heeft toeristische ondernemers geholpen bij innovatieve investeringen om hun bedrijf verder te helpen. Samen met de stakeholders (belanghebbenden) bepaalt de provincie hoe deze middelen in te zetten voor een structurele versterking van de Friese economie. Dit doet de provincie door aanvalsplannen te maken. Op basis van deze aanvalsplannen verstrekt de provincie vervolgens kredieten of subsidies op basis van regelingen. Met name het aanvalsplan Woningmarkt heeft de provincie in 2014 tot uitvoering kunnen brengen. De provincie heeft leningen verstrekt voor onder andere woningbouwprojecten in de huursector en voor de herbestemming van ruimten met een maatschappelijke functie (bijvoorbeeld kantoorpanden, winkelpanden, kerkgebouwen etc.) naar een woonfunctie. De provincie heeft ook een succesvol ‘Woonoffensief’ georganiseerd begin 2014. Ook het aanvalsplan Menselijk Kapitaal heeft de provincie in 2014 vastgesteld. Er is initiatief genomen tot een overlegtafel waaraan de vertegenwoordigers van het onderwijs, het bedrijfsleven en de overheid een plaats hebben en samen het innovatief
34
vermogen van de provincie en met name het MKB willen vergroten. Daarnaast zijn aantal initiatieven gefinancierd die de aansluiting tussen de arbeidsmarkt en het onderwijs verbeteren. In het economisch domein werkt de provincie op dit moment samen met de stakeholders aan de aanvalsplannen Internationaal ondernemen, Versterken Vestigingsklimaat en Innovatief Fryslân. Vooruitlopend op deze aanvalsplannen zijn al meerdere bedrijven van kredieten kunnen voorzien. In 2015 gaat de provincie volop verder aan het werk voor Fryslân, want werkgelegenheid gaat iedereen aan. Kulturele Haadstêd 2018 Op 6 september 2013 is Leeuwarden door een internationale jury voorgedragen voor de titel van European Capitol of Culture 2018. Op 21 mei 2014 ging de Europese ministerraad daar in Brussel mee akkoord, waarmee de titel officieel is geworden. Het is de kroon op een aantal jaren van bouwen naar het succes, en tegelijk de start van een geheel nieuw, groot en dynamisch proces. Vanaf eind 2013 is er gewerkt aan onder meer het opbouwen van de stichting 2018, de benoeming van de producers voor de diverse evenementen, het optuigen van een interne organisatie binnen gemeente Leeuwarden en provincie Fryslân en de samenwerkingsagenda tussen gemeente, provincie en stichting. De drie partijen werken nauw samen; ‘als waren wij één organisatie’. In de samenwerkingsagenda 2013-2025 zijn de afspraken, verantwoordelijkheden en verhoudingen vastgelegd. Binnen de overheden hebben de bestuurders, directeuren, programmamanagers en uiteenlopende medewerkers een grote rol, waarbij zij hecht optrekken met de mensen van de stichting, waar ook een eigen organisatorische structuur met verdeling van taken en verantwoordelijkheden is opgebouwd. Communicatie, Sponsoring, Openbare Orde & Veiligheid, Lobby en de 5 E’s uit het bidbook (Entrepreneurship, Empowerment, Experience, Ecology en Europe) zijn enkele van de speerpunten/projecten van de drie organisaties, waarvoor steeds een projectleider binnen de samenwerkingsagenda is benoemd. Over de uitvoering van het bidbook houdt de stichting op onafhankelijke wijze de regie. De gemeente en provincie hebben hiervoor € 27.000.000,- aan subsidie bijgedragen; de totale begroting van de stichting bedraagt € 74.000.000,-. Voor gemeente en provincie is belangrijk dat Kulturele Haadstêd fungeert als vliegwiel in het bevorderen van stad en regio op allerlei gebieden: vroeg-schoolverlaters, het relatief lagere opleidingsniveau in de regio, een relatief hoger werkloosheidspercentage en de hoeveelheid kinderen in achterstandswijken die leven onder de armoedegrens worden aangepakt. Over de aanpak van deze maatschappelijke uitdagingen hebben gemeente en provincie ambitieuze afspraken gemaakt in de samenwerkingsagenda. In september 2014 is het informatieloket en daarmee ook STIPE 2018 geopend, een samenwerkingsverband van provincie, gemeente en stichting, gericht op de mienskip. Een toegankelijke plek, vooraan in hoofdkwartier van 2018 de Blokhuispoort in Leeuwarden, voor iedereen die meer wil weten van Kulturele Haadstêd en/of mee wil doen met een eigen plan, project of idee, of als vrijwilliger. De medewerkers van STIPE koppelen deze mensen waar dat kan aan elkaar, zodat de diverse plannen elkaar versterken en er grote resultaten geboekt worden, waarbij er vaak een professionaliseringsslag gemaakt kan worden. Dit geldt zeker waar projecten aan die uit het bidbook van Kulturele Haadstêd gekoppeld kunnen worden. Het jaar 2014 is ook benut om de directie van Kulturele Haadstêd te benoemen. Inmiddels is dat proces voltooid. Ton F. van Dijk is CEO, Lieven Bertels is artistiek directeur, Oeds Westerhof is programmadirecteur en John Bonnema is financieel directeur; een gezelschap van Friese, Nederlandse en internationale mensen met naam
35
en veel ervaring in het culturele, media- en zakelijke veld. Ook is de Raad van Toezicht benoemd. De organisatie van de stichting is daarmee in 2014 bijna voltallig. De 41 events uit het bidbook staan voor een groot deel in de steigers. De producers die de events trekken, zijn in veel gevallen benoemd. De rest volgt in 2015. Streekwurk Streekwurk is op 1 januari 2014 gestart met de uitvoering van beleid van provincie, gemeenten en Wetterskip Fryslân in de gebieden. De partners werken intensiever samen in de regio’s en de gezamenlijke ambitie is vastgelegd in de streekagenda’s, een uitvoeringsprogramma per streek. Het doel van deze samenwerking is meer efficiency en slagvaardigheid. Dit door projecten van de overheden gezamenlijk te programmeren en daarbij de inzet van menskracht en middelen te bundelen. Om maatschappelijke initiatieven (bottom-up-aanpak) in de gebieden verder te brengen is het Iepen Mienskips Fûns in het leven geroepen. Bewoners en organisaties kunnen bij de streekhuizen terecht met hun projectideeën. Denk bijvoorbeeld aan projecten op het gebied van leefbaarheid, economie, recreatie, toerisme en bereikbaarheid. Voorwaarde is dat de plannen binnen de kaders van de streekagenda passen. Het grote voordeel van het IMF-budget is de vereenvoudiging van regels en een korte procedure. Het wordt voor de aanvragers zo eenvoudig mogelijk gemaakt. Bij de uitvoering van het fonds is een belangrijke rol weggelegd voor de streek, vertegenwoordigd in het platform. Het fonds zal starten begin 2015. Ook is de afdeling Streekwurk gestart met de coördinatie van de eerste streekagendaprojecten die in cofinanciering met de gemeenten in de gebieden werden gerealiseerd. Met deze streekagenda-projecten is een impuls gegeven van ca. € 24 miljoen aan leefbaarheid en werkgelegenheid in de regio’s. In 2014 zijn er voorbereidingen getroffen voor het instellen van twee Leadergebieden (in NO en NW). Dit betekent dat deze regio’s in aanmerking komen voor extra geld vanuit het Rijk om de leefbaarheid in de regio te vergroten. Hiervoor worden ontwikkelingsvisies ontwikkeld en twee Leadergroepen opgericht. Verdeeld over mei en september is er € 300.000, - subsidie voor Plattelandsbeleid beschikbaar gekomen voor initiatieven van verenigingen en stichtingen in het gebied. In Zuidoost en Zuidwest-Fryslân zijn deze subsidies ook via het loket van de gemeenten beschikbaar gesteld. In Zuidwest Fryslân hebben beide gemeenten €50.000, - van het budget ontvangen en zijn kleine lokale projecten direct door de gemeenten gefinancierd. In Noardwest Fryslân zijn drie Noardwest Kafees georganiseerd. In februari en oktober hebben inwoners en maatschappelijke organisaties meegeadacht met de kansen en uitdagingen voor Noardwest Fryslân. Eind juni is er een Noardwest Kafee georganiseerd waarbij de ambassadeurs van Noardwest Fryslân in gesprek zijn gegaan met ondernemers over sociaal ondernemerschap. De uitkomsten van de Noardwest Kafees zijn meegenomen in een ontwikkelingsplan waarbij Noardwest Fryslân in aanmerking hoopt te komen Europese LEADER subsidies. Naast een groot aantal lokale projecten heeft Streekwurk Noardwest Fryslân de nieuwe gebiedsinrichting van Deinum, Boksum en Ritsamsyl gefaciliteerd. Aansluitend op de afronding van de nieuwe rondweg de Haak wordt werk met werk gemaakt en wordt het gebied opnieuw ingericht. Het agenda Netwerk Noord Oost heeft voor de derde keer een regiodag georganiseerd. Op 16 september zijn bestuurders, inwoners, ondernemers, dorpsbelangen, raads- en staatleden en bestuurders bijeengekomen in het streekhuis in Burgum. Maatschappelijke organisaties hebben in wervende 1-minuut presentaties hun bijdragen aan de regio aan de ‘’staande-dwaande-statafel’ gepresenteerd. Samen met Kennis Netwerk Noord Nederland is het Krimpcafe XL georganiseerd waarbij professionals uit het hoge noorden
36
op een viertal excursies zijn gegaan en meedachten over de uitdagingen en kansen van de teruglopende bevolking in Noordoost. In de regio de Waddeneilanden is de gezamenlijke ambitie van de streekagenda formeel bekrachtigd met een feestelijke ondertekening door de bestuurders op 14 maart. Daarnaast is gestart met een groot aantal projecten van de restauratie van de Atlantik Wall-bunkers, vernieuwing van de strandopgangen tot projecten op het gebied van duurzaamheid. Op Terschelling hebben Streekwerk Friese Waddeneilanden en Nissan 100 elektrische auto’s voor de bewoners van Terschelling door Nissan verzorgd. Met de nieuwe drijvende steiger op Ameland in juni is in de regio de Wadden het eerste streekagenda-project binnen de vernieuwde streekagenda-werkwijze voltooid. Streekwerk Zuidoost heeft de samenwerking in de regio met de gemeenten en het Wetterskip Fryslân geïntensiveerd. Bij het subsidiëren van initiatieven uit het gebied is goed samengewerkt met de (maatschappelijke) partners uit de regio. Zuidoost heeft in 2014 onder meer ingezet op de ontwikkeling van de kwaliteit en duurzaamheid van bestaande bebouwing, een gezamenlijke integrale landschapsvisie en Biobased Economy. Streekwerk Zuidwest is in februari 2014 tot de vaststelling van de Gebiedsagenda en de pilot Gebiedsbudget gekomen. De verbindingsweg Balk is gerealiseerd en verschillende regionale projecten zijn uitgevoerd. Ook hier is gestart met het proces van samenwerking met een gezamenlijk gebiedsvisie, uitvoeringsprogramma en de ontwikkeling naar een gezamenlijk loket. Eind 2014 is door de partners gestart met een ambitiedocument. Het doel hiervan is om te komen tot intensievere samenwerking als het gaat om programmering en cofinanciering. Het jaar 2014 heeft ook in het teken van verhuizingen gestaan. Medewerkers van het projectbureau Beetsterzwaag zijn in oktober naar de Werkstate in Heerenveen verhuisd. Tevens zijn de medewerkers van het projectbureau de Wadden van Franeker naar Harlingen verhuisd, waar ze samen met het secretariaat de Waddeneilanden (voormalig VAST) het gemeentelijk havenkantoor hebben betrokken. Op 10 december is dit kantoor feestelijk geopend. Het projectbureau Zuidwest Fryslân in Balk is gesloten. In deze regio werken de medewerkers vanaf 1 december deels vanuit Joure en deels in IJlst. In alle regio’s zijn de partners gekomen tot een intensievere samenwerking en zijn een groot aantal projecten en initiatieven mogelijk gemaakt, die anders niet van de grond waren gekomen. In 2014 zijn er vanuit de provincie 15 persberichten verstuurd. Streekwurk heeft 6 digitale nieuwsbrieven verstuurd. Ook via twitter is het publiek geïnformeerd over de projecten vanuit Streekwurk en de streekagenda-samenwerking. In 2014 zijn 90 tweets verstuurd en zijn er 161 volgers bijgekomen (totaal 446 volgers). Er zijn in 2014 vijf filmpjes gemaakt over projecten van Streekwurk Fryslân. Deze zijn verspreid via Youtube, Facebook en Twitter. Ook hebben Omrop Fryslân, de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad projecten van Streekwurk regelmatig onder de aandacht gebracht. Projecten van Streekwurk is daarnaast zeer regelmatig in het nieuws in de verschillende huis-aan-huis bladen geweest. Samen met de gemeenten en Wetterskip Fryslân is de nieuwe huisstijl van Streekwurk in de gebieden ontwikkeld en zijn afspraken gemaakt over gezamenlijke communicatie. Windenergie Met subsidie van de provincie is door Fryslân foar de wyn onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor locaties voor windmolens op het vaste land van Fryslân. In het kader van dit onderzoek zijn door FFDW o.a. een 11-tal bijeenkomsten verspreid over de provincie georganiseerd waarbij omwonenden en belanghebbenden konden reageren op de ingediende plannen voor windmolenparken. Deze bijeenkomsten zijn goed bezocht.
37
Voorafgaand aan de behandeling van het onderwerp windenergie in Provinciale Staten zijn door deze zelfde Staten hoorzittingen georganiseerd. Verspreid over 4 avonden hebben bijna 100 personen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om in te spreken. Gedeputeerde Staten hebben vele e-mails, brieven, petities en handtekeningen mogen ontvangen m.b.t. windenergie. Programma Duorsume Ynnovaasjes De provincie werkt aan een sterk en gezond Fryslân! Een provincie die niet meer afhankelijk is van de huidige brandstoffen zoals olie en gas. En een provincie met vele groene banen. Met het programma Duorsume Ynnovaasjes kiest de provincie Fryslân voor een Friese aanpak. Er is specifiek aandacht voor de talrijke kleinschalige en lokale initiatieven. Samen met burgers, woningcorporaties, gemeenten, bedrijven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties gaat de provincie Fryslân aan de slag. Juist de inzet van burgers, bedrijven en kennisinstellingen is hard nodig. Hun creativiteit, ondernemerszin en innovatiekracht helpt Fryslân een stap vooruit richting de gestelde doelen. De provincie creëert de optimale randvoorwaarden. Steeds vaker wordt dat met revolverende bijdragen gedaan. Er wordt geld beschikbaar gesteld dat op een later moment teruggekregen kan worden. Een voorbeeld is het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy. Twee doelstellingen staan centraal in de Friese duurzame energiemix. De provincie Fryslân gaat voor een energiebesparing van 20% ten opzichte van 2010. En de provincie stelt als doel om in 2020 16% duurzame energie op te wekken. De inzet op duurzame energie biedt juist kansen voor de Friese werkgelegenheid. De provincie wil in 2020 minimaal 4.000 aan energie gerelateerde banen. Deze banen zitten in alle lagen van de beroepsbevolking. Fûns Skjinne Fryske Enerzjy In september 2014 is het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) van start gegaan. Dit investeringsfonds is in het leven geroepen als partner voor Friese duurzame energie projecten. Het gaat om projecten waar reguliere financiers niet aan willen bijdragen. Dan komt het FSFE in beeld. Voorbeelden zijn aardwarmte, zonne-energie, biomassa maar ook energiebesparing in de bebouwde omgeving. Het gaat om grootschalige projecten. Maar het gaat ook om kleinschalige projecten die passen bij de Friese schaal van het MKB. Het fonds richt zich op zakelijke projecten die aantoonbaar tot productie van hernieuwbare energie of energiebesparing leiden. Daarnaast moeten de projecten ook een toegevoegde waarde hebben voor de werkgelegenheid in Fryslân. Er zit 90 miljoen in het FSFE. Daarmee wil de provincie stimuleren dat de doelstelling van 16% duurzame energie in 2020 wordt gehaald. Het geld kan worden ingezet in de vorm van leningen, garantstellingen of participaties. De looptijd van het fonds is 15 jaar. Eén loket voor energievragen dorpen en wijken Fryslân telt meer dan 50 lokale energie-initiatieven. In dorpen en wijken werken enthousiaste bewoners aan het opwekken en besparen van energie. Maar dat gaat niet vanzelf. Daarom komen Doarpswurk en de Friese Milieu Federatie met één loket voor al hun energievragen. Dit heet de Energiewerkplaats. Hier kunnen lokale initiatieven terecht voor het oprichten van een lokaal energiebedrijf of gezamenlijk energie besparen. De provincie Fryslân draagt € 300.000 bij. Startsubsidie lokale energie-initiatieven Steeds vaker werken Friezen lokaal samen om groene energie op te wekken of energie te besparen. Deze vrijwilligers organiseren zich vaak in een coöperatie. Er is budget nodig
38
voor bijvoorbeeld een website of promotie. Hiervoor hebben lokale energie-initiatieven in 2014 subsidie aan kunnen vragen. De subsidie bedraagt maximaal € 2.500 per aanvraag. In 2014 hebben 20 lokale energie-initiatieven een bijdrage ontvangen. Ook in 2015 is er subsidie beschikbaar. Zonnestroom De ambitie voor zonnestroom is groot: 50 Megawatt (MW) in 2015, 500 MW in 2020. Inmiddels ligt er meer dan 50 MW aan zonnestroom in Fryslân. Ook komt het zonnepark op Ameland weer een stap dichterbij. Naast het vliegveld van Ballum komt in 2015 een zonnepark met een oppervlakte van 12 hectare. Het zonnepark heeft een vermogen van 6 MW. Het ministerie van Economische Zaken heeft een subsidie SDE+ toegekend. De aanleg van het park wordt verder gefinancierd door de subsidie uit het Waddenfonds en de provincie Fryslân. Verder is er een start gemaakt met een project voor het MKB. Samen met geïnteresseerde ondernemers wil de provincie een aantal voorbeeldprojecten opzetten. Daarin worden verschillende business modellen uitgewerkt. Op 2 oktober 2014 is er een informatiebijeenkomst georganiseerd. Daarnaast hebben kennis en informatie uitgewisseld met andere overheden over grootschalige opwekking van zonnestroom en de landschappelijke inpassing. Op 6 november heeft de provincie Fryslân een informatiedag voor gemeentebestuurders en – ambtenaren georganiseerd. Tot slot hebben 47 agrariërs een aanvraag ingediend voor de stimuleringsregeling ‘Asbest eraf, Zonnepanelen erop Fryslân’ opengesteld. Daarmee is 50.000 m2 asbest dak verwijderd en voor 1 MW aan zonnepanelen geïnstalleerd. Fryske Energy Challenges Ook in de schooljaren 2014 – 2016 gaan de Fryske Energy Challenges van start. Basisscholen en scholen uit het voortgezet onderwijs en MBO in Fryslân kunnen meedoen aan dit project. De scholieren gaan aan de slag met energie, water en duurzaamheid. Ze gaan concrete oplossingen bedenken om in het eigen schoolgebouw slim met water en energie om te gaan. Dit schoolseizoen doen er 23 scholen mee aan de Fryske Energy Challenges. Eerdere ervaringen van de Energy Challenges leert dat er een energiebesparing van 10 tot 15% mogelijk is. Dat is voordelig voor de deelnemende scholen. Een deel van de energiebesparing wordt gebruikt om het project uit te voeren. Fryslân Fernijt Met Fryslân Fernijt wil de provincie innovatie stimuleren. Innovatie is goed voor de Friese economie. En het versterkt de concurrentiepositie van het Friese bedrijfsleven. Fryslân Fernijt III heeft van 2011 tot en met 31 maart 2014 gelopen. In totaal zijn er tien projecten voor het thema duurzame energie, zeven projecten voor het thema water, één project voor het thema recreatie en toerisme en vier projecten voor het thema gezond ouder worden, uitgevoerd. De resultaten van Fryslân Fernijt III staan op www.fryslanfernijt.nl. De projecten hebben in totaal een bedrag van € 3.590.340, ontvangen. Dit geld is beschikbaar gesteld door provincie Fryslân, het Europees Fonds voor Regionale ontwikkeling en het ministerie van Economische Zaken. Op 1 april 2014 is Fryslân Fernijt IV van start gegaan. Het programma loopt tot en met december 2017. In totaal is er € 5.000.000, - beschikbaar voor innovatieve samenwerkingsprojecten die een bijdrage leveren aan de maatschappelijke uitdagingen. Het gaat om projecten binnen de thema’s zorgeconomie, agro-food, duurzame energie, watertechnologie en toerisme & recreatie. De eerste tender is in 2014 afgerond en vastgesteld op € 1.200.000, -. Van de 32 aanvragen hebben 7 projecten een subsidie ontvangen.
39
Friese Grondstoffenagenda De Friese Grondstoffenagenda (FGA) is het vervolg op het Afval Actie Programma. Het doel is om van afvalstoffen weer grondstoffen te maken. En die grondstoffen weer te gebruiken. Grondstoffen worden steeds schaarser en dus duurder. Het gebruik van afvalstoffen bespaart geld. Bovendien kan het een forse energiebesparing opleveren. Ook levert het duurzame banen op. De FGA wil bedrijven en burgers een platform bieden om samen duurzame innovaties voor de ‘circulaire economie’ te realiseren. Dat gebeurt via 'ketenoverleg'. Alle relevante partijen werken samen in de keten om de kringloop te sluiten. Dat is positief voor alle partijen. Dat verklaart meteen ook het succes. De provincie heeft zich met de FGA aanvankelijk op huishoudens gericht. Het project ‘Closing the Loops’ heeft € 400.000 subsidie vanuit het programma Wurkje foar Fryslân gekregen. In dit project werkt OMRIN Leeuwarden samen met Philips uit Drachten, Lankhorst uit Sneek en Stenden Hogeschool Emmen. De doelstelling van het project 'Closing the Loops' is om meer kunststoffen uit huishoudelijk afval in te zetten als bron voor allerlei onderdelen in plaats van olie. Het project verbindt de spelers in de recyclingketen van huishoudelijke kunststof verpakkingsafval. OMRIN heeft in 2014 het initiatief voor huishoudelijk afval van de provincie overgenomen. Er is een stuurgroep opgericht onder de titel Van Afval Naar Grondstof (VANG). Het terugdringen van voedselverspilling heeft in 2014 succesvolle acties opgeleverd. Een mooi voorbeeld is het ketenoverleg rond ganzenvlees. De populatie van overwinterende ganzen in Fryslân stijgt in snel tempo. Daarmee stijgt ook de jaarlijkse schadevergoeding aan de landbouw. Dankzij het ketenoverleg ligt er een opdracht om ganzenvlees als consumptieartikel in te zetten. Aansprekende voorbeelden op het gebied van bedrijfsafval zijn beton en bitumen dakleer. Op 16 september 2014 is door gedeputeerde Poepjes een convenant 'De kracht van duurzaam beton' ondertekend. Deze samenwerking moet het hergebruik van beton bevorderen. Dat bespaart veel transport van grondstoffen en energie bij de betonfabricage. Ook voorkomt het een groeiende afvalberg. Verder is de aanpak ‘Roof to Roof’ gestart. In opdracht van de provincie is in 2014 de keten gesloten voor de recycling van oude bitumen daken. Hier gaat het om hoogwaardig hergebruik en een uitstekend alternatief voor het tegen hoge kosten verbranden als chemisch afval. Dit levert een besparing op van fossiele olie, kostenvoordeel en banen. Koploperproject Het Koploperproject helpt MKB-ers om op een doelgerichte en effectieve manier in 1 jaar duurzamer te ondernemen. Daarvoor werkt de provincie samen met diverse Friese gemeenten. De afgelopen jaren is het Koploperproject uitgegroeid tot een netwerk van duurzame bedrijven en organisaties in Fryslân. De bedrijven en organisaties uit dit netwerk werken met elkaar samen en geven een positieve impuls aan een gezonde en duurzame economie. Er zijn nu 23 Koploperprojecten in 17 Friese gemeenten. In totaal zijn 212 bedrijven, 9 gemeenten, 10 zorginstellingen, 2 scholen en 1 woningcorporatie intensief bezig met het verduurzamen van hun bedrijfsvoering via het Koploperproject. Verschillende koplopers behaalden een mooi resultaat. Zo heeft restaurant en partycentrum De Pleats in Burgum als eerste noordelijk restaurant de Gouden Green Key behaald. Productiebedrijf Holiday Ice uit Sint Nicolaasga heeft het energieverbruik met 20% verminderd. Verder heeft Onderwijsinstelling AOC Buitenpost duurzaamheid in haar beleid verankerd en bewustwording onder haar medewerkers gecreëerd. Het Koplopersymposium Duurzame Denktank op 18 november 2014 bij Stenden Hogeschool in Leeuwarden telde ruim 130 deelnemers. Ondernemers,
40
duurzaamheidexperts en professionals van gemeenten en onderwijs hebben hun kennis en ideeën op het gebied van duurzaamheid gedeeld. In juni 2015 ‘studeren’ 5 groepen Koplopers uit 5 gemeenten af. In totaal zijn dit 50 bedrijven. Zij delen hun kennis en opgedane ervaring tijdens het Koplopersymposium 2015. ESCo-project Scholen, dorpshuizen en sportaccommodaties zijn belangrijke voorzieningen voor de leefbaarheid in dorpen en steden. De exploitatie van deze voorzieningen staat onder druk. Investeren in een lagere energierekening kan de exploitatiekosten verlagen. Een Energy Service Company (ESCo) is een mogelijke oplossing. Daarom is er in 2014 gestart met het ESCo-project. In het ESCo-project zijn 7 initiatieven ondersteund bij het maken van een business case. Het gaat om dorpshuizen, zwembaden en sportverenigingen. Daarnaast zijn er twee informatiebijeenkomsten georganiseerd voor de bouw- en installatiebranche. Dat heeft de provincie samen met de branche-organisatie UNETO-VNI gedaan. Tijdens de eerste bijeenkomst is de branche geïnformeerd over de voor- en nadelen van ESCo’s. In de tweede bijeenkomst zijn de knelpunten en oplossingen geïnventariseerd. Bijeenkomsten ‘Fryslân geeft energie’ In 2014 heeft de provincie Fryslân voor de 10e en laatste keer de bijeenkomst Fryslân geeft energie georganiseerd. Het uitwisselen van kennis, informatie en positieve en negatieve ervaringen heeft centraal gestaan. De provincie is te gast geweest bij de gemeente Leeuwarden. Ruim 100 gemeentebestuurders, raadsleden en ambtenaren en leden van Provinciale Staten zijn naar de bijeenkomst op 30 januari 2014 gekomen. N381 Drachten - Drentse grens Een belangrijk speerpunt bij het project N381 Drachten - Drentse grens is ‘Foar en mei de Mienskip’. De N381 aanleggen doet de provincie samen met de omgeving. Zo denken dorpsbelangen mee over hoe hun omgeving er uit moet komen te zien, brengt de lokale fotografieclub van Appelscha het project in beeld en werken basisschoolleerlingen en leerlingen van het voortgezet onderwijs mee aan (technische) opdrachten. Onze website is in 2014 helemaal vernieuwd en er is in 2014 veel actiever getwitterd. Daarnaast is er drie keer een nieuwsbrief verstuurd. De maatregelen vanuit de gebiedsontwikkeling probeert de provincie samen met de bewoners en direct betrokkenen vorm te geven. Hiervoor zijn er diverse huiskamergesprekken geweest. Ook zijn meerdere informatiebijeenkomsten georganiseerd:
• • • • • • • • • • •
26 en 27 maart: Keetbijeenkomsten in Wijnjewoude en Donkerbroek over de werkwijze, de werkzaamheden en de planning van de aannemer. 21 mei: informatiebijeenkomst De Feart. 5 juni: informatiebijeenkomst Frieschepalen. 10 en 11 juni: informatiebijeenkomst Wijnjewoude. 16 juni: informatiebijeenkomst Selmien East. 19 juni: informatiebijeenkomst Wester Es. 1 en 2 juli: informatiebijeenkomst Donkerbroek. 8 september: informatiebijeenkomst De Feart. 15 september: informatiebijeenkomst Zwetteweg-Kruisweg Donkerbroek. 16 september: informatiebijeenkomst Mounleane (binnen bebouwde kom). 27 november: informatiebijeenkomst Vaart Westzijde Donkerbroek.
41
In 2014 zijn er twee belangrijke mijlpalen geweest:
• •
9 mei: starthandeling door gedeputeerde Poepjes. Wurk! Ombouw N381 echt van start. 6 oktober: ondertekening bestuurlijke overeenkomst en scope uitbreiding. Aantal maatregelen vanuit Friese Meren en Streekwurk worden samen met project N381 uitgevoerd.
Als dank voor het begrip voor de bouwoverlast heeft de provincie in december banketstaven verstuurd, specifiek naar directe omwonenden van kunstwerken waar hinder kan zijn geweest afgelopen jaar. Leeuwarden Vrij-Baan De provincie Fryslân zet zich samen met Rijkswaterstaat en de gemeente Leeuwarden actief in voor het programma Leeuwarden Vrij-Baan. Een programma van 40 projecten om de bereikbaarheid van Leeuwarden te verbeteren voor auto, openbaar vervoer en fiets, maar ook via het water. De provincie voert een aantal grote projecten uit, bouwt bijzondere kunstwerken (3 aquaducten!) en doet actief aan gebiedsontwikkeling. Leeuwarden Vrij-Baan informeert helder en tijdig. Via de website en via tal van andere middelen en media. Middelen die ook per individueel project worden ingezet. Want elk project heeft zijn eigen doel, zijn eigen doelgroepen en zijn eigen dynamiek. Denk aan informatiebijeenkomsten, publieksexcursies, persoonlijke (keukentafel-)gesprekken, nieuwsberichten en -brieven en projectinformatie via onze informatiecentra. De interactie met de omgeving is door sociale media is toegenomen. Twitter en Facebook zijn niet meer weg te denken binnen de projecten en worden actief ingezet. Om belangstellenden kennis te kunnen laten maken met de projecten van de provincie zijn tijdens de Dag van de Bouw de bouwlocaties opengesteld voor het publiek. Een heel bijzonder evenement was het invaren van het aquaduct bij Ritsumasyl. Enkele honderden mensen hebben dit spektakelstuk vanaf twee rondvaartboten gevolgd. In 2014 zijn de Haak om Leeuwarden en de Westelijke invalsweg geopend. Ruim 5200 bezoekers hebben tijdens de Haakdagen door theatervoorstellingen en diverse andere activiteiten kennis gemaakt met deze belangrijke nieuwe wegen. Van basisscholen, bedrijven en sportvissers, tot wandelaars, hardlopers en hulpdiensten. De Centrale As De Centrale As is een project wat niet alleen in de voorbereiding een grote impact heeft gehad op de omgeving, maar zeker ook in de uitvoering een grote invloed zal hebben op de omgeving. De eventuele hinder door de werkzaamheden voor het verkeer en overlast voor de aan- en omwonenden wordt in overleg met de aannemers zoveel mogelijk beperkt. Dit wordt gedaan door vooraf duidelijk te communiceren middels voorlichtingsbijeenkomsten, digitale berichtgeving en op maat gemaakt informatie die gericht wordt verspreid via de reguliere post en dit tijdens de uitvoering blijvend te doen. De omgeving heeft daarnaast veel interesse voor de bouwprocessen van de weg. Dit komt met name tot uiting bij de grote publieke belangstelling van het inschuiven van het nieuwe spoordek bij Feanwâlden. Meer dan 1000 bezoekers hebben de informatietrailer en tribune bezocht die ter plaatse door de projectorganisatie is opgesteld en de belangstelling voor de twee webcams is overweldigend geweest. Ook de eind 2014 opengestelde bustour waarbij bewoners gratis een rondrit langs de werken van De Centrale As kunnen maken wordt druk bezocht. Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl Samen met De Centrale As heeft de projectgroep Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl 2 bijeenkomsten in de regio gehad m.b.t. de realisering van de brug Burgum. Voor de
42
objectstudies van de bruggen Skûlenboarch en Kootstertille heeft er eind 2014 een informatieavond plaatsgevonden. Deze was in samenwerking met RWS-NN i.v.m. de noodzakelijke verkeermaatregelen op de brug Skûlenboarch. De projectorganisatie hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl heeft geen klachten ontvangen. Dit komt mede doordat het kanaal per 1 januari 2014 is overgedragen aan het Rijk. Klachten kunnen via het landelijke telefoonnummer 0800-8002 worden ingediend. De Nieuwe Afsluitdijk In 2014 zijn er door De Nieuwe Afsluitdijk of partners van DNA, 6 persberichten verstuurd. Het heeft bekendmaking betroffen over de regionale variant van de sluis bij Kornwerderzand, de Wereldvismigratiedag die in mei is georganiseerd, de toekenning van financiering voor het project Waddenpoort Den Oever, het programmabesluit van DNA, de lancering van het nieuwe ontwerp van de VMR, en de opening van de Blue Energy centrale door de Koning. In 2014 zijn er gezamenlijk met Rijkswaterstaat 4 digitale nieuwsbrieven verspreid over de ontwikkelingen op de Afsluitdijk. Er zijn diverse werkbezoeken georganiseerd, zo is Gedeputeerde Staten van Fryslân ontvangen op het programmabureau te Kornwerderzand, zijn medewerkers van de DNApartners naar de Afsluitdijk gekomen om nader kennis te maken met de projecten, zijn diverse (inter)nationale afgevaardigden ontvangen en geïnformeerd. In december zijn de raden en Staten geïnformeerd tijdens een bijeenkomst in Wieringermeer. In maart en november zijn de directe bewoners geïnformeerd tijdens een speciale bijeenkomst in Den Oever en Kornwerderzand. In november is de pers uitgebreid geïnformeerd over de besluitvorming van de projecten die meegaan in het Rijkscontract tijdens een persconferentie. De nieuwe website van Rijkswaterstaat en DNA is gelanceerd, hierop is alle informatie over de diverse projecten na te lezen. In april zijn de stakeholders geïnformeerd over de voortgang van de projecten tijdens een gezamenlijke bijeenkomst met Rijkswaterstaat in Lelystad. In 2014 is er voor de eerste keer meegedaan aan de Wereldvismigratiedag. Op 24 mei waren hiervoor allerlei activiteiten in Kornwerderzand om jong en oud op spelenderwijs bekend(er) te maken met het onderwerp vismigratie. Voor de VMR lag in de periode van jan- mrt 2014 de notitie reikwijdte en detailniveau ter inzage. DLG heeft zienswijzen hierop verzameld en bevestigingen uitgedaan. Er zijn in 2014 geen officiële klachten ingediend voor één van de projecten binnen het programma De Nieuwe Afsluitdijk.
Grip op Grond Voor Grip op Grond is een netwerkmiddag georganiseerd met verschillende belanghebbende organisaties om het initiatief verder uit te rollen en verder te verankeren in het de organisatie(s). Spoorse zaken Voor het project Extra Sneltrein Leeuwarden-Groningen hebben wij, samen met projectpartners, in het najaar van 2014 informatieavonden georganiseerd in Hurdegaryp, Buitenpost en Leeuwarden. In 2014 zijn in Leeuwarden en in omliggende dorpen een drietal informatie avonden verzorgd m.b.t. het project Leeuwarden Werpsterhoeke. Deze maakten onderdeel uit van informatieavonden i.h.k.v. Leeuwarden VrijBaan. Hier zijn meerdere projecten toegelicht, waaronder Leeuwarden Werpsterhoeke. In het kader van het project Onderdoorgang Om den Noort te Wolvega is in 2014 tweemaal een algemene informatieavond georganiseerd. Daarnaast is er specifiek voor omwonenden/ belanghebbenden een informatiebijeenkomst georganiseerd.
43
Ten aanzien van de spoorse projecten zijn geen formele klachten ontvangen, noch is tegen de spoorse projecten bezwaar en/of beroep aangetekend. 1.2
Contact met bestuur
Gedeputeerde Staten In 2014 hebben het gehele College van GS dan wel de Commissaris van de Koning werkbezoeken afgelegd. Zo heeft de Commissaris van de Koning 30 januari een bezoek aan PZPC te Metslawier gebracht en 10 juni 2014 een bezoek aan K&M Yachtbuilders. Het college van GS heeft 11 maart 2014 een bezoek gebracht aan de Centrale As, 22 april 2014 een bezoek aan de Afsluitdijk en 18 november een bezoek aan de gemeente De Friese Meren. Provinciale Staten In 2014 zijn de 11 vergaderingen van Provinciale Staten gemiddeld per vergadering 631 keer digitaal bekeken. Het aantal keren dat uitzendingen nadien via internet zijn geraadpleegd, is gemiddeld 318. Na de zomer 2014 is gestart met een nieuwe werkwijze voor de vergaderingen van Provinciale Staten. Het doel is een vlottere besluitvorming, meer ruimte voor dialoog met de burger, focus op hoofdlijnen en minder op technische details. Alle statenvoorstellen gaan in het vervolg rechtstreeks naar PS – behalve onderwerpen waarover politiek debat in commissieverband noodzakelijk is. Welke onderwerpen dat zijn, bepaalt het Presidium. Er bestaat maar één Statencommissie. De collegeleden kunnen daar toehoren. Indien ze daaraan behoefte hebben, kunnen ze ook schriftelijk op het debat reageren via een memorie van toelichting. Als er geen punten zijn voor politiek debat, is er geen commissievergadering. Statencommissies Tot aan de realisatie van de nieuwe werkwijze hebben burgers, bedrijven en andere organisaties tijdens de vergadering van een Statencommissie het woord kunnen voeren over onderwerpen die op de agenda stonden. De commissie Boarger en Mienskip zijn in die periode acht maal bijeengekomen. Er zijn alleen insprekers bij het onderwerp ‘afbouw taken en subsidies maatschappelijke organisatie en korting budgetsubsidie Partoer per 2015’ geweest. Acht vertegenwoordigers van instellingen zijn aan het woord geweest. De Commissie Lân, Loft & Wetter zijn tot en met september 2014 nog 14 maal bijeengeweest. Er zijn Insprekers geweest bij de onderwerpen Rapport Noordelijke Rekenkamer ‘Provinciale Vergunningverlening REC Harlingen’ (3), Startnotitie Visserij (4) en de Weidevogelnota (6). Bovendien hebben 45 personen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om in te spreken op een hoorzitting over de Structuurvisie Windstreek IJsselmeer 2014. In 2014 zijner 3 gezamenlijke vergaderingen van de beide Statencommissies geweest. Per september zijn de commissies Boarger & Mienskip en Lân, Loft & Wetter opgeheven. Sindsdien bestaat er nog één Steatekommisje (Statencommissie), die alleen bijeenkomt als naar het oordeel van het Presidium politiek debat over een onderwerp noodzakelijk is. De Steatekommisje zijn in 2014 driemaal bijeengekomen. Op 10 september heeft de commissie het Uitvoeringsprogramma Zorgeconomie behandeld en op 3 december de invulling taakstelling windenergie in Fryslân. Daarnaast heeft de Steatekommisje een hoorzitting gehouden, verdeeld over vier avonden in november, waarop in totaal 100 insprekers hun mening hebben laten horen over de invulling taakstelling windenergie in Fryslân. Referendum Op grond van de Referendumverordening Fryslân 2005 kunnen kiezers een referendum vragen over een voorliggend besluit van Provinciale Staten. In 2014 is éénmalig gebruik gemaakt van dit recht. De Stichting Gjin Romte foar Wynhannel e.a. hebben een inleidend verzoek ingediend om een referendum te houden over de Friese taakstelling
44
windenergie. Provinciale Staten hebben dit verzoek op 10 december 2014 afgewezen omdat het verzoek naar hun mening niet voldeed aan de eisen die daarvoor zijn opgenomen in de Referendumverordening. De Stichting Gjin Romte foar Wynhannel e.a. hebben bezwaar aangetekend tegen dit besluit van Provinciale Staten en een voorlopige voorziening gevraagd bij de Rechtbank. De voorzieningenrechter heeft dit verzoek afgewezen. Het bezwaarschrift is daarna ingetrokken.
45
2.
Kwaliteit van de provinciale dienstverlening
2.1 Verbetering van dienstverlening De provincie Fryslân werkt voortdurend aan de verdere verbetering van de dienstverlening aan de Friese samenleving. In het uitvoeringsprogramma 2011 - 2015 ‘Koersfêst mei nij realisme’ geeft het bestuur van de provincie Fryslân aan dat de inwoners van Fryslân een goede dienstverlening van de overheid mogen verwachten. In de organisatievisie van de provinciale organisatie is als ambitieus doel geformuleerd: ‘De Friese gemeenschap waardeert ons werk als uitstekend’. Met ‘ons werk’ bedoelen we de dienstverlening aan de Friese samenleving (de Mienskip). Met het streven naar een uitstekende dienstverlening legt de provincie de lat hoog. De medewerkers van de provincie Fryslân streven er naar de inwoners van Fryslân positief te verrassen. Van elke medewerker van de provincie Fryslân wordt verwacht dat hij of zij handelt naar kernwaarden uit de organisatievisie: Mienskip op 1 (klantgerichtheid), Met hart en ziel voor Fryslân (betrokkenheid), Resultaatgerichtheid en Betrouwbaarheid. De volledige organisatievisie staat op de provinciale website. In 2012 is een heel programma gestart om onze dienstverlening te verbeteren. In 2013 is het Dienstverleningsstatuut van kracht geworden waarin de interne werkafspraken staan die moeten leiden tot een verbetering van onze dienstverlening. In mei 2014 is bij de afdeling Informatievoorziening een kwaliteitsmanager benoemd die naast de verbetering van dienstverlening ook de regie heeft op de kwaliteitszorg rond de dienstverleningsprocessen van de provincie. In februari 2015 wordt op de website het Kwaliteitshandvest gepubliceerd waarin onze servicenormen zijn opgenomen. Het kwaliteitshandvest vindt u in de bijlage van dit burgerjaarverslag. De servicenormen zijn gericht op de telefonische bereikbaarheid en de respons op telefoon, e-mail en postverkeer. Ook de afhandeling van aanvragen voor vergunningen en subsidies binnen de wettelijke termijn en de betaling van facturen binnen 30 dagen behoren tot de servicenormen. De termijn voor de afhandeling van een factuur start op de dag van ontvangst van de factuur. 2.2 Telefonische bereikbaarheid De telefonische bereikbaarheid is in 2014 één van de speerpunten in de verbetering van dienstverlening geweest. Nadat in juni 2013 een nulmeting is gedaan waaruit bleek dat de bereikbaarheid van de afdelingen zeer matig was (59%), zijn eind 2013 nieuwe werkinstructies opgesteld en verspreid onder de medewerkers. In de eerste helft van 2014 is een serie van drie bereikbaarheidsonderzoeken uitgevoerd met telkens een terugmelding naar de afdelingen. Uit deze serie is gebleken dat de bereikbaarheid wel telkens verbeterde, maar dat de doelstelling nog niet gehaald is. In december 2014 is een herkansingsonderzoek gehouden onder enkele achterblijvende afdelingen. Gerekend over alle afdelingen haalt de provincie inmiddels haar doelstelling van 80%. Dat percentage bestaat uit de voldoendes van de afdelingen getest in juni 2014 en de afdelingen die opnieuw zijn getest in december 2014. Deze scores geven een gemiddeld percentage van 80. Het telefonische bereikbaarheid onderzoek zal ieder jaar worden gehouden waarna indien noodzakelijk verbeteringsmaatregelen kunnen worden genomen. Juni 2013
Febr. 2014 April 2014
Juni 2014
Dec. 2014 (herkansing afdelingen die onvoldoende scoorden in juni 2014)
Eindtest 2014 (voldoende scores juni 2014 en nieuwe scores afdelingen dec 2014)
59%
69%
73%
79%
80%
71%
46
2.3 Betalingen Het beleid van de provincie Fryslân is er op gericht om facturen binnen 30 dagen na ontvangst te betalen. Facturen die niet binnen die termijn zijn voldaan, worden als te laat betaalde facturen beschouwd. In 2014 heeft de provincie bijna 23.000 facturen te verwerken gekregen. In gevallen van onenigheid over de geleverde prestatie kan een factuur soms niet binnen 30 dagen worden betaald. Het factuurafhandelingsproces is sinds 2011 gedigitaliseerd. Met de digitalisering is een betere bewaking van de betalingstermijnen mogelijk. In het 2e halfjaar van 2013 is intern een dienstverleningsstatuut opgesteld met daarin werkafspraken over de correcte en tijdige afhandeling van facturen. De werkafspraken zijn onder de aandacht gebracht van budgethouders en inkopers onder het motto 'in lyk man is in ryk man' (een man zonder schulden is een rijk man). In 2014 heeft nadere monitoring en sturing plaatsgevonden waardoor het percentage tijdig betaalde facturen naar 85% is gestegen. Ontwikkeling: Jaar
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Tijdig betaald
82%
83%
83%
82%
82%
76%
85%
Overzicht betaalde facturen in 2014: Tijdige afhandeling factuur
0-10 dagen te laat
11-20 dagen te laat
21-30 dagen te laat
31-40 dagen te laat
> 40 dagen te laat
85%
6%
3%
2%
1%
3%
2.4
Aanvragen, vergunningen en ontheffingen
Besluiten Natuur en Milieu Wet/Regeling
soort procedure
(wettelijke) afhandelingsnorm
aantal percentage op afgehan- tijd afgedeld handeld
Wet Bodembescherming
Beschikking ernst en spoedeisendheid, saneringsplan of combinatie hiervan
15 wkn
17
94%
Beoordeling melding Besluit Uniforme Saneringen
5 wkn
51
100%
Subsidiebeschikkingen Bedrijvenregeling
13 wkn
0
n.v.t.
37
16% (1)
Beschikking 8 wkn evaluatieverslag en/of evaluatieverslag nazorgplan 6 mnd nazorgplan bodemsanering
47
Waterwet
Watervergunning (voor koude- en warmteopslagsystemen)
3 mnd
7
100%
Industriële vergunningen
6 mnd
3
100&
Flora en Faunawet
Ontheffing
8 wkn
4
100%
Natuurbeschermingswet 1998
Vergunning
13 wkn en mogelijkheid verlenging tot 26 wkn
136
97%
(waarvan vergunning voor uitbreiding veehouderij)
(113)
Waarvan verlenging vergunning
7
100%
Niet-vergunningplichtig (waarvan beoordeling voor uitbreiding boerderij)
40 (1)
100%
Controle herplantverplichtingen Kapmeldingen Illegale vellingen Teniet gegane beplantingen Compensatieverzoeken (herplant elders) Overige verzoeken (advies)
220
Uitgebreide procedure 6 mnd
11
82% (2)
Reguliere procedure
8 wkn
45
98%
Goedkeuringsbesluiten
6 wkn
2
100%
Gedoogbeschikkingen
6 wkn
nvt
100%
Activiteitenbe Art. 1.10 AB -sluit (melding)
4 wkn
16
94%
Meldingen sloop/asbest
4 wkn
31
100%
Boswet *
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht*
Art. 1.26 BB
218 31 25 26 49
48
Ontheffingen (PMV, Stortbesluit) Ontgrondingenwet
6 wkn
8
100%
korte
16 wkn
8
100%
lange
6 mnd
9
89%
8 wkn
17
100%
Locatiegebonden TUG
4 wkn
33
100%
Generieke TUG
4 wkn
17
100%
Vuurwerkbesluit Wet Luchtvaart
(1) Door aanloopproblemen bij de overgang naar de FUMO en capaciteitsgebrek vanwege langdurige ziekte, is de doelstelling van de afdeling Toezicht en Handhaving voor wat betreft bodemsanering niet volledig gerealiseerd. Daarbij heeft het toezicht op bodemsaneringen de eerste prioriteit gekregen. Het afhandelen van de saneringsevaluaties is als gevolg daarvan vertraagd. Dit heeft geleid tot een laag percentage tijdig genomen besluiten met betrekking tot saneringsevaluaties. (2) Twee procedures zijn niet binnen de termijn afgehandeld. Dit betroffen complexe procedures in combinatie met maatschappelijke betrokkenheid/gevoeligheid en complexe regelgeving. Besluiten Wegen en Vaarwegen Wet/Regeling
soort procedure
(wettelijke) afhandelings norm
aantal afgehandeld
Percentage op tijd afgehandeld
5 dgn
263
100%
Ontheffing voor evenementen ikv BPR
6 wkn
24
100%
Ontheffing beperkingen kunstwerken ikv BPR
6 wkn
8
100%
Vaarwegenverordening
Ontheffing ikv VVF
1X 8 wkn + 1X6 wkn verdagen
104
93%
Wegenverordening
Ontheffing
1 x 8 weken + 1 x 6 weken verdagen
214
99%*)
Telecommunicatie wet
Instemmingsbesluiten op grond van Telecommunicatiewet
8 wkn
15
80%
Binnenvaartpolitie- Vaarvergunning reglement / Vaarwegenverordening
49
voor het leggen van kabels/leidingen Wegenverkeerswet Ontheffing
8 wkn
20
100%**)
Regeling Voertuigen
ontheffing t.b.v. landbouwverkeer e.d.
8 wkn
7
100%
Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens
Ontheffingen/vrijstellingen
8 wkn
73
100%
*) 4 x keer gebruik gemaakt van de mogelijkheid de termijn te verlengen; **) 1 x keer gebruik gemaakt van de mogelijkheid de termijn te verlengen; Sinds 2006 geeft de provincie geen ontheffingen meer af voor uitzonderlijke transporten. Dit wordt sinds die tijd gedaan door de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Buiten de afmetingen van het mandaat m.b.t. tot de beslisruimte vraagt de RDW nog wel advies aan bij de provincie voor afmetingen die buiten het mandaat vallen. In 2014 zijn 529 adviezen aan de RDW afgegeven door de provincie. Sinds 1 oktober 2010 geeft de provincie geen ontheffingen meer af in het kader van de Wegenverordening provincie Fryslân voor het aanleggen van uitritten/aansluitwegen langs provinciale wegen. Deze aanvragen vallen onder de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht). Aanvragen gaan via de betreffende gemeenten waarin de provinciale weg ligt. De gemeenten vragen vervolgens advies aan bij de provincie indien het een provinciale weg betreft. De provincie reageert hier positief (met voorschriften) of negatief (met motivatie) op. De gemeente verleent vervolgens al of niet (afhankelijk van het provinciale advies) de uitritvergunning.
Aantal afgegeven Waboadviesaanvragen 2014: 8
Procedures Ruimtelijke Ordening 2014 (2013) Soort procedure
Aantal ontvangen
Afgedaan
Geen wettelijke afhandelingsduur 6 weken
Voorontwerpbestemmingsplannen
97 (98)
88 (91)
89% (83%)
Voorontwerp-Projectbesluiten/omgevingsvergunningen
47 (48)
43 (46)
100% (100%) Wettelijke afhandelingsduur 6 weken
Zienswijze
Ontwerp-bestemmingsplannen
135 (152)
130 (149)
100% (100%)
10 (19)
Ontwerp-projectbesluiten/omgevingsvergunningen
153 (159)
144 (139)
100% (100%)
8 (5)
50
Reactieve aanwijzing Vastgestelde bestemmingsplannen
143 (174)
130 (158)
100% (100%)
2 (1)
Verleende projectbesluiten/omgevingsvergunningen
128 (117)
118 (110)
100% (100%)
0 (2)
2 (11)
100% (100%)
Aanvragen ontheffing/afwijking Verordening Romte
2 (12)
In vet gedrukt de cijfers over 2014; tussen haakjes de cijfers over 2013. 2.5 Subsidieaanvragen Voor de nieuwe centrale afdeling Subsidiezaken heeft 2014 vooral in het teken gestaan het overnemen van de uitvoering van allerlei subsidieregelingen van beleidsafdelingen. Vanaf 1 januari 2015 is de centrale afdeling Subsidiezaken voor de uitvoering van alle provinciale subsidies de ‘Liedende partij in subsydzjes’ en daarmee de logische ingang – voor zowel de buitenwereld als de interne organisatie. In nauwe samenwerking met KH2018 is ook vorm gegeven aan het subsidieloket STIPE. Per 1 juli 2014 is de nieuwe Algemene Subsidieverordening (ASV) van kracht geworden. De ASV sluit aan op het Rijkssubsidiekader (RSK) en heeft kortgezegd het doel om minder regels te stellen aan subsidieverlening en meer op basis van vertrouwen te handelen. Hiermee wordt een subsidiebeleid gevoerd dat zorgt voor een efficiënte en doelmatige inzet van provinciale subsidiemiddelen. De provincie heeft in 2014 vele subsidieregelingen uitgevoerd. Van bodemsanering tot het stimuleren van Friese literatuur. Daarnaast heeft de provincie diverse culturele en maatschappelijke instellingen gesubsidieerd. Vanuit het programma Wurkje foar Fryslân wordt een enorme impuls gegeven aan de Friese economie. Ook daarbij wordt het subsidie-instrument gebruikt. Voor een overzicht van alle subsidieregelingen kunt u de provinciale website www.fryslan.nl/subsidies raadplegen. Hier vindt u ook het openbare subsidieregister waarin alle verleende subsidies zijn vermeld. Het openbare subsidieregister over 2014 wordt in het eerste kwartaal 2015 gepubliceerd. 2.6 Klanttevredenheidsonderzoek De klanttevredenheidsonderzoeken worden tweejaarlijks gehouden. In 2014 is geen klanttevredenheidsonderzoek gehouden. Het vorige onderzoek is in 2013 gehouden. Het volgende klanttevredenheidsonderzoek vindt weer in 2015 plaats. 2.7 Integriteit Ook in het eerste halfjaar van 2014 heeft de kernwaarde “betrouwbaar zijn” uit de organisatievisie centraal gestaan. Integer en professioneel handelen is vanuit de kernwaarde ‘betrouber weze’ van groot belang. Het is een voorwaarde om het optimaal goede te doen voor de mienskip. In dat halfjaar heeft de tweede helft van alle medewerkers de training morele oordeelsvorming gevolgd. Een training met een inhoudelijke visie op wat integriteit is en een stappenplan om bij keuzes de moreel meest juiste beslissing te nemen. De focus bij integriteitsbeleid verschuift steeds meer van “wat mag niet” naar “wat is moreel het beste”. Als aanvulling op de gedragscode is een aparte gedragscode relaties op het werk vastgesteld. Zowel “liefdes”- relaties als familierelaties kunnen binnen het werk
51
belangenverstrengeling geven, dan wel de schijn daartoe hebben. Daarom is een meldingsplicht voor deze relaties ingevoerd. Alle personeelsleden hebben in 2014 digitaal een brochure gekregen met daarin een korte samenvatting van alle integriteitsregelingen en meldingsmogelijkheden als men een integriteitsschending constateert of vermoedt. In 2015 zal, in plaats van 2014, een belevingsonderzoek integriteit uit 2012 worden herhaald om te toetsen welke vorderingen zijn gemaakt en op welke aspecten van integriteitsbeleid de organisatie aandacht moet besteden. Dat zal ook input zijn voor een op te stellen nieuwe organisatievisie op integriteit. 2.8 Frysk It jier 2014 is foar it Frysk goed útein set, om’t op 1 jannewaris de Wet gebrûk Fryske taal offisjeel fan krêft waard. Yn dy Wet is regele dat it Frysk en it Nederlânsk de offisjele talen yn de provinsje Fryslân binne. Dat betsjut ûnder oaren dat boargers it rjocht hawwe om skriftlik en mûnling yn it Frysk te kommunisearjen mei de bestjoersorganen yn Fryslân en yn it rjochterlike ferkear. Dêrneist foarseach de Wet yn de ynstelling fan in ‘Orgaan foar de Fryske taal’, dy’t as taak hat de gelikense posysje fan it Frysk yn de provinsje Fryslân te befoarderjen. It Orgaan docht dat benammen troch te rapportearjen oer it Frysk oan de minister fan Ynlânske Saken, it Kolleezje fan Deputearre Steaten, bestjoersorganen yn Fryslân en rjochterlike ynstânsjes. Ek hat it Orgaan in advisearjende rol as it giet om it ta stân kommen fan nije bestjoersôfspraken tusken Ryk en provinsje. It Orgaan foar de Fryske taal hat 2014 brûkt om har eigen posysje, wurkwize en strategy te bepalen hat dêrfoar regelmjittich oerlis hân mei de provinsje. Neist dy ferkenning fan it wurkterrein besluet it Orgaan yn 2014 om harsels tenei ‘Dingtiid’ te neamen, nei de âld-Fryske rjochtsterm ‘ding’ dat brûkt waard foar it bepraten fan in kwestje of skeel. De Wet gebrûk Fryske taal betsjut ek dat alle bestjoersorganen in feroardering opstelle moatte oangeande it skriftlik en mûnling gebrûk fan it Frysk. Oer de goede ynfolling fan dy wetlike plicht hawwe it Ryk, de provinsje en Dingtiid in byienkomst organisearre dêr’t alle bestjoersorganen fan Fryslân foar ûtnûge waarden. Neist de Fryske gemeenten hat de Wet ommers ek konsekwinsjes foar de Kommissaris fan de Kening, it Wetterskip, de Veiligheidsregio Fryslân en dekonsintrearre ryksstjinsten. Al dy organen sille neist in taalferoardering ek in taalbeliedsplan fêststelle moatte, dêr’t yn oanjûn wurdt hoe’t de posysje fan it Frysk fuortsterke wurde sil. Under dy gearkomste is ek praat oer it gemeentlik taalbelied en de kânsen en mooglikheden om dat op in goede wize stal te jaan. De weryndielingsgemeenten Súdwest-Fryslân, De Fryske Marren en Ljouwert hawwe al in nij taalbelied fêststeld of in konseptnota opsteld. Provinsjale Steaten fan Fryslân hawwe nei oanlieding fan de wetlike ferplichting, yn novimber de nije provinsjale taalferoardering fêststeld. Dêr binne ek de regels oangeande it ynterne taalbelied by de provinsjale organisaasje yn opnommen.
52
3.
Communicatie en informatie
3.1 Website De website www.fryslan.nl is in 2014 in totaal 466.114 maal bezocht. Daarvan zijn 444.738 bezoekers uit Nederland gekomen. Het aantal Friezen dat de website afgelopen jaar heeft bezocht is 264.125. Kortom meer dan de helft van het bezoek is afkomstig uit Fryslân. De meest bezochte pagina’s zijn nieuws, Provinciale Staten, subsidies, vacatures en de contactpagina. 122.596 personen hebben de website met een mobiele telefoon of tablet geraadpleegd, dat zijn ruim 50.000 meer dan in 2013. 3.2 Social media Ruim 18.000 mensen hebben de website via social media (Twitter, Facebook en LinkedIn) bezocht. Het aantal volgers op social media is in 2014 opnieuw gestegen. Op www.twitter.com/provfryslan heeft de provincie inmiddels ruim 10.000 volgers, dat is 2200 meer dan vorig jaar. Om het bereik van de provinciale informatie te vergroten, verspreidt de provincie deze naast Twitter ook via Facebook (bijna 1300 volgers). Vragen die via deze kanalen binnenkomen, beantwoordt de provincie binnen een uur en handelen we (indien nodig) binnen 24 uur af. Via Facebook wil de provincie door middel van foto’s en video’s in beeld brengen wat de provincie doet. Het Facebook-account is te vinden op www.facebook.com/provinciefryslan. 3.3
Informatie
Bekendmakingen Elke zaterdag verschijnen de (verplichte) provinciale mededelingen op een vaste pagina in de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad. Uit kostentechnische overwegingen is gekozen voor uitsluitend deze beide kranten. Deze centrale mededelingenpagina is ingesteld om de provincie beter herkenbaar te maken. Sinds 1 januari 2014 maakt het provinciebestuur de verordeningen bekend in het elektronisch provinciaal blad. De publicaties staan op www.officielebekendmakingen.nl. De mienskip kan zich aanmelden voor de e-mailservice bekendmakingen op www.overheid.nl. Er kan een postcode ingevoerd worden, zodra een van de overheidsorganisaties een bekendmaking publiceert krijgt de abonnee een e-mail. Het is een efficiënte manier van werken voor zowel de burger als de overheid. In een enkel geval, bij zeer specifieke of plaatselijke onderwerpen wordt nog gebruik gemaakt van huis-aan-huisbladen of vakbladen. Nieuwsbrieven Alle extern gerichte afdelingen binnen het provinciehuis maken gebruik van nieuwsbrieven (schriftelijk dan wel ook digitaal) om de burgers dan wel gemeenten en/of maatschappelijke organisaties e.d. op de hoogte te stellen van hun activiteiten. Zo is er ook de algemene nieuwsbrief van de provincie met ruim 5500 abonnees. Een snelle en kosteloze manier om de mienskip te voorzien van informatie. Informatieverzoeken In 2013 zijn er ca. 950 elektronische informatieverzoeken binnengekomen en ongeveer 900 telefoontjes. In 2014 zijn beide aantallen gedaald, naar ca. 454 resp. 675. Op de website www.fryslan.nl vindt men overigens de antwoorden op de meeste (en de meest gestelde) vragen. Pers Er zijn in 2014 276 persberichten verstuurd over allerhande onderwerpen. In 2013 zijn dit er 306 geweest. Er zijn in 2014 82 persuitnodigingen gedaan. Rondleidingen In 2014 zijn er 75 rondleidingen gegeven aan 1559 personen.
53
4.
Klacht, bezwaar en beroep
4.1
Klachten
Provinciale klachtenregeling Op grond van de Algemene wet bestuursrecht mag een ieder een klacht indienen over de wijze waarop een bestuursorgaan zich jegens hem of een ander heeft gedragen. Indien een minnelijke oplossing niet haalbaar blijkt, wordt de klacht voorgelegd aan de onafhankelijke adviescommissie voor bezwaar- en beroepschriften en klachten. De commissie stelt in de regel de klager en degene tegen wie de klacht is gericht in de gelegenheid om te worden gehoord. Er zijn in 2014 vijf klachten ontvangen. Daarnaast zijn in 2014 nog twee klachten uit 2013 afgehandeld. In één dossier is de klacht doorgezonden. In twee gevallen is de klacht na een gesprek met de klager ingetrokken. Voor drie klachten is een hoorzitting gehouden, waarbij de adviescommissie in twee dossiers de klacht gegrond achtte. In één dossier heeft de adviescommissie afgezien van een hoorzitting en adviseerde zij de klacht ongegrond te verklaren. Alle klachten zijn binnen de wettelijke beslistermijn afgehandeld. In het jaarverslag van de adviescommissie wordt verder op de klachtbehandeling ingegaan. Klachtenregistratie Provinciale Waterstaat De klachten, meldingen en verbetervoorstellen m.b.t. het gebruik van de provinciale infrastructuur van 2014 worden op diverse manieren gemeld, telefonisch, via het meldpunt op de site van de provincie Fryslân, via het milieualarmnummer (Pricon) of via de post. Er wordt in dit geval over klachten gesproken als duidelijk is dat een voorval het gevolg is van het in gebreke blijven bij het uitvoeren van regulier onderhoud en/of het niet binnen een reële termijn reageren op een melding. Dagelijkse storingen e.d. wordt een melding genoemd. De meldingen die binnen komen bij de afdeling Provinciale Waterstaat, bedroegen afgelopen jaar 351 in getal, schriftelijk (via de post), via de mail dan wel telefonisch. Waarvan 115 klachten en 160 meldingen. De meeste klachten zijn over het onderhoud van de bermen en groenonderhoud gegaan. Een deel van deze reacties betreft het attenderen van de provincie op (mogelijk) gevaarlijke situaties bij wegen, zoals kruispunten en fietspaden en vaarwegen, dan wel verstopte duikers. De klachten gaan bijv. over oeverafslag, bestrating, bebording, (te laat) maaien e.d. De klachten, voor zover gegrond, worden zo spoedig mogelijk aangepakt. Met elke melder/klager wordt contact opgenomen. De tendens is in het algemeen dat de toonzetting van meldingen verandert. De burger is mondiger in een eigen beleving en invulling van hoe het zou moeten gaan en meldt dit ook. Bijvoorbeeld voor wat betreft de gladheidbestrijding zijn er afgelopen jaar verschillende meldingen geweest. Het grootste deel van de meldingen is te categoriseren in de rubriek “u heeft niet- / dan wel te laat gestrooid”. Bij navraag blijkt dan dat de melders veelal een verkeerd beeld hebben van de gladheid en de bestrijding ervan. De oorzaak van dit verkeerde beeld is te zoeken in onvoldoende kennis van de wijze en de werking van wegenzout in verhouding met verkeersintensiteiten. Er zal gewerkt worden aan het verwachtingspatroon door meer gerichte communicatie. Milieualarmnummer Via het telefoonnummer 058-21.22.422 kunnen burgers en bedrijven 24 uur per dag melding doen van situaties waarbij het milieu in het geding is. Bij milieu-incidenten gaat het over bodemverontreiniging, lawaaioverlast, zwemwaterkwaliteit en stankoverlast. Het Milieu-Alarmnummer is gebaseerd op een samenwerkingsovereenkomst met Wetterskip Fryslân. Burgers kunnen daarom ook melding doen van wateroverlast of problemen aan gemalen of andere wateroverlast. Milieuklachten worden afgehandeld door de in 2014 opgerichte FUMO. Het Milieu-Alarmnummer heeft in 2014 in totaal 3506 meldingen verwerkt. Dit is fors ruimer dan voorgaande jaren. Hiermee komt het 4 jaarlijks gemiddelde nu uit op circa 2500 calls. Helaas is de categorie ‘verdwaalde’ telefoontjes erg hoog. Bijna 30 % van de
54
calls betreft bellers die geen melding willen doen, maar over iets anders bellen voor de eigen en andere overheidsorganisaties. Eén van de oorzaken voor het stijgen van het aantal calls kan gevonden worden in het feit dat alle gemeente bij de FUMO zijn aangesloten. Zowel gemeenten als de FUMO verwijzen mensen door om bij klachten/meldingen gebruik te maken van het Milieu-Alarmnummer. Er vindt altijd opvolging plaats als er contact wordt opgenomen met het Milieu-Alarmnummer over een milieuklacht. Daarnaast hebben de zachte winter en de overheersende zuidelijke windrichting in 2014 het aantal stankklachten doen verhogen. Ook in 2014 vallen de meeste meldingen onder de categorie Provinciale Waterstaat (PWS). Dit betreffen meldingen over wegen en waterwegen. Denk aan meldingen over storingen aan installaties, zoals verkeerslichten en bruggen of verontreiniging op de weg, maar ook verzoeken van de politie om een wegafzetting te plaatsen na een ongeval. Het aantal meldingen in het kader van wateroverlast is grotendeels gelegen in de hoeveelheid neerslag dat in een jaar valt. Perioden in 2014 hebben zich gekenmerkt met veel neerslag en/of water dat vanuit andere gebieden in Fryslân wordt aangevoerd. Voorbeeld hiervan is de periode rondom Hemelvaart. Water vanuit het hoger gelegen Drenthe heeft toen meldingen van overlast gegeven in met name Zuidoost Fryslân. De onderstaande cijfers betreffen alleen het aantal meldingen aangenomen door het callcenter. Deze cijfers komen daarom per definitie niet overeen met de cijfers die bij de afzonderlijk vakafdelingen worden benoemd. Over één storing of incident kunnen namelijk meerdere meldingen worden gedaan. Voor andere stijgingen in de cijfers zijn geen specifieke oorzaken aan te wijzen. Meldingen Milieualarmnummer 2014:
Meldingen
Milieu droog
PWS
WF*
Overig
Totaal
578
1.324
657
947
3.506
*) Dit is inclusief de meldingen over Milieu Nat. Interbestuurlijk toezicht Het interbestuurlijk toezicht (IBT) is de wettelijke toezichtstaak die een provincie heeft ten aanzien van de uitvoering van de medebewindstaken door gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen. Het betreft de taakvelden Archief en informatiebeheer, Huisvesting verblijfsgerechtigden, Monumentenzorg, Omgevingsrecht, Ruimtelijke ordening en Water. In 2014 is samen met de gemeenten een nulmeting uitgevoerd voor bovenstaande toezichtsgebieden. De hoofdlijnen voor het Interbestuurlijk toezicht zijn:
• • • • •
toezicht op basis van vertrouwen en het invullen van de eigen verantwoordelijkheid; uitgaan van een versterking van de horizontale verantwoording van college richting gemeenteraad; risicogericht toezicht en hieruit voortvloeiende selectieve toetsing; toezicht vanuit een integrale benadering; minder bestuurlijke drukte en minder informatielasten.
De Friese aanpak bestaat uit een sobere, doch proactieve benadering van de toezichtstaak, waarbij gemeenten vooraf te horen krijgen waaraan zij moeten voldoen. Het toezicht wordt risicogericht uitgevoerd, dus niet meer op het gehele palet van medebewindstaken, maar alleen op die taken die risicovol zijn. De eerstverantwoordelijke voor het toezicht op de gemeente is de gemeenteraad, de provincie wordt dan ook een tweedelijnstoezichthouder genoemd. Gemeenten die minder goed hebben gescoord bij de nulmeting krijgen meer aandacht, dan gemeenten die goed hebben gescoord. Daarbij wordt gewerkt met de kleuren van het stoplicht. Afgelopen jaar is een implementatiejaar
55
geweest voor het IBT. Er is gewerkt aan een webpagina: http://www.fryslan.frl/ibt. Klachten van burgers over hun gemeente kunnen ook gebruikt worden als signaal om het toezicht te intensiveren. 4.2 Bezwaar- en beroepschriften Met toepassing van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden bezwaar maken tegen besluiten van het provinciaal bestuur. Ook kunnen belanghebbenden in bepaalde gevallen bij gedeputeerde staten administratief beroep instellen tegen besluiten van het gemeente- of waterschapsbestuur. Indien een minnelijke oplossing van het geschil niet mogelijk blijkt, worden bezwaar- en beroepschriften voor advies voorgelegd aan voormelde onafhankelijke adviescommissie. De commissie stelt, behoudens enkele uitzonderingen, de indiener van het bezwaar- of beroepschrift, eventuele derdebelanghebbenden en het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen, in de gelegenheid om te worden gehoord. In 2014 zijn 210 bezwaarschriften ingediend. Er zijn geen administratieve beroepschriften ontvangen. Daarnaast zijn er 306 bezwaardossiers afgedaan, waarbij in 93% van de gevallen het dossier binnen de wettelijke beslistermijn is afgehandeld. In het jaarverslag van de adviescommissie wordt hier verder op ingegaan. 4.3 Beroep op de bestuursrechter Ingekomen beroepen In 2014 is de bestuursrechter drie keer verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Het verzoek is twee keer bij de Rechtbank en één keer bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) ingediend. Verder zijn twintig beroepen bij de Rechtbank en twaalf beroepen bij de Afdeling ingediend. Bovendien is vijf keer hoger beroep bij de Afdeling ingesteld. Personeel
Toestemming
Subsidie
voorlopige voorziening beroep
1
hoger beroep
10 1
1
Handhaving
Overige
2
1
1
20
1
2
Voor de duidelijkheid wordt er op gewezen dat het bij de hiervoor vermelde (aantallen) ingekomen beroepen niet om dezelfde (aantallen) beroepen hoeft te gaan als de hierna vermelde (aantallen) afgehandelde beroepen, aangezien de afhandeling van een beroep soms in een volgend jaar of mogelijk zelfs nog later plaatsvindt. Afgehandelde beroepen In 2014 zijn drie voorlopige voorzieningen door de bestuursrechter behandeld. Daarvan is één verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen, één verzoek is afgewezen en ten aanzien van één verzoek heeft de bestuursrechter zich onbevoegd verklaard. Verder zijn in 2014 vijftien beroepen gegrond verklaard en acht beroepen ongegrond verklaard. Bovendien heeft de bestuursrechter zich in één beroepszaak onbevoegd verklaard en is in één zaak het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Ook zijn vijf beroepen ingetrokken. Ten slotte zijn twee hoger beroepszaken ongegrond verklaard.
56
Categorie
voorl. voorziening
voorl. voorziening toegewezen
1
voorl. voorziening afgewezen
1
voorl. voorziening onbevoegd
1
beroep
beroep gegrond
15
beroep ongegrond
8
beroep niet-ontvankelijk
1
beroep onbevoegdverklaring
1
beroep ingetrokken
5
hoger beroep ongegrond
hoger beroep
2
Gegronde beroepen In acht van de vijftien gegronde beroepen heeft de bestuursrechter beslist dat sprake is van het niet tijdig nemen van een beslissing op bezwaar. Verder heeft de bestuursrechter in vier beroepszaken geoordeeld dat een kostendeclaratie ten onrechte voor de kosten van certificering is afgekeurd. In één beroepszaak is beslist dat een bedrijf ten onrechte niet als belanghebbende is aangemerkt. Verder heeft de bestuursrechter in één beroepszaak geoordeeld dat de beslissing op bezwaar inzake een Wob-verzoek onbevoegd is genomen, zodat het bezwaarschrift moet worden doorgezonden. Ten slotte is de bestuursrechter in één beroepszaak van oordeel dat ten onrechte een ontheffing voor het afschot van vossen is verleend. 4.4 Dwangsommen Als een besluit niet tijdig is genomen, kan de aanvrager de overheid schriftelijk in gebreke stellen. Na ontvangst van de ingebrekestelling moet binnen 2 weken worden beslist. Blijft dit achterwege dan moet de overheid aan de aanvrager een geldbedrag betalen, dat hoger wordt naarmate de termijnoverschrijding voortduurt. In 2014 is de provincie 40 maal in gebreke gesteld wegens termijnoverschrijding. Naar aanleiding daarvan is in 20 gevallen een dwangsom betaald. Eénmalig een bedrag van € 280,verband houdende met een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, 18 maal een bedrag van € 1.260, - en éénmalig een bedrag van € 1.660, -. In het laatste geval is de hoogte van de dwangsom door de rechter bepaald. De laatstgenoemde dwangsommen houden verband met het verlenen van een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998. Op 10 ingebrekestellingen moet bij het afsluiten van deze rapportage nog een beslissing worden genomen.
57
5.
Conclusie
In algemene zin kunnen voor het jaar 2014 de volgende conclusies worden getrokken: Het algemene beeld dat uit dit verslag naar voren komt over de kwaliteit van de dienstverlening is positief. Men weet de provincie steeds beter te vinden. De scores van afhandeling van aanvragen zijn, uitzonderingen daargelaten, veelal ca. 100%. De afhandeling van de beschikkingen evaluatieverslag en/of nazorgplan bodemsanering is voor verbetering vatbaar. Inmiddels is er een kwaliteitshandvest vastgesteld. Deze is te vinden in de bijlage van dit burgerjaarverslag. De telefonische bereikbaarheid is in 2014 één van de speerpunten in de verbetering van de dienstverlening geweest. Na de nulmeting in juni 2013 bleek dat de bereikbaarheid van de afdelingen zeer matig is. Na het verspreiden van werkinstructies en een aantal onderzoeken haalt de provincie inmiddels haar doelstelling (80%). Dit betekent een goede telefonische bereikbaarheid, maar verbetering blijft mogelijk. Door nadere monitoring en sturing is de tijdige afhandeling van facturen ruim. Het aantal ingediende bezwaarschriften is gedaald en de tijdige afhandeling van de bezwaarschriften is gestegen. Het aantal websitebezoeken is toegenomen en ook het aantal websitebezoeken via Social Media is vermeerderd. Het aantal Twitter en Facebook volgers is opnieuw opgelopen. Wat betreft de burgerparticipatie, is de Steatemerk een mooi voorbeeld. Deze markt is in 2014 ingevoerd en zo kunnen burgers, bedrijven en instellingen het gesprek aangaan met Statenleden over onderwerpen waarover Provinciale Staten op korte termijn een besluit moeten nemen. De Steatemerk wordt maandelijks gehouden. Op deze markt zijn ook ambtenaren aanwezig voor het beantwoorden van vragen. De ambtenaren van de provincie Fryslân blijven op allerlei terreinen de burgers zo goed mogelijk bedienen. Ik mag al met al niet ontevreden zijn over het afgelopen jaar.
58
BIJLAGE: Handvest voor dienstverlening
KWALITEITSHANDVEST PROVINCIE FRYSLÂN 2015 Wat mag u van de provincie Fryslân verwachten? De provincie Fryslân wil u een goede dienstverlening leveren. Daarom hebben wij onze afspraken over de dienstverlening op papier gezet in de vorm van servicenormen. Dit zijn normen waar u ons op kunt aanspreken. Elke keer dat wij onze servicenormen niet halen, registreren we dat, zodat we erover kunnen rapporteren (onder meer via het burgerjaarverslag), maar er vooral van kunnen leren! Servicenormen provincie Fryslân Hier kunt u ons op aanspreken Telefoon Wanneer u ons belt nemen we binnen 30 seconden de telefoon op. Wij melden ons herkenbaar en correct aan de telefoon in het Fries of in het Nederlands: Moarn/Middei, provinsje Fryslân, jo prate mei … [naam medewerker]. Goedemorgen/Goedemiddag, provincie Fryslân, u spreekt met … [naam medewerker]. Medewerkers van de provincie Fryslân kunt u in het Fries en in het Nederlands aanspreken. Bij afwezigheid van de medewerker wordt u doorgeschakeld naar het secretariaat van de betreffende afdeling. Wij zorgen ervoor dat u binnen één werkdag wordt teruggebeld. Correspondentie via post Brieven zullen wij zo mogelijk binnen twee weken beantwoorden. Als dat niet mogelijk blijkt te zijn krijgt u binnen die twee weken van ons een ontvangstbewijs met een termijn waar binnen wij u zullen antwoorden. In alle correspondentie vermelden wij uw contactpersoon met bijbehorend telefoonnummer en emailadres. Correspondentie via e-mail E-mails zullen wij zo mogelijk binnen 5 werkdagen beantwoorden. Als dat niet mogelijk blijkt te zijn krijgt u binnen die 5 dagen van ons een ontvangstbevestiging met een termijn waar binnen wij u zullen antwoorden. Aanvragen vergunningen, ontheffingen en subsidies Voor aanvragen gelden de (meestal wettelijke) termijnen die zijn vastgelegd in de regelingen en verordeningen. Bij het ontbreken van een specifieke regelgeving geldt de termijn van 8 weken van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Binnen 2 weken na ontvangst van uw aanvraag sturen wij u een ontvangstbevestiging waarin de behandeltermijn staat vermeld. Wij houden u op de hoogte van de voortgang van de behandeling. Wij zijn in staat u binnen twee dagen te informeren over de stand van zaken van een procedure en de nog benodigde tijd tot de beslissing. Facturen Wij zullen uw facturen betalen binnen 30 dagen na ontvangst van de factuur. Voor nadere informatie over uw factuur nemen wij binnen de termijn van 30 dagen contact met u op.
59
Deel uw ervaring Dit kwaliteitshandvest is geen statisch document. Wij steven naar continue verbetering. Uw wensen zijn leidend voor onze dienstverlening. Suggesties, verbeterpunten of complimenten voor het handelen van de provincie in relatie tot dit kwaliteitshandvest ontvangen wij daarom graag! Laat van u horen via
[email protected]. Bereikbaarheid Wij zijn op werkdagen via onze telefooncentrale bereikbaar van 08.30 – 17.00 uur. Ons algemene telefoonnummer is 058 2925 925. Voor spoedeisende gevallen buiten kantoortijd kunt u ons bereiken via het Milieualarmnummer 058 2122 422. Actuele informatie en onze contactadressen vindt u op onze website www.fryslan.nl. Visie provinciale organisatie In het uitvoeringsprogramma 2011 - 2015 ‘Koersfêst mei nij realisme’ geeft het bestuur van de provincie Fryslân aan dat de inwoners van Fryslân een goede dienstverlening van de overheid mogen verwachten. In de organisatievisie van de provinciale organisatie is als ambitieus doel geformuleerd: ‘De Friese gemeenschap waardeert ons werk als uitstekend’. Met ‘ons werk’ bedoelen we de dienstverlening aan u. Met het streven naar een uitstekende dienstverlening legt de provincie de lat hoog. De medewerkers van de provincie Fryslân streven er naar u positief te verrassen. Van elke medewerker van de provincie Fryslân wordt verwacht dat hij of zij handelt naar kernwaarden uit de organisatievisie: Mienskip op 1 (klantgerichtheid), Met hart en ziel voor Fryslân (betrokkenheid), Resultaatgerichtheid en Betrouwbaarheid. De volledige organisatievisie vindt u op de provinciale website. Klachten over onze dienstverlening Provincie Fryslân heeft jaarlijks duizenden contacten met inwoners en instanties. Deze contacten verlopen meestal naar tevredenheid van beide partijen, maar er kan natuurlijk altijd iets mis gaan. Als dat het geval is en u bent ontevreden, dan krijgt u de gelegenheid daarover een klacht in te dienen. Wanneer wij de gegarandeerde dienstverlening niet leveren, heeft u recht op compensatie. Dat kunnen mondelinge of schriftelijke excuses zijn, een kop koffie, maar ook bijvoorbeeld een vergoeding van parkeergeld of reiskosten. Klachten over het niet nakomen van onze servicenormen leggen wij voor aan onze kwaliteitfunctionaris. Die zorgt voor verdere afhandeling. Elke keer dat wij onze servicenormen niet halen, registreren we dat, zodat we erover kunnen rapporteren maar er vooral van kunnen leren! www.fryslan.frl/679/klachten/ Bezwaar en beroep De provincie Fryslân kent een regeling die zowel de formele klachten over onheuse bejegening als bezwaren en beroepen tegen de besluiten van de bestuursorganen – Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten of de Commissaris van de Koning - regelt. Dit is de ‘Procedureverordening bezwaar, beroep en klachten provincie Fryslân 2004’ die te vinden is op de website. U kunt een klacht of bezwaar schriftelijk of via het digitaal klacht- of bezwaarschrift indienen www.fryslan.frl/679/bezwaar/. Binnen 2 weken na ontvangst van uw klacht of bezwaarschrift ontvangt u een schriftelijke ontvangstbevestiging waarin de behandeltermijn staat vermeld.
60
Voor meer informatie over het indienen van een klacht kunt u terecht bij het secretariaat van de commissie bezwaar- en beroepschriften en klachten. Provincie Fryslân, T.a.v. Secretariaat commissie bezwaar- en beroepschriften en klachten, Postbus 20120, 8900 HM Leeuwarden Telefoonnummer 058-2925157 of 058-2925828 Sinds 1 oktober 2009 is de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen van kracht. De wet is bedoeld om ervoor te zorgen dat overheden, zoals provincies, gemeenten en waterschappen zo snel mogelijk beslissen over uw aanvragen en bezwaarschriften. De provincie Fryslân beschikt over een dwangsomregeling.
61
62
Deel I
JAARVERSLAG 2014
63
64
Programmaverantwoording
65
66
1.1
Programma 1 – Bestuur en veiligheid
Portefeuillehouders: de heer J.A. Jorritsma en mevrouw C. Schokker-Strampel
Wat wilden we bereiken met dit programma? Vanuit dit programma werken we aan de voorwaarden voor het effectief en efficiënt besturen van Fryslân. De provincie heeft daarbij een interregionale, sectoroverstijgende en verbindende rol. Daarnaast houdt de provincie toezicht op gemeenten en speelt zij een actieve rol bij het oplossen van hun bestuurlijke en financiële knelpunten. Om de kwaliteit van de Friese samenleving te versterken, werkt de provincie samen met gemeenten aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Deze samenwerking krijgt vorm in samenwerkingsagenda’s met de vier grootste kernen. Met de Friese regio’s werken we verder aan de totstandkoming van de streekagenda’s. Voor een effectieve samenwerking is het van belang dat de Friese gemeenten voldoende bestuurskrachtig zijn. De provincie geeft samen met de gemeenten actieve invulling aan het toewerken naar een samenhangende gemeentelijke indeling. In dit programma staan ook de doelstellingen en activiteiten voor de provinciale bestuursorganen: Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsvelden
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
1.1 Provinciale Staten en Statengriffie 1.2 Gedeputeerde Staten 1.3 Ondersteuning Commissaris van de Koning als rijksorgaan 1.4 Bestuurskwaliteit gemeenten en interbestuurlijk toezicht 1.5 Herkenbaar en samenwerkend bestuur 1.6 Juridische Zaken en rechtsbescherming
Toelichting In 2014 is de discussie over de positie van provincies (landsdeelvorming) beëindigd. Over de bestuurlijke toekomst van de gemeenten in Noordwest- en Noordoost-Fryslân is meer duidelijkheid gekomen. We hebben met de gemeenten overlegd over een sobere uitvoering van het interbestuurlijke toezicht op de gemeenten. We hebben de afspraken met de gemeenten in samenwerkings- en streekagenda’s in 2014 in uitvoering gebracht. SNN is afgeslankt. De samenwerking met Duitsland heeft zich positief ontwikkeld. Met nieuwe werkwijzen die in 2014 zijn ingevoerd (Steatemerk, digitale uitwisseling) functioneren de provinciale bestuursorganen effectiever. De rechtsbescherming van burgers bij provinciale besluiten hebben wij zorgvuldig begeleid. De juridische kwaliteit van provinciale producten is geborgd.
67
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
542 10.752 -10.210
623 10.739 -10.116
Rekening Saldo Gebruik 2014 begroting reserves en rekening 507 116 10.326 413 -9.819 -297
Resultaat
116 413 -297
Toelichting Zie de beleidsvelden voor de toelichting op de financiële afwijkingen.
Beleidsveld 1.1 – Provinciale Staten en Statengriffie Wat wilden we bereiken? We willen daadkrachtige Provinciale Staten die weloverwogen duurzame besluiten kunnen nemen in een duaal besluitvormingsproces. Dat besluitvormingsproces moet helder en toegankelijk zijn. Verder wil de provincie een Statengriffie die de Staten en de individuele Statenleden professioneel ondersteunt.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
1.1 Provinciale Staten en Statengriffie
Toelichting In 2014 hebben Provinciale Staten een nieuwe werkwijze doorgevoerd, met als doelen een effectievere besluitvorming, meer ruimte voor dialoog met de burger, focus op hoofdlijnen en minder op technische details. Nieuw is onder meer de Steatemerk waar statenleden zich laten informeren door burgers en ambtenaren. De langetermijnagenda is verder ontwikkeld en maakt het Provinciale Staten mogelijk om zich beter te positioneren op strategische dossiers, waarbij het werken met startnotities nog verder van de grond moet komen. De onderbesteding van het budget wordt hierna toegelicht.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Een helder en toegankelijk besluitvormingsproces van Provinciale Staten 2. Professionele ondersteuning van Provinciale Staten en individuele Statenleden door de griffie
Beleid
Toelichting De onderbesteding van het budget bij resultaat 2 wordt hierna toegelicht.
68
Tijd
Geld
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Doelwaarde 2014 Vergaderstukken PS en commissies Besluiten/ingekomen stukken PS De vergadering uitgesplitst naar agendapunten en sprekers op de provinciale website
Realisatie 2014
Tijdige aanlevering conform het Reglement van Orde Tijdige afhandeling (binnen 10 dagen na besluitvorming) Maximaal drie werkdagen na de vergadering
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Voorzieningen Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
49 107 156
65
61
4
4
65
61
4
4
2.743 3 0 2.746
3.156 30 0 3.186
2.926 1 21 2.949
230 29 -21 237
230 29 -21 237
-2.590
-3.121
-2.888
-233
-233
Toelichting Structurele en tijdelijke budgetten De onderschrijding wordt veroorzaakt door lagere gerealiseerde lasten dan in de begroting geraamd. Dit heeft voor € 80.000,- betrekking op een aantal vraaggestuurde budgetten die niet zijn benut. Dit betreft de budgetten die Statenfracties kunnen inzetten voor hun werkzaamheden en personele ondersteuning. Daarnaast is er € 75.000,- minder besteed aan directe ondersteuning van Provinciale Staten en aan de Griffie. Voor het overige betreft het een onderbesteding van kosten voor het Stateninformatieysteem (€ 47.000,-) en het budget voor Lobby foar it Frysk (€ 28.000,-).
Beleidsveld 1.2 – Gedeputeerde Staten Wat wilden we bereiken? We willen het college van Gedeputeerde Staten effectief en efficiënt laten functioneren. Dit geldt zowel voor het individuele lid van Gedeputeerde Staten als voor het college.
69
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
1.2 Gedeputeerde Staten
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Het college heeft in 2014 de overstap gemaakt naar digitaal vergaderen. Ook voor de afzonderlijke overleggen van gedeputeerden, zoals de portefeuille-overleggen (PO’s), worden de stukken voortaan aangeleverd via een digitaal systeem (Sharepoint). Gewenste resultaten uit begroting 2014
1.
Beleid
Tijd
Geld
Het college van gedeputeerde staten effectief en efficiënt laten functioneren
Toelichting Geen. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Afspraken Gedeputeerde Staten/Provinci ale Staten
-
Doelwaarde 2014 90% 95% 90% 95%
Beantwoording Statenvragen op tijd Nakomen uitvoeren moties Nakomen toezeggingen Tijdige aanbieding stukken bij PS
Realisatie 2014 96% 97% 94% 95%
Toelichting Van de 119 statenvragen in 2014 hebben we vier niet op tijd beantwoord. Dit betekent dat 96% van de statenvragen op tijd beantwoord is, ruim hoger dan de doelwaarde van 90%. Van de toezeggingen met een einddatum in 2014 (155) hebben wij er 145 op tijd afgehandeld. Dit betekent een percentage van 94%. De tijdige aanbieding van PS-stukken vraagt soms extra aandacht. Hierover communiceren we zo duidelijk en vroeg mogelijk met de Staten. Het streefpercentage van 95% van de stukken op tijd aanbieden is gehaald.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Voorzieningen Totaal baten Lasten Structurele budgetten Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
3 0 3
4 206 210
2 140 142
2 66 68
2 66 68
1.572 148 2.143 3.863
1.637 0 1.770 3.407
1.530 0 1.755 3.286
107 0 15 122
107 0 15 122
-3.860
-3.197
-3.144
-54
-54
70
Toelichting Structurele budgetten De onderschrijding wordt veroorzaakt door lagere gerealiseerde lasten dan in de begroting geraamd. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat Gedeputeerde Staten minder aan studie/opleiding, declaraties en vervoer hebben uitgegeven dan begroot (€ 43.000,-) en doordat oud-collegeleden minder aanspraak op uitkeringen hebben gemaakt dan voorzien (€ 66.000,-). Voorzieningen De lagere baten dan geraamd in de begroting hebben betrekking op het actualiseren van de waardeoverdracht pensioenen GS-leden (€ 66.000).
Beleidsveld 1.3 – Ondersteuning Commissaris van de Koning Wat wilden we bereiken? In zijn rol als rijksorgaan heeft de Commissaris van de Koning (CvdK) verschillende taken in de provincie namens het rijk. De provincie wil dat hij deze rijkstaken goed kan uitvoeren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
1.3
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Ondersteuning Commissaris van de Koning
Toelichting Zie voor informatie over de in 2014 verrichte rijkstaken en representatieve activiteiten het burgerjaarverslag van de Commissaris van de Koning.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014
Beleid
Tijd
Geld
1. De CdK voldoet aan de wettelijk gestelde voorschriften in zijn rol als rijksorgaan (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Werkbezoeken aan de Friese gemeenten
Doelwaarde 2014 8
Aantal werkbezoeken
71
Realisatie 2014 7
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
0
300 772 1.072
297 735 1.032
283 729 1.011
14 6 20
14 6 20
-1.072
-1.032
-1.011
-20
-20
Beleidsveld 1.4 – Bestuurskwaliteit gemeenten en interbestuurlijk toezicht
Wat wilden we bereiken? (begrotingstekst 2014) Doel is het bevorderen van de kwaliteit van het lokaal bestuur in Fryslân, onder andere door middel van interbestuurlijk toezicht. Dit moet leiden tot financieel gezonde en bestuurskrachtige Friese gemeenten. Voor het eind van de huidige coalitieperiode moet er een breedgedragen beeld zijn van de toekomstige gemeentelijke inrichting van Fryslân (Uitvoeringsprogramma 2011–2015).
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
1.4
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Bestuurskwaliteit gemeenten en interbestuurlijk toezicht
Toelichting De provinciebrede eindvisie op de bestuurlijke inrichting van de Friese gemeenten is begin 2013 door de Staten vastgesteld. Vanuit deze referentie faciliteren we initiatieven die bijdragen aan het tot stand brengen van een toekomstbestendig lokaal bestuur. In 2014 is dit doel weer een stap dichterbij gekomen. We zijn het jaar met minder en nieuwe gemeenten begonnen (De Friese Meren, opdeling Boarnsterhim). We hebben aandacht gegeven aan de bestuurlijke toekomstprocessen in Noordwest- en NoordoostFryslân. Er is een begin gemaakt met de evaluatie van de bestuurlijke samenwerking tussen de Waddengemeenten. We hebben in 2014 verkennende gesprekken gevoerd met de Friese gemeenten om het interbestuurlijke toezicht op gemeenten eenvoudiger en transparanter te maken en de toezichtlasten te verminderen. Op basis van deze gesprekken zal het toezicht voortaan risicogericht, sober en transparant worden uitgevoerd. Om financiële redenen is de gemeente Heerenveen in 2014 onder preventief toezicht gesteld.
72
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014
Beleid
Tijd
Geld
1. Versterking gemeentelijke bestuurskracht 2. Financieel gezonde gemeenten 3. Vereenvoudiging van het wettelijke interbestuurlijke toezicht (IBT) Toelichting 3. Voor het Interbestuurlijk toezicht wordt een Verordening Informatieverstrekking Interbestuurlijk Toezicht provincie Fryslân opgesteld. Deze verordening is nodig om in voorkomende gevallen meer informatie bij de gemeenten op te vragen dan wettelijk is toegestaan. Het opstellen van de verordening vraagt meer voorbereidingstijd. Zij wordt in het tweede kwartaal van 2015 aan Provinciale Staten aangeboden. Het gevolg van de vertraging is nihil.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
0
519 519
557 557
552 552
5 5
5 5
-519
-557
-552
-5
-5
Beleidsveld 1.5 – Herkenbaar en samenwerkend bestuur Wat wilden we bereiken? Wij willen dat de provincie Fryslân herkend wordt als bestuurslaag. Rol en takenpakket van de provincie moeten duidelijk zijn. Bij de aanpak van maatschappelijke vraagstukken is de provincie gericht op samenwerking. Zo zijn de samenwerkingsagenda’s met de vier grote kernen in Fryslân volop in uitvoering. Er zijn streekagenda’s tot stand gekomen voor alle regio’s en het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) is efficiënter en slanker geworden.
73
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
1.5
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Herkenbaar en samenwerkend bestuur
Toelichting De provincie maakt haar rol als middenbestuur waar binnen de kaders van de bestuursafspraken met het rijk. In de aanloop naar de Statenverkiezingen van 2015 hebben de gezamenlijke provincies in 2014 een duidelijk beeld neergezet van de toekomst en het profiel van de provincies (Kompas 2020). Het rijksvoornemen tot landsdeelvorming (Noord-Holland, Utrecht, Flevoland) is in juni door minister Plasterk (BZK) ingetrokken. Met het oog op de verkiezingen voor Provinciale Staten op 18 maart 2015 is in opdracht van de Staten een digitaal informatiedossier opgesteld (januari 2015). De door ons opgestelde Einbalâns van het Coalitieakkoord 2011-2015 is daarin opgenomen. De inkrimping van de uitvoeringsorganisatie van het SNN, als gevolg van afnemende Europese middelen, is in 2014 doorgevoerd. De contacten met Noordwest-Duitsland ontwikkelen zich positief. In 2014 hebben we de samenwerkingsagenda’s met de Leeuwarden, Smallingerland, Heerenveen en Súdwest-Fryslân op bestuurlijk niveau geëvalueerd. De evaluatie is in juni naar Provinciale Staten gestuurd. Voor Drachten en Heerenveen hebben we samen met de betrokken gemeenten in 2014 een Investeringsagenda vastgesteld en in uitvoering gebracht. In 2014 zijn de streekagenda’s van alle regio’s door middel van uitvoeringsprogramma’s operationeel gemaakt. Zie verder paragraaf 10 Samenwerkingsverbanden.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014
1. 2. 3. 4. 5. 6.
Beleid
Uitvoeren uitvoeringsprogramma Bestuursafspraken 2011 2015 Ontwikkelen en uitvoeren samenwerkingsagenda’s Ontwikkelen en uitvoeren streekagenda’s (zie tevens programma 5) Voortzetten internationale samenwerking Het SNN is efficiënter en slanker geworden Intensivering Noordelijke lobby in Den Haag en Brussel
74
Tijd
Geld
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
383 383
348 348
305 305
44 44
44 44
1.619 97 566 2.282
1.717 0 580 2.297
1.637 0 639 2.276
80 0 -59 20
80 0 -59 20
-1.898
-1.948
-1.971
23
23
Toelichting Structurele budgetten De overschrijding wordt veroorzaakt door lagere gerealiseerde baten en lasten dan in de begroting geraamd. Dit heeft vooral betrekking op het budget voor het SNN en is veroorzaakt doordat het SNN minder BTW aan de provincie heeft doorgeschoven dan begroot.
Beleidsveld 1.6 – Juridische Zaken en rechtsbescherming Wat wilden we bereiken? De provincie wil de juridische kwaliteit van provinciale producten borgen. In het verlengde hiervan willen we een goede rechtsbescherming tegen besluiten van het provinciaal bestuur.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
1.6 Juridische Zaken en rechtsbescherming
Toelichting Ook in 2014 is de provincie betrokken geweest bij tal van juridische procedures, waarin belanghebbenden gebruik hebben gemaakt van aan hen toekomende rechtsbescherming bij provinciale besluiten. De juridische kwaliteit van provinciale producten zoals publiekrechtelijke regelingen, private deelnemingen en contracten en EU-zaken (staatsteun, aanbestedingen) hebben we geborgd.
75
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014
1. 2.
Beleid
Tijd
Geld
Toereikende rechtsbescherming Friese burgers Goede borging van de juridische kwaliteit van de provinciale producten
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Afhandeling bezwaarschriften
Doelwaarden 2014 95%
Tijdige afhandeling
Realisatie 2014 93 %
Toelichting We zien de laatste jaren een duidelijke toename van het aantal bezwaarschriften ten opzichte van de periode 2009-2012. In 2014 zijn 210 bezwaarschriften ingediend. In 2013 waren dit er 309, terwijl in 2012 84 bezwaarschriften werden ontvangen. Het aantal ingediende bezwaarschriften laat zich overigens nauwelijks beïnvloeden. Het is bijvoorbeeld sterk afhankelijk van het openstellen van provinciale subsidieregelingen, waarbij beschikkingen op aanvragen tot bezwaar kunnen leiden. We hebben in 2014 306 dossiers afgedaan. In de regel betekent dit dat een beslissing op bezwaar is genomen of dat het bezwaarschrift is ingetrokken. Van deze dossiers is 93% tijdig afgedaan. Dat wil zeggen dat de beslissing op bezwaar of de intrekking binnen de beslistermijn is afgerond dan wel dat de bezwaarmaker heeft ingestemd met termijnoverschrijding. In 2013 werd 81% van de dossiers tijdig afgedaan. De tijdige afhandeling van bezwaarschriften benadert daarmee weer het niveau van 2010, toen nog 94% binnen de beslistermijn werd afgehandeld. In 2014 zijn vijftien beroepen door de bestuursrechter (Rechtbank) gegrond en acht beroepen ongegrond verklaard. In hoger beroep zijn twee zaken door de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State ongegrond verklaard. Voor verdere toelichting zie het burgerjaarverslag van de Commissaris van de Koning.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
0
183 87 270
166 95 261
159 94 253
7 1 8
7 1 8
-270
-261
-253
-8
-8
Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Waardeoverdracht pensioenen GS leden V. Wachtgelden PSleden
Stand per 1-1-2014 7.241
0
aanwending 140
Stand per 31-12-2014 7.102
0
0
42
toevoeging
42
76
1.2
Programma 2 – Verkeer en vervoer
Portefeuillehouders: mevrouw S.A.E. Poepjes (verkeer en vervoer) en de heer J.G. Kramer (openbaar vervoer)
Wat wilden we bereiken met dit programma? Grote en kleine infrastructuurprojecten We versterken de hoofdinfrastructuur in Fryslân met de grote infrastructuurprojecten die op dit moment in voorbereiding en uitvoering zijn. Deze projecten worden uitgewerkt in paragraaf 9 Grote projecten. We houden onze provinciale wegen bij de tijd door kleine ingrepen voor de verkeersveiligheid en het fietsverkeer. In 2014 ronden we het oude investeringsprogramma af. Voor de komende vier jaar trekt de provincie in totaal € 18 mln. uit voor kleine infrastructuurprojecten. Onderhoud Wij beheren en onderhouden onze provinciale infrastructuur zo efficiënt mogelijk. Voor de herijking van de onderhoudsbeleidskaders is eind 2013 een voorstel voorgelegd aan Provinciale Staten. Subsidies Provinciale Staten hebben binnen de BDU de hoogste prioriteit gelegd bij OV en verkeersveiligheid. Wij stellen tijdelijk een subsidie in vanuit de BDU-middelen (Brede Doeluitkering verkeer en vervoer) waarmee gemeenten de veiligheid van het fiets- en landbouwverkeer verder kunnen verbeteren. Daarnaast geven wij prioriteit aan het in stand houden en verbeteren van het openbaar vervoer tot een duurzaam systeem. Ook het stimuleren van veilig verkeersgedrag heeft prioriteit. Trein Leeuwarden-Zwolle In 2014 wordt de dienstregeling uitgebreid met een derde trein van Leeuwarden naar Meppel. We willen in 2014 ook de start van de vierde trein voorbereiden om deze vervroegd te laten rijden, al in 2015 in plaats van 2017. Dit op basis van afspraken die in 2012 met NS zijn gemaakt over een bediening van vier treinen per uur tussen Leeuwarden en Zwolle.
77
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsvelden
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Planvorming en programmering, bestuurlijke samenwerking Verbetering infrastructuur Instandhouding provinciale Infrastructuur Openbaar vervoer Verkeerseducatie en mobiliteitsbeïnvloeding
Toelichting We hebben in 2014 belangrijke vorderingen gemaakt met het verbeteren van de infrastructuur. De Haak om Leeuwarden is klaar en de projecten N381 en de Centrale As zijn volop in uitvoering. Ook veel kleinere verbeteringen zijn gerealiseerd. Tussen Leeuwarden en Meppel is een nieuwe stoptrein gaan rijden en in 2017 zal nog een extra stoptrein worden toegevoegd. Met het programma Duurzaam openbaar vervoer hebben wij belangrijke stappen gezet om de bereikbaarheid van het platteland op peil te houden. Op programma 2 drukken belangrijke taakstellingen. In paragraaf 9 is de stand van de taakstellingen benoemd die specifiek de grote projecten betreffen.
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
132.908 180.471 -47.562
Begroting 2014 na wijziging 95.135 138.680 -43.544
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 84.512 10.623 10.623 124.506 14.174 -589 13.585 -39.994 -3.551 -589 -2.962
Toelichting Voor het programma Verkeer en Vervoer als geheel doet zich per saldo een onderschrijding voor van circa € 2,9 mln. Een groot deel hiervan heeft betrekking op mutaties in reserves en verloopt via programma 10 en 11. De resterende onderschrijding wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door lagere kosten voor gladheidsbestrijding € 0,5 mln. en lagere afschrijvingslasten, € 0,4 mln. bij het programma vervangen kunstwerken.
Beleidsveld 2.1 – Planvorming en programmering, bestuurlijke Samenwerking Wat wilden we bereiken? We zorgen dat we steeds kunnen werken vanuit plannen en beleidskaders die zijn toegesneden op de actuele ontwikkelingen.
78
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
2.1
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Planvorming en programmering, bestuurlijke samenwerking
Toelichting Op basis van de waargenomen en te verwachten ontwikkeling op het terrein van het verkeer en vervoer hebben wij in het Utfieringsprogramma Ferkear en Ferfier 2015 aangegeven wat de gevolgen zijn voor het beleid en voor de toekomstige uitvoering. Hierin is dus ook de ontwikkeling besproken op de belangrijkste beleidsthema’s. De overgang van de BDU naar het Provinciefonds door landelijke ontwikkelingen verschoven naar 1 januari 2016. Met de gemeente Leeuwarden zijn wij het overleg gestart over de ontwikkeling van het stationsgebied. Afhankelijk van de besluitvorming hierover in 2015 leidt dit tot aanpassing van de Overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden. In 2014 hebben we stappen gezet om de verkeerstellingen te verbeteren.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Opstellen Uitvoeringsprogramma verkeer en vervoer 2015 2. Herijken onderhoudsbeleidskaders provinciale infrastructuur 3. Voorbereiden op een overgang van de BDU naar het Provinciefonds 4. Samenwerking met de gemeente Leeuwarden op basis van de Overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden 5. Afspraken met het rijk over de Gebiedsagenda Noord-Nederland (BO MIRT) 6. Invoering Waterwet; afspraken over vaarwegbeheer 7. Monitoren ontwikkeling verkeer en vervoer
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Uitvoeringsprogramma BDU
Beleid
Tijd
Geld
Beschikbaarheid Uitvoeringsprogramma 2015
Doelwaarden 2014 Gereed
Realisatie 2014 Gereed
Bestedingsplan 2015
Gereed
Voorbereid
We hebben het BDU bestedingsplan 2015 voorbereid en dit zal begin 2015 worden vastgesteld.
79
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
2 537 539
0 226 226
13 371 385
-13 -146 -159
-13 -146 -159
248 151 686 1.184 2.269
139 40 226 896 1.301
181 6 244 889 1.320
-42 34 -19 8 -19
-31
-42 4 -19 8 -49
-1.730
-1.076
-935
-141
-31
-110
-31
Toelichting Tijdelijke budgetten Aan de reserve tijdelijke budgetten is € 30.000,- toegevoegd voor het tijdelijk budget bereikbaarheid Leeuwarden, convenant mobiliteitsmanagement. Dit tijdelijke budget maakt onderdeel uit van de overeenkomst Bereikbaarheid Leeuwarden. De tijdelijke budgetten worden toegelicht in de bijlage tijdelijke budgetten. Overlopende passiva Bij de overlopende passiva gaat het om de Brede Doeluitkering verkeer en vervoer (BDU). De verschil tussen de baten en lasten wordt veroorzaakt door een rentecorrectie van € 127.000,- over voorgaande jaren.
Beleidsveld 2.2 – Verbetering infrastructuur Wat wilden we bereiken? De provincie wil het wegennet in Fryslân duurzaam veilig inrichten. Daarnaast willen we de bereikbaarheid over de weg, het spoor en over water verbeteren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
2.2 Verbetering infrastructuur
80
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Toelichting De projecten die in het kader van de verbetering infrastructuur zijn/worden uitgevoerd liggen op schema, zowel qua tijdsplanning als budgettair. Zie hiervoor ook de toelichting verderop in deze paragraaf en de paragraaf grote projecten.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. De in gang gezette kleinschalige maatregelen worden uitgevoerd overeenkomstig de planning in het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2014. 2. De kleinschalige maatregelen die nieuw zijn opgenomen in de begroting 2014 worden voorbereid, zodat de uitvoering uiterlijk in 2015 kan starten. 3. Een voorstel inzake de verkeersproblematiek op de Traverse Lemmer wordt aan PS voorgelegd. 4. De grote projecten zijn in voorbereiding of uitvoering conform de toelichting in de paragraaf grote projecten 5. Het vinden van dekking voor het oplossen van de problematiek bedrijventerrein Hallum tot een bedrag van € 2 mln. uit de investeringskredieten die betrokken zijn bij de balansverkorting
Beleid
Tijd
Geld
Wurkje foar Fryslân Deze posten maken onderdeel uit van de samenwerkingsagenda Drachten-Heerenveen, deze wordt toegelicht in de paragraaf grote projecten. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Majeure infrastructurele projecten Kleine en reguliere projecten uit het PVVP
Uitvoering conform planning zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma
Doelwaarden 2014 Ten minste 90%
Uitvoering conform planning zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma
Ten minste 90%
Realisatie 2014 95%
95%
Toelichting Wij verwijzen naar paragraaf 9 (grote projecten) voor de grote infrastructurele werken die in voorbereiding of uitvoering zijn. In de paragraaf grote projecten wordt een toelichting gegeven op: Gewenste resultaten 1 Bereikbaarheidsprojecten Leeuwarden Vrij-Baan a. N31 Haak om Leeuwarden en Westelijke invalsweg b. Drachtsterweg en omgeving c. Noordwesttangent 2 3 4 5
N31 Traverse Harlingen Verruiming Prinses Margrietkanaal N381 Drachten-Drentse grens De Centrale As
6 Investeringsagenda Drachten-Heerenveen 7 Knooppunt Joure 8 RSP Spoorprojecten a. Capaciteitsvergroting Leeuwarden-Zwolle
81
beleid
tijd
geld
Gewenste resultaten Kleine maatregelen Leeuwarden - Meppel
beleid
tijd
geld
Versnelling spoorbrug Van Harinxmakanaal Verbetering overwegveiligheid Rotstergaastweg Heerenveen Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega Verbetering baanvak Meppel - Zwolle (blokverdichting) Capaciteitsvergroting Herfte - Zwolle b. Capaciteitsvergroting Leeuwarden - Groningen c. Station Werpsterhoek
(Deze tabel bevat de kleuren zoals opgenomen in de paragraaf grote projecten. Deze betekenis wijkt iets af van die in de overige hoofdstukken. Rood =project met overschrijding in tijd of van het krediet, geel=project met risico voor mogelijke afwijkingen in tijd of het krediet, groen =project ligt op schema wat betreft tijdsplanning en bestedingen.) De overige projecten worden onder de tabel investeringen toegelicht.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
59.346 59.346
45.841 45.841
35.355 35.355
10.486 10.486
8.187 26.972 59.404 789 95.351
3.083 2.212 2.200 45.841 3.262 56.597
3.067 1.631 1.106 35.355 3.238 44.397
16 581 1.093 10.486 24 12.200
-36.005
-10.756
-9.042
-1.714
Gebruik reserves
Resultaat
10.486 10.486
16 -581 526
-55
1.619 10.486 24 12.145
-55
-1.659
Toelichting De onderschrijding bedraagt € 1,65 mln. Het resultaat reserves loopt via programma 10 en/of 11. Voor dit beleidsveld betreft dat onderdelen voor de investeringsagenda Drachten-Heerenveen en Gebiedsbudgetten. De investeringsagenda DrachtenHeerenveen lichten we toe in de paragraaf grote projecten. De gebiedsbudgetten komen aan de orde in de paragraaf samenwerkingsverbanden. Rekening houdend met deze mutatie is per saldo de onderschrijding € 40.000,-. Tijdelijke budgetten De tijdelijke budgetten hebben betrekking op RSP-infraprojecten en de Haak om Leeuwarden. De tijdelijke budgetten verantwoorden we in de bijlage tijdelijke budgetten. Overlopende passiva De overlopende passiva hebben betrekking op de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer (BDU) en het RSP-Mobiliteitsfonds. Het saldo wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het RSP-mobiliteitsfonds en wordt met name veroorzaakt door een eerder ontvangen bijdrage
van het Rijk dan was voorzien en tevens is het tempo van bestedingen lager dan begroot.
82
Beleidsveld 2.3 – Instandhouding provinciale infrastructuur Wat wilden we bereiken? De provincie zorgt dat het provinciaal wegen- en vaarwegennet goed wordt onderhouden, inclusief de kunstwerken. Het onderhoud van de infrastructuur wordt ook behandeld in paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
2.3 Instandhouding provinciale infrastructuur
Toelichting We hebben de realisatie van de gewenste resultaten op een sobere en doelmatige wijze uitgevoerd binnen de door Provinciale Staten vastgestelde beleidskaders. Hierbij hebben we rekening gehouden met de veiligheidsnormen. In 2015 gaan we de infrastructuur soberder uitvoeren conform de nieuwe onderhoudsbeleidskaders (onderhoudsniveau C), hier hebben we in 2014 al rekening mee gehouden.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Onderhoud van de provinciale infrastructuur 2. Optimale bereikbaarheid voor weg- en vaarwegverkeer door brug-en sluisbediening 3. Bewerken en verwerken van baggerspecie om hergebruik mogelijk te maken 4. Onderzoek naar de toekomstige capaciteitsbehoefte aan baggerdepots 5. Beoordeling verzoeken om ontheffingen en vergunningen o.g.v (vaar) wegen-verordening 6. Nakomen afspraken (werk voor derden) met het rijk en gemeenten
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1. Er is sprake van vrijval door lagere kosten gladheidsbestrijding en door latere oplevering in het kader van het Meerjaren Programma Kunstwerken. In grote lijnen loopt dit programma overigens volgens planning. Ontwikkelingen: Van Harinxmakanaal In 2013 hebben Provinciale Staten het college gemandateerd voor het opstellen en uitvoeren van een 5-jaren uitvoeringsprogramma voor het Van Harinxmakanaal en dit jaarlijks te actualiseren. In de prioritering van het programma groot onderhoud hebben we enkele wijzigingen doorgevoerd. De bestedingen in 2014 zijn enigszins achtergebleven bij de planning. Zolang de rente welke toegerend wordt aan de reserve Van Harinxmakanaal nog dusdanig laag is wordt conform afspraak het minimumscenario gehanteerd voor de uitvoering van beheer en onderhoud.
83
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Onderhoud van (vaar)wegen, oevers en kunstwerken Renovatie kunstwerken Tijdige afhandeling van aanvragen ontheffingen wegenen vaarwegenverordening Bediening bruggen en sluizen Beschikbaar maken van baggerspecie voor hergebruik Gladheidbestrijding en ijsbreken
Doelwaarden 2014 90%
Niveau conform vastgestelde beleidskaders
Realisatie 2014 90%
Gereedkomen op basis van meerjarenplan Kunstwerken zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma Termijn Algemene Wet Bestuursrecht
90%
90%
100%
99%
Conform vastgestelde bedieningsregime
100%
100%
90%
100%
100%
100%
Beschikbaarheid
Conform afspraken gladheidsbestrijding en ijsbreken
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Totaal baten
1.651 254 21.750 4.333 27.989
1.269 0 0 0 1.269
1.369 0 0 0 1.369
-99 0 0 0 -99
-99 0 0 0 -99
Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
12.726 386 0 4.821 18.504 36.436
12.306 529 2.800 0 16.036 31.670
11.454 411 2.299 0 15.924 30.088
852 118 501 0 113 1.583
-503
852 118 -2 0 113 1.081
-8.448
-30.402
-28.719
-1.682
-503
-1.180
Saldo baten en lasten
-503
Toelichting Per saldo is er een onderschrijding van circa € 1,2 mln. Structurele budgetten Door de milde winter is het budget gladheidsbestrijding onbenut gebleven voor een bedrag van € 0,5 mln. Als gevolg van latere opleveringen op het Kunstwerken Programma (MPK) valt er circa € 0,4 mln. aan afschrijvingslasten vrij. Verder hebben we aan stortopbrengsten € 0,1 mln. meer ontvangen.
84
Tijdelijke budgetten Zoutopslag Bij de aanvraag van het budget was rekening gehouden met de volgende zaken: riolering, eventuele bodem- en grondwaterverontreiniging, geluidwerende maatregelen, vervanging van asfaltverhardingen door vloeistofdichte vloeren alsmede het doorlopen van milieuvergunningprocedures. Bij het nemen van de ‘milieumaatregelen op de zoutloodsen’ bleek dat er geen sprake was van bodem- en grondwaterverontreiniging en dat het asfalt voldoet aan de kwaliteitseisen. Daarnaast konden we volstaan met een melding in plaats van milieuvergunningsprocedures. De kosten voor de te nemen maatregelen vielen mee, hierdoor valt € 118.000,- vrij. Verder hebben de tijdelijke budgetten betrekking op depot Trijehûs en onderhoudsbaggeren. Bij beide onderdelen is geen afwijking.
Beleidsveld 2.4 – Openbaar vervoer Wat wilden we bereiken? Wij willen de bereikbaarheid met het openbaar vervoer op peil houden en verbeteren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsvelden
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
2.4 Openbaar vervoer
Toelichting We werkten aan beheer en monitoring van lopende concessies, voorbereiding van de aanbesteding concessies Zuidoost-Fryslân/ Ameland/ Terschelling/ Vlieland (daadwerkelijke aanbesteding 2016), en inkoop extra vervoer binnen lopende concessies. Verder hebben we de werkwijze van vervoerontwikkeling in ontwikkelteams samen met de vervoerders voortgezet, hebben we de Opstapper doorontwikkeld en beleid voor vervoer in het landelijk gebied vastgesteld. Daar waar nodig hebben we, door samenwerking Noordelijk verband, bij het Rijk aandacht gevraagd voor ontwikkelingen die het OV financieel bedreigen: afschaffing Rode Diesel, verhoging gebruiksheffing spoor en ongunstige ontwikkelingen rond de BDU (sleutel, indexering). Tenslotte zijn we bij de infrastructuur gestart met de voorbereiding van verbetering van de busstations Bolsward, Joure, Leeuwarden, Heerenveen en Sneek.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Onderzoek naar de toekomstige hoofdstructuur van het openbaar vervoer 2. De dienstregeling op Leeuwarden-Zwolle wordt in 2014 uitgebreid met een derde trein van Leeuwarden naar Meppel. 3. Nieuwe provinciale abri’s worden geplaatst 4. De fietsvoorzieningen bij OV-knooppunten worden verbeterd
85
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1. Het onderzoek naar de toekomstige hoofdstructuur is van belang voor de volgende aanbestedingen van concessies. Het onderzoek is net niet in 2014 afgerond, maar wel ruim op tijd om een goede rol te kunnen spelen bij de toekomstige aanbestedingen 3,4 Er is een visie op fietsvoorzieningen bij knooppunten en de kaders voor de vervanging van abri’s en fietsenstallingen zijn helder. O.a. als gevolg van de extra inzet van capaciteit op vervoer in het landelijk gebied en het programma Duurzaam OV, is de feitelijke verbetering in de prioritering iets opgeschoven . (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Kernen met openbaar vervoer Uitbreiding treinvervoer Leeuwarden-Zwolle Vervanging provinciale haltes
Aandeel van de kernen met openbaar vervoer (volgens definities PVVP) In 2014 besluitvorming vierde trein in 2017
Doelwaarden 2014 100%
gereed
Alle provinciale abri’s en fietsenstallingen bij haltes vernieuwd
100%
Realisatie 2014 100%
gereed
0%
Toelichting Aandeel kernen met OV geborgd in lopende concessies Over uitbreiding treinvervoer Leeuwarden-Zwolle loopt nog overleg met NS en ProRail Vertraging bij aanbesteden abri’s, dit wordt 2015
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Overlopende passiva Totaal baten
43.363 43.363
45.919 45.919
45.556 45.556
363 363
363 363
Lasten Structurele budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
38 43.526 672 44.236
38 45.919 724 46.680
38 45.556 718 46.311
0 363 6 369
363 6 369
-872
-761
-755
-6
-6
Saldo baten en lasten
Toelichting Overlopende passiva Bij de overlopende passiva gaat het om de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer (BDU)
86
Beleidsveld 2.5 – Verkeerseducatie en mobiliteitsbeïnvloeding Wat wilden we bereiken? Wij dragen bij aan het verbeteren van de verkeersveiligheid door verkeerseducatie en handhaving. We doen dit op basis van het PVVP en de hierop gebaseerde Strategie verkeersveiligheid 2010-2025. Ook stimuleren wij carpoolen en het gebruik van fiets en openbaar vervoer door het maken van afspraken met bedrijven, informatievoorziening en publiekscampagnes.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
2.5
Ligt de Zijn de doelrealisatie op gewenste schema? resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Verkeerseducatie en mobiliteitsbeïnvloeding
Toelichting Hoewel de doelrealisatie ten aanzien van het verminderen van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers over meerdere jaren gezien gelukkig op schema ligt, zien we in 2014 helaas een groter aantal dodelijke verkeersslachtoffers dan 2013. Het aantal ernstig gewonden neemt minder snel af dan gewenst.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Uitvoeren permanente verkeerseducatie middels het ROF-werkplan 2014 2. Maken van handhavingsafspraken met Politie Noord-Nederland en het OM 3. Uitvoeren mobiliteitsmanagement conform afspraken in Leeuwarden Vrij Baan
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 2. Het maken van handhavingsafspraken is vertraagd door de reorganisatie bij de politie. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Aandacht voor jongeren Aandacht voor jonge automobilisten Aandacht voor jonge automobilisten en alcohol Aandacht voor jonge automobilisten, alcohol en drugs
Doelwaarden 2014 Ten minste 140
Realisatie 2014 138
400
262
Aantal deelnemers Alcoholvrij op weg
80
80
Aantal evenementen Responsible Young Drivers
18
19
Aantal scholen met het verkeersveiligheidslabel Aantal deelnemers Trials
87
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Ouderen Voorlichting/ campagnevoering
Aantal deelnemers rijvaardigheidsdag senioren Aantal wisselingen van uitingen op mottoborden
Doelwaarden 2014 400
Realisatie 2014 343
6
6
Toelichting De realisatie van het jonge automobilistenprogramma Trials blijft structureel achter bij de ambitie ondanks toepassing van verschillende innovatieve methoden om de doelgroep (beter) te bereiken. Samen met de Trials-organisatie bekijken wij in 2015 op welke wijze, en met welke ambitie, het programma deel zal uitmaken van het Tweede Meerjaren Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid 2016-2020.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Overlopende passiva Totaal baten
1.671 1.671
1.881 1.881
1.849 1.849
32 32
32 32
Lasten Structurele budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
2 1.671 506 2.178
4 1.881 545 2.431
2 1.849 541 2.391
3 32 5 39
3 32 5 39
-507
-550
-543
-7
-7
Saldo baten en lasten
Toelichting Overlopende passiva Bij de overlopende passiva gaat het om de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer (BDU) Investeringen Bedragen €1.000,-
Onderhanden werken Opgeleverde werken Afgerekende werken Totaal
Stand per 1-1-2014 94.602
uitgaven 173.503
bijdragen derden 85.495
17.128
3.280
-1.118
4.666
752
944
3.920
554
116.396
177.535
89.242
3.920
204.689
88
balans verkorting
Stand per 31-12-2014 182.609 21.527
Toelichting Onderhanden werken MAJEURE PROJECTEN N359 Traverse Lemmer: In 2014 hebben we een voorstel voor het oplossen van de verkeersproblematiek aan Provinciale Staten voorgelegd voor bestuurlijke besluitvorming. Op 22 oktober hebben Provinciale Staten besloten conform het voorstel.
MPI In 2014 hebben we een flink aantal grote en kleinere projecten uitgevoerd en een aantal projecten zitten financieel in de afrondende fase. We hebben ook projecten aanbesteed die dit jaar in uitvoering komen. Dit zijn bijvoorbeeld Lutkepost-Augustinusga, StiensHolwerd en de afronding Froonackerdyk. MPK (meerjarenprogramma kunstwerken) De inventarisatie is volop bezig en van de 375 bruggen is nu het grootste deel in beeld gebracht. Daarnaast is een aantal bruggen in voorbereiding en een aantal andere bruggen zijn uitgevoerd of zijn in uitvoering. In 2015 staat ook een aantal bruggen in de planning om uitgevoerd te worden. KIP (kleinschalige infrastructuurprojecten) Van negen projecten is de planvorming gestart en in 2015 komen daar nog eens zes bij. Van deze projecten wordt van een aantal de voorbereiding door ingenieursbureaus gedaan. Opgeleverde werken MAJEURE PROJECTEN Rondweg Woudsend: Werk is gereed. Nog enkele grondzaken afronden. Vaarweg Lemmer-Delfzijl: De beschikking in het kader van de verruiming van het Prinses Margrietkanaal is afgelopen. De financiële afwikkeling heeft in 2014 plaatsgevonden.
MPI De volgende projecten zijn opgeleverd :N392 Rondweg Gorredijk, N910 Stroobossertrekweg 2de fase, N356 Broeksterhoek-Valom, N392 Terwispel-Komgrens Gorredijk, N928 opwaardering Woudsend –Balk, N384 Winsum-Noord, N393 fietssnelweg Stiens- St. Jacobparochie, N361 Herinrichting Trynwalden, N354 DearsumScharnegoutum fase 2. Afgerekende werken MAJEURE PROJECTEN Rondweg Franeker: Werk is gereed. Financiële afrekening heeft in 2014 plaatsgevonden. Rondweg Buitenpost: Werk is gereed. Staande Mastroute: Werk is gereed, nog enkele vastgoedzaken afronden.
MPI
N356 Veiligheid Holwerd en Carpoolplaats Oudeschoot: werken zijn gereed Balanspost reserves Bedragen € 1.000,R. Reserve Van Harinxmakanaal
Stand per 1-1-2014 116.921
toevoeging 3.242
89
aanwending 2.299
Stand per 31-12-2014 117.863
Toelichting We hebben de afkoopsom (inclusief achterstallig onderhoud) voor het beheer en onderhoud Van Harinxmakanaal ondergebracht in een bestemmingsreserve. De bestedingen in 2014 zijn enigszins achtergebleven bij de planning. Zolang de rente nog dusdanig laag is wordt het minimumscenario gehanteerd voor het beheer en onderhoud. Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Baggerdepot Meilahuizen
Stand per 1-1-2014
toevoeging 18
0
aanwending 17
Stand per 31-12-2014 1
Toelichting We hebben de werkzaamheden in het kader van depot Meilahuizen zo goed als afgerond. Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP Programma BDU 17.743 (Brede Doel Uitkering) OP BDU 0 Gedragsbeïnvloeding OP BDU Openbaar 21.542 vervoer OP BDU Spoorlijnen 7.741 OP Mobiliteitsfonds 489 bereikbaarheid Lwd OP RSP Mobiliteitsfonds 211.163 via SNN OP Quick Win 47 Binnenhavens It Soal OP BDU Infra 16.862
toevoeging -127
aanwending 921
Stand per 31-12-2014 16.695
910
910
0
0
800
20.742
367 1
0 179
8.108 311
1.939
24.137
188.964
0
47
0
1.038
0
17.899
90
1.3 Programma 3 – Water Portefeuillehouder: mevrouw C. Schokker-Strampel
Wat wilden we bereiken met dit programma? Wij willen een veilige en bewoonbare provincie, met gezonde en veerkrachtige watersystemen die we duurzaam kunnen gebruiken en waarbij Economische en ecologische ontwikkelingen met elkaar in evenwicht zijn. Ook in de toekomst streven wij naar voldoende, schoon en veilig water. Ons beleid is gericht op de toekomst, zodat wij in Fryslân op tijd klaar zijn voor de stijgende zeespiegel, klimaatverandering en bodemdaling. Regie en toezicht provincie De provincie heeft in het regionale waterbeheer een regierol. We organiseren het waterbeheer in de provincie, houden toezicht op de waterbeheerders en stellen beleid en normen vast. In 2014 stellen we in ontwerp het beleid op voor de volgende planperiode tot en met 2021. Het uitvoeren van het waterbeleid en het nemen van de nodige maatregelen is in handen van de waterbeheerders, in het bijzonder Wetterskip Fryslân. Die stelt daarvoor eens in de zes jaar het Waterbeheerplan vast. Integrale aanpak In de koers voor het waterbeheer past aandacht voor een integrale aanpak, duurzaamheid, ruimtelijke kwaliteit en innovatieve technieken. Om natuur, recreatie en landschap te versterken is in de periode 2014 tot en met 2019 in totaal € 6 mln. aan provinciale middelen beschikbaar. In 2014 gebeurde dat in de beekdalen en het centrale merengebied bij de integrale aanpak van oever- en kadeprojecten door Wetterskip Fryslân.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsvelden
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
3.1 Waterveiligheid 3.2 Voldoende water 3.3 Schoon water
Toelichting In 2014 hebben we een startnotitie voor het nieuwe Waterhuishoudingsplan vastgesteld. Het ontwerp voor het toekomstige beleid zal in 2015 worden vastgesteld. Dit als gevolg van herprioritering van (urgente) activiteiten, zoals het opstellen van de Veenweidevisie. 3.1. De waterveiligheid in Fryslân is goed op orde. Nog niet alle waterkeringen voldoen aan de normen, maar er wordt gewerkt aan de verbetering daarvan. Daar waar mogelijk voert het waterschap dit integraal uit. In 2014 heeft het waterschap ruim 33 km aan regionale waterkeringen versterkt waarbij ruim € 600.000,- provinciaal geld is besteed aan integrale oplossingen. In 2014 zijn ook de Deltabeslissingen aan het kabinet
91
aangeboden. Deze worden opgenomen in het nationaal waterplan. De Friese belangen zijn in de Deltabeslissingen Zoetwater, Waterveiligheid en IJsselmeer goed meegenomen. 3.2. De Veenweidevisie is afgerond en in januari 2015 door Provinciale Staten vastgesteld; we zijn gestart met het opstellen van een uitvoeringsprogramma. De maatregelen voor “vasthouden, bergen en afvoeren” verlopen voorspoedig als het gaat om de realisatie van berging in de Friese boezem. De berging in de deelwatersystemen (polders) vertraagt, onder andere door de vrijwilligheid bij de grondverwerving. 3.3. Het uitvoeren van maatregelen voor de verbetering van de kwaliteit van het oppervlaktewater verloopt goed. Het oppervlaktewater van de 24 aangewezen waterlichamen in Fryslân heeft echter nog niet de ecologische kwaliteit (waterplanten en doorzicht), die Europa voorschrijft. Het bereiken daarvan mag ook langer duren, want met de Kaderrichtlijn water richten wij ons in Nederland op 2027. In 2014 is een pakket met nieuwe maatregelen in ontwerp vastgesteld voor de periode 2016-2021.
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
773 2.890 -2.117
Begroting 2014 na wijziging 769 3.627 -2.857
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 702 67 67 3.154 473 -336 137 -2.452 -406 -336 -70
Beleidsveld 3.1 – Waterveiligheid Wat wilden we bereiken? Wij willen een veilige provincie. De primaire waterkering moet daarom voldoen aan de wettelijke normen. Wij zorgen dat de Friese belangen van deze waterkeringen doorwerken in het landelijke beleid. Ook de regionale waterkeringen, zoals de boezemkaden, de Lauwersmeerdijk en de voormalige zeedijken, moeten voldoen aan de provinciale veiligheidsnormen. In de ruimtelijke ordening wordt rekening gehouden met de ruimte die nodig is voor de keringen, ook in de toekomst. Wij spannen ons in om de versterking van de waterkeringen zodanig uit te voeren dat ze bijdragen aan de ruimtelijke kwaliteit van de provincie.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
3.1 Waterveiligheid
Toelichting Doelrealisatie ligt op schema. Vanuit het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma werken wij samen met het Rijk en de waterschappen verder aan dijkversterkingen. In Fryslân zitten er nog drie projecten in planfase of uitvoering van het tweede programma,
92
de overige projecten zijn afgerond. Daarnaast zijn de projecten Koehool – West Holwerderpolder, Noorderhavenpier Harlingen, Lemsterhoek en West HolwerderpolderLauwersmeer opgenomen in het nieuwe hoogwaterbeschermingsprogramma van Rijk en waterschappen. In 2014 zijn de Deltabeslissingen door de Deltacommissaris aan het kabinet aangeboden. Deze worden eind 2015 in het tweede nationaal waterplan vastgelegd. In de Deltabeslissingen zijn voorstellen voor de nieuwe normen voor de primaire waterkeringen opgenomen. De Friese belangen zijn hier goed in meegenomen. De regionale waterkeringen zijn door Wetterskip Fryslân getoetst op hoogte. Op dit moment voldoet bijna 90% van deze keringen aan de normen. In de beleidsontwikkeling voor het vierde waterhuishoudingplan nemen we een actualisatie mee van het beleid voor de regionale waterkeringen en maken we nieuwe afspraken met Wetterskip Fryslân over de termijn voor afronding van het herstelprogramma Oevers en kaden. In 2014 is de studie Veiligheid Nederland in Kaart 2 (VNK2) afgerond voor de Waddeneilanden. Daarmee is er nu voor heel Fryslân een actueel inzicht in de huidige overstromingsrisico’s. VNK2 is een initiatief van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, de Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg. Rijkswaterstaat voert het project uit in nauwe samenwerking met de waterkeringbeheerders, provincies, kennisinstituten en ingenieursbureaus.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Wij zien erop toe dat Wetterskip Fryslân het programma voor de versterkingen van de dijken volgens de planning uitvoert. Tot en met 2014 gaat het om negen plannen. Wij beoordelen die plannen en kijken daarbij met name naar hoe de LNC-waarden (landschap, natuur en cultuurhistorie) zijn meegenomen en of de beheerders innovatieve en integrale alternatieven in overweging hebben genomen. Verder worden in 2014 de tracé’s van de keringen op Vlieland en Terschelling uitgewerkt. 2. Voor de veiligheid van de primaire waterkeringen stelt het rijk het beleid vast. Wij volgen de ontwikkelingen en brengen de Friese belangen in bij het opstellen van het landelijke beleid. 3. Deltaprogramma: Voor de provincie Fryslân zijn de strategieën en programma’s van belang die uitgewerkt worden voor de zoetwatervoorziening, IJsselmeer, Waddenzee en zandige kust. We participeren actief in deze (deel)programma’s en brengen bij de besluitvorming de Friese belangen in. In 2014 gaan we na wat de Deltabeslissingen betekenen voor ons waterbeleid. 4. Voor de boezemkaden voert Wetterskip Fryslân het Herstelplan Oevers en kaden uit. Voor de integrale aanpak van de kaden is in 2014 € 1,0 beschikbaar. Van de andere regionale keringen handhaaft de beheerder de bestaande toestand. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Primaire waterkeringen Boezemkaden Muskusrattenbestrijding
Aantal uitgevoerde versterkingsplannen Aantal kilometers Aantal vangsten per uur
Beleid
Tijd
Geld
Doelwaarden 2014 9
Realisatie 2014 8
44 0,25
33 0,06
Toelichting Wetterskip Fryslân rondt één dijkversterkingplan in 2015 af (Lemsterhoek). Voor de boezemkaden heeft het waterschap de doelwaarde van 44 km per jaar niet volledig gehaald, omdat de verbetering van een aantal kilometers naar 2015 doorschuift. Het waterschap heeft de doelwaarde voor de muskusrattenbestrijding ruimschoots gehaald; het aantal vangsten per km is opnieuw lager dan de landelijke norm.
93
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
9 9
0 0
0 0
0 0
0 0
55 37 333 444
60 1.000 379 1.438
57 671 375 1.104
3 329 3 335
-329
3 0 3 6
-436
-1.438
-1.104
-335
-329
-6
-329
Beleidsveld 3.2 – Voldoende water Wat wilden we bereiken? Wij streven voor ons grondwater en het oppervlaktewater naar voldoende water. Wij richten ons daarbij op duurzaam peilbeheer. Om de gevolgen van extreme neerslag en droogte te beperken, streven we naar een robuust en veerkrachtig ingericht watersysteem. Duurzaam peilbeheer Met een duurzaam peilbeheer willen wij de verschillende functies en vormen van grondgebruik zo goed mogelijk bedienen met de juiste waterstanden en watervoorziening. Negatieve effecten voor natuurgebieden, gebouwen en landbouw moeten worden voorkomen. We streven naar het herstellen van verdroogde natuurgebieden. Hiermee geven we invulling aan de resultaatverplichting op grond van de Europese Kaderrichtlijn Water. Regionale wateroverlast Om de gevolgen van de klimaatsverandering op te vangen, richten de waterbeheerders met technische en ruimtelijke maatregelen een robuust en veerkrachtig systeem in. Leidend zijn daarbij de provinciale normen voor regionale wateroverlast die bepalen hoe vaak wateroverlast (water op het land of de straat) mag voorkomen. Zoetwatervoorziening Voor een goed waterbeheer is het van belang dat we watertekorten voorkomen en een evenwichtige verdeling van het water uit het IJsselmeer in perioden van droogte kunnen waarborgen. De landbouw krijgt daarbij bijzondere aandacht, net als de gevolgen van verzilting, maaivelddaling door veenoxidatie en aantasting van bebouwing en natuur. Grondwaterbeheer Bij het grondwaterbeheer streven we naar: Duurzaam gebruik van grondwater, zonder onevenredige schade aan andere belangen; Betrouwbare en duurzame drinkwaterwinning;
94
Bijdrage aan de CO2-reductie en een vermindering van het gebruik van fossiele brandstoffen door het stimuleren van bodemenergiesystemen, de zogenaamde Warmte- en Koudeopslagsystemen (WKO-systemen).
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
3.2 Voldoende water
Toelichting Het opstellen van de Watergebiedsplannen door het waterschap en het afronden van de Veenweidevisie kosten meer tijd dan aanvankelijk gepland. Ten aanzien van de trits water “vasthouden, bergen en afvoeren” kan worden geconstateerd dat de doelen voor de realisatie van berging in de Friese Boezem voorspoedig verloopt, maar dat het realiseren van het doel voor berging in de deelwatersystemen (polders) is vertraagd, met name door het achterblijven van de vrijwillige grondverwerving.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Wij bewaken de voortgang van het opstellen van de watergebiedsplannen door het waterschap voor het vastleggen van het gewenste peilbeheer en het realiseren van de normen voor de regionale wateroverlast. 2. Wij ronden de langetermijnvisie voor het veenweidegebied af en komen in 2014 met een voorstel daarover naar de Staten. 3. Wij beoordelen de voortgang in de voorbereiding en het realiseren van maatregelen die nodig zijn om het vasthouden, bergen en afvoeren van water goed te kunnen regelen (= inrichting van het watersysteem door het waterschap). Wij gaan in 2014 samen met Wetterskip Fryslân en Grinslân na hoe het pakket van maatregelen precies samengesteld moet worden, nu gebleken is dat het grote gemaal bij Lauwersoog er in 2015 niet komt. 4. Door rijksbezuinigingen op natuur is duidelijk dat wij de oorspronkelijke doelen van de bestrijding van de verdroging niet hallen. Wij gaan er nu vanuit elk jaar voor 250 ha maatregelen te kunnen nemen. Misschien kunnen wij met slimme combinaties wat meer doen. In 2014 gaan wij bij de opstelling van het ontwerp-Waterhuishouldingsplan de consequenties voor ons beleid verder in beeld brengen. 5. De uitvoering van de Beleidsnotitie en het Stimuleringsprogramma Warmte- en Koudeopslag (WKOsystemen) in Fryslân, waarmee wij in 2012 zijn begonnen, ronden wij begin 2014 af. 6. De verzilting in met name het noordelijk kleigebied blijft aandacht vragen. Na een periode van onderzoek voeren LTO en de waterschappen, met de inzet van een provinciale bijdrage, nu praktijkproeven uit om maatregelen te toetsen op hun bijdrage aan het terugdringen van de verzilting (project ‘Spaarwater’). 7. Bij aanvragen voor vergunningen voor grondwateronttrekkingen voor de drinkwatervoorziening, kijken wij naar het juiste evenwicht tussen vraag en aanbod. Op de Waddeneilanden voeren we met waterbedrijf Vitens en de gemeenten een project uit voor drinkwaterbesparing, als onderdeel van het Friese Bestuursakkoord Waterketen.
95
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1. Het opstellen van de Watergebiedsplannen door Wetterskip Fryslân vraagt meer tijd dan gepland. Van de 20 Watergebiedsplannen (met een oppervlakte van circa 350.000 ha) zijn op dit moment 11 Watergebiedsplannen vastgesteld door het Algemeen Bestuur van Wetterskip Fryslân. Een drietal Watergebiedsplannen doorlopen op dit moment het bestuurlijke traject. Dit betekent dat in de komende jaren nog 6 Watergebiedsplannen (141.000 ha) door het Algemeen Bestuur dienen te worden vastgesteld. Onze betrokkenheid bij het opstellen van de watergebieds-plannen wordt minder. In verband met het schrappen van ons wettelijke goedkeuringsrecht, hoeven de watergebiedsplannen niet meer voor het verkrijgen van instemming bij ons te worden ingediend. 3. Eind 2014 heeft het Algemeen Bestuur van Wetterskip Fryslân het Veiligheidsplan II vastgesteld. Volgens dit plan wil het waterschap in de toekomst meer inzetten op waterberging in de natuurgebieden en “buffering” in de deelwatersystemen (polders). Daarnaast onderzoekt Wetterskip Fryslân welke locatie op de langere termijn geschikt is voor het realiseren van een gemaal om de Friese Boezem te ontlasten. Gekeken wordt naar een drietal locaties: Harlingen, Holwerd of Lauwersoog. Het realiseren van berging in de Friese Boezem verloopt voorspoedig, terwijl de berging in de deelwatersystemen (polders) is vertraagd, met name door het achterblijven van de vrijwillige grondverwerving. 4. In 2014 zijn nauwelijks anti-verdrogingsprojecten uitgevoerd. In het Bûtenfjild (ten noorden van Veenwouden) is het project “Klyndobbe” (50 ha) gerealiseerd. Ook is eind 2014 gestart met het beekherstel- en verdrogingsbestrijdingproject “Poasen” in het dal van het Koningsdiep. Dit project is echter midden 2015 gereed. Verder is een aantal projecten verdrogingsbestrijding in voorbereiding. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Regionaal watersysteem Gewenst peilbeheer Verdroging
Uitvoering van maatregelen in ha’s Ha’s in het traject gewenst peilbeheer Ha’s waarvoor maatregelen worden genomen
Doelwaarden 2014 150 ha
Realisatie 2014 110 ha
48.000 ha
51.000
250 ha
50 ha
Toelichting Met het oog op het bestrijden van de verdroging is in 2014 één project gerealiseerd (50 ha). Wel is een aantal projecten in voorbereiding voor afronding in 2015.
96
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
30 560 590
40 619 659
40 567 607
0 52 52
0 52 52
62 267 569 512 1.411
61 40 629 551 1.281
55 28 576 547 1.205
6 12 53 4 75
6 12 53 4 74
-821
-622
-598
-24
-24
Beleidsveld 3.3 – Schoon water Wat wilden we bereiken? Wij willen een bijdrage leveren aan de verbetering van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater. Daarbij gaat om de verbetering van de chemische en ecologische toestand en de inrichting van de watersystemen. Ook dragen wij er sinds 2009 aan bij dat het aantal mensen dat wereldwijd geen schoon water en sanitaire voorzieningen heeft, in 2015 met de helft is verminderd. Dit is de zogenoemde millenniumdoelstelling 7 van de Verenigde Naties. Verbetering waterkwaliteit Het realiseren van de waterkwaliteitsdoelen (chemie, ecologie en de inrichting) is langetermijnwerk, dat voor een belangrijk deel door de Europese regelgeving gestuurd wordt.. Met het oog op de drinkwatervoorziening streven wij naar extra bescherming van de kwaliteit van het grondwater in grondwaterbeschermingsgebieden. Waterketen Emissies uit de waterketen mogen geen belemmering vormen voor het realiseren van de chemische en ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater. Door goed met elkaar samen te werken, voeren de partijen in de waterketen hun taken zo doelmatig, transparant, duurzaam en innovatief mogelijk uit.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
3.3 Schoon water
97
Zijn de gewenste resultaten behaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Toelichting Het oppervlaktewater van alle aangewezen 24 waterlichamen in Fryslân heeft nog niet de ecologische kwaliteit die Europa voorschrijft (waterplanten en doorzicht). Het bereiken daarvan kan soms lang duren. De effecten van maatregelen worden vaak pas op lange termijn zichtbaar. De uitvoering van de maatregelen voor de Kaderrichtlijn Water in de huidige planperiode (2010-2015) verloopt over het algemeen goed. Voor de periode 2016-2021 is in 2014 een nieuw pakket maatregelen in ontwerp vastgesteld. Met de waterkwaliteit bij de Friese zwemwaterlocaties gaat het goed: 94% is als ‘uitstekend’ en ‘aanvaardbaar’ beoordeeld. Voor de overige locaties worden maatregelen uitgevoerd om de waterkwaliteit te verbeteren. De Friese overheden en hun partners in de waterketen werken in het kader van het Fries Bestuursakkoord samen om de doelmatigheid en duurzaamheid in de waterketen te vergroten, met het doel om in 2020 € 12,1 mln. te besparen. De Visitatiecommissie Waterketen heeft in 2014 de samenwerking in Fryslân positief beoordeeld.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Wij zien erop toe dat de maatregelen in de verschillende waterlichamen en het waterbeheer uitgevoerd worden volgens de afspraken in de Beslisnota 2008 (tot uitvoering van de Europese Kaderrichtlijn Water). Zo beoordelen wij of het tot stand brengen van de waterkwaliteitsdoelen op koers ligt. In 2014 bereiden wij, in overleg met Groningen, Drenthe, Rijkswaterstaat en de waterschappen in Noord-Nederland, de aanpassing voor van de doelen en de maatregelen voor de periode 2016-2021. Die leggen wij in 2014 vast in het ontwerp-Waterhuishoudingsplan. 2. Om duidelijkheid te krijgen over de kwaliteit van het grondwater en de risico’s op verontreiniging van het grondwater, zijn gebiedsdossiers opgesteld voor de grondwaterbeschermingsgebieden. Op basis daarvan stellen wij samen met gemeenten, Vitens en Wetterskip Fryslân programma’s op voor de te nemen maatregelen. 3. Bij de bestaande 48 zwemwaterplaatsen in oppervlaktewater zien wij er op toe dat de aangewezen zwemlocaties aan de gestelde eisen voldoen, waterschappen, gemeenten en andere beheerders de noodzakelijke maatregelen uitvoeren en er goede en actuele informatie over de toestand van het zwemwater beschikbaar is. 4. Wij beoordelen gemeentelijke rioleringsplannen op grond van het Waterhuishouldingsplan. 5. In het Bestuursakkoord Waterketen hebben gemeenten, waterschappen, provincie en Vitens afspraken gemaakt over het uitvoeren van taken en projecten. 6. Door mee te doen aan het project ‘Schoon water voor Mozambique’ dragen wij bij aan millenniumdoelstelling 7 van de Verenigde Naties. Het project is in 2013, zonder extra kosten voor provincie en regionale partners, verlengd tot en met 31 december 2015.
98
Beleid
Tijd
Geld
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Kwaliteit oppervlakte-water Zwemwaterlocaties Waterketen
Aantal vispassages en km natuurvriendelijke oevers Percentage opgestelde zwemwaterprofielen en geplaatste borden
Doelwaarden 2014 10/75 km
Realisatie 2014 37/9 km
100%
100%
5à9
8
Aantal uit te voeren projecten uit het Friese Bestuursakkoord Waterketen
Toelichting In 2014 is 9 km natuurvriendelijke oever gerealiseerd. Momenteel wordt een behoorlijk aantal projecten voorbereid, waardoor er een uitvoeringspiek plaatsvindt in 2015. Meerjarig ligt de realisatie van 459 km tot 2015 op koers. Het realiseren van natuurvriendelijke oevers combineren we zoveel mogelijk met het herstelprogramma Oevers en Kaden (beleidsveld 3.1.). In 2014 zijn bij 7 kunstwerken vispassages gerealiseerd. Daarnaast zijn in 2014 30 gemalen vispasseerbaar gemaakt. De opgave tot 2015 wordt ruimschoots gehaald.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
69 105 175
0 111 111
0 95 95
0 16 16
0 16 16
36 388 105 506 1.035
25 226 111 545 908
17 192 95 541 845
9 34 16 5 63
-8
9 26 16 5 55
-860
-797
-750
-47
-8
-40
-8
Toelichting Tijdelijke budgetten De onderbesteding is ontstaan op het tijdelijk budget van het 3e Waterhuishoudingsplan. Een opdracht voor het opstellen van Uitvoeringsprogramma’s Grondwaterbescherming, waarvan was verwacht dat deze in 2014 tot uitbetaling zou komen, wordt in 2015 afgerond en uitbetaald. Overlopende passiva Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP Fries 398 Bestuursakkoord Waterketen 20102015.
toevoeging 0
99
aanwending 66
Stand per 31-12-2014 332
Toelichting Dit betreft de OP voor de activiteiten die samen met de partners van het Fries Bestuursakkoord Waterketen worden uitgevoerd. Het verschil tussen begroting en rekening is ontstaan doordat de bijdragen van Vitens en Wetterskip Fryslân niet in 2014 maar in 2015 binnenkomen. Voorzieningen Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Grondwaterplan
Stand per 1-1-2014 411
toevoeging 576
aanwending 523
Stand per 31-12-2014
463
Toelichting De balanspost voorzieningen (beleidsveld 3.2.) gaat over de opbrengsten en bestedingen van de Grondwaterheffing. De voorziening is toegenomen omdat de inkomsten hoger zijn dan de uitgaven. Dit komt doordat er in 2014 ruim € 50.000,- minder nodig was dan verwacht voor het beheer van het grondwatermeetnet.
100
1.4 Programma 4 – Milieu Portefeuillehouder: mevrouw S.A.E. Poepjes
Wat wilden we bereiken met dit programma? Het Friese leefmilieu is relatief schoon en de natuurlijke en landschappelijke waarden zijn van internationale betekenis. Niet voor niets werd Fryslân in 2010 uitgeroepen tot mooiste provincie van Nederland. Friezen zijn trots op hun provincie en willen graag de mooiste blijven. Daarom zetten we in op behoud van de kwaliteit van milieu, natuur en landschap. We willen deze kwaliteit ook verder verbeteren en op een verantwoorde manier benutten. Hoe we dat doen staat in het Frysk Miljeuplan 2011-2014. Met het provinciaal milieubeleid willen we maximaal bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van Fryslân. Frysk Miljeuplan 2011-2014 Het Frysk Miljeuplan 2011-2014 bestaat uit drie sporen. Allereerst wil de provincie zorgen dat het milieu aan alle wettelijke normen voldoet. Ten tweede zetten we in op het verantwoord omgaan met de natuurlijke voorraden in de Friese leefomgeving. Ten slotte willen we dat duurzaamheid een belangrijk uitgangspunt wordt in ons handelen. Daarmee zorgen we ervoor dat wat goed is ook goed blijft. Het Frysk Miljeuplan 2011-2014 is concreter uitgewerkt in het Frysk Miljeuprogramma 2011-2014. De jaarlijkse monitor van dit programma laat zien dat de uitvoering goed op gang is gekomen. Er liggen echter kansen voor verbetering, onder meer door het programma beter aan te sluiten op de beleidsvisie Economie. Daartoe leggen we in het najaar van 2013 een bijgesteld Miljeuprogramma 2011-2014 aan Provinciale Staten voor. Deze begroting is nog gebaseerd op het oorspronkelijke programma. Actualisatie en verlenging Frysk Miljeuplan Het Frysk Miljeuplan liep eind december 2014 af. Op 26 maart 2014 hebben Provinciale Staten besloten om het college de variant uit te laten werken waarbij het huidige Frysk Miljeuplan met twee jaar wordt verlengd en het plan op onderdelen wordt gewijzigd. Provinciale Staten hebben daarbij ook aangegeven om in de uitvoering van het milieubeleid meer focus aan te willen brengen en de uitvoeringssporen 2 en 3 samen te voegen. Er is toen ook gekozen om in het samengevoegde spoor de onderstaande vier thema’s nader uit te werken: 1. De Friese Grondstoffenagenda (FGA) 2. Duurzame transportbrandstoffen 3. Fairtrade/Millenniumdoelen 4. Eetbaar Fryslân Voor de duur van het verlengde Frysk Miljeuplan stellen we een nieuw milieuprogramma op.
101
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsvelden
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.1 Basiskwaliteit & bewustwording 4.2 Eco-effectiviteit 4.3 Duurzaam bodembeheer 4.4 Leefomgeving 4.5 Regie & Strategie toezicht en handhaving 4.6 Uitvoering vergunningverlening, toezicht en handhaving
Toelichting 2. Het aantal gemeenten met een gemeentelijke titel Fairtrade neemt langzaam toe. Een aantal gemeenten is bezig deze status te verwerven. Wij zijn ook de fairtrade status aan het voorbereiden en de provincie Fryslân heeft inmiddels al de status van Millenniumprovincie verworven. Het halen van de titel Fairtrade provincie hangt af van beleidskeuzes en inzet van gemeentelijke overheden en draagvlak in de samenleving. 6. De FUMO is per 1 januari 2014 operationeel. De betrokken medewerkers van de provincie zijn per 1 januari 2014 in dienst getreden bij de FUMO. De dienstverleningsovereenkomst tussen de provincie en de FUMO is afgesloten. Er is een uitvoeringsprogramma vastgesteld voor de uitvoering van de provinciale vergunningverleningm, toezicht en handhaving (VTH-taken) taken in eigen beheer en de VTH-taken die zijn opgedragen aan de FUMO. Dit uitvoeringsprogramma is niet in de volle omvang gerealiseerd, in verband met de overgang van de provinciale afdeling OVT naar de FUMO. Er is sprake van een overschrijding van ruim € 600.000,- op de provinciale bijdrage van de FUMO in 2014.
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
4.932 22.458 -17.525
Begroting 2014 na wijziging 455 12.836 -12.381
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 11.057 -10.603 -10.603 18.046 -5.210 -5.729 -10.939 -6.988 -5.393 -5.729 336
Toelichting Voor een toelichting op de financiële afwijkingen verwijzen we naar de financiële toelichtingen bij de beleidsvelden.
102
Beleidsveld 4.1
Basiskwaliteit en bewustwording
Wat wilden we bereiken? Doel van dit beleidsveld is dat de kwaliteit van de leefomgeving op orde blijft. Dit is een doel binnen meerdere beleidsvelden. We zetten daartoe onder meer in op een structurele maatschappelijke bewustwording en gedragsverandering. Om ons doel te bereiken willen we daarnaast blijvend inzicht hebben in de kwaliteit van de Friese leefomgeving.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.1 Basiskwaliteit en bewustwording
Toelichting Voor basiskwaliteit was het doel dat deze op orde blijft (beperken van milieubelasting en terugbrengen milieuknelpunten). Omdat de basiskwaliteit is verbeterd is dit doel gerealiseerd. Ook de bewustwording is, zij het langzaam, toegenomen (de ecologische voetafdruk is afgenomen). Door de periodieke monitoring in het kader van het Friese milieubeleid, bestaat er een blijvend inzicht in de kwaliteit van de Friese leefomgeving.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Spoor 1 1. In 2014 verschijnt de monitoringsrapportage over de uitvoering van het Mijeuprogramma 2013. 2. Eind 2014 vindt een eindmeting met m.b.t. de realisatie van de wettelijke en bestuurlijke doelen van het FMP plaats. 3. We voeren projecten uit (met een accent op jongeren) om de ecologische voetafdruk te verkleinen.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Basiskwaliteit
Monitoring Miljeuprogramma
Gedragsverandering
Doelenmonitor Ecologische voetafdruk van de Friese burger
103
Beleid
Doelwaarden 2014 Rapportage over 2014 Eindmeting 2014 Substantiële inzet en afname voetafdruk t.o.v. 4,19 in 2010
Tijd
Geld
Realisatie 2014 Gerealiseerd gerealiseerd Meting in 2014 uitgevoerd: 4,09
Toelichting We hebben de monitoring van het milieuprogramma (activiteiten) en de doelenmonitor in de eindmeting 2014 geïntegreerd in één rapportage. Deze rapportage versturen we begin 2015 aan Provinciale Staten.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
0
32 45 892 968
214 70 1.462 1.746
207 69 1.082 1.358
7 1 380 388
7 1 380 388
-968
-1.746
-1.358
-388
-388
Toelichting Per saldo is er een onderschrijding van € 388.000,-. Dit resultaat is ontstaan door lagere bedrijfsvoeringskosten. Voor een toelichting verwijzen we naar de paragraaf bedrijfsvoering.
Beleidsveld 4.2 – Eco-effectiviteit Wat wilden we bereiken? Doel van dit beleidsveld is dat duurzaamheid een algemeen geaccepteerd en toegepast uitgangspunt wordt bij het ontwerpen van producten en productieprocessen.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.2 Eco-effectiviteit
Toelichting De ombouw van het afvalstoffenactieplan naar de Friese grondstoffenagenda is een belangrijke stap vooruit op het gebied van eco-effectiviteit. Dit brengt zoveel mogelijk afvalstoffen weer als secundaire grondstof in de keten terug. Inmiddels zijn hiermee goede resultaten geboekt, niet alleen op het gebied van afvalreductie maar ook op het gebied van energiebesparing. De uitvoering van het Plan van Aanpak Fryslân Millennium Provincie 2012 is hangt af van de medewerking van andere partijen. Zie hieronder voor nadere toelichting.
104
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Spoor 2 1. In 2014 ondersteunen we bedrijven en instellingen bij het opzetten en uitvoeren van processen gericht op verantwoord grondstoffengebruik (Friese Grondstoffenagenda). Spoor 3 2. We geven uitvoering aan het ‘Plan van aanpak Fryslân Millennium Provincie 2012’ en streven het behalen van de titel Fairtrade Provincie na. 3. We ondersteunen maatschappelijke initiatieven die leiden tot een duurzame samenleving, onder andere door lerende netwerken van bedrijven/instellingen te faciliteren.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 2. Doel is om in 2015 de titel Fairtrade Provincie te halen. Realisatie hiervan verloopt langzaam en hangt onder andere af van beleidskeuzes en inzet van lokale overheden en draagvlak in de samenleving. We hebben lokale werkgroepen gefaciliteerd en gemeenten gestimuleerd om actief beleid te voeren ten aanzien van Fairtrade. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Stimuleren projecten circulaire economie/ Cradle-to-cradle Gedragsverandering
Aantal gerealiseerde projecten Actieve lerende netwerken Aantal branches dat participeert in lerende netwerken
Doelwaarden 2014 4
Realisatie 2014 4
7 7
>7 >7
Toelichting In het aangepaste Frysk Mijeuprogramma 2011-2014 (Provinciale Staten, oktober 2013) is de koers binnen het uitvoeringsspoor 2 verlegd van afvalreductie naar duurzaam grondstoffenbeheer. Dit krijgt verder invulling in de Friese Grondstoffenagenda. Het stimuleren van cradle-to cradle en biobased economy projecten maakt deel uit van deze agenda.
105
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten
118 118
100 100
111 111
-11 -11
Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
51 675 266 992
51 238 0 290
67 312 0 379
-16 -74 0 -90
39
-16 -34 0 -50
-875
-190
-268
79
39
39
Saldo baten en lasten
-11 -11
39
Beleidsveld 4.3 – Duurzaam bodembeheer Wat wilden we bereiken? De provincie wil dat de Friese bodem op een verantwoorde manier wordt gebruikt. Daarnaast willen we dat de locaties die op de spoedlijst met humane risico’s staan voor 31 december 2015 zijn gesaneerd of beheerst.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.3 Duurzaam bodembeheer
Toelichting De tussentijdse resultaten van de doelrealisatie zijn in de tweede voortgangsrapportage 2014 nader toegelicht. De voortgangsrapportage is in december 2014 ter kennisneming voorgelegd aan Provinciale Staten.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Spoor 1 1. We geven uitvoering aan het plan van aanpak voor de aanpak van spoedlocaties bodemverontreiniging (2012). 2. De provincie bewaakt de kwaliteit van saneringen die in opdracht van derden worden uitgevoerd op basis van het wettelijk kader.
106
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 2. In geval van het toezicht op nazorglocaties is er sprake geweest van een tijdelijk formatieprobleem bij de FUMO.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Beoordelen sanerings- en nazorgplannen
Worden besluiten wel of niet op tijd afgegeven
2012 (eerste kwartaal: 100%)
Toezicht en handhaving
Uitvoeren Handhaving uitvoeringsprogramma 2012-2013 (HUP), onderdeel bodem Plan de Campagne/ projectenplan
HUP 2012-2013
100%
Realisatie 2014 Saneringsplannen: 94%, Nazorgplannen: 50% 60%
18 juli 2012
100%
100%
Aanpak spoedlocaties
Nulmeting
Doelwaarden 2014 100%
Toelichting Voor de uitvoering van de onderwerpen: beoordelen sanerings- en nazorgplannen en toezicht en handhaving is sprake geweest van een tijdelijk formatieprobleem.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Totaal baten
0 5 2.391 2.396
25 0 0 25
0 5.418 5.331 10.750
25 -5.418 -5.331 -10.724
Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
16 1034 2.391 1.836 5.277
53 1.768 0 434 2.255
7 1.764 5.331 431 7.533
46 4 -5.331 4 -5.278
-5.331
46 -5.328 -5.331 4 -10.609
-2.881
-2.230
3.217
-5.447
-5.331
-115
Saldo baten en lasten
25 -5.418 -5.331 -10.724
-5.331
Toelichting Per saldo is een onderschrijding van € 115.000,-. Dit resultaat is ontstaan door lagere lasten op het gebied van bodembeleid en hogere baten door niet geraamde bijdragen van derden aan (water)bodemsaneringsprojecten. Structurele budgetten De onderschrijding ad € 46.000,- op de lasten bij de structurele budgetten wordt veroorzaakt door de lagere lasten voor bodembeleid omdat het accent heeft gelegen op de bodemsanering.
107
Tijdelijke budgetten De hogere baten en lasten bij de tijdelijke budgetten hebben betrekking op het project de Saiter. Provinciale Staten hebben besloten dat de vrijval op de overlopende passiva van het bodemsaneringsprogramma 2005-2009 in 2014 ingezet gaat worden voor het project Saiter in de jaren 2015 en 2016. Bovendien zijn de baten hoger door niet geraamde bijdragen van derden aan (water)bodemsaneringsprojecten ad € 87.000,-. Provinciale Staten hebben besloten dat de vrijval op de OP Bodemsaneringsprogramma in 2014 ingezet gaat worden voor het project Saiter in de jaren 2015 en 2016.
Beleidsveld 4.4 – Leefomgeving
Wat wilden we bereiken? Doel van dit beleidsveld is dat Fryslân een gezonde provincie is en blijft voor mens, plant en dier. Hiervoor is onder meer een structurele maatschappelijke bewustwording en gedragsverandering nodig.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.4 Leefomgeving
Toelichting Om de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren, zijn veel projecten ingezet voor bewustwording en gedragsverandering. Gedragsverandering is een continue proces.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Spoor 1 1. In samenwerking met de Friese Milieu Federatie (FMF) en op basis van het programma Duurzaam Door voeren we projecten uit gericht op de leefomgeving en duurzame samenleving 2. We voeren het Actieplan Geluid 2013-2017 uit. 3. Programmamanagement uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid 2011-2014 Spoor 2 4. Afvalreductie via het spoor van duurzaam grondstoffenbeheer.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Samen met gemeenten burgers en bedrijven inspireren en uitdagen om hoeveelheid huishoudelijk afval in Fryslân met 25% te verminderen. Het betreft een inspanningsverplichting, het percentage is een streefwaarde.
Indicator Aantal provinciale projecten
108
Beleid
Doelwaarden 2014 n.n.b.
Tijd
Geld
Realisatie 2014 4
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
0
362 732 373 1.467
363 1.175 111 1.650
362 758 110 1.230
2 417 1 420
-444
2 -27 1 -25
-1.467
-1.650
-1.230
-420
-444
25
-444
Beleidsveld 4.5 – Regie en strategie toezicht en handhaving Wat wilden we bereiken? Doel is dat Friese bedrijven en burgers voldoen aan alle wettelijke milieunormen. Provincie, gemeenten en Wetterskip Fryslân zien hierop toe en nemen maatregelen bij overtredingen. Ze doen dit in nauwe samenwerking. De bevoegde gezagsorganen voldoen daarbij aan de kwaliteitscriteria die de wet aan deze organisaties stelt.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.5 Regie en strategie toezicht en handhaving
Toelichting Met de Friese partners hebben we verder gewerkt aan het verbeteren van de kwaliteit van toezicht en handhaving. De samenwerking is gecontinueerd. Friese burgers en bedrijven voldoen aan de wettelijke milieunormen. Overtreders kunnen maatregelen tegemoet zien.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Spoor 1 1. In 2014 wordt een verbeterplan opgesteld, om op 1 januari 2015 te voldoen aan de kwaliteitscriteria vergunningverlening, toezicht en handhaving. 2. Jaarlijks stellen we een dienstverleningsovereenkomst Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) op. 3. Samen met onze handhavingspartners stellen we voor het volgend jaar een programma op, waarin de gezamenlijke activiteiten zijn aangegeven
109
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1. Het implementatietraject kwaliteit (en daarmee het opstellen van het verbeterplan) is vertraagd, als gevolg van de uitkomsten van een landelijke discussie over het VTH kader. Het traject wordt mogelijk op een andere wijze vervolgd. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Kwaliteit toezicht en handhaving
Percentage van de Friese handhavingsorganisaties dat voldoet aan de wettelijke kwaliteitscriteria
Doelwaarden 2014 100%
Realisatie 2014 < 100%
Toelichting Via het Interbestuurlijk Toezicht vindt periodiek toetsing plaats naar de kwaliteit van de Friese handhavingsorganisaties. Over het algemeen voldoen zij niet 100%, zodat aanvullende interventies nodig zijn. De gemeenten voldoen (nog) niet op alle punten aan de proceseisen met betrekking tot de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) brede handhaving. Zo hebben bijvoorbeeld een groot aantal gemeenten nog geen risicoanalyse bouw of hebben nog geen meetbare doelstellingen geformuleerd. Dit zijn essentiële onderdelen van het programmatisch handhaven. Consequentie is natuurlijk dat zij hier door de provincie op aangesproken worden en dat het zo nodig kan komen tot een bestuurlijke interventie.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Totaal baten
1.819 23 1.842
27 0 27
24 0 24
3 0 3
3 0 3
Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
2.071 23 273 2.367
2 27 0 885 915
0 34 0 878 912
2 -7 0 7 3
2 -7 0 7 3
-525
-887
-888
0
0
Saldo baten en lasten
Beleidsveld 4.6 – Uitvoering vergunningverlening, toezicht en handhaving Wat wilden we bereiken? Doel is dat Friese bedrijven en burgers voldoen aan alle wettelijke milieunormen. Wij voeren wettelijke taken uit op het gebied van de fysieke leefomgeving. Deze taken bestaan uit het verlenen van vergunningen, ontheffingen en het behandelen van meldingen. Daarnaast houden wij toezicht op de naleving van de voorschriften en algemene regels en gaan wij zo nodig over tot handhaving.
110
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
4.6 Uitvoering vergunningverlening, toezicht en handhaving
Toelichting Op het gebied van toezicht zijn de doelen en gewenste resultaten niet volledig behaald. Op de bijdrage van de provincie aan de FUMO is voor het begrotingsjaar 2014 een tekort ontstaan.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Via een dienstverleningsovereenkomst maken we afspraken met de FUMO over de opgedragen basis- en plustaken 2. Wij stellen een uitvoeringsprogramma op met betrekking tot de vergunningverlening, toezicht en handhaving, waarin aangegeven is hoe de uitvoeringspraktijk op de verschillende (deel)terreinen is gepland 3. Voor de noordelijke samenwerking op het gebied van het Besluit Risico Zware ongevallen (BRZO), wordt in nauw overleg met de betrokken provincies een uitvoeringsplan opgesteld. 4. Indien zich wijzigingen voordoen in wet- en regelgeving, passen we vergunningen waar nodig hierop aan. 5. Ons toezicht is afgestemd op de risico’s die zich bij een bedrijf voordoen en op het naleefgedrag van dit bedrijf. 6. In 2014 gaan wij verder met het optimaliseren van de organisatie tussen de provincie en de FUMO. 7. Er is een meerjaren inspanning nodig om de informatievoorziening voor de landelijke keten te realiseren, zowel tussen Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) als tussen FUMO en de opdrachtgevers.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1. De dienstverleningsovereenkomst met de FUMO is afgesloten, met als onderlegger het uitvoeringsprogramma. In 2015 vindt optimalisatie plaats van de periodieke voortgang en de verantwoording. De provinciale bijdrage aan de FUMO voor het jaar 2014 wordt overschreden met ruim € 600.000,-. In de septembervergadering jl. zijn Provinciale Staten hierover geïnformeerd. Dit gebeurde gelijktijdig met de behandeling van de zienswijze van Provinciale Staten op de concept begroting 2015 van de FUMO. Naast financiën zijn er nog een aantal andere zorgpunten, zoals de afnemende werkvoorraad die van invloed is op het functioneren van de FUMO. 4. De Richtlijn Industriële Emissies (RIE) leidt voor de FUMO tot een intensivering van de uitvoering van het huidige VTH- programma. 6. 2014 was voor de FUMO een ontwikkelingsjaar, waarbij vooral gewerkt is om de zaken aan de voorkant in te regelen en te optimaliseren.
111
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Afgeven vergunningen, ontheffingen, enz. Actualiteit
Juridisch houdbare vergunningen Toezicht en handhaving
Afhandeling klachten
Nulmeting
Tijdigheid
2011: 90-95%
Doelwaarden 2014 90 - 95%
Realisatie 2014 90-95%
Ouderdom vergunning ≤ 5 jaar, tenzij doorgelicht Percentage
2011: 100%
100%
90-95%
Niet uitgevoerd
≥ 95%
95%
Overtredingen worden opgepakt en waar de eerste aanschrijving niet het gewenste effect heeft, wordt handhavend opgetreden Direct optreden bij ernstige risicovolle overtredingen Klachten worden in behandeling genomen en tijdig afgehandeld
Niet uitgevoerd
>90%
> 90%
Niet uitgevoerd
100%
100%
Niet uitgevoerd
>95%
> 95%
Toelichting Actualiteit: realisatie is niet volledig behaald vanwege de invoering van nieuwe wet- en regelgeving.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
577 577
302 302
172 172
130 130
130 130
616 137 10.633 11.386
5.380 309 291 5.980
6.227 318 88 6.633
-847 -9 203 -653
7
-847 -2 203 -646
-10.809
-5.678
-6.461
783
7
776
7
Toelichting Structurele budgetten De lagere baten komende door lagere legesinkomsten. De reden is dat er in zich 2014 geen nieuwe grote bedrijven hebben gevestigd in Fryslân en er zijn minder vergunningen aangevraagd. De hogere lasten hebben betrekking op een hogere provinciale bijdrage aan de FUMO dan als budget in de begroting 2014 is opgenomen (€ 653.000,-) en op hogere kosten van uitvoering van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht).
112
Voor de hogere bijdrage aan de FUMO 2014 is bij de 2 e bestuursrapportage een voorstel ingediend. Via een amendement is besloten de begrotingswijziging niet vast te stellen en een nieuw bedrijfsplan met meerjarenbegroting en een meerjarenbeleidsplan van de FUMO af te wachten om op een later moment de overweging te maken om de middelen alsnog vrij te kunnen geven. Deze stukken zijn nog niet beschikbaar en het budget is derhalve in 2014 met ruim € 600.000,- overschreden. De hogere kosten van de uitvoering van de Wabo (€ 200.000,-) worden veroorzaakt door de overloop naar 2014 van uitvoeringskosten Wabo 2013. Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP WBB 2005-2009 5.389 OP Startsubs 76 bestuurlijke strafbeschikking milieu
toevoeging 0 75
aanwending 5.389 0
Stand per 31-12-2014 0 151
Toelichting OP WBB 2005-2009
Het Rijk heeft in 2014 de eindafrekening van de doeluitkering bodemsanering Wet bodembescherming (Wbb) 2005-2009 goedgekeurd. Dat betekent dat de resterende middelen die in de Overlopende Passiva post opgenomen waren vrijvallen in 2014. Conform het besluit van Provinciale Staten hierover zetten we deze middelen in voor het project De Saiter. Startsubsidie bestuurlijke strafbeschikking milieu We hebben in 2014 geen prioriteit gegeven aan de uitvoering van deze taak vanwege de inrichting van de FUMO en de overdracht van onze uitvoeringstaken naar de FUMO.
113
114
1.5
Programma 5 – Landelijk gebied
Portefeuillehouders: de heer J.G. Kramer en mevrouw S.A.E. Poepjes (voor de Mijnbouwwet)
Wat wilden we bereiken met dit programma? Ons doel is een landelijk gebied in Fryslân met hoogwaardige ecologische en ruimtelijke kwaliteit (planet) en een renderende landbouw en plattelandseconomie (profit). Mensen voelen zich goed (leefbaarheid) in onze provincie en hebben oog voor de waarde van ecologie en ruimtelijke kwaliteit (people). Onze inzet gaat over: de aankoop en inrichting van natuur: 5.1; de zorg voor het landschap: 5.2; de structuurverbetering voor de landbouw: 5.3; een sociaaleconomisch sterke landbouw; de leefbaarheid op het platteland: 5.4 De provincies hebben de kerntaak om invulling en uitvoering te geven aan het natuurbeleid, in het bijzonder aan de herijkte Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Het kabinet Rutte II heeft een plus gezet op de eerder afgesproken herijkte EHS en stelt daarvoor extra middelen beschikbaar. In 2014 zijn in een Hoofdlijnennotitie Natuur (NatuurPact) (met extra afspraken tussen provincies en rijk) door het rijk de nieuwe ambities uitgewerkt, in nauwe samenspraak met het Interprovinciaal Overleg.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsvelden
5.1 5.2 5.3 5.4
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Natuurbeleid Landschapsbeleid Landbouwbeleid Integrale plattelandsbeleid
Toelichting Als uitvloeisel van de decentralisatie natuur en aanvullend op de nota Natuer en lanlik gebiet (PS 2012) hebben Provinciale Staten in 2014 het volgende nieuwe natuurbeleid vastgesteld: De Ecologische Hoofdstructuur (EHS), als onderdeel van de verordening Romte Fryslân 2014. De Nota Weidevogels, met een herzien beleid voor weidevogels, uitgaande van weidevogelkansgebieden. De Nota Gans in balans, waarin is verwoord met welke maatregelen de provincie tot een reductie komt van de schade door ganzenvraat. De Nationale Parken Schiermonnikoog en Alde Feanen zijn gekomen met ontwikkelplannen, die nu in uitvoering zijn.
115
De afronding van de Natura 2000 beheerplannen is ook in 2014 vertraagd door de ontwikkeling van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). Na de inwerkingtreding van de PAS in 2015 ronden we de Natura 2000 beheerplannen af. In de uitvoering van de Natuurbeschermingswet hebben we te maken met een groei van vergunningaanvragen, vooral vanuit de agrarische sector. De behandeling van deze aanvragen loopt vertraging op door de grote toename van bezwaren tegen de verstrekte vergunningen. Voor de uitvoering van de nota Natuer en Lanlik Gebiet en de diverse daarop gebaseerde afzonderlijke beleidsnota’s hebben we het programma ‘Lanlik Gebiet 2014-2020’ vastgesteld. Gebiedsgericht werken maakt hier onderdeel vanuit. In 2014 hebben we hard gewerkt aan de totstandkoming van het Natuurbeheerplan 2016. In januari 2015 wordt het ontwerp natuurbeheerplan 2016 vastgesteld en terinzage gelegd. In dit Natuurbeheerplan 2016 wordt het agrarische Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) vanaf 2016 anders georganiseerd zodat een grotere bijdrage geleverd wordt aan het behoud van natuur- en landschapswaarden inclusief een vermindering van de uitvoeringskosten. Binnen het integraal plattelandsbeleid richten we ons in de eerste plaats op het behoud en versterken van de leefbaarheid en de sociale samenhang op het Friese platteland.. We zijn daarbij nauw betrokken en waar mogelijk benutten we de kansen die zich voordoen.
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
1.365 61.360 -59.995
Begroting 2014 na wijziging 2.340 107.615 -105.275
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 5.659 -3.320 -3.320 72.763 34.852 -37.391 -2.538 -67.103 -38.172 -37.391 -781
Toelichting Voor een toelichting op de financiële afwijkingen verwijzen we naar de financiële toelichting bij de beleidsvelden.
Beleidsveld 5.1 – Natuurbeleid Wat wilden we bereiken? Ons centrale doel is het herstel van de biodiversiteit en het koppelen van kansen voor natuur en economie. Wij werken daarbij mee aan de Europese verplichtingen van het rijk. Daarnaast willen we een breed draagvlak creëren voor het behoud en ontwikkelen van de natuurkwaliteiten, zodanig dat ze ten goede komen aan en ten dienste staan van de mensen in Fryslân. De betrokkenheid van mensen en organisaties bij natuur, landschap en cultuurhistorie wordt zo versterkt. Natura 2000 en EHS De afronding van de beheerplannen Natura 2000 hangt voor de stikstofgevoelige gebieden af van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). In het voorjaar 2014 treedt de PAS in werking.
116
Alle Natura 2000-beheerplannen worden in 2014 vastgesteld. Daarbij willen wij komen tot maatschappelijk gedragen beheerplannen. De uitvoering van 15 van de 20 Friese beheerplannen valt onder verantwoordelijkheid van de provincie. De overige 5 door het ministerie van EZ, I&M en de provincies Drenthe en Groningen. Voor de uitvoering willen wij contracten afsluiten met de terreinbeherende organisaties en Wetterskip Fryslân. Verder richten we ons op het afmaken en afronden van een aantal robuuste natuurgebieden.. Natuurbeheer Wij streven naar een kwalitatief goed en effectief natuurbeheer met lagere beheerkosten en meer veerkracht voor de natuur. Bij het nieuwe Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) is voor alle natuurgebieden aangegeven wat de natuurdoelen zijn. In het landelijke Meerjarenprogramma Ontsnippering aangegeven welke barrières in wegen weggenomen moeten worden. Nationale Parken Wij zetten de ondersteuning van twee van de Friese Nationale Parken (Schiermonnikoog en de Alde Feanen) voort. Ook streven we naar een verbinding tussen de Rottige Meenthe en Nationaal Park Weerribben-Wieden. Natuur buiten de EHS: weidevogels Ons doel is het aantal broedparen van de weidevogels te vergroten, met minimaal 10.000 broedparen van de grutto in 2020 (de grutto is gidssoort voor weidevogels). Wij zetten in op weidevogellandschappen van minimaal 250 ha, met een totaal van 40.000 ha. De aanpak voor weidevogels is uitgewerkt in de nieuwe nota, die begin 2014 aan PS is voorgelegd. De compensatieplicht bij ruimtelijke ingrepen in weidevogelgebieden wordt voortgezet. De uitwerking hiervan wordt opgenomen in de Verordening Romte. Natuur buiten de EHS: ganzen Wij voeren de op 24 april 2013 vastgestelde notitie Gans in balans uit. In deze notitie is het landelijke ganzenakkoord verder uitgewerkt Wij betalen mee aan de maatregelen om de standganzen te reduceren. Naast het ganzenbeleid is de provincie ook verantwoordelijk voor het schadevergoedingsbudget. Groene wetten De provincie adviseert over en het verleent vergunningen en ontheffingen in het kader van de Natuurbeschermingswet (Nb-wet), de Flora- en faunawet (Ffw) en de Boswet. Met de Wadloopverordening zorgen wij dat er goed opgeleide gidsen ingezet worden om verantwoord wadlopen mogelijk te maken. Ecologie en economie Voor heel Fryslân streven we naar een goede afstemming van ecologie en economie. Zo wordt bij het Friese Merenproject de zogenaamde Eco2-benadering (ecologie en economie gaan hand in hand) ingezet. Vooral bij ruimtelijke ontwikkelingen, peilbesluiten en het zoeken naar gas en zout wordt vroegtijdig ecologisch geadviseerd. Als flora en fauna worden geschaad door ruimtelijk-economische ontwikkeling wordt door het ministerie van EZ de Ffw-ontheffingverlening ingezet.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
5.1
Ligt de doelrealisatie op schema?
Natuurbeleid
117
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Toelichting De Nationale Parken Schiermonnikoog en Alde Feanen zijn gekomen met ontwikkelplannen. Nu werken we aan de uitvoering van die plannen. De EHS is in 2014 vastgesteld. Met de vaststelling van de verordening Romte is ook de werkkaart EHS meegenomen. In 2014 is de Nota Weidevogels door Provinciale Staten behandeld en vastgesteld. In september 2014 hebben Provinciale Staten de Fryske Guozzenoanpak vastgesteld. Hierin staan de maatregelen waardoor de provincie tot een reductie komt van de schade door ganzenvraat. De afronding van de Natura 2000 beheerplannen is ook in 2014 vertraagd door de ontwikkeling van de Programmatische Aanpak Stikstof. Eind 2014 is de PAS echter zover afgerond dat deze begin 2015 ter inzage gelegd wordt. Na de inwerkingtreding van de PAS in 2015 ronden we de Natura 2000 beheerplannen af. In de uitvoering van de Natuurbeschermingswet hebben we te maken met een groei van vergunningaanvragen, vooral vanuit de agrarische sector. De behandleing van deze aanvragen loopt vertraging op door de grote toename van bezwaren tegen de vertrekte vergunningen.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleid Natuur 1. Er wordt gewerkt aan een nieuw natuurbeleid. Daar worden de herijking en de bezuinigingen op de uitvoering van de het natuurbeleid, inclusief de wijziging van het weidevogelbeleid, in meegenomen. 2. De ecologische advisering op het gebied van natuurontwikkeling, ruimtelijke ontwikkeling, integrale gebiedsontwikkeling en infrastructurele projecten zal worden voortgezet. Natura2000-beheerplannen/Nationale parken 3. De Natura2000-beheerplannen voor de zes gebieden waar de provincie Fryslân de initiatienemer is, worden in 2014 afgesloten en vastgesteld. 4. De beheerplannen voor de tien Natura2000-gebieden, waar het ministerie van EZ op dit moment de initiatiefnemer is bij het opstellen hiervan, zal de provincie, met andere partijen, in 2014 vaststellen en mee instemmen. 5. Vergunningverlening in verband met de negen Friese Natura2000-gebieden met een stikstofprobleem zal begin 2014 door de provincie onder de Programmatische Aannpak Stikstof uitgevoerd worden Dat geldt ook voor de Drents-Friese gebieden Fochteloërveen en het Drents-Friese Wold. 6. De uitvoering dan alle 15 Friese Natura-2000 gebieden zal in 2014 beginnen. Maatregeleen die in de drie grote wateren (IJsselmeer, Noordzeekustzône en Waddenzee) genomen worden, worden door RWS uitgevoerd. De uitvoering van de beheerplannen die over de provinciegrens heen gaan, zoals het Drents-Friese Wold, het Fochteloërveen en het Lauwersmeer zijn de verantwoordelijkheid van Drenthe, resp. Groningen. Groene wetten 7. Vergunningen, ontheffingen en de adviezen voor de Nb-wet, de FFW, de Boswet worden binnen de wettelijke termijnen, zonder vormfouten en met een doelgroep die goed genoeg geïnformeerd is, behandeld. Door goed vooroverleg over initiatieven wordt het goede initiatief op de goede plaats genomen en wordt kwaliteit
118
Beleid
Tijd
Geld
Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleid Tijd toegevoegd. 8. In 2010 zijn alle ontheffingen in het kader van de FFW weer voor 5 jaar toegekend. Yn 2014 worden de juridische procedures afgehandeld. In 2014 woorden daarnaast alleen speciale ontheffingen toegekend. 9. Er wordt medewerking verleend aan het tot stand brengen van de PAS. Deze zal in 2014 ingaan. 10. In 2014 worden de meeste beheerplannen Natura2000 vastgesteld. Dat zal invloed hebben op de omvang van de vergunningverlenin. Zeker is dat dit in eerste instantie leiden zal tot een uitschieter in de vergunningaanvragen van bedrijven en andere activiteiten. 11. Op grond van de evaluatie (2010) wordt er geen energie meer Geen acties gestoken in de JKK-verordening. 12. Voor het Wadlopen zal een nieuwe verordening opgesteld worden aan uw Staten worden voorgelegd. 13. De uitvoering van de Mijnbouwwet wordt voortgezet door het ministerie van EL&I van adviezen te voorzien. Wij zullen meewerken aan formaliseren van de zoutwinniing onder de Waddenzee. 14. Aan het tot stand komen van een nieuwe Natuurwet ( het samenvoegen van de Nb-wet, de FFW en de Boswet) en de decentralisatie van taken, onder andere het Faunafonds, wordt meegewerkt. (Budget)subsidie-instellingen Natuur en Landschapsbeleid 15. Er komen passende afsprakenvoor de uitvoering fan natuur- en landschapsbeleid met de budgetsubsidieinstellingen: It Fryske Gea, IVN, LBF, net als BoerenNatuur, BFVW, SANL en NFW. 16. In dat kader voeren IFG, LBF en IVN onder andere de volgende taken uit: het beheer van natuurgebieden, de informatievoorziening, voorlichting en educatie en het uitvoeren van projecten en/of het begeleiden van anderen bij het voorbereiden van landschapsprojecten. 17. Voor BoerenNatuur en de BFFW gaat het om activiteiten op het gebied van weidevogelbeleid en agrarisch natuurbeheer en bij SANL en NFW om het agrarisch natuur- en landschapsbeheer. 18. Er komt een plan om de schade door grazen van ganzen te beperken. .
Geld
Toelichting 3, 4: De vaststelling van de Natura 2000 beheerplannen is in 2014 niet gelukt. De vertraging komt doordat de landelijke oplossing van een aantal vraagpunten bij bij de ontwikkeling van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). Het gaat dan om duidelijkheid over de economische ontwikkelingsruimte voor de landbouw en de juridisch sluitende onderbouwing van een aantal aspecten van de PAS. Afronding van de beheerplannen Natura 2000 is afhankelijk van de vaststelling van de PAS. Op 19 december hebben Rijk en provincies besloten dat de PAS op 10 januari ter inzage gaat. Vaststelling van en instemming met de PAS wordt verwacht voor de zomer 2015. Het is ons niet gelukt om de terinzagelegging van de beheerplannen Natura 2000 gelijk met de PAS te laten verlopen. Dit omdat de werkzaamheden te geconcentreerd dienden te worden ingezet op de PAS. 5:Omdat de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) nog niet in werking is, vindt vergunningverlening nog niet plaats onder de PAS. In mei heeft een wijziging van de beoordeling van vergunningaanvragen plaatsgevonden. Vanwege uitspraken van de Raad van State en ontvangen bezwaren tegen verleende vergunningen hanteren we sindsdien de beleidslijn dat er in het geheel geen toename van de stikstofdepositie mag worden veroorzaakt.
119
6: In het Uitvoeringprogramma ‘Natuer en Lanlik gebiet’ houden we rekening met de uitvoering van de Natura 2000 beheerplannen. De uitvoering start nadat de beheerplannen definitief zijn vastgesteld. 7: In 2014 hebben we 282 vergunningaanvragen (259 van veehouderijen) op grond van de Natuurbeschermingswet ontvangen en behandeld, tegen 161 in 2013. . We hebben Daarnaast staat de vergunningverlening sinds april onder druk door de sterke toename van het aantal bezwaarschriften. Op 84 van de verleende vergunningen is bezwaar ingebracht. 10: We verwachten een toename van vergunningaanvragen op grond van de Natuurbeschermingswet vanwege de inwerkingtreding van de Pas en de Beheerplannen Natura 2000 grotendeels begin 2015. Voor nu constateren we een toename van het aantal aanvragen, dat ingediend worden tegen vergunningen aan agrarische bedrijven. 12: Door prioriteiten van andere dossiers (o.a. IJsselmeer visserij, ganzen) hebben we dit onderdeel pas eind 2014 opgepakt. We verwachten dat we in 2015 een nieuwe wadloopverordening kunnen maken en in werking laten treden. Tot dan geldt de lopende wadloopverordening.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
96 217 0 0 91 404
96 0 0 92 102 291
71 19 218 92 88 488
25 -19 -218 0 14 -198
25 -19 -218 0 14 -198
1.490 786 0 23 91 3.853 6.243
9.110 7.248 34.216 0 102 5.243 55.920
9.039 6.673 21.934 0 88 5.199 42.934
70 575 12.282 0 14 44 12.986
-12.563
70 512 -218 0 14 44 423
-5.838
-55.629
-42.445
-13.184
-12.563
-621
-63 -12.500
Toelichting Structurele budgetten De onderschrijding op de structurele budgetten (lasten) wordt voornamelijk veroorzaakt door aangegane verplichtingen (weidevogels). De verantwoording van deze verplichtingen loopt via programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Tijdelijke budgetten De onderbesteding op de tijdelijke budgetten is veroorzaakt door 2 posten: 1. Weidevogellandschappen (€ 0,2 mln)
120
De onderbesteding is veroorzaakt doordat een deel van de middelen wel is verplicht en de activiteiten (deels) ook in 2014 zijn afgerond, maar vaststelling en uitbetaling gebeurt in en ten laste van het budget 2015. Hiernaast zijn de middelen die bedoeld waren voor het weidevogelcompensatiefonds niet in het weidevogelcompensatiefonds gestort. Dit had bij de Berap moeten worden aangegeven, maar is abusievelijk niet gebeurd. 2. Procesmiddelen programma ‘Lanlik Gebiet 2014-2020’ (€ 0,3 mln) Deze onderbesteding is veroorzaakt doordat de middelen die ingezet zouden worden voor de transitie DLG, grotendeels pas in en ten laste van het budget 2015 tot uitbetaling zullen komen. Ook is een aantal projecten niet doorgegaan. Deze pakken we op een andere manier op. Reserves programma ‘Lanlik Gebiet 2014-2020’
Voor de besteding van deze middelen zijn wij afhankelijk van Europese en landelijke richtlijnen. Vertraging in besluitvorming op deze niveau’s heeft dan ook directe gevolgen voor onze provincial programmering.
We hebben een bedrag ontvangen van € 218.000,-. Dit gaat om een verrekening van pachtopbrengsten, beheerskosten en dergelijke van gronden die in het kader van het programma ‘Lanlik Gebiet 2014-2020’ in bezit zijn van de provincie. We hebben uitgegeven op het programma ‘Lanlik Gebiet 2014-2020’dan eerder was ingeschat. Dit heeft de volgende oorzaken: 1. De planning van verwerving en inrichting van de natuur (Ontwikkelopgave) is niet gehaald. Provinciale Staten hebben op 22 januari 2014 ingestemd met de ondertekening van het Natuurpact. Pas op dat moment konden we starten met de uitvoering worden. Dit heeft als eerste gezorgd voor een vertraging van de uitvoering. Daarnaast is van grote invloed geweest de transitie van de Dienst Landelijk Gebied (DLG) naar de provincies. Gedurende het hele jaar heeft dit een groot beslag op de medewerkers van DLG gelegd waardoor zij minder tijd konden besteden aan de realisatie van de opgaven. Ook is van invloed geweest dat verschillende projecten opnieuw moesten starten omdat deze na de ‘brief van Staatssecretaris Bleker’ in een stand-still situatie zijn gekomen. Doordat pas begin dit jaar hierover meer duidelijkheid is ontstaan, konden we dit oppakken. Hierdoor hebben we de prognose van aankoop/verkoop van grond en de inrichting van gebieden niet gehaald. De resterende middelen ( € 8,2 mln) worden later in het programma volgens programmering ingezet. 2.
We hebben de vaststelling van een groot deel van de beheerplannen Natura 2000 in 2014 niet gehaald. Dit zal nu in 2015 plaats vinden. De vertraging komt door de besluitvorming binnen het landelijke traject van de ontwikkeling van de PAS. Hierdoor konden we de plannen ook nog niet in uitvoering nemen. Het bijbehorende budget zullen we in in latere jaren alsnog inzetten. (€ 3 mln; relatie met punten 3, 4 en 6 zoals aangegeven bij gewenste resultaten).
3.
We hebben het budget voor de Natuurwet ( € 0,5 mln) niet uitgegeven, omdat landelijk vertraging is opgetreden bij de invoering van deze nieuwe wet. Inwerkingtreding voorzien we nu per 1 januari 2016.
4.
Een aantal declaraties van IPO (o.a. Faunafonds) hebben we nog niet ontvangen. (€ 2,3 mln).
5.
Er is een overschrijding op de beheermiddelen, omdat we nog niet alle Europese middelen (POP2) voor het agrarisch natuurbeheer hebben ontvangen. Deze zullen we in 2015 of 2016 alsnog verrekenen (- € 1,5 mln).
121
Beleidsveld 5.2 – Landschapsbeleid Wat wilden we bereiken? Wij willen bereiken dat de diversiteit van Friese landschapstypen en hun ontwikkelingsgeschiedenis herkenbaar blijven en de ruimtelijke kwaliteit en het identiteitsgevoel versterkt worden. Wij zien daarin voor de provincie een rol omdat het gemeentelijke grensene overstijgt. Wij doen dat middels onze vissie Grúts .Daarnaast willen we dat landschap een inspiratiebron is voor nieuwe ontwikkelingen en een kernkwaliteit is voor nieuwe sociaaleconomische impulsen. We willen ons als provincie selectief inzetten voor het Friese landschap. Daarom hebben we in onze visie ‘Grutsk op ’e Romte’ de landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten in samenhang geanalyseerd en gewaardeerd. Op basis hiervan zijn structuren van provinciaal belang aangewezen. ‘Grutsk’ zal begin 2014 als thematische structuurvisie ter vaststelling aan Provinciale Staten worden aangeboden.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
5.2
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Landschapsbeleid
Toelichting Proviciale Staten hebben de de thematische structuurvisie Grutsk op `e Romte’ vastgesteld. Grutsk werkt door in de eigen provinciale en gemeentelijke plannen en projecten en is als procesvereiste opgenomen in de Verordening Ruimte. Het versterken van landschappelijke en cultuurhistorische structuren en elementen en het versterken van het draagvlak en de organsiatiegraad van de Nationale Landschappen is opgenomen in het uitvoeringsprogramma natuer en lanlik gebiet 2014-2020, het bijbehorende jaarprogramma 2014 en de bijbehorende subsidieverordening. We hebben 8 projecten ondersteund, mede in samenwerking met de streekhuizen. Het beheer van landschapselementen is opgenomen in het Natuurbeheerplan en wordt deels ook uitgevoerd via het Lanskipsfûns Oranjewâld-Ketlik. Met Landschapsbeheer Friesland hebben we afspraken gemaakt over hun taken en de transformatie voor de nieuwe situatie waarin de rijkssubsidie is vervallen. Voor deze transformatie krijgen zij in 2014 en 2015 een tijdelijke subsidie. De monitoring van de kwaliteit van het landschap is uitgevoerd voor de Noardlike Fryske Wâlden en Zuidoost Fryslân. Hieruit blijkt dat als er werkelijk inzet is gepleegd aan herstel en landschapsbeheer gedaan, de gemiddelde kwaliteit van de elementen hoger is. We constateren in deze gebieden, ondanks die inspanningen, wel een verlies aan landschapselementen van een kleine 1% per jaar.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Het in stand houden van landschappelijke kernkwaliteiten en draagvlak landschap. 2. Het ondersteunen van draagvlak en het bevorderen van kernkwaliteiten in nationale landschappen.
122
Beleid
Tijd
Geld
Gewenste resultaten uit begroting 2014 3. Ruimtelijke omgeving, mogelijk met behoud en versterken van landschappelijke kernkwaliteiten. 4. In beeld krijgen wat de kwaliteit van landschapelementen is.
Beleid
Tijd
Geld
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
37 37
0 0
0 0
0 0
0 0
243 37 273 553
520 550 295 1.365
481 520 293 1.293
39 30 2 72
-30
39 0 2 42
-516
-1.365
-1.293
-72
-30
-42
-30
Toelichting Structurele budgetten De onderschrijding van € 39.000,- op de structurele budgetten is veroorzaakt doordat er iets minder subsidie-aanvragen zijn binnengekomen op het onderdeel Nationale Landschappen dan eerder was ingeschat.
Beleidsveld 5.3 – Landbouwbeleid Wat wilden we bereiken? Wij streven naar het behoud en de verdere ontwikkeling van een landbouw die duurzaam rendeert en duurzaam produceert. Tegelijkertijd willen we een landbouw die zich niet alleen ontwikkelt in schaalvergroting, maar ook meer bijdraagt aan een duurzame samenleving. Wij willen de kansen benutten voor blauw-groene diensten, zorg en recreatie. Ook duurzame kwaliteitsproducten, zoals biologische landbouw en streekproducten willen wij verder ontwikkelen. Daarnaast streven wij naar versterking van duurzaamheid binnen de landbouw door ondersteuning van de productie van duurzame energie en bijdragen aan een ‘biobased economy’. De komende jaren willen wij onze doelen realiseren door in het omgevingsbeleid de landbouw de ruimte te bieden. Daarbij dragen wij als gebiedsregisseur bij aan de randvoorwaarden waarbinnen de landbouw zich kan ontwikkelen, bijvoorbeeld met subsidie op kavelruil. Begin 2014 hebben Provinciale Staten de nieuwe landbouwagende behandeld.
123
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
5.3
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Landbouwbeleid
Toelichting Voor de meeste onderdelen van het provinciale landbouwbeleid hebben we de beoogde resultaten gerealiseerd. De basis hiervoor was de Landbouwagenda voor 2011-2013. Deze liep door tot dat Provinciale Staten in september 2014 de nieuwe Landbouwagenda voor 2014-2020 vaststelden. Punten waarvoor de resulaten achter bleven op de ambities, zijn landbouw/energie en Waddenglas. In augustus 2014 hebben we de Evaluatie Landbouwagenda 2011-2014 ter informatie aan Provinciale Staten toegestuurd.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1.1 Het beleid van de zeer grootschalige melkveehouderij en de intensieve veehouderij te heroverwegen. 1.2 De provincie heeft beleid voor het terugbrengen van lichtvervuiling van ligboxstallen en kassen geformuleerd. 1.3 De provincie heeft standpunt ingenomen over de teelt van genetisch gemodificeerde gewassen in Fryslân. 1.4 De provincie heeft standpunt ingenomen over klimaatbestendige landbouw en het tegengaan of omgaan met het verzouten van de landbouw. 2.1 De voorbereidingen die nodig zijn om in 2014 een begin te kunnen maken met een groter en breder pakket van maatschappelijke diensten, zijn klaar. 2.2 Alle Friese gemeenten passen de werkwijze van de Nije Pleats toe. Alle grote bouwplannen in de agrarische sector lopen volgens deze werkwijze. Er zijn met steun van de provincie minstens vijf projecten uitgevoerd die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling en toepassing van kennis en innovatie op het gebied van landbouw en ruimtelijke kwaliteit. 2.3 Tweederde van de verplichtingen die in het bestuursakkoord ILG voor structuurversterking van de landbouwvastgelegd zijn, is uitgevoerd. Op grond van het nieuwe landbouwstructuuronderzoek is onze strategie voor structuurversterking van de landbouw up to date. 2.4 Voor glasbouwontwikkelingsgebied Waadglês zijn alle voorbereidingen getroffen voor het vestigen van bedrijven. 3.1 Door de hele provincie heen zijn lokale en regionale energieketens opgezet en projecten uitgevoerd die gericht zijn op de productie van duurzame energie door de landbouw. 3.2 Met ingang van 2013 is de Dairy Campus operationeel. 3.3 Met financiële steun van de provincie zijn minstens tien projecten uitgevoerd die gericht zijn op het duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen. 3.4 Minsten één keer per jaar wordt er campagne gevoerd om burgers, overheden en bedrijven in Fryslân bewust te maken van het belang van duurzame landbouw en zij daar zelf een bijdrage aan kunnen leveren..
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting Voor Waddenglas werd in 2014 wederom geen grond verkocht. In december 2014 stelde de Stuurgroep Waddenglas een grondexploitatie voor 2015 vast met een negatieve verwachte eindwaarde. De vooruitzichten voor de glastuinbouw in Nederland/Fryslân blijven somber. De Stuurgroep Waddenglas ziet zich daarom genoodzaakt een voorstel voor te bereiden voor afronding van het project na fase 1. Fasen 2 en 3 worden losgelaten. Provinciale Staten zijn hierover in januari 2015 geinformeerd.
124
De realisatie van lokale en regionale duurzame energienetwerken bleef achter op de ambities. Belangrijkste reden hiervoor: het rendement van de grote mestcovergistingsinstallaties staat onder druk. Inmiddels komt wel de energieopwekking uit zonnepanelen op daken van stallen en schuren op gang en worden er stappen gezet voor opwekking van energie mie met kleinere monovergisters. Die dragen zowel bij aan een duurzame energievoorziening als aan het sluiten van mineralenkringlopen. Hierbij wordt samengewerkt met LTO Noord Fryslân en de Dairy Campus. Deze lijnen zetten we de komende jaren voort.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
586 586
0 0
0 0
0 0
0 0
1.334 1.510 2.844
470 635 1.104
242 629 871
228 5 233
-138
89 5 95
-2.258
-1.104
-871
-233
-138
-95
-138
Toelichting Tijdelijke budgetten Er zijn minder uitgaven gedaan op het onderdeel Kavelruil dan van eerder was ingeschat. Dit komt omdat de Subsidieregeling later is opengesteld, waardoor ook de projecten die daaronder uitgevoerd worden pas later tot uitgaven leiden. De niet bestede middelen worden toegevoegd aan het rekeningresultaat. De vertraging heeft te maken met het later beschikbaar komen van de Europese middelen (POP3), dit vindt pas in 2015 plaats. Doordat de provinciale middelen als cofinanciering dienden, is gewacht met de openstelling totdat duidelijk werd dat POP middelen pas in 2015 beschikbaar kwamen. Doordat er veel signalen van de Mienskip waren voor een openstelling is besloten een openstelling zonder POP middelen te doen.
Beleidsveld 5.4 – Integrale plattelandsontwikkeling Wat wilden we bereiken? Plattelandsbeleid Ons belangrijkste doel is het Friese platteland leefbaar en vitaal te houden. Doel is ook om het platteland en het bijbehorende beleid een goede plek te geven in alle provinciale beleidsvelden. De leefbaarheid en sociaal-economische ontwikkeling van het platteland worden zo veel mogelijk bevorderd. Wij hebben daarbij te maken met trends als afnemende bevolkingsgroei, vergrijzing, individualisering, diversificatie, klimaatveranderingen, duurzaamheid en energie. De provincie streeft naar een blijvend en goed toekomstperspectief voor bewoners van het platteland. Het gaat dan om bereikbaar werk (werken), bereikbare voorzieningen
125
(leven) en een bloeiend gemeenschapsleven in goede ruimtelijke omstandigheden (beleven en wonen). De rol van de provincie is die van kennismakelaar en facilitator. Bij de ruimtelijke opgaven in de gebiedsontwikkeling, neemt de provincie leefbaarheid en welzijn steeds mee als invalshoek. Doarpswurk werkt als provinciale stichting mee aan dit uitgangspunt. Streekagenda De provincie Fryslân wil in de plattelandsregio’s samen met gemeenten, Wetterskip en maatschappelijke organisaties beleid bundelen en gezamenlijk uitvoeren. Dit gebeurt in een gezamenlijke streekagenda waarin in een vierjarig uitvoeringsprogramma de afspraken over gezamenlijke doelen en middelen worden vastgelegd. Tegelijk wordt de bestuurlijke en ambtelijke drukte in die gebieden teruggedrongen. In de aanpak van de streekagenda komt ook de huidige bottom-up werkwijze terug (Plattelânsprojekten), met een grote inbreng van bewoners en maatschappelijke organisaties. De start van de streekagenda’s is op 1 januari 2014. In de vijf gebieden worden streekhuizen opgericht, waar gezamenlijk aan projecten en gebiedsprocessen kan worden gewerkt. Meerjarenprogramma Natuur en landelijk gebied Het provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk gebied (pMJP) is een integraal programma voor plattelandsontwikkeling voor de periode 2007-2013. Het pMJP bestaat uit 33 doelen en onderwerpen. Deze vloeien voort uit alle beleidsvelden die in dit begrotingsprogramma zijn opgenomen. De prestaties zoals vastgelegd in het pMJP zijn in gang gezet, voor zover ze niet zijn vervallen als gevolg van het Onderhandelingsakkoord. In de jaren 2014 en 2015 worden de onderwerpen afgerond die vanuit het pMJP nog in uitvoering zijn.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
5.4
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Integrale plattelandsontwikkeling
Toelichting De drie deelbudgetten: leefbaarheid bottom-up dat via de streekwurk-gebieden loopt, projecten op provinciale schaal en dorpshuizen kunnen nog steeds op warme belangstelling reken. We hebben in 2014 vooral veel middelen beschikbaar gesteld aan projecten op provinciale schaal en dorpshuizen. Bij de begroting 2015 hebben Provinciale Staten besloten om een Iepen Mienskipsfuns op te richten. Dit fonds is een uitvoeringsinstrument voor het plattelandsbeleid. De plattelandsmiddelen voor bottom-up projecten maken intussen deel uit van dit fonds. Voor de uitvoering van de streekagenda’s werken we aan gebiedsbudgetten. Bij het vaststellen van de Streekagenda’s is samen met gemeente bekeken of projecten die voor hen prioriteit hebben vlot los konden worden getrokken. Die projecten zijn als Quickwins gehonoreerd. Voor een verdere uitleg wordt verwezen naar de paragraaf samenwerkingsverbanden.
126
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsnota Platteland (BNP) 1. In 2014 gaan wij verder met de uitvoering van de Beleidsagenda Platteland (BNP). Het geld daarvoor zit in 2013 nog in het pMJP. Met ingang van 2014 is het geld niet meer opgenomen in hett pMJP, maar is een nieuw budge van € 3 mln. Per jaar. 2. Er worden in 2014 projecten ontwikkeld die leiden tot een verfijning van de plattelandsomgeving. Speerpunten zijn het omgaan met krimp, duurzaamheid, kleine werkgelegenheid, streekproducten. 3. In 2014 wordt ook in het kader van de integrale Beleidsagenda Bevolkingsontwikkeling Fryslân extra ingezet op leefbaarheid van de dorpen. 4. In 2014 werkeb wij het Waarglês, de monitor leefbaar platteland, verder uit. Wij zoek nog naar indicatoren voor het meten van sociale samenhang. Bugetsubsidie-instelling 5. Wij zorgen voor adekwate afspraken over de steun aan dorpsbelangen en andere groepen op het Friese platteland bij het bevorderen van leefbaarheid. 6. Doarpswurk wordt gesubsidiëerd voor het geven dit soort ondersteuning. Een van de provinciale speerpunten waar Doarpswurk aan werkt is duurzaamheid en dorpen. Streekagenda’s 7. De streekagenda’s zijn in 4 gebieden vastgesteld: Het Wad, Noordwest, Zuidoost, Zuidwest.In het gebied Noordoost is de Agenda Netwerk Noordoost voortgezet en ondertussen geëvalueerd. Daarna zal in de stuurgroep besloten worden of ANNO tot Streekagenda Noordoost verbreed zal worden. De jaarplannen 2014 van alle 5 gebieden zijn ondertussen door belanghebbende partijen vastgesteld. Doel voor 2014 is de uitvoering van die jaarplannen.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Plattelandsbeleid
Streekagenda Afronding pMJP Grote projecten, waaronder Gebiedsontwikkelin gen FranekerHarlingen en Centrale As
Dorpshuizen die ook duurzaamheid meenemen in ver- of nieuwbouw Dorpsvisies die ook demografische ontwikkelingen meenemen Er wordt een provinciebreed programma opgezet voor de ontwikkeling van streekproducten Blijvende inzet op bottom-up-projecten Uitvoering lopende projecten Zie paragraaf Grote projecten
Beleid
Doelwaarden 2014 6
Tijd
Geld
Realisatie 2014 7
6
8
1
1
20
52
PM
170
Toelichting Het blijkt dat er veel belangstelling is voor dit budget. Hoewel de uitvoering pas in mei is gestart (toen is de verordening vastgesteld), was het geen probleem om de middelen weg te zetten. Er werden ook veel kleinere bottom-up projecten ingediend tijdens de twee uitgeschreven tenders. Het aantal van 52 overtreft ver de verwachtingen. Het budget voorziet duidelijk in een behoefte.
127
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
76 0 262 338
1.072 0 977 2.049
3.092 1.760 320 5.171
-2.020 -1.760 657 -3.122
-2.020 -1.760 657 -3.122
603 46.969 0 262 3.886 51.720
602 44.886 0 977 2.761 49.225
601 22.247 1.760 320 2.738 27.665
1 22.639 -1.760 657 23 21.561
-24.659
1 -2.020 -1.760 657 23 -3.098
-51.382
-47.176
-22.494
-24.683
-24.659
-24
-24.659
Toelichting Tijdelijke budgetten Het resultaat op baten en lasten valt nagenoeg tegen elkaar weg. Wel is er een fors saldo ontstaan op de lasten bij “saldo begroting en rekening” van de tijdelijke budgetten. Dit wordt veroorzaakt door de uitvoering van het pMJP 2007-2013 (ILG en FYLG) en komt doordat: Er minder is uitgegeven op de aangegane verplichtingen (bijvoorbeeld subsidiebeschikkingen) dan van te voren was gepland. Deze komen alsnog in 2015 tot uitbetaling. Voor een belangrijk deel is dit veroorzaakt door de transitie van DLG naar de provincie waardoor in 2014 de DLG medewerkers minder tijd dan gedacht aan de subsidieafhandelingen konden besteden. De middelen voor de weidevogelcompensatie, die nog niet in beheercontracten zijn vastgelegd, nog zijn opgenomen in het FYLG. Het betreft hier echter middelen van derden die nodig zijn om nog af te sluiten contracten te kunnen financieren. Hiervoor zal in 2015 een oplossing gezocht worden Het rentepercentage op het IKG naar beneden is bijgesteld, waardoor minder rentelasten betaald hoefden te worden. Investeringen Bedragen €1.000,-
Onderhanden werken Opgeleverde werken Afgerekende werken Totaal
Stand per 1-1-2014 8.390
uitgaven 11.114
bijdragen derden 1.422
31.895
-1.968
835
29.092
0
0
0
0
40.286
9.145
2.258
128
balans verkorting
Stand per 31-12-2014 18.082
0
47.174
Toelichting Het betreft hier de stand van het InvesteringsKrediet Grond. Zie ook de tabel in de paragraaf 6 Grondbeleid. In 2015 zal er een voorstel tot herziening van het IKG aan PS worden voorgelegd. Balanspost reserves Bedragen € 1.000,R. Natuurpact 2014 R. Aankoop natuurterreinen (fase 1)
Stand per 1-1-2014 9.748 0
toevoeging 5.410 874
aanwending 0 0
Stand per 31-12-2014 15.158 874
Toelichting Wij ontvangen via het provinciefonds een decentralisatie uitkering van het Rijk. Jaarlijks worden de hiervan niet bestede middelen vanuit de exploitatie toegevoegd aan de Reserve Natuurpact 2014. Op de onderbesteding in 2014 is een toelichting gegegeven bij beleidsveld 5.1. Voor de aankoop van natuurterreinen in het kader van de provinciale opgave is in 2014 een reserve gevormd. Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Boot It Fryske Gea (IFG) V. Risicovoorziening grondaankopen V. Natuurpact gronden V. Weidevogelcompensatie
Stand per 1-1-2014
toevoeging
Stand per 31-12-2014
92
0
aanwending 92
4.319
0
1.312
3.007
1.411
333 143
8
333 1.546
0
Toelichting Jaarlijks wordt een derde deel van de gronden die opgenomen zijn in het IKG getaxeerd. Hieruit is gebleken dat de risicovoorziening te hoog was. Daarom is deze voorziening naar beneden toe bijgesteld. Daar staat tegenover dat er voor de gronden die in het kader van het Natuurpact van het Rijk zijn overgenomen, een beperkte risicovoorziening getroffen moet worden. Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP Wadlopen 68 OP Leader Technische 8 Hulp Plattelansprojecten OP Life Alde Feanen 1.280 N2000 voorbereiding
45 0
0 8
Stand per 31-12-2014 112 0
677
0
1.956
toevoeging
129
aanwending
130
1.6 Programma 6 – Economie, toerisme en recreatie Portefeuillehouders: de heer J.H.J. Konst, mevrouw J.A. de Vries, mevrouw S.A.E. Poepjes, mevrouw C. Schokker-Strampel, de heer J.G. Kramer en de heer J.A. Jorritsma
Wat wilden we bereiken met dit programma? Met ons economisch beleid willen wij welzijn en welvaart bevorderen voor de hele Friese samenleving. We leveren een bijdrage aan het versterken van de economische structuur en streven daarbij naar het vergroten van duurzame werkgelegenheid. Hierbij zetten we nadrukkelijk in op een transitie naar een economie die gebaseerd is op kennis en innovatie. Dit is uitgewerkt in de economische beleidsvisie 2012 ‘Groen, Slim en Grensverleggend’. Middelen en instrumenten In de bijlage van de economische beleidsvisie hebben wij de middelen op een rijtje gezet. Voor de nieuwe Europese programmaperiode 2014-2020 is € 122 mln. aan OP-EFRO middelen beschikbaar voor Noord-Nederland, ruim 50% lager dan de vorige programmaperiode. Daarentegen zijn de Europese middelen voor Interreg IVa programma met 60% fors toegenomen (€ 215 mln.) voor versterking van de NederlandsDuitse economische betrekkingen. Voor wat betreft REP-middelen resteert er nog € 17,2 mln.. Verder zijn in 2014 het Doefonds en het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) operationeel geworden. Op noordelijk niveau lobbyen wij intensief om andere Europese middelen naar ons toe te halen, zoals Horizon 2020 en de Juncker gelden. De inzet van Nuon-middelen wordt betrokken bij de investeringsagenda Wurkje foar Fryslân. Beleidsvelden Beleidsveld 6.1 Bedrijvigheid gaat over onze algemene inzet voor de Friese economie. Ook lichten we hier drie van de vijf beleidsprioriteiten in de economische beleidsvisie toe: watertechnologie, agrofood en zorgeconomie. In beleidsveld 6.2 Toerisme en recreatie gaan we in op de vierde beleidsprioriteit recreatie & toerisme. Beleidsveld 6.3 Duurzame energie, de vijfde beleidsprioriteit, behandelt de initiatieven om het gebruik van duurzame energie te stimuleren. De uitvoeringsprogramma’s van de vijf beleidsprioriteiten zijn inmiddels door uw Staten vastgesteld.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsvelden
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
6.1 Bedrijvigheid 6.2 Toerisme en recreatie 6.3 Duurzame energie
Toelichting 1. Wij hebben in 2014 veel aandacht geschonken aan de versterking van de economische samenwerking en structuur, enerzijds door de noordelijke samenwerking en uitvoeringsstructuur te versterken en anderzijds door de Friese economische structuur duurzaam te ontwikkelen met het investeringsprogramma Wurkje foar Fryslân.
131
In september 2014 hebben wij ons verenigd in de Noordelijke Innovatie Agenda (NIA) die gebaseerd is op de Research and Innovation Strategy for smart specialisation (RIS). In het Europa van 2020 wil Noord-Nederland zich ontwikkelen tot, en profileren als, een veerkrachtige regio die bekend staat om de vernieuwende manier waarop we maatschappelijk en economisch voordeel behalen uit innovatie. De ambities en koersbepaling van de NIA is in onderstaand schema weergegeven:
De onderstaande vier huidige maatschappelijke uitdagingen zijn het vertrekpunt voor het werken aan innovatieve oplossingen die bijdragen aan economische groei, werkgelegenheid en welbevinden in Noord-Nederland: (1) gezondheid, demografie en welzijn, (2) voedselzekerheid, duurzame landbouw en bio-economie, (3) zekere, schone en efficiënte energie en (4) schone, veilige watervoorziening. Vanuit Wurkje foar Fryslân werken wij vanaf begin 2014 binnen het Innovatiepact Fryslân (IPF) nauw samen met het hoger onderwijs, het beroepsonderwijs, het regionale bedrijfsleven en de gemeente Leeuwarden aan een gezamenlijke agenda voor de versterking van de Friese economie en innovatie. Het orgaan zorgt voor samenhang tussen huidige en toekomstige initiatieven en geeft de concurrentiekracht van bedrijven en maatschappelijke instellingen in Fryslân een impuls. Het IPF heeft vooral aandacht voor Friese organisaties, maar legt ook de verbinding met Europese, noordelijke (o.a. RIS) en nationale agenda’s. Begin 2015 wil de provincie, samen met de partners binnen het IPF, de aansluiting van het IPF op het provinciaal beleid uitwerken en formaliseren. Het IPF is als het ware de Friese invulling voor de NIA en de RIS. Wij zetten fors in op recreatie en toerisme door middel van het programma Gastvrij Fryslân 2014-2017, het Friese Merenproject en het Toeristisch Programma Friese Wadden (TPFW). In 2014 is een duurzame structuur opgezet voor de brede regiomarketing, hebben wij goede afspraken gemaakt met partners om de routenetwerken door te ontwikkelen, met name op het terrein van wandelen, en is er al meer dan € 3 mln. geïnvesteerd in kwaliteitsverbetering in de toeristische verblijfsrecreatie uit de stimuleringsregeling natuurlijk toeristisch Fryslân (Stinaf II). Wij liggen voor op schema voor wat betreft de productie van duurzame energie, maar nog niet op het terrein van energiebesparing en toename werkgelegenheid. Wij verwachten dat wij met het FSFE (Fûns Skjinne Fryske Enerzjy), dat vanaf september is gestart, kunnen zorgen voor een snellere groei als het gaat om energiebesparing en werkgelegenheid. Het grootste succes is dat we het doel van 50MW zonPV al hebben gehaald. We liggen hier dus een jaar voor.
132
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
6.307 97.763 -91.455
Begroting 2014 na wijziging 11.274 149.286 -138.012
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 10.418 856 856 106.641 42.646 -28.709 13.936 -96.223 -41.789 -28.709 -13.080
Toelichting Voor een toelichting op de financiële afwijkingen wordt verwezen naar de financiële toelichting bij de beleidsvelden.
Beleidsveld 6.1 – Bedrijvigheid Wat wilden we bereiken? Onder dit beleidsveld vallen de beleidsprioriteiten watertechnologie, agrofood en zorgeconomie. Daarnaast is er generiek stimuleringsbeleid. Hieronder vallen de activiteiten die niet direct binnen een beleidsprioriteit vallen, zoals het verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Watertechnologie Doel is de huidige basis uit te bouwen tot een Europese Watertechnologiehub, met Leeuwarden als fysieke kern. We willen de Watercampus realiseren met Fryslân als proeftuin voor innovatieve watertechnologie. We willen valorisatie (van kennis naar kassa) van de excellente kennispositie watertechnologie naar meer bedrijvigheid en werkgelegenheid. Tot slot streven we naar een hoogwaardige watertechnologiesector met 2.000 kenniswerkers in 2020 en een forse toename van werkgelegenheid bij de toeleverende maakindustrie en dienstverlening. Agrofood Hoofddoel is de kracht en het innovatieve vermogen van de Friese agrofoodsector verder uit te bouwen voor behoud en groei van de werkgelegenheid. Agrofood omvat alles rond voedsel, zowel de primaire productie als het bewerken, verwerken, vermarkten en de distributie ervan. Daarnaast willen we de beschikbaarheid bevorderen van goed gekwalificeerd personeel en een goede, flexibele, ook internationaal aansprekende, kennisinfrastructuur. Zorgeconomie Het belang van de zorgeconomie voor de sociaal-economische ontwikkeling van Fryslân neemt naar verwachting de komende jaren alleen maar toe. De provincie ziet volop kansen voor initiatieven en concepten die leiden tot meer bedrijvigheid en werkgelegenheid.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
6.1. Bedrijvigheid
133
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Toelichting Het onderdeel bedrijvigheid bestaat uit drie economische speerpunten en generiek beleid. Watertechnologie: Ondanks de crisis is deze sector gegroeid. De clustering bevindt zich in de ontwikkelfase en is de meest volwassen sector in de innovatieketen ten aanzien van de overige Friese economische beleidsprioriteiten. Het nieuwe toonaangevende gebouw Watercampus is in 2014 opgeleverd. Op de Watercampus zijn ruim twintig bedrijven en instellingen gevestigd. De rollen van de provincie zijn divers van aard variërend van faciliterend, aanjagend, financierend, netwerkend en toezichthoudend. Agrofood: In Heerenveen hebben zich grote internationale spelers gevestigd op het terrein van zuivel. Wij hebben geïnvesteerd in de dairy chain om ervoor te zorgen dat onze provincie goed gekwalificeerd personeel levert. Verder hebben wij samen met de gemeenten Heerenveen en Leeuwarden hard gewerkt aan het realiseren van een aanvalsplan vestigingsklimaat. Op basis van de evaluatie hebben wij met Groningen en Drenthe besloten de opdracht gegeven aan Greenlincs, de clusterorganisatie voor biobased economy/agrofood, meer te specificeren op business development. Zorgeconomie: Het aanjagen van innovatie bij het MKB in samenwerking met de zorgsector staat centraal. De uitdagingen in het veranderende zorglandschap bieden kansen voor nieuwe economische impulsen in Fryslân. Onze rol is met name faciliterend. Wij hebben een bijdrage verstrekt aan Healthy Ageing Network Noord-Nederland (HANNN), de noordelijke clusterorganisatie. Generiek beleid: Op het terrein van onderwijs en arbeidsmarkt hebben wij bijgedragen aan sterkere samenwerkingsverbanden. Onze rol is met name meedenkend en faciliterend. Dankzij onze bijdragen is per 1 januari 2015 een Centrum Duurzaam opgericht en is de instroom in het techniekonderwijs toegenomen. Gedurende 2014 is het projectbureau A7Westergo geïntegreerd binnen de provinciale organisatie. De samenwerking met de F4 gemeenten is geïntensiveerd. Per 1 oktober is Stichting Merk Fryslân van start gegaan. Deze organisatie is verantwoordelijk voor de marketing van Friesland op alle domeinen, de productontwikkeling en gastheerschap. Binnen deze stichting is het takenpakket van voorheen Beleef Friesland, Tourist Info Fryslân en Fan Fryslân geïntegreerd. Verder is de vereffening van Fryslân Marketing in zijn totaliteit afgehecht. Wij hebben de openstaande vorderingen van de Waddenpartijen t.a.v. Fryslân Marketing kwijtgescholden.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Speerpunt Watertechnologie 1.1. Wij zetten ons in voor een langjarige financiering van Wetsusonderzoek tot 2020 uit REP, rijksmiddelen en Europese middelen. 1.2. Wij faciliteren de valorisatie van de excellente kennispositie naar meer bedrijvigheid en werkgelegenheid. 1.3. Door actieve projectverwerving en adviezen zorgen wij dat de aanwezige Europese, nationale en regionale budgetten goed worden benut. 1.4. Wij stimuleren en faciliteren de samenwerking in het watertechnologiecluster. 1.5. Wij spelen een actieve rol in de internationale profilering en branding van de Europese watertechnologiehub. 2. Speerpunt Agrofood 2.1. Wij stimuleren projecten die bijdragen aan een duurzame, innovatieve voedselketen.
134
Beleid
Tijd
Geld
Gewenste resultaten uit begroting 2014 2.2. Wij zetten in op de verdere ontwikkeling van de Dairy Campus, waarbij de hele agro-foodketen in beeld is. 2.3. Wij ondersteunen het onderwijsveld, kennisinstellingen en bedrijfsleven om een stevige, flexibele kennisinfrastructuur voor de agrofood op te zetten. (Dairy Chain Friesland) 3. Speerpunt Zorgeconomie 3.1. Wij willen voor het speerpunt zorgeconomie eerst het complete speelveld in kaart brengen inclusief de rol die wij kunnen spelen 3.2. We werken aan een vervolg op het netwerk Healthy Ageing Network North Netherlands (HANNN). 4. Onderwijs en Arbeidsmarkt 4.1. We geven mede gestalte aan de ontwikkeling van het Centrum Duurzaam waarbij we aansluiten op het project E-college dat gericht is op het duurzaam invoeren van nieuwe technieken in het mbo. 4.2. We vertalen de ambities zoals geformuleerd in de Techniekagenda Noord Nederland. (inspelen op de toekomstige tekorten in de technieksectoren) 4.3. We participeren in de stuurgroep van het project Technisch Beroepsonderwijs in Fryslân, om enerzijds de techniekroutes in het vmbo aantrekkelijker te maken en anderzijds om de instroom in techniekopleidingen te verhogen. 4.4. In samenwerking met UWV, gemeenten, onderwijsveld en bedrijfsleven spelen we in op de jeugdwerkloosheid. 5. Generiek 5.1. In 2014 start het nieuwe EFRO programma 5.2. Duidelijkheid over provinciale rol in het Ondernemersplein Fan Fryslân 5.3. Per 1 januari 2014 staat er een robuuste regiomarketingstructuur voor geheel Fryslân. Hierin zijn de activiteiten van Beleef Friesland, Tourist Info Fryslân en Fan Fryslân geïntegreerd. 6. Grote projecten > zie paragraaf grote projecten 7.Investeringsagenda Wurkje foar Fryslân Nieuw Thialf 6.1 Bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Heerenveen 6.1 Breedband start-up projecten 6.1 Stagnerende projecten Recreatie & Toerisme 6.1 Subsidie regeling Toerisme Natuurlijk Fryslân (Stinaf II) 6.2 Versnelde verbetering energieprestaties woningvoorraad 6.3 Traineeships (Talint foar Fryslân) 6.1 MKB kredietfaciliteit (Kredietbank Nederland) 6.1
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 5.1 De Europese Commissie heeft op 4 december 2014 officieel goedkeuring verleend aan het Europees subsidieprogramma OP-EFRO 2014-2020. Vanaf 12 januari 2015 is het OP-EFRO Noord-Nederland 2014-2020 als eerste in Nederland van alle landsdelen van start gegaan. De kleine vertraging is veroorzaakt doordat de inhoudelijke reactie van de Europese Commissie op het concept verwerkt moest worden. Voor de periode 2014-2020 hebben de Europese Unie en het Rijk respectievelijk € 103,5 mln. en € 18 mln. cofinanciering beschikbaar gesteld voor OP-EFRO. De bijdragen zijn fors gedaald vergeleken met OP-EFRO 2007-2013, waaraan de Europese Unie en het Rijk respectievelijk € 169,4 mln. en € 80 mln. als cofinanciering bijdroegen. 5.3. De verschuiving in de datum voor de totstandkoming van de nieuwe regiomarketingstructuur (Stichting Merk Fryslân) is veroorzaakt door de vertraging in de aanstelling van de nieuwe directeur.
135
Wurkje foar Fryslân: Wij hebben vanuit dit programma een bijdrage/lening verstrekt aan: de eerste fase van het project Dairy Chain om een kwaliteitsimpuls te geven aan de kennisinfrastructuur; Dairy trainingscenter voor praktijkleerfaciliteiten op de Dairy Campus Complex (€ 300.000,-); het project ‘Pastiel Werkt’ dat naar verwachting leidt tot 32 verkorte opleidingstrajecten om uitkeringsgerechtigden zo snel mogelijk aan het werk te krijgen. De gemeenten Heerenveen en Leeuwarden zijn samen met de provincie Fryslân een traject rondom Dairy in Fryslân gestart dat moet leiden tot het Aanvalsplan Vestigingsklimaat Dairy in Fryslân. Dit aanvalsplan is erop gericht om een propositie en een nationale en internationale ontwikkel- en acquisitiestrategie te ontwikkelen voor de Dairy sector, op basis van de sterke en onderscheidende vestigingsfactoren in Fryslân. Hiervoor worden alle reeds bestaande vestigingsfactoren in beeld gebracht en is het van belang om afstemming en samenhang in deze activiteiten te krijgen. Dit aanvalsplan loopt vooruit op het Aanvalsplan Vestigingsklimaat voor het MKB in de brede zin. Op 27 november 2014 hebben we samen met de Kamer van Koophandel het symposium ‘Internationaal in 1 dag’ georganiseerd. Hiermee hebben we veel input opgehaald van de ca. 300 aanwezige Friese ondernemers, ambtenaren en medewerkers van kennisinstellingen voor het Aanvalsplan Internationaal Ondernemen dat op 20 mei door Provinciale Staten wordt behandeld. Met het aanvalsplan willen we Friese ondernemers faciliteren en stimuleren om (meer) internationaal te gaan ondernemen. Samenwerkingsverband Dairy Chain diende in het kader van Wurkje foar Fryslân een plan in voor nieuwe opleidingen, een nieuwe lector en een nieuw voedingsapplicatiecentrum. Wij honoreerden in 2013 de eerste fase van het plan in het subdoel Versterken Menselijk Kapitaal. Het subsidieverzoek voor de realisatie van het voedingsapplicatiecentrum moet nog worden aangevuld met een haalbaarheidsonderzoek. In december 2014 hebben wij € 905.000,- beschikbaar gesteld voor ‘Praktijkroutes’. Een initiatief van het Friesland College in samenwerking met diverse bedrijven, waarbij MBOstudenten onderwijs en praktijk volgen in de bedrijven. Ook de leraar geeft onderwijs op locatie. Met deze leermethode hebben de studenten na het afstuderen meer ervaring en praktijkkennis en kunnen ze naar verwachting sneller een baan vinden. Er is een regeling in de maak die zich richt op het vervullen van niet-vervulbare vacatures door gerichte her- of bijscholing en begeleiding. Een specifieke doelgroep is de categorie werkloze werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. In 2014 hebben we vooruitlopend op deze regeling subsidie verstrekt voor het project ‘Pastiel Werkt’. Het doel van dit project is om uitkeringsgerechtigden zo snel en duurzaam mogelijk aan het werk te helpen. De essentie is dat werkgevers mogelijkheden hebben om werkloze werkzoekenden, waaronder mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in hun bedrijf in te zetten, maar dat daar in de meeste gevallen nog een opleidingsvraag aan vast zit. Pastiel brengt vraag en aanbod bij elkaar en regelt in overleg met de werkgevers het ‘snelkookpantraject’ om vakvaardigheden te ontwikkelen.
136
Wurkje foar Fryslân Investeringsagenda Wurkje Foar Fryslân > grote projecten: Voor Nieuw Thialf is € 30 mln. gereserveerd uit Wurkje foar Fryslân. Zie ook paragraaf 9, grote projecten. Voor bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Heerenveen verwijzen wij naar paragraaf 9, grote projecten. Vanuit Wurkje foar Fryslân is voor deze investeringsagenda’s in totaal € 25,7 mln. beschikbaar gesteld. De regeling voor breedband startup projecten is in werking. Hiervoor zijn al enkele aanvragen ingediend. Een derde van de aanvragen loopt een kleine vertraging op en zal niet voor de geplande datum van 1 juni 2015 gerealiseerd zijn. De resultaten van Stinaf II staan beschreven in programma 6.2. (6.2.4.2). De oogst van de versnelde verbetering van de energievoorraad is beschreven in het programma ‘grote projecten. Er zijn in 2014 bijna 4.000 aanvragen gedaan bij de Friese Energiepremieregeling. In ‘Talint foar Fryslân 1’ zijn 175 pas-afgestudeerden geholpen aan een functie in Fryslân. Er zijn meer volledige aanvragen binnengekomen dan dat er subsidie aanwezig was. In november 2014 is € 1,5 mln. beschikbaar gesteld voor ‘Talint foar Fryslân II’. De subsidieregeling maakt het aantrekkelijk voor Friese werkgevers om voor één jaar een talent in dienst te nemen. Het mes snijdt daarmee aan twee kanten: de werkgever ontvangt een subsidie en het talent kan aan de slag. De belangstelling voor de regeling was wederom enorm. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Watertechnologie
Agrofood Zorgeconomie Onderwijs en arbeidsmarkt
Indicator Langjarige financiering Wetsus geregeld Aantal projecten Meer bedrijvigheid en werkgelegenheid Aantal projecten (ketenprojecten en crosssectorale projecten) Afbakening van onze rol op het gebied van de zorgeconomie. Projecten op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt
137
Doelwaarde 2014 geregeld
Realisatie 2014 Geregeld
5 stijging
7 Ruim 20
5
10
Keuzes gemaakt 7
7
Wat
heeft het gekost?
Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
275 3.773 0 -437 3.611
0 7.659 0 108 7.767
182 6.829 136 -66 7.081
-182 831 -136 174 687
-182 831 -136 174 687
1.046 57.803 88 -437 3.539 62.038
1.015 81.460 26.243 108 5.624 113.450
515 58.195 15.604 -66 4.261 78.509
500 23.265 10.639 174 364 34.942
-22.303
500 938 10.662 174 364 12.638
-58.427
-105.683
-71.428
-34.255
-22.303
-11.952
-22.237 24
Toelichting Structurele budgetten Per saldo is er sprake van een onderschrijding van € 682.000,-. De onderschrijding is met name ontstaan doordat de afrekening van ca. 40 projecten lager is vastgesteld dan de verleende beschikkingen. Daartegenover staan hogere lasten bij het budget Agenda Economie doordat er vaak een beroep wordt gedaan op dit budget vanwege de brede inzetbaarheid. Tijdelijke budgetten Per saldo is er sprake van een onderschrijding van € 143.000,- op de tijdelijke budgetten. Dit betreft hoofdzakelijk de vrijval op het stimuleringsprogramma Wifi. Er zijn minder subsidieaanvragen ingediend voor het stimuleringsprogramma Wifi dan verwacht. Voornaamste reden hiervoor was dat de regeling heeft opengestaan tijdens het toeristenseizoen, waarin potentiele aanvragers prioriteit hebben gegeven aan hun toeristische bedrijfsactiviteiten en het genereren van omzet. Inmiddels is de aanvraagperiode verlengd tot 1 juni 2015. Indien deze vrijval leidt tot het niet kunnen honoreren van mogelijke aanvragen in 2015 binnen het vastgestelde subsidieplafond zal bij de bestuursrapportages een voorstel worden gedaan.
Beleidsveld 6.2 – Toerisme en recreatie Wat wilden we bereiken? Wij willen dat de sector recreatie en toerisme een proactieve en volwaardige sector wordt. Daarnaast wil de provincie de werkgelegenheid in deze sector laten groeien. Toerisme en recreatie zijn van groot belang voor de werkgelegenheid in Fryslân. Van de beroepsbevolking in Fryslân werkt ongeveer 7% direct in de toeristische sector. De totale bestedingen in deze sector bedragen in Fryslân jaarlijks € 1 miljard.
138
Programma Gastvrij Fryslân 2014-2017 Er zijn vier kernthema’s geformuleerd in dit uitvoeringsprogramma, namelijk de (1) recreatieve basisinfrastructuur, (2) internationalisering, (3) duurzaamheid en kwaliteitsverbetering en (4) innovatie. Voor de toeristische regiomarketing verwijzen wij naar beleidsveld 6.1. In
dit programma hebben wij de volgende concrete doelstellingen geformuleerd: van 9,5 mln. naar 10,5 mln. toeristische overnachtingen in 2015; van 60 mln. naar 70 mln. bezoeken in 2017; van 19.000 naar 20.000 directe toeristische banen in 2017; groei van de toeristische bestedingen met 5% vanaf 2015.
Wij zien voor ons zelf vooral een rol weggelegd als systeemverbeteraar, regisseur en coördinator, ondersteuner en aanjager. Toeristisch programma Friese Wadden De omzet en werkgelegenheid in de toeristische sector wordt aangeduid als Bruto Toeristisch Product (BTP). Het streven is om dit BTP in 2020 op de Waddeneilanden minimaal op hetzelfde niveau te houden als in het topjaar 2010. Voor de kustgemeenten streven we een groei na van 20% ten opzichte van 2010. Het Friese Merenproject Dit project wordt behandeld in paragraaf 9 ‘Grote projecten’.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
6.2. Toerisme en recreatie
Toelichting Wij zetten fors in op recreatie en toerisme door middel van het programma Gastvrij Fryslân 2014-2017, het Friese Merenproject en het Toeristisch Programma Friese Wadden (TPFW). In 2014 is een duurzame structuur opgezet voor de brede regiomarketing, hebben wij goede afspraken gemaakt met partners om de routenetwerken door te ontwikkelen, met name op het terrein van wandelen, en is er al meer dan € 3 mln. geïnvesteerd in kwaliteitsverbetering in de toeristische verblijfsrecreatie vanuit Stinaf II. Voor het Friese Merenproject verwijzen wij graag naar het hoofdstuk ‘grote projecten’.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 6.2.1. Uitvoeringsprogramma Gastvrij Fryslân 1. De programmalijn Friese Wouden ontwikkelen wij verder in nauwe samenwerking met de Zuidoost-gemeenten en de stakeholders. 2. De programmalijn Elfsteden gaan wij verder vormgeven op projectniveau en binnen de nieuwe regiomarketingstructuur. 3. Wij gaan samen met de Friese gemeenten en het Friese toeristische bedrijfsleven de huidige routenetwerken wandelen, fietsen en varen robuuster maken. Wij gaan een programma opzetten om de ‘witte plekken’ binnen de huidige routenetwerken te verwijderen.
139
Beleid
Tijd
Geld
4. Wij zorgen voor een toeristische koepeldatabase. Wij brengen in 2014 een toerismeatlas uit en gaan zorgen voor een monitoringsysteem. 5. Wij organiseren verschillende expertsessies om de sector recreatie en toerisme te helpen nieuwe en slimme verdienmodellen te ontwikkelen waar de gebruikers actief aan bijdragen. 6.2.2. Uitvoering Toeristisch Programma Wadden 1. Provincie en gemeenten gaan samen met andere stakeholders aan de slag met projecten uit het Toeristische Programma Friese Wadden. 2. We werken ook aan waddenbrede projecten, samen met andere provincies en Werelderfgoed Waddenzee-partners. 6.2.3. Het Friese Merenproject Het Friese Merenproject staat beschreven in de paragraaf Grote projecten. 6.2.4. Investeringsagenda Wurkje foar Fryslân 1. Uitrol van vuilwaterafvoersystemen in havens (‘quick win’) Met een provinciale bijdrage van € 1 miljoen kunnen 10 tot 15 projecten samen met gemeenten en Wetterskip uitgevoerd worden 2. Subsidieregeling Toerisme Natuurlijk Fryslân (‘quick win’) Met de subsidieregeling Toerisme Natuurlijk Fryslân (STINAF II) wordt de sector recreatie en toerisme gestimuleerd om extra te investeren in de verduurzaming en kwaliteitsverbetering van de bedrijfsvoering. Daarmee wordt een impuls gegeven aan de werkgelegenheid in de sector. 3. Stimuleringsprogramma Wifi Met het stimuleringsprogramma Wifi wordt de beschikbaarheid van Wifi in de publieke ruimte in toeristische gebieden geregeld.
Toelichting 6.2.1.4. Op dit moment denken wij na over de juiste wijze van presentatie van alle Friese cijfers en wie daarin welke rol kan spelen (St. Merk Fryslân, onderwijs/kennisinstellingen, CBS, Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC) etc.). In juni hebben wij een uitgebreide inventarisatie gedaan naar het omvangrijke aanbod aan onderzoeken. Mede op basis hiervan voeren wij overleg met gemeenten om te verkennen naar een gezamenlijk monitoringskader. De ontwikkeling van de koepeldatabase heeft een kleine vertraging opgelopen. Deze activiteit wordt ondergebracht bij St. Merk Fryslân. Deze organisatie is later gestart dan is voorzien. Naar verwachting is de koepeldatabase in voorjaar 2015 online. 6.2.2.1.& 6.2.2.2. Wij constateren dat er op dit moment te weinig geld beschikbaar is om de gewenste plannen op de Wadden te realiseren. In 2014 hebben wij veel aandacht geschonken aan de werkorganisatie, terwijl op de Waddeneilanden al een aantal onderdelen worden uitgevoerd. Het gaat om een investeringsimpuls die mogelijk is gemaakt door het beschikbaar stellen van een provinciale bijdrage in het kader van zogenaamde quick wins. Diverse strandovergangen, alsmede herinrichting van de haven van Terschelling worden in dit verband aangepakt. De eilanden hebben de behoefte geuit om voor 2016/ 2017 een investeringsagenda op te stellen voor vervolginvesteringen. Hiertoe hebben wij inmiddels een externe opdracht uitgezet. Eveneens hebben wij opdracht gegeven voor het voorbereiden van een Waddenfondsaanvraag voor aanleg van voorzieningen langs de Waddenkust tussen Holwerd en Harlingen. Er worden ruimere mogelijkheden voorzien, nu het zogenaamde Waddenkader is vastgesteld en de tender voor Toerisme en Recreatie in juni wordt opengesteld.
140
Wurkje foar Fryslân 6.2.4.1. Vuilwatersystemen in havens Er is weinig hierop ingeschreven. Wij hebben daarom besloten onze inspanningen richting de gemeenten te intensiveren. Gemeenten hebben namelijk vaak meer tijd nodig om plannen te maken en bestuurlijk vast te leggen. 6.2.4.2. Stinaf II In totaal hebben wij per 31 oktober 2014 € 3.067.835,subsidie verleend aan 34 ondernemingen. Doelstelling is dat eind 2015 minstens 50 forse kwaliteitsverbeteringen worden gerealiseerd in de recreatieftoeristische verblijfssector. Deze doelstelling is lastig te realiseren, omdat de spelregels van deze regeling zijn veranderd. Een deel (€ 1,5 mln.) van dit budget moet namelijk revolverend worden ingezet. Het is nog niet duidelijk welke invloed dit zal hebben op de beleidsdoelstelling. Ruim 40% van de subsidie is verleend aan toeristische ondernemers die een kampeerterrein exploiteren. Op de kaart hiernaast is de geografische spreiding weergegeven van de gehonoreerde investeringsplannen. Het merendeel van de investeringen heeft betrekking op een forse kwaliteitsverbetering. 6.2.4.3. In maart 2014 hebben wij de Subsidieregeling ‘Wifi-netwerken op toeristische locaties’ gepubliceerd. In het kader van deze regeling kunnen 47 door ons aangewezen toeristische locaties voor subsidie in aanmerking komen voor de realisatie van een wifi-netwerk. Hiermee wilden we de (digitale) dienstverlening aan de toeristen verder verbeteren. De regeling staat open voor aanvragen tot 1 juni 2015. Zoals al eerder is genoemd resteert er een redelijke onderschrijding, omdat er te weinig aanvragen zijn ingediend. In 2014 hebben wij fors ingezet op de verbetering van de samenwerking met de drie O’s (Ondernemers, Onderwijs en Overheid) op het gebied van recreatie en toerisme. Dit proces is intensief, omdat betrokken partijen moeten wennen aan deze wijze van samenwerken en het afschaffen van het subsidiedenken. Inmiddels is een proces gestart met de onderwijsinstellingen om te komen tot een duurzaam innovatiemodel voor de sector recreatie en toerisme. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Gastvrij Fryslân Gastvrij Fryslân
Toename aantal bezoekers per jaar vanaf 2015 Internationale toeristische topvoorstelling in Fryslân
Doelwaarde 2014 5% 1
Realisatie 2014
Er zijn nog geen cijfers beschikbaar voor wat betreft het aantal bezoekers in Fryslân in 2014. Wij verwachten wel een toename van het aantal bezoekers in Fryslân, maar niet dat de bezoekersstroom met 5% is toegenomen. Begin juli vond de Tall Ship Races plaats in Harlingen. Uit de evaluatie is gebleken dat ruim 200.000 mensen dit internationaal zeilevenement hebben bezocht. Het bezoekersaantal is lager uitgevallen
141
als gevolg van slechte weersomstandigheden. Ingezet werd op een bezoekersstroom van 350.000 mensen.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
103 1.077 740 1.920
79 1.927 0 2.006
130 1.263 72 1.466
-51 664 -72 540
-51 664 -72 540
1.442 18.564 769 740 3.327 24.842
2.239 14.432 5.046 0 3.173 24.890
2.142 7.540 5.427 72 3.146 18.327
97 6.892 -380 -72 27 6.563
-5.738
97 643 132 -72 27 825
-22.922
-22.884
-16.861
-6.023
-5.738
-285
-6.250 512
Toelichting Structurele budgetten De onderschrijding op de structurele budgetten bedraagt per saldo € 148.000,-. Deze onderschrijding wordt voornamelijk veroorzaakt door aangegane verplichtingen. De verantwoording van deze verplichtingen loopt via programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Tijdelijke budgetten Per saldo is er een overschrijding op de tijdelijke budgetten van € 21.000,-.
Beleidsveld 6.3 – Duurzame energie Wat wilden we bereiken? Inzetten op groene groei is een maatschappelijke uitdaging. Vergroening van de energievoorziening is daar een belangrijk onderdeel van. Fryslân wil en kan hierin een prominente rol spelen. Niet alleen vanuit een zorg voor de leefomgeving, maar ook vanuit het besef dat deze transitie voor de economie enorme kansen biedt. Fryslân wil samen met de Noord-Nederlandse partnerprovincies in het Energy Valley gebied koploper en natuurlijk laboratorium zijn in de energietransitie. Hierbij wordt de verbinding met andere Friese speerpuntsectoren zoals agrofood en watertechnologie steeds belangrijker. Energiebesparing en duurzame energie De provincie neemt de doelstelling vanuit de Europese Unie serieus en richt zich op een energiebesparing van 20% ten opzichte van 2010. Wij zetten in op de thema’s
142
energiebesparing in de woningvoorraad, maatschappelijk vastgoed, zakelijk vastgoed, landbouw, mobiliteit en circulaire economie. Daarnaast willen we in 2020 16% van onze energie duurzaam opwekken. In de energiemix richten wij ons op de thema’s wind, zon, warmte, energie uit biomassa en kleinschalige en lokale initiatieven. Energie gerelateerde banen Naast de twee energiedoelstellingen is ons doel om in 2020 in totaal 4.000 energiegerelateerde banen (in alle lagen van de bevolking) in Fryslân te realiseren. Met dit doel richten wij ons ook op het versterken van de innovatiepositie van onze provincie.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
6.3. Duurzame energie
Toelichting Wij liggen voor op schema voor wat betreft de productie van duurzame energie, maar nog niet op het terrein van energiebesparing en toename werkgelegenheid. Wij verwachten dat wij met het FSFE (Fûns Skjinne Fryske Enerzjy), dat vanaf september is gestart, kunnen zorgen voor een snellere groei als het gaat om energiebesparing en werkgelegenheid. Gewenste resultaten uit begroting 2014 6.3.1. Vanuit de verschillende rollen van de provincie gaan we het uitvoeringsprogramma duurzame energie uitvoeren. 6.3.2. Er worden 1.500 corporatiewoningen en 1.500 particuliere woningen verbeterd met minimaal twee energielabels. 6.3.3. Met betrekking tot het zakelijk vastgoed voeren we het Koploperproject en het project Boppeslach uit en met betrekking tot het maatschappelijk vastgoed gaan we het project de Fryske Challenges uitvoeren. 6.3.4. Wij richten ons binnen duurzame mobiliteit verder op de toepassingsmogelijkheden van Liquified Natural Gas (LNG) in de scheepvaart en het zwaardere wegtransport. 6.3.5. De ontwikkeling van een gedragen sanerings- en participatiemodel na vaststelling van de structuurvisie voor windenergie. 6.3.6. Samen met corporaties en zorginstellingen een plan ontwikkelen voor zonnestroom voor corporatiewoningen. 6.3.7. Het faciliteren van lokale en kleinschalige initiatieven, in nauwe samenwerking met de Enerzjy Kooperaasje Fryslân (EKF), de Energiewerkplaats, de Friese Milieufederatie en Doarpswurk. 6.3.8. Wij dragen op basis van marktvragen bij aan de verdere vormgeving van businesscases rondom energiebesparing en energieproductie voor het FSFE. 6.3.9. In 2014 participeren er 150 agrariërs in studiegroepen ter bevordering van energiebesparing in hun bedrijfsvoering en maken tenminste 100 agrariërs hun bedrijf 20% energiezuiniger. 6.3.10. Het bevorderen van (duurzame) innovaties in het Friese MKB.
Beleid
Tijd
Geld
20 initiatieven
15
Toelichting Helaas is het ombouwen van het binnenvaartschip niet doorgegaan, omdat de overige financiering niet rond is gekomen. We onderzoeken met onze partners de
143
mogelijkheden om LNG toe te passen bij de veerdiensten naar de Waddeneilanden. 6.3.9. Het energiezuiniger maken van agrarische bedrijven door eigen energieproductie middels bijvoorbeeld zonnepanelen is goed verlopen. De animo voor studiegroepen blijft echer ver achter. In 2014 gaat het om ca. vijftien deelnemers die (gemiddeld) de 20% energiebesparing makkelijk realiseren. Met LTO-NoordFriesland starten we in 2015 een pilot studiegroep gericht op vermindering lichthinder en energiegebruik. Wurkje foar Fryslân Wij hebben een subsidie van € 0,4 mln. verleend aan het project ‘Closing the Loops’. De doelstelling van dit project is om meer kunststoffen uit huishoudelijk afval in te zetten als bron voor allerlei onderdelen in plaats van energie. Spelers worden in de recyclingketen van huishoudelijk kunststof verpakkingsafval verbonden. Voor 6.3.2. (Friese Energiepremieregeling) is uit Wurkje foar Fryslân € 11,85 mln. beschikbaar gesteld.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp
Indicator
Doelwaarde 2014
Besparing energie Productie duurzame energie Werkgelegenheid
Energiebesparing in PJ per jaar
Verdere energiebesparing
Duurzame energieproductie in PJ per jaar
Hogere duurzame energieproductie
Aantal arbeidsplaatsen
Stijging aantal arbeidsplaatsen
Realisatie 2014
Toelichting Besparing energie: We maken jaarlijks voortgang en het percentage energiebesparing laat een duidelijk positieve ontwikkeling zien. Het afgelopen jaar hebben wij grote stappen gezet met de Friese energiepremie en ISV (Investeringsbudget stedelijke vernieuwing)met name grote stappen gemaakt in het energiezuinig maken van de woningvoorraad. Wij verwachten dat wij met het FSFE (Fûns Skjinne Fryske Enerzjy), dat vanaf september is gestart, kunnen zorgen voor een snellere groei in het energiezuiniger maken van maatschappelijk en zakelijk vastgoed. Moment zit Fryslân op circa 4% energiebesparing ten opzichte van 2010. Als de huidige trend doorzet komen we op 14%. Productie duurzame energie: Wanneer we kijken naar duurzame energie in Fryslân dan zien we een duidelijk positieve ontwikkeling. De hoeveelheid opgewekte duurzame energie stijgt van jaar op jaar. Wanneer we deze trend vast kunnen houden halen we in Fryslân in 2020 de doelstelling van 16% duurzame energie. Momenteel zitten we in Fryslân op circa 8% duurzame energie, dit ligt flink boven het Nederlands gemiddelde. Werkgelegenheid: Jaarlijks vindt er een zekere toename in de werkgelegenheid in duurzame energie plaats. Dit is mede te danken aan de activiteiten die we als provincie op het gebied van duurzame energie uitvoeren. Zelfs in 2013, toen de werkgelegenheid in de reguliere energiesector als gevolg van de crisis licht daalde, steeg de werkgelegenheid in duurzame energie nog enigszins. Desalniettemin zouden we het doel van 4.000 banen in de groene energiesector in 2020 met doortrekking van de huidige ontwikkeling niet halen. Wij verwachten echter dat de start van het FSFE (Fûns Skjinne Fryske Enerzjy) vanaf september zal leiden tot een snellere groei van het aantal banen op het terrein van duurzame energie in onze provincie. De sterk lagere olieprijzen vormen overigens wel een bedreiging voor de verdere ontwikkeling van duurzame energie.
144
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
777 777
1.500 1.500
1.871 1.871
-370 -370
-370 -370
40 8.502 850 0 1.490 10.883
261 4.262 4.568 375 1.481 10.946
261 3.808 3.893 375 1.468 9.805
0 454 674 0 12 1.141
-668
0 -375 835 0 12 472
-10.106
-9.445
-7.934
-1.511
-668
-843
-829 161
Toelichting Tijdelijke budgetten Per saldo is er geen significante onder- of overschrijding op de tijdelijke budgetten. Investeringen Bedragen €1.000,-
Onderhanden werken Opgeleverde werken Afgerekende werken
Stand per 1-1-2014 395
uitgaven 640
bijdragen derden 250
12.605
6.320
2.281
16.644
0
0
0
0
13.000
6.960
2.532
Totaal
balans verkorting
0
Stand per 31-12-2014 784
17.428
Toelichting Onderhanden werken Onderhanden werken is per saldo met € 395.000,- toegenomen. De vermeerderingen betreffen met name investeringskosten voor verruiming brug- en sluisbediening op afstand. Opgeleverde werken Opgeleverde werken is per saldo toegenomen met ca. € 4 mln.. Deze vermeerderingen betreffen met name investeringen van € 3,2 mln. voor de sluis Stavoren. Revolverende middelen Bedragen € 1.000,Enerzjy Kooperaasje Fryslan UA Enerzjy Challenges NLD energie UA Hartman Energie BV kredietsubsidie
Totaal
Stand per 1-1-2014
uitgezet
Stand per 31-12-2014 70
aflossing 70 200 120
200 120 4.800
4.800 4.800
390
145
0
5.190
Toelichting Bovenstaande revolverende middelen betreffen leningen verstrekt vanuit subsidiebudgetten. Aflossingen starten op een later tijdstip, op basis van een onderliggende geldleningsovereenkomst. Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Revolverende middelen lening Energy Challenges V. Revolverende middelen lening EKF + NLD V. Doefonds BV V. Hartman Energie BV kredietsubsidies
Stand per 1-1-2014
0
Stand per 31-12-2014 200
175
0
175
3.500 4.800
0 0
3.500 4.800
0
toevoeging 200
0 0 0
aanwending
Bovenstaande voorzieningen zijn gevormd vanuit subsidiebudgetten. De subsidie dient als dekking voor de lening of aandelenkapitaal (Doefonds BV) door deze aan de voorziening toe te voegen en kan op deze wijze niet anders worden uitgegeven. Indien de lening niet wordt afgelost wordt een beroep op de voorziening gedaan en teert de provincie dus niet in op haar vermogen. Indien er afgelost wordt op de revolverende middelen zal de voorziening hiervoor vrijvallen ten gunste van het oorspronkelijke subsidiebudget. Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP Topattractie Subs 565 Toerisme Natuurlijk STINAF OP Project Fryslan 875 Fernijt III OP Verdiepen 61 Langweerder Wielen OP RIPF Fryslan Fernijt 63 II
0
aanwending 61
Stand per 31-12-2014 504
0
875
0
0
40
21
0
0
63
toevoeging
146
1.7
Programma 7 – Sociaal beleid en zorg
Portefeuillehouder: mevrouw C. Schokker-Strampel
Wat wilden we bereiken met dit programma? Dit programma richt zich op het welzijn en welbevinden van alle inwoners van Fryslân. De beleidsterreinen Sociaal beleid en zorg zijn geen kerntaken meer van de provinciale overheid. Voor het sociaal beleid wordt daarom geen zelfstandig beleid meer ontwikkeld. De sociale en zorgcomponent integreren we de komende jaren in andere provinciale beleidsterreinen en kerntaken. De wettelijke taken voor de jeugdzorg in onze provincie worden vanaf 2015 overgedragen aan de gemeenten in Fryslân. Samen met de gemeenten werken we in 2014 aan een zorgvuldige overdracht. Tot de overdracht is de provincie verantwoordelijk voor de uitvoering van wettelijke jeugdzorgtaken. Dit houdt in dat wij verantwoordelijk zijn voor de veiligheid en zorg voor jeugdigen met zware opvoed- en of groeiproblemen. Het gaat om de toegang tot zorg van Bureau Jeugdzorg en de uitvoering van de zorg door Jeugdhulp Friesland, de jeugdzorgaanbieder. We willen een goed sportklimaat in Fryslân. Hierbij moeten alle inwoners in de gelegenheid zijn op een passende manier te sporten en te bewegen. In dit sportklimaat nemen de Friese sporten een belangrijke plaats in.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
7.1 Sociaal Beleid 7.2 Jeugdzorg 7.3 Sport
Toelichting Het jaar 2014 werd gekenmerkt door de voorbereiding van de overdracht van de Jeugdzorg naar de gemeenten met ingang van 1 januari 2015. Tegelijk liep de reguliere zorg voor de jeugd via onze aansturing van Bureau Jeugdzorg en Jeugdhulp Fryslân nog gewoon door. We hebben de gemeenten op verschillende manieren ondersteund in hun voorbereiding op de nieuwe taak van de Jeugdzorg. We hebben een overdracht zonder wachtlijsten bij de instellingen die onder onze verantwoordelijkheid vielen mogelijk gemaakt. 2014 is het tweede jaar waarin het Plan van Aanpak Transitie Sociaal Beleid en Zorg 2013-2016 is uitgevoerd. 2014 is het laatste jaar waarin de provincie een wettelijke steunfunctietaak heeft in het sociale domein. In de kerntaken is een begin gemaakt met inclusieve beleidsontwikkeling. Met het coördinatiepunt Social return en het uitvoeringsprogramma Zorgeconomie hebben we in 2014 voor twee beleidsthema’s concreet invulling aan het inclusief beleid kunnen geven. We hebben het sportklimaat in Fryslân in 2014 op het gebied van topsport en talentontwikkeling, breedtesport en Fryske sporten verder verbeterd. Veel basisschoolleerlingen hebben kennisgemaakt met de Fryske sporten.
147
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
55.399 66.454 -11.056
Begroting 2014 na wijziging 57.263 68.440 -11.177
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 57.392 -129 -129 68.208 233 23 256 -10.816 -362 23 -385
Toelichting Zie de beleidsvelden voor de toelichting op de financiële afwijkingen.
Beleidsveld 7.1 – Sociaal beleid Wat wilden we bereiken? De provincie wil dat er een goede kwaliteit, spreiding, bereikbaarheid en toegankelijkheid is van welzijn- en zorgvoorzieningen. Dit binnen een passende woon- en leefomgeving. Hierbij zijn alle inwoners in de gelegenheid om in sociale verbanden te leven en deel te nemen aan de samenleving. Sociaal beleid is in 2016 geen zelfstandig beleid meer, maar een integraal onderdeel van andere beleidsvelden. De sociale en zorgcomponent integreren we de komende jaren in andere provinciale beleidsterreinen en kerntaken.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
7.1 Sociaal beleid
Toelichting We hebben in 2014 stappen gezet in het integraal formuleren van beleidsdoelen in verschillende beleidsdocumenten en uitvoeringsprogramma’s. Deze ontwikkeling vindt eveneens plaats op het niveau van beleidsuitvoering via de streekagenda’s. De vermelde ontwikkelingen in beleid en uitvoering vinden we hoopgevend. Twee beleidsthema’s hebben we concreet ingevuld: Social Return en Zorgeconomie. Provinciale Staten hebben op 24 september 2014 een uitvoeringsprogramma Zorgeconomie vastgesteld. Met gemeenten en het bedrijfsleven samen hebben we het initiatief genomen tot het inrichten van een coördinatiepunt Social Return. Dit coördinatiepunt zal in 2015 operationeel zijn.
148
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Er wordt uitvoering gegeven aan het Plan van Aanpak Transitie Sociaal beleid en zorg dat op 23 januari door Provinciale Staten is vastgesteld. a. Voorbereiding afbouw subsidierelaties maatschappelijke organisaties. b. Verlaging structurele subsidie Partoer. c. Subsidieregeling Sociale Kwaliteit t.b.v. sociale interventies. d. Realiseren inclusief beleid: invlechten in kerntakenbeleid en uitvoering via streekagenda’s en samenwerkingsagenda’s en programma demografische ontwikkelingen. 2. Jeugd & Gezin: GROEI als signaleringsinstrument implementeren voor ontwikkelingsachterstanden bij kinderen in 2013/2014. 3. Maatschappelijke participatie: a. Drie (reïntegratie) projecten realiseren in 2013 /2014. b. Social Return (SR) onderzoek naar mogelijkheden in aanbestedingsregels en Uitvoering. c. Lopende projecten in het sociaal-fysieke en economische domein in de aandachtsgebieden (Oost – en Weststellingwerf) voortzetten. 4. Wonen, welzijn en zorg: a. Pilot integrale aanpak Ruimtelijke Kwaliteit / Krimp + Sociale Kwaliteit. b. In het kader van pilot Kaljouw omtrent de beroepen- en opleidingen-structuur in de zorg, wordt een analyse gemaakt van de zorgvraag in 2030. c. Zorgeconomie: integraal uitvoeringsprogramma wordt opgesteld.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 1c en 3a. Er is geen regeling gemaakt voor dit budget. De gemeenten waren in 2014 nog volop bezig met het realiseren van de drie decentralisaties. Hierdoor hebben zij ook geen nieuwe projecten zoals in het kader van krimp en uitvoering streekagenda’s geïnitieerd. 4a. Na een gezamenlijke verkenning heeft de gemeente de uitvoering zelf opgepakt. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Jeugd en gezin
Maatschappelijke participatie
Zorg, welzijn en wonen
Aantal (nieuwe) gemeenten waar de signaleringsmethodiek in de voor- en vroegschoolse educatie ‘Groei’ in uitvoering is Aantal pilots beleid- en sturingsinfo Aantal projecten met Social Return (SR) Aantal ondersteuningsactiviteiten aan gemeenten in kader van SR Aantal projecten die gericht zijn op het voorkomen van overerving van armoede in de Stellingwerven Aantal pilots personeel in de zorg Aantal sociale interventies (projecten)
Doelwaarden 2014 4
Realisatie 2014
2 6 2
6 2
2
2
1 5
1
Toelichting Jeugd en Gezin Zoals in de tweede Berap reeds is toegelicht, pakken gemeenten de uitvoering van aangeven signaleringsmethodiek zelf op (in VNG-verband).
149
4
Zorg, welzijn en wonen De inhoudelijke afstemming voor de start van de voorgenomen pilot Personeel in de zorg vraagt meer tijd. In de Friese Meren is in het kader van de drie decentralisaties één sociale interventie gepleegd door het oprichten van sociale wijkteams. Door het ontbreken van voldoende focus in de organisatie zijn de overige vier voorgenomen sociale interventies niet van de grond gekomen.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
1 1
0 0
119 119
-119 -119
-119 -119
3.801 939 729 5.469
3.754 383 701 4.838
3.586 359 695 4.640
168 25 6 198
-25
168 0 6 174
-5.468
-4.838
-4.522
-317
-25
-292
-25
Toelichting Structurele budgetten Bij de baten is € 119.000,- meer binnen gekomen dan begroot en bij de lasten is € 168.000,- minder besteed dan begroot. In beide gevallen komt dit doordat diverse subsidies lager vastgesteld zijn dan oorspronkelijk beschikt. De betreffende projecten zijn anders of goedkoper uitgevoerd dan afgesproken of in een enkel geval helemaal niet uitgevoerd. Daarop is het definitieve subsidiebedrag aangepast.
Beleidsveld 7.2 – Jeugdzorg Wat wilden we bereiken? We willen bereiken dat jeugdigen in Fryslân opgroeien tot sociale en zelfredzame burgers in een goede en veilige leef- en leeromgeving. Dit willen we realiseren door belemmeringen in de ontwikkeling van jeugdigen en hun opvoeding op te lossen, te verminderen of te compenseren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
7.2 Jeugdzorg
150
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Toelichting De daadwerkelijke transitie van de Jeugdzorg heeft per 1 januari 2015 plaatsgevonden. In 2014 was, naast de reguliere zorg voor onze jeugd het transitieproces richting gemeenten van groot belang. De reguliere werkzaamheden hebben bestaan uit de aansturing van Bureau Jeugdzorg en Jeugdhulp Friesland, zoals vastgelegd in het Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg 2014. Transitie De provincie heeft zich op de overdracht van de wettelijke jeugdzorgtaken per 1 januari 2015 naar de gemeenten voorbereid. We hebben provinciale Staten daarover verschillende malen geïnformeerd. We hebben een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de visie van de Friese gemeenten op het door hen gewenste nieuwe stelsel. Verder hebben we de gemeenten geadviseerd bij de inkoop van de taken op het gebied van Jeugdzorg. Tenslotte hebben we een bijdrage geleverd aan de versterking van de gemeentelijke gebiedsteams teneinde de door- en uitstroom van het zorgaanbod beter te stroomlijnen.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Alle kinderen ontvangen tijdig en adequate hulp. 2. Een vereenvoudiging van het proces rond de toegang van de zorg, de zogenaamde indicatiestelling door uitvoering van onder meer experimenten. 3. Transitie Jeugdzorg naar Gemeenten. 4. Het blijven sturen op goede afstemming tussen de toegang tot de zorg en het Zorgaanbod.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Voldoende aanbod aan provinciaal gefinancierde geïndiceerde jeugdzorg Geen wachtlijsten bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling
Nulmeting
Geen jongere wacht langer dan 9 weken op provinciaal gefinancierde jeugdzorg, tenzij BJZ vindt dat langer wachten verantwoord is Het aantal meldingen (=jongeren) waarbij niet binnen vijf dagen is vastgesteld of die meldingen in onderzoek moeten worden genomen
Beleid
Tijd
Doelwaarden 2014
Geld
1 januari 2009: 54
0
Realisatie 2014 0
4e kwartaal 2008: 0
0
0
Toelichting SAVE In 2014 hebben wij uit de autonome middelen een bijdrage verstrekt in de ontwikkeling van SAVE in Friesland. SAVE staat voor SAmenwerken aan VEiligheid, waarbij het Regiecentrum Bescherming en Veiligheid (dit is de nieuwe naam van Bureau Jeugdzorg Friesland) nauw samenwerkt met het wijk- of gebiedsteam. Dit om de ernstige ontwikkelingsbedreiging van jeugdigen in gezinnen, die niet gemotiveerd of niet in staat zijn om hulp te accepteren, op te heffen. Deze aanpak is in nauwe samenwerking met de instellingen en de gemeenten tot stand gekomen en is transitieproof.
151
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Bedragen x € 1.000,Baten Overlopende passiva Totaal baten
55.397 55.398
57.263 57.263
57.263 57.263
0 0
Lasten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten
3.758 55.397 685 59.841
4.178 57.263 757 62.198
4.158 57.263 751 62.172
20 0 6 27
48
68
48
6 74
-4.444
-4.935
-4.909
-27
48
-74
Saldo baten en lasten
0 0
Toelichting Tijdelijke budgetten Op het autonome budget voor de jeugdzorg is in 2014 € 48.000,- meer uitgegeven dan begroot. Dit is het gevolg van de wens om een overdracht aan de gemeenten van een jeugdzorg zonder wachtlijsten mogelijk te maken. We hebben hier middelen aan besteed, o.a. door een extra eigen bijdrage aan de versterking van de gemeentelijke gebiedsteams teneinde de door- en uitstroom van het zorgaanbod beter te stroomlijnen. Daarnaast hebben we eigen middelen ingezet voor SAVE (SAmenwerken aan VEiligheid). Overlopende passiva De overlopende passiva gaan over de Doeluitkering Jeugdzorg.
Beleidsveld 7.3 – Sport Wat wilden we bereiken? We willen een goed sportklimaat in Fryslân, waarbij alle inwoners in de gelegenheid zijn om op een passende manier te sporten en te bewegen. In dit sportklimaat nemen de Friese sporten een belangrijke plaats in.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
7.3 Sport
Toelichting In 2014 hebben we op een succesvolle manier gewerkt aan de verbetering van het sportklimaat in Fryslân. Sport Fryslân heeft een stimulerende rol gehad op het gebied van de breedtesport. Op het gebied van topsport- en talentontwikkeling zijn de programma’s voor topsporters en sporttalenten via Topsport Noord verder ontwikkeld. Ten aanzien van de Fryske sporten is onder andere bereikt dat het kaatsen en fierljeppen is opgenomen in het sportaanbod van het Cios. Daarnaast zijn we gestart met het Masterplan Fryske sporten, met als doel om de basisschoolkinderen in Fryslân kennis te
152
laten maken met de Fryske sporten. Er zijn veel sportevenementen georganiseerd in Fryslân, de subsidieregeling hiervoor is optimaal benut.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Ondersteunen en aanjagen breedtesport via expertisecentrum Sport Fryslân. 2. Stimuleren Friese sporten. a. Subsidiering Friese sportbonden. b. Verankering friese sporten in het onderwijs. c. Subsidiëren evenementen en clinics op het gebied van de friese sporten. d. Masterplan Fryske sporten. 3. Talentontwikkeling. a. ondersteuning sporttalenten Topsport Noord. b. versterking kernsporten en talentontwikkeling via Topsport Noord. 4. Sportevenementen en sportgala. a. Subsidieren grootschalige sportevenementen. b. Ondersteunen Sportgala Fryslân. 5. Ondersteuning Centrum Topsport Onderwijs Heerenveen.
(Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator / nulmeting Stabilisatie of toename van het aantal inwoners in Fryslân dat voldoet aan de Nationale Norm Gezond Bewegen (NNGB )
Voldoen aan de NNGB
Terugdringen van het aantal inwoners in Fryslân dat inactief is Stabilisatie/toename van het aantal leden van de Fryske sporten
Aantal inactieven
Toename aantal talentvolle sporters in Fryslân
- 4 -17 jaar: 13% (2012) - 18 - 54 jaar: 63% (2012) - 55+: 75% (2012)
7% (2012) Ledenaantal - Kaatsen: 13.740 (2013) - Fierljeppen: 285 (2014) - IFKS (skûtsjesilen): 865 (2013) - Damjen Frysk spul: 290 (2014) Aantal sporttalenten Totaal 175 (2014) CTO status: 70 RTC status: 70 TC status: 35
Beleid
Tijd
Geld
Doelwaarde 2014 Minimaal stabilisatie van de percentages
Realisatie 2014
Percentage inactieven is afgenomen Minimaal stabilisatie van het aantal leden
Begin 2017 worden nieuwe gegevens verwacht Ledenaantal - Kaatsen: 13.501* - Fierljeppen: 276 - IFKS: 900 -Damjen Frysk spul: 195 **
Aantal sporttalenten is toegenomen
Aantal sporttalenten Totaal 190*** CTO status: 64 RTC status: 79 TC status: 47
Er worden nieuwe gegevens verwacht: 4-12 : eind 2015 13-18: begin 2016 18 + : begin 2017
Toelichting * De toename van jonge leden heeft grote(re) afname van oudere leden niet kunnen compenseren. ** Niet-actieve leden worden niet langer meegeteld, vandaar de grote daling. Verder zijn er nog circa dertig personen actief, maar geen lid van de bond. *** Daling sporters met CTO-status heeft twee oorzaken: KNSB heeft instroom “jong oranje” langebaanschaatsen stopgezet en NOC*NSF ondersteunt niet langer het programma inline skaten (skeeleren) voor Heren. Groei bij sporters met RTC-status: meer programma’s en meer geselecteerde sporters. Door transitie regio-indeling en aanscherping selectiebeleid zullen er meer van dergelijke verschuivingen plaatsvinden.
153
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0 0
0 0
10 10
-10 -10
-10 -10
883 221 40 1.144
907 368 128 1.403
901 368 127 1.396
7 0 1 8
7 0 1 8
-1.144
-1.403
-1.385
-18
-18
154
1.8 Programma 8 – Cultuur, taal en onderwijs Portefeuillehouder: mevrouw J.A. de Vries
Wat wilden we bereiken met dit programma? Het is nu officieel. Leeuwarden is uitgeroepen tot culturele hoofdstad van Europa in 2018! Hiermee zetten we Leeuwarden en ook Fryslân stevig op de culturele kaart. Niet alleen voor de inwoners van Fryslân en Nederland, maar ook om de rest van Europa (en de wereld) te laten zien wat deze provincie te bieden heeft. En hoe Leeuwarden en Fryslân zich kunnen onderscheiden van daarmee te vergelijken regio’s en steden. Met de integrale beleidsnota ‘Grinzen oer’, die Provinciale Staten in januari 2013 hebben vastgesteld, is een volgende stap gezet in ons taal-, cultuur- en onderwijsbeleid. Met de nota proberen wij, aan de hand van drie beleidslijnen, over de grenzen van het sectorale beleid heen te stappen. Die lijnen zijn kort gezegd:
Meidwaan: dat is wat wij kunnen, daar zit onze kracht; Mienskip: dat is wie wij zijn, het hart; Meartaligens: dat is wat wij hebben, daar zit de toekomst.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) De cultuurdoelen die in onze beleidsnota Grinzen oer zijn beschreven zijn voor 95% gehaald. In 2014 zijn we doorgegaan met het versterken van de Friese Culturele Basisinfrastructuur. Behalve de basisinfrastructuur hebben we ook andere activiteiten gesteund, die een impuls aan het culturele leven in Fryslân geven. Met het Brûsfûns hebben we ingezet op het stimuleren van nieuwe initiatieven die aansluiten op onze ambities voor het versterken van de participatie, meertaligheid en gemeenschapszin. Volgens de raming liggen we met het programma Cultuureducatie op koers. Verschillende activiteiten die door ons financieel gesteund zijn dragen bij aan de uitvoering van de ambitie Leeuwarden als Culturele Hoofdstad van Europa. We hebben de cultuurhistorische waarden verder versterkt, door het bevorderen van integratie ervan in gemeentelijke en onze eigen ruimtelijke plannen en door het ondersteunen van projecten met subsidie. Door de inzet van extra middelen uit Wurkje foar Fryslân kon in 2014 de prestatie van het aantal restauraties en herbestemmingen van karakteristieke gebouwen worden verdubbeld. Ons taalbeleid hebben we volgens plan uitgevoerd. Het ingestelde Orgaan voor de Friese taal (Dingtiid genoemd) heeft dit jaar de eerste adviezen uitgebracht. We hebben grote stappen gezet met betrekking tot de ontwikkeling van (meer) digitale hulpmiddelen voor het Fries. Belangrijk onderdeel hiervan was het Taalweb van de Fryske Akademy. In 2014 is een noodzakelijke spellingswijziging door de Staten vastgesteld. In de (rijks)Mediabrief van oktober 2014 wordt nog onvoldoende rekening gehouden met het borgen van de Friestalige programmering in het nieuwe mediabestel. De lobby op dat punt zullen we in 2015 voortzetten. In december 2014 hebben we de Streektaalatlas uitgebracht.
155
Het aantal tweetalige en Friestalige kindercentra en peuterspeelplaatsen (170) en drietalige basisscholen (75) is dit jaar verder omhooggegaan. Om het nagestreefde aantal van tien locaties met een drietalige stroom in 2015 te realiseren, is meer inzet en aandacht nodig; dit jaar waren het er vijf. In 2014 hebben we opnieuw een stap gezet in het afbouwen van het Boppeslach-project. Ook hebben we dit jaar de wettelijke bevoegdheid gekregen om de kerndoelen voor het Fries vast te stellen en GS de bevoegdheid te geven om niet alleen volledig, maar ook partieel ontheffing te kunnen verlenen voor het vak Fries. In het schooljaar 2014/2015 is met steun van ons een nieuwe digitale methode Fries voor het voortgezet onderwijs verschenen. Verder is begonnen met de ontwikkeling van een evaluatiesysteem voor het vak Fries.
Beleidsvelden
8.1 8.2 8.3 8.4
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Cultuur Erfgoed Taal, Media en Letteren Onderwijs en Wetenschappen
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
408 52.337 -51.929
Begroting 2014 na wijziging 173 46.200 -46.027
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 451 -278 -278 37.912 8.288 -7.130 1.157 -37.462 -8.566 -7.130 -1.435
Toelichting Zie de beleidsvelden voor een toelichting op de financiële afwijkingen.
Beleidsveld 8.1 – Cultuur Wat wilden we bereiken? Wij willen de mienskip versterken. Een mienskip die dat wat de Friezen bindt, wil benutten. Dat doen wij door in te zetten op in steviger culturele basisinfrastructuur. Bovendien zetten wij sterk in op een groeiend aantal mensen in Fryslân dat aan cultuur meedoet, zowel actief als passief. Wij richten ons op een laagdrempelig aanbod van cultuuruitingen, cultuureducatie en amateurkunst in Fryslân voor alle leeftijdsgroepen. Het resultaat moet zijn dat meer Friezen betrokken zijn bij culturele activiteiten en dat de maatschappij als geheel sterker wordt. Wij willen dat in 2016 38% van de mensen in Fryslân aan cultuur meedoet.
156
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
8.1 Cultuur
Toelichting De doelen die in onze beleidsnota Grinzen oer zijn beschreven zijn voor 95% gehaald. Waar we niet mee op koers liggen, is het voorstel voor een verbetertraject samenwerking gemeenten voor steun aan amateurkunst. De reden daarvan is dat Keunstwurk de aan haar gevraagde probleemanalyse later aanleverde. Verder is het onderzoek naar mogelijke bestuursvormen voor samenwerking tussen Tresoar en Fries Museum niet doorgegaan. In plaats daarvan hebben we met beide instellingen wel afspraken gemaakt over intensivering van de samenwerking. Hiermee zijn op één na alle resultaten behaald.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. 1. Een steviger basis van de Friese culturele basisinfrastructuur. 2. Een steviger productieklimaat in Fryslân en de participatie daarin te bevorderen. 3. Andere activiteiten die een bijdrage leveren aan de mienskip en die we met een tijdelijke impuls tot stand willen brengen. 4. Een laagdrempelig aanbod van cultuuruitingen, cultuureducatie en amateurkunst in Fryslân voor alle leeftijdsgroepen. 5. Het beginnen met het realiseren van een museumdepot. 6. Een cultureel klimaat (waaronder festivals) dat zich wat aard en kwaliteit betreft merkbaar en positief onderscheidt in Europa en bijdraagt aan de ambitie voor de candidatuur van Leeuwarden als Culturele Hoofdstad. Beleidsveld WFF 1. Deltaplan Digitalisering Cultureel Erfgoed (DDCE).
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 7. Wurkje foar Fryslân Het Deltaplan Digitalisering Cultureel Erfgoed voorziet in de digitalisering en beschikbaarstelling van Friese erfgoedcollecties. In september 2014 is Tresoar met het project begonnen. Samen met de projectpartners is, onder leiding van Tresoar, de aanbesteding voorbereid op inhoud, aantallen en financiën. Het project bevindt zich nu in de aanbestedingsfase. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicatoren Culturele ontwikkeling Culturele ontwikkeling Culturele ontwikkeling Cultuureducatie Cultuureducatie
Aantal instellingen in de basisinfrastructuur Diversiteit in het aanbod van disciplines Aantal projecten dat door het Brûsfûns tot stand wordt gebracht Aantal scholen, primair onderwijs, dat actief inzet op cultuureducatie Aantal scholen, primair onderwijs, dat een doorgaande leerlijn op een van de vakgebieden van cultuureducatie tot stand brengt
157
Nulmeting 24
Doelwaarden 2014 24
Realisatie 2014 22
8
8
8
0
5
8
40%
50%
50%
Geschat 0%
5%
5%
Toelichting We zijn van 24 naar 22 instellingen gegaan. Dat heeft te maken met het opheffen van de instelling Anna Blamanhuis. De collectie is ondergebracht bij de Bibliotheekservice Fryslân. Daarnaast zijn de Jeugdorkesten aan Keunstwurk toegevoegd.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Voorzieningen Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
65 98 163
68 97 166
300 98 399
-232 -1 -233
13.741 2.930 96 699 17.465
13.457 7.342 1.010 100 948 22.858
13.395 5.195 855 96 762 20.303
62 2.146 155 5 186 2.555
-2.141
62 5 155 5 186 413
-17.302
-22.692
-19.904
-2.788
-2.141
-646
0
-232 -1 -233
-2.141
Toelichting Structurele budgetten Aan de batenkant is € 232.000,- meer ontvangen dan begroot. Dit komt doordat verschillende subsidies lager zijn vastgesteld dan oorspronkelijk beschikt. De projecten waar het om gaat zijn anders of goedkoper uitgevoerd dan afgesproken of in een enkel geval helemaal niet uitgevoerd. Het definitieve subsidiebedrag is hier op afgestemd. Aan de lastenkant is € 62.000,- minder uitgegeven dan begroot. Dit heeft vooral te maken met het budget voor de subsidieplafonds van de uitvoeringsregeling Taal en Cultuur. Door de uitvoering van de nieuwe Algemene Subsidieverordening moesten de uitvoeringsregelingen worden gesloten en nieuwe uitvoeringsregelingen worden opgesteld. Het openstellen van de nieuwe uitvoeringsregeling Taal en Cultuur zal in 2015 plaatsvinden. Reserves Dit is de NUON-reserve voor het project Deltaplan Digitalisering. De lagere lasten dan begroot bij deze reserve heeft te maken met het beschikken van een deel in 2015, passend bij de voortgang van het project. Voorzieningen Dit zijn de voorzieningen Grafiekcollectie Knecht-Drenth en Buma-legaat.
158
Beleidsveld 8.2 – Erfgoed Wat wilden we bereiken? Op grond van de Nota Erfgoed 2010-2013 willen wij bereiken dat de Friese cultuurgeschiedenis wordt behouden en versterkt. Dat doen wij door behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische waarden, bescherming, onderzoek naar en voorlichting over archeologische waarden, evenals restauratie en hergebruik van karakteristieke gebouwen. In afwachting van de op te stellen omgevingsvisie willen wij de looptijd van de Nota Erfgoed verlengen. Het rijke en brede aanbod van cultuurhistorisch erfgoed geeft Fryslân karakter, identiteit en ruimtelijke kwaliteit. Wij willen bereiken dat de cultuurhistorische waarden die van provinciaal belang zijn, worden opgenomen in ruimtelijke plannen en gebiedsplannen. Verder willen wij bereiken dat de achteruitgang van karakteristieke gebouwen en archeologisch waardevolle terreinen een halt wordt toegeroepen. Het is van belang dat er verbindingen tussen cultuurgeschiedenis en economie worden gelegd. Wij willen ook bevorderen dat particulieren, instellingen en bedrijven investeren in het behoud en de ontwikkeling van erfgoed. Om de kansen daarvoor te vergroten, moeten wij voor meer draagvlak zorgen en meer publiek bereiken.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
8.2 Erfgoed
Toelichting Door integratie van cultuurhistorische waarden in ruimtelijke plannen van gemeenten en eigen provinciale plannen en projecten zijn cultuurhistorische waarden versterkt. Daarnaast hebben we met subsidie projecten gesteund die de cultuurhistorische waarden versterken. Archeologische waarden zijn behouden en gestimuleerd door bescherming, onderzoek en voorlichting. Met de economie zijn verbindingen gelegd door in de structuurvisie Grutsk op ‘e Romte cultuurhistorie te koppelen aan ruimtelijke ontwikkelingen en door nieuwe bestemmingen voor monumenten te stimuleren. Door het inzetten van extra middelen uit Wurkje foar Fryslân kon in 2014 de prestatie van het aantal restauraties en herbestemmingen van karakteristieke gebouwen worden verdubbeld.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Behoud en ontwikkeling cultuurhistorische waarden. 2. Restauratie en vernieuwend hergebruik karakteristieke gebouwen. 3. Bescherming, onderzoek en voorlichting van archeologische waarden.
159
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting Wurkje foar Fryslân Wurkje foar Fryslân heeft met € 2,0 mln. bijgedragen aan de subsidieregeling voor monumenten. Mee door deze investering heeft de bouw- en restauratiesector in totaal een impuls van ruim € 17 mln. gekregen, wat ongeveer 270 manjaren werk en 30 leerlingbouwplaatsen voor het restauratieambacht oplevert. Verder hebben we € 0,5 mln. bijgedragen aan het Kultuerfûns foar Monuminten Fryslân. Hierdoor konden laagrentende leningen voor niet-rijksmonumenten worden verleend. Ook zijn we begonnen met een inventarisatie van karakteristieke bouwwerken. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Restauratie, onderhoud en nieuwe functies van karakteristieke gebouwen Leegkomende kerkgebouwen Terpen
Aantal restauraties en andere functies
Doelwaarden 2014 30
Realisatie 2014 60
8
5
2
0
Oplossingen voor leegkomende kerkgebouwen Aantal aangekochte terpen of terpen waarvoor beheersovereenkomsten zijn afgesloten
Toelichting In het kader van Wurkje foar Fryslân hebben we € 2 mln. meer dan regulier aan subsidie verstrekt voor het behoud van karakteristieke gebouwen. Hierdoor is de prestatie in 2014 verdubbeld. Het Deltateam Friese Kerken heeft minder aanvragen voor leegkomende kerken gekregen. De indruk is dat lastige beslissingen uitgesteld worden, waardoor slechts aan het hergebruik van vijf kerken is bijgedragen. Door het verlengen van het Terpenproject in het kader van de verlenging van de Nota Erfgoed (besluit PS 18 december 2013) is de prestatie voor het aantal te beschermen terpen over een langere periode uitgesmeerd en voor 2014 verlaagd.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
12 107 119
7 0 7
48 0 48
-41 0 -41
1.129 4.007 2.150 985 8.270
1.078 2.516 1.570 870 6.034
1.067 2.457 1.156 833 5.514
10 59 414 37 520
-59
10 0 414 37 461
-8.151
-6.027
-5.466
-561
-59
-502
160
-41 0 -41
-59
Toelichting Reserves Het verschil tussen begrote en bestede bedragen komt vooral doordat de planontwikkeling van de restauratie/herbestemming van het stadhuis Boalsert, waar € 400.000,- voor is gereserveerd, meer tijd vraagt en pas in 2015 tot besteding leidt.
Beleidsveld 8.3 – Taal, media en letteren Wat wilden we bereiken? Taal is het element dat onze identiteit het sterkst vormt. Het feit dat er in Fryslân twee levende talen worden gebruikt, maakt onze provincie tot een natuurlijk laboratorium voor meertaligheid in de diverse maatschappelijke domeinen, zoals het onderwijs, de media, het bedrijfsleven, de zorg, de cultuursector en recreatie en toerisme. Ons beleid richt zich dan ook op het optimaal benutten van de kansen van meertaligheid. Natuurlijk betekent dat niet dat wij ons niet verantwoordelijk zouden voelen voor de zorg voor en de bescherming van de Friese taal en cultuur. Wij willen dat het Fries een integraal onderdeel wordt van al onze activiteiten. De zorg voor de Friese taal is een kerntaak van de provincie. Die twee uitgangspunten vormen de grondslag voor het beleid op het gebied van taal, media en letteren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
8.3 Taal, media en letteren
Toelichting Vanaf 1 januari 2014 is het door de provincie en het rijk op grond van de Wet gebruik Fries taal ingestelde Orgaan voor de Friese Taal operationeel. Dit orgaan heeft besloten zich ‘Dingtiid’ te noemen. Als adviesorgaan van het rijk, de provincie, andere bestuursorganen en gerechtelijke instanties heeft Dingtiid zich in 2014 georiënteerd op het veld, de eerste adviezen uitgebracht en op regelmatige basis overleg gevoerd met de provincie en het ministerie van Binnenlandse Zaken over verschillende taalkwesties die zich in 2013 hebben voorgedaan. In juni 2014 vond de General Assembly (GA) van het Network to Promote Linguistic Diversity (NPLD) in Leeuwarden plaats. In 2014 hebben we verder grote stappen gezet met betrekking tot de ontwikkeling van (meer) digitale hulpmiddelen voor het Fries. Belangrijk onderdeel daarvan is het Taalweb, dat de Fryske Academy op 1 juli aan de provincie heeft gepresenteerd. Daardoor komen alle Friese woordenboeken, een vertaaldienst, een voorkeurswoordenlijst en een spellingscontrole in de toekomst gratis beschikbaar voor iedereen die daar behoefte aan heeft. Gebleken is dat het noodzakelijk was om hier een regelaanpassing van de Friese spelling aan vooraf te laten gaan. De spellingwijziging is eind 2014 door de Staten vastgesteld. In oktober bleek dat in de Mediabrief van staatssecretaris Dekker nog onvoldoende rekening wordt gehouden met het borgen van de Friestalige programmering in het nieuwe mediabestel. De lobby op dat punt zetten we in 2015 voort. In het najaar van 2014 werd ook de Friese literatuur weer gepromoot op de Frankfurter Buchmesse, door het Nederlandse Letterenfonds. In december 2014 hebben we de Streektaalatlas uitgebracht, een nulmeting aangaande de huidige stand van zaken met betrekking tot de beheersing en het gebruik van de
161
streektalen in Fryslân. Verder hebben we ons taalbeleid volgens plan uitgevoerd (Praat mar Frysk, Taaltaske, Fries in het bedrijfsleven, onderwijs en media, Fries in internationaal verband (NLPD), enz.).
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Taal 1. De kampanje Praat mar Frysk maakt ook in 2014 Friezen bewust fan de extra waarde van meertaligheid en vergroot de zichtbaarheid van het Fries in het openbare leven. 2. Beginnen met een nieuwe taalsurvey (1993), om beter inzicht te krijgen in de taalsociologische situatie in onze provincie. 3. Vanwege het Europees Handvest voor regionale talen en talen voor minderheden bevordert de provincie de vorming van gemeentelijk taalbeleid in de fusiegemeenten. 4. In het kader van de maatschappelijke emancipatie van het Fries stimuleert de provincie de zichtbaarheid van de Friese taal in de zorg, het bedrijfsleven en in ICT-toepassingen. 5. De doorgaande leerlijn Fries in de VVE, het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs wordt versterkt en het materiaalaanbod daarmee annex wordt tot stand gebracht. 6. Het Mercator Kenniscentrum geeft aandacht aan het taalleren op school en de taaloverdracht thuis, en draagt bij oan het bevorderen van it Fries in een internationale, meertalige context. 7. De provincie Fryslân heeft in 2014 een goede samenwerking met andere minderheidstaalregio’s via het Network to Promote Linguistic Diversity (NPLD). 8. Het Orgaan voor de Friese Taal adviseert, zoals vastgelegd in de Wet gebruik Friese Taal, over de behoefte en wensen aangaande de Friese taal en cultuur in relatie tot het Europees Handvest en het Kaderverdrag. 9. In 2014 wordt de onderwijswetgeving naar aanleiding van het advies van de Stuurgroep Hoekstra gewijzigd en krijgt de provincie meer bevoegdheid op het gebied van het vaststellen van de kerndoelen Fries en het toekennen van (partiële) ontheffing. 10. De provincie zal in 2014 het streektaalbeleid verbreden en de mogelijkheden voor digitale leeromgevingen in de streektalen verkennen. Media 11. Omrop Fryslân verzorgt met andere mediapartners de verslaggeving op verschillende mediaplatforms van de (ontwikkeling van) activiteiten in het kader van Culturele Hoofdstad 2018. 12. In 2014 wordt het Friese Mediafonds ook weer opengesteld voor bijzondere journalistieke projecten. 13. Ook in het nieuwe mediabestel is er sprake van een zelfstandige regiodekkende zender met een volledige en alzijdige programmering, die op dagelijkse basis beschikbaar is op verschillende platforms. 14. Omrop Fryslân, de regionale dagbladen, lokale omroepen en andere media werken met elkaar samen in een regionaal mediacentrum. Letteren 15. De variatie in Friestalige (literaire) tijdschriften steunen en het aanbod en de kwaliteit van de Friese literatuur borgen. 16. In het kader van de bevordering van de verkoop van Friestalige boeken experimenteren de uitgevers en schrijvers in 2014 met acties en activiteiten om (nieuwe) lezers te bereiken. 17. In 2014 zal de Friese literatuur in het kader van de het project Book from Fryslân gepromoot worden op de Frankfurter Buchmesse.
162
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting Media 13. Positie Omrop Fryslân in het nieuwe mediabestel Op 13 oktober 2014 heeft staatssecretaris Dekker de kabinetsplannen voor de toekomst van het mediabestel in zijn mediabrief aan de Tweede kamer toegelicht. Uit de mediabrief valt echter niet op te maken wat de inzet van het kabinet is met betrekking tot het structureel en financieel borgen van een Friestalige programmering in het nieuwe mediabestel. De staatsecretaris verwacht dat de Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking (ROOS) met een invulling komt van de per 2017 op de regionale omroepen te bezuinigen € 17 mln., en daarbij rekening houdt met de Friestalige programmering. Deze € 17 mln. treft ook Omrop Fryslân. Een bezuiniging anders dan te behalen efficiencywinst zou een te zware aanslag op de Friestalige programmering van de Omrop zijn. We houden onverkort vast aan de inhoud van de statenmotie van 19 december 2012. Deze komt neer op het overeind houden van een alzijdige Friestalige regionale omroep op een eigen zender, overeenkomstig de aanbevelingen van de commissie Hoekstra. We verwachten, overeenkomstig het door Nederland ondertekende Europees Handvest voor regionale talen en talen fan minderheden (artikel 11 Media, eerste lid, onderdeel a, b, c en f en tweede lid), van het rijk ook een bijdrage op dit gebied. 14. Regionaal Mediacentrum Na de zomer is Omrop Fryslân begonnen met de uitwerking van het plan Podium Fryslân, in samenwerking met de andere mediapartners. Omdat Provinciale Staten bij het vaststellen van de eerste bestuursrapportage eerst groen licht moesten geven over het vrijgeven van het budget van € 100.000,-, kon de subsidie voor dit doel niet eerder dan in juni worden beschikt. In de begroting bij het plan van de Omrop werd echter gerekend op een heel jaar in plaats van een half jaar subsidie. Zodoende is er in 2014 wat vertraging opgelopen bij de uitvoering van de plannen en de besteding van de middelen door de Omrop; die zal naar verwachting in 2015 zal worden ingelopen. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator
Nulmeting
Taalbeleid
in 2012
Praat mar Frysk Praat mar Frysk Taaltaske Gemeenten en Fries
Percentage inwoners Fryslân dat Fries tamelijk goed tot heel goed: verstaat spreekt leest schrijft Aantal bezoekers website Praat mar Frysk www.praatmarfrysk.nl Aantal leden communities sociale media zoals Facebook, Twitter, Hyves Aantal jonge ouders dat met het Taaltaske wordt bereikt Aantal nieuwe (fusie)gemeenten met taalbeleid
Doelwaarden 2014 Doelwaarden 2020:
Realisatie 2014 Doelwaarden 2020:
94 % 74 % 76 % 30 % in 2012 50.000
Verstaan: 95% Spreken: 75% Lezen: 75% Schrijven: 35%
Verstaan: 95% Spreken: 75% Lezen: 75% Schrijven: 35%
60.000
30.000
in 2012 15.841
18.000
20.000
in 2012 7.000 in 2012 1
8.000
7.000
163
3
Toelichting Met betrekking tot de indicator website Praat mar Frysk. De meeste communicatie over de campagne verloopt tegenwoordig via de sociale media. Op de sociale media is er met betrekking tot Praat mar Frysk sprake van een bereik tussen de 30.000 en 40.000 mensen per week, met uitschieters tussen de 80.000 en de 130.000. De website is de verzamelplaats geworden van alle campagne-activiteiten, waarover wordt bericht op de social media (Facebook, Twitter). Er wordt wel veel materiaal besteld via de website: dat gebeurt 20.000 keer per jaar. Wat de indicator Taaltaske betreft is het misschien niet reëel te veronderstellen dat er groei in het aantal Taaltaskes zit dat wordt uitgereikt aan jonge ouders. Het aantal bestellingen van gemeenten hangt ook af van het aantal Taaltaskes dat de gemeenten nog op voorraad hebben. Het is echter niet zo dat het aantal geboortes in Fryslân toeneemt. Uit de voorgaande jaren blijkt dat gerekend kan worden op een aantal uitgiften van gemeenten tussen 6.500 en 7.000 tasjes in de laatste jaren. Dat is op dit moment dus nog stabiel.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
125 125
0 0
4 4
-4 -4
-4 -4
11.443 991 599 13.032
2.112 856 623 3.592
1.972 753 618 3.343
140 103 5 249
-95
140 8 5 154
-12.907
-3.592
-3.339
-253
-95
-158
-95
Toelichting Structurele budgetten De onderschrijding wordt vooral veroorzaakt door lagere gerealiseerde lasten dan in de begroting geraamd. Dit heeft vooral te maken met het budget voor de subsidieplafonds van de uitvoeringsregeling Taal en Cultuur. Door invoering van de nieuwe Algemene Subsidieverordening moesten de uitvoeringsregelingen cultuur voortijdig gesloten worden en nieuwe uitvoeringsregelingen worden opgesteld. Het openstellen van de nieuwe uitvoeringsregeling Taal en Cultuur zal in 2015 plaatsvinden.
164
Beleidsveld 8.4 – Onderwijs en wetenschappen Wat wilden we bereiken? De kwaliteit van het primair onderwijs in Fryslân is de afgelopen jaren, ook door de impuls die Boppeslach voor het primair onderwijs is geweest, aanmerkelijk verbeterd. Boppeslach loopt in 2015 af. In 2014 zal de laatste groep scholen die in 2009 met het project gestart zijn voor de laatste keer subsidie aanvragen. Wij willen de resultaten borgen en zorgen voor kwalitatief goed en bereikbaar onderwijs. Tegelijkertijd zetten wij in op goed integraal taalbeleid. Met aandacht voor de talen als vak en als instructietaal en voor de relatie tussen de diverse talen, zoals het Nederlands, Fries en Engels. Wij willen de positie van het Fries in de opvoeding en in het onderwijs verder gestalte geven en meertaligheid bevorderen. Dat doen wij door in te zetten op een doorgaande leerlijn van peuterspeelzaal tot en met academisch onderwijs. Het gaat dan om: tweetalige peuterspeelzalen, drietalige basisscholen, meertalig voortgezet onderwijs en de leerstoel Fries. De Fryske Akademy zal zich verder ontwikkelen tot een flexibele, hoogwaardige kennisinstelling op het gebied van de Friese taal, cultuur en geschiedenis.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
8.4 Onderwijs en wetenschappen
Toelichting We hebben ons ingespannen om een nieuwe groep scholen aan te spreken voor de doorgaande leerlijn. We willen hiervoor de tactiek van de verleiding inzetten en de acquisitie van scholen meer van onderop opzetten. Dat heeft er toe geleid dat het aantal tweetalige en Friestalige kindercentra en peuterspeelplaatsen (170) en drietalige basisscholen (75) dit jaar verder omhoog gegaan is. Het aantal locaties voor voortgezet onderwijs met een drietalige stroom (Meervoudig Voortgezet Onderwijs (MVO)) zit op dit moment op vijf. Om het nagestreefde aantal van tien MVO-locaties in 2015 te realiseren, is meer inzet en aandacht nodig. In 2014 hebben we opnieuw een stap gezet in het afbouwen van het Boppeslach-project. Dit jaar draaiden nog 115 scholen mee in het project (op het hoogtepunt waren dat ongeveer 230). Het aantal zwakke en zeer zwakke scholen in Fryslân is verder omlaag gegaan en zit bijna op het landelijk gemiddelde. Het wetsvoorstel om PS de bevoegdheid te geven om de kerndoelen vast te stellen en GS de bevoegdheid te geven om niet alleen volledig, maar ook partieel ontheffing te kunnen verlenen voor het vak Fries, is in 2014 door de Tweede en Eerste Kamer vastgesteld. De nieuwe wetgeving is vanaf 1 augustus 2014 van kracht, waardoor de uitbreiding van de bevoegdheid van de provincie op het gebied van het Fries in het onderwijs een feit is geworden.
165
In het schooljaar 2014/2015 is ook een nieuwe digitale methode Fries voor het voortgezet onderwijs, een online leerplatform, Searje 36 (http://36.edufrysk.nl/ / http://fu.edufrysk.nl/), verschenen. Verder is in 2014 een begin gemaakt met de ontwikkeling van een Evaluatiesysteem voor het vak Fries. Op dit moment worden toetsen (methode-onafhankelijk en methodegebonden), observatieinstrumenten, een leerlingvolgsysteem en een leerplan Fries ontwikkeld, door een consortium van verschillende partijen. Een en ander in samenwerking met het onderwijsveld. Het systeem is bedoeld voor het primair onderwijs en de eerste klassen van het voortgezet onderwijs.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt?
Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Onze bijdrage aan de Kwaliteitsverbetering van het primair onderwijs in het kader van het project Boppeslach verder afbouwen en overdragen aan de schoolbesturen. 2. Het aantal zwakke en zeer zwakke scholen in Fryslân ligt op het landelijk niveau. 3. De voordelen van meertalig onderwijs onder de aandacht brengen van ouders en leerkrachten. 4. De doorgaande leerlijn verder gestalte geven. 5. Een ontheffingenbeleid formuleren waarin ook partiële ontheffing mogelijk zal worden. 6. In samenwerking met de Afûk een digitale leeromgeving ontwikkelen voor Studio F die eind 2015 gereed zal zijn. 7. Beide Pabo’s bieden een volledig programma voor nascholing in het kader van de bevoegdheid Fries. 8. Blijvend investeren in de eerste- en tweedegraads lerarenopleiding Fries van de NHL. 9. We zullen de ontwikkeling van de Fryske Akademy verder stimuleren in de richting van een flexibele, hoogwaardige kennisinstelling op het gebied van de Friese taal, cultuur en geschiedenis. 10. Er wordt een traject uitgezet waarin wordt nagegaan hoe een leerlingvolgsysteem en een methode-onafhankelijke toets voor het Fries in het primair onderwijs kan worden vormgegeven en er wordt een begin gemaakt met het ontwikkelen van toetsen. 11. In overleg met de schoolbesturen streven we op een manier die past bij onze kerntaken naar een goed gespreid en toegankelijk primair onderwijs.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 4. Doorgaande leerlijn Aan het begin van het schooljaar 2014/2015 boden vijf locaties voor voortgezet onderwijs Meertalig Voortgezet Onderwijs (MVO) aan, waaronder één VMBO-locatie. Misschien komt er dit schooljaar nog een locatie bij. Het is gezien het aantal huidige locaties echter de vraag of het nagestreefde aantal van tien locaties voor meertalig voortgezet onderwijs in 2015 kan worden gehaald. Voor de toename van het aantal locaties is extra inzet nodig. Het Europees Platform (EP), dat zich ook bezig houdt met tweetalig onderwijs in Nederland, heeft in opdracht van de provincie onderzocht hoe het netwerk van MVO-scholen kan worden versterkt, en verder uitgebreid kan worden met nieuwe locaties. We zullen de aanbevelingen van het EP gebruiken om het MVO-netwerk in 2015 verder te versterken. 5. Ontheffing De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel dat partiële ontheffing door GS mogelijk maakt vastgesteld. De wet is op 1 augustus 2014 van kracht geworden. In 2014 is er een conceptbeleidsregel opgesteld, die Gedeputeerde Staten in staat moet stellen om voortaan niet alleen volledig, maar ook gedeeltelijk ontheffing te verlenen voor het vak Fries op de basisschool en in het voortgezet onderwijs. Voordat de beleidsregel voor
166
besluitvorming voorgelegd kan worden, moet het Friese onderwijsveld geraadpleegd worden. Dat zal in het eerste kwartaal van 2015 plaatsvinden. Het doel is dat met ingang van het schooljaar 2015/2016 volledige en partiële ontheffing kan worden verleend, en dat scholen zich op deze praktijk kunnen voorbereiden. 7. Nascholing In het kader van het Fries op de Pabo en de lerarenopleiding Fries verzorgen de hogescholen op dit moment ook een nascholingsaanbod. In 2013 is echter, gezien het aantal docenten zonder bevoegdheid, te weinig gebruik gemaakt van dit aanbod. Om die reden zullen de hogescholen het bestaande aanbod evalueren en bezien hoe aanbod en vraag in de toekomst dichter bij elkaar gebracht kunnen worden. In 2015 verwachten we hierover een voorstel van de hogescholen. Naar aanleiding daarvan zullen rijk en provincie in het kader van de afspraken in het Bestuursakkoord Friese Taal en Cultuur 2013-2018 bezien hoe zoiets het best mogelijk kan worden gemaakt. (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Onderwijskundige kwaliteit Fries in de voorschoolse periode Fries in het primair onderwijs Fries in het voortgezet onderwijs
Nulmeting
Aantal zwakke scholen Aantal zeer zware scholen Aantal tweetalige peuterspeelplaatsen
70 in 2008 26 in 2008 100 in 2010
Aantal drietalige basisscholen Aantal scholen voor voortgezet onderwijs met een meertalige stroom
Doelwaarden 2014 < 15 <4 175
Realisatie 2014 15 1 170
20 % (+/- 75) 5
75
20 in 2011 3 in 2011
5
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
0
0
0
0
2.688 10.179 4 699 13.569
2.698 10.319 3 696 13.717
2.576 5.484 3 690 8.752
122 4.836 1 6 4.964
-4.836
122 0 1 6 129
-13.569
-13.717
-8.752
-4.964
-4.836
-129
Toelichting Voorzieningen Dit is de voorziening Jorritsma-Boschmafonds.
167
0
-4.836
Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Legaat van Harinxma thoe Sloten V. JorritsmaBoschmafonds V. Grafiekcollectie Knecht-Drenth V. Uitbr/instandh grafiekcollectie KnechtDrenth
Stand per 1-1-2014 22
0
0
Stand per 31-12-2014 22
132
3
0
134
0
73
73
0
445
23
0
468
toevoeging
168
aanwending
1.9
Programma 9 – Ruimte en wonen
Portefeuillehouder: de heer J.H.J. Konst
Wat wilden we bereiken met dit programma? Wij willen de provincie economisch versterken en tegelijkertijd mooier maken. Daarbij horen sterke Friese steden en een vitaal platteland. Fryslân zichtbaar mooier en duurzamer ‘Fryslân op afstand de mooiste provincie van Nederland’. Dit uitgangspunt past de provincie toe bij nieuwe ontwikkelingen. Het gaat daarbij om het behoud, maar ook om de ontwikkeling en versterking van de waarden en kwaliteiten en het toevoegen van nieuwe waarden en kwaliteiten. Samen met anderen werken we aan een mooier en duurzamer Fryslân. Daarbij zien we ontwikkelingen als een kans om het karakter en de identiteit van het Friese landschap en de dorpen en steden sterker te maken. Demografische veranderingen Wij willen voorkomen dat de kwaliteit van bestaande steden en dorpen achteruit gaat door krimp. Wij dragen bij aan goede en bereikbare voorzieningen, zo goed mogelijk geclusterd en gespreid over heel Fryslân. Dit doen we ook via andere programma’s.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
9.1 Planvorming, onderzoek en monitoring 9.2 Realiseren ruimtelijke ontwikkelingen 9.3 Wonen
Toelichting Provinciale Staten hebben een besluit genomen over de insteek voor een nieuw windbeleid. Begin 2015 verwachten we de reactie van het rijk op de keuzes van Provinciale Staten. Het nieuwe beleid voor schaalvergroting in de landbouw is in 2014 vastgesteld (en verwerkt in de Verordening Romte). De Verordening Romte is geactualiseerd en vastgesteld door Provinciale Staten. Om de toepassing van zonne-energie breder mogelijk te maken zijn we gestart met de voorbereiding van de notitie Romte foar Sinne. Wij hebben de nota vastgesteld en aan Provinciale Staten verstuurd voor behandeling.
169
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
632 11.067 -10.435
Begroting 2014 na wijziging 376 16.948 -16.572
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 388 -12 -12 14.080 2.868 -1.688 1.181 -13.692 -2.880 -1.688 -1.192
Toelichting Zie de beleidsvelden voor de toelichting op de financiële afwijkingen.
Beleidsveld 9.1 – Planvorming, onderzoek en monitoring Wat wilden we bereiken? Wij willen de ruimtelijke ontwikkeling van Fryslân zo breed mogelijk benaderen. We doen dit door alle mogelijke invalshoeken te verkennen en onze partners zo goed mogelijk te betrekken bij het nemen van besluiten. Daarnaast betrekken we ook andere overheden en maatschappelijke partijen bij het ontwikkelen van nieuwe plannen. Onze algemene doelen voor ruimtelijke kwaliteit, duurzaamheid en leefbaarheid staan daarbij voorop. Demografische ontwikkelingen Bij het maken van plannen houden we rekening met de demografische ontwikkelingen. Als het nodig is formuleren wij beleid en maken we met gemeenten en regio’s verdere beleidsafspraken. Zo willen we op tijd inspelen op de gevolgen van demografische veranderingen, waaronder de toekomstige krimp. Bedrijventerreinen We willen voorkomen dat er onnodig nieuwe bedrijventerreinen worden aangelegd. Wij willen de kwaliteit van bestaande bedrijventerreinen verbeteren en die terreinen beter benutten. Hiervoor is de samenwerking tussen gemeenten over de aanleg en uitgifte van nieuwe terreinen erg belangrijk. We hebben hierover afspraken gemaakt met de gemeenten. Het Provinciaal Herstructureringsprogramma bedrijventerreinen komt terug in paragraaf 9 (grote projecten). Windmolens Wij gaan over op duurzame, hernieuwbare energie. We zetten daarbij in op verschillende vormen van duurzame energie, zoals windmolens op zee en op land. We willen meer elektriciteit opwekken met minder nieuwe windmolens. Deze nieuwe windmolens worden geclusterd en geconcentreerd op slechts enkele locaties in de provincie waar voldoende ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden zijn. Het opruimen van oude, weinig renderende molens is - ook bij rijksprojecten van 100MW en meer - een voorwaarde voor plaatsing van nieuwe windmolens. De huidige windmoleneigenaren krijgen de mogelijkheid hierin te participeren.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
9.1 Planvorming, onderzoek en monitoring
170
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
Bij het nieuw geformuleerde beleid over de ruimtelijke inpassing van zonne-energie hebben wij relevante partijen uit de mienskip en gemeenten uitgenodigd in de verkennende fase. De verordening Romte 2014 is vastgesteld. Zowel bij het opstellen als bij de implementeren voeren wij nauw overleg met gemeenten. In de aanloop naar nieuwe afspraken over kantoren met de F4-gemeenten en over de (prognoses) inzake de behoefte aan nieuwe bedrijventerreinen, als basis voor herijking van de afspraken met de vier regio’s op het vaste land, hebben wij de gemeenten nadrukkelijk betrokken. Provinciale Staten hebben in 2014 ruimte geboden voor het zoekproces van Fryslân foar de Wyn (FFDW) naar windlocaties op het Friese vaste land. Daarom hebben PS de Structuurvisie windstreek Fryslân 2014 (nog) niet vastgesteld. Op basis van het advies van FFDW hebben Provinciale Staten eind 2014 een standpunt ingenomen over de invulling van de Friese taakstelling van 530,5 MW. Het traject is nog niet afgerond: in de komende jaren zullen de verschillende onderdelen (ruimtelijk, uitvoeringsorganisatie, deelname in windpark) nader worden ingevuld en uitgewerkt. In 2014 hebben we voortgang geboekt in de regionale opgaven van de demografische ontwikkelingen. Het voertuig hiervoor is de Streekagenda waarin de gezamenlijke “krimp” gerelateerde opgaven zijn benoemd. Twee voorbeelden ter verduidelijking: in Noordoost Fryslân is een stap gemaakt met het regionaal spreiden van voorzieningen. Op de Waddeneilanden is een expertmeeting gehouden over de problematiek rondom betaalbare huisvesting.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Wij willen aandacht bij alle gemeenten, corporaties en ontwikkelaars voor ruimtelijke kwaliteit. 2. Er is een nieuwe structuurvisie voor windenergie in voorbereiding (Windstreek 2013) 3. Op provinciale schaal regisseren wij beleidsinhoudelijk de gevolgen van demografische veranderingen. 4. Wij coördineren samen met het rijk, de buurprovincies en de waddengemeenten het waddenbeleid en de waddengerelateerde programma’s en projecten. 5. Wij ondersteunen gemeenten in regioverband bij het uitwerken van plannen om bestaande bedrijventerreinen te verbeteren. Wij doen dat door de aanpak van die terreinen financieel te ondersteunen. Daarnaast verkennen wij samen met de gemeenten ook andere mogelijkheden om de herstructurering te bekostigen.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 2. Begin 2013 hebben de gezamenlijke provincies met het Rijk afgesproken dat in 2020 landelijke 6000 MW op land is gerealiseerd, waarvan 530,5 MW in Fryslân. In december 2014 hebben de Staten deze taakstelling volgens afspraak met het Rijk nader ingevuld. Binnen de kaders van het coalitieakkoord is besloten tot plaatsing van 316 MW in het IJsselmeer (2 locatiemogelijkheden), Windpark Noordoostpolder 18 MW, Kop Afsluitdijk 36,5 MW en Bestaand op land 160 MW. Verder is besloten tot sanering van 65 MW aan bestaande molens, met gebundelde herplaatsing met minder molens op land. Ook gaan we onderzoek doen naar de mogelijkheden voor dorpsmolens. Begin 2015 verwachten we de reactie van de minister op het verzoek van Provinciale Staten om de variant Afsluitdijk als alternatief voor Windpark Fryslân te onderzoeken. Na de reactie van de minister zou het proces van de structuurvisie Windstreek 2014 weer vervolgd kunnen worden.
171
4.
Cofinanciering van de Waddenacademie vindt niet meer plaats vanuit dit budget. Er is een andere cofinanciering voor de Waddenacademie tot stand gekomen vanuit het budget “Cofinanciering EFRO/EZ-projecten, Waddenfonds en Interreg”.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Overlopende passiva Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
65 473 538
0 82 264 346
-1 82 277 358
1 0 -13 -12
1 0 -13 -12
26 65 473 812 1.376
145 82 260 1.380 1.867
-179 82 273 1.369 1.544
324 0 -13 12 323
324 0 -13 12 323
-838
-1.521
-1.187
-335
-335
Toelichting Structurele budgetten Het voordeel op de structurele budgetten is met name ontstaan doordat een vastgelegde subsidieverplichting niet meer tot uitbetaling komt (€ 240.000,-). Hiernaast is geen beroep gedaan op het beschikbare bedrag (€ 50.000,-) voor het aandeel provinciale cofinanciering Waddenacademie in EFRO/EZ-projecten, Waddenfonds en Interreg.
Beleidsveld 9.2 – Realiseren ruimtelijke ontwikkelingen Wat wilden we bereiken? Wij begeleiden en sturen ruimtelijke ontwikkelingen. Dat doen we door zelf plannen te maken, maar ook door in plannen van andere overheden te participeren en te adviseren. Wij zetten in op verhoging van de kwaliteit en het effectief benutten van bestaande bedrijventerreinen. De aanleg van nieuwe terreinen wordt beperkt en delen van de bestaande bedrijventerreinen worden geherstructureerd. De afspraken hierover zijn in de regionale bedrijventerreinenplannen vastgelegd.
172
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? (doelrealisatie) Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
9.2 Realiseren ruimtelijke ontwikkelingen
Toelichting Er zijn minder plannen aangeboden dan vorig jaar. Zowel aan de wettelijke afhandelingstermijnen, als aan de zelfbenoemde reële bestuurlijke afhandelingstermijn bij overleg over voorontwerpen kon in vrijwel alle gevallen worden voldaan. Een verbetering ten opzichte van 2013. De in totaal achttien zienswijzen die zijn ingediend hadden vooral betrekking op de thema woningbouw en landschappelijke inpassing We hebben twee reactieve aanwijzingen gegeven. Deze hadden betrekking op het bestemmingsplan Burgum Park (pingoruïne/archeologie) en Feanwâlden De Bosk (strijdigheid met woningbouwafspraken). De reactieve aanwijzing tegen Burgum Park is eind 2014 ingetrokken.
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. Wij blijven door informeel vooroverleg proactief adviseren aan gemeenten en initiatiefnemers over ruimtelijke plannen. 2. Wij blijven aandacht vragen voor ruimtelijke kwaliteit, door een provinciaal kwaliteitsteam in te zetten voor de advisering over gemeentelijke provinciale projecten. 3. Het nieuwe beleid voor de grootschalige melkveehouderij wordt juridisch vastgelegd in de Verordening Romte Fryslân. Een heroverweging van het beleid voor intensieve veehouderij vindt ook in 2013 plaats. 4. We ondersteunen de vergroting en verspreiding van kennis over de gevolgen van de demografische ontwikkelingen en faciliteren een planmatige regionale aanpak. 5. Wij voeren het provinciale plan Herstructurering Bedrijventerreinen uit. (zie ook de paragraaf grote projecten) 6. In 2013 werken we binnen de gebiedsontwikkeling Nieuw Stroomland aan de uitvoering van de structuurvisie.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 2. en 4. De onderbesteding van deze budgetten wordt toegelicht onder de financiële tabel. 5. Eind 2013 is het project “herstructurering van de Nieuwe Willemshaven te Harlingen” ingediend waarvoor we 2014 een beschikking hebben afgegeven voor een subsidie van € 820.500,- . Eind 2014 hebben we voor een tweede project een subsidiebeschikking afgegeven van € 383.906,- (welke in 2015 en in 2016 tot betalingen zal leiden). Het gaat hier om de herstructurering van de Nedcoat-locatie in Surhuisterveen. Samen met onttrekkingen ten behoeve van projecten als de Quickwins, bedrijventerrein Hallum en de verplaatsing van scheepswerf Talsma, is het budget herstructurering bedrijventerreinen uitgeput. Voor het bedrijventerrein Hallum zijn in 2014 de financiële- en samenwerkingsafspraken tussen de drie partijen uitgewerkt in een overeenkomst en zijn de gesprekken met de bewoners van de 17 panden grotendeels afgerond. De voorgenomen activiteiten kunnen binnen het budget worden uitgevoerd. Na
173
besluitvorming door de beide colleges en de betrokken bedrijven kunnen, na ondertekening van de overeenkomst begin 2015, de aankopen concreet worden uitgevoerd en het bedrijventerrein geschikt worden gemaakt. Dit laatste allemaal onder regie van de gemeente.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Tijdelijke budgetten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
94 94
30 30
30 30
0 0
81 465 2.029 2.575
102 1.877 2.856 2.118 6.952
100 1.518 3.521 2.031 7.171
1 359 -665 86 -219
-1.686
1 320 -2.312 86 -1.905
-2.481
-6.922
-7.141
219
1.686
1.905
0
0 0
-39 -1.647
Toelichting Tijdelijke budgetten Er is een onderbesteding geweest op de budgetten voor het Streekplan (€ 247.000,-) en Krimp (€ 72.000,-). Voor wat betreft Streekplan is dit veroorzaakt omdat minder dan verwacht gebruik is gemaakt van inhuur van extra deskundigheid ruimtelijke kwaliteit voor specifieke thema`s. Daarnaast zijn minder implementatie- en uitvoeringsprojecten Grutsk op ‘e Romte, dan verwacht gerealiseerd. Dit heeft te maken met de opstartfase van de Streekagenda`s. Bij het onderdeel krimp is dubbele betaling gedaan van een declaratie. Dit is gecorrigeerd door een terugstorting aan het eind van het jaar.
174
Beleidsveld 9.3 – Wonen Wat wilden we bereiken? Wij willen een voldoende gevarieerd aanbod van woningen voor iedereen. Leegstand en verpaupering willen wij voorkomen. Voor de verschillende doelgroepen moeten kwalitatief goede, betaalbare en energiezuinige woningen beschikbaar zijn. De kwaliteit van wonen is van groot belang voor het mooi houden van Fryslân. Daarnaast zijn goede woningen en een goede woonomgeving belangrijk om de gevolgen van demografische ontwikkelingen in goede banen te leiden. Dit is vooral op het platteland erg belangrijk. De gewenste kwaliteitslag in de woningvoorraad stimuleren we ook via andere programma’s. Gemeentelijke woonplannen De advisering en beoordeling van gemeentelijke woonplannen is onderdeel van de begeleiding van ruimtelijke plannen. Door ontwikkelingsgericht werken en proactieve advisering begeleiden wij voorgenomen ontwikkelingen op het gebied van het wonen. Wij stimuleren gemeenten hun woningvoorraad op een voldoende kwaliteitsniveau te brengen. Dat betekent onder meer dat woningen levensloopbestendig en energiezuinig zijn. Herstructurering woningvoorraad We willen de bestaande woningvoorraad flink verbeteren en verduurzamen. Samen met woningbouwcorporaties en gemeenten investeren we in herstructurering van bestaande woningen (energiezuinig maken en opknappen) en de woonomgeving. In 2015 zal er een uitwerking komen van het Aanvalsplan Herstructurering naoorlogse Friese woningvoorraad. Aanvalsplan Friese Woningmarkt In 2013 zijn wij gestart met het project Aanvalsplan Friese Woningmarkt. Doel van dit project is om voor de betrokkenen instrumenten en mogelijkheden in kaart te brengen waarmee de woningmarkt in Friesland weer op gang gebracht kan worden.
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
9.3 Wonen Toelichting In 2014 zijn veel projecten vanuit de diverse programma’s aangevraagd en in uitvoering gebracht. Hierbij gaat het om projecten gericht op het verbeteren van particuliere woningen, energiezuinig maken van woningen (sociaal en particulier), herbestemming en het toevoegen van kwaliteiten aan de woningmarkt voor een gevarieerd woningaanbod. Ondanks deze forse inspanningen blijft de opgave onverminderd groot.
175
Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 1. We stimuleren dat gemeenten woonvisies in regionaal verband opstellen en actualiseren. 2. De Verordening ISVIII wordt uitgevoerd. De criteria duurzame energie en veranderende bevolkingsontwikkeling tellen zwaar mee. 3. Samen met betrokken partijen in de regio’s werken we in 2013 het Aanvalsplan Herstructurering Friese Woningvoorraad verder uit. 4. We blijven inzetten op het betaalbaar en het energiezuinig maken van woningendoor het 100.000-woningenplan uit te voeren (onderdeel programma duurzame energie) 5. We subsidiëren Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). 6. We houden wettelijk toezicht op de huisvestingstaak van gemeenten om statushouders te huisvesten. 7. De pilots landelijk wonen, worden in 2013 afgerond (conform streekplan 2007). Er worden geen mogelijkheden geboden voor nieuwe projecten. 8. Wij ondersteunen het herstel van funderingen van woningen.
Beleid
Tijd
Geld
Toelichting 3. Tot en met 2015 sluiten we aan bij de bestaande rijksmiddelen voor ISV en het 100.000-woningenplan. In 2014 is het Aanvalsplan Herstructurering Friese Woningvoorraad “on hold” gezet, om het Aanvalsplan Woningmarkt te kunnen uitvoeren (via Wurkje foar Fryslân). Dat Aanvalsplan is uitgevoerd met middelen van Wurkje foar Fryslân, er zijn maatregelen en financieringsregelingen ontworpen om de gewenste impuls aan de woningmarkt te geven. 4. Voor het energiezuinig maken van woningen is uiteindelijk het 100.000-woningenplan niet ingezet, maar hebben we er voor gekozen dit doel te behalen via de bestaande regelingen ISV-wonen en de Friese energiepremie. Hiermee worden de aantallen te verbeteren woningen gehaald. Bijlage bij ruimtelijke ordening (Prestatie)indicatoren Onderwerp Indicator Wenjen Oerlis Fryslân Herstructurering Friese woningvoorraad Huisvesting statushouders
Bestuurlijk overleg
Collectief Particulier Opdrachtgeverschap
Inzet subsidie voor CPO-projecten
100.000woningenplan Funderingsherstel
Woningen zijn opgeknapt en energiezuiniger Inzet subsidie voor funderingsherstel van woningen
Regionaal programma herstructureringsopgave woningvoorraad Stimulering behalen gemeentelijke taakstelling
176
Doelwaarden 2014 3 maal per jaar BO
Realisatie 2014 2 maal
Regionale programma’s voor alle regio’s Voorkomen in-deplaatstredingsprocedure Ondersteuning van 2 aanvragen per jaar 3000 woningen per jaar opknappen Ruimte voor circa 75 aanvragen per jaar
Gereed Gerealiseerd 1 aanvraag in 2014 gehonoreerd 3000 1 aanvraag ingediend en ingetrokken.
Toelichting 100.000-woningenplan Via de regelingen ISV-wonen en de Friese energiepremie worden de aantallen te verbeteren woningen gehaald. Funderingsherstel Er zijn in 2014 geen projecten ingediend.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten Totaal baten Lasten Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Reserves Bedrijfsvoeringskosten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
0
0
0
0
27 6.510 0 579 7.115
57 3.512 4.036 523 8.128
9 2.566 2.270 519 5.364
48 946 1.766 4 2.764
-7.115
-8.128
-5.364
-2.764
Gebruik reserves
Resultaat
0
-1
48 69 2.641 4 2.763
-1
-2.763
-876 875
Toelichting Structurele budgetten Het voordeel op structurele budgetten is ontstaan op het budget Woonmonitoring. De provincie Fryslân laat om de paar jaar een Woningbehoefte-onderzoek doen, dat o.m. als input dient voor het woonbeleid en de woonprogrammering van gemeenten en woningcorporaties. Het Aanvalsplan Woningmarkt heeft echter in 2014 de nodige inzet gevraagd van zowel de provinciale organisatie als van betrokken externe partijen, waardoor de opzet en uitvoering van een Woningbehoefte-onderzoek is doorgeschoven naar 2015. Wel is in 2014 een Quick Scan van de Friese Woningmarkt uitgevoerd, waarvoor een deel van het budget Woonmonitoring is benut. Tijdelijke budgetten De vrijval op de tijdelijke budgetten heeft betrekking op niet bestede bedragen voor het collectief opdrachtgeverschap (€ 26.000,-) en uitvoeringskosten funderingsherstel (€ 43.000,-). De onderbesteding van het budget voor het collectief opdrachtgeverschap is ontstaan doordat in 2014 slechts 2 aanvragen zijn binnengekomen, waarvan er 1 is gehonoreerd. De onderbesteding op het budget uitvoeringskosten funderingsherstel is ontstaan doordat er in 2014 geen beroep is gedaan op de regeling. In 2014 is onderzocht wat hiervoor de reden zou kunnen zijn. Op basis hiervan gaan we in 2015 na of (en zo ja hoe) we een andere regeling kunnen ontwerpen.
177
Reserves Dit betreft een aantal projecten in het kader van Wurkje foar Fryslân: Renovatieregeling goedkope koopwoningen/Expeditie Fryslân (€ 1.149.000,-), herbestemmingsregeling bestaande panden (€ 1.233.000,-) en uitvoering aanvalsplan woningmarkt (€ 259.000,-). De onderbesteding op deze projecten wordt veroorzaakt doordat onder meer de beschikkingen voor de herbestemmingsregeling grotendeels ten laste van 2015 worden gebracht (de eerste tranche van de herbestemmingsregeling is uitgeput, alle middelen worden weggezet). Voor de renovatieregeling is het geld vrijgegeven in 2014, maar de regeling wordt in drie tranches uitgezet. De eerste tranche heeft geleid tot besteding in 2014 en in 2015 en 2016 zullen de 2 de en 3de tranche tot besteding komen. Balanspost reserves Bedragen € 1.000,R. Gebiedsbudget
Stand per 1-1-2014
toevoeging 0
Stand per 31-12-2014
aanwending
5.285
5.285
0
Toelichting De Quick Wins zijn in 2014 per regio ondergebracht in een reserve gebiedsbudget. De uitvoering is sneller tot stand gekomen dan verwacht. De overbesteding wordt verrekend met de VAR in 2014. In 2015 wordt deze op begrotingsbasis weer teruggestort in de VAR. Balanspost overlopende passiva Stand per Bedragen € 1.000,1-1-2014 OP SCW Secretariaat 24 Stuurgroep Waddenprovincies OP SEPH ServicePunt 4 Handhaving Waddenzee OP RCW diverse 45 reserveringen
0
9
Stand per 31-12-2014 15
0
4
0
0
2
43
toevoeging
aanwending
Toelichting Bovengenoemde overlopende passiva zijn opgenomen in beleidsveld 9.1.
178
1.10 Programma 10 – Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Portefeuillehouder: mevrouw J.A. de Vries Dit ‘programma’ is niet beleidsinhoudelijk, maar heeft een administratief karakter. Hier ramen we de zogenoemde algemene dekkingsmiddelen, zoals de algemene uitkering uit het provinciefonds. Deze dekkingsmiddelen hebben geen specifieke bestemming gekregen. Ze dienen als dekking van de lasten in de beleidsinhoudelijke programma’s die niet worden gedekt door (specifieke) uitkeringen van andere overheden. We lichten de verschillende onderdelen in onderstaande tabel in dit programma per onderdeel verder toe.
Wat heeft het programma gekost? Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
281.249 8.559 272.690
Begroting 2014 na wijziging 298.737 19.802 278.935
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 295.227 3.510 3.510 16.414 3.388 -8.421 -5.034 278.813 122 -8.421 8.543
Toelichting Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,Baten 10.1 Provinciefonds 10.2 Opcenten motorrijtuigenbelasting 10.3 Dividenden 10.4 Financieringsre nte 10.5 Btwcompensatiefonds 10.6 Interne financiering 10.7 Overige algemene dekkingsmiddelen 10.8 Werken voor derden 10.9 Onvoorzien Totaal baten Lasten 10.1 Provinciefonds 10.2 Opcenten motorrijtuigenbelasting
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
159.219 58.994
158.019 65.486
158.050 65.682
-31 -196
-31 -196
22.313 28.604
23.188 25.251
23.196 25.301
-8 -50
-8 -50
53
49
18
31
31
11.398
13.571
13.026
545
545
57
1.311
713
598
598
244
11.862
9.281
2.582
2.582
365 281.249
0 298.737
-39 295.227
39 3.510
39 3.510
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
179
Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,10.3 Dividenden 10.4 Financieringsre nte 10.5 Btwcompensatiefonds 10.6 Interne financiering 10.7 Overige algemene dekkingsmiddelen 10.8 Werken voor derden 10.9 Onvoorzien Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening Saldo 2014 begroting en rekening 0 0 5.640 277
Gebruik reserves
Resultaat
0 9.148
0 5.917
0 277
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
-895
2.022
1.609
413
244
11.862
9.281
2.582
62 8.559
0 19.802
-116 16.414
116 3.388
-8.421
116 -5.034
272.690
278.935
278.813
122
-8.421
8.543
-8.421
-8.008 2.582
10.1 – Provinciefonds Naast de realisatie van het provinciefonds in 2014 geven wij hieronder de opbouw van het provinciefonds in de komende jaren. De raming van de algemene uitkering uit het provinciefonds voor onze provincie is gebaseerd op de september en decembercirculaire 2014 van het rijk. Deze raming bestaat deels uit de eigenlijke algemene uitkering en deels uit zogenoemde decentralisatie-uitkeringen. In onderstaande tabel staat hoe de raming is opgebouwd. De decentralisatie uitkeringen zijn conform de septembercirculaire begroot. Uitzondering hierop is de voorfinanciering van een deel van de decentralisatie-uitkering natuur in de jaren 2016/2017. Het rijk heeft deze middelen nog niet structureel toegevoegd aan het provinciefonds. Dit in afwachting van de definitieve verdeling hiervan over de provincies. Daarnaast is de rijksbijdrage RSP-REP al opgenomen voor de jaren 2015-2017. Deze middelen zijn door het rijk al toegezegd, maar worden op jaarbasis aan het provinciefonds toegevoegd.
180
Wat heeft het opgeleverd? Opbouw provinciefonds Bedragen x € 1.000,Algemene uitkering - Huidig jaar - Voorgaand jaar Decentralisatieuitkeringen: - Zwemwaterrichtlijn EU - Bodemsanering - Externe veiligheid - Luchthavens - Natuur - Natuur (DLG) - Agrarisch natuurbeheer - Sterke regio’s - Waddenfonds - Afsluitdijk - Invoering jeugdzorg - Monumentenzorg - ISV - Bedrijventerreinen - RSP REP Totaal baten
2013
2014
2015
2016
2017
2018
61.257
62.143
61.917
131 25.600 2.375
5.500 2.850
4.500 2.850
2.850
40.499
28.878
28.878
28.878
1.464
1.464
1.464
1.464
82.739 46
72.867 31
66.788
90 3.442 771 131 26.890
90 3.410 771 131 25.600
90
542 36.824 666 150 1.464 4.190 1.275 159.219
38.690 150 1.464 3.832 608 10.406 158.050
7.601 144.548
7.300 5.083 5.083 107.249 104.918 100.192
10.2 – Opcenten motorrijtuigenbelasting Opcenten zijn een aanvullende eigen belasting die de provincie heft op de motorrijtuigenbelasting. Provincies kunnen, binnen door het Rijk vastgestelde marges, zelf de hoogte van hun opcenten bepalen.
Wat heeft het opgeleverd? Exploitatie Bedragen x € 1.000,Baten Opcenten motorrijtuigenbelasting Totaal baten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil begroting en rekening
58.994
65.486
65.682
-196
58.994
65.486
65.682
-196
Toelichting Door een lichte toename van het wagenpark is de opbrengst motorrijtuigenbelasting iets hoger uitgevallen. Begroting 2014 € 725.200 -1%
Gemiddelde opbrengst per punt Groei wagenpark
181
Realisatie 2014 € 727.400 +1%
10.3 – Dividenden De provincie Fryslân neemt deel in het aandelenkapitaal van een aantal bedrijven. In onderstaand overzicht worden de baten uit de dividenden weergegeven.
Wat heeft het opgeleverd? Exploitatie Bedragen x € 1.000,Baten Nuon Alliander Vitens BNG NWB Totaal baten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
20.261 1.940 112 0 22.313
Rekening 2014
21.039 2.054 96 0 23.188
Verschil begroting en rekening
21.047 2.054 96 0 23.196
-8 0 0 0 -8
10.4 – Financieringsrente Wat heeft het gekost? Exploitatie Bedragen x € 1.000,Baten Rente vermogensbeheer Rente kort Rente lang Rente verstrekte geldlening Egalisatiereserve rendement vermogensbeheer Totaal baten Lasten Rente vermogensbeheer Rente kort Rente lang Doorbelasting rente verstrekte geldlening Egalisatiereserve rendement vermogensbeheer Inflatievergoeding RSP-gelden Rente nazorgfonds Kosten vermogensbeheer Advieskosten vermogensbeheer Totaal lasten Saldo van de rekening van baten en lasten Mutatie reserves Resultaat van de rekening van baten en lasten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil begroting en rekening
24.601 765 316 2.922 0
22.157 160 12 2.922
21.641 391 347 2.922
516 -231 -335 0
28.604
25.251
25.301
-50
0 32 1 2.541
0 0 2 2.541
87 1 0 2.541
-87 -1 2 0
2.000
0
0
0
3.490 508 569 5 9.148
2.088 546 501 239 5.917
1.939 532 481 58 5.640
149 13 20 181 277
19.456
19.333
19.661
-327
19.333
19.661
-327
6.000 25.456
182
Toelichting Het behaalde rendement op het vermogensbeheer is € 0,6 mln. lager dan het begrote rendement. Dit wordt gecompenseerd door de hogere rentebaten en de besparing op de aanbestedingskosten (advieskosten vermogensbeheer), € 0,7 mln. positief. De ontvangen rente op kort- en langlopende uitzettingen viel hoger uit dan begroot. Er zijn de afgelopen jaren RSP-gelden vervroegd uitgekeerd door het rijk. Hierdoor wordt er over deze gelden door het rijk geen inflatie meer vergoed. Om dit te compenseren is een inflatievergoeding toegekend over het nog niet bestede saldo van de vooruit ontvangen RSPgelden. Het percentage voor de inflatievergoeding is gelijk aan het percentage die het rijk hiervoor hanteert.
10.5 – Btw-compensatiefonds
Wat heeft het opgeleverd? Exploitatie Bedragen x € 1.000,Baten Btw-compensatiefonds Totaal baten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
53 53
Rekening 2014 49 49
Verschil begroting en rekening
18 18
31 31
Het betreft hier de compensabele btw in het onderdeel Goederen en diensten bij het Grondwaterplan.
10.6 – Interne financiering De provincie werkt met totaalfinanciering. Dit betekent dat er geen directe relatie bestaat tussen specifieke investeringsprojecten en de daarvoor werkelijk aangetrokken financieringsmiddelen. De provincie voorziet met eigen middelen in de totale behoefte aan financiering. De inzet van financieringsmiddelen brengt rentelasten of –baten met zich mee. Zie ook paragraaf 4 Financiering en beleggingen. Rentetoerekening aan reserves, voorzieningen en overlopende passiva vindt slechts plaats als dat door derden verplicht is gesteld. Conform de nota Uitvoering Begroting wordt wel (bouw)rente toegerekend aan lopende investeringsprojecten. Deze toerekening is bevroren op het niveau van de begroting 2012. Rentekosten worden ook toegerekend aan de natuurgronden die in bezit zijn van de provincie.
Wat heeft het opgeleverd? Exploitatie Bedragen x € 1.000,Baten Rentetoerekening vaste activa Totaal baten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
11.398 11.398
183
13.571 13.571
Rekening 2014 13.026 13.026
Verschil begroting en rekening 545 545
Toelichting In de begroting was rekening gehouden met een rentetoerekening van 4,5% voor de natuurgronden, dit is hetzelfde percentage waarmee de bouwrente is bevroren in de begroting 2012. De richtlijn begroting 2014 geeft echter aan dat het rentepercentage voor voorgefinancierde bedragen 2,8% moet zijn. Dit is in 2014 gecorrigeerd wat leidt tot een lagere rentetoerekening.
10.7 – Overige algemene dekkingsmiddelen Hieronder staat een specificatie van de overige algemene dekkingsmiddelen.
Wat heeft het gekost? Exploitatie Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
- Baten - Rendementsderving inzet vermogen Totaal Baten Lasten - Mutaties kostenplaatsen via reserves - Stelpost nominaal - Stelpost stofkam - Budget voormalig personeel - Decentralisatie uitkering RSP REP Provinciefonds - Nog te verdelen bedrijfsvoeringkosten Totaal Lasten Saldo van de rekening van baten en lasten Saldo mutatie reserves Resultaat van de rekening van baten en lasten
Realisatie 2014
Saldo 2014
1.311 1.311
713 713
598 598
852 487 -255 375 69 494 2.022
728 0 0 387 0 494 1.609
124 487 -255 -12 69 0 413
-711 56.045 55.334
-896 47.623 46.727
185 8.421 8.606
Toelichting Bij de mutatie reserves gaat het om de volgende posten: - mutatie Vrij Aanwendbare Reserve (VAR) conform de besluitvorming van de Staten hierover. - mutatie reserve Nuon besteedbaar deel vanwege het rekeningresultaat programma 11. In 11.7 is een nader onderbouwing opgenomen van deze mutatie. - mutatie VAR vanwege de eerdere inzet van de budgetten voor quickwins gemeenten. Door deze extra inzet zouden er negatieve reserves ontstaan en volgens de BBV is dat niet toegestaan. De negatieve reserves worden nu opgevangen door een onttrekking aan de VAR van € 2,3 miljoen. In 2015 zal vanuit de gebiedsbudgetten de VAR weer gevoed worden. - door de gewijzigde werkwijze rondom de nog openstaande verplichtingen, zijn ook de verplichtingen op de structurele budgetten via de reserves overgeheveld naar het volgende jaar. Deze mutatie van € 419.000 loopt eveneens via dit programma.
184
10.8 – Werken voor derden De provincie voert soms werkzaamheden voor derden uit waarvoor wij een vergoeding ontvangen. De baten en lasten hiervan zijn in principe geraamd in de inhoudelijke programma’s, tenzij er geen directe relatie is met de doelen en resultaten van de provincie. In dat geval worden de lasten en baten vanaf 2014 in dit beleidsveld geraamd. Daarmee wordt voldaan aan de eisen van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).
Wat heeft het gekost? Exploitatie Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
- Baten - FUMO - Marrekrite - Overige - Rijkswaterstaat Prinses Margrietkanaal - Waddenfonds Totaal Baten Lasten - FUMO - Marrekrite - Overige - Rijkswaterstaat Prinses Margrietkanaal - Waddenfonds Totaal Lasten Saldo baten en lasten
Realisatie 2014
Saldo 2014
890 208 6.176 4.500 88 11.862
908 54 4.067 4.149 103 9.281
-18 155 2.109 351 -15 2.582
890 208 6.176 4.500 88 11.862
908 54 4.067 4.149 103 9.281
-18 155 2.109 351 -15 2.582
0
0
0
Toelichting De werken voor derden verlopen budgettair neutraal. In het geval wij extra werkzaamheden verrichten zoals bij de FUMO dan staat hier een hogere vergoeding tegenover. De overige werken voor derden betreffen met name de schades veroorzaakt door derden. Een deel van de werkzaamheden hiervoor vinden plaats in 2015.
185
10.9 – Onvoorzien
Exploitatie Bedragen x € 1.000,-
Realisatie 2013
Baten Terugvordering subsidies Verkoop activa Overig Totaal baten Lasten Dubieuze debiteuren Verkoop activa Verlenging Waddenkas Overig Totaal lasten Saldo van de rekening van baten en lasten Mutatie reserves Resultaat van de rekening van baten en lasten
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil begroting en rekening
336 22 7 365
0 0 0 0
-41 0 2 -39
41 0 -2 39
42 -64 61 23 62
0 0 0 0 0
-70 -50 0 4 -116
70 50 0 -4 116
303
0
77
-77
0
0
0
0
303
0
77
-77
Toelichting Bij de baten zijn een aantal teruggevorderde subsidies opgenomen dit vanwege het niet (geheel) uitvoeren van de projecten waarvoor in het verleden subsidie is verstrekt. Bij de lasten is de afboeking van een ten onrechte opgenomen vordering opgenomen en de boekwinst van ingeruilde activa opgenomen. Investeringen Bedragen €1.000,-
Onderhanden werken Opgeleverde werken Afgerekende werken Totaal
Stand per 1-1-2014
bijdragen derden
0
0
0
Stand per 31-12-2014 0
0
0
0
0
294
124
91
326
294
124
91
uitgaven
balans verkorting
0
326
Toelichting Afgerekende werken Het betreft hier de investeringen die gedaan zijn voor de hosting van de FUMO door de provincie.
186
Balanspost reserves Bedragen € 1.000,R. Algemene reserve R. Vrij aanwendbare reserve R. Reserve NUON besteedbaar deel R. Frictiekosten en infoplan 2011 R. Persoonlijk Ontwikkelingsbudget (POB) R. Jaarovergang structurele budgetten
Stand per 1-1-2014 9.250 81.665
0 21.039
0 54.811
Stand per 31-12-2014 9.250 47.893
433.788
31.015
47.607
417.197
1.048
352
530
869
777
0
777
0
0
419
0
419
toevoeging
aanwending
Toelichting In de stand van de reserves per 31 december 2014 is nog geen rekening gehouden met toekomstige beschikking over deze reserves ter dekking van reeds genomen besluiten over de inzet van deze reserves. De daadwerkelijk beschikbare ruimte in de Vrij aanwendbare reserve en de reserve NUON besteedbaar deel zijn opgenomen bij het onderdeel financieel kader.
187
188
1.11 Programma 11 – Inzet Nuon-middelen Portefeuillehouder: mevrouw J.A. de Vries Doel van dit begrotingsprogramma is een volledig beeld te presenteren van de inzet van de Nuonreserve en de investeringen die hiermee mogelijk worden. Dit programma maakt het mogelijk de inzet van de Nuon-reserve te monitoren en hierover te rapporteren in de bestuursrapportages en jaarstukken. De komende jaren wordt via dit programma de inzet uit de reserve Nuon geraamd en verantwoord. In het financieel kader (bijlage 3.1) wordt de volledige inzet van de Nuon- reserve gepresenteerd. De verantwoording in dit begrotingsprogramma beslaat met name het investeringsprogramma Wurkje foar Fryslân. In de onderdelen 11.1 tot en met 11.6 wordt verantwoord over de subdoelen van het programma en over de Quick-wins. Onderdeel 11.7 geeft de structurele baten als gevolg van de balansverkorting weer. In onderdeel 11.8 wordt de inzet voor het Fûns skjinne Friese enerzjy en het breedbandfonds weergegeven.
Wat wilden we bereiken met dit programma? Voor het programma Wurkje foar Fryslân hebben we de volgende doelen vastgesteld: Werkgelegenheidstoename: 1600 tijdelijke arbeidsjaren t/m 2016 en 2000 – 5000 vaste arbeidsplaatsen t/m 2020. Revolverendheid: minimaal € 115 mln. terugvloeiend in 2030. Multiplier: in 2020 minimaal € 300 mln. aan externe financiers. De investeringsagenda Wurkje foar Fryslân bevat enerzijds maatregelen om op korte termijn de werkloosheid terug te dringen. Anderzijds gaat het om versterking van de structuur van de Friese economie op de lange termijn. Daartoe zetten we in op vijf randvoorwaarden voor economische structuurversterking: 1. Vergroten van het innovatievermogen (kennisintensiteit, arbeidsproductiviteit) van met name het MKB, waarbij de provincie zich vooral richt op het scheppen van randvoorwaarden voor samenwerking, kennisuitwisseling en (co)financiering van bedrijfsinnovaties. 2. Beschikbaar stellen van bedrijfsfinanciering (kapitaal) voor situaties waarbij de markt tekort schiet, zoals voor jonge startende ondernemingen, groei en export. Hierbij gaat het erom de drempel voor het MKB tot de financiële sector te verlagen. 3. Versterken van het menselijk kapitaal (gekwalificeerd arbeidsaanbod) en de kennisinfrastructuur (onderzoek en ontwikkeling), waarbij de primaire verantwoordelijkheid ligt bij het bedrijfsleven en de onderwijs- en onderzoeksinstellingen maar de provincie ondersteuning biedt in de vorm van afstemming, stimulering, advies en (soms cofinanciering). 4. Vergroten van het organiserend vermogen van bedrijven, kennisinstellingen en overheden (triple helix), waarbij de provincie een stimulerende en coördinerende rol vervult. 5. Vergroten van de aantrekkelijkheid van de woon- en leefomgeving door onder meer goed voor onze beeldbepalende panden te zorgen en een kwaliteitsslag in de woningvoorraad te stimuleren.
189
Leeswijzer In juni 2014 hebben wij Provinciale Staten een uitvoeringsprogramma voorgelegd. In dit uitvoeringsprogramma zijn de vijf randvoorwaarden voor economische structuurversterking als subdoelen voor het programma benoemd. Deze subdoelen zijn bij de tweede bestuursrapportage in de begroting gekomen als paragrafen van programma 11. De quickwins die Provinciale Staten in 2013 al hebben vastgesteld zijn verzameld in paragraaf 11.6. In de paragrafen 11.1 tot en met 11.6 rapporteren wij over de voortgang van het programma Wurkje foar Fryslân. We rapporteren op de onderdelen beleid, tijd en geld. Telkens als er bij maatregelen sprake is van onderbesteding maken we in de onderstaande tabellen de bijbehorende cel geel. Wanneer de tijd groen is, loopt het project wel conform de planning van het programma. Als het project daadwerkelijk vertraging oploopt is ook de cel onder ‘tijd’ geel en wordt de reden onder de tabel toegelicht. De € 300 mln. die Provinciale Staten beschikbaar hebben gesteld voor Wurkje foar Fryslan zetten we in vanuit de Nuon-reserve. Per besluit van Provinciale of Gedeputeerde Staten over een instrument of een project wordt het hiervoor beschikbaar te stellen bedrag via een begrotingswijziging uit de reserve gehaald en in een beleidsprogramma (1 tot en met 9) geplaatst. Voor revolverende middelen geldt dat het bedrag, dat als krediet beschikbaar is gesteld, als vordering op de balans wordt geplaatst. Per beleidsveld geven we aan welke besluiten genomen zijn en naar welk begrotingsprogramma de middelen zijn overgeheveld.
Wat heeft het programma gekost? In 2014 is al veel werk weg gezet in het kader van Wurkje foar Fryslân. We hebben werkplekken gerealiseerd voor trainees en hiervoor zelfs een tweede fase opengesteld. We hebben woningen verduurzaamd, monumenten herbestemd en de digitalisering van Fries erfgoed mogelijk gemaakt. We hebben subsidie verstrekt voor projecten van toeristische ondernemers. En we hebben leningen verstrekt. Met name in de woningmarkt, maar ook voor ondernemers (ondernemersimpuls) en voor het onderwijs (Dairy training centre). Van Provinciale Staten hebben wij bij motie de opdracht gekregen om de middelen in te zetten in projectconstructies van gezamenlijke verantwoordelijkheid, gedeeld eigenaarschap en samen optrekken. Dit vertalen wij door de maatregelen met de mienskip uit te werken in een aantal aanvalsplannen. De aanvalsplannen zijn, kort gezegd, de brug tussen beleidsvorming en uitvoering. Samen met stakeholders binnen de betreffende sectoren wordt een concreet plan van aanpak opgesteld. Daaruit blijkt welke voorbereidingen nodig zijn om instrumenten en activiteiten te kunnen realiseren. Deze werkwijze leidt tot goede resultaten met een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het is echter ook een tijdrovend proces waarin de juiste stakeholders benoemd, benaderd en geraadpleegd moeten worden. Het resultaat zorgt echter wel voor een effectieve besteding van de middelen. We zien dat we met een verbindende en faciliterende rol goede resultaten bereiken. We brengen partijen bij elkaar zodat deze gezamenlijk goede plannen kunnen maken en deze tot uitvoering kunnen laten komen. Een voorbeeld hiervan is de sector Recreatie en Toerisme of het Innovatiepact Fryslân. Door te verbinden en te informeren kunnen we met ons geld ook geld van andere partijen losmaken. Dit doen we bijvoorbeeld door de Expeditie Fryslân, waarmee we beleggers willen interesseren om te beleggen in de Friese woningmarkt. Gaandeweg ontwikkelen we de werkwijze met de aanvalsplannen en ontwikkelt de organisatie zich in de rol van kredietverstrekker. Een nieuwe tak van sport voor de provinciale organisatie. Want behalve het beoordelen van een inhoudelijke aanvraag, moet ook de kredietwaardigheid van de potentiele ontvanger beoordeeld worden en moet met
190
iedere ontvanger een geldleningsovereenkomst worden overeengekomen met daarin de afspraken over de subsidie. Per lening nemen Gedeputeerde Staten twee keer een besluit. Eén keer een besluit onder opschortende voorwaarde op basis waarvan de ontvanger afspraken kan maken met andere financiers. Dit is de basis voor de geldleningsovereenkomst die vervolgens ook weer door Gedeputeerde Staten moet worden vastgesteld. Dit heeft tot gevolg dat financiering op basis van een regeling die halverwege 2014 is vastgesteld, pas begin 2015 daadwerkelijk tot besteding komt en ook in de boeken te zien is. Een voorbeeld hiervan is de participatieregeling. De ontwikkeling van de werkwijze en het feit dat middelen later tot besteding komen dan in eerste instantie ingecalculeerd heeft tot gevolg dat met deze jaarstukken middelen worden doorgeschoven. Hierdoor kan een vertekend beeld ontstaan over de voortgang van het programma. Niet bestede middelen betekent niet per definitie dat de uitvoering niet op schema ligt. Maar een rechtmatige en zorgvuldige uitvoering vraagt nu eenmaal tijd. Exploitatie Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000, Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten
0 54 -54
Begroting 2014 na wijziging 126 116.677 -116.551
Rekening Saldo Gebruik Resultaat 2014 begroting reserves en rekening 63 63 63 65.069 51.608 -67.690 -16.082 -65.007 -51.545 -67.690 16.145
Toelichting Hieronder volgt nog de toelichting op het resultaat van € 16,1 mln. Het saldo van dit programma heeft verschillende oorzaken. Als eerste is er door vertraging in oplevering of afrekening van infrastructurele werken € 43,3 mln. nog niet ingezet voor de balansverkorting. Een bedrag van € 7,1 mln. is nog niet overgeheveld vanuit dit programma naar een ander begrotingsprogramma. Er zijn minder lasten dan begroot voor de plankosten WFF, namelijk € 0,7 mln. Door minder inzet van NUON middelen is er ook € 0,5 mln. minder rendementsderving geboekt. Wat ook gebeurt is dat de beschikking over en de vorming van de reserve inzet NUON via programma 11 gaan. De verschillen ten opzichte van de begroting worden in het saldo van programma 11 meegenomen. Het gaat hierbij om een bedrag van € 67,7 mln. Al deze verschillen vormen samen het saldo van € 16,1 mln.
Beleidsveld 11.1 – Vergroten innovatief vermogen Wat wilden we bereiken: Vergroten van het innovatievermogen (kennisintensiteit, arbeidsproductiviteit) van met name het MKB, waarbij de provincie zich vooral richt op het scheppen van randvoorwaarden voor samenwerking, kennisuitwisseling en (co)financiering van bedrijfsinstrumenten.
191
Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
11.1 Innovatief vermogen
Toelichting: Begin 2014 is het Innovatie Pact Fryslân (IPF) gevormd. De partijen in het IPF werken via een gezamenlijke agenda aan de (verdere) economische en innovatieve versterking van de regio. In programma 6.1 wordt dit verder toegelicht. In 2014 hebben we intensief ingezet op de verbetering van de samenwerking met de drie O’s (Ondernemers, Onderwijs en Overheid) op het gebied van recreatie en toerisme. Dit proces is intensief omdat betrokken partijen moeten wennen aan deze wijze van samenwerken en het afschaffen van het subsidiedenken. Inmiddels is een proces gestart met de onderwijsinstellingen om te komen tot een duurzaam innovatiemodel voor de sector recreatie en toerisme. Hebben we de gewenste resultaten bereikt? Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.1 Vergroten innovatief vermogen 2 Onderzoeksfaciliteiten Agrofood 5 Demo-/ proefopstellingen watertechnologie 7 Samenwerking ondernemers overheid onderwijs toerisme & recreatie 15 Faciliteit circulaire economie 18 Innovatie duurzame energiebesparing, hergebruik en energieproductie 10 Budget financiering incidentele projecten economische structuurversterking
Beleid
Tijd
Geld
2: Zie hierover programma 6.1. 10: Het budget incidentele projecten economische structuurversterking zetten we gedeeltelijk in voor de cruisehaven Harlingen. De uitbreiding van de cruisehaven van Harlingen is een van de projecten die voor een bijdrage uit dit budget in aanmerking komt. De gemeente Harlingen is bezig met de afronding van aanvraag voor een bijdrage uit dit budget. Parallel loopt een proces om te onderzoeken op welke manier moet worden omgegaan met staatssteun. Op dit moment wordt gekoerst op melding richting Europa. De gemeente is leading in dit proces. 15/18: In 2014 zijn we gestart met een onderzoek naar de vraag hoe met een revolverende inzet van WfF een zo groot mogelijk economisch structuurversterkend effect kan worden gerealiseerd. Uit de bestaande beleidsnota’s en de uitvoering daarvan volgt niet als vanzelf een antwoord op de vraag waaruit de ‘plus’ van Wurkje foar Fryslân kan/moet bestaan, en waar de kansen liggen om met een revolverende inzet van middelen tot economische structuurversterking te komen. Daarvoor is het beeld van de relevante spelers, de (potentiele) marktkansen, en de eventuele belemmeringen om deze kansen te verzilveren, nog onvoldoende compleet.
192
Wat heeft het gekost? Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1 e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader. Prg
Maatregel
Onderwerp
Datum PS/GSbesluit 10-06-2014 GS
6.1 15 Closing the Loops Totaal ingezet beleidsveld 11.1
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend 400,00 400,00 0,00
Beleidsveld 11.2 – Beschikbaar stellen bedrijfsfinanciering Wat wilden we bereiken: Beschikbaarheid van Bedrijfsfinanciering (kapitaal) voor situaties waarbij de markt tekort schiet, zoals voor jonge startende ondernemingen, groei en export. Hierbij gaat het erom de drempel voor het MKB tot de financiële sector te verlagen. Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
11.2 Beschikbaar stellen bedrijfsfinanciering
Toelichting: De instrumenten onder het subdoel Beschikbaar stellen bedrijfsfinanciering sluiten met uitzondering van het Fund of funds aan op de verschillende aanvalsplannen uit het economisch domein van Wurkje foar Fryslân. De strategische innovatiefaciliteit en de strategische groeifaciliteit moeten aansluiten op het Aanvalsplan Innovatief Fryslân. De strategische innovatie faciliteit zal daar naar verwachting op vooruitlopen en zal begin 2015 operationeel worden. De strategische groeifaciliteit valt onder het mandaat van Provinciale Staten en hiervan zullen de uitgangspunten door Provinciale Staten worden vastgesteld. Daarnaast verwachten we dat voor deze twee faciliteiten ook een koppeling te maken zal zijn met het Aanvalsplan Vestigingsklimaat. De vestigingsregeling (prime mover faciliteit) sluit inhoudelijk aan op de doelstellingen uit het Aanvalsplan Vestigingsklimaat, maar zal vooruitlopend daarop begin 2015 worden vastgesteld.
Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.2 Beschikbaar stellen bedrijfsfinanciering 11 Strategische innovatiefaciliteit(en) 12 Strategische groeifaciliteit(en) 13 Prime movers faciliteit(en) (vestigingsregeling) 14 Fund of funds
Beleid
Tijd
Geld
12: Het begrote bedrag voor de Strategische groeifaciliteit is in 2014 niet tot besteding gekomen. Dit onderdeel van de innovatie- en groeifaciliteit betreft een revolverende inzet. Omdat het gaat om innovatieprojecten moet goed worden gedefinieerd in welke gevallen financiering mogelijk is om ook een redelijke mate van revolverendheid te garanderen. Daarnaast bestaan er de nodige regelingen voor groeiprojecten en moet de regeling additioneel zijn. Dit vergt een gedegen inventarisatie en analyse in een veld dat sterk in beweging is.
193
14. Om fondsen van derden voor bedrijfsfinanciering aan te trekken, is binnen WFF € 30 mln. gereserveerd voor het uitlokken van fondsinitiatieven van marktpartijen, EU en/of Rijk via een zgn. Fund of Funds (FoF). Op dit moment verkennen we de mogelijkheden met een aantal externe initiatieven en bekijken we of versnelde uitvoering mogelijk is met bestaande fondsconstructies.
Wat heeft het gekost?
Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1 e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader. Prg
Maatregel
Onderwerp
Datum PS/GSbesluit 24-06-2014 GS 03-06-2014 GS
6.1
11 A-ware food group 13 Compac Board Totaal ingezet beleidsveld 11.2
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend 1.000,00 1.000,00 1.000,00 1.000,00
Beleidsveld 11.3 – Vergroten organiserend vermogen Wat wilden we bereiken: Vergroten van het organiserend vermogen van bedrijven, kennisinstellingen en overheden (triple helix), waarbij de provincie een stimulerende en coördinerende rol vervult. Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
11.3 Vergroten organiserend vermogen
Toelichting: Binnen dit subdoel zijn de Aanvalsplannen Internationaal Ondernemen en Versterken Vestigingsklimaat volop in voorbereiding. Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.3 Vergroten organiserend vermogen 1 Marketing-/ exportbevordering Agrofood 3 Clusters en netwerken Agrofood 4 Internationale propositie/acquisitie 6 Clusters en netwerken watertechnologie 8 Clusters en netwerken toerisme & recreatie 9 Evenementenfonds 16 MKB internationaal ondernemen 17 Verbeteren vestigingsklimaat 19 Clusters en netwerken zorg/healthy ageing
Beleid
194
Tijd
Geld
Toelichting: 3/17: De gemeenten Heerenveen en Leeuwarden zijn samen met de provincie Fryslân een traject rondom Dairy in Fryslân gestart dat moet leiden tot het Aanvalsplan Vestigingsklimaat Dairy in Fryslân. Zie hierover programma 6.1. 9: Met het Evenementenfonds ondersteunt de provincie Fryslân, samen met de stichting KH18, grootschalige Evenementen uit het bidbook van Kulturele Haadstêd 2018. Een deel van het bedrag wordt gereserveerd voor de grote tentoonstellingen van het Fries Museum uit het bidbook. Door de promotionele en inhoudelijke waarde van de Evenementen dragen deze bij aan een positief imago van Fryslân. Bovendien ontstaat een forse economische spin-off door in de criteria op te nemen dat het Evenement naast Friese en nationale ook internationale bezoekers moet trekken. 16: Op 27 november 2014 hebben we samen met de Kamer van Koophandel het symposium Internationaal in 1 dag georganiseerd. Zie hierover programma 6.1. 19: De vertraging in de inzet van de middelen voor clusters en netwerken heeft onder andere te maken met de discussie in noordelijk verband over de financiering van clusters en netwerken. Vooruitlopend hierop is voor 2014 en 2015 wel financiering verstrekt aan HANNN (zie hierover programma 6.1).
Wat heeft het gekost? Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1 e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader. Prg
Maatregel
Onderwerp
6.1 19 Healthy Ageing Netwerk HANNN II 2014 6.1 19 Healthy Ageing Netwerk HANNN II 2015 Totaal ingezet beleidsveld 11.3
Datum PS/GS-besluit 21-01-2014 GS 16-12-2014 GS
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend 325,00 325,00 650,00 0,00
Beleidsveld 11.4 –Versterken Menselijk Kapitaal
Wat wilden we bereiken: Versterking van het Menselijk Kapitaal (gekwalificeerd arbeidsaanbod) en de kennisinfrastructuur (onderzoek en ontwikkeling), waarbij de primaire verantwoordelijkheid ligt bij het bedrijfsleven en de onderwijs- en onderzoeksinstellingen maar de provincie ondersteuning biedt in de vorm van afstemming, stimulering, advies en (soms cofinanciering). Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
11.3 Vergroten organiserend vermogen
Toelichting:
195
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
In 2014 hebben we samen met de onderwijsinstellingen in Fryslân het Aanvalsplan Menselijk Kapitaal opgesteld. Provinciale Staten hebben dit in juni 2014 vastgesteld. In dit aanvalsplan richten we ons op het vergroten van het innovatief vermogen van bedrijven door beter onderwijs en een betere uitwisseling tussen kennisinstellingen en bedrijfsleven. De maatregelen uit dit subdoel worden uitgewerkt in instrumenten. Dit gebeurt in nauw overleg met de partijen uit het Innovatiepact Fryslân (zie hiervoor ook paragraaf 11.1). Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.4 Versterken Menselijk Kapitaal 20/21 Innovatief bedrijfsleven 22 Werkloosheidsbestrijding 23 Praktijkgericht opleiden 24 Doorstroming onderwijskolom 25 Praktijkgericht onderwijsstructuur 26 Budget financiering incidentele projecten
Beleid
Tijd
Geld
20/21/22/23/24: Om te komen tot de juiste maatregelen vanuit WFF is het noodzakelijk om de benodigde competenties, kennis en vaardigheden van het Friese bedrijfsleven te kennen en daarnaast te weten welke middelen en maatregelen hiervoor reeds aanwezig zijn. Het bedrijfsleven is uitgenodigd om hierin het initiatief te nemen, echter hier is nog geen concrete invulling aan gegeven. Bij de speerpunten watertechnologie, recreatie en toerisme en foodsector zijn de eerste initiatieven opgestart. Binnen het Innovatiepact Fryslân (waarin vertegenwoordigers van bedrijfsleven, onderwijs en openbaar bestuur), wordt de koers uitgezet waar we ons op moeten inzetten (zie 11.1). Verwachting is dat hierover in het eerste half jaar 2015 duidelijkheid komt. Deze koers is leidend voor de uitvoering van de maatregelen 23 en 24. Voor de toelichting op de financiele inzet in 2014 (zie tabel hieronder) zie programma 6.1. 26: Het budget financiering incidentele projecten Menselijk Kapitaal wordt ingezet voor de transitiekosten van UCF 1 naar het University College Fryslân. Dit zal in 2015 plaatsvinden.
Wat heeft het gekost? Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1 e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader. Prg
Maatregel
6.1 6.1 6.1 6.1 6.1
22 25 25 25 23
Onderwerp
Pastiel werkt Talint foar Fryslân II Dairy Chain 1e fase Dairy Chain 1e fase (bijdrage derden) Dairy Training Center Experimenteel en ondernemend leren 6.1 25 Friesland College Totaal ingezet beleidsveld 11.4
196
Datum PS/GS-besluit 24-06-2014 GS 30-09-2014 GS 04-03-2013 GS 04-03-2013 GS 24-06-2014 GS 11-11-2014 GS
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend 97,50 1.549,00 1.348,00 -10,00 300,00 905,52 3.890,02
300,00
Beleidsveld 11.5 –Verbeteren kwaliteit leefomgeving Wat wilden we bereiken: Het vergroten van de aantrekkelijkheid van de woon- en leefomgeving door onder meer goed voor onze beeldbepalende panden te zorgen en een kwaliteitsslag in de woningvoorraad te stimuleren. Hebben we bereikt wat we wilden bereiken? Beleidsveld
Ligt de doelrealisatie op schema?
Zijn de gewenste resultaten gehaald?
Zijn de kosten binnen het budget gebleven?
11.5 Verbeteren kwaliteit leefomgeving
Toelichting: In november 2013 hebben Provinciale Staten het Aanvalsplan Woningmarkt, gelijktijdig met de investeringsagenda Wurkje foar Fryslân vastgesteld. Het Aanvalsplan Woningmarkt is daarom van alle aanvalsplannen het meest ver in uitvoering. In 2014 hebben we alle maatregelen die we in het aanvalsplan geformuleerd hebben tot uitvoering gebracht. In het voorjaar hebben we besloten om voor een aantal urgente projecten vooruitlopend op de Participatieregeling bijzondere huurprojecten alvast een lening te verstrekken. Deze projecten hebben inmiddels een lening ontvangen. We hebben een succesvol woonoffensief gehad. In de maand van het woonoffensief zijn 33% meer woningen verkocht dan in die maand daarvoor. Dit heeft een vervolg gekregen in 2015. We hebben bijna alle regelingen die we hadden aangekondigd geoperationaliseerd. En met succes. De participatieregeling loopt boven verwachting en de herbestemmings-regeling was overtekend. Voor de herbestemmingsregeling hebben we zelfs het budget opgehoogd om meer projecten te honoreren. Van beide regelingen komt in 2015 een tweede tranche. In het kader van de Expeditie Fryslân hebben we de CEO’s van grote beleggers naar Fryslân gehaald en met hen overleg gevoerd om hen de mogelijkheden van beleggen in de Friese woningmarkt te laten zien. Dit krijgt een vervolg in 2015. Op deze manier gebruiken we onze middelen om middelen van derden los te krijgen. Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.5 Verbeteren kwaliteit leefomgeving 27 Renovatieregeling goedkope koopwoningen 28 Participatieregeling bijzondere huurprojecten 29 Financieringsregeling sociale huur (voorheen coörporatieregeling) 30 Herbestemmingsregeling bestaande panden 31 Expeditie Fryslân/ woonoffensief 32 Projectfinanciering urgente projecten 33 Monumentenregeling (deels bij 11.6) 34 Aanvullen cultuurfonds 35 Inventarisatie karakteristieke bebouwing 36 Budgetfinanciering incidentele projecten
197
Beleid
Tijd
Geld
27: De renovatieregeling bestond uit een deel subsidie en een deel voor leningen en is bedoeld voor de particuliere sector. Het deel dat voor subsidie was gereserveerd is in twee tranches weggezet en tijdens het woonoffensief is een derde tranche opengesteld. We verwachten dat de vraag voor het revolverende deel in de vorm van een renovatielening niet groot zal zijn. Ook is verkend of er draagvlak is bij gemeenten voor een provinciale bijdrage aan de starterslening. Dit draagvlak is zeer beperkt. Daarom komen we in 2015 voor dit deel van € 3.75 mln. met een nieuw voorstel. 35: De inventarisatie is uitgevoerd, maar voor een lager bedrag dan begroot. 36: Voor de afsluitdijk is € 3 mln. gereserveerd uit WfF. Dit wordt in meerdere tranches toegekend aan het project. We hebben richting de gemeente Leeuwarden de intentie uitgesproken om € 4 mln. van het budget voor incidentele projecten binnen Verbeteren Kwaliteit Leefomgeving in te zetten voor de renovatie en herbestemming van de Blokhuispoort.
Wat heeft het gekost? Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1 e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader. Prg
Maatregel Onderwerp
8.2 8.2 8.2 9.3 9.3 9.3 9.3
33 Stadhuis Bolsward 33 Doesburg Rinsemahuis Drachten 33 Eijsingahuis Leeuwarden 27 Renovatieregeling goedkope koopwoningen 30 Herbestemmingsregeling bestaande panden 31 Expeditie Fryslân/woonoffensief 32 Uitvoering aanvalsplan woningmarkt 32 Woonzorg Drachten (pi groep) 32 Oude Mavo Dokkum 32 Studentencampus Leeuwarden 32 Keningstate Totaal ingezet beleidsveld 11.5
198
Datum PS/ GS-besluit 20-05-2014 GS 20-05-2014 GS 20-05-2014 GS 04-02-2014 GS 03-06-2014 GS 18-03-2014 GS 12-11-2014 PS 18-02-2014 GS 18-03-2014 GS 18-02-2014 GS 18-02-2014 GS
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend 400,00 200,00 310,00 1.250,00 2.000,00 500,00 500,00 842,50 342,50 1.191,10 2.500,00 5.160,00 4.876,10
Beleidsveld 11.6 –Realiseren tijdelijke werkgelegenheid / vooruitlopende projecten op WfF en Quick Wins WfF Gewenste resultaten uit begroting 2014 Beleidsveld 11.6 Vooruitlopende projecten en quick wins 6.1 Nieuw Thialf 6.1 Bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Heerenveen 2.2 Samenwerkingsagenda Smallingerland / Oostelijke poort merengebied 6.1 Breedband start-up projecten 6.1 Stagnerende projecten Recreatie & Toerisme + vuilwaterinname 6.2 Subsidie regeling Toerisme Natuurlijk Fryslân (Stinaf) 6.2 Versnelde verbetering energieprestaties woningvoorraad 6.3 Traineeships (Talint foar Fryslân) 8.1 Digitalisering cultureel erfgoed 2.2 Verbeteren binnenhaven Drachten 8.2 Monumentenregeling (deels bij 11.5) 6.1 MKB kredietfaciliteit (Kredietbank Nederland)
Beleid
Tijd
Geld
De rapportage van bovenstaande projecten vindt plaats bij het betreffende beleidsprogramma of de paragraaf grote projecten. Gerealiseerde beleidseffecten: Op basis van de ingediende en gehonoreerde aanvragen is een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd naar de verwachte effecten van de inzet op de quick- wins. Hierdoor kunnen we een inschatting maken of we de geprognotiseerde tijdelijk werkgelegenheid kunnen halen. De conclusie van dit onderzoek geven we hieronder in de tabel weer.
Werkgelegenheidseffecten Quick-win projecten 2014 Project 1. Energiepremieregeling 2. MKB Kredietfaciliteit 3. Stinaf 4. PMJP-projecten 5. Trainee-regeling 6. Monumentenregeling 7. Overige projecten Totaal
Subsidie (x 1000 euro) 1.471 p.m. 767 573 3.715 1.600
Totale investering (x1000 euro) 8.510 p.m. 3.753 1.340 3.715 3.800
8.126
21.118
Arbeidsjaren 52 p.m. 29 10 121 20 11 243
Conclusie: Met € 8,1 mln. aan provinciale Wurkje foar Fryslân middelen is een investering van ruim € 21 mln. losgemaakt (multiplier van ruim 2,5) waarmee op dit moment 243 arbeidsjaren zijn gerealiseerd. Dit zijn de effecten op de korte termijn. Wanneer we op basis van deze gegevens de prognose voor de komende jaren doen dan schatten we in dat we met de quick- wins in 2016 ruim 1250 arbeidsjaren gerealiseerd zullen hebben. De beleidseffecten van de investeringen in de bouw vanuit het Aanvalsplan Woningmarkt komen hier nog bovenop.
Wat heeft het gekost? Voor dit beleidsveld zijn t/m 2014 onderstaande inhoudelijke GS/PS-besluiten genomen waarmee middelen vrijgegeven zijn voor uitvoering. De middelen zijn daarbij overgeheveld van programma 11 naar het beleidsprogramma dat in de 1e kolom genoemd staat. Voor het volledige overzicht van ingezette en voorwaardelijke bedragen binnen de € 300 mln. wordt verwezen naar het financieel kader.
199
Prg
Onderwerp
Datum PS/GSbesluit
Samenwerkingsagenda Heerenveen/RSP bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Heerenveen Samenwerkingsagenda programmakosten Verbeteren binnenhaven Drachten (onderdeel 2.2 samenwerkingsagenda Drachten) Samenwerkingsagenda Smallingerland / 2.2 Oostelijke poort merengebied 6.2 Stagnerende projecten recreatie en toerisme Subsidie regeling Toerisme Natuurlijk Fryslân 6.2 (Stinaf) 6.1 Breedband start-up projecten 6.1 Traineeships (Talint foar Fryslân) 6.1 Nieuw Thialf Initiatief voorstel versnelde verbetering 6.3 energieprestaties woningvoorraad 8.2 Monumentenregeling (deels bij 11.5) 8.1 Digitalisering cultureel erfgoed 6.1 MKB Kredietbank Nederland (amendement) Totaal beleidsveld 11.6 2.2 2.2
Ingezet (x € 1.000) Subsidie Revolverend
03-07-2013 03-07-2013
14.840,62 280,46
03-07-2013
643,10
03-07-2013 03-07-2013
10.635,82 1.360,00
03-07-2013 25-03-2014 GS 03-07-2013 26-06-2013
3.500,00 1.850,00 4.451,00 30.000,00
03-07-2013 03-07-2013 06-05-2014 GS 08-04-2014 GS
11.850,00 5.310,00 5.000,00 89.721,00
5.000,00 5.000,00
Achtergrondinformatie
Beleidsveld 11.7 –Structurele gevolgen inzet reserve Nuon Structurele financiële gevolgen inzet reserve Nuon De financiële gevolgen van de inzet van de reserve Nuon worden hier gepresenteerd. Dit betreft o.a. de gevolgen van de zogenoemde balansverkorting (het ten laste van de reserve Nuon versneld afschrijven van investeringen), het niet meer waardevast houden van een deel van de Nuon-reserve en de rendementsderving als gevolg van de inzet van deze reserve. Deze gevolgen leiden tot begrotingssaldi die los staan van het algemene begrotingssaldo (saldo van de programma’s 1 t/m 10). De positieve begrotingssaldi van programma 11 vloeien terug naar de Nuon-reserve. De structurele gevolgen van de inzet van de reserve Nuon worden via dit beleidsveld gevolgd.
200
Wat heeft het gekost? Exploitatie Bedragen x Realisatie € 1.000,2013
Begroting 2014 na wijziging
Saldo Rekening begroting 2014 en rekening
Gebruik reserves
Resultaat
Baten rente revolverende middelen Totaal baten
0
126
63
63
63
0
126
63
63
Rendementsderving inzet NUON middelen
54
1.226
713
513
Balansverkorting
0
106.318
63.031
43.288
-43.288
0
Plankosten WFF
0
2.000
1.325
675
-675
0
54
109.544
65.069
44.475
-43.962
513
0
9.628
0
9.628
-54
-119.047
-65.007
-54.040
0
63
Lasten
Totaal lasten Begrotingsruimte Saldo baten en lasten
513
9.628 43.962
-10.078
Toelichting Als gevolg van de balansverkorting (lagere afschrijvingen), de vrijval van de inflatie-correctie op het waardevaste deel van de Nuon-reserve en de rendementsderving is er op begrotingsbasis een saldo op programma 11 ontstaan van ruim € 9,6 mln.. Doordat het uitzetten van de revolverende middelen iets later op gang is gekomen, is de rendementsderving € 513.000 lager dan geraamd. De rente die wordt ontvangen op de revolverende middelen is hierdoor iets achter gebleven bij de raming (€ 63.000). Het resultaat van programma 11 is hierdoor op ruim € 10 mln. uitgekomen, dit saldo via een mutatie in de reserve via programma 10 toegevoegd aan de bestemmingsreserve NUON (besteedbaar deel). De lasten van de balansverkorting en de plankosten van Wurkje foar Fryslân worden uit de reserve Nuon gedekt. In 2014 is de balansverkorting € 43 mln. lager uitgevallen dan de raming. Dit wordt veroorzaakt door een vertraging ten opzichte van de raming in de oplevering en afrekening van infrastructurele werken.
Beleidsveld 11.8 –Revolverende middelen FSFE en Superfluch internet Conform de Kadernota 2014 wordt aanvullend op de inzet van de reserve Nuon vanuit de te beleggen middelen € 90 mln. ingezet voor het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy, waarbij een risicoreserve van € 30 mln. wordt afgezonderd van de extra buffer van € 100 mln..
201
Wat heeft het gekost?
Bedragen x € 1.000,Verstrekken kapitaal FSFE BV kapitaal FSFE BV lening Superfluch internet totaal
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging 10.000 0 200 10.200
0
Saldo begroting en rekening
Rekening 2014 10.000 0 28 10.028
0 0 172 172
Revolverende middelen Bedragen € 1.000,Rev Kredietb prime mover fac Compakboard Revolverend DTC Dairy training center Revolverend Kredietb Ned Midd MKB Frysl Revolverend Keningstate Franeker Revolverend Project Oude Mavo Dokkum Revolverend Studentencampus Leeuwarden Revolv Kredietb urgente proj Pl groep Breedband bijdrage aan exploitatie
Totaal
Stand per 1-1-2014
uitgezet
Stand per 31-12-2014
aflossing
1.000
1.000
300
300
1.500
1.500
2.500
2.500
345
345
1.191
1.191
843
843
28 7.707
0
28 7.707
0
aanwending 33.211
Stand per 31-12-2014 262.932
472.997
0
63.031
409.966
0
7.679
0
7.679
0
Balanspost reserves Bedragen € 1.000,R. Reserve Inzet NUON reserve R. Reserve NUON balansverkorting R. Reserve revolverend NUON reserve (beklemd)
Stand per 1-1-2014 296.143
toevoeging
202
Paragrafen
203
204
2.1
Paragraaf 1 – Provinciale heffingen
De provincie heeft verschillende inkomstenbronnen. Eén van die bronnen zijn de provinciale heffingen. Dit zijn in afnemende volgorde van omvang: 1. opcenten op de motorrijtuigenbelasting; 2. grondwaterbelasting; 3. leges.
1 – Opcenten motorrijtuigenbelasting
Jaarlijks stelt het rijk het maximaal toegestane niveau van de opcenten op de motorrijtuigenbelasting vast. Dit wettelijke maximum gaat in op 1 januari van het volgende belastingjaar. Het verschil tussen het maximale tarief en het feitelijk door de provincie gehanteerde tarief voor de opcenten, bepaalt de zogenoemde vrije ruimte. Dit is de zogenoemde onbenutte (belasting)capaciteit die de provincie heeft voor de verhoging van haar inkomsten. De onbenutte belastingcapaciteit behoort tot de beschikbare weerstandscapaciteit. Zie hiervoor paragraaf 2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Opbouw opcenten motorrijtuigenbelasting in punten Heffing voorgaand jaar Jaarlijkse inflatiecorrectie (Decembernota 2003) Centrale As (begroting 2007) 2015 nog te bevestigen Totaal heffing Wettelijk maximum
2014 86,6 1,7
2015 90,3 1,8
2,0
2,0
2016 94,1 1,9
2017 96,0 1,9
2018 97,9 2,0
90,3
94,1
96,0
97,9
99,9
109,2
110,8
p.m.
p.m.
p.m.
Opbrengsten 2014 (bedragen x € 1 miljoen) Opbrengst
Begroot 65.486
Realisatie 65.682
Verschil -196
Toelichting Door een lichte toename van het wagenpark is de opbrengst motorrijtuigenbelasting iets hoger uitgevallen Begroting 2014 € 725.200 -1%
Gemiddelde opbrengst per punt Groei wagenpark
205
Realisatie 2014 € 727.400 +1%
2 – Grondwaterbelasting Op het onttrekken van grondwater heft de provincie een heffing. Deze bevoegdheid is toegekend aan provincies op basis van artikel 48 van de Grondwaterwet. Het Waterschap verzorgt de uitvoering en de opbrengst wordt door de provincie verantwoord. De wet en de daarop gebaseerde Algemene Maatregel van Bestuur geven nauwkeurig aan waaraan de opbrengst van de heffing mag worden besteed. Dit is beperkt tot onderzoek naar grondwaterbeheer en de noodzakelijke activiteiten om schade door grondwaterwinning te kunnen onderzoeken, bepalen, vast te stellen en uit te betalen. De provinciale verordening op de heffing en invoering van de grondwaterheffing bepaalt de omvang van de heffing. Deze heffing bedraagt ruim 1,1 eurocent per m³ gewonnen grondwater voor heffingsplichtige ‘onttrekkers’. De baten uit de grondwaterbelasting waren begroot op € 602.000,-. De opbrengst bedroeg in 2014 € 567.000,-. Deze lagere opbrengst is veroorzaakt door een lager verbruik van grondwater. Voor de begroting 2016 zal bekeken worden in hoeverre de raming naar beneden moet worden bijgesteld.
3 – Leges In december 2009 hebben Provinciale Staten de legesverordening 2010 vastgesteld. De nota Actualisatie legesverordening is op 24 april 2013 door Provinciale Staten vastgesteld. De jaarlijkse tarieventabel wordt tegelijkertijd met de behandeling van de begroting door Provinciale Staten vastgesteld. Legesinkomsten 2014 Programma 2 2 3 4 4 5
Onderdeel Wegen algemeen Vaarwegen algemeen Grondwaterwet Ontgrondingen Wabo Wadlopen Totaal
Begroot 35 26 17 181 99 8 366
bedragen x € 1.000,Realisatie Verschil 46 -11 32 -6 0 17 40 141 56 43 39 -31 213 153
Toelichting Voor de grondwaterwet is geen vergunning aangevraagd in 2014. De lagere baten in programma milieu zijn een gevolg van lagere legesinkomsten doordat er in zich 2014 geen nieuwe grote bedrijven hebben gevestigd in Fryslân en doordat er minder vergunningen zijn aangevraagd. We hebben in 2014 meer wadloopvergunningen verleend dan begroot.
206
2.2
Paragraaf 2 – Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Het weerstandsvermogen is een maatstaf om te beoordelen of de provincie in staat is om nadelige gevolgen van risico’s op te vangen. Dit zonder dat daarbij de continuïteit van de uitvoering van taken in gevaar komt of de provincie het beleid moeten wijzigen. Het weerstandsvermogen is afhankelijk van de benodigde en de beschikbare weerstandscapaciteit. In een schema is dit als volgt weer te geven:
Bekende risico’s
Beschikbare middelen
Benodigde weerstandscapaciteit
Beschikbare weerstandscapaciteit
Weerstandsvermogen
Op 28 november 2012 is de herziene Nota Weerstandsvermogen door Provinciale Staten vastgesteld. In deze nota is het beleid rond weerstandsvermogen geformuleerd. De nota geeft de methodiek en berekeningswijze van de afzonderlijke delen van het weerstandsvermogen aan, evenals de norm voor het gewenste niveau van het weerstandsvermogen. In deze paragraaf komen de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit aan de orde. Tot slot worden de risico’s behandeld.
1 – Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit is de optelsom van alle elementen uit de provinciale financiële huishouding die we daadwerkelijk kunnen inzetten om onvoorziene, niet begrote kosten te dekken. Deze elementen behoren alleen tot de weerstandscapaciteit als hierdoor de continuïteit van het bestaande beleid niet wordt aangetast. Bovendien mag er niet al een bestemming aan gegeven zijn. De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit: - reserves waar geen claim op rust. Dit zijn de reserves ná verwerking van vastgestelde beleidsverplichtingen; - stille reserves. Vanwege de aard van deze reserves worden ze bij voorbaat niet gekwantificeerd, maar als p.m.-post opgenomen; - onbenutte belastingcapaciteit. De onbenutte belastingcapaciteit wordt vanwege het structurele karakter tweemaal meegeteld in de berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit. Het dubbel meetellen sluit aan bij de kwantificering van risico’s met structurele gevolgen. Dit is conform de nota Weerstandsvermogen.
207
2 – Benodigde weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit is de optelsom van alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen. Het gaat hierbij om risico’s die van materiële betekenis kunnen zijn voor de financiële positie. Een risico heeft voor de provincie een materiële betekenis als die meer bedraagt dan € 45.000,-. Dit lijkt een laag bedrag, maar moet gezien worden als een grens om een risico te identificeren. Nettorisico De risico’s die relevant zijn voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit kunnen niet op een andere manier worden ondervangen. De reguliere risico’s die zich regelmatig voordoen en die meestal vrij goed meetbaar zijn, behoren hier niet toe. Voor deze risico’s kan de provincie verzekeringen afsluiten of voorzieningen vormen. Ook kunnen risico’s worden beperkt met beheersmaatregelen, zoals budgetafspraken en versobering van investeringsprojecten bij stijgende prijzen. Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit is dan ook het nettorisico van toepassing. Dit zijn de risico’s na aftrek van voorzieningen, beheersmaatregelen, enz. Deze risico’s worden zo goed mogelijk benaderd op basis van schattingen. Zie hiervoor onderdeel 5 van deze paragraaf. Omdat risico’s per definitie niet zijn te kwantificeren, gaat het om grove schattingen. Bij het ‘kwantificeren’ wordt onderscheid gemaakt tussen risico’s met eenmalige gevolgen en risico’s met structurele gevolgen. Voor de bepaling van de verwachte impact van een risico met een structureel gevolg, wordt een tijdsperspectief aangehouden van twee jaar. Dit risico wordt vermenigvuldigd met de factor twee. Binnen een reactietijd van twee jaar moet het risico geminimaliseerd kunnen worden door het bijsturen of aanpassen van het beleid. Of het risico wordt opgevangen binnen de (reguliere) exploitatie. De verwachte impact van de incidentele en structurele risico’s wordt berekend door het nettorisico te vermenigvuldigen met de kans dat het risico zich voordoet. Deze kans is een grove schatting. Stresstest Jaarlijks wordt bij de kadernota een ‘stresstest’ uitgevoerd. Deze stresstest geeft een inzicht in de verwachte gevolgen van exogene risico’s op de financiële positie van de provincie. Dit ten opzicht van het gekozen scenario die bij het opstellen van het financieel kader is gehanteerd. Het resultaat van het sombere scenario, waarin de exogene variabelen zich negatief gaan ontwikkelen, wordt meegenomen in de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit.
208
Benodigde weerstandscapaciteit Progr. Omschrijving risico’s 4 4 4 4 5 10 Div Div
Nettorisico
Besluit financiële zekerheid Repressieve handhaving Onvoldoende overheidstoezicht Vergunningverlening en toezicht Leader+ Verstrekte leningen, borgstellingen en deelnemingen Verbonden partijen Juridische procedures diverse programma’s
kans %
35.000 5.000 35.000 35.000 1.000 550
2% 2% 4% 1% 5% 1%
13.600 8.400
18% 16%
Subtotaal risico’s
Bedragen x € 1.000,afronding op 1.000-tallen Incidenteel Structureel 700 100 1400 350 50 5 2.400 1.380
6.385
Stresstest kadernota 2015
120.400
Benodigde weerstandscapaciteit (afgerond)
126.800
Toelichting In onderdeel 5 wordt per risico een toelichting gegeven.
3 – Beschikbare weerstandscapaciteit In dit onderdeel staat een overzicht van de beschikbare weerstandscapaciteit ten opzichte van weerstandscapaciteit zoals berekend in de begroting 2014. Daarna volgt een samenvatting en de conclusie/uitkomst van het weerstandsvermogen van de provincie Fryslân. Beschikbare weerstandscapaciteit Type beschikbare weerstandscapaciteit Bedragen x € 1.000,Reserves Algemene reserve, basisreserve Algemene reserve, vrij aanwendbaar (VAR) Bestemmingsreserves, excl. reserve Nuon Reserve Nuon Stille reserves Onbenutte belastingcapaciteit (2 x € 10,9 miljoen) Totaal beschikbare weerstandscapaciteit Waarvan: Incidenteel Structureel
209
1-1-2015 (begroting 2015)
31-12-2014 (jaarrekening 2014)
9.300 20.800
9.300 4.300
118.700 352.100
89.300 361.000
0
0
26.800
26.800
527.700
490.700
500.900 26.800
463.900 26.800
Toelichting Reserves De reserves van de provincie Fryslân bedragen op kasbasis per 31 december 2014 € 1.457 mln. Er rusten op deze reserves echter vastgestelde beleidsverplichtingen: verplichtingen die zijn vastgesteld door Provinciale Staten via begrotingen en begrotingswijzigingen. Voor de bepaling of de reserves in aanmerking komen voor de beschikbare weerstandscapaciteit moeten deze verplichtingen in mindering worden gebracht op de stand van de reserve. Hieronder wordt de stand van die reserves aangegeven waar op transactiebasis een saldo resteert. De overige bestemmingsreserves zijn geheel belegd. Reserve (bedragen x € 1.000) Vrij aanwendbare reserve Reserve van Harinxmakanaal Aankoop natuurterreinen (fase 1) Natuurpact 2014 Reserve NUON besteedbaar deel
Saldo op kasbasis 47.893 117.863 874 15.158 417.197 Totaal
Saldo op transactiebasis 4.284 76.763 874 11.626 360.945 454.493
Vrij aanwendbare reserve (VAR) Bij de stand van de vrij aanwendbare reserve is nog geen rekening gehouden met toekomstige begrotingssaldi die toegevoegd worden aan de VAR. Bij het financieel kader wordt hier wel al mee gerekend. Bij de raming van de beschikbare weerstandscapaciteit voor de begroting 2015 is het saldo van de VAR vanuit het financieel kader opgenomen. Vanaf nu zullen wij de VAR eveneens op transactiebasis meenemen. Bestemmingsreserves Bij de bestemmingsreserves tellen de reserve van Harinxmakanaal, aankoop natuurterreinen en Natuurpact 2014 mee voor de beschikbare weerstandscapaciteit. De reserves tijdelijke budgetten en gebiedsbudgetten quickwins worden de komende jaren volledig ingezet en worden dus niet meegeteld. Reserve Nuon De stand van de reserve Nuon is conform het financieel kader opgenomen. Het betreft het nog besteedbare deel van de reserve, inclusief de € 100 miljoen als ondergrens en € 100 miljoen voor de extra buffer. De overige delen van de Nuon reserve waaronder Wurkje foar Fryslân en balansverkorting tellen niet mee aangezien deze al bestemd zijn. Stille reserves Stille reserves zijn de meerwaarden van direct verkoopbare activa, waarvan de verkoopwaarde hoger is dan de boekwaarde. Bij de provincie Fryslân gaat het om stille reserves op de dienstwoningen en op de deelnemingen. Naast enkele kleine deelnemingen zijn het aandeelhouderschap van Alliander en Vitens onze grootste deelnemingen. Stille reserves kunnen slechts deel uitmaken van de beschikbare weerstandscapaciteit als het betreffende activum op korte termijn (binnen één jaar) verkoopbaar is én verkoop de taakuitoefening van de provincie niet aantast. De stille reserves worden bij voorbaat niet gekwantificeerd. Mocht de beschikbare weerstandscapaciteit niet toereikend zijn om de risico’s op te vangen, dan worden de stille reserves wél betrokken om de afweging te maken of de beschikbare weerstandscapaciteit moet worden aangevuld. Onbenutte belastingcapaciteit Jaarlijks stelt het Rijk het maximaal toegestane niveau van de opcenten op de motorrijtuigenbelasting vast. Dit wettelijke maximum gaat in op 1 januari van het volgende belastingjaar. Het verschil tussen het maximaal mogelijke tarief en het feitelijk
210
door de provincie gehanteerde tarief voor de opcenten, bepaalt de vrije of onbenutte belastingcapaciteit. Voor de beschikbare weerstandscapaciteit is de onbenutte belastingcapaciteit zoals meegenomen in de begroting 2015 overgenomen. De onbenutte belastingcapaciteit is structureel omdat deze potentiële opbrengst zich in beginsel elk jaar voordoet. Dit in tegenstelling tot een reserve die na aanwending is verdwenen. Daarom wordt deze opbrengst tweemaal meegeteld voor het bepalen van de beschikbare weerstandscapaciteit. Samenvatting Weerstandsvermogen Bedragen x € 1.000,Benodigde weerstandscapaciteit (A) Beschikbare weerstandscapaciteit (B)
Begroting 2015
Jaarstukken 2014
141.870 527.600
126.800 490.700
Weerstandsvermogen B/A Weerstandsvermogen B – A
3,72 385.730
3,86 363.900
Weerstandsvermogen exclusief onbenutte belastingcapaciteit (C) Weerstandsvermogen C/A Weerstandsvermogen C – A
505.800 3,56 363.930
463.900 3,65 337.100
Conclusie De beschikbare weerstandscapaciteit is ruim voldoende om de benodigde weerstandscapaciteit op te kunnen vangen. Het weerstandsvermogen van de provincie is daarmee toereikend.
4 – Mutaties risico’s Hieronder staan de mutaties ten opzichte van de risico’s zoals gepresenteerd in de begroting 2015. Vervallen risico’s Grond voor grond principe. De totale gronden die wij hebben overgekregen van het Rijk dus zowel de betaalde ha als de grond voor grond ha. hebben een taxatiewaarde die voldoende is om zowel de aankoopprijs van de gekochte ha. als de reeds gemaakte kosten die gedekt moesten worden door verkoop van de grond-voor-grond ha. af te dekken. De Saiter. De eindafrekening van de doeluitkering bodemsanering is in 2014 goedgekeurd door het Rijk. De resterende middelen worden aangewend voor de te nemen maatregelen. Gewijzigde risico’s Juridische procedures.
211
5 – De risico’s In de onderstaande tabel staat een toelichting op de risico’s. Actuele risico’s Omschrijving
Programma
Besluit financiële zekerheid De provincie verleent in het kader van de Wabo vergunningen aan onder andere bedrijven die afval bewerken, verwerken en/of opslaan. Vanwege intrekking van het Besluit financiële zekerheid milieubeheer kan de provincie geen dekking meer eisen voor financiële risico’s die voortvloeien uit Wabo-vergunningverlening aan bedrijven. Repressieve handhaving Op grond van een aantal milieuwetten is de provincie verantwoordelijk voor handhaving bij bepaalde categorieën van inrichtingen. Bij deze handhaving is incidenteel bestuursdwang nodig zonder dat financiële verrekening is verzekerd. Onvoldoende overheidstoezicht Sinds de vuurwerkramp in Enschede en de cafébrand in Volendam staat onvoldoende overheidstoezicht in de belangstelling. Ook de strafrechtelijke immuniteit van de overheid staat ter discussie. Thans ligt bij de Eerste Kamer een voorstel om de strafrechtelijke immuniteit van betrokken bestuursorganen en ambtenaren op te heffen. Hoewel bedrijven en saneerders zelf verantwoordelijk zijn en blijven voor het voldoen aan de betreffende milieuregelgeving, kan de provincie te maken krijgen met claims uit gesteld onvoldoende toezicht. Uit jurisprudentie blijkt dat de overheid aansprakelijk is indien zij in strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur niet adequaat reageert op aan hen bekende ernstige en acute gevaren. Vergunningverlening & toezicht Bij vergunningverlening bestaan er risico’s dat er onterecht (dan wel onvolledig, niet doelmatig of niet tijdig) vergunningen en dergelijke worden verleend, gewijzigd of geweigerd. Onder meer voor Wabo, ontgrondingen, vuurwerk en luchtvaart. Bij bodemverontreinigingen bestaat het risico dat een onjuiste beschikking voor een verontreinigingssituatie en/of saneringsplan wordt afgegeven. Daarnaast kunnen er financiële gevolgen voor bedrijven of derden ontstaan als gevolg van termijnoverschrijdingen bij het aanvragen van vergunningen waar de provincie aansprakelijk voor kan worden gesteld. Ook kan gedacht worden aan financiële gevolgen van het niet correct tot stand komen van een handhavingsbesluit of rechtsongelijkheid bij toezicht. LEADER+ Het LEADER+-programma 2000-2006 Noord-Nederland, ingediend door SNN en waarvan de uitvoering is verlengd tot medio 2009, omvat acht LEADER+ gebieden. Voor vier gebieden bleek een zeer bescheiden aanpassing van de gebiedsbegrenzing noodzakelijk. Deze gebiedsbegrenzing maakt deel uit van de afzonderlijke ontwikkelingsstrategieën voor de LEADER+-gebieden. De van toepassing zijnde EU-regels boden geen kant-en-klare procedurevoorschriften om de gebiedsbegrenzing te kunnen aanpassen. Er is op een zorgvuldige wijze een oplossing gezocht en gerealiseerd. Deze is kenbaar
212
Milieu
Bedrag en kanspercentage Min. € 10.000 Max. € 70 miljoen Kans 2%
Milieu
Min. € 10.000 Max. € 10 miljoen Kans 2%
Milieu
Min. € 10.000 Max. € 70 miljoen Kans 4%
Milieu
Min. € 10.000 Max. € 70 miljoen Kans 1%
Landelijk gebied
€ 1 miljoen Kans 5%
Omschrijving
Programma
gemaakt aan het ministerie van LNV. Voor NoordwestFryslân is gekozen om de dorpskern van Makkum buiten het LEADER+-gebied te houden. Voor Lauwersland zijn de nieuwbouwwijken van Dokkum uit het werkgebied gelicht. Er is een risico, zij het dat dit zeer beperkt wordt geacht, dat in de toekomst een geschil ontstaat tussen de Europese Commissie en SNN over de vraag of de voorschriften voor selectie en vaststelling van de LEADER+-gebieden voldoende juist zijn geïnterpreteerd. Dit risico is expliciet benoemd bij de besluitvorming over de beschreven oplossing. De besluitvorming van de Europese Commissie wordt binnenkort verwacht. Europese programma’s Overcommittering EFRO/EZ, Kompas en Interreg. Het is een bekend verschijnsel dat de bedragen uit een subsidieaanvraag van een project hoger zijn dan de bedragen uit het afrekeningsverzoek. Dit leidt dan tot vrijval van cofinancieringsmiddelen. Om te voorkomen dat externe middelen terugvloeien, in dit geval KoersNoord en OP EFRO-middelen, wordt zowel door het SNN als door de provincie tot overcommittering van de beschikbare middelen overgegaan. In de loop der jaren zijn ervaringscijfers beschikbaar gekomen (10 tot 15% vrijval). De provincie blijft met de gepleegde overcommittering van 10% beneden dat percentage. De vrijval die ontstaat bij de eindafrekening van de projecten, wordt aangewend ter dekking van de overcommitteringsruimte. Verstrekte leningen, borgstellingen en deelnemingen Wanneer de begunstigde van een borgstelling of de ontvanger van een verstrekte geldlening niet aan zijn verplichtingen voldoet, komen de eventuele lasten voor de provincie. De deelnemingen en verstrekte geldleningen zijn van dien aard dat het risico gering is. Voor die enkele keer dat de provincie naar eigen inschatting wel enig risico loopt, is een voorziening getroffen. Voor de borgstellingen wordt een marginaal risico aangehouden van het restantbedrag dat per balansdatum resteert. Per 31 december 2014 stond de provincie borg voor € 1,5 miljoen aan leningen. Overigens zullen er door de provincie steeds vaker leningen/garanties verstrekt worden in plaats van subsidies. Soms via fondsen, soms door de provincie zelf. De risico’s die hieruit voortvloeien en de dekking daarvan zijn meegenomen bij de inzet van de reserve Nuon. Verbonden partijen In de paragraaf Verbonden partijen is aangegeven welk risico de provincie loopt.
Bedrag en kanspercentage
Economie, toerisme en recreatie
p.m.
Algemene dekkingsmiddelen
Min. € 0,3 miljoen Max. € 0,8 miljoen Kans 1%
Verschillende programma’s
Min. € 3,74 miljoen Max. € 13,625 miljoen Kans 18%
Juridische procedures Hieronder vallen de nog lopende juridische procedures van derden tegen de provincie. Gelet op de onderliggende risico’s komt het risicopercentage uit op gemiddeld 16%. EMU-saldo In de wet HOF is opgenomen dat er sancties aan de decentrale overheden opgelegd kunnen worden wanneer die het EMU-saldo overschrijden. In het onderhandelaarsakkoord wat begin januari 2013 is gesloten tussen rijk, IPO, VNG en UvW is afgesproken dat hiervan tot 2017 geen sprake zal zijn.
213
Verschillende programma’s Algemene dekkingsmiddelen
n.v.t.
2.3
Paragraaf 3 – Onderhoud kapitaalgoederen
Deze paragraaf bevat de beleidslijnen voor het onderhoud en beheer van onze ‘kapitaalgoederen’. Hiertoe behoren de infrastructurele werken (wegen, vaarwegen en kunstwerken), voorzieningen (bijvoorbeeld groen) en gebouwen en opstallen. Het onderdeel ‘groen’ is bij de provincie geen apart beheeronderdeel. Groenbeleid en bermbeheer maken deel uit van ons berm- en oeverbeheer en van het beleidskader ‘Fryske diken yn it grien’. Het (groot) onderhoud van kapitaalgoederen hangt samen met het afschrijvingsbeleid van onze provincie voor de kapitaalgoederen. Algemeen uitgangspunt bij het afschrijvingsbeleid is de functionele levensduur van het kapitaalgoed. Dat is de periode waarin het kapitaalgoed bij normaal onderhoud zijn functie behoudt. Uitgangspunt voor het onderhoud en beheer van kapitaalgoederen zijn de door Provinciale Staten vastgestelde beleidskaders. Dit zijn richtlijnen voor het onderhoud en beheer met specifieke benoemde kwaliteitseisen.
1 – Onderhoud infrastructuur Beleid Het onderhoud van de provinciale infrastructuur wordt uitgevoerd volgens de nota Strategisch onderhoudsbeleid provinciale Infrastructuur. De kwaliteit van het onderhoud is omschreven in te leveren prestatie. Het onderhoud sluit nauw aan bij de gangbare normen en regelgeving. Door het resultaat centraal te stellen wordt duidelijk op welke manier het onderhoud bijdraagt aan provinciale beleidsdoelen. De prestaties worden gemeten en gemonitord. De onderhoudsstrategie is gebaseerd op economische doelmatigheid en gericht op het in stand houden van de functionaliteit en de constructieve veiligheid van de voorziening tegen zo laag mogelijke kosten. De voorzieningen zijn redelijk comfortabel voor de gebruiker, enige slijtage, kleine schades en reparaties zijn zichtbaar. Onderhoudsmaatregelen worden op basis van inspecties bepaald, maar ook preventief. Er wordt ingegrepen zodra de kwaliteit daalt. Incidenteel en kortdurend kunnen zich beperkingen voor de gebruiker voordoen. Er is incidenteel kans op klachten en gegronde schadeclaims. Op basis van de kadernota 2015 is een voorziening ingesteld voor het groot onderhoud van de baggerwerkzaamheden (voorstel Waterwet), verhardingen en oevers (voorstel onderhoudsbeleidskaders). Hierin is een meerjarenplanning opgenomen. Er is geen achterstallig onderhoud, behoudens bij het Van Harinxmakanaal. Hiervoor is een plan van aanpak, inclusief financiële middelen, opgesteld. Actualisatie onderhoudsbeleidskader In 2014 hebben Provinciale Staten nieuwe onderhoudsbeleidskaders vastgesteld en extra middelen uitgetrokken vanaf 2015. In 2014 is bij de uitvoering van het onderhoud rekening gehouden met de nieuwe onderhoudbeleidskaders.
214
Planning en kosten onderhoud Voor elk onderdeel is een optimale planning gemaakt (assetmanagement) voor het jaarlijks terugkerend onderhoud (JTO) en het niet-jaarlijks onderhoud (NJTO) op basis van inspecties. Het prinses Margrietkanaal is in 2014 formeel overgegaan naar het rijk en maakt geen deel meer uit van het te beheren areaal van de provincie. In 2014 is het beheer en het onderhoud van de infrastructuur zoals opgenomen in de meerjarenplanningen en is zoveel mogelijk uitgevoerd volgens scenario 1. Daarnaast is rekening gehouden met de nieuwe onderhoudbeleidskaders. Te dure onderhoudsmaatregelen zijn om budgettaire redenen uitgesteld. Het wegonderhoud is nergens beneden het minimale niveau geraakt. Op het Van Harinxmakanaal is sprake van achterstallig onderhoud; over het budget voor het inlopen hiervan zijn afspraken gemaakt met het rijk. In 2014 zijn over dit achterstallig onderhoud reeds een aantal voorbereidingen getroffen over. Voor onderhoud, inclusief gladheidsbestrijding is circa € 11,5 mln. besteed. Op het budget voor gladheidsbestrijding is circa een bedrag van € 0,5 mln. onbenut gebleven. Voor de renovatie en vervanging van kunstwerken hebben Provinciale Staten met ingang van 2011 voor 20 jaar een bedrag van € 8 mln. per jaar beschikbaar gesteld. In 2014 is de renovatie en vervanging volgens planning uitgevoerd waarbij de opleveringen enigszins achterlopen. In 2014 is voor een bedrag van € 5 mln. besteed. Daarnaast is in 2014 besloten om de aanvaarbeveiliging (remmingwerken) tussen 2014 en 2021 aan te passen op wat we qua afmetingen van schepen toestaan op de vaarwegen.
2 – Onderhoud provinciale gebouwen Bedrijfsgebouwen met terreinen De bedrijfsgebouwen betreffen het Provinciehuis, kantoor Uitwellingerga en de steunpunten met de daarbij behorende terreinen voor programma 2 Verkeer en vervoer. Provinciehuis In 2014 is de Europese aanbesteding in drie percelen voor het onderhoud van het Provinsjehûs succesvol afgerond. Met ingang van 1 september zijn de nieuwe onderhoudspartijen met de onderhoudswerkzaamheden gestart. Overige bedrijfsgebouwen met terreinen De overige bedrijfsgebouwen betreffen kantoor Uitwellingerga en de steunpunten met de daarbij behorende terreinen. Er is regulier onderhoud gepleegd aan de bedrijfsgebouwen en de terreinen voor een bedrag van circa € 276.000,-. Bij de zoutloods in Bolsward vond een asbestsanering plaats. Daarnaast zijn op de zoutloodsen de benodigde milieumaatregelen genomen voor een bedrag van circa € 100.000,-. De gebouwen zijn in een aanvaardbare staat van onderhoud. Over het algemeen is er per 31 december bij de steunpunten een beperkt achterstallig onderhoud. Het duurdere onderhoud en aanpassingen op facilitair gebied zijn deels opgepakt en deels uitgesteld. Bij uitstel gaat het onder meer om het aansluiten van de steunpunten op de glasvezelkabel. Dienstwoningen De provincie heeft voormalige dienst- en sluiswachterswoningen. Deze worden verhuurd. Indien mogelijk worden deze woningen verkocht aan zittende huurders of aan derden na vertrek van de huurders. Een aantal woningen heeft echter een zodanige verwevenheid met de ‘kunstwerken’ dat die niet kunnen worden verkocht. Ook is aan een aantal woningen een cultuurhistorische waarde toegekend. De woningen voldoen aan wettelijke eisen. Dit houdt in de praktijk
215
in dat de kwaliteit van deze (oudere) woningen ‘naar redelijkheid en billijkheid’ voldoen aan de hedendaagse eisen. De woningen hebben geen boekwaarde meer. De mate van onderhoud is afgestemd op ‘goed huismeesterschap en representativiteit’. De kosten worden (deels) gedekt uit de huuropbrengsten. Aan de woningen is conform de meerjarenplanningen (regulier) onderhoud gepleegd voor een bedrag van circa € 70.500,-. Dit is inclusief de voorbereidingskosten van de te verkopen woningen. Drie verhuurde woningen aan het Prinses Margrietkanaal zijn in 2014 overgedragen aan het rijk. Het gaat hierbij om de dienstwoningen bij de sluis Lemmer (Plattedyk 51 en 53) en de dienstwoning bij de brug Schuilenburg (Schuilenburgerweg 24). De provincie heeft in 2014 het steunpunt Harlingen en 2 (voormalige) dienst- en sluiswachterswoningen in Mildam en Oudehorne verkocht. Afschrijvingsbeleid Het afschrijvingsbeleid is vastgelegd in de nota’s Waarderen, Activeren en Afschrijven (PS, 19 december 2012). In deze nota’s zijn onder andere de afspraken opgenomen voor Strategisch onderhoud provinciale infrastructuur (PS 22 januari 2014)en het provinciehuis. Het onderhoud en groot onderhoud van kapitaalgoederen hangt samen met het afschrijvingsbeleid van onze provincie voor de kapitaalgoederen. Uitgangspunt voor de afschrijvingsduur is de functionele levensduur van het kapitaalgoed. Dat is de periode waarin het kapitaalgoed bij normaal onderhoud zijn functie behoudt. Waar gekozen is voor een langere functionele levensduur, is rekening gehouden met een groter beslag op onderhoudsmiddelen. Versneld afschrijven en balansverkorting Bij de behandeling van de kadernota 2014 op 3 juli 2013 hebben Provinciale Staten ingestemd met het versneld afschrijven van verschillende investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, voornamelijk wegen. Deze investeringen zijn grotendeels eenmalig. Vervanging van dit wegennet is op middellange termijn niet te verwachten. Het versneld afschrijven heeft dus niet betrekking op onderhoudsinvesteringen. Deze investeringen mogen volgens de wettelijke regelgeving (BBV) zowel geactiveerd worden als ineens ten laste van de exploitatiebegroting gebracht worden via versnelde afschrijving. De versnelde afschrijving komt ten laste van de reserve Nuon. Het gaat om de volgende infrastructurele projecten: de structurele verbetering van de hoofdwegenstructuur door projecten als De Centrale As, N381, Noordwesttangent en rondweg om Franeker (Grote projecten); enkele kleinschalige verbeteringen, waaronder de aanleg van parallelwegen; de reconstructies en overige maatregelen (kleine en reguliere projecten). Investeringen in kunstwerken en afstandsbedieningen blijven wel op afschrijving staan, want die worden op termijn wel vervangen. De balansverkorting is verwerkt in deze jaarrekening. De consequenties zijn opgenomen in programma 11: Inzet Nuon-middelen. Bedragen € 1.000,Bedrijfsmiddelen Infraprojecten Totaal
Stand per 01-01-2014 914 169.682 170.596
Investeringen realisatie 2014 bijdragen balans derden verkorting 1.012 99 0 193.640 90.111 3.920 194.652 90.209 3.920
uitgaven
Overzicht investeringen
216
Stand per 31-12-2014 1.827 269.292 271.118
Begroting 2015 e.v. bijdragen balans derden verkorting 416 0 0 741.152 420.516 419.382 741.569 420.516 419.382
uitgaven
2.4
Paragraaf 4 – Financiering en beleggingen
Deze paragraaf gaat over het beheer van de financiële middelen (treasury). De kaders voor het op een verantwoorde manier beheren van de financiële middelen worden gevormd door de Uitvoeringsregeling Treasury en de wet Financiering decentrale overheden (Fido). De Uitvoeringsregeling Treasury omvat kaders en richtlijnen voor risicobeheer, financiering, werkkapitaalbeheer, rapportage en verantwoording, bevoegdheden en controles.
1.
Ontwikkeling financieringssaldo
Het financieringssaldo (EMU-saldo) voor 2014 bedraagt € 111 mln. negatief, wat betekent dat er in 2014 € 111 mln. meer is uitgegeven dan er is ontvangen. Dat is een uitvloeisel van de omvangrijke investeringsprogramma’s van de provincie, zoals Wurkje foar Fryslân en de investeringen in infrastructurele werken. Bij de begroting was echter rekening gehouden met een negatief financieringssaldo van € 292 mln. De forse afwijking is ontstaan door vertraging van de begrote uitgaven binnen de investeringsprogramma’s, zie ook bijlage 3.2. Het saldo aan liquide middelen bedroeg begin 2014 € 405 mln. positief. Het saldo aan liquide middelen is in 2014 minder sterk gedaald dan verwacht. Dat komt door de vertraging van een deel van de begrote uitgaven. Op 31 december 2014 bedroeg het saldo aan liquide middelen € 303 mln. positief en het grootste deel hiervan (€ 299 mln.) werd kortlopend aangehouden bij de schatkist.
2.
Financiering en beleggingen
Omvang beleggingsportefeuille De omvang van de beleggingsportefeuille bedraagt per eind 2014 € 763 mln., een afname van € 13 mln. ten opzichte van eind 2013. Het jaar is rustig verlopen en er is een enkele accentverschuiving in de portefeuille gedaan. Daarnaast zijn er obligaties aan het einde van de looptijd afgelost. Deze middelen zijn teruggevloeid naar de provincie. Door de dalende kapitaalmarktrente in Europa zijn de marktwaarden van de obligaties in de portefeuille gedurende het jaar gestegen. Rendement belegde vermogen Het behaalde rendement op het belegde vermogen in 2014 bedraagt € 21,6 mln. Het rendement is € 0,6 mln. lager dan begroot. Dit wordt gecompenseerd door hogere rentebaten en de besparing op de aanbestedingskosten, samen € 0,7 mln. positief. Rente baten & -lasten De rentebaten op langlopende uitzettingen zijn € 0,3 mln. hoger dan begroot. De rentebaten op de kortlopende uitzettingen bedragen voor 2014 € 0,4 mln., € 0,2 mln. hoger dan begroot. De rentelasten die zijn betaald voor incidentele debetstanden bedragen circa € 1.000.
217
Hieronder staat de omvang en samenstelling van de beleggingsportefeuille per einde van 2013 en per einde 2014: 31-12-2013
31-12-2014
Marktwaarde portefeuille (incl. opgelopen rente)
€ 776 mln.
€ 763 mln.
Boekwaarde portefeuille (o.b.v. geamortiseerde kostprijs)
€ 738 mln.
€ 649 mln.
€ 24,5 mln.
€ 21,6 mln.
Rendement (na afschrijving)
3,0%
2,8%
Duration (rentegevoeligheid)
6,2 jaar
6,1 jaar
31-12-2013
31-12-2014
46,7% 2,0% 27,7% 6,1% 5,1% 12,5% 100,0%
48,6% 0,0% 34,2% 3,7% 5,1% 8,4% 100,0%
31-12-2013
31-12-2014
73,4% 23,6% 3,0% 100,0%
76,6% 23,4% 0,0% 100,0%
31-12-2013
31-12-2014
0,9% 0,7% 3,7% 4,7% 7,7% 1,4% 40,9% 6,2% 27,7% 4,1% 2,0% 100,0%
0,9% 0,7% 3,6% 2,2% 8,0% 1,6% 41,0% 6,8% 34,2% 1,1% 0,0% 100,0%
Totale rendement
Samenstelling portefeuille Staatsobligaties Obligaties decentrale overheden NL Supranationale obligaties Staatsgegarandeerde obligaties Covered obligaties financiële instellingen Obligaties financiële instellingen Totaal
Verdeling naar rating AAA AA A Totaal
Verdeling naar landen België Denemarken Duitsland Finland Frankrijk Luxemburg Nederland Oostenrijk Supranationaal Verenigd Koninkrijk Zweden Totaal
218
Vermogensontwikkeling De verkoop van de Nuon Energy-aandelen geschiedt in vier tranches in de jaren 2009 tot en met 2015. In 2009 is de eerste tranche van € 562 mln. uitgekeerd. Hiervan is € 500 mln. langlopend belegd. Medio 2011 heeft de uitbetaling van de tweede tranche plaatsgevonden (€ 187 mln.). Hiervan is € 120 mln. langlopend belegd. In 2013 heeft de uitbetaling van de derde tranche plaatsgevonden en in 2015 volgt de uitbetaling van de vierde tranche, € 262 mln. Vermogensbeheer Het vermogensbeheer is ondergebracht bij twee professionele vermogensbeheerders die elk circa de helft van het vermogen beleggen volgens een strikt mandaat. Als gevolg van de aanhoudende onrust op de financiële markten is er een ingeperkt mandaat van kracht en mag alleen in obligaties worden belegd van landen en supranationale instellingen met een AAA-rating; de hoogst mogelijke kredietwaardigheid. Door de invoering van het schatkistbankieren, mogen er geen nieuwe gelden via de vermogensbeheerders worden belegd. Deze dienen voortaan te worden belegd bij het agentschap in de Nederlandse Staat. De bestaande beleggingen vanuit het vermogensbeheer mogen tot einde van de looptijd worden aangehouden en ook veranderingen in de samenstelling van de portefeuille blijven toegestaan, mits hiermee de resterende looptijd niet wordt verlengd. Toegestane alternatieven voor het verplichte schatkistbankieren zijn het uitlenen van gelden aan decentrale overheden (mits er geen toezichtrelatie bestaat) en het verstrekken van hybride kapitaal aan de sectorbanken Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en de Nederlandse Waterschapsbank (NWB). In 2015 worden de alternatieven nader uitgewerkt.
3.
Ontwikkeling financiële markten
De kredietcrisis had ook in 2014 een negatief effect op de geld- en kapitaalmarktrente. Dit heeft ook gevolgen voor de rendementen die de provincie kan behalen op het belegde vermogen en de rentevergoeding op de overtollige liquiditeiten. Geldmarktrente Door de aanhoudende schuldenproblemen in de perifere landen en de negatieve effecten ervan op de financiële sector, heeft de ECB in 2014 de Refirente verder verlaagd naar 0,05% (was 0,25%). De kortlopende rente was begin 2014 0,3%, maar is gedurende het jaar gedaald tot onder de 0,1%. Kapitaalmarktrente De kapitaalmarktrente is in 2014 verder gedaald. Begin 2014 was de Nederlandse kapitaalmarktrente (10 jaar) 2,3%, maar daalde gedurende het jaar naar 0,7% door de maatregelen van de ECB en de tegenvallende economische groei.
219
4.
Risicobeheer treasury
De meest belangrijke risico’s op gebied van treasury management voor de provincie Fryslân zijn: renterisico, koersrisico, kredietrisico en debiteurenrisico. Hieronder volgen de genomen maatregelen om deze risico’s te beheersen. Renterisicobeheer Vanuit de wet Fido worden richtlijnen gegeven voor het renterisico voor korte- en lange termijn financiering. Het renterisico op kortlopende financieringen wordt beperkt door een zogenaamde kasgeldlimiet. Deze bedraagt voor 2014 € 40 mln. (7% van de begroting) en de provincie is daar ruimschoots binnen gebleven. Buiten kortstondige roodstand op de rekening courant zijn er in 2014 geen kasgeldleningen aangetrokken. Voor de lange termijn financieringen geldt de renterisiconorm, die is van toepassing op vaste schulden en aangetrokken geldleningen. De provincie Fryslân heeft geen langlopende schulden. Er is sprake van een renterisico voor de te behalen rendementen uit het belegde vermogen, omdat de rendementen onderdeel zijn van de begrotingsruimte. Fluctuaties op de geld- en kapitaalmarktrente kunnen van invloed zijn op het verwachte rendement. Door een zodanige samenstelling en spreiding van het belegde vermogen worden deze fluctuaties zo veel mogelijk beperkt. Koersrisicobeheer De provincie belegt haar overtollige middelen alleen in vastrentende waarden zoals obligaties en deposito’s die in principe worden aangehouden tot einde looptijd. Het beleggen in aandelen, uitsluitend voor het behalen van een rendement, is niet toegestaan. Daarnaast wordt er alleen belegd in euro’s, waardoor er geen sprake is van een (valuta)koersrisico. Kredietrisicobeheer Om het kredietrisico te beperken wordt door de provincie Fryslân uitsluitend belegd bij tegenpartijen die voldoen aan een goede kredietwaardigheid van tenminste een A-rating. Deze zijn vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Treasury. Voor het belegde vermogen geldt een afzonderlijk beleggingsmandaat. Ook dient te worden voldaan aan de Regeling Uitzetting en Derivaten Decentrale Overheden (Ruddo). Hierin is bepaald dat de een uitzetting korter dan drie maanden een kredietwaardigheid geldt van minimaal een Arating volstaan en langer dan drie maanden een kredietwaardigheid van AA-minus is vereist. Daarnaast mag er alleen worden belegd in landen binnen de Economische Europese Ruimte (EER). Om te komen tot een veilige en solide obligatieportefeuille heeft de provincie Fryslân besloten het risicoprofiel van de beleggingen zoveel mogelijk te beperken. In het beleggingsmandaat is vastgesteld dat minimaal 60% van het vermogen dient te worden belegd in obligaties met AAA-rating; de meest veilige categorie. Het overige deel dient te worden belegd in obligaties met een kredietwaardigheid van tenminste een AA-minus. Daarnaast gelden er beperkingen voor de bedragen per land, per beleggingscategorie en per debiteur. Door de aanhoudende kredietcrisis is besloten om het mandaat verder aan te scherpen. Alle beleggingen mogen uitsluitend in obligaties met een AAA-rating worden gedaan. Sinds december 2013 is het verplichte schatkistbankieren van kracht en dienen alle middelen te worden belegd bij het agentschap van het ministerie van Financiën, uitgezonderd de gelden die al bij de vermogensbeheerders zijn belegd. Er wordt hierdoor
220
een groot deel van het vermogen ondergebracht bij de Nederlandse staat, waardoor het kredietrisico voor de provincie verder afneemt. Debiteurenrisicobeheer Voor het debiteurenbeheer voor de levering van goederen en/of diensten hanteert de provincie een strikt beleid van herinnering en aanmaning. Indien de debiteur nalatig blijft, wordt de vordering overgedragen aan een incassobureau.
221
2.5
Paragraaf 5 – Verbonden partijen
Deze paragraaf geeft een overzicht van de verbonden partijen conform artikel 15 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (het BBV). Het beleid van de provincie is beschreven in de Nota Samenwerkingsrelaties. Deze nota is in december 2013 door Gedeputeerde Staten vastgesteld en in januari 2014 aan Provinciale Staten ter informatie toegezonden. Verbonden partijen Verbonden partijen zijn organisaties waarin de provincie zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft en waarbij sprake is van een publiek- of privaatrechtelijk rechtspersoon. Er is een bestuurlijk belang als de provincie zitting heeft in het bestuur, danwel stemrecht heeft. De provincie heeft een financieel belang zodra zij middelen ter beschikking stelt (of garanties afgeeft) waarover de provincie risico loopt in geval van financiële problemen bij de verbonden partij. De provincie neemt deel aan verbonden partijen ter uitvoering van provinciaal beleid. De provincie gaat alleen samenwerkingsrelaties aan als de zelfstandige realisering meer middelen vergt, meer risico’s met zich meebrengt of niet mogelijk is. De provincie is en blijft zelf verantwoordelijk voor het bereiken van de provinciale doelstellingen door de samenwerking met verbonden partijen. Periodiek wordt nagegaan of de verbonden partijen nog voldoende bijdragen aan de realisatie van de provinciale doelstellingen. Het beleid voor het risicomanagement maakt deel uit van de planning- en controlcyclus. Zie paragraaf 2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Financiële risico’s De financiële risico’s van de provincie bij verbonden partijen zijn in veel gevallen vrijwel gelijk aan de omvang van het directe financiële belang. In een aantal gevallen is sprake van een potentieel financieel risico dat de omvang van het directe financiële belang aanzienlijk overstijgt. De inschatting van deze financiële risico’s is in onderdeel van de paragraaf 2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing verwerkt.
222
2 – Overzicht verbonden partijen In onderstaand overzicht staan de verbonden partijen van de provincie Fryslân genoemd. Conform artikel 15 van het BBV is het overzicht als volgt opgebouwd. Per verbonden partij: a. de naam en de vestigingsplaats; b. het openbaar belang dat op deze wijze behartigd wordt; c. de veranderingen die zich hebben voorgedaan gedurende het begrotingsjaar in het belang dat de provincie in de verbonden partij heeft; d. het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar; e. het resultaat van de verbonden partij. ad d: eigen en vreemd vermogen aan het einde van het begrotingsjaar: deze informatie moet van de verbonden partij worden ontvangen en is niet altijd voor handen op het moment van publicatie van de jaarstukken. Ook komt het voor dat bepaalde gevoelige informatie door de verbonden partij niet mag worden gegeven.
In het overzicht zijn ook de gemeenschappelijke regelingen opgenomen waaraan de provincie deelneemt. 1. Nuon Energy NV, Amsterdam Het openbaar belang van aandeelhouderschap is te behalen resultaat uit beleggingen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang
Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Algemene dekkingsmiddelen NV (J.A. de Vries) In juli 2015 vindt de laatste levering van 21% van de aandelen Nuon aan Vattenfall plaats. Over deze aandelen ontvangt de provincie een preferent dividend van 2% tot het moment van levering. De aandelen van het gesplitste netwerkbedrijf Alliander blijven in publieke handen (zie 2). Nettowinst 2014, inclusief bijzondere posten: € -0,2 miljard Per 1 januari 2014 bezit de provincie nog 2,6% van de aandelen. Dit is in 2014 onveranderd. Preferent dividend 2014: € 5,2 miljoen. Eigen vermogen 31-12-2013: € 2,9 miljard. Eigen vermogen 31-12-2014: € 2,7 miljard. Geen
2. Alliander NV, Arnhem De participatie in Alliander NV is met inachtneming van de Wet Onafhankelijk Netbeheer per 1 juli 2009 ontstaan na de splitsing van Nuon in een productie- en leveringsbedrijf en een netwerkbedrijf. Alliander zorgt voor de distributie van energie in grote delen van Nederland. Het openbaar belang van het aandeelhouderschap is verankerd in de wet. De aandelen dienen wettelijk in publieke handen te blijven. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden
Algemene dekkingsmiddelen NV (J.A. de Vries)
Netto resultaat 2012: € 224 miljoen Netto resultaat 2013: € 288 miljoen Netto resultaat 2014: € 323 miljoen De provincie bezit ruim 12,6% van de aandelen. Dividend 2014: € 15,7 miljoen. Eigen vermogen 1-1-2013: € 3,2 miljard.
223
partij Financiële risico’s provincie
Eigen vermogen 31-12-2013: € 3,4 miljard. Eigen vermogen 31-12-2014: € 3,6 miljard. Solvabiliteit: 49,5%. In vooral in de wet genoemde omstandigheden kan bijstorting van kapitaal aan de orde zijn.
3. Vitens NV, Zwolle Vitens NV is het grootste drinkwaterbedrijf van Nederland en levert topkwaliteit drinkwater aan 5,4 miljoen mensen en bedrijven in de provincies Flevoland, Friesland, Gelderland, Utrecht, Overijssel. Het openbaar belang van het aandeelhouderschap is verankerd in de wet. Op grond van de wet dienen de aandelen in overheidshanden te blijven. Doelstelling van de provincie is invloed op te voeren drinkwaterbeleid en resultaat uit beleggingen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Algemene Dekkingsmiddelen NV (C. Schokker-Strampel)
Nettoresultaat 2012: € 29,6 miljoen Nettoresultaat 2013: € 39,3 miljoen Jaarverslag 2014 nog niet beschikbaar. De provincie Fryslân bezit sinds ultimo 2011 755.043 aandelen Vitens (13%). Dividenduitkering 2013: € 2,72 per aandeel. Eigen vermogen 1-1-2013: € 386 miljoen. Eigen vermogen 31-12-2013: € 438,3 miljoen. Het eigen vermogen is 25,6%. Geen
4. BNG (Bank Nederlandse Gemeenten), Den Haag De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijke belang. De bank beoogt met gespecialiseerde financiële dienstverlening tegen zo laag mogelijke kosten bij te dragen aan maatschappelijke voorzieningen voor burgers. De doelstelling voor de provincie is te behalen resultaat op beleggingen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat
Algemene dekkingsmiddelen NV (J.A. de Vries) Geen
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
De provincie bezit 75.250 aandelen Dividenduitkering 2014: € 43.000 Eigen vermogen 1-1-2013: € 2,75 miljard. Eigen vermogen 31-12-2013: € 3,43 miljard. Eigenvermogen 31-12-2014: € 3,58 miljard.
Financiële risico’s provincie
Nettowinst 2012: € 332 miljoen. Nettowinst 2013: € 282 miljoen. Nettowinst 2014: € 126 miljoen
Vreemd vermogen 31-12-2013: € 127,72 miljard. Vreemd vermogen 31-12-2014: € 149,92 miljard. Geen
5. NWB (Nederlandse Waterschapsbank), Den Haag De Nederlandse Waterschapsbank NV richt zich met haar diensten exclusief op de publieke sector. Zij financiert van oudsher waterschappen, maar ook gemeenten, provincies en aan overheid gelieerde instellingen. Doelstelling voor de provincie is te behalen resultaat op beleggingen.
224
Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat
Algemene Dekkingsmiddelen NV (J.A. de Vries) Geen
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte)
Aandelen A (nominale waarde € 115): 24 stuks Aandelen B (nominale waarde € 460): 25 stuks Dividenduitkering 2014: geen.
Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Eigen vermogen 1-1-2013: € 1,226 miljard. Eigen vermogen 31-12-2013: € 1,256 miljard. Eigen vermogen 31-12-2014: € 1,303 miljard. Geen
Financiële risico’s provincie
Resultaat 2012: € 40 miljoen Resultaat 2013: € 34 miljoen Resultaat 2014: € 49 miljoens
6. NRK (Noordelijke Rekenkamer), Assen NRK is op grond van de WGR een gemeenschappelijk orgaan van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe en heeft als taak onafhankelijk onderzoek te doen naar de doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van het door de provincies gevoerde bestuur. De NRK is gevestigd in Assen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Bestuur en veiligheid De Statenleden R. van Maurik (PvdA), K. Kielstra (VVD) en J. Tjalsma (CDA) zijn lid van de Programmaraad van de NRK Geen Rekening-resultaat 2013: € 42.318,Bijdrage 2014: € 250.980,Eigen vermogen per 31-12-2013: € 84.883,Vreemd vermogen per 31-12-2013: € 89.226,-. Geen
7. IPO (Interprovinciaal Overleg), Den Haag Gezamenlijke belangenbehartiging van provincies in algemene overheidsaangelegenheden. In het bestuursakkoord zijn uitspraken gedaan over zichtbaarheid en aanwezigheid van de provincie. Op landelijk niveau heeft het IPO daarbij een nadrukkelijke rol. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang
Bestuur en veiligheid Vereniging (C. Schokker-Strampel) Gedeputeerde Schokker-Strampel heeft zitting in het bestuur van het IPO.
Per 1 januari 2014 is de nieuwe provinciale uitvoeringsorganisatie BIJ12 opgenomen in de “juridische schil” van het IPO. Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Conform doelstelling. Bijdrage 2014: € 433.886,-.
Financiële risico’s provincie
Geen
Eigen vermogen: De vereniging-IPO beschikt niet over eigen vermogen, aangezien het batig saldo via de resultaatverdeling jaarlijks wordt gerestitueerd aan de provincies dan wel wordt doorgeschoven naar het volgende jaar.
225
8. SNN (Samenwerkingsverband Noord-Nederland), Groningen Stimulering van de ruimtelijke economische ontwikkeling van Noord-Nederland, onder meer door behartiging van de economische belangen van het noorden. Het publieke belang dat hiermee nagestreefd wordt, is ‘werkgelegenheid en welvaart’. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang
Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Bestuur en veiligheid Gemeenschappelijke Regeling (S. Poepjes en J.H.J. Konst) Het SNN-voorzitterschap rouleert tweejaarlijks tussen de drie deelnemende provincies. Tot 1 juli 2015 bekleedt Fryslân het voorzitterschap. Daarna gaat het voorzitterschap voor twee jaar over naar Groningen. Conform doelstelling Bijdrage 2014: € 527.664,-. Per 31-12-2012 bedraagt de geconsolideerde algemene reserve € 7.719.000,-. Geen
9. HNP (Huis van de Nederlandse Provinciën), Brussel Gezamenlijke huisvesting van de provincies en het IPO in Brussel ter verdediging van de Europese belangen van de Nederlandse provincies. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Bestuur en veiligheid Vereniging/ INPA (volgens Belgisch recht) (S. Poepjes) Poepjes zit in het AB, niet in DB Gerealiseerde huisvesting Jaarlijkse bijdrage circa € 19.500,- (via bijdrage in de begroting SNN).
Geen
10. Stichting Openbare Verlichting Fryslân, Heerenveen Samenwerkingsverband op het gebied van beheer en onderhoud van openbare verlichting en op het gebied van gezamenlijke inkoop duurzame energie. Programma Rechtspers. (bestuurder GS)
Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Verkeer en vervoer Stichting (GS heeft programma-manager duurzame innovatie aangewezen als vertegenwoordiger van de provincie in de RvT)
Gezamenlijk met groot aantal gemeenten het beheer en onderhoud van de openbare verlichting en de inkoop van duurzame energie geregeld Jaarlijkse bijdrage circa € 10.000,-.
Geen
11. Nazorg Ouwsterhaule, Leeuwarden De provincie Fryslân heeft als partij afval gestort op de voormalige stortplaats Ouwsterhaule. Alle partijen die afval hebben geleverd of de stortplaats hebben beheerd, participeren in de stichting Nazorg Ouwsterhaule. De provincie participeert voor 26% in de stichting. Het publieke belang dat hiermee gediend is, betreft het voorkomen van ongewenste milieueffecten van de voormalige stortplaats. Het financiële risico dat de
226
provincie loopt is het falen van het beheerssysteem als er een lekkage in de afdichtingsbodem optreedt. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Milieu Stichting (ambtelijk) Geen Beheer stort conform doelstelling. Onderhoud wordt bekostigd uit het jaarlijkse rendement. Initiële storting circa € 0,78 miljoen (26% van nazorgkapitaal). 26% van onvoorziene uitgaven, indien deze zich voor zouden doen. Nazorgkapitaal in fonds Eigen vermogen per 31 december 2012: € 3,6 miljoen.
Eigen vermogen per 31 december 2013: 3,6 miljoen Financiële risico’s provincie
Min: € 20.000,Max: € 500.000,Participatie 26% Kans: 1% Berekend risico: € 1.000,-
12. Fonds Nazorg Stortplaatsen, Leeuwarden De betrokkenheid van de provincie vloeit voort uit de Wet Milieubeheer. Het nazorgfonds is een ‘spaarpot’ waaruit de kosten van nazorg van relatief jonge stortplaatsen worden gedekt. Deze nazorg beoogt te voorkomen dat het publieke belang wordt geschaad door milieuvervuiling als gevolg van gebrek aan onderhoud aan en tijdig vervangen van voorzieningen van overgedragen (gesloten) stortplaatsen. Het belangrijkste financiële risico dat de provincie loopt is het falen van voorzieningen en monitoring in combinatie met bodemverontreiniging. Lang onopgemerkte bodemverontreiniging zou kunnen leiden tot schade bij derden. In verband met dit soort risico’s is een risicovoorziening in het fonds opgenomen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Financiële risico’s provincie
Milieu ‘Fonds’ (bij wet) (GS) Geen Resultaat 2013: € 92.291,Resultaat 2014: € 103.583,Geen jaarlijkse provinciale bijdrage. Eigen vermogen ultimo 2013: € 1,4 miljoen Eigen vermogen ultimo 2014: € 1,5 miljoen Dit EV betreft 13,7 % van het totale vermogen, het restant is vastgelegd in voorzieningen voor te voorziene verplichtingen. Min: € 20.000,Max: € 2,125 miljoen Kans: 1% Berekend risico: € 11.000,-
13. LMA (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen), Rijswijk Op grond van de Wet milieubeheer is per 1 januari 2005 de meldplicht van afvalstoffen geregeld in het ‘Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen’. De stichting LMA is door de Minister van Infrastructuur en Milieu aangewezen als landelijke meldinstantie en door de twaalf provincies als dienstverlenende organisatie voor het verwerken en distribueren van meldinformatie. De stichting LMA heeft de uitvoering uitbesteed aan Rijkswaterstaat. Het openbaar belang is dat afvalstoffen op een verantwoorde wijze worden afgevoerd of verwerkt.
227
Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Milieu Stichting (S. Poepjes in Raad van Toezicht) P. Adema Informatie van het LMA maakt het provincies mogelijk afvalstoffen door heel Nederland te traceren. Op deze wijze draagt het LMA bij aan een doelmatige handhaving. Bijdrage in 2012: € 165.806,-. Bijdrage in 2013: € 164.000,-. Eigen vermogen circa € 3,3 miljoen (84% van het totale vermogen). Geen
14. Zonebeheer Friesland Uitgetreden in 2013. 15. Fumo, gemeenschappelijke regeling, Leeuwarden Uitvoerder van vergunningverlenende en toezichthoudende taken namens de provincie. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Milieu S. Poepjes Gestart per 1-1-2014 Advisering van de provincie als bevoegd gezag De totale begroting (basis 2013) is € 11.176.000,-. Het aandeel van de provincie daarin bedraagt € 4.869.201,-. Resultaat 2014 is nog niet bekend, zodoende geen inzicht in eigen en vreemd vermogen. De begroting van Fumo is gebaseerd op kentallen en gemiddelden. In de praktijk kan de exploitatie tegenvallen. In het bedrijfsplan zijn maatregelen om deze risico’s te beheersen benoemd.
16. Waddenglas, Leeuwarden Met het project willen de provincie, gemeente Franekeradeel en Dienst Landelijk Gebied (DLG) ten zuiden van Sexbierum een hoogwaardig glastuinbouwgebied realiseren. Het plan voorziet in de ontwikkeling van ongeveer 120 ha netto glastuinbouw en sluit aan bij bestaande glastuinbouw. Het project startte in 2007 en zou uiterlijk in 2015 afgerond worden. Vanwege de aanhoudende financiële crisis in de glastuinbouw en het uitblijven van gronduitgifte hebben de partijen besloten een voorstel uit te werken om alleen fase 1 van het plan te realiseren. Dit voorstel zal rond de zomer van 2015 ter bestuurlijke besluitvorming worden voorgelegd. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Landelijk gebied J.H.J. Konst is voorzitter van de stuurgroep Geen N.v.t. € 2,4 miljoen voorgefinancierd voor aankoop gronden; is later omgezet in een lening aan de gemeente Franekeradeel.
Afronding na fase 1 levert een dit naar verwachting een negatieve eindwaarde. Het eindresultaat wordt gelijk verdeeld over de drie partijen.
228
17. NOM (Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij), Groningen De reden van participatie sinds de jaren negentig is terug te voeren op afspraken die met het rijk en de drie noordelijke provincies zijn gemaakt over de economische ontwikkeling van Noord-Nederland. De vennootschap heeft als doel een bijdrage te leveren aan de verbetering van de sociaal-economische structuur en de werkgelegenheid in de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Economie, toerisme en recreatie NV (J.H.J. Konst) geen De NOM kent een participatiepoot en een ontwikkelingspoot, waarbij de eerste in de regel een bescheiden winst maakt en de ander geld kost. Als participatiemaatschappij is de NOM zelf vaak afhankelijk van jaarcijfers van bedrijven waarin het deelneemt. De NOM maakt zelf haar resultaten bekend; dit kan pas gebeuren als de AvA de jaarstukken heeft goedgekeurd, meestal in april. Bijdrage 2013: € 180.000,-. Bijdrage 2014: € 181.000,-, Fryslân bezit 0,01% van de aandelen van de NOM. NOM per 31-12-2012: Groepsvermogen € 88.1 miljoen, financiële vaste activa € 53,3 miljoen, resultaat € 4,2 miljoen. NOM per 31-12-2013: Groepsvermogen € 70,4 miljoen, financiële vaste activa 41,6 miljoen, resultaat € 2,4 miljoen
Financiële risico’s provincie
Uitgekeerd dividend aan deelnemers in 2013 € 20 miljoen Het ministerie van EZ is zijn positie als aandeelhouder en subsidiënt in de NOM aan het heroverwegen. Dit verhoogt niet bij voorbaat het risico van de provincie. Het doorvoeren van eventuele heroverwegingen heeft wel gevolgen voor de bedrijfsvoering. De NOM is voor de provincie een onderdeel van het economisch beleid.
18. Marrekrite, Leeuwarden Marrekrite is een gemeenschappelijke regeling van de provincie en Friese gemeenten. Doel is het Friese waterland recreatief zo goed mogelijk laten functioneren en daarbij rekening houden met de belangen van landschap en natuur. Het betreft zowel een toeristisch als economisch publiek belang: goede watersportvoorzieningen en werkgelegenheid. Het maken van aanlegvoorzieningen in het buitengebied en het beheer en onderhoud ervan is de hoofdactiviteit. Sinds 2011 komt daar de coördinatie van het beheer en onderhoud bij van het fietsknooppuntenroutenetwerk en op termijn meer soorten routes. De Marrekrite werkt nauw samen met provinciale en gemeentelijke diensten, maar ook met natuurbeschermingsorganisaties. Alle Friese gemeenten aan de vaste wal zijn aangesloten op de Marrekrite. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte)
Economie, toerisme en recreatie Gemeenschappelijke Regeling (J.A. de Vries) Geen
Bijdrage 2013: € 543.000,-. Bijdrage 2014: € 553.000,-.
229
Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Eigen vermogen per ultimo 2012: € 3,5 miljoen. Geen
19. Ontwikkelingsmaatschappij Westergo, Harlingen Het openbaar belang is de zeggenschap over de nog uit te geven bedrijventerreinen. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Economie, toerisme en recreatie Provincie is aandeelhouder (Poepjes) Konst is uitgetreden
Geen Eigen vermogen: € 2.616.983,Vreemd vermogen: € 7.882.000,- Stand per 31-1-2013, nog niet goedgekeurd Geen, juridische uittreding wordt voorbereid.
20. Tresoar, Leeuwarden Het doel is zorgen voor een goed voorzieningenpatroon van historische documentatiecentra in een optimale samenwerking. Dat er een openbaar lichaam is dat de collecties en archiefbescheiden beheert die aanwezig zijn in de rijksarchieven bewaarplaats in Fryslân, de provinciale bibliotheek en het FLMD. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang
Resultaat
Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Kultuer, taal en ûnderwiis GR (J.A. de Vries) Bestuurssamenstelling namens de provincie: J.A. de Vries, voorzitter, F.P. Doting en A. Toering Namens de stichting FLMD: W. Verf Namens minister OC&W: mr. E.J. Rotshuizen, dr. P. Winsemius en drs. J. vd Velde Afspraken uit activiteitenplan uitgevoerd volgens afspraak. Resultaat 2012: € 52 duizend Resultaat 2013: -/- € 61 duizend Bijdrage in 2013: € 3,0 miljoen. Bijdrage in 2014: € 3,0 miljoen. Bijdrage in 2015: € 3,1 miljoen Eigen vermogen 31-12-2012: € 1,175 miljoen Eigen vermogen 31-12-2013: € 819 duizend Vreemd vermogen 31-12-2012: € 987 duizend Vreemd vermogen 31-12-2013: € 683 duizend
Financiële risico’s provincie
Geen
21. Thialf OG BV, Heerenveen Het openbaar belang is het behouden van ijsstadion Thialf als voorziening die voor de provincie een bijdrage levert op het gebied van economie, sport en cultuur. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij
Economie, recreatie en toerisme Schokker en Konst Overname aandelen op 4-09-2013 2012: € 4.121.764,2013: € 4.000.000,Sinds overname aandelen op 4-9-2013: € 4 miljoen, 66,6% van het aandelenkapitaal. Stand 30-9-2012: EV € 4.121.764,VV € 2.886.420,-
230
Financiële risico’s provincie
Stand per 4-9-2013 voor aandeelhouderschap: EV € 4.000.000,VV € 2.000.000,Risico’s voor exploitatie en vernieuw-bouw-traject omdat provincie voor 2/3 aandeelhouder is van Thialf OG BV.
22. WGR Waddenfonds, Leeuwarden Doel van het Waddenfonds is het subsidiëren van niet-reguliere investeringen op het gebied van: Versterken natuur- en landschapswaarden. Wegnemen externe bedreigingen natuurlijke rijkdom. Duurzame economische ontwikkeling of duurzame energiehuishouding. Ontwikkelen duurzame kennishuishouding. Programma Rechtspers. (bestuurder GS)
Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Ruimte en wonen In mei 2012 is door de waddenprovincies Fryslân, Noord-Holland en Groningen de WGR Waddenfonds opgericht met een AB van 9 leden en een DB van 3 leden (Schokker-Strampel is voorzitter, ged. Kramer en De Vries zijn AB-leden namens Fryslân) Per 1 oktober 2012 zijn de bevoegdheden overgegaan naar de GR Waddenfonds
2014: € 4.596.492,Gedecentraliseerde rijksmiddelen, geen bijdrage provincies aan de GR. Algemene reserve per 31 december 2014: € 34,4 miljoen. Geen
23. Regiecollege Waddengebied, Leeuwarden Overlegplatform voor een evenwichtige ontwikkeling van het waddengebied: ‘gezamenlijk goed bestuur voor het waddengebied’. Programma Rechtspers. (bestuurder GS) Bestuurswisselingen of veranderingen in openbaar belang Resultaat Financieel belang in de verbonden partij (orde van grootte) Eigen en vreemd vermogen verbonden partij Financiële risico’s provincie
Ruimte en wonen Schokker
Het resultaat van de besprekingen wordt door de leden gebruikt voor de oordeelsvorming binnen de eigen organisatie en achterban. Jaarlijkse bijdrage: € 26.666,-. 31-12-2012: € 3.500,-. 31-12-2013: € 42.000,-. Geen
Financiële risico’s provincies Het totaal van financiële risico’s voor de provincie bij de verbonden partijen bedraagt op basis van bovenstaand overzicht € 3.588.000,-. De kans dat dit risico zich voordoet is 50%. In paragraaf 2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing is dit risico meegenomen bij het berekenen van de benodigde weerstandscapaciteit. Verbonden partijen in opstartfase De provincie is enig aandeelhouder in de besloten vennootschappen Doefonds BV en Fûns skjinne Fryske Enerzjy BV. De Doefonds BV is op 3 april 2014 opgericht. De FSFE BV is op 2 september 2014 opgericht. Deze BV’s worden behandeld in paragraaf 9 Grote projecten. Zij worden in de begroting van 2016 opgenomen als verbonden partij.
231
3 – Overzicht convenanten
In dit onderdeel staat een aantal convenanten dat de provincie heeft gesloten met andere partijen. Uitgangspunt is het belang voor de provincie waarbij een onderscheid is gemaakt in convenanten met een groot en klein belang. Het onderscheid heeft vooral te maken met: het financiële belang: groter of kleiner dan € 100.000,-; het aantal (overheid)partijen en de looptijd van het convenant; de eventuele risico’s voor de provincie; de politieke gevoeligheid. Convenanten kunnen risico’s met zich meebrengen. Gelet op de getroffen beheersmaatregelen worden deze risico’s als nihil aangemerkt.
Convenanten met groot belang De convenanten worden per beleidsprogramma weergegeven. Programma 2 – Verkeer en vervoer Convenant grootscheepsvaarwater Dit convenant met de staat had betrekking op zowel het Prinses Margrietkanaal als het Van Harinxmakanaal. In een informerende brief (september 2013) zijn Provinciale Staten op de hoogte gebracht van de uitwerking van de overdracht van het Prinses Margrietkanaal naar het rijk. Deze overdracht is per 1 januari 2014 geëffectueerd. In de overdracht is bepaald dat de provincie nog gedurende een periode van 5 jaar (tot 2019) taken aan deze vaarweg voor het rijk blijft verrichten onder verrekening van de kosten. Deze betreffen het vaste onderhoud (zowel civieltechnisch aan het vaarwegprofiel en kunstwerken en elektromechanisch bij kunstwerken), het zorgdragen voor de betonning en bebakening en de brug en sluisbediening. Ook draait de provincie duurzaam mee in een samenwerking met het rijk en de provincie Groningen in een varende dienst voor de inspectie en handhaving In het gesloten convenant van december 2011 is bepaald dat het tot dan geldende convenant uit 1990 wordt beëindigd op de datum van de overdracht. Voor het Van Harinxmakanaal heeft het rijk haar financiële verplichtingen afgekocht met de afkoop van het onderhoud (2011) en nog extra achterstallig onderhoud op basis van het gesloten convenant onder nr. 31088423 (4 december 2013). Deze afspraak heeft geen betrekking op de financiering van de eenmalige complete vervanging van de Tsjerk Hiddessluizen waarvoor partijen nog een aanvullend convenant zullen sluiten. Na deze vervanging, waar geen termijn voor is overeengekomen, vervallen alle financiële aanspraken van de provincie op het rijk. Convenant Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) Convenant voor het behoud van eenduidig, hoogwaardig openbaar vervoer. Sinds er geen landelijke productformule meer is, dreigt er verwatering van het begrip ‘hoogwaardig’. De in het convenant vastgelegde eisen vormen de basis voor de aanbesteding.
232
Samenwerkingsagenda’s verkeer en vervoer gemeenten Deze samenwerkingsagenda’s moeten de samenwerking van de betrokken partijen voor verkeer en vervoer transparant en duidelijk te maken. De samenwerkingsagenda’s worden als onderdeel van de Gebiedsgerichte Aanpak (GGA) volgens het PVVP geïntegreerd met de streekagenda’s. Werken voor derden Met de Marrekrite is een overeenkomst gesloten voor de inzet van provinciaal personeel. Dit personeel verricht werkzaamheden voor de Marrekrite op basis van detachering. Maximaal is hiermee een bedrag gemoeid van € 208.000,- per jaar. Met Wetterskip zijn afspraken gemaakt over een aantal brug- en sluisbedieningen. In de sluisbediening is het afstromen bij de Tjerk Hiddesluizen en Dokkumer Nieuwe Zijlen meegenomen. Dit contract heeft een omvang van € 100.000,-. Met verschillende gemeenten en Rijkswaterstaat zijn afspraken gemaakt over zoutstrooien, onderhoud van verkeersregelinginstallaties, brugbediening, onderhoud van bruggen en het onderhoud van wegen. Hiermee is maximaal een totaal bedrag € 300.000,- gemoeid. Uitvoering rotondes voor Rijkswaterstaat De provincie voert drie rotondes uit voor het rijk. Rijkswaterstaat Noord-Nederland heeft een bijdrage vanuit het Fonds Economische Structuurversterking (FES) beschikbaar voor de aanpak van de grote knelpunten op het gebied van verkeersveiligheid op het rijkswegennet. Het rijk heeft de grootste knelpunten op het gebied van verkeersveiligheid in beeld gebracht. Drie van deze knelpunten zijn het kruispunt van op- en afritten van rijkswegen met provinciale wegen. Dit zijn de aansluitingen A7 Frieschepalen met de provinciale weg N358, A32 Wolvega met de provinciale weg N351 en A7 Bolsward met de provinciale weg N359. De provincie hecht een grote waarde aan de aanpak van deze verkeersveiligheidsknelpunten. Omdat de provincie bedreven is in de aanleg van dergelijke kleinschalige infrastructuur, voeren wij dit voor Rijkswaterstaat uit. Werken door derden Met ProRail en provincie Groningen (Lauwerszeewerken) zijn onderhoudscontracten afgesloten. Bij ProRail gaat het om onderhoud aan spoorwegovergangen, de zogenaamde overwegbevloering en bij de Lauwerszeewerken om het onderhoud en de bediening van het sluizencomplex Lauwersoog Groningen/Fryslân. De contracten hebben een omvang van respectievelijk € 250.000,- en € 173.000,-. Met de gemeente Harlingen zijn afspraken gemaakt voor het baggeren van de zeehaven. De provincie betaalt hier maximaal € 50.000,- voor. Regio Specifiek Pakket (RSP) Op 23 juni 2008 is het convenant RSP tussen het rijk en de noordelijke provincies gesloten. Met deze afspraak over het RSP staat de provincie Fryslân voor een omvangrijk en ambitieus investeringsprogramma. Dat moet leiden tot een wezenlijke verbetering van de bereikbaarheid en een impuls voor de economische ontwikkeling. Gezien de omvang van het pakket is de uitvoeringsperiode beperkt. Het totale pakket moet zijn gerealiseerd in de periode tot 2020. Overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden Op 1 maart 2010 is de overeenkomst met de gemeente Leeuwarden ondertekend. Het gaat om een integraal programma van maatregelen ter bevordering van de bereikbaarheid van Leeuwarden.
233
Convenant Leeuwarden Vrij-Baan Het convenant Vrij-Baan bestaat uit de volgende overeenkomsten: Minder hinder manifest Bestuurlijke afspraken tussen rijk, gemeente en provincie over de bereikbaarheid van Leeuwarden en omgeving tijdens de bouw. Is ondertekend op 2 februari 2011. Projectovereenkomst met ProRail Realisatieovereenkomst met ProRail over de realisatie van Haak Midden. Is ondertekend op 17 oktober 2011. Realisatieovereenkomst projecten Leeuwarden Overeenkomst gemeente Leeuwarden en de provincie over de realisatie van de projecten rondom Leeuwarden. Samenwerkingsovereenkomst provincie-Menameradiel Op 8 mei 2013 is er een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de gemeente Menameradiel. In deze overeenkomst zijn afspraken gemaakt over hoe de (gemeentelijke) gebiedsontwikkelingsprojecten aangesloten worden op de provinciale werkzaamheden voor de realisatie van het noordelijke deel van de Haak om Leeuwarden. Er zijn afspraken gemaakt over proces, planning en financiële bijdragen. Herijking overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden Op 10 december 2013 zijn er bestuurlijke afspraken gemaakt over de herijking van de overeenkomst met de gemeente Leeuwarden over het programma Vrijbaan. Convenanten projecten De Centrale As en N381 Bestuursovereenkomst DCA Op 5 maart 2007 is de overeenkomst gesloten tussen de gemeenten Tytsjerksteradiel, Dantumadiel en Dongeradeel. Hierbij is voor de aanleg van De Centrale As een meerwaardepakket specifiek per gemeente vastgelegd op voorwaarde dat de gemeenten financieel bijdragen aan de aanleg. Hierbij zijn ook de randvoorwaarden vastgelegd en afspraken gemaakt over de onderlinge samenwerking. Projectovereenkomst met ProRail, DCA De overeenkomst met ProRail over de realisatie van de onderdoorgangen Hurdegaryp/Veenwouden is ondertekend op 30 mei 2013. Bestuursovereenkomst verdubbeling N381 Drachten-Donkerbroek De gemeenten Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland en de provincie Fryslân hebben op 18 februari 2011 een overeenkomst gesloten. De gemeenten dragen gezamenlijk € 3 miljoen bij aan de verdubbeling van de N381 tussen Drachten en Donkerbroek. Convenanten rijkswegen Realisatieovereenkomst Tracébesluit Rijksweg 31 Leeuwarden Overeenkomst met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de gemeente Leeuwarden voor de aanleg van de Haak om Leeuwarden. Is ondertekend op 29 mei 2010. De provincie voert risicodragend het noordelijke deel uit en het ministerie het zuidelijke deel. Samenwerkingsovereenkomst bestuurlijke afspraak knooppunt Joure Op 29 mei 2010 is de overeenkomst met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de gemeente Skarsterlân voor de planstudiefase van het project en het taakstellende budget ondertekend. Na de planstudiefase wordt een realisatieovereenkomst opgesteld. Realisatieovereenkomst RSP A6/A7 Knooppunt Joure Overeenkomst over de uitvoering van het wegenproject voor de ombouw van knooppunt Joure. De overeenkomst is gesloten met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de gemeente Friese Meren. De definitieve overeenkomst op basis van de eerder gesloten samenwerkingsovereenkomst is in 2013 ondertekend en
234
loopt voor de duur van de verdere voorbereiding, realisatie en afrekening van het project. Dat is naar verwachting 2018. De overeenkomst is gericht op de aanleg, financiering en vergaande samenwerking tussen de drie partijen. De afspraken over de samenwerking zijn noodzakelijk omdat de provincie de ombouw van een weg in beheer bij het rijk (A6/A7) voor het overgrote deel betaalt. Bestuursovereenkomst ombouw N31 Traverse Harlingen Op 29 mei 2010 is de overeenkomst met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de gemeente Harlingen voor planstudiefase van het project en het taakstellende budget ondertekend. Na de planstudiefase wordt een realisatieovereenkomst opgesteld. Realisatieovereenkomst RSP N31 Traverse Harlingen Een overeenkomst over de uitvoering van het wegenproject voor de ombouw van de traverse door Harlingen. De overeenkomst is gesloten met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de gemeente Harlingen. De overeenkomst op basis van de eerder gesloten samenwerkingsovereenkomst is definitief getekend op 31 mei 2013 en loopt voor de duur van de verdere voorbereiding, realisatie en afrekening van het project. Dat is naar verwachting 2018. De overeenkomst is gericht op de aanleg, financiering en vergaande samenwerking tussen de drie partijen. De afspraken over de samenwerking zijn noodzakelijk omdat de provincie de ombouw van een weg in beheer bij het rijk (N31) voor het overgrote deel betaalt. Intentieovereenkomst RSP Bereikbaarheidspakket Heerenveen Overeenkomst waarin het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen, Gedeputeerde Staten en de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat zich uitspreken over het oplossen van de verkeersproblematiek rondom de ontwikkeling van Stad van Sport en IBF. De intentieovereenkomst moet leiden tot een concreet pakket aan projecten. De overeenkomst wordt naar verwachting eind 2013 ondertekend. Overeenkomst aanleg en reconstructie Rijksweg 7 Sneek Op 15 december 2005 is de overeenkomst met het ministerie van Verkeer en Waterstaat voor de aanleg en reconstructie van Rijksweg 7 Sneek ondertekend. De provincie voert risicodragend het gehele werk uit. De overeenkomst loopt nog tot het eind van de garantietermijn. Overeenkomst wijziging aanleg en reconstructie A7 Rondweg Sneek Op 1 januari 2012 is de wijzigingsovereenkomst voor de Woudvaartbrug gesloten. De provincie zal het (groot) onderhoud van de Woudvaartbrug uitvoeren. Overeenkomst Súdwest-Fryslân over aanleg en reconstructie Rijksweg 7 Sneek Op 15 december 2005 is de overeenkomst met gemeente Sneek (nu SúdwestFryslân) voor de aanleg en reconstructie van Rijksweg 7 Sneek ondertekend. De provincie voert risicodragend het gehele werk uit.
Programma 4 – Milieu Samenwerkingsovereenkomst (SOK) Dit zijn grote convenanten tussen gemeenten, provincie en private partijen. Een voorbeeld is de samenwerking tussen de provincie, Waterschap en gemeenten voor het regelen van de omgevingsvergunning vanuit de Wabo. Programma 5 – Landelijk gebied Convenant Duurzaam iepenbeheer De stichting Iepenwacht Fryslân wil het Friese iepenbestand door een gezamenlijke aanpak op peil te houden. Op 15 juli 2005 ondertekenden de provincie Fryslân, 25 Friese gemeenten en vier terreinbeherende organisaties het convenant Duurzaam iepenbeheer. Met deze ondertekening is een samenwerking aangegaan voor een periode van 15 jaar.
235
Programma 6 – Economie, toerisme en recreatie Convenant A7-zone, Landstad Fryslân Dit is een samenwerking tussen de provincie Fryslân en de gemeenten Opsterland, Heerenveen, Skasterlân, Smallingerland en Sneek. Voor de financiering van de gezamenlijke projecten is een Projectenfonds A7 opgericht waaraan de partijen een bijdrage leveren. Daarnaast heeft de provincie convenantmiddelen beschikbaar gesteld voor de uitwerking van het convenant. Convenant Westergozone Dit is een convenant voor het versterken van de Westergozone, het gebied tussen Leeuwarden en Harlingen. De samenwerking is aangegaan voor de periode tot 2013. De deelnemende partijen zijn de provincie en de gemeenten Harlingen, Franekeradeel, Menaldumadeel en Leeuwarden. Samenwerkingsagenda’s Leeuwarden, Súdwest-Fryslân, Smallingerland en Heerenveen In de samenwerkingsagenda’s leggen de provincie en de vier grote gemeenten afspraken vast voor de periode 2010-2021. Het is een belangrijk instrument om sturing en uitvoering te geven aan de versterking van de economische, ruimtelijke en sociale structuur van deze gemeenten. De samenwerkingsagenda’s kenmerken zich door strategische, majeure projecten met bovenlokale effecten en meerwaarde voor Fryslân. Regionale afspraken Agenda Netwerk Noordoost De gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel, Kollumerland c.a., Tytsjerksteradiel en de provincie hebben regionale afspraken gemaakt over de uitvoering van de Agenda Netwerk Noordoost. De visie uit het Sociaal Economisch Masterplan is vertaald naar een uitvoeringsprogramma met concrete projecten en regionale thema’s: de Agenda Netwerk Noordoost. Hierin is de ambitie en potentie van Noordoost-Fryslân kort samengevat en vanuit een sociaal-economisch perspectief vertaald naar een brede aanpak voor de regio. In de agenda zijn alleen projecten opgenomen die een regionale meerwaarde hebben en daarmee bijdragen aan de versterking van de regio. De agenda is vertaald naar een meerjarenprogramma voor de periode tot en met 2015. De gemeenten dragen circa € 35 miljoen bij aan de uitvoering en de provincie heeft € 22,7 miljoen beschikbaar gesteld voor de periode tot en met 2015. Convenant met de gemeente Weststellingwerf Doelstelling is onder meer het ontwikkelen en tot stand brengen van een adequate methodiek die op den duur kan worden ingezet in andere wijken en dorpen in de provincie Fryslân. Ook wordt een substantiële en bovenal structurele verbetering van het woon- en leefklimaat in Noordwolde beoogd. De ontwikkeling neemt 2 x 7 jaar in beslag. Programma 9 – Ruimte en wonen Gebiedsagenda Noord-Nederland (voorheen Samenwerkingsagenda met rijk) Deze gebiedsagenda is opgesteld in samenwerking tussen SNN en de ministeries van V&W en VROM. Minimaal eenmaal per jaar vindt aan de hand van deze gebiedsagenda een bestuurlijk overleg plaats. Met het rijk is afgesproken dat de huidige gebiedsagenda wordt vervangen door een gebiedsagenda tweede generatie, met aangescherpte prioriteiten. Een bouwsteen hiervoor is de Noordervisie, waarin de noordelijke provincies hun toekomstvisie bundelen.
236
Convenanten met klein belang Programma 1 – Bestuur Convenant tussen de vier Friese Waddeneilandgemeenten, de rijksoverheid (BZK) en de provincie ter bevordering van de onderlinge samenwerking. Dit convenant wordt nu herzien en dat leidt tot een nieuw convenant waar ook Texel zich bij aansluit. De verwachting is dat dit convenant dit voorjaar wordt gesloten. Programma 2 – Verkeer en vervoer Convenant Regionaal Overlegorgaan Consumenten Openbaar Vervoer (ROCOV) Met het ROCOV en de vervoerders heeft de provincie Fryslân een convenant afgesloten over de wijze van consumenteninspraak over het openbaar vervoer. Convenant Landelijke tariefkaart/chipkaart Dit convenant is het resultaat van een samenwerking tussen onder meer de OVbedrijven, decentrale overheden en het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Het convenant heeft betrekking op de invoering van de landelijke chipkaart. Convenant Qliner 315 Met de provincie Flevoland en het OV-bureau Groningen-Drenthe zijn afspraken gemaakt over cofinanciering, beheer van de concessie en omgang met jaarlijkse of tussentijdse wijzigingen van dienstregeling en tarieven. Convenant Qliner 350 Met de provincie Noord-Holland zijn afspraken gemaakt over cofinanciering, beheer van de concessie en omgang met jaarlijkse of tussentijdse wijzigingen van dienstregeling en tarieven. Programma 5 – Landelijk gebied Convenant wadlopen Het doel van het convenant is het instellen van regels voor de veiligheid van het wadlopen. Dit convenant is met ingang van 2013 vervallen. Programma 8 – Cultuur, taal en onderwijs Rijks Cultuurconvenant Convenant waarin het beleid voor kunst en cultuur voor de jaren 2013-2016 is geregeld. Het gaat vooral om de instellingen en fondsen waar het rijk ook een verantwoordelijkheid heeft (Tryater, Keramiekmuseum Princessehof) en de afspraken over cultuureducatie. Bestjoersôfspraak Fryske Taal en Kultuer (BFTK) Op 22 april 2013 is der in nije Bestjoersôfspraak Fryske Taal en Kultuer (BFTK) sletten tusken it Ryk en de provinsje Fryslân foar de perioade 2013-2018. Yn de Bestjoersôfspraak meitsje Ryk en provinsje ôfspraken oer de posysje en de finansiering fan it Frysk yn de sektoaren ûnderwiis, media, kultuer, ekonomysk en sosjaal libben, iepenbier bestjoer, rjochtspraak en útwiksels oer de grins. Wy binne op alle mêden ta oerienstimming kommen mei it Ryk. Oangeande it haadstik Media is yn de BFTK ôfpraat dat it Ryk by it stal jaan fan it nije mediabestel rjocht dwaan sil oan de advizen en oanrikkemandaasjes fan de Tydlike kommisje Boarging Fryske taal yn de media, ûnder lieding fan mr. R.J. Hoekstra.
237
Bestjoerlike oerienkomst Frysk taalbelied Mei it Ryk en de gemeenten hat der yn 2014 oerlis west oer it Frysk taalbelied, nei oanlieding fan in stikmannich oerienkomsten. Op basis fan de Bestjoersôfspraak Fryske taal en kultuer hawwe Ryk en provinsje mei de weryndielingsgemeenten in bestjoerlike oerienkomst Frysk taalbelied sletten. Ein 2013 is dy oerienkomst tekene mei de gemeenten Gaasterlân-Sleat, Lemsterlân en Skarsterlân (De Fryske Marren) en de gemeenten Boarnsterhim, it Hearrenfean, Ljouwert en Súdwest-Fryslân. Dy oerienkomst is yn de útfiering kommen yn 2014, doe’t ek de Wet gebrûk Fryske taal fan krêft wurden is. Dat betsjutte dat sawol de nije mar ek de âlde Fryske gemeenten de beliedsmjittige opjefte hienen om harren taalbelied te fernijen of (troch) te ûntwikkeljen. Dy oerlizzen binne kombinearre, wêrby’t ek praat is oer de taalferoardering dy’t de Fryske bestjoersorganen op basis fan de Taalwet opstelle moatte. De beliedsplannen en de taalferoarderings binne noch yn ûntwikkeling. Convenant Noordelijk Archeologisch Depot te Nuis Op 17 april 2009 hebben de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe een convenant gesloten voor de gezamenlijke instandhouding van het Noordelijk Archeologisch Depot in Nuis. Via dit convenant geeft de provincie invulling aan de wettelijke depottaak (Monumentenwet 1988, artikel 51, eerste lid). Daarnaast hebben de provincies in het convenant afgesproken het depot een meerwaarde te willen geven door toevoeging van functies bovenop de wettelijke depottaak. Het gaat daarbij om het depot als kenniscentrum en de uitleenfunctie van het depot. Paragraaf 7 – Bedrijfsvoering Arboconvenant Dit is een overeenkomst op bedrijfstakniveau tussen werkgeververtegenwoordiging, werknemersvertegenwoordigers en de overheid over het verminderen van arbeidsrisico’s en het terugdringen van het ziekteverzuim en de WIA-instroom in de sociale werkvoorziening.
238
2.6
Paragraaf 6 – Uitvoering grondbeleid
Grondbeleid als instrument Voor de provincie is grondbeleid een instrument om provinciale taken uit te voeren en provinciale beleidsdoelen te realiseren: wij verwerven voor de provinciale taken en beleidsdoelen de noodzakelijke gronden en opstallen binnen de vastgestelde planning en binnen het beschikbare budget; wij verkopen gronden en opstallen die niet (meer) benodigd zijn voor provinciale taken en beleidsdoelen op marktconforme basis; wij verwerven, verkopen en beheren gronden en opstallen zo zorgvuldig mogelijk, in overeenstemming met de wettelijke regels en op marktconforme basis; wij beperken en beheersen de financiële risico’s bij het verwerven, verkopen en beheren van gronden en opstallen voor de provincie; wij zorgen voor een hierop ingerichte en aangestuurde ambtelijke organisatie, de beschikbaarheid van de juiste informatie en een adequate verantwoording aan Provinciale Staten. Nota Grûnbelied Het grondbeleid van de provincie Fryslân staat in de Nota Grûnbelied, die op 27 februari 2013 is vastgesteld door Provinciale Staten. Deze nota wordt uitgevoerd en uitgewerkt volgens een daarin opgenomen planning. Ieder kwartaal rapporteren wij aan Provinciale Staten over de voortgang van de uitvoering. In 2015 wordt de Nota Grûnbelied geëvalueerd. Uitvoeringskader vastgoed Het uitvoeringskader vastgoed betreft een uitwerking van de Nota Grûnbelied en is op 9 september 2014 vastgesteld. In het uitvoeringskader vastgoed is aangegeven welke kaders en uitgangspunten gelden voor de aan- en verkoop en het beheer en onderhoud van opstallen. Uitvoeringskader grondprijzen Het uitvoeringskader grondprijzen betreft eveneens een uitwerking van de Nota Grûnbelied en is op 28 oktober 2014 vastgesteld. In het uitvoeringskader grondprijzen worden de methoden verantwoord welke worden gebruikt bij het verhuren of uitgeven van beperkte rechten op provinciale eigendommen. In het kader van dit uitvoeringskader wordt ieder jaar een grondprijzenbrief opgesteld die de verhuur- en uitgifteprijzen van beperkte rechten op provinciale eigendommen aangeven. Strategieplannen voor aan- en verkopen van vastgoed (ASP/VSP) Strategieplannen vormen de uitwerking van de Nota Grûnbelied op projectniveau. Voor ieder project waarvoor grondverwervingen en / of grondverkopen nodig zijn, wordt een aankoopstrategieplan danwel verkoopstrategieplan opgesteld en vastgesteld. In deze plannen zijn de percelen opgenomen welke binnen een project worden verworven of verkocht en is verwoord welke kaders en uitgangspunten hierbij gelden.
239
1.
Samenvatting grondbezit
Gronden en opstallen die zijn aangekocht voor projecten kunnen worden gesplitst naar: - Programma 2: Verkeer en Vervoer - Programma 5: Landelijk Gebied - Programma 6: Economie, Toerisme en recreatie - Programma 8: Cultuur, Taal en Onderwijs Programma 2 Voor programma 2 wordt in totaal circa 2.100 ha aangekocht met een totale waarde van circa € 131 miljoen, waarvan al circa 1.850 ha in eigendom is met een totale waarde van circa € 123 miljoen. Er is nog een restopgave van circa 282 ha met een waarde van circa € 8 miljoen. Niet alle grond is benodigd voor de realisatie van een project. Het programma heeft een behoefte van circa 760 ha voor het tracé en circa 180 ha voor gebiedsontwikkeling. De resterende grond kan worden verkocht. Het gaat om circa 1.200 ha met een verkoopwaarde van circa € 47 miljoen. Hiervan is inmiddels al 530 ha verkocht tegen een bedrag van € 23 miljoen. Dat betekent dat de uitstaande verkoopopgave nog 670 ha omvat met een verwachte verkoopprijs van € 24 miljoen. Programma 5 Voor programma 5 is de portefeuillestrategie landelijk gebied opgesteld. De portefeuillestrategie gaat uit van een realisatie van de natuurgebieden waarin een internationale beleidsopgave is gelegen of die door de provincie is aangewezen als prioritaire gebiedsontwikkeling. De portefeuillestrategie gaat uit van een aanhouding cq. bevriezing van de natuurgebieden welke tot de overige provinciale ambitie behoort. De verwervingsopgave voor programma 5 bedraagt 1.628 ha. Voor de realisatie van de natuuropgave is een bedrag van circa € 91 miljoen begroot (inclusief 21,5 miljoen voor de overdracht van de natuurpact gronden, waarvan inmiddels al € 9,7 miljoen is betaald). Daarnaast is een bedrag van € 58 miljoen begroot als opbrengst voor grondverkopen in dit programma. Voor de financiering van de natuuropgave is een jaarlijkse rijksbijdrage beschikbaar van € 8,45 miljoen. De verwervingsopgave bij de portefeuillestrategie is op basis van deze bijdrage realiseerbaar. Programma 6 In programma 6 is het project de Friese Elfstedenvaarroute in 2014 afgesloten. Het project Polderhoofdkanaal was daarmee het enige nog niet afgeronde project in dit programma. Binnen dit project is 24,6 ha grond verworven als ruilgrond om de benodigde gronden voor het Polderhoofdkanaal vrij te kunnen spelen. Deze gronden worden aangekocht door de gemeente Opsterland. De provincie begeleidt deze verwervingen. In dit kader is in 2014 11,3 ha ruilgrond van de provincie verkocht om aankopen voor het Polderhoofdkanaal te kunnen realiseren. Het gronddepot omvat per 11-2015 derhalve nog 13,3 ha grond met een waarde van € 410.000. Programma 8 In programma 8 is een budget van ca. € 1 miljoen beschikbaar om terpen met een cultuurhistorische waarde aan te kopen. Ook de proceskosten voor de aankoop van terpen moeten uit dit budget worden betaald. Inmiddels is 1 terp aangekocht met een waarde van € 0,1 miljoen. Er resteert nog een budget van circa € 0,8 miljoen om nieuwe terpen aan te kopen zodra deze mogelijkheid zich voordoet.
240
Samengevat Prog.
Totaal ha te verwerven
Ha verworven
Ha nog aan te kopen
Totaal ha te verkopen
Ha verkocht
Ha nog te verkopen
2
2.144,67
1.863,01
281,66
1.200,36
530,27
670,16
5
3.295,50
1.667,50
1.628,00
983,00
0,00
983,00
6
30,50
30,50
0,00
30,50
17,20
30,50
8
22,00
2,46
19,54
0,00
0,00
0,00
Totaal
5.492,67
3.563,47
1.929,20
2.213,86
547,47
1.683,66
Prog.
Totaal € te verwerven
€ Verworven
€ nog te verwerven
Totaal € te verkopen
€ verkocht
€ nog te verkopen
2
€ 131,34
€ 123,14
€ 7,97
€ 47,05
€ 23,18
€ 23,86
5
€ 137,00
€ 55,82
€ 81,18
€ 51,20
€ 23,31
€ 27,89
6
€ 0,99
€ 0,99
€ 0,00
€ 0,78
€ 0,37
€ 0,41
8
€ 0,90
€ 0,10
€ 0,80
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
Totaal
€ 270,23
€ 180,05
€ 89,95
€ 99,03
€ 46,86
€ 52,16
* € in miljoenen
2.
Grondbezit per beleidsprogramma
In deze paragraaf wordt onderscheid gemaakt in twee typen grondbezit: gronden die nodig zijn voor de realisatie van investeringsprogramma’s en regulier (of historisch) bezit. Bij regulier of historisch bezit gaat het onder meer om brug- en sluiswachterwoningen, kantoren, gronddepots, wegen en vaarwegen, oeverstroken en andere grondeigendommen. Dit regulier (of historisch) bezit wordt gebruikt voor openbare doeleinden, wordt verhuurd of wordt uitgegeven met beperkte rechten. Onderstaand wordt voor het regulier bezit gerapporteerd over de verhuringen en uitgifte van beperkte rechten. De verantwoording hiervan is weergegeven onder programma 10. Daarnaast wordt onderstaand gerapporteerd over de aan- en verkoop van gronden die benodigd zijn voor de investeringsprogramma’s 2, 5, 6 en 8. Momenteel wordt namelijk alleen vastgoed verworven voor de realisatie van deze investeringsprogramma’s. Voor de rapportage over programma 2 is gebruik gemaakt van de gronddatabank voor de projecten. Voor de rapportage over programma 5 is voor de uitstaande opgave gebruik gemaakt van de portefeuillestrategie natuur. Aangezien nog niet alle deelprojecten in dit programma zijn opgestart zijn nog niet voor alle deelprojecten in dit programma gronddatabases beschikbaar. Tot slot is voor de rapportage over de programma’s 6, 8 en 10 gebruik gemaakt van de transactiegegevens uit het afgelopen jaar conform de gronddatabases bij de betreffende programma’s. Programma 2 – verkeer en vervoer In het kader van programma 2 worden voor de realisatie van vijf grote infraprojecten gronden verworven. Dit betreffen de projecten Traverse Harlingen (N31), de Centrale As, de Haak om Leeuwarden, de N381 en Knooppunt Joure. Daarnaast zijn in 2014 drie kleinere infraprojecten opgestart. Het gaat hierbij om de N357 Hallum – Holwerd, de N358 bij Uterwei en de N359 Leeuwarden Bolsward. Onderstaand wordt de stand van zaken aangaande de grondverwervingen voor deze projecten toegelicht, alsmede
241
hetgeen in 2014 is gerealiseerd. In bijlage 1 volgt een samenvatting van de stand van zaken van de projecten per 31 december 2014. Traverse Harlingen (N31) Voor de verbetering van het tracé is in totaal circa 32 ha aan oppervlakte nodig. Binnen dit project is inmiddels 27,3 ha verworven voor een bedrag van € 2,8 mln. In 2015 staat nog 5,2 ha op de planning om te verwerven voor een bedrag van € 0,64 mln. Binnen het project is 0,17 ha restgrond verworven. Daarvan is inmiddels 0,14 ha weer verkocht tegen een bedrag van € 0,15 mln. 0,03 ha staat nog op de planning om in 2015 te verkopen. In 2014 zijn voor dit project geen gronden aangekocht of verkocht. De grondverwerving voor de traverse Harlingen verloopt volgens planning. Inmiddels zijn de belangrijkste grondposities aangekocht die nodig zijn om de uitvoering van werken op te starten. De resterende gronden zullen mogelijk via onteigening moeten worden verworven daar de minnelijke verwering in 2014 moeizaam is verlopen. De Centrale As Voor de aanleg van de Centrale As is ongeveer 318 ha tracé-grond nodig. Voor de aanvullende gebiedsontwikkeling is circa 120 ha nodig (waarvan 90 ha binnen de PIP en 30 ha gebiedsmaatregelen fase 1). Voor de verwerving van een deel van de gronden en de verkoop van restgronden zijn binnen dit project kavelruilen gepland. Hierin wordt restgrond verkocht, maar worden ook nog weer gronden aangekocht. In totaal wordt binnen dit project circa 1060 ha aangekocht. Dit is circa 130 ha meer dan opgegeven bij de begroting 2015. Het verschil in aan te kopen hectares wordt veroorzaakt door de aan te kopen gronden voor gebiedsontwikkeling en extra aankopen die zijn verricht om de kavelruilen te laten doen slagen. Tegenover de extra aangekochte hectares staat ook 100 ha extra restgrond, welke weer verkocht kan worden, zodat deze aankopen niet tot extra verliezen leiden. Alle aankopen passen binnen het opgestelde ASP en zijn in die zin rechtmatig. Inmiddels is 976 ha grond verworven tegen een bedrag van circa € 62 mln. De totale investering in grond is afgerond € 65 miljoen. In totaal wordt 651 ha restgrond aangekocht, waar inmiddels reeds 295 ha van is verkocht. In 2014 is circa 252 ha verworven voor een bedrag van € 10,77 mln. In 2014 is 186 ha verkocht tegen een bedrag van € 6,4 mln. De grondverwerving voor DCA is voor wat betreft de aankopen voor de weg in 2014 voor 95% uitgevoerd. De resterende aankopen/ onteigening worden in het eerste kwartaal van 2015 afgerond. Daarmee is alle grond voor de weg in eigendom van de provincie. Voor de gebiedsontwikkeling stond 2014 in het teken van het uitvoeren van een twintigtal vrijwillige kavelruilen. Ook werden via kavelruil gronden voor de weg aangekocht. In het eerste kwartaal van 2015 worden de resterende verkavelingen aangepakt, daarna zal de balans worden opgemaakt voor wat betreft de afronding van de eerste fase gebiedsontwikkeling. Haak om Leeuwarden Voor het project De Haak om Leeuwarden wordt circa 505 ha grond aangekocht. Voor de aanleg van de weg is circa 192 ha benodigd en voor de omliggende gebiedsontwikkeling is circa 28 ha aangekocht. De overige circa 285 ha betreffen restgronden die tijdens en na de realisatie zullen worden verkocht danwel worden ingezet voor aanvullende plannen voor gebiedsontwikkeling. De omvang van de opgave voor het project De Haak is gewijzigd ten opzichte van de begroting 2015. De oorzaak hiervoor ligt daarin dat in de nieuwe opzet ook de oude wegtracés van de gemeenten zijn betrokken die in de nieuwe situatie overgaan naar de provincie. Daarnaast is de ruilverkaveling Baarderadeel administratief anders verwerkt in de gronddatabank, waardoor hier bruto een grotere aan- en verkoopoppervlakte aan toe is gekend. In totaal is € 28,5 miljoen geïnvesteerd in de aankoop van gronden.
242
In 2014 zijn voor dit project geen aankopen verricht, wel is voor € 1,2 miljoen aan verkopen verricht. De aankopen voor de aanleg van de Haak zijn reeds in 2013 afgerond. In 2014 is gestart met de noodzakelijke grondzaken voor de gebiedsontwikkeling rondom de Haak en is begonnen met het verkopen van restgronden en vastgoed. In 2014 is ook gestart met de overdracht van de oude en nieuwe wegen tussen de betrokken overheden, waarbij de provincie veel gronden aan de gemeente en het Rijk verkoopt conform de beleidsafspraken. N381 Voor de aanleg van de N381 is ongeveer 131 ha tracé-grond nodig. Voor gebiedsontwikkelingsprojecten is aanvullend 62 ha benodigd. In zijn totaliteit wordt voor de N381 circa 388 ha grond verworven. Momenteel is hiervan al circa 380 ha verworven voor een bedrag van circa € 25 miljoen. De grondverwervingen voor het tracé zijn reeds in 2013 afgerond. De resterende grondverwervingsopgave betreft enkel nog de gebiedsontwikkelingsopgave. Tijdens en na de realisatie van het project kan de restgrond worden verkocht. Het gaat hierbij om 196 ha. Momenteel is al circa 117 hectare verkocht tegen een prijs van circa € 5,3 miljoen. In 2014 is circa 4 ha verworven tegen een bedrag van circa € 0,18 miljoen. In 2014 is circa 50 ha verkocht tegen een bedrag van circa € 2,85 miljoen. In 2014 zijn de laatste gronden voor de N381 aangekocht conform de planning van het aankoopstrategieplan. Hetgeen resteert is een opgave om gronden aan te kopen voor de gebiedsontwikkling rond het tracé. Deze gronden worden ingezet voor doelen zoals natuurcompensatie en recreatieve doelen. Deze aankopen lopen door tot naar verwachting eind 2015. In 2014 is gestart met de verkoop van restgronden en vastgoed, de verkopen verlopen voorspoedig daar er veel vraag op de markt is in dit gebied. Knooppunt Joure Voor het project Knooppunt Joure wordt ruim 100 ha aangekocht met een investering van circa € 6 miljoen. Voor de aanleg van het knooppunt is circa 77 ha benodigd voor het tracé en zal aanvullend circa 23 ha restgrond worden verworven. Momenteel is al ongeveer 72 ha verworven met een investering van ongeveer € 4,9 miljoen. 28 ha moet nog van derden worden aangekocht. De verwachte investering voor deze aankopen bedraagt circa € 1,1 miljoen. De verwachtte verkoopprijs voor de restgronden bedraagt eveneens circa € 1,1 miljoen. In 2014 is circa 5 ha verworven voor een bedrag van circa € 0,24 miljoen. Er zijn geen gronden verkocht in 2014. Hoewel de grondverwerving voor het nieuwe Knooppunt Joure nog volop in uitvoering is, is in 2014 is geconstateerd dat een aantal verwervingen niet minnelijk tot stand konden komen. Daarom is in 2014 gestart met het voorbereiden van de onteigeningsprocedure samen met het Rijk, welke volgens planning verloopt. Alhoewel de gronden tijdig kunnen worden aangekocht middels een eventuele onteigening is maximaal ingezet op het bereiken van minnelijke oplossingen zodat de gronden eerder beschikbaar zijn voor de uitvoering. Hierbij is op initiatief van de naaste eigenaren gekeken naar de mogelijkheid om via vrijwillige kavelruil de grond van meerdere eigenaren aan te kopen. N357 Hallum-Holwerd (fase 3) Het project N357 is nieuw gestart in 2014. Dit project betreft het realiseren van „vergevingsgezinde bermen“. Met name de bermen naast de weg en het fietspad zijn hoog en steil. Wanneer er een auto naast de weg komt, kan deze vrij snel over de kop slaan. Daarom worden de bermen minder steil gemaakt. Voor de realisatie van dit project dient ca. 6 ha te worden verworven voor een prijs van € 0,6 miljoen, verspreid over 56 dossiers. Binnen dit project zijn tot op heden nog geen gronden verworven. Wel is inmiddels gestart met de verwervingsprocedure. De eerste gronden zullen naar verwachting in 2015 minnelijke worden aangekocht waarna ook het instrument van onteigening vrij snel beschikbaar zal komen.
243
N358 Uterwei Dit wegenproject is eveneens nieuw gestart in 2014 en omvat het verbeteren van de verkeersveiligheid op de N358 tussen de afslag Augustinusga en de rotonde Koartwâld. In het kader van dit project is er voor gekozen om in nauwe samenwerking met de Landinrichting Achtkarspelen-zuid te onderzoeken of de aankoop en verplaatsing van een landbouwbedrijf van circa 46 ha mogelijk is, waarmee zowel gronden voor het tracé van de N358 worden vrijgespeeld alsook voor de gebiedsontwikkeling. Begroot is dat het landbouwbedrijf van 46,4 ha kan worden verworven voor een prijs van € 2,5 miljoen. Van de 46,4 ha is 3,6 ha benodigd voor het infrastructurele tracé en wordt 42,8 ha als restgrond aangekocht, welke ingezet kan worden voor EHS doelen. Door de aankoop van de complete boerderij is de te betalen schadelosstelling lager. Begroot is dat de restgronden tegen een prijs van € 1,72 miljoen weer kunnen worden verkocht. In 2014 hebben voor dit project nog geen verwervingen plaats gevonden, enkel voorbereidingen om te komen tot de verwervingen. N359 Bolsward-Leeuwarden kruispunten Het project N359 is eveneens gestart in 2014 en betreft het realiseren van ongelijkvloerse kruisingen op de huidige gelijkvloerse kruispunten Hilaard, Húns-Leons en Winsum. Voor dit project diende 7,4 ha te worden verworven, waarvan 4,7 ha benodigd is voor het tracé en 2,7 ha is aangekocht als restgrond. Inmiddels zijn alle gronden voor dit project aangekocht en zijn alle restgronden eveneens verkocht in 2014. Alle gronden zijn minnelijke verworven, de eerder ingezette onteigeningsporcedure is derhalve afgesloten. Voor de aankoop van de gronden is een prijs betaald van € 0,4 miljoen. Voor de verkopen is een prijs ontvangen van € 0,1 miljoen. Dit is conform de afspraken die zijn gemaakt Programma 5 – Landelijk gebied In het kader van programma 5 is een portefeuillestrategie Landelijk gebied opgesteld welke uitgaat van een realisatie van natuurgebieden met prioriteit 1 ,2 en 3, zijnde de Europese verplichtingen (PAS, KRW, N2000) en de prioritaire provinciale opgave (De Mieden, Beekdal-Linde, Koningsdiep) en een aanhouding cq. bevriezing van de natuurgebieden met prioriteit 4 zijnde de overige provinciale ambitie. De aangekochte percelen buiten de EHS worden verkocht. De verwervingsopgave voor programma 5 bedraagt 1.628 ha. Begroot is dat voor de realisatie van de natuuropgave een bedrag van circa € 91 miljoen benodigd is voor grondverwervingen (inclusief een post van € 21,5 miljoen voor de verwerving van de BBL-gronden conform het natuurpact, waarvan inmiddels al € 9,7 miljoen is betaald). Daarnaast is een bedrag van € 58 miljoen begroot als opbrengst voor grond- en opstalverkopen in dit programma. Voor de financiering van de natuuropgave (verwerving, inrichting en doorverkoop) is een jaarlijkse rijksbijdrage beschikbaar van € 8,45 miljoen. De portefeuillestrategie impliceert dat per jaar ca. 160 ha nieuwe natuurgrond wordt verworven, 300 ha nieuwe natuurgrond wordt ingericht en 175 ha nieuwe natuur aan een natuurbeheerder wordt verkocht. Daarnaast gaat de portefeuillestrategie uit van een aanvullende grondverkoop van restgronden buiten de EHS in de komende vijf jaar van ca. 150 ha per jaar. In totaal is in het kader van natuurontwikkeling inmiddels circa 1.800 hectare grond verworven. Hiervan is circa 40% gelegen binnen de EHS, ofwel circa 700 hectare. Circa 60% van de verworven gronden is gelegen buiten de EHS, ofwel circa 1.100 hectare.
244
BBL-oud: De grondposities die voor 2007 zijn verworven, worden BBL oud genoemd (BBL staat voor Bureau Beheer Landbouwgronden, het grondbedrijf van DLG). De BBL-oud gronden waren tot 1 januari 2014 economisch en juridisch eigendom van de staat. In het kader van de besluitvorming rondom het Natuurpact in 2013 is bepaald dat de provincie de BBL-oud gronden zou overnemen waarbij de gronden per 1-1-2014 economisch in eigendom van de provincie zijn gekomen. In 2014 is gestart met de juridsche overname van de BBL gronden, in maart 2015 zullen deze volgens planning ook juridisch geleverd worden. De gronden die binnen de EHS lagen zijn voor € 0 verkregen. Voor de gronden die buiten de EHS lagen op peildatum 1-1-2011 (zijnde 648 ha) is een prijs betaald van € 21,5 mln. Omdat sinds 2011 inmiddels meer hectares zijn verkocht dan weer voor hetzelfde budget zijn aangekocht, ontvangt de provincie Fryslân op peildatum 1-1-2015 nog € 7,7 mln voor de inmiddels verkochte BBL-oud percelen. Op peildatum 1-1-2015 is in de categorie BBL oud 975 hectare verworven. In 2014 is 103 ha BBL oud verkocht en 32 ha BBL oud aangekocht. ILG-nieuw: De grondposities die na 2007 zijn verworven voor natuurontwikkeling zijn uit het ILG (investeringsbudget landelijk gebied) gefinancierd. Deze categorie wordt ILG nieuw genoemd. In het kader van de besluitvorming rondom het Natuurpact in 2013 is bepaald dat de provincie de BBL-nieuw gronden zou overnemen waarbij de gronden per 1-1-2014 economisch in eigendom van de provincie zijn gekomen en per maart 2015 ook juridisch geleverd zullen worden. Alle gronden in de categorie ILG-nieuw zijn daarbij voor € 0 verkregen. In de categorie ILG nieuw is 119 hectare verworven (peildatum 1-1-2015). In 2014 is 8 ha ILG nieuw verkocht en 0 ha ILG nieuw aangekocht. IKG: Omdat het ILG budget voor de provincie Fryslân onvoldoende was, is een extra budget voor het verwerven en inrichten van nieuwe natuur vrijgemaakt, het IKG (investeringskrediet grondaankopen). In de categorie IKG is 541 hectare verworven (peildatum 1-1-2015). In 2014 is 40 ha IKG verkocht en zijn geen ha’s met IKG middelen aangekocht. Het saldo van de uitstaande IKG-schuld is momenteel 32,5 mln (zie bijlage 2). Vierde categorie: Naast de categorieën BBL-oud, ILG-nieuw en IKG bestaat er nog een vierde categorie verwervingen die op een andere wijze zijn gefinancierd. Het gaat hierbij om BO De Dulf, circa 65 hectare, waarvan het aandeel voor de provincie Fryslân 50% is. Het andere aandeel van 50% staat op naam van Vitens. Het aandeel voor de provincie Fryslân is economisch in eigendom van de provincie, maar staan juridisch nog op naam van BBL. In deze categorie hebben zich in 2014 geen transacties voorgedaan. In 2014 zijn in het kader van dit programma minder aan- en verkopen gerealiseerd dan begroot. Dit is veroorzaakt door de omvangrijke werkzaamheden voor het opstarten van het programma en de omvangrijke werkzaamheden voor de overname van DLG. Verder zijn de gronden in het natuurprogramma in 2014 getaxeerd. Uit de taxatie is gebleken dat de gronden een hogere waarde vertegenwoordigen dan waarvoor ze zijn aangekocht. Programma 6 – Economie, Toerisme en recreatie Waddenglas De provincie neemt alleen financieel deel in dit project en heeft geen grondposities. Friese Elfstedenvaarroute Voor realisatie van de route is 5,9 ha aangekocht als natuurcompensatie voor een bedrag van € 216.000. De grond is inmiddels ingericht en in 2014 doorgeleverd. De levering heeft plaatsgevonden op basis van gemaakte afspraken uit het verleden met
245
staatsbosbeheer, welke impliceren dat de gronden om niet zijn doorgeleverd aan deze terreinbeherende organisatie. Polderhoofdkanaal Voor dit project is door de provincie ongeveer 24,6 ha gronddepot aangekocht voor € 778.000 Deze grond wordt ingezet als ruilgrond om de gronden benodigd voor de natuurcompensatie voor het Polderhoofdkanaal in handen van de gemeente te krijgen. In 2014 zijn in dit kader dan ook veel aankopen door de provincie begeleid voor de gemeente Opsterland. Daarbij zijn ook de ruilgronden van de provincie uit het gronddepot ingezet. In 2014 hebben 2 verkopen plaatsgevonden met een omvang van in totaal 11,3 ha tegen een prijs van € 368.000. Het gronddepot omvat per 1-1-2015 derhalve nog 13,3 ha grond met een waarde van € 410.000. Programma 8 – Cultuur, Taal en Onderwijs Binnen programma 8 loopt het terpenproject. In dit project wordt circa 22 ha aangekocht ter bescherming van de belangrijkste terpen. In het programma is reeds één terp aangekocht met een oppervlak van 2,4 ha en een investering van € 110.000. De resterende 19,6 ha kent een investering van € 800.000. Een groot deel van het beschikbare budget is gereserveerd om in de wettelijke ruilverkaveling HarlingenFranekeradeel terpen te kunnen verwerven. De terpen welke door de provincie gekocht worden, zullen naar verwachting langdurig in eigendom blijven van de provincie omdat er beperkende (Europese) voorwaarden zijn voor doorlevering van deze grond aan derden (stichtingen). Vanwege de specifieke archeologische waarde is geen sprake van reguliere pachtvergoedingen en –opbrengsten, omdat er gebruiksbeperkingen zijn voor de pachter. Deze vergoeding is ongeveer twee-derde van de reguliere pacht. In 2014 zijn geen nieuwe terpen aangekocht. Wel zijn er onderhandelingen gevoerd welke hebben geleidt tot een aankoop en overdracht van een terp in het gebied Harlingen – Franeker voor het jaar 2015. Programma 10 – Regulier bezit Naast eigendommen voor de uitvoering van de beleidsprogramma’s is er sprake van regulier eigendom. Dit regulier (of historisch) bezit wordt gebruikt voor openbare doeleinden, wordt verhuurd of wordt uitgegeven met beperkte rechten. Het gaat bijvoorbeeld om: brug- en sluiswachterswoningen; huisvesting (steunpunten) voor weg- en waterbeheer door de hele provincie; provinciale wegen en provinciaal water inclusief veel meren, met ingebruikgevingen van oeverstroken, woonbootligplaatsen, steigers en het verlenen van visrechten en jachtrechten; een aantal busstations; gronddepots; In bijlage 3 zijn de inkomsten uit de verhuur en verpachting van bovenstaande onderdelen over 2014 weergegeven. Daarnaast zijn in 2014 een aantal restpercelen verkocht die niet meer benodigd waren voor het provinciale doel en die ook het onderhoud en veiligheid van provinciale eigendommen niet in de weg stond. In 2014 is verder gewerkt aan het vaststellen van het uitvoeringskader grondprijzen, zodat in de provincie een uniforme prijsstelling voor het gebruik van provinciale eigendommen kan worden gehanteerd. Daarbij is eveneens gewerkt aan het inzichtelijk krijgen van oneigenlijke gebruikssituaties op provinciale eigendommen. Dit betreffen situaties waarbij wel gebruik wordt gemaakt van provinciaal eigendom, maar waarvoor geen contract is afgesloten en ook geen vergoeding wordt betaald. Een inventarisatie van de vaarweginspecteurs geeft aan dat het hierbij zeker gaat om zo’n 1700 situaties op en aan het water. Als naar het complete provinciale eigendom wordt gekeken, wordt
246
uitgegaan van een omvang van oneigenlijk gebruik van zo’n 3700 situaties. Dit betreffen eveneens situaties waar mogelijk wel afspraken of ontheffingen voor zijn verleend door de provincie of andere overheidspartijen, maar waarvoor dus geen contracten zijn afgesloten. In 2015 en 2016 zal daarom in dit kader een projectteam worden opgericht die al het oneigenlijke gebruik in de provincie zal inventariseren en die huurcontracten of verkoopcontracten zal sluiten voor deze situaties. Bij geen overeenstemming over het gebruik van het provinciale eigendom zal handhavend moeten worden opgetreden. Verder is in 2014 gestart met het opstellen van een verkoopstrategieplan voor het provinciale vastgoed. Tot het te verkopen provinciale vastgoed behoren de aangekochte boerderijen voor de projecten, restgronden van de projecten en overhoeken die niet meer voor een programma benodigd zijn. Voor 2015 wordt ingezet op de uitvoering van dit verkoopstrategieplan. Ook is in 2014 gestart met het vernieuwen en uniformeren van de visserijcontracten, waarbij één contract voor heel Fryslân zal worden afgesloten met de beroepsvissers en één contract voor heel Fryslân zal worden afgesloten met de sportvissers. In 2015 zullen deze contracten worden afgerond. Daarnaast is in 2014 gewerkt aan het inzichtelijk krijgen van het indirecte vastgoed van de provincie. Het betreffen hier vastgoedobjecten waar de provincie een aandeel in heeft, via onder meer stichtingen, al dan niet risicodragend. In 2015 wordt verder gewerkt aan dit overzicht. Tot slot is in 2014 besloten dat per 1 januari 2015 de BBL-oud, ILG-nieuw en IKG gronden vanuit DLG worden overgedragen aan de te beheren voorraad gronden van de provincie. Dit zal impliceren dat omvang van de verpachtingen in 2015 sterk zal toenemen.
247
3.
Risico’s
Het bezit van grond en vastgoedopstallen (brug- en sluiswachterswoningen en (woon)boerderijen) brengt in de huidige economische situatie risico’s met zich mee. Die risico’s beperken zich hoofdzakelijk tot de vastgoedopstallen. Bij de projecten van programma 2 kunnen deze waardeverminderingen worden opgevangen binnen de projectbudgetten. Bij programma 5 is met de waardevermindering al rekening gehouden in de businesscase die is opgesteld ten behoeve van de bestuursovereenkomst Grond en Natuurpact zoals u die op 22 januari 2014 heeft vastgesteld. Verwacht wordt dat de afschaffing van de melkquota (per 1-1-2015) een andere impuls tot grondprijsstijging zal zijn. In de periode 2015 tot 2020 zal dit leiden tot een verdere stijging per jaar. Voor de periode daarna zal tot ongeveer 2025 sprake zijn van prijsstabilisatie en vanaf 2025 kan sprake zijn van lichte waardevermindering. Om de risico’s verder beheersbaar te houden wordt in 2015 een verkoopstrategie voor de woonboerderijen ontwikkeld. Voor nieuwe aankopen worden aankoopstrategieplannen (ASP) ontwikkeld of worden bestaande ASP’s aangevuld. Conform de nieuwe werkafspraken (AO) bestaat het ASP uit een visie op aankoop, beheer, verkoop, een overzicht van de benodigde projectorganisatie en een risicoparagraaf. Het project oneigenlijk gebruik kan mogelijk op weerstand stuiten bij burgers, omdat ze jarenlang niets hebben hoeven betalen voor het gebruik en nu met een rekening worden geconfronteerd. Een communicatieadviseur zal daarom onderdeel gaan uitmaken van het projectteam. Verder zullen reacties op dit project regelmatig worden geëvalueerd.
248
Bijlage 1
Grote infraprojecten Centrale As N381
Knooppunt De Haak Joure
Traverse Harlingen
Kleine infraprojecten
Projectinfo
Grote infraprojecten
Projectinfo
Overzicht gegevens programma 2 Kleine infraprojecten N357
N358
202
57
N359 20
84
13
15
0
0
13
0
0
0
1.488
365
525
91
88
240
97
65
32
26
179
68
56
14
12
3
1
0
4
0
dossiers vervallen
48
10
0
5
1
1
0
0
dossiers geen overeenkomst
10
18
9
9
13
83
13
2
dossiers privaat
170
76
56
23
18
52
12
12
- gepasseerd
165
58
53
12
9
0
0
12
aantal percelen aantal dossiers dossiers gepasseerd dossiers overeenkomst
5
18
3
11
9
52
12
0
dossiers (semi)overheid
21
10
7
4
6
4
1
3
- gepasseerd
13
9
2
2
2
0
0
1
- nog niet gepasseerd
8
1
5
2
4
4
1
2
dossiers provincie
1
1
2
0
1
0
0
0
- gepasseerd
1
1
1
0
1
0
0
0
- nog niet gepasseerd
0
0
1
0
0
0
0
0
- nog niet gepasseerd
type verwerving - aantal onteigeningen - aantal minnelijke verwerving - aantal kavelruil
8
4
7
0
0
0
0
0
160
71
39
22
23
55
13
15
16
12
11
3
1
0
0
0
- aantal afkoop recht
8
0
5
2
1
1
0
0
- aantal overig
0
0
0
0
0
0
0
0
- aantal dossiers <2012
74
24
25
0
2
0
0
0
- aantal dossiers 2012
13
20
18
0
4
0
0
0
- aantal dossiers 2013
35
22
11
9
5
0
0
0
- aantal dossiers 2014
54
27
1
5
3
33
0
13
- aantal dossiers 2015
17
3
7
13
11
24
13
2
- aantal dossiers 2016
0
0
0
0
0
0
0
0
- aantal dossiers >2016
0
0
0
0
0
0
0
0
aantal opstallen
41
10
5
3
7
0
2
0
- gerealiseerd
41
10
5
3
7
0
0
0
0
0
0
0
0
0
2
0
1.059,00
388,01
504,99
100,38
32,47
5,99
46,43
7,40
975,84
379,84
400,56
71,97
27,40
0,00
0,00
7,40
83,16
8,17
104,43
28,41
5,07
5,99
46,43
0,00
aantal ha infra
318,23
130,63
191,66
77,26
32,30
5,98
3,61
4,69
- gerealiseerd
273,99
130,07
94,50
48,85
27,26
0,00
0,00
4,69
- nog te verwerven
44,24
0,56
97,16
28,41
5,04
5,98
3,61
0,00
aantal ha ander doel
89,69
61,77
28,48
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
- gerealiseerd
82,50
60,52
28,48
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
7,19
1,25
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
aantal ha ruil / rest
651,08
195,60
284,85
23,13
0,17
0,00
42,82
2,71
- gerealiseerd
619,35
189,25
277,58
23,13
0,14
0,00
0,00
2,71
31,73
6,35
7,27
0,00
0,03
0,00
42,82
0,00
planning verwerving
fysiek e k enmerk en verwervingen
- nog te verwerven aantal ha oppervlak - gerealiseerd - nog te verwerven fysiek e k enmerk en - uitgesplitst
- nog te verwerven
- nog te verwerven
249
Projectinfo
Grote infraprojecten Centrale As N381
Kleine infraprojecten Knooppunt De Haak Joure
Traverse Harlingen
N357
N358
N359
fysiek e k enmerk en verk open aantal opstallen
8,00
6,00
6,00
1,00
0,00
0,00
0,00
0,00
- verkocht
2,00
3,00
5,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
- nog te verkopen
6,00
3,00
1,00
1,00
0,00
0,00
0,00
0,00
aantal m2 oppervlak
651,10
195,60
284,89
23,13
0,17
0,00
42,82
2,71
- verkocht
295,16
117,29
114,97
0,00
0,14
0,00
0,00
2,71
- nog te verkopen
355,94
78,31
169,93
23,13
0,03
0,00
42,82
0,00
aantal opstallen sloop
33
5
0
2
7
0
0
0
- geheel gesloopt
27
5
0
0
7
0
0
0
6
0
0
2
0
0
0
0
fysiek e k enmerk en aanpassingen
- nog te slopen financiële k enmerk en aankoopprijs (mln)
€
64,97 €
25,41 €
28,67 €
6,03 €
2,80
€
0,60 €
2,46 €
0,40
- gerealiseerd
€
62,12 €
25,01 €
28,53 €
4,92 €
2,16
€
- €
- €
0,40
* aankoopprijs grond
€
30,75 €
15,08 €
18,38 €
1,68 €
0,10
€
- €
- €
0,28
* aankoopprijs opstallen
€
17,64 €
5,38 €
3,18 €
1,77 €
1,80
€
- €
- €
-
* schadeloostelling en overige
€
13,73 €
4,55 €
6,98 €
1,47 €
0,26
€
- €
- €
0,12
* depot / openstaande verplichtingen
€
- €
0,14 €
0,03 €
0,05 €
-
€
- €
- €
-
€
2,85 €
0,26 €
0,10 €
1,06 €
0,64
€
0,60 €
2,46 €
-
verkoopprijs (mln)
€
23,98 €
9,40 €
10,64 €
1,07 €
0,15
€
- €
1,72 €
0,09
- gerealiseerd
€
10,59 €
5,27 €
7,08 €
- €
0,15
€
- €
- €
0,09
- prognose nog te verkopen
€
13,38 €
4,13 €
3,56 €
1,07 €
0,00
€
- €
1,72 €
-
saldo (mln)
-€
40,99 -€
16,01 -€
18,02 -€
4,96 -€
2,64
-€
0,60 -€
0,74 -€
0,30
- gerealiseerd
-€
51,52 -€
19,74 -€
21,45 -€
4,92 -€
2,01
€
- €
- -€
0,30
€
41,77 €
16,27 €
18,05 €
6,71 €
2,96
€
0,59 €
0,95 €
0,26
- prognose nog te verwerven - onvoorzien
Budget (mln) - budget aankoopprijs
250
Bijlage 2 Stand van het Investeringskrediet Grond (IKG) op 31-12-2014 31-12-2014 Gem. jaarlijkse Aantal ha. voorraad ha. Aankoop/ Conform PS verkoop besluit 22-04-2009 Landbouw + EHS binnen gebiedsontwikkeling
Bedrag
Aankoop
€ 31,03
mln.
Grond
€
5,37
mln.
Gebouwen
€ 13,60
mln.
Grond
€
mln.
Gebouwen
775,7
Verkoop
334.4 600
441,3
400
449.6
3.43
Onderdeel
EHS Aankoop Verkoop
333.7 400
€
9,29 mln.
Grond
€
0,43 mln.
Gebouwen
€
5,85 mln.
Grond
€
0,43 mln.
Gebouwen
115,9
Totaal
€ 22,81 mln
251
Bijlage 3 Overzicht gegevens programma 10 thema
aantal
5
€
WOZ waarde peildatum voetnoten in € 73.700 € 3.232.000 eind 2014 Dit betreffen de brug- en sluiswachterwoningen van de provincie nvt € 6.230.000 eind 2014 Dit betreffen (woon)boerderijen die zijn aangekocht in het kader van infra- / natuurontwikkeling. nvt € 4.000.000 eind 2014 Dit betreffen (woon)boerderijen die zijn aangekocht in het kader van natuurontwikkeling, destijds op naam van BBL. De WOZ-waarde betreft een geschatte waarde. nvt € 30.708.000 eind 2014 Provinciehuis / Ged. Keizersgracht 38 / Provinciale Bibliotheek; dit zijn alle gebouwen in Leeuwarden waarvan wij juridisch eigenaar zijn. Provinciale Bibliotheek betaalt de lasten zoals WOZ, waterschapslasten e.d. nvt € 2.942.000 eind 2014 betreft: huisvesting/opslag buitendienst 85.910 € 1.128.000 eind 2014
benzinestations
10
€
22.582
Gronddepots
13
volgt
1
nvt
provinciale woningen
16
(woon)boerderijen (provincie)
15
(woon)boerderijen (DLG)
15
Prov. Gebouwen Leeuwarden
steunpunten busstations
overige provinciale gronden /opstallen Pacht (Provincie) Pacht (DLG) Jacht Visserij
Grond / bermstroken Oeverstroken
omzet in € €
4
16
nvt
€
608.000
eind 2013 Per 5 december 2014 wordt afscheid genomen van deze benzinestations eind 2013 Dit betreft in gebruik zijnde depots. Niet meegeteld zijn de voormalige gronddepots, die vol zijn en die we ev. willen afstoten. Er wordt gewerkt aan een volledige inventarisatie daarvan. eind 2014 betreft: benzinestation
77
€
329.536
nvt
eind 2014 77 contracten > 1 ha
219
€
865.084
nvt
eind 2014 219 contracten > 1 ha
98
€
9.619
nvt
4
€
5.502
nvt
22
€
3.169
nvt
eind 2014 98 partijen waarmee 1 of meer contracten zijn afgesloten. eind 2014 grotendeels 2 contracten (met 2 verschillende partijen) op hetzelfde water eind 2014
86
€
12.315
nvt
eind 2014
Ligplaatsen / steigers / water Overig
139
€
54.449
nvt
eind 2014
30
€
14.378
nvt
eind 2014
Totaal
760
€ 1.453.665
€
48.848.000
252
2.7
Paragraaf 7 – Bedrijfsvoering
Inleiding De bedrijfsvoering van de provinciale organisatie is er op gericht zo doelmatig (effectief en efficiënt) mogelijk te werken aan de realisatie van de provinciale taken en ambities. Welke rol hebben we als provincie, hoe kunnen we het beste in samenwerking doelen realiseren, welke instrumenten kunnen het beste worden ingezet etc. We willen dit ook slagvaardig doen en gericht op de uitvoering. Uitgangspunt is een rechtmatige bedrijfsvoering. Dit betekent dat het in overeenstemming is met voor de provincie geldende wetten en regels. Belangrijk hierbij is dat de financiële beheershandelingen zoals inkopen, aanbestedingen en subsidieverstrekkingen gebeuren volgens de geldende Europese, nationale en provinciale regelgeving. Bij de controle van de jaarrekening controleert de accountant of dit rechtmatig is gebeurd. We zien dat onze omgeving snel verandert. Dat betekent dat ook onze bedrijfsvoering continu in beweging is. De Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) is gestart en we hebben ons voorbereid op de komst van taken en medewerkers van de Dienst Landelijk Gebied (DLG) in 2015. We hebben het programma Wurkje foar Fryslân volledig ingericht. In dit programma werken we op vernieuwende manieren samen met partners in de Mienskip en gebruiken we nieuwe (revolverende) financieringsinstrumenten. Daarnaast hebben we in de provinciale organisatie de noodzakelijke krimp in de formatie verder ingevuld met de inzet van mobiliteitsmaatregelen. De afgelopen jaren hebben we met de organisatievisie en het verbeterplan Wurk yn Utfiering hard gewerkt aan het verbeteren van de bestuurs- en organisatiecultuur. Concrete voorbeelden zijn een betere ‘stukkenstroom’ en informatievoorziening richting Provinciale Staten. De provinciale organisatie heeft een hogere klantwaardering gekregen en ook in het MedewerkerTevredenheidsOnderzoek (MTO) krijgt de organisatie gemiddeld een hogere ‘score’. We noemen hier ook de verscherpte werkwijze rond de tijdelijke budgetten. Met gemeenten hebben we gekeken naar projecten die ‘klaar staan’ voor uitvoering en ook passen bij provinciale doelen. Op die manier konden we een significant deel van de tijdelijke budgetten eerder beschikbaar stellen en daarmee ook een bijdrage leveren aan de werkgelegenheid in Fryslân. We weten dat de ontwikkelingen in de Mienskip meer van ons vragen en dat we verder moeten gaan dan de maatregelen die we tot nu toe hebben genomen. In 2014 zijn we daarom gestart met het traject Organisatie van de Toekomst. Hierin bereiden we ons voor om als provinciale organisatie kleiner en flexibeler te worden. Wij doen dit in een context van een al krimpende bedrijfsvoering. Sinds 2005 hebben we in de provinciale organisatie drie grote taakstellingen doorgevoerd, oplopend tot een totaalbedrag van € 20 mln. We hebben met Provinciale Staten voor de bedrijfsvoeringskosten een bandbreedte afgesproken van 3%. Ondanks een lichte overschrijding in 2014 zijn wij hier ruimschoots binnen gebleven. Waar gaat het over in deze paragraaf? Deze paragraaf is opgebouwd uit de volgende onderdelen: Sturing en beheersing. Over de organisatievisie en de organisatie van de toekomst. Strategische personeelsplanning en inhuur. Hoe was de verhouding tussen formatie en bezetting, de mobiliteit en uitstroom, de inhuur en hoe hebben we hierop gestuurd? Overige ontwikkelingen. It Fryske Wurkjen en het nieuwe inkoopbeleid. Bedrijfsvoeringskosten. Personele en overige bedrijfsvoeringskosten, toegerekend aan de programma’s, inclusief toelichting.
253
1 – Sturing en beheersing
1.1. Organisatie visie ‘Mei de mienskip wurkje oan in moai en sterk Fryslân’. Met deze visie wil de organisatie richting geven aan al het handelen van de organisatie en het gedrag van de medewerkers. De organisatievisie levert hiermee een bijdrage aan de beoogde cultuurverandering waarin de volgende kernwaarden centraal staan: mienskip op 1 betrouwber wêze resultaten telle mei hert en siel foar Fryslân. In de tweede helft van 2014, met een doorloop naar de eerste helft van 2015, staat het thema 'resultaten telle' centraal. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat we het bestaande instrument van jaargesprekken hebben aangepast, meer gericht op te bereiken resultaten. 1.2. Organisatie van de toekomst In 2014 zijn we gestart met het ontwikkeltraject: ‘Organisatie van de Toekomst’. We weten dat de provinciale de komende jaren verder moet krimpen, maar minstens zo belangrijk is de vraag wat de Mienskip de komende jaren van de provinciale organisatie vraagt. Hoe kunnen we de provinciale ambities in die context het beste realiseren? Leidraad bij deze verandering is dat de organisatie gaat werken vanuit opgaven. Wat is de opgave en het gewenste maatschappelijke effect? Hoe willen we dat realiseren en hoe gaan we daar op sturen? De uitkomsten van dit traject moeten leiden tot nieuwe werkwijzen (processen) en daar op volgend ook een passende inrichting (structuur) van de organisatie. 1.3. Concerncontrol In 2014 heeft Concerncontrol naast advisering op basis van onderzoeken, steeds meer proactief geadviseerd bij complexe onderwerpen (deelname adviesgroepen). Het afgelopen jaar is een toename geweest van gevraagde extra onderzoeken zoals strategische personeelsplanning, digitale archivering, doorlichting programma 2, inkoop, evaluatie IKG en vastgoed. Mede hierdoor zijn niet alle geplande onderzoeken in 2014 afgerond. Naast de extra onderzoeken adviseert Concerncontrol in toenemende mate vooraf en tijdens het proces van complexe onderwerpen. De advisering is vooral gericht op good governance. Er is onder andere geadviseerd bij KH18, Thialf, Wurkje foar Fryslân, Grond, Programma Landelijk Gebied, FSFE, Doefonds, Breedbandfonds, Regiomarketing, Westergo CV/BV, Afsluitdijk en UCF. 1.4.
Organisatie veranderingen in 2014
Begin 2014 zijn de afdelingen Behear & ûnderhâld en Nautyske saken samengevoegd tot de nieuwe afdeling Provinsjale Wettersteat. Door deze nieuwe afdeling is verder gewerkt aan het integreren van alle taken gericht op het brede beheer, onderhoud en bediening van wegen, vaarwegen en kunstwerken die onder provinciale verantwoordelijkheid vallen.
Een viertal afdelingen gericht op de managementondersteuning zijn samengegaan in twee nieuwe afdelingen. Begin 2014 zijn de nieuwe afdelingen Fasilitaire saken & Ynkeap en Ynformaasjefoarsjenning ingericht en de medewerkers geplaatst. Deze afdelingen maken onderdeel uit van de portefeuille bedrijfsvoering.
254
Met de overgang van medewerkers van provincie en gemeenten is begin 2014 de nieuwe FUMO-organisatie gestart. Voor de FUMO blijft de provincie vooreerst bedrijfsvoeringsondersteunende taken uitvoeren.
Voor de uitvoering van het programma Wurkje foar Fryslân is een programma organisatie opgezet. Medio 2014 heeft de directie besloten tot de vorming van een programmaclustering waar Wurkje foar Fryslân deel van uit gaat maken. Daarnaast worden in het cluster opgenomen de programma’s Lanlik gebiet, Friese meren, Culturele hoofdstad en Duorsume ynovaasjes. Doelstellingen zijn om te komen tot een eenduidige en uniforme werkwijze van provinciale programma’s en om de organisatorische inbedding ten opzichte van beleids- en uitvoerende afdelingen te verbeteren.
In nauwe samenwerking met het IPO en het Rijk zijn voorbereidingen getroffen voor de overgang van taken van de Dienst Landelijk Gebied (DLG). Voor begin 2015 is de overgang voorzien van de taken van DLG naar de provincies. De hiermee gemoeide middelen worden pas in het eerste kwartaal van 2015 via begrotingswijziging in de begroting opgenomen. Dan zullen ook de medewerkers van DLG, met hun taken, overkomen naar onze organisatie.
2 – Strategische personeelsplanning en inhuur van derden
Strategische personeelsplanning Met de strategische personeelsplanning stemmen we de ontwikkeling van de formatie en bezetting af op de ontwikkeling van de provinciale taken en de bestuurlijke beleidsambities. In onderstaande tabel presenteren we de ontwikkeling van de ambtelijke formatie en de personeelsbezetting in een meerjarig perspectief. Deze cijfers zijn gebaseerd op stand van 1 januari 2015. 2013
1-1-2014
vaste formatie tijdelijke formatie knelpunten/bezuinigingen formatie PMK formatie
756
646
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
578 111 -36 -20
626 96 -36 -20
621 56 -36 -20
621 28 -36 -20
621 25 -36 -20
596 8 -34
596 6 -32
633
666
621
593
590
570
570
bezetting (incl DLG vanaf 2015/ excl Flex/trainees 695 642 641 666 659 639 623 606 570 Bezetting is exclusief Flexpool en trainees omdat deze niet meetellen in de formatie. In de totaaltelling in bijlage 5.3 (personeelssterkte en-lasten) zijn deze wel meegenomen. Na de incidentele stijging in 2015 is vanaf 2016 weer een daling te zien, tot 570 fte vanaf 2019. Formatie 2014 De formatie is het aantal toegestane formatie-eenheden zoals in de begroting opgenomen en is afhankelijk van de ambities en het beleid van de provincie. In 2014 is de formatie teruggebracht van 646fte’s naar 633 fte’s. Vanaf 2015 is in de formatie ook de komst van formatie van de Dienst landelijk Gebied (DLG) verwerkt.
255
Personeelsbezetting 2014 De bezetting geeft aan hoeveel functionarissen – omgerekend naar voltijdeenheden – daadwerkelijk zijn ingezet voor de realisatie van het provinciale beleid. Door de (verwachte) personeelsbezetting af te zetten tegen toegestane formatie, kan de kwantitatieve over- of onderbezetting in beeld worden gebracht. De bezetting is over het jaar 2014 nagenoeg gelijk gebleven ondanks een natuurlijk verloop wegens pensionering van 22 medewerkers. Deze uitstroom is gecompenseerd door een instroom van trainees en het vervullen van vacatures bij Provinsjale wettersteat. De cijfers vanaf 2015 zijn prognoses uitgaande van het verwachte verloop en een sterk beperkte externe vervangingsinstroom. Ook is uitgegaan van de overplaatsing van medewerkers van DLG naar de provincie. Bij het natuurlijk verloop is uitgegaan van pensionering van medewerkers in dienst op de AOW-leeftijd. Het overige verloop is momenteel kleiner dan 1%. De bezetting is exclusief trainees en 30 fte’s van de Flexpool welke grotendeels gedekt moeten worden uit inhuurbudgeten. Een belangrijk aandachtspunt is de verhouding tussen primaire en secundaire (overhead) processen. De omvang van overhead ten opzichte van de primaire processen is ook in 2014 op 30% gebleven en daarmee behoorlijk lager dan het gemiddelde van alle provincies. Vanwege de bezuinigingstaaktellingen is de noodzakelijke krimp van de formatieomvang verder doorgezet: een teruggang van 646 naar 633 fte’s. Formatiekrimp en mobiliteit De tijdelijke budgeten in de lopende exploitatiebegroting lopen de komende jaren af. Hoewel de grote infrastructuurprojecten de komende jaren nog een fors beroep doen op personele capaciteit neemt de omvang van de investeringsprojecten uiteindelijk ook af. Dat betekent dat de verhouding – tussen enerzijds vast en flexibel personeel en anderzijds de dekking van de hiermee gemoeide kosten uit structurele en tijdelijke middelen – in balans gebracht moet worden. Anders gezegd: de dekking van vaste formatie uit tijdelijke middelen moet de komende jaren afgebouwd worden. Totnogtoe hebben we vooral ingezet op vrijwillige mobiliteit en hebben we daarmee de strategische personeelsplanning handen en voeten kunnen geven. Vanaf 2015 moet een oplossing worden gevonden door herplaatsing van circa 50 medewerkers, vooral uit beleidsafdelingen en bij programma’s. Mogelijkheden voor interne herplaatsing worden maximaal ingezet. Gelet op de verwachte uitstroom van medewerkers wegens pensionering gaan we verder met het gericht laten doorstromen van medewerkers die in dienst zijn en alleen waar strikt noodzakelijk instromen van nieuw personeel. Dit maakt onderdeel uit van het project formatiekrimp/mobiliteit. Ontwikkeling formatie en bezetting vanaf 1 januari 2015
256
De geprognotiseerde ontwikkeling van de personeelsaantallen in het overzicht laat zien dat er vanaf 2016 een situatie gaat ontstaan van medewerkers die bovenformatief zijn. Dit ondanks een verwacht gemiddeld jaarlijks natuurlijk verloop van zo’n 25 fte’s. In 2014 zijn maatregelen doorgevoerd bij de beleidsafdelingen en programma’s om de formatie zodanig op peil te houden dat de uitvoering van de provinciale ambities uit het coalitieakkoord tot 2016 mogelijk blijft. Dit leidt ertoe dat de formatie niet direct in 2014, maar vanaf 2016 een sterke afname laat zien. De afname van formatie heeft de meeste gevolgen op het terrein van kennis en economie. Wij voorzien een forse afname van de formatie. Vanuit dit perspectief zullen wij op een aantal thema’s inzetten op een provinciale regierol en het versterken van de innovatiepositie van Fryslân. Deze thema’s sluiten aan op de speerpunten uit de beleidsvisie Economie. De uitvoering willen wij zo veel mogelijk onderbrengen bij onze uitvoeringspartners. Daar waar dat niet mogelijk is willen wij dit organiseren vanuit een programmacluster voor de beleidsafdelingen door nauwe samenwerking met de mienskip. Een organisatie aanpassing is in 2014 in voorbereiding genomen en zal in 2015 worden uitgevoerd. Mobiliteit en uitstroom Om de bedrijfsvoering in de pas te laten lopen met de krimpende budgeten hebben we een strak formatie- en bezettingsbeleid gevoerd. Dit beleid is gericht op interne mobiliteit, flexibele inzet en beperkte instroom; bij voorkeur van jongeren en waar nodig specialisten. Daarnaast is een scherpere inhoudelijke prioritering onvermijdelijk. Om de medewerkers die beschikbaar komen als gevolg van het aflopen van tijdelijke dekking te kunnen herplaatsen, wordt vrijwillige mobiliteit gestimuleerd. Alle vragen om personeelsinzet worden centraal verwerkt door een personeelsvoorzieningsteam. In 2014 zijn door dit team 83 vacatures afgehandeld met meer dan 70% interne overplaatsingen. Externe instroom bestaat uit 23 personen afkomstig uit projecten bij Provinsjale wettersteat en of de FUMO en via het traineeprogramma. De totale uitstroom in 2014 ging om 36 medewerkers. Traineeprogramma/stage-organisatie Ondanks de inkrimping van de formatie blijft een selectieve instroom noodzakelijk ter vervanging van noodzakelijke kennis en ervaring. Deze bescheiden noodzakelijke instroom biedt mogelijkheden in het vervullen van de rol van de provincie Fryslân als regionale werkgever. We blijven in staat een belangrijke bijdrage te leveren door het aanbieden van kwalitatief hoogwaardig werk. Daarbij hebben we de mogelijkheid om jonge mensen uit Fryslân aan te nemen.
Door de strategische personeelsplanning wordt de organisatie in staat gesteld nieuwe personeelsinstroom gericht op de toekomst mogelijk te maken. Zo is in 2012 gestart met een traineeprogramma waarbij jaarlijks jongeren worden aangetrokken die na een gerichte inzet, ontwikkeling en begeleiding na twee jaar kunnen instromen in de organisatie. Ook in 2014 zijn weer 11 jonge trainees aangenomen. In 2014 is de organisatie er opnieuw in geslaagd om voor zo’n 86 jongeren een stageplaats open te stellen. Project stimulering jeugdwerkgelegenheid De provincie is in 2013 het project Stimulering jeugdwerkgelegenheid gestart. Dit naast het langjarige project langdurig werklozen en het in 2012 gestarte traineeprogramma. Met het nieuwe project willen wij de arbeidsparticipatie van lager en middelbaar opgeleide jongeren verbeteren. Dit om zo een betere uitgangspositie op de arbeidsmarkt te bewerkstelligen voor deze groep. Gelet op de beschikbare middelen kunnen deze projecten ook na 2015 worden vervolgd. In 2014 hebben wij opnieuw een tiental jongeren een werkervaringsplaats kunnen aanbieden, vooral in de buitendienst. Sommige plekken zijn ingevuld als leerwerkplek,
257
afhankelijk van de vraag en het type functie dat wij daarvoor beschikbaar hebben. Voor de invulling van de functies werken wij samen met de Friese gemeenten (via centrumgemeente Leeuwarden) en de Friese mbo-instellingen. De jongeren krijgen vakgerichte, sociaal gerichte en loopbaangerichte begeleiding, training en eventueel scholing. Ook wordt er in samenwerking met de gemeente stevig ingezet op begeleiding van werk naar werk. Wij willen het project bij succes in ieder geval drie jaar uitvoeren, waarmee we in totaal aan 45 jongeren een plek kunnen bieden. Wij gaan projecten van andere Friese overheden ondersteunen die dezelfde doelstelling nastreven. Inhuur derden 2014 De inhuur van derden is, evenals de inzet van de Flexpool, nodig voor een flexibele bedrijfsvoering. Als provincie staan we voor de taak om te komen tot een kleinere organisatie. Deze inkrimping wordt mede gerealiseerd met het natuurlijk verloop binnen de provinciale organisatie en het slechts beperkt invullen van vacatures. Hoe dit plaatsvindt, komt naar voren uit de strategische personeelsplanning en de toekomstige samenstelling van de provinciale personeelscapaciteit. Om een goede personeelsbezetting te garanderen is het noodzakelijk om de personeelsfrictie op te lossen door, naast de inzet van flexpool medewerkers, tijdelijk inhuur in te zetten. INHUUR VAN DERDEN 2014 Bedrijfsvoering Programma 1 Programma 2 Programma 3 Programma 4 Programma 5 Programma 6 Programma 7 Programma 8 Programma 9 Programma 10 Programma 11 Totalen
2e Berap Bestedingen oktober 2014 2014 totaal 9.863 1 7.360 100 200 851 1.600 50 750 793 10 830 22.408
13806 21 7217 27 178 484 1341 82 152 292 81 23681
In totaal is aan inhuur uitgegeven een bedrag van € 23,7 mln. ten opzichte van de prognose in de 2e bestuursrapportage van € 22,4 mln. De inhuur is verdeeld over de programma’s en bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering: Onder de noemer bedrijfsvoering worden vele uitgaven voor inhuur geboekt die rechtstreeks voortkomen uit projecten en/of programma’s. Deze inhuur wordt ingezet voor de realisatie van activiteiten die rechtstreeks verband houden met een thema/taak uit een van de 11 beleidsprogramma’s voorkomend in de begroting. Het bedrag van € 13,8 miljoen aan inhuur is als volgt opgebouwd: voor ontwikkeling en beheer van infrastructurele werken € 5,6 mln. voor overige beleids- en uitvoeringsprogramma’s € 5 mln.; het resterende deel van de inhuur bij de bedrijfsvoering betreft €3,7 mln. en heeft betrekking op de bedrijfsvoering onderdelen van de organisatie. Infrastructurele werken De inhuur van derden doet zich vooral voor bij het realiseren en in stand houden van infra structurele werken. Dit betreft vooral inhuur van extra specialistische kennis voor onder meer projecten als de Centrale As, N381 en RSP-traverse Harlingen. De kosten van inhuur van derden voor investeringsprojecten worden gedekt uit de investeringskredieten die PS voor deze projecten beschikbaar heeft gesteld.
258
Aan deze inzet van inhuur bij infraprojecten kan de inhuur van € 5,6 mln. voor de instandhouding van de provinciale infrastructurele werken worden toegevoegd. Deze maakt onderdeel uit van de bestedingen geboekt bij bedrijfsvoering. Hiermee vormen de inhuur voor Infra met € 12,8 mln. 54% van de totale inhuur bestedingen in 2014. Ook voor de komende jaren wordt de inhuur voor een groot deel nog bepaald door de behoefte aan tijdelijk benodigde technische kennis voor infra structurele werken. Sinds 2011 wordt gewerkt met een Flexpool samengesteld uit 30 medewerkers van de provincie (loonkosten € 2,6 mln.). Deze ambtenaren zijn in 2014 flexibel ingezet op diverse projecten en tijdelijke klussen. De Flexpool heeft geen vaste formatie en is niet opgenomen in het formatieoverzicht. De loonkosten worden gedekt uit de budgetten voor inhuur. Hiermee wordt voor een deel de inhuur van personeel van derden voorkomen. Zoals al eerder is aangegeven is de inhuur hoger dan aangegeven bij de prognose voor de tweede bestuursrapportage 2014. Het gaat om een stijging van € 1,3 mln. (5%) De overige oorzaken zijn: • de prognose die de afdelingen afgeven voor de tweede bestuursrapportage wordt gedaan eind augustus/begin september; • er wordt meer ingehuurd omdat er vooruitlopend op de toekomstige organisatie vacatures vooreerst niet worden ingevuld, maar tijdelijk opgevuld via de inhuur. Het streven van de organisatie is om de omvang van inhuur beperkt te houden. In tegenstelling tot het Rijk hanteren wij geen procentuele normering. Bovenstaand is aangegeven dat met name onze inzet op infrastructurele werken veel inzet van inhuur met zich meebrengt. Daarnaast zal een zekere mate van inhuur noodzakelijk blijken om als organisatie flexibel te kunnen zijn.
3 – Overige ontwikkelingen bedrijfsvoering
It Fryske wurkjen In 2014 heeft een verdere uitrol van de digitale samenwerkingsomgeving sharepoint plaatsgevonden. Daarnaast is er aan een aantal digitale bouwstenen, zoals de scanstraat, testomgeving digitaal loket, digitale sjablonen generator, metamodel gewerkt (en opgeleverd) die de verdere stappen in het digitaal werken en digitale dienstverlening mogelijk maken. Ook is verder gewerkt aan de doorontwikkeling en optimalisatie van het digitale subsidie- en vastgoedproces. Verder wordt substitutie nu actief ingezet om het digitale archief verder op te bouwen. Nieuw inkoopbeleid biedt meer kansen voor Fries bedrijfsleven De samenwerking met de gemeente Leeuwarden en Wetterskip Fryslân stond in 2014 vooral in het teken van digitaal aanbesteden. Dit omdat de nieuwe Europese aanbestedingsrichtlijnen vanaf 2016 digitaal aanbesteden verplicht stellen en uniformiteit vanuit de markt wenselijk is. Daarnaast is met de Friese gemeenten de duurzame energiebehoefte (elektriciteit en aardgas) tot 2018 Europees aanbesteed. In september 2014 heeft het college van Gedeputeerde Staten het inkoop- en aanbestedingsbeleid definitief vastgesteld. In diezelfde maand heeft de directie de ‘uitvoeringsnotitie inkoop’ vastgesteld, waarmee provinciale inkoopdoelen en wettelijke aanbestedingsregels in de praktijk moeten worden geborgd. Eén van de uitgangspunten van ons beleid is dat wij het Friese bedrijfsleven volop kansen willen bieden om in Fryslân met succes mee te doen met provinciale aanbestedingen. Concreet is besloten om voortaan aanbestedingen boven € 30.000,- centraal te melden en te onderwerpen aan een afwegingskader. Aanbestedingen verlopen voortaan volledig digitaal en er wordt centrale contractendatabase ingevoerd. Eind 2014 is begonnen met de voorbereidingen voor de realisatie van voornoemde punten.
259
Parkeervoorziening De parkeergarage Oosterstraat is sinds 3 november 2014 in gebruik. De indexering van de huur zal vanaf 1 januari 2016 plaatsvinden.
4 – Bedrijfsvoeringkosten
Met de Staten is afgesproken dat de totale bedrijfsvoeringkosten en de toelichting daarop opgenomen wordt in de paragraaf bedrijfsvoering. Bij de beleidsprogramma’s vind daarom geen toelichting plaats op deze kosten. Het totaal van de bedrijfsvoeringkosten in 2014 bedraagt € 85 mln., hiervan heeft € 68 miljoen betrekking op personele kosten en € 17 mln. op overige bedrijfsvoeringkosten. De verdere opbouw van de bedrijfsvoeringkosten is hieronder in een tabel zichtbaar gemaakt. De bedrijfsvoeringkosten worden deels specifiek toegerekend aan projecten waarmee deze kosten binnen het project worden opgevangen. De resterende algemene bedrijfsvoeringkosten worden toegerekend aan de beleidsprogramma’s en worden gedekt vanuit de algemene middelen. Met de Staten is een bandbreedte afgesproken van 3% voor de bedrijfsvoeringkosten. De lichte overschrijding in 2014 past ruimschoots binnen deze bandbreedte. Opbouw bedrijfsvoeringkosten In onderstaande tabel wordt de samenstelling van de bedrijfsvoeringkosten weergegeven. Ze zijn onderverdeeld in personele en de overige bedrijfsvoeringkosten. Tot de personele bedrijfsvoeringkosten behoren onder meer de salariskosten voor de werkgever en opleidingskosten. Onder de overige bedrijfsvoeringkosten vallen onder meer de kosten voor huisvesting, automatisering en archief.
260
Realisatie 2013 Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014 na wijziging
Realisatie 2014
Verschil begroting en rekening
Baten Personele kosten Overige bedrijfsvoeringkosten Totaal baten Lasten Personele kosten Inhuur Flexpool ten laste van budget personele kosten Overige bedrijfsvoeringkosten Inhuur Flexpool ten laste van budget overige bedrijfsvoeringkosten Totaal lasten Saldo voor mutatie reserves Mutatie reserves (lopen via de exploitatie) Saldo na mutatie reserves
1.018 201 1.219
5.288 1.329 6.616
3.678 930 4.608
1.609 399 2.008
68.505 1.322
65.656 0
66.191 1.587
-536 -1.587
16.764 423
18.225 0
16.445 301
1.780 -301
87.014 -85.795 798
83.881 -77.265 852
84.524 -79.916 728
-643 2.651 124
-84.997
-76.413
-79.188
2.775
Toelichting De interne Flexpool is niet in de begroting opgenomen omdat de kosten hiervan gedekt moeten worden uit bestaande budgetten, net als bij de inhuur van externen. Dit kunnen zowel bedrijfsvoeringbudgetten zijn zoals weergegeven in de tabel hierboven, of programma- of investeringsbudgetten. In dat geval zijn ze meegenomen in de tabel Toegerekende bedrijfsvoeringkosten. Toerekening van bedrijfsvoeringkosten De bedrijfsvoeringkosten worden deels specifiek en deels algemeen toegerekend aan de programma’s en investeringen. De specifieke toerekening vindt plaats bij investeringen en projecten waarbij de kosten door derden worden gefinancierd (overlopende passiva en voorzieningen). De kosten worden hierbij één-op-één toegerekend aan de verschillende beleidsonderdelen. Deze toerekening is inclusief de eventuele inzet van de interne Flexpool. Daarnaast worden de bedrijfsvoeringkosten die gerelateerd zijn aan het bestuur specifiek doorbelast, aangezien deze volgens de voorschriften aan programma 1 moeten worden toegerekend. In de tabellen bij de programma’s zijn deze specifieke bedrijfsvoeringkosten opgenomen onder de ‘diverse budgetten’, niet zijnde bedrijfsvoering. De resterende algemene bedrijfsvoeringkosten worden gedekt uit de algemene middelen. Deze kosten worden via de gerealiseerde inzet van menskracht (verdeelsleutel) aan de programma’s toegerekend. In de programma’s zijn deze als ‘bedrijfsvoeringkosten’ opgenomen in de tabellen.
261
In onderstaande tabel staat de administratieve verdeling van de algemene en specifieke bedrijfsvoeringkosten en hoe deze zijn toegerekend aan de verschillende onderdelen. Toegerekende bedrijfsvoeringkosten
Realisatie 2013
Begroting 2014 na wijziging
Bedragen x € 1.000,-
Realisatie Verschil 2014 begroting en rekening
Specifieke toerekening Programma Programma Programma Programma Programma Programma
1 2 3 4 5 6
Bestuur en veiligheid Verkeer en vervoer Water Milieu Landelijk gebied Economie, toerisme en recreatie
583 1.744 84 100 454 972
570 1.988 0 0 229 0
556 2.200 1 218 290 974
14 -212 -1 -218 -60 -974
Programma 7 Sociaal beleid en zorg Programma 8 Cultuur, Taal en Onderwijs Programma 9 Ruimte Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Investeringen Voorzieningen Schades en werken voor derden Inhuur Flexpool voor bedrijfsvoering Totaal specifieke bedrijfsvoeringkosten Algemene toerekening aan programma’s bestaand beleid o.b.v. verdeelsleutel Programma 1 Bestuur en veiligheid Programma 2 Verkeer en vervoer Programma 3 Water Programma 4 Milieu Programma 5 Landelijk gebied Programma 6 Economie, toerisme en recreatie Programma 7 Sociaal beleid en zorg Programma 8 Cultuur, taal en onderwijs Programma 9 Ruimte Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal algemene bedrijfsvoeringkosten Totaal toegerekende bedrijfsvoeringkosten
12 102 188 631
0 0 109 4.529
0 44 426 4.404
0 -44 -317 125
6.814 3.639 122 1.745 17.190
9.438 373 0 0 17.238
10.103 373 137 1.888 21.614
-665 0 -137 -1.888 -4.377
4.086 21.206 1.371 14.273 9.522 8.224 1.454 2.981 3.420 1.271
3.736 22.863 1.475 3.184 8.934 9.278 1.586 3.138 4.021 960
3.731 22.703 1.463 2.589 8.858 8.875 1.573 2.903 3.919 960
5 160 12 595 75 403 13 235 103 0
67.806 84.997
59.175 76.413
57.574 79.188
1.601 -2.775
Toelichting We hebben het afgelopen jaar meer capaciteit ingezet voor investeringen wat € 700.000,aan extra kosten meebracht. Daarnaast is er meer personeel ingezet voor Afsluitdijk, Friese Merenproject en Wurkje foar Fryslân projecten (€ 975.000,-). Voor de werken die wij voor derden verrichten is de personeelsinzet € 140.000,- geweest, deze kosten worden volledig vergoed. Als laatste is de interne Flexpool ingezet voor bedrijfsvoering voor een totaalbedrag van € 1,9 mln. Deze kosten worden via de algemene verdeelsleutel aan de programma’s toegerekend. Het werkelijke resultaat op de bedrijfsvoering is € 1,6 mln. positief. Het saldo dat gepresenteerd wordt in de tabel is € 2,8 mln. negatief. Dit komt omdat er meer kosten voor de uitvoering van investeringen, projecten etcetera specifiek zijn toegerekend aan de programma’s dan was begroot. De dekking van deze specifieke kosten komen als baten weer terug in de bedrijfsvoering vanuit dezelfde investeringen, projecten etcetera uit de programma’s.
262
Bandbreedte bedrijfsvoering Met uw Staten is afgesproken dat de bedrijfsvoeringkosten zich binnen een bandbreedte van 3% van de begroting mogen begeven. In de loop van het jaar hebben uw Staten ingestemd met een aantal wijzigingen in de bedrijfsvoeringkosten. Vandaar dat de werkelijke bedrijfsvoeringkosten vergeleken worden met de begrote bedrijfsvoeringkosten na wijziging. De bedrijfsvoeringkosten zijn binnen de afgesproken bandbreedte gebleven van 3%. Investeringen Bedragen €1.000,-
Onderhanden werken Opgeleverde werken Afgerekende werken
Stand per 1-1-2014 77
Totaal
uitgaven
bijdragen derden
balans verkorting
389
0
Stand per 31-12-2014 466
303
73
0
376
240
425
8
658
620
888
8
0
1.500
Toelichting Het betreft hier vooral het provinciehuis en automatiseringsprojecten. Balanspost voorzieningen Bedragen € 1.000,V. Groot onderhoud Provinciehuis V. Vrijwillige mobiliteit personeel
Stand per 1-1-2014 456
toevoeging 228
431
0
0
Stand per 31-12-2014 684
0
431
aanwending
Toelichting Voor het groot onderhoud provinciehuis wordt een voorziening gevormd. Hieraan ligt een onderhoudsplan ten grondslag. In 2013 is een voorziening gevormd voor vrijwillige mobiliteit personeel. Het betreft hier de mogelijke naheffing van de belastingdienst op de uitgekeerde bedragen.
263
2.8
Paragraaf 8 – Handhaving
In de organisatie van het toezicht zijn prioriteitstelling en de financiële basis voor het werk (de begroting), aan elkaar gekoppeld (wettelijk verplicht). Daarom wordt in de jaarstukken verslag gedaan van het uitgevoerde toezicht. De inhoudelijke rapportage van het toezicht vindt plaats via een gezamenlijke en integrale rapportage. Deze rapportage wordt afzonderlijk ter kennisneming aan Provinciale Staten voorgelegd.
Wat wilden wij bereiken? Samen met burgers en bedrijven werken wij aan een schoner, mooier en productiever Fryslân. Vanuit dat streven hebben we in het Handhavingsuitvoeringsplan prioriteiten gesteld en toezicht gehouden of burgers en bedrijven zich aan de regels houden.
Wat hebben wij daarvoor gedaan in 2014? De FUMO heeft bedrijven en activiteiten gecontroleerd, die onder het toezicht van de provincie vallen. Dit op basis van het Handhavingsuitvoeringsprogramma 2014 en de daarin door ons gestelde prioriteiten. Prioriteiten baseren we op risicoanalyses, want niet alles is even belangrijk of risicovol. In 2014 is concreet gewerkt met het handhavingsbeleid 2011-2014. We hebben de samenwerking tussen de eigen (provinciale) afdelingen en de FUMO vorm gegeven. Het Ronde Tafel Overleg (RTO) functioneerde ook in de nieuwe setting met de FUMO en de gereorganiseerde afdeling Provinciale Waterstaat als platform voor afstemming. De bedrijven waarvoor wij het bevoegde gezag zijn waren onderwerp van bevoegdheid wijziging. Circa twee-derde van de bedrijven zijn met ingang van 1 januari 2014 overgegaan naar de colleges van burgemeester en wethouders. Alleen de zwaardere bedrijven, een aantal IPPC en BRZO bedrijven vallen nu onder onze bevoegdheid en de reikwijdte van die bevoegdheid is Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) breed. Toepassing handhavingsbeleid en uitvoeren van toezicht Onder andere de FUMO en de dienst (provinciale waterstaat/nautische zaken)hebben is ingezet op preventie en bewustwording van bedrijven en burgers. Bijvoorbeeld bij invoering van nieuwe regelgeving voor onze bedrijven. De prioriteiten voor vergunningverlening en toezicht zijn gericht op het beperken van de veiligheids- en milieurisico’s. Een groot deel van de beschikbare capaciteit is ingezet op risicovolle dossiers. In 2014 zijn voorbereidingen getroffen de risicoanalyses voor de bedrijven te actualiseren en te verbreden. Daarin wordt de frequentie van toezicht mede gebaseerd op het naleefgedrag van een bedrijf of branche. Er zijn vele controles gehouden en waar het fout ging is ingegrepen, zoals bij opslag van gevaarlijke (afval) stoffen, bodemverontreinigingen, afvalfraude, zweminrichtingen, klacht- en overlastsituaties, onveilige situaties op (vaar) wegen en ook in de mooie natuurgebieden is handhavend opgetreden vanuit de visie “zacht waar het kan en hard waar het moet”. Ten opzichte van 2013 was er wel sprake van een terugloop in het toezicht, hetgeen te wijten is aan de omvangrijke operatie van de vorming van de FUMO. Kwaliteitseisen en ontwikkelingen De uitvoering van onze toezicht- en handhavingstaken vindt plaats conform landelijk vastgestelde kwaliteitscriteria. Gemeenten, waterschap en provincie in Fryslân moeten voldoen aan de in het omgevingsrecht genoemde landelijke kwaliteitscriteria. In 2014 is het implementatietraject voor de nieuwe Wabo kwaliteitseisen, zoals die voortgekomen zijn uit de landelijke package deal, voortgezet. De nieuwe criteria moeten behaald zijn in
264
2015, waarbij naast de gemeenten, Wetterskip en provincie ook de FUMO aan de eisen moet voldoen. Op basis van de zelfevaluatie heeft elke organisatie voor zichzelf een verbeterplan opgesteld. In 2014 is er veel discussie over de reikwijdte van de kwaliteitscriteria ontstaan. De datum van 1-1-2015 is verschoven naar 1-1-2016. Bovendien heeft de rapportage van de Commissie Wolfsven geleidt tot een landelijke discussie, met als uitkomst dat de BRZO bevoegdheid geconcentreerd zal worden bij de provincie. Een andere belangrijke uitkomst is dat de VNG vóór 1 juli 2015 zal komen met een modelverordening, dit met als doel om er te zorgen dat het vereiste kwaliteitsniveau, anders dan via een door het Rijk opgelegde regeling, landelijk wordt georganiseerd. In het Fries VTH overleg stemmen we deze ontwikkelingen af met de partners en maken daarin afspraken. Fries VTH (Vergunningen, Toezicht en Handhaving) overleg De provincie heeft de veranderende rol van het Fries Handhaving Overleg (FHO, gericht op toezicht en handhaving en m.n. Milieu gericht) bespreekbaar gemaakt en het veranderproces naar een Wabo breed VTH overleg geïnitieerd. In 2014 functioneerde de nieuwe structuur en voor 2015 is een gezamenlijke Wabo VTH samenwerkingsprogramma opgesteld. Daarin werkt de provincie samen met organisaties zoals de gemeenten, politie, OM, Wetterskip Fryslân, Staatsbosbeheer, It Fryske Gea, Sportvisserij Fryslân en Natuurmonumenten. In dit verband wijzen we op de gezamenlijke communicatiecampagne “een Dumper is een stumper”, met als doel om aan te geven dat het illegaal storten van stafvalstoffen hard wordt aangepakt. Handhaving ruimtelijke ordening Handhaving op het terrein van ‘Ruimte’ was gericht op goede ruimtelijke ordening in de provincie en het belang van de provincie daarin, vooral buiten de bebouwde kommen. Dit werk bestaat vooral uit het houden van vooroverleg, indienen van zienswijzen naar aanleiding van bestemmingsplannen en reageren op projectbesluiten. Door deze proactieve werkwijze kwam ook in 2014 ingrijpen zelden voor. FUMO In navolging van landelijke afspraken, en om uitvoering te geven aan het Friese Plan van aanpak, hebben we in 2013 onder provinciale regie met de betrokken partijen, verder gewerkt aan de totstandkoming van de Friese Uitvoeringsorganisatie Milieu en Omgeving. De FUMO is op 20 december 2012 opgericht en op 1 januari 2014 operationeel geworden. De FUMO is gevestigd te Grou en voert van daaruit een belangrijk deel van de provincietaken uit. Wij hebben de vorming van de FUMO op allerlei terreinen ondersteund zodat sprake was van een “warme overdracht van taken” met de gedachte dat burgers en bedrijven geen hinder mogen ondervinden van de verhuizing van taken. In 2014 is de eerste Dienstverleningsovereenkomst (DVO) opgesteld en het daarbij behorende jaarprogramma. Interbestuurlijk toezicht Op 1 oktober 2012 trad de Wet revitalisering generiek toezicht (Wrgt) in werking. Deze wet vormt de basis voor het interbestuurlijk toezicht (IBT) en heeft betrekking op de toezichthoudende taken van de provincie ten aanzien van de uitvoering van wettelijke (WABO) taken door gemeenten. Inzet is om het bestuurlijk toezicht gezamenlijk met de partners te organiseren. In 2014 vond de uitwerking plaats van de door ons vastgestelde uitgangspunten voor het IBT.
265
2.9
Paragraaf 9 – Grote projecten
In deze paragraaf staan alle grote projecten in de provincie Fryslân. Provinciale Staten hebben bepaald welke projecten zijn opgenomen. De verantwoording gebeurt aan de hand van de volgende vragen: Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Wat heeft het gekost? Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Verklaring tabelkleuren tijd en geld Rood = Projecten met overschrijding in tijd of van het krediet Geel = Project met risico voor mogelijke afwijkingen in tijd of het krediet Groen = Project ligt op schema wat betreft tijdsplanning en bestedingen.
1.
Overzicht grote projecten
Bij de grote infrastructurele projecten gaat het om de volgende projecten: 1 Bereikbaarheidsprojecten Leeuwarden Vrij-Baan a. N31 Haak om Leeuwarden b. Westelijke invalsweg c. Drachtsterweg en omgeving d. Noordwesttangent 2 N31 Traverse Harlingen 3 Verruiming Prinses Margrietkanaal 4 N381 Drachten-Drentse grens 5 De Centrale As 6 Investeringsagenda Drachten-Heerenveen a. RSP Bereikbaarheid Gebiedsontwikkeling Heerenveen (uit de investeringsagenda Drachten Heerenveen) 7 Knooppunt Joure 8 RSP Spoorprojecten a. Capaciteitsvergroting Leeuwarden-Zwolle b. Capaciteitsvergroting Leeuwarden-Groningen c. Station Werpsterhoek Gewenste resultaten 1 Bereikbaarheidsprojecten Leeuwarden Vrij-Baan a. N31 Haak om Leeuwarden en Westelijke invalsweg b. Drachtsterweg en omgeving c. Noordwesttangent 2 N31 Traverse Harlingen 3 Verruiming Prinses Margrietkanaal 4 N381 Drachten-Drentse grens 5 De Centrale As 6 Investeringsagenda Drachten-Heerenveen 7 Knooppunt Joure 8 RSP Spoorprojecten
266
beleid
tijd
geld
Gewenste resultaten a. Capaciteitsvergroting Leeuwarden-Zwolle
beleid
tijd
geld
Kleine maatregelen Leeuwarden - Meppel Versnelling spoorbrug Van Harinxmakanaal Verbetering overwegveiligheid Rotstergaastweg Heerenveen Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega Verbetering baanvak Meppel - Zwolle (blokverdichting) Capaciteitsvergroting Herfte - Zwolle b. Capaciteitsvergroting Leeuwarden - Groningen c. Station Werpsterhoek
Overige projecten 9 Heerenveen, stad van Sport (Nieuw Thialf) 10 University Campus Fryslân (UCF) 11 Culturele Hoofdstad 2018 12 Europese watertechnologiehub 13 Het Friese Merenproject 14 De Nieuwe Afsluitdijk (DNA) 15 Dairy Campus Fryslân 16 Breedbandinfrastructuur in Fryslân 17 Ecosysteem Drachten 18 Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) 19 Doefonds 20 Provinciaal Herstructureringsprogramma (PHP) bedrijventerreinen 21 Herstructurering naoorlogse Friese Woningvoorraad 22 Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) 23 Gebiedsontwikkelingsplan Harlingen-Franekeradeel Gewenste resultaten 9 Heerenveen, stad van Sport(Nieuw Thialf) Start aanbestedingsprocedure exploitatie Thialf Afronding ontwerpfase vernieuwbouw wedstrijdhal Vervanging ijsvloer wedstrijdhal in het zomerseizoen van 2014 10 University Campus Fryslân UCF1 fase 1 UCF1 fase 2 11 Culturele Hoofdstad 12 Europese watertechnologiehub vanHet promo 13 Friese Merenproject Grenzeloos Varen Bestedingen aan de Wal Mitigatie, ecologie en duurzaamheid 15 16 17 18 19 20
Dairy Campus Fryslân Breedbandinfrastructuur in Fryslân Ecosysteem Drachten Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) Doefonds Provinciaal Herstructureringsprogramma (PHP) bedrijventerreinen 21 Herstructurering naoorlogse Friese Woningvoorraad 22 Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) 23 Gebiedsontwikkelingsplan Harlingen-Franekeradeel
267
Beleid
Tijd
Geld
2 – Infrastructurele projecten
Taakstellingen op infra structurele projecten Toegezegd is in eerdere rapportages dat bij de jaarstukken 2014 inzicht gegeven gaat worden in de stand van de grote projecten uit programma 2 in relatie tot de opgelegde taakstellingen te weten: 1. De Centrale As heeft (inclusief gebiedsontwikkeling) een taakstelling van € 20,4 mln. 2. De N381 heeft (inclusief gebiedsontwikkeling) een taakstelling meegekregen van € 10,1 mln.. 3. Bij de RSP projecten is een algemene taakstelling opgelegd van € 40 mln. 4. Knooppunt Joure heeft een taakstelling meegekregen van € 4,6 mln. De taakstellingen op de Centrale As en de N381 zijn inmiddels opgevangen binnen de respectievelijke projecten. Ten aanzien van de taakstelling op het RSP is begin 2014 gerapporteerd dat de taakstelling van € 40 mln. en de taakstelling op knooppunt Joure € 4,6 mln. was teruggebracht naar € 16,8 mln. (12,2 mln. RSP en € 4,6 mln. op knooppunt Joure). In 2014 zijn de volgende ontwikkelingen nog van invloed op de stand van de taakstelling: De geprognotiseerde tegenvaller van € 4,9 mln. in het project Extra Sneltrein Groningen – Leeuwarden (ESGL) als gevolg van de tunnel Hurdegaryp. In Provinciale Staten is hiervoor een garantstelling afgesproken van € 10 mln. De huidige prognose in het project ESGL is dat we hiervan 4,9 mln. nodig hebben. De geprognotiseerde tegenvaller van €5,5 mln. als gevolg van de BTW-claim van het Ministerie van Financiën (€ 8 mln.). Dit gaat om afroming van het RSP-budget ten gunste van het BTW-compensatiefonds vanwege het feit dat een aantal projecten in het RSP BTW kunnen compenseren. Daar tegenover staat een positieve mutatie van € 2,5 mln. door indexering in 2014 en rendementseffect, samen een negatief resultaat van € 5,5 mln. Deze ontwikkelingen betekenen dat de taakstelling die resteert € 27,2 mln. bedraagt (22,6 mln. RSP en 4,6 mln. knooppunt Joure). Deze resterende taakstelling moet gerealiseerd worden door meevallers op de projecten die (deels) uit het RSP worden gefinancierd. De spoorse projecten (ESGL, station Werpsterhoek en overweg Wolvega) zijn in deze analyse verder buiten beschouwing gelaten. De meevallers per project (stand 31 december 2014) zijn: Haak om Leeuwarden: 13,4 mln. Westelijke Invalsweg Leeuwarden: 0 Drachtsterweg: 5,8 mln. DCA: 0 N381: 18 mln. Traverse Harlingen: 0 mln. Knooppunt Joure: negatief 4,6 mln. (naast verwacht tekort op het project van 0,9 mln. op de post onvoorzien. Deze laatste wordt opgelost binnen het project). Knooppunt Joure heeft hierin een bijzondere plaats. Knooppunt Joure heeft een eigen taakstelling meegekregen van € 4,6 mln. Verwacht werd dat door de aanleg van het knooppunt Joure te combineren met het verdiepen van de Langweerder Wielen en door BTW - compensatie / verrekening de taakstelling haalbaar zou zijn. Dit lukt slechts deels. Het op 31-12-2014 verwachte voordeel is slechts € 1,6 mln. in plaats van de gedachte € 4,6 mln.). Daarnaast zijn er met name in het dossier van kabels en leidingen én de sloopkosten van bestaande infrastructuur tegenvallers geconstateerd.
268
In principe kan de taakstelling op knooppunt Joure nu gerealiseerd worden binnen het programma van het RSP. Om de taakstelling op knooppunt Joure binnen het gehele programma op te vangen is besluitvorming in Provinciale Staten nodig. In de eerste berap van 2015 zal een voorstel hiertoe aan Provinciale Staten worden voorgelegd. Het totale positieve resultaat op de projecten komt hiermee op € 37,2 mln. (exclusief knooppunt Joure). Dit kan worden ingezet om de resterende taakstelling van € 27,2 mln. af te dekken, waardoor het positieve saldo op het RSP komt op (stand 31 december 2014) € 10,0 mln. Bij de eerste Berap van 2015 zal een voorstel van verschuivingen tussen projecten (t.b.v. de taakstellingen) worden voorgelegd aan Provinciale Staten. Resume taakstelling grote projecten uit programma 2 bekend mutatie -40,0
Taakstelling aanvang RSP (x € mln.) Verhoging taakstelling Investeringsagenda Drachten - Heerenveen Taakstelling Joure Extra sneltrein Groningen – Leeuwarden (ESGL) Totale taakstelling: Invulling taakstelling Geen bijdrage naar ‘De Centrale as’ Stoppen spoorlijn Heerenveen - Groningen Resultaat ‘haak Noord’ Resultaat Drachtsterweg en omgeving Resultaat N381 Diverse mutaties (BTW en indexeffecten) Totale invulling: Saldo:
- 24,0 -4,6
totaal -40,0
-4,9 -4,9
-24,0 -4,6 -4,9 -73,5
5,8 51,8
13,4 5,8 18,0 -5,5 31,7
17,0 29,0 13,4 5,8 18,0 0,3 83,5
-16,8
26,8
10,0
-68,6
17,0 29,0
Algemene projectrisico’s De volgende risico’s gelden voor grote infrastructurele projecten: Faillissement aannemer – Als een bouwproces loopt en de aannemer gaat failliet, ontstaat een financieel risico. Een andere aannemer zal immers het werk van de betreffende aannemer moeten overnemen. Hier zijn altijd meerkosten aan verbonden. In de aanbesteding is hiermee natuurlijk voor zover mogelijk rekening gehouden (solvabiliteitstoets, bankgaranties), maar zeker in deze tijd kan dit risico zich voordoen. Om dit risico te beheersen wordt met aannemers bekeken in hoeverre het mogelijk is de betalingsregeling zo in te richten dat een aannemer zo min mogelijk hoeft voor te financieren. Prijsontwikkeling – Met prijsontwikkeling is in de budgetten van de projecten rekening gehouden. Vooral in de rijksprojecten wordt de prijscompensatie geregeld via de toegekende IBOI. Deze kan lager liggen dan de werkelijke prijsontwikkeling. Ook in 2014 is de IBOI weer bijgesteld door de minister van financiën van 1,25% naar 0% (vorig jaar van 1,75% naar 0%). Inmiddels lopen we daarmee op programmaniveau in 2 jaar 3% achterop. Het risico wordt deels opgevangen doordat we een gedeelte van de RSP-middelen vooruit ontvangen hebben waarover een intern IBO-CPB rendement wordt vergoed. Het overige deel moet opgevangen worden binnen het budget. Dit verhoogt het risicoprofiel van het RSPprogramma. In de provinciale projecten (niet RSP) is voor prijsontwikkeling een budget voor prijsontwikkeling gereserveerd.
269
1 1a
BTW – De RSP-middelen voor infrastructuur die via het Provinciefonds nog worden ontvangen (voor Fryslân € 160 mln.) worden met 5% (is € 8 mln.) naar beneden bijgesteld. Dit op basis van een mondelinge mededeling van het Rijk. Een schriftelijke bevestiging moet nog volgen. De correctie van 5% wordt door het Rijk toegevoegd aan het macro BTW-compensatieplafond. Daarmee is het voor het Rijk een neutrale mutatie. Ook voor de lagere overheden in totaal is het een neutrale mutatie. Gelet op de uitwerking van het BTW-compensatieplafond per provincie kan dit voor Fryslân een tegenvaller betekenen van € 8 mln. Voor de projecten is het zeker een tegenvaller van 8 mln. In de budgetten is namelijk rekening gehouden met compensatie. Nu wordt de RSP-pot afgeroomd met € 8 mln, hetgeen moet worden opgevangen. In de beschouwing op de taakstelling op de grote infrastructurele projecten is dit risico al meegenomen. Calamiteiten in het bouwproces – Tijdens de bouw van grote projecten kunnen zich altijd calamiteiten voordoen. In principe zijn die de verantwoordelijkheid van de aannemer, maar betekent in de praktijk altijd een inspanning van de kant van de opdrachtgever. Enerzijds in tijd, waardoor projectorganisaties langer operationeel blijven, anderzijds door juridische kosten die gemoeid zijn met de schuldvraag. Meerwerkclaims – In 2014 is een toename te merken van claims op meerwerk van aannemers. Het risico is dat deze claims enkele jaren na afronding van het werk worden ingediend. Op dat moment is de projectorganisatie niet meer operationeel en zal opnieuw een team moeten worden samengesteld (inclusief juridische ondersteuning) om dergelijke claims te weerleggen. In de afspraken met aannemers wordt zoveel mogelijk geprobeerd de claims voor de afrekening af te wikkelen. In de praktijk blijkt dit geen garantie te bieden.
Bereikbaarheidsprogramma Leeuwarden Vrij-Baan (programma 2) N31 Haak om Leeuwarden en Westelijke invalsweg beleid
tijd
geld
Leeuwarden Vrijbaan Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Het project Haak om Leeuwarden Noord en Westelijke invalsweg fase 1 worden door de provincie uitgevoerd. De doelstelling van ingebruikname op 18 december 2014 is gehaald. Dat betekent een compleet nieuwe infrastructuur aan de westkant van Leeuwarden, inclusief twee aquaducten. De eerste fase van de gebiedsontwikkeling (Marsum) is eveneens volgens planning in uitvoering gekomen. Voor de tweede fase gebiedsontwikkeling (Deinum-BoksumRitsumasyl) hebben Provinciale Staten op 17 september 2014 unaniem groen licht gegeven. Wat heeft het gekost? De provinciale projecten binnen Leeuwarden Vrij-Baan liggen financieel op koers. Van het totale budget van € 249,4 mln. is tot eind 2014 € 147,0 mln. uitgegeven. Het nog uit te geven bedrag bestaat uit de prognose op de bouw, een risicoreservering en een reservering voor vastgoed. De verwachting is dat op het gehele budget € 13,4 mln. vrijvalt. Deze meevaller is nodig om de taakstelling op het RSP-programma te realiseren. Fase 3 van de gebiedsontwikkeling is financieel nog niet rond. Hier is nog financiering van derden nodig.
270
Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Provinciale Staten hebben in september 2014 de scope en de financiën voor de tweede fase van de gebiedsontwikkeling vastgesteld. Hoe hebben de genoemde risico’s zich ontwikkeld en zijn er nieuwe risico’s bijgekomen? Risico’s ten aanzien van faillissementen van aannemers zijn niet opgetreden. Wel zijn er calamiteiten geweest, zowel technisch (lekke aquaducten) als op het persoonlijke vlak (ongevallen op/bij het werk). Hoewel de verantwoordelijkheden hiervoor in eerste instantie bij de opdrachtnemers liggen, hebben wij als opdrachtgever actief geparticipeerd in evaluatie en oplossingen van deze calamiteiten. Financieel en voor de planning heeft dit geen consequenties gehad. Nu de weg in gebruik genomen is, valt een groot deel van de aan uitvoering gekoppelde risico’s weg. Risico blijft dat aannemers claimen na afronding van de werkzaamheden. Dit lijkt zich op dit moment in deze projecten niet voor te doen. Wel moet de derde fase van de gebiedsontwikkeling nog verder worden ingevuld. Gesprekken hierover lopen nog met gemeente en omgeving. Risico is dat de uiteindelijke inpassing niet past bij het budget dat binnen het project beschikbaar is. In de basis zullen dan derden met aanvullende dekking moeten komen.
1b
Drachtsterweg en omgeving beleid
tijd
geld
Drachtsterweg Leeuwarden Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? 2014 stond in het teken van de start van de realisatie. Als eerste zijn er grootschalige wegomleggingen uitgevoerd om ruimte te maken voor de bouwwerkzaamheden. Hierna zijn de bouwactiviteiten van het aquaduct gestart. Bij de bouw van het aquaduct in de Drachtsterweg is vertraging ontstaan. De aannemer heeft de grondgesteldheid onderschat, waardoor de werkzaamheden veel langzamer gingen dan verwacht. Dit betekent dat niet dit winterseizoen het aquaduct wordt afgerond, maar pas het volgende winterseizoen. In hoeverre dat past binnen de afgesproken mijlpalen is nog niet duidelijk. Voorlopig blijft de verwachting dat openstelling lukt voor april 2016. De planning staat echter onder druk. Aan de verdiepte ligging ten zuiden van het kanaal is in 2014 hard gewerkt. Er zijn 3 viaducten gerealiseerd en het grootste deel van de verdiepte ligging is uitgegraven. De werkzaamheden op dit gedeelte lopen voorspoedig en liggen ruim voor op planning. Wat heeft het gekost? Het project ligt financieel op koers. Van het totale budget van € 92,3 mln. is tot eind 2014 € 32,7 mln. uitgegeven. Op dit moment is de verwachting dat er 5,8 mln. aan budget overblijft op dit project. Dit bedrag wordt besteed aan de realisatie van de aan het RSP opgelegde taakstelling. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Er zijn geen zaken voorgelegd aan Provinciale Staten ter besluitvorming. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Het risico op vertraging bij de bouw van het aquaduct door omstandigheden in de ondergrond is opgetreden. Momenteel is er sprake van ongeveer 8 maanden vertraging. Er is verschil van inzicht met de aannemer over de oorzaak, gevolgkosten en de verantwoordelijkheden hiervoor. De discussie hierover loopt nog.
271
Als gevolg van de vertraging wordt extra ingezet op communicatie met de omgeving en gebruikers van de vaarweg. Inzet hierbij is begrip kweken, draagvlak behouden en door tijdige informatievoorziening claims te voorkomen.
1c
Noordwesttangent beleid
tijd
geld
Noordwesttangent Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Het project is in 2013 afgerond. De weg is in gebruik en functioneert naar behoren. In 2014 zou de eindafrekening plaatsvinden. Dat is niet gelukt, omdat met de aannemer nog afrondende gesprekken plaatsvinden om de problemen in de kruising met de Stienzer Hegedyk op te lossen. Het knelpunt zelf is wel opgelost. Wat heeft het gekost? Het totale budget van € 29 mln. is met € 2,5 mln. naar beneden bijgesteld. Op dit moment lopen de laatste onderhandelingen met de aannemer om te komen tot een eindafrekening van het project. Deze zal in 2015 zijn beslag krijgen. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Het besluitvormingstraject is in 2010 afgesloten. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Er zijn geen nieuwe risico’s meer opgetreden.
2
N31 Traverse Harlingen (programma 2) beleid
tijd
geld
N31 Traverse Harlingen Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In 2014 is het werk aan de tunnelbak en het aquaduct aanbesteed. Het werk voor de bouw van de verdiepte ligging in de Traverse N31 Harlingen is gegund aan Ballast Nedam. De aannemer is gestart met de uitvoering van het werk. Ballast Nedam werkt het ontwerp, de bouwlogistiek en de aanpak uit in een degelijk uitvoeringsplan. De werkzaamheden buiten zullen na de zomer van 2015 volop zichtbaar zijn. De weg gaat volgens planning eind 2017 open voor het verkeer. Naast het uitvoeren van het wegenproject is gezocht naar mogelijkheden om werk-metwerk te maken. Het is gelukt een koppeling te maken met de Vismigratierivier (VMR). De afvoer van de overtollige grond uit de traverse is voorzien als levering aan de VMR. Wat heeft het gekost? Het project ligt financieel op koers. Van het totale budget van € 149,4 mln. (prijspeil 2014) is tot eind 2014 € 10,4 mln. uitgegeven. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 zijn geen besluiten door Provinciale Staten genomen over de N31 Traverse Harlingen. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Er is een goede grip op de belangrijkste risico’s. Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor de uitvoering van het werk. De provincie draagt het financiële risico. Door de opgezette bestuurlijke alliantie en de provinciale inbreng in het project is de verwachting dat het
272
project goed zal verlopen en tot een goed resultaat zal komen. Tot dusver lijkt deze aanpak te slagen. Er ligt er een financiële afhankelijkheid met het doorgaan van de Vismigratierivier (VMR) als onderdeel van het project De Nieuwe Afsluitdijk. Binnen het project is voor het niet doorgaan van de VMR €4,9 mln. gereserveerd. De technische risico’s zijn scherp in het contract verwoord en liggen bij de aannemer. De risico’s in de uitvoering worden proactief gevolgd en wordt specifiek getoetst vanuit het contractbeheer van de samenwerkende partijen. Voor de grondverwerving wordt, zoals het eind 2014 staat, voor drie of vier gevallen tot feitelijke onteigening overgegaan. De procedure hiervoor is opgestart. In de planning van de uitvoering is hiermee rekening gehouden.
3
Verruiming Prinses Margrietkanaal (programma 2) beleid
tijd
geld
Verruiming Prinses Margrietkanaal De verruiming van het Prinses Margrietkanaal bestaat uit twee fasen. De eerste fase bevat de maatregelen voor de verruiming van het kanaal. De eerste fase is in 2013 afgerond. Fase 2 bestaat uit het aanpassen van de kunstwerken. Daarover gaat het vervolg. Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De werkzaamheden voor de nieuwbouw van de brug Burgum en de bijbehorende bochtafsnijding zijn gestart. Deze werkzaamheden liggen op schema. Verder is de objectstudie voor de bruggen Kootstertille en Skûlenboarch in 2014 afgerond. Deze studies zijn onderdeel van de planstudie voor de tweede fase van de verruiming hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl. Naast deze studies is het overleg gestart over de gewenste realisatie en de bijbehorende financiering. Wat heeft het gekost? Het project ligt financieel op koers. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 hebben de Staten ingestemd met het MER voor het watergebonden bedrijventerrein Skûleboarch-Westkern. In vervolg daarop is het Provinciaal Inpassingsplan (PIP) opgesteld. Dit wordt in 2015 in procedure gebracht. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Voor het beoogde watergebonden bedrijventerrein is geen sprake meer van een exploitatietekort. Daarmee is dit financiële risico beheerst. Het bedrijventerrein zal fasegewijs en vraaggestuurd worden ontwikkeld. Over de vervanging van de bruggen Skûlenboarch en Kootstertille zijn er nog geen toezeggingen gedaan door het Rijk. Er zijn gesprekken over de financiering, maar daarin is de provincie afhankelijk. Zeker gelet op de staat van de brug Skûlenboarch is vervanging op korte termijn wenselijk. Bestuurlijk is enkele jaren geleden vastgelegd dat uiterlijk in 2017 afspraken worden gemaakt over de termijn van uitvoering van de resterende drie Friese bruggen, zodat oplevering voor 2025 kan plaatsvinden.
273
4
N381 Drachten-Drentse grens (programma 2) beleid
tijd
geld
N381 Drachten-Drentse grens Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De weg is in 2014 aanbesteed en volop in uitvoering. Daarnaast zijn er twee gebiedsontwikkeling contracten aanbesteed. Het gaat om de contracten ‘recreatiepaden Drents-Friese Wold’ en de ‘Infrastructurele maatregelen onderliggend wegennet’. De overige contracten van de gebiedsontwikkeling zijn in voorbereiding en worden in 2015 aanbesteed en daarna uitgevoerd. De uitvoering van een aantal gebiedsontwikkelingsprojecten zal tot in 2016 doorlopen. Stand van zaken Gebiedsontwikkeling Op 6 oktober 2014 is de bestuursovereenkomst “Aanvulling gebiedsontwikkeling N381 Drachten – Drentse grens” getekend. Op basis van deze samenwerkingsovereenkomst met de gemeenten wordt meer geïnvesteerd in het gebied dan de eerder gemaakte afspraken. Wat heeft het gekost? Project ligt financieel op koers. Van het totale budget van € 190,2 mln. is tot eind 2014 € 61,1 mln. uitgegeven. De verwachting is dat op het totale budget € 18 mln. vrijvalt. Deze meevaller is nodig om de taakstelling op het RSP-programma en de taakstelling op programma 2 te realiseren. De meevaller is mogelijk door risicobeheersing, marktbenadering en als gevolg daarvan gunstige aanbestedingen. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Eind 2014 hebben Provinciale Staten een motie aangenomen om de geplande tunnel bij de oversteek van de N381 in de Oude Willem/Tilgrupsweg te verhogen, zodat ook huifkarren gebruik kunnen maken van de tunnel. Gedeputeerde Staten geven uitvoering aan deze motie. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Planning: De planning bij de opdrachtnemers (aannemers) staat onder druk. Alle opdrachtnemers hebben de opdracht gekregen om de nieuwe weg N381 eind 2015 in gebruik te hebben. De uitvoering van een aantal gebiedsontwikkeling maatregelen zal in 2016 gebeuren. Het gaat met name om de herinrichting van het oude tracé van de N381 en het aanbrengen van slijtlagen. De financiering is hierop aangepast en ook doorgeschoven naar 2016. Kabels en leidingen: Alle betrokken nutsbedrijven zijn volop bezig met de verlegging van de kabels en leidingen. Met een aantal nutsbedrijven is nog altijd discussie over welke regeling van toepassing is. Bij de financiële en administratieve afhandeling kan dit nog leiden tot (juridische) discussies met de nutsbedrijven. Grondverwerving: Bij één onteigeningsdossier wordt nog gewerkt aan een minnelijke financiële schikking. De provincie is wel juridisch eigenaar van deze gronden onder het PIP. De laatste afspraken moeten nog administratief/financieel worden afgehandeld. In het kader van de gebiedsontwikkeling N381 moeten nog een aantal gronden worden verworven. Deze verwerving heeft enige vertraging opgelopen, maar de verwachting is dat de verwerving begin 2015 zal worden afgerond. Deze verwerving gebeurt op basis van vrijwilligheid.
274
5
De Centrale As (programma 2) beleid
tijd
geld
De Centrale As Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In 2014 is volop in het gebied gewerkt aan de aanleg van de weg, de realisatie van de gebiedsontwikkeling én is de overeenkomst Kansen in Kernen voor Garyp ondertekend. De rondweg Garyp (deelgebied Zuid 1) is op 16 december 2014 opgeleverd door de aannemer Haarsma uit Tjerkwerd. De weg is op 16 januari 2015 opengesteld voor het verkeer. Ook de benodigde weidevogelcompensatie is met behulp van de agrariërs uit het gebied ingevuld. Dit was voorwaarde voor de openstelling van de rondweg. In Noord 2 (Dokkum - Feanwâlden) wordt nog druk gewerkt aan de aanleg van de weg. Met name bij de Doniawei zijn wat tegenslagen geweest, maar deze zijn ondertussen opgelost. De werkzaamheden aan het spoor (en dan met name het inschuiven) is een groot succes geweest. Niet alleen zijn de werkzaamheden voorspoedig verlopen, ook mochten we rekenen op een grote publieke belangstelling. In het zuidelijk deel zijn de voorbereidende werkzaamheden in een afrondend stadium gekomen. De aannemer start de werkzaamheden in maart van 2015. Verder is het goed om te noemen dat met name de werkzaamheden aan het aquaduct bij Burgum goed op schema lopen en er zich geen onvoorziene gebeurtenissen en vertragingen hebben voorgedaan. In 2014 hebben we veel vrijwillige kavelruilen succesvol kunnen afronden. De provinciale grondposities hebben hierin een belangrijke rol gespeeld. De minnelijke verwerving en de onteigening voltrekt zich daarmee volgens planning. De kavelruilprocessen lopen door tot het 1ste kwartaal van 2015. Mogelijk krijgt dit nog een vervolg in de Gebiedsontwikkeling 2de fase. Vanuit de gebiedsontwikkeling is het eerste project feestelijk geopend, namelijk een recreatief fietspad bij Noardburgum. Wat heeft het gekost? Project ligt sinds 2014 financieel op koers. Dit is een belangrijk resultaat van 2014. Van het totale budget van € 395,1 mln. is tot eind 2014 € 178,0 mln. uitgegeven. Het project heeft nog mogelijkheden om onvoorziene werkzaamheden op te vangen. De reservering hiervoor is iets kleiner dan gewenst. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Op 24 september 2014 hebben Provinciale Staten ingestemd met de onderdoorgang bij het spoor in Hurdegaryp en de aansluiting op de rondweg Hurdegaryp. Door dit besluit wijzigt de aansluiting op de rondweg in een turborotonde. In november 2014 is door Provinciale Staten een motie aangenomen over de 2 de fase van de gebiedsontwikkeling. Op 3 december zijn Provinciale Staten geïnformeerd over de financiële strategie van Kansen in Kernen. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? In het project wordt rekening gehouden met opbrengsten uit de verkoop van opstallen. Hiervoor is een bepaald verlies ingecalculeerd. Het risico is aanwezig dat de opbrengst lager zal zijn dan vooraf rekening mee is gehouden. Nu het project vordert zullen bepaalde gronden die teveel zijn aanschaft worden vervreemd. Dit gebeurt zoveel mogelijk in de kavelruilprocessen. De grondverwerving heeft zich in 2014 gunstig ontwikkeld. Op een beperkt aantal dossiers (minder dan 10) is de grondverwerving kritisch te noemen. Door in de uitvoering rekening te houden met de situatie van de grondverwerving heeft dit nu nog geen nadelige gevolgen voor de planning van de uitvoering. Het risico blijft bestaan dat op een gegeven moment de planning in het gedrang komt. Door het goed afstemmen van de werkzaamheden van de grondverwerving op de uitvoering van de aanleg van de weg worden de gevolgen van de mogelijke vertraging zoveel mogelijk geminimaliseerd. In het kader van gebiedsontwikkeling moeten nog gronden worden verworven. Deze verwerving gebeurt op basis van vrijwilligheid. Er bestaat een risico dat niet alle
275
maatregelen uit het vastgesteld Inrichtingsplan gebiedsontwikkeling De Centrale As gerealiseerd kunnen worden, omdat grondeigenaren niet vrijwillig mee willen werken aan de verkoop van de gronden. Dan zal gezocht worden naar alternatieven om de doelstellingen van de gebiedsontwikkeling toch te realiseren. Nu bepaalde onderdelen worden opengesteld voor het verkeer vindt er ook overdracht plaats van wegen tussen de verschillende wegbeheerders. Hierover worden duidelijke afspraken gemaakt tussen de verschillende overheden. Dit is een bestuurlijk aandachtspunt.
6
Investeringsagenda Drachten-Heerenveen (programma 2) beleid
tijd
geld
Investeringsagenda Drachten Heerenveen Vanwege het niet doorgaan van de spoorlijn Heerenveen-Groningen hebben Provinciale Staten op 18 juli 2012 besloten om € 24 mln. beschikbaar te stellen voor een investeringsagenda in Drachten en Heerenveen (IDH). Aanvullend verzoek was om andere middelen te zoeken om dit bedrag uit te breiden. Vanuit Wurkje foar Fryslân is voor deze investeringsagenda’s in totaal € 25,7 mln. beschikbaar gesteld. Het doel is om een eerste uitvoeringsparagraaf te maken voor de samenwerkingsagenda’s Smallingerland en Heerenveen. Daarnaast is het verzoek gedaan om het geld te besteden aan openbaar vervoer en te overleggen met de betrokken gemeenten en het relevante bedrijfsleven. Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Op 3 juli 2013 namen Provinciale Staten een besluit over de investeringsagenda Drachten-Heerenveen. Dit leverde een agenda op met een provinciale bijdrage van € 75,9 mln. In 2014 is vervolgens gestart met de voorbereiding van diverse projecten. Hierbij geldt dat de gemeenten Heerenveen en Smallingerland doorgaans het voortouw in de projecten hebben. In Smallingerland zijn nog geen projecten formeel ingediend, hoewel de ambtelijk voorbereidingen wel volop lopen. Projecten waarvan op korte termijn de formele aanvraag is te verwachten, zijn de Innovatieomgeving Drachten, Vaarweg Drachten en Binnenhaven Drachten. In Heerenveen is het eerste project uit de agenda uitgevoerd en opgeleverd. Dit betreft de verbetering van de bereikbaarheid IBF. De financiële afhandeling daarvan loopt nog, maar financieel lijkt dat binnen de afgesproken kaders gerealiseerd te zijn. Het grootste project binnen Heerenveen betreft RSP Bereikbaarheid Heerenveen. Hiervoor geldt dat het proces om te komen tot een nieuwe structuurvisie leidend is. Dit gemeentelijke proces loopt momenteel iets achter op de planning. Het bereikbaarheidsdeel moet wachten op de structuurvisie, zodat ook hier een heel kleine vertraging is ontstaan. De verwachting is dat dit in 2015 kan worden ingelopen. Wat heeft het gekost? Het programma Investeringsagenda Drachten Heerenveen ligt financieel op koers. De verwachting is dat het totale budget van gemeente én provincie van € 91,55 mln. toereikend is.
276
Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Binnen Heerenveen is in 2014 ook een scopewijziging in het programma doorgevoerd. In november 2014 hebben Provinciale Staten ingestemd met het vervangen van het project Brug Haskerveen door het project “reconstructie Molenplein”. Deze scopewijziging is budgettair neutraal doorgevoerd. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Het belangrijkste risico is dat door drukte bij de betrokken partijen de planvoorbereiding onder druk komt te staan. Tegelijkertijd zijn de gemeenten initiatiefnemer, waardoor de oorspronkelijke planning niet wordt gehaald. Regelmatig wordt hierover met de betrokken partijen gesproken. Verder is een goede grip op de risico’s.
7
Knooppunt Joure (programma 2) beleid
tijd
geld
7 Knooppunt Joure Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De procedure van de aanbesteding van het werk voor Joure is gestart. Het gaat om het werk de ombouw van het knooppunt en het verdiepen van de Langwarder Wielen. Het ondertunnelen van de Hollandiastraat wordt als een optie in het contract uitgevraagd. Daarnaast zijn de omvangrijke verleggingen van gas en water uitgevoerd en is de bomenkap aanbesteed én uitgevoerd. Voor de gebiedsontwikkeling is het gelukt om een aantal projecten aan het project toe te voegen, namelijk: de entree van Joure, het opruimen van de geluidswal inclusief de bestaande onderdoorgang in de Hollandiatraat, het opruimen en slopen bestaande A7 en onderhoudswerk aan de A6. Wat heeft het gekost? Project ligt financieel niet op koers. Het blijft namelijk onzeker of het project binnen budget kan worden gerealiseerd. Van het totale budget van € 70,6 mln. (o.b.v. de realisatieovereenkomst) is tot eind 2014 € 11 mln. uitgegeven. De onzekerheid komt vooral doordat het inlopen van de taakstelling van € 4,6 mln. bij de start van de aanbesteding is dit nog niet gelukt. Bij de 1 ste berap 2015 wordt u verder geïnformeerd en besluitvorming voorgelegd. Naast de synergie van de koppeling met de Langwarder Wielen en de BTW verrekening, blijft het project voor een belangrijk deel afhankelijk van een gunstige aanbesteding. Bij een tegenvallende aanbesteding zal de provincie extra moeten bijdragen. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 zijn geen besluiten door Provinciale Staten rond het knooppunt Joure genomen. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Er is een goede grip op de belangrijkste risico’s. Rijkswaterstaat heeft als aanbestedende dienst een belangrijk aandeel in de uitvoering van het werk en de provincie draagt het financiële risico. De technische risico’s zijn scherp in het contract verwoord en zijn binnen het contract bij de aannemer belegd. Daarnaast worden de risico’s in de uitvoering proactief gevolgd en wordt specifiek getoetst vanuit het contractbeheer van de samenwerkende partijen. Het risico dat de taakstelling niet kan worden ingelopen blijft. Het contract is zo scherp mogelijk uitgewerkt, waarbij een aannemer enerzijds zo veel mogelijk vrijheid krijgt in de uitvoering en anderzijds vooraf risico’s op meerwerk worden uitgesloten. Op deze manier wordt gekoerst op een zo gunstig mogelijke inschrijving. Daarnaast is het percentage onvoorzien ca. 5% te laag (€ 0,9 mln.). De verwachting is dat dit binnen het project kan worden opgelost.
277
Een tijdige openstelling van het werk is kritisch. De referentieplanning sluit wel binnen de gestelde bestuurlijke mijlpaal van eind 2017 ‘open voor verkeer’, maar er is weinig ruimte en rek in de benodigde uitvoeringstijd door de aannemer. Na de aanbesteding ontstaat meer zicht op deze onzekerheid. Het is niet gelukt in 2014 alle gronden tijdig minnelijk te verwerven. Voor de grondverwerving wordt op een drie- tot viertal dossiers onteigening verwacht. De procedure hiervoor is gestart in 2014. In het aanbestedingsdossier is duidelijk aangegeven dat de gronden uiterlijk februari 2016 in bezit zullen hebben.
8
RSP Spoorprojecten (programma 2)
Algemeen De RSP-Spoorprojecten zijn te verdelen in drie hoofdprojecten, namelijk: 1. Capaciteitsvergroting van de spoorverbinding Leeuwarden-Zwolle voor de uitbreiding van het aantal treinen van twee naar vier per uur in beide richtingen. 2. Capaciteitsvergroting van de spoorverbinding Leeuwarden-Groningen om de tweede sneltrein mogelijk te maken. 3. Aanleg van station Werpsterhoeke met een onderdoorgang voor auto’s, vrachtwagens en landbouwvoertuigen en een onderdoorgang voor fietsers en voetgangers. RSP spoorprojecten Capaciteitsvergroting Leeuwarden – Zwolle Kleine maatregelen Leeuwarden-Meppel Versnelling spoorbrug Van Harinxmakanaal Verbetering overwegveiligheid Rotstergaastweg Heerenveen Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega Verbetering baanvak Meppel-Zwolle (blokverdichting) Capaciteitsvergroting Herfte-Zwolle, inclusief aanpassing station Zwolle Capaciteitsvergroting Leeuwarden – Groningen Station Werpsterhoeke
beleid
tijd
geld
PS-besluiten Op 16 juni 2009 hebben Provinciale Staten ingestemd met de uitwerking van het Regio Specifiek Pakket (RSP) en daarmee met de uitwerking van de hiervoor genoemde spoorprojecten. Financiering RSP-Spoorprojecten De spoorprojecten worden gefinancierd uit de RSP-middelen die het rijk beschikbaar heeft gesteld. Voor de capaciteitsvergroting van de spoorverbinding LeeuwardenGroningen en de realisatie van station Werpsterhoeke is ook een regionale bijdrage van ca. 9% met het rijk afgesproken. De regionale bijdrage voor deze spoorprojecten worden op pakketniveau gefinancierd door de gemeente Leeuwarden. De capaciteitsvergroting van de spoorverbinding Leeuwarden-Zwolle wordt gefinancierd uit de RSP-middelen die beschikbaar zijn gesteld bij de motie “Koopmans”. Voor deze projecten is door het rijk in het kader van het RSP-convenant geen regionale bijdrage geëist. Wel is er op 17 december 2013 voor de capaciteitsuitbreiding Herfte-Zwolle een extra bijdrage van € 36 mln. vanuit de provincies Groningen, Fryslân, Drenthe en Overijssel afgesproken. Per hoofdproject wordt meer specifiek op de financiering ingegaan.
278
8a
Capaciteitsvergroting spoorverbinding Leeuwarden-Zwolle
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De capaciteitsvergroting Leeuwarden-Zwolle bestaat uit de volgende subprojecten: 1. Kleine maatregelen Leeuwarden-Meppel, taakstellend budget € 2,178 mln. motie Koopmans; 2. Versnelling spoorbrug Van Harinxmakanaal, taakstellend budget € 2,783 mln. motie Koopmans; 3. Verbetering overwegveiligheid Rotstergaastweg Heerenveen, taakstellend budget € 1,815 mln. motie Koopmans en vaste bijdrage gemeente Heerenveen van € 0,1 mln. uit Investeringsagenda Drachten-Heerenveen; 4. Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega taakstellend budget € 12 mln. Bijdrage uit motie Koopmans € 10,5 mln. Vaste bijdrage gemeente Weststellingwerf € 1,5 mln. 5. Verbetering baanvak Meppel-Zwolle; taakstellend budget € 12,221 mln. motie Koopmans; 6. Capaciteitsvergroting Herfte-Zwolle, inclusief aanpassing station Zwolle en opstel- en servicecapaciteit. De totale kosten bedragen €225 mln. Deze worden voor € 93 mln. gedekt uit reeds beschikbare Rijks middelen (waarvan €70 mln. motie Koopmans). De provincies Groningen, Drenthe, Overijssel en Fryslân hebben aanvullend op dit budget gezamenlijk €36 mln. beschikbaar gesteld als regionale bijdrage. Als provincie Fryslân dragen wij hieraan €10 mln. bij uit de Investeringsagenda Drachten-Heerenveen. Het resterende deel van €96 mln. is voor rekening van het Rijk. Deze zes projecten worden door ProRail uitgevoerd. De formele opdrachtgever is het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Voor de onder punt 2, 3 en 4 genoemde projecten is de provincie inhoudelijk opdrachtgever. Bij de onder punt 1, 5 en 6 genoemde projecten zijn de provincies Groningen, Drenthe, Fryslân en Overijssel in meer of minder mate betrokken. Voor het traject Leeuwarden-Zwolle loopt een planstudie naar de nog te treffen maatregelen voor de 4e trein Leeuwarden-Zwolle. Inmiddels is duidelijk dat maatregelen getroffen moeten worden met betrekking tot tractie (stroomvoorziening), perroncapaciteit Meppel en overwegveiligheid. Financiering van deze maatregelen is voorzien vanuit de onder 1 en 5 genoemde projecten. De kans is aanwezig dat de beschikbare middelen niet toereikend zijn. Aanvullende financiering zal gezocht moeten worden bij IenM en/of ProRail binnen bestaande budgetten. Voor de spoorbrug Van Harinxmakanaal (project 2) is de aanbestedingsprocedure doorlopen en is op 28 juni 2014 gegund aan Imtech. Voor de Rotstergaastweg Heerenveen (project 3) is de planstudie bijna gereed. De verkennende gesprekken m.b.t. grondverwerving zijn opgestart. Voor de Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega (project 4) heeft de aanbesteding plaatsgevonden en is in juni 2014 gegund aan Mobilis. Openstelling van de onderdoorgang is voorzien in april 2016. De planuitwerkingsfase van het project Zwolle-Herfte (project 6) loopt. Het project moet in 2021 zijn gerealiseerd. Er is in een realisering van een eerste fase voorzien in december 2017. NS en ProRail proberen om toch al in 2017 de lange stop van 11 minuten van de Leeuwarder IC te Zwolle met 3 minuten te verminderen. Het hiervoor opgestarte lobby proces is succesvol geweest.
279
Wat heeft het gekost? Ad 1 en 5. Voordat de planstudie voor deze projecten kan worden opgestart moet eerst een alternatievenstudie tracé Leeuwarden-Zwolle worden uitgevoerd. Er zijn derhalve nog geen planstudiekosten gemaakt. Ad 2. Van het beschikbare budget voor de Spoorbrug Van Harinxmakanaal is voor de planstudie en realisatie tot en met 2014 € 655.000,- uitgegeven. Ad 3. Van het beschikbare budget voor de Rotstergaastweg Heerenveen is tot en met 2014 € 165.000,- uitgegeven. Ad 4. Van het beschikbare budget voor de Ondertunneling spoorkruising ‘Om den Noort’ in Wolvega is tot en met 2014 € 750.000,- uitgegeven. Ad 6. De kosten voor de planuitwerking van Herfte-Zwolle en ZwolleSpoort komen niet ten laste van de Regio. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Met betrekking tot de onder 1 tot en met 6 genoemde projecten zijn in 2014 door Provinciale Staten geen besluiten genomen. Wel zijn Provinciale Staten geïnformeerd over de: Uitkomst besluitvorming capaciteitsuitbreiding treinspoor Zwolle-Herfte per brief van 21 januari 2014 met kenmerk 01107832; Spoorbereikbaarheid van Fryslân per brief van 22 april 2014 met kenmerk 01123674; Realisatie versnelling spoorbrug Van Harinxmakanaal per brief van 11 augustus 2014 met kenmerk 01149353. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Tijdens het bestuurlijk overleg van de provincies Groningen, Fryslân, Drenthe en Overijssel met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu op 17 december 2013 is afgesproken dat het Rijk risicodrager wordt voor capaciteitsvergroting Herfte-Zwolle. De risico’s van de andere Koopmansprojecten moeten binnen het totaal aan de overige Motie Koopmansprojecten worden opgevangen.
8b
Capaciteitsvergroting spoorverbinding Leeuwarden-Groningen
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In 2014 wilden we de scope van het project vastzetten. In september 2014 heeft besluitvorming over de voorgestelde maatregelen plaatsgevonden in de gemeenteraad van Leeuwarden. Ingestemd is met de maatregelen voor overweg Schrans, saneren halte Achter de Hoven, verlengen van station Camminghaburen en de aanpassing van het oostelijk deel van station Leeuwarden. De lang besproken fietstunnel wordt niet gerealiseerd. Om de overwegveiligheid minimaal gelijk te houden, is gezocht naar een alternatief project. Deze is gevonden door bij Hurdegaryp twee overwegen te vervangen door één onderdoorgang. Provinciale Staten heeft op 24 september 2014 een besluit genomen over de tunnel en de aansluiting op de rondweg Hurdegaryp in de vorm van een turborotonde. Het lag in de bedoeling om in 2014 de uitvoeringsovereenkomst tussen ProRail, ministerie van IenM, provincie Groningen en provincie Fryslân te sluiten. Op één aspect na is er overeenstemming: Met IenM is een meningsverschil over Beheer en Instandhouding van de toeleidende bakken van de tunnels Paterswoldseweg en Hurdegaryp. Naar verwachting is hier begin 2015 een oplossing voor gevonden.
280
Wat heeft het gekost? Van het totale budget van € 120 mln. (prijspeil 2007) dat het rijk beschikbaar heeft voor de spoorverbinding Leeuwarden-Groningen is tot en met 2014 € 8,4 mln. besteed. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Door Provinciale Staten is op 24 september 2014 o.a. besloten: garant te staan voor de financiering van de spoorwegonderdoorgang Hurdegaryp, voor zover niet gedekt door subsidie uit het Landelijk Verbeterprogramma Overwegen met een maximum van € 10 mln.;
Gedeputeerde Staten te verzoeken om te komen met een voorstel voor de dekking van de onder het vorige punt genoemde financiering;
de garantstelling te heroverwegen bij het niet-toekennen van LVO-bijdrage voor een onderdoorgang in Hurdegaryp en Provinciale Staten verzoeken Gedeputeerde Staten om in dat geval met een nieuw voorstel te komen.
Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? In 2013 heeft ProRail besloten om in het kader van het programma ‘Robuust Spoor’ het spooremplacement bij station Leeuwarden niet meer aan te passen. Het niet doorgaan van deze aanpassingen leidt ertoe dat het spoorproject Leeuwarden – Groningen met extra kosten wordt geconfronteerd. In 2014 is duidelijke geworden dat deze extra kosten vooralsnog binnen het budget kunnen worden opgevangen. Verder is 2013 duidelijk geworden dat er met de geplande overwegmaatregelen op het Friese traject van de spoorverbinding Leeuwarden-Groningen nog onvoldoende compensatie wordt geboden voor het rijden van de extra sneltrein. In 2014 is duidelijk geworden dat door toevoeging van een traverse bij station Hurdegaryp voldoende compensatie kan worden geboden. In plaats van de traverse is nu een onderdoorgang voor fiets- en autoverkeer bij Hurdegaryp voorzien. Deze onderdoorgang zorgt voor meer dan voldoende compensatie. Tot nu is voor de investeringskosten van de onderdoorgang uitgegaan van een schatting van € 15,5 mln. Door ProRail wordt nog een raming uitgevoerd. Begin 2015 is deze gereed en bekend of deze al dan niet hoger uitvalt dan de schatting van € 15,5 mln. Voor de onderdoorgang is de bijdrage uit het Landelijk Verbeterprogramma Overwegen (LVO) een van de financieringsbronnen. In Memorie van Toelichting tunnel Hurdegaryp (brief 1160003, behorende bij het statenvoorstel Onderdoorgang Hurdegaryp) van 17 september 2014 is aangeven dat de verwachte LVO-bijdrage maximaal € 6 mln is. De verwachting is dat de aanvraag kansrijk is, maar niet voor het genoemde bedrag van € 6 mln. Hierdoor wordt de kans groter dat we een deel van de garantstelling uit het besluit van Provinciale Staten op 24 september 2014 nodig hebben. In mei 2015 wordt de hoogte van de bijdrage duidelijk.
8c
Station Werpsterhoeke
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In 2014 wilden we de uitvoeringsovereenkomst sluiten, de gasleiding verleggen, de grond verwerven en de onderdoorgangen aanbesteden. Het lag in de bedoeling het project begin 2014 aan te besteden. Echter grondverwerving duurde langer dan verwacht. De grond is eind oktober 2014 verworven en de aanbestedingsprocedure is eind 2014 gestart. De openstelling van de onderdoorgangen staat gepland voor december 2016. Dit is nog op tijd voor de extra (4 e) trein die gaat rijden tussen Leeuwarden en Meppel (de onderdoorgangen dienen als veiligheidsmaatregel voor deze intensiteitsverhoging). De gasleiding is in de zomer van 2014 verlegd. De uitvoeringsovereenkomst voor beide onderdoorgangen, tussen ProRail, ministerie van IenM en provincie, is medio 2014 gesloten.
281
Wat heeft het gekost? De vertraging in de aanbesteding heeft nauwelijks geleid tot extra kosten vanwege de gekozen organische projectstructuur. Van het budget van € 21 mln. is circa € 1 mln. besteed. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 zijn door Provinciale Staten geen besluiten genomen met betrekking tot station Werpsterhoeke. In de vergadering van 18 september 2013 is door Provinciale Staten een motie aangenomen waarbij Gedeputeerde Staten gevraagd worden om met de NS in gesprek te gaan om ook bij minder dan 1000 in- en uitstappers te stoppen bij station Werpsterhoek, de financiële consequenties daarvan in kaart te brengen, alsmede de voor- en nadelen. De resultaten hiervan dienen in de eerste helft van 2016 naar Provinciale Staten te worden gestuurd. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Het risico m.b.t. de grondaankoop heeft geleid tot vertraging. De risico’s m.b.t. de aanwezigheid van vleermuizen en/of vogels hebben zich niet voorgedaan, dan wel worden voldoende beheerst. In 2014 is een nieuw risico opgetreden, namelijk de ligging van een waterleiding, waardoor de onderdoorgangen mogelijk niet binnen de eisen gerealiseerd kunnen worden. In de aanbestedingsprocedure is hiervoor een beheersmaatregel getroffen. Wanneer de markt dit aangeeft zal de leiding door Vitens worden verlegd.
3 – Overige projecten
9
Heerenveen, stad van Sport (Nieuw Thialf, programma 6)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
Start aanbestedingsprocedure exploitatie Thialf Afronding ontwerpfase vernieuwbouw wedstrijdhal Vervanging ijsvloer wedstrijdhal in het zomerseizoen van 2014
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In april 2014 hebben we de bouwteamfase afgesloten en zijn wij vervolgens gestart met de bouw. Door juridische procedures rond de gunning moest de bouwteamfase later worden gestart met vertraging als gevolg. Eind september hebben wij de bouwteamfase afgerond en hebben wij een Engineer & Build contract gesloten met Ballast Nedam. De werkzaamheden zijn begonnen in november 2014. Ondanks de latere start van de werkzaamheden verwachten wij dat de einddatum van 1 juli 2016 zal worden gehaald met een mogelijke uitloop naar 1 oktober 2016. Wat heeft het gekost? De overname van de aandelen heeft € 4 mln. gekost. De subsidie voor Nieuw Thialf bedraagt € 50 mln.. Daarvan is € 30 mln. afkomstig uit de Investeringsagenda Wurkje foar Fryslân. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 is geen besluitvorming door Provinciale Staten genomen over dit dossier. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Er zijn risico’s voor de exploitatie en het vernieuwbouwtraject, omdat de provincie voor
282
twee derde aandeelhouder is van Thialf OG BV. Ten aanzien van de provinciale subsidie voor de wedstrijdhal geldt geen staatssteunrisico meer, omdat door de Europese Commissie toestemming is verleend. Deze toestemming geldt uitsluitend voor de vernieuwbouw van Thialf en niet voor een separate toptrainingsbaan.
10
University Campus Fryslân (UCF) (programma 8)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
University Campus fase 1: besteding van de eerste tranche van € 7 mln. aan de ontwikkeling van promovendieplaatsen, flankerende maatregels, masteropleidingen en initiatieven op het gebied van kennisvalorisatie. University Campus fase 2: September 2013-2015: besteding van de tweede tranche van € 7 mln. aan de ontwikkeling van promovendiplaatsen, flankerende maatregelen, masteropleidingen en initiatieven op het gebied van kennisvalorisatie
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? UCF1 fase 1 (2011-2015): De ontwikkeling van UCF draagt bij aan een hoogwaardige en academische kennisinfrastructuur, beter gekwalificeerd personeel en het versterken van de regionale innovatiekracht. Met deze strategie willen wij een beter functionerende arbeidsmarkt realiseren, hoger opgeleiden beter binden en de transitie naar een duurzame economie stimuleren door gebruik te maken van de vaak unieke sterktes van de regio. Op dit moment wordt het universitair onderwijs en onderzoek in Fryslân via UCF vormgegeven met de oprichting van een mastercollege en een onderzoeksschool. In het kader van het mastercollege worden inmiddels drie masteropleidingen gegeven. Voor het studiejaar 2014-2015 nemen 90 studenten hieraan deel. In het kader van de onderzoeksschool zijn in de periode 2011-2014 35 promotieprojecten gehonoreerd en inmiddels grotendeels in uitvoering. Op dit moment zijn onder de verantwoordelijkheid van UCF nog vier masters in ontwikkeling en is een gevalideerd honoursprogramma ontwikkeld voor excellente studenten bèta en techniek dat in 2014 is gestart. Voor de officiële erkenning en de accreditatie van de in ontwikkeling zijnde masters binnen de nieuwe opleidingen van Fryslân, is het van belang dat de algemene Beleidsregel Doelmatigheid Hoger Onderwijs 2014 wordt toegepast door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW). Op verzoek van OCW hebben wij een Kennisagenda opgesteld. Deze agenda vormt de basis voor het opzetten van erkende en geaccrediteerde opleidingen in de provincie Fryslân in de komende jaren. Wij zijn nu in afwachting van het ministerie van OCW op de formele reactie. UCF 1 fase 2 (18 september 2013 - 1 mei 2015): Op dit moment lijkt het erop dat niet alle producten binnen het tijdsbestek kunnen worden geleverd. Binnen UCF1 is geld gereserveerd voor de ontwikkeling zeven masters. Op dit moment zijn nog vier masters in ontwikkeling en het is nog niet met volle zekerheid te zeggen of alle beschikkingen voor deze masters voor 1 mei 2015 kunnen worden afgegeven. In de praktijk blijkt dat de voorbereiding en de onderhandelingen met de kennispartijen meer tijd vergen dan van tevoren was ingeschat. UCF heeft extra maatregelen getroffen en tijdelijk iemand ingehuurd die als opdracht heeft om dit proces vlot te trekken om toch de besluitvorming en de subsidiebeschikkingen voor de geplande masters nog voor 1 mei 2015 rond te kunnen krijgen.
283
Transitie (1 mei 2015 – 31 december 2015) / UCF 2 (vanaf 2016): UCF is medio 2014 geëvalueerd. De kwaliteit, het maatschappelijk belang en de resultaten van het werk van UCF werden zeer positief beoordeeld door de externe evaluatiecommissie Hoekstra. Als verbeterpunten zijn aangegeven: versterk de samenwerking met Fries kennispartijen, werk het huidige governance- en verdienmodel robuuster uit en zorg voor een sterke partij die op de lange termijn achter UCF staat. Op basis van het advies zijn wij in gesprek met de Rijksuniversiteit Groningen en de gemeente Leeuwarden voor de planvorming voor UCF2. In UCF2 zullen de activiteiten van UCF1 worden voortgezet, versterkt en daar waar mogelijk uitgebreid. Een interessante nieuwe dimensie in de UCF2-plannen is het opzetten van een Elfde Faculteit met een residential college in Leeuwarden. In juni wordt hiervoor een voorstel aan Provinciale Staten voorgelegd. Binnen Wurkje foar Fryslân zijn financiën gereserveerd voor de transitieperiode. Wat heeft het gekost? Op 26 januari 2011 hebben Provinciale Staten een bedrag van € 16,4 mln. voor het ‘Programma University Campus Fryslân 2010-2015´beschikbaar gesteld. Dit betreft € 2,4 mln. voor de organisatie van de stichting UCF voor vier jaar (€ 600.000,- per jaar) en € 14 mln. voor projecten. De projectmiddelen van € 14 mln. zijn in 2011 en 2013 in twee tranches van € 7 mln. door Provinciale Staten vrijgegeven voor de uitvoering van het ‘Programma University Campus Fryslân 2010-2015’. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Er heeft in 2014 geen besluitvorming door Provinciale Staten plaatsgevonden over dit dossier. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De uitvoering is op afstand gezet in de Stichting UCF. Hierdoor is er een grote mate van afhankelijkheid gecreëerd ten aanzien van de realisatie van de doelen van het programma. Door regelmatig overleg op ambtelijk en bestuurlijk niveau en kwartaalrapportages monitoren wij de voortgang intensief en sturen wij indien wenselijk bij. Door een dynamisch risicobeheersingssysteem, dat periodiek geactualiseerd wordt, brengen wij alle mogelijke risico´s in beeld en hebben wij beheersmaatregelen hiervoor geformuleerd.
11
Culturele Hoofdstad 2018 (programma 8)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
In 2014 wordt gestart met een meerjarig programma in het kader van KH2018. Dat programma culmineert in een hausse aan activiteiten in 2018.
Programma Kulturele Haadstêd Leeuwarden is op 6 september 2013 uitgeroepen tot Europese Culturele Hoofdstad in 2018. Op 21 mei 2014 is dit besluit formeel bekrachtigd door de Raad van de Europese Unie. Van 2014 tot 2019, met als hoogtepunt 2018, presenteert Leeuwarden – Fryslân zich namens Nederland op Europees niveau met minstens veertig grote culturele evenementen. Leeuwarden – Fryslân 2018 moet een evenement worden voor alle Nederlanders. Dat doen we in samenwerking met andere steden en gebieden, zowel nationaal als internationaal. De uitvoering van het bidbook geschiedt onder verantwoordelijkheid en regie van de onafhankelijke Stichting KH18. De opgave van stichting KH 2018 is het realiseren van 41 events in 2018, in nauw samenspel met de mienskip. Daarnaast geeft zij bindend inhoudelijk advies inzake andere initiatieven en events die aansluiten bij het bidbook, terwijl gemeente/provincie het accountmanagement vervullen voor de primaire zakelijke
284
beoordeling van dergelijke initiatieven. Samenwerkingsagenda Leeuwarden – Fryslân 2018 Leeuwarden – Fryslân 2018 zal katalysator zijn van maatschappelijke verandering. Het zal cultureel, sociaal, ecologisch en economisch een impuls geven aan stad en regio. Dat is de onderliggende agenda van Leeuwarden – Fryslân 2018. Samen verleggen we onze grenzen en verbinden we ons met de rest van Nederland en Europa. De impuls die we nastreven, moet ingebed zijn in de ontwikkelingen van dorpen, wijken, steden. Immers, alleen dan komt de Iepen Mienskip daadwerkelijk tot stand. Alleen dan zal de lange termijn ontwikkeling duurzaam zijn. Alle betrokken partijen werken hieraan. Onderliggende doelstelling van de stad en regio is dat urgenties rondom de vroege schoolverlaters, het relatief lagere opleidingsniveau in de regio, een relatief hoger werkloosheidspercentage en de hoeveelheid kinderen in achterstandswijken die leven onder de armoedegrens worden aangepakt. Over de aanpak van deze maatschappelijke uitdagingen hebben wij met Leeuwarden ambitieuze afspraken gemaakt in de Samenwerkingsagenda 2013 - 2025. Kulturele Haadstêd zal een vliegwiel zijn in het aanpakken van deze urgenties: Kulturele Haadstêd zorgt voor de dynamiek en vernieuwing die nodig is om van de lange termijn agenda een succes te maken. In de samenwerkingsagenda zijn programma’s en projecten voor de lange termijn beschreven op basis van de E’s uit het bidbook (Entrepreneurship, Empowerment, Ecology, Experience en Europe) en in het algemeen over de thema’s economie, mienskip, onderwijs en participatie, die door Kulturele Haadstêd een Europees platform krijgen maar andersom ook Kulturele Haadstêd versterken. Wat is er in 2014 gebeurd? Het jaar 2014 is benut om een passende organisatie samen te stellen en de samenwerking tussen ons, de stichting en gemeente Leeuwarden te verdiepen. Eind 2014 was de directie van de stichting KH18 voltallig en zijn verschillende producers benoemd. Daarnaast is er een marketing- en communicatieplan opgesteld, is het subsidie-informatiepunt STIPE 2018 van start gegaan en zijn de meeste projecten gestart. In de media ontstaat steeds meer belangstelling voor KH18 waardoor de bekendheid zowel regionaal, nationaal als internationaal toeneemt. Wat heeft het gekost? In 2014 hebben wij met betrekking tot de uitvoering van het bidbook Kulturele Haadstêd een subsidie verleend van €850.000. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Bij de kadernota 2014 hebben Provinciale Staten ingestemd met het beschikbaar stellen van € 8,6 mln. voor de periode 2016-2018. Bij de kadernota 2013 was al € 2,4 mln. beschikbaar gesteld voor de periode 2014-2015. Voor de totale periode is daarom een totale provinciale bijdrage van € 15,8 mln. gereserveerd. Verder hebben Provinciale Staten een motie ingediend over het uitgangspunt dat de organisatiekosten van Kulturele Haadstêd maximaal 4% mogen bedragen van de totale begroting. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Wij staan met de gemeente Leeuwarden voor de opgave om een succes te maken van Kulturele Haadstêd 2018 als katalysator voor de gezamenlijke doelen op het terrein van participatie, onderwijs en werkgelegenheid. Dit vraagt van ons en de gemeente forse veranderingen als het gaat om de uitoefening van de rol, inhoudelijke werkterreinen, budgetten en organisatie. De uitvoering is op afstand gezet bij de stichting Kulturele Haadstêd. Hierdoor is er een grote mate van afhankelijkheid gecreëerd ten aanzien van de realisatie van de doelen van het programma. Door regelmatig overleg op ambtelijk en bestuurlijk niveau en
285
(financiële) rapportages monitoren wij intensief de voortgang en sturen wij indien wenselijk bij.
12
Europese watertechnologiehub (programma 6)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
Opzetten en uitwerken valorisatieprogramma van watertechnologie in de regio.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De ambitie is om Nederland te ontwikkelen tot de Europese Watertechnologie Hub, met de Water Campus in Leeuwarden als kristallisatiepunt. Het is de bedoeling het bestaande netwerk uit te bouwen tot meer dan 150 bedrijven en 30 universiteiten/instellingen uit binnen- en buitenland. Samen willen we structureel werken aan ontwikkeling en vermarkting van nieuwe watertechnologieën. We willen een wereldleider worden op het terrein van innovatieve watertechnologie. Dit betekent een groei van het aantal kenniswerkers op en rond de Watercampus Leeuwarden tot 2000 werknemers in 2020 en een forse toename van werkgelegenheid bij toeleverende industrie en dienstverlening. Daarmee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan het nationale topsectorenbeleid, de grote maatschappelijke uitdagingen van de EU en de Millenniumdoelen van de Verenigde Naties op het gebied van voldoende en veilig water en sanitatie. De bouw van de uitbreiding van de Water Campus is afgerond. De campus is uitgebreid met een bedrijvenverzamelgebouw bestaande uit kantoren, laboratoria, ontmoetingsruimten en een parkeervoorziening. De officiële opening vond in januari 2015 plaats. Wat heeft het gekost? Provinciale Staten hebben op 23 september ingestemd om € 13 mln. uit het Regio REP ter beschikking te stellen aan het valorisatieprogramma watertechnologie, dat vorm is gegeven door middel van het Uitvoeringskader Watertechnologie 2014-2020. Voor 2014 is geen geld gereserveerd. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Op 23 september hebben Provinciale Staten ingestemd met het Uitvoeringskader Watertechnologie voor de periode 2014-2020. In dit kader hebben wij onze rol weergegeven met daarbij onze aanpak om kennisvalorisatie te bevorderen op basis van de 4 T’s: (1) technologie (research en infrastructuur), talent (educatie), tolerantie (ruimte aan experiment) en transnationale samenwerking (internationalisering) Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Bezuinigingen rijk op het innovatiebeleid De innovatiebudgetten van rijkswege moeten over veel topsectoren worden verdeeld; dit heeft gevolgen voor de omvang van de innovatiebudgetten voor watertechnologie. Het rijk kijkt nadrukkelijk naar de regio’s voor bijdragen in het topsectorenbeleid. Minder EFRO-geld voor realisatie Europese watertechnologiehub Het EFRO-budget voor de periode 2014-2020 is fors gekrompen (zie ook hoofdstuk 6.1, onderdeel bedrijvigheid). Hierbij is aandacht nodig voor de financiering van de voorfases in het innovatieproces, bijv. bij het ontwikkelen van nieuwe kennis en het up-to-date houden van open innovatiesystemen. Andere EU-budgetten zoals Horizon 2020 bieden mogelijkheden, maar vergen excellentie, internationale samenwerking en sterke
286
concurrentie. De Europese regels voor ondersteuning van innovatieclusters zijn aangescherpt. Micro-macro paradox Een risico is dat regionale partijen het eigen belang voorop stellen boven het algemeen belang van de ontwikkeling van de Europese watertechnologie hub.
13
Het Friese Merenproject (programma 6)
Gewenste resultaten Beleidsveld 6.2 - Toerisme en recreatie 1. Grenzeloos Varen 1.1. Voortzetten en afronden van projecten voor opwaardering bestaande en nieuwe verbindingen (Turfroute, Polderhoofdkanaal, Noordelijke Elfstedenvaarroute, Lutscomplex en Middelseeroute). 1.2. De nieuwe sluis in Stavoren wordt in gebruik genomen. De drempelverlaging van de sluis in Workum wordt opgeleverd. 1.3. We beginnen met de uitvoering van de verhoging van de brug in Jirnsum. 1.4. Voortzetting onderzoek naar mogelijkheden de bedieningstijden van bruggen te verruimen door gemeentelijke bruggen aan te laten haken bij de provinciale bedieningsorganisatie. De focus ligt op de cluster Leeuwarden-Zuid (incl. gedeelte Boarnsterhim) en de Staande mastroute naar Lauwersoog. 1.5. Wij zijn in Boarnsterhim gestart met een integrale aanpak om baggerachterstanden in de gemeente en in de Âlde Feanen weg te werken. Met de gemeenten Súdwest-Fryslân en De Friese Meren zijn we in gesprek over een vergelijkbare aanpak. 2. Bestedingen aan de Wal 2.1. De uitvoering van het masterplan Earnewâld, Franeker, Balk, Joure, Dokkum, Bolsward, Heeg, Woudsend en IJlst en de versterkingsplannen Delfstrahuizen (Zuidoever Tjeukemeer), Harlingen, Lemmer, Stavoren, Workum en Makkum worden gestart dan wel voortgezet. 2.2. De uitvoering van het versterkingsplan voor de toegangspoort Lauwersmeer wordt gestart op basis van de in 2013 gemaakte afspraken. 2.3. Met de gemeente Leeuwarden wordt, op basis van de afspraken die eind 2013 gemaakt zijn, invulling gegeven aan de versterking van Leeuwarden als watersportkern. 2.4. Het project ‘Stevenshoek Langweer’ wordt afgerond. 2.5. In 2014 worden nadere voorstellen uitgewerkt rond de invulling van het thema Gastvrijheid. 3. Mitigatie, ecologie en duurzaamheid 3.1. De in 2013 gestarte inrichting van het gebied aan de noordoever van het Snitser Mar (Potskar, Gauster Hoppen) inclusief het kadewerk aan de Griene Dyk wordt in 2014 voortgezet en in 2015 afgerond. 3.2. Ook in de gebieden rond de andere Friese meren worden in 2014 natuurontwikkelingsprojecten gestart. 3.3. Op verschillende plaatsen in het merengebied worden eilandjes voor natuur en recreatie hersteld of nieuw aangelegd, onder andere in de Aldegeaster Brekken. 3.4. De naleving van de erecode in de - in oktober 2013 ingestelde winterrustgebieden zal in 2014 voor het eerst geëvalueerd worden. 3.5. Schoon water is belangrijk voor de recreatie, vandaar dat de vuilwaterinzameling verder wordt bevorderd. 3.6. We gaan meer investeren in natuurbeleving en –educatie.
287
Beleid
Tijd
Geld
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Toelichting Grenzeloos Varen: 1.3. Brug Jirnsum Door de overgang van het deel van de gemeente Boarnsterhim waar de brug ligt naar Leeuwarden is discussie ontstaan over het ontwerp van de brug. Het door de raad van Boarnsterhim goedgekeurde ontwerp is heroverwogen en op enkele punten herzien. Dit heeft geleid tot vertraging. De prognose is dat de brug in april 2016 gereed is. 1.4. Brugbediening Het aanhaken van gemeentelijke bruggen aan het provinciaal afstandsbedieningsproject gaat moeizaam vanwege de ongunstige financiële positie van de meeste gemeenten. Motie 3 die tijdens uw bijeenkomst van 17 december is aangenomen schept meer financiële ruimte om de gemeenten te ondersteunen. 1.5. Wegwerken baggerachterstand Met de voormalige gemeente Boarnsterhim en Súdwest Fryslân hebben wij overeenkomsten gesloten over het planmatig wegwerken van de baggeropgaven. Vanuit het Friese Merenproject dragen wij hieraan financieel bij en verzorgen wij deels ook de projectleiding. Momenteel zijn deze programma’s in voorbereiding en in uitvoering. Eind 2018 zijn deze programma’s afgerond. Met de overige provincies hebben wij afspraken gemaakt in het kader van de overdracht vaarwegen over afkoop of zelfstandig wegwerken van de achterstanden. De afkoopsommen zijn in 2014 betaald (binnen programma 2). Toelichting Mitigatie, ecologie en duurzaamheid: 3.2. Natuurprojecten Voor de in uitvoering te nemen natuurprojecten geldt dat er vertragingen zijn optreden. Dat komt enerzijds door de intensieve samenwerking (werk-met-werk, maar daarmee ook wachten op de traagste) en anderzijds het complexe karakter van veel maatregelen, waar veel nader onderzoek voor nodig is. Ook moesten wij bij de aankoop en inrichting van natuurgebieden wachten op het Aankoop Strategie Plan voor het Merengebied. Het geraamde budget kan daarom pas een jaar later, in 2015, worden ingezet. 3.3. Herstel eilandjes In het Snitser Mar en de Terkaplester Puollen worden in totaal vijf eilandjes hersteld voor recreatie en natuur. Door het innovatieve karakter daarvan hebben procedures lang geduurd, maar zijn eind 2014 de eerste twee eilanden aangelegd. De overige drie elanden worden volgend jaar buiten het vaarseizoen, dus in het najaar van 2015, aangelegd. Wij verwachten in 2015 overeenstemming over het herstel van drie eilandjes in de Aldegeaster Brekken. Electric-only routes De route Heeg-Aldegea-Heeg is in uitvoering genomen en dit willen wij in 2015 afronden. Over de Reitmarroute hebben wij op bestuurlijk niveau nog geen overeenstemming over de financiering. Voor wat betreft de Electric only route Bûtenfjild hebben wij wel bestuurlijke afspraken gemaakt met de gemeenten Dantumadiel en Tytsjerksteradiel. De uitvoering start in 2015; de prognose is dat de route eind 2016 gereed zal zijn. Wat heeft het gekost? De programma uitgaven over 2014 bedragen € 7 mln.. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Provinciale Staten hebben in 2014 geen besluiten genomen over het Friese Merenproject.
288
Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld en zijn er nieuwe risico’s bijgekomen? Algemeen risico is het feit dat de werkzaamheden samen met derden (gemeenten) worden opgepakt; hierdoor kan vertraging in de besluitvorming ontstaan. Een aantal programma gerelateerde risico’s betreffen Langweerder Wielen, natuurcompensatie Polderhoofdkanaal en de natuurcompensatie Alddjip. De prognose einde werk is op dit moment nog een financieel risico (tekort van € 0,5 mln.).
14
De Nieuwe Afsluitdijk (programma 6) beleid
tijd
geld
De Nieuwe Afsluitdijk Wat wilden we bereiken en wat hebben we bereikt? Op 21 januari 2015 zijn de financiële voorstellen en de SOK’s (samenwerkingsovereenkomsten) met het Rijk vastgesteld in PS. Hiermee is een nieuwe fase ingegaan voor de projecten die meelopen met de planning van het Rijk. Momenteel wordt hard gewerkt de plannen uit te werken en de procedures af te ronden om de ROK’s (Realisatieovereenkomsten) in mei ambtelijk afgerond te hebben. De voorbereiding van de daarmee samenhangende aanbesteding van het Rijk wordt nog in 2015 afgerond. De daadwerkelijke aanbesteding start in het eerste kwartaal van 2016. De gunning wordt vooralsnog verwacht in het 4e kwartaal 2016. De projecten die meelopen in de Rijksplanning zijn: Vismigratierivier; Recreatief fietspad (route vanaf vasteland naar Kornwerderzand en monument vanaf het vasteland); Opwaardering monument en buitenruimte; Stromingsenergie. Ook is een Masterplan Ruimtelijke Kwaliteit opgesteld samen met het Rijk. Dit wordt vertaald naar de uitvoeringscontracten. Daarnaast lopen er projecten los van de aanbesteding van het Rijk. Deze worden momenteel verder uitgewerkt of krijgen een vervolg. Het gaat om de projecten: Verruiming Sluis Kornwerderzand; Blue energy. De volgende projecten zitten in de verkenningsfase. Zodra deze concreet zijn volgt besluitvorming: Ontwikkelen Energiedijk (waaronder zonne-energie); Natuurvriendelijke oevers; Projecten Waddenpoort Den Oever; Waddenpark Fryslân; Beleef- en inspiratiecentrum Kornwerderzand; Actualiseren bestaand informatiecentrum van het Rijk ‘op de Dijk’ (informatiecentrum en projectbureau); Dagrecreatiegebied Kornwerderzand; Ontwikkelen kustzone Zurich-Harlingen-Zuid; Ecologische kansen Kop Afsluitdijk; Aanhaken bij Culturele Hoofdstad; Verbeteren toeristische bewegwijzering; Recreatieve marketing; Industrieel toerisme Makkum; Zilte Teelt.
289
Wat heeft het gekost? De provinciale budgetten zijn geregeld in het PS-besluit van 21 januari 2015. De regionale partners dragen bij in de kosten. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Het risico van bezuiniging op rijksniveau in relatie de rijksbijdrage van € 20 mln. aan de Ambitieagenda is kleiner geworden, doordat er nu een aantal samenwerkingsovereenkomsten zijn gesloten. We zijn in gesprek over de financiering van de sluis Kornwerderzand. Door de keuze van de minister voor een noregret-oplossing voor de keersluis in de Waddenzee ontstaat er tijd en ruimte voor het uitwerken van de regiovariant voor de schutsluis. De verwachting is dat er in het laatste kwartaal van 2015 tot definitieve afspraken kan worden gekomen. Dit is inmiddels gekoppeld aan de besluitvorming van het BO MIRT in november 2015. De lopende gesprekken zijn constructief. Voor de benodigde extra capaciteitsinzet zijn voorstellen geformuleerd. In februari 2015 is de besluitvorming van de partners hierover afgerond. Enkele partners hebben aangegeven dat ze hun bijdrage in fte kunnen leveren. Dit is inmiddels bijna volledig ingevuld en daarmee is het capaciteitsprobleem nagenoeg opgelost. In december 2014 besloten Provinciale Staten over een windpark op de Afsluitdijk. Dit heeft consequenties voor het programma De Nieuwe Afsluitdijk (DNA). Vooralsnog is de verwachting dat het vooral om afstemming gaat. Afstand en situering t.o.v. de vismigratierivier moet worden bepaald. Tevens moet worden nagegaan of er gevolgen zijn voor de te doorlopen procedures en vergunningen. Voor de ambitie van het programma voor recreatie en duurzame energie liggen er ook kansen op meerwaarde. Er is een Masterplan Ruimtelijke Kwaliteit opgesteld samen met het Rijk. Dit wordt doorvertaald naar de uitvoeringscontracten. Over Wind is hier alleen een uitspraak gedaan over wat vanuit Ruimtelijke Kwaliteit een voorkeur heeft. Het masterplan heeft de status van een bestuurlijke afspraak in het kader van de aanbesteding van het Rijk.
15
Dairy Campus Leeuwarden (programma 6) Beleid
Tijd
Geld
Lancering Dairy Campus Innovatieprogramma begin 2014 Start nieuwbouw Dairycampus, voorjaar 2014 aanbesteding, zomer 2014 eerste paal, oplevering voorzien in de zomer van 2015 Stijgend aantal bezoekers van 4000 (2011) naar ruim 7000 (2013) naar 10.000 in 2015
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? In 2014 is het innovatiefonds Dairy Campus van start gegaan en zijn de eerste tien projecten gehonoreerd en in uitvoering genomen. Dit fonds is onderdeel van de bijdrage van SNN aan Dairy campus. Eind 2014 is de bouw van de stallen gegund. In het voorjaar van 2015 staat de gunning van het ontvangstgebouw gepland. In 2015 wordt gebouwd op alle onderdelen van de Dairy Campus. In december 2014 hebben wij de boerderij aan de Brédyk overgedragen aan de rundfokkerijorganisatie CRV voor de vestiging van de laboratoria en de stalling voor rundvee. Het praktijkleren, ook vanuit Oentsjerk, gaat over naar Dairy Campus. De locatie Oentsjerk is aangekocht door A-Ware voor de interne bedrijfsopleidingen. Het aantal bezoekers, met name internationale delegaties, is in 2014 verder toegenomen.
290
In het kader van UCF zijn ook de eerste zes promovendi op het gebied van Dairy (en gezondheid) met hun werk begonnen. De ontwikkeling van de werkgelegenheid is gegroeid van 0 in 2012 naar 20 in 2014 op de Dairy Campus. Daarnaast is het praktijkleren voor de studenten van Van Hall en Nordwin College op Dairy Campus aangevangen. Het aantal studenten in de melkveehouderij in Leeuwarden is, mede door Dairy Campus, flink aan het stijgen. Wat heeft het gekost? Wij dragen € 2,5 mln. bij als cofinanciering. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Er heeft geen besluitvorming in 2014 plaatsgevonden; de provinciale cofinanciering was al in november 2012 door Provinciale Staten beschikbaar gesteld. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De afwikkeling bij Rijk en SNN heeft tot sterke vertraging geleid in de afgifte van de beschikking. Dat heeft gevolgen gehad voor de ontwikkeling van de bouw. De start van de bouw is nu voorzien in het voorjaar van 2015 en de oplevering staat gepland voor het vierde kwartaal van 2015.
16
Breedbandinfrastructuur in Fryslân (programma 6) Beleid
Tijd
Geld
Behandeling in PS van uitvoeringsgereed plan voor het Breedbandfonds en het Breedbandloket De uitvoering van dit majeure project kan starten na instemming met het investeringsplan en het vrijmaken van de daarvoor benodigde middelen. Afhankelijk van de uiteindelijke omvang van het project, zal de doorlooptijd tussen de vijf en tien jaar zijn.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Op 25 juni 2014 hebben Provinciale Staten positieve besloten over de implementatieplannen voor het instrumentarium voor de realisatie van Next Generation Access (NGA)-netwerken in de witte gebieden in Fryslân: het Breedbandloket, het Breedbandfonds en de Aansluitsubsidies. Dit betekent een nieuwe fase voor het operationaliseren van instrumenten. Voor het Breedbandloket is op 15 augustus 2014 een Europese aanbesteding gepubliceerd. Op 25 november hebben wij besloten de opdracht voor het Breedbandloket te gunnen aan de Coöperatieve vereniging Fryslânring. In januari 2015 zal het Breedbandloket starten met haar werkzaamheden voor een periode van drie jaar (20152017). Voor het opzetten van een Breedbandfonds Fryslân BV moeten wij in de eerste plaats een duale voorhangprocedure doorlopen. Dit houdt in: (1) het opstellen van alle onderliggende (juridische) documenten voor de oprichting van een Breedbandfonds Fryslân BV, (2) het consulteren van Provinciale Staten, (3) het nemen van een formeel instellingsbesluit door ons college en (4) het aanvragen van de zogenaamde Kroongoedkeuring bij het Ministerie van BZK. Inmiddels heeft de besluitvorming over het eerste onderdeel op 16 december plaatsgevonden in ons college. De formele documenten en het voorgenomen besluit van GS staan geagendeerd voor uw vergadering van 21 januari 2015. Hierna kan de Europese aanbesteding voor het fondsmanagement van het Breedbandfonds Fryslân BV worden uitgeschreven. De verwachte startdatum van het Breedbandfonds is (vlak) na de zomer van 2015. Voor de uitvoering van de Aansluitsubsidies willen wij een subsidieregeling in 2015 opstellen.
291
Wat heeft het gekost? Provinciale Staten hebben op 25 juni 2014 besloten een bedrag van € 60 mln. beschikbaar te stellen uit nominaal te revolveren vrije treasury middelen van het Nuon vermogen voor de uitvoering van dit instrumentarium voor de realisatie van NGAnetwerken in de witte gebieden in Fryslân: het Breedbandloket, het Breedbandfonds en de Aansluitsubsidies. Dit budget is samengesteld uit de volgende revolverende (€ 44,6 mln.) en nietrevolverende (€ 15,55 mln.) onderdelen. Breedbandfonds Fryslân t.b.v. het verstrekken van leningen en de organisatiekosten: € 32,6 mln. (revolverend); Marktconforme leningen: € 12 mln. (revolverend); Breedbandloket t.b.v. de organisatiekosten, de uitvoering van de taken en werkzaamheden, en het projectmanagement: € 2,2 mln. (niet-revolverend); Aansluitsubsidies: € 13,1 mln. (niet-revolverend); Proceskosten t.b.v. de voorbereiding van de operationalisering van het Breedbandfonds, het Breedbandloket en de Aansluitsubsidies: € 250.000 (nietrevolverend). Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Op 25 juni 2014 hebben Provinciale Staten een besluit genomen over de financiering en de implementatieplannen voor het Breedbandfonds voor de realisatie van NGA-netwerken in de witte gebieden in Fryslân: het Breedbandloket, het Breedbandfonds en de Aansluitsubsidies. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Wij stellen jaarlijks een werkplan en een risicobeheersingssysteem op, waarbij de verschillende risico’s in kaart worden gebracht en beheersmaatregelen worden geformuleerd. Door middel van periodiek overleg monitoren wij de voortgang van het werkplan en het risicobeheersingssysteem en sturen wij bij waar nodig. In de formele documenten voor het Breedbandfonds Fryslân BV zijn de risicobeheersing en de governance in detail uitgewerkt.
17
Ecosysteem Drachten (technocampus Drachten) (programma 6) Beleid
Tijd
Geld
In de periode 2012-2014 wordt een eerste aanzet gegeven voor het realiseren van een volwaardig innovatiecluster in Drachten.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Voor de eerste fase van het project (2013 – 2014) heeft het Innovatiecluster Drachten (ICD) – waarbij Philips Consumer Lifestyle Drachten als penvoerder fungeert - een subsidieaanvraag ingediend voor de activiteiten op het terrein van boeien en binden van (toekomstig) personeel. Daarmee is de samenwerking gestart tussen een aantal bedrijven uit de regio Drachten om in te spelen op de behoefte naar hoogwaardig geschoold technisch personeel. Deze fase wordt gezien als de ideefase, waarbij visie, verkenning en haalbaarheid nader vorm is gegeven. De gestarte samenwerking tussen de bedrijven alsmede de behaalde resultaten zijn conform de verwachtingen. Eind 2013 hebben elf bedrijven zich verbonden aan het Innovatiecluster Drachten. Eind 2014 heeft het ICD een subsidieaanvraag ingediend voor de tweede fase van het project (2015 – 2016), hierbij ligt het accent op het verder verdiepen van de activiteiten op het terrein van boeien en binden van (toekomstig) personeel. Daarnaast gaat men in de tweede fase gemeenschappelijke ecosysteem
292
ondersteunende R&D projecten opzetten, namelijk 3D printen metaalonderdelen en High Tech Sensing & Big Data. In de tweede fase is de doelstelling om het aantal deelnemende bedrijven te laten groeien naar een volume van veertien bedrijven. Ook noordelijke kennisinstellingen zullen prominenter worden betrokken bij de activiteiten van het ICD. Het Ecosysteem Drachten zien wij als de noordelijke invulling op de topsector High Tech Systems & Materials (HTSM). Kortom, wij liggen op koers om in 2020 tot een goed organiserend en functionerend ecosysteem te komen voor het versterken van de innovatie-, productie- en concurrentiekracht op het terrein van high tech systems. Wat heeft het gekost? Voor de eerste fase van het project hebben wij in 2013 een budget van € 192.500,- ter beschikking gesteld voor de eerste fase 2013-2014 op een totale investering van € 1,3 mln.. Voor de tweede fase hebben wij een bedrag van € 1.744.255,- gereserveerd voor de projectperiode 2015-2016 op een totale investering van € 7.065.000,-. Eenzelfde bijdrage is gevraagd aan Smallingerland; de overige kosten worden gedragen door de participerende bedrijven aan het cluster (inkind en out-of-the-pocket). Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Provinciale Staten hebben in 2014 geen besluiten over de High Tech Campus genomen. In uw vergadering van juni 2013 hebben Provinciale Staten besloten maximaal € 8 mln. te reserveren voor het totale project ‘Innovatiecluster Drachten’ (ICD) met een looptijd van acht jaar (2013-2020). Wij zijn tegelijkertijd door Provinciale Staten gemandateerd om individuele projectvoorstellen met subsidieaanvragen in het kader van ICD te behandelen en te beschikken. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De deelnemende bedrijven uit het innovatiecluster Drachten en de gemeente Smallingerland zijn dragende partijen en hebben zich geconformeerd aan de uitgangspunten die in het projectplan zijn geformuleerd. Dit impliceert dat partijen zich bereid hebben verklaard de nodige inzet te plegen om de fasegewijze aanpak te komen tot een volwaardig ecosysteem te ondersteunen en gestalte te geven. De deelnemende bedrijven uit het ICD en de gemeente Smallingerland zijn dragende partijen en hebben zich geconformeerd aan de uitgangspunten die in het projectplan zijn geformuleerd. Dit impliceert dat partijen zich bereid hebben verklaard de nodige inzet te plegen om de fasegewijze aanpak te komen tot een volwaardig ecosysteem te ondersteunen en gestalte te geven.
18
Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) (programma 6) Beleid
Tijd
Geld
1. Een professioneel fondsbeheerder selecteren (start aanbesteding 2013), een management contract afsluiten, de Raad van Commissarissen en het investeringscomité bemensen, accountmanagement vanuit de provincie inrichten. De definitieve gunning is voorzien in voorjaar 2014. 2. Na een opstartperiode is de verwachting dat per 1 juli het FSFE in gesprek gaat met initiatiefnemers over financieringen van projecten.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? De gewenste resultaten zijn bereikt. Op 2 september 2014 is het FSFE BV gestart. Het beheer van het fonds is uitbesteed aan Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeente (SVn). SVn is vervolgens een samenwerking aangegaan met e3 en het Nationaal Groenfonds. Het dagelijkse investeringsmanagement wordt door een kernteam uitgevoerd van ervaren investment managers vanuit Leeuwarden. Er is in 2014 nog geen financiering verstrekt aan energieprojecten.
293
Wat heeft het gekost? Voor de ontwikkelkosten van het fonds hebben wij een budget van € 300.000,beschikbaar gesteld. De verwachting is dat de kosten maximaal € 20.000,- hoger uitvallen. In de Begroting 2014 is het bedrag van € 90 mln. voor het fonds zelf door Provinciale Staten ter beschikking gesteld. De kosten van het beheer van het fonds worden ook uit dit budget betaald. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Er heeft in 2014 geen besluitvorming door Provinciale Staten plaatsgevonden. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De financiële risico’s van het fonds zelf - en daarmee ook de mate van revolverendheid zijn afhankelijk van de soort projecten die uiteindelijk vanuit het fonds gefinancierd zullen worden. In het bedrijfsplan dat door Provinciale Staten in oktober 2013 is vastgesteld is een uitgebreide risicoanalyse opgenomen. De sterk lagere olieprijzen kunnen overigens een bedreiging vormen voor de projectontwikkeling.
19
Doefonds (programma 6)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
In 2014 is het Doefonds volledig in bedrijf.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Op 3 april 2014 is het Doefonds BV van start gegaan en is financiering aan vijf investeringsplannen verleend. Dit zijn: Zonderland Holding BV, Make My Dreams BV, De Hout Makers BV, Biotrack BV en JRH Motors BV. Het Doefonds BV is nu een 100% deelneming van de provincie. Het beheer van het fonds is uitbesteed aan de NOM die vanuit haar vestiging in Leeuwarden hieraan praktisch invulling geeft. Wat heeft het gekost? In 2014 hebben wij € 25.000,- besteed aan het realiseren van de management- en beheerovereenkomst, de aanpassing van de documenten, de oprichting en aanverwante zaken. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 hebben Provinciale Staten bij het vaststellen van het jaarrekeningresultaat 2013 € 2 mln. bestemd voor het Doefonds. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De risico’s zullen toenemen naarmate het plan dichter bij de uitvoering komt. In het bedrijfsplan van het Doefonds - dat bij besluitvorming aan Provinciale Staten is voorgelegd - is een risico-inventarisatie opgenomen met een opsomming van bijpassende beheermaatregelen.
20
Provinciaal Herstructureringsprogramma (PHP) bedrijventerreinen (programma 9)
Gewenste resultaten
Beleid
Uitvoering geven aan het herstructureringsplan, op basis van de regeling die in 2013 is vastgesteld en sindsdien ook is aangepast.
294
Tijd
Geld
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Wij wilden uitvoering geven aan het Provinciale Herstructureringsprogramma (PHP)en de vertaling daarvan in de regionale bedrijventerreinenplannen. Gemeenten zijn hierbij initiatiefnemer; wij faciliteren door middel van een subsidieregeling. Het resultaat in 2014 betreft twee nieuwe herstructureringsprojecten waarvoor subsidiebeschikkingen zijn afgegeven. Wat heeft het gekost? Op de valreep van 2013 is een project ingediend waarvoor in 2014 een beschikking is afgegeven voor een subsidie van € 820.500,-. Het betreft hier de herstructurering van de Nieuwe Willemshaven te Harlingen. Eind 2014 is voor een tweede project, waarbij de subsidieverhoging duidelijk een belangrijke rol heeft gespeeld, een subsidiebeschikking verstrekt van € 383.906,- (die in 2015 en in 2016 tot betalingen zal leiden). Het gaat hier om de herstructurering van de Nedcoat-locatie in Surhuisterveen. Tezamen met onttrekkingen t.b.v. projecten als de quickwins, bedrijventerrein Hallum en de verplaatsing van scheepswerf Talsma, is het budget herstructurering bedrijventerreinen nu uitgeput. Wij hebben binnen het beschikbare budget geopereerd. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Provinciale Staten hebben in 2014 geen besluiten genomen. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Mede vanwege de financiële situatie van gemeenten en de huidige economische ontwikkelingen signaleren wij dat de planning van de herstructurering van bedrijventerreinen stagneert. Om de herstructurering aantrekkelijker te maken hebben wij per september 2013 de subsidie verhoogd van 25% naar 50%. Dit heeft tot nu toe beperkt effect gehad in die zin dat dit voor nog maar één project van wezenlijk belang is geweest.
21
Herstructurering naoorlogse Friese Woningvoorraad (programma 9) Beleid
Tijd
Geld
Toezending aan PS van evaluatieverslag voortgang ISV en herstructureringsprojecten
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Wij zijn verantwoordelijk voor het gedecentraliseerde (rijks)Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2011-2014. Voor herbestemming van gebouwen en herstructurering woningen is een totaalbedrag van € 16 mln. beschikt. Dit is vooral aanjaaggeld, waarmee diverse projecten in de afgelopen anderhalf jaar zijn ‘losgetrokken’. De grootste investering vindt plaats door derden, waaronder de corporaties. In totaal gaat het in de afgelopen vier jaar om circa 3000 woningen. In 2013 is het Aanvalsplan Friese Woningmarkt, onderdeel van het programma Wurkje foar Fryslân, opgesteld met een financiële omvang van € 60 mln.. Met deze forse financiële impuls hebben we de werkgelegenheid in de bouw op korte termijn willen stimuleren. Op basis van het aantal leningen en subsidies die zijn verstrekt in het kader van de verschillende regelingen uit het Aanvalsplan woningmarkt worden circa 700 tijdelijke arbeidsplaatsen gerealiseerd. Hiervoor worden 80 particuliere woningen gerenoveerd, circa 600 zorgwoningen en 50 vrijesectorwoningen gerealiseerd en en 150 studentenwoningen gebouwd.
295
In het kader van Wurkje foar Fryslân hebben we vanaf 1 november 2013 de Fryske Energypremie voor particuliere woningeigenaren ingesteld, met een subsidieplafond van € 11,2 mln.. Tot oktober 2014 hebben ruim 4000 Friese huishoudens de Fryske Energypremie aangevraagd. Zie ook programma 6.3 duurzame energie. Wat heeft het gekost? De provinciale bijdrage van circa € 15 mln. tot nu toe heeft bijna € 102 mln. aan investeringen losgemaakt. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 hebben Provinciale Staten geen besluiten genomen. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? Onze inspanningen in crisistijd zijn vooral gericht op het stimuleren van de spelers in het veld. Met onze woningbouwafspraken met partijen en onze financiële stimuleringsregelingen dragen we stevig bij aan de verbetering en de verduurzaming van de woningvoorraad. Als gevolg van verdere veroudering van de woningvoorraad door leeftijd en demografische ontwikkelingen blijft de veranderopgave onverminderd groot.
22
Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) (programma 5)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
In 2014 wordt er verder uitvoering gegeven aan de projecten (genoemd in het meerjarenprogramma) met een regionale meerwaarde.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Met het Sociaal Economisch Masterplan ‘wonen en werken in netwerken’ hebben wij samen met de gemeenten de visie neergelegd voor Noordoost Fryslân. Daarmee is de koers gezet op ruimtelijk en sociaal economisch vlak voor de komende twintig jaar. Met de Agenda Netwerk Noordoost is deze koers vertaald naar (prioritaire) projecten en regionale thema's (ambitieprojecten) met een regionale meerwaarde voor diezelfde periode. Op die manier speelt Noordoost Fryslân in op verschillende uitdagingen waarvoor deze regio staat: de sociaal economische positie en de demografische ontwikkelingen (krimp). In 2014 is de evaluatie van de samenwerking binnen ANNO gepresenteerd. Naar aanleiding hiervan zijn een aantal verbetertrajecten opgezet. Ook is op basis van deze evaluatie het proces voor ANNO II opgestart. De huidige Agenda loopt tot en met 2015. Vanaf dat moment zal er een nieuwe samenwerkingsagenda ANNO II moeten zijn. Wij hebben de eerste overleggen in 2014 hierover gehad. In 2014 zijn vanuit de ANNO middelen onder andere bijdragen toegezegd aan: Kansen in Kernen, waaronder uitvoering Garijp; regiomarketingcampagne en campagne wonen en werken waaronder Dwaande.nl; ontwikkelingen Buitenpost waaronder stationsgebied Buitenpost en de Voorstraat; Better Wetter. De volgende projecten zijn reeds vanuit ANNO opgestart en hebben in 2012 en 2013 een bijdrage ontvangen: Stationsgebied Feanwâlden, de mobiliteitscentrale/regiecentrale,
296
Súd Ie, aanpak demografische transitie en spreiding voorzieningen plan middels de Atlas NOF, dorpsontwikkelingsmaatschappijen (DOM’s), Watersportdorp Kollum, ondernemersnetwerken en Energie uit Hout Wat heeft het gekost? In 2014 hebben wij een bedrag van ruim € 4 mln. beschikt. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? Voor de uitvoering van de ANNO hebben Provinciale Staten een toezegging gedaan van € 22,7 mln. (PS-besluit van 21 december 2011). In 2014 heeft verder geen besluitvorming door Provinciale Staten plaatsgevonden. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De opbouw van deze ANNO middelen zou voornamelijk uit het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) en het provinciaal Meerjarenplan landelijk gebied (pMJP) moeten komen. Echter, de ANNO projecten en de criteria van ISV en pMJP sloten niet goed aan. Hierdoor ontstond een intern dekkingstekort van € 3,7 mln.. Dit financieel tekort is inmiddels in de Kadernota opgelost. Het verkrijgen van cofinanciering door derden is lastig gebleken, zowel qua private investeringen, maar ook wat betreft het verkrijgen van cofinanciering via rijksgeld of Europese middelen. Om wel voldoende voortgang te hebben in de projecten die voor de regio prioritair zijn, onder andere ook in het licht van de huidige economische situatie, hebben wij de keuze gemaakt om volop in te zetten om met de huidige middelen de projecten toch optimaal tot uitvoering te brengen. Dit heeft in 2014 geresulteerd in het opstarten en uitvoeren van een groot aantal projecten. De realisatie van de Agenda loopt daarmee goed op schema.
23
Gebiedsontwikkelingsplan Harlingen-Franekeradeel (programma 5)
Gewenste resultaten
Beleid
Tijd
Geld
Het uitvoeren van de wettelijke herverkaveling (ruiling landbouwgronden) Uitvoering van maatregelen voor herstel van de waterhuishouding (onder meer renovatie van gemalen en verbreding van watergangen) Starten met de uitvoering van de maatschappelijke plus (dorpsreconstructies)
Op 4 november 2013 is de Bestuurscommissie geïnstalleerd en zijn de contracten tussen de overheden en de private partijen Vermilion en Frisia getekend. De Bestuurscommissie voert het project in opdracht van ons uit. Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd? Het doel voor 2014 was om de planuitvoering voor meerdere planonderdelen te starten. De planuitvoering is in volle gang.
Het maken van de bestekken is in het najaar van 2014 gestart voor een eerste cluster van uit te voeren werken ad € 7,5 mln. (eind 2015 gereed). Het Wetterskip heeft in 2014 aan een bestek gewerkt voor het nieuwe gemaal Herbaijum en dit wordt medio 2015 opgeleverd. De uitvoering van het beleid voor ongeveer 140 hectare overloopgebieden (tijdelijke waterberging na overlast door piekbuien) is in 2014 vergaand uitgewerkt. Het kan in 2015 afgerond worden. Wij werken aan de nieuwe provinciale brug.
297
De ontwerp-planwijziging heeft in 2014 ter inzage gelegen en heeft ongeveer 40 zienswijzen opgeleverd. De bestuurscommissie heeft de Reactienota voor akkoord bevonden. De definitieve planwijziging komt eind februari 2015 ter vaststelling in ons college. De planwijziging is noodzakelijk om de benodigde grond voor de uitvoering van werken beschikbaar te krijgen.
De aanpak voor de wettelijke herverkaveling is uitgewerkt. Er zijn veel gesprekken gevoerd met betrokken grondeigenaren (vanuit DLG, Kadaster e.a.). Dit traject loopt tot ongeveer 2020.
Er zijn gronden (circa 30 hectare) aangekocht voor het proces van de wettelijke ruilverkaveling. In 2015 zal conform het aankoopstrategieplan (ASP) verder aangekocht worden.
De gemeente Harlingen heeft binnen de kaders van de maatschappelijke plus een projectplan voor het verbeteren van Herbajium gemaakt en zal in 2015 de uitvoering starten. De gemeente Franekeradeel heeft voor Oosterbierum een projectplan in voorbereiding (oplevering voorjaar 2015).
Wat heeft het gekost? De voorbereidingskosten voor werken bedroegen in 2014 circa € 2 mln.. In 2015 komen meerdere werken in uitvoering en zullen grotere uitgaven nodig zijn. Welke besluiten hebben Provinciale Staten in 2014 genomen? In 2014 hebben Provinciale Staten ingestemd met het delegeren van onze bevoegdheden aan de bestuurscommissie. Deze te delegeren bevoegdheden houden verband met de wettelijke herverkaveling. Hoe hebben de risico’s zich ontwikkeld? De planuitvoering loopt in grote lijnen volgens planning en planbegroting. Een nieuw risico betreft de gevolgen van een ontdekt verschil in dalingsprognoses. Er loopt een onderzoek naar het verschil in dalingsprognoses (zoutwinning) tussen de kaart bij de vergunning van Frisia en de kaart bij het Inrichtingsplan. Daarbij zal het effect op de planmaatregelen, en aanpassing daarvan, bepaald worden. Het onderzoek zal naar verwachting in het voorjaar van 2015 opgeleverd worden. Het kan zijn dat aanpassing van maatregelen meerkosten met zich meebrengen. Ook kan er vertraging ontstaan. De betrokken partijen in de bestuurscommissie zullen zich hier dan over beraden.
298
2.10 Paragraaf 10 – Samenwerkingsverbanden Vanuit de betrokkenheid met de mienskip zoeken we nadrukkelijk de samenwerking met andere overheden en partijen, binnen en buiten Fryslân. Samenwerkingsagenda’s Met de vier grootste gemeenten in Fryslân (Leeuwarden, Súdwest-Fryslân, Smallingerland en Heerenveen) hebben we strategische samenwerkingsagenda’s afgesloten. Uitgangspunt is dat gezamenlijk projecten worden uitgevoerd die een bovenlokaal karakter en belang hebben. In 2014 hebben we de samenwerkingsagenda’s op bestuurlijk niveau geëvalueerd. De evaluatie is in juni naar Provinciale Staten gestuurd. De hoofdconclusie uit de evaluatie luidt dat de vier gemeenten positief zijn over de rol die hun samenwerkingsagenda heeft gespeeld in de bestuurlijke verhoudingen en de bijdrage die deze agenda’s hebben Geleverd aan de beleidsmatige afstemming met de provincie. Aan onze kant zullen we voortgaan op de weg om de provinciale middelen en het provinciaal instrumentarium, goed afgestemd, sterker in te zetten voor zowel de samenwerkingsagenda’s als de – hierna genoemde - streekagenda’s. In 2012 hebben de vier gemeenten de mogelijkheden verkend voor een versterkte economische intergemeentelijke samenwerking (Rapport verkenning economische samenwerking F4). Deze verkenning heeft geleid tot een Ontwikkelings- en Uitvoeringsagenda F4 2014-2015. We faciliteren met een financiële bijdrage van € 25.000,- met ingang van 2015 en met ambtelijke participatie het uitvoeringsproces van deze agenda. Streekwurk Vanaf 2014 werken we samen met de Friese gemeenten, Wetterskip Fryslân, maatschappelijke organisaties en inwoners aan de ontwikkeling het Friese platteland. Dit gebeurt via de streekagenda: een uitvoeringsprogramma van projecten van en voor de streek waarin de partners gezamenlijk de gebiedsdoelen en ambities vastleggen. Hierbij werken we integraal samen in vijf regio's in Fryslân: Waddeneilanden, Noordoost-Fryslân, Noardwest-Fryslân, Zuidwest-Fryslân, Zuidoost-Fryslân. De uitvoering van de streekagenda’s vindt plaats onder de gemeenschappelijke noemer van Streekwurk.
1 – Samenwerkingsagenda’s
De samenwerkingsagenda’s met Smallingerland en Heerenveen zijn in 2013 geactualiseerd naar aanleiding van het niet doorgaan van de spoorlijn HeerenveenDrachten-Groningen. De agenda met Smallingerland is daarnaast aangevuld met enkele infrastructuurprojecten. Ook is er een update gemaakt van de andere samenwerkingsprojecten. De agenda met Heerenveen werd vanwege de slechte financiële positie van de gemeente uiteindelijk niet ondertekend. Met een beperkt aantal projecten uit de samenwerkingsagenda wordt verder gegaan in het kader van de Investeringsagenda Drachten Heerenveen. De samenwerkingsagenda met Leeuwarden is in 2014 geïntegreerd met de gezamenlijke inzet voor KH 2018. De samenwerkingsagenda met Súdwest-Fryslân is in 2014 geïntegreerd met de gebiedsagenda Súdwesthoeke. Deze gebiedsagenda heeft betrekking op de concrete invulling van de streekagenda voor deze regio.
299
Samenwerkingsagenda Leeuwarden – Fryslân 2018 In het voorjaar van 2014 hebben we de samenwerkingsagenda met de gemeente Leeuwarden verbonden met de toewijzing van Leeuwarden tot Europese Culturele Hoofdstad 2018. We hebben het jaar verder benut om een passende organisatie samen te stellen en de samenwerking tussen ons, de stichting en gemeente Leeuwarden te verdiepen. In de samenwerkingsagenda zijn programma’s en projecten voor de lange termijn beschreven op basis van de E’s uit het bidbook van CH2018 (Entrepreneurship, Empowerment, Ecology, Experience en Europe) en in het algemeen over de thema’s economie, mienskip, onderwijs en participatie. Deze thema’s krijgen door Kulturele Haadstêd een Europees platform, maar kunnen andersom ook Kulturele Haadstêd versterken. De meeste projecten zijn in 2014 gestart. Zie paragraaf 9 Grote projecten voor nadere toelichting op Culturele Hoofdstad 2018 en de verschillende met de samenwerkingsagenda verbonden grote projecten. Samenwerkingsagenda Smallingerland In de geactualiseerde samenwerkingsagenda worden als belangrijke thema’s genoemd: bereikbaarheid, een krachtige innovatieve industriële economie, voorzieningen voor de regio, versterking recreatie en toerisme, stad in een groene omgeving, volkshuisvesting-herstructurering en breedband. In alle projecten vormt duurzaamheid een wezenlijk aandachtspunt. De samenwerkingsagenda met Smallingerland kent dertien projecten. Een deel van de projecten wordt in het kader van de Investeringsagenda Drachten Heerenveen uitgevoerd. Zie hierna. Samenwerkingsagenda Heerenveen Om financiële redenen hebben we samen met de gemeente er voor gekozen om met een beperkt aantal projecten uit de samenwerkingsagenda verder te gaan. Speerpunten van de bijgestelde samenwerkingsagenda zijn sport en zorgeconomie, logistiek en metaal, nieuwe energie (kernbegrip duurzaamheid) en toerisme en cultuur(historie). De infrastructurele projecten in de agenda met Heerenveen zijn onderdeel van de Investeringsagenda Drachten Heerenveen. In eerste instantie ligt nu de focus op de investeringsagenda, als vooruitgeschoven investeringsvehikel. Zie hierna. Investeringsagenda Drachten Heerenveen Het programma Investeringsagenda Drachten Heerenveen ligt financieel op koers. In 2014 is gestart met de voorbereiding van diverse projecten. Hierbij geldt dat de gemeenten Heerenveen en Smallingerland doorgaans het voortouw in de projecten hebben. In Smallingerland zijn nog geen projecten formeel ingediend, hoewel de ambtelijk voorbereidingen wel volop lopen. Projecten waarvan op korte termijn de formele aanvraag is te verwachten, zijn de Innovatieomgeving Drachten, Vaarweg Drachten en Binnenhaven Drachten. In Heerenveen is het eerste project uit de agenda uitgevoerd en opgeleverd. Dit betreft de verbetering van de bereikbaarheid IBF. Het grootste project binnen Heerenveen betreft RSP Bereikbaarheid Heerenveen. Hiervoor geldt dat het proces om te komen tot een nieuwe structuurvisie leidend is. Dit gemeentelijke proces loopt momenteel iets achter op de planning Zie paragraaf 9 Grote Projecten voor nadere toelichting op de uitvoering van de investeringsagenda. Gebiedsagenda Súdwesthoeke In de Gebiedsagenda werken de provincie Fryslân, Wetterskip Fryslân, de gemeente Súdwest-Fryslân en gemeente De Friese Meren met de Gebiedsagenda actief en intensief samen aan de ontwikkeling van het gebied Zuidwest-Fryslȃn. In 2014 is besloten tot een gezamenlijke investering van ruim 25 mln. in de leefbaarheid en economie van de regio Zuidwest Fryslân. Hierdoor kunnen negen uitvoeringsprojecten direct worden opgestart en is budget beschikbaar voor projectinitiatieven uit het gebied. De projecten liggen op
300
het gebied van economische ontwikkeling, bereikbaarheid, toerisme en recreatie en leefbaarheid. Het Stadhuis van Bolsward moet als culturele ontmoetingsplek weer het middelpunt van de stad worden met functies als een gemeenteloket, bibliotheek, museum en culturele ontmoetingsplek. Dit project wordt vanuit Wurkje foar Fryslân meegefinancierd. De IJlsterkade wordt omgebouwd naar een aantrekkelijk woon- en werkgebied en entree naar de Sneker binnenstad. In Lemmer wordt de woonwijk Lemstervaart opgeknapt en voorzien van nieuwe openbare voorzieningen. In Balk komt een verbindingsweg en wordt geïnvesteerd in vernieuwing van sociaal economische voorzieningen. In Oudehaske ontstaat een kultuurhȗs waar ruimte is voor een dorpshuis, peuterspeelzaal, kinderopvang, huisarts en andere gezondheidsfaciliteiten.
2 – Streekwurk
Streekagenda’s In het voorjaar van 2014 zijn de Streekagenda’s vastgesteld in het College van Gedeputeerde Staten en in alle Colleges van Burgemeester en Wethouders. De Streekagenda’s zijn mede gebaseerd op de conclusies van de SWOT-analyses die voor elk gebied zijn opgesteld. In het kort richt de Streekagenda Noardwest-Fryslân zich op de drie hoofdthema’s economie, leefbaarheid en bereikbaarheid. Op de eilanden zijn uit de SWOT-analyse verschillende kansen gedestilleerd, zoals zelfvoorzienende eilanden (energie en water), verbreden van de plattelandseconomie, versterken cultuur(historie) en natuur en landschapswaarden. De streekagenda van de Waddeneilanden is op deze thema’s gericht. In Súdwest-Fryslân koersen we op de volgende thema’s voor de streekagenda: recreatie en toerisme, (nationaal) landschap, leefbaarheid/voorzieningen en plattelandseconomie. Inhoudelijk wordt in Zuidoost ingezet op de thema’s wonen, werken, recreatie en blauw-groen. In 2014 is het uitvoeren van de projecten van de bij de agenda’s gevoegde jaarplannen opgepakt. Daarnaast is er gewerkt aan verbreding van de agenda’s op de groen-blauwe thema’s. Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) In 2014 is de evaluatie van de samenwerking binnen ANNO gepresenteerd. Naar aanleiding hiervan zijn een aantal verbetertrajecten opgezet. Ook is op basis van deze evaluatie het proces voor ANNO II opgestart. De huidige Agenda loopt tot en met 2015. Vanaf dat moment zal er een nieuwe samenwerkingsagenda ANNO II moeten zijn. De eerste overleggen hierover hebben in 2014 al plaatsgevonden. In 2014 zijn onder andere bijdragen toegezegd aan Kansen in Kernen (waaronder uitvoering Garijp), regiomarketingcampagne en campagne wonen en werken (waaronder Dwaande.nl), ontwikkelingen Buitenpost (waaronder stationsgebied Buitenpost en Voorstraat), Better Wetter. Quick Wins Bij het vaststellen van de Streekagenda’s is samen met gemeenten bekeken of projecten die voor hen prioriteit hebben vlot los konden worden getrokken. Aan het eind van 2013 is daarom een ronde langs de gemeenten gemaakt. Samen zijn projecten aangewezen die voor de gemeente prioriteit hebben en waarvoor zij geld beschikbaar hebben. Deze projecten moesten startklaar zijn. Uit bestaande middelen – tijdelijke budgetten – is 50% cofinanciering bij deze projecten gelegd. In totaal is bijna € 25 mln. uit de bestaande begroting hergeprioriteerd en ingezet voor deze gemeentelijke ‘quick-wins’. Het bedrag wordt (nagenoeg) evenredig verdeeld over de vijf regio’s. Alle aanvragen voor cofinanciering van de quick wins zijn in 2014 binnengekomen. Het gaat om 38 projecten. Voor drie aanvragen is nog geen toezegging gedaan, de behandeling hiervan vindt plaats in 2015. De projecten hebben betrekking op verkeer en
301
vervoer, economie, toerisme en recreatie en ruimte en wonen. Vanuit alle regio’s zijn aanvragen ingediend. Van de 38 projecten hebben er twaalf betrekking op de Waddeneilanden, acht op Noordwest, acht op Noordoost, vijf op Zuidwest en vijf op Zuidoost. Gebiedsbudget In 2014 is tevens besloten om de inzet van middelen voor de streekagenda’s slagvaardiger en flexibeler gaan maken. Hiertoe worden twee sporen gevolgd: • het gebiedsbudget: voor de uitvoering van de gezamenlijke doelen van de overheden in het gebied; • het IMF (Iepen Mienskipsfûns): voorde ondersteuning van de maatschappelijke initiatieven (bottom-up-aanpak) in het gebied. Zie hierna. Het gebiedsbudget kent een werkwijze, die er – kort gezegd – op neer komt, dat er niet meer een (subsidie)regeling bij een project uit het gebied wordt gezocht, maar dat er projecten worden gezocht, waarmee de afgesproken gezamenlijke gebiedsopgaven worden gerealiseerd. Dit betekent dat de provincie haar middelen voor gebiedsgerichte doelen in één budget per gebied bij elkaar brengt en dat met dit budget opgaven uit de streekagenda gedurende de afgesproken looptijd kunnen worden uitgevoerd. Met een gebiedsbudget ontstaat zo meer slagkracht in de regio. Partners in de samenwerking kunnen sneller inspelen op nieuwe kansen die zich voordoen en efficiënter werken. De invoering van het gebiedsbudget vraagt nog wel om aanpassingen van de interne provinciale werkprocessen en regelingen. Dit veranderingstraject is in 2014 gestart en zal in 2015 worden afgerond. Iepen Mienskipsfûns Het IMF (Iepen Mienskipsfûns) is een budget voor de ondersteuning van initiatieven vanuit de samenleving, die passen binnen de kaders van de streekagenda. Het grote voordeel van dit budget is de vereenvoudiging van regels en een korte procedure. Het wordt voor de aanvragers zo eenvoudig mogelijk gemaakt. Het budget bedraagt in 2015 voor geheel Fryslân circa € 2,5 mln. Het fonds wordt in 2015 gevuld met een aantal provinciale budgetten, zoals een deel van het OV-budget en onderdelen van de budgetten voor Sociale Innovatie, Collectief Particulier Opdrachtgeverschap, Demografische ontwikkelingen, Culturele activiteiten, Plattelandsbeleid en kleinschalige duurzame initiatieven. Bij de uitvoering is een belangrijke rol weggelegd voor de streek, vertegenwoordigd in het platform. De gebiedsplatforms hebben zich in de afgelopen periode van Plattelânsprojekten bewezen bij de realisatie van de bottom-up aanpak. De gebiedsplatforms zijn tijdens een gezamenlijke platformbijeenkomst nader geïnformeerd over het IMF en de werkwijze die daar bijhoort. De voorbereidingen voor het IMF hebben in 2014 plaatsgevonden en zijn er op gericht om begin 2015 te kunnen starten.
302
Bijlagen
303
304
3.1
Ontwikkeling financieel kader
3.1.1 Ontwikkeling begrotingssaldo
Het financieel kader wordt periodiek geactualiseerd. Dit gebeurt naar aanleiding van externe wijzigingen (zoals mutaties in het provinciefonds) of door besluiten van Provinciale en Gedeputeerde Staten. Vaak stellen Provinciale Staten deze wijzigingen vast bij de behandeling van een begroting, de jaarstukken, of een bestuursrapportage. Daarnaast heeft het college het mandaat om een aantal wijzigingen zelf in de begroting te verwerken. Het betreft hier bijvoorbeeld mutaties in het provinciefonds, opcenten, rendement vermogensbeheer of dividenduitkering. Hieronder wordt de ontwikkeling van het begrotingssaldo vanaf de begroting 2015 tot aan de jaarstukken 2014 stapsgewijs aangegeven. Bij de begroting 2015 is de stand van het begrotingssaldo op dat moment gepresenteerd. Daarna zijn door Provinciale Staten enkele begrotingswijzigingen vastgesteld bij de 2 e berap 2014. Daarnaast is de september- en decembercirculaire 2014 verwerkt en is de voorziening pensioenen GS leden bijgesteld. Dit resulteert in de stand van het begrotingssaldo bij de jaarrekening 2014. In de hieronder pgenomen tabel worden de verschillende stappen cijfermatig weergegeven. Ontwikkeling begrotingssaldo programma 1 – 10 Bedragen x € 1 mln.
Begrotingssaldo bij begroting 2015 Baten PS 2e berap Dividend Vitens en BNG Verkoopopbrengst woningen Lasten PS 2e berap: Opheffen reserve persoonlijk ontwikkel budget Uitkering oud GS leden IBOI vergoeding infraprojecten Onderhoudsbudget Wolvetinte Stofkam Begrotingssaldo programma 1-10 bij tweede berap 2014 Septembercirculaire provinciefonds Decembercirculaire provinciefonds Voorziening GS leden Begrotingsaldo programma 1-10 bij jaarrekening 2014 Onderbesteding 2014 Rekeningresultaat 2014 pr 1-10
2014
2015
2016
2017
2018
0,0
0,0
11,3
9,9
8,5
-0,6
11,3
9,9
8,5
-0,6
11,3
9,9
8,5
0,3 0,7
-0,7 -0,1 -0,6 -0,2 -0,3 2,8 1,9 0,7 0,2 5,6 4,8 10,4
0,6
Conform de besluitvorming van Provinciale Staten wordt in programma 11 dei nzet van de reserve Nuon opgenomen. Daar wordt ook de structurele begrotingsruimte die ontstaat door de balansverkorting weergegeven. Hieronder is het begrotingssaldo van programma 11 weergegeven.
305
Ontwikkeling Begrotingssaldo programma 11 Inzet Nuon-middelen
2014
2015
2016
2017
2018
9,6
7,8 0,2 8,0
10,6 0,2 10,8
12,9 0,2 13,1
11,4 0,2 11,6
Bedragen x € 1 mln.
Begrotingssaldo programma 11 bij begroting 2015 GS leningen WFF Begrotingssaldo programma 11 bij jaarrekening 2014 Onderbesteding 2014 Rekeningresultaat 2014 programma 11
9,6 0,5 10,1
3.1.2 Vrij Aanwendbare Reserve (VAR)
Hieronder is de ontwikkeling van de VAR opgenomen. Conform de afspraak met Provinciale Staten vloeit het begrotingssaldo van programma 1-10 aan het eind van het jaar automatisch in de VAR. Daarnaast is afgesproken dat de minimale stand van de VAR € 10 mln. bedraagt. VAR (in te zetten)
2014
2015
2016
2017
2018
Beginsaldo Vorming van reserve Beschikking over reserve Begrotingssaldo programma 10 Onderbesteding 2014 Rekeningsaldo 2013
77,7 21,0 -57,1 5,6 4,8 3,9
56,0 16,7 -45,2 -0,6
26,9 0,0 -14,4 11,3
23,9 0,0 0,0 9,9
33,8 0,0 0,0 8,5
Stand op 31/12 Minimale stand VAR VAR (in te zetten)
56,0 10,0 46,0
26,9 10,0 16,9
23,9 10,0 13,9
33,8 10,0 23,8
42,3 10,0 32,3
Bedragen x € 1 mln.
De vorming en beschikking van de VAR in de komende jaren is hieronder nader aangegeven. Vorming van en beschikking over reserves
2014
2015
21,0
14,4
2016
Bedragen x € 1 mln.
Vorming van reserve Dividend storting in VAR in t Rekening 2014: dekking negatieve reserve gebiedsbudgetten Totaal Beschikking over reserve Dividend naar begrotingssaldo in t+1 Begroting 2014: dekking negatief begrotingssaldo Begroting 2015: dekking negatief begrotingssaldo Rekening 2014: dekking negatieve reserve gebiedsbudgetten Totaal
2,3 21,0
16,7
20,3
21,0
22,5
21,4
12,0
2,7
14,4
2,3 57,1
306
45,2
14,4
2017
2018
3.1.3 Nuon-reserve
Hieronder wordt de stand van de Nuon-reserve weergegeven. Daarbij wordt het onderdeel Wurkje foar Fryslân nader gespecifieerd. Ten opzichte van het overzicht bij de begroting 2015 hebben zich geen wijzigingen voorgedaan. Nuon-reserve Bedragen x € 1 mln.
Programma
Onderwerp
PS besluit
Beschikbare middelen Verkoop aandelen Nuon Rekeningresultaat 2013 progr.11 Rekeningresultaat 2014 progr.11 Totaal beschikbaar Ingezet voor Friese investeringsimpulsen Gebiedsontwikkeling Franeker5.2 Harlingen 5.4 Gebiedsontwikkeling Centrale As 5.4 Gebiedsontwikkeling N381 6.1 Doefonds 8.4 University Campus Fryslân (UCF) 10.7 RSP Cofinanciering REP Quick wins gemeenten (taakstelling pr.2) Kansen in kernen (taakstelling pr.2) Investeringsagenda Drachten Heerenveen Totaal Restant Inzet conform besluitvorming begroting 2014 Wurkje foar Fryslân (zie specificatie) Versneld afschrijven van investeringen infrastructuur (balansverkorting) Quick wins gemeenten (taakstelling pr.2) Kansen in kernen (taakstelling pr.2) Investeringsagenda DrachtenHeerenveen Extra buffer Minimale stand Nuon-reserve Totaal Vrij inzetbaar deel Nuon-reserve
307
In(ge)zet
Stand Nuonreserve
1.263,45 -0,30 10,08 1.273,23 23-05-2012
12,80
07-11-2012 07-11-2012 07-11-2012 26-01-2011 16-06-2009
31,90 11,90 8,00 16,40 32,40
25-06-2014
7,30
25-06-2014
2,20
25-06-2014
12,00 134,90 1.138,33
03-07-2013
300,00
03-07-2013
498,00
25-06-2014 25-06-2014
-7,30 -2,20
25-06-2014 03-07-2013 03-07-2013
-12,00 100,00 100,00 976,50 161,83
Specificatie Wurkje foar Fryslân
308
Vrij inzetbaar deel Nuon-reserve Het begrotingssaldo van programma 11 wordt jaarlijks verrekend met het vrij inzetbaar deel van de Nuon-reserve. Deze werkwijze wordt ook gehanteerd bij het begrotingssaldo van programma 1-10 en de VAR. Onderstaand is de stand van het vrij besteedbare deel van de Nuon-reserve in de komende jaren in beeld gebracht. Vrij besteedbaar deel Nuon-reserve Bedragen x € 1 mln.
Beginsaldo Begrotingssaldo programma 11 Onderbesteding 2014 Begrotingssaldo programma 11 in 2013 Eindsaldo
2014
2015
2016
2017
2018
152,1 9,6 0,5 -0,3 161,9
161,9 7,8
169,7 10,6
180,3 12,9
193,2 11,4
169,7
180,3
193,2
204,6
309
Bij de begroting 2014 is besloten om het structurele begrotingssaldo van programma 11 niet in te zetten gedurende deze statenperiode.
5.4.4 REP-middelen
De REP-middelen zijn onderdeel van de REP-component in het RSP-convenant dat is afgesloten tussen het rijk en de noordelijke provincies. De provincie Fryslân draagt zelf vanuit de Nuon-reserve € 32,4 mln. bij aan REP (prijspeil 2007: € 28 mln.). Ook komt vanuit het rijk via het provinciefonds € 51,4 mln. naar de provincie toe (prijspeil 2007: € 48 mln.). Deze twee onderdelen geven samen een totaal van € 83,8 mln. aan beschikbare middelen. Daarnaast staat er nog REP-geld bij het ministerie EL&I geparkeerd, het aandeel van Fryslân daarin bedraagt € 57,8 mln.. Over de besteding hiervan besluit het ministerie in afstemming met de provincies. Op 25 januari 2012 hebben Provinciale Staten de REP-criteria vastgesteld. Op basis daarvan kunnen projecten worden voorgedragen. Inmiddels hebben Provinciale Staten over de projecten in onderstaande tabel besloten om REP-middelen in te zetten. Daarnaast is door het SNN besloten om het noordelijk project IJk-Dijk en uitvoeringskosten ten laste te brengen van de Rijksmiddelen REP.
Programma Beleidsveld
Project
PS besluit
Beschikbaar Indexering Totaal beschikbaar 6.1 6.1 6.1 6.1 6.1 6.1 6.2 6.2 6.3 nvt
Inzet projecten: Dairy Campus Thialf Innovatiecluster Drachten Toekomst Afsluitdijk: vismigratierivier Afsluitdijk Wetsus fase 1 FMP Wymbritseradiel Friese Meren Projecten Energy Valley SNN Noordelijk project IJk-Dijk (aandeel provincie) SNN uitvoeringskosten
nvt 10.7
Voorwaardelijk PS: Wetsus fase 2 Restant nog in te zetten
REP Provincie
32,4 32,4 26-06-2013 26-06-2013 03-07-2013
2,5 10,0
27-11-2013 21-01-2015 15-12-2010 21-03-2012 16-10-2013 DB SNN Begroting 2014 DB SNN Begroting 2014
REP Rijk Provinciefonds
REP Rijk
50,7 0,7 51,4
57,0 0,8 57,8 15,0
10,0 8,0 0,3
9,9 10,0
3,9 13,0 4,6 10,0 1,6
19,0
1,1 2,5
07-11-2012 0,0
0,0
19,0 1,2
Van de rijksbijdrage in het REP wordt alleen de bijdrage die via het provinciefonds wordt uitgekeerd in de provinciale begroting opgenomen. De andere rijksbijdrage wordt rechtstreeks aan het SNN uitgekeerd.
310
5.4.5 Stand van de bezuinigingstaakstellingen
In de begroting zijn een aantal bezuinigingstaakstellingen opgenomen. Hieronder wordt per taakstelling de stand van zaken per 1 januari 2015 weergegeven.
Begroting 2012: Bezuinigingstaakstelling bedrijfsvoering In het uitvoeringsakkoord is aangeven dat opnieuw substantieel bezuinigd wordt op de bedrijfsvoering. Er moet in 2013 € 1,1 mln. bezuinigd worden, oplopend naar € 2,5 mln. in 2016. Deze taakstelling gaat in per 1 januari 2013. De taakstelling voor de jaren 2013 t/m 2015 is gerealiseerd. Het overschot aan bezuinigingen wordt door de directie ingezet om knelpunten binnen de bedrijfsvoering op te kunnen lossen. Hieronder is de concrete invulling van de bezuinigingen aangegeven. Bedragen x € 1.000
Taakstelling Invulling taakstelling Personele kosten Bedrijfsvoeringskosten Totaal gerealiseerd Nog te realiseren Totale bezuinigingen Overschot bezuinigingen in te zetten voor knelpunten bedrijfsvoering na realisatie bezuinigingen
2013
2014
2015
2016
2017
1.136
1.534
1.534
2.564
2.564
1.700 551 2.251
1.795 161 1.844
1.933 164 2.097
2.006 166 2.172 573 2.745
2.006 166 2.172 573 2.745
563
181
181
Begroting 2012: Bezuinigingstaakstelling brugbediening op afstand Bij brief van 18 december 2012 (nr. 1036640) hebben Gedeputeerde Staten aangegeven meer tijd nodig te hebben om de planuitwerking af te ronden. Het uitgewerkte plan wordt nu afgerond en voor september aan Provinciale Staten toegezonden. Op deze manier kan de besluitvorming over de brug-bediening worden gekoppeld aan de overdracht van het Prinses Margrietkanaal en het uitvoeringsprogramma Van Harinxmakanaal. Hierdoor kunnen eventuele personeels-consequenties in samenhang worden bezien. De voorbereiding en de uitvoering van de benodigde werken en de afstemming met andere provinciale programma’s, vooral het Meerjarenprogramma Kunstwerken, maakt dat de complete uitvoering en oplevering van de projecten langer gaat duren dan bij aanvang is voorzien.
Bedragen x € 1.000
Taakstelling Invulling taakstelling: Personele kosten Totaal gerealiseerd Nog te realiseren Totale bezuinigingen
311
2013
2014
2015
2016
2017
200
400
500
500
500
200 200
400 400
70 70 430 500
70 70 430 500
70 70 430 500
Begroting 2014: stofkamoperatie In de kadernota 2014 is opgenomen dat vanuit een stofkamoperatie € 5 mln. gevonden gaat worden als aanvulling op de vrij aanwendbare reserve. Daarnaast hebben in 2014 heroverwegingen plaatsgevonden ter dekking van enerzijds de quickwins gemeenten en anderzijds de kadernotavoorstellen 2015. In onderstaande tabel is de invulling hiervan weergegeven. Met de invulling van de stofkam ook in de komende jaren beschouwen wij deze taakstelling als afgerond. Bedragen x € 1.000
Taakstelling Invulling taakstelling: 1. Bestuur en veiligheid 2. Verkeer en vervoer Infrastructurele werken 3. Water 4. Milieu 5. Landelijk Gebied 6. Economie toerisme en recreatie 7. Sociaal beleid en zorg 8. Cultuur, taal en onderwijs 9. Ruimte en wonen Totaal gerealiseerd Inzet: Dekking quickwins gemeenten 2014 Dekking kadernotavoorstellen 2015
2013 5.000
2014 5.000
2015 5.000
2016 5.000
2017 5.000
2018 5.000
102 0 0 30 687 764 3.019 450 542 814 6.408
187 250 6.831
170 475 2.672
102
102
102
250
583
833
33 2.056 40 22 1.045 10.464
5.300 3.832 2.561 458 100 2.109 17.677
3.387 919 435 100 4.776 9.969
1.550 167
1.033 167
100 3.290 5.792
100 2.235
7.221 2.800
6.093 11.413
7.467 2.399
3.290 2.400
2.133
Begroting 2015: Taakstelling dekking kadernotavoorstellen Voor de dekking van de kadernotavoorstellen moeten deels nog concrete budgetten worden aangewezen. 2014
Bedragen x € 1.000
Taakstelling Programma 3 Water Programma 5 Landelijk gebied Programma 6 Economie, toerisme en recreatie Totaal
0
312
2015
167 167
2016
2017
2018
167 167
333 333 167 833
333 333 167 833
3.2
Begrotingshistorie
In deze bijlage worden per programma de begrotingsmutaties weergeven die hebben plaatsgevonden tussen de besluitvorming over de tweede bestuursrapportage 2014 en de samenstelling van de jaarstukken 2014. Programma 1: Bestuur en veiligheid Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
369
371
371
371
371
GS: GS bijdrage derden GS financieel kader
48 206
0 0
0 0
0 0
0 0
Begrotingswijziging totaal
254
0
0
0
0
Baten begroting t/m jaarstukken 2014
623
371
371
371
371
10.791
11.842
11.577
11.658
11.781
-100
0
0
0
0
48
0
0
0
0
-52
0
0
0
0
Lasten begroting t/m jaarstukken 2014
10.739
11.842
11.577
11.658
11.781
Saldo
-10.116 -11.471 -11.206 -11.287 -11.410
Begrotingswijzigingen (BW):
Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp I.1. Uitkeringen oud-leden Gedeputeerde Staten GS: GS bijdrage derden Begrotingswijziging totaal
313
Programma 2: Verkeer en vervoer Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 2015 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2016
2017
2018
94.280
55.720
59.474
60.980
55.805
683
0
0
0
0
GS: GS bedrijfsvoering GS bijdrage derden
0 172
63 0
38 0
35 0
35 0
Begrotingswijziging totaal
855
63
38
35
35
95.135
55.783
59.511
61.015
55.840
144.418
118.975
127.177
117.532
111.418
34
0
0
0
0
0
3.194
0
0
0
-4.060
4.060
0
0
0
-1.694
0
0
0
0
-190
190
0
0
0
0 172
63 0
63 0
70 0
70 0
-5.739
7.507
63
70
70
Lasten begroting t/m jaarstukken 2014
138.680
126.482
127.240
117.602
111.488
Saldo
-43.544
-70.699
-67.729
-56.588
-55.648
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp I.2 Verkoop diverse woningen
Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp I.2 Verkoop diverse woningen - onderwerp Investeringsagenda Drachten Heerenveen project Molenplein - onderwerp IV.A1 Bestedingsritme Bereikbaarheid Leeuwarden/optimalisatie spoorwegnet - onderwerp IV.A2 Bestedingsritme Investeringsagenda Drachten Heerenveen - onderwerp IV.C2 Bestedingsritme Onderhoudsbaggeren GS: GS bedrijfsvoering GS bijdrage derden Begrotingswijziging totaal
314
Programma 3: Water Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
769
655
619
619
619
0
0
0
0
0
769
655
619
619
619
3.822
4.615
5.173
4.571
4.597
-196
196
0
0
0
-196
196
0
0
0
3.627
4.811
5.173
4.571
4.597
-2.857
-4.156
-4.554
-3.952
-3.979
Begrotingswijzigingen (BW): GS: GS bijdrage derden Begrotingswijziging totaal Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp IV.C2 Bestedingsritme 3e Waterhuishoudingsplan Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
315
Programma 4: Milieu Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
455
5.628
328
328
328
0
0
0
0
0
455
5.628
328
328
328
10.746
8.992
7.386
3.081
2.730
4.267
4.149
4.023
4.023
4.023
-2.000
2.000
0
0
0
-60
60
0
0
0
-81
-9
17
-204
276
-36
131
0
0
0
2.090
6.331
4.040
3.819
4.299
12.836
15.323
11.426
6.900
7.029
-9.695 -11.098
-6.573
-6.701
Begrotingswijzigingen (BW): Begrotingswijziging totaal Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp III.2 Opheffen budgetten OVT ivm dekking provinciale bijdrage aan FUMO - onderwerp IV.B1 Bestedingsritme Decentralisatie uitkering bodemsanering - onderwerp IV.C3 Bestedingsritme Duurzaam Door - onderwerp IV.C4 Bestedingsritme Implementatie- en transitiekosten FUMO GS: GS provinciefonds Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
-12.381
316
Programma 5: Landelijk Gebied Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
808
895
170
170
170
92
0
0
0
0
GS: GS bijdrage derden
1.439
985
0
0
0
Begrotingswijziging totaal
1.532
985
0
0
0
Baten begroting t/m jaarstukken 2014
2.340
1.880
170
170
170
116.079
96.524
36.113
24.056
21.211
-400
800
100
0
0
6
6
6
6
6
-61
-61
-61
-61
-61
-1.950
1.950
0
0
0
50
-50
0
0
0
-1.000
-4.700
5.700
0
0
-200
0
200
0
0
-5.314
3.776
1.537
0
0
0
100
0
0
0
-100
100
0
0
0
-1.260
1.260
0
0
0
GS: GS bijdrage derden GS voorwaardelijk budget
1.439 325
985 217
0 0
0 0
0 0
Begrotingswijziging totaal
-8.464
4.383
7.482
-56
-56
107.615
100.907
43.594
24.000
21.155
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp III.2 Opheffen budgetten OVT ivm dekking provinciale bijdrage aan FUMO
Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 24-9-2014: - onderwerp Landbouwagenda PS 12-11-2014: - onderwerp I.4 Structureel beheer Wolvetinte - onderwerp III.2 Opheffen budgetten OVT ivm dekking provinciale bijdrage aan FUMO - onderwerp IV.A3 Bestedingsritme Gebiedsontwikkeling FranekeradeelHarlingen - onderwerp IV.B2 Bestedingsritme Nota Plattelandsbeleid - onderwerp IV.B3 Bestedingsritme Gebiedsontwikkeling De Centrale As - onderwerp IV.B4 Bestedingsritme Nota Weidevogels - onderwerp IV.B5 Bestedingsritme Gebiedontwikkeling N381 - onderwerp IV.B6 Bestedingsritme Iepen Mienskipsfûns - onderwerp IV.B7 Bestedingsritme Iepen Mienskipsfûns - onderwerp IV.C5 Bestedingsritme Kavelruil
Lasten begroting t/m jaarstukken
317
Bedragen x € 1.000,-
2014
2015
2016
2017
2018
-99.027
-43.425 -23.830 -20.986
2014 Saldo
-105.275
318
Programma 6: Economie, toerisme en recreatie Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
9.727
4.405
6.123
5.761
4.148
-750
750
0
0
0
-731
731
0
0
0
347
-347
0
0
0
0
500
0
0
0
GS: GS bijdrage derden
2.682
0
0
0
0
Begrotingswijziging totaal
1.548
1.635
0
0
0
11.274
6.040
6.123
5.761
4.148
155.884
117.881
77.321
47.330
42.387
0 0
-500 1.000
0 2.000
0 2.000
0 3.000
-200
0
0
0
0
-40
-67
-27
0
0
-1.724
1.245
303
176
0
1.000
0
-1.000
0
0
-440
440
0
0
0
-1.723
1.723
0
0
0
-1.177
937
0
240
0
-350
350
0
0
0
-115
65
0
0
0
-400
400
0
0
0
150
-150
0
0
0
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp IV.A5 Bestedingsritme REP Dairy Campus - onderwerp IV.A6 Bestedingsritme Friese Meren Project categorie A - onderwerp IV.B9 Bestedingsritme Cofinancieringsbudget EFROEZ/Interreg/Waddenfonds PS 10 en 17-12-2014: - onderwerp Aankoop scheepswerf Talsma
Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS 24-9-2014: - onderwerp Landbouwagenda - onderwerp Voorwaardelijk budget REP Wetsus (fase 1) PS 12-11-2014: - onderwerp I.4 Structureel beheer Wolvetinte - onderwerp III.4 Herstel begrotingswijziging Quick Wins 1e berap 2014 - onderwerp IV.A4 Bestedingsritme REP Friese Meren Project - onderwerp IV.A5 Bestedingsritme REP Dairy Campus - onderwerp IV.A6 Bestedingsritme Friese Meren Project categorie A - onderwerp IV.A7 Bestedingsritme REP Friese Meren Project - onderwerp IV.B10 Bestedingsritme Friese Meren Project categorie B - onderwerp IV.B11 Bestedingsritme Toerisme beleid/topattractie - onderwerp IV.B12 Bestedingsritme Voorbereidingskosten toeristisch waddenprogramma - onderwerp IV.B13 Bestedingsrime Provinciefonds Asbest en zonnepanelen LTO - onderwerp IV.B13 Bestedingsritme
319
Bedragen x € 1.000,Duurzame Energie - onderwerp IV.B14 Bestedingsritme Stimuleringsprogramma Wifi - onderwerp IV.B9 Bestedingsritme Cofinancieringsbudget EFROEZ/Interreg/Waddenfonds - onderwerp V.1 Wurkje foar Fryslân Vrijval naar reserve - onderwrep IV.B13 Bestedingsritme Watertechnologie (procesgeld) PS 10 en 17-12-2014: - onderwerp Aankoop scheepswerf Talsma - onderwerp Vrijgeven budget Brede regiomarketing 2015-2017 GS: GS bijdrage derden GS Wurkje foar Fryslân Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
2014
2015
2016
2017
2018
-150
150
0
0
0
-3.735
635
1.100
1.000
1.000
-300
0
0
0
0
-45
45
0
0
0
0 0
1.750 530
0 0
0 0
0 0
2.682 -31
0 2.185
0 77
0 0
0 0
-6.597
10.738
2.453
3.416
4.000
149.286
128.619
79.774
50.746
46.387
-138.012 -122.579
320
-73.651 -44.985 -42.239
Programma 7: Sociaal beleid en zorg Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 2015 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2016
2017
2018
57.263
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Baten begroting t/m jaarstukken 2014
57.263
0
0
0
0
Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
70.600
7.883
4.032
3.975
3.456
-2.160
1.555
605
0
0
-2.160
1.555
605
0
0
68.440
9.437
4.637
3.975
3.456
-11.177
-9.437
-4.637
-3.975
-3.456
Begrotingswijzigingen (BW): Begrotingswijziging totaal
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp IV.B16 Bestedingsritme Sociaal beleid Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
321
Programma 8: Cultuur, Taal en Onderwijs Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
173
174
78
78
78
0
0
0
0
0
173
174
78
78
78
47.492
42.493
30.375
26.823
30.194
-871
0
871
0
0
-35 -306
35 0
0 0
0 0
0 306
-100
0
0
0
0
20
0
0
0
0
-1.293
35
871
0
306
46.200
42.528
31.246
26.823
30.500
Begrotingswijzigingen (BW): Begrotingswijziging totaal Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp IV.B17 Bestedingsritme University Campus Fryslân - onderwerp IV.B18 Bestedingsritme Mediafonds - onderwerp IV.B19 Bestedingsritme Kulturele Haadstêd 2018 - onderwerp IV.B6 Bestedingsritme Iepen Mienskipsfûns GS: GS Wurkje foar Fryslân Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
-46.027 -42.355 -31.168 -26.745 -30.422
322
Programma 9: Ruimte en wonen Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2015
2016
2017
2018
307
260
260
260
260
0
0
0
0
200
GS: GS bijdrage derden
69
0
0
0
0
Begrotingswijziging totaal
69
0
0
0
200
376
260
260
260
460
19.178
18.873
13.829
5.669
3.970
0
2.000
0
0
0
40
67
27
0
0
-100
100
0
0
0
-2.558
2.558
0
0
0
-450
450
0
0
0
0
700
700
0
0
-192
-374
-684
0
200
69 961
0 -461
0 0
0 0
0 0
-2.230
5.039
42
0
200
16.948
23.912
13.871
5.669
4.170
-16.572 -23.652 -13.611
-5.409
-3.710
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 10 en 17-12-2014: - onderwerp Aankoop scheepswerf Talsma
Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 6-11-2013: - onderwerp Bedrijventerrein Hallum Doniaweg PS 12-11-2014: - onderwerp III.4 Herstel begrotingswijziging Quick Wins 1e berap 2014 - onderwerp IV.B20 Bestedingsritme Ruimtelijke Kwaliteit - onderwerp IV.B21 Bestedingsritme Herstructurering woningvoorraad - onderwerp IV.B22 Bestedingsritme Quick Wins gemeenten - onderwerp IV.B23 Bestedingsritme Herstructurering woningvoorraad PS 10 en 17-12-2014: - onderwerp Aankoop scheepswerf Talsma GS: GS bijdrage derden GS Wurkje foar Fryslân Begrotingswijziging totaal Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
323
Programma 10: Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 2015 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2016
2017
2018
295.751
268.217
217.876
217.683
214.250
322
0
0
0
0
GS: GS actualisatie investeringen GS bijdrage derden GS provinciefonds
0 100 2.564
18 7 2.506
18 7 2.850
0 7 2.850
0 7 2.850
Begrotingswijziging totaal
2.986
2.530
2.874
2.857
2.857
298.737
270.747
220.750
220.539
217.106
29.099
31.231
21.573
24.309
24.269
-1.500
-2.500
-2.500
-2.000
-1.500
82
0
0
0
0
-600
600
0
0
0
-255 -4.114
0 -4.087
0 -3.962
0 -3.962
0 -3.962
-2.000
-1.400
-1.000
-1.000
0
15
35
0
0
0
-700
-700
0
0
0
0
-530
0
0
0
0 0 100 0 -325
18 0 7 2.375 -217
18 -25 7 2.850 0
0 -35 7 2.850 0
0 -35 7 2.850 0
Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 12-11-2014: - onderwerp I.6 Dividend Vitens en BNG
Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 24-9-2014: - onderwerp Voorwaardelijk budget REP Wetsus (fase 1) PS 12-11-2014: - onderwerp I.5 Vrijval restant persoonlijk opleidingsbudget (POB) - onderwerp I.7 Rendement toevoeging ten behoeve van RSP/REP - onderwerp I.8 Stofkam - onderwerp III.2 Opheffen budgetten OVT ivm dekking provinciale bijdrage aan FUMO - onderwerp III.7 Verschuiving plankosten Wurkje foar Fryslân van programma 10 naar programma 11 - onderwerp IV.B12 Bestedingsritme Voorbereidingskosten toeristisch waddenprogramma - onderwerp IV.B23 Bestedingsritme Herstructurering woningvoorraad PS 10 en 17-12-2014: - onderwerp Vrijgeven budget Brede regiomarketing 2015-2017 GS: GS actualisatie investeringen GS bedrijfsvoering GS bijdrage derden GS provinciefonds GS voorwaardelijk budget
324
Bedragen x € 1.000,-
Begrotingswijziging Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
2014
2015
2016
2017
2018
-9.297
-6.400
-4.612
-4.140
-2.640
19.802
24.831
16.960
20.169
21.629
278.935
245.916
203.790
200.370
195.477
325
Programma 11: Inzet Nuon-middelen Baten en lasten Aansluiting tussen 2e berap 2014 en de jaarstukken 2014 Bedragen x € 1.000,2014 2015 Baten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS)
2016
2017
2018
107
351
633
915
1.197
GS: GS Wurkje foar Fryslân
18
175
171
159
147
Begrotingswijziging totaal
18
175
171
159
147
126
526
804
1.074
1.344
118.745
49.061
317.696
39.218
51.730
0
-2.000
0
0
0
2.000
1.400
1.000
1.000
0
0
0
-1.500
0
0
-2.180
0
0
0
0
0
3.800
1.500
513
0
GS: GS actualisatie investeringen GS Wurkje foar Fryslân
-1.168 -720
1.300 -1.966
68 -65
0 0
-200 0
Begrotingswijziging totaal
-2.068
2.534
1.003
1.513
-200
116.677
51.595
318.699
40.731
51.530
-51.070 -317.895
-39.657
-50.186
Begrotingswijzigingen (BW):
Baten begroting t/m jaarstukken 2014 Lasten begroting t/m 2e berap 2014 (voor besluitvorming PS) Begrotingswijzigingen (BW): PS: PS 6-11-2013: - onderwerp Bedrijventerrein Hallum Doniaweg PS 12-11-2014: - onderwerp III.7 Verschuiving plankosten Wurkje foar Fryslân van programma 10 naar programma 11 - onderwerp Investeringsagenda Drachten Heerenveen project Molenplein - onderwerp V.1 Wurkje foar Fryslân Vrijval naar reserve - onderwerp Uitvoeringsprogramma 2015 Wurkje foar Fryslân
Lasten begroting t/m jaarstukken 2014 Saldo
-116.551
326
3.3
EMU saldo
In de begroting is de EMU enquête een verplichte bijlage maar deze kwam tot op heden niet terug in de jaarstukken. Vanaf dit jaar wordt deze bijlage ook bij de jaarstukken opgenomen. Hiermee monitoren wij de ontwikkeling van het EMU saldo. Dit wordt met name vanaf 2017 belangrijker aangezien de Minister van Financiën heeft aangegeven dat vanaf dan sancties mogelijk zullen zijn. Ontwikkeling EMU saldo In onderstaande tabel is de raming van het EMU saldo opgenomen voor het jaar 2014. Allereerst de begroting 2014, daarna de begroting 2015 waarin ook het jaar 2014 is herzien en tenslotte de realisatie van het EMU saldo in 2014. Bedragen x € 1 miljoen Resultaat voor bestemming Afschrijvingen ten laste van exploitatie Bruto toevoegingen aan voorzieningen en overlopende passiva Uitgaven te activeren investeringen Bijdrage derden op investeringen Verkoopopbrengsten desinvesteringen Boekwinst verkoopopbrengsten Uitgaven aankoop grond Verkoopopbrengsten uit grond Boekwinst op grondverkopen Betalingen ten laste van voorzieningen en overlopende passiva Betalingen, die niet via resultaat voor bestemming lopen Gaat u deelnemingen verkopen Boekwinst bij verkoop deelnemingen
Mutatie + + + + + + -
Begroting 2014 -18 8 116
Begroting 2015 -219 8 111
Rekening 2014 -71 8 93
258 182
239 78
164 28 15
13
26 31
22 2
136
36
0
nee
nee
nee
-93
-292 228 -42
-111 81 -42
-
-
Raming EMU saldo Dekking vanuit reserves EMU referentiewaarde
-42
Toelichting De grootste afwijkingen in bovenstaande posten worden hieronder toegelicht. Resultaat voor bestemming Het resultaat voor bestemming is aanzienlijk lager dan verwacht bij de begroting 2015. Een van de reden hiervoor is de andere werkwijze rondom de nog openstaande verplichtingen 2014. Bij het opstellen van de begroting 2015 was ervanuit gegaan dat deze als last zouden worden verantwoord in 2014 en daarmee mee tellen voor het EMU saldo. Dit jaar worden deze verplichtingen echter via de reserves doorgeschoven naar 2015 wat als consequentie heeft dat het resultaat voor bestemming € 79 miljoen hoger is uitgevallen. Daarnaast is ook in 2014 sprake van een te optimistische raming van de tijdelijke budgetten en de reserve Nuon projecten waaronder Wurkje foar Fryslân. Zowel bij de 2 e berap 2014 als bij de jaarovergang zijn budgetten doorgeschoven naar 2015 en verder. Uitgaven te activeren investeringen Ten opzichte van de begroting worden er investeringsuitgaven die voor 2014 stonden gepland doorgeschoven naar 2015. Dit wordt veroorzaakt doordat bij grote (infrastructurele) projecten door procedures en dergelijke de kasritmes moeten worden bijgesteld.
327
Bijdrage derden op investeringen Omdat de uitgaven van de investeringen doorschuiven, schuiven ook de voor 2014 begrote bijdragen van derden door.
328
3. 4 Begrippenlijst Accountantsverklaring Schriftelijke mededeling van de accountant waarin deze een oordeel geeft over de getrouwheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties en de rechtmatigheid van de financiële beheershandelingen die geleid hebben tot deze verantwoording. Getrouwheid betreft de juistheid en de volledigheid van de verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Rechtmatigheid betreft de mate waarin zogenoemde financiële beheershandelingen conform de interne en externe regelgeving zijn uitgevoerd. Algemene middelen Dekkingsmiddelen waaraan nog geen specifieke bestemming is gegeven, bijvoorbeeld de vrij aanwendbare reserve, de algemene uitkering uit het provinciefonds en de opbrengst uit de opcenten motorrijtuigenbelasting. Baten en lasten De provincie is verplicht het zogenoemde stelsel van baten en lasten toe te passen. Uitgangspunt voor het jaar waarin de lasten worden verantwoord is het moment van prestatielevering. Dit in plaats van het betaalmoment (kasstelsel). Voor subsidiebeschikkingen is de inhoud van de beschikking bepalend in welk jaar de lasten worden verantwoord. Begroting Het overzicht van de geraamde (verwachte) kosten en opbrengsten in een bepaald jaar, opgezet volgens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). De begroting wordt vastgesteld door Provinciale Staten. Begrotingswijziging Een aanpassing van begrotingsramingen tijdens het begrotingsjaar. Begrotingssaldo Het saldo van in de begroting geraamde baten en lasten in de exploitatie (programma’s). Balans Overzicht van de waarde van de activa (bezittingen, vorderingen) en passiva (reserves, voorzieningen, schulden) op één moment, bijvoorbeeld op 31 december van het kalenderjaar. Besluit begroting en verantwoording decentrale overheden (BBV) Wettelijk bepaalde voorschriften voor de inrichting van de begroting en de jaarstukken. Doeluitkering (of specifieke uitkering) Door een ministerie aan de provincie verstrekte gelden ter uitvoering van een specifieke taak (bijvoorbeeld onderwijs, jeugdzorg etcetera). Een doeluitkering mag alleen aan het voorgeschreven doel worden besteed. Overlopende passiva Dit betreffen bijdragen van andere overheden voor specifieke doelen. Voor deze bijdragen geldt een zogenoemde terugbetalingsverplichting in het geval van nietbesteding. De nog te ontvangen of terug te betalen bedragen worden verantwoord op de balans (jaarrekening). De besteding en de daar tegenoverstaande dekking (bate) worden in de exploitatie (programma’s) ten laste van deze balansposten verantwoord. Tegenover de last staat doorgaans een bate met dezelfde hoogte. Het gebruik van overlopende passiva is verplicht op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en gemeenten (BBV).
329
Exploitatie De baten en lasten in de beleidsprogramma’s. Dit betreffen de lopende inkomsten en uitgaven met betrekking tot een kalenderjaar, geraamd en verantwoord conform het stelsel van baten en lasten. Financiële beheershandeling Handelingen zoals aanbesteden, inkopen en het verstrekken van subsidies. Deze handelingen leiden tot het verantwoorden van baten, lasten en balansmutaties in de jaarrekening. Garantie Zekerheidsstelling door de provincie ten behoeve van derden die een lening aantrekken. Bij derden valt te denken aan bijvoorbeeld gezondheidsinstellingen. Ingeval van wanbetaling zal de provincie de resterende schuld aflossen. Leges Leges worden geheven ter dekking van de kosten van provinciale dienstverlening. Normenkader Overzicht van wet- en regelgeving (extern en intern) aan de hand waarvan de accountant de rechtmatigheid van de financiële beheershandelingen controleert. Planning- en controlcyclus De jaarlijks terugkerende werkzaamheden die samenhangen met het opstellen van de kadernota, de begroting, de bestuursrapportages en de jaarstukken. Provinciefonds Uitkering van het rijk die de provincie in principe vrij mag besteden. Dit ter onderscheiding van doeluitkeringen/specifieke uitkeringen met een gebonden besteding. Jaarrekening Overzicht van de in een bepaald jaar gerealiseerde baten en lasten (programma- of exploitatierekening). In de jaarrekening is ook een balans opgenomen waaruit de vermogenspositie blijkt. Jaarrekeningresultaat Het saldo van gerealiseerde baten en lasten in de jaarrekening. Een positief jaarrekeningresultaat wordt toegevoegd aan de vrij aanwendbare reserve (eigen vermogen). Deze reserve behoort tot de algemene middelen. Een negatief jaarrekeningresultaat wordt opgevangen door een onttrekking aan de vrij aanwendbare reserve. Reserve Reserves behoren tot het eigen vermogen en kunnen worden ingedeeld in algemene en bestemmingsreserves. Aan bestemmingsreserves is door Provinciale Staten een bepaalde bestemming gegeven. Voorziening Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen en geven een schatting van voorzienbare lasten in verband met risico’s en verplichtingen, waarvan de omvang en/of het tijdstip van optreden per de balansdatum min of meer onzeker zijn. Daarnaast worden middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is geclassificeerd onder de voorzieningen.
330
Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is een maatstaf om te beoordelen of de provincie in staat is om nadelige gevolgen van risico’s op te vangen. Dit zonder dat daarbij de continuïteit van de uitvoering van taken in gevaar komt dan wel dat het beleid moet worden gewijzigd. Het weerstandsvermogen is afhankelijk van de ‘benodigde weerstandscapaciteit’ en de ‘beschikbare weerstandscapaciteit’. Risicoparagraaf Onderdeel van de paragraaf Weerstandsvermogen waarin wordt ingegaan op risico’s waarvoor geen beheersmaatregelen zoals voorzieningen en verzekeringen zijn getroffen. Indien een risico zich voltrekt komen de hieruit voortvloeiende kosten ten laste van de zogenoemde algemene middelen. Treasury Het geheel van activiteiten voor het beheer van de liquide middelen en de financiering van de provinciale taken.
331
332
Deel II
JAARREKENING 2014
333
334
JAARREKENING 2014
Statenvergadering
woensdag 24 juni 2015
Gedeputeerde Staten van Fryslân
dinsdag 21 april 2015
14-04-2015
335
Inhoudsopgave 1
Pagina 337
Inleiding
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9
Balans Balans Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Gebeurtenis na balansdatum Toelichting rekeningresultaat Begrotingsonrechtmatigheid Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) Berekening benutting drempelbedag SKB
338 341 342 346 351 352 353 354 355
3
Tijdelijke Budgetten
357
4
Controle verklaring
369
Bijlagen Structurele en niet structurele baten en lasten Gewaarborgde geldleningen Personeelssterkte en -lasten Specifieke uitkeringen (Sisa-verantwoording)
371 372 374 375
5 1 2 3 4
336
1
Inleiding
Deel II van de jaarstukken is de jaarrekening. Deze is opgebouwd uit de programmarekening en de balans, inclusief toelichtingen. In de programmarekening verantwoorden we de baten en lasten in 2014 van de beleidsprogramma's en de algemene dekkingsmiddelen. We confronteren de baten en lasten met de begroting 2014 en de begroting na wijziging (bij de 2e bestuursrapportage). In de balans staan de activa, passiva en de vermogenssituatie van de provincie op 31 december 2014. Het jaarrekeningresultaat is de verbindende schakel tussen de programmarekening en de balans. Het jaarrekeningresultaat 2014 van € 10,4 miljoen wordt op de balans gepresenteerd als nog te bestemmen resultaat en wordt daarmee toegevoegd aan het eigen vermogen. De jaarrekening is ingericht volgens het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de financiële verordening van onze provincie (gewijzigd op 30 november 2011). De opzet van de jaarrekening 2014 verschilt niet ten opzichte van die over 2013. De jaarrekening is gecontroleerd door accountant Ernst & Young. De accountantsverklaring is in de jaarrekening opgenomen. Het rapport van bevindingen van de accountant wordt als afzonderlijk document aan Provinciale Staten voorgelegd. De accountant heeft de zogenoemde beheershandelingen, die hebben geleid tot de verantwoording van de baten, lasten en balansmutaties in de jaarrekening gecontroleerd op rechtmatigheid en getrouwheid. Met rechtmatigheid wordt bedoeld dat beheershandelingen, zoals inkopen, aanbestedingen en het verstrekken van subsidies, conform de betreffende externe en interne regelgeving hebben plaatsgevonden. Uitgangspunt is het zogenoemde normenkader met relevante wet- en regelgeving dat eerder dit jaar aan Provinciale Staten is voorgelegd. Met getrouwheid wordt bedoeld dat de verantwoorde baten, lasten en balansmutaties een juist en volledig beeld geven van het rekeningjaar 2014.
337
2
1 Balans
31 december 2013
31 december 2014
0
0
88.161.065 227.995.960 316.157.025
83.696.075 260.321.160 344.017.234
59.826.525 318.123.967 666.509.637
69.826.525 325.846.015 609.724.206
29.428.756 1.073.888.885 1.390.045.909
28.337.042 1.033.733.788 1.377.751.022
35.967.252 71.905 0 481.139 36.520.296
48.513.142 78.750 0 259.585 48.851.476
13.216.263 0 6.403.477 23.070.574 58.854.950 101.545.262
42.056.609 0 305.976.391 11.996.973 38.832.021 398.861.994
405.270.353 26.468.570
5.493.935 29.634.489
569.804.481
482.841.894
1.959.850.391
1.860.592.916
Activa Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa
- Investeringen met economisch nut - Investeringen met maatschappelijk nut Financiële vaste activa
- Kapitaalverstrekking aan deelnemingen - Overige langlopende leningen u/g - Overige uitzettingen met looptijd =>1 jaar Bijdragen aan activa in eigendom van derden Toaal vaste activa Vlottende activa
-
Voorraden Voorraad grond (IKG) Onderhanden werken Gereed product en handelsgoederen Vooruitbetalingen
-
Uitzettingen korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen Verstrekte kasgeldleningen Rek.courant met niet fin.instellingen Overige vorderingen Overige uitzettingen
Liquide middelen Overlopende activa Totaal vlottende activa Totaal activa
338
31 december 2013
31 december 2014
86.999.808 1.446.477.221 3.915.497 1.537.392.527
54.830.531 1.401.393.056 10.426.535 1.466.650.122
9.692.257
9.805.868
1.169.479 10.861.736
1.247.002 11.052.870
0
0
45.378 2.150 47.528
172.689 1.750 174.439
1.548.301.791
1.477.877.430
0 126.962.421 126.962.421
0 120.936.589 120.936.589
284.441.266
255.790.078
144.913 284.586.179
5.988.818 261.778.896
411.548.599
382.715.485
1.959.850.391
1.860.592.916
Passiva Vaste Passiva Eigen vermogen - Algemene reserve - Bestemmingsreserves - Nog te bestemmen resultaat Voorzieningen
- Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's
- Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer - Onderhandse leningen van binnenlandse banken en financiële instellingen - Door derden belegde gelden - Waarborgsommen
Totaal vaste passiva Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of korter - Kasgeldleningen - Overige schulden Overlopende passiva
- Voorschotbedragen overheden voor
uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel - Overige overlopende passiva
Totaal vlottende passiva Totaal passiva
339
Niet uit de balans blijkende verplichtingen Leasecontract decentrale kopieerapparaten Leasecontracten dienstauto's Huurovereenkomst Centrale As
161.098
105.886
1.148.268 360.000
634.498 240.000
Huurovereenkomst parkeergarage per jaar Voormalig DLG natuurprojecten openstaande verplichtingen
500.000 5.718.730
Voormalig DLG subsidieafrekeningen RVO verplichtingen functieverandering
7.693.617 30.911.658
RVO subsidieverplichtingen natuurbeheer RVO collectief agrarisch natuurbeheer
30.745.211 3.210.890
Staatsbosbeheer natuurbeheer 2014-2019 Groenfonds convenantsleningen Een specificatie van de gewaarborgde geldleningen is opgenomen in bijlage 5.2
37.101.695 11.741.563
340
1.697.502
1.547.140
2 2
Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening
Bedragen x € 1.000 Programma 1 2 3 4 5 6 7 8 9 11
Begroting 2014 voor wijziging Begroting 2014 na wijziging Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo
Bestuur en veiligheid Verkeer en vervoer Wetter Milieu Landelijk gebied Econ., toer. en recreatie Sociaal beleid en zorg Kultuer, taal en ûnderwiis Ruimte en wonen Inzet Nuon middelen
Sub-totaal programma's
388 68.871 729 327 168 5.506 53.917 173 388 0
12.030 114.339 4.931 20.994 49.794 119.775 66.243 38.246 17.173 128.504
-11.643 -45.469 -4.202 -20.666 -49.626 -114.270 -12.326 -38.074 -16.785 -128.504
623 95.135 769 455 2.340 11.274 57.263 173 376 126
10.739 138.680 3.627 12.836 107.615 149.286 68.440 46.200 16.948 116.677
-10.116 -43.544 -2.857 -12.381 -105.275 -138.012 -11.177 -46.027 -16.572 -116.551
Baten 507 84.512 702 11.057 5.659 10.418 57.392 451 388 63
Rekening 2014 Lasten Saldo 10.326 124.506 3.154 18.046 72.763 106.641 68.208 37.912 14.080 65.069
-9.819 -39.994 -2.452 -6.988 -67.103 -96.223 -10.816 -37.462 -13.692 -65.007
130.466 572.030 -441.564 168.534 671.047 -502.514 171.149 520.704 -349.555
Algemene dekkingsmiddelen Provinciale heffingen Algemene uitkering Dividenden Overige alg. dekkingsmiddelen (financieringsfunctie) Saldo compensabele BTW en uitkering BCF Overige algemene dekkingsmiddelen Werken voor derden Sub-totaal algemene dekkingsmiddelen Onvoorzien Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten
64.174 126.982 18.066
0 0 0
64.174 126.982 18.066
65.486 158.019 23.188
0 0 0
65.486 158.019 23.188
65.682 158.050 23.196
0 0 0
65.682 158.050 23.196
39.269
6.515
32.754
38.822
5.917
32.904
38.327
5.640
32.687
49
0
49
49
0
49
18
0
18
0 180
13.681 208
-13.681 -28
1.311 11.862
2.022 11.862
-711 0
713 9.281
1.609 9.281
-896 0
248.721
20.405
228.317 298.737
19.802
278.935 295.266
16.530
278.736
0
0
-116
77
379.187 592.435 -213.247 467.270 690.849 -223.579 466.376 537.118
-70.742
0
0
0
0
-39
Mutatie reserve Bestuur en veiligheid Verkeer en vervoer Wetter Milieu Landelijk gebied Econ., toer. en recreatie Sociaal beleid en zorg Kultuer, taal en ûnderwiis Ruimte en wonen Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 11 Inzet Nuon middelen
1.380 350 2.680 7.130 18.763 1.174 3.191 15.652
0 635 1.758 0 5.581 27 1.433 9.466
0 1.380 -285 922 7.130 13.182 1.147 1.758 6.186
5.425 154 2.147 56.215 34.361 530 8.440 8.782
7.564 1.635 2.093 25.250 34.440 1.570 10.641 6.331
0 -2.140 -1.481 54 30.965 -78 -1.040 -2.201 2.451
4.858 171 2.115 47.051 29.203 734 12.468 13.240
7.586 1.988 7.790 53.476 57.991 1.751 21.799 12.476
0 -2.728 -1.817 -5.675 -6.426 -28.788 -1.017 -9.331 764
87.437 135.272
40.883 0
46.555 135.272
105.531 169.492
49.486 13.240
56.045 156.252
107.732 96.241
60.109 7.679
47.623 88.563
Totaal mutaties reserves
273.030
59.782
213.247
391.078
152.249
238.829
313.813
232.644
81.169
15.250 780.189 769.762
10.427
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Gerealiseerde resultaat
652.217 652.217
0 858.349 843.099
341
2 3
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
Inleiding De jaarrekening 2014 is opgesteld op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de financiële verordening en de hieraan gerelateerde nota’s over de financiële spelregels. Algemene grondslagen De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's, die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen, c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Dit gebeurt onder andere bij overlopend vakantiegeld. Bepaalde medewerkers zijn verplicht tijd te schrijven. Dit is het geval wanneer formatie gedekt wordt uit specifieke (investering) projecten, waarbij het voor de verantwoording noodzakelijk is de daadwerkelijk gemaakte uren op het project te registreren. Op de kostenplaats wordt dit verantwoord als bate. Het resterende saldo op de kostenplaatsen wordt doorbelast naar de beleidsvelden op basis van het aantal formatie-eenheden dat werkzaam is per beleidsveld. De bedrijfsvoeringskosten worden toegelicht in de paragraaf 7 Bedrijfsvoering van het jaarverslag. Balans Op de balans zijn alleen de posten opgenomen die bij de provincie aanwezig zijn. Bij het opstellen van de jaarrekening 2014 is uitgegaan van het vastgestelde financiële beleid zoals opgenomen in de Nota Uitvoering Begroting 2010 (geamendeerd vastgesteld door Provinciale Staten op 16 december 2009), de Nota Reserves, Voorzieningen en Overlopende passiva en de Nota Waarderen, Activeren en Afschrijven 2014. Daarnaast is rekening gehouden met de op 16 november 2008 door Provinciale Staten vastgestelde Nota Afschrijvingsbeleid Bouwurk. Voor de wijze waarop de tijdelijke budgetten zijn verwerkt wordt verwezen naar onderdeel 3 Tijdelijke budgetten. Vaste Activa Artikel 59 BBV beschrijft het onderscheid tussen investeringen met uitsluitend maatschappelijk nut in de openbare ruimte en investeringen met een (beperkt) economisch nut. Investeringen die op enige wijze kunnen leiden tot, of bijdragen aan het verwerven van inkomsten, zijn investeringen met economisch nut. De vraag of de investering geheel kan worden terugverdiend is niet relevant voor de classificatie. De afschrijvingen worden conform de afschrijvingstermijnen berekend. De afschrijving begint te lopen vanaf 1 januari van het jaar na oplevering van de investering. De rentelasten worden in de rekening van baten en lasten verantwoord, behoudens de in voorkomende gevallen berekende bouwrente. Deze wordt geactiveerd. De periode van bouwrente eindigt op het einde van het jaar waarin de investering wordt opgeleverd. Deze rentelasten worden berekend op basis van de boekwaarde per 1 januari en de gemiddelde boekwaarde van de vermeerderingen en verminderingen in het verslagjaar.
342
Op 16 december 2009 is de nota Waarderen, Activeren en Afschrijven 2010 door Provinciale Staten vastgesteld. Deze nota bepaalt dat er vanaf 2010 alleen nog maar lineair wordt afgeschreven en dat er geen interne rente meer wordt toegerekend. Op 19 december 2012 is door middel van de aangepaste nota Waarderen, Activeren en Afschrijven bepaald dat de bouwrente wordt bevroren op het niveau van de begroting 2013. De afschrijvingstermijnen blijven gehandhaafd op het niveau van de vastgestelde nota 2010. Met ingang van 2014 wordt de boekwaarde bij gereed melding van de investering gelijk afgewaardeerd ten laste van de reserve NUON balansverkorting. Ook de reeds gerede werken die vallen onder de balansverkorting zijn in 2014 afgeboekt. Immateriële vaste activa Dit zijn kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen, het saldo van agio en disagio en de kosten van onderzoek en ontwikkeling. Het beleid is om immateriële vaste activa niet te activeren. Indien zich de noodzaak voordoet om dit toch te doen, dient over een dergelijk voornemen door Provinciale Staten een besluit te worden genomen. Materiële vaste activa met economisch nut Materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Het kan zijn dat er in het verleden reserves op deze investeringen zijn afgeboekt. Dat is conform het BBV niet meer toegestaan. De gehanteerde afschrijvingingstermijnen bedragen in jaren: Huisvesting en inrichting (Bouwurk) Casco (betreft het grootste deel v.d. investering) 48 jaar Daarnaast hebben verschillende deelinvesteringen een aparte afschrijvingstermijn gekregen in verband met technische levensduur. Apparatuur 3 jaar Automatisering 5 jaar Voertuigen 6 jaar Vaartuigen Aanhangmotoren Polyester speedboten Kranen/navigatie- + communicatieapp./generatoren Vasten motoren/spudpalen/lieren Conventionele vaartuigen Materiaal buitendienst GPS-ontvangers Maaimachines/hogedrukreinigers Bebakeningwagens/zoutstrooiers/heftrucks Sneeuwploeg/gladheidsbestrijdingsinstallaties
3 jaar 6 jaar 10 jaar 15 jaar 30 jaar 3 jaar 6 jaar 10 jaar 15 jaar
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut De provincie schrijft af op deze middelen. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investeringen in mindering gebracht. In deze gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Op deze investeringen kunnen reserves in mindering worden gebracht. De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren: Weginfrastructuur Wegmeubilair/halteplaatsen/VRI Wegen/verharding Natte infrastructuur Oeververdediging/bodem/vaarwegmeubilair Afstandsbedieningen Bruggen/sluizen/aquaducten
343
15 jaar 30 jaar 30 jaar 25 jaar 50 jaar
Balansverkorting In de nota Wurkje foar Fryslan is afgesproken om de infrastructurele werken versneld af te schrijven, balansverkorting genoemd. Deze stelselwijzing is in 2014 doorgevoerd. Financiële vaste activa De waardering van de deelnemingen vindt als volgt plaats: De aandelen van de Nederlandse Waterschapsbank, de Noordelijke Ontwikkeling Maatschappij (NOM) en van de Visafslag Lauwersoog zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De aandelen BNG zijn tegen verkrijgingsprijs opgenomen onder de deelnemingen. De Grootboeken der Nationale Schuld van het BUMA-legaat zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. De waardering van de aandelen Vitens is gelijk aan de verkrijgingspijs. De provincie heeft een belang van 13% in Vitens. De waardering van de aandelen Alliander NV, het gesplitste netwerkbedrijf van Nuon, is gelijk aan de oorspronkelijke (benaderde) verkrijgingprijs van Nuon. De provincie heeft een belang van 12,65% in Alliander. De dividenduitkeringen van de BNG, NWB, Alliander en Vitens worden verantwoord via het stelsel van baten en lasten. Dit houdt in dat de vergadering van aandeelhouders besloten moet hebben over de hoogte van het dividend. De dividendbate over het jaar 2012 is daarom in de jaarrekening 2013 verantwoord. Bij de afwikkeling van de verkoop van deelnemingen van het toenmalige NUON is bepaald dat niet het gehele verkoopbedrag in aandelen wordt omgezet, maar dat voor het garantiedeel door het NUON een geldbedrag uitgekeerd wordt, dat vervolgens weer als achtergestelde lening aan NUON wordt verstrekt. De verstrekking van de lening is in de balans verwerkt onder de financiële vaste activa. De overeenkomsten tot het verstrekken van een aantal achtergestelde converteerbare geldleningen zijn ultimo 2001 opgemaakt. De obligaties die uit hoofde van het vermogensbeheer zijn aangeschaft worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. De waarde groeit geleidelijk toe naar de nominale waarde. Het verschil tussen de verkrijgingsprijs en de nominale waarde wordt in de resterende looptijd van de obligaties verrekend met het couponrendement. In 2005 is een lening van € 22 mln. verstrekt aan de gemeente Heerenveen. Dit betreft besluit BW 12 2004, d.d. 15-9-2004. De lening wordt verstrekt in verband met de afwikkeling van IBF en is bedoeld voor herfinanciering van het bedrijventerrein Klaverblad Noord-Oost. De looptijd is 13 jaar. Daarnaast zijn in het verleden geldleningen verstrekt aan diverse stichtingen, bedrijven en instellingen. In 2014 is gestart met het uitgeven van revolverende leningen. Overige langlopende geldleningen en bijdragen in activa van derden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Vlottende activa Vlottende activa bestaan uit de voorraden, de uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar, de liquide middelen en de overlopende activa. De voorraden, waaronder de voorraad gronden, zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs. Bij de voorraden zijn vanaf 2009 de aangekochte gronden in het kader het investeringskrediet grondaankopen (IKG) opgenomen. Dit is vastgesteld op 22 april 2009. De provincie verwerft gronden in het kader van het pMJP voor de beleidsdoelen ten behoeve van landbouw, natuur en het provinciale grondbeleid.
344
Vorderingen, overlopende activa en liquide middelen. Deze activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor onverwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Als een vordering na een incassoprocedure als oninbaar wordt ingeschat, wordt deze opgenomen in de voorziening. Passiva Passiva worden ingedeeld in vaste en vlottende passiva. Vaste passiva Onder vaste passiva wordt verstaan het eigen vermogen, de voorzieningen en de vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. In de Nota Reserves en Voorzieningen (Provinciale Staten van 22 oktober 2014) is het algemene beleid met betrekking tot reserves, voorzieningen en overlopende passiva opgenomen. Het beleid voor de tijdelijke budgetten is weergegeven in de Nota Uitvoering Begroting 2010. Daarin is ook vastgelegd hoe Gedeputeerde Staten de jaarovergang tijdelijke budgetten uitvoeren. Het eigen vermogen bestaat uit reserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves worden verantwoord conform de besluiten van Provinciale Staten. Onttrekkingen aan reserves ten behoeve van investeringen worden direct in mindering gebracht op de desbetreffende aanschaffingsprijs of vervaardigingkosten. Toevoegingen aan de reserves worden verantwoord in de programmarekening. Bij bestemmingsreserves met bespaarde rente is een percentage van 2% gehanteerd die jaarlijks wordt toegevoegd. Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting, c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van GSleden is op contante waarde van de toekomstige uitkeringsverplichting gewaardeerd. Voorzieningen worden gevormd wegens: a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs in te schatten; b. op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren; d. van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden. De langlopende schulden zijn tegen nominale waarde gewaardeerd. Vlottende passiva Onder vlottende passiva zijn opgenomen voorschotbedragen van overheden voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel en netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan één jaar. De kortlopende schulden en de overlopende passiva zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Waarborgen en garantstellingen De verplichtingen die voortvloeien uit het waarborgen van geldleningen zijn, conform het BBV, op de balans vermeld maar maken daar geen deel van uit. Dit betreffen borgstellingen van opgenomen leningen van diverse instellingen.
345
2 4 Toelichting op de balans Vaste activa Immateriële vaste activa
31 december 2013 31 december 2014 0 0
Materiële vaste activa Investeringen met economisch nut Boekwaarde per 1 januari Investeringen Bijdrage derden Afwaarderingen Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
31 december 2013 31 december 2014
Investeringen met maatschappelijk nut Boekwaarde per 1 januari Investering Bijdragen derden Afschrijvingen Afwaarderingen Boekwaarde per 31 december
88.452.322 5.221.450 -289.075
88.161.065 1.468.241 -397.704
-5.223.632 88.161.065
-5.535.527 83.696.075
247.605.654 134.989.059 -150.149.858 -4.448.894 227.995.960
Specificatie Investeringen met economisch nut Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa
aanschafwaarde
Investeringen met maatschappelijk nut Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
totaal afschrijvingen
227.995.960 184.083.744 -91.519.867 -1.128.425 -59.110.253 260.321.160
totaal versnelde boekwaarde afschrijving 31-12- 2014
1.845.352 0 108.387.919 2.290.495 11.958.707 7.997.602 132.480.075
384.826
0
36.558.483 1.686.801 6.707.651 2.766.403 48.104.164
315.442 212.139 42.382 109.872 679.836
1.460.526 0 71.513.994 391.554 5.208.674 5.121.326 83.696.075
375.572.763
56.058.267
59.193.336
260.321.160
Bij de behandeling van de kadernota 2014 op 3 juli 2013 hebben Provinciale Staten ingestemd met het versneld afschrijven van verschillende investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, voornamelijk wegen. Deze investeringen zijn grotendeels eenmalig. Deze investeringen mogen volgens de wettelijke regelgeving (BBV) zowel geactiveerd worden als ineens ten laste van de exploitatiebegroting gebracht worden via versnelde afschrijving. De versnelde afschrijving komt ten laste van de reserve Nuon. Investeringen in kunstwerken en afstandsbedieningen blijven wel op afschrijving staan, want die worden op termijn wel vervangen. Met ingang van 2014 is gestart met de versnelde afschrijving. De boekwaarde wordt bij gereedmelding van de investering gelijk versneld afgeschreven ten laste van de reserve NUON balansverkorting. Ook de reeds gerede werken die vallen onder de balansverkorting zijn in 2014 afgeboekt. In de komende jaren wordt beschikt over de reserve NUON voor € 473 mln. De WOZ-waarde 2014 van volledig afgeschreven woningen en enkele bedrijfspanden is € 8,6 mln.
Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen Boekwaarde per 1 januari (Des)investeringen Voorziening Boekwaarde per 31 december
31 december 2013 31 december 2014 55.665.903 4.160.622 59.826.525
59.826.525 13.500.000 -3.500.000 69.826.525
De vermeerdering zijn de aandelen Doefonds (€ 3,5 mln) en FSFE BV (€ 10 mln). Voor de kapitaalverstrekking Doefonds is een voorziening getroffen. De waarde op de balans is de verkrijgingsprijs van de aandelen. De martkwaarde is hier onder opgenomen: Alliander 444.375.000 NV Bank voor Nederlandse Gemeenten 4.634.616 Nederlandse Waterschapsbank 1.842.645 Vitens 56.979.000 Doefonds 3.500.000 FSFE BV 10.000.000 Overige langlopende leningen Boekwaarde per 1 januari *) (Des)investeringen Voorziening geldlening + revolverende middelen Boekwaarde per 31 december
506.728.997 -186.919.188 -1.685.842 318.123.967
319.809.809 13.378.852 -7.342.646 325.846.015
868.054.507 49.442.992 -192.150.802 -58.837.060 666.509.637
666.509.637 2.704.065 -20.675.366 -38.814.131 609.724.206
32.701.890 89.751 -2.271.172 -1.091.713 29.428.756
29.428.756
Voor enkele verstrekte geldleningen is in 2014 een voorziening gevormd. Boekwaarde 1-1-2014 1.685.842 Vermeerderingen 5.656.804 Boekwaarde 31-12-2014 7.342.646 Financiële vaste activa, overige uitzettingen met looptijd = >1 jaar Boekwaarde per 1 januari Vermeerderingen Verminderingen Overboeking naar vlottende activa op 31-12 Boekwaarde per 31 december Bijdragen aan activa in eigendom van derden Boekwaarde per 1 januari Vermeerderingen Verminderingen Afschrijvingen Boekwaarde per 31 december
346
-1.091.713 28.337.042
Vlottende activa Voorraden
31 december 2013 31 december 2014
Voorraad grond (IKG) Grond voor grond Onderhanden werken Vooruitbetalingen Verloop investeringskrediet grondaankopen (IKG) Boekwaarde per 1 januari Vermeerderingen Verminderingen *) Risicovoorziening grond Boekwaarde per 31 december
27.576.823 8.390.431 71.905 481.139
48.513.142 0 78.750 259.585
32.094.510 -43.588 -155.452 -4.318.647 27.576.823
31.895.470 29.968.272 -10.010.701 -3.339.899 48.513.142
*) V. Risicovoorziening grondaankopen
In overleg met E&Y wordt met ingang van 2012 de voorziening gepresenteerd bij voorraad grond en niet bij voorziening bestaande risico's. Risicovoorziening. Tot 2012 werd bij aankoop en verkoop van de gronden via DLG 20% van het aan- of verkoopbedrag toegevoegd of onttrokken aan de voorziening. Nu wordt elke jaar één derde van de gronden getaxeerd en eventueel verrekend met de voorziening.
Uitzettingen korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen Verstrekte kasgeldleningen *) Rek.courant met niet fin.instellingen Overige vorderingen ILG voorschotten Vooruitbetaald Overboeking van FVA (obligaties met een looptijd > 1 jaar) Overige uitzettingen
31 december 2013 31 december 2014 13.216.263 42.056.609 0 0 6.403.477 305.976.391 23.070.574 5.945.893 3.079.965 2.971.114 58.837.060 38.814.131 17.890 17.890
*) Deze gelden staan uit bij het Rijk, schatkistbankieren.
Bij de overige vorderingen is een voorziening dubieuze debiteuren opgenomen. Het verloop in 2014 is als volgt: Voorziening dubieuze debiteuren. 31 december 2013 31 december 2014 Boekwaarde per 1 januari 1.845.736 1.571.096 Oninbaar -316.729 -107.961 Alsnog voldaan -74.601 -9.065 Opgenomen 116.691 118.947 Boekwaarde per 31 december 1.571.096 1.573.017 Liquide middelen Rabobank (huisbankier) Bank Nederlandse Gemeenten Groenfonds Kas FP&C Groenfonds Garantielen. Grondaank. EHS Fryslân Rabobank mobiliteitsfonds Bank: kasbank/vermogensbeheerders Bank: ABN AMRO Rekening Courant 60.59.28.711 Bank: ABN AMRO Ondernemers Deposito 60.59.42.285 Bank: ABN AMRO Ondern Top Deposito 60.59.45.519 Bank: ABN AMRO Ond Top Deposito Plus 60.59.48.674 Bank: ABN AMRO Ondern Loyaal Deposito 60.59.59.323 Bank: ING Liquidity Mgmt Account 6090011 Bank: ING Zakelijke Spaarrekening 6090011 Bank: ING Zkl Bonus Spaarrekening 6090011 Bank: ING Zkl Kwartaal Spaarrekening 6090011 Bank: ING Rekening courant 6090011 Bank: Ministerie van Financien 20728 miv 2014 naar uitzettingen korter dan één jaar
Overlopende activa Nog te ontvangen Opcenten 2014 Debiteuren PMV Nog te ontvangen Nog te ontvangen Nog te ontvangen Nog te ontvangen Nog te ontvangen Overig
31 december 2013 31 december 2014 3.891.370 3.296.896 -8 -10 6.403 0 1.448 1.515 1.705.005 1.705.005 486.365 489.444 23.661 1.084 6.047 0 16.454 0 19.953 0 37.112 0 0 0 80.305 0 42.695 0 61.197 0 4.675 0 47.670 0 398.840.000 405.270.353 5.493.935 26.468.570
bedragen
29.634.489
31 december 2013 31 december 2014 4.809.864 5.685.569 282.181 176.229 2.259.942 0 213.902 10.932 16.672.407 14.928.737 7.753.182 641.753 2.230.273 438.087 26.468.570 29.634.489
FUMO rente banken rente vermogen DLG "laadje" Natuurpact Project Fryslan Fernijt III
Vaste passiva
Eigen vermogen Algemene reserve Overige bestemmingsreserve Resultaat na bestemming
1 januari 2014 90.915.305 1.446.477.221
mutatie vormen 21.038.666 211.605.132
1.537.392.526
232.643.798
Saldo eigen vermogen na begrotingsmutatie
beschikken 31 december 2014 57.123.440 54.830.531 256.689.298 1.401.393.055 10.426.535 313.812.698 1.466.650.162 762.120.400
347
begrotings mutatie -45.150.480 -659.379.282 -704.529.762
Overzicht en verloop reserve R. Algemene reserve R. Vrij aanwendbare reserve totaal algemene reserve
1 januari 2014 9.250.000 81.665.305 90.915.305
mutatie vormen 0 21.038.666 21.038.666
Overzicht en verloop reserve R. Reserve NUON besteedbaar deel R. Reserve Inzet NUON reserve R. Reserve NUON balansverkorting R. Reserve revolverend NUON reserve (beklemd)
1 januari 2014 433.788.291 296.143.156 472.997.000 0
mutatie vormen 31.015.023 0 0 7.678.598
R. R. R. R. R. R. R.
Aankoop natuurterreinen (fase 1) Frictiekosten en infoplan 2011 Persoonlijk Ontwikkelingsbudget (POB) Reserve Van Harinxmakanaal Natuurpact 2014 Gebiedsbudget Jaarovergang structurele budgetten
Verloop NUON reserves
0 1.047.629 777.378 116.921.264 9.748.260 0
0 530.377 777.378 2.299.423 0 5.285.010 0
31 december 2014 1.097.774.095
begrotings mutatie -746.728.781
saldo na mutatie 351.045.314
Categorie C R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten R. Tijdelijke budgetten
programma 1 categorie C programma 2 categorie C programma 3 categorie C programma 4 categorie C programma 5 categorie C programma 10 categorie C bedr voering categorie C
totaal bestemmingsreserve
31 december 2014 417.196.709 262.932.413 409.966.375 7.678.598 874.011 869.291 0 117.863.444 15.157.988 0 419.294
100.000.000 100.000.000 151.045.314 351.045.314
1 januari 2014
Categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 6 categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 7 categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 8 categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 9 categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 4 categorie B R. Verrek reserve begrotingsruimte categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 5 categorie B R. Tijdelijke budgetten programma 10 categorie B
beschikken afschrijvingslasten 47.606.605 33.210.743 63.030.625 0
874.011 352.039 0 3.241.603 5.409.728 5.285.010 419.294
Specificatie van het saldo na mutatie Weerstandsvermogen binnen Nuon reserve Extra buffer Vrij besteedbaar
Categorie A R. TA4 FMP Noordelijke Elfsteden Route R. UP U3: FMP spoor 1 fase 2 2006-2013 R. TA6 Convenant A7 2007-2013 R. TA7 Convenant Westergozone 2007-2013 R. UP U8: FMP spoor 2 R. TA3 Convenant Leeuwarden 2000-2010 R. TA1 Convenant A7 1999-2006 R. TA5 FYLG 2007-2013 R. TA2 Convenant Westergozone 1999-2006 R. TA8 RSP REP NUON R. TA9 RSP Openbaar Vervoer NUON R. TA10 RSP Zuiderzeelijn Provinciefonds R. TA11 Progr Bereikbaarheid Leeuwarden 2010-2014 R. TA12 FMP Gaasterlan-Sleat R. TA13 FMP fietspad Swette bijdrage R. TA14 FMP Boarnsterhim R.TA15 FMP watersportvoorziening Leeuwarden bijdr. R. TA16 RSP REP Provinciefonds R. TA17 FMP Harlingen R. TA18 FMP Tytsjerksteradiel R. TA19 Externe veiligheid R. TA20 FMP Turfroute overstapplaatsen Opsterland R. TA21 FAMKE verdiepingsslag Opsterland R. TA22 Afsluitdijk bijdrage derden R. Tijdelijke budgetten programma 10 categorie A R. TA23 A7 Westergozone convenanten R. TA24 ANNO Agenda Netwerk Noordoost Fryslan R. TA25 FAMKE verdiepingsslag Heerenveen R. TA26 NUON investeringsagenda R. TA28 Gebiedsontw Franekeradeel-Harlingen R. TA29 Voorbereiding rondje Lauwersmeer R. TA30 Polderhoofdkanaal
beschikken afschrijvingslasten 31 december 2014 0 9.250.000 57.123.440 45.580.531 54.811.130 0 54.830.531
1.227.400 0 -1.444.109 676.580 0 18.548 28.000 24.786.502 0 4.144.997 0 0 6.376.053 950.000 44.194 -533.388 0 451.921 0 0 125.802 140.700 49.917 401.504 3.000.000 952.293 -2.019.167 37.295 0 2.397.550
mutatie vormen
beschikken afschrijvingslasten
275.000
4.295 0 928.429 0 0 64.363 0 32.311.383 0 4.038.000 0 0 0 0 155.806 100.000 0 11.503.818 0 0 314.053 0 15.535 230.572 0 2.115.100 8.802.975 0 1.693.967 1.080.333 255.681 2.039.076
0 0 182.352 319.475 0 0 28.000 34.061.043 0 1.079.840 0 0 233.037 950.000 188.313 0 0 1.127.923 0 0 0 0 0 0 500.000 1.783.111 3.990.967 36.630 0 0 0 1.636.000
42.087.591
65.653.386
46.116.691
13.529.134 2.132.994 8.246.173 7.741.896 5.527.425 15.776.096 16.509.649 -3.832.179 65.631.188
28.564.638 1.750.663 21.719.355 8.389.070 1.755.592 316.067 11.541.005 3.832.179 77.868.569
17.517.199 734.122 12.431.381 5.744.203 1.414.344 2.335.259 11.119.922 0 51.296.430
0 2.738.903 -237.604 650.326 1.252.339 1.465.000 1466500 7.335.464
0 2.631.096 1.987.663 5.719.856 2.004.256 1.465.000 0 13.807.871
1.446.477.221
211.605.132
348
31 december 2014 1.231.695 0 -698.031 357.105 0 82.911 0 23.036.842 0 7.103.157 0 0 6.143.016 0 11.687 -433.388 0 10.827.815 0 0 439.854 140.700 65.452 632.076 2.500.000 1.284.282 2.792.841 665 1.693.967 3.477.883 255.681 678.076
0
61.624.287
0
24.576.573 3.149.535 17.534.148 10.386.763 5.868.673 13.756.904 16.930.732 0 92.203.327
0 1.780.146 170.818 700.313 1.869.737 1.465.000 550000 6.536.015
0
0 3.589.853 1.579.241 5.669.869 1.386.858 1.465.000 916.500 14.607.320
256.689.298
0
1.401.393.055
Stand van zaken reserves R. Algemene reserve R. Frictiekosten en infoplan 2011 R. Tijdelijke budgetten
R. Persoonlijk Ontwikkelingsbudget (POB) R. Reserve NUON
R. Reserve Van Harinxmakanaal R. Natuurpact 2014 R.Gebiedsbudget
R. Jaarovergang structurele budgetten
Flexibel te besteden bufferreserve. De buffer is bepaald op € 9.25 mln. Reservering voor bedijfsvoeringskosten. De tijdelijke budgetten worden in drie categorieën ingedeeld: A, B en C. Voor elke categorie gelden specifieke spelregels voor het aangaan van verplichtingen en voor de zogenoemde jaarovergang; het reserveren van resterende middelen opdat deze voor de oorspronkelijke doelen ingezet kunnen blijven worden. Dit is geregeld in de nota Uitvoering begroting. Beschikbaar gestelde middelen voor het persoonlijk ontwikkelingsbudget: € 1.500,- per persoon. Reservering voor diverse projecten, opgebouwd bij de verkoop van de NUON-aandelen. Door de opheffing van de BV Falcon maakt deze reserve per 1 januari 2012 deel uit van het eigen vermogen van de provincie. PS besluit 18 september 2013. Betreft afkoopsom VH kanaal. PS besluit 22 januari 2014. Reservering van de niet bestede decentralisatie uitkering Natuur van het Rijk. Onttrekkingen indien het jaarlijkse exploitatiebedrag niet voldoende is PS besluit 17 december 2014. Middelen beschikbaar houden voor het desbetreffende gebied. In 2014 is er meer besteed dan begroot, de hierdoor ontstane negatieve reserve is vanuit de VAR aangevuld. Het gaat om een bedrag van € 2.312.310. Ingesteld ivm nieuwe werkwijze subsidieverplichtingen en balanspost crediteuren. Wordt in het volgende jaar afgewikkeld.
349
Voorzieningen Bestaande risico's Van derden verkregen met specifieke bestemming
1 januari 2014 9.692.257 1.169.479 10.861.736
mutatie toevoeging 370.939 679.882 1.050.822
aanwending 31 december 2014 164.923 9.805.867 694.765 1.247.003 859.688 11.052.870
Overzicht en verloop voorziening V. Waardeoverdracht pensioenen GS leden V. Wachtgelden PS-leden V. Legaat van Harinxma thoe Sloten V. Boot It Fryske Gea (IFG) V. Jorritsma-Boschmafonds V. Grafiekcollectie Knecht-Drenth V. Uitbr/instandh grafiekcollectie Knecht-Drenth V. Buma-legaten V. Groot onderhoud Provinciehuis V. Baggerdepot Meilahuizen V. Grondwaterplan V. Weidevogelcompensatie V. Vrijwillige mobiliteit personeel V. Groot onderhoud waterwet V. Groot onderhoud wegen V. Groot onderhoud vaarwegen
1 januari 2014 7.241.469 41.972 22.047 92.406 131.555 0 445.353 159.919 456.000 17.890 410.605 1.411.040 431.480 0 0 0 10.861.736
mutatie toevoeging 0 0 0 0 2.631 73.059 22.689 5.790 228.000 0 575.713 142.939 0 0 0 0 1.050.822
aanwending 31 december 2014 139.910 7.101.559 0 41.972 113 21.934 92.406 0 0 134.186 73.059 0 0 468.042 5.790 159.919 0 684.000 16.937 953 523.396 462.922 8.076 1.545.903 0 431.480 0 0 0 0 0 0 859.688 11.052.870
Stand van zaken voorzieningen V. Waardeoverdracht pensioenen GS-leden Risicovoorziening. Ter dekking van betaling van afkoopsommen aan ABP voor pensioenen van GS-leden. V. Wachtgelden PS-leden Risicovoorziening. Ter dekking van wachtgeld voor PS-leden. V. Legaat van Harinxma thoe Sloten Legaat ten behoeve van onderhoud van een kamer in het Fries Museum. V. Boot It Fryske Gea (IFG) Risicovoorziening. Voor aanschaf en onderhoud van een nieuwe boot. In 2014 opgeheven. V. Jorritsma-Boschmafonds Fonds gevormd door een legaat ten behoeve van uitkering aan studenten. V. Grafiekcollectie Knecht-Drenth V. Uitbreiding en instandhouding van de grafiekcollectie Knecht-Drenth Schenking ten behoeve van aankoop, instandhouding en aankoop grafiekcollectie. De collectie is ondergebracht bij het Fries Museum. V. Buma-legaten Legaat ten behoeve van de provinciale bibliotheek, Tresoar. V. Groot onderhoud Provinciehuis Jaarlijks wordt een bedrag van € 228.000 toegevoegd aan de voorziening voor onderhoud nieuw provinciehuis. V. Baggerdepot Meilahuizen Voorziening om risico baggerdepot af te dekken. V. Grondwaterplan Aan deze voorziening wordt jaarlijks de opbrengsten grondwaterbelasting toegevoegd. V. Weidevogelcompensatie In het werkplan weidevogels is het compensatiebeginsel weidevogelgebieden opgenomen. Bij ruimtelijke ingrepen waarbij potentiële weidevogelgebieden verdwijnen moet het verlies gecompenseerd worden. Inmiddels zijn hiervoor vier contracten afgesloten. V. Vrijwillige mobiliteit personeel Voorziening gevormd voor personeelsleden die gebruik maken van vrijwillige mobiliteit. Langlopende schulden Onderhandse leningen van banken en financiële instellingen Door derden belegde gelden Waarborgsommen
1 januari 2014 0 45.378 2.150
vermeerdering 150.000
aflossingen 31 december 2014 0 22.689 172.689 400 1.750
Stand van zaken langlopende schulden Door derden belegde gelden Leningen aangegaan door de provincie ten behoeve van de aankoop van de Grafiekcollectie Knecht-Drenth. Vlottende passiva Kortlopende schulden Kasgeldleningen Overige schulden Nog te betalen Vooruitontvangen Nationaal Restauratiefonds voorschotten Rekening Courant Nazorg fonds Rekening courant Vermilion en Frisia
350
1 januari 2014 0
vermeerdering
44.256.595 59.049.476 3.288.969 6.403.477 10.527.395 3.436.509 126.962.421
668.047.731 767.047 18.546.459 612.200 532.131 7.523.657 696.029.226
aflossingen 31 december 2014 0 674.125.671 24.507.385 2.761.918 0 36.764 623.319 702.055.057
38.178.655 35.309.138 19.073.511 7.015.676 11.022.762 10.336.847 120.936.589
Overlopende passiva (OP) : voorschotbedragen overheden voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel OP RCW diverse reserveringen OP Programma BDU (Brede Doel Uitkering) OP BDU Gedragsbeinvloeding OP BDU Openbaar vervoer OP BDU Spoorlijnen OP WBB 2005-2009 OP Wadlopen OP SCW Secretariaat Stuurgroep Waddenprovincies OP Jeugdhulpverlening OP SEPH ServicePunt Handhaving Waddenzee OP Mobiliteitsfonds bereikbaarheid Lwd OP Leader Technische Hulp Plattelansprojecten OP Topattractie Subs Toerisme Natuurlijk STINAF OP Project Fryslan Fernijt III OP RSP Mobiliteitsfonds via SNN OP Fries Bestuursakkoord Waterketen 2010-2015. OP Verdiepen Langweerder Wielen OP RIPF Fryslan Fernijt II OP Quick Win Binnenhavens It Soal OP BDU Infra OP Startsubs bestuurlijke strafbeschikking milieu OP Life Alde Feanen N2000 voorbereiding
overige overlopende passiva overig
21.541.875 7.741.221 5.388.745 67.548 23.562 0 3.892 489.443 7.723 564.817 874.670 211.162.743 398.216 60.920 62.705 47.488 16.861.501 76.156 1.279.840 284.441.266
mutatie toevoeging 0 -127.000 910.082 0 366.721 0 44.807 0 0 0 1.091 0 0 0 1.939.049 0 0 0 0 1.037.770 75.207 676.632 4.924.359
aanwending 31 december 2014 1.788 43.369 1.048.420 16.567.626 910.082 0 800.060 20.741.815 0 8.107.942 5.388.745 0 0 112.355 8.875 14.688 0 0 3.892 0 179.486 311.047 7.723 -0 60.627 504.190 874.670 0 24.137.394 188.964.398 66.451 331.765 39.849 21.071 0 62.705 47.487 0 0 17.899.271 0 151.364 0 1.956.472 33.575.547 255.790.078
1 januari 2014 144.913 144.913
mutatie toevoeging 5.843.905 5.843.905
aanwending 31 december 2014 5.988.818 0 5.988.818
1 januari 2014 45.157 17.743.046
De toevoeging betreft de nog te verrekenen gronden die overkomen van Rijk en de provincie Drenthe. Waarborgen en garanties. De verplichtingen, voortvloeiende uit het waarborgen van geldleningen, zijn conform de BBV op de balans vermeld, maar maken er geen deel van uit. De provincie heeft zich garant gesteld voor de rente en aflossing van door diverse instellingen aangegane geldleningen.
31 december 2013 31 december 2014 161.098 105.886 1.148.268 634.498 360.000 240.000 500.000
Leasecontract decentrale kopieerapparaten Leasecontracten dienstauto's Huurovereenkomst Centrale As Huurovereenkomst parkeergarage per jaar DLG natuurprojecten openstaande verplichtingen DLG subsideafrekeningen RVO verplichtingen functieverandering RVO subsidieverplichtingen natuurbeheer RVO collectief agrarisch natuurbeheer Staatsbosbeheer natuurbeheer 2014-2019 Groenfonds convenantsleningen
5.718.730 7.693.617 30.911.658 30.745.211 3.210.890 37.101.695 11.741.563
Een specificatie van de gewaarborgde geldleningen is opgenomen in bijlage 5.2
1.697.502
1.547.140
DLG projecten en subsidieafrekeningen. Op 1 januari 2015 vindt de transitie DLG plaats. Ook de vorderingen, schulden en subsidieverplichtingen gaan over naar de Provincie Fryslân. Bij NUBBV zijn de bedragen opgenomen die daar mee gemoeid zijn. RVO. In verband met het in 2014 afgesloten Natuurpact is de verantwoordelijkheid voor de afwikkeling van de subsidieverplichtingen voor natuurontwikkeling en -beheer over gegaan van het Rijk (DLG) naar de provincies. In voorgaande jaren zijn door de DLG subsidieverplichtingen voor functieverandering en beheer aangegaan. Deze verplichtingen worden namens de provincies afgewikkeld via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Voor Fryslân gaat het om een totaalbedrag van € 65,4 miljoen. In de middelen, die vanwege het Natuurpact met ingang van 2015 structureel in het provinciefonds worden gestort, is rekening gehouden met deze reeds aangegane verplichtingen. Van de € 65,4 miljoen heeft € 30,9 miljoen betrekking op functieverandering, € 30,8 miljoen op natuurbeheer en € 3,2 miljoen op collectief agrarisch natuurbeheer. Staatsbosbeheer. De provincie heeft in 2014 een beschikking voor 6 jaar afgegeven aan Staatsbosbeheer voor het natuur- en landschapsbeheer, voor 2015 t/m 2019 is de niet uit de balans blijkende verplichting € 37,1 miljoen. Groenfonds. De provincie heeft een doorbetalingsverplichting van rente en aflossingsbedragen van leningen aan het Nationaal Groenfonds. Deze leningen zijn in 1999 tot stand gekomen door een convenant tussen het Rijk en de provincies in het kader van natuurontwikkeling. De provincie Fryslân heeft op 31 december 2014 een restschuld van ruim € 10 miljoen. Tot en met 2023 dient de provincie jaarlijks € 1,3 miljoen aan rente en aflossing te betalen waarvoor ze in het provinciefonds volledig wordt gecompenseerd. Het totaal nog te betalen bedrag is als niet uit de balans blijkende verplichting opgevoerd. Vanwege de financieringsconstructie is de resterende schuld niet opgenomen als langlopende schuld in de balans maar als niet uit de balans blijkende verplichting.
Financiële verplichtingen In de nota Uitvoering begroting 2010 (Provinciale Staten 16 december 2009) zijn de financiële spelregels vastgelegd met betrekking tot de tijdelijke budgetten. Zie ook onderdeel 3 Tijdelijke budgetten.
2 5 Gebeurtenis na balansdatum Geen.
351
2 6
Toelichting rekeningresultaat
saldo x € 1.000 Structurele budgetten Tijdelijke budgetten Voorzieningen Overlopende Passiva Bedrijfsvoeringskosten Eindtotaal
Structurele budgetten B0101 Provinciale Staten en Statengriffie
B0102
Gedeputeerde Staten
B0203
Instandhouding provinciale infrastructuur
B0406
Uitvoering vergunningverlening, toezicht en handhaving
B0601
Bedrijvigheid
B0701 B0801
Sociaal Beleid Kultuer
B0803 B0901
Taal, Media en Letteren Planvorming, onderzoek en monitoring
B1002 B1004
Opcenten motorrijtuigenbelasting Financieringsrente
B9999
Financieel kader
7.443 1.391 -58 127 1.524 10.427
7.443 226 Onderbesteding budgetten ondersteuning fracties, € 80.000 Onderbesteding aan directe ondersteuning PS en griffie, € 75.000 Onderbesteding stateninfosysteem, € 47.000 Onderbesteding budget Lobby foar it Frysk, € 27.000 105 Onderbesteding studie/opleiding, declaraties en vervoer GS, € 43.000 Onderbesteding uitkering aan oud collegeleden., € 66.000 951 Onderbesteding gladheidsbestrijding, € 525.000 Onderbesteding stelpost vevanging kunstwerken, € 440.000 Onderbesteding wegen, € 236.000 Overbesteding vaarwegen, € 142.000 Overbesteding depotbeheer, € 152.000 -977 Minder inkomsten WABO, € 140.000 Overbesteding bijdrage FUMO, € 653.000 Overbesteding WABO, € 200.000 682 Vrijval onvoorzien crediteuren, € 734.000 Overbesteding Agenda economie, € 54.000 286 Vrijval onvoorzien crediteuren, € 225.000 294 Vrijval onvoorzien crediteuren, € 230.000 Onderbesteding uitvoeringsregeling Taal en Cultuur, € 80.000 144 Onderbesteding uitvoeringsregeling Taal en Cultuur, € 50.000 323 Vrijval onvoorzien crediteuren, € 260.000 Onderbesteding Waddenacademie, € 50.000 196 Extra inkomsten opcenten, € 196.000 327 Onderbesteding kosten vermogensbeheer, € 180.000 Onderbesteding rente, € 77.000 Extra rente inkomsten, € 50.000 5.622 Prognose rekeningresultaat 2e berap 2014 -736 Diverse kleinere over- en onderbestedingen
Tijdelijke budgetten 1.391 Een totaal overzicht van de tijdelijke budgetten is opgenomen in hoofdstuk 3 van de Jaarrekening Voorzieningen V. Waardeoverdracht pensioenen GS B0102 leden
-58 -66 In eerste instantie een hoger bedrag begroot als vrijval voorziening. Later door Loyalis bijgesteld.
Overlopende Passiva B0201 OP BDU Beheerskosten BDU
127 127 Betreft correctie rentetoerekening van voorgaande jaren.
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten 1.524 Onderstaande posten hebben o.a. bijgedragen aan het ontstaan van het saldo -577 Saldo tekort op de post personeelskosten (overschrijding salarissen minus dekking nominaal) 400 Overschot op de stelpost knelpunten 454 Voordeel provinciehuis 390 Bijdrage Flexpool 432 Saldo koppengeld 425 Overig
352
2
7 Begrotingsonrechtmatigheid De begrotingsrechtmatigheid heeft betrekking op het financiële handelen binnen het kader van de geautoriseerde begroting. Dit wordt formeel als volgt omschreven: “Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten (exploitatie), alsmede de balansposten (investeringen), dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma’s (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door Provinciale Staten zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste programma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag alsmede het begrotingsjaar van belang zijn.” Volgens het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) dienen de afwijkingen in de jaarrekening herkenbaar te worden opgenomen en van een toelichting te worden voorzien. Als blijkt dat de gerealiseerde uitgaven op programmaniveau hoger zijn dan geautoriseerd, is er sprake van begrotingsonrechtmatigheid. Er zijn verschillende typen begrotingsoverschrijdingen. Overschrijdingen Overschrijdingen,die die binnen de beleidskaders van Provinciale Provinicale Staten passen worden in het accountantsoordeel niet meegewogen. Overschrijdingen die gedurende het jaar bekend werden zijn in 2014 aan Provinciale Staten voorgelegd, bijvoorbeeld via de bestuursrapportages. Nog niet geautoriseerde overschrijdingen worden in de jaarstukken toegelicht en worden door de vaststelling van de jaarrekening door Provinciale Staten alsnog geautoriseerd.
De verschillen tussen de geautoriseerde lasten en de gerealiseerde lasten worden hieronder per programma weergegeven.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
begroting na programma lasten x €1000 wijziging Bestuur en veiligheid 10.739 Verkeer en vervoer 138.680 Wetter 3.627 Milieu 12.836 Landelijk gebied 107.615 Economie, toerisme en recreatie 149.286 Sociaal beleid en zorg 68.440 Kultuer, taal en ûnderwiis 46.200 Ruimte en wonen 16.948 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 19.802 Inzet Nuon middelen 116.677 Begrotingsruimte 15.250
rekening 10.326 124.506 3.154 18.046 72.763 106.641 68.208 37.912 14.080 16.414 65.069 0
afwijking 413 14.174 473 -5.210 34.852 42.646 233 8.288 2.868 3.388 51.608 15.250
706.099
537.118
168.981
jaarovergang tijdelijke budgetten 0 -612 -336 -5.729 -24.971 -29.370 23 -7.130 -915 -69
-69.110
saldo 413 13.562 137 -10.939 *) 9.882 13.276 256 1.157 1.953 3.318 51.608 15.250 99.871
*) Toe te lichten overschrijdingen In de kolom ‘Jaarovergang’ worden de bedragen weergegeven die nog niet in 2014 zijn besteed of ontvangen en volgens de spelregels voor tijdelijke budgetten gereserveerd mogen worden voor besteding in volgende jaren opdat de betreffende, door Provinciale Staten gestelde, doelen alsnog gerealiseerd kunnen worden. Bij één drie programma's is er sprake sprake van van een overschrijding van de geautoriseerde lasten. Zie hieronder. Programma 4 Milieu De overbesteding wordt veroorzaakt door de lasten van de overboeking vrijgevallen middelen WBB van de OP. Via de Kadernota 2015 is besloten om deze in te zetten voor tijdelijk budget De Saiter. Er is in 2015 rekening gehouden met de vrijval van deze middelen. Deze vrijval is echter al in 2014 ontstaan en daarmee is de reserve voor het tijdelijke budget gevormd. Aanpassing subsidiestaat 2e Berap 2014 Bij de 2e berap 2014 is het project sportgala Fryslan, waar jaarlijks € 15.000 voor beschikbaar is, bij de boekjaarsubsidie van Sport Fryslan gevoegd. Dit is niet juist, Sportgala Fryslân is een aparte subside. Daarnaast is de subsidie aan Mercator vergeten in de lijst. Doelstelling
7
7
8
3 Expertisecentrum op het gebied van sport, ter ondersteuning van sportbonden en verenigingen, gemeenten, onderwijs, instellingen en bedrijven in Fryslân, inclusief aangepast sporten. 3 Jaarlijks vindt er een sportgala Fryslân plaats, waarbij verkiezingen worden gehouden in diverse categorieën. Er is niet alleen aandacht voor topsport, maar ook voor breedtesport en Friese sporten. 4 Geeft aandacht aan taalleren op school en taaloverdracht thuis. Draagt daarnaast bij aan het bevorderen van het Frysk in internationale, meertalige context.
Subsidie ontvanger
Bedrag Subsidiestaat Begr 2014
St. Sport Fryslan
Beschikt Toelichting 2014 bedrag 2014 703 Voor de jaren 2014 t/m 2017 wordt de subsidie incidenteel met € 125.000 verhoogd (zie sportnota 2014-2017)
Sportgala
15
Mercator
200
353
2 8
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)
Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op Provincie Fryslân van toepassing zijnde regelgeving: het algemene WNT-maximum. Het bezoldigingsmaximum in 2014 voor Provincie Fryslân is € 230.474,00 Het weergegeven toepasselijke WNT-maximum per persoon of functie is berekend naar rato van de omvang (en voor topfunctionarissen tevens de duur) van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte. Uitzondering hierop is het WNT-maximum voor de leden van [Raad van Toezicht / Raad van Commissarissen]; dit bedraagt voor de voorzitter 7,5% en voor de overige leden 5% van het bezoldigingsmaximum. Bezoldiging topfunctionarissen Leidnggevende topfunctionarissen Aguste Joseph Alwin Oortgiesen van den Berg
bedragen x € 1
Duur dienstverband in 2014 Omvang dienstverband (in fte) Gewezen topfunctionaris? 1) (Fictieve) dienstbetrekking? 2) Zo niet, langer dan 6 maanden binnen 18 maanden werkzaam?
provinciesecretaris/algemeen Functie(s) directeur 1/1 - 31/12 1,11 nee nee
griffier 1/1 - 31/12 1 nee nee
n.v.t.
n.v.t.
153.991 5.923 26.396 186.310 230.474 1)
99.684 166 16.551 116.401 230.474 2)
Bezoldiging Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Totaal bezoldiging Toepasselijk WNT-maximum 3) Motivering indien overschrijding: zie
Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen die in 2014 een bezoldiging boven het toepasselijke WNT-maximum hebben ontvangen, of waarvoor in eerdere jaren een vermelding op grond van de WOPT of de WNT heeft plaatsgevonden of had moeten plaatsvinden. Er zijn in 2014 geen ontslaguitkeringen aan overige functionarissen betaald die op grond van de WNT dienen te worden gerapporteerd. 1) Deze tabel is bedoeld voor de topfunctionarissen (en gewezen topfunctionarissen) met executieve taken, d.w.z. de leden van het hoogste uitvoerende orgaan en de daaraan ondergeschikte(n), en degene(n) belast met de dagelijkse leiding van de gehele rechtspersoon. 2) Van een gewezen topfunctionaris is sprake indien de functionaris in het verleden - maar na 1 januari 2013 - een functie als topfunctionaris heeft bekleed, en bij beëindiging van deze functievervulling bij dezelfde instelling of rechtspersoon een functie als niet-topfunctionaris is gaan vervullen. Gedurende deze periode van functievervulling in de andere functie kwalificeert de functionaris als ‘gewezen topfunctionaris’. 3) Indien ‘ja’: afzonderlijke looncomponenten verplicht vermelden; indien ‘nee’: alleen totaal honorarium (excl. BTW) vermelden bij Totaal bezoldiging (het gaat om een extern ingehuurde functionaris) x∙a∙b 𝑦 = 365 waarbij: x = voor instelling geldend WNT-bezoldigingsmaximum, a = deeltijdfactor (maximaal 1,0 fte) en b = functieduur in kalenderdagen.
354
2 9 Berekening benutting drempelbedag SKB Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1.000) Verslagjaar 2014 4.132.124 1 Drempelbedrag
2
Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen
(3a) = (1) > (2) (3b) = (2) > (1)
Ruimte onder het drempelbedrag Overschrijding van het drempelbedrag
Kwartaal 1 3.916.729
Kwartaal 2 2.694.111
Kwartaal 3 2.634.373
Kwartaal 4 3.254.186
215.395 0
1.438.013 0
1.497.751 0
877.938 0
(1) Berekening drempelbedrag (4a) (4b) (4c) (1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000
Begrotingstotaal verslagjaar Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat Drempelbedrag
Verslagjaar 691.062 500.000 191.062 4.132
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 (5a) Som van de per dag buiten 's Rijks 352.506 245.164 242.362 schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) (5b) (2) - (5a) / (5b)
Dagen in het kwartaal Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen
355
90 3.917
91 2.694
92 2.634
Kwartaal 4 299.385
92 3.254
356
3 Tijdelijke budgetten 2014
De tijdelijke budgetten zijn ingedeeld in drie categorieën namelijk: Categorie A: Overeenkomsten met medeoverheden en andere partijen Hierbij is een overeenkomst met derden gesloten waarbij is vastgelegd wat de gewenste resultaten zijn en wat de bijdragen van de verschillende partijen zijn. Bij deze categorie blijven de begrote middelen beschikbaar voor deze projecten gedurende de looptijd van de overeenkomst. De nog openstaande verplichtingen in dat jaar gaan naar de crediteurenpost. Eventueel niet bestede gelden gaat mee als budget naar het volgende jaar. Deze mutatie verloopt via de reserve tijdelijke budgetten. In het geval dat er een overbesteding is na besteding dan zal de overbesteding ten laste komen van het volgende jaar. In dat geval wordt het budget van het volgende jaar afgeraamd ten gunste van de reserve tijdelijke budgetten. De Staten stellen de categorie A projecten vast. Categorie B: Meerjarige tijdelijke budgetten In principe zijn dit de tijdelijke budgetten in beleidsprogramma’s 6 t/m 9. Bij deze tijdelijke budgetten mogen meerjarige verplichtingen aangegaan worden. Aan het eind van het jaar vallen niet bestede gelden vrij naar het rekeningsaldo De nog openstaande verplichtingen in dat jaar gaan naar de crediteurenpost. In het geval dat er een overbesteding is na besteding dan zal de overbesteding ten laste komen van het volgende jaar. In dat geval wordt het budget van het volgende jaar afgeraamd ten gunste van de reserve tijdelijke budgetten. Categorie C: Overige tijdelijke budgetten In principe zijn dit de tijdelijke budgetten in de beleidsprogramma’s 1 t/m 5 en bedrijfsvoering Bij deze tijdelijke budgetten mogen geen meerjarige verplichtingen worden aangegaan. Aan het eind van het jaar vallen niet bestede gelden vrij naar het rekeningsaldo. De nog openstaande verplichtingen in dat jaar gaan naar de crediteurenpost. In het geval dat er een overbesteding is na besteding dan zal de overbesteding ten laste komen van het volgende jaar. In dat geval wordt het budget van het volgende jaar afgeraamd ten gunste van de reserve tijdelijke budgetten. Voortgang tijdelijke budgetten Het overzicht tijdelijke budgetten geeft inzicht in zowel de inkomsten als uitgaven van de tijdelijke budgetten in 2014. Daarnaast worden de kasritmewijzigingen bij de 1 e en 2e berap en de overige wijzigingen aangegeven. Met ingang van dit jaar worden de verplichte bedragen niet meer als balanspost crediteuren opgenomen maar gaan deze via de reserves mee naar het volgende jaar. In 2014 is € 128 miljoen uitgegeven aan tijdelijke budgetten, daarnaast stond eind 2014 € 50 miljoen aan verplichtingen open. Deze verplichtingen hebben betrekking op 2014 maar zijn uiteindelijk niet tot daadwerkelijke betaling gekomen. Vanwege een veranderde werkwijze gaan deze verplichtingen nu via de reserves mee naar het volgende jaar. De kasritmewijziging in 2014 bedroeg € 62 miljoen bij de 1e en 2e berap en daarnaast € 19 miljoen bij de jaarovergang zelf. Uiteindelijk is € 1,4 miljoen bij de rekening vrijgevallen. Dit alles conform de gemaakte afspraken met de Staten rondom de jaarovergang. De tijdelijke budgetten met een saldo uitgaven/inkomsten groter dan € 250.000 worden hieronder per categorie toegelicht.
357
Categorie A Tijdelijke budgetten
Inkomsten Begroot Besteed
Saldo
x € 1.000,beleids- naam veld Categorie A 2.1 Programma bereikbaarheid Leeuwarden 2.2 NUON investeringsagenda DrachtenHeerenveen 4.4 DU Externe Veiligheid 5.2 Gebiedsontwikkeling Franekeradeel Harlingen 5.4 Pmjp FYLG 5.4 Pmjp ILG 5.4 Bestuursovereenkomst Lauwersmeer 6.1 Agenda netwerk Noord Oost fase 1 6.1 Convenant A7/Westergozone 6.1 Stadsconvenant Leeuwarden 6.1 DU Waddenfonds gemeenschappelijke regeling 6.1 RSP REP Dairy Campus 6.1 RSP REP Thialf 6.1 RSP REP Wetsus fase 1 6.1 RSP REP Innovatiecluster Drachten 6.1 RSP REP Toekomst afsluitdijk fase 1 6.1 RSP REP Vismigratierivier 6.2 RSP REP Friese Meren Project 6.2 Friese Meren Project categorie A 6.2 RSP REP Wymbritseradiel 6.3 Afsluitdijk (bijdrage derden) 6.3 RSP REP Energy Valley 8.2 FAMKE verdiepingsslag Opsterland 8.2 FAMKE verdiepingsslag Heerenveen 10.7 RSP REP Provinciefonds
eindig
2015
2016 2015 2015 2016 2016 2013
2014 2016 2017
2016 2016
2014
Totaal categorie A
Begroot voor wijziging
Wijziging 1e berap
Wijziging 2e berap
0 0
0 0
0 0
7.900 0
-1.471 643
-4.060 -1.694
0 0
0 0
0 0
778 2.300
0 0
0 -12.387
64 400 377 567 0 0 0
2.096 385 355 567 0 0 0
2.032 -15 -22 0 0 0 0
10.548 602 0 6.700 2.126 0 38.690
13.390 -8.843 0 1.700 -22 0 0
-8.123 8.123 0 567 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 1.262 0 447 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 1.262 0 447 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
850 6.000 1.500 584 300 0 7.000 2.941 1.040 0 800 35 0 -584
-1.500 -5 0 0 0 0 0 15 0 270 -39 0 0 -2.829
1.000 0 0 0 0 0 -3.447 -440 300 177 0 0 0 0
3.117
5.112
1.995
90.111
1.309
-19.983
Toelichting tijdelijke budgetten categorie A Bereikbaarheid Leeuwarden De belangrijkste nog niet uitgevoerde projecten waarvoor een provinciale bijdrage is opgenomen in de Overeenkomst programma bereikbaarheid Leeuwarden van 1 maart 2010 betreffen de projecten op de stadsring: Europaplein, Valeriusplein, Valeriusstraat en Julianalaan. Ook is een onderzoek opgenomen naar het busstation. Aan PS wordt begin 2015 een voorstel gedaan voor de dekking van het project stationsgebied Leeuwarden. In dit voorstel is opgenomen een aanpassing van de overeenkomst met Leeuwarden. FYLG Er minder is uitgegeven op de aangegane verplichtingen (bijvoorbeeld subsidiebeschikkingen) dan van te voren was gepland. Deze komen alsnog in 2015 tot uitbetaling. De middelen voor de weidevogelcompensatie, die nog niet in beheercontracten zijn vastgelegd, zijn nog opgenomen in het FYLG. Het betreft hier echter middelen van derden die nodig zijn om nog af te sluiten contracten te kunnen financieren. Het rentepercentage op het IKG is naar beneden is bijgesteld, waardoor minder rentelasten betaald hoefden te worden. Overigens is een deel van de nog niet verplichte FYLG-middelen nodig om de een deel van de rentelasten over het IKG in 2015 te kunnen dekken.
358
Overige wijzigingen
Uitgaven Begroot na wijziging
Bijlage 1 Besteed
Saldo voor verplichtingen
Verplichtingen naar 2015
Saldo na verplichtingen
(uitgaveninkomsten)
verrekening met 2015
612 0
612 0
612 0
-1.524 1.069
845 18
233 18
612 0
55 10.637
833 550
393 520
440 30
248 275
191 -245
191 -245
191 -245
4.739 15.288 377 -1.219 345 19 0
20.554 15.170 377 7.748 2.448 19 38.690
10.155 4.106 99 1.655 681 -64 38.690
10.399 11.064 278 6.093 1.768 83 0
11.420 1.324
-1.021 9.740 278 3.681 424 83 0
1.011 9.725 256 3.681 424 83 0
1.011 9.725 256 3.681 424 83 0
2.150 5.005 -1.500 0 -300 300 158 1.457 -180 402 -384 50 37 3.482
2.500 11.000 0 584 0 300 3.711 3.974 1.160 849 377 85 37 69
0 5.001 0 0 0 240 924 1.853 0 217 354 19 37 0
2.500 5.999 0 584 0 60 2.787 2.121 1.160 632 23 65 1 69
2.500 -1 0 507 0 0 -852 1.921 1.160 632 -17 65 1 69
2.500 -1 0 507 0 0 -852 1.921 1.160 632 -17 65 1 69
2.500 -1 0 507 0 0 -852 1.921 1.160 632 -17 65 1 69
40.461
111.897
65.130
46.768
19.728
21.723
21.723
2.412 1.344
6.000 77 0 60 3.639 200
39
27.040
rekeningsaldo
eindig 2014
0
ILG Er minder is uitgegeven op de aangegane verplichtingen (bijvoorbeeld subsidiebeschikkingen) dan van te voren was gepland. Deze komen alsnog in 2015 tot uitbetaling. Het rentepercentage op het IKG is naar beneden bijgesteld, waardoor minder rentelasten betaald hoefden te worden. Er wordt nog rekening gehouden met rente over het IKG ten laste van het ILG-budget Er was rekening gehouden met een aflossing op de Grond voor Grond lening. Omdat deze wordt geïntegreerd in de boekwaarde van de Natuurpactgronden, is deze aflossing uiteindelijk niet gedaan. Bestuursovereenkomst Lauwersmeer Het project Lauwersmeer op Koers, bestaande uit een aantal deelprojecten, is in de loop van 2014 met enige vertraging gestart. Deze vertraging maar ook het beschikbaar stellen van een deel van de bijdragen van de diverse partijen heeft tot gevolg dat pas eind 2014 de eerste verplichtingen zijn aangegaan en de eerste kosten zijn verrekend. Het zwaartepunt van de uitgaven voor dit project zal in 2015 liggen. In 2015 zullen ook alle bijdragen beschikbaar zijn gesteld. De afrekening wordt medio 2016 verwacht. Agenda Netwerk Noord Oost fase 1 De uitvoering van een aantal relatief grote projecten loopt vertraging op. Zo zijn de in 2014 geprogrammeerde projecten Kansen in Kernen (Dantumadeel en Tytsjerksteradiel) met een totale geprogrammeerde verplichting van € 3.200.000 pas begin 2015 beschikt en gestart. Ook de afrekening van een aantal nog lopende projecten neemt meer tijd in beslag en heeft niet in 2014 plaatsgevonden maar wordt in 2015 verwacht.
359
360
Convenant A7/Westergozone Het resterend ‘niet verplichtende’ bedrag van € 424.000,- wordt veroorzaakt door: € 188.000,- is gerealiseerde vrijval waarvan een deel nog terug moet naar de voormalige convenantspartners € 236.000,- is het saldo van het subsidieplafond Koploperproject RSP REP Dairy Campus De eerste paal zal in maart 2015 worden geslagen. Het betalingsritme is op het bouwproces afgestemd. Dit is de reden waarom de uitbetaling nog niet heeft plaatsgevonden RSP REP Innovatiecluster Drachten De projectindieners hadden een langere aanloopperiode nodig om fase 2 van het Innovatiecluster Drachten goed te organiseren. Naar verwachting zal de eerste beschikking voor fase 2 voor 1 maart 2015 worden uitgegeven. Het betalingsritme laat zich als gevolg van het innovatieproces zich moeilijk plannen. Het kasritme zal derhalve worden aangepast bij de 1e berap 2015. RSP REP Friese Meren Project De begrote REP bijdragen in het kader van de programmalijn “Bestedingen aan de wal” zijn ten dele betaald. Met betrekking tot de voorbereiding en uitvoering van projecten in het kader van een aantal bestuursovereenkomsten met gemeenten is vertraging opgetreden. Dit geldt met name voor de bestuursovereenkomsten met de gemeente Súdwest Fryslân en Harlingen. RSP REP Wymbritseradiel De begrote REP bijdrage in het kader van de bestuursovereenkomst Wymbritseradiel is niet betaald. Met betrekking tot de voorbereiding en uitvoering van projecten in het kader van genoemde bestuursovereenkomst is vertraging opgetreden. Friese Meren Project categorie A De begrote bedragen zijn ten dele betaald. De geplande afrekening van het project Noordelijke Elfsteden route is niet gerealiseerd. De betalingen met betrekking tot het project Polderhoofdkanaal zijn achter gebleven bij de verwachtingen. De geplande betaling in het kader van de passantenhaven Grou is niet gerealiseerd. Afsluitdijk (bijdrage derden) Betreft in 2014 ontvangen procesgelden ten behoeve van de proceskosten DNA.in de jaren 2015 en 2016.
361
Categorie B Tijdelijke budgetten Begroot
Inkomsten Besteed
Saldo
x € 1.000,beleids- naam veld Categorie B 4.3 DU Bodemsanering 5.1 Beheersgelden afdekken risico 5.1 Nationale parken overgang 5.1 Lokale projecten natuur en landschap 5.1 Weidevogellandschappen 5.1 PMJP 2014-2017 5.1 Schadevergoeding ganzenakkoord 5.3 Landbouw kennis en innovatie 5.3 Landbouwagenda 2014-2020 5.4 Gebiedsontwikkeling Centrale As 5.4 Gebiedsontwikkeling N381 5.4 Nota plattelandsbeleid 6.1 Cofinancieringsbudget EFROEZ/Interreg/Waddenfonds 6.1 Watertechnologie (procesgeld) 6.1 Doefonds 6.1 Ijshal Leeuwarden 6.1 Brede regiomarketing 6.1 Voorbereidingskosten toeristisch waddenprogramma 6.1 Stimuleringsprogramma WiFi 6.1 Stimulering jeugdwerkgelegenheid 6.1 Breedband 6.2 Fan Fryslan 6.2 Friese Meren Project categorie B 6.2 Toerisme beleid/topattractie 6.3 Afsluitdijk (procesgeld) 6.3 Duurzame energie 6.3 DU asbest en zonnepanelen LTO 6.3 DU Afsluitdijk pilot Den Oever 6.3 Studie sluis Kornwerderzand 7.1 Sociaal InvesteringsFonds (SIF) 7.1 sociaal beleid 7.2 Jeugdhulp 7.2 DU transitie jeugdzorg 7.3 Sport 7.3 Centrum voor topsport onderwijs 8.1 Cultuurketen Drachten 8.1 Kulturele Haadsted 2018 8.1 Sintraal Depot Fryslan 8.1 Beleidsnota Grinzen oer 8.1 Nieuw Fries Museum kwaliteitsslag 8.2 Nota erfgoed 8.2 DU monumentenzorg 8.3 Mediafonds 8.3 Mercator kenniscentrum 8.3 Taal yn Fryslan 4 8.3 Garantiebijdrage NPLD 8.4 Boppeslach 8.4 Doorgaande leerlijn 8.4 Huisvesting fryske akademy 8.4 University Campus Fryslan 8.4 Campus het Bildt 8.4 AU Friese taal voortgezet onderwijs 9.2 DU Herstructurering bedrijventerreinen 9.2 Herstructurering bedrijventerreinen 9.2 Demografische ontwikkelingen 9.2 Ruimtelijke kwaliteit 9.3 DU Collectief opdrachtgeverschap 9.3 Herstructurering woningvoorraad 9.3 Uitvoeringskosten funderingsherstel 10.7 DU PAS Totaal categorie B
eindig
2015
2015 2015
2016 2014
362
Begroot voor wijziging
Wijziging 1e berap
Wijziging 2e berap
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 6.893
87 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 6.233
87 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -659
2.974 3.000 200 200 700 500 2.350 500 0 5.400 3.900 3.000 6.530
0 0 0 0 0 0 0 0 0 -2.400 0 -595 -1.507
-2.000 0 0 -100 -200 0 0 0 0 -1.000 -5.314 50 -1.450
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
200 1.500 9.000 530 250
0 0 -2.000 0 -15
-45 0 0 0 -100
0 0 200 0 665 0 790 55 0 0 208 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 30 0 0 0 0 0 8.841
0 0 28 0 2 0 790 56 0 0 578 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 30 0 0 0 0 0 7.804
0 0 -172 0 -664 0 0 1 0 0 370 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -1.037
150 0 0 196 10.482 1.050 250 749 0 0 0 370 2.397 4.028 150 166 0 1.200 1.253 0 1.700 750 1.045 1.464 117 200 50 0 4.247 130 0 5.691 1.000 0 1.783 2.148 503 845 100 7.846 20 0 92.813
-120 0 0 0 -4.409 -263 0 -71 0 0 0 0 0 0 -100 0 202 300 0 0 -4 0 0 0 100 0 0 0 0 0 0 -2.785 0 0 -1.127 -2.148 -236 116 0 0 0 -1.465 -18.526
-150 0 0 0 -1.377 -350 0 150 -400 0 0 0 -2.160 0 0 0 0 0 -306 0 0 0 -100 0 -35 0 0 0 0 0 0 -871 0 0 0 0 150 -250 0 -3.258 0 0 -19.116
Overige wijzigingen
Uitgaven Begroot na wijziging
Bijlage 1
793 0 -50 0 0 0 0 -425 25 2.100 3.580 -42 4.710
1.768 3.000 150 100 500 500 2.350 75 25 4.100 2.166 2.412 8.283
1.764 3.000 150 105 223 191 2.328 56 7 4.100 2.166 1.137 7.294
4 0 0 -5 277 309 22 19 18 0 0 1.275 989
0 2.000 -2.000 0 0
155 3.500 5.000 530 135
183 3.500 0 508 125
-28 0 5.000 22 10
270 225 200 -81 379 -40 713 450 854 133 208 -162 -62 0 100 0 0 0 -44 2.835 231 0 15 -30 -93 0 14 125 130 -130 1.131 1.446 0 130 0 0 -69 162 -46 -1.193 44 1.465 20.000
150 225 200 115 5.075 397 963 1.278 454 133 208 208 175 4.028 150 166 202 1.500 903 2.835 1.927 750 960 1.434 88 200 64 125 4.377 0 1.131 3.481 1.000 130 656 0 348 873 54 3.395 63 0 75.172
65 225 28 136 4.227 400 972 1.226 461 0 578 159 200 4.076 82 166 202 260 479 2.800 1.604 675 967 1.434 6 180 64 125 3.961 0 0 1.213 0 130 656 0 276 586 25 2.521 20 0 58.024
85 0 172 -21 848 -3 -8 52 -7 133 -370 49 -24 -48 68 0 0 1.240 424 35 323 75 -7 0 82 20 0 0 416 0 1.131 2.268 1.000 0 0 0 72 287 29 874 43 0 17.148
Besteed
Saldo voor verplichtingen
Verplichtingen naar 2015
Saldo na verplichtingen
7 58 25
80 1.275 1.914
5.000 10
796 20 49 133 78 53 50
1.240 425 4.000 314 75 30 78 20
419 1.131 2.346 1.000
39 3 2.467
23.134
363
(uitgaveninkomsten)
4 0 0 -12 219 309 -3 19 18 0 -80 0 -925
91 0 0 -12 219 309 -3 19 18 0 -80 0 -1.584
-28 0 0 22 0
-28 0 0 22 0
85 0 172 -21 52 -23 -8 4 -7 0 -370 -30 -77 -98 68 0 0 0 -1 -3.965 9 0 -37 0 5 0 0 0 -2 0 0 -78 0 0 0 0 72 248 26 -1.593 43 0 -5.986
85 0 0 -21 -612 -23 -8 4 -7 0 0 -30 -77 -98 68 0 0 0 -1 -3.965 9 0 -37 0 5 0 0 0 -2 0 0 -78 0 0 0 0 72 248 26 -1.593 43 0 -7.023
verrekening met 2015
rekeningsaldo
eindig 2014
91
-12 219 309 -3 19 18 -80 0 -1.584 -28
22 0 85 0 -21
ja
-8 4
ja
-612 -23
-7
-30 -77 -98 68
-1 -3.965 9 -37 5
-2
-78
72 248 26 -1.593 43 -8.231
1.208
364
Toelichting tijdelijke budgetten categorie B Pmjp 2014-2017 Deze onderbesteding is veroorzaakt doordat de middelen die ingezet zouden worden voor de transitie DLG, grotendeels pas in 2015 tot uitbetaling zullen komen. Ook is een aantal projecten, niet doorgegaan, maar worden deze op een andere manier opgepakt. Cofinancieringsbudget Efro-ez, waddenfonds, interreg Wat betreft EFRO is ongeveer 90% van de projecten afgerond. Voor de resterende 10% aan projecten is projectverlenging aangevraagd. De harde deadline is echter wel dat de afrekening van deze projecten voor 1 maart 2015 moeten worden ingediend, voor een klein deel geldt de afrekening medio 2015. De uitbetaling van de cofinanciering EFRO is gekoppeld aan afrekening EFRO middelen aan de Europese Commissie door SNN. In verband met het doorschuiven van afrekening van de resterende 10% aan projecten loopt dit proces enige vertraging op. In 2015 zal cofinanciering EFRO in zijn totaliteit worden afgerekend. Friese Meren Project categorie B De begrote lasten zijn voor een groot deel gerealiseerd. Betalingen in het kader van project fietspad Swette en betalingen in het kader van het onderhoudsbaggeren van vaarwegen zijn achter gebleven bij de verwachtingen. De begrote bate in het kader van het project electric only route Heeg-Oudega is niet ontvangen. Centraal Depot Subsidie is inmiddels ter beschikking gesteld aan de Stichting kolleksjesintrum Fryslân. Er is een start gemaakt met de bouw. Herstructurering woningvoorraad Bij de 2e berap waren er minder aanvragen dan verwacht en is € 3.3 miljoen doorgeschoven naar 2015. Uiteindelijk nam aan het eind van het jaar het aantal aanvragen toe waardoor een bedrag van € 1,6 miljoen meer aan beschikkingen is afgegeven dan bij de 2e berap verwacht. Dit tekort kan gedekt worden uit het budget van 2015. Er is een bedrag van € 2,5 miljoen betaald aan voorschotten en eindafrekeningen van beschikte projecten, hiervan is een bedrag van € 0,7 miljoen betaald aan termijnen voor programmagemeenten.
365
Categorie C Tijdelijke budgetten
Inkomsten Begroot Besteed Saldo x € 1.000,-
beleids- naam veld Categorie C 1.1 Lobby foar it Frysk 1.5 SNN secretariaat 2.1 Implementatie vaarwegenbeheer waterwet 2.2 Haak om Leeuwarden 2.3 Baggerdepots 2.3 Onderhoudsbaggeren 2.1 Zoutopslag 3.1 Oevers en kaden projecten 3.3 3e Waterhuishoudingsplan 4.1 Provinciaal Milieubeleidsplan 4.1 Milieubeleidsplan spoor 2 en 3 4.2 Leren voor duurzame ontwikkeling 4.2 Duurzaam door 4.3 De Saiter 4.6 Implementatie Wabo 4.6 DU luchthavens 4.6 DU EU Zwemwaterrichtlijn 5.1 Overzomerende ganzen 5.1 Uitvoering werkplan weidevogels 5.1 Natura 2000 beheerplannen 5.1 Europees visserijfonds 5.3 Actieplan duurzame landbouw 5.3 Kavelruil 5.4 Projectverwerving Totaal categorie C
eindig
Begroot voor wijziging
Wijziging 1e berap
Wijziging 2e berap
2015 2015 2013
0 0 0
0 0 0
0 0 0
30 35 0
0 -35 20
0 0 0
2014
0 0 0 0 0 40 27 0 0 100 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 126 293
0 0 0 0 0 40 24 0 11 100 5.331 0 0 0 0 0 19 0 0 0 126 5.651
0 0 0 0 0 0 -3 0 11 0 5.331 0 0 0 0 0 19 0 0 0 0 5.358
1.380 2.300 500 200 2.000 400 50 742 0 0 0 0 0 68 25 200 238 200 0 700 0 9.068
0 -2.400 -250 0 -1.000 0 -50 0 0 100 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -3.615
0 0 -190 0 0 -196 27 0 0 -60 0 11 0 -46 0 0 0 0 0 -1.260 0 -1.714
2015
2013 2015 2014
2013 2013 2013
Toelichting tijdelijke budgetten categorie C De Saiter De eindafrekening van de doeluitkering bodemsanering is in 2014 goedgekeurd door het Rijk. Dat betekent dat de resterende middelen die in de Overlopende Passiva post opgenomen waren vrijvallen in 2014. Conform het besluit van Provinciale Staten hierover worden deze middelen in 2015/2016 ingezet voor het project De Saiter. Via de reserve tijdelijke budgetten worden de middelen overgeheveld naar deze jaren.
366
Overige wijzigingen
Uitgaven Begroot na wijziging
Bijlage 1
0 0 -10
30 0 9
1 0 6
29 0 4
29 0 4
29 0 4
0 369 0 0 0 40 0 -171 0 40 0 299 0 0 0 -3 0 -12 258 672 0 1.481
1.380 269 60 200 1.000 244 27 571 0 80 0 309 0 22 25 197 238 188 258 112 0 5.220
1.380 269 60 82 671 210 39 602 0 139 0 315 1 14 31 208 248 189 168 11 0 4.643
0 0 0 118 329 35 -11 -31 0 -59 0 -6 -2 8 -6 -12 -10 -1 89 101 0 577
0 0 0 118 -16 27 -16 -51 0 -86 0 -6 -2 8 -6 -12 -10 -1 -41 94 0 34
0 0 0 118 -16 27 -19 -51 11 -86 5.331 -6 -2 8 -6 -12 9 -1 -41 94 0 5.392
Besteed
Saldo voor verplichtingen
Verplichtingen naar 2015
Saldo na verplichtingen
345 8 5 20 27 0
131 8 543
367
(uitgaveninkomsten)
verrekening met 2015
rekeningsaldo
eindig 2014
29 4
ja ja ja
0 118
ja
-16 27 -19 -51 11 -86 5.331 -6 -2 8 -6
ja
-12 9 -1 -41 94 5.209
183
ja
3 Totaal tijdelijke budgetten 2014 primitieve begroting -8.442.744 -20.977.607 -1.385.626 -30.805.977
jaarovergang 2014-2015 17.099.412 -7.224.701 -830.073 9.044.638
mutatie reserve gedurende 2014 -37.530.445 39.871.503 3.735.387 6.076.445
Verloop reserve tijdelijke budgetten 2014 31-12-2013 01-01-2014 tijdelijk budget A 39.700.629 42.087.591 tijdelijk budget B 76.113.747 65.631.188 tijdelijk budget C 8.988.127 7.335.464 124.802.503 115.054.243 *) 9.748.260
vormen 65.653.386 77.868.569 13.807.871 157.329.827
beschikken 46.116.691 51.296.430 6.536.015 103.949.136
tijdelijk budget A tijdelijk budget B tijdelijk budget C
balans 1/1/2014 42.087.591 65.631.188 7.335.464 115.054.243
jaarovergang balans 2014-2015 31/12/2014 48.410.472 61.624.287 14.902.944 92.203.327 5.752.168 14.607.320 69.065.584 168.434.934
31-12-2014 61.624.287 92.203.327 14.607.320 168.434.934
Het verschil tussen 31-12-2013 en 1-1-2014 wordt veroorzaakt door de vorming reserve Natuurpact. Deze is gevormd uit verschillende tijdelijke budgetten. Afwikkeling reserve komende jaren beginbalans 2015 tijdelijk budget A 61.624.287 tijdelijk budget B 92.203.327 tijdelijk budget C 14.607.320 168.434.934
2.015 -57.420.002 -59.934.793 -12.778.425 -130.133.220
2.016 9.471.716 -26.509.757 -1.669.198 -18.707.239
368
2.017 -10.676.000 -2.803.135 -21.698 -13.500.833
2.018 -1.500.000 -2.955.633 -138.000 -4.593.633
2.019 -1.500.000 0 0 -1.500.000
eindsaldo 0 0 0 0
4
Controle verklaring
369
370
5
1 Structurele en niet structurele baten en lasten structurele budgetten niet structurele budgetten Begroting Rekening Afwijking Begroting Rekening Afwijking 2014 na 2014 begroting 2014 na 2014 begroting wijziging rekening wijziging rekening
x € 1.000
Baten Bestuur en veiligheid Verkeer en vervoer Wetter Milieu Landelijk gebied Economie, toerisme en recreatie Sociaal beleid en zorg Kultuer, taal en ûnderwiis Ruimte en wonen Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien 11 Inzet Nuon middelen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
417 1.269 0 327 96 79 0 75 0 286.874
367 1.382 0 172 71 313 129 352 -1 285.946
50 -113 0 155 25 -234 -129 -277 1 928
206 93.866 769 127 2.244 11.195 57.263 97 376 11.862
140 83.130 702 10.885 5.588 10.105 57.263 99 389 9.281
66 10.736 67 -10.758 -3.344 1.090 0 -2 -13 2.582
0
0
0
126
63
63
Totaal baten
289.139
288.731
408
178.131
177.645
487
Totaal structurele en niet structurele
467.270
466.376
895
10.709 37.033 1.621 9.248 19.166 12.792 6.247 22.483 4.325 7.870
10.325 36.050 1.592 9.458 18.980 11.793 6.060 21.914 3.849 7.134
384 983 30 -210 186 999 188 570 476 737
30 101.647 2.005 3.588 88.449 136.494 62.193 23.717 12.623 11.932
1 88.456 1.562 8.588 53.783 94.848 62.148 15.999 10.231 9.281
29 13.190 443 -5.000 34.666 41.646 45 7.718 2.393 2.651
5.622 12.854
0 2.039
5.622 10.816
113.451
63.031
50.420
Totaal lasten
149.970
129.191
20.779
556.129
407.927
148.202
Totaal structurele en niet structurele
706.099
537.118
168.981
Lasten Bestuur en veiligheid Verkeer en vervoer Wetter Milieu Landelijk gebied Economie, toerisme en recreatie Sociaal beleid en zorg Kultuer, taal en ûnderwiis Ruimte en wonen Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Begrotingsruimte 11 Inzet Nuon middelen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Structurele budgetten zijn budgetten die voor jaarlijks terugkerende activiteiten en taken in de (meerjaren)begroting zijn opgenomen. Tijdelijke budgetten zijn budgetten voor projecten die voor een bepaalde (eindige) periode in de begroting zijn opgenomen. Zowel de baten als de lasten die met deze projecten zijn gemoeid worden als tijdelijk aangemerkt. Onder de tijdelijke budgetten vallen ook de budgetten reserves, overlopende passiva, voorzieningen en werken voor derden.
371
5 2
Overzicht Gewaarborgde geldleningen 2014
Nr. Oorspronkelijk Doel van de geldlening bedrag
Door wie de lening is aangegaan
Deel van de waar- Datum en nummer borg dat door de besluit Provinciale provincie wordt Staten c.q. CdK gewaarborgd
1.134.451 Nieuw kantoorgebouw, magazijn, garages 1.134.451 idem
Bibliotheekservice Fryslan ( Stichting Centrale Bibliotheekdienst)
100 100
31-03-82, nr 9 31-03-82, nr 9
3.176.462 Uitbreiding/renovatie verpleeghuis
Stichting Bertilla te Drachten
100
12-11-80, nr 5
Bright Spark te Joure
100
04-12-12, nr 2
in € 1
2 3
460.000 Duurzaamheid, spoelsysteem ballasttanks
372
Goedkeuringsbesluit
Einddatum borgstelling
Rente%
Restantbedrag van de geldlening per 1-1-2014 in €
29-05-82, nr 44 29-05-82, nr 44
29-05-2022 29-05-2022
6.86 4.47
19-01-81, nr 6
19-01-2021
5.36
11-12-12, nr 7
01-07-2018
variabel
TOTAAL
Totaalbedrag v.d. Restantbedrag van de gewone en buiten- lening per 31-12-2014 gewone aflossing in 2014 Totaal Gewaarborgd 31-12-2014 door provincie in € in € in €
268.014 268.440 536.454 726.048 726.048 435.000 435.000
29.779 29.827 59.606 90.756 90.756 0 0
238.235 238.613 476.848 635.292 635.292 435.000 435.000
238.235 238.613 476.848 635.292 635.292 435.000 435.000
1.697.502
150.362
1.547.140
1.547.140
373
5 3 Personeelssterkte en -lasten Feitelijke sterkte Personeelssterkte of bezetting De feitelijke sterkte of bezetting is het werkelijk aantal bezette formatieplekken op 31 december 2014
695
Personeelslasten
Loonkosten 2014 totaal personeelslasten
Specificatie personeelslasten Salarissen Toelagen
53.046.062
37.295.367 4.413.256 41.708.624
Sociale lasten: Pensioenpremie Overige
8.535.468 4.551.151 13.086.619
Overige uitgaven
766.354 totaal lasten
Inkomsten Salarissen Pensioenpremie Overige soc.verz.wetten
55.561.597
34.708 2.480.131 696 totaal baten totaal personeelslasten
374
52.279.708
2.515.535 53.046.062
5 4 Specifieke uitkeringen (Sisa-verantwoording)
Sinds 2006 is voor de verantwoording van de bestedingen van specifieke uitkeringen van het rijk aan provincies en gemeenten geleidelijk de zogenoemde SiSa-audit ingevoerd: Single Information, Single Audit. Deze werkwijze is in 2008 in de Financiële verhoudingswet verplicht gesteld. Dit heeft tot gevolg dat de verantwoording van de besteding van specifieke uitkeringen via de zogenoemde Sisa-bijlage bij de jaarrekening verloopt. Deze bijlage is opgesteld volgens een door het rijk voorgeschreven format. De controle van deze bijlage wordt meegenomen in de accountantscontrole van de jaarrekening. De accountant meldt vervolgens per specifieke uitkering zijn bevindingen in het accountantsverslag (rapport van bevindingen). In de jaarrekening 2014 gaat het nog om 5 regelingen, waarbij nu voor 1 regeling eindverantwoording wordt afgelegd. Het aantal specifieke uitkeringen daalt daarmee geleidelijk, vooral vanwege het streven van het Rijk om het aantal specifieke uitkeringen te verminderen, bijvoorbeeld door deze om te zetten naar decentralisatie-uitkeringen die deel uit maken van het provinciefonds. Het doel van SiSa was en is dat provincies (en ook gemeenten) minder vaak en maar op één moment verantwoordingsinformatie aan het Rijk hoeven te verstrekken over de besteding van specifieke uitkeringen. Deze vereenvoudiging is vooral mogelijk doordat de accountant de jaarrekening met ingang van 2004 ook op rechtmatigheid beoordeeld. Controle op rechtmatigheid van de bestedingen geldt ook voor de specifieke uitkeringen waarover in het kader van Sisa verantwoording afgelegd moet worden. Daartoe is in de Sisa-bijlage een aparte kolom “aard controle “ opgenomen. In aanvulling op de in de Sisa-bijlage gevraagde informatie mogen de Ministeries nog (beperkt en zeker niet jaarlijks) enige beleidsinformatie vragen. Hiervoor is geen afzonderlijke accountantsverklaring meer nodig. De in de verantwoordingsbijlage opgenomen bedragen sluiten niet altijd aan op de bedragen zoals deze in de jaarrekening zijn verantwoord. Dit komt doordat tot en met 2009 moest worden verantwoord volgens het bestedingsbegrip van de desbetreffende regeling en met ingang van 2010 voor de verantwoording van de specifieke uitkeringen via de SiSa-bijlage het zogenoemde baten-en lastenstelsel geldt. Dit stelsel is ook uitgangspunt voor de verantwoording in de provinciale jaarrekening. Het ministerie heeft een en ander toegelicht in de Nota baten-lastenstelsel voor specifieke uitkeringen. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat deze stelselwijziging ook in 2014 nog aanleiding is voor een enkel aansluitingsverschil. SiSa Medeoverheden In juli 2008 is in een wijziging van de Financiële Verhoudingswet geregeld dat SiSa met ingang van de jaarstukken 2008 ook van toepassing is op door de provincies naar gemeenten en gemeenschappelijke regelingen doorverdeelde rijksmiddelen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de SiSa-bijlage daartoe uitgebreid met speciaal voor de relatie gemeente-provincie ontwikkelde formats. Bij de provincie Fryslân is de zogenoemde SiSa-medeoverheden van toepassing op de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer , de regeling ISV en de bestedingen van het Regionaal Mobiliteitsfonds RSP. Daarnaast legt de provincie als medeoverheid via SiSa aan het SNN verantwoording af over eveneens de bestedingen van het Regionaal Mobiliteitsfonds RSP.
375
I&M
E27
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 2 januari 2015 Eindsaldo/-reservering (jaar T-1) Rentebaten (jaar T) Ontvangen BDU-bijdrage V&W Terugbetaling door derden Besteding (jaar T) (jaar T) vanuit BDU-bijdrage verstrekte middelen in (jaar T)
Brede doeluitkering verkeer en vervoer
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 01
Wet BDU Verkeer en Vervoer (art. 10)
€ 63.908.278 Eindsaldo/-reservering (jaar T)
Provincies en stadsregio's (Wgr+)
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 02
€0
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 03
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 04
Correctie over besteding (T1)
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 05
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 06
€ 47.297.347
€ 1.670.256
€ 49.432.982
€0
Dotatie rijk in (jaar T)
Rentebaten (jaar T)
Besteding (jaar T) uit het fonds Eindsaldo (jaar T) (onderscheid herkomst middelen niet nodig)
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 07
€ 63.442.899 Individuele bestedingen (jaar T) Individuele bestedingen (jaar T) die meer dan 20% van de totaal die meer dan 20% van de totaal ontvangen BDU bedragen ontvangen BDU bedragen Omschrijving
Bedrag
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27 / 08
I&M
E28
Regionale mobiliteitsfondsen
1 Concessie Noord-en Zuidwest Fryslan en Schiermonnikoog Eindsaldo (jaar T-1)
Besluit Infrastructuurfonds
I&M
E28B
€ 23.844.991 Dotatie regio in (jaar T)
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 01
Provincies en Wgr+ regio’s
€ 489.443 Eindverantwoording Ja/Nee
Regionale mobiliteitsfondsen (Zuiderzeelijn) SiSa tussen medeoverheden
Nee Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
Beschikking of
Aard controle R Indicatornummer: E27 / 09
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 02
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 03
€0
€ 1.091
€ 179.486
Gerealiseerd Ja/Nee
Besteding (jaar T) ten laste van SNN
Overige bestedingen (jaar T)
Te verrekenen met SNN
VWS
H8
Verzameluitkering EZ Regeling verzameluitkering Doeluitkering jeugdzorg (Bureau Jeugdzorg + Zorgkosten Jeugdzorg)
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 06
€ 311.048
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E28 / 07
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E28B / 01
1 2 3 4
UP-10-03059 en UP-10-21309 UP-11-15070 UP-12-06689 UP-13-10549 Kopie beschikkingsnummer
3 UP-12-06689 4 UP-13-10549
F3
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 05
€0
Aard controle R Indicatornummer: E28B / 02
Ja Nee Nee Nee Toelichting
Aard controle R Indicatornummer: E28B / 03
Besteding (jaar T)
Aard controle R Indicatornummer: E28B / 04
Aard controle R Indicatornummer: E28B / 05
€ 5.325.877 € 54.963.339 €0 € 547.155 Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E28B / 06 Indicatornummer: E28B / 07 1 UP-10-03059 en UP-10-21309 Besteding project Centrale As Ja 2 UP-11-15070 Besteding project Centrale As,
EZ
Aard controle R Indicatornummer: E28 / 04
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E28B / 08
Joure, Harlingen en N381 Nee nvt Besteding project Bereikbaarheid Heerenveen/investeringsagenda Nee Drachten - Heerenveen
Aard controle R Indicatornummer: F3 / 01
€ 100.000 Aantal Onder toezichtstelling (OTS), (jaar T-1)
Aantal OTS (jaar T-1), overig
Aantal voorlopige voogdij (jaar T-1)
Aantal voogdij (jaar T-1)
Aantal jeugdreclassering (jaar T-1)
Aantal samenloop (jaar T-1)
Wet op de jeugdzorg (art. 37) en Regeling bekostiging jeugdzorg 2009 Provincies en stadsregio’s (Wgr+) Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 01
294 Aantal Individuele Traject Begeleiding (jaar T-1) (ITB), harde kern
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 02
519 Aantal ITB (jaar T-1), Criem
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 07
55 Aantal aanmeldingen (jaar T-1) aan het LBIO door bureau jeugdzorg
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 08
0 Aantal afmeldingen (jaar T-1) aan het LBIO door bureau jeugdzorg
Aard controle D2 Indicatornummer: H8 / 13
429
Aard controle D2 Indicatornummer: H8 / 14
504
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 03
1 Aantal scholing- en trainingsprogramma's (STP) (jaar T-1)
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 04
211 Besteding (jaar T) aan stichting die een bureau jeugdzorg in stand houdt -deel justitietaken
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 09
0 Omvang egalisatiereserve jeugdzorg per 31 december (jaar T)
Aard controle R Indicatornummer: H8 / 10
€ 12.294.784 Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle R Indicatornummer: H8 / 15
-€ 23.887.194
376
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: H8 / 16
Ja
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 05
196 Besteding (jaar T) aan stichting, die een bureau jeugdzorg in stand houdt deel taken bureau jeugdzorg en subsidie bureau jeugdzorg Aard controle R Indicatornummer: H8 / 11
€ 10.654.905
Aard controle D1 Indicatornummer: H8 / 06
10 Besteding (jaar T) aan zorgaanbod
Aard controle R Indicatornummer: H8 / 12
€ 38.471.386
Omslag_Jaarstukken_2014_NL_439x297 21-04-15 15:56 Pagina 1
Jaarstukken 2014 Jierstikken 2014
Doel van dit document De Jaarstukken 2014 gaan over het door de provincie Fryslân in 2014 gevoerde beleid en het geld dat hiermee is gemoeid.
Jaarverslag, Jaarrekening en Burgerjaarverslag
Jaarstukken 2014
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 1 Beleidsveld 1.4 – Bestuurskwaliteit gemeenten en interbestuurlijk toezicht Bestuurskwaliteit gemeenten Per 1 januari 2014 zijn enkele gemeentelijke herindelingen succesvol tot stand gebracht (de parallelle trajecten van De Friese Meren en de opsplitsing en gebiedsverdeling van Boarnsterhim). In de tweede helft van 2014 is bestuurlijk overleg gevoerd met een aantal gemeenten in Noordwest- en Noordoost-Fryslân, waar de discussie over de bestuurlijke toekomst actueel is. Een aantal daarvan is van plan om gezamenlijk hun bestuurskracht te versterken door middel van gemeentelijke herindeling binnen afzienbare termijn (2018/2019). In december zijn wij begonnen met de evaluatie van de bestuurlijke samenwerking naar aanleiding van de afspraken uit het interbestuurlijke convenant Samenwerking Friese Waddeneilanden. Preventief toezicht Op 1 januari 2014 was de nieuwe gemeente De Friese Meren een feit. De gemeente Boarnsterhim is per die datum samengevoegd met de gemeente Leeuwarden (noordelijk deel) en Heerenveen (zuidelijk deel). Vanwege de herindeling was het niet mogelijk om de begrotingen 2014 van deze nieuwe gemeenten, voor de wettelijke termijn van 1 januari 2014, vast te stellen en zijn de gemeenten onder preventief toezicht gesteld wegens termijnoverschrijding. Na de vaststelling van de begroting door de nieuwe gemeenteraden zijn de gemeenten Heerenveen en De Friese Meren onder preventief toezicht gesteld om financiële redenen. Aan het eind van het jaar gold dit alleen nog voor de gemeente Heerenveen. Beleidsveld 1.5 – Herkenbaar en samenwerkend bestuur SNN De bestuurlijke rol van het SNN richt zich steeds meer op de gemeenschappelijke belangenbehartiging en lobby in Den Haag en Brussel rond specifieke noordelijke onderwerpen. Tot 1 juli 215 vervult de provincie Fryslân het voorzitterschap (CdK Jorritsma) en het secretariaat (provinciesecretaris van den Berg) van het SNN. Landsdeelvorming Bij het aantreden van het kabinet Rutte II is in het rijkscoalitieakkoord het voornemen opgenomen om tot landsdeelvorming over te gaan. Hiertegen hebben we verschillende keren onze bezwaren kenbaar gemaakt. Op 23 juni 2014 heeft minister Plasterk aangegeven dat het kabinet het niet langer opportuun acht om het wetsvoorstel tot vorming van de Noordvleugelprovincie in te dienen. De betreffende herindelingsprocedure is daarmee beëindigd. Internationale contacten De regeringswisseling in Niedersachsen heeft geleid tot meer aandacht voor het grensgebied en een nauwere samenwerking op regionaal economisch terrein. Op 5 december bracht de minister-president (Weil) van Niedersachsen een bezoek aan de Noordelijke provincies. Het INTERREG A - subsidieprogramma geeft een belangrijke impuls aan het economisch laten groeien van het noordelijk grensgebied (NoordNederland en het Weser-Ems gebied
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 2 Beleidsveld 2.3 – Instandhouding provinciale infrastructuur Ontwikkelingen: Van Harinxmakanaal In 2013 hebben de Staten het college gemandateerd voor het opstellen en uitvoeren van een 5-jaren uitvoeringsprogramma voor het Van Harinxmakanaal en dit jaarlijks te actualiseren. prioritering van het programma groot onderhoud enkele wijzigingen doorgevoerd. De bestedingen in 2014 zijn enigszins achtergebleven bij de planning. Zolang de rente nog dusdanig laag is wordt het minimumscenario gehanteerd voor het beheer en onderhoud. Ten opzichte van het in 2013 vastgestelde uitvoeringsprogramma is er in de De brug Dronrijp verkeert in een dusdanige staat dat inmiddels een lastbeperking voor de brug van kracht is. De aanpak van deze brug is dan ook een jaar (was 2015) naar voren gehaald. De aanpak van het achterstallig onderhoud op de TH-sluis is daarmee een jaar naar achteren (was 2015) geschoven. De aanpak van het achterstallig oeveronderhoud in de jaren 2014 en 2015 zijn samengevoegd. Aangezien er nog geen duidelijkheid is ten aanzien van een eventuele opwaardering, worden die oevers aangepakt die passen in een no-regretscenario. De voorbereiding van de oeverwerken is inmiddels gestart. De diverse aanvaringen die er zijn geweest op het PMK geven aanleiding de remmingwerken met voorrang op te pakken. Inmiddels zijn de voorbereidingen in volle gang zodat de remmingwerken bij de spoorbrug HRMK spoedig kan worden vervangen. De vervanging van de remming en geleidewerken bij de andere spoorbrug, de HRM zullen worden gecombineerd met de sloop van de Zwettebrug, onderdeel van Leeuwarden Vrij Baan. In het kader van de het project Leeuwarden Vrij-baan, is lange tijd discussie geweest omtrent een fietsverbinding over het VHK. Recentelijk is er voor gekozen dat de bestaande verkeersbrug Ritsumasyl zal worden omgebouwd naar een fietsbrug. Een aantal varianten voor deze brug worden momenteel bekeken. In eerste instantie zou deze brug worden gesloopt. Afhankelijk van de gekozen brugvariant zal een beroep worden gedaan op de middelen voor het Van Harinxmakanaal. 2.3.2 Afstandsbediening bruggen In uw decembervergadering van 2014 is de voortgang van het programma Afstandsbediening aan de orde geweest. Daarbij is aangegeven dat stap 1, de aanpak van een 3 tal clusters waarin 7 provinciale bruggen geschikt worden gemaakt voor afstandsbediening vanuit in totaal 3 verschillende bedienlocaties in uitvoering is. Stap 2, de aanpak van een vijftal overblijvende bruggen is onderzocht en nog in uitwerking maar zal in enkele gevallen lastig zijn te financieren. Met u is afgesproken dit bij een negatieve businesscase aan u voor te leggen. Een werkconferentie dit najaar met de Marrekrite, het Fries Merenproject en de watersportgemeenten heeft inzicht geboden in de speerpunten als het gaat om het weghalen van pauzes in de bediening van bruggen en eventueel het laten verdwijnen van klompgeld. Een gezamenlijke aanpak van de brugbediening met gemeenten is echter niet altijd aantrekkelijk voor de gemeenten, uw staten hebben zich echter positief opgesteld vanuit de middelen van het Fries Merenproject de gemeenten meer tegemoet te komen in de noodzakelijke investeringen aan de bruggen. De dialoog en enkele onderzoeken met de gemeenten loopt nog. 2.3.3 Baggerdepots (inclusief Trijehûs) De exploitatie van de depots neemt af. Dit door verminderde aanvoer en afvoer van respectievelijk slib en ingedroogd slib. Voor de nazorg van de provinciale baggerspeciestortplaats Trijehûs moet een doelvermogen beschikbaar worden gesteld aan het nazorgfonds. Dit is het bedrag wat bij
sluiting medio 2016 moet worden meegegeven. Het rentepercentage dat het nazorgfonds hanteert, wordt per 1-1-2015 echter gewijzigd. Zeer waarschijnlijk zal dit leiden tot een forse verhoging van het doelvermogen en daarmee tot een hogere nazorgheffing voor Trijehûs. Het besluit over het rentepercentage wordt begin 2015 verwacht. Op grond van dit besluit kunnen dan de consequenties voor Trijehûs worden berekend. Eventuele budgettaire consequenties voor Trijehûs zullen indien nodig meegenomen worden in de daarvoor bestemde bestuurlijke instrumenten. Met de aanpak van de overige (ca. 17 slapende depots/stortplaatsen incl. De Saiter) wordt gestart in 2015. Meerjaren Programma Kunstwerken In 2014 zijn de projecten renoveren brug Warns en brug over de Johan Frisosluis opgeleverd terwijl van project brug Rogsloot te Warten de nazorgfase is afgerond. Verder zijn de projecten Kerksloot brug, Stationsbrug Franeker, van Panhuysbrug te Tjerkwerd en de Ruytenschildtbrug in voorbereiding dan wel in uitvoering gegaan. Het vervangen van de armcoduiker te Wieuwerd stond ook voor 2014 gepland maar zal in een later jaar voorbereid en uitgevoerd gaan worden.
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 4 Beleidsveld 4.1 Basiskwaliteit & bewustwording De basiskwaliteit is verbeterd door het beperken van de milieubelasting en het terugbrengen van het aantal milieuknelpunten. De bewustwording over milieukwaliteit en duurzaamheid neemt langzaam toe, zoals blijkt uit de meting van de ecologische voetafdruk van de Friese burger in 2014. Beleidsveld 4.3 Duurzaam bodembeheer De saneringsoperatie op het gebied van bodem verloopt goed. Het aantal locaties dat met spoed moet worden gesaneerd om redenen van volksgezondheid is sterk afgenomen. De locaties die moeten worden gesaneerd om ecologische redenen zijn in kaart gebracht en een deel hiervan is inmiddels reeds aangepakt. Beleidsveld 4.4 Leefomgeving De milieudruk op de directe leefomgeving is verder teruggebracht. Ook zijn er vorderingen gemaakt op het gebied van de natuurkwaliteit. Daardoor is de kwaliteit van de leefomgeving in Fryslân toegenomen. Beleidsveld 4.5 Regie & Strategie toezicht en handhaving Met de Friese partners is verder gewerkt aan het verbeteren van de kwaliteit en is de samenwerking gecontinueerd
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 6 Ontwikkeling bedrijvigheid in cijfers. De voorlopige cijfers uit het werkgelegenheidsonderzoek ‘Provinciaal werkgelegenheids-register 2014’ laten zien dat er op 1 april 2014 in Fryslân 220.905 voltijdsbanen waren (minimaal 15 uur). Dit betekent een daling van 1,3% (2.920 banen) t.o.v. 1 april 2013. Het verlies van het aantal banen volgt op een daling van 1,6% in de periode 2012-2013. Het ING Economisch Bureau concludeert dat de Friese economie in 2014 met 0,9% is gegroeid, maar achterblijft bij het verwachte landelijke groeicijfer van 1,4%. Dit komt doordat in Fryslân sprake is van een oververtegenwoordiging van niet-groeisectoren, zoals zorg en overheid, en er relatief minder bedrijvigheid gericht is op export. Maar het aantal faillissementen (exclusief eenmanszaken) is in onze provincie flink teruggelopen: van 289 faillissementen in 2013 naar 214 in 2014. Dit betekent een daling van 26% tegenover een Nederlands gemiddelde van 21%. Deze signalen geven aan dat de Friese economie langzamerhand herstelt. Beleidsveld 6.1 – Bedrijvigheid 1. Watertechnologie In deze sector zijn in Noord-Nederland inmiddels 110 private bedrijven actief. Deze bedrijven bieden werk aan 3.500 mensen en zorgen voor een omzet van € 700 mln.. De kennisbasis wordt steeds verder uitgebouwd. Ongeveer 90 (inter)nationale organisaties laten excellent onderzoek uitvoeren in de watertechnologiecluster. Dat gebeurt door promovendi van zestien internationale universiteiten en kennisinstituten die aan Wetsus zijn verbonden. 2. Agrofood De zuivelindustrie in Fryslân breidt zich fors uit. Naast Friesland-Campina hebben zich ook A-ware, Fonterra en Ausnutria Hyproca gevestigd in onze provincie. Wij onderzoeken de realisatie van een Fries agrofoodloket, een samenwerkingsverband van diverse bestaande organisaties die in onderlinge samenwerking bedrijven effectiever moeten gaan ondersteunen in het hele Innovatieproces, dus van idee tot de marktintroductie van nieuwe producten en diensten. Eind 2014 is het Dutch Dairy Netwerk, een initiatief van Van Hall Larenstein en gesteund door ons en de gemeente Leeuwarden, van start gegaan. Tot slot hebben wij in het najaar samen met Groningen en Drenthe met succes een lobby gevoerd voor de borging van de ‘grondgebondenheid’ in de nieuwe wet ‘Verantwoorde groei Melkveehouderij’. 3. Speerpunt zorgeconomie Dit thema heeft de komende periode met forse uitdagingen te maken: decentralisatie naar gemeenten, anticipatie op demografische ontwikkelingen en inspelen op de huidige rijkskaders (Wmo, zorgverzekeringwet en wet langdurige zorg). Uw Staten hebben op 24 september het Uitvoeringsprogramma vastgesteld. In totaal zijn er vier programmalijnen: (1) business development en projectontwikkeling, (2) arbeidsmarkt en onderwijs, (3) procesinnovatie in de zorg en (4) stimulering cluster- en netwerkvorming. In het kader van business development en projectontwikkeling stimuleren wij innovatieve projecten op het gebied van gezonde voeding, medische (bio)techonologie; e-health, domotica; serious gaming en healthy lifestyle economy. 4. Onderwijs en arbeidsmarkt Per 1 januari 2015 is het Centrum Duurzaam operationeel, waarbij wij € 2 mln. hebben bijgedragen in de totale investeringssom van € 5 mln.. Binnen dit centrum komt nieuwe kennis op terrein van maatschappelijke bewustwording en technologische ontwikkelingen samen met de gewenste vaardigheden bij zowel bedrijven als (toekomstige) werknemers.
In 2014 zijn de eerste noordelijke projecten uitgewerkt die inspelen op het toekomstig tekort aan gekwalificeerd personeel als gevolg van onze samenwerking met Groningen, Drenthe en stakeholders uit bedrijfsleven en onderwijs (Techniekagenda). 5. Generiek beleid / algemene ontwikkelingen Regiomarketingstructuur Uw Staten hebben op grond van het Strategisch marketingplan van St. Merk Fryslân op 17 december 2014 een tijdelijk budget van € 530.000,- naast een structureel budget van € 630.000,-) over 2015 ter beschikking gesteld. Fryslân Fernijt In 2014 is Fryslân Fernijt IV van start gegaan. Het programma loopt t/m december 2017 en het budget wordt beschikbaar gesteld in drie tenders. In totaal zijn door middel van twee tenders 19 projecten gehonoreerd met een bedrag van ruim € 3,2 mln.. Fryslân Fernijt III is in 2014 afgerond. In totaal werd aan 23 innovatieve projecten subsidie verleend. Beleidsveld 6.2 – Toerisme en recreatie 6.2.1.1. Friese Wouden Wij hebben teven € 200.000,- gereserveerd voor de realisatie van de toeristische ambities in Zuidoost Fryslân, specifiek voor de realisatie van een wandelroutenetwerk. 6.2.1.3. Routenetwerken Wij hebben St. Merk Fryslân, de Marrekrite en Landschapsbeheer Friesland een bijdrage verstrekt om een routetotaalplan te ontwikkelen voor de gehele provincie. Verder hebben wij aan de initiatiefnemers een subsidie verstrekt voor de bewegwijzering van de Elfstedenwaddenroute. 6.2.1.5. Slimme verdienmodellen Wij hebben een bijdrage verleend aan Stichting Groene Parels van Opsterland om een nieuw verdienmodel te ontwikkelen voor onderhoud en doorontwikkeling van de rijke natuur op en rondom de vele landgoederen in Beetsterzwaag en omgeving. Beleidsveld 6.3 – Duurzame energie 6.3.1. Onder de naam ‘SWITCH’ hebben de provincies Drenthe, Fryslân, Groningen en NoordHolland en Energy Valley een ambitieuze vertaling gemaakt van het Energieakkoord. Deze energie-agenda van de toekomst zal ook richtinggevend zijn voor het uitvoeringsprogramma duurzame energie. Op het terrein van energie en water is de samenwerking met de gemeente Leeuwarden via het programma ‘Groen werkt!’ weer gecontinueerd. Ook zijn er afgelopen jaar veel lokale initiatieven gesubsidieerd vanuit het programma. Tot slot is het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy (FSFE) in 2014 van start gegaan dat nader is beschreven in paragraaf 9 ‘grote projecten’. 6.3.2. Er zijn in 2014 bijna 4.000 aanvragen gedaan bij de Friese Energiepremie. In de loop van 2015 ontvangen wij hierover specifieke gegevens voor wat betreft de ontwikkeling van de energielabels. Daarnaast ondersteunen we Energiesprong Leeuwarden en hebben we samen met gemeente Leeuwarden een aanvraag gedaan voor een Horizon 2020-bijdrage voor energieneutraal renoveren. 6.3.3. In 2014 deden 25 scholen mee aan de Fryske Energy Challenges. Hierdoor maken ruim 5.000 leerlingen kennis met energie en water. Aan het Koploperproject deden 240
bedrijven in zeventien gemeenten mee. De bedrijven krijgen een doorlichting op basis van het maatschappelijk kwaliteitssysteem ISO 26.000 met daaraan gekoppeld een individueel verbeterprogramma op bedrijfsniveau. Inmiddels is het Koploperproject uitgebreid naar de gemeenten, zorginstellingen, onderwijs en woningbouwcoöperaties. 6.3.5. We hebben Stichting Fryslân foar de Wyn ondersteund bij haar onderzoek naar windlocaties op land met draagvlak. 6.3.6. We zijn in gesprek gegaan met corporaties en zorginstellingen over grootschalige zonnestroomprojecten. Op Ameland wordt het grootste zonnestroomproject van Nederland gerealiseerd. De dekking van de totale financiering hiervoor is in 2014 gerealiseerd. 6.3.7. Het programma Energiewerkplaats (EWP) is gefaciliteerd vanuit het programma duurzame energie. Het betreft een samenwerking tussen Doarpswurk/Netwerk Duurzame Dorpen/Friese Milieu Federatie). De EWP heeft meerdere voorlichtingen voor dorpen georganiseerd over uiteenlopende thema’s rondom verduurzaming en zelfredzaamheid. De provincie heeft daarnaast de Startsubsidie Lokale Energie Initiatieven in het leven geroepen. Hiermee zijn 20 initiatieven in 2014 voorzien van een bijdrage in opstartgeld. 6.3.8. Het FSFE is in de tweede helft van het jaar van start gegaan. Vanaf dat moment zijn er diverse business cases doorgeleid naar het FSFE. Daarnaast worden in het kader van het project Sinnestream voor het Friese MKB proposities gebouwd door het FSFE en o.a. zonnestroomleveranciers bij elkaar te brengen. De pilot met ESCo’s (Energy Service Companies) bij sportaccommodaties is afgerond. 6.3.10. Wij hebben een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van het Blue Energy project op de Afsluitdijk. Momenteel draait een testopstelling waarmee REDstack kennis opdoet over de nieuwe manier van energieopwekking uit het verschil in zoutconcentratie tussen zout (Waddenzee) en zoet water (IJsselmeer). In het kader van de Friese grondstoffenagenda zijn projecten gerealiseerd op het gebied van bitumen, textiel en beton.
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 7 Beleidsveld 7.2 – Jeugdzorg Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Het aantal AMK-meldingen liet sinds eind 2011 gedurende een aantal jaren een vrij gelijkmatige instroom zien. In 2014 is er sprake van een daling van het aantal consulten en ook is het aantal zorgmeldingen gedaald. Alle meldingen werden, conform de wet, binnen vijf dagen op risico getaxeerd. Daarbij werden meldingen met een verhoogd risico direct opgepakt. Samen met Leeuwarden als centrumgemeente heeft de provincie toegewerkt naar een nieuwe vorm van samenwerking tussen AMK (BJZ) en Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld (Fier Fryslân). Vanaf 1-1-2015 worden alle zaken op het gebied van kindermishandeling en huiselijk geweld integraal opgepakt door het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Toename ondertoezichtstellingen (OTS-en) Sinds eind 2012 is er sprake van een stijging van OTS-en en het aantal voogdijuitspraken. Deze tendens heeft zich ook in 2014 voortgezet. Wij hebben onafhankelijk onderzoek laten uitvoeren naar de oorzaken van deze stijging. Daaruit blijkt dat deze voor een deel worden veroorzaakt door een stijging van het aantal rechterlijke uitspraken waarop wij geen invloed hebben. Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek zijn maatregelen getroffen om de stijging tot staan te kunnen brengen. Dat laatste is gedeeltelijk gelukt voor zover wij daar invloed op hebben en geldt met name op het gebied van stroomlijning van het proces. Voorts is uit het onderzoek gebleken dat het aantal Fryske kinderen met een OTS niet hoger is dan in de rest van Nederland.
Aanvullende toelichting: behaalde resultaten programma 8 Beleidsveld 8.1 – Cultuur 1. Fryske kulturele basisynfrastruktuer Yn 2014 binne wy fierder gien mei it fuortsterkjen fan de Fryske Kulturele Basisynfrastruktuer. Dêrfoar stypje wy struktuereel ynstellings dy’t wy as essinsjeel beskôgje , lykas Tryater, Keunstwurk, Oerol, ‘ n Meeuw, Stichting Friesland Pop en de iepenloftspullen. Fan twa ynstellings binne de aktiviteiten opgien yn it wurk fan oare ynstellings fan de provinsjale basisynfrastruktuer. Dat binne it Anna Blamanhuis, wêrfan de kolleksje oergien is nei de Bibliotheekservice Fryslân en de Jeugdorkesten, dy’t ûnderbrocht binne by Keunstwurk. It Fries Museum hat yn septimber 2013 de duorren iepenset. It nije museum is yn 2014 besocht troch 110.817 besikers. Fierder hat it museum de kwaliteitsslach dy’t yn 2014 ynsetten is mei sukses ôfrûne. By de ferskate twadde keamerfraksjes is de bysûndere posysje fan it Noarden en de rol dy’ t de rykssubsidiearre ynstellings dêr foar de mienskip yn spylje, ûnder it omtinken brocht. Mei it each op de opdracht dy’ t de Rie foar Kultuer krije sil, is benammen in goede ferdieling fan ynstellings oer de regio’s oankaarte. 2. Produksjeklimaat Neist de basisynfrastruktuer hawwe wy ek oare aktiviteiten stipe, dy’t in ympuls jouwe oan it kultuerele libben yn Fryslân. In tal inisjativen hawwe wy tidlike, mearjierrige stipe tasein. It giet dan om saken as fokale muzyk, profesjonele dûns, ynformele keunstopliedingen, opera en de ynset op museale kwaliteit by û.o. Kunstmaand Ameland, Open Stal, Noord Nederlands Orkest, Opera Spanga, de Jeugddansopleiding Friesland en museum Belvedère. 3. Oare aktiviteiten Mei it Brûsfûns hawwe wy ynset op it stimulearjen fan nije inisjativen dy’t oanslute op ús ambysjes om de partisipaasje, meartaligheid en mienskipssin fuort te sterkjen. Wy hawwe út it Brûsfûns bydroegen yn acht projekten. It foel op dat alle projekten op nijsgjirrige wize foldienen oan de spearpunten kultuer, taal en underwiis. By dy projekten wolle wy spesjaal neame in pre-produkjse foar in spylfilm oer de Smearlappen fan Anne Wadman, in barren fan Stichting Bildse Aardappelweken yn gearwurking mei Malta en it yn it omtinken bringen fan Bach by bern troch de Nederlandse Bach Akademie. De measte projekten wurde ôfrûne yn 2015. Foar wat de nije persintaasjeregeling beeldzjende keunst yn ‘e iepenbiere romte oanbelanget, binne yn 2014 de tariedende wurksumheden útfierd. De nije regeling is yn 2015 klear. 4. Leechdrompelich oanbod Meidwaan is ien fan ‘e haadlinen fan de nota Grinzen Oer. Doel is om safolle mooglik minsken, op syn minst 40% sawol aktyf as passyf meidwaan te litten oan kultuer. Om it eindoel te heljen hawwe wy ek yn 2014 ynsetten op talintûntwikkeling, amateurkeunst, kultueredukaasje en stimulearing leechdrompelig oanbod. De gegevens fan de oantallen sille begjin 2015 beskikber komme; dy wurde yn in folgjende bestjoersrapportaazje melden. Neffens de rûzing binne wy mei it program Kultueredukaasje op streek. Binnen de gearwurkingsaginda mei Ljouwert sette wy yn op in útrol fan in provinsjebreed kultueredukaasjeoanbod yn it fuortset ûnderwiis (12-18 jier). Hjirtroch kin de trochgeande learline, dy’t ynset is yn it primêr ûnderwiis, trochset wurde.
5. Museumdepot Yn 2014 hat de stichting Kolleksjesintrum Fryslân foarm krigen en is it bestjoer ynstalearre. It bestjoer hat tegearre mei in bouadviseur wurke oan de bouplannen. Yn jannewaris 2015 wurdt oergien ta definitive gunning fan de bou, dêr’ t de úteinlike bou yn april 2015 mei úteinsette kin. De yngebrûkname sil wêze op 1 april 2016. 6. Kultureel klimaat Yn de opmaat nei Kulturele Haadstêd binne der tal fan aktiviteiten west, mar hawwe spesifyk Befrydingsfestival, Liet, Liet Ynternasjonaal (foarrondes), City Proms, Explore the North, Welcome to the Village, Noardlik Filmfestival, Freeze, Straatfestival, Next Genfestival bydroegen oan de útfiering fan ‘e ambysje Ljouwert as Kulturele Haadstêd fan Europa. Beleidsveld 8.2 – Erfgoed 1. Behâld en ontwikkeling kultuerhistoaryske wearden Kultuerhistoaryske wearden binne ferwurke yn romtlike plannen fan gemeenten en eigen provinsjale plannen en (gebiets-)projekten sa as Sintrale As, de Ofslútdyk, de lângoederensône Beetstersweach en de Streekaginda’s. Adfys en oerlis ferrint foar in grut part fia it Romtlike Kwaliteitstiim. De yn 2014 fêststelde tematyske struktuerfisy Grutsk op ’e Romte is dêrby it útgongspunt en de Kultuerhistoaryske Kaart (CHK) in oanfoljend ynstrumint. Fanút it programma natuer en lanlik gebiet is mei subsydzje stipe jûn oan acht kultuerlânkiplike projekten dy’t Grutsk fersterke. Omdat yn de streekaginda’s it opnimmen fan kultuerhistoaryske projekten minder hurd ferrint as foarnommen, is der yn 2014 € 100.000,- út it dielbudzjet Cultuurhistorie Grutsk trochskood nei 2015 ta geunste fan it Mienskipsfûns foar kultuerhistoaryske projekten fan ûnderop. 2. Restauraasje en fernijend wergebrûk karakteristike gebouwen Wy hawwe in stimulearringsregeling foar monuminten útfierd. Der is mei-inoar € 5,5 mln. beskikber steld foar restauraasje en nije bestimmingen fan 60 monuminten. In part fanút de reserve foar dit doel is net hielendal bestege, hjir wurdt yn de finansjele taljochting op yngong. It Deltatiim Fryske Tsjerken hat dwaande west mei 5 tsjerkgebouwen foar in nije bestimming of in breder gebrûk. Mei it Kennispunt Herbestemming Noord wurde strategyen foar werbestimming ûntwikkele en wurde konkrete werbestimmingen stimulearre troch ûnder oaren DBF en it Stipepunt Monumintesoarch Fryslân. Wy hawwe stipe jûn oan fjouwer monuminte-organisaasjes mei budzjetsubsydzje en oan Tsjerkepaad 2014. 3. Beskerming, ûndersyk en foarljochting fan argeologyske wearden De FAMKE is fierder ûntwikkele as advys- en beliedskaart troch mei de gemeenten It Hearrenfean, Opsterlân en Súdwest Fryslân gemeentlike ferdjippingsslaggen út te fieren. Argeologysk ûndersyk is stipe troch de opgravings mei publykskfoarljochting foar terpsoalen en feanûntginnings en it bysûnder heechlearaarskip terpe-argeology oan de RUG. It kennis- en foarljochtingssintrum yn it ynterprovinsjale Noardlik Argeologysk Depot yn Nuis is iepene. De termyn fan it Terpeprojekt is yn oerlis mei it ryk ferlinge. Wy sille de prognoaze bystelle, sadat de doelen yn july 2018 berikt binne. It netwurk fan argeologyske stipepunten is stimulearre troch de ynset fan de Museumfederaasje en is útwreide mei it stipepunt yn Rinsumageast (Kleaster Klaarkamp). Beleidsveld 8.3 – Taal, media en letteren Taal 1. Praat mar Frysk Yn 2014 rjochte de Praat mar Frysk-kampanje him op de spearpunten jongerein, bedriuwslibben en sichtberens fan it Frysk. Doelstelling fan de kampanje is dat de sichtberens fan it Frysk yn de iepenbiere romte fergrutte wurdt, en dat der op in positive wize nei it Frysk sjoen wurdt. De kampanje bewiist wat dat oanbelanget al jierren syn
wearde en hat dêrmei oantoand in goed ynstrumint te wêzen om de doelen te berikken dy't yn de nota Grinzen oer beskreaun wurde. Dat is ûnder oaren ôf te lieden út it feit dat de neistribbe hark-, lês- en sjochsifers fan de kampanje op de sosjale media (Youtubekanaal, Facebook, Twitter, Tumblr ensafh.) rom helle wurde. 3. Gemeentlik taalbelied De Fryske gemeenten dy’t op 1 jannewaris 2014 weryndield binne, hawwe yn 2013 in bestjoerlike oerienkomst Frysk taalbelied sluten mei de provinsje. Op basis fan dy oerienkomst skewielt de provinsje de gemeenten by it nije taalbelied dat sy ûntwikkelje en de nota’s dy’t dêrfoar skreaun wurde. Ferskate gemeenten hawwe dêr yn 2014 gebrûk fan makke. Dêrneist hawwe provinsje en gemeenten ûnregelmjittige oerlizzen oer alderhande taalfragen dy’t him foardwaan kinne. 4. Digitalisearring fan it Frysk Yn 2014 binne der grutte stappen set as it giet om de ûntwikkeling fan (mear) digitale helpmiddels foar it Frysk. Wichtich ûnderdiel dêrfan wie it Taalweb, dat de Fryske Akademy op 1 july oan de provinsje presintearre hat. Dêrtroch komme alle Fryske wurdboeken, in oersettsjinst, in foarkarswurdlist en in staveringshifker skielk fergees beskikber foar elkenien dy’t dêr ferlet fan hat. Dêrneist hat de provinsje nei oerlis mei it fjild en de Fryske Akademy opdracht jûn ta it ûntwikkeljen fan in staveringshifker-app foar de iPad foar Android en in inter face foar de Mac. Ferskate besteande applikaasjes binne ferbettere en by de tiid brocht, en der is in text-to-speech programma ûntwikkele wêrmei’t Fryske teksten op websides tenei te beharkjen binne. 5. Trochgeande learline Yn it skoaljier 2014/2015 is in nije digitale metoade Frysk foar it fuortset ûnderwiis ferskynd, Searje 36 (http://36.edufrysk.nl/ / http://fu.edufrysk.nl/). Foar de ûntwikkeling fan it online learplatfoarm is gebrûk makke fan lesmateriaal en opdrachten fan Freemwurk, LinKk, Omrop Fryslân (û.o. de televyzjesearje I.K.) en de Kanon fan de Fryske Skiednis. Der binne yntusken al in soad skoallen mei Searje 36 oan it wurk (hast 3000 learlingen fan de 5500 dy’t Frysk ûnderwiis krije) en it platfoarm is noch yn ûntwikkeling. 7. NPLD Yn juny fûn yn Ljouwert de General Assembly (GA) fan it Network to Promote Linguistic Diversity (NPLD) plak. De GA wie rjochte op kennisútwikseling oangeande meartaligens en jongerein (boppe de tolve jier), spesifyk yn it sjojale domein (bûten skoalle om). Dêrneist wie dit in moaie gelegenheid om Ljouwert-Fryslân as Kulturele Haadstêd 2018 yn in ynternasjonaal fermidden te presintearjen. Der wiene sa’n 50 dielnimmers fan 34 by it NPLD oansletten organisaasjes, út 16 ferskillende (minderheids)taalgebieten. 8. Orgaan foar de Fryske taal Sûnt 1 jannewaris 2014 is it Orgaan foar de Fryske taal operasjoneel, dat besluten hat him tenei ‘Dingtiid’ te neamen. As advysorgaan fan it ryk, de provinsje, oare bestjoersorganen en gerjochterlike ynstânsjes hat Dingtiid him yn 2014 oriïntearre op it fjild, de earste advizen útbrocht en mei help fan twa kertiermakkers de wurkstruktuer bepaald. De provinsje hat wol op regelmjittige basis oerlis fierd mei Dingtiid oer ferskate taalkwestjes dy’t him yn 2014 foardien hawwe, wêrby’t ek de ynbring en de ôfstimming mei it ministearje fan Ynlânske Saken fan grut belang west hat. Dingtiid, de provinsje en it ministearje hawwe ein 2014 in mienskiplike wurkbesite brocht oan Brussel, mei it each op in goede ôfstimming foar 2015 en it belang fan Europa foar it dossier minderheidstalen. 9. Ûnderwiiswetjouwing advys fan de Stjoergroep Hoekstra It wetsútstel om PS it foech te jaan om de kearndoelen Frysk fêst te stellen en DS it foech te jaan om net allinne folslein, mar ek parsjeel ûntheffing ferliene te kinnen foar it fak Frysk, is troch de Twadde Keamer en de Earste Keamer fêststeld. De nije wetjouwing
is fan 1 augustus 2014 ôf fan krêft, en dêrmei is de foechútwreiding fan de provinsje op it mêd fan it Frysk yn it ûnderwiis in feit wurden. 10. Streektalen Yn 2014 hat de provinsje in ûndersyk útfiere litten nei it gebrûk en de behearsking fan de ferskate streektalen yn de Fryske streektaalgebieten. Dat is bard om’t de provinsje yn Grinzen oer oanjûn hat har streektaalbelied ferbreedzje te wollen en troch dit streektaalûndersyk in nulmjitting dien is nei de hjoeddeistige stân fan saken fan de streektalen yn Fryslân. De útkomsten fan dit undersyk binne gearfette yn de nije Sreektaalatlas. Ien en oar moat liede ta in breder streektaalbelied, dat de provinsje yn gearwurking mei de oanbelangjende gemeenten de kommende twa jier ymplemintearje wol. Foar it Biltsk wurdt EduBiltsk untwikkele, in digitale learomjouwing foar it Biltsk op grun fan it systeem EduFrysk, dat de Afuk earder foar it Frysk untwikkele. Foar oare streektalen is soks (noch) net it gefal. Media 12. Frysk Mediafûns Profesjonele mediabedriuwen dy’t yn Fryslân festige binne en de provinsje as wichtichste ferspriedingsgebiet hawwe, koene ek yn 2014 oanfragen yntsjinje yn it ramt fan de regeling Frysk Mediafûns. It gie dêrby om projekten op it mêd fan fernijing en ynnovaasje fan de parsebedriuwstak en om ûndersykssjoernalistyk. Der hawwe yn 2014 twa tenders west: ien krekt foar de simmer, yn juny, en ien yn de periode augustus – oktober. Spitigernoch is it net slagge om de subsydzje foar de te honorearjen oanfragen fan de twadde tender noch yn 2014 te beskikken; soks sil yn 2015 plak fine. Sadwaande binne mei de Berap 2 middels fan it Mediafuns nei 2015 ferskood. Letteren 15. Ferskaat literêr oanbod Yn 2014 hat de provinsje nije subsydzjeregelings ûntwikkele, dy’t rjochte binne op de produksje, de promoasje en it oersetten fan Frysktalige literatuer. Dy regelings binne yn july 2014 iepensteld foar oanfragen. In wichtige nije komponint fan dy subsydzjeregeling is de regeling foar Frysktalige literatuer, dy’t it mooglik makket om in skriuwersbeurs oan te freegjen foar it skriuwen fan Frysktalige sekundêre of jeugdliteratuer, in Frysktalich debút of toanielstik. Dermei is in wichtige doelstelling út Grinzen oer oangeande it letterebelied realisearre. 16. Promoasje en ferkeap Fryske literatuer Yn 2014 hawwe trije organisaasjes anneks west mei de promoasje en de ferkeap fan Fryske literatuer: Tresoar as it giet om it kreëarjen en ferbetterjen fan it literêre klimaat,Boeken fan Fryslân foar wat de promoasje en it opsetten fan alternative ferkeapkanalen oanbelanget, en Stifting Tsjil dy’t yn 2014 de Sutelaksje nij libben yn blaasd hat. Yn 2014 is ek in begjin makke mei in diskusje hoe’t dy ferskate aktiviteiten elkoar better fersterkje kinne. Yn 2015 moat dat in ferfolch krije en liede ta in stevich en fruchtber letterebelied. 17. Books from Fryslân It Nederlands Letterenfonds hat yn it ramt fan it projekt Books from Fryslân ek yn 2014 de Frysktalige literatuer promoate op de Frankfurter Buchmesse. Yn 2014 is yn de brosjuere 10 Books from Holland sadwaande ien Frysktalige titel opnaam: Littenser Merke fan Ale S. Van Zandbergen (The Littens Fair). Fierders hat de promoasje fan de tsien Frysktalige titels út de brosjuere fan 2013 (10 Books from Friesland) in ferfolch krigen troch oerlizzen dy’t fierd binne mei ferskate bûtenlânske útjouwers oer mooglik yn oersetting ut te jouwen Fryske boeken yn it bûtenlân. It boek De treastfugel fan Hylke Speerstra is yn 2014 yn it Ingelsk oerset (The Comfort Bird). Foar dy titel wurdt in gaadlike utjouwer yn it Ingelske taalgebiet socht.
Beleidsveld 8.4 – Onderwijs en wetenschappen 1. Ûnderwiiskwaliteitsferbettering basisûnderwiis Skoaljier 2014/2015 is it achtste en it lêste skoaljier fan it ûnderwiiskwaliteitsferbetteringstrajekt Boppeslach. Foar dat lêste skoaljier koene 115 skoallen yn 2014 subsydzje oanfreegje: 81 skoallen hawwe in plan yntsjinne foar it ferbetterjen fan de ûnderwiiskundige kwaliteit yn algemiene sin, en 34 hawwe in plan yntsjinne rjochte op it ferbetterjen fan de kwaliteit fan it underwiis troch spesifyk yn te setten op yntegraal taalbelied. 2. Swakke en tige swakke skoallen De provinsjale ynvestearring yn it basisûnderwiis sûnt 2007 hat ta in wichtige kwaliteitsferbettering laat. Op it stuit is 3,4% fan de basisskoallen noch swak (dat binne der 15) en 0,02% tige swak. Wat de swakke skoallen oangiet sit Fryslân rûchwei op it lanlik gemiddelde, mei de tige swakke skoallen sitte wy der kreas ûnder. 3. Foardielen meartalich ûnderwiis Yn it ramt fan Beleef Friesland wurdt der in promoasjekampanje fierd oer de foardielen fan meartalich ûnderwiis, rjochte op bern en âlders. Yn dy kampanje wurdt gebrûk makke fan digitale middels en sosjale media. Yn de hjerst is der in webstek lansearre oer de foardielen fan meartalich ûnderwiis, mei ferwizings nei de ynstellings dy’t har dwaande hâlde mei begelieding en ûntwikkeling op it mêd fan Frysk en meartaligens op de ferskate ûnderwiisnivo’s. Ein 2014 is ôfpraat dat foar de fierdere kampanjeperioade (de rest fan skoaljier 2014-2015) de Afûk de kampanjelieder wêze sil, yn stee fan Beleef Friesland en opfolger Merk Fryslân. De Afûk sil de kampanje en de kampanjemiddels (dêrûnder de webside) mear ûnderdiel meitsje fan de besteande Heit & Mem kampanje. 6. Digitale learomjouwing Studio F Ein 2012 is de fernijing fan Studio F fan start gien. Der hat in ynventariaasje plak fûn fan it besteande materiaal, der is besjoen wat dêrfan brûkt wurdt en wêr’t ferlet fan is. Yntusken wurdt troch de Afûk wurke oan de digitale learomjouwing (ynklusyf edukative games) foar it Frysk yn it primêr ûnderwiis. Doel is om ta in oantreklik edukatyf platfoarm te kommen dat gebrûk makket fan de nijste media (lykas tablets en digibuorden), mei oanacht foar persoanlike learrûtes en romte foar effektive taalgames. 10. Metoadefolchsysteem en toetsing In konsortium fan Afûk (penfierder), it Educatief Centrum Noord en Oost (ECNO), de Kennisrûnte Frysk & Meartaligens (NHL-Stenden), de Kennisrûnte Taalgebruik & Leren (NHL) en it Ekspertizesintrum Meartaligens fan Cedin is yn juny 2014 begun mei de untwikking fan in Evaluaasjesysteem foar it Frysk. Der wurde op it stuit toetsen (metoade-ûnôfhinklik en metoadebûn), observaasjeynstruminten, in learlingfolchsysteem en in learplan Frysk untwikkele, soks yn oparbeidzjen mei it ûnderwiisfjild. It systeem is bedoeld foar it primêr ûnderwiis en de earste klasse fan it fuortset ûnderwiis.
Bijlage bij ruimtelijke ontwikkelingen Er zijn minder plannen aangeboden dan vorig jaar. Zowel aan de wettelijke afhandelingstermijnen, als aan de zelfbenoemde reële bestuurlijke afhandelingstermijn bij overleg over voorontwerpen kon in vrijwel alle gevallen worden voldaan. Een verbetering ten opzichte van 2013. De in totaal achttien zienswijzen die zijn ingediend hadden vooral betrekking op de thema woningbouw en landschappelijke inpassing Er zijn twee reactieve aanwijzingen gegeven. Deze hadden betrekking op het bestemmingsplan Burgum Park (pingoruïne/archeologie) en Feanwâlden De Bosk (strijdigheid met woningbouwafspraken). De reactieve aanwijzing tegen Burgum Park is eind 2014 ingetrokken. In onderstaand schema wordt het aanbod en de afhandeling van plannen met doorlooptijd weergegeven. In vet gedrukt zijn de cijfers over 2014, tussen haakjes staan de cijfers over 2013. Procedures Ruimtelijke Ordening 2014 (2013) Soort procedure
Aantal Afgedaan ontvangen
Voorontwerpbestemmingsplannen
97 (98)
88 (91)
Geen wettelijke afhandelingsduur 6 weken 89% (83%)
Voorontwerp-Projectbesluiten/omgevingsvergunningen
47 (48)
43 (46)
100% (100%)
Ontwerp-bestemmingsplannen
135 (152)
130 (149)
Ontwerp-projectbesluiten/omgevingsvergunningen
153 (159)
144 (139)
Wettelijke afhandelingsduur 6 weken 100% (100%) 100% (100%)
Zienswijze 10 (19) 8 (5)
Vastgestelde bestemmingsplannen
143 (174)
130 (158)
100% (100%)
Reactieve aanwijzing 2 (1)
Verleende projectbesluiten/omgevingsvergunningen
128 (117)
118 (110)
100% (100%)
0 (2)
2 (11)
100% (100%)
Aanvragen ontheffing/afwijking Verordening Romte
2 (12)
In vet gedrukt de cijfers over 2014; tussen haakjes de cijfers over 2013. Zienswijzen Er zijn tien zienswijzen tegen ontwerpbestemmingsplannen ingediend. Tegen ontwerpomgevingsvergunningen zijn 8 zienswijzen ingediend. De zienswijzen hebben vooral betrekking op de thema woningbouw en landschappelijke inpassing.
Reactieve aanwijzingen Er zijn twee reactieve aanwijzingen gegeven. Deze hadden betrekking op het bestemmingsplan Burgum Park (pingoruïne/archeologie) en Feanwâlden De Bosk (strijdigheid met woningbouwafspraken). De reactieve aanwijzing tegen Burgum Park is eind 2014 ingetrokken. Plannenaanbod Het totale jaarlijkse aanbod van plannen en projecten is teruggelopen van 760 naar 705. Afhandelingstermijn Zowel aan de wettelijke afhandelingstermijnen (zes weken bij ontwerp en vastgestelde plannen), als aan de zelfbenoemde reële bestuurlijke afhandelingstermijn (zes weken) bij overleg over voorontwerpen kon in vrijwel alle gevallen worden voldaan. Bij de advisering over voorontwerpbestemmingsplannen is in 89 procent van de gevallen binnen de zelfopgelegde termijn gereageerd. Dat is een verbetering ten opzichte van 2013. In de andere categorieën is in alle gevallen binnen de termijnen gewerkt.
Tabel met achtergrondinformatie bij beleidsveld 11.6
De Friese Energiepremie
Versterking menselijk kapitaal
Digitaliseren cultureel erfgoed Traineeships (Talint foar Fryslân)
Kwaliteitsverhoging leefomgeving
Monumentenregeling Verbetering Binnenhaven Drachten Investeringsagenda’s Smallingerland Breedband Achtkarspelen (Quick Win Streekagenda) Investeringsagenda’s Heerenveen Nieuw Thialf Breedband start-up projecten
Uitvoering
Kredietregeling MKB (amendement)
Voorbereiding uitvoering
Stagnerende projecten Recreatie en Toerisme
(Aanvals)plan
Economisch e en maatschappelijke structuurversterking
Subsidieregeling Toerisme Natuurlijk Fryslân (STINAF)
Beleidsvorming
Thema
quick – wins & projecten uit eerdere besluitvorming
Bijlage Provinciale Staten en Statengriffie (B0101) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Inter-activiteit Provinciale Staten actief PS fractie Rekenkamer Statenfracties Statengriffie Stateninformatiesysteem Web-casting
Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
10 39 0
17 48
10 2 48
-10 15 0
49
65
61
4
Totaal Lobby foar it Frysk Totaal Statenverkiezingen Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Wachtgeld PS leden Totaal 4 Voorzieningen
Realisatie 2013 Lasten
49 787 554 243 473 554 50 33 2.743 3 3
Begroting 2014 Lasten
279 1.179 617 100 51 3.156 30
92 830 607 261 493 546 52 46 2.926 1
Saldo begroting en rekening Lasten -8 17 -607 19 686 71 48 5 230 29
30
1
29
3.186
21 21 2.949
-21 -21 237
83 847
107 107
Totaal Statengriffie Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0101
Rekening 2014 Lasten
156
65
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
3
4
3
4 206 206
61
4
2.746
Gedeputeerde Staten (B0102) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Gedeputeerde staten Jaarrapportage CdK Representatie Uitkeringen oud leden GS Veteranendag
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Waardoverdracht pensioenen GS leden Totaal 4 Voorzieningen
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 2 2
2 140 140
2 66 66
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Gedeputeerde staten Totaal Representatie Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0102
3
210
142
68
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
1.017 1 117 412 25 1.572 148 148 2.143
1.022 1 129 454 31 1.637
960 4 149 388 30 1.530
Saldo begroting en rekening Lasten 63 -2 -20 66 1 107
1.770
1.755
15
2.143 3.863
1.770 3.407
1.755 3.286
15 122
Bijlage Commissaris van de Koning (B0103) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Commissaris van de Koning Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0103
0
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
0
0
Realisatie 2013 Lasten
300 300 772 772 1.072
Begroting 2014 Lasten
297 297 735 735 1.032
Rekening 2014 Lasten 283 283 729 729 1.011
Saldo begroting en rekening Lasten 14 14 6 6 20
Bijlage Bestuurskwaliteit gemeenten en toezicht (B0104) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0104
0
0
0
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
2 59
61
31
30
160
61
111
-50
162 383
226 348
163 305
63 44
Realisatie 2013 Lasten
519 519 519
Begroting 2014 Lasten
557 557 557
Rekening 2014 Lasten 552 552 552
Saldo begroting en rekening Lasten 5 5 5
Bijlage Herkenbaar en samenwerkend bestuur (B0105) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bestuurlijke organisatie algemeen Contactfunctionaris SNN-Den Haag Informatievoorziening Europa IPO BIJ12 IPO bureau algemeen IPO bureau specifieke opdrachten IPO kassiersfunctie Nationale Ombudsman Samenwerkingsverband Noord Nederland
Totaal 1 Structurele budgetten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Intensivering lobbyactiviteiten Totaal SNN secretariaat Totaal Troonwisseling Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal IPO bureau algemeen Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0105
383
348
305
44
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
11 14 5
5 27 25
502 401
655 236
4 683 1.619 51 2 44 97 566
4 764 1.717
566 2.282
580 2.297
580
Rekening 2014 Lasten 5 1 16 300 420 142 43 4 706 1.637
Saldo begroting en rekening Lasten 0 26 9 -300 235 94 -43 0 58 80
602 38 639 2.276
-22 -38 -59 20
Bijlage Juridische Zaken en rechtsbescherming (B0106) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Externe cie voor bezwaar en beroepschriften Totaal Juridische advisering Totaal Openbare Orde en Veiligheid Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0106 Totaal 01: Bestuur en veiligheid
542
623
507
116
Realisatie 2013 Lasten
35 135 13 183 87 87 270 10.752
Begroting 2014 Lasten
27 104 36 166 95 95 261 10.739
Rekening 2014 Lasten 38 87 34 159 94 94 253 10.326
Saldo begroting en rekening Lasten -11 17 1 7 1 1 8 413
Bijlage Planvorming en programmering, bestuurlijke samenwerking (B0201)
Naar hoofddocument
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Monitoring en onderzoek Totaal Mutaties onvoorzien Totaal Statenjacht Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
2
2
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 4 -4 9 -9
13
-13
Totaal Bereikbaarheid Leeuwarden convenant mobiliteitsmanagement Totaal Implementatie vaarwegenbeheer Waterwet Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal BDU Infra Totaal 5 Overlopende Passiva
537 537
226 226
371 371
-146 -146
539
226
385
-159
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0201
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
21 139
106 21 54 181
Saldo begroting en rekening Lasten 12 -21 -33 -42
31 9 40 226 226 896 896 1.301
6 6 244 244 889 889 1.320
31 4 34 -19 -19 8 8 -19
193
118
55 248 81 70 151 686 686 1.184 1.184 2.269
Rekening 2014 Lasten
Bijlage Verbetering infrastructuur (B0202) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Afschrijvingen infrastructuur Totaal Infrastructuurbeleid algemeen Totaal Projectmanagement Lemmer-Delfzijl communicatie
8.161 15 11 8.187 24.972 2.000
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal
Concrete infra projecten (provinciefonds) Haak om Leeuwarden provinciale bijdrage 2010 Investeringsagenda programmakosten Programma bereikbaarheid Leeuwarden
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bereikbaarheid en leefbaarheid Balk Brug Burdaard Inzet NUON Bereikbaarheid gebiedsontwikkeling Heerenveen Inzet NUON Investeringsagenda programmakosten Inzet NUON Verbeteren binnenhaven Drachten Reconstructie Verbindingsweg Ameland Verkeersveiligheid Littenseradiel
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
BDU Infra Bereikbaarheid Drachten Oost Bereikbaarheid Drachten OV Bereikbaarheid GO Heerenveen Bijdrage overweg Rotstergaast Heerenveen verbeteren busstation Investeringsagenda programmakosten Mobiliteitsfonds bereikbaarheid Leeuwarden (rijksdeel) Project Boontjes Quick wins binnenhavens RSP Concrete infra projecten gemeentelijke bijdrage RSP Mobiliteits infra projecten gemeentelijke bijdrage
Realisatie 2013 Lasten
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
26.972
Totaal 3 Reserves 1.553
2.858 552 322 1.534 99 99 32
1.820
179
1.038 552 322 1.534 99 99 32 -179
46 99
1.612
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
2.990 82 10 3.083
2.990 70 6 3.067
1.380 18 814 2.212 330 45 984 28 643 150 19 2.200 2.858 552 322 1.534 99 99 32
1.380 18 233 1.631 550 120 8 28
Saldo begroting en rekening Lasten 0 12 4 16
27 179
0 581 581 -220 -75 976 0 643 -250 19 1.093 1.038 552 322 1.506 99 99 5 -179
7.499 1.718
-7.499 -1.718
400 1.106 1.820
27
44 99 7.499 1.718
-7.499 -1.718
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal RSP Mobiliteitsfonds via SNN Totaal Verbeteren bereikbaarheid IBF Totaal 5 Overlopende Passiva
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
57.649
40.000 346 45.841
59.346
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 24.137 15.863 346 35.355 10.486
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Infrastructuurbeleid algemeen Totaal Projectmanagement Lemmer-Delfzijl communicatie Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0202
59.346
45.841
35.355
10.486
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
112 429
40 829
134 845
-94 -16
57 184
92 100
72 104
21 -5
24 150 604 6 86 1.651 107
23 115 71
24 147 42 1
-1 -32 29 -1
1.369
-99
Realisatie 2013 Lasten
57.649 59.404 739 50 789 95.351
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
40.000 346 45.841 3.262
23.590 493 35.355 3.234
Saldo begroting en rekening Lasten 16.410 -147 10.486 28
3.262 56.597
3 3.238 44.397
-3 24 12.200
provinciale infrastructuur (B0203) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Afschrijvingen kunstwerken Depot beheer Eigendommen Onderhoud Lauwerszeewerken Onderhoud vaarwegen Onderhoud wegen Vaarwegen bedienen kunstwerken Vaarwegen beheer Vaarwegen Compagnon-Appelschastervaart Vaarwegen gemeente Harlingen Vaarwegen Turfroute Van Harinxmakanaal Wegen gladheidsbestrijding Werken voor Marrekrite
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Asfalt onderhoud Boarnsterhim Baggerdepot Trijehûs Deformatiemetingen Fietspad Boazum-Skearnegoutum Nautische leerlijnen NNVO Onderhoudsbaggeren Stewards PM sluis Verpompen van baggerspecie naar Easterga Werken voor derden bruggen en sluizen Zoutopslag
Totaal 1 Structurele budgetten
Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Van Harinxmakanaal Totaal 3 Reserves Totaal GSVW Totaal Van Harinxmakanaal Totaal 4 Voorzieningen Bedrijfsvoeringskosten Eigendommen Onderhoud vaarwegen Onderhoud wegen Van Harinxmakanaal Wegen gladheidsbestrijding
Saldo begroting en rekening Baten
Realisatie 2013 Lasten
0 31 80
504 181 163 2.308 6.649 55 20 1 48 232 1.170 1.369 27 12.726 107 131 0 31 80
7 6 23
7 6 23
254 21.750 21.750 4.333
386
4.333 Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Rekening 2014 Baten
1.269
4.321 500 4.821 18.105 94 217 22 7
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
480 354 189 173 2.530 7.017 48 18 0 43 152 71 1.231
38 600 181 254 2.485 6.810 38 21 0 48 274 706
Saldo begroting en rekening Lasten 442 -246 9 -81 45 207 10 -3 0 -5 -121 71 524
12.306
11.454
852
269
269
0
60
60
200 529 2.800 2.800
82 411 2.299 2.299
118 118 501 501
16.036
15.922 2
114 -2
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Werken voor Marrekrite Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0203
27.989
1.269
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
1.369
-99
Realisatie 2013 Lasten
59 18.504 36.436
Begroting 2014 Lasten
16.036 31.671
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten
15.924 30.088
113 1.583
Bijlage Openbaar vervoer (B0204) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal ROCOV Totaal 1 Structurele budgetten Totaal BDU Totaal Programmaplan Duurzaam Openbaar Vervoer Totaal 5 Overlopende Passiva
43.393 -30 43.363
45.919
45.556
363
45.919
45.556
363
43.363
45.919
45.556
363
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0204
Realisatie 2013 Lasten
38 38 43.441 85 43.526 672 672 44.236
Begroting 2014 Lasten
38 38 45.919 45.919 724 724 46.680
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten
38 38 45.320 236 45.556 718 718 46.311
599 -236 363 6 6 369
Bijlage Verkeerseducatie en mobiliteitsbeïnvloeding (B0205) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Educatie verkeerveiligheid Totaal Eerste Nederlandse Fietsersbond Totaal ROF Werkplan
2
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal BDU Gedragsbeinvloeding Totaal BDU Infra Totaal 5 Overlopende Passiva
1.613 58 1.671
1.881 1.881
1.849 1.849
32 32
1.671 132.908
1.881 95.135
1.849 84.512
32 10.623
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0203 Totaal 02: Verkeer en vervoer
Realisatie 2013 Lasten
2 49 1.622 1.671 506 506 2.178 180.471
Begroting 2014 Lasten
0 2 3 4 1.881 1.881 545 545 2.431 138.680
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten 0 2
2 121 1.727 1.849 541 541 2.391 124.506
3 3 -121 154 32 5 5 39 14.174
Bijlage Waterveiligheid (B0301) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Primaire waterkeringen Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
9 9
55 55
9
0
37 37 353 353 444
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Oevers en kaden projecten Totaal Waterhuishoudingsplan Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0301
Realisatie 2013 Lasten
0
0
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
60 60 1.000
57 57 671
Saldo begroting en rekening Lasten 3 3 329
1.000 379 379 1.438
671 375 375 1.104
329 3 3 335
Bijlage Voldoende water (B0302) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Duurzaam Peilbeheer Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Stimuleren KWO - systemen Totaal Studie naar verzilting Totaal Veenweide studie Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Grondwaterplan Totaal 4 Voorzieningen
30 30 560 560
40 40 619 619
40 40 567 567
52 52
590
659
607
52
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Duurzaam Peilbeheer Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0302
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
62 62 55 54 158 267 569 569 512
61 61
55 55
Saldo begroting en rekening Lasten 6 6
40 40 629 629 551
512 1.411
551 1.281
28 28 576 576 546 1 547 1.205
12 12 53 53 5 -1 4 75
Bijlage Schoon water (B0303) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Oppervlakte waterkwaliteit Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Feitenonderzoek doelmatig waterketenbeheer Grondwaterbescherming Innovatieve Waterketen Schokland akkoord Zwemwatertaken
Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Fries Bestuursakkoord Waterketen 2010-2015 Totaal 5 Overlopende Passiva
69
69 105 105
111 111
95 95
16 16
175 773
111 769
95 702
16 67
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0303 Totaal 03: Wetter
Realisatie 2013 Lasten
36 36 69 76 81 150 12 388 105 105 506 506 1.035 2.890
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
25 25
17 17
Saldo begroting en rekening Lasten 9 9
54 150
45 135
9 15
22 226 111 111 545 545 908 3.627
12 192 95 95 541 541 845 3.154
10 34 16 16 5 5 63 473
Bijlage Basiskwaliteit en bewustwording (B0401) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Milieubeleidsplan Totaal Monitoringskader frysk miljeuplan Totaal Mutaties onvoorzien Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Provinciaal Milieubeleidsplan Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0401
0
0
0
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
32
186 28
32 45 45 892 892 968
214 70 70 1.462 1.462 1.746
Rekening 2014 Lasten 180 26 1 207 69 69 1.082 1.082 1.358
Saldo begroting en rekening Lasten 6 2 -1 7 1 1 380 380 388
Bijlage Eco-effectiviteit (B0402) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal IPO activiteiten Totaal Plan van aanpak bevordering biobrandstoffen
51
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal
Doelmatig bewaren van Food Duurzaam Door Leren voor duurzame ontwikkeling 2008-2011 Provinciaal Milieubeleidsplan
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
51 6
6 100 111
100 11
-11
118
100
111
-11
118
100
111
-11
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0402
Realisatie 2013 Lasten
148 521 675 266 266 992
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
48 3 51
67
Saldo begroting en rekening Lasten -20 3 -16
80
139
-59
158 238
173 312
-14 -74
290
379
-90
67
Bijlage Duurzaam bodembeheer (B0403) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Beschikking bodemsanering (algemeen) Bodembeleid algemeen Bodembeleid grootschalige basiskaart Globis Organisatie uitvoering Nazorg Toezicht wet bodembescherming
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Bodemsaneringsprogramma WBB 2010-2015 De Saiter Slib waterbodemsanering St Annaparochie WBB informatievoorziening
Saldo begroting en rekening Baten
Realisatie 2013 Lasten
2 3
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal
Rekening 2014 Baten
25
25
25
25 -87 -5.331
87 5.331 5 5
5.418
-5.418
Begroting 2014 Lasten
7
Saldo begroting en rekening Lasten 12 28 3 2
53 1.768
7 1.764
46 4
1.768
1.764
4
9
12 29 3 9
2 16 951 5 78 1.034
Rekening 2014 Lasten
0
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Bodemsaneringsprogramma WBB 2005-2009 Totaal 5 Overlopende Passiva
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
2.391 2.391
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 5.331 -5.331 5.331 -5.331
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0403
2.396
25
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
10.750
-10.724
Realisatie 2013 Lasten
2.391 2.391 1.836 1.836 5.277
Begroting 2014 Lasten
434 434 2.255
Rekening 2014 Lasten 5.331 5.331 431 431 7.533
Saldo begroting en rekening Lasten -5.331 -5.331 4 4 -5.278
Leefomgeving (B0404) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Adviezen MER/SMB Totaal Friese Milieu Federatie Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Externe veiligheid 2011-2014 Totaal Provinciaal Milieubeleidsplan Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0404
0
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
0
0
Realisatie 2013 Lasten
0 362 362 659 73 732 373 373 1.467
Begroting 2014 Lasten
2 362 363 833 343 1.175 111 111 1.650
Rekening 2014 Lasten
362 362 393 366 758 110 110 1.230
Saldo begroting en rekening Lasten 2 0 2 440 -23 417 1 1 420
Bijlage Regie en strategie toezicht en handhaving (B0405) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Realisatie 2013 Lasten
Totaal Voortgangsrapportage aan ministerie van VROM Totaal Wet handhavingsstructuur regionaal milieu-overleg Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Provinciaal Milieubeleidsplan Totaal Toezicht zwemwater Totaal Uitvoeringsprogramma RUD/FUMO implementatie Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Startsubsidie bestuurlijke strafbeschikking milieu Totaal 5 Overlopende Passiva
20 1.798 1.819 23 23
27
24
3
27
24
3
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0405
1.842
27
24
3
178 95 1.798 2.071 23 23 273 273 2.367
Begroting 2014 Lasten
27
33 2 0 34
Saldo begroting en rekening Lasten 1 2 2 -5 -2 0 -7
885 885 915
878 878 912
7 7 3
1 2 2 27
Rekening 2014 Lasten
Bijlage Uitvoering vergunningverlening, toezicht en handhaving (B0406) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Actualisatie vergunningenbeleid Adviezen vergunningverlening inclusief externe veiligheid Beschikkingen conform tijdigheid wettelijke eisen Bijdrage uitvoering taken FUMO COVM/Vliegbasis Leeuwarden Kwaliteitsborging vergunningen LMA (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen) Materialen hulpmiddelen en externe ondersteuning Piketdiensten / Milieualarmnummer whvbz Preventieve controles Preventieve controles meetapparatuur + meetauto SeSom-vergunningenpakket Toezichtsplan REC Uitrusting dienstkleding PBM verlening en toezicht Wet uitvoering WABO
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bijdrage uitvoering taken FUMO Extern onderzoek vergunningverlening REC Implementatie Wabo Provinciaal Milieubeleidsplan Toezichtsplan REC Transitiekosten RUD (Regionale Uitvoeringsdienst) Uitvoeringsprogramma RUD/FUMO implementatie Wet uitvoering taken luchtvaart Zwemwatertaken
Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
41
99
56
43
7
4
3
1
19
18
28
-10
44
-44
132
378 577
181 302
40 172
141 130
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal LMA (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen) Totaal SeSom-vergunningenpakket 577 4.932
302 455
172 11.057
130 -10.603
Begroting 2014 Lasten
3 18 111
0 164 15 86 1 4 92 1 122 616
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten
0 3 5.836
0 -3 -653 4
157
7
0
0
30 5.380
0 231 6.227
0 -201 -847
309
315
-6
0
-2 -2 -9 203
203 -653 -5.210
5.183 4
31 78 22 5
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0406 Totaal 04: Milieu
Realisatie 2013 Lasten
163
1 137 10.633
309 291
1 2 318 88
10.633 11.386 22.458
291 5.980 12.836
88 6.633 18.046
Bijlage Natuurbeleid (B0501) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Beheersgelden EHS BFVW Bond van Friese Vogelwachten Groene wetten Implementatie beleid landelijk gebied It Fryske Gea It Fryske Gea toezicht Friese IJsselmeerkust IVN consulentschap Fryslan Mutaties onvoorzien Nationale parken basisfinanciering Natuurnota werkplannen adviezen natuurmonitoring Onderhoudsbudget Wolvetinte Toezicht natuurbeschermingswet Vergunningen waddenzee Wadlopen provinciale bijdrage Weidevogels
Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Beheersgelden afdekken risico Lokale projecten natuur en landschap Maatwerkplan overzomerende ganzen Nationale Parken overgang Natura 2000 Provinciaal meerjarenprogramma natuur en landelijk gebied SANL Schadevergoeding ganzenakkoord Uitvoering werkplan weidevogels Visserijfonds cofinancieringsbudget Weidevogellandschappen
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
30
30 8
-8
33
33
38
Begroting 2014 Lasten
7.096 90 325 21 777 107 176 230 40 6
56 33
66
31 96
109
71
19
25
1.490
-19
25 47 209
Rekening 2014 Lasten 7.096 90 285 6 777 106 176 -14 236 39 6
Saldo begroting en rekening Lasten 0 40 16 0 1 0 14 -6 1 6 -6
31 210 9.110 3.000 100 25 150 238 500
31 206 9.039 3.000 105 31 150 248 191
-10 309
2.350 197 188 500 7.248 900 33.316 34.216
2.328 208 189 223 6.673 26 21.908 21.934
22 -12 -1 277 575 874 11.408 12.282
102 102 5.243 5.243 55.920
88 88 5.199 5.199 42.934
14 14 44 44 12.986
4 70 -5 -6
41 444 20
108 217
19
-19
91 91
92 92 102 102
218 218 92 92 88 88
-218 -218 0 0 14 14
404
291
488
-198
Totaal Boot It Fryske Gea Totaal 4 Voorzieningen
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0501
Realisatie 2013 Lasten
176
Totaal 3 Reserves
Totaal Wadlopen
Saldo begroting en rekening Baten
394 18 777
Totaal Aankopen natuur en landschapsherstel Totaal Natuurpact 2014
Totaal 5 Overlopende Passiva
Rekening 2014 Baten
63
96 Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Begroting 2014 Baten
786
23 23 91 91 3.853 3.853 6.243
Bijlage Landschapsbeleid (B0502) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal LBF Basisorganisatie Totaal Nationaal landschap
243
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Commissie bodemdaling aardgaswinning Fryslan Totaal Gebiedsontwikkeling Franekeradeel-Harlingen Totaal 2 Tijdelijke budgetten
243 37
37 37
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0502
Realisatie 2013 Lasten
37
0
0
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
37 273 273 553
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
420 100 520
416 65 481
Saldo begroting en rekening Lasten 4 35 39
550 550 295 295 1.365
520 520 293 293 1.293
30 30 2 2 72
Bijlage Landbouwbeleid (B0503) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Kavelruil Landbouw kennis en innovatie Landbouwagenda Landbouwagenda (duurzame energie) Landbouwagenda (FYLG) Landbouwagenda (streekplan) Startnotitie innovatieve agro-sector
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
678
116 435
508 78 586
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0503
Realisatie 2013 Lasten
586
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
0
0
106 1.334 1.510 1.510 2.844
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
112 75 25 9 229 20
11 56 7 9 159
470 635 635 1.104
242 629 629 871
Saldo begroting en rekening Lasten 101 19 18 70 20 228 5 5 233
Bijlage Integrale plattelandsontwikkeling (B0504) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Proceskosten algemeen Totaal Stjoergroep St Doarpswurk
14 589 603
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Gebiedsontwikkeling Centrale As Gebiedsontwikkeling N381 ILG no 01 subsidie grondgebonden landbouw ILG no 03 subsidie duurzaam ondernemen ILG no 06 subsidie realisatie EHS ILG no 08 subsidie natuur overig ILG no 09 subs milieukwaliteit EHS/VHR/Nb-wet ILG no 10 subs NP Schiermonnikoog & Alde Feanen ILG no 11 subsidie soortenbescherming
Realisatie 2013 Lasten
82
299
299
0
65
101
101
0
-15
15
320 1.461 14 24.633 1.941 300 5
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
13 589 602 4.100 2.166 3.018
12 589 601 4.100 2.166 62
9.779
3.137 1 415 11 17
322 3 17
Saldo begroting en rekening Lasten 1 0 1
2.957 6.642 -1 -93 -8
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
ILG no 12 subsidie regionale watersystemen ILG no 13 subsidie waterkwaliteit ILG no 14 subsidie duurzaam bodemgebruik ILG no 17 subs ontw en verst toegankelijkheid ILG no 19 subs verst en verb kwal toer niveau ILG no 20 subsidie landschap (generiek) ILG no 22 subs Nat Landsch Nrd Fr Wouden/Zw Frl ILG no 23 subs St Landschapsbeheer Friesland ILG no 25 subs verb leefbaarheid plattelandsgeb ILG no 27 subsidie verbetering bereikbaarheid ILG no 29 subsidie erfgoed en monumentenzorg ILG no 30 cultuur ILG no 32 proceskosten Kulturhus Oudehaske Friese Meren No 01 Subsidie grondgebonden landbouw FYLG No 03 Subsidie Duurzaam Ondernemen FYLG No 04 Kennis, Innovatie en versterken landbouw FYLG No 05 Visserij FYLG No 06 Subsidie Realisatie EHS FYLG No 08 Subsidie Natuur Overig FYLG No 09 Subsidie Milieukwaliteit EHS/VHR/Nb-wet FYLG No 10 NP Schiermonnikoog en Alde Feanen FYLG No 11 Subsidie Soortenbescherming FYLG No 12 Subsidie Regionale Watersystemen FYLG No 13 Subsidie waterkwaliteit FYLG No 14 Duurzaam bodemgebruik FYLG No 16 Subsidie Recreatief Groen FYLG No 17 Ontw en vers toegangkelijkheid FYLG No 19 Subsidie verst en verb kwal toer niv FYLG No 20 Subsidie Landschap (generiek) FYLG No 21 Subsidie Archeologie FYLG No 22 Subsidie Nat Landsch Nrd Fr Woud/Zw Frl FYLG No 24 Subsidie beheer landschap (beheersvergoeding) FYLG No 25 Subsidie verb leefbaarh plattelandsgeb FYLG No 26 Subsidie verbetering fysieke woonomgev FYLG No 27 Subsidie verbetering bereikbaarheid FYLG No 28 Stim en verbreden plattel economie FYLG No 29 Subsidie Erfgoed en monumentenzorg FYLG No 30 Cultuur FYLG No 31 Plattelandsprojecten LEADER FYLG No 32 Proceskosten FYLG No 33 Grondbeleid FYLG No 34 Actief grondbeleid FYLG Nog te verdelen FYLG middelen Nota Plattelandsbeleid PP NOF-MLS Hoeve en streekproducten MET een verhaal Proceskosten pMJP Projectverwerving Romaansk Goatyske tsjerken Lauwersland Speerpunt landschap stadsregio Leeuwarden Streekagenda NW Fryslan Village Image of Culture PP Voorbereiding rondje Lauwersmeer
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Realisatie 2013 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Realisatie 2013 Lasten
49
106 113
3
663 34 291 73 390 -41 -204 6 1 2.850
244
-1.148 1 278 62
27
30 803 14
-30 -777 -14
-73
73
37
37 1.284
0 -1.284
22
31
40
-9
300 28 20 49 20
126 15
126 14 25 12 40 355 3.092 333
1 -25 2 6 22 -2.020 -333
76 Totaal Natuurpact gronden
Begroting 2014 Baten
14 46 377 1.072
522 113 20 -4 3.576 2.893 729 224 136 197 140 93 142 519 808 280 1 0 1.860 -103 -106 1.152 -248 80 613 697 268 43 -816 42 22 0 28 20 49 20 46.969
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
29 942 38 483 6 205 87
199 9 137 29
Saldo begroting en rekening Lasten 97 885 38 284 -3 68 58
70 2
23 1
47 0
168 23 485
74
94 23 344
-68 57
141
673 4 9.086 1.832 326 14 32 757 1.827 38 30 22 48 690 79 235 0 1.305
274 4 3.628 2.022 25 3 6 826 990 18 8 -85 -61 -9 38 0 545
5.459 -190 301 10 26 -69 837 38 12 14 133 751 88 197 0 760
2 512 263 51 600 1.034 168 70 357 2.390 31 12
1 215 79 8 98 518 145 24 1.045 1.137 40 0
0 297 184 43 502 516 23 46 -688 1.253 -9 12
15
14 25 12 40 99 22.247 333
1 -25 2 6 278 22.639 -333
14 46 377 44.886
399
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
262
97 880 977
1.284 143 1.760 116 203 320
Saldo begroting en rekening Baten -1.284 -143 -1.760 -19 677 657
338 1.365
2.049 2.340
5.171 5.659
-3.122 -3.320
Totaal Risicovoorziening grondaankopen Totaal Weidevogelcompensatie Totaal 4 Voorzieningen Totaal Leader Technische Hulp Totaal Life Alde Feanen N2000 Totaal 5 Overlopende Passiva
262
Rekening 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0504 Totaal 05: Landelijk gebied
Realisatie 2013 Lasten
262 262 3.886 3.886 51.720 61.360
Begroting 2014 Lasten
97 880 977 2.761 2.761 49.225 107.615
Rekening 2014 Lasten 1.284 143 1.760 116 203 320 2.738 2.738 27.665 72.763
Saldo begroting en rekening Lasten -1.284 -143 -1.760 -19 677 657 23 23 21.561 34.852
Bijlage Bedrijvigheid (B0601) Naar hoofddocument
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Agenda economie Bedrijvencontactdagen voor Friesland Deelname NOM Deelnemersbijdrage NOM Interreg (2007-2011) formatie tlv middelen derden Mutaties onvoorzien
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Agenda Netwerk Noordoost Fryslan Bijdrage gemeenschappelijke regeling Waddenfonds Brede regiomarketing Breedband Cofinancieringsbudget Efro-Ez/Interreg/Waddenfonds Convenant A7- en Westergozone projectbureau Convenant A7 en Westergozone projecten Convenant A7 projecten Convenant A7 projectenfonds Convenant A7 zone Convenant Westergozone Convenant Westergozone projecten Doefonds Efro-Ez projecten Gebiedsontwikkeling WTC fase 1 ijshal Innovatiecluster Drachten Interreg projecten Project Fryslan Fernijt III Project Fryslan Fernijt IV Regionaal Economisch Pakket (REP) Regionaal Economisch Pakkket (REP) NUON RIPF Fryslan Fernijt II RSP REP Sportstad Heerenveen (procesgeld) Stadsconvenant Leeuwarden Stimuleringsprogramma Wifi Traineeships in Fryslan Voorbereidingskosten Toeristisch Waddenprogramma Waddenfonds projecten Watertechnologie (procesgeld) www.ynternetekstinsje.frl (gTLD)
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Glasvezel Herinrichting haven de kom Terschelling Inzet NUON A-ware Food Group Inzet NUON Blue Energy Inzet NUON Closing the Loops Inzet NUON Dairy Chain 1e fase Inzet NUON Experimenteel en ondernemend leren FC Inzet NUON Healthy Ageing Netwerk HANNN II Inzet NUON NGA breedband Inzet NUON Nieuw Thialf Inzet NUON Oostelijke poort merengebied Inzet NUON Pastiel werkt Inzet NUON Talint foar Fryslan II
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 113 -113
Realisatie 2013 Lasten
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten -179 12
866
821 12
1.000
180
181
180
1
1.046 6.151 36.824
1.015 7.748 38.690 530 200 257
-665 515 1.655 38.690 508 28 -229 114 495 220 4 0 -153
665 500 6.093
2 273 275 280
567
70 182 567
-70 -182 0
200
28
172 -341 442 3.171 304 61 -139 162
309
179 209
2.054
5.742 30 1.040
5.194
548 30
1.936 3.000 116 2.574 88
81
700 1.000 9
1.040
750 81 -8
74 10 3.500 2.311 5.000 584 4.160
3.500 1.685
-4 0 227 10
3.300
5.000 10 241
626 5.000 584 -637 -11 98 2.500 3.000 -10 3.059
13 150 225 135 1.084 155
65 225 125 649 183
13 85 0 10 436 -28
471 2.500 8.000
4.797 11 373
1.055
515 176 3.773
2.145 220
22 172 486 -114 1.649
7.659
6.829
10
831
-10
57.803
81.460 45 41 900 150 400 540 453 300 1.206 18.000 495 98 65
58.195 110 900 320 453 390 1.025 9.000 2 17
23.265 45 -69 150 80 540 0 -90 181 9.000 495 96 48
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Inzet NUON Traineeships in Fryslan -437 -437
108 108
126 136 -66 -66
3.611
7.767
7.081
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
103
79
Totaal 3 Reserves Totaal Project Fryslan Fernijt III Totaal 5 Overlopende Passiva
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten -126 -136 174 174
687
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Interreg (2007-2011) formatie tlv middelen derden Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0601
Realisatie 2013 Lasten
88 88 -437 -437 3.407 132 3.539 62.038
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
3.550 26.243 108 108 4.624
3.388 15.604 -66 -66 4.261
Saldo begroting en rekening Lasten 162 10.639 174 174 364
4.624 113.450
4.261 78.509
364 34.942
Bijlage Toerisme en recreatie (B0602) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Deelnemersbijdrage in GR de Marrekrite Gastvrij Fryslan recreatieve basisinfrastructuur Projectontwikkeling & knelpunt toerisme recreatie St Fryslan Marketing Voorlichting watersport
Totaal 1 Structurele budgetten
103 Totaal Afboeking stoomtrein Totaal Bezinningstoerisme 2007-2010 Totaal Fan Fryslân Totaal Friese Meren Project Totaal Friese Meren Project Boarnsterhim Totaal Friese Meren Project fietspad Swette bijdrage Totaal Friese Meren Project Gaasterlan-Sleat Totaal Friese Meren Project Noordelijke Elfsteden Route Totaal Friese Meren Project projecten Totaal Friese Meren Project watersportvoorziening Leeuwarden bijdrage Totaal Topattractie project Fryslan topattractie Totaal Topattractie projecten Totaal Topattractie subsidie toerisme natuurlijk STINAF Totaal Uitvoeringsovereenkomst Baggerprogramma Leeuwarden
Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bakkeveen Dunsan Brug Dongeradijk Energiek Noordwolde Hart van Joure Herinrichting Lies Terschelling Inzet NUON Stagnerende projecten Recreatie en Toerisme Inzet NUON Toerisme Natuurlijk Fryslan STINAF Jachthaven Ameland drijvende steiger Masterplan Appelscha Recreatieve voorzieningen Schier Rondje Lauwersmeer Strandovergangen 9 stuks Vaart Dokkumer Ie-Waldfeart Varen naar Stiens Wetterwalden
79
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 130 -51
130
-51
286 1.077
646 156 630 10 1.442 2.271 19 229 2.340 539
21
770
Realisatie 2013 Lasten
4 1.923
1.927
4 1.259
1.263
0 664
11.279
664
100 1.169 307 25 286 18.564
24 745
Begroting 2014 Lasten
629 881 89 630 10 2.239
115 0 200 44 950 1.232 11.494
Rekening 2014 Lasten 673 765 75 630 2.142
136 483 33 950 5.538
Saldo begroting en rekening Lasten -44 116 15 0 10 97
-21 -483 200 12 1.232 5.956
362 61 -25
354 46
7 15 -25
14.432 258 72 399 123 43 490 1.909 15 501 165 100 269 140 39 525
7.540
6.892 258 72 -401 -82 -71 132 -1 -35 -334 -275 100 -448 140 39 525
800 205 114 358 1.909 50 835 440 716
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal 3 Reserves Totaal Friese Meren Project projecten Totaal Topattractie subsidie toerisme natuurlijk STINAF Totaal 5 Overlopende Passiva
76 664 740
12 61 72
-12 -61 -72
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0602
1.920
2.006
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
1.466
540
Realisatie 2013 Lasten
769 76 664 740 3.327 3.327 24.842
Begroting 2014 Lasten
5.046
3.173 3.173 24.890
Rekening 2014 Lasten 5.427 12 61 72 3.146 3.146 18.327
Saldo begroting en rekening Lasten -380 -12 -61 -72 27 27 6.563
Bijlage Duurzame energie (B0603) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Afschrijvingen OV Duurzaam Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Afsluitdijk Afsluitdijk (procesgeld) Asbest en zonnepanelen DU Afsluitdijk pilot Den Oever Programma Duurzame Energie Programma Duurzame Energie projecten RSP REP Sterke Regios Verduurzaming Waddenglas Studie sluis Kornwerderzand
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
403
447 790
447 790
0
374
55
56
-1
777
208 1.500
578 1.871
-370 -370
Totaal Elektrisch vervoer Terschelling Totaal Inzet NUON Versnelde verbetering energieprestatie bestaande woningvoorraad Totaal Verduurzamen sportcomplex/zwembad Vlieland
Realisatie 2013 Lasten
40 40 235 201 436 533 970 1.012 315 4.800 8.502
850
Totaal 3 Reserves
850 Totaal Revolverende middelen lening Energy Challenges Totaal Revolverende middelen lening Enerzje Kooperaasje Fryslan en Noorderlijk Lokaal Duurzaam
Totaal 4 Voorzieningen Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0603 Totaal 06: Economie, toerisme en recreatie
777 6.307
1.500 11.274
1.871 10.418
-370 856
1.490 1.490 10.883 97.763
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
261 261 849 963 454 133 726 551 377
261 261 217 972 461 767 459 354
Saldo begroting en rekening Lasten 0 0 632 -8 -7 133 -40 92 23
208 4.262 30
578 3.808 128
-370 454 -98
4.500 38 4.568 200
3.665 100 3.893 200
835 -63 674
175 375 1.481 1.481 10.946 149.286
175 375 1.468 1.468 9.805 106.641
12 12 1.141 42.646
Bijlage Sociaal beleid (B0701) Naar hoofddocument
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Centrum Tumba COC Friesland Fries Jeugdparlement Fries Samenwerkingsverband Uitkeringsgerechtigden Humanitas district Noord
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Incidenteel budget 2017 2018 maatschappelijke activiteiten Mutaties onvoorzien Nationaal Jeugddebat Vara Lagerhuis Protestants Dienstencentrum Sociale agenda 2008-2011 uitvoeringskosten Solidair Friesland St Friese Ouderenbonden St Hoor Friesland St Partoer telefonische dienstverlening Steunfunctie instelling Partoer CMO Fryslan VG-Belangen Platform Fryslan Zorgbelang Fryslan
Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
1
1 Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Budget armoede 2007-2010 Budget zorg 2008-2010 Pilot transities Friese Meren Sociaal Beleid Sociaal Investerings Fonds SIF Tender 2011 Sociaal InvesteringsFonds (SIF) 2005-2011 Sociaal Investeringsfonds (SIF) projectengeld Sociaal noodfonds
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bedrijfsvoeringskosten Fries Jeugdparlement St Friese Ouderenbonden St Hoor Friesland St Partoer telefonische dienstverlening
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
1
-1
118
-118
119
-119
1
0
119
-119
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
111 51 7 179 4
111 51 12 179 4
111 51 5 179 4
6 9 131 5 25 155 171 2.623 6 317 3.801 -23 -17
5 9 81 5 25 155 171 2.623 6 317 3.754
-108 14 9 18 5 25 155 171 2.623 6 317 3.586
Saldo begroting en rekening Lasten 0 6
108 -9 0 62
0 0 0 168
23 177 30
646
23 153 34 6 167
129
-24 4 6 39
939 729
383 701
359 695
25 6
729 5.469
701 4.838
695 4.640
6 198
135 198
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0701
Realisatie 2013 Lasten
Bijlage Jeugdzorg (B0702) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Invoering jeugdzorg Totaal Steun initiatieven beperking instroom jeugdzorg Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Jeugdzorg Totaal 5 Overlopende Passiva
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
0 0 55.397 55.397
57.263 57.263
57.263 57.263
0 0
55.398
57.263
57.263
0
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0702
Realisatie 2013 Lasten
52 3.707 3.758 55.397 55.397 685 685 59.841
Begroting 2014 Lasten
150 4.028 4.178 57.263 57.263 757 757 62.198
Rekening 2014 Lasten 82 4.076 4.158 57.263 57.263 751 751 62.172
Saldo begroting en rekening Lasten 68 -48 20 0 0 6 6 27
Bijlage Sport (B0703) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Fries sportgala & sportprijzen Friese sporten Friese sporten Koninklijke Nederlandse Kaatsbond Friese sporten watersportvereniging Sneek (Sneek-week) Grootschalige sportevenementen Steunfunctie instelling St Sport Friesland Topsport Noord
Totaal 1 Structurele budgetten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
10
-10
10
-10
Totaal Centrum topsport en onderwijs Heerenveen Totaal Sportnota Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Grootschalige sportevenementen Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0703 Totaal 07: Sociaal beleid en zorg
0 55.399
0 57.263
10 57.392
-10 -129
Realisatie 2013 Lasten
15 131 43 5 86 578 25 883
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
221 221 40
16 136 43 5 105 578 25 907 202 166 368 128
15 129 43 5 106 578 25 901 202 166 368 127
40 1.144 66.454
128 1.403 68.440
127 1.396 68.208
Saldo begroting en rekening Lasten 1 7
-1 0 7 0 0 1 1 8 233
Bijlage Cultuur (B0801) Naar hoofddocument
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Adviescommissie podiumkunsten Anna Blamanhus Argyfynspeksje wurkbudzjet B2012 Stelpost subsidiebeleid Beeldende Kunst Nota / Vredeman de Vries Prijs Bibliotheekservice Fryslan Budget Taal en Cultuur (T&K) Budget Taal en Cultuur (T&K) uitvoeringsregeling Centrum voor film in Friesland Decentralisatie provinciale archieven Frysk Lanbou Museum Frysk Skipfeartmuseum Iepenloftspullen Jeugdtheater Museumfederatie Fryslan Mutaties onvoorzien n Meeuw Natuurmuseum Fryslan Oerol festival Oersetting Frysk Popfabryk Secretariaat Prins Bernard Cultuurfonds St Befrijdingsfestival Fryslan St De Kanselarij St Friesland Pop St Het Fries Museum St Keunstwurk St Keunstwurk stimulering jong muziektalent De Fulkaan Teaterselskip Tryater Tresoar Uitvoeringsregeling Taal en Kultuer
Totaal 1 Structurele budgetten
Realisatie 2013 Baten
56
Brusfuns Centrum voor film in Friesland Cultuur Keten Drachten Festivals overig Fries Museum Funs Kultuerpartisipaasje Integraal Cultuurbeleid Jeugd Dans Opleiding Fryslan Kultuer-, taal- en underwiisfuns Kultueredukaasje Kultuernota 2009-2012 Kulturele Haadsted Kunstmaand Ameland Leeuwarden festivalstad Museum Belvedere Nieuw Fries Museum kwaliteitsslag Noord Nederlands Orkest Noordelijk Film Festival Noorderlicht Oerol festival
45
Rekening 2014 Baten
52
Saldo begroting en rekening Baten
-8
Realisatie 2013 Lasten
5 25 5
2 25 3
Saldo begroting en rekening Lasten 3 0 2
15 2.940
15 2.940
0 0
16 74 438 183 290
19 74 367 183 290
-2 0 70
219 660 254
32 181 -60 219 660 254
32 181 -63 219 660 254
50
50
50
6 166 148 2.749 1.415 50 260 3.040 225 13.741
6 280 148 2.533 1.415 50 260 3.063 375 13.457 147 50 1.500 30 45
6 386 147 2.533 1.415 50 260 3.062 283 13.395 8 50 260 30 45
25 376 305
25 290 228
903 25 6 45 750 20 50 90 75
479 25 -64 45 675 20 50 90 75
3 25 3
3.183 1 44 74 436 183 290 45 32 181 227
9
65 Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Begroting 2014 Baten
24
68
15
6 300
-227
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
0
0 3 0 0 0
9
-6 -232
50 500 30 43 53 25 104 304 132 1.205 25 45 20 50 90 75
-106 0 0 0 0 0 0 92 62 140 0 1.240
86 77 424 70 75 0 0
Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Oldeberkoop Open Stal Opera Spanga Sintraal depot Fryslan St Befrijdingsfestival Fryslan Uitvoeringsregeling Taal en Kultuer
Realisatie 2013 Lasten
5 40 25 20 89 2.930
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Totaal 4 Voorzieningen Totaal Totaal Totaal Totaal
2 96 97
3 96 98
-1 0 -1
Adviescommissie podiumkunsten Argyfynspeksje wurkbudzjet Bedrijfsvoeringskosten Bibliotheekservice Fryslan
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0801
163
166
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
11
7
399
-233
Saldo begroting en rekening Lasten
5 40 2.800 20 5.195 855 855
96 96
7.342 1.010 1.010 5 96 100
96 96
2.146 155 155 5 0 5
699
948
762
186
699 17.465
948 22.858
762 20.303
186 2.555
Totaal 3 Reserves 3 96 98
Rekening 2014 Lasten
5 40 2.835 20
Totaal Inzet NUON Projekt Deltaplan digitalisearring Totaal Buma-legaat Totaal Grafiekcollectie Knecht-Drenth
Begroting 2014 Lasten
35
Bijlage Erfgoed (B0802) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Archeologie en Archeologisch Depot Bouwhistorisch onderzoek Cultuurtoerisme/archeologische steunpunten St Alde Fryske Tsjerken St De Fryske Mole St Monumentenwacht St Steunpunt Monumentenzorg Friesland Subsidieregeling Monumenten Terpen
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Archeologische verdiepingsslag Decentralisatieuitkering Monumentenzorg FAMKE verdiepingsslag Heerenveen FAMKE verdiepingsslag Opsterland Nota Erfgoed Project Thetinga state
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
1 12 45
7
60 0 2 107
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten 47 -40
1 48
-1 -41
0
0
0
0
48
-41
Totaal Inzet NUON Monumentenregeling Totaal 3 Reserves Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0802
119
7
Realisatie 2013 Lasten
151 0 11 195 87 255 214 216 0 1.129 45 2.928 8 35 988 2 4.007 2.150 2.150 985 985 8.270
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
155
144
Saldo begroting en rekening Lasten 11
195 87 255 205 181 1.078
195 87 255 205 182 0 1.067
0 0 0 0 -1 0 10
1.434 37 85 960
1.434 37 19 967
1 65 -7
2.516 1.570 1.570 870 870 6.034
2.457 1.156 1.156 833 833 5.514
59 414 414 37 37 520
Bijlage Taal, media en letteren (B0803) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
AFUK Europees buro foar lytse talen (EBLT) Friese taal Rijk Fryske literer tydskrift De Moanne Fryske Rie It Frysk Amateur Toaniel (IFAT) Omrop Fryslan Prizen literatuer wittenskip Producties Omrop Fryslan Kulturele Haadsted 2018 Project Taaltaske it wolkomstpakket Raad voor de Friese Taal en Cultuur Regionaal Mediacentrum Ried fan Fryske beweging Schrijven Friestalige literatuur St Hispel Frysk literer tydskrift Hjir St It Fryske Boek St It Skriuwerboun St Ons Bildt St Stellingwarver Schrieversronte St Utjouwerij Frysk Toaniel (STUFT) Stipe punt 2.0 Uitvoeringsregeling Taal en Kultuer
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Saldo begroting en rekening Baten
151 13 19
4 4
-4 -4
23 176 3 2 46 16 55 137 11.443 80
125 71 277
125 Totaal Bedrijfsvoeringskosten
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0803
Realisatie 2013 Lasten
436 13 55 54 4 10 10.202 27
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Frysk yn de skreaune media Totaal Garantiebijdrage NPLD Europese Netwerk to Promote Linguistic Diversity Totaal Mediafonds Totaal Omrop Fryslan Totaal Producties Omrop Fryslan Kulturele Haadsted 2018 Totaal Schrijven Friestalige literatuur Totaal Taal yn Fryslan 4 Totaal Taalbelied Totaal Upgraden prizebelied
Rekening 2014 Baten
125
0
4
-4
10 504 49 991 599 599 13.032
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten 0
436 13 53 54 4 10
436 13 54 54 4 10
20 600 152 104 100 19 2 23 179 3 2 45 16 100 177 2.112 80
17 540 151 88 90 19 23 179 3 2 46 16 100 125 1.972 80
-1 0 0 52 140 0
125 88
125 6
82
2 64 447 50 856 623 623 3.592
2 64 432 45 753 618 618 3.343
-1 0 0 3 60 1 15 10 0 2
0 15 5 103 5 5 249
Bijlage Onderwijs en wetenschappen (B0804) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Brusfuns Cedin Frysk bernetydskrift Tsjek Cedin Frysk jongereintydskrift LinKk Cedin Fryske skoalleradio en TV Friese taal materiele instandhouding in onderwijs Fryske Akademy Fryske taal yn it MBU Fryske taal yn it underwiis Kultuer-, taal- en underwiisfuns Tomke
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
AU Friese taal voortgezet onderwijs 2013-2019 Boppeslach Bouwproject Fryske Akademy Campus Het Bildt Doorgaande Leerlijn Meertaligheid in het onderwijs Mercator kenniscentrum University Campus Fryslan
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Jorritsma-Boschmafonds Totaal 4 Voorzieningen Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal Cedin Fryske skoalleradio en TV Totaal Fryske Akademy 0 408
0 173
0 451
0 -278
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten 115 0 0 2 0 0
10 15 15 130 373 1.034 50 926
4.327 699 1.000
27 2.698 130 4.167 1.131 1.000
23 2.576 130 3.759
5 122 0 409 1.131 1.000
200 3.953 10.179 4 4 699
209 200 3.481 10.319 3 3 696
202 180 1.213 5.484 3 3 690
8 20 2.268 4.836 1 1 6
699 13.569 52.337
696 13.717 46.200
690 8.752 37.912
6 4.964 8.288
976 125 25 2.688
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Begroting 2014 Lasten
125 16 16 132 373 1.034 50 926
15 15 130 373 1.029
Totaal 1 Structurele budgetten
Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0804 Totaal 08: Kultuer, taal en underwiis
Realisatie 2013 Lasten
Bijlage Planvorming, onderzoek en monitoring (B0901) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Interwad Totaal Mutaties onvoorzien Totaal Regionaal College Waddengebied provinciale bijdrage Totaal Secretariaat Stuurgroep Waddenprovincies provinciale bijdrage Totaal Servicepunt Handhaving Waddenzee provinciale bijdage Totaal Waddenacademie
Totaal 2 Tijdelijke budgetten Totaal Regionaal College Waddengebied Totaal Secretariaat Stuurgroep Waddenprovincies Totaal Servicepunt Handhaving Waddenzee Totaal 5 Overlopende Passiva
Saldo begroting en rekening Baten 1
36 20
65 65 248 137 88 473
82 82 200 60 4 264
-1 82 82 204 69 4 277
1 0 0 -4 -9 0 -13
538
346
358
-12
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0901
Realisatie 2013 Lasten
19 -1
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Projectleider/coordinator Wereld Erfgoed Waddenzee
Rekening 2014 Baten
-49 26 65 65 248 137 88 473 812 812 1.376
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
Saldo begroting en rekening Lasten 0 261 2
19 4 41
19 -257 39
20 12 50 145 82 82 200 60
20
-179 82 82 204 69
12 50 324 0 0 -4 -9
260 1.380 1.380 1.867
273 1.369 1.369 1.544
-13 12 12 323
Bijlage Realiseren ruimtelijke ontwikkelingen (B0902) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal WRO zaken inclusief windenergie
81 81 55 14 43 353 465
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal
Demografische veranderingen in Fryslan KRIMP Herstructurering bedrijventerreinen Opstellen uitvoeringsprogramma Lauwersmeer Uitvoeringsagenda Streekplan
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
50
30
30
30
44 94
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
30
Realisatie 2013 Lasten
Bouw voorzieningen brede school Vlieland Centrum Wolvega Deinum gebiedsontwikkeling Dorpsplein Ingelum Gorredijk Centrum Oost Hart van Kollum inclusief MFA/VO-scholen Herinrichting entree school en sporthal Terschelling Masterplan Burgum deel markt MFA Lemstervaart Oanpakke en opknappe dorpen en stad Franekeradeel Reconstructie omgeving veerdam Vlieland Stad(s)huis Bolsward Upgraden basisvoorziening dorpen Littenseradiel
Totaal 3 Reserves Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0902
94
30
30
0
2.029 2.029 2.575
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
102 102 348 656
100 100 276 656
873 1.877 270 100 870 31 240 210 35 225 105 167 179 330 95 2.856 2.118 2.118 6.952
586 1.518 720 266
640 300 93 300 280 446 476
3.521 2.031 2.031 7.171
Saldo begroting en rekening Lasten 1 1 72
287 359 -450 -166 870 31 -400 -90 -58 -75 -175 -279 -298 330 95 -665 86 86 -219
Bijlage Wonen (B0903) Naar hoofddocument Specificatie Exploitatie
GS budgetautorisatie
Realisatie 2013 Baten
Begroting 2014 Baten
Rekening 2014 Baten
Saldo begroting en rekening Baten
Totaal Monitoring wonen en woningbouwontwikkeling Totaal Provinciaal VAC woningbouw Friesland Totaal Vereniging Groepswonen Friesland
0
0
0
0
21 3 2 27 81 0 4.241 1.885 303 6.510
0 -12
579 579 7.115 11.067
Totaal 1 Structurele budgetten Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Collectief particulier opdrachtgeverschap Funderingsherstel Herstructurering woningvoorraad ISV III Masterplan Workum
Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal Totaal
Bouw doorstroomwoningen Schiermonnikoog Deelproject Bildtdijken Inzet NUON Expeditie Fryslan/infodagen wonen Inzet NUON Herbestemmingsregeling bestaande panden Inzet NUON Renovatieregeling goedkope koopwoningen Inzet NUON Uitvoering aanvalsplan woningmarkt Revitalisering monumentale binnenstad
Totaal 2 Tijdelijke budgetten
Realisatie 2013 Lasten
Totaal 3 Reserves Totaal Bedrijfsvoeringskosten Totaal 6 Bedrijfsvoeringskosten Totaal B0903 Totaal 09: Ruimte en wonen
0 632
0 376
0 388
Begroting 2014 Lasten
Rekening 2014 Lasten
51 3 2 57 54 63 905 2.490
8 3 -2 9 25 20 635 1.886
Saldo begroting en rekening Lasten 44 0 4 48 29 43 270 604
3.512 90 300 300 1.461 1.250 500 135 4.036 523 523 8.128 16.948
2.566 240 800 132 228 269 241 360 2.270 519 519 5.364 14.080
946 -150 -500 168 1.233 981 259 -225 1.766 4 4 2.764 2.868
Jaarrekening 2014 overzicht investeringen Realisatie 2014
Totaal Bedrijfsmiddelen Totaal Financiële vaste activa Totaal Projecten Totaal investeringen 2014
Begroot 2015 e.v.
Stand per 01-01-2014
Bestedingen 2014
Inkomsten 2014
Balansverkorting
Stand per 31-12-2014
Bestedingen
Inkomsten
Balansverkorting
Totaal
913.754
1.011.637
98.830
-
1.826.561
1.297.750
-
34.571.989
34.618.317
3.077.983
4.160.622
26.397.048
-
-
30.557.670
239.864.952
-
5.466.676
12.895.186
262.994.112
169.682.219
193.640.466
90.110.510
3.920.372
269.291.803
925.485.787
1.017.750.838
24.272.395
152.754.357
174.756.594
221.049.151
90.209.340
3.920.372
301.676.033
1.166.648.489
977.712.173
71.785.898
418.826.451
Jaarrekening 2014 overzicht Bedrijfsmiddelen Jaarrekening 2014 overzicht Bedrijfsmiddelen Realisatie 2014
Project Project Managing Security NUP Nat.Uitv.progr. Dienstverlening en e-Overheid D-style sjablonen generator Netwerkbeveiliging 1 Netwerkbeveiliging 2 Touchscreens Inrichten testomgeving Generiek Document Management Systeem (DMS) Tokens 2014 Vervanging Geo-Obis Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) Labelprinters Vouw-/ lijnmachine Aanschaf ultrabooks Uitbreiding SAN HP Blade 2e poot citrix virtualisatie Werkplekken buitenlocaties IC T-baseline Heavy User werkplekken IC T baseline Systeem software Uitbreiding mobile devices flexpool IC T Desktop management platform 2014 IC T werkplek hardware heavy user 2014 Optimalisering toegangsinfrastructuur Ketenmonitoring inrichting Oracle migratie Upgrade telefooncentrale Vervangen firewalls C amera ed filmploeg Uitbreiding ROOS Uitbreiding mobile devices vervolg Totaal Automatisering 2 electronische afstandsmeters 2009 Peilapparatuur Pladdet PRG3-600 sorteergrijper Hogedrukreiniger 2014 Totaal Gereedschappen Sneeuwploeg 10 NIDO SNK210-RVPZ-S SNK 00851 Sneeuwploeg 30 NIDO SNK270EPZ SNK 00838 Sneeuwploeg 47 NIDO SNK270-REPZ SNK10778 Fietsp str 55 NIDO StratosB11L-18AWAX350N STB20432 Sneeuwploeg 67 NIDO SNK210- RVPZ-S SNK 00856 Sneeuwploeg 13 NIDO SNK270-RVPZ-S SNK 00830 Sneeuwploeg 40 NIDO SNK210EPZ SNK 00867 Sneeuwploeg 44 NIDO SNK270-REPZ SNK11044 Sneeuwploeg 62 NIDO SNK270EPZ SNK 00835 Sneeuwploeg 65 NIDO SNK270EPZ SNK 00836 Sneeuwploeg 72 NIDO SNK210-RVPZ-S SNK 00858 Sneeuwploeg 73 NIDO SNK270EPZ SNK 00828 Sneeuwploeg 77 NIDO SNK270EPZ SNK 00841 Fietspadstr 97 NIDO StratosB11-18AWAXN STB20434
Stand per Bestedingen 01-01-2014 2014 121.402 20.734 19.372 26.910 3.476 16.479 11.452 5.299 10.000 13.593 19.771 15.730 21.219 13.818 7.800 765 765 42.756 302.678 41.471 79.716 35.096 46.565 132.419 6.257 51.100 10.600 338 17.308 6.880 12.080 23.950 572.724 465.002 32.610 32.610 -
Inkomsten 2014 7.553 7.553
Begroot 2015 e.v. Balansverkorting -
Stand per Bestedingen 31-12-2014 121.402 40.106 49.894 30.386 12.615 8.926 11.452 5.299 14.298 10.000 13.593 236.407 19.771 36.949 402.551 6.018 33.982 42.756 261.207 3.957 79.716 116.148 35.096 18.004 46.565 132.419 7.945 6.257 20.000 131.166 51.100 38.900 10.600 5.400 338 34.663 17.308 7.692 20.000 6.880 12.080 23.950 46.050 1.030.173 1.191.758
13.401 9.500 7.200 30.101
-
-
32.610 13.401 9.500 7.200 62.711
8.450 9.880 9.880 23.980 8.915 9.880 8.915 9.880 9.880 9.880 8.915 9.880 9.880 23.980
-
-
8.450 9.880 9.880 23.980 8.915 9.880 8.915 9.880 9.880 9.880 8.915 9.880 9.880 23.980
-
-
-
491 956 956 956 -
Inkomsten
Balansverkorting 5.743.293 2.500.001 2.019.492 363.996 2.087.962 1.636.161 2.014.937 926.304 17.292.146
Totaal
-
43.001 5.743.293 2.500.001 2.019.492 363.996 2.087.962 1.636.161 2.014.937 926.304 17.249.145
-
3.967.428 3.967.428
3.967.428 3.967.428
32.610 13.401 9.500 7.200 62.711
Ja Ja Ja Ja
475.000 600.000 800.000 500.000 600.000 500.000 600.000 775.000 250.000 -
475.000 600.000 800.000 500.000 600.000 500.000 600.000 775.000 250.000 -
7.959 9.880 9.880 23.980 7.959 9.880 7.959 9.880 9.880 9.880 7.959 9.880 9.880 23.980
Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja
-
-
-
-
121.402 90.000 0 8.926 11.452 19.597 10.000 250.000 19.771 439.500 40.000 42.756 257.250 79.716 116.148 53.100 46.565 140.364 6.257 20.000 131.166 90.000 16.000 35.001 25.000 20.000 6.880 12.080 70.000 2.178.930
Vervangingsinvestering Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Ja Nee Ja Nee Ja Ja Ja Nee Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee Nee Ja
Jaarrekening 2014 overzicht Bedrijfsmiddelen Realisatie 2014
Project Sneeuwploeg 107 NIDO SNK270EPZ SNK 00833 Sneeuwploeg 109 NIDO SNK210REPZ SNK 00853 Sneeuwploeg 110 NIDO SNK180REPZ SNK 00861 Sneeuwploeg 111 NIDO SNK180REPZ SNK00862 Sneeuwploeg 123 NIDO SNK180REPZ SNK00866 Sneeuwploeg 129 NIDO SNK270 SNK00832 Sneeuwploeg 138 NIDO SNK150REPZ SNK00869 Fietspadstrooier 139 NIDO StratosBE11L-18 STB20433 Sneeuwploeg 141 NIDO SNK150 EPZ-S SNK00861 Fietspadstrooier NIDO StratosB11-18AWAXN STB11681 Sneeuwploeg NIDO SNK210-R12V EPZ-S SNK 00850 Sneeuwploeg NIDO SNK210-R12V EPZ-S SNK 00852 Sneeuwploeg NIDO SNK210-R12V EPZ-S SNK 00854 Totaal Gladheidsbestrijding Luchtbevochtigingsinstallatie Totaal Huisvesting PW105 (snip) Hoogwerkerbak Buitenboordmotor PW3 Dieselolietank 2014 Trailerbare boot 2014 Totaal Voer- en vaartuigen FUMO Servercap. VMWare host tbv applicatieserver FUMO laptops en Ipad directieteam FUMO Uitbreiding Storage SAN 12TB FUMO Beeldschermen FUMO Office 2007 standaard licenties lokaal laptop FUMO Oracle serverlicenties FUMO Servercapaciteit VmWare host applicatieserver FUMO Thin C lient FUMO Uitbreiding backup 24 TB FUMO Server cap.; sjablonengen. + dig. Handtek. FUMO Serverplatform testomgeving FUMO lokale bekabelingsinfrastructuur FUMO lokale Wifi netwerkinfrastructuur Grou FUMO smartphone en Iphone 5 FUMO uitbreid netwerk switch app+lokale switchapp FUMO Scanstraat en AO FUMO lokale telefonie infrastructuur C all Gateway Totaal Wvd FUMO Hosting
Totaal Bedrijfsm iddelen
Stand per 01-01-2014 -
Bestedingen 2014 9.880 8.915 8.450 8.915 8.915 9.880 8.915 23.980 8.915 23.980 8.915 8.915 8.915 309.685
14.826 14.826 76.766 25.913 8.041 21.632 46.341 79.295 638 28.031 2.613 4.325 293.594
913.754
-
-
Inkomsten 2014 -
Begroot 2015 e.v. Balansverkorting -
Stand per 31-12-2014 9.880 8.915 8.450 8.915 8.915 9.880 8.915 23.980 8.915 23.980 8.915 8.915 8.915 309.685
53.100 53.100
-
-
53.100 53.100
14.995 9.975 4.899 29.869
-
-
14.826 14.995 9.975 4.899 44.695
-
10.255 50.747 14.250 17.306 25.558 17.025 31.718 8.250 9.679 8.052 6.075 36.000 18.688 24.302 9.082 39.210 326.197
61.383 34.484 10.959 31.948 23.641 39.647 11.000 12.905 10.736 6.957 45.000 27.765 7.785 49.012 123.880
1.011.637
5.128 9.650 4.750 4.326 6.390 5.675 7.929 2.750 3.226 2.684 1.519 9.000 9.344 6.076 3.028 9.802 91.277
98.830
-
1.826.561
Bestedingen
-
-
Inkomsten
956 1.631 1.166 1.166 1.166 1.166 956 956 956 888 96.900 96.900 9.980 9.980
1.297.750
600.000 300.000 4.274.982 2.067.498 12.342.480 -
-
100.000 916.263 1.016.263 3.327 3.327
- 34.571.989
Balansverkorting 600.000 300.000 4.274.982 2.067.498 12.342.480 100.000 916.263 1.016.263 -
34.618.317
Totaal 9.880 7.959 10.081 10.081 10.081 9.880 10.081 23.980 10.081 23.980 7.959 7.959 7.959 308.797
Vervangingsinvestering Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja
150.000 Ja 150.000 14.826 14.995 9.975 4.899 44.695 10.255 50.747 14.250 17.306 6.653 25.558 17.025 31.718 8.250 9.679 8.052 6.075 36.000 18.688 24.302 9.082 39.210 332.850
3.077.983
Ja Ja Ja Ja
Ja Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Jaarrekening 2014 overzicht Financiële vaste activa Jaarrekening 2014 overzicht Financiële vaste activa Realisatie 2014
Project FVA aandelen Thialf OG BV FVA Participatie Oikocredit Nederlands Fonds FVA B1105 Revolverend inzet NUON reserve FVA B1106 Revolverend Kredietb Ned Midd MKB Frysl FVA B1108 Revolverend NGA breedband start up FVA Geldlening glasvezel FVA FSFE BV kapitaal FVA FSFE BV lening FVA Breedband FVA B1104 Revolverend DTC Dairy training center FVA B1102 Rev Kredietb prime mover fac C ompakboard FVA B 1103 Revolv. Krediet Urgente proj. Pl groep FVA B1105 Revolverend Project Oude Mavo Dokkum FVA B1105 Revolverend Studentencampus Leeuwarden FVA B1105 Revolverend Keningstate Franeker FVA B0603 Enerzjy Koöperaasje Fryslan U.A. FVA B0603 Energy C hallenges FVA B0603 NLD energie UA B1101 mr 10 Budget fin incidentele projecten B1105 mr 34 Aanvallen cultuurfonds B1105 mr 32 Projectfinanciering urgente projecten B1103 mr 9 Evenementenfonds B1101 mr 2 Onderzoeksfaciliteiten Agrofood B1101 mr 5 Demo/proefopstellingen Watertechnologie B1105 mr 29 Financieringsregeling sociale huur B1105 mr 28 Participatieregel bijzondere huurproj B1102 mr 11+12 Strategische innovatie en groeifaci B1102 mr 14 Fund of funds B1102 mr 13 Prime movers faciliteiten B0601 Doefonds BV kapitaalstorting B0603 Hartman Energie BV kredietsubsidie B1103 mr 1 Marketing-/ exportbevordering Agrofood B1103 mr 4 Internat propositie / acquis Watertechn B1103 mr 8 C lusters en netw Toerisme en Recreatie
Stand per 01-01-2014 4.055.622 105.000 -
Bestedingen 2014 1.500.000 10.000.000 28.450 300.000 1.000.000 842.500 345.000 1.191.098 2.500.000 70.000 200.000 120.000 3.500.000 4.800.000 -
Totaal Financiële vaste activa
4.160.622
26.397.048
Inkomsten 2014 -
-
Begroot 2015 e.v. Balans verkorting -
-
Stand per 31-12-2014 4.055.622 105.000 1.500.000 10.000.000 28.450 300.000 1.000.000 842.500 345.000 1.191.098 2.500.000 70.000 200.000 120.000 3.500.000 4.800.000 -
30.557.670
Bestedingen
Inkomsten
Balansverkorting
Totaal
1.900 3.500.000 3.000.000 1.000.000 20.000.000 60.000.000 57.593.550 7.002 30.000 100.000 180.000 4.402.500 2.000.000 2.500.000 800.000 1.250.000 1.000.000 20.000.000 18.000.000 6.500.000 30.000.000 3.000.000 2.000.000 1.500.000 1.500.000
4.826.710 120.000 500.000 280.800 1.359.825 113.230 274.001 140.000 2.100.000 3.006.505 2.300.000 200.625 790.000 910.000 -
1.474.825 473.230 800.001 240.000 2.400.000 3.306.505 2.300.000 200.625 790.000 910.000 -
4.055.622 105.000 1.900 5.000.000 3.000.000 1.000.000 30.000.000 60.000.000 52.795.290 180.000 500.000 561.700 230.000 838.100 1.974.000 4.402.500 2.000.000 2.500.000 800.000 1.250.000 1.000.000 20.000.000 18.000.000 6.500.000 30.000.000 3.000.000 3.500.000 4.800.000 2.000.000 1.500.000 1.500.000
239.864.952
-
- 5.466.676
12.895.186
262.994.112
Jaarrekening 2014 overzicht Projecten Jaarrekening 2014 overzicht Projecten Realisatie 2014
Project FMP 2 Verruiming brug en sluisbediening op afstand Bijdrage aanpassen sluisdrempeldiepte Workum Bijdrage FMP brug Rochsleat Warten Afstandsbediening Koebrug Totaal Friese Meren Project
Stand per 01-01-2014 390.738 171.513 160.000 722.251
EHS (directe verwerving) Landbouw/EHS (binnen gebiedsontwikkeling) Anticiperende grondaankopen Kavelruil (landbouw) Voorraad Grond voor Grond Bestuursovereenkomst grond en natuurpact Totaal Grondbeleid
3.680.207 21.583.618 5.835.483 796.162 8.390.431 40.285.901
Onderzoek en voorbereiding kunstwerken Brug Rochsleat Warten Warrebrug nabij Tijnje Viaduct Meamert te Winsum Van Panhuysbrug te Tjerkwerd Stationsbrug te Franeker Sluis II Ruijtenschildtbrug te Vierhuis Brug Welsryp Brug Warns te Warns Brug Tzummarrumervaart Brug Stroomkanaal Lemmer Brug Kerksloot nabij Sneek Brug Hallummervaart te Hallum Brug Baard Brug Dokkumer Grootdiep Engwierum Bruggen over de Stroobosser Trekvaart Brug Johan Friso sluis Stavoren Armcoduiker Wieuwerd Brug Gerben Allesverlaat Brug Willem Loresluis Fietstunnel Zwaagwesteinde Totaal Kunstwerken (MPK) Aquaduct Lemmer Totaal Aquaduct Lemmer C A: Algemeen C A: Dokkum Zuid-Bovenweg/Oosteinde wegen C A: Veenwouden-Nieuw Quatrebras wegen C A: Veenwouden-Nieuw Quatrebras kunstwerken N381 MER Algemeen N381: Selmien-bocht Wijnjewoude wegen N381: Selmien-bocht Wijnjewoude kunstwerken Electrische bussen Schier Elektrische Buurtbus Refurbishment Verbetering busstations
65.935 1.887.132 59.644 289.331 367.309 37.621 312.751 3.438 59.296 40.151 376.620 2.610 37.621 39.046 3.578.506 19.104.098 35.268.379 1.787.900 89.462
Begroot 2015 e.v.
Bestedingen 2014 393.757 314.051 78.901 786.708
Inkomsten 2014 -
241.320 1.460.521 266.334 1.410.226 9.703.445 9.145.496
584.394 251.010 1.422.115 2.257.519
-
3.438.886 19.538.703 5.318.139 796.162 8.378.541 9.703.445 47.173.877
362.988 244.719 5.016 747.639 538.840 932.477 240.140 121.787 841.306 5.400 424 20.715 10.966 187.500 20.050 4.279.966
100.000 1.000 101.000
-
428.923 2.131.851 64.660 1.036.969 806.149 37.621 1.244.229 3.438 299.436 161.938 1.217.926 8.009 37.621 39.470 20.715 10.966 187.500 20.050 7.757.471
58.401.713 726 1.161 14.619.854 1.386.347 1.837.716 362.634 54.149
32.156.035 10.848.904 -
Balansverkorting -
-
Stand per 31-12-2014 784.494 485.564 160.000 78.901 1.508.959
-
-
45.349.775 726 1.161 39.039.330 1.386.347 1.837.716 2.150.533 143.611
Bestedingen
Inkomsten
11.055.506 147.195 110.000 11.099 11.323.800
20.000 20.000
6.297.875 4.386.821 1.232.404 219.665 9.703.445 2.433.320
9.736.762 23.925.523 6.550.543 1.015.827 41.228.655
-
500.000 1.100.000 1.000 1.599.000
-
16.300.000 16.300.000
16.300.000 16.300.000
-
173.795.383 726 161.754.064 229.191.459 56.529.126 79.813.271 105.798.988 350.234 80.000 564.032 656.389
114.944.447 148.254.063 229.191.459 17.489.799 81.199.618 107.636.704 -
-
28.922 1.868.149 935.341 500.000 3.463.030 6.893.851 1.462.378 2.754.772 4.796.562 4.538.062 8.782.074 491.991 3.462.378 2.260.529 1.979.285 689.034 312.500 400.000 3.979.950 500.000 500.000 50.540.964
Balansverkorting -
Totaal 11.840.000 612.759 270.000 90.000 12.812.759 -
1 1 0 0 8.378.541 8.378.542
Nee Nee Nee Nee Nee Nee
400.001 4.000.000 1.000.001 500.000 3.999.999 6.600.000 1.499.999 4.000.001 4.800.000 299.436 4.700.000 10.000.000 500.000 3.499.999 2.299.999 2.000.000 700.000 500.000 400.000 4.000.000 500.000 500.000 56.699.435
Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee Ja Ja Nee
-
Vervangings- Tijd Geld investering Nee Nee Nee Ja
13.501.161 0 13.501.162 3 2.500.767 80.000 564.032 800.000
Nee
Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Jaarrekening 2014 overzicht Projecten Realisatie 2014 Stand per 01-01-2014 1.828.824 20.011.369 2.161.105 1.664.980 5.728.293 87.644.409
Project Aardgasvulpunten N398 Noordwesttangent N355 rondweg Buitenpost N384 Rondweg Franeker fase 3 Rondweg Woudsend fase 2 Totaal Majeure projecten Baggerdepot Zuidwest Fr. 2e fase Openbare LED-verlichting Afstandsbediening bruggen verbindingen Afstandsbediening bruggen besturing Afstandsbediening bruggen cameras N359 Balk aansluiting zuid N361 Faunapassage Gytsjerk/ Bouwepet C arpoolterrein Workum C arpoolterrein Sint Nicolaasga Totaal Overige projecten Rijksweg A7 N31 Haak om Leeuwarden Staande mastroute AB-6 Sluis Stavoren Vaarweg Lemmer-Delfzijl Vervanging brug Skulenboarch en Kootstertille RSP Bereikbaarheid Leeuwarden Vervanging kunstwerken Quick win Greuns opwaarderen vaarweg Quick win zwaaikom Leeuwarden Quick win opwaarderen vaarweg Houkesleat Verkeersknelpunten Turfroute profielverr Oosterw-Drentse grens N358 bebouwde kom Ee N361 Afslag Anjum N380 Afslag Annabuorren N919 Afslag Klazingawei N361 Afslag Morra N359 Afslag Oudemirdum N361 Afslag Rhaladyk N919 Afslag Rijweg N359 Bolsward-A7 aanluiting noordzijde N359 Brekkenpolder N355 fietsoversteek Hesseweg N384 Franeker - A31 N359 Hemelum N392/N380 Meester Kansschool Schurega N393 Kom Easterbierum N393 Kom Tzummarum N351 Afslag Lindedijk N393 kom Minnertsga N351 Nijeholtpade N919 De Knolle Oosterwolde N354 Tsienzerbuorren- Dearsum
993.496 557.573 40.339 1.591.408 -
-
2.730.623 9.379.269 484.244 12.758.205 276.404 379.487 11.541.512 68.372 386.981 4.196 -
-
Begroot 2015 e.v.
Bestedingen 2014 5.557 984.801 7.516 67.397 27.516 77.730.940
Inkomsten 2014 10.683 864.747 43.880.369
529.088 170.835 266.318 7.066 619 243 974.169
253.496 5.953 54.050 266.318 7.066 586.883
-
1.242.066 20.667.435 2.281.359 360.114 225.395 6.539.520 68.372 797.847 250.145 22.247 -
-
1.488.557 31.983.992 484.244 5.442.624 83.710 154.092 38.217.966 138 5.247 386.981 797.847 245.949 1.411 5.836 3.425 4.833 4.941 58.410 4.866 67.641 12.283 35.765 51.337 5.317 3.303 980 2.916 6.189 39.472
Balansverkorting 1.981.971 807.947 2.789.918
Stand per 31-12-2014 1.823.268 20.996.169 160.936 59.682 5.755.809 118.705.062
-
-
-
Bestedingen
Inkomsten
1.526.733 1.201.842 12.516 366.899.261
22.198.012 5.743.293 478.088.903
740.000 1.080.708 157.124 619 243 1.978.694
1.413.340 2.126.450 1.268.251 508.625 3.682 372.934 199.381 199.757 6.092.420
0 1.937.288 0 15.919.471 0 0 43.219.958 138 5.247 0 0 1.411 5.836 3.425 4.833 4.941 58.410 4.866 67.641 12.283 35.765 29.090 5.317 3.303 980 2.916 6.189 39.472
3.529.633 63.496.530 1.794.305 360.115 654.446 89.886.555 39.299.862 5.247 1.087.056 8.649.855 1.973.589 469.164 46.575 595.167 795.059 975.000 441.591 595.134 2.932.359 600.000 500.000 587.717 739.235 248.663 194.684 196.697 599.020 197.084 150.000 143.811 2.460.528
-
Balansverkorting -
253.496 2.494.048 110.449 136.500 49.000 3.682 372.934 200.000 200.000 3.313.117
-
3.529.633 65.433.818 779.154 360.114 654.446 133.106.510 1.087.056 8.649.855 1.975.000 475.000 50.000 600.000 800.000 975.000 500.000 600.000 3.000.000 600.000 500.000 600.000 775.000 277.753 200.000 200.000 600.000 200.000 150.000 150.000 2.500.000
-
-
-
-
-
-
Totaal 3.350.001 1 160.936 59.682 0 7.515.420
Vervangings- Tijd Geld investering Nee Nee Nee Nee Nee
993.496 0 2.173.125 1.131.751 459.625 4.757.997
Nee Nee Ja Ja Ja Nee Nee Nee Nee
0 0 0 16.934.622 1 3 39.300.000 0 0 1 0 0 1 0
Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Jaarrekening 2014 overzicht Projecten Realisatie 2014
Project
Stand per 01-01-2014
N369 Rottevalle Zuid N357 Stiens zuid N393 Vrouwenparochie kom N353 Westvierdeparten N351 Wolvega Hoofdweg west Opkomende verkeersveiligheidsknelpunten Verbetering Venekoterweg bebouwde kom Totaal Projecten niet geactiveerd Bijdrage aan C entr.As afslag De Tike N392 rondweg Gorredijk N359 rondweg Lemmer N910 Stroobossertrekweg 2e fase N356 Broeksterhoek - Valom N392 Terwispel - komgrens Gorredijk N928 opwaardering Woudsend - Balk N384 Winsum-Noord N358 Uterwei (Noordelijke deel) N369 Kootstermolen - Kootstertille N356 veiligheid Holwerd N359 stroomweg Leeuwarden - Bolsward N357 opwaardering Stiens - Holwerd N393 fietssnelweg Stiens - St. Jacobiparochie N355 Twijzel N354 fietsroute Sneek afslag Woudsend N361 Herinrichting Trynw¿lden Reconstructie aansluiting IJlst C arpoolvoorzieningen 2010-2012 Kwaliteitsverbetering haltevoorzieningen N358 Lutkepost Augustinusga fase 2 N354 Dearsum-Scharnegoutum fase 2 N910 Stroobossertrekweg fietspad fase 2b MPI bijdrage Quick Win Houkesleat C arpoolplaats Oudeschoot Aansluiting Drachten Noord N31 Afspraken gemeente Dantumadiel N358 Skieding (Zuidelijke deel) Totaal Reguliere en kleine projecten Ministations Joure Frieschepalen Wolvega Noord Bolsward Noord RSP Joure RSP Startkrediet RSP Traverse Harlingen Totaal Rijksprojecten
Bestedingen 2014
Inkomsten 2014
10.735.275
38.036 5.386 31.557 39.935 13.490 33.105 79.594.361
28.799.349
1.652.984 3.526.741 1.381.103 3.316.698 925.782 1.862.211 1.138.871 427.904 86.238 194.103 1.040.107 1.290.956 1.313.055 375.146 253.831 967.603 2.026.733 143.174 195.415 392.393 755.124 86.185 5.523 58.638 102.725 44.551 23.563.795
112.172 501.422 417.599 28.240 13.133 281.075 39.905 45.771 185.917 57.641 66.687 1.638.138 552.321 159 2.434.688 920.670 249.307 74.998 45.712 218.676 31.104 18.139 184.946 1.487 1.597.137 338.996 10.053.064
24.460 100.000 1.415.278 150.000 765.000 780.000 50.000 74.998 19.568 50.000 4.265 1.101.124 375.000 4.909.694
31.365 791.074 393.604 363.260 2.980.514 1.669.130 4.846.814 11.075.761
791.074 416.396 380.379 3.097.214 4.890.633 9.575.696
42.808 22.792 17.118 117.021 1.272.989 87.947 1.560.675
-
Begroot 2015 e.v. Balansverkorting 1.073.302 57.151 1.130.453 -
Stand per 31-12-2014
Bestedingen
38.036 5.386 31.557 39.935 13.490 33.105 61.530.287
561.964 594.614 168.443 260.065 486.510 100.000 864.395 227.230.178
1.765.156 4.003.702 1.798.702 3.344.938 938.915 2.143.286 1.178.776 473.675 272.155 151.744 33.492 1.513.816 1.715.376 375.306 1.923.519 1.108.272 2.226.039 143.174 241.127 591.501 736.228 104.324 186.204 598.738 8.547 27.576.711 74.173 321 2.942.119 44.127 3.060.741
Inkomsten
600.000 600.000 200.000 21.898.012 500.000 100.000 1.176.883 208.253.444
Balansverkorting 22.198.012 2.074.383 24.272.395
2.202.272 296.819 268.796 363.888 97.171 39.166 324.516 34.921 7.017.427 1.767.749 10.617.222 6.483.149 998 164.443 1.822.528 18.416 946.077 1.127 2.400.000 4.544.334 214.431 2.195.676 14.421 183.638 910.000 3.106.436 45.996.535
3.967.428 4.300.522 2.067.498 3.599.533 916.263 2.074.383 1.474.825 473.230 7.289.582 1.919.492 12.131.038 8.198.525 363.996 2.087.962 2.930.801 2.014.937 1.089.251 240.000 2.400.000 5.135.835 926.304 2.300.000 200.625 782.376 910.000 3.114.983 72.909.389
-
978.440 394.328 83.604 119.622 65.654.307 2.749.600 144.989.408 214.969.309
1.052.613 394.328 83.604 119.621 65.654.628 145.033.536 212.338.330
-
Totaal
Vervangings- Tijd Geld investering
-
-
-
-
-
-
-
-
Nee Nee 0 Nee 0 Nee Nee Nee Nee 56.234.626 0 1 0 109.293 119.823 108.069 28.467 35.366 0 1 33.492 0 0 12.308 0 1 192.686 0 1 0 24.355 0 0 0 0 663.857
0 Nee Nee Nee 1 Nee 0 Nee 5.691.719 Nee 1 Nee 5.691.720 -
-
Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Totaal Projecten
169.682.219
193.640.466
90.110.510
3.920.372
269.291.803
925.485.787
1.017.750.838
24.272.395
152.754.357
Totaal inv esteringen
174.756.594
221.049.151
90.209.340
3.920.372
301.676.033
1.166.648.489
977.712.173
71.785.898
418.826.451