Jacob Marisschool Beleid in het schooljaar 2014-2015
Ouderversie van het Jaarplan 2014-2015 december 2014
Inhoud 1.
Vooraf ................................................................................................................... 3
2.
Uitdagingen .......................................................................................................... 5
3.
Overkoepelende ambitie en aanpak .................................................................... 6
4.
Oplossingen voor verbeterpunten uit de Kwaliteitskaart .................................... 7 Drie vragen .................................................................................................................................. 7 Thema 1: Montessori als rode draad .......................................................................................... 7 Thema 2: Ontwikkelingsmogelijkheden elk kind benutten ......................................................... 7 Thema 3: Alle kinderen worden uitgedaagd ............................................................................... 8 Thema 4: Adequate hulp en begeleiding van kinderen met leer- en gedragsmoeilijkheden (passend onderwijs) .................................................................................................................... 9 Thema 5: Betere leerresultaten................................................................................................... 9 Thema 6: Optimale benutting van leertijd ................................................................................ 10 Thema 7: Open, vroegtijdige en tweezijdige communicatie tussen directie en leerkrachten, met ouders en MR/OR............................................................................................................... 10
5.
Jaarplan als levend document ............................................................................ 12
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
2
1. Vooraf Net als andere openbare scholen in Rotterdam moet de Jacob Marisschool aan het begin van het schooljaar een Jaarplan opstellen. In het Jaarplan benoemt de school de doelen voor het komende schooljaar, en geeft zij aan hoe ze die doelen wil realiseren. De directeur van de Jacob Marisschool heeft een Jaarplan 2014-2015 opgesteld, en aangeboden aan de “bovenschools directeur” van BOOR (de organisatie verantwoordelijk voor de scholen voor openbaar onderwijs in de stad) en de Onderwijsinspectie. Dit schooljaar heeft het Jaarplan voor de Jacob Marisschool een extra dimensie. Het bevat namelijk oplossingen voor eerder in 2014 geconstateerde knelpunten op school. Nadat eerst een enquête onder ouders is gehouden, hebben onafhankelijke experts van BOOR een “Kwaliteitskaart” opgesteld. Daaruit blijkt dat op diverse punten verbeteringen nodig zijn. De school heeft met de Medezeggenschapsraad (MR) afgesproken dat de school ouders over de verbeteringen zal informeren via een “Plan van Aanpak”. De directie beschouwt het Jaarplan ook als Plan van Aanpak. Vanuit dat perspectief heeft de MR haar reactie op het Jaarplan gegeven. De leerkrachten in de MR (“teamgeleding”) staan volledig achter het plan. De samenvatting van het standpunt van de oudergeleding is weergegeven in onderstaande box. Standpunt oudergeleding MR Directeur en leerkrachten zijn dit schooljaar als team met nieuw elan hard aan de slag gegaan. De ambitie is om tegelijkertijd de leerprestaties te verhogen én invulling te geven aan Montessori principes (het beste uit elk kind halen, kinderen helpen het zelf te doen) én zorg voor kinderen met leer- en gedragsproblemen te verbeteren. In veel gevallen komt dit neer op het doen wat eigenlijk altijd al had gemoeten, maar in voorgaande schooljaren erbij in is geschoten. De Oudergeleding vindt dat de aanpak in het plan de steun verdient van de ouders. De Oudergeleding signaleert echter wel risico’s ten aanzien van de haalbaarheid van alle ambities binnen één schooljaar. Daarbij speelt mee dat er in het Jaarplan geen duidelijke prioriteiten zijn opgenomen, de planning niet volledig is uitgewerkt en een aanpak van monitoring ontbreekt. Het voorstel van de Oudergeleding om een Ouderversie van het Jaarplan te maken is overgenomen door de directie. De Oudergeleding van de MR betreurt het dat de andere voorstellen die zij de afgelopen maanden heeft gedaan voor verdere versterking van het Jaarplan en draagvlak onder ouders niet zijn overgenomen. Dit betreft met name de volgende voorstellen: Beschrijf in het Jaarplan hoe de uitvoering van het Jaarplan gemonitord wordt. Gebruik het komende half jaar de zeven hoofdthema’s uit de Ouderversie als basis om gezamenlijk – directie en MR – de voortgang van de uitvoering van het Jaarplan te monitoren en bespreken. Verbeter de communicatie tussen school en ouders (‘zenden’ maar ook ‘ontvangen’), en stem de verschillende communicatievormen op elkaar af (integrale aanpak). Daarin past bijvoorbeeld een duidelijk beeld van de informatie die ouders over hun kinderen krijgen, al dan niet digitaal. En een effectieve vorm van informatievoorziening en interactie over het veranderingstraject dat de school nu doorloopt. Maak meer gebruik van de kennis en betrokkenheid van ouders. Benut zo vaker de kennis van ouders bij belangrijke beleidszaken, zoals het Kinderatelier. Zie de MR niet alleen als een podium voor de directie om informatie te verstrekken, maar als een kans om samen plannen beter te maken en het draagvlak onder ouders te versterken. Door een uitnodigender houding van de school richting MR kan het overleg met minder tijd sneller resultaten opleveren. Enkele punten komen niet aan de orde in het Jaarplan, maar zijn wel van belang voor de kwaliteit van de school en het draagvlak bij ouders: relatie school-BSO, Kinderatelier, klassengrootte. Dit zijn daarmee ook aandachtspunten voor het komende half jaar. Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
3
Het format van het Jaarplan (dus tevens Plan van Aanpak) kenmerkt zich door veel schema’s en jargon, met nauwelijks toelichtende tekst. Dat format is prima geschikt voor communicatie met BOOR en binnen het team van leerkrachten van de Jacob Marisschool. Maar het is ongeschikt voor het informeren van ouders, waar nog bij komt dat het Jaarplan niet laat zien hoe de verbeterpunten uit de Kwaliteitskaart en Ouderenquête worden aangepakt. Daarom hebben schoolleiding en MR afgesproken een Ouderversie van het Jaarplan op te stellen, om ouders op een toegankelijke manier te informeren over het Jaarplan. Deze Ouderversie plaatst de acties uit het Jaarplan in een lopend verhaal, met toelichting en zo min mogelijk jargon. Voor elk verbeterpunt uit de Kwaliteitskaart en Ouderenquête wordt aangegeven welke oplossingen de school heeft gekozen. De oudergeleding van de MR heeft deze tekst opgesteld op basis van het Jaarplan en aanvullende informatie van het team van Jacob Marisschool; de directeur is eindverantwoordelijk voor de tekst. Een Jaarplan is bedoeld als een invulling van het wettelijk voorgeschreven vierjaarlijkse Schoolplan. De nieuwe directeur heeft geconstateerd dat het vigerende Schoolplan Jacob Maris 2012-2016 niet daadwerkelijk is uitgevoerd. Ook zijn een aantal aanvullende of andersoortige acties gewenst. Het Jaarplan bevat het nieuwe beleid, dat later verankerd moet worden in een nieuw Schoolplan 20162020. De Ouderversie van het Jaarplan is als volgt opgebouwd:
In 2. staan de uitdagingen voor de school centraal: de verbeterpunten uit de Kwaliteitskaart en Ouderenquête van begin 2014. In 3. komen de overkoepelende ambities aan de orde (voor 2014/2015, met een doorkijk voor de jaren daarna) en de aanpak van schoolleiding en team op hoofdlijnen. In 4. wordt per verbeterpunt uit de Kwaliteitskaart/Ouderenquête aangegeven: waar stonden we begin 2014, en wat zijn de ambities en acties voor 2014/15? In 5. gaat kort in op de wijze waarop de school gedurende het schooljaar de uitvoering van het plan zal volgen en eventueel bijsturen.
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
4
2. Uitdagingen In de eerste helft van 2014 bleek dat niet alles op de Jacob Marisschool loopt zoals leerkrachten en ouders wensen. Naar aanleiding van zorgen die geuit werden in de MR heeft de schoolleiding eerst een enquête onder ouders gehouden, waarna onafhankelijke BOOR experts een “Kwaliteitskaart” hebben opgesteld. Duidelijk werd dat de Jacob Marisschool pluspunten kent, maar dat er ook problemen waren die aangepakt moeten worden. De uitdagingen uit de Kwaliteitskaart en Ouderenquête zijn samengebracht in zeven thema’s: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Montessori als rode draad voor het beleid van de school Ontwikkelingsmogelijkheden elk kind optimaal benutten Alle kinderen worden uitgedaagd Adequate hulp en begeleiding van kinderen met leer- en gedragsmoeilijkheden Betere leerresultaten Optimale benutting van leertijd Open, vroegtijdige en tweezijdige communicatie tussen directie en leerkrachten, met ouders en MR/OR
Voor thema 5, de Leerresultaten, is extra informatie beschikbaar via de CITO toetsen. Voor drie onderwerpen (Begrijpend Lezen, Technisch Lezen /3-Minuten toets, en Rekenen/Wiskunde) heeft de Inspectie vanaf groep 3 normen voor de school bepaald; het opleidingsniveau van de ouders is hiervoor de basis. Het blijkt dat de afgelopen drie jaren die normen niet altijd gehaald zijn. Voor andere onderwerpen (Spelling, Woordenschat) vergelijkt de school de eigen scores met het landelijk gemiddelde; het blijkt dat vooral bij Spelling veel groepen te laag scoren. Bij de eindtoets voor groep 8 scoort de Jacob Maris de laatste drie jaar tussen 537 en 539, wat boven het landelijk gemiddelde ligt, maar onder de scores van andere scholen in Hillegersberg-Noord (in het algemeen tussen 540 en 545). Onder meer de lage score bij Spelling was aanleiding voor BOOR om voor de Jacob Marisschool, net als voor 29 andere scholen, de ambitie van een “Groeitraject” te formuleren. Dat betekent dat de school al goed presteert, maar dat er veel meer uit te halen valt. Onder verantwoordelijkheid van de directeur van de school en met steun van BOOR-experts wordt ingezet op een snelle verbetering van de schoolprestaties.
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
5
3. Overkoepelende ambitie en aanpak De ambitie is dat de Jacob Marisschool zich de komende jaren tot een excellente school ontwikkelt. Daarbij is “Montessori” de rode draad. Centrale vraag daarbij is hoe de potenties van elk kind – op alle gebieden – het beste tot bloei kunnen komen, en hoe leerkrachten hem of haar daarbij zoveel mogelijk vrijheid kunnen geven én motiveren om zo goed mogelijk hun best te doen (“help mij het zelf te doen”). Dat betekent dat nadrukkelijk invulling wordt gegeven aan de traditionele Montessori kenmerken: meerdere groepen in een klas, eigen materialen, rondes door de leerkracht, etc. Uitstekend Montessori onderwijs hoeft goede CITO scores niet in de weg te staan, integendeel. De ambitie uit het Schoolplan 2012-2016 om de score op de eindtoets de komende jaren boven de 540 te krijgen, blijft dan ook staan. Het Jaarplan 2014-2015 bevat ambities die schoolleiding en team binnen één jaar willen realiseren. Prioriteit is het bereiken van een zichtbare verbetering op de zeven hiervoor benoemde thema’s uit de Kwaliteitskaart. Bij leerprestaties (CITO) is de ambitie dat de school ten minste voldoet aan alle door de Inspectie bepaalde normen, en ten minste boven het landelijk gemiddelde scoort bij vakken waar zo’n norm ontbreekt. Alles bij elkaar een stevige ambitie om de kwaliteit van het onderwijs op school te verhogen. Het Jaarplan bevat een groot aantal acties om die te realiseren. Veel acties komen neer op ‘doen wat altijd al had gemoeten’. Overkoepelende keuzen zijn:
Sinds september is de samenstelling en structuur van het management sterk gewijzigd. De voormalige directeur en Intern Begeleider zijn niet meer aan de school verbonden. Naast de nieuwe directeur bestaat het management uit twee “bouwcoördinatoren” (voor de onder- en middenbouw en voor de tussen- en bovenbouw). De leerkrachten hebben een grote verantwoordelijkheid bij het realiseren van het acties uit het Jaarplan. Daarom staat professionalisering van de leerkrachten hoog op de agenda, onder meer via cursussen. Er komen voor vier belangrijke vakken (begrijpend lezen, technisch lezen, rekenen en wiskunde, spelling) halfjaarlijkse “didactische groepsplannen”, waarin de leerkracht goed de samenstelling van haar groep in beeld brengt (onder meer ten aanzien van CITO-scores) en het lesprogramma voor de individuele kinderen daarop afstemt. Er zal meer teamwork zijn, waarbij leerkrachten elkaar feedback geven (bijvoorbeeld op het gebied van Montessori) en in ‘expertgroepen’ samenwerken. Er wordt planmatiger gewerkt. Iedere leerkracht doet dat dagelijks voor haar groep. De directeur houdt scherp de vinger aan de pols bij de realisatie van de uitvoering van het Jaarplan, onder meer via bezoek aan de klassen, en voortgangs- en functioneringsgesprekken.
Zoals voor alle BOOR scholen geldt dat het budget voor de school beperkt is. Dit laat weinig ruimte voor nieuwe initiatieven, en dwingt tot keuzen en fasering. Zo is in de begroting voor 2014-2015 de functie voor Remedial Teaching vervallen.
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
6
4. Oplossingen voor verbeterpunten uit de Kwaliteitskaart Drie vragen Voor elk van de zeven thema’s uit de Kwaliteitskaart (waar nodig aangevuld door informatie uit Ouderenquête en CITO) komen hieronder drie vragen aan de orde:
Waar stonden we in de eerste helft van 2014? (cursief) Wat willen we bereiken in het schooljaar 2014/15? Wat gaan we doen om dat te bereiken?
Thema 1: Montessori als rode draad In het Schoolplan 2012-2016 staat het Montessori gedachtengoed centraal. Uit de Kwaliteitskaart blijkt echter dat Montessori principes en structuur lang niet altijd gevolgd worden in de klassen. De ambitie is dat Montessori weer de rode draad voor de Jacob Maris wordt. Daarvoor zijn de volgende acties gepland:
De Montessori structuur moet zichtbaar worden in het handelen van alle leerkrachten. Zij bereiden dagelijks hun lessen voor met twee ingrediënten: planmatiger werken én de Montessori principes. De Montessori materialen worden op orde gebracht. Alle docenten moeten een Montessori diploma hebben. Van de drie docenten die daar nog niet over beschikken, volgen er twee op dit moment de gespecialiseerde tweejarige Montessori opleiding, en start een derde daarmee in 2016. De directeur volgt volgend schooljaar een leergang voor managers van Montessorischolen. Alle leerkrachten halen tenminste een voldoende op de klassenwijzer van de Montessorivereniging. Daartoe wordt elke leerkracht regelmatig geobserveerd door een van de leerkrachten die al veel ervaring met Montessori onderwijs hebben. De school informeert ouders en organisaties als de BSO meer over het Montessori gedachtengoed. Als een vervolg op de interne analyses van methodiek (zie hieronder Thema 5, Leerresultaten) zal met externe experts in de eerste helft van 2015 besproken worden in hoeverre de traditionele Montessori aanpak aangepast zou kunnen worden bij Spelling, en in de jaren daarna voor andere vakken. Zie verder de volgende twee thema’s, die voor Montessori onderwijs van groot belang zijn.
Thema 2: Ontwikkelingsmogelijkheden elk kind benutten Uit de Kwaliteitskaart blijkt dat er onvoldoende aandacht is voor het optimaal ontwikkelen van de potenties van individuele kinderen. Leerkrachten maken vaak niet duidelijk wat hun verwachtingen zijn, en er is te weinig sprake van feedback op de kwaliteit van het werken. Omdat er niet planmatig Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
7
wordt gewerkt op basis van analyses van resultaten van leerlingen, wordt de volgorde van activiteiten in het aftekenboek leidend wat betreft onderwijsaanbod. Juist op een Montessori school moet dit anders. Het gaat erom het beste te halen uit een kind, door doelen te stellen en verwachtingen uit te spreken, een specifieke vorm van begeleiding te kiezen, en de voortgang regelmatig te monitoren en evalueren. De leeromgeving moet afgestemd worden op de specifieke behoeften van kinderen in een bepaalde ontwikkelingsfase, en de verschillende manieren waarop kinderen tot leren komen (luisteren, doen, etc.). De didactische groepsplannen (zie hierboven) spelen hierbij een belangrijke rol. Voor een kind dat leer- en gedragsmoeilijkheden heeft (of juist een extra uitdaging nodig heeft “naar boven”) stelt de leerkracht bovendien een individueel “handelingsplan” op. Daarnaast richten leerkrachten hun communicatie met kinderen meer op het leerproces. Zij bespreken regelmatig wat het kind tot nu toe heeft geleerd en wat het doel van de komende les is, waarna de leerkracht directe feedback geeft op resultaten (“effectieve/directe instructie”, of “leergesprekken”) 1. Deze gesprekken zijn gebaseerd op instrumenten als “mindmaps”, Leren Leren en Toolbox. Externe deskundigen (Move Ahead) begeleiden de school hierbij2. Het “aftekenboek” is de afgelopen jaren teveel een doel op zich zelf geworden. Het blijft een nuttig middel voor kinderen en leerkrachten om bij te houden welke werkjes gedaan zijn, en welke nog te doen zijn. Als kinderen blijken een bepaald niveau te beheersen, kunnen ze in overleg werkjes overslaan en starten op een volgend niveau.
Thema 3: Alle kinderen worden uitgedaagd De Kwaliteitskaart maakt duidelijk dat niet alle leerlingen door de leerkracht actief bij hun werk betrokken worden. Het initiatief ligt teveel bij de leerlingen zelf, ze worden onvoldoende uitgedaagd. Vooral niet-intrinsiek gemotiveerde leerlingen komen onvoldoende tot leren. Potenties van andere kinderen, die weinig aandacht vragen, worden onderbenut. De aanpak van dit punt ligt allereerst in dezelfde sfeer als bij het vorige thema: het stimuleren van een goede leerhouding van ieder kind door middel van effectieve communicatie. Daarnaast gaan de leerkrachten duidelijker werken met de Montessori “rondes”: door pictogrammen op het bord weten de kinderen wat zij van de leerkracht kunnen verwachten. Bij een “grote ronde” loopt de leerkracht rond, kijkt zij hoe kinderen en groepjes aan de slag zijn, en geeft zij korte instructies. Bij een “kleine ronde” geeft de leerkracht sommige kinderen individueel een lesje. Bij het “observatie” pictogram weten de kinderen dat de leerkracht observeert hoe het gaat in de klas, zonder rond te lopen en instructie te geven. Met deze “rondes” krijgt ieder kind de aandacht die het nodig heeft.
1
Er zijn vooralsnog nog geen afspraken binnen het team hoe leerkrachten de resultaten van de leergesprekken vastleggen. 2 De school heeft recent een informatieavond over deze instrumenten voor ouders georganiseerd. Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
8
Thema 4: Adequate hulp en begeleiding van kinderen met leer- en gedragsmoeilijkheden (passend onderwijs) De Kwaliteitskaart verwijst hier onder meer naar de Ouderenquête: ouders zijn vooral ontevreden over het uitblijven van adequate hulp bij zorgen van ouders en over hoe de school kinderen met leeren gedragsmoeilijkheden begeleidt. De school wil - waar mogelijk- ieder kind een passend onderwijsaanbod bieden. Bij voorkeur in de klas, eventueel via een apart arrangement binnen de school, en zo nodig door een voorziening buiten de school. De zorgstructuur op de Jacob Maris is na het vertrek van de vorige Intern Begeleider aangepast. Primair zijn de leerkrachten verantwoordelijk voor de zorg voor kinderen die extra aandacht nodig hebben. Zij zijn ook het eerste aanspreekpunt voor ouders. Veel van de hierboven genoemde punten zullen de aandacht voor kinderen met leer- of gedragsmoeilijkheden versterken. Er is een nieuwe Intern Begeleider, voor twee dagen in de week. Zij treedt op als coach van de leerkrachten en kan hun adviseren over de beste vorm van hulp bij individuele kinderen en de uitvoering daarvan begeleiden. Ook kan zij gesprekken met ouders bijwonen, waaraan zowel leerkrachten als ouders veel behoefte hebben. De Intern Begeleider heeft ook het voortouw bij het opstellen van Ontwikkelingsperspectieven, een instrument speciaal gericht op kinderen vanaf groep 6 die achterstanden kennen. In zo’n perspectief wordt vastgesteld wat de aard van en verklaring voor de achterstanden zijn, en welke verbeteringen er mogelijk zijn op weg naar de eindtoets in groep 8. Zo wordt al vroeg duidelijk welk perspectief deze kinderen hebben na de Jacob Maris, en kunnen de eindscores in groep 8 nooit als een verrassing komen. De school bereidt – net als andere scholen - op dit moment een “Schoolondersteuningsprofiel” (SOP) voor. Daarin beschrijft de school welke ondersteuning zij kan bieden en hoe zij dit organiseert. De school beschrijft allereerst hoe zij invulling geeft aan de “basiszorg”, die elke school moet bieden; bijvoorbeeld zorg voor kinderen met dyslexie of adhd. Daarnaast geeft de school aan in welke mate zij opvang kan en wil bieden voor kinderen met een heel specifieke extra hulpvraag. Hier speelt de kwaliteit van het gebouw een rol, alsmede de beschikbaarheid van specifieke expertise. Op basis van hun SOP-en kunnen BOOR-scholen in de wijk afspreken welke school welke groep leerlingen met extra zorg kan opvangen.
Thema 5: Betere leerresultaten CITO resultaten voor woordenschat zijn ruim op orde. Maar bij technisch lezen, spelling, begrijpend lezen, en rekenen scoort de school of groepen binnen de school onder de normen van de Inspectie, dan wel onder het landelijk gemiddelde. De CITO score voor groep 8 ligt boven het landelijk gemiddelde, maar onder die van andere scholen in Hillegersberg-Noord. De leeropbrengsten moeten omhoog, dat is een prioriteit voor de school. De school wil minstens voldoen aan de normen van de Inspectie en scoren boven het landelijk gemiddelde. Daartoe onderzoeken interne werkgroepen waarom op school- en groepsniveau bij een aantal vakken de Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
9
resultaten tegenvallen, en houden zij de gehanteerde methodiek tegen het licht. De resultaten zullen input zijn voor een school-breed verbeterplan in januari 2015. Vervolgens gaan de leerkrachten aan de slag om in hun klas de leerprestaties te verbeteren, via de eerder genoemde didactische groepsplannen, effectieve instructie en andere instrumenten.
Thema 6: Optimale benutting van leertijd De Kwaliteitskaart concludeert dat de schooltijd om meerdere redenen onvoldoende efficiënt wordt gebruikt. Deels komt dit door hierboven gesignaleerde beperkte communicatie tussen leerkrachten en leerlingen. Daarnaast biedt het weekrooster van meerdere groepen te veel tijd voor zaken als opruimen, taakjes, langdurige pauzes, school-TV, pauzehap en dergelijke. Dat gaat ten koste van de tijd voor leren. Daarnaast blijkt uit de Ouderenquête dat veel ouders ontevreden zijn over de wijze waarop de school omgaat met lesuitval. Het Jaarplan bevat de volgende acties om de schooltijd effectiever te benutten:
Per bouw zijn de roosters vergeleken en op elkaar afgestemd. Zaken als opruimen, pauze, TV kijken worden voortaan zoveel mogelijk beperkt. De school- en klassenregels worden opgefrist, en duidelijk gemaakt aan kinderen en ouders. Directeur en het team hebben afspraken gemaakt over vervanging van leerkrachten bij afwezigheid. Het opsplitsen van klassen wordt zoveel mogelijk vermeden, hoewel dat de eerste dag vaak nodig zal zijn. Waar mogelijk vallen eigen leerkrachten en de directeur in, maar dat gaat vaak ten koste van andere werkzaamheden op school. De voorkeur gaat daarom uit naar andere oplossingen, zoals: inzet van ouders met lesbevoegdheid die bij BOOR zijn ingeschreven, benutten van andere invalkrachten via BOOR of andere scholen, en inkoop via externe organisatie. Per geval onderzoekt de school wat mogelijk is. De directeur volgt de afwezigheid van leerkrachten, en bespreekt zo nodig het verzuim.
Thema 7: Open, vroegtijdige en tweezijdige communicatie tussen directie en leerkrachten, met ouders en MR/OR De Kwaliteitskaart verwijst ten aanzien van communicatie tussen school en ouders vooral naar de Ouderenquête: veel ouders zijn ontevreden over hoe de school en de leerkracht hen informeert over de vorderingen van hun kind. Daarnaast zijn ouders in bredere zin niet tevreden over de wijze waarop de school omgaat met kritiek en hoe ouders geïnformeerd worden over ontwikkelingen op de school. Het Jaarplan bevat acties om te komen tot een betere communicatie tussen leerkracht en ouders over individuele leerlingen:
Ouders worden meer betrokken bij de ontwikkeling van hun kind op school (“educatief partnerschap”). Twee 10-minuten gesprekken per schooljaar is te weinig. Vaak zal er aanleiding zijn voor frequenter contact tussen leerkracht en ouders, om eventuele problemen voor te zijn, en kansen op extra snelle ontwikkeling te benutten. Vanuit school leveren hierboven genoemde instrumenten (handelingsplannen, ontwikkelingsperspectieven
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
10
etc.) de informatie om met ouders te bespreken. Ook ouders kunnen het initiatief voor een extra gesprek nemen. Het verslag dat kinderen twee keer per jaar meekrijgen wordt aangepast. Het moet simpeler, korter en overzichtelijker worden. Mogelijk dat het papieren verslag vervangen wordt door een digitale versie. Binnenkort beslist de school over de aanpak. Leerkrachten volgen cursussen voor effectief communiceren en het voeren van lastige gesprekken.
De school zal ouders via informatieavonden, nieuwsbrieven en de website informeren over hoe de school in het algemeen functioneert en hoe het Montessori gedachtengoed is ingebed in het onderwijs. De school ziet geen kans dit schooljaar – waarin het team volop bezig is met het proces rond de uitvoering van het Jaarplan – invulling te geven aan een meer (inter)actieve betrokkenheid van ouders en de oudergeleding van de MR bij het beleid. Mogelijk dat dat volgend jaar anders kan liggen.
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
11
5. Jaarplan als levend document Het Jaarplan is ambitieus en bevat een groot aantal acties. De inzet is om die acties zoveel mogelijk daadwerkelijk uit te voeren. Aan het eind van het schooljaar zou dan moeten blijken dat de school bij elk van de zeven thema’s uit deze Ouderversie van het Jaarplan duidelijk vooruitgang geboekt heeft. In april 2015 zal de school opnieuw een enquête onder ouders houden. Waar in de enquête uit 2014 nog acht thema’s een score onder de 3 hadden (en daarmee als een punt van zorg naar voren kwamen), is de ambitie dat in 2015 alle thema’s een score van 3 of hoger kennen. Juist omdat er zoveel acties in gang zijn gezet, zal de school gedurende het jaar regelmatig stil staan bij de voortgang van de uitvoering van het plan. Op basis van tussentijdse evaluaties kan zij onderdelen van het plan zo nodig bijsturen. Resultaten die in dit schooljaar bereikt worden, moeten daarna geborgd worden. De school zal binnenkort aangeven hoe dat zal gebeuren, ingebed in een regelmatig terugkerende cyclus.
Ouderversie van Jaarplan 2014-15 Jacob Marisschool
12