JAARVERSLAG WEST-VLAAMSE POLITIESCHOOL
WERKINGSJAAR 2013
INHOUD 1. Doelstelling, organisatie en personeel ................................................................................................................ 4 1.1. Doelstelling................................................................................................................................................... 4 1.2. Organisatie ................................................................................................................................................... 4 1.2.1. Beheersorganen .................................................................................................................................... 4 1.2.2. Locatie en coordinaten ......................................................................................................................... 4 1.3. Personeel...................................................................................................................................................... 4 1.3.1. Externe lesgevers .................................................................................................................................. 5 2. De opleiding van het hulpkader .......................................................................................................................... 6 3. Het basiskader (1) ............................................................................................................................................... 7 3.1. Percentage inschrijvingen vanuit West-Vlaanderen bij de federale selectiedienst en het aantal effectief tewerkgesteld in de provincie ............................................................................................................................. 7 Uitdieping: ..................................................................................................................................................... 7 Effectieven federale en lokale politie.............................................................................................................. 8 3.2. Rekrutering en de selectie: algemene en specifieke kenmerken WPS ........................................................ 9 GESLACHT ..................................................................................................................................................... 9 DIPLOMA ....................................................................................................................................................... 9 LEEFTIJD ...................................................................................................................................................... 10 GLOBAAL SLAAGPERCENT AGE PER SELECTIEONDE RDEEL ............................................................... 10 WPS: SLAAGPERCENTAGE MAN/VROUW ............................................................................................ 11 WPS: SLAAGPERCENTAGE ....................................................................................................................... 11 WPS: SLAAGPERCENTAGE IN RELATIE TOT SELEC TIEONDERDEEL EN LEEF TIJDSCATEGORIE . 11 3.3. De opleiding van politie-inspecteur voor het basiskader ........................................................................... 14 3.3.1. Aantal opgeleide en op te leiden studenten ....................................................................................... 14 3.3.2. Opleidingsresultaat WPS ..................................................................................................................... 16 3.3.3. Einde opleiding, start in de job ........................................................................................................... 17 4. De middenkaderopleiding: hoofdinspecteur (officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings) .......................................................................................................................................................... 18 5. De voortgezette opleiding ................................................................................................................................. 20 5.1. Inhoud en financiering van de voortgezette vormingen ............................................................................ 20
2
5.2. Voortgezette vormingen voor externen .................................................................................................... 21 Overzicht voortgezette vormingen: .............................................................................................................. 22 6. Bijzondere initiatieven ...................................................................................................................................... 25 6.1. 6- jarig samenwerkingsakkoord WPS – politiediensten – De Lijn .............................................................. 25 6.2. Oefenen openbare orde in Leopoldsburg .................................................................................................. 26 6.3. Keuzevak Politiekunde aan Vives Sociaal-Agogisch werk .......................................................................... 26 6.3. Vormingstraject korpschefs ....................................................................................................................... 26 7. Bezoeken aan de school .................................................................................................................................... 27 8. De school op informatiebeurzen ....................................................................................................................... 28 9. De West-Vlaamse Politieschool in de media ..................................................................................................... 28 10. De West-Vlaamse Politieschool in de vakliteratuur en haar betrokkenheid bij projecten en initiatieven ..... 29 11. Permanente lidmaatschappen en vertegenwoordigingen .............................................................................. 30
3
1. DOELSTELLING, ORGANISATIE EN PERSONEEL
1.1. DOELSTELLING
De doelstellingen ten aanzien van het vorig werkingsjaar zijn niet gewijzigd.
1.2. ORGANISATIE 1.2.1. BEHEERSORGANEN
De samenstelling van de algemene vergadering, de raad van bestuur en het dagelijks bestuur gebeurt op basis van een vertegenwoordiging uit/van: -
de deputatie de provincieraad de politieraden de gemeenten de magistratuur
De mandaten werden vernieuwd na de gemeente/provincieraadsverkiezingen van 2013. 1.2.2. LOCATIE EN COORDINATEN
De coördinaten zijn: West-Vlaamse Politieschool Diksmuidse Heirweg 6 8210 Zedelgem T +32 (0)50 40 45 40 F +32(0) 50 39 38 79
[email protected] - medewerkers:
[email protected] Website : www.campuspov.be Facebook: www.facebook.com/politieschool 1.3. PERSONEEL
Het aantal FTE op de loonlijst van de v.z.w. bedroeg op 31.12.2013: 8,5 FTE (op 31.12.1996: 6,9 FTE). De school beschikt ook sinds half 2007 over 5 ter beschikking gestelde personeelsleden van de federale politie. Eén van hen werkt vrijwillig 4/5. Een andere
4
opleider verliet op 01.02.2012 de school en werd in 2013 nog steeds door de federale politie niet vervangen. Dit gebeurde pas op 1 maart 2014. Het totaal aantal ‘vaste medewerkers’ is 15.
1.3.1. EXTERNE LESGEVERS
Om de opleidingen zo praktijkgericht mogelijk in te vullen, wordt beroep gedaan op een groot aantal externe lesgevers. Ze zijn afkomstig uit de politie, de magistratuur, welzijnswerk, enz. De regel is dat wat politie specifiek is door politie- en justitiemedewerkers wordt onderwezen. Daarnaast is er de externe inbreng van deskundige lesgevers uit allerlei diensten en maatschappelijke organisaties. Door het samenbrengen van interne en externe expertise tracht de WPS een hoogwaardige professionele politieopleiding te garanderen.
Lesgevers
aantal
Basiskader
89
Middenkader
77
Voortgezette opleiding
246
Totaal
412
Opmerking:
De aantallen slaan op het geëngageerd aantal lesgevers in het jaar 2013. Hierbij is niet inbegrepen: het aantal lesgevers dat behoort tot de vaste equipe van de school en de figuranten. Een aantal personen geeft zowel les in de opleiding van het basiskader als het middenkader en/of de voortgezette opleiding. In het visitatierapport m.b.t. het politieonderwijs wordt opgemerkt dat er heel veel lesgevers betrokken zijn bij de opleidingen. Dit biedt enerzijds de garantie dat de expertise, aanwezig in het werkveld, betrokken wordt in de opleiding maar anderzijds het groot aantal lesgevers de planning en organisatie bemoeilijken. In de toekomst moet er meer gewerkt worden met voltijdse lesgevers. Belangrijk is dat men echter de band met de praktijk behoudt.
5
Het blijft de bedoeling om naast de inbreng van individuele lesgevers ook heel wat externe “instanties” als partner te betrekken bij het organiseren van de opleidingen. Bijvoorbeeld de militaire politie bij de opleiding van motorrijders, het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding, het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk, enz. Een al even uitdrukkelijke keuze van de school is om de externe inbreng te optimaliseren via een samenwerking met het publiek onderwijs en voor de politie relevante maatschappelijke organisaties. Dit betreft zowel de opleiding van het operationeel als het administratief en logistiek personeel bij de politie (cfr. infra).
2. DE OPLEIDING VAN HET HULPKADER
De opleiding van het hulpkader (agent van politie) is geïntegreerd in die van inspecteur. In 2013 zijn er 2 aspirant-agenten in oktober hun opleiding gestart.
6
3. HET BASISKADER (1) 3.1. PERCENTAGE INSCHRIJVINGEN VANUIT WEST-VLAANDEREN BIJ DE FEDERALE SELECTIEDIENST EN HET AANTAL EFFECTIEF TEWERKGESTELD IN DE PROVINCIE Uitdieping :
West-Vlaamse inschrijvingen voor de selectie:
Jaar
% inschrijvingen
% effectieven
2007
8,04
10,27
2008
8,34
8,79
2009
9,26
8,70
2010
9,77
8,67
2011
9,08
8,61
2012
8,40
8,5
2013
7,80
9,5*
Gemiddeld
8,67
9
*lokale personeel politie INP (december 2013) Ten opzichte van 2012 is het aantal effectieven in 2013 met 1% toegenomen terwijl het aantal inschrijvingen van West-Vlaamse kandidaten verder afgenomen is met 0,6%. In 2012 hielden beide cijfers elkaar nog in evenwicht. In 2013 situeert het aantal inschrijvingen zich 1,7% onder het aantal effectieven. Dit vraagt naar het nemen van initiatieven op het vlak van de rekrutering.
7
EFFECTIEVEN FEDERALE EN LOKALE POLITIE
Effectieven: evolutie -
Effectieven
B
N = Totaal aantal | B = België
Federale Politie
| W-VL = West-Vlaanderen
Lokale Politie
N
%
N
%
11.072
100
28.145
100
771
100
2.710
100
11.368
102,67
28.215
100,25
797
103,37
2.704
99,78
11.597
104,74
28.323
100,63
795
103,11
2.709
99,96
11.611
104,87
28.845
102,49
770
99,87
2.737
101,00
11.228
101,41
29.078
103,31
713
92,48
2.708
99,93
11.209
101,24
28.762
102.19
695
90,14
2.705
99,81
11.578
104,57
27.391
97,32
708
91,82
2.641
97,45
2007 W-VL B 2008 W-VL B 2009 W-VL B 2010 W-VL 2011
B W-VL
2012
B W-VL
2013
B W-VL
8
Opvallend is: - wat betreft de federale politie is het aantal operationele medewerkers in 2013 landelijk met 3,33% toegenomen maar wat onze provincie betreft is dit slechts 1,68% - wat betreft de lokale politie is landelijk het aantal operationele medewerkers in 2013 t.o.v. 2012 met 4,87 % afgenomen ; in West-Vlaanderen gaat het om een afname van 2,36% t.o.v. het vorige jaar Het capaciteitsprobleem stelt zich volgens het document ‘Persepolis’ van de federale politie voor West-Vlaanderen niet of nauwelijks op het niveau van het basiskader, wél bij het middenkader, wat bovendien ook een landelijk probleem is. 3.2. REKRUTERING EN DE SELECTIE: ALGEMENE EN SPECIFIEKE KENMERKEN WPS
WPS = West-Vlaamse Politieschool Nl = Nationaal 3.2.1. Inschrijving GESLACHT mannen vrouwen
WPS Nl 770 4722 245 1465 1015
24%
24%
76%
76%
WPS
Nl
V M
DIPLOMA
N1 N2+ ASO TSO BSO
WPS Nl 42 262 166 872 120 208 4 225 393 1 130 203 9
%WPS
4,15
16,40
20,06
20,55
38,83
N1
N2+
ASO
TSO
BSO
%Nl
4,44 22,19
14,78 20,41
38,16
N1
N2+
ASO
TSO
BSO
9
LEEFTIJD
18-19 20-21 22-23 24-29 30-39 40-49 50+
WPS
WPS 204 182 182 284 138 25 0
Nl 1056 1236 1096 1671 851 257 20
20% 17% 18% 20% 18% 18%
18-19 20-21 22-23
28% 27%
24-29 14% 14%
30-39 40-49
Gemiddelde leeftijd WPS = 24 jaar Nl = nationaal= 24,7jaar
Nl
50+
02% 04% 00% 00%
3.2.2. Selectie
GLOBAAL SLAAGPERCENTAGE PER SELECTIEONDERDEEL
Cognitief Sport Persoonlijkheid Medisch Commissie
WPS 51,1% 93,4% 64,3% 94,8% 56,5%
Nl 47,1% 90,9% 63,6% 94,7% 51,9%
16,42%
13,38%
16,4
WPS
Nl
13,3
10
WPS: SLAAGPERCENTAGE MAN/VROUW M 50,2% 98,3% 62,2% 94,0% 50,4%
Cognitief Sport Persoonlijkheid Medisch Commissie
V 54,8% 75,9% 72,4% 97,2% 72,8%
M
14,53
V
14,53%
21,33
21,33%
WPS: SLAAGPERCENTAGE
Cognitief Sport Persoonlijkheid Medisch Commissie
N1
N2+
ASO
TSO
BSO
88,9% 84,9% 90,0% 80,8%
88,6% 79,3% 90,5% 57,8%
62,7% 94,9% 58,1% 98,4% 62,1%
55,2% 96,1% 61,5% 95,2% 54,1%
31,3% 90,2% 50,0% 100% 36,8%
N1
55%
N2+
37%
ASO
21%
TSO
54,8% 36,8% 21,1% 16,8% 5,2%
BSO
17% 05%
WPS: SLAAGPERCENTAGE IN RELATIE TOT SELECTIEONDERDEEL EN LEEFTIJDSCATEGORIE 18-19 20-21 22-23 24-29 30-39 40-49 Cognitief Sport Persoonlijkheid Medisch Commissie
53,6% 96,8% 50,6% 97,1% 66,7%
53,1% 96,0% 57,5% 98,4% 55,1%
51,9% 92,4% 68,9% 98,2% 56,1%
45,0% 93,9% 74,9% 90,9% 59,7%
48,5% 88,7% 64,4% 94,9% 46,8%
50,0% 64,7% 38,5% 100% 33,3%
17,0% 15,9% 18,2% 17,1% 12,3% 4,1%
+50
18-…
16,98
-
20-…
15,85
22-…
18,20
24-…
17,14
-
30-…
12,31
40-… +50
4,14 0,00
11
3.2.3. Geslaagden in de selectie (N= 119)
Van de 119 geslaagden, is 1 gedomicilieerd in Oost-Vlaanderen Verdeling van de schoolkeuze onder de 170 geslaagden 2013 gedomicilieerd in West-Vlaanderen PLOT (Limburg)
1
ERIP (Brussel)
4
Federale. School GENT
6
OPAC (Oost-Vlaanderen)
41
WPS
118
Vaststellingen -
de West-Vlaamse kandidaten die zich inschrijven vertegenwoordigen 8,02% van het aantal landelijke kandidaten en maken 8,08% van het aantal landelijk geslaagden uit; dit percentage correspondeert met de verdeelsleutel die van toepassing is op de toebedeling van het aantal studenten per politieschool, wat voor de WPS 8% is
-
de kenmerken van de inschrijvers, namelijk verhouding mannen- vrouwen, diploma, en leeftijd van de West-Vlaamse kandidaten is vrijwel gelijk aan die van de landelijke kandidaten o het aantal vrouwelijke kandidaten omvat bijna 25% (24,1%) o de grootste groep, (38,8%) heeft een TSO diploma o de grootste groep qua leeftijd (28%) situeert zich in de categorie 24-29 jaar o de gemiddelde leeftijd is 24 jaar
12
-
wat betreft de selectieresultaten valt op dat in elk selectieonderdeel het slaagpercentage van de West-Vlamingen hoger is dan het landelijk resultaat ; dit is al jaren het geval
-
uiteindelijk komt 16,42% succesvol uit de volledige selectie, wat 3,04% beter is dan het landelijk eindresultaat (13,38%), en eveneens een jaarlijkse vaststelling is
-
opvallend is het verschil in resultaat van de West-Vlaamse mannen-vrouwen in de onderscheiden selectieonderdelen o vrouwen scoren op de cognitieve vaardigheden 4,6% beter o vrijwel alle mannen slagen in de sportproeven (98,3%), bij de vrouwen is ligt dit resultaat 22,4% lager (75,9%) het hoog slaagpercentage bij de mannen doet vragen stellen: wat is het selecterend effect ervan? o in het persoonlijkheidsonderzoek scoren de vrouwen 10,2% beter dan de mannen (62,2% tegenover 72,4%) o zowel bij de mannen als de vrouwen ligt het slaagpercentage in het medisch onderzoek hoog, maar het slaagpercentage bij de vrouwen is toch nog 3,2% hoger dan bij de mannen (94,0% - 97,2%) ook hier stelt zich bij het hoog slaagpercentage de vraag naar het selecterend effect van dit selectieonderdeel op het niveau van de geslaagden in de totale selectie maken de vrouwen 28,6% van de populatie uit, wat 4,5% méér is dan hun aandeel op het niveau van de inschrijving vóór de selectie
-
het eindpercentage wat het slagen in de volledige selectie aangaat is recht evenredig met het behaalde diploma en is gesitueerd tussen 54,8% voor houders van een diploma niveau 1 en 5,2% voor wie een BSO-opleiding volgde; het verschil wordt vooral gemaakt door de resultaten in respectievelijk de cognitieve vaardigheidsproef en het gesprek met de commissie
-
er is een opvallend laag slaagpercentage voor wie ≥ 40 jaar is; hiervoor zijn vooral de selectiedonderdelen ‘persoonlijkheid’ en ‘commissiegesprek’ verantwoordelijk
-
over de jaren heen is het slagen in alle selectieonderdelen een wisselend cijfer dat landelijk varieert van 7,5% in 2004 tot 19% in 2002 en voor onze provincie van 9,79% in 2004 tot 20,33% in 2009. Dit zijn sterke verschillen.
13
3.3. DE OPLEIDING VAN POLITIE-INSPECTEUR VOOR HET BASISKADER
De kandidaten mogen in principe kiezen in welke provincie ze hun opleiding volgen. Ze hebben vanaf de start van hun opleiding het statuut van aspirant-inspecteur van de federale politie. In 2013 werden 120 aspiranten aan onze school toebedeeld. De opleiding voor 40 van hen startte op 3 juni, voor 80 op 1 oktober 2013. 3.3.1. AANTAL OPGELEIDE EN OP TE LEIDEN STUDENTEN
Jaar
Nationaal
West-Vlaanderen
2002
994
50
2003
970
97
2004
940
75
2005
860
69
2006
1.195
96
2007
1.150
97
2008
1.350
108
2009
1.200
96
2010
1.000
80
2011
1.000
80
2012
1.400 + 100
120
2013
1.400
120
14
Opvallend is dat in 2008 1.350 nieuwelingen konden starten en daarna tot 2011 er een terugval was tot 1000. Dit heeft alles te maken met bezuinigingen. Omwille van concrete incidenten besliste de minister van binnenlandse zaken om in 2012 1400 kandidaten op te leiden met nog eens 100 extra voor Brussel. Zoals reeds aangestipt krijgt de West-Vlaamse Politieschool, op basis van een wettelijk vastgelegde verdeelsleutel, 8% van het op te leiden aantal nieuwkomers en voldoet die aan de reële personele behoeften wat betreft het basiskader in onze provincie.
15
3.3.2. OPLEIDINGSRESULTAAT WPS
Het vergelijken van het opleidingsresultaat van de studenten aan de West-Vlaamse Politieschool met dat van andere politiescholen is niet mogelijk omdat deze vergelijkende gegevens niet beschikbaar zijn. Aantal afgewezen studenten WPS: (periode 2010 - 2013)
*
Aantal afgewezen studenten
Klas
Startdatum
Einddatum
Aantal studenten
klas 25
01/10/2010
30/09/2011
41
2
klas 26
01/10/2010
30/09/2011
41
5
klas 27
03/10/2011
30/09/2012
44
3
klas 28
03/10/2011
30/09/2012
43
1
klas 29
04/06/2012
31/05/2013
40
0
klas 30
01/10/2012
30/09/2013
42
0
klas 31
01/10/2012
30/09/2013
41
1
Klas 32
03/06/2013
31/05/2014
40
*
Klas 33
01/10/2013
30/09/2014
40
*
Klas 34
01/10/2013
30/09/2014
39
*
Aangezien deze groepen nog in opleiding zijn kan het aantal afgewezen studenten nog niet ingevuld worden
Weet dat de beslissing van de examenjury ‘niet geslaagd’ geen eindbeslissing is, maar een advies tot afwijzing dat bezorgd wordt aan de directeur-generaal van de ondersteuning en beheer. Dit advies wordt niet altijd gevolgd. Vermeldenswaardig is soms de lange tijd die verstrijkt tussen het advies van de school en de definitieve beslissing.
16
Het niet slagen heeft als hoofdreden attitudeproblemen en/of intellectueel té zwakke prestaties. Ook bepalend is de groepssfeer in de klas. Dit verklaart soms de verschillen van groep tot groep.
3.3.3. EINDE OPLEIDING, START IN DE JOB
Momenteel nog kunnen tijdens de laatste maanden van hun opleiding de studenten (via de mobiliteit) solliciteren op vacante jobs bij de lokale of federale politie. Ofwel komen ze meteen terecht in een job bij de lokale of federale politie waarop ze solliciteerden of worden ze afgedeeld bij de algemene reserve van de federale politie in Brussel, van waaruit ze kunnen gedetacheerd worden in het kader van ondersteuning. Met de groep gestart in oktober 2013 komt daar verandering in. Er is een systeem uitgewerkt waarbij de studenten nog vóór de aanvang van hun opleiding of bij het begin ervan kunnen kiezen voor een korps dat op zoek is naar personeel. Ook is vanaf de groep gestart in oktober 2013 de ‘probatiestage’ van toepassing. Dit betekent dat nà de opleiding er in het korps of politiedienst nog een aanvullende stage van 6 maanden volgt voorafgaand aan de definitieve tewerkstelling in dit korps of dienst (verlengbaar met 3 maanden).
17
4. DE MIDDENKADEROPLEIDING: HOOFDINSPECTEUR (OFFICIER VAN GERECHTELIJKE POLITIE, HULPOFFICIER VAN DE PROCUREUR DES KONINGS)
Deze opleiding is sinds de politiehervorming voor het eerst gestart op 1 september 2006 in de West-Vlaamse Politieschool. Naast het slagen in de selectie is een toelatingsvoorwaarde dat men minstens 6 jaar dienstanciënniteit heeft. In 2013 zijn er op 1 oktober 19 aspirant-hoofdinspecteurs gestart in onze school.
Middenkaderopleiding
Aantal studenten
Aantal geslaagden
2006
29
29
2007
27
27
2008
23
23
2009
19
19
2010
0
nvt
2011
11
11
2012
27
27
2013
19
*
*Aangezien deze groep nog in opleiding is kan het aantal geslaagden nog niet worden ingevuld. Wat opvalt is: -
dat iedereen in deze opleiding slaagt het dalend aantal kandidaten voor deze opleiding (ook landelijk) in 2010 werd wegens te weinig kandidaten (slechts 9) de opleiding niet ingericht in 2012 is het aantal méér dan verdubbeld t.o.v. 2011 en situeert het zich op het niveau van 2007, maar in 2013 is er alweer een 1/3 terugval
Er is dringend nood aan méér hoofdinspecteurs. In het kader van het stimuleren van politieinspecteurs om zich kandidaat te stellen voor deze opleiding werd in 2013 in navolging van
18
2011 en 2012 door de school terug het initiatief genomen om een informatiesessie te organiseren voor potentiële kandidaten. Dit gebeurde in samenwerking met de korpschefs van de lokale politie, de selectiedienst van de federale politie, afgestudeerden en hoofinspecteurs in opleiding. Dit initiatief was succesvol. Er is duidelijk behoefte aan elementaire informatie zowel m.b.t. het functie- en competentieprofiel, de selectie, de organisatie en de inhoud van die opleiding en de statutaire repercussies. Het initiatief wordt de komende jaren herhaald.
19
5. DE VOORTGEZETTE OPLEIDING
5.1. INHOUD EN FINANCIERING VAN DE VOORTGEZETTE VORMINGEN
Het aanbod van voortgezette vormingen van de West-Vlaamse Politieschool komt als volgt tot stand: o de school organiseert op jaarbasis een behoeftepeiling via de bevraging van de vormingsverantwoordelijken o de school krijgt via de directie van de opleiding van de federale politie de opdracht om welbepaalde opleidingen te organiseren en rekening te houden met de prioriteiten van het nationaal veiligheidsplan (vb. AMOK opleiding, nieuwe verkeersreglementering, …) o er bereiken ons direct of indirect vragen van personen, diensten en instanties om welbepaalde vormingen te organiseren (vb. via het provinciaal veiligheidsoverleg) o de school brengt zelf onderwerpen aan waarbij geanticipeerd wordt op actuele en zich ontwikkelende nieuwe problemen en fenomenen (vb. cybercrime). Vanzelfsprekend kan naar aanleiding van concrete incidenten ingespeeld worden op dringende vormingsnoden. Op basis hiervan worden de vormingsbehoeften opgelijst. In overleg met een vertegenwoordiging van de korpschefs wordt een definitieve lijst gemaakt die als vormingsaanbod wordt gerealiseerd. Bij het realiseren van de vormingen wordt gezocht naar de beschikbare externe en interne expertise, samengewerkt met het hoger onderwijs en waar mogelijk actieve leervormen aangewend. De gehanteerde werkwijze maakt dat het vormingsaanbod aansluit bij de reële vormingsnoden van de politiediensten in onze provincie. De financiële bijdrage van de politiezones is louter voor de voortgezette vormingen, niet voor de basisopleidingen. Er is een financieringssysteem van toepassing wat betreft de bijdrage van de politiezones voor de voortgezette vormingen. Het is gebaseerd op een bijdrage afhankelijk van het aantal tewerkgestelde medewerkers in de politiezone. Per gevolgde opleiding gaat een bedrag af van het beschikbaar gesteld budget voor voortgezette vorming van die zone. Op deze wijze is er een rechtvaardige return in de relatie gestorte bijdrage – op te nemen vormingsuren. Is het budget van een zone opgebruikt dan kan verder aan vorming worden deelgenomen. Deze wordt gefactureerd aan de vigerende
20
tarieven. De voortgezette vormingen zijn ingedeeld in 3 categorieën: ‘basics’, ‘specials’ en ‘hot items’ met een daaraan gekoppeld specifiek tarief.
Het systeem wordt regelmatig geëvalueerd en wordt indien nodig bijgestuurd. Sinds 2007 zijn alle erkende niet functionele opleidingen ook gesubsidieerd door de federale politie. Het betreft de eerste acht uren van deze vormingen. Er is echter ook een beperking. Wanneer de beschikbare portefeuille overschreden wordt omwille van een teveel aan vormingsactiviteiten, bestaat de kans dat effectief georganiseerde opleidingen geen subsidie krijgen.
5.2. VOORTGEZETTE VORMINGEN VOOR EXTERNEN
Het doelpubliek bestaat uit ondermeer magistraten, bijzondere veldwachters, personeel van Natuur en Bos, … . Deze vormingen zijn ‘maatwerk’. Er wordt een kostenberekening gemaakt en de offerte wordt aan de opdrachtgever bezorgd.
21
OVERZICHT VOORTGEZETTE VORMINGEN:
2013
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
Onderwerpen
Functionele voortgezette vorming
10
11
11
11
9
16
133
9
9
9
Voortgezette vorming
101
96
86
80
71
70
70
58
53
42
4
3
2
3
3
17
nvt
nvt
nvt
nvt
4
7
8
7
6
8
9
6
6
4
119
117
107
101
89
111
212
73
68
55
Gecertificeerde voortgezette vorming Voortgezette vorming voor externen Totaal
2013
2012
2011
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
Cursisten
Functionele voortgezette vorming
146
235
208
223
169
485
496
407
571
438
Voortgezette vorming
6151
5246
7571
6734
5297
6264
7124
6393
4015
4482
157
50
47
60
69
531
nvt
nvt
nvt
nvt
58
180
137
216
254
289
379
158
273
292
6.512
5.711
7.963
7.233
5.789
7.569
7.999
6.958
4.859
5.212
Gecertificeerde voortgezette vorming Voortgezette vorming voor externen Totaal
2004
2005
2007
2006
2008
32960
25308 27139 20379
55419
37510
23121 25036 30087
Voortgezette vorming
59088
49596
66608 63428 51004
54872
60941
65140 50930 55984
3768
1200
1128
1440
1556
13904
nvt
nvt
nvt
nvt
964
4426
5680
6466
7152
5180
4316
1064
4836
1840
86.002
2009
22182
Totaal
2010
2012
Functionele voortgezette vorming
Gecertificeerde voortgezette vorming Voortgezette vorming voor externen
2011
2013
Totaal aantal uren vorming: deelnemersuren
88.182 98.724 98.473 80.091 129.375 102.767 89.325 80.802 87.911
22
VASTSTELLINGEN EN INTERPRETATIES:
Er moet voorzichtig met interpretaties omgesprongen worden. De verschillen over de jaren heen hebben te maken met: - het aantal uren en het aantal deelnemers verschilt sterk per onderwerp of vorming - naar aanleiding van incidenten of nieuwe regelgeving kan gevraagd worden op korte termijn grote groepen op te leiden(vb. verkeerswetgeving, Salduz, Amok, …). Dit komt het ene jaar wel en het andere jaar niet voor. Overzicht 2011 - 2013
jaar
onderwerpen deelnemers
%
deelnemersuren
%
2011
107
7.963
100
98.724
100
2012
117
5.711
88.182
2013
119
6.512
72 = -28 82 = -18
89 = -11 87 = - 13
86.002
Vaststellingen: -
-
er is sinds 2011 een verdere terugloop van 2013 t.o.v. 2012 én 2011 zowel op het vlak van het aantal deelnemers als van het aantal deelnemersuren (aantal cursisten x aantal cursusuren) deze daling gebeurt niettegenstaande het aantal onderwerpen zowel in 2012 als in 2013 met 2 onderwerpen (licht) toenam en het aantal deelnemers t.a.v. 2012 met 10% toenam dit betekent dat in 2013 méér personen participeerden aan kortlopende cursussen
Naast de reeds opgegeven reden voor de verschillen van jaar tot jaar is een factor die eveneens meespeelt ongetwijfeld dat én naar aanleiding van het dotatiesysteem én in het kader van de besparingen de korpschefs een strikter vormingsbeleid hanteren en ze selectiever zijn op het vlak van het in opleiding sturen van medewerkers. Dit drukt zich voor een aantal zones ook uit in het niet opnemen van het vormingsbudget en de vraag dit overschot over te dragen naar het volgend werkjaar. Vermoedelijk zal deze trend in de komende tijd zich hopelijk stabiliseren. Voor de school betekent dit dat dient gezocht naar uitbreiding van de doelgroep (vb. controle- en inspectiediensten), nieuwe initiatieven (vb. nieuwe oefenscenario’s uitwerken,
23
vormingsinitiatieven in samenwerking met andere partners, uitzoeken van de mogelijkheden op het vlak van afstandsleren, ‘serious gaming’, … Een belangrijke opmerking is dat men waakzaam moet zijn in het bezuinigen op de (verdere) professionalisering van personeel. In een snel veranderende samenleving neemt de complexiteit van de veiligheidsproblemen toe wat zich ook uitdrukt in een verhoogde productie van regelgeving. Ook is de scholingsgraad van de bevolking gestegen, is de burger kritischer geworden en wordt een hoge kwaliteit verwacht van de (openbare) dienstverlening. Voeg daarbij dat in het kader van bezuinigingen verwacht wordt dat méér werk wordt verzet met minder mensen en middelen. Al deze elementen zijn van bijzonder belang in het licht van een efficiënte, gemeenschapsgerichte politiezorg. Het antwoord op deze eisen en uitdagingen is het zorgen voor goed opgeleid personeel dat de initieel aangeleerde competenties op punt houdt en verder ontwikkelt. Bezuinigen op opleiding staat in relatie tot personeel dat de opdrachten niet aankan, fouten maakt, klachten genereert, gedemotiveerd geraakt en zich afwezig meldt, zorgt voor reputatieschade voor het korps en het beleid, … De maatschappelijke, materiële en immateriële schade die hierdoor ontstaat wordt zelden berekend en staat wellicht niet in verhouding tot de investering in opleiding. Bovendien worden schadeclaims omwille van begane fouten steeds meer toegeschreven aan de afwezigheid van noodzakelijke opleiding waarin de werkgever had moeten voorzien. Méér doen met minder, kan alleen maar als men beter is opgeleid en dus investeert in de verdere vorming van het personeel.
Het programma van de voortgezette vormingen wordt aan de korpsen en diensten van de politie bezorgd via een digitale nieuwsbrief en is online beschikbaar via een toegangscode.
24
6. BIJZONDERE INITIATIEVEN
De school heeft ook in 2013 verder initiatieven genomen met betrekking tot geïntegreerd leren en is vernieuwend actief geweest. Enkele voorbeelden ter illustratie. 6.1. 6- JARIG SAMENWERKINGSAKKOORD WPS – POLITIEDIENSTEN – DE LIJN
Op 08.01.2007 werd een samenwerkingsakkoord gesloten tussen De Lijn, de geïntegreerde politiediensten (m.i.v. het Communicatie- en Informatiecentrum - CIC) van de provincie West-Vlaanderen en de West-Vlaamse Politieschool m.b.t. de problematiek van de veiligheid in relatie tot het openbaar vervoer. Op het niveau van het basiskader werd zoals voorgaande jaren in de periode van het zomerverlof een aantal preventieve controles uitgevoerd op de kusttram. De studenten worden voorafgaand op school door de controledienst van De Lijn geïntroduceerd in de problematiek van veiligheid en openbaar vervoer. In 2013 sloten in het kader van de samenwerking met de Nederlandse Politieacademie voor het tweede jaar op rij hier Nederlandse politiestudenten bij aan. De controles gebeurden 12 maal in de periode van 24.07 t.e.m. 30.08.2013. Hieraan namen in totaal 38 studenten van de WPS deel en 9 maal Nederlandse studenten (in totaal 23). Achteraf kwamen er spontane zeer positieve reacties van Nederlandse studenten en opleidingsverantwoordelijken. Nederlandse politiestudenten zoeken soms verder contact in relatie tot studieopdrachten, vb. ‘vuurwerk’ en het vragen tot bijwonen van lessen. Andere bijkomende effecten: 3 eigen studenten HINP vragen om (op vrijwillige basis) stage te lopen in Nederland. Uit de evaluatie op het provinciaal veiligheidsoverleg kwamen volgende leerpunten m.b.t. de toekomst: - nood aan systematische evaluatie a.d.h.v. een evaluatieformulier voor alle studenten, in functie van: - organisatorische en inhoudelijke bijsturing - nagaan leereffect - de samenwerking n.a.v. de samenwerking met De Lijn levert ook suggesties op voor voortgezette vormingen - er wordt gezocht om in het kader van het samenwerkingsakkoord met de politieschool van Roubaix (Ecole de la Police nationale) hen in de toekomst bij deze acties te betrekken. Zie uitgebreid: http://www.politieschool.org/wpslijn/
25
6.2. OEFENEN OPENBARE ORDE IN LEOPOLDSBURG
In de basisopleiding commissaris worden door de Nationale School voor Officieren een aantal oefendagen bestuurlijke politie georganiseerd. De studenten van de basisopleiding tot inspecteur worden ingezet als sectielid en worden zo opgeleid in hun specifieke taken. De ‘algemene reserve’ levert versterking met politievoertuigen, bussen, sproeiwagen,…. Net als voorgaande jaren namen onze studenten hieraan ook deel in 2013.
6.3. KEUZEVAK POLITIEKUNDE AAN VIVES SOCIAAL-AGOGISCH WERK
Aan de hogeschool VIVES – studiegebied ‘Sociaal-Agogisch Werk’ startte in het academiejaar 2013-2014 een nieuw keuzevak (studierichting overstijgend) : ‘politiekunde’. In samenwerking met de opleidingsverantwoordelijken werd het programma (3 studiepunten) uitgewerkt. De inhoud van dit opleidingsonderdeel wordt gebracht door de studenten van de opleiding hoofinspecteur van de West-Vlaamse Politieschool. 6.3. VORMINGSTRAJECT KORPSCHEFS
De West-Vlaamse Politieschool is de enige die voor de korpschefs van de politiezones voorziet in een vormingstraject. Dit bestaat in informatie- en reflectiemomenten, bezoeken in binnen- en buitenland, …
26
In mei 2013 werd een studieweek georganiseerd naar Zweden, meer bepaald naar Stockholm en Uppsala. Er werden bezoeken gebracht aan politiediensten, initiatieven van samenwerking van politie met openbaar vervoer, projecten, … De groep werd eveneens ontvangen door de plaatsvervangende ambassadeur in haar residentie.
7. BEZOEKEN AAN DE SCHOOL
Zonder hiervoor propaganda te voeren wordt de mogelijkheid geboden onze school te bezoeken. Het betreft aanvragen van verenigingen, scholen maar ook buitenlandse politiediensten. Dit gebeurde op:
28 februari 2013: bezoek van 54 dames van de Zilveren Passer 7 Roeselare 11 oktober 2013: voormiddag: bezoek van 56 studenten van het 7de specialisatiejaar integrale veiligheid van KA Roeselare en in de namiddag 67 studenten van SIVI Torhout
27
8. DE SCHOOL OP INFORMATIEBEURZEN
Onze school ondersteunt ook wervingsinitiatieven die uitgaan van politiezones en/of de rekruteringsdienst van de federale politie.
op 2 februari 2013 : deelname aan de job- en opleidingsbeurs te Damme deelname aan landelijke infodag op de politiescholen dd. 23 maart 2013, waarbij +/- 300 belangstellenden langs kwamen op 5 en 23 juli en 8 en 21 augustus 2013 : deelname aan de WTV Zomertoer
9. DE WEST-VLAAMSE POLITIESCHOOL IN DE MEDIA
Het Laatste Nieuws : 25.06.2013 : “Aspirant-inspecteurs helpen bij drugcontrole” E-zine nieuws van de gouverneur: 26.06.2013 : Eedaflegging West-Vlaamse Politieschool Het Laatste Nieuws : 08.07.2013 : “1 op 3 bestuurders Beachland onder invloed – eenentwintig chauffeurs verliezen rijbewijs bij controle” Radio 2 : 25.07.2013 : Aankondiging gezamenlijke controleacties op de kusttram door De Lijn, politiediensten en politiestudenten Het Nieuwsblad / Brugge-Oostkust : 26.07.2013 : “39 zwartrijders betrapt op kusttram” Het Laatste Nieuws / Middenkust-Westkust : 26.07.2013 : “dubbel zoveel overtreders op kusttram” Het Laatste Nieuws / Oostkust : 26.07.2013 : “dubbel zoveel overtreders op kusttram”
28
Het Laatste Nieuws / Leiestreek : 26.07.2013 : “meer controles op bus en tram, meer zwartrijders betrapt” Het Laatste Nieuws / Westhoek : 26.07.2013 : “meer zwartrijders betrapt bij De Lijn” Het Laatste Nieuws / Mandelstreek : 26.07.2013 : “De Lijn betrapt meer zwartrijders” E-zine nieuws van de gouverneur: 26.09.2013 : informatievergadering “veiligheidsopleidingen in West-Vlaanderen” Het Nieuwsblad : 10.10.2013 : “politiebazen maken zich compleet belachelijk : felle kritiek vakbond op bezoek korpschefs aan Donald Muylle”. E-zine nieuws van de gouverneur: 22.10.2013 : bezoek hycap Radio 2 West-Vlaanderen middagpost: 18.11.2013 : toenemend geweld op politiepersoneel. Hoe wordt omgaan hiermee aangeleerd in de West-Vlaamse Politieschool?
10. DE WEST-VLAAMSE POLITIESCHOOL IN DE VAKLITERATUUR EN HAAR BETROKKENHEID BIJ PROJECTEN EN INITIATIEVEN
De directeur van de WPS is lid van de redactieraad van de publicaties (Cahiers) van het Centrum voor Politiestudies (CPS). In het kader hiervan wordt regelmatig gevraagd mee te werken aan ‘double peer reviews’, idem wat betreft het tijdschrift ‘Orde van de dag’, een tijdschrift met onderwerpen over samenleving en criminaliteit. De directeur is betrokken bij de selectie in het kader van het toekennen van de CPSprijs (prijs voor de beste master- of bachelorproef, voor het eerst uitgereikt in 2012 door het centrum voor politiestudies). Eveneens in het najaar 2012 werd door het project ‘Politie, een lerende organisatie’ een ‘leerplancommissie’ opgericht met als opdracht het uitwerken van een nieuw opleidingsplan voor het basiskader. De directeur werd gevraagd hieraan deel te nemen als vertegenwoordiger van de Nederlandstalige politiescholen. Dit liep door in 2013.
29
11. PERMANENTE LIDMAATSCHAPPEN EN VERTEGENWOORDIGINGEN
De WPS is lid van partnerorganisaties, adviesraden, …
de raad van bestuur van de School voor Bestuursrecht
de algemene vergadering van het Centrum voor Politiestudies
de raad van bestuur van het Instituut voor Medische Dringende Hulpverlening
het provinciaal veiligheidsoverleg (PVO)
vertegenwoordiger van de Nederlandstalige erkende politiescholen in het coördinatieplatform (opvolger stuurgroep ‘Politie, een lerende organisatie’)
vertegenwoordiger van de erkende politiescholen in de commissie ‘opleiding bewaking beveiliging’ van de directie van de private veiligheid van het ministerie van binnenlandse zaken
de begeleidingscommissie van de opleidingen integrale veiligheid (7° specialisatiejaar) in West-Vlaanderen
de adviesraad van de opleiding bachelor in de maatschappelijke veiligheid (Katho/Ipsoc)
30