Jaarverslag Schoolvereniging De Krommen Hoek, te Son en Breugel

Jaarverslag 2014 Schoolvereniging De Krommen Hoek, te Son en Breugel

Jaarrekening 2014 60166 / Schoolvereniging De Krommen Hoek, te Son en Breugel

INHOUDSOPGAVE Pagina: Bestuursverslag: Algemeen instellingsbeleid

4

Financieel beleid

16

Jaarrekening: Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

27

Balans per 31 december 2014, vergelijkende cijfers per 31 december 2013

32

Staat van baten en lasten 2014, vergelijkende cijfers 2013

34

Kasstroomoverzicht 2014, vergelijkende cijfers 2013

35

Toelichting op de te onderscheiden posten van de balans

36

Verantwoording subsidies

40

Toelichting op de te onderscheiden posten van de staat van baten en lasten

41

Verbonden partijen

44

Wet normering bezoldiging topfunctionarissen

45

Niet uit balans blijkende verplichtingen

46

Overige gegevens: (Voorstel) bestemming van het resultaat

48

Gebeurtenissen na balansdatum

49

Controleverklaring

50

Gegevens over de rechtspersoon

52

Bijlagen: OCW-bijlage

Versie: definitief 7 april 2015

54

2


BESTUURSVERSLAG


3


ALGEMEEN INSTELLINGSBELEID Inleiding In dit jaarverslag wordt aandacht besteed aan de financiële activiteiten van Schoolvereniging De Krommen Hoek in het jaar 2014. Jaarrekening De in dit verslag opgenomen jaarrekening 2014 van Schoolvereniging De Krommen Hoek is opgesteld door Dyade Ede. Deze jaarrekening is gecontroleerd door accountantskantoor DVE accountants & adviseurs.

1. Kernactiviteiten Onder het bevoegd gezag van Schoolvereniging De Krommen Hoek, met bevoegd gezag nummer 60166, valt de onderstaande school:

De Krommen Hoek

Brinnummer 06PD

Doelstelling van de organisatie (Missie en visie) 1.1 Missie en visie Bij De Krommen Hoek zijn de missie en visie leidraad voor het onderwijskundig beleid, personeelsbeleid, kwaliteitszorg, financieel en materieel beleid, intern en extern beleid. De missie van de school is: De Krommen Hoek is een school met persoonlijke aandacht voor ieder kind. Ieder kind is uniek. De visie van de school is vertaald in vijf pijlers 1. Met een open oog naar de wereld Uitgangspunt is de gelijkwaardigheid van alle geloofs- en levensovertuigingen. 2.

Het unieke van ieder kind voorop Het accent ligt op de uniciteit van een kind.

3.

Onderwijs dat kinderen past Het accent ligt op een ononderbroken ontwikkeling.

4.

Groepsdoorbrekend vanuit een vaste basis Het accent ligt op samenwerken en samenspelen in de eigen basisgroep.

5.

Een samenwerkende gemeenschap Het accent ligt op samenwerken en samenspelen (sociale vorming).

Deze pijlers zijn leidend voor de zaken waar de school aan werkt. 1.2 Doelen en resultaten De belangrijkste doelen die in 2014 gesteld en gerealiseerd zijn betreffen: - het in eigen beheer nemen van ICT-beheer; - het realiseren van de vernieuwing van de ICT-infrastructuur; - het realiseren van de gestelde doelen in het schoolplan ter verbetering van het onderwijs; - het realiseren van het nascholingsplan leraren; - het opstellen van een meerjarenbegroting; In dit verslag worden deze onderwerpen nog nader toegelicht.


4


1.3 Stakeholders en samenwerkingspartners Leerlingen en ouders zijn de belangrijkste partners voor De Krommen Hoek aan wie het onderwijs gegeven wordt. Het Rijk draagt het grootste deel van de kosten van het onderwijs dat we geven. Onze medewerkers dragen zorg voor het onderwijs en de kwaliteit ervan. De Krommen Hoek werkt samen met Korein Kinderplein. Deze organisatie draagt zorg voor de buitenschoolse opvang van leerlingen op onze school. Hiertoe beschikt de BSO over een inpandige ruimte in het schoolgebouw, de zogenaamde locatie-Doormanlaan. Er wordt voorschoolse- en naschoolse opvang geboden op maandag, dinsdag en donderdag, op schooldagen en tijdens vakanties. De Krommen Hoek maakt deel uit van een samenwerkingsverband Passend Onderwijs. Vanaf 1 augustus 2014 heet dit "PO3007 Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Eindhoven e.o.". Als onderdeel van dit nieuwe samenwerkingsverband kunnen scholen op maat ondersteuning bieden aan leerlingen die dit nodig hebben. De school heeft regelmatig overleg met Pedagogische Academie over stageplaatsen, stagiaires en nascholing van leerkrachten. Via het directieoverleg werken de scholen in de gemeente Son en Breugel met elkaar samen aan evenementen, het cultureel programma en een gezamenlijke vakantieregeling. Daarnaast zijn er contacten met schoolbegeleidingsdiensten, met de politie over verkeersexamens en HALT, LEV-groep, schoolarts/GGD en Arbodienst. Project Brede samenwerking: De Krommen Hoek is een van de kernpartners in het project Brede Samenwerking. Samen met de andere kernpartners wordt gewerkt aan een doorlopende opvang en brede ontwikkeling van kinderen van 0 tot 12 jaar. Door de uitwisseling van kennis, ideeën, diensten en faciliteiten en de organisatie van activiteiten, wordt de samenwerking versterkt tussen de verschillende organisaties die werken met kinderen en ouders. Tot de kernpartners behoren alle basisscholen, alle peuterspeelzalen, de Kinderopvang, de bibliotheek, de stichting Welzijn, Maatschappelijk werk Dommelregio, GGD, Zuidzorg en de gemeente. Met de gemeente wordt regelmatig overleg gevoerd over de huisvesting van de school.

2. Organisatie 2.1 Juridische structuur De rechtspersoonlijkheid van het bevoegd gezag is een vereniging. Schoolvereniging De Krommen Hoek is op 15 september 1975 opgericht en is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Eindhoven onder dossiernummer 40235450. Er hebben zich in 2014 geen wijzigingen voorgedaan in de juridische structuur.


5


Organisatiestructuur en personele bezetting Algemene Ledenvergadering Toezichthoudend deel van het bestuur Bestuur medezeggenschapsr aad Directie

Team In de organisatiestructuur van de Vereniging zijn de volgende organen opgenomen: * op bestuursniveau: - een toezichthoudend deel van het bestuur - een dagelijks deel van het bestuur - een kascommissie voor de controle op collectie en besteding van de ouderbijdragen - de directie bestaande uit 1 directeur * op schoolniveau: - een medezeggenschapsraad - het team leerkrachten/onderwijzend personeel - het team onderwijs ondersteunend personeel - het team overblijfouders op vrijwilligers basis - de evenementencommissie Het hoogste orgaan is de Algemene Ledenvergadering (ALV). Het Bestuur legt twee maal per jaar aan de ALV verantwoording af over het gevoerde beleid. Hierbij wordt het gevoerde beleid getoetst aan de in de statuten van de Vereniging vastgestelde uitgangspunten. De taken van het toezichthoudend deel van het bestuur betreffen toezien op het handelen van het bestuur, waaronder het goedkeuren van begroting en jaarrekening. De Medezeggenschapsraad (MZR) heeft instemmings- en adviesrecht ten aanzien van een aantal onderwerpen, waaronder de begroting en het formatieplan. De directie heeft de dagelijkse leiding van de school en is in beginsel door het bestuur gemandateerd voor alle operationele beslissingen. Dit is vastgelegd in een directiestatuut. Dit statuut is goedgekeurd door de medezeggenschapsraad. Benoeming van personeel, anders dan voor tijdelijke vervanging, alsmede investeringen behoeven altijd vooraf goedkeuring van het bestuur. Het bestuur beslist hierover per individueel geval. In 2014 zijn er geen wijzigingen geweest in de organisatiestructuur.


6


Samenstelling bestuur, toezichthouders en MZR 2014 Bestuur

Functie

Benoeming

Aftredend/herkiesbaar

Jeroen Smets

Voorzitter

Juni 2013

Monique Schoemaker

Secretaris

Juni 2014

Juni 2015 aftredend, niet herkiesbaar Geen herverkiezing mogelijk

Leon v.d. Akker

Februari 2015

Geen herverkiezing mogelijk

Lonneke Nymeier

Bestuurslid Wnd.vz. v.a. 06-15 Communicatie

November 2014


Debbie Hulsen

Penningmeester

Juni 2014


Francien Staal

TSO

November 2014

Mariëlle de Wit

Ouderbijdragen

Juni 2013

Juni 2015 aftredend, niet herkiesbaar Herverkiezing juni 2015

Toezichthouders

Functie

Benoeming


Tanja van Eck

Juli 2014

November 2014 afgetreden, geen herverkiezing mogelijk

Walter Veneman

Februari 2015

Jelte Bearda

Juli 2014


MZR

Functie

Benoeming


Cas Jansen (ouder)

Voorzitter

Juni 2013

Juni 2015

Nathalie de Folter (ouder) Ruurd Bouma (personeel) Atie Hoekstra (personeel)

Lid

Juni 2013

Juni 2015

Wnd.vz

Juni 2013

Juni 2015

Secr.

November 2013

November 2015

Management:

mevrouw M. de Bakker (directeur)

2.2 Code goed bestuur Het bestuur heeft de code Goede Bestuur onderschreven. In bestuursvergaderingen is de handelwijze van het bestuur regelmatig onderwerp van bespreking, om vast te stellen welke de "do's" en "don'ts van bestuursleden zijn. Dit betreft bijvoorbeeld onderwerpen, waar men als bestuurslid en als ouder direct bij betrokken is. 2.3 Medezeggenschap De vereniging beschikt over een Medezeggenschapsraad, met een personeels- en oudergeleding. Het bestuur en de MZR hebben in 2014 regelmatig overleg gevoerd. 2.4 Horizontale verantwoording De formele verantwoording vindt plaats via de algemene ledenvergadering en via de medezeggenschapsraad. Via de algemene ledenvergadering legt het bestuur verantwoording af aan de leden. Via de medezeggenschapsraad hebben leerkrachten en ouders invloed op het beleid van de school.


7


Als er voldoende belangstelling voor bestaat, is er een schoolforum, waarin een tweetal ouders per groep en de directeur zitting hebben. Doel van dit forum is om gezamenlijk vrij, en zonder directe consequenties, van gedachten te wisselen over het wel en wee van de school. Via de nieuwsbrief (digitaal of op papier) en de website worden de ouders geïnformeerd over activiteiten, wetenswaardigheden en belangrijke data. 2.5 Toelatingsbeleid en toegankelijkheid De Krommen Hoek is een bijzonder neutrale school. Er wordt uitgegaan van gelijkwaardigheid van alle levensbeschouwingen en maatschappelijke stromingen. De kinderen die de school bezoeken komen niet alleen uit de omliggende wijken. Ook kinderen die verder weg wonen, zijn welkom bij De Krommen Hoek. 2.6 School Onder het bevoegd gezag van Schoolvereniging De Krommen Hoek, met bevoegd gezag nummer 60166, valt de onderstaande school: Brinnummer De Krommen Hoek 06PD -Bezoekadres BS De Krommen Hoek Doormanlaan 1 5694 EA Son en Breugel Telefoon: 0499-471696 -Internet [email protected] www.bskrommenhoek.nl -Postadres BS De Krommen Hoek Postbus 42 5690 AA Son en Breugel 2.7 Tussen de middag kunnen de kinderen onder toezicht overblijven onder leiding van leerkrachten en vrijwilligers en/of ouders van kinderen die overblijven. Ouders betalen € 1.70 per keer voor het overblijven van hun kind. 2.8 De stichting Korein-Kinderplein organiseert de buitenschoolse opvang op De Krommen Hoek vanaf 25-08-2014.

Bekostigingsgrondslag Het aantal leerlingen op 1 oktober vormt de grondslag voor de bekostiging. Eventueel kan door middel van een groeitelling aanvullende bekostiging worden toegekend als het aantal leerlingen van een school volgens daartoe vastgestelde normen (voor het totale bestuur) is toegenomen. Er hebben gedurende het kalenderjaar 2014 geen groeitellingen plaatsgevonden. In onderstaand overzicht wordt het aantal leerlingen vergeleken met de jaren 2013, 2012 en 2011.

De Krommen Hoek


1-10-2014

groeitelling

198

n.v.t.

1-10-2013

195

1-10-2012

190

1-10-2011

190

8


2.10 Ouderbijdrage De Krommen Hoek kent een vrijwillige ouderbijdrage. Hiermee bekostigen we verschillende schoolactiviteiten, zoals schoolreis, een vierdaags schoolkamp, sint- en kerstvieringen, evenementendagen en excursies. De hoogte van de ouderbijdrage is inkomensafhankelijk. In 2013 is de ouderbijdrage herzien. Er is een meerjarenbegroting voorgelegd voor de schooljaren 13-14 t/m 16-17 aan de ALV. Daarnaast is men overeengekomen dat men teruggaat van 4 inkomenstaffels in de bijdrage, naar 2. Ook wordt per kind van het gezin dezelfde bijdrage gevraagd. 2.11 Klachtenprocedure De klachtenprocedure staat in de schoolgids vermeld: -Indien het gaat om het handelen van de school: In eerste instantie wordt contact opgenomen met de groepsleerkracht. Is het probleem niet opgelost, dan volgen het gesprek met de directeur en bestuur. Een tweede mogelijkheid is contact opnemen met een externe vertrouwenspersoon. In derde instantie kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie van de school. De school is lid van de landelijke klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs. -Indien het gaat om pesten, seksuele intimidatie of geweld, dan kan men terecht bij de interne contactpersoon die doorverwijst. In 2014 zijn geen klachten ingediend.

3. Onderwijs 3.1 Het schoolplan geldt voor de periode 2011-2015. In dit plan staat beschreven hoe de school is georganiseerd, welk beleid zij hanteert en welke ontwikkelingen zij wil doormaken van augustus 2011 t/m juli 2015. Jaarlijks worden onderdelen van dit plan gerealiseerd. In 2014 betreft dit: -Implementatie van de 'Estafette' methode voor voortgezet technisch lezen groep 4-8 De gewenste opbrengst in 2014 is: Een waarneembaar betere opbrengst van het technisch voortgezet lezen m.n. in de groepen 4-5-6. Leesniveau moet voldoen aan eisen die gesteld worden aan populatie van schoolniveau 1. Om dat vast te stellen gebruiken we de CITO-toetsen 'Leestempo' en ' DMT'. Resultaat over 2014: 2014 is het 1e jaar na de implementatie. Leerkrachten en kinderen hebben leren omgaan en werken met de methode. Resultaten zijn licht zichtbaar en zullen verbeteren naarmate de methode langjarig gebruik wordt. -Aanschaf van 'Grip op lezen', CITO-oefenboek en Blits voor studievaardigheden Resultaat over 2014: Methodes zijn uitvoerig getest, aangeschaft en in gebruik genomen. Gewenst in 2015: Een waarneembaar betere opbrengst van het begrijpend lezen m.n. in de groepen 4-8. Leesniveau moet voldoen aan eisen die gesteld worden aan populatie van schoolniveau 1. Om dat vast te stellen gebruiken we de CITO-LOVS toetsen voor Begrijpend lezen. - Vierjaren schoolplan voor de jaren 2011-2015 - 3e jaar Dit schoolplan is opgeleverd in juni 2011 en is geaccordeerd door bestuur en MZR. Jaarlijks wordt geëvalueerd welke stappen uit het schoolplan zijn gerealiseerd. Resultaat van de evaluatie over 2014 is : Pestprotocol is aangescherpt en de methode SEO Goed Gedaan! Van Malmberg is in gebruik genomen.


9


Verouderde methode voor begrijpend lezen is vervangen door 3 elkaar aanvullende methoden. Alle drie brengen zij afzonderlijke kennis en vaardigheden bij, die kinderen nodig hebben om succesvol te zijn op een eindtoets. Wij leiden niet op voor de toets, brengen wel kennis aan die verwacht wordt. Domein Rekenen & Wiskunde wordt eerder herzien dan verwacht in het schoolplan. Reden is de analyse van de resultaten van CITO-M toetsen uit het schooljaar 12-13 en in inmiddels ook 13-14. De opbrengsten blijven beneden verwachting. Oorzaken zijn een verouderde methode die onvoldoende kennis en vaardigheden meegeeft die wel getoetst wordt. De gewenste opbrengst in 2015 dient te zijn: De aandachtspunten in het schoolplan moeten verbeteringen laten zien. Nieuwe stappen zijn gezet. Bestaande en nieuwe plannen zijn omgezet in handelen en zijn zichtbaar op de werkvloer. -Pilot personeelsbeleidsplan - onderdeel beoordelen Getracht is om het project Doe-Dagen teambreed te evalueren in een teambijeenkomst. Door uitvoerenden van een deel-opdracht aan elkaar verantwoording af te laten leggen over de uitvoer van een deeltaak wordt de verantwoordelijkheid teambreed gedragen. Door staande de evaluatie elkaar positief te beoordelen, maar zo nodig te bevragen op verbeteringen kunnen, bij een volgend project, missers voorkomen worden. Gewenste opbrengst: - Team staat positief ten opzichte van deze manier van evalueren. - Team is bereid alle evaluaties op deze manier met elkaar te bespreken. Gerealiseerde opbrengst: - Team geeft voorkeur aan het klassieke model van beoordelen. Dit is door directeur, IB en een derde collega. Men bezoekt de groep gedurende een les/activiteit en beoordeelt de leerkracht. -De functiemix in samenhang met het personeelsbeleidsplan invoeren: Doel is het bemensen van het functiehuis met opgeleide leerkrachten. Opgeleide specialisten kunnen na sollicitatie in aanmerking komen voor een LB- functie. Het rijk stelt middelen daarvoor beschikbaar. Daaraan is verbonden dat de school moet zorgen dat in 2014 voldoende specialisten in deze functies benoemd zijn: Resultaat t/m 2014: Bij aanvang 12-13 is de derde LB benoemd. In 2014 is geen LB benoemd. -Vervolg: van een oud naar een nieuw rapport (portfolio) (jaar 4) In 2009-2010 werd de start gemaakt. Het oude rapport wordt in een 3-jarencyclus vervangen. Gewenste opbrengst in 2014: Alle domeinen waarin wij onderwijs verzorgen, zijn opgenomen in het portfolio. Kinderen kunnen hun resultaten verantwoorden en toelichten aan hun ouders. Leerkrachten ondersteunen en begeleiden leerlingen in dit oudergesprek, ook wel presentatiegesprek genoemd. Het digitale ouderportaal - via Parnassys bereikbaar - wordt beschikbaar gesteld en ingericht, zodat de toetsuitslagen na inloggen door ouders in te zien zijn. Resultaat over 2014: Alle domeinen zijn aangepast en als zodanig in het portfolio opgenomen m.u.v. de z.g. zaakvakken. De zaakvakken zijn aangepast in 13-14. Het digitale PF zoals beoogd bij aanvang van het schoolplan zal niet gerealiseerd worden. Er zijn geen aanbieders van digitale PF’s die onze schoolvisie naar een digitaal PF kunnen omzetten en via het ouderportal aan ouders kunnen aanbieden. In eigen beheer ontwikkelen is niet mogelijk en onrendabel. Voorlopig wordt blijvend gewerkt met de papieren versie. De delen van het z.g. Ouderportal (Parnassys) die wel bruikbaar zijn, werden in 2014 verder ingevoerd. -Contacten met andere instanties t.a.v. hoogpresteerders zijn gelegd, mogelijk operationeel en concreet gemaakt. Uit onderzoek is gebleken dat samenwerken met andere instellingen om hoogpresteerders te ondersteunen niet tot de mogelijkheden behoort. Daarom ontvangen zij deze ondersteuning in de eigen groep via verbreding- en verdiepingsopdrachten De gewenste opbrengst in 2014 is: Het verfijnen van de filter t.b.v. 4-jarigen, middels aanschaf van de peutertoets voor taal en rekenen. Alle instromers vanaf 4 jaar worden met deze toetsen onderzocht om het instroomniveau vast te stellen. Daarvoor wordt een 3-deling ontwikkeld. D.m.v. interview wordt vastgesteld op welk niveau de instromer kan worden aangesproken.


10


Resultaat over 2014: Door vroege signalering en erkenning is het mogelijk om extra aandacht aan deze groep te geven. - Hoogpresteerders worden gezien als kinderen met een ondersteuningsvraag Er is gedurende 2 dagdelen per week ruimte om hoogpresteerders individueel of in een groep te begeleiden. Concreet: Hoogpresteerders krijgen van een aparte leerkracht ondersteuning in de vorm van taken en opdrachten die verbreden en/of verdiepen. Uitwerking onder andere in de eigen groep bij de eigen leerkracht. Gewenste opbrengst in 2014: Het kennismakingsgesprek geeft een eerste indicatie. Daarvoor wordt een protocol afgewerkt als daar aanleiding voor is. De peutertoets voor taal en rekenen wordt bij alle kinderen afgenomen om het instroomniveau vast te stellen. Vervolgens kan het DHH-protocol worden toegepast bij kinderen die extreem hoog presteren. Ten laatste kan een interview/leergesprek worden afgenomen. Gerealiseerde opbrengst: - Leerkracht die deze taak heeft, werd gefaciliteerd in tijd en middelen voor 2 dagdelen. - Kinderen worden uitgedaagd middels projecten, taken en opdrachten die niet in het reguliere curriculum staan. - Kinderen die aangemerkt worden als hoogpresteerders werden hiervoor uitgenodigd. - Zodra er meer kinderen zijn dan faciliteiten, worden deze kinderen in cyclus gezet. -Actualiseren ARBO-beleid De school beschikt over negen gecertificeerde BHV-ers. Jaarlijks volgt een update in de vorm van een herhalingscursus van een dag. Gewenste opbrengst 2014: herhalingscursus van een dag Resultaat 2014: I n april 2014 hebben 9 BHV-ers aan de herhalingscursus van 1 dag deelgenomen. Opbrengst 2015: Opnieuw staat een herhalingscursus van 1 dag ingeroosterd voor april 2015. -Beleid t.a.v. Passend Onderwijs voor De Krommen Hoek beschrijven: Zie het ondersteuningsplan ‘Zorg’ 2014-2018 (Zie bijlage3. Zorgplan) Resultaat over 2014: Invoer van Passend Onderwijs is een feit. Samenwerkingsverband Passend Onderwijs gestart per 1-8-2014. 3.2 Realisatie van beleidsdoelen uit het jaarplan 2013-2014: In het jaarplan over 2013-2014 was een aantal doelen opgenomen, hiervan zijn de onderstaande resultaten geboekt. -Parnassys Doel: We willen beschikken over één administratief systeem waardoor alle systemen die nu in gebruik zijn, kunnen vervallen of worden geïntegreerd. Het systeem is bewezen gebruiksvriendelijk en toegankelijk te zijn, ook voor niet-vaardige ICT-gebruikers. Het invoeringstraject omvat 2 jaar. Resultaten t/m 2014: Invoer leerlingenadministratie en absentenadministratie. Invoer begeleidingsmodule t.b.v. leerkrachten en IB werd in 2012 gerealiseerd. Invoer Ouderportal en introductie van kleuterobservatiesysteem Schatkist; koppeling aan ons Portfoliosysteem. Koppeling uitvoeren van CITO-LOVS naar Parnassys werd in 2013 gerealiseerd. Het systeem "Schatkist" is al in huis en biedt gelijkwaardig informatie. -ICT 2014 Doelstelling 2015: Er is een specifiek ICT-beleid beschreven met een stappenplan wat leidt naar een volwaardig gebruik van ICT voor ALLE kinderen. Gerealiseerd: Hoogwaardig ICT-systeem met werken in de cloud. Draadloos internet via glasvezel. Aandachtspunt: Beleid schrijven op de toekomst is moeilijk. Er zijn legio mogelijkheden. Een en ander is afhankelijk van ontwikkelingen op de onderwijs-/uitgeversmarkt. Er zijn veel initiatieven, die snel achterhaald worden. Het is lastig inschatten wat het meest waardevol is en welk initiatief de meeste kans van slagen heeft.


11


-Aanpassing aula t.b.v. groepsdoorbrekend onderwijs. Doel: De aula wordt heringericht tot een ruimte waarin kinderen en volwassenen meerdere activiteiten naast elkaar kunnen uitvoeren. Inmiddels gerealiseerd. Er is een grote ruimte met leespodium gemaakt waar met PC's, tablets, laptops gewerkt kan worden en waar kinderen kunnen lezen. Kinderen kunnen in groepen overleggen; leesactiviteiten vinden plaats op het leespodium. Tevens is de ruimte geschikt voor TSO, voor vergaderingen van grotere groepen en voor toneelactiviteiten. -Kunstzinnige oriëntatie De school beschikt over een beleidsplan voor Kunstzinnige Oriëntatie. Doel 2014: Invoer van zogenaamde Doe-dagen. Er worden 3 Doedag-momenten ingeroosterd, waarbij kinderen via een cyclus kennis maken met verschillende activiteiten rondom de thema’s voedsel, stof en hout. In de tweede en derde dag wordt de cyclus afgemaakt. Gerealiseerd: Er zijn drie Doe-dagen georganiseerd in jan-mrt-mei 2014. Leerpunt 2015 : Organisatie van dergelijke dagen vraagt veel van middelen, faciliteiten en tijd. Dit moet worden weggezet als onderdeel van een 3-jaren cyclus. In 2015 wordt met medewerking van externen een theaterdag georganiseerd, gefaciliteerd vanuit de ouderbijdrage. -School aan Zet (2012-2015) Bestuur, directie en team hebben ingeschreven voor School-aan-Zet een initiatief van het ministerie van OC&W en de PO-raad. Beoogd wordt, door een samenwerking te realiseren met specialisten en de mensen in het veld, om daarmee een kwaliteitsslag te maken bij deelnemende scholen. Door te leren van elkaar en met elkaar wordt kennis uitgewisseld. Eigen kennis wordt verzameld en bijeengebracht in zogenaamde ‘bouwstenen’. Door bouwstenen van elkaar in te zetten en uit te wisselen worden goede acties behouden. Deze zogenaamde. bouwstenen worden bijeengebracht op de site van SaZ en publiek gemaakt voor anderen. Stap 1: Ambitiegesprek met bestuur en directie in juni 2012 (gerealiseerd). Stap 2: 1e Vervolggesprek met specialisten van School-aan-Zet en collega’s in februari 2013 (gerealiseerd ). Stap 3: 2e Vervolggesprek met specialisten en collega’s in februari 2014 (gerealiseerd). Stap 4: Slotgesprek met bestuur en directie in 2015 over bereikte opbrengsten (inmiddels gerealiseerd) . 3.3 Passend Onderwijs De Krommen Hoek werkt voor goed onderwijs voor alle leerlingen onder meer samen met een speciale school voor basisonderwijs in Eindhoven. Het samenwerkingsproject heet ‘Weer Samen Naar School’. Het doel van de samenwerking is zoveel mogelijk kinderen met leer- en/of gedragsproblemen op de eigen school te begeleiden en er zo voor te zorgen dat deze kinderen niet verwezen hoeven te worden naar een andere school. Dit vraagt om meer rekening te houden met verschillen tussen leerlingen. De school heeft afgesproken om een goede voorziening voor speciaal basisonderwijs in stand te houden voor die kinderen die dat nodig hebben. De permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL), een commissie van het samenwerkingsverband, bepaalt welke leerlingen de speciale zorg van de SbO-scholen nodig hebben. 3.4 Onderwijsprestaties. In onderstaande tabel zijn de citoscores van de leerlingen van de school afgezet tegen het landelijk gemiddelde. De scores van de school liggen boven het landelijk gemiddelde.

2014 2013 2012 2011


landelijk gemiddelde

school gemiddelde

535,4 534,7 535,9 535,1

535,5 535,5 535,1 537,4

12


In het schooljaar 2013/2014 zijn 22 leerlingen doorgestroomd naar het vervolgonderwijs. In onderstaande tabel zijn de uitstroomgegevens van de afgelopen jaren opgenomen:

VWO HAVO/VWO HAVO/VWO 2-talig HAVO HAVO/VMBO-T HAVO/VMBO 2-talig VMBO-T VMBO-K/T3 VMBO-K VMBO-B School in België Totaal

13/14 2 1

12/13 1 4

7 4

1 6

5

4

2 1

2

11/12 4 4 1 1 5 1 3 3 2

18

1 25

22

10/11 1 3 3

8 8 23

4. Personeel 4.1 Competentie-ontwikkeling van de leerkrachten geschiedt aan de hand van een POP (Persoonlijk Ontwikkelingsplan). Ook de eisen van de wet BIO worden hierin meegenomen. Met het POP in de hand kan een leerkracht werken aan de eigen ontwikkeling. Alle gegevens worden bijgehouden in het bekwaamheidsdossier. Per 31 december 2014 waren 16 (2013: 15) personen in dienst van het bestuur, samen hadden zij een aanstelling van 12,5139 (2013: 11,5611) fte. In onderstaande tabel is de opbouw van het personeelsbestand per 31 december 2014 en per 31 december 2013 weergegeven. Functie

m/v

directeur leraar leraar onderwijsassistent adm. medewerkster Totaal

vrouw man vrouw vrouw vrouw

Personen 1 2 10 2 1 16

31-dec-14 WTF 1,0000 2,0000 8,3938 1,0116 0,1085 12,5139

BAPO Personen 1 2 0,0518 9 2 1 0,0518 15

31-dec-13 WTF 1,0000 2,0000 7,4410 1,0116 0,1085 11,5611

BAPO

0,1157

0,1157

In 2014 is de totale formatie toegenomen met 0,9528 fte. Dit is veroorzaakt door een toename van de totale werktijdfactor leraar.


13


4.2 Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is in 2014 sterk gestegen. In onderstaande tabel is het ziekteverzuim per maand en het voortschrijdend ziekteverzuim opgenomen. Het voortschrijdend ziekteverzuim betreft het gemiddelde van de twaalf voorgaande maanden.

januari februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december

maand 7,90% 7,93% 8,22% 8,16% 4,94% 1,02% 0,00% 0,00% 3,14% 15,31% 18,86% 14,29%

voortschrijdend gem. 3,07% 3,53% 3,99% 4,32% 4,42% 4,42% 4,41% 4,41% 4,55% 5,82% 7,11% 7,67%

4.3 Functiemix In 2014 waren er drie leraren in een LB functie werkzaam, allen met een volledige aanstelling. Het aandeel LB- functies in 2014 is daarmee uitgekomen op 30%. Dit is nog onder het streefcijfer van 40% dat bij de invoering van de functiemix als doel is gesteld. 4.4 Professionalisering In 2014 hebben leerkrachten zich bekwaamd in: Een leerkracht is met 1 jaar vertraagd in afstuderen Master SEN – 2 jarige deeltijdopleiding Een leerkracht is tweedejaars Master SEN - 2 jarige deeltijdopleiding. Een leerkracht heeft de LO-opleiding 3e graad afgerond. Een leerkracht heeft de nascholing ASS (autisme) gevolgd. Teambreed een dagdeel ASS (autisme) gevolgd op locatie. 4.5 Beleid inzake beheersing aanvragen uitkeringen na ontslag Het beleid van het bestuur is erop gericht dat voorkomen wordt dat personeelsleden worden ontslagen. Indien daarvan wel sprake is, zal het bestuur het betreffende personeelslid op een adequate en financieel verantwoorde manier ondersteunen in het vinden van een andere betrekking. Hierbij kan worden gedacht aan het aanbieden van een loopbaanbegeleidingstraject waarbij een nieuwe werkkring buiten het onderwijs wordt gevonden.

5. Huisvesting In 2014 is er naast schilderwerk en vervangen van vloerbedekking ook een geheel vernieuwde aula gecreëerd. Vanaf 1 januari 2015 is de vereniging ook verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van het gebouw. De vergoeding voor materiële instandhouding wordt dan verhoogd.

6. Financiën 6.1 Belangrijkste kenmerken van het financiële beleid Het financieel beleid is gebaseerd op drie pijlers: - de personele kosten; - vergoeding voor materiële instandhouding; - de ouderbijdrage; Voor de personele kosten en materiële kosten is het leerlingenaantal per 1 oktober bepalend wat de school aan geld binnen krijgt. De personeelskosten zijn zichtbaar gemaakt door de leerlingengegevens en prognoses voor de komende jaren te berekenen.


14


Ten aanzien van de ouderbijdrage stelt het bestuur een begroting op en legt die voor aan de MR en de ouders tijdens de Algemene Ledenavond. De ouderbijdrage is opgenomen in het financieel beleidsplan. De school gebruikt kwartaaloverzichten om er voor te zorgen dat de directie exact weet wat de inkomsten/uitgaven ten aanzien van de verschillende onderdelen van het budget zijn. Het bestuur heeft ten aanzien van de materiële instandhouding het volgende beleid: - De algemene begroting wordt in samenwerking met de directie samengesteld. - De algemene begroting wordt jaarlijks tijdens de ledenvergadering vastgesteld. - Het bestuur legt verantwoording af ten aanzien van de begroting tijdens de algemene ledenvergadering. - Onderhoud en vervanging van de inventaris gebeurt volgens een vastgesteld plan. - Het bestuur heeft in overleg met de directie een meerjarenbegroting vastgesteld voor de vervanging van de inventaris inhoudende meerjarenbegrotingen: OLP, meubilair, onderhoud, schoolbudget. - Het bestuur heeft in 2014 een meerjarenbegroting opgesteld. Deze voldoet grotendeels aan de vereisten van de continuiteitsparagraaf in de jaarrekening. - De vergoedingen voor het technisch onderhoud van het gebouw is volgens een meerjarenplan vastgesteld en uitbesteed aan een onderwijskundig bureau. - Voor schoolbudget is een meerjarenplan opgesteld. Dit budget is in een aantal onderdelen verdeeld en komt geheel ten goede aan het personeelsbeleid. Enkele onderdelen zijn projectaanstellingen, draaien van projecten, Integraal Personeels Beleid, ouderschapsverlof, oplossen knelpunten, nascholing, management taken, vrijstelling van leerkrachten. - Per kwartaal ontvangt de school een overzicht van haar administratiebureau betreffende de inkomsten/uitgaven. Jaarlijks ontvangt het bestuur een financieel verslag. De vereniging heeft nog geen beleid over de gewenste omvang van het eigen vermogen en de wijze waarop eventueel vrij vermogen kan worden ingezet. 6.2 Stellige bestuurlijke voornemens Het bestuur heeft voor 2015 geen stellige voornemens met grote financiële impact anders dan de voornemens zoals zijn opgenomen bij de diverse onderdelen. Het grootste voornemen is om per 1-1-2016 aan te sluiten bij Platoo. Er zijn geen bestuursbesluiten genomen, die een belangrijke wijziging van het beleid betekenen of die een grote financiële impact hebben. 6.3 Intern risicobeheersings- en controlesysteem Het intern risicobeheersings- en controlesysteem bestaat uit de financiële planning- en control instrumenten, zoals weergegeven bij het financiële beleid. INTERN TOEZICHT Het bestuur heeft in 2010 vastgesteld dat de code goed bestuur van de PO Raad gehanteerd wordt. Er zijn geen afwijkingen van die code. In 2011 heeft het bestuur zich verder georiënteerd op de mogelijke varianten om de scheiding tussen de functies van bestuur en intern toezicht vorm te geven. Op 16 februari 2012 zijn in een extra ALV de (concept)statuten aangeboden aan en besproken met de leden. Er waren toen niet genoeg leden aanwezig om voldoende geldige stemmen uit te brengen. De niet-aanwezige leden zijn schriftelijk benaderd met het verzoek om alsnog een schriftelijke stem uit te brengen. Dat heeft tot gevolg gehad dat de akte gepasseerd kon worden bij de notaris op 14 juni 2012. In de ALV van november 2012 zijn 2 toezichthouders gekozen door de aanwezige leden. In de ALV van 2014 zijn de in 2012 gekozen toezichthouders afgetreden. Hiervoor in de plaats zijn in juli 2014 en in februari 2015 nieuwe toezichthouders benoemd.


15


FINANCIEEL BELEID Financiële positie op balansdatum De financiële positie van de vereniging is in 2014 verbeterd. Het resultaat over 2014 is € 33.000 positief in plaats van het begrote resultaat van € 1.000. Een verbetering van € 32.000. De inkomsten zijn hoger dan begroot, met name door hogere opbrengsten voor leerlinggebonden financiering, c.q. zorgmiddelen en een afrekening schoolbegeleiding van Hogeschool Fontys over de jaren 2007-2014. De uitgaven zijn iets lager dan begroot. De personele lasten waren lager dan begroot, met name door ontvangen ZW-uitkeringen over 2013. Overschrijdingen deden zich met name voor bij de leermiddelen en bestuurs- en managementondersteuning. Kengetallen De solvabiliteit, liquiditeit, rentabiliteit en kapitalisatiefactor zijn gestegen. De kapitalisatiefactor ligt nu weer tussen de signaleringsgrens van grote en kleine instellingen, maar is nog aan de lage kant. Naast de hiervoor genoemde kengetallen die verderop opgenomen zijn, zijn ook de volgende kengetallen opgenomen. De lasten in percentage van de totale opbrengsten:

Personele lasten

2013

2014

2014

2015

2016

2017

realisatie

realisatie

begroting

begroting

begroting

begroting

78

76

79

74

75

75

Afschrijvingen

4

4

4

4

3

3

Huisvestingslasten

6

6

6

7

7

7

Overige instellingslasten

Resultaat

13

11

10

12

12

12

101

96

100

97

97

97

-2

4

0

3

3

3

De personele lasten zijn, in vergelijking tot de instellingen in het primair onderwijs, vrij laag. De huisvestingslasten stijgen aangezien schoolbesturen vanaf 1 januari 2015 zelf verantwoordelijk zijn voor het buitenonderhoud van de gebouwen. De vergoedingsbedragen zijn aangepast en de dotatie aan de onderhoudsvoorziening is verhoogd vanaf 2015. Onderstaand treft u de balans aan per 31 december 2014. De balans is een momentopname van de vermogensstructuur van een organisatie. Hierin vindt u een overzicht van de financiële situatie op 31 december 2014 in vergelijking tot de situatie van een jaar daarvoor. Na de balans volgt een korte toelichting op de belangrijkste wijzigingen in de balans. Activa Materiële vaste activa Vorderingen

31-12-2014

31-12-2013 Passiva

31-12-2013

236.847

261.450 Eigen vermogen

301.920

268.938

62.859

41.382 Voorzieningen

77.183

95.906

81.338

82.953

460.441

447.797

Liquide middelen

160.735

144.965 Kortlopende schulden

Totaal activa

460.441

447.797 Totaal passiva


31-12-2014

16


Toelichting op de balans: Activa: Materiële vaste activa In 2014 is voor € 12.000 (2013: € 10.000) geïnvesteerd in materiële vaste activa. De investeringen hebben plaatsgevonden in leermiddelen en onderwijskundige apparatuur. De afschrijvingslasten bedragen € 37.000 (2013: € 37.000). Aangezien de afschrijvingslasten hoger zijn dan de investeringen, is de omvang van de materiële vaste activa gedaald met € 25.000 (2013: € 27.000). De boekwaarde is 38% (2013: 42%) van de aanschafwaarde. Vorderingen De omvang van de vorderingen is met € 21.000 toegenomen (2013: € 8.000 afgenomen). De belangrijkste vordering is de vordering op het ministerie wegens het betalingsritme van de rijksbijdrage personeel. Deze vordering loopt in de periode januari-juli terug naar € 0. Vanaf augustus loopt de vordering op tot het nieuwe balanssaldo. Op 31 december is de vordering op personeel € 50.000 (2013: € 35.000, incl. € 6.000 vooruit ontvangen aanvullende bekostiging voor behoud jonge leerkrachten). Daarnaast zijn er nog diverse vorderingen en vooruitbetaalde posten ten bedrage van € 13.000 (2013: € 7.000). Aan de vorderingen zijn geen risico’s verbonden. Liquide middelen De omvang van de liquide middelen is met € 16.000 toegenomen (2013: € 23.000). Dit is lager dan het exploitatieresultaat van € 33.000 en komt o.a. door de toename van de vorderingen en de afname van de voorzieningen. Deze zijn hoger dan het verschil tussen de investeringen en de afschrijvingen. Een nadere toelichting op de mutatie van de liquide middelen wordt gegeven in het kasstroomoverzicht. Passiva: Eigen vermogen Het positieve exploitatieresultaat van € 33.000 is ten gunste (2013: € 14.000 ten laste) van het eigen vermogen gebracht. Van het resultaat is € 34.000 ten gunste (2013: € 13.000 ten laste) van de algemene reserve gebracht. Deze bedraagt per 31 december € 148.000 (2013: € 114.000). Naast de algemene reserve zijn er bestemmingsreserves: Reserve personeel De reserve personeel is bedoeld ter dekking van eventuele tekorten op het personele deel van de exploitatie. De gewenste omvang van de reserve is nog niet vastgesteld. In 2014 is er geen geld toegevoegd of onttrokken aan de reserve waardoor het saldo per 31 december onveranderd € 150.000 bedraagt. Bestemmingsreserve nulmeting De bestemmingsreserve nulmeting is ontstaan bij de invoering van de lumpsumbekostiging. De op dat moment aanwezige materiële vaste activa is tegen boekwaarde opgenomen in de administratie. Hier is de bestemmingsreserve tegenover geplaatst. De bestemmingsreserve is bedoeld ter dekking van de afschrijvingslasten van de betreffende activa en heeft daarmee een eindig karakter. De afschrijvingslasten bedragen € 1.000 (2013: € 1.000). Dit bedrag is ten laste van de bestemmingsreserve gebracht. Deze bedraagt per 31 december € 4.000 (2013: € 5.000). Voorzieningen De stichting beschikt over een jubileumvoorziening en een onderhoudsvoorziening. De jubileumvoorziening is bedoeld ter dekking van de gratificaties bij een 25- of 40-jarig ambtsjubileum. Aan de voorziening is € 0 (2013: € 0) gedoteerd en is € 0 (2013: € 1.000) onttrokken c.q. vrijgevallen. De voorziening bedraagt per 31 december € 12.000 (2013: € 12.000). Daarnaast is er de onderhoudsvoorziening. De dotatie bedraagt € 10.000 (2013: € 10.000) en de onttrekking € 29.000 (2013: € 0). De onttrekkingen hebben o.a. betrekking op schilderwerk, installatiewerk en vloerbedekking. De stand van de voorziening bedraagt per 31 december € 65.000 (2013: € 84.000).


17


Kortlopende schulden De omvang van de kortlopende schulden is met € 2.000 (2013: € 7.000) afgenomen. De belangrijkste schulden zijn de salarisgebonden schulden, zoals de af te dragen loonheffing, pensioenen sociale premies en de nog te betalen vakantiegelden. Deze schulden worden in januari en mei betaald. De salarisgebonden schulden bedragen per 31 december € 72.000 (2013: € 65.000). De overige schulden en overlopende passiva zijn met € 9.000 (2013: € 10.000) afgenomen. Analyse resultaat De begroting van 2014 liet een positief resultaat zien van € 550. Uiteindelijk resulteert een positief resultaat boekjaar 2014 van € 32.982: een verschil van € 32.432 met de begroting. Het negatief resultaat over het boekjaar 2013 bedroeg € -14.099. In de navolgende paragraaf treft u een vergelijking aan en een specificatie van de belangrijkste verschillen.

Analyse realisatie huidig jaar versus realisatie voorgaand jaar en realisatie huidig jaar versus begroting Onderstaand een vergelijking van de staat van baten en lasten op basis van gerealiseerde en begrote baten en lasten voor het kalenderjaar 2014 en gerealiseerde baten en lasten voor het kalenderjaar 2013: Realisatie 2014

Begroting 2014

Verschil

Realisatie 2013

Verschil

847.420

829.602

17.818

844.961

2.459

0

3.000

-3.000

0

0

Overige baten

72.159

55.650

16.509

76.456

-4.297

Totaal baten

919.579

888.252

31.327

921.417

-1.838

-21.546

Baten Rijksbijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen

Lasten Personele lasten

696.632

704.952

-8.320

718.178

Afschrijvingen

36.832

36.255

577

36.664

168

Huisvestingslasten

54.769

55.000

-231

56.473

-1.704

Overige instellingslasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Gerealiseerde herwaardering Financiële baten en lasten Nettoresultaat

98.377

91.495

6.882

124.031

-25.654

886.610

887.702

-1.092

935.346

-48.736

32.969

550

32.419

-13.929

46.898

0

0

0

0

0

13

0

13

-170

183

32.982

550

32.432

-14.099

47.081

Toelichting op de staat van baten en lasten: Rijksbijdragen OCenW De rijksbijdragen zijn gestegen ten opzichte van de begroting en ten opzichte van 2013, voornamelijk door de hogere vergoeding voor leerlinggebonden financiering, c.q. zorgmiddelen en een vergoeding voor de lerarenbeurs. Het gemiddeld aantal leerlingen waarvoor bekostiging is ontvangen, was in 2014 hoger dan in 2013 en daarnaast zijn de bedragen verhoogd. Op 1 augustus 2014 is de wet op het passend onderwijs in werking getreden. Vanaf die datum moeten de gelden die van het samenwerkingsverband ontvangen worden, verantwoord worden bij de rijksbijdragen. Dat was voor die tijd bij de overige baten. Overige overheidsbijdragen In de begroting was rekening gehouden met een vergoeding van de gemeente voor de schoolbegeleiding. Deze vergoeding is niet van de gemeente ontvangen, maar van Hogeschool Fontys, waardoor die verantwoord zijn bij de overige baten.


18


Overige baten De overige baten bestaan voornamelijk uit ouderbijdragen, overblijfgelden, huur en medegebruik, vergoeding voor de schoolbegeleiding en de bijdrage van het samenwerkingsverband. De vergoeding voor de schoolbegeleiding (€ 11.000) betreft de afrekening over de jaren 2007-2014. De bijdrage van het samenwerkingsverband moest voor de periode tot 1 augustus 2014 hier verantwoord worden. Vanaf 1 augustus bij de rijksbijdrage. In 2014 zijn eveneens van het samenwerkingsverband gelden ontvangen voor de invoering van passend onderwijs over de schooljaren 2012-2013 en 2013-2014 en een uitkering van de reserves van het voormalig samenwerkingsverband. De vergoeding voor huur en medegebruik zijn afgenomen in verband met het beëindigen van de huurovereenkomst met Spring kinderopvang. Personele lasten De lonen en salarissen zijn lager dan begroot, maar vrijwel op hetzelfde niveau als in 2013. De personele formatie is vrijwel gelijk aan die van 2013, maar de bruto salarissen zijn per 1 september 2014 met 1,2% gestegen op grond van de nieuwe cao primair onderwijs. In 2014 zijn er ZWuitkeringen van het UWV ontvangen die deels nog betrekking hebben op 2013. De niet salarisgebonden lasten zijn iets hoger dan begroot met name voor de kosten uitbestedingen derden. De niet salarisgebonden lasten zijn een stuk lager dan in 2013, omdat in dat jaar een ontslaguitkering van € 16.000 betaald is. Afschrijvingen De afschrijvingslasten zijn iets hoger dan begroot en dan in 2013. Huisvestingslasten De huisvestingslasten zijn vrijwel gelijk aan de begroting en lager dan in 2013. Met name de kosten voor energie zijn lager en de onderhoudskosten hoger. Overige instellingslasten De overige instellingslasten zijn hoger dan begroot, maar een stuk lager dan in 2013. De lasten voor administratie- en beheerslasten zijn iets hoger dan begroot, maar lager dan in 2013. De verschillen doen zich met name voor bij bestuurs- en managementondersteuning. De uitgaven voor leer- en hulpmiddelen zijn hoger dan begroot en dan in 2013. Bij de overige lasten is meer uitgegeven dan begroot, maar minder dan in 2013. Ten opzichte van de begroting zijn er voornamelijk meer uitgaven voor kosten ten laste van de ouderbijdragen. Ten opzichte van 2013 zijn deze kosten gedaald en dat geldt ook culturele vorming, bijzondere activiteiten en toetsen en testen. Financiële baten en lasten De financiële baten en lasten zijn per saldo vrijwel nihil. Het saldo van de liquide middelen was in 2014 gemiddeld € 24.000 hoger dan in 2013, maar de rentestand is lager. Het resultaat op de liquide middelen bedraagt 0,0% (2013: -0.1%). Investeringen en financieringsbeleid Het beleid van de vereniging is gericht op het zoveel mogelijk met eigen middelen financieren van die investeringen waarvoor geen subsidie van derden wordt ontvangen. Gezien de liquide positie van de vereniging is er ook geen reden voor het aantrekken van vreemd vermogen. De investeringen van 2014 zijn dan ook met eigen middelen gefinancierd. Indien in enig jaar of maand een te groot beslag op de liquiditeit plaatsvindt, dan wordt een spreiding in de aanschaf van nieuwe investeringen aangebracht. De investeringen in huisvesting zijn betaald vanuit de gemeentelijke subsidies of uit de onderhoudsvoorziening.


19


Toekomstparagraaf De meerjarenbegroting vertoont elk jaar een overschot. Een aantal vergoedingen, zoals de prestatiebox, loopt af in 2015 en 2016. Naar aanleiding van de het Nationaal Onderwijs Akkoord, is het de verwachting dat er vanaf 2015 extra gelden beschikbaar komen voor het onderwijs. In de meerjarenbegroting is er vanuit gegaan dat de extra budgeten vanaf 2015 minimaal even hoog zijn als de vergoedingen die wegvallen. Bij de personele lasten is in de begroting onvoldoende rekening gehouden met de vervangingskosten. De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is met € 5.000 verhoogd naar € 15.000 in verband met het feit dat de kosten voor buitenonderhoud vanaf 2015 volledig voor rekening van het schoolbestuur komen. De overige instellingslasten zijn hoger begroot, met name voor de leermiddelen. Kengetallen Realisatie 2014

Begroting 2015

Begroting 2016

Begroting 2017

- Management / Directie

1

1

1

1

- Onderwijzend personeel

9

9

9

9

- Overige medewerkers

1

1

1

1

198

198

198

198

Personele bezetting in FTE per 31-12

Leerling aantallen

In de meerjarenbegroting is uitgegaan van een constant leerlingenaantal. Ook de formatieve inzet is gelijk gelaten. Balans Activa

Realisatie 31-12-2014

Prognose 31-12-2015

Prognose 31-12-2016

Prognose 31-12-2017

Materiële vaste activa

236.847

235.000

235.000

235.000

Totaal vaste activa

236.847

235.000

235.000

235.000

Totaal vlottende activa

223.594

249.861

277.949

303.328

Totaal activa

460.441

484.861

512.949

538.328

Realisatie 31-12-2014

Prognose 31-12-2015

Prognose 31-12-2016

Prognose 31-12-2017

Algemene reserve

148.014

171.736

200.399

226.453

Bestemmingsreserve publiek

153.906

153.225

152.550

151.875

Totaal Eigen vermogen

301.920

324.961

352.949

378.328

Voorzieningen

77.183

77.000

77.000

77.000

Kortlopende schulden

81.338

83.000

83.000

83.000

460.441

484.961

512.949

538.328

Passiva

Totaal passiva

Bij de investeringen is er vanuit gegaan dat de vervangingsinvesteringen even hoog zijn als de afschrijvingen. Het eigen vermogen zal toenemen als gevolg van de verwachte positieve resultaten. Bij de omvang van de voorzieningen is er vanuit gegaan dat de dotaties even hoog zijn als de onttrekkingen. De omvang van de kortlopende schulden is gelijk gelaten. De vlottende activa, die als sluitpost is berekend, zal stijgen als gevolg van de verwachte positieve resultaten en de overige aannames. De omvang van de balans stijgt door de hiervoor gehanteerde aannames.


20


Staat van baten en lasten Realisatie 2014

Begroting 2014

Begroting 2015

Begroting 2016

Begroting 2017

847.420

829.602

852.905

855.211

863.386

0

3.000

0

0

0

Overige baten

72.159

55.650

32.500

32.500

32.500

Totaal baten

919.579

888.252

885.405

887.711

895.886

Baten Rijksbijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen

Lasten Personele lasten

696.632

704.952

658.163

662.293

671.457

Afschrijvingen

36.832

36.255

34.944

27.475

28.695

Huisvestingslasten

54.769

55.000

60.600

61.100

61.600

Overige instellingslasten

98.377

91.495

108.755

108.755

108.755

886.610

887.702

862.464

859.623

870.507

32.969

550

22.941

28.088

25.379

13

0

0

0

0

32.982

550

22.941

28.088

25.379

Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Nettoresultaat

De rijksbijdragen stijgen als gevolg van een hogere GGL. De inkomsten van het samenwerkingsverband zijn hier nu ook begroot. De overige baten betreffen de ouderbijdragen, de inkomsten van het overblijven en huur en medegebruik. Ten opzichte van de begroting 2014 dalen deze, omdat de inkomsten van het samenwerkingsverband nu bij de rijksbijdragen verantwoord moeten worden. De personele lasten zijn lager begroot, waarbij onvoldoende rekening gehouden is met de kosten van vervanging. De afschrijvingslasten dalen voor de leermiddelen in verband met de digitalisering. In 2017 stijgen de afschrijvingslasten door de investeringen in ICT. De huisvestingslasten zijn hoger begroot in verband met een hogere dotatie aan de onderhoudsvoorziening en stijgende schoonmaakkosten. Bij de overige instellingslasten zijn hogere lasten opgenomen met name voor de leermiddelen. De financiële baten en lasten zijn gelijk aan de begroting van 2014. Treasuryverslag In 2010 heeft de vereniging een treasurystatuut opgesteld en vastgesteld. Dit statuut voldoet aan de richtlijn beleggen en belenen 2010 van het ministerie. In 2014 is conform het statuut gehandeld. De vereniging heeft een zeer terughoudend financieel beleid gevoerd. Er is gebruik gemaakt van spaarrekeningen. De tegoeden op deze rekeningen zijn direct opeisbaar. Alle betaalrekeningen zijn ondergebracht bij de Rabobank. In 2014 is een resultaat van 0,0% behaald op de liquide middelen (2013: -0,1%).


21


Kengetallen Met betrekking tot de solvabiliteit, liquiditeit, rentabiliteit en de kapitalisatiefactor vermelden wij onderstaand de kengetallen: Indicatoren Aanbeveling commissie risicoanalyse 2014 2013 Don: onderwijsinspectie 65,6% 60,1% ondergrens van 30% kleiner dan 30% Solvabiliteit (definitie 1) 2,7 2,2 tussen 0,5 en 1,5 kleiner dan 1 Liquiditeit 3,6% -1,5% bovengrens van 5% laatste 3 jaar negatief Rentabiliteit 36,2% 33,2% tussen 35 - 60 % Kapitalisatiefactor

Kengetallen* over 2014 en 2013 70,0%

65,6%

60,1%

60,0% 50,0% 40,0%

36,2% 33,2%

30,0% 20,0% 10,0%

3,6%

0,0%

2014

-1,5% 2013

-10,0%

Solvabiliteit Jaar 1

Rentabiliteit

Kapitalisatiefactor

*) exclusief het kengetal Liquiditeit, aangezien dit geen % betreft is dit kengetal in deze grafiek niet opgenomen. Hieronder vind u omschrijving van de kengetallen inclusief berekening. Solvabiliteit: De solvabiliteit geeft de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen aan en verschaft dus inzicht in de financieringsopbouw. De solvabiliteit geeft ook aan in hoeverre de instelling op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Definitie 1: Eigen vermogen gedeeld door het totale vermogen. 31-12-2014 €

Eigen vermogen Totaal vermogen Kengetal 2014: Kengetal 2013:


31-12-2013 €

301.920

268.938

460.441

447.797

65,6% 60,1%

22


Definitie 2: Eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door het totale vermogen 31-12-2014 €

- Eigen vermogen - Voorzieningen Som Eigen vermogen en Voorzieningen Totaal vermogen

31-12-2013

€

€

301.920

€

268.938

77.183

95.906 379.103

364.844

460.441

447.797

82,3% 81,5%

Kengetal 2014: Kengetal 2013:

Definitie 2 van de solvabiliteit geeft aan dat 82,3% van het totale vermogen uit eigen vermogen ofwel reserves en voorzieningen bestaat, hetgeen inhoudt dat slechts 17,7% van het totale vermogen gefinancierd wordt met vreemd vermogen. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de vermogenspositie van de vereniging goed is. De vereniging is duidelijk in staat om aan haar verplichtingen op langere termijn te kunnen voldoen. De onderwijsinspectie hanteert een ondergrens van 30 %. Liquiditeit: De liquiditeit geeft aan in hoeverre de instelling op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Definitie: De verhouding tussen de vlottende activa (som van liquide middelen, vorderingen en voorraden) en de kortlopende schulden. 31-12-2014 €

- Liquide middelen - Vorderingen - Voorraden Vlottende activa Kortlopende schulden

31-12-2013

€

€

€

160.735

144.965

62.859

41.382

-

223.594

186.347

81.338

82.953


2,7 2,2

De liquiditeitsratio geeft aan dat 2,7 keer kan worden voldaan aan de uitstaande kortlopende schulden, bestaande uit kortlopende verplichtingen aan kredietinstellingen, crediteuren, nog te betalen posten en de overlopende passiva. De vereniging heeft op 31 december 2014 de beschikking over € 160.735 aan liquide middelen en heeft daarnaast € 62.859 openstaan aan nog te ontvangen bedragen. De vereniging heeft € 0 besteed aan voorraden. Deze bedragen zijn binnen één jaar opeisbaar, waardoor kan worden voldaan aan de openstaande schulden die binnen één jaar voldaan moeten zijn, te weten € 81.338. De liquiditeitspositie van de vereniging is hierdoor goed te noemen. In bovenstaande berekening is geen rekening gehouden met de in de voorzieningen opgenomen verplichtingen. De onderwijsinspectie hanteert thans een ondergrens van 1.


23


Rentabiliteit: De rentabiliteit geeft aan of er sprake is van een positief dan wel negatief bedrijfsresultaat in relatie tot de totale baten. Definitie: Resultaat gedeeld door de totale baten (inclusief financiële baten). 31-12-2014 €

Resultaat - Totaal baten - Financiële baten, bestaande uit posten 5.1 en 5.4 Som Totaal baten incl. Financiële baten

31-12-2013

€

€

€

32.982

-14.099

919.579

921.417

666

796 920.245

922.213


3,6% -1,5%

De rentabiliteit geeft aan hoeveel procent van de totale opbrengsten omgezet wordt in het uiteindelijke resultaat. De vereniging heeft van de totale opbrengsten, te weten € 920.245, een resultaat behaald van € 32.982. Dit houdt in dat 3,6% van de baten wordt omgezet in het uiteindelijke resultaat, ofwel van elke euro die wordt ontvangen, wordt € 0,04 behouden en wordt € 0,96 besteed. In vergelijking met vorig jaar is de ratio toegenomen, hetgeen aangeeft dat in het jaar 2014 procentueel minder kosten zijn verantwoord dan in het voorafgaande jaar 2013. De onderwijsinspectie hanteert thans een ondergrens van break-even (0,0%) voor de laatste 3 jaren. Invloed door het Onderwijs- en herfstakkoord op het kengetal rentabiliteit. Eind december 2013 zijn er subsidiegelden uitbeaald door het Ministerie van OCW inzake het Onderwijs- en herfstakkoord, deze gelden zijn opgenomen als baten in 2013, wat invloed heeft op het kengetal rentabiliteit. Berekening rentabiliteit exclusief onderwijs en herfstakkoord: 31-12-2014 €

€

32.982 - Resultaat - Onderwijs- en herfstakkoord* Resultaat excl. Onderwijs en herfstakkoord

- Totaal baten - Onderwijs- en herfstakkoord - Financiële baten, bestaande uit posten 5.1 en 5.4 Som Totaal baten incl. Financiële baten excl. Onderwijs en Herfstakkoord Kengetal 2014: Kengetal 2013:

31-12-2013 €

€

-14.099 34.941 32.982

20.842

919.579

921.417

-

34.941

666

796 920.245

957.154

3,6% 2,2%

* de subsidiegelden zijn onderdeel van het resultaat, hierbij wordt er van uitgegaan dat er geen lasten in 2013 voor het Onderwijs- en herfstakkoord zijn geweest.


24


Kapitalisatiefactor: De kapitalisatiefactor geeft een indicatie hoe rijk een schoolbestuur is, dit om te signaleren of onderwijsinstellingen misschien een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken. Definitie: De activazijde van de balans minus de materiële vaste activa betreffende gebouwen en terreinen gedeeld door de totale baten (inclusief financiële baten). 31-12-2014 €

460.441 - Balans totaal - Materiële vaste activa 126.952 gebouwen en terreinen Verschil Balans totaal en MVA geb. en terr. Som totale baten incl. financiële baten


31-12-2013

€

€

€

447.797 141.193 333.489

306.604

920.245

922.213

36,2% 33,2%

De onderwijsinspectie hanteert een 35 - 60 % (35 % is de bovengrens voor grote besturen, 60 % voor kleine besturen)


25


JAARREKENING


26


GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING VAN ACTIVA, PASSIVA EN RESULTAATBEPALING Algemeen De grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn conform de Regeling voor de Jaarverslaggeving Onderwijs (RJO). Op basis van de Regeling voor de Jaarverslaggeving Onderwijs worden Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving toegepast (behoudens afwijkingen en aanvullingen in de Regeling voor de Jaarverslaggeving Onderwijs). De jaarrekening is opgesteld in euro’s. Activa en passiva (met uitzondering van het groepsvermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. Voor zover noodzakelijk worden op de vorderingen voorzieningen getroffen voor verwachte oninbaarheid.

Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen voor waardering van activa, passiva en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Schattingen Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt, en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.

Verbonden partijen Als verbonden partij worden aangemerkt alle rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap, gezamenlijke zeggenschap of invloed van betekenis kan worden uitgeoefend. Ook rechtspersonen die overwegende zeggenschap kunnen uitoefenen worden aangemerkt als verbonden partij. Ook de statutaire directieleden, andere sleutelfunctionarissen in het management van de instelling en nauwe verwanten zijn verbonden partijen. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of de vervaardigingsprijs, verminderd met de afschrijvingen. De afschrijvingen vinden lineair en naar tijdsgelang plaats op basis van de verwachte toekomstige gebruiksduur. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor een uiteenzetting ten einde vast te kunnen stellen of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering, wordt verwezen naar de opgenomen paragraaf Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa.


27


Onderstaand worden de afschrijvingstermijnen per categorie weergegeven. Tevens zijn de activeringsgrenzen vermeld. Categorie

Gebouwen Permanent Semi-permanent Noodlokalen Installaties Verwarming Alarm Kantoormeubilair en Inventaris Bureau's Stoelen Kasten Huishoudelijke apparatuur Schoonmaakapparatuur Schoolmeubilair en Inventaris Docentensets Leerlingensets Schoolborden Garderobe Onderwijskundige apparatuur en machines Kopieerapparatuur Audio/video installatie Beamer Projectiemiddelen ICT Servers Netwerk Computers Printers Telefooncentrale Leermiddelen Methodes Spel- en sportmateriaal

afschrijvingstermijn in maanden

afschrijvingspercentage per jaar

activeringsgrens in €

480 240 120

2,5 5,0 10,0

n.v.t n.v.t n.v.t

240 n.v.t

5,0 n.v.t

n.v.t n.v.t

240 240 240

5,0 5,0 5,0

500 500 500

60

20,0

500

240 240 240 240

5,0 5,0 5,0 5,0

500 500 500 500

lease 60 60 60

n.v.t. 20,0 20,0 20,0

n.v.t. 500 500 500

48 180 36 48 n.v.t

25,0 6,7 33,3 25,0 n.v.t

500 500 500 500 n.v.t

96 96

12,5 12,5

n.v.t. 500

De gebouwen en terreinen worden opgenomen indien sprake is van economisch eigendom. Hiervan is bijvoorbeeld sprake in het geval van eigen investeringen of van doordecentralisatie van de huisvesting. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen is een voorziening voor groot onderhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.

Vlottende activa Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten. Voorzieningen wegens oninbaarheid dienen in mindering te worden gebracht op de boekwaarde van de vordering.


28


Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito's met een looptijd korter dan 12 maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door het bestuur is aangebracht. Omschrijving - Reserve personeel

Doel Beperkingen dekking van de eventuele tekorten op het personele deel van de exploitatie

- Reserve nulmeting

dekking van de formele beperking, ontstaan bij afschrijvingslasten van de invoering van de de materiële vaste activa lumpsumbekostiging uit de nulmeting

EUR 150.000

3.906

Voorzieningen Algemeen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voorzieningen worden onderscheiden naar aard en doel. Toevoegingen aan de voorzieningen vinden plaats door dotaties ten laste van de staat van baten en lasten. De onttrekkingen vinden rechtstreeks plaats ten laste van de betreffende voorziening. Pensioenvoorziening Nederlandse pensioenregelingen: De instelling heeft een aantal pensioenregelingen. De belangrijkste kenmerken van deze regelingen zijn: · pensioengevende salarisgrondslag (eindloon, middelloon e.d.) · afspraken over indexatie · beschrijving belangrijkste kenmerken van de uitvoeringsovereenkomst · wijze waarop pensioenregelingen zijn ondergebracht bij de pensioenuitvoerder (opf, bpf, verzekeraar) · dekkingsgraad van de pensioenuitvoerder.


29


Op de Nederlandse pensioenregelingen zijn de bepalingen van de Nederlandse Pensioenwet van toepassing en worden op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen betaald door de instelling. De premies worden verantwoord als personeelskosten zodra deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Nog niet betaalde premies worden als verplichting op de balans opgenomen. Voorziening jubilea De voorziening jubilea wordt opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte uitkeringen gedurende het dienstverband. Bij de berekening van de voorziening wordt onder meer rekening gehouden met verwachte salarisstijgingen en de blijfkans. Voorziening Onderhoud Voor uitgaven voor groot onderhoud van gebouwen wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren. De toevoegingen aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het groot onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden voor groot onderhoud verloopt. Overige voorzieningen De overige voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde van de voor de afwikkeling van de voorziening naar verwachting noodzakelijke uitgaven. Leasing Operationele leasing Bij de vereniging kunnen er leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de voor- en nadelen die aan de eigendom verbonden zijn, niet bij de vereniging ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele leasing. Verplichtingen uit hoofde van operationele leasing worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire basis verwerkt in de staat van baten en lasten over de looptijd van het contract. Kortlopende schulden De overlopende passiva betreffen de vooruitontvangen bedragen die aan opvolgende perioden worden toegerekend en/of nog te betalen bedragen, voor zover ze niet onder de andere kortlopende schulden zijn te plaatsen. Kortlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Kortlopende schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Dit is meestal de nominale waarde. Baten en lasten Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. Per school worden de baten en lasten toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Lasten en risico's die hun oorsprong vinden vóór het einde van het verslagjaar, zijn in acht genomen als zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Het resultaat van de staat van baten en lasten wordt toegevoegd aan de (bestemde) reserve(s) die door het bestuur is/ zijn bepaald. Rijksbijdragen worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft.


30


Overheidssubsidies Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de vereniging de condities voor ontvangst kan aantonen. Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden in mindering gebracht op het desbetreffende actief en als onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de staat van baten en lasten. Personeelsbeloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. De vereniging heeft de toegezegd-pensioenregeling bij het bedrijfstakpensioenfonds in de jaarrekening verwerkt als verplichtingenbenadering. Voor toegezegde-bijdrageregelingen betaalt de instelling op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van premies heeft de instelling geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze pensioenregelingen. De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Afschrijvingen op materiële vaste activa Materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen en vastgoedbeleggingen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen. Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen. Toelichting kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Bij de indirecte methode wordt het resultaat als basis genomen. Dit overzicht geeft weer waaraan de in de verslagperiode beschikbaar gekomen gelden zijn besteed. In samenhang met de balans en de staat van baten en lasten moet het kasstroomoverzicht bijdragen aan het inzicht in de financiering, de liquiditeit, de solvabiliteit en het vermogen van de instelling om geldstromen te genereren.


31


BALANS PER 31 DECEMBER 2014, VERGELIJKENDE CIJFERS PER 31 DECEMBER 2013 (na verwerking resultaatbestemming)

1

Activa

31-12-2014 €

31-12-2013

€

€

€

VASTE ACTIVA 1.2

Materiële vaste activa

1.2.1

Gebouwen en terreinen

126.952

141.193

1.2.2

Inventaris en apparatuur

85.389

97.808

1.2.3.1

Leermiddelen (PO)

23.647

21.528

1.2.3.2

Overige materiële vaste activa

859

TOTAAL VASTE ACTIVA

921 236.847

261.450

236.847

261.450

VLOTTENDE ACTIVA 1.5

Vorderingen

1.5.2

OCW

49.612

34.820

1.5.7

Overige vorderingen

10.069

3.714

1.5.8

Overlopende activa

3.178

1.7

2.848 62.859

41.382

Liquide middelen

160.735

144.965

TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA

223.594

186.347

TOTAAL ACTIVA

460.441

447.797


32


2

Passiva

31-12-2014 €

31-12-2013

€

€

€

VERMOGEN 2.1

Eigen vermogen

2.1.1

Algemene reserve

148.014

2.1.2

Bestemmingsreserves (publiek)

153.906

114.355 154.583 301.920

2.2

Voorzieningen

2.2.1

Personeelsvoorzieningen

12.477

2.2.3

Overige voorzieningen

64.706

268.938

12.119 83.787 77.183

2.4


2.4.3

Crediteuren

2.4.4

OCW

2.4.7

Belastingen en premies sociale verzekeringen

2.4.8 2.4.9 2.4.10

Overlopende passiva

7.106

95.906

6.409

-

415

36.744

33.033

Schulden terzake pensioenen

9.646

10.098

Overige kortlopende schulden

3.461

3.641

24.381

29.357

TOTAAL PASSIVA


81.338

82.953

460.441

447.797

33


STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2014, VERGELIJKENDE CIJFERS 2013

2014 € 3

Baten

3.1

Rijksbijdragen OCW

3.2

Overige overheids-bijdragen en -subsidies Overige baten

3.5

Lasten

4.1

Personeelslasten

4.2

Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Huisvestingslasten Overige lasten

4.3 4.4

Totaal lasten

Saldo baten en lasten *

5

Financiële baten en lasten Nettoresultaat *

€

847.420

2013

€

€

829.602

€ 844.961

-

3.000

-

72.159

55.650

76.456

Totaal baten

4

Begroot 2014

€

919.579

888.252

921.417

696.632

704.952

718.178

36.832 54.769

36.255 55.000

36.664 56.473

98.377

91.495

124.031

886.610

887.702

935.346

32.969

550

-13.929

13

-

-170

32.982

550

-14.099

* (-/- is negatief)


34


KASSTROOMOVERZICHT 2014, VERGELIJKENDE CIJFERS 2013

€

2014 €

€

2013 €

Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo baten en lasten

32.969

-13.929

Aanpassingen voor: - Afschrijvingen - Mutaties voorzieningen

36.832 -18.723

36.664 9.284

Veranderingen in vlottende middelen: - Vorderingen - Kortlopende schulden

-21.477 -1.615

8.195 -7.057 -4.983

Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Betaalde interest

47.086

666 -653

796 -966 13 27.999

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten

-170 32.987

Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa

-12.229

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten

-10.025 -12.229 -12.229

-10.025 -10.025

15.770

22.961

Kasstroom uit financieringsactiviteiten Kasstroom uit overige balansmutaties Mutatie liquide middelen Het verloop van de geldmiddelen is als volgt: € Stand liquide middelen per 1-1 Mutatie boekjaar liquide middelen Stand liquide middelen per 31-12


2014 €

€

144.965 15.770

2013 € 122.004 22.961

160.735

144.965

35


TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDEN POSTEN VAN DE BALANS 1

Activa

1.2

Materiële vaste activa Schoolgebouw Het door de vereniging beheerde schoolgebouw is juridisch wel, doch economisch geen eigendom van de vereniging. Het gebouw is volledig gesubsidieerd en dient, wanneer het niet meer conform de bestemming wordt gebruikt, om niet te worden overgedragen aan de Gemeente. Voor een overzicht van de onder ons bestuur staande scholen verwijzen wij naar het bestuursverslag.

Aanschaf-

Afschrij-

Boek-

Investe-

Boekwaarde

Afschrij-

Aanschaf-

Afschrij-

Boek-

prijs

vingen

waarde

ringen

desinves-

vingen

prijs

vingen

waarde

1-1-2014

1-1-2014

1-1-2014

2014

teringen 1.2

Materiële vaste activa €

€

€

2014

€

2014

€

31-12-2014

€

€

31-12-2014 €

31-12-2014 €

1.2.1.1

Gebouwen

198.078

56.886

141.193

-

-

14.241

198.078

71.126

126.952

1.2.2.1

Inventaris en apparatuur

224.345

126.537

97.808

3.270

-

15.688

227.615

142.225

85.389

1.2.3.1

Leermiddelen

193.213

171.685

21.528

8.959

-

6.841

202.172

178.526

23.647

1.2.3.2

Ov. materiële vaste activa

1.250

328

921

-

-

63

1.250

391

859

616.886

355.436

261.450

12.229

-

36.833

629.115

392.268

236.847

Totaal materiële vaste activa

Vlottende activa 1.5

Vorderingen

1.5.2

OCW

31-12-2014 €

1.5.2.1

Personeel

2.4.9.4

Netto salarissen

-

74 7.024

Overige vorderingen

3.078

Totaal overige overlopende activa Totaal overlopende activa


3.078 3.714

31-12-2013

€

€

2.512

Totaal vooruitbetaalde kosten Rente

3.045 10.069

31-12-2014 €

1.5.8.5

636

3.045

Overlopende activa

Vooruitbetaalde posten

€ 562

Totaal overige vorderingen

1.5.8.1

€

7.024

Totaal overig

1.5.8

31-12-2013

€

Totaal personeel 1.5.7.12

34.820

31-12-2014 €

Vervangingsfonds

€ 34.820

49.612

Overige vorderingen

1.5.7.3

€

49.612

Totaal OCW

1.5.7

31-12-2013

€

€ 2.052

2.512 666

2.052 796

666

796

3.178

2.848

36


1.7

Liquide middelen 31-12-2014 €

1.7.1

Kasmiddelen

1.7.2

Tegoeden op banken girorekeningen Totaal liquide middelen

€

31-12-2013 €

€

172

72

160.563

144.893 160.735

144.965

De liquide middelen staan ter vrije beschikking van de vereniging.


37


2

Passiva

2.1

Eigen vermogen

2.1.1

Algemene reserves

Stand per

Resultaat

Overige

Stand per

1-1-2014

2014

mutaties

31-12-2014

€ 2.1.1

2.1.2

€

€

€

Algemene reserve

114.355

33.659

-

148.014

Totaal algemene reserve

114.355

33.659

-

148.014


Stand per

Resultaat

Overige

Stand per

1-1-2014

2014

mutaties

31-12-2014

€

€

€

€

2.1.2.1

Reserve personeel

150.000

-

-

150.000

2.1.2.10

Reserve nulmeting

4.583

-677

-

3.906

154.583

-677

-

153.906

Totaal bestemmingsreserves publiek

Stand per

Resultaat

Overige

Stand per

1-1-2014

2014

mutaties

31-12-2014

€ Totaal eigen vermogen

2.2

€ 268.938

€

€

32.982

-

301.920

Voorzieningen Stand per

Dotatie

Onttrekking

Vrijval

1-1-2014

Rente mutatie

Stand per

Kortlopende

(bij contante

31-12-2014

deel

deel

< 1 jaar

> 1 jaar

waarde)

Langlopende

2.2.1

Personeelsvoorzieningen

2.2.1.5

Voorziening Jubileum

12.119

358

-

-

-

12.477

829

11.648

Totaal personeelsvoorzieningen

12.119

358

-

-

-

12.477

829

11.648

€

€

Stand per

€

Dotatie

€

Onttrekking

€

Vrijval

1-1-2014 2.2.3

Overige voorzieningen

€

€

€

€

€

Rente mutatie

Stand per

Kortlopende

(bij contante

31-12-2014

deel

deel

< 1 jaar

> 1 jaar

waarde) €

2.2.3.1

€

€

€

€

Langlopende

€

Voorziening Onderhoud

83.787

10.000

29.081

-

-

64.706

4.370

60.336

Totaal overige voorzieningen

83.787

10.000

29.081

-

-

64.706

4.370

60.336

Stand per

Dotatie

Onttrekking

Vrijval

1-1-2014

Rente mutatie

Stand per

Kortlopende

(bij contante

31-12-2014

deel

deel

< 1 jaar

> 1 jaar

waarde) € Totaal voorzieningen


€ 95.906

€ 10.358

€ 29.081

€ -

€ -

€ 77.183

Langlopende

€ 5.199

71.984

38


2.4


2.4.3

Crediteuren

31-12-2014 €

2.4.3

Crediteuren

OCW

Te verrekenen geoormerkte subsidie

Loonheffing Premies sociale verzekeringen

€

€

32.181

29.305

4.563

3.728 36.744

Schulden terzake pensioenen

33.033

31-12-2014

Schulden terzake van pensioenen

31-12-2013

€

€

9.646

€ 10.098

9.646

Overige kortlopende schulden

10.098

31-12-2014 €

31-12-2013

€

2.4.9.4

Netto salarissen

1.251

2.4.9.8

Overige schulden

2.210

2.4.10

31-12-2013

€

Totaal schulden terzake van pensioenen

2.4.9

415

31-12-2014

€ 2.4.8

€ 415

Totaal belastingen en premies sociale verzekeringen

2.4.8

€

-

€

2.4.7.3

31-12-2013

€ -

Belastingen en premies sociale verzekeringen

2.4.7.1

6.409

31-12-2014

Totaal OCW

2.4.7

€ 6.409

7.106

€ 2.4.4

€

7.106

Totaal Crediteuren

2.4.4

31-12-2013

€

€

€ 3.641

Totaal Overige

3.461

3.641

Totaal overige kortlopende schulden

3.461

3.641

Overlopende passiva

31-12-2014 €

2.4.10.3

Vakantiegeld en -dagen

2.4.10.8

Rente

2.4.10.11

Overige overlopende passiva Totaal overlopende passiva


31-12-2013

€

€

24.214

€ 21.767

167

240

-

7.350 24.381

29.357

39


VERANTWOORDING SUBSIDIES Er zijn geen subsidies die toegelicht dienen te worden.


40


TOELICHTING OP DE ONDERSCHEIDEN POSTEN VAN DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN 3

Baten

3.1

Rijksbijdragen

2014 €

3.1.1.1

Rijksbijdrage OCW

3.1.4

3.5

€

803.025

29.056

807.236

26.577

37.725

Totaal overige subsidies OCW

29.056

26.577

37.725

Ontvangen doorbetalingen rijksbijdrage SWV

19.524

-

-

847.420

829.602

844.961

Overige overheidsbijdragen en subsidies

2014 €

3.2.2

€ 807.236

798.840

Niet-geoormerkte subsidies OCW

2013

€ 803.025

Totaal Rijksbijdragen

3.2

€

798.840

Totaal Rijksbijdrage OCW 3.1.2.1.3

Begroot 2014

€

Begroot 2014

€

€

2013

€

€

€

Overige overheidsbijdragen en -subsidies

-

3.000

-

Totaal overige overheidsbijdragen en subsidies

-

3.000

-

Overige baten

2014 €

Begroot 2014

€

€

€

2013 €

€

3.5.1

Verhuur

4.223

5.000

6.660

3.5.5

Ouderbijdragen (incl.overblijfgelden)

30.251

26.000

34.856

3.5.6.2

Overige*1

37.685

24.650

34.940

Totaal overige baten *1 Vergoeding SWV Overige pers.geb.opbrengsten Diversen Totaal baten


72.159

55.650

76.456

25.361

34.906

10.831

34

1.493

919.579

888.252

921.417

41


4

Lasten

4.1

Personeelslasten

2014 €

Begroot 2014

€

€

2013

€

€

€

4.1.1.1

Brutolonen en salarissen

544.597

687.952

538.056

4.1.1.2

Sociale lasten

121.820

-

102.411

4.1.1.3

Pensioenpremies

73.109

-

73.980

Totaal lonen en salarissen 4.1.2.1

Dotaties personele voorzieningen

4.1.2.3

Overig*2

739.526 358

-

-716

17.000

42.775

19.630

*2 Inzake Benders Nascholing Kosten uitbestedingen derden BGZ Schoolbegeleiding Premiedifferentiatie Diversen

714.447

19.272

Totaal overige personele lasten

4.1.3

687.952

17.000

42.059

3.415 6.939 3.603 3.937 1.378

16.000 6.401 6.776 4.252 2.049 6.202 1.094

Af: Uitkeringen (-/-) Totaal personele lasten

62.524

-

38.328

696.632

704.952

718.178

Gemiddeld aantal werknemers Gedurende het jaar 2014 waren gemiddeld 13 werknemers in dienst op basis van een volledig dienstverband (2013: 13). Hiervan zijn er 0 werkzaam in het buitenland in 2014 (2013: 0). Het gemiddeld aantal werknemers bedraagt 18 in 2014 (2013: 18).

4.2

Afschrijvingen

2014 €

Begroot 2014

€

€

€

2013 €

€

4.2.2.1

Gebouwen en terreinen

14.241

14.240

14.241

4.2.2.2 4.2.2.3

Inventaris en apparatuur Leermiddelen en Overige materiële vaste activa

15.688

15.522

15.507

6.903

6.493

6.916

Totaal afschrijvingen

4.3

36.832

Huisvestingslasten

2014 €

4.3.1

Huur

4.3.3

Klein onderhoud en exploitatie

4.3.4 4.3.5 4.3.6

Heffingen

4.3.7

Dotatie onderhoudsvoorziening

4.3.8.1 4.3.8.2

36.255

36.664

Begroot 2014

€

€

€

2013 €

€

-

-

-

5.064

5.000

5.922

Energie en water

12.641

14.800

15.497

Schoonmaakkosten

20.307

20.700

20.393

2.216

2.000

2.171

10.000

10.000

10.000

Tuinonderhoud

3.216

2.500

2.490

Bewaking/beveiliging

1.325

-

-

Totaal huisvestingslasten


54.769

55.000

56.473

42


4.4

Overige lasten

2014 €

4.4.1.1

Administratie en beheer

4.4.1.2

Reis- en verblijfkosten

4.4.1.3

Telefoon- en portokosten

4.4.1.4

Kantoorartikelen

Inventaris, apparatuur en leermiddelen

4.4.2.2

Bibliotheek/mediatheek

€

2013

€

€

€

19.070

16.600

-

120

63

1.435

1.500

1.672

848

500

432

Totaal administratie- en beheerslasten 4.4.2.1

Begroot 2014

€

39.517

21.353

18.720

41.684

30.213

26.750

25.864

161

500

479

Totaal inventaris, apparatuur en leermiddelen

30.374

27.250

26.343

4.4.4.2

Representatiekosten

1.517

500

1.358

4.4.4.3

Huishoudelijke kosten

2.236

1.500

1.474

4.4.4.5

Buitenschoolse cq bijzondere activiteiten

257

1.000

1.110

4.4.4.7

Contributies

242

1.500

1.275

4.4.4.8

Abonnementen

2.388

1.800

2.704

4.4.4.10

Verzekeringen

1.649

2.425

1.545

4.4.4.11

Overige*3

30.091

27.800

34.696

4.4.4.12

Reproductiekosten, drukwerk, schoolgids

5.144

5.500

6.886

4.4.4.13

Toetsen en testen

2.694

3.500

3.377

4.4.4.14

Culturele vorming

432

-

1.579

Totaal overige

46.650

*3 Kosten tbv ouderbijdragen Kosten overblijfgelden Diversen

45.525

56.004

16.577 11.536 1.978

19.285 11.993 3.418

Totaal overige lasten

98.377

91.495

124.031

In het boekjaar zijn de volgende bedragen aan accountantshonoraria ten laste van het resultaat gebracht: 2014 € 4.4.1.1.a

Controle van de jaarrekening

Begroot 2014

€

€

2.312

2013

€

€

2.500

€ 2.312

2.312

2.500

2.312

Bovenstaande honoraria betreffen uitsluitend de werkzaamheden die bij de vereniging zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in art. 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties). De kosten voor de controle zijn inclusief bekostiging en omzetbelasting. Totaal Lasten

Saldo baten en lasten * 5

Financiële baten en lasten

886.610

887.702

32.969

550

2014 €

935.346

-13.929

Begroot 2014

€

€

2013

€

€

€

5.1

Rentebaten

666

500

796

5.5

Rentelasten

-653

-500

-966

Totaal financiële baten en lasten *

Netto resultaat *

13

32.982

-

550

-170

-14.099

* (-/- is negatief)


43


VERBONDEN PARTIJEN Naam

Code

Conso-

Juridische

Statutaire

activi-

lidatie

vorm 2014

zetel

teiten

ja/nee

SWV Eindhoven e.o.

vereniging

Eindhoven

4

nee

Passend onderwijs PO Eindhoven

vereniging

Eindhoven

4

nee

Code activiteiten: 1. contractonderwijs, 2. contractonderzoek, 3. onroerende zaken, 4. overige De volgende transacties hebben plaatsgevonden: Het samenwerkingsverband heeft WSNS-middelen betaald aan Schoolvereniging De Krommen Hoek te Son. De aard van de verbondenheid tussen de verbonden partijen is: Het door de schoolbesturen gezamenlijk vormgeven aan een stelsel waarbij sprake is van flexibele inrichting van de speciale onderwijszorg, waarin besturen en scholen in Eindhoven in staat zijn aan de zorgplicht te voldoen.


44


WNT: WET NORMERING BEZOLDIGING TOPFUNCTIONARISSEN PUBLIEKE EN SEMIPUBLIEKE SECTOR Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen Vermelding alle bestuurders met dienstbetrekking Naam

Voorzitter

Ingangs-

Eind-

Omvang

Belastbare vaste

Voorzieningen

Uitkeringen

J/N

datum

datum

dienst-

Beloning

en variabele

beloning

wegens

dienst-

dienst-

verband

onkosten-

betaalbaar op

beëindiging

verband

verband

in FTE

vergoedingen

termijn

dienstverband

€

€

€

€ M.J.P.L. de Bakker

N

1-8-2008

n.v.t.

1

Totaal bestuurders met dienstbetrekking

57.594

-

6.754

-

57.594

-

6.754

-

De toezichthouders ontvangen geen bezoldiging

Vermelding gegevens van eenieder van wie de bezolding de WNT- norm te boven gaat Er zijn geen personen van wie de bezoldiging de WNT-norm te boven gaat.


45


NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE VERPLICHTINGEN

Leverancier

Periode van t/m

Looptijd in

Bedrag per

maanden

maand €

De Lage Landen


1-11-2013

1-11-2018

60

Lasten 2014 €

301

3.615

46


OVERIGE GEGEVENS


47


(VOORSTEL) BESTEMMING VAN HET RESULTAAT

Statutaire regeling inzake bestemming resultaat Er is statutair niets geregeld inzake de bestemming van het resultaat.

(Voorstel) Bestemming van het resultaat Resultaat 2014 € 2.1.1

Algemene reserve (publiek)

2.1.2


2.1.2.10

Reserve nulmeting

2.1.2

Totaal bestemmingsreserves publiek Totaal bestemmingsreserves Totaal resultaat


€

€ 33.659

-677 -677 -677 32.982

48


GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Schoolvereniging De Krommen Hoek in Son en Breugel is voornemens om per 1 januari 2016 te ressorteren onder Stichting PLATOO te Helmond.


49


CONTROLEVERKLARING

Pagina voor de controleverklaring (beslaat twee pagina's)


50


Pagina voor de controleverklaring (beslaat twee pagina's)


51


GEGEVENS OVER DE RECHTSPERSOON Naam:

Schoolvereniging De Krommen Hoek

Adres:

Doormanlaan 1, 5694 EA Breugel

Telefoon:

0499-471696

Fax:

0499-461961

E-mailadres:

[email protected]

Internetsite:

www.bskrommenhoek.nl

Bestuursnummer:

60166

Contactpersoon: Telefoon: E-mailadres:

mevrouw D. Hulsen 06-51399727 [email protected]

BRIN-nummers:

06PD


De Krommen Hoek

52


BIJLAGEN


53


OCW-BIJLAGE 1.5.2 Ministerie van OCW

Bekostigings jaar Overlopende post lumpsum Personeel 2014-2015 PAB 2014-2015 Totaal OCW


Beschikking (nummer en datum)

614431-2 623520-2

Bedrag beschikking €

Toegerekend Ontvangen t/m jaar t/m jaar 2014 2014 € €

Te vorderen 31-12-2014 €

595.856 88.160

248.273 36.733

204.451 30.944

43.822 5.790

684.016

285.007

235.395

49.612

54

Jaarverslag Schoolvereniging De Krommen Hoek, te Son en Breugel

Recommend Documents