Jaarverslag 2006
Oncologie-Hematologie Afdeling Kindergeneeskunde, VU medisch centrum en VUmc kinderoncologisch centrum
2
INDEX Inleiding .......................................................................................................................................................... 5 Patiëntenzorg ................................................................................................................................................ 6 Verpleegkundige bijdrage VKKB (9B)............................................................................................................ 8 Verpleegkundige bijdrage polikliniek en dagbehandeling.............................................................................. 9 Onderwijs en opleiding................................................................................................................................. 10 Interview ...................................................................................................................................................... 11 VUmc Onderzoek Naar Kinderkanker (VONK) ............................................................................................ 12 VONK: Laboratorium-onderzoek naar kinderkanker.................................................................................... 12 VONK: Klinische studies .............................................................................................................................. 13 Interview ....................................................................................................................................................... 16 VONK: Late effecten .................................................................................................................................... 17 Interview ....................................................................................................................................................... 18 Outreach programma ................................................................................................................................... 19 Uitgenodigde buitenlandse bezoekers/gastsprekers ................................................................................... 20 Organisatie congressen/symposia en nascholingsactiviteiten..................................................................... 20 Lidmaatschappen redactie van wetenschappelijke tijdschriften .................................................................. 20 Lidmaatschappen van wetenschappelijke verenigingen.............................................................................. 21 Gewonnen Prestigieuze prijzen ................................................................................................................... 22 Uitnodigingen voor presentaties op (inter-)nationale wetenschappelijke congressen................................. 23 Samenwerkingsverbanden........................................................................................................................... 26 Bereikbaarheid VUmc kinderoncologisch centrum en kinderoncologie-hematologie.................................. 28 Medewerkers................................................................................................................................................ 28 Bijlagen: Wetenschappelijke stages .............................................................................................................. 33 Wetenschappelijk onderzoek A (Cell biological features and drug and radiation resistance) ........ 34 Wetenschappelijk onderzoek B (late effecten en kwaliteit van leven en outreach)........................ 35 Onderzoeksverslagen .................................................................................................................... 36 Citation classics .............................................................................................................................. 49 Publicaties....................................................................................................................................... 51 Abstracts ......................................................................................................................................... 55 VONK ........................................................................................................................................................... 59
3
4
Inleiding Beste collega’s, Met genoegen bied ik u het verslag aan van de activiteiten van de kinderoncologie-hematologie van het VU medisch centrum in 2006. Activiteiten op het gebied van patiëntenzorg, onderzoek, onderwijs en opleiding, die wij natuurlijk alleen succesvol kunnen uitoefenen dankzij de samenwerking met velen. Op het gebied van patiëntenzorg moet u daarbij denken aan de kinderartsen binnen en buiten het VU medisch centrum, en alle andere specialisten, verpleegkundigen en leden van het psychosociale team van het VU medisch centrum. Op het gebied van onderzoek is onze samenwerking met de medewerkers van de afdeling Hematologie en andere afdelingen binnen het VUmc Cancer Center Amsterdam, en met enkele groepen daarbuiten een voorwaarde voor hoogwaardig onderzoek. Traditiegetrouw bevat dit jaarverslag ook weer enkele interviews, met medewerkers die op verschillende manieren bijdragen aan ons werk. Nieuw is ook een bijdrage van de verpleging die op de polikliniek, dagbehandeling en in het ziekenhuis een essentiele bijdrage levert aan de patiëntenzorg. Ook 2006 was weer een bewogen jaar. Collega Veerman ging met emeritaat (is overigens op meerdere fronten nog wel actief), en hij gaf zijn afscheidsrede op dezelfde 19e mei dat ondergetekende zijn inaugurele rede hield als hoogleraar kindergeneeskunde, in het bijzonder de oncologie-hematologie per 1 mei 2006. Het was een mooie dag met een prachtig feest in het Cobra-museum aan het eind, en nogmaals wil ik u mede namens Anjo Veerman bedanken voor uw bijdrage(n) in weke vorm dan ook. In 2006 konden wij ook ons medische team van 6 kinderartsen compleet maken met de komst van de kinderartsen-oncologie/hematologie Valérie de Haas en Floor Abbink. Wij namen afscheid van onze fellow Wendy Nix, die is gaan werken als algemeen kinderarts. In 2006 is ook ons laboratorium verhuist van de 4e etage in het ziekenhuis naar het kleurrijke VUmc Cancer Center Amsterdam, dat van binnen prachtige laboratoriumfaciliteiten biedt, met alle moderne apparatuur en meer dan 250 onderzoekers. Dat maakt de pijn van elke verhuizing, dus ook deze, de moeite waard. Hoogtepunten waren ook de toewijzing van meerdere onderzoeksubsidies, o.a. voor ons late effecten onderzoek, voor het effect van chemotherapie op aandacht en geheugen, en voor ons laboratoriumonderzoek naar innovatieve behandeling van acute myeloide leukemie. Een jaarverslag kijkt terug, maar natuurlijk zijn wij vooral bezig met de toekomst. En dus zijn wij ook al bezig met 2008. Wist u dat het VU medisch centrum dan 40 jaar eerder de eerste kinderen met kanker behandelde, dus sinds 1966! En in 2008 is VONK al 20 jaar actief en is het 10 jaar geleden dat KWF Kankerbestrijding ons kinderoncologisch centrum als zodanig erkende. Natuurlijk gaan wij ter gelegenheid van al deze jubilea enkele activiteiten ontplooien, en houden u daarvan op de hoogte. Ik hoop dat u met genoegen dit jaarverslag zult bekijken, dat overigens ook op onze website is te vinden net zoals andere wetenswaardigheden: www.vumc.nl/hoi (in de nabije toekomst www.vumc.nl/kinderoncologiehematologie). Met vriendelijke groeten,
Gert-Jan Kaspers, Hoofd kinderoncologie-hematologie
5
Patiëntenzorg Wat betreft de patiëntenzorg was 2006 een druk jaar. Ondanks het feit dat we een groot deel van het jaar met een beperkte staf hebben gewerkt is de productie fors toegenomen ten opzichte van 2005. We zijn zeer gelukkig met de komst van drie nieuwe kinderartsen, nl. Margreet Veening als fellow (per 1 februari), Valérie de Haas (per 1 juni) en Floor Abbink (per 1 september) beiden als oncoloog/hematoloog. Met de komst van deze nieuwe collega’s is de formatie weer op sterkte. Helaas moesten we het afgelopen jaar afscheid nemen van prof. Anjo Veerman, die met emeritaat is gegaan. Zijn patiënten en ex-patiënten hebben in grote getale gebruik gemaakt van de mogelijkheid om persoonlijk afscheid te nemen. Dit werd een indrukwekkende happening. Sommige, inmiddels volwassen, ex-patiënten hadden hun kinderen meegenomen. Een geweldig bewijs van hoe mooi ons beroep is. Ook werd prof. Veerman tijdens het internationale I-BFM-SG congres in Noordwijk geëerd met een lintje van HM de Koningin. Tenslotte was er op 19 mei een geslaagd symposium “rond het kind met leukemie”, gevolgd door de afscheidsrede van prof Veerman en aansluitend de inaugurele rede van ons hoofd prof Gert-Jan Kaspers. De redes werden gevolgd door een spetterend feest in het Cobra museum. De verpleegafdeling van de kinderoncologie, afdeling 9B, loopt goed. Er is een hecht verpleegkundig team en de geleverde zorg wordt in het algemeen door ouders en patiënten als goed beoordeeld. Het laatste jaar werd ernaar gestreefd om de kinderartsen in opleiding een langere aaneengesloten periode kinderoncologische stage te laten doen en dit wordt door iedereen als een verbetering ervaren. De continuïteit van de zorg is verbeterd en de kinderarts in opleiding krijgt een beter inzicht in de problematiek en komt meer tot verdieping van kennis. Er wordt nauw samengewerkt met pedagogische werk, kinderpsychologie, maatschappelijk werk, de ziekenhuis school en de geestelijk verzorgers. Ook de dagbehandeling van de kinderoncologie loopt goed. De 3 kundige kinderoncologie verpleegkundigen zijn zeer betrokken bij de patiënten en hun ouders. Het aantal verrichtingen op de dagbehandeling neemt toe, mede door het intensievere ALL-10 protocol en bijv. de betere nefrologische follow-up met de inulineklaring. In logistiek opzicht zijn een aantal verbeteringen doorgevoerd, waardoor de doorlooptijd op de dagbehandeling verbeterd is. Binnen ons centrum wordt nauw samengewerkt met diverse andere specialismen zoals de oogartsen, kinderchirurgen, patholoog anatomen, kinderradiologen, nucleair geneeskundigen, kinderneurologen, neurochirurgen, radiotherapeuten en klinisch genetici. Al deze specialisten komen wekelijks bijeen in de werkgroep kindertumoren, waarin alle oncologische patiënten besproken worden. Ook is er structureel overleg met vertegenwoordigers van de hematologie, o.a. in het maandelijks stollingsoverleg, en met de ziekenhuisapotheek en klinisch chemicus. De samenwerking met diverse niet-academische ziekenhuizen loopt uitstekend en bijna alle kinderoncologische patiënten hebben intussen een medebehandelend ziekenhuis. Voor de verwijzende kinderarts is dit leuk, omdat het contact met de patiënt behouden blijft, maar ook voor de patiënt is het plezierig om voor controles, transfusies en sommige toedieningen van chemotherapie bij het eigen lokale ziekenhuis terecht te kunnen. Deze samenwerking met die ziekenhuizen geldt niet alleen voor de oncologische patiënten, maar ook voor bijv. de patiënten met sikkelcelziekte. Wij zijn deze ziekenhuizen dankbaar voor deze samenwerking, mede omdat daardoor bedden en de bijbehorende zorg beschikbaar blijven voor patiënten die op korte termijn moeten worden opgenomen in een academisch centrum. We kunnen terugkijken op 2006 met goede patiëntenzorg! Arjenne Kors
6
Tabel Kinderoncologie-hematologie VUmc – Nieuwe Patiënten 2006
Hematologie:
Anemie Thrombopenie Pancytopenie Stolling Diversen
28 15 1 48 11 Subtotaal 103
Oncologie:
Leukemie/ Lymfoom/MDS 19 Hersentumor 12 Retinoblastoom 21 Overige tumoren ( bot-, solide- en kiemceltumoren) 20 Benigne tumoren 15 Verdenking 10 Recidief 12 Subtotaal 109 Totaal
212
Kinderoncologie-hematologie VUmc – Productiecijfers 2002 t/m 2006
Klinische opnamen Klinische overdrachten Klinische overplaatsingen IC dagen (geschat) Normal care verpleegdagen Dagbehandelingen Eerste consulten (NP) Eerste poli bezoek (EPB) Herhaal consulten
2002 285 23 88 100 2232 852 118 340 2008
2003 390 28 125 154 2691 881 154 380 1948
7
2004 377 25 216 100 2708 733 175 368 1628
2005 401 28 70 57 2418 731 134 326 1504
2006 435 25 89 174 2679 897 172 302 1200
Verpleegkundige bijdrage afdeling VKKB Jenny Smink Teamleider
Het jaar 2006 heeft in het teken gestaan van de opbouw in de samenwerking met drie nieuwe oncologen. Tevens heeft het verpleegkundig team nieuwe aanwas van gespecialiseerd kinderverpleegkundigen gekregen vanuit de opleiding, zij kozen o.a voor dit boeiende specialisme. In de samenwerking gaan we uit van elkaars kracht en ervaring en proberen hierdoor tot nog betere patiëntenzorg te komen. Na het stoppen van de vijfdaagse landelijke bijscholingscursus kinderoncologie in 2005, hebben wij in samenwerking met de Amstelacademie zelf een vijfdaagse bijscholing kinderoncologie ontwikkeld. In 2006 hebben 11 verpleegkundigen van de afdeling en 1 van de kinderpolikliniek deze afgerond. In september 2006 zijn weer 6 verpleegkundigen van de afdeling en 1 van de kinderpolikliniek gestart. De bijscholing is positief geëvalueerd en wij zijn voornemens een deel van de bijscholing aan de ziekenhuizen waar we mee samenwerken aan te bieden. De themabijeenkomst “ samen werken, samen delen” die wij gedurende twee jaar, vier keer per jaar, hebben gehouden heeft in 2006 niet plaatsgevonden. Het zijn multidisciplinaire bijeenkomsten met als doel uitwisseling van kennis en ervaringen. Alle disciplines bij de oncologische patiënt betrokken zijn welkom. Op dit moment zijn de voorbereidingen weer gaande. Twee verpleegkundigen van de afdeling zijn vertegenwoordigd in de landelijke werkgroep kinderoncologieverpleegkundigen. Zij hebben een landelijke bijscholingsdag verzorgd met als onderwerpen; de patiënt met retinoblastoom, de kanjerketting en de themabijeenkomsten “samen werken, samen delen”. Een verpleegkundige heeft een bijdrage geleverd aan de PAOG cursus. Wij zijn pilot afdeling van Nederland geweest voor de implementatie van de kanjerketting, een gestructureerd beloningssysteem voor de oncologische patiënt. De kinderen krijgen voor bepaalde onderdelen en handelingen tijdens hun behandeling een beloning d.m.v. een kraal die zodoende een ketting vormt. Een groot succes zoals al snel bleek. Het project wordt door de VOKK ( vereniging ouders kinderen en kanker) gecoördineerd en het eerste jaar d.m.v. sponsoring gefinancierd. Er is in samenwerking met Katja Braam een folder uitgekomen, speciaal voor de adolescent geschreven, met als onderwerp “het invriezen van sperma”. Twee keer per jaar organiseert de dienst geestelijke verzorging en pastoraat samen met o.a een verpleegkundige van afdeling 9B een herdenkingsbijeenkomst voor ouders en familie van overleden kinderen. Deze bijenkomsten blijken erg gewaardeerd te worden. Ook dit jaar heeft de afdeling weer verpleegkundige ondersteuning geboden bij het zeilkamp “zomerzotheid”, dolle dingen dag en artis by night. Veel van de kinderen met kanker nemen deel aan deze activiteiten. Het spreekuur voor ouders, verzorgd door de VOKK, werd in VUmc goed bezocht, misschien wel mede omdat het op een locatie op de afdeling wordt gehouden. Veel van de activiteiten zullen in 2007 voortgezet worden en met een enthousiast team van artsen, verpleegkundigen en andere ondersteunende diensten blijven we ons verder ontwikkelen.
8
Verpleegkundige bijdrage polikliniek en dagbehandeling Roelie Wilms Seniorverpleegkundige kinderpolikliniek
De kinderoncologie maakt een groot deel uit van de dagelijkse bezigheden op de dagbehandeling. Op de polikliniek werken drie kinderoncologieverpleegkundigen. In het afgelopen jaar is heel hard gewerkt om de planning van de dagbehandeling meer gestroomlijnd te laten verlopen. Medische handelingen werden uit het spreekuur gehaald en op de dagbehandeling gepland. Met de komst van het SKION ALL10-protocol viel op dat we meer plek nodig hadden en werd er gekeken hoe alles zo efficiënt mogelijk gepland kon worden. Dit is gelukt, maar de verpleegkundigen van de dagbehandeling blijven streven naar nog beter. De planning blijft dus ook het komende jaar boven aan de agenda staan van het werkoverleg. Met de kinderarts-oncologen is er één maal in de week een overleg om de planning van kinderen voor de komende week door te nemen. Medicatie aanvragen worden getekend en bijzonderheden doorgesproken. Behandelingsprotocollen van de kinderen werden gedigitaliseerd. Vanuit de kinderpolikliniek wordt ook deelgenomen aan de Landelijke Werkgroep voor Kinderoncologie Verpleegkundigen. Deze vergadert zes maal per jaar. Vanuit de kinderpolikliniek is meegewerkt aan het ontwikkelen van de nieuwe medicijnkaarten Tacrolimus, Rituximab en ATG voor in de Dagboekagenda. Samen met 9B en met het oogheelkundig team werd in 2006 een landelijke bijscholing verzorgd over het retinoblastoom en de behandeling hiervan. Een bijdrage werd geleverd aan de PAOG-dag van 2006. Een start werd gemaakt met de pendelstatus tussen de meebehandelende ziekenhuizen. Dit zal het komende jaar nog verder worden uitgewerkt. Twee verpleegkundigen volgden de bijscholing kinderoncologie in samenwerking met de Amstel Academie. Hun eindopdracht ging over de planning op de dagbehandeling en de overdracht tussen de kliniek en de polikliniek. Ze hielden daar een presentatie over. Verpleegkundigen van de kinderpolikliniek bezochten dit jaar ook symposia en bijscholingen. Veel aandacht wordt besteed aan de samenwerking met de klinische afdeling 9B, waar de kinderen klinisch chemotherapie krijgen. Wij behandelen ten slotte de patiënten samen. Zo kregen ook wij te maken met de Kanjerkralen die een enorm succes werden bij de kinderen en hun ouders. Vanuit de SKOV werd onze medewerking gevraagd voor het enthousiasmeren van de kinderen om naar een van hun vakantiekampen te gaan. Ouders en kinderen genieten ieder jaar weer van de door de SKOV georganiseerde "Dolle Dingendag", zoals er wel meer hele leuke activiteiten worden georganiseerd voor kinderen met kanker. In het komende jaar zijn wij van plan om deze activiteiten voort te zetten en nieuwe dingen op touw te zetten. Wij doen dat met een team dat zeer gemotiveerd is en heel goed gesteund wordt door de leiding van de polikliniek.
9
Onderwijs en Opleiding Het VU medisch centrum heeft een door de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde officieel erkende opleiding tot kinderarts-oncoloog/hematoloog. Opleider in 2006 was eerst prof.dr. Anjo Veerman, per 1 mei prof.dr. Gert-Jan Kaspers. Drs. Dannis van Vuurden is aangesteld als fellow oncologie-hematologie en per 1 februari 2006 dr. Margreet Veening. Uiteraard werd bijgedragen aan de opleiding van de arts-assistenten kindergeneeskunde, de co-assistenten, medisch studenten en studenten van andere opleidingen, en verpleegkundigen. Zo werd onderwijs gegeven in het kader van het klinisch lijnonderwijs, het blok opgroeien en kennismaking met de medische praktijk. Binnen de afdeling waren er diverse Grand Rounds oncologie/hematologie. Ook was er weer een actieve bijdrage aan het onderwijs in het kader van het keuzeprofiel oncologie en de masterclass oncologie. Tot slot werd geparticipeerd in de artsexamens, en zijn de stafartsen allen jaarlijks tutor van co-assistenten. Elders in dit jaarverslag een samenvatting van de vele wetenschappelijke stages, sommige klinisch, andere meer onderzoeksgericht, door studenten verbonden aan meestal de Vrije Universiteit, soms een andere universiteit. In 2006 waren er 6 keuze coassistenten actief. Jaarlijks organiseren wij een PAOG-cursus, “Rondom het kind met …”. Afwisselend ligt de nadruk op een hematologisch en oncologisch thema. In mei 2006 was het thema het kind met leukemie, en waren er weer tientallen artsen en verpleegkundigen present én actief.
10
In gesprek met kinderarts/onderzoeker Dannis van Vuurden Hersentumoren zijn na leukemie de meest voorkomende vormen van kanker bij kinderen. Een groot deel van de patiëntjes geneest, maar velen hebben op latere leeftijd last van bijwerkingen van de behandeling. Zo is bestraling van de hersenen niet zonder risico’s. Bestraling geeft bijvoorbeeld kans op IQ verlies en kan de hypofyse aantasten, waardoor bepaalde hormonen niet meer worden aangemaakt. Om de behandeling van hersentumoren te kunnen optimaliseren wordt hiernaar onderzoek gedaan.
Drs. Dannis van Vuurden is arts en onderzoeker in VU medisch centrum. Na zijn opleiding geneeskunde aan VUmc specialiseerde hij zich in de kindergeneeskunde en vervolgens in de kinderoncologie-hematologie. Het onderzoek van Van Vuurden en zijn collega’s is gericht op het vinden van nieuwe behandelingen van hersentumoren. Zo proberen zij tumorcellen gevoeliger te maken voor straling. Wanneer dit mogelijk is kan bij de behandeling minder straling worden gebruikt om hetzelfde resultaat te bereiken. Ander onderzoek is gericht op tumorspecifieke kenmerken, met als doel erachter te komen op welke punten een tumorcel afwijkt van andere cellen. Vervolgens kan hiervoor een specifieke behandeling worden ontwikkeld. Veel van dit laboratoriumonderzoek gebeurt in het nieuwe Cancer Centre Amsterdam (CCA), het rood-blauw geblokte gebouw van VUmc aan de A10. Onder meer voor het onderzoek naar de behandeling van hersentumoren is onlangs de bioreader aangeschaft. De aankoop van dit apparaat is mede mogelijk gemaakt door Stichting Nuts-Ohra, VONK en andere donateurs. Nadat tumorcellen van de patiënt twee weken lang zijn blootgesteld aan verschillende behandelingen, worden de celklompjes met behulp van de bioreader geteld. Daarna kan worden vastgesteld hoe succesvol een bepaalde behandeling was. Het tellen met de bioreader kan in enkele minuten. Voorheen gebeurde deze tijdrovende klus met de hand en nam vaak uren in beslag. Naast de enorme tijdwinst is ook de grote betrouwbaarheid een voordeel van het apparaat. Het tellen gebeurt namelijk altijd op dezelfde manier. Van Vuurdens ultieme doel is alle kinderen met kanker genezen, zonder bijwerkingen. Maar helaas is dit volgens hem onrealistisch. Wel is men goed op weg. Onlangs is een nieuwe onderzoeksgroep gestart met neuro-oncologen, kinderoncologen, neurochirurgen, radiobiologen en -therapeuten en pathologen. Al deze specialisten werken samen om de kennis die er op het gebied van (hersen)tumoren is zoveel mogelijk te delen en door middel van onderzoek steeds betere behandelmethoden te ontwikkelen.
11
VUmc Onderzoek naar Kinderkanker (VONK) VONK staat voor het onderzoek naar kinderkanker zelf, en voor de activiteiten die erop zijn gericht geld te werven om al dat onderzoek mogelijk te maken. Binnen VU medisch centrum is kanker een zwaartepunt, en binnen de afdeling kindergeneeskunde betreft dat dus kinderkanker. Het wetenschappelijk onderzoek kan worden onderscheiden in 3 hoofdlijnen: 1. Laboratorium-onderzoek naar celbiologische kenmerken en resistentie voor cytostatica en bestraling bij leukemie, retinoblastoom en hersentumoren; 2. Klinische studies, en 3. Kwaliteit van Leven en Late effecten van ziekte en behandeling Het kinderkanker onderzoek is geheel ingebed in het onderzoekinstituut V-ICI: VUmc Institute for Cancer and Immunology. Het laboratoriumonderzoek speelt zich af binnen het VUmc Cancer Center Amsterdam (CCA), meest binnen de Hematologische Laboratoria (hoofd, Dr. Angelika Dräger) en in goede samenwerking met de afdeling Hematologie (hoofd, Prof. dr Peter Huijgens). Binnen VUmc-CCA levert de kinderoncologie ook een belangrijke bijdrage aan het neuro-oncologisch onderzoek, dat vooral binnen de laboratoria van de Geneeskundige Oncologie wordt uitgevoerd (hoofd, Prof. dr Frits Peters, de desbetreffende sectie staat onder leiding van Dr. Victor van Beusechem). Het “hersentumorenonderzoek” wordt uiteraard ook samen met onderzoekers van de afdeling Radiotherapie, Neurochirurgie en Neurologie uitgevoerd. Momenteel wordt hard gewerkt aan het opzetten van een soortgelijke, multidisciplinaire onderzoekgroep “Retinoblastoom”. Voor het kwaliteit van leven en late effecten onderzoek geldt eveneens dat samenwerking ons sterker maakt, zoals binnen VUmc met de algemene pediatrie, kinderpsychologie, inwendige geneeskunde, verloskunde & gynecologie, en kinderchirurgie en extern met het NKI. Onderzoek doen kost veel geld, en financiering van al het onderzoek is dan ook een belangrijk punt van aandacht. Uiteraard is er een structurele bijdrage vanuit het VUmc en de afdeling zelf. Daarnaast is de persoonsgebonden financiering (voor dr Jacqueline Cloos) van KWF Kankerbestrijding belangrijk, vooral voor ons onderzoek naar een betere behandeling van acute myeloide leukemia bij kinderen. Ook Stichting KiKa financiert een leukemie-onderzoek, evenals de Stichting Translationele Research. KWF Kankerbestrijding en KiKa ondersteunen samen het landelijke projekt LATER (Late Effecten Registratie), in de vorm van geld voor data-management. Uiteraard zijn wij daarmee blij, maar het is nog niet genoeg. Voor de kosten van apparatuur, dure materialen en zogenaamde pilot-studies is meer geld nodig. Daarom staat VONK open voor giften (zie ook de laatste bladzijde van dit jaarverslag). De activiteiten daarvoor worden geinitieerd en gecoordineerd door de Dienst Communicatie en Fondsenwerving, met name Judith Stuijt, mede in het kader van de Stichting VUmc Fonds, die VONK als projekt heeft geselecteerd. Met de financiele steun van Stichting Roparun, Vrouwen VU hulp, service-clubs zoals van LIONS (m.n. Buitenveldert en Oud-Zuid), bedrijven (Justified Ancient BV, Hotel Mövenpick Amsterdam), bijzondere acties (zoals het project VONK-Semmy) en vele particuliere acties (fietstocht van Rob de Wit!) en giften kan VONK meerdere onderzoeksprojecten financieren. Tot slot heeft het VUmc Cancer Center Amsterdam (directeur dr. W.R. Gerritsen) de kinderoncologie als speerpuntprojekt aangewezen. Daar kwam o.a. een fantastische bijdrage binnen voor onderzoek naar hersentumoren bij kinderen. Zo kan ons onderzoek op alle fronten worden gecontinueerd en zelfs uitgebreid, en dat is ook nog nodig! Immers, de kans op genezing van kinderkanker is met 70-75% nog ver verwijderd van de 100%, en bovendien kent de huidige behandeling nog veel teveel bijwerkingen en late effecten.
VONK: Laboratorium-onderzoek naar kinderkanker Met de huidige behandelmogelijkheden kunnen we al veel kinderen genezen met kanker. Maar dit gaat soms gepaard met ernstige bijwerkingen op de korte en/of lange termijn. De bijwerkingen worden onder andere veroorzaakt doordat deze middelen ook de normale gezonde cellen treffen. Om meer kinderen te kunnen genezen met minder bijwerkingen is nog steeds veel onderzoek nodig. Op ons laboratorium (onderdeel van de Hematologie Laboratoria) is het onderzoek onder andere gericht op het vinden van specifieke verschillen tussen tumorcellen en gezonde cellen. Aan de hand van deze informatie kunnen we dan een behandeling zoeken die zich specifiek op de tumorcel richt en geen effect heeft op de gezonde cellen. Dit wordt ook wel
12
“targeted therapy” genoemd. In mei 2006 is ons laboratorium verhuisd naar het Cancer Center Amsterdam waar nu nagenoeg alle laboratoria waar kanker onderzoek wordt gedaan binnen de VU bij elkaar in 1 gebouw zitten. Dit heeft grote voordelen qua ruimte, apparatuur en onderlinge samenwerking tussen de verschillende afdelingen. Het zal ook zeker het kinderkanker onderzoek positief beïnvloeden. Een belangrijk gebaar was dan ook dat op de dag van de opening wij een mooi bedrag a € 230.000,= hebben gekregen uit hande van Minister Hoogervorst van VWS van de “Stichting Translational Research”. Dit project (in samenwerking met de afdeling Reumatologie van het Vumc) is gericht op het verbeteren chemotherapie bij kinderen die hiervoor ongevoelig zijn (geworden). Soms slaat de chemotherapie niet goed aan omdat de tumorcellen ongevoelig zijn voor bepaalde cytostatica zoals bijvoorbeeld prednison (en dexamethason). Wij onderzoeken waarom die cellen niet reageren op de cytostatica en hoe we ze gevoelig kunnen maken door bijvoorbeeld een combinatie met andere middelen. Samen met de afdeling Reumatologie waar prednison ook vaak wordt gebruikt, hebben we op het laboratorium al zeer hoopgevende resultaten verkregen voor het verbeteren van de werking van prednison. Het algemene speerpunt van ons onderzoek is het vinden van tumor specifieke kenmerken die te maken hebben met de ongecontroleerde celgroei van de leukemiecellen maar die niet bij gezonde cellen voorkomen. Nieuwe middelen gericht tegen deze tumor specifieke kenmerken zullen dan alleen de tumorcellen doden. Dit zou een betere anti-kanker werking geven maar ook veel minder schadelijke bijwerkingen veroorzaken. Voor een succesvolle behandeling van patiëntjes met een hersentumor is vooral de bestraling erg belangrijk. Daarom onderzoeken we ook mogelijkheden om specifiek de tumorcellen gevoeliger te maken voor bestraling en het gezonde weefsel te beschermen. Dit onderzoek wordt in nauwe samenwerking gedaan met de onderzoekers van de afdeling Radiotherapie en Neurochirurgie. Een andere groep patiëntjes waar wij ons laboratoriumonderzoek op richten zijn de hele jonge kinderen met oogtumoren (retinoblastoom). Via de afdeling Oogheelkunde komen alle kinderen in Nederland met deze soort tumor naar het Vumc voor behandeling. Hoewel de verandering in het erfelijk materiaal (DNA mutatie) die betrokken is bij de ontwikkeling van deze tumor bekend is, is die niet altijd goed te vinden. De specifieke verandering weten van elke patiënt is van groot belang bij de diagnostiek van eventuele broertjes en zusjes. Als bij hen dezelfde verandering wordt gevonden, hebben die ook een risico op het ontwikkelen van retinoblastoom. We gaan ons bij dit onderzoek ook richten op het vinden van factoren die betrokken zijn bij de kans op het ontwikkelen van andere tumoren op latere leeftijd. Een mogelijke factor die we onderzoeken is de gevoeligheid van cellen voor schade in het erfelijk materiaal. Als een cel niet goed in staat is schade aan het erfelijk materiaal te herstellen (chromosomale instabiliteit), kan dat leiden tot veranderingen die de kans op het ontwikkelen van kanker sterk kunnen verhogen. Naast onderzoek zijn we op het laboratorium ook betrokken bij onderwijs en wetenschappelijke stages van geneeskunde- en medische biologie studenten en van studenten van het Hoger Laboratorium Onderwijs. Uitgebreidere details over de verschillende onderzoeken zijn te vinden in de afzonderlijke onderzoeksverslagen die als bijlagen aan dit jaarverslag zijn toegevoegd. Alle bevindingen worden gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften en gepresenteerd op verschillende nationale en internationale congressen. Zoals u kunt zien in de desbetreffende bijlagen zijn we ook dit jaar weer heel productief geweest.
VONK: Klinische studies De intentie is om al onze patiënten te behandelen in het kader van een klinische studie, dus in protocollair verband. Zo een studie kan uitgaan van nationale (Stichting Kinderoncologie Nederland, SKION) of internationale (meestal van de SIOP, het Europese samenwerkingsverband van specialisten op het gebied van kinderoncologie) organisaties. Overigens worden meer en meer SKION studies uitgevoerd in een internationale samenwerking. De SKION kent sinds 2003 de basisregistratie, die erop is gericht om alle maligne en premaligne aandoeningen bij kinderen tot 18 jaar te registeren. Voor deze basisregistratie wordt door SKION (lokatie: Den Haag) een rekening gestuurd, die wordt vergoed door de ziektekostenverzekering. Soms kennen de protocollen een “randomisatie”, waarbij na zogenaamde informed consent een deel van de patiënten (meestal de helft) behandeld wordt volgens het nieuwe schema en het andere deel volgens de standaardbehandeling. Dit is een goede manier om uit te testen of nieuwe behandelingen ook echt beter zijn. Toch wordt het steeds moeilijker om gerandomiseerde onderzoeken te doen, omdat de kanzen op genezing vaak al hoog zijn (dan is een verdere verbetering niet makkelijk statistisch te bewijzen) en omdat nieuwe behandelingen de laatste jaren vaak zijn ontwikkeld voor kleine subgroepen patiënten. Dan ontbreken de aantallen, zelfs in
13
internationaal samenwerkingsverband, om patiënten in 2 groepen te verdelen. Goede voorbeelden zijn protocollen die in ontwikkeling zijn voor kinderen met het Down syndroom en acute myeloide leukemie, en kinderen met acute promyelocyten leukemie. In steeds meer studies wordt ook gevraagd om bloed, beenmerg en/of een stukje tumor materiaal in het laboratorium te kunnen bestuderen. Indien er sprake is van zogenaamd restmateriaal, dat overblijft na het standaard-onderzoek, mag dat zelfs zonder expliciete toestemming van de patient/ouders, mits alles anoniem wordt verwerkt. Wel kunnen mensen actief bezwaar aantekenen tegen wetenschappelijk onderzoek, hetgeen dan uiteraard wordt gerespecteerd. Indien extra materiaal cq ingrepen nodig is voor onderzoek, dan is wel expliciete toestemming vereist. Vanuit het VUmc participeren de stafleden in de diverse commissies en taakgroepen van de SKION, die klinisch studies voor Nederlandse patiënten ontwikkelen en uitwerken, en in andere gremia, zoals diverse werkgroepen van de sectie oncologie-hematologie van de NVK. Een overzicht van de activiteiten staat in de tabel hieronder weergegeven. Participatie in andere verbanden en internationale organisaties kunt u elders vinden. Omdat wij zorg bieden voor kinderen met elke denkbare soort kanker, is het aantal klinische studies groot, variërend van behandelprotocollen voor Ewing en osteosarcoom, Hodgkin en non-Hodgkin lymfoom, bijna 10 soorten leukemie, retinoblastoom, Wilms tumor, weke delen tumoren en vele soorten hersentumoren. Lidmaatschap SKION-commissies en andere externe organisaties 2006 Ziektecommissie F.C.H. Abbink
Protocol-commissies
LATER
V. de Haas
A. Kors
Recidief ALL
Niet-lymfatische hematologische maligniteiten
Onderzoek nieuwe geneesmiddelen
Recidief AML 1999-2001 Recidief AML 2005 ALL-10 AML 2007 Relapsed AML 2001/01 Relapsed AML 2001/02 Pediatric APL
Voorzitter AML commissie I-BFMSG Bestuurslid SKION Voorzitter working group relapsed AML, I-BFM-SG Lid Onderzoekscommissie SKION
Retinoblastoom
Hemoglobinopathiebehandelaren Benigne hematologie Sikkelcelanemie
Aplastische anemie
M.A. Veening A.J.P. Veerman
Diversen
CML
E. van Dulmenden Broeder
G.J.L. Kaspers
Taakgroepen
LATER ALL-6 ALL-8 ALL-9
14
Recidief ALL 2003 D.G. van Vuurden
Medulloblastoom Hooggradig glioom
15
Interview
Even voorstellen: Valérie de Haas (1968) werkt sinds 1 juni 2006 bij de afdeling kinderoncologie van VU medisch centrum. Na haar studie geneeskunde in Nijmegen werkte ze eerst een jaar in UMC Utrecht en volgde vervolgens de opleiding tot kinderarts in het AMC.
Tegelijkertijd met deze opleiding promoveerde ze op leukemie-onderzoek bij kinderen. “Hierna was het moeilijk de kinderoncologie van me af te schudden. Ik bleef geïnteresseerd in kinderen als patiëntengroep. Ook de combinatie van het werk op de afdeling met de continue in beweging zijnde wetenschap maakt dit vak extra boeiend.” Na haar kinderartsenopleiding kreeg Valérie een fellowship van KWF kankerbestrijding. “Dit gaf me de mogelijkheid om op diverse plekken te werken en ervaring op te doen. Ik heb zelfs een half jaar bij het Institut Gustave Roussy in Parijs gezeten, een kinderoncologische kliniek met veel expertise.” Aan het eind van haar fellowship werd ze gevraagd om in VUmc te komen werken op de afdeling kinderoncologie. “Vooral de combinatie van deze kliniek met een florerend laboratorium trok mij erg aan.” “Al tijdens mijn KWF-fellowship startte ik onderzoek naar genen die een rol spelen bij leukemie. Met dit onderzoek hopen we meer inzicht te krijgen in de biologische achtergrond van deze ziekte. Misschien kan de veranderde expressie van genen tijdens behandeling ons helpen om patiënten met een ongunstige prognose sneller te identificeren. “ Valérie hoopt aan het eind van haar carrière een veelzijdig dokter te zijn, die staat voor haar patiënten. “De klinische zorg en toewijding zal hetzelfde blijven, maar ik ben benieuwd wat de komende jaren aan wetenschap en vooruitgang gaan bieden. Met nog minstens twintig arbeidsjaren te gaan komen er zeker nog interessante ontdekkingen en met het huidige Cancer Centre Amsterdam weet ik zeker dat VUmc daar een grote rol in kan spelen.”
16
VONK: Late Effecten Door verbeterde diagnostiek en behandelingsmethoden overleven steeds meer kinderen met kanker. Hierdoor neemt de groep kinderen en (jong) volwassenen die voor hun 18e levensjaar kanker heeft gehad toe. Naar schatting is in 2010 één op de 250 jong volwassenen een overlevende (survivor) van kinderkanker. Om de late effecten van de ziekte en de behandeling goed in kaart te brengen en te behandelen is er in het VU medisch centrum sinds 2002 de Polikliniek Late Effecten Kindertumoren, de zogenaamde PLEK-poli. Op de PLEK-poli worden ex-kinderkankerpatiënten terug gezien die tenminste 5 jaar klaar zijn met hun behandeling. Survivors onder de 18 jaar worden gezien op de kinder-PLEK terwijl er sinds begin 2005 ook een PLEKvolwassenen is waar survivors van 18 jaar en ouder worden gecontroleerd door een internist. Sinds 2004 worden kinderen op de PLEK-poli niet alleen gezien door een arts maar ook door een kinderpsycholoog om de psychosociale problematiek en psychosexuele ontwikkeling bij survivors verder uit te diepen. Op de PLEK-poli wordt iedereen volgens vaststaande richtlijnen nagekeken. Deze richtlijnen zijn afhankelijk van de vroegere behandeling en worden in ieder kinderoncologisch – en stamceltransplantatie centrum in Nederland gebruikt. Hierdoor worden er in alle centra op uniforme wijze gegevens verzameld die vervolgens weer gezamenlijk worden geanalyseerd. Dit landelijke project heet LATER: de Lange Termijn Effecten Registratie. De kindergeneeskunde beschikt over een database met de namen van patiënten die op de kinderleeftijd (tot 18 jaar) in het VUmc behandeld zijn voor een kwaadaardige aandoening. Iedereen die langer dan 5 jaar klaar is met de behandeling wordt uitgenodigd op de PLEK-poli en blijft hier onder controle. Afhankelijk van de eerdere behandeling en de gevonden problematiek is deze controle jaarlijks of één keer per 2-5 jaar. Survivors die onbedoeld niet zijn uitgenodigd voor de PLEK-poli kunnen vanzelfsprekend altijd bellen voor een afspraak. Naast patiëntenzorg wordt er op de PLEK-poli ook onderzoek verricht. In 2005 hebben we van het Koningin Wilhelminafonds (KWF-Kankerbestrijding) financiering gekregen voor een landelijke studie naar de vruchtbaarheid, eicelvoorraad en vervroegde overgang van vrouwelijke overlevenden van kinderkanker. Het VUmc is initiator en coördinator van deze studie waaraan alle Nederlandse kinderoncologische - en stamceltransplantatiecentra deelnemen. Een pilot-studie in het VUmc, voorafgaand aan de financieringsaanvraag voor de landelijke studie, liet zien dat er bij overlevenden van kinderkanker veel behoefte was aan informatie betreffende dit onderwerp. Maar liefst 92% van de aangeschreven vrouwen hebben gereageerd en 82% was bereid aan (een deel van) het onderzoek mee te doen. Deze hoge respons gaf aan dat de behoefte aan informatie over bepaalde onderwerpen bij deze populatie groot is. En dat benadrukt weer het belang van de PLEK-poli waar deze informatie gegeven en verzameld kan worden. Eind 2006 heeft post-doc Marleen van den Berg de PLEK-groep versterkt. Zij is verantwoordelijk voor de logistiek en uitvoering van het landelijke project dat inmiddels van start is gegaan. Naar verwachting zullen de eerste metingen in de loop van 2007 gaan plaatsvinden in het AMC/EKZ na toestemming van de lokale medisch ethische commissies. Verder wordt er onderzoek gedaan naar littekens veroorzaakt door zogenaamde port-à-cath systemen, een onderhuids infuussysteem op de borst waardoor chemotherapie wordt toegediend. Na verwijdering van de portà-cath ontstaan vaak lelijke littekens die gepaard gaan met lichamelijke dan wel geestelijke ongemakken, zo bleek uit een pilot-studie in het VUmc. Kinderen die genezen zijn van kanker worden dan op een hele simpele manier beperkt in het verder gaan met hun normale leven. Op dit moment loopt er dan ook een vervolgonderzoek op deze pilot-studie. Het vervolgonderzoek, LiLa genaamd (Littekens Later), bekijkt of een siliconenpleister een positief effect heeft op de wondgenezing bij kinderen na verwijdering van de port-à-cath. Daarbij wordt bestudeerd of de duur van het gebruik van de pleister invloed heeft op het eindresultaat. Aan dit onderzoek zullen zo’n 50 kinderen meedoen, waarbij er wordt samengewerkt met het kinderoncologisch centrum in het AMC/EKZ te Amsterdam. Verder loopt er een onderzoek naar de effecten van met name chemotherapie op aandacht- en leerprocessen. Ook deze studie wordt door het KWF gefinancierd hetgeen het belang van onderzoek op het gebied van late effecten nogmaals onderstreept. De studie, waaraan tevens het AMC/EKZ deelneemt, is inmiddels van start gegaan.
Interview
Ex-patiënt Ruud van Geldorp
17
Op vrijdagochtend melden Ruud van Geldorp en zijn vader Theo zich bij de balie van de kinderpolikliniek. Ruud heeft op zesjarige leeftijd lymfklierkanker gehad en komt sindsdien regelmatig terug voor controle. Sinds de oprichting van PLEK neemt hij ook deel aan onderzoek over late effecten van de behandeling van kinderkanker.
Ruud, zestien jaar, leidt een leven net als andere jongens van zijn leeftijd. “Ik zit in het laatste jaar van de middelbare school en heb binnenkort een sollicitatiegesprek voor een vervolgopleiding. Verder doe ik al acht jaar aan reddingszwemmen en ben ik in de zomer strandwacht. Andere dingen die ik graag doe zijn trainen op de sportschool, computeren en tekenen.” Een normaal leven dus. Maar rond Ruuds zesde levensjaar zag zijn leven er een stuk onzekerder uit. Artsen ontdekten dat hij lymfklierkanker had en voor Ruud en zijn familie brak een moeilijke tijd aan. Ondanks zijn ziekte en alle nare behandelingen heeft Ruud toch ook goede herinneringen aan het ziekenhuis. “Ik kan me bijvoorbeeld goed de voedingsassistente herinneren die altijd enthousiast was en de verpleegkundige die af en toe mijn vliegtuigsloffen stal. Verder vond ik het heel leuk in de kinderkamer.“ Ook weet Ruud nog goed dat hij te horen kreeg dat hij genezen was. “Toen dokter Zwaan vertelde dat ik beter was en dat hij de sonde ging verwijderen, heb ik deze zelf meteen uit mijn neus getrokken.” Eenmaal genezen mocht Ruud nog jarenlang mee met uitjes voor (ex-)patiënten die het ziekenhuis organiseerde. Toen hij dertien was mocht hij naar een oncologiekamp in Amerika met (ex)kankerpatiënten vanuit de hele wereld. “We hebben toen in blokhutten geslapen, zijn naar een dierentuin geweest en hebben gewaterskied. Ook hebben we een deel van de tijd doorgebracht in een écht Amerikaans gezin met een jacuzzi in de achtertuin. Via de msn heb ik nog steeds contact met andere deelnemers van het kamp. Laatst hoorde ik dat er iemand van die groep overleden was, dat is dan wel even moeilijk.” Toen hij een paar jaar terug gevraagd werd voor controles op de PLEK hebben zijn ouders meteen ingestemd. “Het is goed dat in de toekomst andere kinderen baat hebben bij de resultaten van het onderzoek naar late effecten”, aldus Theo. “Toendertijd was niet veel bekend over late effecten. Ze dachten bijvoorbeeld dat Ruud groeiproblemen zou krijgen, maar dat is niet gebeurd. Alleen zijn haar is nooit helemaal teruggekomen.” Ruud zelf heeft weinig last van zijn kaalheid. Hij is er inmiddels zo aan gewend dat hij het zelf niet ziet. “Soms vragen mensen er wel naar en dan leg ik het gewoon uit. Maar niet aan iedereen. Ooit kwam er in Frankrijk een vreemde vrouw naar me toe die zei dat ze wist hoe erg het was om kanker te hebben, toen heb ik maar snel gezegd dat ik haar niet begreep omdat ik Frans was.” Ruud en zijn vader zijn blij dat het zo goed gaat. “We zijn blij dat Ruud genezen is, maar ik wil daarnaast ook zeggen dat we door iedereen altijd goed behandeld zijn in dit ziekenhuis,” aldus Theo.
18
Outreach programma Het VUmc kinderoncologisch centrum concentreert de samenwerking met ‘low-income countries’ zo veel mogelijk in één programma. Met name met Indonesië bestaat structurele samenwerking. Met de medische faculteit van de Gadjah Mada Universiteit in Yogyakarta bestaat al sinds 1992 geformaliseerde samenwerking. Dit programma heeft zich in de afgelopen periode uitgebreid naar andere Indonesische Universiteiten. Drie projecten worden door de Nederlandse Kankerbestrijding, het Koningin Wilhelmina Fonds, van subsidie voorzien. Het project Treatment Education beleeft zijn 5e jaar met een Workshop voor artsen, verpleegkundigen en laboratorium personeel vanuit heel Indonesië. Dit jaar vond de workshop plaats in Manado, en was gekoppeld aan de opening van een nieuw gebouwde kinderoncologie kliniek, de Ruang Estella. Dit gebouwtje aansluitend aan de kinderkliniek was hoogst noodzakelijk, want de kinderen met chemotherapie lagen op een overvolle afdeling vlak naast kinderen met ernstige infecties. Dank zij een gift van het Estella Fonds kunnen kinderen met kanker nu beter worden verpleegd. Op de workshop waren een dertigtal deelnemers uit alle windstreken van Indonesië aanwezig, van Medan, via Jakarta, Bandung, Semarang, Surabaya en Yogyakarta tot deelnemers uit Sulawesi, het eiland waarop ook Manado ligt. In drie dagen werd deze keer vooral gefocust op het ontwerpen van een nieuw nationaal protocol voor kinderen met acute lymfatische leukemie. Besloten wordt tot en protocol waarbij gerandomiseerd wordt over prednison en dexamethason in de inductie behandeling. De verdenking is namelijk gerezen dat dexamethason, dat sinds 1992 in Indonesië wordt gebruikt, in de setting aldaar te toxisch is. Het aantal kinderen dat aan complicaties in inductie overlijdt is te hoog. Misschien is dit met prednison minder. Later in het jaar werd een bijdrage geleverd aan het Bioetika 2006 congres in Surabaya en aan het congres van de sectie kinderonco-hematologie van de Indonesische kinderartsen organisatie, ook in Surabaya. Het project “Compliance with chemotherapy” heeft goede voortgang. De voorlichting aan ouders van kinderen met leukemie verloopt goed, het is nu afwachten of daarmee ook de resultaten verbeteren in de zin van minder drop-outs en minder recidieven. De bijdragen van zowel Mei Neni Sitaresmi uit Yogyakarta, als van Saskia Mostert uit onze afdeling, worden beiden bekroond met de prijs voor de beste poster in hun sector (plm 50 posters!). De eerste publicatie uit dit project wordt geaccepteerd in Pediatrics, het hoogst geciteerde tijdschrift op het gebied van de Kindergeneeskunde. Subsidie wordt sinds 2006 verkregen van het KWF voor het project “Improvement of diagnostic capabilities in Leukemia” dat met name door drs. Eddy Supriyadi uit Yogyakarta is geschreven, met krachtige steun van dr. Jacqueline Cloos en professor Anjo Veerman van onze afdeling. Gedurende een site visit in Yogyakarta werd dit project geëvalueerd en werden adviezen ter verbetering aangegeven. De samenwerking met de twee andere centra in dit project verloopt stroef. De participatie van Jakarta werd opgezegd, in verband met gebrek aan tijd van de kinderoncoloog aldaar. De samenwerking met Surabaya verliep ook minder dan optimaal door drukke werkzaamheden aldaar Maar met Medan liep het juist heel goed door de inzet van dr. Selvi Nafianti, die in het najaar van 2006 een fellowship van 3 maanden in onze afdeling deed. Ook met Semarang ontstond goede samenwerking door de inspanningen van dr. Yetty Nency, die in 2005 een dergelijke stage deed, eveneens op onze afdeling. Inmiddels zijn er een aantal deelnemers uit Indonesië die graag een proefschrift willen bewerken: dr. Eddy Supriyadi, dr. Pudjo Widjajnto en dr. Mei Neni Sitaresmi uit Yogyakarta, dr. Yetty Nency uit Semarang, dr. Ugrasena uit Surabaya en dr. Selvi Nafianti uit Medan. Uit de VU is drs. Saskia Mostert bezig met haar proefschrift dat ook betrekking heeft op de patiënten in Yogyakarta. Stage studenten in 2006 waren Ellen Thieme en Marjolein Doornbos in Semarang, en Mariette van der Lee en Anna van Bergeijk in Medan. Ook de inzet van deze VU studenten hielp om de samenwerking in Indonesië te versterken. Onderwerpen in beide steden waren: uitkomst van de leukemie behandeling gerelateerd aan socio-economische status van de families, en gerelateerd aan de voedingstoestand van kinderen met leukemie. In 2006 kwam een initiatief op gang om ook via Singapore (National University Hospital) hulp en opleiding te verlenen aan de kinderoncologie in arme landen in Zuidoost Azië, waaronder Indonesië. Ook de contacten met Kuala Lumpur bleven bestaan mede dank zij de stages van een drietal studenten van de Universiteit van Amsterdam die door prof. Anjo Veerman werden begeleid, samen met dr. Henk van den Berg van het Emma Kinderziekenhuis. Dank aan alle personen en organisaties die ons outreach programma hebben gesteund in het afgelopen jaar. Met name dank aan het de Nederlandse Kankerbestrijding: het Koningin Wilhelmina Fonds, het Estella fonds, de Frank ter Linden Stichting, de stichtingen die de studenten stages mede mogelijk maakten en allen die ter gelegenheid van het emeritaat van prof. Anjo Veerman een donatie overmaakten ten behoeve van voorlichting en begeleiding van ouders met kinderen met kanker in Yogyakarta.
19
Uitgenodigde buitenlandse bezoekers/gastsprekers Dr. Endang Windiastuti Jakarta Indonesia Dr. Bidasan Lukis Medan Indonesia Prof.dr. Sutaryo Yogyakarta Indonesia Dr. Ugrasena Surabaya Indonesia Dr. Selvi Nafianti Medan Indonesia
Organisatie van congressen/symposia en nascholingsactiviteiten G.J.L. Kaspers • Annual I-BFM-SG meeting, Noordwijkerhout, 28 april 2006 • 5th Biannual Symposium on Childhood Leukemia, Noordwijkerhout, 1 mei 2006 • PAOG-symposium “Rondom het kind met leukemie” 19 mei 2006 A.J.P. Veerman • SIOP XXXVIII, International Society of Pediatric Oncology, 2006
Lidmaatschappen redactie van wetenschappelijke tijdschriften G.J.L. Kaspers • Expert review of Anticancer Therapy • Therapy • Pediatric Hematology/Oncology and Immunotherapy • Haematologica A.J.P. Veerman prof. emeritus dr. • Pediatric Blood and Cancer
20
Lidmaatschappen van wetenschappelijke verenigingen F.A.B. Abbink Lid Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde Lid Nederlandse Vereniging voor Oncologie Lid ziektecommissie CML SKION J. Cloos Lid American Association of Cancer Research V. de Haas Lid Protocol Commissie Recidief ALL SKION Lid Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde G.J.L. Kaspers Voorzitter VU Onderzoek Naar Kinderkanker (VONK) Voorzitter “CWO”, commissie wetenschappelijk onderzoek, afdeling kindergeneeskunde Co-voorzitter IKA – Werkgroep Kindertumoren Lid raad van bestuur SKION Lid Disease committee “Non-lymphatic hematological malignancies”, Dutch Childhood Oncology Group Voorzitter Protocol committees relapsed AML 1999/2001 and 2005, Dutch Childhood Oncology Group Lid Protocol committee ALL-10, Dutch Childhood Oncology Group Lid Protocol committee AML 2007, DCOG Voorzitter AML committee, International BFM Study Group International coordinator Phase III study “Relapsed AML 2001/01” International coordinator Phase II study “Relapsed AML 2001/02” International coordinator Phase III study on Pediatric APL Lid organizations LAD, NVK, NVvO, SIOP, EHA, AACR, ASH W.A. Kors Lid van de Werkgroep Benigne Hematologie van de sectie kinderoncologie-hematologie van de NVK Lid van de Werkgroep Sikkelcelanemie-Netwerk Kindergeneeskunde regio Amsterdam Lid van de Nederlandse Vereniging voor Hemofilie Behandelaren Lid Protocol Commissie Diversen/Retinoblastoom van de ziektecommissie CZS SKION Lid Protocol Commissie Aplastische anemie van de SKION Lid IKA Stamcelwerkgroep A.J.P. Veerman prof. emeritus dr. Emeritus hoogleraar, Treasurer Board SIOP, International Society of Paediatric Oncology Lid American Society of Hematology Lid European Society of Haematology Lid Koninklijke Nederlandse Maatschappij der Geneeskunst Lid wetenschappelijke Raad Ontwikkelingssamenwerking Koningin Wilhelmina Fonds Voorzitter wetenschappelijke Adviesraad Estellafonds Lid Raad van Advies CIS: Centrum voor Internationale Samenwerking Vrije Universiteit Lid Raad van Advies ICHD: International Course Public Health Development, een samenwerkingsverband tussen VU, UvA en Kon Instituut voor de Tropen Voorzitter Stichting Ontwikkelings samenwerking VUmc “MMM” Lid Adviesraad Stichting Medische Noodhulp Indonesië Visiting professor since 2002 Facultas Kedoktoran, Universitas Gadjah Mada, Yogyakarta, Indonesia Lid PODC: Committee for Paediatric Oncology in Developing Countries
M.A. Veening
21
Lid Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde Lid Koninklijke Nederlandse Maatschappij der Geneeskunst Lid Taakgroep LATER SKION D.G. van Vuurden Lid protocolcommissie Medulloblastoom SKION Lid protocolcommissie Hooggradig glioom SKION
Gewonnen prestigieuze prijzen J. Cloos Stichting STR Amsterdam, 19 juni 2006 A.J.P. Veerman Officier in de Orde van Oranje Nassau Tijdens het internationale congres Childhood Leukemia in Noordwijkerhout op 29 april 2006 S. Mostert Posterprijs sectie psychosocial research Geneve, Congres Int Society of Paediatric Oncology, 21 september 2006 Mei Neni Sitaresmi Posterprijs sectie health care and economic research Geneve, Congres Int Society of Paediatric Oncology, 21 september 2006
22
Uitnodigingen voor presentaties op internationale wetenschappelijke congressen A.I. Buizer Title Meeting Date Place Title Meeting Date Place Title
Attentional dysfunction after chemotherapy in survivors of childhood ALL and Wilms tumor. International Neuropsychological Society, 34th meeting 1 – 4 February Boston, USA Neurocognitive function after chemotherapy for childhood acute lymphoblastic leukemia (ALL) Psychosocial and Neurocognitive Consequences of Childhood Cancer: A symposium in tribute to Raymond Mulhern 13 – 15 September Memphis, USA
Date Place
Underlying mechanisms of cognitive dysfunction after treatment of childhood ALL: Neuro-imaging indices of functional connectivity. Psychosocial and Neurocognitive Consequences of Childhood Cancer: A symposium in tribute to Raymond Mulhern 13 – 15 September Memphis, USA
J. Cloos Title Meeting Date Place
NFkB pathway and its inhibition in acute leukaemia 5th B-annual Symposium in Childhood Leukemia 30 April – 2 May Noordwijkerhout
E.M. van Dijk Title Meeting Date Place
Psychosexual development of survivors of childhood cancer SIOP 21 September 2006 Geneva, Switzerland
Meeting
B.F. Goemans Title Flt3 mutated pediatric acute myeloid leukemia (AML) samples are sensitive to the tyrosine kinase inhibitor SU11657 Meeting Symposium on Childhood Leukemia Date 30 April – 2 May Place Noordwijkerhout Title Meeting Date Place
Endogenous VEGF-C mRNA expression increases in vitro drug resistance of pediatric AML cells and is an independent prognostic factor for the time to reach complete remission in AML ASH 2006 congress 9 – 12 December Orlando, Fl, USA
23
V. de Haas Title Meeting Date Place Title Meeting Date Place
When do optic pathway tumors relapsing after first line chemotherapy need radiotherapy? SIOP 17-21 September Geneva, Switzerland Initial progression after first-line chemotherapy is not an indicator of poor outcome: a reappraisal of the BBSFOP protocol SIOP 17-21 September Geneva, Switzerland
G.J.L. Kaspers Title Summary of the AML and B&D session Meeting Annual I-BFM-SG meeting Date 28 April 2006 Place Noordwijkerhout, NL Title Meeting Date Place
Relapsed acute myeloid leukaemia in children and adolescents: interim results of the international randomised phase III study Relapsed AML 2001/01 5th Biannual Symposium on Childhood Leukemia 1 May 2006 Noordwijkerhout
Title Meeting Date Place
Chairman session on “Leukemia Biology” 5th Biannual Symposium on Childhood Leukemia 1 May 2006 Noordwijkerhout
Title Meeting Date Place
Progress report on activities of the AML committee of I-BFM-SG 5th Biannual Symposium on Childhood Leukemia 2 May 2006 Noordwijkerhout
Title Meeting Date Place
Relapsed AML Annual NOPHO meeting 9 May Tampere, Finland
Title Meeting Date Place
Pediatric AML 7th Chugai Pediatric Leukemia Forum 21 October Japan
Title Meeting Date Place
Ongoing studies within the International Pediatric AML Group JPLSG AML committee meeting 20 October Japan
Title Meeting Date Place
Current and future relapsed AML protocols Annual International Pediatric AML Group Meeting 10 December Orlando, USA
M. Luttjeboer Title Meeting Date Place
Quantitative determination of DNA damage and repair in brain tumor cells AACR 2006 annual meeting April 1-5, 2006 Washington DC, USA
24
A.J.P. Veerman Title Research and Treatment of Childhood ALL (invited keynote lecture) Meeting SIOP Asia Date 4-8 april 2006 Place Shanghai, China Title Meeting Date Place
Acute Lymphoblastic Leukaemia, Improving Cure (invited, keynote lecture) I-BFM-Study Group 28-30 april 2006 Noordwijkerhout, Nederland
Title Meeting Date Place
Acute Lymphoblastic Leukaemia, Improving Cure (invited keynote lecture) Leukaemia and Lymphoma 30 april-2 mei 2006 Noordwijkerhout, Nederland
Title Date Place
Spinal Long Luer, for safe intrathecal medication Meeting SIOP 17-21 september 2006 Geneva, Switserland
Title Meeting Date Place
Treasurers Report SIOP 17-21 september 2006 Geneva, Switserland
Title Meeting Date Place
Late effects of Childhood Cancer Cure and Care after Childhood Cancer (invited) 26-28 october 2006 Erice, Italy
Title Meeting Date Place
Chemotherapy and neutropenic fever (invited) SINAS-IDAI 18-19 november 2006 Surabaya Indonesia
Title Meeting Date Place
Teaching Bioethics (invited) Bioetika IV 30 november- 02 december 2006 Surabaya, Indonesia
Title Meeting Date Place
How to treat childhood cancer: curative, palliative, supportive? (invited) Bioetika IV 30 november- 02 december 2006 Surabaya, Indonesia
25
Samenwerkingsverbanden (leidend tot gezamenlijke onderzoeksaanvragen, output en/of werkbezoeken)
Internationale samenwerkingsverbanden Tyrolean Cancer Research Center
Dr. R. Kofler
Innsbruck
Austria
Hospital Skejby, Aarhus University
Prof. H. Hasle
Aarhus
Denmark
Institut Gustave Roussy
Dr. O. Hartmann Dr. J. Grill Prof. G. Henze Dr. A. Stackelberg Prof. G. Janka-Schaub
Villejuif, Paris
France
Berlin
Germany
Hamburg
Germany
Prof. U. Creutzig Dr. D. Reinhardt Prof. J. Boos
Hannover
Germany
Münster
Germany
Prof. M. Schrappe M. Zimmerman I. Talianidis
Kiel Hannover Heraklion
Germany
Dept. of Pediatrics, University, Indonesia, Universitas Gadjah Mada Tim Kanker, University, Indonesia, Universitas Gadjah Mada Dept. of Pediatrics, Faculty of Medicine, Airlangga University Dr. Soetomo Hospital
Prof. Sutaryo
Yogyakarta
Indonesia
Prof. Sutaryo
Yogyakarta
Indonesia
German BFM-relapse ALL Study Group German COALL Study Group German BFM-AML Group Universitäts Kinderklinik Münster, Germany I-BFM-SG Institute of Molecular Biology and Biotechnology
Greece
Prof. Bambang Permono Surabaya
Indonesia
Dr. Ugrasena
Surabaya
Indonesia
Dr. Cipto Mangunkusumo Hospital (CMH), faculty of medicine, University of Indonesia The Technion
Dr. R.S. Sitorus
Jakarta
Indonesia
Dr. Y.G. Assaraf
Haifa
Israel
Instituto Superiore di Sanita
Dr. M. Tartaglia
Rome
Italy
University of Milan Bicoca
Dr. M. Jancovic
`Milan
Italy
Research Institute for Pediatric Hematology of the Prof. E. Vladimirskaya Russian Federation Pharmamar Dr. J.Jimeno
Moscow
Russia
Madrid
Spain
Kinderspital Zurich
Dr. J.P. Bourquin
Zurich
Switzerland
Royal Hospital for Children
Dr. P.R. Kearns
Bristol
UK
UK CCLG - Leukaemia Working Party
Prof. B. Gibson
Glasgow
UK
St. Jude Children’s Research Hospital
Memphis
USA
Oregon Health Sciences University Portland
Dr. R.R. Ribeiro Dr. B. Razzouk Prof.dr. M. Heinrich
Portland
USA
Children’s Hospital of Michigan
Prof. Y. Ravindranath
Detroit
USA
Fred Hutchinson Cancer Research Center
Dr. S. Meshinchi
Seattle
USA
Stanford University
Dr. B.F. Fine
Stanford
USA
26
Nationale samenwerkingsverbanden (buiten VUmc) Dutch Childhood Oncology Group (SKION)
Dr. E.R. van Wering, a.o.
Den Haag
NVK/sectie oncologie-hematologie
Werkgroep benigne hematologie
LATER = Late Effecten Registratie
Dr. C. van der Bos, a.o.
Den Haag
Sophia Children’s Hospital/Erasmus MC Rotterdam
Prof.dr. R. Pieters
Rotterdam
Dr. M.L. den Boer Dr. C.M. Zwaan Prof.dr. J.J. M. van Dongen Dr. R. de Jonge
EKZ-AMC/Sanquin
Prof.dr. H.N. Caron
Amsterdam
Dr. A.Y.N. Schouten-van Meeteren M. Grootenhuis Dr. E. vn der Schoot UMCG/Beatrix Kinderkliniek
Dr. E.S.J.M. de Bont
Groningen
UMCU/WKZ
Dr. M. Bierings
Utrecht
IKA-Werkgroep Kindertumoren Amsterdam
IKA
Amsterdam
EKZ/AMC (Prof. dr H.N. Caron)
27
Bereikbaarheid VUmc kinderoncologisch centrum en kinderoncologie-hematologie Secretaresse: Annette Heus (
[email protected]) Postadres VUmc kinderoncologisch centrum Kinderoncologie-hematologie 9 D 018 Postbus 7057 1007 MB Amsterdam Bereikbaarheid Telefoon tijdens kantooruren: Faxnummer: Telefoon buiten kantooruren:
Email: Website:
Bezoekadres VUmc kinderoncologisch centrum Kinderoncologie-hematologie 9 D 018 De Boelelaan 1117 1081 HV Amsterdam
020 - 444 2420, of 020 – 444 4444 en dan sein *98 6736 020 - 444 2422 020 - 444 4444, vraag naar dienstdoende kinderarts die u met de kinderarts-oncoloog/hematoloog in contact brengt
[email protected] www.vumc.nl/hoi binnenkort: www.vummc.nl/kinderoncologie-hematologie en www.vumc.nl/vonk
Medewerkers kinderoncologie-hematologie en VUmc kinderoncologisch centrum Staf Medisch WP Prof.dr. G.J.L. Kaspers Prof.dr. A.J.P. Veerman (emeritaat (01-05-2006) Drs. F.C.H. Abbink (vanaf 01-09-2006) Dr. V. de Haas (vanaf 01-06-2006) Drs. W.A. Kors Dr. M.A. Veening (vanaf 01-02-2006) Drs. D.G. van Vuurden
kinderarts-oncoloog/hematoloog, hoofd/opleider kinderarts-oncoloog/hematoloog, emeritus kinderarts-oncoloog/hematoloog kinderarts-oncoloog/hematoloog kinderarts-oncoloog/hematoloog kinderarts, fellow oncologie/hematologie kinderarts, fellow oncologie/hematologie
Staf niet-medisch WP Dr. J. Cloos Dr. E. van Dulmen-den Broeder
laboratorium late effecten
Wetenschappelijk Personeel Dr. M.H. van den Berg (vanaf 01-12-2006) Drs K.I. Braam Drs. A. Buizer Drs. N. Franke (vanaf 01-4-2006) Drs. B.F. Goemans Dr. J.H. Hooijberg Dr. I. Hubeek Drs. R.L. van Litsenburg Ir. M. Luttjeboer Drs. S. Mostert Drs. I. Schuitema Drs. J. Vink
onderzoeker, postdoc research/translationeel verpleegkundige arts-promovendus arts-promovendus AGIKO onderzoeker, postdoc postdoc arts-promovendus promovendus promovendus promovendus promovendus
28
Niet-wetenschappelijk personeel R. Broekhuizen D. de Lange (tot 01-11-2006) J.M. Heus-Niesink Z. Kwidama I. van Lith A.H. Loonen S. Mir G. Ouwens M.M.A. Rottier J. can ’t Sant Y.T.L. Vijn C.H. van Zantwijk
research analist research analist secretaresse research analist SKION dataregistratie medewerkster senior research analist SKION dataregistratie medewerker datamanager research analist SKION LATER registratie datamanager senior research analist
VUmc kinderoncologisch centrum en Psychosociaal team Medische psychologie/Psychiatrie Dr. J. Huisman E.M. van Dijk M.J. Koole A. Molderink M.W. Smorenberg H. Specker C.P. Traas A. de Vries (psychiater)
Medisch maatschappelijk werk M. Buitenhuis C. Kee A. van Nunen
Pedagogisch medewerkers M. Beuzel J. Lubbe J. van Paridon D. Petit (tot 01-11-2006) R. van der Poel (tot 01-07-2006) S. Scholte S.C.M. Snel
Educatieve voorzieningen L. de Jonghe W. Punt B. Vlaar
Verpleging J. Smink (kliniek) N. Stuiver (kliniek) C. Aarsman (polikliniek) S. Griffioen (polikiniek) R. Willems (polikliniek)
Pastoraal Centrum M. Reinders J.A. Delver Dietetiek A. Stok
VUmc kinderoncologisch centrum - Betrokkenen staf andere afdelingen Kinderchirurgie Prof.dr. H.A. Heij Mw. R. van Baren Mw. Ch. Sleeboom
Orthopedie Prof.dr. P.I.J.M. Wuisman†
Oogheelkunde Mw. dr. A. Moll Mw. dr. S. Imhof L. van Rijn
KNO Prof.dr. C.R. Leemans Prof.dr. R. de Bree
PA Prof.dr. P. v.d. Valk Mw. dr. L.C.D. Wijnaendts
Radiologie Drs. J.I.M. Verbeke
Anaesthesiologie Mw. R. Sibarani
29
Radiotherapie Mw. dr. P.H.M. Elkhuizen Mw. dr. B. van Triest
Nucleaire Geneeskunde Prof.dr. E.F.I. Comans Prof.dr. O.S. Hoekstra
Mond- en Kaakchirurgie Prof.dr. I. van der Waal
Urologie Drs. H.J.R. van der Horst Mw. dr. G.M.A. Beckers
Neurochirurgie Prof.dr. P. Vandertop W.J.R. van Ouwerkerk Prof.dr. C.M.F. Dirven
Audiologie Dr. S.T. Goverts C.F.G.M.Smit
Apotheek Drs. A.C. van Loenen
30
Bijlagen
31
32
Wetenschappelijke stages Titel
Student(en)/stagiair
Glutamate receptor as potential treatment target in childhood medulloblastoma Mechanisms underlying mutagen sensitivity Glucocorticoid resistance in childhood ALL Cox-2 and radiosensitivity in medulloblastoma Mechanisms underlying mutagen sensitivity Drug sensitivity in chromosomal instability Chromosomal instabiltiy in children Tyrosine kinase mutations in AML Waarde van urinesediment en overige kweken bij de neutropene patiënt met koorts Role of SIRPα in AML Cytostatica-resistentie van beenmerg en bloed van normale kinderen, kinderen met syndroom van Down en kinderen met chromosomaal breuksyndroom Delay in diagnosing childhood cancer caused by psychiatric signs and symptoms Vergelijking tussen de zorg voor het kind met leukemie in Marokko (Rabat) en Nederland (Amsterdam) Informatievoorziening Vumc en Marokko Routine BM monitoring in childhood AML Kinderen met acute promyelocyten leukemie LRP1 expression in AML Risicofactoren voor een vertraagd immuunherstel na stamceltransplantatie bij kinderen Baby’s en peuters met kanker
M. Yazdani
Begeleider(s) staf kinderoncologie J. Cloos, D. van Vuurden
B. Schoonevelt K. Hoorweg S. Leeflang S. Oppedijk M. Stam L. van den Berg D. Molanus Irene Claassen
J. Cloos J. Cloos, J. Vink J. Cloos, M. Luttjeboer J. Cloos J. Cloos, G.J.L. Kaspers J. Cloos B. Goemans, J. Cloos V. de Haas
L. Nyugen Han Kruimer
I. Hubeek, J. Cloos G.J.L. Kaspers, J. Cloos
Eveline Bloemer
G.J.L. Kaspers
Children with cancer: socio-eco nomic situation Nutritional status of children with cancer Spinal Long Luer Nutritional status of children with cancer Compliance and SES of children with ALL Compliance patient record analysis Evaluation of drop-out in ALL treatment Psychomotore ontwikkeling bij kinderen met retinoblastoom en het 13q-syndroom Analysis of the structure, function and development of platelet dense granules in neonates Assessment of hypercoagulability in sickle cell disease
Hajar Hassani Lahsinoui G.J.L. Kaspers
Samira Akhnikh Samira Akhnikh Madelon de Rooij Natascha Boelsma Matthijs van Gool
G.J.L. Kaspers G.J.L. Kaspers G.J.L. Kaspers G.J.L. Kaspers G.J.L. Kaspers
Mirjam van den Burg Anna van Bergeijk Mariette van der Lee Bernadette Hennipman Marjolein Doornbos Ellen Thieme Madelon de Rooy Romane Schook Annemieke Okhuisen
A.J.P. Veerman, K.I. Braam, Ph. Griffioen A.J.P. Veerman, B. Lubis A.J.P. Veerman, B. Lubis A.J.P. Veerman, P. Helder A.J.P. Veerman, Y. Nency A.J.P. Veerman, Y. Nency A.J.P. Veerman, Mei Neni A.J.P. Veerman, Mei Neni W.A. Kors
Fanny Meulman
W.A. Kors
Madelon Minnebo
W.A. Kors, W.H.A. Kahr
33
Wetenschappelijk onderzoek A: Cell biological features and drug and radiation resistance I. Projects related to promovendus/postdoc
1
NFkB pathway and drug resistance in acute leukemia 2 Tyrosine phosphatases as new targets in childhood cancer 3 In vitro radiosensitivity and radiosensitization in pediatric brain tumors 4 Cellular resistance to conventional and targeted anticancer agents in childhood relapsed and refractory acute myeloid leukemia (AML 5 Glucocorticoid-induced apoptosis and glucocorticoid resistance in lymphoid malignancies 6 Targeted therapy in pediatric brain tumors 7 Characterization of relapsed acute myeloid leukemia 8 Cytarabine resistance in childhood acute myeloid leukemia (VONK 2000-01) II. Projects not related to (own) Promovendus/Postdoc 9 10 11 12 13 14 15
Cytotoxicity and mechanisms of action of Aplidin in leukemia Stratification of therapy in ALL based upon drug resistance profiles in COALL 97 study Cellular drug resistance profiles in DCLSG-ALL-9 protocol patients Therapy results of the treatment of childhood APL Gene therapy by osteosarcoma (VONK 2002-02)
Projectleader pediatric oncology VUmc
Projectleader somewhere else (VUmc if not further mentioned)
Promovendus/ Postdoc/WP otherwise
JCL, GJK
Jansen, Dijkmans (Reumatology) Zwaan, Rotterdam
N. Franke
M. Luttjeboer
GJK, JCL
Lafleur, Slotman (Radiotherapy) Zwaan, Rotterdam
GJK, JCL
Köfler, Innsbrück
J. Vink
JCL, GJK GJK, JCL
GJK, JCL GJK
I. Hubeek
B. Goemans
D. van Vuurden J. Cloos
GJK
Peters (Medical Oncology)
I. Hubeek
GJK
VUmc
R. Broekhuizen
AVE, GJK GJK, AVE
COALL Study Group, Hamburg VUmc/SKION
GJK GJK
VUmc/SKION VUmc (Orthopedics)
Retinoblastoma KWF Asia link project 2005- NSM 19 Involvement of chromosomal instability in the JCL development of childhood cancer
34
H. Graat
VUmc VUmc
L.M. v.d. Berg
Part B: I - Late effects & Quality of Life and II - & outreach I. Late Effects & Quality of Life
Projectleader pediatric oncology VUmc
Projectleader somewhere else (VUmc if not further mentioned) Gemke (Pediatrics) Huisman (Psychology)
Post-doc/ Promovendus/ WP
1
Late effects & quality of life in children treated for ALL according to protocol ALL-9
GJK
2
Psychosexual development of survivors of childhood cander. An explorative study Psychosocial functioning and quality of life of retinoblastoma survivors and parents in The Netherlands
EDU, GJK
Huisman (Psychology) E.M. van Dijk
AKO
Huisman (Psychology) Imhof en Moll (Ophthalmology)
J. van Dijk
Effects of chemotherapy on attention and information processing insurvivors of childhood cancer Neurotoxicity of cancer treatment: Neurocognitive dysfunction and underlying mechanisms
AVE
de Sonneville
A. Buizer
AVE
de Sonneville Van den Bos (AMC)
I. Schuitema
Behavioral changes in children treated for acute lymphoblastic leukemia according to SNWLKALL-9 protocol: a prospective longintudinal and nationwide study on the possible role of dexamethasone Avascular necrosis of bone in the treatment of childhood ALL Reproductive function, ovarian reserve, and risk of premature menopause in female childhood cancer survivors
AVE
Huisman (Psychology)
GJK
SNWLK/SKION
Van Coevorden
EDU, GJK
Van Leeuwen ( NKI) Lambalk (Obstetrics and Gynecology)
M.H. van den Berg
Skin scarring after central lines for chemotherapy
EDU
Heij (Pediatric Surgery) Schouten-van Meeteren (AMC)
K. Braam
v.d. Valk (Pathology) Imhof en Moll (Ophthalmology) Sutaryo Yogyakarta Sutaryo Yogyakarta
3
4 5 6
7 8
9
II.
Outreach
1
Networking between European Expertises Centres for retinoblastoma and the Indonesian Centre of Expertise for retinoblastoma
NSM
2
Leukemia Treatment Education
AVE
3
Compliance with Therapy in Pediatric Oncology
AVE
4
Improvement of diagnosis and monitoring of treatment in Pediatric Oncology Indonesia Center for expertise in retinoblastoma (KWF ASIA Link)
AVE
5
R.R.L. van Litsenburg
Abbreviations:
JCL
=
dr. J. Cloos
EDU GJK AKO
= = =
dr. E. van Dulmen-den Broeder prof.dr. G.J.L. Kaspers drs. W.A. Kors
NSM AVE
= =
dr. A.Y.N. Schouten-van Meeteren prof.dr. A.J.P. Veerman
NSM
35
vd Valk (P.A.), Imhof en Moll (OHK)
S. Mostert M. Sitaresmi E. Supriyadi Sitorius
Onderzoeksverslagen Lopend project, programma 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI Reproductive function, ovarian reserve, and risk of premature menopause in female childhood cancer survivors MH van den Berg1, E van Dulmen-den Broeder1, KI Braam1, R Schats2, CB Lambalk2, EWCM van Dam3, GJL Kaspers1, FE van Leeuwen4 1 Pediatric Oncology/Hematology, 2Obstetrics and Gynaecology, and 3Internal Medicine, VU University Medical Center, Amsterdam, 4Dept of Epidemiology, Netherlands Cancer Institute, Amsterdam (Dutch Cancer Society, grant VU 2006-3622) Among childhood cancer survivors (CCS) there is much concern about the effects of treatment on reproductive potential. The aim of this nationwide study is to examine the effects of (different types of) treatment on reproductive function, ovarian reserve, premature menopause and pregnancy outcome in female survivors of childhood cancer in the Netherlands. The study, which started in December 2006, is set up as a retrospective cohort study. It is coordinated by the VU University Medical Center (VUmc), but performed in collaboration with the Dutch Paediatric Oncology - and Stem Cell Transplant Centers. Assessment includes a standardized questionnaire, blood sampling, physical measurements and an ultrasound of the reproductive organs. The study population will be selected from an estimated cohort of 1750 female 5-year CCS, aged 18 years or older. An equally sized group of age-matched female siblings, relatives or friends will be used as controls. In a pilot study (n=73), assessing the feasibility of this nationwide study, the overall response rate was high: 92% responded and 82% were willing to participate in (a part of) the study. The Medical Ethics Committee (MEC) of the VUmc has approved the study protocol of the nationwide study. After permission from the MECs in the other participating centers, assessments will start in the second part of 2006. First, questionnaires will be mailed to eligible CCS. Participants will subsequently be invited for the clinical part of the study.
Lopend project, programma: 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI Silicone gel sheet to improve cosmetic outcome of the scar after removal of an implantable central venous access device (ICVAD) in childhood cancer survivors K.I. Braam1, A.Y.N. Schouten- van Meeteren1,2, E. van Dulmen-den Broeder1, G.J.L. Kaspers1, H.A. Heij3 1 Dept of Pediatrics, division oncology/ hematology, VU University Medical Center, 2Emma Children’s Hospital/ Academic Medical Centre, 3Pediatric Surgical Center Amsterdam, Amsterdam This research project aims to improve the cosmetic outcome of an implantable central venous access device (ICVAD) by applying silicone bandages after removal. Childhood cancer survivors often have physical scars with emotional consequences. Disfiguring scars can induce lower self-esteem or selfimage. An ICVAD is located subcutaneously, most often on the chest wall, and sometimes at the lower ribcage or in the antecubital area. Its application is common practice in children treated with chemotherapy. For unknown reasons disfiguring and wide scars are observed after ICVAD removal. Previously we studied the ICVAD scars of 50 childhood cancer survivors, treated at the VU university medical center. Thirty-two children were males, eighteen female, aged between six and twenty years old, 35 had had a hematological malignancy, and 15 a solid tumor. Mean interval after removal was 2.5 years [range 0.1-14.4]. Both physical and psychosocial impact of the scar were evaluated. Abnormal scarring was evident. Scars became wide, mean width 10 mm [range 1-22 mm], with a mean length of 39 mm [range 20-64]. Symptoms as pain and itching (40%), abnormal colour of the scar (72%) and emotional distress (28%) by the scar were reported. Remarkable is that none of the
36
other 52 scars from different surgical procedures these children were hypertrophic. These data will be published in Annals of Surgical Oncology. Based on these findings an intervention study has been initiated to determine if cosmetic outcome will improve by application of silicone bandages to the wound. Cosmetic outcome will be analyzed by size, colour, and surface of the scar, and with the body image scale. In addition it will be evaluated whether the therapeutic effect is influenced by the duration of silicone application. Secondary the scar tissue will be subject of study by assessing the process of scar formation after cancer treatment with respect to scar composition items.
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI Effects of chemotherapy on attention and information processing in survivors of childhood cancer A.I. Buizer, A.J.P. Veerman, L.M.J. de Sonneville Dept. of Pediatric hematology and oncology, VU University Medical Center, Amsterdam (Dutch Cancer Society, grant KWF VU 2001-2390) Background: The objective of our study was to examine neurocognitive function and behavioral and educational outcome after chemotherapy in survivors of childhood cancer. Children with childhood acute lymphoblastic leukemia (ALL) receive prophylactic central nervous system (CNS)-directed chemotherapy, which may make them particulary vulnerable to neurotoxic effects of treatment. Methods: In a multi-center study, we compared neuropsychological function in 36 children, after chemotherapy for ALL, with 39 Wilms tumor patients and with 110 healthy children. We differentiated between standard- and intensified ALL treatment. Children with a Wilms tumor had received non-CNS chemotherapy. Behavioral status and school performance were examined using standardized checklists. Results: Neuropsychological deficits were detected in children with ALL, but not in children with a Wilms tumor. The children with ALL who had received intensified treatment showed the most extensive deficits: on attentional flexibility, sustained attention and visuo-motor control (0.0001
Nieuw onderzoek, programma 4 “Therapy” (Chemotherapy) of V-ICI Characterization of relapsed acute myeloid leukemia J. Cloos1,2, G.J.L. Kaspers1 and G.J. Schuurhuis2 Depts. of 1Pediatric Oncology/ Hematology and 2 Hematology, VU university medical center, Amsterdam (Dutch Cancer Society grant VU 2005-3666) The main opportunity to improve acute myeloid leukemia (AML) treatment is to eradicate remaining minimal residual disease (MRD) cells. To achieve this, it is of crucial importance to characterize these cells that are commonly held responsible for the subsequent relapse. MRD can be measured in 80%
37
of AML on the basis of a leukemia associated phenotype (LAP), which can be expanded by the inclusion of stem cell markers such as CD34+/CD38- and side population cells. We use these parameters to identify the malignant cells, which may still be present after clinical remission. In this project we collect the blasts of newly diagnosed AML patients and determine molecular changes (such as in FLT3, c-KIT, RAS and PTPN11 mutations) that take place in subsequent initial, MRD and relapsed AML cells. In earlier studies we have found that the presence or gain of FLT3/ITD is associated with an early relapse. Interestingly we have retrospectively found in an initial patient sample that was negative for FLT3/ITD, the FLT3/ITD mutation in the stem-cell fraction after sorting. This was the same mutation that had been found in the relapse sample. This indicates a selection for FLT3/ITD positive (stem)cells in the relapse instead of the acquirement of a new mutation through the treatment. To substantiate this we will sort the cells of additional paired samples of which we have indication that the FLT3 status has changed. We are now also studying some available MRD samples to see whether in these blasts the mutation can be found. This would enable us to tailor intervention treatment (for instance with tyrosine kinase inhibitors) already at MRD level which will have large implications for the prevention of relapse. Publications: (WI) Cloos J, Goemans BF, Hess CJ, van Oostveen JW, Waisfisz Q, Corthals S, de Lange D, Boeckx N, Hahlen K, Reinhardt D, Creutzig U, Schuurhuis GJ, Zwaan ChM, Kaspers GJ. Stability and prognostic influence of FLT3 mutations in paired initial and relapsed AML samples. Leukemia. 2006; 20: 1217-1220. (WI) Cloos J, Goemans BF, Hess CJ, Van Oostveen JW, Waisfisz Q, Corthals S, De Lange D, Boeckx N, Hählen K, Reinhardt D, Creutzig U, Schuurhuis GJ, Zwaan ChM, Kaspers GJL. Stability and prognostic influence of FLT3 mutations in paired initial and relapsed AML samples. Leukemia 2006; 20: 1217-1220
Lopend project, program 4.5- “Therapy” (Quality of life) of V-ICI Psychosexual development of survivors of childhood cancer. An explorative study E.M. van Dijk1, E. van Dulmen-den Broeder2, G.J.L. Kaspers2,, E.W.C.M. van Dam3, K.I. Braam2, J. Huisman1 1 Dpt of Medical Psychology, 2Dpt Pediatrics/pediatric oncology and 3 Dpt Internal Medicine, VU university medical center Grant: Platform Vrouwen VU-hulp Aim of the study is to explore psychosexual functioning and its relationship with quality of life in survivors of cancer in childhood. Childhood cancer survivors (n= 60; age range 17-39, mean 24.6 years) completed two questionnaires; psychosexual and social functioning questionnaire, and MOSSF-36. We found that psychosexual problems were frequent. About 20% of the survivors felt a limitation in their sexual life due to their illness. Older survivors (≥ 25 years) had significantly less experience with sexual intercourse than their age-matched peers in the Dutch population (p=.010). Survivors treated in adolescence had a delay in achieving psychosexual milestones compared to those treated in childhood: dating (p<.025), touching under clothes (p<.025), masturbation (female) (p<.05), and sexual intercourse (p<.025). No differences were found for sexual fantasies, kissing, masturbation (male) and oral sex. The total survivor group appraised their quality of life as less positive than their Dutch peers for the subscales general and mental health (both p<.001), physical and social functioning (p<.01; p<.001), bodily pain, and vitality (both p<.001). However, quality of life was not adversely more affected in survivors with psychosexual problems compared with survivors without these problems.. We conclude that in this cohort of childhood cancer survivors psychosexual problems were frequent. Treatment in adolescence is a risk factor for a delay in psychosexual
38
development. It seems to be justified to anticipate these problems by raising awareness and giving psychological prevention.
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI Late effects of illness and treatment in pediatric oncology patients E. van Dulmen-den Broeder1, F.E. van Leeuwen2, , K.I. Braam1, A.I. Buizer1, J. Huisman1, W. Werkman1, L.M.J. de Sonneville1, S.C.C.M.van Coeverden1, D.C. Roos4, H.A. Delemarre-van de Waal1, A.Y.N. Schouten-van Meeteren, A.J.P.Veerman1, G.J.L. Kaspers1, Dept of 1Pediatrics, 2Clinical Epidemiology 3Medical Psychology and Nuclear Medicine4, VU university medical center, Amsterdam The Late Effect Study Group participates in a nationwide project called LATER, which assesses the long-term side effects of childhood cancer and its treatment in ex-patients. Our database contains data on approximately 1200 patients treated for childhood cancer in our center, 800 of which have been treated more than 5-years ago. Follow-up of vital status and current address of these patients is still in progress but to date just over 600 have been traced. In 2002 we started a new late effects outpatient clinic (PLEK-poli) where patients, who have finished treatment at least 5-years ago, are evaluated and screened for late effects. To date more than 100 “ex-patients” have been screened at PLEK. A nationwide epidemiological research project about fertility, ovarian reserve and risk of early menopause in female adult survivors of childhood cancer is in preparation, for which a pilot study has been performed in 2004 and 2005. The study of bone mineralisation and bone mass formation in newly diagnosed children with acute lymphoblastic leukemia (BOEF) has been continued. The final group of patients was included 3 years ago and they will be followed for 4 years. In the growth hormone (GH) intervention study young adult survivor of ALL with a low bone density and/or low IGF-1 values are treated with GH. 11 patients were diagnosed as GH deficient and 17 started with GH treatment. All patients finished their 2 years GH therapy. Preliminary results show no essential increase in bone density. A prospective study of audiologic evaluation of very young patients with retinoblastoma who received carboplatin as part of their treatment was conducted in 2002 and 2003 and has been published. Fortunately ototoxicity does not seem to be a major problem in this group of children. Publications: (WN) Kremer LCM, Jaspers MWM, van Leeuwen FE, Versluys AB, Bresters D, Bökkerink JPM, Hakvoort-Cammel FGAJ, Postma A, Schouten-van Meeteren AYN, van Dulmen-den Broeder E, van der Pal HJH, Hazelhoff J, Ronckers CM, van Dam EWCM, Braam KI, van der Linden GHM, Blaauwbroek R, de Ridder-Sluiter, van den Bos C. Landelijke richtlijnen voor follow-up van overlevenden van kinderkanker. Tijdschr Kindergeneeskd 2006; 6: 214-218 (WN) Postma A, Schouten-van Meeteren AYN, Hakvoort-Cammel FGAJ, Bresters D, Versluys AB, Bökkerink JPM, van Dulmen-den Broeder E, van der Pal HJH, van Dam EWCM, van der Linden GHM, Blaauwbroek R, van Leeuwen FE, Jaspers MWM, Kremer LCM, van den Bos C. Gezondheidsproblemen na de behandeling van kinderkanker. Tijdschr Kindergeneeskd 2006; 6: 209214 (WN) Schouten-van Meeteren AYN, Van den Bos C. Late effecten van leukemie en lymfoom op de kinderleeftijd. Nederlands Tijdschrift voor Hematologie 2006; 1: 3-8
39
(WI) Smits C, Swen SJ, Goverts ST, Moll AC, Imhof SM, Schouten-van Meeteren AYN. Assessment of hearing in very young children receiving carboplatin for retinoblastoma. Eur J Cancer 2006; 42: 492500
Nieuw Project, programma 4 “Therapy” (Chemotherapy) of V-ICI Drug resistance in childhood leukemia N.E.Franke1, R.Oerlemans1, I.v Zantwijk1,J. Vink1, G. Jansen2, B.A.C. Dijkmans2, G.J.L. Kaspers1, J. Cloos1 1 Dept. of Pediatric Oncology/Hematology and 2Dept. of Rheumatology, VU University Medical Center, De Boelelaan 1117, 1081 HV Amsterdam, The Netherlands (grant from Stichting Translation Research) Glucocorticoids (GCs) are commonly used in childhood acute lymphoblastic leukaemia (ALL). Resistance to GCs is a major adverse prognostic factor. Nuclear factor kappaB (NF-kB) regulates the expression of cell survival genes, thereby counteracting GC-induced cytotoxic effects, resulting in impaired apoptosis. Oerlemans at al.(Ann Rheum Dis, publication in press) showed that NF-kB inhibition by Sulfasalazine (SZZ) results in increased GC sensitivity in ALL and AML cell-lines. Bortezomib (PS-341, Velcade®), a proteasome inhibitor with NF-kB inhibiting properties, is being tested in several haematological malignacies. Currently we are investigating the mechanism of the sensitizing effect of SSZ and the resistance mechanism of bortezomib in ALL cell-lines. Microarray analysis is performed on to compare mRNA expression profiles of wt cell-lines compared to SSZ and bortezomib resistant lines. In addition the mRNA response of GC exposure of the wt was compared with the SSZ resistant cell-lines. Until now, no distinct pathway expression profile is identified, but analysis is still ongoing. In our experiments to elucidate the dynamics of the GC sensitivity shift we have shown that slowly increasing low dose of SSZ exposure compared to rapid dose escalation results in SSZ resistance without GC sensitisation in the AML cell-lines THP-1 and U937. This indicates two different mechanisms of sensitisation. We also exposed the CEM ALL cell-line to increasing concentrations of bortezomib which resulted in a 200 fold increased bortezomib resistance level. Cross-resistance to other standard anti-cancer drugs will be tested using MTT assays. The clinical relevance of the elucidation of mechanisms underlying drug resistance is to improve the treatment of childhood leukaemia.
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Chemotherapy) of V-ICI Cellular resistance to conventional and targeted anticancer agents in childhood relapsed and refractory acute myeloid leukemia (AML) B.F. Goemans1, Ch.M. Zwaan1,2, J. Cloos1, M.C. Heinrich3, D. de Lange1, U. Creutzig2, G.J.L. Kaspers1. 1 Pediatric Oncology/Hematology VU University Medical Center, 2Pediatric Oncology/Hematology, Sophia Children’s Hospital Erasmus MC, Rotterdam, 3Oregon Health Sciences University Cancer Institute, Portland, OR, USA and 3AML-BFM Study Group, Hannover, Germany. Grant: ZON MW 920-03-374 The prognosis of childhood AML is relatively poor, with long-term survival in about 50% of children. In relapsed AML only 25% of children can be cured. In this project, resistance to clinically applied drugs and novel anticancer agents is investigated and new treatment targets are being investigated. Results: a) We compared the in vitro cytotoxicity of conventional daunorubicin (DNR) and compared it to liposomal daunorubicin (L-DNR). DNR is frequently used in leukemia treatment and can seriously
40
damage the heart. L-DNR was developed to specifically kill tumor cells and spare normal tissues, such as the heart. We found no significant differences in in vitro cytotoxicity in pediatric acute leukemia samples (N=44) between DNR and L-DNR. Normal bone marrow and peripheral blood cells were more resistant to DNR and L-DNR than acute leukemia samples. b) We investigated whether pediatric AML samples (N=61) were sensitive to the tyrosine kinase inhibitor SU11657 in vitro, and whether sensitivity was related to expression of and mutations in FLT3 and KIT. Overall, SU11657 showed only moderate cytotoxicity. A FLT3 mutation was detected in 35% and a KIT mutation in 6% of the samples. FLT3 and KIT mutated samples were significantly more sensitive to SU11657 than WT KIT and FLT3 samples. Samples without KIT or FLT3 mutations, but with a high WT KIT expression were significantly more sensitive to SU11657 than samples with low KIT expression (manuscript in preparation). Publications: (WI) Goemans BF, Zwaan CM, Reinhardt D, Gibson BES, Hählen K, Kaspers GJL. A comparison of the in vitro cytotoxicity of daunorubicin and liposomal daunorubicin in pediatric acute leukemia. Haematologica. 2006; 91: 1573-1574.
Lopend project, programma 4.4 “Therapy” (Gene Therapy) of V-ICI Virotherapy for osteosarcoma H.C.A. Graat1, M.A. Witlox1, F.H.E. Schagen2, E.S. Kleinerman3, L.T. Vassilev4, W.R. Gerritsen2, G.J.L. Kaspers5, V.W. van Beusechem2, P.I.J.M. Wuisman1. Depts. of 1Orthopedic Surgery, 2Medical Oncology and 5Pediatric Hematology/Oncology, VU University Medical Center; 3Division of Pediatrics, University of Texas M.D. Anderson Cancer Center, Houston, TX, USA; and 4Roche Research Center, Hoffmann-La Roche, Inc., Nutley, New Jersey, USA. This research project aims to improve the treatment of osteosarcoma (OS) by exploring new treatment strategies using conditionally replicating adenoviruses (CRAds). Previously, we found that a CRAd with integrin-expanded tropism (Ad5- 24RGD) was effective in killing OS cells. We then made the surprising observation that whereas combination of Ad 24RGD with cisplatin or doxorubicin resulted in augmented cytotoxicity against OS cell lines, chemotherapy diminished Ad 24RGD efficacy against primary OS cell cultures. This suggested that CRAds and chemotherapy should not be given simultaneously. We also found that CRAds killed OS cells more effectively when endogenous p53 was reactivated using the small molecule MDM2-antagonist Nutlin. Because metastatic disease is the major threat to patients with OS, we next focused on treatment of OS lung metastases. Intravenous delivery of Ad5- 24RGD to mice with established OS lung metastases decreased the number of lung metastases and total lung weight, suggesting that systemic treatment of OS with CRAds might be feasible. Publications: (WI) Graat HCA, Witlox MA, Schagen FHE, Kaspers GJL, Helder MN, Bras J, Schaap GR, Gerritsen WR, Wuisman PIJM, Van Beusechem VW - Different susceptibility of osteosarcoma cell lines and primary cells to treatment with oncolytic adenovirus and doxorubicin or cisplatin. Br J Cancer 2006; 94: 1837-1844. (DI) Witlox, M.A. – Gene Therapy of Osteosarcoma. Preclinical studies with adenoviral vectors and adenoviral oncolysis. Vrije Universiteit Amsterdam, 15-12-2006. (Co-)promotores: prof. Dr. P.I.J.M. Wuisman, dr. V.W. van Beusechem, dr. W.R. Gerritsen. Haveka B.V.: 2006: 161 p.
41
(WI) Carette JE, Graat HC, Schagen FH, Mastenbroek DC, Rots MG, Haisma HJ, Groothuis GM, Schaap GR, Bras J, Kaspers GJ, Wuisman PI, Gerritsen WR, van Beusechem VW. A conditionally replicating adenovirus with strict selectivity in killing cells expressing epidermal growth factor receptor. Virology 2006; Dec 18; (Epub ahead of print)
Lopend project, programma: 4 “Therapy” (chemotherapy) of V-ICI Cytarabine resistance in childhood acute myeloid leukemia (AML) I. Hubeek1, G.J. Peters2, A.J.F. Broekhuizen1, G.J.L. Kaspers1 Depts. of 1Pediatric Hematology/Oncology and 2Medical Oncology, VU University Medical Center, Amsterdam Deoxynucleoside analogs (NAs) form a major group of antimetabolite cytotoxic drugs in current clinical use. A family of nucleoside transporters (human equilabrative nucleoside transporters (hENTs) and concentrative nucleoside transporters (hCNTs)) mediate cellular uptake of NAs. In order to determine hENT1 and hCNT1 protein expression in pediatric AML we have set up an immunocytochemical method, using rabbit-anti human hENT1 and hCNT1 antibodies and applied this method in 50 AML patient samples (cryo-preserved cytospins). HL60 cells were used as a positive control. Negative controls were performed by omitting the first antibody. hENT1 and hCNT1 protein expression was evaluated by scoring the intensity of the staining: -/+ (weak), + (positive) or ++ (strong). hENT1 and hCNT1 were located in the cytoplasm in all samples. hENT1 staining was weak in 9/43 (21%) samples, positive in 26/43 (60%) samples and strong in 8/43 (19%) samples, and appeared to be slighty granular. hCNT1 staining was weak in 2/42 (5%) samples, positive in 35/45 (83%) samples and strong in 5/42 (12%) samples. In 8/42 (19%) AML patient samples hCNT1 was located predominately at the cellular membrane. HL60 cells consistently stained positive for both hENT1 and hCNT1 in the cytoplasm. Negative controls did not stain. hENT1 and hCNT1 expression levels will be correlated with clinical parameters and data on in vitro drug sensitivity to ara-C and other NAs. Publications: (WI) Hubeek I, Peters GJ, Broekhuizen R, Zwaan CM, Kaaijk P, van Wering ES, Gibson BE, Creutzig U, Janka-Schaub GE, den Boer ML, Pieters R, Kaspers GJ. In vitro sensitivity and cross-resistance to deoxynucleoside analogs in childhood acute leukemia. Haematologica. 2006; 91: 17 (WI) Adema AD, Zuurbier L, Floor K, Hubeek I, Kaspers GJL, Albertoni F, Peters GJ. Cellular resistance against troxacitabine in human cell lines and pediatric patient acute myeloid leukemia blast cells. Nucleosides Nucleotides Nucleic Acids 2006; 25: 981-986 (WI) Stam RW, Hubeek I, Den Boer ML, Buijs-Gladdines JGCAM, Creutzig U, Kaspers GJL, Pieters R. MLL gene rearrangements have no direct impact on Ara-C sensitivity in infant acute lymphoblastic leukemia and childhood M4/M5 acute myeloid leukemia. Leukemia 2006; 20: 179-182
Nieuw project, programma 4 “Therapy” V-ICI Tyrosine phosphatases as new targets in childhood cancer I. Hubeek1, J.Cloos1, T.K. van den Berg2, K Schornagel2, A.J.F. Broekhuizen1, A.A. van de Loosdrecht3, C.M. Zwaan4, G.J.L. Kaspers1. Depts of 1Pediatric Hematology/Oncology, 2Molecular Cell Biology and Immunology, and 3Hematology, VU University Medical Center, Amsterdam. Dept of 4 Pediatric Oncology/ Hematology, Erasmus MC/Sophia Children’s Hospital, Rotterdam Grant: Stichting KiKa
42
Signal regulatory protein-α (SIRPα) is a transmembrane receptor selectively expressed on myeloid and neuronal cells. SIRPα signaling negatively regulates many signaling pathways leading to reduced tumor migration, survival and cell transformation. Previous results have shown that SIRPα is downregulated in acute myeloid leukemic (AML). We studied the functional significance of SIRPα by retroviral reconstitution of Kasumi-1 cells and incubation with an agonistic SIRPα antibody (ED9; 10 μg/ml for 7 days). Daily cell counting and annexin V/7-AAD FACS staining demonstrated significant growth inhibition (p=0.02) and promoted apoptosis (p=0.005). No effect was seen in Kasumi-1 empty vector control cells. Finally, we determined the efficacy of ED9 in combination with 6 concentrations of cytarabine (ara-C; 0.625-0.00061 μg/ml), daunorubicin (DNR; 2.56-0.0025 μg/ml) and etoposide (VP16; 10-0.0098 μg/ml) in these Kasumi-1 cells, by 4-day MTT assay. Calcusyn analysis demonstrated synergism between ED9 and ara-C (CI=0.46±0.32), DNR (CI=0.74±0.06) and VP16 (CI=0.60±0.05). In conclusion, SIRPα-derived signals can directly control myeloid cell growth and induce apoptosis in AML M2 t(8;21) Kasumi-1 cells. Moreover, agonistic SIRPα triggering synergized with conventional chemotherapeutic agents. Our results create a rational basis for the design of antileukemic therapies targeting SIRPα.
Lopend project, programma 3 en 4 V-ICI Cell biological characteristics, drug resistance and clinical studies in pediatric oncology G.J.L. Kaspers, E. van Dulmen-den Broeder, W.A. Kors, V. de Haas, F. Abbink, , A.J.P. Veerman, J. Cloos. Pediatric Oncology/Hematology, VU university medical center, Amsterdam The research program aims to improve chemotherapy and radiotherapy for children with cancer by studying the relation between molecular cell biological features, drug and radioresistance and prognosis in childhood cancer. The knowledge obtained by these studies should lead to: (1) less toxic chemotherapy regimens for children that are currently cured but are "overtreated" and therefore suffer from unnecessary side effects; (2) less toxic radiotherapy on brain tissue, if possible with improved efficacy towards brain tumors, and (3) to more specific treatment regimens for the children that are currently not cured despite intensive chemotherapy. Research focuses on acute leukemia (both AML and ALL), retinoblastoma and brain tumors. Our research on underlying mechanisms of resistance to conventional agents and and more targeted agents such as tyrosine kinase inhibitors are shown elsewhere in this year report, as well as progress reports on tumor characterization that should identify treatment targets and subgroups of patients eligible for targeted therapy. Our research program includes clinical studies and case reports. Part of these have to be interpreted as small projects with an educational aim for young pediatricians and residents to put their first steps on the path of science. Cooperation exists in the clinical and research protocols of the Dutch Childhood Oncology Group, the German COALL and BFM Groups, the MRC and research groups in Denmark, Austria, Hungary, the United Kingdom, the Russian Federation and the USA. The cooperation with the Universitas Gadjah Mada in Yogyakarta Indonesia has resulted in the Wijaya Kusuma ALL 2000 protocol, which is adopted by the Indonesian Pediatric Association and supported by the International Society of Pediatric Oncology. (WI) Appel IM, Den Boer ML, Meijerink JPP, Veerman AJP, Reniers NCM, Pieters R. Up-regulation of asparagine synthetase expression is not linked to the clinical response to L-asparaginase in pediatric acute lymphoblastic leukemia. Blood 2006; 107: 4244-4249 (WN) Blokker RS, Smit LME, Van den Bos C, Overberg PC, Caron HN, Kaspers GJL. Een jongen met acute cerebellaire ataxie zonder opsoclonus, door een neuroblastoom. Ned Tijdschr Geneeskd 2006; 150: 799-803
43
(WI) Bourquin JP, Subramanian A, Langebrake C, Reinhardt D, Bernard O, Ballerini P, Baruchel A, Cavé H, Dastugue N, Hasle H, Kaspers GJL, Lessard M, Michaux L, Vyas P, Van Wering E, Zwaan CM, Golub TR, Orkin SH. Identification of distinct molecular phenotypes in acute megakaryoblastic leukemia by gene expression profiling. PNAS 2006; 103: 3339-3344 (WI) Braakhuis BJM, Senft A, de Bree R, de Vries J, Ylstra B, Cloos J, Kuik DJ, Leemans CR, Brakenhoff RH. Expression profiling and prediction of distant metastases in head and neck squamous cell carcinoma. J Clin Path 2006; 59: 1254-1260 (WI) Cloos J, de Boer WPH, Snel MHJ, van den IJssel P, Ylstra B, Leemans CR, Brakenhoff RH, Braakhuis BJM. Micro-array analysis of bleomycin-exposed lymphoblastoid cells for identifying cancer susceptibility genes. Mol Cancer Res 2006; 4: 71-77 (WI) Dirksen EHC, Cloos J, Braakhuis BJM, Brakenhoff RH, Heck AJR, Slijper M. Human Lymphoblastoid proteome analysis reveals a role for the inhibitor of acetyltransferase complex in DNA double strand-break response. Cancer Res 2006; 66: 1473-1480 (WI) Dirksen EHC, Pinkse MWH, Rijkers DTS, Cloos J, Liskamp RMJ, Slijper M, Heck AJR. Investigating the dynamic nature of the interactions between nuclear proteins and histones upon DNA damage using an immobilized peptide chemical proteomics approach. J Proteome Res 2006; 5: 23802388 (WI) De Graaf P, Castelijns JA, Moll AC, Imhof SM, Schouten-Van Meeteren AYN. Atrophic chorioretinal scar and focal scleral bowing following thermochemotherapy with a diode laser for retinoblastoma. Ophthalmic Genetics 2006; 27: 33-35 (WI) Van Grotel M, Meijerink JPP, Beverloo HB, Langerak AW, Buys-Gladdines JB, Schneider P, Poulsen TS, Den Boer ML, Horstmann M, Kamps WA, Veerman AJP, Van Wering ER, Van Noesel MM, Pieters R.The outcome of molecular-cytogenetic subgroups in pediatric T-cell acute lymphoblastic leukemia : a retrospective study for patients treated according to DCOG or COALL protocols. Haematologica 2006 ; 1212-1221 (WN) Haarman EG. Glucocorticoïdresistentie bij kinderen met leukemie: mechanismen en modulatie. Nederlands Tijdschrift voor Hematologie 2006; 3: 84-86 (WI) Hooijberg JH, De Vries NA, Kaspers GJL, Pieters R, Jansen G, Peters GJ. Multidrug resistance proteins and folate supplementation: therapeutic implications for antifolates and other classes of drugs in cancer treatment. Cancer Chemother Pharmacol 2006; 58: 1-12 (WI) Houben MPWA, Aben KKH, Teepen JLJM, Schouten-Van Meeteren AYN, Tijssen CC, Van Duijn VM, Coebergh JWW. Stable incidence of childhood and adult glioma in the Netherlands, 1989-2003. Acta Oncologica 2006; 45: 272-279 (WI) Imhof SM, Moll AC, Schouten-van Meeteren AYN. Stage of presentation and visual outcome of patients screened for familial retinoblastoma: nationwide registration in the Netherlands. Br J Ophthalmol 2006; 90: 875-878 (VP) Kaspers GJL. Uit de kinderschoenen: oratie, uitgesproken op 19 mei 2006. Tijdschrift Kanker 2006: 10
44
(WI) Kaspers GJL, Reinhardt D, Fleischhack G, Armendariz H, Stark B, Zwaan CM, Zimmermann M, Creutzig U. Low efficacy of methotrexate in childhood acute myeloid leukemia (AML): single-agent therapeutic window study in relapsed AML. Pediatr Blood Cancer 2006; 47: 539-542 (WI) Meschinchi S, Alonzo TA, Stirewalt DL, Zwaan CM, Zimmerman M, Reinhardt D, Kaspers GJL, Heerema NA, Gerbing R, Lange BJ, Radich JP. Clinical implications of FLT3 mutations in pediatric AML. Blood 2006; 12: 3654-3661 (WN) Moll AC, Imhof SM, Schouten-van Meeteren AYN, van Leeuwen FE, Giaccone G. Tweede primaire tumoren bij patiënten met een erfelijk retinoblastoom. Nederlands Tijdschrift voor Oncologie 2006; 4: 144-151 (WI) Stevens SJC, Zwaan CM, Verkuijlen SAWM, Middeldorp JM. Epstein-Barr virus (EBV) serology for predicting distant metastases in a white juvenile patient with nasopharyngeal carcinoma and no clinical response to EBV lytic induction therapy. Head Neck 2006; 11: 1040-1045 (WI) Van Vlierberghe P, Van Grotel M, Beverloo HB, Lee C, Helgason T, Buijs-Gladdines J, Passier M, Van Wering ER, Veerman AJP, Kamps WA, Meijerink JPP, Pieters R. The cryptic chromosomal deletion, del(11)(p12p13), as a new activation mechanism of LM02 in pediatric T-cell acute lymphoblastic leukemia. Blood 2006; 108: 3520-3529 (WI) Zwaan ChM, Den Boer ML, Kazemier KM, Hählen K, Loonen AH, Reinhardt D, Creutzig U, Kaspers GJL, Pieters R. Does modulation of P-glycoprotein have clinical relevance in pediatric acute myeloid leukemia? Blood 2006; 12: 4975-4976
Nieuw project, programma 4 “Therapy”(Quality of Life) of V-ICI ALL-10 treatment in acute lymphoblastic leukemia in children: a study into adjustment and quality of life R.R.L. van Litsenburg¹, E.M.M. Meijer-van den Bergh², J. Huisman³, P.M. Hoogerbrugge4, C. Verhaak², G.J.L. Kaspers¹, R.J.B.J. Gemke¹ Department of ¹paediatrics VU University Medical Center, ²medical psychology UMC Nijmegen, ³paediatric psychology VU University Medical Center and 4paediatrics UMC Nijmegen. Survival rates following treatment for childhood ALL have improved substantially over the past decades. As survival rates increase, issues concerning the Quality of Life (QoL) of these children, during and after treatment, become more and more relevant. Assessment of QoL during the previous treatment protocol ALL-9 show impaired QoL during and after treatment, worsened by the use of dexamethasone. Most children rapidly adapt to the consequences of a malignant disease, but subgroups show symptoms of Post Traumatic Stress Syndrome and delayed psychosocial development. A nationwide multi-center study was developed to assess 1) QoL during and shortly after treatment and 2) the influence of parental coping and disease cognitions on the adjustment of children with ALL. It is hypothesised that 1) QoL will be lower than population norms and 2) parental disease cognitions and coping are of great importance in the psychological health and adjustment of children with ALL. Methods: all newly diagnosed children ≥2 years treated according to the national ALL-10 protocol are eligible. Parents will be asked to rate their child’s QoL and psychological health at the start of, halfway into, and within 2 months after ending treatment. Predictors of adjustment (coping etc) will be assessed at baseline. Results of this study will allow a comparison with QoL data collected during the previous treatment protocol ALL-9. Awareness of QoL may play an important role in the design of future protocols.
45
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Radiotherapy) of V-ICI In vitro radiosensitivity and radiosensitization in pediatric brain tumors M. Luttjeboer1,2, Z.J. Kwidama1, M.V.M. Lafleur2, P. Sminia2, J. Cloos1, B. Slotman2, G.J.L. Kaspers1 Depts. of 1Pediatric Hematology/Oncology and 2Radiation Oncology, VU University Medical Center (VONK grant) In children, brain tumors are the most frequent solid tumors. Survival and long-term quality of life after treatment are relatively poor. Radiotherapy is part of the standard treatment of malignant pediatric brain tumors, but its application is limited by the vulnerability of normal (developing) nervous tissue. Side effects and increased risk of secondary malignancies are reported to be dose-related. Combining radiation with radiosensitizing agents may allow a reduction in radiation dosage, thus limiting the occurrence and severity of side effects. The ability of anticancer agents to act as radiosensitizer in pediatric brain tumors is largely unknown. In this project, anticancer agents are be tested for their ability to enhance radioresponse. This includes more recently developed targeted agents, such as EGFR inhibitors. Effects of radiation and possible radiosensitizers on proliferation and survival of pediatric brain tumor cell lines are tested. Both in cell lines and in patient material obtained at surgery, the effects of treatment on DNA damage and repair are assessed using a so-called sandwich ELISA method to determine double-strand breaks in DNA. Effects of targeted agents will be correlated to expression of their respective targets, as determined by real-time RT-PCR. Results may lead to an improved understanding of treatment-related processes in pediatric brain tumors, possibly leading to an improved radiation protocol with greater efficacy and less toxicity for children afflicted with a brain tumor. Publication: (WI) Luttjeboer M, Kaspers GJL. Medulloblastoma: need for targeted treatment. Expert Rev Anticancer Ther 2006; 5: 649-652
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI Compliance with Childhood Acute Lymphoblastic Leukemia Treatment in Indonesia Saskia Mostert,1 Mei Sitaresmi,2 Sutaryo,2 Chad Gundy,3 and Anjo Veerman1 1 VU University Medical Center, Department of Pediatric Oncology, Amsterdam, the Netherlands 2 Dr Sardjito Hospital, Department of Pediatric Oncology, Yogyakarta, Indonesia 3 Dutch Cancer Institute –Antonie van Leeuwenhoek Hospital, Department of Psycho-Social Research and Epidemiology, Amsterdam, the Netherlands Grant: KWF - Indonesia The aims of this study are: 1) To make an estimate of compliance in a developing country. 2) To investigate the influence of medical, social, financial, psychological, infectious and diary-taking factors on compliance. 3) To examine the relationship between compliance with chemotherapy regimens and subsequent patient survival. 4) To determine whether strategies to improve compliance result in increased compliance and better prognosis. Our study contains a retrospective medical records study of 164 ALL patients. Open exploratory interviews have been performed with 21 health care providers and 17 parents. We found that although poor and prosperous patients received the same protocol, actual implementation of treatment and treatment results differed significantly between poor and prosperous patients. Poor patients received less individualized attention from oncologists and less structured parental education. Lacking insight in necessity to continue treatment resulted. Based on
46
these findings an education program aimed at enhancing adherence has been designed and is provided to all patients. At diagnosis a videotape, leaflet, VCD and audiocassette are presented containing information about leukemia, its treatment, provided donated chemotherapy and compliance. A contract for informed consent and a contract with the Estella fund are introduced. Patients are randomized in a control and intervention group. Only patients in the intervention group receive a diary to write down per day whether medication has been taken or the clinic visited. Semi-structured questionnaires with 102 health care professionals and 51 parents have been conducted. Currently parents of children who refused or abandoned treatment are interviewed by psychologists. We also assess quality of life of ALL patients using Peds QL. Publication: (WI) Mostert S, Sitaresmi MN, Gundy CM, Sutaryo, Veerman AJP. Influence of socio-economic status on childhood acute lymphoblastic leukemia treatment in Indonesia. Pediatrics; 118;1600-1606.
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Quality of Life) of V-ICI. Neurotoxicity of cancer treatment: Neurocognitive dysfunction and underlying mechanisms I. Schuitema1,2, A.J.P. Veerman1, C. van den Bos3, L.M.J. de Sonneville2 1 Dept. of Pediatrics, Division of Pediatric Hematology and Oncology, VU University Medical Center, Amsterdam; 2 Dept. of Child and Adolescent Studies, University of Leiden, Leiden; 3 Dept. of Pediatrics, Division of Pediatric Hematology and Oncology, Amsterdam Medical Center, Amsterdam (Dutch Cancer Society, grant KWF VU 2001-2390 (pilot) and UL 2006-3630) Central nervous system (CNS) directed chemo- and radiotherapy for childhood acute lymphoblastic leukemia (ALL) has neurotoxic properties. The aim of this study is to find the underlying mechanisms of neuropsychological sequelae that have been encountered in adulthood. As a pilotstudy (“Brain function of long-term adult survivors of acute lymphoblastic leukaemia (ALL) in childhood: Neuropsychological and neuroimaging indices”), 8 subjects treated with protocol ALL-5 (chemo- and cranial radiotherapy, 1800 cGy), 7 subjects treated with protocol ALL-6 (chemotherapy only) and 10 healthy controls were assessed with (f)MRI, MEG and neuropsychological tests. Response rate was only 50%, which led to the conclusion we had to offer more feedback about individual test results. We found significant differences between the three groups in (f)MRI and MEG data, indicating differences in functional connectivity. Differences on neuropsychological tests were not significant, but effect sizes were sometimes large. On November 15, the pilot was continued by a new project (2006-2011) aiming to assess 210 subjects recruited from AMC patient records, funded by the Dutch Cancer Society, managed from Leiden University and taking place at the VUmc. This project will include quality of life assessment in addition to the above-mentioned methods. Publication: (WI) Jansen NC, Kingma A, Schuitema A, Bouma A, Huisman J, Veerman AJP, Kamps WA. Posttreatment intellectual functioning in children treated for acute lymphoblastic leukaemia (ALL) with chemotherapy-only: a prospective, sibling-controlled study. EurJ Cancer 2006; 42: 2765-72
Lopend project, programma 4 “Therapy” (Chemotherapy) of V-ICI Glucocorticoid-induced apoptosis and glucocorticoid resistance in lymphoid malignancies J. Vink1, J. Cloos1, G. Jansen2, G.J.L. Kaspers1 1 Dept. of Pediatric Oncology/Hematology and 2Dept. of Rheumatology, VU University Medical Center, De Boelelaan 1117, 1081 HV Amsterdam, The Netherlands (grant from European EUGIA project) Grant: EUGIA (European Community: QLGI-CT-2001-01574) Glucocorticoids (GCs) are commonly used in childhood acute leukemia. Resistance to GCs is a major adverse prognostic factor. Nuclear factor -kappaB (NFkB) regulates the expression of cell survival
47
genes, thereby counteracting GC-induced cytotoxic effects, resulting in impaired apoptosis. Currently we are studying whether inhibition of NFkB may restore apoptosis in GC-resistant cells. The sensitizing effect of clinically relevant inhibitors of NFkB activation such as Velcade and Sulfasalazine (SSZ) is now under investigation. First results showed that the GC-sensitive lymphatic leukemia cell-line CEM-C7 became further sensitized (10x) upon prolonged SSZ exposure (Van der Heijden et al, Ann Rheum Dis 63:131, 2004). The SSZ-sensitizing effect was also seen in CEM-derived GC-resistant cell-lines. Probably due to the fact that SSZ is a slow-acting drug it was not possible to determine the sensitising effect in short term (4 days) primary patient cultures. Therefore we have send the samples to Bristol where they have set up long term cultures of the primary cells in specific FCS-free medium allowing the cells to grow in NOD/SCID mice. Cells of four patients have been set up and treated with and without SSZ for several weeks. When possible we will also include exposure to Velcade in this system. The SSZ treated cells and the several cell lines are now ready to be inoculated in the mice. Results will have large implications for the design of clinical patient studies in which we would like to combine NFkB inhibitors with GC. Publications: (WI) Vink J, Cloos J, Kaspers GJ. Proteasome inhibition as novel treatment strategy in leukaemia Br J Haematol. 2006; 134: 253-262 (WI) Oerlemans R, Van der Heijden J, Vink J, Dijkmans BAC, Kaspers GJL, Lems WF, Scheffer GL, Ifergan I, Scheper RJ, Cloos J, Assaraf YG, Jansen G. Acquiered resistance to chloroquine in human CEM (T) cells is mediated by multidrug resistance-associated protein 1 and provokes high levels of cross-resistance to glucocorticoids. Arthritis and Rheumatism 2006; 54: 557-568
Nieuw project, programma “Therapy” (Chemo- and radiotherapy) of V-ICI Targeted therapy in pediatric brain tumors D.G. van Vuurden, A.J.F. Broekhuizen, G.J.L. Kaspers, J. Cloos. Department of Pediatric Oncology/ Hematology, VU university medical center, Amsterdam (VONK) The prognosis of brain tumors in children has improved over the past decades, but still at least one third of these patients cannot be cured and many suffer from significant treatment-related long-term adverse effects. Brain tumors in children are heterogeneous; Medulloblastoma is the most common malignant central nervous system tumor, followed by ependymomas and high-grade gliomas. Our project focuses on novel tumor specific targets for treatment of these tumors. Several targets are currently under investigation: 1) the glutamate receptor (GluR) of which it has been described that glioblastoma cells express these ionotropic GluR and their activation results in pro-survival, proliferation and anti-apoptosis pathways. Moreover, glioblastoma cells are thought to be capable of actively release glutamate using glutamate–cysteine transporters, and prevention of reuptake of glutamate by down-regulation of glutamate transporters (mainly EAAT2), leading to excitotoxic cell death of surrounding neurons, favoring glioblastoma’s migrational and proliferative properties. 2) NFkB, a nuclear transcription factor that is involved in cell survival and inhibition of apoptosis, is endogenously activated NFkB in adult glioblastoma. Inhibiting NFkB activity in these tumors (by for instance sulfasalazine or bortezomib) may increase chemo-and radiosensitivity. 3) Tyrosine phosphatases are highly expressed in neuronal and glial cells during development, but are also thought to contribute to tumorigenic behavior in brain tumors. SHP-2 is found to be an ‘activating phosphatase’ promoting migration, adhesion and mediating epidermal growth factor receptor signaling. Upon phosphorylation of SIRPalpha, SHP-2 gets dephosphorylated and hereby inactivated. Inhibition of these phosphatases by directly targeting SHP-2 or stimulating SIRPalpha could provide a new, targeted therapeutic strategy.
48
Citation Classics Deze lijst bevat veelvuldig (>50 in Science Citation Index medio 2007) geciteerde publicaties, waarvan één of meer van de auteurs nog in VUmc werkt als senior onderzoeker (vetgedrukt) Referentie Veerman AJP. On the interdigitating cells in the thymus-dependent area of the rat spleen: a relation between the mononuclear phagocyte system and T-lymphocytes. Cell Tiss Res 1974; 148: 247 Veerman AJP, Van Ewijk W. White pulp compartments in the spleen of rats and mice. A light and electron microscopic study of lymphoid and non-lymphoid celltypes in T- and B-areas. Cell Tiss Rea 1975; 156: 417 Pongers-Willemse MJ, Verhagen OJHM, Tibbe GJM, Wijkhuijs AJM, de Haas V, Roovers E, van der Schoot CE, van Dongen JJM. Real-time quantitative PCR for the detection of minimal residual disease in acute lymphoblastic leukemia using junctional region specific TaqMan probes. Leukemia 1998, 12: 2006-2014 Pieters R, Huismans DR, Loonen AH, Hählen K, Van der Does-Van den Berg A, Wering ER, Veerman AJP. Relation of cellular drug resistance to long-term clinical outcome in childhood acute lymphoblastic leukemia. Lancet 1991; 338: 399 Pieters R, Loonen AH, Huismans DR, Broekema GJ, Dirven MWJ, Heyenbrok MW, Hählen K, Veerman AJP. In vitro drug sensitivity of cells from children with leukemia using the MTT assay with improved culture conditions. Blood 1990; 76: 2327 Kaspers GJL, Veerman AJP, Pieters R, Van Zantwijk CH, Smets LA, Van Wering ER, Van der DoesVvan den Berg A. In vitro cellular drug resistance and prognosis in newly diagnosed childhood acute lymphoblastic leukemia. Blood 1997; 7: 2723 Dong F, Hoefsloot LH, Schelen AM, Broeders LCAM, Meijer Y, Veerman AJP, Touw IP, Löwenberg B. Identification of a nonsense mutation in the granulocyte-colony-stimulating factor receptor in severe congenital neutropenia. Proc Natl Acad Sci Genetics USA 1994; 91: 4480 Cloos J, Spitz MR, Schantz SP, Hsu TC, Zhang ZF, Tobi H, Braakhuis BJ, Snow GB. Genetic susceptibility to head and neck squamous cell carcinoma. J Natl Cancer Inst 1996,88: 530 Veerman AJP, Hählen K, Kamps WA, Van Leeuwen EF, De Vaan GAM, Solbu G, Suciu S, Van Wering ER, Van der Does-Van den Berg A. High cure rate with a moderately intensive treatment regimen in non-high-risk childhood acute lymphoblastic leukemia: results of protocol ALL VI from the Dutch Childhood Leukemia Study Group. J Clin Oncol 1996; 14: 911 Holleman A, Cheok MH, Den Boer ML, Yang W. Veerman AJP, Kazemier KM, Pei D, Cheng C, Pui CH, Relling MV, Janka-Schaub GE, Pieters R, Evans WE. Gene-expression patterns in drug-resistant acute lymphoblastic leukemia cells and response to treatment. New England J Med 2004; 351: 533542 Pieters R, Huismans DR, Leyva A, Veerman AJP. Adaption of the rapid automated tetrazolium dye based (MTT) assay for chemosensitivity testing in childhood leukemia. Cancer Letters 1988; 41, 323 Pieters R, Den Boer ML, Durian M, Janka G, Schmiegelow K, Kaspers GJL, Van Wering ER, Veerman AJP. Relation between age, immunophenotype and in vitro drug resistance in 395 children with acute lymphoblastic leukemia - implications for treatment of infants. Leukemia 1998; 12: 1344 Kaspers GJL, Smets LA, Pieters R, Van Zantwijk CH, Van Wering ER, Veerman AJP. Favorable prognosis of hyperdiploid common acute lymphoblastic leukemia may be explained by sensitivity to antimetabolites and other drugs: results of an in vitro study. Blood 1995; 85: 751 Den Boer ML, Pieters R, Kazemier KM, Rottier MMA, Zwaan CM, Kaspers GJL, Janka-Schaub G, Henze G, Creutzig U, Scheper RJ, Veerman AJP. Relationship between major vault protein/lung resistance protein, multidrug resistance-associated protein, P-glycoprotein expression, and drug resistance in childhood leukemia. Blood 1998; 91: 2092 Dong F, Dale DC, Bonilla MA, Freedman M, Fasth A, Neijens HJ, Palmblad J. Briars GL, Carsson G, Veerman AJP, Welte K, Löwenberg B, Touw IP. Mutations in the granulocyte colony-stimulating factor receptor gene in patients with severe congenital neutropenia. Leukemia 1997; 11: 120 Kaspers GJL, Pieters R, Van Zantwijk CH, De Laat P.A.J.M, De Waal FC, Van Wering ER, Veerman AJP. In vitro drug sensitivity of normal peripheral blood lymphocytes and childhood leukaemic cells from bone marrow and peripheral blood. Brit J Cancer 1991; 64: 469
49
Citaties 186 175
166
165
140
138
112
99 98
96
88 87
85
83
80
78
Referentie Rodenhuis S, Smets LA, Slater RM, Behrendt H, Veerman AJP. Distinguishing the philadelphia chromosome of acute lymphoblastic leukemia from its counterpart in chronic myelogenous leukemia. New Engl J Med 1985; 313: 51 Pieters R, Huismans DR, Leyva A, Veerman AJP: Comparison of the rapid automated MTT-assay with a dye exclusion assay for chemosensitivity testing in childhood leukaemia. Br J Cancer 1989; 59, 217 Treskes M, Boven E, Van De Loosdrecht AA, Wijffels JF, Cloos J, Peters GJ, Pinedo HM, Van Der Vijgh WJ. Effects of the modulating agent WR2721 on myelotoxicity and antitumour activity in carboplatin-treated mice. Eur J Cancer. 1994;30A(2):183 Rotig A, Cormier V, Koll F, Mize CE, Saudubray J-M, Veerman AJP, Pearson HA, Munnich A. Sitespecific deletions of the mitochondrial genome in the Pearson marrow pancreas syndrome. Genomics 1991, S 10: 502-504 Cloos J, Braakhuis BJ, Steen I, Copper MP, de Vries N, Nauta JJ, Snow GB. Increased mutagen sensitivity in head-and-neck squamous-cell carcinoma patients, particularly those with multiple primary tumors. Int J Cancer 1994, 56: 816 Klumper E, Pieters R, Veerman AJP, Huismans DR, Loonen AH, Hählen K, Kaspers GJL, Van Wering ER, Hartmann R, Henze G. Cellular drug resistance in children with relapsed and refractory acute lymphoblastic leukemia. Blood 1995; 86: 3861 Cloos J, Nieuwenhuis EJC, Boomsma DI, Kuik DJ, Van Der Sterre MLT, Arwert F, Snow GB, Braakhuis BJM. Inherited susceptibility to bleomycin-induced chromatid breaks in cultured peripheral blood lymphocytes. J Natl Cancer Inst 1999, 91: 1125 Veerman AJP, Pieters R. Annotation: Drug sensitivity assays in leukemia and lymphoma. Brit J Haematol 1990; 74: 381 Bax JJ, Visser FC, Blanksma PK, Veening MA, Tan ES, Willemsen ATM, vanLingen A, Teule GJJ, Vaalburg W, Lie KI, Visser CA. Comparison of myocardial uptake of fluorine-18-fluorodeoxyglucose imaged with PET and SPECT in dyssynergic myocardium. J Nuclear Med 1996, 37: 1631-1636 Kaspers GJL, Veerman AJP, Pieters R, Broekema GJ, Huismans DR, Kazemier KM, Loonen AH, Rottier MAA, Van Zantwijk CH, Hählen K, Van Wering ER. Mononuclear cells contaminating acute lymphoblastic leukaemic samples tested for cellular drug resistance using the methyl-thiazoltetrazolium assay. Br J Cancer 1994; 70: 1047-1052 Pieters R, Hongo T, Loonen AH, Huismans DR, Broxterman HJ, Hählen K, Veerman AJP. Different types of non-p-glycoprotein mediated multiple drug resistance in children with relapsed acute lymphoblastic leukemia. Br J Cancer 1992; 65: 691 Kaspers GJL, Pieters R, Van Zantwijk CH, Van Wering ER, Van Der Does-Van Den Berg A, Veerman AJP. Prednisolone resistance in childhood acute lymphoblastic leukemia: Vitro-vivo correlations and cross-resistance to other drugs. Blood 1998, 92: 259-266 Veerman AJP. The postnatal development of the white pulp in the rat spleen and the onset of immunocompetence against a thymus-independent and a thymus-dependent antigen. Z Immunitatsforsch Exp Klin Immunol 1975; 150: 45 Woelfle U, Cloos J, Sauter G, Riethdorf L, Jänicke F, van Diest P, Brakenhoff R, Pantel K. Molecular signature associated with bone marrow micrometastasis in human breast cancer. Cancer Res 2003, 63: 5679-5684 Pieters R, Kaspers GJL, Huismans DR, Loonen AH, Hählen K, Van der Does-Van den Berg A, Van Wering ER, Veerman AJP. Cellular drug resistance profiles that might explain the prognostic value of immunophenotype and age in childhood acute lymphoblastic leukemia. Leukemia 1993; 7: 392-397 Zwaan CM, Kaspers GJL, Pieters R, Ramakers-Van Woerden NL, den Boer ML, Wünsche R, Rottier MMA, Hählen K, van Wering ER, Janka-Schaub GE, Creutzig U, Veerman AJP. Cellular drug resistance profiles in childhood acute myeloid leukemia: differences between FAB types and comparison with acute lymphoblastic leukemia. Blood 2000, 96: 2879-2886 Rots MG, Pieters R, Peters GJ, Noordhuis P, van Zantwijk CH, Kaspers GJL, Hählen K, Creutzig U, Veerman AJP, Jansen G. Role of folylpolyglutamate synthetase and folylpolyglutamate hydrolase in methotrexate accumulation and polyglutamylation in childhood leukemia. Blood 1999, 93: 1677-1683 Kaspers GJL, Pieters R, Klumper E, De Waal FC, Veerman AJP. Glucocorticoid resistance in childhood leukemia. Leukemia & Lymphoma 1994, 13: 187-201
50
Citaties 78
78 73
72
70
70
63
61 61
61
56
54
53
53
53
52
51
51
Publicaties 1
Adema AD, Zuurbier L, Floor K, Hubeek I, Kaspers GJL, Albertoni F, Peters GJ. Cellular resistance against troxacitabine in human cell lines and pediatric patient acute myeloid leukemia blast cells. Nucleosides Nucleotides Nucleic Acids 2006; 25: 981-986
2
Appel IM, Den Boer ML, Meijerink JPP, Veerman AJP, Reniers NCM, Pieters R. Up-regulation of asparagine synthetase expression is not linked to the clinical response to L-asparaginase in pediatric acute lymphoblastic leukemia. Blood 2006; 107: 4244-4249
3
Blokker RS, Smit LME, Van den Bos C, Overberg PC, Caron HN, Kaspers GJL. Een jongen met acute cerebellaire ataxie zonder opsoclonus, door een neuroblastoom. Ned Tijdschr Geneeskd 2006; 150: 799-803
4
Bourquin JP, Subramanian A, Langebrake C, Reinhardt D, Bernard O, Ballerini P, Baruchel A, Cavé H, Dastugue N, Hasle H, Kaspers GJL, Lessard M, Michaux L, Vyas P, Van Wering E, Zwaan CM, Golub TR, Orkin SH. Identification of distinct molecular phenotypes in acute megakaryoblastic leukemia by gene expression profiling. PNAS 2006; 103: 3339-3344
5
Braakhuis BJM, Senft A, de Bree R, de Vries J, Ylstra B, Cloos J, Kuik DJ, Leemans CR, Brakenhoff RH. Expression profiling and prediction of distant metastases in head and neck squamous cell carcinoma. J Clin Path 2006; 59: 1254-1260
6
Buizer AI. De Sonneville LMJ, Van den Heuvel-Eibrink, MM, Veerman AJP. Behavorial and educational limitatiions after chemotherapy for childhood acute lymphoblastic leukemia or Wilms tumor. Cancer 2006; 106: 2067-2075
7
Cloos J, de Boer WPH, Snel MHJ, van den IJssel P, Ylstra B, Leemans CR, Brakenhoff RH, Braakhuis BJM. Micro-array analysis of bleomycin-exposed lymphoblastoid cells for identifying cancer susceptibility genes. Mol Cancer Res 2006; 4: 71-77
8
Cloos J, Goemans BF, Hess CJ, Van Oostveen JW, Waisfisz Q, Corthals S, De Lange D, Boeckx N, Hählen K, Reinhardt D, Creutzig U, Schuurhuis GJ, Zwaan ChM, Kaspers GJL. Stability and prognostic influence of FLT3 mutations in paired initial and relapsed AML samples. Leukemia 2006; 20: 1217-1220
9
Dirksen EHC, Cloos J, Braakhuis BJM, Brakenhoff RH, Heck AJR, Slijper M. Human Lymphoblastoid proteome analysis reveals a role for the inhibitor of acetyltransferase complex in DNA double strand-break response. Cancer Res 2006; 66: 1473-1480
10
Dirksen EHC, Pinkse MWH, Rijkers DTS, Cloos J, Liskamp RMJ, Slijper M, Heck AJR. Investigating the dynamic nature of the interactions between nuclear proteins and histones upon DNA damage using an immobilized peptide chemical proteomics approach. J Proteome Res 2006; 5: 2380-2388
51
11
Goemans BF, Zwaan CM, Reinhardt D, Gibson BES, Hählen K, Kaspers GJL. A comparison of the in vitro cytotoxicity of daunorubicin and liposomal daunorubicin in pediatric acute leukemia. Haematologica 2006; 91: 1573-1574
12
De Graaf P, Castelijns JA, Moll AC, Imhof SM, Schouten-Van Meeteren AYN. Atrophic chorioretinal scar and focal scleral bowing following thermochemotherapy with a diode laser for retinoblastoma. Ophthalmic Genetics 2006; 27: 33-35
13
Graat HCA, Witlox MA, Schagen FHE, Kaspers GJL, Helder MN, Bras J, Schaap GR, Gerritsen WR, Wuisman PIJM, Van Beusechem VW. Different susceptibility of osteosarcoma cell lines and primary cells to treatment with oncolytic adenovirus and doxorubicin or cisplatin. Br J Cancer 2006; 94:1837-1844
14
Van Grotel M, Meijerink JPP, Beverloo HB, Langerak AW, Buys-Gladdines JB, Schneider P, Poulsen TS, Den Boer ML, Horstmann M, Kamps WA, Veerman AJP, Van Wering ER, Van Noesel MM, Pieters R.The outcome of molecular-cytogenetic subgroups in pediatric T-cell acute lymphoblastic leukemia : a retrospective study for patients treated according to DCOG or COALL protocols. Haematologica 2006 ; 1212-1221
15
Haarman EG. Glucocorticoïdresistentie bij kinderen met leukemie: mechanismen en modulatie. Nederlands Tijdschrift voor Hematologie 2006; 3: 84-86
16
Hooijberg JH, De Vries NA, Kaspers GJL, Pieters R, Jansen G, Peters GJ. Multidrug resistance proteins and folate supplementation: therapeutic implications for antifolates and other classes of drugs in cancer treatment. Cancer Chemother Pharmacol 2006; 58: 1-12
17
Houben MPWA, Aben KKH, Teepen JLJM, Schouten-Van Meeteren AYN, Tijssen CC, Van Duijn VM, Coebergh JWW. Stable incidence of childhood and adult glioma in the Netherlands, 1989-2003. Acta Oncologica 2006; 45: 272-279
18
Hubeek I, Peters GJ, Broekhuizen R, Zwaan CM, Kaaijk P, Van Wering ES, Gibson BES, Creutzig U, Janka-Schaub GE, Den Boer ML, Pieters R, Kaspers GJL. In vitro sensitivity and cross-resistance to deoxynucleoside analogs in childhood acute leukemia. Haematologica 2006; 91: 17-23
19
Imhof SM, Moll AC, Schouten-van Meeteren AYN. Stage of presentation and visual outcome of patients screened for familial retinoblastoma: nationwide registration in the Netherlands. Br J Ophthalmol 2006; 90: 875-878
20
Jansen NC, Kingma A, Schuitema A, Bouma A, Huisman J, Veerman AJP, Kamps WA. Posttreatment intellectual functioning in children treated for acute lymphoblastic leukaemia (ALL) with chemotherapy-only: a prospective, sibling-controlled study. EurJ Cancer 2006; 42: 2765-72
21
Kaspers GJL. Uit de kinderschoenen: oratie, uitgesproken op 19 mei 2006. Tijdschrift Kanker 2006: 10
52
22
Kaspers GJL, Reinhardt D, Fleischhack G, Armendariz H, Stark B, Zwaan CM, Zimmermann M, Creutzig U. Low efficacy of methotrexate in childhood acute myeloid leukemia (AML): singleagent therapeutic window study in relapsed AML. Pediatr Blood Cancer 2006; 47: 539-542
23
Kremer LCM, Jaspers MWM, van Leeuwen FE, Versluys AB, Bresters D, Bökkerink JPM, Hakvoort-Cammel FGAJ, Postma A, Schouten-van Meeteren AYN, van Dulmen-den Broeder E, van der Pal HJH, Hazelhoff J, Ronckers CM, van Dam EWCM, Braam KI, van der Linden GHM, Blaauwbroek R, de Ridder-Sluiter, van den Bos C. Landelijke richtlijnen voor follow-up van overlevenden van kinderkanker. Tijdschr Kindergeneeskd 2006; 6: 214-218
24
Van der Linden GHM, Van Dulmen-den Broeder E, Hakvoort-Cammel FGAJ. Fertiliteitsproblemen na behandeling wegens kanker op de kinderleeftijd: signalering, diagnostiek en therapie. In: Bijblijven 2006/22/8 (Late iatrogene effecten) 2006; 8: 6-11
25
Luttjeboer M, Kaspers GJL. Medulloblastoma: need for targeted treatment. Expert Rev Anticancer Ther 2006; 5: 649-652
26
Meschinchi S, Alonzo TA, Stirewalt DL, Zwaan CM, Zimmerman M, Reinhardt D, Kaspers GJL, Heerema NA, Gerbing R, Lange BJ, Radich JP. Clinical implications of FLT3 mutations in pediatric AML. Blood 2006; 12: 3654-3661
27
Moll AC, Imhof SM, Schouten-van Meeteren AYN, van Leeuwen FE, Giaccone G. Tweede primaire tumoren bij patiënten met een erfelijk retinoblastoom. Nederlands Tijdschrift voor Oncologie 2006; 4: 144-151
28
Oerlemans R, Van der Heijden J, Vink J, Dijkmans BAC, Kaspers GJL, Lems WF, Scheffer GL, Ifergan I, Scheper RJ, Cloos J, Assaraf YG, Jansen G. Acquiered resistance to chloroquine in human CEM (T) cells is mediated by multidrug resistance-associated protein 1 and provokes high levels of cross-resistance to glucocorticoids. Arthritis and Rheumatism 2006; 54: 557-568
29
Schouten-van Meeteren AYN, Van den Bos C. Late effecten van leukemie en lymfoom op de kinderleeftijd. Nederlands Tijdschrift voor Hematologie 2006; 1: 3-8
30
Smits C, Swen SJ, Goverts ST, Moll AC, Imhof SM, Schouten-van Meeteren AYN. Assessment of hearing in very young children receiving carboplatin for retinoblastoma. Eur J Cancer 2006; 42: 492-500
31
Stam RW, Hubeek I, Den Boer ML, Buijs-Gladdines JGCAM, Creutzig U, Kaspers GJL, Pieters R. MLL gene rearrangements have no direct impact on Ara-C sensitivity in infant acute lymphoblastic leukemia and childhood M4/M5 acute myeloid leukemia. Leukemia 2006; 20: 179-182
32
Stevens SJC, Zwaan CM, Verkuijlen SAWM, Middeldorp JM. Epstein-Barr virus (EBV) serology for predicting distant metastases in a white juvenile patient with nasopharyngeal carcinoma and no clinical response to EBV lytic induction therapy. Head Neck 2006; 11: 1040-1045
53
33
Vink J, Cloos J, Kaspers GJL. Proteasome inhibition as novel treatment strategy in leukaemia. British J of Haematol 2006; 134: 253-262
34
Van Vlierberghe P, Van Grotel M, Beverloo HB, Lee C, Helgason T, Buijs-Gladdines J, Passier M, Van Wering ER, Veerman AJP, Kamps WA, Meijerink JPP, Pieters R. The cryptic chromosomal deletion, del(11)(p12p13), as a new activation mechanism of LM02 in pediatric Tcell acute lymphoblastic leukemia. Blood 2006; 108: 3520-3529
35
Zwaan ChM, Den Boer ML, Kazemier KM, Hählen K, Loonen AH, Reinhardt D, Creutzig U, Kaspers GJL, Pieters R. Does modulation of P-glycoprotein have clinical relevance in pediatric acute myeloid leukemia? Blood 2006; 12: 4975-4976
54
Abstracts 1
Buizer AI, de Sonneville LMJ, van den Heuvel-Eibrink MM, Veerman AJP. Risk factors for attentional dysfunction after chemotherapy in survivors of childhood ALL and Wilms tumor. J Int Neuropsychol Soc 2006; 12 (S1): 108
2
Buizer AI, de Sonneville LMJ, van den Heuvel-Eibrink MM, Njiokiktjien C, Veerman AJP. Neurocognitive function after chemotherapy for childhood acute lymphoblastic leukemia (ALL). Proceedings Psychosocial and Neurocognitive Consequences of Childhood Cancer: A symposium in tribute to Raymond K. Mulhern: Psychosocial and neurocognitive consequences of childhood cancer 2006, 13-15 september Memphis, Tennessee, USA
3
Cloos J, Kogelenberg M, Vink J, Kaspers GJL. NFkB pathway and its inhibition in acute leukaemia. 5th Childhood Leukemia Symposium 2006, 30 April – 2 May 2006, Noordwijkerhout
4
Van Dijk EM, Huisman J, Van Dulmen-den Broeder E, Van Dam EWCM, Kaspers GJL. Psychosocial development of survivors of childhood cancer. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 397-398 (# O.156)
5
Van Dulmen-den Broeder E, Schats R, Braam KI, Lambalk CB, Van Leeuwen FE, Van Dam EWCM, Kaspers GJL. Ovarian reserve and risk of premature menopause in female survivors of childhood cancer: A pilot study. Congres Late Effects of Childhood Cancer June 2006, Niagaraon-the lake, Canada
6
Goemans BF, Zwaan CM, De Lange D, Cloos J, Waisfisz Q, Reinhardt D, Hahlen K, Gibson BE, Creutzig U, Kaspers GJL. Flt3 mutated pediatric acute myeloid leukemia (AML) samples are sensitive to the tyrosine kinase inhibitor SU11657. Haematologica/the hematology journal 2006; 91: 370 (# 1008)
7
Goemans BF, Corbijn K, Tamminga RYJ, Hahlen K, Kaspers GJL. Pediatric relapsed acute myeloid leukemia in The Netherlands from 1980 until 2000. Haematologica/the hematology journal 2006; 91: 49 (# 0134)
8
Goemans BF, Zwaan CM, De Lange D, Cloos J, Waisfisz Q, Reinhardt D, Hählen K, Gibson B, Creutzig U, Kaspers GJL. FLT3 mutated pediatric acute myeloid leukemia (AML) samples are sensitive to the tyrosine kinase inhibitor SU11657. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 415-416 (# PA.059)
9
Goemans BF, Corbijn K, Tamminga RYJ, Hählen K, Kaspers GJL. Pediatric Relapsed acute myeloid leukema (AML) in the Netherlands from 1980 until 2000. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 432-433 (# PD.019)
10
Goemans BF, Zwaan CM, De Lange D, Cloos J, Reinhardt D, Hählen K, Gibson BES, Creutzig U, Kaspers GJL. FLT3 and KIT mutated pediatric acute myeloid leukemia (AML) samples are more sensitive in vitro to the tyrosine kinase inhibitor SU11657. Blood 2006; 108, 397a (#1359)
55
11
Graat HCA, Van Beusechem VW, Schagen FHE, Witlox MA, Gerritsen WR, Kleineman ES, Kaspers GJL, Wuisman PIJM. Intravenous administration of the conditionally replicative adenovirus Ad5-Δ24RGD induces regression of osteosarcoma lung metastases in an animal model. 19th EMSOS meeting, 24-26 May 2006, Moscow, Russia
12
Haas V, Grill J, Raquin MA, Habrand JL, Sainte-Rose C, Kalifa C. When do optic pathway tumors (opt) relapsing after first-line chemotherapy need radiotherapy? Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 437-438 (# PD.038)
13
Haas V, Laithier V, Raquin AM, Couanet DC, Grill J, Kalifa C. Initial progression at first-line chemotherapy is not an indicator of poor outcome: a reappraisal of the BBSFOP protocol. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 438 (# PD.039)
14
Hagung WP, Purwanto, Veerman AJP, Sutaryo. Peripheral lymphoblast count on day 8 of remission induction as predictor of treatment failure in childhood acute lymphoblastic leukemia (ALL) in the WK-ALL protocol in Yogyakarta, Indonesia. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 402-403 (# PA.011)
15
Hess CJ, Ameziane N, Schuurhuis GJ, Errami A, Denkers F, Hubeek I, Kaspers GJL, Joenje H, Reinhardt D, Ossenkoppele GJ, Zwaan CM, Waisfisz Q. Hypermehthylation of FANCC and FANCL resulting in a mitomycine-C (MMC) sensitive cellular phenotype in sporadic acute leukemia. Blood 2006; 108, 630a (#2224)
16
Hubeek I, Van den Berg TK, Keune WJ, Schornagel K, Broekhuizen AJF, Cloos J, Van Beek E, Van de Loosdrecht AA, Zwaan CM, Kaspers GJL. Methylation of the signal regulatory protein-α (SIRPα) promoter region in acute myeloid leukemia. 5th Childhood Leukemia Symposium 2006, 30 April – 2 May 2006, Noordwijkerhout
17
Jansen NC, Kingma A, Schuitema A, Bouma A, Veerman AJ, Kamps WA. Neuropsychological late effects of chemotherapy only in children treated for acute lymphoblastic leukemia. Late Effects, Canada 2006
18
Jansen NC, Kingma A, Schuitema A, Bouma A, Veerman AJP, Kamps WA. Neuropsychological late effects of chemotherapy in children treated for acute lymphoblastic leukemia (ALL). Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 492 (# PL.008)
19
De Jonge HJM, Ter Elst A, Boezen HM, Weidenaar AC, Scherpen FJG, Bouma-Ter Steege JCA, Kaspers GJL, Goemans BF, Creutzig U, Kamps WA, De Bont ESJM. Endogenous VEGFCmRNA expression increases in vitro drug resistance of pediatric AML cells and is an independent prognostic factor for the time to reach complete remission in AML. Blood 2006; 108,252a (#838)
20
Kaspers GJL, Zimmermann M, Fleischhack G, Tamminga R, Gibson B, Armendariz H, Dworzak M, Ha S, Hovi L, Maschan A, Philippe N, Razzouk B, Rizzari C, Smisek P, Smith O, Stark B, Will A, Creutzig U. Relapsed acute myeloid leukemia in children and adolescents: interim report of the international randomised phase III study relapsed AML. Blood 2006; 108, 570a (#2013)
56
21
Kaspers GJL. AML: Innovative treatment. 23-26 January Amsterdam School of Paediatric Oncology, 3rd postgraduate course in paediatric oncology. Abstractbook 2006, 20
22
Kaspers GJL, Broekhuizen R. Goemans B. Vladimirskaya E, Jimeno J. Favorable interactions between Aplidin (Plitidepsin) and conventional anticancer agents in leukemic cell lines and acute leukemia patient samples. 5th Childhood Leukemia Symposium, 30 April – 2 May 2006, Noordwijkerhout
23
Kaspers GJL, Zimmermann M.Fleischhack, Tamminga R. Gibson B, Armendariz H, Dworzak M, Ha S, Hovi L, Maschan A, Philippe N, Razzouk B, Rizzari C, Smisek P, Smith O, Stark B, Will A, Creutzig U. Relapsed acute myeloid leukemia in children and adolescents: interim results of the International Randomised Phase III study Relapsed AML 2001/01. 5th Childhood Leukemia Symposium 2006, 30 April – 2 May 2006, Noordwijkerhout
24
Kaspers GJL. Pediatric AML: progress by international collaboration. 7th Chugai Pediatric Leukemia Forum, 4 October 2006,Tokyo, Japan
25
Luttjeboer M, Kwidama ZJ, Geertsema C, Cloos J, Lafleur MVM, Sminia P, Kaspers GJL. Quantitative determination of DNA damage and repair in pediatric brain tumor cells. 97th AACR Annual Meeting, 1-5 April 2006, Washington DC, USA (#2313) Oral presentation
26
Mostert S, Sitaresmi M,Gundy C, Sutaryo, Veerman AJP. Influence of socioeconomic status on childhood acute lymphoblastic leukaemia treatment in Indonesia. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 498 (# PK.020)
27
Schuitema I, De Sonneville LMJ, Buizer AI, Sanz-Arigita EJ, Barkhof F, Veerman AJP, Stam C. Underlying mechanisms of late neurocognitive sequelae after treatment of childhood ALL: Neuro-imaging indices of functional connectivity. A symposium in tribute to Raymond K. Mulhern: Psychosocial and neurocognitive consequences of childhood cancer 2006, 13-15 september Memphis, Tennessee, USA, Oral presentation
28
Sitaresmi MN, Mostert S, Gundy C, Sutaryo, Veerman AJP. Compliance of health care providers with protocol for childhood acute lymphoblastic leukemia in Yogyakarta, Indonesia. Pediatric Blood & Cancer 2006; 47: 517 (# PV.003)
29
Vink J, Cloos J, Oerlemans R, Van Zantwijk CH, Van der Heijden JW, Jansen G, Kaspers GJL. Sensitizing leukemic cells to glucocorticosteroids by inhibiting NFKB activation. Haematologica/the hematology journal 2006; 91: 15 (# 0038)
30
Vink J. Cloos J. Oerlemans R, Van der Heijden JW, Kofler?, Jansen G, Kaspers GJL. Increased glucocorticoid sensitivity of leukemic cells by inhibiting NFkB activation. 5th Childhood Leukemia Symposium 2006, 30 April – 2 May 2006, Noordwijkerhout
31
Zwaan CM, Pieters R, Veerman AJP, Van Wering ER. Clinical relevance and pittfalls of determining CNS-status in pediatric acute lymphoblastic leukemia. Leukemie congres München, 2006
57
32
Zwaan CM, Veerman AJP, Van der Linden-Schrever BEM, Van Wering E. Dexamethasonebased treatment and the risk of CNS-relapse in acute lymphoblastic leukemia: results from DCOG protocol ALL-9. Blood 2006; 108, 529a (#1867)
33
Zwaan CM, Broekhuis MJC, Langebrake C, Goemans BF, Kaspers GJL, Pieters R, Reinhardt D, Den Boer ML. Absence of JAK2 V617F activating mutations in children with acute megakaryoblastic leukemia with and without Down syndrome. Blood 2006; 108, 160b (#4325)
58
VUmc Onderzoek Naar Kinderkanker Het wetenschappelijk onderzoek van het Vumc kinderoncologisch centrum wordt mede mogelijk gemaakt door bijdragen aan VONK. Dit goede doel heeft een eigen rekening (giro 3360 VONK te Amsterdam), is een goed doel binnen de Stichting Research Fonds Kindergeneeskunde VUmc te Amsterdam, maar is tevens ondergebracht bij de Stichting VUmc Fonds te Amsterdam. Het belang van de kinderoncologie voor het VU medisch centrum is daarmee onderstreept, waarmee wij uiteraard erg blij zijn. Giften zijn daar meer dan welkom! Tot slot worden de onderzoeksbelangen van de kinderoncologie ook behartigd door het VUmc Cancer Center Amsterdam.
VONK, VUmc kinderoncologisch centrum De Boelelaan 1117 Postadres:
Postbus 7057, 1007 MB Amsterdam
Telefoon:
020 - 444 2420
Fax :
020 - 444 2422
Email:
[email protected], of
[email protected]
Stichting VUmc Fonds, t.n.v. VONK Postgiro:
4818
Ten name van:
Stichting VUmc fonds, te Amsterdam
Onder vermelding van:
“VONK”
Het samenwerkingsproject VUmc kinderoncologie en UGM te Yogyakarta wordt ondersteund door het Estellafonds. Dit financiert de medicijnen voor het leukemie protocol en zaken als inrichting speelkamer in Indonesie. Van harte aanbevolen!
Bank:
ABN/AMRO 59.48.24.168
Ten name van:
Stichting Estella Fonds, te Ermelo
Onder vermelding van:
“VUmc - Leukemie – Yogya”
59