JAARVERSLAG 2011 Een stap verder
Inhoudsopgave 1 Verslag directeur-bestuurder
3
2 Verslag Raad van Commissarissen
6
3 Volkshuisvestingsverslag
11
4 Sociaal beleid: zorg, welzijn en leefbaarheid
24
5 Aanvullende woondiensten
27
6 Maatschappelijke investeringen
29
7 Sprengenland Wonen en haar omgeving: de belanghouders
30
8 Financiële continuïteit
35
9 Verbindingen en relaties met overige rechtspersonen
38
10 Personeel en organisatie
41
11 Geconsolideerde jaarrekening
45
12 Enkelvoudige jaarrekening
73
13 Accountantsverklaring
97
-- 1 --
-- 2 --
1
Verslag directeur-bestuurder Een jaar geleden is Sprengenland Wonen ontstaan uit een fusie van Woningstichting Eerbeek en Woningstichting Beter Wonen Loenen. Alleen al dit feit op zichzelf heeft 2011 voor Sprengenland Wonen gemaakt tot een druk en bewogen jaar. Alvorens hierop nader in te gaan, wil ik eerst aandacht schenken aan algemene ontwikkelingen die voor ons werk van belang zijn geweest. Ontwikkelingen in de corporatiesector In de voorgaande jaren werd nog gehoopt dat de in 2008 begonnen economische en financiële crisis z’n dieptepunt had bereikt. In 2011 waren er echter nog geen tekenen van een opwaartse lijn. Deze crisis heeft onmiskenbaar gevolgen voor de woningmarkt in het algemeen en daarmee ook voor corporaties in het bijzonder. De crisis raakt de corporaties, woonconsumenten en de woningmarkt in het algemeen van meerdere kanten. Het algehele economische klimaat zorgt voor sombere vooruitzichten. Dit blijkt telkens weer funest voor het consumentenvertrouwen. Vanwege dat gebrekkige vertrouwen ‘bewegen’ consumenten niet meer. Hierdoor is de doorstroming en dynamiek op de woningmarkt aanmerkelijk afgenomen; zowel binnen de huursector als tussen huur- en koopsector visa versa. Het slechte algehele economische en financiële klimaat draagt er ook aan bij dat de eisen van geldverstrekkers steeds stringenter worden. Huishoudens die er voorheen nog in slaagden om voldoende hypotheek te krijgen om een woning te kopen, lukt dat nu vaak niet meer. In het bijzonder middeninkomens (waaronder veel starters) worden hierdoor getroffen. De verstarde woningmarkt kent alleen maar verliezers. Degenen die zouden willen doorstromen van een huurwoning naar een koopwoning hebben niet de (financiële) mogelijkheden. Hiermee wordt geen ruimte gemaakt voor bijvoorbeeld starters en andere huishoudens die op een sociale huurwoning zijn aangewezen. In dergelijke omstandigheden is het van belang hoe deze ontwikkelingen vanuit de overheid worden bijgestuurd of gepareerd. Wat dit betreft zijn er zowel positieve als negatieve ontwikkelingen te melden. Positief is dat de overheid met de verruiming van de NHG-normen een poging heeft gedaan om het voor veel huishoudens wat makkelijker te maken om een hypotheek te verkrijgen. Ook de verlaging van de overdrachtsbelasting medio 2011 had de intentie om de doorstroming te bevorderen. Het beoogde effect bleef echter uit. Ofwel omdat de economische vooruitzichten onverminderd slecht bleven waardoor consumenten met deze maatregel niet over de streep getrokken konden worden. Ofwel omdat gelijktijdig door andere ‘partijen’ (bijv. geldverstrekkers) de duimschroeven nog verder werden aangehaald. De overheid treft echter ook maatregelen die de werking van de woningmarkt bepaald niet vooruit helpen. Zo wordt het speelveld van corporaties verder verkleind door de in 2010 ingevoerde richtlijn dat tenminste 90 % van de corporatiewoningen met een huur onder € 652 moet worden verhuurd aan huishoudens met een inkomen tot € 33.614. Hiermee worden corporaties wezenlijk beperkt in hun verhuurbeleid en de maatregel draagt bij aan verdere stagnatie van doorstroming. In ons werkgebied, waar de prijs van een koopwoning begint bij ca. € 230.000 leidt deze maatregel er ons inziens toe dat wij onze volkshuisvestelijke taak niet naar behoren kunnen vervullen. De overheid heeft aangekondigd dat corporaties vanaf 2014 moeten gaan bijdragen aan de kosten van huurtoeslag. Naar verwachting betekent dit een forse aderlating. Voor Sprengenland Wonen zullen de gevolgen aanzienlijk zijn: minder investeringsruimte, grotere noodzaak om huren waar mogelijk te verhogen en bezuinigen op de dienstverlening. De huurtoeslag komt bovenop onder andere de reeds bestaande vennootschapsbelasting, de BTWheffing over de grondwaarde bij herstructurering en de sterk stijgende OZB-aanslag.
-- 3 --
De door de overheid voorgeschreven lage huurtrend, die zelfs achterblijft bij autonome kostenontwikkelingen, biedt corporaties nauwelijks tot geen (financiële) beleidsruimte. Anderzijds wil de overheid de corporaties wel meer ruimte bieden in het huurbeleid voor corporaties met woningbezit in schaarstegebieden (25 extra WWS-punten). En per 1 juli 2012 wordt het mogelijk om huishoudens met een inkomen boven de € 43.000 een extra huurverhoging te geven van max. 5%. Of Sprengenland Wonen van deze mogelijkheden gebruik gaat maken, wordt in 2012 bezien. Voor corporaties wordt het er niet makkelijker op om in deze omstandigheden hun taken goed uit te voeren. Ook Sprengenland Wonen voelt dat. Nieuwbouwprojecten komen op losse schroeven te staan, verkoop van woningen om extra inkomsten te genereren is geen vanzelfsprekendheid meer. Hierdoor en door diverse overheidsmaatregelen neemt de investeringsruimte voor vernieuwing en verbetering (duurzaamheid!) van het bezit aanmerkelijk af. Dit neemt niet weg dat Sprengenland Wonen vasthoudt aan haar koers om een zo goed mogelijk woonproduct te leveren voor in het bijzonder de ‘primaire doelgroepen’. Ontwikkeling corporatie Zoals in het voorgaande al is aangestipt, 2011 was voor Sprengenland Wonen het eerste jaar na de fusie. Het was een jaar dat veel heeft gevergd van de hele organisatie. De organisatie moest zich hierbij focussen op 2 zaken die soms moeilijk verenigbaar lijken: het regelen van veel praktische en organisatorische kwesties die voortvloeien uit de samenvoeging van 2 werkorganisaties en het geven van een aanzet tot uitvoering van nieuwe ambities zoals verwoord in het ambitie- en strategiedocument. Alles overziend is Sprengenland Wonen hierin een heel eind op streek. De corporatie is in staat gebleken om alle basisprocessen, in het bijzonder de processen waarbij de klant ‘in beeld’ is, goed op te pakken. En in het kader van risicobeheersing heeft een aantal cruciale processen, zoals projectontwikkeling, extra aandacht gekregen. In 2011 is bovendien een start gemaakt met voortgangsrapportages. Deze zijn voor de werkorganisatie van belang om greep te houden op de uitvoering van het jaarplan. Tevens vervullen deze rapportages een rol in de richting van Raad van Commissarissen. Ook de vaststelling van een procuratieregeling kan worden genoemd in het kader van organisatieontwikkeling en risicobeheersing. De interne bestuurlijke organisatie heeft verder vorm gekregen door de vaststelling van het bestuursreglement en het Reglement Raad van Commissarissen. De gehele bestuurstructuur van Sprengenland Wonen is opgezet en ingevuld conform de ‘Governancecode Woningcorporaties’ (versie 2011). Het overleg met de huurders heeft in 2011 een nieuwe invulling gekregen door de samenvoeging van de twee huurdersorganisaties van de voormalige fusiecorporaties en het tekenen van een nieuwe samenwerkingsovereenkomst. Sprengenland Wonen hecht grote waarde aan goede relaties met de werkomgeving: belanghouders en collega-corporaties in -vooral- de regio. Uiteraard betreft het hier de voortzetting van bestaande contacten en netwerken, maar in 2011 is ook een aantal extra stappen gezet. In dit verband wil ik de contacten met de gemeenten noemen. Met de Gemeente Rheden hebben we in een relatief kort tijdsbestek nieuwe prestatieafspraken kunnen maken en met de Gemeente Brummen zijn we samen met onze collega’s in Brummen een proces gestart om tot dergelijke afspraken te komen. Vermeldenswaard is dat met de vorming van Sprengenland Wonen ook een brug is geslagen tussen enerzijds het samenwerkingsverband in de regio Stedendriehoek op het gebied van woonruimteverdeling (Woonkeus) en anderzijds de Gemeente Brummen. In 2011 hebben de beide in Brummen werkzame corporaties (Sprengenland Wonen en Woningstichting Brummen) besloten zich aan te sluiten bij Woonkeus. De verwachting is dat de Gemeente Brummen zich hierbij ook zal aansluiten. Dit betekent een uitbreiding en versterking van de samenwerking in de regio.
-- 4 --
In het ambitie- en strategiedocument van september 2010 hebben we globaal onze koers bepaald en aangegeven waar we in 2013 willen staan. Een groot deel van de beleidsvoornemens hebben we in 2011 in gang gezet. Ik wil in dit verband in het bijzonder de eerste kernenvisies noemen en de start van het dynamisch voorraadbeleid. Vooral dit laatste moet ons het inzicht verschaffen welke opgave ons de komende tijd te wachten staat, ook na 2013. En, hoe lang onze (financiële) polsstok zal zijn om die opgave ook werkelijk te kunnen realiseren.
D. de Man, directeur-bestuurder
-- 5 --
2
Verslag Raad van Commissarissen Met de vorming van Sprengenland Wonen is tevens een Raad van Commissarissen (RvC) in een nieuwe samenstelling aangetreden. De leden van de RvC waren tijdens het fusieproces betrokken bij de totstandkoming van het ambitie- en strategiedocument en zijn zo deelgenoot van het elan van die nieuwe corporatie. In het document is de richting aangegeven waarin de corporatie zich moet bewegen en het bevat een groot aantal piketpaaltjes om aan te geven waar de corporatie in 2013 moet ‘staan’. De invulling van het ambitie- en strategiedocument is voor de RvC dan ook een wezenlijk referentiekader. De RvC geeft aan die taak inhoud vanuit haar -uiteraard- eigen specifieke rol en positie. De RvC wil hierin transparant en open, aanspreekbaar, kritisch en onafhankelijk zijn. Dat wil zeggen dat de RvC zich maatschappelijk betrokken wil tonen door zich ook rechtstreeks te verstaan met belanghouders. En door een kritische houding en met ‘gepaste distantie’ wil ze de toetsende rol waarmaken in de richting van de directeur-bestuurder en de werkorganisatie als geheel.
2.1
Samenstelling RvC In verband met de fusie is begin 2011 de RvC in een nieuwe samenstelling aangetreden. Vier leden van de nieuwe RvC zijn afkomstig uit de RvC’s van de voormalige fusiepartners (2 van elk) en één lid, mevr. A. Vos, is toegetreden per 1-1-2011. Daarmee is de RvC voltallig. Het maximum aantal termijnen bedraagt twee. Een termijn duurt maximaal vier jaar. Werving van nieuwe leden vindt plaats op basis van een profielschets, waarvoor in de regionale bladen een advertentie wordt geplaatst. De samenstelling en functieverdeling waren per eind 2011 als volgt: naam
functie
geb.
maximale Beroepen en nevenfuncties zittingstermijn (per 31-12-2011) 1961 2012 Alg. directeur VAPA, Apeldoorn Manager HRM, Coldenhove Papier Zelfstandig organisatieadviseur Ilias management 1964 2016 Hoofd financieel beleid en control UMC St. Radboud
Dhr. G. Bulten
Voorz.
Dhr. F. Sterk Dhr. A.J. Schutte
Vice voorz. Lid
Dhr. J. van Leeuwen
Lid
1969 2017
Mevr. A. Vos
Lid
1956 2018
1959 2015
Sectiehoofd Bestuurlijke, Juridische zaken en Communicatie bij Waterschap Groot Salland, Zwolle Lid College van Kerkrentmeesters van de PKN gemeente te Eerbeek Eigenaar Scanyours Eigenaar Custom Bookings Universitair docent VU Lid Raad van Toezicht Trimenzo, voorzitter Lid van het bestuur Stichting Hatemalo, voorzitter
De leden Van Leeuwen en Schutte zijn benoemd op voordracht van de Stichting Huurdersbelangen Samen-Een. Geen van de RvC-leden heeft een nevenfunctie die conflicterend is met hun functie als lid van de RvC. Evenmin was sprake van een gedelegeerd RvC lid, noch van het tijdelijk waarnemen van de bestuursfunctie. Ook zijn er geen onderwerpen aan de orde geweest of hebben geen transacties plaatsgevonden die eventueel conflicterend zouden kunnen zijn.
-- 6 --
2.2
Verdeling aandachtsgebieden Ieder van de leden van de RvC richt zich in het bijzonder op een bepaald aandachtsgebied. Dit neemt uiteraard niet weg dat alle leden van de RvC gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor alle taakgebieden. De verdeling van aandachtsgebieden is als volgt: aandachtsgebied Organisatie-ontwikkeling Volkshuisvestelijke aangelegenheden Financiële aangelegenheden Bijzondere doelgroepen Juridische aangelegenheden en nevenstructuren
portefeuillehouder Dhr. Bulten Mevr. Vos Dhr. Sterk Dhr. Van Leeuwen Dhr. Schutte
De leden van de RvC worden in staat gesteld om opleidingen, seminars e.d. bij te wonen om de kennis op hun taakgebied op peil te brengen en/of te houden. 2.3
Werkzaamheden van de RvC in 2011 Besluiten van de directeur-bestuurder worden achteraf ter toetsing voorgelegd, tenzij het gaat om zwaarwegende besluiten. Deze worden vooraf besproken. Toetsing vindt plaats op basis van het vastgestelde beleid en jaarplan, de begroting en de uitgangspunten van Sprengenland Wonen. Door de informatie van de zijde van de directeur-bestuurder, de controller, MT-leden, de ondernemingsraad en alle overige informatie, zowel vanuit de sector als daarbuiten, is de RvC er van overtuigd goed zicht te hebben op taken, resultaten en risico’s van Sprengenland Wonen. Zoals in de inleiding van dit hoofdstuk aangegeven, wil de RvC zich waar nodig of wenselijk ook zelf oriënteren om tot een goede oordeelsvorming te komen. De RvC heeft in 2011 6 keer vergaderd in aanwezigheid van de directeur-bestuurder en één keer in een besloten vergadering. Tijdens deze besloten vergadering is het functioneren van de RvC als zodanig en die van de individuele leden geëvalueerd. Ook is de relatie tussen de RvC en de directeurbestuurder aan de orde geweest. Bij de zelfevaluatie wordt gebruik gemaakt van een checklist en wordt de mening van de directeur-bestuurder gevraagd. De belangrijkste onderwerpen in de vergaderingen waren: In 2011 heeft de RvC, gezien het aantal projecten in verschillende fasen van voorbereiding en uitvoering enerzijds en financiële druk anderzijds, veel aandacht besteed aan de voortgang van de projecten en de (financiële) consequenties daarvan door middel van fasedocumenten en risicoanalyses. In de jaarplanning van de RvC nemen het jaarplan, de begroting en verslaglegging een centrale plaats in. Ook de bevindingen van de accountant, het ministerie, het WSW en het Centraal Fonds Volkshuisvesting komen in de RvC aan de orde. Aan de hand van het overzicht voor voorgenomen activiteiten 2011 (voortvloeiend uit het jaarplan 2011) wordt de RvC per kwartaal gerapporteerd over de voortgang. De RvC heeft zich in een speciale bijeenkomst beziggehouden met de vraag hoe de corporatie zich op langere termijn zou kunnen of moeten ontwikkelen. Risicobeheersing Jaarplan 2012 Samenwerking in de regio Overleg met belanghouders Vereenvoudiging verbindingenstructuur Beleid m.b.t. de ’33.000 EU-grens’. De RvC wordt geïnformeerd zodra de klachtencommissie wordt ingeschakeld, en verder tenminste één keer per jaar middels het jaarverslag.
-- 7 --
2.4
Werkwijze RvC en inhoudelijk toezicht De RvC oefent het interne toezicht op het bestuur uit. Daarnaast heeft de RvC een klankbord- en adviesfunctie. De taken en bevoegdheden van de RvC zijn vastgelegd in de statuten en in het Reglement Raad van Commissarissen. Hieruit blijkt ook de scheiding in taken en verantwoordelijkheden tussen de RvC en het bestuur. Het Reglement Raad van Commissarissen en de profielschets wordt op de website van Sprengenland Wonen gepubliceerd. RvC en bestuur evalueren jaarlijks over en weer hun functioneren. Specifieke aandachtspunten van de RvC zijn het realiseren van de volkshuisvestelijke taken, de risicobeheersing rond projecten en de financiële continuïteit. In het Volkshuisvestingsverslag worden de volkshuisvestelijke resultaten volgens de BBSHaandachtsvelden, waaronder het huisvesten van de doelgroep, de kwaliteit van het wonen, wonenwelzijn-zorg en leefbaarheid, over het verslagjaar weergegeven. Ten aanzien van projecten beziet de RvC vooral de risicoanalyse en risicobeheersing. In het verlengde hiervan ligt het houden van toezicht op de financiële continuïteit. De financieringsbehoefte wordt vastgesteld in de begroting. Alle activiteiten in dit kader worden getoetst aan het vigerende treasurystatuut. De betrouwbaarheid van de interne procedures die leiden tot belangrijke rapportages vormt een voortdurend aandachtspunt en wordt getoetst door de accountant, in opdracht van de RvC. De herbenoeming van de accountant is jaarlijks aan de orde.
2.5
Honorering commissarissen en bestuur In onderstaande is de honorering en de onkostenvergoeding van de vijf leden van de RvC en het inkomen van de directeur-bestuurder weergegeven. Functie Voorzitter Vice-voorzitter Lid (3 x) Totaal Functie
Belastbare vergoeding 6.450 6.450 6.450
Onkostenvergoeding 0 0 0
Totaal 6.450 6.450 19.346 32.246
Belastbaar loon
Pensioenafdracht (werkgevers- en werknemersdeel) 33.247
Totaal
Directeur-bestuurder
109.125
142.372
De honorering van de directeur-bestuurder is tot stand gekomen op basis van de ‘Beloningscode bestuurders woningcorporaties’. Er worden geen bijzondere vergoedingen of secundaire arbeidsvoorwaarden verstrekt. Qua secundaire arbeidsvoorwaarden wordt aangesloten bij de regelingen die voor de gehele organisatie gelden. Ook zijn er geen variabele beloningscomponenten. De beloning wordt jaarlijks getoetst. 2.6
Toepassing governancecode Bestuur, commissarissen en medewerkers dienen zich continu bewust te zijn dat hun handelen Sprengenland Wonen en de klanten/huurders moet dienen en de toets van integriteit moet kunnen doorstaan. Eventuele misstanden moeten aan de orde worden gesteld, in het uiterste geval via een ‘klokkenluidersregeling’. Sprengenland Wonen onderschrijft het belang van integer en transparant handelen van het bestuur, een goed toezicht op het bestuur en het afleggen van verantwoording over het uitgevoerde toezicht. Sprengenland Wonen heeft dan ook de Aedescode, waarvan de governancecode integraal onderdeel uitmaakt, ondertekend. Het gehele jaarverslag zal op de website van Sprengenland Wonen worden gepubliceerd, waardoor ook inzage wordt gegeven in de governancestructuur. -- 8 --
2.7
Het bestuur Het bestuur van Sprengenland Wonen wordt sinds 1 januari 2011 gevormd door de directeurbestuurder, de heer D. de Man (geboortejaar: 1952). Hij is tevens de bestuurder van de onder de holding vallende werk-BV’s. De heer De Man is sinds 2011 in dienst van Sprengenland Wonen en benoemd voor een periode van 4 jaar. Naast zijn functie als directeur-bestuurder is hij lid van het VSW-bestuur (het samenwerkingsverband van de vier Apeldoornse woningcorporaties), lid van de Stuurgroep regionale woonruimteverdeling en voorzitter van de Raad van Commissarissen van de Stichting Woonkeus (de organisatie die de woonruimteverdeling van een achttal corporaties in de regio Stedendriehoek faciliteert). Ook is hij voorzitter van de Raad van Commissarissen van de Stichting Beheer Woonwagens en Standplaatsen in Apeldoorn. Al deze taken zijn functiegerelateerd en worden onbezoldigd uitgeoefend. Er is geen sprake van conflicterende nevenfuncties. Zijn nevenfuncties zijn ter toetsing vooraf voorgelegd aan de RvC. Minimaal één keer per jaar vindt een functioneringsgesprek plaats tussen de RvC en het bestuur, waarbij vanzelfsprekend naar het verleden wordt gekeken, maar met name de toekomst wordt besproken. In dat gesprek komen ook de primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden aan de orde.
2.8
Verantwoording aan belanghouders Sprengenland Wonen wil belanghouders informeren over en betrekken bij het doen en laten van de corporatie, zowel vooraf als achteraf. Sprengenland Wonen en de RvC vanuit haar eigen rol en positie, willen een transparante schakel zijn in een open systeem dat werkt aan zo goed mogelijk voorzien in woonbehoeften in brede zin. Visitatie Eén van de elementen hierin is een voortdurende toetsing van de eigen rol- en taakopvatting van de corporatie aan het verwachtingpatroon en de opvattingen van de ‘wereld rondom de corporatie’. Visitatie is hierbij een wezenlijk instrument. Dit traject is eind 2011 in gang gezet en zal in 2012 worden gerealiseerd door ProCorp. Samen-Een De Stichting Huurdersbelangen Samen-Een, het ‘centrale’ aanspreekpunt van de huurders, is voor Sprengenland Wonen en de RvC een belangrijke gesprekspartner. Naast het ‘reguliere overleg’, waarop in het volkshuisvestingsverslag nader wordt ingegaan, is er jaarlijks overleg tussen het bestuur van Samen-Een en de directeur-bestuurder en de RvC. Twee van de vijf leden van de RvC zijn benoemd op voordracht van de huurdersorganisatie.
-- 9 --
2.9
Verantwoording en controle jaarverslag De RvC verklaart dat Sprengenland Wonen de haar ter beschikking staande middelen uitsluitend heeft aangewend in het belang van de volkshuisvesting. De RvC heeft aan BDO Audit & Assurance opdracht verleend voor het controleren van de jaarverslaglegging. Wij hebben de jaarrekening besproken met de accountant en kennis genomen van de bij deze jaarrekening afgegeven accountantsverklaring. De accountantsverklaring is opgenomen in dit verslag. De Raad van Commissarissen stemt in met zowel het volkshuisvestingsverslag als de jaarrekening.
Eerbeek, april 2012
G. Bulten (voorzitter)
Dhr. F. Sterk (lid)
A.J. Schutte (lid)
Dhr. J. van Leeuwen (lid)
Mevr. A. Vos (lid)
-- 10 --
3
Volkshuisvestingsverslag In het ambitie- en strategiedocument van september 2010 is beschreven vanuit welke missie en visie Sprengenland Wonen haar werkzaamheden verricht. Op onderdelen is dit in het jaarplan 2011 geconcretiseerd en aangevuld. Hieronder geven we eerst het algemene kader aan, per onderdeel wordt de relatie aangegeven met onze missie en visie. Sprengenland Wonen kenmerkt zich als een plattelandscorporatie in de regio Stedendriehoek. De corporatie speelt in de Stedendriehoek een onderscheidende rol door zich te richten op de kleine kernen in de regio. Daarnaast heeft Sprengenland Wonen enkele tientallen woningen in Laag-Soeren, een dorp in de gemeente Rheden. Klant, kernen en kwaliteit Deze kernen, in omvang sterk variërend, hebben ieder hun eigen karakter, wensen, behoeften en problematiek. Sprengenland Wonen ziet het als haar opgave om het eigen karakter en de diversiteit van de kleine kernen te behouden en te versterken. Het begrip ‘kern’ staat dan ook in onze werkzaamheden centraal. Daarnaast is ‘de klant als individu’ een centraal uitgangspunt voor ons werk. We onderkennen dat elke klant eigen wensen, verlangens en mogelijkheden heeft als het gaat om goed wonen (in de brede zin van het woord). We willen hierbij ook appelleren aan een actieve betrokkenheid van onze klanten. Tenslotte heeft Sprengenland Wonen ‘kwaliteit’ hoog op de agenda staan. Dit betekent dat de corporatie niet alleen een bepaald technisch kwaliteitsniveau wil bieden. ‘Kwaliteit’ betekent ook het leveren van een bijdrage aan duurzaamheid en optimale woonfunctionaliteit. De diensten en producten die we aanbieden moeten in onze ogen divers zijn. We moeten maatwerk leveren, juist omdat zowel de woonkernen als de klanten zulke verschillende wensen, behoeften en verwachtingspatronen hebben. Dat betekent ook dat we vooruit willen zien en anticiperen op toekomstige klantvragen. We realiseren ons dat we dergelijke ambities alleen kunnen waarmaken door samenwerking met belanghouders in ons werkgebied. Waar nodig willen we een katalyserende rol spelen in die samenwerking.
3.1
Het woningbezit De kernactiviteit van Sprengenland Wonen is uiteraard het beheren en verhuren van woningen. Middels nieuwbouw, sloop/vervangende nieuwbouw en aan- en verkopen wordt bijgedragen aan vernieuwing van het bezit en het aanbod afgestemd op (toekomstige) wensen en behoeften. Daarnaast bezit Sprengenland Wonen ook ander vastgoed. Sprengenland Wonen verzorgt het onderhoud aan de woningen die zijn ondergebracht in Vastgoed Beheer Eerbeek BV en een aantal woningen dat eigendom is van Eerbeekse fabrieken. Ook voor een drietal VVE’s zijn onderhoudsovereenkomsten afgesloten, namelijk De Bruisbeek en Moerbeek (Loenen) en Koningin Wilhelmina Hof (Uddel). De corporatie had eind 2011 2.951 verhuureenheden in beheer. In onderstaande tabel is het volledige bezit weergegeven, evenals de wijzigingen die zich hierin in 2011 hebben voorgedaan.
-- 11 --
Mutaties 2011 AF Begin Sloop 2011 Woningen Verzilverd Wonen-woningen Wooneenheden (onzelfstandig) Woonwagens/standplaatsen Bedden verzorgingshuis Schoolwoningen Activiteitencentra Garages Winkel
2.463 5 30 5 63 4 5 259 1
9
totaal
2.835
9
BIJ
Verkoop (bestaand bezit) definitief ‘TeWoon’ 1
7
Nieuwbouw 57
aankoop
Eind 2011
2.503 7 30 74 79 63 4 5 259 1 2
1
7
57
76 2.951
Sloop In 2011 zijn 9 woningen uit exploitatie genomen vanwege sloop. Dit betrof 4 woningen aan de Bijdamweg in Hoenderloo, 4 woningen aan de Hessen Allee in Klarenbeek en 1 woning aan de Krimweg 25 in Hoenderloo. Definitieve verkoop In 2011 is 1 woning (Illinckstraat 4, Eerbeek) uit exploitatie genomen vanwege betrokkenheid bij projectontwikkeling. Verkoop onder voorwaarden (KoopGarant) In 2011 zijn 7 woningen uit het bestaande woningbezit verkocht onder voorwaarden (KoopGarant). Hierbij geldt de voorwaarde dat Sprengenland Wonen de woning terugkoopt als de bewoner wil verkopen. Van de 7 woningen zijn er 3 verkocht aan zittende huurders. Aankoop In 2011 zijn 2 woningen aangekocht in het kader van Verzilverd Wonen. Er zijn geen gronden of locaties aangekocht. Nieuwbouw In 2011 zijn vanuit nieuwbouw 57 woningen opgeleverd die konden worden toegevoegd aan de portefeuille van Sprengenland Wonen. Dit aantal is exclusief de opgeleverde woningen die na oplevering meteen zijn verkocht. De opgeleverde nieuwbouw betrof de volgende projecten: o Laag-Soeren: 6 woningen opgeleverd, waarvan er 2 zijn verkocht (KoopGarant). 4 woningen zijn verhuurd. o Beekkerk /’t Haagje (Eerbeek): in totaal 17 woningen, waarvan 14 verhuurd en 3 verkocht onder voorwaarden (KoopGarant). o Lombok (Eerbeek): dit project is onderdeel van een uitbreidingslocatie. Sprengenland Wonen heeft 31 eengezinswoningen (huur) turn-key overgenomen van Roosdom Tijhuis. o De Bergbeek (Beekbergen): 26 woningen, waarvan 8 grondgebonden huurwoningen. De overige 18 woningen (appartementen) zijn of worden nog verkocht. In 2011 zijn ook 55 appartementen voor studenten met een lichamelijke of geestelijke beperking opgeleverd (Spelderholt, Beekbergen). Omdat dit complex per 1 januari 2012 daadwerkelijk wordt verhuurd, is dit niet opgenomen in het voorgaande overzicht. Verkoop grond In 2011 zijn tevens de volgende gronden verkocht: Illinckstraat 4, deel van betreffend perceel Krimweg 69 -- 12 --
3.1.2 Projecten in ontwikkeling Sprengenland Wonen heeft diverse projecten in voorbereiding, variërend van de initiatieffase tot aan de realisatiefase. Centrumplan Eerbeek Sprengenland Wonen is via twee ‘lijnen’ betrokken bij de ontwikkelingen in het centrum van het dorp. De eerste is de ontwikkeling van een eigen locatie aan de Loenenseweg 2/2a, waar appartementen en bedrijfsruimte zijn gepland. Deze locatie is overigens ondergebracht in één van de BV’s van Sprengenland Wonen. Sprengenland Wonen is tevens bij het centrumplan betrokken door deelname aan een samenwerkingsverband met twee andere marktpartijen en de Gemeente. In 2010 was hiervoor het Akkoord op Hoofdlijnen en in 2011 een samenwerkingsovereenkomst (SOK) getekend. De rol van Sprengenland Wonen in het Centrumplan is het inbrengen van een locatie binnen het plangebied en het 1e recht van koop van een deel van de te realiseren nieuwbouw in het sociale segment. Tevens is de corporatie betrokken bij gesprekken over het ontwikkelen van een gemeenschappelijk activiteitencentrum in de dorpskern. Herstructurering Eerbeekse Enk De herstructurering van de Eerbeekse Enk betreft het oudste bezit van de woningstichting. De 86 woningen die dit project omvat, beantwoorden niet of onvoldoende aan huidige (woon)technische maatstaven. Bovendien wordt met deze herstructurering een versterking van dit deel van Eerbeek beoogd. Deze herstructurering is voor Eerbeekse begrippen omvangrijk en ingrijpend. De planontwikkeling is in 2011 evenwel gestagneerd vanwege bezwaren van de zijde van nabijgelegen industrie. Inmiddels is een groot deel van de bewoners geherhuisvest, met ondersteuning (sociaal plan) van Sprengenland Wonen. De betreffende woningen worden vervolgens tijdelijk verhuurd op basis van de Leegstandswet. De oorspronkelijke bewoners wordt de mogelijkheid geboden om terug te keren naar de nieuwbouw in hun ‘oude’ buurt. Een aantal bewoners heeft hiervoor belangstelling. Om bewoners zo goed mogelijk te informeren en te begeleiden in dit proces, heeft Sprengenland Wonen een tijdelijk kantoor in de buurt ingericht. Bovendien worden bewoners met regelmaat op de hoogte gehouden door middel van informatiebulletins. Nieuwbouwprojecten in uitvoering Van 4 projecten is in 2011 de bouw gestart en zullen in 2012 worden opgeleverd. o Nieuw Canada (Beekbergen): betreft een samenwerkingsproject, waarin 13 woningen voor Sprengenland Wonen worden gerealiseerd (6 huurwoningen, 7 KoopGarant) o Hessen Allee (Klarenbeek): na de sloop van 8 woningen worden 16 woningen nieuw gebouwd: 7 koop- en 9 huurwoningen. o Essenkamp (Uddel): na de sloop van 6 woningen worden hier 3 koopwoningen gebouwd en 6 huurappartementen. Overige projecten Sprengenland Wonen heeft diverse overige projecten in portefeuille. Deze verkeren of in verschillende stadia van ontwikkeling of de ontwikkeling ervan is onzeker. Afhankelijk van de omstandigheden waarin deze projecten verkeren, hebben deze in 2011 meer of minder aandacht gevergd.
-- 13 --
3.1.3 Kenmerken van het woningbezit Woningtypen en doelgroepen Ongeveer een kwart van het woningaanbod van Sprengenland Wonen is geschikt of speciaal bedoeld voor senioren. Vanwege de vergrijzing zal deze doelgroep in de toekomst aanzienlijk toenemen. woningtype Eengezinswoning
Doelgroep totaal
2.183 alle senioren bijz. doelgroep
Meergez. begane grond
Totaal 1-2 pers. senioren bijz. doelgroep
Meergez. etage geen lift
totaal 1-2 pers. bijz. doelgroep
Meergez. etage met lift
Totaal
totaal 1-2 pers. senioren
Totaal
1.639 538 6 120 85 29 6 101 89 12 99 50 49 2.503
Waarvan TeWoon 863 863
863
Betaalbaarheid en huurbeleid Op een enkele uitzondering na hebben de woningen van Sprengenland Wonen een huur onder de huurtoeslaggrens. Bijna het volledige aanbod is hiermee bereikbaar voor huishoudens met een laag inkomen. woningtype Tot € 362
Doelgroep totaal eengezinswoningen meergezinswoningen
€ 362 - 518
Totaal eengezinswoningen meergezinswoningen
€ 518 - 555
totaal eengezinswoningen meergezinswoningen
€ 555 - 652
totaal eengezinswoningen meergezinswoningen
Meer dan € 652
totaal eengezinswoningen meergezinswoningen
Totaal
Totaal 342 224 118 1.862 1.699 163 145 124 21 140 126 14 14 10 4 2.503
Waarvan TeWoon 29 29 694 694 78 78 62 62
863
Sprengenland Wonen had in 2011 het beleid om de huren bij mutatie te verhogen naar 72,5% van de maximale huur. Als in het theoretische geval alle woningen ineens naar dit niveau zouden worden verhoogd, blijft nog steeds ongeveer 92% van het aanbod voor laagste inkomens bereikbaar (uitgaande van de huidige huurgrenzen die gelden binnen de huurtoeslagregeling). Het landelijke huurbeleid biedt slechts geringe mogelijkheden om inkomsten te verhogen of te differentiëren. Per 1 juli zijn de huren verhoogd met een voor het gehele bezit gelijk percentage van 1,3%. -- 14 --
De huurprijs van woningen waarvoor we een sloopbesluit hebben genomen zijn niet verhoogd, zoals met de bewoners afgesproken in het sociaal plan. Dit geldt ook voor de bewoners van een TeWoon woning die gekozen hebben voor een huurvast-overeenkomst. Dit betreft 2 contracten. 3.2
Kwaliteit van het wonen Ambitie- en strategiedocument 2010: Onze primaire taak en onze expertise richt zich op ‘wonen’. In onze visie omvat dit echter meer dan alleen het bieden van huisvesting. Ook begrippen als kwaliteit van de omgeving, leefbaarheid en veiligheid en het lokale voorzieningenniveau (waaronder zorg en welzijn) kunnen direct of indirect van invloed zijn. Ambitie- en strategiedocument, strategie en concrete doelen 2011-2013: Voor de totale woningvoorraad is een strategisch/dynamisch voorraadbeheer uitgewerkt. Dit vindt zijn weerslag in een systeem/sturingsinstrument waarmee flexibel ingespeeld kan worden op de marktomstandigheden en vraag- en aanbodontwikkelingen. Mede voortvloeiend uit het strategisch voorraadbeheer, is voor het gehele bezit een meerjaren onderhoudsplanning- en begroting uitgewerkt. Er wordt een visie en plan ontwikkeld hoe planmatige/complexgewijze groot onderhouds- en verbeteringsprojecten op een andere leest worden geschoeid, d.w.z. meer gestuurd door de klant en meer ruimte voor individuele keuzes. Wij bieden keuzevrijheid in de vorm van huur- en koopvarianten. Concreet is TeWoon (of een vergelijkbare systematiek) in 2013 ingevoerd.
Op het terrein van woonkwaliteit in de bredere zin van het woord heeft Sprengenland Wonen in 2011 een aantal lijnen uitgezet voor zowel de korte als langere termijn. . 3.2.1 Dynamisch voorraadbeleid (DVB) In 2011 is een start gemaakt met dynamisch voorraadbeleid. Medio 2012 zal dit traject worden afgerond. Met dit DVB vindt er een integrale beschouwing plaats van het totale bezit. Dat wil zeggen vanuit een technische, financiële en volkshuisvestelijke optiek. Via het DVB kunnen ambities van Sprengenland Wonen een plaats krijgen, maar het moet ook inzicht geven in de spankracht van Sprengenland Wonen aangaande betaalbaar houden van het woningaanbod, bedienen van huidige en toekomstige doelgroepen en investeren in bestaand en nieuw bezit en de financiële continuïteit van de organisatie. Tevens zal het DVB een onderlegger vormen voor het sociale beleid van Sprengenland Wonen in de verschillende woonkernen (kernenbeleid). Tenslotte wordt in het kader van DVB een aantal beleidsthema’s uitgewerkt, zoals huurbeleid, kwaliteitsbeleid en duurzaamheid.
3.2.2 Kwaliteit van het woningbezit: planmatig onderhoud Sprengenland Wonen zet zich op verschillende ‘fronten’ in om de woningen in goede conditie te houden en waar nodig en mogelijk aan te passen aan de eisen van de tijd. Het planmatig onderhoud wordt uitgevoerd op basis van de vastgestelde integrale meerjarenbegroting. Wat betreft de aard van de werkzaamheden moet gedacht worden aan de vervanging van keuken-, badkamer- en toiletinrichtingen en afwerking. Ook de vervanging van CVketels en het schilderwerk wordt gerekend tot planmatig onderhoud. Deze werkzaamheden worden in principe per (deel)complex gepland en uitgevoerd. De vaststelling van de planning gebeurt op basis van afschrijvingstermijnen en eigen waarnemingen en inspecties. De uitvoering van het planmatig onderhoud voor 2011 is afgerond. Bewoners hebben op diverse onderdelen keuzemogelijkheden gehad, zoals bij het tegelwerk bij douche- en toiletverbeteringen en in de uitvoering van keukenvervanging. In 2011 is € 2.700.000 besteed aan planmatig onderhoud. -- 15 --
Het DVB moet een geactualiseerd inzicht geven in noodzakelijk en wenselijk planmatig onderhoud in de komende jaren. Waar mogelijk wordt dit geïntegreerd met maatregelen die de energieprestatie van de woningen verhogen.
3.2.3 Digitaliseren van het woningbezit In 2011 is gestart met het digitaliseren van het gehele woningbezit. Dit ondersteunt processen om de woningen systematisch en planmatig in goede staat te houden en hiervoor gedegen planningen te maken. Digitaliseren heeft ook de functie om bewoners beter te voorzien van informatie over hun eigen woning en de woning waarvoor zij belangstelling hebben als deze via een advertentie wordt aangeboden. 3.2.4 Kwaliteit van het woningbezit: reparatie- en mutatieonderhoud Onder reparatieonderhoud wordt al het onderhoud verstaan dat wordt uitgevoerd naar aanleiding van individuele meldingen en reparatieverzoeken van huurders. Het mutatieonderhoud wordt uitgevoerd tijdens een huurderswisseling om ervoor te zorgen dat de woning bij de nieuwe verhuur in een goede staat verkeert. In onderstaande tabel wordt weergegeven hoeveel meldingen het betrof en de kosten die hiermee gemoeid waren.
Reparatieonderhoud Mutatieonderhoud
Aantal meldingen 2.150 177
kosten 478.000 316.000
3.2.5 Individuele geriefsverbeteringen In 2011 zijn bij 24 woningen individuele geriefsverbeteringen uitgevoerd. In totaal ging het om een bedrag van € 73.500. De bewoners dragen met een huurverhoging bij aan het dekken van de kosten van een verbetering.
3.2.6 Woningaanpassingen Sprengenland Wonen werkt zoveel mogelijk mee aan het realiseren van woningaanpassingen in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Deze verzoeken worden gedaan via de gemeenten en de kosten worden gedekt door het gemeentelijke WMO-budget. In 2011 ging het om 40 aanpassingen.
-- 16 --
3.2.7 Duurzaamheid Ambitie- en strategiedocument 2010: -
-
-
Onze doelstelling is dat op langere termijn alle woningen gemiddeld minimaal energielabel C scoren. Om dit te bereiken zetten we de volgende stappen: In 2013 moet het aantal woningen met label C of hoger minimaal gestegen zijn naar 55 %. Nieuwbouw heeft een GPR score van 7. In 2013 is een nieuwbouw-pilot in voorbereiding of ontwikkeling met label A++ Wij hebben in 2013 een beleidsnota op gebied van duurzaam, aanpasbaar en flexibel (DAF) bouwen. Geïnventariseerd wordt in hoeverre bestaand bezit aan normen voldoet. Verbetering van duurzaamheid wordt een expliciete doelstelling van strategisch voorraadbeheer. Ter aanvulling op maatregelen die onderdeel vormen van strategisch voorraadbeheer, doen wij onze bewoners een keuzeaanbod van energiebesparende en duurzame maatregelen die zij kostendekkend door of met tussenkomst van de corporatie kunnen laten realiseren. Wij geven voorlichting (via website, bewonersblad, etc.) aan onze bewoners over maatregelen hoe men zelf bij kan dragen aan duurzaamheid. Wij ontwikkelen een visie en actieplan m.b.t. duurzaamheid voor onze eigen bedrijfsvoering. Onderdeel hiervan zal zijn hoe de mate van een duurzame eigen bedrijfsvoering van (vaste) aannemers een rol kan spelen bij de keuze van aannemers. De eerste acties van dit plan zijn in 2013 in gang gezet.
In 2011 is een start gemaakt met bedrijfsbreed beleid welke bijdrage Sprengenland Wonen kan . leveren aan duurzaamheid in de brede zin van het woord. Deze eerste aanzet verkeert nog in een verkenningsfase: bij collega-corporaties is informatie ingewonnen en Aedes is bij de opzet betrokken. In 2012 zal een beleidsnotitie over dit onderwerp worden afgerond. Tevens is Sprengenland Wonen betrokken bij lokale initiatieven om samen met gemeenten en andere corporaties te bespreken hoe gezamenlijk een bijdrage aan duurzaamheid geleverd kan worden. Zo maakt Sprengenland Wonen in Apeldoorn deel uit van de werkgroep DEA en maakt ‘duurzaamheid’ onderdeel uit van prestatieafspraken met gemeenten. ‘Duurzaamheid’ zal tevens een essentieel onderdeel vormen van het dynamisch voorraadbeleid. Als Sprengenland Wonen groot onderhoud uitvoert, wordt tevens beoordeeld of hierbij gelijktijdig duurzaamheidsmaatregelen kunnen worden uitgevoerd. Energielabel Van het gehele bezit wordt per individuele woning het energielabel en - index vastgesteld. Dit gegeven zal tevens gebruikt worden in het kader van DVB om vast te kunnen stellen in welke delen van het bezit een slag gemaakt kan worden in het kader van de duurzaamheidsdoelstellingen van Sprengenland Wonen. Los van voorgaande, is de energielabeling verplicht als onderdeel van de woningwaardering (WWS). Als zodanig is het indirect van invloed op de vaststelling van de huren. De doelstelling van Sprengenland Wonen is dat in 2013 het aantal woningen met minimaal label C gestegen moet zijn naar 55 %. Gebleken is dat deze doelstelling in 2011 al ruimschoots wordt gehaald. In het kader van DVB zal de doelstelling opnieuw worden vastgesteld. Energielabel A B C D E F G onbekend Totaal
Totaal Percentage 178 430 987 618 137 95 53 5 2503
7 17 39 25 5 4 2 100 -- 17 --
3.3
Huisvesten van de doelgroepen
Ambitie- en strategiedocument 2010: Toegankelijkheid en transparantie zijn sleutelwoorden voor woningzoekenden. Het zoeken naar een andere/nieuwe woning moet zijn vereenvoudigd en gemakkelijker gemaakt. De zoekmethodiek moet meer klantgeoriënteerd worden en gebaseerd worden op de mogelijkheid tot het maken van individuele keuzes. Uitgangspunt is eenzelfde zoekmethodiek voor tenminste het gehele werkgebied van de beide corporaties en zo mogelijk in regioverband. Tevens dient dit systeem te waarborgen dat markt- en klantinformatie beschikbaar is/komt.
. 3.3.1 Woonruimteverdeling Wat betreft woonruimteverdeling werkte Sprengenland Wonen in 2011 nog met 3 methodieken. De woningen in het buitengebied van de Gemeente Apeldoorn vallen onder Woonkeus, terwijl de woningen in Eerbeek en Hall worden aangeboden en toegewezen op basis van afspraken die binnen Gemeente Brummen zijn gemaakt samen met Woningstichting Brummen. Voor vrijkomend aanbod in Laag-Soeren (formeel vallend onder de woonruimteverdeling in het KAN-gebied) gelden afzonderlijke afspraken met de Gemeente Rheden. Sprengenland Wonen streeft er naar om de woonruimteverdeling in het gehele werkgebied zoveel mogelijk volgens eenzelfde methodiek te organiseren. In 2011 is hiertoe een eerste aanzet gegeven. De inzet is dat het aanbod in Eerbeek en Hall ook onder de Woonkeus-systematiek gaat vallen. In samenwerking met Woningstichting Brummen is het principebesluit hiertoe genomen en het overleg gestart met de Gemeente Brummen en Woonkeus. Voor wat betreft Laag-Soeren zijn in de prestatieafspraken met de Gemeente Rheden de bestaande afspraken opnieuw bevestigd. Verder is afgesproken dat Sprengenland Wonen en Gemeente Rheden de wenselijkheid en mogelijkheden (praktisch, juridisch) onderzoeken om de verdeling van vrijkomende woningen in Laag-Soeren op een vergelijkbare wijze te laten plaatsvinden. 3.3.2 Vrijgekomen aanbod bestaand bezit In 2011 zijn 239 woningen (opnieuw) verhuurd. In 182 gevallen betrof het een nieuwe verhuring vanwege een verhuizing in bestaand bezit. De overige 57 verhuringen betrof nieuwbouw. De 182 verhuringen in bestaand bezit leverden voor 2011 een mutatiepercentage op van 7,2%. Dit is duidelijk hoger dan in de voorgaande jaren. In 2009 en 2010 was de gezamenlijke mutatiegraad van de beide voorgangers van Sprengenland Wonen nog resp. 4,9 en 6,0%. De oplopende mutatiegraad is vrijwel volledig toe te schrijven aan het Eerbeekse werkgebied. De herhuisvesting van bewoners van herstructuringswoningen en de daarop volgende verhuringen op basis van de leegstandswet zorgden hier voor relatief zeer veel mutaties. Ook de recente nieuwbouw in Eerbeek heeft bijgedragen aan doorstroming, dus meer mutaties in bestaand bezit.
-- 18 --
3.3.3 De vraag naar woningen: aantal reacties Zoals eerder opgemerkt is de woonruimteverdeling in Eerbeek/Hall/Laag-Soeren vooral lokaal (gemeentelijk) georganiseerd en in het Apeldoornse buitengebied is dit onderdeel van regionale woonruimteverdeling. Dit brengt met zich mee dat aantallen reacties en wachttijden van elkaar verschillen. Onderstaande tabel met het gemiddeld aantal reacties per geadverteerde woning maakt dit duidelijk. Voor een goede interpretatie van deze gemiddelden is bovendien een nadere analyse nodig. Zo wordt de daling van het aantal reacties in het Eerbeekse werkgebied Werkgebied Werkgebied zeer sterk beïnvloed door het grote aanbod van woningen in een Eerbeek Apeldoorn herstructureringsgebied, die alleen nog worden aangeboden voor 2009 19 55 tijdelijke huisvesting. 2010 24 41 De genoemde nadere analyse gebeurt in 2012 in het kader van 2011 16 41 Dynamisch Voorraadbeleid.
3.3.4 Toewijzingen In de onderstaande tabel is het aantal woningtoewijzingen in 2011 aangegeven, onderverdeeld naar huurklassen, leeftijd, huishoudengrootte en inkomenscategorieën. grootte huishouden/ leeftijd 1 persoon Tot 65 jaar
categorie woningen inkomen
aantal
perc.
21.625,-21.625,-20.325,-20.325,--
11 8 2 0
26 27 17 5
9 29 5 1
0 0 0 0
46 64 24 6
19 27 10 3
< 29.350,-> 29.350,-< 27.750,--
1 2 0
10 8 11
15 25 0
0 0 0
26 35 11
11 15 4
> 27.750,-3 of meer personen Tot 65 jaar < 29.350,--
0
2
1
0
3
1
2
3
13
0
18
7
> 29.350,--
0
1
5
0
6
3
< 27.750,--
0
0
0
0
0
0
> 27.750,--
0
0
0
0
0
0
26 11
110 46
103 43
0 0
65 jaar en ouder 2 personen Tot 65 jaar 65 jaar en ouder
65 jaar en ouder
< > < >
totalen
goedkoop betaalbaar 1 betaalbaar 2 duur
Totaal - aantal Totaal - percentage
59
31
10
239 100 100 100
Toelichting op de tabel: Onder ‘inkomen’ zijn de grenzen aangehouden zoals deze golden voor de Huurtoeslag (HT) in 2011. Bij ‘Categorie woningen’ zijn eveneens de huurgrenzen aangehouden zoals deze in 2011 golden bij de toepassing van huurtoeslag: Goedkoop: kwaliteitskortingsgrens, huurprijs tot € 361,66. Betaalbaar 1: tot aftoppingsgrenzen: € 517,64 voor één- en tweepersoonshuishoudens en € 554,76 voor huishoudens van 3 personen en meer. Betaalbaar 2: woningen met een huurprijs vanaf deze aftoppingsgrenzen tot maximale huurgrens € 652,52. Duur: woningen met een huurprijs vanaf € 652,52.
-- 19 --
Samenvattingstabel: toewijzingen naar leeftijd en inkomen onder of boven de huurtoeslaggrens categorie woningen goedkoop Tot 65 jaar < huurtoeslaggrens > huurtoeslaggrens 65 jaar en ouder < huurtoeslaggrens > huurtoeslaggrens Totaal - aantal Totaal - percentage
totalen
betaalbaar 1 betaalbaar 2 duur
aantal
perc.
14 10
39 36
36 60
0 0
89 106
37 44
2 0
28 7
5 2
0 0
35 9
15 4
26 11
110 46
103 43
0 0
81
19
239 100 100 100
Samenvattingstabel: toewijzingen naar inkomen onder of boven de huurtoeslaggrens categorie woningen goedkoop < huurtoeslaggrens
totalen
betaalbaar 1 betaalbaar 2 duur 16
67
41
aantal perc.
0
124
52
> huurtoeslaggrens
10
43
62
0
115
48
Totaal - aantal Totaal - percentage
26 11
110 46
103 43
0 0
239
100 100
Toewijzingen aan huishoudens met een inkomen tot € 33.614. De hoogte van het inkomen is in het kader van woonruimteverdeling weer een thema nadat vanwege vereenvoudiging van regelgeving de huur-inkomenstabellen waren afgezworen. Vooral de introductie van de zgn. EU-maatregel heeft hier nadrukkelijk aan bijgedragen. Deze maatregel houdt in dat corporaties geacht worden tenminste 90% van het vrijgekomen aanbod < € 652 toe te wijzen aan huishoudens met een inkomen tot maximaal € 33.614. Sprengenland Wonen heeft er voor gekozen om deze maatregel niet integraal toe te passen. Uit een analyse is naar voren gekomen dat in het werkgebied van Sprengenland Wonen de middengroepen geen enkel alternatief zouden hebben op de regionale woningmarkt. Daarom heeft Sprengenland Wonen ervoor gekozen om woningen met een huurprijs van € 555 tot € 652 toe te wijzen aan huishoudens met een inkomen tot maximaal € 43.000. inkomen huishouden
< € 33.614
totalen
> € 33.614
aantal
perc.
aantal
perc.
aantal
perc.
Bestaand bezit Nieuwbouw
162 26
89 46
20 31
11 54
182 57
76 24
Totaal - aantal
188
79
51
21
239
100
In 2011 is 21% van het woningaanbod toegewezen aan een huishouden met een inkomen boven € 33.614. Uit de voorgaande tabel is af te lezen dat dit met name is toe te schrijven aan de toewijzingen van nieuwbouwwoningen, die in 2011 een uitzonderlijk groot deel van de toewijzingen met zich meebracht. In de bestaande voorraad werd de EU-norm bijna gehaald. In het werkgebied van Woonkeus Stedendriehoek, waar Sprengenland Wonen onderdeel van uitmaakt, is de EU-norm eveneens net niet gehaald. Woonkeus meldt in haar jaarverslag 2011 dat het vooral in de kleine kernen moeite kost om te voldoen aan de inkomensnorm. ‘Dit komt mede omdat in deze kleine kernen geen goede alternatieven in de betaalbare koop en vrije sector bestaan.’ Voor Sprengenland Wonen speelde behalve dit gegeven ook de hoge aantal nieuwbouw-toewijzingen een rol.
-- 20 --
Voorrang voor woningzoekenden in kleine kernen Voor de Apeldoornse dorpen geldt dat sinds 2010 voorrang wordt gegeven aan woningzoekenden uit eigen kern (afspraak in Woonkeus-verband). In totaal heeft dit geresulteerd in 58% van de toewijzingen aan woningzoekenden uit de eigen kern. Ruim 80% is toegewezen aan woningzoekenden uit het landelijk gebied, inclusief eigen kern.
3.3.5 Inschrijf- en wachttijden Het beleid van Sprengenland Wonen is er op gericht om de doelgroepen acceptabele wachttijden, goede keuzemogelijkheden en goede slaagkansen te bieden voor de woningen die voor hen bereikbaar zijn. In onderstaande tabel wordt weergegeven hoe lang woningzoekenden gemiddeld stonden ingeschreven toen zij een woning toegewezen kregen. Deze inschrijftijd fluctueert sterk. Vooral de laatste jaren wordt de gemiddelde wachttijd beïnvloedt door toewijzingen in verband met tijdelijke huisvesting wegens herstructurering. Bovendien worden bij woonruimteverdeling voorrangsregelingen gehanteerd (bijv. voorrang voor woningzoekenden in kleine kernen) die ook invloed hebben op de gemiddelde wachttijd. De inschrijftijden in het Eerbeekse en Apeldoornse werkgebied verschillen sterk van elkaar en volgen in de loop van jaren een verschillend patroon. Dit is te verklaren vanwege bovengenoemde redenen. Ook het feit dat de woonruimteverdeling van ‘Eerbeek’ en ‘Apeldoorn’ los van elkaar was georganiseerd (dientengevolge 2 verschillende bestanden van woningzoekenden), heeft verschillen tot gevolg. Door al deze factoren is de wachttijd geen zuivere graadmeter om te beoordelen in hoeverre de krapte op de woningmarkt wel of niet toeneemt/daalt.
2006 2007 2008 2009 2010 2011
Werkgebied Eerbeek 3,9 4,3 4,6 4,0 3,8 3,3
Werkgebied Apeldoorn 4,4 5,5 5,9 5,4 4,0 5,8
3.3.6 Huisvesting specifieke aandachts- en doelgroepen Senioren De huisvesting van senioren is een expliciet aandachtspunt voor Sprengenland Wonen. 25 % van het bezit is bedoeld of geschikt voor senioren. Vanwege demografische ontwikkelingen zal de betekenis van seniorenhuisvesting in de toekomst alleen maar toenemen. Hieraan zal in het dynamisch voorraadbeleid (2012) de nodige aandacht worden besteed. Starters Starters hebben altijd al extra aandacht gehad in het kader van huisvestingsbeleid. De meest recente ontwikkelingen op de woningmarkt maken het er in het bijzonder voor starters niet makkelijker op om een woning te vinden. De doorstroming stagneert en in de koopmarkt zijn huizenprijzen te hoog en/of de financieringsmogelijkheden worden beperkt. De EU-maatregel treft ook de (tweeverdienende) starters die zich nog geen eigen woning kunnen permitteren maar een te hoog inkomen hebben om een beroep te doen op een corporatiewoning. Een groot deel van het woningaanbod is (ook) toegankelijk voor kleine huishoudens. Dit betekent dat de toewijzingscriteria geen beperkingen opleggen voor starters om een woning te verkrijgen. Desondanks blijkt dat starters een geringere slaagkans hebben dan overige woningzoekenden. Om die reden is in 2011 in Woonkeus-verband een discussie gestart hoe de positie van deze groep kan worden verbeterd. De introductie van de zgn. spoedzoekers-module beoogt hierin verbetering te brengen. Deze wordt in 2012 geïntroduceerd. -- 21 --
Overige mogelijkheden om meer ruimte te bieden voor starters zijn beperkt. Maar, waar zich kansen voordoen maakt Sprengenland Wonen hiervan gebruik. Het meest wezenlijk ‘instrument’ in dit verband is ‘TeWoon’. Vooral voor de groep starters die vanwege eerdergenoemde financiële reden tussen wal en schip vallen, is een koopwoning met korting mogelijk een alternatief. Sprengenland Wonen bouwt niet specifiek voor jongeren. Het algemene uitgangspunt is dat regulier woningaanbod ook zoveel mogelijk toegankelijk moet zijn voor starters. Globaal schat Sprengenland Wonen in dat er voldoende aanbod is voor starters. Als zich echter op lokaal niveau initiatieven voordoen die specifiek gericht zijn op starters, is Sprengenland Wonen bereid deze te steunen. Dit is bijvoorbeeld aan de orde in Lieren. Hier wordt met een startersgroep gesproken over een project in het kader van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap. Accommodaties maatschappelijke en geestelijke gezondsheidszorg Uit de visie van Sprengenland Wonen vloeit voort dat de corporatie zich wil inzetten voor het huisvesten van bijzondere doelgroepen. Dat gebeurt meer en meer in samenwerking met instellingen, waarbij Sprengenland Wonen zorg draagt voor de accommodatie en de instelling voor de zorg en hiermee samenhangende dienstverlening. In dit verband gaat het om instellingen voor opvang en huisvesting van ouderen met een ondersteuningsvraag, mensen met een verstandelijke beperking en cliënten met een beperkte mobiliteit. De belangrijkste ontwikkeling die zich in 2011 op het gebied van maatschappelijk vastgoed heeft voorgedaan, is de oplevering van wooneenheden voor het huisvesten van 55 studenten met een verstandelijke beperking. Dit complex staat in Beekbergen en wordt verhuurd aan Parc Spelderholt. Eind 2011 beheerde Sprengenland Wonen de volgende accommodaties: Locatie
Instelling
Uddel (De Grote Geezenhegge) Eerbeek (Doornbosch Hofstede) Beekbergen (Ruitersmolen) Eerbeek (Horsterdijk)
J.P. van den Bentstichting Riwis Iris-zorg Riwis
Beekbergen (Spelderholt) Eerbeek (Ringlaan) Eerbeek (Ringlaan) Eerbeek (Beekwal)
Parc Spelderholt Philadelphia Riwis Riwis
aantal doelgroep woningen/ eenheden 6 Cliënten met verstandelijke en/of lichamelijke beperking 5 Begeleid wonen 12 Begeleid wonen 1 55 18 12 63
Studenten met verstandelijke beperking Verstandelijke en/of lich. beperking Begeleid wonen Verzorgings- en verpleeghuis
‘Opstap-woningen’ Met meerdere gezondheidszorginstellingen heeft Sprengenland Wonen afspraken over het stapsgewijs (zelfstandig) huisvesten van cliënten die tijdelijk in een instelling verbleven. Het gaat om mensen die (tijdelijk) niet zelfstandig hebben kunnen wonen en met begeleiding en ondersteuning vanuit de instelling geleid worden in de richting van een zelfstandig bestaan. Hiervoor worden aan de Wolterbeeklaan in Beekbergen 4 woningen permanent beschikbaar gehouden. Daarnaast komt het ook voor dat in overleg met de instelling(en) cliënten meteen worden gehuisvest in een ‘reguliere’ huurwoning, maar als tussenstap de betreffende woning wordt verhuurd aan de instelling. In dit geval gaat het om een telkens wisselend aantal woningen. Zodra de situatie zich hiervoor leent, wordt tussen Sprengenland Wonen en ex-cliënt een huurovereenkomst gesloten.
-- 22 --
Skaeve Huse In 2010/2011 heeft overleg plaatsgevonden tussen VSW, de Gemeente Apeldoorn en IrisZorg inzake Skaeve Huse. Het betreft een project dat tot doel heeft om overlastgevende huurders op een speciaal daarvoor aangewezen locatie een laatste kans te geven. Sprengenland Wonen is hierbij betrokken met het oog op het toekomstig beheer. De risico’s en kosten worden gedeeld met de overige Apeldoornse corporaties. De continuïteit van dit project staat echter ter discussie.
3.3.7 Overige afspraken opvang en huisvesting doelgroepen Statushouders Sprengenland Wonen levert een aandeel in het huisvesten van statushouders. Dit gebeurt op basis van gemeentelijke taakstellingen. Deze opgave wordt ingevuld in overleg met collega-corporaties en de betreffende gemeente. In Eerbeek zijn in het verslagjaar 10 (2010: 10) statushouders gehuisvest. In de gemeente Apeldoorn worden de statushouders veelal gehuisvest in Apeldoorn. De omliggende dorpen zijn vanwege de ligging weinig in trek bij statushouders. Sprengenland Wonen is evenwel bereid om mee te werken aan huisvesting van statushouders in de dorpen als hierom wordt verzocht. Vrouwenopvang Voor Eerbeek is er een afspraak met HERA-vrouwenopvang om jaarlijks 1 huishouden te huisvesten. In 2011 is vanuit HERA geen beroep gedaan op Sprengenland Wonen. In de gemeente Apeldoorn zijn over vrouwenopvang afspraken met de collega-corporaties, waaraan Sprengenland Wonen haar bijdrage levert.
3.3.8 Woonwagenzaken Sprengenland Wonen heeft een aantal woonwagenlocaties in beheer. In Eerbeek gaat het om een locatie aan de Kattedoorn. Hier worden nu nog 2 standplaatsen verhuurd. In beide gevallen zijn de woonwagens in eigendom van de bewoners. Drie van de oorspronkelijke vijf standplaatsen op deze locatie worden niet meer verhuurd. In Laag-Soeren bevindt zich een locatie met eveneens 2 standplaatsen. Ook hier zijn de wagens eigendom van de bewoners. In het buitengebied van Apeldoorn, nabij Wenum Wiesel ligt ‘De Haere’, een woonwagenlocatie met 65 standplaatsen, waarvan 9 met huurwoonwagens. Vanwege formele redenen is Sprengenland Wonen per 1 juli 2011 eigenaar van de standplaatsen (erfpacht) en huurwagens. Het beheer is ondergebracht in BWSA, een samenwerkingsverband van de Apeldoornse corporaties. De kosten worden naar evenredigheid via het BWSA gedragen door de Apeldoornse corporaties gezamenlijk. De praktische uitvoering van het beheer is opgedragen aan Nijbod.
-- 23 --
4
Sociaal beleid: zorg, welzijn en leefbaarheid Sociaal beleid is in de visie van Sprengenland Wonen integraal onderdeel van alle kernactiviteiten. Tegen die achtergrond laat dit thema zich moeilijk beschrijven in een afzonderlijk hoofdstuk. Er is echter een aantal activiteiten die een expliciete aanvulling vormen op de overige kernactiviteiten.
4.1
(Preventieve) woonbegeleiding Als zich bij huurders problemen voordoen, probeert Sprengenland Wonen een bijdrage te leveren deze op te lossen. Dat kan door via de woonconsulenten gesprekken aan te gaan met betrokkenen of door inschakeling van andere instanties (bijv. politie, maatschappelijk werk, schuldhulpverlening, etc.). De problemen waarop in dit verband wordt gedoeld hebben met name betrekking op (buren)overlast en schuldenproblematiek. Medewerkers van Sprengenland Wonen signaleren ook regelmatig ‘problematiek achter de voordeur’ die soms wel, maar vaak ook niet wonen-gerelateerd is. Het ligt dan minder op de weg van Sprengenland Wonen hierin een actieve rol te spelen. Doordat Sprengenland Wonen deelneemt aan netwerken van hulpverleningsinstanties, is het wel mogelijk om dergelijke situaties met andere professionals door te spreken. Dit gebeurt onder andere in het ‘sociaal overleg’ in Eerbeek. Het succes van woonbegeleiding schuilt in 2 zaken: vroegtijdige signalering/interventie en de samenwerking met andere hulpverleners. Hierdoor is het mogelijk om escalatie en cumulatie te voorkomen. Is de problematiek lastiger op te lossen, dan wordt met de huurder ‘preventieve woonbegeleiding’ overeengekomen. In 2011 is dit voor 3 huurders/huishoudens aan de orde geweest.
4.2
Laatste kansbeleid Laatste kansbeleid is er op gericht om bewoners, die vanwege overlast of huurschulden dreigen te worden ontruimd op basis van een gerechtelijke uitspraak, alsnog de mogelijkheid te bieden te blijven wonen. Dit kan dan alleen onder strikte voorwaarden en met een begeleidingsprogramma. De mogelijkheden die preventieve woonbegeleiding had kunnen bieden, zijn in dergelijke gevallen uitgeput. Sprengenland Wonen neemt deel aan het laatste kansbeleid zoals dat is ontwikkeld in het Apeldoornse werkgebied. Eenzelfde werkwijze wordt ook gehanteerd in het Brummense werkgebied, in samenwerking met de Stichting Welzijn Brummen. Eind 2011 was op 11 huurders een laatste kansaanpak van toepassing. Dit is inclusief de 6 nieuwe laatste kanscontracten die in 2011 zijn afgesloten.
4.3
Ontruimingen Met (preventieve) woonbegeleiding en het laatste kansbeleid probeert Sprengenland Wonen daadwerkelijke ontruimingen te voorkomen. In 2011 zijn 22 vonnissen tot huurbeëindiging/ontruiming uitgesproken. De meesten van hen hebben vervolgens alsnog de achterstand geheel of gedeeltelijke betaald. Uiteindelijk hebben 3 huurders de achterstand niet voldaan en hebben voor de datum van ontruiming zelf de sleutels ingeleverd. Er heeft uiteindelijk geen enkele daadwerkelijke ontruiming plaatsgevonden.
-- 24 --
4.4
Overlast en buurtbemiddeling Vanuit Sprengenland Wonen wordt actief aandacht besteed aan kwesties over leefbaarheid. Het kan hierbij gaan om burenoverlast/-conflicten tussen individuele huishoudens/bewoners, om negatieve ‘uitstraling’ op de woonomgeving/buurt vanwege gedrag of activiteiten (bijv. illegale bedrijfsactiviteiten/handel, hennepplantages, etc.) of klachten met betrekking tot de kwaliteit van de woonomgeving. In 2011 zijn 95 overlastmeldingen geregistreerd, waarvan er eind dat jaar nog 12 in behandeling waren. De wijze waarop een melding wordt opgepakt is uiteraard sterk afhankelijk van de aard en omvang. In het voorgaande deel van dit hoofdstuk schreven we hier al over. “Buurtbemiddeling’ mag in dit verband niet onvermeld blijven. Deze vorm van bemiddeling is er op gestoeld om te komen tot een minnelijke oplossing en een duurzame oplossing van een buren-/buurtconflict. De daadwerkelijke bemiddeling gebeurt door vrijwilligers, die een onafhankelijke positie in kunnen nemen en hiervoor speciaal getraind zijn. In de gemeenten Rheden en Brummen is deze buurtbemiddeling georganiseerd via een samenwerkingsverband waar ook Sprengenland Wonen aan deelneemt. In 2011 is in 4 situaties buurtbemiddeling ingeschakeld.
4.5
Kernenvisies en betrokkenheid van bewoners en lokale ‘partijen’ bij leefbaarheid Ambitie- en strategiedocument 2010: De kern is de kern De kernen in ons werkgebied staan centraal. Dit betekent dat wij voor elke kern in ons werkgebied een eigen visie en beleid hebben. We werken samen met anderen, waar nodig doen we het zelfstandig. Behoud van eigen identiteit en vitaliteit van de kernen, of soms juist het creëren hiervan, is ons uitgangspunt. De kernpunten van onze kernenvisie Ons beleid ten aanzien van de kernen laat zich het beste samenvatten met ‘maatschappijgedreven’. Net als bij ‘klantgedreven’ betekent dit dat ons doen en laten aansluit bij wat de kernen (bewoners en partners) van ons verwachten en door de lokale wensen en behoeften. Wij zijn hierin proactief: we zoeken de dialoog met onze (mogelijke) partners, maken afspraken over wenselijke en noodzakelijke initiatieven en activiteiten en over ieders rol hierin. Ook hierbij is ‘maatwerk’ een sleutelbegrip: per kern kunnen het verwachtingspatroon, de wensen en de behoeften verschillen. Dat geldt ook voor onze eigen rol op lokaal niveau. Onze primaire taak en onze expertise richt zich op ‘wonen’. In onze visie omvat dit echter meer dan alleen het bieden van huisvesting. Ook begrippen als kwaliteit van de omgeving, leefbaarheid en veiligheid en het lokale voorzieningenniveau (waaronder zorg en welzijn) kunnen direct of indirect van invloed zijn. Onze invalshoek is de taak die we vervullen ten aanzien van onze primaire doelgroepen. Dit sluit niet uit dat we ook dienstbaar kunnen zijn aan bewoners die niet tot onze primaire doelgroep behoren, bijv. eigenaar-bewoners, mits dit past binnen en bijdraagt aan onze primaire doelstelling. Deze bredere oriëntatie op ‘wonen’ bepaalt ook onze inzet en positie ten opzichte van samenwerkingspartners. Wij willen ‘in den brede’ een stimulerende en verbindende rol spelen, indien nodig initiërend. Wat betreft de inzet van menskracht en (financiële) middelen verwachten we echter dat ieder van de samenwerkingspartners verantwoordelijkheid neemt voor de eigen kerntaken.
‘Leefbaarheid’ behoort iets te zijn van de bewoners zelf. Om die reden is Sprengenland Wonen er veel aan gelegen de bewoners (en overige lokale ‘partijen’) hierbij actief te betrekken. De kernenvisies die Sprengenland Wonen voor elke kern wil opstellen, vormen hierin een belangrijke schakel. De opzet van deze visies is om van elke kern een sterkte-zwakte analyse te maken en op basis hiervan vast te stellen welke bijdrage Sprengenland Wonen kan leveren aan versterking van de kernen en hun vitaliteit en leefbaarheid. Het ontwikkelen van deze kernenvisies gebeurt in overleg met lokale ‘partijen’ en sleutelfiguren. Dit geldt ook voor de uitvoering van actiepunten die uit de visies voortvloeien. In 2011 zijn de eerste drie kernenvisies (Hall, Uddel, Loenen) geformuleerd. De uitwerking hiervan is gepland in 2012. Ook in het kader van DVB krijgt het kernenbeleid volop aandacht. -- 25 --
4.6
Zorg, woonservicegebieden en samenwerking Sprengenland Wonen is nauw betrokken bij initiatieven en ontwikkelingen die de zorg aangaan. Dit vloeit voort uit de maatschappelijke taak en positie van de corporatie. De scheiding van wonen en zorg, de vergrijzing van de bevolking en het leveren van zorg aan huis, brengen de vraag met zich mee hoe zorgverlening en wonen zo goed mogelijk op elkaar aangesloten kunnen worden. In het werkgebied van Sprengenland Wonen is er een brede en structurele samenwerking tussen de diverse partijen, waaronder de gemeentelijke overheden. Per gemeente neemt dat overigens verschillende vormen aan. Zo is in de Gemeente Apeldoorn jaarlijks een afstemmingsoverleg op gemeentelijk niveau rondom de vorming van woonservicegebieden en zijn er enkele keren per jaar netwerkbijeenkomsten (zgn. WIEL-bijeenkomsten). In de gemeente Brummen is er het ‘groen- en grijs-overleg’, waaraan lokale overheid en diverse instellingen en organisaties deelnemen. Op het niveau van de afzonderlijke woonkernen zijn er overleg- en samenwerkingsverbanden om woonservicegebieden tot stand te brengen, waar Sprengenland eveneens bij betrokken is. Dit is vooral aan de orde in Loenen, Uddel en Beekbergen/Lieren/Oosterhuizen. De voortgang in de gesprekken en de slaagkans is overigens plaatselijk zeer verschillend en sterk afhankelijk van lokaal draagvlak. Zorg- en welzijnsaccommodaties De relaties van Sprengenland Wonen met ‘zorg’ en ‘welzijn’ komt ook tot uitdrukking in een faciliteren van zorg- en welzijnsinstellingen. Dit gebeurt vooral door te faciliteren met betrekking tot accommodaties. Ook hier geldt dat de samenwerking en faciliterende rol van Sprengenland Wonen per situatie verschillende vormen aan kan nemen, afhankelijk van ondermeer de wensen en het verwachtingspatroon van de instellingen. Voor een overzicht welke situaties dit betreft, zie hoofdstuk 6.
4.7
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Sprengenland Wonen neemt deel aan de klankbordgroep WMO van de Gemeente Apeldoorn. In 2011 hebben geen bijzonderheden plaatsgevonden. Wat betreft Eerbeek is er ad hoc afstemming met de Gemeente.
-- 26 --
5
(Aanvullende) woondiensten Sprengenland Wonen levert een aantal aanvullende woondiensten. Het uitgangspunt voor Sprengenland Wonen is dat deze aanvullende woondiensten wonen-gerelateerd moeten zijn en huurders hiermee een materieel voordeel geboden kan worden. Het aanbieden van deze woondiensten past bovendien in de uitgangspunten van Sprengenland Wonen (klantoriëntatie/gedrevenheid).
5.1
Fonds Huurdersonderhoud Kleine reparaties waarvoor huurders zelf verantwoordelijk zijn, kan men laten uitvoeren door Sprengenland Wonen. Huurders die hiervoor kiezen nemen in dat geval deel aan het Fonds huurdersonderhoud waar men een bijdrage aan betaalt. In 2011 is het beleid rond het thema ‘huurdersonderhoud’ opnieuw geformuleerd en in een brochure verwoord. Het herformuleren van dit beleid was nog een noodzakelijk uitvloeisel van de fusie. In 2011 maakten 2.008 huurders gebruik van het fonds. Er werd 1.268 keer een werkopdracht in het kader van het fonds uitgeschreven (totale kosten € 119.300). De kosten worden voor ongeveer 70% gedekt door de huurdersbijdragen.
5.2
Glasfonds Via Sprengenland Wonen kunnen huurders deelnemen aan het glasfonds, waarmee eventuele glasschade kan worden gedekt. In 2011 namen 2.395 huurders deel aan dit fonds. Er werd 96 keer een beroep gedaan op het glasfonds (totale kosten € 31.500). De kosten werden in 2011 volledig gedekt door de huurdersbijdragen.
5.3
TeWoon Enige jaren geleden is het TeWoon-concept ingevoerd bij de voorgangers van Sprengenland Wonen. Sindsdien is het aantal woningen dat TeWoon wordt aangeboden telkens uitgebreid. Als woningen als TeWoon worden aangemerkt worden de ‘zittende’ bewoners hiervan op de hoogte gebracht en wordt hen de mogelijkheid geboden om de huidige huurovereenkomst om te zetten in een andere contractvorm op basis van de TeWoon-varianten. In de praktijk betekent dit vrijwel altijd een keuze voor het al dan niet kopen van de woning met korting en voorwaarden. Naast KoopGarant wordt ook KoopGoedkoop aangeboden. Dit laatste product wordt echter niet of nauwelijks afgenomen. Als van een TeWoon-woning de huur wordt opgezegd, hebben belangstellende woningzoekenden de keuze de woning te huren of te kopen op basis van de varianten binnen het TeWoon-concept. Belangstellenden worden hierbij ondersteund door medewerkers van Sprengenland Wonen. Het gebruik van de ‘huur-koop vergelijker’ is hierbij een belangrijk hulpmiddel. TeWoon is primair geïntroduceerd als een manier om de keuzevrijheid van woningzoekenden te vergroten. Er is een aantal nevendoelstellingen die in de huidige (woning)marktomstandigheden geen onbelangrijke rol spelen. De eerste is dat met TeWoon een mogelijkheid geboden wordt aan in het bijzonder huishoudens met een middeninkomen (€ 33.000 - € 55.000) om een woning te kopen. Ondermeer starters zouden hiervan gebruik kunnen maken. Ten tweede leveren woningen die via een TeWoon-variant worden verkocht, voor Sprengenland Wonen financiële middelen op die essentieel zijn voor investeringen elders in de bestaande voorraad of in nieuwbouw. Per eind 2011 was 34% van het woningbezit aangemerkt als TeWoon. Veelal gaat het om eengezinswoningen. In 2011 zijn 12 woningen verkocht in het kader van TeWoon (KoopGarant). Het betrof 5 nieuwbouwwoningen en 7 woningen uit het bestaande bezit. Totale opbrengst hiervan was € 2.072.000. -- 27 --
5.4
Verzilverd Wonen Verzilverd Wonen is een mogelijkheid voor oudere eigenaren-bewoners om de woning te ‘verzilveren’ door de woning te verkopen aan de verhuurder en toch te blijven wonen. Voor dit ‘woonrecht’ worden afspraken gemaakt, hetzij in de vorm van een huurovereenkomst, hetzij door een compensatie in de verkoopprijs. In 2011 is Sprengenland Wonen gestopt met het aanbieden van Verzilverd Wonen. In 2011 zijn echter nog wel 2 woningen op deze wijze aangekocht omdat het lopende trajecten betrof. Sprengenland Wonen heeft 7 woningen in bezit die verworven zijn volgens het Verzilverd Wonenprincipe. Vier bewoners hebben het levenslange woonrecht afgekocht.
5.5
ZAV (zelf aangebrachte voorzieningen) Sprengenland Wonen wil bewoners zo weinig mogelijk beperkingen opleggen om de woning naar eigen smaak en inzicht aan te passen. In 2011 is het zgn. ZAV-beleid opnieuw geformuleerd en in een bewonersbrochure verwoord. Bij de totstandkoming van dit beleid is de huurdersorganisatie nadrukkelijk betrokken geweest. Na de vaststelling van het beleid is de brochure ‘Uw huis, uw thuis’ gemaakt. Een wezenlijk onderdeel van het ZAV-beleid is dat Sprengenland Wonen ook een adviserende rol wil spelen in de richting van bewoners.
-- 28 --
6
Maatschappelijke investeringen
Jaarplan 2011: Onder maatschappelijk vastgoed verstaan we in algemene zin voorzieningen ten behoeve van het huisvesten van organisaties en instellingen met een maatschappelijke non profit-taak, zoals onderwijs, cultuur, sport, welzijn en zorg. Als corporatie zien we ook een taak voor ons weggelegd ten aanzien van ontwikkeling en instandhouding van dergelijke voorzieningen. Dit houdt verband met de rol die we willen spelen om een actieve bijdrage te leveren aan de leefbaarheid en vitaliteit van de kernen. Voorzieningen voor ontmoeting, ontplooiing, ontspanning en opvang spelen hierin een grote rol. Als corporatie kunnen we onze middelen en expertise inzetten om deze voorzieningen te ontwikkelen of te beheren. Dergelijke projecten komen vrijwel altijd tot stand in samenwerking met andere instellingen. Per situatie is het voor Sprengenland Wonen een afweging om deel te nemen aan dergelijke initiatieven. Uiteraard moet het maatschappelijke belang en het draagvlak onderkend zijn, maar tevens moet voldoende voldaan worden aan financiële randvoorwaarden. Uitgangspunt is dat ons aandeel in deze projecten tenminste kostendekkend is, maar afhankelijk van de situatie kan hiervan worden afgeweken om een voorziening toch haalbaar te maken.
Uit de missie en visie vloeit voort dat het maatschappelijk rendement voor Sprengenland Wonen de leidraad is. Dat heeft niet alleen betrekking op het huisvesten van de primaire doelgroepen en aandachtsgroepen, waarvan in hoofdstuk 4 (Huisvesting specifieke aandachts- en doelgroepen) al een beeld is geschetst. In dit hoofdstuk gaat het om het realiseren van accommodaties, veelal verhuurd aan instellingen, met een algemeen maatschappelijke functie, die een impuls geven aan de sociale cohesie en vitaliteit van een dorp en betrokkenheid en activiteit van bewoners. In onderstaand overzicht zijn de accommodaties aangegeven die worden verhuurd aan instellingen met een niet-commerciële maatschappelijke doelstelling. Locatie Hoenderloo Uddel Loenen Beekbergen
Instelling Veldheim Kon. Wilhelmina Hof Bruisbeek Gem. Apeldoorn
Laag-Soeren Eerbeek
Stg. ‘t Sprengenhus Huygenshof
doelgroep Activiteitencentrum, verhuurd met huurreductie Activiteitencentrum, verhuurd met huurreductie Activiteitencentrum, verhuurd met huurreductie Nu gebruikt als klaslokalen, mogelijkheid om te bouwen tot 4 woningen Kulturhus Centrum wijkactiviteiten senioren, verhuurd met huurreductie
-- 29 --
7
Sprengenland Wonen en haar omgeving: de belanghouders Ambitie- en strategiedocument 2010: Samen Onze omgeving is een bepalende context en zeker de daarin actieve actoren. Onze ambities kunnen wij niet realiseren zonder onze belanghouders, partners en andere relevante actoren in ons werkgebied. Ook de huurders, die vertegenwoordigd zijn in een huurdersorganisatie, zijn een belangrijke sparringen samenwerkingspartner. Samenwerken, samen verantwoordelijkheid nemen, maar ook elkaar informeren over toekomstige ontwikkelingen, daarin zit wederzijdse meerwaarde. Hierbij zetten wij in op de ketens wonen-zorg-welzijn en werken-wonen. -
-
Wij willen met de gemeenten in ons werkgebied jaarlijks kaderafspraken maken. Deze afspraken geven de richting aan van het (gezamenlijk) te voeren beleid en de specifieke rol van partijen. In 2011 stellen we dit aan de orde in het overleg met betreffende gemeenten. Om verantwoording af te leggen over ons maatschappelijk presteren laten wij in 2012 de visitatie uitvoeren. Wij formeren een platform van belanghouders op bedrijfsniveau en voeren hiermee minimaal 1 keer per beleidscyclus overleg.
Sprengenland Wonen wil in een voortdurende wisselwerking met haar omgeving werken. Daarom wordt groot belang gehecht aan samenwerking met instellingen en organisaties die op de een of andere manier raken aan de werkzaamheden van Sprengenland Wonen. Voor Sprengenland Wonen is dit een integraal onderdeel van haar werkwijze en van de activiteiten. Vandaar dat in dit jaarverslag op meerdere plaatsen impliciet ook de samenwerking met instellingen en organisaties al is beschreven. In dit hoofdstuk willen we twee aspecten van samenwerking met belanghouders belichten: die met gemeenten, met de collega-corporaties en de samenwerkingsrelatie met onze huurders.
7.1
Samenwerking collega-corporaties Sprengenland Wonen zoekt de samenwerking met collega’s in het werkgebied. Per gemeente neemt dat verschillende vormen aan en de intensiteit verschilt eveneens per situatie. Zo zijn er overlegvormen waarbij het vooral gaat om informatie-uitwisseling, maar de samenwerking kan ook vormen aannemen om een wederzijds zakelijk of praktisch doel te dienen. De samenwerking met Woningstichting Brummen betreft de afstemming van verschillende beleidsthema’s binnen de gemeente Brummen. Daarnaast wordt waar mogelijk ook in praktische zin samengewerkt of is er afstemming. Op het gebied van woonruimteverdeling is er sprake van een gezamenlijk beleid en er is een gezamenlijke geschillencommissie. De samenwerking met de Apeldoornse corporaties krijgt vooral z’n beslag in het VSW (Verenigde Samenwerkende Wooncorporaties in Apeldoorn). Ook hier gaat het om afstemming van verschillende beleidsthema’s, zoals de prestatieafspraken met de Gemeente Apeldoorn en de mogelijkheid van een gezamenlijk strategisch voorraadbeleid. Ook praktische samenwerking krijgt vorm via de VSW, zoals het beheer van woonwagenlocatie De Haere. Waar mogelijk en opportuun zoekt Sprengenland Wonen ‘bilaterale’ praktische samenwerking, zoals op het gebied van automatisering. Samenwerking op regionaal niveau spitst zich toe op de woonruimteverdeling die regionaal is georganiseerd via Woonkeus Stedendriehoek. In dit samenwerkingsverband hebben overigens niet alleen corporaties zitting, maar ook gemeenten.
-- 30 --
Sprengenland Wonen voelt zich verwant met de andere corporaties die werkzaam zijn in het landelijke gebied van de stedendriehoek. Er is weliswaar geen (formele) overlegvorm, maar waar nodig en wenselijk zoeken deze corporaties elkaar wel op vanwege hun positie als ‘plattelandscorporatie’.
7.2
Samenwerking met lokale overheid De huidige prestatieafspraken met de Gemeente Apeldoorn dateren uit 2003 en betreffen de periode 2003-2010. In 2009 is intensief overleg gestart tussen de Gemeente Apeldoorn en de gezamenlijke Apeldoornse corporaties (verenigd in het VSW) om te komen tot nieuwe prestatieafspraken. Dit traject kon echter ook in 2011 nog niet succesvol worden afgerond. Tot die tijd blijven in beginsel de afspraken uit 2003 van kracht. De prestatieafspraken met de Gemeente Rheden liepen in 2010 af. In 2011 zijn gesprekken gestart om tot nieuwe afspraken te komen. Dit kon in een kort tijdsbestek van enkele maanden eind 2011 succesvol worden afgerond. Met de Gemeente Brummen zijn nog geen formele afspraken gemaakt. Eind 2010 is een start gemaakt met het formuleren van een gezamenlijke woonvisie. Vervolgens hebben de deelnemende partijen de plaatselijke woningmarkt in kaart gebracht. Als vervolg hierop worden de prestatieafspraken gemaakt. Sprengenland Wonen trekt hierin samen op met de Brummense collegacorporatie. De verwachting is dat dit traject in de eerste helft van 2012 kan worden afgerond. In de drie gemeenten waarin Sprengenland Wonen werkzaam is, is er regelmatig ad hoc overleg op verschillende niveaus, zowel bestuurlijk als ambtelijk. In alle gevallen is er regelmatig een bestuurlijk overleg.
7.3
Overleg met huurders
7.3.1 Samen-Een Vanwege de fusie is in 2011 overleg gevoerd met de huurdersorganisaties van de voormalige fusiepartners om deze tot één organisatie samen te voegen. Dit heeft in 2011 z’n beslag gekregen en geleid tot een nieuwe samenwerkingsovereenkomst. Met de nieuw gevormde huurdersorganisatie Samen-Een is tevens afgesproken te werken in de richting van ‘participatie nieuwe stijl’. Uitgangspunt hierbij is dat participatie zich niet beperkt tot de thema’s die in regelgeving zijn benoemd en dat participatievormen meer op maat moeten zijn. Dat wil zeggen, behalve op corporatieniveau, ook op lokaal niveau (dorp, buurt) of rond actuele thema’s. Ook is afgesproken om telkens werkwijzen te zoeken om de inzet en betrokkenheid van huurders te vergroten. Bijvoorbeeld door hen te interesseren voor kortlopende, laagdrempelige activiteiten. De samenwerking wordt verder uitgewerkt op basis van de gedachte dat de huurdersorganisatie en de corporatie weliswaar ieder een eigen rol en verantwoordelijkheid hebben, maar dat men elkaar op het terrein van participatie aanvult en versterkt. In 2011 is diverse keren overleg (formeel en informeel) geweest met de huurdersorganisatie. De samenvoeging van de twee huudersorganisaties en de totstandkoming van een nieuwe samenwerkingsovereenkomst heeft een belangrijk deel van de agenda bepaald van het overleg in 2011. Daarnaast zijn ook andere relevante inhoudelijke onderwerpen besproken, zoals: beleid met betrekking tot de mogelijkheden van huurders om zelf hun woning aan te passen (zgn. ZAV-beleid) voortgang herstructurerings- en nieuwbouwprojecten woonruimteverdeling. Sprengenland Wonen steunt de huurdersorganisatie financieel. De samenwerkingsovereenkomst is overeenkomstig de uitgangspunten van de Aedescode. -- 31 --
Overige bewonersoverleggen In delen van het woningbezit van Sprengenland Wonen zijn bewonerscommissies actief. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de herstructurering in de Eerbeekse Enk en het nieuwbouwproject Nuonterrein. Ook met deze groepen onderhoudt Sprengenland Wonen een zo goed mogelijk contact.
7.3.2 Dorpsraden en kernvisies Behalve met de eigen huurdersorganisatie, wil Sprengenland Wonen zich ook zo goed mogelijk verstaan met de dorpsraden. Deze dorpsraden hebben een rol en functie naar de totale bevolking van de betreffende kern. Voor Sprengenland Wonen betekent dit dat deze organisaties een goed aanspreekpunt en klankbord vormen voor het maken van de eigen kernvisies. 7.3.3 Informeren van huurders bij herstructurering Vooral bij het herstructureren van complexen door sloop en vervangende nieuwbouw is goede communicatie met en betrokkenheid van de huurders cruciaal. Dit verloopt langs 2 lijnen. De bewoners worden collectief geïnformeerd door bewonersavonden en nieuwsbrieven. Daarnaast wordt de individuele situatie besproken tijdens huisbezoeken, tijdens een spreekuur of anderszins op afspraak. Het omvangrijkste project met een dergelijke aanpak en benadering is de Eerbeekse Enk in Eerbeek (86 woningen). Dit project verkeert in de fase van uithuizing van de huidige bewoners, van wie sommigen de wens hebben terug te keren zodra de nieuwbouw is gerealiseerd. Om de dienstverlening zo dicht mogelijk bij de bewoners te organiseren is in de buurt een woning ingericht als informatiepunt en voor het houden van spreekuren. 7.3.4 Informeren van huurders en woningzoekenden Belangrijke communicatiemiddelen met de huurders en de woningzoekenden vormen de website, het bewonersblad ‘Nieuwsbron’ en informatiebrochures. Voor het raadplegen van en reageren op het woningaanbod in de Apeldoornse dorpen is Woonkeus een belangrijke informatiebron. Vanwege de fusie zijn alle communicatieuitingen van Sprengenland Wonen tegen het licht gehouden. Uitgangspunt is dat deze voldoen aan de eisen die gangbare kwaliteitslabels in de corporatiesector hieraan stellen. Zo zijn de volgende brochures vernieuwd: - Algemene huurvoorwaarden - Uw huis, uw thuis (ZAV-brochure) - Fonds Huurdersonderhoud - TeWoon Het opzetten van een nieuwe website is in 2011 gestart. Sprengenland Wonen wil aan de site ook een interactieve functie geven (vanuit een oogpunt van klantvisie).
7.3.5 ProPoints De gedachte achter ProPoints is om goed gedrag van huurders door middel van beloning te stimuleren. In dit verband worden ProPoints toegekend aan huurders van wie de huur met een automatische incasso wordt geïnd en huurders die zich actief inzetten (lid van een commissie, huurdersorganisatie of vervanging van lampen in een appartementencomplex). Ook kan aan meerdere huurders ProPoints worden toegekend in geval van bijvoorbeeld een gezamenlijke buurtactiviteit. De gespaarde ProPoints kunnen worden verzilverd bij lokale deelnemende bedrijven en winkels. Ten gevolge van de fusie is in 2011 ProPoints verder uitgewerkt voor het hele werkgebied. -- 32 --
7.3.6 IdeeOkee Via ‘IdeeOkee’ wil Sprengenland Wonen ideeën en initiatieven financieel ondersteunen die een bijdrage leveren aan de leefbaarheid en saamhorigheid in de buurt. In 2011 zijn 9 verzoeken ontvangen waarvan er 4 zijn gehonoreerd en 1 afgewezen. De andere 4 aanvragen zijn nog in behandeling.
7.3.7 Wijkdag en wijkschouw In 2011 is in samenwerking met de Dorpsraad, Gemeente Brummen en Stichting Welzijn Brummen een wijkdag in Hall georganiseerd. Ook dit is een manier om de betrokkenheid en participatie van bewoners te bevorderen. Deze wijkdag levert ook een bijdrage aan de samenwerking tussen organisaties onderling en tussen organisaties en bewoners. Ten derde is een wijkdag en de daarop volgende wijkschouw een manier om signalen op te vangen die onder de bewoners leven. Hier wordt geprobeerd meteen een actie aan te verbinden om knelpunten op een korte termijn op te lossen of anderszins wensen te honoreren. In 2011 vond deze wijkdag plaats in Hall en was gelet op de deelname een succes. Het verslag hiervan is besproken met de dorpsraad.
-- 33 --
7.3.8 Sponsorbeleid Notitie Sponsorbeleid 2011: Sprengenland Wonen sponsort vanuit haar rol als maatschappelijk ondernemer. In zijn algemeenheid moet het sponsorbeleid passen binnen de missie en visie, zoals opgenomen in het ambitiedocument van november 2011. We streven daarmee naar sponsoring die een relatie heeft met duurzaamheid en leefbaarheid. Sponsoring is een veelzijdig communicatiemiddel dat uitstekend geschikt is om sympathiek en efficiënt met doelgroepen te communiceren. Sponsoring is communicatie door associatie. Het sponsorbeleid van Sprengenland Wonen is erop gericht om: het woonplezier in het algemeen in het werkgebied van Sprengenland Wonen te bevorderen steun te verlenen aan projecten/activiteiten gericht op de lokale gemeenschap in het werkgebied onze maatschappelijke betrokkenheid zichtbaar te maken; de verschillende externe doelgroepen te informeren over de manier van werken van Sprengenland Wonen (transparantie); een positieve grondhouding bij de verschillende externe doelgroepen ten aanzien van Sprengenland Wonen te bewerkstelligen.
In 2011 heeft Sprengenland Wonen haar beleid op het gebied van sponsoring vastgesteld. In 2011 werden de volgende projecten gesponsord: o Muziekvereniging Eendracht (donateursprijs) o De Boerderij Beekbergen o Vrienden van de Kiboe (kinderboerderij) o HTOV Buurtbus Eerbeek o Voedselbank Apeldoorn o Galerie De Stek Eerbeek (korting op huur pand) o Toneelvereniging KDO Eerbeek (korting huur) 7.3.9 Geschillencommissies Geschillencommissie Sprengenland Wonen/Woningstichting Brummen Sprengenland Wonen heeft samen met Woningstichting Brummen een geschillencommissie. Het functioneren hiervan is geregeld via een afzonderlijk reglement. Elke corporatie heeft twee leden benoemd. In 2011 zijn geen zaken aangemeld bij de geschillencommissie. Geschillencommissie woonruimteverdeling Woonkeus Voor klachten over het reageren op het Apeldoornse woningaanbod van Sprengenland Wonen kunnen woningzoekenden terecht bij de regionale klachtencommissie (‘Commissie voor bezwaar en beroep’) van Woonkeus Stedendriehoek. In 2011 zijn geen zaken aangemeld die betrekking hadden op Sprengenland Wonen.
-- 34 --
8
Financiële continuïteit Ambitie- en strategiedocument 2010: -
Ons financiële doel is maximaal presteren naar vermogen. Dit vertaalt zich in volledige kredietwaardigheid bij het WSW en een A1 oordeel van het CFV. In 2011 realiseren wij een intern beheerssysteem, waarvan in ieder geval een treasurystatuut en een systematiek voor het waarborgen van evenwichtige leningportefeuille, onderdeel uitmaken. Tevens ontwikkelen wij in 2011 een risicoanalyse en –beheersingssysteem, met name voor nieuwbouwprojecten.
. Binnen het BBSH is de financiële continuïteit één van de aandachtsvelden. Dat betekent dat een corporatie ook in de toekomst het woningbezit goed moet kunnen onderhouden en verbeteren, exploitatierisico’s moet kunnen opvangen en de doelgroepen van beleid betaalbaar moet kunnen huisvesten. Daarvoor is onder meer een blijvende toegang tot de kapitaalmarkt tegen concurrerende kosten noodzakelijk. Op grond van de gegevens, zoals opgenomen in dit jaarverslag, kan worden gesteld dat bij Sprengenland Wonen de financiële continuïteit voldoende gewaarborgd is. Alle activiteiten zijn gericht op ‘het gebied van de volkshuisvesting’ en eventuele batige saldi worden daarvoor ingezet. Het uitvoeren van onderhoud en projecten vormt een belangrijk aandachtspunt. Hier gaat veel geld in om en deze activiteiten gaan vaak gepaard met risico’s, onzekerheden en langlopende trajecten. Dat betekent dat zorgvuldige procedures en besluitvormingstrajecten nodig zijn. Sprengenland Wonen vult dit in met een adequate organisatie en good governance. 8.1
Jaarresultaat Het enkelvoudig jaarresultaat over 2011 bedraagt € 918.000 negatief. In 2010 was het jaarresultaat € 2.796.000 negatief. Het jaarresultaat wordt ten laste gebracht van het eigen vermogen.
8.2
Financieringspositie De leningportefeuille kent per 31 december 2011 een omvang van ruim € 104 miljoen. Het overgrote deel van deze leningen is geborgd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw en de overige leningen door de Gemeente Brummen. De gemiddelde vermogensvoet bedraagt 3,91% (2010 : 4,06%). Het voor de lange termijn beheersbaar houden van de rentecomponent is essentieel voor de financiële continuïteit.
8.3
Solvabiliteit en liquiditeit Inzicht in de ontwikkeling van de solvabiliteit betekent inzicht in het vermogen om op middellange en lange termijn te kunnen voldoen aan alle verplichtingen, nodig om de bedrijfsdoelstellingen te realiseren zonder extra ingrepen. De solvabiliteit wordt uitgedrukt in een verhoudingsgetal tussen het eigen vermogen en het totale vermogen. Sprengenland Wonen streeft naar een solvabiliteit van minimaal 15%. In 2011 is de solvabiliteit gedaald van 16,0% naar 14,3%. De verwachting is dat de solvabiliteit in de komende jaren nog verder zal dalen. Redenen hiervoor zijn te vinden in de onrendabele investeringen bij nieuwbouw. Ook de gewijzigde administratieve verwerking van de verkopen onder voorwaarden, zoals Koopgarant, heeft een negatief effect op de solvabiliteit. De liquiditeit geeft aan in hoeverre er op korte termijn aan de financiële verplichtingen kan worden voldaan. De doelstelling van Sprengenland Wonen is een liquiditeit van minimaal 1% te hebben. -- 35 --
Onderstaand zijn de begrote financiële kengetallen vermeld: Financiële kengetallen 2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
16,0
14,3
14,1
14,1
13,9
13,3
12,8
2,73
3,08
2,35
2,20
2,09
1,98
1,90
Solvabiliteit Liquiditeit
8.4
Risicobeheersing Risicomanagement is een kennisgenererend proces, waardoor de onwetendheid van en onzekerheid over risico’s gedurende het proces afneemt. Dit krijgt in de toekomst steeds nadrukkelijker aandacht en invulling, omdat de financiële risico’s bij strategische keuzes toenemen.
8.4.1 Fiscale risico’s Dit betreft de gevolgen van het niet-naleven van de regelgeving en de daaruit mogelijk voortvloeiende naheffingen en boetes. Deze jaarrekening is samengesteld op basis van de fiscale waarderingsregels, zoals die zijn opgenomen in de Vaststellingsovereenkomst II. 8.4.2 Marktrisico’s Om risico’s af te dekken, streven wij naar een goede informatievoorziening. Waar nodig initiëren we woningmarktonderzoeken. 8.4.3 Financiële risico’s Alle plannen en activiteiten zijn vertaald in de financiële meerjarenbegroting, waarvan uiteraard met name het eerste jaar een concreet werkplan vormt. De realisatie wordt bewaakt via interne kwartaalrapportages en de jaarlijkse verantwoordingsstukken. Veruit de belangrijkste inkomstenbron wordt gevormd door de huuropbrengsten. De huurincassoprocedure wordt daarom regelmatig tegen het licht gehouden en aangescherpt. Voor de uitgaven is er een procuratie- en mandateringsregeling. Die is in 2011 voor de gefuseerde organisatie vastgesteld. De belangrijkste risico’s die grote financiële gevolgen kunnen hebben, zoals brand, storm en fraude, zijn extern verzekerd. De verzekeringsportefeuille wordt periodiek geanalyseerd en waar nodig bijgesteld. 8.4.4 Renterisico’s In het treasurystatuut zullen afspraken worden opgenomen over treasury, rentemanagement en liquiditeitenbeheer. Het te voeren beleid met betrekking tot beleggingen en financieringen draagt een risicomijdend karakter. Dit beleid impliceert onder andere dat beschikbaar komende eigen middelen in principe worden ingezet ter financiering van de vaste activa. De risico’s van herfinancieringen blijven onder het door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw gestelde maximum van 15% van het schuldvolume per het eind van het jaar. 8.4.5 Projectrisico’s De complexiteit bij projectontwikkeling is groot. De basis van de projecten ligt in het dynamisch voorraadbeheer. Vervolgens wordt per project een haalbaarheidsstudie opgesteld, waaraan een voorcalculatie is verbonden. Na afstemming met de RvC gaat het project via de project- en ontwikkelingsfase in uitvoering. De verschillende fases worden bewaakt via interne procedures en tussentijdse verantwoordingen (fasedocumenten) in de rapportages aan de RvC. Op deze wijze zijn er bewuste momenten van bijsturing ingebouwd. -- 36 --
Naast de woningbouw worden er steeds vaker andere elementen opgenomen, zoals infrastructuur, riolering en de inrichting van de woonomgeving. Bij de haalbaarheidsstudie wordt daarom ook aandacht geschonken aan de mogelijke risico’s die gelden voor ieder specifiek project. Daarnaast wordt er veel tijd geïnvesteerd in de voorbereiding, zodat er tijdens de realisatie zo min mogelijk verrassingen optreden. 8.4.6 Conclusie De vermogenspositie biedt voldoende financieel perspectief om de geplande volkshuisvestelijke doelstellingen te kunnen realiseren met behoud van de financiële continuïteit. Overigens bestaan er wel zorgen over de financierbaarheid op lange termijn. Deze is namelijk mede afhankelijk van het verkoopresultaat in de bestaande voorraad en in nieuwbouwprojecten.
-- 37 --
9
Verbindingen en relaties met overige rechtspersonen Sprengenland Wonen biedt een grote variëteit van werkzaamheden en activiteiten. Vanwege organisatorische redenen of vanwege voorschriften is het soms noodzakelijk activiteiten in andere rechtspersonen (dochters) onder te brengen; de zgn. verbindingen. Bovendien zoekt Sprengenland Wonen de samenwerking met andere partijen om vorm en inhoud te geven aan haar doelstellingen. In bepaalde gevallen ligt het voor de hand om de krachten te bundelen met andere partijen in een afzonderlijke rechtspersoon.
9.1
Verbindingen Vastgoed Eerbeek BV Deze houdstermaatschappij is een 100% deelneming van Sprengenland Wonen en heeft met name als doel het al dan niet samen met anderen deelnemen in en het besturen van andere ondernemingen en het verkrijgen, verwerven, vervreemden, huren, verhuren, vervaardigen, administreren, financieren, beheren, exploiteren en bewaren van goederen. Vastgoed Eerbeek BV heeft ultimo 2011 twee 100%-deelnemingen : Vastgoed Beheer Eerbeek BV en XIA Vastgoedontwikkeling 1 BV. Tussen Sprengenland Wonen en Vastgoed Eerbeek BV bestaat een rekening-courantverhouding van € 2.091.000 per 31 december 2011. XIA Holding BV Deze houdstermaatschappij is een 100% deelneming met als doel : het oprichten, verwerven en financieren van, het deelnemen in, het samenwerken met en het voeren van het bestuur en/of management over andere ondernemingen en/of vennootschappen met name op het gebied van de volkshuisvesting en/of hieraan gerelateerde diensten. Ter uitoefening van haar taak heeft XIA Holding BV een 100% deelneming in XIA Vastgoedontwikkeling 1 BV. In verband met de structuurvereenvoudiging is eind 2011 XIA Holding BV geliquideerd. De deelneming in XIA Vastgoedontwikkeling 1 BV is overgedragen aan Vastgoed Eerbeek BV, eveneens een holdingmaatschappij van Sprengenland Wonen. Vastgoed Beheer Eerbeek BV Het doel van deze BV is met name het verkrijgen, verwerven, vervreemden, huren, verhuren, vervaardigen, administreren, financieren, beheren, exploiteren en bezwaren van goederen. In deze BV is commercieel onroerend goed ondergebracht. Er bestaat tussen Vastgoed Eerbeek BV en Vastgoedbeheer Eerbeek BV een rekening-courantverhouding van € 1.918.163 per 31 december 2011. XIA Vastgoedontwikkeling 1 BV In deze BV zijn de samenwerkingsverbanden met externe partijen ondergebracht. Dit is vorm gegeven door een 33% deelname in BePro BV. Via BePro zijn er deelnemingen in CV Nieuw Canada (Beekbergen), CV Kerkeveld (Beekbergen) en in CV Ruitersmolen (Beekbergen). Daarnaast is er een deelneming in Aardhuus Ontwikkeling BV (Uddel). Voor alle genoemde deelnemingen geldt dat deze gericht zijn op de realisatie van woningen). De waarde van de deelnemingen bedraagt ultimo 2011 : BePro BV : € 6.600 CV Nieuw Canada : € 124.795 CV Kerkeveld : € 211.582 CV Ruitersmolen : € 249.098 Aardhuus Ontwikkeling BV : € 92.828 Sprengenland Wonen heeft een rekening-courantverhouding met XIA Vastgoedontwikkeling 1. Per 31 december 2011 bedraagt de vordering van Sprengenland Wonen € 1.108.408.
-- 38 --
XIA Woonservices BV XIA Woonservices BV is een 100% deelneming die onder andere tot doel heeft het in de ruimste zin van het woord werkzaam zijn op het gebied van de volkshuisvesting en de daaraan gerelateerde woon-, welzijns- en zorgdiensten. Tussen XIA Woonservices BV en Sprengenland Wonen bestaat er een rekening-courantverhouding. Per 31 december 2011 bedraagt de vordering van Sprengenland Wonen € 585.666. Voor het negatieve eigen vermogen van deze deelneming ad € 219.000 is een voorziening gevormd. XIA Woonservices BV heeft een 50% deelneming in VOF Ruimzicht. Deze VOF heeft ten doel een bouwproject in Hoog Soeren te realiseren. Het hiervoor aangekochte onroerend goed is het eigendom van XIA Woonservices BV. De projectontwikkeling vindt plaats binnen de VOF. De waarde van deze deelneming bedraagt per 31 december 2011 -/- € 26.847.
ORGANISATIESTRUCTUUR SPRENGENLAND WONEN (vanaf 1 januari 2012) Sprengenland Wonen Stichting
100 %
100 %
Vastgoed Eerbeek BV
100 %
XIA Woonservices BV
100 %
XIA Vastgoed Ontwikkeling 1 BV
Vastgoedbeheer Eerbeek BV
33 %
33 %
33 %
33 %
25 %
50 %
BePro BV
Nieuw Canada CV
Kerkeveld CV
Ruitersmolen CV
Aardhuus Ontwikkeling BV
Ruimzicht VOF
Woningnet NV Behalve de verbindingen die deel uitmaken van Sprengenland Wonen-structuur, bezit Sprengenland Wonen 100 aandelen (waarde: € 1.070) in Woningnet NV. Deze deelneming is een voorwaarde om te kunnen deelnemen aan de regionale woonruimteverdeling, waarbij gebruik gemaakt wordt van Woningnet.
9.2
Relaties met overige rechtspersonen Sprengenland Wonen maakte in 2011 deel uit van de volgende samenwerkingsverbanden: Stichting VSW (Verenigde Samenwerkende Woningcorporaties) VSW is een samenwerkingsverband tussen de Apeldoornse corporaties (Ons Huis, De Goede Woning, De Woonmensen en Sprengenland Wonen). Het belangrijkste doel is het behartigen van de gezamenlijke belangen van de Apeldoornse corporaties, met name richting de lokale overheid. Stichting BWSA (Beheer Woonwagens en Standplaatsen Apeldoorn) BWSA verzorgt het beheer en het onderhoud van de huurwoonwagens en de huurstandplaatsen die door de Gemeente Apeldoorn aan de individuele Apeldoornse corporaties zijn overgedragen. BWSA bestaat uit de VSW-participanten. Sprengenland Wonen draagt naar rato bij in de kosten van BWSA. Stichting Woonkeus Stedendriehoek Dit is een samenwerkingsverband tussen 8 in de regio Stedendriehoek werkzame woningcorporaties. Het doel is uitvoering te geven aan het tussen deze woningcorporaties en vijf gemeenten vastgestelde ‘convenant regionale woonruimteverdeling’. Sprengenland Wonen draagt naar rato bij in de kosten. -- 39 --
9.3
Vereniging van Eigenaars In 6 complexen is sprake van een Vereniging van Eigenaars (VvE) waarin Sprengenland Wonen deelneemt. Voor alle VvE’s geldt dat de materiële omvang hiervan zo gering is ten opzichte van de totale exploitatie van Sprengenland Wonen, dat consolidatie van deze VvE-gegevens in de Sprengenland Wonen-cijfers achterwege is gebleven. Alle kosten die verband houden met deze VvE’s en die voor rekening komen van Sprengenland Wonen zijn verwerkt in de winst- en verliesrekening. Vereniging van Eigenaars De Bruisbeek VvE De Bruisbeek omvat drie appartementsrechten in het activiteitencentrum De Bruisbeek te Loenen. Sprengenland Wonen bezit hiervan 1 appartementsrecht. De overige rechten zijn het eigendom van Stichting Vérian en Tandartsenpraktijk Loenen. In de VvEvergadering bezit Sprengenland Wonen 55% van de stemmen. Vereniging van Eigenaars Koningin Wilhelmina Hof VvE Koningin Wilhelmina Hof omvat het appartementsrecht voor het activiteitencentrum, het appartementsrecht voor 4 zorgwoningen en het appartementsrecht voor 19 huurwoningen aan de Essenkamp te Uddel. Het appartementsrecht voor de 4 zorgwoningen is het eigendom van Stichting Philadelphia Zorg. De overige twee appartementsrechten zijn het eigendom van Sprengenland Wonen. Sprengenland Wonen bezit in de VvE-vergadering 83% van de stemmen. Vereniging van Eigenaars Hattinkerf Deze VvE wordt gevormd door de eigenaars van 12 koopappartementen en Sprengenland Wonen, als eigenaar van 6 huurappartementen, in het gebouw Hattinkerf te Loenen. In de VvE-vergadering bezit Sprengenland Wonen 28% van de stemmen. De overige 72% is verdeeld over de 12 individuele eigenaar-bewoners in dit complex. Vereniging van Eigenaars Moerbeek In deze VvE bezit Sprengenland Wonen 60% van de eigendomsrechten van dit woongebouw te Loenen. De overige 40% is het eigendom van de Stichting Pluryn Werkenrode Groep. Vereniging van Eigenaars De Hoge Weye Deze VvE is tot stand gekomen na de oplevering van het Multifunctioneel Centrum Beekbergen. Sprengenland Wonen bezit 31% van de eigendomsrechten. De overige 69% is in het bezit van de Gemeente Apeldoorn. Vereniging van Eigenaars Bergbeek Houdt verband met het beheer van de parkeerkelder onder de huurwoningen.
9.4
Overige relaties Benoemingsrecht bestuursleden Voor de Stichting Huygenshof (Eerbeek) heeft Sprengenland Wonen het recht bestuursleden te benoemen. Er bestaat geen financiële verantwoordelijkheid met betrekking tot deze stichting.
-- 40 --
10
Personeel en organisatie
10.1
De organisatie Het organigram geeft de functie-indeling in 2011 weer. Directeur/ bestuurder
Planmatig Onderhoud en Nieuwbouw:
projectcoördinator vastgoed
calculator werkvoorbereider
Controller
Bestuursondersteuning/ HRM
Beleidsmedewerker
PR & communicatie
Ontwikkelingsmanager
Informatisering
Bedrijfsvoering
Wonen
manager
manager
Administratie:
Automatisering
Huishoudelijke dienst
fin. economisch mw fin. administratief mw administratief mw
Medewerker Wooninformatie
Woonconsulent
Technisch woonconsulent
De directeur vormt met de manager Bedrijfsvoering en de manager Wonen het managementteam.
10.2
Omvang personeelsbestand en functies Bij Sprengenland Wonen waren op 31 december 2011 24 medewerkers in dienst (totaal 21,25 formatieplaatsen), waarvan 1 op tijdelijke basis. 15 van hen hadden een fulltime dienstverband.
-- 41 --
Onderstaand volgt een overzicht van de functies en het aantal uren per functie. functienaam
Contract- bijzonderheden uren
Directie, staf, secretariaat Directeur-bestuurder
40
Bestuursondersteuning/HRM/PR&communicatie
36 tot 01.02.2011 : 32
Controller
36
Beleidsmedewerker
36
Ontwikkelingsmanager
32
Bedrijfsvoering
10.3
Manager bedrijfsvoering
36
Projectcoördinator vastgoed
80
Calculator/werkvoorbereider
36
Financieel economisch medewerker Financieel administratief medewerker Administratief medewerker Facilitair medewerker Wonen Manager wonen Medewerker wooninformatie Woonconsulent Technisch woonconsulent
36 23 25 tot 01.07.2011: 17,5 21 36 121 103 incl. 36 uur tijdelijk per 4-7-2011 72
Arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en ziekteverzuim Arbeidsvoorwaarden Aanvullend op de CAO Woondiensten zijn binnen Sprengenland Wonen secundaire arbeidsvoorwaarden van toepassing. Arbeidsomstandigheden: kantoor en werkomgeving Per 1 januari 2011 is het personeel gehuisvest in het kantoor van voormalig Woningstichting Eerbeek. In verband hiermee was in 2010 reeds gestart met aanpassing van het kantoor om de afdelingen en elk individueel personeelslid een prettige en passende werkruimte en bijbehorende faciliteiten te bieden. In 2011 is dit afgerond. Ziekteverzuim Het percentage ziekteverzuim bedroeg in 2011 1,8 %. Arbobeleid 3 Medewerkers waren in 2011 aangewezen als bedrijfshulpverlener. In 2011 hebben zij deelgenomen aan een herhalingscursus. Er zijn geen meldingen ontvangen van ongevallen op de bouwplaats c.q. bij onderhoud en nieuwbouw in opdracht van Sprengenland Wonen.
10.4
Organisatieontwikkeling Beoordelingssysteem Onderdeel van de secundaire arbeidsvoorwaarden is een onderzoek naar en het ontwikkelen van een (transparant, logisch en objectief) systeem voor de beoordeling van medewerkers op resultaat en professionele ontwikkeling. In 2011 is de werkgroep ‘Motiveren en Sturen’ gestart om te komen tot voorstellen voor zo’n systeem. De voorstellen zijn eind 2011 aan de medewerkers voor commentaar en bespreking voorgelegd. -- 42 --
Scholing en opleiding Scholing en opleiding zijn voor Sprengenland Wonen wezenlijke onderdelen van organisatieontwikkeling. In het kader van de fusie en tegen de achtergrond van het ambitie- en strategiedocument krijgt het extra gewicht en betekenis. In 2011 hebben meerdere medewerkers vakgerichte cursussen gevolgd (bouwkundig, VvE-beheer). Bovendien volgen 2 medewerkers langduriger vakopleidingen. Organisatiebreed is in 2011 scholing en training in gang gezet om inhoud te geven aan de ambities van Sprengenland Wonen op het gebied van klantgedrevenheid. Voor scholing/opleiding werd in het verslagjaar € 57.000 uitgegeven.
10.5
Intern overleg en ondernemingsraad De overlegvormen binnen Sprengenland Wonen hebben een drieledig doel: - Vaststellen en afstemmen van beleidsaangelegenheden - Afstemmen van praktische en organisatorische kwesties - Overdracht/uitwisseling van informatie. De terugkerende overlegvormen die in dit verband kunnen worden genoemd, zijn: - MT klein/MT staf - Intern projectenoverleg - Afdelingsoverleg - Personeelsoverleg Ondernemingsraad De ondernemingsraad bestaat uit 4 personeelsleden. Deze komt 4 tot 5 keer per jaar bijeen en heeft met regelmaat overleg met de directeur-bestuurder. De belangrijkste onderwerpen die in 2011 in de ondernemingsraad aan de orde zijn geweest, waren: o Invoeren ‘Motiveren en sturen’ (beoordeling) o Secundaire arbeidsvoorwaarden o Evaluatie fusie traject o Visitatie Procorp o Collectieve verlofdagen 2012 o Diverse beleidsaangelegenheden o Personeel en organisatie
-- 43 --
-- 44 --
11 Geconsolideerde jaarrekening
-- 45 --
-- 46 --
11.1 GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen over de afgelopen vijf jaar ultimo boekjaar 2011
2010
2009
2008
2007
Aantal verhuureenheden in exploitatie 1. Woningen/woongebouwen 2. Garages 3. Bedrijfsruimten 4. Standplaatsen 5. Woonwagens 6. Bedden verzorgingstehuis 7. Overige verhuureenheden
2.571 259 8 70 9 63 5
2.529 259 10 5 0 63 5
2.514 259 12 5 0 63 5
2.495 259 12 5 1 63 4
2.511 259 11 5 1 63 4
Totaal
2.985
2.871
2.858
2.839
2.854
57 2 7 10
44 1 18 12
26 2 5 4
4 2 10 12
51 0 0 2
2.203 1.727 284 1.064 1.471
2.969 1.327 309 1.248 1.644
2.990 1.342 295 977 1.353
2.952 1.039 274 916 1.257
2.749 2.112 309 1.352 1.780
Prijs-/kwaliteitverhouding 1. Gemiddeld aantal punten WWS 2. Gemiddelde netto huurprijs 3. Gemiddelde puntprijs
149 448 3,01
148 439 2,97
147 426 2,90
147 414 2,82
146 408 2,79
Het verhuren van woningen 1. Aantal mutaties (exclusief nieuwbouw) 2. Mutatiegraad (in % van woningbezit) 3. Huurachterstand in % jaarhuur 4. Huurderving in % jaarhuur
183 7,12 0,64 0,30
167 6,60 0,50 0,17
151 6,01 0,33 0,45
163 6,53 0,63 0,26
141 5,62 0,49 0,27
Financiële continuïteit 1. Solvabiliteit 2. Liquiditeit (current ratio) 3. Rentabiliteit eigen vermogen 4. Rentabiliteit totaal vermogen 5. Eigen vermogen per woning
11,0 2,43 -5,9 2,3 5.403
12,2 1,27 -20,3 0,7 5.381
15,7 0,65 -0,3 3,2 6.515
16,9 1,12 -6,2 2,4 6.586
18,7 0,64 2,2 3,9 6.951
Personeelsbezetting 1. Totaal formatieplaatsen 2. Aantal medewerkers
21,25 24
18,60 22
19,10 23
18,80 20
16,20 20
Gegevens bezit
Mutaties in het woningbezit 1. Aantal opgeleverd 2. Aantal gekocht 3. Aantal verkocht 4. Aantal gesloopt / uit exploitatie Kwaliteit 1. Aantal reparatieverzoeken 2. Kosten mutatieonderhoud per mutatie 3. Kosten dagelijks onderhoud per woning 4. Kosten planmatig onderhoud per woning 5. Totaalkosten onderhoud per woning
-- 47 --
GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 11.2 GECONSOLIDEERDE BALANS ACTIVA (bedragen x € 1.000)
Ref
31-12-2011
31-12-2010
97.146 8.495 1.955
87.377 12.677 1.207
107.596
101.261
6.387
3.515
6.387
3.515
686 271
682 334
957
1.016
114.940
105.792
468
708
94 17 2.581 527 350
71 6 56 422 270
3.569
825
6.891
4.302
10.928
5.835
125.868
111.627
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken: - in exploitatie - in ontwikkeling - ten dienste van de exploitatie
1 2 3
Totaal materiële vaste activa
Vastgoedbeleggingen Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
4
Totaal vastgoedbeleggingen
Financiële vaste activa - Deelnemingen - Actieve latentie disagio
5
Totaal financiële vaste activa Totaal vaste activa
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden - Onderhanden werk
6
Vorderingen - Huurdebiteuren - Gemeenten - Belastingen en premies sociale verzekeringen - Overige vorderingen - Overlopende activa
7
Totaal vorderingen Liquide middelen
8
Totaal vlottende activa
TOTAAL
-- 48 --
GECONSOLIDEERDE BALANS PASSIVA (bedragen x € 1.000)
Ref
31-12-2011
31-12-2010
- Overige reserves - Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden - Resultaat boekjaar
10.995
13.534
3.710 -814
2.840 -2.765
Totaal eigen vermogen
13.891
13.609
186
199
2.585
907
2.585
907
2.942 94.938 392
6.165 83.432 392
6.435 6
3.521 6
104.713
93.516
1.399 150 647 496 1.801
733 5 944 64 1.650
4.493
3.396
125.868
111.627
EIGEN VERMOGEN
9
EGALISATIEREKENING
10
VOORZIENINGEN - Overige voorzieningen
11
Totaal voorzieningen
VLOTTENDE PASSIVA Langlopende schulden - Leningen overheid - Leningen kredietinstellingen - Lening Velubouw - Terugkoopverplichtingen verkocht onder voorwaarden - Waarborgsommen en garanties
12
Totaal langlopende schulden
Kortlopende schulden - Schulden aan leveranciers - Schulden aan gemeente - Belastingen en premies sociale verzekering - Overige schulden - Overlopende passiva
13
Totaal kortlopende schulden
TOTAAL
-- 49 --
11.3 GECONSOLIDEERDE WINST- EN VERLIESREKENING (bedragen x € 1.000)
Ref
2011
2010
14
14.673 2 2 246 89
14.179 202 4 2.708 85
15.012
17.178
3.125 1.237 1.122 207 140 3.782 2.641
1.677 6.108 1.297 221 125 4.158 2.140
12.254
15.726
2.758
1.452
-42
-2
- Rentebaten - Rentelasten
498 -3.747
336 -3.596
Saldo financiële baten en lasten
-3.249
-3.260
-533
-1.810
-212 -69
-944 -11
-814
-2.765
BEDRIJFSOPBRENGSTEN -
Huren Vergoedingen Overheidsbijdragen Verkoop onroerende zaken Overige bedrijfsopbrengsten
15 16 17 18
Totaal bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN - Afschrijvingen op materiële vaste activa - Overige waardeveranderingen - Lonen en salarissen - Pensioenlasten - Sociale lasten - Lasten onderhoud - Overige bedrijfslasten
19 20 21 22 23 24 25
Totaal bedrijfslasten
BEDRIJFSRESULTAAT
NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
26
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN
27
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN
- Belastingen - Deelnemingen
28 29
NETTO RESULTAAT NA BELASTINGEN
-- 50 --
11.4 GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT (bedragen x € 1.000)
Kasstroom uit operationele activiteiten
Bedrijfsresultaat (incl. verkoopopbrengsten) Aanpassingen voor: - afschrijvingen - overige waardeveranderingen - waardeverandering VOV - stelselwijziging / afrondingsverschil - vrijval/dotatie egalisatierekening - overige voorzieningen - resultaat deelneming - vennootschapsbelasting
2011
2010
2.758
1.453
3.125 1.237 -42 7 -13 2.564 -69 -212
1.677 6.508 -2 -4 -54 0 0 -934 9.355
Verandering in werkkapitaal: - voorraden - vorderingen - kortlopende schulden
240 -2.744 1.097
-537 127 -4.494 -1.407 7.948
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Rentebaten Rentelasten
8.644
-4.904 3.740
498 -3.747
336 -3.596 -3.249
Kasstroom uit operationele activiteiten
-3.260 4.699
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Vastgoedbeleggingen VOV Mutatie materiële vaste activa in ontwikkeling Afname financiële vaste activa Voorziening onrendabele top Kasstroom uit investeringsactiviteiten
-14.301 629 -2.872 4.182 -59 -886
480 -5.141 1.371 -3.515 -8.924 -26 -232
-13.307
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossingen langlopende schulden Vervroegde aflossing langlopende schulden Mutatie aflossingsverplichting Ontvangsten uit verplichting VOV Kasstroom uit financieringsactiviteiten
15.000 -6.717 0 0 2.914
Toename c.q. afname liquide middelen
-- 51 --
-16.467 17.000 -10.601 0 4.092 3.521
11.197
14.012
2.589
-1.975
11.5 Toelichting waarderingsgrondslagen Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met algemeen in Nederland aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving zoals hierna vermeld. Dit betekent dat de jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de daartoe geldende bepalingen volgens titel 9 BW 2 en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Voor de indeling en presentatie van de in deze jaarrekening opgenomen gegevens is gekozen voor het model voor de balans en de winst- en verliesrekening zoals genoemd in bijlage 1 van de RJ 645. Stelselwijzigingen In het verslagjaar heeft Sprengenland Wonen een wijziging doorgevoerd in de verslaggeving en presentatie van onroerende zaken verkochten onder voorwaarden. Op basis van voortschrijdend inzicht en interpretatie van de huidige wet- en regelgeving is geconcludeerd dat verkopen onder voorwaarden geacht worden een financieringsconstructie te zijn in plaats van een verkooptransactie. Met ingang van 1 januari 2011 worden onroerende zaken, die in het kader van verkoop onder voorwaarden zijn verkocht on balance verwerkt als “onroerende zaken verkocht onder voorwaarden” en gewaardeerd tegen taxatieprijs onder aftrek van de verleende aankoopkorting. Voor de in de regeling overeengekomen overdrachtswaarde wordt aan de creditzijde van de balans een terugkoopverplichting opgenomen. Deze terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij overdracht ontstane verplichting. De mogelijke mutatie van de terugkoopverplichting ten opzichte van de bij overdracht ontstane verplichting wordt geactiveerd en als resultaat verantwoord. De vergelijkende cijfers over het boekjaar 2010 zijn herrekend naar de nieuwe waarderingsgrondslagen en als zodanig verwerkt in de jaarrekening. Het effect van de stelselwijziging op het vermogen per 31 december 2010 bedraagt € 4.000 negatief en het effect op het resultaat over 2010 bedraagt € 2.000 negatief. Eigen vermogen 1 januari 2010 Invloed van stelselwijziging (cumulatief effect)
16.378.000 4.000
Herrekend eigen vermogen 1 januari 2010
16.374.000
Resultaat boekjaar 2010: Voor stelselwijziging Effect stelselwijziging
-2.763.000 -2.000
Resultaat boekjaar na stelselwijziging
-2.765.000
Eigen vermogen 31 december 2010
13.609.000
Schattingswijziging Tot en met het boekjaar 2010 is op annuïtaire basis afgeschreven over de materiële vaste activa. Op basis van voortschrijdend inzicht en interpretatie van de huidige wet- en regelgeving is geconcludeerd dat afschrijvingen op annuïtaire basis niet meer gepast is. Met ingang van het boekjaar 2011 worden derhalve de materiële vaste activa afgeschreven op lineaire basis. De boekwaarde van de activa per 1 januari 2011 wordt verdeeld over de resterende looptijd van de activa, rekening houdend met eventuele restwaardes. Het effect hiervan op het resultaat voor belastingen over het boekjaar 2011 bedraagt circa € 1.700.000 negatief.
-- 52 --
Integrale vennootschapsbelasting Woningcorporaties zijn met ingang van het jaar 2008 integraal belastingplichtig voor de Wet op de Vennootschapsbelasting. De regels voor woningcorporaties zijn uitgewerkt in een vaststellingsovereenkomst (VSO II). Omdat de afspraken (VSO II) nog op een aantal punten onduidelijk zijn, wordt het inzicht in de toekomstige verrekeningsmogelijkheden van (latente)belastingen op dit moment nog bemoeilijkt. Ten aanzien van de acute belastinglast en belastinglatentie in de jaarrekening zijn een aantal standpunten ingenomen die eerst bij afwerking van de aangifte over de verslagjaren 2006 tot en met 2011 door de fiscus zullen worden getoetst. Dientengevolge kan de fiscale last over 2011 en voorgaande jaren nog wijzigingen ondergaan. In RJ 272.306 is geregeld dat voor alle verrekenbare tijdelijke verschillen tussen de fiscale en commerciële waardering een latente belastingpost (actief/passief) dient te worden gevormd tot het bedrag dat het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn voor verrekening. Latente belastingvorderingen zijn opgenomen onder de financiële vaste activa indien de verwachte looptijd > 1 jaar, latente belastingverplichtingen zijn opgenomen onder de voorzieningen. De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen contante waarde. De waardering van latente belastingverplichtingen en latente belastingvorderingen is gebaseerd op de fiscale gevolgen van de per balansdatum voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling van de activa, voorzieningen, schulden of overlopende passiva. De voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling is ondermeer gebaseerd op het strategisch voorraadbeleid. De horizon voor toetsing bedraagt derhalve een periode tussen de 5 tot maximaal 10 jaren. Om deze reden zijn ten aanzien van de waarderingsverschillen uit hoofde van het bezit (o.a. openingsbalans materiële vaste activa per 1 januari 2008) geen latenties in de jaarrekening verwerkt. Latente belastingvorderingen uit hoofde van verrekenbare verschillen en beschikbare voorwaartse verliescompensatie worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut. Jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat berusten op de grondslag van verkrijgings- of vervaardigingsprijs of nominale waarde, tenzij anders wordt vermeld.
Grondslagen voor het opstellen van het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld in overeenstemming met de indirecte methode zoals opgenomen in de RJ 360.
Aangegane verplichtingen
De door de corporatie aangegane (restant) verplichtingen worden vermeld onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen.
-- 53 --
Balanswaardering Grondslagen voor de consolidatie In de consolidatie zijn alle activa, passiva en resultaten van Sprengenland Wonen en haar groepsmaatschappijen betrokken. Sprengenland Wonen is aan te merken als groepshoofd. Tot de groep behoren de 100% deelname van Vastgoed Eerbeek BV (holding), Vastgoed Beheer Eerbeek BV, Xia Vastgoedontwikkeling 1 BV en Xia Woonservices BV. De onderlinge financiële verhoudingen en transacties zijn in de consolidatie geëlimineerd. In het verslagjaar is Xia Holding BV opgeheven. Materiële vaste activa
Onroerende en roerende zaken in exploitatie
De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen historische kostprijs dan wel lagere bedrijfswaarde, verminderd met de daarop toegepaste afschrijvingen bepaald op basis van de verwachte economische levensduur. De afschrijvingen zijn vanaf boekjaar 2011 berekend volgens het lineaire systeem. Bij nainvesteringen worden alleen kosten geactiveerd, wanneer deze kosten leiden tot een uitbreiding van de capaciteit, verlenging van de gebruiksduur, toename van de restwaarde of die een gevolg zijn van wettelijke verplichtingen. Er dient derhalve sprake te zijn van een structurele waardevermeerdering. Op grondkosten wordt vanaf boekjaar 2011 niet afgeschreven. De restant levensduur van de bouwkosten is gerelateerd aan de economische levensduur.
Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling
De onroerende zaken in ontwikkeling zijn gewaardeerd tegen de tot en met balansdatum bestede bedragen, onder aftrek van eenmalige subsidies en het eventueel onrendabele deel van de investering.
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
Deze activa zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde verminderd met afschrijvingen bepaald op basis van de verwachte economische levensduur. De afschrijvingen zijn berekend volgens het lineaire systeem. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Onroerende zaken die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) zijn overgedragen aan een derde en waarvoor de woningcorporatie een terugkoopverplichting kent worden aangemerkt als financieringsconstructie. De betreffende onroerende zaken worden gewaardeerd tegen actuele waarde, zijnde de met de koper overeengekomen contractprijs (eerste waardering) en daarna de marktwaarde op basis van VOV (deze is bepaald op basis van de waardeontwikkeling in de WOZ-waarde). Voor de in de regeling overeengekomen overdrachtswaarde wordt aan de creditzijde van de balans een terugkoopverplichting opgenomen. Deze terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij de overdracht ontstane verplichting, rekening houdend met de contractvoorwaarden.
-- 54 --
Financiële vaste activa Deelnemingen Deelnemingen worden in de consolidatie opgenomen indien er sprake is van overwegende zeggenschap. In de consolidatie zijn opgenomen: - Sprengenland Wonen te Eerbeek (toegelaten instelling) - Vastgoed Eerbeek BV te Eerbeek, kapitaalbelang 100% gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde - Xia Woonservices BV te Loenen, kapitaalbelang 100%, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. De volgende deelneming van Sprengenland Wonen is niet in de consolidatie opgenomen: - Woningnet NV te Weesp, 100 aandelen, gewaardeerd tegen verkrijgingswaarde. Vastgoed Eerbeek BV heeft deelnemingen in: - Vastgoedbeheer Eerbeek BV, kapitaalbelang 100%, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde - Xia Vastgoed Ontwikkeling 1, kapitaalbelang 100%, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. De volgende deelnemingen van Vastgoed Eerbeek BV zijn niet in de consolidatie opgenomen: - BePro BV te Apeldoorn, kapitaalbelang 33,3%, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde - Kerkeveld CV te Apeldoorn, kapitaalbelang 33,3%, deelgenomen wordt als commanditair vennoot, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. - Nieuw Canada CV te Apeldoorn, kapitaalbedrag 33,3%, deelgenomen wordt als commanditair vennoot, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde - Ruitersmolen CV te Apeldoorn, kapitaalbedrag 33,3%, deelgenomen wordt als commanditair vennoot, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde - Aardhuus Ontwikkeling BV te Son en Breugel, kapitaalbedrag 29%, deelgenomen wordt als aandeelhouder, gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. Vorderingen De vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een afwaardering voor mogelijke oninbaarheid. Egalisatierekening
Verzilverd wonen
In 2011 is één woning met een woonrecht aangekocht in het kader van Verzilverd Wonen. De jaarlijkse vrijval van het woonrecht van de reeds aangekochte woningen wordt ten gunste van het resultaat gebracht. Voorzieningen
Voorziening negatief eigen vermogen deelneming
Er is op de enkelvoudige balans een voorziening gevormd voor het negatieve eigen vermogen van de deelneming in Xia Woonservices BV.
Voorzieningen onrendabele toppen
Er is een voorziening getroffen voor onrendabele toppen nieuwbouw.
Voorziening latente vennootschapsbelasting
Als gevolg van het toepassen van de herbestedingsreserve is er geen belasting verschuldigd tot en met het boekjaar 2011. Dit leidt tot een teruggave van reeds betaalde belastingbedragen. Deze teruggave is als vordering in de balans per 31 december 2011 verantwoord. Vanwege de onzekerheid met betrekking tot de besteding van de fiscale herbestedingsreserve is thans ter grootte van deze teruggave over voorgaande jaren een voorziening latente belastingen opgenomen. In 2012 zal worden bezien, mede in het kader van de uitwerking van het dynamisch voorraadbeleid, of de herbestedingsreserve geheel of gedeeltelijk kan worden aangewend. -- 55 --
Grondslagen voor resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen. Baten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn geïnd of invorderbaar zijn. Lasten worden opgenomen in het jaar waarin zij worden gerealiseerd dan wel voorzienbaar zijn. Lasten onderhoud Hieronder vallen alle kosten voor het klachten-, mutatie-, contract- en planmatig onderhoud. Overige bedrijfslasten Hieronder worden de overige kosten verantwoord die zijn gemaakt in het kader van de gewone bedrijfsvoering zoals huisvestingskosten, bestuurskosten, algemene kosten, overige personeelskosten, belastingen, verzekeringen en levering goederen en diensten. Rentebaten Hieronder worden de renteopbrengsten verantwoord van uitgezette gelden, de rente op rekeningcourantverhoudingen en de toegerekende rente aan nieuwbouwprojecten. Rentelasten Hieronder worden de aan het boekjaar toe te rekenen rentekosten verantwoord. Belastingen De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-en-verli esrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. De afwijkende effectieve belastingdruk van een bedrijfseconomische druk wordt veroorzaakt door het benutten van fiscale verliescompensatie, de waardering van latenties en fiscaal vrijgestelde winstbestanddelen.
-- 56 --
11.6 Toelichting op de geconsolideerde balans VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 1
Onroerende en roerende zaken in exploitatie 31-12-2011
31-12-2010
1. Woningen en woongebouwen 2. Onroerende zaken niet zijnde woningen 3. Overige zaken
92.991 3.833 322
83.033 3.987 357
Totaal
97.146
87.377
Het verloop van deze posten in 2011 is als volgt:
Saldo per 31 december 2010: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde Mutaties in het boekjaar: - investeringen - desinvesteringen - overboeking/correcties afschrijvingen - waardeverandering - correcties afschrijving Saldo
Saldo per 31 december 2011: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde
Woningen en woongebouwen
Onroerende zaken niet zijnde woningen
Overige zaken
Totaal
104.123
5.834
412
110.369
-21.090
-1.847
-55
-22.992
83.033
3.987
357
87.377
13.398 -1.261
-118
-33
13.398 -1.412
-2.896 -86 803
-102
-2
-3.000 -86 869
9.958
-154
-35
9.769
116.174
5.716
379
122.269
-23.183
-1.883
-57
-25.123
92.991
3.833
322
97.146
-- 57 --
66
Verzekering De onroerende en roerende zaken in exploitatie zijn verzekerd bij Raetsheren van Orden en Interpolis tegen het risico van brand- en stormschade. In de polisvoorwaarden is opgenomen dat er geen sprake kan zijn van onderverzekering. Grond in economisch eigendom Van alle onroerende zaken in exploitatie heeft per 31 december 2011 de juridische grondoverdracht plaatsgevonden. Zakelijke rechten Er zijn geen zakelijke rechten van toepassing. Actuele waarde Een indicatie van de actuele waarde van de onroerende en roerende zaken in exploitatie is de waarde volgens de Wet Waardering Onroerende Zaken. De totale waarde op basis van ozb-aanslag 2012 (peildatum 1 januari 2011) bedraagt € 505.704.400 (ozb-aanslag 2011: € 512.847.000). Bedrijfswaarde De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van het saldo van de kasstromen verbonden met de toekomstige inkomsten en uitgaven over de resterende economische levensduur van de investering. Op basis van de hieronder vermelde uitgangspunten bedraagt de bedrijfswaarde op totaalniveau circa € 182,7 miljoen (2010: 168,0 miljoen). Bij de berekening van de bedrijfswaarde zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Disconteringsvoet 5,25% Kostenstijging onderhoud 2,50% tot 3,00% Kostenstijging 2,00% tot 3,00% Huurverhoging 2,00% De stijging van de bedrijfswaarde per 31 december 2011 met 14,7 miljoen ten opzichte van 31 december 2010 laat zich als volgt verklaren: Autonome ontwikkeling: - effect één jaar opschuiven
-1,1
Voorraadmutaties: - nieuwbouw / aankoop - sloop / verkoop
15,2 -1,4
Parameterwijzigingen: - levensduur - huur - lasten - disconto
1,8 0,0 10,4 0,0
Niveauwijzigingen: - grond (herziene restwaarde) - huren - overige exploitatie-uitgaven - dagelijks onderhoud - planmatig onderhoud - bijdrageheffing bijzondere projectsteun wijkenaanpak
-19,4 3,2 0,4 0,2 5,3 0,1 14,7
-- 58 --
2
Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling 31-12-2011
31-12-2010
12.677
9.354
9.647 -1.010 -368
10.289 -1.823 -72
-12.451
-5.071
8.495
12.677
Woningen en woongebouwen Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - Investeringen - Afboeking onrendabele investering - Afboeking geannuleerde projecten - Overboeking naar onroerende/roerende in exploitatie Saldo eind boekjaar
3
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Kantoorpand
Inventarissen
Vervoermiddelen
Totaal
Saldo per 31 december 2010 - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen
1.481 -356
553 -473
26 -24
2.060 -853
Boekwaarde
1.125
80
2
1.207
656
218
-85
-41
571
Saldo per 31 december 2011: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde
Mutaties in het boekjaar: - investeringen - desinvesteringen - afschrijvingen - correcties afschrijvingen Saldo
24
874 -24 -126 24
177
0
748
2.137 -441
771 -514
2 0
2.910 -955
1.696
257
2
1.955
-24
Verzekering De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn per 31 december 2011 verzekerd bij Raetsheren van Orden middels een uitgebreide opstalverzekering Hierbij is overeengekomen dat van onderverzekering nimmer sprake zal zijn. De roerende zaken ten dienste van de exploitatie zjin verzekerd bij Raetsheren van Orden. De verzekerde waarde bedraagt per 31 december 2011 € 250.000. Actuele waarde Een indicatie van de actuele waarde van de onroerende en roerende zaken in exploitatie is de waarde volgens de Wet Waardering Onroerende Zaken. De totale waarde op basis van ozb-aanslag 2012 (peildatum 1 januari 2011) bedraagt € 1.055.000 (ozb-aanslag 2011: 1.061.000)
-- 59 --
Vastgoedbeleggingen Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
31-12-2011
31-12-2010
Saldo begin boekjaar
3.515
1.785
Mutaties in het boekjaar: - Toevoeging verkochte woningen - Waardeveranderingen in boekjaar
3.007 -135
1735 -5
Saldo eind boekjaar
6.387
3.515
1. Deelneming 2. Actieve latentie disagio
686 271
682 334
Totaal
957
1.016
1 211 125 249 7 93 0
1 204 121 249 7 63 37
686
682
Saldo begin boekjaar
334
396
Mutaties in het boekjaar: - Vrijval latentie
-63
-62
Saldo eind boekjaar
271
334
5
Financiële vaste activa
1. Deelneming -
Woningnet NV Kerkeveld CV Nieuw Canada CV Ruitersmolen CV BePro BV Aardhuus Ontwikkeling BV Ruimzicht VOF
Totaal
3. Actieve latentie disagio
-- 60 --
VLOTTENDE ACTIVA 6
Voorraden onderhanden werk
31-12-2011
31-12-2010
- De Bergbeek te Beekbergen - Essenkamp te Uddel - Hessen Allee te Klarenbeek
468 0 0
500 85 123
Totaal
468
708
94 17 2.581 527 350
71 6 56 422 270
3.569
825
7
Vorderingen
1. 2. 3. 4. 5.
Huurdebiteuren Gemeenten Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa
Totaal
1. Huurdebiteuren De huurachterstanden kunnen als volgt naar tijdsduur en aantal huurders worden gespecificeerd: Periode 0 1 2 3 4 5
tot 1 maand tot 2 maanden tot 3 maanden tot 4 maanden tot 5 maanden en meer
Totaal
Aantal huurders 31-12-2011 31-12-2010 33 64 48 41 12 13 7 2 7 7 9 3 116
Huurachterstand 31-12-2011 31-12-2010 5 11 27 21 12 16 13 4 13 12 24 7
130
94
71
De huurachterstanden bedragen ultimo boekjaar 0,64% (2010 0,50%) van de jaarhuur. 2. Gemeenten 31-12-2011
31-12-2010
9 8
0 6
17
6
Verrekenbare verliezen vennootschapsbelasting 2006/2007 Te vorderen vennootschapsbelasting 2008 - 2011
44 2.537
44 12
Totaal
2.581
56
Gemeente Brummen Gemeente Apeldoorn Totaal
3. Belastingen en premies sociale verzekeringen
-- 61 --
4. Overige vorderingen
31-12-2011
31-12-2010
74 32 0 17 63 0 229 34 68 7 2 1
74 35 26 54 7 13 183 28 0 0 0 2
527
422
a. Vooruitbetaalde crediteuren b. Kosten in verband met fusie per 1 januari 2011 d. Diversen
350 0 0
1 24 245
Totaal
350
270
1 1.515 5.372 3
2 3.962 340 -2
6.891
4.302
-
Dubieuze debiteuren Diverse nota’s / betalingsregelingen Rente Activiteitencentra Afrekeningen huurders / oud-huurders Aardhuus Ontwikkeling BV Rekening-courant BePro BV Watermolen 23 BWSA VvE’s Skaeve Huse Diversen
Totaal
5. Overlopende activa
8
Liquide middelen
-
kas rekening-courant banken spaarrekeningen, direct opvraagbaar kruisposten
Totaal
-- 62 --
PASSIVA 9
Eigen vermogen
31-12-2011
31-12-2010
1. Overige reserves 2. Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden 3. Resultaat boekjaar
10.995
13.534
3.710 -814
2.840 -2.765
Totaal
13.891
13.609
Saldo begin boekjaar
13.534
13.534
Mutaties in het boekjaar: - resultaat voorgaand jaar - gerealiseerd intercompany resultaat
-2.765 226
0 0
Saldo eind boekjaar
10.995
13.534
1. Overige reserves
2. Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - toevoeging, verkoop woningen Saldo eind boekjaar
2.840
1.486
870
1.354
3.710
2.840
Ten behoeve van het inzicht is de herwaardering welke betrekking heeft op “Verkopen onder voorwaarden” separaat inzichtelijk gemaakt. 10
Egalisatierekening
1. Verzilverd wonen
186
199
Totaal
186
199
Saldo begin boekjaar
199
252
Mutaties in het boekjaar: - toevoeging - gerealiseerde bijdrage
45 -58
0 -53
Saldo eind boekjaar
186
199
1. Verzilverd Wonen
-- 63 --
11
Voorzieningen
31-12-2011
31-12-2010
1. Negatief eigen vermogen Ruimzicht Vof 2. Voorziening onrendabele investeringen 3. Voorziening latente belastingen
27 21 2.537
0 907 0
Totaal
2.585
907
Nieuwbouwproject De Bergbeek te Beekbergen Nieuwbouwproject Hessen Allee te Klarenbeek Nieuwbouwproject Essenkamp te Uddel
0 0 21
198 355 354
Totaal
21
907
Vennootschapsbelasting 2008 t/m 2011
2.537
0
Totaal
2.537
0
2. Voorziening onrendabele investeringen
3. Voorzieningen latente vennootschapsbelasting
12
Langlopende schulden Totaal
1. 2. 3. 4. 5.
Leningen overheid Leningen kredietinst. Projectfinanciering Terugkoopverplichtingen Waarborgsommen
Totaal
31-12-2011 waarvan looptijd > 5 jaar
Totaal
31-12-2010 Waarvan looptijd > 5 jaar
2.942 94.938 392 6.435 6
38 64.487
6.165 83.432 392 3.521 6
39 52.481
104.713
64.525
93.516
52.520
1.Leningen overheid Schuldrestant begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - nieuwe leningen - aflossingen Schuldrestant eind boekjaar
-- 64 --
31-12-2011
31-12-2010
6.165
13.473
0 -3.223
0 -7.308
2.942
6.165
2. Leningen kredietinstellingen 31-12-2011
31-12-2010
Schuldrestant begin boekjaar
83.432
69.725
Mutaties in het boekjaar: - nieuwe leningen - aflossingen
15.000 -3.494
17.000 -3.293
Schuldrestant eind boekjaar
94.938
83.432
392
392
0 0
0 0
392
392
3. Projectfinanciering Schuldrestant begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - nieuwe leningen - aflossingen Schuldrestant eind boekjaar
Rentevoet en aflossingssysteem De rentevoet van de uitstaande leningen overheid en kredietinstellingen varieert van 0,0% tot 5,625%. De gemiddelde rentevoet bedraagt per ultimo 2011 circa 3,91%. De leningen worden op basis van het annuïteitensysteem, lineair systeem of ineens afgelost (fixe leningen). Het aflossingsbestanddeel bedraagt in 2012 € 6.935.000. De projectfinanciering heeft betrekking op een lening, verstrekt door mede-ontwikkelaar Velubouw aan Xia Woonservices BV in verband met de ontwikkeling van een gezamenlijk nieuwbouwproject, dat binnen Ruimzicht VOF wordt gerealiseerd. Zekerheden De rente en aflossing van de leningen wordt gegarandeerd door de Gemeente Brummen of het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. 4. Terugkoopverplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 31-12-2011
31-12-2010
Saldo begin boekjaar
3.521
1.790
Mutaties in het boekjaar: - nieuwe verplichtingen - waardeverandering
3.007 -93
1.735 -4
Saldo eind boekjaar
6.435
3.521
5. Waarborgsommen en garanties Tot zekerheid van nakoming van de verplichtingen zijn bij enkele huurders van bedrijfspanden waarborgsommen ontvangen, dan wel garanties afgegeven ten bedrage van € 6.000.
-- 65 --
13
Kortlopende schulden
31-12-2011
31-12-2010
1.399 150 647 496 1.801
733 5 944 64 1.650
4.493
3.396
1.399
733
- Gemeente Brummen - Gemeente Apeldoorn
144 6
0 5
Totaal
150
5
1 2 73 0 571
0 -22 81 247 638
647
944
10 58 341 87
8 39 0 17
496
64
1.569 60 45 17 21 54 35
1.423 62 31 53 23 54 4
1.801
1.650
1. 2. 3. 4. 5.
Schulden aan leveranciers Schulden aan gemeenten Belastingen en premies sociale verzekering Overige schulden Overlopende passiva
Totaal
1. Schulden aan leveranciers - crediteuren
2. Schulden aan gemeenten
3. Belastingen en premies sociale verzekering -
salarissen pensioenfonds loonheffing vennootschapsbelasting omzetbelasting
Totaal
4. Overige schulden -
nog nog nog nog
te te te te
verrekenen servicekosten verrekenen bijdrage BWSA verrekenen kosten afwikkeling nieuwbouw verrekenen kosten overig
Totaal
5. Overlopende passiva -
niet-vervallen rente leningen vooruit ontvangen huur glasfonds fonds huurdersonderhoud reeds ontvangen voorschot huurtoeslag woonservicegebied Loenen transitoria overig
Totaal
-- 66 --
Niet uit de balans blijkende verplichtingen -
Voorwaardelijke verplichtingen Obligo aan het WSW uit hoofde van de door het WSW geborgde leningen, die opeisbaar wordt indien blijkt dat het aan het WSW betaalde disagio niet voldoende is om aanspraken op het WSW te dekken. Het WSW verwacht conform de actuele meerjarenliquiditeitsprognose voor de komende vijf jaar geen beroep te doen op deze obligoverplichting.
-
Er is in de balans geen reservering opgenomen voor de niet-opgenomen vakantiedagen van de werknemers, circa € 46.900,-.
-
Pensioenvoorzieningen De pensioenregeling is ondergebracht bij Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW) en is naar zijn aard een toegezegd-pensioenregeling. Sprengenland Wonen heeft in het geval van een tekort bij SPW geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan hogere toekomstige premies.
- Voorziening jubileumverplichting Voor eventuele jubileumuitkeringen is geen voorziening gevormd, omdat de omvang van deze verplichting niet betrouwbaar kan worden bepaald. Overigens gaat dit om een bedrag dat niet van materieel belang is. -
Aangegane verplichtingen Ten aanzien van de nieuwbouwactiviteiten is er sprake van een verplichting van € 3.538.000.
-
Erfpacht grond project Spelderholt De grond van het project Spelderholt is eigendom van de Dienst Domeinen. Met hen is overeenkomen dat de retributie van het opstalrecht in twee termijnen wordt afgekocht. De eerste termijn is reeds voldaan en eindigt op 31-12-2032. De tweede termijn ad € 208.250 is opgenomen onder de aangegane verplichtingen.
-- 67 --
11.7 Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening BEDRIJFSOPBRENGSTEN 14
Huren 2011
2010
Te ontvangen netto huur Af: huurderving: a. wegens leegstand b. wegens overige redenen
14.717
14.203
-43 -1
-17 -7
Totaal
14.673
14.179
Deze post is ten opzichte van het vorige boekjaar gewijzigd als gevolg van: a. de huurverhoging per 1 juli 2011 die gemiddeld 1,3% bedroeg (in 2010: 1,2%), b. het toepassen van de streefhuur bij mutatie (72,5%), c. huurverhoging als gevolg van aanleg centrale verwarming, verbetering van woningen, enz. d. mutaties in de woningvoorraad De huurderving bedraagt 0,30% (2010: 0,17%) van de ontvangen huur.
15
Vergoedingen 2011
2010
Te ontvangen vergoedingen - overige zaken, leveringen en diensten
2
203
Af: vergoedingsderving: a. wegens leegstand b. wegens overige redenen
0 0
-1 0
Totaal
2
202
Vanaf 2011 is er een gewijzigde administratieve verwerking van de vergoedingen doorgevoerd.
16
Overheidsbijdragen
1. Bijdragen woningaanpassingen WMO
2
4
Totaal
2
4
Verkoop bestaande woningvoorraad Verkoop nieuwbouwprojecten
-50 296
2.378 330
Totaal
246
2.708
17
Verkoop onroerende zaken
De woningverkopen onder voorwaarden worden aangemerkt als financieringstransactie en niet als verkooptransactie. Het negatieve resultaat in 2011 op de verkoop van de bestaande woningvoorraad wordt grotendeels veroorzaakt door verkoop van Krimweg 69 te Hoenderloo. -- 68 --
18
Overige bedrijfsopbrengsten
2011
2010
Vergoedingen voor verrichte diensten: - doorberekende administratie-/servicekosten - fabriekswoningen - glasfonds - fonds huurdersonderhoud - doorberekend onderhoud - nagekomen baten - overige dekkingen
4 1 12 10 8 46 8
16 1 11 8 8 0 41
Totaal
89
85
2.896 101 2 126
1.541 43 1 92
3.125
1.677
BEDRIJFSLASTEN 19
-
Afschrijvingen op materiële vaste activa
woningen en woongebouwen onroerende zaken niet zijnde woningen overige zaken activa ten dienste van exploitatie
Totaal
Vanaf 2011 wordt er afgeschreven op lineaire basis. Tot en met 2010 vond afschrijving plaats op annuïtaire basis.
20
Overige waardeveranderingen
- afboekingen als gevolg van structureel lagere bedrijfswaarden bestaande woningvoorraad - onrendabele investeringen nieuwbouwprojecten
86
0
1.151
6.108
Totaal
1.237
6.108
1.114 0 16 -8
1.130 -39 207 -1
1.122
1.297
207
221
140
125
21
-
Lonen en salarissen
salarissen opbrengst detachering directeur-bestuurder ingehuurd personeel ontvangen ziekengelden
Totaal
22
Pensioenlasten
Totaal
23
Sociale lasten
Totaal
-- 69 --
24
-
Lasten onderhoud
klachtenonderhoud contractonderhoud mutatieonderhoud planmatig onderhoud
Totaal
25
-
2011
2010
494 237 316 2.735
559 222 220 3.157
3.782
4.158
226 58 34 1.138 558 57 27 50 120 162 211
157 34 47 888 553 57 29 100 96 157 22
2.641
2.140
Overige bedrijfslasten
overige personeelskosten huisvestingskosten bestuurskosten algemene kosten belastingen verzekeringen contributie landelijke federatie overige directe exploitatielasten woonruimteverdeling / VSW / BWSA heffing bijzondere projectsteun wijkenaanpak kosten strategisch voorraadbeleid
Totaal
Accountantshonoraria De volgende kosten aan de accountantsorganisatie, die belast is met de controle van deze jaarrekening, zijn ten laste van het resultaat gebracht: - controle jaarrekening - fiscale adviesdiensten - andere niet-controle diensten
61 36 1
75 30 6
Totaal
98
111
26
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
Totaal
-42
-- 70 --
-2
27
Financiële baten en lasten
Rentebaten
2011
2010
Rente onroerende en roerende zaken in ontwikkeling Rente op overige vorderingen Rente op uitgezette middelen
344 34 120
255 41 40
Totaal
498
336
Rente leningen gemeente / kredietinstellingen WSW-disagio Rente schulden aan kredietinstellingen
3.728 7 12
3.591 3 2
Totaal
3.747
3.596
0 2 246 -398 -62
11 12 -904 0 -63
-212
-944
Rentelasten
28
Belastingen
Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vrijval belastinglatentie
2008 2009 2010 2011
Totaal
Ingevolge de integrale belastingplicht is vanuit het commerciële resultaat het fiscaal belastbaar bedrag berekend en de daaruit voortvloeiende vennootschapsbelasting over 2011. De berekening van de belastingplicht is als volgt opgebouwd: Commercieel resultaat conform de winst-en verliesrekening 2011 Bij: Fiscaal lagere afschrijving mva Fiscaal geen waardeveranderingen Fiscaal lagere lasten onderhoud Fiscaal lagere niet-gerealiseerde waardeverandering Fiscaal hogere rentelasten i.v.m. vrijval disagio op leningen Beperkt aftrekbare kosten Bijdrageheffing CFV
-602 2.756 1.237 128 48 53 4 162 4.388
Af:
Fiscaal geen opbrengst woningverkopen Fiscaal lagere overige bedrijfsopbrengsten Resultaat deelneming Herbestedingsreserve
1.737 46 11 1.992 3.786
Belastbare bedrag 2011
0
-- 71 --
29
Resultaat deelnemingen
2011
2010
Woningnet CV Nieuw Canada CV Kerkeveld CV Ruitersmolen CV Aardhuus Ontwikkeling BV VOF Ruimzicht
0 4 7 0 1 -81
0 -6 2 -5 -1 -1
Totaal
-69
-11
-814
-2.765
11.8 Statutaire winstverdeling Totaal jaarresultaat
In afwachting van de goedkeuring van de Raad van Commissarissen is het resultaat nog niet verwerkt in de reserves.
11.9 Honorering Directeur-bestuurder Raad van Commissarissen
142
137
32
36
11.10 Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum.
-- 72 --
12 Enkelvoudige jaarrekening
-- 73 --
-- 74 --
12.1 ENKELVOUDIGE KENGETALLEN Kengetallen over de afgelopen vijf jaar ultimo boekjaar 2011
2010
2009
2008
2007
Aantal verhuureenheden in exploitatie 1. Woningen/woongebouwen 2. Garages 3. Bedrijfsruimten 4. Standplaatsen 5. Woonwagens 6. Bedden verzorgingstehuis 7. Overige verhuureenheden
2.544 259 1 70 9 63 5
2.502 259 1 5 0 63 5
2.485 259 1 5 0 63 5
2.466 259 1 5 1 63 4
2.511 259 11 5 1 63 4
Totaal
2.951
2.835
2.818
2.799
2.854
57 2 7 10
44 1 18 10
26 2 5 4
4 2 39 12
51 0 0 2
2.150 1.736 275 1.061 1.460
2.904 1.575 295 1.240 1.623
2.990 1.468 283 963 1.326
2.952 1.404 263 915 1.247
2.749 2.440 309 1.352 1.780
Prijs-/kwaliteitverhouding 1. Gemiddeld aantal punten WWS 2. Gemiddelde netto huurprijs 3. Gemiddelde puntprijs
149 445 2,99
148 437 2,95
147 422 2,87
147 414 2,82
146 406 2,78
Het verhuren van woningen 1. Aantal mutaties (exclusief nieuwbouw) 2. Mutatiegraad (in % van woningbezit) 3. Huurachterstand in % jaarhuur 4. Huurderving in % jaarhuur
182 7,15 0,64 0,29
167 6,67 0,51 0,14
151 6,08 0,33 0,45
163 6,61 0,65 0,22
141 5,62 0,49 0,27
Financiële continuïteit 1. Solvabiliteit 2. Liquiditeit (current ratio) 3. Rentabiliteit eigen vermogen 4. Rentabiliteit totaal vermogen 5. Eigen vermogen per woning
14,3 3,08 -4,9 2,2 7.307
16,0 2,73 -15,0 0,7 7.449
19,6 0,93 -0,4 3,1 8.627
21,1 1,29 18,9 7,3 8.730
18,7 0,47 2,2 3,9 6.949
Personeelsbezetting 1. Totaal formatieplaatsen 2. Aantal medewerkers
21,25 24
18,60 22
19,10 23
18,80 20
16,20 20
Gegevens bezit
Mutaties in het woningbezit 1. Aantal opgeleverd 2. Aantal gekocht 3. Aantal verkocht 4. Aantal gesloopt / uit exploitatie Kwaliteit 1. Aantal reparatieverzoeken 2. Kosten mutatieonderhoud per mutatie 3. Kosten dagelijks onderhoud per woning 4. Kosten planmatig onderhoud per woning 5. Totaalkosten onderhoud per woning
-- 75 --
ENKELVOUDIGE JAARREKENING 12.2 ENKELVOUDIGE BALANS ACTIVA (bedragen x € 1.000)
Ref
31-12-2011
31-12-2010
92.390 6.463 1.955
82.343 10.836 1.207
100.808
94.386
6.387
3.515
6.387
3.515
9.093 271
9.217 334
9.364
9.551
116.559
107.452
468
708
92 17 3.785 2.581 280 3
70 6 3.767 56 218 270
6.758
4.387
6.558
4.065
13.784
9.160
130.343
116.612
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken: - in exploitatie - in ontwikkeling - ten dienste van de exploitatie
1 2 3
Totaal materiële vaste activa
Vastgoedbeleggingen Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
4
Totaal vastgoedbeleggingen
Financiële vaste activa - Deelnemingen - Actieve latentie disagio
5
Totaal financiële vaste activa Totaal vaste activa
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden - Onderhanden werk
6
Vorderingen - Huurdebiteuren - Gemeenten - Rekening courant dochter BV’s - Belastingen en premies sociale verzekering - Overige vorderingen - Overlopende activa
7
Totaal vorderingen Liquide middelen
8
Totaal vlottende activa
TOTAAL
-- 76 --
ENKELVOUDIGE BALANS PASSIVA (bedragen x € 1.000)
Ref
31-12-2011
31-12-2010
- Overige reserves - Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden - Resultaat boekjaar
15.798
18.594
3.710 -918
2.840 -2.796
Totaal eigen vermogen
18.590
18.638
186
199
2.777
1.299
2.777
1.299
2.942 94.938
6.165 83.432
6.435 6
3.521 6
104.321
93.124
1.397 150 642 489 1.791
708 5 936 64 1.639
4.469
3.352
130.343
116.612
EIGEN VERMOGEN
9
EGALISATIEREKENING
10
VOORZIENINGEN - Overige voorzieningen
11
Totaal voorzieningen
VLOTTENDE PASSIVA Langlopende schulden - Leningen overheid - Leningen kredietinstellingen - Verplichtingen onroerende zaken verkocht onder voorwaarden - Waarborgsommen en garanties
12
Totaal langlopende schulden
Kortlopende schulden - Schulden aan leveranciers - Schulden aan gemeente - Belastingen en premies sociale verzekering - Overige schulden - Overlopende passiva
13
Totaal kortlopende schulden
TOTAAL
-- 77 --
12.3 ENKELVOUDIGE WINST- EN VERLIESREKENING (bedragen x € 1.000)
Ref
2011
2010
14
14.239 2 2 198 115
13.732 159 4 2.708 89
14.556
16.692
2.992 1.237 1.122 207 140 3.715 2.618
1.544 6.108 1.297 221 125 4.060 2.061
12.031
15.416
2.525
1.276
-42
-2
- Rentebaten - Rentelasten
601 -3.747
432 -3.596
Saldo financiële baten en lasten
-3.146
-3.164
-663
-1.890
-212 -43
-944 38
-918
-2.796
BEDRIJFSOPBRENGSTEN -
Huren Vergoedingen Overheidsbijdragen Verkoop onroerende zaken Overige bedrijfsopbrengsten
15 16 17 18
Totaal bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN - Afschrijvingen op materiële vaste activa - Overige waardeveranderingen - Lonen en salarissen - Pensioenlasten - Sociale lasten - Lasten onderhoud - Overige bedrijfslasten
19 20 21 22 23 24 25
Totaal bedrijfslasten
BEDRIJFSRESULTAAT
NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
26
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN
27
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN
- Belastingen - Resultaat deelnemingen
28 29
NETTO RESULTAAT NA BELASTINGEN
-- 78 --
12.4 ENKELVOUDIGE KASSTROOMOVERZICHT (bedragen x € 1.000)
Kasstroom uit operationele activiteiten
Bedrijfsresultaat (incl. verkoopopbrengsten) Aanpassingen voor: - afschrijvingen - overige waardeveranderingen - waardeverandering VOV - stelselwijziging / afrondingsverschillen - vrijval/dotatie egalisatierekening - overige voorzieningen - vennootschapsbelasting - resultaat deelnemingen
2011
2010
2.525
1.276
2.992 1.237 -42 7 -13 2.364 -212 -43
1.544 6.108 -2 -4 -54 0 93 -934 8.815
Verandering in werkkapitaal: - voorraden - vorderingen - kortlopende schulden
240 -2.371 1.117
-537 191 -4.524 -1.014 7.801
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Rentebaten Rentelasten
8.027
601 -3.747
Kasstroom uit operationele activiteiten
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Vastgoedbeleggingen VOV Mutatie materiële vaste activa in ontwikkeling Toename financiële vaste activa Voorzieningen Kasstroom uit investeringsactiviteiten
-3.146
-4.870 3.157 432 -3.596 4.655
-14.272 485 -2.872 4.373 -187 -886
-3.164
-5.143 697 -3.515 -7.518 -97 -177 -13.359
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Ontvangsten uit langlopende schulden Aflossingen langlopende schulden Vervroegde aflossing langlopende schulden Mutatie aflossingsverplichting Ontvangsten uit verplichting VOV Kasstroom uit financieringsactiviteiten
15.000 -6.717 0 0 2.914
Toename c.q. afname liquide middelen
-- 79 --
-7
-15.753 17.000 -10.601 4.092 3.521
11.197
14.012
2.493
-1.748
12.5 Toelichting op de enkelvoudige balans VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 1
Onroerende en roerende zaken in exploitatie
31-12-2011
31-12-2010
1. Woningen en woongebouwen 2. Onroerende zaken niet zijnde woningen 3. Overige zaken
88.655 3.482 253
78.490 3.570 283
Totaal
92.390
82.343
Het verloop van deze posten in 2011 is als volgt:
Saldo per 31 december 2010: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde Mutaties in het boekjaar: -investeringen -desinvesteringen -overboeking/correctie afschrijvingen -waardeverandering -correcties afschrijving Saldo
Saldo per 31 december 2011: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen incl. waardeveranderingen Boekwaarde
Woningen en woongebouwen
Onroerende zaken niet zijnde woningen
Overige zaken
Totaal
102.961
4.984
338
108.283
-24.471
-1.414
-55
-25.940
78.490
3.570
283
82.343
-28
13.398 -961
13.398 -933 -2.776 -86 562
-88
-2
-2.866 -86 562
10.165
-88
-30
10.047
115.426
4.984
310
120.720
-26.771
-1.502
-57
-28.330
88.655
3.482
253
92.390
-- 80 --
Verzekering De onroerende en roerende zaken in exploitatie zijn verzekerd bij Raetsheren van Orden tegen het risico van brand- en stormschade. In de polisvoorwaarden is opgenomen dat er geen sprake kan zijn van onderverzekering. Grond in economisch eigendom Van alle onroerende zaken in exploitatie heeft per 31 december 2011 de juridische grondoverdracht plaatsgevonden. Zakelijke rechten Er zijn geen zakelijke rechten van toepassing. Actuele waarde Een indicatie van de actuele waarde van de onroerende en roerende zaken in exploitatie is de waarde volgens de Wet Waardering Onroerende Zaken. De totale waarde op basis van ozb-aanslag 2012 (peildatum 1 januari 2011) bedraagt € 501.198.400 (ozb-aanslag 2011: € 508.164.000). Bedrijfswaarde De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van het saldo van de kasstromen verbonden met de toekomstige inkomsten en uitgaven over de resterende economische levensduur van de investering. Op basis van de hieronder vermelde uitgangspunten bedraagt de bedrijfswaarde op totaalniveau circa € 176,6 miljoen (2010: 161,3 miljoen). Bij de berekening van de bedrijfswaarde zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Disconteringsvoet 5,25% Kostenstijging onderhoud 2,50% tot 3,00% Kostenstijging 2,00% tot 3,00% Huurverhoging 2,00% De stijging van de bedrijfswaarde per 31 december 2011 met 15,3 miljoen ten opzichte van 31 december 2010 laat zich als volgt verklaren: Autonome ontwikkeling: - effect één jaar opschuiven
-1,1
Voorraadmutaties: - nieuwbouw / aankoop - sloop / verkoop
15,3 -1,0
Parameterwijzigingen: - levensduur - huur - lasten - disconto
1,8 0,0 10,1 0,0
Niveauwijzigingen: - grond (herziene restwaarde) - huren - overige exploitatie-uitgaven - dagelijks onderhoud - planmatig onderhoud - bijdrageheffing bijzondere projectsteun wijkenaanpak
-18,8 3,0 0,6 0,2 5,1 0,1 15,3
-- 81 --
2
Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling 31-12-2011
31-12-2010
10.836
8.529
9.456 -1.010 -368
9.273 -1.823 -72
-12.451
-5.071
6.463
10.836
Woningen en woongebouwen Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - Investeringen - Afboeking onrendabele investering - Afboeking geannuleerde projecten - Overboeking naar onroerende/roerende in exploitatie Saldo eind boekjaar
3
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie Kantoorpand
Inventarissen
Vervoermiddelen
Totaal
Saldo per 31 december 2010 - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen
1.481 -356
553 -473
26 -24
2.060 -853
Boekwaarde
1.125
80
2
1.207
656
218
-85
-41
Mutaties in het boekjaar: - investeringen - desinvesteringen - afschrijvingen - correcties afschrijvingen Saldo
24
874 -24 -126 24
-24
571
177
0
748
Saldo per 31 december 2011: - aanschaffingswaarde - cumulatieve afschrijvingen
2.137 -441
771 -514
2 0
2.910 -955
Boekwaarde
1.696
257
2
1.955
Verzekering De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn per 31 december 2011 verzekerd bij Raetsheren van Orden middels een uitgebreide opstalverzekering Hierbij is overeengekomen dat van onderverzekering nimmer sprake zal zijn. De roerende zaken ten dienste van de exploitatie zjin verzekerd bij Raetsheren van Orden. De verzekerde waarde bedraagt per 31 december 2011 € 250.000. Actuele waarde Een indicatie van de actuele waarde van de onroerende en roerende zaken in exploitatie is de waarde volgens de Wet Waardering Onroerende Zaken. De totale waarde op basis van ozb-aanslag 2012 (peildatum 1 januari 2011) bedraagt € 1.055.000 (ozb-aanslag 2011: € 1.061.000).
-- 82 --
4
Vastgoedbeleggingen
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
31-12-2011
31-12-2010
Saldo begin boekjaar
3.515
1.785
Mutaties in het boekjaar: - Toevoeging verkochte woningen - Waardeverandering in boekjaar
3.007 -135
1.735 -5
Saldo eind boekjaar
6.387
3.515
1. Deelneming 2. Actieve latentie disagio
9.093 271
9.217 334
Totaal
9.364
9.551
9.092 0 0 1
9.216 0 0 1
9.093
9.217
9.216
9.123
-124
93
9.092
9.216
0
0
0 0 -0
-35 35 0
0
0
5
Financiële vaste activa
1. Deelneming -
Vastgoed Eerbeek BV Xia Holding BV Xia Woonservices BV Woningnet NV
Vastgoed Eerbeek BV Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - Jaarresultaat Saldo eind boekjaar
Xia Holding BV Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - Jaarresultaat - Negatief eigen vermogen tlv de voorziening - Afboeking wegens opheffing Saldo eind boekjaar
-- 83 --
Xia Woonservices BV
31-12-2011
31-12-2010
Saldo begin boekjaar
0
0
-99 99
-20 20
0
0
Saldo begin boekjaar
1
1
Mutaties in het boekjaar: - Jaarresultaat
0
0
Saldo eind boekjaar
1
1
Saldo begin boekjaar
334
396
Mutaties in het boekjaar: - Vrijval actieve latentie disagio leningen o/g
-63
-62
Saldo eind boekjaar
271
334
- De Bergbeek te Beekbergen - Essenkamp te Uddel - Hessen Allee te Klarenbeek
468 0 0
500 85 123
Totaal
468
708
92 17 3.785 2.581 280 3
70 6 3.767 56 218 270
6.758
4.387
Mutaties in het boekjaar: - Jaarresultaat - Negatief eigen vermogen tlv de voorziening Saldo eind boekjaar
Woningnet NV
2. Actieve latentie disagio
VLOTTENDE ACTIVA
6
7
Voorraden onderhanden werk
Vorderingen
1. 2. 3. 4. 5. 6.
Huurdebiteuren Gemeenten Rekening-courant dochter BV’s Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen Overlopende activa
Totaal
-- 84 --
1. Huurdebiteuren De huurachterstanden kunnen als volgt naar tijdsduur en aantal huurders worden gespecificeerd: Periode < 1 maand 1 tot 2 maanden 2 tot 3 maanden 3 tot 4 maanden 4 tot 5 maanden 5 en meer Totaal
Aantal huurders 31-12-2011 31-12-2010 33 64 47 40 12 13 7 2 7 7 9 3 115 129
Huurachterstand 31-12-2011 31-12-2010 5 11 25 20 12 16 13 4 13 12 24 7 92 70
De huurachterstanden bedragen ultimo boekjaar 0,64% (2010 0,51%) van de jaarhuur. 2. Gemeenten
31-12-2011
31-12-2010
9 8
0 6
17
6
Vastgoed Eerbeek BV Xia Holding BV Xia Vastgoedontwikkeling 1 BV Xia Woonservices BV
2.091 0 1.108 586
2.071 100 1.044 552
Totaal
3.785
3.767
Verrekenbare verliezen vennootschapsbelasting 2006/2007 Te vorderen vennootschapsbelasting 2008 t/m 2011
44 2.537
44 12
Totaal
2.581
56
57 32 0 17 62 0 34 68 7 2 1
57 31 26 54 7 14 28 0 0 0 1
280
218
Gemeente Brummen Gemeente Apeldoorn Totaal
3. Rekening-courant dochter BV’s
4. Belastingen en premies sociale verzekeringen
5. Overige vorderingen -
Dubieuze debiteuren Diverse nota’s / betalingsregelingen Rente Activiteitencentra Afrekeningen huurders / oud-huurder Aardhuus Ontwikkeling BV Watermolen 23 BWSA VvE’s Skaeve Huse Diversen
Totaal -- 85 --
6. Overlopende activa 31-12-2011
31-12-2010
- Vooruitbetaalde crediteuren - Kosten in verband met fusie per 1 januari 2011 - Diversen
3 0 0
1 24 245
Totaal
3
270
1 1.182 5.372 3
2 1.809 2.256 -2
6.558
4.065
8
Liquide middelen
-
kas rekening-courant banken spaarrekeningen, direct opvraagbaar kruisposten
Totaal
-- 86 --
PASSIVA 9
Eigen vermogen
31-12-2011
31-12-2010
1. Overige reserves 2. Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden 3. Resultaat boekjaar
15.798
18.594
3.710 -918
2.840 -2.796
Totaal
18.590
18.638
Saldo begin boekjaar
18.594
18.594
Mutaties in het boekjaar: - resultaat voorgaand jaar
-2.796
0
Saldo eind boekjaar
15.798
18.594
1. Overige reserves
2. Herwaarderingsreserve verkocht onder voorwaarden Saldo begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - toevoeging, verkoop woningen Saldo eind boekjaar
2.840
1.486
870
1.354
3.710
2.840
Ten behoeve van het inzicht is de herwaardering welke betrekking heeft op “Verkopen onder Voorwaarden” separaat zichtbaar gemaakt. Het verschil tussen het enkelvoudige en geconsolideerde eigen vermogen en het resultaat heeft zich in het boekjaar als volgt ontwikkeld: Eigen vermogen geconsolideerde jaarrekening Negatieve hogere afschrijving Vastgoed Eerbeek BV Niet-gerealiseerde gecumuleerde intercompanyresultaten
13.891
13.609
-104
-31
4.803
5.060
Eigen vermogen volgens enkelvoudige jaarrekening
18.590
18.638
-814
-2.765
0
0
-104
-31
-918
-2.796
Verschil resultaat: Resultaat geconsolideerde jaarrekening Veranderingen in niet-gerealiseerde gecumuleerde intercompanyresultaten Hogere afschrijvingen Vastgoed Eerbeek BV Resultaat volgens enkelvoudige jaarrekening
Het verschil is in 2008 ontstaan door overdracht van bezit van Sprengenland Wonen aan Vastgoed Eerbeek BV. -- 87 --
10
Egalisatierekening
31-12-2011
31-12-2010
1. Verzilverd wonen
186
199
Totaal
186
199
Saldo begin boekjaar
199
252
Mutaties in het boekjaar: - toevoeging - gerealiseerde bijdrage
45 -58
0 -53
Saldo eind boekjaar
186
199
0 219 21 2.537
272 120 907 0
2.777
1.299
Nieuwbouwproject De Bergbeek te Beekbergen Nieuwbouwproject Hessen Allee te Klarenbeek Nieuwbouwproject Essenkamp te Uddel
0 0 21
198 355 354
Totaal
21
907
Vennootschapsbelasting 2008 t/m 2011
2.537
0
Totaal
2.537
0
1. Verzilverd Wonen
11
Voorzieningen
1. 2. 3. 4.
Negatief eigen vermogen Xia Holding BV Negatief eigen vermogen Xia Woonservices BV Voorziening onrendabele investeringen Voorziening latente vennootschapsbelasting
Totaal
3. Voorzieningen onrendabele investeringen
4. Voorzieningen latente vennootschapsbelasting
12
Langlopende schulden Totaal
1. 2. 3. 4.
Leningen overheid Leningen kredietinst. Terugkoopverplichting Waarborgsommen
Totaal
31-12-2011 waarvan looptijd > 5 jaar
Totaal
31-12-2010 Waarvan looptijd > 5 jaar
2.942 94.938 6.435 6
38 64.487
6.165 83.432 3.521 6
39 52.481
104.321
64.525
93.124
52.520
-- 88 --
1.Leningen overheid Schuldrestant begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - nieuwe leningen - aflossingen Schuldrestant eind boekjaar
31-12-2011
31-12-2010
6.165
13.473
0 -3.223
0 -7.308
2.942
6.165
83.432
69.725
15.000 -3.494
17.000 -3.293
94.938
83.432
2. Leningen kredietinstellingen Schuldrestant begin boekjaar Mutaties in het boekjaar: - nieuwe leningen - aflossingen Schuldrestant eind boekjaar
Rentevoet en aflossingssysteem De rentevoet van de uitstaande leningen overheid en kredietinstellingen varieert van 0,0% tot 5,625%. De gemiddelde rentevoet bedraagt per ultimo 2011 circa 3,91%. De leningen worden op basis van het annuïteitensysteem, lineair systeem afgelost of ineens afgelost (fixe leningen). Het aflossingsbestanddeel bedraagt in 2012 € 6.935.000. Zekerheden De rente en aflossing van de leningen wordt gegarandeerd door de Gemeente Brummen of het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. 3. Terugkoopverplichting uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Saldo begin boekjaar
3.521
1.790
Mutaties in het boekjaar: - nieuwe verplichtingen - waardeverandering
3.007 -93
1.735 -4
Saldo eind boekjaar
6.435
3.521
4. Waarborgsommen en garanties Tot zekerheid van nakoming van de verplichtingen zijn bij enkele huurders van bedrijfspanden waarborgsommen ontvangen, dan wel garanties afgegeven ten bedrage van € 6.000.
-- 89 --
13
Kortlopende schulden
31-12-2011
31-12-2010
1.397 150 642 489 1.791
708 5 936 64 1.639
4.469
3.352
1.397
708
- Gemeente Brummen - Gemeente Apeldoorn
144 6
0 5
Totaal
150
5
1 2 73 0 566
0 -22 82 247 629
642
936
4 58 341 86
9 38 0 17
489
64
1.569 53 45 17 21 54 32
1.423 52 31 53 23 54 3
1.791
1.639
1. 2. 3. 4. 5.
Schulden aan leveranciers Schulden aan gemeenten Belastingen en premies sociale verzekering Overige schulden Overlopende passiva
Totaal
1. Schulden aan leveranciers - crediteuren
2. Schulden aan gemeenten
3. Belastingen en premies sociale verzekering -
salarissen pensioenfonds loonheffing vennootschapsbelasting omzetbelasting
Totaal
4. Overige schulden -
nog nog nog nog
te te te te
verrekenen servicekosten verrekenen bijdrage BWSA verrekenen kosten afwikkeling nieuwbouw verrekenen kosten overig
Totaal 5. Overlopende passiva -
niet-vervallen rente leningen vooruit ontvangen huur glasfonds fonds huurdersonderhoud reeds ontvangen voorschot huurtoeslag woonservicegebied Loenen transitoria overig
Totaal
-- 90 --
12.6 Toelichting op enkelvoudige winst- en verliesrekening BEDRIJFSOPBRENGSTEN 14
Huren 2011
2010
Te ontvangen netto huur Af: huurderving: a. wegens leegstand b. wegens overige redenen
14.281
13.751
-41 -1
-12 -7
Totaal
14.239
13.732
Deze post is ten opzichte van het vorige boekjaar gewijzigd als gevolg van: a. de huurverhoging per 1 juli 2011 die gemiddeld 1,3% bedroeg (in 2010: 1,2%), b. het toepassen van de streefhuur bij mutatie (72,5%), c. huurverhoging als gevolg van aanleg centrale verwarming, verbetering van woningen, enz. d. mutaties in de woningvoorraad De huurderving bedraagt 0,29% (2010; 0,14%) van de ontvangen huur.
15
Vergoedingen
Te ontvangen vergoedingen - overige zaken, leveringen en diensten
2
159
Af: vergoedingsderving: a. wegens leegstand b. wegens overige redenen
0 0
0 0
Totaal
2
159
Vanaf 2011 is er een gewijzigde administratieve verwerking van de vergoedingen doorgevoerd.
16
Overheidsbijdragen
1. Bijdragen woningaanpassingen WMO
2
4
Totaal
2
4
Verkoop bestaande woningvoorraad Verkoop nieuwbouwwoningen
-98 296
2.378 330
Totaal
198
2.708
17
Verkoop onroerende zaken
De woningverkopen onder voorwaarden worden aangemerkt als financieringstransactie en niet als verkooptransactie. Het negatieve resultaat in 2011 op de verkoop van de bestaande woningvoorraad wordt grotendeels veroorzaakt door verkoop van Krimweg 69 te Hoenderloo.
-- 91 --
18
Overige bedrijfsopbrengsten
Vergoedingen voor verrichte diensten: - doorberekende administratie-/servicekosten - fabriekswoningen - doorberekende administratiekosten aan BV’s - glasfonds - fonds huurdersonderhoud - doorberekend onderhoud - nagekomen baten - overige dekkingen Totaal
2011
2010
4 1 28 12 10 8 46 6
20 1 30 11 8 8 0 11
115
89
2.776 88 2 126
1.419 32 1 92
2.992
1.544
BEDRIJFSLASTEN 19
-
Afschrijvingen op materiële vaste activa
woningen en woongebouwen onroerende zaken niet zijnde woningen overige zaken activa ten dienste van exploitatie
Totaal
Vanaf 2011 wordt er afgeschreven op lineaire basis. Tot en met 2010 vond afschrijving plaats op annuïtaire basis.
20
Overige waardeveranderingen
- afboekingen als gevolg van structureel lagere bedrijfswaarden bestaande woningvoorraad - onrendabele investeringen nieuwbouwprojecten
86 1.151
0 6.108
Totaal
1.237
6.108
1.114 0 16 -8
1.130 -39 207 -1
1.122
1.297
207
221
140
125
21
-
Lonen en salarissen
salarissen opbrengst detachering directeur-bestuurder ingehuurd personeel ontvangen ziekengelden
Totaal
22
Pensioenlasten
Totaal
23
Sociale lasten
Totaal -- 92 --
24
-
Lasten onderhoud
klachtenonderhoud contractonderhoud mutatieonderhoud planmatig onderhoud
Totaal 25
-
2011
2010
478 221 316 2.700
542 196 217 3.105
3.715
4.060
226 58 34 1.132 545 55 27 48 120 162 211
157 34 47 881 541 54 29 47 96 157 18
2.618
2.061
Overige bedrijfslasten
overige personeelskosten huisvestingskosten bestuurskosten algemene kosten belastingen verzekeringen contributie landelijke federatie overige directe exploitatielasten woonruimteverdeling / VSW / BWSA heffing bijzondere projectsteun wijkenaanpak kosten strategisch voorraadbeleid
Totaal
Accountantshonoraria De volgende kosten aan de accountantsorganisatie, die belast is met de controle van deze jaarrekening, zijn ten laste van het resultaat gebracht: - controle jaarrekening - fiscale adviesdiensten - andere niet-controle diensten
61 36 1
75 30 6
Totaal
98
111
26
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
Totaal
-42
-- 93 --
-2
27
Financiële baten en lasten
Rentebaten
2011
2010
Rente onroerende en roerende zaken in ontwikkeling Rente op overige vorderingen Rente op uitgezette middelen
344 137 120
255 137 40
Totaal
601
432
Rente leningen gemeente / kredietinstellingen WSW-disagio Rente schulden aan kredietinstellingen
3.728 7 12
3.591 3 2
Totaal
3.747
3.596
0 2 246 -398 -62
11 12 -904 0 -63
-212
-944
Rentelasten
28
Belastingen
Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vennootschapsbelasting Vrijval belastinglatentie
2008 2009 2010 2011
Totaal
Ingevolge de integrale belastingplicht is vanuit het commerciële resultaat het fiscaal belastbaar bedrag berekend en de daaruit voortvloeiende vennootschapsbelasting over 2011. Voor de berekening van de vennootschapsbelasting verwijzen wij u naar de geconsolideerde jaarrekening.
29
Resultaat deelnemingen
Vastgoed Eerbeek BV Woningnet NV Xia Holding BV Xia Woonservices BV Totaal
-- 94 --
-124 0 180 -99
93 0 -35 -20
-43
38
12.7 Statutaire winstverdeling
Totaal jaarresultaat
2011
2010
-918
-2.796
In afwachting van de goedkeuring van de Raad van Commissarissen is het resultaat nog niet verwerkt in de reserves.
12.8 Honorering Directeur-bestuurder Raad van Commissarissen
142
137
32
36
12.9 Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum.
-- 95 --
-- 96 --
13 Accountantsverklaring
-- 97 --
-- 98 --
-- 99 --