JAARSTUKKEN 2013 Algemeen Bestuur van 25 juni 2014
Zoals behandeld in DB-vergadering van 10 april 2014
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude.
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
INHOUDSOPGAVE 1. JAARVERSLAG 2013 ................................................................ 4 1.1 INLEIDING ...................................................................................... 5 1.2 REKENINGRESULTAAT .................................................................... 11 1.3 BESTUUR ...................................................................................... 17 1.4 PROGRAMMA RUIMTELIJKE AGENDA ................................................. 1.4.1 Onderdeel Ruimtelijke Agenda Algemeen................................... 1.4.2 Onderdeel Ruimtelijke Ordening ............................................... 1.4.3 Onderdeel Wonen .................................................................. 1.4.4 Onderdeel Economische Zaken en Toerisme ............................... 1.4.5 Onderdeel Natuur en Landschap............................................... 1.4.6 Onderdeel Verkeer en Vervoer .................................................
19 22 24 26 29 33 35
1.5 PROGRAMMA SOCIALE AGENDA ....................................................... 1.5.1 Onderdeel Jeugd .................................................................... 1.5.2 Onderdeel Leerplicht en aanpak voortijdig schoolverlaten ............ 1.5.3 Onderdeel Participatie............................................................. 1.5.4 Onderdeel Zorg en Welzijn ...................................................... 1.5.5 Onderdeel Cultuur ..................................................................
41 44 47 54 58 61
1.6 PROGRAMMA BESTUUR EN MIDDELEN .............................................. 1.6.1 Onderdeel Bestuur ................................................................. 1.6.2 Onderdeel Middelen ................................................................ 1.6.3 Onderdeel Regionaal Investeringsfonds .....................................
62 64 67 69
1.7 PARAGRAFEN ................................................................................ 70 1.7.1 WEERSTANDSVERMOGEN ....................................................... 70 1.7.2 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN ........................................... 72 1.7.3 FINANCIERING ...................................................................... 73 1.7.4 BEDRIJFSVOERING ................................................................ 75 1.7.5 VERBONDEN PARTIJEN ........................................................... 82 1.7.6 COMPENSATIEFONDS BTW ...................................................... 83
2. JAARREKENING 2013 ........................................................... 84 2.1 BALANS en TOELICHTING OP DE BALANS .......................................... 85 2.2 PROGRAMMAREKENING OVER BEGROTINGSJAAR ............................... 91 2.3 TOELICHTINGEN ............................................................................ 2.3.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling ..................... 2.3.2 Toelichting op de Balans per 31 december 2013 ......................... 2.3.2.1 Investerings- en financieringsstaat ...................................
Pagina 2
92 92 93 95
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.2.2 Verloopoverzicht overlopende activa ................................. 96 2.3.2.3 Staat van reserves ......................................................... 97 2.3.2.4 Staat van de voorzieningen ............................................. 98 2.3.2.5 Staat van overlopende Passiva........................................ 100 2.3.3 Toelichting op de Programmarekening over 2013 ...................... 102 2.3.3.1 Overzicht incidentele baten en lasten ............................... 111 2.3.3.2 Analyse begrotingsafwijkingen en begrotingsrechtmatigheid112 2.3.3.3 Informatie Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi publieke sector (WNT) ...................................... 114
3. SISA-BIJLAGE VERANTWOORDINGSINFORMATIE .............. 116 4. BESLUIT ............................................................................. 117 5. CONTROLEVERKLARING ..................................................... 118 6. BIJLAGEN ........................................................................... 119
6.1 Kostenverdeelstaat ..................................................................121 6.2 Kosten Woonruimteverdeling ..................................................... 122 6.3 Bijdrage gemeenten op basis van leerlingenaantallen.................... 122 6.4 Overzicht Besluit Woning gebonden Subsidies .............................. 123 6.5 Overzichten inkomende en uitgaande subsidies ............................ 126 6.6 Overzicht baten en lasten ......................................................... 127 6.7 Bijdragen gemeenten per taak ................................................... 128 6.8 Overzicht bijdrage gemeenten per regionale taak en plustaak ........129 6.9 Bijdragen gemeenten rekening (na bestemming) .........................130 6.10 Afrekenstaat (na bestemming en voorgenomen reserveringen)..... 131
Pagina 3
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1. JAARVERSLAG 2013
In 2013 werkten in Holland Rijnland samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude.
Pagina 4
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.1 INLEIDING Voor u liggen het jaarverslag en de jaarrekening 2013 van het samenwerkingsverband Holland Rijnland. In goede samenwerking met de bestuursorganen, bestuurders en ambtenaren van de deelnemende gemeenten en de ambtelijke organisatie van de regio zijn er mooie resultaten geboekt en forse stappen gezet bij belangrijke onderwerpen. Wat is er bereikt? Hieronder wordt in het kort een opsomming gegeven van de belangrijkste hoogtepunten in het afgelopen jaar. Ruimtelijke Agenda RijnlandRoute Het Algemeen Bestuur heeft op 27 september 2013 ingestemd met regionale cofinanciering aan de RijnlandRoute vanuit het Regionaal Investeringsfonds. Hiermee is vanuit de regio in totaal een bedrag van €75 miljoen toegezegd aan de RijnlandRoute. De voorwaarden van deze regionale financiering zijn vastgelegd door het sluiten van twee bestuurlijke overeenkomsten. Een overeenkomst tussen Holland Rijnland en de inliggende gemeenten die participeren in het Regionaal Investeringsfonds ten aanzien van de tweede tranche bijdrage van €37,5 miljoen en een financieringsovereenkomst tussen de provincie Zuid – Holland en de regio Holland Rijnland ten aanzien van de scope en overige voorwaarden waar binnen het project gerealiseerd dient te worden. Hierop wordt door de regio gemonitord. Eind 2014 wordt de vaststelling van het provinciaal inpassingsplan voorzien als volgende stap in de opmaat naar realisatie van de RijnlandRoute. Hoogwaardig openbaar vervoer In januari 2013 hebben Provinciale Staten het programma HOV Zuid-Holland Noord vastgesteld. Verschillende HOV-corridors zijn verder uitgewerkt door provincie, Holland Rijnland en de gemeenten. Holland Rijnland heeft het initiatief genomen om samen met de gemeenten verkenningen uit te voeren naar de OV-corridors Hillegom – Nieuw-Vennep en Leiden – Leiderdorp. De corridor Leiden –Leiderdorp lijkt kansrijk om versneld op R-net niveau te brengen en wordt in 2014 meer gedetailleerd uitgewerkt. Voor de HOV-corridor Leiden – Katwijk – Noorwijk zijn de infra-maatregelen verder uitgewerkt en is een exploitatie onderzoek uitgevoerd. Het Algemeen Bestuur heeft in december 2013 ingestemd met de Bestuursovereenkomst HOV Noordwijk – Schiphol. In deze bestuursovereenkomst leggen betrokken partijen afspraken vast om de voorkeursvariant tot uitvoering te kunnen brengen. In de overeenkomst is onder meer opgenomen dat de regio € 5 miljoen RIF-middelen ter beschikking stelt. Eind 2013 is een actualisatie van het Uitvoeringsprogramma OV gemaakt, waarin de voortgang van de diverse HOV-projecten inzichtelijk wordt gemaakt. Dit helpt de regio om de in de OV-visie Holland Rijnland gedefinieerde ambitie te realiseren. Uitgangspunt voor de regio is daarbij steeds dat er een goede invulling moet komen voor het OV-netwerk in de regio. Woonruimteverdeling In 2013 heeft het Algemeen Bestuur de nieuwe regionale huisvestingsverordening vastgesteld. Deze verordening is het beleidskader voor een nieuw woonruimteverdeelsysteem voor alle regiogemeenten. Daarnaast zijn nadere uitvoeringsregels vastgesteld alsmede het convenant woonruimteverdeling met de corporaties. De beide laatste documenten zijn van belang voor een efficiënte werking van de regionale huisvestingsverordening. Corporaties werken nu, samen met regiogemeenten en huurdersorganisaties, aan de implementatie van het systeem. Het streven is dat in april 2014 het nieuwe woonruimteverdeelsysteem operationeel is.
Pagina 5
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Topsectorenbeleid Als vervolg op de Quick scan topsectorenbeleid (uit 2011) is vanuit de regio ook in 2013 stevig ingezet op de topsectoren Space Technology en Biobased Economy. Voor het oprichten van het Holland Space Cluster is de SpaceStrategie opgesteld, die is vastgesteld met bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden. Deze strategie is toegelicht in het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland op 26 juni. Op 4 november 2013 is in het bijzijn van minister Kamp het Holland Space Cluster officieel opgericht, waarmee het bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden gericht willen inzetten op het versterken van de ruimtevaartsector in Nederland. Vanuit de topsector Biobased Economy is in 2013 uitvoering gegeven aan het programma Holland Rijnland Biobased. Dit programma zet naast promotie in op het aanjagen van projecten, netwerkvorming en meer zicht op de mogelijkheden die Biobased Economy biedt, ook als het gaat om subsidies. Belangrijk resultaat was het besluit van een aantal partijen, waaronder de Universiteit Leiden, om voorjaar 2014 een proefopstelling te bouwen voor het project Solar Fuels. In het Algemeen Bestuur van 26 juni is besloten een plan te maken om het programma Holland Rijnland Biobased in 2014 voor te zetten. Dit programma is eind 2013 opgesteld. Bedrijventerreinen In vervolg op de in 2012 vastgestelde Behoefteraming Bedrijfshuisvesting 2.0, is in 2013 een vervolgonderzoek gestart naar de kwaliteit en de toekomstwaarde van de bedrijventerreinen in Holland Rijnland. De resultaten van dit onderzoek zijn in oktober besproken tijdens een bestuurlijke werkconferentie, waarbij ook het bedrijfsleven vertegenwoordigd was. In 2013 is het onderzoek naar een alternatieve locatie voor de Oostvlietpolder afgerond. Met dit onderzoek, dat is uitgevoerd in opdracht van de provincie Zuid-Holland, de gemeente Leiden en Holland Rijnland, is voor de Oostvlietpolder een gelijkwaardig alternatief gevonden, namelijk een locatie langs de A4 ten zuiden van het bedrijventerrein Veenderveld in de gemeente Kaag en Braassem. Inmiddels is door de provincie Zuid-Holland de procedure opgestart om dit ook planologisch te verankeren. Natuur en landschap In 2013 zijn de eerste groenprojecten met cofinanciering vanuit het Regionaal Groenprogramma afgerond: Matilo, Oostvlietpolder, ecologische verbindingen in Zoeterwoude en Hillegom, brug Koudenhoorn, Uitkijkpunt Blauwe Hart en de Boterhuispolder. Vanuit het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek is de Cultuurhistorische Atlas opgesteld. Met de provincie is een beleidskader voor het besteden van de provinciale groengelden in de regio opgesteld, “De Tuin van Holland”. Op basis daarvan gaan de gemeenten in de regio het komende jaar gebiedsdeals afsluiten met de provincie. Begin 2013 is een verkenning gestart naar de vormgeving van een Gebiedsfonds groenblauwe diensten in Holland Rijnland, als middel om op lange termijn geld beschikbaar te houden voor beheer van natuur en groen-blauwe elementen op particuliere grond. Doel is om hiermee de gebruiks-, belevings- en toekomstwaarde van het agrarisch cultuurlandschap te versterken. In juli is in een bestuurlijk overleg met de gedeputeerde besloten om het Gebiedsfonds in eerste instantie af te bakenen voor het beheer van boerenlandpaden. Tevens is besloten om het Gebiedsfonds zodanig in te richten (organisatie en uitvoering) dat de structuur aansluit bij het nieuwe provinciale groenbeleid en de nieuwe uitvoeringsstrategie van Europa en het Rijk. Holland Rijnland heeft voor de uitwerking van het Gebiedsfonds nauwe samenwerking gezocht met de (samenwerkende) agrarische natuurverenigingen in de regio.
Pagina 6
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Collectief Vraagafhankelijk Vervoer In 2013 is het Collectief Vraagafhankelijk Vervoersysteem (CVV), de Regiotaxi Holland Rijnland uitgebreid met nog eens drie gemeenten en regio breed geworden. Op 1 juli 2014 sluit Boskoop als onderdeel van de gefuseerde gemeente Alphen aan den Rijn eveneens bij dit systeem aan. Uitvoeringsprogramma Fiets De regio heeft met vaststelling van haar Uitvoeringsprogramma Fiets een uitvoering gegeven aan haar ambitie om de fiets beter in te zetten als alternatief voor de auto op woon-werk en schoolverkeer. BDU-subsidie voor fietsprojecten zal nu worden geprioriteerd voor infrastructurele oplossingen in het regionale ‘utilitaire’ fietsnetwerk. Er is een overzicht gemaakt van de benodigde projecten en een eerste indicatie van mogelijke fietssnelwegen in de regio. Sociale Agenda Decentralisaties jeugd, wmo en werk In februari 2012 is een visiedocument en een plan van aanpak voor de 3 decentralisaties “Op eigen kracht” in het portefeuillehoudersoverleg Sociale agenda vastgesteld. In 2012 is een projectorganisatie opgezet met als uitgangspunt dat gemeenten de belangrijkste inzet voor werkzaamheden leveren. De projectorganisatie bleek in 2013 van groot nut. Er is een groot aantal werkgroepen actief geweest en deze hebben inhoudelijke producten opgeleverd. 3D thema’s als PGB, Toegang en sociale netwerken zijn uitgewerkt. De producten zijn aangeboden aan de gemeenten onder het motto ‘regionaal voorbakken, lokaal afbakken”. In 2013 bleek, dat elke decentralisatie meer zijn eigen dynamiek begint te kennen. Dit hangt samen met het wetgevingstraject, de organisatie van de taken en beleidsmatige keuzes. Bij de decentralisatie jeugd ligt het accent meer op het schaalniveau van de regio. In de decentralisatie jeugd is een model ontwikkeld van jeugd- en gezinsteams. Tevens zijn in 2013 de startfoto Jeugdhulp, het Regionaal Transitie arrangement Jeugdhulp en het Regionaal Beleidsplan Transitie Jeugdhulp opgeleverd. Bij de Wmo komt het accent meer te liggen op een lokale invulling, in combinatie met subregionale samenwerking. In de voorbereiding is het lastig dat het heel lang onduidelijk is gebleven waar de wetgever het onderdeel persoonlijke verzorging wil beleggen. Bij het onderdeel Werk komt enige duidelijkheid bij het Sociaal akkoord van april 2013. Werkgevers-en werknemersorganisaties komen met het Rijk overeen zogenaamde werkbedrijven in te richten. Deze werkbedrijven moeten de schakel gaan vormen tussen werkzoekenden met afstand tot de arbeidsmarkt en banen die werkgevers ter beschikking gaan stellen. Bij het onderdeel werk ligt het accent meer op de subregionale uitvoering. De tendens naar een eigen dynamiek per decentralisatie en een grotere nadruk op de subregio’s leidt ertoe dat de projectorganisatie per 2014 is aangepast. Nu de uitvoering meer in zicht komt, komt hierin meer aandacht voor de bedrijfsvoering. Het 3D project is gestart met het motto dat vernieuwing in het sociale domein hard nodig is. Burgers kunnen meer zelf en er moet minder verkokerd gewerkt worden. Voor het nadenken over deze vernieuwing zijn in 2013 samen met partners als Zorgbelang, Care to care en het UWV een viertal inspiratiebijeenkomsten georganiseerd. Ook zijn drukbezochte bijeenkomsten georganiseerd speciaal voor raadsleden en cliënten. De communicatie heeft in 2013 vorm gekregen met de Nieuwsflits voor ambtenaren en een apart Nieuwsflits voor raadsleden. Gemeenten krijgen te maken met vele werkvelden die tot nu toe onbekend zijn. Holland Rijnland heeft voor ambtenaren en raadsleden kennismakingsbijeenkomsten georganiseerd.
Pagina 7
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Een meer inhoudelijke uitwerking van de drie decentralisaties, is opgenomen in de hoofdstukken jeugd, zorg en welzijn en werk. Beëindiging Regionale Agenda Samenleving (RAS) Per 1 juli 2013 is de Regionale Agenda Samenleving (RAS) komen te vervallen. Hiervoor in de plaats heeft de provincie een regionaal transitiebudget beschikbaar gesteld. Dit nieuwe budget is bedoeld voor regionale projecten ter voorbereiding op de transitie ban de jeugdzorg en mag niet gebruikt worden voor het inkopen van preventieve jeugdzorg. In 2013 is daarom gezorgd dat de preventie zorg die regionaal ingekocht werd lokaal geborgd blijft. Jongerenloket In 2013 is de jeugdwerkloosheid sterk opgelopen. Dit heeft ertoe geleid, dat het aantal poortwachtersgesprekken bij het Jongerenloket van 2012 naar 2013 met 200 opgelopen is. Totaal zijn 1178 poortwachtersgesprekken gevoerd. De poortwachtersfunctie is effectief. Maar liefst 530 (45%) jongeren hebben afgezien van het aanvragen van een WWB-uitkering. De poortwachtersfunctie heeft in 2013 een groot beslag gelegd op de capaciteit van het Jongerenloket. Dit is ten koste gegaan van het begeleiden van voortijdig schoolverlaters (de RMCfunctie) De synergie tussen RMC-trajectbegeleiding en Poortwachtersfunctie is de afgelopen jaren beperkt gebleken, met name door het grote aandeel niet-vsv’ers die voor een WWB-uitkering aanklopten bij het Jongerenloket. In 2013 heeft de meerderheid van de gemeenten in Holland Rijnland waar het Jongerenloket de Poortwachtersfunctie en RMC-begeleiding voor uitvoerde, aangegeven zelf de Poortwachtersfunctie te willen uitvoeren. Per 1 januari 2014 is het samenwerkingsverband Jongerenloket beëindigd. De Poortwachtersfunctie is per deze datum overgegaan naar de sociale diensten van de betreffende gemeenten. De begeleiding van jongeren tussen de 18 en 23 jaar die nog geen startkwalificatie hebben is vanaf die datum ondergebracht bij het Regionaal Bureau Leerplicht Holland Rijnland (RBL). Het RBL wil vooral inzetten op effectievere trajectbegeleiding door meer aan te sluiten bij scholen, waar veel uitval plaatsvindt. Met het overhevelen van de poortwachtersfunctie naar de gemeenten, ontstaat meer ruimte voor de RMC-functie. Volwasseneneducatie Met ingang van 2013 is het VAVO uit het educatiebudget gehaald. Hierdoor is het landelijke budget voor 2013 gehalveerd. Het educatiebudget kan sinds 2013 alleen nog ingezet worden voor aanbod gericht op de Nederlandse taal en rekenen voor niet-inburgeringsplichtigen. Hoewel het budget voor VE was gehalveerd bleek, door de beperking van het aanbod en de doelgroep, dat de instroom op de cursussen in 2013 toch nog moeizaam is verlopen. Over de verdeling van het landelijke budget voor VE is Holland Rijnland in bezwaar en daarna in beroep gegaan. De indicatoren waarop de budgetten voor 2013 gebaseerd waren multiinterpretabel. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, omdat het ministerie van OCW zich beroept op het opnemen van die indicatoren in de wetgeving. Bondgenootschap Geletterdheid Holland Rijnland Op 18 september 2013 hebben 38 verschillende partijen in de regio een convenant getekend om in 3 jaar gezamenlijk laaggeletterdheid in de regio aan te pakken. Gemeenten, roc’s, de regionale SW-bedrijven, bibliotheken, ondernemers en zorg- en welzijnsinstellingen ontwikkelen hierin samen activiteiten om geletterdheid in de regio te bevorderen. Cultuur Het landelijke Fonds voor Cultuurparticipatie heeft in 2013 met de rijksregeling Cultuureducatie met Kwaliteit 2013-2016 middelen beschikbaar gesteld voor een kwaliteitsimpuls in cultuureducatie voor het primair onderwijs. Deze middelen zijn 100% gematcht door de gemeenten. De culturele instellingen Museumgroep Leiden en Parkvilla in Alphen aan den Rijn hebben
Pagina 8
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
voor de periode van deze rijksregeling een beschikking ontvangen voor programma die aansluiten bij de behoeften van de scholen in het primair onderwijs en ook het beleid van de gemeenten in de regio. Holland Rijnland biedt een platform om over deze programma’s af te stemmen en cultuurbeleid van de gemeenten uit te wisselen. Bestuur Het perspectief op de samenwerking is op dit moment aan verandering onderhevig. De samenwerkende gemeenten zijn bezig met een verkenning voor een nieuwe inhoudelijke agenda en welke vorm van samenwerking daarbij zou horen. Dit proces van positionering en profilering van Holland Rijnland (#Kracht 15) was in december 2013 nog niet afgerond. Wel zijn de eerste contouren zichtbaar waar die samenwerking zich op zou moeten richten. Dat is de Sociale Agenda, economie en duurzame leefomgeving. Ook tekent zich een beweging af van intensievere samenwerking binnen de clusters. De gevolgen voor de organisatie van Holland Rijnland zijn nog niet duidelijk. Pas in 2014 worden hierover besluiten genomen. In het hiernavolgende jaarverslag en in de jaarrekening wordt verder inhoudelijk ingegaan op de programma’s Ruimtelijke Agenda, Sociale Agenda en Bestuur en Middelen. De substantiële afwijkingen tussen begrote en werkelijke bedragen met betrekking tot de materiële kosten worden toegelicht.
Pagina 9
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 10
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.2 REKENINGRESULTAAT Resultaatbepaling De rekening 2013 sluit met een overschot van € 553.879 na bestemming. In onderstaand overzichten zijn de oorzaken van dit overschot weergegeven, waarbij per post is aangegeven wat de afwijking tussen de begroting en realisatie bedroeg in 2013. Gelijktijdig met deze jaarrekening wordt voorgesteld om nog een tweetal reserveringen voor 2014 goed te keuren ten laste van het resultaat na bestemmingen voor een totaal bedrag van € 553.879. Beide voorgenomen reserves dienen ter dekking van te verwachten kosten in 2014 en latere jaren naar aanleiding van de lopende #Kracht15 discussie en de taakstellende bezuinigingsopdracht van minimaal 25%.
Bovenstaande tabellen dienen duidelijkheid te geven over de wijze van berekenen. De eerste tabel geeft zicht op het verschil op de geraamde lasten à -€ 174.473 en het bedrag van € 90.582 dat in 2013 onttrokken is uit de reserve. De tweede tabel geeft het verschil op de geraamde baten weer (€ 463.297 en -€ 637.770 te weten € 174.473). Hieronder zal uitleg gegeven worden over de verschillen.
Pagina 11
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Baten: 1. Rentebaten 2. Afwikkelingsverschillen voorgaande jaren 3. Overige directe baten van derden Hogere directe baten dan begroot
-€ € € €
156.014 337.858 455.926 637.770
Kosten: 1. Personele kosten 2. Inhuur derden 3. Overige materiële kosten Hogere totale kosten dan begroot
-€ € € €
190.450 117.898 247.025 174.473
Resultaat voor bestemming
€ 463.297
Onttrekking uit reserve RAS (cf. AB-besluit 19 dec. 2012)
€ 90.582
Resultaat na bestemming
€ 553.879
Voorgenomen reserveringen t.l.v. het resultaat Reserve mobiliteitskosten Reserve frictie- en transitiekosten Totaal van de voorgenomen reserveringen:
€ 120.000 € 433.879 € 553.879
Resultaat af te rekenen met de gemeenten
€0
Toelichting op het rekeningresultaat Baten: Ad.1 De baten van de rente zijn lager dan begroot. De deposito-renten zijn dit jaar tot een dramatisch dieptepunt gekelderd. Dit impliceert dat ook Holland Rijnland geen goede resultaten heeft kunnen behalen met het uitzetten van haar gelden (minus € 153.000). De rente inkomsten over de investeringen liggen € 3.000 lager dan begroot. De lagere rentebaten zijn incidenteel van aard, maar dreigen zo langzamerhand een structureel karakter aan te nemen. -
Ad.2 De afwikkelingen van de voorgaande jaren hebben voor € 241.000 betrekking op vrijval van overlopende passiva en hebben een incidenteel karakter. Posten die voorgaande jaren opgeboekt zijn met de verwachting dat de bedragen in de toekomst nodig zouden zijn. Nu blijkt dat deze overlopende passiva geen direct doel meer hoeven te dienen en vallen daarmee dit verslagjaar vrij. Het in totaal vrijgevallen bedrag van € 241.000 is onder te verdelen naar Ruimtelijke Agenda (RuAg) projecten voor € 120.587 en naar Sociale Agenda (SoAg) projecten voor € 120.269.
Voor een specificatie van deze bedragen zie onderstaande tabel, waarbij de nummering correspondeert met die in de Staat van overlopende passiva (hoofdstuk 2.3.2.5).
Pagina 12
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Nr. 04 12 16 + 17 20
22 24 25 30
Omschrijving
Programma
Bedrag
Actualisatie economische visie Afwegingskader economie Gedeeltelijke vrijval RAS 2006-2012
RuAg RuAg
8.712 50.000
3D Projecten Arbeidsmarktbeleid Regionale structuurvisie (RSV) As Leiden-Katwijk (ALK) Verbetertraject RBL
SoAg
28.189
SoAg SoAg
8.051 12.886
RuAg RuAg
34.318 27.558 SoAg
71.144
Korte uitleg omtrent de vrijval: 04 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn is in 2013 het bedrag van € 8.712 vrijgevallen. 12 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post Afwegingskader economie is in 2013 het bedrag van € 50.000 vrijgevallen. 16+17 Voor de afhandeling van de subsidie is het verwachte bedrag vast gehouden waarmee het saldo mocht vrijvallen. 20 Nadat alle begrote kosten zoals voorgelegd aan het AB zijn opgenomen in deze overlopende passiva resteerde het bedrag van € 8.051 aan vrijval. 22 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn is in 2013 het bedrag van € 12.886 vrijgevallen. 24 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de Regionale Structuurvisie is in 2013 het bedrag van € 34.318 vrijgevallen. 25 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post As Leiden-Katwijk is in 2013 het bedrag van € 27.558 vrijgevallen. 30 Deze post is afkomstig uit 2007. Nadat de automatisering voltooid is, bestaat er geen grond meer om deze post nog langer te behouden. Voor het Regionaal Project Verkeersveiligheid moest in 2013 de overlopende passiva worden gecorrigeerd met € 80.530 ten lasten van de post afwikkelingsverschillen voorgaande jaren. Dit betreft een incidentele last. Bij de ’Staat van Overlopende passiva’ (hoofdstuk 2.3.2.5) wordt nader ingegaan op bovenstaande overlopende passiva posten. Het terugboeken van nog te betalen vanuit 2012, een niet inbare vordering en een teruggave van de basispremie WAO/WIA bracht een voordeel van € 39.000 op de post afwikkelingsverschillen voorgaande jaren. De Voorziening Organisatorisch aangelegenheden was, in wettelijke zin, als voorziening niet meer voldoende te onderbouwen en is daardoor vrijgevallen voor een bedrag van € 137.000 ten gunst van deze post. Dit betreft een incidentele baat. -
Ad.3 De overschrijding op de overige directe baten van derden worden voornamelijk veroorzaakt door hogere ontvangen subsidies van de Provincie ZH met betrekking tot de Regionale projecten verkeersveiligheid à € 187.645, ontvangen bijdragen van niet aan Holland Rijnland deelnemende gemeenten, de Provincie ZH, de Kamer van Koophandel, het Hoogheemraadschap van Rijnland en twee private aan de projecten Holland Space Cluster à € 71.088 en de Cultuurhistorische atlas Duin- en Bollenstreek à € 72.085. Tevens zijn er extra inkomsten die geboekt zijn bij het onderdeel Jeugd van het programma Sociale Agenda. Deze hebben hoofdzakelijk betrekking op de in de begroting niet opgenomen subsidie “Transitie decentralisatie Jeugd”. De onttrekking van € 90.582 op Reserve RAS is besteed aan eerder genoemd project. Tezamen met enkele plussen en minnen op andere projecten leidt dit tot een overschrijding van € 455.926.
Pagina 13
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Kosten: Ad.1 De onderuitputting op de personele kosten is een gevolg van openstaande vacatures, lagere inschaling dan geraamd en inhoudingen als gevolg van ouderschapsverlof, langdurige ziekte etc. en is daarmee een incidentele onderuitputting. -
Ad.2 De hoger dan begrote kosten zijn voornamelijk het gevolg van inhuur ter vervanging van langdurige zieken en worden volledig gedekt door de onderuitputting op de personele kosten.
-
Ad.3 De overschrijding op de overige materiële kosten van € 247.025 zijn hoofdzakelijk het gevolg van hogere uitgave op de projecten Holland Space Cluster, de Cultuurhistorische atlas Duin- en Bollenstreek en de Regionale projecten verkeersveiligheid. Binnen het programma Sociale Agenda zijn vooral de hogere materiële uitgave op het deelprogramma Jeugd verantwoordelijk voor de overschrijding. De overschrijding wordt volledig gedekt door de hogere overige directe baten.
Bij de ’Toelichting op de Programmarekening over 2013’ (hoofdstuk 2.3.3) wordt per programma nader ingegaan op de verschillen tussen de jaarrekening en begroting. Bestemming van het resultaat De onttrekking aan de reserve Regionale Agenda Samenleving (RAS) heeft plaatsgevonden conform het AB-besluit van 19 december 2012. In 2012 is genoemd bedrag van € 90.582 ten laste van het positieve rekenresultaat van 2012 gebracht voor het inkopen van preventieve jeugdzorg in 2013 ter aanvulling op het budget RAS. Overeenkomstig de voorschriften van de BBV dient in verslagjaar 2013 mag deze mutatie niet als baat worden meegenomen in het resultaat voor bestemming en dient deze als onttrekking aan de reserve verantwoord te worden. Het bedrag dient ter dekking van uitgave van de RAS. Voorgenomen reserveringen De BBV (Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten) schrijft voor, in het bijzonder met betrekking tot de passage inzake de bestemming van het resultaat, dat in het kader van de rechtmatigheid toevoegingen aan de reserves slechts mogen plaatsvinden door middel van een begrotingswijziging die gedurende het begrotingsjaar is vastgesteld. Voor onderstaande reserveringen is dit niet het geval en derhalve worden ze hierbij als voorgenomen reserveringen vermeld. Met de resultaatbepaling dient daarom bij het vaststellen van de jaarrekening 2013 tevens het besluit genomen te worden tot het creëren van deze reserves. Deze worden vervolgens verantwoord in het daarop volgende begrotingsjaar zijnde 2014. Voordelig resultaat na tussentijdse resultaatbestemming en voor beoogde onttrekkingen aan en stortingen in reserves bedraagt hierdoor: reserveringen Reserve mobiliteitskosten Reserve frictie- en transitiekosten Totale toevoegingen
€ €
120.000 433.879 €
Voordelig resultaat af te rekenen met de gemeenten
Pagina 14
€ 553.879
553.879 €
0
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Toelichting op de reserveringen Zoals hierboven aangegeven wordt voorgesteld om een tweetal reserves te creëren voor 2014 voor een totaal bedrag van € 553.879 en dit bedrag ten laste van het rekening resultaat 2013 na bestemming te brengen. Beide reserves zijn ingegeven door de lopende #Kracht15 discussie en de taakstellende bezuinigingsopdracht van minimaal 25% en de hieruit voortvloeiende zorg van Holland Rijnland en de deelnemende gemeenten voor het begeleiden van medewerkers naar andere werkgevers en de kosten die hiermee gemoeid zijn. Om op een zo soepel en zo snel mogelijk wijze van de huidige situatie te komen naar de nieuwe organisatie en om te voorkomen dat in een later stadium geld moet worden opgehaald bij de deelnemende gemeenten, wordt er nu voorgesteld deze reserveringen vast te doen. 1. Reserve mobiliteitskosten De reservering voor mobiliteitskosten in verband met #Kracht15 discussie dient ter bevorde-
ring van de mobiliteit van de medewerkers en de hiermee gepaard gaande te verwachte mobiliteitskosten in 2014 en latere jaren. Ingeschat wordt dat van het huidig aantal medewerkers van 80 personen 25%, zijnde 20 medewerkers, op zoek moet naar ander werk en dat 75% van deze 20 medewerkers, zijnde 16 medewerkers, van werk naar werk begeleid dienen te worden in de vorm van bijvoorbeeld outplacement of extra opleidingen. Uitgaande van een maximaal bedrag per traject van € 7.500 (Car-UWo artikel 10.d16, lid 4) wordt voorgesteld € 120.000 te reserveren. 2. Reserve frictie- en transitiekosten De reservering voor frictie- en transitiekosten in verband met #Kracht15 discussie dient ter
dekking van de te verwachten frictie- en transitiekosten in 2014 en verder. Ingeschat wordt dat gelet op de omvang van het huidige Holland Rijnland organisatie hiervoor een bedrag van € 433.879 gereserveerd dient te worden. Bij de ’Toelichting op de Programmarekening over 2013’ (hoofdstuk 2.3.3) wordt per programma nader ingegaan op de verschillen tussen de jaarrekening en begroting.
Afrekenstaat 2013 na bestemming en na voorgenomen reserveringen Gemeente Alphen aan den Rijn Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Nieuwkoop Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Rijnwoude Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Totaal
Voorschot
Rekening
653.940 288.100 346.610 861.480 1.576.080 378.100 316.270 242.010 348.960 212.350 327.410 167.190 517.790 344.820 115.550
557.635 268.486 314.053 798.629 1.470.320 351.538 290.768 207.145 325.447 196.849 307.590 142.172 481.175 325.087 105.888
6.696.660
6.142.781
Pagina 15
Afrekening Afrekening na 2013 voorgenomen 96.305 20.095 19.614 -2.199 32.557 5.679 62.851 -2.688 105.760 -19.422 26.562 -1.395 25.502 2.086 34.865 6.556 23.513 -3.319 15.501 -947 19.820 -4.364 25.018 5.588 36.615 -804 19.733 -6.037 9.662 1.171 553.879
0
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
BTW-compensatiefonds Van belang is te vermelden dat er over 2013 een bedrag van € 557.403 aan zogenaamde doorschuif btw is gemeld aan de deelnemende gemeenten. Per individuele gemeente moet een opgave worden verstrekt van welk deel van de voorbelasting compensabel is en kan worden doorgeschoven naar de betreffende gemeente (zie hiervoor paragraaf 6 “btw-compensatiefonds”). De deelnemende gemeente kan deze kosten dan meenemen met de opgave voor het btw-compensatiefonds. De gemeenten hebben door de verrekening in het btw-compensatiefonds een financieel voordeel. De terugbetaling komt neer op een bedrag van gemiddeld € 1,05 per inwoner. Besluit Woninggebonden Subsidies Jaarlijks wordt aan de hand van de prognoses bekeken of er een uitkering van BWS-gelden plaatsvindt. De prognoses geven aan dat er over 2013 geen bedragen kunnen worden terugbetaald.
Pagina 16
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.3 BESTUUR Holland Rijnland bestaat uit de gemeenten Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude. Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2010 heeft Holland Rijnland een nieuw Dagelijks en Algemeen Bestuur gekregen. Het Algemeen Bestuur bestaat uit 47 leden, met ingang van 27 maart 2013 die door de Holland Rijnland-gemeenten zijn afgevaardigd. Algemeen Bestuur en stemverhouding zittingsperiode 2010-2014
Gemeente
Inwoners
Aantal leden
1.
Alphen aan den Rijn
72.680
5 leden
Stemtotaal 16
2.
Hillegom
20.627
3 leden
6
3.
Kaag en Braassem
25.744
3 leden
6
4.
Katwijk
62.044
3 leden
14
5.
Leiden
117.915
24
6.
Leiderdorp
26.609
7 leden Met de aanwijzing van mevrouw Van Gelderen, zijn er 7 ABleden uit Leiden aanwezig 3 leden
7.
Lisse
22.685
3 leden
6
8.
Nieuwkoop
26.988
3 leden
6
9.
Noordwijk
25.438
3 leden
6
10. Noordwijkerhout
14.601
2 leden
4
11. Oegstgeest
22.767
3 leden
6
12. Rijnwoude
18.465
2 leden
4
13. Teylingen
35.812
2 leden
8
14. Voorschoten
23.865
3 leden
6
15. Zoeterwoude
8.130
2 leden
2
47 leden
120
Pagina 17
6
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Voor elke vergadering van het Algemeen Bestuur wordt een Portefeuillehoudersoverleg gehouden, dat bestaat uit wethouders en/of burgemeesters. Er zijn vijf Portefeuillehoudersoverleggen: Bestuur en Middelen, Economische Zaken, Ruimte, Verkeer en Vervoer en Sociale Agenda. In 2013 vergaderden de portefeuillehouders vier keer. In deze vergaderingen adviseerden de colleges het Dagelijks Bestuur onder meer over de onderwerpen op de agenda van het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur heeft in het verslagjaar op 27 maart, 26 juni, 23 september, 30 oktober en 18 december. De agendastukken zijn steeds ruim verspreid en op de website geplaatst. Ook de leden van de Ambtelijke Adviesgroepen (AAG) van de betreffende Portefeuillehoudersoverleggen hebben alle stukken ontvangen. De reguliere vergadering van het Dagelijks Bestuur is een keer per veertien dagen op donderdag in het regiokantoor. In 2013 bestond het Dagelijks Bestuur uit de volgende zeven leden: H.J.J. Lenferink J. Wienen H.B. Eenhoorn M. Vissers J.B. Uit den Boogaard C.J.M.W. Wassenaar R.A. van Gelderen
voorzitter en portefeuillehouder Algemeen Bestuurlijke Zaken vice-voorzitter, portefeuillehouder Ruimtelijke Ordening en Wonen vice-voorzitter, portefeuillehouder Natuur en Landschap portefeuillehouder Verkeer en Vervoer portefeuillehouder Arbeidsmarkt en Economie portefeuillehouder Middelen, Communicatie, Boeien en Binden portefeuillehouder Jeugd en Welzijn
In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 27 maart 2013 zijn mevrouw Van Gelderen en de heer Vissers aangewezen als nieuwe leden van het Algemeen Bestuur. Zij zijn beide per die datum ook benoemd als lid van het Dagelijks Bestuur. Mevrouw Van Gelderen vervangt mevrouw Van Oortmerssen die in december 2012 haar functie als wethouder van Oegstgeest neerlegde. De heer Vissers vervangt de heer De Lange die in het voorjaar zijn functie neerlegde als wethouder in de gemeente Noordwijk.
Pagina 18
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4 PROGRAMMA RUIMTELIJKE AGENDA Doelstelling van het programma Maatschappelijke doelstelling Een duurzame en integrale ruimtelijke ontwikkeling van de regio op de beleidsterreinen wonen, werken, infrastructuur en groen, waarbij de randvoorwaarden vanuit landschap, natuur, water en cultuurhistorie sturend zijn voor de infrastructuur, wonen en werken. Dit betekent: - Evenwichtige stedenbouwkundige ontwikkeling van de stedelijke band langs de Oude Rijn, inclusief een zorgvuldige en duurzame groene inpassing en bebouwing van het voormalige marinevliegkamp Valkenburg. - Realisering van het vastgestelde woningbouw- en herstructureringsprogramma en regionale verdeling van de sociale woningvoorraad, netto toevoeging van 40.000 woningen in de periode van 2000 tot 2020. - Behoud en versterking van het open agrarische karakter van Groene Hart, Duin- en Bollenstreek en Duin Horst Weide en de recreatieve en groenblauwe verbindingen in het landelijk gebied en tussen landelijk en stedelijk gebied. - Realiseren van de benodigde robuuste infrastructuur om ruimtelijk-economische ontwikkeling te faciliteren. Dit alles volgens het adagium: “eerst bewegen, dan bouwen”, waarbij rekening wordt gehouden met een duurzame inpassing. - Realiseren van voldoende ruimte voor het regionale bedrijfsleven door werk te maken van de herstructurering/herontwikkeling van bestaande bedrijventerreinen. - Behoud en ontwikkeling van het bollen- en bomencomplex en de bloementeelt en behoud en concentratie van gespecialiseerde glastuinbouw en uitbreiding containerteelt. - Regionale uitwerking van het Topsectorenbeleid van het Rijk en de provincie op het gebied van Life Sciences, Space Technology, Greenports en Bio-based Economy. Doelstelling Holland Rijnland Het programma Ruimtelijke Agenda van Holland Rijnland heeft tot doel om: - te werken vanuit een gezamenlijke ruimtelijke visie op het gebied en mede op basis hiervan een volwaardige gesprekspartner te zijn in het overleg met omringende regio’s, de provincies, de ministeries en maatschappelijke organisaties; - op strategisch niveau het beleid van andere overheden effectief te beïnvloeden; - de regio te ontwikkelen tot een factor van belang in het bestuurlijke krachtenveld van de Randstad; - een platform te bieden voor de deelnemende gemeenten om actuele ruimtelijke ontwikkelingen te bespreken. Resultaten De belangrijkste resultaten in 2013 kunnen als volgt kort worden weergegeven: Hoogwaardig openbaar vervoer (HOV): verschillende HOV-corridors zijn verder uitgewerkt door provincie, Holland Rijnland en de gemeenten. Holland Rijnland heeft het initiatief genomen om samen met de gemeenten verkenningen uit te voeren naar de OV-corridors Hillegom – Nieuw-Vennep en Leiden – Leiderdorp. De corridor Leiden –Leiderdorp lijkt kansrijk om versneld op R-net niveau te brengen en wordt in 2014 meer gedetailleerd uitgewerkt. Het Algemeen Bestuur heeft in december 2013 ingestemd met de Bestuursovereenkomst HOV Noordwijk – Schiphol. In de Bestuursovereenkomst HOV-corridor Noordwijk – Schiphol leggen betrokken partijen afspraken vast om de voorkeursvariant tot uitvoering te kunnen brengen. In de overeenkomst is onder meer opgenomen dat Holland Rijnland € 5 miljoen RIF-middelen ter beschikking stelt voor deze corridor. RijnlandRoute: 23 september 2013 heeft definitieve besluitvorming plaatsgevonden over cofinanciering vanuit de regio aan de RijnlandRoute. Topsectoren Space technologie en Biobased Economy: op 4 november 2013 is in het bijzijn van minister Kamp het Holland Space Cluster opgericht, waarmee het bedrijfsleven,
Pagina 19
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
kennisinstellingen en overheden gericht willen inzetten op het versterken van de ruimtevaartsector in Nederland. Vanuit de topsector Biobased Economy is in 2013 uitvoering gegeven aan het programma Holland Rijnland Biobased. Dit programma zet in op het aanjagen van projecten, netwerkvorming en meer zicht op de mogelijkheden die Biobased Economy biedt. Belangrijk resultaat was het besluit van een aantal partijen, waaronder de Universiteit leiden, om in het voorjaar van 2014 een proefopstelling te bouwen voor het project Solar Fuels. Greenport Duin- en Bollenstreek: uitvoerder GOM is begonnen met het bouwrijp maken en de verkoop van de glas- en bedrijvenkavel in Kloosterschuur-Trappenberg en Delfweg. Gemeenten in de Duin- en Bollenstreek hebben de samenwerking op het gebied van RO en EZ beter vormt gegeven. Natuur en landschap: de eerste groenprojecten met cofinanciering vanuit het Regionaal Groenprogramma zijn afgerond: Matilo, Oostvlietpolder, ecologische verbindingen in Zoeterwoude en Hillegom, brug Koudenhoorn, Uitkijkpunt Blauwe Hart en de Boterhuispolder. Vanuit het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek is de Cultuurhistorische Atlas opgesteld. Tevens is een verkenning gestart naar de vormgeving van een Gebiedsfonds groen-blauwe diensten in Holland Rijnland. In juli is besloten om het Gebiedsfonds in eerste instantie af te bakenen voor het beheer van boerenlandpaden en om het fonds zodanig in te richten (organisatie en uitvoering) dat de structuur aansluit bij het nieuwe provinciale groenbeleid en de nieuwe uitvoeringsstrategie van Europa en het Rijk. Holland Rijnland heeft voor de uitwerking van het Gebiedsfonds nauwe samenwerking gezocht met de (samenwerkende) agrarische natuurverenigingen in de regio. Woonruimteverdeling: het Dagelijks Bestuur heeft de ontwerphuisvestingsverordening vastgesteld en vrijgegeven voor de inspraak. Ook zijn er in concept nadere uitvoeringsregels vastgesteld alsmede het convenant woonruimteverdeling met de corporaties. De beide laatste documenten zijn van belang voor een efficiënte werking van de beleidsregels uit de regionale huisvestingsverordening. In 2013 zal besluitvorming plaatsvinden. Huisvesting Arbeidsmigranten: Op de werkconferentie in maart is de Quickscan aantallen arbeidsmigranten gepresenteerd. Gemeenten, werkgevers en huisvesters hebben de mogelijkheden om de huisvesting van arbeidsmigranten beter te regelen en te handhaven besproken. Het ambassadeursteam heeft met input van het Ambtelijk Overleg Wonen de Richtlijnen en het Convenant Huisvesting Arbeidsmigranten opgesteld. De portefeuillehouders Wonen hebben tijdens hun overleg op 6 november 2013 besloten hun colleges te adviseren de Richtlijnen en het Convenant vast te stellen en te tekenen. Kansrijke economische sectoren in de regio: in opdracht van de Stuurgroep #Kracht 15 is in 2013 een onderzoek uitgevoerd naar de kansrijke sectoren. Dit onderzoek, getiteld “Kijk op de regionale economie van Holland Rijnland” levert een aantal bouwstenen op voor de intergemeentelijke samenwerking op economische gebied. In vervolg op de in 2012 vastgestelde Behoefteraming bedrijfshuisvesting 2.0 is in 2013 een onderzoek verricht naar de kwaliteit en de toekomstwaarde van de bedrijventerreinen in Holland Rijnland. Het Uitvoeringsprogramma Fiets is vastgesteld, waarmee Holland Rijnland heeft gekozen voor prioritering van utilitaire fietsroutes. Voor de Corridor N207 is de eerste verkenning afgerond. Op deze corridor wordt gestart met een nadere planstudie naar een aantal varianten.
Deelprogramma’s Binnen de Ruimtelijke Agenda worden de volgende onderdelen onderscheiden: - Ruimtelijke Agenda algemeen - Ruimtelijke Ordening. - Wonen. - Economische Zaken en Toerisme. - Natuur en Landschap. - Verkeer en Vervoer.
Pagina 20
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Financiën
Programma Ruimtelijke Agenda Totaal indirecte kosten materiële kosten
Rekening 2011
Rekening 2012
Rekening 2013
Begroting 2013
Begroting na wijziging 2013
1.660.790 2.124.023
1.808.761 1.971.315
1.724.590 1.990.901
1.777.510 1.684.580
1.777.510 1.874.580
totale lasten
3.784.813
3.780.076
3.715.491
3.462.090
3.652.090
directe baten bijdragen gemeenten
1.016.845 2.767.968
1.082.055 2.698.021
1.238.787 2.476.704
655.590 2.806.500
845.590 2.806.500
De analyse van de verschillen tussen de gerealiseerde en begrote bedragen is weergegeven in de Toelichting op de Rekening van Baten en Lasten 2013.
Pagina 21
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.1 Onderdeel Ruimtelijke Agenda Algemeen Monitoring De maatschappelijke doelstelling is het beschikbaar hebben van vergelijkbare actuele en betrouwbare gegevens over Holland Rijnland en de aangesloten vijftien gemeenten. Dat is van groot belang voor de regio. In de afgelopen jaren zijn door het Algemeen Bestuur een aantal belangrijke beleidsdocumenten voor de regio vastgesteld. Ook anderszins zijn door de regiogemeenten afspraken gemaakt. Monitoring van de gemaakte afspraken, ontwikkelingen en trends en het op basis hiervan tussentijds kunnen bijstellen van het beleid is noodzakelijk. Beleidsevaluatie en -monitoring zijn een vast onderdeel van de beleidscyclus. Dit betekent, dat vanaf het begin rekening moet worden gehouden met evaluatie en monitoring door een goede nulmeting te doen, doelen zo "SMART" mogelijk te definiëren, relevante data te verzamelen en middelen te reserveren. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: Publicatie Kerncijfers Holland Rijnland 2013-2014 Een nieuwe Kantorenmonitor 2013. De genoemde publicaties zijn een coproductie van Holland Rijnland en de afdeling Beleidsondersteuning en Advies van de gemeente Leiden. Zuidvleugel Doelstelling van het programma Zuidvleugel is: Belangenbehartiging van de regio Holland Rijnland en de gemeenten bij provincie en Rijk; Faciliteren en ondersteunen van het functioneren van regiobestuurders in de Zuidvleugel; Voorbereiding van het BO MIRT en de regionale belangen daarbinnen. Resultaten In 2013 heeft het Samenwerkingsverband Zuidvleugel zich verder ontwikkeld als netwerk van samenwerkende overheden in de Zuidelijke Randstad. Daarbij is de samenwerking met marktpartijen, kennisinstellingen en andere stakeholders versterkt. De versterking als kennisnetwerk is onder andere tot uiting gekomen met het project smart talks, waarin bestuurders hun ervaringen met de gebiedsontwikkeling nieuwe stijl hebben gedeeld. Ook vanuit het programma Stedenbaan zijn weer diverse kennisbijeenkomsten georganiseerd. Op het gebied van duurzaamheid, energietransitie en biobased heeft zich een netwerk met enthousiaste medewerkers van de Zuidvleugelpartners gevormd. De evaluatie van het programma Stedenbaan heeft geleid tot een vernieuwd organisatiemodel waarmee de partners inclusief NS en ProRail het programma met nog meer kracht kunnen gaan uitvoeren. Met de instelling van de IQ (Innovation Quarter, voorheen ROM Zuidvleugel), de start van de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ) en de vaststelling van de Adaptieve Agenda Zuidelijke Randstad 2013-2014 in het BO MIRT zijn inhoudelijk en procesmatig belangrijke randvoorwaarden gecreëerd om als gezamenlijke overheden samen met bedrijfsleven en kennisinstellingen te werken aan verdere versterking van de concurrentiepositie en het vestigingsklimaat van de Zuidelijke Randstad. Holland Rijnland heeft capaciteit geleverd aan het programmabureau Zuidvleugel ten behoeve van het programma MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport, MIRT). Daarnaast is vanuit de regio inzet geleverd voor de Voorbereidingsgroep BO MIRT, een ambtelijke groep waarin de Zuidvleugelpartijen onderling hun inzet voor de het BO MIRT afstemmen. Dit heeft er onder meer toe geleid dat de Duinpolderweg in het overleg met het Rijk is geagendeerd en de spoorverbinding Leiden – Utrecht (spoorverdubbeling na 2028) genoemd is als regionale inzet voor de Lange Termijnspooragenda. Daarnaast heeft Holland Rijnland in samenspraak met de inliggende gemeenten een actieve bijdrage geleverd aan de Adaptieve Agenda Zuidelijke Randstad. Met deze agenda wordt een uitdagend investeringsperspectief geboden aan de diverse overheden, bedrijven en ondernemers in de Zuidelijke Randstad. Ook voor de sectoren wonen, verkeer en vervoer en economie is capaciteit geleverd.
Pagina 22
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Haarlemmermeer en SMASH Het kabinet heeft de Metropoolregio Amsterdam (MRA) als prioritaire regio aangemerkt, en daarbinnen de Schipholregio (de zuidwestelijke hoek van de Metropoolregio) als cruciaal aangewezen. In het gebied komen meerdere (rijks)belangen en opgaven samen, zoals de mainport Schiphol, infrastructuur (zoals de A4), de Zuid-As, energienetwerken (zoals de 380 kVleiding), de Greenports Aalsmeer en Duin- en Bollenstreek en woningbouw. Het Rijk wil in de Rijksstructuurvisie Mainport Amsterdam Schiphol Haarlemmermeer (SMASH) onderzoeken welke ruimtelijke en infrastructurele randvoorwaarden geborgd moeten worden om versterking van de Schipholregio te realiseren. De samenhang met de overige ruimtelijke opgaven, zoals infrastructuur, waterberging, woningbouw en energie komen daarom ook integraal aan bod. De ruimtelijke keuzes, die het Rijk maakt in SMASH (bijvoorbeeld over de Westflank Haarlemmermeer) zal het Rijk juridisch verankeren in het Luchthavenindelingsbesluit (de Algemene Maatregel van Bestuur Luchthavenindelingsbesluit (Lib)). Resultaten In 2013 zijn inhoudelijke thema’s als veiligheid, bereikbaarheid en de spanning tussen ontwikkeling luchtvaart en woningbouw verder uitgewerkt. Het thema veiligheid is vertaald in aanpassingen in het Luchthaven indelingen besluit (Lib). Deze aanpassingen worden zijn in 2013 in procedure gebracht voor vaststelling. De Duinpolderweg is een belangrijk onderwerp binnen het thema bereikbaarheid. Er zijn scenario’s ontwikkeld waarin verschillende mogelijkheden van geluidscontouren, regimes en woningbouw zijn opgenomen. De actieve inbreng van Holland Rijnland in SMASH heeft er mede toe geleid dat meer draagvlak en voorbereiding nodig wordt geacht voor het vervolgproces; Tevens heeft de actieve inbreng van Holland Rijnland er toe geleid dat er niet alleen gekeken wordt naar effecten in de Noordvleugel, maar ook naar mogelijke effecten in Holland Rijnland. Holland Rijnland werkt hierin nauw samen met de provincie Zuid-Holland. Omgevingsdienst West-Holland Holland Rijnland en de Omgevingsdienst voeren beide taken uit voor of namens de gemeenten in deze regio. Holland Rijnland richt zich vooral op sociale en ruimtelijke vraagstukken op strategisch niveau. De Omgevingsdienst voert binnen de regio Holland Rijnland de gemeentelijke taken uit op het gebied van milieu en duurzaamheid, met de nadruk op uitvoerende taken, zoals vergunningverlening, toezicht en handhaving. Afstemming vindt plaats tussen beide organisaties over het inbrengen van milieu-aspecten in ruimtelijke plannen, zoals de RSV. Resultaten In 2013 hebben Holland Rijnland en de Omgevingsdienst in beeld gebracht hoe duurzaamheid is opgenomen in de werkzaamheden van Holland Rijnland en welke kansen zich voordoen op dit thema, bijvoorbeeld op het gebied van biobased economy en energietransitie.
Pagina 23
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.2 Onderdeel Ruimtelijke Ordening Doelstelling van het programma In het gebied van de regio Holland Rijnland concurreren een aantal ruimteclaims: woningen, bedrijven, kantoren, infrastructuur, land- en tuinbouw, water, recreatie en natuur. Enerzijds vragen behoud en versterking van het woon- en leefmilieu en de landschappelijke kwaliteit om aandacht. Anderzijds willen we ruimte bieden aan welvaart en economische groei met de daarbij behorende infrastructuur. Het doel van het deelprogramma Ruimtelijke Ordening is een goed evenwicht te vinden tussen de verschillende ruimteclaims. Context Holland Rijnland wil in het overleg met Rijk en provincie een bestuurlijke factor van betekenis zijn. Daarvoor is het nodig, dat de deelnemende gemeenten een gezamenlijke visie op de ontwikkeling van de regio hebben en waar nodig knopen doorhakken op complexe bestuurlijke dilemma’s, zoals bij de Woonvisie, het bouwscenario tot en met 2019, de Kantorenstrategie en Bedrijventerreinenstrategie. Vanuit de diverse programma’s ontplooien gemeenten en de regio verschillende activiteiten, die elk op een andere manier claims leggen op de inrichting van de ruimte, die tegen elkaar afgewogen moeten worden. Hierbij gaat het onder meer over: - Wonen (afstemming woonbeleid, verkenning en programmering woonbehoefte en herstructurering, het oplossen van de bouwlocatieproblematiek tot 2020). - Werken (revitalisering van bestaande en ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen, ontwikkelingsmogelijkheden van toerisme en recreatie, ontwikkeling en herstructurering Greenport Duin- en Bollenstreek, behoud, concentratie en verplaatsen gespecialiseerde glastuinbouw). - Infrastructuur (inpassing van de RijnlandRoute, HOV-netwerk, Programma Ontsluiting Greenport Duin- en Bollenstreek). - Natuur en landschap (zorg dragen voor uitwerking Groenprogramma in gebiedsprogramma’s, realisering van projecten Zuidvleugel Zichtbaar Groener, inbreng in Groene Hartbeleid). De Regionale Structuurvisie 2020 Holland Rijnland (RSV) stemt de verschillende sectorale beleidslijnen op elkaar af. Daarnaast wordt ook gekeken naar de gemeentelijke plannen en visies. In de RSV zijn zeven kernbeslissingen geformuleerd die moeten zorgen voor het behoud en de versterking van de kwaliteiten van de regio: 1. Holland Rijnland is een top woonregio. 2. Leiden vervult een regionale centrumfunctie. 3. Concentratie stedelijke ontwikkeling. 4. Groenblauwe kwaliteit staat centraal. 5. Het Groene Hart, de Bollenstreek, en Duin, Horst en Weide blijven open. 6. Twee speerpunten voor economische ontwikkeling: kennis en Greenports. 7. Verbetering van de regionale bereikbaarheid. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: De regionale inbreng in en het overleg over de Visie Ruimte en Mobiliteit van de provincie is gecoördineerd. Er is geregeld overleg tussen provincie, regio en gemeenten, ter afstemming van het ruimtelijk beleid. In 2013 is er twee maal een bestuurlijke tafel tussen gedeputeerde, portefeuillehouder en de wethouders Ruimte geweest, hoofdonderwerp waren de Koersnotitie van de provincie en de Visie Ruimte en Mobiliteit. Bij een van de bestuurlijke tafels waren tevens de gedeputeerde verantwoordelijk voor verkeer en de wethouders Verkeer aanwezig. Door de provincie is gewerkt aan een integrale herziening van de Provinciale Structuurvisie. Dit traject heeft geleid tot een ontwerp Visie Ruimte en Mobiliteit (VRM), en er
Pagina 24
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
zijn het afgelopen jaar verschillende tussenproducten opgeleverd. De regio heeft in het gehele totstandkomingsproces een bijdrage geleverd, onder andere door diverse tussentijdse reacties op te stellen (zoals een Position Paper in de zomer en een uitgebreide annotatie voor het bestuurlijk overleg in november) Inbreng en ondersteuning van de provincie Zuid-Holland bij het opstellen van de Gebiedsprofielen Ruimtelijke Kwaliteit Duin, Horst en Weide, Duin- en Bollenstreek en Greenport Boskoop, afronding Gebiedsprofiel Wijk en Wouden. Samen met de provincie Zuid-Holland verder vormgeven van de As Leiden-Katwijk, waaronder afstemming op inhoud en planning tussen de projecten, waaronder RijnlandRoute, HOV-net Zuid Holland Noord, Valkenburg, Knoop Leiden West en het Bio Science Park Leiden
Tabel betreffende de programma’s 4.1 en 4.2.:
1 nv
Begroting: Wat zouden we doen? Conform begroting 2013 Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1
Concentreren van verstedelijking in de as Leiden-Katwijk, de Oude Rijnzone en in Alphen aan den Rijn.
d
2
Openhouden van het Groene Hart, de Duin- en Bollenstreek en Duin, Horst en Weide.
d
3
Regionale belangen borgen in provinciaal en Rijksbeleid, onder meer via de gebiedsprofielen, SMASH en de Zuidvleugel.
d
4
Op regionaal niveau afwegen van ruimtelijke plannen.
d
nv
Participeren in gebiedsprogramma’s zoals voor het Groene Hart en ontwikkeling van de Greenport(s); realisatie van projecten uit deze gebiedsprogramma’s staat centraal.
b
nv
Voortgang van de Greenport Ontwikkelings Maatschappij inzichtelijk maken, vooral gericht op de (voorgenomen) regionale investering van € 10 miljoen.
a
Pagina 25
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.3 Onderdeel Wonen Doelstelling van het programma Het doel van het deelprogramma Wonen is het stellen van kaders om te komen tot één goed functionerende en open regionale woningmarkt, die aansluit bij de vraag van regionale woningzoekenden. Om de beoogde woningmarkt te bereiken wordt er enerzijds richting gegeven aan het bouwprogramma, anderzijds aan de woningtoewijzing. Het eerste stoelt op de Regionale Woonvisie 2009-2019; de spelregels voor de woningtoewijzing liggen vast in de regionale huisvestingsverordening. De afspraken en beleidsdoelstellingen van dit deelprogramma worden gemonitord. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Blok heeft Holland Rijnland in april 2012 gevraagd om het voortouw te nemen bij het maken van regionale afspraken over de huisvesting van arbeidsmigranten. Context In 2013 zette de trend op de woningmarkt door. Zowel de nieuwbouw als de afgifte van bouwvergunningen nam verder af. Gemeenten hebben hun plancapaciteit verder teruggeschroeft. Ondanks de inzakkende vraag in de koopsector blijft het uitermate moeilijk het kwantitatieve en kwalitatieve woningtekort in Holland Rijnland, mede vanwege de lastige locaties en de uiteenlopende ruimteclaims, terug te dringen. De druk op de woningmarkt blijft hoog, ondanks de crisis. De regiogemeenten hebben zich tot doel gesteld om voldoende woningen te bouwen voor de opvang van de groei van de eigen bevolking en van een deel van de overloop uit de Haarlemmermeer (Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer-Bollenstreek). De druk op de woningmarkt uit zich ook in de sociale sector. De doorstroming stagneert doordat corporaties van rijkswege ten hoogste 10% van hun aanbod mogen aanbieden aan huishoudens met een inkomen van meer dan 34.085 euro. Deze huishoudens verhuizen niet meer binnen de sociale huursector en de koopsector is voor velen van hen nog niet bereikbaar. Om de schaarse voorraad goed te kunnen verdelen werkt Holland Rijnland aan een nieuw regionaal woonruimteverdeelsysteem. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: Op weg naar een nieuw woonruimteverdeelsysteem is de nieuwe huisvestingsverordening vastgesteld. Ook zijn het convenant met de corporaties en de nadere uitvoeringsregels woonruimteverdeling vastgesteld. Er is gestart met de bouw van het systeem wat naar verwachting april 2014 gereed is. Taken die volgen uit de Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2009 zijn uitgevoerd, waaronder urgentieverlening en het monitoren van de kwaliteit van de woonruimteverdeling (uitvoering bij woningbouwcorporaties). De opgave voor woonruimteverdeling is omvangrijk; ultimo 2013 waren er circa 56.900 ingeschreven woningzoekenden (4% meer dan in 2012), waarvan 37% procent (20.230) actief zocht. Dit aandeel is de laatste drie jaar nagenoeg gelijk. Alle urgentieverzoeken werden behandeld door de regionale urgentiecommissie. Bezwaarschriften zijn behandeld door de regionale bezwaarschriftencommissie. Bezwaren vanuit Noordwijkerhout werden behandeld door de lokale bezwaarschriftencommissie, die vervolgens advies uitbracht aan het college van Noordwijkerhout. In de Rijnstreek werden de urgentieverzoeken behandeld door het Platform Urgenties van Woonmarkt Rijnstreek. De Klachtencommissie Woonruimteverdeling Rijnstreek behandelde vervolgens de bezwaren tegen afgewezen urgentieverzoeken. In 2013 is er voor 100 woningen in vier gemeenten toestemming verleend voor lokaal maatwerk. In alle gevallen ging het om verzoeken om aangepaste seniorenwoningen eenmalig met voorrang te mogen toewijzen aan de lokale doelgroep. Er was ook sprake van stadsvernieuwing.
Pagina 26
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Companen heeft in opdracht van de regio een woningmarktanalyse uitgevoerd. Per subregio is druk op de markt in beeld gebracht. Op basis daarvan heeft adviesbureau Stec een begin gemaakt met een regionale woonagenda waarin nieuwe afspraken zullen worden gemaakt voor het regionale woningbouwbeleid. Monitoring van de kwantitatieve regionale bouwopgave; in 2013 zet de neergang in de nieuwbouw als gevolg van de crisis door. Voorlopige schatting is dat er ruim 400 nieuwe woningen minder zijn gebouwd dan in 2012. Definitieve cijfers van het CBS en de provincie zijn echter nog niet beschikbaar. Input leveren voor de uitwerking van de verstedelijkingsopgave voor de Zuidvleugel. Een quick scan laten uitvoeren voor de opgave van de huisvesting van arbeidsmigranten in de regio, als basisinformatie voor een werkconferentie die in maart heeft plaatsgevonden over dit thema. Het convenant en richtlijnen voor de huisvesting zijn opgesteld en aangeboden aan de colleges met het advies deze vast te stellen. Instellen kopgroep, bestuurlijk en ambtelijk, die als vliegwiel moet gaan functioneren voor het tot stand brengen van huisvesting voor arbeidsmigranten.
Inzet De volgende activiteiten hebben bijgedragen aan de resultaten in 2013: - Platformfunctie: het voeren van secretariaat voor het Portefeuillehoudersoverleg, de Ambtelijke Adviesgroep Ruimte en het ambtelijk overleg Wonen. Ondersteuning Ambassadeursteam Huisvesting Arbeidsmigranten. - Belangenbehartiging/beleidsadvisering met betrekking tot plannen van Rijk, provincie en Zuidvleugel, regiogemeenten inzake verstedelijking, woningbouw en woonruimteverdeling. - Advisering bestuurlijk overleg tussen vertegenwoordigers van regio, verhuurders en huurders in de Beleidscommissie Woonruimteverdeling. BO met de minister over Huisvesting Arbeidsmigranten. - Uitvoering urgentieregeling en vertegenwoordiging van de regio in en bij de behandeling van bezwaar- en beroepschriften (zie onderstaande staat voor cijfers).
Urgentie afdeling
Jaar
Jaar
Jaar
2011
2012
2013
Aantal ontvangen urgentie-aanvragen Aantal afgewezen urgentie-aanvragen (inclusief adviezen) Aantal toegewezen urgentie-aanvragen (inclusief aanvragen voorgaande jaren)
455
338
299
134
147
91
292
162
148
Aantal behandelde bezwaarschriften Aantal behandelde rechtbankzaken
67 3
99 3
66 6
Aantal vergaderingen Regionale Urgentiecommissie Aantal Stadsvernieuwingsurgenten
35 44
28 224
24 247
Pagina 27
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Herijken Woonvisie met een bouwscenario voor alle vijftien gemeenten van Holland Rijnland en nader gespecificeerde productieafspraken (per gemeente en per jaar).
b
2 Monitoren uitvoeringsprogramma met aandacht voor opnamecapaciteit.
b
3 Overleg voeren met Zuidvleugel, provincie en Rijk over speerpunten woonbeleid, o.a. de realisatie van (binnenstedelijke) locaties.
a/d
4 Beoordelen van urgentieverzoeken en voeren secretariaat urgentiecommissie.
a/d
5 Woonruimteverdeling: vaststelling van de huisvestingsverordening alsmede van het convenant en de nadere uitvoeringsregels.
a
6 Monitoren van prestatieafspraken Wonen, zorg en welzijn.
a
nv Analyseren van demografische ontwikkelingen en bouwmogelijkheden van de gemeenten en corporaties (en daarmede de regio) om zowel het aanbod als de huidige en toekomstige vraag zo goed mogelijk inzichtelijk te maken.
b
nv Quick scan aantallen arbeidsmigranten en opstellen Richtlijnen en Convenant Huisvesting Arbeidsmigranten.
a
Pagina 28
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.4 Onderdeel Economische Zaken en Toerisme Doelstelling van het programma In algemene zin is de doelstelling van het programma het bevorderen van een duurzame economische ontwikkeling. In de Regionale Structuurvisie 2020 Holland Rijnland zijn de kenniseconomie (Bio Science en ruimtevaart) en de Greenports als speerpunten voor de economische ontwikkeling benoemd. Hierbij zijn de volgende kernbeslissingen geformuleerd: - Opschaling van de kenniseconomie op (inter)nationaal niveau door uitbreiding van vooral het Bio Sciencecluster in en om Leiden. - Uitbouw van de internationale economische kracht van de Greenports Duin- en Bollenstreek, Aalsmeer en regio Boskoop. Vanaf 2012 is daar de aandacht voor het Topsectorenbeleid van het Rijk en de Zuidvleugel bijgekomen. Met name voor de sectoren Space Technology en Biobased Economy heeft Holland Rijnland een trekkersrol. Context Het bevorderen van een duurzame economische ontwikkeling betekent primair zorgen voor meer werkgelegenheid in onderzoek en ontwikkeling, kennisintensieve dienstverlening en de recreatief-toeristische sector. Langs verschillende lijnen wordt hier aan gewerkt. In algemene zin is het zorgen voor een goede aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt van groot belang. Verder is er aandacht voor het topsectorenbeleid van het Rijk door de regionale topsectoren (Bio Science, Greenports, Space en Biobased Economy) gericht te versterken, ook door in te spelen op kansen die er liggen vanuit de Europese, landelijke en provinciale/Zuidvleugel en Provinciale Economische Agenda. De Greenportontwikkelingsmaatschappij wordt ondersteund bij de herstructurering van de Greenport Duin- en Bollenstreek tot een vitaal bollen- en glastuinbouwcomplex met behoud van de landschappelijke kwaliteiten. Er is contact en afstemming met de greenports Aalsmeer en regio Boskoop. Om een economisch vitale en concurrerende regio te blijven is het noodzakelijk ruimte te blijven bieden aan bedrijven, die hier al gevestigd zijn of zich in de regio willen vestigen. Dat kan door werk maken van de herstructurering van verouderde bedrijventerreinen, de aanleg van een beperkt aantal nieuwe bedrijventerreinen en de aanpak van de leegstand in kantoren en planologische ruimte voor nieuwe kantoren op een beperkt aantal duurzame locaties. De groei van het aantal vierkante meters kantooroppervlak en hectares bedrijventerrein moet worden afgestemd op de daadwerkelijke vraag vanuit het bedrijfsleven. Hierbij staat toepassing van de zogenoemde Ladder voor duurzame verstedelijking (voorheen SER-ladder) centraal. Op het terrein van de detailhandel is de regio via het geven van detailhandelsadviezen meeverantwoordelijk voor het in standhouden van een gezonde detailhandelsstructuur. Om een aantrekkelijk woon- en werkgebied te blijven is het beter benutten van de toeristischrecreatieve mogelijkheden in de regio erg belangrijk. De benutting ligt voor een deel in de routestructuren voor zowel fietsers, wandelaars als vaarders. Het fietsknooppuntsysteem is landelijk een groot succes en het onderhoud moet gewaarborgd blijven. Het toeristisch potentieel van de waterrecreatie is groot. De regio vervult een aanjaagfunctie in het versterken van de waterrecreatie, in zowel bebording als promotie. Uitbreiding van het sloepennetwerk is een concrete doelstelling. Daarnaast neemt de regio deel aan de pilot Vrijetijdslandschap Leidse Ommelanden om de private recreatieve mogelijkheden van het landschap te verkennen. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: Met het Topsectorenbeleid is in 2013 een flinke stap voorwaarts gezet, zowel rondom Space als met Biobased Economy. Voor het oprichten van het Holland Space Cluster is de SpaceStrategie opgesteld, die is vastgesteld in een bijeenkomst met bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden en is toegelicht in het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland op 26 juni. Op basis van de strategie is met financiële ondersteuning van gemeente Noordwijk, Leiden, Den Haag, Delft,
Pagina 29
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
de provincie Zuid-Holland, Kamer van Koophandel en het ruimtevaart bedrijfsleven (SpaceNed) een kwartiermaker aangesteld om het Holland Space Cluster op te richten. Er is een werkconferentie bij ESA ESTEC georganiseerd en de uitkomsten uit de conferentie zijn verwerkt in het werkprogramma Holland Space Cluster. Het Holland Space Cluster bestuur geformeerd. Op 4 november is het Holland Space Cluster officieel gestart door aanbieding werkprogramma Holland Space Cluster aan minister Kamp tijdens een werkbezoek aan ESA BIC in Noordwijk. Aan het programma Holland Rijnland Biobased is uitvoering gegeven langs de lijnen: Verdieping van de netwerkanalyse door gesprekken met diverse partijen Projectontwikkeling met nadruk op de gebieden Inhoudsstoffen, Algen voor afvalwaterzuivering en als bron voor biomassa, Waterstofproductie en efficiënt gebruik Scan naar subsidies uitgevoerd, kansen voor EFRO en clusterregeling provincie (Van der Luyt en Latexfalt zijn projecten die subsidie hebben ontvangen) Promotie van het thema biobased door medewerking aan nieuwsbrieven en het TV programma Zaaamspraak (op Unity FM) en het gebruik van LinkedIn en Twitter Afstemming met provinciale en andere initiatieven op gebied van biobased In het Algemeen Bestuur van 26 juni is besloten om een plan te maken het programma Holland Rijnland Biobased in 2014 voor te zetten. Dit programma is eind 2013 opgesteld. In opdracht van de Stuurgroep #Kracht15 is in 2013 een onderzoek uitgevoerd naar de kansrijke economische sectoren in Holland Rijnland. Dit onderzoek, getiteld “Kijk op de regionale economie van Holland Rijnland” levert een aantal bouwstenen op voor de intergemeentelijke samenwerking op economische gebied. 17 ha herstructurering en 9 ha uitbreiding agro-bedrijventerrein Delfweg en 22 ha herstructurering Kloosterschuur-Trappenberg is vastgesteld. Voor de uitbreiding en landschappelijke inpassing Kloosterschuur-Trappenberg heeft de provincie Zuid-Holland de subsidie opnieuw verleend. Uitvoerder GOM is begonnen met het bouwrijp maken van de glas- en bedrijvenkavel en de verkoop van deze kavels voor de bouw van greenportwoningen. Holland Rijnland heeft de vierde tranche RIF beschikbaar gesteld. Via het fonds contracteringen sluit GOM overeenkomsten met particulieren over het opruimen van verrommeling (met name oud glas en bedrijfspanden) en over bollengrondcompensatie. De GOM heeft nog geen RIF geld geïnvesteerd in landschappelijke inpassing of inrichting. Het plan van aanpak voor de uitvoering van de Kantorenstrategie is opgesteld. Inzet van de procesmanager herstructurering bedrijventerreinen voor gemiddeld twee dagen per week. De procesmanager is sinds 2010 werkzaam in de regio en ondersteunt de gemeenten in Holland Rijnland bij (het op gang brengen van) de herstructurering van de bedrijventerreinen. De focus ligt daarbij op (inmiddels) acht pilotprojecten. Er is samen met de gemeente Leiden geparticipeerd in een onderzoek van de provincie Zuid-Holland naar een alternatief gelijkwaardige locatie voor het geplande (en door Leiden geschrapte) bedrijventerrein in de Oostvlietpolder. De ruimte die dit bedrijventerrein vertegenwoordigde vervulde namelijk een cruciale rol in de behoefte aan bedrijfshuisvesting in de regio. In vervolg op de in 2012 vastgestelde Behoefteraming bedrijfshuisvesting 2.0 is in 2013 een onderzoek verricht naar de kwaliteit en de toekomstwaarde van de bedrijventerreinen in Holland Rijnland. De resultaten van dit onderzoek zijn op 16 oktober 2013 tijdens een bestuurlijke werkconferentie gepresenteerd. Bij deze bijeenkomst waren naast diverse wethouders EZ en RO ook vertegenwoordigers van het bedrijfsleven aanwezig. Voor de perifere detailhandelslocaties zijn 2013 in het portefeuillehoudersoverleg Economische zaken afspraken gemaakt over welke winkels zich waar mogen vestigen. Ook is er bij de provincie Zuid-Holland op aangedrongen de het toelatingsbeleid voor PDV-locaties met het oog op de leegstand iets te versoepelen en de PDV-opvanglocatie in de noordelijke Bollenstreek als zoeklocatie op de provinciale plankaart te laten staan tot er meer duidelijkheid is over de daadwerkelijke behoefte aan een dergelijke locatie. Op verzoek van de betreffende gemeenten zijn REO-adviezen heeft opgesteld bij grootschalige detailhandelsinitiatieven.
Pagina 30
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Rondom toerisme en recreatie is gewerkt aan de afstemming van gemeente overschrijdend beleid en activiteiten. Als uitvloeisel van het Hollandse Utrechts Plassenoverleg heeft in de zomer 2013 wederom het Nationaal Regenboogevenement plaatsgevonden. Holland Rijnland heeft in 2013 een trekkende rol vervuld in verdere uitrol van het Sloepennetwerk naar aangrenzende regio’s. Ook binnen de regio is uitbreiding voorbereid. Hiermee wordt een kritische massa bereikt die het concept ten goede komt. De website en apps zijn verder geprofessionaliseerd. Voor het onderhoud aan het fietsknooppuntennetwerk is de regio accounthouder en wordt gewerkt aan effectiever aanbesteding. Diverse investeringsprojecten t.b.v. waterrecreatie in de Duin- en Bollenstreek zijn samengevoegd in een gebiedsdeal om cofinanciering te krijgen. Verkenning ontwikkelingen en mogelijkheden in het kader van de pilot Vrijetijdslandschap met de ANWB, Servicenet Nationale Landschappen en de provincie Zuid-Holland.
Inzet De volgende activiteiten hebben bijgedragen aan de resultaten in 2013: - Platformfunctie Economische Zaken: het voeren van secretariaat voor het Portefeuillehoudersoverleg en het ambtelijk overleg Economische Zaken en deelname aan de Greenporthouse in de Duin- en Bollenstreek. - Secretariaat Regionaal Economisch Overleg en REO-adviezen bij detailhandelsinitiatieven. - Onderhouden van de relatie met het bedrijfsleven en zijn vertegenwoordigers, zoals de Kamer van Koophandel, VNO-NCW West en Bedrijfsleven Rijnland. - Inzet van een procesmanager voor de herstructurering van bedrijventerreinen, met specifieke aandacht voor de herstructurering van de inmiddels acht pilotprojecten en de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen. - Opstellen van een plan van aanpak voor de uitvoering van de afspraken in de Regionale kantorenstrategie en overleg met de provincie Zuid-Holland hierover. - Deelname aan Greenport Holland overheden en samenwerking met de Greenport Ontwikkelingsmaatschappij Duin- en Bollenstreek, Stichting Greenport Aalsmeer en de Stichting Greenport regio Boskoop. - Beheer, onderhoud en uitbreiding van het sloepennetwerk en beheer en onderhoud van het fietsknooppuntensysteem. - Platformfunctie Hollandse Plassen: het voeren van het secretariaat van het bestuurlijk en ambtelijk overleg Hollandse Plassen. - Platformfunctie waterrecreatie Groene hart: via deze lijn wordt gewerkt aan een inventarisatie van aanlegsteigers en medewerking in de uitbreiding van het sloepennetwerk - Deelname aan pilot Vrijetijdslandschap Leidse Ommelanden
Pagina 31
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1 nv
Begroting: wat zouden we doen? Conform begroting 2013 Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1
Uitvoeren diverse acties uit de regionale bedrijventerreinenstrategie, zoals experiment Vraag & aanbod bedrijfshuisvesting en begeleiden pilots herstructurering.
a
2
Vraag en aanbod op de kantorenmarkt in balans brengen; monitoren en actualiseren van de regionale kantorenstrategie.
d
3
Bestaande clusters/topsectoren versterken; o.a. doorontwikkeling topsectorenbeleid (inzet op Biobased Economy en Space) en participatie in Greenports Holland. Instandhouden van een robuuste detailhandelsstructuur; actualisering beleid perifere detailhandelslocaties.
a/b
5
Stimuleren waterrecreatie door het laten uitbreiden van recreatieve routestructuren op het water.
a/b
6
Verbeteren verbindingen en vergroten regionaal recreatief fiets- en wandelnetwerk; het efficiënt laten onderhouden van het Fietsknooppuntsysteem.
b
nv
Laten uitvoeren Behoeftenraming bedrijventerreinen 2.0.
a
nv
Deelnemen aan onderzoek Economische Agenda/Kracht 15.
b
nv
Deelnemen aan de pilot Vrijetijdslandschap.
b
4
Pagina 32
a
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.5 Onderdeel Natuur en Landschap Doelstelling van het programma Holland Rijnland is een aantrekkelijke woonregio met een gevarieerde groene ruimte, waarin het kustgebied, de Bollenstreek, de landgoederen en het Veenweide- en Plassengebied (Groene Hart) bepalend zijn. Het landelijk en open gebied omsluit het verstedelijkte gebied langs de Oude Rijn. Door de verstedelijkingsdruk van de afgelopen decennia dreigt het landschap zijn waarde te verliezen voor de woonomgeving, recreatie en agrarische activiteiten. Een robuuste groenblauwe structuur is essentieel voor de leefkwaliteit en het vestigingsklimaat in Holland Rijnland. Holland Rijnland heeft een unieke eigen identiteit door de synergie tussen stedelijk en landelijk gebied. De regio wil dit samenspel tussen stad en land behouden waar dat kan en versterken waar dat nodig is. Het thema Natuur en Landschap heeft als doel de landschappelijke kwaliteiten in de regio te beschermen en te versterken én de ontwikkeling en uitvoering van de voor de regio belangrijke landschappelijke plannen te bevorderen. Context Begin 2010 heeft het Algemeen Bestuur het Regionaal Groenprogramma vastgesteld. Via het Regionaal Investeringsfonds is € 20 miljoen gereserveerd voor de uitvoering van dit programma. Clusters van gemeenten vertalen de doelstellingen van het Regionaal Groenprogramma in deelprogramma’s voor hun gebied. Op basis van deze gebiedsprogramma’s verleent Holland Rijnland co-financiering uit het Regionaal Investeringsfonds. De uitvoering van het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek loopt nog door tot in 2013. Holland Rijnland ondersteunt de gemeenten bij de uitvoering van het Landschapsontwikkelingsplannen (LOP) Rijn- en Veenstreek en Duin, Horst en Weide. Gemeenten hebben tot 2014 budget gereserveerd voor de uitvoering. Het Algemeen Bestuur heeft gevraagd om voor de financiering van beheer en onderhoud van het landschap door particuliere grondeigenaren (groenblauwe diensten) een separaat voorstel te maken. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: De eerste groenprojecten met cofinanciering vanuit het Regionaal Groenprogramma zijn afgerond: Matilo, Oostvlietpolder, ecologische verbindingen in Zoeterwoude en Hillegom, brug Koudenhoorn, Uitkijkpunt Blauwe Hart en de Boterhuispolder. Vanuit het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek is de Cultuurhistorische Atlas opgesteld. Ondersteuning van de uitvoering Landschapsontwikkelingsplan (LOP) Rijn- en Veenstreek. Realisatie van de Cultuurhistorische Atlas in het kader van het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek. Inbreng in beleidsopstelling van het Woerdens Beraad. Samen met de provincie is een beleidskader voor het besteden van de provinciale groengelden in de regio opgesteld: “De Tuin van Holland”. Op basis daarvan gaan de gemeenten in de regio het komende jaar gebiedsdeals afsluiten met de provincie. Randvoorwaarden voor het opzetten van een Gebiedsfonds Groenblauwe diensten in Holland Rijnland zijn in beeld gebracht. Deelname plaatselijke LEADER-groep. Dit is een Europees programma voor plattelandsontwikkeling, waarbij plaatselijke groepen projecten voordragen voor financiering. Deelname aan kerngroep Mijn Groen–Ons Groen. Als onderdeel van het Europese InterReg programma werkt de provincie met haar partners aan dit project om op een innovatieve manier gebiedsontwikkeling vorm te geven. Afstemming ruimte, water en milieu met het Hoogheemraadschap van Rijnland.
Pagina 33
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Begroting: wat zouden we doen? Conform begroting 2013
1 2 3 nv
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern nv=Niet voorzien Financieren groenprojecten en stimuleren realisatie; Uitvoeringsactiviteiten Groenprod gramma, Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek en LOP Rijn- en Veenstreek. Regionale belangen borgen in nationaal en provinciaal beleid; onder meer aandacht d voor Groene Hart via deelname aan Woerdens Beraad. Meedenken bij innovatie landschapsontwikkelingen, o.m. ontwikkeling Gebiedsfonds d/b Groenblauwe diensten. Voorbereiden en maken van nieuwe programma-afspraken met de provincie Zuidb Holland (gebiedsdeals).
nv Verbreding financiële basis Groenprogramma en LOP, o.a. door lobby bij provincie.
Pagina 34
d
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.6 Onderdeel Verkeer en Vervoer Doelstelling Door de regio Holland Rijnland samenwerkende gemeenten wordt veel belang gehecht aan het optimaliseren van de mobiliteit en de bereikbaarheid van de regio. Het programma Verkeer en Vervoer van Holland Rijnland heeft tot doel met en voor de gemeenten een gemeenschappelijk regionaal verkeers- en vervoersbeleid te ontwerpen en de uitvoering ervan te waarborgen. Dit beleid is gericht op het: - optimaliseren van de bereikbaarheid met openbaar vervoer, fiets en auto; - verminderen van het aantal verkeersslachtoffers; - het bevorderen van het gebruik van alternatieve vervoerswijzen. Bij de uitvoering van maatregelen is het van belang om milieubelasting en aantasting van landschappelijke waarden, als gevolg van aanleg of uitbreiding van infrastructuur, zoveel mogelijk te voorkomen dan wel te compenseren of te verlichten. Context Verkeer- en vervoersbewegingen storen zich niet aan gemeentegrenzen. De meeste reizigers leggen een afstand tussen de vijf en dertig kilometer per verplaatsing af en passeren daarmee automatisch één of meer gemeentegrenzen. Samenwerking tussen gemeenten is daarom een essentiële voorwaarde om de bereikbaarheid te verbeteren. De samenwerking in Holland Rijnland heeft op de volgende vlakken toegevoegde waarde: - Door een afgestemd maatregelenpakket en een investeringsstrategie worden sneller inhoudelijke doelstellingen bereikt en is het beleid effectiever. - Gezamenlijk kun je de middelen efficiënter benutten, bijvoorbeeld bij de inhuur van personeel voor verkeerseducatie en één beheersorganisatie voor Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV). Sinds 1 januari 2013 gebruiken ook inwoners van Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop en Rijnwoude de Regiotaxi Holland Rijnland en is er sprake van één CVV-systeem voor de hele regio. In verband met de steeds oplopende kosten is in 2013 in het kader van de drie decentralisaties een onderzoek gestart naar mogelijke efficiency maatregelen in het doelgroepenvervoer in brede zin. Ook de eventuele inzet van het Openbaar Vervoer wordt hierbij betrokken. - Middelen en wettelijke kaders voor verkeer en vervoer zijn grotendeels afkomstig van Rijk en/of provincie. Samenwerkende gemeenten staan sterker bij provincie en Rijk in de lobby voor extra geld voor maatregelen of wetgeving. Bij de werkzaamheden van Holland Rijnland hoort ook het behartigen van belangen en lobbyen bij andere overheden, het voorbereiden en uitwerken van ambtelijke overleggen en het bestuurlijk overleg in het Portefeuillehoudersoverleg Verkeer en Vervoer, het beantwoorden van bestuurlijke vragen en de vertegenwoordiging van Holland Rijnland in diverse overleggen (zoals het Provinciaal Verkeer- en Vervoerberaad, Rijnland Route, HOV-net Zuid-Holland Noord, Breed Bestuurlijk Overleg Grensstreek en Stedenbaan) en het verbreden van de financiële basis om verkeer- en vervoerprojecten te realiseren. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: Aanscherping programmamanagement Verkeer en Vervoer, inclusief de verdere opzet van concrete uitvoeringsprogramma’s op alle modaliteiten (auto, OV en fiets). Duinpolderweg: Vaststellen nota Reikwijdte en Detailniveau, waarin staat beschreven waaraan de milieueffectrapportage (MER) moet voldoen. Daarnaast staat in deze notitie het selectieproces van de alternatieven voor de nieuwe verbinding. De uitvoering van de MER is in de tweede helft van 2013 gestart. Rijnlandroute: 23 september 2013 heeft het Algemeen Bestuur ingestemd met de cofinanciering vanuit de regio (€75 miljoen) ten behoeve van de RijnlandRoute. Monitoren voortgang van projecten uit het uitvoeringsprogramma van het Regionaal Verkeer- en Vervoerplan (UP RVVP). De uitvoeringsprogramma’s Openbaar Vervoer en Ontsluiting Greenport Duin- en Bollenstreek evenals het Uitvoeringsprogramma Fiets zijn aan
Pagina 35
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
het UP RVVP toegevoegd. Met projectformulieren en het projectenoverzicht (“stoplichtennotitie”) is in het Portefeuillehoudersoverleg Verkeer en Vervoer verslag gedaan van de voortgang van de projecten. HOV: verschillende HOV-corridors zijn verder uitgewerkt door provincie, Holland Rijnland en de gemeenten. In 2013 is het Collectief Vraagafhankelijk Vervoersysteem (CVV), de Regiotaxi Holland Rijnland uitgebreid met nog eens drie gemeenten en regiobreed geworden. Op 1 juli 2014 sluit Boskoop als onderdeel van de gefuseerde gemeente Alphen aan den Rijn eveneens bij dit systeem aan. Voor de Corridor N207 is de verkenning afgerond en is vastgesteld welke varianten worden meegenomen in de planfase. Uitvoeringsprogramma Fiets: in 2013 is het Uitvoeringsprogramma Fiets vastgesteld. Hiermee is een projectenlijst geactualiseerd van te verbeteren fietsverbindingen. Hiervoor is een prioritering aangebracht die utilitaire fietsroutes als eerst van BDU-subsidie voorziet. Daarbij is een eerste analyse gemaakt van potentiële fietssnelwegen in de regio.
Deelprogramma’s Op basis van de doelstelling zijn de volgende deelprogramma’s voor Verkeer en Vervoer geformuleerd: - Bereikbaarheid. - Verkeersveiligheid.
1.4.6.1 Onderdeel Bereikbaarheid Doelstelling Ontwikkelen van haalbaar beleid en uitvoerbare maatregelen voor weg, openbaar vervoer en fiets om de bereikbaarheid van de regio te verbeteren om de ruimtelijke-economische ontwikkeling (Greenports, Bioscience, stedelijke ontwikkeling) van de regio te faciliteren. Hierbij gaat het zowel om de interne bereikbaarheid (gemeenten onderling) als de externe bereikbaarheid (van en naar de regio). Bij de uitvoering van maatregelen worden milieubelasting en aantasting van landschappelijke waarden, als gevolg van aanleg of uitbreiding van infrastructuur, zoveel mogelijk voorkomen. Context De Greenports in het noordelijk deel van Zuid-Holland zijn de afgelopen jaren sterk gegroeid en krijgen door (toekomstige) herstructurering een duidelijk profiel. Het omliggend provinciale wegennet is echter niet meegegroeid. Veelal vindt de ontsluiting naar de grotere provinciale wegen plaats via N-wegen die dwars door kleine kernen lopen. Hier is veelal sprake van verkeersonveiligheid en barrièrewerking en vindt congestie plaats doordat gebruik moet worden gemaakt van verouderde bruggen. De mobiliteit groeit steeds verder. Ook in deze regio is de toename van het autoverkeer goed merkbaar en worden wegen, bussen en treinen in de spits steeds voller. Het kost steeds meer tijd om de regio in te komen of er vandaan te gaan. De regio ontbeert adequate verbindingen om de Greenports, BioScience en overige ontwikkelingen te ontsluiten op de A44, A4 en A12 en op de Mainports (Schiphol en de haven van Rotterdam).
Pagina 36
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: HOV-net; Holland Rijnland heeft het initiatief genomen om samen met de gemeenten verkenningen uit te voeren naar de OV-corridors Hillegom–Nieuw-Vennep en Leiden– Leiderdorp. De corridor Leiden–Leiderdorp lijkt kansrijk om versneld op R-net niveau te brengen en wordt in 2014 meer gedetailleerd uitgewerkt. Voor de HOV-corridor Leiden –Katwijk–Noorwijk zijn de infra-maatregelen verder uitgewerkt en is een exploitatie onderzoek uitgevoerd. Het Algemeen Bestuur heeft in december 2013 ingestemd met de Bestuursovereenkomst HOV Noordwijk–Schiphol. In de Bestuursovereenkomst HOVcorridor Noordwijk–Schiphol leggen betrokken partijen afspraken vast om de voorkeursvariant tot uitvoering te kunnen brengen. In de overeenkomst is ook opgenomen dat Holland Rijnland € 5 miljoen RIF-middelen ter beschikking stelt voor deze corridor. RijnlandRoute; het Algemeen bestuur heeft op 27 september 2013 ingestemd met regionale cofinanciering vanuit het Regionaal Investeringsfonds. Hiermee is vanuit de regio in totaal een bedrag van €75 miljoen toegezegd aan de RijnlandRoute. De voorwaarden van deze regionale financiering zijn vastgelegd door het sluiten van twee bestuurlijke overeenkomsten. Een overeenkomst tussen Holland Rijnland en de inliggende gemeenten die participeren in het Regionaal Investeringsfonds ten aanzien van de tweede tranche bijdrage van €37,5 miljoen en een financieringsovereenkomst tussen de provincie Zuid – Holland en de regio ten aanzien van de scope en overige voorwaarden waar binnen het project gerealiseerd dient te worden. Hierop wordt door de regio gemonitord. Eind 2014 wordt de vaststelling van het provinciaal inpassingsplan voorzien als volgende stap in de opmaat naar realisatie van de Rijnlandroute. Regiotaxi Holland Rijnland; in 2012 zijn de voorbereidingen gestart voor de aansluiting van de gemeenten Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop en Rijnwoude bij het Collectief Vraagafhankelijk Vervoerssysteem, de Regiotaxi. Deze gemeenten hebben zich 1 januari 2013 definitief aangesloten bij de bij de Regiotaxi Holland Rijnland. Hierdoor is een eenduidig systeem voor de hele regio ontstaan. De gemeente Boskoop, nu onderdeel van Alphen aan den Rijn, zal per 1 juli 2014 aansluiten bij dit systeem. Gezien de steeds hoger wordende kosten voor het Wmo-vervoer en de toekomstige verantwoordelijkheid van gemeenten voor andere vormen van doelgroepenvervoer wordt in het kader van de drie decentralisaties onderzoek gedaan naar mogelijke efficiencywinst, bijvoorbeeld te behalen door combinaties van vervoer, gezamenlijke aanbesteding, regie of beheer. Het openbaar vervoer wordt bij dit onderzoek betrokken aangezien hier steeds meer sprake is van betere toegankelijkheid voor klanten met een beperking. Regionale Verkeer en Milieukaart; eind 2011 zijn de werkzaamheden gestart voor de actualisatie van de RVMK en de uitbreiding met de Rijnstreekgemeenten. Oplevering van het verkeersdeel van deze uitgebreide en geactualiseerde RVMK heeft pas eind 2013 plaatsgevonden. Het milieudeel zal begin 2014 geharmoniseerd en geactualiseerd zijn. De bouw en afronding van het verkeersmodel neemt uiteindelijk meer tijd in beslag dan oorspronkelijk geprognotiseerd. Voor een deel is dit veroorzaakt doordat een compleet nieuw verkeersmodel is opgebouwd door de nieuwe contractpartner (4Cast). Er worden nieuwe technieken gebruikt en er is ook een andere insteek (werken vanuit het NRM) gekozen. Daarnaast is er veel discussie binnen de regio over de vulling van de prognosejaren: welke ambities worden meegenomen worden voor de planjaren 2020 en 2030? Waar veel gemeenten nog wel een vastgesteld programma hebben voor de periode tot en met 2020 is dit voor 2030 een stuk moeilijker te bepalen. Voor dit laatste prognosejaar is zoveel mogelijk aangesloten bij de verwachte landelijke groei, zoals ook gehanteerd wordt in het NRM. Programma Ontsluiting Greenport Duin- en Bollenstreek; het Algemeen Bestuur heeft op 29 juni 2011 het programmaplan Ontsluiting Greenport Duin- en Bollenstreek vastgesteld, met daarin een indicatieve verdeling van middelen die in het Regionaal Investeringsfonds worden gespaard. In 2013 is verder gewerkt aan de uitvoeringen hier van. De planstudie van de Duinpolderweg is gestart. Medio 2013 is de nota Reikwijdte en
Pagina 37
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Detailniveau vastgesteld, waarin staat beschreven waaraan de milieueffectrapportage (MER) moet voldoen. Daarnaast staat in deze notitie het selectieproces van de alternatieven voor de nieuwe verbinding. De uitvoering van de MER is in de tweede helft van 2013 gestart. Brede Doeluitkering en Duurzaam Veilig; jaarlijks doet de provincie in het kader van de Brede Doeluitkering (BDU) en Duurzaam Veilig een uitvraag op basis waarvan gemeenten via de regio een subsidieaanvraag voor projecten kunnen indienen. Deze projecten moeten deel uitmaken van het uitvoeringsprogramma (met bijlagen) van het Regionaal Verkeer- en Vervoersplan. Doel van deze subsidieregelingen is de uitvoering te stimuleren. De aanvragen van de gemeenten getoetst aan de provinciale en regionale voorwaarden en in een voorstel verwerkt, dat wordt ingediend bij de provincie. Met ingang van het subsidiejaar 2014 stelt de provincie één totaalbedrag beschikbaar voor projecten in het kader van Duurzaam Veilig en voor bovenlokale projecten. Regio’s hebben de vrijheid de keuze te maken wat voor soort projecten zij indienen voor het beschikbare bedrag. Regionaal Verkeer- en Vervoerplan; in dit kader hebben gemeenten diverse projecten uitgevoerd. Om de stand van zaken van verschillende verkeer- en vervoerprojecten te monitoren is ook in 2013 de voortgangsrapportage weer gecontinueerd. Deze rapportage is gebaseerd op de projectenlijst van het in 2012 geactualiseerde uitvoeringsprogramma van het Regionaal Verkeer- en Vervoerplan. Er staan nu ook projecten op waarvoor het trekkerschap bij gemeenten of andere partijen ligt, maar die wel van regionaal belang worden geacht. Het geactualiseerde voortgangsoverzicht (de projectbladen) wordt aan het Portefeuillehoudersoverleg aangeboden. Onderdeel van het Uitvoeringprogramma van het Verkeer en Vervoerplan vormen de Uitvoeringsprogramma’s OV-visie, Fiets en het Programma Ontsluiting Greenport. Busconcessie Zuid-Holland Noord; De regio heeft actief geparticipeerd in het aanbestedingstraject voor de busconcessie Zuid-Holland Noord 2012 – 2020. Resultaat hiervan is dat ondanks bezuinigingen het huidig OV-niveau gehandhaafd blijft. Daarnaast is onder meer een busverbinding met Langeraar (gemeente Nieuwkoop) gerealiseerd. Een lang gekoesterde wens. De regio is ook in 2013 nauw betrokken geweest bij de jaarlijkse inbreng voor de dienstregeling van het volgende jaar. Ook in de verantwoordelijke stuurgroep participeert Holland Rijnland.
Inzet Om deze resultaten te behalen waren in 2013 onder andere de volgende activiteiten nodig: Platformfunctie: het voeren van een secretariaat voor het Portefeuillehoudersoverleg en het Ambtelijke Overleg Verkeer en Vervoer. Belangenbehartiging en beleidsadvisering over nota’s en rapporten van onder andere Rijk en provincie. Het uitvoeren van het uitvoeringsprogramma van het Regionaal Verkeer- en Vervoerplan, uitvoeringsprogramma OV, uitvoering programma Ontsluiting Greenport Duin- en Bollenstreek en de jaarlijkse projectenlijst van de Brede Doeluitkering (circa 2,2 miljoen euro). Beheer en uitvoering van de CVV/Regiotaxi Holland Rijnland), regulier overleg met de vervoerder en belangenorganisaties en begeleiden van de laatste finale besluitvormingsfase, jaarlijkse tarievenvoorstellen, contacten provincie en gemeenten. Actualisering van de Regionale Verkeersmilieukaart Een actieve bijdrage leveren in diverse projectgroepen ten behoeve van de uitvoering van verkenningen en planstudies. Opstellen van een Uitvoeringsprogramma Fiets
Pagina 38
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.4.6.2 Onderdeel Verkeersveiligheid Doelstelling Een permanente verbetering van de verkeersveiligheid, via een regionaal programma gericht op gedragsbeïnvloeding van verkeersdeelnemers in alle leeftijdsgroepen. Context Het verkeersveiligheidsbeleid is gericht op kwetsbare groepen als bromfietsers, fietsers en voetgangers. Door educatieve projecten en het verbeteren van de infrastructuur moet de verkeersveiligheid verbeteren. Ook handhaving speelt hierbij een rol. Het Verkeersveiligheidsproject Holland Rijnland heeft als belangrijkste taak activiteiten op dit terrein te faciliteren en uit te voeren. Uit efficiency- en kwaliteitsoverwegingen worden veel projecten in dit kader regionaal uitgevoerd. Een voorbeeld hiervan is de regionale verkeersleerkracht, die een groot deel van de basisscholen in de regio bereikt. Dit hoeft iedere gemeente niet zelf te organiseren. Ook is door de samenwerking beter aan te sluiten op de landelijke en provinciale kaders en ontwikkelingen en efficiënt gebruik te maken van ervaringen in andere Zuid-Hollandse regio’s. De regio onderhoudt hiervoor de contacten en initieert waar nodig onderlinge afstemming. In het kader van de subsidieregeling BDU, onderdeel gedragsbeïnvloeding, wordt subsidie verstrekt aan regionale initiatieven. Voorwaarde voor deze subsidie is een regionale aanpak op basis van een regionaal vastgesteld meerjarenplan. Het in 2013 vigerende meerjarenplan was het Actieprogramma Verkeersveiligheid 2011-2013. Resultaten In 2013 zijn de volgende resultaten geboekt die bijdragen aan de doelstelling: Er is uitvoering gegeven aan de projecten uit het Actieprogramma 2011-1013. De landelijke verkeersveiligheidcampagnes (BOB, dragen veiligheidsgordel) zijn op de borden langs de wegen weergegeven. Een aantal borden is begin 2013 vervangen vanwege slijtage. In september 2013 is er een vervolg gegeven aan de campagne “BOB in de sportkantine” uit 2012. De campagne besloeg dit keer geheel Holland Rijnland en ook meer sporten. Gezien de effecten op het aantal ‘alcomobilisten’ is de campagne een succes gebleken. Er is uitvoering gegeven aan het project “Jongleren”: verkeerseducatie voor 0- tot 4-jarigen, dat jaarlijks op gemiddeld op 28 peuterspeelzalen en kinderdagverblijven plaatsvindt. Er zijn inmiddels 140 lagere scholen die deelnemen of hebben deelgenomen aan het project “SchoolOpSeef“/ Verkeersleerkracht. Het programma Totally Traffic voor het voortgezet onderwijs draait op 25 deelnemende scholen waarmee daar diverse lesmodules verkeer voor het voortgezet onderwijs beschikbaar zijn. Alle scholen kwalificeren het programma als goed doordacht. Voor een structurele inbedding worden contracten afgesloten tussen gemeente, school en Holland Rijnland. In Noordwijkerhout, Alphen aan den Rijn, Leiderdorp en Lisse zijn praktijkdagen voor jonge autorijders georganiseerd. In Alphen aan den Rijn, Katwijk, Hillegom, Noordwijkerhout, Leiderdorp en Zoeterwoude zijn BROEM-cursussen gegeven en in Katwijk, Teylingen, Noordwijk, Hillegom, Noordwijkerhout, Nieuwkoop en Leiderdorp scootmobielcursussen. Bij de start van het schooljaar is in vijf gemeenten de Campagne “De scholen zijn weer begonnen uitgevoerd”. In november 2013 vond de campagne fietsverlichting plaats. In diverse gemeenten is integraal de verbetering van de verkeersveiligheid van schoolomgevingen aangepakt. Hierbij werd door Holland Rijnland ondersteuning aangeboden. De aanvraag en afhandeling van de BDU-subsidiëring voor lokale verkeersveiligheidsprojecten projecten is verzorgd. In januari is een bijdrage geleverd aan de vergadering van de Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid (RPV) Holland Rijnland. In deze vergadering werd met gemeenten en maatschappelijke organisaties de voortgang van alle projecten besproken. In januari en november is er een themabijeenkomst Verkeersveiligheid georganiseerd voor wethouders en ambtenaren waarin via workshops een aantal thema’s nader konden worden verdiept en uitgewerkt.
Pagina 39
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Eind 2013 is de geactualiseerde Verkeersveiligheidsatlas Holland Rijnland gereed gekomen. Deze atlas geeft de stand van zaken van de verkeersonveiligheid weer en maakt de aanpak ervan (zowel infrastructureel als gedragsgericht) middels kaartbeelden inzichtelijk.
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Afronden projecten 2013 uit het Uitvoeringsprogramma RVVP.
a
2 Uitvoeren projecten Dynamisch Verkeersmanagement.
a
3 Regionaal Investeringsfonds; besluit toekenning middelen uit het RIF aan RijnlandRoute en HOV-net Zuid-Holland Noord.
a
4 Actualiseren Regionale Verkeers- en Milieukaart.
b
5 Ondersteunen uitvoering Collectief Vraagafhankelijk Vervoer.
d
6 Uitvoeren van de projecten uit jaarschijf 2013 van het Actieprogramma Verkeersveiligheid 2011-2013.
d
7 Integraal en breed Uitvoeringsprogramma OV-visie.
a/b
8 Start visie Fiets + uitvoeringsprogramma.
b
nv Ondertekende overeenkomsten met Rijk en provincie (met daarin onomkeerbare afspraken over realisatie infrastructuurprojecten).
a
nv Lobby naar provincie, rijk en Tweede Kamer voor dubbel spoor Utrecht-Leiden.
Pagina 40
a/b
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5 PROGRAMMA SOCIALE AGENDA Doelstelling Holland Rijnland Met het programma Sociale Agenda ondersteunt het samenwerkingsorgaan de gemeenten van Holland Rijnland op het brede terrein van samenlevingsvraagstukken om te bereiken dat de kwaliteit, omvang en samenhang van sociale voorzieningen in de regio van een goed niveau zijn. Specifieker richt de samenwerking binnen de Sociale Agenda zich op vijf thema’s: 1. Jeugd. 2. Leerplicht en voortijdig schoolverlaten. 3. Participatie (arbeidsmarktbeleid, re-integratie, educatie en inburgering). 4. Zorg. 5. Cultuur. Naast de inzet op bovengenoemde afzonderlijke thema’s vinden in de Sociale agenda ook overkoepelende activiteiten plaats. Bijzonder vermeldenswaard is het 3D-project waarin de gezamenlijke voorbereiding op 3 grote decentralisatie-operaties plaatsvindt, te weten: - de transitie jeugdzorg - de uitbreiding van de WMO - de Participatiewet. Daarnaast is de nodige inzet gepleegd op de Regionale Agenda Samenleving en zijn de bestuurlijke en ambtelijke overleggen gefaciliteerd. Resultaten 3 Decentralisaties In februari 2012 is een visiedocument en een plan van aanpak voor de 3 decentralisaties “Op eigen kracht” in het portefeuillehoudersoverleg Sociale agenda vastgesteld. In 2012 is een projectorganisatie opgezet met als uitgangspunt, dat gemeenten de belangrijkste inzet voor werkzaamheden leveren. Gemeenten hebben trekkers voor de werkgroepen geleverd, de procesregisseur is over het geheel jaar actief geweest en er is een groot aantal werkgroepen actief geweest. De projectorganisatie bleek dus in 2013 van groot nut. 3D thema’s als PGB, Toegang en sociale netwerken zijn uitgewerkt. De producten zijn als handreikingen aangeboden aan de gemeenten onder het motto ‘regionaal voorbakken, lokaal afbakken”. In 2013 kwam naar voren dat elke decentralisatie meer zijn eigen dynamiek begint te kennen. Dit hangt samen met het wetgevingstraject, de organisatie van de taken en beleidsmatige keuzes. Bij de decentralisatie jeugd ligt het accent meer op het schaalniveau van de regio. In de decentralisatie jeugd is een model ontwikkeld van jeugd- en gezinsteams. Bij de Wmo komt het accent meer te liggen op een lokale invulling, in combinatie met subregionale samenwerking. In de voorbereiding is het lastig dat het heel lang onduidelijk is waar de wetgever het onderdeel persoonlijke verzorging wil beleggen. Bij het onderdeel Werk komt enige duidelijkheid bij het Sociaal akkoord van april 2013. Werkgevers-en werknemersorganisaties komen met het Rijk overeen zogenaamde werkbedrijven in te richten. Deze werkbedrijven moeten de schakel gaan vormen tussen werkzoekenden met afstand tot de arbeidsmarkt en banen die werkgevers ter beschikking gaan stellen. Bij het onderdeel werk ligt het accent meer op de subregionale uitvoering.
Pagina 41
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
De tendens naar een eigen dynamiek per decentralisatie en een grotere nadruk op de subregio’s leidt ertoe, dat eind 2013 plannen gemaakt worden voor een aangepaste projectorganisatie. Nu de uitvoering meer in zicht komt, komt hierin meer aandacht voor de bedrijfsvoering. Het 3D project is gestart met het motto dat vernieuwing in het sociale domein hard nodig is. Burgers kunnen meer zelf en er moet minder verkokerd gewerkt worden. Voor het nadenken over deze vernieuwing zijn in 2013 samen met partners als Zorgbelang, Care to care en het UWV een viertal inspiratiebijeenkomsten georganiseerd. De communicatie heeft in 2013 vorm gekregen met de Nieuwsflits voor ambtenaren en een apart Nieuwsflits voor raadsleden. Gemeenten krijgen te maken met vele werkvelden die tot nu toe onbekend zijn. Holland Rijnland heeft voor ambtenaren en raadsleden kennismakingsbijeenkomsten georganiseerd. Een meer inhoudelijke uitwerking van de drie decentralisaties, is opgenomen in de hoofdstukken jeugd, zorg en welzijn en werk. Regionale Agenda Samenleving In 2012 heeft de provincie Zuid-Holland bekend gemaakt te gaan stoppen met de Regionale Agenda Samenleving. De Regionale Agenda Samenleving was een overeenkomst tussen provincie en regiogemeenten waarin meerjarenafspraken zijn gemaakt op het terrein van: - zorg voor jeugdigen; - cultuurparticipatie; - inzet van uren tweedelijnsondersteuning door provinciale Centra Maatschappelijke Ontwikkeling. Deze overeenkomst is geëindigd per 1 juli 2013. Op het terrein van zorg voor jeugdigen is aansluitend per 1 juli is een nieuwe subsidieregeling van de provincie in werking getreden, die de regiogemeenten in staat stelt om activiteiten in het kader van de voorbereiding op de decentralisatie jeugdzorg hieruit te financieren, het zgn. transitiebudget. Nadere informatie over de in 2013 gepleegde inzet uit de Regionale Agenda Samenleving en uit het nieuwe transitiebudget is te vinden in de volgende paragrafen. Bestuurlijk en ambtelijk platform Sociale agenda In het kader van de platformfunctie zijn in 2013 maar liefst 10 portefeuillehoudersoverleggen en werkbijeenkomsten voor portefeuillehouders Sociale agenda georganiseerd. Verschillende daarvan stonden geheel in het teken van de 3 decentralisaties of een van de afzonderlijke decentralisaties. Daarnaast zijn diverse ambtelijke overleggen op het terrein van Jeugd en Onderwijs, Participatie, Zorg en Cultuur gefaciliteerd. De gemeente Boskoop heeft in 2013 ook geparticipeerd in de verschillende platforms van de Sociale agenda in verband met de aanstaande fusie met de gemeente Alphen aan den Rijn. Organisatie De afdeling Sociale Agenda bestaat uit vier teams: het team beleid, het team leerplicht, het team jongerenloket en het team registratie, monitoring en kwaliteit. De beleidsmedewerkers worden rechtstreeks aangestuurd door de manager Sociale agenda; de uitvoerende teams worden geleid door teamleiders.
Pagina 42
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Financiën
Programma Sociale Agenda
Rekening 2011
Rekening 2012
Rekening 2013
Begroting 2013
Begroting na wijziging 2013
Totaal indirecte kosten materiële kosten
2.822.315 5.610.342
3.096.754 5.849.619
3.090.290 3.986.931
3.199.850 3.374.790
3.199.850 3.655.371
totale lasten
8.432.658
8.946.373
7.077.221
6.574.640
6.855.221
directe baten bijdragen gemeenten Onttrekking Reserve
6.475.748 1.956.910
6.555.918 2.390.455
4.582.190 2.495.031 90.582
4.238.880 2.335.760 0
4.519.461 2.335.760
De analyse van de verschillen tussen de gerealiseerde en begrote bedragen is weergegeven in de Toelichting op de Rekening van Baten en Lasten 2013.
Pagina 43
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5.1 Onderdeel Jeugd Doelstelling Het realiseren van een efficiënte en effectieve samenwerking tussen alle betrokken partijen op het terrein van de zorg voor jeugdigen. - Voor jeugdigen en gezinnen die een beroep doen op opvoed- en opgroeiondersteuning of (na)zorg is deze tijdig en zo laagdrempelig als mogelijk beschikbaar. Resultaten Op 1 januari 2015 worden de gemeenten verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdhulp. De gemeenten in Holland Rijnland bereiden deze transitie gezamenlijk voor. Dit gebeurde in 2013 binnen het 3D-project, waarbij gebruik werd gemaakt van de organisatievorm van het project Ketenaanpak jeugd. Visie ‘Iedereen doet mee’ is uitgewerkt in toekomstmodel en beleidsplan De visie op de jeugdhulp in Holland Rijnland ‘Iedereen doet mee’ is in het voorjaar vastgesteld in alle gemeenteraden. De visie vormde de basis voor voorstellen om ons verder voor te bereiden op de transitie. Op 20 maart hebben de portefeuillehouders Sociale Agenda ingestemd met de uitwerking van het toekomstmodel Jeugdstelsel Holland Rijnland.
Toekomstmodel Holland Rijnland
6. Verbinding middels
1Gezin1Plan inclusief sociaaldomein
4. Regionale specialistische jeugdhulp
5. Hulp in gedwongen kader
3. Gebiedsgerichte Jeugd&gezinsteams 2. Basisvoorzieningen
CJG
1. Pedagogische civil society Voor de zomer werd de Startfoto Jeugdhulp Holland Rijnland opgeleverd. De in goede samenwerking tussen Holland Rijnland, Zorg & Zekerheid en de Provincie Zuid-Holland opgestelde notitie, gaf een goede blik op de omvang en kosten van de huidige hulp en ondersteuning aan jeugdigen en gezinnen in de regio. Ook is in 2013 het aanbod van hulp in de regio is in kaart gebracht en afgezet tegen de 20 meest voorkomende problemen van jeugdigen en ouders. Het hele jaar door is overleg geweest met de samenwerkingsverbanden voor het passend onderwijs wat heeft geresulteerd in een gemeenschappelijke paragraaf die wordt opgenomen in het regionale beleidsplan van de gemeenten én in de ondersteuningsplannen van de samenwerkingsverbanden voor het passend onderwijs. In het najaar is het regionaal Transitiearrangement Stelselherziening Jeugdzorg Holland Rijnland opgesteld. Dit heeft een aanzienlijk verschil tussen te ontvangen budget conform de meicirculaire en benodigd budget volgens de startfoto in beeld gebracht. Naar aanleiding van
Pagina 44
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
de geconstateerde verschillen heeft het Rijk in het najaar bekend gemaakt landelijk 150 mln extra voor de jeugd-ggz beschikbaar te stellen. Voorts hebben de portefeuillehouders afspraken gemaakt over het onderbrengen van de jeugdbescherming, jeugdreclassering en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling en Huiselijk geweld (AMHK). Darbij wordt samen opgetrokken met de regio Midden-Holland. Ook is afgesproken samen te gaan werken in het opdrachtgeverschap voor de contractering van jeugdhulp en is opdracht gegeven de invulling en randvoorwaarden voor dit opdrachtgeverschap nader uit te werken. Alle afspraken en meer zijn opgenomen in het Regionaal beleidsplan Transitie Jeugdzorg Holland Rijnland en Boskoop “Hart voor de jeugd”. Dit is in november vastgesteld door de colleges, waarna inspraak mogelijk was. Begin 2014 wordt het beleidsplan geagendeerd in de gemeenteraden. Regionale, provinciale en landelijke vertegenwoordiging De samenwerking tussen gemeenten, zorgaanbieders en zorgkantoor die de afgelopen jaren is ontstaan binnen het project Ketenaanpak Jeugd is een goede uitgangspositie gebleken voor de voorbereiding van de transitie. Bij de transitie jeugdzorg zijn afspraken over bovenlokale samenwerking verplicht. De stuurgroep Ketenaanpak Jeugd, bestaande uit de portefeuillehouders van Leiden, Alphen, Katwijk, Teylingen, en de regio had ook in 2013 een sturende en initiërende rol. De regio is in 2013 vertegenwoordigd in de VNG-subcommissie Transitie Jeugdzorg en in het bestuurlijk platform van de provincie Zuid-Holland. Borging en implementatie 1Gezin1Plan en verwijsindex 1Gezin1Plan (1G1P) is en blijft een belangrijke pijler van de zorg voor jeugd en gezin in Holland Rijnland. Ook in 2013 is daarom de verdere implementatie van het werken volgens de methodiek 1G1P gecontinueerd. Er wordt steeds meer met de eigen kracht van gezinnen en hun sociale netwerk gewerkt. In 2013 zijn er 3 nieuwe partijen aangesloten op JeugdMATCH. Er zijn 2198 signalen geplaatst, dit heeft geleid tot 589 matches, een lichte teruggang vergeleken met 2012.
‘Van indiceren naar arrangeren’ De veelal bureaucratische indicatiestellingen voor de verschillende vormen van jeugdhulp vervallen na de transitie. Maar een professionele afweging voor de ondersteuningstoewijzing blijft noodzakelijk. In 2012 en 2013 hebben groepen hulpverleners en mensen van het onderwijs in Noordwijk, Leiden en Alphen aan den Rijn onderdelen van een nieuwe werkwijze in de praktijk ontwikkeld in de pilots ‘Van indiceren naar arrangeren’. Op basis van de (tussentijdse) resultaten is het toekomstmodel met als kern de Jeugd- en gezinsteams ontwikkeld. In 2014 zullen 6 gemeenten starten met proeftuinen waarin de jeugd- en gezinsteams worden uitgewerkt. Financiële ondersteuning door de Provincie Zuid-Holland De provincie heeft de Regionale Agenda Samenleving (RAS) doorgezet in de eerste helft van 2013. De inkoop van licht ambulante hulp kon daardoor in de eerste helft van 2013 worden voortgezet. Dat ging om: - Begeleiding Risicogezinnen ‘ReSet’ (Activite) - Jeugd Maatschappelijk Werk (Kwadraad) - Opvoedingsondersteuning Positief Opvoeden niveau 3 (GGD Hollands Midden) - Zorg aan leerlingen op het Voortgezet onderwijs / schoolmaatschappelijke werk (Kwadraad en Cardea via de Samenwerkingsverbanden voor voortgezet onderwijs) Cardea en de jeugd- en jongerenwerk organisaties in de regio voeren ‘Talentcoaching voor kwetsbare jongeren’ uit, uit middelen van de provincie voor kwetsbare jongeren.
Pagina 45
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Vanaf 1 juli stelde de provincie in plaats van de RAS-middelen een Transitiebudget beschikbaar. Dit wordt gebruikt voor activiteiten en inhuur expertise bij de voorbereiding op de transitie.
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Ondersteunen van ambtelijk platform jeugd Holland Rijnland; 1a Ondersteunen Werkgroep Centrum voor Jeugd en Gezin voor ambtenaren en projectleiders;
a a
2 Coördinatie en ondersteuning projectgroep Ketenaanpak Jeugd, gericht op: 2a Voorbereidingen op de stelselwijziging in de jeugdzorg, waarin de zorg onder regie van de gemeenten zal komen te vallen.
a a
2b Borging en verdere invoering van ontwikkelde producten binnen het project Ketenaanpak Jeugd, waaronder de verwijsindex, de werkwijze voor 1 gezin 1 plan en coördinatie van zorg en de randvoorwaarden Centra voor Jeugd en gezin (CJG). 2c Versterken van de Centra voor Jeugd en Gezin
a
a
2d Afstemming van casuïstiekbesprekingen op terrein van zorg, onderwijs en veiligheid.
b,c*
3 Inkoop uren licht ambulante hulp bij regionale aanbieders met als doel instroom in de jeugdzorg te voorkomen en uitstroom te versnellen.
a
Nv *Voorbereiding zijn gedaan, maar vanwege het nieuwe toekomstmodel is de besluitvorming en uitvoering aangehouden.
Pagina 46
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5.2 Onderdeel Leerplicht en aanpak voortijdig schoolverlaten Doelstelling Zoveel mogelijk jongeren tussen de 5-23 jaar in regio Zuid-Holland Noord behalen een startkwalificatie. Hiervoor wordt ingezet op: - Een passende onderwijsplek voor iedere jongere: tegengaan ‘thuiszittersproblematiek’; - Het tegengaan van ongeoorloofd schoolverzuim; - Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten en het begeleiden van voortijdig schoolverlaters terug naar school; Sinds 2007 is het Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) onderdeel van de Sociale Agenda van Holland Rijnland. In het RBL zijn de handhaving van de leerplicht, de leerlingenadministratie en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voor voortijdig schoolverlaten (RMC) voor RMCregio Zuid-Holland Noord (de twaalf gemeenten in de Leidse regio en Duin- en Bollenstreek) samengebracht. De leerplichttaak wordt in de Rijnstreek uitgevoerd door de gemeente Alphen aan den Rijn. De Rijnstreek valt voor wat betreft de aanpak van voortijdig schoolverlaten onder RMC-regio Zuid-Holland Oost. De verslaglegging over de leerplicht en RMC-functie beperkt zich in dit jaarverslag tot het werkgebied van RBL Holland Rijnland. De leerplicht- en RMC-functie in de Rijnstreek kent haar eigen verantwoordingscyclus en –documenten. De primaire taak van de leerplichtfunctie is het op eenduidige wijze toezicht houden op naleving van de Leerplichtwet, met als doel het voorkomen en bestrijden van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten voor leerlingen tussen de 5-18 jaar. Doelstelling van de RMC-functie voortijdig schoolverlaten is om zoveel mogelijk jongeren van 12-23 jaar een startkwalificatie te laten behalen. Een startkwalificatie is een diploma op mbo2, havo- of vwo-niveau. Jongeren met een startkwalificatie hebben betere kansen op de arbeidsmarkt dan jongeren zonder startkwalificatie. Resultaten 2013 Leerlingenadministratie Het RBL Holland Rijnland voert voor alle gemeenten in regio Zuid-Holland Noord de gemeentelijke leerlingenadministratie uit. Het RBL biedt zo voor haar werkgebied één regionaal loket voor alle scholen waar zowel in- en uitschrijvingen, verzuim als voortijdig schoolverlaten kunnen worden gemeld. De in- en uitschrijvingen van mbo-instellingen en scholen voor voortgezet onderwijs ontvangt het RBL via de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Deze mutaties worden digitaal verwerkt in de leerlingenadministratie. De gegevens over in- en uitschrijvingen bij het primair onderwijs, het speciaal onderwijs en bij het particuliere onderwijs worden van de afzonderlijke scholen verkregen. Per januari 2013 waren er 61.642 kinderen in Zuid-Holland Noord in de leerplichtige leeftijd van 5 t/m 17 jaar (CBS, 2013). De leerlingenadministratie controleert of al deze kinderen staan ingeschreven bij een school. In het schooljaar 2012/2013 is 25 keer vastgesteld dat leerplichtigen helemaal niet ingeschreven waren op een school; er is dan sprake van absoluut verzuim.
Pagina 47
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Leerplichthandhaving Verzuimmeldingen Het aantal meldingen van relatief verzuim is in schooljaar 2012/2013 1776. Dit is als volgt onder te verdelen: Luxe verzuim1: 201 meldingen Spijbel verzuim: 826 meldingen Signaal verzuim2: 749 meldingen Het totaal aantal meldingen van relatief verzuim is in schooljaar 2012/2013 ten opzichte van schooljaar daarvoor met 5% toegenomen. De stijging wordt met name veroorzaakt door de toename van de spijbelverzuimmeldingen: 84% stijging ten opzichte van vorig schooljaar. Een verklaring hiervoor is dat scholen het verzuim steeds beter registreren en beter en eerder melden. De afgelopen jaren is er door leerplicht veel aandacht besteed aan de verzuimregistratie en ook het verplicht melden via het verzuimloket van DUO heeft eraan bijgedragen dat er steeds meer gemeld wordt. De afname van het aantal meldingen van signaalverzuim met een kwart wordt vermoedelijk veroorzaakt door het beter melden van spijbelverzuim. Voorheen werd spijbelverzuim ook wel eens als signaalverzuim gemeld. Nu verzuim vaak eerder gemeld wordt, zijn de problemen vaak nog niet zo groot dat het signaalverzuim is. Er is minder luxeverzuim en signaalverzuim gemeld dan vorig schooljaar. Het aantal meldingen van luxeverzuim is 9% lager dan in 2011/2012. Er zijn wel duidelijke verschillen te zien tussen de gemeenten. Deze verschillen kunnen veroorzaakt worden doordat schooldirecties de toestemmingsaanvragen voor luxeverzuim verschillend beoordelen. Het toekennen van verlof voor vakantie of gewichtige omstandigheden onder de tien dagen valt onder de bevoegdheid van de schooldirecteur. Het aantal geconstateerde gevallen van absoluut verzuim is gedaald van 46 gevallen in 2011/2012 naar 25 gevallen in 2012/2013. Absoluut verzuim is in 2012/2013 vooral vsv-problematiek; zeventien jongeren zijn inmiddels 18 jaar geworden. Sommige van hen gaan weer naar school, anderen zijn overgedragen aan het Jongerenloket en worden tot de nieuwe vsv’ers gerekend. Thuiszitters Het aantal thuiszitters volgens de Ingradonorm is in 2012/2013 met 52 leerlingen ongeveer gelijk aan het schooljaar daarvoor, toen het er 50 waren. Het aantal zorgleerlingen, leerlingen die op basis van hun lichamelijke of psychische klachten een geldige reden hebben om een periode niet naar school te gaan maar niet aanmerking komen voor een vrijstelling, is afgenomen van 49 naar 23 leerlingen. Het RBL heeft in het schooljaar 2012/2013 in samenwerking met een aantal ketenpartners in arrondissement Haaglanden gewerkt aan een taxatiemodel voor leerplicht. Het taxatiemodel moet voor de medewerkers van het RBL onderdeel worden van een methodische aanpak voor leerplichtambtenaren. Door te investeren in een gedegen analyse en taxatie, en waar zorg nodig is te werken volgens de uitgangspunten van ‘Eén gezin, één plan’, wordt verwacht dat het aantal thuiszitters teruggedrongen kan worden. Jeugdmatch In sommige gevallen zijn er meerdere partijen betrokken bij de zorg voor een kind of een gezin. Dit is niet altijd bekend bij de verschillende partijen. Het RBL neemt deel aan het convenant voor de verwijsindex risicojongeren, Jeugdmatch, en meldt het RBL kinderen waar grote zorgen over bestaan aan in Jeugdmatch. Het melden in Jeugdmatch gebeurt op basis van daarvoor opgestelde criteria en altijd nadat dit gemeld is aan de ouders/verzorgers. Het afgelopen schooljaar heeft het RBL 44 jongeren in Jeugdmatch gemeld.
1
Betreft vaak vakantie buiten de schoolvakanties om.
2
Verzuim vaak gerelateerd aan zorgproblematiek bij de leerling.
Pagina 48
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Onderwijsinspectie Vanaf 1 januari 2012 is de Leerplichtwet gewijzigd. Dat betekent onder andere dat het toezicht op de naleving van de leerplichtwet 1969 bij de Onderwijsinspectie is belegd. Om uitvoering te geven aan deze opdracht gaat de Onderwijsinspectie samenwerkingsovereenkomsten aan met gemeenten. Het RBL heeft sinds 1 februari 2013 een samenwerkingsovereenkomst met de Onderwijsinspectie. Met een verscherpte en meer nauwkeurige controle op de verzuimregistratie en het melden van verzuim, moet het aantal voortijdig schoolverlaters afnemen. In de regio Holland Rijnland is het aantal voortijdig schoolverlaters van het mbo het hoogst. Om die reden gaat het RBL beginnen met intensievere controles bij de ROC’s en het AOC in de regio Holland Rijnland. Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC) Aantal voortijdig schoolverlaters Het terugdringen van voortijdig schoolverlaten (VSV) is prioriteit van de Sociale Agenda van Holland Rijnland. In 2010 is een traject gestart om als gemeenten met het onderwijs tot een gezamenlijke visie en beleidsagenda te komen voor de regionale aanpak van voortijdig schoolverlaten. Dit traject heeft geleid tot een meerjarenprogramma voortijdig schoolverlaten en beleidsplan RMC 2011-2014, welke zijn vastgesteld door het algemeen bestuur op 23 maart 2011. Eind schooljaar 2012/2013 stonden er 2.447 voortijdig schoolverlaters (vsv’ers) bij het Regionaal Bureau Leerplicht geregistreerd. Het Regionaal Bureau Leerplicht registreert oude en nieuwe voortijdig schoolverlaters. Nieuwe voortijdig schoolverlaters zijn jongeren die in het verslagjaar vsv’er zijn geworden. Oude voortijdig schoolverlaters zijn jongeren die al voor het schooljaar 2012/2013 uitgevallen zijn. Oud (voor Nieuw in Totaal in Oud (voor Nieuw in Totaal 2012/2013) 2012/2013 2012/2013 2011/2012) 2011/2012 2011/2012 Resultaat3
1.738
7094
2.447
1.911
797
2.708
Het aantal (nieuwe) vsv’ers is afgaande op de indicatieve cijfers per 1 oktober 2013 in afgelopen schooljaar verder afgenomen.
3
Het RBL volgt bij de registratie van voortijdig schoolverlaters de definitie van vsv’er zoals het ministerie van OCW die hanteert in de afgesloten VSV-convenanten: leerlingen tussen de 12 en 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs hebben verlaten. Deze definitie wijkt af van de RMC-wetgeving waarin de definitie van VSV gehanteerd wordt voor jongeren vanaf 18 tot 23 jaar zonder startkwalificatie. 4 Dit betreft het aantal nieuwe vsv’ers zoals bekend op 1 oktober 2013. Dit cijfer is ook opgenomen in het RBL jaarverslag 2011/2012. Dit is een indicatief cijfer; het ministerie van OCW voert op basis van nieuw doorgegeven informatie aan de Dienst Uitvoering Onderwijs achteraf steeds wijzigingen door. De definitieve cijfers over 2012/2013 worden een jaar later, rond 1 oktober 2014 gepubliceerd.
Pagina 49
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Resultaten RMC-trajectbegeleiding en Poortwachterfunctie Jongerenloket In de periode 2008 tot en met 2013 was Holland Rijnland verantwoordelijk voor het Jongerenloket voor Onderwijs en Werk voor de twaalf gemeenten in de RMC-regio Zuid-Holland Noord. In het Jongerenloket werken RMC-trajectbegeleiders van het Regionaal Bureau Leerplicht en trajectbegeleiders van sociale diensten samen om voortijdig schoolverlaters te begeleiden naar onderwijs of, indien onderwijs niet haalbaar blijkt, werk. Het Jongerenloket was aanvankelijk een project voor de duur van twee jaar. Sinds juli 2011 was er een samenwerkingsovereenkomst van kracht waarbij de doelstellingen waren: - Terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters; - Bevorderen dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie halen; - Een sluitende aanpak creëren, zodat geen jongere thuis hoeft te zitten maar er een aanbod van onderwijs, werk of een combinatie van beide voorhanden is; - Het invullen van een poortwachterfunctie, zodat voorkomen wordt dat jongeren (tot 27 jaar) een beroep doen op een WIJ-inkomensvoorziening; - Jongeren (tot 27 jaar) op zoek naar onderwijs en werk kunnen terecht voor advies, ondersteuning en/of een trajectaanbod (waarbij het aanbod voor RMCtrajectbegeleiding geldt voor jongeren tot 23 jaar); - Bijdragen aan methodiekontwikkeling om samen met verantwoordelijke partijen in het veld voortijdig schoolverlaten beter te voorkomen en te bestrijden. Het Jongerenloket heeft in 2013 de RMC-trajectbegeleiding en de Poortwachterfunctie uitgevoerd. Tabel 1 Resultaten jongerenloket over periode 2008-20135 2008
2009
2010
2011
2012
2013
Aantal bereikte jongeren
547
846
883
993
1283
1293
Bereikt doel
338
636
674
714
640
654
Bereikt doel t.o.v. gestart
62%
75%
76%
72%
50%
51%
In 2013 is het bereik vergelijkbaar met 2012. In 2013 hebben veel jongeren een beroep op het Jongerenloket gedaan om een uitkering aan te vragen. Dit hangt samen met de sterk gestegen jeugdwerkloosheid. Alle jongeren die zijn uitgevallen van school zijn telefonisch of per brief benaderd. In 2013 zijn de resultaten voor de twee hoofdtaken:
5
de resultaten over de verschillende jaren zijn niet vergelijkbaar zijn. Vanaf 1 juli 2011 heeft het Jongerenloket gewerkt met een tweeledige opdracht, Rmc trajectbegeleiding en poortwachter. Voor Rmc trajectbegeleiding is het doel bereikt indien de jongere uitstroomt naar onderwijs en/of werk; voor de poortwachtersfunctie is het doel behaald indien de jongere geen beroep doet op een uitkering in het kader van de Wet werk en Bijstand. Een tweede belangrijke factor is dat het Jongerenloket zich vanaf 1 juli 2011 gericht heeft op de doelgroep 18 tot 27 jaar. Voor de periode 2008 tot 1 juli 2011 was dat de leeftijdscategorie van 18 tot 23 jaar.
Pagina 50
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Taak 1: Rmc trajectbegeleiding Tabel 2 Resultaten Rmc trajectbegeleiding per jaar Soort doel bereikt
2013
2012
Aantal
%
Aantal
%
Werk
42
31%
123
50%
School
66
48%
78
32%
Zorg
8
6%
17
7%
Leer/werkplek
1
0,5%
12
5%
Combi werk/opleiding werkgever
1
0,5%
4
2%
Overige uitkering Totaal
19
14%
11
4%
137
100%
245
100%
Taak 2: Poortwachter Tabel 3 Poortwachtertrajecten in 2013 Vsv’er Poortwachter
Aantal
Niet-vsv’er %
Aantal
%
Totaal Aantal
%
Aanvraag WWB gedaan
143
38%
337
42%
480
41%
Afgezien van aanvraag WWB
174
46%
356
44%
530
45%
Nog in wachttijd voor WWB Totaal
60
16%
108
14%
168
14%
377
100%
801
100%
1178
100%
Convenant voortijdig schoolverlaten Voor de jaren 2012-2015 is er een vsv-convenant afgesloten tussen het Rijk, de onderwijsinstellingen in RMC-regio Zuid-Holland Noord en RMC-contactgemeente Leiden. De vsvreductiedoelstelling hierin is uitgedrukt in maximale uitvalpercentages per schoolsoort en –niveau: % norm '12-'13
% norm '13-'14
% norm '14-'15
onderbouw voortgezet onderwijs
1.0%
1.0%
1.0%
bovenbouw vmbo
4.0%
4.0%
4.0%
bovenbouw havo/vwo
0.5%
0.5%
0.5%
MBO niveau 1
32.5%
27.5%
22.5%
MBO niveau 2
13.5%
11.5%
10.0%
MBO niveau 3 en 4
4.25%
3.5%
2.75%
Scholen, gemeenten en Regionaal Bureau Leerplicht hebben gezamenlijk een subsidieaanvraag opgesteld om een beroep te kunnen doen op de regiomiddelen die het Rijk op basis van het convenant beschikbaar stelt. Deze middelen zijn bedoeld voor de schooljaren 2012/2013 t/m 2014/2015. De volgende vijf maatregelen zijn afgelopen jaar onder de noemer Dat houdt je bij de les! ingezet: Keuzepallet overgang voortgezet onderwijs – middelbaar beroepsonderwijs; Verzuimaanpak studenten van 18 jaar en ouder; Instroomloket 16+ en begeleiding op maat in het MBO; Beroepscompetenties MBO-studenten; Pluscoaching voor overbelaste jongeren. Schooljaar 2012/2013 was het tweede jaar waarin door het RBL op basis van de inzet van regiomiddelen verzuimmeldingen van leerlingen van 18-23 jaar zijn opgepakt. Er zijn in 2012/2013 824 studenten van 18-23 jaar als verzuimer gemeld. In 2011/2012 waren dit er 571.
Pagina 51
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Regiegroep Voortijdig Schoolverlaten Holland Rijnland ondersteunt de Regiegroep Voortijdig Schoolverlaten, bestaande uit bestuurders van gemeenten, UWV, ROC’s en de samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs uit de Leidse regio en de Duin- en Bollenstreek. In deze groep komen het brede beleid op het terrein van voortijdig schoolverlaten en het Jongerenloket aan de orde. De regiegroep is het bestuurlijk gremium waarin onder andere besloten wordt tot ondertekening van het convenant voortijdig schoolverlaten en waar gemeenten en onderwijs afspraken maken over de inzet van Rijksmiddelen ten behoeve van de aanpak van voortijdig schoolverlaten. In 2013 is de groep drie keer bijeen geweest. De regiegroep wordt ondersteund door de werkgroep VSV met vertegenwoordigers van dezelfde instellingen op “ambtelijk” niveau. Beleidsmatige ontwikkelingen aanpak voortijdig schoolverlaten Einde jongerenloket, RMC-functie bij RBL Op 1 januari 2014 is de samenwerkingsbijeenkomst Jongerenloket beëindigd. Vanaf die datum wordt de RMC trajectbegeleiding weer ingebed bij het RBL. Daarbij richt het RBL zich op twee pijlers: versterking van de verbinding van RMC met de mbo’s en versterking van de verbinding van RMC met leerplicht. Om te komen tot een zorgvuldige inbedding van RMC in het RBL, zijn gesprekken gevoerd met de ROC’s om hen te vragen naar hun wensen en ideeën. Daaruit kwam naar voren dat zij het liefst één persoon zien voor de aanpak van verzuim en uitval binnen de ROC’s. Daarnaast zijn ook gesprekken gevoerd met de trajectbegeleiders en de leerplichtambtenaren die het mbo in hun pakket hebben om te kijken hoe de trajectbegeleiding vormgegeven moet worden vanaf 1 januari 2014 en of we daarmee aan de wensen van het mbo tegemoet kunnen komen. Dit heeft geleid tot een besluit over een nieuwe werkwijze waarbij mbo-opleidingen voortaan met één consulent te maken krijgen die zowel de leerplicht/kwalificatieplicht- als rmc-taken oppakt. Ook de verbinding met werk blijft belangrijk. Samenwerking met project JA! en de sociale diensten van de gemeenten blijft nodig bij het tegengaan van vsv en terugleiden van jongeren naar school, werk of een combinatie daarvan. De afgelopen periode is veel geïnvesteerd in de samenwerking met partners door te participeren in het Instroomloket, zorg-overleggen in het mbo en het geven van de training Forward aan voortijdig schoolverlaters. VSV-Kompas Ingrado (de beroepsvereniging voor leerplicht en RMC) werkt aan een instrument om regio’s onderling te kunnen gaan vergelijken op het gebied van schooluitval. Het RBL maakt onderdeel uit van de begeleidingscommissie van dit te ontwikkelen ‘VSV-Kompas’. Het VSV-Kompas bundelt de gegevens van de VSV Verkenner, de RMC effectrapportage en gegevens die regio’s zelf moeten aanleveren over de eigen organisatie. Een belangrijke voorwaarde om dit Kompas te kunnen maken is de toegang tot gegevens die bureaus leerplicht en RMC-regio’s bij het ministerie van OC&W indienen. Ingrado is hierover in gesprek met het ministerie.
Pagina 52
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Uitvoeren leerplichttaken voor gemeenten in Duin- en Bollenstreek en Leidse regio;
a
2 Uitvoeren werkplan Leerplicht 2013;
a
3 Uitvoeren werkplan RMC 2011-2014, onderdeel 2013;
a
4 Uitvoeren leerlingenadministratie-taken;
a
5 Implementeren prestatie-indicatoren leerplicht- en RMC-functie;
a
6 Uitvoering geven aan taken jongerenloket en evaluatie jongerenloket Holland Rijnland;
a
7 Faciliteren werkgroep VSV en regiegroep VSV.
a
8 Uitvoeren Project sluitende aanpak jongeren Rijnstreek (beroepenmanifestatie)
a
nv
Pagina 53
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5.3 Onderdeel Participatie Doelstelling Terugdringen jeugdwerkloosheid: Leerlingen hoger opleiden door ze langer te scholen en jongeren te ondersteunen bij het vinden en behouden van een baan. Ontwikkelen van regionaal arbeidsmarktbeleid waarbij met onderwijs- en werkgeverspartijen afspraken tot stand komen om beter aan te sluiten op de vraag op de arbeidsmarkt. Verhoging van de maatschappelijke participatie in het algemeen en de arbeidsparticipatie in het bijzonder door een samenhangende inzet van instrumenten in het kader van het participatiebudget. Resultaten Educatie Holland Rijnland verzorgt de inkoop van educatietrajecten bij de roc's voor de hele regio. De gezamenlijke inkoop maakt het mogelijk om voor relatief kleine doelgroepen in de afzonderlijke gemeenten aanbod te realiseren en een regionale infrastructuur voor de educatie van volwassenen in stand te houden. Het ambtelijk overleg Participatie bereidt de inzet van de middelen voor volwasseneneducatie voor en zorgt er voor dat de educatietrajecten vraaggericht wordt ingezet en aansluiten bij andere beleidsterreinen. De inzet van 2013 leidde tot: - 663 trajecten Nederlands als Tweede Taal (NT2) - 313 trajecten Lezen en Schrijven (NT1) - 38 trajecten Rekenvaardigheden Wetswijzigingen per 2013 De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen heeft besloten om met ingang van 2013 het VAVO rechtstreeks vanuit het rijk aan te sturen en te financieren. Zij heeft het totale VE-budget hiermee gehalveerd en bepaald dat het resterende budget door de gemeenten alleen nog ingezet kan worden voor taal- en rekenen. Daarnaast is de doelgroep uitgebreid met vrijwillige inburgeraars. Het budget voor 2013 werd voor de helft bepaald door prestaties die over 2011 zijn geleverd: - Het aantal ingekochte trajecten basisvaardigheden; - Het aantal behaalde certificaten Staatsexamen. Dit had tot gevolg dat Holland Rijnland minder dan de helft van het budget in 2012 voor 2013 kreeg toegekend. Holland Rijnland is hiertegen in bezwaar en in beroep gegaan. De argumenten hiervoor waren als volgt: - Er waren geen richtlijnen of definities van trajecten basisvaardigheden, waardoor dure of goedkopere trajecten financieel hetzelfde gewaardeerd werden; - De gemeenten en roc’s beschikten niet over de resultaten van Staatsexamen en konden dit ook zeer moeilijk achterhalen. - Beide punten hadden tot gevolg dat er een behoorlijke scheefgroei was ontstaan in de verdeling van het landelijk budget voor VE in 2013. Het bezwaar en beroep van Holland Rijnland zijn ongegrond verklaard. Het ministerie beriep zich op de wetgeving waar de prestatie indicatoren zijn opgenomen. Helaas worden voor de middelen voor 2014 wederom dezelfde prestatie indicatoren in 2012 gebruikt en heeft dit wederom nadelige effecten op de verdeling over de gemeenten in het land.
Pagina 54
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Bondgenootschap geletterdheid Holland Rijnland Als opvolger van de campagne Maak een nieuwe start!, waarin veel aandacht werd besteed aan de problematiek van laaggeletterdheid en de werving van de doelgroep voor lees- en schrijfcursussen, is in de regio Holland Rijnland het bondgenootschap Geletterdheid Holland Rijnland in 2013 gevormd. Het bondgenootschap bestaat uit verschillende partijen in de regio: gemeenten, maatschappelijke instellingen, bibliotheken, ondernemingsverenigingen, roc’s, UWV en een communicatiebureau. Samen maken zij afspraken over de aanpak van laaggeletterdheid in de regio. Op 18 september hebben 38 bondgenoten (inmiddels 39) hiervoor een convenant getekend waarin zij voor 3 jaar afspraken hebben gemaakt over gezamenlijke en individuele acties om geletterdheid in de regio te bevorderen. Regionaal arbeidsmarktbeleid Het regionale arbeidsmarktbeleid is één van de beleidsmatige regionale speerpunten in Holland Rijnland. Op 29 juni 2011 heeft het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland de notitie Gezamenlijke focus op regionaal arbeidsmarktbeleid vastgesteld. Hoofddoel is dat Holland Rijnland de platformfunctie tussen onderwijs, overheid en ondernemers faciliteert. Voor 2013 zijn de volgende doelstellingen benoemd:
Terugdringen jeugdwerkloosheid: Jongeren te stimuleren de opleiding af te maken, jongeren hoger op te leiden door ze langer te scholen en jongeren te ondersteunen bij het vinden en behouden van een baan.
Verbinding onderwijsagenda met vraag uit de arbeidsmarkt: Ontwikkelen van regionaal arbeidsmarktbeleid waarbij met onderwijs- en werkgeverspartijen afspraken tot stand komen om beter aan te sluiten op de vraag op de arbeidsmarkt.
Komen tot een hogere arbeidsparticipatie van mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt
Naar meer samenhang in de participatieketen: Verhoging van de maatschappelijke -en arbeidsparticipatie door een samenhangende inzet van instrumenten voor arbeidsreintegratie, inburgering en volwasseneneducatie in het participatiebudget.
Wat hebben we er voor gedaan? Activiteiten in 2013: 1. Ondersteuning voorbereiding decentralisatie Werk Het Rijk streeft ernaar te komen tot één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt. In 2013 is een belangrijke basis gelegd in het Sociaal Akkoord, dat afgesloten is tussen werkgevers, werknemers en het Rijk. Werkgevers hebben in dit akkoord afgesproken 100.000 banen voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt te realiseren. Deze toezegging vormt de basis van de Participatiewet, die 1 januari 2015 van kracht moet worden. Voor invulling van deze banen dient elke arbeidsmarktregio een Werkbedrijf op te zetten. Dit is geen fusiebedrijf maar meer een coördinatiepunt om te zorgen dat deze banen ingevuld worden. In november 2013 heeft het portefeuillehoudersoverleg de uitgangspunten voor de vormgeving van het Werkbedrijf vastgelegd. Belangrijkste punt is dat de uitvoering subregionaal georganiseerd gaat worden en alleen taken op Holland Rijnland niveau uitgevoerd worden, als dit een meerwaarde heeft. Realisatie van een werkbedrijf vraagt een meer eenduidige werkgeversdienstverlening in Holland Rijnland. In juli 2012 is het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening, waarin hoofden werk en inkomen, SW-directeuren en de regiomanager UWV in participeren, van start gegaan om deze dienstverlening vorm te geven.
Pagina 55
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Holland Rijnland heeft in 2013 beleidsmatige ondersteuning verleend aan het Afstemmingsteam en voorbereidingswerkzaamheden uitgevoerd om tot een goede invoering van de Participatiewet te komen. Hierin is nauw samengewerkt met ambtenaren van de gemeenten, UWV en het Regionaal Platform Arbeidsmarkt Rijn Gouwe. 2. Ondersteuning bij het actieplan jeugdwerkloosheid Gemeente Leiden is trekker voor de uitvoering van het regionale actieplan jeugdwerkloosheid Holland Rijnland. Holland Rijnland ondersteunt de projectleider en neemt als uitvoerder van de RMC-functie deel aan werkgroepen en activiteiten. In 2013 is in het project Kansloket uitvoering gegeven aan het toepassen van onderwijs als voorliggende voorziening voor jongeren tot 27 jaar met een WWB-uitkering die nog recht hebben op studiefinanciering. Het actieplan Jeugdwerkloosheid en het RMC hebben afspraken gemaakt over het stroomlijnen van elkaars werkprocessen om elkaar te versterken in het toeleiden van jongeren zonder startkwalificatie naar onderwijs en/of werk. In 2014 wordt hier verder invulling aangegeven. 3. Ondersteuning uitvoering convenant Bouwen én opleiden Holland Rijnland In september 2012 is het convenant Bouwen en opleiden getekend door vertegenwoordigers van werkgevers in de bouw, opleidingsbedrijven en gemeenten. De afspraak is gemaakt dat bij gemeentelijke opdrachten de mogelijkheid nagegaan wordt om leerlingen te plaatsen. De uitvoering van het convenant is moeizaam op gang gekomen, in de tweede helft van 2013 zijn bij een aantal projecten leerlingen geplaatst. Op basis ervaringen in 2013 wordt voor 2014 convenant verder uitgebouwd. 4. Ondersteunen Human Capital Agenda Greenport Bollenstreek Het Rijk voert topsectorenbeleid, waarbij de greenport hier één van is. Omdat de Bollenstreek zelf nog geen afvaardiging had, heeft Holland Rijnland de greenport Bollenstreek vertegenwoordigd in de werkgroep Human Capital Agenda van VNO-NCW en het agrarische middelbaar en hoger beroepsonderwijs. Hier wordt het (groene) onderwijsaanbod afgestemd op de vraag van de greenportondernemers. In 2013 zijn er 7 centra voor innovatief vakmanschap voor middelbaar agrarisch beroepsonderwijs gestart. Holland Rijnland is met het Wellant College in gesprek geweest om een centrum in de Bollenstreek te realiseren. Dit is niet gelukt. Het ontbrak aan een lokaal netwerk van (groene) ondernemers rondom het groene onderwijs en een governance structuur op greenportniveau. Wellant zal vanuit haar centrum in Aalsmeer in samenwerking met Innovatie en Demonstratiecentrum van PPI in Lisse activiteiten in de Bollenstreek ontplooien. In 2013 heeft de Bollenstreek een economische agenda opgesteld. Holland Rijnland zal de werkzaamheden rondom de HCA-Agenda greenport Bollenstreek overdragen aan vertegenwoordigers van de economische agenda Bollenstreek. 5. Faciliteren ambtelijk overleg participatie. Holland Rijnland voert het secretariaat van het ambtelijk overleg Participatie. Gemeente Leiden levert de voorzitter. In 2013 is het AO Participatie 9 keer bijeen geweest.
Pagina 56
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Uitvoeren regionale arbeidsmarktagenda 2013; 2 Financieren van en deelname aan Regionaal Platform Arbeidsmarkt Rijn Gouwe; 3 Deelname aan het ambtelijk platform voor samenwerking en kennisuitwisseling tussen gemeenten en sociale diensten in Holland Rijnland;
a a a
4 Ondersteuning van het actieplan jeugdwerkloosheid. 5 Vraaggerichte inkoop taal- en rekentrajecten bij de ROC’s; 6 Afstemmen van inkoop taal- en rekentrajecten op re-integratie, inburgering en maatschappelijke ondersteunen; 7 Faciliteren ambtelijk overleg participatie. 8 Ondersteuning convenant leerlingbouwplaatsen Rijnstreek, dat beoogt opleidingsplaatsen in de bouw te garanderen.
a a a
nv
Pagina 57
a a
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5.4 Onderdeel Zorg en Welzijn Doelstelling Het bieden van een platform om het gemeentelijke en bovenlokale beleid inzake zorg en welzijn af te stemmen. Daarmee draagt het samenwerkingsorgaan bij aan een voldoende aanbod van zorg- en welzijnsvoorzieningen gericht op integrale zorg en ondersteuning van de burger en afgestemd op de behoefte en mogelijkheden van de burger en zijn/haar sociale omgeving. Resultaten Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) De regionale samenwerking op het terrein van de Wet maatschappelijke ondersteuning heeft zich geconcentreerd op de volgende onderdelen: 1. De overheveling van de functie Begeleiding van de AWBZ naar de gemeenten 2. De GGZ subsidieregeling. 3. De maatschappelijke opvang en Openbare Geestelijke Gezondheidszorg. 4. Uitvoering programma van de Centra voor Maatschappelijke Ondersteuning (CMO). 1. De overheveling van de functie Begeleiding van de AWBZ naar de WMO Na een periode van onduidelijkheid heeft het Kabinet eind 2013 besloten om per 1-1-2015 minder AWBZ taken te decentraliseren. Het heeft tot het einde van het jaar geduurd voordat er duidelijkheid is gekomen over de vraag of de Persoonlijke Verzorging aan de WMO wordt toegevoegd. Uiteindelijk heeft het Kabinet besloten om de Persoonlijke Verzorging naar de Zorgverzekeringswet over te hevelen en niet naar de gemeenten. Hiermee zijn aan de ene kant de mogelijkheden van de gemeenten beperkt om stappen te zetten in de richting van een andere werkwijze in het domein van zorg en welzijn. Aan de andere kant is er duidelijkheid geschapen en kunnen de gemeenten concreet aan de slag. Het onderdeel WMO van het regionale 3D traject is sindsdien weer volop op stoom gekomen. In de loop van 2013 zijn de gemeenten van Holland Rijnland tot de conclusie gekomen dat de samenwerking stagneerde vanwege een verschil in visie over de richting van de samenwerking. Hierover is gesproken op twee extra overleggen van de betrokken wethouders van Holland Rijnland op 13 juni en op 25 september. Op de vraag welke onderdelen van de transitie onderdeel uit moeten maken van regionale samenwerking op Holland Rijnland niveau en welke niet is besloten: Om voor de implementatie van de nieuwe taken de nadruk te leggen op samenwerking binnen de drie subregio’s van Holland Rijnland Op Holland Rijnland niveau de volgende thema’s uit te werken: o De samenwerking met zorgkantoor en zorgverzekeraars na de transitie o De relatie nieuwe WMO met de centrumgemeente taken maatschappelijke opvang en de preventieve geestelijke gezondheidszorg o De specialistische zorg en de vraag of en hoe deze regionaal moet worden opgepakt. o De anonieme hulplijn. In de 2e helft van 2013 is er ambtelijk aan deze thema’s gewerkt. 2.De GGZ subsidieregeling Met deze subsidieregeling wordt een aantal regionale WMO-voorzieningen op het terrein van de Geestelijke Gezondheidszorg in stand gehouden. Het gaat daarbij om: - zorgvernieuwingsprojecten geestelijke gezondheidszorg; - collectieve GGZ-preventie; - de vriendendienst. De gemeente Leiden voert deze regelingen onder de naam GGZ-subsidies uit namens de gemeenten van Holland Rijnland op basis van een afzonderlijke gemeenschappelijke regeling. Een klein aantal gemeenten neemt niet deel aan het onderdeel vriendendienst. In 2013 is in
Pagina 58
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
het portefeuillehoudersoverleg van september dieper ingegaan op nut en noodzaak van de collectieve preventie op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg. Vervolgens is besloten om het programma regionaal voort te zetten. 3. Maatschappelijke opvang, verslavingsbeleid en openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). De gemeente Leiden is door het Rijk aangewezen als centrumgemeente om voor de regio Zuid-Holland Noord voorzieningen op het terrein van met name de verslavingszorg (zie ook onder 4) en zorg voor dak- en thuislozen in stand te houden. Met de invoering van de Wmo hebben de overige gemeenten in de regio hier een nadrukkelijker rol in gekregen. In 2013 is duidelijk geworden dat zowel het takenpakket van de regiogemeenten als die van de centrumgemeente per 2015 aanzienlijk zullen worden uitgebreid. Afstemming tussen regiogemeenten en centrumgemeente vraagt daarmee nog meer aandacht. Aandachtspunten in 2013 waren: De voorbereiding op de nieuwe OOGZ taken van regiogemeenten en centrumgemeente; De realisatie van zogenaamde scheve huisjes in de regio. Het gaat hier om onderdak zonder formele woonstatus (bijvoorbeeld containers of huisje op een camping, waarin verwarming, elektra en water/sanitair aanwezig is of binnen handbereik); Het maken van afspraken over de marginaal gehuisvesten, die door huisvesting in de hiervoor genoemde scheve huisjes niet ingeschreven kunnen staan bij het GBA. Deze groep kan hiervoor worden ingeschreven bij de maatschappelijke opvang in de centrumgemeente (bijvoorbeeld het Papagaaienbolwerk of de Binnenvest; Het voorkomen van het afsluiten van de energie-aansluiting bij gezinnen. 4. Centra voor Maatschappelijke Ondersteuning (CMO). De provincie stelt in het kader van de Regionale Agenda Samenleving uren van de Centra voor Maatschappelijke Ontwikkeling aan de gemeenten van de regio ter beschikking. De provincie wil hiermee het vraaggerichte werken van deze centra bevorderen. De gemeenten maakten met ondersteuning van Holland Rijnland van deze mogelijkheid gebruik door gezamenlijk een programma voor deze centra te ontwikkelen. Hiermee werd het mogelijk om de activiteiten van deze centra goed aan te sluiten op het lokale Wmo-beleid. Het gaat hier om tweedelijns ondersteuning van organisaties die in de eerste lijn op de eerste vijf prestatievelden van de Wmo werkzaam zijn. In 2013 waren er samen met het thema Jeugd 6911 uur voor Holland Rijnland beschikbaar. Deze inzet is afgelopen jaar vooral gekoppeld aan de nieuwe WMO taken van de gemeenten. Regionale Commissie Gezondheidszorg Zuid-Holland Noord In 2013 is besloten om de activiteiten van de Regionale Commissie te beëindigen. De gemeenten van Holland Rijnland maakten deel uit van dit netwerk op het terrein van zorg en welzijn. De werkzaamheden van het ondersteunende bureau zijn per 31-12 2013 gestopt. De deelnemende partijen onderzoeken of een lichtere vorm van netwerk in stand kan worden gehouden. De resultaten van dit onderzoek worden in de eerste helft van 2014 verwacht. Met het beëindigen van de werkzaamheden van de Regionale Commissie is ook het bestuurlijk platform wonen, zorg en welzijn opgeheven. De aandacht vanuit het platform wonen, zorg en welzijn is in 2013 met name gegaan naar de gevolgen van de plannen van het Kabinet om fors te extramuraliseren door in de loop van de komende jaren te bezuinigen op de intramurale zorg. Een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van gemeenten en Zorgkantoor is in het leven geroepen om partijen voor te bereiden op de ingrijpende maatregelen. Gevolgen voor de gemeenten zijn: Een groter beroep op de WMO Meer kwetsbare groepen in de woonomgeving De noodzaak om meer voor deze kwetsbare groepen geschikte woningen te realiseren Leegstand van voormalige woonzorgcomplexen
Pagina 59
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Meer samenwerking met eerste lijn, zorgkantoor en zorgverzekeraars nodig om kwetsbare groepen op te vangen
Afstemming en overleg In 2013 is het regionale ambtelijk overleg zorg en welzijn zeven maal bijeen gekomen. In dit overleg komen aan de orde: de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), het lokale gezondheidsbeleid, de ambtelijke voorbespreking van de bestuurscommissie van de GGD, de centrumtaken van de gemeente Leiden (maatschappelijke opvang, verslavingszorg). Holland Rijnland en de GGD dragen gezamenlijk zorg voor de ondersteuning van het overleg. Naast de bovengenoemde hoofdthema’s zijn in het ambtelijk overleg nog de volgende onderwerpen aan de orde geweest: - De sociale kaart van Holland Rijnland, een gezamenlijk product van de GGD en MEE. - Evaluatie Regionaal Kompas - Ontwikkelingen AMHK - Werkzaamheden vrouwenopvang - Integrale zorg voor jongeren 18+
1 nv
Begroting: wat zouden we doen? Conform begroting 2013 Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 2
Ondersteunen ambtelijke overleg zorg en welzijn Holland Rijnland Ondersteunen regionale vertegenwoordigers in de bestuurlijke platforms en werkgroepen voor kennisuitwisseling, beleidsontwikkeling en beleidsrealisatie in het kader van de Wmo, Wonen – zorg en welzijn, WPG en OGGZ.
d d
3
Bestuurlijk overleg alcoholmatiging Hollands Midden
a
4
GGZ subsidieregeling
5
Programma CMO
a/d d
nv
Pagina 60
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.5.5 Onderdeel Cultuur Doelstelling Het ondersteunen van de platformfunctie op het gebied van Cultuur. Resultaten Cultuureducatie met Kwaliteit Met ingang van 2013 heeft de provincie Zuid-Holland geen middelen meer beschikbaar gesteld voor het onderdeel Cultuurparticipatie van de RAS. De gemeenten hebben daarom besloten om regionaal samen te werken in het kader van de nieuwe rijksregeling Cultuureducatie met Kwaliteit 2013-2016. Met deze regeling wordt de kwaliteit van cultuureducatie in het primair onderwijs verbeterd. De subsidie is aangevraagd door twee culturele instellingen en 100% gematcht door de gemeenten. De Museumgroep Leiden en Parkvilla in Alphen hebben samen met andere regionale instellingen, het primair onderwijs en de gemeenten een samenhangend meerjarenprogramma voor cultuureducatie opgesteld. Daarvoor is op 14 december 2012 een subsidie aangevraagd bij het Fonds voor Cultuureducatie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. In de loop van 2013 zijn deze aanvragen gehonoreerd. Het programma van de Museumgroep Leiden behelst een kwaliteitsslag over het bestaande aanbod van cultuureducatie in het primair onderwijs in de Leidse Regio en de Duin- en Bollenstreek. Het programma van Parkvilla is vooral gericht op deskundigheidsbevordering op het gebied van cultuureducatie in het primair onderwijs en het ontwikkelen van kwalitatief aanbod. Regionale cultuurnetwerker Sinds 2009 zijn twee cultuurnetwerkers actief in de regio. De cultuurnetwerkers hebben de opdrachtnemers van het programma Cultuureducatie met Kwaliteit ondersteund en daarnaast hebben zij verbindingen gemaakt tussen vraag en aanbod op het gebied van cultuurparticipatie in de regio. Voor de periode 2013-2016 stelt de provincie jaarlijks € 22.000,00 beschikbaar voor de cultuurnetwerkers. Rol Holland Rijnland In 2013 heeft Holland Rijnland het ambtelijk overleg tussen de gemeentelijke cultuurambtenaren, opdrachtnemers Museumgroep Leiden en Parkvilla en de cultuurnetwerkers gefaciliteerd.
1 nv
1 3 Nv
Begroting: wat zouden we doen? Conform begroting 2013 Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
Ondersteunen ambtelijk platform cultuur Aansturen cultuurnetwerker(s)
d d
Pagina 61
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.6 PROGRAMMA BESTUUR EN MIDDELEN Doelstelling van het programma Maatschappelijke doelstelling Holland Rijnland is het samenwerkingsverband voor en door vijftien gemeenten in het centrum van de Randstad. Tussen het verstedelijkte Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Voor ongeveer 525.000 inwoners werkt Holland Rijnland aan ontwikkelingen op het gebied van wonen, werken, natuur en landschap, verkeer en vervoer, samenleving en welzijn. Deze zijn bepalend voor een evenwichtige en voorspoedige ontwikkeling van het gebied. Doelstelling Holland Rijnland Regio Holland Rijnland heeft als taak deze gemeenschappelijke, regionale belangen te behartigen bij het Rijk, de provincie en andere invloedrijke overlegstructuren. Het samenwerkingsverband wil de deelnemende gemeenten een platform bieden en coördinatie en afstemming bevorderen tussen de gemeenten, onder andere voor het vaststellen van gemeenschappelijk regionaal beleid. Verder voert Holland Rijnland taken uit en verleent diensten die aan het samenwerkingsorgaan zijn overgedragen. Context Maatschappelijke relevantie De regio werkt aan krachtige ontwikkelingen op het gebied van wonen, werken, natuur en landschap, verkeer en vervoer, samenleving en welzijn. De regio zoekt bij voortduring een goede balans tussen een voorspoedige ontwikkeling van de regio en het behoud van het oorspronkelijke karakter. Zo blijft de streek aantrekkelijk voor bewoners, toeristen en bedrijven. Toegevoegde waarde Holland Rijnland Holland Rijnland ligt middenin de Randstad, tussen de grootstedelijke gebieden Rotterdam, Den Haag en Amsterdam. Deze ligging in de Randstad biedt kansen, maar maakt het gebied ook kwetsbaar. Door goed en krachtig samen te werken wil Holland Rijnland de regionale belangen goed behartigen bij provincie, Rijk en andere belangrijke overlegstructuren. Ook wordt regionaal gestreefd naar een grote mate van efficiency en effectiviteit, waardoor de lastendruk voor de Holland Rijnland-gemeenten wordt beperkt. Resultaten Bestuur De resultaten van het Bestuur worden verantwoord bij 6.1 Onderdeel Bestuur. Deelprogramma’s De volgende onderdelen kunnen worden onderscheiden: Bestuur. Middelen. Beheer Regionaal Investeringsfonds.
Pagina 62
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Financiën
Programma Bestuur & Middelen totaal indirecte kosten materiële kosten
Rekening 2011
Rekening 2012
Rekening 2013
Begroting 2013
Begroting na wijziging 2013
1.212.998 547.125
1.060.661 508.358
1.093.290 608.422
1.121.260 641.380
1.121.260 691.380
totale lasten
1.760.123
1.569.019
1.701.712
1.762.640
1.812.640
directe baten bijdragen gemeenten
283.697 1.476.426
345.351 1.223.668
440.084 1.261.628
258.240 1.504.400
258.240 1.554.400
De analyse van de verschillen tussen de gerealiseerde en begrote bedragen is weergegeven in de Toelichting op de Rekening van Baten en Lasten 2013.
Pagina 63
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.6.1 Onderdeel Bestuur Doelstelling Het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland staat voor een daadkrachtig bestuur voor de regio, een goed contact tussen de deelnemende gemeenten en een goede belangenbehartiger voor de deelnemende gemeenten. Het regionaal bestuur is herkenbaar, effectief, efficiënt, transparant en daadkrachtig en staat pal voor de aan het samenwerkingsorgaan toegekende taken en bevoegdheden. Context Dit deelprogramma is een voortzetting van de bestaande bestuurlijke activiteiten. Maatregelen - Een continue monitoring op het eigen functioneren. - Het optimaliseren van de communicatie. - Het verder stroomlijnen van de besluitvormingsprocessen en deze zo transparant mogelijk laten zijn. - Uitvoeren van de inspanningen bepaald in de uitvoeringsagenda van Focus 2014. Resultaten Bestuur Het Algemeen Bestuur heeft in het verslagjaar op 27 maart, 26 juni, 2 september, 30 oktober en 18 december vergaderd. Voor elke Algemeen Bestuursvergadering wordt een Portefeuillehoudersoverleg gehouden, dat bestaat uit wethouders en/of burgemeesters. Er zijn vijf Portefeuillehoudersoverleggen: Bestuur en Middelen, Economische Zaken, Ruimte, Verkeer en Vervoer en Sociale Agenda. In deze vergaderingen adviseerden de colleges van burgemeesters en wethouders, het Dagelijks Bestuur onder meer over de onderwerpen op de komende Algemeen Bestuursagenda. In 2013 heeft het Portefeuillehoudersoverleg Ruimte vier keer vergaderd: op 13 februari, 15 mei, 18 september, 6 november. Het Portefeuillehoudersoverleg Verkeer en Vervoer heeft zes keer vergaderd: op 15 februari, 17 mei, 21 juni, 4 september, 20 september en 8 november. Het Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken heeft zes keer vergaderd: op 13 februari, 17 april, 15 mei, 19 juni, 18 september en 6 november. Het Portefeuillehoudersoverleg Sociale Agenda heeft zeven keer vergaderd: op 13 februari, 20 maart, 15 mei, 19 juni, 18 september, 6 november en 4 december. Het Portefeuillehoudersoverleg Bestuur en Middelen is tot slot in 2013 drie maal bijeengekomen, 15 mei en op 4 en 20 september. De geplande vergaderingen van 15 februari en 8 november zijn schriftelijk afgehandeld. De reguliere vergadering van het Dagelijks Bestuur is een keer per twee weken op donderdagochtend in het regiokantoor aan het Schuttersveld in Leiden. De agendastukken zijn steeds ruim verspreid en tijdig op de website geplaatst. Ook de leden van de Ambtelijke Adviesgroepen van de betreffende Portefeuillehoudersoverleggen hebben alle stukken ontvangen, evenals de regiocontactambtenaren. Met ingang van 1 januari 2013, worden geen stukken op papier meer verspreid.
Pagina 64
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Boeien en binden In 2013 is de evaluatie van Boeien en binden uitgevoerd en het bestuur heeft aangegeven dat de aanbevelingen meegenomen worden in het proces van #Kracht15. Daarmee is boeien en binden afgerond. Bij deze evaluatie is tevens de evaluatie over de samenstelling van het Algemeen Bestuur meegenomen Positionering en profilering Holland Rijnland. Het in 2012 ingezette proces om te komen tot een heroriëntatie op de samenwerking tussen de 15 aangesloten gemeenten is voortgezet. In 2013 is door de gemeenten nagedacht op welke onderwerpen zij nog aanknopingspunten zagen voor samenwerking en is een begin gemaakt met een verkenning van de wijze waarop dat zou kunnen. Ten tijde van het schrijven van het verslag is duidelijk dat de agenda zich zal richten op economie, duurzame leefomgeving en sociale agenda. De gemeenten weten nog niet op welke wijze ze de samenwerking willen vormgeven. Communicatie en informatie
Regiocongres Er is een regiocongres georganiseerd voor ambtenaren in het kader van positionering en profilering Holland Rijnland op 21 januari 2013.
Holland Rijnland Berichten Om de week wordt de digitale nieuwsbrief Holland Rijnland Berichten naar bijna 800 abonnees gestuurd. In 2013 is de nieuwsbrief vernieuwd. In deze nieuwsbrief wordt terug- en vooruitgeblikt op de belangrijkste regionale onderwerpen die de bestuurlijke vergadertafels in Holland Rijnland passeren, maar ook onderwerpen die daarop van invloed kunnen zijn. Een abonnement op de Holland Rijnland Berichten is gratis en kan worden verkregen via www.hollandrijnland.net. Website www.hollandrijnland.net De website van Holland Rijnland biedt voor alle regiozaken informatie en alle hiervoor relevante (openbare) documenten. Ook in het verslagjaar is de site bij voortduring geactualiseerd. De inzet van social media bij gemeentelijke samenwerking Uit de aanbevelingen van de werkgroep Boeien en Binden en het onderzoek naar de mogelijkheden van social media is voorgesteld om sociale media in te zetten om de betrokkenheid te vergroten van raads- en collegeleden. Hiervoor is onder andere twitter veelvuldig ingezet. Er is een actief Holland Rijnland-twitteraccount dat goed wordt gevolgd. Via hashtags worden verbindingen over regionale onderwerpen gestimuleerd. Reactie op de rijksbegroting Op dinsdag 17 september 2013 is de rijksbegroting gepresenteerd. De begroting is door Holland Rijnland geanalyseerd, waarop een notitie is gemaakt met daarin de belangrijkste beleidsvoornemens die voor de regio Holland Rijnland van belang zijn.
Pagina 65
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1 nv
Begroting: wat zouden we doen? Conform begroting 2013 Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 2
Evaluatie voorstellen werkgroep Boeien en Binden; Implementatie aanbevelingen Boeien en Binden voor zover Holland Rijnland hiervoor de trekker is;
a a
3
Uitwerking Focus 2014 en vervolgproduct en uitvoeringsprogramma;
a
4 5
Het verder optimaliseren van de communicatie; Verbeteren van de website; (o.a. integratie website RBL Holland Rijnland bij website Holland Rijnland);
d a
6
Het verder stroomlijnen van de besluitvormingsprocessen en deze zo transparant mogelijk laten zijn;
d
7
Evaluatie discussie samenstelling Algemeen Bestuur.
a
Pagina 66
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.6.2 Onderdeel Middelen Doelstelling Voor de uitvoering van de taken zijn een organisatie, menskracht, fysieke en financiële middelen nodig. Het grootste deel van de financiële middelen is afkomstig van de deelnemende gemeenten. Er wordt gestreefd naar een grote mate van efficiency en effectiviteit, waardoor de lastendruk op de gemeenten wordt beperkt. Context Het deelprogramma Middelen is een voortzetting van de bestaande activiteiten. Hieronder vallen: - Het gebouw met inrichting. - De ondersteuning van de uitvoerende organisatieonderdelen. - Het uitvoeren van de planning- en controlcyclus. - Het in stand houden en waar mogelijk optimaliseren van de ict. - Het bijhouden van de post en het archief. - Het uitvoeren van de financiële administratie. - Het uitvoeren van de beheerstaken. - Het managen van de projectleiders. - Het treasury-management. - De controlling. Maatregelen Waar nodig vindt een versterking en verdergaande professionalisering plaats van de diverse onderdelen. Aandacht is gericht op de kwaliteit en de efficiency van de organisatie. Resultaten Vanaf de begroting 2011 heeft Holland Rijnland te maken met bezuinigingstaakstellingen. De eerste bezuiniging was 5% in 2011 ten opzichte van de begroting 2010. Vanaf 2012 geldt voor alle gemeenschappelijke regelingen (GR’s) in de regio een financiële kaderstelling. Jaarlijks ontvangen de GR’s van de werkgroep financiële kaderstelling gemeenschappelijke regelingen van gemeenten in Hollands-Midden een brief met daarin het financieel kader voor het komende begrotingsjaar. Voor het jaar 2012 was de taakstelling ten opzichte van het jaar 2010 5% en voor het jaar 2013 10%. De bezuinigingstaakstelling voor de begroting 2013 van 10% ten opzichte van 2010 is reeds gerealiseerd in de begroting van 2012 en werkt structureel door in de begroting 2013 en volgende jaren. Naast deze taakstellende bezuinigingen is in 2012 ook nog een efficiencywinst van € 120.000 gerealiseerd. Intern is op het gebied van personeel en organisatie weer veel tot stand gebracht. Dit geldt met name voor het implementeren van het digitaal management systeem (DECOS). Voor uitgebreide informatie hierover zie paragraaf 4 Bedrijfsvoering. De organisatie heeft wederom kunnen werken in een stabiele netwerkomgeving, de financiën zijn op orde en de jaarrekening geeft een positief eindresultaat te zien.
Pagina 67
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Begroting: wat zouden we doen? 1 Conform begroting 2013 nv Niet voorzien
a = uitgevoerd b = loopt nog c = niet gedaan d = going concern
1 Uitvoering planning en controlcyclus 2 Treasurymanagement 3 Middelen beheer 4 Het volledig in control komen van de organisatie 5 Verder ontwikkelen van administratieve organisatie en interne controle 6 Het meer SMART krijgen van gegevens van doelstellingen en prestaties. nv Implementatie digitaal management systeem nv Implementatie digitale verwerking facturen
Pagina 68
a a a b b b a b
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.6.3 Onderdeel Regionaal Investeringsfonds In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 19 december 2007 is het Regionaal Investeringsfonds (RIF) ingesteld en de overeenkomst door de deelnemende gemeenten ondertekend. In de RIF zijn de volgende vijf projecten benoemd: RijnlandRoute. HOV-netwerk ZHN. Noordelijke Ontsluiting Greenport. Regionaal Groenprogramma. Vitalisering Greenport Duin- en Bollenstreek. In 2013 hebben de gemeenten rond 1 april 2013 de vijfde bijdrage van € 9.455.330 voldaan. Dit bedrag is direct in het fonds gestort. Onderstaand treft u een overzicht van de aan de vijf projecten toegerekende rente en de stand per 1 januari 2013 per project.
32.715.009
Stand per 1 januari 2013 Ontvangsten: Totaal ontvangen van de gemeenten Totaal gerealiseerde renteopbrengst Totaal te ontvangen in 2013 (1 april) sub-totaal Uitgaven: Rijnlandroute HOV-netwerk ZHN Vitalisering Greenport Duin- en B.’streek Regionaal Groenprogramma Totaal te betalen in 2013 (1 april) Saldo per 31 december 2013
9.454.330 85.678 9.540.008 42.255.017
15.000.000 2.488.600 666.666 107.616 18.262.882 23.992.135
Verantwoording verantwoord op ontvangen RIF-gelden verantwoord op ontvangen RIF-gelden rente-opbrengsten Totaal
Verdeling per project Rijnlandroute HOV-netwerk ZHN Noordelijke ontsluiting Greenport Regionaal Groenprogramma Vitalisering Greenport Duin- en B.’streek
bijdrage gemeenten 0 2.522.800 15.000.000 5.113.038 0 22.635.838
Pagina 69
22.635.838 1.356.297 23.992.135
renteopbrengsten 416.171 233.406 434.962 208.976 62.782 1.356.297
totaal per 31-12-2013 416.171 2.756.206 15.434.962 5.322.014 62.782 23.992.135
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7 PARAGRAFEN 1.7.1 WEERSTANDSVERMOGEN De verslaggevingsregels BBV schrijven voor een paragraaf over het weerstandsvermogen aan de begrotings- en rekeningstukken toe te voegen. Het is van belang dat gemeenten in staat zijn onverwachte financiële tegenvallers het hoofd te bieden (dit wordt het weerstandsvermogen genoemd). Daarvoor is het nodig te beschikken over een zekere mate van vrije ruimte, een buffer, binnen de begroting en/of vermogenspositie. Deze vrije ruimte wordt aangeduid als weerstandscapaciteit. Deze weerstandcapaciteit bestaat volgens de brief van de provincie uit drie componenten: 1. De omvang van de vrij aanwendbare reserves. 2. De onbenutte belastingcapaciteit. 3. De “lucht” in de begroting. Hierbij merkt de provincie zelf op dat de algemene reserve, die vrij besteedbaar is, bepalend is voor de vraag of men over voldoende vrije buffer beschikt. Het samenwerkingsorgaan beschikt niet over vrije reserves. De deelnemende gemeenten zijn op grond van de regeling geheel gezamenlijk verantwoordelijk voor de financiële situatie bij het samenwerkingsorgaan en mogelijke tekorten of financiële tegenvallers. De buffer voor Holland Rijnland zit dan ook bij de deelnemende gemeenten. Er hoeft dan ook geen weerstandscapaciteit aanwezig te zijn bij Holland Rijnland. Bovenstaande is de uitkomst van de inventarisatie die Holland Rijnland heeft uitgevoerd naar de weerstandscapaciteit. De gemeenten worden tweemaal per jaar geïnformeerd over het verloop van de begroting, namelijk bij de Managementrapportage (Marap) en bij de jaarrekening. Eventuele risico’s worden daarbij aangegeven. De gemeenten moeten dan in staat worden geacht op basis van deze informatie voldoende voorzieningen in de eigen begroting te treffen. Dat risico kan worden betrokken bij het geheel van de door de gemeente gelopen risico’s. Uit dat oogpunt is geen afzonderlijke risicoreserve bij de gemeenschappelijke regeling aangehouden. Risico’s Onder risico's worden verstaan alle voorzienbare risico's waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd, of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot het balanstotaal of de financiële positie. Uit een inventarisatie van de risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie (hierbij dient bijvoorbeeld te worden gedacht aan risico’s in het kader van organisatieontwikkelingen, rechtmatigheid, garantieverplichtingen en het voldoen aan formele voorschriften met betrekking tot de uitvoering van regelingen door Holland Rijnland) is het volgende naar voren gekomen; de lopende discussie met betrekking tot #Kracht15 is voor Holland Rijnland aanleiding geweest om twee voorgenomen reserves te creëren; de reserve mobiliteitskosten en de reserve frictie- en transitiekosten. Voorgesteld wordt om respectievelijk € 120.000 en € 433.879 aan deze reserves toe te voegen ter dekking van de te verwachten kosten in 2014 en verder. Daar Holland Rijnland eigen risicodrager is voor de WW, zal er afhankelijk van de uitkomst van de discussie wellicht in 2014 ook geld aan deze reserves moeten worden toegevoegd ter dekking van te verwachten WWuitkeringen.
Pagina 70
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Beleid Gelet op het feit dat er bij Holland Rijnland geen weerstandscapaciteit aanwezig is, Holland Rijnland zelf niet beschikt over vrije reserves beschikt en de risico’s bij de deelnemende gemeenten liggen, heeft Holland Rijnland geen beleid ontwikkelt aangaande de weerstandscapaciteit. Debiteurenbeheer De afhandeling van (oude) openstaande posten heeft doorlopend aandacht. Indien onverhoopt mocht blijken dat sommige debiteuren dubieus van aard zijn, dan wordt met een apart voorstel besloten dit administratief af te handelen. Subsidiestromen derden Bij toezeggingen van derden zal er altijd zoveel mogelijk de zekerheid moeten zijn dat de bedragen ook daadwerkelijk worden ontvangen, alvorens tot verplichtingen wordt overgegaan. Ziekteverzuim Holland Rijnland is evenals andere overheidslichamen eigen risicodrager bij ziekte. Dit betekent dat bij ziekte het salaris voor rekening van de werkgever wordt doorbetaald. In de begroting zijn beperkte bedragen opgenomen voor vervanging. Bij veelvuldig en/of langdurig ziekteverzuim wordt er niet aan ontkomen om personeel bij derden in te huren. De kosten hiervan zijn vaak aanzienlijk. Dit betekent dat, bij gebrek aan een eigen voorziening, een beroep moet worden gedaan op de deelnemende gemeenten door middel van een verhoging van de gemeentelijke bijdrage.
Pagina 71
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7.2 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN De enige kapitaalgoederen die het samenwerkingsorgaan in bezit heeft is de inventaris, bestaande uit meubilair en automatiseringstoepassingen. Op deze zaken wordt afgeschreven. Het samenwerkingsorgaan beschikt niet over (egalisatie-)reserves voor vervangingen. Kleine aanschaffingen gebeuren binnen de begroting. Grote vervangingen vergen een extra krediet waarvoor dan een voorstel wordt voorgelegd aan het Algemeen Bestuur.
Pagina 72
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7.3 FINANCIERING Algemeen De exploitatietekorten van het samenwerkingsorgaan worden gefinancierd door de twaalf deelnemende gemeenten. Op basis van de vastgestelde begroting wordt de geraamde gemeentelijke bijdrage als voorschot in rekening gebracht: eerste termijn van vijftig procent aan het begin van het begrotingsjaar en de tweede termijn van vijftig procent op 1 juli van het lopende begrotingsjaar. Bij de vaststelling van de jaarrekening wordt tevens de definitieve bijdrage over het betreffende jaar vastgesteld. Zo spoedig mogelijk daarna vindt er een afrekening plaats met de gemeenten. Daarnaast zijn er geldstromen van ministeries en provincie waarvan de bedragen worden doorgegeven naar de betreffende instanties. Kasgeld Tijdelijke overschotten worden uitgezet bij de NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), ING en Rabobank, of bij publiekrechtelijke lichamen tegen een zo gunstig mogelijke rente. Dit gebeurt in daggeld of in deposito’s. Tijdelijke tekorten komen sporadisch voor en zijn slechts van korte duur. Hiervoor wordt dan gebruikgemaakt van de kredietlimiet (“rood staan”) van de bankinstelling (BNG). Leningenportefeuille Het samenwerkingsverband beschikt niet over een leningenportefeuille. Liquiditeitenplanning Gelet op de bevoorschottingsregeling met de deelnemende gemeenten en het regelmatige uitgavenpatroon is er geen liquiditeitenplanning opgesteld. In- en externe ontwikkelingen Er zijn geen interne of externe ontwikkelingen die invloed kunnen hebben op de treasuryfunctie, de treasury-organisatie, het risicoprofiel, de financiële posities, de vermogenswaarden en/of de geldstromen. Deze worden ook niet verwacht. Risicobeheer De treasury-functie dient uitsluitend de publieke taak en het beheer van de uitzettingen is prudent. Er wordt ruim voldaan aan de kasgeldlimiet, er zijn geen geldleningen en de kasgeldoverschotten worden tijdelijk uitgezet bij de NV Bank Nederlandse Gemeenten, ING en Rabobank. Renterisico’s Vanwege de zeer beperkte financieringsbehoeften en het prudent wegzetten van overtollige kasgeldmiddelen is het renterisico gering. Holland Rijnland is geen vaste geldleningen aangegaan. Het samenwerkingsorgaan voldoet dan ook aan de rente-risiconorm. Financieringsrisico’s Omdat de gemeenten gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het financiële beleid van het samenwerkingsorgaan en zich verplicht hebben de tekorten in zijn geheel gezamenlijk te dragen, zijn er geen financieringsrisico’s.
Pagina 73
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Kasgeldlimiet Het samenwerkingsorgaan is steeds gedurende vele jaren binnen de kasgeldlimiet gebleven. De verwachting is ook dat dit ook voor de komende jaren geldt.
Kasgeldlimiet 2013 Bedragen in euro’s per kwartaal x 1000 Kwartaal Kwartaal Kwartaal Kwartaal 1 2 3 4 Omvang begroting per 1 januari 2013 = € 21,2 miljoen (1)Toegestane kasgeldlimiet in procenten in bedrag (2)Omvang vlottende schuld Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld in rekening-courant Gestorte gelden door derden < 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld (3)Vlottende kasgeldmiddelen Contante gelden in kas Tegoeden in rekening-courant Overige uitstaande gelden < 1 jaar Toets kasgeldlimiet (4) Totaal netto vlottende schuld (2)-(3) Toegestane Kasgeldlimiet (1) Ruimte(+)/Overschrijding (-); (1) – (4)
8,2% 1.738
8,2% 1.738
8,2% 1.738
8,2% 1.738
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
1 18.428 20.750
1 14.657 20.750
1 13.469 20.750
1 30.447 0
- 39.179 1.738 +40.917
- 35.408 1.738 +37.146
- 34.220 1.738 +35.958
- 30.448 1.738 +32.186
Meerjarenprognose / rente-risiconorm Op basis van de meerjaren verwachtingen is de inschatting dat Holland Rijnland ook de komende jaren geen geldleningen hoeft aan te gaan. Een renterisico vaste schuld is dan ook niet aanwezig.
Pagina 74
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7.4 BEDRIJFSVOERING De rollen en taken van Holland Rijnland zijn als volgt te onderscheiden: 1. Regionaal richtinggevend. Uitvoering Programma van Afspraken november 2002 en Focus 2014. 2. Platformfunctie. Er worden twee soorten onderscheiden. A. Uitgeklede secretariaatsfunctie: een gemeente wil een onderwerp (over een nietovergedragen taak) op de regionale agenda plaatsen. De rol van de regio is beperkt tot het agenderen voor het betreffende overleg of Portefeuillehoudersoverleg. De regio heeft geen taak in de voorbereiding. De aanlevering van de stukken, de vraagstelling en de afhechting komen voor rekening van de initiatiefnemende gemeente(n). B. Inhoudelijke inbreng van de regio voor een niet overgedragen taak alsnog gewenst. Hiervoor dient de initiatiefnemende gemeente(n) een gemotiveerd verzoek in. 3. Efficiency. Indien aantoonbaar is dat door gezamenlijke uitvoering een goedkoper en/of beter product wordt geleverd. 4. Externe partijen vragen de regio een rol/taak op zich te nemen. Voor de punten 2B, 3 en 4 geldt dat de taak alleen wordt opgepakt als de meerwaarde is aangetoond, de inzet van regio en gemeenten goed is gedefinieerd en nadat het Algemeen Bestuur hiertoe heeft besloten. Het bieden van een platform voor onderlinge afstemming tussen de deelnemende gemeenten is en blijft de primaire functie van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland. Begroting en uitvoering Voor de begroting 2013 is een werkgroep aan de slag gegaan, bestaande uit deskundigen van een aantal deelnemende gemeenten en Holland Rijnland met als opdracht de begroting van Holland Rijnland met SMART te maken. In de jaarrekening 2013 zijn de eerste resultaten zichtbaar. De taken van Holland Rijnland zijn vertaald in projectbeschrijvingen. Het geeft de projectafbakening weer, de projectaanpak, de planning en de fasering, evenals de personele inzet binnen Holland Rijnland en de externe inzet, de financiële middelen en de verantwoording. Met dit instrument moet een betere beheersbaarheid ontstaan van de verschillende projecten en taken. Voor 2013 werd een bezuinigingstaakstelling van 10% ten opzichte van 2010 opgelegd. Door de bezuinigingstaakstelling 2011, het niet opnemen van compensatie voor loon- en prijsstijgingen in de begrotingen vanaf 2010 en de taakstellende bezuiniging van 5% in 2012 ten opzichte van 2010 heeft Holland Rijnland de bezuinigingsmaatregel voor 2013 ruimschoots gehaald. Ambtelijke organisatie en organisatie-ontwikkeling De ambtelijke organisatie bestaat uit de onderdelen: Ruimtelijke Agenda, Sociale Agenda, Bestuur- en Management Ondersteuning en Middelen, Beheer & Control.
Pagina 75
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Organisatiestructuur Op 1 oktober 2004 zijn de samenwerkingsverbanden Duin- en Bollenstreek en de Leidse Regio gefuseerd tot het samenwerkingsverband Holland Rijnland. De ambtelijke organisatie bestaat formeel sinds 1 januari 2005. In 2008 en in 2011 zijn er in de organisatiestructuur wijzigingen aangebracht, dit heeft geresulteerd in de invoering van onderstaande gewijzigde organisatiestructuur:
Pagina 76
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Personeel en organisatie Algemeen Het jaar 2013 heeft vooral in het teken gestaan van Kracht 15 (Positionering en Profilering Holland Rijnland). Het adviesbureau Hiemstra & de Vries ondersteunt de ambtelijke begeleidingsgroep bij de uitwerking van de nieuwe strategische agenda. Zij maken een analyse van alle taken die het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland voor de gemeenten uitvoert. Daarbij bekijken ze de mogelijke consequenties en alternatieven als Holland Rijnland deze taken niet meer zou uitvoeren. Deze discussie in combinatie met de vereiste bezuinigingen per 2015 zal voor 2014 een organisatieverandering tot gevolg hebben. De komende organisatieverandering heeft impact gehad op het invoeringstraject van Het Nieuwe Werken. Halverwege het jaar is besloten hier niet meer actief mee aan de slag te gaan, maar gebruik te maken van de, met name digitale, mogelijkheden die er zijn. De invoering van Decos (het Document Management Systeem) is in 2013 uitgerold over nagenoeg de hele organisatie. De website www.werkeninhetwesten.nl is in 2013 uitgebreid met een opleidingsmodule, waardoor een ruim scala aan opleidingen zonder of met weinig kosten ter beschikking is gekomen. Holland Rijnland heeft op initiatief van de projectgroep Werken in het Westen dit jaar voor het eerst meegedaan aan de landelijke Train-je-collega week. Er zijn vanuit Holland Rijnland twee workshops aangeboden, maar deze hebben helaas niet geleid tot inschrijvingen. Wel hebben meerdere medewerkers workshops in de regio gemeenten gevolgd. In 2013 is een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. Dit is uitbesteed aan bureau Effectory die ook de afdelingen heeft begeleid bij het verwerken van de uitkomsten. Het eindcijfer was een 7,1 met bij sommige afdelingen wel een aantal belangrijke aandachtspunten. Arbo en ziekteverzuim Het ziekteverzuim over 2013 is 4,71 % inclusief gedeeltelijke re-integratie en 8,33 % exclusief gedeeltelijke re-integratie. De verzuimfrequentie is 1,24 met een totale gemiddelde verzuimduur van 26,03 dagen. In 2013 is het sociaal-medisch team regelmatig bijeen geweest. Het team bestaat uit de bedrijfsarts, de beleidsmedewerker HRM en de manager van de te bespreken medewerker. In december is er vanuit P&O een bijeenkomst georganiseerd voor alle leidinggevenden met de bedrijfsarts en een arbeids- en organisatiedeskundige van ArboNed. Tijdens deze bij-
eenkomst is aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: - hoe houden we onze medewerkers (en onszelf) gezond en gemotiveerd in een tijd van organisatieverandering? Hoe om te gaan met stress en onzekerheid? - en (mede) in het verlengde daarvan: hoe om te gaan met stil verzuim? Medewerkers die zich niet ziek melden, maar niet goed in hun vel zitten en niet productief zijn. Hoe signaleren we dat en wat kunnen we ermee? Er zijn 7 medewerkers die gebruik hebben gemaakt van het wettelijke kortdurende zorgverlof. Van langdurig zorgverlof is geen gebruik gemaakt. Rechtspositieregeling De regeling Algemene Dienst die in de CAO is opgenomen, is begin van dit jaar geïmplementeerd. Met de Ondernemingsraad zijn afspraken gemaakt en alle medewerkers hebben schriftelijk deze wijziging in hun aanstelling ontvangen met nadere informatie. Opleidingen Voor 2013 is een opleidingsplan gemaakt, waarin het opleidingenaanbod is uitgebreid en inhoudelijk is aangesloten bij de kerncompetenties die van onze medewerkers worden gevraagd. Daarbij is gebruik gemaakt van het opleidingenaanbod van Werken in het westen.
Pagina 77
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Aan het einde van 2013 zijn vanwege de migratie naar Office 2013 trainingen georganiseerd voor alle medewerkers op het gebied van Outlook, Word en Excel. Daarnaast komen nog trainingen PowerPoint en Prezi Overleg met de Ondernemingsraad In 2013 is er een wijziging gekomen in de samenstelling. De plek van de bestuurder is ingenomen door de secretaris/directeur en de plek van de P&O adviseur door de interim manager van de afdeling MBC. . Onderwerpen die dit jaar op de agenda stonden zijn, zijn het traject Kracht 15 (Positionering en Profilering Holland Rijnland), de invoering van Het Nieuwe Werken, het medewerkersonderzoek en de gevolgen van de opheffing per 1 januari 2014 van het Jongerenloket. Eind van het jaar zijn er verkiezingen gehouden en is een nieuwe OR geïnstalleerd met uitbreiding tot zes personen. Kwantitatieve personeelsgegevens Op 31 december 2013 telde Holland Rijnland 81 medewerkers en 2 medewerkers via een stage-overeenkomst. De totale formatie (exclusief stagiaires) bedraagt op die datum 66,7 fte. Er werken 19 medewerkers fulltime en 62 parttime. Van de 80 medewerkers zijn er 49 vrouw en 32 man. Leeftijdsopbouw: Leeftijdscategorie 20 - 30 30 - 40 40 – 50 50 – 60 60 – 65
Aantal per 31 december 2013 3 21 26 23 8
De gemiddelde leeftijd van de vrouwelijke medewerkers is 44 jaar en van de mannelijke medewerkers 48 jaar. In- en uitstroom In 2013 hebben 2 medewerkers de organisatie verlaten. Er zijn 2 medewerkers in dienst gekomen. Over het hele jaar is er aan 5 nieuwe stagiaires een kans geboden om ervaring op te doen. Informatie en Automatisering Office 2013 Na een stevige voorbereiding en een aantal (technische) tests is de organisatie eind dit jaar overgegaan op Office 2013. De installatie en verwijdering van de oude software heeft in een avond plaatsgevonden. Parallel hieraan is een opleidingstraject gestart voor alle medewerkers en voor de modules Word Excel Outlook. Door het succes van deze trainingen kon niet iedereen in 2013 worden getraind. Daarom wordt in 2014 nog een serie trainingen verzorgd. Mobiel werken Vanuit het MT is de vraag gekomen om het zakelijk gebruik van de in bruikleen uitgegeven IPADS te inventariseren. Hierom is door I&A een enquête samengesteld. De enquête heeft een hoge invulgraad gehad. De conclusie is dat de IPAD in grote mate het (mobiele) werk ondersteund. Vaak wordt de IPAD als tweede scherm gebruikt om email bij te houden. IPAD
Pagina 78
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
wordt ervaren als handig en laagdrempelig te gebruiken. Echter nog niet alle functies van een PC zijn te vervangen door IPAD. Proactive De facturen werden handmatig verwerkt in Exact. Al langer was er behoefte aan digitalisering van de facturenstroom. Naast digitalisering van de stukken is het dan voor de collega’s ook mogelijk om facturen digitaal te accorderen. Het pakket van Proactive maakt dit mogelijk. Het systeem is op afstand te benaderen en werkt geheel beveiligd in de cloud. Het idee om dit systeem te koppelen met Decos is verlaten, vanwege de grote technische complexiteit. Dit weegt niet op tegen de meerkosten. Het systeem is op dit moment geïmplementeerd. Netwerk PC’s en infrastructuur Het netwerk is ook dit jaar zeer stabiel gebleken en werkt naar behoren. Door proactief te handelen aan servers en PC’s zijn grote storingen voorkomen. Er zijn geen grote technische investeringen gedaan aan servers en het netwerk. Het is technisch mogelijk gemaakt om remote toegang te krijgen tot bedrijfsapplicaties via een mobiel apparaat bv IPAD Timetell app Aan het eind van het jaar is tegen een kleine vergoeding de Timetell app aangeschaft. De achterliggende software voor de app is op onze servers geactiveerd. Begin 2014 zal en de app worden getest en medio 2014 komt de app beschikbaar voor al onze collega’s. Archief DMS traject: Start registratie voor alle organisatieonderdelen vanaf januari 2013 Vanaf eind januari 2013 registreren naast de Woonruimteverdeling, ook alle afdelingen documenten en dossiers in het Documentmanagementsysteem (DMS) Decos D5. Dit vond pas plaats na de conversie van de gegevens uit het oude postregistratiesysteem Walvis Post.
Pagina 79
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Conversie Access De medewerkers in de ambtelijke organisatie maakten gebruik van het centrale adressenbestand in Access voor verschillende doeleinden. Omdat het programma Access na de migratie naar Office 2013 niet meer ondersteund zou worden en het noodzakelijk was dat in het DMS het adressenbestand raadpleegbaar was heeft een conversie van het Access adressenbestand naar Decos. plaatsgevonden. De laatste conversie vond plaats in juni 2013. Workflows subsidies Sociale Agenda Er zijn workflows gebouwd in Decos voor de subsidies die behandeld worden door de afdeling Sociale Agenda. Via deze workflow worden de beleidsmedewerkers geautomatiseerd ondersteund in de uitvoering van de werkprocessen. Trainingen van medewerkers Vanaf februari 2013 zijn er korte basistrainingen gegeven aan de medewerkers per afdeling zodat de uitrol van het gebruik van het systeem gefaseerd kon gebeuren. In juni zijn deze basistrainingen afgerond. Voortgang traject DMS In 2013 hebben we te maken gekregen met extra wensen en behoeften vanuit de organisatie waar we aan hebben kunnen voldoen. Te denken valt hierbij onder meer aan de conversie van het adressenbestand, het door ontwikkelen van het zaaksysteem en het (deel)project Facturatie (ProActive). Nieuwe versie Decos 5.2 In september is een nieuwe versie van Decos beschikbaar gekomen waardoor het nu mogelijk is om Decos op de IPad te raadplegen. Daarnaast zijn er wat wijzigingen doorgevoerd in de licenties. Gebruikersgroep DMS Er is een gebruikersgroep ingesteld om aanvullende wensen en behoeften te inventariseren. Dit was in 2013 nog niet afgerond. Afspraken over aanpassingen Zaaktypencatalogus De zaaktypencatalogus is in 2012 opgesteld en in 2013 is gebleken dat een update nodig is. De catalogus wordt in 2014 aangepast. Migratie Office 2013 In december 2013 heeft de uitrol van Office 2003 naar Office 2013 plaatsgevonden. Voor Decos betekende dit dat alle huisstijlsjablonen die in Decos worden gebruikt, omgezet moesten worden naar nieuwe Office 2013 sjablonen.
Pagina 80
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Administratieve organisatie In het verslagjaar is er ten opzichte van eerdere nog meer aandacht gegeven aan de werkzaamheden voor de Interne Controle. Tevens is eind 2013 een digitaal verwerkingssysteem, ProActive, aangeschaft waarmee inkoopfacturen op een digitale wijze aan de (sub)budgethouders worden aangeboden ter accordering. Begin 2014 is het systeem operationeel geworden. De inkoopfacturen worden digitaal opgeslagen in dit systeem, maar nog niet in Decos. Dit gaat in de toekomst wel gebeuren om te voldoen aan de gestelde eisen in de Archiefwet en het Archiefbesluit. Nagedacht wordt over de aanschaf van een extra module waarmee aangegane verplichtingen extracomptabel bijgehouden zouden kunnen worden. Kansen en bedreigingen Het voortbestaan van Holland Rijnland in zijn huidige vorm is onzeker als gevolg van de #Kracht15 discussie omtrent de profilering en herpositionering die momenteel gevoerd wordt. De uitkomst van de discussie is zeer ongewis, maar er is sprake van een taakstellende bezuiniging vanaf 1 januari 2015 van minimaal 25%.
Pagina 81
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7.5 VERBONDEN PARTIJEN In deze paragraaf wordt aangegeven met welke partijen het samenwerkingsorgaan bestuurlijke en financiële belangen heeft. Dit betreffen deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen, stichtingen en verenigingen. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Het samenwerkingsorgaan is niet aan andere organen verbonden, maar participeert wel in diverse overlegorganen.
Pagina 82
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1.7.6 COMPENSATIEFONDS BTW Een gemeenschappelijke regeling als Holland Rijnland wordt niet in de btw-heffing betrokken. De btw blijft dan voor de gemeenschappelijke regeling een kostenpost. Alleen een gemeenschappelijke regeling, die op de prestaties een winsttoeslag oplegt en daardoor doet aan vermogensvorming, heeft recht op aftrek van btw. Dit laatste is voor Holland Rijnland niet van toepassing. Voor de begroting van het Holland Rijnland is er daarom niets veranderd. Evenals voorgaande jaren zijn alle lasten bruto geraamd. Met ingang van 1 januari 2003 hebben provincies en gemeenten te maken met het btwcompensatiefonds. Per individuele gemeente moet een opgave worden verstrekt welk deel van de voorbelasting compensabel is en kan worden doorgeschoven naar de betreffende gemeente. De deelnemende gemeente kan deze kosten dan meenemen met de opgave voor het btwcompensatiefonds. Hierna is een overzicht weergegeven van de doorgeschoven btw in 2013.
BTW 2013
Gemeente
Kaag en Braassem Leiden Leiderdorp Voorschoten Zoeterwoude Oegstgeest
25.715 119.800 26.743 24.658 8.122 23.153
Leidse regio
228.191
Hillegom Katwijk Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen DB-streek Alphen ad Rijn Nieuwkoop Rijnwoude
Totaal 2013
Door te schuiven BTW Aantal inwoners Holland Rijnland 12 gemeenten Bezwarencie per 1 jan 2013 Holland Rijnland urgentie RSB bron CBS oud € € € € € €
23.037 107.325 23.958 22.090 7.276 20.742
€ € € € € €
5.168 24.075 5.374 4.955 1.632 4.653
€ € € € € €
28.205 131.399 29.332 27.045 8.908 25.395
€ € € € € €
18.695 56.160 20.061 22.998 14.101 32.072
€ € € € € €
4.194 12.598 4.500 5.159 3.163 7.194
€ € € € € €
22.888 68.758 24.561 28.157 17.264 39.266
72.913 € 27.082 € 18.577 €
65.320 24.262 16.642
€ € €
65.320 24.262 16.642
- €
557.403
20.868 62.688 22.393 25.671 15.740 35.800 183.160
Rijnstreek
118.572
Totaal
529.923 €
474.739 €
Pagina 83
82.664 €
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2. JAARREKENING 2013
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude.
Pagina 84
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.1 BALANS en TOELICHTING OP DE BALANS
Pagina 85
Balans per 31 december 2013 (bedragen in euro's)
ACTIVA
Ultimo 2013
Ultimo 2012
PASSIVA
VASTE ACTIVA
0 Eigen vermogen - Algemene reserve - Bestemmingsreserves - Nog te bestemmen resultaat / Af te rekenen met de gemeenten
0
228.027 228.027
263.459
1.996
1.996
Totaal vaste activa
1.435 230.024
263.459 Voorzieningen - Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's - Onderhoudsegalisatievoorzieningen - Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting
Overlopende activa - De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel - Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen Totaal vlottende activa Totaal generaal
553.879
109.156
0
3.061.901
3.061.901
264.893 Totaal vaste passiva
148.909
4.615.383
4.466.474
0
0
3.936.563
5.135.905
1.251.615
1.278.412
VLOTTENDE PASSIVA
Voorraden - Grond- en hulpstoffen - Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie - Gereed product en handelsgoederen - Vooruitbetalingen
Liquide middelen - Kassaldi - Bank- en girosaldi
520.522 411.365
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1.435 één jaar of langer - Obligatieleningen - Onderhandse leningen van: - binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen - binnenlandse banken en overige financiële instellingen - binnenlandse bedrijven - overige binnenlandse sectoren - buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren - Waarborgsommen - verplichtingen uit hoofde van financial lease-overeenkomsten
VLOTTENDE ACTIVA
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar - Vorderingen op openbare lichamen - Verstrekte kasgeldleningen - RC-verhoudingen met niet-financiële instellingen - Overige vorderingen - Overige uitzettingen
874.662 320.783
0
129.417 0
251.011
121.595
503 30.446.865 339.211
0 Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar - Kasgeldleningen - Bank- en girosaldi - Overige schulden
570.389 20.750.000 404.751
30.447.368
546.957
207.746
760 19.873.037 0
193.710
21.725.140 Overlopende passiva - Vooruitontvangen bedragen
1.251.615
0
1.278.412 26.287.182
359.068
- Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde ver19.873.797 plichtingen van vergelijkbare volume
123.798
177.160
- De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren
26.163.384
35.106.996
0
0
193.710
- Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen
35.643.224
31.245.337
41.792.647 Totaal vlottende passiva
27.538.797
36.921.636
31.475.360
42.057.541 Totaal generaal
31.475.360
42.057.541
0 0
0 0
- Gewaarborgde geldleningen - Garantstellingen
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 86
Financiële vaste activa - Kapitaalverstrekkingen aan: - deelnemingen - gemeenschappelijke regelingen - overige verbonden partijen - Leningen aan: - woningbouwcorporaties - deelnemingen - overige verbonden partijen - Overige langlopende leningen u/g - Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer - Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Ultimo 2012
VASTE PASSIVA
Immateriële vaste activa - Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio - Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Materiële vaste activa - Investeringen met een economische nut - gronden uitgegeven in erfpacht - overige investeringen met een economisch nut - Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut
Ultimo 2013
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Toelichting op de afzonderlijke posten van de balans
Boekjaar 2013
Boekjaar 2012
VASTE ACTIVA Materiele vaste activa .- Investeringen met een economisch nut .- overige investeringen met een economisch nut Aansc hafwaarde per 1 januari 2012 Afsc hrijvingen t/m 1 januari 2012 Boekwaarde begin boekjaar Investeringen Verminderingen
491.629 228.169 263.459 41.482 0 304.942 76.915 228.027
512.471 220.698 291.773 56.112 0 347.885 84.426 263.459
533.111 305.084 228.027
568.583 305.124 263.459
1.996 1.996
1.435 1.435
503
760
17.940.947 1.696 4.222 2.500.000 0 10.000.000 30.446.865
7.365.226 2.441 5.370 2.500.000 0 10.000.000 19.873.037
0 0
20.750.000 20.750.000
Afsc hrijvingen Boekwaarde einde boekjaar Aansc hafwaarde einde boekjaar Afsc hrijvingen tot en met boekjaar Totale boekwaarde einde boekjaar * * Voor een nadere spec ific atie zie de 'Investerings- en financ ieringsstaat' Financiële Vaste Activa .- Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer Fietsenplan Totaal
VLOTTENDE ACTIVA Liquide middelen .- Kassaldi Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) ING (voorheen Postbank) Rabobank (RC- rekening) Rabobank (bedrijfstelespaarrekening) Rabobank (bedrijfsdepositorekening) Rabobank (bedrijfsbonusrekening) .- Bank- en girosaldi .- Verstrekte kasgeldleningen (per bankinstelling) Rabobank (vaste termijn rekening / deposito's)
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar .- Vorderingen op openbare lichamen Gemeente Alkemade / Kaag en Braassem * Gemeente Alphen a/d Rijn * Gemeente Hillegom * Gemeente Katwijk * Gemeente Leiden * Gemeente Leiderdorp * Gemeente Lisse * Gemeente Nieuwkoop * Gemeente Noordwijk * Gemeente Noordwijkerhout Gemeente Oegstgeest * Gemeente Rijnwoude Gemeente Teylingen * Gemeente Voorsc hoten * Gemeente Zoeterwoude * Belastingdienst * Provinc ie Zuid- Holland Gemeente Den Haag ROV (Reg. Onderst.bureau Verk.veiligh. ZH) .- Voorziening dubieuze vorderingen op openbare lic hamen * is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
Pagina 87
per 31-12-2013 1.600 5.608 1.150 2.728 13.270 1.650 1.200 4.166 9.870 900 1.200 1.200 1.900 2.778 700 20.032 50.995 8.470 0 129.417 0 129.417
per 31-12-2012 16.843 5.447 2.400 0 87.318 3.530 0 1.700 0 3.615 0 1.200 1.900 0 700 0 320.170 0 140.418 585.240 14.851 570.389
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
per 31-12-2013
.- Overige vorderingen Diverse debiteuren * (Agr. Natuur- en Landsc hapsvereniging) ANLV Geestgrond Rabobank Leiden/Leiderdorp en Oegstgeest * St. ROC Leiden Stic hting Ingrado * WBV De Sleutels van Zijl en Vliet Stek * Bestuursac edemie Partic ipe Kamer van Koophandel Den Haag * Nederlands Jeugdinstituut Dutc h Spac e B.V. * Spac eNed Saldo van vorderingen op c rediteuren
per 31-12-2012
84 0 50.479 25.072 0 0 1.365 2.554 12.985 10.588 761 2.420 6.050 9.236 121.595
121 81.500 125.646 114.142 17.109 8.060 2.470 0 0 0 0 0 0 55.704 404.751
Totaal van de vorderingen
251.011
21.725.140
Overlopende activa .- De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel zie Staat Verloopoverzic ht ac tiva en passiva
339.211
0
3.786 6.337 4.336 0 110.975 7.171 25.535 9.836 0 1.127 9.350 0 0 0 0 0
207.746
2.897 6.616 4.251 2.365 107.625 6.470 17.554 14.671 800 1.105 9.481 1.409 8.816 100 9.449 100 0 0 0 0 193.710
320.783
411.365
553.879
109.156
0 0 0
0 0 0
553.879
109.156
* is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
.- Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen Diverse abonnementen * Diverse verzekeringen 2014 * Onderhoudsc ontrac t / lic entiekosten BWS 2014 * Huur 1e kwartaal 2014 Lisse* Huur en voorsc hot servic e kosten 1e kwartaal 2014 Leiden* Rec htspositie- en Arbo verzuimpakket * Onderhoudsc ontrac ten Hard- en software en Internetdiensten * Diverse c ontributies * Cursussen * Servic e kosten beveiliging * Subsidie Wijk en Wouden 2014 * Advertentie kosten Rec reatiekrant 2014 * Pilot van indic eren naar arrangeren nto: voorsc hot uit kas * nto: 2 x verrekende fac t. Gem. Oegstgeest * nto: borg zaalhuur * nto: nto: nto: nto:
Ricoh 04536820 dubbel betaald * VCD CSS E-xml server fin. dubbel betaald * bijdrage HHS van Rijnland inz. Cultuur hist.atlas D&B bijdrage gem. Duin-en B.'str.inz. Cultuur hist.atlas D&B
Totaal nog te ontvangen bedragen
268 1.210 11.000 16.815
* is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
VASTE PASSIVA Eigen vermogen .- Bestemmingsreserves zie Staat van Reserves
.- Nog te bestemmen resultaat / Af te rekenen met de gemeenten (begroting versus rekening 2013) Voorgenomen onttrekkingen aan de reservers Voorgenomen reserveringen Saldo mutaties in de reserves
Voor de aansluiting van Func tie 980 dient het resultaat van het voorgaande boekjaar à € 109.156 buiten besc houwing te worden gelaten. In het resultaat voor bestemming zijn geen mutaties in de reserve opgenomen.
Pagina 88
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Voorzieningen .- Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's .- Onderhoudsegalisatievoorzieningen .- Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting T otaal van de de Staat van Voorzieningen
0 0
148.909 0
3.061.901 3.061.901
4.466.474 4.615.383
1.024.174 0 43 227.398 1.251.615
996.083 0 41.582 240.747 1.278.412
0 0
359.068 359.068
64.385 0 6.000 0 0 0 0 0 15.000 0
86.645 8.000 6.000 2.618 24.000 59 21.651 250 15.000 12.938 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
VLOTTENDE PASSIVA Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar .- Overige schulden Crediteuren Betalingen onderweg Af te dragen omzetbelasting * Loonheffing / premies IZA, ZVW en WAO * T otaal sc hulden (c onform saldilijst per 31 dec ember 2013) * is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
Overlopende passiva .- Overlopende passiva Vooruitontvangen bedragen *
.- Nog te betalen bedragen ntb Gemeente Leiden detac hering ntb uren en middelen GPN en Greenportatlas * ntb div. kn. onderhoud route(structuren) en fietsknooppunten ntb W W -uitk. voormalig personeel dec. 2012 * ntb PZH-subs. 2007 inz. Kanoroutes Hollandse Plassen Rijnstr.beraad * ntb kerstkaarten * ntb ROC's kosten educatie 2012 * ntb gratificatie personeel over 2012 * ntb eindafrek. 2012 Best.Platform Zuidvleugel ntb tw eede 50% uren Kennisalliantie Biobased economy * NTB pensioenpremies 2012 oud-w erkn. met W W : R. Cchung NTB pensioenpremies 2012 oud-w erkn. met W W : E. Stooker NTB pensioenpremies 2012 oud-w erkn. met W W : P. Maduro NTB pensioenpremies 2013 oud-w erkn. met W W : R. Cchung NTB pensioenpremies 2013 oud-w erkn. met W W : E. vd. Beek NTB pensioenpremies 2013 oud-w erkn. met W W : P. Maduro NTB Frisal teveel berekende btw * NTB Greenport 2013 (in 2013: zie cred. LTO Noord Glaskracht) NTB bijdrage VW HR litunov 255294 2013 inschr.w oonzicht * NTB N.Cherkaoui te W arm. /inschr.nr.2597575: overm. aan VW HR * NTB kn. borging v.d. onderst. mbt cultuur historische Atlas D&B NTB Kw adraad 20% Zorg aan leerl. 1e en 2e helft 2013 NTB abonnement vakblad
2.500 1.610 3.000 2.500 2.625 125 90 2.000 10 10 10.000 13.725 218
0
123.798
177.160
26.163.384
35.106.996
.- Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen
0
0
.- Overige vooruitontvangen bedragen Af te wikkelen salarissen * T ussenrekening uitkering levensloop * Af te wikkelen BWS- betaling * Af te wikkelen inc asso's urgentieverlening * Totaal vooruitontvangen bedragen
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
* is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
.- De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren
* is per 26- 02- 2014 afgewikkeld
Pagina 89
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Overzicht van niet in de balans opgenomen financiële verplichtingen Onderwerp / omvang van de verplichting * Huur van het pand Schuttersveld 9 (6e, 7e en 8e verdieping, incl. servicekosten) / tot 01-03-2016 elk jaar circa € 447.000 incl. BTW (excl. indexatie). * Huur kopieerapparaten / tot 30-06-2015 elk jaar circa € 117.500 incl. BTW (excl. indexatie).
Geen overschrijdingen van de Wet Normering Topinkomens (WNT) Nadere informatie over de WNT is opgenomen in het overzicht 'Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de publieke en semi-publieke sector'
Pagina 90
Raming begrotingsjaar vóór wijziging Omschrijving programma Programma Ruimtelijke Agenda Programma Sociale Agenda Programma Bestuur en Middelen
Sub-totaal programma's
Raming begrotingsjaar ná wijziging
Realisatie begrotingsjaar
Baten
lasten
Saldo
Baten
lasten
Saldo
Baten
lasten
Saldo
6 55.590
3.462_090
-2.806.500
845.5 90
3.652.090
-2-806_500
1 .2 3 8. 787
3.715.491
-2.476.704
4.238.880
6.574,640
-2.335.760
4.519.461
6.855.221
-2.335.760
4.582.190
7.077.221
-2.495.031
258.240
1 .762.640
-1 .50 4:.40 0
258.240
1.812.640
-1.554.400
440.084
1.701.712
-1.261.628
5.152.710
11.799.370
-6.646.6&0
5.623.291
12.319.951
·6.696.660
6.261.061
12A94.424
·6.233:363
Omschrijving algemene dekkinosmiddelen: Lokale heffingen Algemene uïtkeringen Dividend Saldo Financieringsfunctie
6.546.660
5.646.660
6.6-96 660
6.696_660
6.696.660
6_696_660
6.646.660
6.646.660
6.696.660
6.696.660
6.696.660
6.696.660
Sub-totaal algemene
Pagina 91
dekkingsmiddelen Onvoorzien Resultaat voor bestemming
463.297
Toevoeging/ onttrekking aan reserves: Programma Ruimtelijke Agenda Programma Sociale Agenda
Programma Bestuur en Middelen
0
0
0
90.582
0
90.5 82
a
a
0
0
0
0
0
0
0
9058 2
0
90.5&2
11.799.370
11.799.370
0
12.319.951
12..319.951
0
13.048.303
12.4.94.424
553.879
Sub-totaal mutaties reserves Resultaat na onttrekkingen en stortingen in de res-erves:
Begrotingswijzigingen 2013
Direde baten
Omschrijving programma
lasten
Saldo
Progr�mma Ruimteldke Agenda
190.aoo
190.000
Programma Sociale Agenda
280.581
280.581
0
0
50.000
-50.000
470.5&1
520.581
Programma Bestuur en Middelen
TOTAAL
0
-
50 000 .
De analyses van de verschillen tussen de gerealiseerde en begrote bedragen per programma zijn hieronder weergegeven
r
. '!. ,. . J
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Saldo compensabele BTW en uitkering
BTWcom�ensatiefonds OVerige algemene dekkingsmiddelen
2.2 PROGRAMMAREKENING OVER BEGROTINGSJAAR
Programmarekening over begrotingsjaar 2013
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3 TOELICHTINGEN 2.3.1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Inleiding De jaarrekening 2013 is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. Voor aanvullende informatie over de waardering van de activa en passiva zie hieronder bij ’Overige investeringen met economisch nut’. Baten en Lasten De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden. Pensioenen Holland Rijnland waardeert de pensioenverplichtingen volgens de ‘verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering’. In deze benadering wordt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de programmarekening verantwoord. De pensioenen van de werknemers van Holland Rijnland zijn ondergebracht bij het ABP (bedrijfstakpensioenfonds). Vereveningsfonds CVV Alle baten en lasten inzake het CVV worden ’bruto’ in de exploitatierekening zichtbaar gemaakt. Het exploitatieresultaat wordt ten laste / bate van de deelnemende gemeenten gebracht. De begrotingsonder- of overschrijding die als gevolg hiervan ontstaat wordt in de jaarrekening toegelicht.
Pagina 92
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.2 Toelichting op de Balans per 31 december 2013 Vaste activa Materiële vaste activa met economisch nut Overige investeringen met economisch nut Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd op de historische verkrijgingsprijs verminderd met de gedane afschrijvingen en eventuele investeringsbijdragen. De investeringen worden geactiveerd inclusief BTW, daar de BTW voor Holland Rijnland een onderdeel van de kosten vormt. De afschrijvingen zijn hoofdzakelijk gebaseerd op de verwachte levensduur en in het jaar van aanschaf wordt voor een heel jaar afgeschreven ongeacht de datum van aanschaf c.q. datum van ingebruikname. Tevens is op basis van artikel 7 van de financiële verordening van Holland Rijnland over het waarderings- en afschrijvingsbeleid van de vaste activa het volgende bepaald. De materiële vaste activa met economisch nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, worden, te beginnen in het jaar na aanschaf, lineair afgeschreven, afhankelijk van de economische levensduur, in maximaal: a. 10 jaar voor telefooninstallaties, bekabeling en meubilair; b. 5 jaar voor automatiseringsapparatuur; c. 5 jaar voor software met een verkrijgingprijs van groter dan € 1.500,00. De afschrijving van de niet genoemde soorten investeringen wordt afgestemd op de verwachte economische levensduur. Financiële vaste activa Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer Deze financiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen. Liquide middelen en overlopende posten. Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Pagina 93
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Vaste passiva Reserves Indien er middelen ’over’ zijn op een reguliere taak (taak die in de gemeenschappelijke regeling is opgenomen en die jaarlijks in de exploitatie voorkomt) dan worden overschotten op deze gelden die het volgend jaar niet opnieuw begroot worden, aangemerkt als een bestemmingsreserve. Indien er sprake is van cofinanciering met betrekking tot een reguliere taak dan worden de overlopende middelen gesplitst in een bestemmingsreserve en de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren. Voorzieningen De voorzieningen worden gewaardeerd op nominale waarde. Echter de voorzieningen BWS zijn gewaardeerd tegen de netto contante waarde van de vordering cq de verplichting. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Overlopende passiva Met ingang van 1 januari 2008 schrijft de BBV voor dat in geval van overblijvende middelen op een incidentele, additionele taak / project (er is dus sprake van een concrete bestedingsverplichting) deze middelen dienen te worden opgenomen bij de overlopende passiva onder de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren (denk hierbij bijvoorbeeld aan UP gelden). Ook in geval van Rijksgelden waarbij de gemeenten als doorgeefluik fungeren (denk aan de Vinex-regeling / ISV-gelden) dienen deze gelden te worden opgenomen bij de overlopende passiva onder ’vooruit ontvangen derden gelden’, daar de gelden door derden (lees het Rijk) zijn beklemd. Indien er sprake is van cofinanciering met betrekking tot een reguliere taak dan worden de overlopende middelen gesplitst in een bestemmingsreserve en vooruit ontvangen derden gelden.
Pagina 94
Omschrijving
Oorspronke-
ve
rm eer-
rente
totaal
per
eind
4,0 � 0
kap1taal-
Jaar :lU1J
1-1-lU1J
OtenstJain
totaal afschrii- af_schrijvingen boekwaarde
delingen
anders dan doo
vingenlanos-
:l1-1L-lU1l
lUlJ
arschnJvmg rn
lijk bedrag
andere wijze
J1-1l-lU1J van arschnJVen smgen
het dienstjaar. aanpassing telefoonlns.taflatie 2006
boekwaarde
in het dienst-
verminderingen oorspronke- percentage of
lijk bedrag
lasten
per 1-1-2013
19.449
19.449
10,00%
13.615
1.945
5.835
19:278
6.426
6.425
12.852
3.890
-233
2.178
aanschaf pc's/servers 19278
33.33%
6.42:7
514
2011 3 Dell breedoeelclllatpanel
1.210
1.210
33,33%
403
403
807
403
32
436
2011: 5 Latitude E5520
6.706
6.706
33,33%
2.235
2.235
4.470
2.235
179
2.414
2011: 15 beeldschermen
4.373
4.373
33,33%
1.458
1.458
2.916
1.458
117
1.574
2011: 111pads
6,366
6.366
50.00%
3_183
3.183
3183
127
3.310
2011. 51pads
3.504
3.504
50,00%
1.752
1.752
1.752
70
1.822 3.564
2011: 20x Del I o�tiplex 780
2011: 2 seNers
6.939
15.361
20,00%
3.072
3,072
12.288
9,216
492
5.630
5.630
20,00%
1.126
1.126
4.504
3.378
180
1.306
2011: Management server
5.630
5.630
20,00%
1.126
1.126
4.504
3.378
180
1.306
20.048
20.048
50,00%
10.024
20.048
10.024
802
10.826
9.270
9.270
20,00%
1 854
9.270
7.416
371
2.225
'1.702
2012: 38 lpads 2012: storage en backup aanschaf s oftware 751icenties Time Teil
8.181
8.181
20,00%
6.545
1.636
1.636
65
Licenties Back-up
3.418
3.418
20,00%
2.734
684
684
27
711
40x Windows 7 proffe_sionel
9.710
9.710
20,00%
5.826
1.942
3.884
1.942
155
2.097 1.132
Pagina 95
Office 2010 licenties
4.879
4.879
20,00%
976
976
3.903
2.927
156
Wachtguard firebox
3.436
3.436
33,33%
1.145
1.145
2·.290
1.145
92
'1.237
licenties 2 servers
4.793
4.793
20,00%
959
959
3.835
2.876
153
1.112
software 2 serv�rs
20.799
20.799
�0,00%
4.160
4.160
16.639
12.479
666
4.825
3.608
3.608
20,00%
722
722
2.886
2.165
115
722
licentie file. server
837
licentie management server
3.608
3.608
20,00%
722
2.886
2.1.65
11.5
837
aanschaf GIS software
9.801
9.801
20,00%
1.960
9.801
7.841
392
2.352
13.727
13.727
20,00%
2�145
13.727
10.081
540
3.204
653
licentie Protcdion Suite E:ntcrpricc
3.267
20,00%
3.267
2.614
131
7S4
LBA software uitbre-iding
10.769
10.769
20,00%
0
10.769
0
0
Faktuurbewerking Pro-Aclive
29.522
29522
20,00%
0
29.522
0
0
1.192
1.192
50,00%
0
1192
0
0
software backup uitbreiding
3�267
HP care aanschaf meubilair: meubilair 2004
94.118
94.118
10,00%
89.256
4.862
4.862
194
5.056
meubilair 2006
42.014
42.014
10,00%
29.410
4.201
12.604
8.403
504
4.706
meubilair 200 7
20.693
20.693
10,00%
12A16
2.069
8.277
6.208
.331
2.400
meubilair 2007 RBL
11.2S1
11.251
10,00%
6.751
1.125
4.500
3,375
180
1.305
meubilair 2009
68.010
68.010
10,00%
27.204
6.801
40.806
34.005
1.632
8.433
meubilair 2011
49.492
49.4'92
10,0.0%
4.949
4.949
44.543
39.594
1.782
6.731
228.169
76.915
263.409
22 8.027
10.538
87.453
totaal
491.62 9
41.482
D
533.111
UitFinanciëleverordening 2011:
Artikel 7. Waardering & afschrijving vaste activa 1.
Geactiveerde kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een tJepaald actief het saldo van agio en disagio woroen lineair in 4 jaar afgeschreven.
2.
Kosten voor het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van d e exploitatie geb-racht.
3.
Oe materiële activa met· economisch nut woreten, te beginnen in hetjaar na aanschaf, lineair afg eschreve n, afhanKelijKvan de economische levensduur, in maximaal a.
10 jaar voor telefooninstallaties, b-ekabeling en meubilair;
b.
5 jaar voor automatiseringsapparatuur;
c.
5 jaarvoor software met een verkrjjgin_gprijs van groter dan € 1.500.-
0e afsc.hrîjving van de niet genoemde soorten investeringen wordt afgestemd op de verwachta economische levensduur.
�-
De rentetoerekening \oindt plaats op basis van de boekwaarde per 1 januari.
5.
Aankoop en veiVaardiging van activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden onder aftrek van bijdragen van derden ten laste van de exploitatie gebracht. Indien hiervan bij besluitvan het algemeen bestuur wordt afgeweken, wordt hel actief lineair afgeschreven over de verwachte levensduur van het actief of een kortere door het algemeen bestuur aan te geven tijdsduur.
. .
.. . 1
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
15.361
2011:File server
2.3.2.1 Investerings- en financieringsstaat
INVESTERINGS-EN FINANCIERINGSSTAAT (ONDERDEEL A), de activa en kapitaallasten
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.2.2 Verloopoverzicht overlopende activa Staat van 'de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel' Omschrijving
Saldo per 1 januari 2013
Omschrijving specifieke uitkering Subsidie Actieprogramma (mjp) Verkeersveiligheid 2012 Actieprogramma (mjp) Verkeersveiligheid 2013 Cultuurnetwerker 2013 Van indiceren naar arrangeren 2013 Talentcoaching kwetsbare jongeren Bijdrage aan Verzuimproject 18+ Cultuurhistorische atlas Duin- en Bollenstreek Toekomstmodel regionaal budget jeugdzorg 2013 Totaal
Pagina 96
Saldo per 31 december 2013
Ontvangen Toevoegingen bedragen 0 0 0 0 0 0 0 0
83.517 83.517 4.400 20.908 19.980 25.072 10.460 91.357
0 0 0 0 0 0 0 0
83.517 83.517 4.400 20.908 19.980 25.072 10.460 91.357
0
339.211
0
339.211
Omschriivinq
Saldo per
Boekwaarde per
Mutaties
31 december
1 januari
Toevoeging
2013
Bestemming
Onttrekking
Vermindering ter 2013
(tlv exploitatie) (tgv de exploitatie) resultaat 2012
dekking van afschriivinqen
8estemmingsre.serves 1 Decentrale arbeidsvoorwaarden
20.289
20.289
2 BWS DB/ R17
90.221
90.221
3 Overlopende Algemene projecten
54.392
54.392
4 Bestemmingsreserve RBL 5 Ge biedsfonds groenblau w e diensten 5 Regionale Agenda Samenleving (RAS)
45.882 100.000
90.582
411.355
90.582
0
90.582
0
0
0
Pagina 97
Toelichting aard en reden van de reserve: Hieronder is kort per reserve aangegeven de specifieke aard en reden van de reserve. 1 Ter dekking van toekomstige benutting van de decentrale arbeidsvoorwaarden. 2 Om toekomstige renteschommel ingen op te kunnen vangen, is dus ter afdekking van het rente risico binnen de BWS Duin- en Bollenstreek.
3 Ter dekking van nog uit te voeren algemene projecten waarvan de aanvang doorgeschoven is naar v o lgende jaren. 4 Inbreng begin balans van het voormalige Regionaal Bureau Leerplicht per 01-01-2007 voor een bedrag van € 139.587.
5 Conform het AB-besluit van 20 juni 2012 is een bedrag van € 100.000 aan deze post 'Gebiedsfonds' toegevoegd. In 2014 zal het AB worden ingelicht over de stand van z.aken van deze reserve, die dient ter dekking van te maken kosten voor het verhogen van de kwaliteit en de recreatieve bereikbaarheid en bruikbaarheid van het landschap.
6 Overeenkomstig het AB-bes luit van 19 december 2012 een bedrag van € 90.582 toegevoegd aan deze post ter aanvulling op het budget van de RAS 2013. In 2013 heeft conform het besluit de onttrekkin g aan deze reserve ten gunste van de exploitatie plaats gevonden.
320.783
r
. '!. .. . J
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Totaal bestemmingsreserves
45.882 100.000
2.3.2.3 Staat van reserves
STAAT VAN RESERVES 2013
Omschrijving
Mu tat ies
Saldo per
Boekwaarde per
1 j an uari
31 december
Verminderinq en Toevoeging
2013
Vrijval
Aanwending
2013
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 148.909
1 Organisatie aangelegenheden
0
137 .328
ll.SH
0
Saldo voorzieningen voor verplichtingen, ver-
liezen en risico's
1.48.909
0
11.581
0
1.521
171.222
231.492
171.222
333.927
Door derden beklemde middeJen met een specifieke aanwendingsrichting
Pagina 98
2 Voorziening BWS Duin- en Ballenstreek
404.2 35
3 Voorzien in g BWS Duin- en Bollenstreek
100.914
1.521
505.149
1.521
1.521
4.430
500.000
3.399.227
4.430
504.430
6 Voorziening BWS Rijnstreekberaad
417.306
1.911
7 Voorzien ing BWS Rijnstreekberaad
144.792
Sub-totaal BWS Duin- en Bollenstreek 4 Voorziening BWS Leidse Regio
2.665.198
5 Voorzien in g BWS Leidse Regio
734.029
Sub-totaal BWS Leidse regio
102.435
4.430
577.548
2.083.220 238.459
577.548
155.804 1.911
2.321.680
263.413 142.881
562.098
1.911
1.911
155.804
406.294
een specifieke aanwen dingsricht ing
4.466.474
7.862
507.862
904.573
3.061.901
Totaal
4.615.383
7.862
645.190
916.155
3.061..901
Sub-totaal BWS Rijnstreekberaad
Saldo door derden beldemde middelen met
r
. '!. .. . J
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
137.328
2.3.2.4 Staat van de voorzieningen
STAAT VAN VOORZIENINGEN 2013
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 99
Omschrijving
Saldo per
1 RIF
gelden
2 RIF rente
Toevoeging
31.398.720
9.680.285
1.316.289
40.008
3 Bedrijventerreinen
9.801
4 Actualisatie economische visie
8.712
5 Evaluatie I
transformatie Landschapsbeleidsplan DB
Boekwaarde per
Mutaties Verminderingen
1 januari 2013
34.887
Vrijval
31 december
Aanwending
2013
18.443.167
22.635.838 1.356.297
370
9.431
34.887
10.285
8.712 10.285
0
6 Regionaal Verkeers- en VervoerPlan - HOV
21.239
7 Verkenning HOV-corridoren
35.374
35.374
0
335.934
146.296
270.168
8
Regionaal Project Verkeersveiligheid (RPV}
9 Uitvoeringsprogramma Fiets
18.359 20.206 50.000 34.533
Pagina 100
7.058
16
8.416
Regionale Agenda Samenleving (RAS} 2006 - 2008 17 Regionale Agenda S amenlevin g {RAS} 2009 - 2012 18 R eg iona le Agen da Samenleving (RAS) 2013 19 Afstemming en ondersteuning transitie J eugdzor g
476.218
Arbeidsmarktbeleid
29.040
23.870
Regi ona le Structuurvisie (RSV) As Leiden-Katwijk (ALK}
25.385
28.189
8.416
0
293.741
179.673 173.895
9.522
413.449
71.173
8.427
8.051
Jongerenloket
55.545
49.730
6.011
0
34.318
0
27.558
0 56.291
0 272.107
8.847
99.127
99.127
18.233
18.233 71.144
32 Sloepenknooppuntensysteem
21.950
33
Beheer en onderhoud fietsknooppuntensysteem 3 4 Landschapsontwikkelingsplan (LOP} Rijn- en Veenstreek
16.901 20.129
3 5 Ondemoudsfonds routestructuren Rijnstreekberaad
48.606
24.000
35.106.996
10.533.639
Totaal
24.055
27.558
114.797
Harmonisatie Rijnstreekberaad
413.449
12.886
82.009
30 Verbetertraject Regionaal Bureau Leerplicht
1.472
34.318
263.260
29 Jongerenloket Rijnstreekberaad
0
94.000
56.291
en Coö rd in a tiepunt (RMC}
39.703 7.058
55.741
26 Woonvisie
31
.
12.886
23 Volwasseneneducatie (WEB)
28
0 274 360
173.895
21 Cultur ele activiteiten
27 Regionaal Meld-
34.133 28.918
50.000
94.000
20 30 Projecten
25
8.029
726
274.360
Groener (ZZG)
15 Oostvlietpolder
24
16.500 8.712
2.360
10.866
0
10.774
104.024 36.226
14.276
16.901 20.129 72.606 334.857
19.142.394
26.163.384
r
. '!. .. . J
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
12 Afwegingskader economie
22
80.530
10.389
10 Regi ona al Uitv oeringsprogramm a OV 11 Regionale Ve rk ee rs milieu kaart {RVMK) 13 Zuidvleugel Zichtbaar 14 Gro enpro gramm a
21.239
2.3.2.5 Staat van overlopende Passiva
Staat van 'de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uit keringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren'
\\ nd'' � �'IRiJ"nland ....•, .. , _ .... Ho a ''I . . · · · ··
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Toelichtingop de aard,reden en mutatie in de overlopende passiva: 1 In totaal is er door de 12 deelnemende gemeenten per 1 april een bedrag van € 9.454.330 gestort. Aan renteopbrengsten is een bedrag van € 45.670 gerealiseerd, waardoor totaal komt op € 9,5 mln. In het kader van het Regionaal Groenprogramma is een bedrag van € 287.901 voor een 3-tal projecten en is er een bedrag van € 180.285 ontvangen met be:rekking tot de afsluiting van het project
Oostvlietpolder fase 1. Aan het GOM is weer de jaarlijkse subsidie van € 666.666 overgemaakt, een bedrag van € 2.488.600 is betaald aan de Provincie ZH voor het HOV-NET en 15 mln. voor de 1e tranche Rijnlandroute. Aan het einde van het boekjaar 2013 bedraagt het saldo ( 22.635.838. 2 Een bedrag van € 40.008 van de gerealiseerde renteopbrengsten toegevoegd aan de investeringssom. Het saldo aan het einde van het boekjaar komt daarmee op € 1.356.297. 3 Van het in 2012 toegevoegde bedrag van € 9.801 aan het project Bedrijvenrerreinen is in 2013 € 370 besteed. Het resterende bedrag van € 9.431 dient ter dekking van de nog te verwachten kosten. 4 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'Actualisatie economische visie', is in 2013 het bedrag van € 8.712 vrijgevallen. 5 De gemaakte kosten in 2013 hadden betrekking op de Evaluatie en transformatie van het Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek. De toevoeging betreft de nog te betalen kosten over 2013 in verband met het digitaal maken van de Cultuurhistorische atlas D&B. 6 Deze post dient ter dekking van uit te voeren verkeersprojecten, waaronder het project Hoogwaardig Openbaar Vervoer corridor Bollen streek - Schiphol (HOV). In 2013 zijn er geen kosten gemaakt met betrekking tot dit project. 7 Het eind 2012 aanwezige bedrag van € 35.374 is in 2013 volledig uitgegeven. 8 Ter dekking van nog onafgeronde Regionale Projecten Verkeersveiligheid in het kader van het Meerjarenplan 2009-2011 en het Meerjaren plan 2011-2013. In 2013 heeft er aan de hand van de SiSa-vaststelling 2011 heeft er een afrekening plaatsgevonden van € 81.616. De aanwendingen in 2013 betreffen onder meer de afrekening Lokale projecten over 2011, een af boeking van een nog ten onrechte opge nomen vordering op de PZH inzake Lokale projecten 2011 en een correctie op een in 2012 per abuis gemaakte onjuiste memoriaal boeking op deze overlopende passiva post aangaande Lokale projecten 2012. De toevoeging betreft een correctie op een onjuiste memoriaal boek king in 2012 met betrekking tot het Actieprogramma I meerjarenplan RPV. De overschrijding op het budget Actieprogramma I mjp RPV van 2013 is ten laste van deze post geboekt. 9 In 2013 zijn er kosten gemaakt ten behoeve van deze overlopende passiva post 'Uitvoer ngsprogramma Fiets'. In 2014 zijn er nog kosten te verwachten, zodat de behoefte aan deze post aanwezig bi ijft. 10 Omdat er in 2013 een verplichting van € 16.500 is aangegaan voor de Monitoring OV-visie en de werkzaamheden in 2014 zullen gaan plaats vinden is genoemd bedrag aan deze post 'Regionaal Uitvoeringsprogramma OV' toegevoegd. In 2013 zijn er voor € 726 aan kosten gemaakt ten behoeve van deze post. 11 Omdat er in 2013 een verplichting van € 8.712 is aangegaan voor de ondersteuning actualisatie verkeers- en milieumodel en de werkzaam heden grotendeels in 2014 zullen gaan plaats vinden is genoemd bedrag aan deze post 'Regionaal Uitvoeringsprogramma OV' toegevoegd. In 2013 zijn er geen kosten ten loste van deze overlo pende passivo post 'Reg. Verkeersmilieukoort (RVMK)' gebracht.
12 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'Afwegingskader economie' is in 2013 het bedrag van € 50.000 vrijgevallen. 13 Deze post betreft het 6-jaar (van 2008 tot en met 2013) lopende project Uitvoering Zuidvleugel Zichtbaar Groener. In 2013 zijn geen kosten gemaakt. In 2014 zal een begin worden gemaakt met de uitvoering van de diverse projecten. 14 In 2013 zijn er de nodige kosten gemaakt ten behoeve van deze overlopende passiva post. De toevoeging betreft een correctie over 2012 naar de overlopende passiva post RIF. In 2014 zijn nog wat kosten te verwachten, zodat de behoefte aan deze post aanwezig blijft. 15 In 2013 zijn er geen kosten ten laste van deze overlopende passiva post 'Oostvlietpolder' gebracht. 16 In 2009 is er afgerekend over de RAS 2006-2008. Het restant bedrag van deze post van C 8.416 is in 2013 toegevoegd aan de over lopende passiva post 'Regionale Agenda Samenleving', die beide dezelfde drie componenten behelst. 17 De toevoeging betreft onder meer de overheveling van het saldo van € 8.416 van de post 'Regionale Agenda Samenleving (RAS) 2006 2008' naar deze post 'RAS 2009-2011' en de nog te betalen kosten in 2014 met betrekking tot de Afbouw preventief jeugdbeleid à € 119.100 en het project Talentcoaching kwetsbare jongeren à € 12.070. Deze in 2009 gelanceerde RAS behelst twee componenten;
Jeugd- en Cultuurbeleid. Daar er in 2014 een bedrag van € 155.618 nodig is ter dekking van de kosten RAS 2013 is er in 2013 een bedrag van € 28.189 vrijgevallen. De aanwending van € 317.796 betreft onder meer de afrekening RAS 2012 à € 180.614. 18 De toevoeging betreft de nog te betalen kosten in 2014 met betrekking tot de Afbouw preventief jeugdbeleid à € 159.125 en het project Talentcoaching kwetsbare jongeren à € 12.070. 19 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'Afstemming en ondersteuning transitie Jeugdzorg', is in 2013 het bedrag van € 94.000 vrijgevallen.
20 In 2013 is er voor € 1.472 kosten gemaakt ten behoeve van de post '3D Projecten'. Conform AB-besluit is er een bedrag van € 206.664 en een bedrag van € 206.785 aan deze overlopende passiva post toegevoegd. Een bedrag van € 8.051 is in 2013 vrijgevallen. 21 In 2013 hebben er de nodige subsidievaststellingen plaats gevonden. De toevoeging betreft een aanvulling op het in 2012 te laag toe gevoegde bedrag. De aanwending betreft de subsidie vaststelling met een aantal subsidie ontvangers. Het restant bedrag van deze over lopende passiva 'Culturele activiteiten' zal in 2014 exact voldoende zijn om de kosten van de laatste afrekeningen te dekken. 22 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'Arbeidsmarktbeleid' is in 2013 het bedrag van € 12.886 vrijgevallen. 23 Ter financiering van de volwasseneneducatie (WEB). Er hebben in 2013 diverse afrekeningen plaatsgevonden inzake Educatie 2012, NT2IBE en VAVO met de ROC's. 24 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'Regionale structuurvisie (RSV)', is in 2013 het bedrag van € 34.318 vrijgevallen. 25 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post 'As Leiden-Katwijk (ALK)', is in 2013 het bedrag van € 27.558 vrijgevallen. 26 Het eind 2012 aanwezige bedrag van € 56.291 op deze post 'Woonvisie' is in 2013 volledig uitgegeven. 27 De RMC functie zal ook de komende jaren door Holland Rijnland (afd. RBL) vervuld worden. Derhalve blijft de behoefte aan deze over lopende passiva post bestaan. Een bedrag van € 63.873 is in 2013 vrijgevallen ten gunste van de exploitatie ter dekking van gemaakte kosten in 2013. 28 Deze post gaat benut worden om de frictiekosten voor het sinds 2014 opgeheven jongerenloket af te wikkelen in 2014 -2015. 29 Beschikbaar voor knelpunten binnen de Rijnstreek op het terrein van de toeleiding van jongeren naar werk/onderwijs. 30 In het verslagjaar 2013 is een bedrag van € 10.866 ten laste van deze post Verbetertraject Regionaal Bureau Leerplicht gebracht. De be hoefte aan deze post houdt op te bestaan, dus een bedrag van € 71.144 is in 2013 vrijgevallen. 31 Overeenkomstig het DB-besluit van 3 dec. 2010 zijn in 2010 de niet-bestede harmonisatie gelden Rijnstreek gestort in deze overlopende passiva post. In 2013 is er voor een bedrag van € 10.774 aan kosten gemaakt. Het restant bedrag dient ter dekking van de eenmalige kosten woonruimteverdeling. 32 Omdat er in 2013 een verplichting van € 28.553 is aangegaan voor de uitbreiding sloepennetwerk en de werkzaamheden in 2014 zullen gaan plaats vinden en de Provincie ZH zeer waarschijnlijk 50% van deze kosten voor haar rekening zal gaan nemen is de helft van dit be drag, zijnde € 14.276, aan deze post 'Sioepenknooppuntensysteem' toegevoegd. In 2013 zijn er geen mutaties geweest op deze over lopende passiva post, die dient ter dekking van toekomstige uitgave ten behoeve het dit project. 33 In 2013 zijn er geen mutaties geweest op deze post, die dient ter dekking van toekomstige uitgave ten behoeve het project Beheer en onderhoud van het fietsknooppuntensysteem. In 2014 zal de Provincie ZH de borden op de knooppunten actualiseren, waarvoor zij van Holland Rijnland een bijdrage verlangen. 34 Dit boekjaar zijn er geen kosten geweest voor deze overlopende passiva post Landschapsontwikkelingsplan (LOP) Rijn- en Veenstreek. Het restant bedrag van € 20.129 dient ter dekking van de uitvoering Landschapsontwikkelingsplan 2014-2015. 35 Het Onderhoudsfonds Routestructuren Rijnstreek betreft wandel-, kano- en skeelerroutes. In 2013 is een bedrag van € 24.000 ten bate van deze post gebracht in verband met het feit dat de Provincie ZH de subsidie op het project 'Kano routes Hollandse Plassen' alsnog definitief heeft toegekend. Het bedrag per eind 2013 van € 72.603 zal in 2014 aan de gemeente Alphen a/d Rijn worden overgemaakt in het kader van het overhevelen van de uitvoeringstaken.
Pagina 101
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.3 Toelichting op de Programmarekening over 2013 Inleiding De rekening 2013 sluit met een overschot van € 553.879 na bestemming. In onderstaand overzicht zijn de oorzaken van dit overschot weergegeven, waarbij per post is aangegeven wat de afwijking tussen de begroting en realisatie bedroeg in 2013. Gelijktijdig met deze jaarrekening wordt voorgesteld om nog een tweetal reserveringen voor 2014 goed te keuren ten laste van het resultaat na bestemmingen voor een totaal bedrag van € 553.879. Beide voorgenomen reserves dienen ter dekking van te verwachten kosten in 2014 en latere jaren naar aanleiding van de lopende #Kracht15 discussie en de taakstellende bezuinigingsopdracht van minimaal 25%.
Baten: 1. Rentebaten 2. Afwikkelingsverschillen voorgaande jaren 3. Overige directe baten van derden Hogere directe baten dan begroot
-€ € € €
156.014 337.858 455.926 637.770
Kosten: 1. Personele kosten 2. Inhuur derden 3. Overige materiële kosten Hogere totale kosten dan begroot
-€ € € €
190.450 117.898 247.025 174.473
Resultaat voor bestemming
€ 463.297
Onttrekking uit reserve RAS (cf. AB-besluit 19 dec. 2012)
€ 90.582
Resultaat na bestemming
€ 553.879
Voorgenomen reserveringen t.l.v. het resultaat Reserve mobiliteitskosten Reserve frictie- en transitiekosten Totaal van de voorgenomen reserveringen:
€ 120.000 € 433.879 € 553.879
Resultaat af te rekenen met de gemeenten
€0
Toelichting op het rekeningresultaat Baten: Ad.1 De baten van de rente zijn lager dan begroot. De deposito-renten zijn dit jaar tot een dramatisch dieptepunt gekelderd. Dit impliceert dat ook Holland Rijnland geen goede resultaten heeft kunnen behalen met het uitzetten van haar gelden (minus € 153.000). De rente inkomsten over de investeringen liggen € 3.000 lager dan begroot. De lagere rentebaten zijn incidenteel van aard, maar dreigen zo langzamerhand een structureel karakter aan te nemen.
Pagina 102
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
-
Ad.2 De afwikkelingen van de voorgaande jaren hebben voor € 241.000 betrekking op vrijval van overlopende passiva en hebben een incidenteel karakter. Posten die voorgaande jaren opgeboekt zijn met de verwachting dat de bedragen in de toekomst nodig zouden zijn. Nu blijkt dat deze overlopende passiva geen direct doel meer hoeven te dienen en vallen daarmee dit verslagjaar vrij. Het in totaal vrijgevallen bedrag van € 241.000 is onder te verdelen naar Ruimtelijke Agenda (RuAg) projecten voor € 120.587 en naar Sociale Agenda (SoAg) projecten voor € 120.269.
Voor een specificatie van deze bedragen zie onderstaande tabel, waarbij de nummering correspondeert met die in de Staat van overlopende passiva (hoofdstuk 2.3.2.5). Nr. 04 12 16 + 17 20
22 24 25 30
Omschrijving
Programma
Bedrag
Actualisatie economische visie Afwegingskader economie Gedeeltelijke vrijval RAS 2006-2012
RuAg RuAg
8.712 50.000
3D Projecten Arbeidsmarktbeleid Regionale structuurvisie (RSV) As Leiden-Katwijk (ALK) Verbetertraject RBL
SoAg
28.189
SoAg SoAg
8.051 12.886
RuAg RuAg
34.318 27.558 SoAg
71.144
Korte uitleg omtrent de vrijval: 04 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn is in 2013 het bedrag van € 8.712 vrijgevallen. 12 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post Afwegingskader economie is in 2013 het bedrag van € 50.000 vrijgevallen. 16+17 Voor de afhandeling van de subsidie is het verwachte bedrag vast gehouden waarmee het saldo mocht vrijvallen. 20 Nadat alle begrote kosten zoals voorgelegd aan het AB zijn opgenomen in deze overlopende passiva resteerde het bedrag van € 8.051 aan vrijval. 22 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn is in 2013 het bedrag van € 12.886 vrijgevallen. 24 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de Regionale Structuurvisie is in 2013 het bedrag van € 34.318 vrijgevallen. 25 Daar er geen kosten meer te verwachten zijn voor de post As Leiden-Katwijk is in 2013 het bedrag van € 27.558 vrijgevallen. 30 Deze post is afkomstig uit 2007. Nadat de automatisering voltooid is, bestaat er geen grond meer om deze post nog langer te behouden. Voor het Regionaal Project Verkeersveiligheid moest in 2013 de overlopende passiva worden gecorrigeerd met € 80.530 ten lasten van de post afwikkelingsverschillen voorgaande jaren. Dit betreft een incidentele last. Bij de ’Staat van Overlopende passiva’ (hoofdstuk 2.3.2.5) wordt nader ingegaan op bovenstaande overlopende passiva posten. Het terugboeken van nog te betalen vanuit 2012, een niet inbare vordering en een teruggave van de basispremie WAO/WIA bracht een voordeel van € 39.000 op de post afwikkelingsverschillen voorgaande jaren. De Voorziening Organisatorisch aangelegenheden was, in wettelijke zin, als voorziening niet meer voldoende te onderbouwen en is daardoor vrijgevallen voor een bedrag van € 137.000 ten gunst van deze post. Dit betreft een incidentele baat.
Pagina 103
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
-
Ad.3 De overschrijding op de overige directe baten van derden worden voornamelijk veroorzaakt door hogere ontvangen subsidies van de Provincie ZH met betrekking tot de Regionale projecten verkeersveiligheid à € 187.645, ontvangen bijdragen van niet aan Holland Rijnland deelnemende gemeenten, de Provincie ZH, de Kamer van Koophandel, het Hoogheemraadschap van Rijnland en twee private aan de projecten Holland Space Cluster à € 71.088 en de Cultuurhistorische atlas Duin- en Bollenstreek à € 72.085. Tevens zijn er extra inkomsten die geboekt zijn bij het onderdeel Jeugd van het programma Sociale Agenda. Deze hebben hoofdzakelijk betrekking op de in de begroting niet opgenomen subsidie “Transitie decentralisatie Jeugd”. De onttrekking van € 90.582 op Reserve RAS is besteed aan eerder genoemd project. Tezamen met enkele plussen en minnen op andere projecten leidt dit tot een overschrijding van € 455.926.
Kosten: Ad.1 De onderuitputting op de personele kosten is een gevolg van openstaande vacatures, lagere inschaling dan geraamd en inhoudingen als gevolg van ouderschapsverlof, langdurige ziekte etc. en is daarmee een incidentele onderuitputting. -
Ad.2 De hoger dan begrote kosten zijn voornamelijk het gevolg van inhuur ter vervanging van langdurige zieken en worden volledig gedekt door de onderuitputting op de personele kosten.
-
Ad.3 De overschrijding op de overige materiële kosten van € 247.025 zijn hoofdzakelijk het gevolg van hogere uitgave op de projecten Holland Space Cluster, de Cultuurhistorische atlas Duin- en Bollenstreek en de Regionale projecten verkeersveiligheid. Binnen het programma Sociale Agenda zijn vooral de hogere materiële uitgave op het deelprogramma Jeugd verantwoordelijk voor de overschrijding. De overschrijding wordt volledig gedekt door de hogere overige directe baten.
Bij de ’Toelichting op de Programmarekening over 2013’ (hoofdstuk 2.3.3) wordt per programma nader ingegaan op de verschillen tussen de jaarrekening en begroting. Bestemming van het resultaat De onttrekking aan de reserve Regionale Agenda Samenleving (RAS) heeft plaatsgevonden conform het AB-besluit van 19 december 2012. In 2012 is genoemd bedrag van € 90.582 ten laste van het positieve rekenresultaat van 2012 gebracht voor het inkopen van preventieve jeugdzorg in 2013 ter aanvulling op het budget RAS. Overeenkomstig de voorschriften van de BBV dient in verslagjaar 2013 mag deze mutatie niet als baat worden meegenomen in het resultaat voor bestemming en dient deze als onttrekking aan de reserve verantwoord te worden. Het bedrag dient ter dekking van uitgave van de RAS. Voorgenomen reserveringen De BBV (Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten) schrijft voor, in het bijzonder met betrekking tot de passage inzake de bestemming van het resultaat, dat in het kader van de rechtmatigheid toevoegingen aan de reserves slechts mogen plaatsvinden door middel van een begrotingswijziging die gedurende het begrotingsjaar is vastgesteld. Voor onderstaande reserveringen is dit niet het geval en derhalve worden ze hierbij als voorgenomen reserveringen vermeld. Met de resultaatbepaling dient daarom bij het vaststellen van de jaarrekening 2013 tevens het besluit genomen te worden tot het creëren van deze reserves. Deze worden vervolgens verantwoord in het daarop volgende begrotingsjaar zijnde 2014.
Pagina 104
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Voordelig resultaat na tussentijdse resultaatbestemming en voor beoogde onttrekkingen aan en stortingen in reserves bedraagt hierdoor: reserveringen Reserve mobiliteitskosten Reserve frictie- en transitiekosten Totale toevoegingen
€ €
120.000 433.879 €
Voordelig resultaat af te rekenen met de gemeenten
€ 553.879
553.879 €
0
Toelichting op de reserveringen Zoals hierboven aangegeven wordt voorgesteld om een tweetal reserves te creëren voor 2014 voor een totaal bedrag van € 553.879 en dit bedrag ten laste van het rekening resultaat 2013 na bestemming te brengen. Beide reserves zijn ingegeven door de lopende #Kracht15 discussie en de taakstellende bezuinigingsopdracht van minimaal 25% en de hieruit voortvloeiende zorg van Holland Rijnland en de deelnemende gemeenten voor het begeleiden van medewerkers naar andere werkgevers en de kosten die hiermee gemoeid zijn. Om op een zo soepel en zo snel mogelijk wijze van de huidige situatie te komen naar de nieuwe organisatie en om te voorkomen dat in een later stadium geld moet worden opgehaald bij de deelnemende gemeenten, wordt er nu voorgesteld deze reserveringen vast te doen. 1. Reserve mobiliteitskosten De reservering voor mobiliteitskosten in verband met #Kracht15 discussie dient ter bevorde-
ring van de mobiliteit van de medewerkers en de hiermee gepaard gaande te verwachte mobiliteitskosten in 2014 en latere jaren. Ingeschat wordt dat van het huidig aantal medewerkers van 80 personen 25%, zijnde 20 medewerkers, op zoek moet naar ander werk en dat 75% van deze 20 medewerkers, zijnde 16 medewerkers, van werk naar werk begeleid dienen te worden in de vorm van bijvoorbeeld outplacement of extra opleidingen. Uitgaande van een maximaal bedrag per traject van € 7.500 (Car-UWo artikel 10.d16, lid 4) wordt voorgesteld € 120.000 te reserveren. 2. Reserve frictie- en transitiekosten De reservering voor frictie- en transitiekosten in verband met #Kracht15 discussie dient ter
dekking van de te verwachten frictie- en transitiekosten in 2014 en verder. Ingeschat wordt dat gelet op de omvang van het huidige Holland Rijnland organisatie hiervoor spoedig een bedrag van € 433.879 gereserveerd dient te worden.
In de volgende tabel staan de totale lasten en baten 2013, zowel van de primitieve begroting, de begroting na wijziging en de rekening vermeld.
Pagina 105
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Hieronder wordt programma een korte verklaring gegeven van de verschillen tussen de begroting na wijziging en de realisatie.
Programma Ruimtelijke Agenda
De rekening van baten en lasten voor het programma Ruimtelijke Agenda geeft voor zowel de totale lasten als de baten een overschrijding te zien. De overschrijding op de totale lasten van € 63.401 wordt volledig gedekt door de overschrijding op de directe baten van € 393.197. Op de personele kosten is er sprake van een onderschrijding van € 52.920. De hogere dan begrote materiële kosten zijn onder meer het gevolg van het feit dat op een aantal projecten meer is uitgegeven dan op voorhand was ingeschat. Dit wordt ruimschoots gecompenseerd door hogere directe baten van onder meer externe partijen hebben bijgedragen aan de door Holland Rijnland gemaakte kosten in 2013. Per saldo is er sprake van een overschrijding op de materiële kosten van € 116.321. Per saldo is er op het totale programma Ruimtelijke Agenda sprake van een onderschrijding van € 329.796. In onderstaand overzichten worden de directe baten en totale kosten per onderdeel van het Programma Ruimtelijke Agenda vermeld.
Pagina 106
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Toelichting Ruimtelijke Agenda per onderdeel: De hogere directe baten zijn een gevolg van hogere ontvangsten dan begroot, van onder meer de Provincie Zuid-Holland. Het betreft grotendeels de vier hieronder vermelde projecten: 1. het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer van € 56.794 2. de Regionale Projecten Verkeersveiligheid à € 187.645 3. de hoger dan begrote ontvangsten op het onderdeel Economische zaken (Topsectorenbeleid) à € 75.928 4. de hoger dan begrote ontvangsten op onderdeel Natuur en landschap (Landschapsbeleidsplan Duin- en Bollenstreek) à € 72.065. De onderschrijding van € 268.547 op het onderdeel Ruimtelijke Agenda Algemeen is hoofdzakelijk een gevolg van het feit dat de materiële kosten op de projecten Belangenbehartiging (€ 94.288), Monitoring (-€ 23.693), Bestuurlijk Platform Zuidvleugel (-€ 21.600) en de Regionale Structuurvisie (- € 25.000) lager zijn uitgevallen dan begroot. Tevens is er op dit onderdeel voor een bedrag van € 104.590 minder aan uren gemaakt dan begroot. Daarentegen is op het onderdeel Economische Zaken en Toerisme sprake van een overschrijding op de uren van € 101.560 en zijn de materiële kosten vooral op de projecten Bedrijventerreinen (+ € 41.976) en Topsectorenbeleid (betreffende BioBased en Holland Space Cluster, + € 119.153) hoger geweest dan begroot. Met betrekking tot het project Topsectorenbeleid worden deze hogere uitgaven grotendeels gedekt door extra bijdrage van derden à € 75.928.
Programma Sociale Agenda Totaal
2013 3.199.850 3.374.790
Begroting na wijziging 2013 3.199.850 3.655.371
Totaal lasten
6.574.640
Directe baten Bijdragen gemeenten voor bestemming
Personele kosten Materiële kosten
Onttrekking uit reserve Bijdrage gemeenten na bestemming
Begroting
Rekening
Verschil
2013 3.090.290 3.986.931
109.560 -331.560
6.855.221
7.077.221
-222.000
4.238.880
4.519.461
4.582.190
-62.729
2.335.760
2.335.760
2.495.031
-159.271
0
0
0
90.582
2.335.760
2.335.760
2.495.031
-68.689
Pagina 107
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
1. Door een gemiddelde vacature ruimte van 1,63 fte mocht worden verwacht dat de onderschrijding van uren forser zou zijn. Dit is echter gecompenseerd door hogere productiviteit van het werkelijk personeelsbestand. 2. De extra materiële uitgaven kunnen voor een groot deel herleid worden door de extra inkomsten de SoAg mocht ontvangen, die veelal als subsidie is uitbetaald. 3. De extra inkomsten waren zoals hierboven beschreven baten die bedoeld waren als subsidie aan derden. Zie voor details hierna. 4. De onttrekking uit de reserve is door het AB besloten in haar vergadering van 19 december 2012 waarmee het saldo voor Programma Sociale Agenda op € 67.200,- uit komt. Dit wordt meer dan gecompenseerd door met de vrijval van enkele overlopende passiva (€ 120.000) die op functie 922 moeten worden geboekt. In onderstaand overzichten worden de totale kosten en directe baten per onderdeel van het programma Sociale Agenda vermeld.
Toelichting Sociale Agenda per onderdeel: - Bij Sociale Agenda Algemeen zijn de baten en lasten van € 635.250 voor het 3D project separaat bij de gemeenten in rekening zijn gebracht. Zoals afgesproken in het AB van 18 december 2013 is een bedrage van € 206.664- als overlopende passiva opgenomen voor het project 3D in 2014. - De extra inkomsten die geboekt zijn bij Jeugd hebben betrekking op het verschil tussen de geraamde RAS subsidie zoals deze verwacht werd te ontvangen van de Provincie Zuid-Holland voor een totaal jaar en de werkelijk ontvangen subsidie voor RAS voor een half jaar en daarbovenop de in de begroting niet opgenomen subsidie “Tran-
Pagina 108
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
-
-
sitie decentralisatie Jeugd”. De onttrekking van € 90.582 op Reserve RAS is besteed aan eerder genoemd project. Voor het afwikkelingen van de beschikkingen aan de gemeenten en geoormerkte gelden voor de transitie zoals besloten in het AB voorstel “Werkplan en begroting 3D 2014” van 5 maart 2014 is in de overlopende passiva rekening gehouden onder de volgnummers 18 en 19 RAS 2009 - 2012 deze vrijval wordt verantwoord op functie 922. Het verschil bij de inkomsten van € 157.000 bij Leerplicht en aanpak VsV wordt in zijn geheel veroorzaakt door een minder uitnamen uit de post overlopende passiva volgnummer 27 RMC. Vanwege de rijkssubsidie voor RMC wordt hier separaat een accountant verklaring voor afgegeven. De werkelijke uitgaven zijn € 48.000 hoger dan geraamd. Hiervan is € 43.000 een verschil in uren en € 5.000 voor een extra inkomsten dat ook als last is uitgegeven. Bij cultuur is minder uren gemaakt dan begroot wat leidt tot een klein verschil in inkomsten en uitgaven.
-
Programma Bestuur en Middelen
In onderstaand overzichten worden de totale kosten en directe baten per onderdeel van het programma Bestuur & Middelen vermeld.
Toelichting Bestuur en Middelen per onderdeel: - De lagere lasten dan geraamd voor het onderdeel Bestuur is veroorzaakt doordat € 23.000 zijn gemaakt voor het organiseren van bijeenkomsten. Ook de projectkosten voor
Pagina 109
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
-
het communicatiebulletin en de OR waren dit jaar lager dan geraamd voor de overige € 15.000. Bij het onderdeel middelen zijn er twee zaken die bij de baten in het oog springen. De eerste is de rente hiervan zijn de inkomsten sterk achter gebleven met € 156.000 waarvan de oorzaak voor het grootste deel te vinden is in de lage rente vergoedingen die banken ook dit jaar weer geven. De tweede zijn de inkomsten uit voorgaande boekjaren van € 338.000. Het gaat hierbij om terug geven aan de gemeenten van in totaal 241.000 aan overlopende passiva: Nr. 04 12 16 + 17 20
22 24 25 30
Omschrijving
Programma
Bedrag
Actualisatie economische visie Afwegingskader economie Gedeeltelijke vrijval RAS 2006-2012
RuAg RuAg
8.712 50.000
3D Projecten Arbeidsmarktbeleid Regionale structuurvisie (RSV) As Leiden-Katwijk (ALK) Verbetertraject RBL
SoAg
28.189
SoAg SoAg
8.051 12.886
RuAg RuAg
34.318 27.558 SoAg
71.144
Voor een correctie van een onjuiste boeking in 2012 voor het Reg. Project Verkeersveiligheid moest in 2013 deze overlopende passiva worden verhoogd met € 80.500. Het terugboeken van nog te betalen vanuit 2012, een niet inbare vordering en een teruggave van de basispremie WAO/WIA bracht een voordeel van € 39.000 De Voorziening Organisatorisch aangelegenheden was, in wettelijke zin, als voorziening niet meer voldoende te onderbouwen en is daardoor vrijgevallen voor het totale bedrag van € 137.000. In het kader van Kracht15 zal hiervoor een nieuw voorstel worden gedaan. Bij de lasten zijn de kosten die geraamd werden voor derden voor een bedrag van € 23.000 meegevallen.
Pagina 110
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.3.1 Overzicht incidentele baten en lasten
Pagina 111
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.3.2 Analyse begrotingsafwijkingen en begrotingsrechtmatigheid Hieronder zijn een 2-tal tabellen vanuit de Programmarekening over begrotingsjaar 2013 weergegeven, waarbij per programma blijkt in hoeverre er sprake is van een begrotingsrechtmatigheid. Vervolgens wordt er per programma een analyse van de afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de programmarekening gegeven.
Begrotingsrechtmatigheid: Omschrijving programma Programma Ruimtelijke Agenda Programma Sociale Agenda Programma Bestuur en Middelen
Totaal
lasten -63.401 -222.000 110.928 -174.473
baten 393.197 62.729 181.844 637.770
totaal 329.796 -159.271 292.772 463.297
Zoals uit bovenstaande tabellen blijkt is er in 2013 sprake geweest van een begrotingsonrechtmatigheid op de lasten van de programma’s Ruimtelijke Agenda en Sociale Agenda. Op het programma Bestuur en Middelen is er geen sprake geweest van een begrotingsonrechtmatigheid. Eveneens blijkt dat er in 2013 sprake is van een positief resultaat voor bestemming van € 463.297. Voor het programma Ruimtelijke Agenda telt de onrechtmatigheid niet mee voor het oordeel, daar de kostenoverschrijdingen geheel worden gedekt door direct gerelateerde baten in de vorm van (incidentele) subsidies. Deze hebben gediend als dekking van de hoger dan begrote lasten à € 63.401. Per saldo sprake van een onderschrijding op dit programma van in totaal € 329.796. Voor het programma Sociale Agenda telt de onrechtmatigheid niet mee voor het oordeel, ondanks het feit dat deze kostenoverschrijdingen van € 222.222 slechts gedeeltelijk, voor een bedrag van € 62.729, worden gecompenseerd door direct gerelateerde baten. Dit ligt gelegen in het feit dat de overschrijdingen binnen het uitgezette beleid zijn gebleven. Op het programma Bestuur en Middelen is er in 2013 sprake van lagere lasten en hogere baten die hebben geleid tot een totale onderschrijding van € 292.772. De lagere lasten worden hoofdzakelijk veroorzaakt door lager dan begrote directe kosten. De extra baten kunnen voornamelijk worden toegeschreven aan afwikkelingen van posten met betrekking tot voorgaande jaren. De lage rente vergoeding van het afgelopen jaar brengt een tegenvaller met zich mee, waardoor het positieve saldo op de baten blijft steken op € 181.844. Investeringskredietoverschrijdingen In 2013 is er geen sprake geweest van overschrijdingen van investeringskredieten op de immateriële en materiële vaste activa.
Pagina 112
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Verschillenanalyse primitieve begroting en begroting na wijziging. In 2013 zijn er begrotingswijzigingen geweest en twee Maraps geweest, die van 19 december 2012 en van 1 april 2013, die van invloed zijn geweest op de primitieve begroting van 2013 en die hebben geleid tot onderstaande overzicht.
3 Decentralisaties Collectief vraagafhankelijk vervoer WEB-gelden - Participatie Project 18+ Culturele aanjager RAS Jeugd Gevolgen BTW-verhoging Totalen
Materiële kosten + 637.250 + 190.000 - 507.340 + 70.000 + 22.000 + 58.670 + 50.000 + 520.580
Directe Baten + 637.250 + 190.000 - 507.340 + 70.000 + 22.000 + 58.670 0 + 470.580
De bijdragen gemeenten zijn door de genoemde begrotingswijzigingen en Maraps gestegen met € 520.580 minus € 470.580 is € 50.000.
Pagina 113
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
2.3.3.3 Informatie Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi publieke sector (WNT) Publicatie bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen:
Naam
Functie
H.J.J. Lenferink
Lid Dage-lijks
Duur dienstverband
Omvang Beloning dienstverband
26-5-2010--
Door werkgever Belastbare betaalde
Voorzieningen betaalbaar
vrijwillige SVpremies
op termijn
kostenvergoedingen
Beëindigingsuitkeringen
Onbezol-digd
2012 R. van Netten
Secretaris
1-1-2005-heden
H.J.J. Lenferink
Lid Dage-lijks
26-5-2010--
36 uur
€ 92.761
€0
€0
€ 15.443
€0
€0
€ 40
€ 16.183
€0
Onbezol-digd
2013 R. van Netten H.J.J. Lenferink
Secretaris Lid Dage-lijks Lid Dagelijks H.J.J. Lenferink Bestuur Lid Dagelijks J. Wienen Bestuur Lid Dagelijks M. Vissers Bestuur C.J.M.W. Lid Dagelijks Wassenaar Bestuur Lid Dagelijks R.A. van Gelderen Bestuur J.B. uit den Lid Dagelijks Bogaard Bestuur Lid Dagelijks T.P.J. Bruinsma Bestuur Lid Dage-lijks H.B. Eenhoorn Bestuur Lid Dage-lijks L.A.W. de Lange Bestuur
1-1-2005-heden 26-5-2010-26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 27-3-2013-heden 26-5-2010-heden 27-3-2013-heden 26-5-2010-heden
Lid Algemeen M.H. du Chatinier Bestuur Lid Algemeen T. Hoekstra Bestuur Lid Algemeen G. van As Bestuur Lid Algemeen W.N. Roest Bestuur Lid Algemeen R. Vrugt Bestuur Lid Algemeen M. Kottenhagen Bestuur Lid Algemeen R. de Vries Bestuur Lid Algemeen M.J.S. Vorenkamp Bestuur Lid Algemeen P. Heijkoop Bestuur Lid Algemeen J. Broekhuis Bestuur Lid Algemeen I. ten Hage Bestuur Lid Algemeen A. Th. van Rijnberk Bestuur Lid Algemeen G. Kleijheeg Bestuur K.M. van der Velde- Lid Algemeen Menting Bestuur Lid Algemeen C. Malin Bestuur K.A.M. van der Lid Algemeen Kaaden-van Klink Bestuur Lid Algemeen D.C.W. Binnendijk Bestuur Lid Algemeen M.W.Ch. Udo Bestuur Lid Algemeen I.G. Mostert Bestuur Lid Algemeen W. van Duijn Bestuur M.A.C. van Lid Algemeen Dongen Bestuur M.J. van Gruting- Lid Algemeen Wijnhold Bestuur Lid Algemeen D.J.G. Sloos Bestuur Lid Algemeen A.R. Bonestroo Bestuur Lid Algemeen W. van Peijpe Bestuur Lid Algemeen T.G. Scheffer Bestuur Lid Algemeen L. Rademaker Bestuur Lid Algemeen P.J.R. Kos Bestuur
26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden 26-5-2010-heden
5-3-2014--heden 26-5-2010--1-12014 26-5-2010--27-32013
36 uur
€ 92.906 Onbezol-digd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd
Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd Onbezoldigd
Pagina 114
Jaar beëindiging Motivering
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 115
Ho\\and
f)' RiJ·. nrand ,''1'1
,
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
···�
3. SISA-BIJLAGE VERANTWOORDINGSINFORMATIE
I
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrclaries
Si Sa bijlage verantwoordingsinformatie
2013 op grond van artike13 van de Regeling informatieverstrekking sisa
IN I&M
E7 2 B
Brede doeluitkering verkeer en vervoer Si Sa tussen medeoverheden
Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
Besteding Gaar 1) ten laste van provinciale middelen
DIC
A
T
O
RE N
Overige bestedingen (jaarT)
Correctie ten opzichte van Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde
tot jaar T verantwoorde
bestedingen ten laste van
overige bestedingen
provinciale middelen
Provinciale beschikking en/of verordening
Indien de correctie een
Indien de correctie een
vermeerdering van
vermeerdering van
Gemeenten en
bestedingen betreft, mag
bestedingen betreft, mag
Gemeenschappelijke
het alleen gaan over nog
het alleen gaan over nog
Regelingen
niet eerder verantwoorde
niet eerder verantwoorde
bestedingen Aard controle n.vr.
lndicatornummer :
1
E278101
U42 585
PZH-2010-238972269
€ 121.212
€76.942
€ 300.000
€ 54.023
€45.000
€72.994
Aard con
n
troJe .v.r
Cumulatieve besteding ten laste ''llln provinciale middelen tot en met (jaar T)
Cumulatieve overige Toelichting bestedingen tot en met GaarT)
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van dH juistheid en volledigheid van dH verantwoordingsinformatie
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle n.v.t.
IIW!Catornummer: E27B/07
Aard controle n.v.r.
lnd1catornummer: E27BI08
1 PZH-201 0-238972269 2 PZH-2013-375282022
€1.3n.755
€481.802
€121.212
€76.942
3 PZH-2012-361329172
€300.000
E 54.023
4 PZH-2013-369650763
<0 45.000
R
fndicatornummer: E27810-'
€72.994
Eindverantwoording Ja/Nee
Als u kiest voor 'ja', betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden
Aard controle n.v.t.
fndi catornummer :
Aard controle n.v.t.
lndicatornummer:E278/ 10
E278109
Ja Ja Ja Ja
��---·---t---+---+--1 Hieronder per regel één Besteding (jaarT) gemeente(code) selecteren en participatiebudget in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
(WPB) deel openbaar lichaa�
Aard controle
R
��-------�---+---+---�
lnd1catornummer: E278106
Wet participatiebudget
bestedingen Aard controle
fndicatomummer; E278!04
< 171133
3 PZH-2012-361329172
10
R
lndicatornummer. E278103
4 PZH-2013-369650763
Kopie beschikkingsnummer
G5B
Aard controle
R
2 PZH-2013-375282022
10
SZW
Aard controle
lndicatornummer: E278102
0 2 13
Wet participatiebudget
WaaiVan besteding (jaarT) van Baten (jaarT) (niet-Rijk) educatie bij roc's participatiebudget
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc's
Besteding (jaarT) Regelluw Dit onderdeel is uitls!uitend van toepassing indien in (jaarT-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk zijn gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk
(WPB) Openbaar lichaam
o.g.v. Wgr jSiSa tussen medeoverheden) Hel openbaar lichaam verantwoordt hier per gemeente over het deel van de regeling dat in ijaar T) door het
Aard controle n.Y.t.
openbaar lichaam is
fndicatornummer: G58101
uitgevoerd.
1 0484 Alphen Aan Den Ri·n
Aard controie
lndicat ornumm er :
R
G!"!B I 02
c 203.466,00
Aa rd contr o le R lndicatornummer: G58I03
Aard controle
Aard controle
R
lndicatornummer: G58104
{: 41.275,00
€0
{: 60.153,00
c 60.153,00
€0
c 173.530,00
c 173.530,00
<0
{: 448.988,00
c 448.988,00
€0
€ 92.658,00
€ 92.658,00
€0
€ 67.699,00
c 67.699,00
c 37.572,00
€ 37.572,00
€0
9 0575 Noordwïk
€ 52.686,00
€ 52.686,00
€0
10 0576 Noordwi"kerhout
c 24.617,00
t: 24.617,00
€0
11 0579 Oeastaeest
€ 23.065,00
c 23.065,00
€0
12 1672 Rlnwoude
c 28.054,00
€ 28.054,00
<0
13 1525
c 83.701,00
{: 83,701,00
€0
c 143.631,00
c 143.631,00
€0
€ 13.323,00
c 13.323,00
2 0534 Hilleaom
3 1884 Kaagen Braassem 4 0537 Katwïk
5 0546 Leiden
6 0547 Leiderdorp) 7 0553 Lisse
8 0569 Nieuwkoop)
e lingen 14 0626 (Voorschoten 15 0638 Zoeterwoude
R
lndicatornummer: G!"!B IO-'
Aard contle R ro lndicatomummer: G!58I06
c 203.466,00
c 41.275,00
���------t-- -----+---+---��--� �� �------t-- -----+---+---��--�
1 00
Pagina 116
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
4. BESLUIT Het Algemeen Bestuur van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland; gezien de rekening van lasten en baten van het samenwerkingsorgaan over het jaar 2013; gelet op artikel 197 en volgende van de gemeentewet; besluit: a.
het bedrag van lasten en baten van die rekening vast te stellen als volgt: de LASTEN op:……………………………………… € 12.494.424 de BATEN op:……………………………………….. € 12.494.424
b.
het rekeningresultaat ad. € 463.297 als volgt te bestemmen: Voordelig resultaat na tussentijdse resultaatbestemming en voor onttrekkingen aan en stortingen in reserves bedraagt: Onttrekking aan reserves Totaal onttrekkingen:
€ 90.582
Stortingen in reserves Totaal stortingen:
€
Saldo mutaties in reserves:
463.297
0 €
Voordelig resultaat af te rekenen met de gemeenten: (rekening houdend met de in rekening gebrachte voorschotten) c.
€
€
90.582 553.879
de toelichting bij de jaarrekening 2013 vast te stellen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van het Algemeen Bestuur van het Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland, gehouden op 26 juni 2014 de secretaris,
de voorzitter,
R. van Netten
H.J.J. Lenferink
Pagina 117
'\' Ho\ a
�tRijn lan d nd':\'''f' · ·
�·
.... .... � •...
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
•·
5. CONTROLEVERKLARING
Deloitte.
DeloltteAccountants B.V. O�ypleln 10 1043 OP Ams1erdam Postbus 58110 1040 HC Ams1erdam Nederland Tel: 088 288 2888 Fax: 088 288 9739 www.deloitte.ni
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de (in de jaarstukken op pagina 84 tot en met 116 opgenomen) jaarrekening 2013 van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnla nd te Leiden gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de programrnarekening over 2013 met de toelichtingen, waarin opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SiSa-bijlage.
Verantwoordelijkheid
van
het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording pro vincies en gemeenten en de Beleidsregels toepassing
Wet normeri n g bezoldiging topfu nctionari ssen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven, en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting, en met de relevante wet- en regelgeving waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling en het Controleprotocol WNT van de B e le idsre gels toepassing WNT. Het dagelijks bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarre kening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Deloitle Acc ountants B.V. is ingeschreven In het handelsf09ÎSter van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer 24362853.
Memberof Detoitte Touche Tohmatsu Limitoei
3113599660/20187/02/ac
Pagina 118
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 119
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 120
BMO
MBC
Secretaris
RuAg
SoAg
Leerplicht
RMC/Jongerenlo ket
RMC
448.765 23.700 187.580
739.286 41.825 63.706 185.110
173.912 10.786 74.630
1.191.719 24.806 27.225 2.352 579.590
554.093 12.339 285.720
973.033 67.402 32.895 304.810
361.431 10.040 23.769 132.250
241.039 62.623 78.220
Totale Lasten
908.827
660.045
1.029.927
259.328
1.825.692
852.152
1.378.140
527.490
381.882
Baten I00 I32 I34
Saldo kostenplaatsen Huuropbrengsten Diverse ontvangsten
-5 -17.788 -754
18.645 -0
3.384 -16.081
2 -0
-12.792 -0
36.443 -9.105
-68.097 -30.283
-25.838 -13.392
46.928 -0
I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62 I62
BMO MBC Secretaris RuAg SoAg Leerplicht RMC/Jongerenloket RMC Prod. BMO Prod. MBC Prod. RuAg Prod. SoAg
-89.710 -185.110 -29.900 -228.620 -110.500 -145.780 -63.250 -37.410 -
-12.110 -101.570 -54.680 -398.800 -1.850 -14.780 -94.900
-97.870 -32.620 -249.400 -120.540 -159.030 -69.000 -40.810 -44.470 -139.710 -51.530 -12.250
-259.330 -
-144.430 -6.470 -1.658.280 -3.720
-81.260 -4.010 -794.220
-11.630 -1.268.130
-488.260
-428.810
-908.827
-660.045
-1.029.927
-259.328
-1.825.692
-852.152
-1.378.140
-527.490
-381.882
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 121
11.634 813.914 83.279 -
Totale Baten
Saldo kostenplaatsen Salariskosten (staat model B kapitaallasten Inhuur Aankoop kantoormachines Diverse uitgaven (A) Kapitaallasten
Algemene kostenplaats
6. BIJLAGEN
Lasten U00 U10 U20 U30 U33 U34 U61 U62
Omschrijving
6.1 Kostenverdeelstaat
Eco.cat
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.2 Kosten Woonruimteverdeling Bijdrage gemeenten Gemeente Inwoners Kaag & Braassem Hillegom Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Totaal
op basis van bovenstaande berekeningen Urgentie bezwarencie beleidscie totaal 389.188 181.548 35.340 606.076
25.711 20.866 62.693 119.746 26.743 22.399 25.667 15.734 23.134 35.794 24.651 8.122
24.331 19.746 59.328 113.319 25.308 21.197 24.289 14.890 21.892 33.873 23.328 7.686
14.024 11.382
411.260
389.188
12.619
2.209 1.793 5.387 10.290 2.298 1.925 2.206 1.352 1.988
37.890 30.750 92.391 176.470 39.411 33.010 37.826 23.187 34.093
19.524 13.446 4.430
3.076 2.118 698
52.750 36.328 11.969
181.547
35.340
606.075
65.317 14.587 12.218 14.000
6.3 Bijdrage gemeenten op basis van leerlingenaantallen Bijdrage gemeenten Gemeente aantal lln 5 tm 17 jaar Kaag & Braassem Hillegom Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Totaal
Bijdrage regio
RMC functie
totaal
1.160.844
107.250
1.268.094
4.145 3.098 10.635 14.354 4.332 3.450 3.577 2.495 3.917 6.316 4.044 1.273
78.066 58.347 200.298 270.341 81.588 64.977 67.369 46.990 73.772 118.955 76.164 23.976
7.213 5.391 18.505 24.977 7.538 6.003 6.224 4.341 6.816 10.990 7.037 2.215
85.279 63.738 218.803 295.314 89.126 70.980 73.593 51.331 80.588 129.945 83.201 26.191
61.636
1.160.843
107.250
1.268.093
Pagina 122
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.4 Overzicht Besluit Woning gebonden Subsidies
Pagina 123
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 124
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
Pagina 125
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.5 Overzichten inkomende en uitgaande subsidies
Pagina 126
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.6 Overzicht baten en lasten
Pagina 127
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.7 Bijdragen gemeenten per taak Omschrijving
Regionaal 15 gemeenten
Plustaak 12 gemeenten
Plustaak RBL
Plustaak Rijnstreek gemeenten
Onderdeel Ruimtelijke Ordening Monitoring UP ReginaleStructuurvisie UPStudie Integrale benadering/ RIF Bestuurlijke Platform Zuidvleugel RSB Algemeen Ruimtelijke Agenda Algemeen RuAg Algemeen Belangenbehartiging Ontwikkelingen Haarlemmermeer RO Belangenbehartiging Provinciale RSV ALK RO plannen
568.980 78.880 30.080 8.840 129.100
-
Onderdeel Wonen Wonen belangenbehartiging UP Regionale beleidsvisie wonen Verstedelijkingsafspraken Bouwregisseur Woonruimteverdeling 2012 Beleidsadvisering woonruuimteverdeling Woonruimteverdeling urgentie Reg. Commissie bezwaar en Beroep Woonruimteverdeling urgentie Rijnstreek Beheer BWS budget Uitvoering BLS RSB Wonen
239.100 37.460 47.820
Onderdeel Natuur en Landschap N&L Belangenbehartiging Milieuoverleg Groenprogramma Gebiedsuitbreiding Regionaal Groenprogramma LPB D&B Proviciaal Landschap LOP Groene Hart/Woerdens Beraad Zuidvleugel Zichtbaar Groener
308.310 51.670 4.090 128.380 4.250 12.080 15.100 46.070 34.080 12.590
-
-
-
308.310
238.373 13.596 8.520 172.127 920 15.000 8.950 18.730 530
-
-
Onderdeel Verkeer en Vervoer V&V Belangenbehartiging Actualisatie RVVP Regionale Verkeersmilieukaart UP OV-visie Dynamische verkeersmaatregelen Rijnlandroute RijnGouweLijn West Noordelijke Ontsluiting Greenport Coördinatie Brede Doeluitkeringen Verkeersveiligheid Collectief Vraagafhankelijk Vervoer FIetsbereikbaarheid OV-bereikbaarheid Auto-bereikbaarheid
755.330 85.140 4.250 26.800
25.630
-
-
780.960
660.747 117.935 3.500 51.038
25.630
Totaal
Regionaal 15 gemeenten
Plustaak 12 gemeenten
Plustaak RBL
Plustaak Rijnstreek gemeenten
300.433 36.497 440 3.090 151.610
-
-
-
300.433
268.547
570.736
-
35.340
759.757
25.043
-
238.373
69.937
-
-
686.377
94.583
-
-
-
491.764
-128.314
Rekening
Begroting -
-
568.980
240.030 17.110 19.570 11.050 26.020 4.420 3.880
Verschil
30 20.712 14.270 12.174 53.600 2.760 5.250 510.360
-
35.340
784.800
153.681 49.240 20.470
85.330 45.980
24.940 46.080 510.360
389.188 181.548 35.340
35.340
22.510
12.951
12.440
8.510 189.760 14.880 9.400 229.210 174.940
Totaal
4.360
7.970 228.915 9.500 42.510 149.519 45.500
25.630
Onderdeel Economische Zaken en Toerisme EZ Belangenbehartiging UP Bedrijventerreinenstrategie Greenport Kantorenstrategie Detailhandelstrategie REO en KBB Instandhouding ANWB-route Toerisme Waterrecreatie Actualisatie Economische Agenda / Visie Topsectorenbeleid
363.450 19.790 68.700 54.800 43.540 20.860
Onderdeel Sociale Agenda Algemeen projecten Sociale Agenda 3 decentralisaties
211.130 158.750 52.380
-
-
-
211.130
51.549 2.854 48.695
-
-
-
51.549
159.581
116.110 64.160 25.010 26.940
-
-
-
116.110
382.035 -24.632 381.477 25.190
-
-
-
382.035
-265.925
63.700
197.500
1.335.520 1.335.520
-
1.596.720
79.270
197.500
1.268.094 1.268.094
-
1.544.864
51.856
79.270 -
197.500
Onderdeel Jeugd Ketenaanpak Jeugd RAS 2009 - 2012 Ambtelijke platform jeugd Onderdeel Leerplicht & VSV Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) RMC Kwalificatieplicht Meerjarenprogramma VSV Jongerenloket Onderdeel Participatie Regionaal Arbeidsmarkt Beleid Inkoop Volwasseneneducatie Sluitende aanpak jongeren Ambtelijk platform participatie
-
-
-
363.450
491.764 30.931 112.336 40.100 15.496 30.772
25.630
123.230 32.530
57.467 42.970 10.267 151.425
63.700 197.500 246.070 151.070 70.870 5.000 19.130
-
-
-
246.070
220.954 128.564 77.750 370 14.270
-
-
-
220.954
25.116
Onderdeel Zorg Ambtelijk platform Zorg & W elzijn Maatschappelijke ondersteuning Regionale Cie Gezondheidszorg
118.850 63.110 55.740
-
-
-
118.850
161.591 40.700 120.891
-
-
-
161.591
-42.741
Onderdeel Cultuur Cultuurparticipatie AO cultuur
46.880 40.190 6.690
-
-
-
46.880
43.456 43.236 220
-
-
-
43.456
3.424
Onderdeel Bestuur Bestuurskosten Bestuursondersteuning Werkgroep Boeien en Binden Focus 2014 Communicatie Website Organisatie conferenties Ondernemingsraad
1.308.470 49.880 937.210 3.610 46.270 62.130 54.100 81.990 73.280
-
-
-
1.308.470
1.265.752 42.422 921.052 4.670 100.740 114.086 5.068 77.714
-
-
-
1.265.752
42.718
Onderdeel Middelen P & C-cyclus Liquiditeit Het nieuwe Werken Overige middelen
245.930 190.170 -243.650
-
-
-
245.930
-141.452 188.889 -93.555 1.452 -238.238
137.328
-
-
-4.124
250.054
-
-
-
6.696.660
3.908.153
931.194
Onderdeel Beheer RIF Beheer Regionaal Investeringsfonds Totaal generaal
299.410 -
-
4.592.310
733.490
1.335.520
35.340
Pagina 128
137.328 -
1.268.094
35.340
6.142.781
553.879
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.8 Overzicht bijdrage gemeenten per regionale taak en plustaak Inwonertal informatie CBS 01-01-2013 Leidse Regio Rijstreek Duin- en Bollenstreek
217.236 129.437 183.153 529.826
Omschrijving
Plustaak RBL
Plustaak Rijnstreek gemeenten
Totaal
Regionaal 15 gemeenten
Plustaak 12 gemeenten
Onderdeel Ruimtelijke Ordening
300.433
-
-
-
300.433
Onderdeel Wonen
153.681
570.736
-
35.340
759.757
Onderdeel Natuur en Landschap
238.373
-
-
-
238.373
Onderdeel Verkeer en Vervoer
660.747
25.630
-
-
686.377
Onderdeel Economische Zaken en Toerisme
491.764
-
-
-
491.764
51.549
-
-
-
51.549
382.035
-
-
-
382.035
79.270
197.500
1.268.094
-
1.544.864
Onderdeel Participatie
220.954
-
-
-
220.954
Onderdeel Zorg
161.591
-
-
-
161.591
Onderdeel Cultuur
43.456
-
-
-
43.456
Onderdeel Bestuur
1.265.752
-
-
-
1.265.752
Onderdeel Middelen
-141.452
137.328
-
-
-4.124
-
-
3.908.153
931.194
Rekening
Onderdeel Sociale Agenda Algemeen Onderdeel Jeugd Onderdeel Leerplicht & VSV
Onderdeel Beheer RIF Totaal generaal
Gemiddeld bedrag per inwoner
7,38
(a)
1.268.094
2,33
(b)
Leidse Regio Rijnstreek Duin- en Bollenstreek
3,08
(c)
(a + b) (a + d) (a + b + c)
Pagina 129
35.340
0,27
6.142.781
11,59
(d)
9,70 7,65 12,79
Alphen ad Rijn
Hillegom
Kaag & Braassem
Katwijk
Leiden
Leiderdorp
Lisse
Nieuwkoop
Noordwijk
72.900
20.866 20.866 20.866 20.866
25.711 25.711 14.840 14.840 14.840 10.871
62.693 62.693 62.693
119.746 119.746 119.746 119.746 119.746
26.743 26.743 26.743 26.743 26.743
22.399 22.399 22.399 22.399
27.080
25.667 25.667 25.667 25.667
Inwoners HR 15-gemeenten: bron C BS 01-01-2013 Inwoners HR 12-incl Jacobswoude: bron C BS 01-01-2013
Inwoners HR 12-excl Jacobswoude: bron C BS 01-01-2013 Inwoners HR 10-excl Jacobswoude: bron C BS 01-01-2013 Inwoners Leidse regio-gemeenten: bron C BS 01-01-2013 Inwoners RSB: bron C BS 01-01-2013
72.900
Oegstgeest
Rijnwoude
Teylingen
Voorschoten
Zoeterwoude
Totaal
23.134 23.134 23.134 23.134 23.134
18.586
35.794 35.794 35.794 35.794
24.651 24.651 24.651 24.651 24.651
8.122 8.122 8.122 8.122 8.122
529.826 411.260 400.389 321.962 217.236 129.437 183.153
27.080
20.866
Inwoners DB: bron C BS 01-01-2013
Noordwijkerhou t 15.734 15.734 15.734
62.693
18.586
22.399
25.667
15.734
35.794
PROGRAMMA RUIMTELIJKE AGENDA
41.337
11.832
14.579
35.549
67.902
15.164
12.701
20.282 11.766
116.396 67.522
25.995 15.080
21.772 12.630
6.052 38.100
14.425 8.368 2.968 7.458 33.219
60.939 0
Totaal onderdeel Ruimte en Wonen
0 0 19.903 21.145 41.048
18.185 79.124
34.734 218.652
7.757 48.832
Totaal onderdeel Natuur en Landschap
32.798
9.388
11.568
28.206
53.874
12.032
Totaal onderdeel Ruimtelijke Agenda Algemeen Woonruimteverdeling Reg commissie Bezwaar en Beroep Woonruimteverdeling Rijnstreek Overige deelprogramma Wonen
C ollectief Vraagafhankelijk Vervoer (C VV) Overig deelprogramma Mobiliteit Totaal onderdeeldeel Mobiliteit Totaal onderdeel Economische Zaken en Toerisme
0 90.914 90.914
1.336 26.022 27.358
950 32.064 33.014
4.013 78.185 82.198
7.665 149.335 157.000
1.712 33.351 35.063
14.554
8.922
13.118
24.949 14.473
15.294 0
22.487 13.045
6.497 40.899
0 0 7.394 7.855 15.249
7.445 46.867
4.564 19.858
10.077
12.184
11.548
7.079
1.434 27.934 29.368
15.355
0 33.772 33.772
1.643 32.009 33.652
1.007 19.622 20.629
20.297
13.978
4.606
300.433
34.793 20.184
23.961 13.900
7.895 4.580
6.710 42.242
0 0 5.075 5.391 10.466
10.382 65.359
7.150 45.011
2.356 14.831
389.188 181.548 35.340 153.681 759.757
10.408
8.362
16.104
11.091
3.654
238.373
1.481 28.850 30.331
10.539
0 23.179 23.179
2.291 44.639 46.930
1.578 30.742 32.320
520 10.129 10.649
25.630 660.747 686.377
19.367
23.864
58.189
111.144
24.820
20.790
25.135
23.823
14.604
21.472
17.251
33.223
22.880
7.539
491.764
106.045
116.244
283.266
608.572
135.911
113.835
101.695
130.444
71.092
117.571
69.797
181.913
125.280
41.279
2.476.704
Totaal onderdeel Sociale Agenda Algemeen
7.093
2.030
2.502
6.100
11.650
2.602
2.179
2.635
2.497
1.531
2.251
1.808
3.483
2.398
790
51.549
Totaal onderdeel Jeugd
52.565
15.046
18.539
45.206
86.343
19.283
16.151
19.526
18.507
11.345
16.681
13.402
25.810
17.775
5.856
382.035
0 0
0 7.320 85.279 3.847 96.446
0 30.925 218.803 9.380 259.108
0 59.066 295.319 17.916 372.301
0 13.192 89.126 4.001 106.319
0 11.049 70.980 3.351 85.380
0 0
0 7.761 51.331 2.354 61.446
0 11.411 80.588 3.461 95.460
0 0
4.052 4.052
0 12.661 73.593 3.840 90.094
2.781 2.781
0 17.656 129.945 5.355 152.956
0 12.160 83.201 3.688 99.049
0 4.006 26.191 1.215 31.412
0 197.500 1.268.094 79.270 1.544.864
PROGRAMMA SOCIALE AGENDA
Pagina 130
Totaal onderdeel Leerplicht en VSV
10.907 10.907
0 10.293 63.738 3.122 77.153
Totaal onderdeel Participatie
30.402
8.702
10.722
26.145
49.937
11.153
9.341
11.293
10.704
6.562
9.648
7.751
14.927
10.280
3.387
220.954
Totaal onderdeel Zorg
22.234
6.364
7.842
19.121
36.520
8.156
6.831
8.259
7.828
4.799
7.056
5.669
10.917
7.518
2.477
161.591
Jongerenloket Jongerenloket plustaak Regionaal Bureau Leerplicht Overig onderdeel Onderwijs
Totaal onderdeel C ultuur TOTAAL PROGRAMMA SOCIALE AGENDA
5.979
1.711
2.109
5.145
9.821
2.193
1.837
2.221
2.105
1.290
1.897
1.524
2.936
2.022
666
43.456
129.180
111.006
138.160
360.825
566.572
149.706
121.719
47.986
131.735
86.973
132.993
32.935
211.029
139.042
44.588
2.404.449
174.158
49.849
61.423
149.773
286.074
63.889
53.511
64.694
61.318
37.588
55.267
44.402
85.512
58.891
19.403
1.265.752
0 -19.463 -19.463
7.157 -5.571 1.586
5.090 -6.864 -1.774
21.503 -16.738 4.765
41.070 -31.969 9.101
9.172 -7.140 2.032
7.683 -5.980 1.703
0 -7.230 -7.230
8.803 -6.853 1.950
5.397 -4.201 1.196
7.935 -6.176 1.759
0 -4.962 -4.962
12.277 -9.556 2.721
8.455 -6.581 1.874
2.786 -2.168 618
PROGRAMMA BESTUUR & MIDDELEN Totaal onderdeel Bestuur Vrijval voorziening organisatie aang Overige middelen Totaal onderdeel Middelen
137.328 -141.452 -4.124
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
TOTAAL PROGRAMMA BESTUUR & MIDDELEN
154.695
51.435
59.649
154.538
295.175
65.921
55.214
57.464
63.268
38.784
57.026
39.440
88.233
60.765
20.021
1.261.628
Totaal exploitatiebegroting
557.635
268.486
314.053
798.629
1.470.320
351.538
290.768
207.145
325.447
196.849
307.590
142.172
481.175
325.087
105.888
6.142.781
557.635
268.486
314.053
798.629
1.470.320
351.538
290.768
207.145
325.447
196.849
307.590
142.172
481.175
325.087
105.888
6.142.781
430.127
368.865
1.764.337
3.076.651
571.022
409.567
585.348
378.658
400.880
731.905
572.420
164.550
9.454.330
698.613
682.918
2.562.966
4.546.971
922.560
700.335
910.795
575.507
708.470
1.213.080
897.507
270.438 15.597.111
Totaal onderdeel Beheer RIF
Bijdragen gemeenten Rekening 2013 Regionaal InvesteringsFonds Totaal generaal
557.635
207.145
142.172
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
67.663 273.760
TOTAAL PROGRAMMA RUIMTELIJKE AGENDA
6.9 Bijdragen gemeenten rekening (na bestemming)
Gemeente
J Jaarverslag Holland Rijnland 2013
6.10 Afrekenstaat (na bestemming en voorgenomen reserveringen) Gemeente Alphen aan den Rijn Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Nieuwkoop Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Rijnwoude Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Totaal
Voorschot
Rekening
653.940 288.100 346.610 861.480 1.576.080 378.100 316.270 242.010 348.960 212.350 327.410 167.190 517.790 344.820 115.550
557.635 268.486 314.053 798.629 1.470.320 351.538 290.768 207.145 325.447 196.849 307.590 142.172 481.175 325.087 105.888
6.696.660
6.142.781
Pagina 131
Afrekening Afrekening na 2013 voorgenomen 96.305 20.095 19.614 -2.199 32.557 5.679 62.851 -2.688 105.760 -19.422 26.562 -1.395 25.502 2.086 34.865 6.556 23.513 -3.319 15.501 -947 19.820 -4.364 25.018 5.588 36.615 -804 19.733 -6.037 9.662 1.171 553.879
0