g
an rg
Nieuws van de kinder – en jongerenrechtswinkel
a Ja
Nieuwe leden cliëntenraden xonar gezocht Jongeren staan hun mannetje tijdens debat over privacy Nederlandse jongere zeer actief op sociaal netwerk
Jeugdzorg Nederland niet helemaal eens met conclusies rapport onderzoeksraad voor veiligheid
Manifestatie ter gelegenheid van de Dag voor de Rechten van het Kind 2010
Stand van zaken en perspectief over de samenwerking jeugdzorgaanbieders Limburg
11
Nieuwe ambtelijk secretaris voor klachtencommissie
.‘
Trainingstraject voor alle medewerkers “Xonar investeert in de toekomst”
b fe
Statenleden nemen kijkje in de keuken van de jeugdzorg
.2 nr
2,
16 Jaar jeugdzorg: een geschenk
16 jaar jeugdzorg: een geschenk
Nieuws van de Kinder – en Jongerenrechtswinkel
‘Wanneer ik tegen iemand zeg dat ik zo goed als mijn hele jeugd in de jeugdzorg heb gezeten, krijg ik steevast de opmerking dat ze het heel erg voor me vinden. Mijn reactie hierop is dan verbaasd. Wat is er erg aan de jeugdzorg? Het heeft me gevormd tot wie ik nu ben, en daar hoef ik me zeker niet voor te schamen. De jeugdzorg heeft me heel veel goeds gedaan. Natuurlijk waren er ook momenten waarop het allemaal wat minder ging en wanneer het moeilijk was, maar na regen komt zonneschijn en ik heb altijd geprobeerd om er iets positiefs van te maken. Zo heb ik leren omgaan met problemen. Problemen van mezelf, maar ook van ons samen. Ik ben opgegroeid in een pleeggezin dat ook crisisopvang deed. Soms was de crisis -en daarmee de problemen- inderdaad enorm groot. Als klein kind en later als puber leer je hiermee omgaan. Je leert anderen te helpen door met ze te praten, of ze juist even met rust te laten. Dit heeft de jeugdzorg me geleerd.
Wij kregen de volgende vraag van Lotte: MET ELKAAR DELEN Beste Kinder- en Jongerenrechtswinkel, Ik zit op kamertraining bij XONAR en soms heb ik het idee dat ik te weinig privacy heb. Soms komt de leiding op mijn kamer zonder toestemming en één keer kwam een leider zelfs onverwacht binnen zonder te kloppen. Ik vind het ook niet goed als de leiding meeluistert met mijn telefoongesprekken. Zo kan ik niet vrijuit praten met mijn ouders of mijn vrienden. Mag de leiding dit allemaal zomaar doen en is er iets wat ik kan doen om er voor te zorgen dat mijn privacy wel wordt gerespecteerd?
Ook het delen is iets wat ik heb geleerd. Eerst ging het om speelgoed: mijn knikkers, mijn speelgoedautootjes en de lego-trein die ik voor kerstmis had gekregen. Later ging het ook om meer abstracte dingen als het delen van liefde en emotie, maar ook het delen van je pleegouders. Dit was niet altijd even gemakkelijk, maar door vaak te delen leer je dat het leuk is. Je kunt er voldoening in vinden als je het vaak en goed doet.
RESPECT Groetjes Lotte
Wij schreven Lotte het volgende als antwoord: Beste Lotte, Natuurlijk heb je recht op privacy en is het dus niet zo dat leiding zomaar ongevraagd op je kamer mag komen. Leiding moet dus in principe eerst jouw toestemming vragen voordat ze op je kamer komen. Dit kan door eerst te kloppen en op reactie te wachten als je op je kamer zit. Maar de leiding heeft ook een zorgplicht voor jou en in noodgevallen kan er dus een uitzondering op deze regel worden gemaakt. Als de leiding zich ernstig zorgen over jou maakt of vermoedt dat er iets aan de hand is, en je geeft geen reactie als ze op de deur kloppen, kan het zijn dat ze zonder jouw toestemming toch op je kamer komen. Ze zullen zich dan wel moeten verantwoorden en aan jou uitleggen waarom ze zich zorgen maakten. Verder is het ook niet zo dat de leiding mee mag luisteren met je gesprekken. Je hebt het recht om privé te bellen. Soms is het wel zo dat ze mogen controleren met wie je aan het bellen bent. Hier moeten er wel duidelijke afspraken over zijn gemaakt, bijvoorbeeld in je begeleidingsplan. Als je toch het idee hebt dat je privacy wordt geschonden, kan je het beste hier eerst met je leiding over praten. Je kunt ze uitleggen wat je problemen zijn en wat je niet op prijs stelt. Misschien kunnen jullie dan samen tot een oplossing komen. Als dit geen succes heeft, kan je nog altijd een klacht inleveren volgens de gebruikelijke klachtprocedure. Verder kan je ook altijd bij het Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ) terecht. Dit is een onafhankelijke stichting die iedereen met vragen of klachten over de jeugdzorg adviseert en ondersteunt. Bij hen kan je terecht via de telefonische advies dienst: 088-5551000 Je kunt ook een vraag stellen via de website www.akj.nl Hopelijk hebben we zo je vraag beantwoord. Mocht je verder nog vragen hebben, mag je ons altijd mailen of bellen. Groetjes Robyn en Esther Medewerkers Kinder- en Jongerenrechtswinkel
Mensen met respect behandelen is heel belangrijk. Dit is iets wat ik ook heb geleerd. Sommige mensen zijn dik, anderen zijn dun. De een is meegaand, de ander is koppig. De een vindt Frans Bauer echt een goede zanger, de ander kan hem niet aanhoren. Zo zijn er duizenden kleuren en tienduizenden smaken. Hier moet je mee om leren gaan. Dat leer je alleen door met veel verschillende mensen in aanraking te komen. Natuurlijk komt iedereen met veel mensen in aanraking. Maar als je in de jeugdzorg zit, kom je op een andere, intensievere manier in aanraking met mensen.
ZOU HET ANDERS ZIJN GEWEEST? Ik zeg niet dat wanneer ik niet in de jeugdzorg had gezeten, ik een totaal ander persoon zou zijn geweest. Dat kan ik niet zeggen, omdat ik niet kan nagaan hoe het anders zou zijn geweest. Soms vraag ik me dat wel eens af. Zou ik dan ook op dezelfde manier reageren op een bepaalde situatie? Zou ik dan ook de kleur rood zo mooi vinden? Zou ik dan ook hebben gedaan wat ik nu doe? Dit zijn vragen waar je geen antwoord op kunt geven, maar die wel blijven rondspoken.
VEEL GOEDS Al met al heeft de jeugdzorg mij dus veel goeds gedaan. Hiervoor moet ik iedereen bedanken. Allereerst natuurlijk mijn pleegouders, maar ook mijn plaatser, mijn pleegzorgwerkster, mijn pleegbroers en -zussen en last but not least mijn eigen vader. Hij heeft ervoor gekozen om mij, ook toen ik eigenlijk na 7 jaar weer bij hem kon wonen, op mijn plek te laten bij mijn pleegouders. Hij koos niet voor zichzelf, maar voor mij. Een keuze die hem veel pijn heeft gedaan, maar die mij heeft gevormd tot wie ik nu ben. Het was een opoffering, maar wel een hele belangrijke. Had hij deze keuze niet gemaakt en wilde hij koste wat kost ervoor zorgen dat ik weer bij hem zou wonen, dan zou ik dit nu niet hebben geschreven en zou ik niet geworden zijn wie ik nu ben. De jeugdzorg was een geschenk en ik kijk er met opgeheven hoofd op terug.'
Vragen van jongeren aan statenleden Vraag: Wat is u tijdens uw stage in de jeugdzorg erg opgevallen? Antw.: Enorme werkdruk/drukte. Veel papierwerk Vraag: Wat denkt u dat er beter kan in de jeugdzorg? Antw.: Meer vrijheid, meer mogelijkheden, beter luisteren naar jongeren Vraag: Denkt u dat er genoeg hulpverleners zijn in de jeugdzorg? Antw.: Ja, maar ze moeten er wel hun tijd aan besteden Vraag: Waar ergert u zich aan in de jeugdzorg? En wat vindt u het beste? Antw.: Bereikbaarheid voogd.
Statenleden nemen kijkje in de keuken van de jeugdzorg Op 14 december 2010 organiseerden de Stichting Jeugd Zorgvragers Limburg en Service.jz een spiegelbijeenkomst tussen statenleden en jongeren in de jeugdzorg. De statenleden hadden om een dergelijke bijeenkomst gevraagd tijdens de commissievergadering voor het Sociaal Domein die plaatsvond in de Week van de Jeugdzorg 2009. Tijdens die vergadering bood de Stichting Jeugd Zorgvragers de statenleden de door jongeren uit de jeugdzorg gemaakte brochure ‘Wil je mijn mening horen’ aan, waarna Service.jz hen uitnodigde om stage te komen lopen binnen de jeugdzorg. Twee zaken die de statenleden graag aan elkaar wilden ‘linken’ tijdens een zogeheten spiegelbijeenkomst waar statenleden en jongeren hun ervaringen met de jeugdzorg zouden kunnen uitwisselen. Voortbordurend op het ‘kijkje in de keuken’ dat diverse statenleden in de loop van 2010 hebben genomen in de jeugdzorg, werd ervoor gekozen de gevraagde spiegelbijeenkomst in ‘keukentafelsfeer’ te laten plaatsvinden. Het idee daarbij was om in een ontspannen sfeer zoveel mogelijk ruimte te geven aan persoonlijke contacten en gedachtewisseling. Ondanks winterse omstandigheden vonden zeven statenleden (van SP, CDA, Groen Links, D66 en VVD) en vijf jongeren uit de jeugdzorg de weg naar een bijzondere locatie in Maastricht: ‘Samen eten met 6211’, een alternatieve kook- en eetstudio die ook jongeren helpt die zelfstandig gaan wonen (zie www.samenkokensameneten.com). Ook vertegenwoordigers van Stichting Jeugdzorgvragers en Service.jz en enkele ondersteuners van cliëntenraden waren aanwezig. De avond werd geleid door Kamran Ullah, een ervaren gespreksleider met grote affiniteit met jongerenparticipatie. Samen kokend en samen etend hebben de statenleden en jongeren tal van onderwerpen uit de jeugdzorg besproken. De gesprekken verliepen spontaan en geanimeerd. Voorafgaand waren vragen geformuleerd waar de deelnemers elkaar in ieder geval over geacht werden te bevragen. Deze vragen kwamen voort uit het boekje ‘Wil je mijn mening horen’ van de jongeren en uit het boekje ‘Statenleden op stage’ waarin de stageverslagen van een zestal Limburgse statenleden zijn opgenomen. Achteraf gezien was het niet echt nodig om het gesprek aan de hand van de geformuleerde vragen te stimuleren/sturen, maar de uitkomsten geven wel een aardig beeld van de zaken die die avond zoal aan de orde zijn geweest.
Vraag: Wat vindt u van het papierwerk in de jeugdzorg? Antw.: Te veel papierwerk. Aanpassen aan de cliënt
Vragen van statenleden aan jongeren Vraag: Helpt het als je hulp van jeugdzorg krijgt? Wat hoor je hierover van andere jongeren? Antw.: Het helpt wel, als een jongere echt zelf wil. Niet alleen ‘praattherapieën’, maar liever een aanbod van ‘doe-therapieën’ (muziek, dans, schilderen, sport). Is er soms wel, maar je moet er lang op wachten. Vraag: Vind je dat hulpverleners deskundig zijn? Ja? Wat versta je eigenlijk onder deskundig? Nee? Waarom niet? Antw.: Sommige hulpverleners zijn deskundiger dan anderen. Onder deskundigheid wordt dan aan inlevingsvermogen gedacht; begrip hebben voor; aandacht geven aan. Niet specifiek aan wetenschap/ kennis toegeschreven, maar aan houding. Vraag: Hebben hulpverleners genoeg tijd voor jullie? Antw.: Nooit genoeg, samenlevingsprobleem Vraag: Weet je wat je kunt doen als je klachten hebt over de hulp die je krijgt? Antw.: Cliëntenraad, jongerenteam. Eerst in de groep + leiding. Vraag: Wat denk je dat er gebeurt als je 18 wordt? Heb je dan iemand die jou kan helpen als dat nodig is? Antw.: Ja, kamertraining Radar. Vanaf 16 doorlopend zolang je nodig hebt. Vraag: Vind je dat hulpverleners waar jongeren mee te maken hebben goed met elkaar samenwerken (weten wat er aan de hand is, elkaar goed aanvullen, …). Wat hoor je hierover van andere jongeren? Antw.: Verschillende ervaringen, soms goed, soms niet: Als drie hulpverleners iets van elkaar moeten weten, gaat er vaker iets fout in de overdracht waardoor niet iedereen op de hoogte is. Soms worden ouders geïnformeerd en gaat men ervan uit dat de kinderen ook worden geïnformeerd, maar dat gebeurt dan niet. In een andere groep wordt iedere dag goed overgedragen. Vraag: Waar erger je je het meest aan in de jeugdzorg? En wat vind je het beste? Antw.: Het meisje geeft aan best wel tevreden te zijn. Heeft rust terug gevonden en vindt dat ze een heel ander iemand/mens is geworden. Ze heeft zichzelf terug gevonden. De ergernis die ze wel ziet is dat ‘men’ vaak niet handig met de andere meisjes die hulp vragen omgaat. Het beste vindt ze dat ze, doordat ze de spiegel krijgt voorgehouden, in haar gedrag vooruit gaat. Vóór, tussen en na de drie kook- en eetrondes zorgde Kamran Ullah voor de nodige centrale terugkoppeling en voor een nieuwe impuls aan het vervolggesprek. Rond 21.00 uur werd de avond afgesloten. Zowel jongeren als Statenleden hebben de spiegelbijeenkomst als positief ervaren; het initiatief is voor herhaling vatbaar!
Trainingstraject voor ALLE medewerkers “XONAR investeert in de toekomst” TRAININGSTRAJECT VAN 1 ½ JAAR De missie van XONAR is om hulp te bieden aan jeugdigen, ouders en volwassenen met opgroei- en opvoedproblemen. XONAR heeft de laatste jaren grote stappen gemaakt in het centraal stellen van de vraag van de cliënt. Wij doen dat omdat wij de cliënt willen helpen om zoveel mogelijk zelf zijn of haar problemen aan te pakken en op te lossen. In het helpen van de cliënt om zichzelf te helpen, maken wij gebruik van hulpverleningsmethodieken die voortkomen uit o.a. de systeemtheorie: hoe kunnen we patronen in gezinnen herkennen en beïnvloeden, zodat mensen beter met elkaar samenleven en zich daardoor als persoon beter kunnen ontplooien. Dit geldt overigens ook voor de medewerkers binnen XONAR: hoe leren we beter samenwerken! In 2010 heeft XONAR besloten met het voltallig personeel een ontwikkelingstraject aan te gaan om het systeemgeoriënteerd werken (verder) te ontwikkelen, ook wel Systemisch Werken genoemd. Systemisch Werken moet ten goede komen aan alle cliënten, alle medewerkers, maar ook aan de organisatie als geheel. Want voor XONAR is het vergroten van de verbinding een belangrijk doel. Waarschijnlijk zijn er mensen die zich afvragen hoe het toch mogelijk is dat in een periode waarin de jeugdzorg in Limburg - en dus ook XONAR- fors moet bezuinigen, tegelijkertijd een mega ontwikkeltraject wordt ingezet. De reden hiervoor is dat XONAR durft te investeren in de toekomst, juist nu. Dat de Provincie dit ondersteunt blijkt uit het feit dat zij de trainingskosten voor haar rekening neemt. Dit betekent dat alle medewerkers binnen zogenaamde leergroepen een training op maat krijgen. Hierin staan de ontwikkelvragen centraal, net zoals we dat zelf bij cliënten doen. Medewerkers zijn naar functie, discipline en/of werksoort in een leergroep ingedeeld. De training bestaat uit theorie, praktijkopdrachten, rollenspellen en oefeningen. Voor hulpverleners ligt het accent op hoe zij jeugdigen en gezinnen nog beter kunnen helpen.
De trainingen worden gegeven onder leiding van Joep Choy van Nisto. Omdat er ruim 600 medewerkers getraind worden gedurende 1 ½ jaar is dit een hele operatie! Het trainingsteam bestaat uit mensen van Nisto en de Mutsaersstichting uit Venlo, aangevuld met XONARtrainers. Door zelf binnen XONAR mensen op te leiden als trainer, kunnen we ook in de toekomst onszelf blijven trainen en fris blijven.
STARTCONFERENTIE Het ontwikkeltraject is gestart met een startconferentie op 9 november 2010. Deze werd druk bezocht door alle medewerkers, door cliënten- en pleegouderraden van XONAR en genodigden van collega-instellingen. De trainingen zijn nu in volle gang en de ervaringen zijn tot nu toe positief. Halverwege 2012 willen we het ontwikkeltraject afronden.
RESULTATEN METEN Om erachter te komen of zo’n langdurige training ook echt effect heeft, willen we graag de resultaten meten. Alle medewerkers vullen vragenlijsten in bij de start en aan het einde van de training. Maar ook van cliënten willen we weten hoe tevreden ze zijn over de hulpverlening van XONAR vóór en ná de training. Een onafhankelijk onderzoeksbureau (fluent Zorgadvies) gaat dit in kaart brengen. De centrale Cliëntenraad en de Pleegouderraad zullen een terugkoppeling en advies geven op de vragenlijst die we samen met fluent Zorgadvies op maat voor XONAR-cliënten gaan maken. Binnenkort zullen veel cliënten via hun XONAR-contactpersoon gevraagd worden om mee te werken aan dit tevredenheidsonderzoek. Mocht je hiervoor benaderd worden, dan krijg je hier ook meer informatie over. We hopen dat veel mensen willen meewerken aan dit onderzoek! Wij zullen jullie op de hoogte houden van de vorderingen en resultaten! We wensen jullie én onszelf veel succes! Paula Langen en Margot Rameckers, project Systemisch Werken
Nieuwe leden Cliëntenraden XONAR gezocht De leden van de Cliëntenraden van XONAR zijn op zoek naar mensen die zich willen inzetten voor de belangen van alle cliënten van XONAR. Iets voor jou / u? XONAR loopt in Limburg, maar ook landelijk gezien voorop in de ontwikkeling van medezeggenschap voor cliënten. Er zijn maar liefst zeven Cliëntenraden binnen de organisatie. Iedere regio, -Maastricht Heuvelland, Westelijke Mijnstreek en Parkstad- beschikt over een jongerencliëntenraad en een cliëntenraad voor de ouders. Vanuit deze zogenaamde regioraden nemen vertegenwoordigers deel aan de maandelijkse vergaderingen van de Centrale Cliëntenraad. Ook de regioraden vergaderen maandelijks. In de vergaderingen praten de leden bijvoorbeeld over adviezen die ze gevraagd, maar ook ongevraagd verstrekken aan het management van XONAR. De leden vertegenwoordigen hun achterban; alle cliënten van XONAR. Cliënten zijn dus niet alleen de jongeren, maar zeer zeker ook hun ouders. Het maakt niet uit of je ambulante hulp krijgt of geholpen wordt in een groep. We zijn zelfs nadrukkelijk op zoek naar jongeren en hun ouders uit de ambulante hulpverlening, omdat we merken dat we vanuit die groep nog maar weinig deelnemers hebben. Maar dat betekent zeker niet dat jongeren en hun ouders die in een groep zitten of een vorm van zelfstandigheidstraining volgen niet welkom zijn. Mocht je geïnteresseerd zijn of nog vragen hebben, dan kun je contact opnemen met een van de ondersteuners van de Cliëntenraden, te weten Joop Beckers en Igno Huntjens. Joop Beckers is telefonisch bereikbaar via 043-6045329 / 06 515 56 805 of per e-mail via
[email protected]
Nieuwe ambtelijk secretaris voor Klachtencommissie Mw. Rienie Pierey is de nieuwe ambtelijk secretaris van de Klachtencommissie voor cliënten. Om de onafhankelijkheid van beide klachtencommissies te benadrukken, is ervoor gekozen iemand van buiten XONAR te benoemen. Mevrouw Pierey neemt de taken over van XONAR-medewerkster G. Janssen en is als volgt te bereiken: Klachtencommissie cliënten van XONAR Mevrouw R. Pierey Postbus 821 6200 AV Maastricht Tel.: 06 - 204 54 204 E-mail:
[email protected]
Igno Huntjens kun je bereiken via 043-6045946 / 06 505 06 117. Per e-mail kan ook: i.huntjens@ xonar.nl
Wat doet een cliëntenraad? Een cliëntenraad komt meestal één keer per maand bij elkaar. De leden praten over zaken die allemaal met de hulpverlening van XONAR te maken hebben. Denk aan groepsvervoer, groepsleiding, veiligheid, ontspanning, kwaliteit van de hulp, financiële zaken, hoe gaat XONAR met klachten om enzovoort. De cliëntenraad zoekt zoveel mogelijk contact met andere cliënten, om te horen wat hun mening is over de situatie bij XONAR.
KNELPUNTEN
debat privacy Jongeren staan hun mannetje tijdens debat over privacy Op 30 september van het afgelopen jaar organiseerde de Centrale Cliëntenraad een debat waarin jongeren en medewerkers van XONAR met elkaar van gedachten wisselden over het thema privacy. Een zeer geslaagd debat waarin de deelnemers elkaar volop de ruimte gaven om te luisteren naar elkaars standpunten en gezamenlijk oplossingen te bedenken. Dat er kan worden teruggeblikt op een zeer geslaagd debat is in de eerste plaats natuurlijk te danken aan de deelnemers: de jongeren en medewerkers. Onder de medewerkers bevonden zich enkele pedagogisch medewerkers, teamleiders, gedragswetenschappers, een zorgcoördinator en een manager Jeugd & Opvoedhulp. De deelnemende jongeren waren afkomstig uit alle drie de regio's. Zij verdienen allemaal een groot compliment. Maar dat geldt ook voor de onafhankelijke gespreksleider Kamran Ullah uit Amsterdam. Kamran is ondernemer en werkzaam in de media. Hij was door de Centrale Cliëntenraad van XONAR benaderd om het debat te leiden. Met als belangrijkste reden dat hij veel ervaring heeft in het leiden van debatten waarbij jongeren betrokken zijn. Tevens was hij voorzitter van de Nationale Jeugdraad. Tijdens het debat bij XONAR gaf hij iedereen ruimschoots de ruimte om zijn of haar zegje te doen, waarbij duidelijk sprake was van wederzijds respect. Ook dat verdient een compliment aan allen. Belangrijkste resultaat van het debat is echter niet zozeer het verloop ervan, maar wat het nu concreet heeft opgeleverd. Anders gezegd, welke knelpunten zijn besproken en welke maatregelen worden er genomen?
Een van de knelpunten was het (onverwacht) openen van de kamerdeur van een jongere door de groepsleiding. Mag dit zomaar? Stelregel is dat dit vanwege de privacy van de jongere niet mag. Toch gebeurt het regelmatig. "Wij kloppen altijd eerst aan en wachten het antwoord af", was het antwoord van een medewerker. "Als we geen antwoord krijgen, gaan we niet naar binnen, tenzij er duidelijke vermoedens zijn dat de veiligheid van de cliënt in gevaar is. Bijvoorbeeld als er vermoedens zijn van drugsgebruik. Of als iemand naar zijn kamer is gegaan, omdat hij zich niet lekker voelt. Dan maken we ons zorgen en willen we graag weten wat er aan de hand is." De jongeren gaven echter aan dit niet prettig te vinden. Het kan namelijk ook gebeuren dat je pas onder de douche vandaan bent gekomen en (deels) ongekleed bezig bent met het föhnen van je haar. Dan hoor je geen geklop aan de deur. Maar het kan ook dat je in slaap bent gevallen en daardoor niets hoort. De gespreksleider constateerde dat hier sprake is van een dilemma: privacy is belangrijk, maar dat geldt in dezelfde mate voor de veiligheid. Afgesproken werd dat, áls er gegronde redenen zijn om naar binnen te gaan, de groepsleiding in ieder geval goed moet uitleggen aan de jongere waarom men dit nodig achtte. Naar binnen gaan terwijl je weet dat de jongere niet aanwezig is, is sowieso uit den boze. “Als deze regel wordt overtreden, heeft de jongere het recht om een klacht in te dienen”, zei de manager Jeugd & Opvoedhulp. Jongeren zien dat echter niet zo zitten. "Het duurt allemaal veel te lang. Bovendien moet je bewijsvoering aandragen. Dat is soms heel lastig." Een andere kwestie: telefoneren terwijl je het gevoel hebt dat je wordt afgeluisterd. Op de groepen zijn er vaak meerdere telefoontoestellen, terwijl er maar één lijn is. Met als gevolg dat telefoongesprekken door groepsleiding of groepsgenoten afgeluisterd kunnen worden. Deze kwestie is inmiddels opgelost. De manager Jeugd & Opvoedhulp deed meteen de toezegging dat hij hierover contact zou opnemen met ICT om te kijken of er een tweede lijn kan worden gelegd. Dan het bellen met de telefoon van XONAR, die op slechts enkele meters afstand van het kantoor van de groepsleiding hangt of staat. Gevolg: jongeren die een persoonlijk of vertrouwelijk gesprek willen voeren met iemand die voor hun belangrijk is, hebben het gevoel dat groepsleiding kan meeluisteren. Verder voelen jongeren zich niet prettig als ze een dergelijk telefoongesprek moeten voeren met een toestel dat in de woonkamer staat. Ook hier geldt dat groepsleiding of groepsgenoten het gesprek helemaal kunnen volgen. Naar aanleiding van deze klacht werd het voorstel gedaan om een afzonderlijke telefoonruimte te creëren. Dat kan misschien niet overal. Het mag echter geen probleem zijn dat jongeren op hun eigen kamer gaan telefoneren. Het is echter wel zaak om hier goede afspraken over te maken. Nog een kwestie: je hebt een vriend of vriendin en mag deze niet op je eigen kamer ontvangen met als gevolg dat je met hem of haar tussen jouw groepsgenoten in de woonkamer zit. Niet echt bevorderlijk voor de privacy. Grote kans dat het vriendje of vriendinnetje dit ook niet echt leuk vindt. Het antwoord van de groepsleiding was dat dit van oudsher een regel is binnen de groepen, maar dat deze regel bij nader inzien misschien wat achterhaald is. Er werd afgesproken om gezamenlijk te gaan bekijken hoe dit op en andere manier kan verlopen, zodat jongeren wel meer privacy kunnen krijgen. Er kwamen nog andere knelpunten ter sprake, maar zijn in deze Xignaal uit privacyoverwegingen achterwege gelaten. Van het debat is echter een uitgebreid verslag maakt dat aan alle deelnemers is toegezonden. De inhoud en de afgesproken actiepunten staan sindsdien op de agenda van de Centrale Cliëntenraad. Wordt dus vervolgd!
JEUGDZORG NEDERLAND NIET HELEMAAL EENS MET CONCLUSIES RAPPORT ONDERZOEKSRAAD VOOR VEILIGHEID De groep Ik woon op een groep, 10 kids in totaal het is volgens mij een raar verhaal niet bij mijn vader niet bij mijn moeder dat is toch eigenlijk niet normaal Vreemde mensen bepalen voor mij wat goed is of niet, het maakt me niet blij Groepsleiding zegt dit, jeugdzorg zegt dat Toch staan ze allemaal aan mijn zij Negen broers en zussen, toch is het wel wat soms is er ruzie, dan ben ik het zat Vaak is het gezellig we maken er wat van Het is wel tof op de groep, dus dan weet je dat.
In Dagblad de Limburger van vrijdag 14 januari jl. stond een artikel waarin gemeld staat dat ‘medewerkers van jeugdzorg te lang wachten met ingrijpen als er signalen zijn dat een kind is mishandeld’. Een conclusie van de Onderzoeksraad voor Veiligheid in een studie naar de aanpak van kindermishandeling die een dag eerder werd gepubliceerd. Volgens de onderzoekers zetten medewerkers van jeugdzorg te lang in op samenwerking met de ouders bij vermoedens van kindermishandeling. Daardoor komt de rol van de overheid, die volgens internationale verdragen verantwoordelijk is voor de veiligheid van kinderen, onvoldoende uit de verf. Een meerderheid van de Tweede Kamer stelde tijdens een debat op donderdag 13 januari dat de jeugdbescherming extra geld nodig heeft om te voorkomen dat een gezinsvoogd te veel kinderen onder zijn hoede krijgt. Ook zijn wachtlijsten in de jeugdbescherming uit den boze. Jeugdzorg Nederland onderschrijft de belangrijkste conclusies van de Onderzoeksraad: professionals in de jeugdzorg moeten kunnen beschikken over alle relevante informatie van een gezin en het verder professionaliseren van de jeugdzorg. Hulpverleners in het gezin zoals artsen, maatschappelijk werkers en GGZ-medewerkers, zijn niet verplicht om mee te werken aan het onderzoek van de jeugdzorg. Dat betekent dat de professionals in de jeugdzorg onvoldoende in staat worden gesteld om een goede risico-inventarisatie te maken. Ook als de kinderrechter een beschermingsmaatregel heeft opgelegd, is de informatievoorziening door en samenwerking met andere beroepskrachten niet gegarandeerd. Concreet luidt de aanbeveling van de Onderzoeksraad dat professionals in de jeugdzorg moeten kunnen beschikken over alle relevante informatie. Jeugdzorg Nederland onderschrijft deze conclusie en aanbeveling van de Onderzoeksraad volmondig. Sterker, ruim twee jaar geleden heeft Jeugdzorg Nederland dit probleem in Den Haag aangekaart.
INZETTEN OP PROFESSIONALISERING Verder beveelt de Onderzoeksraad aan dat de professionaliteit in het kindveiligheidsstelsel wordt vergroot. Jeugdzorg Nederland onderschrijft het belang van verdere professionalisering van de jeugdzorg en wijst in dit kader op het Actieplan Professionalisering Branche Jeugdzorg dat zich inmiddels in de implementatiefase bevind. Tuchtrecht maakt deel uit van dit plan. Belangrijke stap van een professionele aanpak van kindermishandeling was de invoering van nieuwe methoden voor de jeugdbescherming en AMK’s (2007). Vast onderdeel is inmiddels het gebruik van risicotaxatie-instrumenten.
VEILIGHEID KIND STAAT ALTIJD CENTRAAL In eerste instantie zijn de ouders verantwoordelijk voor onder andere de gezondheid en de veiligheid van hun kinderen. Volgens de Onderzoeksraad blijven de betrokken professionals van jeugdzorg de medewerking van de ouders echter te lang voorop stellen, ook al is er sprake van meldingen over mogelijke kindermishandeling of zelfs al sprake van mogelijk letsel bij een kind. Jeugdzorg Nederland herkent dit niet. Het is tegenwoordig vaste praktijk dat bij fysieke kindermishandeling onmiddellijk wordt ingegrepen: mishandeling of misbruik moet per direct stoppen. Binnen de jeugdzorg staat altijd de veiligheid van het kind centraal. Hulpverlening aan het kind vindt echter altijd in nauw overleg en vanuit een respectvolle benadering met de ouders plaats. Dit moet niet verward worden met het voorop stellen van de medewerking van de ouders. Mochten ouders niet mee willen werken, of mocht de veiligheid van het kind in gevaar komen, dan wordt daarop actie ondernomen. Een uithuisplaatsing kan voor een kind erg traumatisch zijn, dus jeugdzorg gaat voorzichtig om met dit vaak laatste redmiddel.
Welke jongeren willen het redactieteam komen versterken? In het colofon op de achterkant van Xignaal zie je wie er in het redactieteam zit. Dit zijn de mensen die artikelen schrijven of onderwerpen aandragen. Wie goed kijkt, ziet dat dit allemaal volwassenen zijn. Maar voor de invulling van dit blad zou het goed zijn als juist ook enkele jongeren de redactie komen versterken.
Manifestatie ter gelegenheid van de Dag voor de Rechten van het Kind 2010
Je hoeft niet perse naar de redactievergaderingen te komen. Het is ook al prima als je de redactie tipt over onderwerpen waarvan jij vindt dat deze interessant zijn voor de lezers van Xignaal: alle cliënten van XONAR. Daarom deze oproep. Wil je meer weten? Neem contact op met Helmi van Nuil, t. 043 – 6045 316 of schrijf een e-mail:
[email protected]
Voor de dertiende keer op rij besteedden Stichting Jeugdzorg Sint Joseph (SJSJ) en XONAR aandacht aan het belang van kinderrechten. Dit gebeurde op 29 november jl. tijdens een manifestatie met als thema ‘Recht op mijn verhaal’. Om 14.00 uur stroomde de aula aan de Severenstraat vol met genodigden en belangstellenden. De aula was voor de gelegenheid mooi versierd met kunstwerken, die speciaal voor deze gelegenheid door de jongeren van het Keerpunt waren vervaardigd. Het waren maskers met bijbehorende, vaak zeer persoonlijke en aangrijpende teksten.
VRIJHEID Ook werd de specifiek voor dit doel gemaakte film vertoond. Jongeren waren in de gelegenheid gesteld om hun verhaal te doen in een kunstvorm die bij hen past. De jongeren uit de gesloten setting kwamen onherkenbaar in beeld. Toch deed dat niet af aan het verhaal dat ze te vertellen hadden. Het gaat over vrijheid en hoe dat voelt. “Thuis wakker worden, daar droom ik van”, zegt een jongen in de film. In een rap brachten de jongeren van St. Joseph onder woorden wat hen zoal bezighoudt in het dagelijks leven in de (gesloten) instelling. De terugkerende boodschap in de rap: ‘Het leven is hard, dat is ons probleem, vecht voor je vrijheid en fok iedereen!’ Dit geeft goed weer dat ‘leven’ voor veel van onze jongeren ‘overleven’ betekent. De jongeren van XONAR vertelden hun verhaal in de vorm van een film die tot stand is gekomen in een video- en fotografieproject. In het aansluitende debat grepen zowel jongeren als medewerkers de kans om daar iets meer over te zeggen. Aan de hand van een reeks prikkelende stellingen konden jongeren hun visie geven op het leven binnen de muren van een instelling. Het gaat over ‘jezelf kunnen zijn’, over wat je gemist hebt en over wat je uit je ervaringen te leren hebt. Medewerkers en jongeren vertelden elk vanuit hun eigen perspectief over de dagelijkse situaties waarin ze met elkaar te maken hebben en over het nut en de noodzaak van het ondergebracht zijn in een instelling. Dat ‘de jongere’ niet bestaat, werd duidelijk in de heel uiteenlopende meningen die naar voren gebracht werden. In het laatste onderdeel van het programma mochten jongeren hun eigen verhaal op het podium ten gehore te brengen. Glenda brak het ijs door een paar prachtige nummers te zingen. Aansluitend deden twee zusjes uit de doeken hoe ze op een dag bij hun moeder werden weggehaald en bij pleegouders werden ondergebracht. Hoe ze elkaar pas na jaren weer terugvonden en hoe later ook het contact met hun moeder weer herstelde. Ze gaven de aanwezigen een kijkje in de wereld van de vragen en problemen die een kinderleven met zich mee kan brengen.
Nederlandse jongere zeer actief op sociaal netwerk Ruim 90 procent van de Nederlandse jongeren van 16 tot 25 jaar was in 2010 actief op sociale netwerken zoals Hyves, Twitter en Facebook. Hiermee lopen zij in de Europese Unie voorop. Alleen Poolse jongeren zijn met 94 procent nog actiever. De jongeren chatten, nemen deel aan een nieuwsgroep of een online discussieforum en lezen weblogs. E-mail is geen sociaal netwerk, maar het sturen en ontvangen van e-mails blijft ook in 2010 de grootste internetactiviteit waarbij Nederland de EU ranglijst aanvoert. Bron: CBS Webmagazine, 11 januari 2011
COLOFON XIGNAAL is de nieuwsbrief voor cliënten van XONAR en verschijnt 4 keer per jaar. Teksten Redactiecommissie: Marinka Robroek, lid cliëntenraad Parkstad Limburg, Joop Beckers, ondersteuner Cliëntenraden, Igno Huntjens ondersteuner Cliëntenraden, Elita Corstjens voorzitter Centrale Cliënten Raad, Esther Pessers coördinator Kinder- en jongerenrechtswinkel, Karin Tiedtke lid cliëntenraad Parkstad Limburg Helmi van Nuil, medewerker Communicatie & PR XONAR. Opmaak en druk P&P Company, Beek Re(d)actie-adres XONAR, afdeling Communicatie & PR, Severenstraat 16,6225 AR Maastricht. Tel.: 043-6045316. E-mail:
[email protected] De volgende uitgave verschijnt eind maart 2011. Wilt u een redactionele bijdrage leveren? Graag, maar zorg er dan voor dat deze uiterlijk 10 maart 2011 binnen is op het hierboven genoemde redactie-adres.
Severenstraat 16 6225 AR Maastricht
t. 043 604 53 16 f. 043 604 55 66
e.
[email protected] i. www.xonar.nl