Lorem Ipsum
ITER studiereis 5-daagse reis naar Zuid-Frankrijk
DAMEN excursie Een mooie dag in s Vlissingen
Gjallar is de hoorn gedragen door Heindall, de wachter van de Noorse goden. Met een zachte toon kondigt Heindall de komst van de goden aan, maar in tijdens van gevaar klinken krachtigere tonen.
periodiek van draaistroomdispuut Waldur
GJALLAR, March 2014
2
GJALLAR, March 2014
3
INHOUD Kort Waldur nieuws DAMEN excursion ABB lunchlezing ITER Studytrip Nieuw bestuur
VOORZITTER [4] [6] [8] [9] [20]
COLOFON Gjallar Periodiek DSD Waldur Jaargang 12, editie 22 Nummer 1 / 2014 Oplage 300 f/c print
[email protected]
DSD Waldur Den Dolech 2, IM 1.05b Postbus 513 5600 MB Eindhoven
040-2474790
[email protected] www.waldur.nl
[email protected]
Redactie Matthijs Lara Rick Scharrenberg Stan Hurkmans Herwart Gärtner Arno Stamps
[email protected] Activiteitencommissie Max Schoonderbeek Martijn van Uden Arno Tiemersma Lars van Meurs Bestuur Voorzitter Secretaris Penningmeester Commissaris externe betrekkingen
Arno Stamps
[email protected] Stan Hurkmans
[email protected] Rick Scharrenberg
[email protected] Herwart Gärtner
[email protected]
Het warme weer is alweer in aantocht en hier en daar waren er alweer wat mooie (bijna) zomerse dagen. De aankomende zonnige dagen kunnen nu weer lekker gevuld worden met het lezen van deze nieuwe Gjallar editie. Hij staat weer vol met moois over van alles en nog wat. Zo is er weer een studiereis voorbij gegaan in het zonnige zuiden van Frankrijk. Hiermee zijn we naar de omgeving van Marseille en Nice geweest, waar we ITER als hoofdattractie hebben gehad. Deze vijf daagse studiereis hebben we met negen man doorgebracht op vele verschillende mooie locaties. Toen we terug waren in Eindhoven konden we zowat meteen aanschuiven in de collegebanken bij een interessante lunchlezing van ABB over HVDC technologie, verzorgd door onze begunstiger Frans Dijkhuizen. Ook stond er een excursie naar Damen Navy Shipyards op het programma. Hiervoor zijn we helemaal naar de uithoek van het land gereisd, locatie Vlissingen. Ook hier werden we hartelijk ontvangen en werd de organisatie wederom ondersteund door een begunstiger, dit keer Jos de Regt. Het jaar vloog verder en ook onze activiteiten. Een lunchlezing van TenneT in december voornamelijk voor Bachelor studenten en hier is in maart rustig nog een diepgaander vervolg aan gegeven. Sinds kort zijn er ook weer contacten met Prodrive aangewakkerd en een EMC expert kwam zijn verhaal doen, gecombineerd met het vak EMC wat voor een mooie opkomst zorgde. En het laatste, misschien wel het aller, aller belangrijkste: twee nieuwe bestuursleden. Stan Hurkmans (secretaris) en Rick Scharrenberg (penningmeester) zijn geïnstalleerd sinds december en Jeroen Linnartz en Ruben Geurts hebben hun bestuurszetel verlaten. Dank aan de verlatende, bij deze, ex-bestuursleden en een warm en hartelijk welkom aan de twee nieuwe kandidaten. Zo gaan we weer een (ja daar is ie weer) zonnige toekomst tegemoet! Arno Stamps
GJALLAR, March 2014
4
KORT NIEUWS Verhuizing Zoals bij de meeste wel bekend zal zijn gaat de Faculteit Electrical Engineering verhuizen. Omstreeks december 2014 – januari 2015 zal Potentiaal ontruimd worden en zullen we plaats nemen in Flux. De faculteiten Natuurkunde en Electrical Engineering gaan dit 9 verdiepingen tellende gebouw samen delen, wat de samenwerkingsverbanden tussen deze faculteiten natuurlijk zal versterken. Waarvoor het geliefde Potentiaal in de toekomst gebruikt gaat worden is ons niet bekend.
ACTIEF LID WORDEN Wil je naast al het studeren ook een leuk studentenleven? Bij Waldur zijn er leuke , gezellige commissies waarbij jij je altijd bij aan kunt sluiten! Of misschien is bestuur wel iets voor jou? Vraag ernaar tijdens Waldurs koffie uurtje. Dit koffie uurtje vindt iedere maandag plaats gedurende lunch voor het Waldur hok impuls 1.05b, of loop bij ons naar binnen.
Jammer genoeg hebben we in Flux geen plekje kunnen claimen voor onze Waldur bezigheden. We zullen daarom geen Waldurhok en -pleintje meer hebben. Om toch onze bezigheden voort te kunnen zetten is er besloten om een gezamelijke bestuursruimte in te tekenen voor alle electro gerelateerde studieverenigingen. Dit houdt in dat we samen met Thor, Odin en IEEEE één grote bestuursruimte krijgen waar we ons ding kunnen doen. De verhuiscommissie van Waldur is daarom al een tijdje bezig met onderhandelen over hoe dit gerealiseerd zal gaan worden. De eerste geluiden zijn positief, en we zijn wel te spreken over de ontwikkelingen; de samenwerking met de andere verenigingen zal er flink op vooruit gaan, en onze reach naar met name bachelorstudenten zal groter worden.
Aenean eget urna
AFSTUDEERDERS De afgelopen periode hebben twee leden van Waldur hun Master afgerond. Raoul Bernards, oud voorzitter van Waldur en Matthijs Laro, de eindverantwoordelijke van de afgelopen Gjallars. Bedankt voor jullie contributie aan DSD Waldur. Hopelijk zien we jullie terug bij de verjaardagsborrel en de begunstigersdag. Veel succes met jullie carriere!
GJALLAR, March 2014
5
AGENDA APRIL 25-04
Verjaardagsborrel Vanaf 16:30 uur tot later op de a vond (21:00 uur) in het Walhalla voor een drankje en een hapje om Waldur’s verjaardag te vieren.
MEI 23-05
Begunstigersdag Er zullen dit jaar grenzen overschreden worden om er een top programma van te maken. Ben er dus bij!
NIEUWJAARSBORREL Het is weer 2014, dat weten we allemaal. Dit was natuurlijk niet ontgaan bij ons en ook zeker niet bij de EPE groep. Vandaar dat er weer de gebruikelijke EPE & Waldur nieuwjaarsborrel werd georganiseerd. Het bier stond koud, de wijntjes en de bubbels ook, de bar was gereed, onze vaste “stamkroeg houder” Michel van Eerd was er weer bij en iedereen had dorst. Daarom hoogtijd voor de speech der speeches, dus Prof. Dr. Elena Lomonova aan het woord. Ze vertelde over alle goede zaken binnen de EPE groep in het afgelopen jaar en dat waren er nogal wat. Na een davert applaus, was de borrel geopend! Iedereen nog een gezond en goed nieuwjaar.
GJALLAR, March 2014
6
EXCURSION to DAMEN SHIPYARDS written by Lars van Meurs & Arno Tiemersma
On Friday, November the 15th, a delegation of about 25 master and PhD students associated with DSD Waldur went on a trip to Damen Schelde Naval Shipbuilding (DSNS) in Vlissingen. DSNS was founded in the year 1875 and in 2000 became a member of the Damen Shipyards Group, which is known worldwide for its shipbuilding, both in the naval and commercial sector. DSNS is specialized in the design and construction of naval vessels and complex commercial vessels. As the supplier of naval surface combatants and auxiliaries to the Royal Netherlands Navy, the yard has carried out over 50 years of continuous frigate and auxiliary vessel development which resulted in seven generations of frigates and four generations of auxiliary vessels. The main reason for this excursion was the Joint Support Ship (JSS), which arrived August 2013 in Vlissingen. The hull was built in Romania and then towed to DSNS for further construction. The ship is designed for the Royal Dutch Navy, and with its length of more than 200m, it will be the largest ship in their fleet, accommodating up to 300 crew members. It will be used for replenishing and fueling at sea, sea basing, strategic transport and disaster relief. The ship has a diesel/electric propulsion system which generates up to 25MW of which 18MW is used for propulsion at full power. The day started quite early in Eindhoven from where
we departed to Vlissingen. Although it was stressed by Waldur that passports were necessary due to security, we had to wait for some board members because they forgot their passports themselves. At DSNS we had a warm welcome with several interesting presentations about the company Damen, the JSS and its tasks, and the design challenges of the electrical grid needed in the JSS. One of the most interesting parts were the high requirements on the robustness of the ship. Since it is a naval ship, it still has to be functional even if up to half of the systems are destroyed. Another unique requirement is that the ship cannot leave any recognizable electromagnetic signature behind to avoid detection by hostile ships or sea mines. These requirements have some major implications on the design of the electrical infrastructure. After the presentations we had a nice lunch before we went on the ship. We got an extensive tour and a good impression of the immense size of the ship. We passed 600km of electrical cables and saw the generators which they were testing as we walked by. We also saw the bridge, decks, propulsion systems and even the galley. Afterwards, we took our goodie bags and went back to Eindhoven for some well deserved beers at the Walhalla, and a nice dinner at a Greek restaurant.
GJALLAR, March 2014
7
GJALLAR, March 2014
8
Lunchlezing over HVDC door Frans Dijkhuizen (ABB) Op donderdag 21 November vond een lunchlezing van ABB over HVDC. De presentatie werd gedaan door Dr. Frans Dijkhuizen van ABB. Tijdens de lunchlezing kon er van een heerlijke lunch genoten worden. Frans Dijkhuizen begon zijn eigen carriere aan de TU/e. Hij heeft na zijn studie van elektrotechniek aan de universiteit, zijn weg vervolgd met een PhD bij de EPE groep. Daarnaast is hij nog steeds begunstiger van Waldur. Op het moment is hij werkzaam en woonachtig in Zweden bij ABB Corporate Research. De lunchlezing vond plaats in lokaal 0.01 in het Impuls. Het duurde even voor dat iedereen er was, maar rond 1245 kon Frans Dijkhuizen beginnen met zijn verhaal. In de zaal zaten deze keer ook meerdere PhDers en een enkele oud studie genoot. Lang geleden begon de elektrische wetenschap met gelijkstroom maar sinds de komst van de tranformator en de inductie machine is de gelijkstroom verdreven door wisselstroom. Toch groeide de interesse voor gelijkstroom gedurende de jaren. High Voltage Direct Current (HVDC) is op bepaalde gebieden superieur aan gelijkstroom zoals: bulkvermogen over grote afstanden over land of onder de water, stabiele AC interconnectie, koppeling 50/60Hz netten o.a. Deze voordelen van gelijkstroom kunnen een mooie aanvulling zijn op de huidige wisselstroom netten. Voor HVDC is het vereist dat AC wordt omgezet in gelijkstroom en weer terug van DC naar AC. De ontwikkeling van HVDC hangt sterk samen met de ontwikkeling van geschikte convertors. De convertors waar ABB zich op richt is Voltage Source Converters (VSC). Na een korte introductie over ABB en wat uitleg over de samenwerking tussen ABB en verschillende
kennisinstituten ging het verhaal verder met de ontwikkeling van passende convertors. De eerste gebruikte convertors waren geïmplementeerd met mercury arc valves in 1954. Deze werden vervangen door Thyristor valves in 1967, deze worden nog steeds gebruikt tot de dag van vandaag. Ontwikkeling op het gebied van metal oxide semiconductors heeft geleid tot een heel nieuwe tak van semiconductors switches: de Insulated gate Bipolar Transistor (IGBT). ABB heeft de Voltage Source Convertor ontwikkeld door IGBT´s in serie te plaatsen. VSC HVDC bied een oplossing voor enkele problemen van het klassieke HVDC. Dit zijn reactive power control, black start mogelijkheden, de mogelijkheid om XLPE power cables toe te passen, een compacter design en de mogelijkheid om standaard transformatoren te gebruiken. De huidige stand van VSC HVDC gaat tot 320KV. Het beperken van verliezen is essentieel voor het vervolg van de ontwikkeling van HVDC, het onderzoek van ABB richt zich dan hier ook sterk op. In de presentatie behandelde Frans enkele topologien zoals o.a. de half bridge en de full bridge. Verder ging hij nog in op de DC Breaker en de applicatie mogelijkheden van HVDC en wat deze technologie kan betekenen voor de ontwikkeling van een duurzaam elektriciteitsnet met veel wind, zon en andere duurzame bronnen. Na een heel interessant verhaal, was nog even tijd voor een paar vragen, waarna de lunchlezing eindigde met de overhandiging van de traditionele Waldur drank aan Frans voor zijn komst en geweldige presentatie. Van mij kant, voor herhaling vatbaar. Misschien een idee om bij een komende studytrip naar Zweden te gaan.
GJALLAR, March 2014
9
ITER STUDYTRIP
Wednesday Wednesday October 9th, it is the first day of the study trip. Everyone is done packing their stuff and has prepared for the flight. We decided to meet at Eindhoven train station at 13:50. At that moment, most of our group members had arrived and not long after, the complete group was present. Before entering the bus, Arno started handing out Waldur shirts to everyone who didn’t have one already, and after done so, we entered the bus. The bus departed about 14:15 and after a 20 minute drive, it arrived at Eindhoven Airport. Because we still had some time left before we needed to pass customs, we went to get some drinks in the restaurant. In the end the restaurant turned out to be a complete waste of time, because the queue wasn’t going anywhere! Sensing our lack of time, we decided to go through customs. People started to empty their water bottles and were checking if their hand luggage would fit in the test racks. When we went through customs, the pressure of time was over, and we went looking for a place to relax before boarding the airplane. After waiting for half an hour, our gate opened and our tickets were checked. Not much later we boarded our plane and took off. About two hours later, the plane landed at Marseille airport. To reach the center of Marseille, we bought some tickets for the bus and finally, we reached the center of the city at 18.45. Here, we would enjoy our first proper
French meal of the trip. But first, we needed to find our hostel, named Vertigo VieuxPort. With some help of a kind Frenchman and a scavenged map, we finally found our hostel. This hostel was located near the old harbor of Marseille, Vieux-Port. We checked into the hostel and received keys to 3 rooms. The first room was a 5-person room which had, besides a bathroom, a small living room and a kitchen. The rest were given two shared 4-person rooms. These rooms were very basic at best, and contained only a small bathroom and some lockers. After checking these rooms, we went to the common living room and kitchen of the hostel to discuss where we wanted to have dinner. After a short discussion and a tip of the hostel receptionist, we went to look for a restaurant at a square called: “Cours Julien” Square. This Square is located near the Notre-Dame-Du-Mont district. There were looked around and chose a restaurant. After a delicious French dinner, we left the restaurant to find bars to relax and meet the local residents. We managed to find a small Irish pub, where we stayed till late in the evening. Thereafter, we went back to the hostel, where we met some other students in the common room. After playing card games for a while, we went to sleep to be fully rested in the morning.
GJALLAR, March 2014
Thursday The second day started with a beautiful autumn morning at the Mediterranean coast. Most of the people were still sleeping when breakfast was served at 7.30 a.m. At that time, the only people awake were some girls, who were enjoying their breakfast. It looked like a scene from Greek mythology, when Hercules met with the Amazons, unlike anything seen at the TU of Eindhoven. In the mean time, one by one the men awoke and entered the room amazed at the unfolding act. After everyone finished their breakfast, we left for a trip along some cultural landmarks, a challenging task because Marseille, founded in 600 B.C. by Greek settlers, is the oldest city in France. Our first stop was the old harbor of Marseille (Vieux port). In the old days, it was used as the main port for trade. Nowadays it is mostly used for sightseeing tours by boat, as a harbor for yachts and host to the local fish market. It’s a very popular touristic landmark. We walked along the port, to the entrance of the harbor, towards our next site to visit; Fort Saint-Jean. Fort Saint-Jean is a fortification in Marseille, built by Louis XIV in 1660. The fort has a great view, overlooking the harbor and the coastline. Since 2013 it is linked by a thin bridge to the national museum, called “Musée des Civilisations de l'Europe et de la Méditerranée”. The museum was inaugurated in June 2013 as part of the special year designating Marseille as the European Capital of Culture. The building itself was a work of art. It is worth a visit if you are into modern buildings. At 12.15 we boarded a ferry to Château d'If, a castle on a small island. Before departure, we bought some lunch for during the boat trip, very French like we bought some “baguettes” and Brie, but
10
unfortunately we had no knife to cut our Brie, so the A.H. bonus card from Arno had to make due. After 45 min. we docked at the island If, the smallest island in the Frioul Archipelago, located about a mile offshore in the Bay of Marseille. It is famous for being one of the settings of Alexandre Dumas' adventure novel The Count of Monte Cristo. After visiting the museum for about one hour, we went back to Vieux port. Before continuing our cultural program we went to buy some groceries for the dinner. At this time we acquainted ourselves with the future box of joy, a big carton of fine French wine, which in the coming days would become our famous companion. In the second half of the afternoon we walked to the Cathédrale Notre Dame. Which is located at the highest natural point in Marseille, at 149 m. From here, we had a spectacular view of Marseille. The cathedral was built on the foundations of a 16thcentury fort built by Francis I of France, to resist the 1536 siege of Marseilles by the Emperor Charles V. We wanted to conclude this pleasant day with a swim at the beach. But when we walked down to the beach, the wind reared its head and some people decided to abandon the original plan and to do some more sightseeing. The rest carried on to beach. That evening we prepared pasta red sauce for dinner, with ice cream as desert. And after having done the dishes, we became intimate friends with the box of joy. After lots of laughter and a recap of the day, one by one people decided to go to bed, because the next day we had to get up early for our visit to ITER and Torre Supra.
GJALLAR, March 2014 Friday Friday October 11th, early in the morning our alarm went off at 07:30h. This was the most promising day, the day that the study trip was all about, the day we would go to ITER and the Center of Cadarache. Two persons would pick up our rented van and the rest of the group would take care of breakfast. This should have been a great plan, if we didn’t take into account the fact that the rental company wanted to see the owner of the credit card and the ID with which the booking was made. And yes, you guessed correctly, he wasn’t one of the two people who went to pick up the van. So person number three rushed to the rental company, while the other six persons took care of the breakfast and packed all the bags. After a little delay the 9-person van was parked in front of the hostel and the whole group hopped on. And off we went to the ITER site, while the excitement in the van could be measured in kA!
11 place, which is going to deliver eighteen toroidal field magnets with a total weight of 6,540 tons. Now you can imagine that this single complex is going to be a mega structure, partly underground with a total floor to ceiling height of about 50 meters. The total structure weight is going to be around 360,000 tons. In general, the whole construction is full of incredible engineering challenges. In 2014 to 2015, the construction work will reach their peak with 3,500 workers present. After this explanation, we entered the visitors center. Here we were shown a scale version of the complete ITER site with approximately 50 buildings, a substation and the surrounding nature. After this, we were shown a 1:50 scale model of the ITER Tokomak. Tokomak is a Russian acronym for toroidal chamber with magnetic coils. Why Russian? Because it was invented in the 50’s, in the former Soviet Union. The magnetic coils in the ITER Tokomak will confine the plasma within the largest
The clock showed 10:25h and according to the signs we passed, we were nearly at the ITER site located in Saint-Paul-lez-Durance. We had five minutes left to find the right place and we had to choose between three directions which all supposedly pointed to the ITER site. After an initial failure, the second attempt was successful. We checked in at the entrance while showing our passports and ID cards. There we met the good looking female guide who would give us the general information and we met one of the electrical engineers who would tell us all about the technical details. While standing in front of the visitors’ center we had a complete view over the ITER site, our first sneak preview. Here the female guide told us some general information about the ITER project. The final goal of ITER is to create a constant generation of 500MW thermal energy with one Tokomak while using “only” 50MW input power. This is actually a very high ratio compared with the best obtained worldwide result so far, a one to one ratio for just few seconds. In 2006 the ITER site was prepared for construction and at this moment the complex for the Tokomak is being built. The engineering facilities are already there and hosts engineers from 34 different countries, who are busy designing the undesigned parts of the machine. Next to the Tokomak building, is an assembly hall where the magnets will be assembled later on, as they are simply too large to be transported. The magnets will go from the exit of the assembly hall directly into the Tokomak building, where all incoming components are showered (Yes you read it correctly, they are being showered!). Then the final assembly step will take
vacuum vessel in the world, which has a cylindrical shape of 28 meters in diameter. Vacuum with a pressure of 1x10^-4 Pa has to be contained inside the vessel. The plasma, which is going to circle around in this vessel, reaches a temperature of 150 million degrees in its center. This is ten times hotter than the center of the sun! One gram of the injected fusion fuel gives as much energy as the burning of eight tons of petrol. Therefore, only a very small amount of fusion fuel has to be injected per time unit to keep the plasma running.
GJALLAR, March 2014
12
GJALLAR, March 2014
13
GJALLAR, March 2014 But why should we pursue fusion? It has few major advantages: lots of energy, very little nuclear waste, intrinsically safe process, basically unlimited fuel (deuterium and tritium are isotopes of hydrogen; deuterium is abundant, tritium can be produced from deuterium). Why is it safe, you might ask, working with matter at 150 million degrees Celsius and ultra-vacuum? No worries. When the process needs to be stopped or anything goes wrong, the plasma will cool down by falling apart into lots of smaller and cooler pieces of mass hitting the wall. The vacuum vessel is large and heavy enough to absorb the residual heat and prevents any further problems. This advantage does have a disadvantage, since the largest challenge in nuclear fusion is keeping the plasma running continuously and sustaining the reaction. As we got to know everything about the Tokamak and its working principle, it was time to have a trip around the site. Unfortunately, because of bureaucratic rules, we were not allowed to leave the van, so hanging out of the window with the camera in the hand was the only option. Luckily, it didn’t cause us troubles and gave us some really impressive pictures. After leaving the ITER site and waving goodbye to the guide, there was plenty of time left for a nice French lunch. We sat down along the canal, named Canal de l’EDF. There we consumed our baguette and brie, while enjoying the nice sunshine. After lunch, we moved to the entrance of the Cadarache facility, right next to the ITER site. This facility is run by CEA (Commissariat à l'Énergie Atomique). It is one of the largest restricted areas in France, being the workplace for more than 4,500 people. Most of them are researchers, but there are also civilian employees, such as the oversized fire department of 175 people. And when we say restricted area, we mean really restricted, with electrified fence and other fancy security measures, which may not be photographed. After checking our ID cards and leaving our cameras in the van, we all got on board of a bus with yet another nice female guide. We took a tour around the whole facility, while our guide explained us the research conducted in more than the twenty fission reactors, with tremendous patience. The research focuses on materials, nuclear fuel and fuel cycle, as well as accidents on nuclear power plants and fast breeder reactors. There is also a factory for MOX fuel, which is combined uranium and plutonium, but it is being decommissioned and replaced by a newer plant on a
14 different location. After a tour in the bus of almost an hour, we stopped in front of the building we came to visit, the building of Tore supra. Tore supra is also a tokomak which was built in late 80’s and is the only existing large tokomak. It has superconductive toroidal magnets, which can maintain plasma for a longer period of time. The guide gave one of the local researchers the lead of our group and we moved towards a scale model of the Tore supra reactor, where we got a more in depth understanding of the physics behind a tokomak. We could also see the structure of the superconducting magnets and we discussed other aspects of operating such a facility. We were not able to see the tokomak in operation from the control center, because the machine was undergoing major maintenance in order to test components for ITER. But this was not disappointing, because we now had an opportunity to put on helmets and go see the machine itself! The reactor hall, which we entered, had thick walls to protect the environment from neutrons and there was enough space to move all of parts around. It was almost impossible to see inside the vacuum vessel as it was covered with different auxiliary systems: cryogenic systems to keep the magnets superconducting, different heating systems, sensors and many others. After a while of admiring looks, we had a tour around the local workshop. We thanked the generous physicist, unwillingly re-entered the bus and got dropped off at our van. As a souvenir, we were allowed to make a group picture in front of the facilities entrance. Completely satisfied with the nice excursions, we jumped back into the van. After a short stop for coffee, we followed our navigation system and passed through small villages with curvy roads, pine woods, meadows, vineyards and one peculiar photovoltaic farm in the middle of nowhere. During the discussion about splitting and fusion of atoms, we recharged our bodies with some fluids and peanuts. Interested in the final destination of this road trip? It was Saint-Tropez bay! But before we hit this world-famous town, we took a detour to the hills just above the bay, where we found the small ancient village of Ramatuelle. By the time we jumped out of the van, it had already turned dark and therefore we rushed to find a place to have dinner. After a short walk, we reached a narrow street with a few small restaurants. After some short negotiations, we entered a cozy little restaurant and enjoyed a nice local dinner.
GJALLAR, March 2014 The restaurant was close to the historical center of the village, placed on the top of a hill and after dinner, we headed out to explore a bit. We spent a few minutes getting lost in the beautiful, narrow, carless streets and then another half an hour trying to find our way out. Finally we reached our van and drove downhill towards Saint-Tropez. Normally the traffic in Saint-Tropez is terrible and while approaching the city, you could already feel the atmosphere. Not this time though, because for French standards it was a cold October night. But we were lucky again, because there was a Porsche club meeting in town. So if a car passed by, it was usually worth to look. And even if you were not a fan of cars, there was usually a beautiful, surgically enhanced woman next to the driver. While we were enjoying the beauties of the city, we passed the old police station, famous from movies with Luis de Funes. Soon we reached the port, which was a living exposition of luxurious yachts and expensive cars. In such a strange environment, we had to enter one of the bars. Here we ordered one drink to enjoy the atmosphere of rich fancy sailors and young women trying to impress each other. The time flew by, so we had to leave shortly after and go back to our van, as we still had more than 100 km to go to Nice. While most of us fell asleep, our skilled driver drove us safely to the hostel in the center of Nice. We checked in and finally went to sleep around 2AM.
15 Saturday After a successful day of excursions to ITER and Tore Supra, we wanted to plan a physical activity for some teambuilding. Since we were close to a big dam reservoir, we immediately thought of rafting! Unfortunately we received an email that there was not enough water in the lake to open the dam and release water. Since our plans were canceled, the decision was made to drive to the lake anyway and do some swimming and sightseeing. Due to some unusual navigation directions, we ended up making a bus trip of 6 hours with our rented van sending us through every possible village between Nice and the lake. Although this was a long trip, it was well worth it since there were a lot of beautiful viewing points of the mountains and of the river going to the lake. After a while we got hungry, we decided to get some coffee for the driver and eat our lunch in Grasse, the perfume capital of the world. Grasse has had a prospering perfume industry since the end of the 18th century and produces over twothirds of France's natural aromas (for perfume and for food flavorings). When we finally arrived at the lake, it was a beautiful sight and definitely worth the six-hour drive. There was a beautiful entrance of a canyon that was eroded by the river. First we wanted to swim through this canyon, but then we saw a boat rental which seemed like a much better idea! After renting 3 canoes and 1 paddleboat we ventured into the canyon and out of the sun. After seeing a few caves several dozen meters above the water level, we spotted a beautiful waterfall with a sandbank beneath it. Since we still wanted to swim, we decided that this was the perfect spot to do so. The sandbank appeared to be quite unstable near the edges. When stepping out of the boat, you immediately sunk into the sand up to your knees. After conquering this quicksand-like river bank, we had some fun, swimming and taking a shower underneath the very cold waterfall. When everyone had enough of the cold water, we headed back to the van and into the sun. On our way back, we decided to use the highway instead of the mountain roads, which saved us about four hours of driving. When we got back in Nice, we dropped the van at the rental company and decided to go for a quick dinner.
GJALLAR, March 2014 During dinner, we were not the only ones in the common room and met some other international students. Together with these people from Australia, England, South-Korea and New Zealand we had some drinks to start the evening. When we were searching for a good place to spend the rest of the evening in Nice, we met some locals who told us about a local bar with live music from bands like Led Zeppelin and other famous rock stars.
Sunday The group was divided about what they wanted to do today, so we decided to split up into two separate groups. One of the groups wanted to explore Nice and the others wanted to visit the luxurious Monaco. This is a report about the group that went to visit Monaco. We opted to go to Monaco by train and seeming as the journey only took us 25 minutes, we soon arrived at the Monaco train station. The first thing that came to our attention was the way the train station was built into a mountain flank, making it totally invisible from the outside. This attention to detail was even more apparent when we walked up to the street. No graffiti, no waste on the pavement and of course, perfectly maintained roads and sidewalks. After a unanimous vote, we decided to visit the starting line of the Monaco grand prix first. It was only seconds after we set off to the finish line, luxurious car after luxurious car came rolling by. The picture was complete, all the big names were amongst them; Bentley, Ferrari, Porsche, you name it. It was when our jaws were halfway down, they really hit the floor when we saw a line of eight Ferraris. The beautiful detail was however, that they were all of a different type. After three more Ferraris joined the group they set off one by one, literally filling the entire state with the sound of their roaring engine. After we were blown away by the cars, we decided to delve deeper into the city. When we decided to go to the park, we accidentally stumbled upon “Palace Princier”. This is the palace where, since 1297, the prince of Monaco takes his residence. After taking a look around and enjoying the show the guards put up we continued. After visiting the park we became hungry and decided to have lunch on the boulevard. We picked exactly the right spot to watch the cars, and also the right spot, to view the luxurious yachts. To complete the trip, we decided to finish the trip
16 with a visit to the famous casino, seeming as the casino is the most important economic asset of the state. Luckily for us, the casino is opened for tourists during the day. If we wanted to visit it at night, the only way for us to have entered, would have been by wearing a suit. The view inside was magnificent. Every centimeter of the building screams luxury and it was a real pleasure walking amongst the high rollers. But as all trips come to an end, we needed to return to Nice, meet up with the rest and pack our bags. After we did so, we had one last delicious dinner in the center of Nice and then flew back home to Eindhoven.
GJALLAR, March 2014
17
GJALLAR, March 2014
18
Arno Haverkamp: vol energie over TenneT zelfvoorzienend kan zijn in haar energiebehoefte, daarbij rekening houdend met doelstelling vanuit de EU om de CO2 uitstoot met 90% te verminderen en om minimaal 40% van de energie op te wekken uit duurzame bronnen. Met de uitkomsten van deze visie wil TenneT de toekomstige investeringen op een dusdanige manier uitvoeren dat er ook in de toekomst nuttig gebruik van gemaakt kan worden. Ik houd me specifiek bezig met de het actualiseren van de getallen en kijk naar de te verwachte groei van photovoltaic (PV) en de rol van opslag.
Arno Haverkamp is in 2013 afgestudeerd aan de TU/e in Electrical Engineering. Tijdens zijn studie was hij bestuurslid van Thor. Sinds 1 januari 2014 neemt hij deel aan het Young Professional Program bij TenneT. Traineeship "Mijn traineeship duurt twee jaar en is verdeeld over drie perioden van acht maanden, waarbij ik in drie verschillende projecten bij drie organisatieonderdelen van TenneT werk. Gedurende het programma word ik begeleid door de programmamanager van het Young Professional Program in mijn ontwikkeling en inhoudelijk door de begeleider van mijn opdracht. Na mijn stage bij EirGrid, de Ierse TSO, wist ik dat ik verder wilde in de energiewereld en ben ik voor mijn afstudeeropdracht bij TenneT terechtgekomen. Hier heb ik me bezig gehouden met een studie naar het effect van de verkabeling van de nieuwe Randstad 380 lijnverbinding. Daarna ben ik doorgestroomd in het Young Professional Program. Mijn eerste opdracht is voor de afdeling Corporate Asset Owner en gaat over de Visie 2050. Daarin wordt gekeken naar de Europese energiebehoefte in 2050 en of Europa
Waarom TenneT? TenneT neemt als TSO haar verantwoordelijkheid naar de maatschappij. Als we doorgaan zoals we het nu doen, hebben we over een aantal jaar te weinig energie, dus er moet wat gaan gebeuren. TenneT wil en zal deze verandering faciliteren en ik wil daar een bijdrage aan leveren. Met die uitdaging heb ik me gespecialiseerd in de energietechniek. Ik ervaar TenneT als een organisatie waar veel mogelijk is. Ik ben breed georiënteerd en twijfel of ik de puur technische kant op wil of toch liever kies voor het wat bredere werk. Ik vind het wel heel leuk om met energie bezig te zijn en energietechniek vind ik interessant. In het traineeship krijg ik de kans te kunnen zoeken naar wat ik het leukst vind: ik ben nu met de Visie 2050 meer beleidsmatig bezig en hier heb ik minder een technische achtergrond voor nodig. Mijn volgende opdracht wil ik meer technisch insteken om zo een beter gevoel te krijgen wat er mogelijk is. Bij de derde en laatste opdracht wil ik dan een mooie mix maken van de dingen die ik leuk vind.
TenneT is de eerste grensoverschrijdende elektriciteitstransporteur van Europa. Met 20.000 kilometer aan hoogspanningsverbindingen en 36 miljoen eindgebruikers in Nederland en Duitsland behoort TenneT tot de top 5 elektriciteitstransporteurs van Europa. Hun focus is gericht op de ontwikkeling van een Noordwest-Europese energiemarkt en op de integratie van duurzame energie. Taking power further.
GJALLAR, March 2014 TenneT als werkgever TenneT is voor mij een energiek bedrijf met uitdagingen waarin internationale samenwerking een groeiende rol speelt. Mijn collega's zijn altijd bereid mij te helpen en praten met passie over hun vak. Naast de drie opdrachten is hier veel mogelijk, zo ben ik bestuurslid bij JongTenneT waarvoor ik regelmatig excursies en lezingen voor mijn collega's organiseer. Het Young Professional Program biedt mij ook een uitgebreid opleidingstraject aan waarin ik mijn persoonlijke vaardigheden, kennis van de TenneT organisatie en projectmanagementvaardigheden ontwikkel. Daarnaast zijn er hier nog elf andere young professionals werkzaam, allemaal mensen van
19
ongeveer dezelfde leeftijd en achtergrond, die tegen dezelfde problemen aanlopen als ik. Wij hebben veel contact met elkaar en kunnen elkaar helpen. Taking power further.
Advies voor Waldur leden Ik kan (bijna) afgestudeerden aanraden je goed te bedenken naar wat leuk vind. Praat met mensen en kijk breed. Als je een beetje weet wat je wil, is er hier bij TenneT heel veel mogelijk.
GJALLAR, March 2014
20
BESTUURSWISSEL
vlnr. Rick Scharrenberg, Arno Stamps, Stan Hurkmans oefent alvast met de hamer en Herwart Gärtner
Op 17 december is het bestuur van Waldur gewisseld tijdens de wisselings ALV. De nieuwe bestuursleden , penningmeester Rick Scharrenberg en secretaries Stan Hurkmans stellen zich even voor.
Rick Scharrenberg Mijn naam is Rick Scharrenberg en sinds kort ben ik de nieuwe penningmeester van Waldur. In september 2010 ben ik gestart met de bachelor Electrical Engineering op de TU in Eindhoven. Gedurende deze bachelor begonnen de vakken gerelateerd aan de energietechniek en vermogenselektronica mij steeds steeds meer te interesseren. Toen ik in het einde van mijn 3e jaar een presentatie van Waldur had gezien, ben ik dus ook meteen lid geworden! Na enkele excursies en de ITER studiereis meegemaakt te hebben ben ik benaderd om de bestuursfunctie van penningmeester te vervullen. Aangezien ik het erg naar mijn zin had bij Waldur en graag wat meer voor de vereniging wilde doen, was dit geen moeilijke keuze en heb ik deze functie meteen aangenomen. Inmiddels heb ik de laatste vakken van mijn bachelor gehaald en ben ik net begonnen met mijn master Electrical Engineering, met een specialisatie in de energietechniek.
Stan Hurkmans Ik ben Stan Hurkmans, en vanaf december ben ik geïnstalleerd als secretaris van Waldur. In September 2013 ben ik begonnen aan mijn master Electrical Engineering, met een specialisatie in de elektromechanica. Daarvoor heb ik mijn bachelor gedaan, ook hier op de TU/e. Al sinds mijn eerste jaar was mijn interesse gewekt in ons vakgebied. In 2009 ben ik zelfs al eens mee geweest met een excursie van Waldur naar de energiecentrale in Moerdijk. Lichtelijk verdwaald en als eerstejaars nog geen lid van Waldur, maar op wonderbaarlijke wijze mocht ik alsnog met de bus mee. Na een pauze van 3 jaar ben ik daarna met mijn bachelor eindproject opnieuw een paar keer mee geweest met een excursie. Vanaf toen is het balletje gaan rollen en ben ik tot secretaris gebombardeerd. De eerste maanden in het bestuur zijn me prima bevallen, en ik hoop dit zo voort te kunnen zetten samen met het huidige (en volgende) bestuur. Er staan nog een heleboel interessante activiteiten op de planning, en we gaan ons steeds meer bezighouden met de verhuizing naar Flux. Deze verhuizing zal naar mijn mening de vereniging zeker ten goede komen, en ook de banden met de zusterverenigingen versterken.
