INTRODUCTIEBROCHURE voor 2e en 3e jaarsstudenten vroedkunde VERLOSKAMER CAMPUS SINT-JAN
Ziekenhuis Oost Limburg 2015
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
1
Voorwoord Welkom in de verloskamer. Met deze brochure willen we je graag wegwijs maken op onze afdeling. Het is een beknopte brochure die je steeds kan raadplegen. Een brochure kan niet allesomvattend zijn, daarom staan zowel artsen, assistenten, de hoofdvroedvrouw en de vroedvrouwen je graag bij indien je hulp of vragen hebt. Je hoeft niet te leren van vallen en opstaan. Vraag liefst op voorhand om uitleg, zo kunnen er misverstanden en fouten voorkomen worden. Wij gunnen je de nodige tijd om je aan te passen. Wij wensen je alvast een aangename stageperiode,
Namens de hoofdvroedvrouw en het ganse team
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
2
Inhoudstafel
Voorwoord
1. Voorstelling van de afdeling 1.1. Architectuur 1.2. Multidisciplinair team 1.3. Patiëntenpopulatie
2. Taakinhoud en taakverdeling 2.1. Organisatie van de dienst 2.2. Dagindeling
3. Specifieke aandachtspunten op de verloskamer
4. Verwachtingen
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
3
1. Voorstelling van de afdeling
1.1. Architectuur De verloskamer valt onder de bevoegdheid van de dienst verloskunde en gynaecologie, het behoort bij Divisie 1: Moeder en Kind. De afdeling is gelegen op de eerste verdieping en is centraal gelegen ten opzichte van de samenwerkende diensten: operatiekwartier, de MIC- afdeling, NIZ- afdeling en materniteit J10. De afdeling is als volgt verdeeld: - 7 verloskamers - naast verloskamer 1 is er een baby-reanimatiekamer voorzien - 2 onderzoekslokalen voor ambulante patiënten - 1 grote vergaderruimte welke in 2 verdeeld kan worden. Hier worden de dienstvergaderingen, vormingen en andere besprekingen gehouden. - archief: dossiers, kopieermachine, diepvries, kar met dossiers van à terme patiënten. - centraal gelegen dienstplaats – open balie - een kleedkamer met douche voor mannen en één voor vrouwen - slaapruimte voor de inslapende assistent en gynaecoloog - keuken - spoelruimte - centraal gelegen een lokaal voor de hoofdvroedvrouw - berging voor steriel en niet- steriel materiaal - berging voor linnen, medisch materiaal bv. ventouse, STANmonitor, echotoestel, verwarmingsoventje
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
4
1.2. Multidisciplinaire team Medisch team Het medisch team is in handen van de specialisatie ‘verloskunde- gynaecologie’. Op de afdeling is er interdisciplinair overleg mogelijk waarbij andere specialismen geraadpleegd kunnen worden, bv. medische beeldvorming. ° Geneesheer diensthoofd ° Gynaecologen
Dr. De Jonge Dr. De Cuyper Dr. De Jonge Dr. Prof. Gyselaers Dr. Mesens Dr. Mestdagh Dr. Prof. Ombelet Dr. Schobbens Dr. Sieprath Dr. Vandeputte Dr. Van Holsbeke Dr. Vlasselaer
° Neonatologen
Dr. Bruneel Dr. Vanhoestenberghe Dr. Theyskens
° Pediaters
Dr. Arts Dr. De Koster Dr. Eerdekens Dr. Lemmens Dr. Van De Casseye
’s Nachts, in het weekend en op feestdagen werken deze artsen met een wachtsysteem.
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
5
Vroedkundig team Het VK team telt momenteel een equipe van een 25-tal vroedvrouwen. Een deel hiervan zit in de vaste kern. Een ander deel rouleert iedere 6 maanden met de MIC-afdeling en/of de materniteit gynaecologie. ° Medisch diensthoofd ° Divisiemanager ° Hoofdvroedvrouw ° Zorgcoördinator ° Stagementoren
° Patiëntenbegeleiding ° Secretaresse
ZOL – Introductiebrochure VK
Dr. De Jonge Liesbet Paulissen Anja Moors Caroline Vandereycken Miet Janssen Gerda Janssen Claudia La Monaca Els Olaerts Petra Van Laerenhoven Veerle Stas
Versie september 2015
6
1.3. Patiëntenpopulatie Het betreft vooral hoogzwangere vrouwen die in arbeid zijn en gaan bevallen. Ook worden er zwangeren opgenomen met premature arbeid of andere verwikkelingen. Zij worden eerst opgenomen op het verloskwartier om nadien getransfereerd te worden naar de MIC- afdeling( = Maternel Intensive Care). Daarnaast zijn er nog patiënten met bv. een miskraam, dreigend miskraam of hyperemesis gravidarum. Op de verloskamer kunnen ook onderzoeken uitgevoerd worden indien nodig zoals een prom-test, fFNT(fibronectinetest) en MBO(microbloedonderzoek). Soms worden er bloednames en/of kleine ingrepen gedaan bij patiënten met een acuut gynaecologisch probleem. Deze patiënten kunnen ambulant behandeld worden of opgenomen worden op de gynaecologie-afdeling (J10).
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
7
2. Taakinhoud en taakverdeling 2.1. Organisatie van de eenheid De hoofdvroedvrouw maakt per maand een lijst op, waarin het de bedoeling is steeds te komen tot de volgende bezetting: ° 3 morgenposten 06u45- 15u15 (of 4 morgenposten op sectio dagen) ° 3 middagposten 13u30 - 22u00 ° 2 nachtposten 21u45 - 07u00 ° 1 dagdienst : hoofdvroedvrouw De dienstregeling voor de student-vroedvrouwen ligt ter inzage in de dienstplaats. Men werkt op de dienst volgens het model van integrerende verpleging d.w.z. met toewijziging van parturiënten. De vroedvrouwen hebben hun parturiënte, 1 of 2 of meerdere, te volgen samen met een student-vroedvrouw of een stagiair geneeskunde. Buiten de totaalzorg van de parturiënten is de vroedvrouw ook verantwoordelijk voor andere afdelingsgerichte taken. Dit is voor jou, als student-vroedvrouw ook een leerervaring. Een aantal van deze taken zijn: ° levering van de apotheek en magazijn uitpakken, ° bestellen van materiaal zowel steriel als niet- steriel, ° controle van de verloskamers en materiaalkarren, ° opruim spoelruimte en ontsmetten van monitors, ° maaltijden bedelen en huishoudelijke taken, ° controle van de sectiokoffer, ° administratieve gedeelte bijwerken, °…
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
8
2.2. Dagindeling In de verloskamer is er geen vaste dagindeling. Alles hangt af van de parturiënten die zich aanmelden, dit is gespreid over de hele dag. De dagindeling wordt elke dag opnieuw aangepast. Het is van belang dat je je goed kan aanpassen aan de wisselende drukte. Vaste pauzes zijn er ook niet, alles is afhankelijk van de drukte. Flexibiliteit is dus enorm belangrijk. Volgende dagindeling is slechts een richtlijn: -06u45:
-briefing
-07u00:
-in orde maken van de dossiers van parturiënten die opgenomen dienen te worden voor bv. een primaire sectio, inductie..
-07u45:
-in de vergaderzaal is er een overdracht van al de opnames die hebben plaatsgevonden de voorbij 24u. Deze overdracht wordt door de assistent van wacht gehouden waarbij er tevens een aantal gynaecologen en vroedvrouwen aanwezig zijn. Studenten zijn zeker welkom.
-08u30 - 9u30:
-opdekken en afruimen van het ontbijt
-10u00:
-koffiepauze (indien mogelijk)
-12u- 13u:
-middagmaal opdienen en afruimen
-13u30:
-briefing aan de middagposten
-16u00-16u30:
-koffiepauze (indien mogelijk)
-17u-18u00:
-opdienen en afruimen avondmaal
-21u45:
-briefing aan de nachtposten
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
9
Gedurende 24u op 24u is de begeleiding van de zwangere vrouwen naar de bevalling toe het hoofddoel van de vroedvrouw. Daar kan geen vast werkschema voor opgesteld worden vermits iedere arbeid en iedere bevalling uniek is en ook uniek dient te blijven. De vaste en administratieve taken worden gedaan als de drukte van de dienst dit toelaat. Dagelijks moet dit gebeuren in de verloskamer aangepast worden. Het vraagt dus steeds weer planning van de vroedvrouwen. Iedere verloskamer moet steeds goed bijgevuld en in orde gebracht worden op gebied van medicatie, materiaal, linnen, ... Zoals reeds eerder werd aangehaald is de dagindeling slechts een richtlijn. De enige vastliggende uren zijn het ontbijt, middagmaal en avondmaal voor de parturiënten. Bij parturiënten die goed in arbeid zijn, krijgt de man het eten. De student-vroedvrouwen nemen hun pauzes in overleg met de vroedvrouw waarmee zij samenwerken.
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
10
3.Specifieke aandachtspunten op de verloskamer
3.1. Algemeen ° alle student-vroedvrouwen werken altijd onder toezicht van een vroedvrouw of mentor. 3.2.Begeleiding van ° een parturiënte en haar partner is steeds anders, is steeds uniek. De opvang van ouders bij een vroeggeboorte, een baby met afwijkingen of een doodgeboorte is enorm belangrijk. 3.3. Rapportage ° alles tijdig doorgeven aan de vroedvrouw, ° afwijkingen dadelijk rapporteren aan de vroedvrouw. 3.4. Administratief ° anamnese van de parturiënte afnemen. ° verloskundige dossier volledig invullen en aanvullen bij iedere handeling. ° verloskundige gegevens ingeven in het elektronisch patiëntendossier het MOSOS-programma. Dit gebeurt in overleg met de vroedvrouw. ° medisch dossier opvragen. ° medicatieverbruik steeds aanrekenen. ° labo-resultaten opvragen. 3.5.Het borstvoedingsbeleid ° Het WHO (World Health Organisation) en UNICEF (United Nations Children’s Fund) ontwikkelden 10 vuistregels voor het welslagen van de borstvoeding. Alle instellingen voor moeder-en kindzorg dienen er aandacht en zorg aan te besteden. Het is dus zeer belangrijk om op de hoogte te blijven over dit uniform beleid zodat de borstvoeding meer slaagkansen krijgt.
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
11
10 vuistregels borstvoeding: 1.dat het beleid op papier staat, dat het ook bekend wordt gemaakt aan alle betrokken medewerkers. 2.dat alle betrokken medewerkers de vaardigheden aanleren, die noodzakelijk zijn bij het uitvoeren van het beleid. 3.dat alle zwangere vrouwen informatie krijgen over het voordeel en de praktijk van de borstvoeding. 4.dat moeders binnen het uur na de geboorte worden geholpen bij het geven van borstvoeding. 5.dat aan de moeders wordt uitgelegd hoe ze hun baby moeten aanleggen en hoe zij de melkproduktie in stand kunnen houden, zelfs als de moeder van de baby gescheiden wordt. 6.dat pasgeborenen alleen borstvoeding krijgen, noch extra vocht tenzij op medische indicatie. 7.dat moeder en kind dag en nacht bij elkaar op een kamer blijven ( rooming-in). 8.dat borstvoeding op verzoek wordt nagestreefd. 9.dat aan pasgeborenen die borstvoeding krijgen geen speen of fopspeen gegeven wordt. 10.dat er borstvoedingsbegeleidingsgroepen (moedergroepen) bestaan en dat vrouwen bij het beëindigen van de zorg naar deze groepen kunnen verwezen worden. Deze regels gelden ook voor baby's die geen borstvoeding krijgen, zoals rooming-in, het geven van informatie, uitleg over kunstvoeding, skin-to-skin. 4. Verwachtingen o o o o o o
eigen leerproces in handen nemen stagedoelstellingen aanbieden vragen naar oefening feedback vragen interesse en enthousiasme tonen verantwoordelijkheid nemen voor bepaalde taken: en verantwoordelijkheid voor bepaalde taken: - enkel vaginaal onderzoek iom de vroedvrouw - beroepsgeheim - steriel werken, - orde - handhygiëne - patiëntveiligheid - …
ZOL – Introductiebrochure VK
Versie september 2015
12