Inspectierapport Woest Zuid BSO Heinze (BSO) Heinzestraat 9 1071 SK AMSTERDAM Registratienummer: 466808288
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Stadsdeel Zuid Datum inspectie: 19-02-2014 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 02-04-2014
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
1/14
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
2/14
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 19 februari 2014 is een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd, op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Dit betreft het eerste jaarlijkse onderzoek na aanvang van exploitatie. De toezichthouder heeft de voorwaarden met betrekking tot de oudercommissie niet beoordeeld tijdens dit onderzoek omdat de houder tot zes maanden na aanvraag tot registeropname de tijd heeft om een oudercommissie in te stellen.
Beschouwing Organisatie Woest Zuid is een organisatie met acht buitenschoolse-opvanglocaties. Het betreft een groeiende organisatie die zich onderscheidt doordat er veel aandacht wordt besteed aan sport- en buitenactiviteiten. Woest Zuid besteedt bovendien veel aandacht aan scholing en teambuilding onder het personeel en het management en het personeel heeft een opvallende 'drive' bij het invullen van hun werkzaamheden. Zowel het beleid als de invulling in de praktijk is op alle gebieden in orde. Locatie De locatie BSO Heinze is gevestigd in Amsterdam Zuid en beschikt over vijf ruimtes boven de gymzaal van de Peetersschool aan de Heinzestraat. Gedurende opvangtijd is deze gymzaal altijd beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. Vertrouwenspersoon en klachtencoördinator Er is een vertrouwenspersoon en een klachtencoördinator aangesteld. De vertrouwenspersoon is tevens als kwaliteitsfunctionaris in dienst bij Woest Zuid voor één dag per week. De functie is bij haar neergelegd omdat zij relatief onafhankelijk is. De klachtencoördinator is tevens als administratief medewerker in dienst van Woest Zuid. Zij verzamelt de klachten en geeft deze door aan de manager. De manager behandelt de klacht zelf of geeft deze door aan de betreffende leidinggevende. Er wordt een verslag opgesteld en na ontvangst van een e-mail waarin wordt bevestigd dat de klacht definitief is opgelost, sluit de klachtencoördinator het dossier. Mocht de klacht niet naar alle tevredenheid zijn opgelost, dan is het de taak van de klachtencoördinator om eventueel de vinger aan de pols te houden bij de melder. Oudercommissie De toezichthouder heeft de voorwaarden met betrekking tot de oudercommissie niet beoordeeld tijdens dit onderzoek omdat de houder tot zes maanden na aanvraag tot registeropname de tijd heeft om een oudercommissie in te stellen. Vanaf 30 april 2014 is de houder verplicht een oudercommissie in te stellen.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
3/14
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan Er is een pedagogisch beleidsplan opgesteld bestaande uit een algemeen deel en locatiespecifieke hoofdstukken. Het pedagogisch (werk)plan is niet aangepast sinds het laatste inspectieonderzoek. Bij het inspectieonderzoek na aanvraag (d.d. 27 november 2013) is beoordeeld dat het pedagogisch beleid voldoet aan de huidige wet- en regelgeving. Pedagogische praktijk De beroepskracht kent de inhoud van het pedagogisch beleidsplan en handelt conform dit plan. Dit blijkt uit de volgende voorbeelden: Een aantal kinderen zit aan tafel te knutselen onder begeleiding van de beroepskracht. De beroepskracht voert gesprekjes met de individuele kinderen waaruit blijkt dat hij op de hoogte is van de bezigheden van de kinderen naast de buitenschoolse-opvangtijd. Er heerst een rustige sfeer waarbij veel aandacht is voor alle kinderen. De beroepskracht maakt een ontspannen indruk en er worden onderling grapjes gemaakt. Op een druk moment vraag een kind om een schaar, waarbij het lijkt of de beroepskracht haar niet heeft gehoord. Ondertussen is de beroepskracht met andere zaken en andere vragen van kinderen bezig en komt na een tijd uit zichzelf terug op de vraag van het kind of zij nog een schaar nodig heeft. Hieruit blijkt dat de beroepskracht ook op drukke momenten goed het overzicht en de aandacht kan behouden, ondanks dat hij alleen werkzaam is op de groep. De kinderen voelen zich zichtbaar op hun gemak bij de beroepskracht. De emotionele veiligheid van de kinderen wordt gewaarborgd. De beroepskracht anticipeert op de verschillende behoeftes van de kinderen door de groep op te splitsen. De oudste kinderen mogen alleen spelen in de gymzaal onder regelmatig toezicht van de beroepskracht en de jongere kinderen mogen knutselen. Wanneer één van de kinderen niet weet hoe je een woord moet schrijven, schrijft de beroepskracht dit voor haar op. De kinderen mogen hun fantasie de vrije loop laten tijdens de knutselactiviteiten en de beroepskracht complimenteert hen regelmatig met de ontstane kunstwerkjes. Indien nodig helpt de beroepskracht de kinderen en besteedt daarbij tegelijk aandacht aan taal en cijfers door te benoemen wat hij ziet en door bijvoorbeeld het aantal papieren velletjes met de kinderen hardop te tellen. Eén van de kinderen wil dat de beroepskracht een medaille voor hem knutselt, waarop de beroepskracht antwoordt dat hij dat niet helemaal alleen gaat doen, maar dat hij uiteraard wel graag meehelpt. Er wordt voldoende aandacht besteed aan het stimuleren van de persoonlijke competentie. Eén van de kinderen wordt er tijdens het knutselen op gewezen dat, terwijl hij op de bank staat, hij op z'n billen moet zitten. Dit gebeurt niet op een gebiedende wijze, maar door middel van een vriendelijk verzoek. Wanneer een kind met een schaar loopt, legt de beroepskracht uit dat hij dit liever niet wil. De beroepskracht legt bij alle genoemde voorbeelden uit waarom iets niet mag of hoort en het gewenste gedrag van de kinderen lijkt daardoor makkelijk gerealiseerd te worden. Twee kinderen zitten te bekvechten om een 'twister-mat'. De beroepskracht reageert hier rustig op met het volgende: 'Maar dat gaan we niet doen, we kunnen straks in de gymzaal gaan worstelen op de mat, dat lijkt me een beter idee.' De kinderen reageren enthousiast en hiermee is het conflict opgelost. Voordat de kinderen met z'n allen naar de gymzaal gaan voor een sportactiviteit, in dit geval worstelen, verzoekt de beroepskracht de kinderen eerst met elkaar de groepsruimtes op te ruimen. Er worden groepjes gemaakt en de beroepskracht helpt zelf ook mee opruimen. Er wordt voldoende aandacht besteed aan het overbrengen van normen en waarden en het stimuleren van de sociale competentie. Gebruikte bronnen: -Pedagogisch beleidsplan (inclusief werkplan) versie 13 (november 2013) -Inspectieonderzoek -Observaties tijdens het vrij spelen op de groep
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
4/14
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat personen werkzaam bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft beoordeeld dat personen werkzaam bij het kindercentrum beschikken over een passende beroepskwalificatie. Beroepskracht-kind-ratio Er worden op deze locatie vanaf 6 januari 2014 kinderen opgevangen waardoor er ten tijde van het onderzoek nog geen volledige bezetting was. Tijdens het inspectiebezoek worden er zes kinderen opgevangen door één beroepskracht. Er geldt een achterwachtregeling met een andere locatie van Woest Zuid, namelijk locatie Arsenal. Daarnaast is de leidinggevende of een medewerker van kantoor altijd beschikbaar om als tweede volwassene te worden ingezet. Wanneer de medewerkers van de locatie een uitstapje willen maken met de kinderen, wordt er eerst, voordat het uitje doorgang kan vinden, contact opgenomen met de leidinggevende om de achterwacht af te stemmen. Als er minimaal twee beroepskrachten worden ingezet is de regel opgesteld dat wanneer een pedagogisch medewerker eerder naar huis kan omdat er minder dan tien kinderen worden opgevangen, eerst met de leidinggevende wordt besproken wie dan de achterwacht zal zijn. Uit de plaatsingslijst en presentielijst van januari en februari 2014 blijkt dat op de drukste dagen (dinsdag en donderdag) niet meer dan 24 kinderen worden opgevangen door drie beroepskrachten. Op maandag worden twee beroepskrachten ingezet en op woensdag en vrijdag staat er één beroepskracht op de groep met tien of minder kinderen. Er wordt voldaan aan de beroepskracht-kind-ratio. De leidinggevende geeft tijdens een inspectiebezoek op een andere locatie van Woest Zuid (Woest Zuid Athena), aan dat het zelden voorkomt dat een beroepskracht alleen in het pand aanwezig is bij afwijking van de beroepskracht-kind-ratio, aangezien de verschillende locaties tijdens vakantieweken veel activiteiten gezamenlijk doen. Hiervan worden de ouders van te voren op de hoogte gesteld. Tijdens vakantieweken en/of studiedagen wordt steekproefsgewijs bijgehouden hoe laat de kinderen worden gebracht; hierop worden de roostertijden van de beroepskrachten aangepast. Daarnaast wordt de 'stand-by' (een extra volwassene) opgeroepen wanneer er vóór 9.30 uur al acht kinderen aanwezig zijn en er slechts één beroepskracht in het pand is. Als er twee beroepskrachten werkzaam zijn op de locatie en er in pauzetijd één beroepskracht op de groep staat en de beroepskracht-kind-ratio wordt overschreden, dan moet degene die pauze houdt in het pand blijven. Aan het einde van de dag geldt de afspraak dat wanneer er dan nog meer dan tien kinderen aanwezig zijn, de tweede beroepskracht blijft totdat er aan de beroepskracht-kind-ratio wordt voldaan. De beroepskrachten werken op maandag, dinsdag en donderdag van 14.30-18.30 uur. Op woensdag en vrijdag werkt er vooralsnog één beroepskracht van 11.30-18.30 (op woensdag) en van 14.30-18.30 uur (op vrijdag). Tijdens de vakanties zijn de mogelijke roostertijden: 8.00-17.00 uur, 8.00-17.30 uur, 8.00-18.30 uur, 8.3018.00 uur, 9.00-18.00 uur, 9.00-18.30 uur en 9.30-18.30 uur, 9.00-17.30 uur en 8.00-14.30 uur. Bij een werktijd langer dan 5,5 uur is er 30 minuten middagpauze. Bij een werktijd langer dan 9,5 uur is er een middagpauze van 45 minuten. Er wordt voldaan aan de voorwaarden met betrekking tot het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio. Opvang in groepen Aangezien de locatie zich nog in de startfase van de opvang bevindt en de omvang en de samenstelling van de groepen nog verandert, heeft de toezichthouder de opvang in groepen nog niet beoordeeld. In de eerste fase, lopend van januari 2014 tot de zomer van 2014, worden maximaal 30 kinderen in twee basisgroepen opgevangen. Basisgroep één bestaat dan uit maximaal tien kinderen in de leeftijd van vier t/m zeven jaar en basisgroep twee uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van acht jaar en ouder. In de tweede fase, startend vanaf de zomer van 2014, zullen maximaal 50 kinderen in drie basisgroepen worden opgevangen. Basisgroep één zal dan bestaan uit maximaal tien kinderen van vier jaar, basisgroep twee uit maximaal twintig kinderen van vier t/m zes jaar en basisgroep drie uit maximaal twintig kinderen van zeven jaar en ouder. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: -Afschriften van verklaringen omtrent het gedrag -Afschriften van diploma's -'Rooster locatie Heinze schooljaar 2013/2014' -Plaatsingslijst januari en februari 2014 Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
5/14
-Gesprek met de leidinggevende tijdens het inspectiebezoek op locatie Athena op 26 februari 2014 -Gesprek met de vaste beroepskracht -Document met roostertijden in schoolweken en vakanties en inspectieonderzoek -Inspectieonderzoek
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
6/14
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Er is op 14 oktober 2013 een risico-inventarisatie veiligheid uitgevoerd. Er is gebruikgemaakt van de papieren versie van de inventarisatielijst zoals opgesteld door Consument en Veiligheid. Naar aanleiding van deze jaarlijkse risico-inventarisatie is er een plan van aanpak opgesteld waarin de samenhang tussen de risico's en de maatregelen beschreven wordt. De maatregelen om de risico's te verkleinen kunnen reeds uitgevoerde (technische) acties, opgestelde protocollen, checklists en/of afspraken zijn. Er is een protocol veiligheid opgesteld waarbij een aantal bijlagen hoort, namelijk: 'Groepsregels en regels veiligheid sport', 'Veiligheidsregels sport en spelsituaties Woest Zuid in een gymzaal', 'Regels en richtlijnen vakantiedagen Woest Zuid', 'Veiligheidsafspraken en gedragsregels leefruimten en buiten', 'Regels voor groepsleiding op stap', 'Regels rond halen en brengen kinderen door ouders', 'Regels rond halen van de kinderen op de scholen' en 'Checklijst start en einde van de dag'. De risico-inventarisatie veiligheid is uitgevoerd voor alle ruimtes waarvan de kinderen structureel gebruik zullen maken. De beroepskracht geeft aan dat nieuwe beroepskrachten op de hoogte worden gesteld van de afspraken op het gebied van veiligheid en gezondheid doordat deze afspraken tijdens het proefdraaien met hen worden doorgenomen. Vervolgens krijgen de nieuwe beroepskrachten een map met werkinstructies en protocollen mee naar huis ter bestudering. Er is op 14 oktober 2013 een risico-inventarisatie gezondheid uitgevoerd. Op basis hiervan is er een plan van aanpak opgesteld. Het beleid gezondheid is vastgelegd in een 'Protocol hygiëne'. In dit protocol is uitgewerkt welke regels er worden gehanteerd met betrekking tot hygiëne. Er is tevens een 'Protocol ziekte Woest Zuid' waarin informatie staat beschreven over het omgaan met ziekte en richtlijnen over hoe te handelen bij besmettelijke ziekten. Op basis van beide risico-inventarisaties wordt er een actielijst opgesteld. Deze actielijst bevat maatregelen die nog genomen dienen te worden of maatregelen (zoals werkafspraken) die volgens een vastgestelde planning opnieuw onder de aandacht van de beroepskrachten zullen worden gebracht. Deze actielijst wordt maandelijks bijgehouden door de beroepskrachten zelf en de leidinggevende ontvangt maandelijks een gewijzigde actielijst. De actielijst wordt ook bijgewerkt naar aanleiding van de tweewekelijkse vergadering waarbij veiligheid en gezondheid een vast onderdeel op de agenda zijn. Precies een jaar na het uitvoeren van de risico-inventarisatie zal door de leidinggevende een veiligheidsverslag worden opgesteld waarin wordt beschreven wat er op het gebied van veiligheid het afgelopen jaar is gebeurd en eventueel is gewijzigd. Enkele acties die nog voor aanvang van exploitatie uitgevoerd dienden te worden zijn voltooid. Alle beroepskrachten zijn voor aanvang van exploitatie op de hoogte gesteld van de risico-inventarisaties door middel van een vergadering. Jaarlijks wordt door Woest Zuid voor haar medewerkers een cursus Kinder-EHBO en BHV georganiseerd. De formulieren voor het registreren van ongevallen zullen op de locatie binnen handbereik liggen. Ongevallen worden op de juiste wijze ingevuld. Meldcode kindermishandeling De houder hanteert de meest recente versie van de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld en heeft hiervan de sociale kaart ingevuld en aanpassingen doorgevoerd. Er hebben in januari 2014 twee trainingen plaatsgevonden die zijn georganiseerd door de aandachtsfunctionaris kindermishandeling van de organisatie waarbij de meldcode met alle beroepskrachten is besproken. Vervolgens zal eens per anderhalf jaar de meldcode kindermishandeling opnieuw onder de aandacht van het personeel worden gebracht en bij de 'WoestZuiddagen'(studiedagen) aan de orde komen. De beroepskracht is op de hoogte van de stappen en de signalen zoals genoemd in de meldcode. Gebruikte bronnen: -Risico-inventarisatie veiligheid 14 oktober 2013 -Plan van aanpak veiligheid met bijlagen -Actielijst veiligheid -Risico-inventarisatie gezondheid 14 oktober 2013 -Plan van aanpak gezondheid met bijlagen -Actielijst gezondheid -Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld (juli 2013) -Gesprek met de vaste beroepskracht -Inspectieonderzoek
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
7/14
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Woest Zuid BSO Heinze beschikt over vijf ruimtes boven de gymzaal van de Peetersschool aan de Heinzestraat. De ruimtes zijn gelegen op een soort vide op de eerste verdieping en hebben door middel van glazen vensters uitzicht op de gymzaal. Het gebouw is geheel vernieuwd en Woest Zuid heeft het exclusief gebruik van alle ruimten in dit gebouw onder BSO-tijd, inclusief de gymzaal en de kleedkamers. De eerste leefruimte is ingericht voor de jongste groep kinderen van vier jaar en heeft een oppervlakte van 27 m². De tweede leefruimte is ingericht voor de middelste groep kinderen van vier t/m zes jaar en heeft een oppervlakte van 32 m². De derde leefruimte is ingericht voor de oudste groep kinderen van zeven jaar en ouder en heeft een oppervlakte van 38 m². In de hal is een soort skybox gemaakt, waarin hoge krukken geplaatst zijn voor de ramen. Van hieruit hebben de kinderen zicht op de gymzaal. Deze ruimte heeft een oppervlakte van 11 m². Daarnaast is er een kleine ruimte, genaamd speelhonk, die voornamelijk is ingericht voor de oudste kinderen en waar een tafelvoetbal, zitzakken en een werkplek aanwezig zijn. Deze ruimte heeft een oppervlakte van 10 m². Ten slotte heeft de buitenschoolse opvang de beschikking over een eigen gymzaal waar het sportprogramma zal plaatsvinden voor alle groepen. Deze gymzaal heeft een oppervlakte van 246 m². De totale oppervlakte biedt voldoende vierkante meters voor de opvang van 50 kinderen. Buitenspeelruimte De buitenschoolse opvang maakt gebruik van het aangrenzende schoolplein van de Peetersschool. Het is een ruim plein en het biedt meer dan genoeg vierkante meters voor de opvang van 50 kinderen. De buitenruimte is gedurende de opvangtijden altijd beschikbaar voor de kinderen. Vanuit de drie leefruimtes is er zicht op het schoolplein. Het schoolplein wordt ten tijde van het inspectieonderzoek nog verbouwd en is nog niet gereed voor gebruik. Er wordt gebruikgemaakt van twee openbare pleinen die op kleine afstand van de buitenschoolseopvanglocatie liggen en veilig bereikbaar zijn. Er zijn hier een veerwip, een klimtoestel, een touwrek, een glijbaan en een voetbalkooi aanwezig. Daarnaast heeft de buitenschoolse opvang de beschikking over ruim voldoende sport- en spelmateriaal dat meegenomen wordt. Gebruikte bronnen: -Plattegrond d.d. 8 oktober 2013 -Pedagogisch beleidsplan en werkplan versie 12 (november 2013) -Gesprek met de vaste beroepskracht -Inspectieonderzoek
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
8/14
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders door middel van de website www.woestzuid.nl, e-mails (nieuwsflitsen) die maandelijks worden verstuurd en een informatieboekje. Deze informatiebronnen zijn toegankelijk voor alle ouders. Het intakegesprek wordt door de vaste beroepskrachten van het kind met de ouders gevoerd. De informatieverstrekking is volledig en geeft een gedetailleerd beeld van hoe het eraan toe zal gaan bij de buitenschoolse opvang. Klachten De werkwijze omtrent de behandeling en afhandeling van klachten heeft Woest Zuid opgenomen in een klachtenreglement. Dit reglement is, zoals in het informatieboekje is beschreven, op te vragen bij de leidinggevende. De houder is tevens aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, namelijk de ZcKK. Hiervan zijn de contactgegevens opgenomen in het informatieboekje voor ouders. In het informatieboekje wordt tevens benadrukt dat ouders zich, indien gewenst, direct tot deze externe klachtencommissie kunnen richten Gebruikte bronnen: -Website www.woestzuid.nl -'Informatie Woest Zuid Locatie Heinze, versie 1, november 2013' -Gesprek met de vaste beroepskracht -Kopie van contract met ZcKK d.d. 10 augustus 2008 -Kopie 'Aantal formatieplaatsen i.v.m. aansluiting ZcKK'
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
9/14
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO Kinderopvang is opgenomen. Beroepskracht-kind-ratio A. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. OF B. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
10/14
kindercentrum aanwezig is. Bij buitenschoolse opvang gedurende schooldagen, kunnen ten hoogste een half uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kind-ratio vereist is. Bij buitenschoolse opvang gedurende vrije dagen, kunnen ten hoogste drie uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kind-ratio vereist is. Deze inzet betreft de tijd voor 9.30 uur en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 uur en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet, is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Opvang in groepen Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling die voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen goed bereikbaar. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen veilig bereikbaar. Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
11/14
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement. De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie. De houder leeft geheimhoudingsplicht na.
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
12/14
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
Woest Zuid BSO Heinze 000028227832
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Woest Zuid B.V. Henriette Bosmansstraat 48 1077 XJ AMSTERDAM 34302901 www.woestzuid.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. L. Lommers
50 Nee
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Stadsdeel Zuid : Postbus 74019 : 1070 BA AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
: : : : :
19-02-2014 26-03-2014 02-04-2014 02-04-2014 02-04-2014
: 02-04-2014 :
13/14
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.
Woest Zuid BSO Heinze - Jaarlijks onderzoek 19-02-2014
14/14