Inspectierapport BSO Driemond (BSO) Jaargetijden 6 1109 AR AMSTERDAM ZUIDOOST Registratienummer: 199947697
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 25-09-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 13-11-2015
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
1/10
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
2/10
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 25 september 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek is naar aanleiding van het risicoprofiel slechts een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel en aan de beroepskracht-kind-ratio. Naar aanleiding van gemeentelijke afspraken zijn tevens kwaliteitseisen op het gebied van de uitvoering van het beleid veiligheid en gezondheid onderzocht. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld. Tijdens het inspectiebezoek was de leidinggevende niet aanwezig. De toezichthouder heeft telefonisch contact gehad met de leidinggevende en zij is in de gelegenheid gesteld om documenten na te sturen. Hiervan heeft zij gebruikgemaakt.
Beschouwing Organisatie Buitenschoolse opvang Driemond is onderdeel van Stichting Kindercentra Midden Nederland Kind en Co (hierna: KMN Kind & Co). Dit is een regionale kinderopvangorganisatie die alle vormen van kinderopvang aanbiedt in Midden-Nederland. Het werkgebied is onderverdeeld in vijf regio’s, waaronder de regio Weesp en Diemen. Elke regio heeft een clustermanager. Onder de verantwoordelijkheid van deze clustermanagers - die zorgdragen voor meerdere locaties in hun regio - werken de senior-pedagogisch medewerkers. Bij KMN Kind & Co wordt met een kwaliteitsmanagementsysteem gewerkt. Dit houdt in dat het (pedagogisch) beleid en de werkwijze periodiek worden geëvalueerd, bijgesteld en verbeterd. Om kwaliteit en veiligheid van de opvang te waarborgen, wordt er gewerkt met diverse procedures, werkinstructies en richtlijnen. Voorheen waren alle locaties van KMN Kind & Co in het bezit van het HKZ-kwaliteitscertificaat. Sinds september 2015 is dit niet meer het geval, volgens de clustermanager is dit omdat het niet meer past bij de organisatie. Het interne kwaliteitssysteem is wel hetzelfde gebleven. KMN Kind & Co heeft een externe vertrouwenspersoon aangesteld voor de personeelsleden. Zij is gecertificeerd en aangesloten bij de Landelijke Vereniging Vertrouwenspersonen. Medewerkers bij KMN Kind & Co krijgen bij aanvang van hun dienstverband een informatieboekje waarin de gegevens van de vertrouwenspersoon staan vermeld. Locatie Buitenschoolse opvang Driemond is gehuisvest in de Cornelis Jetsesschool in Driemond (Amsterdam-Zuidoost). Er worden kinderen opvangen van basisschool De Cornelis Jetses en de Jan Woudsmaschool. De locatie staat in het Landelijk Register Peuterspeelzalen en Kinderdagverblijven (LRKP) geregistreerd met veertig kindplaatsen. Momenteel worden er niet meer dan dertig kinderen opgevangen. Het team bestaat uit drie vaste beroepskrachten en twee vaste invalkrachten. Eén vaste invalkracht is per 1 oktober 2015 uit dienst. Ook wordt er gewerkt met uitzendkrachten. Ten tijde van het onderzoek wordt er regelmatig met invalkrachten gewerkt omdat een vaste beroepskracht Rots en Water-trainingen geeft op de andere locaties binnen het cluster. Sinds 1 januari 2015 wordt de locatie aangestuurd door de huidige clustermanager. Zij is niet wekelijks op de locatie aanwezig. De senior-pedagogisch medewerker is regelmatig op de locatie aanwezig en wordt ook ingezet als beroepskracht in de groep. Tijdens het onderzoek is gebleken dat de naam van de locatie in het LRKP niet overeenkomt met de naam in het Nederlands Handelsregister. De houder heeft de naam in het LRKP binnen de onderzoekstermijn laten aanpassen waardoor de gegevens nu overeenkomen. Oudercommissie Er is tijdens dit onderzoek geen contact met de oudercommissie tot stand gekomen.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
3/10
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk Tijdens het inspectiebezoek zijn er op de locatie vier kinderen aanwezig die worden opgevangen door twee beroepskrachten. Ook is er een stagiair aanwezig. Het pedagogisch handelen van de beroepskrachten is beoordeeld aan de hand van observaties in de groep tijdens het eetmoment en het vrij (buiten) spelen. Op basis van deze observaties constateert de toezichthouder dat er tijdens dit inspectiebezoek zorg wordt gedragen voor de uitvoering van de pedagogische basisdoelen. Sociale competentie De beroepskrachten bieden activiteiten aan waarbij de kinderen samenspelen en zij alle kinderen aanmoedigen om deel te nemen. Wanneer de kinderen buiten spelen, kondigt de beroepskracht aan dat zij over tien minuten een spel gaan doen. Wanneer een kind zegt dat het hier geen zin in heeft, antwoordt de beroepskracht enthousiast dat het spel leuk is en dat zij het wel gaan doen. Uiteindelijk doen alle kinderen mee. Op de locatie zijn Rots en Water-trainingen gegeven aan de kinderen, deze trainingen zijn erop gericht om kinderen weerbaarder te maken. Een beroepskracht verklaart dat er met de kinderen wordt stilgestaan bij hun reacties in het contact met anderen en dat zij bespreken hoe de kinderen anders kunnen reageren in bepaalde situaties. Hieruit blijkt dat de kinderen worden gestimuleerd in de ontwikkeling van hun sociale competenties. Overdracht van normen en waarden Tijdens het inspectiebezoek blijkt dat de beroepskrachten zorgdragen voor de overdracht van normen en waarden wanneer een kind tijdens het eetmoment met de mond vol praat en de beroepskracht dit benoemt. Zij geeft aan dat het kind eerst de mond leeg moet eten voordat het gaat praten. Wanneer een kind tijdens het eetmoment naar het toilet moet, benoemt de beroepskracht dat het kind dit de volgende keer moet doen vóórdat het aan tafel gaat. De beroepskrachten spreken de kinderen aan op hun omgang met elkaar bij het uitvoeren van activiteiten. Wanneer een kind een dansje wil laten zien aan de groep en een ander kind op voorhand begint te lachen, spreekt de beroepskracht het kind toe en zegt dat het heel spannend en knap is om zo voor de groep iets te laten zien. Gebruikte bronnen: - Inspectiebezoek - Gesprekken met de beroepskrachten tijdens het inspectiebezoek - Observaties tijdens het eetmoment en het vrij (buiten) spelen
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
4/10
Personeel en groepen Tijdens het inspectieonderzoek is verschillende informatie gegeven over het aantal basisgroepen en het aantal kinderen dat per groep wordt opgevangen. Zo worden de kinderen volgens de beroepskracht in drie basisgroepen opgevangen met maximaal dertig kinderen. In het pedagogisch werkplan van de locatie staat dat er drie basisgroepen zijn met maximaal veertig kinderen. De clustermanager verklaart dat de buitenschoolse opvang uit twee basisgroepen bestaat. Tevens zijn er verschillende documenten aangeleverd met betrekking tot de opvang in groepen waaruit blijkt dat de kinderen in twee basisgroepen zijn geplaatst. Gezien de aangeleverde documenten en de verklaringen van de clustermanager is de beoordeling van de opvang in groepen en de beroepskracht-kind-ratio gebaseerd op de opvang in twee groepen. Wel dient de houder er zorg voor te dragen dat in de toekomst duidelijk is hoe de opvang in groepen is vormgegeven, dat dit blijkt uit de administratie en dat dit ook overeenkomt met de beschrijving van de werkwijze in het pedagogisch beleid. Verklaring omtrent het gedrag De personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Dit is gebaseerd op een steekproef onder de (inval-)beroepskrachten die in week 38 en week 39 op de locatie zijn ingezet. Ook zijn de verklaringen omtrent het gedrag van de clustermanager, een uitzendkracht en een stagiair beoordeeld. De verklaring omtrent het gedrag van de stagiair is afgegeven op 2 september 2015 terwijl zijn beroepspraktijkvorming is ingegaan op 24 augustus 2015. De clustermanager verklaart dat de stagiair pas is gestart met de stage nadat de verklaring omtrent het gedrag is overgelegd. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Dit is gebaseerd op een steekproef onder de (inval)beroepskrachten die in week 38 en week 39 op de locatie zijn ingezet. Opvang in groepen De buitenschoolse opvang bestaat uit twee basisgroepen: - De Zomergroep, in deze groep worden maximaal twintig kinderen opgevangen vanaf 6 jaar - De Lentegroep, in deze groep worden maximaal tien kinderen opgevangen van 4 tot en met 6 jaar De kinderen zijn in een basisgroep geplaatst. Het gebeurt echter dat kinderen op een andere groep worden opgevangen bij extra dagen of ruildagen. De clustermanager verklaart dat voor de tijdelijke opvang in de andere groep schriftelijke toestemming door de ouders wordt gegeven. Beroepskracht-kind-ratio Op de dag van het inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Er zijn namelijk in totaal vijf kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van week 38 en week 39 van 2015 en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. Op woensdag en vrijdag is er een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig tot 15.30 uur. De medewerkers van de school waarin de buitenschoolse opvang gevestigd is, dienen dan als achterwacht. Vanaf 15.30 wordt er een tweede beroepskracht ingezet op de locatie. De clustermanager verklaart dat de locatie in Weesp, zijzelf en de senior pedagogisch medewerker fungeren als achterwacht en dat zij binnen 15 minuten aanwezig kunnen zijn. Dit staat niet zo in het pedagogisch werkplan opgenomen en dient aangepast te worden. Wel staat in het pedagogisch werkplan beschreven dat de locatie in Weesp als achterwacht dient op vakantiedagen en studiedagen. Ook staat in het pedagogisch werkplan dat er een rooster is waarop staat aangegeven welke medewerkers op welke dagen in de vakanties als achterwacht fungeren. De houder dient er zorg voor te dragen dat de beschrijving in het pedagogisch beleid overeenkomt met de praktijk. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek - Steekproef afschriften verklaringen omtrent het gedrag (ontvangen per e-mail, d.d. 2, 5 en 9 oktober 2015) - Steekproef afschriften beroepskwalificaties (ontvangen per (ontvangen per e-mail, d.d. 2 en 9 oktober 2015) - Stageovereenkomst stagiair (ontvangen per e-mail, d.d. 5 oktober 2015) - Gesprekken met de beroepskrachten tijdens het inspectiebezoek - Pedagogisch werkplan buitenschoolse opvang Driemond, versie augustus 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 5 oktober 2015) - Telefonisch contact met de clustermanager, d.d. 29 september 2015, 7 en 12 oktober 2015 - Uitdraai 'Mijn locatieroosters' FlexWEB - KMN Kind & Co (ontvangen tijdens het inspectiebezoek) - Personeelsroosters BSO Driemond week 38 en week 39 van 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
5/10
- Personeelsroosters BSO Driemond week 38 en week 39 van 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Plaatsingslijst kinderen periode september 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Presentielijsten kinderen week 38 en week 39 van 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 5 oktober 2015) - Aangepaste presentielijsten kinderen inclusief inzet beroepskrachten week 38 en week 39 van 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 9 oktober 2015)
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
6/10
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De clustermanager verklaart dat er in juli 2015 een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid is uitgevoerd. Het beleid veiligheid en gezondheid wordt besproken tijdens de Huishoudelijke Kind Besprekingen (HKB). Tijdens het inspectiebezoek is de kennis en naleving van de beroepskrachten van het beleid veiligheid en gezondheid beoordeeld op basis van speerpunten. Hierbij is gelet op de uitvoering van het beleid met betrekking tot zwemactiviteiten, infectieziekten en medisch handelen. Zwemactiviteiten Vanaf september 2015 wordt er op dinsdag diplomazwemmen aangeboden voor kinderen vanaf 5 jaar. Er wordt een extra beroepskracht ingezet die de kinderen begeleidt en die in het zwembad aanwezig blijft gedurende de zwemles. De clustermanager verklaart dat er momenteel achttien kinderen gaan zwemmen vanaf drie verschillende locaties van de organisatie onder begeleiding van twee beroepskrachten. In het zwembad is een grote kleedkamer voor de kinderen van de buitenschoolse opvang beschikbaar. De kinderen worden uit de kleedkamer opgehaald door de zwemleraar. In het 'Protocol BSO Zwemmen' staan onder andere de verantwoordelijkheden van beide partijen, de procedure en de aansprakelijkheid beschreven. De clustermanager verklaart dat deze door beide partijen is ondertekend. In het protocol staat beschreven dat de organisatie ervoor zorgt dat er minimaal één pedagogisch medewerker tijdens de zwemlessen aanwezig is. Hieruit blijkt niet welke beroepskracht-kind-ratio wordt gehanteerd terwijl de clustermanager verklaart dat er momenteel twee beroepskrachten meegaan. Dit dient aangevuld te worden. Tijdens schoolvakanties worden zwemactiviteiten georganiseerd op openbare zwemplaatsen zoals de Gaasperplas en een zwemstrand op IJburg. Ook komt het voor dat er in een zwembad wordt gezwommen. Een beroepskracht verklaart dat tijdens zwemactiviteiten, conform het eigen beleid, een beroepskracht-kind-ratio van één beroepskracht op zes kinderen wordt gehanteerd waarbij er alleen kinderen meegaan vanaf 8 jaar die in het bezit zijn van zwemdiploma A en B. De groep bestaat uit maximaal achttien kinderen en er wordt vooraf toestemming gevraagd aan ouders. Tijdens het zwemmen moeten de kinderen binnen het afgezette stuk blijven en de beroepskracht verklaart dat er altijd één beroepskracht aan de kant staat om toezicht te houden, de andere beroepskracht is in het water met de kinderen. De beroepskracht verklaart dat de kinderen tweetallen moeten vormen en te allen tijde samen moeten blijven. In het pedagogisch werkplan staat dat ouders per activiteit schriftelijk toestemming geven voor deelname aan de zwemactiviteit. Hiervoor wordt gebruikgemaakt van een toestemmingsformulier waarin ook de voorwaarden voor het zwemmen met de BSO zijn vastgelegd. Infectieziekten en medisch handelen Er is beleid opgesteld met betrekking tot infectieziekten en medisch handelen. De beroepskrachten zijn op de hoogte van dit beleid. Zij verklaren bijvoorbeeld dat ouders schriftelijk toestemming dienen te geven wanneer hun kind medicijnen moet gebruiken op de buitenschoolse opvang. Ook verklaren de beroepskrachten dat zij de kinderen geen paracetamol mogen geven en dat zij bepaalde medicijnen niet toedienen voordat zij hier uitleg over hebben gekregen van een huisarts of tijdens de BHV/EHBO-cursus. Momenteel zijn er geen kinderen die op de locatie medicijnen gebruiken. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek - Gesprekken met de beroepskrachten tijdens het inspectiebezoek - Telefonisch contact met de clustermanager, d.d. 29 september 2015, 7 en 12 oktober 2015 - Protocol BSO Zwemmen, versie 1 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Pedagogisch werkplan buitenschoolse opvang Driemond, versie augustus 2015 (ontvangen per e-mail, d.d. 5 oktober 2015) - Toestemmingsformulier voor deelname aan zwemactiviteiten, geen versievermelding (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Infectieziekten schema van GGD Midden-Nederland (ingezien op de locatie tijdens het inspectiebezoek) - Beleid ziekte kinderen, vastgesteld 9 januari 2014 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Werkwijze medisch handelen, vastgesteld 9 januari 2014 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Werkwijze medicijnverstrekking, vastgesteld 9 januari 2014 (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015) - Toestemming medicijnverstrekking (ontvangen per e-mail, d.d. 2 oktober 2015)
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
7/10
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. Een kind kan in één andere basisgroep dan de vaste basisgroep worden opgevangen, indien de ouder daarvoor vooraf schriftelijk toestemming heeft gegeven voor een bepaalde periode. Beroepskracht-kind-ratio A. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. OF B. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
8/10
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
BSO Driemond 000026785498
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Stichting Kindercentra Midden Nederland Kind en Co Newtonbaan 7 3439 NK NIEUWEGEIN 30182723 www.kmnkindenco.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. C. Géron
40 Nee
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
: : : : :
25-09-2015 20-10-2015 09-11-2015 13-11-2015 13-11-2015
: 13-11-2015 :
9/10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Het inspectierapport vermeld dat in het protocol staat beschreven dat de organisatie ervoor zorgt dat er minimaal één pedagogisch medewerker tijdens de zwemlessen aanwezig is. Hieruit blijkt niet welke beroepskracht-kind-ratio wordt gehanteerd terwijl de Clustermanager verklaart dat er momenteel twee beroepskrachten meegaan. Natuurlijk zorgen wij te alle tijde voor de juiste beroepskracht-kind-ratio, ook tijdens de zwemlessen. Zoals ook in het protocol omschreven wordt is de pedagogisch medewerker tijdens de gehele zwemles en voor alle leerlingen en groepen beschikbaar. Enerzijds om erop toe te zien hoe de lessen worden gegeven, anderzijds om eventueel steun te verlenen en bovendien om de veiligheidsaspecten in de gaten te houden. De beroepskrachtkind-ratio bedraagt tijdens de zwemlessen 1:10 Er worden dus altijd voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal op te vangen kinderen.
BSO Driemond - Jaarlijks onderzoek 25-09-2015
10/10