Inspectierapport. Kinderopvang Kelsey B.V. (KDV) Mauritskade RP AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport Kinderopvang Kelsey B.V. (KDV) Mauritskade 66 1093 RP AMSTERDAM Registratienummer: 124602290

Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 09-09-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 09-10-2015

Kinderopvang Kelsey B.V. - Jaarlijks onderzoek 09-09-2015

1/14

Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht


2/14

Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 9 september 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek zijn op grond van het risicoprofiel de belangrijkste kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel, aan de beroepskrachtkind-ratio, de uitvoering van het veiligheids- en gezondheidsbeleid, de accommodatie en het ouderrecht. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld. Tijdens het onderzoek is de bestuurder in de gelegenheid gesteld om documenten na te sturen. De houder heeft hier op 17, 21 en 22 september 2015 gevolg aan gegeven.

Beschouwing Organisatie Kinderopvang Kelsey B.V. is een besloten vennootschap. De bestuurder van deze bv is tevens de bestuurder van de twee vestigingen die worden geëxploiteerd; een locatie aan de Mauritskade en een locatie aan de Middenweg. Dit inspectiebezoek heeft plaatsgevonden op de locatie aan de Mauritskade. De beide vestigingen staan onder leiding van één vestigingsmanager die wordt aangestuurd door de bestuurder. De vestigingsmanager is verantwoordelijk voor de organisatorische zaken binnen beide kindercentra. Zij is gemiddeld twee dagen per week aanwezig op het kinderdagverblijf aan de Mauritskade. De bestuurder verklaart dat er binnenkort nog een vestigingsmanager zal worden toegevoegd aan het team. Locatie Kinderdagverblijf Kelsey B.V. locatie Mauritskade, heeft drie groepen en is geregistreerd met 33 kindplaatsen. Zo is er één peutergroep waarin maximaal veertien kinderen worden opgevangen en zijn er twee babygroepen waar respectievelijk maximaal twaalf en zeven kinderen worden opgevangen. Op de locatie zijn in totaal acht beroepskrachten werkzaam. Sinds het vorige jaarlijks onderzoek (d.d. 25 november 2015) zijn er twee beroepskrachten in dienst gekomen. Daarnaast worden er regelmatig twee vaste invalkrachten ingezet. Vertrouwenspersoon en klachtencoördinator De rol van vertrouwenspersoon wordt ingevuld door een persoon die niet verbonden is aan de organisatie. Zij is beschikbaar voor zowel ouders als het personeel van het kinderdagverblijf. Er is een klachtenregeling opgesteld, maar er is geen formele klachtencoördinator aangesteld. Oudercommissie De toezichthouder heeft meerdere malen geprobeerd contact te leggen met een lid van de oudercommissie maar dit is binnen de onderzoekstermijn niet gelukt.

Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.


3/14

Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan opgesteld genaamd 'Pedagogisch beleidsplan locatie Mauritskade' (versie maart 2015). In het pedagogisch beleidsplan is beschreven op welke wijze zorg wordt gedragen voor de vier pedagogische basisdoelen: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen om tot de ontwikkeling van hun persoonlijke en sociale competenties te komen en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Zo wordt over het stimuleren van sociaal gedrag onder andere beschreven dat er samen wordt gegeten en gezongen. Kinderen die verlegen zijn worden gestimuleerd iets te vertellen in de kring. Beschreven wordt dat de ontwikkeling van normen en waarden onder andere wordt gestimuleerd door de geldende groepsregels die benoemd worden door de beroepskrachten. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft daarnaast de wijze waarop beroepskrachten bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en vervolgens ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden. Pedagogische praktijk Het pedagogisch handelen van de beroepskrachten is beoordeeld op basis van observaties in de groepen tijdens het eten en het buiten spelen. Uit deze observaties is gebleken dat er voldoende invulling wordt gegeven aan de pedagogische basisdoelen, te weten het waarborgen van de emotionele veiligheid, de mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke en sociale competenties en de overdracht van waarden en normen. Ook wordt er door de beroepskrachten gehandeld conform de uitgangspunten in het pedagogisch beleidsplan. Emotionele veiligheid en sociale competentie Tijdens het inspectiebezoek wordt de emotionele veiligheid van de kinderen gewaarborgd. Zo is er op de dag van de inspectie een kind dat afkomstig is van een van de babygroepen, om te wennen voor het eerst in de peutergroep aanwezig. De beroepskracht heeft duidelijk extra aandacht voor dit kind en probeert het kind op haar gemak te stellen. Als het kind buiten alleen staat en een beetje sip voor zich uit kijkt, tilt de beroepskracht het kind op en geeft het een knuffel. De beroepskracht loopt met het kind de buitenspeelplaats rond en noemt bij elk kind van de peutergroep zijn of haar naam. Af en toe vertelt de beroepskracht de naam nog niet en vraagt ze het kind of ze nog weet hoe het andere kind heet. Hiermee zorgt de beroepskracht ervoor dat het kind zich meer op haar gemak voelt en het gevoel krijgt dat zij niet alleen is. Dit draagt bij aan de emotionele veiligheid van het kind. Ook stimuleert de beroepskracht dat er interacties gaan plaatsvinden tussen het nieuwe kind en de andere kinderen door ze nogmaals kennis met elkaar te laten maken. Dit bevordert de ontwikkeling van sociale competenties bij de kinderen. De beroepskrachten geven de kinderen regelmatig complimentjes. Als een kind zijn fruit heeft opgegeten, zegt een van de beroepskrachten 'Goed zo!' en geeft het kind een high five. Uit deze voorbeelden blijkt dat de beroepskrachten door hun manier van communiceren zorg dragen voor het waarborgen van de emotionele veiligheid. Normen en waarden Tijdens het bezoek blijkt dat er duidelijke regels op de opvang gelden. De beroepskrachten hebben in de buitenspeelruimte een bak met water neergezet met allerlei speelgoed waar de kinderen mee kunnen spelen. Eén van de kinderen gooit een aantal keer met het water in het rond richting andere kinderen. De beroepskracht loopt naar het kind toe en gaat gehurkt bij hem zitten zodat ze op ooghoogte van het kind zit en vraagt waarom het kind met water gooit. Als het kind niet antwoordt, legt de beroepskracht uit dat door het gooien met water andere kinderen water in hun ogen kunnen krijgen en dat dat niet fijn is. Dit wordt op een rustige, maar gedecideerde manier uitgelegd. Op deze manier maakt de beroepskracht het kind duidelijk welke regels er gelden en wordt uitgelegd waarom bepaalde afspraken, regels en omgangsvormen belangrijk zijn. Ook op andere momenten tijdens het inspectiebezoek worden kinderen op een rustige en vriendelijke manier aangesproken als zij iets doen wat niet mag, bijvoorbeeld wanneer een kind het speelgoed van een ander kind afpakt. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan locatie Mauritskade versie maart 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Gesprekken met de beroepskrachten - Gesprekken met de bestuurder - Observaties op alle drie de stamgroepen - Inspectiebezoek d.d. 9 september 2015


4/14

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden, dit betreft twee beroepskrachten. Tevens zijn de verklaringen omtrent het gedrag van twee invalkrachten die in de maanden juli en augustus 2015 werkzaam zijn geweest in het kinderdagverblijf beoordeeld en in orde bevonden. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden, dit betreft twee beroepskrachten. Tevens zijn de verklaringen omtrent het gedrag van twee invalkrachten die in de maanden juli en augustus 2015 werkzaam zijn geweest in het kinderdagverblijf beoordeeld en in orde bevonden. Opvang in groepen Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder alleen de aanwezigheidsregistratie en de werkroosters van die dag ingezien. Op 17 september 2015 heeft de bestuurder de presentielijsten en werkroosters aangeleverd van de maanden juli en augustus 2015. In het kinderdagverblijf zijn drie stamgroepen: de babygroepen Mauritskade en Dappermarkt voor kinderen van nul tot twee jaar oud met respectievelijk twaalf en zeven kindplaatsen en de peutergroep Tropenmuseum voor kinderen van twee tot vier jaar oud, met veertien kindplaatsen. In de babygroep Dappermarkt worden voornamelijk de jongere baby's geplaatst en in de babygroep Mauritskade worden de oudere baby's geplaatst. Op vrijdag worden de twee babygroepen samengevoegd tot één vaste stamgroep. Dit is tevens opgenomen in het pedagogisch beleidsplan en staat genoteerd op de werkroosters van de beroepskrachten. Ieder kind is geplaatst in één van de vaste stamgroepen. De beroepskrachten verklaren dat groepen niet incidenteel worden samengevoegd. Het komt voor dat kinderen in een andere stamgroep worden opgevangen. Ouders geven hiervoor schriftelijke toestemming door ondertekening van een formulier waarop ook de termijn van de opvang in de andere stamgroep is opgenomen. De bestuurder heeft een afschrift toegestuurd van de schriftelijke toestemming van ouders voor de plaatsing van een kind dat in de maanden juli en augustus 2015 in een tweede stamgroep is opgevangen. Beroepskracht-kind-ratio Op de dag van het inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Er worden namelijk in de groep Dappermarkt twee kinderen opgevangen door één beroepskracht. In de groep Mauritskade worden zes kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. In de groep Tropenmuseum worden veertien kinderen opgevangen door twee beroepskrachten en één stagiaire die boventallig aanwezig is. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van de maanden juli en augustus 2015 en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. De beroepskrachten hebben dagelijks de volgende werktijden: van 7.00 tot 16.30 uur, van 8.00 tot 17.30, van 8.30 tot 18.30 uur, van 9.00 tot 18.00 uur en van 9.30 tot 18.30 uur. Zij pauzeren ieder om de beurt dertig minuten tussen 12.30 en 14.30 uur. Dit betekent dat er in de middag één uur wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Op de presentielijsten worden de brengen haaltijden van de kinderen geregistreerd. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van de maanden juli en augustus 2015 constateert de toezichthouder dat niet langer dan de geoorloofde 3 uur per dag wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. De beroepskrachten verklaren dat het niet voorkomt dat een beroepskracht alleen in het kinderdagverblijf aanwezig is omdat er altijd twee beroepskrachten aanwezig zijn bij het openen en sluiten van de locatie. Dit blijkt ook uit de roosters van juli en augustus 2015. In het pedagogisch beleid is beschreven welke persoon dienst doet als achterwacht en kan worden ingeschakeld in geval van calamiteiten als het toch voorkomt dat er slechts één beroepskracht aanwezig is. De beroepskrachten zijn op de hoogte van de achtwerwachtregeling. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: Kinderopvang Kelsey B.V. - Jaarlijks onderzoek 09-09-2015

5/14

- Afschriften verklaringen omtrent het gedrag, ontvangen op 17 en 21 september 2015 - Afschriften beroepskwalificaties, ontvangen op 17 en 21 september 2015 - Afschriften arbeidscontracten, ontvangen op 17 en 21 september 2015 - Overzicht inzet beroepskrachten in de maanden juli en augustus 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Presentielijsten van de maanden juli en augustus 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Plaatsingsovereenkomst van een kind dat in twee groepen wordt opgevangen met daarop de termijn en ondertekening van ouders d.d. 9 juli 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Gesprek met de beroepskrachten - Gesprek met de bestuurder - Pedagogisch beleidsplan locatie Mauritskade versie maart 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Inspectiebezoek d.d. 9 september 2015


6/14

Veiligheid en gezondheid Op 17 september 2015 heeft de bestuurder de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid aangeleverd. Omdat er verder geen protocollen of huisregels waren toegevoegd, heeft de toezichthouder per e-mail op 21 september 2015 bij de bestuurder geverifieerd of het volledige veiligheids- en gezondheidsbeleid dat geldt op het kinderdagverblijf is opgenomen in de risico-inventarisaties. Op 22 september 2015 heeft de bestuurder per e-mail nogmaals de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid toegestuurd, waarbij zij opmerkt dat er een aanpassing heeft plaatsgevonden in de risico-inventarisatie veiligheid. Tevens heeft de bestuurder in de e-mail het document 'Protocollen' bijgevoegd. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In de risico-inventarisaties staat per geïnventariseerd risico welke maatregelen de beroepskrachten of bijvoorbeeld de leidinggevende moeten nemen om de risico's zoveel mogelijk te reduceren. De bestuurder verklaart per e-mail op 22 september 2015 dat de protocollen bedoeld zijn als geheugensteun voor de beroepskrachten, maar dat alle afspraken in de risico-inventarisaties staan. Eens per maand vindt er werkoverleg plaats waarin zowel kindgerelateerde zaken als zaken omtrent veiligheid en gezondheid worden besproken. Ook is er een protocollenmap aanwezig op de locatie. Een van de beroepskrachten die sinds enkele maanden op het kinderdagverblijf werkt, vertelt dat zij voor aanvang van haar werkzaamheden alle documenten door heeft moeten nemen en vervolgens een soort examen heeft moeten afleggen waarin vragen werden gesteld over het geldende beleid. Door het bovenstaande zorgt de houder er voldoende voor dat de beroepskrachten kennis kunnen nemen van het vastgestelde beleid. Veiligheid De toezichthouder heeft tijdens het inspectiebezoek op het gebied van de veiligheidsrisico's met name gelet op de kennis en naleving van de werkafspraken omtrent veilig slapen en de maatregelen die worden getroffen in geval van calamiteiten. Op de ramen van de slaapkamers hangen lijsten waarop de beroepskrachten registreren hoe vaak zij de slaapkamer binnenlopen om te controleren of alles in orde is. Uit wat op de lijsten staat genoteerd, blijkt dat er gemiddeld elke tien minuten in de slaapkamer wordt gekeken. In de slaapkamers hangen thermometers en is mechanische ventilatie aanwezig. De beroepskrachten verklaren dat zij erop letten dat de temperatuur in de slaapkamer niet hoger wordt dan 25 graden Celsius. Als de temperatuur oploopt, verklaren de beroepskrachten de ventilator op de slaapkamer aan te zetten of de deur open te zetten. De beroepskrachten verklaren onder andere dat de kinderen te slapen worden gelegd in slaapzakjes. De kinderen mogen geen grote knuffels of spenen met een koordje meenemen in bed. De beroepskrachten leggen de kinderen op de rug te slapen. Kinderen worden slechts op de buik te slapen gelegd als ouders hiervoor een formulier hebben ingevuld. Deze werkwijze is conform het beleid van de houder. Tijdens het inspectiebezoek constateert de toezichthouder dat in de groepsruimtes geen thermometers hangen. De toezichthouder heeft met de bestuurder besproken dat dit risico's met zich mee kan brengen omdat hierdoor niet in de gaten gehouden kan worden hoe warm het is in de groepsruimte, temeer daar één van de groepen (de peutergroep) deels gelegen is aan de zonzijde. De bestuurder heeft binnen de onderzoekstermijn foto's toegestuurd waarop te zien is dat er thermometers in de groepsruimtes zijn geplaatst en heeft per e-mail verklaard dat er eerder een thermometer hing op de peutergroep maar dat deze is weggehaald omdat er onderhoud aan de thermometer plaatsvond. Tijdens het inspectiebezoek zijn er drie beroepskrachten aanwezig die nog geen jaar werkzaam zijn bij het kinderdagverblijf en daarom nog niet aan de jaarlijkse ontruimingsoefening hebben deelgenomen. De bestuurder verklaart dat binnenkort (waarschijnlijk in de maand oktober 2015) er weer een brandoefening zal plaatsvinden en er dan rekening mee gehouden zal worden dat ook de 'nieuwe' beroepskrachten hierbij aanwezig zullen zijn. De beroepskrachten zijn echter wel in hoofdlijnen op de hoogte van de ontruimingsprocedure en kunnen benoemen wat zij doen in geval van een calamiteit. Een document met daarop de stappen die genomen dienen te worden tijdens een ontruiming hangt op de verschillende groepen. Datgene wat de beroepskrachten tijdens het inspectiebezoek vertellen, komt overeen met het ontruimingsplan van het kinderdagverblijf. Gezondheid Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder gelet op de kennis en naleving van de werkafspraken omtrent het bereiden en serveren van warme maaltijden en de naleving van de werkafspraken met betrekking tot de (hand)hygiëne. Op het kinderdagverblijf krijgen de kinderen dagelijks een warme maaltijd aangeboden. Een cateringbedrijf brengt twee maal per week de kant-en-klare maaltijden. In de keuken hangt een lijst waarop bij verschillende maaltijden staat aangegeven hoe lang de maaltijd in de magnetron moet worden opgewarmd. De beroepskrachten verklaren dat zij de temperatuur van de maaltijden met een voedselthermometer controleren en dat de temperatuur in de kern minimaal 75 graden Celsius dient te zijn. De beroepskrachten verklaren dat er geen restjes van maaltijden worden bewaard. De werkafspraken omtrent voeding zijn opgenomen in de risico-inventarisatie en in een protocol. Wat de beroepskrachten verklaren over de maatregelen die zij treffen met betrekking tot het aanbieden van warme maaltijden aan de kinderen, komt overeen met het beleid dat de houder hierover heeft opgesteld. In de sanitaire ruimte die gebruikt wordt door de peuters staat bij de wasbakken een zeeppompje en hangt een stoffen handdoek. De beroepskrachten verklaren dat deze handdoek twee maal per dag wordt vervangen. De beroepskrachten vertellen dat er normaal gesproken gebruik wordt gemaakt van papieren handdoekjes, maar dat deze tijdens het bezoek op zijn, en besteld zijn. De beroepskrachten reinigen na elke verschoning het verschoonkussen en wassen hun handen met zeep. Het schoonmaakmiddel waarmee het verschoonkussen wordt gereinigd, is een allesreiniger gemengd met water in een spuitfles. Eén van de beroepskrachten verklaart dat deze spuitfles opnieuw wordt gevuld als deze leeg is. De toezichthouder heeft met de bestuurder besproken Kinderopvang Kelsey B.V. - Jaarlijks onderzoek 09-09-2015

7/14

dat het van belang is dat dit schoonmaakmiddel iedere dag opnieuw aangemaakt wordt, om ervoor zorg te kunnen dragen dat het voldoende kan reinigen. De bestuurder verklaart dit met de beroepskracht te bespreken en hier nogmaals extra aandacht aan te schenken. Meldcode kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode kindermishandeling. De beroepskrachten verklaren dat de meldcode tijdens de jaarlijkse studiedag is besproken en daarnaast in een werkoverleg aan de orde is gekomen. Een document met daarin een opsomming van welke stappen genomen dienen te worden bij een vermoeden van kindermishandeling en een ingevulde sociale kaart hangen in de groepsruimtes. Tijdens het inspectiebezoek blijkt dat de beroepskrachten voldoende op de hoogte zijn van de inhoud van de meldcode. De beroepskrachten kunnen signalen van kindermishandeling benoemen en weten voldoende welke stappen zij dienen te volgen in het geval van een vermoeden van kindermishandeling. De beroepskrachten verklaren dat de meldcode jaarlijks wordt besproken tijdens een werkoverleg. Vierogenprincipe De houder zorgt ervoor dat er aan het vierogenprincipe wordt voldaan door aan het begin en aan het eind van de dag de groepen samen te voegen zodat er twee beroepskrachten aanwezig zijn. Het gebouw waarin het kinderdagverblijf is gehuisvest is transparant. Vanuit de hal en de groepen hebben de beroepskrachten door de ramen zicht op elkaar. Ook in alle deuren zijn ramen geplaatst. Daarnaast is er vanaf de straat zicht op de groepen. Gedurende de dag staan de deuren van de groepsruimtes open. Er zijn altijd meerdere volwassenen in het pand aanwezig. De beroepskrachten verklaren dat het kinderdagverblijf altijd door twee beroepskrachten wordt geopend en afgesloten. Met deze maatregelen organiseert de houder de opvang op zodanige wijze dat de beroepskracht de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl zij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid d.d. 1 maart 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid d.d. 1 maart 2015, ontvangen op 22 september 2015 - Document 'Protocollen' (zonder versie), ontvangen op 22 september 2015 - Pedagogisch beleidsplan locatie Mauritskade versie maart 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Document 'Verslag inspectie', ontvangen op 17 september 2015 - Notulen teamoverleg d.d. 26 mei 2015, ontvangen op 17 september 2015 - Protocollenmap, ingezien tijdens inspectiebezoek d.d. 9 september 2015 - E-mail berichten van de bestuurder d.d. 10 september 2015 m.b.t. geplaatste thermometers in de groepsruimtes - Gesprek met de beroepskrachten - Gesprek met de bestuurder - Inspectiebezoek d.d. 9 september 2015


8/14

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Het kindercentrum beschikt over drie stamgroepsruimtes. De binnenspeelruimtes zijn passend ingericht en in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. In de peutergroep zijn er verschillende speelhoeken ingericht, zo is er ondere andere een keukenhoek en een poppenhoek met een poppenkast en een een poppenhuis. Het meeste speelgoed ligt op kindhoogte, zodat de kinderen het zelf kunnen pakken. In de babygroep waar met name de jongere baby's worden opgevangen, zijn twee hoge boxen, is los (baby)speelmateriaal en liggen er kussens waar de kinderen overheen kunnen kruipen. In de babygroep waar voornamelijk de oudere baby's worden opgevangen is een keukentje, een ballenbak, kussens en allerlei los speelmateriaal. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is passend ingericht en in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. De buitenruimte beschikt over een zandbak en een glijbaan. Daarnaast hebben de kinderen de beschikking over los speelmateriaal, zoals kinderfietsen, ballen en zandbakspullen. Gebruikte bronnen: - Inspectiebezoek d.d. 9 september 2015


9/14

Ouderrecht Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld, waarin drie leden zitting hebben. De houder heeft in het afgelopen jaar wijzigingen in het pedagogisch beleidsplan ter advies voorgelegd aan de oudercommissie. De oudercommissie heeft een positief advies gegeven. De toezichthouder heeft geen contact kunnen leggen met een lid van de oudercommissie. Gebruikte bronnen: - Gesprekken met de bestuurder - Adviesaanvraag en advies oudercommissie m.b.t. wijzigingen in het pedagogisch beleidsplan d.d. 12 januari 2015, ontvangen op 17 september 2015


10/14

Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang worden toegerust voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Bij de inzet van beroepskrachten in opleiding wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden, overeenkomstig de voorwaarden in de cao kinderopvang. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Kinderen worden alleen met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode in één andere stamgroep opgevangen. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. Kinderopvang Kelsey B.V. - Jaarlijks onderzoek 09-09-2015

11/14

rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.

Ouderrecht Oudercommissie De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.


12/14

Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang

: : : : :

Kinderopvang Kelsey B.V. 000007229194 http://www.kinderopvangkelsey.nl 33 Nee

Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website

: : : : :

Kinderopvang Kelsey B.V. IJburglaan 1497 1087 KM Amsterdam 52562123 www.kinderopvangkelsey.nl

: : : : :

GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. J. Jochems

Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats

: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM

Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport


: : : : :

09-09-2015 28-09-2015 06-10-2015 09-10-2015 09-10-2015

: 09-10-2015 :

13/14

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft afgezien van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.


14/14

Inspectierapport. Kinderopvang Kelsey B.V. (KDV) Mauritskade RP AMSTERDAM Registratienummer:

Recommend Documents