Inspectierapport Kinderopvang Appels en Peren (KDV) Kattenburgerkruisstraat 5 1018 JR AMSTERDAM Registratienummer: 404236066
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 27-10-2014 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: concept Datum vaststellen inspectierapport:
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
1/14
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
2/14
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 27 oktober 2014 is een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. De houder is in de gelegenheid gesteld om een aantal documenten na te sturen omdat deze tijdens het inspectieonderzoek niet beschikbaar waren. Op 3 november 2014 heeft de toezichthouder de aanvullende documenten ontvangen. Deze documenten zijn beoordeeld in dit onderzoek.
Beschouwing Organisatie Kindercentrum Appels en Peren is een commanditaire vennootschap. Dit betekent dat er sprake is van beherende en stille vennoten. De beherend vennoot heeft de dagelijkse leiding in het bedrijf. De beherend vennoot (in het rapport 'houder' genoemd) is tevens één van de vaste beroepskrachten. De houder heeft bij het opstellen van het beleid ondersteuning gehad van een extern adviseur. De extern adviseur zal gedurende de opstartfase de houder een aantal uren per maand ondersteunen bij het implementeren van het beleid. Locatie De houder heeft de eerste maanden na aanvang van de expoitatie nog geen kinderen opgevangen. Sinds half september worden er twee kinderen opgevangen. Vanaf november worden er drie kinderen opgevangen. Alle kinderen worden in één stamgroep opgevangen totdat er voldoende aanmeldingen zijn om een tweede stamgroep te openen. De houder heeft twee nieuwe beroepskrachten in dienst genomen. Tijdens het inspectieonderzoek zitten de beroepskrachten nog in de inwerkperiode en zijn zij nog niet werkzaam op de groep omdat de aangevraagde verklaringen omtrent het gedrag nog niet ontvangen zijn. Er is nog geen oudercommissie ingesteld. Vanwege de kleinschaligheid van de organisatie is er geen vertrouwenspersoon en geen klachtencoördinator aangesteld.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
3/14
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan In het pedagogisch beleidsplan wordt uitgebreid aandacht besteed aan de wijze waarop de emotionele veiligheid van de kinderen wordt gewaarborgd, aan de mogelijkheden voor kinderen om tot ontwikkeling van hun persoonlijke en sociale competenties te komen en aan de wijze waarop de overdracht van normen en waarden plaatsvindt. Daarnaast beschrijft het pedagogisch beleidsplan in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten de kinderen hun stamgroep verlaten. Tevens beschrijft het pedagogisch beleidsplan de mogelijkheid om extra dagdelen opvang af te nemen; dit kan alleen in de eigen stamgroep. In het pedagogisch beleidsplan wordt in duidelijke en observeerbare termen beschreven hoe de beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Dit is bijvoorbeeld door de inzet van een groepshulp en stagiaires. Ook in geval van een calamiteit kunnen zij ondersteuning bieden. Een aantal buurtbewoners fungeren als achterwacht indien zich een calamiteit voordoet en wanneer een beroepskracht conform de beroepskracht-kind-ratio alleen in het kindercentrum aanwezig is. De houder heeft een lijst met telefoonnummers opgesteld die in het kindercentrum komt te hangen. De houder heeft in duidelijke en observeerbare termen beschreven hoe de ondersteuning wordt vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kind-ratio. Pedagogische praktijk Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder geobserveerd op de groep. Er wordt slechts één peuter opgevangen door een beroepskracht (de houder). Hierdoor heeft de toezichthouder de sociale competentie en de overdracht van normen en waarden niet beoordeeld. Emotionele veiligheid en de persoonlijk competentie Het kind wordt opgevangen door de vaste beroepskracht. De beroepskracht maakt veel contact met het kind, zowel door op het niveau van het kind met het kind te praten als door lichamelijk contact. Hieruit blijkt dat er voldoende emotionele veiligheid wordt geboden. Verder worden de persoonlijke competenties van het kind dat opgevangen wordt, voldoende gestimuleerd. Het kind wordt tijdens de observatie ondersteund door de beroepskracht om een activiteit te kiezen. Het kind is betrokken bij het spel. Wanneer het etenstijd is, helpt het kind met het tafeldekken. Tijdens het eetmoment mag het kind zelf zijn brood smeren en kiezen wat het wil eten. De beroepskracht ondersteunt het kind op betrokken en respectvolle wijze. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan, versie mei 2014 - Inspectieonderzoek - Observatie op de groep
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
4/14
Personeel en groepen De houder heeft na aanvang van de expoitatie van het kindercentrum twee beroepskrachten aangesteld. Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. De houder heeft ten tijde van het inspectieonderzoek twee nieuwe beroepskrachten in dienst genomen. Tijdens het inspectieonderzoek zitten de beroepskrachten nog in de inwerkperiode en zijn zij nog niet werkzaam op de groep omdat de aangevraagde verklaringen omtrent het gedrag nog niet ontvangen zijn. Deze verklaringen omtrent het gedrag zijn niet beoordeeld in dit onderzoek. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Er is ten tijde van het inspectieonderzoek één stamgroep met kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. Er worden ten tijde van het onderzoek maximaal drie kinderen opgevangen in de stamgroep. Beroepskracht-kind-ratio Tijdens het inspectiebezoek wordt er één kind opgevangen door de houder die zelf op de groep werkzaam is als beroepskracht. Er worden maximaal drie kinderen opgevangen. Er worden voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. De beroepskrachten werken van 7.30-17.00 uur of van 9.00-18.30 uur en hebben een uur pauze tussen 12.30 en 14.30 uur. Bij de inzet van twee beroepskrachten zullen de beroepskrachten tijdens hun pauze het kindercentrum niet verlaten. Er wordt niet afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Het komt voor dat een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig is. Er is een goede achterwachtregeling getroffen met een aantal buurtbewoners. De lijst met telefoonnummers hangt in het kindercentrum. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: - Afschriften verklaringen omtrent het gedrag - Afschriften beroepskwalificaties - Rooster beginfase Appels en Peren, oktober en november 2014 - Plaatsings en presentielijsten, oktober en november 2014
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
5/14
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft in mei 2014 een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd, een plan van aanpak veiligheid en een plan van aanpak gezondheid opgesteld. Het veiligheids- en gezondheidsbeleid van het kindercentrum bestaat uit de risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid, het plan van aanpak veiligheid en gezondheid, de actieplannen met reeds genomen en nog te nemen acties en de protocollen en werkinstructies. De geïnventariseerde gezondheids- en veiligheidsrisico's komen voldoende overeen met de praktijk en er zijn voldoende effectieve en adequate maatregelen getroffen om de aanwezige veiligheids- en gezondheidsrisico's te kunnen reduceren. De houder heeft alle gedragsmaatregelen geconcretiseerd en opgenomen in protocollen en werkafspraken. Er is een duidelijk onderscheid gemaakt tussen gedragsafspraken die gelden voor beroepskrachten, ouders en de afspraken die met kinderen gemaakt zullen worden. Er is sprake van een helder en concreet beleid. De beroepskrachten krijgen bij aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum een map met alle protocollen en werkafspraken. De beroepskrachten worden op de hoogte gesteld van protocollen en werkafspraken middels een werkoverleg eenmaal in de drie maanden. De houder krijgt bij de implementatie van het beleid ondersteuning van een externe adviseur. De uitvoering van het veiligheids- en gezondheidsbeleid wordt beoordeeld aan de hand van speerpunten. De toezichthouder heeft tijdens dit onderzoek gekeken naar het ventileren van de slaapruimte en het veilig slapen. De houder heeft in de slaapruimte een CO2-meter opgehangen om de luchtkwaliteit te controleren. Deze wordt dagelijks bekeken wanneer de kinderen naar bed gaan. Wanneer de CO2 te hoog is brandt er een rood lampje en wordt er extra geventileerd. Verder heeft de toezichthouder beoordeeld of de afspraken met betrekking tot het veilig slapen worden nageleefd. De houder is op de hoogte van de afspraken. Zij verklaart dat de kinderen zonder knuffels op de rug in bed worden gelegd. Er wordt elke 10 minuten gekeken bij de kinderen en er wordt een babyfoon gebruikt. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld. Deze meldcode is gebaseerd op de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang (versie juli 2013). De houder heeft de meldcode specifiek gemaakt voor de eigen organisatie. Uit het gesprek met de houder blijkt dat zij niet volledig op de hoogte is van de stappen uit de meldcode. Zij verklaart dat zij in geval van een vermoeden van kindermishandeling de extern adviseur benadert die haar ondersteunt bij de implementatie van het beleid. Naar aanleiding van het gesprek met de toezichthouder hebben de houder en de beroepskrachten op 3 november 2014 een cursus gevolgd bij de externe adviseur over de inhoud en de toepassing van de meldcode. Er zal in het vervolg minimaal drie keer per jaar tijdens het teamoverleg aandacht worden besteed aan de meldcode kindermishandeling. Vierogenprincipe Het vierogenprincipe wordt voldoende gewaarborgd in het kindercentrum. De houder heeft op acht verschillende plaatsen in en om het kindercentrum camera's hangen. In het 'protocol cameratoezicht' wordt onder andere aandacht besteed aan de Wet bescherming persoonsgegevens, de reden voor het cameratoezicht en de bewaartermijn. De houder heeft toegang tot de beelden en bekijkt de beelden periodiek samen met de extern adviseur van het kinderdagverblijf. Daarnaast is het beleid erop gericht twee beroepskracht in te zetten. Tijdens het inspectieonderzoek en de periode ervoor is alleen de houder nog werkzaam om de groep. Maar er zijn twee nieuwe beroepskrachten aangenomen die ingezet zullen worden zodra de verklaringen omtrent het gedrag binnen zijn. Deze beroepskrachten zullen volgens de aangeleverde roosters in oktober en november 2014 worden ingezet. De slaapkamers grenzen aan de groepsruimte, zijn voorzien van een camera en hebben een klein raam in de deur. De aangrenzende buitenspeelruimte is open en overzichtelijk en grenst direct aan de groepen; vanuit de groepen is er goed zicht te houden op hetgeen zich in de buitenruimte afspeelt en vice versa. Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid, d.d. maart 2014. - Risico-inventarisatie gezondheid en plan van aanpak, d.d. mei 2014 - Protocollen en werkinstructies, ontvangen op 9 mei 2012 - Overzicht actieplan entree, d.d. mei 2014 - Overzicht actieplan groepsruimten buiten, d.d. mei 2014 - Meldcode kindermishandeling, ontvangen op 31 januari 2014 - Pedagogisch beleidsplan, d.d. maart 2014 en mei 2014 - E-mail van de houder over de cursus meldcode, d.d. 28 oktober 2014 - Gesprek met de houder - Inspectieonderzoek Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
6/14
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
7/14
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Het kindercentrum beschikt over twee stamgroepsruimtes. De eerste (babygroep) beschikt volgens de aangeleverde plattegrond over 52,3 m² en is daarmee geschikt voor de opvang van het gewenste aantal van negen kinderen. De tweede stamgroepsruimte (peutergroep) beschikt volgens de aangeleverde plattegrond over 59 m² en is daarmee geschikt voor de opvang van het gewenste aantal van veertien kinderen. Tijdens het inspectieonderzoek is de stamgroepsruimte van de baby's in gebruik genomen. De tweede stamgroep wordt in gebruik genomen wanneer er voldoende aanmeldingen zijn. De babygroep is ingericht met onder andere een keukentje met toebehoren, speelkleden, een dubbele box met speelruimte eronder, een loopwagen, speelmateriaal voor de fijne motoriek et cetera. De peutergroep is ingericht met onder andere een keukentje met toebehoren, een winkeltje, een leeshoek, knutselmaterialen, speelmateriaal voor een rollenspel zoals verkleedkleding, doktersspullen, bouwmaterialen, treinrails et cetera. Elke stamgroepsruimte beschikt over een eigen slaapkamer. In de slaapruimte van de babygroepsruimte staan negen vaste bedjes, waarvan één een evacuatiebedje is. In de slaapruimte van de peutergroepsruimte staan tien vaste bedjes en drie losse stretchers. De leidinggevende heeft bij het onderzoek na aanvraag verklaard dat indien dit vanwege de bezetting nodig is, er meer bedjes zullen worden geplaatst. Er zijn voldoende slaapplaatsen beschikbaar voor het aantal kinderen dat in eerste instantie zal worden opgevangen. Buitenspeelruimte De toegankelijke en aangrenzende buitenruimte heeft een oppervlakte van meer dan 250 m² wat voldoende oppervlakte is voor de opvang van het gewenste aantal van 23 kinderen. De aangrenzende buitenspeelruimte is voor zowel de babygroep als de peutergroep direct te bereiken via een deur die zich in de aangrenzende slaapruimtes bevindt. Indien in de slaapruimtes kinderen liggen te slapen of rusten, zal men gebruik moeten maken van de deur in de derde groepsruimte waar een buitenschoolseopvanggroep is gevestigd. Er worden hier echter nog geen kinderen opgevangen, omdat er nog geen aanmeldingen van kinderen zijn. In de buitenspeelruimte staat een speelhuis en er is een zandbak. In de aparte speelruimte voor de baby's liggen zachte matten. Vooralsnog is er los speelmateriaal beschikbaar, zoals fietsjes, een skelter, steppen en zandspullen. Gebruikte bronnen: - Plattegrond (d.d. 12 april 2013) - Gesprek met de houder - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
8/14
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders door middel van het pedagogisch beleidsplan, de website van het kindercentrum en nieuwsbrieven. In het pedagogisch beleidsplan heeft de houder algemene informatie over het kindercentrum opgenomen. Deze informatiebronnen zijn toegankelijk voor alle ouders. De ouders worden geïnformereerd over de inzet van de beroepskrachten door de actuele roosters die bij de ingang van de groep hangen. De houder heeft het inspectierapport van de meest recente inspectie op de website geplaatst. Klachten De houder beschikt over een klachtenregeling. Deze regeling wordt onder andere vermeld in het pedagogisch beleidsplan van de houder. De houder is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, namelijk de sKK. De houder brengt de klachtenregeling onder de aandacht van de ouders door het pedagogisch beleidsplan aan alle ouders te verstrekken. Tevens is de klachtenregeling vermeld op de website van het kindercentrum. In de klachtenregeling worden de ouders gewezen op de mogelijkheid om zich direct tot de externe klachtencommissie te wenden. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan, versie mei 2014 - Website sKK: www.klachtkinderopvang.nl - Website kindercentrum: www.kdvappelsenperen.nl/info.html geraadpleegd op 20 november 2014 - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
9/14
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van personen werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: -1 -1 -1 -1
beroepskracht per 4 beroepskracht per 5 beroepskracht per 6 beroepskracht per 8
aanwezige kinderen tot 1 jaar; aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar.
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
10/14
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar. Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
11/14
De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement. De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie. De houder leeft geheimhoudingsplicht na.
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
12/14
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
Kinderopvang Appels en Peren 000026874008 http://www.kdvappelsenperen.nl 23 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Kinderopvang Appels en Peren Kattenburgerkruisstraat 5 1018 JR AMSTERDAM 57427542 www.kdvappelsenperen.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. K. van Ommen
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: 27-10-2014 : 25-11-2014 : : : : :
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
13/14
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om een zienswijze in te dienen.
Kinderopvang Appels en Peren - Jaarlijks onderzoek 27-10-2014
14/14