Initiatiefvoorstel Vughterpoort of Pickepoort De poort terug Samenvatting De fracties van VVD, Bosch Belang, Leefbaar ’s-Hertogenbosch & Rosmalen en Stadspartij Knillis willen het terugbrengen van de Picke- of Vughterpoort onderdeel laten uitmaken van het project Vestingwerken. Zij vragen de gemeenteraad, vergelijkbaar als bij het puthuis is gebeurd, onderzoek te laten uitvoeren naar hoe de poort er uit zou moeten zien en naar de inpasbaarheid bij realisatie daarvan.
Wat is de Vughterpoort, waar moet die komen? De Vughterpoort, of Pi(e)ckepoort, wordt voor het eerst vermeld in 1399. De poort werd eind 19e eeuw afgebroken. Reden voor deze stap was dat de poort door zijn geringe doorgangsbreedte en hoogte een hinderpaal vormde voor het verkeer en daarmee de handel. Na 1874, toen de vestingwet werd aangenomen en de stad haar verdedigende functie verloor, werden ook de wallen geslecht. In 1883 werd de poort afgebroken. Zoals in veel steden gebeurde, werd op de voormalige stadswallen een “stadswandeling” aangelegd. Ook in het gebied rondom de afgebroken Vughterpoort gebeurde dit. In het ontwikkelingsplan voor de Vestingwerken "Versterkt Den Bosch" (1999) is de basis gelegd voor alle werkzaamheden die plaatsvinden aan de vesting van ’s-Hertogenbosch. Sindsdien is er veel voor de vestingwerken gebeurd. Op 14 plekken is of wordt gewerkt aan de Vestingwerken. Na veertien jaar naderen de vestingwerken hun voltooiing. Voorbeelden van projecten die zijn gerealiseerd zijn de Groote Hekel, het Stadsbalkon, Vughtereiland, Bastion Maria en Bastion Sint Anthonie. Op bijgaand overzicht zijn de projecten opgenomen. De Vughterpoort of Pickepoort maakt geen onderdeel uit van het project Vestingwerken. (Aan de zuidkant van de binnenstad zijn wel het Vughtereiland (m) en Willemsbrugtraverse (n) opgenomen).
1
In het plan staat op pagina 97 wel een ‘ontwikkelingsrichting’: “Entree Vughterpoort versterken: als verwijzing naar de Vughterpoort wordt een nieuw poortgebouw gerealiseerd van voldoende schaalniveau. Dit poortgebouw zou behalve bijvoorbeeld appartementen de in- en uitgang van de parkeergarage aldaar kunnen bevatten”.
Het meest opvallende element van het stadsdeel Vughterdriehoek is wel de derde Vughterpoort of Pickepoort, hier te zien op de kaart van Braun-Hogenberg, ca. 1580. Het was in zijn tijd één van de meest uitgebreide stadspoorten van Nederland.
In het kader van die vestingwerken is er al jaren sprake van het terugbrengen van de Vughterpoort of Pickepoort. Met name in 2011 kreeg dit ‘voer’ door het Brabants Dagblad en het debat dat de BAI (Bossche Architectuur Initiatief) er over organiseerde. Het jaar daarvoor won 's-Hertogenbosch de Europa Nostra Award, een erkenning voor de manier waarop ’s-Hertogenbosch omgaat met het monumentale erfgoed van de vestingwerken. In het voorjaar van 2012 organiseerde de BAI een ontwerpwedstrijd ‘Reset Heetmanplein’. Er waren twee winnaars voor deze wedstrijd om ideeën los te weken voor de toekomst van het plein. Onder de inzendingen waren veel ontwerpers die de Vughter- of Pickepoort weer een plek gaven of zich lieten inspireren door de aanwezigheid van de poort. Een van de vele inzendingen die een cultuurhistorisch element projecteerden op het Heetmanplan.
Dit initiatiefvoorstel staat voor kijken of de poort weer terug kan worden gebracht op de betreffende plek.
2
Welke besluiten zijn er genomen die van belang zijn voor de realisatie van de poort (kaders)? Bij het vaststellen van de Herinrichting Wilhelmina- en Willemsplein door de raad in 2012 is er bewust gekozen voor een model waarbij er ruimte wordt vrij gemaakt voor het zichtbaar maken van de vestingwerken. In het voorstel staat “de contouren van de Vughterpoort kunnen, mogelijk driedimensionaal, zichtbaar worden gemaakt. Wandelaars kunnen gebruik maken van de historische route door de poort”. De infrastructuur is bewust zo ver mogelijk van de rand van de binnenstad afgelegd, zodat er in de toekomst “ruimte ontstaat om de poort weer te duiden of zichtbaar te maken”. In 2013 blijkt uit de vele professionals die zijn betrokken in het Rekenkameronderzoek naar de regionale economie van onze gemeente (zie Bijlagenboek, ‘Regionale economie: werk aan de winkel’ 17 juni 2013) blijkt ook weer dat s-Hertogenbosch “door de combinatie van cultuurhistorisch erfgoed en de traditie in ondernemerschap, ook in de culturele sector, zich onderscheidt”. In de Cultuurhistorische visie 2012-2029, welke de raad in het voorjaar van 2013 vastgesteld, is als “een van de op de agenda staande punten opgenomen het beleefbaar maken van de vesting bij het vernieuwde Heetmanplein”. Over de Vughterpoort of Pickepoort is er echter niet iets expliciet opgenomen.
Wat is het belang van deze poort als onderdeel van de Vestingwerken voor ′s-Hertogenbosch? De Vughter- of Pickepoort terugbrengen dient dus een aantal belangen en heeft een aantal neveneffecten: versterking locale economie; werkgelegenheid;en kennisversterking. Locale economie De herbouw van de Vughter- of Pickepoort als onderdeel van de Vestingwerken heeft, een versterkend effect op de locale economie, via toerisme en tijdens de bouw. Prof. dr. Tordoir leverde in 2008 (in het op verzoek van de gemeenteraad opgestelde rapport ‘Economisch Mission Statement ’s-Hertogenbosch’) argumenten voor het investeren in de vestingwerken: “Uitbouw van de cultuurtoeristische kracht en aantrekkingskracht van de Bossche binnenstad heeft een breed effect op de lokale en regionale economie. De stad zou daarom blijvend in moeten zetten op toevoeging van nu nog ontbrekende schakels’. Het Vestingwerken-project zal hieraan een belangrijke bijdrage kunnen leveren […]”. Op voorhand dient te worden aangegeven dat juist in tijden van economische tegenspoed een stad moet blijven investeren in zaken die zowel historisch van belang zijn en die bezoekers trekken. Bezuinigen op cultureel erfgoed leidt tot verschraling. Het is bekend dat geld dat wordt uitgegeven aan instandhouding en verduidelijking van ons erfgoed dubbel en dwars wordt terugverdiend.
3
Terugverdieneffect op monumentenzorg: Enkele conclusies uit onderzoek van adviesbureau Berenschot uitgevoerd in opdracht van het Restauratiefonds naar de terugverdieneffecten van subsidies, hypotheken en fiscale maatregelen in de periode 1995-2009: 1. Iedere aan cultureel erfgoed bestede euro levert anderhalve euro op, eigenaren maar ook omwonenden van monumenten profiteren door investeringen in het cultureel erfgoed van hogere vastgoedwaarden. 2. De lokale economie krijgt een impuls dankzij toerisme, een omgeving met veel cultureel erfgoed is ook aantrekkelijk voor hoogopgeleiden en creatieve mensen en bedrijven om zich te vestigen. 3. Wanneer uit zoveel onderzoek blijkt dat het voor alle partijen vanuit economisch opzicht aantrekkelijk is te investeren in het behoud van cultureel erfgoed, lijkt één conclusie gerechtvaardigd: de overheid doet er verstandig aan om dat te blijven doen, ook in tijden van bezuinigen. De restauratie van de Sint Jan, Binnendieze en Vestingwerken zijn uit historisch oogpunt buitengewoon belangrijk én trekken tegelijk veel bezoekers naar de stad. In 2012 zijn er in de stad 1.7000.000 bezoekers die 4.115.000 bezoeken afleggen (frequentie 2,5). Die geven bijna € 49 euro per persoon uit hetgeen circa aan inkomsten circa € 200.000.000 oplevert. Er zijn jaren geweest met een groter aantal bezoekers. Reden te meer om extra te investeren.
Werkgelegenheid Niet alleen in nieuwbouwprojecten gaat door de crisis capaciteit en vakmanschap verloren. Vooral de restauratiesector -waar de overheid de grootste opdrachtgever isstaat zwaar onder druk. Sinds 2012 bestaat het meldpunt S.O.S. Vakmanschap omdat circa 60 ambachtelijke beroepen dreigen te verdwijnen. ’s-Hertogenbosch kan een belangrijke impuls geven aan deze specifieke vorm van werkgelegenheid. Een ander aspect van werkgelegenheid betreft de Vughterstraat: De Paleisbrug zou volgens critici ‘nergens’ naar toe gaan. Door aanleg van de poort worden de ‘verweesde’ delen van de Vughterstraat weer aantrekkelijk, zij zullen kunnen opleven en, voor het eerst, een volwaardig deel worden van de Bossche binnenstad. Kennisversterking Door de ambachtelijke herbouw van een groter onderdeel van de Vestingwerken kan waardevolle kennis ontwikkeld en behouden blijven. Dit is kennis die ook in de toekomst ingezet kan worden voor het behoud van de vestingwerken maar ook de vele monumenten die Nederland telt. Voor de herbouw zijn immers veel oude ambachten nodig: metselaars, steenhouwers, leidekkers, timmerlieden, smeden, meubelmakers, beeld- en ornamentsnijders, koperslagers, schilders, etc. Een voorbeeld van kennisinzet is de terugkeer van de bogen in de vestingmuur (waar wethouder Van Olden eind januari 2014 de eerste steen voor legde) en de bouw van het puthuis. Een deel van de werkzaamheden zou ook kunnen worden ingezet via leer-werkplekken en social return.
4
Welke stappen moeten worden gezet voor realisatie? Het terugbrengen van de Vughterpoort of Pickepoort begint met onderzoek. In het Stadsen BAM- archief zijn gegevens over de poort voorhanden. Voordat de poort in 1883 is gesloopt, zijn opmetingen verricht. In het begin van de zeventiger jaren in de vorige eeuw zijn er bij het bij het leggen van riolering dwars over het Wilhelminaplein al funderingsresten van de poort gezien, maar daar is het toen bij gebleven. Archeologisch onderzoek Tot nu toe is er zeer beperkt archeologisch onderzoek uitgevoerd. Voor een verantwoorde reconstructie van de Vughterpoort of Pickepoort, is een zo compleet mogelijk archeologisch onderzoek van het grootste belang. Zitten er (nog) kelders onder de poort, hoe is de verschijningsvorm geweest en wat voor materialen zijn er gebruikt? Kan de vestinggracht voor de poort worden opengelegd en kunnen daarmee de materiële ‘getuigen’ van het beleg worden veiliggesteld? In ieder geval zal een gedegen archeologisch onderzoek waarbij belangstellenden goed kunnen volgen hoe dit verloopt, bijdragen tot het vergroten van draagvlak en interesse voor reconstructie van de poort. Bouwhistorisch onderzoek De belangrijkste vraag bij een historische reconstructie, is hoe men een zo verantwoord mogelijk beeld krijgt van het oorspronkelijke aanzicht en de constructie van het poortgebouw. De reconstructie zal immers historisch verantwoord moeten worden uitgevoerd. De BAM zal hier uitsluitsel over kunnen geven. Het onderzoek naar het puthuis, toont aan dat de BAM en Stadsarchief een dergelijk vraagstuk aankunnen. Hiervoor kan men eigen dossiers en archieven raadplegen, en ook over de landsgrenzen kijken. Bij onze bouwhistorici is bekend welke steden in de 14e eeuw vergelijkbare vestingconstructies bouwden. Ook een brede publicatie over een voorgenomen onderzoek op sociale media en via andere kanalen kan voor verrassingen zorgen. Er is veel over de vesting bekend. Het beleg van 1629 was een groot opgezette operatie waarbij militaire ingenieurs en spionnen jarenlang enorme hoeveelheden informatie verzamelden. Ook uit dagboeken -o.a. van Frederik Hendrik- is veel te halen. Ook moet er documentatie te vinden zijn van het belegering door de Fransen (mislukt in 1672 en succesvol in 1794). Zij ontdekten al snel dat de inundatie zonder veel moeite kon worden ontregeld. De indrukwekkende en ‘onneembare’ vesting is door kunstenaars eeuwenlang in talloze schilderijen en prenten vastgelegd. Het is zaak zoveel mogelijk beeldmateriaal te verzamelen. Een gedegen archeologisch en bouwhistorisch onderzoek en een goede presentatie enthousiasmeert en brengt de realisering van een schitterend project als de reconstructie van de Vughterpoort of Pickepoort dichterbij.
5
Wat kost de realisatie van de poort en hoe kunnen kosten worden gedekt? Kosten van onderzoek: Dit voorstel begint met het onderzoek. Het Investeringsprogramma Vestingwerken heeft nog een beschikbare, nog toe te wijzen, ruimte over van € 0,7 miljoen. Hieruit kan mogelijk geput worden voor de onderzoekskosten. Kosten van de bouw zelf: Naar voorbeeld van de herbouw van het middenschip van de Domkerk in Utrecht en Sagrada Familia in Barcelona, kan een bouwplaats zelf al een toeristische trekpleister worden. Het moet volgens kenners allemaal niet te vlug klaar zijn: ‘het bouwproces is even belangrijk als het eindresultaat. Mensen gaan dan op zondag kijken hoe ver ze zijn gevorderd’. Dat kan hier dus ook opgaan om de investeringen over een langere periode uit te smeren. Ook kan worden gedacht aan het voor (betalende) bezoekers open stellen van de bouwplaats (kan ook tijdens het archeologisch onderzoek). De reconstructie van de Vughterpoort of Pickepoort kan opgenomen worden in stadwandelingen en kan bij een gerichte publiciteit veel bezoekers opleveren. In ieder geval gaat men bij de reconstructie van het 13e eeuws kasteel bij Guéldelon in Frankrijk zo te werk en kan men na een gesubsidieerde startkapitaal de gehele herbouw financieren. Kosten exploitatie: Afhankelijk van de beschikbare ruimte en verdiepingen van voorpoort en poort is vast te stellen of deze commercieel zijn te exploiteren. Het beleg van ’s-Hertogenbosch van 1629 kan in de Vughterpoort door middel van expositie, maquettes en kaartmateriaal worden verduidelijkt. Goed opgezet kan een visualisering van de Tachtigjarige Oorlog, de aanloop, het verloop van het maandenlange beleg van Frederik Hendrik en de grote politieke gevolgen, een educatieve attractie worden. Verder kan de poort nog dienen als wachtlokaal Bossche Schuts met op hoogtijdagen aflossing van de wacht en als startpunt van vaartochten /wandelingen in de Bossche Broek. De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft een subsidiespecialist in dienst waar geïnformeerd kan worden naar gebruikelijke en minder voor de hand liggende subsidiegevers. Hij is ook op de hoogte van Europese subsidies.
6
Voorstel Stadspartij Knillis, Leefbaar ’s-Hertogenbosch & Rosmalen, Bosch Belang en VVD hebben in 2009 een initiatiefvoorstel ingediend met betrekking tot het in ere herstellen van de Coninxbrug en het openleggen van de Binnendieze nabij de Keizerstraat. Dit initiatiefvoorstel is door de raad aangenomen. De wijze waarop dit is vertaald is dat zodra de visie Zuidwalkwartier verder wordt uitgewerkt, de mogelijke openlegging van de Binnendieze hierin wordt meegenomen. De Coninxbrug komt terug als aan een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Op een dergelijke manier willen de fracties ook nu de principe-uitspraak door de raad laten doen op termijn de poort terug te laten komen. De fracties stellen voor de Vughter- of Pickepoort als aanvullend project te definiëren binnen het project Vestingwerken en deze dus in ere te herstellen. Gezien de lange aanloop tot realisatie, de noodzaak juist nú in een aantrekkelijke binnenstad te investeren, de situatie op het Wilhelminaplein nu (zonder enige inrichting), vragen wij de raad juist nu hiermee in te stemmen. Dit betekent dat: a) de herbouw in de planvorming en communicatie-uitingen voor de Vestingwerken verder wordt opgenomen; b) er onderzoek gedaan wordt, vergelijkbaar naar het puthuis, hoe de poort er uit zou moeten zien en ingepast kan worden; c) ruimtelijk-planologisch wordt vertaald op het moment dat dit aan de orde is; d) de herbouw onderdeel gaat vormen voor de werving van financieringsbronnen binnen de Vestingwerken (zoals subsidiebronnen vanuit EU, rijk, provincie) en andere daartoe in te richten fondsen.
drs. G.T. Schermers, P.M. van der Krabben, L.G. van Herpen, mw. J.J.M. Lensen, 1
1
7
Bossche VVD Bosch Belang Leefbaar ’s-Hertogenbosch & Rosmalen Stadspartij Knillis
Wij danken tevens de heer P.J.C. Verhagen voor zijn input.
BESLUIT De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn openbare vergadering van [datum 2014] gezien het voorstel van de fracties van Stadspartij Knillis, Leefbaar ’s-Hertogenbosch en Rosmalen, Bosch Belang en VVD, d.d. 20 oktober 2014, regnr.; gelet op de Gemeentewet en artikel 37 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad; Besluit: 1. De Vughter- of Pickepoort als 15e te realiseren project te definiëren binnen het project Vestingwerken. 2. Vergelijkbaar met het puthuis daartoe onderzoek uit te voeren naar hoe de poort er uit zou moeten zien en naar de inpasbaarheid. 3. In de planvorming (te starten met genoemd onderzoek) en communicatie-uitingen voor de Vestingwerken, de poort op te nemen. 4. De poort onderdeel te maken van de werving van financieringsbronnen binnen de Vestingwerken (zoals subsidiebronnen vanuit EU, rijk, provincie) of binnen andere daartoe in te richten fondsen. ‘s-Hertogenbosch, de gemeenteraad voornoemd,
de griffier, drs. R. van der Meer
de voorzitter, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts
www.vvdshertogenbosch.nl
8
BIJLAGE 1. Voorbeelden van herbouw cultuurhistorie Er zijn in Nederland vele voorbeelden van herbouw van cultuurhistorische elementen. Afgezien van de vestingwerken en de vele kleine stadsaanvullingen in ’s-Hertogenbosch zelf (zoals het einde van de Sint Jorisstraat, de Sortiebrug, het puthuis), zijn aansprekende voorbeelden hieronder weergegeven. De Moriaan ’s-Hertogenbosch Na 1960 (zie op de linker foto) werden de panden links en recht van de Moriaan gesloopt. D rechterfoto toont de situatie rond 1967. De zijgevel die vrijkomt na sloop van het naastgelegen pand is geheel door de architect bedacht, inclusief de kantelen. Het vakwerkhuisje, links van de ingang is evenals de voorgevel door de architect overgenomen van het schilderij van de Lakenmarkt (circa 1520). Zoals de foto’s getuigen leidde de reconstructie van de middeleeuwse situatie tot een geheel ander gebouw. De Donjon Nijmegen Na de spectaculaire bouw van een reconstructie in steigerpijp ligt het nu ook in de bedoeling de Donjon ter plekke te bouwen. Dit jaar vindt toetsing van de ontwerpen plaats door onder andere de gemeente Nijmegen, de presentatie Definitief Ontwerp, start wijziging Bestemmingsplan en fondsenwerving en de aanvraag vergunningen plaats. In 2015 is oplevering voorzien. Zie verder donjon.nu. Kosten van de Donjon Het is lastig op voorhand kosten van de bouw van de Vughterpoort aan te geven. Een vergelijking kan mogelijk worden gemaakt met de Donjon in Nijmegen. De stichtingskosten van de Donjon in Nijmegen zijn ongeveer 4 miljoen euro, bestaande uit een bijdrage aan de plankosten aan de gemeente (1 ton), bouwsom € 3½ miljoen, honoraria en financieringskosten € 6 ton. De financiering is volledig privaat (eigen vermogen investeerders/ stichtingm bankhypotheek, bijdrage door publieksacties, sponsoring). De gemeente betaalt alleen de plankosten omdat de gemeente leidend is in de planvorming. Exploitatie: huurders betalen een marktconforme prijs voor het huren van de verdiepingen in de Donjon, wat jaarlijkst circa € 180.000-190.000 moet opleveren. De overige exploitatie-inkomsten worden verkregen uit de heffing van toegangsgelden. De tijdelijke Donjon, die hier in 2005 stond (van steigerbuizen) kende in het eerste jaar van exploitatie ruim 100.000 bezoekers. De inkomsten uit toegangsgelden voor de nieuwe Donjon worden terughoudend begroot (om tegenvallers te voorkomen) en zijn gebaseerd op een vast aantal bezoekers van 10.000 per jaar. Dit levert een jaarlijkse (na aftrek van kosten) bijdrage van € 20.000 (incl. BTW).
9
Slot Schaesberg De gemeente Landgraaf en BOEi bv hebben dit jaar een samenwerkingsovereenkomst aangegaan die de basis zal leggen voor de herbouw van het uit 1650 daterende Slot Schaesberg. Bedoeling is dat de komende decennia binnen 25 jaar een herbouwd kasteel verrijst (zie www.slotschaesberg.nl en bijlage 1). Onder leiding vaan de voormalige projectleider van scheepswerf Batavia gaan archeologen, bouwhistorici, ambachtslieden, vrijwilligers en herintreders dit kasteel steen voor steen herbouwen. In het inmiddels geopend bezoekerscentrum rekent men op circa 150.000 bezoekers per jaar. Na de bouw kan hier een kenniscentrum voor bouw- en restauratieambachten worden ontwikkeld. Herstel stadspoorten Valkenburg
Grendelpoort
Valkenburg heeft recent opdracht gegeven voor reconstructie van de Geulpoort en restauratie en reconstructie van de Grendelpoort. Met de opdracht is een bedrag gemoeid van € 2,4 miljoen. De werkzaamheden zijn in maart 2014 gestart en worden naar verwachting eind dit jaar voltooid. De Grendelpoort van Valkenburg stamt uit het begin van de veertiende eeuw en is nog maar deels intact. De laatste grote restauratie vond plaats in 1929. De mergelblokken van slechte kwaliteit van de Grendelpoort zullen worden vervangen door nieuwe. Tevens wordt de poort, door toevoeging van een verdieping, in authentieke staat teruggebracht. Deze Geulpoort werd in 1782 afgebroken. De middeleeuwse stadspoort zal op historisch verantwoorde wijze geheel gereconstrueerd worden. Met de herbouw van de stadspoorten wil de gemeente Valkenburg aan de Geul het historische centrum van de vestingstad in oude luister herstellen. Elders Ook in andere steden zijn er initiatieven op dit vlak, bijvoorbeeld tot de herbouw van het middenschip van de Domkerk in Utrecht dat in 1674 door storm werd verwoest. In Kessel wordt nu gewerkt aan het herbouwen van een hele burcht, op de resten van de ruïne daarvan www.kasteeldekeverberg.nl/herbouw en in Duitsland het Berliner Schloss (zie http://berliner-schloss.de. Kosten van het Schloss Het Berliner Schloss is een investering van een heel andere orde maar geeft de durf aan om te investeren in cultuurhistorische elementen: De bouw zal 595 miljoen euro kosten, daarvan wordt € 80 miljoen door de vereniging (eingetragene Verein) betaald voor de historische gevel. Er wordt uitgegaan van 3 miljoen bezoekers per jaar (na oplevering in 2019).
In Frankrijk is eveneens een prestigieus project in ontwikkeling (http://www.guedelon.fr). Uit het verleden zijn daarnaast zeer aansprekende voorbeelden te vinden, denk aan de herbouw van de stad Dresden (herbouw complete paleizen en een kerk), die de historie herstellen, toeristen trekken (bijna 10 miljoen (!) per jaar) en zo de economie verstevigen.
10
11