Inhoudsopgave Voorwoord …………………………………………………………….............. Gegevens van de school ……………………………………………………… Website …………………………………………………………………………. Bestuur ………………………………………………………………………….. Richting van de school ………………………………………………………... Waar de Jan Ligthartschool voor staat ……………………………………… Missie ……………………………………………………………………………. Visie ……………………………………………………………………………… Daltononderwijs ………………………………………………………………… Piramide …………………………………………………………………………. Groepsindeling ………………………………………………………………….. Strategisch beleidsplan Stichting Proo ………………………………………. De zorg voor de leerlingen …………………………………………………….. Passend Onderwijs ……………………………………………………………… De interne begeleider: handelingsgericht werken en arrangeren ……........ Digitale plusklassen …………………………………………………………….. Leerlingvolgsysteem ……………………………………………………………. Ondersteuningsstructuur ……………………………………………………….. Overgaan / doubleren en protocol herfstkinderen …………………………… Multi Disciplinair Team (MDT) …………………………………………………. Centrum voor Jeugd en Gezin …………………………………………………. Samenwerking met de zorgstructuur in Heerde ………………………………. Opleiden in de school …………………………………………………………… Academische basisschool ………………………………………………………. Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs …………………………………………. Gemiddelde score Cito-eindtoets groep 8 …………………………………….. Medezeggenschapsraad (MR) …………………………………………………. Ouderraad (OR) ………………………………………………………………….. Vereniging Openbaar Onderwijs ……………………………………………….. Inspectie …………………………………………………………………………… Vakantieregeling ………………………………………………………………….. Leerplichtwet / Extra schoolverlof ………………………………………………. Richtlijnen verlof buiten de schoolvakanties …………………………………… Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval …………………….. Ziektemelding …………………………………………………………………… Schooltijden ………………………………………………………………………… De eerste schooldag ………………………………………………………………. Sportactiviteiten / gymnastiek …………………………………………………….. Muzikale vorming …………………………………………………………………… Godsdienstig & Humanistisch VormingsOnderwijs (GVO / HVO) ……………. Klassenshow / musical …………………………………………………………….. Verkeersdiploma ……………………………………………………………………. Schoolspulletjes …………………………………………………………………….. Feest …………………………………………………………………………………. Schoolkrant ………………………………………………………………………….. Inzet klassenouders ………………………………………………………………… Schoolreisjes ………………………………………………………………………… Aansprakelijkheid …………………………………………………………………… Viering laatste schooldag (speldag) ………………………………………………. Verjaardagen ………………………………………………………………………… Eten en drinken / 10-uurtje …………………………………………………………. Overblijven / Buitenschoolse opvang ……………………………………………… Rondom de school …………………………………………………………………… Schone schoenen …………………………………………………………………… Nieuwsbrief ……………………………………………………………………………. Een kijkje in de klas …………………………………………………………………..
pagina 3 4 4 4 5 5 5 5 6 9 10 10 10 12 13 15 16 18 18 19 20 21 21 21 22 23 23 25 25 26 26 26 28 28 28 29 29 30 30 30 31 31 31 31 32 32 32 32 32 33 33 33 33 33 33 34
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 1
Inhoudsopgave Anti-rookbeleid ……………………………………………………………………….. Informatie- en rapportavonden …………………………………………………….. Informatieverstrekking aan (gescheiden) ouders en derden …………………… Rapporten …………………………………………………………………………….. Afspraak met de leerkracht …………………………………………………………. Training Sociale Vaardigheden …………………………………………………….. Leerlingenraad ……………………………………………………………………….. ICT …………………………………………………………………………………….. Internetgebruik en sociale media ………………………………………………….. Techniek ……………………………………………………………………………… Jeugdgezondheidszorg GGD ………………………………………………………. Veiligheidsbeleid …………………………………………………………………….. Pestprotocol en antipestprogramma ………………………………………………. Incidentenregistratie …………………………………………………………………... Toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen …………………………….. Klachtenregeling ……………………………………………………………………… Medisch handelen en medicijnverstrekking ……………………………………….. Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld ……………………………….. Sponsoring ……………………………………………………………………………. Samenstelling team JLS …………………………………………………………….. Groepsindeling schooljaar 2015-2016 ……………………………………………..
pagina 34 34 34 35 36 36 36 36 36 37 37 38 39 39 39 41 43 43 43 45 46
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 2
Voorwoord Dit is de schoolgids van de openbare DALTONschool voor primair onderwijs JAN LIGTHART in Wapenveld. Deze schoolgids is bedoeld voor ouders die nog een school zoeken voor hun kind(eren) en voor ouders van wie de kinderen reeds de Jan Ligthartschool bezoeken. De schoolgids laat zien wat ouders van de Jan Ligthartschool mogen verwachten en is een hulpmiddel om na te gaan of de Jan Ligthartschool de beste school is voor uw kind(eren). Zo worden in deze gids de opzet van het onderwijs, de zorg voor de leerlingen, de resultaten van het onderwijs en de organisatie van de school beschreven. De wereld om ons heen is sterk in beweging: veranderende rolpatronen, individualisering, de multiculturele bevolkingssamenstelling, wegvallende grenzen, andere leefgewoonten, enz. houden niet bij de schooldeur op. Wij willen kinderen bij deze ontwikkelingen begeleiden en hen waarden en normen aanbieden, die hun leven verrijken. Wij proberen dit te bereiken door te werken volgens de daltonprincipes van Helen Parkhurst (18871973). Zij was onderwijzeres en ontwikkelde in Dalton, een plaatsje aan de Amerikaanse oostkust, een vorm van onderwijs waarin zelfstandig leren, samenwerken en verantwoording durven te nemen de belangrijkste kenmerken zijn. De Jan Ligthartschool was sinds het schooljaar 2007-2008 een daltonschool in oprichting. Sinds januari 2012 zijn wij een officiële daltonbasisschool. Het team is volledig dalton-gecertificeerd. Elders in deze gids kunt u meer lezen over het dalton-onderwijs. Deze schoolgids bevat veel ‘zakelijke’ gegevens voor het huidige schooljaar, zoals de samenstelling van het team, de groepsindeling, de vakantieregeling en de samenstelling van de medezeggenschapsraad en van de ouderraad. Uw kind bezoekt onze school gedurende ongeveer 8 jaar, vele uren per dag, 5 dagen per week. Het is voor ons belangrijk dat uw kind met plezier naar school gaat. Daar willen wij als team samen met u voor zorgen. Een goede verstandhouding vinden wij heel belangrijk! Komt u of belt u daarom beslist als er iets is. Deze gids zal wellicht niet volledig zijn. Wanneer u vragen heeft, zullen wij deze natuurlijk graag beantwoorden. Bij een intakegesprek of een oriënterend gesprek kunnen we ingaan op specifieke vragen die u heeft over uw kind of over het onderwijs op onze school. U bent als ouder natuurlijk van harte welkom in onze school om incidenteel bij activiteiten mee te helpen en mee te denken of structureel zitting te nemen in een commissie, de ouderraad of de medezeggenschapsraad. Wij vinden een open en hartelijke sfeer in de school heel belangrijk en daar kunt u een belangrijk aandeel in hebben. Wij wensen u veel leesplezier. Namens het team van de Jan Ligthartschool,
Hans Geers locatieleider
NB. Overal waar u in de schoolgids ouder(s) leest, wordt ook verzorger(s) bedoeld, wanneer dat van toepassing is.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 3
Gegevens van de school Jan Ligthartschool
Openbare basisschool voor daltononderwijs
Correspondentieadres: Postbus 33 8190 AA WAPENVELD Bezoekadres: Fazantenstraat 7 8191 AJ WAPENVELD telefoon: (038) 447 89 70 e-mail:
[email protected] website: www.jlswapenveld.nl De school is genoemd naar (Gerard) Jan Ligthart (1859–1916), een Nederlands opvoedkundige. Hij was tevens schoolhoofd in Den Haag en de auteur van een reeks leesboekjes over Ot en Sien (samen met H. Scheepstra) en van de veelgelezen Jeugdherinneringen (1913).
Website Voor overige actuele informatie verwijzen wij u naar onze website www.jlswapenveld.nl U vindt op de site ook de wekelijkse nieuwsbrief, de schoolgids en alle actuele zaken over de school en de groepen.
Bestuur Het bestuur van onze school wordt gevormd door de stichting Proo Noord-Veluwe (primair openbaar onderwijs Noord-Veluwe). Stichting Proo vormt het bestuur van de openbare basisscholen in de gemeenten Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Heerde, Nunspeet, Oldebroek en Putten. De Raad van Toezicht bestaat uit vijf leden met een toezichthoudende rol. De bestuurlijke taken worden uitgevoerd door het College van Bestuur (CvB). De voorzitter van het CvB is dhr. Berend Redder. Het College van Bestuur is eindverantwoordelijk voor het beleid van de stichting, legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht en wordt ondersteund door medewerkers van het bestuurskantoor. Het bestuurskantoor is gevestigd in Harderwijk. De kwaliteit van het onderwijs en de zorg voor uw kind zijn een taak voor de meerscholendirecteur (MSD). De locatieleider van de school is het eerste aanspreekpunt voor ouders. De MSD voert overleg met de medezeggenschapsraad. Leden Raad van Toezicht: Mevrouw Frida Hengeveld - voorzitter De heer Eduard de Bruijn De heer Wil Ellenbroek Mevrouw Liesbeth ten Have De heer Reint Scholten College van Bestuur: De heer Berend Redder – voorzitter CvB Adres Stichting Proo: Bezoekadres: Oosteinde 17 3842 DR Harderwijk Postadres: Postbus 1194 3840 BD Harderwijk Tel: 0341 466370 Email:
[email protected] Website: www.stichtingproo.nl
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 4
Richting van de school De Jan Ligthartschool is de enige openbare school in het dorp Wapenveld. Het openbare karakter van de school uit zich in het feit dat er niet vanuit een levensbeschouwelijke richting les wordt gegeven. Wel proberen we de leerlingen zoveel mogelijk kennis mee te geven over verschillende richtingen. Kinderen met zeer verschillende levensbeschouwelijke achtergronden bezoeken onze school. Het team probeert hen respect voor elkaars achtergronden bij te brengen zonder zelf een keuze als de enige juiste aan te dragen. De wereld om ons heen is sterk in beweging: veranderende rolpatronen, individualisering, de multiculturele bevolkingssamenstelling, wegvallende grenzen, andere leefgewoonten enz. houden niet bij de schooldeur op. Wij willen kinderen bij deze ontwikkelingen begeleiden en hen waarden en normen aanbieden, die hun leven verrijken. Het openbare karakter van de school wordt weerspiegeld in de samenstelling van het team. De teamleden hebben diverse achtergronden op levensbeschouwelijk terrein. De school wordt voornamelijk bezocht door kinderen uit het dorp Wapenveld en haar buitengebieden als ‘het Broek’ en ‘Wapenveld-Noord’ en uit Zwolle, Heerde en Marle. Situering De school is gehuisvest in een ruim schoolgebouw uit 1959 met twee verdiepingen. In die tijd was er een ruim budget voor scholenbouw beschikbaar. Daarvan profiteren wij nog dagelijks. Opvallend is de centrale hal met een groot toneel, waarin alle vieringen en activiteiten plaatsvinden. De school is in de loop der jaren nog een aantal keren verbouwd. Zo is er onder andere een speellokaal voor de onderbouw en een ICT-lokaal aangebouwd. Een instelling voor Buitenschoolse Opvang is bij ons ingetrokken. Rond de school ligt een uitgestrekt speelterrein. Aan de voorzijde van de school (Fazantenstraat) ligt een grote speelplaats met enkele speeltoestellen en een voetbalveldje voor de kleuters. Naast en achter de school ligt een groot speelterrein met tafeltennis-, basketbal-, volleybal- en voetbalvoorzieningen. De laatste jaren is er veel geïnvesteerd in vaste buitenspelmaterialen, het schoolplein (klimrekken, schommels, e.d.) en in mobiele materialen (steps, looprollen, stelten, ballen, karren, enz.). Deze materialen mogen in de pauzes worden gebruikt. Schoolgrootte De schoolgrootte ligt al een aantal jaren op ca. 100 leerlingen op de teldatum van 1 oktober. In het schooljaar 2015-2016 heeft de school een personeelsbestand van 5 formatieplaatsen ( = volledige banen). Er werken 8 leerkrachten op de school, inclusief de vakleerkracht voor muziek. Ook heeft de school een conciërge in dienst.
Waar de Jan Ligthartschool voor staat Al eerder in deze gids is aangegeven dat de Jan Ligthartschool een openbare school is. Daar heeft u kunnen lezen dat wij proberen de kinderen respect voor elkaar bij te brengen. Dit is vooral belangrijk, omdat de school wordt bezocht door leerlingen met zeer verschillende achtergronden. Dit geldt niet alleen voor het levensbeschouwelijke deel, maar ook voor het opleidingsniveau van de ouders en de sociale geledingen van de maatschappij, waaruit de leerlingen afkomstig zijn. Wij doen ons best ervoor te zorgen dat iedereen zich thuis voelt op de Jan Ligthartschool. Wij voeren als motto: ´Samen leren, goed presteren´.
Missie Het bevorderen van de verantwoordelijkheid, de zelfstandigheid en de samenwerking van en tussen kinderen, waarbij rekening wordt gehouden met verschillen tussen kinderen.
Visie Wij willen dat onze leerlingen in een veilige omgeving, middels een doorgaande lijn, opgroeien tot een persoonlijkheid met eigen verantwoordelijkheid.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 5
Het klimaat van de school In onze visie vallen pas resultaten met leerlingen te bereiken als zij zich op school veilig en vertrouwd voelen. Om dit te bereiken zijn er voor de hele school uniforme afspraken gemaakt over het omgaan met kinderen, regels in de groepen waar iedereen zich aan moet houden. Belangrijk bij deze regelgeving is dat de kinderen worden begeleid in het ontwikkelen van hun zelfstandigheid. Op zowel het voor- als achterterrein is voldoende toezicht van leerkrachten, voor en na schooltijd en in de pauzes. De Jan Ligthartschool streeft naar een onderwijsleersituatie, waarbij kinderen in een continue ontwikkelingsproces alle aspecten van de kinderlijke ontwikkeling doorlopen. Wij besteden aandacht aan de verstandelijke, sociale, culturele, emotionele, motorische en creatieve ontwikkeling. Uitgangspunt is steeds: de eigen geaardheid van het individuele kind. Ieder kind is verschillend in ontwikkeling, begaafdheid, belangstelling en motivatie. Samen met de ouders willen we graag aan die persoonlijke ontwikkeling van elk kind werken.
JLS: Daltonschool De organisatie van het onderwijs In de loop der tijd heeft de Jan Ligthartschool een eigen schoolconcept ontwikkeld dat zoveel mogelijk past bij het karakter van de schoolbevolking en de inzichten van de leerkrachten en hun ideeën over onderwijs. Wij werken via de daltonprincipes van Helen Parkhurst. Waren wij vanaf juni 2007 een daltonschool in oprichting, sinds januari 2012 zijn wij een officiële daltonbasisschool. Het daltononderwijs is ontstaan in de Verenigde Staten. Helen Parkhurst was de vormgeefster. Zij leefde van 1887 tot 1973. Helen werkte op een zogenaamde éénmansschool, waar ze onderwijs gaf aan 40 kinderen in verschillende leeftijdscategorieën. Zij zocht naar mogelijkheden om de kinderen de kans te geven zich optimaal te ontwikkelen. Klassikaal onderwijs was uiteraard niet mogelijk. Uit deze situatie ontsproten de ideeën van Helen Parkhurst. Deze ideeën kregen vorm in het plaatsje Dalton (Massachusetts, V.S.) waar Helen werkzaam was. Vandaar de naam daltononderwijs. Daltononderwijs kenmerkt zich door vijf pedagogische pijlers, te weten:
Verantwoordelijkheid Zelfstandigheid Samenwerking Effectiviteit Reflectie
Verantwoordelijkheid Zelfstandigheid Samenwerking Effectiviteit Reflectie
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 6
Verantwoordelijkheid Verantwoordelijkheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te vinden. Verantwoordelijkheid in het daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen, waarbinnen de leerlingen hun verantwoordelijkheid leren gebruiken. Een leerling leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt. Door leerlingen meer vrijheid te bieden, kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen. De betrokkenheid bij hun leerproces wordt daardoor groter. Leerlingen krijgen binnen de structuur die de leerkracht hen biedt, de ruimte om te ontdekken en te experimenteren, maar worden tegelijk ook geconfronteerd met de relatie tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces, waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen. Leerkracht en leerling maken samen afspraken over de leerstof en de leerling schat zelf in wat het nodig heeft om een taak te doen en in hoeveel tijd. Achteraf legt het kind verantwoording af aan de leerkracht. Dit wordt vanaf groep 1 stap voor stap opgebouwd. In de hogere groepen wordt gewerkt met een weektaak en een zelfstandige planning door de leerling. Zelfstandigheid Zelfstandig leren en werken op een daltonschool is actief leren en werken. De Jan Ligthartschool wil kinderen vormen tot volwassenen die zelfstandig kunnen denken en handelen. Daarvoor is het nodig dat kinderen leren hoe je informatie vergaart, hoe je zaken op waarde kunt schatten en hoe je keuzes maakt. Er wordt rekening mee gehouden dat iedere leerling verschillend is en dat je van het ene kind meer kunt vragen dan van het andere. De rol van de leerkracht is het begeleiden en coachen van iedere leerling, het initiatief blijft zoveel mogelijk bij de leerling. Door kinderen te leren zelfstandig te zijn, leren ze zelf oplossingen bedenken en wordt het zelfvertrouwen gestimuleerd. Zij leren plannen en taakgericht te werken. Zelfstandigheid kan alleen ontstaan als kinderen voldoende vrijheid en verantwoordelijkheid wordt geboden. Samenwerking Een daltonschool is een leefgemeenschap waar leerlingen, leerkrachten, ouders, schoolleiding en bestuur op een natuurlijke en gestructureerde wijze samen leven en werken. Een daltonschool is ook een leeromgeving waar leerlingen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en vaardigheden in samenwerking met anderen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar. Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren, zoals het beoordelen van een eigen inbreng en die van een medeleerlingen, het aangaan van de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van een meeropbrengst uit de samenwerking. Om later als volwassene te kunnen deelnemen aan de samenleving moet je leren samenwerken, soms ook met mensen die je niet zelf kiest. Daarom besteden wij op onze school veel aandacht aan samenwerken (maatjes) en aan het spelen en leren in groepjes. Dit kan gaan om leerlingen uit dezelfde groep, maar het samenwerken gebeurt ook regelmatig groepsoverstijgend. Zodoende leren de kinderen naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar. De kinderen leren dat ze verantwoordelijk zijn voor zichzelf en hun omgeving. Het leren samenwerken is een doel op zich, maar daarnaast wordt het leerrendement aanzienlijk verhoogd wanneer ze andere kinderen iets uitleggen. Daarbij ervaren kinderen dat ze samen meer weten dan alleen. Effectiviteit Het daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Leerkrachten op de Jan Ligthartschool richten de leeromgeving zo efficiënt mogelijk in, geven doelgerichte instructie en zorgen voor een gedifferentieerd leerstof aanbod. Een taak op maat draagt er daarbij toe dat een leerling doelmatig en functioneel bezig kan zijn met zijn ontwikkeling.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 7
Reflectie Het kritisch benaderen van onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten is op een daltonschool vanzelfsprekend. Iedere docent werkend op een daltonschool reflecteert op zijn/haar onderwijspraktijk en professioneel handelen. Ook op schoolniveau vindt reflectie over het onderwijs voortdurend plaats. Reflectie betekent nadenken over het eigen handelen met als doel om zwakke punten te verbeteren en sterke punten beter naar voren te laten komen. Door het inzetten van verschillende reflectiemiddelen in de klas, denken de leerlingen na over hun ervaringen, handelen, gedrag en keuzes. Daarmee is reflecteren een belangrijk instrument voor leren, groei en ontwikkeling en zodoende een belangrijk onderdeel van ons daltononderwijs.
Hoe krijgen deze 5 Daltonprincipes vorm op de Jan Ligthartschool? Als middel hanteren wij het takensysteem: in groep 1 starten we met kleine taken tot uiteindelijk in groep 8 uitgebreide weektaken. De tijd die voor het taakwerk op het rooster is ingeruimd, neemt dan ook toe van enkele uren per week in de kleutergroep tot een aantal uren per dag in groep 8. Na een korte instructie plannen de kinderen hun eigen taak aan de hand van het daltonbord dat in elke klas te vinden is. De leerlingen verplichten zich minimaal de “moet”-opdrachten op de weektaak binnen de gestelde tijd af te hebben. Daarbij hebben de leerlingen in toenemende mate keuzemogelijkheden ten aanzien van: • de volgorde van de verwerking van de opdrachten • de dag waarop een taak wordt gemaakt • de plaats van werken • de invulling van het extra werk (persoonlijk deel) De leerkrachten begeleiden de kinderen hierbij in hun keuzes en ontwikkeling. Naast de beoordeling van de kwaliteit van de geleverde prestaties is de controle van het proces van belang. Die beoordeling gebeurt door zowel de leerkracht als door het kind (reflectie). Ook voor onze school zijn de kerndoelen voor het basisonderwijs, waarin het aanbod van de leerstof is vastgelegd, het uitgangspunt. Daarin verschillen we niet van andere basisscholen. Borging Daltonscholen in Nederland werken samen aan kwalitatief goed daltononderwijs door allemaal deel te nemen aan planmatige zelfevaluatie en visitatie. Als school zijn wij daarnaast ook aangesloten bij het netwerk Daltonregio Groot Zwolle, waarin meerdere keren per jaar de directeuren en daltoncoördinatoren van alle scholen bij elkaar komen om expertise en ervaringen uit te wisselen en nieuwe kennis en vaardigheden op te doen. Een daltonschool is een lerende organisatie, die haar leerkrachten ondersteunt bij het zich permanent scholen en bij het experimenteren in en reflecteren op hun praktijk. Teamleren heeft op een daltonschool hoge prioriteit. Verantwoordelijkheden voor dalton liggen in het team van docenten. Gemaakte afspraken worden opgenomen in ons Daltonhandboek en nieuwe ontwikkelingen worden uitgewerkt in het Daltonbeleidsplan. De Nederlandse Dalton Vereniging geeft licenties en certificaten af aan instituten, scholen en personen als zij er blijk van geven de kernwaarden op goede wijze in de praktijk vorm en inhoud te hebben gegeven. Alle leerkrachten zijn dalton-gecertificeerd. Linda Spin is daltoncoördinator.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 8
Piramide In de groepen 1 - 2 wordt de hele week en in groep 3 tijdens twee dagdelen per week gewerkt volgens de Piramidemethode. Piramide is een totaalprogramma dat aandacht besteedt aan alle ontwikkelingsgebieden van het kind, bijvoorbeeld taal, ordenen (rekenen) of het omgaan met andere kinderen, waarbij andere ontwikkelingsgebieden zoals het denken, het ontdekken en het spelen ondersteunend zijn. Piramide werkt vanuit projecten. Een project is een uitgebalanceerd geheel van activiteiten rond een bepaald thema, bijv. huis, kleding of herfst, met als doel de ontwikkeling van kinderen te optimaliseren. Ieder project is opgebouwd uit verschillende fases. De eerste fase is oriënteren, waarbij de kinderen kennis maken met een thema. De tweede fase is demonstreren. In deze fase laat de leerkracht voorbeelden aan de kinderen zien. De derde fase is verbreden: er wordt dan dieper op het thema ingegaan. Kinderen geven dan verschillen en overeenkomsten aan. Er wordt dan ook aandacht besteedt aan de eigen ervaringen van de kinderen. De vierde en laatste fase is verdiepen. Bij deze laatste fase wordt er op een onderdeel dieper ingegaan. Het kind komt dan in aanraking met moeilijkere activiteiten. Vanaf het schooljaar 2010-2011 wordt er in de groepen 1 en 2 gewerkt met de tweede generatie Piramide-projectboeken. Deze zijn speciaal ontwikkeld om zowel in homogene als in heterogene groepen te werken. Er zijn meer aanvullingen voor tutorleerlingen (leerlingen met een taalachterstand of VVE leerlingen) en de pientere leerlingen, zodat ieder kind activiteiten op eigen niveau aangeboden krijgt. Om ouders thuis op de hoogte te stellen met welk thema er in de groep gewerkt wordt, wordt er bij ieder nieuw thema een ouderbrochure gemaild. Daar staat onder andere in welke themawoorden er aan bod komen maar ook oudersuggesties, bijvoorbeeld voorleesboeken en liedjes. iPads Binnen de school werken wij met iPads. Op de iPads gebruiken wij verschillende apps op het gebied van taal/lezen, rekenen, creatieve ontwikkeling en algemene ontwikkeling. De iPads worden gebruikt in de computerhoek tijdens spelen en werken, in de kleine kring en tijdens computeruur. Ook wordt er gebruik gemaakt van Apple tv. Apple tv wordt aangestuurd door de iPad. Hierdoor is de leerkracht in staat om klassikaal instructie te geven over een app, filmpjes te bekijken of bijvoorbeeld een werkje van een leerling te laten zien. Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is onderdeel van het onderwijsachterstandenbeleid. Het doel is om peuters en kleuters met een mogelijke (taal)achterstand (‘doelgroepkinderen’) beter voor te bereiden op de basisschool. Voorschoolse educatie is voor doelgroeppeuters op peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Vroegschoolse educatie is bedoeld voor doelgroepkleuters uit groep 1 en 2 van de basisschool. Vanaf 2000 zijn er in Nederland belangrijke impulsen gegeven aan de voor- en vroegschoolse educatie. Voor- en vroegschoolse educatie houdt in dat kinderen op jonge leeftijd meedoen aan educatieve programma’s. De centrumprogramma’s beginnen in een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf en lopen door in de eerste twee groepen van de basisschool. De doelstelling van het VVE beleid is om de ontwikkeling van kinderen uit autochtone en allochtone achterstandsgroepen zodanig te stimuleren dat hun kansen op een goede schoolloopbaan en maatschappelijke carrière worden vergroot. Een VVE programma kent een gestructureerde didactische aanpak en neemt een aantal dagdelen per week in beslag. De Jan Ligthartschool heeft intensieve contacten met peuterspeelzaal Duimelotje over het VVEprogramma. De programma’s waar op onze school mee gewerkt wordt zijn o.a. Piramide, boekenpret, het taalprogramma “Wat zeg je?”, van beginnende geletterdheid tot lezen, ‘Schrijven leer je zo’ en piccolo.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 9
Groepsindeling De kinderen zijn in acht jaargroepen ingedeeld. Dit schooljaar hebben wij vier (combinatie)groepen: 1-2, 3 - 4, 5 - 6 en 7-8 (zie het overzicht met leerkrachten op p. 35). Aan de school is een vakleerkracht voor muziek (Marten van der Worp) verbonden. Deze geeft op de vrijdagochtend les aan alle groepen. Op dinsdagochtend krijgen de kinderen uit de groepen 5 t/m 8 les van vakdocenten Godsdienstonderwijs (Margreeth Oldenhuis) of Humanistisch Vormingsonderwijs (Agaath Debets). De kinderen hebben samen met hun ouders al een keus voor één van beide vakken gemaakt. De school heeft een intern begeleider die verantwoordelijk is voor de coördinatie van de leerlingenzorg. Op sommige momenten in de week geven de leerkrachten extra hulp aan kinderen uit verschillende groepen. Dit gebeurt in kleine groepjes of aan kinderen individueel. De Stichting Proo ziet het als haar opdracht haar leerlingen, met alle respect en actieve aandacht voor alle levensovertuigingen, op een inspirerende wijze voor te bereiden op een kansrijke toekomst. Stichting Proo vormt de toekomst!’ met kernwaarden Betrokken, Professioneel en Vernieuwend. Als onderliggend motto voert de Jan Ligthartschool: ´Samen leren, goed presteren´. Stichting Proo heeft een Strategisch Beleidsplan opgesteld voor de jaren 2013-2017. Voor de ouders is er een verkorte versie verkrijgbaar op school.
Strategisch beleidsplan Stichting Proo Stichting Proo heeft een Strategisch BeleidsPlan (SBP) vastgesteld voor de periode 2013-2018. De kernwaarden van Stichting Proo zijn: Betrokken, Professioneel en Vernieuwend. In het strategisch beleidsplan zijn naast de missie, visie en kernwaarden de ambities voor de toekomst weergegeven. Deze ambities vormen de basis voor onze schoolontwikkeling. De missie, visie en kernwaarden zijn zichtbaar in alle scholen van Stichting Proo. Het strategisch beleidsplan is te vinden op de website www.stichtingproo.nl. Er is ook een verkorte versie met de hoofdlijnen van het strategisch beleid beschikbaar voor ouders en andere belangstellenden. De digitale versie hiervan is te vinden de website van onze school. De brochure wordt uitgereikt aan alle (potentiële) ouders en is op te vragen bij de directie.
De zorg voor de leerlingen Doelstelling Het doel van de zorgverbreding is die leerlingen op te vangen, die moeilijkheden ondervinden in hun ontwikkeling of leerlingen die extra uitdaging of verdieping van de leerstof nodig hebben, waarbij het kan gaan om de volgende aspecten: · cognitieve problemen (leerstoornissen, intelligentie) · sociaal-emotionele problemen (gedragsproblemen, motivatieproblemen) · fysieke problemen (motoriek, zintuigen) Vaak zijn de problemen een gevolg van verschillende oorzaken, waarbij alle drie factoren een rol spelen. Het is bij het vaststellen en analyseren van het probleem noodzakelijk dat zowel kind, schoolsituatie als gezinssituatie goed worden bekeken. Met de op de Jan Ligthartschool opgezette zorg voor de leerlingen willen we bereiken dat zoveel mogelijk kinderen het basisonderwijs kunnen volgen. We trachten door een planmatige opzet het aantal uitvallers te beperken. We vinden het belangrijk dat de leerlingen plezier blijven houden in het schoolwerk en hun motivatie niet verliezen. De Jan Ligthartschool is aangesloten bij het ‘De Stroming’, het samenwerkingsverband Om de zorg binnen de school goed te organiseren is een intern begeleider (IB’er) aangesteld. Deze onderhoudt contacten met de instanties buiten de school die kunnen bijdragen aan een evenwichtiger ontwikkeling van de kinderen. De inhoud van de collegiale consultatie richt zich op het overdragen en uitwisselen van kennis en ervaringen rondom het diagnosticerend onderwijzen met betrekking tot risicokinderen. De intern begeleider heeft een orthotheek opgezet en onderhoudt deze. De orthotheek bevat signalerende en diagnosticerende toetsen en hulpmaterialen die gebruikt kunnen worden voor de zorgkinderen.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 10
De school maakt ook gebruik van het Kenniscentrum van Proo. Het is voor de leerkrachten en ouders een vraagbaak op ontwikkelingsvraagstukken van kinderen (ondersteuning bij leerlingbegeleiding). In het Kenniscentrum werken professionele orthopedagogen en psychologen. Kwaliteitszorg Als school willen we graag de goede dingen goed doen, zodat de kwaliteitszorg van ons onderwijs op school blijft groeien. Om de kwaliteit van ons onderwijs te meten en te komen tot verbeterpunten, maken we gebruik van de uitkomsten van verschillende evaluatie instrumenten: de uitslagen van de methode gebonden toetsen de uitslagen van de Cito niet-methode gebonden toetsen: 2 x per jaar maken we vanuit het Cito leerlingvolgsysteem trendanalyses en dwarsdoorsnedes. de vragenlijsten: periodiek de zelfevaluatievragenlijst t.b.v. de school- en de teamontwikkeling 1 x per 2 jaar hebben we een personeelstevredenheidspeiling (PTP) en 1 x per 4 jaar een oudertevredenheidspeiling (OTP) en een leerlingentevredenheidspeiling (LTP) voor leerlingen vanaf groep 5. Veranderingen en verbeteringen worden beschreven in het schooljaarplan. Vanuit het schoolplan wordt ieder jaar een jaarplan gemaakt, in het jaarplan staat een evaluatie van het voorgaande schooljaar en worden de doelen voor het komende schooljaar gesteld. Bij de doelen worden bijbehorende activiteiten beschreven en ook staat er beschreven welke nascholing we als team of leerkracht dat jaar gaan volgen. Zowel het schoolplan als het jaarplan wordt ter instemming aan de MR aangeboden. Ontwikkelpunten voor het komende schooljaar: - Handelingsgericht werken (aansturen van leerlingen op hun onderwijsbehoeften) - Opbrengstgericht werken (onderwijsresultaten zijn uitgangspunt van het handelen van leerkrachten) - Professionalisering op het gebied van technisch lezen, begrijpend lezen en woordenschat door middel van Masterclasses voor de leerkrachten en train de programma’s voor de driehoek (meerscholen directeur, locatieleider en ib’er). - Versterken onderwijskundig leiderschap directeur en locatieleider - Opstellen meerjarenschoolplan 2015-2019 - Engels - Implementatie coöperatieve daltonwerkvormen
Passend Onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 hebben alle basisscholen de wettelijke taak om passend onderwijs te geven. Omdat scholen dit niet alleen kunnen, zijn alle scholen aangesloten bij een regionaal samenwerkingsverband. Binnen een samenwerkingsverband werken alle basisscholen samen met scholen voor speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs in de regio. Onze school is aangesloten bij het samenwerkingsverband Onderwijszorgkoepel De Stroming samen met de openbare scholen in en rond Zwolle, de Jenaplanschool en Vrije School in Zwolle en de openbare scholen in Heerde en Oldebroek. Deze regionale indeling is door de minister vastgesteld. Het samenwerkingsverband Onderwijszorgkoepel Noord-Veluwe omvat de scholen in Nijkerk, Putten, Ermelo, Harderwijk, Zeewolde, Nunspeet, Elburg en Epe. Het samenwerkingsverband de Stroming omvat de openbare scholen in en rond Zwolle en de Jenaplanschool en Vrije School in Zwolle. Alleen de scholen van de stichting Proo in de gemeenten Heerde en Oldebroek vallen onder het samenwerkingsverband de Stroming. Zorgplicht Het kernbegrip bij passend onderwijs is zorgplicht. Zorgplicht betekent dat de school de verantwoordelijkheid heeft om in goed overleg met de ouders de passende ondersteuning te bieden. Liefst zoveel mogelijk thuisnabij in de eigen school. Als blijkt dat dit niet mogelijk is op de school van aanmelding, heeft de school de opdracht om naar de best passende plaats te zoeken. De school overlegt met u welke school het best passend is voor uw kind. Dat kan zijn op een andere school binnen het samenwerkingsverband of op een school voor speciaal (basis) onderwijs.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 11
Als u het niet eens bent met het aanbod van de school, dan kunt u dit aankaarten bij de school, het samenwerkingsverband of om ondersteuning vragen door een onderwijsconsulent of het voorleggen aan een landelijke geschillencommissie. Meer informatie vindt u op de website Passend onderwijs: http://passendonderwijs.nl/ouders-leerlingenproblemen-tussen-ouders-en-school/ Om de zorgplicht zorgvuldig te kunnen uitvoeren, vragen wij van ouders hun kind tijdig aan te melden bij de locatieleder en hierbij aan te geven of zij verwachten dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft. Het aanmelden van uw kind doet u schriftelijk, bij voorkeur ten minste 10 weken voor de gewenste startdatum voor uw kind op school. U bepaalt zelf bij hoeveel scholen u uw kind wilt aanmelden. Als u uw kind bij meer dan één school tegelijk aanmeldt, dan bent u verplicht om op het aanmeldformulier aan te geven bij welke scholen u uw kind nog meer heeft aangemeld. Ondersteuningsprofiel Iedere school heeft in het ondersteuningsprofiel omschreven welke ondersteuning de school kan bieden. U kunt dit profiel op de school inzien. In dit profiel is te lezen op welke wijze we de begeleiding aan leerlingen vormgeven en welke mogelijkheden voor extra ondersteuning onze school heeft. Bij het realiseren van de gewenste ondersteuning werkt de school vanuit de uitgangspunten van handelingsgericht werken (HGW). Dit betekent kort gezegd: Als een kind extra ondersteuning nodig heeft, wordt niet in de eerste plaats gekeken naar wat het kind heeft, maar naar wat het kind nodig heeft. Bij HGW is de samenwerking en afstemming met ouders en andere deskundigen een belangrijk aandachtspunt Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften stellen extra eisen aan de school, het gebouw, de leerkrachten, de IB-er en ook de medeleerlingen. Het uitgangspunt is dat elke leerkracht in principe ruimte heeft voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Op onze school kunnen wij goed omgaan met verschillen tussen leerlingen. Denk hierbij aan verschillen in intelligentie, tempo, sociale vaardigheden en leermogelijkheden. Dat betekent echter niet dat elke leerling met een specifieke ondersteuningsbehoeften op onze school geplaatst kan worden. Bij ieder verzoek tot plaatsing zal opnieuw een afweging gemaakt worden. (zie hiervoor de intakeprocedure passend onderwijs met bijbehorende formulieren) Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van specifieke onderwijsbehoefte en de extra ondersteuning die noodzakelijk is, past binnen de mogelijkheden van onze school. Uitgangspunten voor plaatsing zijn voor ons: kan het kind op onze school de gevraagde ondersteuning geboden worden, blijft de aandacht voor de andere leerlingen voldoende gewaarborgd, is de ondersteuning uitvoerbaar voor de leerkracht. Het Kenniscentrum, bestaande uit orthopedagogen, ondersteunt de leerkrachten om de onderwijsbehoeften van de kinderen in beeld te brengen en op welke wijze de leerkracht het handelen hierop kan afstemmen. Elders in deze schoolgids is informatie opgenomen over het Kenniscentrum. Ook is het mogelijk om expertise vanuit het samenwerkingsverband in te roepen. We vinden het belangrijk dat alle kinderen op onze school zoveel mogelijk onderwijs op maat krijgen aangeboden. In ons ondersteuningsprofiel is omschreven welke ondersteuning wij als school kunnen bieden. Ondersteuningsteam Heel vaak kan de ondersteuning door de school zelf gegeven worden. Op onze school is de leerkracht als eerste verantwoordelijk voor de begeleiding en ondersteuning van de leerlingen. Als hij/zij er zelf niet uitkomt, zal advies gevraagd worden aan collega’s of de intern begeleider. Zo nodig voert de leerkracht een uitgebreider gesprek over de leerling met de intern begeleider. Onze school heeft een ondersteuningsteam. In dit ondersteuningsteam zitten de intern begeleider en de orthopedagoog uit het Kenniscentrum. Als de situatie rondom een leerling daar aanleiding toe geeft, zal de leerling in het ondersteuningsteam besproken worden. Soms is de situatie zo complex, dat in ons ondersteuningsteam ook een deskundige uit het samenwerkingsverband en/of iemand van het Centrum voor Jeugd en Gezin aanwezig zal zijn. In het ondersteuningsteam wordt in samenspraak met de ouders bepaald welke ondersteuning een leerling nodig heeft en waar deze het beste plaats kan vinden.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 12
Arrangementen Het antwoord op de vraag: Wat heeft dit kind nodig en hoe stemmen wij ons handelen hierop af? wordt vastgelegd in een plan van aanpak, vaak een arrangement genoemd. Wat gaan we doen? Wanneer? Door wie? Met welk doel? Wanneer en hoe gaan we evalueren? Ouders worden nauw betrokken bij het opstellen van een arrangement. Wij vinden het van groot belang dat alle direct betrokkenen eendrachtig samen werken in het belang van het kind. Toelaatbaarheidsverklaring speciaal (basis) onderwijs Als het ondersteuningsteam en de ouders tot de conclusie komen, dat het voor de ontwikkeling van een kind beter is om naar een speciale (basis) school te gaan, vraagt de school in samenspraak met de ouders een toelaatbaarheidsverklaring voor zo’n school aan. Dit doet de school bij het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband De Stroming geeft de toelaatbaarheidsverklaring als de aanvraag door de Centrale Commissie Toelaatbaarheid positief wordt beoordeeld. Ouderbetrokkenheid Onze school hecht eraan bij de ondersteuning aan leerlingen goed samen te werken met de ouders. Daarom vinden we het van belang dat u direct betrokken wordt bij gesprekken als uw kind individueel besproken wordt. In sommige situaties zijn er niet alleen zorgen op school, maar ook thuis. Om tot een goede ondersteuning te komen vinden we het belangrijk om met u daarover in alle openheid en vertrouwelijkheid te spreken. We beseffen hoe moeilijk dit soms kan zijn, maar in het belang van uw kind is dit wel nodig. Blind of slechtziend / doof of slechthorend / taal-spraakproblemen Er zijn in Nederland speciale scholen voor kinderen die blind of slechtziend zijn en voor kinderen die doof/slechthorend zijn en/of taal-spraakproblemen hebben. Deze scholen vallen buiten de wet passend onderwijs, maar hebben wel de verplichting de basisscholen te ondersteunen om deze kinderen goed te kunnen begeleiden. Onze school kan een beroep doen op hun expertise in de vorm van consultatie en begeleiding. Persoonsgebonden nummer (PGN) of onderwijsnummer Bij de inschrijving op school moet u het BSN van uw kind opgeven. Iedereen die in zijn woonplaats wordt ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA), heeft een BSN. U moet als bewijs bijvoorbeeld het geboortebewijs van uw kind meenemen, een paspoort of identiteitsbewijs. Voor kinderen die van school veranderen, kunt u het uitschrijvingsbewijs van de vorige school meenemen. In het onderwijs wordt het BSN ook wel persoonsgebonden nummer (PGN) of onderwijs nummer genoemd. De scholen gebruiken de nummers om aan de overheid op te geven welke leerlingen bij hen op school zitten. Als blijkt dat uw kind geen BSN heeft en niet in de GBA is opgenomen, dan krijgt uw kind een onderwijsnummer. Zo ontvangt de school toch geld voor deze leerling. Dit onderwijsnummer is niet te onderscheiden van een gewoon BSN. Met andere woorden: kinderen zonder BSN zijn niet anders dan kinderen die wel een BSN hebben. De Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) geldt ook voor de informatie die de school over uw kind verzamelt. De informatie over leerlingen wordt dus goed beschermd. Zie ook elders in deze schoolgids. Ons privacyreglement ligt op school en op het bestuurskantoor van Proo ter inzage.
De interne begeleider: handelingsgericht werken en arrangeren Een belangrijk aspect van basisondersteuning betreft de ondersteuningsstructuur en dan met name de spilfunctie van de intern begeleider hierin. De intern begeleider is onderwijsexpert op het gebied van handelingsgericht werken en handelingsgericht arrangeren. Een intern begeleider die werkt volgens de principes van HandelingsGericht Werken (HGW) werkt in een context, waar deze principes binnen de gehele school aan de basis staan voor de leerlingenzorg. Pas dan kan de intern begeleider doen wat nodig is om de onderwijsbehoeften van kinderen (mede) vast te stellen en het juiste onderwijsaanbod hierop afstemmen.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 13
Handelingsgericht werken is voor de intern begeleider van toepassing in de volgende situaties: Bij het ondersteunen van een leerkracht. Bij het begrijpen en benoemen van de verschillende onderwijsbehoeften van de kinderen in haar groep en bij het doordenken en ondersteunen bij het maken van het groepsplan. Een leerkracht, ouder en/of kind stelt een vraag aan de intern begeleider. De intern begeleider pakt deze vraag op. Het kan een vraag naar onderkennen, verklaren of adviseren betreffen. Een kind profiteert onvoldoende van een groepsplan of subgroepsplan en extra informatie is nodig om te besluiten 'hoe verder?'. Het is bijvoorbeeld nodig om te weten wat reële doelen voor het kind zijn: op welk niveau functioneert het kind; wat kan het al en wat is de volgende stap? Er is onvoldoende zicht op de pedagogisch-didactische behoeften van een kind. En extra informatie is nodig om de vraag: 'wat heeft deze leerling nodig?' te kunnen beantwoorden. Er is onvoldoende zicht op het gewenste onderwijsaanbod. En extra informatie is nodig om een antwoord te krijgen op de vraag: hoe ziet de gewenste aanpak van de leerkracht er voor dit kind uit? Informatie is nodig voor het opstellen van een ontwikkelingsperspectief, bijvoorbeeld wat zijn reële doelen voor rekenen/wiskunde, welke sterke kanten van een kind kan de school benutten in het plan, hoe benut de school de aanwijzingen in bijv. de rekenmethode en hoe kunnen ouders bijdragen. De intern begeleider ondersteunt de leerkracht bij het handelingsgericht werken. De intern begeleider vertaalt het advies naar de werkvloer. Daarbij ondersteunt de IB’er de leerkracht. De intern begeleider kan de leerkracht ondersteunen bij het opstellen van een handelingsplan/ ontwikkelingsperspectief. Zij analyseren samen de toetsen, de observatiegegevens en stellen vast wat werkt en wat niet werkt. Ze vragen het kind wat het zelf wil en kan en vragen de ouders of zij nog suggesties hebben voor het plan. De intern begeleider benut daarbij haar theoretische kennis. Ze kan daartoe aanbevelingen gebruiken uit bijvoorbeeld 'kijkwijzers' voor effectief onderwijsgedrag, behorende bij een begeleidingsmethodiek of gebaseerd op de gewenste aanpak voor kinderen met specifieke kenmerken. Relatie met het Kenniscentrum: De intern begeleider is de professionele hulpvrager voor handelingsgerichte diagnostiek. De intern begeleider fungeert als schakel van handelingsgericht werken naar de handelingsgerichte procesdiagnostiek (HGPD). Handelingsgerichte procesdiagnostiek is van toepassing in de volgende situaties. De diagnostische vraag van een intern begeleider, een leerkracht, een ouder of kind vergt gezien de inhoud ervan - diagnostiek door een orthopedagoog. De onderwijsbehoeften en/of het gewenste onderwijsaanbod zijn - ook na intern onderzoek door de leerkracht, intern begeleider of gespecialiseerd leerkracht/ remedial teacher onduidelijk. De school begrijpt de situatie niet, krijgt er niet goed zicht op en kan de behoeften nog niet benoemen. Diagnostische informatie is nodig voor het opstellen van een ontwikkelingsperspectief/ handelingsplan. De leerkracht, intern begeleider of gespecialiseerd leerkracht/ remedial teacher kan deze informatie niet zelf verzamelen. De interacties tussen leerkracht/kind en kind/ medeleerlingen blijven onduidelijk, ondanks inspanningen van de intern begeleider. De inspanningen van de school zijn ontoereikend; de vraag is of een andere school nodig is; heeft een andere basisschool, een speciale school (SBO of SO) meerwaarde voor het kind? School en ouders wensen een 'onafhankelijk oordeel' betreffende de schoolkeuze. Zij willen informatie om een keuze te kunnen maken. Wat zijn de verschillende argumenten voor of tegen de verschillende opties? De vraag of hulpverlening vanuit de jeugdzorg nodig is, gezien de ernstige sociaal-emotionele problemen, gedrags- of opvoedingsproblemen. Zo ja, dan is de vraag waar die hulp het beste geboden kan worden. De orthopedagogen van het kenniscentrum zijn op afroep beschikbaar.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 14
Handelingsgericht arrangeren en arrangementen De antwoorden op de vraag “Wat heeft het kind nodig en wat vraagt het van het handelen van de leerkracht” kan leiden tot een aangepast aanbod, vertaald in een ontwikkelingsperspectief, een eigen leerlijn en/of een groepsplan. Hierbij wordt uitgegaan dat: a. Ouders vroegtijdig zijn betrokken b. School en ouders het eens zijn over de gekozen aanpak c. De gekozen aanpak planmatig en transparant is d. De gekozen aanpak via de werkwijze van handelingsgericht werken (waarnemen, begrijpen, plannen, realiseren) wordt vastgelegd in een dossier (groeidocument) e. Het Kenniscentrum tijdig wordt geconsulteerd. Al deze ondersteuning valt nog binnen de basisondersteuning, d.w.z. binnen de reguliere mogelijkheden van de school. Als de ondersteuningsbehoeften van het kind deze mogelijkheden te boven gaan en er behoefte is aan extra-ondersteuning kan de school (i.c. de directeur) besluiten gebruik te maken van de ondersteuningsmiddelen Passend Onderwijs. Deze middelen bestaan uit financiële middelen (het ondersteuningsbudget van de stichting Proo en personele middelen {(preventieve) ambulante begeleiders} uit de expertisepool van het samenwerkingsverband. Dit schooljaar is deze expertise nog “gratis” beschikbaar. De benodigde extra-ondersteuning wordt vertaald in een arrangement, waarin duidelijk wordt omschreven welke personele inzet, aanbod, materiaal, expertise binnen welke tijd nodig is. De onderbouwing voor het arrangement ligt in het dossier (groeidocument); vandaar het belang dit dossier constant te actualiseren. De interne begeleider stelt in overleg met / op advies van alle betrokkenen (ouders, leerkrachten, Kenniscentrum, (preventieve) ambulante begeleiders of andere betrokken deskundigen) het arrangement op. Het Kenniscentrum levert niet alleen inhoudelijke inbreng bij de arrangementen, maar is ook in staat om vanuit een helicopterview adviezen te geven over de gevraagde ondersteuning. Met name t.a.v. de vraag of het arrangement binnen of buiten de basisondersteuning valt. De directeur van de school vertaalt het arrangement in benodigde formatie en dient een aanvraag voor uitbreiding van de reguliere formatie in bij het ManagementTeam van Proo. Na goedkeuring door het MT wordt in overleg met de afdeling Personeel besloten welk personeelslid de daadwerkelijke ondersteuning gaat uitvoeren.
Digitale plusklassen Binnen stichting Proo zijn voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen twee bovenschoolse digitale plusklassen operationeel vanuit De Schakel in Nunspeet. Er wordt digitaal plusklasonderwijs geboden aan maximaal 28 leerlingen uit de groepen 6, 7 en 8. Incidenteel worden ook zeer zelfstandige leerlingen uit groep 5 toegelaten. De groepen worden begeleid door een digiplusklasleerkracht. Eén keer per maand ontmoeten leerlingen en leerlingen elkaar fysiek op De Schakel. Op deze terugkomdag staat o.a. strategisch spel, filosofie, ‘Vooruitwerklab’-opdrachten, instructie en sociaalemotionele vorming op het programma. Ten minste één keer per jaar is er een excursie. Op de overige ochtenden werken de leerlingen op hun eigen school achter de computer. Er wordt gewerkt met een digitale weektaak. Door gebruik van het programma ‘Lync’ en het gebruik van headsets en webcams, worden instructiemomenten (groepssessies) en onderlinge samenwerking tussen leerlingen van verschillende scholen mogelijk gemaakt . De leerlingen hebben een eigen webmailadres en maken gebruik van de Elektronische Leeromgeving van Edmodo.com. Op de overige schooldagen krijgen de leerlingen van hun eigen groepsleerkracht ten minste een half uur tijd om aan hun digitale weektaak te werken. In de digitale plusklas wordt projectmatig gewerkt. Digiklassers mogen een eigen onderwerp kiezen en dit uitwerken met behulp van de website ( www.mijneigenproject.nl) of ze kunnen kiezen voor het werken met ‘Topklassers’ (bijvoorbeeld: Wiskunde, Cultuur, vreemde talen en zaakvakken voor
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 15
hoogbegaafde leerlingen) of gedeeltelijk voorgestructureerde producten voor hoogbegaafde leerlingen van Minka Dumont. De projecten worden afgesloten met een presentatie in de digitale plusklas. Hierbij zijn digiklassers, ouders en belangstellenden aanwezig. Daarnaast werken de kinderen o.a. aan opdrachten van de website www.acadin.nl en aan lessen ‘Leren leren’. Er wordt doelmatig gewerkt binnen de digitale plusklas. Hiervoor worden kinddoelen (SLO) gebruikt, die na het doorlopen van 3 feedback (leerling, ouders, groepsleerkrachten) bepaald worden. Deze doelen worden door de leerlingen geschaald met groepsgenoten of de digiplusklasleerkracht. Gebieden waarop de leerdoelen betrekking hebben zijn: leren leren, leren denken over leren, leren voor het leven(sociaal en emotioneel). Voor elke digiklasser wordt een individueel handelingsplan ingevoerd om het lesaanbod op de scholen en de digitale plusklas beter op elkaar af te stemmen. Dit plan beschrijft het aangepaste onderwijsaanbod op de eigen school en het specifieke aanbod uit de digiklas. Dit plan wordt door de groepsleerkracht besproken met de ouders en er vinden voortgangsgesprekken plaats tussen ouders, leerling en digiklasleerkracht waarin o.a. het rapport van de digiklasser besproken wordt. Per schooljaar vinden er twee ouderavonden en twee middagen voor betrokken groepsleerkrachten plaats. Informatie over de digitale plusklas is te vinden op de website van Proo. Via (
[email protected]) is een informatiefolder te verkrijgen. De screening voor toelating start eind juni. Kennismakingsgesprekken met potentiële nieuwe digiklassers en ouders vinden – zo mogelijk- plaats voor de zomervakantie. Interne begeleiders melden leerlingen aan die voldoen aan de selectiecriteria. Leerlingen worden individueel aangemeld; niet in combinatie met andere leerlingen. Plaatsing in de digitale plusklas is pas definitief nadat dit gecommuniceerd is met de betrokken scholen. Leerlingen die wel voldoen aan de criteria, maar waarvoor geen plaats is, worden op een wachtlijst geplaatst.
Leerlingvolgsysteem Onze school geeft het onderwijs zodanig vorm dat het zoveel mogelijk aansluit bij het kind. De school volgt de vorderingen in de ontwikkeling van het kind nauwkeurig. Wij gebruiken voor alle leerlingen het leerlingvolgsysteem ParnasSys. Dit systeem geeft de leerkrachten, interne begeleiders en directie de mogelijkheid de ontwikkeling van de leerlingen aan de hand van een groot aantal nietmethodegebonden, landelijk genormeerde toetsen te volgen. Ook methodegebonden toetsen en observatiepunten kunnen hier ingevoerd worden. Door de interne begeleiders en de groepsleerkracht(en) zullen alle noodzakelijke gegevens over hulp aan kinderen worden vastgelegd in het leerlingendossier. Dit dossier wordt uitsluitend gebruikt om de begeleiding van het kind optimaal te kunnen uitvoeren. Inzage in het dossier hebben: aan de school aangesteld onderwijzend personeel, de interne begeleider, de directie en de ouders/verzorgers van het kind (op verzoek). Externe instanties en/of hulpverleners kunnen slechts na toestemming van de ouders/verzorgers inzage in het dossier krijgen. Het leerlingendossier wordt op school bewaard. Daarnaast werken we met het programma ZIEN (onderdeel van ParnasSys). ZIEN is een pedagogisch systeem, dat de voorwaarden om tot leren te komen en het sociaal-emotioneel functioneren van kinderen in kaart brengt. Dat gebeurt zowel op individueel als op groepsniveau. Wanneer daar aanleiding toe is, geeft het programma indicaties voor hulp. De 4 tot 6 jarigen volgen we aan de hand van het Schatkist Kleutervolgsysteem met de observatiepunten Sociaal-emotioneel, Taal, Rekenen en Motoriek. In het leerlingvolgsysteem staat per ontwikkelingsgebied omschreven wat van kinderen van een bepaalde leeftijd verwacht mag worden. Met behulp van een grafisch overzicht kan de leerkracht in één oogopslag zien hoe ver de ontwikkeling gevorderd is. Verder kan de leerkracht bepalen of er sprake is van een achterstand of voorsprong in de ontwikkeling op een bepaald gebied en hoe groot de sprongen zijn die het kind maakt in zijn ontwikkeling. Logboeken In iedere groep wordt gewerkt met een logboek. Hierin wordt de planning per dag gemaakt en worden vorderingen van leerlingen per dag bijgehouden. In het logboek worden ook de doelen aangegeven waaraan gewerkt wordt. Ontwikkelingsperspectief Voor leerlingen van onze school wordt een ontwikkelingsperspectief gemaakt. Aan de hand van deze gegevens kunnen we de verwachtingen die we van een leerling hebben vaststellen. Zo nodig wordt het ontwikkelingsperspectief aangepast en de uitstroomverwachting bijgesteld. In het perspectief
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 16
worden alle toetsen ingevoerd en wordt gekeken of de scores overeenkomen met het leerpotentieel van het kind. Als dit niet het geval is en het kind scoort lager, wordt er een handelingsplan opgesteld. Aan het eind van het jaar wordt het ontwikkelingsperspectief met ouders besproken. Zo zijn ouders op de hoogte van de ontwikkeling van hun kind en bekend met de doelen waaraan gewerkt wordt. Door op deze manier te werken weten we precies of we alles uit een kind halen wat er in zit. Omdat zorgverbreding planmatig handelen vooronderstelt, werkt de school met het CITO Leerlingvolgsysteem. Het systematisch toetsen en vastleggen van leerresultaten dient diverse doelen: 1. Er wordt geëvalueerd of het gegeven onderwijs het gewenste effect heeft gehad. 2. De leerkracht krijgt een idee van het niveau van de groep. 3. Het is een middel om de ontwikkeling van de kinderen te volgen en achterstand of voorsprong inzichtelijk te maken. Naast de repetities door het jaar heen (de methodegebonden toetsen), worden toetsen afgenomen in januari/februari (toetsweek 1) en in juni (toetsweek 2) (de niet-methodegebonden toetsen). Daarna komen de rapporten uit. Hieraan hebben wij 10-minutengesprekken verbonden om het rapport te bespreken. In het begin van het nieuwe schooljaar worden kennismakingsgesprekken gehouden met de ouders van de leerlingen. Deze zijn bedoeld om de ouders de nieuwe leerkracht(en) van hun kind(eren) te leren kennen en te vertellen wat de leerkracht van hun kind kan en mag verwachten en waar hij/zij rekening mee moet houden. Na een aantal weken in de nieuwe groep te hebben gedraaid, krijgen de kinderen een voorlopig rapport. Dit is geen cijferrapport. Het voorlopig rapport laat zien welke (eerste) indruk de leerkracht heeft van de ontwikkeling van de leerling. Onder zorgleerlingen worden ook hoogbegaafde of meerbegaafde leerlingen gerekend. Hoogbegaafde of meerbegaafde leerlingen hebben speciale zorg nodig. Het gaat hierbij om het aanbieden van extra uitdaging om het gevaar van onderpresteren of demotivatie te voorkomen. Hen wordt tijdens de lessen extra verdieping aangeboden op dusdanige wijze dat ook deze leerlingen zich voldoende blijven ontwikkelen. Een enkele keer stellen we een versneld schooltraject voor een leerling op. Als ouders en/of leerkrachten een vermoeden hebben van hoog- of meerbegaafdheid bij kinderen wordt het protocol hoogbegaafdheid ingezet. Dit protocol kan een duidelijk beeld geven van hoog- of meerbegaafdheid bij kinderen. Tevens kan het protocol hulpprogramma’s en handelingsplannen geven. Gegevens van zorgleerlingen betreffende onderzoeken, toetsen, observaties en handelingsplannen worden door de intern begeleider opgeslagen in het zorgverbredingsarchief, bovendien worden de gegevens ingevoerd in het administratieprogramma Parnassys.Verder neemt de IB’er deel aan het Multi Disciplinaire Team 12-min, waarover elders in deze gids informatie staat. Daarnaast helpen leerkrachten op de momenten dat zij geen les geven (bijv. tijdens muziek of godsdienst/HVO) kinderen die dat nodig hebben. Extra ondersteuning tijdens de schooldag Meerdere leerkrachten geven op tijden dat zij geen les geven extra les aan groepjes of aan individuele leerlingen. Groeps- en leerlingenbesprekingen De toetsweken in januari/februari en in juni worden gevolgd door een uitvoerige groepsbespreking. Voordat deze groepsbespreking plaatsvindt, worden de toetsgegevens bekeken en geanalyseerd door de IB’er. Aan de groepsbespreking nemen alle teamleden en de IB’er deel. De toetsresultaten per groep worden besproken en ook de resultaten van individuele leerlingen die op onderdelen opvallen. Er worden afspraken gemaakt omtrent extra zorg en begeleiding van bepaalde leerlingen betreffende remedial teaching, het opstellen van handelingsplannen, het aanvragen van een nader onderzoek of het aanbieden van moeilijker of andere uitdagende lesstof. In sommige gevallen vindt er een week na de groepsbespreking een leerlingenbespreking plaats, waarin alle collega's meedenken over de juiste aanpak van sommige zorgleerlingen. Van de groeps- en leerlingenbesprekingen wordt een verslag opgenomen in het zorgarchief . Tevens worden de toetsgegevens en alle andere bijzonderheden omtrent een leerling opgenomen in Parnassys. De gegevens verkregen uit diagnostisch onderzoek worden gebruikt bij het opzetten van een handelingsplan voor een zorgleerling of een groepje zorgleerlingen met hetzelfde probleem.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 17
Ondersteuningsstructuur Op onze school werken wij handeling- en opbrengstgericht. In de regel worden de volgende stappen ondernomen: Niveau 1: De leerkracht observeert, signaleert, begeleidt en heeft contact met de ouders. Niveau 2: De leerkracht stemt de instructie, tijd en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling van leerlingen en naar de behoeften van de leerlingen, zowel naar boven (verdieping en verrijking) als naar beneden. De leerkracht bespreekt eventueel de situatie met collega’s en benut hun ervaring en kennis en heeft contact met de ouders. Wanneer het kind desondanks onvoldoende vooruit gaat, wordt de volgende stap genomen. Niveau 3: De leerkracht schakelt de intern begeleider (ib’er) in en bespreekt de situatie samen met de ib’er en de ouders. Er wordt een plan opgesteld (individueel of subgroepsplan) Wanneer dit (subgroeps)handelingsplan onvoldoende resultaat heeft gehad, wordt de volgende stap ondernomen. De interne begeleider kan, naar aanleiding van de vraag van de groepsleerkracht, een beknopt onderzoek doen, intern en veelal gericht op de onderwijsbehoeften van de leerling. Vervolgens wordt bepaald of de leerling gerichte hulp binnen de groep of buiten de groep ontvangt. Hiervan worden de ouders schriftelijk in kennis gesteld: zij tekenen dit voor gezien. Na de vastgestelde tijd wordt bekeken of de geboden hulp voldoende effect heeft gehad. Mocht dat niet het geval zijn dan wordt de volgende stap genomen. Niveau 4: De ib’er schakelt de expertise van het Kenniscentrum in: onderzoek, consultatie, advisering, HGPD ((handelingsgerichte proces diagnostiek). Het plan wordt aangepast; de ib’er bespreekt dit plan met ouders en leerkracht. De ib’er informeert de MSD en locatieleider en geeft hierbij aan of er in de toekomst mogelijk gebruik gemaakt moet worden van de ondersteuningsmiddelen (arrangement) vanuit het samenwerkingsverband. Niveau 5: De ib’er overlegt met de MSD of uitbreiding van het arrangement mogelijk is. Hiervoor is positief advies van het Kenniscentrum nodig. De ib’er bespreekt het arrangement met de ouders. Als er sprake is van uitbreiding van het arrangement (extra-ondersteuning, (tijdelijke of gedeeltelijke) plaatsing in speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs) bespreekt de directeur samen met de ib’er het arrangement met de ouders. In de wet Passend Onderwijs wordt hierbij aangegeven dat er sprake moet zijn van “op overeenstemming gericht overleg”. De hulp aan kinderen zoals omschreven in niveau 1 t/m 4 behoort tot de basisondersteuning van de school. Bij niveau 5 speelt het samenwerkingsverband Passend onderwijs een rol. Niveau 5: De directeur doet een aanvraag voor extra-ondersteuningsmiddelen vanuit het samenwerkingsverband. Arrangementen zijn altijd tijdelijk van aard en worden jaarlijks toegekend. Een arrangement kan ook plaatsing in sbo of so betekenen, of eventueel een parttime plaatsing in sbo/ so / tussenvoorziening.
Overgaan / doubleren en protocol herfstkinderen Normaal gesproken doorloopt een kind alle groepen in acht schooljaren. Voor sommige kinderen is deze periode korter of langer. Leerlingen, die op 1 januari of daarna vier jaar worden, worden als ‘instromers’ gerekend en komen in het nieuwe cursusjaar in groep 1. Op onze school komt het voor dat kinderen, die na 1 oktober 4 jaar worden lang ‘kleuteren’. Indien de ontwikkeling van het kind aanleiding tot zorgen geeft, is het mogelijk dat het kind nog niet naar groep 3 zal doorstromen. Indien het kind verder in de ontwikkeling is, kan besloten worden om het kind eerder naar groep 3 door te laten stromen. Ook zal door de leerkracht, in samenspraak met de intern begeleider extra worden gekeken naar het sociaal emotionele aspect en naar de cognitieve “rijpheid” van het kind. Het oordeel van de leerkracht, die de leerling goed volgt met een observatielijst en leerlingvolgsysteem is van doorslaggevend belang. Wanneer wij leerlingen een verlengde kleuterperiode of een vervroegde overstap naar groep 3 geven, gebeurt dit op basis van argumenten. De procedure staat beschreven in het Protocol Herfstkinderen dat op school is in te zien. Deze werkwijze hanteren wij feitelijk bij alle groepen, dus ook vanaf groep 3. Jaarlijks neemt de school een overgangsbeslissing en betrekt hierbij de ouders steeds tijdig, zeker indien een doublure of snellere doorstroming wordt overwogen. De uiteindelijke beslissing om een leerling wel of niet te laten doubleren, wordt altijd door de school genomen.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 18
Multi Disciplinair Team (MDT) Soms zijn er vragen of zorgen over het gedrag en/of de ontwikkeling van een kind, in de thuissituatie of op school. Het is dan soms noodzakelijk deskundigen te laten meedenken over een hulptraject voor kind en/of gezin. Dat kan in een Multi Disciplinair Team (MDT). In de gemeente Heerde zijn drie MDT’s actief. Deze MDT’s richten zich op kinderen die zijn ingeschreven in de gemeente Heerde. Er is een MDT dat zich richt op de leeftijdscategorie van 12 jaar en ouder: het MDT 12+. Daarnaast zijn er twee MDT’s die zich richten op de leeftijds-categorie 0 - 12 jarigen: een MDT 12-min Heerde en een MDT 12-min Wapenveld (inclusief Veessen en Vorchten). Wat is een MDT? Een MDT is een Multi Disciplinair Team waarin vertegenwoordigers van verschillende instellingen samenwerken. De MDT’s bestaan uit vertegenwoordigers van • Algemeen- en schoolmaatschappelijk Werk • Bureau Jeugdzorg • Jeugdgezondheidszorg / consultatiebureau • Politie • Gemeente / leerplicht • Sociaal Cultureel Werk (alleen bij MDT 12+) • Voortgezet Onderwijs (alleen bij MDT 12+) • Basisonderwijs (alleen bij MDT’s 12-min) • Peuterspeelzaal (alleen bij MDT’s 12-min) De MDT’s willen ouders en scholen helpen om problemen bij kinderen vroeg te ontdekken, zodat snel de beste hulp gegeven kan worden. De MDT’s maken deel uit van de structuur rondom jeugd(beleid) in de gemeente Heerde en vallen onder de regiegroep Jeugdbeleid. Meldcode ‘Kindermishandeling en huiselijk geweld’ Als wij een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van kindermishandeling of huiselijk geweld, dan handelen wij zoals beschreven staat in de Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld Stichting Proo. Scholen zijn sinds 1 juli 2013 verplicht deze Meldcode te hanteren. De meldcode ligt ter inzage op school. Hoe werken de MDT’s? Het MDT 12+ komt 9x per jaar bij elkaar. De MDT’s 12-min komen 5x per jaar, per kern, bij elkaar. De deelnemers overleggen met elkaar over de beste ondersteuning voor kinderen waarover vragen of zorgen zijn. Soms gebeurt dit aan de hand van een voorbeeld, zonder dat hierbij namen worden genoemd. De deelnemers adviseren de inbrenger, die zorgen heeft om een kind, vanuit hun eigen kennis en ervaring. Wat kan hij/zij op dat moment het beste doen en hoe kunnen de andere deelnemers daarbij helpen? Ook kunnen er kinderen bij naam besproken worden. Dit gebeurt altijd uiterst zorgvuldig, uitsluitend met toestemming van de ouder(s) of verzorger(s). Als meerdere deelnemers het kind kennen, kunnen zij informatie uitwisselen en samen met de andere deelnemers kijken wat voor hun kind de beste aanpak zou zijn. Daarna volgt overleg met de ouders. Hoe zit het met de privacy? Kinderen worden alleen op naam besproken als ouders (of de kinderen zelf als ze ouder dan 12 jaar zijn) daarvoor toestemming hebben gegeven. Het privacyreglement van MDT’s verplicht alle deelnemers tot geheimhouding. Alle deelnemers volgen ook de wettelijke privacy richtlijnen en de richtlijnen van hun eigen organisatie. Alleen als de situatie dusdanig is dat er hele ernstige zorgen zijn, worden kinderen ook zonder toestemming besproken. Vragen? Indien u vragen of opmerkingen heeft over de MDT’s, dan kunt u hiervoor terecht bij de vertrouwenspersoon (voortgezet onderwijs), de intern begeleiders (basisonderwijs) en bij het secretariaat van de MDT’s. Het secretariaat ligt bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Heerde en is bereikbaar via telefoonnummer 0578-69 94 94.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 19
Het Centrum voor Jeugd en Gezin Het CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) is er voor alle vragen over opgroeien en opvoeden. U kunt er terecht voor advies, begeleiding en hulp, vanaf het begin van de zwangerschap tot aan het moment dat een kind volwassen is. Of het nu om babyverzorging gaat of om lastige pubers, om voeding en gezondheid of ontwikkeling en gedrag. Ook kinderen en jongeren kunnen bij het CJG terecht met hun vragen.
Binnen het CJG vindt u alle deskundigheid over opvoeden en opgroeien op één plek. Mensen die hier werken zijn onder andere een orthopedagoog, de (school-)maatschappelijk werker, de jeugdarts en jeugdverpleegkundige en de jeugdhulpverlener. Meer informatie kunt u vinden op www.cjgheerde.nl.
Het CJG is er voor
kinderen en jongeren tot 23 jaar
(toekomstige) ouders en verzorgers
Iedereen die werkt met kinderen, jongeren, ouders/verzorgers
Onderzoeken voor kinderen op de basisschool Om de gezondheid, groei en ontwikkeling van uw kind goed te kunnen volgen wordt uw kind onderzocht in groep 2 en in groep 7. Dit gebeurt door de jeugdarts, assistente jeugdgezondheidszorg, jeugdverpleegkundige en logopedist. Zij maken onderdeel uit van het CJG. Daarnaast worden kinderen op 9-jarige leeftijd uitgenodigd voor de DTP/BMR vaccinatie. Op 12-jarige leeftijd krijgen de meisjes een uitnodiging voor de vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. De vaccinaties worden op een centrale locatie in de regio gegeven. Meer informatie over de GGD kunt u nalezen op www.ggdnog.nl. Wilt u een afspraak met de schoolarts verzetten? Dit kan telefonisch op werkdagen tussen 8.00 en 12.00 uur via 088-443 31 00. Op de website van het CJG vindt u ook een link naar de website van de GGD.
Hoe kunt u het CJG vinden? U kunt met al uw vragen terecht bij de balie van het CJG aan de Stationsstraat 21 in Heerde. De openingstijden zijn als volgt: Maandag tot en met donderdag van 8.30-12.30 uur. Telefonisch is het CJG van maandag tot en met donderdag bereikbaar van 8.30-12.30 uur op telefoonnummer 0578-72 00 01. Via het e-mailadres,
[email protected], kunt u ook een vraag stellen aan het CJG. Of bezoek de website van het CJG, www.cjgheerde.nl. Boordevol leuke en nuttige informatie over opgroeien in de gemeente Heerde!
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 20
Samenwerking met de zorgstructuur in Heerde Alle scholen van Heerde werken nauw samen met het Team Jeugd van het Centrum Jeugd en Gezin zodat we snel de juiste ondersteuning en zorg kunnen bieden aan u en uw kind. Onze school heeft vanuit het Team Jeugd twee aanspreekpersonen welke gemakkelijk te benaderen zijn voor vragen vanuit ouders of leerkrachten. Dit betreffen de volgende mensen:
Liesbeth den Hoed, schoolverpleegkundige o telefoon 088 - 443 32 93 of mail
[email protected] Marjan Altena, gezinscoach o telefoon 0578 – 72 00 01 of mail
[email protected]
U kunt hen desgewenst via de leerkracht of de intern begeleider benaderen maar ook zelf bellen of mailen. Als school zullen we waar nodig ook met hen overleggen als er zorgvragen zijn rondom uw kind. Natuurlijk zullen we dit dan tegen u zeggen en u ook uitnodigen voor overleg. U vind de contactgegevens van de twee leden van het Team Jeugd ook op de poster in de ingang van de school met daarbij hun foto's zodat u ze ook kunt herkennen. U kunt afspreken in onze school met hen of als dat prettiger is bij u thuis of in het Centrum Jeugd en Gezin van Heerde, Stationsstraat 21 in Heerde. Het algemene nummer van het CJG is 0578-720001, het mailadres:
[email protected]
Opleiden in de school In samenwerking met de Katholieke PABO te Zwolle is de Jan Ligthartschool het traject van Opleiden In de School (OIS) ingegaan. De stagiaires van de KPZ vormen samen met de opleider een leergroep. Deze leergroep ontwikkelt en verbetert zaken binnen de school, waardoor de stagiaires van elkaar en met elkaar kunnen leren. Uit de verschillende jaargroepen van de KPZ zijn stagiaires aan de Jan Ligthartschool toegewezen. De Jan Ligthartschool heeft Miriam Göeken als opleider aangesteld die de leergroep begeleidt en coacht. De opleider volgt zelf een opleidingstraject aan de KPZ van drie jaar.
Academische basisschool Daarnaast zijn wij een Academische Opleidingsschool (AOS), omdat een 4de jaars-student (Werkplek in Opleiding = WPOer) een academisch onderzoek binnen onze school uitzet. De uitkomsten van deze onderzoeken helpen mee om de kwaliteit van ons onderwijs te verbeteren en het vergroot de onderzoekende houding van ons schoolteam. Het traject AOS verloopt in samenwerking met de Katholieke Pabo in Zwolle. Binnen onze school werkt Johannet van der Tuin samen met onze WPO student aan het onderzoek. Aan de Jan Ligthartschool worden al vele jaren WPO-stagiaires opgeleid. Dit zijn vierdejaarsstudenten die zelfstandig gedurende twee dagen in de week in een groep les kunnen en mogen geven onder begeleiding van de leerkracht van de groep ( de DUO) en een leerkracht uit een andere groep (begeleider-op-afstand = BOA). De WPO-stagiaire doet een onderzoek naar een aspect binnen de school dat verbeterd en ontwikkeld kan worden. Dit onderzoek wordt begeleid door een docent van de KPZ en door Johannet van der Tuin, de onderzoekscoördinator van onze school. Zij doet zelf ook onderzoek en volgt een opleiding aan de KPZ van drie jaar. Samen met de WPO-stagiaire moet gezocht worden naar een onderzoeksvraag en een ontwikkelingsplan dat voor de Jan Ligthartschool en voor het gehele onderwijsveld een positieve uitwerking kan hebben. In het eerste jaar wordt de onderzoeksvraag opgesteld en wordt aan het ontwikkelingsplan gewerkt. In het tweede en derde jaar wordt de onderzoeksvraag aangepast of uitgebreid of er wordt een nieuwe onderzoeksvraag opgesteld met de WPO-stagiaires van dat jaar. De stagiaires van de andere opleidingsjaren van de KPZ kunnen deelnemen in dit traject of zij gaan een ander traject opstarten in het kader van Opleiden in de school. Dit wordt in overleg met de opleider in de school en de onderzoekscoördinator besloten.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 21
Stagiaires van hogescholen en ROC Onze school geeft de studenten van de PABO en andere opleidingen de kans op onze school stage te lopen. Door de directie en de leerkrachten wordt bij de aanname van een stagiair(e) gekeken of plaatsing op dat moment binnen de groep past. Onze school begeleidt stagiaires van de KPZ uit Zwolle. Zij geven lessen onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. Wanneer een student het laatste (vierde) jaar van zijn of haar opleiding heeft bereikt, gaat de student een zogenaamde WPO-plek volgen. Dit is een stage waarin de student proeven van bekwaamheid moet afleggen. De student moet dan zoveel mogelijk onder eigen verantwoordelijkheid de groep begeleiden en laten zien dat hij of zij het vak beheerst. Ook nu houdt de groepsleerkracht uiteraard zeer goed in de gaten hoe de situatie in de groep is. Daarnaast zijn er regelmatig stagiaires van het ROC voor diverse opleidingen die met kinderen te maken hebben. Ook deze stagiaires werken binnen de school alleen onder begeleiding van een leerkracht van de school. Het komt voor dat ook leerlingen van het voortgezet onderwijs hun maatschappelijke stage lopen op onze school. De contacten met de verschillende opleidingen worden verzorgd door de de locatieleider en de ib’er. Via onze nieuwsbrief houden wij u op de hoogte van de aanwezigheid van stagiaires.
Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs In het laatste jaar van de basisschool moet een school voor voortgezet onderwijs worden gekozen voor uw kind. Om een goede keuze te kunnen maken zijn de volgende aspecten van belang: a. Het advies van de basisschool; b. Toetsuitslagen; c. Informatie van het voortgezet onderwijs, bezoek aan open dagen en informatieavonden, enz. Het advies van de basisschool wordt gevormd op grond van gegevens uit observaties door de groepsleerkrachten, uit rapporten van de laatste jaren, proefwerken en toetsen, zoals die in de voorafgaande jaren op de basisschool door uw kind gemaakt zijn. Ook worden gegevens verzameld over de motivatie, de werkhouding, het zelfvertrouwen, het doorzettingsvermogen, e.d. U bent wettelijk verplicht bij aanmelding van uw kind op een school voor voortgezet onderwijs een toetsuitslag te overleggen. De resultaten van deze toets(en), evenals het schooladvies worden met het kind en de ouders besproken. Ouders melden zelf hun kind aan op de school van hun keuze. Het advies van de basisschool en de toetsuitslagen worden digitaal aangeleverd aan de betreffende school voor voortgezet onderwijs middels een digitaal overdrachtsdossier (DOD). De basisschool is verplicht overdrachtsgegevens aan de gekozen school voor voortgezet onderwijs te verstrekken. Het inschrijfformulier moet wel door de ouders op de gekozen school worden ingeleverd. Onze school onderhoudt periodiek contact met de diverse scholen voor voortgezet onderwijs over de vorderingen van de kinderen. De overgang van de leerlingen naar het Voortgezet Onderwijs In groep 7 wordt aan het einde van het schooljaar de CITO-Entreetoets afgenomen of in het begin van groep 8. Aan het begin van ieder schooljaar worden de ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 8 uitgenodigd voor een informatieavond. Op deze bijeenkomst vertelt de leerkracht over de gang van zaken in groep 8. Tevens wordt de procedure over de overgang naar het voortgezet onderwijs besproken. In december geeft de leerkracht van groep 8 een voorlopig advies aan de ouders. In maart geeft de leerkracht aan de ouders en leerling een definitief advies over de meest geschikte richting binnen het voortgezet onderwijs. Uiteindelijk nemen de ouders en het kind de beslissing voor welke school voor voortgezet onderwijs wordt gekozen. De aanmelding bij de scholen voor voortgezet onderwijs wordt in de regel door de Jan Ligthartschool verzorgd.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 22
In de afgelopen 5 jaren gingen de leerlingen van onze school naar onderstaande typen van vervolgonderwijs: Schooltype
Aug. 2011
Aug. 2012
Aug. 2013
Praktijkschool
Aug. 2014
Aug. 2015
1
LWOO
1
1
2
2
VMBO Kader
2
1
2
VMBO Gemengde Leerw.
1
VMBO Basis – Kader
4
VMBO kader / MAVO TL VMBO Th. Leerw. Mavo MAVO TL – HAVO
5
HAVO HAVO 2-talig HAVO – VWO VWO HAVO – VWO 2-talig Atheneum plus Gymnasium Totaal aantal leerlingen
1 1 1 2 2
1
2
2
1
1
2
5
2
1 1
1 16
3
11
Gemiddelde score Cito-eindtoets groep 8 JLS 2010-2011 2011-2012 JLS 539,7 527
2 2 1 13
2 2 16
2012-2013 530,5
2013-2014 537,5
2 2
8
20140-2015 539,9
Medezeggenschapsraad (MR) Op elke school worden belangrijke beslissingen genomen. Beslissingen die direct te maken hebben met het onderwijs dat wordt gegeven. Bijvoorbeeld over de keuze van een leermethode, leerlingbegeleiding, of de klassenindeling. Maar ook beslissingen die betrekking hebben op de school als geheel. Bijna teveel om op te noemen. De directie is belast met de dagelijkse leiding op school. Onze school heeft ook een schoolbestuur. Het schoolbestuur is eindverantwoordelijk voor de beslissingen die worden genomen. Een schoolbestuur neemt beslissingen niet alleen, maar doet dat in overleg. Net zoals de regering overleg voert met de Tweede Kamer of een bedrijf met de ondernemingsraad. Het schoolbestuur luistert naar de argumenten die de medezeggenschapsraad (MR) naar voren brengt. Deze wegen zwaar mee in het uiteindelijke besluit. Zo heeft de MR invloed op de gang van zaken op de school. De MR heeft wettelijke bevoegdheden en daarmee onderscheidt de MR zich van de ouderraad. Waarover praat de MR? In feite over alles wat met de school te maken heeft. Elk belangrijk besluit dat het bestuur wil nemen, moet worden voorgelegd aan de MR. Op zijn beurt kan de MR elk standpunt dat hij heeft, kenbaar maken aan het bestuur, of daar nu wel of niet om wordt gevraagd. Eén keer per jaar brengt de MR schriftelijk verslag uit van alles wat hij heeft gedaan. De MR zorgt ervoor dat iedereen daarvan kennis kan nemen. Indien van toepassing zal de MR ook tussentijds zijn achterban informeren. Zo kunnen alle leerlingen, ouders en personeelsleden op de hoogte blijven van wat er speelt. In feite kan de MR dus zorgen voor een grote openheid binnen de school. Blijft het bij praten alleen? De MR praat niet alleen mee, maar geeft ook adviezen en beslist mee. Daarmee komen we op de twee soorten rechten die de MR heeft: adviesrecht en instemmingsrecht. Adviesrecht wil zeggen, dat het schoolbestuur serieus moet reageren op elk advies dat de MR geeft. Dat betekent echter niet, dat elk advies van de MR zonder meer overgenomen hoeft te worden. Dat ligt anders voor beslissingen waarop de MR instemmingsrecht heeft. Het schoolbestuur kan zonder instemming van de MR dergelijke besluiten niet nemen. Samenstelling Medezeggenschapsraad (MR) De MR bestaat per september 2015 uit de volgende oudergeleding (3 ouders) en personeelsgeleding (3 leerkrachten):
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 23
Joost Dikker Hupkes Sinds november 2013 ben ik lid en voorzitter van de MR. Mijn vrouw, Myrna Knol, en ik hebben drie leuke dochters: Silke zit inmiddels in groep 5, Juul in groep 3 en onze jongste, Myrre, moet nog twee jaar wachten. Ik ben lid geworden van de MR om een constructieve bijdrage te leveren aan de JLS. Als kind heb ik op vier lagere scholen in drie verschillende landen gezeten en elke school was totaal anders. Deze ervaring helpt om met een verfrissende kijk mee te praten. Als je denkt dat de MR iets voor jou kan betekenen, of als je meer wil weten of de MR, neem gerust contact met mij op: 06-22207543 of
[email protected] Judith Warring Judith is getrouwd met Antoine en ze werkt binnen het familie bedrijf als operationeel Manager. Ze heeft twee lieve zoontjes. Jovani . Pieter-Boy is 6 jaar en zit in groep 4. Omdat Judith betrokken is en op de hoogte wil zijn van het reilen en zeilen op de school van haar kinderen is zij toegetreden tot de MR. Haar meerwaarde hoopt ze terug te zien in haar ervaringen die zij heeft op gedaan. Na haar opleiding werktuigbouwkunde op de HTS in Emmen en een vervolg HTS opleiding Technische Bedrijfskunde in Groningen is zij begonnen in het bedrijfsleven om vervolgens te eindigen als rijksambtenaar onder Economische zaken. Naast een "handen uit de zakken" instelling is zij pragmatisch ingesteld en kan dingen snel analyseren. Met een frisse kijk probeert zij de belangen van de ouders te behartigen en ondersteuning te bieden aan de school zodat het een prettige omgeving blijft voor zowel de kinderen als hun ouders. Als je denkt dat de MR iets voor jou kan betekenen, of als je meer wil weten of de MR, neem gerust contact met mij op: 06-46122199 of
[email protected] Brenda Grolleman Brenda Grolleman is getrouwd met Evert en heeft 2 jongens, Remco zit in gr. 6 en Chris in groep 4. Ze is werkzaam als hoofdleidster (pedagogisch medewerkster) op een kleinschalig kinderdagverblijf in Heerde. En doet dit werk met veel plezier en passie. Het is geweldig om met kinderen in deze jonge leeftijd te mogen werken. En ze een voorbereiding aan te kunnen bieden voor het echte school werk. "Sinds Juni 2013 ben ik in de OR van de JLS gekomen. Ik vind het belangrijk om betrokken te zijn bij school en op deze wijze kan ik daar samen met een leuk team een steentje aan bijdragen. Sinds September 2014 heb ik het voorzitterschap overgenomen en daardoor ook een plaatsje in de MR gekregen. In de MR zal ik de spreekbuis zijn van de OR en natuurlijk vanuit de ouders". Brenda is te bereiken op tel: 06-40 33 76 39 of via de mail op
[email protected] Vanuit het team zitten in de MR: Judith Elsenaar, Vacant, Hans Geers,
Ouderraad (OR) De ouderraad is samengesteld uit ouders die zich ten doel hebben gesteld de bloei van de school te bevorderen, de ouders te interesseren voor de school en ondersteunende activiteiten voor de school te verrichten. Vrijwillige ouderbijdrage De ouderraad vraagt, in oktober een vrijwillige ouderbijdrage per kind per jaar voor allerlei zaken die niet door de overheid of de gemeente worden bekostigd. e e e e 1 kind: € 2 , 2 kind: € 17, 3 kind: € 15, 4 kind: € 12, Voor kinderen uit groep 8 is de bijdrage € 9 ,-- i.v.m. het schoolkamp Vlieland. Hoewel de ouderbijdrage een vrijwillig karakter heeft, kunnen kinderen uitgesloten worden van die activiteiten waarvoor de bijdrage niet is voldaan. Mocht het om bijzondere redenen moeilijk zijn om de ouderbijdrage te voldoen, dan kunt u in vertrouwen contact opnemen met de locatieleider. Het bedrag voor de ouderbijdrage wordt vastgesteld na overleg met penningmeester van de ouderraad en de directie. De personeelsgeleding van de MR stemt hier vervolgens mee in. Mocht het nodig zijn om de
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 24
ouderbijdrage aan te passen, dan worden de ouders hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. U ontvangt automatisch bericht over de ouderbijdrage. Uit de ouderbijdrage betalen we de onkosten die we maken voor: · Het organiseren van activiteiten, zoals het Sinterklaasfeest, het kerstontbijt, een kerstmusical door ouderraads- en teamleden, een paasmarkt en andere op zichzelf staande acties; . Sport- en/of speldagen; · Het maken van de schoolkrant; · Overleg voeren met het team en de MR namens de ouders over allerlei praktische zaken (hygiëne, veiligheid etc.); .Jaarlijkse ouderavond en evt. extra thema-avonden; · Het helpen van de teamleden bij diverse activiteiten. De ouderraad vergadert ongeveer om de 6 weken, samen met 2 teamleden. Heeft u als ouder suggesties of vragen richting de ouderraad, dan horen wij dat graag. Samenstelling Ouderraad (OR) per 1 september 2015: Brenda Grolleman Natalie Hoogeveen Annet Steenbergen Jolanda Lutgerink Thabita Bijsterbosch Elizabeth Dirks vacant vacant
voorzitter penningmeester secretaris lid “ “
Euverweg 5 Lagekamp 14 De Kade 32 Kerkenkamp 1 Kwartelweg 25 Wildekampseweg 68
06-40337639 038-7851030 038-4479838 06-20477560 038-8442631 038-8442631
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Zakelijke verantwoording ouderraad Ieder jaar, rond eind oktober/begin november legt de ouderraad verantwoording af aan de ouders over de activiteiten en de financiën. De verslagen liggen dan ter inzage in de personeelskamer. Ook kunnen ouders het jaarverslag van de MR inzien. In de nieuwsbrief wordt dit aangekondigd.
Vereniging Openbaar Onderwijs Voor informatie en advies over openbaar onderwijs kunt u terecht bij de Vereniging Openbaar Onderwijs, tel.nr. 0800 – 5010 ( iedere schooldag tussen 10.00 en 15.00 uur). Website: www.voo.nl/5010
De inspectie De Inspectie van het Onderwijs toetst de kwaliteit van de scholen. De Inspectie heeft in september 2011 voor onze school het basisarrangement vastgesteld. Dit betekent dat de Inspectie geen aanwijzingen heeft dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van het onderwijs bij onze school. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse op grond van de eindopbrengsten (Cito Eindtoets) die met het onderwijs op onze school behaald worden. Het vastgestelde arrangement is openbaar en opgenomen in de Toezichtkaart op de website van de Inspectie. Het basisarrangement is geldig voor één jaar. Op de site van de Onderwijsinspectie kunnen ouders lezen hoe de Inspectie de kwaliteit van scholen beoordeelt (www.onderwijsinspectie.nl). In september 2011 heeft de Inspectie onze school bezocht in het kader van het vierjaarlijks schoolonderzoek op basis van de Wet Onderwijstoezicht (WOT). Tijdens het onderzoek heeft de Inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld op de resultaten en ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en op de kwaliteitszorg. Tevens is standaard gecontroleerd of de school voldoet aan bepaalde wettelijke voorschriften, waaronder de onderwijstijd. De Inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op onze school op orde is en dat de school de wettelijke voorschriften naleeft.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 25
Vakantieregeling schooljaar 2015 - 2016 e
(1 schooldag:
ma. 24 augustus 2015)
Herfstvakantie: ma. 19 okt. t/m. vr. 23 okt. 2015 Kerstvakantie: vr. 18 dec. (12.00 u.) t/m vr. 1 jan. 2016 Voorjaarsvakantie: ma. 22 febr. t/m vr. 26 febr. 2016 e Goede Vrijdag / 2 Paasdag: vr. 25 en ma. 28 maart 2016 Meivakantie: ma. 25 april t/m vr. 6 mei 2016 (incl. hemelvaartweekend 5-6 mei) Hemelvaart: do. 5 en vr. 6 mei 2016 (valt in meivakantie) e 2 Pinksterdag: ma. 16 mei 2016 Zomervakantie: vr. 8 juli (12.00 u.) t/m vr. 19 augustus 2016 Extra studiedagen, vrije dagen of ochtenden: Woensdag 4 november Woensdag 11 november Woensdag 6 januari Woensdag 9 maart In het schooljaar kunnen nog enkele studiedagen worden gepland. Afhankelijk van de instantie of het bedrijf die deze organiseren, worden hiervoor (meestal) woensdagochtenden gepland. Zo gauw een extra studiedag bekend is, wordt deze aangekondigd in de nieuwsbrief. Dit gebeurt ruim op tijd, d.w.z. minimaal 8 weken vóór de studiedag.
Leerplicht(wet) / Extra schoolverlof wegens vakantie Iedere leerling van 5 jaar en ouder is leerplichtig en valt onder de leerplichtwet. De school moet zich aan deze wet houden. De inspectie houdt toezicht op het naleven van de regels door de school. Verlof buiten de vastgestelde schoolvakanties is niet mogelijk, tenzij er sprake is van een bijzondere reden (gewichtige omstandigheden). Dit houdt in dat een extra vakantie wegens wintersport, een tweede vakantie, een extra lang weekend, deelname van leerlingen aan evenementen, een langdurig bezoek aan familie in het land van herkomst etc., niet kunnen worden aangemerkt als bijzondere reden.
Richtlijnen verlof buiten de schoolvakanties 1. Vakantieverlof Een verzoek om vakantieverlof op grond van artikel 13a van de Leerplichtwet 1969 dient minimaal acht weken van tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Verlof kan worden toegekend, indien: -wegens de specifieke aard van het beroep van één van de ouders het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan; -een werkgeversverklaring wordt overgelegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële schoolvakanties mogelijk is. Vakantieverlof mag, binnen deze voorwaarden: . éénmaal per schooljaar worden verleend; . niet langer duren dan tien schooldagen; . niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. Buitengewoon verlof wegens vakantie mag: · eenmaal per schooljaar; · niet langer dan 10 dagen; · niet in de eerste 2 lesweken van het schooljaar; · alleen als het wegens de specifieke aard van het beroep van de ouder(s) slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. N.B. Bij aanvraag verlof dient schriftelijk bewijs te worden overlegd.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 26
2. Gewichtige omstandigheden: tien schooldagen per jaar of minder Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van het gestelde in artikel 14, lid 1 van de Leerplichtwet 1969, voor tien schooldagen per schooljaar of minder dient vooraf, minimaal acht weken, of uiterlijk binnen twee dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: . voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan gebeuren; . voor verhuizing voor ten hoogste één dag; . voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad voor één of ten hoogste twee dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van belanghebbende; . bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad. Duur in overleg met de directeur van de school; . bij bevalling van de moeder, verzorgster, voogdes. Duur in overleg met de directeur van de school; . bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de eerste graad voor ten hoogste vier dagen; van bloedof aanverwanten in de tweede graad voor ten hoogste twee dagen; van bloed- of aanverwanten in de derde of vierde graad voor ten hoogste één dag; . bij 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en 12½-, 25-, 40-, 50- en 60-jarige huwelijksjubileum van bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad voor één dag; . voor andere calamiteiten en naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen vakantieverlof. 3. Gewichtige omstandigheden: meer dan tien schooldagen per schooljaar Op grond van “gewichtige omstandigheden” (plezierige of onplezierige) mag de directeur van de school voor maximaal 10 dagen per schooljaar verlof geven. Alle aanvragen om extra verlof voor meer dan 10 schooldagen dient de directeur voor te leggen aan de leerplichtambtenaar van de gemeente. De opvatting, dat iedere leerling recht heeft op 10 dagen extra verlof per schooljaar berust op een misverstand. Omdat het ongeoorloofd schoolverzuim landelijk steeds steeg, zijn de regels aangetrokken en is het toezicht door de leerplichtambtenaren strenger geworden. Dit houdt bijvoorbeeld in dat een schooldirecteur strafbaar is als hij verlof toestaat, terwijl het volgens bovenstaande regels niet mag. Als uw verzoek om vakantieverlof is afgewezen en u gaat toch weg, bent u in overtreding en kan er door de leerplichtambtenaar een proces verbaal worden opgemaakt. Voor verdere vragen over dit onderwerp kunt u terecht bij de leerplichtambtenaar, mw. S. Dubbeldam, (0578) 69 95 67. Verlof kan bijvoorbeeld verleend worden indien de ouder(s)/verzorger(s) van de leerling een verklaring van een arts of een maatschappelijk werker kunnen overleggen, waaruit blijkt dat een verlof noodzakelijk is op grond van medische of sociale indicatie betreffende één van de gezinsleden. Is er eenmaal voor een korte periode verlof voor een vakantie verleend, dan mag er niet nog eens een beroep op verlof worden gedaan. Extra vakantieverlof wordt niet verleend vanwege de volgende redenen: . goedkope vliegtickets; . omdat de tickets al gekocht zijn of omdat er geen tickets meer zijn in de vakantieperiode; . men had al geboekt of heeft een (mini)vakantie cadeau gekregen; . drukte bij overtochten van veerboten; . één van de kinderen kan niet alleen achterblijven; . oriënteren op terugkeer naar land van herkomst; . vakantiespreiding in den lande; . de vakantiefile voor willen blijven, enz. enz. In overleg met de directeur van de school en de leerplichtambtenaar kan anders worden beslist!
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 27
Waarschuwing! De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar mededeling te doen van (vermoedelijk) ongeoorloofd verzuim. Tegen die ouder(s)/verzorger(s) die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, zal proces-verbaal worden opgemaakt. 4. Boetes en straffen bij overtreding van de Leerplichtwet Om u een idee te geven van de sancties die de rechter u kan opleggen volgen hieronder een aantal voorbeelden: Ongeoorloofd op vakantie gaan: € 45,38 per dag per kind, met een maximum van € 34 ,34 Gebeurt dit meer dan 1 maal in de proeftijd van 2 jaar: € 34 ,34 tot € 51 ,5 per geval per kind. Spijbelen: € 113,45 of een taakstraf. Spijbelt uw kind meer dan 1 maal in de proeftijd van 2 jaar: € 17 ,17 of een taakstraf voor de spijbelaar of € 22 ,89 voor de ouder/verzorger. Er kan ook een gevangenisstraf geëist worden, meestal staat € 45,38 gelijk aan 2 dagen hechtenis. Directeuren van scholen die zich niet aan de wet houden, kunnen worden veroordeeld tot geldboetes van € 8 , 7 tot € 13 1,34.
Maatregeling ter voorkoming en bestrijding van lesuitval De school is aangesloten bij de Stichting Proo, waar invalleerkrachten staan geregistreerd. Bij ziekte wordt zo mogelijk vervanging ingezet.
Ziektemelding Zieke leerlingen Wanneer een leerling ziek is moet dit direct bij de school gemeld worden. Wilt u ons vóór schooltijd, dus vóór 8.25 uur, laten weten wanneer uw kind niet op school kan komen. Het telefoonnummer van de school is: (038) 447 89 70. Uw kind kan ook op school ziek worden. Het is belangrijk dat wij weten waar wij u kunnen bereiken. Wilt u daarom het telefoonnummer waar u tijdens schooltijden te bereiken bent aan ons doorgeven? Indien de leerling langere tijd niet naar school kan komen, gaan we samen met de ouders/verzorgers bekijken hoe we het onderwijs, rekening houdend met de ziekte, kunnen voortzetten. Hierbij kunnen we gebruik maken van de deskundigheid van een consulent onderwijsondersteuning zieke leerlingen. Voor leerlingen opgenomen in een academisch ziekenhuis zijn dat de consulenten van de educatieve voorziening. Voor alle andere leerlingen betreft het de consulenten van onderwijsbegeleidingsdienst De IJsselgroep. Zorgwekkend ziekteverzuim Als school proberen wij zorgwekkend ziekteverzuim te voorkomen. Hierbij valt te denken aan frequente en/of langdurige meldingen, waarvan de reden niet helemaal duidelijk is. Lukt het de school niet om een duidelijk beeld of een verklaring te krijgen van de achtergronden van een ziekmelding, dan kunnen de leerplichtambtenaar en/of de GGD-jeugdarts ingeschakeld worden. Het is onze wettelijke plicht om voor elke leerling, ook als hij/zij ziek is, te zorgen voor goed onderwijs. Daarnaast vinden wij het minstens zo belangrijk dat de leerling in deze situatie contact blijft houden met de klasgenoten en de leerkracht. De leerling moet weten en ervaren dat hij/zij ook dan meetelt en erbij hoort. Het continueren van het onderwijs, aangepast aan de problematiek, is o.a. belangrijk om leerachterstanden zoveel mogelijk te voorkomen en sociale contacten zo goed mogelijk in stand te houden. Wanneer u meer wilt weten over onderwijs aan zieke leerlingen, dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht c.q. mentor van uw zoon/dochter. Ook kunt u informatie vinden op de website van de onderwijsbegeleidingsdienst in uw regio en op de website van Ziezon, www.ziezon.nl , het landelijke netwerk Ziek Zijn en Onderwijs.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 28
Vervanging van een leerkracht Bij afwezigheid van een leerkracht, door ziekte of andere omstandigheden, wordt er gezocht naar inval. Stichting Proo heeft een eigen pool van invalkrachten. Als er een invalkracht moet komen die onze school niet kent dan zijn er vaste regels en afspraken over diens begeleiding. Bovendien vindt deze invalkracht in de klassenmap alle gegevens die hij/zij nodig heeft voor een goede start van de invalperiode. Indien er geen invaller beschikbaar is, wordt naar een interne oplossing gezocht. Slechts als uiterste maatregel kunnen wij genoodzaakt zijn u te vragen uw kind thuis te houden. U wordt dan daarover zo snel mogelijk telefonisch in kennis gesteld. Als u niet voor opvang thuis kunt zorgen, is het mogelijk uw kind in een andere groep op te vangen. Uw kind krijgt dan geen les.
De schooltijden Onderwijstijd De overheid heeft vastgelegd hoeveel tijd scholen moeten besteden aan onderwijs (onderwijstijd). Onze kinderen krijgen ruim 7520 uur les in de acht jaar dat ze onze school bezoeken. Wij hebben deze onderwijstijd als volgt ingedeeld: onderbouw 868,5 uren, middenbouw 944,5 uren en bovenbouw 1024,5 uren. (Leerlingen moeten in de eerste 4 schooljaren (onderbouw) ten minste 3.520 uur les krijgen. In de laatste 4 schooljaren (bovenbouw) 3.760 uur. De 240 uur die overblijven, kunnen scholen verdelen over de onderbouw en bovenbouw. Er is geen maximum aantal uren onderwijs per dag.) Hiermee voldoen wij aan de wettelijke norm. Ieder schooljaar hebben we maximaal zeven zogenaamde onderbroken weken (met vier lesdagen). Ook dit is één van de eisen van het ministerie van onderwijs. De onderwijsinspectie let erop dat de scholen voldoende uren onderwijs geven.
maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag
ochtend 8.30 – 12.00 uur 8.30 – 12.00 uur 8.30 – 12.15 uur 8.30 – 12.00 uur 8.30 – 12.00 uur
middag 13.15 – 15.15 uur 13.15 – 15.15 uur x 13.15 – 15.15 uur 13.15 – 15.15 uur
groepen 1 en 2 ’s middags vrij ’s middags alle groepen vrij groepen 1-2-3-4 ’s middags vrij
Voor alle groepen is de ochtendpauze van 10.15 – 10.30 uur. Vanaf een kwartier vóór schooltijd (om 8.15 uur en om 13.00 uur) is er toezicht op het plein. Om 08.25 uur en 13.10 uur gaat de eerste bel. De kinderen hebben dan genoeg tijd om rustig naar hun klas te gaan. De tweede bel gaat om 8.30 uur en om 13.15 uur. Wij beginnen dan met de lessen . Een vriendelijk verzoek om dan het lokaal te verlaten. De kinderen komen ’s ochtends NIET EERDER dan 8.15 uur op school en ´s middags NIET EERDER dan 13.00 uur. ‘s Middags kunnen de kinderen pas om 13. uur op school komen, omdat de overblijfkinderen tot die tijd het plein gebruiken. Voor de overblijfouders wordt dit anders te onoverzichtelijk.
DE EERSTE SCHOOLDAG Voor het eerst naar school gaan is spannend, maar ook een beetje eng. Als het zover is willen de waterlanders wel eens komen. Uw kind een kus geven en gewoon weggaan, is het beste. Kinderen vanaf 3 jaar en 10 maanden mogen 5 keer een dagdeel wennen. De ouders mogen de eerste wendag tot 9.15 uur in de klas blijven. E.e.a. gebeurt in overleg met de leerkracht van de betreffende groep 1-2. Vanaf 4 jaar zijn de kinderen dagelijks welkom. In de maand december bieden we vanwege de drukte geen wennen aan of als er veel nieuwe leerlingen in januari starten wennen de nieuwe kinderen niet in de week van Sinterklaas en de week voor de kerstvakantie. Ook in de laatste 6 weken vóór de zomervakantie heeft het proefdraaien weinig zin. Het brengen en halen van uw kind De school is open vanaf 8.20 uur en vanaf 13.05 uur. Vanaf deze tijd kunnen de kinderen van groep 1 en 2 naar binnen worden gebracht. De ouders kunnen dan een boekje lezen met hun kind. Als u
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 29
besluit om uw kind naar binnen te brengen als de bel is gegaan, dan is het de bedoeling dat er direct afscheid wordt genomen. Er is dan geen tijd meer om een boekje te lezen. De kinderen uit andere groepen blijven gewoon buiten tot de eerste bel gaat. Als u uw kind naar binnen brengt, wilt u er dan op toe zien dat broertjes of zusjes die meegaan geen materialen uit de kast halen. Wilt u, als de bel gaat, de klas verlaten. Dan kunnen we met de kinderen op tijd beginnen. Als u uw kind komt halen, wilt u dan buiten de school wachten. Laat uw kind ook eens zelf naar binnen gaan. Dat bevordert de zelfstandigheid. Na de herfstvakantie gaan de kinderen van groep 3 zelfstandig naar het lokaal.
Sportactiviteiten / gymnastiek De kinderen van groep 1 en 2 krijgen geregeld bewegingsonderwijs in het kleuterspeellokaal. Wilt u hen daarom een tas met gymschoentjes (of balletschoentjes) zonder veters meegeven? Het is handig als op de tas en in de schoentjes een naam staat. De kinderen uit groep 1 en 2 spelen ook nog vaak buiten. De kinderen van de groepen 3 t/m 8 krijgen gymnastiek in sporthal “ ‘t Olde Veld” op enkele minuten loopafstand van de school. De gymdagen zijn: groep 7 - 8 maandagmiddag groep 3 - 4 woensdagochtend groep 5 - 6 maandagmiddag Wilt u uw kind gymkleding en gymschoenen meegeven waar hun naam in staat? Vanaf groep 3 verwachten wij dat de kinderen naar de sportles een handdoek en zeep of doucheschuim meenemen. Sinds augustus 2010 heeft de gemeente Heerde het zwemonderwijs voor de groepen 7 en 8 afgeschaft. Dat schooljaar kregen alleen de groepen 5 en 6 nog schoolzwemmen. Vanaf augustus 2011 is dit ook voor deze groepen afgeschaft. Dat betekent dat er nu dus geen schoolzwemmen meer wordt gegeven.
Muzikale vorming Elke vrijdag krijgen alle groepen muziekles van de vakleerkracht muziek, Marten van der Worp. Een keer per jaar wordt er een songfestival georganiseerd voor de groepen 5 t/m 8. De voorrondes vinden op school plaats en het songfestival in het Dorpshuis in Heerde. Dit is voor alle openbare scholen in de gemeente Heerde.
Godsdienstig & Humanistisch VormingsOnderwijs (GVO / HVO) Voor de kinderen uit de groepen 5 t/m 8 is er de mogelijkheid om godsdienstig (GVO) of humanistisch vormingsonderwijs (HVO) te volgen. Voor aanvang van ieder schooljaar kan het kind samen met de ouders een keuze maken. De kinderen krijgen informatiemateriaal mee naar huis om de keuze weloverwogen te maken. De vakleerkracht HVO, Agaath Debets besteedt veel aandacht aan aspecten als vrijheid, gelijkwaardigheid, rechtvaardigheid en solidariteit. Ook komen de verschillende wereldgodsdiensten en burgerschap aan de orde (www.onzeschooldoetaanburgerschap.nl). Margreeth Oldenhuis, vakleerkracht Godsdienst Vormingsonderwijs besteedt in haar lessen aandacht aan bijbelse geschiedenis en de christelijke feestdagen. HVO en burgerschap HVO is een keuzevak; burgerschapsvorming is verplicht sinds 2006. Bij HVO leren leerlingen na te denken en met elkaar te onderzoeken over hoe zij in het leven staan. Daarbij komen levensthema’s voorbij zoals goed en kwaad, mooi en lelijk, geloof. Hieruit komen allerlei levensvragen naar voren. Levensvragen zijn vragen waar niet een, twee, drie een antwoord op te geven is. Het onderzoeken van deze levensvragen gebeurt op een speelse en creatieve manier.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 30
Bijvoorbeeld door een rechtbankspel, discussies/debatten of het Lagerhuis na te spelen. Bij deze spelvormen leren leerlingen meerdere vragen van alle kanten te bekijken. Kort gezegd leren leerlingen: Zelfstandig nadenken Zichzelf kennen De ander kennen Keuzes te maken Verschillen te respecteren Verantwoordelijkheid te nemen Bij burgerschapsvorming leren leerlingen Democratie: respect hebben voor elkaars verschillen en opvattingen en op een vreedzame wijze tot oplossingen komen; met zorg om te gaan met de natuur; zorg te dragen voor henzelf en anderen. Participatie: verantwoordelijkheid nemen voor je eigen leefomgeving (school, woonomgeving) door er een bijdrage aan te leveren. Identiteit: de school is een oefenplaats om je identiteit te leren kennen, je idealen te leren kennen, om te gaan met diversiteit.
Klassenshow / musical Eens per jaar verzorgen de (combi)groepen 1 t/m 8 een voorstelling op het toneel. Tijdens deze voorstelling laten de kinderen liedjes, gedichtjes, versjes, toneelstukjes en dergelijke zien. U bent bij alle voorstellingen van harte welkom. De klassenshows zijn meestal op woensdagochtend van ca. 11.30 uur tot 12.15 uur. De exacte datum en tijd worden in de nieuwsbrief vermeld. Het kan ook zijn dat een klassenshow wordt voorbereid door een buitenschoolse groep, bijv. vanuit het cultuurprogramma. De kinderen volgen dan workshops die uiteindelijk uitmonden in een voorstelling in of buiten school. Soms wordt één gezamenlijke show door alle groepen verzorgd. De kinderen zijn dan gemixt in groepen. In workshops wordt van tevoren geoefend voor de shows. Groep 8 verzorgt een afscheidsmusical in de voorlaatste schoolweek.
Verkeersdiploma In groep 7 doen de kinderen mee aan het landelijke verkeersexamen. Het examen bestaat uit een theoretisch en een praktijkgedeelte. Het examen vindt meestal in april plaats.
Schoolspulletjes Het is gemakkelijk als de kinderen een etui hebben voor hun (vul)pen, potloden e.d. Pennenbakjes zijn minder geschikt, omdat dit met de schoonmaak erg lastig is. Etuis passen in het tafelvakje . De kinderen van groep 6, 7 en 8 mogen gebruik maken van een eenvoudig zakrekenmachientje. De kinderen wordt aangeraden ook een schoolagenda te gebruiken om hun huiswerk in op te schrijven.
Feest Als een ouder, opa of oma, broer of zus jarig is, dan mag er op school een tekening gemaakt worden, als de kinderen dat leuk vinden. Wij vinden het fijn dat een paar dagen van te voren te weten.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 31
Schoolkrant De schoolkrant komt drie keer per jaar uit. De kinderen maken een kerstkrant, een meikrant en een zomer/vakantiekrant. Deze laatste is een zgn. ‘smoelenboek’, een echt bewaarexemplaar. De redactie bestaat uit twee ouders van school. Inhoudelijk besteden we veel aandacht aan daltongerelateerde onderwerpen. Kopij van ouders is ook welkom. Ieder kind krijgt een krant.
Inzet klassenouders Het is de bedoeling, dat er per groep één klassenouder wordt aangewezen, zo mogelijk iemand uit de ouderraad. Deze ouder benadert andere ouders wanneer er zaken voor de groep geregeld moeten worden. Gedacht kan worden aan het begeleiden van sportdagen, het rijden naar buitenschoolse evenementen enz. De klassenouder probeert de werkzaamheden zo evenwichtig mogelijk over de ouders van de groep te verdelen. Projectleiders zijn ouderraadsleden die de verantwoordelijkheid voor een bepaalde klus toegewezen gekregen hebben. Te denken valt aan het onderhoud van speelattributen. Deze projectouder benadert mensen voor de werkzaamheden. Wie de klassen- en projectouders zijn, wordt in de nieuwsbrief bekendgemaakt.
Schoolreisjes Alle groepen gaan een dag in het jaar op schoolreis. Dit schooljaar gaan alle groepen voor het eerst samen op schoolreis Dit gebeurt aan het begin van ieder schooljaar, in september. Dan is het lekker rustig in de attractieparken. In de nieuwsbrief leest u waar de reis naar toe gaat en wat de kosten zijn. Gespreide betaling is altijd mogelijk. In groep 8 (afhankelijk van het schooljaar in combinatie met groep 7) gaan de kinderen op een driedaagse reis naar Vlieland. Bijkomend voordeel van het op schoolreis gaan aan het begin van het schooljaar (eind augustus / begin september) is dat er zeker met een meerdaagse schoolreis nog een heel jaar geprofiteerd kan worden van de speciale band die er in een groep is ontstaan.
Aansprakelijkheid Stichting Proo heeft bij AON Verzekeringen een reisverzekering voor leerlingen en begeleiders die van kracht is tijdens school- en groepsreizen, excursies en uitstapjes in schoolverband. Tevens is een collectieve ongevallen verzekering aanwezig voor personeel, vrijwilligers, leerlingen en stagiaires. Bij vervoer met auto's (van ouders, leerkrachten of derden) zal een afdoende inzittendenverzekering moeten zijn afgesloten door betrokkenen. Indien een leerling schade toebrengt aan een andere leerling, een leerkracht, het schoolgebouw met toebehoren of de schoolinventaris, dan zijn de ouders/ verzorgers wettelijk aansprakelijk. Wij raden alle ouders daarom aan een WA verzekering af te sluiten voor hun kind(eren). Ouders / verzorgers hebben de mogelijkheid om bij AON Verzekeringen een Eigendommen- en ongevallenverzekering voor uw kind(eren) af te sluiten. Deze verzekering dekt de schade van ongevallen tijdens de schooluren, activiteiten in schoolverband, stagewerkzaamheden en het rechtstreeks gaan van huis naar school en omgekeerd. Ook andere risico's zoals diefstal en materiële schade aan kleding en andere eigendommen van uw kind tijdens het verblijf op school worden gedekt. Deze verzekering kunt u al voor € 2 ,- afsluiten. Voor meer informatie en het afsluiten van deze verzekering voor uw kind(eren) verwijzen wij u naar www.leerlingenverzekeringen.nl. De school aanvaardt op geen enkele wijze aansprakelijkheid voor het zoekraken of beschadigd raken van eigendommen van kinderen.
Viering van de laatste schooldag: speldag Op de laatste donderdag vóór de zomervakantie sluiten we het schooljaar op een feestelijke manier af. Er worden dan voor de kinderen allerlei leuke activiteiten georganiseerd. Ook wordt er gezorgd voor een hapje en een drankje. De allerlaatste dag wordt gebruikt om de klaslokalen op te ruimen en de laatste spullen mee naar huis te nemen.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 32
Verjaardagen Om de verjaardag van uw kind ook een beetje op school te vieren, wordt er voor ze gezongen en trakteren de kinderen hun klasgenootjes en de leerkrachten. De kinderen krijgen een stickerkaart met daarop van elke juf en meester een stickertje. Wij verzoeken vriendelijk uw kind niet op snoep te laten trakteren. Fruit, een blokje kaas of iets dergelijks is ook lekker (ook voor de leerkrachten). Wij verzoeken u géén uitnodigingen voor verjaardagsfeestjes of ander partijtjes en clubs op school of op het plein uit te delen, maar deze persoonlijk op het woonadres van de uitgenodigde kinderen af te geven; dit om teleurstellingen bij andere kinderen te voorkomen.
Eten & drinken: 10-uurtje Alle kinderen mogen iets te eten en te drinken meebrengen naar school. De kinderen eten en drinken om 10.05 uur met elkaar in de eigen klas.
Overblijven Tussentijdse opvang (TSO) Kinderen die tussen de middag niet naar huis kunnen, mogen op school overblijven. Hiervoor kunt u bij de juf Riek (conciërge) een ‘strippenkaart’ kopen voor € 11,35. Met deze kaart kunnen de kinderen dan tien keer overblijven. Als uw kinderen zo nu en dan eens overblijven, betalen zij € 1,35 per keer per kind. Tijdens het overblijven zijn de kinderen verzekerd. De overblijfkrachten zijn: Jenneke Gratama Riek Buitenhuis tel. (038) 447 89 70 (school) Buitenschoolse opvang (BSO) De BuitenSchoolse Opvang (BSO) voor Wapenveld is gevestigd in onze school. De BSO heeft een eigen ingang. Wilt u meer weten over Buitenschoolse Opvang in Wapenveld, neemt u dan contact op met Kinderopvang ‘t Hummelhuis, Anneke Holkamp (tel. 06 - 49 41 77 66 of het kantoor in Heerde tel. (0578) 69 59 54 of e-mail
[email protected] of website www.hummelhuis.nl
Rondom de school Veel kinderen komen op de fiets naar school. Op het plein aan de Fazantenstraat zijn fietsenhokken. In verband met de veiligheid van deze fietsende kinderen vragen wij u dringend, wanneer u uw kind(eren) met de auto naar school brengt, uw auto aan de achterzijde (Valkstraat) te parkeren. Als iedereen de straat inrijdt vanaf de Wildekampseweg (cafetaria “Het Centrum”) en richting de kerk wegrijdt, wordt het achter de school veel overzichtelijker. Wij verzoeken u vriendelijk uw auto niet voor de uitritten van onze buren te parkeren.
Schone schoenen Om zoveel mogelijk zand buiten de klaslokalen te houden, mogen de kinderen niet met laarzen of vieze schoenen het lokaal in. Ook in de klassen waar vloerbedekking ligt, laten de kinderen hun vieze schoeisel onder de kapstok staan. De kinderen mogen schone schoenen wel aanhouden in de klas. De kinderen mogen ook pantoffels mee naar school nemen.
Nieuwsbrief Iedere week (meestal vrijdags) komt er een nieuwsbrief uit. Deze wordt naar alle gezinnen digitaal verzonden en staat ook op de website. In de nieuwsbrief staat alles wat voor u belangrijk is om te weten. Eventuele andere (didactische/pedagogische) relevante informatie, zoals folders van boeken die u kunt bestellen, wordt tegelijk met de nieuwsbrief meegeven.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 33
Een kijkje in de klas Iedere donderdagmiddag kunnen ouders na schooltijd (vanaf 15.15 uur) een kijkje te nemen in het klaslokaal van hun kind. U kunt dan bekijken wat de kinderen hebben gemaakt of wat ze aan het maken zijn. Tot 15.45 uur bent u van harte welkom. De ouders van de kinderen uit groep 1 en 2 kunnen ook ‘s ochtends vóór schooltijd tijdens de inloop hiervan gebruik maken. De inloopmiddag is niet om te praten over specifieke aangelegenheden van uw kind. Wilt u daarover praten met de leerkracht, maakt u dan een afspraak.
Anti-rookbeleid Wij ontmoedigen het roken in aanwezigheid van kinderen. Wij verzoeken u dan ook vriendelijk van roken af te zien tijdens de begeleiding bij activiteiten van school. Ook verzoeken wij u om bij beide poorten niet te roken en geen resten van rookwaren meer achter te laten.
Informatie- en rapportavonden Meerdere malen per jaar staan zogenoemde 10-minutengesprekken en ouderavonden gepland. Deze worden in de nieuwsbrief aangekondigd. Aan het begin van het schooljaar wordt er een informatieavond gehouden waarbij de leerkrachten aan de ouders uitleggen wat er dat schooljaar in hun groep gaat gebeuren. Tevens wordt er uitgelegd met welke methodes er gewerkt wordt. In de eerste weken van het schooljaar houden we ook een kennismakingsgesprek met de ouders. U kunt met de leerkracht praten over specifieke aangelegenheden van uw kind. Daarnaast houden we minstens éénmaal per jaar een ouderavond over de verdere ontwikkelingen van onze school (bijv. daltononderwijs of een ander actueel onderwerp). In de nieuwsbrief wordt u geïnformeerd wanneer deze avond is. Over de rapporten in februari/maart en juni/juli houden we ook 10-minutengesprekken over de resultaten van uw kind. De leerkracht van de kinderen uit groep 1 komt op huisbezoek. Hiervoor wordt een afspraak gemaakt. Voor groep 8 staat een informatieavond gepland over de gang van zaken in dit laatste jaar. Tevens vinden er in november/december voorlopig adviesgesprekken plaats waarin wordt gesproken over de richting van het voortgezet onderwijs van uw kind. Na de Cito-eindtoets vinden de aanmeldingsgesprekken plaats (maart) waarbij de leerkracht samen met de ouders het kind aanmeldt voor het voortgezet onderwijs.
Informatieverstrekking aan (gescheiden) ouders en derden Ouders die beiden het ouderlijke gezag hebben, hebben allebei recht op alle informatie over het kind. Er is automatisch sprake van gezag wanneer ouders getrouwd zijn, samenwonen, een geregistreerd partnerschap hebben of als het door de rechter bepaald is. Wanneer ouders gescheiden zijn, behouden zij allebei het ouderlijk gezag, tenzij door de rechter anders is bepaald. We gaan er van uit dat ouders elkaar op de hoogte houden. Dit is zelfs een verplichting voor de ouder die belast is met het ouderlijk gezag. Hij of zij moet de andere ouder op de hoogte houden van gewichtige aangelegenheden die het kind betreffen ( artikel 1: 377 b Burgerlijk Wetboek). Gegevens over de schoolloopbaan van het kind moeten dus door de met het gezag belaste ouder doorgegeven worden. Helaas is dit niet altijd mogelijk. Om er als school voor te zorgen dat beide ouders voorzien worden van informatie over hun kind bestaat de mogelijkheid voor extra informatievoorziening. In een dergelijk geval kan de betreffende ouder het beste aan het begin van het schooljaar, of zo snel mogelijk na een scheidingsuitspraak, contact opnemen met de school om afspraken te maken over de informatieverstrekking. De schriftelijke informatie kan dan toegestuurd worden. Ook op de website van onze school is natuurlijk veel informatie te vinden (schoolgids, nieuwsbrieven e.d.) Daar waar het gaat om rapportgesprekken of gesprekken die voortvloeien uit speciale zorg voor het kind, gaan we er van uit dat er één gesprek plaats vindt met de beide ouders samen: het gaat om het kind. Op deze manier is er een waarborg dat dezelfde informatie op dezelfde manier gegeven wordt.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 34
Zo voorkomen we misverstanden. Hiervan kan alleen incidenteel, bij zwaarwegende omstandigheden van worden afgeweken om objectiviteit van informatie te kunnen waarborgen. In uitzonderlijke gevallen, denk hierbij bijvoorbeeld aan veiligheid, kan een school besluiten de gesprekken in aanwezigheid van de directeur te laten plaatsvinden of geen gesprekken te voeren met (één van de) ouder(s). Als een ouder geen ouderlijk gezag heeft, moet de school die ouder, als hij daarom verzoekt, informeren over belangrijke feiten en omstandigheden die betrekking hebben op het kind of zijn verzorging en opvoeding. (artikel 1:377c BW). Het gaat dan om (schriftelijke) informatie over schoolvorderingen en eventueel sociaalpedagogische ontwikkelingen op school. Hieronder vallen niet een uitnodiging voor een ouderavond of andere activiteiten op school. Alleen als de vader het kind niet heeft erkend, heeft hij geen enkel recht op wat voor informatie dan ook (wel staat dan de weg van artikel 8 Europees verdrag voor de rechten van de mens (EVRM) open). Een verzoek om informatie kan ook geweigerd worden. Bijvoorbeeld als de rechter dit heeft gezegd. En ook als de informatie in het belang van het kind ook niet aan de ouder die met het gezag is belast, gegeven zou worden. Daar waar de school gegevens over het kind door moet geven aan derden, voor bijvoorbeeld het aanvragen van nader onderzoek in het belang van de schoolloopbaan van het kind, wordt aan beide ouders toestemming gevraagd (indien er gezag is en de vader het kind heeft erkend). De verzorgende ouder wordt belast met het verkrijgen van toestemming van de niet-verzorgende ouder voor de bemoeienis van een derde. Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het doorgeven van wijzigingen aan school, als er bijvoorbeeld sprake is van wijzingen betreffende gezag, omgangsregeling, informatieverstrekking of adresgegevens. Zij moeten de school hiervan uit zichzelf op de hoogte stellen. Verlofaanvragen kunnen worden gedaan door de ouder bij wie het kind in huis woont. Ouders bij wie het kind niet in huis woont, kunnen alleen een verlofaanvraag indienen met schriftelijke toestemming van de andere ouder. In geval van co-ouderschap houdt dit in dat de ouders alleen verlof kunnen aanvragen voor de dagen dat het kind bij de betreffende ouder in huis woont. Voor de andere dagen kan alleen verlof aangevraagd worden met schriftelijke toestemming van de andere ouder. Ouders die geen ouderlijk gezag hebben kunnen geen verlof aanvragen. Aan opa’s, oma’s, tantes, ooms, broers, zussen en buren die de kinderen komen ophalen, zal geen inhoudelijke informatie verstrekt worden, behalve wanneer het voor het kind noodzakelijk is dat de informatie verstrekt wordt. (Bijvoorbeeld als het kind pijn heeft gehad, of als het kind verdrietig is geweest). NB.: Elders in deze schoolgids vindt u de namen van de schoolcontactpersoon als ook van de vertrouwenspersoon en de contactpersoon van de Stichting, waar u terecht kunt in geval u een klacht heeft over de informatieverstrekking door de school. Tevens treft u het adres van de Landelijke Klachtencommissie aan. De beleidsnotitie “Informatieverstrekking aan ouders” ligt ter inzage op de school of bij stichting Proo. In uitzonderlijke gevallen kan van het beleid worden afgeweken.
Rapporten De kinderen krijgen twee of drie keer per jaar (afhankelijk van de groep) een rapport mee naar huis. De kinderen die in de zgn groep 0 zitten (dit is de voorbereidende periode voordat ze daadwerkelijk in groep 1 starten) krijgen nog geen rapport mee. Het eerste rapport (november) voor de groepen 3 t/m 8 is een zgn. ´woord´rapport en heeft het karakter van een tussenrapport. Hierop worden de prestaties beoordeeld met: goed - ruim voldoende voldoende - matig - onvoldoende Op het tweede rapport (februari/maart, voor de groepen 1 t/m 7) en het derde rapport ((juni/juli voor alle groepen) krijgen de kinderen cijfers. Hierin zijn ook de resultaten van de toetsweken verwerkt. Het tweede en derde rapport wordt tijdens een 10-minutengesprek toegelicht. De 10-minutengesprekken volgen direct in de week waarin het rapport mee naar huis is gegeven.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 35
Als kinderen vertrekken naar een andere school (voortgezet onderwijs of basisonderwijs) geeft de school altijd een onderwijskundig rapport mee. Een afschrift hiervan gaat naar de ouders.
Afspraak met de leerkracht Los van de rapportbesprekingen is er altijd een mogelijkheid om een afspraak te maken met de groepsleerkracht. Als u uw kind een briefje meegeeft met het verzoek voor een afspraak, neemt de leerkracht contact met u op om een afspraak te maken. U kunt natuurlijk ook even bellen.
Training Sociale Vaardigheden Op school worden trainingen gegeven om kinderen sociaal vaardiger te laten worden. Deze trainingen zijn gericht op het aanleren van vaardigheden zoals het ontvangen en geven van complimenten en kritiek, het vragen stellen, iets bespreken, het luisteren naar een ander, het kennismaken en het weerbaarder worden. De training bestaat uit tien lessen van 1 1/2 uur en zijn met name voor kinderen uit de groepen 4 t/m 8. Dit kunnen ook kinderen van andere scholen in de gemeente Heerde zijn. Twee leerkrachten zijn voor deze trainingen opgeleid. Als u meer informatie wenst, kunt u contact opnemen met school.
Leerlingenraad Onze school heeft een leerlingenraad. De raad bestaat uit een gekozen afvaardiging van twee leerlingen uit elk van de groepen 5 t/m 8. De leerlingenraad staat onder leiding van een leerkracht en een lid uit de ouderraad. De raad komt een aantal malen per jaar bij elkaar en bespreekt zaken en brengt ideeën in over o.a. de aankleding van het schoolplein, de besteding van verkregen opbrengsten voor speelmaterialen en het uitdelen van kleine attenties bij sinterklaas, kerst, Valentijnsdag, pasen en de laatste schooldag. De leerlingenraad organiseert ieder jaar in januari een nieuwjaarsdisco.
ICT De school beschikt over een computerlokaal met 14 op een netwerk aangesloten computers. Ook iedere klas beschikt over één of twee computers. Op de computers staan aanvullende leer- en oefenprogramma’s voor alle groepen, zodat de kinderen extra opdrachten kunnen maken. Iedere groep zit minstens eenmaal per week in het computerlokaal. Daarnaast is het lokaal vrij voor kinderen om zelfstandig te werken aan teksten en werkstukken maken voor een spreekbeurt, een muurkrant en/of de schoolkrant. Alle kinderen hebben een eigen hoofdtelefoon. Linda Spin is binnen de school de ICT-stimulator.
Internetgebruik en sociale media Op onze school mogen kinderen gebruik maken van internet. Ze gebruiken het internet als bron en voor educatieve doeleinden. Misbruik wordt gestraft. Bij misbruik nemen wij contact op met ouders en dan zullen wij samen bespreken welke maatregelen nodig zijn. Ieder geval wordt apart bekeken. Sociale media, zoals Hyves, Facebook, You Tube en Twitter kunnen een nuttige en positieve rol hebben in en om de school. Om de scholen, leerlingen, ouders en medewerkers te beschermen tegen mogelijke negatieve gevolgen van het gebruik van sociale media, heeft Proo een protocol vastgesteld. Uitgangspunt van dit protocol is dat gebruikers respect voor elkaar en voor de school hebben en iedereen in zijn waarde laten. In het protocol is onder meer afgesproken dat leerlingen en medewerkers tijdens de les alleen actief zijn op de sociale media, als de schoolleiding daar toestemming voor geeft. Er wordt geen vertrouwelijke informatie van anderen gedeeld. Alleen met toestemming is het toegestaan om foto-, film- en geluidsopnamen van schoolgerelateerde situaties op sociale media te zetten. Het is medewerkers niet toegestaan ‘vrienden’ te worden met leerlingen op sociale media. In het protocol staan de richtlijnen precies omschreven. Het protocol Internet en Social Media is te vinden op de website www.stichtingproo.nl
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 36
Techniek In onze snel veranderende samenleving speelt techniek een relevante rol. Techniekonderwijs draagt bij aan de ontwikkeling van de nieuwsgierigheid, creativiteit en oplossend vermogen van kinderen. Het vak Wetenschap en Techniek is daarom heel goed in te passen in andere vakken, omdat het veel raakvlakken heeft en tal van mogelijkheden biedt. Wij passen techniek in tijdens de biologie/natuurkundelessen, tijdens de workshops (expressie) op woensdagochtend en op momenten dat dit kan tijdens andere lessen. Ieder jaar besteden we één themaweek aan Wetenschap en Techniek (bijvoorbeeld: Duurzaamheid). In voorgaande schooljaren heeft een ‘techniekcoach’ ons in de groepen 5 t/m 8 ondersteund. Vanuit het Programma Verbreding Techniek in het Basisonderwijs (VTB) hebben wij subsidie gekregen om het vak Wetenschap en Techniek binnen de school in te passen en te stimuleren. Hierdoor kunnen we veel nieuwe materialen en gereedschappen kopen. Hans Geers is de techniekcoördinator op school. Hij heeft in een netwerk contact met andere scholen om ideeën uit te wisselen.
Jeugdgezondheidszorg van de GGD GGD (Een gezonde jeugd: de jeugdgezondheidszorg helpt) Kinderen ontwikkelen zich voortdurend. De een sneller dan de ander. Soms soepel, soms met vragen of zorgen. Ouders en school staan er tijdens deze periode niet alleen voor. U kunt terecht bij de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Noord- en Oost-Gelderland. De JGZ volgt de groei, gezondheid en ontwikkeling van kinderen en jongeren tussen de 4 en 19 jaar. Samen met u en de school zorgt de JGZ er voor dat kinderen en jongeren zich zo gezond en goed mogelijk ontwikkelen. En als dat nodig is, de juiste zorg krijgen. De JGZ werkt in teams die bestaan uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, assistente jeugdgezondheidszorg en een logopedist. Deze medewerkers hebben op verschillende momenten en op verschillende manieren contact met u of de kinderen. Bijvoorbeeld tijdens een individueel gezondheidsonderzoek of tijdens een inloopspreekuur. Maar ook tijdens een groepsvoorlichting of tijdens een gesprek ter ondersteuning of verwijzing. De JGZ of de GGD kan ouders en scholen adviseren over verschillende onderwerpen. Bijvoorbeeld over infectieziekten, hygiëne en veiligheid op school, chronisch zieke kinderen of kinderen met een handicap. Meer informatie hierover vindt u op onze website: ggdnog.nl GGD Noord- en Oost-Gelderland is kernpartner van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en werkt samen met ondersteunende en hulpverlenende organisaties. Heeft u vragen? U kunt de JGZ bereiken op telefoonnummer 088 – 443 30 00 (voor algemene vragen) of op 088 – 443 31 00 (alleen voor verzetten van afspraken en alleen tussen 8.00 en 12.00 uur) of per e-mail:
[email protected]. Jongeren kunnen direct met alle vragen over gezondheid mailen, chatten of twitteren met een jeugdarts. Meer informatie hierover vindt u op de website: jouwggd.nl
Wat doet de GGD op school? De volgende, kindgerichte activiteiten worden onder andere door de JGZ uitgevoerd: Preventief Gezondheidsonderzoek in groep 2 Bij de uitnodiging voor u en uw kind ontvangt u een vragenlijst ten behoeve van het onderzoek. Uw kind wordt door de doktersassistente op groei en ontwikkeling onderzocht. Het gehoor en het gezichtsvermogen wordt gecontroleerd en lengte en gewicht gemeten. Daarnaast is er aandacht voor het functioneren van uw kind; thuis, op school en in de vrije tijd. Zo nodig wordt er een vervolgonderzoek door de jeugdarts gedaan. Preventief Gezondheidsonderzoek in groep 7 Bij de uitnodiging voor u en uw kind ontvangt u een vragenlijst ten behoeve van het onderzoek. De kinderen vullen klassikaal een gezondheidspaspoort in. Uw kind wordt daarna door de jeugdverpleegkundige onderzocht. Tijdens dit onderzoek staan ontwikkeling en leefstijl centraal. Lengte en gewicht worden gemeten en het vermogen tot het zien van kleuren wordt getest.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 37
Zorg op maat De jeugdverpleegkundige en/of jeugdarts hebben regelmatig contact met de Intern Begeleider van school over leerlingen waarvoor extra zorg nodig is. Activiteiten gericht op de school Scholen hebben een belangrijke taak als het gaat om het beschermen en bevorderen van de gezondheid van leerlingen. De GGD biedt ondersteuning aan leerkracht en ouders door het geven van informatie en het verzorgen van een thema voor een ouderavond. Folders, adviezen en lesmateriaal over onderwerpen als ‘grenzen stellen’, ‘weerbaarheid’, ‘drukke kinderen’, ‘pesten’, ‘gezonde voeding’ of ‘dood- en rouwverwerking’, het bestrijden van hoofdluis en besmettelijke ziekten zoals hersenvliesontsteking zijn verkrijgbaar bij de GGD. Ten slotte controleert de GGD de veiligheid en hygiëne op scholen en adviseert scholen hierover. De JGZ werkt veel samen met bijv. de thuiszorginstellingen, huisartsen, Bureau Jeugdzorg, RIAGG en de Onderwijsadviesdienst. Daar waar nodig wordt u naar deze instanties doorverwezen. Logopedische screening De logopedische screening is een onderzoek naar de spraak- en taalontwikkeling van 5-jarigen door de logopedist van de GGD Gelre-IJssel. In deze werkwijze gaat wat veranderen. Deze veranderingen houden in dat ouders én leerkrachten een korte vragenlijst ontvangen over de spraak en de taal van hun kind. De logopedist beoordeelt deze vragenlijsten en bepaalt welke leerlingen op grond van de antwoorden voor een logopedische screening gezien gaan worden. Als een kind niet gescreend hoeft te worden, dan krijgen de ouders daarover bericht. Wanneer een screening wel nodig is, dan gebeurt dit op school. De ouders zijn hierbij niet aanwezig. Uiteraard krijgen de ouders schriftelijk bericht van de uitkomst van de screening. Na de screening kan het nodig zijn een kind voor een nader onderzoek of een controle terug te zien. Sommige leerlingen zullen voor een uitgebreid onderzoek en eventuele behandeling verwezen worden naar een vrijgevestigde logopedist. De leerkracht en de intern begeleider worden – met toestemming van de ouder(s) – van de bevindingen van de logopedist op de hoogte gesteld.
Veiligheidsbeleid Veiligheid is zeer belangrijk. Onze school biedt leerlingen, onderwijspersoneel en ouders een plek waar ze veilig zijn en waar ze zich veilig voelen. In onze school worden de risico’s geminimaliseerd en incidenten zoveel mogelijk voorkomen. We bereiken dit door de volgende maatregelen (aanpassen aan eigen schoolsituatie): Onze school heeft drie opgeleide bedrijfshulpverleners (BHV-ers) en / of tevens EHBO’ers. Zij zorgen voor de coördinatie bij calamiteiten en verlenen zo nodig eerste hulp. Op onze school zijn dit Riek Buitenhuis, Miriam Göeken-Kroese en Maartje Kooman. Ieder jaar volgen onze BHV-ers een herhalingscursus. Onze school heeft een ontruimingsplan en een inruimingsplan. Deze plannen worden jaarlijks / tweemaal per jaar geoefend met personeel en leerlingen; Op bestuursniveau is een preventiemedewerker aangesteld. Het schoolgebouw en het schoolplein zijn (her)ingericht volgens de normen van de ARBO en de speeltoestellen worden jaarlijks gecontroleerd. Geconstateerde gebreken worden verholpen. Op onze school is een RI&E (Risico Inventarisatie & Evaluatie) afgenomen en op basis daarvan is een plan van aanpak opgesteld. De RI&E wordt om de 4 à 5 jaar herhaald. Onze school zorgt voor een goed pedagogisch klimaat waarbij het van belang is dat de kinderen zich veilig voelen. Goed toezicht op de leerlingen in en buiten de school en het creëren van een goede sfeer van respect en samenwerking staan hierbij centraal. Wij nemen pesten serieus. Onze school heeft een pestprotocol en besteedt actief aandacht aan het opstellen van gedragsregels en dergelijke. Het bestuur heeft een Arbeidsomstandighedenbeleidsplan vastgesteld, dat maatregelen en activiteiten bevat die erop gericht zijn veiligheid, gezondheid en welzijn van medewerkers, leerlingen en bezoekers te bevorderen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan een goede werksfeer waardoor verzuim tot een minimum wordt beperkt. Het schoolveiligheidsplan vormt een onderdeel van dit ARBO-beleid en is vastgesteld op bestuursniveau. Op bestuursniveau is een veiligheidsprotocol en een Internetprotocol vastgesteld. Deze zijn te vinden op de website www.stichtingproo.nl.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 38
Pestprotocol en antipestprogramma Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus aanpakken. Daartoe hebben we een Pestprotocol opgesteld. Hierin staat beschreven hoe wij met pesten op school omgaan. Door regels en afspraken zichtbaar te maken, kunnen kinderen en volwassenen, als er zich ongewenste situaties voordoen, elkaar aanspreken op deze regels en afspraken. Bij overtreding van deze regels vindt eerst een gesprek plaats tussen leerkracht en kind. Heeft dit niet het gewenste effect, dan worden maatregelen getroffen om het gedrag te corrigeren. We stellen het op prijs dat u contact met ons opneemt als u thuis van uw kind verneemt dat er op school gepest wordt, zodat wij het stappenplan in gang kunnen zetten Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we alle kinderen in de gelegenheid om veilig en met veel plezier naar school te gaan. Ook tijdens de lessen komt pesten aan de orde. Wij hanteren hiervoor de methode “Jij-en-ik-club” Het pestprotocol is op school aanwezig en is ter inzage voor ouders. Scholen worden bij wet verplicht om op effectieve wijze pesten tegen te gaan. Gepeste kinderen en hun ouders die op school geen gehoor vinden, kunnen in het uiterste geval terecht bij de Kinderombudsman: http://www.dekinderombudsman.nl/22/kinderen
Incidentenregistratie Het kan voorkomen dat een kind betrokken is of wordt bij een (niet gewenst) incident, bijvoorbeeld in de pauze of op het schoolplein. De leerkrachten zullen altijd met het kind in gesprek gaan en de situatie analyseren. Na een incident op school neemt de leerkracht dezelfde dag na schooltijd contact op met de ouders/verzorgers. Als blijkt dat een kind vaker betrokken is bij (niet gewenste) incidenten, maken wij een aantekening in een incidentenregistratiemap en het leerlingvolgsysteem. Na twee registraties worden de ouders/verzorgers uitgenodigd voor een gesprek op school.
Toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen Aanmelding nieuwe leerlingen Alle kinderen zijn welkom op onze school. Wanneer u uw kind op onze school aan wilt melden, maken we een afspraak om u informatie over de school te geven en gelegenheid te bieden al uw vragen te stellen. Bij inschrijving vragen wij u een aanmeldformulier en een informatieformulier in te vullen. Het aanmeldformulier is opgebouwd uit 3 ontwikkelingsgebieden (- sociaal emotionele ontwikkeling, zelfredzaamheid, speel/werkgedrag, - taalontwikkeling, - motorische ontwikkeling) en overige gegevens. Voor het inschrijven is het noodzakelijk dat u uw paspoort en het polisnummer van de ziektekostenverzekering van uw kind bij zich heeft. Vanzelfsprekend moeten wij het onderwijs kunnen bieden dat uw kind nodig heeft. Mochten wij van mening zijn dat wij dat niet kunnen bieden, dan geven wij dat zo tijdig mogelijk en beargumenteerd aan. Verder gaan we ervan uit dat de kinderen op het moment dat ze de school gaan bezoeken zindelijk zijn. Aanmelden leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte Voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte bestaat een speciale procedure, hiervoor is te lezen in het hoofdstuk over passend onderwijs. Aanmelding leerlingen hogere groepen en/of van andere basisschool Bij verhuizing uit andere plaatsen of bij leerlingen afkomstig van andere basisscholen wordt er gekeken of er plaats is in de gevraagde groep. Definitieve plaatsing is pas mogelijk na het inwinnen van inlichtingen bij de "huidige" school en na de ontvangst van het onderwijskundige rapport. Wij verzoeken u in voorkomende gevallen, met de directie contact op te nemen om een afspraak te maken. Uitschrijving Wanneer een kind van school gaat veranderen, moet u als ouder uw kind laten uitschrijven. Dit kan bij de directie. Zonder uitschrijfformulier kan uw kind niet worden ingeschreven op een andere school. Er wordt altijd contact gelegd met de nieuwe school.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 39
Verwijderingbeleid Wij hechten eraan, dat de school een prettige en veilige omgeving biedt aan alle leerlingen. Er wordt in alle groepen gewerkt aan een positief gedrag van de kinderen. Met de kinderen maken we in de groepen afspraken met betrekking tot de gedragsregels om ze gezamenlijk mede verantwoordelijk te maken voor een fijne sfeer in de groep en op school. Wij verwachten van kinderen dat zij zich respectvol gedragen ten opzichte van elkaar, en wij verwachten van ouders dat zij ons hierbij ook ondersteunen. In geval van ernstige overtreding (schelden, pesten, schoppen/slaan) ten opzichte van zowel medeleerlingen als personeel van de school en andere volwassenen met wie de kinderen te maken krijgen, zoals overblijfassistenten etc., hanteren wij een afgesproken protocol. Onderdeel daarvan is dat ouders direct op de hoogte worden gesteld, en een notitie wordt gemaakt in het leerlingvolgsysteem. Ook is in het protocol beschreven dat bij herhaling een schorsing of verwijdering kan plaatsvinden. Schorsing en verwijdering van een leerling op grond van gedrag vinden slechts plaats indien door het gedrag van de leerling of de ouder(s) van de leerling(en) de veiligheid van medeleerlingen, andere ouders en/of personeel wordt geschaad, dan wel het geven van goed onderwijs aan andere leerlingen wordt belemmerd. Het besluit tot een schorsing neemt het College van Bestuur, de MSD en de ouders gehoord hebbende. Indien het laakbare gedrag voortduurt, zal verwijdering plaatsvinden. Het bevoegd gezag beslist op basis van een voorstel van de directie. Vanzelfsprekend is sprake van een voortraject, waarbij ook de ouders van een leerling nauw worden betrokken. Het protocol toelating, schorsing en verwijdering dat door stichting Proo is vastgesteld is te vinden op de website van stichting Proo. Hierin zijn alle gronden voor toelating en verwijdering opgenomen. Privacyprotocol en foto’s Onze school verzamelt in het kader van het onderwijs gegevens van de bij haar ingeschreven leerlingen. Wij gaan zeer zorgvuldig om met de verwerking van persoonsgegevens. Deze gegevens worden gebruikt voor o.a. begeleiding, het voldoen aan wettelijke verplichtingen etc. Op de verwerking van persoonsgegevens is de wet bescherming persoonsgegevens van kracht. Wij hanteren het model privacyreglement primair en voortgezet onderwijs, dit document is vanaf oktober 2014 te vinden op de website van stichting Proo. Met betrekking tot het verstrekken of ter beschikking stellen van leermiddelen wordt gebruik gemaakt van digitale leermiddelen van Malmberg. Voor de toegang tot deze leermiddelen wordt gebruik gemaakt van Basispoort. Op school worden regelmatig foto’s gemaakt, een deel hiervan wordt op onze website gepubliceerd. Indien u bezwaar heeft tegen het fotograferen van uw kind dan kunt u dat bij de directie aangeven. Daarnaast wordt er in de groepen soms gefilmd. Deze films worden alleen intern gebruikt bij de coaching van leerkrachten.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 40
Klachtenregeling Overal waar gewerkt wordt ontstaan wel eens misverstanden of worden af en toe fouten gemaakt. Dat kan bij ons op school ook gebeuren. Veelal berusten klachten op miscommunicatie tussen betrokkenen. En van elke klacht kun je leren. Daarom raden wij u aan om in geval van klachten zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de groepsleerkracht en haar/hem het probleem voorleggen. In negen van de tien gevallen kan het probleem meteen worden opgelost. In andere gevallen wordt er samen gezocht naar een oplossing/aanpak. Als er na verloop van tijd geen verbetering optreedt, weer contact opnemen met de leerkracht Wij nemen u en uw kind serieus en proberen om met elkaar de beste oplossing te vinden. Mocht dit niet lukken of heeft u het idee dat u uw klacht niet met de leerkracht kunt bespreken, dan kunt u de zaak bespreken met de locatieleider.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 41
Het kan noodzakelijk zijn dat er een gesprek komt tussen u, de locatieleider of directeur en de groepsleerkracht om samen verder te zoeken naar een oplossing. Treedt er geen verbetering op dan kunt u contact opnemen met de meerscholendirecteur. Hebt u een klacht die niet specifiek groep gebonden is, dan kunt u direct contact opnemen met de locatieleider. U kunt ook contact opnemen met de schoolcontactpersoon. Deze luistert dan naar de klacht en doet suggesties om de klacht op te lossen of brengt de partijen bij elkaar om er over te praten. Maartje Kooman is de contactpersoon van het schoolteam. Herman Riphagen is de externe vertrouwenspersoon vanuit de Stichting Proo. Maartje Kooman, lid team, tel. school (038) 447 89 70 Martine van Metelen, ouder, tel. (38) 376 58 31 Elke ouder of elke leerling kan een beroep doen op de schoolcontactpersoon. Problemen waar u of uw kind niet met iedereen of met de groepsleerkracht over durft of wil praten. Het gesprek wordt vertrouwelijk behandeld en er worden geen stappen gezet zonder uw toestemming of die van uw kind. Zeker als het gaat om machtsmisbruik is het van belang met de schoolcontactpersoon hierover te praten. Wij spreken van machtsmisbruik wanneer het gaat over zaken als pesten, mishandeling, intimidatie, discriminatie, onheuse bejegening, fysiek geweld, inbreuk op de privacy, maar ook als het gaat om de didactische, pedagogische of organisatorische aanpak van uw kind of de groep waarin uw kind zit. In overleg met de schoolcontactpersoon wordt bekeken wat er gedaan kan worden of wie kan worden ingeschakeld om tot de best mogelijke oplossing te komen. Geeft dit, naar uw idee, geen bevredigend resultaat dan kunt u uw klacht, bij voorkeur schriftelijk en ondertekend, melden bij Stichting Proo, mevr. I. Kreulen (beleidsmedewerker onderwijs en kwaliteit), Oosteinde 17, Harderwijk. tel. 0341-466370,
[email protected]. N.B.: Anonieme (klachten) brieven kunnen niet in behandeling worden genomen. Wanneer klachten niet tot tevredenheid kunnen worden opgelost, kan een klacht worden voorgelegd aan de bestuurder van Stichting Proo. Klachten met betrekking tot lichamelijke of seksuele intimidatie die zich binnen de school zouden voordoen mogen noch door leerkrachten, noch door directie worden afgehandeld. Wij zijn wettelijk verplicht, zodra wij een klacht krijgen die seksuele intimidatie ten opzichte van minderjarigen betreft of zelfs een redelijk vermoeden daarvan, het bevoegd gezag daarvan in kennis te stellen. Het bevoegd gezag op haar beurt moet aangifte doen. Mocht u dergelijke zaken in vertrouwen willen melden, dan verwijzen wij u naar de contactpersonen. Klachten over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld, kunt u ook melden via het meldpunt vertrouwensinspecteurs tel. 0900-1113111. Wanneer u zich zorgen maakt over kinderen in uw omgeving en u denkt aan kindermishandeling, kunt u contact opnemen met: Advies- en meldpunt Kindermishandeling, tel. 0900-1231230. - Voor kinderen zelf is er de Kindertelefoon: tel. 0800-0432 (gratis). De inspectie van het onderwijs kunt u bereiken via de website www.onderwijsinspectie.nl. Indien uw klacht naar uw mening niet afdoende behandeld is, dan kunt contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon en, indien nodig, met de onafhankelijke landelijke klachtencommissie. Ook is het mogelijk dat u zich rechtstreeks wendt tot de externe vertrouwenspersoon. Ons bestuur heeft de heer Herman Riphagen van de schoolbegeleidingsdienst IJsselgroep, aangesteld als externe vertrouwenspersoon, tel. 088 - 0931000. e-mail:
[email protected]. Geef, als u hem belt of mailt, aan dat u een beroep op hem doet in zijn rol als vertrouwenspersoon voor de Stichting Proo Noord-Veluwe. De klachtenregeling van ons bestuur en het reglement van de landelijke klachtencommissie zijn te verkrijgen bij de directie, de schoolcontactpersoon en het bestuurskantoor:
[email protected]. Tenslotte is het mogelijk dat u of uw kind rechtstreeks een klacht indient bij de landelijke klachtencommissie (LKC). De LKC is te bereiken bij Onderwijsgeschillen, Postbus 85191, 3508 AD UTRECHT, telefoon 030-2809590, fax 030-2809591. U kunt ook de website raadplegen www.onderwijsgeschillen.nl of een e-mail sturen naar
[email protected]
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 42
Medisch handelen en medicijnverstrekking Het kan voorkomen dat uw kind gezond naar school gaat en tijdens de schooluren ziek wordt, zich verwondt of bijvoorbeeld door een insect wordt geprikt. In dergelijke gevallen neemt de school altijd contact met u op om te overleggen wat er moet gebeuren. Wij krijgen ook te maken met verzoeken van ouders om door een arts voorgeschreven medicijnen te verstrekken of om werkelijk medische handelingen te verrichten. Met het oog op de gezondheid van de kinderen, maar ook in verband met de aansprakelijkheid is het van belang dat er in dergelijke situaties zorgvuldig gehandeld wordt door ouders en het onderwijzend personeel. U blijft als ouder verantwoordelijk voor de (medische situatie van) uw kind. Gebruikt uw kind medicijnen of zijn er andere medische handelingen noodzakelijk onder schooltijd, dan moet u daarvoor een verklaring ondertekenen, waarin duidelijke afspraken over de verantwoordelijkheid en het toedienen van één en ander worden omschreven. De verklaring is op school verkrijgbaar. Voor de individuele leraar geldt dat hij/zij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij/zij zich niet bekwaam acht. In voorkomende situaties zal conform het protocol medicijnverstrekking en medische handelingen, dat door de GGD is vastgesteld, worden gehandeld. Het protocol is te verkrijgen op school of te downloaden op http://www.ggdnog.nl/ExtraMenu/Scholen/Medicijnverstrekking-en-medisch-handelen-opscholen/Protocol-medicijnverstrekking-en-medisch-handelen
Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld Vanaf 1 juli 2013 geldt de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld, het betreft een wettelijke verplichting. Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven staat in de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling van Stichting Proo. Deze legt aan de school verplichtingen op om in situaties van zorgen over de opvoedingssituatie tijdig met ouders in gesprek te gaan en/of zorgen te melden bij het Algemeen Meldpunt Kindermishandeling (AMK). In deze meldcode is onder meer geregeld dat contactpersonen in de school (meestal de intern begeleider) worden getraind en dat er voorlichting aan teams plaatsvindt. Al het personeel van de scholen van Proo volgen de online cursus voor de meldcode. De meldcode ligt ter inzage op de school. Verwijsindex als onderdeel van de meldcode Soms ondervindt een kind problemen tijdens het opgroeien en zijn er verschillende organisaties die zich bezig houden met een kind en/of een gezin. Het is belangrijk dat de hulpverleners daarvan weten. De hulp kan in samenwerking met elkaar veel beter verlopen. Met de Verwijsindex OostVeluwe/Midden-IJssel (scholen Epe en Heerde) wordt bijgehouden of meerder instanties hulp bieden aan hetzelfde kind. Als meerdere instanties in het systeem een melding doen over een kind vindt er een ‘match’ plaats. De instanties komen met elkaar in contact en de ouders worden hiervan op de hoogte gesteld per brief.
Sponsoring Op onze school willen we op een verantwoorde en zorgvuldige wijze omgaan met sponsoring. Door middel van sponsoring kan een school extra middelen verkrijgen om activiteiten op school te organiseren of materialen aan te schaffen. Bij het aangaan van sponsorcontracten houden wij ons aan het landelijke convenant sponsoring in het onderwijs. Het convenant ligt op de school en bij stichting Proo ter inzage. De belangrijkste gedragsregels daaruit zijn: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Het mag geen schade berokkenen aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Het moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen.
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 43
Het mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen.
Voor beslissingen over sponsoring moet draagvlak zijn binnen de schoolorganisatie en bij de ouders. De MR heeft instemmingsrecht over de aanvaarding van materiële of geldelijke bijdragen anders dan de ouderbijdrage. Bij sponsoring kan gedacht worden aan: Sponsoring van activiteiten Advertenties in bijvoorbeeld de schoolkrant of de schoolgids Uitdelen van producten Sponsoring van gebouw / inrichting / computerapparatuur Shirtreclame
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 44
Samenstelling team Jan Ligthartschool 2015-2016
naam leerkracht
functie
Maartje Kooman
leerkracht groepen 3 en 4
Judith Elsenaar
leerkracht groepen 1 en 2
leerkracht groepen 7 en 8 cultuurcoördinator Opleider in de School (begeleiding stagiaires)
Miriam Göeken
Manon Kamman
leerkracht groepen 5 en 6, 3 en 4 cultuurcoördinator
Hiske van der Werf
leerkracht groep 4 (Masteropleiding / 4-slagleren)
leerkracht groepen 5 en 6 daltoncoördinator ICT-stimulator (Masteropleiding / 4-slagleren)
Linda Spin
Hans Geers
locatieleider leerkracht groep 7 en 8
Johannet van der Tuin
Onderzoekscoördinator Academische basisschool
Teniëlle Kanis
Intern Begeleider
Ilse van Hal
Meerscholendirecteur WPO-stagiaire groepen e (4 -jaars student Kath. Pabo Zwolle zelfst. WerkPlekOpleiding)
Lisanne van Kampen
Riek Buitenhuis
conciërge overblijfcoördinator (TSO)
Agaath Debets
vakleerkracht humanistisch vormingsonderwijs (HVO)
Margreeth Oldenhuis
vakleerkracht godsdienstig vormingsonderwijs (GVO)
Marten van der Worp
vakleerkracht muziek
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 45
Groepsindeling schooljaar 2015-2016 2015 - 2016
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
ochtend
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
middag
x
Judith Elsenaar
x
Judith Elsenaar
x
ochtend
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
Judith Elsenaar
middag
x
Judith Elsenaar
x
Judith Elsenaar
x
ochtend
Maartje Kooman
Maartje Kooman
Manon Kamman
Maartje Kooman
middag
Maartje Kooman
Maartje Kooman
x
Maartje Kooman
ochtend
Manon Kamman
Hiske van der Werf
Manon Kamman
Hiske van der Werf
middag
Manon Kamman
Hiske van der Werf
x
Hiske van der Werf
groep 5
ochtend
Manon Kamman
Manon Kamman
Linda Spin
Lisanne v. Kampen
Lisanne van Kampen
middag
Manon Kamman
Manon Kamman
x
Lisanne v. Kampen
Lisanne van Kampen
groep 6
ochtend
Manon Kamman
Manon Kamman
Linda Spin
Lisanne v. Kampen
Lisanne van Kampen
middag
Manon Kamman
Manon Kamman
x
Lisanne v. Kampen
Lisanne van Kampen
ochtend
Miriam Göeken
Miriam Göeken
Hans Geers
Hans Geers
Miriam Göeken
middag
Miriam Göeken
Miriam Göeken
x
Hans Geers
Miriam Göeken
ochtend
Miriam Göeken
Hans Geers
Hans Geers
Hans Geers
Miriam Göeken
middag
Miriam Göeken
Hans Geers
x
Hans Geers
Miriam Göeken
groep 1
groep 2
groep 3 groep 4
groep 7 groep 8
____________________________________________ schoolgids Jan Ligthartschool Wapenveld 2015 – 2016 46
vrijdag
Manon Kamman x Manon Kamman x