Jaarverslag 2012
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
Inhoud BESTUURSVERSLAG 1. Algemeen ......................................................................................................................................................... 3 2. Bestuur, toezicht en medezeggenschap ................................................................................................. 4 2.1. Bestuur en toezicht .................................................................................................................... 4 2.2. Ondernemingsraad ..................................................................................................................... 5 2.3. Bewonersraad ............................................................................................................................. 6 2.4. Klachtencommissie .................................................................................................................... 6 3. Bedrijfsvoering ............................................................................................................................................... 6 3.1. Veiligheid ..................................................................................................................................... 6 3.2. Personeel .................................................................................................................................... 7 3.3. Vrijwilligers ................................................................................................................................. 8 3.4. ICT ................................................................................................................................................ 8 4. Beleid ................................................................................................................................................................ 9 4.1. Kwaliteitsbeleid ......................................................................................................................... 9 4.2. Samenwerking in de keten ...................................................................................................... 10 4.3. Informatie en communicatie .................................................................................................... 10 4.4. Financieel beleid ....................................................................................................................... 11 JAARREKENING 5.1 Jaarrekening 2012 5.1.1 Balans per 31 december 2012 ………………… ………………………………………………… 16 5.1.2 Resultatenrekening over 2012 ………………………………………………………………...…..17 5.1.3 Kasstroomoverzicht over 2012 ……………………………………………...…………………..…18 5.1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling………………………………………………19 5.1.5 Toelichting op de balans per 31 december 2012…………………………………………...…….24 5.1.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa ……………………………………………………………34 5.1.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden projecten en gereedgekomen projecten…………..35 5.1.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2012………………………………………………...…...36 5.1.9 Toelichting op de resultatenrekening over 2012 ………………………………………...………..37 5.1.10 Ondertekening van de jaarrekening 2012 ……………………………………………………….47 5.2 Overige gegevens 5.2.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening …………………………………………………………48 5.2.2 Statutaire regeling resultaatbestemming ……………………………………………………...…..48 5.2.3 Resultaatbestemming …………………………………………………………...…………………..48 5.2.4 Gebeurtenissen na balansdatum …………………………………………………………………..48 5.2.5 Controleverklaring ……………………………………………………………………………………49
Pagina 2
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
BESTUURSVERSLAG
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
1. Algemeen Het RRR biedt onder een dak twee vormen van klinische en poliklinische revalidatie naast complex verpleegkundige zorg. De twee vormen van revalidatie zijn medisch specialistische revalidatie (MSR) en geriatrische revalidatie (GRZ). Het RRR heeft zich in een periode van vijftien jaar ontwikkeld van een gespecialiseerd verpleeghuis naar een gespecialiseerde ziekenhuisvoorziening die, qua omvang en expertise, onderscheidend is in Nederland. Het jaar 2012 was wederom een bijzonder jaar, omdat de top-down gestuurde wijze waarop landelijk de productieafspraken tot stand kwamen, aanleiding gaven tot grote en snelle wisselingen in de opnamemogelijkheden. De budgettaire gevolgen van die productieafspraken werden pas duidelijk in het najaar. In 2012 is overproductie gemaakt en geriatrische revalidatie zorg geleverd, die niet is vergoed. De waardering van de zorgverzekeraars kwam tot uiting in wat ruimere productieafspraken voor 2013. Het management heeft leren leven met deze onzekerheden, maar het wordt de raad van toezicht vrijwel onmogelijk gemaakt dit aspect van haar toezichthoudende rol adequaat te vervullen. Het RRR is er in 2012 als eerste zorginstelling in Nederland toe overgegaan om zeven dagen in de week patiënten op te nemen die uit ziekenhuizen worden ontslagen. Samen met de bedrijfstijdverlenging heeft dit ertoe geleid dat de wachtdagen in het ziekenhuis voor opname in het RRR tot het verleden behoren. De extra belasting die dit voor de medewerkers betekende was aanzienlijk, maar is opgevat als een bijdrage die geleverd is om het RRR een bijzondere status te geven. Dit is ook noodzakelijk, omdat de concurrentie tussen instellingen die geriatrische revalidatie willen aanbieden groot is. In 2013 hebben zich hiervoor inmiddels 150 instellingen aangemeld. Het was teleurstellend dat het Zorgkantoor ACHMEA/AGIZ aanvankelijk geen onderscheid maakte tussen zorgaanbieders. In de afgelopen vijftien jaar heeft het zorgkantoor de geriatrische productieafspraak vergroot tot 25 bedden en is de bereidheid uitgesproken dit aantal in de periode 2013 – 2014 te verdubbelen. De totale omvang van de revalidatie (MSR en GRZ) komt daarmee op 90 bedden. De belangstelling voor de poliklinische revalidatie is groot, maar het hoofdlijnenakkoord stond uitbreiding tot dusverre in de weg. Voor 2013 is afgesproken dat deze activiteit kan worden uitgebreid door o.a. vervanging toe te passen van de klinische productieruimte, die als gevolg van bedbezettingsfluctuaties ontstaat. In 2012 heeft het RRR complexe intensieve zorg gegeven (ZZP 6 en 8) aan ouderen in de laatste fase van hun leven. Met deze patiënten worden, eventueel in samenspraak met mantelzorgers, zorgleefplannen geformuleerd die minimaal halfjaarlijks geëvalueerd worden. De eigen regie van patiënten is hierin leidend. Complexe zorg en behandeling worden ingebed in de sociale hulp en begeleiding die mantelzorgers en vrijwilligers geven op momenten die in overleg met de patiënt worden gekozen.
Pagina 3
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
2. Bestuur, toezicht en medezeggenschap 2.1. Bestuur en toezicht De taken, verantwoordelijkheden, bevoegdheden en werkwijze van de raad van bestuur en de raad van toezicht zijn vastgelegd in de statuten van de Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam. Het centrum hanteert de zorgbrede governancecode. Samenstelling van de raad van bestuur De stichting wordt bestuurd door een tweehoofdige collegiale raad van bestuur. In het verslagjaar was de samenstelling van de raad van bestuur als volgt: -
Drs. W. van Deventer
-
Drs. T.J.M. Bank
Samenstelling van de raad van toezicht In het verslagjaar was de samenstelling van de raad van toezicht als volgt:
Naam
Overige Functies
Jaar van aftreden
Drs. P.L.M. Pex (voorzitter)
Adviseur European Affairs Bureau Brussel VEWIN en unie van waterschappen Partner Solveigh corporate development (mergers and acquisitions)
2015
Mevrouw J.C. De Vries - Somers (lid)
Voorzitter Reumapatiëntenvereniging Rotterdam (a.i.)
2016
Dr. F.U.S. Mattace Raso (lid)
Klinisch Geriater Erasmus MC Rotterdam
2013
Mr. A. Slavenburg (lid)
Penningmeester voor Stichting Bewindvoering de Bruggen
2014
Lid van de klachtencommissie van de Bruggen Prof. dr. E.W. Steyerberg (lid)
Hoogleraar medische besliskunde
2014
Erasmus MC Rotterdam
De leden van de raad van toezicht oefenen onafhankelijk toezicht uit op de strategie, het beleid, de daaraan verbonden risico’s en beheersmaatregelen en de resultaten van de Stichting. Daarnaast oefent zij toezicht uit op de kwaliteit van het bestuur. De raad van toezicht is van mening dat zich geen belangenverstrengeling heeft voorgedaan tussen de raad van bestuur en de belangen van de stichting en tevens dat de raad van bestuur tot volle tevredenheid heeft gefunctioneerd in het verslagjaar.
Pagina 4
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam belangenverstrengeling heeft voorgedaan tussen de raad van bestuur en de belangen van de stichting en tevens dat de raad van bestuur tot volle tevredenheid heeft gefunctioneerd in het verslagjaar. De raad van toezicht vergaderde in het verslagjaar vier maal in aanwezigheid van het bestuur op basis van periodieke managementrapportages. Daarnaast waren belangrijke punten van bespreking:
de voortgang van de bouw en het daaraan ten grondslag liggend concept-businessplan, alsmede de financiering van die bouw;
de begroting 2013 en de jaarrekening 2012;
de liquiditeitsprognose;
de kwaliteit van zorg en de ontwikkeling van de CQ index;
het jaarlijks overleg tussen raad van toezicht en bewonersraad en ondernemingsraad.
Vast terugkerende agendapunten zijn de stand van zaken met betrekking tot de liquiditeitspositie, personele zaken, veiligheid en incidenten. De jaarrekening 2011, het jaarverslag 2011 en de begroting 2013 werden, na vaststelling door de raad van bestuur, goedgekeurd door de raad van toezicht. Dit vond plaats in een vergadering in aanwezigheid van de externe accountant. In deze vergadering werd tevens gesproken over de financiële verslaglegging, vermogenspositie en administratieve organisatie. Op basis van de ontwikkelingen rond de financiering bouw werden nadere afspraken gemaakt tussen de raad van toezicht en de raad van bestuur ten aanzien van de samenwerking tussen de financiële commissie van de raad van toezicht en de raad van bestuur. De standaardrapportages waaronder de scorecard en de budgetrapportage op kwartaalbasis vormen hierbij een goede leidraad. Het tussentijds overleg is geïntensiveerd. Verwacht wordt dat de Business Intelligence tool, die samen met Imtech wordt ontwikkeld en in 2013 beschikbaar zal zijn, het inzicht en de onderlinge samenhang tussen de verschillende bedrijfsonderdelen nog verder zal doen toenemen. In het verslagjaar werd zowel een vergadering van het bestuur met de bewonersraad als een vergadering met de ondernemingsraad door de raad van toezicht bijgewoond. Ook heeft de raad van toezicht, zowel in aanwezigheid van de bestuurders als in eigen kring, gesproken over het functioneren van zichzelf, het bestuur en de interactie. Daarbij is wederzijds de maatschappelijke noodzaak onderschreven om het toezicht te intensiveren zonder daarbij op de stoel van het bestuur terecht te komen. Het overleg tussen het bestuur en de voorzitter van de raad van toezicht vindt sindsdien één keer per maand plaats. Dit was voorheen één keer per twee maanden.
2.2. Ondernemingsraad De ondernemingsraad vergaderde in 2012 acht keer met de raad van bestuur. De samenwerking tussen de raad van bestuur en de ondernemingsraad is in 2012 een belangrijk onderwerp van gesprek geweest. De ondernemingsraad heeft zich bezonnen op de manier waarop de samenwerking ingevuld werd door beide gesprekspartners. Na diverse overleggen met de raad van bestuur zijn in de tweede helft van 2012 nieuwe ideeën ontstaan over de vorm van samenwerking en is daarmee de relatie verbeterd. In de nieuwe vorm van samenwerking is meer ruimte voor flexibiliteit en snelheid in overleg en besluitvorming. Dit past beter bij de huidige tijd, waarin snelheid en flexibiliteit nodig zijn om als organisatie optimale zorg te bieden en een goede werkgever te zijn. In 2013 zal de nieuwe vorm van samenwerking verder geëvalueerd en daarna vastgelegd worden.
Pagina 5
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam Naast de aandacht die is uitgegaan naar de samenwerking zijn voornamelijk onderwerpen op het gebied van personeelsbeleid en arbo-beleid aan de orde geweest. Concrete gespreksonderwerpen waren productieafspraken en gevolgen voor onder andere de personele inzet, de samenwerking en wijze van aansturen op twee verpleegafdelingen, de Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E), taken en rollen van de preventiecommissie en ergocoaches en taakfunctieomschrijvingen.
2.3. Bewonersraad De bewonersraad vergadert twee keer per maand. Eén keer met de raad van bestuur en één keer zonder. De bewonersraad bestond ook in 2012 alleen uit patiënten en werd bijgestaan door een ambtelijk secretaris. Om het contact met de patiënten in de organisatie soepel te laten verlopen, werd maandelijks een rondetafelbijeenkomst georganiseerd. Hiervan wordt in toenemende mate gebruik gemaakt. De input van deze bijeenkomsten wordt meegenomen naar de reguliere vergaderingen. De gespreksonderwerpen in 2012 waren: -
kwalitatieve en kwantitatieve inzet van medewerkers op de verpleegafdelingen; openingstijden van het Trefpunt; HKZ-certificering Medisch Specialistische Revalidatie; keuzemogelijkheid moment gebruik warme maaltijd.
2.4. Klachtencommissie De klachtenregeling voldoet aan de eisen zoals gesteld in de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector. De klachtencommissie is samengesteld uit een aantal niet aan de organisatie verbonden leden en de voorzitter van de bewonersraad. De commissie vergadert periodiek met de raad van bestuur. In het verslagjaar zijn twee klachten door de commissie behandeld. Bij een van de klachten is een extern adviseur ingeschakeld. In het verslagjaar is afgesproken dat de raad van bestuur ook alle aan hen gerichte klachten aan de commissie doorstuurt en de klagers altijd schriftelijk informeert over de mogelijkheid de klacht aan de klachtencommissie voor te leggen.
3. Bedrijfsvoering 3.1. Veiligheid Ten aanzien van zorginhoudelijke veiligheid, alsmede fysieke veiligheid van patiënten en medewerkers, vervullen de commissies Meldingen Incidenten Cliënten (MIC) en Meldingen Incidenten Medewerkers (MIM) een belangrijke rol. De MIC heeft ruim 200 meldingen ontvangen. Het aantal valincidenten op revalidatie afdelingen is hoog, maar niet opvallend gelet op de patiëntengroep. In het verslagjaar zijn activiteiten gestart om advisering en verslaglegging op basis van meldingen te vereenvoudigen.
Gelet op het beperkt (8) aantal meldingen in 2012 concludeert de commissie dat MIM niet leeft onder medewerkers. In het verslagjaar is een preventiecommissie geïnstalleerd die op basis van medewerkermeldingen de directie adviseert. In 2012 heeft deze commissie een start gemaakt met de RI&E. Deze zal in 2013 verder worden uitgewerkt.
Pagina 6
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
3.2. Personeel
2012 contracten FTE
Zorg 112 91
service Behandelaars facilitaire dienst overhead 20 44 40 15 14 35 29 14
Totaal 231 183
2011 contracten FTE
Zorg 118 95
service Behandelaars facilitaire dienst overhead 23 47 40 14 17 35 28 13
Totaal 242 188
In dienst 2012 uit dienst 2012
12 17
2 0
6 6
4 4
0 0
24 27
Overzicht personeel 2012 tov 2011 verdeeld over afdelingen
De totale inzet van medewerkers op de verpleegafdelingen (zorg) is ten opzichte van 2011 gedaald. Stuurinformatie maakt het mogelijk om met behulp van een beperkte flexibele schil aan medewerkers (in vaste dienst) direct aan te sluiten op de zorgzwaarte van patiënten. Deze efficiencyslag is gepaard gegaan met een aanpassing van de kwalificatieniveaus van medewerkers. In 2011 al is gestopt met het opleiden van (externe) medewerkers tot Verzorgende IG (niveau 3). In 2012 zijn nieuwe medewerkers aangenomen vanaf het verpleegkunde niveau 4. Verzorgende IG volgden de verdiepende opleiding EEV (eerst verantwoordelijk verzorgende). In 2012 is het merendeel van de medewerkers met een niveau 2 (helpende) opleiding op andere plekken in de organisatie ingezet. Het aantal behandelaars en medewerkers in de facilitaire dienst is in het verslagjaar gelijk gebleven. In de in 2012 ontstane vacatures is voorzien met de inzet van gedetacheerde krachten. In tegenstelling tot hetgeen verwacht, hebben van deze groep nauwelijks medewerkers een definitieve overstap naar het RRR gemaakt. De ervaringen van gedetacheerde krachten zijn over het algemeen positief, maar de uitdaging om kortdurend in verschillende organisaties ervaring op te doen, is groter. Specifiek ten behoeve van de revalidatie afdelingen is gezocht naar ervaren verpleegkundigen. Einde verslagjaar was uitzicht op het vervullen vacatures vanaf het eerste kwartaal 2013. Medio 2012 is de moeilijk vervulbare vacature salarisadministrateur ingevuld. Gedurende enkele maanden is deze vacature met een interim functionaris ingevuld. Het ziekteverzuimpercentage bedroeg in 2012 2,98% (in 2011 4,23%) en betrof 213 medewerkers van de circa 380 medewerkers. De gemiddelde verzuimduur per ziekmelding bedroeg 21,6 dagen (in 2011 was dit 14,3 dagen) per ziektegeval. Het langdurig verzuim ten opzichte van 2011 is toegenomen in 2012. ID banen In 2012 zijn de noodzakelijke stappen gezet om het contract met de medewerkers waarvoor de loonkostensubsidie vanuit de Gemeente Rotterdam per april 2013 was opgezet, te kunnen beëindigen. De betrokken medewerkers zijn door de personeelsfunctionaris en betrokken leidinggevende geïnformeerd en begeleid bij te nemen stappen. Artsen
Pagina 7
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam Ouderenrevalidatie is een uniek product in de revalidatiesector. Comorbiditeit in relatie tot revalidatie maakt ook multidisciplinaire samenwerking tussen artsen noodzakelijk. Hiermee heeft de revalidatiesector nog geen ervaring. In het RRR werken deze twee disciplines wel samen. Voor beiden een interessante ontwikkeling die afstemming en taakafbakening vraagt. In 2012 hebben de bij medische specialistische revalidatie betrokken artsen hierover gediscussieerd. Eind 2012 was een concept document gereed. Opleiden Voor de opleidingen in de sector Zorg en Welzijn (IG en VK niveau 4) is de samenwerking met de Regionale Opleidingscentra (ROC) Albeda en Zadkine in het verslagjaar voortgezet en uitgebreid met het Hoornbeekcollege en Vilans. Daarnaast vindt samenwerking plaats met het Opleidingscentrum Goes voor de opleiding bewegingsagogie. Voor HBO opleidingen verpleegkunde, fysiotherapie, ergotherapie, logopedie, diëtetiek en maatschappelijk werk zijn stageplaatsen beschikbaar voor studenten van de Hogeschool Rotterdam en Utrecht. De Erasmus Universiteit maakt elk kwartaal gebruik van de stageplaats voor de opleiding huisarts. Het voorzitterschap van de beleidscommissie Albeda werd in 2012 ingevuld door het RRR (Jacqueline de Wit). De scholingsactiviteiten waren ook 2012 gekoppeld aan commissies, aandachtsvelden en disciplines. Er werd onder andere gebruik gemaakt van de deskundigheid van leveranciers. Naast vakinhoudelijke cursussen waren er veel interne thema’s: -
brandpreventie; electronisch patientendossier; transfers met en zonder tilliften; update BIG; intervisie / supervisietrajecten; werkbegeleiderstrainingen; auditscholingen.
Bijzondere reis Iedere twee jaar wordt met medewerkers een buitenlandse reis gemaakt. In 2012 zijn twee groepen gedurende twee dagen naar Porto in Portugal geweest. Voor medewerkers die niet lang van huis konden werd een dagtocht georganiseerd.
3.3. Vrijwilligers In het RRR waren in het verslagjaar ruim 100 vrijwilligers actief. Zij werden door een ‘raad’ van eveneens vrijwilligers ingezet voor verschillende centrale – en decentrale activiteiten. Decentrale activiteiten vonden zowel in groepsverband als individueel plaats. Een groep van acht vrijwillige chauffeurs zorgden voor het vervoer van patiënten. Hiervoor maakten zij gebruik van de RRR rolstoelbus en – auto.
3.4. ICT Het elektronische patiëntendossier Ecaris (VIR) is in samenspraak met de medewerkers aangepast aan de specifieke multidisciplinaire manier van werken in het RRR. In 2012 heeft dit van een kleine groep medewerkers veel tijd gevraagd. In maart 2013 kan het dossier in gebruik worden genomen. Om de communicatie tussen de leidinggevenden (222) en de artsen te verbeteren is onderzocht hoe de informatiebestanden, die veelal afkomstig zijn uit verschillende bronnen, aan het bed van de
Pagina 8
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam patiënt beschikbaar kunnen komen. De POC (proof of concept) is afgerond en zal in 2013 een vervolg krijgen. Ook logistiek, centrale planning en modulaire groepstherapie zijn in 2012 verder ontwikkeld. Een en ander heeft geresulteerd in een efficiënte organisatie waarover de patiënten zeer tevreden zijn en waarin verbeteren voorop staat. Dat laatste aspect is belangrijk om de meerwaarde aan te tonen aan de hand van meetbare en vergelijkbare gegevens. De behandelaars zijn samen met de patiënten soms verbaasd over de resultaten die worden geboekt. Ondanks ernstige vormen van co-morbiditeit en een hoge gemiddelde leeftijd, kon 80% van de patiënten binnen twee maanden naar huis worden ontslagen. De waardering die het RRR krijgt is hoog: 8,4 en 96% van de ondervraagden beveelt het RRR aan bij vrienden en kennissen. Tijdens het verblijf in het RRR is hun Barthel score met gemiddeld ruim 5 punten verbeterd en een half jaar na ontslag kwam hier nog een punt bij. Er is dan ook sprake van duurzaam herstel en een afname van de zorgkosten. Juist omdat de combinatie van MSR en GRZ op deze schaal uniek is in Nederland weet het RRR vele ogen op zich gericht. Het RRR wil de opgebouwde kennis beschikbaar stellen aan al diegenen die zich betrokken weten bij het ontwikkelen van geriatrische revalidatie. Hiertoe werkt het RRR samen met Imtech en Bostec. Zij zijn met name behulpzaam bij het ontwikkelen van zowel de logistieke als administratieve randvoorwaarden en een BI (business intelligence) instrument waarmee verschillende data bronnen niet alleen kunnen worden ontsloten, maar ook met elkaar kunnen worden gecombineerd. De personele inzet bijvoorbeeld kan daardoor direct aansluiten op de bedbezetting. Samenwerking met toeleveranciers die ook zelf aan innovatie en productontwikkeling doen, is van steeds groter belang. Een goed voorbeeld daarvan is de samenwerking met Doove Care Group, die niet alleen rolstoelen levert en repareert, maar ook het sluitstuk vormt voor het antidecubitusbeleid. Dit heeft er toe geleid dat de incidentie van decubitus is gereduceerd tot nul.
4. Beleid 4.1. Kwaliteitsbeleid Leidraad voor de jaarplannen van de verschillende diensten was het behalen van het HKZ-certificaat voor medisch specialistische revalidatie. Daarnaast waren centrale thema’s nieuwbouw, planning, beheersing en verantwoording van klinische revalidatie, service en dienstverlening (in relatie tot duurzaamheid) en informatisering. In de voor- en najaarsevaluatie werd de raad van bestuur door diensthoofden en voorzitters van commissies geïnformeerd over de behaalde resultaten. HKZ-MSR In het verslagjaar is hard gewerkt aan de voorbereidingen voor HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordelingzorg in de Zorgsector). In januari vond een initiële audit plaats en in november de officiële audit. De audit leverde 19 bijzondere pluspunten waaronder de profilering naar de ziekenhuizen, het evidence based werken, de nauwkeurige afweging ZZP of DBC revalidatie (financiering via AWBZ of Zorgverzekeringswet), de aanschaf van een endoscoop en het foldermateriaal voor patiënten. Om voor certificering te kunnen worden voorgedragen, moesten nog twee punten verder worden uitgewerkt. De revalidatiearts moet aantoonbaar verantwoordelijk zijn voor het revalidatieproces en een duidelijk omschreven functieprofiel hebben. In februari 2013 zijn deze punten positief beoordeeld en heeft officiële certificering plaatsgevonden. Op dinsdag 12 maart 2013 heeft het centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam (RRR) het officiële certificaat HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector) op het bedrijfsonderdeel Medisch Specialistische Revalidatie ontvangen. Hiermee is het RRR het eerste en tot nu toe enige
Pagina 9
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam revalidatiecentrum voor ouderen met een HKZ-certificatie. Met deze stap heeft het RRR de professionaliseringsslag gemaakt die hoort bij de officiële revalidatie erkenning die in 2009 werd verkregen en voldoet het RRR aan de kwaliteitsnormen die in HKZ gelden voor medisch specialistische revalidatiezorg. Het RRR is de 12e revalidatie-instelling in Nederland die HKZ gecertificeerd is. In Rotterdam zijn nu twee revalidatiecentra met de officiële HKZ-status: het RRR en Rijndam Revalidatiecentrum. Audit RSS Het RRR is in het verslagjaar ook door de Rotterdam Stroke Service (RSS) gevisiteerd. Hierbij werd waardering uitgesproken voor de logistieke opzet van processen, de intensieve behandelprogramma’s, het enthousiasme en de deskundigheid van medewerkers en de indrukwekkende dossiervoering. Aandachtspunt was de doelgroepomschrijving in relatie tot de revalidatie van volwassenen en ouderen en de taakafbakening tussen de revalidatiearts en de specialist ouderengeneeskunde.
4.2. Samenwerking in de keten De samenwerking en kennisuitwisseling met ziekenhuizen en zorginstellingen heeft in 2012 veel aandacht gekregen. De samenwerking met de omringende ziekenhuizen (Sint Franciscus Gasthuis, Havenziekenhuis, Erasmus Medische Centrum en Ysselland Ziekenhuis) is gecontinueerd, terwijl contacten gelegd werden met de ziekenhuizen Lange Land, Haga, Vlietland en Groene Hart. In de wijk zijn de contacten met de huisartsen aangehaald. De specialisten ouderengeneeskunde van het RRR zijn bereikbaar voor de huisartsen en vervullen incidenteel een adviserende rol. Daarnaast neemt het RRR deel aan een ‘artrosegroep’ voor wijkbewoners, waar vooral specialistische kennis van de ergotherapie wordt ingebracht.
4.3. Informatie en communicatie De website van het RRR is in 2012 vernieuwd. De organisatie wil transparant zijn voor al haar (potentiele) gebruikers en geeft daarom zoveel mogelijk actuele informatie op de website. Hierop is ook informatiefilmpje geplaatst dat aan alle nieuw opgenomen patiënten (lees: revalidanten) wordt gegeven. Patiënten en professionals geven een toelichting op het revalidatieprogramma en de mogelijkheden in het RRR.
In 2012 zijn responskaarten gemaakt (stRRRik, punt voor verbeteRRRing en pRRRima idee) om patiënten, mantelzorgers en bezoekers de gelegenheid te geven te reageren op wat zij in het RRR meemaken. Hiervan werd intensief gebruik gemaakt. Ieder halfjaar wordt aan één van de inzenders een diner bon uitgereikt. Maandelijkse en wekelijkse informatieverstrekking aan medewerkers en patiënten vond ook in 2012 plaats via respectievelijk JouRRRnaal en NieuwsbRRRief. Deze worden ook op de website gepubliceerd. Specifieke voor verwijzers wordt wekelijks een BeddenbRRRief verspreid waarin algemene informatie en actuele opnamecapaciteit wordt gebundeld. Ook deze staat op de website.
Pagina 10
Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
4.4 Financieel beleid 4.4.1 Beleid en beheer op financieel gebied Resultaatontwikkeling Het resultaat over 2012 is verbeterd ten opzichte van 2011. De inkomsten, exclusief de vergoeding voor kapitaalslasten zijn 4,3% hoger. De uitgaven, exclusief kapitaalslasten stegen daarentegen met 3,5 %, waarvan 1,5% als incidenteel is aan te merken. Het eigen vermogen van de stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam is gestegen en bedraagt ultimo 2012 21,1 % van de bedrijfsopbrengsten
25,00%
Ontwikkeling Vermogen
20,00% 15,00% 10,00% 5,00% 0,00% 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013*
Werkkapitaal Op grond van de beleidsregel rente van de Nederlandse Zorgautoriteit is het financieel beleid gericht op een negatief werkkapitaal van 7,7% van het wettelijk budget. Het werkkapitaal bedraagt per 31 december 2012 -/- € 713.000,- (-4,9 %) Productie en financiering De werkelijke productie in het jaar 2012 is 4,0 % hoger dan de oorspronkelijk met het Zorgkantoor en Zorgverzekeraars overeengekomen productie van 93,6% van de capaciteit. De gemiddeld ligduur steeg licht van 95 naar 99 dagen. In 2012 zijn in totaal 500 patienten opgenomen geweest. Het aantal ontslagen patienten steeg van 278 in 2011 naar 335 in 2012. Het aantal klinisch behandelde revalidanten was in totaal 300. In de polikliniek zijn 245 patienten behandeld. Met de Zorgverzekeraars en het Zorgkantoor is overeengekomen dat in 2012 de capaciteit binnen de AWBZ 88 bedden omvat en de capaciteit revalidatiegeneeskunde 56 calculatorische bedden en 8 behandelplaatsen. Vermogen Het eigen vermogen bedraagt in 2012 21,1% van de bedrijfsopbrengsten. De Raad van Bestuur verwacht voor de komende jaren een positief exploitatieresultaat. Deze verwachting is gebaseerd op gemaakte afspraken betreffende de financiering van de revalidatiefunctie in het centrum. Daarnaast heeft de stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam met ingang van 17 oktober 2006 een toelating als instelling voor niet-klinische revalidatie verkregen. Het aansprakelijk vermogen 1) van de stichting bedraagt 22,2 % van het wettelijk budget. Waardering Zorgvastgoed Sinds 2009 het WTZi-bouwregime afgeschaft en is sprake van een transitiefase voor de bekostiging van de materiële vaste activa die tot op heden in aanmerking komen voor volledige nacalculatie. Het oude, in beginsel risicoloze bekostigingssysteem is vervangen door een systeem van prestatiebekostiging waarbij een overgangsregeling geldt tot 2018. Kapitaallasten moeten voortaan gedekt worden via een component in de integrale tarieven (de normatieve huisvestingscomponent). Niet langer bestaat zekerheid over de inkomsten en daarmee de dekking van de huisvestingslasten. Afhankelijk van het zorgaanbod, de bezettingsgraad en de geleverde zorgzwaarte kunnen de vergoedingen voor kapitaallasten sterk fluctueren. Vanaf 2012 tot 2018 worden ‘bestaande’ zorgaanbieders in toenemende mate voor hun huisvesting bekostigd op basis van hun prestatie en gerealiseerde productie. Vanaf het boekjaar 2018 dienen de kapitaallasten volledig gedekt te worden door de normatieve vergoeding. Eveneens is met ingang 2012 in de ZVW, voor onder meer de zelfstandige revalidatiecentra, prestatiebekostiging ingevoerd. Voor de jaren 2012 tot en met 2014 geldt een overgangsregime. Hierdoor ontstaan nieuwe risico’s voor (de waardering van) het vastgoed, zoals exploitatierisico’s (leegstand, onderbezetting), boekwaarderisico’s (marktontwikkeling) en het risico van afwaardering bij exploitatieverliezen (impairment). Afschrijvingstermijnen moeten voortaan gebaseerd worden op de economische levensduur en niet meer op de oude bekostigingssystematiek.
1
) Het aansprakelijk vermogen is het kapitaal vermeerderd met (i) het collectief gefinancierd gebonden vermogen, (ii) het niet-collectief gefinancierd vrij vermogen en (iii) de ten opzichte van alle crediteuren van de instelling achtergestelde leningen, voor zover deze leningen voldoen aan de Wfz voorwaarden, en verminderd met 25% van de balanswaarde van de niet WTZi/WMG gefinancierde vaste activa.
Pagina 11
Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
Het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft op grond van de doorlichting van haar vastgoedportefeuille vastgesteld, dat geen sprake is van bijzondere waardeverminderingen. Dit is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: De bestaande gebouwdelen, daterend uit 1968 worden conform de afspraken met de Nza geheel afgeschreven voor oplevering van de gepland nieuwbouw. Het gebouwdeel uit 1998 dat wordt geintegreerd in het nieuw te bouwen centrum kent een verwachte levensduur die gelijk is aan het nieuw te bouwen centrum. De restwaarde is gelijk aan de historische aanschafwaarde van de grond. De op basis van het uitgewerkte businessplan verwachte gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 95% Met de realisatie van de geplande nieuwbouw kan het centrum groeien naar een capaciteit van 120 plaatsen somatische ouderenzorg met behandelingen, 90 plaatsen revalidatiegeneeskunde en 24 plaatsen voor poliklinische behandeling. Uit de meerjarenbegroting afgeleide kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2017, en genormaliseerde trendmatige kasstromen vanaf 2018 tot aan einde levensduur. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met de effecten van de overgangsregeling 2012-2017. Vervangingsinvesteringen tot het niveau welke noodzakelijk worden geacht om het betreffende vastgoed tot aan einde levensduur in gebruik te houden. Een disconteringsvoet van 5,5%, zijnde de gemiddelde externe vermogenskosten van het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam. Ratio's Resultaatratio: AWBZ-gefinancierde resultaten Resultaatratio: ZVW-gefinancierde resultaten Resultaatratio: niet-AWBZ-gefinancierde resultaten Liquiditeit Solvabiliteit (totaal eigen vermogen/balanstotaal) Solvabiliteit (totaal eigen vermogen/totaal opbrengsten)
Pagina 12
2012 1,9% 2,4% -
2011 -2,5% 3,9% -
0,82
0,75
23,9% 21,1%
23,0% 19,7%
Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
4.4.2. Analyse van de uitkomst van de resultatenrekening in vergelijking met het voorgaande jaar De exploitatie van de stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam sluit in 2012 met een voordelig saldo van € 307.900,-. Dit exploitatiesaldo is onder te verdelen in: € - resultaat Verpleeghuiszorg 158.400 - resultaat Revalidatiegeneeskunde 167.400 - resultaat Aanvullende voorzieningen -17.900 307.900 In 2011 sloot de exploitatie met een voordelig saldo van € 68.900,-. Het verschil ad € 239.000,- is als volgt te verklaren: Wettelijk budget en subsidies Correctie wettelijk budget voorgaande jaren Overige bedrijfsopbrengsten
V V N
€ 391.100 152.300 -27.800
Som der bedrijfsopbrengsten
V
515.600
Personeelskosten Afschrijvingen Overige bedrijfskosten
N V V
-508.100 184.600 29.100
Som der bedrijfslasten
N
-294.400
Bedrijfsresultaat
V
221.200
Financiële baten en lasten
V
17.800
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
V
239.000
Bijzonder resultaat
V
0
Resultaat
V
239.000
Bedrijfsopbrengsten Het wettelijk budget is gestegen als gevolg van de loon- en prijsindex, de intensiveringsmiddelen AWBZ en de geleverde productie. In totaal is het wettelijk budget € 698.800,- hoger dan in 2011. De subsidies voor loonkosten, waaronder de subsidie voor de extra arbeidsplaatsen, zijn €155.400,lager dan in 2011 als gevolg van het dalen van het aantal gesubsidieerde Instroombanen. Personeelskosten De stijging van de uitgaven als gevolg van de arbeidskostenontwikkeling bedroeg in 2012 € 218.000,=. De totale formatie is in 2012 licht gedaald. Voor de niet opgenomen vakantiedagen van de medewerkers over 2012 is op de balans een bedrag van € 531.000,- opgenomen als verplichting.
Brutosalariskosten 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
Afschrijvingen De afschrijvingskosten zijn ten opzichte van 2011 gedaald doordat in 2011 de gebouwen en installaties uit 1968 geheel zijn afgeschreven. De afschrijvingen op gebouw en terreinen daalden, terwijl investeringen in het electronisch zorgdossier de afschrijvingen op automatisering deden stijgen.
2011
Pagina 13
2012
Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
Overige bedrijfskosten 1000 800 600 400
Overige bedrijfskosten De hotelmatige kosten zijn gedaald door de lagere kosten van vervoer van polikliniekpatienten De algemene kosten zijn gestegen door de in 2012 gemaakte kosten voor de ontwikkeling van het zorgdossier. Financiële baten en lasten De rentekosten zijn gedaald door de afname van de gemiddelde rentevoet en het geleende kapitaal.
200 0 ‐200
2011
2012
Genormaliseerd resultaat
€
Voordelig exploitatieresultaat 2012 Voordelig effect: correctie wettelijk budget ZVW 2011 Nadelig effect: ontwerp en bouw elektronisch zorg- en behandeldossier
307.900 -152.300 75.900 -76.400 231.500
Genormaliseerd resultaat 2012
Vooruitzichten De oorzaken van de resultaatsontwikkeling in het jaar 2012 zijn op hoofdlijnen onder te verdelen in: € Structurele oorzaken productieafspraken invoering ZZP in AWBZ loon- en prijsstijgingen financieringslasten en afschrijvingen Inzet personeel overige bedrijfskosten Incidentele oorzaken Ontwikkeling zorg- en behandeldossier diverse posten, per saldo
V N N V V V
188.100 -203.300 -5.700 73.900 50.400 228.500
N N N
-75.900 -17.000 239.000
Gecorrigeerd voor correcties over voorgaande jaren zijn de Inkomsten in 2012 structureel met € 471.000,= gestegen. De structurele stijging van de uitgaven bedraagt daartegenover € 68.000,=. Met ingang van 1 januari 2013 is de Geriatrische Revalidatie Zorg overgeheveld van de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet. Het RRR heeft een overeenkomst gesloten voor het leveren van deze revalidatiezorg. Tezamen met de overeenkomsten over de productie AWBZ en de Medisch Specialistische Revalidatie is een voldoende omzet gecontracteerd om verdere groei van het eigen vermogen te realiseren. De implementatie van het elektronisch zorg- en behandeldossier in het eerste kwartaal van 2013 zal naar verwachting leiden tot verdere efficiency verbetering in het zorg- en behandelproces. Op basis van de ontwikkelingen in de komende jaren verwacht de raad van bestuur evenwel aanhoudend positieve resultaten. Deze resultaten zullen het mogelijk maken de vermogenspositie in balans te brengen met de toenemende risico's voor de instelling als gevolg van verdere deregulering en zelfstandigheid.
Pagina 14
Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
KENGETALLEN JAARVERSLAG 2012 RESULTAAT
Som der bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfskosten Resultaat CASHFLOW
Cashflow KASSTROOM
Kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten - opgenomen geldleningen - aflossing langlopende schulden Mutatie geldmiddelen BALANS Activa Vaste activa Vlottende activa Liquide middelen Totaal activa Passiva Eigen vermogen Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Totaal passiva RATIO's
Jaarverslag 2011 € 14.698.021 -14.629.104 68.917
Jaarverslag 2012 € 15.213.604 -14.905.703 307.901
Jaarverslag 2011 € -402.318
Jaarverslag 2012 € -537.243
Jaarverslag 2011 € 984.391 -940.471
Jaarverslag 2012 € 133.745 -313.106
0 -446.238 -402.318
0 -357.882 -537.243
Jaarverslag 2011 € 8.703.272 1.788.688 2.129.287 12.621.247
Jaarverslag 2012 € 8.449.993 3.368.295 1.592.042 13.410.330
2.901.199 74.617 4.451.542 5.193.889 12.621.247
3.209.100 76.529 4.110.661 6.014.040 13.410.330
Jaarverslag 2011 €
Jaarverslag 2012 €
Resultaatratio
0,5%
2,0%
Liquiditeit
0,75
0,82
23,0% 19,7%
23,9% 21,1%
Solvabiliteit (totaal eigen vermogen/balanstotaal Solvabiliteit (totaal eigen vermogen/totaal opbrengsten
Pagina
15
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1 JAARREKENING
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1 JAARREKENING 5.1.1 BALANS PER 31 DECEMBER 2012 (na resultaatbestemming) Ref.
31-dec-12 €
31-dec-11 €
0 8.449.993 0 8.449.993
0 8.703.272 0 8.703.272
2 3
32.785 0
42.149 392.944
4 5 6 7
241.114 0 3.094.396 1.592.042 4.960.337
0 0 1.353.595 2.129.287 3.917.975
13.410.330
12.621.247
31-dec-12 €
31-dec-11 €
68 2.239.029 970.003 3.209.100
68 1.913.250 987.881 2.901.199
0 76.529
0 74.617
10
4.110.661
4.451.542
3 4 5 11
969.362 2.252.403 209.351 2.582.925
0 2.536.937 0 2.656.952
13.410.330
12.621.247
ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
1
Vlottende activa Voorraden Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's DBC-zorgproducten Vorderingen uit hoofde van financieringstekort Vorderingen uit hoofde van transitieregeling Overige vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
Ref. PASSIVA Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
8
Voorzieningen Voorzieningen uit hoofde van macrobeheersinstrument Overige voorzieningen
9
Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) Kortlopende schulden (ten hoogste 1 jaar) Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's Schulden uit hoofde van financieringsoverschot Schulden uit hoofde van transitieregeling Overige kortlopende schulden
Totaal passiva
Pagina 16
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.2 RESULTATENREKENING OVER 2012 Ref.
2012 €
2011 €
14 15
152.279 7.828.350
6.810.313 7.089.791
16 17
6.827.624 -209.351
0 0
18 19
437.239 177.463
592.612 205.305
15.213.604
14.698.021
10.926.072 587.800 0 3.245.428 14.759.300
10.417.950 772.413 0 3.274.536 14.464.898
454.304
233.122
-146.403
-164.206
307.901
68.917
0 0 0
0 0 0
307.901
68.917
2012 €
2011 €
158.363 167.415 0 -29.340 11.463 0 307.901
-189.548 232.745 22.689 -57.947 10.978 50.000 68.917
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Zvw-zorg Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ (exclusief subsidies) Omzet DBC's / DBC-zorgproducten A-segment Opbrengsten uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN: Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten
20 21 22
BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten
23
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING Buitengewone baten Buitengewone lasten Buitengewoon resultaat RESULTAAT BOEKJAAR
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld: Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten AWBZ-gefinancierd Reserve aanvaardbare kosten ZVW-gefinancierd Algemene reserve Bestemmingsreserve afschrijvingskosten investeringen buiten WZV Bestemmingsreserve extra voorzieningen Bestemmingsreserve ICT-ontwikkeling
Pagina 17
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.3 KASSTROOMOVERZICHT Ref. €
2012 €
€
2011 €
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: - afschrijvingen - mutaties voorzieningen
454.304
a.
587.800 1.911
233.122
772.413 -41.896 589.711
Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden - mutatie onderhanden projecten uit hoofde van DBC's / DBC-zorgproducten b. - vorderingen c. - vorderingen/schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk -overschot d. - kortlopende schulden (excl. schulden aan banken)
9.364
-30.026
1.362.305 -1.745.550
356.249 612.455
-316.297
-840.631
-74.278
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
167.818 -764.455
265.865
279.560
1.229.504
19.576 -165.392 0
Ontvangen interest Betaalde interest Buitengewoon resultaat
730.517
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
23.953 -189.025 0 -145.816
-165.073
133.744
1.064.431
Kasstroom uit investeringsactiviteiten -313.106 0
Investeringen materiële vaste activa Overige investeringen in financiële vaste activa
-940.471 0 -313.106
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
-940.471
Kasstroom uit financieringsactiviteiten 0 -357.882
Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
0 -446.238
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
-357.882
-446.238
Mutatie geldmiddelen
-537.243
-322.278
Toelichting: Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangen en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. a. De mutatie in voorzieningen 2012 betreft de in 2012 gedane storting in de voorziening uitgestelde beloningen. b. Ten opzichte van 2011 is de mutatie in de onderhanden project DBC gewijzigd door het lagere aantal patienten in behandeling ultimo 2012. Hierdoor is de waarde van het onderhanden werk gedaald in vergelijking met voorgaande jaren. Tevens zijn extra voorschotten verstrekt door de zorgverzekeraars in het kader van de invoering van de DOT. c. De mutatie op de vorderingen is in 2012 hoger dan in 2011 door de toename van de post nog te factureren DBC's. Als gevolg van de verlate contractering met de zorgverzekeraars is een substantieel deel van de productie eerts in januari 2013 gefactureerd kunnen worden. d. De mutatie op de vorderingen/schulden uit het financieringstekort is ten opzichte van 2011 veranderd doordat in 2011 ruim € 1,5 miljoen teveel ontvangen voorschotten is terugbetaald.
Pagina 18
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING
5.1.4.1 Algemeen Algemene idendificatiegegevens Naam: Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam Adres: Van Beethovenlaan 60, 3055 JD Rotterdam Vestigingsplaats: Rotterdam Activiteiten: Revalidatiegeneeskunde in het kader van de ZVW en intensieve somatische zorg onder de AWBZ.
Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, in het bijzonder RJ 655 inzake de jaarverslaggeving door zorginstellingen, en Titel 9 Boek 2 BW. Continuïteitsveronderstelling Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar, met uitzondering van het volgende: Naar aanleiding van de in 2012 ingevoerde prestatiebekostiging voor instellingen voor medische specialistische zorg is de bepaling van de omzet DBC-zorgproductengebaseerd op de Handreiking omzetverantwoording 2012 zoals vastgesteld in het bestuurlijk overleg Bestuurlijk Hoofdlijnen Akkoord 7 februari 2013. Er zijn drie stelselwijzigingen doorgevoerd, namelijk: 1. Wijze van verwerking groot onderhoud in de jaarrekening. In verband met de voorgenomen renovatie van de bestaande panden bij de realisatie van de nieuwbouw worden de onderhoudskosten vanaf het boekjaar 2012 rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht. Deze stelselwijziging is verwerkt in de jaarrekening. De vergelijkende cijfers zijn hierop aangepast door de toevoeging van het saldo per 1 januari 2012 ad € 224.883,- aan het eigen vermogen. De voorgenomen dotatie op basis van het onderhoudsplan ter grootte van € 19.000,- is ten gunste van het resultaat verwerkt.
2. De toerekening van de definitieve indexering van ZZP-tarieven aan het juiste boekjaar. Deze stelselwijziging is - vooruitlopende op de verplichte toepassing (Richtlijn 655 paragraaf 208) op boekjaren vanaf 1 januari 2013 - doorgevoerd in de jaarrekening 2012. Door het toepassen van deze stelselwijziging worden definitieve indexeringen van de AWBZ-tarieven in het juiste jaar verantwoord. Waar voorheen de definitieve index werd verwerkt in het tarief van het opvolgende jaar wordt nu de index teruggerekend aan het juiste jaar (toerekeningsbeginsel). Hierdoor ontstaat er een verschuiving tussen de verschillende jaren. Het saldo is verwerkt onder de 'vorderingen en overlopende passiva'. 3. De splitsing van het financieringssaldo (tekort of overschot) in een vordering uit hoofde van een financieringstekort en/of financieringsoverschot. Deze stelselwijziging is - vooruitlopende op de verplichte toepassing (Richtlijn 655 paragraaf 304) op boekjaren vanaf 1 januari 2013 - doorgevoerd in de jaarrekening 2012. De stelselwijzingen zijn retrospectief verwerkt. Dit wil zeggen dat het eigen vermogen van het voorgaande boekjaar is herrekend en de vergelijkende cijfers 2011 aangepast. De stelselwijziging die betrekking heeft op de splitsing van het financieringssaldo heeft geen invloed gehad op de hoogte van het eigen vermogen en het resultaat. De totale invloed op het eigen vermogen bedraagt tot 2011 € 323.800,- en in 2011 € 80.000,-. Het resultaat 2011 is ten gevolge van de stelwijzigingen € 80.000,- hoger. Indien er geen stelselwijziging was doorgevoerd was het resultaat 2012, circa € 24.000,- hoger geweest.
Pagina 19
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Onzekerheden omzetverantwoording 2012 en bijbehorende balansposten als gevolg van de prestatiebekostiging
Achtergond In 2012 zijn instellingen voor medisch specialistische zorg, waaronder de revalidatiecentra, overgegaan van het systeem van bekostiging via budgetten op volledige prestatiebekostiging. De invoering van de prestatiebekostiging vindt gefaseerd plaats in de periode 2012 – 2014. Sector breed is geconcludeerd dat in 2012 sprake was van een zeer complex systeem van bekostiging, dat in de verschillende onderdelen onvoldoende op elkaar is afgestemd. Door de gelijktijdig doorgevoerde veranderingen in bekostiging, DOT-productstructuur en nieuwe wijze van contractering met zorgverzekeraars, gecombineerd met de invoering van prestatiebekostiging, ontstaan over 2012 sector breed materiële onzekerheden in de jaarrekeningen en bekostigingsverantwoordingen van ziekenhuizen , revalidatiecentra en UMC’s. In het eindmodel geldt prestatiebekostiging, waarin zorgaanbieders per geleverde prestatie betaald worden, op basis van integrale tarieven. Onder het eindmodel wordt de situatie verstaan die geldt vanaf 2015, na afloop van het transitiemodel dat de komende jaren van toepassing is. Transitiemodel De overgang van gedeeltelijke budgetbekostiging naar prestatiebekostiging brengt voor gebudgetteerde instellingen systeemrisico’s met zich mee. Met het transitiemodel zoals dat is gedefinieerd, worden de systeemrisico’s van de overgang van budgetbekostiging naar volledige prestatiebekostiging deels ondervangen. De systeemrisico’s worden opgevangen door eenmalig een transitiebedrag vast te stellen per instelling op basis van het verschil tussen de schaduwomzet en bijbehorende DOT-omzet (prestatiebekostiging) in 2012. Het transitiebedrag wordt voor revalidatiecentra in 2012 voor 95% verrekend en in 2013 voor 95% verrekend en in 2014 voor 70% van het berekende bedrag van 2013. In essentie is de doelstelling van het transitiemodel een demping van de overgang van budgetbekostiging naar prestatiebekostiging. Gevolgen invoering prestatiebekostiging en transitiemodel De invoering van de prestatiebekostiging en het transitiemodel heeft binnen en buiten de sector de afgelopen tijd tot veel discussies geleid wat betreft de verantwoording van de omzet, en gerelateerde balansposten in de jaarrekening van instellingen die medisch specialistische zorg leveren. Over eventuele verantwoording- en controlevraagstukken waar de instellingen tegenaan zijn gelopen bij het opstellen en controleren van de jaarrekening 2012 en deelverantwoordingen is tussen partijen (VWS, NZA, NFU, NVZ, ZN en Coziek) periodiek overleg geweest ter invulling van generieke standpunten ten aanzien van generieke sectorbrede onduidelijkheden. Geïdentificeerde risico’s en onzekerheden Vanuit bovenstaande veranderingen zijn in het veld diverse risico’s en onzekerheden geïdentificeerd. De belangrijkste voor onze bedrijfsvoering alsmede de wijze waarop met schattingen, onzekerheden en aannames in de jaarverantwoording 2012 is omgegaan betreffen de volgende: Bepaling onderhanden werk Ten aanzien van de producten opgenomen in het onderhanden werk, waarvan de uiteindelijke zorgproducten ultimo 2012 nog niet zeker zijn, heeft het management een inschatting gemaakt op basis van het afgeleide zorgproduct. Dit model is ontwikkeld door in samenwerking met VIR-e-Care Solutions. Het onderhanden werk heeft een waarde van€ 934.847,-. Van de op 31 december 2012 openstaande DBC’s is inmiddels 70 procent afgesloten. De hoogte van de waardering van het onderhanden werk geeft geen aanleiding tot het treffen van een voorziening uit hoofde van een overschrijding van de contractafspraken. Bepaling schaduwbudget Aanvankelijke onduidelijkheden in de normstelling voor de bepaling respectievelijk de nacalculatie van het schaduwbudget, alsmede in de goedkeuring hiervan door de NZa hebben in 2012 geleid tot onzekerheid over de omzet. Zoals reeds hiervoor aangegeven bepalen schaduwbudget en gefactureerde omzet de (positieve of negatieve) compensatie in de vorm van het berekende transitiebedrag. De NZa heeft via de Handreiking omzetverantwoording 2012 geëxpliciteerd wat wel en niet mag worden meegerekend in de bepaling van het schaduwbudget. Het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft bij de bepaling van het schaduwbudget de handreiking in acht genomen en daarbij de volgende keuzes gemaakt:.
Pagina 20
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Bepaling omzet De verwachte omzet 2012 is op stichtingsniveau bepaald op basis van de verhouding tussen het schaduwbudget en facturatie Voorziening verwachte overschrijding contractafspraken Voor het vaststellen van de voorziening is de verwachte omzet 2012 toegerekend aan de zorgverzekeraars op basis van de geregistreerde polisgegevens van de patiënten. Deze uitkomst is per zorgverzekeraar afgezet tegen het afgesproken zorgplafond. Het totaal van de geprognosticeerde afwijkingen van deze plafonds is naar rato van de opgenomen facturatie en onderhanden werk verdeeld over de boekjaren 2012 en 2013. De geprognostiseerde onderschrijding van de overeengekomen aanneemsom is verdeeld over de boekjaren 2012 en 2013. Het deel toegerekend aan 2012 ter grootte van € 603.600,0 is als vordering op de balans opgenomen. Onjuiste facturatie Gedurende 2012 hebben controles plaatsgevonden bij het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam. Het effect van de verwachte controles door de verzekeraars over de in het jaar 2012 geleverde zorg is meegenomen in de bepaling van de opbrengstverantwoording in de jaarrekening en het transitiebedrag. Als gevolg van deze verwachte controles over de DOT facturatie 2012 is géén correctie op de omzet toegepast.. Zorgcontractering Door het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam is uit hoofde van de zorgcontractering 2012 met zorgverzekeraars afspraken gemaakt over de zorgverlening betrekking op het schadelastjaar. Daarbij is een inschatting gemaakt van de verwachte realisatie van deze contractafspraken. Met de uitkomsten van deze analyse is rekening gehouden bij de bepaling van de opbrengstverantwoording 2012.
5.1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangen interest en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingstermijnen van materiële vaste activa zijn gebaseerd op de verwachte gebruiksduur van het vast actief. Kosten van groot onderhoud worden vanaf het boekjaar 2012 direct ten laste van het resultaat gebracht. De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. Op bedrijfsterreinen en op onderhanden projecten en vooruitbetalingen op materiële vaste activa wordt niet afgeschreven. De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd: • Bedrijfsgebouwen : 2 %. • Machines en installaties : 5 %. • Andere vaste bedrijfsmiddelen : 10 %. Voor zover subsidies of daaraan gelijk te stellen vergoedingen zijn ontvangen als eenmalige bijdrage in de afschrijvingskosten, zijn deze in mindering gebracht op de investeringen. Pagina 21
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Als gevolg van de wijzigende bekostiging heeft het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam een inschatting gemaakt van de verwachte gebruiksduur en de eventuele restwaarde van de bestaande panden op basis van het opgestelde businessplan voor de komende jaren. Dit heeft er toe geleid dat de huidige afschrijvingstermijnen niet zijn aangepast.
Het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft op grond van de doorlichting van haar vastgoedportefeuille vastgesteld, dat geen sprake is van bijzondere waardeverminderingen. Dit is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: - De bestaande gebouwdelen, daterend uit 1968 worden conform de afspraken met de Nza geheel afgeschreven voor oplevering van de gepland nieuwbouw. Het gebouwdeel uit 1998 dat wordt geïntegreerd in het nieuw te bouwen centrum kent een verwachte levensduur die gelijk is aan het nieuw te bouwen centrum. - De restwaarde is gelijk aan de historische aanschafwaarde van de grond. - De op basis van het uitgewerkte businessplan verwachte gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 95% - Met de realisatie van de geplande nieuwbouw kan het centrum groeien naar een capaciteit van 120 plaatsen somatische ouderenzorg met behandelingen, 90 plaatsen revalidatiegeneeskunde en 24 plaatsen voor poliklinische behandeling. - Uit de meerjarenbegroting afgeleide kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2017, en genormaliseerde trendmatige kasstromen vanaf 2018 tot aan einde levensduur. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met de effecten van de overgangsregeling 2012-2017. - Vervangingsinvesteringen tot het niveau welke noodzakelijk worden geacht om het betreffende vastgoed tot aan einde levensduur in gebruik te houden. - Een disconteringsvoet van 5,5%, zijnde de gemiddelde externe vermogenskosten van het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam. Voorraden Voorraden zijn gewaardeerd tegen kostprijs op basis van first in first out. Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's / DBC-zorgproducten De onderhanden projecten uit hoofde van DBC's worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde de kostprijs van de reeds bestede verrichtingen, of tegen de opbrengstwaarde van de DBC indien deze lager is. De productie van de onderhanden projecten is bepaald door de openstaande verrichtingen te koppelen aan de DBC's die ultimo boekjaar openstonden. Op de onderhanden projecten worden de voorschotten die ontvangen zijn van verzekeraars in mindering gebracht. Vorderingen Vorderingen worden opgenomen voor de geamortiseerde kostprijs (nominale waarde). Een voorziening wordt getroffen op de vorderingen op grond van verwachte oninbaarheid. De hoogte van de voorziening is geschat op basis van een percentage van de openstaande vordering. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voorzieningen (algemeen) Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen.
Wanneer verplichtingen naar verwachting door een derde zullen worden vergoed, wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen indien het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting. Voorziening uitgestelde beloningen De voorziening uitgestelde beloningen betreft een voorziening voor toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening betreft de contante waarde van de in de toekomst uit te keren jubileumuitkeringen. De berekening is gebaseerd op gedane toezeggingen, blijfkans en leeftijd. Het gehanteerde verdisconteringspercentage bedraagt 5%. Schulden Schulden worden opgenomen voor de geamortiseerde kostprijs (nominale waarde). Pagina 22
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 5.1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten (waaronder nagekomen budgetaanpassingen) en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend.
Pensioenen Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft voor haar werknemers een toegezegd-pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo maart 2013 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 105% (bron: website pfzw.nl d.d. 25 april 2013). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 105% te hebben. Het pensioenfonds verwacht hieraan te kunnen voldoen en voorziet geen noodzaak voor de aangesloten zorginstellingen om extra stortingen te verrichten of om bijzondere premieverhogingen door te voeren (bron: website pfzw.nl d.d. 25 april 2013). Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord.
5.1.4.4 Grondslagen van segmentering In de jaarrekening wordt overeenkomstig de Richtlijn Zorginstellingen een segmentatie van de resultatenrekening gemaakt in de volgende segmenten: AWBZ toegelaten voor Verblijf met behandeling ZVW - Medisch Specialistische Revalidatie Aanvullende voorzieningen Bij de verdeling van de resultatenrekening per operationele segment is aangesloten op de activiteiten van het bedrijfsproces. De verdeling van indirecte kosten over de te onderscheiden zorgsoorten geschiedt op basis van de volgende uitgangspunten: • indirecte personeelskosten: verdeling op basis van de directe personeelskosten; • indirecte materiële kosten: verdeling op basis van de directe personeelskosten; • indirecte overige kosten: verdeling op basis van de directe personeelskosten
Pagina 23
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA 1. Materiële vaste activa De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
4.347.718 875.519 912.477 2.314.279
4.552.041 1.007.227 995.829 2.148.175
Totaal materiële vaste activa
8.449.993
8.703.271
2012 €
2011 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Bij: herwaarderingen Af: afschrijvingen Af: bijzondere waardeverminderingen Af: terugname geheel afgeschreven activa Af: desinvesteringen
8.703.272 334.520 0 587.799 0 0 0
8.573.149 902.536 0 772.413 0 0 0
Boekwaarde per 31 december
8.449.993
8.703.272
13.671.633 0 5.221.640
17.123.971 0 8.420.699
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
Aanschafwaarde Cumulatieve herwaarderingen Cumulatieve afschrijvingen
Toelichting: Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa en de DHAZ-gefinancierde vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 5.1.6. In toelichting 5.1.7 zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten. Onder de post 'Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa' ter grootte van€ 2.314.279,- zijn begrepen de planontwikkelingskosten voor het ontwerp van het nieuwe centrum ten behoeven van de art. 19 procedure in het kader van de ruimtelijke ordening van het door de lokale overheid afgewezen bouwplan. De investeringskosten hiervan bedragen € 1.196.859,-. Met Coresta en JOIN is een overeenkomst afgesloten voor het verkrijgen van de noodzakelijke financiering van de te realiseren nieuwbouw. Begin mei 2013 heeft de ABN AMRO toegezegd op korte termijn een offerte voor de financiering uit te brengen. De totale planontwikkelingskosten, inclusief deze kosten, zullen als eigen inbreng worden ingebracht in de stichtingskosten van de te realiseren nieuwbouw. 2. Voorraden De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Overige voorraden: - Dienstkleding
32.785
42.149
Totaal voorraden
32.785
42.149
De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten A-segment Af: ontvangen voorschotten
934.847 -1.904.208
1.398.658 -1.005.714
-969.362
392.944
0 969.362 -969.362
392.944 0 392.944
Saldo per 31-dec-2012
3. Onderhanden projecten uit hoofde van DBC's / DBC-zorgproducten
Totaal onderhanden projecten Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde Onderhanden projecten - schulden uit hoofde van Onderhanden projecten De specificatie per onderhanden project is als volgt weer te geven: Stroom DBC's / DBC-zorgproducten
Gerealiseerde projectkosten en toegerekende winst
DBC-zorgproducten A-segment Totaal (onderhanden projecten) Pagina 24
Af: verwerkte verliezen €
€
Af: ontvangen voorschotten €
934.847
0
1.904.208
-969.362
934.847
0
1.904.208
-969.362
€
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS
4. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Saldo per 1 januari
t/m 2009 €
2010 €
2011 €
-1.006.720
-874.515
-655.701
0 0 0
0 0 0
152.279 132.256 284.535
241.114
241.114 152.279 132.256 525.649
-1.006.720
-874.515
-371.166
241.114
-2.011.288
c c
c c
c c
a a
Stadium van vaststelling (per erkenning): AWBZ verblijf met behandeling ZVW revalidatiegeneeskunde
totaal € -2.536.937
241.114
Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Betalingen/ontvangsten Subtotaal mutatie boekjaar Saldo per 31 december
2012 €
a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van financieringstekort - schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
31-dec-12 €
31-dec-11 €
241.114 2.252.403 -2.011.289
0 2.536.937 -2.536.937
2012 €
2011 €
7.872.194
13.814.245
7.631.080 0 0
7.136.188 7.690.007 -356.249
241.114
-655.701
Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget: Verpleeg- en verzorgingsgelden Gedeclareerde DBC-omzet Mutatie onderhanden projecten (voor zover ter dekking wettelijk budget) Totaal financieringsverschil
Toelichting: In 2012 zijn de instellingen voor medisch specialistische zorg, waaronder revalidatiecentra, overgegaan op prestatiebekostiging. Voor de jaren 2012, 2013 en 2014 geldt een transitieregeling. De opbrengsten ter dekking van het 'schaduwbudget' en het te verrekenen transitiebedrag zijn opgenomen on der post: 7. Vorderingen uit hoofde van transitieregeling en schulden uit hoofde van transitieregeling Met de zorgverzekeraars is overeengkomen dat het wettelijk budget ZVW van de jaren 2010 en 2011 aangepast zal worden betreffende de componenten Onderhoud en Afschrijving instandhoudingsinvesteringen naar rato van de overeengekomen capaciteit. De Nza heeft deze aanpassingen nog niet gehonoreerd. De totale waarde van de nog niet gehonoreerde verhogingen bedraagt voor het jaar 2010 € 60.989,- en voor het jaar 2011 € 165.336,-. 5. Vorderingen uit hoofde van transitieregeling en schulden uit hoofde van transitieregeling De specificatie is als volgt: Schaduwbudget (op basis van afspraken met verzekeraars) Af: A omzet (inclusief overloop) Af: B nieuw (binnen transitiemodel = B-2012) honorariumomzet loondienst met vergoeding in schaduwbudget in B nieuw Transitiebedrag
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van transitieregeling - schulden uit hoofde van transitieregeling
Pagina 25
2012 € 6.607.678 6.828.048 0
2011 € 0 0 0
-220.370
0
31-dec-12 €
31-dec-11 €
0 209.351 -209.351
0 0 0
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS
Toelichting: De NZa vereist in de Regeling Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg (NR/CU-208) dat een instelling voor medisch specialistische zorg de gerealiseerde omzet uit prestatiebekostiging en de omzet die zou zijn behaald onder de oude bekostigingssystematiek jaarlijks vaststelt. Het verschil tussen beide bedragen wordt aangeduid met de term transitiebedrag. De zorginstelling neemt een vordering respectievelijk een schuld uit hoofde van de Regeling Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg op als afzonderlijke post in de balans.
6. Overige vorderingen De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Vorderingen op debiteuren Nog te factureren omzet DBC's / DBC-zorgproducten Overige vorderingen: - op zorgverzekeraars - op het Cak - op personeel Nog te ontvangen bedragen: - diversen Inhaal definitieve indexering en rentevergoeding ZZP's Overige overlopende activa: - diversen In mindering te brengen voorziening oninbaar
9.731 2.856.991
10.145 776.377
8.398 -935 14.425
215.752 355 16.894
151.952 55.075
188.024 98.919
0 -1.241
48.696 -1.567
Totaal overige vorderingen
3.094.396
1.353.595
Toelichting: De voorziening die in aftrek op de vorderingen is gebracht, bedraagt € 1.241,00 In de overige vorderingen zijn geen bedragen begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar. Ten behoeve van kortlopende schulden aan kredietinstellingen is € 2.435.744,00 van de vorderingen verpand.
7. Liquide middelen De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Bankrekeningen Ondernemersdeposito Kassen
1.588.180 0 3.862
621.497 1.500.000 7.790
Totaal liquide middelen
1.592.042
2.129.287
Toelichting: Het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft een kredietfaciliteit bij de ABN AMRO van € 6.451.542,-, inclusief € 2.000.000,- rekening-courant krediet waarbij de volgende zekerheden zijn verstrekt: - Krediethypotheek ad € 2.268.901,- in hoofdsom, te vermeerderen met 30% voor rente en kosten, op elk van de onroerende zaken te Rotterdam, aan de Van Beethovenlaan 60. - Krediethypotheek, eerste respectievelijk tweede in rang, ad € 6.352.923,- in hoofdsom, te vermeerderen met 40% voor rente en kosten, op elk van de onroerende zaken te Rotterdam, aan en nabij de Mozartlaan 150 en de Van Beethovenlaan 60. - Pandrecht vorderingen, waaronder begrepen vorderingen voortvloeiende uit activiteiten en verrichtingen die zijn uitgevoerd op geopende, maar nog niet afgesloten Diagnose Behandel Combinaties (DBC's). - Pandrecht op de goederen zoals genoemd in artikel 24 van de Algemene Bankvoorwaarden. De liquide middelen op bankrekeningen en ondernemersdeposito zijn vrij opneembaar.
Pagina 26
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 8. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
68 2.239.029 970.003
68 1.913.250 987.881
Totaal eigen vermogen
3.209.100
2.901.199
Kapitaal Saldo per 1-jan-2012 €
Resultaatbestemming €
Overige mutaties €
Saldo per 31-dec-2012 €
68
0
0
68
68
0
0
68
Saldo per 1-jan-2012 €
Resultaatbestemming €
Overige mutaties €
Saldo per 31-dec-2012 €
Reserve aanvaardbare kosten: AWBZ-gefinancierd ZVW-gefinancierd
895.110 328.972
158.363 167.415
-639.167 0
1.692.641 496.388
Bestemmingsreserves: - Egalisatie afschrijvingen - Bestemmingsreserve ICT Ontwikkeling
639.167 50.000
0 0
639.167 0
0 50.000
1.913.250
325.779
0
2.239.029
Saldo per 1-jan-2012 €
Resultaatbestemming €
Overige mutaties €
Saldo per 31-dec-2012 €
Algemene reserves: - Algemene reserve
661.124
0
0
661.124
Bestemmingsreserves: - Reserve afschrijvingskosten investeringen buiten WZV/WTZ - Reserve activiteiten HRM
178.133 45.413
-29.340 0
0 0
148.792 45.413
Bestemmingsfondsen: - Fonds extra voorzieningen
103.211
11.463
0
114.674
Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
987.881
-17.877
0
970.003
Het verloop is als volgt weer te geven:
Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Toelichting: In verband met de gewijzigde bekostiging van de kapitaallasten per 1 januari 2011 heeft de stichting besloten de bestemmingsreserve egalisatie afschrijvingen niet meer afzonderlijk tot uiting te brengen. Het saldo per 1 januari 2012 is via een overige mutatie in het eigen vermogen toegevoegd aan de reserve aanvaardbare kosten AWBZ-gefinancierd. De reserve ICT Ontwikkeling is gevormd door het bestuur ten behoeve van toekomstige investeringen in ICT voorzieningen, De bestemmingsreserve afschrijvingskosten investeringen buiten WZV/WTZI wordt gevormd door het bestuur uit subsidies en giften ten behoeve van investeringen buiten het wettelijk budget. Jaarlijks worden de afschrijvingskosten van de investeringen welke met deze bijdragen zijn gefinancierd onttrokken aan de reserve, De reserve activiteiten HRM is gevormd door het bestuur ten behoeve van bijzondere activiteiten op het gebied van personeelsbeleid. Het fonds extra voorzieningen is gevormd uit schenkingen van derden ten behoeve van extra voorzieningen op het terrein en in het gebouw van de instelling.
Pagina 27
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 9. Voorzieningen Het verloop is als volgt weer te geven:
Uitgestelde beloningen Totaal voorzieningen
Saldo per 1-jan-2012 €
Dotatie
Onttrekking
Vrijval
€
€
€
Saldo per 31-dec-2012 €
74.617 74.617
1.911 1.911
0 0
0 0
76.529 76.529
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd: 31-dec-2012 Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jr.) Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
5.538 70.991 38.014
Toelichting per categorie voorziening: Voorziening uitgestelde beloningen De voorziening uitgestelde beloningen dient ter dekking van toekomstig uit te keren gratificaties bij jubilea en pensionering. De toevoeging is gebaseerd op de contant gemaakte waarde van de op basis van de blijfkans berekende hoogte van de toekomstige gratificatie bij 12,5-, 25-, 40-jarige jubilea en de gratificatie uit te keren bij pensionering.
10. Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) De specificatie is als volgt:
31-dec-12 €
31-dec-11 €
Schulden aan banken
4.110.661
4.451.542
Totaal langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar)
4.110.661
4.451.542
2012 €
2011 €
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: aflossingen
4.809.424 0 357.882
5.255.662 0 446.238
Stand per 31 december
4.451.542
4.809.424
340.881
357.882
4.110.661
4.451.542
Het verloop is als volgt weer te geven:
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende schulden per 31 december
Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd: Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
340.881 4.110.661 2.912.132
357.882 4.451.542 3.198.014
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar de bijlage overzicht langlopende schulden. De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden. Toelichting: Voor een overzicht van de verstrekte zekerheden wordt verwezen naar de toelichting bij de post Liquide middelen.
Pagina 28
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA 11. Overige kortlopende schulden De specificatie is als volgt:
Schulden aan banken Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Vakantiegeld Vakantiedagen Overige schulden: - rekeningcourant bewonersraad - diversen Nog te betalen kosten: - diversen Overige overlopende passiva: - diverse posten Totaal overige kortlopende schulden
31-dec-12 €
31-dec-11 €
0 438.672 340.881 418.343 197.753 75.541 337.202 530.920
0 542.534 357.882 409.569 203.976 68.983 330.427 469.475
70.045 9.850
71.460 5.748
52.260
60.069
111.458
136.830
2.582.925
2.656.952
12. Financiële instrumenten Algemeen Het Centrum voor RRR maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die het Centrum voor RRR blootstellen aan markt- en/of kredietrisico’s. Deze betreffen financiële instrumenten die in de balans zijn opgenomen. Het Centrum voor RRR handelt niet in deze financiële derivaten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van aan de instellingen verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de krediet- of marktrisico’s. Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van handelsdebiteuren zijn voor circa 75 % geconcentreerd bij drie grote verzekeraars. Het maximale bedrag aan kredietrisico bedraagt € 3.065.000,= Renterisico en kasstroomrisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. De instelling heeft derhalve als beleid om geen afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om (tussentijdse) rentefluctuaties te beheersen. Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan. De reële waarde van de overige in de balans verantwoorde financiële instrumenten wijkt niet materieel af van de boekwaarde.
Pagina 29
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.5 TOELICHTING OP DE BALANS 13. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Verplichtingen uit hoofde van het macrobeheersinstrument Het macrobeheersinstrument wordt door de minister van VWS ingezet om overschrijdingen van het macrokader zorg terug te vorderen bij instellingen voor medisch specialistische zorg. Het macrobeheersinstrument is uitgewerkt in de Aanwijzing macrobeheersmodel instellingen voor medisch specialistische zorg. Jaarlijks wordt door de Nederlandse Zorgautoriteit ambtshalve een mbi-omzetplafond vastgesteld. Tevens wordt door de NZa jaarlijks een omzetplafond per instelling vastgesteld, welke afhankelijk is van de realisatie van het mbi-omzetplafond van alle instellingen gezamenlijk. Deze vaststelling vindt plaats nadat door de Minister van VWS de overschrijding van het mbi-omzetplafond uiterlijk vóór 1 december van het opvolgend jaar is gecommuniceerd. Voor 2012 is het mbi-omzetplafond door de NZa vastgesteld op € 16.634 miljoen (prijsniveau 2011). Bij het opstellen van de jaarrekening 2012 bestaat nog geen inzicht in realisatie van het mbi-omzetplafond over 2012. Het Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam is niet in staat een betrouwbare inschatting te maken van de uit het macrobeheersinstrument voortkomende verplichting en deze te kwantificeren. Als gevolg daarvan is deze verplichting niet tot uitdrukking gebracht in de balans van de stichting per 31 december 2012. De heffingsgrondslag Macrobeheersinstrument is als volgt opgebouwd:
Tariefopbrengst van DBC’s, DBC-zorgproducten en overige zorgproducten in zowel het A- als het B-segment Verrekenbedrag op grond van de beleidsregel Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg Mutatie in de onderhanden projecten
2012 €
2011 €
7.317.584
0
-209.351
0
-463.811
0
Verplichtingen uit hoofde van mogelijke toets door commissie Zorgverzekeraars Nederland Het verantwoordingskader voor de verantwoording van de omzet zoals opgenomen in de jaarrekening wordt in belangrijke mate gevormd door de NZA-circulaires en beleidsregels, waaronder de NZa circulaire ‘Omzetverantwoording medisch specialistische zorg 2012, (CI/13/9c) waarin de Handreiking omzetverantwoording 2012 is bekrachtigd. Recent is bekend geworden dat Zorgverzekeraars Nederland een commissie heeft ingesteld die de ingediende transitiebedragen gaat toetsen. Vanwege deze commissie zijn de betrokken verzekeraars vaak niet bereid standpunten in te nemen ten aanzien van resterende vraagstukken. Door verzekeraars wordt aangegeven dat verantwoordingen in dergelijke situaties eenzijdig moeten worden ingediend en dat vervolgens na ontvangst van alle verantwoordingen de balans zal worden opgemaakt door een in te stellen controlecommissie. Als gevolg hiervan bestaat onduidelijkheid over de mogelijke gevolgen op de verantwoorde omzet naar aanleiding van de uitkomsten van de werkzaamheden van de commissie. Aangezien bij het vaststellen van de jaarrekening 2012 de commissie nog niet met zijn werkzaamheden is gestart, zijn de gevolgen voor de jaarrekening 2012 nog niet in te schatten. Derhalve worden eventuele te verwerken mutaties beschouwd als een aan het boekjaar 2013 toe te wijzen gebeurtenis en zijn deze niet in de jaarrekening 2012 verwerkt. Overige verplichtingen Met de firma Maasmond bv te Rotterdam is een tienjarig onderhoudscontract afgesloten voor de gevel van het in 1998 gebouwde bouwdeel van het verpleeghuis te Rotterdam. De totale waarde van dit contract is€ 278.500,-, waarvan tot en met 2012 € 206.000,- gerealiseerd is.
Pagina 30
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling verslaggeving WTZi 1) 5.1.6.1 WTZi-vergunningplichtige vaste activa
NZa-IVA
Grond
Gebouwen
€
Terreinvoorzieningen €
€
Semi perm. gebouwen €
Verbouwingen €
€ Stand per 1 januari 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
769.138 0 0
Boekwaarde per 1 januari 2012
0
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen NZa-goedgekeurd
156.624 0 94.601
6.033.664 0 3.087.445
0 0 0
1.910.621 0 1.432.383
2.884.809 0 1.973.026
769.138
62.023
2.946.219
0
478.238
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 7.831 0
0 0 81.460 0
0 0 0 0
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve herwaarderingen .cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
0 0 0
0 0 0
2.101.092 0 2.101.092
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen per saldo
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
0
0
Stand per 31 december 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
Boekwaarde per 31 december 2012 Afschrijvingspercentage
Subtotaal vergunning €
Totaal
2.126.802 0 0
13.881.658 0 6.587.455
17.123.969 0 8.420.699
911.783
2.126.802
7.294.203
8.703.270
0 0 62.752 0
0 0 116.188 0
81.761 0 0 0
81.761 0 268.231 0
334.520 0 587.799 0
0 0 0
648.009 0 648.009
561.039 0 561.039
0 0 0
3.310.140 0 3.310.140
3.786.858 0 3.786.858
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
-7.831
-81.460
0
-62.752
-116.188
81.761
-186.470
-253.279
769.138 0 0
156.624 0 102.432
3.932.572 0 1.067.813
0 0 0
1.262.612 0 847.126
2.323.770 0 1.528.175
2.208.563 0 0
10.653.279 0 3.545.546
13.671.631 0 5.221.640
0
769.138
54.192
2.864.759
0
415.486
795.595
2.208.563
7.107.733
8.449.991
0,0%
0,0%
5,0%
2,0%
0,0%
5,0%
5,0%
0,0%
1) Naar verwachting zal in 2013 artikel 5 van de Regeling verslaggeving WTZi vervallen of drastisch worden gewijzigd.
Pagina
31
Installaties Onderhanden Projecten € €
€
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling verslaggeving WTZi 5.1.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa
Trekkings rechten
Onderhanden Projecten
Subtotaal
Instandhouding
Onderhanden Projecten
€
€
€
€
€
Stand per 1 januari 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
22.293 0 16.717
0 0 0
22.293 0 16.717
391.199 0 218.441
0 0 0
391.199 0 218.441
413.492 0 235.158
Boekwaarde per 1 januari 2012
5.576
0
5.576
172.758
0
172.758
178.334
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen
0 0 1.114
0 0 0
0 0 1.114
0 0 39.120
84.344 0 0
84.344 0 39.120
84.344 0 40.234
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve herwaarderingen .cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen per saldo
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
-1.114
0
-1.114
-39.120
84.344
45.224
44.110
Stand per 31 december 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
22.293 0 17.831
0 0 0
22.293 0 17.831
391.199 0 257.561
84.344 0 0
475.543 0 257.561
497.836 0 275.392
Boekwaarde per 31 december 2012
4.462
0
4.462
133.638
84.344
217.982
222.444
Afschrijvingspercentage
5,0%
0,0%
10,0%
0,0%
Pagina
32
Subtotaal
Subtotaal meldingsplichtige activa € €
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling verslaggeving WTZi 5.1.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa
Inventaris €
Vervoermiddelen €
Automatisering €
Subtotaal WMG €
Stand per 1 januari 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
1.556.695 0 759.819
0 0 0
454.261 0 265.187
2.010.956 0 1.025.006
Boekwaarde per 1 januari 2012
796.876
0
189.074
985.950
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen
34.863 0 146.121
0 0 0
133.552 0 101.805
168.415 0 247.926
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve herwaarderingen .cumulatieve afschrijvingen
130.349 0 130.349
0 0 0
67.110 0 67.110
197.459 0 197.459
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
-111.258
0
31.747
-79.511
1.461.209 0 775.591
0 0 0
520.703 0 299.882
1.981.912 0 1.075.473
685.618
0
220.821
906.439
10,0%
0,0%
20,0%
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen per saldo Mutaties in boekwaarde (per saldo) Stand per 31 december 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2012 Afschrijvingspercentage
Pagina
33
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA op grond van art. 5a Regeling verslaggeving WTZi 5.1.6.4 Niet - WTZi/WMG - gefinancierde materiële vaste activa
Grond €
Terreinvoorzieningen €
Gebouwen €
Semi perm. Gebouwen €
Verbouwingen €
Installaties €
Inventaris €
Vervoermiddelen €
Stand per 1 januari 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
413.324 0 373.105
0 0 0
0 0 0
307.722 0 149.017
37.038 0 22.430
33.099 0 23.752
5.307 0 4.776
0 0 0
21.373 0 0
817.863 0 573.080
Boekwaarde per 1 januari 2012
0
40.219
0
0
158.705
14.608
9.347
531
0
21.373
244.783
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen
0 0 0
0 0 13.406
0 0 0
0 0 0
0 0 12.309
0 0 1.852
0 0 3.310
0 0 531
0 0 0
0 0 0
0 0 31.408
- terugname geheel afgeschreven activa .aanschafwaarde .cumulatieve herwaarderingen .cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
279.259 0 279.259
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0
279.259 0 279.259
- desinvesteringen aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen per saldo
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
0
-13.406
0
0
-12.309
-1.852
-3.310
-531
0
0
-59.334
Stand per 31 december 2012 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
0 0 0
134.065 0 107.252
0 0 0
0 0 0
307.722 0 161.326
37.038 0 24.282
33.099 0 27.062
5.307 0 5.307
0 0 0
21.373 0 0
538.604 0 325.229
Boekwaarde per 31 december 2012
0
26.813
0
0
146.396
12.756
6.037
0
0
21.373
213.375
4,0%
5,0%
10,0%
20,0%
Afschrijvingspercentage
10,0%
Pagina
34
Automati- OnderhandenSubtotaal nietsering Projecten WTZi/WMG € € €
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.7.1 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN PROJECTEN Projectgegevens Nummer
Briefnummer
Datum
Omschrijving
1 n.v.t.
n.v.t.
vervangende nieuwbouw en uitbreiding centrum voor 90 verblijfplaatsen somatische zorg, 90 plaatsen klinische revalidatiegeneeskunde en 24 behandelplaatsen poliklinische revalidatiegeneeskunde met algemene voorzieningen
2 n.v.t.
n.v.t.
Vervanging en certificering brandmeld- en ontruimingsinstallatie
Investeringen
WTZi-type
budgettair bouwen
Instandhouding
Totaal
t/m 2011 €
Goedkeuringen Nominaal bedrag WTZi €
t/m 2012 ondergereed handen € €
2012 €
Indexering WTZi €
Jaar van oplevering
Aangepaste goedkeuring €
2.126.802
81.761
0
2.208.563
0
0
0
2015
0
84.344
0
84.344
0
0
0
2013
2.126.802
166.105
0
2.292.907
0
0
0
5.1.7.2 SPECIFICATIE IN HET BOEKJAAR GEREEDGEKOMEN PROJECTEN Projectgegevens Nummer
Briefnummer
Datum
Omschrijving
Investeringen WTZi-type
Activapost
Totaal
WTZi €
WMG €
0
Pagina 35
Overige €
0
Toekomstige lasten Afschrijving WTZi Rentekosten € €
Totaal €
0
0
0
0
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
BIJLAGE 5.1.8 Overzicht langlopende schulden ultimo 2012
Leninggever
Datum
Hoofdsom
Totale looptijd
Soort lening
€ ABN AMRO 55.51.92.334 ABN AMRO 55.51.94.078 ABN AMRO 62.44.24.278 ABN AMRO 41.87.18.482 Totaal
15-nov-99 15-nov-99 1-mrt-02 1-nov-04
3.448.730 4.537.802 340.000 550.000
Nieuwe Werke- Restschuld lijke- 31 december leningen in 2011 2012 rente %
20 40 10 10
onderhandse onderhandse onderhandse onderhandse
4,69% 3,30% 2,25% 2,24%
€ 1.422.601 3.204.823 17.000 165.000 4.809.424
Restschuld Aflossing Restschuld 31 december in 2012 over 5 jaar 2012
€ 0 0 0 0 0
Pagina 36
€ 172.437 113.445 17.000 55.000 357.882
€
Resterende Afloslooptijd in AflosGestelde singsjaren eind sing 2013 zekerheden wijze 2012
€
1.250.164 387.979 3.091.378 2.524.153 0 0 110.000 0 4.451.542 2.912.132
€ 7 7 0 2
lineair lineair lineair lineair
172.436 113.445 0 55.000 340.881
hypothecair hypothecair hypothecair hypothecair
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 5.1.9.1 GESEGMENTEERDE RESULTATENREKENING OVER 2012 SEGMENT 1 AWBZ - Toegelaten voor verblijf en behandeling 2012 €
2011 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ (exclusief subsidies) Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten
7.828.350
7.089.791
241.057 86.375
322.158 54.431
Som der bedrijfsopbrengsten
8.155.782
7.466.380
Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
5.859.417 362.387 0 1.650.690
5.452.502 531.274 0 1.518.345
Som der bedrijfslasten
7.872.494
7.502.120
BEDRIJFSRESULTAAT
283.288
-35.741
-124.925
-153.808
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING
158.363
-189.548
RESULTAAT BOEKJAAR
158.363
-189.548
2012 €
2011 €
158.363 0
-357.654 88.065
158.363
-269.589
BEDRIJFSOPBRENGSTEN:
BEDRIJFSLASTEN:
Financiële baten en lasten
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld:
Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve egalisatie afschrijvingen
Pagina 37
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9.1 GESEGMENTEERDE RESULTATENREKENING OVER 2012 SEGMENT 2 ZVW - Medisch specialistische revalidatie 2012 €
2011 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Zvw-zorg Omzet DBC's / DBC-zorgproducten A-segment Opbrengsten uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten
152.279 6.827.624 -209.351
6.810.313
196.182 79.625
270.454 117.207
Som der bedrijfsopbrengsten
7.046.358
7.197.974
Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Overige bedrijfskosten
5.066.655 196.072 1.594.738
4.965.448 183.192 1.756.191
Som der bedrijfslasten
6.857.465
6.904.831
BEDRIJFSRESULTAAT
188.893
293.143
Financiële baten en lasten
-21.478
-10.398
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING
167.415
282.745
RESULTAAT BOEKJAAR
167.415
282.745
2012 €
2011 €
167.415 0
232.745 50.000
167.415
282.745
BEDRIJFSOPBRENGSTEN:
0
BEDRIJFSLASTEN:
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld:
Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve ICT Ontwikkeling
Pagina 38
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9.1 GESEGMENTEERDE RESULTATENREKENING OVER 2012 SEGMENT 3 Aanvullende voorzieningen 2012 €
2011 €
Overige bedrijfsopbrengsten
11.463
33.667
Som der bedrijfsopbrengsten
11.463
33.667
Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Overige bedrijfskosten
0 29.340 0
0 57.947 0
Som der bedrijfslasten
29.340
57.947
BEDRIJFSRESULTAAT
-17.877
-24.280
0
0
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING
-17.877
-24.280
RESULTAAT BOEKJAAR
-17.877
-24.280
2012 €
2011 €
0 -29.340 11.463
22.689 -57.947 10.978
-17.877
-24.280
BEDRIJFSOPBRENGSTEN:
BEDRIJFSLASTEN:
Financiële baten en lasten
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld:
Toevoeging/(onttrekking): Algemene reserve Bestemmingsreserve afschrijvingskosten investeringen buiten WZV Bestemmingsfonds extra voorzieningen
Pagina 39
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9.2 AANSLUITING TOTAAL RESULTAAT MET RESULTAAT SEGMENTEN
2012 €
2011 €
158.363 167.415 -17.877
-189.548 282.745 -24.280
307.901
68.917
307.901
68.917
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekeningen: SEGMENT 1 AWBZ - Toegelaten voor verblijf en behandeling SEGMENT 2 ZVW - Medisch specialistische revalidatie SEGMENT 3 Aanvullende voorzieningen
Resultaat volgens resultatenrekening
Pagina 40
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 14. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Zvw-zorg
€
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten voorgaand jaar Productieafspraken verslagjaar Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling Prijsindexatie materiële kosten Groei normatieve kapitaalslasten
2012 €
€
6.810.313
6.205.664
-235.609
278.352
167.414 22.454 34.087
177.446 18.673 0 223.955
Uitbreiding erkenning en toelating: - loonkosten - materiële kosten - normatieve kapitaalslasten
0 0 0
196.119 301.966 57.143 28.393
0 Beleidsmaatregelen overheid: - generieke budgetkortingen
-24.767 0
387.502 -101.624 0
-24.767 Nacalculeerbare kapitaalslasten: - rente - afschrijvingen - overige
11.080 0 0
-101.624 -5.700 0 0
11.080 Overige mutaties: - Lokale produktiegebonden toeslag - Niet gehonoreerde overproductie
2011 €
0 -177.294
-5.700 -150.000 0
-177.294
-150.000
6.607.678
6.810.313
Correcties voorgaande jaren
152.279
0
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Zvwzorg
152.279
6.810.313
Subtotaal wettelijk budget boekjaar
Toelichting: In 2012 zijn de instellingen voor medisch specialistische zorg, waaronder revalidatiecentra, overgegaan op prestatiebekostiging. Voor de jaren 2012, 2013 en 2014 geldt een transitieregeling. De opbrengsten uit DBC Zorgproducten en uit het te verrekenen transitiebedrag zijn opgenomen onder posten: 16. Omzet DBC's / DBC-zorgproducten A-segment en 17. Opbrengsten uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg De correctie voorgaande jaren van € 152.279,- heeft betrekking op een lokaal gebonden toeslag die na het vaststellen en goedkeuren van de jaarrekening 2011 alsnog door de zorgverzekeraars gehonoreerd is.
Pagina 41
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 15. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ (exclusief subsidies)
€
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten voorgaand jaar
2012 €
€
2011 €
7.089.791
7.178.467
Mutatie inhaal definitieve index en rentevergoeding ZZP's
-80.041
-18.879
Correctie aanvaardbare kosten tot en met voorgaand jaar
-5.818
0
7.003.932
7.159.588
419.224
516.787
Productieafspraken verslagjaar Prijsindexatie tarieven ZZP Groei normatieve kapitaalslasten
795.399 -2.275
30.354 -599 793.124
Uitbreiding erkenning en toelating: - loonkosten - materiële kosten - normatieve kapitaalslasten
0 0 0
29.755 0 0 0
0 Beleidsmaatregelen overheid: - generieke budgetkortingen - Herallocatie zorgzwaartepakketten
0 -203.279
0 0 -711.473
-203.279 Nacalculeerbare kapitaalslasten: - rente - afschrijvingen - overige
-48.932 -158.092 66.217
Subtotaal wettelijk budget boekjaar Mutatie inhaal definitieve index en rentevergoeding ZZP's Correcties voorgaande jaren Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ (exclusief subsidies)
Pagina 42
-711.473 28.462 -21.003 1.816
-140.807
9.275
7.872.194
7.003.932
-43.844
80.041
0
5.818
7.828.350
7.089.791
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING BATEN 16. Omzet DBC's / DBC-zorgproducten A-segment De specificatie is als volgt:
2012 €
2011 €
Gefactureerde omzet DBC's / DBC-zorgproducten A-segment Mutatie onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten A-segment
7.291.435 -463.811
Totaal
6.827.624
0
2012 €
2011 €
DBC-zorgproducten A-segment
-209.351
0
Totaal
-209.351
0
2012 €
2011 €
Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies
437.239
592.612
Totaal
437.239
592.612
17. Opbrengsten uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg De specificatie is als volgt:
18. Subsidies De specificatie is als volgt:
Toelichting: Onder de Overige subsidies is begrepen een subsidie in het kader van de Regeling In- en Doorstroombanen van de gemeente Rotterdam ter grootte van € 296.183,-. Deze subsidie zal per 1 april 2013 komen te vervallen.
19. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten De specificatie is als volgt:
Overige dienstverlening: - Restaurant- en Tokoverkopen - Serviceverlening bewoners Overige opbrengsten (waaronder vergoeding voor uitgeleend personeel en verhuur onroerend goed): - Verhuur ruimten - Giften en schenkingen - Legaten uit erflating Totaal
Pagina 43
2012 €
2011 €
79.778 82.193
61.326 106.464
4.029 11.463 0
3.848 10.978 22.689
177.463
205.305
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 20. Personeelskosten De specificatie is als volgt:
2012 €
2011 €
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Andere personeelskosten: - wervingskosten - opleidingskosten - dienstkleding - gezondheidszorg - vergoedingen - andere personeelskosten Subtotaal Personeel niet in loondienst
8.113.967 1.031.186 647.158
7.788.719 863.511 587.749
14.054 134.616 32.113 55.323 69.868 59.760 10.158.045 768.027
62.206 149.014 39.342 51.374 69.966 43.749 9.655.629 762.320
Totaal personeelskosten
10.926.072
10.417.950
139,9 101,4 0,0
138,3 107,8 0,0
241
246
2012 €
2011 €
Nacalculeerbare afschrijvingen: - immateriële vaste activa - materiële vaste activa - financiële vaste activa
0 268.231 0
0 426.323 0
Overige afschrijvingen: - immateriële vaste activa - materiële vaste activa
0 319.568
0 346.090
Totaal afschrijvingen
587.800
772.413
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's) per segment: - AWBZ Toegelaten voor verblijf en behandeling - Medisch specilistisch revalidatie - Aanvullende voorzieningen Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden
21. Afschrijvingen vaste activa De specificatie is als volgt:
Toelichting: De nacalculeerbare afschrijvingen op materiële vaste activa zijn ten opzichte van 2011 gedaald door het wegvallen van de afschrijvingen op de gebouwdelen uit 1968. Voor deze gebouwdelen resteren de afschrijvingen op de renovatiekosten uit het jaar 1999.
Pagina 44
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING LASTEN 2012 €
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten
Totaal afschrijvingslasten resultatenrekening waarvan nacalculeerbare afschrijvingen
587.800 268.231
In het externe budget verwerkte vergoeding voor nacalculeerbare afschrijvingslasten: - WTZi-vergunningplichtige vaste activa - WTZi-meldingsplichtige vaste activa - WMG-gefinancierde vaste activa - Niet WTZi/WMG-gefinancierde vaste activa Totaal vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten
268.231 40.234 247.927 31.408 587.800
Aanschafwaarde desbetreffende vaste activa Cumulatieve afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa Cumulatieve vergoedingen voor nacalculeerbare afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa
13.170.065 4.920.693 3.545.546
22. Overige bedrijfskosten De specificatie is als volgt:
2012 €
2011 €
1.256.903 900.655 534.058
1.268.227 882.249 546.168
Onderhoud en energiekosten: - Onderhoud - Energiekosten gas - Energiekosten stroom - Energie transport en overig Subtotaal
177.220 102.350 99.373 12.080 391.023
242.875 82.194 82.769 40.834 448.671
Huur en leasing Dotaties en vrijval voorzieningen
163.008 -220
131.151 -1.929
3.245.428
3.274.536
2012 €
2011 €
Rentebaten
12.816
20.969
Rentelasten
-159.219
-185.175
Totaal financiële baten en lasten
-146.403
-164.206
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonersgebonden kosten
Totaal overige bedrijfskosten 23. Financiële baten en lasten De specificatie is als volgt:
Pagina 45
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 24. Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
Welk bestuursmodel is van toepassing op uw organisatie? Wat is de samenstelling van het bestuur of de directie?
Eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht Tweehoofdig collegiaal
De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders van de zorginstelling over het jaar 2012 is als volgt: Naam
W. van Deventer
1 Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? 2 Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur? 3 Tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? 4 Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van het bestuur geweest? 5 Zo ja: hoeveel maanden is de persoon voorzitter geweest in het verslagjaar? 6 Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst? 7 Welke salarisregeling is toegepast? 8 Wat is de deeltijdfactor? (percentage) 9 Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen a. Waarvan: verkoop verlofuren b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren 10 Bruto-onkostenvergoeding 11 Werkgeversbijdrage sociale lasten 12 Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU 13 Ontslagvergoeding 14 Bonussen 15 Totaal inkomen (9 t/m 14, excl. 9a en b) 16 Cataloguswaarde auto van de zaak 17 Eigen bijdrage auto van de zaak
1-1-1990
1-1-2001
Ja
Ja
Nee
Nee
0
0
1 3 100%
1 3 100%
159.218 0 0 5.238 9.453 17.672 n.v.t. n.v.t. 191.581 n.v.t. n.v.t.
147.708 0 0 4.443 9.404 16.299 n.v.t. n.v.t. 177.854 n.v.t. n.v.t.
Toelichting: Statutair wordt de Raad van bestuur genoemd het Bestuur. De effecten van de crisisheffing zijn niet verwerkt in bovenstaande bezoldiging. De crisisheffing bedraagt minder dan € 150,-
De bezoldiging van de leden van de raad van toezicht van de zorginstelling over het jaar 2012 is als volgt:
Naam
Functie
Drs. P.L.M. Pex Mr. A. Slavenburg J.C. Somers Dr. F.U.S. Mattace Raso Dr. E.W. Steyerberg
voorzitter lid lid lid lid
Pagina 46
Bezoldiging € 5.297 2.678 2.678 2.678 2.678
T.J.M. Bank
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.1.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING 25. Honoraria accountant
2012 €
2011 €
33.971 11.767 0 0
33.171 15.167 0 1.642
45.738
49.980
De honoraria van de accountant over 2012 zijn als volgt: 1 2 3 4
Controle van de jaarrekening Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC en Nacalculatie) Fiscale advisering Niet-controlediensten
Totaal honoraria accountant
26. Transacties met verbonden partijen Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de instelling, haar deelnemingen en hun bestuurders en leidinggevende functionarissen. Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet-zakelijke grondslag. De bezoldiging van de bestuurders en toezichthouders is opgenomen onder punt 24.
5.1.10 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders
W.G. Drs. W. van Deventer Lid Raad van Bestuur (statutair 'het bestuur')
W.G. Drs. T.J.M. Bank Lid Raad van Bestuur (statutair 'het bestuur')
W.G. Drs. P.L.M. Pex Voorzitter Raad van Toezicht
W.G. Mevrouw J. de Vries Lid Raad van Toezicht
W.G. Mr. A. Slavenburg Lid Raad van Toezicht
W.G. Dr. F.U.S. Matace-Raso Lid Raad van Toezicht
W.G. Dr. E.W. Steyerberg Lid Raad van Toezicht
Rotterdam, 27 mei 2013
Pagina 47
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.2 OVERIGE GEGEVENS
Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam
5.2 OVERIGE GEGEVENS 5.2.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De raad van bestuur van Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam heeft de jaarrekening 2012 vastgesteld in de vergadering van 27 mei 2013. Het besluit tot goedkeuring van de jaarrekening 2012 door de Raad van Toezicht van de Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam zal genomen worden in de vergadering van 30 mei 2013. 5.2.2 Statutaire regeling resultaatbestemming In de statuten zijn geen bepalingen opgenomen omtrent de vrije beschikking over het resultaat. 5.2.3 Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in paragraaf 5.1.2. 5.2.4 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen relevante gebeurtenissen na balansdatum. 5.2.5 Controleverklaring De controleverklaring is opgenomen op de volgende pagina.
Pagina 48
D e I 0 tte.
Deloitte Accountants B.V. Wilhelminakade 1 3072 AP Rotterdam Postbus 2031 3000 CA Rotterdam Tel: (088) 288 2888 Fax: (088) 288 9830 www.deloitte.nI
Controleverkiaring van de onafhankelijke accountant Aan de raad van toezicht van Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam te Rotterdam Van Beethovenlaan 60 3055 JD ROTTERDAM Wij hebben de in hoofdstuk 5.1 van ditjaarverslag opgenomenjaarrekening 2012 van Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam te Rotterdam gecontroleerd. Deze j aarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012 en de resultatenrekening over 2012 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondsiagen voor financiële versiaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, in overeenstemming met de Regeling versiaggeving WTZi. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige inteme beheersing als zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevoig van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over dejaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Controleprotocol Jaarverantwoording zorginstellingen 2012. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn affiankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevoig van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondsiagen voor financiële versiaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, aismede een evaluatie van het algehele beeld van de j aarrekening. Op alle opdrachten verricht door Deloitte zijn de Algemene Voorwaarden Dienstverlening Deloitte Nederland, november 2010’ gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 24362837 van toepassing. Deloitte Accountants B.V. is ingeschreven in het handeisregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer 24362853.
Member of Deloitte Touche Tohmatsu Limited
Deloitte. 2 28 mei 2013 1307761SH15501-3 113391960
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Centrum voor Reuma en Revalidatie Rotterdam per 31 december 2012 en van het resultaat over 2012 in overeenstemming met de Regeling versiaggeving WTZi. Benadrukking van onzekerheden als gevoig van sectorontwikkelingen 2012 Wij vestigen de aandacht op de paragraaf “Toelichting onzekerheden omzetverantwoording 2012 en bijbehorende balansposten als gevoig van prestatiebekostiging” in de toelichting op de j aarrekening waarin het bestuur een nadere toelichting heeft opgenomen op de hiermee samenhangende schattingsonzekerheden. Deze situatie doet geen afbreuk aan ons oordeel. Rotterdam, 28 mei 2013 Deloitte Accountants B.V. was getekend: drs. J.A. Waihout RA