FRATERS CMM 3/12
| Een bijzondere bedevaart | Open Kloosterdag | ‘Geweldige ervaring’ | ‘Summer School Spirituality’ | CMM-boodschap op Keniaanse radio | ‘Je leven is een gave van God’ | Speciale dag in Kenia
Inhoud
column van de algemene overste
4
rond frater andreas
Mission statement
Colofon
Barmhartigheid is van alle tijden en plaatsen.
Fraters CMM (voorheen Ontmoetingen) is het driemaandelijks contactblad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid (‘Fraters van Tilburg’ of ‘Fraters CMM’). Een abonnement is gratis (aanvragen via adres hieronder). ISSN 1574-9193
Barmhartigheid staat centraal in alle wereldgodsdiensten: hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom en islam. De beweging van barmhartigheid heeft een spoor getrokken in de geschiedenis. De verschillende vormen waarin zij verschijnt, zijn uitdrukking van de samenleving waarin zij ontstond en van de spiritualiteit die haar draagt. De Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid is geworteld in de christelijke barmhartigheid.
5
Redactie: Rien Vissers (hoofdredacteur), frater Edward Gresnigt, frater Ad de Kok, frater Lawrence Obiko, frater Ronald Randang, frater Jan Smits, Peter van Zoest (eindredacteur) Ontwerp en opmaak: Heldergroen www.heldergroen.nl Druk:
DekoVerdivas, Tilburg
Contact:
Fraters CMM, Gasthuisring 54 5041 DT Tilburg 013 5432777 (Rien Vissers) 013 5441405
[email protected] www.cmmbrothers.org
tel.: fax: e-mail: website:
Een vrijwillige bijdrage als tegemoetkoming in de kosten is welkom op ING-bankrekening 106 85 17 t.n.v. Fraters CMM Tilburg
Foto omslag voor: Zuster Hermin Bu’ulölö van het generaal SCMM-bestuur met frater Valerius Halawa uit Indonesië, één van haar vroegere leerlingen, tijdens de ‘Zwijsentocht’ (pagina 6-10) (foto: Peter van Zoest). Verloren zoon, Rembrandt
2
Foto omslag achter: Yorkshire, Engeland (foto: frater Ad de Kok).
Een bijzondere bedevaart
6
Open Kloosterdag
11
‘Summer School Spirituality’
12
Van de redactie ‘Onze spiritualiteit herontdekken’. Zo luidde het thema van de ‘Summer School Spirituality’, die van 15 juli tot 2 augustus werd gehouden in het CMM-postulaat in Nakuru, Kenia. Vierentwintig fraters, afkomstig uit Brazilië, Indonesië, Kenia, Nederland en Tanzania, namen er aan deel. Onder hen Frater Niek Hanckmann van de Eleousacommuniteit in Vught. Hij geeft in deze editie van Fraters CMM zijn indrukken weer van de cursus. Je kunt de CMM-spiritualiteit beleven op zo’n speciale zomercursus, maar dat kan ook door naar de plekken in Nederland, België en Frankrijk te gaan die herinneren aan congregatiestichter Zwijsen en zijn grote inspirator Vincent de Paul. Jonge zusters en fraters doen dat ter voorbereiding op hun eeuwige professie. Afgelopen zomer maakten veertien zusters SCMM en twaalf fraters CMM uit Indonesië die deze stap vaak al jaren geleden gezet hadden, maar niet eerder daartoe in de gelegenheid waren geweest, deze pelgrimages. In dit nummer een prachtig beeldverslag van hun ‘Zwijsentocht’ op 22 juni. Hoe Keniaanse fraters de CMM-spiritualiteit beleven en uitdragen, komt tot uiting in drie heel verschillende bijdragen. Frater Zaccheaus Oonje, vertelt hoe hij de CMM-boodschap uitdraagt op een diocesane radiozender. Zaccheaus Odongo Atieno, van de communiteit in Sigona, Kenia, keerde als frater en leraar terug naar zijn ‘oude’ middelbare school, en schrijft hoe hij de studenten iets meegeeft voor hun verder leven. Eerstejaars novice frater Sylvester Lokaalei Ikoel brengt bevlogen verslag uit van een speciale dag voor de CMM-regio Kenia. Een nummer vol inspi ratie om de CMM-spiritualiteit te herontdekken.
Kort nieuws
17
CMM-boodschap
19
‘Je leven is een gave van God’
21
Speciale dag in Kenia
In Memoriam
22
20
bronnen
23 3
Column
VAn de algemene overste
Begin augustus bracht ik een kort bezoek aan de communiteit in Urambo, Tanzania. Ofschoon oorspronkelijk niet gepland, werd het op prijs gesteld. Het afgelopen jaar waren er nogal wat problemen met de school - waaronder een gewapende overval! - en het was goed om langs te gaan en te zien hoe iedereen het maakte. Ik mocht ervaren dat het goed ging, met de fraters in de communiteit, de leraren, de staf in de school en de bijna zevenhonderd studenten, van wie de helft intern. Zo’n zes jaar geleden zijn we uit het niets begonnen en nu mocht ik de nieuwe eetzaal in gebruik nemen waarmee de school ongeveer voltooid is en alle noodzakelijke faciliteiten aanwezig zijn. Maar toen kwamen de fraters, de aartsbisschop, de ouders en de leerlingen weer met een nieuw verzoek: de vierjarige middelbare school uit te breiden met twee jaar, wat direct toegang geeft tot de universiteit. Een grote wens, een begrijpelijke wens: ik zie de noodzaak van goed onderwijs in Tanzania. Tegelijkertijd ook een grote zucht van mijn kant: hoe krijgen we dat inhoudelijk en financieel voor elkaar! Maar toen ik thuis kwam scheen de zon en was het volop zomer, na een kille eerste helft ... Terwijl ik deze column schrijf, zit ik midden in een werkbezoek aan een aantal communiteiten in Indonesië. Ook hier gaat het goed met de scholen die we een aantal jaren geleden hebben overgenomen. Ofschoon de Indonesische regering veel geld beschikbaar stelt voor onderwijs en de openbare scholen over prima faciliteiten kunnen beschikken, blijft de kwaliteit ver
4
onder de maat. De behoefte aan goed onderwijs blijft onverminderd groot en rechtvaardigt het voortbestaan van het particulier onderwijs, ondanks de hoge kosten. We zijn blij met de financiële steun die de Indonesische regering de laatste jaren ook aan onze scholen geeft, maar het blijft beperkt en het verschilt lokaal nogal. De fraters moeten dus een behoorlijk schoolgeld vragen om de scholen in stand te kunnen houden. Het is zoeken naar een goede balans tussen aan de ene kant de zorg voor voldoende inkomen om de scholen in stand te kunnen houden en aan de andere kant de zorg voor arme kinderen om ze een betere toekomst te bieden. En we kunnen nu eenmaal niet vanuit Nederland blijvend subsidiëren. De financiële zelfstandigheid van de verschillende provincies en regio’s vormt vormt op dit moment een van de grootste uitdagingen binnen de congregatie.
frater Broer Huitema
rond frater andreas
De sleur van de recreatie Frater Andreas was trouw aanwezig in de recreatie en deed zijn best om er een gezellig moment van te maken. “De recreatietijd bracht hij altijd in blijde opgewektheid door en gaarne droeg hij er het zijne toe bij om de anderen in vrolijke stemming te houden of te brengen”, aldus frater Calasanctius. “Daarvoor had hij in zijn zakportefeuille een hele collectie leuke aardigheden verzameld, van alle zijden bijeengegaard.” Vandaag de dag zouden we die geestige aantekeningen natuurlijk graag lezen, maar ze zijn niet meer in het archief te vinden. Wellicht heeft frater Andreas, die een zeer ordelijk man was en zijn paperassen goed bijhield, de notities zelf weggegooid. Waarom zou hij grapjes die hij al eens had gedeeld, nog langer bewaren? We hebben nu wat moeite met het idee dat frater Andreas zijn grapjes zo zorgvuldig voorbereidde. Was hij dan nooit spontaan? Waarom ook die lichte momenten zo stevig onder controle houden? Maar we moeten ons realiseren dat veel fraters ambivalente
gevoelens hadden bij de tijd van recreatie. Die was bedoeld als een moment van ontspanning en gezelligheid, maar in de praktijk beleefden veel fraters het toch anders. Recreatie was namelijk omgeven door tal van regels: je moest op tijd zijn en mocht vooral niet alleen blijven. Tot overmaat van ramp werd je op Ruwenberg geacht om tijdens de recreatie Frans te spreken. Recreatie was dan ook vaak helemaal niet leuk: niet veel meer dan een beleefd gesprek of een verplichte wandeling met een meer of minder gezellige medebroeder. En wat erger was: de recreatie was elke dag weer hetzelfde. De fraters op Ruwenberg hadden hun eigen manieren om met die recreatieve sleur om te gaan. Ze spraken liever Brabants dan Frans: in kleine groepjes viel dat niet op. Ze meden bepaalde medebroeders die daar niet aan meededen. Frater Andreas had een andere benadering: hij probeerde er wat van te maken. “Op zondagavond las hij spannende verhalen voor”, weet frater Polycarpus. “Hij was zéér spraakzaam in de recreatie”, zegt frater Bernardo, “maar viel nooit iemand in de rede”. “Hij kon de recreatie veraangenamen”, aldus frater Cunibertus. “Ik heb hem nooit anders gezien dan opgewekt”, herinnert zich frater Hilduardus. “Hij wist het aangename, dat God ons in ons kloosterleven te gelegener tijd overzendt, in vrolijkheid aan te nemen en te waarderen”, meent frater Melchior.
Fraters wandelen tijdens de recreatie in de tuin van internaat Ruwenberg, 1914.
Charles van Leeuwen
5
nederland
De deelnemers aan de reis poseren bij het standbeeld van Joannes Zwijsen naast de Heikese kerk.
Een bijzondere bedevaart Veertien zusters SCMM en twaalf fraters CMM uit Indonesië namen op 22 juni deel aan een pelgrimage naar plekken in Nederland en België, die herinneren aan Joannes Zwijsen, de stichter van beide congregaties. Jaarlijks maken jonge zusters en fraters deze ‘Zwijsentocht’ in het kader van de voorbereiding op hun eeuwige professie. De 26 deelnemers aan de pelgrimage hebben hun professie al achter de rug, maar waren niet eerder in de gelegenheid de tocht te maken. Van 25 juni tot en met 7 juli gingen ze ook op bedevaart naar plekken in Frankrijk die een belangrijke rol hebben gespeeld in het leven van de heilige Vincent de Paul. Deze reis hoort normaliter eveneens bij het professie-voorbereidingsprogramma, en betekende voor de zusters en fraters ook een ‘inhaalslag’. Een terugblik op de Zwijsentocht, vooral in beeld! Het gezelschap van zusters en fraters werd begeleid door leden van de generale besturen van beide congregaties: de zusters Hermin Bu’ulölö, Margaretha Gultom en Mariana Situngkir en de fraters Ronald Randang en Broer Huitema, algemeen CMM-overste. Het vervoer per bus was in handen van chauffeur Piet Prinse, die vanaf 2004 op deze wijze zijn medewerking verleent aan de jaarlijkse Zwijsentocht en de Vincentiaanse pelgrimage.
Heikese kerk De Zwijsentocht begon ’s ochtends met een eucharistieviering en ontbijt in het provincialaat van de zusters SCMM aan de Oude Dijk in Tilburg, het oorspronkelijke moederhuis van de congregatie. De zusters en fraters 6
liepen aansluitend naar de nabijgelegen Heikese Kerk, waar Joannes Zwijsen pastoor was. Vervolgens brachten ze een bezoek aan de pastorie die Zwijsen tegenover de kerk liet bouwen. Vanuit de Kloosterstraat bij het SCMM-provincialaat begon de busreis.
Huize Gerra De eerste etappe ging naar ‘Huize Gerra’ langs de weg van Tilburg naar ’s-Hertogenbosch, ter hoogte van het plaatsje Haaren. Joannes Zwijsen liet dit monumentale pand in 1853 bouwen, toen hij aartsbisschop werd van Utrecht. Hij noemde het naar het oude, niet meer bestaande bisdom ‘Gerra’, waarvan hij in 1842 ‘titulair’ bisschop werd bij zijn aantreden als hulpbisschop. Van hieruit bestuurde hij tot 1863 zowel het aartsbisdom
Joannes Zwijsen, 1794-1877
Fraters en zusters lopen naar Huize Gerra bij het Brabantse plaatsje Haaren, genoemd naar het titulaire bisdom van Zwijsen, dat hij in 1853 liet bouwen.
Utrecht als het bisdom van ’s-Hertogenbosch. Na de dood van Zwijsen in 1877 werd het huis bewoond door achtereenvolgens Missionarissen van het Heilig Hart, Witte Paters, Broeders van Dongen en Theresianen. Na de Tweede Wereldoorlog vestigden er zich Ongeschoeide Karmelietessen. In 1957 werd een kapel naast het pand gebouwd. In 2009 kwam het in handen van Kadans Vastgoed BV. Saillant detail is dat op 15 juli 1863 Joannes Zwijsen in Huize Gerra een moordaanslag overleefde, waarvan de omstandigheden nooit zijn opgehelderd. Hij werd badend in het bloed aangetroffen met een kogel in het lichaam. In het Tilburgse moederhuis van de fraters herstelde hij snel. De dader is nooit gevonden. Het ging om een roofmoord. Er bleek een bedrag van zesduizend gulden te zijn verdwenen.
Joannes Zwijsen werd op 28 augustus 1794 geboren als zoon van een molenaar in Kerkdriel, gelegen aan de rivier de Maas ten noorden van ’s-Hertogenbosch. Hij volgde zijn priesteropleiding aan het grootseminarie Herlaer in Sint-Michielsgestel en werd in 1817 in Mechelen, België, priester gewijd, waarna hij korte tijd kapelaan was van de Tilburgse parochie van de H. Dionysius, in de volksmond ‘ ‘t Heike’ genoemd. Aansluitend trad hij aan als kapelaan in Schijndel (18181828), pastoor in Best (1828-1832), waarna zijn benoeming volgde tot pastoor van ’t Heike. In 1832 stichtte hij een congregatie van vrouwelijke religieuzen, de ‘Zusters van Liefde van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid’ om onderwijs te geven aan de achtergestelde kinderen in de zich snel ontwikkelende textielstad Tilburg, waar grote armoede heerste. In 1842 werd hij coadjutor, hulpbisschop (titulair bisschop van Gerra) ‘met het recht van opvolging’, van apostolisch-vicaris van ‘s-Hertogenbosch Henricus den Dubbelden. Na diens overlijden in 1851 neemt Zwijsen die functie van hem over. In 1844 stichtte hij de congregatie van de ‘Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid’. In 1853, het jaar van het ‘herstel van de bisschoppelijke hiërarchie’ in Nederland, werd Zwijsen aartsbisschop van Utrecht en apostolisch administrator van het bisdom ’s-Hertogenbosch. Hij was aartsbisschop tot 1868 en bleef bestuurder van het Bossche bisdom tot zijn overlijden in 1877.
Begraafplaats Orthen Van Huize Gerra reed het reisgezelschap naar de begraafplaats Orthen in ’s-Hertogenbosch, waar het lichaam van Joannes Zwijsen is bijgezet in de crypte van een kapel die in 1882 gebouwd is te zijner nagedachtenis. In de ruimte onder het gebedshuis worden tot op de dag van vandaag katholieke hoogwaardigheidsbekleders bijgezet. Voor de fraters en zusters was het een ontroerende en indrukwekkende gebeurtenis om af te dalen in de crypte en er bij het graf van hun congregatiestichter te bidden. In de kapel werd een korte viering gehouden.
Kerkdriel Tien kilometer ten noorden van ’s-Hertogenbosch aan de rivier de Maas ligt het dorp Kerkdriel, waar Joannes Zwijsen werd geboren. In deze derde etappeplaats bezochten de zusters en fraters de Mariakapel van de Sint-Martinuskerk en belichtte pastoraal werker Jos
Foto uit 1863. 7
De ‘Heikese kerk’ in Tilburg.
De pastorie die Zwijsen in 1834 liet bouwen vlakbij de ‘Heikese kerk’ (waarvan de toren nog net zichtbaar is).
Foto links: Fraters en zusters stappen aan de Kloosterstraat in Tilburg in de bus, op weg naar Huize Gerra. Foto rechts: Buschauffeur Piet Prinse klaar voor vertrek vanuit Tilburg.
Kapel begraafplaats Orthen. 8
Viering in kapel begraafplaats Orthen.
Een Indonesische frater bekijkt in het parochiecentrum te Kerkdriel een tekening van het geboortehuis van Zwijsen.
De Sint-Janskathedraal in ’s-Hertogenbosch.
Een frater raakt eerbiedig de sluitsteen aan van het graf van Joannes Zwijsen in de crypte van de kapel op de begraafplaats Orthen.
De algemene CMM-overste Broer Huitema ontmoet zijn SCMM-collega Rosa Olaerts in de Sint-Janskathedraal.
Vriesema van de Pastorale Eenheid Bommelerwaard in het plaatselijke parochiecentrum kort het leven van Joannes Zwijsen. Hij vertelde dat het markante bronzen borstbeeld van Zwijsen dat in 1927 werd onthuld op het naar hem genoemde plein in Kerkdriel tijdelijk is verwijderd om te voorkomen dat het wordt geroofd, zoals in die plaats gebeurde met enkele ander metalen kunstwerken die het doelwit waren van koper- en bronsdieven. De gemeente onderzoekt momenteel of en hoe het borstbeeld beveiligd tegen diefstal kan worden teruggeplaatst. In Kerkdriel werd ook de plek bezocht langs de Maas waar Zwijsen het levenslicht zag. Het geboortehuis is verloren gegaan. In het pand dat nu op deze plek staat is een gedenksteen aangebracht.
schopskerk van Joannes Zwijsen. Hier ontmoette de algemene CMM-overste Broer Huitema zijn SCMMcollega Rosa Olaerts. Zij was vanuit het SCMM-generalaat aan de Hinthamerstraat, vlakbij de kathedraal, gekomen om de zusters en fraters te begroeten. Van ’s-Hertogenbosch ging de Zwijsentocht verder naar het Belgische Hoogstraten. Reisdoel was het begijnhof in deze plaats, zo’n veertig kilometer ten zuidwesten van Tilburg. Hier kwamen drie begijntjes vandaan die Joannes Zwijsen naar Tilburg haalde en die de eerste ‘Zusters van Liefde van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid’ zouden worden. Eén van hen, Michaël Leijsen werd in 1834 de eerste algemene overste van de nieuwe congregatie.
’s-Hertogenbosch en Hoogstraten
Meersel-Dreef
Na de lunch in Kerkdriel, bezocht het gezelschap de Sint-Janskathedraal in ’s-Hertogenbosch, de bis-
Op de terugweg naar Tilburg kregen de zusters en fraters in het grensdorpje Meersel-Dreef, vijftien
9
Het begijnhof in Hoogstraten.
kilometer ten noorden van Hoogstraten, aan het eind van de middag een rondleiding in het kapucijnenklooster waar de eerste drie leden van de congregatie van de Fraters CMM vanaf september 1844 een jaar lang hun noviciaat deden. Het werd toentertijd bewoond door trappisten. In het klooster is nog een cel intact gebleven, zoals die eruit zag toen de drie
novicen er verbleven. Vroeg in de avond werd de Zwijsentocht besloten met een diner, even buiten Tilburg. De deelnemers zullen de indrukken die ze tijdens deze bijzondere pelgrimage hebben opgedaan nog lang in hun geheugen koesteren. Peter van Zoest (tevens foto’s)
Foto links: Kapucijnenklooster in Meersel-Dreef. Foto rechts: Intact gelaten kloostercel in het kapucijnenklooster te Meersel-Dreef, zoals die eruit zag toen de eerste drie CMM-novicen er ondergebracht waren.
10
nederland
Open KloosterdaG Een kleine tienduizend mensen bezochten 24 juni ruim veertig Nederlandse kloosters tijdens de vijfde landelijke Open Kloosterdag, georganiseerd door de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR). De communiteiten van het generalaat in Tilburg en van De Vuurhaard in Udenhout hadden ’s middags een programma samengesteld voor bezoekers. Eerdere Open Kloosterdagen vonden plaats in maart 2000, in maart 2003, in mei 2006 en april 2008. De laatste Open Kloosterdag trok 22.000 bezoekers, maar toen waren zeventig kloosters geopend voor publiek. Door het slechte weer en het geringere aantal deelnemende kloosters was dit jaar het bezoekersaantal fors lager, maar niettemin spreekt de KNR van een “geslaagde vijfde Open Kloosterdag”. “De religieuze gastheren en gastvrouwen toonden zich achteraf zeer content over de ontmoetingen met de bezoekers en de gesprekken, die daaruit voortkwamen”, aldus de organisatie.
Rondleiding
bezoekers een PowerPoint presentatie over de spiritualiteit en de situatie van de congregatie anno 2012. Aansluitend kregen belangstellenden een rondleiding door het generalaat en kon een bezoek worden gebracht aan het Fratermuseum. Het programma in het Udenhoutse fraterhuis De Vuurhaard bestond uit drie delen. Vluchtelingen die er tijdelijk onderdak krijgen en vrijwilligers ontvingen ongeveer twintig bezoekers met koffie, thee en een Afrikaanse versnapering. Er werd een film vertoond over De Vuurhaard, gevolgd door een gesprek en een korte gebedsdienst. “Een kleine, maar bijzonder geïnteresseerde groep bezoekers”, aldus frater Ad de Kok. “Zeker voor herhaling vatbaar, hopelijk met beter weer.”
In het generalaat verzorgde algemeen overste frater Broer Huitema in de kapittelzaal voor een vijftiental
Peter van Zoest
Frater Ad de Swart leidt bezoekers rond in het Fratermuseum dat zich in het generalaat te Tilburg bevindt. 11
internationaal
‘Summer School Spirituality’:
een impressie Van 15 juli tot 2 augustus werd in het CMM-postulaat in Nakuru, Kenia, voor de tweede keer een ‘Summer School Spirituality’ gehouden. Deze vormings- en verdiepingsdagen vonden voor het eerst plaats in 2010, in Tomohon, Indonesië. Vierentwintig fraters, afkomstig uit Brazilië, Indonesië, Kenia, Nederland en Tanzania, namen er nu aan deel. Het thema luidde: ‘Onze spiritualiteit herontdekken’. De leiding was in handen van frater Edward Gresnigt, plaatsvervangend algemeen overste, oud-algemeen overste Harrie van Geene en CMM-studiesecretaris Charles van Leeuwen. Frater Niek Hanckmann van de Eleousa-communiteit in Vught, Nederland, woonde de Summer School bij en geeft zijn indrukken weer van de cursus. Een eerste keer in Kenia, de eerste keer in Afrika, is een overweldigende ervaring. Je begrijpt de taal, kunt alles lezen en daarom zou het heel vertrouwd kunnen zijn. Nairobi is een westerse stad, met alle moderne voorzieningen die wij ook kennen en toch is alles er anders. Rijdend door de stad ervaar je de chaos van honderden kleine ‘matatu’s’, een soort minibusjes, die het openbaar vervoer vormen. Dat je officieel links rijdt, maakt het gevoel van chaos nog groter. De straten van de stad lijken overigens wel één grote markt met stalletjes en winkeltjes van mensen die allemaal hetzelfde proberen te verkopen: mais, groente, ananassen, houtskool, kleding en opvallend veel meubels. Op sommige plaatsen zie je achter deze stalletjes trieste, zeer armoedige sloppenwijken. Dan valt het vuil in de stad op. Er lijkt geen cultuur van opruimen te zijn. Overal liggen de bermen bezaaid met afval, in de woonwijken nog wel het ergst. Soms lijkt de stad in zijn geheel gebouwd op een afvalberg.
Foto links boven: Straatbeeld Nairobi. Foto links onder: De deelnemers aan de Summer School bijeen in Nakuru. 12
Foto links boven: Bezinning in kleine groep. V.l.n.r.: de fraters Urbanus Takasi, Niek Hanckmann, Yulius Sole, Eric Magoka, Patrick Munyua. Foto links onder: Identiteitsspel - een puzzel - om elkaar te leren kennen rond de vier personen die een hoofdrol spelen in de congregatie: Jezus, Maria, Vincentius en Zwijsen. Foto rechts: Bezoek aan St. Justino Secondary School in Umoja.
Landschap Het is er druk, overal lopen mensen, langs de weg, maar ook op de weg tussen het verkeer door. Volwassenen zijn druk en zien er vaak zorgelijk uit. De kinderen, ook de armsten, lijken altijd plezier te hebben en zwaaien enthousiast naar onze witte gezichten. Ook buiten de stad, op de lange wegen door uitgestrekte gebieden valt op dat er altijd en overal mensen lopen. In een rustig tempo met hier en daar een pauze leggen ze hele afstanden te voet af naar school, markt of werk. Het landschap van Kenia is prachtig: bergen, vlaktes, bossen, meren, steppen, de bomen, bloemen en beesten, kuddes zebra’s of impala’s. Het is echt een ander continent.
Religie Tijdens de Summer School hadden we een gastlezing van Frans Dokman, verbonden aan het Nijmeegs Instituut voor Missiewetenschappen. Hij gaf een citaat: “Africans are notoriously religious”. Het laat zich moeilijk vertalen maar die religiositeit van Afrikanen straalt inderdaad overal vanaf. Op heel veel auto’s en bussen staan religieuze slogans. Langs de weg staat er iedere kilometer minstens een reclamebord voor een kerk en een voor een bijbehorende school. In een winkel
maakte ik mee dat het personeel voor de opening eerst samen in gebed ging. In het ziekenhuis hing boven de balie de spreuk: ‘Patiënt voorkomt, dokter behandelt, God geneest’. Religie is hier echt als een gist door het hele leven gemengd en wordt uitbundig gevierd. In de Engelse missen die wij bezochten is dat nog redelijk ingetogen; er wordt gezwaaid en geklapt tijdens het zingen en er zijn uitgebreide voorbedes. In Afrikaanse missen en diensten van evangelische kerken klinkt stevige feestelijke muziek waaraan iedereen meedoet en waarin er volop wordt gedanst en geklapt.
Spirituele ontwikkeling De Summer School was goed opgezet en de onderwijsachtergrond van de congregatie werd meteen duidelijk in de didactische vormgeving. De cursus bestond uit drie keer vier dagen. Elk van deze drie blokken draaide om de centrale waarden van onze spiritualiteit, maar wel steeds op een heel andere manier belicht. Zo ontstond er een goede herhaling, steeds weer met andere verhalen en woorden. In het eerste blok vergeleken we onze eigen spirituele ontwikkeling met de weg van Jezus in het evangelie, de levensweg van onze patroonheilige Vincentius, van onze stichter Joannes Zwijsen en van de ontwikkeling 13
van onze congregatie aan de hand van het optreden van de verschillende generale oversten. Voor mij was met name de spirituele motivatie van Zwijsen een eyeopener. Vanuit verschillende bronnen heeft Charles van Leeuwen ons laten zien dat kernwoorden in onze congregatie zoals ‘barmhartigheid’ en ‘godsvertrouwen’, maar ook onze leef- en werkstijl bij Zwijsen al sterk aanwezig waren. Frater Harrie van Geene gaf een mooi getuigenis over de herbronningsperiode onder de generale oversten Novatus Vinckx, Wim Verschuren en hemzelf.
Kernwaarden Het tweede blok werd ingevuld vanuit de vier kernwaarden van onze congregatie: ‘barmhartigheid’, ‘broederschap’, ‘eenvoud’ en ‘godsvertrouwen’. Het was goed dat we nu eens niet alleen naar de bekende zeven ‘lichamelijke’ werken van barmhartigheid hebben gekeken, maar ook naar de minder bekende ‘geestelijke’ werken, gericht op het lenigen van geestelijke nood. Ik denk dat velen van ons hun werk in onderwijs
14
en pastoraat veel makkelijker aan deze werken kunnen koppelen en dat ze daarmee een sterke bron van inspiratie kunnen zijn. In elk geval verdienen deze werken voor mij meer aandacht. Het was een leuke oefening om in het stramien van Matteüs 25 (“ik was ... en jij hebt mij ...”) te proberen concrete eigen werken van barmhartigheid in te vullen. Wanneer het over godsvertrouwen gaat, wordt natuurlijk frater Andreas genoemd, maar in de gesprekken blijkt dat dit godsvertrouwen - al noemen we het vaak niet zo - in ieders leven heel belangrijk is. Misschien dat we er zelfs de kern van ons geloven in vinden. Een bijzondere dag in dit blok was de zaterdag waarop een delegatie van de Keniaanse ‘Ambassadors of a Worldwide Brotherhood’ ons bezocht. Toevallig was dat ook de dag waarop we ‘broederschap’ als thema hadden. Het was voor mij een warm weerzien met deze jongeren. Ze hebben verteld over hun ervaring in Nederland en Madrid en over hun activiteiten in Kenia. Ik heb veel bewondering voor wat ze doen voor twee weeshuizen in de buurt van Nakuru en een paar gezinnen in Oyugis. In de middag ben ik
met twee van hen naar hun parochie aan de overkant van de grote weg gewandeld en heb ik bij een van hen thuis thee gedronken. We hadden goede gesprekken over kerk en maatschappij en ik heb opnieuw mogen zien dat we met deze Ambassadors een heel bekwame groep jongeren aan onze congregatie hebben weten te binden.
Foto links: Leerlingen St. George Secondary School in Sikri. Foto rechts: Kinderen in Sikri.
Gemeenschapsleven Het derde blok werd ingevuld vanuit de drie pilaren van het religieuze gemeenschapsleven: gemeenschap, gebed en zending. De thema’s werden nu al wat korter omdat veel natuurlijk al gezegd was gedurende het eerste en tweede blok. In dit blok was er ook wat aandacht voor leestechnieken. Hoe bestudeer je een bijbeltekst of een andere spirituele tekst? In de middagen hebben we ook kunnen kijken naar presentaties van Charles van Leeuwen over de geschiedenis van de fraters in Kenia en in Indonesië. Op de laatste dag van het blok hadden we een evaluatie en was er een mooie slotviering.
15
internationaal
Foto links: Bezoek aan Nakuru. Staand v.l.n.r.: de fraters Nisensius Mety, James Ochwangi, Niek Hanckmann, Francis Otieno, Harrie van Geene, Frans Janssen, Zaccheaus Oonje. Knielend: de fraters Patrick Munyua, Eric Magoka. Foto rechts: Begroeting met dans in St. George Secondary School in Sikri.
Schrijnend
Bijzondere ervaring
Na de inhoudelijke cursus zijn we met de hele groep vertrokken naar het westen van Kenia waar we verspreid over drie communiteiten werden ondergebracht. Ik had het geluk om in Sikri te mogen verblijven, de plek waar mijn overleden medebroeder en huisgenoot Ad Mommers lang gewoond heeft. Het was goed om scholen en projecten van de fraters te bezoeken. Het Oyugis Integrated Project, het Institute for Deaf and Blind, het Oyugis Craft Training Centre en ook de gloednieuwe Saint Vincent the Paul Primary School zijn bijzondere plekken waar duidelijk wordt hoe de fraters met vele medewerkers proberen het beste uit mensen te halen. Ik ben wel geschrokken van het gebrek aan middelen dat bij veel van deze projecten heerst. Er wordt hard geprobeerd om op een of andere manier inkomsten te genereren uit giften, sponsoring en ook productie en handel, maar er is altijd meer nodig omdat de situatie vaak zo schrijnend is.
Het bijwonen van deze Summer School was voor mij een bijzondere ervaring. Ik durf wel te stellen dat het feit dat het in Kenia was en de ervaringen met dat land minstens even belangrijk voor mij zijn geweest als de inhoud van de cursus zelf. De vele indrukken zitten nog vooraan in mijn geheugen en ik merk dat ik nog dagelijks aan mensen verhalen over mijn verblijf in Kenia vertel. Het blijft een bijzonder voorrecht om van een internationale gemeenschap als de Fraters CMM deel uit te mogen maken. De ‘universele broederschap’ waar we vaak over praten is tijdens zo’n bijeenkomst een realiteit.
16
frater Niek Hanckmann
kort nieuws
Nieuw onderkomen collectie Scryption De collectie van het begin 2011 gesloten museum Scryption in Tilburg is in de maanden juni en juli van een tijdelijk onderkomen in het generalaat van de Fraters CMM verhuisd naar een nieuwe locatie in bedrijfsverzamelgebouw De Gruyter Fabriek in ’s-Hertogenbosch. De congregatie heeft de collectie overgedragen aan de Stichting Onterfd Goed, die hier gevestigd is. In Den Bosch zijn de twintigduizend objecten voorlopig te bezichtigen. De Stichting Onterfd Goed draagt zorg voor de ontmanteling van museale collecties. Initiatiefneemsters zijn Jolande Otten, oud-directeur van museum Scryption, Dieuwertje Wijsmuller en Kathy Marchand. Na onderzoek in samenwerking met externe deskundigen worden objecten die van belang zijn voor het Nederlandse erfgoed ondergebracht bij museale instellingen. Overgebleven stukken worden verkocht of hergebruikt door kunstenaars, studenten en onderzoekers. Ga voor meer informatie over Stichting Onterfd Goed naar www.onterfdgoed.nl
Algemeen CMM-overste frater Broer Huitema bracht 24 augustus een bezoek aan het nieuwe onderkomen van de Scryption-collectie en ontmoette er de initiatiefnemers van ‘Onterfd Goed’. V.l.n.r.: Jolande Otten, oud-directeur Scryption, Dieuwertje Wijsmuller, Broer Huitema en Kathy Marchand.
Verzameling inktstellen uit collectie van voormalig museum Scryption.
Het Scryption moest in januari 2011 de deuren sluiten door bezuinigingen van Tilburg. Het had nog de hoop een herstart te maken in Eindhoven, maar ook die gemeente wilde het Scryption niet financieel ondersteunen. De collectie werd ondergebracht in het generalaat van de Fraters CMM. Het museum bestond 22 jaar en toonde de geschiedenis van het schrift en het schrijven en de toepassingen daarvan op kantoor. Zo zagen bezoekers er typemachines, vulpennen, potloden, balpennen, kroontjespennen, kopieerapparaten, stencilapparaten, tekstverwerkers en kantoormeubelen. De in 1995 overleden schrijver Willem Frederik Hermans liet Scryption zijn collectie van ongeveer tweehonderd schrijfmachines na. Het museum trok ruim 20.000 bezoekers per jaar. De collectie begon ooit als verzameling van de frater-onderwijzer Ferrerius van den Berg. Hieruit ontstond het ‘Schrift- en Schrijfmachinemuseum’, dat aanvankelijk onderdak vond op een zolder van het generalaat van de Fraters CMM. De groeiende collectie ging na omzwervingen in Tilburg naar de voormalige Ambachtsschool aan de Spoorlaan, vlak naast het Noord-Brabants Natuurmuseum. De gemeente Tilburg liet het pand verbouwen en brancheverwante bedrijven verzorgden de inrichting van wat ‘Museum Scryption’ werd.
17
kort nieuws
‘Klaar voor het andere leven’ De Indonesische editie van Fraters CMM, getiteld ‘Frater CMM’, wordt bij drukkerij Kanisius te Yogyakarta vakkundig door Yohannes Suryo begeleid. In het regelmatige e-mailcontact met de redactie in Nederland dat hiermee gepaard gaat, liet hij 19 juni weten dat hij helaas niet zelf de afwerking van het drukwerk kon verzorgen omdat zijn moeder daags tevoren overleden was. Een collega had het van hem overgenomen. Er ging een bericht van medeleven naar de familie Suryo uit. Twee dagen later meldde Yohannes: “Hartelijk dank voor uw aandacht. God de Vader is zo goed. Hij zorgde er niet alleen voor dat mijn moeder gevrijwaard was van lijden, maar Hij heeft haar ook het eeuwig leven gegeven. Maandagmiddag raakte ze in crisis en
ontving ze de ziekenzalving. Na afloop zei ze: ‘Heer Jezus, ik ben er klaar voor, ik geef me over als U mij weg wil nemen.’ Daarna heeft ze alleen maar gezegd: ‘Ik heb dorst’. Ze raakte bewusteloos tot het moment dat de Vader haar riep. Hartelijk dank voor uw gebed. Mag de Heer Jezus ons allen zegenen. Amen.”
Maria met Jezuskind, houtsnijwerk, Bali, Indonesië.
‘De blik van een heilige’ Honderdvijfentwintig pelgrims namen 5 augustus deel aan de jaarlijkse bedevaart naar het graf van frater Andreas in de kapel van het generalaat van de Fraters CMM in Tilburg. Celebrant van de mis om 15.00 uur was pater Jan Snijders OFMCAP. “Wie zich verdiept in het leven van frater Andreas, wordt onmiddellijk
getroffen door zijn intense verbondenheid met Jezus Christus”, sprak hij in zijn preek. “ ‘Frater Andreas was een mens die wandelde met Christus’, zo merkte eens een frater op. Je kunt het niet juister zeggen. Wandelend met Christus door het leven gaan, dat is in een notendop de kern van frater Andreas’ leven.” Velen werden getroffen door deze vertrouwelijke omgang van de frater met Christus. Niet voor niets gingen na zijn overlijden stemmen op om een proces tot zaligverklaring te starten. “Persoonlijk”, aldus pater Snijders, “ben ik altijd gefascineerd door het portret van frater Andreas. Zeker een mens zoals wij, een mens met zijn sterke en zwakke kanten, een mens met zijn worstelingen en teleurstellingen, zeker, maar ook een mens in wie iets oplicht uit een andere wereld. Daar heb je maar één woord voor: het is de blik van een heilige.” Hij besloot zijn preek met een oproep om te bidden voor roepingen tot het fraterleven: “Vol enthousiasme zijn fraters alom in de weer om de idealen van de congregatie en dus van Andreas waar te maken: Christus beleven in onszelf, in ons samenzijn in eucharistie en gebed, in onze barmhartige toewijding aan al die mensen die ons levenspad kruisen. Bidt Andreas vandaag dat ook in onze tijd mannen besluiten om frater te worden. Onze samenleving heeft de fraters hard nodig, Andreas heeft meegeluisterd en rekent op u allen!” Foto links boven: Pater Jan Snijders tijdens zijn preek. Foto links onder: Pelgrims steken lichtjes aan bij het graf van frater Andreas.
18
kenia
CMM-boodschap op Keniaanse radio Het bisdom Nakuru in Kenia beschikt over een radiozender die in het Swahili ‘Radio Amani - Ngome ya Nyumbani’ heet: ‘Radio voor vrede - steun voor het gezin’. Het station ging de ether in vlak na de uitbarstingen van etnisch geweld tijdens de omstreden presidentsverkiezingen in 2007 om een bijdrage te leveren aan vredesopbouw. Nakuru en de directe omgeving hoorden tot de meest getroffen gebieden in Kenia. Frater Zaccheaus Oonje, overste van het CMM-postulaat in Nakuru, is dagelijks met een pastoraal programma te horen op deze zender. Voor ‘Fraters CMM’ vertelt hij over zijn werk als radiopresentator. Begin 2011 bezocht Benedict Ogolla, een van de presentatoren van Radio Amani, onze communiteit. Zijn oog viel op onze kleine keukentuin, waar we een grote sortering van groente en fruit telen. Hij was toen bezig met de samenstelling van een radioprogramma om mensen aan te sporen zelf voedsel te produceren in plaats van het op de markt te kopen. Hij interviewde mij over ons tuintje en het gesprek werd uitgezonden op Radio Amani. Daarna nodigde de presentator me uit voor een live-uitzending, om iets te vertellen over onze congregatie en onze inzet voor barmhartigheid en broederschap.
Frater Zaccheaus Oonje.
Christelijke boodschap He radiowerk sprak me wel aan en begin 2012 nam ik contact op met het radiostation om te bezien of ik een bijdrage zou kunnen leveren aan een pastoraal programma. De leiding van het radiostation bleek wel geïnteresseerd en vroeg me met een voorstel te komen dat aansloot bij mijn roeping als frater. Na overleg kwamen we uit op uitzendingen rond het woord ‘Ukristu’, Swahili voor ‘Christelijk leven’. Hoofddoel van het programma zou zijn christelijke luisteraars te stimuleren hun leven in navolging van Christus vorm te geven en de christelijke boodschap uit te dragen. Het zou mooi aansluiten bij de oproep van zowel paus Johannes Paulus II als van paus Benedictus XVI, om nieuwe evangelisatie te stimuleren door middel van de media.
Adviezen In overleg met journaliste en radiopresentatrice Christabel Otsieno, kreeg ik een vaste plek in een programma van haar. Ik zou daarin van maandag tot en met vrijdag ’s avonds van half zeven tot kwart voor zeven ruimte krijgen voor mijn inbreng. De eerste uitzending stond gepland voor 2 februari 2012. Christabel heeft me goed voorbereid, maar omdat presenteren helemaal nieuw voor me was, lukte het me onvoldoende met een krachtige en overtuigende stem te spreken, om de aandacht van de luisteraars vast te houden. Na een paar keer en dankzij de adviezen van Christabel ging het prima. Ze is me verder blijven coachen en ik leer ook veel van Benedict Ogalla en andere presentatoren, onder wie Moses Muriuki, Clare Wangoi en Rose Ochieng. Zij zorgen ervoor dat ik me op mijn gemak voel als de opnames bezig zijn en dat de CMMradioboodschap helder en duidelijk weerklinkt. frater Zaccheaus Oonje 19
kenia
‘Je leven
is een gave van God’ “Toen ik studeerde op St. Justino Secondary School in Umoja, een school van de Fraters CMM, voelde ik het verlangen in me groeien om ook frater te worden. Het trok me aan een leven te leiden dat er op gericht is anderen van dienst te zijn, een band van liefde met hen te hebben, en zo te delen wat we hebben met mensen in nood.” Aan het woord is frater Zaccheaus Odongo Atieno, van de communiteit in Sigona, Kenia. Als frater en leraar keerde hij terug naar zijn ‘oude’ middelbare school. Een man met een heldere boodschap voor jongeren. ‘Fraters CMM’ laat hem aan het woord. “Nadat ik het begin van mijn vorming als frater in Nakuru en Sigona voltooid had, werd ik overgeplaatst naar de communiteit in Umoja. Ik ging daar lesgeven op St. Justino en sprak met studenten over levensvragen. In de hoogste klas spoorde ik hen aan hun studie serieus te nemen met het oog op de komende examens. Ik legde er sterk de nadruk op dat ze positief over zichzelf moesten denken. Het belangrijkste dat ik hen duidelijk probeerde te maken is het grote verschil tussen ‘school’ en ‘leven’. Op school wordt les gegeven, gevolgd door een test, terwijl je in het ‘echte leven’ een test krijgt om je een les te leren.” “Als je uit gaat en plezier wilt hebben, zo legde ik hen uit, vergeet dan niet dat je leven een gave van God is, en dat wat je doet met die gave een offer is aan God. Houd alle goede christelijke waarden, die je op St. Justino hebt geleerd, in ere. Nodig God uit in je leven binnen te komen zodat je ook in staat mag zijn die waarden te ontwikkelen, en ze in je leven echt te beleven zodat ze je kunnen leiden om je sociaal verantwoordelijk te gedragen. Leer jezelf aan om hier iedere dag bij stil te staan. Benader anderen met respect en heb de waarheid lief. Dat houdt ook in dat je op het juiste moment ‘ja’ of ‘nee’ zegt. En geef ook aan anderen de kans dat te doen. Probeer goede relaties met anderen te hebben. Zelfbeheersing, kritisch denken, creativiteit en je zelf waar kunnen maken zijn enkele voorbeelden van de houding die jullie als jongvolwassenen moeten ontwikkelen om op de juiste wijze te leven en je dromen werkelijkheid te zien worden. Wat echt telt in het leven is niet hoe lang je blijft leven, maar dat je je leven dat een gave van God is, ook zelf tot een gave kunt maken.” frater Zaccheaus Odongo Atieno 20
Foto links: Frater Zaccheaus Adongo Atieno. Foto onder: Fraters van de Summer School (zie pagina 12-16) bezoeken St. Justino
kenia
De zeven novicen.
Frater Edward Gresnigt, plaatsvervangend algemeen CMM-overste (tweede van links) en generaal bestuurslid frater Ronald Randang (tweede van rechts) met vier novicen.
Speciale dag in Kenia Op 1 mei werden in het CMM-noviciaat in Sigona, Kenia, zeven postulanten als novice aangenomen en legden vijf tweedejaars novicen hun eerste professie af. Aanwezig waren de fraters Edward Gresnigt en Ronald Randang van het generaal bestuur, fraters van het provinciaal bestuur en van diverse Keniaanse communiteiten, tal van andere mannelijke en vrouwelijke religieuzen, ouders en familieleden van postulanten en novicen, en omwonenden. Eerstejaars novice frater Sylvester Lokaalei Ikoel brengt verslag uit van deze speciale dag. De viering startte om tien uur in de morgen met een plechtige heilige mis. De celebrant van de Apostel Petrusparochie uit Kikuyu preekte over de profeet Jesaja, die er - net als wij - achter probeert te komen of hij wel of niet door God geroepen was. Hij nodigde alle aanwezigen uit getuigen van Christus te zijn door de armen bij te staan.
Wezenlijke waarden Frater Edward Gresnigt, plaatsvervangend algemeen CMM-overste, hield een inspirerende en stimulerende toespraak, die tegelijk ook een uitdaging bevatte voor de postulanten en novicen. Een citaat daaruit: “Wij hebben gekozen voor een leven dat gebaseerd is op de waarden die Jezus ons leert en we proberen te leven in harmonie met zijn visioen van wat een gemeenschap van religieuzen zou moeten zijn. Deze waarden van Jezus zijn niet de waarden van macht, plezier of bezit die zo vaak het uiteindelijk doel vormen dat zovelen voor ogen staat. Jezus’ waarden zijn die van gelijkheid onder broeders en zusters, nederig diensten bewijzen en ruimhartig delen, met als doel dat alle mensen in deze wereld mogen en kunnen delen in zijn gaven van de schepping.” Hij benadrukte dat de fraters om
wie het vandaag draait, op weg gaan om inzicht te krijgen in de wezenlijke waarden in hun leven. “Dat is een levenslang proces, zeker voor iemand die kiest voor een leven als frater, toegewijd aan God”, sprak hij, om er aan toe te voegen: “We doen dat onder de bescherming van Maria, Moeder van Barmhartigheid, en van onze patroonheilige, Vincent de Paul. Voor ons zijn deze twee heiligen stimulerende voorbeelden en krachtige steunpilaren in onze dienst aan God en de mensheid, gedurende ons hele leven.”
Een echte familie Iedereen die het woord nam, getuigde van de sterke onderlinge band onder alle fraters, die allen één maakt als een echte familie volgens het plan van God. De fraters getuigen daarvan, niet slechts door de wijze waarop ze elkaar liefhebben zoals Christus heeft bevolen, maar ook doordat ze samen met en voor elkaar werken en bidden. De fraters zijn uiterst dankbaar voor de gaven die God hen geschonken heeft en ze hopen van harte dat het aantal medebroeders in de congregatie groeit. frater Sylvester Lokaalei Ikoel 21
in memoriam
Frater
Frater
Lambertus (E.M.) Berkers
Johannes Geinamseb
Hij werd geboren te Deurne op 14 maart 1939 en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg op 29 augustus 1957. Hij legde zijn professie voor het leven af op 15 augustus 1963. Hij overleed op 10 juni 2012 in het St. Elisabeth Ziekenhuis in Tilburg en werd begraven op het kerkhof van de fraters op landgoed ‘Huize Steenwijk’ in Vught.
Hij werd geboren te Aminuis, Namibië, op 25 december 1991 en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid op 1 mei 2012. Hij overleed op 16 juni 2012 in het ‘Mater Hospital’ in Nairobi, Kenia en werd begraven op het missiekerkhof in Döbra, Namibië.
Geboren in Deurne kwam hij in contact met de fraters die daar het onderwijs verzorgden. Hij wilde ook frater worden en vertrok naar Goirle en later naar Tilburg om er de interne opleiding te volgen en zich te bekwamen in de typografie. Hij was werkzaam in Uitgeverij Zwijsen. In 1967 werd frater Lambertus gevraagd te gaan werken op Scherpenheuvel in Willemstad, Curaçao. Drie jaar later had men hem nodig in Drukkerij Leo Victor in Paramaribo, Suriname. Jarenlang was hij directeur van dit bedrijf. Daarnaast verrichtte hij secretariaatswerk voor de parochie van de Heilige Familie in Paramaribo, het bisdom Paramaribo en de Christoforusstichting. Hij had bestuursfuncties in communiteiten, was econoom van de Regio Suriname en van 1996 tot 2012 regionale overste. Medio maart 2012 kwam er, na 110 jaar, een einde aan de inzet van de fraters in Suriname. Amper gerepatrieerd moest frater Lambertus de kruisweg van fysiek lijden gaan. Hij heeft die weg gelopen, dapper en vol overgave, omringd door confraters, geassocieerden en familieleden. In zijn lijden kon hij dankbaar zeggen: “Ik heb een goed leven gehad.” Nu gunnen we hem het ‘Goede Leven’, dat geen einde kent.
22
Johannes groeide op in een katholiek gezin in Aminuis, Namibië. Van zijn ouders leerde hij aandacht te hebben voor de medemens en voor God. Hij hield van zijn ouders en zijn grote familie. Hij zag al snel de noden van zijn volk en meldde zich na het afronden van zijn middelbare school bij de regering aan om voor oudere mensen als alfabetiseringspromotor te gaan werken. Binnen dit werk groeide zijn persoonlijke roeping. Johannes begon zijn postulaat in Windhoek, Namibië. Op 16 januari 2012 vertrok hij met vijf andere kandidaten naar Kenia. Hij rondde daar in Nakuru zijn postulaat af en werd op 1 mei toegelaten tot het noviciaat van de Fraters CMM in Sigona. Hij wilde onderwijs geven aan kansarme kinderen. Op 16 juni 2012 kwam er geheel onverwacht een einde aan zijn jonge leven. Zijn Schepper riep hem naar huis en voor ons, familie en medebroeders, rest slechts dit kruis te aanvaarden. Als gelovige mensen vragen we op voorspraak van Moeder Maria, dat zij frater Johannes wil brengen bij de Schepper van hemel en aarde, bij Hem die de Barmhartige genoemd wordt. Mag frater Johannes in zijn hechte relatie tot de Almachtige voor ons allen een voorspreker zijn, speciaal voor de roeping en zending van de Fraters CMM in Namibië.
Bronnen
‘Zonder franjes!’ Zwijsens oproep tot eenvoud Het leven van zusters en fraters moet zijn als “een kleed waar geene franjes aan zijn”. Met deze oproep tot eenvoud sluit Zwijsen aan bij de spiritualiteit van Vincent de Paul en Franciscus van Sales. Het ongecompliceerde, het ongekunstelde heeft zijn charme en schoonheid. Eenvoud is het kenmerk van het ware. Onverdeelde liefde vraagt ook bij Zwijsen om eenvoud in houding en levensstijl. Er is een uiterlijke eenvoud. Het gaat dan om de afwezigheid van luxe: om matigheid, om goed rentmeesterschap, om bescheidenheid. Alles kan hier een rol spelen. Denk bijvoorbeeld maar aan behuizing, grondbezit, kleding, ontspanning en middelen van vervoer. Maar eenvoud heeft ook een binnenkant. ‘Eenvoud van hart’ wordt dat genoemd. Een harmonisch leven is gediend met transparantie, met helderheid, met oprechtheid. Geen dubbele bodems, geen verborgen agenda’s, geen bijbedoelingen, geen gemengde motieven. Het gaat bij goed leven om “een-voud” en juist om het vermijden van iedere “dubbelheid”. Eenvoud gaat nog verder. Eenvoud heeft te maken met het ene doel van je leven. Wat heeft absolute prioriteit voor mij? Het evangelie zegt: “Zoek eerst het Koninkrijk van God en de gerechtigheid die daarbij hoort, de rest zal u erbij gegeven worden.” De geschiedenis van de christelijke spiritualiteit ziet het ene richtbeeld voor ons leven in de navolging van Jezus. Die evangelische eenvoud kan ook heel praktisch mijn streven naar eigen voldoening en naar de goedkeuring van anderen op een goede plaats houden. frater Harrie van Geene
23
Als broeders streven wij ernaar allen die wij ontmoeten te vergezellen bij het onderwegzijn naar een toekomst, voor ieder gekenmerkt door onzekerheid en hoop. (uit de leefregel van de Fraters CMM) Blad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid