NUMMER
H E T I N T E R N E M A G A Z I N E VA N H E I D E L B E R G C E M E N T B E N E L U X
MEBIN
ENCI
INHOUD
2 EDITORIAAL
Employee’s satisfaction survey: resultaten
3 BETON
Nieuwe norm EN 206-1 voor stortklaar beton Aanpassing organisatie Mebin T&T-systeem verlaagt de kosten en verhoogt de veiligheid Het transportbeleid van Inter-Beton
6 Beroep 8 Aggregaten
Granulaten zijn van strategisch belang voor HC Benelux Carrières Lemay: reorganisatie zonder moeilijkheden Gralex is voorzitter van de UEPG
10 Rubriek veiligheid 12 CEMENT
Klinkerproductie in de Benelux Focus op de reductie van onderhoudskosten Enci Maastricht: flexibiliteit van de werknemers Focus op de emissiebeperkingen
INTER-BETON
PAES
LEMAY
CBR
5
AUGUSTUS SEPTEMBER 2007
GRALEX
Inter-Beton: Nieuwe norm EN 206-1 voor stortklaar beton
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Employee’s satisfaction survey : resultaten
P rioriteiten vastleggen voor de toekomst De persoonlijke ontwikkeling en de motivering van alle medewerkers van HeidelbergCement Benelux behoren tot de prioriteiten van de Visie 2008. m de motivatiedynamiek van onze teams te eva lueren hebben wij met de steun van een extern consultancybureau een grote enquête uitgevoerd in alle productielocaties en afdelingen van de onder neming. Bijna 55% van de medewerkers hebben eraan deelgenomen. Ik bedank iedereen van harte die een beetje van hun tijd hieraan hebben gespendeerd: uw input was essentieel.
O
Op basis van de analyse van de algemene resultaten hebben de consultants een aantal belangrijke vaststellin gen geformuleerd. De meesten onder u zijn van mening dat de moeilijkste periode nu achter ons ligt en betreuren dat door de herstructureringen heel wat knowhow is verloren gegaan. U bent voorstander van menselijke en hartelijke contacten binnen onze onderneming. U ziet mogelijkheden om de informatie en de best practices beter te laten doorstromen tussen de verschillende teams. Tot slot verklaart u zich tevreden over uw werkge ver: op dit vlak scoren wij beter dan de externe bench mark (vergelijking met andere gelijkaardige onderne mingen). Toch blijft het identificeren met de entiteit HC Benelux moeilijk, evenals de samenwerking tussen de verschillende afdelingen. De resultaten werden gepresenteerd aan alle afdelingen van de onderneming en in alle productielocaties. Tijdens deze voorstellingen kwam er een eerste dialoog op gang: de resultaten werden besproken, discussies leidden tot een beter begrip en er werden al suggesties voor de fol low-up gedaan. Dit initiatief had immers de bedoeling dat de teams, in overleg met het management, constructieve acties zouden voorstellen om de motivatie te verbete ren. Dankzij deze gezamenlijke inspanning zullen we de verworvenheden consolideren en vooruitgang boeken en vanaf september de prioriteiten voor de toekomst vastleggen. Ik bedank u allen nogmaals voor uw enthousiasme en uw inzet! Sylvie Brichard Human Resources Director HeidelbergCement Benelux
Sinds 1 januari 2006 vervangt de norm NBN EN 206-1 (aangevuld met de nieuwe NBN B15-001) de oude betonnorm, die sinds 1994 van kracht was. Op 31 maart 2007 eindigde de overgangsperiode waarin de producenten van stortklaar beton hun kwaliteitssysteem konden aanpassen aan de strenge eisen van deze nieuwe normen. Alle centrales van Inter-Beton en de filialen ontvingen een Benor-certificaat dat geldig is tot 30 september 2007. “Iedereen die met stortklaar beton te maken heeft, zal de wijziging aan den lijve ondervonden hebben. Beide normen, die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, bepalen onder meer zeer concreet de naamgeving van beton. De nieuwe normen waarborgen verder niet alleen de kwaliteit van het
Aan dit nummer hebben meegewerkt: Brigitte Albers (Mebin), Corinne Bogaert (Benelux), Pierre Daemen (Paes), Georgy Eggermont (Inter-Beton), Sara Lemestré (Benelux), Nicole Rokx (Benelux), Pascale Wauters (Benelux)
“In het kader van de overstap naar de nieuwe norm zijn de doseersystemen in alle betoncentrales van Inter-Beton aangepast. Dit was een erg belangrijke investering voor onze groep. Ook wordt ieder nieuw recept voor productie grondig onderzocht; Initial Type Testing heet dit in het jargon. We ontwikkelden hiervoor een eigen rekenmodel, dat steunt op wetenschappelijke gegevens en onze jarenlange ervaring,” aldus Bert. Vooral voor de laboranten en de kwaliteitsingenieurs staan er nog enkele drukke maanden voor de boeg. Het resultaat van een concreet actieplan wordt in de loop van augustus en september 2007 geëvalueerd om tot een definitief Benor-certificaat te komen.
Met de kredietkaart betalen voor het bestelde beton Voortaan kunnen de klanten van Inter-Beton, zowel in de centrales als op de bouwplaatsen, hun betonaankopen betalen met een Visa-kaart of MasterCard. Dit geeft een bijkomende betaal mogelijkheid aan de klanten die op het moment van de bestelling of de levering geen cash bij de hand hebben. Dit is niet alleen een dienst voor de klanten. Inter-Beton beperkt op deze manier de transfer van liquide geldmiddelen en verhoogt de interne efficiëntie (snellere beschikbaarheid van cash, beperking van het risico voor klanten en beperking van de invorderingsoperaties).
Hoe gaat het in zijn werk?
Verantwoordelijke uitgever: Pascale Wauters - Terhulpsesteenweg 185 - 1170 Brussel Tel.: 0032.2.678.33.53 - Fax: 0032.2.678.33.55 -
[email protected] Coördinatie: Sara Lemestré Layout en realisatie: CHRIS - Communication Agency
eindproduct, maar vereisen bovendien een beheerst proces. Dit begint bij de ontvangst van de grondstoffen en gaat tot het opvolgen van eventuele klachten, inclusief permanente opleiding voor alle medewerkers,” zegt Bert De Schrijver, technology & marketing manager bij Inter-Beton.
Praktisch verloopt het zo: de chauffeur (of de persoon in de centrale) neemt contact op met de dienst Credit Control van SSC Finance, geeft hem de gegevens door van de kredietkaart van de klant en nadat hij de goedkeuring van Bank Card Company heeft gekregen, voert hij de levering uit. “Wij staan open
voor nieuwe betaalmogelijkheden tegen een redelijke prijs”, zo benadrukt Luc Goffaux, Cash & Working Capital Manager voor de Benelux. “Daarom bestuderen we momenteel nieuwe betaalsystemen via gsm.”
Aan de Rijksweg 31 in Friesland (lokaal ook wel de Wâldwei genoemd), werkt Rijkswaterstaat aan de doorstroming en veiligheid. Een deel van de werkzaamheden behelst de verhoging van de drie ‘Wâldweibrug gen’ langs het Prinses Margrietkanaal. En daar heeft Mebin Leeuwarden Heavycrete® voor geleverd: een bijzondere betonmortel die veelal toegepast wordt in ballastconstructies en voor röntgenka mers. Willy Hofma, fabriekschef en transport leider: “De bruggen waren te laag en moesten twee meter worden ver hoogd zodat ook zeilschepen en vrachtschepen eronderdoor konden. Het zijn ballastbruggen: hoe meer ballast aan de brug als tegengewicht, hoe minder energie het kost om hem te openen. Vandaar de keuze voor Heavycrete® van Mebin. Bij dit type beton, waarin ijzererts wordt toegepast in plaats van zand en grind, bedraagt de volumieke massa tussen de 3.600 en 4.000 kilo per kubieke meter. Vanwege de zwaarte hebben we onze truckmixers maar voor de helft kunnen laden. Op de bouwlocatie stond er een betonpomp klaar die de betonmortel in de ballastruimten heeft verpompt: 15 kubieke meter in elke ruimte. Het was uitvoeringstechnisch op de betoncentrale een moeilijke klus omdat het ijzererts lastig was te handelen. Dankzij een goede voorbereiding en een uitstekende onderlinge samenwerking met onze betontechnologen is het project uiteindelijk prima verlopen.”
Frits van Wijngaarden
Tom Hendriksma
Robèrt van de Laar
Rob Bu
ren
Aanpassing organisatie Mebin: van twee naar drie districten Als gevolg van de splitsing van de aandelen van NCD tussen de aandeelhouders Dyckerhoff en HeidelbergCement, zijn met ingang van 1 april jongstleden zes betonmortelcentrales en twee deelnemingen geïntegreerd in de Mebin-organisatie.
Door deze sterke uitbreiding was het nodig om de organisatiestructuur van Mebin te wijzigen. “Van groot belang hierbij is dat het management zijn aandacht doeltreffend kan besteden”, legt Robèrt van de Laar, Director RMC Nederland, uit. “Dat wil zeggen: korte lijnen creëren, voldoende commerciële slagkracht op vestigings- en districtsniveau (‘dicht op de markt’) en intensieve begeleiding/coaching van districtsdirecties. We hadden dus behoefte aan kleinere geografische gebieden. Daarom zijn we per 1 juli van twee naar drie districten gegaan: een
district Noord-Oost, een district Zuid en een district West. Vanuit de districten kunnen de medewerkers en klanten zo veel beter begeleid worden.” De verantwoordelijken voor de nieuwe districten zijn Tom Hendriksma (Zuid), Frits van Wijngaarden (Noord-Oost) en tenslotte Rob Buren die vanaf 1 september in dienst treedt als directeur van het district West. “De integratie en wijziging in de organisatie zullen tevens leiden tot een uitbreiding van het aantal vacatures, omdat vanuit de splitsing een aantal functies nog onbemand is”, sluit Robèrt af. “Zo ontstaan kansen voor medewerkers die willen doorgroeien binnen onze organisatie.”
BETON
Mebin: Heavycrete® voor Wâldweibruggen in Friesland
Schrijf niet meer… Vision 2008
T&T-systeem verlaagt de kosten en verhoogt de veiligheid
Inter-Béton, Interbeton, Interbéton... of een andere minstens even originele variant… Inter-Beton is de officiële naam van het bedrijf. En de enige manier om het te schrijven is: Inter-Beton !
Door alle vrachtwagens van Mebin met een Tracking & Tracingsysteem (T&T-systeem) uit te rusten, kunnen alle leveringen tot op de seconde gepland worden. Sinds vorig jaar zijn alle vrachtwagens van Mebin uitgerust met een T&T-systeem. Dat is een automatisch systeem waarmee alle vrachtwagens continu gevolgd en opgespoord kunnen worden. Om de exacte positie van elke truckmixer te bepalen, wordt gebruikgemaakt van GPSsignalen. “De transportplanner weet op elk moment of een truckmixer op weg is naar een bouwplaats, aanwezig is op de bouwplaats of ervan terugkomt. Hij weet ook precies hoeveel tijd er verloopt tussen de aankomst op de bouwplaats en het storten van de betonmortel. Ook weten we nu hoelang een vrachtwagen op een bouwplaats aanwezig is. Dat laat een nauwkeurige facturatie toe, inclusief een optimale inzet van de transportmiddelen en bijgevolg lagere kosten”, verklaart Leo Dekker, lid van het Management Team bij Mebin.
Het continu volgen van de vrachtwagens verhoogt bovendien de veiligheid van de chauffeurs. “Bij een ongeval of in een noodsituatie kunnen de vrachtwagen en de chauffeur onmiddellijk gelokaliseerd worden. Het vroegere meldsysteem gaf enkel informatie over de activiteit en niet over de plaats waar de vrachtwagen en de chauffeur zich bevonden.”
Een ander voordeel is dat de klanten exact weten wanneer de truckmixer op de bouwplaats arriveert. De productie van de mengsels kan gestart worden nog voor de vrachtwagen de centrale bereikt.
Een uniforme visuele identiteit Onlangs werden de logo’s van de filialen van de Inter-Beton Groep aangepast. En dat niet alleen om een bepaalde visuele uniformiteit te creëren tussen de verscheidene bedrijven, maar ook om het gevoel te versterken dat ze deel uitmaken van de HeidelbergCement Groep. De namen en de kleuren die de verschillende bedrijven kenmerken, werden niet aangepast. Op die manier behouden ze hun plaatselijke herkenbaarheid en hun nauwe band met de klanten. Dat is dus de reden dat de vrachtwagens, de kledij van het personeel maar ook de kopteksten van papieren, facturen, enz. nu van een nieuw logo voorzien zijn.
Mebin Venlo levert Colorcrete® tbv sokkels voor kunstwerken Maasbrug
BETON
Op 2 mei onthulde de Nederlandse Koningin Beatrix vier enorme, monumentale beelden tegen agressie en geweld op de Maasbrug in Venlo. Deze gietijzeren wachters zijn gemaakt door Shinkichi Tajiri. De gemeente Venlo viert met het kunstwerk het 50-jarig jubileum van de Maasbrug. Het betonmortel voor de sokkels van de vier beelden (9 meter hoog) werd samengesteld en geleverd door de Mebin centrale in Venlo. Elke sokkel, een holle constructie van 3 meter hoog, bevat ongeveer 10 m3 geruwd Colorcrete bruin beton en weegt ongeveer 27 ton. “Geen alledaagse opdracht”, bekent vestigingsmanager Jan Hermkens. Samen met Tajiri onderzochten de laboranten van Mebin welke betonmortelsoort het beste geschikt was. “De 83-jarige kunstenaar vroeg om de roest- of speculaasbruine kleur van de vier gietijzeren wachters te benaderen. Bij de keuze van de basismaterialen moesten wij ook rekening houden met het feit dat de sokkels gebouchadeerd (geruwd) werden. Uiteindelijk is gekozen voor een mengsel gebaseerd op Portlandvliegascement, porfier en basalt gemengd met een bruine kleurstof.”
1967-2
007
dit jaar v haar 40 iert Inter-Beto -jarig b estaan n ! IB_post er_HR
5/23/07
5:10
PM
Page
Nieuwe betonnorm vereist nieuwe taal Sinds 1 september 2005 werd de nieuwe Europese norm NEN-EN 206-1 van kracht. Voor de betontechnologen en laboranten betekende dit een hele aanpassing, maar ook de aannemers moeten nu vertrouwd raken met een heel nieuwe codetaal die de verschillende betonsoorten definieert. De vijf milieuklassen van voorheen zijn er nu achttien geworden. Bij het bestellen van be tonmortel moet de klant naast sterkteklasse nu de milieuklasse bepalen en vervolgens de consistentieklasse, de korrelgroep en de chlorideklasse opgeven. Het vergt best wat aanpassing om de nieuwe referenties correct te gebruiken. Mebin trad proactief op en organiseerde in januari 2006 een reeks voorlichtingen voor aannemers. Een jaar later blijkt het nog steeds niet 100% te vlotten. “Het gaat al heel wat beter dan in het begin, maar sommige klanten grijpen nog steeds terug naar de oude beschrijvingen. Bestekken die al een paar jaar geleden opgesteld werden bevatten nog steeds de oude referenties. Om dat op te vangen begeleiden wij de klanten. Wij gaan bijvoorbeeld de projecten op voorhand bezoeken of helpen klanten hun bestekken aanpassen”, aldus Herman Haverkort, vestigingsmanager Eindhoven/Den Bosch van Mebin. Al met al vindt hij de nieuwe norm een goede zaak: “Het feit dat we over heel Europa dezelfde taal gebruiken is beslist positief!”
1
Life beg ins at
40
Gelieve uw avond van agenda vrij te houden eveneens 29/09 en houd op de uw briev eind augu enbus in Reservez de gate stus votre soiré n! surveillez votre boitee du 29/9 et aux lettre s fin Août !
Mebin levert aan De Rokade in Groningen
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Tot aan de oplevering in de tweede helft van 2007, levert Mebin iedere dag betonmortel voor de bouw van woontoren De Rokade in Groningen.
Overlijden van Freddy Claes
We betreuren jullie het overlijden van Freddy Claeys (56 jaar) te moeten melden. Hij was chauffeur bij de betoncentrale van Gent. Freddy is in 1974 bij Inter-Beton in dienst getreden. Hij heeft ons op 18 mei jongstleden verlaten na een zwaar gevecht tegen kanker.
De Rokade wordt een slank ogende, 65 meter hoge woontoren van 20 verdiepingen met 72 royale appartementen en twee penthouses. In de onderste lagen van De Rokade komen bedrijfsruimten. Het maakt deel uit van het programma van de gemeente Groningen om lege en ‘versleten’ plekken in de stad nieuwe invulling te geven. Belangrijk hierbij was bovendien dat de laan waaraan de toren komt te liggen, door het aantakken op de A7 op korte termijn een belangrijke route in het zuiden van de stad Groningen wordt. De bouw van De Rokade is eind vorig jaar gestart en de oplevering is gepland in de tweede helft van 2007. Bijna iedere dag levert onze betonmortelcentrale in Groningen zo’n 15 kubieke meter betonmortel. De steunbalken die zich in een
omgekeerde V onder het gebouw bevinden, kregen speciale aandacht. Hiervoor is een speciale stalen bekisting gemaakt in V-vorm. Vanwege de ingewikkelde vorm van deze steunkolommen, kon er onderin niet getrild worden. Daarom heeft Mebin in overleg met de aannemer gekozen voor een hoogvloeibare en zelfverdichtende betonmortel: Flowcrete®. De slang van de pompmixer is bovenin één van de poten van de constructie gehangen waardoor de kist vanzelf volliep. Na twee dagen is er ontkist en het beton in plastic gewikkeld. Vervolgens is er weer een andere kist omheen geplaatst. De constructie wordt pas definitief ontkist wanneer het gebouw wordt opgeleverd. Zo worden beschadigingen voorkomen en zorgen we ervoor dat het beton niet vervuild raakt.
Splitsing NCD: uitbreiding activiteiten in Nederland
GRONINGEN LEEUWARDEN
STEENWIJK HOOGEVEEN
Als gevolg van de splitsing van NCD tussen de aandeelhouders Dyckerhoff en Heidelberg Cement maken de volgende activiteiten inmiddels deel uit van HeidelbergCement Benelux in Nederland.
MEPPEL
HOORN ZWOLLE BEVERWIJK
• Een aantal zand- en grindactiviteiten zijn opgenomen in de nieuwe organisatie HC Zand & Grind B.V.: een zandgroeve in Deest, deelname in het Grensmaasproject (aanpassing van de oevers van de Maas) en handel in zand en grind.
AGM
IJMUIDEN
• De betoncentrales in Amersfoort, Lochem, Hoorn, Nijmegen, Steenwijk, Tilburg, Hoogeveen en Zwolle zijn inmiddels geïntegreerd in Mebin.
KATWIJK
HILVERSUM AMERSFOORT
AMSTERDAM
LOCHEM
UTRECHT DEN HAAG
VIANEN (MPV)
EUROPOORT DEEST
NIJMEGEN MAAS-ROELOFFS
ROTTERDAM
DEN BOSCH DEN BOSCH
CUIJK
BREDA TILBURG BERGEN OP ZOOM
• Het bedrijf NBC (handel in vliegas, vulstoffen en hulpstoffen) maakt nu deel uit van Sales Cement Operations (SCO) en is inmiddels gevestigd in het kantoor in Den Bosch. • Het bedrijf NCO (overslagterminal voor bindmiddelen in Rotterdam) wordt eveneens aangestuurd door SCO.
EINDHOVEN
VENLO
HW PAES
NSI BORN DILSEN BRUNSSUM MAASTRICHT
Het transportbeleid van Inter-Beton De ligging van de centrales van Inter-Beton speelt een belangrijke rol bij het beperken van de hinder voor de buurtbewoners en bij de bescherming van het milieu. Zij zijn daar waar mogelijk, langs een waterweg of vlakbij agglomeraties gevestigd. Dankzij dit beleid kan het vervoer langs de weg aanzienlijk worden verminderd en kunnen de ongemakken die door het wagenpark worden veroorzaakt, zoveel mogelijk worden beperkt. In 2006 werd 685.423 ton grondstoffen (892.000 ton als we de dochtermaatschappijen meerekenen) per schip vervoerd. Inter-Beton is daardoor in België de grootste verbruiker van cement dat via waterwegen wordt vervoerd. Het andere belangrijke deel van het transportbeleid van Inter-Beton gaat over het wagenpark van de truckmixers. Het gebruik van verzoolde banden op alle wielen van de vrachtwagens, met uitzondering van de voorwielen, verhoogt hun levensduur. Dit heeft een positieve invloed op het globale verbruik van staal en rubber. Dit beleid gaat gepaard met een regelmatige controle van de bandendruk (vier keer per jaar), die eveneens een invloed heeft op de slijtage van de rubber en op het energieverbruik van de truckmixer.
werden twintig nieuwe truckmixers volgens de nieuwe Euro 4 emissienormen voor uitlaatgassen besteld. Voortaan laat Inter-Beton geen enkele truckmixer meer rijden die slechts aan de eisen van de oude norm Euro 1 beantwoordt. Inter-Beton besteedt ook veel aandacht aan de opleiding van haar chauffeurs. In 2006 verbeterde zij de rijopleiding van de nieuwe chauffeurs: zij volgen voortaan een opleiding van vijf dagen, waarvan een hele dag wordt gewijd aan defensief rijden (‘milieuvriendelijk rijden’).
Opleiding Efficiëntie aan de lijn
Inter-Beton Een nieuwe mixer voor onze oudste chauffeur Onze oudste chauffeur François Robeyns (geboren op 28-10-1949 en in dienst sinds 25-03-1991) heeft met pijn in het hart afscheid genomen van zijn oude wagen. Voor ruim 16 jaar werd hem door Marcel Becquet (eigenaar van de onderneming Becquet Beton die in 1996 door Inter-Beton werd overgenomen) een nieuwe Scania toegewezen. Nu gaat hij na meer dan 110.000 m³ te hebben ver voerd zonder verkeersongeval of zelfs zware schade aan de wagen over op een nieuwe MAN 9,5 m³.
Ongeveer 80 medewerkers van Inter-Beton hebben een opleiding gevolgd om hun commerciële houding aan de telefoon te verbeteren. Een volgens de deelnemers zeer verrijkende ervaring. Deze opleiding was bestemd voor plant managers, fabriekschefs, transportleiders en administratief personeel. De cursus bestond uit twee dagen met een tussentijd van ongeveer een maand zodat de verworven kennis meteen in de praktijk kon worden gebracht. Alle betrokkenen waren heel enthousiast over de opleiding, want ze was gebaseerd op hun ervaringen op het terrein. Dankzij rollenspellen en simulaties konden de hindernissen worden weggewerkt die de communicatie met een klant of een leverancier soms in de weg staan. “Een efficiënte communicatie is de basis voor de goede werking van een afdeling”, zo meent Mieke Goedertier, administratief bediende van Inter-Beton in Gent. Zij behandelt de onbetaalde facturen en van de opleiding heeft zij vooral enkele handige tips onthouden om de telefoon als communicatiemiddel beter te gebruiken. “Ik doe altijd mijn uiterste best om naar onze leveranciers een goed beeld uit te dragen van het bedrijf: wat de situatie ook is, ik blijf altijd hoffelijk. Dat ben ik ook als ik een te late betaling van een klant moet vragen. Maar de opleiding heeft me ook geleerd dat we ons als bedrijf moeten laten gelden en ons niet zomaar moeten laten afschepen!”
De constante vernieuwing van het wagenpark (Inter-Beton had eind 2006 192 truckmixers) draagt ook bij tot de bescherming van het milieu. In 2006
CBR Jean-Louis Catherine, 40 jaar, heeft de touwtjes in handen bij de productieketen van Harmignies: zonder hem zouden de cementzakken hopeloos leeg blijven!
BEROEP
Bij het minste abnormale geluid dat het regelmatige gedreun van de verpakkingsinstallatie onderbreekt, kent Jean-Louis meteen de oorzaak. Voor hem is dat een normale zaak: hij houdt al veertien jaar toezicht op het vullen van de cementzakken! Jean-Louis, met de rode helm, is één van de drie operatoren van de verpakkingsinstallatie in de cementfabriek van Harmignies, maar hij kan bogen op de meeste ervaring. “Ik ben hier al vanaf de dag dat de installatie in bedrijf werd genomen!” Met de hulp van een liftbediende die zorgt voor de pallets en het laden van de vracht-
wagens houdt Jean-Louis een oogje in het zeil. “De machine heeft vier programmeerbare automaten en kan tot 2400 zakken per uur vullen. Dit rendement ligt uiteraard lager wanneer de eigenschappen van het cement veranderen of wanneer er kleinere hoeveelheden voor de export moeten worden klaargemaakt.” Wat deze job voor hem zo interessant maakt, is dat hij alles volledig in eigen handen heeft. “Ik heb ook contacten met de leveranciers van de zakken of de plastic rollen om de verpakking van onze producten voortdurend te kunnen verbeteren.”
INTER-BETON Christian Clause (41) is sinds januari 2007 fabriekschef van de centrales van Jambes en Achêne. In die functie waakt hij over het werk van een twintigtal personen.
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Christian is draaier-frezer van opleiding en ging in juni 2000 aan de slag bij Inter-Beton, eerst als chauffeur en daarna als doseerder. In 2006 stelt hij zich kandidaat voor de functie van fabriekschef, hij slaagt voor de exa mens en wordt gekozen. “Het is een uitdaging want het is een functie die eerder niet bestond. En hoofd worden van een team waarvan je zelf deel uitmaakte, is ook niet evident”, vertelt hij. Maar hij relativeert gelijk: “Ik heb ervoor gezorgd dat de overgang zo natuurlijk mogelijk verloopt.” Op dit moment behandelt hij orders, programmeert hij de productie, ziet hij toe op de goede werking van de centrales, en begeleidt hij het personeel: “Ik let erop dat ik de kerk in het midden laat...”
Tot nu toe hebben we altijd een functie besproken die gemeenschappenlijk is voor onze drie activiteiten. Maar deze keer gooien we dat principe over boord! We wijden onze rubriek ‘beroep’ aan een specifieke job in de wereld van cement, beton en aggregaten.
ENCI
René Laumen, 47 jaar oud, werkt al vanaf 1988 bij ENCI. Sinds het DIAMIND-project (2001) is hij al werkzaam als projectleider voor de fabrieken in IJmuiden en Rotterdam. Zijn specialisme is besturingstechniek en elektrotechniek.
Samen met collega Jan de Boer is René verantwoordelijk voor de uitvoering van de investeringspro jecten in de fabrieken Rotterdam en IJmuiden. ‘Op dit moment zijn we bezig met de nieuwe automatise ring/besturing van de scheepsver lading in Rotterdam en de ombouw van de slakmeelsilo in IJmuiden, licht René toe. “Voor het najaar staat in IJmuiden de nieuwe ‘backup brander’ voor de slakmeeldro gerij en de ‘klinkerstofsilo’ voor het ovenstof vanuit Antoing gepland. Als projectleider begeleid je de pro jecten vanaf de initiatie-fase tot en met de uitvoering. Je bent verant woordelijk voor je eigen vakgebied én je hebt de operationele leiding over het projectteam. Omdat ieder
project zijn specifieke eigenschap pen heeft, is de verscheidenheid in aanpak en werkzaamheden groot. Dit vereist een hoge mate van zelfstandigheid met steeds vaker een pragmatische aanpak voor een goed resultaat. De job bevalt mij prima. Regelmatig zijn er ook contacten met de andere fabrieken om kennis uit te wisselen over be paalde installaties. Pasgeleden ben ik bijvoorbeeld in Gent geweest om te kijken naar de brander voor het drogen van slakmeel.”
INTER-BETON
MEBIN
Pieter Van Der Plaetse, 36 jaar oud, is sinds april 2006 fabriekschef in de betoncentrale van Brugge.
Pieter begon 11 jaar geleden als transportleider in de centrale van Brugge. Als fabriekschef is hij vandaag verantwoordelijk voor het goede reilen en zeilen van de betoncentrale. Hij staat in voor de dagelijkse planning en de functionering van de centrale. Hoe ziet een typische werkdag eruit? “Elke morgen start ik met het afsluiten van de vorige dag, hoewel ik dat toch probeer zoveel mogelijk de dag zelf te doen. Daarnaast voer ik de planning uit die de dag voordien is opgesteld en maak ik de planning voor de volgende werkdag. Eveneens regel ik de verlofaanvragen en stuur ik de chauffeurs aan”, vertelt Pieter.
Henk Harte (58 jaar) werkt al
GRALEX
Eddy Labruyère, 39 jaar, getrouwd en vader van drie kinderen, werkt sinds 2000 bij Gralex Monceau. Hij is bij Gralex begonnen als boor der, zo vertelt hij ons. Daarna is hij groeveleider geworden en sindsdien heeft hij ook de functie laborant aan zijn cv mogen toevoegen. Kortom, “ik ben polyvalent”, benadrukt hij. Gralex Monceau is een kleine groeve waar het personeel van alle markten thuis moet zijn. Die afwisseling maakt dit werk zo leuk.
gat geboord is, worden de stangen een voor een weggenomen en weer in de cilinder van het railstel gelegd. En Eddy gaat verder: “Ik moet goed opletten dat de hamer niet samen met de stangen in het gat vast komt te zitten, want dat is ooit gebeurd, bij een verschuiving. Het heeft ons heel wat moeite gekost om die weer los te krijgen. “Boren is een echte passie,” gaat Ik ben vrij om mijn werk zelf te plan Eddy verder, “als ik op het terras aan nen, dat vind ik interessant: vandaag boorder, morgen groeveleider en het boren ben, heb ik een prachtig overmorgen laborant. Want we moe uitzicht over de hele steengroeve.” Vanuit zijn cabine volgt hij de draaibe ten natuurlijk ook analyses uitvoeren wegingen van de boorstangen die als om de klanten eersteklas producten bij wonder dieper en dieper in de rots te kunnen bieden! dringen. Zodra een stang helemaal Mijn motto ‘c’est Cool’ staat op mijn ingeboord is, wordt een volgende helm geschreven. Je hoeft niet te stang genomen en zo verder tot de rennen om goed werk te leveren! gewenste diepte bereikt is. Als het Eenvoudig, maar heel efficiënt!”
CARRIÈRES LEMAY Jean-Michel Pasquon, 51 jaar, is een van de drie mijnchefs van het bedrijf en de enige verantwoordelijke voor explosieve ladingen wanneer er steenblokken moeten worden gewonnen. Deze Fransman behaalde een diploma aan de ‘Ecole des Mines’. Hij woont in Rijsel en werkt sinds 1994 bij Lemay. Voordat hij in Doornik terechtkwam, bekent Jean-Michel tegen zijn zin, - “want hij is eerder bescheiden”, fluistert een van zijn collega’s – had hij een internationale carrière die hem naar James Bay, naar het hart van de Arabische Emiraten en naar de bodem van de oceanen voerde. Tunnels, stuwdammen en olieboringen hebben geen geheimen meer voor deze specialist in schoten met explosieven. Een hele kunst, vooral wanneer het gaat om de ontginning van een groeve met monumentale steenblokken, die voornamelijk dienen voor de restauratie van oude monumenten (een eerder beperkt gedeelte van de activiteiten van Lemay). “Wat ik zo fijn vind aan dit beroep, is het leven in de open lucht en de afwezigheid van routine”, onderstreept Jean-Michel. “Het is ook teamwerk, want de kwaliteit van het schot is essentieel, evenals het minimaliseren van trillingen in de grond.”
38 jaar bij Mebin. Als districtsbetontechnoloog van het district West zorgt hij ervoor dat de betonmortel van de centrales wordt geleverd conform de Mebin-standaard. Als districtsbetontechnoloog stuurt Henk de betontechnologen en de laboranten van de centrales aan en zorgt hij ervoor dat in elke centrale op dezelfde manier een goede kwaliteit betonmortel wordt geproduceerd. Henk: “Kennisoverdracht is een belangrijk deel van mijn taken. Als er bijvoorbeeld problemen zijn op de centrales fungeer ik als iemand waar ze op terug kunnen vallen. Dat zijn meestal zaken die ‘nu’ opgelost moeten worden. En als er veel op hetzelfde moment moet gebeuren, is dat wel eens spannend.” Ook overleg met aannemers is een onderdeel van zijn takenpakket. “Op dit moment is de overkapping van de A2 bij Utrecht natuurlijk actueel. Ik ben intensief bezig geweest met het maken van de basisafspraken voor dit project. We hebben veel geschiktheids onderzoeken gedaan om te bekijken welke betonsamenstelling voor dit project het beste was. In de afgelopen maanden heeft ook de integratie van de voormalige Basal–centrales veel tijd en energie gevraagd. De betonsamenstellingen moesten allemaal worden overgezet op de Mebin-standaard en in alle centrales werd het Mebin laboratoriumprogramma ingevoerd.” Volgens Henk moet een goede districtsbetontechnoloog een bevlogen vakman zijn en géén negen tot vijf mentaliteit hebben. “Het bevalt me prima: mijn werk is geen sleur, er is veel diversiteit en ik kan met veel mensen samenwerken.”
Overlijden van ers Hainaut occidental Bruno Vite! e d’un Tournaisien n, 39 ans, a fait Quintyn une chute mortelle en Italie
175.000 ton tout-venant voor Paes DIMANCHE 8 JUILLET 2007 TO - SUDPRESSE
77
UNE INFORMATION À NOUS COMMUNIQUER?
Appelez le 0475/89.68.59.
ONTAGNE
AGGREGATEN
donnée à mi-chemin entre l'escalade, la randonnée et l'alpinisme, le long de parois verticales rocheuses. La voie est balisée et sécurisée par des câbles et de nombreuses pièces métalliques scellées en permanence dans la roche. À un moment, les deux hommes ont décidé de se séparer : le papa a choisi une voie certes plus difficile mais plus courte pour rentrer au campement, tandis que Bruno a pris un chemin plus long pour profiter encore de quelques heures de balade.
E) DE JIÈL
FROYENNES
Accident de deux véhicules
Deux vols au centre commercial
Vendredi, à 19h, deux voitures sont entrées en collision au quai du Marché aux Poissons. Il n’y a eu aucun blessé. «
Deux magasins ont été l’objet de vols vendredi vers 16h. Si le voleur a pu prendre la fuite à E5 Mode, celui du Carrefour a été interpellé. «
TOURNAI
Un autoradio volé en face d’Imagix Samedi, à 6h, un vol a été commis dans une voiture en stationnement en face du complexe Imagix.L’autoradio et des accessoires divers ont été volés. «
TOURNAI
Vol dans une librairie
DEUX ENFANTS
Rentré plus tôt, José Quintin n’a pas vu revenir son fils le soir. Il a donc alerté les secours qui ont découvert le corps sans vie de Bruno le lendemain. C’est sur le chemin du retour, sur un sentier sans danger apparent, que le Tournaisien a chuté brutalement sur une distance d’environ 15 mètres. Il s’agit bien d’un tragique accident. Bruno Quintin habitait Watermael-Boisfort (Bruxelles) avec son épouse Nathalie, mais était Tournaisien d’origine et de cœur. Sa maman Jeannine Quintin est bien connu des milieux associatifs, plus particu-
TOURNAI
Bruno Quintin, 39 ans, était le papa de deux enfants. l PHOTO COM.
Samedi, à 5h30, la librairie “ Le Parchemin ” située à la chaussée Saint-Amand a été visitée. Des fardes de cigarettes, des bijoux, de l’argent, deux GSM et des montres ont été dérobés. «
Wij betreuren jullie het overlijden te moeten melden van Bruno Quintyn, 39 jaar. Hij werkte op de logistieke afdeling van Gralex sinds september 2001. lièrement d’Oxfam, où elle milite activement. Le Tournaisien est aussi le beau-fils de Michel Leclercq, l’échevin du commerce de la ville de Tournai, et le beau-frère de Xavier Simon, notre confrère de No Télé. Bruno qui allait avoir 40 ans en octobre prochain est le papa de
deux enfants, Antoine (10 ans) et Inès (6 ans et demi). La date des funérailles n’a pas encore fixée. À la famille de Bruno Quintin, ses amis et ses proches, Nord Éclair transmet ses sincères condoléances. « D.FCT
u’tout i s’métà danser” Op vakantie in de Dolomiten (Italië) chit’t à s’ertrouver dins in creux d’main… I-a d’z’aiwiles d’or in franches tout parteout, comme autour dés neuaches in été, quant’èl’solel i-ést vif-argint et ch’ést ainsin tout au leong d’l’ieau… Mieux qu’cha… Vlà qu’tout i s’mét à danser insanne, chafaitinnouvieau tapisqu’in’arrête pos d’bouger su l’rivière inter lés poupiers dés rifes; les bachelettes is ont planté dés roses et i cant’tent ène reonte avec el’curé; chadanse ed’tinveo: lés fleurs rouches et lés bleusses, lés glin.nes et lés tchins, lés cinsières is veont quère l’maite d’école; cha danse: les neuaches, lés maseons et l’clotier, lés buveus, les brimbeus et les chiroteusses, l’z’osieaux dés camps et lés ceux dés guéoles. Lés r’flets d’l’ieau i toul’tent tout: les neuaches avec lés cinsières, lés buveus avec lés fleurs, lés ouverriers dés camps et l’maite d’école, les chiroteusses et lés glin.nes, lés maseons et les brimbeus, lés guéoles dés bachelettes et l’z’osieaux du curé… Et vlà qu’èj’vas savoir mette in neom su chaque tiète; èj’lés r’conneos tous cés gins et cés imaches touillés insan.ne.
met zijn vader, maakte hij een val die hem fataal werd.
De begrafenis van Bruno vond op vrijdag 13 juli plaats.
Le clin d’œil de Serdu.
Ch’ést… Ch’ést… à ç’momint-là qu’i-a dû d’avoir in qu’i-a rué in gros cailleo dins l’ieau et qu’èm’n’histoire i-a dévolé. J’ai rouverté més is et j’ai jusse eu l’temps d’agripper més papiers… I n’aveot pus autour dé mi qu’in restant d’funkée dins in rayeon d’bèle tout étique. Pus d’imache,
l SERDU
pus d’ieau, pus d’danses, pus perseonne… Foke inter més deogts l’gazette du diminche… ” « JIEL
Om de continuïteit van de grind- en zandproductie te waarborgen, kocht Paes vorig jaar 175.000 ton tout-venant (mengsel van zand en grind) bij zusterbedrijf ENCI te Maastricht. BRUNEHAUT Surpris par le propriétaire
De tout-venant is afkomstig uit de groeve van ENCI, waar zich boven op de mergellaag een KAIN pakket van zo’n 6 à 8 meter Par la fenêtre située à l’arrière zand en grind bevindt. Het zand en grind werd met een hydraulische kraan afgegraven, op vrachtwagens geladen en naar de direct aan de Maas gelegen laadkade van ENCI gereden, om vervolgens weer met een hydraulische kraan in binnenvaartschepen verladen te worden. Samedi, à 3h, un vol d’autoradio a été commis dans un véhicule à la rue de Tournai. Le voleur a aussi tenté de rentrer dans l’habitation. Il a été mis en fuite par le propriétaire. «
Vendredi, une habitation de la rue de Breuze a été visitée vers 18h. L’auteur est passé par la fenêtre arrière. « 1308090
Voor het transport naar de exploitatie Boterakker te Kinrooi, waar Paes met de drijvende grindverwerkingsinstallatie Beatrix/Nelly aan het werk is, werden vier schepen met elk een laadvermogen van ca.1500 ton ingezet. Deze schepen pendelden op en neer tussen 1327850
Maastricht en Kinrooi en hadden een dag nodig om te laden, een dag om te lossen. Dagelijks werden op deze wijze in Maastricht twee schepen met in totaal 3000 tout-venant geladen. Op hetzelfde moment werden in de exploitatie Boterakker twee schepen gelost. In de periode december 2006 – januari 2007 werd aldus 100.000 ton tout-venant aangevoerd. In april 2007 werd op gelijkaardige wijze nogmaals 75.000 ton aangevoerd.
wordt het opgebaggerde toutvenant gewassen, gesorteerd op de diverse korrelgroottes en verladen in binnenvaarschepen die het zand en grind vervoeren naar de diverse klanten in Nederland en België.
De aangevoerde tout-venant werd in de exploitatie Boterakker met een drijvende kraan gelost en in het water gestort en ligt nu klaar om opgebaggerd te worden door de grindverwerkingsinstallatie Beatrix/ Nelly. Aan boord van deze installatie
À NOTER Sources: Parabole de Xu Lung (1881-1936, poète chinois), adaptée par l’Cat-Huant et Jièl. « 1328850
�� �� ��� ���� �� ������� �� ������� ������ �� � � � �� � �� �� �� � � �� �
��� � �� ����� � ������� � ������� � ���� � �������
��� ����� �� ����� �� ����� �� ��������
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
���� ��� � ���� ������� ���� ���� �� �� �� ���� � ���������������������
�� ����
Carrières Lemay : reorganisatie zonder moeilijkheden Carrières Lemay voert een investeringsplan over drie jaar uit dat erop gericht is de productie-installaties te moderniseren. Door de toegenomen productiviteit die hieruit voortvloeit, moet het bedrijf gereorganiseerd worden. Dankzij een constructieve sociale dialoog was het mogelijk het vertrek van bepaalde personeelsleden zonder moeilijkheden te plannen. In het kader van haar investeringsplan 2007-2009 heeft het Doornikse bedrijf in de lente van 2008 de installatie gepland van een nieuwe scalpinginstallatie tussen de primaire breekmachine en de stock-pile en nieuwe zeven voor de tertiaire breekmachine, evenals een verbetering van het ontstoffen van de installaties voor tertiair breken. De totale investering bedraagt € 3 miljoen. Ze betekent tegelijkertijd een verbetering van de werk omgeving, een kostenbesparing en een verhoogde productiviteit. “Die is al met 25% gestegen in één jaar”, onthult Philippe César, gedelegeerd bestuurder van Carrières Lemay. “Dankzij de nieuwe installaties gaan we van een gemiddelde van 3 tot 3,5 plaatsen per dag naar een gemiddelde van 1,5 tot 2 plaatsen.”
Nieuwe functies in oktober
Door de reorganisatie van het werk moeten 13 arbeiders op een totale personeelsbezetting van 73 mensen ver trekken. Tegelijkertijd zullen 10 contracten van bepaalde duur of interimcontracten worden omgezet in contrac ten van onbepaalde duur. “Het lijkt me van fundamen teel belang om elke sociale operatie heel nauwkeurig en al in een zeer vroeg stadium voor te bereiden.
Ik heb niets dan lof voor de efficiënte medewerking van de afgevaardigden van de vakbonden en de regio nale medewerkers”, onderstreept Philippe. “We hebben zoveel mogelijk rekening gehouden met de keuzes van de mensen die het bedrijf moeten verlaten: op collegiale wijze onderzochten we hun bekwaamheden, hun capaciteit om zich te ontwikke len, hun flexibiliteit en verschillende waarden zoals de persoonlijke motivatie of de bekwaamheid om te inte greren in een team.” Vanaf oktober deelt Philippe aan zijn medewerkers de nieuwe verdeling van de functies en de planning van de eventuele opleidingen mee. Bijzonder veel nadruk zal worden gelegd op polyva lentie. Het bedrijf doet er alles aan om de mensen die niet meer in het nieuwe organigram passen aan een nieuwe baan te helpen. Wie ervoor kiest een opleiding te volgen bij de Forem (de Waalse tegenhanger van de VDAB), krijgt een premie tijdens de hele duur van de opleiding, met een maximum van 18 maanden.
Granulaten zijn van strategisch belang voor HC Benelux Een sterkere positie op de markt van de granulaten is van strategisch belang voor HeidelbergCement Benelux. Als de groep voldoende marktaandeel in deze sector in handen weet te krijgen, is een duurzame leiderspositie in de activiteiten cement en beton verzekerd. Een van de sleutels tot het succes is een optimale verticale integratie tussen de 3 activiteiten. HeidelbergCement Benelux verdeelt haar activiteit over drie terreinen: cement, beton en granulaten. Via de filialen CBR en ENCI bekleedt de groep een sterke positie in de cementsector: met een marktaandeel dat in 2006 zo’n 40% bedroeg, is de groep marktleider in België en Ne derland. Met een marktaandeel van ongeveer 20% is HeidelbergCement Benelux ook leider in de sector van beton. En de groep heeft die positie nog versterkt met een reeks recente overnames: Betoncentrale Coeck, Maasland, Mermans, Wijckmans, Su perheist en Macharis. En sinds maart behoren NCD (Nederlandse Cement Deelnemingmaatschappij) tot Mebin en de centrale ‘Le Beton de Liège’ tot Inter-Beton in België. In het kader van een strategie rond verticale integratie van cement, beton en granulaten, wordt met name die laatste sector steeds belangrijker. “Ons marktaandeel in granulaten, dat vorig jaar in de Benelux 8% bedroeg, is klein als we het vergelijken met
onze positie in de sectoren cement en beton”, legt Bernard Mathieu, assistent van algemeen directeur van HC Benelux, André Jacquemart, uit. “Met een sterke aanwezigheid op alle niveaus in de productieketen van het beton – gemaakt op basis van een mengsel van cement, granulaten en water – kunnen we de kwaliteit van het eindproduct bevorderen en dus beter de concurrentiepositie ervan ten opzichte van andere materialen verdedigen. Bovendien kunnen we zo de belangen van onze groep in de cementsector veiligstellen. Als we een duurzame leiderspositie op de cementmarkt ambiëren, moeten we eveneens leider zijn in de sectoren beton en granulaten, want de drie kunnen niet los van elkaar worden gezien.” HeidelbergCement heeft haar positie in het beton al geconsolideerd. De groep heeft zich eenzelfde doel gesteld voor de markt van de granu laten, en heeft daartoe nauwkeurige groeidoelstellingen opgesteld. Een
eerste belangrijke stap zal wor den gezet wanneer het vriendelijk overnamebod op de Britse onderne ming Hanson een feit wordt: dit zou betekenen dat HeidelbergCement wereldwijd de belangrijkste speler wordt in de granulaatsector. Hanson is aanwezig in Groot-Brittannië en de VS, maar ook in de Benelux, waar ze vooral zeegranulaten ontgint in de havens van Antwerpen, Oostende, Brugge en Amsterdam en waar ze aanzienlijke volumes, zo’n 4 miljoen ton, produceert. Er staan ook nog andere projecten in de steigers om de groei van de groep in deze sector te waarborgen.
“HeidelbergCement concentreert zich op twee groeipolen”, vat Bernard samen. “Voor de activiteit cement ligt de nadruk op de uitbouw van de opkomende markten (India, China...). Op de markten die al tot volle wasdom zijn gekomen, wil de groep zijn verticale integratie versterken via een groeibeleid dat zich voornamelijk richt op beton en granulaten.”
Gralex is voorzitter van de UEPG
Denis Mertens, algemeen directeur van Gralex, heeft de fakkel van de Union Européenne des Producteurs de Granulats overgenomen. Het voorzitterschap van de UEPG vormt een uitgelezen functie in een omgeving waar 70% van de wetten voortvloeit uit een Europese wetgevende verplichting. “Voor deze situatie kan je niet ongevoelig blijven”, stelt Denis Mertens. “Gralex is, samen met een handvol andere Belgische bedrijven, altijd sterk betrokken geweest bij het federale leven van de ontginningsbedrijven. Op het niveau van Fediex (het Verbond van Ontginningsbedrijven in België) speelt ons bedrijf een belangrijke rol dankzij haar omvang, ervaring, bekwaamheden en geografische verspreiding over het land. Op Europees niveau kunnen we dankzij de nabijheid van de Europese Commissie verantwoordelijken uitnodigen naar groeves die ze anders nooit zouden zien.” De UEPG heeft tot doel actief toe te zien op de regelgeving, efficiënt te communiceren met haar leden, lobbycampagnes te voeren en het imago van het beroep te verbeteren. De behandelde onderwerpen zijn talrijk en zeer gevarieerd. De taak van de Beroepsunie is onder meer om veel aandacht te besteden aan alles wat een directe of indirecte invloed zou kunnen hebben op de activiteit van de ontginningsindustrie. Het logische gevolg hiervan is dat nationale federaties op de hoogte worden gebracht van alles wat mogelijk een invloed kan hebben op de activiteit van de bedrijven uit de sector. Nadat ze het advies van de leden heeft verzameld, leidt de Unie hieruit indien nodig actieplannen af. Het gaat erom de wetgevingen en reglementen in een zo vroeg mogelijk stadium te beïnvloeden, in het belang van de ontginningsindustrie. De UEPG is betrokken bij een groot aantal bestaande of in voorbereiding zijnde richtlijnen op Europees niveau. Zo is er bijvoorbeeld de richtlijn ‘Waste frame-
work’, betreffende afval en het storten ervan, de richtlijn ‘Mining Waste’, betreffende de onverkoopbare delen van opgravingen die door de wet worden beschouwd als afval en waarvan de financiële impact op groeves aanzienlijk is. De belangrijkste punten op de agenda van de UEPG zijn onder meer de beveiliging van de toegang tot de natuurlijke bron en de vergunning hiervoor, de biodiversiteit, de verbetering van de bijdrage van de industrie tot de drie pijlers van duurzame ontwikkeling en de verfijning van de statistieken van de sector (hun hoeveelheid, hun stiptheid en hun betrouwbaarheid), die ertoe bijdragen dat de stem van de UEPG nog sterker is bij de Europese instanties. De ‘Union Européenne des Producteurs de Granulats’ (UEPG - Europese Unie van Producenten van Aggregaten) werd opgericht in 1987. De vereniging beschikt over een vast secretariaat van drie mensen in Brussel, vlakbij het Europees Parlement. De UEPG overkoepelt 23 nationale verenigingen uit 22 landen. Samen vertegenwoordigen zij 13.500 productiebedrijven en 28.000 ontginningssites, waar in totaal 3 miljard ton aggregaten per jaar wordt geproduceerd en 350.000 mensen werken.
VEILIGHEID
RUBRIEK
CBR
groot onderhoud van de oven onder streng toezicht In februari en maart is de oven van Lixhe 35 dagen stilgelegd voor een uitzon derlijk onderhoud. Daarvoor werden op bepaalde dagen tot 290 personen gemo biliseerd uit meerdere externe firma’s, waaronder een vijftiental gespecialiseer de hoogtewerkers. Deze ‘alpinisten’ (van de firma Explotech), die stofmaskers en hermetisch gesloten pakken droegen, waren belast met de beveiliging van de verticale stelling rond de toren van de warmtewisselaars. In teams van vijf heb ben ze, niveau per niveau, met houwelen het afgezette materiaal losgehakt en laten vallen (in totaal zo’n 75 ton!). Ze hebben eveneens de metalen elementen en de vuurvaste elementen (stukken vuurvast beton en/of baksteen) afgeba kend waaraan de arbeiders zich tijdens de onderhoudswerken zouden kunnen blesseren. Deze missie werd aangevuld met een technische inspectie (mecha nisch en op vuurvastheid) om na te gaan waar er reparaties moesten worden uitgevoerd. “Veiligheid was het sleutel woord op deze bouwplaats. Vóór en tijdens de werkzaam heden werden er uiterst strenge voorzorgsmaatregelen geno men (zo was de coördinatie van de bouwplaats in handen van de firma Prévisio)”, vertelt onderhoudsverantwoordelijke Frédéric Deleuze. “Ook de timing werd perfect gerespec teerd zodat de oven niet langer dan nodig stil lag.”
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Ter gelegenheid van deze werkzaamheden werd er een samenwerking aangegaan met de cementfabrieken van Antoing en Gent, die inspecteurs naar Lixhe stuurden om te waken over de veiligheid. Een unieke kans om zich op het terrein bij te scholen.
10
ENCI
Postercampagne over veiligheid in IJmuiden en Rotterdam
Veiligheid is een verantwoordelijkheid van ons allemaal en is binnen de visie van HC Benelux een topprioriteit. In de fabrie ken in IJmuiden en Rotterdam hangen, op initiatief van het Managementteam, een aantal posters met als doel veiligheid nóg meer uit te dragen en voor bepaalde veiligheidsonder werpen extra aandacht te vragen. André Hoogervorst, Hoofd Productie IJmuiden, heeft het idee uitgewerkt en vormgegeven. Zo zijn vier verschillende posters gemaakt die gaan over het periodiek lopen van de veiligheidsrondes, de uitvoering van een consequente aanwezigheidsregistratie, het dragen van de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen én ten slotte het elkaar wij zen op onveilige situaties. Ook heeft IJmuiden sinds medio april een veiligheidsbord. Naast één van de posters hangt op dit bord een overzicht van welke veiligheidsrondes al zijn gelopen en nog moeten worden gelopen. Ook kunnen de medewerkers hier verslagen lezen van ongevallen en bijna ongevallen en is er ruimte opgenomen waarin medewerkers ideeën kwijt kunnen om nóg veiliger te werken. Een dergelijk bord zal dit jaar ook in Rotterdam worden opgehangen. Hoogstwaarschijnlijk zullen de fabrieken in IJmuiden en Rotter dam in de toekomst ook over andere veiligheidsonderwerpen posters maken.
INTER-BETON Veiligheidsdoorlichting: in diverse centrales is veiligheid nog meer een prioriteit geworden Begin 2007 werd er voor de eerste keer een veiligheidsdoorlichting gehouden in alle centrales van Inter-Beton. Daarbij werden tegelijk de houding van de medewerkers ten opzichte van veiligheid, de staat van de installaties, de orde en de netheid geëvalueerd. Zodoende zijn er de voorbije maanden op alle niveaus al heel wat verbeteringen doorgevoerd, maar toch moeten er zowel lokaal als nationaal nog heel wat maatregelen worden genomen. Op nationaal niveau is de prioriteit voor 2007 het veiliger maken van de toegang van de molens, via een technische oplossing die hetzelfde zal zijn voor alle centrales. Om het werken aan de veiligheid makkelijker te maken, werd er een actieplan met 78 punten uitgewerkt. Dit actieplan werd ontwikkeld in nauw overleg met de fabriekschefs, de plant managers en de technische coördinatoren.
INTER-BETON Tienen krijgt de Safety Award 2006 De inspanningen die de cen trale van Tienen heeft geleverd op het vlak van veiligheid, werden beloond met de Safety Award 2006. Niet alleen zijn er in 2006 helemaal geen arbeidsongevallen gebeurd, uit de veiligheidsdoorlichting is gebleken dat de centrale en het personeel een uiterst posi tieve houding hebben tegen over veiligheid, dat de instal laties in goede staat zijn en dat er orde en netheid heerst. Het NAVB (Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en Hygiëne in het Bouwbedrijf) steunt het preventiebeleid van InterBeton actief. Op 28 juni jongstleden werd de Safety Award het personeel van de centrale toegekend door André Jacquemart, General Manager HC Benelux
LEMAY
Een “veiligheidspaneel” aan de ingang van Carrières Lemay Een heel goede leerling worden op het gebied van veiligheid: dat is de ambitie van het Doornikse bedrijf dat op dit ogenblik slecht scoort inzake ongevallen. Sedert maart jongstleden trekt een paneel met het aantal ongevalvrije dagen de aandacht van iedereen die de omheining van Carrières Lemay binnenkomt. Een symbolische actie, maar ze is wel efficiënt. “Onze doelstelling voor 2007 is om het aantal arbeidsongevallen met de helft te verminderen”, stelt Philippe César, gedelegeerd bestuurder van het Doornikse bedrijf. “Sinds de plaatsing van het veiligheidspaneel is dit aantal gedaald tot onder onze doelstelling, want de psychologische impact van een dergelijke operatie is blijkbaar onvoorstelbaar groot. Natuurlijk moeten we waakzaam blijven, want een bedrijfscultuur die toegespitst is op veiligheid bouw je niet in één dag op.” In nauwe samenwerking met de personeelsvertegenwoordigers wil Philippe binnenkort ook een Monsieur Sécurité aanwijzen. Dit is iemand van de arbeiders, bedienden of kaderleden die gedurende een week moet toezien op de veiligheid in zijn onmiddellijke werkomgeving. Gewapend met een fototoestel en een notitieboekje stelt hij een lijst van de gebreken op. Hij draagt dan wel geen politiepet, maar dat maakt hem niet minder streng.
GRALEX
INTER-BETON
De multidisciplinaire aanpak in dienst van de veiligheid De vervanging van zeefdoeken, een routinehandeling in ons beroep gebeurt niet zonder risico’s. Een ernstig arbeidsongeval in 2005 in Quenast is hiervan het bewijs. De gelegenheid voor de werkgroep SOBANE om zich over de kwestie te buigen. Zoals de methode met dezelfde naam al suggereert, is de multidisciplinaire aanpak (mensen op het terrein, veiligheidsspecialisten…) op zijn plaats om de veiligheid te verbeteren. De recente renovatie van de installatie voor het zeven/wassen van ballast vóór het laden van de wagons evenals de vervanging van de zeefdoeken «Cribla» die de breekmachine HP800 voorafging,
hebben gebruikgemaakt van de besluiten van deze werkgroep. Dit zijn de voornaamste verbeteringen: • werken met modulaire panelen • een plaat op de uitlaatgoot plaatsen • een lokale IS installeren • een warmtekanon gebruiken om bevriezing te vermijden wanneer men in een vochtige omgeving werkt • een steun voor mensen en gereedschappen voorzien voor grote zeefhoeken • een laadbak die het materiaal ter plaatse kan brengen, is een kostbare hulp • de toegang tot de bovenste laag moet worden verbeterd bij bepaalde zeven • zorgen voor een werkplank onder de onderste laag bij te grote hoogte De veiligheid is gebaat bij het delen van kennis!
IMCP - De veiligheid van Inter-Beton verbeteren door de internationale ‘best practices’ binnen onze groep te vergelijken. Cenk Eren, Michal Wessely, Sara Alterlo, Regis Ackeyi en Monty Ario Bimo zijn de auteurs van één van de vier projecten die wereldwijd door HeidelbergCement werden geselecteerd in het kader van het opleidingsprogramma IMCP (International Management Candidate Program) 2005/2007. Hun studie kreeg de titel Health and safety management in RMC Belgium. Uitgaande van de vaststelling dat er binnen Inter-Beton België meer arbeids ongevallen gebeuren dan in vestigingen van de groep in andere landen, wil deze werkgroep aanbevelingen formuleren om de aanpak van gezondheid en veiligheid binnen de activiteit stortklaar beton in België te verbeteren, maar wil ze gelijk ook een lijst van best practices op niveau van de groep opstellen. Hiervoor heeft deze groep een grondige studie gevoerd naar het preventiebeheer binnen de ondernemingen voor stortklaar beton in Tsjechië, Zweden, Turkije en België. Hun werk verdient een pluim voor de meerwaarde die het levert op zowel nationaal als internationaal vlak.
11
Voornemens ten aanzien van klinkerproductie in de Benelux
Philippe Haegeman is de nieuwe plantmanager van CBR Gent
Philippe Haegeman, 38 jaar oud en vader van 2 zonen, is industrieel ingenieur elektriciteit. Op 1 mei nam De grondslagen voor ons voornemen hij de fakkel over van Jean-Pierre zijn de ontwikkeling van de internatioMiroir die met pensioen gaat. Phinale klinkermarkt, de klinkerbehoeften lippe Haegeman begon zijn carrière voor de Benelux, de grondstoffenreser- bij CBR Gent in 1997 als automatiseves en de duurzame kostenbesparingen ringingenieur en was verantwoordelijk die in Maastricht zijn gerealiseerd. voor alle nieuwe projecten, zoals de volledige automatisering van de oude Twee voorwaarden zijn niettemin fabriek. Daarbij is gebruikgemaakt essentieel om deze visie over de klinkerproductie te realiseren: het verkrijgen van de op dat ogenblik nieuwste technologie. De kers op de taart is van alle vereiste vergunningen én de de bouw van een splinternieuwe noodzaak om voldoende zekerheid te fabriek in de periode 2000-2002. hebben ten aanzien van de CO2-emissierechten voor de additionele capaciteit in Antoing.
CEMENT
Zoals eerder aangekondigd, zouden wij in juli duidelijkheid geven over onze voornemens rondom de klinkerproductie in Maastricht. Voor wat betreft de klinkerproductie in de Benelux in het algemeen, is onze langetermijnvisie dat onze eigen klinkerbehoefte voor de Benelux gerealiseerd moet worden door eigen productiecapaciteit. In dit kader hebben wij ons voorgenomen om: • De oven in Maastricht in bedrijf te houden tot tenminste 1 januari 2015; • De klinkerproductiecapaciteit in Antoing te verhogen. Het is onze intentie om Oven 8 in Maastricht in bedrijf te houden tot ten minste 1 januari 2015. Wij zullen een vergunning gaan aanvragen om mergel te kunnen winnen uit de groeve op de St.-Pietersberg in Maastricht. Het traject wordt hiervoor in september opge start. ENCI wil in bedrijf blijven binnen de randvoorwaarden van de huidige concessie (niet dieper en niet breder) en mét behoud van D’n Observant. Daarnaast is het ook de intentie van HeidelbergCement Benelux om de klinkerproductiecapaciteit van Antoing te verhogen. In september wordt hiervoor een project opgestart.
Ook hier is gebruikgemaakt van de meest vooruitstrevende technologie. “De fabriek in Gent is wereldwijd de meest geautomatiseerde in de sector”, zegt Philippe trots. Hierna was hij diensthoofd productie en maakte hij een uitstap van 16 maanden naar CBR Lixhe als onderhoudsmanager. Iedereen met veel plezier laten komen werken, gezond en fit én op tijd naar huis laten gaan, is de grootste doelstelling van Philippe. “Iedereen moet zich happy at work voelen!”
Deze langetermijnvisie voor de klinkerproductie past in het kader van onze strategie van markt- en kostleiderschap binnen de Benelux. De procedure rondom de adviesaanvraag en het overleg met de ENCI ondernemingsraad en vakorganisaties zullen in de tweede helft van augustus aanvangen.
Focus op reductie van onderhoudskosten HeidelbergCement streeft naar kostleiderschap op de Beneluxmarkt. Binnen de cementactiviteit vormen de onderhoudskosten een belangrijk deel van de kostprijs.
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Een studie uit 2003-2004 in samenwerking met de consultants van ABB toonde aan dat de onderhoudskosten te hoog waren en dat er voldoende mogelijkheden waren voor besparingen. Deze studie tussen de vergelijkbare fabrieken gaf aan welke verbeteringen er mogelijk zijn. Dit leidde tot duidelijke besparingsdoelstellingen die zijn vastgelegd voor alle fabrieken van ENCI en CBR.
12
Een evaluatie in augustus en september 2006 leerde echter dat er veel is bereikt maar dat een aantal verbeteringen nog doorgevoerd moeten worden. “Het doel is hetzelfde besparingsniveau te bereiken zoals vastgelegd in 2003-2004”, verduidelijken Mari Jacobs, Technical Governance Coordinator (project leader) en Bernard Mathieu, Assistant to the General Manager. Een belangrijk onderdeel is het opstellen en invoeren van het zogenaamde Maintenance Management Master Plan. Dit plan omvat alle acties die nodig zijn om de doelstellingen te behalen. Op de diverse fabrieken wordt hard gewerkt om het onderhoud verder te optimaliseren. Zo heeft Lixhe recent plannen opgesteld om de kosten te verlagen en de betrouwbaarheid van installaties te verbeteren. De fabrieken van IJmuiden en Gent zullen binnenkort ook een gedetailleerde vergelijking maken van hun installaties/kosten en goede werkwijzen uitwisselen. “De verdere samenwerking en uitwisseling van werkwijzen en ervaringen zal bijdragen tot het realiseren van onze doelstellingen”, verzekert Bernard.
Lixhe staat klaar
Het moderne beheer van het onderhoud in Lixhe leunt op twee eisen: de kosten verminderen die verbonden zijn aan het geheel van onderhoudsacties en de gemiddelde tijd tussen twee storingen verlengen. Tussen 2008 en 2011 zal het budget dat uitbesteed wordt aan het geheel van onderhoudsacties (preventief en curatief), volgens de doelstellingen, teruggebracht worden van 15,2 tot 13,1 miljoen euro. De kosten per ton (berekeningen gebaseerd op een stabiel tonnage van 1.632 KT) zal zo van 9,3 naar 8 euro evolueren gedurende dezelfde periode. Tegelijkertijd zou de gemiddelde tijd tussen twee storingen van 50 uur in 2007 naar 250 uur in 2011 moeten gaan (volgens een gerealiseerde studie). Deze ambitieuze verwachtingen maken deel uit van het Maintenance Management Master Plan, dat onlangs gestart werd en waarvoor een tijdspanne van vier jaar wordt voorzien. “De professionalisering van het beheer is zeer belangrijk”, bevestigt Frédéric Deleuze, onderhouds verantwoordelijke van de fabriek van Lixhe. Het Master Plan bevat verscheidene werkrichtlijnen, waaronder een systematische en diepgaande analyse van storingen, een preventief onderhoudsbeleid, een actief beheer van reserveonderdelen en van onderaanbesteding of een nog betere werkplanning. Tegelijkertijd voert Lixhe de onderhoudsmodule in van het SAP- systeem (softwareprogramma van geïntegreerd beheer) en voorziet een maatstaf van haar resultaten aan de hand van sleutelindicatoren. Het grote onderhoud van de oven, dat afgelopen februari en maart gerealiseerd werd, paste al in het kader van deze strategie om het beheer te optimaliseren en de kosten te verminderen. (lees artikel pagina 10). “Wij werken samen met de consultant ABB aan dit project, vermeldt Frédéric. Het is een win-win associatie want hij zal afhankelijk van het resultaten terugbetaald worden. CBR zal hem immers een deel van de financiële winst toekennen die voortkomt uit de kostenvermindering.”
Nieuw: cement in zakken van 10 kilo
Lixhe: verlengen van de ISO certificeringen
De invoering van zakken van 10 kilo op de Belgische markt in april 2007 is het resultaat van een marketingstudie die door HC Benelux werd uitgevoerd. Ze past in het kader van het Customer Value Added-project dat erop gericht is om zo optimaal mogelijk te beantwoorden aan de wensen van onze klanten, segment per segment. Andere maatregelen volgen nog.
Sinds 2003 beschikt Lixhe over de ISO 14001 certificering (milieu). In 2006 werden externe follow-up audits uitgevoerd. Door de goede resultaten daarvan werd de certificering van de fabriek verlengd. CBR Lixhe beschikt ook over de ISO 9001 (kwaliteit) en OHSAS 18001 (veiligheid) certificeringen.
Op 22 september aanstaande viert CBR Antoing haar twintigjarig bestaan. Een uitstekende gelegenheid om de fabriekspoorten open te zetten voor het grote publiek! In het kader van de Open Bedrijvendag verwelkomt CBR Lixhe op 7 oktober haar buurtbewoners en iedereen die de cementfabriek wenst te bezoeken. Iedereen is van harte welkom!
ENCI Maastricht: Flexibiliteit van de medewerkers Alle laad- en losactiviteiten van ENCI Maastricht worden door een tienkoppig team verzorgd. Het drukke scheepvaartverkeer op de Maas brengt de planning vaak in de war. Dat vergt veel flexibiliteit van de laders en de lossers, want de fabriek moet blijven draaien. Sinds 2004 worden alle laad- en losactiviteiten van ENCI Maastricht uitgevoerd door één team. Een tiental medewerkers laden en lossen alle bulkwagens en schepen die de Maastrichtse cementfabriek aandoen. Het losgestorte cement wordt vanuit Maastricht per schip of per vrachtwagen vervoerd naar de klanten. “Daarnaast maakt het laad- en losteam alle orders klaar voor verzending naar de klanten”, verklaart teamleider Nico Lahaye. Het team staat niet alleen in voor het laden. Ook de grondstoffen en de halffabrikaten die via de Maas arriveren, vallen onder de bevoegdheid van het team. Met twee kranen worden alle schepen gelost. Zowel het laden als het lossen is een hele klus: jaarlijks verlaat ongeveer 1,5 miljoen ton cement de fabriek en worden ongeveer 650.000 tot 700.000 ton grondstoffen en halffabrikaten geleverd via de Maas.
Jean-Christophe Hecq en de meeste leden van het CPBW (Joëlle Piedboeuf staat niet op de foto’s) op de terreinen van Longdoz met Frédérice Heuse, algemeen directeur van Ferrari Entreprise.
Verontreinigde gronden: het CPBW van Lixhe op de bouwplaats van Longdoz Het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) van CBR Lixhe heeft op 8 mei jongstleden een bezoek gebracht aan de terreinen van de voormalige walserijen van Longdoz, waar binnenkort het Luikse project ‘Médiacité’ van start gaat. Van de 100.000 ton met zware metalen (zink, lood, koper, ijzer) vervuilde grond die van het 6 ha grote terrein zijn afgegraven, heeft CBR er sinds medio 2006 al 20.000 verwerkt.
hij alle nuttige informatie over de traceerbaarheid van elk perceel afgegraven grond en over de controles die op verschillende niveaus worden uitgevoerd.
“De term ‘verontreinigde grond’ boezemt de mensen altijd angst in. Om beter te kunnen antwoorden op de vragen van het personeel met betrekking tot het gebruik van dit vervangproduct, en dan met name op de effecten ervan op de gezondheid van de arbeiders, hebben we de bouwplaats van Longdoz bezocht,” legt afgevaardigde van het CPBW Robert Benjamin uit. Samen met zijn collega’s Joëlle Piedboeuf, Marc Gilson, Michaël Prévot en Jean-Pierre Timmers kreeg
“We hebben tijdens ons bezoek een ontmoeting gehad met de leiders van het bedrijf dat instond voor de sanering van de terreinen (Ferrari Enterprises uit Herstal),” legt Marc Gilson uit. “Doordat we de plek hebben bezocht en hebben kunnen spreken met de verantwoordelijken, hebben we een veel duidelijker en concreter zicht gekregen op de zaken.”
Dagelijkse aanpassing
“Het opstellen van een laad- en losplanning is lang niet eenvoudig”, verklaart Nico. “Elke dag duiken er wel nieuwe verrassingen op. Door de drukke scheepvaart op de Maas en de bijhorende files aan de sluizen, arriveren schepen vaak veel later dan verwacht. Dat betekent dat de planning volledig omgegooid moet worden. Dit vergt dan ook de nodige flexibiliteit van de medewerkers.” Anderzijds is een soepele doorstroming van de orders en de grondstoffen van een cruciaal belang. “Hoewel de planning continu wijzigt, wordt samen met het productiebureau een weekplanning opgesteld. Dat is niet alleen nodig om de aan- en afvoer van de goederen en de grondstoffen te garanderen, maar ook om de personeelsbezetting goed te kunnen inschatten.” De samensmelting van het laad- en losteam, enkele jaren geleden, leidde tot een inkrimping van het team. “Vandaag worden alle schepen en bulkwagens geladen en gelost door 10 medewerkers die in twee ploegen werken. Voordien waren dat er een 16-tal. Toch heeft die samensmelting veel voordelen. Wij streven er bijvoorbeeld naar om onze medewerkers multifunctioneel inzetbaar te maken. Als bijvoorbeeld een van de kraanmachinisten/machineoperators afwezig is, kan hij vervangen worden door een van de andere teamleden. Er werd ook gesleuteld aan de taken van de teamleden. Vroeger werden alle geloste schepen schoongeveegd, nu niet meer. Als er handen tekort zijn, schakelen we tijdelijke medewerkers in”, vertelt Nico Lahaye.
Een nieuw proeforganisatie
Bovendien loopt er sinds kort een nieuw proefproject binnen het laad- en losteam. “Tot voor enkele maanden waren er twee teamleiders, één voor de vroege shift en één voor de late. Maar mijn collega-teamleider stapte onlangs over naar een andere functie binnen ENCI Maastricht. Bij wijze van proef leid ik nu beide ploegen overdag”, aldus Nico.
13
Tertiaire Brandstoffen Installatie bij ENCI Maastricht: Slimme oplossing voor inzet reststoffen Pal naast de Secundaire Brandstoffen Installatie (SBI) staat bij ENCI Maastricht sinds eind vorig jaar een derde brandstoffeninstallatie waar per uur 1.000 kg papierslib (een restproduct van papierfabrikant Sappi) wordt gedoseerd op de oven.
CEMENT
Derde brandstoffendosering noodzakelijk
“In de SBI worden alternatieve brandstoffen door de leveranciers gelost en vervolgens gedoseerd op de oven”, legt Peter Slangen, Teamleider Dagdienst Productie, uit. “Op een gegeven moment diende zich vanuit de markt een nieuwe brandstof aan: PPDF, een mengsel van papier en plastic. Hierdoor was er voor de reeds bestaande brand stof papierslib geen ruimte meer in de SBI. We hadden dus behoefte aan een derde dosering.”
Goedkope oplossing
Uit kostenoverwegingen is ENCI op zoek gegaan naar een slimme oplossing. “Bij een zandwinningbedrijf namen we tegen geringe kosten een stalen silo met een inhoud van 50 kubieke meter over”, vervolgt Peter. “We hebben een betonnen
kelder gerealiseerd waar we de silo in hebben geplaatst. De leverancier lost het materiaal hier rechtstreeks in. Via een doseerschroef die zich onderin bevindt, wordt het materiaal getransporteerd naar de branderbuis die vervolgens naar de oven gaat.”
Efficiënte bouw onder de grond Enci heeft er bewust voor gekozen om de silo ónder de grond te plaatsen. “De silo is vijf meter hoog,” licht Peter toe. “Hadden we ‘m geplaatst bóven de branderbuis van de SBI naar de oven, dan had een laadschop het materiaal eerst uit de vrachtwagen van de leverancier moeten halen om het vervolgens in de silo te lossen. We hebben de silo daarom onder de grond geplaatst. De vrachtwagen kan het materiaal er nu rechtstreeks in kiepen. Dat bespaart ons de extra handeling met de laadschop.”
“We hebben creatief gezocht naar een efficiënte oplossing en beschikken nu over een installatie die naar tevredenheid functioneert”, sluit Peter af. Eén van de kernpunten van het beleid van Duurzame Ontwikkeling van ENCI is de inzet van alternatieve brandstoffen (ofwel reststoffen). Hierdoor bespaart ENCI op fossiele brandstoffen zoals aardgas en bruinkool en werkt zij mee aan de vermindering van de uitstoot van CO2. Voor uw beeldvorming: het aandeel alternatieve brandstoffen in de warmtevoorziening van de oven bedraagt bij ENCI op dit moment maar liefst 92 %.
Een goed voorbeeld van de pijler ‘integratie’ van onze Visie 2008. Medio april heeft één van de productieteams van ENCI Maastricht een bezoek gebracht aan het enkele kilometers verder gelegen CBR Lixhe.
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Eugène Menten, procesoperator in Maastricht: “We wilden al een hele tijd de fabriek in Lixhe bezoeken. Met wat hulp van de plantmanagers Theo Goossens en Benoît Gastout is het er op 11 april gelukkig eindelijk van gekomen.
14
Met z’n negenen togen we ’s ochtends naar Lixhe waar we werden verwelkomd door Michel Simons en Henri Krawinkel. Zij hebben ons een mooie rondleiding gegeven met een duidelijke uitleg over het proces en hun oven. Ook zijn we naar de hoogste etage van de cyclonentoren geklommen waar we een mooie indruk kregen van het hele fabrieksterrein. Daarna bezochten we het hart van de plant: de bedieningsruimte. De rust in deze zaal en de uitstraling hebben erg veel indruk op ons gemaakt. Na afloop hebben we nog gesproken met Benoît Gastout die vereerd was met een bezoek van een productieteam van ENCI. We vonden het unaniem een geslaagd bezoek.”
Het gebruik van alternatieve brand- en grondstoffen optimaliseren CBR streeft ernaar fossiele brandstoffen zoveel mogelijk te vervangen door alternatieve brandstoffen. Dit is niet alleen milieuvriendelijk maar ook kostenbesparend. Om het gebruik van alternatieve brand- en grondstoffen te optimaliseren, heeft CBR een beleid ontwikkeld voor de inzet van industrieel afval. “Dit beleid is gebaseerd op een intensieve samenwerking tussen verschillende industrieën. Het afval en de restproducten van de ene industrie worden hergebruikt als grondstof door de andere industrie. Wij streven hierbij naar nul afval”, vertelt Caroline Ladang, purchase manager fuels and raw materials. In de vestiging van Lixhe zijn een aantal investeringen goedgekeurd om de oven te laten draaien op alternatieve brandstof zoals onder meer diermeel, geïmpregneerd zaagsel, plastic en slib van waterzuiveringstations. “Het gaat vooral om investeringen in de dosering van het materiaal. Een cementoven vergt immers de toevoer van fijn materiaal dat snel een hoge temperatuur bereikt.” In de vestigingen van Antoing en Harmignies werden proefprojecten opgestart. “De vraag naar alternatieve brandstof overtreft langzamerhand het aanbod. Om de toevoer van alternatieve brand- en grondstoffen ook in de toekomst te verzekeren, sluiten we langetermijncontracten af met leveranciers”, aldus Caroline.
Lixhe krijgt een nieuw hoofdverdeelstation Een van de twee hoofdverdeelstation van Lixhe beantwoordt niet meer aan de geldende veiligheids-normen en is vervangen door een volledig nieuwe elektrische installatie. CBR Lixhe heeft een deel van het materiaal rechtstreeks aangekocht en heeft voor de installatie van het nieuwe station een contract afgesloten met het Waalse bedrijf Collignon. De totale investering voor het project bedraagt € 1,9 miljoen. Het verschil tussen de twee installaties is enorm! Mathieu Schiepers, de oudste elektricien van Lixhe, werpt een bewonderende blik op het nieuwe hoofdverdeelstation, dat is uitgerust met afgeschermde Schneider-panelen. Om ook zijn schouders onder het hele project te zetten, heeft hij zijn prepensioen met enkele maanden uitgesteld. “Bij storingen is de toegang tot de massa elektrische kabels die onder de installatie lopen veel eenvoudiger geworden. Vroeger moest je werkelijk onder de hele apparatuur kruipen”, voegt de man met het scherpe oog er nog aan toe. Later zal het oude hoofdverdeelstation worden ontmanteld.
Lixhe bevoorraad door een enorme laadschop Afgelopen februari verwelkom de de groeve van Romont die de fabriek van Lixhe bevoor raadt, een enorme machine: een Terex RH 120 laadschop. Deze nieuwe machine weegt in totaal 283 ton en heeft een laadcapaciteit van 13,5 m³. De laadschop is beter aange past aan het vervoer van de groeve en werd aangekocht in samenwerking met de afdeling Purchasing van de Heidelberg Cement Groep.
“De vervanging van het hoofdverdeelstation dat stroom leverde aan CBR1 is de eerste fase in ons project”, vertelt Plant Engineer Jean-Philippe Gobiet. “In de tweede fase wordt de aanvoertransformator vervangen. Deze zal een vermogen hebben van 40MVA, een vereiste voor de goede werking van de productie-eenheid van de fabriek van Lixhe (momenteel is er voor CBR1 maar 20 MVA beschikbaar). We bestuderen momenteel met netbeheerder Elia ook de problematiek van de spanning, die 150 of 70 kilovolt kan bedragen. In het eerste geval zou de investering groter zijn, maar zouden de kosten voor verbruikte elektriciteit lager liggen. Hier zullen we dus een strategische keuze moeten maken.” Jean-Philippe Gobiet (witte helm) en Mathieu Schiepers (gele helm).
Focus op emissiebeperkingen CBR Gent werkt nauw samen met de plaatselijke milieuover heden. Dat vertaalt zich ook dit jaar in het behalen van het ‘Milieucharter certificaat Oost-Vlaanderen’. Het Milieucharter Oost-Vlaanderen is een project waarmee de Kamer van Koophandel Oost-Vlaanderen bedrijven wil aanzetten tot het opzetten of verder uitbouwen van specifieke milieuacties. “Zo tonen we aan dat we een milieubeleid voeren in samenspraak met de plaatselijke milieuoverheden”, zegt Peter Verstraeten, coördinator QSE. Jaarlijks formuleert het Milieucharter een aantal doelstellingen die door het bedrijf vertaald worden in concrete acties. Op het einde van elk actiejaar worden de milieuprestaties geëvalueerd door een commissie van onafhankelijke deskundigen. “Deelname is pas mogelijk wanneer de wettelijke milieueisen gerespecteerd worden. Met dit certificaat tonen we tevens aan dat we in het dagelijkse beheer en bij nieuwe investeringen een gepaste prioriteit geven aan de milieuaspecten.”
Dit jaar ligt de focus op emissie beperkingen bij het behandelen van grondstoffen en het energiebeheer. Vooral wat energiebeheer betreft, realiseert de Gentse cementfabriek al mooie resultaten. “In 2006 realiseerden we een energiebesparing die het equivalent is van wat 315 gezinnen jaarlijks aan stroom verbruiken. Ook het personeel komt regelmatig met allerlei besparingsideeën aanzetten. De vele bewustwordingscampagnes beginnen met andere woorden hun vruchten af te werpen”, merkt Peter op.
15
Werelwijd de grootste producent van aggregaten Begin mei 2007 maakte het directiecomité van HeidelbergCement een vriendelijk overnamebod op Hanson bekend.
Flash Info, nieuw communicatiemiddel voor HC Benelux Flash Info, een nieuw communicatiemiddel dat bestemd is voor alle medewerkers van HeidelbergCement Benelux, zal iedere maand worden opgehangen aan de prikborden van onze zeven cementfabrieken, 64 betoncentrales en Carrières Lemay. In Heidelberg werd onlangs een project opgestart dat meer kwantitatieve informatie wil brengen in onze productiecentra. HC Benelux volgt dit initiatief want het biedt aan onze medewerkers de mogelijkheid om het functioneren van hun fabriek van dichterbij te kunnen volgen.
KPI – prestatie-indicator
De prestatie-indicatoren (in het Engels: ‘Key Performance Indicators’) van onze 7 cementfabrieken zullen elke maand op de prikborden van de fabrieken gepubliceerd worden, maar ook op Unite (Unite/HC Benelux/Departments /Communi-
cations /Flashinfo Benelux + KPIs Cement Plants). In de vorm van een grafiek is een prestatie-indicator een instrument waarmee de werking en de prestatie van een nauwkeurig weergegeven parameter gemeten wordt (bijvoorbeeld: arbeidsongevallen, percentage alternatieve brandstoffen en cementproductie).
Veiligheid en gezondheid op het werk
De Britse groep heeft zo’n 26.000 personen in dienst en is actief in vijftien landen, voornamelijk in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. De overname zal waarschijnlijk in het 3de kwartaal van 2007 door de mededingingsautoriteiten worden goedgekeurd. Tezamen zullen HeidelbergCement en Hanson wereldwijd de grootste producent worden van aggregaten, de tweede grootste van beton en de vierde grootste van cement.
In Nederland is Hanson actief op het gebied van beton met betoncentrales in Amsterdam, Nieuwegein en Zwijndrecht. In Amsterdam is Hanson bovendien actief op het gebied van zeeaggregaten. In België zijn er vergelijkbare activiteiten onder de naam van Hanson Aggregates Belgium (productie van beton en zeeaggregaten) met vestigingen in Vlaanderen (Oostende, Brugge, Zeebrugge en Kalo).
HeidelbergCement zal door deze overname een onderneming worden met een omzet van ongeveer 15 miljard euro en zal meer dan 70.000 werknemers in dienst hebben.
Het QSE Handboek voor iedereen beschikbaar Kwaliteit, Veiligheid en Milieu (Quality, Safety, Environment) zijn drie hoofdlijnen van de Visie 2008 van HC Benelux. Ons QSE Managementsysteem wil een competitief kwaliteitsniveau bereiken om betrouwbare veiligheidszorg en een duurzame ontwikkeling inzake milieu te garanderen, waarbij steeds rekening gehouden wordt met onze strategie van leadership, zowel in kosten als op de markt van de Benelux. Onlangs kort werd het QSE Handboek gepubliceerd waarin deze aspec ten in detail uitgelegd worden.
NUM. 5 - AUGUSTUS-SEPTEMBER 2007
Dit handboek kun je downloaden via Unite HC Benelux.
16
Een nieuw betalingssysteem voor België Enige tijd geleden heeft de HeidelbergCement Groep het beleid voor gezondheid en veiligheid op het werk gepubliceerd. De toepassing van dit beleid moet resulteren in een forse verbetering van de veiligheid op de werkplek. Aan de hand van de Kritische Prestatie-Indicatoren (KPI’s), wordt maandelijks het aantal arbeidsongevallen bij onze werknemers gemeten. De KPI’s verschijnen, zoals jullie wellicht weten, zowel op Unite als op de prikborden in de fabrieken. Op basis van deze resultaten stelt het Directiecomité van HeidelbergCement Benelux vervolgens actieplannen op om de prestaties op het gebied van gezondheid en veiligheid te verbeteren.
5 mei jongstleden werd gekenmerkt door de kick-off meeting van de salarisadministraties om het betalingssysteem van België te vervangen. Voor de eer ste keer kwamen de medewerkers aan dit project (de IT en financiële afdeling, Human Resources, Inter-Beton, Gralex en Carrières Lemay) samen.