ING Economisch Bureau Oktober 2011
Grondverzetmachines Ontwikkelingen en uitdagingen op de grondverzetmarkt
Colofon
Auteur ING Economisch Bureau Henk van den Brink 020 563 95 06 Redactie ING Lease Nederland Rinus Visser Jeroen Wagenmakers Cécile van der Paauw
020 576 38 14 020 576 38 15 020 576 38 72
ING Corporate Clients Zsuzsanna Fekete 020 652 30 37 ING Business Banking Jan van der Doelen 020 652 20 14 ING Economisch Bureau Marcel Peek Opmaak/druk Papyrus B.V., Diemen 1e druk De tekst is afgesloten op 11 oktober 2011
Grondverzetmachines Oktober 2011 2
Inhoud
Voorwoord 4 Samenvatting en conclusies 5 Inleiding 7 1. 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.3
Grondverzetmachines 8 Inleiding 8 Typen grondverzetmachines 8 Graafmachines 8 Wielladers 9 Dumpers 9 Bulldozers 9 Technische en economische eigenschappen en ontwikkelingen 10
2. 2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4 2.3.5 2.3.6 2.4 2.4.1 2.4.2
De Nederlandse markt voor grondverzetmachines 12 Inleiding 12 Ontwikkeling bouwproductie in 2011 en 2012 12 De markt voor nieuwe grondverzetmachines 13 Marktomvang 13 Leveranciers van grondverzetmachines 13 Afnemers van grondverzetmachines 15 Marktontwikkelingen: ook afzet in 2011 en 2012 valt tegen 17 Crisis leidt tot oprekken economische levensduur 18 Conclusie: in 2013 weer bevredigende groeicijfers, pas vanaf 2015 weer normale afzetniveaus 19 De tweedehands markt van grondverzetmachines 19 Marktomvang 19 Ontwikkelingen in de tweedehands markt 19
3. 3.1 3.2 3.3
Kansen en bedreigingen voor de markt voor grondverzetmachines 21 Inleiding 21 Kansen 21 Bedreigingen 22
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Visie op de Nederlandse leasemarkt voor grondverzetmachines 24 Inleiding 24 Lease als financieringsinstrument 24 Lease in de grondverzetmarkt 25 Spelers op de leasemarkt 25 Trends en ontwikkelingen 25
Bijlage 1 Overzicht gesprekspartners en geraadpleegde bronnen 27
Grondverzetmachines Oktober 2011 3
Voorwoord
ING Lease Nederland is er op gericht haar kennis van objecten en markten blijvend te verbreden en te verdiepen. De wens om de dienstverlening te optimaliseren, onder andere door de bundeling van object- en branchekennis, ligt ten grondslag aan deze studie over grondverzetmachines. Deze studie is gerealiseerd in nauwe samenwerking tussen ING Lease Nederland en het ING Economisch Bureau. Het rapport zet de technische en economische eigenschappen voor met name grote graafmachines en wielladers op een rij. Ook worden de marktontwikkelingen en de kansen en bedreigingen voor de gebruikers en handelaren in nieuwe en tweedehands grondverzetmachines in kaart gebracht.
Ook wordt de lezer een visie geboden op de Nederlandse leasemarkt voor grondverzetmachines. Daarmee bevat de studie informatie die naar onze verwachting interessant kan zijn voor marktpartijen, maar ook brancheorganisaties en andere belanghebbenden/geïnteresseerden in de wereld van grondverzet en de grond-, weg- en waterbouw. Met al deze gebundelde knowhow kunnen leaseoplossingen geboden worden die daadwerkelijk het predicaat ‘objectfinanciering’ verdienen. Wij danken alle gesprekspartners voor hun professionele bijdrage aan de totstandkoming van deze studie. Wij wensen u veel leesplezier en goede zaken!
Grondverzetmachines Oktober 2011 4
Samenvatting en conclusies
Grondverzetmachines gaan vijf jaar mee De marktsamenstelling voor grondverzetmachines is bovenal versnipperd. Het is onduidelijk hoeveel bedrijven er precies zijn die gebruikmaken van grondverzetmachines. De omvang van het totale Nederlandse grondverzetmachinepark is naar schatting circa 50.000, waarvan 40% tot de grotere machines behoort: graafmachines zwaarder dan zes en wielladers zwaarder dan acht ton. De aanschaf van een nieuwe grondverzetmachine kost gemiddeld € 100.000 tot € 250.000. Grondverzetmachines draaien gemiddeld ruim 1.500 uur per jaar. Na een gebruiksperiode van meestal vijf jaar, dus na ongeveer 8.000 tot 10.000 draaiuren, wordt het bedrijfseconomische risico te groot en wordt geïnvesteerd in de aanschaf van nieuwe grondverzetmachines. De oude machine gaat de tweedehands markt op en daar moet deze gemiddeld 30% van de aanschafwaarde kunnen opbrengen. De meeste machines worden geëxporteerd. Machines die in vijf jaar 8.000 uur draaien, hebben 25 tot 30% restwaarde. Na twee jaar is dat gemiddeld 50%. De schroot- of restwaarde is veelal 10-15%. Concurrentie voor top 4 van producenten neemt mondjesmaat toe Bij de producenten is er een hele reeks grote en kleinere spelers. De top 4 (gemeten naar marktaandeel) bestaat uit Caterpillar, Hitachi, Komatsu en Volvo. De Koreaanse merken Doosan en Hyundai zijn in opkomst, dankzij een goede prijs-kwaliteitverhouding. De importeurs en dealers van de top 4 merken gaan de strijd met hen aan door het aanbieden van een totaalconcept rond de grondverzetmachines: betere service en financieringsmogelijkheden en daarnaast een hogere betrouwbaarheid, meer comfort en een breder assortiment van ook andere soorten bouwmachines. Van Chinese fabrikanten valt vanwege kwalitatieve achterstanden en een ontoereikend servicenetwerk pas op langere termijn meer concurrentie te verwachten. De grote internationale merken worden over het algemeen geïmporteerd door vaste importeurs. De belangrijkste gebruikers van grondverzetmachines zijn bedrijven die actief zijn in de grond-, weg- en waterbouw (GWW), aannemers en onderaannemers, verhuurbedrijven van onbemand grondverzetmaterieel en loonbedrijven. GWW-sector bepalend voor markt grondverzetmachines Grondverzet is hoofdzakelijk gerelateerd aan de werkzaamheden in de GWW, ook wel genoemd de infrasector. Het door ING Economisch Bureau voor 2011 verwachte geringe herstel van de bouwproductie in de infrasector (hooguit 3%) is kortstondig. In 2012 zakt het herstel van de GWW-productie terug tot hooguit 1%. Dit betekent ook dat de markt voor grondverzetmachines voorlopig nog niet stevig aantrekt. Technologische en milieuontwikkelingen hebben een weliswaar veel minder grote invloed op de markt voor grondverzetmachines dan de bouwproductie, maar ze nemen wel in belang toe.
Grondverzetmachines Oktober 2011 5
Ook 2011 en 2012 tegenvallende jaren voor afzet grondverzetmachines… In 2010 werden er circa 1.200 nieuwe grote grondverzetmachines verkocht. In het topjaar 2007 waren dat er bijna 5.000. In 2008 en 2009 gezamenlijk ging bijna driekwart van de Europese afzet verloren. Ook al kende de afzet van grondverzetmachines in Nederland een kleine opleving in de tweede helft van 2010 en het eerste kwartaal van 2011, de markt voor grondverzetmachines zal dit jaar geen beter jaar worden dan vorig jaar. In 2012 volgt naar verwachting zelfs een verdere daling van de afzetniveaus van grote grondverzetmachines. …en uiteindelijk pas in 2015 weer normale afzetniveaus De investeringsniveaus in nieuw grondverzetmaterieel zullen pas vanaf 2013 langzaam maar zeker weer gaan toenemen. In 2013 en 2014 is de groei nog minimaal; pas op zijn vroegst in 2015 komen de groeicijfers weer op een redelijk niveau, dat wil zeggen circa 2.400 machines, een niveau dat gebruikelijk was in de periode 2000-2005, vóór de hausseperiode dus. Dit herstel is onvermijdelijk omdat de in de hoogtijperiode aangeschafte machines aan vervanging toe zijn en de economische levensduur niet verder kan worden opgerekt. De risico’s op tegenvallers in deze ramingen zijn groter dan de kans op meevallers. De bouwcrisis lijkt nog lang niet achter de rug en er zijn weinig positieve signalen. Voor de nieuw- en verbouwproductie in de infrasector raamt ING Economisch Bureau voor 2011 en 2012 minimale stijgingen van 2,5% en 0,5%, na een daling van ruim 15% in 2010. Crisis leidt tot oprekken economische levensduur… Een gevolg van de aanhoudende economische crisis is dat de economische levensduur van grondverzetmachines gemeten in jaren langer wordt. Er worden minder draaiuren gemaakt, dus ze kunnen langer mee, bijvoorbeeld zeven in plaats van vijf jaar. Het machinepark is momenteel nog altijd relatief jong vanwege de grootscheepse vervanging in de vette jaren (2006-2008). Daarnaast is het zo dat enkele factoren die bijdragen aan een doorgaans kortere economische levensduur dan in andere landen, zoals de sterke eigen inbreng van de machinist, meer en meer onder druk komen te staan. …en krappere tweedehands markt De omvang van het tweedehands Nederlandse park van grote grondverzetmachines wordt geschat op 5.000 machines. De markt voor gebruikt bouwmateriaal is momenteel krap vanwege het geringe aanbod van oud materiaal. Er is immers sinds 2009 sprake van een dip in het aantal gekochte nieuwe machines. Kansen… Er is vanwege de economische en bouwcrisis een rationalisatieslag geweest en daardoor zijn marktpartijen geneigd
op een professionelere manier de kosten en baten van grondverzetmachines door te rekenen. Kostenbesparing is momenteel crucialer dan ooit en vanuit dit oogpunt is de behoefte aan een snelle doorvoering van technologische innovaties groot. Voor de komende tien jaar biedt het inspelen op het thema duurzaamheid het meeste perspectief. Overheidsstimulering zal hierbij voor het nodige duwtje in de rug moeten zorgen. Die overheidssteun is er al op een ander vlak, namelijk in de prioriteit van het huidige kabinet in verbetering van de infrastructuur en dat is gunstig voor de markt voor grondverzetmachines. Voor importeurs liggen er nog kansen op het gebied van toegevoegde waarde creatie in de vorm van het aanbieden van serviceconcepten en voor gebruikers van grondverzetmachines in het aanbieden van capaciteitscontracten.
...bedreigingen… De krappe arbeidsmarkt voor technisch geschoold personeel vormt de grootste bedreiging voor de partijen die gebruikmaken van grondverzetmachines. Zeker nu de machines technologisch steeds geavanceerder worden en het werk steeds specialistischer wordt, is de beschikbaarheid van kwalitatief goed personeel essentieel. Dit geldt niet alleen voor monteurs, maar in toenemende mate ook voor machinisten. De verhoudingsgewijs hoge energieprijzen van dit moment en de verwachting van onder meer de ING dat deze niet snel en langdurig naar een veel lager niveau zullen zakken, zijn eveneens een negatieve impuls voor de kostenontwikkeling. Voor de iets langere termijn moet rekening worden gehouden met de concurrentie vanuit China. Chinese merken kennen nu nog niet de goede kwaliteit die andere merken hebben, maar lopen de achterstand snel in.
Grondverzetmachines Oktober 2011 6
…en druk op rendement dwingen ondernemers tot strategische keuzes… Op basis van het sombere marktbeeld en de genoemde kansen en bedreigingen is het voor eigenaren, gebruikers van en handelaren in grondverzetmachines een grote uitdaging om op een bedrijfseconomisch rendabele wijze te blijven opereren. Gebruikers van grondverzetmachines zijn “capaciteitsgebruikers”. Hoe kunnen zij zich blijven onderscheiden van hun concurrenten? Hoe kunnen zij steeds maar weer toegevoegde waarde creëren? Er zijn vele manieren om dergelijke vragen te beantwoorden. …vergroten kans op toename samenwerkingsverbanden in grondverzetland Het is niet onwaarschijnlijk dat één van de invullingen op genoemde uitdagingen is dat er meer langdurige allianties tussen eigenaren en gebruikers van grondverzetmachines worden gesloten. Ook is het niet ondenkbaar dat er allianties worden gesloten tussen handelaren of dat importeurs nauwer gaan samenwerken. Er zullen vanwege het sombere toekomstperspectief juist nu scherpe keuzes moeten worden gemaakt in de te voeren bedrijfsstrategie. …en zijn bovendien gunstig voor groei lease als financieringsvorm voor grondverzetmachines Genoemde kostenoverwegingen en onzekerheid over de toekomstige omzetontwikkelingen leiden tot uitstel van grote investeringen. Ook de bereidheid om kapitaalintensieve objecten aan te schaffen komt op een lager pitje te staan. De belangstelling voor en toepassing van lease in de Nederlandse grondverzetmarkt neemt hierdoor toe. Grote grondverzetmachines zijn ook prima geschikt voor leasing. De markt voor grondverzetmachines mag zich dan teleurstellend ontwikkelen, de vooruitzichten voor het leasen van grondverzetmachines in de Nederlandse grond-, weg- en waterbouwsector zijn uitstekend.
Inleiding
De wereld van het grondverzet is imposant. Grote graafmachines en wielladers domineren de bouwplaatsen en de locaties voor infrastructurele projecten in weg- en waterbouw. Grondverzet is een bedrijfstak die meebeweegt met de ontwikkelingen in de bouwnijverheid en dus grote pieken achter de rug heeft en die nu door een diep dal gaat. Tegelijkertijd staan er tal van uitdagingen voor de deur voor de grote verscheidenheid aan marktpartijen in grondverzetland: kansen in de vorm van technologische innovaties, die vaak ook te maken hebben met energiebesparing en andere doelstellingen van duurzaamheid, maar ook uitdagingen in de vorm van buitenlandse concurrentie en het binnenlandse personeelstekort. Redenen voldoende om hier een studie aan te wijden. In het bijzonder voor financiers is het interessant te vernemen wat de ontwikkelingen zijn wat betreft grondverzetmachines op technisch, economisch en commercieel gebied. Op die manier kan bij financieringsvragen een betere kansen risicoanalyse worden gemaakt.
Grondverzetmachines Oktober 2011 7
Dit rapport is gebaseerd op uitvoerige desk research, bestaande kennis binnen ING Nederland en diepte-interviews met diverse marktpartijen en brancheverenigingen. In dit rapport zijn markt, branche èn machines onderwerp van studie. Hoe ontwikkelt de grondverzetmarkt zich tegen de achtergrond van de bouwcrisis? Hoe gunstig of ongunstig is een en ander voor investeringen in de diverse typen machines en voertuigen? Hoe verlopen de waardeontwikkelingen? Hoe liggen de concurrentieverhoudingen tussen de spelers in de deelmarkten? Dit rapport is als volgt opgebouwd: Hoofdstuk 1: Grondverzetmachines Hoofdstuk 2: De Nederlandse markt voor grondverzetmachines Hoofdstuk 3: Kansen en bedreigingen voor de markt voor grondverzetmachines Hoofdstuk 4: Visie op de Nederlandse leasemarkt voor grondverzetmachines
1. Grondverzetmachines
1.1 Inleiding Dit hoofdstuk begint met een afbakening van de sector. Vervolgens worden de onderscheiden typen grondverzetmachines en hun eigenschappen besproken alsmede de belangrijkste ontwikkelingen per segment. In dit onderzoek ligt de focus op de Nederlandse markt voor groot grondverzetmaterieel. Het CBS onderscheidt subklasse 43.12, die - eventueel in combinatie met straat- en rioleringswerk - omvat1: • verplaatsen, egaliseren, ophogen, afgraven van grond • opruimen, bouwrijp maken van bouwterreinen na sloop • aanleg van drainage • grondwerk voor bouwrijp maken van terreinen, ruilverkaveling, ontginning en landaanwinning en –inrichting en • grondwerk voor aanleg van bossen, sportvelden, recreatieterreinen, groenvoorzieningen e.d. De belangrijkste twee segmenten binnen de grondverzetmachines zijn graafmachines en wielladers. In dit rapport ligt de nadruk op het grotere grondverzetmaterieel. De zogenoemde minigravers (met een gewicht van minder dan vijf ton), schrankladers2 en ander klein materieel blijven buiten beschouwing.
1
Deze klasse omvat niet: grondwerk overwegend voor de akkeren tuinbouw (01.61), werkzaamheden direct gericht op grind- of zandwinning (08.12), afgraven en verwijderen van verontreinigde grond (39.00), grondwerk voor het leggen van rioleringen en buizen (42.21), grondwerk voor het leggen van elektriciteitskabels (42.22) en aanleg en onderhoud van tuinen en gazons (81.30).
2
Een soort smalle shovel zonder gestuurde wielen, die gemakkelijk om zijn as kan draaien. In de bouw is de soortnaam schranklader vrijwel synoniem met de merknaam Bobcat. De meeste schrankladers hebben een tonnage tot 5 ton, hoewel er ook zwaardere soorten zijn.
In 2010 maakten de verkoopvolumes van grote graafmachines (gewicht meer dan 6 ton) en wielladers (gewicht meer dan 8 ton) ongeveer 40% uit van de totale verkopen. Gemeten in omzet was het aandeel van de grote grondverzetmachines ruim 75%. Graafmachines en wielladers vormen met 95% het leeuwendeel van de verkoop van het grote grondverzetmaterieel. In 2010 werden er in Nederland bijna 800 grote graafmachines en ruim 400 wielladers verkocht.3 Dumpers en bulldozers zijn twee categorieën van zwaar grondverzetmaterieel, die een dusdanig beperkt deel van de verkoop- en leasemarkt uitmaken (van beiden werden er ongeveer twintig verkocht), dat ze in beperkte mate ter sprake zullen komen. Daarnaast is er het grondverzet gerelateerd materieel, dat echter verder buiten beschouwing blijft. Voorbeelden hiervan zijn graaflaadcombinaties, zelfrijdende graders4, verreikers, ruwterrein heftrucks, asfaltafwerkmachines, kranen en machines die gebruikt worden voor op- en overslag van goederen.
1.2 Typen grondverzetmachines 1.2.1 Graafmachines Een graafmachine is een voertuig dat speciaal is uitgerust om te graven, maar kan ook terrein effenen en vrachtauto’s laden. De armen en bakken werken hydraulisch. Er wordt onderscheid gemaakt tussen rupsgraafmachines en graafmachines op banden. Voordelen van rupsgraafmachines zijn dat ze in mindere mate wegzakken en minder schade aanrichten aan de ondergrond. Vanwege de hogere stabi-
3
Bron: Off Highway Research Annual Review 2010 en interviews.
4
Bouwmachines met drie assen en een langwerpig blad om een vlak oppervlak te creëren.
Figuur 1.1 Aantal in 2010 door Nederlandse importeurs aan eindklanten verkochte grondverzetmachines, naar soort Afzet 2010 (aantal machines) 39
21 184
Omzet (in miljoen euro) 37 10 5
350
140
440 925
420
! Graafmachines op rupsen ! Graafmachines op banden ! Wielladers ! Wielladers (tot 8 ton) ! Minigravers (tot 6 ton) ! Dumpers ! Bulldozers ! Overig
600 Bron: Off Highway Research en interviews; bewerking ING Economisch Bureau
Grondverzetmachines Oktober 2011 8
69
60
150 130
liteit kan een hogere capaciteit worden bereikt. Ze worden dan ook vooral gebruikt op natte en zachte ondergronden. Er zijn rupsen in diverse breedtes, waardoor de druk per cm2 varieert. Graafmachines op banden worden vooral gebruikt op hardere ondergronden en voor verplaatsingen over relatief grote afstanden.
1.2.2 Wielladers De wiellader, shovel of laadschop is een voertuig op wielen met een laadbak, waardoor ook spullen opgetild kunnen worden. Wielen hebben als voordeel dat ze geen schade toebrengen aan bestrate wegen, maar als nadeel dat ze minder grip hebben. Er kunnen in de hefarm verschillende voorzetstukken gehangen worden, zoals een dichte bak, puinbak, palletvork, stenenklem, hijsmast, stenenrotor of veegbezem. Een wiellader kent meestal knikbesturing, waardoor deze zeer wendbaar is. Er zijn wielladers met een gewicht van 1.300 kg tot meer dan 200.000 kg. De hele zware typen worden in de mijnen gebruikt en in Nederland bijvoorbeeld in de ENCI-groeve bij Maastricht en voor overslag van kolen. Lichtere typen worden gebruikt in de bouw of bij bestrating.
Grondverzetmachines Oktober 2011 9
1.2.3 Dumpers Een dumper is een voertuig om grond en zwaar materiaal te verplaatsen over korte afstanden, doorgaans op bouwplaatsen met zware terreinomstandigheden. De grootste variant staat bekend als de knikdumper (zie foto). Voor grote bouwprojecten verdient de dumper de voorkeur boven een vrachtwagen met kipperbak, omdat de laatste soort geen ruwterreinvoertuig is. Dumpers worden vaak tijdelijk, maar dan in grote aantallen, gebruikt bij grote infrastructurele bouwprojecten zoals de aanleg van de Hoge Snelheids Lijn, de Maasvlakte of de Eemshaven. In 2010 werden naar schatting van Off Highway Research tien dumpers verkocht.
1.2.4 Bulldozers Een bulldozer is een zeer krachtige tractor op rupsbanden met een blad aan de voorkant. Het voertuig kan grote hoeveelheden zand verplaatsen en wordt gebruikt bij onder meer de aanleg van wegen, dijken en kanalen. In Nederland wordt dit type grondverzetmachine in vergelijking met andere landen weinig gebruikt en verhandeld. De vlaktes die in ons land geëgaliseerd moeten worden zijn immers een stuk kleiner dan elders in de wereld. In 2010 werden er volgens Off Highway Research ongeveer vijftien verkocht.
Tabel 1.1 Economische eigenschappen van grote grondverzetmachines
Kostprijs nieuw (in € 1.000) Technische levensduur (in jaren) Economische levensduur (in jaren)** Handelswaarde na 1 jaar Handelswaarde na 2 jaar Handelswaarde na 5 jaar Technologische ontwikkeling***
Graafmachines
Top 4 merken graafmachines*
Wielladers
Dumpers
100-700 10-15 5 65% 50% 20% G
100-700 10-15 5 80% 65% 30% V
100-700 10-15 5 65% 50% 20% G
100-700 10-15 5 75% 60% 20% G
* Caterpillar, Volvo, Komatsu, Hitachi: de merken waarvan de meeste grondverzetmachines worden afgezet ** gelijk aan gemiddeld 1.500 uur per jaar *** V: veel, G: gemiddeld, W: weinig
1.3 Technische en economische eigenschappen en ontwikkelingen Voor de belangrijkste twee onderscheiden typen grondverzetmachines - graafmachines en wielladers - blijken er (kleine) verschillen te zijn in de economische eigenschappen, zoals de economische levensduur en het waardeverloop. Hieronder worden eerst de termen levensduur en waardeverloop besproken en daarna samengevat in tabel 1.1. Ten slotte worden de belangrijkste onderscheidende kenmerken van grondverzetmachines op een rij gezet. Technische levensduur De technische levensduur is de periode dat een machine in staat is om productief te zijn. Voor grondverzetmachines is dit tien tot twaalf jaar en in uitzonderlijke gevallen vijftien jaar. Daarna is het object - althans naar westerse maatstaven - versleten. In ontwikkelingslanden beginnen grondverzetmachines daarna vaak nog aan een “tweede leven”. De zwaarste typen grondverzetmachines, die vrijwel alleen in de mijnbouw worden gebruikt, hebben een langere technische levensduur: twintig tot dertig jaar. Economische levensduur De economische levensduur van de machine is de tijd dat een ondernemer rendabel en competitief kan produceren met het object. Deze levensduur is vijf tot zeven jaar, veel korter dus dan de technische levensduur. De economische levensduur wordt bepaald door: • het aantal draaiuren • het soort werk dat wordt uitgevoerd • de handelswaarde • de omgeving waarin het object zich bevindt • de machinist en • hoe de machine wordt onderhouden.
Grondverzetmachines Oktober 2011 10
Waardeverloop grondverzetmachines Het aantal draaiuren in combinatie met het bouwjaar van de machine verklaart volgens marktpartijen 80% van het waardeverloop van grondverzetmachines. Daarnaast bepalen het 5-jaars criterium en waar de machine voor gebruikt is, de handelswaarde van een machine. In de haven draait een machine bijvoorbeeld volcontinu en staan er na twee jaar algauw 6.000 tot 6.500 uur op de teller. De handelswaarde zal dan al na twee jaar in plaats van vijf jaar tweederde deel zijn van de nieuwprijs. Afschrijvingsregimes verschillen weinig tussen de segmenten graafmachines, wielladers en dumpers. Grondverzetmachines draaien gemiddeld ruim 1.500 uur per jaar. Het aantal draaiuren kan verschillen per sector en regio: op lokaal niveau kunnen dat 1.200 draaiuren zijn en in de industrie 2.500. De meeste loonwerkers rekenen meestal met 1.600 tot 2.000 draaiuren (en vijf gebruiksjaren). Na een gebruiksperiode van meestal vijf jaar, dus na ongeveer 8.000 tot 10.000 draaiuren, wordt het bedrijfseconomische risico op een flexibele inzet, mankementen e.d. te groot en wordt geïnvesteerd in de aanschaf van nieuwe grondverzetmachines. De oude machine gaat de tweedehands markt op en daar moet deze gemiddeld 30% van de aanschafwaarde kunnen opbrengen. De meeste machines worden geëxporteerd, het restant gaat naar kleinere bouw- of agrarische bedrijven in Nederland. Deze kleinverbruikers hebben geen 1.500 uur, maar bijvoorbeeld slechts 500 uur capaciteit per jaar nodig. Machines die in vijf jaar 8.000 uur draaien hebben 25 tot 30% restwaarde. Na twee jaar is dat gemiddeld 50%. De schroot- of restwaarde is veelal 10-15%.
De aanschaf van een nieuwe grondverzetmachine kost gemiddeld € 100.000 tot € 250.000. De zwaardere, uitgebreidere types kosten € 500.000 tot € 700.000 en soms zelfs meer dan € 1 mln. Tot laatstgenoemde prijscategorie behoren echter vooral machines die niet in Nederland worden gebruikt, omdat ze zijn uitgerust voor gebruik in onder meer de mijnbouw. Deze zwaarste types gaan soms 20.000 uur mee. Een gouden regel is dat op de grotere (en duurdere) machines in de beginfase snellere en hogere afschrijvingen worden gedaan, maar dat nadien de afschrijvingsperiode langer voortduurt. Onderscheidende kenmerken De belangrijkste onderscheidende kenmerken van grondverzetmachines zijn: • de prijs-kwaliteitverhouding • de productiviteit (hoe hoger hoe beter) • het brandstofverbruik (hoe lager hoe beter) • de courantheid van het merk (hoe bekender het merk wereldwijd hoe beter de prijs op de tweedehandse markt) • de belasting voor bestuurder en milieu (hoe minder hoe beter) • het tracking & tracing systeem (hoe geavanceerder hoe beter) en • de snelheid waarmee onderhoud uitgevoerd kan worden (hoe sneller hoe beter).
Grondverzetmachines Oktober 2011 11
De kracht van een merk is cruciaal. Zo is er een duidelijk verschil in het verloop van de handelswaarde tussen de top 4 merken en een runner up als Doosan of andere merken. Een Doosan wordt bijvoorbeeld na twee jaar verkocht voor 50-60% terwijl de top vier deze prijzen pas na drie jaar heeft. De sterkte van een merk wordt behalve uiteraard door het product en de prijs bepaald door de verkoopkracht van de organisatie en “last but not least” door emotie. Dat emotie toch vaak de doorslaggevende factor is, blijkt uit het feit dat Samsung in Nederland nooit een groot merk was in grondverzetmachines tot Volvo de bouwmachinetak overnam en ze een top 4 speler werd.
2. De Nederlandse markt voor grondverzetmachines
2.1 Inleiding
2.2 Ontwikkeling bouwproductie in 2011 en 2012
Grondwerk is hoofdzakelijk gerelateerd aan de werkzaamheden in de grond-, weg- en waterbouw (infrasector). Technologische en milieuontwikkelingen hebben een weliswaar veel minder grote invloed dan de bouwproductie, maar ze nemen wel in belang toe (zie tabel 2.1). Het door ING Economisch Bureau voor 2011 verwachte geringe herstel van de bouwproductie in de infrasector (hooguit 3%) is kortstondig. In 2012 zakt het herstel van de GWW-productie terug tot hooguit 1%. Dit betekent ook dat de markt voor grondverzetmachines voorlopig nog niet stevig aantrekt.
De infrasector profiteerde in het eerste kwartaal van 2011 van het goede weer waardoor de omzet flink toenam. In het tweede kwartaal daalde de groei, waardoor het eerste halfjaar een omzetgroei liet zien van 6,4%. De omzetgroei was met 13,2% het sterkst bij de bouwers van (spoor)wegen en tunnels, geholpen door stimuleringsprogramma’s van de rijksoverheid (zie figuur 2.1). Het herstel bij buizen- en kabelleggers was in de eerste zes maanden van 2011 met 1,0% beperkt. In 2010 kregen zij een flinke krimp te verwerken. Deze was het gevolg van de dalende activiteiten in de B&U sector (woning- en utiliteits-
Tabel 2.1 Bepalende factoren voor de omvang van de markt voor grondverzetmachines Externe factor
Groei-indicatie 2011-2015
Verwacht effect op afzet grondverzetmachines
Groei bouwproductie (GWW)
minimale groei in 2011, stagnatie in 2012, daarna langzaam herstel Minder machinist- en milieubelastend Lager brandstofverbruik
eerst +, dan 0, dan weer +
Nieuwe technologie Milieubesef en -gedrag
+ ++
Figuur 2.1 Omzetontwikkeling deelsectoren infrasector, 2008 – 2011 H1 (% j.o.j.) 20% 15% 10% 5% 0% -5% -10% -15% -20% Bouw van wegen, spoorwegen, tunnels
! 2008 ! 2009 ! 2010 ! 2011 H1 Bron: ING Economisch Bureau, Kwartaalbericht Bouw, september 2011
Grondverzetmachines Oktober 2011 12
Buizen- en kabelleggers
Natte waterbouw en overige civieltechnische werken
Tabel 2.2 Ontwikkeling bouwproductie naar deelsectoren, 2010-2012 2010 2011* 2012* Woningbouw Nieuwbouw Verbouw Onderhoud Aantal woningen gereed Utiliteitsbouw Nieuwbouw Verbouw Onderhoud Infrasector Nieuwbouw & verbouw Onderhoud Totaal bouw
-14,3% -9,6% -1,0% 57.000
3,7% 3,0% 1,5% 60.000
-1,5% -0,5% 1,0% 58.000
-16,6% -8,3% -5,2%
2,3% 2,0% 1,0%
1,0% 1,0% 0,5%
-15,4% -3,8%
2,6% 3,0%
0,5% 1,5%
-11,6%
2,8%
0,0%
* Ramingen ING Economisch Bureau Bron: ING Economisch Bureau, Kwartaalbericht Bouw, september 2011
bouw) en het wegvallen van stimuleringsprojecten van vooral lagere overheden. Na de grote daling van de productie in de infrasector van 15% in 2010 en het sterke eerste halfjaar van 2011 verwacht ING Economisch Bureau voor de infrasector voor dit jaar een groei van 2,6% voor de nieuwbouw en 3% voor de onderhoudssector. Ook de toename van de algehele bouwproductie in de eerste helft van dit jaar was voornamelijk het gevolg van weerseffecten. Voor de tweede helft van dit jaar verwacht ING Economisch Bureau een lichte krimp voor de bouwpro-
Tabel 2.3 Kengetallen omzet in Nederland van grondverzetmachines, 2010 Grote grondTotaal verzetmachines Omvang machinepark Verkoopvolume Omzet nieuwverkoop (x € mln) Groeiperspectief korte termijn (++/+/0/-) Geschikt voor leasing (ja/beperkt) *
50.000 3.000
20.000 1.200
550
420
+
0
ja*
ja
Kleinere machines worden eerder contant of bancair gefinancierd dan geleast.
Grondverzetmachines Oktober 2011 13
ductie. Het afnemende vertrouwen bij consumenten door de schuldencrisis maakt potentiële huizenkopers onzeker waardoor zij de aankoop van een nieuwbouwwoning uitstellen. Een afzwakkende groei van de economie kan daarbij investeringen in nieuwe bedrijfspanden op een lager pitje zetten. Beide factoren zullen een drukkend effect hebben op de bouwproductie. Per saldo komt de groei van de bouwproductie in 2011 daarmee uit op 2,8%. Het ondernemersvertrouwen in de bouw is nog steeds flink negatief en heeft zich sinds het dieptepunt halverwege 2009 slechts beperkt hersteld. De gematigdere economische vooruitzichten resulteren voor 2012 in een verwachte nulgroei (zie tabel 2.2).
2.3 De markt voor nieuwe grondverzetmachines 2.3.1 Marktomvang De markt voor grondverzetmachines is bovenal versnipperd. Het is onduidelijk hoeveel bedrijven er precies zijn die gebruikmaken van grondverzetmachines. Er zijn bijvoorbeeld grote bouw- en sloopbedrijven die jaarlijks nieuwe machines aanschaffen en dus over een hele vloot beschikken, loonwerkers die eens in de zoveel jaren een nieuwe of tweedehands machine aanschaffen, maar ook agrariërs die nog ergens een gebruiksklare al lang afgeschreven, maar nog wel werkende graafmachine hebben staan. De omvang van het totale Nederlandse grondverzetmachinepark bedraagt naar schatting circa 50.000, waarvan 40% tot de grotere machines behoort. Hiertoe worden graafmachines gerekend met een gewicht van zes ton en wielladers met een gewicht van acht ton of meer. In 2010 werden er circa 1.200 nieuwe grote grondverzetmachines verkocht. In het topjaar 2007 waren dat er bijna 5.000. Inclusief de kleinere types werden er 7.500 grondverzetmachines verkocht en in Europa volgens de CECE ongeveer 220.000. In 2008 en 2009 tezamen ging bijna driekwart van de Europese afzet verloren. Vooral 2009 was een rampjaar voor de handelaren in grondverzetmachines.
2.3.2 Leveranciers van grondverzetmachines Producenten In het segment graafmachines is er een hele reeks grote en kleinere spelers. Hoewel elke producent zijn eigen specialismen heeft, is de concurrentie hevig. Er is in Nederland een duidelijke top 4 van graafmachineproducenten: Caterpillar, Hitachi, Komatsu en Volvo. De volgorde van de top 4 is bij graafmachines en wielladers verschillend. In het segment wielladers zijn er veel minder spelers en is Volvo leading (zie tabel 2.4). Net na de top 4 komt Liebherr, een merk met een sterk imago (vooral in kranen en overslagmachines) en een vergelijkbare kwaliteit.
Tabel 2.4 Top 4 merken grote grondverzetmachines in Nederland, naar marktaandeel Totaal
Marktaandeel NL
Graafmachines
Wielladers
1. Caterpillar 2. Volvo 3. Komatsu 4. Hitachi
20% 20% 15% 10%
1. Caterpillar 2. Hitachi 3. Komatsu 4. Volvo
1. Volvo 2. Komatsu 3. Hitachi 4. Caterpillar
Bron: interviews; bewerking ING Economisch Bureau
Bij de kleinere graafmachines zijn er andere partijen marktleider (Takeuchi en Kubota) dan bij de grote machines. Er is één kleine Nederlandse producent, Werklust. Grote internationale merken, maar in Nederland voor wat betreft het grote grondverzetmateriaal minder belangrijke partijen, zijn Case New Holland (grote speler op de agrarische markt) en Terex5. Wereldwijd zijn Caterpillar en Komatsu marktleider in grote grondverzetmachines, met allebei een aandeel van ongeveer 22%. De Europese verkoopvolumes van Komatsu vormen slechts 6% van de totale afzet. Case New Holland is nr. 3. Volvo is mondiaal gezien een kleinere marktpartij dan in Europa, want het telt veel minder productielocaties en is bijvoorbeeld niet vertegenwoordigd in Afrika en Australië. Sinds eind jaren negentig is er internationaal een flinke consolidatieslag geweest onder leveranciers van grondverzetmachines. Enkele voorbeelden zijn genoemd in box 2.1. Op nationale schaal is de recente fusie tussen Atlas-importeur Hans van Driel en Komatsu-importeur BIA mogelijk een voorbode van een nieuwe fase in het consolidatieproces. De Koreaanse merken Doosan en Hyundai zijn in opkomst en inmiddels uitgegroeid tot serieuze concurrenten op het gebied van graafmachines, vooral dankzij een goede prijskwaliteitverhouding: in kwalitatief opzicht zijn de Koreaanse graafmachines vrijwel gelijkwaardig aan de top 4, maar ze zijn duizenden tot enkele tienduizenden euro’s (bij de zwaarste types) goedkoper dan de topmerken. Bovendien hebben de Koreaanse merken volgens marktpartijen een vrij laag brandstofverbruik en is vooral Doosan ook tweedehands erg aantrekkelijk. Verbeterpunten zijn nog de naamsbekendheid in de markt en het servicemodel, met de bereikbaarheid van de dealers als prioriteit. Voor wielladers zijn deze merken in veel mindere mate concurrenten.
5
Terex is een conglomeraat dat diverse Duitse familiebedrijven heeft opgekocht.
Grondverzetmachines Oktober 2011 14
De importeurs en dealers van de top 4 merken gaan de strijd met de opkomende Koreaanse concurrentie volgens eigen zeggen aan door het aanbieden van een totaalconcept rond de grondverzetmachines. Dit bestaat uit een betere service en financieringsmogelijkheden en daarnaast een hogere betrouwbaarheid, meer comfort en een breder assortiment van ook andere soorten bouwmachines. Chinese fabrikanten van grondverzetmachines zijn internationaal al flink actief, vooral in Afrika. Maar ook in Nederland zijn er machines operationeel. De hoge Europese kwaliteitsstandaard is over een langere periode nog niet bewezen en het serviceapparaat veelal afwezig. Vast lijkt echter te staan dat er vroeg of laat veel meer machines naar Nederland zullen komen. Er zijn zeven tot acht grote merken, waaronder XCMG6, SANY 7, Yuchai8 en LiuGong 9. Importeurs De grote internationale merken worden over het algemeen geïmporteerd door vaste importeurs: Caterpillar door Pon Equipment (zie box 2.2) en Volvo door Kuiken Construction Equipment (zie box 2.3). Atlas-importeur Hans van Driel en Komatsu-importeur BIA zijn eind 2010 gefuseerd (zie box 2.4). Van de top 4 merken heeft alleen Hitachi geen eigen 6
De Xuzhou Construction Machinery Group werd opgericht in 1989 en is uitgegroeid tot grootste producent van bouwmachines in China en nr. 7 in de wereld.
7
Ook SANY werd opgericht in 1989. Het bedrijf behoort tot de Top 50 van grootste producenten van bouwmachines ter wereld. Begin 2009 werd een investering van € 100 mln aangekondigd voor een Duitse R&D- en productielocatie ten behoeve van de Europese markt. De Meerman Groep in Vlaardingen is sinds 2008 importeur van in China gebouwde SANY hydraulische rupsgraafmachines.
8
De Yuchai Machinery Group Company Ltd. is de grootste Chinese fabrikant van dieselmotoren voor vrachtwagens en een vooraanstaande exporteur van graafmachines. Yuchai graafmachines zijn relatief nieuw op de westerse markt, maar er is al een Europadekkend netwerk van distributeurs.
9
OBMtec uit Buitenpost vertegenwoordigt LiuGong grondverzetmachines in de Benelux en heeft het beheer over het onderdelencentrum voor Europa. LiuGong produceert al 50 jaar wielladers, rupsgraafmachines e.d. en is wereldwijd actief.
Box 2.1 Voorbeelden van internationale consolidatie in de keten • Het ooit grote Duitse merk Hanomag is sinds 2001 volledig geïntegreerd in Komatsu, met Caterpillar ’s werelds grootste producent van bouwmachines. • Fiat-dochter Case New Holland is voortgekomen uit de overname in 1999 van Case IH door New Holland (die een jaar eerder Orenstein & Koppel overnam). • Terex is met de overname van de Duitse familiebedrijven Schaeff, Fuchs en Demag kranen uitgegroeid tot een top 5 speler in de wereld. • De bouwmachinetak van het Zuid-Koreaanse Doosan komt voort uit het faillissement van Daewoo in 1999. Doosan nam in 2007 Bobcat over van Ingersoll Rand. • De bouwmachinetak van Samsung werd in 1998 overgenomen door Volvo Construction Equipment. • Ammann-Yanmar is een joint venture uit 1989 van het Zwitserse Ammann en het Franse Yanmar.
Box 2.2 Pon Equipment / Caterpillar Pon Equipment maakt deel uit van het familieconcern Pon. Sinds 1926 was Geveke en sinds 2003 is na een overname Pon Equipment exclusief importeur en dealer van Caterpillar grondverzetmachines en motoren in Nederland. Pon-Cat is ook de Deense, Noorse en Zweedse Cat dealer. Op het Almeerse hoofdkantoor van Pon-Cat (250 werknemers, waarvan de helft monteur) vinden ook de opbouw van nieuwe machines, het leverklaar maken en de service plaats. Er zijn ook servicevestigingen in Beilen, Arnhem, Valkenswaard en Moerdijk.
Box 2.3. Kuiken / Volvo Construction Equipment Kuiken is een Emmeloords familiebedrijf, ooit begonnen in de agrarische sector en sinds 1999 Benelux importeur van Volvo CE grondverzetmachines (dat in 1998 bouwmateriaaltak van Samsung overnam) en Sennebogen kranen. Vanuit de verwachte groeikansen in het segment recycling en slopen is recent Sandvik overgenomen.
Grondverzetmachines Oktober 2011 15
Box 2.4. BIA / Komatsu Het in 1902 in België opgerichte BIA is Benelux importeur van Komatsu. In 2004 werd importeur Doornbos overgenomen. Tot en met 1999 was Brinkman en Niemeijer importeur. In november 2010 vond een fusie plaats van BIA en Hans van Driel, dat al 60 jaar Atlas machines invoert en sinds de overname door Terex ook (kleinere) machines van dat merk.
importeur. Hitachi Construction Machinery Europe levert zelfstandig machines door heel Europa. Er zijn zelfs twee productielocaties in Nederland: in Oosterhout worden minigraafmachines tot 6 ton gemaakt en in Amsterdam middelgrote graafmachines tot 48 ton. De meeste importeurs beschikken over een landelijk dealernetwerk, maar de grotere grondverzetmachines worden ook rechtstreeks door de importeur aan de klant verkocht. Ook diverse andere merken kennen hun vaste importeurs (zie verder tabel 2.5). Producenten hebben veelal langdurige relaties met hun importeurs: Caterpillar sinds 1926, Atlas sinds 1951. De kleinere partijen JC Bamford (JCB) en Ahlmann importeren onder eigen naam. Hansan Bouwmachines is sinds het faillissement van Troost Bouwmachines in 2009 exclusief importeur van Case grondverzet- en industriemachines en het Belgische De Bruycker is dat voor de bouwmachines van New Holland. Leveranciers / handelaren Naast genoemde importeurs opereert in Nederland nog een hele reeks leveranciers, die veelal meerdere merken in het assortiment hebben. Enkele grote dealers zijn Staadegaard (o.a. Doosan) en De Kruif Machines (o.a. Bobcat). Ook handelaren die niet actief zijn in het segment bouwmachines, zoals leveranciers van landbouwmachines of mechanisatiebedrijven, kunnen overigens grondverzetmachines in hun assortiment hebben.
2.3.3 Afnemers van grondverzetmachines De gebruikers van grondverzetmachines zijn voornamelijk actief in de bouw. De vier belangrijkste gebruikerscategorieën zijn: 1) Bouwbedrijven, vooral die bedrijven die actief zijn in de grond-, weg- en waterbouw (GWW) c.q. infrasector. Er zijn negen bedrijven in Nederland met een omzet van minstens 1 mld euro: BAM, Volker Wessels, Heijmans, Boskalis, TBI, Van Oord, Strukton, Ballast Nedam en Dura Vermeer.
Tabel 2.5 Inventarisatie van merken grote grondverzetmachines en importeurs Merk
Concern
Nationaliteit
Importeur
Caterpillar Volvo Hitachi Komatsu Atlas / Terex Doosan Liebherr Ammann Case CE New Holland Hyundai Bell (dumpers) Kato SANY LiuGong Yuchai JCB Ahlmann Mecalac Ljungby ETEC Hidromek Werklust
Caterpillar Volvo Hitachi Komatsu Terex Doosan Liebherr Ammann-Yanmar Fiat / CNH Global Fiat / CNH Global Hyundai Bell Equipment Kato Works Sany Heavy Industry LiuGong Machinery Yuchai Machinery J.C. Bamford Excavators Mecalac Ahlmann Mecalac Ahlmann Ljungby Maskin ETEC Hidromek Werklust
V.S. Zweden Japan Japan Duitsland Zuid-Korea Duitsland Zwitserland V.S. V.S. Zuid-Korea Zuid-Afrika Japan China China China U.K. Duitsland Frankrijk Zweden Zuid-Korea Turkije Nederland
Pon Equipment Kuiken Hitachi BIA Hans van Driel Ro-Ad Wynmalen & Hausmann Wynmalen & Hausmann Hansan De Bruycker (België) Van der Spek Van der Spek Barend Kemp Meerman Sany OBMtec P. de Heus en Zonen J.C. Bamford Ahlmann Nederland Ahlmann Nederland Ljungby Maskin H.J. van Vliet B.V. H.J. van Vliet B.V. n.v.t.
2) De aannemers en onderaannemers die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de GWW-projecten (zie box 2.5 voor het voorbeeld over de Tweede Maasvlakte). Hoofdaannemers zijn meestal kapitaalkrachtig genoeg om grondverzetmaterieel te kopen en te financieren vanuit de cashflow of met bancaire financiering. Daarnaast maken ze gebruik van een flexibele schil van mensen en machines. Ze huren bemand materieel in bij onderaannemers, loonbedrijven en zzp’ers en onbemand materieel bij verhuurbedrijven. 3) Verhuurbedrijven van onbemand grondverzetmaterieel. Huurcontracten kunnen variëren van één dag (meestal voor kleinere machines) via één week (voor grotere machines) tot bijvoorbeeld vijf jaar (full operational lease). Importeurs zoals Pon, Kuiken en BIA hebben hun eigen verhuurtak: respectievelijk Rental Force, CE Verhuur en 2MAT. Andere importeurs zien verhuur vanouds als concurrentie voor de eigen klanten. Hitachi verhuurt bijvoorbeeld niet of nauwelijks. Onafhankelijke spelers in de verhuurmarkt zijn veelal aannemers- of handelsbedrijven die de verhuurtak als nevenactiviteit hebben: onder meer Abeko, Verhoeven
Grondverzetmachines Oktober 2011 16
Box 2.5 Tweede Maasvlakte Hoofdaannemer van het project “Maasvlakte 2” is PUMA (Projectorganisatie Uitbreiding Maasvlakte), een samenwerkingsverband van de GWW-bedrijven Boskalis en Van Oord en onderaannemers, zoals Jac Rijk. De laatste partij is als specialist voor het grondverzet betrokken bij de aanleg van de Tweede Maasvlakte.
/ Vereco, Leo Tol, Biemond & Van Pelt en Collé Sittard. Daarnaast beweegt een partij als Boels Rental zich ook in toenemende mate op de markt voor grondverzetmaterieel, inclusief graafmachines en wielladers van meer dan 15 ton. De machineverhuur is ondanks de economische crisis stabiel gebleven evenals de verhuurprijzen. Belangrijker wordt meestal geacht dat de bezettingsgraad op peil blijft. Consequentie hiervan is dat als er minder vraag is de machine moet worden verkocht, of de markt nou goed of slecht is.
4) Loonbedrijven. Dit type bedrijven is voortgekomen uit het agrarisch loonwerk. Het agrarische segment is echter steeds minder belangrijk geworden. Tien jaar geleden kwam volgens brancheorganisatie CUMELA 40% van de omzet van loonbedrijven uit agrarisch loonwerk en circa 30% uit puur grondverzet (graven en vervoeren), nu is dat andersom. De loonwerksector telt ongeveer 3.000 bedrijven, 30.000 medewerkers en boekt een omzet van bijna € 4 mld. De sector kent een hoog aandeel zzp’ers. Voor hen is een bancaire lening vaak geen haalbare kaart, maar objectfinanciering door leasemaatschappijen of captives10 wel.
Figuur 2.2 Aantal grondverzetbedrijven naar aantal werkzame personen
Naast bouwbedrijven zijn ook sloopbedrijven belangrijke afnemers van grondverzetmachines (zie box 2.6).
500
3000 2500 2000 1500 1000
0
Overige afnemers zijn de agrarische sector, de industrie, de logistieke sector (op- en overslag / laden en lossen) en natuurbeheer.
Box 2.6 Vink Het Barneveldse familiebedrijf Vink is een afvalondernemer (bergingscapaciteit 5 mln m3), met daarnaast onder meer een transportpoot en een aannemingsmaatschappij die grondwerkzaamheden uitvoert. Een nevenactiviteit is de handel in (gebruikte) machines en de verhuur hiervan. Vink beschikt over circa 100 grote voertuigen (categorie 10-100 ton) en 40 kleinere machines.
Uit figuur 2.2 blijkt dat in de periode 2006-2010 het aantal grondverzetbedrijven sterk is gestegen, met ruim 60% naar een aantal van 2.798. Hierbij rekent het CBS 81% tot de natuurlijke personen11: een indicatie voor de dominantie van de eenmanszaken in deze sector. Genoemde groei van het aantal bedrijven is voornamelijk het gevolg van de verdubbeling van het aantal eenmanszaken (van 900 naar 1.900). Daarnaast was er in deze periode sprake van schaalvergroting: het aantal bedrijven met 20 of meer werkzame personen nam met ruim 40% toe tot 123.
10 Een captive is een leasemaatschappij die aan een specifiek merk is verbonden, waarbij lease door de leverancier wordt ingezet als instrument om de verkoop van het merk te stimuleren. 11 Hiertoe rekent het CBS eenmanszaken, maatschappen, vennootschappen onder firma en commanditaire vennootschappen.
Grondverzetmachines Oktober 2011 17
2006
2007
2008
2009
2010
!1 !2 ! 3-5 ! 5-10 ! 10-20 Bron: CBS; bewerking ING Economisch Bureau
2.3.4 Marktontwikkelingen: ook afzet in 2011 en 2012 valt tegen De Nederlandse markt voor grondverzetmachines kende in 2007 en 2008 topjaren, met gemiddeld 5.000 verkochte grote machines per jaar (zie figuur 2.3). De recessie en de daaropvolgende bouwcrisis hebben echter een forse negatieve impact gehad op de grondverzetmarkt. De bouwcrisis is niet alleen diep, maar houdt ook langer aan dan eerder verwacht. Ook al kende in Nederland de afzet van grondverzetmachines een kleine opleving in de tweede helft van 2010 en het eerste kwartaal van 2011, de markt voor grondverzetmachines zal dit jaar geen beter jaar worden dan vorig jaar. In 2012 volgt naar verwachting zelfs een verdere daling van de afzetniveaus van grondverzetmachines. Daarna zal langzaam maar zeker het herstel inzetten. Dit herstel is onvermijdelijk omdat de in de hoogtijperiode aangeschafte machines aan vervanging toe zijn en de economische levensduur niet verder kan worden opgerekt. Het door de grote producenten in de afgelopen maanden gemelde omzetherstel is vooral te danken aan de afzetgroei in Azië, Afrika en het Midden-Oosten. Gevolg van de malaise in de bouwsector is dat de aankopen van grondverzetmaterieel door zowel grote als kleine partijen (zzp-ers) zijn uitgesteld. In 2009 was driekwart van de markt die er in 2007 nog was, verloren gegaan. Dit
Figuur 2.3 Ontwikkeling verkoopvolume grondverzetmachines in Nederland en Europa, 2000-2015 10000
250000
9000 8000
200000
7000 6000
150000
5000 4000
100000
3000 2000
50000
1000 0
0 2000
_ _ _
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Grote grondverzetmachines NL (linker as) Alle bouwmachines NL (linker as) Grondverzetmachines Europa (rechter as)
Bron: Off Highway Research, CECE, Caterpillar; bewerking en raming ING Economisch Bureau
gebeurde niet alleen in Nederland, ook in geheel Europa (zie figuur 2.3). In de periode 2009-2011 bedragen de verkopen gemiddeld slechts 2.800 per jaar, waarvan hooguit 1.100 grote machines. De in deze periode verkochte grondverzetmachines betreffen voornamelijk vervangingsaankopen. Gemiddeld is in deze periode bovendien slechts de helft van de weggevallen machines vervangen. Uit figuur 2.3 blijkt ook dat de ineenstorting van de afzet van grondverzetmachines in 2009 nog sterker was dan bij het totale aantal bouwmachines. Tot en met 2008 betrof 60 tot 65% van de aankopen van bouwmachines graafmachines op rupsen of banden of wielladers. In 2009 en 2010 halveerde dit tot één derde deel. De verwachting is dat dit aandeel weer langzaam oploopt tot ongeveer de helft van alle nieuw aangeschafte machines in 2015. Pas voor dat jaar verwacht ING Economisch Bureau dat de verkoopvolumes weer terug zijn op het peil van voor de hausse, een afzetniveau van bijna 2.400 grondverzetmachines. De risico’s op tegenvallers in deze ramingen zijn groter dan de kans op meevallers. De bouwcrisis lijkt nog lang niet
Grondverzetmachines Oktober 2011 18
achter de rug en er zijn weinig positieve signalen. Voor de nieuw- en verbouwproductie in de infrasector raamt ING Economisch Bureau in haar meest recente Kwartaalbericht Bouw voor 2011 en 2012 minimale stijgingen van 2,6% en 0,5%, na een daling van 15,4% in 2010. De verwachting voor de lange termijn is dat de vraag naar nieuw materiaal vooral sterk zal blijven stijgen in Azië en Afrika. De mondialisering van de afzet is een gunstige ontwikkeling voor de producenten. Daardoor kunnen grotere fabrikanten hun afzet beter spreiden. Voor bijvoorbeeld Dubai gold vanwege de hoge vraag nog niet zo lang geleden een levertijd van een jaar. Dankzij vraaguitval vanwege de bouwcrisis in andere delen van de wereld, kon die achterstand echter snel worden ingehaald.
2.3.5 Crisis leidt tot oprekken economische levensduur Een gevolg van de aanhoudende economische crisis is dat de economische levensduur van grondverzetmachines gemeten in jaren langer wordt. Er worden minder draaiuren gemaakt, dus ze kunnen langer mee. Sloopbedrijven zijn
bijvoorbeeld geconfronteerd met een forse afname van het volume aan sloopwerkzaamheden in de afgelopen jaren. Hierop kan worden ingesprongen door machines over een langere termijn af te schrijven. Daarnaast is het zo dat enkele factoren die bijdragen aan een doorgaans kortere economische levensduur dan in andere landen, meer en meer onder druk komen te staan. Nederlandse machinisten hebben een hele grote inbreng bij de keuze voor een machine, maar vinden machines die 8.000 draaiuren op de teller hebben oud en eisen bij noodzakelijke grote reparaties al gauw een nieuwe machine. Grote opdrachtgevers in de bouw vonden de uitstraling naar buiten toe van het nieuwste type grondverzetmachine ook al gauw een belangrijk argument om een machine te vervangen na 8.000 en niet na bijvoorbeeld 10.000 draaiuren. Financiering van de machine kwam in Nederland in het verleden wellicht ook goedkoper en gemakkelijker tot stand dan in andere landen. De bedrijfseconomische realiteit is echter inmiddels dusdanig veranderd dat kostenbeheersing nu de hoogste prioriteit heeft.
2.3.6 Conclusie: in 2013 weer bevredigende groeicijfers, pas vanaf 2015 weer normale afzetniveaus De ineenstorting van de markt in 2009 en 2010, die volgde op de hausse aan verkopen in 2007 en 2008, en het tegenvallende herstel in 2011 en 2012 zorgen - uitgaande van de gemiddelde economische levensduur van vijf tot zeven jaar - tot in 2013 voor een overcapaciteit van nieuwe ten opzichte van gebruikte grondverzetmachines. De investeringsniveaus in nieuw grondverzetmaterieel zullen dan ook pas vanaf 2013 langzaam maar zeker weer toenemen. In 2013 en 2014 is de groei nog minimaal, pas op zijn vroegst in 2015 komen de groeicijfers weer op een redelijk niveau. Zoals gezegd, verwacht ING Economisch Bureau pas voor 2015 dat de verkoopvolumes weer terug zijn op het peil van voor de hausse, een afzetniveau van bijna 2.400 grote grondverzetmachines.
2.4 De tweedehands markt van grondverzetmachines Er is een levendige handel in gebruikt grondverzetmaterieel van Nederland naar het buitenland, vanwege de goede staat van onderhoud en de daardoor hoge restwaarde van Nederlandse machines. Handelsbedrijven zoals Dekker BV zijn dan ook vooral gefocust op de internationale afzetmarkten (zie box 2.7). Er blijven maar weinig tweedehands machines in Nederland.
Box 2.7 Dekker BV Dekker BV in Geertruidenberg is een internationaal handelsbedrijf in grondverzetmateriaal, gestart in 1996. De machines worden voornamelijk opgekocht in het noordwestelijk deel van Europa en verkocht aan landen in Oost- en Zuid-Europa, het Midden-Oosten, Latijns-Amerika en Azië. 90% van de machines wordt geëxporteerd. Van de overige 10% wordt het merendeel aan andere Nederlandse handelaren verkocht. Dekker verkoopt 150 tot 200 machines per jaar.
2.4.1 Marktomvang De omvang van het tweedehands Nederlandse park van grote grondverzetmachines wordt geschat op 5.000 machines, een kwart van het machinepark. De totale omvang van het machinepark is 20.000 (zie tabel 2.3), de gemiddelde economische levensduur vijf jaar en het aantal verkochte machines in de periode 2006-2010 circa 15.000. Het aantal handelaren in Nederland bedraagt ongeveer 25. Ritchie Brothers is ‘s werelds grootste veilingbedrijf van grondverzetmachines en heeft een Nederlandse vestiging in Moerdijk.
2.4.2 Ontwikkelingen in de tweedehands markt Vraag Er zit nog voldoende ruimte in het vanwege de aanhoudende bouwcrisis noodzakelijke oprekken van de economische levensduur, bijvoorbeeld van vijf tot zeven jaar. Het machinepark is momenteel nog altijd relatief jong vanwege de grootscheepse vervanging in de vette jaren (2006-2008). Hierbij betrof het de aanschaf van de nieuwste, milieuvriendelijke machines, sterk gestimuleerd door de VAMIL regeling.12 Voor verkoop naar het buitenland worden de milieuvriendelijke applicaties van dergelijke machines vaak weer ontmanteld. Aan extra isolatie, roetfilters en de mogelijkheid tot het tanken van biobrandstof is in Afrika en Azië weinig behoefte, ook al omdat de milieuwetgeving ver achter loopt bij de Europese. Bovendien maken de kosten voor deze extra’s de machines te duur in onderhoud. Dit leidt tot een verschil tussen het standaardtype en de complexere machines. Komatsu speelt hier in de productiefase op in en produceert machines met CE keurmerk voor vooral de Europese markt en niet-CE machines voor buiten
12 Deze regeling maakt investeringen in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen fiscaal aantrekkelijker. Deze bedrijfsmiddelen kunnen willekeurig dan wel vrij worden afgeschreven waardoor een liquiditeit- en rentevoordeel ontstaat voor de ondernemer.
Grondverzetmachines Oktober 2011 19
Europa, bijvoorbeeld Afrika. Die machines zijn dan ook niet onderling uitwisselbaar. Zo gaan van de veelal vervuilde Afrikaanse brandstof de CE motoren kapot. De ingewikkelder milieuvriendelijker machines beschikken over de nieuwste elektronica en zijn (nog) minder interessant voor tweedehands handel naar het buitenland. De Tier 4 (of stage 3B) motor bijvoorbeeld, die nog meer geperfectioneerd is en nog schonere brandstof verbruikt, kan volgens marktpartijen op zijn vroegst in 2015 worden verhandeld naar de traditionele exportbestemmingen. Het is niet zo dat investeringen in nieuwe technologieën worden ingeperkt door de minder strenge milieueisen in niet-westerse landen. De vraag van de westerse afzetmarkt naar technologisch steeds geavanceerdere machines is daarvoor bepalend. Een opvallende constatering is dat marktpartijen Aziatische afnemers ervan verdenken de originele machines te demonteren en vervolgens na te maken. Voor de langere termijn is dit voor Nederlandse handelaren een vraagbeperkende factor. Aanbod De markt voor gebruikt materiaal is momenteel krap vanwege het geringe aanbod van oud materiaal. Er is immers sinds 2009 sprake van een dip in het aantal gekochte
Grondverzetmachines Oktober 2011 20
nieuwe machines. Nog niet zo lang geleden was het niet ongebruikelijk dat als er één nieuwe machine werd gekocht door bijvoorbeeld een aannemer er drie werden ingeruild. Er is sinds de crisis weliswaar meer geveild bij bijvoorbeeld Richie Brothers, ook vanwege faillissementen, maar de omzet blijft per saldo hetzelfde. De prijs is immers ook gedaald. Prijs De prijzen op de tweedehands markt worden vooral bepaald door de vraag vanuit het buitenland, met name Afrika, Azië en nu - vanwege de hogere prijzen - tijdelijk ook Australië. De verwachting in de markt is dat de vraag naar nieuw materiaal vooral sterk zal blijven stijgen in Azië en Afrika. Vanwege het structureel hogere aanbod van gebruikt materieel is dit ongunstig voor de prijsvorming van tweedehands grondverzetmachines. Bepalend voor de prijsvorming zijn naast merk en bouwjaar vooral het aantal draaiuren. Als het aantal draaiuren tussen de 12.000 en 13.000 (1.600-1.800 uren per jaar) ligt, kan de grondverzetmachine nog goed worden verkocht. Wanneer het aantal draaiuren nog hoger is, zijn alleen zwaardere machines (meer dan 20 ton) nog verkoopbaar. Opvallend is dat volgens één van de gesprekspartners de prijzen voor tweedehands grondverzetmaterieel in Azië mede worden bepaald door de kleuren van de machines. Als ze in Nederland overgespoten zijn in bedrijfskleuren zijn de machines in Azië minder waard.
3. Kansen en bedreigingen voor de markt voor grondverzetmachines
3.1 Inleiding De bouwsector en in navolging daarvan de leveranciers van grondverzetmachines beleven zware tijden. Wereldwijd lijkt het herstel ingezet, in Europa en ook Nederland komt het herstel nog nauwelijks van de grond en dreigt stagnatie van de verkoopvolumes in zowel 2011 als 2012. Leveranciers kunnen niet lijdzaam afwachten en zullen moeten inspelen op de kansen en bedreigingen die op ze afkomen. In dit hoofdstuk worden ze op een rij gezet en uitgewerkt.
3.2 Kansen 1. Groene technologische innovaties Onder invloed van steeds strengere milieueisen, zoals lagere CO2 emissienormen, worden diverse technologische innovaties geïntroduceerd. Zo heeft bijvoorbeeld Volvo onlangs grondverzetmachines met het nieuwste type motoren op de markt gebracht. Caterpillar volgt in de tweede helft van 2011 met dit type motoren. Voor de komende tien jaar biedt het inspelen op het thema duurzaamheid het meeste perspectief. “Groene” machines, die werken op elektriciteit, gas, waterstof of een combinatie hiervan, kunnen technologisch gezien momenteel allemaal al gebouwd worden. In de praktijk verloopt het verduurzamingproces nog erg traag, vooral omdat in niet-westerse landen de milieueisen nog lang niet dwingend genoeg zijn, maar ook omdat gebruikers vrezen voor verlies aan PK’s bij bijvoorbeeld hybride motoren. Overheidsstimulering zal voor het nodige duwtje in de rug moeten zorgen. Dergelijke ontwikkelingen worden immers vooral gedreven door wetgeving, zoals het voorbeeld van de Euro V-motor in de binnenstad bij trucks heeft laten zien. Zolang dit niet plaatsvindt, blijft de vraag naar groene grondverzetmachines beperkt. Bovendien zijn de groene innovatieve trajecten door de crisis grotendeels tijdelijk stil gelegd. Primair bepaalt de klant wat er gebeurt op het vlak van de duurzaamheid. Uiteraard is de keuze voor groene machines allereerst een kwestie van kosten-batenanalyse: wat levert het op (bijvoorbeeld minder brandstofverbruik in tonnages per uur) en wat kost het me extra (hogere aanschafwaarde en bijvoorbeeld een langzamer rijdende machine)? Grotere klanten letten hierbij meer op functionaliteit en loonwerkers meer op handigheidjes of gadgets die de bestuurder aanspreken. Dat klanten duurzaamheid steeds belangrijker vinden, blijkt al enkele jaren uit de bestekken die worden geschreven voor overheidsopdrachten. De afnemers zijn er bij gebaat om goed te scoren op de ranglijstjes van maatschappelijk verantwoord opererende ondernemingen. 2. Kostengedreven technologische innovaties Er is vanwege de economische en bouwcrisis een rationalisatieslag geweest en daardoor zijn marktpartijen geneigd
Grondverzetmachines Oktober 2011 21
Tabel 3.1 Belangrijkste kansen en bedreigingen voor de Nederlandse markt voor grondverzetmachines Kansen • Inspelen op duurzaamheid • Technologische innovaties • Onderscheiden door creëren van toegevoegde waarde • Groei in aannemerij van capaciteitscontracten • Omvangrijke infrastructurele projecten in de pijplijn Bedreigingen • Personeelstekort • Hoge energieprijzen • Buitenlandse concurrentie Bron: interviews
op een professionelere manier de kosten en baten van grondverzetmachines door te rekenen. Kostenbesparing is momenteel crucialer dan ooit en vanuit dit oogpunt is de behoefte aan een snelle doorvoering van technologische innovaties groot. De belangrijkste technologische verbeteringen zijn de afgelopen jaren geboekt op het gebied van GPS, driedimensionaal werken, brandstofverbruik, soorten koppelingen, binnendraaiers en zogenoemde kanteldraaistukken. Dergelijke innovaties vinden snel navolging bij alle merken, simpelweg omdat de markt erom vraagt. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld CDC besturing13, centrale smering en luxe cabines. Alle nieuwe machines van de grote merken beschikken inmiddels standaard over GPS en de applicaties daarvan. Via navigatie en voorgeprogrammeerde piepjes krijgen machinisten complete werkinstructies en nauwkeurige plaatsbepalingen. De arbeidsproductiviteit neemt hierdoor toe. Ook zijn met GPS systemen tegenwoordig werkuren, foutmeldingen e.d. op te vragen. Komatsu kan bijvoorbeeld met haar systeem Komtrax klanten advies geven over kostenefficiënter machinegebruik, de juiste instellingen van de machines en dus brandstofbesparingen. Dankzij betere informatie vanuit de uitleesmogelijkheden van de ingebouwde technologie zijn er dus allerlei efficiëntieslagen te maken: een beter fleet management, een hogere
13 Comfort Drive Control zorgt voor minder spierbelasting en vermoeidheid bij de machinist door hem de mogelijkheid te bieden om te switchen tussen het stuurwiel en de bediening op de armsteun. Bron: Volvo CE.
productiviteit en een strakkere planning. Een tracking en tracing systeem biedt ook servicemogelijkheden. Zo kan er bijvoorbeeld een servicebeurt worden ingepland als uit de tracking & tracing informatie blijkt dat er een bepaalde hoeveelheid uren gewerkt is. Daarnaast worden bedrijfseconomische risico’s verlaagd. Grondverzetmachines kunnen namelijk overal en altijd opgespoord worden. De eigenaar van de machine kan via internet vrij exact aflezen waar op de wereld de machine staat. Hierbij geldt overigens dat de klant altijd toestemming moet geven om de GPS gegevens uit te laten lezen. De nieuwste GSM technologie van Caterpillar heet Vision Link en is de opvolger van Product Link, waarbij nog meer data uitgelezen kunnen worden (zoals monitoren van stationair t.o.v. draaitijd) en toepassingen als geofencing (locatiebegrenzing). De volgende innovatiestap is robotisering. Bij de ovens van Corus zijn al remote control operated Caterpillar graafmachines in bedrijf. Ook in de agrarische sector wordt robotisering in toenemende mate toegepast. 3. Toegevoegde waarde dankzij servicecontracten De rol van importeur verandert, omdat steeds meer Europese grenzen verdwijnen, veel bedrijven in schaalgrootte toenemen en mondiaal opereren, terwijl een groeiend aantal Nederlandse afnemers van grondverzetmachines - hoewel geen pure prijskopers - voor hun aankopen ook meer en meer over de grenzen heen kijkt. Bovendien zijn de prijzen transparanter geworden. Dus als de prijzen voor bijvoorbeeld een wiellader in Duitsland lager liggen, dan kunnen bedrijven beslissen om het daar te kopen. Importeurs worden aldus gedwongen goed te kijken wat hun toegevoegde waarde is en zullen zich daarop moeten focussen. En ook al zal volgens marktpartijen parallel-import blijven bestaan, de toekomst zit vooral in het onderscheidend vermogen van de importeurs, in het bijzonder het aanbieden van serviceconcepten. Het is heel goed denkbaar dat bij grondverzetmachines dezelfde ontwikkeling zal plaatsvinden als bij personen- en bedrijfswagens is gebeurd, namelijk dat de gebruikers niet elk jaar terugkomen voor een onderhoudsbeurt. Omdat klanten lagere kosten blijven eisen, zal er nog efficiënter gewerkt moeten worden. Met bijvoorbeeld onderhoudscontracten is nog veel te verdienen voor importeurs van grondverzetmachines. 4. Capaciteitscontracten / ontwikkeling richting “regelaar” Het is een trend dat er meer vraag is naar raamcontracten. Deze ontwikkeling is vergelijkbaar met wat er bijvoorbeeld in de asfaltsector gebeurt. Bij een raamcontract spreekt de aannemer met de opdrachtgever af om een bepaald project uit te voeren in een vooraf bepaalde tijd en tegen vooraf af-
Grondverzetmachines Oktober 2011 22
Box 3.1 4,4 miljard euro voor nieuw wegenbouwproject Op 21 maart 2011 zijn de handtekeningen gezet onder het met een investering van € 4,4 mld grootste snelwegenproject voor de komende tien jaar. In het gebied tussen Schiphol, Amsterdam en Almere worden in de periode tot 2020 de A9, A10, A1 en A6 verbreed. Ook wordt geïnvesteerd in een extra brug over het Amsterdam-Rijnkanaal, een bredere Hollandse Brug, een aquaduct over de Vecht, tunnels bij Amstelveen en de Gaasperdammerweg, 36 kilometer geluidscherm, renovatie van vijf grote knooppunten en de aanpassing van honderd bruggen en viaducten. Eind 2011 wordt begonnen met de A10-oost. De investeringen in de bereikbaarheid in de Noordvleugel van de Randstad beperken zich niet tot wegen. Voor de uitbreiding van treinvervoer tussen Schiphol en Lelystad alleen al, is al eerder € 1,4 mld gereserveerd in het project OV SAAL.
gesproken prijs en voorwaarden. De risico’s worden hierbij verlegd naar de aannemingsbedrijven. 5. Infrastructurele projecten Het huidige kabinet maakt veel werk van verbetering van de infrastructuur en dat lijkt gunstig voor de markt voor grondverzetmachines. Er vindt mede dankzij wijzigingen in de Tracéwet een versnelde verbetering van het wegennet plaats (zie box 3.1). In de nieuwste Miljoenennota is aangegeven dat de Crisis- en herstelwet permanent wordt gemaakt, waardoor de knelpunten in de infrastructuur voortvarend blijven worden aangepakt. Wel focust het kabinet de investeringen op de plekken waar de files het langst en de treinen het volst zijn. Er wordt volop gebouwd aan de Tweede Maasvlakte en de Eemshaven. Nadelig voor een deel van de handelaars is dat op de Tweede Maasvlakte voornamelijk de grote bouwbedrijven actief zijn met hun eigen merken. Er zijn marktpartijen die liever grootschalige projecten van het kaliber Betuwelijn of HSL lijn terug hebben. Het grootste publiek private infrastructurele samenwerkingsproject is het tot en met 2023 lopende Grensmaas project, waarbij het stroomgebied van de Maas veiliger wordt gemaakt en 80 miljoen ton grond wordt verplaatst, 53 miljoen ton grind wordt gewonnen en 1.100 hectare nieuw natuur wordt aangelegd.
3.3 Bedreigingen 1. Personeelstekort De krappe arbeidsmarkt voor technisch geschoold personeel vormt de grootste bedreiging voor de partijen die
gebruikmaken van grondverzetmachines. De druk op de arbeidsmarkt is als gevolg van de economische crisis afgenomen ten opzichte van twee of drie jaar geleden, toen er vrijwel geen goede monteur meer te krijgen was. Zodra de economie weer aantrekt, zullen bedrijven echter weer merken dat goed geschoold personeel nauwelijks beschikbaar is. Zeker nu de machines technologisch steeds geavanceerder worden en het werk steeds specialistischer wordt, is de beschikbaarheid van kwalitatief goed personeel essentieel. Dit geldt niet alleen voor monteurs, maar in toenemende mate ook voor machinisten. Bij personeelstekort zal in eerste instantie een beroep worden gedaan op de zogeheten flexibele schil. Voor de grondverzetbranche betekent dit in de praktijk het inhuren van zzp’ers met eigen machines. Ook voorzien marktpartijen dat vrachtwagenchauffeurs in toenemende mate zullen overstappen naar het vak van bestuurder van een grondverzetmachine. Ten gevolge van de dreigende krapte zullen bedrijven weer in toenemende mate zijn aangewezen op monteurs en bestuurders uit Oost- en Zuid-Europa. Het gevaar bestaat hierdoor dat er kwaliteitsverlies optreedt of het risico op ongelukken toeneemt. Grotere leveranciers met een servicenetwerk spelen daar op in door monteurs intern op te leiden en te proberen hen voor langere tijd te binden aan het bedrijf. Door het Soma college wordt hard gewerkt aan kwantiteit en kwaliteit van toekomstige machinisten. Omdat studenten daar met machines van de top 4 merken werken, verlangen ze als ze klaar zijn met hun opleiding, bij indiensttreding bij hun werkgever ook deze merken. Bij een verkrappende arbeidsmarkt zal bij de aanschaf van machines in toenemende mate rekening worden gehouden met de persoonlijke voorkeuren van de bestuurders. Dat dit voor leveranciers iets is om serieus rekening mee te houden, blijkt uit het feit dat nu al op internetfora de kwaliteit van de machines en de service breed worden uitgemeten. Al met al leidt dit ertoe dat de top 4 merken hun positie zullen weten te behouden of zelfs weten te versterken.
Grondverzetmachines Oktober 2011 23
2. Hoge energieprijzen De verhoudingsgewijs hoge energieprijzen van dit moment en de verwachting van onder meer de ING dat deze niet snel en langdurig naar een veel lager niveau zullen zakken, zijn een negatieve impuls voor de kostenontwikkeling. Grote opdrachtgevers nemen vaak opdrachten aan inclusief brandstof. Het vormt echter een extra risico voor de ondernemer als hij de brandstofkosten bij een opdracht zelf voor zijn rekening moet nemen. Als deze kosten (die sinds begin 2009 voor diesel met ruim 35% zijn gestegen) niet kunnen worden weerlegd bij de opdrachtgever, kan een project met veel draaiuren en een hoog brandstofverbruik (soms 30 liter per uur) in combinatie met de toch al lage marges zelfs verliesgevend worden. De zuinigheid van een machine - soms scheelt het brandstofverbruik 5 liter per uur - zal door genoemde tendens in toenemende mate de aanschafkeuze bepalen. Het brandstofverbruik is overigens te verlagen door de machinist bijvoorbeeld eco-trainingen te geven, in combinatie met de uit de GPS beschikbare informatie over eventueel inefficiënt gebruik. 3. Buitenlandse concurrentie Chinese fabrikanten zoals XCMG, SANY, Yuchai en LiuGong hebben inmiddels voet aan de grond in Nederland. Ze zijn goedkoper dan de huidige topmerken, maar beschikken bijvoorbeeld niet over goede servicenetwerken. Chinese merken kennen nog niet de goede kwaliteit die andere merken hebben, maar lopen de achterstand snel in, mogelijk door kopieën te maken van via de tweedehands markt verkregen machines. De concurrentie wordt op korte termijn nog niet gevreesd, tot het moment dat er in China zelf geen werk genoeg meer is voor al die grondverzetmachines. De verwachting van marktpartijen is dat de Chinese fabrikanten over ongeveer vijftien jaar een substantieel deel van de markt in handen zullen hebben, onder meer door overnames van westerse merken. Dit laatste is een logische stap, ook al omdat voor toetreding tot Nederland en de rest van Europa wel eerst aan EU wetgeving (CE certificering e.d.) zal moeten worden voldaan.
4. Visie op de Nederlandse leasemarkt voor grondverzetmachines
4.1 Inleiding Onzekerheid over economische ontwikkelingen kan leiden tot uitstel van grote investeringen en tot afname van de bereidheid om kapitaalintensieve objecten aan te schaffen. De belangstelling voor en toepassing van lease in de markt voor grondverzetmachines is hierdoor toegenomen, bijvoorbeeld door toename van full-service contracten voor het inhuren van materieel om zo grip op de ‘cost of use’ te hebben. Met een verdere stijging van de leasegraad wordt de komende jaren dan ook rekening gehouden. De vraag naar leaseproducten is gegroeid tijdens de crisis.
4.2 Lease als financieringsinstrument Lease geeft de mogelijkheid bedrijfsmiddelen te gebruiken, zonder dat voor de aanschaf daarvan de eigen financiële middelen hoeven te worden aangesproken. Deze kunnen voor andere doeleinden worden ingezet. Lease wordt in veel sectoren als financieel instrument gebruikt en vormt een alternatief voor andere financieringsvormen zoals bancaire leningen en eigen vermogen. Mede omdat bedrijven in de grondverzetmarkt kapitaalsintensief zijn en de wens toeneemt om materieel voor een bepaalde tijd te kunnen inhuren (in toenemende mate inclusief de benodigde service en onderhoud van het materieel) neemt de belangstelling en toepassing van lease toe. Basisbeginselen van lease Bij lease zijn twee vormen te onderscheiden: financial lease (FL) en operational lease (OL), waarbij de partij die het economisch risico draagt verschilt. Bij FL draagt degene die het object in lease in gebruik heeft gekregen (lessee) dit risico, terwijl bij OL de leasemaatschappij die het object in lease in gebruik geeft (lessor) dit risico draagt. Economisch risico is het risico van een waardevermindering van het object c.q. het voordeel van een waardevermeerdering van het object. Bij OL dient de lessee na afloop van de lease het object terug te geven aan de lessor. De lessor kan evenwel aan de lessee een optie verlenen om aan het eind van de looptijd van de lease het object te kopen tegen een vooraf vastgestelde prijs (koopoptie). Door de koopoptie uit te oefenen kan de lessee alsdan de eigendom van het object verkrijgen. Soms wordt aan de lessee ook de optie verleend om het object na afloop van de lease voor een bepaalde periode opnieuw te leasen. Het geleaste object heeft na afloop van de leaseperiode nog een substantiële marktwaarde. De lessor zal doorgaans bereid zijn de leasetermijnen zodanig te berekenen dat door betaling van deze termijnen na afloop van de lease niet de hele investering aan hem is vergoed maar daarvan nog een gedeelte resteert (restwaarde). De restwaarde levert voor de lessor een risico op dat afhankelijk is van de mate waarin de marktwaarde van het object na afloop van de lease negatief blijkt af te wijken van de door lessor bij het aangaan
Grondverzetmachines Oktober 2011 24
van de lease ingeschatte waarde (restwaarderisico). De lessor kan dit risico zelf nemen (open restwaarde) dan wel dit risico verkleinen of wegnemen door van een derde partij terugkoopgaranties te bedingen tegen een vooraf bepaalde koopsom. Met deze derde partij kunnen ook afspraken voor remarketing worden gemaakt, waarbij er voor deze derde partij een inspanningsverplichting ontstaat om het object te verkopen ten behoeve van de lessor. Bij FL verkrijgt de lessee in principe de eigendom na betaling van de laatste leasetermijn en nadat alle verplichtingen van de lessee tegenover de lessor voldaan zijn. Veelal wordt de gehele investering gefinancierd (100% financiering). De lessor loopt hier geen restwaarderisico. Wel kan sprake zijn van de opname in het termijnenschema van een verhoogde slottermijn die correspondeert met de geschatte waarde van het object aan het einde van de looptijd. Diverse varianten zijn denkbaar. In het algemeen kunnen twee soorten lease aangeboden worden: direct lease (DL) waarbij de lessor rechtstreeks het leasecontract sluit met de lessee en vendor lease (VL), waarbij een vendor (een fabrikant of leverancier of een andere derde partij) betrokken is bij het tot stand brengen van het leasecontract. In de grondverzetmarkt komt vendor lease geregeld voor. Zo sluiten bijvoorbeeld leveranciers van de top 4 merken (Caterpillar, Volvo, Komatsu, Hitachi) via eigen leasedochters of aan hen gelieerde leasebedrijven met hun afnemers zelf lease-, huur- of huurkoopovereenkomsten. Vervolgens (her)financieren leasemaatschappijen de door de leverancier opgebouwde portefeuille of nemen zij de door de leverancier gesloten overeenkomsten over, waarbij de leasemaatschappij al dan niet ook de incasso en/of het debiteurenrisico op de afnemer overneemt. Vendor lease biedt de vendor de mogelijkheid om in te spelen op de wensen van zijn afnemer met betrekking tot de financiering van het object en leidt in een aantal gevallen zelfs tot extra baten voor de vendor (bijvoorbeeld via service/onderhoudscontracten). Voordelen van vendor lease voor de leverancier: • prima marketinginstrument om de concurrentie zoveel mogelijk buiten de deur te houden • budgetvriendelijke maandprijs verkoopt veelal eenvoudiger en sneller • vinger aan de pols bij alle aspecten, bijvoorbeeld juiste vervangingsmomenten. Afstemming op cashflow en economische levensduur Bij het aangaan van een leaseovereenkomst staat het managen van en anticiperen op de cashflow centraal (‘pay as you earn’). In bedrijfsprocessen worden kosten en opbrengsten voortdurend tegen elkaar afgewogen. Directe koppeling
van het object aan de kasstroom vergemakkelijkt de kostprijsbepaling. In dit opzicht speelt lease nadrukkelijk ook de rol van budgetteringsinstrument voor bedrijven. Bij lease kan de looptijd van de leaseovereenkomst zoveel mogelijk worden afgestemd op het waardeverloop en de afschrijvingstermijn van het object. De maximale looptijd van een leaseovereenkomst is nooit langer dan de economische levensduur van het object. Een sterk punt van lease is de mogelijkheid op 100% financiering van de aanschafprijs. Bij alternatieve financieringsinstrumenten zoals een bancaire geldlening is dit veelal niet mogelijk.
4.3 Lease in de grondverzetmarkt Over het algemeen zijn graafmachines, wielladers en andere voertuigen die voor grondverzet worden gebruikt, geschikt voor leasing. Ze kennen namelijk een redelijk voorspelbaar handelswaardeverloop en het betreft veelal juridisch zelfstandige en individueel identificeerbare objecten. De verwachtingen voor het leasen van grondverzetmachines zijn nog steeds positief, omdat er nog voldoende groei voor marktpartijen mogelijk is. Gezien de in paragraaf 4.2 genoemde sterke punten van lease en de geschiktheid van de meeste grondverzetmachines voor lease, zijn de groeimogelijkheden voor lease in de branche positief. De leasegraad zal dan ook de komende jaren naar verwachting toenemen.
4.4 Spelers op de leasemarkt Over het algemeen worden drie soorten aanbieders onderscheiden: bankgerelateerde leasemaatschappijen (tabel 4.1), captives en overige leasemaatschappijen. Belangrijke punten waarop leasemaatschappijen zich kunnen onderscheiden, zijn asset- en marktkennis (waardoor gunstige financiële voorwaarden geboden kunnen worden), snelheid en flexibiliteit. Daarnaast zijn korte lijnen binnen de leasemaatschappij van belang: de ondernemer heeft behoefte aan een vast contactpersoon met kennis van zaken en met relaties in de markt.
In de grondverzetmarkt bestaan enkele joint ventures tussen ketenpartijen en lease- en of financieringsmaatschappijen14. Bekendste voorbeeld is die van Hitachi en Rabodochter De Lage Landen.
4.5 Trends en ontwikkelingen De leasemarkt is in beweging. Hieronder worden de meest relevante marktontwikkelingen beschreven. Veranderende regelgeving speelt hierin een belangrijke rol. 1. IFRS-regels De invoering van IFRS15 leidt tot een intensieve discussie of het geleaste object al dan niet moet worden geactiveerd (off-/on-balance). Dit zal van geval tot geval moeten worden bekeken met inachtneming van de IFRS-regels en in overleg met de accountant van de lessee. Hoewel IFRS vooralsnog alleen geldt voor beursgenoteerde bedrijven dient het ook voor kleine en middelgrote ondernemingen als uitgangspunt. 2. Basel II en III Sinds 2008 is het Basel II-akkoord van kracht. Het omvat de Europese toezichtregels voor het beheer van operationele, krediet- en marktrisico’s door bancaire instellingen. De kredietcrisis heeft geleid tot een versnelde herziening van Basel II. Basel III gaat in op 1 januari 2013. De strengere kapitaaleisen zullen tot en met 2019 geleidelijk worden opgehoogd. De minimumeis voor het zogenoemde common equity, het bankkapitaal van de hoogste kwaliteit, wordt stapsgewijs verhoogd van 2% naar 4,5% van de risicogewogen activa. Bovenop deze 4,5%-minimumeis komt een nieuwe conservatiebuffer van uiteindelijk 2,5%. Deze buffer moet ook uit common equity bestaan. De minimumeis voor het totale Tier 1 kapitaal stijgt verder van 4% naar 6%, terwijl de minimale totale kapitaalratio 8% blijft. De steeds strengere kapitaalregels zorgen ervoor dat het onderpand in belang toeneemt bij de tariefbepaling en acceptatie van financiering. Lease kan daar als typische objectfinancieringsvorm in toenemende mate van profiteren. 3. Cost of use De bedrijven die actief zijn in de Nederlandse grondverzetmarkt worden als het om investeringen gaat steeds meer aangestuurd op bezettingsgraad, kosten/baten, prognose
Tabel 4.1 Bankgerelateerde aanbieders van lease voor de Nederlandse grondverzetmarkt ING Lease ABN AMRO Lease De Lage Landen (Rabobank) BNP Paribas Leasing Solutions / Fortis Lease
14 ING Lease, ABN AMRO Lease, De Lage Landen (Rabo), BNP Paribas Leasing Solutions (Fortis Lease is sinds mei 2010 geïntegreerd), banken en captives, merkgebonden leasemaatschappijen, waarbij financiële dienstverlening ingezet wordt als instrument om de verkopen van het desbetreffende merk te stimuleren (CAT Finance, Komatsu Finance, Volvo Finance en JCB Finance).
Bron: ING
15 International Financial Reporting Standards. Dit zijn afspraken/ voorschriften hoe bedrijven hun financiële verslaglegging moeten doen.
Grondverzetmachines Oktober 2011 25
en effecten op balansposten en verhoudingen. Op basis van dit type financiële overwegingen kunnen (vervangings-) investeringen worden uitgesteld. Als alternatief op directe ‘cash out-investeringen’, wordt materieel steeds vaker geleast of gehuurd. Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen de termen ‘huren’ en ‘leasen’. De duur van het contract is bepalend. Verhuur wordt met name gebruikt voor periodes korter dan 12 maanden, lease wordt daarentegen gebruikt bij langere periodes. In de grondverzetmarkt wordt steeds meer gezocht naar full service16 oplossingen. Deze worden nu nog hoofdzakelijk aangeboden door importeurs. Algemene leasemaatschappijen weten nog niet goed hoe ze hiermee om moeten gaan.
16 Full-service kan zijn: huren of leasen inclusief service, onderhoud, wegenbelasting en verzekeringen.
Grondverzetmachines Oktober 2011 26
Om kosten beter te beheersen wordt door de markt steeds creatiever gezocht naar alternatieven. ‘Sale and full service lease back-constructies’ zijn reeds zichtbaar in de grondverzetmarkt en mogelijk ontwikkelt dit zich tot een voorzichtige tendens. Om aan de vraag van de markt te voldoen, zoeken leveranciers en fabrikanten in toenemende mate samenwerkingsverbanden met bankgerelateerde leasemaatschappijen om hun klanten een financiering- en serviceonderhoudscontract aan te kunnen bieden. De leasemaatschappijen kunnen hierbij het object- en debiteurenrisico voor hun rekening nemen terwijl de leverancier/fabrikant zich richt op de serviceonderhoudscomponent.
Bijlage 1 Overzicht gesprekspartners en geraadpleegde bronnen
Gesprekspartners Christiaan Dekker Jacco Gersie Diederik van Hattem Henk Vink
directeur Dekker BV algemeen directeur Pon Equipment BV sales manager BIA BV directeur Vink Holding BV
en nog een aantal bedrijven/personen die verder anoniem willen blijven. Literatuurselectie BouwMachines Leaseurope & Invigors, European Yellow Goods Leasing Report, 12 oktober 2010 Vakblad BMB Internet www.bmwt.nl www.bouwmachineforum.nl www.bouwmaterieel.nl www.bouwmaterieel-benelux.nl www.cece.eu www.cbs.nl www.cumela.nl www.inglease.nl www.leaseurope.org www.offhighway.co.uk
Disclaimer De informatie in deze publicatie geeft de persoonlijke mening weer van de analist(en) en geen enkel deel van de beloning van de analist(en) was, is, of zal direct of indirect gerelateerd zijn aan het opnemen van specifieke aanbevelingen van meningen in deze publicatie. Deze publicatie is opgesteld namens ING Lease (Nederland) B.V., statutair gevestigd te Amsterdam en ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel te Amsterdam onder nummer 33151871, en slechts bedoeld ter informatie van haar cliënten. ING Lease (Nederland) B.V. is onderdeel van ING Groep N.V. Deze publicatie is geen beleggingsaanbeveling noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig financieel instrument. ING Lease (Nederland) B.V. betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en heeft alle mogelijke zorg betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de informatie waarop zij haar visie in dit rapport heeft gebaseerd niet onjuist of misleidend is. ING Lease (Nederland) B.V. geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat of compleet is. De informatie in dit rapport kan gewijzigd worden zonder enige vorm van aankondiging. ING Lease (Nederland) B.V. noch één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid voor enig direct of indirect verlies of schade voort komend uit het gebruik van (de inhoud van) deze publicatie alsmede voor druk- en zetfouten in deze publicatie. Auteursrecht en rechten ter bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie. Overneming van gegevens uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron wordt vermeld.
Grondverzetmachines Oktober 2011 27
Meer weten? Kijk op INGlease.nl of bel met: Rinus Visser, ING Lease Nederland 020 576 38 14 Jeroen Wagenmakers, ING Lease Nederland 020 576 38 15 Henk van den Brink, ING Economisch Bureau 020 563 95 06