Informatiepakket Maatschappelijke stages in de Land- en tuinbouwsector Maatschappelijke stages in de Land- en tuinbouwsector ......................................................................... 2 Inleiding ............................................................................................................................................... 2 Waarom is maatschappelijke stage belangrijk?.................................................................................... 3 Hoe ziet een maatschappelijke stage eruit?.......................................................................................... 3 Verschil met de beroepstage ................................................................................................................ 3 Doel .................................................................................................................................................. 3 Sector................................................................................................................................................ 3 Vergoeding ....................................................................................................................................... 4 Nut voor de stagebieder.................................................................................................................... 4 Leeftijd ............................................................................................................................................. 4 Hoe werkt het in de praktijk? ............................................................................................................... 4 Omvang en invulling ........................................................................................................................ 4 Bemiddeling ..................................................................................................................................... 4 Begeleiding....................................................................................................................................... 4 Verzekeringen, Arbo en vergoedingen............................................................................................. 4 Rol van de stagemakelaar..................................................................................................................... 5 Hoe zit de structuur van het voortgezet onderwijs in elkaar? .............................................................. 5 Wat wordt er van u als ondernemer verwacht? .................................................................................... 5 Wat wordt er van u als LTO afdeling verwacht? ............................................................................. 5 Meer informatie? .............................................................................................................................. 6 Bijlagen .................................................................................................................................................... 7 Bijlage 1 Voorbeelden van maatschappelijke stage in de land- en tuinbouw ...................................... 7 Bijlage 2 Informatie over het voortgezet onderwijs............................................................................. 7 Bijlage 3 Eisen aan maatschappelijke stage ......................................................................................... 9 Bijlage 4 Geschiedenis en toekomst van maatschappelijke stage...................................................... 10 Bijlage 5 Overzicht onderscheid in stages ......................................................................................... 11
Pagina 1
Maatschappelijke stages in de Land- en tuinbouwsector Inleiding Leerlingen die vanaf schooljaar 2011-2012 vanuit het primair onderwijs instromen in het voortgezet onderwijs moeten tijdens hun opleiding een maatschappelijke stage doen. Voor leerlingen in op het gymnasium/VWO bedraagt dit 72 uur, de HAVO 60 uur, voor VMBO 48 uur en PrO eveneens 48 uur. Maatschappelijke stage houdt in dat jongeren tijdens hun middelbare schoolperiode vrijwilligerswerk doen. Dat is goed voor anderen en voor hun persoonlijke ontwikkeling. Doel van de stage is leerlingen kennis te laten maken met de samenleving door er een onbetaalde bijdrage aan te leveren. Het moet een stage zijn die zinvol is, zowel voor de leerlingen als de samenleving. In de toekomst zullen jaarlijks circa 195.000 leerlingen een stageplek moeten vinden. LTO Nederland, het Nederlands Agrarische Jongeren Kontakt, Stichting Biologica, Stichting Verenigde Zorgboeren Nederland en Stichting Educatief Platteland willen dit mede mogelijk maken door de sector bekend te maken met maatschappelijke stage en concepten te bedenken hoe een maatschappelijke stage op een agrarisch bedrijf kan worden ingevuld.
Pagina 2
Waarom is maatschappelijke stage belangrijk? Leerlingen komen door de maatschappelijke stage in aanraking met een kant van de maatschappij waar ze anders misschien niet mee in aanraking zouden komen. Ditzelfde geldt voor de stagebiedende partij. Leerlingen verbreden hun horizon en werken aan hun burgerschapsvaardigheden, zoals bijvoorbeeld sociale vaardigheden. Door zich vrijwillig in te zetten voor de medemens, leveren ze een zinvolle bijdrage aan de samenleving. Leerlingen leren dat de samenleving iets is wat je er met anderen van maakt. Voor stagebieders geldt specifiek dat zij de kans krijgen enthousiaste jongeren te ontvangen. Dit kan zorgen voor een frisse blik. Bovendien kan een stagebieder in positief daglicht komen bij de jongeren; kortom een positief imago. De maatschappelijke stage biedt de agrarische sector een mooie kans om jongeren kennis te laten maken met de veelzijdigheid van de sector. Weten waar het voedsel vandaan komt en wie het landschap onderhoud is geen vanzelfsprekendheid meer voor de jongere van vandaag. Middels een maatschappelijke stage op een agrarisch bedrijf maakt de scholier niet alleen op een leuke manier kennis met de sector maar wordt de scholier ook betrokken in de maatschappelijke functie die de agrarische ondernemer heeft. De scholier van nu is immers de consument en burger van de toekomst! Zowel voor leerlingen, scholen, de maatschappij én de stagebieders kan de maatschappelijke stage positief uitpakken. Zorg echter altijd van een win-win situatie. Een maatschappelijke stage of de organisatie ervan moet een duidelijk winst zijn voor de stage aanbieder.
Hoe ziet een maatschappelijke stage eruit? Een maatschappelijke stage is géén beroepsgerichte stage. Het is dus niet de bedoeling dat de leerling alleen maar meewerkt op het agrarisch bedrijf. De leerling dient een maatschappelijk ingebedde opdracht mee te krijgen. Hierbij kunt u denken aan allerlei activiteiten op het gebied van imago/pr, onderhoud van erf/natuurlijke elementen, organiseren en meehelpen bij een open dag etc. Een aantal voorbeelden van een maatschappelijke stage bij een agrarisch bedrijf zijn uitgewerkt in bijlage 1.
Verschil met de beroepstage De beroepsstage vormt een belangrijk onderdeel binnen het vmbo, maar ook havo en vwo onderwijs bieden deze stages steeds vaker aan. Er zit een groot verschil tussen een beroepsstage en maatschappelijke stage.
Doel De maatschappelijke stage is er voor de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen, om ze kennis te laten maken met vrijwilligerswerk en om ze iets te laten betekenen voor de maatschappij. De beroepsstage is gericht op het ontwikkelingen van beroepsgerichte kennis of het doen van een arbeidsoriëntatie. Vaak wordt gezegd: ‘Een maatschappelijke stage doe je vooral voor een ander, een beroepsstage doe je vooral voor jezelf’.
Sector Maatschappelijke stages doen leerlingen voornamelijk in de non-profit sector of in non-profitprojecten van organisaties. De beroepsstage vindt vooral plaats bij een commercieel bedrijf of bij een maatschappelijke organisatie. Vaak zijn deze benoemd als erkend leerbedrijf. Een maatschappelijke stage bij een agrarisch bedrijf dient een duidelijke maatschappelijk component te bevatten.
Pagina 3
Vergoeding Bij een maatschappelijke stage wordt een stageleerling niet betaald. Bij een beroepsstage kan het voorkomen dat een stagiair een vergoeding krijgt voor zijn werkzaamheden.
Nut voor de stagebieder In het geval van de beroepsstage is de stagebieder gericht op het oriënteren en opleiden van beroepskrachten. Het gaat om het aanleren van beroepsvaardigheden. De maatschappelijke stage heeft een maatschappelijke oriëntatie tot doel; bij de maatschappelijke stage ontwikkelt de leerling zich door iets voor een ander te doen. Stagebieders kunnen zodoende extra activiteiten organiseren voor hun doelgroepen, zoals ouderen of bewoners van een wijk. En wie weet, blijft deze maatschappelijke stageleerling na afloop als vrijwilliger bij de organisatie betrokken.
Leeftijd De maatschappelijke stage vindt plaats tijdens de middelbare schoolperiode (in praktijkonderwijs, vmbo, havo en vwo). De leeftijd van deze leerlingen ligt zodoende tussen de 12 en 18 jaar. De beroepsstage vindt vooral plaats in het praktijkonderwijs en vmbo, maar ook havo/vwo onderwijs biedt deze stages steeds vaker aan. De leeftijd van de leerlingen is meestal tussen de 14 en 17 jaar. Ook mbo en hbo bieden beroepsstages aan. Deze leerlingen zijn meestal tussen de 16 en 21 jaar.
Hoe werkt het in de praktijk? Omvang en invulling Tijdens de middelbare school periode moeten de scholieren uiteindelijk vanaf 2011 afhankelijk van de soort onderwijs 48 tot 72 uur met maatschappelijke stages hebben ingevuld. Dit kan verspreid over meerdere plekken en periodes. Sommige leerlingen vinden het prettig om een korte periode op één bedrijf stage te lopen en meerdere verschillende stages te doen. Daarom is het handig als ondernemers grote opdrachten opdelen in meerdere kleinere opdrachten. De stageplaats kan ingevuld worden door één leerling of door meerdere leerlingen, bijvoorbeeld vier leerlingen die ieder één dag stagelopen.
Bemiddeling Leerlingen gaan zelf op zoek naar een stageplaats. De bemiddeling van maatschappelijke stageleerlingen naar stagebedrijven loopt vaak via een makelaar maatschappelijke stage. Middels een vacaturebank wordt vraag en aanbod bij elkaar gebracht. De uitvoering hiervan is vaak in handen van een vrijwilligerscentrale.
Begeleiding Tijdens de maatschappelijke stage wordt de stagiair begeleid door de ondernemer. Door het “meelopen” op het bedrijf wordt de leerling duidelijk wat er allemaal op het bedrijf gebeurt. Daarnaast krijgt de leerling een opdracht waarin de maatschappelijke component van de stage wordt benadrukt. De school regelt allerlei praktische zaken rondom de stage, bijv. een stagecontract, de beoordeling en de begeleiding vanuit de school.
Verzekeringen, Arbo en vergoedingen Verzekeringen Wanneer leerlingen in het kader van een schoolopdracht werkzaam zijn bij een bedrijf, blijft de school te allen tijde eindverantwoordelijk voor de leerling. De school moet de verzekering regelen voor de leerlingen, zodat bij ongevallen de aansprakelijkheid gedekt is. Veel scholen hebben al verzekeringen voor buitenschoolse activiteiten en stages. Het is van belang de polis(sen) van de school op dit punt
Pagina 4
goed door te nemen, om te zien wat de dekking precies is, en welke voorwaarden daaraan gesteld worden. Soms moeten bijvoorbeeld exacte data en de plaats van de stage vooraf doorgegeven worden aan de verzekeringsmaatschappij. Hiervoor is het opstellen van een stagecontract nuttig. Arbowetgeving In de wet is vastgelegd dat bedrijven de zorg hebben voor veilige en goede arbeidsomstandigheden. Dit betekent dat ook voor de maatschappelijke stageleerling de regels gelden die voor elke andere stagiair of werknemer op uw bedrijf gelden. Financiële vergoedingen Het doel van maatschappelijke stage is dat jongeren tijdens hun schooltijd kennis maken met vrijwilligerswerk én een onbetaalde bijdrage leveren aan de samenleving. De maatschappelijke stageleerling ontvangt dus geen vergoeding voor de geleverde prestatie. Het doel van de agrarische sector is om middels de maatschappelijke stage jongeren te laten kennis maken met de sector. Als aanbieder van een maatschappelijke stage ontvangt u geen vergoeding.
Rol van de stagemakelaar Met stagemakelaars bedoelen we organisaties en personen die bemiddelen tussen vraag en aanbod van maatschappelijke stages, zoals steunpunten vrijwilligerswerk, makelaars maatschappelijk betrokken ondernemen en overige stagebureaus. Uitvoering Begeleiding Leerlingen worden begeleid door de stagebieder hun stage. De begeleiding vanuit school is afhankelijk van de gemaakte afspraken. Evaluatie Het is belangrijk om goed te evalueren met alle betrokkenen en deze informatie te gebruiken voor eventuele vervolgactiviteiten.
Hoe zit de structuur van het voortgezet onderwijs in elkaar? In Bijlage 2 Informatie over het voortgezet onderwijs vindt u informatie over de wijze waarop in Nederland het voortgezet onderwijs is georganiseerd en hoe de maatschappelijke stage hierin is geïmplementeerd. In Bijlage 5 treft u een overzicht aan van onderscheid dat er te maken is in snuffelstage, beroepsstage en maatschappelijke stage.
Wat wordt er van u als ondernemer verwacht? Als u een leuk idee heeft voor een maatschappelijke stage op uw bedrijf maakt u dit kenbaar bij de makelaar maatschappelijke stage bij u in de buurt die de matching verzorgt. Meestal werken deze makelaars via een vrijwilligerscentrale. Indien u niet bekend bent met een makelaar maatschappelijke stage, kunt u ook contact opnemen met de maatschappelijke stagecoördinator van de middelbare school bij u in de buurt. Probeer op een aantrekkelijke manier uw stage opdracht te omschrijven zodat deze jongeren tussen 13 en 18 jaar aanspreekt. Voor de omschrijving van de stage opdracht worden vaak standaard formats gebruikt. Indien een leerling zich bij u meldt voor de maatschappelijke stage maakt u met hem/haar hierover een aantal afspraken middels een stage overeenkomst. Dit zijn vaak standaard overeenkomsten die vanuit de school worden aangereikt. Tijdens de stage begeleidt u de maatschappelijke stage leerling. Het is niet de bedoeling dat er een uitgebreid stageverslag wordt gemaakt. Wel kan een korte evaluatie tot de procedure behoren. Ook dit format wordt dan vanuit de school aangeleverd. De begeleiding van de leerling vanuit de school is meestal minimaal.
Pagina 5
Meer informatie? Voor meer informatie verwijs ik u naar de website www.natuurlijkgoedbezig.nl en www.maatschappelijkestage.nl. Hier vindt u ook de contactpersonen van de betrokken organisaties waar u met vragen terecht kunt.
Pagina 6
Bijlagen Bijlage 1 Voorbeelden van maatschappelijke stage in de land- en tuinbouw Voor voorbeelden inzake de maatschappelijke stages in de land- en tuinbouw zie www.natuurlijkgoedbezig.nl.
Bijlage 2 Informatie over het voortgezet onderwijs Beschrijving schoolsoorten Praktijkonderwijs (PRO) Er wordt praktijkonderwijs verzorgd aan leerlingen van 12 tot 18 jaar. De verwachting is dat deze leerlingen niet in staat zijn een diploma te behalen in één van de leerwegen in het vmbo. Ook niet met extra ondersteuning door leerwegondersteunend onderwijs. De school bereidt leerlingen voor op deelname aan het arbeidsproces door praktische vorming en kan dan ook gezien worden als een school voor arbeidsvoorbereiding. Het praktijkonderwijs biedt de mogelijkheid om via stages in de praktijk te leren. Er wordt aandacht besteed aan: - vergroting van praktische vaardigheden; - bevordering van de sociale redzaamheid; - voorbereiding op werken; - toeleiding naar werken. Praktijkonderwijs is voor de meeste leerlingen eindonderwijs. Er geldt geen cursusduur, maar wel een leeftijdsgrens. Het praktijkonderwijs eindigt in het schooljaar waarin de leerling 18 jaar wordt. Aan het eind ontvangt de leerling een getuigschrift praktijkonderwijs. Vmbo Het vmbo bereidt de leerling voor op het middelbare beroepsonderwijs. Niet voor niets staat de afkorting voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs. Een opleiding in het vmbo duurt vier jaar. Met het diploma op zak kan een leerling zijn of haar leerweg vervolgen in het mbo of op de havo. In het eerste en tweede jaar (de onderbouw) krijgt de leerling veel algemene vakken. Pas aan het eind van het tweede jaar kiezen ze een sector en een leerweg. Een sector sluit aan bij de beroepskeuze van een leerling. Leerlingen kunnen kiezen uit Zorg en Welzijn, Techniek, Landbouw of Economie. In een sector worden vakken gevolgd die goed aansluiten op vervolgopleidingen. Op het vmbo zijn de lessen lang niet altijd klassikaal. Leerlingen voeren zelfstandig of in een groep opdrachten uit, precies zoals dat op vervolgopleidingen en op het werk gebeurt. Heeft een leerling veel moeite met leren? Dan kan hij leerwegondersteunend onderwijs volgen. Havo en vwo Op de havo en het vwo is het uitgangspunt een zo breed mogelijke vorming voor alle leerlingen. Naast de verplichte vakken hebben scholen zeven uur per lesweek om zelf te besteden. Bijvoorbeeld aan extra lessen, maar een school kan ook kiezen voor begeleiding van zwakke leerlingen. Juist met deze vrije ruimte laat een school zien wat zij belangrijk vindt voor de leerlingen. Na de onderbouw komt de tweede fase. Daarin is het studiehuis een vorm van onderwijs waarbij de leerling zelfstandig moet werken en de rol van de leraar meer begeleidend is. In de tweede fase kiest de leerling een profiel (vakkenpakket). Naast verplichte vakken kunnen scholen extra vakken aanbieden, bijvoorbeeld moderne vreemde talen als Turks en Spaans.
Pagina 7
Meer weten over de verschillende onderwijssoorten? Kijk op www.kennisnet.nl of www.minocw.nl. Invulling maatschappelijke stage bij verschillende schoolsoorten Op al deze typen scholen wordt maatschappelijke stage aangeboden, maar wel op verschillende manieren. Zonder volledig te willen zijn, zien we de volgende trends met daarop ook weer evenveel variaties. Praktijkonderwijs (PRO) In het praktijkonderwijs zien we vaker groepsopdrachten in kleine of in grote groepen. De meeste leerlingen doen hun stage tijdens de schooluren. Deze leerlingen hebben intensieve begeleiding nodig en zijn gebaat bij korte overzichtelijke klussen. Bij het praktijkonderwijs wordt de maatschappelijke stage vooral onder schooltijd uitgevoerd. Hoewel elke school de maatschappelijke stage op een eigen wijze vorm geeft en elk stageadres eveneens weer een eigen invulling geeft aan de stage, kunnen we een aantal kenmerken opnoemen waar de meeste stages aan voldoen. De kenmerken van een maatschappelijke stage zijn: • Het gaat om kortlopende trajecten. • Het gaat om kleine afgebakende klussen. • Het is een tijdelijke invulling. • Het is gericht op doen en niet op schrijven. Vmbo In het vmbo zien we zowel individuele als groepsgewijze invulling. Dit kan variëren per leerweg. Soms doet een hele klas een klus, bijvoorbeeld in het landschap of in een zorginstelling. Deze activiteiten zijn vaak binnen schooltijd en worden dus uitgevoerd tussen 9.00 en 16.00 uur. Soms zijn het groepjes leerlingen die een activiteit uitvoeren, maar ook binnen het vmbo zien we scholen die kiezen voor een zelfstandige invulling buiten schooltijd. De meeste scholen kiezen voor de tweede en derde klassen als het gaat om de uitvoering, maar ook de eerste klassen doen soms mee met de maatschappelijke stage. De leerlingen binnen het vmbo hebben vaak gerichte begeleiding nodig, maar kunnen als ze weten wat er van hen verwacht wordt ook redelijk goed zelfstandig werken. Bij groepsopdrachten is vaak begeleiding vanuit de school aanwezig. Havo en vwo Op veel havo- en vwo-scholen zoeken leerlingen zelfstandig een stageplek en vullen die ook in buiten schooltijd, ‘s avonds of in het weekend. De school bereidt de stages voor op school, registreert ook de gegevens van de stagebieder en bespreekt de voortgang met de leerling. De meeste scholen laten leerlingen uit de tweede tot en met vijfde klassen stage lopen. Deze leerlingen kunnen over het algemeen goed zelfstandig werken en weten vaak goed aan te geven wat ze leuk vinden en wat ze hopen te leren. Met het volgen van de stage krijgt de leerling bijvoorbeeld studiepunten, het portfolio wordt gevuld en/of een certificaat voor het volgen van de maatschappelijke stage. Noot Voor de verschillende schooltypes bedraagt het aantal uren maatschappelijke stage voor de totale opleiding: Praktijkonderwijs 48 uur, vmbo 48 uur, havo 60 uur en gymnasium/vwo 72 uur. Alle leerlingen die vanaf 2011/2012 het voortgezet onderwijs instromen moeten om een diploma te kunnen krijgen, een maatschappelijke stage gedaan hebben voor tenminste het aantal uren dat bij hun opleiding gesteld is. Meestal laten scholen de examenklassen vrij van de maatschappelijke stage.
Pagina 8
Bijlage 3 Eisen aan maatschappelijke stage Voor de maatschappelijke stage gelden een aantal eisen, echter worden leerlingen en scholen behoorlijk vrijgelaten in het maken van eigen keuzen. Het kader is dus beperkt. Voor de maatschappelijke stage gelden de volgende eisen: 1. De school voert regie Uiteindelijk is de school verantwoordelijk voor de invoering van de maatschappelijke stage voor hun leerlingen. Vanuit OCW worden middelen beschikbaar gesteld om de maatschappelijke stage tot een succes te maken, ook wordt de school in de toekomst door de inspectie getoetst. De school bepaalt wat wel of niet geschikt is voor hun leerlingen als maatschappelijke stage, ook ligt de voorbereiding en evaluatie in handen van de school. De school maakt samen met de leerling afspraken over de maatschappelijke stage, ook over de begeleiding. 2. Ruimte voor initiatief scholen en leerlingen Onderzoek wijst uit dat maatschappelijke stages die aansluiten bij de interesses van de leerling het meest succesvol zijn, zowel voor leerling als stagebieder. Daarom is het stimuleren van eigen initiatief zo belangrijk. Na een goede uitleg over de maatschappelijke stage, weten leerlingen vaak al wat ze leuk vinden en waar ze graag hun maatschappelijke stage zouden lopen. De leerling kan zelf een stage bedenken en vraagt aan school of die geschikt is voor de maatschappelijke stage. De stage hoeft niet per se uitgevoerd te worden op een stageadres; een leerling of school kan bijvoorbeeld ook een sponsoractie opzetten om samen met klasgenoten geld in te zamelen voor dat ene goede doel. 3. Maatschappelijke stage: het doen van vrijwilligerswerk Maatschappelijke stage gaat vooral om het doen van vrijwilligerswerk. Dat vindt vooral plaats in de non-profitsector. Bij een vrijwilligersorganisatie, instelling, vereniging of maatschappelijke organisatie. Maar ook buiten een georganiseerd verband: denk aan het boodschappen doen voor een oude buurvrouw. Bedrijven kunnen ook een rol spelen, maatschappelijk betrokken ondernemen biedt vele kansen voor de maatschappelijke stage. 4. Creativiteit voorop Alles is mogelijk, als het maar gaat om het doen van vrijwilligerswerk. Dit geldt niet alleen voor de scholen maar ook voor de stagebiedende partijen.
Pagina 9
Bijlage 4 Geschiedenis en toekomst van maatschappelijke stage Project Smaakmakers, 1997: Als gevolg van de motie Essers start het project Smaakmakers. Het doel is vrijwilligerswerk aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor jongeren. Aandacht voor de maatschappelijke stage, 2000: Een aantal scholen starten met het aanbieden van de maatschappelijke stage. Dit blijft niet onopgemerkt bij het ministerie. Er wordt gestart met een monitoring. Eerste Pilots maatschappelijke stage, 2003: CPS en CIVIQ (nu MOVISIE) volgden in opdracht van de ministeries van OCW en VWS 10 pilotprojecten maatschappelijke stage. De pilots zijn succesvol en leiden tot uitbreiding van het aantal scholen. Regeling voor bekostiging, vanaf 2005: Het ministerie van OCW bekostigt maatschappelijke stages via de regeling ‘Aanvullende bekostiging maatschappelijke stage’. Steeds meer scholen, 481 in het schooljaar 2006-2007 tot 653 in schooljaar 2008-2009, maken hier gebruik van. Regeerakkoord, 2007: Het kabinet Balkenende IV stelt de maatschappelijke stage verplicht vanaf het schooljaar 2011-2012. Staatssecretaris van Bijsterveldt stelt een plan van aanpak op: ‘Samen leven kun je leren’. Regeerakkoord, 2007 Pilotjaar, 2008/2009: In schooljaar 2008/2009 werden 20 pilots, verspreid over heel Nederland, uitgezet. Leerlingen voerden een maatschappelijke stage van 30 uur uit. Consolideren en uitbreiden, 2009/2010: Tijdens dit schooljaar gaan steeds meer scholen van start met de maatschappelijke stage. Scholen die al bezig zijn, breiden hun activiteiten uit, verbeteren ze en delen hun kennis met andere onderwijsinstellingen. Invoering vastleggen in schoolplannen, 2010/2011: Alle scholen moeten in dit jaar over een invoeringsplan voor de maatschappelijke stage beschikken. Ingevoerd, 2011/2012: Alle leerlingen die in dit schooljaar instromen moeten een maatschappelijke stage uitvoeren tijdens hun schoolcarrière. De uren mogen verdeeld worden over meerdere jaren en meerdere stageplekken. Scholen maken deze keuze, eventueel samen met de leerling.
Pagina 10
Bijlage 5 Overzicht onderscheid in stages
Pagina 11