09 - 2010
INFORM
1 nieuwbouw endemol HET NIEUWE WONEN WOUTER ZAAIJER OVER...
1
Colofon Redactie Darja Brouwer, Ewout de Jager, Gijs Tegelberg, Luc Beurskens E-mail
[email protected] Tekst Fotografie Design Productie
INHOUD–
Ronald van Bochove Hans van de Pol Fotografie Bfocussed communicatie en design Scheffer Drukkerij
© OeverZaaijer Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de redactie.
informgeeft ons verhaal vorm
4
Nieuwbouw Endemol Als architect ben je je bewust van de verstrekkende gevolgen die ontwerpbeslissingen op de
Een nieuw onderkomen voor Endemol met behoud van hart en ziel van de studio’s.
omgeving en de gemeenschap hebben. Dan wil je over de volle breedte van het speelveld met partijen meedenken. Dan betrek je het landschap, de stedebouw, architectuur, interieurarchitectuur, socialeen milieuaspecten bij het vormgeven van nieuwe projecten. Dan werk je aan complexe opgaven, die vanuit meerdere invalshoeken bekeken worden. Om uiteindelijk één fundamenteel doel na te streven:
7
die omgeving scheppen waarin generaties van gebruikers zich jarenlang prettig zullen voelen.
het nieuwe wonen Chris Zwiers en John Bosch verkennen architectuur die faciliteert. Architectuur in dienst van een samenleving die alle keuzes nog wil maken.
OeverZaaijer speelt met passie en overtuiging de verbindende rol tussen alle betrokken partijen. Deze integrale benadering leidt tot verrassende, duurzame ontwerpen. Oplossingen die mens en milieu centraal stellen en rekening houden met wensen van alle betrokken partijen. Goede communicatie staat daarbij boven alles. Om elkaar in dit ingewikkelde proces goed te begrijpen moeten wij duidelijk zijn in onze visie en manier van werken. Ons nieuwe magazine Inform. gaat ons daarbij helpen. Inform. gunt al onze stakeholders een kijkje achter de schermen, in ons gedachtegoed, laat onze opdrachtgevers aan
10
het woord en informeert over onze werkwijze en projecten. In deze editie brengen we artikelen over de nieuwbouw van Endemol, waarin we studio’s en kantoren tot één geheel smeden, over onze innovatieve
Wouter zaaijer over... Wouter Zaaijer over certificering van gebouwen, over de toekomst en over nieuwe uitdagingen.
kijk op architectuur en wonen en onze visie op het brede vakgebied van de architect bij OeverZaaijer vandaag en morgen. Daarmee tonen we dat Maatschappelijk Verantwoord Ontwerpen vooral ook een belonend leuk en uitdagend proces is, waarin we samen werken naar een prachtig eindresultaat.
Tevens grijpen wij deze gelegenheid aan om u te vertellen dat wij medio oktober gaan verhuizen naar IJburg Amsterdam. Wij krijgen niet alleen een nieuw adres maar ook een nieuwe huisstijl, die wij in deze nieuwsbrief introduceren.
De redactie OeverZaaijer
INFORM
2
Drie jaar geleden startte Endemol Nederland B.V. met een nieuw programma; een programma van eisen voor een nieuw onderkomen voor alle over Nederland verspreide werkmaatschappijen. Naast de MediArena: Studio’s en kantoren voor Endemol in Amsterdam ZuidOOST
Nieuwbouw met hart en ziel
Sjaak Vreeburg, Manager Resources & Facilities, startte drie jaar geleden met het opstellen van een programma van eisen voor kantoren en studio’s van Endemol Nederland. “De bedoeling is al onze werkmaatschappijen en studio’s onder één dak te brengen. Aan het eind van het huurcontract in Aalsmeer dit jaar staan daarvoor twee opties open: verbouwen van de lokatie in Aalsmeer of verhuizen naar een nieuwe lokatie. Na een beoordeling van Aalsmeer en twee nieuwe lokaties (zie kader) is gekozen voor nieuwbouw in Amsterdam Zuidoost.” Samen met Paul de Man, directeur bijzondere projecten en Piet Nagel vormt Vreeburg een bouwmanagementteam dat het proces naar een nieuw onderkomen begeleidt. De Man: “Maar zo’n bouwproces is voor ons televisiemakers een heel andere tak van sport. We weten wel precies wat we willen, maar spraken nog niet de taal van de bouw. Met het omvangrijke programma van eisen wachtte ons dus een geweldige klus.” De nieuwe lokatie krijgt drie studio’s; Studio 1 een flexibele studio voor het entertainment voor 1000 man publiek, studio 2 voor de set van Goede Tijden
INFORM
ingewikkelde combinatie van kantoren, studio’s en verkeersstromen in het gebouw, moest dit nieuwe onderkomen ook een indrukwekkend visitekaartje worden van het internationaal gerenommeerde productiebedrijf met behoud van hart en ziel van de studio’s van Aalsmeer, waar het allemaal begon.
Het ontwerp
Slechte Tijden en studio 3 voor Eredivisie Live, voetbal. Rond deze studio’s ontstaan verkeersstromen van decorbouwers, medewerkers en publiek. Daarnaast huisvest het nieuwe onderkomen drie kantoren. De kleinste , 3000 m2 voor SNP Stokvis producties, Script Studio en 5000 m2 voor de Endemol groep. Inclusief het Atrium ontstaat een bouwvolume van 12000 m3 waar vijf door het land verspreide lokaties samenkomen. Vreeburg: “Alles is een slag groter dan Aalsmeer. Maar het gebouw moet ook flexibel zijn. In de televisiewereld heb je te maken met grote verschillen in bezetting. Delen van het gebouw moeten we kunnen onderverhuren als redacties wegvallen of inkrimpen. Omwille van die flexibiliteit wil Endemol geen eigenaar zijn van het pand maar huren.” Drie ontwikkelaars, verbonden aan drie architecten, presenteerden na een uitgebreide briefing hun plannen. De Man: “We beoordeelden de ontwerpen met name op de uitstraling en de slimme oplossingen voor de gewenste flexibiliteit. De keuze viel op ontwikkelaar G&S Vastgoed met OeverZaaijer als architecten.”
“We hebben tijdens het ontwerpproces bijna letterlijk over de schouder van de architect meegekeken. Wouter Zaaijer en Marlies Kateman hebben zich enorm goed kunnen inleven in de ziel van wat er in Aalsmeer was opgebouwd in de afgelopen jaren,” zegt Vreeburg. “ Wouter heeft het kunnen vertalen naar een gebouw waar mensen blij van worden. Waar het straks prettig werken is, met veel licht, lucht en ruimte.” Het concept vat alle bedrijfsonderdelen samen in één gebouw dat hiervoor een groot deel van de kavel gebruikt. De eerste twee bouwlagen vormen een basis, waarboven zich volumes verheffen. Aan de boulevardzijde is dat een U-vorm van 6 en 7 lagen hoog die vanaf de derde verdieping meer ingericht is als kantoorruimte. De begane grond en de eerste verdieping omvatten ruimten voor de studioactiviteiten en de publieke functies. De U-vorm opent zich naar De Loper en omsluit het entreeplein. Het entreeplein grenst aan een representatieve waterpartij met fonteinen.
4
5
Logistiek zit het goed in elkaar. Alle studio’s grenzen aan het centrale decormagazijn en hebben aparte toegangswegen voor personeel en publiek. Op het gebied van duurzaamheid voldoet het kantoorgedeelte aan hoge energie prestatie eisen. Er is veel toetreding van daglicht. In de ruime kantoren (14.40 m breed, 2.70 m hoog) kan het personeel zelf buitenramen openen. “We maken gebruik van Stadswarmte en Stadskoeling. In kantoren is aanwezigheidsdetectie voor gestuurde verlichting, energiearme PC’s en grote LED tv schermen die op afstand aan en uit te schakelen zijn. Het studiogedeelte is een ander verhaal, omdat hier met de grote hoeveelheid lampen, het geluid, de luchtbehandeling en veiligheid heel andere eisen gesteld worden. Zo heeft Studio 1, voor het groot amusement, een netto speeloppervlak van 40 bij 40 meter, een hoogte van 14 meter en tribunes voor 1000 gasten. Een 22 cm dik betonnen dak zorgt er voor dat geluid van buitenaf niet stoort en fungeert ook als koeling. De studio’s, uitgevoerd met zwevende vloeren kunnen dankzij de goede geluidisolatie dicht bij de kantoren gesitueerd worden, waarmee een andere belangrijke eis is ingelost.
Ter verhoging van de bouwsnelheid zijn in de uitvoering kantoren en studio’s als twee verschillende bouwplaatsen uitgevoerd. Maar in het uiteindelijke resultaat is daar niets van terug te zien. De beide ‘gebouwen’ gaan verscholen achter een relatief sobere, lichtgekleurde betonnen gevel. Het U- vormige gebouw heeft strakke contouren en een consequent doorgevoerd gevelraster. Vreeburg: “Dit betonraster komt tot leven door kleuraccenten via de gekleurde verticale panelen bij de ramen. Als je langs het gebouw loopt of rijdt ervaar je steeds weer een wisselend kleurenspel.” “Het ontwerp en bouwproces pleegden een grote aanslag op onze organisatie. Veel van onze mensen zijn dagelijks betrokken bij materiaalkeuzes en de bouwdirectie wilde bij elk overleg met gemeenten en bouwpartijen aanwezig zijn. Steeds weer bleven we doorvragen tot wij begrepen wat de bouwers bedoelden, onze cultuur verschilt erg van die van de bouw. Ik denk dat weinig opdrachtgevers zo dicht op het bouwproces hebben gezeten als wij. In Aalsmeer hebben we zelfs een mock up laten maken van de receptie en toiletunits. We hebben het de ontwerpers zeker niet gemakkelijk gemaakt.”
Atrium “Parel van het gebouw is de entree Plaza, met aan de buitenkant een waterpartij voor de berging van regenwater,” zegt De Man. “In het atrium komt het ware theaterkarakter van het gebouw tot leven. Interieur ontwerper Paul
Linse geeft deze ontvangstruimte met sfeervol gekozen interieur elementen extra glans.” Het atrium, dat aanvankelijk niet in het programma van eisen was opgenomen, voegt tal van gebruiksmogelijkheden toe. Het fungeert als centrale ontvangstruimte, ontmoetingsplein en wachtruimte. Het bevat een restaurant en een artiestencafé en kan flexibel worden ingezet voor besloten bijeenkomsten of kleinere evenementen. Ook hier spelen licht, lucht en ruimte een belangrijke rol. De glazen gevel en overkapping vormen een geruisloze overgang van het entreeplein aan de buitenzijde met haar plateaus aan het water waar het publiek en personeel kunnen flaneren naar het al even sfeervolle binnenplein. “In een kort tijdsbestek is het omvangrijke project gerealiseerd. In november 2007 zijn we in zee gegaan en nu in juni 2010 is het gebouw al in gebruik. Hoewel we pech ondervonden door bezwaren van omwonenden en de strenge winter hebben we hier onze strakke deadlines en improvisatie vanuit de televisiewereld gehandhaafd. We zijn daarom misschien wel een beetje lastige opdrachtgever geweest, maar het is gelukkig in een goede werksfeer en in goed overleg tot dit resultaat gekomen.” Afbouwers leggen de laatste hand aan het atrium. Mochten ze niet helemaal op tijd klaar zijn voor de officiële opening, dan passen de mannen van het entertainmentbedrijf hun improvisatietalent toe. “Tenslotte is decorbouw onze tweede natuur; Prinses Maxima ontvangen we, hoe dan ook in een perfect ogende entreehal.”
Architectuur moet de gemeenschap haar buurt weer teruggeven. Door groeiende regelgeving en het marktdenken zijn bewoners consumenten geworden in een strak stramien. Chris Zwiers en John Bosch verkennen architectuur die faciliteert. Architectuur in dienst van een samenleving die alle keuzes nog wil maken. Met de I-community schetsen ze een woonwijk waarin bewoners vrijheid krijgen zich naar eigen voorkeur tot een kleine gemeenschap te ontwikkelen.
Faciliteren in plaats van consumeren Architectuur kan vrijheid terug brengen op de woningmarkt
Bouwlokatie Samen met Herman van de Berg van DZT Zadelhoff zocht Endemol de lokatie die het best aan de eisen voldoet. Er waren uiteindelijk drie opties: • Aanpassen van de lokatie in Aalsmeer; • Amsterdam Noord op de KNSM-werf terreinen; • De ArenA lokatie in Amsterdam Zuidoost. Doorslaggevend voor de derde lokatie was de infrastructuur; de bereikbaarheid met openbaar vervoer en auto en de korte afstand tot Schiphol. Het rechthoekige bouwkavel ligt ingeklemd tussen De Loper, De Passage, De Holterbergweg en sportvelden. Sjaak Vreeburg: “Tijdens het proces naar nieuwbouw is goede samenwerking met gemeentelijke overheden erg belangrijk geweest. Voor ons was het ook een eerste kennismaking met de complexe lokale politiek. Het gebied hoort tot Ouder Amstel, de grond is van de Gemeente Amsterdam en het postadres is officieel Duivendrecht.”
BouwGEGEVENS Opdrachtgever: Endemol Nederland B.V. Aalsmeer Projectontwikkelaar: G&S Vastgoed B.V. Amsterdam Hoofdaannemer: G&S Bouw Amsterdam Adviseur voor constructies: Van Rossum Raadgevende Ingenieurs Maarssen b.v. Adviseur voor installaties: Wichers & Dreef bv Badhoevedorp Adviseur voor bouwfysica: LBP Sight Nieuwegein Bruto vloeroppervlak: 35.930 m2 Architect: ir. Wouter Zaaijer / ir. Marlies Kateman Interieurarchitect: Studio Linse Amsterdam / OeverZaaijer Oplevering: juni 2010
INFORM
6
7
Chris Zwiers, stedebouwkundige en John Bosch architect bij OeverZaaijer vinden dat het “verkeerde marktdenken” in de architectuur van de woningbouwmarkt een te grote rol is gaan spelen. “Woningen worden allemaal ontworpen voor dezelfde consument”. Een erg Amerikaanse benadering,” zegt Bosch. “Alsof een goede woning ontworpen wordt op basis van een gedefinieerde groep mensen. Die focus is wat ons betreft wat kort door de bocht. Wensen van de consument zijn niet allemaal hetzelfde en veranderen tijdens hun leven. Ook maatschappelijke veranderingen veranderen de wens. Er zijn een aantal ontwikkelingen die van invloed zijn op de woonwens waarop nog geen passend antwoord wordt gegeven door onze professie.” Denk aan de verhouding tussen het individu en de gemeenschap, tussen privacy en behoefte aan contact. “De antwoorden daarop denken we primair te vinden op het stedebouwkundig vlak,” voegt Zwiers toe. “Het samenspel tussen mens en ruimte weer ontdekken. Geef niet een kant en klare oplossing, maar een ruimte aan de gemeenschap om die oplossing zelf te vinden.” Bosch: “Hierin denken wij duurzame architectuuroplossingen te vinden. Maatschappelijk verantwoord, in de geest van People Planet Profit, zo je wilt. Met de nadruk op People. Architectuur die een basis biedt voor avontuur. Die de woonwens faciliteert in plaats van helemaal invult.” Want wonen in Nederland is tot in de details vastgelegd. Tot diep in de woningen gelden regels. “Die zogenaamde netheid en schoonheid van de Nederlander is een verstarring, ontstaan en versterkt door de steeds groeiende drang van bovenaf om dingen vast te leggen en in voorschriften en regels te vatten,” zegt Zwiers. “Architecten kunnen hier veel meer initiatief nemen dan we denken”, zegt Bosch. Waarom rijtjeshuizen? Nu de vraag vanuit de markt om duurzame kwaliteit steeds luider wordt, moeten we de kans om te veranderen met beide handen aanpakken. Uit de ivoren torens, weg van de starre structuren, nu moeten we zoeken naar nieuwe duurzame woonvormen.”
waarin men komt te wonen, de plek, belangrijker is.” In het I-concept streven de architecten naar het organiseren van woningen tot prettige en duurzame woonmilieus. Creëer extra hoogte op de begane grond en extra oppervlakte in de woning i.p.v. de vastgeroeste plattegrond met de minimale maten, vastgestelde hoogten en de zoveelste variatie in de façade. Door de extra ruimte ontstaat er flexibiliteit en meer vrijheid voor de bewoner. De I-community heeft een optimaal schaalniveau, een stedebouwkundige eenheid van ongeveer 30 woningen. Communities van lage wooneenheden met twee tot drie bouwlagen. Hierbinnen kan door een gedifferentieerd aanbod een mix van gebruikers ontstaan, (gezinnen, starters, alleenstaanden) en het biedt de mogelijkheid binnen de eigen buurt een wooncarrière te doorlopen. De collectieve buitenruimte krijgt een uitnodigend karakter. Bij elke woning is een zone van 3 meter diep. Behalve ommuren of volbouwen mag hier alles. Parkeerplein-
tjes buiten de deelgebieden bieden de mogelijkheid tot interactie tussen de bewoners. De gemeenschap wordt zelfs de vrijheid gegeven speel- en ontmoetingsplekken zelf te bepalen, volgens het principe van shared space. De I-communities lenen zich voor zowel binnenstedelijke als buitenstedelijke toepassing. Voor verschillende doelgroepen, met diverse culturele achtergronden, maar met de wens om naast de individuele wensen ook veel gemeenschappelijk te hebben. Van groot belang vinden Bosch en Zwiers dat er gemeenschappen ontstaan die met elkaar tot de conclusie komen dat ze er graag willen wonen.
voor een kopje koffie en stuit op verbazing en voorzichtigheid. “Ik ervaar dat zelf ook op een galerij. Het is niet ontworpen om communicatie te bevorderen. Je wilt er zo snel mogelijk weg,” zegt Bosch. “En toch kan dat ook anders. Rudy Uytenhaak voorzag de keukens in de brandweerkazerne aan de Weesperstraat te Amsterdam aan de galerijzijde van een schuifpui. Als mensen er behoefte toe voelen zetten ze hem open. Er ontstaat een veel vriendelijkere basis voor contact met de buren. Zo willen wij de mensen weer verleiden om te investeren in de omgeving.”
John Bosch:
I-community
Ontmoeten
Een eerste verkenning van de mogelijkheden is onlangs uitgewerkt in het concept ‘De I-community: Zo wil ik wonen? Dáár wil ik wonen!’ als inzending voor de ideeën prijsvraag van Nprom, BNA en Nederland wordt Anders. Het is een voorstel voor het indelen van een wijk in aantrekkelijke woonmilieus (dáár wil ik wonen) waarin de bewoners grote individuele vrijheden kennen bij de wensen op het gebied van woning en woonomgeving. (zo wil ik wonen). De I-community ontwikkelt zich op basis van een aantal trends als vergrijzing, veranderingen in traditionele woon- en leefpatronen door diverse groepen allochtone Nederlanders, het wegvallen van sociale contacten, de toename van 1 en 2 persoonshuishoudens en toenemende individualisering, de ‘me-myself and I’ ontwikkeling. Zwiers: “We gaan er in dit concept van uit dat niet de individuele woning belangrijk is, maar meer de gemeenschap
Bosch: “Je kunt een goed stedebouwkundig plan niet verpesten met slechte architectuur, maar je kunt slechte stedebouw niet goed maken met goede architectuur. Daarom is een grondige studie en investering in dit deel van het ontwerpproces van groot belang. Chris: “De I-community zal daarom per lokatie verschillen, want onze ervaring is dat er wel degelijk verschillen zijn tussen de woonwensen van bijvoorbeeld mensen in het oosten van Nederland en in het zuiden. Ook op dit niveau is het belangrijk te praten met lokale stakeholders. Praten met mensen in plaats van over mensen”. Stedebouw en architectuur moeten de basis gaan leveren voor communicatie. Faciliteren van de gemeenschap om elkaar weer te ontdekken. Dat de samenleving weer moet leren samenleven, illustreert de Sire reclame over ‘aardige mensen, hoe ga je er mee om?’ Waar een vrouw op een galerij haar buurvrouw uitnodigt
INFORM
8
9
“De haalbaarheid van onze ideeën hebben we getoetst aan de hand van een bestaande ontwikkellokatie, de Marslanden in de gemeente Hardenberg. De tekeningen laten zien hoe de gemeenschappen op verschillende manieren kunnen worden uitgewerkt. In geschakelde vorm, als gezinshuis of patiowoningen rondom een centraal groengebied of in een mix van woningtypes bij elkaar. Van groot belang is hier weer de organisatie van de woningen en de clusters rondom het shared space idee. En wat wij heel erg belangrijk vinden is dat de I-community ruimte overlaat voor individuele expressie. Ruimte voor zo-wil-ik-wonen.”
Chris Zwiers: “Om onze bedoelingen met de I-community te illustreren, hebben wij het concept stapsgewijs opgebouwd. Te beginnen met de analyse van ons verkavelingprincipe. Het aandeel shared space, privéwoonruimte, privégroen en collectief groen en niet te vergeten de plek van de auto. Vervolgens de plek van de voordeuren en de schakeling van de woningen en de mogelijke clustering van I-communities.”
Architectuur als noodzaak De adviesrol van de architect wordt de laatste jaren steeds belangrijker, vindt Wouter Zaaijer. Dat klinkt wat bijzonder nu de positie van de architectenbranche sterk lijdt onder zowel de economische- als de vastgoedcrisis. Toch is het helder dat de toenemende vraag naar duurzaamheid van gebouwen en de wens van klimaatneutraal bouwen een beroep doen op architecten en stedebouwers. Al vanaf de negentiger jaren is OeverZaaijer als bureau actief op dit gebied. In 1997 werd het hoofdkantoor van Eneco in Den Haag al ontworpen met flexplekken voor alle kantoorbewoners en werd een zeer hoge energieprestatie EPN ++ bereikt. In de brochure “Maatschappelijk Verantwoord Ontwerpen” zijn de gedachten van het bureau over duurzaamheid verder ontwikkeld en samengevat. OeverZaaijer legt bij haar ontwerpen een nauwe relatie tussen ecologische, economische en maatschappelijke processen. Met een duidelijke zes punten aanpak toetst het bureau alle plannen op de noodzakelijke balans tussen people, planet en profit. Architectuur is een verbindend element in de vastgoedmarkt met stedebouw als basis en bouwkunde als een elementair bestanddeel.
Dutch Green Building Council Vanuit de rol van founding partner van de DGBC werken wij verder aan bredere toetsingskaders zoals Breeam. Wouter Zaaijer gelooft in de concrete certificering van gebouwen om duidelijk te maken hoe belangrijk dit proces is. In een vroege fase van het ontwerpproces wordt van architecten verwacht dat zij richting geven aan de ontwikkeling van het bouwproces. Streven naar een certificaat maakt dit expliciet. Om dit te bereiken is een intensieve samenwerking nodig tussen alle partijen die bij het ontwerpproces betrokken zijn. “Integrale” ontwerpprocessen zijn noodzakelijk om te komen tot het niveau van kwaliteit dat momenteel gevraagd wordt. Het architectenbureau wordt uitgedaagd hier de coördinerende rol te spelen. Wouter Zaaijer ziet dat OeverZaaijer vanuit haar ervaring en ambitie die rol op zich neemt.
Wat gaat de toekomst ons brengen? Niet zo’n rare vraag in deze turbulente tijd. Nederland heeft veel leegstaande kantoren en de vraag naar woningen neemt af. OeverZaaijer heeft zich verdiept in herontwikkeling van gebouwen en gebieden. Stadscentra, uitbreidingswijken, winkelcentra en woongebieden zullen verrijkt moeten worden, als zij de toekomst met vertrouwen in willen gaan. Natuurlijk, er zal minder nieuwbouw zijn, maar er is een grote vraag naar vernieuwbouw. De toenemende voorraad leegstaande gebouwen vraagt om nieuwe oplossingen, betere energieprestaties en opwaardering van de stedelijke context. OeverZaaijer is trots op de gerealiseerde voorbeelden hiervan zoals het WTC Amsterdam op de Zuidas en het stadscentrum in Hardenberg. Ook de herontwikkeling van het nieuwe hoofdkantoor van FrieslandCampina in Amersfoort spreekt boekdelen. Een betonnen kantoorkolos uit de jaren zeventig omvormen tot een modern, duurzaam kantoorgebouw, waarin communicatie en ontmoeting centraal staan. In onze brochure “Renovatie en Herontwikkeling” geven we de nodige voorbeelden. OeverZaaijer is klaar voor de toekomst.
Nieuwe uitdagingen! Wouter Zaaijer is recht door zee! OeverZaaijer gaat door met verbreding van haar activiteiten qua segmenten en qua regio’s. Er is meer vraag naar bijvoorbeeld “leisure” projecten, zoals hotels, vakantiewoningen en pretparken; tevens kijken we naar andere markten, zoals Oost Europa. Voor Montenegro heeft ons bureau een megaplan gemaakt voor het kustgebied als toeristische ontwikkeling: een winnend ontwerp in een internationale competitie. In Slowakije en Polen zijn we bezig met stedebouwkundige en leisure ontwikkelingen. Wij zien in Nederland nog vele nieuwe hotels komen en in het buitenland vele nieuwe woongebieden en vakantieparken. OeverZaaijer zal haar hoofdactiviteiten in Nederland hebben, maar schuwt buitenlandse uitdagingen niet. In 2010 heeft zij een vestiging op Curaçao opgericht, mede om hier twee grote nieuwe hoofdkantoren te ontwerpen/bouwen. Ook op stedebouwkundig terrein zullen nieuwe projecten uitgevoerd gaan worden. De bestaande ervaring met duurzaamheid wordt daar toegepast en, sterker nog, de ervaring daar wordt weer gebruikt hier in Nederland.
OeverZaaijer, form follows people
INFORM
10
11
MEDIO OKTOBER IS HET ZOVER! We verhuizen naar ons nieuwe pand aan de Pedro de Medinalaan 7a op IJburg Amsterdam. Het gebouw is gesitueerd aan het water op de kop van het Steigereiland, direct rechts gelegen na de Enneus Heermabrug het eerste gebouw als men IJburg oprijdt. Het is een multifunctioneel bedrijfsverzamelgebouw dat bestaat uit 2 vleugels van respectievelijk 4 en 5 bouwlagen op een parkeergarage. Tussen de 2 vleugels is over de volle lengte een 14 meter hoog atrium. De beide gebouwdelen zijn verbonden met bruggen door en langs het atrium. Op de begane grond aan het atrium zit een bedrijfsrestaurant met café en een besloten terras op het zuiden. Een tweetal liften en een representatief trappenhuis ontsluiten vanuit het atrium de verdiepingen. De gevels van het gebouw zijn uitgevoerd met verdiepingshoge glaspanelen waardoor men een groots uitzicht heeft. Hier gaan we ons met Ingenieursgroep van Rossum, Burginvest, Total Identity, Dartli, Crux, Mosa en Materia huisvesten.
OEVERZAAIJER OP PROVADA EN EXPO REAL Op de Provada 2010 was ons bureau actief aanwezig; tal van relaties werden hier ontvangen. Wouter Zaaijer presenteerde hier een duurzaam plan voor een Olympisch dorp in Amsterdam. Dit trok veel belangstelling op de beurs en ook in de media. Het Financieele Dagblad en de Telegraaf weidden daar artikelen aan.
In 2010 nemen wij ook deel aan de Expo Real vastgoedbeurs in München. Onder de paraplu van het Holland Property Plaza (HPP) zijn wij daar actief om internationale relaties aan ons te binden.
Pedro de Medinalaan 7a 1086 XK Amsterdam
Postbus 37697 1030 BH Amsterdam
(nieuwe adresgegevens per medio oktober)
E
[email protected] I www.oz-p.nl