VOORWOORD Waarom een verhaal over de geschiedenis van de huisartsenzorg in Best? Omdat ik altijd gefascineerd was over de verhalen "hoe het er vroeger aan toe ging". Omdat ik altijd veel anekdotes heb gehoord over de vroegere Bestse artsen via mijn schoonfamilie. Omdat er nog nooit een totaaloverzicht verschenen was over de geschiedenis van de Bestse huisartsgeneeskunde. Omdat ooggetuigen van vroeger steeds schaarser worden. Omdat ik altijd gefascineerd was door het straatnaambordje "Dokter De Steenhuijsenlaan" en mij altijd afvroeg wat voor verhaal er achter die naam zou zitten. Omdat geschiedenis nou eenmaal mijn hobby is en ik het gewoon ontzettend leuk vind om dit te doen. En, omdat ik ook mijn respect wil tonen voor al die illustere voorgangers die hier in Best het prachtige vak huisartsgeneeskunde hebben uitgeoefend. Het boekje van de Heemkundekring "Dye van Best" over dokter Burgering was uiteindelijk het zetje wat ik nodig had. Met hulp van menigeen ging het daarna allemaal vanzelf. Het leuke van zo'n website is ook dat dit verhaal "dynamisch" is. Ofwel; toevoegingen, verhalen; het blijft allemaal welkom. Indien nodig is deze site gewoon aan te passen en uit te breiden! Ik heb heel veel plezier beleefd aan het samenstellen van dit overzicht. Ik hoop dat u net zoveel plezier beleefd aan het lezen ervan.
Best, februari 2012 Remon Hendriksen, huisarts
BIJ DE TWEEDE VERSIE Na het verschijnen van de eerste versie van de geschiedenis van mijn praktijk en de huisartsenzorg in Best op de website van mijn praktijk kreeg ik enorm veel leuke reacties van mensen uit Best. Verschillende mensen hadden voor mij nog interessant materiaal thuis liggen en stelden mij dat ter beschikking. Ook kreeg ik contact met de op dat moment 88-jarige, maar nog zeer vitale dokter Hamer, die in de jaren ’50 huisarts is geweest in het Wilhelminadorp. Samen met mijn oud-collega Huub Wolters heb ik hem thuis in Den Haag opgezocht en geinterviewd. Hierdoor werd een update van het verhaal noodzakelijk
Best, oktober 2013 Remon Hendriksen, huisarts
1
DE BESTSE ARTSEN IN DE 19e EEUW De eerste arts in Best was dokter J.F. van der Velde. Hij werd in 1839 aangesteld als gemeentearts. De functie gemeentearts dateert uit de tijd dat er nog geen ziekenfondsen bestonden. Gemeentes namen daarom artsen in dienst om de medische zorg te organiseren voor mensen die zelf geen dokter konden betalen. Een vorm van armenzorg dus. In 1853 werd van der Velde opgevolgd door dokter Petrus Dobbelaere. Na wat gedoe rond zijn salaris als gemeentearts liet Best hem vertrekken en werd hij in 1868 opgevolgd door dokter W. Bodenstaf. Over deze dokter Bodenstaf was men kennelijk niet zo tevreden, want 2 jaar later alweer werd hij door de gemeente verzocht zich elders te vestigen. Zijn opvolger was dokter Ghijsens. Ook hij bleef niet erg lang, want in 1879 vertrok hij naar een andere gemeente en werd hij opgevolgd door dokter A.N. Brants. Na 5 jaar overleed dokter Brants en opnieuw moest gezocht worden naar een opvolger. Deze vond men in dokter F.H. Ophoff die de gemeentearts van Best bleef tot aan zijn dood in 1899. Hierna zat Best 3 jaar zonder arts. Men deed daarom in die periode vaak een beroep op dokter Lorbach uit Oirschot. Een huisvisite van dokter Lorbach moet een hele belevenis zijn geweest, want hij bezocht zijn patiënten met een stoomfiets, een voorloper van de motor.
DOKTER DE STEENHUIJSEN
W.D.Th.B. de Steenhuijsen, huisarts in Best In december 1901 werd dokter Willem Dull Thomas Bavon de Steenhuijsen benoemd tot gemeentearts in Best, waar hij zich op 12 mei 1902 vestigde. Tot dat moment was hij woonachtig en werkzaam in Amsterdam, maar hij was geboren in Pankal Pinang op het eiland 2
Banka, ten oosten van Sumatra in het toenmalige Nederlands-Indië. In zijn beginjaren reed hij al rond in een heuse auto. Een nieuwigheid voor die tijd, want dokter de Steenhuijsen en fabrikant de Wert van de boterfabriek waren de eerste 2 autobezitters in Best in die jaren voor de Eerste Wereldoorlog. Dokter de Steenhuijsen heeft in Best, maar ook regionaal, veel bijgedragen aan de bevordering van hygiënische verzorging van de bevolking. Zo zette hij een vorm van zwangerschapsbegeleiding op. Hij kreeg te maken met diverse mazelenepidemieën in Best. Hij nam daarbij gepaste maatregelen door scholen tijdens deze epidemieën tijdelijk te sluiten. Naast zijn werk als arts was hij ook verder maatschappelijk actief. Zo trad hij in 1903 toe tot het bestuur van harmonie De Eendracht in Best.
Doktersnota (1912) In 1919, toen hij een betrekking elders aanvaarde, kreeg hij eervol ontslag als gemeentearts. Maar ook veel later, tijdens de bezettingsjaren, heeft hij zich zeer verdienstelijk gemaakt voor de Bestse gemeenschap. Zo was hij als arts was betrokken bij verzetsactiviteiten. Tevens verving hij tijdens de oorlog de toenmalige artsen in Best als deze moesten onderduiken. Zelf werd hij ook nog opgepakt door de bezetter, en wel op 4 juni 1943. Hij werd kort daarop weer vrijgelaten.
Een straatnaam in Best-West Pastoor Richard Schreurs kan zich dokter de Steenhuisen nog goed herinneren. In 1944 werd een deel van Best geëvacueerd in verband met het naderend oorlogsgeweld. Het gezin 3
Schreurs (2 ouders, 8 kinderen, een meisje voor dag en nacht en een pater uit Oirschot die niet meer naar zijn klooster kon) werd ingekwartierd bij het gezin van Janus de Koning, een boerenfamilie aan de Piekenhoek. Ook dokter de Steenhuisen en zijn vrouw waren daar ingekwartierd. Dokter de Steenhuisen bezat veel kennis over welke paddenstoelen in het wild eetbaar waren en welke niet. Van deze waardevolle kennis werd goed gebruik gemaakt. Toen de evacués door de Duitsers gedwongen werden verder te trekken weigerde de Steenhuisen aanvankelijk: "Ik vertrek hier niet, schiet me maar kapot", heeft hij toen geroepen. Uiteindelijk is dit gelukkig allemaal weer goed gekomen.
Een diner op 8 sept 1946 thuis in “Villa Heyenheuvel” aan de tegenwoordige Prinses Margrietlaan in Best. Links op de foto zit dokter de Steenhuijsen tussen zijn nicht Mollie (li) en mevrouw Kuipers-van Dijk (re), de echtgenote van dokter Kuipers. In 1948 kreeg hij tgv zijn 80-e verjaardag het ereburgerschap van de gemeente Best als erkenning voor zijn buitengewone verdiensten voor de Bestse gemeenschap. Hij was de eerste Bestenaar die deze eer te beurt viel. Tevens was hij Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In Best-West is nog een straat naar hem vernoemd.
De heer en mevrouw de Steenhuijsen
4
Dokter de Steenhuijsen ligt begraven in het monumentale familiegraf van zijn schoonfamilie, de familie Hoppe, op het Odulphuskerkhof in Best. Op de onderste helft van de grafsteen staat, nauwelijks nog leesbaar, de volgende tekst:
DR. DE STEENHUIJSEN GEB. 8-9-1868
OVERL. 14-10-1949
RIDDER IN DE ORDE VAN ORANJE NASSAU EREBURGER VAN BEST EN ZIJN ECHTGENOTE MARIA SOPHIA HENDRIKA HOPPE GEB. 21-12-1881
OVERL. 14-11-1958
Familiegraf Hoppe op het Odulphuskerkhof in Best waar dokter De Steenhuijsen zijn laatste rustplaats heeft gevonden. De tekst op de grafsteen is nog maar nauwelijks leesbaar.
5
DOKTER BURGERING
H.J.M. Burgering, huisarts in Best De opvolger van De Steenhuijsen als gemeentearts van Best was Henricus Jacobus Marinus (Harrie) Burgering (geboren te Amsterdam op 25 april 1891). Hij vestigde zich in Best op 1 maart 1919. Dokter Burgering heeft een grote bijdrage geleverd aan de opzet van een afdeling van het Wit-Gele Kruis in Best in 1920. Daarbij mag ook de belangrijke rol van zuster van den Eerenbeemt niet onvermeld blijven. Zuster van den Eerenbeemt was de eerste allround wijk- en kraamverpleegkundige in Best. Door goede voorlichting aan jonge moeders over zaken als verzorging, voeding en hygiëne heeft het Wit-Gele kruis enorm bijgedragen aan het terugdringen van de kindersterfte in Best.
Zuster Gertruda Arnolda Josephina Maria van den Eerenbeemt Na zijn huwelijk met Marietje Janssen betrok het jonge echtpaar Burgering eind 1919 een woning aan de toenmalige Dorpsstraat (de tegenwoordige Hoofdstraat), direct aan de overweg. 6
In de oorlogsjaren heeft dokter Burgering, samen met zijn collega's de Steenhuijsen en Kuipers, zich erg verdienstelijk gemaakt door zijn hulp aan oorlogsslachtoffers. Samen met 4300 andere Nederlandse artsen hebben deze 3 artsen ook geweigerd zich aan te sluiten bij de door de Duitsers verplichte zogenaamde artsenkamer. Op 5 december 1941 ondertekenden zij een bezwaarschrift tegen de instelling daarvan.
Dokter Burgering in zijn apotheek Het huis van dokter Burgering heeft in de loop van de jaren meerdere malen een gedaanteverwisseling ondergaan. Persoonlijk drama daarbij was de verwoesting van zijn woning bij de overweg op 17 september 1944, rond de bevrijding. Een munitiewagen, die vlak voor het huis stond, werd getroffen door Engelse jagers waarna de dokterswoning in vlammen opging. Enkele jaren later verrees op dezelfde plaats de nieuwe woning met praktijkruimte van dokter Burgering. Deze markante woning werd in 1998 afgebroken in verband met de verdubbeling van het spoor en de aanleg van de spoortunnel.
Het huis van dokter Burgering rond de jaren ’20 (links), vlak voor de oorlog (midden) en na de oorlog tot de afbraak in 1998 (rechts) Na de oorlog was hij geen gemeentearts meer, maar gewoon huisarts. Door de ziekenfondswet was iedereen inmiddels verzekerd tegen ziektekosten en was de armenzorg gelukkig niet meer nodig. Een mooi verhaal wat oudere Bestenaren zich nog vaak kunnen herinneren is dat als dokter Burgering binnenkwam, hij nooit zomaar de deurklink vast pakte. Dit om eventueel contact met schadelijke bacteriën te vermijden. Als hij geen handschoenen bij zich had opende hij de deuren met zijn elleboog in plaats van met zijn hand. Naast zijn praktijk aan de toenmalige Dorpsstraat had dokter Burgering ook 15 jaar lang een praktijk in de Batafabriek.
7
Het echtpaar Burgering (rechts) op een receptie
Opmerkelijk is dat zijn broer Piet jarenlang huisarts is geweest in Oirschot. Hun beider echtgenotes waren zussen van elkaar.
Nota dokter Burgering uit 1956. Dokter van Abeelen was toen al werkzaam in zijn praktijk 8
Op 1 januari 1961 stopte hij, na bijna 42 jaar, met zijn praktijk en droeg deze over aan zijn opvolger dokter Pieter van Abeelen (geb. 9-11-1927), die al enkele jaren in zijn praktijk werkzaam was geweest. Dokter Burgering was toen bijna 70 jaar oud. Hij is de langst praktiserende huisarts geweest uit de geschiedenis van Best. Dokter Burgering overleed op 9 maart 1971. Hij werd 79 jaar oud.
DOKTER KUIPERS
Jules Kuipers, huisarts in Best Door de komst van grote industrieën, zoals de Bata, maakte Best een groeiperiode door in de jaren ’30. De bevolkingsomvang van Best werd te groot voor dokter Burgering alleen. Daarom werd in 1937 dokter Jules Kuipers aangesteld als 2e gemeentearts van Best. Met dokter Jules Kuipers begint de geschiedenis van deze praktijk. Dokter Kuipers was geboren in Winschoten op 1 april 1910. Na zijn studietijd in Groningen en Utrecht heeft hij een tijd waargenomen in verschillende huisartsenpraktijken door heel het land voordat hij zich in Best vestigde. Aanvankelijk trok hij in bij smid Neggers aan de Bosseweg, het pand waar thans antiekzaak Isphording in is gevestigd. Na zijn huwelijk met Mien van Dijk trok het jonge echtpaar in het pand aan de Nieuwstraat nummer 54.
9
De Nieuwstraat in die tijd, met geheel rechts een deel van het praktijkpand van dokter Kuipers Al snel brak de oorlog uit en werd Nederland geconfronteerd met de bezetting. Net als zijn collegae de Steenhuijsen en Burgering heeft ook dokter Kuipers geweigerd zich aan te sluiten bij de door de bezetter ingestelde "artsenkamer". Dat betekent dat hun werk als arts tijdens de oorlog in de ogen van de bezetter niet helemaal legaal was, maar ze werden wel getolereerd. Waarschijnlijk omdat er anders veel te weinig artsen waren geweest. Toch bracht hun dat wel eens in problemen met de bezetter waardoor zowel Kuipers als Burgering soms een tijdje moesten onderduiken bij een boer. Zij werden dan vervangen door de bejaarde dokter de Steenhuijsen. In goede samenwerking hebben deze 3 artsen de Bestse bevolking, de onderduikers en de oorlogsgewonden medisch door deze zware jaren heen geloosd
Het echtpaar Kuipers
10
Een aardige anekdote van dokter Kuipers uit die tijd staat beschreven in het boek "Best in oorlogstijd" van Aad Jongbloed: Een boer uit de Vleut had in november 1943 een varken illegaal geslacht en wilde de helft van het varken geven aan zijn zwager in Aarle. Maar hoe vervoer je een illegaal geslacht varken zonder op te vallen? Dokter Kuipers besloot de man te helpen en laadde het vlees in zijn auto. Bij de spoorwegovergang in het dorp aangekomen blijken de bomen dicht te zijn. Ook vervelend was dat bij het huis van dokter Burgering bij dezelfde overgang een politieagent en een landwachter stonden. Dokter Kuipers claxonneerde naar de spoorwachter die, in de veronderstelling dat hij naar een spoedgeval moest, direct de slagbomen voor hem open deed. De agent en de landwachter hadden daar andere ideeën over en gaven dokter Kuipers een stopteken. Met een wijde boog echter reed Kuipers om de twee heen, het stopteken negerend, en leverde hij het varken af op de plaats van bestemming. Nu had dokter Kuipers al geen beste naam bij de bezetter, dus hij realiseerde zich dat dergelijke incidenten een hoop gedonder konden opleveren. Hij besloot daarom een brief te schrijven naar de rechtbank in Den Bosch, waarin hij aangaf een stopteken genegeerd te hebben omdat hij op weg was naar een spoedgeval. Een paar weken later ontving Kuipers de brief waar hij met angst en beven op gewacht heeft. De rechter veroordeelde zijn handelswijze en gaf hem daarom een boete. Van slechts 1 gulden.....
Op de koffie in de BATAkapel (1949). Van links naar rechts vanaf de koffiejuffrouw (waarvan de naam onbekend is): gemeentesecretaris L. Jansen (half verscholen); Henk Looijmans; dokter Kuipers; burgemeester Notermans, en uiterst rechts een nog onbekende man. Rond de bevrijding was dokter Kuipers, samen met de wijkverpleegkundigen Gré Matthijsen en Fien Olfers, actief bij het verzorgen van gewonden in het Amerikaans noodhospitaal wat was ingericht in de boerderij van familie van de Coevering op de hoek van de Klaverhoeksesteeg en de Klaverhoekseweg. Zowel geallieerde als Duitse soldaten konden hier rekenen op de juiste zorg. Bij het noemen van de naam van wijkzuster Gré Matthijsen mag niet onvermeld blijven dat zij de echtgenote was van Henk der Kinderen, leider van een 11
verzetsgroep in Best die zich bezighield met het inwinnen van inlichtingen voor de geallieerden.
Nota dokter Kuipers voor een bevalling (1944)
Oudere Bestenaren spreken nog steeds vol bewondering over dokter Kuipers. Vele mensen weten zich nog te herinneren hoe hij, rondrijdend in een rode Triumph Spitfire en gekleed in een bijpassende pofbroek, zijn huisvisites tot diep in de nacht deed. Hij bleef naar oplossingen zoeken voor de problemen van zijn patiënten. Als dat niet lukte met de "reguliere" geneeskunde, dan zocht hij verder. Zo geloofde hij in de werking van aardstralen en maakte hij soms gebruik van de kennis en ervaring van een wichelroedeloper om mensen van hun 12
klachten af te helpen. Naast dat harde werken was er gelukkig ook tijd voor ontspanning. Zo genoot hij er van om samen met zijn vriend Herman Aartsen, die een drogisterijzaak had aan de Nieuwstraat, een door Aartsen zelf gebottelde neut te pakken.
Praktijkpand Nieuwstraat 45 in aanbouw In de jaren '50 liet hij een nieuw huis met praktijkruimte bouwen aan de overkant. Nieuwstraat 54 werd Nieuwstraat 45 en vanaf nu werkte hij vanuit het kenmerkende witte huis waar de praktijk tot 1997 gevestigd zou blijven. Naast deze praktijkruimte maakte hij ook nog gebruik van een praktijkruimte in het Wilhelminadorp (Prof. Titus Brandsmastraat) om de vele BATA-werknemers in zijn praktijk die daar woonachtig waren van zorg te kunnen voorzien.
Huidige ingang Nieuwstraat 45. Nog altijd herinnert het naambordje aan de eerste bewoner. 13
De brievenbus aan de Nieuwstraat werd versierd met een esculaap; een echte dokterswoning Op 1 april 1967 moest hij wegens gezondheidsredenen zijn praktijk neerleggen. Hij kreeg daarna een betrekking als geneesheer-directeur van verpleegtehuis Meerwijck in Orthen (Den Bosch). Deze functie heeft hij uitgeoefend tot aan zijn pensionering. Dokter Jules Kuipers overleed op 4 december 1990 in zijn woonplaats Den Bosch. Hij werd begraven bij zijn echtgenote, die enkele jaren eerder overleed, op het Odulphuskerkhof in Best. Hij werd 80 jaar oud.
Dokter Jules Kuipers op latere leeftijd 14
Naast zijn werk als huisarts was dokter Kuipers medisch adviseur van het Wit Gele Kruis in Best. Daarnaast was hij actief in het cultureel, maatschappelijk en sociaal werk in Best. Hiervoor ontving hij bij zijn afscheid als huisarts de Erepenning van de gemeente Best. In 1985 werd hij ook nog Ereburger van Best. Zijn echtgenote, mevrouw W. Chr. M. Kuipersvan Dijk kreeg, tegelijk met haar man in 1967, ook de Erepenning van de gemeente. Zij kreeg deze onderscheiding omdat ook zij zich zeer verdienstelijk had gemaakt voor de Bestse gemeenschap. Zij vervulde verschillende bestuursfuncties, o.a. van de Mater Amabilisschool, Stichting Natuurtheater Best, de culturele vereniging "Geloof en Wetenschap", het Gemengd Koor Best en de gemeentelijke culturele adviescommissie.
15
Hoe veel er ook veranderd is in al die jaren die kwamen na dokter Kuipers, het telefoonnummer van zijn praktijk is nog altijd te herkennen in het huidige telefoonnummer van huisartspraktijk Hendriksen: deed men vroeger een beroep op dokter Kuipers, dan draaide men het telefoonnummer 04998-325. Nu, een aantal nummeruitbreidingen en vele decennia later belt men 0499-371325!
Graf van het echtpaar Kuipers op het Odulphuskerkhof
DOKTER HAMER
Huisarts Frits Hamer in zijn latere praktijk in Den Haag Frits Hamer werd geboren in te Breda op 12 juli 1924. Direct na zijn studie geneeskunde in Utrecht (artsexamen 1 mei 1953) ging hij aan de slag als scheepsarts (eerst KNSM, route Paramaribo, later SMN, route Indonesie). Tussendoor heeft hij nog waargenomen in diverse huisartsenpraktijken.
16
In januari 1954 werd zijn vader getipt door Jules Keijzer (een Eindhovense apotheker waarmee hij bevriend was) dat er ruimte was voor een 3e huisartspraktijk in Best. Keijzer onderhield goede relaties met de ziekenfondsen, waardoor hij goed op de hoogte was waar vestigingsmogelijkheden waren. In Best werd veel gebouwd (Wilhelminadorp), dus er was zicht op een grote praktijk met groeimogelijkheden. Hamer besloot om op dit aanbod in te gaan en met Pinksteren 1954 opende hij zijn praktijk aan de drs. Moonenstraat 5 in Best. Een half jaar later huwde hij met Lieke ter Veer.
Praktijk dokter Hamer in het Wilhelminadorp aan de drs. Moonenstraat De groei van de praktijk viel echter tegen. Na het eerste jaar had hij 534 patiënten, maar de jaren daarna groeide de praktijk nauwelijks verder. Dat kwam mede doordat die 1e jaren het Wilhelminadorp veel minder hard groeide dan aanvankelijk gedacht werd. Het waren geen gemakkelijke jaren voor het jonge echtpaar en het kostte dan ook moeite om een goed bestaan op te bouwen. Een waarneemregeling in Best met de beide collegae Burgering en Kuipers in geval van afwezigheid bleek niet haalbaar. Dat geeft aan dat de onderlinge verhoudingen ook niet goed waren in die jaren. Wel kon hij afspraken voor waarneming maken met de Sonse huisarts Herman Huddleston Slater. Naast zijn baan als huisarts aanvaarde hij (in 1955) een functie als keuringsarts bij Bata. Hierdoor lukte het hem om zijn inkomen op peil te houden. Bij Bata onderhield hij een heel goede relatie met de bedrijsarts, dokter Woestenburg. zij waren ook bijna buren: Hamer woonde op nummer 5 en Woestenburg op nummer 1. Na 3 jaar besloot hij echter om zich elders als huisarts te gaan vestigen. Hij kon een bloeiende praktijk overnemen in Den Haag aan de Laan van Meerdervoort. Op 28 november 1957 droeg bij zijn Bestse praktijk met 600 patienten over aan Ad van der Einden. Met de overdracht was een bedrag van ruim 17.000 gulden gemoeid. Hij heeft als huisarts gepraktiseerd in Den Haag tot 1 mei 1993. Hij was toen bijna 69 jaar oud.
17
Een mooi verhaal uit zijn Bestse periode was dat, toen hij zich vestigde, de telefoonnummers welke in Best werden uitgegeven allemaal uit 3 cijfers bestonden waarvan het eerste cijfer een 5 was. De zogenaamde "300-serie" was zojuist helemaal vergeven. Omdat het makkelijk te onthouden telefoonnummer 500 nog vrij was, koos hij voor dat nummer. Dit telefoonnummer bestaat nog steeds in het nummer van een verre opvolger van dokter Hamer; patiënten uit de praktijk van mijn collega huisarts Valk bellen namelijk het nummet 371500!
Frits Hamer (rechts) samen met de opvolger van zijn opvolger: Huub Wolters (links)
Het echtpaar Hamer toont hun plakboek met oude herinneringen aan Remon Hendriksen
ANDERE HUISARTSEN IN BEST Na zijn vestiging als opvolger van dokter Hamer, verhuisde dokter van den Einden met zijn praktijk naar de Koningin Julianaweg. Door architect Tybout liet hij een praktijkpand bouwen op nummer 18 en na een tijdelijke huisvesting op nummer 76 (waar de apotheek in het schuurtje in de tuin was gevestigd) betrok hij definitief het karakteristieke pand nabij het 18
Wilhelminaplein. Op 12 december 1969 droeg dokter van den Eijnden zijn praktijk vervolgens weer over aan dokter Huub Wolters. In de wijk Hoge Akker kwam op 3 juni 1963 dokter Paul Rammeloo en in Naastenbest vestigde zich op 1 april 1967 dokter Wim van Mechelen. Van Mechelen nam een deel van de drukke praktijk van dokter van Abeelen over. Dit geeft al aan dat huisartsen in die tijd elkaar niet meer als concurrenten zagen, maar dat zij de onderlinge samenwerking zochten. Zij realiseerden zich dat zij een gezamenlijke verantwoordelijkheid hadden om de kwaliteit van zorg in Best gestalte te geven. Zij maakten daarom onderling hele goede afspraken voor onderlinge waarneming, vestiging en praktijkopvolging, en legden dat vast in een overeenkomst. Dit was erg vooruitstrevend voor die tijd in de Nederlandse huisartsenwereld en deze overeenkomst heeft dan ook later als voorbeeld gediend voor de modelovereenkomst van de Landelijke Huisartsen Vereniging.
DOKTER VERHELST
Th. Verhelst, huisarts in Best In 1964 kwam dokter Theo Verhelst uit Zeeland (geb. 25 maart 1935, St. Jansteen) werken als assistent in de praktijk van dokter Jules Kuipers. Als jonge dokter introduceerde Verhelst ook nieuwe ontwikkelingen in de huisartsenpraktijk. Zo werd gestart met de opbouw van het patiëntendossier. De zg. Groene Kaart, waar alle medische gegevens van patiënten op genoteerd werden, deed hiermee zijn intrede. Op 1 april 1967 nam dokter Kuipers afscheid en nam dokter Verhelst zijn praktijk over.
19
Huisartsenpraktijk Verhelst, het pand dat door zijn voorganger Kuipers werd gebouwd Dokter Theo Verhelst was, net als zijn voorganger, een gedreven arts, zeer toegewijd aan zijn vak. In tegenstelling tot dokter Kuipers, stelde dokter Verhelst weinig betekenis aan de werking van aardstralen. Wel paste hij vaak acupunctuur toe als hij er met de "reguliere" geneeskunde niet uit kwam.
De wachtkamer van dokter Verhelst
Assistentenluikje
Sport speelde een belangrijke rol in het leven van Theo Verhelst. Hij was een fanatiek hardloper. Ook wielrennen beoefende hij. Maar zijn grootste passie was de tennissport. Hij haalde ook een heel hoog niveau in de tennissport, waarbij hij zich kon meten met de Nederlandse top senioren. Hij bekwaamde zich ook in de sportgeneeskunde, waardoor hij zijn beroep en zijn passie kon combineren in zijn nevenfunctie als arts verbonden aan de tennisschool van Henk van Hulst. Hij heeft zo vele grote tennistalenten en latere toptennissers begeleid.
20
Praktijkbord Daarnaast was hij erg muzikaal en speelde hij graag vrolijke muziek op de piano. Met zijn goede vriend Louis Aartsen vormde hij het muzikale duo "Goeie’n Avond". Zij traden op met name voor bejaarden en dementerenden.
Het duo Goeie’n Avond met Louis Aartsen en Theo Verhelst Hij is altijd praktijk blijven uitoefenen vanuit het door dokter Kuipers gebouwde huis aan de Nieuwstraat 45. Hij heeft nooit veel veranderd aan het pand. In 1989 nam hij Nicole Vogels in dienst als praktijkassistente. Nicole is sindsdien nooit meer weggegaan . Toen hij ouder werd kreeg Theo Verhelst vaker met gezondheidsklachten te maken zodat hij nogal eens een beroep moest doen op waarnemers om de continuïteit in zijn praktijk te kunnen waarborgen. In 1996 besloot hij zijn praktijk neer te leggen en ging hij op zoek naar een opvolger. Deze vond hij in Remon Hendriksen en na zijn pensionering verliet hij Best om samen met zijn vrouw Anneke in Tilburg te gaan wonen. Zijn laatste jaren woonde hij in Berkel-Enschot. Met kerst 2007 werd hij ziek en 2 weken later, op 8 januari 2008, overleed hij, volkomen onverwacht, op de veel te jonge leeftijd van 72 jaar. Hij werd begraven in Tilburg.
21
Theo Verhelst
HOE GING HET VERDER MET DE OVERIGE HUISARTSEN IN BEST? Huisarts Pieter van Abeelen, de opvolger van Burgering, besloot begin jaren '80 vroegtijdig zijn praktijk te stoppen en gaf zijn leven een verassende wending door naar het Midden Amerikaanse land Costa Rica te verhuizen om aldaar orchideeën te gaan kweken. Zijn praktijk werd in 1982 overgenomen door huisarts Ko van Dijk. Ook de nieuw gevestigde huisarts Jan Ackermans ( 1 januari 1979, in de wijk "De Leeuwerik") nam een deel van de praktijk over van van Abeelen. Pieter van Abeelen keerde na zijn pensionering terug naar Best waar hij in 2008, op 81-jarige leeftijd, overleed.
Pieter van Abeelen (1927-2008), huisarts in Best van 1961 tot 1982 22
Het aantal inwoners van Best bleef groeien en het aantal huisartsen groeide mee. Op 2 juli 1985 vestigde Thed van den Aker zich als huisarts aan de Kruisparkweg in de wijk Naastenbest. Het aantal huisartsenpraktijken in Best kwam op dat moment op 7. Van den Aker had bijna 3 jaar gewerkt (vanaf 1 september 1982) als huisarts in de praktijk van Verhelst en nam bij zijn vestiging in goed overleg ook een deel van de drukke praktijk van Verhelst over. De achtste huisartsenpraktijk kwam in 1989 in de nieuwe wijk Salderes. Hier vestigde zich huisarts en oud-tropenarts Freerk Venema. En 3 jaar later, in 1992, kreeg Best in Ankenel Vos zijn eerste vrouwelijke huisarts. Zij vestigde zich aan de Willem de Zwijgerweg, op de grens van de wijken Naastenbest en het Wilhelminadorp. De volgende nieuwbouwwijken waren Heuveleind en Heivelden. Huisarts Rob Beumer opende daar de tiende huisartsenpraktijk van Best op 1 juli1996. In korte tijd gingen een aantal huisartsen met pensioen. Van Mechelen werd op 1 april 1996 opgevolgd door huisarts Hans van der Horst en Verhelst op 1 oktober 1996 door Remon Hendriksen. Huisarts Rammeloo kreeg op 1 januari 1999 2 opvolgers, te weten de huisartsen Jacqueline Bleiker en Fransisca Wittkamper. Wolters droeg zijn praktijk over op 1 oktober 2000 aan Wim Valk en ontving bij zijn afscheid een Koninklijke onderscheiding. Op 1 oktober 2001 kwam Jean-Paul Kleijne het huisartsenteam versterken, nodig om de verdere groei van Best op te kunnen vangen. Huisarts van Dijk heeft daarbij een deel van zijn drukke praktijk aan hem overgedragen. Het ging hierbij om de mensen die woonachtig zijn in het Wilhelminadorp. Kleijne betrok samen met Vos een praktijkgebouw en de eerste HOED (Huisartsen Onder Één Dak) in Best werd hiermee een feit. Met de vestiging van Bas Willems als huisarts op 1 september 2005 kwam het aantal huisartsen in deze HOED op 3 en het aantal huisartsenpraktijken in Best op 13. Ook de huisartsen van den Aker, Bleiker en Wittkämper gingen samen een gebouw delen. In 2012 worden de praktijken van Ackermans (1 januari) en van Dijk (1 april) overgenomen door respectievelijk de huisartsen Jenny Mulder en Kristel Peulen. Ook deze 2 huisartsen betrekken samen een pand. De eerste jaren van de nieuwe eeuw stonden in het teken van snelle ontwikkelingen in de huisartsenzorg. Allereerst was daar de komst van de Centrale Huisartsen Post (CHP) in 2001. Tot dat jaar organiseerden de huisartsen in Best, net als de meeste huisartsen in Nederland, hun bereikbaarheid in de avond-, nacht- en weekenduren (ANW-uren) kleinschalig in Hagroverband (Hagro betekent HuisArtsenGROep) per dorp of stadsdeel. Door een combinatie van een sterk stijgende zorgvraag van de patient tijdens de ANW-uren tegenover een daadwerkelijke minder beschikbaarheid van huisartsen was men genoodzaakt dit anders te organiseren. Huisartsen gingen daarom intensiever samenwerken met collega's in de regio, waardoor de komst van meer grootschalige dienstenstructuren, zoals de CHP in onze regio, een feit werd. Aanvankelijk ging dat gepaard met veel maatschappelijk protest omdat veel mensen bezorgd waren dat deze huisartsenposten geen goede zorg konden leveren door de grote afstand. Nu, 10 jaar later, zijn deze huisartsenposten niet meer weg te denken zorginstellingen geworden die door hun werkwijze de kwaliteit van de spoedzorg in ANWuren op een veel hoger plan hebben gebracht. Inmiddels hebben 280 huisartsen in de regio zich aangesloten bij de CHP, die op 3 huisartsenposten (Catharinaziekenhuis Eindhoven, Elkerliekziekenhuis Helmond en St. Annaziekenhuis Geldrop) hun ANW-zorg organiseren. Sinds eind 2008 gebeurd dat met het zg. geintegreerde spoedzorgmodel waardoor ook de mensen die de Spoedeisende Eerste Hulp van de 3 genoemde ziekenhuizen in de ANW-uren bezoeken in 1e instantie door de CHP worden geholpen. Alle diensten op de CHP worden door de 280 aangesloten huisartsen onderling verdeeld. Het aantal uren ANW-dienst voor de Bestse huisartsen is door de komst van de CHP gereduceerd van plm. 600 tot 200 per jaar per huisarts. Meer informatie over de CHP is te vinden op http://www.chpzob.nl 23
Een andere verandering die misschien wat minder in het oog springt dan de ontwikkeling van huisartsenposten, maar daardoor niet minder ingrijpend is geweest, is de ontwikkeling van de zogenaamde ketenzorg in Zorggroepen. Deze ontwikkeling kwam tot stand in het besef dat veel zorg rond chronische patiënten welke in het ziekenhuis werd georganiseerd veel beter door de huisarts georganiseerd kon worden. Dichter bij huis tegen veel lagere kosten. Omdat huisartsen over onvoldoende tijd en soms ook over onvoldoende kennis beschikte om dit helemaal zelf te doen werd daarvoor een nieuwe functie in het leven geroepen; de praktijkondersteuner. Dit zijn speciaal opgeleide HBO-verpleegkundigen die de organisatie en begeleiding van zorg rond bepaalde patientencategorieen zelf ter hand nemen. In oktober 2001 zijn de huisartsen in Best als 1 van de eersten in de regio hiermee begonnen en uit het initiatief in Best is de regionale zorggroep POZOB voortgekomen. Thans bieden de huisartsen van POZOB zorgprogramma’s voor diabeteszorg, astma/ COPD, het zg. cardiovasculair risicoprofiel, mensen met psychische problemen en voor complexe ouderenzorg. Meer programma’s zijn in ontwikkeling. POZOB behoort, samen met de ook in deze regio gevestigde zorggroep DOH, tot de landelijke koplopers op het gebied van ketenzorg. Meer informatie over POZOB, ketenzorg en dergelijke is te vinden op www.pozob.nl
De huisartsen en oud-huisartsen van Best bij elkaar: vlnr: Ko van Dijk, Bas Willems, Kristel Peulen, Freerk Venema, Jenny Mulder, Wim Valk (op de knieen), Jacqueline Bleiker, JeanPaul Kleijne, Jan Ackermans, Remon Hendriksen, Paul Rammeloo, Rob Beumer, Huub Wolters, Francisca Wittkamper, Hans van der Horst, Ankenel Vos, Thed van den Aker en Wim van Mechelen. Deze foto werd gemaakt op 28 november 2011, ter gelegenheid van de benoeming van Jan Ackermans vlak voor zijn afscheid als huisarts tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau 24
HUISARTSPRAKTIJK HENDRIKSEN
Advertentie in “Groeiend Best” Bij een poging om al die illustere voorgangers als huisarts te beschrijven, ontkom je er niet aan ook iets over jezelf te vermelden. Dat is de lastigste klus van dit project; het is nou eenmaal eenvoudiger een ander te beschrijven dan jezelf. Op 1 juni 1996 kwam ik (geb. 1 juni 1962 te Aalten) als arts-assistent werken in de praktijk van Verhelst. Afgestudeerd als huisarts in 1993 aan de Vrije Universiteit te Amsterdam had ik, tot mijn komst in Best, al enkele jaren waarneemervaring door heel Nederland. Nu was het doel van deze baan een heel andere dan alleen maar waarnemen: met een hoogzwangere echtgenote was ik toe aan een vestiging als huisarts en Verhelst zag in mij zijn ideale opvolger. Een hele eer. En voor mij een ideale vestigingsplaats: mijn echtgenote is een echte Bestse en ik kende het dorp daarom al goed: jarenlang bezocht ik er regelmatig mijn schoonfamilie. 4 maanden later, op 1 oktober 1996, was het zover: Theo Verhelst legde zijn praktijk neer en ik mocht de praktijk overnemen. Er moest veel gebeuren in die begintijd. Allereerst werd gezocht naar een nieuwe tijdelijke praktijkruimte. Deze werd gevonden in dezelfde wijk en 5 25
maanden na de praktijkovername , op 4 maart 1997, werd het nieuwe praktijkadres; Klimopstraat 36.
Praktijkadres Klimopstraat 36 (1997-1999)
Daarnaast werd de praktijkautomatisering ter hand genomen en in april 1997 werd afscheid genomen van de oude vertrouwde groene kaart waarop sinds 1964 alle medische gegevens van alle patiënten werd bijgehouden. Voortaan stonden alle medische gegevens in de computer. Het had wel iets moois: introduceerde Verhelst als jonge arts bij zijn komst
26
indertijd de zg. "Groene kaart" waar alle patiëntengegevens op genoteerd werden, het was aan mij om de volgende grote stap te zetten in de medische verslaglegging: de computer. Assistente Nicole Vogels bleef in de praktijk werken. Daarnaast was er ruimte voor een tweede assistente. In die beginjaren werd dat Marloes van Wetten, die in het verleden jarenlang assistente was geweest in de praktijk van dokter Wolters. De praktijk bleef niet lang op de Klimopstraat. Na zijn pensionering kwam het praktijkpand van huisarts Rammeloo vrij. Een ideale plek voor mijn praktijk waardoor dit pand werd overgenomen van collega Rammeloo. Zo werd met ingang van mei 1999 het huidige praktijkadres een feit: Kapelaan J.A. Heerenstraat 31. In 2003 vertrok Marloes van Wetten om volledig voor huisartspraktijk Wittkamper te gaan werken. In Marianne Mathijssen werd een uitstekende opvolgster gevonden.
De assistentes Marianne en Nicole Van 2006 tot 2013 heb ik deel uitgemaakt van het bestuur van Centrale Huisartsen Posten, (vanaf 2008 als voorzitter) wat niet meer te combineren viel met fulltime praktijkvoering zodat er ruimte ontstond voor een collega huisarts in de praktijk voor 1 dag in de week. Dat werd Kristel Peulen die haar baan combineerde met een baan in de huisartsenpraktijk van Dijk in Best. In 2012 werd Kristel Peulen opgevolgd door Hanneke van Heerbeek die inmiddels weer is opgevolgd door Marloes Cucciollilo-van Gemert.
27
Het huidige praktijkgebouw
Hoe zal de huisartsenzorg over 20 jaar er uit komen te zien? Dat is gissen natuurlijk. Huisartsenzorg zal zich verder ontwikkelen, zoals dat de afgelopen decennia ook gebeurd is. Maar ondanks die veranderingen; de kernwaardes blijven hetzelfde. Compassie, aandacht, zorg. Ondersteund door up-to-date medische kennis. Dat konden mensen vroeger, maar dat kunnen mensen ook tegenwoordig van huisartsenzorg verwachten. Wat dat betreft is er in al die jaren gelukkig niet zo veel veranderd.
28
Bronnen: te Best Wart - Jean Coenen (november 2000) "Harrie Burgering, huisarts van Best", een uitgave van Heemkundekring "Dye van Best" uit juni 2011 Omzien in Best- Kees van den Biggelaar en Loek van den Hurk (2007) Thuis in Best- Kees van den Biggelaar en Loek van den Hurk (2011) Best in oorlogstijd - Aad Jongbloed (1982) Best bezet en bevrijd – C.B.J. van den Biggelaar "Best 1979" - Een uitgave tgv het 10-jarig bestaan van Drukkerij Dick Willems (met een voorwoord van Jules Kuipers, voormalig huisarts in Best) Diverse artikelen uit het weekblad “Groeiend Best” Fotoarchief van Toon van de Sande Huub Wolters, voormalig huisarts in Best Frits Hamer, voormalig huisarts in Best en Den Haag Herinneringen van Louis Aartsen en Richard Schreurs
29
Foto’s, krantenknipsels en dergelijke, beschikbaar gesteld door Nico Vogels, Nicole Vogels, Ton van de Meulengraaf, Louis Aartsen, Harrie van Vroenhoven, Maarten der Kinderen, familie Olsa, familie den Otter, dhr. A.C. Zijderveld, mw. G.M.J.T. Groos-van der Hijden
30