IEDER TALENT VERDIENT EEN EERLIJKE KANS!

IEDER TALENT VERDIENT EEN EERLIJKE KANS! Jaarverslag 2014

voor bestrijding van vermijdbare blindheid voor inclusie van mensen met een handicap

JAARVERSLAG 2014

2

IEDER TALENT VERDIENT EEN EERLIJKE KANS!

INHOUDSOPGAVE

WOORD VOORAF 5 SAMENVATTING 6 1. DOELSTELLING, BELEID EN STRATEGIE 8 2. PROGRAMMA’S 12 3. FONDSENWERVING 32 4. COMMUNICATIE MET BELANGHEBBENDEN 36 5. BESTUUR EN ORGANISATIE 40 6. FINANCIËN 48 7. VOORUITBLIK 60

3

JAARVERSLAG 2014

4

WOORD VOORAF

WOORD VOORAF ‘Ieder talent verdient een eerlijke kans!’ is de titel van dit jaarverslag. Een titel die goed past bij de doelstelling van LIGHT FOR THE WORLD. Wij geloven dat ieder mens, zonder of met een handicap, het recht heeft om zijn of haar talenten te ontdekken en te benutten. Dat ideaal is nog ver weg, zeker voor mensen met een handicap in ontwikkelingslanden. Met onze programma’s werken we aan een samenleving waarin zij gelijkwaardige kansen krijgen. Wij zijn dankbaar voor de resultaten die het afgelopen jaar zijn behaald. Dit was alleen mogelijk dankzij de trouwe steun van donateurs en de toegewijde inzet van medewerkers, vrijwilligers en lokale partnerorganisaties. Met dit jaarverslag informeren wij u op hoofdlijnen over de bereikte resultaten. Menno van Hulst, voorzitter

Foto omslag: Juliette heeft moeite met lopen vanwege een botziekte. Dankzij revalidatie kon zij een eigen naaiatelier starten. 5

JAARVERSLAG 2014

SAMENVATTING Doelstelling, beleid en strategie Het doel om de meest kwetsbaren in Afrika en Azië, waartoe mensen met een handicap behoren, een toekomst te bieden is onveranderd. Steeds meer landen hebben het VN-verdrag inzake de Rechten van Mensen met een Handicap geratificeerd. Dat biedt kansen om meer mensen in de doelgroep te bereiken. Waar mogelijk wordt samenwerking gezocht met overheden en maatschappelijke organisaties. In de programma’s krijgt het model voor inclusieve

ontwikkeling steeds meer aandacht.

Programma’s De steun aan programma’s in Nigeria en de Filipijnen is afgebouwd. Daarnaast wordt gewerkt aan een zorgvuldige afbouw van activiteiten in Afghanistan en Indonesië. Hierdoor ontstaat ruimte om effectiever te opereren in de geselecteerde kernlanden. Op het gebied van oogzorg wordt steeds vaker een beroep gedaan op patiënten en overheden om bij te dragen in de kosten. In landen als

Zuid-Soedan blijft de inzet van mobiele teams echter nodig, omdat de infrastructuur voor basisoogzorg nauwelijks bestaat. Het model voor Inclusief Onderwijs vindt steeds meer weerklank. Als gevolg daarvan is het aantal kinderen met een handicap dat onderwijs volgt flink toegenomen. In Ethiopië, Kenia en Rwanda is een nieuw programma gestart om jongeren met een handicap te helpen aan een beroepsopleiding en betaald werk. Noodhulp werd verleend op de Filipijnen en in Zuid-Soedan. Op verschillende niveaus is lobby gevoerd voor

Over het jaarverslag Het jaarverslag is opgesteld conform Richtlijn 650 voor fondsenwervende instellingen. Deze richtlijn dient te worden gevolgd door houders van het CBF-keurmerk. In de Richtlijn zijn de aanwijzingen voor het jaarverslag uitgebreid en in overeenstemming gebracht met de ‘Code Goed Bestuur voor Goede Doelen’. Met betrekking tot de jaarrekening zijn er modellen voor de balans, de staat van baten en lasten en de kostenverdeelstaat. De basis van de cijferpresentatie ligt in de kostenverdeelstaat waarin de voorkomende kostensoorten verdeeld worden naar bestemmingen. De bestemmingen zijn opgedeeld in drie hoofdgroepen, te weten: Doelstelling, Werving baten en Beheer en administratie. Verder zijn in de Richtlijn 650 diverse voorschriften opgenomen, bijvoorbeeld inzake de bezoldiging van bestuur en directie of de wijze waarop het eigen vermogen moet worden gepresenteerd en toegelicht. • Dit jaarverslag is uitsluitend beschikbaar in de Nederlandse taal. • Om kosten te besparen en de milieubelasting te verminderen wordt een gedrukt exemplaar uitsluitend toegezonden aan degenen die daar expliciet om hebben gevraagd. • De samenvatting is beschikbaar in grootletterdruk, Braille en gesproken woord.

6

SAMENVATTING

de belangen van de doelgroep, zoals bij de Verenigde Naties, de Europese Unie, de Nederlandse overheid en in de projectlanden.

Fondsenwerving Voor de fondsenwerving zijn nieuwe wegen ingeslagen om te voorzien in voldoende middelen voor het uitvoeren van programma’s. Er is extra geïnvesteerd in de werving van grote giften en het doen van aanvragen bij vermogensfondsen. Dit heeft ertoe geleid dat de afname van overheidssubsidies kon worden gecompenseerd. Via een alliantie is een aanvraag ingediend voor het nieuwe subsidiekader van de Nederlandse overheid. Werving bij de Europese Unie blijft lastig vanwege de sterke competitie.

Communicatie met belanghebbenden De stichting hecht grote waarde aan een goede communicatie met belanghebbenden. Het tevredenheidsonderzoek onder donateurs gaf eenzelfde waardering als een jaar eerder. Het aantal klachten was onveranderd laag. De bekendheid van de stichting kreeg een positieve impuls door de finale te bereiken van de ASN Bank Wereldprijs. In de programma’s wordt steeds vaker de SenseMaking methodiek gebruikt om bereikte resultaten bij de doelgroep in kaart te brengen. De werkrelatie met lokale partnerorganisaties is over het algemeen constructief en

positief.

Bestuur en organisatie Het bestuur is gestart met het zoeken van kandidaten voor de vacatures die in 2015 ontstaan. Het bestuur prijst de constructieve samenwerking met de directeur en stelt vast dat de directeur goed heeft gefunctioneerd. De besturen van Nederland, Oostenrijk, Tsjechië en België hebben discussie gevoerd over de effectiviteit van de huidige samenwerkingsvorm. Het ziekteverzuim nam iets toe dit jaar. Voor het verduurzamen van de bedrijfsvoering is een interne commissie ingesteld.

Financiën De totale baten zijn ongeveer € 460.000 lager dan vorig jaar en komen uit op ruim € 4,0 miljoen. De besteding aan de doelstelling en de totale lasten zijn ongeveer gelijk aan vorig jaar. Als gevolg hiervan ontstaat er dit jaar een tekort van ongeveer € 280.000. Baten uit donaties en giften laten een mooie groei zien. Baten uit acties van derden stijgen eveneens. Het bedrag subsidies van overheden loopt flink terug. Van de totale lasten ter grootte van € 4,3 miljoen is € 3,9 miljoen besteed aan de doelstelling. Het bestedingspercentage is 89,9% en dat is hoger dan vorig jaar. De kosten van beheer en administratie zijn onveranderd op 2,6% en de kosten voor fondsenwerving zijn gedaald naar 10,6%.

7

JAARVERSLAG 2014

1. DOELSTELLING, BELEID EN STRATEGIE DOELSTELLING Het hoofddoel van de stichting is het ondersteunen van activiteiten in ontwikkelingslanden, die gericht zijn op genezing of voorkoming van blindheid en revalidatie. Revalidatie kan bestaan uit het begeleiden, revalideren en opleiden van kinderen en volwassenen met een visuele handicap. Onder genezing en voorkoming van blindheid worden alle activiteiten verstaan die bijdragen aan de vermindering van het bestaan of ontstaan van blindheid. Afgeleid 8

van de hoofddoelstelling kan voorlichting gegeven worden over oorzaken en achtergronden van blindheid en slechtziendheid in ontwikkelingslanden en over de situatie waarin visueel gehandicapten zich in deze landen bevinden, een en ander gericht op kennisvergroting en bewustwording van de Nederlandse samenleving. Alles in de meest ruime zin des woords. Onder de nadrukkelijke voorwaarde dat de

hoofddoelstelling hier duidelijk mee is gediend, kunnen tevens activiteiten in ontwikkelingslanden ondersteund worden die gericht zijn op genezing of voorkoming van andere handicaps en/of aandoeningen en op de hierbij aansluitende revalidatie. De activiteiten van de stichting zullen worden uitgevoerd vanuit een positief christelijke levenshouding en de daaraan verbonden werkingssfeer. Als eerste beginsel voor alle

DOELSTELLING, BELEID EN STRATEGIE

hulpwerk stelt de stichting als criterium, dat de navolging van Jezus Christus en het hulpwerk onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. De stichting tracht haar doel te bereiken door het verstrekken van financiële middelen, knowhow en advies.

Relevantie van de doelstelling In ontwikkelingslanden bestaat een sterk verband tussen armoede en handicaps. Mensen die in armoede leven hebben vaak geen toegang tot medische zorg. Daardoor raken zij ziek of gehandicapt. Mensen met een handicap hebben vaak geen toegang tot onderwijs en werk. Daardoor blijven zij arm. De doelstelling van de stichting is onverminderd relevant zolang deze vicieuze cirkel van armoede en handicaps nog bestaat1.

LIGHT FOR THE WORLD is actief op beide fronten. Met preventieprogramma’s wordt blindheid actief bestreden. Daarnaast zijn er programma’s die bouwen aan een ‘inclusieve samenleving’ waarin mensen met een handicap ten volle kunnen participeren. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zijn er wereldwijd 39 miljoen blinden en 246 miljoen slechtzienden. In 80% van de gevallen had blindheid voorkomen, behandeld of genezen kunnen worden. Ongeveer 90% van alle mensen met een visuele handicap woont in ontwikkelingslanden. Staar is daar de belangrijkste oorzaak van blindheid2. Volgens UNESCO gaat 90% van alle kinderen met een handicap niet naar school. Sterfte onder kinderen met een handicap loopt in sommige gebieden op tot 80%3. Het World Report on Disability (2011) becijfert dat 15% van de wereldbevolking een handicap heeft. Het rapport heeft als doel om overheden te helpen om het VN-verdrag inzake de Rechten van Mensen met een Handicap te implementeren. Het verdrag 2 http://www.who.int/disabilities/ world_report/2011/factsheet.pdf 3 http://www.unesco.org/educa-

1 http://www.un.org/disabilities/

tion/efa/know_sharing/flagship_ini-

default.asp?id=18

tiatives/persons_disabilities.shtml

roept op om belemmeringen weg te nemen die inclusie van mensen met een handicap in de weg staan. Nederland is één van de weinige landen die het VN-verdrag nog niet heeft geratificeerd. Dit zal zeer waarschijnlijk in 2015 zijn beslag krijgen in het parlement. Nog afgezien van het trage tempo van de besluitvorming, is het teleurstellend dat de discussie zich voornamelijk beperkt tot binnenlandse aangelegenheden. Het VN-verdrag doet juist stellige uitspraken (artikel 11 en 32) over internationale ontwikkelingsprogramma’s die toegankelijk moeten zijn voor mensen met een handicap. In samenwerking met Dutch Coalition on Disability and Development zal de Nederlandse overheid worden aangespoord om hieraan invulling te geven in haar beleid.

Keten- en productverantwoordelijkheid Het werken aan duurzame ontwikkeling staat centraal in de programma’s. Daarom kiest de stichting ervoor uitsluitend met lokale partnerorganisaties te werken. Zij kennen de cultuur en de context waarin wordt gewerkt. De kans op duurzame verankering van oplossingen wordt daarmee gemaximaliseerd. LIGHT FOR THE WORLD vervult hierin een regiefunctie. Met financiële middelen en deskundige begeleiding worden lokale partnerorganisaties in staat gesteld om optimaal te 9

JAARVERSLAG 2014

presteren. De regiefunctie is van toegevoegde waarde, zowel voor de uitvoerende organisatie als de donateur. De keuze voor sterke lokale partnerorganisaties is ook van strategisch belang nu internationale donoren in toenemende mate direct projecten in ontwikkelingslanden willen ondersteunen. De stichting erkent haar rol in het streven naar een duurzame en rechtvaardige wereld. Dat is zichtbaar in de inkoop- en financiële processen. Duurzaam ondernemen is één van de criteria waarop leveranciers worden beoordeeld en op kantoor wordt gestreefd naar een duurzame bedrijfsvoering.

VISIE, MISSIE EN KERNWAARDEN Visie Goede oogzorg behoort voor iedereen beschikbaar te zijn, zodat niemand onnodig blind door het leven hoeft te gaan. Daarnaast zien wij uit naar een wereld waarin mensen met een handicap niet worden achtergesteld, maar volwaardig meedoen in de maatschappij. Wij geloven dat ieder mens waardevol is in Gods ogen. Daarom kunnen wij ons niet afzijdig houden daar waar mensen onrecht wordt aangedaan.

ontwikkelingslanden te ondersteunen die zich inzetten voor betere oogzorg en inclusie van mensen met een handicap.

Kernwaarden LIGHT FOR THE WORLD … • gelooft dat alle mensen zijn geschapen naar Gods beeld; • gelooft dat ieder mens van God talenten heeft ontvangen om te mogen ontplooien; • heeft passie voor het terugdringen van onrecht in de wereld; • geeft ondersteuning ongeacht geloof, etniciteit of geslacht; • werkt samen met professionele lokale partners in ontwikkelingslanden; • gaat uit van lokale capaciteit en wil die versterken; • ondersteunt programma’s die gericht zijn op duurzaamheid en zelfredzaamheid; • streeft naar transparantie en maximale kwaliteit in haar dienstverlening.

Beleid en strategie

Missie

Het beleid en de doelstellingen voor de organisatie zijn verwoord in het beleidsplan ‘Samen Sterker 2011-2015’. Het beleidsplan bevat een analyse van de huidige positie van de stichting en schetst de strategische kaders voor de komende jaren. In dit jaarverslag wordt per hoofdstuk gerefereerd aan de betreffende kaders. Een samenvatting van het beleidsplan is te vinden op de website.

Het is onze missie om lokale organisaties in

De strategie richt zich in

10

toenemende mate op integratie van de belangen van de doelgroep binnen algemene ontwikkelingsprogramma’s. Voorbeelden zijn integratie van oogzorg in algemene gezondheidszorg, inclusie van mensen met een handicap in bestaande programma’s en deelname van kinderen met een beperking in het reguliere onderwijs. De stichting heeft een model ontwikkeld voor het stimuleren van inclusie van mensen met een handicap in de samenleving. Het openstellen van reguliere (niet op gehandicapten gerichte) ontwikkelingsprogramma’s is een van de belangrijkste strategieën om aan deze inclusie vorm en inhoud te geven. Het doel om de meest kwetsbaren in Afrika en Azië, waartoe mensen met een handicap behoren, een toekomst te bieden is onveranderd. Voor hen blijft LIGHT FOR THE WORLD zich inzetten. Want ieder talent verdient een eerlijke kans!

Risico’s De ambitieuze doelstelling van de stichting kan alleen gerealiseerd worden wanneer op internationaal niveau overheden, ontwikkelings- en maatschappelijke organisaties en geldschieters de handen ineen slaan en gaan werken aan een inclusieve wereld. Het VN-verdrag inzake de

DOELSTELLING, BELEID EN STRATEGIE

Rechten van Mensen met een Handicap is een prima aanzet om overheden aan te spreken op hun verantwoordelijkheden. Er worden strategische partnerschappen gezocht die het realiseren van de doelstelling versnellen. Daarnaast worden andere ontwikkelingsorganisaties geholpen om hun programma’s open te stellen voor mensen met een handicap. De grootste bedreiging voor het realiseren van de doelstelling is het gebrek aan draagvlak, zowel op nationaal als internationaal niveau.

resultaten op lange termijn. • Door te investeren in inclusieve ontwikkeling worden meer mensen in de doelgroep bereikt.

Wat verdient aandacht? • Stimuleren en erop toezien dat de Nederlandse overheid een juiste invulling geeft aan het VN-verdrag inzake de Rechten van Mensen met een Handicap in haar buitenlandbeleid. • Het verder integreren van het model voor inclusieve ontwikkeling in eigen programma’s en in die van andere ontwikkelingsorganisaties.

EVALUATIE Wat gaat goed? • Tussen donateur en ontvanger van hulp heeft de stichting een duidelijke toegevoegde waarde. • Investeringen in partnerschappen en allianties zorgen voor duurzame

Rana Plaza Suma is één van de slachtoffers van de ramp in de Rana Plaza kledingfabriek in Bangladesh. Dankzij de lezersactie van dagblad Trouw kon zij een eigen naaiatelier starten.

11

JAARVERSLAG 2014

2. PROGRAMMA’S Tabel 2.1 Projectenlijst

Projectnr. Land Thema 0264-4of4-IAM Afghanistan Oogzorg 0305-1of2-Serve Afghanistan Oogzorg 0261-4of5-CSF Bangladesh Oogzorg 0193-5of5-Grarbet Ethiopië Oogzorg 0251-4of4-Grarbet Ethiopië Oogzorg 0319-1of1-GU Ethiopië Oogzorg 0265-3of3-Perdhaki Indonesië Oogzorg 0191-5of5-NLR Nigeria Oogzorg 0306-2of2-L-SS Zuid-Soedan Oogzorg 0312-1of1-CMA Zuid-Soedan Oogzorg 0312-1of1-ECS Zuid-Soedan Oogzorg 0317-1of1-CMA Zuid-Soedan Oogzorg 0317-1of1-ECS Zuid-Soedan Oogzorg 12

Budget in Euro 46.062 204.802 25.000 32.000 60.000 6.564 88.098 83.427 12.323 196.918 38.425 184.036 35.911

PROGRAMMA’S

Projectnr. Land Thema 0214-4of5-Serve Afghanistan Onderwijs en revalidatie 0261-4of5-CDD Bangladesh Onderwijs en revalidatie 0302-1of4-CDD Bangladesh Onderwijs en revalidatie 0292-1of3-Krousar Cambodja Onderwijs en revalidatie 0318-1of2-Gayo Ethiopië Onderwijs en revalidatie 0278-3of3-RBI Filipijnen Onderwijs en revalidatie 0279-3of3-RBI Filipijnen Onderwijs en revalidatie 0171-5of5-Bhakti Luhur Indonesië Onderwijs en revalidatie 0266-4of4-Mitra Netra Indonesië Onderwijs en revalidatie 0208-5of6-Caritas Nepal Nepal Onderwijs en revalidatie 0252-4of4-L-SS Zuid-Soedan Onderwijs en revalidatie 0312-1of1-L-SS Zuid-Soedan Onderwijs en revalidatie 0313-1of1-L-SS Zuid-Soedan Onderwijs en revalidatie 0317-1of1-ACROSS Zuid-Soedan Onderwijs en revalidatie



Budget in Euro 57.692 34.258 32.000 90.059 40.000 24.561 29.637 41.072 22.076 11.935 412.511 90.897 339.700 86.090

0300-1of3-ABC 0316-1of2-L-N

Cambodja Nederland

Werk en inkomen Werk en inkomen

68.859 263.193

0307-1of1-RBI 0314-1of1-RBI 0315-1of1-RBI 0312-1of1-ACROSS 0312-1of1-SEM 0317-1of1-L-SS 0317-1of1-SEM

Filipijnen Filipijnen Filipijnen Zuid-Soedan Zuid-Soedan Zuid-Soedan Zuid-Soedan

Noodhulp Noodhulp Noodhulp Noodhulp Noodhulp Noodhulp Noodhulp

23.998 67.403 17.474 92.116 111.617 82.794 104.315

0261-4of5-L-N Bangladesh Lobby 0224-4of5-Maya India Lobby 0253-4of5-L-N Nederland Lobby 0254-4of5-L-N Nederland Lobby 0296-2of3-L-N Nederland Lobby 0296-2of3-L-N Nederland Lobby Bijdrage aan Unit for Programme Support and Advocacy van de confederatie

34.000 2.009 39.000 30.000 10.000 105.000 192.210

Figuur 2.1 Besteding per thema en per land

13

JAARVERSLAG 2014

2.1 OOGZORG Dit jaar werden oogzorgprojecten in ZuidSoedan, Afghanistan, Indonesië, Nigeria, Ethiopië en Bangladesh gesteund. Door middel van deze projecten hervonden duizenden mensen het licht in de ogen of werd voorkomen dat zij blind zouden worden zonder uitzicht op genezing. Partnerorganisaties in de genoemde landen werken op professionele manier, in samenwerking met anderen in het veld, in vaak moeilijke omstandigheden aan zichtgevende en 14

zichtbesparende behandelingen. Staar is nog altijd verantwoordelijk voor ruim de helft van alle blindheid in de wereld, in het bijzonder in ontwikkelingslanden. Daarnaast zijn de infectieziektes trachoom en rivierblindheid in de armere gebieden nog volop aanwezig. Mensen die blind worden kunnen niet meer in hun inkomen voorzien en zijn afhankelijk van hun omgeving. Daarmee legt blindheid niet zelden een dubbel beslag op

families: een kostwinner valt weg en een gezinslid moet voorzien in de behoeften van de blinde en kan daardoor niet meer naar school of bijdragen aan het gezinsinkomen. Studies hebben aangetoond dat mensen die een staaroperatie ondergingen al binnen een jaar 30% hogere inkomsten hadden dan tijdens hun periode van blindheid. Daarmee is een staaroperatie, die €35 €50 kost, een van de meest effectieve middelen om mensen uit absolute armoede te

OOGZORG

verlossen. Volgens een gedegen berekening door PwC heeft blindheidsbestrijding in een periode van 10 jaar een positief effect van ruim 840 miljard dollar op de wereldeconomie. Uiteraard is voorkomen van blindheid net zo belangrijk. Om dat te bereiken worden de infectieziekten trachoom en rivierblindheid bestreden door middel van verspreiding van medicijnen en het uitvoeren van operaties om de gevolgen van trachoom op oogleden van mensen te keren.

Resultaten Partnerorganisaties in Afghanistan opereerden 3.577 patiënten aan staar, behandelden 48.211 patiënten voor alle voorkomende oogziekten. 333 overige oogoperaties werden uitgevoerd. Zij trainden vier oogartsen en elf technici in het middenkader. 203 leraren en 631 ander medisch personeel ontvingen training in het doen van oogtesten en het herkennen van oogziekten, zodat zij leerlingen en patiënten kunnen verwijzen naar specialistische hulp. In Zuid-Soedan verzorgden Sudan Evangelical Mission (SEM), Episcopal Church of South Sudan (ECS) en het overheidsziekenhuis in Rumbek primaire oogzorg, terwijl partner Christian Mission Aid (CMA) met een rondreizend

team enkele malen per jaar trachoom- en staaroperaties ter plekke uitvoerde bij ieder van de partners. Daarnaast verzorgde CMA oogbehandelingen in een aantal vluchtelingenkampen in Zuid-Soedan en Oeganda. De omstandigheden lieten helaas niet toe dat verder kon worden gewerkt aan de opbouw van een oogzorgkliniek binnen het overheidsziekenhuis van Bor: door het conflict moest de bouw worden stilgelegd. Het ziekenhuis is ernstig beschadigd. Nog steeds is het te gevaarlijk om verder te werken. 841 staaroperaties werden verricht en 11.304 andere oogbehandelingen vonden plaats. 306 mensen ontvingen een ooglidoperatie ter voorkoming van blindheid door trachoom. 27.630 maal ontvingen patiënten een dosis antibiotica ter bestrijding van trachoom en rivierblindheid. Ook in Nigeria was het dit jaar moeilijk werken door de gevechten en onzekerheden in de regio. Desondanks zijn ook daar veel mensen geholpen door middel van staaroperaties. 49 gezondheidswerkers zijn getraind in basisoogzorg. Daarnaast is er contact met 20 traditionele geneesheren. Zij behandelen oogproblemen vaak op onhygiënische wijze, waardoor er vaak juist klachten bij komen. Door middel van samenwerking leren zij om op een gezondere manier met oogpatiënten om te gaan.

In Indonesië is de samenwerking voortgezet met tien ziekenhuizen. Zij ontvangen ondersteuning in de exploitatie van een oogkliniek en een opticien. Zo kunnen zij de mensen in hun regio op een duurzame manier blijven helpen, ook wanneer de steun wordt beëindigd. Dit jaar zijn 30 medewerkers getraind in managementvaardigheden, waardoor meer dan 12.000 patiënten toegang hadden tot oogzorg. In Bangladesh ging een nieuw project van start waarbij door middel van een boot en twee bussen de meest afgelegen gebieden worden bezocht om mensen daar te voorzien van revalidatiezorg en medische hulp. Daarbij zijn 2.066 mensen onderzocht door de oogarts en hebben 309 mensen een bril aangemeten gekregen. Lokale partnerorganisaties bieden de nodige nazorg. In Ethiopië heeft de partnerorganisatie via hun twee klinieken en oogzorgkampen in rurale gebieden 98.128 mensen met oogproblemen onderzocht. Eenvoudige behandelingen worden direct tijdens de kampen uitgevoerd, complexere behandelingen worden in de kliniek gedaan. Zo hebben 8.071 mensen een oogoperatie ondergaan (o.a. voor staar) en hebben 6.158 mensen een bril ontvangen.

15

JAARVERSLAG 2014

Leer- en verbeterpunten In Afghanistan is de afgelopen jaren waardevolle ervaring opgedaan met zelffinanciering van de oogzorg. Ondanks de algemene armoede is het mogelijk gebleken om een toenemend deel van de oogzorg te financieren uit bijdragen van patiënten, waarbij degenen die zich slechts een kleine of geen eigen bijdrage kunnen veroorloven toch van goede zorg verzekerd blijven. Het model verdient verdere bestudering om ook toegepast te worden in andere landen.

die er nog niet klaar voor zijn om op eigen benen te staan. Zij ontvangen het komende jaar nog begeleiding op managementniveau, zodat zij vanaf 2016 zelfstandig verder kunnen. In Afghanistan zal een reductie van de zorg plaatsvinden, al kan wel steeds vaker met lokale fondsen gewerkt worden. Er moeten scherpe keuzes gemaakt worden vanwege beperkte fondsen en dat heeft er toe geleid dat het werk in dit land met zoveel uitdagingen wordt afgesloten.

In Indonesië is de afgelopen jaren aangetoond hoe het mogelijk is om oogzorg te integreren in financiering die in toenemende mate van overheidswege beschikbaar komt. Als resultaat is de steun aan het oogzorgprogramma in stappen afgebouwd, waarbij financiële zelfstandigheid is bereikt.

Vooruitblik De samenwerking met NLR in Nigeria wordt beëindigd. Oogzorg wordt onderdeel van de rehabilitatiediensten van NLR. In Indonesië worden op kleine schaal nog een paar oogklinieken ondersteund

Tabel 2.2 Resultaten oogzorg

Onderwerp Oogonderzoek/-behandeling Oogoperaties 16

Doelstelling 272.010 11.420

Resultaten 314.982 13.017

OOGZORG

Bang om blind te worden “Een jaar geleden begon ik slechter te zien. Als ik mijn hand op mijn gezonde oog legde, zag ik helemaal niets meer met mijn rechteroog. Ik was bang dat mijn andere oog ook blind zou worden, want wie moet er voor mijn jongens zorgen als ik blind ben? De oogarts was heel vriendelijk en vertelde me dat ik staar had en direct behandeld kon worden. De volgende dag mocht het verband eraf. Ik kan mijn geluk niet op, ik ben zo dankbaar dat ik weer kan zien!” Abeju Mersha uit Ethiopië

17

JAARVERSLAG 2014

2.2 ONDERWIJS EN REVALIDATIE Alle kinderen hebben recht hebben op onderwijs, ook kinderen met een beperking. LIGHT FOR THE WORLD zet zich in voor inclusief onderwijs; ervoor zorgen dat scholen toegankelijk worden voor kinderen met een beperking. Zo maken zij kans op onderwijs in de buurt van hun eigen huis. Dit houdt onder andere in dat leerkrachten worden getraind in het aanpassen van hun lesmaterialen en methodieken, om kinderen met een beperking mee te kunnen nemen in 18

hun klas. Onlosmakelijk verbonden met het aanbieden van onderwijs, is het leveren van revalidatiediensten. Deze diensten zijn gericht op het verbeteren van communicatiemogelijkheden, de zelfstandigheid en de mobiliteit. Zo kunnen simpele hulpmiddelen, zoals een vergrootglas voor iemand met slechtziendheid, de toegang tot onderwijs en uiteindelijk werk vergemakkelijken.

Resultaten Het afgelopen jaar is in zeven landen gewerkt aan het verbeteren van toegang tot onderwijs en revalidatie. Zo is in Cambodja gewerkt aan het opleiden van leerkrachten in het herkennen en begeleiden van kinderen met slechtziendheid. Zonder specifieke begeleiding zouden deze kinderen vaak van school af gaan, omdat zij dan niet kunnen meekomen in het reguliere schoolsysteem en daarmee geen toegang hebben tot de arbeidsmarkt.

ONDERWIJS EN REVALIDATIE

Ook op de Filipijnen is er hard gewerkt aan de toegang tot onderwijs voor kinderen met een visuele beperking. Zij hebben dit jaar 116 leerkrachten getraind tijdens de zomervakantie, zodat ze toegerust waren om deze jongeren les te geven. Hierdoor hadden bijna duizend gehandicapte kinderen en jongeren toegang tot onderwijs. Ook biedt partnerorganisatie RBI begeleiding aan deze kinderen, door ze toegang tot medische zorg en oriëntatie training te bieden. 231 ouders van kinderen met een visuele beperking zijn getraind in hoe zij hun kind het beste kunnen begeleiden en stimuleren. In Indonesië is met partnerorganisatie Mitra Netra verder gewerkt aan de toegang tot lesmateriaal voor blinde jongeren. Door het vertalen van (studie)boeken naar Braille en gesproken boeken, hebben bijna 3.000 visueel beperkte jongeren kunnen profiteren van de mogelijkheid om onderwijs te volgen. Daarnaast zijn er ook op de Filipijnen meer dan 30.000 bladzijden vertaald naar het Braille. Partnerorganisatie Bhakti Luhur doet soortgelijk werk in het extreem arme Oost-Indonesië. Zij begeleidde 348 kinderen met een beperking door de hele regio, die revalidatie, medische zorg en eventueel vaktrainingen ontvingen. Daarnaast verrichte

Bhakti Luhur lobbywerk bij de lokale overheid, zodat scholen bereid zijn om deze leerlingen in hun klassen op te nemen. Ondertussen werden deze kinderen ondersteund door bijlessen om optimaal te kunnen genieten van het aangeboden onderwijs. In Nepal werkt partnerorganisatie Caritas aan het begeleiden van mensen met een beperking in een kamp voor Bhutanese vluchtelingen. Zij krijgen een medische keuring waarmee ze een certificaat van hun handicap kunnen krijgen om verdere hulp aan te vragen. Dit jaar ontvingen 155 mensen medische hulp. 20 jongeren met een beperking volgden een vaktraining, 63 moeders van kinderen met een beperking ontvingen begeleiding en er was extra zorg en dagopvang voor 20 kinderen met een ernstige handicap. In Afghanistan heeft partnerorganisatie Serve 141 leraren van overheidsscholen getraind voor inclusief onderwijs. 579 kinderen met verschillende beperkingen vonden hun weg naar inclusief onderwijs - van basisschool tot universiteit. Hieronder waren 55 kinderen met een verstandelijke beperking die voortgang boekten in het zich eigen maken van basisverrichtingen en een rol spelen in familie en gemeenschap.

In Zuid-Soedan is het programma voor inclusief onderwijs en revalidatie in het afgelopen jaar geïntegreerd in een noodhulpprogramma, vanwege het sinds december 2013 heersende interne conflict. Ongeveer een kwart van de bevolking in ZuidSoedan is gevlucht en verblijft in vluchtelingenkampen binnen en buiten het land. Partnerorganisaties SEM en ACROSS hebben ongeveer 90 leraren in inclusief onderwijs getraind en bijgeschoold, 659 kinderen met een beperking konden basisonderwijs volgen en ruim 400 mensen ontvingen medische behandelingen en revalidatiezorg (oogzorg niet meegerekend). In vluchtelingenkampen in en rond de hoofdstad Juba zijn 40 leraren getraind in inclusief onderwijs. Een aantal kinderen met epilepsie en de aanverwante ‘knikkebolziekte’ ontvingen medicatie en behandeling. In Bangladesh bereikten partnerorganisaties Centre for Disability in Development (CDD) en Child Sight Foundation (CSF) in totaal 5.613 kinderen en volwassenen met diverse handicaps door middel van revalidatiediensten aan huis. Hiervoor wordt een boot en een bus ingezet. Zo hebben veel mensen in de meest afgelegen en arme gebieden van het land hulp gekregen. 838 van hen ontvingen ook op maat 19

JAARVERSLAG 2014

gemaakte hulpmiddelen zoals een rolstoel of bril. Tegelijkertijd werkt CDD met de overheid aan het versterken van de revalidatiecentra en netwerken, en zijn er door CDD en CSF meer dan 300 maatschappelijk werkers, revalidatiewerkers en ziekenhuispersoneel getraind om de kwaliteit van de revalidatiediensten te waarborgen. In de rurale gebieden van Ethiopië heeft partnerorganisatie Grarbet naast de bestrijding van blindheid ook gewerkt aan KNO-onderzoek, medische behandeling van 10.162 epilepsiepatiënten, fysiotherapie en revalidatie van 5.747 mensen met een handicap (met name doven), het aanmeten van protheses en hulpmiddelen en vaktrainingen. De Gayo Pastoralist Development Initiative (GPDI) in de meest zuidelijke regio van Ethiopië heeft naast het bieden van revalidatiezorg en onderwijsondersteuning aan 500 volwassenen en kinderen, ook belangengroepen en zelfhulpgroepen ondersteund die mensen met een handicap helpen hun plek in de maatschappij te hervinden.

Leer- en verbeterpunten Voor wat betreft toegang tot onderwijs voor kinderen met een beperking is het belangrijk om een integrale aanpak te gebruiken. Zo is het aan de ene kant belangrijk 20

dat kinderen medische zorg en hulpmiddelen ontvangen, zoals een bril, rolstoel of een Braille stylus. Daarnaast moet er ook aandacht zijn voor de sociale aspecten. Zo worden leerkrachten begeleid in hoe ze les kunnen geven aan een diverse groep kinderen en worden kinderen aangemoedigd om elkaar te helpen in de klas. Ook is het belangrijk om de overheid mee te nemen in het proces van inclusief onderwijs en revalidatie. Zo wordt in Cambodja de lokale overheid betrokken bij het monitoren van docenten die slechtziende kinderen begeleiden en wordt in ZuidSoedan het beleid op inclusief onderwijs en het opleiden van leerkrachten ontwikkeld in nauwe samenwerking met het Ministerie van Onderwijs. In Bangladesh wordt een pilot ontwikkeld met het Ministerie van Gezondheidszorg om revalidatiecentra te ontwikkelen binnen twee overheidsziekenhuizen, zodat doorverwijzing makkelijker plaats kan vinden en mensen niet naar verschillende locaties hoeven te reizen voor medischeen revalidatiehulp. Dit zorgt ervoor dat de overheid zich betrokken en verantwoordelijk voelt voor zowel de revalidatie en het onderwijs van mensen met een beperking.

Vooruitblik De programma’s op de Filipijnen zijn dit jaar voor het laatst ondersteund. Vanaf het jaar 2015 gaan zij zelfstandig verder. Het programma voor slechtziende kinderen in Cambodja is opgestart in twaalf districten en volgend jaar zullen de eerste kinderen naar school gaan. Ondertussen wordt er nagedacht hoe ook dove en slechthorende kinderen hierbij betrokken kunnen worden. In Afghanistan ontvangen partnerorganisaties in 2015 voor het laatst steun. In Zuid-Soedan zullen de werkomstandigheden moeilijk blijven vanwege het doorgaande conflict. Vrede lijkt nog ver weg. Dit betekent dat vluchtelingen in de lokale gemeenschappen en in kampen nog deel zullen blijven uitmaken van de hulp. In Bangladesh loopt het vijfjarige programma met Child Sight Foundation af en gaan zij zelfstandig verder na 2015. Met Centre for Disability in Development worden de activiteiten uitgebreid en de duurzame aanpak in samenwerking met de overheid verder versterkt.

ONDERWIJS EN REVALIDATIE

Tabel 2.3 Resultaten onderwijs en revalidatie

Onderwerp Doelstelling Kinderen met een beperking ondersteund bij 7.375 het volgen van onderwijs Het aantal bladzijden van boeken vertaald 361.305 naar Braille/gesproken boeken Revalidatiediensten 62.508 Training van veldwerkers, leraren en 7.283 medisch personeel

Resultaten 9.199 376.137 62.545 9.166

Zuid-Soedan Peter Thiey Chuol, een voormalige verzetsstrijder, verruilde zijn AK-47 geweer voor een scalpel - een chirurg die licht brengt in de verblinde ogen van zijn landgenoten.

21

JAARVERSLAG 2014

2.3 WERK EN INKOMEN Met een eigen inkomen is iemand niet langer afhankelijk van anderen. Toegang tot werk en inkomen biedt niet alleen economische zelfstandigheid, maar doet het zelfvertrouwen en aanzien in de gemeenschap groeien. Daarom wordt geïnvesteerd in programma’s waarbij mensen met een beperking toegang krijgen tot leningen, vaktrainingen en de banenmarkt. Zo kunnen zij, net als ieder ander, de mogelijkheid krijgen om een eigen bedrijf te beginnen, stage te lopen of een 22

dienstverband te krijgen.

Resultaten In Cambodja werkt partnerorganisatie ABC aan het verbeteren van toegang tot inkomsten voor mensen met een visuele beperking. Zo is er dit jaar negen keer een forum georganiseerd waarvoor microfinancieringsinstanties, mensen met een beperking en de lokale overheid werden uitgenodigd. Hierdoor werd er bewustwording gekweekt dat ook mensen met een beperking

toegang zouden moeten hebben tot leningen. Dankzij deze acties konden twaalf blinde en visueel beperkte mensen een lening krijgen om een eigen bedrijfje te starten. Daarnaast organiseert ABC zelfhulpgroepen voor mensen met een beperking. Zij sparen samen geld en lenen dit aan elkaar, waarmee zij kleine inkomengenerende projecten kunnen opzetten. Dit jaar zijn drie nieuwe groepen gestart, zodat er nu een totaal van 21 zelfhulpgroepen zijn.

WERK EN INKOMEN

In Kenia, Rwanda en Ethiopië wordt gewerkt aan het verbeteren van toegang tot vakopleidingen voor jongeren met een beperking. In die landen wordt samengewerkt met technische- en agrarische opleidingsinstituten. Zo is er dit jaar onderzocht tegen welke barrières jongeren aanlopen als ze een opleiding willen volgen. Het programma is halverwege het jaar van start gegaan en de eerste docenten zijn dit jaar succesvol getraind binnen de vakopleidingen. Hierdoor konden de eerste 28 jongeren beginnen aan een opleiding. Daarnaast zijn er relaties gelegd met bedrijven in de drie landen die er voor open staan om stages en werkplekken aan te bieden.

Leer- en verbeterpunten Er zijn veel barrières waardoor jongeren met een beperking niet de vakopleidingen binnen komen en als gevolg daarvan dus ook geen werk kunnen vinden omdat ze niet de juiste kennis hebben. Het is van belang dat er genoeg aandacht blijft voor de selectieprocedure van de jongeren: steunt hun familie ze, hebben zij hulp nodig om naar school te komen, en hebben zij bepaalde

assistentie nodig in de vorm van hulpmiddelen? In Cambodja is het van belang om te blijven werken aan de bewustwording over de rechten van mensen met een beperking. Zonder die bewustwording blijven bedrijven, (overheids) instanties en de lokale gemeenschap afwijzend. Ook moet er meer bewustwording komen over de medische zorg die mensen kunnen ontvangen. Verscheidene personen met oogproblemen durfden uit angst niet naar de oogkliniek te komen.

zullen geven aan mensen met een beperking, en aan de andere kant visueel beperkten ondersteunen bij het opzetten van zelfhulpgroepen om zo geld te sparen voor een eigen bedrijfje.

Vooruitblik Het is positief om te zien dat bedrijven en vakopleidingen open staan om jongeren met een beperking aan te nemen. Het komende jaar krijgen nog eens 200 jongeren ondersteuning bij het beginnen van een vakopleiding. Daarnaast wordt verwacht dat de studenten die dit jaar zijn begonnen, zullen doorstromen naar een stage of werkervaringsplek bij een bedrijf. ABC zal doorgaan met hun gespitste aanpak: aan de ene kant bij microfinancieringsinstanties lobbyen dat zij leningen

Tabel 2.4 Resultaten werk en inkomen

Onderwerp Vaktraining/inkomensgenerende activiteiten voor mensen met een beperking

Doelstelling Resultaten 650 488

23

JAARVERSLAG 2014

2.4 NOODHULP Gewoonlijk wordt het verlenen van noodhulp overgelaten aan gespecialiseerde organisaties. Toch zijn er twee manieren waarop de stichting betrokken is bij de verlening van noodhulp. In de eerste plaats worden in toenemende mate noodhulporganisaties begeleid om hun programma’s toegankelijk te maken voor mensen met een handicap. Daarnaast wordt noodhulp gestart wanneer er zich calamiteiten voordoen in het eigen werkgebied.

24

In de chaos die ontstaat nadat een humanitaire ramp zich heeft voorgedaan (natuurgeweld of een gewelddadig conflict) is het vaak ieder voor zich. Mensen moeten vluchten, komen na verloop van tijd terecht in vluchtelingen- of opvangkampen of vinden een tijdelijk schamel onderkomen in de gemeenschappen in andere delen van het land. Maar al te vaak worden minder mobiele mensen, ouderen of degenen met een beperking, op de vlucht vergeten of achtergelaten. Wanneer de mindervaliden

uiteindelijk toch in de kampen terechtkomen en hun familie hebben teruggevonden, begint de strijd om het bestaan. Afhankelijk van hun beperking gebeurt het dat mensen niet in de rij kunnen staan bij uitdeling van voedsel of goederen; ze kunnen niet de geïmproviseerde gezondheidscentra of kantoren bereiken of worden niet op de hoogte gebracht van belangrijke informatie omdat ze niet kunnen zien of horen. Sanitaire voorzieningen zijn vaak ontoegankelijk. Bij het uitbreken van geweld, wat in de

NOODHULP

frustrerende omstandigheden van een kamp geen zeldzaamheid is, zijn mensen met een beperking en ouderen extra kwetsbaar. Daarnaast krijgen mensen geen registratie en dus geen voedsel of ze zijn volledig afhankelijk van familie voor hun levensonderhoud.

Resultaten Dit jaar zijn noodhulpvoorzieningen in Zuid-Soedan toegankelijk gemaakt voor mensen met een beperking. In december 2013 is een bloedig conflict uitgebroken tussen verschillende groepen binnen de regering en het leger. Als gevolg daarvan zijn bijna twee miljoen mensen gevlucht voor het geweld in het noorden en oosten van het land. Interne vluchtelingenkampen herbergen rond de 1,4 miljoen mensen terwijl nog eens bijna 500.000 mensen zijn gevlucht naar omringende landen als Soedan, Kenia, Oeganda en Ethiopië. Organisaties die de vluchtelingenkampen beheren doen hun uiterste best om in alle noden te voorzien, maar kampen met gebrek aan materialen, fondsen en kennis. Er zijn trainingen gegeven aan managers van vluchtelingenkampen en hun organisaties. De trainingen zijn erop gericht om stafleden de ogen te openen voor de behoeften van mensen met een beperking in kampen, zodat die op voet van gelijkheid kunnen

delen in diensten en goederen en inspraak hebben zoals ook mensen zonder beperking die hebben. Moeilijk toegankelijke gebouwen kunnen bereikbaar worden gemaakt; uitdeling van goederen en diensten kunnen zo worden georganiseerd dat iedereen toegang krijgt. Informatie kan toegankelijk worden gemaakt, zodat die iedereen bereikt. Die trainingen voorzien in een behoefte en worden dankbaar aanvaard. Daarnaast heeft de staf in Zuid-Soedan een aantal malen zogenaamde ‘disability audits’ uitgevoerd. De voorzieningen in een kamp worden daarbij onderzocht op hun toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Een advies helpt de stafleden om de toegankelijkheid te vergroten. Op deze manier is noodhulp inclusief gemaakt. De trainingen zullen naar behoefte ook in 2015 worden gegeven. Daarnaast verzorgde LIGHT FOR THE WORLD in december in Brussel de eerste training voor medewerkers van Europese noodhulporganisaties. Want ook bij mensen die verder van het veld afstaan leven veel vragen over hoe noodhulp zo kan worden georganiseerd dat er geen groepen buiten de boot vallen. Naar verwachting zullen er meer van deze trainingen volgen. In Zuid-Soedan veranderde het bloedige conflict diepgaand de situatie waarin

partnerorganisaties werken. De oogzorgprojecten in de staat Jonglei moesten afgebroken worden omdat het te gevaarlijk werd om te werken. Een pas gestarte bouw van een oogkliniek in een overheidsziekenhuis werd onmogelijk gemaakt. Het gebouw werd verwoest en apparatuur voor medische behandeling ging verloren. Veel vluchtelingen kwamen de gebieden binnen waar andere partnerorganisaties werken, in het zuiden van het land. Er ontstonden vluchtelingenkampen in diezelfde gebieden, terwijl veel mensen ook in de lokale gemeenschappen een plek vonden, buiten de kampen. Onder al deze vluchtelingen zijn ook veel mensen met beperkingen, waarvoor vaak geen toegankelijke voorzieningen zijn. De partnerorganisaties konden niet anders dan hun werk toegankelijk maken voor deze nieuwe groep mensen, zowel in dorpen als in vluchtelingenkampen. Een geïntegreerd programma ontstond op het gebied van oogzorg, inclusief onderwijs en revalidatie en het toegankelijk maken van voorzieningen, in samenwerking met noodhulporganisaties en overheidsinstellingen. Nieuwe samenwerkingsverbanden ontstonden ook tussen de partners vanuit de noodzaak weggevallen voorzieningen 25

JAARVERSLAG 2014

te vervangen en op andere plaatsen mensen een nieuwe kans te geven. Op de Filipijnen trok in november 2013 de verwoestende tyfoon Haiyan over het land. De materiële schade was enorm en veel mensen verloren het leven. Partnerorganisatie Resources for the Blind Inc. ondersteunt kinderen met een visuele handicap en hun families in de regio, en werd geconfronteerd met de schade die de tyfoon zowel bij de families als aan het programma had aangericht. Via noodhulp ontvingen enkele tientallen families hulp bij het opbouwen van hun leven: herbouw van huizen (ditmaal bestand tegen orkanen), startsubsidies om weer zelf een inkomen te verdienen en herbouw van enkele zwaar beschadigde scholen met voorzieningen voor inclusief onderwijs voor de kinderen met visuele beperkingen in de regio.

Leer- en verbeterpunten In het programma in ZuidSoedan was samenwerking het belangrijkste kenmerk van de noodhulp die partnerorganisaties op zich namen. Er ontstonden nieuwe

verbanden tussen bestaande partners, en tussen partners en reguliere uitvoerders van noodhulp in kampen en andere plekken. De aanvoer van medicijnen, de planning van gezamenlijke activiteiten, de nazorg van behandelde patiënten, het voorzien in krukken, rolstoelen en andere hulpmiddelen, verwijzingen naar verdere behandelingen, rapportage zonder doublures: dat alles vroeg een nieuwe inspanning van ons landenkantoor en de partners. Daarin ging veel goed maar er werden ook fouten gemaakt. Er werd geëvalueerd om te leren en verbeteringen aan te brengen, maar soms ontbrak ook de reflectie. Hieruit leerden we dat samenwerking in een consortium een bijzondere synergie teweeg brengt waarbij organisaties soms boven zichzelf uitstijgen, maar dat terugkoppeling ook systematisch moet worden georganiseerd om voortdurend leren te bevorderen. Op de Filipijnen hebben wij geleerd hoe moeilijk het is om keuzes te maken met een beperkt budget. Er zijn uitgebreide intakegesprekken gevoerd met gezinnen om goede keuzes te kunnen maken

over welke gezinnen wel en niet een nieuw huis of hulp bij opzetten van een nieuw bedrijfsactiviteit krijgen. Als er overal hoge nood heerst, zijn dat moeilijke beslissingen.

Vooruitblik Na een jaar is er nog weinig vooruitgang geboekt met de beëindiging van het conflict in Zuid-Soedan. Er is dan ook nog geen sprake van terugkeer van vluchtelingen naar hun eigen huis en haard. Een massale afhankelijkheid van voedselhulp dreigt, nu veel mensen niet hun land kunnen bebouwen. Er is nog geen trend naar afname van het aantal mensen in opvangkampen. In 2015 zullen de partnerorganisaties binnen hun eigen regio dan ook doorgaan met het verlenen van hulp aan vluchtelingen met een beperking en hun families. Via samenwerkingsverbanden van noodhulporganisaties wordt het pleiten voor inclusief handelen voortgezet. Op de Filipijnen gaat, ruim een jaar na de tyfoon, het opbouwwerk door.

Tabel 2.5 Resultaten noodhulp

Onderwerp Doelstelling Resultaten Herbouwde schoolgebouwen en huizen 29 49 N.B. De gerealiseerde aantallen in Zuid-Soedan zijn reeds meegeteld in de tabellen bij oogzorg, onderwijs en revalidatie. 26

NOODHULP

Tyfoon Haiyan Het huis van Christine Luces en haar moeder werd totaal verwoest door Haiyan. Zij kregen een nieuw tyfoonbestendig onderkomen. Christine volgt het onderwijsprogramma voor kinderen met een beperking.

27

JAARVERSLAG 2014

2.5 LOBBY, ADVOCACY EN CAPACITEITSOPBOUW LIGHT FOR THE WORLD zet zich in voor inclusie van mensen met een handicap in ontwikkelingslanden. Naast het opzetten en uitvoeren van programma’s met partnerorganisaties, worden in toenemende mate lobby activiteiten ontplooid die het landen- en projectenniveau overstijgen. Overheden, beleidsmakers, institutionele donoren, maar ook nietgouvernementele organisaties worden aangesproken op de rechten van mensen met een 28

handicap en het belang om aan inclusie te werken. Dit wordt gedaan op verschillende manieren. Allereerst door lobby op het niveau van de Verenigde Naties, op Europees niveau en richting de Nederlandse overheid, maar ook door middel van trainingen en gemeenschappelijke kennisontwikkeling. Samenwerking in allianties, coalities en het aangaan van partnerschappen is hierbij de kernstrategie.

In deze paragraaf worden de kernpunten van de lobby activiteiten, de partnerschappen die we hierin zijn aangegaan en de resultaten die het afgelopen jaar zijn behaald belicht.

Lobby op VN niveau De confederatie heeft een lobbyist in New York. In samenwerking met de International Disability Alliance (IDA) en de International Disability and Development Consortium (IDDC) wordt

LOBBY, ADVOCACY EN CAPACITEITSOPBOUW

er gepleit voor inclusie van mensen met een handicap op het niveau van de Verenigde Naties. Dit jaar stond de ontwikkeling van de Sustainable Development Goals (SDG’s), de opvolging van de Millennium Development Goals centraal. Het belangrijkste resultaat is dat er negen referenties naar mensen met een handicap in het rapport van de open werkgroep over de Sustainable Development Goals zijn opgenomen. De uiteindelijke SDG’s zullen op basis van de dit rapport opgesteld worden. In het komende jaar zullen de lobbyisten zich in blijven zetten om de specifieke aandacht voor mensen met een handicap in de Post-2015 ontwikkelingsagenda te behouden.

Lobby op EU niveau De confederatie heeft twee lobbyisten in Brussel om op het niveau van de EU te pleiten voor inclusie van mensen met een handicap. De confederatie is lid van IDDC; een internationaal consortium van 25 organisaties die pleiten voor disability-inclusive development en werken aan inclusie in meer dan 100 landen. LIGHT FOR THE WORLD is binnen dit consortium actief binnen het facilitators forum. Deze werkgroep heeft als doel te werken aan de capaciteit van de leden op het gebied van training en advisering betreffende inclusieve ontwikkeling. Dit jaar heeft deze werkgroep, in

samenwerking met IDA, een training inclusieve facilitatie vaardigheden georganiseerd in Londen, waarbij acht deelnemers met een handicap uit zes verschillende landen hebben deelgenomen. Alle acht deelnemers maken zich nu op om met de opgedane kennis zowel trainingen in eigen land als een regionale training in Oost-Afrika en Azië te gaan verzorgen. LIGHT FOR THE WORLD is actief lid van EU-CORD. Dit is een netwerk van 22 christelijke ontwikkelingsorganisaties uit twaalf Europese landen. Er wordt samenwerking gezocht op het gebied van programma-ontwikkeling en belangenbehartiging in de strijd tegen armoede en onrecht. In het verslagjaar hebben nuttige contacten met Strømme Foundation geleid tot een projectfinanciering van een onderwijsproject in ZuidSoedan. Tijdens de algemene vergadering is een presentatie gegeven waarmee het belang van inclusie van mensen met een beperking onderstreept. Het secretariaat van EU-CORD is nu ook heel actief geworden om dit punt bij de leden en in contact met beleidsmakers in Brussel onder de aandacht te brengen. In december is in samenwerking met EU-CORD en IDDC in Brussel een tweedaagse training gegeven over inclusie van mensen met een handicap in noodhulp programma’s.

Lobby bij de Nederlandse overheid De lobby in Nederland concentreert zich op de aanstaande ratificatie van het VN-verdrag inzake de Rechten van Mensen met een Handicap. Het VN-verdrag zal zeer waarschijnlijk in 2015 door de Tweede Kamer worden geratificeerd, waarna Nederland de juridische verplichting heeft dit VN-verdrag na te leven en rechten van mensen met een handicap te garanderen. LIGHT FOR THE WORLD is lid van de Dutch Coalition on Disability and Development (DCDD) en de Coalitie voor Inclusie die beiden actief lobbyen en voor de ratificatie van het VN-verdrag. De Coalitie voor Inclusie is een beweging van mensen en organisaties die het maatschappelijke draagvlak voor de inclusieve samenleving vergroot, inclusief beleid bevordert en uitsluiting van mensen tegengaat. DCDD richt zich op de naleving en implementatie van artikel 32 en artikel 11, waarin inclusie in internationale samenwerking en noodhulp vermeld zijn. De Alliance for Disability Inclusive Development (ADID) is dit beleidsjaar opgericht, waarin zes Nederlandse organisaties hun krachten bundelen voor de inclusie van mensen met een handicap in ontwikkelingslanden. Deelnemers in de alliantie zijn DCDD, Liliane Fonds, 29

JAARVERSLAG 2014

Leprastichting, LIGHT FOR THE WORLD, Karuna Foundation en Enablement. Deze organisaties gaan op meerdere gebieden samenwerken: in het veld, bij onderzoek, in lobby & advocacy en bij de werving van institutionele fondsen. Er is een gezamenlijk voorstel ingediend voor een strategisch partnerschap bij het ministerie van Buitenlandse Zaken, met als doel beleidsbeïnvloeding op nationaal en internationaal niveau ten behoeve van inclusie van mensen met een handicap.

Kennisontwikkeling & capaciteitsopbouw De senior adviseur besteedt haar tijd volledig aan advisering, kennisopbouw en capaciteitsopbouw op het gebied van disability inclusieve ontwikkeling. Daarnaast zijn ook andere medewerkers beschikbaar om ontwikkelingsorganisaties, bedrijven en overheden te adviseren over inclusie van mensen met een handicap. Het afgelopen jaar zijn de navolgende activiteiten uitgevoerd. In samenwerking met MDF Training & Consultancy is een vijfdaagse training ontwikkeld: disability mainstreaming in projects and organisations. De training is twee keer in Nederland gegeven en zal in 2015 ook via de regionale kantoren van MDF worden aangeboden. Het 30

doel van de training is om ontwikkelingswerkers en beleidsmakers een praktische handreiking te doen hoe zij vorm kunnen geven aan inclusie van mensen met een handicap binnen hun programma’s en organisaties. Ook in programmalanden wordt een actieve bijdrage geleverd aan capaciteitsopbouw. In Bangladesh is in samenwerking met partnerorganisatie CDD een driedaagse training inclusieve ontwikkeling georganiseerd. In ZuidSoedan zijn twee driedaagse workshops georganiseerd voor overheidsvertegenwoordigers, ontwikkelingswerkers en vertegenwoordigers van gehandicaptenorganisaties over inclusie van mensen met een handicap. In maart heeft een klein team een onderzoek gedaan naar de mate van inclusie in het voedselzekerheidsprogramma van ICCO en haar partnerorganisaties in NoordOeganda. De aanbevelingen worden nu verder opgevolgd door LIGHT FOR THE WORLD en partnerorganisatie NUDIPU. Ook is in Oeganda een studie gedaan om de goede resultaten van een project om mensen met een beperking betere toegang te geven tot microfinanciering. De uitkomsten van deze studie zijn gepresenteerd tijdens de Inclusive Micro Finance Conference in november, waarbij ook andere partners

uit Oost-Afrika waren uitgenodigd met het oog op het ontwikkelen van een nieuw programma in 2015 en 2016. In samenwerking met Mission East Nepal is een maatwerk training georganiseerd voor ICCO Nepal op het gebied van gender & disability mainstreaming. In samenwerking met Partos, de branchevereniging voor Internationale Samenwerking in Nederland en het Afrika Studie Centrum is het Leerplatform Social Inclusion in Economic Development opgericht. Samen met tien andere ontwikkelingsorganisaties zijn er vijf seminars georganiseerd waarin inclusie van gemarginaliseerde groepen in economische ontwikkeling is onderzocht. In de Post-2015 ontwikkelingsagenda staat inclusieve ontwikkeling en inclusie van gemarginaliseerde groepen hoog op de agenda. Feit is echter dat er nog weinig praktische tools en methodes beschikbaar zijn om dit daadwerkelijk vorm te geven. Het leerplatform heeft zich over deze vraag gebogen en zal in 2015 een publicatie uitbrengen met praktische handreikingen hoe organisaties gemarginaliseerde groepen toegang kunnen geven tot economische ontwikkeling. Een andere manier van lobby is het geven van gastcolleges over de rechten van mensen met een handicap en over inclusieve

LOBBY, ADVOCACY EN CAPACITEITSOPBOUW

ontwikkelingssamenwerking op Universiteiten en Hogescholen. Er zijn onder andere gastcolleges gegeven op de Vrije Universiteit, de Radboud Universiteit in Nijmegen en de christelijke Hogeschool in Ede. Doel van deze colleges is studenten en onderzoekers in aanraking brengen met het onderwerp zodat zij dit hun verder loopbaan vorm kunnen geven. De studenten van nu zijn de beleidsmakers en ontwikkelingswerkers van de toekomst.

Publicaties Als afsluiting van het gezamenlijke voedselzekerheid

programma in Bangladesh met ICCO en de Leprazending is de publicatie ‘Inclusion Works!’ uitgegeven, waarin de geleerde lessen over inclusie van mensen met een handicap in dit programma zijn weergegeven. Een andere nieuwe publicatie is From financial exclusion to formal inclusion, over disability mainstreaming in microfinancieringsinstituten in Oeganda. ‘Count me In’, een praktische gids over inclusie van mensen met een handicap in ontwikkelingsprogramma’s is vertaald in het Frans. Daarnaast wordt gewerkt aan een Portugese en Spaanse vertaling en zijn er plannen voor een

vertaling naar Farsi en Pashtun. Alle genoemde publicaties zijn zowel geprint als online beschikbaar.

Tabel 2.6 Resultaten lobby, advocacy en capaciteitsopbouw

Onderwerp Aantal personen getraind op disability mainstreaming Deelnemers leerplatform Social Inclusion Colleges gegeven in Nederland

Doelstelling - -



Resultaten 125 60 4

Inclusion Works! Minister Ploumen ontvangt ‘Inclusion Works!’, het eindrapport van een succesvol project voor extreem arme vrouwen in Bangladesh.

31

JAARVERSLAG 2014

3. FONDSENWERVING DOELSTELLINGEN Vanuit het meerjarenbeleidsplan is het jaarplan opgesteld met daarin een aantal fondsenwervende doelstellingen. De strategische keuzes zijn gebaseerd op een analyse van sterke en zwakke punten van de organisatie en mede ingegeven door de opgebouwde ervaring in de loop der jaren. Het jaarplan bepaalt welke doelgroepen worden benaderd binnen het vastgestelde budget. De volgende doelgroepen worden 32

onderscheiden: • Particulieren; • Kerken; • Optiekbranche; • Bedrijven; • Serviceclubs; • Stichtingen en vermogensfondsen; • Institutionele donoren.

Particulieren De particuliere achterban bestaat overwegend uit senioren met een christelijke levensovertuiging. Vanwege

de hoge gemiddelde leeftijd is het verloop relatief hoog. Het is niet gelukt om dit verloop op te vangen met de aanwas van nieuwe donateurs. In het verslagjaar is vooral geïnvesteerd in het versterken van de naamsbekendheid via advertenties en naar verwachting zal pas vanaf volgend jaar de instroom van nieuwe donateurs weer toenemen. Er lijkt een trend zichtbaar dat steeds minder mensen zich voor langere tijd willen binden aan een goed

FONDSENWERVING

doel. Er wordt voortdurend gezocht naar nieuwe kansen en de juiste kanalen om nieuwe donateurs te werven. Dit jaar is de bestaande achterban zes maal schriftelijk benaderd met een donatieverzoek. Ondanks het lagere aantal donateurs bleven de inkomsten vanuit particulieren ongeveer gelijk. De begroting werd echter niet gehaald, omdat de werving van grote giften te ambitieus is ingeschat. Er is een nieuw plan geschreven om de werving van grote giften te versterken. Daarvoor is een nieuwe medewerker aangesteld voor bepaalde tijd. Een nalatenschap van substantiële omvang bleef dit jaar uit.

opbrengsten blijven achter bij de begroting. Enkele producenten uit de optische industrie maken jaarlijks een substantieel bedrag over en mogen zich ‘member’ van LIGHT FOR THE WORLD noemen.

Bedrijven De werving bij bedrijven kende een zeer succesvol jaar, mede vanwege twee substantiële eenmalige giften en door de toetreding van een ondernemer aan het ‘member’ programma. De begroting werd ruimschoots overtroffen. Voor volgend jaar zal de medewerker voor grote giften ook aandacht besteden aan bedrijven en verwacht de stichting een deel van deze inkomstengroei te kunnen continueren.

Kerken Een brede selectie van Protestantse en daaraan verwante kerken is in het voorjaar en het najaar schriftelijk benaderd. Doel daarvan is om bij diaconieën aandacht te vragen voor de doelstellingen van de stichting. Het aantal kerken dat een gift overmaakt blijft ongeveer gelijk. De begroting is echter niet gehaald omdat er, in tegenstelling tot eerdere jaren, geen grote plaatselijke actie heeft plaatsgevonden.

Optiekbranche De steun vanuit de optiekbranche loopt iets terug, mede als gevolg van de beperkte middelen die beschikbaar zijn om deze doelgroep te benaderen. De

Serviceclubs Dankzij een langlopende samenwerking met een Rotary Club is wederom een mooi bedrag binnengekomen voor de financiering van een waterproject in Ethiopië. Het opstarten van nieuwe acties is niet gelukt. De begroting is dan ook niet gehaald.

Stichtingen en vermogensfondsen De inkomsten vanuit stichtingen en vermogensfondsen zijn opnieuw een belangrijke bron van financiering gebleken voor de projecten. De meeste toekenningen zijn gedaan door stichtingen waarmee reeds een langdurige relatie is opgebouwd.

Daarnaast zijn met succes enkele nieuwe fondsen benaderd. De inkomsten zijn ongeveer hetzelfde als vorig jaar, maar de begroting is niet gehaald. Er zijn inkomsten verkregen uit twee internationale fondsen. Deze fondsen uit Zwitserland financieren respectievelijk het humanitair project in Zuid-Soedan en het onderwijsprogramma in Cambodja. De stichting richt zich meer op de samenwerking met internationale fondsen en de verwachting is dan ook dat de inkomsten hieruit de komende jaren zullen gaan stijgen.

Institutionele donoren Er zijn drie belangrijke programma’s met institutionele financiering afgerond. Het ‘End Exclusion’ programma heeft de bewustwording van jongeren in Europa vergroot over het leven met een beperking in ontwikkelingslanden. Uitsluiting is geen optie, daarom moeten alle ontwikkelingsprogramma’s rekening houden met mensen met een handicap en hen gelijk behandelen. Dit was een heel effectief programma en duizenden jongeren zijn bereikt. Het andere programma werd uitgevoerd in Zuid-Soedan en gaf voorlichting over inclusief onderwijs. Uit de eindevaluatie blijkt dat er veel meer begrip is voor kinderen met een beperking om regulier onderwijs te gaan volgen. Ook zijn er maar liefst 30 scholen toegankelijk 33

JAARVERSLAG 2014

gemaakt. Beide programma’s werden gefinancierd door de Europese Unie. Daarnaast werd in Zuid-Soedan een onderzoeksprogramma gestart om mensen met de oogziekte trachoom te identificeren. Hiervoor is financiering van de Engelse overheid ontvangen. Door de politieke onrusten in Zuid-Soedan is de beslissing om het veldwerk voor dit onderzoek uitgesteld tot medio 2015. Eén programma met financiering van de Europese Commissie werd gecontinueerd, namelijk een capaciteitsopbouw- en revalidatieprogramma in Bangladesh met partner CDD. Dit is een ambitieus programma waarmee meer dan 30.000 mensen met een beperking kunnen revalideren, en meer dan 100 organisaties ondersteund worden. Daarnaast is LIGHT FOR THE WORLD via Prisma vertegenwoordigd in de ICCO-coöperatie en ontvangt overheidssubsidie tot eind 2015 financiering voor basisgezondheidszorgprojecten in Afghanistan en Bangladesh. Dit jaar zijn in totaal zes nieuwe voorstellen ingediend. Gezamenlijk met het Liliane Fonds, de Leprastichting en Karuna Foundation is een aanvraag ingediend bij de Nederlandse overheid om een Strategisch Partnerschap aan te gaan op inclusieve ontwikkelingssamenwerking. De uitslag van deze aanvraag wordt 34

begin 2015 verwacht. Totaal zijn er drie voorstellen goedgekeurd en dat is ruim meer dan de geplande doelstelling. De verbeterpunten die in het vorige jaarverslag naar voren kwamen zijn nog steeds relevant en worden nu systematisch meegenomen in nieuwe programma aanvragen. Zo wordt bijvoorbeeld meer tijd ingeruimd om een scherpe contextanalyse te maken en in kaart gebracht hoe het voorgestelde nieuwe project voortbouwt op ‘good practice’. Omdat steeds meer in consortia wordt opgetrokken is er in het najaar een leertraject gestart om beter in consortia te kunnen functioneren. Ook is de stichting continue actief in het netwerken met donoren die serieus beleid hebben ontwikkeld voor inclusie van mensen met een beperking in hun ontwikkelingsprogramma’s.

EVALUATIE Wat gaat goed? • De gemiddelde gift bij particuliere donateurs stijgt. • Plan en capaciteit voor de werving van grote giften is operationeel. • Inkomsten vanuit het bedrijfsleven zijn toegenomen. • Het draagvlak bij stichtingen en vermogensfondsen is onverminderd sterk.

Wat verdient aandacht? • Het aantal particuliere donateurs neemt af. Actief zoeken naar de juiste kanalen om de instroom van nieuwe donateurs te verbeteren. • Er is een sterke alliantie en een goed projectvoorstel nodig om in aanmerking te komen voor het nieuwe subsidiekader van de Nederlandse overheid. • Werving bij institutionele donoren blijft lastig vanwege sterke competitie. Investeren in competenties en kwaliteit blijft belangrijk.

FONDSENWERVING

Collecte Reisorganisatie Amicitia collecteerde tijdens haar reizen en dat leverde maar liefst € 20.000 op.

35

JAARVERSLAG 2014

4. COMMUNICATIE MET BELANGHEBBENDEN De stichting hecht grote waarde aan een goede communicatie met belanghebbenden. Daarmee wordt gedoeld op partijen die een belang hebben bij de stichting, zowel aan de gevende als de ontvangende kant. Daarin worden de volgende partijen onderscheiden: • Het brede publiek; • Donateurs; • Lokale partnerorganisaties; • Ontvangers van hulp.

36

HET BREDE PUBLIEK Eén van de statutaire doelstellingen is het geven van voorlichting over oorzaken en achtergronden van blind- en slechtziendheid in ontwikkelingslanden en over de situatie waarin visueel gehandicapten zich in deze landen bevinden. Om dat doel te realiseren is in het jaarplan een aantal meetbare doelstellingen opgenomen. Tabel 4.1 geeft inzicht in hoeverre deze doelstellingen zijn gerealiseerd.

Het aantal gegeven presentaties is positief beïnvloed door deelname aan de ASN Bank Wereldprijs, wat een goed podium was voor de stichting. Het aantal zangavonden nam helaas af vanwege beperkte inzetbaarheid van de vrijwilliger. De gewenste groei van het aantal websitebezoeken is niet gehaald. Belangrijkste oorzaak is dat de kosten per klik zijn gestegen, zodat het budget van Google Grants sneller wordt verbruikt. Daarnaast zijn de Adwords campagnes strakker

COMMUNICATIE MET BELANGHEBBENDEN

Tabel 4.1 Bereik

Omschrijving Aanwezig op evenementen Gegeven presentaties Verzonden persberichten Nieuwsberichten op website Website bezoeken Twitter volgers Facebook vrienden

ingericht, waarbij de potentiële geefbereidheid van de bezoeker zwaarder weegt dan het louter genereren van zo veel mogelijk bezoekers. De activiteiten voor het verkrijgen van meer volgers op Twitter hadden succes. Op Facebook werd minder succes geboekt. Een ‘Like & Win’ campagne had nauwelijks effect en ook de inzet van advertenties gaf niet de gewenste groei in het aantal vrienden. Het aantal vermeldingen in de media stemt tot tevredenheid. Het persbericht waarin wordt gepleit voor een nieuw logo voor toegankelijkheid haalde vier kranten. Reformatorisch Dagblad plaatste een fotoserie over Zuid-Soedan. Als één van de begunstigden van de Telepuzzel schreef De Telegraaf over de productie van Braille boeken in Indonesië. Op 14 oktober mocht de handel op Beursplein 5 worden geopend. Dit werd uitgezonden op RTL-Z en vermeld op de website van De Financiële Telegraaf. EO Metterdaad maakte een reportage over een medisch

norm

2014

2013

2012

5 8 8 52 450.000 1.000 2.000

5 12 15 59 384.298 2.365 1.500

project in Indonesië, maar de uitzending werd helaas uitgesteld tot 2015 vanwege een noodhulpactie. De geholpen bekendheid van de stichting steeg van twee naar drie procent, een mooie opsteker.

DONATEURS Journaal Particuliere donateurs ontvangen drie keer per jaar het ‘Journaal’. Het magazine bevat informatie over actuele internationale ontwikkelingen, bereikte resultaten en verhalen uit de projecten. Ook prikkelt het blad donateurs om op diverse manieren in actie te komen. De digitale nieuwsbrief is twaalf keer verzonden aan ruim 4.800 donateurs en belangstellenden.

Internet De website wordt regelmatig voorzien van actuele informatie. Via de website kan o.a. het beleidsplan en het jaarverslag worden gedownload en er is een gedetailleerd overzicht van alle

9 8 22 74 332.811 1.089 1.068

7 8 17 76 178.841 688 421

lopende projecten. Een donateur kan zijn gift voor een specifiek project bestemmen. Het aantal Twitter-volgers en Facebookvrienden groeit gestaag. De meeste groei werd gehaald bij het aantal Twitter volgers.

Bedanken en rapportage Voor iedere gift van € 100 of hoger wordt een persoonlijke bedankbrief verzonden. Giften van € 450 of hoger worden gekoppeld aan een specifiek project. De donateur ontvangt dan een gedetailleerde rapportage over de besteding van de gift.

Jaarverslag Het jaarverslag is een belangrijk middel voor het afleggen van verantwoording aan donateurs en is via de website te downloaden. De samenvatting is beschikbaar in grootletterdruk, Braille en gesproken woord om de toegankelijkheid zo hoog mogelijk te maken.

Interactie en feedback Bij iedere mailing wordt de donateur geïnformeerd 37

JAARVERSLAG 2014

over hoe de postvoorkeuren kunnen worden aangepast. De voorkeur van de donateur wordt gerespecteerd om de verzending van ongewenste post tot een minimum te beperken. Ook bij telefonische werving staat respect voor de donateur voorop. De gesprekken hebben een positief en vrijblijvend karakter. Uiteraard wordt het ‘recht-van-verzet’ en het ‘bel-me-niet-register’ tijdens ieder telefoongesprek actief aangeboden. Donateurs kunnen hun postvoorkeuren laten aanpassen tijdens het gesprek.

Klachten In het verslagjaar zijn drie klachten ontvangen, welke conform de klachtenprocedure zijn afgehandeld. Klachten dragen bij aan het verbeteren van processen en procedures. Zo werd de donatiepagina aangepast nadat er ten onrechte twee keer een bedrag bij een donateur werd afgeschreven. Tijdens de interne audit is gebleken dat uitingen van ongenoegen vaak niet als klacht worden geregistreerd. De kans bestaat dat daardoor mogelijkheden worden gemist om de bedrijfsvoering te verbeteren.

Tevredenheidsonderzoek In de maanden juli en augustus is een tevredenheidsonderzoek uitgevoerd onder donateurs. Er zijn 1.442 uitnodigingen per 38

e-mail verzonden en er is een oproep op de website geplaatst. In totaal zijn er 429 reacties ontvangen. Donateurs vinden de preventie van blindheid de belangrijkste activiteit van de organisatie. Opvallend is dat zeer weinig donateurs Twitter en Facebook noemen als een relevant kanaal om geïnformeerd te blijven. Ruim 86% van de respondenten is tevreden over de informatievoorziening en 81% is tevreden over de besteding van de gift. 15% van de respondenten wil dat de stichting meer uiting geeft aan haar christelijke identiteit. Het gemiddelde rapportcijfer is 7,9 en is daarmee exact gelijk aan de score in 2013.

LOKALE PARTNERORGANISATIES Er wordt nauw samengewerkt met lokale partnerorganisaties voor de uitvoering van projecten. Dat schept wederzijdse verwachtingen. De lokale partnerorganisatie verwacht een betrouwbare donor. De stichting verwacht een professionele partnerorganisatie die gemaakte afspraken nakomt en daadwerkelijk het verschil maakt voor de doelgroep. Om dit proces te waarborgen worden gemaakte afspraken contractueel vastgelegd en bewaakt in een informatiesysteem. Eventuele afwijkingen in rapportage of betalingen worden gesignaleerd en opgevolgd. De lokale partnerorganisatie kan

een klacht indienen conform de daarvoor opgestelde procedure. Daar is in het verslagjaar geen gebruik van gemaakt.

ONTVANGERS VAN HULP Het uiteindelijke doel van de stichting is dat ontvangers van hulp een betere kwaliteit van leven ervaren dankzij de diensten die zij hebben ontvangen. De lokale partnerorganisatie rapporteert over meetbare doelstellingen. Tijdens projectbezoeken worden individuele ontvangers van hulp bezocht door de programmacoördinator om steekproefsgewijs de gerapporteerde resultaten te verifiëren. Uitkomsten worden opgenomen in het reisverslag. Reisverslagen worden toegevoegd aan het informatiesysteem en ter kennisname verzonden aan het bestuur. Om duurzame veranderingen in kaart te brengen worden impactmetingen uitgevoerd met behulp van de SenseMaking methodiek. Daarbij worden ontvangers van hulp gevraagd om hun levensverhaal te vertellen. Een vraag die daarbij centraal staat is ‘Had deze verandering in uw leven kunnen plaatsvinden zonder het project?’ Met de uitkomsten (figuur 4.1) wordt de effectiviteit van de programma’s vergroot en wordt de impact zichtbaar terwijl het programma nog loopt.

COMMUNICATIE MET BELANGHEBBENDEN

EVALUATIE

Figuur 4.1 Uitkomsten impactmeting Oeganda

Wat gaat goed? • Het aantal klachten is laag en de donateurtevredenheid is onveranderd hoog. • Naamsbekendheid van de stichting is toegenomen.

Wat verdient aandacht? • Definitie van het begrip ‘klacht’ aanpassen, zodat ook uitingen van ongenoegen worden geregistreerd en betrokken bij de verbetering van de bedrijfsvoering. • Beperkte inzetbaarheid van vrijwilligers kan leiden tot minder zichtbaarheid bij evenementen en presentaties. Extra aandacht besteden aan het werven en behouden van vrijwilligers met de juiste kwalificaties.

Toyin Aderemi “Ik kan mijn benen niet gebruiken, maar ik heb mezelf geaccepteerd. Mijn verlamming belemmert me niet me in te zetten voor mensen met een beperking. Ik mis mijn benen, maar ik wil niet dat het gemis mijn leven negatief beïnvloedt. Het doel is dat Gods grootheid getoond wordt. Hij opent deuren die gesloten lijken.” Toyin Aderemi, Programma Manager Zuid-Soedan

39

JAARVERSLAG 2014

5. BESTUUR EN ORGANISATIE BESTUUR Bestuursverslag In de verslagperiode zijn er geen wijzigingen geweest in de samenstelling van het bestuur onder voorzitterschap van Ir. M.J. van Hulst. Het bestuur is vier keer in vergadering bijeen geweest, waarbij uiteenlopende financiële, organisatorische en 40

strategische onderwerpen de belangrijkste agendapunten waren. Het jaarverslag en de jaarrekening 2013 zijn goedgekeurd, alsmede de begroting en het jaarplan voor 2015. Een terugkerend onderwerp dit jaar was de samenwerking in de confederatie. De besturen van

Nederland, Oostenrijk, Tsjechië en België hebben discussie gevoerd over de effectiviteit van de huidige samenwerkingsvorm. Daarbij is het idee besproken om op Europees niveau een overkoepelende organisatie op te richten die zeggingskracht krijgt op het gebied van beleid, programma’s en fondsenwerving. Dit heeft

BESTUUR EN ORGANISATIE

vergaande consequenties en de meningen zijn verdeeld over noodzaak, tempo en reikwijdte van deze organisatorische verandering. Besluitvorming zal in 2015 verder gestalte krijgen. Het bestuur is gestart met het zoeken van kandidaten voor de vacatures die in 2015 ontstaan. Voor de functie van penningmeester is mondelinge overeenstemming bereikt met de geselecteerde kandidaat.

Directie-evaluatie Het functioneren van de directeur is beoordeeld door een delegatie van het bestuur.

Van het gesprek is een verslag gemaakt en besproken in het bestuur. Het bestuur prijst de constructieve samenwerking met de directeur en stelt vast dat de directeur goed heeft gefunctioneerd. Het nieuwe directiereglement is in de vergadering van december door het bestuur bekrachtigd. De directeur heeft geen nevenfuncties.

Zelfevaluatie De Code Goed Bestuur voor goededoelenorganisaties is voor het bestuur uitgangspunt. Het bestuur heeft in het verslagjaar onder meer gesproken over

de samenstelling van het bestuur. Gestreefd wordt naar een evenwichtige bestuurssamenstelling, die recht doet aan de doelstelling van de stichting. Ook volgend jaar zal dit onderwerp de aandacht van het bestuur hebben, nu er ook in 2015 vacatures zullen ontstaan. De bestuurlijke onderwerpen, zoals die in de Code worden genoemd (doelstelling, besteding middelen, fondsenwerving, omgaan met vrijwilligers en functioneren van de organisatie) zijn, voor zover van belang, gedurende het kalenderjaar tijdens de bestuursvergaderingen

Tabel 5.1 Samenstelling bestuur

Naam, woonplaats, functie

(Neven)functies

In bestuur

Aftredend

Dhr. Ir. M.J. van Hulst Amersfoort, Voorzitter

Directeur partijbureau Christenunie

2012

2024

Mw. Mr. M.J. van Dasselaar, Ede, Secretaris

Zelfstandig juridisch adviseur

2010

2022

Dhr. L.J. van der Herberg, Baarn, Lid

Gepensioneerd VP 2009 Market Research Ahold

2021

Dhr. Drs. P.F.C. van der Hoeven Oegstgeest, Lid

Gepensioneerd tropenarts

2003

2015

Dhr. Dr. F. Lion, Nijmegen, Lid

Gepensioneerd oogarts

2006

2018

Dhr. J. Kaemingk, Zeist, Lid

CRO Optiver

2002

2015

Dhr. Mr. S. Wynia, Veenendaal, Penningmeester

Fiscalist

2006

2015



41

JAARVERSLAG 2014

Figuur 5.1 Organigram Bestuur

Directeur

Financieel-

Directie-

administratief

secretaresse

medewerker

Hoofd

Hoofd marketing

programma’s/

& fondsenwerving

Communicatiemedewerker

adjunct directeur

Senior

Project-

Relatiebeheerder

secretaresse

Programme

Advisor Inclusive

Development

Development

managers

Programmacoördinatoren

concreet aan de orde geweest. Waar nodig heeft besluitvorming plaatsgevonden. Het bestuur constateert dat het zoeken naar een goede balans tussen besturen op hoofdlijnen en besturen op inhoud een blijvend punt van aandacht en gesprek is binnen het bestuur, maar ook tussen bestuur en directie. Over de invulling van de bestuurlijke verantwoordelijkheden binnen

de confederatie is en wordt binnen het bestuur en in confederatieverband gericht van gedachten gewisseld. De bestuurlijke zelfevaluatie heeft plaatsgevonden in januari 2014.

Samenstelling en benoeming Het bestuur streeft naar een

multidisciplinaire samenstelling. Naast een algemeen profiel voor de leden van het bestuur zijn er specifieke profielen voor onder meer een juridisch deskundige, een financieel deskundige en deskundigen op het gebied van oogheelkunde, marketing en ontwikkelingssamenwerking. Wanneer een vacature ontstaat, zoeken bestuursleden op

Tabel 5.2 Kengetallen

Omschrijving

norm

2014

Percentage vrouwelijke werknemers

50%

50%

Percentage medewerkers met een handicap

10%

42

13%

2013

2012

50%

47%

6%

7%

BESTUUR EN ORGANISATIE

basis van de profielschets in eigen netwerken naar geschikte kandidaten. De profielschets wordt ook op de website geplaatst, zodat de vacature feitelijk open staat voor iedereen. Wanneer een geschikte kandidaat is gevonden wordt deze tijdens een reguliere bestuursvergadering benoemd.

Bezoldiging Bestuursleden ontvangen geen bezoldiging, maar kunnen een vergoeding ontvangen voor gemaakte kosten. Een regeling daarvoor is door het bestuur vastgesteld.

Bestuursmodel Het bestuur heeft in de verslagperiode gefunctioneerd volgens het ‘instructiemodel’, met dien verstande dat de directeur van het bestuur een vergaande algemene volmacht heeft gekregen voor de dagelijkse leiding van de stichting, de beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering. De volmacht is ten behoeve van derden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. De directietaken en bevoegdheden zijn uitgewerkt in het directiereglement. Hierin is tevens vastgelegd voor welke zaken de directie voorafgaande toestemming nodig heeft van het bestuur en hoe het bestuur geïnformeerd moet worden zodat het in staat is zijn controlerende bevoegdheden

uit te oefenen. Per vergadering is aangegeven welke stukken er besproken worden zodat een adequate risicobeheersing mogelijk is. Het bestuur stelt het beleid vast, geeft hieraan richting en houdt toezicht op de uitvoering. Het bestuur heeft de eindverantwoordelijkheid voor het besturen van de rechtspersoon. Intern is afgesproken dat het bestuur de aan de directeur gemandateerde taken niet zelf zal uitoefenen en niet lichtvaardig zal terugnemen. Bij deze structuur zijn de juridische verhoudingen duidelijk, terwijl de directie voldoende armslag heeft om de stichting te leiden.

ORGANISATIE Personeel De personeelsomvang van het kantoor in Nederland bedroeg per 31 december 2014 13,94 fte, wat exact gelijk is aan het voorgaande jaar. In het personeelsbeleid is vastgelegd dat bij gelijke geschiktheid de voorkeur wordt gegeven aan kandidaten met een handicap.

Beloning De stichting hanteert een eigen rechtspositieregeling. Voor de beloning worden de salarisschalen van de CAO Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening gevolgd. Op basis van het jaarlijkse functioneringsgesprek met de

medewerker wordt besloten over de eventuele toekenning van een volgende trede in de salarisschaal.

Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is door de arbodienst becijferd op 3,32%, wat aanzienlijk hoger is dan de 2,79% van 2013. Dit wordt verklaard door het feit dat twee medewerkers voor langere tijd hun werkzaamheden niet volledig konden uitoefenen.

Arbeidsomstandigheden en veiligheid De inhoud van het veiligheidshandboek is onder de aandacht gebracht van het personeel teneinde risico’s bij buitenlandse reizen te minimaliseren. Dit jaar is extra aandacht gevestigd op het hebben van de juiste vaccinaties en medicijnen. In het kantoor is geoefend hoe een medewerker met een fysieke handicap het snelst in veiligheid kan worden gebracht. De procedures voor het ontruimen van het pand zijn aangescherpt en de vluchtroutes zijn beter gemarkeerd.

Opleidingen Tijdens functioneringsgesprekken kunnen medewerkers aangeven welke opleidingsbehoefte zij hebben. Vervolgens beslist de directie welke aanvragen worden gehonoreerd binnen het vastgestelde budget.

43

JAARVERSLAG 2014

Bezoldiging directie De directeur wordt bezoldigd conform schaal 14 van de arbeidsvoorwaardenregeling (tabel 5.4). Het bedrag is ruim onder de maximumnorm van 158.000 euro die in de beloningsregeling van VFI is vastgelegd. Deze regeling is gebaseerd op de - door de commissie Wijffels opgestelde Code Goed Bestuur voor Goede Doelen.

Overlegstructuur De stichting kent de volgende interne overlegstructuur (tabel 5.3). Alle vergaderingen kennen een vaste agenda, welke is vastgelegd in het kwaliteitshandboek. Bewaking van het jaarplan is een terugkerend onderdeel op de agenda. Opmerkingen en actiepunten uit deze vergaderingen worden

meegenomen bij het opstellen van nieuwe jaarplannen. Iedere afdeling schrijft mee aan het directieverslag dat ieder kwartaal wordt toegezonden aan het bestuur. Er wordt gerapporteerd over zowel financiële als niet-financiële resultaten.

Vrijwilligers De inzet van vrijwilligers is zeer waardevol. Eén vrijwilliger assisteert bij administratieve werkzaamheden op kantoor. Twee vrijwilligers verzorgen presentaties en een andere vrijwilliger organiseert zangavonden. Verder wordt een beroep gedaan op een groep vrijwilligers voor evenementen. Uit de externe audit kwam het advies om het personeelsbeleid ook van toepassing te verklaren op vrijwilligers, zoals het opstellen van functieprofielen

en het voeren van functioneringsgesprekken. Dit wordt volgend jaar opgenomen in het kwaliteitshandboek.

Kwaliteit Er wordt grote waarde gehecht aan een professionele bedrijfsvoering waarbij de kans op fouten, fraude en verstoring van processen zo laag mogelijk wordt gehouden. Voor dat doel is een kwaliteitshandboek in gebruik. Het systeem voldoet aan de ISO 9001:2008 norm voor kwaliteitsmanagementsystemen. Conform het auditplan is in oktober een interne audit uitgevoerd. De geconstateerde opmerkingen en tekortkomingen zijn uitgewerkt in ‘Maatregelen ter verbetering’. De kwaliteitscoördinator ziet er op toe dat de gewenste verbeteringen worden gerealiseerd. In december is de externe audit uitgevoerd en

Tabel 5.3 Interne overlegstructuur

Overleg

Deelnemers

Frequentie

Teamoverleg

Alle medewerkers

1x per kwartaal

Management Team

Directeur, afdelingshoofden

1x per maand

Fondsenwerving en Voorlichting overleg

Directeur, hoofd marketing & fondsenwerving, communicatiemedewerkers

1x per kwartaal

Programma overleg

Directeur, hoofd programma’s, programmacoördinatoren

1x per kwartaal

44

BESTUUR EN ORGANISATIE

daarbij zijn geen tekortkomingen geconstateerd. De ISOcertificering is met een jaar verlengd.

Tabel 5.4 Bezoldiging directie

Naam Functie

Het verzoek voor Partos9001 certificering kon nog niet worden gehonoreerd door de externe auditor. Daarvoor moet het kwaliteitshandboek op een aantal punten worden aangescherpt. Dit staat gepland voor volgend jaar. De Partos9001 certificering geeft vrijstelling van de O-toets door het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

G. Th. ten Hove directeur

Dienstverband Aard

Onbepaald

Uren

36

Parttime percentage Periode

100 1/1 - 31/12

Bezoldiging (in euro’s)

CBF-Keurmerk De stichting hecht groot belang aan het hebben van het CBFKeurmerk. Het is een indicatie voor (potentiële) donateurs dat de kosten voor fondsenwerving binnen de vastgestelde norm blijven. Het huidige CBF-Keur is geldig tot 1 juli 2015.

Brutosalaris/vergoeding

83.796

Vakantiegeld

6.681

Eindejaarsuitkering

7.509

Sociale lasten

9.064

Pensioenlasten

11.190

Klachten Voor de behandeling van klachten zijn twee procedures operationeel, namelijk de algemene procedure voor donateurs en een procedure voor lokale partnerorganisaties. De volledige procedures zijn beschikbaar via de website. Klachten worden bijgehouden in het klachtenregister.

Verantwoord Ondernemen De stichting streeft naar duurzame ontwikkeling. Daarbij past ook een maatschappelijk verantwoorde bedrijfsvoering. Medewerkers

Totaal bezoldiging 2014

118.240

Totaal bezoldiging 2013

119.644

moeten zich bewust zijn van de milieubelasting die zij veroorzaken en actief bijdragen om deze milieubelasting waar mogelijk te verminderen. Bij het management is een plan ingediend om het duurzaamheidsbeleid op te nemen in het kwaliteitshandboek. Daarmee worden de milieudoelstellingen onderdeel van de jaarlijkse

cyclus van planning, uitvoering, rapportage en bijstelling. De doelstellingen op het gebied van milieubelasting worden zo concreet gemaakt. Een interne werkgroep bevordert het bewustzijn in de organisatie en ziet erop toe dat de doelstellingen worden gerealiseerd. Het plan bevat een aanbeveling 45

JAARVERSLAG 2014

om een interne kostenopslag te berekenen op milieubelastende activiteiten, zoals vliegreizen, papierverbruik, energieverbruik en het versturen van mailingen. Uit deze opslag kunnen CO2 beperkende investeringen worden gedaan, zoals het plaatsen van zonnepanelen of het verbeteren van de isolatie van het pand. Onderdeel van het inkoopproces is het toetsen van leveranciers op hun beleid voor duurzaam ondernemen.

Confederatie LIGHT FOR THE WORLD Nederland werkt nauw samen met organisaties in België, Oostenrijk en Tsjechië in een confederatiemodel. Doel hiervan is om schaalvoordelen te realiseren, waarbij iedere organisatie haar zelfstandigheid behoudt. Tijdens vergaderingen wordt gesproken over de te

volgen strategie en praktische zaken zoals de verdeling van taken in projectlanden. Er is een gemeenschappelijke afdeling opgezet voor lobby en de ondersteuning van programma’s. LIGHT FOR THE WORLD is vertegenwoordigd bij belangrijke internationale organen. Dit is van belang voor de verdere uitbouw van programma’s en de internationale fondsenwerving.

Wat verdient aandacht? • Organisatiestructuur van de confederatie is volop in discussie bij de directies en besturen, wat de nodige onzekerheid met zich meebrengt. Zorgvuldige besluitvorming is gewenst. • Kwaliteitsbeleid aanscherpen op het gebied van risicoanalyse en vrijwilligersbeleid om aan de Partos9001 eisen te voldoen.

EVALUATIE Wat gaat goed? • Het duurzaamheidsbeleid is nu verankerd in het kwaliteitshandboek. • Constructieve samenwerking tussen bestuur en management. • Evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen en gehandicapten in het personeelsbestand.

Tabel 5.5 Overlegstructuur confederatie

Overleg

Deelnemers

Frequentie

Committee of Chairs

Directeur en twee bestuursleden

1x per jaar

Steering Committee

Directeur van ieder land

3x per jaar

Programma overleg

Hoofd programma’s van ieder land

2x per jaar

Fondsenwerving overleg

Hoofd fondsenwerving van ieder land

1x per jaar

Peer review

Variabel, afhankelijk van het gekozen aandachtsgebied

1x per jaar

46

BESTUUR EN ORGANISATIE

Opening Beursplein 5 Op 14 oktober mochten we de handel openen op Beursplein 5 als officiële start van het ‘EmployAble’ project, waarmee gehandicapte jongeren in Afrika de kans krijgen om beroepsonderwijs te volgen.

47

JAARVERSLAG 2014

6. FINANCIËN Dit jaar is er hard gewerkt om voldoende financiële middelen te werven om de doelstellingen van de stichting te realiseren. Op basis van het meerjarenplan en tussentijdse evaluaties worden strategische keuzes gemaakt en waar nodig bijgestuurd. Een voorbeeld daarvan is om extra te investeren in het werven van giften bij grote donoren en bij internationale fondsen. Nu de Nederlandse overheid minder investeert in ontwikkelingssamenwerking is het zaak om te zoeken naar alternatieve bronnen van 48

financiering. De stichting heeft daarin successen geboekt, zoals het verkrijgen van een bijdrage van de Noorse overheid. Ook zijn er teleurstellingen, zoals het uitblijven van een nieuwe toekenning van de Europese Unie. Bestuur en directie zijn ervan overtuigd dat de juiste keuzes zijn gemaakt om ook in de toekomst een solide financiële basis te hebben voor het uitvoeren van programma’s. Nieuw ingeslagen wegen verdienen een ruime aanlooptijd om succesvol te blijken.

Dit jaar is er sprake van krimp. De totale baten zijn ongeveer € 460.000 lager dan vorig jaar en komen uit op ruim € 4,0 miljoen. De besteding aan de doelstelling en de totale lasten zijn ongeveer gelijk aan vorig jaar. Als gevolg hiervan ontstaat er dit jaar een tekort van ongeveer € 280.000 in plaats van een overschot in 2013.

Baten Baten uit donaties en giften laten een mooie groei zien. De groei zit vooral bij internationale vermogensfondsen en grote

FINANCIËN

donoren. De groep particulieren is vanaf dit jaar in de jaarrekening uitgesplitst in twee groepen: particulieren en grote donoren. Dat verklaart ook de lagere opbrengst bij particulieren. Baten uit acties van derden stijgen eveneens. De bijdrage van andere leden uit de confederatie neemt weliswaar af, maar dit is gecompenseerd door bijdragen van nieuwe partners: Liliane Fonds, Edukans en SightSavers. Het bedrag subsidies van overheden loopt flink terug. Dit was ook voorzien vanwege het aflopen van een programma dat werd gefinancierd door de Europese Unie. Ook is een administratieve correctie toegepast op eerder ontvangen bedragen van de Europese Unie.

Besteding Van de totale lasten ter grootte van € 4,3 miljoen is € 3,9 miljoen besteed aan de doelstelling. Het bestedingspercentage is 89,9% en dat is hoger dan vorig jaar. De besteding vindt plaats langs verschillende programmalijnen, waarbij onderwijs, revalidatie en oogzorg de hoofdbestanddelen vormen (zie hoofdstuk 2).

De kosten van beheer en administratie zijn onveranderd op 2,6% en de kosten voor fondsenwerving zijn gedaald naar 10,6%. Beide percentages blijven binnen de intern vastgestelde norm. Het kostenpercentage fondsenwerving valt ruim binnen de norm van 25% die door het CBF wordt gehanteerd.

Resultaat en reserves De stichting streeft ernaar om inkomsten en uitgaven met elkaar in balans te brengen. Het huishoudboekje beweegt zich dus binnen smalle marges. Het nadelig saldo dit jaar bedraagt € 280.000. Dit bedrag wordt onttrokken aan het bestemmingsfonds en gedeeltelijk aan de instandhoudingsreserve.

continuïteitsreserve van de stichting ligt dus ruim onder het niveau dat door de VFI wordt genoemd.

Kostentoerekening De directe kosten van fondsenwerving zijn voor 20% toegerekend aan de doelstelling vanwege voorlichting en voor 80% toegerekend aan de werving van baten uit eigen fondsenwerving. De personeelskosten, huisvestingskosten, kantoor- en algemene kosten en afschrijving zijn verdeeld over de doelstelling (73,5%), eigen fondsenwerving (11,6%), werving subsidies (5,5%) en beheer en administratie (9,4%).

Treasurybeleid

Het bestuur heeft beleid geformuleerd voor de reservevorming. De stichting heeft een continuïteitsreserve van € 1,5 miljoen. Die reserve is gelijk aan de kosten van het werkapparaat van de stichting voor een jaar. De Vereniging voor Fondsenwervende Instellingen (VFI) adviseert om de continuïteitsreserve te brengen op een niveau van anderhalf maal de apparaatskosten. De

De middelen van de continuïteitsreserve en andere tijdelijk beschikbare middelen worden uitsluitend belegd op een spaarrekening of depositorekening van banken in Nederland. Met deze middelen worden baten gerealiseerd die ten goede komen aan het werk van de projecten en wordt het risico van verlies op de hoofdsom welhaast uitgesloten. Een incidentele uitzondering hierop is een pakket obligaties dat is ontvangen uit een nalatenschap.

Tabel 6.1 Percentages

Omschrijving Besteed aan doelstelling Kostenpercentage fondsenwerving Kostenpercentage beheer & administratie

norm 90,0% 15,0% 3,0%

2014 89,9% 10,6% 2,6%

2013 88,8% 13,5% 2,6%

2012 90,5% 8,9% 2,2% 49

JAARVERSLAG 2014

Realisatie en begroting De jaarrekening laat een aanzienlijk verschil zien tussen de realisatie en de begroting. De verklaring hiervoor is dat de begroting is opgesteld vanuit het ambitieuze meerjarenbeleidsplan. In de loop der jaren is gebleken dat een aantal ambities te optimistisch is ingeschat. Voor toekomstige jaren zal een conservatievere insteek worden gekozen voor het opstellen van de begroting. In het verslagjaar is reeds een conservatief beleid gevoerd bij de aanname van projecten, waardoor het exploitatietekort beperkt bleef.

Wat verdient aandacht? • Een conservatievere insteek kiezen bij het opstellen van de begroting. • Periodiek beoordelen in hoeverre de gemaakte keuzes voor de werving van baten voldoende bijdragen aan de doelstelling van de stichting.

EVALUATIE Wat gaat goed? • Kans op financiële tekorten bij tegenvallende inkomsten is minimaal dankzij zorgvuldige financiële planning. • Er wordt een gezonde continuïteitsreserve aangehouden. • Lasten blijven binnen de intern vastgestelde norm.

ASN Bank Wereldprijs Onze inzending behaalde een fraaie tweede plaats bij de ASN Bank Wereldprijs 2014.

50

VERKORTE JAARREKENING

7.1 VERKORTE JAARREKENING

51

JAARVERSLAG 2014

52

VERKORTE JAARREKENING

53

JAARVERSLAG 2014

54

VERKORTE JAARREKENING

55

JAARVERSLAG 2014

56

VERKORTE JAARREKENING

57

JAARVERSLAG 2014

58

VERKORTE JAARREKENING

59

JAARVERSLAG 2014

7. VOORUITBLIK Programma’s De stichting zal zich de komende jaren nog meer richten op het ontwikkelen van kennis en expertise om deelname van mensen met een handicap in reguliere ontwikkelingssamenwerking te stimuleren. Volgend jaar zal een project worden opgezet om de toegang tot microfinanciering voor ondernemers met een handicap in Oost Afrika te verbeteren. Dit project sluit aan bij het ‘EmployAble’ project voor vaktrainingen 60

en arbeidsparticipatie voor jongeren met een handicap dat dit jaar is gestart. Er is een overeenkomst gesloten met ICCO voor de regio Centraal en Oost-Azië om volgend jaar een adviseur aan te trekken die ICCO zal helpen om hun programma’s en projecten toegankelijk te maken voor mensen met een handicap. De adviseur wordt door ICCO gefinancierd. Een pilotproject zal worden

gestart om de monitoring van het VN-verdrag inzake de Rechten van Mensen met een Handicap door de belangengroepen in Oeganda te ondersteunen. De lobby in Nederland voor meer inclusieve ontwikkelingssamenwerking zal samen met o.a. DCDD worden voortgezet en waar mogelijk geïntensiveerd. Vorig jaar zijn er in IDDCverband trainingen ontwikkeld voor het faciliteren van workshops die toegankelijk zijn

VOORUITBLIK

voor mensen met verschillende handicaps. Deze trainingen zullen ook in Azië worden gehouden. In Cambodja zal de stichting een nieuw programma opstarten op het gebied van inclusieve ontwikkelingssamenwerking, gelinkt aan de huidige initiatieven op het gebied van inclusief onderwijs.

Confederatie De confederatie gaat werken aan een gezamenlijke meerjarenstrategie. Medio 2015 zal een aantal belangrijke keuzes worden gemaakt ten aanzien van programmadoelstellingen, focuslanden, internationale fondsenwerving, interne organisatie en samenwerkingsverbanden. Een van de ontwikkelingen die in gang worden gezet is het meer zeggenschap geven over programma’s aan de zuidelijke kantoren.

Fondsenwerving Er is een medewerker aangetrokken voor relatiebeheer met grote gevers en bedrijven. Zij zal het plan dat is ontwikkeld verder gaan uitvoeren. Daarnaast zal de stichting blijven werken aan het betrekken en vergroten van de particuliere achterban door middel van communicatie via het Journaal, ontmoetingen, gerichte advertenties en social media. Tot slot blijven de inkomsten uit vermogensfondsen heel belangrijk. Deze inkomstenbron zal worden versterkt met fondsen uit Nederland en het buitenland.

“Wij kunnen alles doen” “Vroeger noemde men mij ‘lamme’, nu noemen ze me ‘kleermaakster’. Ik heb er geen woorden voor om te zeggen hoe ik mij voel. Ook al zijn wij gehandicapt, wij kunnen alles doen als we maar de kans krijgen!” Asia uit Bangladesh

61

JAARVERSLAG 2014

62

63

Colofon

Adresgegevens

Bankgegevens

Concept en ontwerp

Vendelier 13

IBAN NL10 INGB 0000 0001 31

Fotografie: LIGHT FOR THE WORLD

3905 PB Veenendaal

BIC INGBNL2A

Opmaak: Stefanie Gielen

Postbus 672 3900 AR Veenendaal

Stichting LIGHT FOR THE WORLD Nederland is ingeschreven in het

Statutaire naam Stichting LIGHT FOR THE WORLD

T +31 (0) 318 - 58 63 58

stichti­ngenregister van de Kamer van

Nederland gevestigd te Zeist d.d.

F +31 (0) 318 - 58 63 59

Koophandel te Utrecht onder nummer

16 december 1982.

E [email protected]

41180500.

I www.lightfortheworld.nl @lftwnl facebook.com/lightfortheworld

Jaarverslag 2014 van LIGHT FOR THE WORLD Nederland