Hoogwaterbeschermingsprogramma
Projectenboek 2015
Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 Projecten 2015-2020 Projectoverstijgende verkenningen: Piping Waddenzeedijken Centraal Holland Macrostabiliteit
Rijkswaterstaat primaire waterkering hogere gronden stedelijk gebied overstromingsgevoelig dijkring/buitendijks gebied grens waterschap provinciegrens
Lauwersmeer/Vierhuizergat West Holwerderpolder-Lauwersmeer
Eemshaven – Delfzijl
Noorderzijlvest Noorderzijlvest
Koehool-West Holwerderpolder
POV Waddenzeedijken
Delfzijl – Chemiepark
Delfzijl
Chemiepark – Punt van Reide
De waterschappen en het ministerie van Infrastructuur en Milieu (Rijkswaterstaat) voeren in het Hoogwaterbeschermingsprogramma maatregelen uit om de primaire waterkeringen aan de veiligheidsnorm te laten voldoen, nu en in de toekomst. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma is onderdeel van het nationale Deltaprogramma.
Fryslân Hunze en Aa’s
Wa d d e n z e e
Groningen
Groningen
Noorderhaven Harlingen
Leeuwarden
Harlingen
Friesland
Koppelstuk WIJD-dijkvakken
Fryslân
Koppelstuk WIJD-kunstwerken
Assen
Den Helder
Hunze en Aa’s
Koppelstuk WIJD-Koegraszeedijk Wieringer Zeewering (D90) Lemsterhoek
0
oktober 2014
Drenthe
25 km
Reest en Wieden Emmen
Wieringermeer (C-kering) IJsselmeer
Kunstwerken D17 en D19
Alkmaar
Randmeerdijk Noordoostpolder en Zwartemeerdijk Me p
Hollands Noorderkwartier
Keersluis de Whaa
Hoorn
Zwarte Meer
rte
Wa
te r
ermee
Lelystad
dz
ee
kana
IJsselzone Zwolle
Randmeerdijk
Zaanstad
or
Zwolle
Rondom Kampen
Dr
Zuiderzeeland
Purmerend
No
ont
Markermeer
Groot Salland Vecht- en Steenendijk
Zwolle
r
Noord-Holland
p die ler pe
Zwa
Genemuiden-Hasselt Ke t e l Mastenbroek Zwarte Meer meer Mastenbroek Zwarte Water Kampen Flevoland Mastenbroek IJssel
Noordzeekanaal (D31 t/m D37) al Koppelstuk Markermeerdijk
Randmeerdijk Flevopolder Almere
Haarlem
Ve
luw
em
Olst-Wijhe
Groot Salland
G o o imeer
Am s t e rdam-R
Nieuw-Vennep
ijnkan
Amstel Gooi en Vecht
Ee
Hilversum
Utrecht
ds
a
te
rw
Schiedam Vlaardingen
Ho
lla
as
rd
Biesbosch
e
al a
a
Am
Gameren Noord-Brabant
Werkendam-Giessen
Jannezand
Do
r d t sch e K i l
ede ieuweM e r w
Wolferen-Sprok Neder Betuwe Wa a Lingewaard l Tiel Winssen-Drutensche Waarden POV Piping Rivierenland Leeuwen – Oude Maasdijk Lingewaal-Neerijnen Waardenburg-Opijnen Nijmegen
Berg s c he
M
s
B eneden
Opijnen-Ophemert
Be
dij
er
a
Bo
ve
n-
Rijn
Ooij en Millingen
Maas
Oss
Maas ’s-Hertogenbosch
Peerenboom-Genderen
a
k
Volk
hK
Za n d m a a s
er
Geertruidenberg /Amertak
Pannerden/Loo
de
Diefdijk
e
p
Culemborg
POV Macrostabiliteit Rivierenland
Rivierenland
l
er
er
Aa en Maas
rs
ch
de
Brabantse Delta
POV Piping
Ve
Breda
Tilburg
r
M
Scheldestromen Zuid-Beveland West, Westerschelde
POV Piping
Beveland Kanaal Zuid-
Roosendaal
Bergen op Zoom
Helmond
Dommel Zuid-Beveland Oost, Westerschelde
Eindhoven
Limburg
Emanuelpolder Westersc h el d
e Venlo
Peel en Maasvallei
Kana
al
Te
rn
euz
ent en-G
Terneuzen
Roermond-Alexanderhaven
Jul
ian
aka
na
Gre
al
n sm
aa
s
Roermond
Geleen
Heerlen
Boven m aas
e
Zuid-Beveland Oost, Oosterschelde
ee
ers
Vlissingen
mm
ie ch D
Doetinchem
te el
Rijkswaterstaat
Middelburg
Kra
H ollands
Rijn en IJssel Arnhem
kt
me
Strijensas
Inlaag Zuidhoek/Bruinisse
s
e n Mer wed e
N
N e de r
aa
t
en
Oo
Zeeland
Bened Dordrecht
l
an
eling
Burghsluis-Schelphoek Scheldestromen Flaauwershaven/Borrendamme
Gorinchem
i
aa
lk
ev
lie
kan
a
- Wa a
Sp u
gv
l
IJ
Veenendaal
n rij
Maas
rin
De Stichtse Rijnlanden
ijn
l
oo
Ha
Gr
Me
Rijkswaterstaat
Oude M a as
Spijkenisse
-R
L
Gouderak Krimpenerwaard Krimpen/Ouderkerk
N
am
na a
Nieu w e M a
Krimpenerwaard
terd
ns c
eg
el
ms
Oevererosie Klaphek Stolwijkersluis ek k an
Capelle/Zuidplas
W
Hollandse Delta
ss e IJ
de H o
e de
Capelle a/d IJssel
li s e er
Ede
nn e r Pa
we
na
rw
Schieland en de Capelle/Moordrecht eu
h n d sc
Ni
G e ka
Gelderland
Zeist
Utrecht Nieuwegein
A
Schieland en de
Rijn en IJssel
Vallei en Veluwe
De Stichtse Rijnlanden
Rijnland
s e Deventer l
Amersfoort
IJsseldijk Gouda (fase 2) StichtseRijnlanden Jssel eI IJsseldijk Gouda (urgent deel) n lla Gouda
Almelo
Hengelo
IJs
ch
Zoetermeer
r
Eemdijk/Spakenburg
Rijkswaterstaat
POV Centraal Holland
Alphen a/d Rijn
Zuid-Holland
ee
Vallei en Veluwe
Apeldoorn
Leiden
Den Haag
m
aal
Amstel, Gooi en Vecht
Overijssel
POV Piping m
ss
Rijnland Katwijk
Vechtstromen
Rijkswaterstaat
r ee
Amsterdam
Amstelveen
Hoofddorp
Dalfsen
Apeldoorns kanaal
Maastricht
Roer en Overmaas
Enschede
Hoogwaterbeschermingsprogramma
Projectenboek 2015 De waterschappen en Rijkswaterstaat komen op stoom
project Noordzeekanaal
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 2
Voorwoord Voor u ligt het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma projectenboek. Het schetst de achtergronden, kaders en spelregels van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Daarnaast gee het boek een overzicht en beschrijving van alle projecten die in 2015 gaan starten of dan al bezig zijn. Wonen onder de zeespiegel is nooit vanzelfsprekend. Ook niet in Nederland, waar de strijd tegen het water al eeuwenlang van grote invloed is op de samenleving. Ons land is nu eenmaal uiterst kwetsbaar voor overstromingen. Door regelmatige controle van dijken, duinen en kunstwerken, zoals stuwen en sluizen weten we tijdig wat de staat van deze waterkeringen is en kunnen we ze versterken als dat nodig is.
De uitdaging is groot, maar de wil om er samen de schouders onder te zeen ook. Met innovatieve oplossingen en in nauw overleg met de omgeving. We zijn trots op het resultaat dat er nu ligt en kijken vol vertrouwen naar de toekomst.
Hans Oosters Portefeuillehouder Waterkeringen Unie van Waterschappen
Jan Hendrik Dronkers Directeur-generaal Rijkswaterstaat
In het Hoogwaterbeschermingsprogramma werken Rijk en waterschappen intensief samen om Nederland te beschermen tegen overstromingen, als onderdeel van het Deltaprogramma. Samen pakken we vanaf 2015 op meer dan tachtig plekken dijken en kunstwerken aan die niet voldoen aan de veiligheidsnorm. Na de start in 2014 komt het Hoogwaterbeschermingsprogramma in 2015 goed op stoom, met meer dan veertig projecten die gaan beginnen met de verkenning of planuitwerking, of in een enkel geval zelfs al in uitvoering zijn. Met het Hoogwaterbeschermingsprogramma geven we ook invulling aan de deltabeslissingen. In de projecten houden we rekening met de nieuwe veiligheidsnormen en anticiperen we op de voorkeursstrategieën.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 3
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 4
Inhoud Voorwoord Leeswijzer
3 7
Deel 1 9
Deel 2 21
Deel 4 31
Het Hoogwaterbeschermingsprogramma, een introductie 1.1 De karakteristieken 9 Een voortrollend programma 9 Samenwerking: een verregaande alliantie 10 Governance 11 Toepassing van de nieuwe veiligheidsbenadering 12 Kennis en innovatie 12 Relatie met HWBP-2 13
Stand van zaken in beeld
De projecten in 2015
1.2 De Derde Toetsing De resultaten van LRT3 Het toetsproces Verlengde Derde Toetsing
14 14 15 15
1.3 Relatie HWBP en Deltaprogramma 16 Wat is het Deltaprogramma? 16 Korte en lange termijn verbinden 16 Meekoppelen met andere ambities 16 Vijf deltabeslissingen 17 Deltabeslissing Waterveiligheid en het HWBP 17 Voorkeursstrategieën per gebied 18 Voorkeursstrategie Rivieren 18 Implementatie nieuwe normspecificaties 18 Risicobenadering: urgente projecten eerst 19 Bekostiging van nieuwe normen 19 ‘Slimme combinaties’ 19 C-keringen 19
‘Altijd in Control’ ‘Volle kracht vooruit’
21 21
Bijlage 80 Urgentielijst Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020
Deel 3 23 Het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 3.1 Prioritering en programmering Het proces van programmeren Verschil met 2014-2019 Projectlijst Hoogwaterbeschermings- programma 2015-2020 Projectoverstijgende verkenningen Aanpak aardbevingsdijken
23 23 23 24 25 25
3.2 Spelregels voor de projecten 26 MIRT-werkwijze 26 De financieringsregeling 26 Verdeling projectfinanciering 27 De ontwerpeis ‘sober en doelmatig’ 27 Innovatiesubsidie: 100% 27 Risicoverdeling: wie beheerst, die draagt 27 Voorfinanciering 28 Inpassen, meekoppelen en uitwisselen 28 Moment van betalen 28 Voorschotverlening 28
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 5
project Diefdijk
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 6
Leeswijzer Dit Projectenboek 2015 is bedoeld als overzicht en naslagwerk voor alle betrokkenen bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma en de projecten die hieruit voortvloeien.
Nieuw De meest in het oog springende verandering ten opzichte van het Projectenboek 2014 is de omvang. Het programma komt op stoom, er gaan ten opzichte van 2014 in 2015 veel meer projecten van start en de uitgave bevat daarom ook aanzienlijk meer projectpagina’s. De governance is inmiddels uitgekristalliseerd en wordt daarom uitgebreider toegelicht. Nieuw zijn verder een paragraaf over ‘aardbevingsdijken’ en een uitleg over het verschil tussen inpassen, meekoppelen en uitwisselen.
Opbouw De uitgave is opgebouwd uit vier delen. Deel 1 bevat een introductie op het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Het begint met een beschrijving van de programmakarakteristieken, gevolgd door de resultaten van de Derde Toetsing, feitelijk de aanleiding voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Ook behandelt deel 1 de relatie met het Deltaprogramma, waarbij vooral de Deltabeslissing terug naar inhoud
Waterveiligheid van belang is voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Andere belangrijke onderwerpen zijn de implementatie van de nieuwe normspecificaties in het Hoogwaterbeschermingsprogramma en de status van de c-keringen. Deel 2 schetst de stand van zaken van het Hoogwaterbeschermingsprogramma medio 2014, met twee overzichtelijke illustraties. Deel 3 beschrij het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020, bestaande uit een projectlijst en -kaart van de projecten die voor de periode 2015-2020 geprogrammeerd staan. Ook vindt u hier achtergrondinformatie over de totstandkoming van de programmering, de prioritering en de spelregels c.q. projectfinanciering. Deel 4 bestaat uit beschrijvingen van de projecten die in 2015 van start gaan of al bezig zijn.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 7
project Delfland 1
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 8
Deel 1 Het Hoogwaterbeschermingsprogramma, een introductie Sámen de keringen op orde krijgen, die bij de (Verlengde) Derde Toetsing zijn afgekeurd. Dat is in essentie het Hoogwaterbeschermingsprogramma: een programma waarin Rijk en waterschappen intensief samenwerken om Nederland te beschermen tegen overstromingen. Dat doen deze partijen op basis van afspraken, vastgelegd in het Bestuursakkoord Water. De belangrijkste afspraak is dat het Rijk en de waterschappen samen de verantwoordelijkheid dragen en beide 50% bijdragen aan de kosten. Het programma wordt jaarlijks geactualiseerd en steeds voor een periode van zes jaar opgesteld, met een doorkijk van twaalf jaar. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma maakt onderdeel uit van het Deltaprogramma.
Een voortrollend programma Het Hoogwaterbeschermingsprogramma hee een ‘voortrollend’ karakter. Dit houdt in dat het programma géén afgebakend einde en géén taakstellend budget hee. Het wordt elk jaar voor een periode van zes jaar opgesteld, met een doorkijk van twaalf jaar. Hierbij is de programmering voor de eerstvolgende zes jaar gedetailleerd en voor de daaropvolgende twaalf jaar indicatief, conform de gewijzigde Waterwet. De programmering wordt dus jaarlijks geactualiseerd. Op die manier kan worden meebewogen met nieuwe inzichten, onderzoeksresultaten of toetsresultaten, waardoor de doelmatigheid van het programma wordt vergroot.
1.1 De karakteristieken Het Hoogwaterbeschermingsprogramma kent een nieuwe opzet ten opzichte van eerdere hoogwaterbeschermingsprogramma’s. De verschillen bestaan uit een voortrollende programmering, een nauwere samenwerking tussen de waterschappen en Rijkswaterstaat en een vernieuwende aansturing en besluitvorming (governance). Ook wordt er meer tijd genomen voor de voorbereiding van het programma en de projecten; een werkwijze die gebaseerd is op het MIRT-spelregelkader (zie paragraaf 3.2). Onderscheidend zijn verder de toepassing van de nieuwe veiligheidsbenadering en stimulering van kennisdeling en innovatie. Deze karakteristieken van het Hoogwaterbeschermingsprogramma worden hierna toegelicht, evenals de relatie met het Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2). terug naar inhoud
figuur 1 Het voortrollende karakter van het Hoogwaterbeschermingsprogramma
2014 - 2019
2015 - 2020
2016 - 2021
Waterwet Het karakter en de manier waarop het Hoogwaterbeschermingsprogramma (financieel) is georganiseerd, komt grotendeels voort uit de Waterwet. De Waterwet verplicht beheerders om periodiek verslag uit te brengen over de algemene waterstaatkundige toestand van de waterkeringen (artikel 2.12) aan de minister van Infrastructuur en Milieu. De Derde Toetsing is formeel op 15 januari 2006 van start gegaan en besloeg een periode van vijf jaar. In 2011 zijn de resultaten gepresenteerd in een landelijke rapportage. Bij de wijziging van de Waterwet in 2013 is deze periode gewijzigd van vijf naar twaalf jaar. Het eerstvolgende verslag over de toestand van de waterkeringen wordt verwacht in 2023. De Waterwet zorgt ook voor structurele borging van de bekostiging van maatregelen uit het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor de versterking van primaire waterkeringen in beheer bij de waterschappen en stelt regels die de doelmatigheid en beheersbaarheid van het programma vergroten.
2017 - 2022
uitgevoerde of afgevallen projecten actuele projecten nieuwe projecten
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 9
Solidariteitsdeel Iedere Nederlander betaalt mee aan het versterken van keringen en kunstwerken, ook in gebieden waar geen keringen zijn. De waterschappen verwerken hun bijdrage in de waterschapsbelasting die zij aan burgers en bedrijven opleggen. Het Rijk betaalt uit de algemene middelen 50% procent en de waterschappen betalen eveneens 50%. Dit solidariteitsprincipe is als volgt uitgewerkt. De 50% financiële bijdrage die waterschappen aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma leveren, is onderverdeeld in een zogenaamd solidariteitsdeel (40%) en een doelmatigheidsprikkel (10%, het projectgebonden aandeel). Om onevenwichtige verschuiving van lokale lasten te voorkomen (met name in gebieden met veel primaire keringen en relatief weinig bewoners) is een verdeelsleutel toegepast, gebaseerd op het aantal inwoners per waterschap en de WOZ-waarde per waterschap. Zo wordt een evenwichtige lastenverdeling over belastingplichtigen geborgd.
Samenwerking: een verregaande alliantie De waterschappen en het Rijk trekken in het Hoogwaterbeschermingsprogramma samen op. Doel van deze verregaande alliantie is om de uitvoeringskracht en kennis te bundelen waardoor de doelmatigheid wordt vergroot. De ambitie voor deze samenwerking is vastgelegd in het Bestuursakkoord Water 2011. Hierin staat dat door werkzaamheden van verschillende overheidsdiensten slim te combineren, doelmatigheidswinst kan worden bereikt. In het Hoogwaterbeschermingsprogramma wordt kennis over alle aspecten van het verbeteren van de primaire waterkeringen gedeeld. Het gaat om kennis van projectmanagement, innovatieve ontwerpen en contracten, toepassing van nieuwe normering, omgevingsmanagement, beheersing van risico’s, ramingen en planningen. Ook is een opzet gemaakt voor de uitwisseling van personeel door regionale pools in te richten, zodat schaarse expertise optimaal kan worden benut.
Programmadirectie HWBP: drie taken • I ntegrerende taken De programmadirectie stelt de conceptprogrammering en voortgangsrapportages op. • Ondersteunende taken De programmadirectie faciliteert beheerders proactief om kennis te vergaren en delen, bijvoorbeeld in de vorm van vakdagen of een collegiale toetsing in de review. Het gaat hierbij om kennis die nodig is voor een succesvolle voorbereiding en uitvoering van de projecten in het programma. Tevens stimuleert de programmadirectie de samenwerking in de uitvoering tussen beheerders. Ook zijn er gezamenlijk handreikingen opgesteld, bedoeld om beheerders te ondersteunen bij de voorbereiding en uitvoering van projecten. • Controlerende taken De programmadirectie toetst de aanvragen van beheerders en adviseert de minister van Infrastructuur en Milieu over de af te geven subsidiebeschikking. Daarnaast bereidt de programmadirectie beschikkingen voor.
Om de samenwerking vorm te geven, is een gezamenlijke programmadirectie ingericht met medewerkers van waterschappen en het Rijk (zie kader Programmadirectie HWBP). De ervaringen die de Programmadirectie Hoogwaterbescherming opdoet, worden benut bij de verdere ontwikkeling van de uitvoeringsorganisatie voor het Deltaprogramma.
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 10
Governance
Besluitvorming en escalatie binnen het programma
Uit de nauwere samenwerking tussen de waterschappen en het Rijk vloeien een vernieuwende aansturing en besluitvorming voort. De hoofdlijn voor deze governance is dat de minister van Infrastructuur en Milieu verantwoordelijk is voor het programma en dat de beheerders verantwoordelijk zijn voor de projecten. Op programmaniveau ligt de focus op de doelmatigheid van het programma als geheel. De minister legt hierover verantwoording af aan de Tweede Kamer. Op projectniveau ligt de focus op de doelmatigheid van de individuele maatregelen. De portefeuillehouder van het waterschap legt hierover verantwoording af aan het algemeen bestuur.
Schematisch ziet de governance van het Hoogwaterbeschermingsprogramma er als volgt uit:
Voor de inrichting van de governance is het IenM-model voor de beheersing van Grote Projecten van belang (Governancemodel Grote Projecten). Rekening houdend met de specifieke kenmerken van het Hoogwaterbeschermingsprogramma wordt dit model op essentiële onderdelen gehanteerd.
Minister
Stuurgroep
Directeuren -overleg (tevens PBO) Afstemgroep IenM
Commissie Waterkeringen
Werkgroep Waterkeringen Programmadirectie STURINGSLIJNEN
figuur 2 Governance van het Hoogwaterbeschermingsprogramma
Het Hoogwaterbeschermingsprogramma wordt aangestuurd door een stuurgroep van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) en de waterschappen. De politieke verantwoordelijkheid voor het programma ligt bij de minister van IenM die, gehoord hebbende de waterschappen, jaarlijks het programma vaststelt als onderdeel van het Deltaprogramma en daarmee de rijksbegroting. terug naar inhoud
De Stuurgroep Hoogwaterbeschermingsprogramma is verantwoordelijk voor de aansturing van het programma en de aansturing van de programmadirectie. De samenstelling van de stuurgroep is in lijn met de afspraken uit het Bestuursakkoord Water 50%-50% waterschappen-Rijk. Het Rijk wordt zowel in de beleidsrol (directeur-generaal Ruimte en Water) als in de uitvoerende rol (directeurgeneraal Rijkswaterstaat) op het hoogste ambtelijke niveau vertegenwoordigd. Binnen het Rijk fungeert de directeurgeneraal Rijkswaterstaat als budgetverantwoordelijke en programmaregisseur. Voor de waterschappen geldt dat de portefeuillehouder Waterkeringen in het Uniebestuur en een dijkgraaf de waterschappen als collectief vertegenwoordigen. Voor de uitvoering en doorontwikkeling van het programma treedt een gezamenlijk directeurenoverleg als adviseur van de stuurgroep op. Dit directeurenoverleg hee ook de rol van het Programmabeheersingsoverleg (PBO), aansluitend op het Governancemodel Grote Projecten van IenM. Het directeurenoverleg hee de bevoegdheid om beslissingen die gericht zijn op een doelmatige uitvoering, voor te bereiden en vast te stellen. Voorbereidend op de stuurgroep wordt voor de afstemming van documenten met de afzonderlijke IenM- en waterschapskolommen aangesloten bij de structuur van de werkgroepen en commissies van de Unie van Waterschappen en bij de geëigende afstemming met de IenM-diensten.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 11
Adviseren en reviewen
Toepassing van de nieuwe veiligheidsbenadering
De programmadirectie kan op verzoek van de beheerder in de diverse fasen van een project ondersteuning bieden door middel van advies en review. Hiervoor worden collegabeheerders ingeschakeld, zodat de aanwezige kennis en kunde binnen de alliantie van waterschappen en Rijkswaterstaat benut wordt en de projecten een kwalitatieve impuls krijgen. Voor korte losse vragen worden specialisten aangeboden, die de beheerder op weg helpen. Voor de eigen, interne besluitvorming kunnen de beheerders een review aanvragen. Reviewteams bekijken de conceptsubsidieaanvraag en geven aanbevelingen mee over de risicogestuurde aanpak en de wijze waarop het project invulling gee aan een sober en doelmatig ontwerp.
In het Deltaprogramma is een nieuwe veiligheidsbenadering ontwikkeld. Deze gaat uit van de overstromingskansen en de gevolgen die een overstroming/dijkdoorbraak hee, in plaats van overschrijdingskansen van de maatgevende hoogwaterstanden. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma werkt conform deze nieuwe veiligheidsbenadering (risicobenadering). De programmering voor 2015-2020 is gebaseerd op de urgentie van de verschillende projecten. Dat wil zeggen dat zowel de kans op een overstroming als de grooe van de gevolgen van een overstroming leidend zijn voor de prioriteiten in de uitvoering (zie ook paragraaf 1.3).
Kennis en innovatie Toetsen en beschikken
De beheerder dient een beschikkingsaanvraag in, waarna de programmadirectie deze aanvraag toetst aan de financieringsregeling. Het toetsteam bestaat zoveel mogelijk uit collegabeheerders en staat onder regie van de programmadirectie. De programmadirectie brengt op basis van de toets een advies uit aan de minister van Infrastructuur en Milieu over het verstrekken van de beschikking.
terug naar inhoud
Het Hoogwaterbeschermingsprogramma stimuleert het delen en inzeen van kennis en innovaties. Dit draagt namelijk bij aan een doelmatigere realisatie en leidt uiteindelijk tot lagere maatschappelijke kosten. Vertegenwoordigers van overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven werken inmiddels in enkele projecten en op verschillende momenten in het programma samen (zie kader).
Zo stimuleert het HWBP kennisdeling en innovatie Opleiding en ontwikkelen Het Hoogwaterbeschermingsprogramma investeert vanaf de start in het opleiden en ontwikkelen van projeceams. Zo worden beheerders gefaciliteerd in het (blijven) versterken van de kwaliteit van hun projectorganisatie, van individuele projectmedewerkers (rolhouders) en van interne opdrachtgevers. De opleidingsactiviteiten richten zich op de volle breedte, dus van verdieping van vakinhoud tot het ontwikkelen van vaardigheden, houding en gedrag. Er zijn ook opleidingsplaatsen beschikbaar voor beheerders die geen opgave hebben in het Hoogwaterbeschermingsprogramma maar neo wel meebetalen. De eerste hel van 2014 hebben in totaal meer dan zevenhonderd medewerkers verschillende trainingen en vakdagen bezocht.
Projectoverstijgende verkenningen (POV’s) Projecten kunnen op verschillende aspecten met elkaar samenhangen, hetzij geografisch/hydrologisch, hetzij technisch/inhoudelijk. Door zulke projecten bij de start te combineren in een projectoverstijgende verkenning kan het programma mogelijk slimmer, sneller en goedkoper uitgevoerd worden. Op verzoek van een keringbeheerder en advies van de programmadirectie beslist de stuurgroep over het programmeren van een nieuwe projectoverstijgende verkenning. Vervolgens maakt de keringbeheerder een aanpak voor samenwerking met de programmadirectie en met andere beheerders die voor dezelfde opgave staan (zie ook paragraaf 3.1).
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 12
Kansenscan Nieuwe kennis, product- en procesinnovaties worden jaarlijks geïnventariseerd en verbonden met vraagstukken in de projecten. Dit is een eerste selectie op kansrijkheid en levert aanbevelingen om innovaties in projecten of projectoverstijgende verkenningen op te nemen.
Financiering Het Hoogwaterbeschermingsprogramma kent geen apart innovatiebudget, maar koppelt de innovaties maximaal aan de projecten. Hierdoor komt de prikkel om te innoveren bij de beheerder te liggen. De financieringsregeling gee 100% vergoeding voor experimenten en demonstratieprojecten.
Samenwerking met de Topsector Water Deze samenwerking is expliciet gezocht en biedt ingang tot nieuwe platforms. Een voorbeeld is de Taskforce Deltatechnologie van de Vereniging van Waterbouwers, Bouwend Nederland en NL-Ir’s. De zogenaamde kennisambassadeur vervult een verbindende rol namens de kennisinstellingen richting dijkbeheerders. Praktijkervaringen en kennis op project- en programmaniveau worden zo op een laagdrempelig wijze benut.
terug naar inhoud
Handreikingen Om projeceamleden en interne opdrachtgevers te helpen met een succesvolle uitvoering van hun project worden verschillende handreikingen ontwikkeld. Er waren al drie handreikingen: Verkenning, Professionaliseren Projeceams en Innovaties Waterkeringen. Nu zijn ook een Handreiking Planuitwerking en een Handreiking Landschappelijke inpassing en ruimtelijke kwaliteit uitgebracht. Het Afwegingskader geïntegreerde contractvormen biedt ten sloe handvaen voor een geschikte marktbenadering. Meer achtergrondinformatie over kennis en innovatie en de handreikingen is te vinden op www.hoogwaterbeschermingsprogramma.nl > documenten.
Relatie met HWBP-2 Het Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2) vloeit voort uit de tweede toetsronde (2001-2006). Het ‘nieuwe’ Hoogwaterbeschermingsprogramma richt zich op de primaire waterkeringen die in de derde toetsronde (2011) zijn afgekeurd. De twee programma’s verschillen op meerdere faceen van elkaar, zoals de financieringsregeling, de duur van de programma’s en de fases waarin de programma’s zich bevinden. Toch werken de programma’s in toenemende mate met elkaar samen, onder andere op het gebied van opleiden, programmabegeleiding, reviews en communicatie. Daarnaast is er een financiële aankelijkheid tussen de programma’s. De uitvoering van het HWBP-2 betekent een onzekerheid voor de programmering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Er kan in het HWBP-2 budgetruimte ontstaan, bijvoorbeeld door lagere raming als gevolg van goedkoper ontwerpen en voordelig aanbesteden. Dit kan leiden tot een vrijval van middelen, die wel bestemd blijven voor verbetermaatregelen aan de primaire waterkeringen en dus vrijkomen voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Omgekeerd kunnen financiële tegenvallers in HWBP-2 leiden tot minder vrij programmeerbare middelen binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 13
1.2 De Derde Toetsing Nederland toetst sinds 1996 periodiek of de primaire keringen aan de veiligheidsnormen voldoen. Deze periodieke toetsing biedt een actueel beeld van onze waterveiligheid en is uniek in de wereld. De eerste toetsronde liep van 1996-2001, de tweede van 2001-2006 en de derde van 2006-2011. De Derde Toetsing toont aan of de primaire waterkeringen op de peildatum 15 januari 2011 – al dan niet – aan de veiligheidsnormen voldeden. De resultaten vormen feitelijk het startpunt voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Deze paragraaf beschrij de belangrijkste resultaten uit de Derde Landelijke Rapportage Toetsing (LRT3) en de Verlengde Derde Toetsing (LRT3+) en gee uitleg over het toetsproces.
De resultaten van LRT3 Van de duinen en dijken die de Waterwet aanmerkt als primaire waterkering voldoet 1.225 kilometer niet aan de voorgeschreven veiligheidsnorm en 2.308 kilometer wél. Voor 234 kilometer is nader onderzoek noodzakelijk om tot een oordeel te komen. Om welke keringen het gaat, is te zien op www.ilent.nl, trefwoord ‘derde toets primaire waterkeringen’. Binnen de primaire waterkeringen vallen 1.458 waterkerende kunstwerken. Dit zijn scheepvaart- en spuisluizen, stormvloedkeringen, coupures (afsluitbare verlaagde
terug naar inhoud
figuur 3 Toetsbeeld duinen en dijken
figuur 4 Toetsbeeld kunstwerken
39
1.302
110
2.408
voldoet aan de norm voldoet niet aan de norm nader onderzoek nodig totaal is 3.750 km
799
868
voldoet aan de norm voldoet niet aan de norm nader onderzoek nodig totaal 1.777 kunstwerken
Meer afgekeurde dijken De periodieke landelijke toetsing waterveiligheid gee een goed inzicht in de toestand van de primaire waterkeringen. Uit de rapportages van de waterschappen en de provinciale veiligheidsoordelen zijn geen acute veiligheidsproblemen naar voren gekomen. Mede door het toegenomen inzicht in de toestand van de waterkeringen, is het aantal kilometers waterkeringen dat niet aan de norm voldoet in de Derde Toetsing gestegen (van 680 naar 1.225 kilometer). Ongeveer de hel van de waterkeringen en kunstwerken dat niet aan de norm voldoet, betre keringen die ook in de tweede toetsronde niet aan de norm voldeden. Deze zijn al opgenomen in bestaande programma’s: het HWBP-2, Ruimte voor de Rivier, Maaswerken en het project ‘Herstel steenbekledingen Oosterschelde en Westerschelde’.
(LRT3 en LRT3+)
overgangen over de dijk) en duikers. Van deze 1.458 kunstwerken voldoen er 748 niet aan de norm en 335 wél. Voor 375 kunstwerken is nader onderzoek noodzakelijk. De locaties van deze kunstwerken zijn terug te vinden op www.ilent.nl.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 14
project Chemiepark - Punt van Reide
Het toetsproces De beheerders (de waterschappen en Rijkswaterstaat) toetsen de primaire keringen die zij in beheer hebben. Deze toetsing kan tot drie oordelen leiden. • De waterkering voldoet aan de norm. • De waterkering voldoet niet aan de norm. • Er is ‘nader onderzoek’ nodig om tot een oordeel te kunnen komen. Voorheen heee dat ‘geen oordeel’. De beheerders brengen verslag uit aan de minister van Infrastructuur en Milieu, die vervolgens een veiligheidsoordeel per dijkring rapporteert aan de Tweede en Eerste Kamer.
Verlengde Derde Toetsing Voor keringen die volgens de Landelijke Rapportage Toetsing om nader onderzoek vragen, is een Verlengde Derde Toetsing gestart. Het ging om 234 kilometer en 375 kunstwerken. De resultaten zijn eind 2013 opgeleverd en worden meegenomen in de programmering voor de periode 2015-2020. Van de 218 kilometer dijktrajecten voldoet 83 kilometer niet en van de 684 kunstwerken voldoen er 462 niet.
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 15
1.3 Relatie HWBP en Deltaprogramma Het Hoogwaterbeschermingsprogramma is onderdeel van het Deltaprogramma. Het valt onder het uitvoeringsprogramma, het zogenaamde Deltaplan Waterveiligheid. De relatie tussen beide programma’s bestaat er vooral uit dat de langetermijnopgaven en voorkeursstrategieën van het Deltaprogramma verbonden moeten worden met de kortetermijnmaatregelen van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Ook de verschillende investeringsagenda’s vergen afstemming. De deltabeslissingen die het Kabinet op voorstel van de deltacommissaris op Prinsjesdag 2014 hee aangeboden aan de Tweede Kamer, vormen de beleidsmatige uitgangspunten voor de maatregelen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Wat is het Deltaprogramma? Het Deltaprogramma is ons Deltaplan van de 21ste eeuw. Het staat voor een veilig en aantrekkelijk Nederland, nu en straks, waar de waterveiligheid en de zoetwatervoorziening op orde zijn. In dit nationale programma werken Rijksoverheid, waterschappen, provincies en gemeenten samen. Dit doen ze met inbreng van maatschappelijke organisaties, het bedrijfsleven, burgers en kennisinstellingen.
de waterveiligheid te verbeteren, watertekorten te beperken en Nederland robuuster en minder kwetsbaar te maken voor extreme weersomstandigheden. Vanaf 2015 zijn deze beslissingen verankerd in rijksbeleid (in de tussentijdse wijziging van het Nationaal Waterplan).
worden getroffen. Daarbij worden mogelijkheden openhouden om flexibel in te kunnen spelen op nieuwe inzichten en ontwikkelingen. Dit sluit goed aan bij de LCC-benadering (levenscycluskosten) in het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Overheden (regio en Rijk) hebben gezamenlijk de deltabeslissingen per deelgebied vertaald in een voorkeursstrategie (zie kader Voorkeursstrategieën per gebied). De voorkeursstrategie vormt voor het betreffende deelgebied het strategische kompas voor de keuze van maatregelen voor waterveiligheid en zoetwatervoorziening. Alle overheden verankeren de deltabeslissingen en voorkeursstrategieën in hun eigen plannen.
Meekoppelen met andere ambities
Het Deltaprogramma doet jaarlijks een voorstel voor de programmering van maatregelen, uitgebracht in het Deltaplan Waterveiligheid en het Deltaplan Zoetwater. Dit is voor de eerste zes jaar in detail en de twaalf jaar daarna op hoofdlijnen, en gee een doorkijk tot 2050. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma is onderdeel van Deltaplan Waterveiligheid en vormt zo een afgestemd geheel met andere onderzoeken en maatregelen die op de korte termijn nodig zijn.
Een belangrijk uitgangspunt in de voorkeursstrategieën is dat de opgave van waterveiligheid waar mogelijk verbonden wordt met andere ruimtelijke ambities, zoals voor natuur en bouwen. Zo komen nieuwe, doelmatige en duurzame oplossingen binnen bereik (zie paragraaf 3.2). In de HWBP-projecten moet dit in de verkenningsfase in beeld worden gebracht. Maar ook al voor de start van een HWBP-project kan de verbinding worden gezocht. De programmering van het Hoogwaterbeschermingsporgramma kijkt zes tot twaalf jaar vooruit. Kortom, er is tijdig zicht op welke plekken in de nabije toekomst gewerkt gaat worden. Door de opgave vroegtijdig per regio met partners te bespreken, kunnen partijen samen meekoppelkansen identificeren.
Korte en lange termijn verbinden Het Deltaprogramma hee dit jaar vijf deltabeslissingen opgeleverd (zie kader Vijf deltabeslissingen). Deze vormen het antwoord op de nieuwe opgaven en de start van nieuwe maatregelen voor de toekomst. Ze bieden een set samenhangende kaders, normen en structurerende keuzen om terug naar inhoud
Centraal in het Deltaprogramma staat het verbinden van de korte en lange termijn (adaptief deltamanagement). Dat betekent dat er wordt vooruitgekeken naar de opgaven die voor ons liggen en met die inzichten stap voor stap de meest (kosten)effectieve maatregelen voor de korte termijn Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 16
Vijf deltabeslissingen
Deltabeslissing Waterveiligheid en het HWBP
In het Deltaprogramma 2015 zijn vijf deltabeslissingen voorgesteld:
De Deltabeslissing Waterveiligheid is het meest van belang voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Belangrijke onderdelen hiervan zijn:
• Deltabeslissing Waterveiligheid: nieuwe aanpak voor de bescherming van mensen en economie tegen overstromingen; • Deltabeslissing Zoetwater: nieuwe aanpak voor het beperken van watertekorten en het optimaal benuen van zoetwater voor economie en nutsfuncties; • Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie: nieuwe en gerichte aanpak voor waterrobuuste en klimaatbestendige (her)ontwikkeling in bebouwd gebied; • Deltabeslissing Rijn-Maasdelta: structurerende keuzen voor waterveiligheid in de Rijn-Maasdelta; • Deltabeslissing IJsselmeergebied: structurerende keuzen voor waterveiligheid en zoetwater in het IJsselmeergebied.
• Verankering van de risicobenadering in het rijksbeleid. • Een minimaal beschermingsniveau van 10-5 voor iedereen in Nederland achter dijken en duinen en meer bescherming op plaatsen waar sprake kan zijn van grote groepen slachtoffers en/of grote economische schade en/of ernstige schade door uitval van vitale en kwetsbare infrastructuur van nationaal belang. • Nieuwe normspecificaties voor primaire waterkeringen, uitgedrukt in een overstromingskans per dijktraject volgens zes klassen van 1:300 tot 1:100.000, in plaats van de huidige overschrijdingskans. • Het Rijk stree ernaar de weelijke verankering in 2017 gereed te hebben. Vanaf dan zullen alle primaire waterkeringen getoetst worden aan de nieuwe normen. Het streven is dat alle primaire waterkeringen in 2050 aan de nieuwe normen voldoen. • De normspecificaties kunnen ook al voorafgaand aan de weelijke verankering als grondslag dienen voor het ontwerp van waterveiligheidsmaatregelen, na inwerkingtreding van de tussentijdse wijziging van het Nationaal Waterplan (vanaf 2015). • In specifieke gevallen – waar preventieve maatregelen zeer kostbaar of maatschappelijk zeer ingrijpend zijn – bestaat de mogelijkheid om te kiezen voor een ‘slimme combinatie’ van preventieve maatregelen, ruimtelijke inrichting en aanvullende rampenbeheersing om het beschermingsniveau te bereiken. • De programmering van maatregelen in het Deltaplan Waterveiligheid vindt plaats in overleg met de betrokken overheden, waarbij het veiligheidsrisico de basis voor de prioritering vormt. • De maatregelen voor waterveiligheid krijgen waar mogelijk een integrale uitvoering, rekening houdend met gebiedsontwikkeling en een tijdige aanpak van het veiligheidsrisico.
In aanvulling hierop stelt de deltacommissaris keuzen voor de toepassing van zandsuppleties langs de kust voor: de strategische beslissing Zand. Zie Deltaprogramma 2015 voor een uitgebreide toelichting hierop.
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 17
Voorkeursstrategieën per gebied
Voorkeursstrategie Rivieren
De deltabeslissingen zijn voor zes gebieden – IJsselmeergebied, Kust, Rivieren, Rijnmond-Drechtsteden, Zuidwestelijke Delta en het Waddengebied – vertaald naar een voorkeursstrategie. Ze geven een concrete, gebiedsgerichte invulling aan de deltabeslissingen en kijken van 2015 tot 2050 en 2100 vooruit. De maatregelen bestaan in veel gevallen uit een innovatieve aanpak van dijkversterkingen en zandsuppleties of uit een combinatie van dijkversterkingen en ruimtelijke maatregelen, zoals rivierverruiming. Voor een inhoudelijke beschrijving van de voorkeursstrategie per gebied zie Deltaprogramma 2015 en bijbehorende achtergronddocumenten per gebied.
Het merendeel van de urgente projecten van het Hoogwaterbeschermingsporgramma’s ligt in het rivierengebied. De voorkeursstrategie Rivieren bestaat uit een krachtig samenspel tussen dijkversterking en rivierverruiming. Dit samenspel is nodig om tot een robuust riviersysteem te komen en biedt de mogelijkheid om met maatwerk in te spelen op de karakteristieken van de riviertakken en meekoppelkansen met beleidsdoelen voor onder meer natuur en waterkwaliteit te benuen. Voor de HWBPprojecten is het dus van belang om een goed beeld te hebben van eventuele samenhang met ruimtelijke maatregelen in de rivier. Voor sommige dijkversterkingen zal er geen samenhang zijn. Deze kunnen dan zelfstandig worden uitgevoerd. Wanneer er wel sprake is van samenhang met maatregelen voor rivierverruiming, dan is het belangrijk dat er voor het eind van de verkenningsfase van de dijkversterking meer helderheid komt over effect, omvang, borging en financiering van de rivierverruiming. Leidend hierbij is de prioritering in het Hoogwaterbeschermingsprogramma op basis van risico. De selectie van trajecten waar sprake is van samenhang vindt plaats in de regionale stuurgroep van Rijk, provincie, gemeenten en waterschappen in het betreffende gebied. Deze zorgt ook voor de sturing van brede, gecombineerde projecten waar ruimte en veiligheid samenkomen en voor het signaleren van meekoppelkansen met reguliere dijkversterkingen. Waar nodig vindt interactie plaats tussen de Stuurgroep HWBP en regionale stuurgroepen. Samen met de andere overheden in het rivierengebied wordt zo de scope bepaald voor het voorkeursalternatief van de dijkversterking. Op die manier wordt er bij de dijkversterkingen op de korte termijn goed geanticipeerd op de toekomstige maatregelen uit de voorkeursstrategie en wordt er niet teveel en ook niet te weinig gedaan.
terug naar inhoud
Implementatie nieuwe normspecificaties De Deltabeslissing Waterveiligheid bevat nieuwe normspecificaties voor primaire waterkeringen, uitgedrukt in een overstromingskans per dijktraject. Het is de bedoeling dat deze nieuwe normen in 2017 weelijk verankerd zijn. Dit betekent dat vanaf 2017 de volgende landelijke toetsing van primaire waterkeringen plaatsvindt op basis van het nieuwe waterveiligheidsbeleid, de nieuwe normen en het bijpassende, vernieuwde toetsinstrumentarium. Vanwege het voortrollende karakter van het Hoogwaterbeschermingsprogramma kunnen afgekeurde dijktrajecten vanaf dat moment (2017) direct worden aangemeld voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Aangemelde trajecten worden meegenomen bij de jaarlijkse prioritering en programmering van het programma. Na toetsing van alle primaire keringen aan de nieuwe normen, naar verwachting in 2023, is er een volledig beeld van de dijktrajecten die versterking nodig hebben. Het streven is dat alle primaire waterkeringen in 2050 aan de nieuwe normen voldoen. De normspecificaties kunnen ook nu al als grondslag dienen voor het ontwerp van waterveiligheidsmaatregelen in de HWBP-projecten, op basis van de beleidsmatige verankering in de tussentijdse wijziging van het Nationaal Waterplan, eind 2014. Keringbeheerders houden bij het ontwerp rekening met de nieuwe normspecificaties en kunnen niet ongemotiveerd afwijken. Hiervoor is het Ontwerpinstrumentarium 2014 reeds beschikbaar gesteld voor de projecten in het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 18
Risicobenadering: urgente projecten eerst Het Hoogwaterbeschermingsprogramma gebruikt de risicobenadering nu al in de prioritering van de projecten. Projecten die vanuit het oogpunt van risico urgent zijn, zijn vooraan in het programma opgenomen. Naast het reguliere programma 2016-2021 zal ook een programma op basis van de nieuwe normen en overstromingskansen worden opgesteld, bij wijze van gevoeligheidsanalyse. Zo wordt de uiteindelijke overstap naar nieuwe normen in toetsing van de waterkeringen en prioritering van projecten in het Hoogwaterbeschermingsprogramma goed voorbereid.
Bekostiging van nieuwe normen Het Rijk en de Unie van Waterschappen hebben afspraken gemaakt over de bekostiging en inpassing van de nieuwe normspecificaties, conform het voornemen uit het Bestuursakkoord Water. De huidige kostenverdeling op basis van het Bestuursakkoord Water (50% Rijk, 40% solidariteitsdeel waterschappen, 10% projectgebonden aandeel voor het uitvoerende waterschap, zie paragraaf 3.2) gaat ook gelden voor de kosten om aan de nieuwe normspecificaties te voldoen. Tevens is afgesproken dat op basis van de uitkomsten van de Landelijke Rapportage Toetsing 4 (gereed in 2023) wordt bekeken of aanvullende afspraken nodig zijn.
‘Slimme combinaties’ Het beschermingsniveau moet in principe door preventie van overstromingen tot stand komen. Wanneer wordt gekozen voor een ‘slimme combinatie’ van preventieve maatregelen, ruimtelijke inrichting of aanvullende terug naar inhoud
rampenbeheersing is goedkeuring van de minister nodig. Er wordt dan een maatwerkafspraak gemaakt over taken, verantwoordelijkheden en bekostiging. Toepassing van slimme combinaties kan ertoe leiden dat er minder maatregelen nodig zijn voor versterking van de afgekeurde primaire waterkering. Vanuit het budget van het Hoogwaterbeschermingsprogramma kunnen dan middelen beschikbaar worden gesteld voor slimme combinaties.
C-keringen C-keringen bieden als ‘tweede linie’ indirect bescherming tegen de zee, de grote meren of de grote rivieren, maar liggen meestal niet direct langs deze grote wateren. Voorbeelden zijn de waterkeringen langs het Noordzeekanaal en de afgedamde deltawateren. Een deel van deze keringen behoudt ook met de nieuwe risicobenadering haar functie als primaire waterkering, maar andere c-keringen mogelijk niet. Daarmee vervalt dan de relatie met het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Het Rijk zal eind 2014, tijdig voor de weelijke verankering van het nieuwe beleid, per c-kering een voornemen bekendmaken na overleg met provincies en waterschappen. Een deel van de c-keringen valt onder de opgave van de projectoverstijgende verkenning Centraal Holland in het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Deze verkenning levert conclusies op over de status van deze keringen, waarna dit juridische verankerd moet worden op nationaal niveau (aanpassing Waterwet) en – aankelijk van de uitkomsten van de verkenning – ook op provinciaal niveau (provinciale verordening).
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 19
project Gorinchem - Waardenburg
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 20
Deel 2 Stand van zaken in beeld
Volle kracht vooruit Stand van zaken per 30 juni 2014 Volle kracht vooruit
Vierhuizergat
Stand van zaken per 30 juni 2014
Eind 2013 verscheen het Projectenboek 2014. Sinds die tijd hebben de Projecten waterschappen en Rijkswaterstaat samen met de programmadirectie Hoogwaterbescherming forse stappen gezet in de verdere ontwikkeling projecten A.Soort Projecten en uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Deze stappen Regulier zijn verbeeld in twee illustraties die de stand van zaken op peildatum Innovatief (gedeeltelijk) Soort projecten 30 juni 2014 tonen. De kaart ‘Volle kracht vooruit’ gee een geografisch Regulier overzicht en toont per project het type, de fase en status. De illustratie StInnovatief and van za(gedeeltelijk) ken per project ‘Altijd in control’ is een weergave van het aantal projecten, het aantal Verkenning Voornanciering kilometers en kunstwerken en de kosten. Planuitwerking Realisatie Stand van zaken per project
Verkenning StPlanuitwerking atus beschikkingsproces A Realisatie In voorbereiding B Reviewen C beschikkingsproces Beschikken Status Beschikt A DIn voorbereiding Regulier en innovatief
8
5
Projecten (aantal)
70,9
23,8
Dijken, dammen en duinen (km)
62
5
Kunstwerken (aantal)
(4,19) (4,96)
9,15
Regulier Innovatief
Kosten (miljoen euro)
B C D
Reviewen Beschikken Beschikt
Randmeerdijk Noordoostpolder en Zwartemeerdijk
14
2
Projecten (aantal)
50,2
0,5
Dijken, dammen en duinen (km)
2
2
Kunstwerken (aantal)
1,11
Kosten (miljoen euro)
figuur 5
‘Altijd in control’
Ÿ
terug naar inhoud
A
A
D D ž£ D D
D ž¢
IJsseldijk Gouda
A ¡
IJsseldijk Gouda
¥
B
BD
A A
A A
›
C
ž C A A
C
A
D ›¡
Ÿ›
ž¡ ž› D POV Piping žž
C D
B
A
Dalfsen Zwolle
D
Oevererosie Klaphek
›¤ Inlaag Zuidhoek/Bruinisse Boerderij de Ruyter / Strijensas ž¤ A Flaauwershaven Zuid-Beveland West B Jannezand Emanuelpolder Zierikzee / Bruinisse Strijensas Zuid-Beveland West Jannezand Emanuelpolder
D
A
POV Piping
›Ÿ Ÿž
A ›¦
Geertruidenberg/Amertak
A
Amertak Geertruidenberg
B. Altijd in control figuur 6
Genemuiden-Hasselt Zwolle
D
Oevererosie Klaphek B POV Centraal Holland
¤
Geprogrammeerd
ݢ A
B
Alexanderhaven
Roermond žŸ
POV Waddenzeedijken Genemuiden-Hasselt
žœ
Flevopolder (ZZLDR8)
A Burghsluis - Schelphoek Capelle / Moordrecht A
*) Projectoverstijgende verkenning (POV) Beschikt (Q1 en Q2)
›œ
Randmeerdijk Randmeerdijk Flevopolder (ZZLDR8)
POV Centraal Holland Randmeerdijk
D
A
Randmeerdijk Randmeerdijk Noordoostpolder (ZZLDR7)
ݴ
voornanciering
POV Waddenzeedijken
Vierhuizergat
Capelle / Moordrecht
Flaauwershaven/ Burghsluis - Schelphoek Borrendamme
D
A
Waterschappen Dalfsen 1 Amstel, Gooi en Vecht 2 De Stichtse Rijnlanden 3 Hollands Noorderkwartier Waterschappen 1 Amstel, Gooi en Vecht 5 Rijnland 2 De Rijnlanden 6 Stichtse Schieland en de Krimpenerwaard 3 Hollands 13 Aa en Noorderkwartier Maas 4 14 Del„and Brabantse Delta 5 Rijnland 15 Groot Salland 6 16 Schieland en de Krimpenerwaard Hollandse Delta 13 Aa Maasen Aa’s 17 en Hunze 14 18 Brabantse Delta Noorderzijlvest 15 19 Groot PeelSalland en Maasvallei 16 20 Hollandse Delta Reest en Wieden 17 Hunze 21 Rijnen enAa’s IJssel 18 22 Noorderzijlvest Rivierenland 19 23 PeelRoer en Maasvallei en Overmaas 20 24 Reest en Wieden Scheldestromen 21 25 RijnVallei en IJssel en Veluwe 22 27 Rivierenland Zuiderzeeland 23 2Roer 8 Fren yslâOvermaas n 24 Scheldestromen 31 Vechtstromen 25 32 Vallei Veluwe Deen Dommel 27 Zuiderzeeland 28 Fryslân 31 Vechtstromen 32 De Dommel
‘Volle kracht vooruit’ (Stand van zaken per 30 juni 2014)
B. Altijd in control
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 21
project Pannerden/Loo
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 22
Deel 3 Het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 Meer dan 60 projecten, 4 projectoverstijgende verkenningen en ruim 20 voorgefinancierde projecten. Dat is waaruit het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 bestaat. De waterschappen hebben het programma voorbereid en ermee ingestemd. Het is aan bod gekomen in de deelprogramma’s van het Deltaprogramma, in de Stuurgroep Deltaprogramma en uiteindelijk in juni 2014 vastgesteld in de ministerraad, als onderdeel van de rijksbegroting 2015/Deltaprogramma 2015.
3.1 Prioritering en programmering De sleutel in de programmering voor 2015-2020 is de urgentiebepaling: de meest urgente projecten komen het eerst aan de beurt. Ook het beschikbare budget speelt een belangrijke rol in de rangschikking.
Het proces van programmeren Voor de programmering zijn de volgende processtappen doorlopen. Inventariseren
Met de resultaten van de Derde Toetsing als uitgangspunt, is aan de beheerders gevraagd welke dijkvakken zij in de periode 2015-2020 willen versterken.
Urgentiebepaling
Op basis van urgentie is een volgorde van projecten gemaakt. De urgentie is bepaald aan de hand van de kans op falen en de gevolgen van een dergelijk falen. Om de gevolgen van doorbraken per dijkvak en kunstwerk in termen van economische schade te bepalen, is gebruikgemaakt van de overstromingsberekeningen uit het project ‘Veiligheid Nederland in Kaart’ (VNK2, zie kader) en het beleidsonderzoek ‘Waterveiligheid 21e eeuw’ (WV21). De dijkvakken en kunstwerken zijn gekoppeld aan de dichtstbijzijnde doorbraaklocatie in hetzelfde dijkringdeel. Het resultaat van deze stap is een lijst van projecten, in volgorde van urgentiescore (zie bijlage op pagina 80).
Verschil met 2014-2019 Het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 is ten opzichte van het programma 2014-2019 met circa 300 kilometer uitgebreid tot een totale omvang van ruim 700 kilometer. Afgekeurde dijkvakken uit de Verlengde Derde Toetsing zijn opgenomen voor zover deze beschikken over een door de Inspectie L&T afgegeven schrielijke beoordeling. In het programma 2014-2019 was al 350 kilometer waterkeringen in beheer bij waterschappen opgenomen en 65 kilometer waterkering in beheer bij Rijkswaterstaat.
Project Veiligheid Nederland in Kaart (VNK2) De dijkringgebieden in Nederland verschillen sterk in aard en omvang, waardoor ook het overstromingsgedrag binnen en tussen dijkringgebieden aanzienlijk verschilt. Sommige dijkringgebieden overstromen volledig bij elk overstromingsscenario, terwijl andere gebieden zelfs bij de meest extreme scenario’s slechts gedeeltelijk zullen overstromen. Vooral in het laatste geval is de vraag welke waterkeringen het meest bijdragen aan de overstromingsrisico’s in het dijkringgebied van belang. Dit is inzichtelijk gemaakt in het project ‘Veiligheid Nederland in Kaart’. De resultaten laten zien dat de kans op schade en slachtoffers in hoge mate bepaald wordt door slechts enkele delen van de dijkring. Deze inzichten maken het mogelijk om bewuster te beschermen en slimmer te investeren, zodat de kans op schade, slachtoffers en maatschappelijk ontwrichting zo efficiënt mogelijk wordt verkleind. De inzichten zijn gebruikt bij de prioritering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (de gevolgen zijn gebruikt in de urgentiebepaling) en bij het voorbereiden op de nieuwe normering op basis van overstromingskansen.
Clustering tot projecten
Deze dijkvakken zijn geclusterd tot projecten. De beheerders hebben vervolgens aangegeven welke dijkvakken en/of kunstwerken binnen het project vallen en welke faalmechanismen opgelost moeten worden. terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 23
Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020
Project
2015
2016
2017
2018
2019
Project
2020
2015
1
Centraal Holland
33
Tiel
2
Lingewaal – Neerijnen
34
Pannerden/Loo
3
Opijnen – Ophemert
35
Leeuwen – Oude Maasdijk
4
Waardenburg – Opijnen
36
Zuid-Beveland Oost, Oosterschelde
5
Gorinchem
37
Winssen – Drutensche Waarden
6
Vuren – Haaen
38
Zeingsvloeiing V3T
7
Diefdijk
39
Gameren
8
Vecht- en Steenendijk
40
IJsseldijk Gouda (urgent deel)
9
Mastenbroek IJssel
41
Wieringermeer (C-kering)
10
Wolferen – Sprok
42
Trajecten IJssel 2
11
Zwolle
43
Lauwersmeer/Vierhuizergat
12
IJsselzone Zwolle
44
Capelle/Zuidplas
13
Mastenbroek Zwarte Water
45
Burghsluis – Schelphoek
14
Gouderak
46
Drongelens kanaal (P52)
15
Eemshaven – Delfzijl
47
SVK Holl. IJsselkering (schuif)
16
Krimpen/Ouderkerk
48
SVK Holl. IJsselkering (dijk + 2 kw)
17
Neder Betuwe
49
Flaauwershaven/Borrendamme
18
Rondom Kampen
50
Ooij en Millingen
19
Noordzeekanaal (D31 t/m D37)
51
Loswal Haem + Apeldoorns kanaal
20
Lingewaard
52
Zuid-Beveland West, Westerschelde
21
Capelle/Moordrecht
53
Kunstwerken Markermeer (D17 en D19)
22
Restopgave Hollandse IJssel
54
Krimpen aan de Lek
23
Werkendam – Giessen
55
Trajecten IJssel 3
24
Mastenbroek Zwarte Meer
56
Koehool – West Holwerderpolder
25
Olst – Wijhe
57
Emanuelpolder
26
Culemborg
58
Inlaag Zuidhoek/Bruinisse
27
Randmeerdijk
59
Zuidersluis ARK
28
Genemuiden – Hasselt
60
Eemdijk/Spakenburg
29
IJsseldijk Gouda (fase 2)
61
Zuid-Beveland Oost, Westerschelde
30
Peerenboom – Genderen
62
Oevererosie Klaphek
31
West Holwerderpolder – Lauwersm.
32
Trajecten IJssel 1
terug naar inhoud
MIRT-fase: Verkenning
2016
MIRT-fase: Planuitwerking
2017
2018
2019
2020
MIRT-fase: Realisatie
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 24
Projectoverstijgende verkenningen Programma Piping POV Waddenzee POV Centraal Holland POV Macrostabiliteit
Projectoverstijgende verkenningen Voorfinanciering projecten 67
Dalfsen
71
Randmeerdijk Noordoostpolder
72
Geertruidenberg/Amertak
81
Randmeerdijk Flevopolder
89
Delfzijl – Chemiepark
97
Chemiepark – Punt van Reide
103
Delfland-1
106
Wieringer Zeewering (D90)
107
Jannezand
108
Koppelstuk Markermeerdijk
110
Delfland-2
111
Lemsterhoek
121
Keersluis de Whaa
122
Stolwijkerschutsluis
132
Koppelstuk Koegraszeedijk
156
Koppelstuk kunstwerken Texel
160
Strijensas
161
Kunstwerken Vollenhove
162
Gemaal De Schans
164
Koppelstuk dijkvakken Texel Noorderhaven Harlingen Alexanderhaven
Soms is het efficiënt om de verkenning van meerdere projecten te bundelen, in een zogenaamde projectoverstijgende verkenning (POV). Op basis van onderstaande criteria kan besloten worden tot het starten van een POV. a. Projecten zijn onderdeel van dezelfde dijkring en/of hebben dezelfde hydrologische omstandigheden of samenhang met elkaar. b. Er zijn kansrijke productinnovaties en/of nieuwe kennis over faalmechanismen of oplossingen beschikbaar, die voor meerdere projecten van toepassing zijn (kansenscan). c. Er zijn aanvullende beleidskeuzes en/of instrumentarium (zoals rekenregels) nodig die doorwerken in meerdere projecten. In 2014 zijn drie projectoverstijgende verkenning gestart: Piping (trekker Waterschap Rivierenland), Centraal Holland (trekker Waterschap De Stichtse Rijnlanden) en Waddenzee (trekker Weerskip Fryslân). In 2015 start een nieuwe projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit (trekker Waterschap Rivierenland). Daarnaast start een landelijke verkenning Zeingsvloeiing (trekkers Hollandse Delta en directoraat-generaal Ruimte en Water van het ministerie IenM).
Aanpak aardbevingsdijken De aardbevingen als gevolg van de gaswinning in Groningen hebben niet alleen effecten op de gebouwde omgeving, ook de waterkeringen worden extra belast. Uit onderzoek blijkt terug naar inhoud
dat zo’n 40 kilometer zeedijken (primaire keringen) en 60 kilometer dijken langs onder andere kanalen (regionale keringen) een risico vormen bij zware aardbevingen. Deze extra opgave aan de zeedijken als gevolg van de aardbevingen valt binnen het beheersgebied van het Waterschap Noorderzijlvest voor het traject EemshavenDelfzijl (circa 11 kilometer) samen met de verbeteropgave van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Het waterschap hee afspraken gemaakt met de Programmadirectie HWBP om beide opgaven slim en doelmatig te combineren, zodat het traject al in 2016 in uitvoering kan. Ook binnen het beheersgebied van het Waterschap Hunze en Aa’s is er een mogelijke samenloop tussen het Hoogwaterbeschermingsprogramma en de aardbevingsdijken, op het traject Chemiepark Delfzijl-Punt van Reide. In de komende periode wordt nader bekeken of dit traject eveneens versneld moet worden opgepakt. In het akkoord ‘Vertrouwen op herstel, herstel van vertrouwen’ tussen Rijk, provincie Groningen, Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) en gemeenten, zijn maatregelen opgenomen voor het aardbevingbestendig maken van infrastructuur, waaronder keringen. De kosten van zowel het aardbevingbestendig maken als de eventuele voorfinanciering door het waterschap liggen bij de NAM. De Waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aas maken individueel afspraken met het ministerie van Economische Zaken. De dijkverbetering voor zowel hoogwaterbescherming als aardbevingsbestendigheid worden integraal opgepakt en begeleid vanuit de programmadirectie. Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 25
3.2 Spelregels voor de projecten Voor de uitvoering en financiering van de HWBP-projecten gelden spelregels, bedoeld om de projecten binnen tijd, scope en budget te realiseren. Deze spelregels gaan over de MIRT- werkwijze en de financieringsregeling. Wat betre de financiering worden achtereenvolgens de opbouw van de regeling, de verdeling van de projectfinanciering, de ontwerpeis ‘sober en doelmatig’, de risicoverdeling, voorfinanciering, voorschotverlening, innovatiesubsidie en de hardheidsclausule toegelicht. Ook bevat deze paragraaf uitleg over het verschil tussen inpassen, meekoppelen en uitwisselen.
MIRT-werkwijze Om de beheersbaarheid van het programma te vergroten, werkt het Hoogwaterbeschermingsprogramma met een systematiek die ontleend is aan de MIRT-werkwijze. Iedere maatregel doorloopt in principe drie fasen: de verkenningsfase, de planuitwerkingsfase en de realisatiefase. In de verkenningsfase worden mogelijke alternatieven bekeken en kansrijke oplossingsrichtingen geselecteerd. De beheerders werken deze kansrijke oplossingsrichtingen uit – in overleg met belanghebbenden zoals provincies en gemeenten – en leveren een voorkeursalternatief op. Dit voorkeursalternatief wordt in de planuitwerkingsfase verder uitgewerkt in varianten en deze fase resulteert in een projectplan voor de definitieve variant. Hierna volgt de realisatiefase, waarin de aanbesteding en uitvoering van de werkzaamheden plaatsvinden, conform het vastgestelde terug naar inhoud
projectplan. Een project stroomt niet automatisch door van de ene naar de volgende fase. Per fase wordt een expliciete beslissing genomen over subsidies en opname van het project in het programma. Vanaf de planuitwerkingsfase kan het project worden opgeknipt in verschillende (deel) projecten. Dit geldt vooral voor de projectoverstijgende verkenningen. Toetsen en beschikken
De beheerder dient een beschikkingsaanvraag in, waarna de programmadirectie deze aanvraag toetst aan de financieringsregeling. Als er al een review is uitgevoerd, bekijkt het reviewteam hoe de beheerder de aanbevelingen hee meegenomen in de financieringsaanvraag. Op basis van de toets brengt de programmadirectie een advies uit aan de minister van Infrastructuur en Milieu over het verstrekken van de beschikking.
De financieringsregeling Op 1 april 2014 is de door de minister van Infrastructuur en Milieu vastgestelde financieringsregeling van kracht geworden. Deze regeling gee uitvoering aan wijzigingen in de Waterwet. Een belangrijke wijziging is een andere verdeling in de programma- en projectfinanciering.
Opbouw van de financieringsregeling De regeling bestaat uit drie onderdelen. Deel A Regeling subsidies hoogwaterbescherming 2014 met toelichting. Beschrij regels voor de subsidiabele kosten, de kostenraming, innovatie, bevoorschoing, voorfinanciering en procedurele aspecten. Deel B Beleidsregels inzake subsidiabele en nietsubsidiabele kosten. Bevat beleidsregels met een nadere uitwerking welke kosten wel en niet subsidiabel zijn. Hierin is de vergoeding van onder andere kosten voor voorbereiding, administratie en toezicht, verwerving van onroerende zaken en nadeelcompensatie uitgewerkt. Deel C Werkwijzer Hoogwaterbeschermingsprogramma. Dit deel gaat nader in op het toetsingsproces van subsidieaanvragen en op de kwaliteitsborging van producten en processen. Deze werkwijzer beschrij rollen, verantwoordelijkheden en taken van de betrokkenen en is te gebruiken als raamwerk voor handreikingen, formulieren en formats voor de verschillende fasen in het proces. De complete regeling is te vinden op www.hoogwaterbeschermingsprogramma.nl > documenten.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 26
Verdeling projectfinanciering De versterking van primaire keringen die in beheer zijn van een waterschap, worden bekostigd op basis van cofinanciering. Hiervoor is een Dijkrekening ingericht, waaraan de waterschappen 40% bijdragen en het Rijk 50%. De resterende 10% bestaat uit een projectgebonden aandeel (PGA) van het waterschap, bedoeld als doelmatigheidsprikkel. Waterschappen ontvangen dus 90% van de geraamde kosten van een ‘sober en doelmatig ontwerp’ (zie kader). De projectfinanciering wijkt hiermee af van het HWBP-2, waarbij de waterschappen 100% procent van de werkelijk gemaakte kosten ontvangen. De versterking van de keringen die Rijkswaterstaat in beheer hee, wordt voor 100% door het Rijk gefinancierd, buiten de Dijkrekening om.
figuur 7 financiering waterschapskeringen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma Dijkrekening 90% Rijk 50% *projectgebonden aandeel van het waterschap
terug naar inhoud
PGA* 10% Waterschappen 50%
De ontwerpeis ‘sober en doelmatig’ Sober wil zeggen dat alleen de kosten van maatregelen om de primaire waterkering weer aan de veiligheidsnorm te laten voldoen en de weelijke inpassing daarvan in de omgeving, voor subsidie in aanmerking komen. Om aan te tonen welke van de onderzochte oplossingen het meest sober en doelmatig is, moet de beheerder per maatregel een levenscyclusanalyse uitvoeren.
Innovatiesubsidie: 100% De waarde van een nieuwe techniek of procesverbetering is vaak nog niet (volledig) bewezen, waardoor niet vooraf kan worden aangetoond dat een innovatie voldoet aan de eis ‘sober en doelmatig’. Toch is het wenselijk om deze innovaties te stimuleren omdat ze in potentie tot besparingen kunnen leiden in het programma. In de regeling zijn daarom mogelijkheden opgenomen voor een experiment of demonstratieproject. Als voldaan wordt aan de voorwaarden, dan wordt 100% van de werkelijke kosten vergoed, vanuit de Dijkrekening.
Risicoverdeling: wie beheerst, die draagt Algemeen uitgangspunt bij risicoverdeling is dat de partij die het risico kan beheersen, het risico in beginsel ook draagt. Omdat de subsidieverstrekking vooraf plaatsvindt op basis van geraamde subsidiabele kosten, komen de risico’s van het project in principe ten laste van de beheerder. Dit vormt voor de beheerder een belangrijke prikkel om deze risico’s adequaat te beheersen. Bij aanbestedingen kunnen door onder meer marktomstandigheden (aanzienlijke) verschillen ontstaan tussen de aanbieding van de winnende aannemer en de raming van de beheerder. De risico’s van aanbestedingsresultaten worden om die reden centraal belegd, zowel positieve als negatieve resultaten. Daarom wordt het in de beschikking tot subsidieverlening opgenomen subsidiebedrag na de definitieve gunning ambtshalve gewijzigd, door het aanbestedingsresultaat te verwerken in de raming van de kosten. Dit gebeurt via herijking (na gunning) van de beschikking voor de realisatiefase. De beheerder benoemt, kwantificeert en onderbouwt de voorziene/bekende risico’s middels een risicoanalyse en neemt deze op in de raming (voorzien onvoorzien). Tevens neemt de beheerder een reservering op voor onvoorziene risico’s (onvoorzien onvoorzien). In de beleidsregels (deel B) zijn referentiewaarden opgenomen voor het aandeel van de reservering voor voorziene en onvoorziene risico’s in de kostenraming, waarbij rekening wordt gehouden met de aard van het project en de complexiteit van het werk en de omgeving. Hierbij geldt Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 27
het principe van ‘comply or explain’. Dit betekent dat de beheerder bij afwijking van de standaarden die in beleids regels worden opgenomen, een gedegen en gemotiveerde onderbouwing van die afwijking moet overleggen. Er kunnen zich bijzondere situaties voordoen waarbij de werkelijke kosten sterk afwijken van de geraamde kosten waarop de subsidie is gebaseerd. Een voorbeeld hiervan is een geval waarin tijdens de uitvoering van een project een grote archeologische vindplaats wordt aangetroffen zonder dat dit was te voorzien. Met het oog op dergelijke gevallen biedt de regeling onder bepaalde voorwaarden de mogelijkheid om bij vaststelling van de subsidie af te wijken van de kostenraming. Een belangrijke voorwaarde is dat vasthouden aan de raming voor de beheerder zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard. Beroep op deze zogenoemde Hardheidsclausule is daarmee bedoeld voor onvoorziene gevallen.
Voorfinanciering Het kan voor de beheerder doelmatig zijn om maatregelen eerder uit te voeren dan de programmering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voorziet. De financieringsregeling biedt de beheerder in dergelijke gevallen de mogelijkheid om een maatregel voor te financieren. Om in aanmerking te komen voor voorfinanciering moet een beheerder bij de jaarlijkse actualisering van het programma aan te geven óf en indien ja, voor welke projecten hij gebruik wil maken van voorfinanciering.
terug naar inhoud
Inpassen, meekoppelen en uitwisselen Van belang bij de financiering is het verschil tussen inpassen, meekoppelen en uitwisselen. Bij het versterken van waterkeringen hoort ook een goede inpassing in de omgeving. Het gaat daarbij om locatiespecifieke maatregelen of voorzieningen die nodig zijn om de nadelige gevolgen van een plan of besluit te voorkomen, te beperken of te compenseren. Deze inpassing is weelijk verplicht. Soms is het maatschappelijk wenselijk om iets extra’s te doen, bijvoorbeeld omdat de totale maatschappelijke kosten lager worden wanneer de maatregelen voor waterveiligheid tegelijk worden uitgevoerd met maatregelen voor natuur of bijvoorbeeld bereikbaarheid. In dat geval spreken we van meekoppelen. Alleen de kosten die gelijk zijn aan de kosten van een alternatief zónder deze nevendoelstellingen worden bekostigd uit het budget van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Eventuele meerkosten zullen uit andere middelen moeten worden gefinancierd. Dit kan dit uitmonden in een voorkeursalternatief dat meerdere doelen dient, mits hierover (bestuurlijke) afspraken zijn vastgelegd met andere publieke of private partijen. In sommige gebieden zijn in de voorkeurstrategie van het Deltaprogramma andere maatregelen dan dijkversterkingen benoemd die aan de waterveiligheid kunnen bijdragen. Denk hierbij aan rivierverruimingsmaatregelen of aan maatregelen in ruimtelijke ordening en rampenbeheersing (meerlaagsveiligheid). Dan is er sprake van uitwisselen. Eventuele besparingen op dijkversterkingen als gevolg van rivierverruiming of slimme combinaties met meerlaagsveiligheid kunnen worden aangewend voor dergelijke maatregelen.
Moment van betalen Voorgefinancierde projecten doorlopen de reguliere processtappen, eindigend met een beschikking waarin het uiterlijke jaar van terugbetaling is opgenomen. Dit moment van betalen is gebaseerd op de jaren waarin de maatregel volgens de urgentiescore geprioriteerd was. Met andere woorden: de beheerder ontvangt het geld pas op het moment waarop het project oorspronkelijk geprogrammeerd stond. Rentekosten worden niet vergoed. Omdat het budget de eerste periode beperkt is, wordt pas vanaf 2020 jaarlijks een bedrag opgenomen voor de terugbetaling. Mocht echter blijken dat de uitgaven van het HWBP-2 of het Hoogwaterbeschermingsprogramma achterblijven, dan is het Rijk bevoegd om de subsidie aan voorgefinancierde projecten versneld uit te keren. Dit gebeurt in de volgorde van de urgentiebepaling van het programma, voor de projecten die in hetzelfde jaar zijn aangemeld voor voorfinanciering. Hiermee wordt beoogd de beschikbare middelen optimaal te benuen.
Voorschotverlening Het waterschap kan een aanvraag doen voor een voorschot op het bedrag dat is opgenomen in de subsidiebeschikking. De voorwaarden hiervoor en het maximale voorschot staan vermeld op www.hoogwaterbeschermingsprogramma.nl > documenten.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 28
koppelstuk dijkvakken en kunstwerken Texel
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 29
project Gorinchem - Waardenburg
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 30
miljard (±%) Veiligheidsopgave 799 1.302 Veiligheidsopgave 799miljard (±%)
1.302
€, €,
Programmaraming Programmaraming 725 Aangemeld 725 voor Aangemeld HWBP*voor 232HWBP*
392
miljard (±%) 9miljard (±%)
Opgave die wel geprioriteerd, maar Opgave die wel geprioriteerd, maar
geprogrammeerd is vanwege geprogrammeerd is vanwege Programma 2014-2020 Programma 120 niet 392 2014-2020 120 78niet 88 78 het verwachte het verwachte eŠect van maat- eŠect van maat-
232
Opgave die wel geprioriteerd, Opgave die wel maar geprioriteerd, maar
geprogrammeerd geprogrammeerd is vanwege is vanwege Programma Programma 2014-2020 120 78niet 120 niet 88 88 392 2014-2020 78 het verwachte eŠect het verwachte van maat-eŠect van maatRegulier en innovatief Regulier en innovatief Vooršnanciering regelen in andereregelen programma’s in andere programma’sVooršnanciering
392
Deel 4 €— De projecten in 2015
POV’s
POV’s
Opgave die wel geprioriteerd, maar Opgave die wel geprioriteerd, maar geprogrammeerd is vanwege niet geprogrammeerd is€˜™ vanwege miljoen miljoen €˜™ miljoenmiljoen 88 Programma 2014-2020 2014-2020 120 78niet 78 120 88 392 Programma het verwachte eŠect van maat-eŠect van maathet verwachte Regulier en innovatief Regulier en innovatief Vooršnanciering Vooršnanciering regelen in andereregelen programma’s in andere programma’s
392
88
in andere programma’s regelen in andereregelen programma’s
Programmaraming Programmaraming 725 Aangemeld HWBP*voor 232HWBP* 725 voor Aangemeld
2
232
POV’s
€—
€™› miljoen
€™› miljoen
POV’s
3912 1 0 12 155€™› miljoen 0169 155€™› miljoen 16914 141 6 1 1 24 143 24 43 39 1 6 Opgave die wel geprioriteerd, maar geprogrammeerd is€˜™ vanwege Ruim veertig van88 het Hoogwaterbeschermingsprogramma miljoenprojecten miljoenmiljoen €˜™ miljoen 120 niet 78 het verwachte eŠect van maatgaan ininandere 2015 programma’s beginnen Vooršnanciering met de verkenning ofType planuitwerking, of zijn(km) in projecten (aantal) Faalmechanisme (km) Type projecten (aantal) Type projecten (aantal) Faalmechanisme (km) TypeVooršnanciering projecten (aantal) Faalmechanisme Faalmechanisme (km) vatief regelen ulier en innovatief
€—
€—
Programma 2015-2020, start of bezig in 2015
een enkel geval al in uitvoering. Wat is de opgave waarvoor alleen de beheerders alleen dijken alleen hoogte– Waardenburg (1) – Waterschap Rivierenland dijken alleen hoogte Gorinchem alleen alleen alleen alleen van1 deze projecten staan? Hoe is het projectgebied gesitueerd? Welke 3912 1 0 12 155€™› miljoen 0169 155 16914 6 combi 14 1kunstwerken 6 kunstwerken 1 1kunstwerken 24en kunstwerken 1 43sterkte 24Waardenburg 43sterkte – Ophemert (2) – Waterschap Rivierenland combi dijken combi hoogte en sterkte dijken en combi hoogte en sterkte €™› miljoen €— omgevingspartijen en -factoren spelen een rol? En in welke fase bevindt Diefdijk – Waterschap Rivierenland en miljoen €˜™ miljoen het project zich? Dit staat beschreven in de projectpagina’s. Mastenbroek IJssel – Waterschap Groot Salland Type projecten (aantal) Type projecten (aantal) Faalmechanisme (km) Faalmechanisme (km) Type projecten (aantal) Type projecten (aantal) Faalmechanisme (km) Faalmechanisme (km) Vooršnanciering ** ** Faalmechanismen waardoor keringen HWBP (• km) niet aan de norm voldoen (km) Rivierenland Faalmechanismen waardoor keringen HWBP (• km) niet aan de norm voldoen (km) Wolferen – Sprok – Waterschap alleen dijken alleen dijken alleen hoogte alleen hoogte alleen kunstwerken alleen kunstwerken alleen sterkte alleen sterkte Zwolle – Waterschap Groot Salland 6 combi 1 1 dijken 24en kunstwerken 12 155€™› miljoen 0169 155 16914 14 1dijken6en kunstwerken 1 43hoogte 24en sterkte 43hoogte en sterkte combi combi combi Gouderak – Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard Noordzeekanaal – Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier aalmechanisme (km) Faalmechanisme (km) tal) Faalmechanisme (km) Type projecten (aantal) Type projecten (aantal) Faalmechanisme (km) ** ** mechanismen Faalmechanismen waardoor keringen waardoor HWBP keringen (• HWBP km) niet (• aan km) de norm niet aan voldoen de norm (km) voldoen (km) Capelle/Moordrecht – Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard alleen dijken alleen hoogte alleen dijken alleen hoogte alleen1 kunstwerkenalleen alleen sterkte kunstwerken alleen sterkte Randmeerdijk – Waterschap Vallei en Veluwe 1 24 combi 43hoogte en sterkte combi dijken en kunstwerken combi dijken en kunstwerken combi hoogte en sterkte Genemuiden – Hasselt – Waterschap Groot Salland 100 55 211 280 280 150 150 100 55 87 87 313 313 211 Pannerden/Loo – Waterschap Rijn en IJssel (aantal) Faalmechanisme (km) figuur 8 faalmechanismen van dijken ** (•HWBP km) niet aankm) de niet normaan voldoen Gameren – Waterschap Rivierenland rWBP keringen (• de norm(km) voldoen** (km) IJsseldijk Gouda – Hoogheemraadschap van Rijnland sterkte 3 3 Eemdijk/Spakenburg – Waterschap Vallei en Veluwe 100 552 211 211 280 280 150 150 100 552 87 87 313 313 1 1
s
POV’s 39
ldoen** (km)
hoogteHoogte
stabiliteit binnenwaarts Hoogte Stabiliteit binnenwaarts Stabiliteit binnenwaarts Piping en heave 3
150
100
552
enen heave Hoogte Stabiliteit binnenwaarts Stabiliteitpiping binnenwaarts Piping heave
Hoogte 3
552
100
150
2
55
2
87 1
87 1
87
313
*) Resterende opgave via andere programma’s enonderhoud: regulier beheer 577 km en 567 kunstwerken. *) Resterende opgave via andere programma’s en regulier beheer en 577 en kmonderhoud: en 567 kunstwerken. **) Een kan ook door combinatie van meerdereniet faalmechanismen niet aan de norm voldoen. **) Een kering kan ook doorkering een combinatie vaneen meerdere faalmechanismen aan de norm voldoen.
313
stabiliteit buitenwaarts Stabiliteit buitenwaarts PipingStabiliteit en heavebuitenwaarts Micro-instabiliteit Micro-instabiliteit Voorland en ze¢ingsvloeiing
3 1
(2) Samenvoeging van de projecten Waardenburg - Opijnen en Opijnen – Ophemert
3 1
Stabiliteit buitenwaarts Piping en heavebuitenwaarts Micro-instabiliteit Voorland en Stabiliteit Micro-instabiliteit Voorland en Bekleding (1) Samenvoeging van drie projecten Fort Vuren - Haaen,Bekleding Lingewaal - Neerijnen en Gorinchem ze¢ingsvloeiing ze¢ingsvloeiing
313
*) Resterende opgave via andereopgave programma’s en regulier beheer en en regulier onderhoud: 577en kmonderhoud: en 567 kunstwerken. *) Resterende via andere programma’s beheer 577 km en 567 kunstwerken. **) Een kering kan**) ookEen door een combinatie van meerdere faalmechanismen niet aan de norm voldoen. kering kan ook door een combinatie van meerdere faalmechanismen niet aan de norm voldoen. Voorland en ze¢ingsvloeiing
bekleding Bekleding
amma’s en regulier beheer en onderhoud: 577 km en 567 kunstwerken. terug naar niet inhoud combinatie van meerdere faalmechanismen aan de norm voldoen.
Landelijke verkenning Zeingsvloeiing – Waterschap Hollandse Delta
*) Resterende opgave *) Resterende via andere opgave programma’s via andere en regulier programma’s beheer en onderhoud: regulier beheer 577en kmonderhoud: en 567 kunstwerken. 577 km en 567 kunstwerken. Burghsluis-Schelphoek – Waterschap Scheldestromen **) Een kering kan ook **) Een doorkering een combinatie kan ook door vaneen meerdere combinatie faalmechanismen van meerdere niet faalmechanismen aan de norm voldoen. niet aan de norm voldoen.
en zeingsvloeiing ng en heave PipingStabiliteit Micro-instabiliteit Micro-instabiliteit Voorland envoorland Bekleding Stabiliteitmicro-instabiliteit buitenwaarts waarts en heavebuitenwaarts Voorland en Bekleding ze¢ingsvloeiing ze¢ingsvloeiing
-instabiliteit
Voorgefinancierd
Voorland en Bekleding Bekleding Eemshaven-Delfzijl – Waterschap Noorderzijlvest ze¢ingsvloeiing
Flaauwershaven/Borrendamme – Waterschap Scheldestromen Apeldoorns Kanaal – Waterschap Vallei en Veluwe Zuid-Beveland West, Westerschelde – Waterschap Scheldestromen Emanuelpolder – Waterschap Scheldestromen Inlaag Zuidhoek/Bruinisse – Waterschap Scheldestromen Alexanderhaven – Waterschap Roer en Overmaas Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 31
Dalfsen – Waterschap Groot Salland Randmeerdijk Noordoostpolder en Zwartemeerdijk – Waterschap Zuiderzeeland Geertruidenberg/Amertak – Waterschap Brabantse Delta Randmeerdijk Flevopolder – Waterschap Zuiderzeeland Delflandse dijken (Delfland 1 en 2) – Hoogheemraadschap van Delfland Wieringer Zeewering – Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Jannezand – Waterschap Rivierenland Koppelstuk Markermeerdijk – Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Koppelstuk Lemsterhoek – Weerskip Fryslân Keersluis de Whaa – Waterschap Reest en Wieden Stolwijkerschutsluis – Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard Koppelstuk Koegraszeedijk – Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Koppelstuk dijkvakken en kunstwerken Texel – Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Strijensas – Waterschap Hollandse Delta Gemaal De Schans – Waterschap Vallei en Veluwe Noorderhaven Harlingen – Weerskip Fryslân Delfzijl-Chemiepark – Waterschap Hunze en Aa’s Chemiepark – Punt van Reide – Waterschap Hunze en Aa’s
terug naar inhoud
Projectoverstijgende verkenningen Piping Waddenzeedijken Centraal Holland Macrostabiliteit Afgeronde projecten Vierhuizergat – Waterschap Noorderzijlvest Oevererosie Klaphek – Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden Kunstwerken Vollenhove – Waterschap en Reest en Wieden
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 32
project Wieringer Zeewering
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 33
project Waardenburg - Ophemert
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 34
Gorinchem - Waardenburg
waterschap rivierenland dijkringen urgentie deltaprogramma
43 betuwe/tieleren culemborgerwaarden 2/5/6 deelprogramma rivieren
Opgave
Omgeving
Dijkverbetering Gorinchem - Waardenburg is de samenvoeging van drie aaneengesloten projecten, namelijk Fort Vuren Haaen, Lingewaal - Neerijnen en Gorinchem. De opgave bestaat uit circa veertien kilometer afgekeurde dijkvakken op een totale tracélengte van circa 23 kilometer. De dijkvakken zijn afgekeurd op hoogte, binnenwaartse stabiliteit, buitenwaartse stabiliteit en piping. Er zijn echter diverse ontwikkelingen en inzichten waar rekening mee moet worden gehouden, zoals effecten van Ruimte voor de Rivier, de nieuwe normering, nieuwe pipingregels, nieuwe toelaatbare overslagdebieten, het Deltaprogramma en resultaten van een uitgebreid grondonderzoek.
Het project hee een gevoelige omgeving. Enerzijds vanuit het verleden: emotie en onbegrip rondom de soms wel heel kordaat uitgevoerde dijkverbeteringen onder de Noodwet Deltaplan Grote Rivieren na het hoogwater van 1995. Anderzijds speelt de actualiteit een rol: de regio staat volop in de belangstelling in de Voorkeursstrategie Waal en Merwedes (Deltaprogramma Rivieren), in de structuurvisie WaalWeelde en in diverse lokale/ regionale gebiedsprocessen. Bij de start van dit project is een overzicht gemaakt van issues en stakeholders, met medewerking van gebiedscoördinatoren van gemeenten en waterschap en met gebruikmaking van actuele informatie over planprocessen en belangen.
Situatie
Verkenningsfase
Het traject Gorinchem - Fort Vuren ligt in de provincie ZuidHolland en in de gemeente Gorinchem. Het buitenwater is de Waal. Fort Vuren zelf stamt uit 1848 en vormt onderdeel van de Nieuwe Hollandse waterlinie. Het traject Fort Vuren Waardenburg bevindt zich in de provincie Gelderland en in de gemeenten Lingewaal en Neerijnen. Het gehele project ligt aan de westelijke zijde van de Tielerwaard.
Het project Gorinchem - Waardenburg bevindt zich in de verkenningsfase. Momenteel wordt onderzocht welke delen van de dijk daadwerkelijk verbeterd moeten worden om aan de veiligheidsdoelstelling te kunnen voldoen. Hierbij wordt geanticipeerd op de nieuwe normering die naar alle waarschijnlijkheid in 2017 van kracht zal worden.
Leerdam Li ng e
N327
A2
N848
A15
Gorinchem
Waardenburg
Waal
N322
Zaltbommel
Afgeda
md
Ma
e
N267
as
Maas
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 35
Waardenburg - Ophemert
Opgave Dijkverbetering Waardenburg - Ophemert bestaat uit twee samengevoegde projecten van circa 10,4 kilometer afgekeurde dijkvakken. De dijkvakken zijn afgekeurd op met name binnenwaartse stabiliteit, maar ook op hoogte, buitenwaartse stabiliteit en in een enkel geval piping. Er zijn echter diverse ontwikkelingen en inzichten waar rekening mee moet worden gehouden, zoals Ruimte voor de Rivier, nieuwe normen, nieuwe pipingregels, nieuwe toelaatbare overslagdebieten, de hoogwatergeul Varik-Heesselt, en de projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit.
Situatie Het dijktraject Waardenburg - Ophemert ligt in het hart van de Tielerwaard, in de provincie Gelderland en de gemeenten Neerijnen en Tiel. Het traject loopt van de Rijksweg A2 bij Waardenburg naar het dorp Zennewijnen. Het buitenwater is de Waal. De afgekeurde dijkvakken liggen dicht bij de bebouwde kernen. Op een enkele locatie staat de bebouwing slechts enkele meters dicht tegen de dijk aan of op enige afstand van de dijk. Naast de dijk zijn diverse strangen, wielen en kolken aanwezig. Bij Waardenburg bevindt zich het Landgoed Waardenburg met
waterschap rivierenland dijkring 43 betuwe/tieler- en culemborgerwaarden urgentie 3/4 deltaprogramma deelprogramma rivieren Geldermalsen
L in g e
haar kasteel en Neerijnen met zowel binnendijkse als buitendijkse gronden. Buitendijks staat nog een aantal arbeidswoningen voor medewerkers van de ‘oude’ steenfabrieken.
Omgeving Het project hee een gevoelige omgeving. Enerzijds vanuit het verleden; emotie en onbegrip rondom de soms wel heel kordaat uitgevoerde dijkverbeteringen onder de Noodwet Deltaplan Grote Rivieren na het hoogwater van 1995. Anderzijds speelt de actualiteit een rol: de regio staat volop in de belangstelling in de Voorkeursstrategie Waal en Merwedes binnen het Deltaprogramma Rivieren, in de structuurvisie WaalWeelde en in diverse lokale/regionale gebiedsprocessen. Met name de verkenning rondom de hoogwatergeul Varik-Heesselt hee een forse impact op het gebied, evenals de diverse vergravingen in de uiterwaarden vanuit het programma WaalWeelde.
Verkenningsfase Het project Waardenburg - Ophemert bevindt zich in de verkenningsfase. In 2014 wordt een Plan van Aanpak geschreven dat daarna ter goedkeuring wordt aangeboden aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
Tiel
A15
Ophemert
Waardenburg Opijnen
Rossum
Waal
Ma
as
Zaltbommel
A2
36 terug Hoogwaterbeschermingsprogramma naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 36
Diefdijk
Opgave De Diefdijk is een primaire indirect waterkerende dijk. ‘Primair’ gee aan dat het een volwaardige rivierdijk is. ‘Indirect’ betekent dat de dijk pas water gaat keren als het elders mis is gegaan. De dijk scheidt dijkring 16 (Ablasserwaard en de Vijeerenlanden) van dijkring 43 (Betuwe, Tielerwaard, Culemborgerwaard). Normaal gesproken staat er dus geen water tegen deze dijk, ook niet als het hoogwater is op de grote rivieren. Als waterkering voldoet de dijk niet aan de veiligheidsnormen en deze moet daarom versterkt worden. De dijkvakken zijn afgekeurd op binnenwaartse stabiliteit, buitenwaartse stabiliteit en piping.
Situatie De Diefdijklinie is een 23 kilometer lange waterkering tussen de Lek en de Waal en loopt van Fort Everdingen via Asperen naar Gorinchem. De dijk bestaat uit de Diefdijk, de Meerdijk, de Nieuwe Zuiderlingedijk en de Zuiderlingedijk. De dijk dateert uit de dertiende eeuw met als doel om Zuid-Holland (Alblasserwaard, Vijeerenlanden) te beschermen tegen het water. In de loop der eeuwen is de dijk regelmatig doorgebroken, gerepareerd en verhoogd en versterkt. Tot op de
waterschap rivierenland dijkring 16 alblasserwaard en vijfheerenlanden urgentie 7 deltaprogramma deelprogramma rivieren Le A27
dag van vandaag is de oorspronkelijke doelstelling dezelfde gebleven.
Omgeving Vanaf begin negentiende tot midden twintigste eeuw maakte de waterkering deel uit van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De Diefdijklinie vormt een kwart van de totale lengte van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, die liep van Amsterdam tot aan de Biesbosch. In het traject van de dijkversterking speelt het herstel van diverse elementen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie een belangrijke rol. In overleg met bewoners en diverse instanties en organisaties is besloten om tegelijk met de dijkversterking twee andere zaken te realiseren: het herstel van een aantal objecten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en het veiliger inrichten van de weg op de dijk.
Realisatiefase Het project is in uitvoering. De werkzaamheden voor de dijkverbetering zijn op 31 december 2015 afgerond. Het gehele werk wordt uiterlijk 30 juni 2016 opgeleverd.
k
A2
Diefdijk N484
Meerkerk
Leerdam Beesd Ling e
N327
Arkel N848
A15
Gorinchem
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2014 2015 37
Mastenbroek IJssel
Opgave
Omgeving
Het projectgebied van Mastenbroek - IJssel bevindt zich aan de oostelijke oever van de IJssel en loopt van de Spooldersluis bij Zwolle tot aan de Ganzensluis bij IJsselmuiden. Het traject hee een totale lengte van 14,7 kilometer. Hierbinnen zijn in de derde toetsronde drie deelvakken met een gezamenlijke lengte van 5,8 kilometer afgetoetst op voornamelijk piping, macrostabiliteit buiten- en macrostabiliteit binnenwaarts. In het dijkvak liggen meerdere kunstwerken, maar deze zijn niet afgetoetst.
De kering ligt in het Natura 2000-gebied Uiterwaarden IJssel. Het meanderende IJsseltraject begint bij het natuurgebied Vreugderijkerwaard en verandert stroomafwaarts in een laaglandrivier met oevers met moerassen. De belangrijke stakeholders zijn de gemeenten Zwolle en Kampen, omwonenden, de provincie Overijssel en natuurbeheerders. Gemeente Kampen hee een aantal gebiedsontwikkelingen lopen in het projectgebied, waaronder Bolwerk Buitenwacht. Dit is de stadsentree van Kampen, waarvoor de gemeente ideeën verzamelt voor de toekomst van dit gebied.
Situatie In de directe omgeving van het projectgebied Mastenbroek IJssel liggen de oude Hanzesteden Zwolle en Kampen. In de vijiende eeuw waren deze steden en tussenliggende plaatsen, zoals Wilsum, bijzonder rijk en machtig. De IJssel en het Zwarte Water hebben hier een belangrijke rol in gespeeld vanwege de handel die over het water plaatsvond. Aan het einde van de middeleeuwen is een brug van Kampen naar IJsselmuiden gebouwd, waardoor IJsselmuiden in de loop der tijd is uitgegroeid tot een voorportaal voor de stad Kampen.
waterschap groot salland dijkring 10 mastenbroek urgentie 9 deltaprogramma deelprogramma rivieren en ijsselmeergebied
Verkenningsfase In 2014 is gestart met de voorbereidende werkzaamheden waaronder de nadere analyse van het veiligheidsprobleem om te bepalen welke delen van de kering daadwerkelijk moeten worden verbeterd. Vervolgens wordt het Plan van Aanpak voor de verkenningsfase opgesteld. De start van de verkenning vindt naar verwachting medio 2015 plaats.
IJsselmuiden Polder Mastenbroek
Kampen IJsse l
’s-Heerenbroek N331
Het Onderdijks
Wilsum Koppelerwaard
Zalk
Kamperveen N50
38 terug Hoogwaterbeschermingsprogramma naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 38
Wolferen - Sprok
Opgave Dijkverbetering Wolferen - Sprok bestaat uit circa 3,9 kilometer afgekeurde dijkvakken. De dijkvakken zijn afgekeurd op met name binnenwaartse stabiliteit, maar ook op hoogte en piping. Er zijn echter diverse ontwikkelingen en inzichten waar rekening mee moet worden gehouden, zoals Ruimte voor de Rivier, nieuwe normen, nieuwe pipingregels, nieuwe toelaatbare overslagdebieten, de dijkverlegging bij Lent, en de projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit.
geul gerealiseerd en de waterkering wordt landinwaarts (noordelijker) verlegd. De nieuwe waterkering bestaat uit een betonnen keermuur en een kwelscherm dat het watervoerend pakket volledig afsluit. Dit scherm wordt circa een kilometer westwaarts en oostwaarts van de betonnen keermuur doorgezet in de buitenteen van de bestaande dijk die niet wordt verlegd.
Omgeving Het project hee een betrokken omgeving, mede gezien de dijkverlegging bij Lent in het programma Ruimte voor de Rivier.
Situatie Het dijktraject Wolferen - Sprok ligt aan de noordoever van de Waal in de provincie Gelderland en de gemeenten Overbetuwe en Nijmegen. Wolferen is een buurtschap tussen Dodewaard en Andelst. Sprok ligt nabij Lent. Hier is een restaurant met overeenkomstige naam gebouwd op de fundamenten van de eeuwenoude T-boerderij Sprokkelenburg, waar vroeger griendhout (sprock) werd geoogst. Twee andere markante locaties in het traject waar dijkversterking is voorzien, zijn Wijnfort Lent en Fort Lent. Het gebied aan de zuidkant van Lent wordt in opdracht van de gemeente Nijmegen ontwikkeld. In het kader van Ruimte voor de Rivier wordt daar een neven-
waterschap rivierenland dijkring 43 betuwe/tieler- en culemborgerwaarden urgentie 10 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Verkenningsfase Het project Wolferen - Sprok bevindt zich in de verkenningsfase en begint met een nadere analyse van het veiligheidsprobleem om te bepalen welke delen van de kering daadwerkelijk moeten worden verbeterd. Er wordt gewerkt aan een Plan van Aanpak, dat daarna ter goedkeuring wordt aangeboden aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma. In 2015 wordt nader onderzocht welke delen van de dijk verbeterd moeten worden om aan de veiligheidsdoelstelling te kunnen voldoen.
Zeen A325
Elst Andelst
A50
Wolferen
A15
Winssen
Waal
Bemmel
Oosterhout Sprok
Ewijk
Lent
Beuningen A73
Nijmegen
A326
Wijchen
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2014 2015 39
Zwolle
Opgave
Omgeving
De dijk langs het Zwolle-IJsselkanaal en het Zwarte Water is tijdens de derde toetsronde over een totale lengte van 8,1 kilometer afgekeurd op hoogte, buitenwaartse macrostabiliteit en/of bekleding. Daarnaast zijn zes kunstwerken afgekeurd.
Van oorsprong bestond de IJsseldelta en de nabije omgeving van Zwolle uit weilanden en kleinschalige bedrijvigheid, blekerijen en werven. Ten noorden van de stad Zwolle is dit open weidegebied nog steeds aanwezig. Belangrijke actoren aan de zuidkant zijn verschillende ondernemers. Aan de noordkant bestaan de actoren uit ondernemers, natuurbeheerders en enkele bewoners. Voor het hele gebied zijn de gemeente Zwolle, Rijkswaterstaat en provincie Overijssel belangrijke spelers. De gemeente Zwolle onderzoekt diverse meekoppelkansen, waaronder het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit van de noordoever van het Zwarte Water.
Situatie Het afgekeurde traject loopt van de Spooldersluis langs het Zwolle-IJsselkanaal en de zuidoever van het Zwarte Water naar de Keersluis Zwolle en vervolgens langs de oostoever van het Zwarte Water tot de monding van de Vecht. Het projectgebied bestaat uit twee delen. Aan de zuidzijde ligt het industrieterrein Voorst en aan de noordzijde ligt de woonwijk Holtenbroek en een Natura 2000-gebied met weilanden, bos en water. Het industrieterrein Voorst is vanaf eind jaren veertig van de vorige eeuw ontwikkeld. Kenmerkend voor het gebied is dat veel bebouwing met de rug naar het water is gebouwd.
waterschap groot salland dijkring 53 salland urgentie 11 deltaprogramma deelprogramma rivieren en ijsselmeergebied
rte
W
at
De scope van dit project is in 2014 geactualiseerd, op basis van de nadere analyse van het veiligheidsprobleem. In de verkenningsfase wordt getrechterd van mogelijke alternatieven tot een voorkeursalternatief. De gemeente, provincie en diverse ondernemers spelen hierbij een belangrijke rol. Ook wordt rekening gehouden met lokale en landelijke ontwikkelingen, zoals het MIRT-onderzoek IJssel-Vechtdelta.
er Westerveld
Zw
a
Polder Mastenbroek
Verkenningsfase
N331
Wijde Aa
Stadshagen
Aa-Landen
Holtenbroek
Westenholte
N35
IJs
se
lka
na
al
A28
e-
Wipstrik
Zw
oll
Zwolle
IJsse l
Assendorp N337
40 terug Hoogwaterbeschermingsprogramma naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 40
Gouderak
Opgave
Omgeving
Van de dijken langs de Hollandsche IJssel is ruim 27 kilometer afgekeurd. In dijkring 14 aan de Schielandzijde voldoet de hel van de dijk niet, in dijkring 15 aan de Krimpenerwaardzijde voldoet vrijwel de gehele dijk niet. Het steile binnentalud zou bij hoge rivierwaterstanden kunnen afschuiven. Het project Gouderak is 3.480 meter lang.
Bij Gouderak wordt een aantal meekoppelkansen gezien. Er zijn problemen met de verkeersveiligheid; meerdere studies geven aan dat een vrijliggend fietspad zeer noodzakelijk is. Bij eventuele dijkversterking moet hier aandacht aan worden gegeven. Daarnaast hee de gemeente meerdere wensen voor de ontwikkeling van bedrijvigheid. Vanuit het Veenweidepact zijn er ontwikkelingen ten aanzien van natuur, recreatie en waterpeilen in het direct achterliggende gebied. Ook zijn er zijn meerdere ideeën vanuit het project Schoner en Mooier Hollandsche IJssel en de vanuit de provincie, zowel ten aanzien van natuur en recreatie als ten aanzien van economische ontwikkeling, zoals het idee voor een containerterminal.
Situatie
hoogheemraadschap van schieland en de krimpenerwaard dijkring 15 lopiker- en krimpenerwaard urgentie 14 deltaprogramma deelprogramma rijnmond-drechtsteden
In het project Gouderak liggen aan de binnenzijde meerdere rijksmonumenten, bijvoorbeeld het Raadshuis van Gouderak en gemaal Verdoold. Verder hee de kern van Gouderak een hoge historische waarde. Achter de dijk bevindt zich veel lintbebouwing. De dijk is een belangrijke verbindingsweg. Daarnaast zijn de Hollandsche IJssel en haar oevers onderdeel van de Ecologische Hoofdstructuur. Bijzonder is verder dat zich achter de dijk een groot gat (wiel), als gevolg van een dijkdoorbraak bevindt.
Verkenningsfase In 2015 wordt de verkenningsfase gestart. De gemeente Ouderkerk wordt betrokken bij het project. Met de bewoners en andere belanghebbenden wordt in de verkenningenfase intensief contact gezocht met bewonersavonden en rondetafelgesprekken.
Zuidplaspolder
sse
l
A20
Moordrecht
J e I
Holland
s
ch
Gouderak Polder Middelblok
Niewerkerk a/d IJssel Zuidplas Polder Kattendijksblok
Lageweg
N219
Polder De Nesse
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 41
Noordzeekanaal
hoogheemraadschap hollands noorderkwartier dijkring 13 noord-holland urgentie 19 deltaprogramma deelprogramma kust en deelprogramma ijsselmeergebied
Opgave
Omgeving
De lengte van de dijkversterking Noordzeekanaal waarmee de pre-verkenningsfase wordt gestart is circa 25 kilometer. De kering is afgekeurd op microstabiliteit, macrostabiliteit en piping. Daarnaast zijn 23 kunstwerken afgekeurd op voornamelijk betrouwbaarheid sluiting en stabiliteit van de constructie.
De omgeving is complex. De stakeholders zijn de vele bedrijven langs de dijk, de haven van Amsterdam en de grote gemeenten Amsterdam en Zaanstad. In de pre-verkenning worden deze complexe omgeving en eventuele meekoppelkansen met andere projecten in de omgeving in kaart gebracht.
Situatie
Verkenningsfase
Het Noordzeekanaal loopt van de sluis bij IJmuiden tot de Oranjesluizen. De gehele dijk is circa 50 kilometer lang. De waterkering is een categorie c-kering. Dit wil zeggen dat de dijk maximaal wordt belast als een andere primaire kering doorbreekt. Dat kan het geval zijn als dijkring 44 overstroomt. Het water komt dan vanuit de Noordzee, het IJsselmeer of vanaf de rivier de Lek. De dijk vormt de zuidzijde van dijkring 13, in beheer van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, maar vormt tevens de noordzijde van dijkring 44, deels in beheer van Hoogheemraadschap van Rijnland en deels van Hoogheemraad Amstel, Gooi en Vecht.
Het project Noordzeekanaal start in 2015 met de pre-verkenning, waarin de scope van het project op basis van de werkelijke veiligheid wordt bepaald. In het tweede deel van de verkenning wordt toegewerkt naar een voorkeursalternatief. De reden voor een pre-verkenning is grote onzekerheid omtrent de noodzaak en urgentie van de dijkversterking, in combinatie met potentieel hoge projectkosten. Daarnaast wordt deze fase gebruikt om gebiedskennis op te doen. De waterkering en omgeving zijn divers en complex, gebiedskennis draagt bij aan goede oplossingen voor het veiligheidsprobleem. Ook worden de consequenties van de nieuwe normering verkend en vertaald naar de scope.
Krommenie Purmerend
Wormer
A7
Wormerveer Beverwijk
A8
Zaandam
N o o rd
ze e k a n
aal
A10
Haarlem
A9
Amsterdam Schiphol
A5
42 terug Hoogwaterbeschermingsprogramma naar inhoud
A10
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 42
Capelle/Moordrecht
hoogheemraadschap van schieland en de krimpenerwaard dijkring 14 zuid holland urgentie 21 deltaprogramma deelprogramma rijnmond-drechtsteden
Opgave De hel van dijkring 14 langs de Hollandsche IJssel aan de Schielandzijde is afgekeurd. Het steile binnentalud zou bij hoge rivierwaterstanden kunnen afschuiven. Inmiddels is begonnen met de twee meest kritische delen, namelijk het dijkvak Dorpsstraat in Capelle aan den IJssel (400 meter) en het dijkvak Oosteinde in Moordrecht (700 meter).
werk. Daarnaast hee de gemeente het initiatief genomen om het hele gebied een opknapbeurt te geven (meekoppelkans). Een landschapsplan is opgesteld, gericht op de ontwikkeling van de openbare ruimte rondom het rijksmonument aan het raadhuisplein. Ook wordt de toegankelijkheid naar de rivier versterkt door ter plaatse op het talud een tribunetrap aan te leggen.
Situatie
Planuitwerking/Realisatiefase
In Capelle aan den IJssel liggen aan de binnenzijde van de waterkering twee rijksmonumenten: een plantsoen met een beschermd dorpsgezicht en een cultuurhistorisch en archeologisch waardevolle kasteelruïne met slotpark en dubbele slotgracht. In Moordrecht spelen de bereikbaarheid van de vier recreatieparken in de zomerperiode en de verkeerssituatie een grote rol. De dijk is ook een belangrijke verbindingsweg.
Het project bevindt zich momenteel in de planuitwerking en realisatiefase. De ontwerpprojectplannen voor Capelle aan den IJssel en Moordrecht zijn ter inzage gelegd en worden naar verwachting eind dit jaar vastgesteld door de Verenigde Vergadering. De eerste proefsleuven voor de kabels en leidingen zijn gegraven en de taxateurs voor de grondverwerving zijn op pad. De aanbesteding van de aannemer is in volle gang. De planning is om medio 2015 te gunnen.
Omgeving In Capelle aan den IJssel wordt de dijkversterking in grond uitgevoerd. Om de cultuurhistorische kasteelbiotoop in stand te houden, wordt bij de slotgracht een oeverconstructie met vlonderpad gerealiseerd. De inpassing in dit gebied is maat-
Zuidplaspolder A20
Moordrecht
Nesselande
Gouderak
Zuidplas
Ro•erdam
Niewerkerk a/d IJssel
Zevenkamp
Lageweg
Dorrestein
Schollevaar
Polder Kattendijksblok
N219
Polder De Nesse
Capelle a/d IJssel Oostgaarde
Ho
IJ s s
el
Ouderkerk a/d IJssel
llandsche
Polder Kromme Zijde
Krimpen a/d IJssel
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 43
Randmeerdijk
Opgave
Omgeving
In dit project wordt een reëel beeld gekregen van de werkelijke opgave om de Randmeerdijk te laten voldoen aan de norm. De werkzaamheden bestaan uit onderzoek en geavanceerde/ vernieuwende berekeningen. De geavanceerde berekeningen zijn gebaseerd op intredeweerstand, in combinatie met tijdaankelijke beschouwing. Bij de vernieuwende berekeningen wordt gerekend met een reëel percentage lucht in de bodem. De resultaten hiervan kunnen van invloed zijn op een beheerderoordeel en/of acceptatierisico’s van de restprofielbenadering.
De impact op de omgeving is minimaal vanwege het karakter van de werkzaamheden (onderzoek). De onderzoeken bestaan uit sonderingen en boringen. Deze worden voor zover nu duidelijk niet op particuliere grond uitgevoerd. Dit geldt ook voor de infiltratieproeven in het voorland.
Situatie
waterschap vallei en veluwe dijkringen 11 ijsseldelta urgentie 27 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
De Randmeerdijk ligt globaal tussen Elburg (zuidelijk) en Noordeinde. Hoogwater als gevolg van opwaaiing op het Randmeer hee tot gevolg dat de dijk op het gebied van piping, macrostabiliteit en hoogte op grote delen is afgekeurd. Ook is de dijk op bekleding afgekeurd, maar hiervoor is het waterschap in 2010 begonnen met kwaliteitsverbetering van de zode.
Verkenningsfase In dit project wordt alleen de verkenningfase doorlopen. Deze begint met een nadere analyse van het veiligheidsprobleem om te bepalen welke delen van de kering daadwerkelijk moeten worden verbeterd. Met deze manier van werken wordt voorkomen dat verbetermaatregelen onnodig uitgevoerd gaan worden.
N50
Flevoland
N309
Dr
on
term
eer
Polder Oosterwolde
Elburg Oldebroek
e
w lu
Ve
m
ee
r
N308 N310 N309
A28
’t Harde
Hoogwaterbeschermingsprogramma terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 44
Genemuiden - Hasselt
Opgave Van de dijken langs het Zwarte Water tussen Genemuiden en Hasselt is in de derde toetsronde drie kilometer afgekeurd op binnenwaartse stabiliteit, piping, of buitenwaartse stabiliteit.
Situatie
waterschap groot salland dijkring 10 mastenbroek urgentie 28 deltaprogramma deelprogramma rivieren en ijsselmeergebied
terug naar inhoud
De Polder Mastenbroek is een van de oudste polders van Nederland. Het vroegst bekende jaartal waarin de polder Mastenbroek genoemd wordt, is 1364. In het noorden wordt de polder door de Kamperzeedijk begrensd, in het westen en oosten door de rivierdijken van de IJssel en het Zwarte Water. De historische boerderijen langs de weteringen zijn op terpen gebouwd, omdat de dijken tot aan het begin van de twintigste eeuw nog met enige regelmaat doorbraken. Bij de laatste dijkversterking in de periode 1999-2003 is het oorspronkelijke karakter van de relatief smalle en hoge dijk zo veel mogelijk gehandhaafd. Hetzelfde gebied is onderdeel geweest van het in 2003 afgeronde project Dijkversterking achter Ramspol.
de Ecologische Hoofdstructuur en een Natura 2000-gebied vanwege de aanwezigheid van onder andere kievietsbloemhooilanden. Aan de noordwestkant van het projectgebied hee de gemeente Zwartewaterland het voornemen een stadsrandzone te ontwikkelen, mogelijk door de aanleg van een landschapsdijk. Naast de gemeente, bewoners en natuurbeheerders zijn, Rijkswaterstaat en de provincie Overijssel belangrijke spelers.
Verkenningsfase Uit een nadere analyse van het veiligheidsprobleem in 2014 blijkt dat de dijk toch voldoet aan de huidige veiligheidseisen en daarmee in betere conditie verkeert dan aanvankelijk werd verondersteld. Vanuit de huidige veiligheidseisen is er daarom op de korte termijn geen dijkversterking nodig. Het waterschap onderzoekt momenteel de impact van de toekomstige nieuwe normering op dit traject. Aankelijk van de uitkomst wordt besloten of de verkenning wordt voortgezet.
Omgeving De dijk tussen Genemuiden en Hasselt is van grote cultuurhistorische waarde. De dijk maakt daarnaast onderdeel uit van
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 45
Pannerden/Loo
Opgave
Omgeving
Van dijkring 48 aan de oostzijde van het Pannerdensch Kanaal is circa 500 meter afgekeurd op sterkte. Het project Pannerden/ Loo bestaat uit twee trajecten. Het traject bij Pannerden (250 meter) is afgekeurd op macrostabiliteit binnenwaarts, het traject bij Loo (tevens 250 meter) is afgekeurd op piping.
In de directe omgeving zijn de voornaamste betrokkenen de gemeente Rijnwaarden, gemeente Duiven, agrariërs en bewoners die direct aan de dijk wonen.
Situatie De landsgrensoverschrijdende dijkring 48 bestaat in totaal uit circa 98 kilometer waterkering, waarvan 53 kilometer in Nederland en 45 kilometer in Duitsland ligt. Instandhouding van deze dijkring, waar beide afgekeurde dijkvakken onderdeel van uitmaken, is essentieel voor de landelijke waterafvoerverdeling over de Rijntakken. Het dijkvak bij Pannerden ligt direct tegen de bebouwde kom aan, net ten noorden van het regelwerk Pannerden, dat zorgt voor de waterverdeling over Waal en Rijn. Het dijkvak bij Loo ligt in het buitengebied tussen Loo en Westervoort. Beide dijkvakken betreffen ‘groene’ grasdijken en hebben een maximale kerende waterhoogte van ongeveer vier meter.
waterschap rijn en ijssel dijkring 48 rijn en ijssel urgentie 34 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Verkenningsfase Het project bevindt zich momenteel aan het begin van de verkenningsfase, waarbij het waterschap tot de keuze van een voorkeursalternatief gaat komen. Er zijn principiële vragen te beantwoorden. Moeten de dijkvakken in afwijking van de rest van de dijkring voldoen aan de nieuwe veel strengere normering en pipingregels? Of is het acceptabel – gelet op de opgave – dat deze dijkvakken in een later stadium aangepast worden op basis van deze nieuwe inzichten?
Groessen
Loo nn Pa
erd sch en Ka na a
l
Doornenburgsche Buitenpolder
Angeren
Pannerdensche Waard
Pannerden Doornenburg
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 46
Gameren
Opgave Dijkverbetering Gameren bestaat uit circa 300 meter op piping afgekeurde dijkvakken. Er zijn echter diverse ontwikkelingen en inzichten waar rekening mee moet worden gehouden, zoals Ruimte voor de Rivier, nieuwe normen, nieuwe pipingregels en de projectoverstijgende verkenning Piping.
Situatie Het dijktraject Gameren ligt langs de Gamerensche Waarden langs de Waal bij Gameren in de Bommelerwaard, een streek in het zuidwesten van de provincie Gelderland in de gemeente Zaltbommel. De dijkvakken liggen direct langs binnendijkse plassen, een bosperceel en weiland. De dijkvakken zijn in 1995 versterkt, maar bij de toetsing in 2011 is geconstateerd dat onvoldoende kwelweglengte aanwezig is ter plaatse van het binnendijkse water.
waterschap rivierenland
Omgeving dijkring 38 bommelerwaard urgentie 39 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Het project hee een gevoelige omgeving. Enerzijds vanuit het verleden: emotie en onbegrip rondom de soms wel heel kordaat uitgevoerde dijkverbeteringen onder de Noodwet Deltaplan Grote Rivieren na het hoogwater van 1995. Anderzijds speelt
de actualiteit een rol: de regio staat volop in de belangstelling in de Voorkeursstrategie Waal en Merwedes binnen het Deltaprogramma Rivieren, in de structuurvisie WaalWeelde en in diverse lokale/regionale gebiedsprocessen. Met name de voorgestelde dijkteruglegging bij Brakel hee veel aandacht in de voorkeursstrategie. Ook de diverse vergravingen in de uiterwaarden vanuit het programma WaalWeelde hebben een forse impact op het gebied.
Verkenningsfase Het project Gameren bevindt zich in de verkenningsfase en begint met een nadere analyse van het veiligheidsprobleem om te bepalen welke delen van de kering daadwerkelijk moeten worden verbeterd. Er wordt gewerkt aan een Plan van Aanpak, dat daarna ter goedkeuring wordt aangeboden aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Dit dijkvak is ingebracht voor een pilot in het kader van de projectoverstijgende verkenning (POV) Piping. De realisatie kan in één jaar. Voor de verkenning is gezien de POV Piping twee jaar aangehouden. Omdat het project eenvoudig lijkt, is voor planuitwerking één jaar uitgetrokken. In 2014 en 2015 wordt nader onderzocht welke delen van de dijk verbeterd moeten worden om aan de veiligheidsdoelstelling te kunnen voldoen.
Haaen
Wa a Nieuwaal
l Gamerensche Waarden
Gameren
N322
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 47
IJsseldijk Gouda
Opgave Het project betre de noordelijke dijk langs de (open) Hollandsche IJssel in Gouda, tussen de Julianasluis en de Waaiersluis. In dit project worden de meest urgente delen van de IJsseldijk Gouda aangepakt. Deze bestaan uit 1,7 kilometer dijk en twee kunstwerken. De dijk is afgekeurd op hoogte, macrostabiliteit buiten en binnen en stabiliteit bekleding. De sluizen zijn afgekeurd op de sterkte en stabiliteit van de constructie en het grondlichaam en op de betrouwbaarheid van de sluiting.
Situatie De Hollandsche IJssel was oorspronkelijk een zijarm in de Rijndelta. Het huidige tracé van de IJsseldijk is grotendeels oorspronkelijk te noemen. Op en om de IJsseldijk bevinden zich landschappelijke-, natuur- en cultuurmonumentale, archeologische en stedenbouwkundige waarden. In het gebied liggen diverse rijksmonumenten, gemeentelijke monumenten en een archeologisch monument bij de Mallegatsluis.
hoogheemraadschap van rijnland dijkring 14 zuid-holland urgentie 40 deltaprogramma deelprogramma rivieren en rijnmond-drechtsteden
Verkenningsfase Vanwege de urgentie voor stabiliteit is besloten tot een gefaseerde aanpak. Spoor 1 bestaat uit de uitvoering van stabiliteitsmaatregelen in 2016, spoor 2 uit het op hoogte brengen van de kering en het op orde brengen van de sluizen in 2019. Voor spoor 1 wordt in 2015 het voorkeursalternatief vastgesteld en start de planuitwerkingsfase. Voor spoor 2 wordt 2015 gebruikt voor de verkenningsfase.
De dijkverbetering vindt plaats tussen dichtbebouwd stedelijk
Kort Haarlem
Gouda
Kromme Gouwe
Omgeving
gebied en de vaargeul in de Hollandsche IJssel. Het stedelijk gebied is zowel cultuurhistorisch als economisch van belang en de vaargeul loopt dicht langs de dijk. De aanpassing van de hoogte van de dijk en de kunstwerken hee grote gevolgen in de stedelijke omgeving van Gouda. Rijnland wil daarom zorgvuldig vaststellen wat de optimale ontwerphoogte voor de dijk is. De richtlijnen omtrent kunstwerken zijn relatief nieuw. Daarom wordt het veiligheidstekort van de bestaande situatie nader geanalyseerd in een faalkansanalyse. Bij het project zijn gemeente Gouda, provincie Zuid-Holland, Rijkswaterstaat, wijkteams, bedrijven en belangenpartijen voor cultuurhistorie, landschap en archeologie betrokken.
Waaiersluis
N228
Korte Akkeren
Stolwijkersluis Julianasluis
l
N207
Js
se
Hollandsch
eI
terug naar inhoud
Polder Veerstalblok
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 48
Koppelstuk Eemdijk/ Spakenburg
Opgave
Omgeving
De historische Oude Haven van Spakenburg hee over een lengte van 170 meter een hoogtetekort. De aansluitende Westdijk hee een binnenwaarts stabiliteitsprobleem over een lengte van 350 meter.
Het project ligt met de Oude Haven van Spakenburg in een bijzondere omgeving. De Oude Haven is de voormalige Zuiderzeehaven en hee een beschermd dorpsgezicht. De gemeente Bunschoten en de direct belanghebbenden rondom de haven zijn daarom vanaf de start zeer nauw betrokken bij het project. Dat hee geleid tot een gedragen oplossing, die zo goed mogelijk aansluit bij het behoud van de bestaande bijzondere waarden in de omgeving.
Situatie De twee trajecten liggen beide in de gemeente Bunschoten en hebben een eigen karakter. De Oude Haven kent een zeer waardevol historische karakter en hee een belangrijke economische en recreatieve functie voor het dorp. Een vaste constructie tast deze waarden te veel aan. Daarom is gekozen voor een innovatieve oplossing voor het hoogteprobleem: een flexibele kering, verzonken in de bestaande kademuur. De maatgevende situatie bestaat uit een zware noordwesterstorm, die in slechts enkele uren het water hoog op kan stuwen. Hierdoor is het een grote uitdaging om deze waterkering met deze lengte op tijd gesloten te krijgen en zijn traditionele oplossingen niet toereikend. De Westdijk is een voormalige Zuiderzeedijk. Het te verbeteren traject ligt aan de rand van het dorp in een open landelijk gebied. De verbetermaatregel bestaat uit het aanbrengen van een binnenwaartse stabiliteitsberm.
waterschap vallei en veluwe dijkring 45 gelderse vallei urgentie 60 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
Realisatiefase Het project bevindt zich in de planuitwerking en contractvoorbereidingsfase. Het is een koppelstuk met het HWBP-2 project Dijkverbetering Zuidelijke Randmeren en Eem, waarin 22 kilometer dijk wordt verbeterd. Voor het project Eemdijk/ Spakenburg is reeds een projectplan met bijbehorende uitvoeringsbesluiten goedgekeurd en in de eerste hel 2015 zal het project worden aanbesteed. In het najaar van 2015 wordt gestart met de uitvoering. Gezien het innovatieve karakter van de oplossing in Spakenburg en de complexe omgeving is gekozen voor een prestatiecontract (UAV-GC).
Maatpolder
Eem
Ni
jke
rkernauw
Spakenburg
Bikkerspolder
Polder de Haar A1
Baarn
Polder Zeldert N199
Amersfoort
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 49
Eemshaven - Delfzijl
Opgave
Omgeving
Het traject Eemshaven - Delfzijl beslaat 11,5 kilometer kering die afgekeurd is op macrostabiliteit binnenwaarts en bekleding (gras, steen en koperslak). De opgave voor macrostabiliteit is vergroot door de verwachte aardbevingen als gevolg van de gaswinning in Groningen. Mogelijk wordt ook de opgave voor hoogte vergroot door verweking als gevolg van de trillingen. Dit laatste wordt nader onderzocht in de verkenning.
Er zijn veel stakeholders betrokken bij dit project. De gemeenten en provincie werken mee om de structuurvisies en de voorkeurstrategie van het Deltaprogramma Waddengebied uit te werken tot een breed bestuurlijk gedragen voorkeursalternatief, waarin meekoppelkansen worden meegenomen. Deze kansen liggen vooral in gebiedsontwikkeling binnendijks en in een multifunctionele dijk. De aandacht gaat uit naar gasleidingen onder en naast de dijk en het Natura 2000-gebied Waddenzee aan de teen van de dijk.
Situatie
waterschap noorderzijlvest dijkring 6 fryslân en groningen urgentie 15 deltaprogramma deelprogramma waddengebied
De kering grenst aan het haventerrein bij de Eemshaven. Hier zijn ideeën voor windturbines op de Oostpoderdijk. Tussen Eemshaven en Delfzijl liggen bunkers, huizen, een kruisende gasleiding en een HOWA-leiding (afvalwaterleiding HoogkerkWaddenzee) dicht tegen de kering aan. Bij Delfzijl ligt buitendijks het Eemshotel met parkeerplaats en oprit op de kering. Het laatste stukje kering is onderdeel van het plan Marconi met het idee om de kering te verleggen, zodat er een verbinding tussen de stadskern en het strand onstaat.
Planuitwerkingsfase De verkenning van dit project is deels onderdeel van de projectoverstijgende verkenning Waddenzeedijken en wordt eind 2014 afgerond met een bestuurlijk gedragen voorkeursalternatief. In 2015 volgt de planuitwerking en in 2016 de realisatie. De voorkeursstrategie en kansen voortkomend uit het Deltaprogramma Waddengebied worden meegenomen in de keuze voor het voorkeursalternatief.
Eemshaven
Duitsland
N46
st Oo frie
sch eG
aa t
N39
je
Spijk
Polder Vierburen
Reiderplaat N33
Holwierde
Delfzijl
50 terug Hoogwaterbeschermingsprogramma naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 50
Landelijke verkenning Zeingsvloeiing
Opgave
Omgeving
In de Verlengde Derde Toetsing primaire waterkeringen zijn diverse dijkvakken langs Oude Maas, Spui, Haringvliet en Grevelingen met een totale lengte van 6.650 meter afgekeurd op zeingsvloeiing. Dit faalmechanisme wordt veroorzaakt door voortgaande erosie, waardoor diepe gaten met steile taluds in de rivierbodem kunnen ontstaan. Op plaatsen met weinig voorland en voortgaande erosie langs de oevers kan hierdoor de stabiliteit van de waterkering in gevaar komen.
Bij de verkenning zijn verschillende waterschappen, Rijkswaterstaat en kennisinstellingen betrokken. Aan het project is een landelijke verkenning gekoppeld, met als doel om de kennis over zeingsvloeiing op niveau te brengen. Deze kennis wordt gebruikt om de landelijke verkenning Zeingvloeiing op te starten, en om een nieuwe afweging te kunnen maken over de programmering en ranking. Daarbij worden de resultaten vanuit de landelijke verkenning direct in de praktijk bij projecten van het Hoogwaterbeschermingsprogramma toegepast.
Situatie De afgekeurde dijkvakken liggen langs de Oude Maas, ter hoogte van Hoogvliet en Spijkenisse, in het Haringvliet, bij Middelharnis, en in de Grevelingen, nabij Ouddorp. Onduidelijk is momenteel wat de oorzaak is van het fenomeen zeingsvloeiing: worden de condities voor zeingsvloeiing door vaargeulbeheer geschapen, is de keringbeheerder voornamelijk aan zet om mogelijk optreden van zeingsvloeiing vanuit regulier beheer te voorkomen of hoort dit fenomeen terecht thuis in het HWBP-programma? Daarbij speelt een beleidsmatige vraag of monitoring (van de taluds) en beheer een adequate oplossing is voor de afgetoetste dijkvakken. Deze beleidsvraagstukken worden in de landelijke verkenning opgepakt.
waterschap hollandse delta dijkring 17, 20 en 25 urgentie 38 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Maasvlakte
Ni N15
eu
we
Maassluis
W ate
r
Ra
we
kv
Oostvoorne
an e Sch
Brielle
elh oe k
Verkenningsfase Na een second opinion door Deltares zijn enkele trajecten als urgent tot zeer urgent aangemerkt. Dit vormde de basis om in augustus 2013 op enkele plekken noodmaatregelen uit te voeren. De landelijke verkenning wordt in 2015 uitgevoerd, zodat de resultaten daarvan meegenomen kunnen worden in de volgende programmering. Deze landelijke verkenning wordt gefinancierd door het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
A20
Vlaardingen
g
A15
Ro•erdam
Voorne
N57
Hellevoetsluis
Spijkenisse
Goeree Ouddorp
Ha ring vlie
Putten
t
Middelharnis
Tiengemeten
Gr
Overflakkee
ev
eli
Schouwen
ng
enm
Zierikzee
terug naar inhoud
eer
N59
Kram me r
Vo l k e r a k
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 51
Burghsluis - Schelphoek
Opgave
Verkenningsfase
Het dijktracé op Schouwen langs de Oosterschelde tussen Burghsluis en Schelphoek (de Koudekerksche inlaag) is voor vijf deeltrajecten, met een totale lengte van 1200 meter, afgekeurd op piping en binnenwaartse stabiliteit. Verder is de bekleding op het hele traject afgekeurd. Binnen de scope van het project ‘Herstel gezee steenbekledingen’ is de afgekeurde bekleding in 2014 versterkt.
Als eerste stap van de verkenningsfase is een nadere precisering van het veiligheidsprobleem uitgevoerd. De noodzaak van de maatregel is in 2012/2013 voor vier van de vijf deeltrajecten herbevestigd. In de haven Burghsluis bleek geen maatregel nodig te zijn, omdat het werkelijke stijghoogteverloop gunstiger is dan bij de toetsing in 2010 kon worden aangenomen. Voor de andere trajecten is een vervolgstudie nodig om het dikteverloop van de deklaag en de respons van de waterstand in het achterland vast te stellen. In het najaar 2014 wordt dit onderzoek afgerond, zodat eind 2014 de omvang van de problematiek definitief kan worden bepaald. Vervolgens wordt verkend of de trajecten geschikt zijn om alternatieve pipingmaatregelen toe te passen, als onderdeel van de projectoverstijgende verkenning Piping. De uitvoering is gepland in 2016.
Situatie Bij de ramp in 1953 is op dit traject alleen de dijk in de haven van Burghsluis en van de achterliggende polder doorgebroken. Bij het herstel is de dijk verlegd en de haven vergroot. Aan de binnenzijde van de dijk bevindt zich de Plompe Toren, een restant van de voormalig aanwezige kerk van het verdronken dorp Koudekerke.
waterschap scheldestromen
Omgeving dijkring 26 schouwen duiveland urgentie 45 deltaprogramma deelprogramma zuidwestelijke delta
Bij dit project is Natuurmonumenten betrokken als pachter van de achterliggende inlaag. Deze inlaag is een Natura 2000-gebied. De dijk, de achterliggende inlaag en inlaagdijk zijn in eigendom bij het waterschap en worden verpacht aan Natuurmonumenten.
N57
Schouwen
Ko
ud
eke
rk
e sch
Inl
aa
g
Schelphoek
Burghsluis
O
t os
er
s
e ch
ld
e
Roggenplaat
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 52
Flaauwershaven/ Borrendamme
Opgave Het dijktracé op Schouwen langs de Oosterschelde bij Flaauwershaven en bij Borrendamme is op twee deeltrajecten afgekeurd over een lengte van 600 meter. Bij Flaauwershaven is de waterkering afgekeurd op piping. Bij Borrendamme (Boerderij de Ruyter) is de kering deels afgekeurd op buitenwaartse stabiliteit en deels op binnenwaartse stabiliteit. Verder is de bekleding op het hele traject afgekeurd. Binnen het project ‘Herstel gezee steenbekledingen’ is in 2013 bij Borrendamme de bekleding verbeterd, rekening houdend met een toekomstige aanleg van een buitenberm.
Situatie Bij de ramp in 1953 zijn op dit traject geen doorbraken geweest. Bij Borrendamme hee een boerderij gestaan, die in 2008 is afgebrand. De leegstaande boerderij is verder gesloopt. Alleen de fundamenten van de boerderij zijn nog deels aanwezig.
waterschap scheldestromen dijkring 26 schouwen duiveland urgentie 49 deltaprogramma deelprogramma zuidwestelijke delta
Omgeving
Dienst Landelijk Gebied (DLG) en Natuurmonumenten. Bij Flaauwershaven is mogelijk ook een particuliere grondeigenaar betrokken.
Verkenningsfase Als eerste stap van de verkenningsfase wordt een nadere precisering van het veiligheidsprobleem uitgevoerd. In de verkenningsfase wordt verder onderzoek uitgevoerd om de noodzaak te verifiëren en de omvang van de maatregelen te preciseren. Bij Borrendamme is op basis van eerder onderzoek de noodzaak voor het treffen van maatregelen herbevestigd. Het werkelijke stijghoogteverloop is ongunstiger dan de aannames waarop de aeur bij de toetsing in 2010 is gebaseerd. Op basis van een bijgestelde planning wordt de analyse bij Flaauwershaven in het eerste kwartaal 2015 afgerond. Vervolgens wordt verkend of deze locatie geschikt is om alternatieve pipingmaatregelen toe te passen, als onderdeel van de projectoverstijgende verkenning Piping. De uitvoering is gepland in 2016.
Bij Borrendamme en Flaauwershaven is Natuurmonumenten betrokken als eigenaar van de gronden. Een deel van de benodigde grond bij Borrendamme zal worden gekocht van
Schouwen - Duiveland Wevers inlaag
Mosselbank Roggenplaat N59
Oo
st
er
sc
he
Zierikzee
ld
e terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 53
Apeldoorns Kanaal
Opgave De primaire kering langs het vijfde en zesde pand van het Apeldoorns Kanaal is in de derde toetsronde afgekeurd op piping en heave (onvoldoende sterke damwand). De opgave bestaat uit het verbeteren van totaal circa 2.500 meter waterkering.
Situatie
worden met deze projecten. Dit betekent minder overlast voor de bewoners en efficiencyvoordeel. Ook de provincie hee hier veel belang bij.
Verkenningsfase In 2014 wordt de verkenningsfase doorlopen, begin 2015 de planuitwerking en de uitvoering is gepland voor de tweede hel van 2015.
Het kanaalgedeelte tussen het vijfde en zesde pand van het Apeldoorns Kanaal ligt in de gemeenten Heerde en Haem, nabij het buurtschap Hezenberg.
Omgeving Het gebied van de waterkering valt binnen de Veluwekroon: een samenwerking tussen Rijkswaterstaat, provincie Gelderland, gemeenten Heerde en Haem en het waterschap. Een van de prioritaire projecten is ‘Samenwerken aan een mooi, schoon en veilig Apeldoorns Kanaal’. Vooral in 2014 en 2015 worden hiervoor werkzaamheden uitgevoerd, zoals de sanering van het vijfde pand, herinrichting van het vijfde en zesde pand en het beweegbaar maken van bruggen. Er wordt onderzocht of de werkzaamheden voor de waterkering gecombineerd kunnen
waterschap vallei en veluwe dijkring 52 oost-veluwe urgentie 51 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Zwolle IJs
sel
Ha•em
A50
Hoenwaard
Ve l u he W eter
pe
ing
ldoorns kanaal
wsc
Wapenveld-Noord
A
Wapenveld
Hoogwaterbeschermingsprogramma terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 54
Zuid-Beveland West, Westerschelde
Opgave Het dijktracé op Zuid-Beveland West langs de Westerschelde tussen Hansweert en Borssele is voor elf deeltrajecten over een totale lengte van 2.200 meter afgekeurd op binnenwaartse stabiliteit. Daarnaast is de dijk op één deeltraject ook afgekeurd op voorland.
Situatie In 1953 is hier slechts één dijkdoorbraak ontstaan, direct grenzend aan één deeltraject (bij de hoek van Baarland). In de periode 2011-2012 is op het betreffende deeltraject bestorting aangebracht en resteert alleen nog de aeuring op binnenwaartse stabiliteit.
Verder worden gemeenten en de direct belanghebbenden betrokken bij de planuitwerking.
Verkenningsfase Als eerste stap van de verkenningsfase wordt een nadere precisering van het veiligheidsprobleem uitgevoerd. Voor de Derde Toetsing in 2010 zijn op meerdere locaties binnen en nabij de afgekeurde trajecten peilbuismetingen uitgevoerd, bedoeld om een gebiedsbenadering voor het mechanisme piping en stabiliteit te kunnen toepassen. Het onderzoek zal voor eind 2014 worden afgerond, zodat in het eerste halaar van 2015 de omvang van het veiligheidsprobleem definitief kan worden vastgesteld. De uitvoering is in 2017 gepland.
Omgeving waterschap scheldestromen dijkring 30 zuid-beveland west urgentie 52 deltaprogramma deelprogramma zuidwestelijke delta A256
Voor de meeste deeltrajecten betre het achterland een agrarisch gebied. Bij een enkel deeltraject ligt er een camping direct achter de dijk. In Hansweert bevindt zich vlak achter de dijk een woonwijk en bij één deeltraject ligt er een inlaag achter de dijk. De voorbereiding en realisatie worden in samenwerking met het projectbureau Zeeweringen (samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en waterschap) uitgevoerd.
Goes Kapelle A58
N62
Heinkenszand ’s-Gravenpolder
Zuid-Beveland
N62
Westerschelde
Kloosterzande
Terneuzen
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 55
Emanuelpolder
Opgave Het volledige dijktracé op Zuid-Beveland Oost langs de Westerschelde bij de Emanuelpolder is over een lengte van 2.600 meter afgekeurd. Van de dijk achter het schor bij de Emanuelpolder is de grasbekleding afgekeurd in de gollapzone. Bij de toetsing is het oordeel gebaseerd op een nieterosiebestendige kleilaag.
omgeving. De voorbereiding en realisatie worden in samenwerking met het projectbureau Zeeweringen (samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en waterschap) uitgevoerd. Vanwege de hoge natuurwaarden van het schor bestaat er in de omgeving een sterke voorkeur voor realisatie van de verzwaring zonder ruimtelijke consequenties,
Planuitwerkingsfase Situatie Bij de ramp in 1953 zijn op dit traject geen doorbraken geweest. Tussen 1970 en 1985 hee een zeewaartse dijkverzwaring plaatsgevonden. Verder hebben het slik en schor zich uitgebreid tot 1970. Hierna is het schor deels weer in breedte afgenomen. Ter plaatse resteert nog een schorbreedte van 200 à 400 meter. Om verdere schorafname tegen te gaan zijn in 1995 twee strekdammen op het schor aangebracht.
waterschap scheldestromen
Omgeving dijkring 31 zuid-beveland oost urgentie 57 deltaprogramma deelprogramma zuidwestelijke delta
Naast het waterschap zijn ook Staatsbosbeheer en een particuliere eigenaar betrokken als beheerder van het schor bij de Emanuelpolder. Verwacht wordt dat alleen tijdens de realisatie van het werk sprake is van enige impact op de
Het ontwerp met voorkeursvariant is uitgewerkt. Om de natuurwaarden van de schorren te behouden, is gekozen voor een volledige erosiebestendige kleidijk aan de buitenzijde en op de kruin. Door het gekozen versterkingsprofiel, het versteilen van het buitentalud met enige kruinverhoging, voldoet de dijk ook op hoogte aan de ontwerpomstandigheden over vijig jaar. De review van het ontwerp vond plaats in mei 2014. De benodigde vergunningen en de goedkeuring projectplan Waterwet zijn verleend in augustus 2014. Hiermee zijn alle benodigde stukken beschikbaar en wordt een subsidieaanvraag bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma ingediend voor de realisatiefase, die in 2015 gepland is. Dit werk wordt gecombineerd met de Pieterspolder in de Oosterschelde van het projectbureau Zeeweringen.
Roelshoek
Krabbendijke
Z u id-Bevela nd Waarde
A58
Gawege
Emanuelpolder
W
es
te
rs
ch
eld
e Platen van Valkenisse
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 56
Inlaag Zuidhoek/ Bruinisse
Opgave
Omgeving
Van de dijken op Schouwen langs de Oosterschelde voldoen drie dijktracés niet aan de normen. Eén traject bij Zierikzee, inlaag Zuidhoek, voldoet niet aan de eisen voor piping. Twee trajecten bij Bruinisse voldoen niet aan de eisen voor binnenwaartse macrostabiliteit. Over een grotere lengte zijn tekorten aan de harde bekleding.
De inlaag Zuidhoek is in eigendom bij het waterschap. Daarnaast is Natuurmonumenten betrokken als beheerder. Bij Bruinisse ligt de dijk in een stedelijk gebied; de gemeente Schouwen-Duiveland wordt direct betrokken bij het uitwerken van versterkingsmaatregelen.
Verkenningsfase Situatie
waterschap scheldestromen dijkring 26 schouwen-duiveland urgentie 58 deltaprogramma deelprogramma zuidwestelijke delta
Het project betre drie afgekeurde deeltrajecten met een totale lengte van 900 meter. Bij inlaag Zuidhoek is één deeltraject van 600 meter afgekeurd op piping. Bij Bruinisse zijn twee deeltrajecten (200 en 100 meter) afgekeurd op binnenwaartse stabiliteit. Op basis van vervolgonderzoek zijn deze twee deeltrajecten bij Bruinisse vooralsnog goedgekeurd. Gezien de geografische kenmerken van de inlaag Zuidhoek bedraagt de maximale lengte van de verbeteringsmaatregel ten aanzien van piping 950 meter. In het kader van het project Zeeweringen (samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en waterschap) wordt de bekleding op dit traject in 2015 versterkt.
In het vervolg op de toetsing 2010 is als eerste stap van de verkenningsfase in 2011/2012 verder onderzoek uitgevoerd om de noodzaak te verifiëren en de omvang van de maatregelen te preciseren. Uit de analyse bij de inlaag Zuidhoek is gebleken dat precisering van de deklaagdikte en de respons van de waterstand aan de binnenzijde van de dijk nodig is om tot planuitwerking te kunnen over te gaan. Dit onderzoek wordt eind 2014 afgerond. Hierdoor is het niet meer mogelijk om de pipingmaatregel te combineren met de verbetering van de bekleding. De uitvoering is in 2016 gepland. Verder zal worden nagegaan of deze locatie geschikt is om alternatieve pipingmaatregelen toe te passen. Dit is onderdeel van de projectoverstijgende verkenning Piping.
Ove r flak ke e
Brouwershaven
Gr
Herkingen
ev
el
in
ge
n
Duiveland
Bruinisse Nieuwerkerk
Zierikzee
Oosterland
N59
N256
O
s Ma
o
st
er
sc
tg
at
Sint Annaland
h
el de
Tholen
Stavenisse N286
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 57
Alexanderhaven
Opgave
Omgeving
De waterkering rond de Alexanderhaven te Roermond hee in de derde toetsronde een negatief veiligheidsoordeel gekregen. Over een lengte van 1.700 meter zijn maatregelen nodig om dit gedeelte van dijkring 76 weer aan de veiligheidsnorm te laten voldoen. De waterkering is afgekeurd vanwege een hoogtetekort.
In het gebied van de dijkversterking is een grootschalige gebiedsontwikkeling gaande: Masterplan Jazz City. De projectontwikkelaar en de gemeente Roermond – voor wie de gebiedsontwikkeling invulling gee aan de visie op ruimtelijke en economische ontwikkeling – zijn belangrijke stakeholders, net als de diverse bedrijven die aan het later aan te pakken deeltraject liggen. Daarnaast zijn ook Rijkswaterstaat, het Design Outlet Center, de brandweer en de provincie Limburg betrokken.
Situatie
waterschap roer en overmaas
Realisatiefase Het project is opgesplitst in een drietal gedeeltes, waarvan het eerste deel – de kademuur bij Roermond bij het in aanbouw zijnde indoor-pretpark Yumble – in 2014 wordt gerealiseerd. Het tweede deel – een grondlichaam bij Design Outlet Center – zal in 2015 worden gerealiseerd. De uitvoering van het laatste deel vindt plaats in 2017/2018.
La t era
alk ana a
l
dijkring 76 roermond deltaprogramma deelprogramma rivieren
De waterkering bestaat uit een kademuur die direct aan het water ligt. De gebiedsontwikkeling die hier plaatsvindt biedt kansen om het tracé van de waterkering te verplaatsen naar een locatie die betere mogelijkheden biedt voor een goede inpassing van de kering in de omgeving en voor besparing van de totale maatschappelijke kosten. De uitdaging is aangegaan om in overleg met alle stakeholders de kansen voor win-winsituaties zo goed mogelijk te benuen. De tweede uitdaging was om in dit stedelijke gebied tot een ontwerp te komen dat voldoende flexibel, uitbreidbaar of robuust is, zodat ook in de toekomst aan de weelijke veiligheidsnormen voldaan kan worden. Dit met het oog op verwachte toekomstige ontwikkelingen, zoals klimaatverandering en verhoging van de veiligheidsnormen.
Polak Leeuwen
Donk
Maas
Noorderplas
Willem-Alexander
N280
Roermond
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 58
Dalfsen
Opgave
waterschap groot salland
Bij Dalfsen langs de Overijsselse Vecht is de waterkering over een totale lengte van circa 520 meter afgekeurd. De kering inclusief kunstwerk voldoet niet meer aan de eisen voor de hoogte.
het gebied, zoals de Wie Villa, de voormalige Cichorei fabriek, de molen en monumentale bomen direct langs de waterkering blijven behouden. Het ontwerp van de verbetermaatregel voor de waterkering is in samenwerking met de gemeente tot stand gekomen.
Situatie
Realisatiefase
Waterfront Dalfsen is het gebied ten westen van de brug dat ligt tussen het centrum van het dorp en de Vecht. De huidige waterkering (damwand) wordt daar over een lengte van circa 200 meter vervangen door een hogere damwand, die op dezelfde locatie wordt teruggeplaatst. Deze verbetermaatregel voor het westelijke deel wordt vooruitlopend op de programmering van de totale opgave van het project Dalfsen uitgevoerd.
De realisatiefase is in mei 2014 gestart met de aanbestedingsprocedure. Aansluitend is een omgevingsvergunning aangevraagd en is het projectplan Waterwet ter goedkeuring aangeboden aan de provincie Overijssel. In september 2014 is na definitieve gunning daadwerkelijk de schop in de grond gegaan. Verwacht wordt dat alle werkzaamheden aan de kering in de loop van 2015 worden afgerond. Voor de uitvoering van de verkennings-, planuitwerkings- en realisatiefase (gebundeld) is in juni 2014 een beschikking afgegeven. De start van het oostelijke deel van het project is voorzien vanaf 2021.
Omgeving
dijkring 9 vollenhove urgentie 67 deltaprogramma deelprogramma rivieren en deelprogramma ijsselmeergebied
De kering wordt geïntegreerd in de gebiedsontwikkeling Waterfront Dalfsen waarin het oude gemeentehuis en de Eshuis fabriek worden vervangen door woningen, appartementen, horeca en winkels. Tevens zal de gemeente een promenade langs het water realiseren. Karakteristieke elementen binnen
Ooster-Dalfsen
Dalfsen
Ov
er
jss
Rondweg
i
els
che
Ve c
Veerland
ht
N757
Millingen
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 59
Randmeerdijk Noordoostpolder en Zwartemeerdijk
Opgave De Randmeerdijk langs het Vollenhoverkanaal, Vollenhovermeer en Kadoelermeer voldoet over de totale lengte van 10,6 kilometer niet aan de eisen voor de steenbekleding. Ook de Zwartemeerdijk langs het Zwartemeer is over de totale lengte van 11,2 kilometer afgekeurd op de steenbekleding. De steenbekleding ligt rechtstreeks op de klei of keileem, waarbij het ontbreekt aan een filterconstructie of geotextiel onder de bekleding. Ook zes waterkerende constructies in de Randmeerdijk zijn afgekeurd.
Situatie De Randmeerdijk Noordoostpolder en Zwartemeerdijk zijn de dijken van de Noordoostpolder tussen de balgstuw bij Ramspol en Blokzijl bij de aansluiting met dijkring 9. Hoogwaterstanden worden veroorzaakt door opstuwing en de afvoer van de Vecht.
waterschap zuiderzeeland
Omgeving dijkring 7 noordoostpolder urgentie 71 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
De omgeving is medio 2013 met een publicatie geïnformeerd over de lopende onderzoeken. De uitkomsten zijn in het voorjaar van 2014 op bestuurlijk niveau bekendgemaakt. Een aanvullend dijkonderzoek naar piping voor drie kilometer kering en
voor zes waterkerende constructies zal eind 2014 tot afronding komen en met de omgeving worden besproken.
Verkenningsfase In het kader van de verkenningsfase zijn in 2013 twee nadere onderzoeken uitgevoerd om de omvang van het veiligheidsprobleem definitief vast te stellen. Het onderzoek voor de Zwartemeerdijk bestond uit een geavanceerde faalkansberekening, waarin behalve de sterkte van de steenzeing ook de reststerkte van de daaronder gelegen klei-/keileemlaag en de zandkern is verdisconteerd. Inmiddels is de nadere veiligheidsanalyse in de startfase van de verkenning afgerond. Voor de Zwartemeerdijk geldt dat versterking niet nodig is. Bij de Randmeerdijk hee de nadere veiligheidsanalyse de versterkingsopgave vanuit steenbekleding doen vervallen. De klinkers liggen nog strak onder profiel en liggen volledig aangesloten op de onderlaag, waarbij nergens ruimte dan wel sporen van materiaaluitspoeling onder de klinkerbekleding is aangetroffen. Wel loopt een verdere verkenning naar piping nog tot eind 2014.
Giethoornsche Meer Blokzijl N333
N331
Noordoostpolder
Vollenhover Meer
N762
Sint Jansklooster
Vollenhove
N331
Kado
e le r m
eer
Zwarte Meer
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 60
Geertruidenberg/ Amertak
Opgave
Omgeving
In totaal is 7.520 meter waterkering afgekeurd. Hiervan is 1.015 meter op het faalmechanisme hoogte, 6.305 meter op stabiliteit bekleding en 3.132 meter op niet-waterkerende objecten afgekeurd.
Belangrijke partijen in dit project zijn: • provincie Noord Brabant (gecoördineerde waterwet procedure, betrokken bij afweging keersluizen); • gemeenten Geertruidenberg, Oosterhout en Drimmelen; • beheerder Amercentrale (toegang haven); • bewoners Geertruidenberg (met name Ambrosius Rosendaelstraat en Jonkheer Jan Schooffstraat); • Rijkswaterstaat (beheerder van het vaarwegprofiel van de Amertak); • ondernemers langs de waterkering in Raamsdonksveer; • tuinders en agrariërs langs de waterkering in Made en Drimmelen.
Situatie Het project is gesitueerd rondom de stad Geertruidenberg, langs de Donge en de Amertak. In de verkenningsfase wordt een aantal ruimtelijke varianten afgewogen. Twee in het oog springende varianten zijn de aanleg van twee keersluizen in de Amertak en de Donge, met nog een restopgave voor de dijkversterking en de aanleg van een nieuwe waterkering, waarbij er minder kilometer waterkering hoe te worden versterkt.
Verkenningsfase De verkenningsfase start op 1 januari 2015 op basis van voorfinanciering.
waterschap brabantse delta
Bergsch
Sp
Biesbosch
ijke
rboor
dijkring 34 west-brabant, 34a urgentie 72 deltaprogramma deltaprogramma rivieren
Geertruidenberg
e Maas
Do ng e
Drimmelen
Amerta No
k orde
Made
rgat
Raamsdonksveer
A27
A59
Oosterhout
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 61
Randmeerdijk Flevopolder
Opgave
Omgeving
De steenbekleding van de Randmeerdijk in dijkring 8 (19,53 kilometer) is in de derde toetsronde afgekeurd op het faalmechanisme materiaaluitspoeling. De steenbekleding ligt rechtstreeks op de klei en er ontbreekt een filter dan wel geotextiel onder de bekleding. Behalve de afgekeurde steenbekleding is de Randmeerdijk over een lengte van ongeveer 4,2 kilometer afgekeurd op hoogte en over een lengte van ongeveer 5 kilometer afgekeurd op piping.
De omgeving is medio 2013 middels een publicatie geïnformeerd over de lopende onderzoeken. De uitkomsten van de onderzoeken naar de aanwezige steenbekleding zijn in het voorjaar van 2014 op bestuurlijk niveau bekend gemaakt. Een geavanceerd onderzoek naar piping voor 4,9 kilometer kering zal eind 2014 tot afronding komen en met de omgeving worden besproken.
Situatie
waterschap zuiderzeeland dijkring 8 flevoland urgentie 81 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
Het project Randmeerdijk Flevopolder bestaat uit keringen gelegen aan het Veluwemeer, het toekomstige Reevediep en Drontermeer. In de toekomst zal met de realisatie van de bypass Kampen (Reevediep) en de Reevesluis ook de IJssel een rol gaan spelen voor de keringen langs het Reevediep. Hierdoor moet de dijk aan het Reevediep op termijn aangepast worden op de nieuwe situatie. De start verkenningsfase richt zich aanvankelijk op de nadere veiligheidsanalyse van de verkenning om de versterkingsopgave te bepalen.
Verkenningsfase In het kader van de verkenningsfase is in 2013 nader onderzoek uitgevoerd naar de afgekeurde steenbekleding. Voor de dijkvakken die op hoogte of op piping zijn afgekeurd wordt in 2014 binnen de verkenningsfase nader onderzoek uitgevoerd. De nadere veiligheidsanalyse hee aangetoond dat de klinkers nog strak onder profiel liggen en volledig zijn aangesloten op de onderlaag, waarbij nergens ruimte dan wel sporen van materiaaluitspoeling onder de klinkerbekleding is aangetroffen. Hiermee is het gedetailleerde beheerdersoordeel ‘goed’ toegekend. Voor de dijkvakken die op hoogte of op piping zijn afgekeurd, wordt in 2014 een nadere analyse uitgevoerd van het veiligheidsprobleem. Deze verkenning naar piping loopt nog tot eind 2014.
N307
Dronten A6 N308
N309
Flevoland
N305
N302
Ve
lu
m we
eer
A28 N310
Nunspeet
Harderwijk N303
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 62
Delflandse Dijken (Delfland 1 en 2)
Opgave
Verkenningsfase
De Delflandse Dijken zijn over een totale lengte van circa 1.050 meter afgekeurd op stabiliteit voorland, ofwel afschuiving. Het gaat om twee dijkvakken in de bebouwde kernen van respectievelijk Roerdam (circa 1.000 meter, afgekeurd op steenbekleding en Schiedam (circa 50 meter), afgekeurd op stabiliteit voorland/afschuiving).
De twee dijkvakken zijn in het kader van de projectvoorbereiding aan een nadere analyse onderworpen. Op basis daarvan zou het dijkvak in Roerdam in principe alsnog goedgekeurd kunnen worden. Wat rest is het dijkvak aan de Spuihaven te Schiedam. Hoogheemraadschap van Delfland is van plan dit project voor te financieren, zodat alle primaire keringen in haar beheersgebied voldoen aan de vigerende normen. Er is een voorkeursalternatief vastgesteld door het algemeen bestuur van Delfland. Na de review zal de betreffende variant de reguliere procedures doorlopen (beschikkingsaanvraag, MER-beoordeling, projectplan, omgevingsvergunning etc.) waarna het project aanbesteed en gerealiseerd wordt.
Situatie Het dijkvak in de gemeente Roerdam ligt aan de Merwehaven. Het dijkvak in Schiedam aan de Spuihaven, direct naast een jachthaven. De omgeving is stedelijk: in de nabijheid zijn flats en is een openbare weg aanwezig.
Omgeving hoogheemraadschap van delfland dijkring 14 urgentie 103 en 110 deltaprogramma deelprogramma rijnmond-drechtsteden
terug naar inhoud
De aanwezigheid van de jachthaven, openbare weg, en bewoning vraagt om tijdige communicatie met betrokkenen en aandacht voor ruimtelijke inpassing van de maatregelen, met name ten aanzien van de jachthaven. Meekoppelkansen zijn niet aan de orde.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 63
Wieringer Zeewering
Opgave
Verkenningsfase
De Wieringer Zeewering voldoet over een totale lengte van circa 10,6 kilometer niet aan de veiligheidseisen. De gehele waterkering is afgekeurd op microstabiliteit. Circa 2,5 kilometer is daarnaast ook afgekeurd op steenbekleding.
De verkenningsfase start in 2015. De verkenning richt zich voornamelijk op het vaststellen van de veiligheidsopgave. Er wordt nader onderzoek uitgevoerd naar microstabiliteit om vast stellen of verdere maatregelen over de gehele lengte van de waterkering noodzakelijk zijn. Daarnaast worden de veiligheidsopgave en noodzaak van versterking vastgesteld met betrekking tot de afgekeurde steenbekleding. Indien versterking noodzakelijk blijkt, wordt een voorkeursalternatief ontwikkeld.
Situatie Het traject loopt vanaf het Amstelmeer tot aan Den Oever. Hier sluit de waterkering aan op de dijkversterking voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma: Den Oever. De waterkering wordt grotendeels direct belast vanuit de Waddenzee. Over korte stukken waterkering is er sprake van een voorlandkering. Het achterland is de polder Wieringen.
Omgeving hoogheemraadschap hollands noorderkwartier dijkring 13 noord-holland urgentie 106 deltaprogramma deelprogramma waddengebied
Wie
Het voorland is de Waddenzee, een gebied met een hoge natuurwaarde. Het achterland is voornamelijk van landelijke aard. Grotere dorpen langs de waterkering zijn Hippolytushoef en Den Oever. Daarnaast is er een aantal kleine dorpen.
rbalg
Am
ste
ld
iep
Waddenzee Breehorn
Den Oever
Wieringen Balgzand
Hippolytushoef
Am
eer
kan
aal
art
N99
m stel
A7
terug naar inhoud
nO De
N240
Amstelmeer
eve
rsc
he
Va
Westerland
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 64
Jannezand
Opgave
Omgeving
De waterkering Jannezand voldoet over twee kilometer niet aan de eisen van hoogte, binnenwaartse macrostabiliteit en piping. Het dijkvak maakt onderdeel uit van de oostelijke Steurgatdijk in de Oostwaard tussen Werkendam en Hank.
Aan de binnenzijde van de dijk liggen hoofdzakelijk agrarische gronden en aan de buitenzijde grenst de dijk aan Natura 2000-gebied De Biesbosch. Op de kruin van de dijk komt een verhard onderhoudspad, dat ook toegankelijk wordt voor fietsers. De belangrijkste stakeholders waarmee intensief wordt overlegd zijn de gemeente Werkendam, provincie NoordBrabant, de Historische Vereniging Werkendam, Archiering Hank en de agrarische ondernemers en grondeigenaren.
Situatie Het Steurgat is één van de bredere wateren in de Biesbosch en staat in directe verbinding met de Bergsche Maas. De Biesbosch is ontstaan na de Elisabethvloed (1421). De Oostwaard bestond uit verschillende polders doorsneden door drie kreken (killen), die waren afgeschermd door polderkades. Deze polders overstroomden bij hoge waterstanden. In de jaren tachtig van de vorige eeuw is de huidige waterkering aangelegd. De polderkades zijn toen met elkaar verbonden, waardoor de kreken tussen de polders zijn ingedamd. Deze kreken zijn nog zichtbaar in het landschap in de vorm van de Bruine Kil, Bakkerskil en Oostkil en zijn door inlaten en gemalen met het Steurgat verbonden. De nabijgelegen Biesbosch is beschermd natuurgebied en roept een oeroude ervaring op van onbegrensd natuurlandschap.
waterschap rivierenland dijkring 24 land van altena urgentie 107 deltaprogramma deelprogramma rivieren en rijnmond-drechtsteden
Realisatiefase Deze dijkverbetering is als één project met de verbetering van de Steurgatdijk in uitvoering genomen en wordt eind 2015 afgerond. De aannemerscombinatie Eendracht-Hens is in april 2014 gestart met de uitvoeringswerkzaamheden. Het project bevat twee bijzondere elementen: langs het Jeppegat wordt een zachte natuuroever aangelegd. Daarnaast wordt een voormalig griendwerkershuisje dat moet wijken voor de uitvoeringswerkzaamheden, in overleg met verschillende belanghebbenden in zijn geheel verplaatst en na de werkzaamheden teruggeplaatst op dezelfde locatie, bovenop de berm van de versterkte dijk.
Ruigt
Polder het Jannezand
Biesbosch
Hank
Aakvlaai
A27
Spij
kerbo
or
De Gijster
gsc Ber
terug naar inhoud
aa he M
s
Geertruidenberg
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 65
Koppelstukken Markermeerdijken
Opgave Het HWBP-2 project Markermeerdijken versterkt de dijken tussen Hoorn en Amsterdam, die in de tweede toetsronde (2006) zijn afgekeurd. Twee dijkvakken in dit traject – tussen Durgerdam en Uitdam – die in 2006 nog niet in aanmerking kwamen voor versterking zijn in de derde toetsronde (2011) afgekeurd op stabiliteit en bekleding. Deze twee koppelstukken, met een gezamenlijke lengte van 1.550 meter, worden nu meegenomen in de planvoorbereiding, zodat er efficiencywinst kan worden geboekt. Hierdoor krijgt het project Dijkversterking Markermeerdijken een lengte van ruim 33 kilometer.
Situatie
hoogheemraadschap hollands noorderkwartier dijkring 13, secties 9 (blijkmeer) en 10 (kinselmeer) urgentie 108 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
De koppelstukken maken deel uit van de Waterlandse Zeedijk, onderdeel van het provinciaal monument met een rijke historie wat dijkdoorbraken betre. Bij de versterking zal rekening worden gehouden met mogelijke archeologische vondsten en het gebruik van historische materialen in de bekleding. Op sommige plekken wordt Noordse steen gebruikt. Per locatie wordt beoordeeld of deze stenen bij eventuele verwijdering, na de versterking weer worden teruggeplaatst. Om overlast
voor de recreatie zoveel mogelijk te beperken, is voor deze koppelstukken gekozen voor een buitenwaartse versterking.
Omgeving De complexiteit van de omgeving van de koppelstukken is – in vergelijking met andere delen van het totale project – gering. Het gaat om twee stukken dijk in relatief landelijk gebied. De voornaamste meekoppelkans ligt op het vlak van recreatieve voorzieningen. De dijk ligt op een belangrijke recreatieve as, die intensief gebruikt wordt door wandelaars, fietsers en motorrijders. Het smalle fietspad bovenop de dijk zal waarschijnlijk in samenwerking met het Recreatieschap worden verbreed en verbeterd.
Planuitwerkingsfase Het project bevindt zicht in de planuitwerkingsfase en gaat richting een projectplanprocedure. Eind 2014 zullen de resultaten van het project ‘Dijken op veen’ bekend worden. Deze worden meegenomen in het uiteindelijke ontwerp. Start van de uitvoering is verwacht in 2016.
Uitdam De Belmermeer
Rijperweeren
Holyslooter
Die
Uitdamm
er Die
Holysloot
Ra
ns
do
rp
D er
Barnegat
ie
Ransdorp Kinselmeer
Markermeer
Kinselmeer
Durgerdam
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 66
Koppelstuk Lemsterhoek
Opgave
Omgeving
Drie dijksecties van de IJsselmeerdijk zijn tijdens de derde toetsronde afgekeurd op bekleding. Dit zijn dijksectie 2 (2.300 meter) en de aangrenzende dijksecties 4 en 5. Versterking van deze secties staat op dit moment geprogrammeerd in de periode na 2020. Dijksecties 1 en 3 zijn in de tweede toetsronde (2006) afgetoetst en worden binnen het HWBP-2 versterkt. Omdat dijksectie 2 hier tussen ligt, hee Weerskip Fryslân vanuit het oogpunt van doelmatigheid besloten om dijksectie 2 versneld te versterken binnen dit lopende HWBP-2-project, via voorfinanciering. Versterking van dijksecties 4 en 5 volgt later in de reguliere programmering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
De samenwerking met de omgeving verloopt voorspoedig. De grondaankoop en het verkrijgen van de benodigde vergunningen verlopen tot nu toe volgens planning.
Planuitwerking/realisatiefase Het project is in de planstudiefase. In de projectplanprocedure zijn geen zienswijzen ingediend. Goedkeuring van het projectplan volgt naar verwachting in het najaar van 2014. Gewerkt wordt aan het bestek, de uitvoering start begin 2015.
Situatie wetterskip fryslân dijkring 6 urgentie 111 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
Balk
Dit dijktraject ligt aan het IJsselmeer ten westen van Lemmer in een landelijk gebied. Langs het dijktraject ligt verspreid bebouwing. Het grootste gedeelte van het traject grenst aan het voorland. Dit is een Natura 2000-gebied.
Brandemar
te Bre
Grut
Ie De
N359
kken
Wijckel
Sondel
Lange
S le a t
Sondeler Leien
Bank Lemsterhoek
Lemmer
IJsselmeer Lemstergeul
Noordoostpolder
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 67
Keersluis de Whaa
Opgave
Verkenningsfase
Keersluis de Whaa in Zwartsluis is afgetoetst op hoogte.
Net na de bouw van de keersluis zijn de ontwerp- en toetsnormen van dit kunstwerk aanzienlijk aangescherpt. Hierdoor is de keersluis bij de derde toetsronde afgetoetst op hoogte. Het project Keersluis de Whaa bevindt zich in de verkenningsfase. Hierbij worden verschillende oplossingsrichtingen voor de benodigde kerende hoogte voor de korte en lange termijn uitgezocht. Aankelijk van de gekozen oplossingsrichting worden de vervolgstappen nader uitgewerkt.
Situatie De Whaa ligt tussen de Arembergergracht en het Zwarte Water. De Whaa en de Arembergergracht verbinden het Zwarte Water bij Zwartsluis met de Boezem van Noordwest Overijssel. Het kanaal was in de eerste plaats nodig voor de afwatering van het achterland van Zwartsluis. Tegenwoordig is het een route voor de recreatievaart tussen de boezem en het Zwarte Water. De kering om de Whaa is in de eerste toetsronde afgetoetst. Vanwege de bebouwing en de situatie rondom het kanaal is de keersluis de Whaa in 2001 aangelegd.
Omgeving In de verkenningsfase zal verder invulling worden gegeven aan het omgevingsproces. De keersluis en de omliggende gronden zijn in eigendom van het waterschap.
waterschap reest en wieden dijkring 9 vollenhove urgentie 121 deltaprogramma deelprogramma ijsselmeergebied
Landen achter het Singel
BarsbekerBinnenpolder
N334
Zw a
Zwartsluis
rte
er Wat
N331
Groot Cellemuiden
Genemuiden
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 68
Stolwijkerschutsluis
Opgave
Omgeving
Sinds 1977 is beperkt onderhoud gepleegd aan de Stolwijkerschutsluis, waardoor de sluis in zeer slechte staat verkeerde. Eind jaren tachtig is als tijdelijke maatregel een stalen damwand voor de sluis geplaatst om de veiligheid van de waterkering te waarborgen. Bij de derde toetsing is de vervangende waterkering (stalen damwand) afgekeurd, voornamelijk vanwege onvoldoende stabiliteit van de constructie.
In 2006 is gestart met een haalbaarheidsstudie naar de restauratie van de sluis door de gemeente Gouda, provincie Zuid-Holland, de Landinrichtingscommissie en het hoogheemraadschap. Dit hee geleid tot het Masterplan Stolwijkerschutsluis, waarin de restauratie van de sluis is voorzien in combinatie met ontwikkeling van het gebied aan de overzijde van de Hollandsche IJssel. Restauratie van de sluis is mogelijk gemaakt vanwege de toezegging van subsidie en cofinanciering door de verschillende partners, waaronder het Rijk en de provincie Zuid-Holland.
Situatie
hoogheemraadschap van schieland en de krimpenerwaard dijkring 15 lopiker- en krimpenerwaard urgentie 122 deltaprogramma deelprogramma rivieren en rijnmond-drechtsteden
De Stolwijkerschutsluis is een schutsluis in de primaire waterkering aan de Gouderaksedijk, te Gouda. In 1799 is begonnen met de bouw van de sluis. De sluis moest de toegang verlenen naar de geoctrooieerde vervening van de Krimpenerwaard. De sluis is één van de verst landinwaarts gelegen zeewaterkerende sluizen in een primaire waterkering. In 1831 is de sluis buiten werking gesteld, waarna in 1888 de ophaalbrug over de sluis vervangen is voor een vaste brug. In 1990 kreeg de sluis de status van beschermd rijksmonument, vanwege het belang van de sluis in de geschiedenis van de vervening van de Krimpenerwaard.
Gerealiseerd Het project is al uitgevoerd. De waterkering voldoet weer aan de normen en met deze restauratie is tevens een rijksmonument behouden gebleven.
Kort Haarlem
Gouda
Waaiersluis Korte Akkeren
N228
el
Stolwijkersluis
lla
nd
sch
eI
ss
J
Ho
N207
Polder Veerstalblok
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 69
Koppelstukken Koegraszeedijk
Opgave Een deel van de Koegraszeedijk is zowel in de tweede als derde toetsronde afgekeurd op piping en binnenwaartse stabiliteit. Het gaat in totaal om een lengte van ongeveer 850 meter, bestaande uit vijf dijkvakken. Drie van deze vijf dijkvakken kwamen in 2006 nog niet in aanmerking voor versterking, maar zijn in 2011 wel afgekeurd. Deze drie koppelstukken worden nu door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier voorgefinancierd en meegenomen in de HWBP-2-opgave, zodat de uitvoering van het totale project in 2015 kan plaatsvinden.
Situatie
hoogheemraadschap hollands noorderkwartier dijkring 13 noord-holland urgentie 132 deltaprogramma deelprogramma waddengebied
Het te versterken deel van de Koegraszeedijk in Den Helder, inclusief twee koppelstukken, ligt voornamelijk op Defensieterrein, ingeklemd tussen een munitiedepot en het Noordhollands Kanaal. Hier wordt over een lengte van circa 700 meter een damwand in de dijk geplaatst. Het derde koppelstuk ligt net buiten het terrein van Defensie, direct aan de Oostoeverweg. Hier wordt de dijk over ongeveer 150 meter met grond versterkt. Opname van deze drie koppelstukken in de HWBP-2-opgave hee verschillende voordelen. Het beperkt de overlast voor de omgeving, voorkomt dubbel werk door het hoogheemraadschap
en medeoverheden en zorgt voor inkoopvoordeel. Ook komt het hoogheemraadschap hiermee tegemoet aan de wens van Defensie. Er moet namelijk tijdens de uitvoering munitie worden verplaatst en dat brengt extra kosten met zich mee.
Omgeving De complexiteit van de omgeving van de koppelstukken is, net als die van het totale project, gering. Goede contacten met ministerie van Infrastructuur en Milieu, Defensie, gemeente Den Helder, provincie Noord-Holland en omliggende organisaties (gebruikers van het schiereiland, zoals Landschap Noord-Holland) dragen hieraan bij. Er wordt vooral nauw samengewerkt met Defensie, de gebruikers van het terrein, de Rijksvastgoeddienst en de gebruikers van de naastliggende infrastructuur.
Realisatiefase Eind 2014 wordt de definitieve goedkeuring op het ontwerpprojectplan van de dijkversterking Koegraszeedijk verwacht, zodat in 2015 het werk kan worden uitgevoerd.
Den Helder
Balgzand
De Schooten
N250
De Kooy
terug naar inhoud
Oostoever
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 70
Koppelstuk dijkvakken en kunstwerken Texel
Opgave Circa 17 kilometer van de Waddenzeedijk Texel is in de tweede toetsronde (2006) afgekeurd op hoogte, stabiliteit en bekleding. Een dijkvak van vijig meter, gemaal de Schans en een hevelleiding in Polder Wassenaar kwamen in 2006 nog niet in aanmerking voor versterking, maar zijn wel in 2011 afgekeurd. Deze drie koppelstukken worden nu door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier voorgefinancierd en meegenomen in de HWBP2-opgave, zodat de start van de uitvoering van het totale project in 2016 kan plaatsvinden.
Situatie
hoogheemraadschap hollands noorderkwartier dijkring 5 texel urgentie 156 (kunstwerken) en 164 (dijkvakken) deltaprogramma deelprogramma waddengebied
terug naar inhoud
Twee koppelstukken – het dijkvak van vijig meter en de hevelleiding in Polder Wassenaar – liggen op het noordelijke deel van de dijk. Het derde koppelstuk – gemaal de Schans – ligt meer zuidelijk. Het gemaal de Schans en de hevelleiding in Polder Wassenaar worden helemaal vervangen. Het dijkvak van vijig meter dijk zal worden versterkt met onder andere een berm aan de binnenkant. Om overlast voor de omgeving zoveel mogelijk te beperken, worden de koppelstukken tegelijk versterkt met de HWBP2opgave. Tevens wordt hiermee dubbel werk door het hoog-
heemraadschap en medeoverheden voorkomen en worden inkoopvoordelen behaald.
Omgeving De complexiteit van de omgeving van de koppelstukken is, in vergelijking met andere delen van het totale project, gering. Er moet een goede balans worden gevonden tussen natuur, recreatief gebied en bebouwing. Aan beide kanten langs de Waddenzeedijk Texel ligt natuur, waaronder Natura 2000gebied. De dijk is een belangrijke recreatieve as, die intensief wordt gebruikt door wandelaars en fietsers. De bebouwing die deels langs de dijk staat, vraagt ook specifieke aandacht. De uitdaging is om een juiste afweging van deze belangen te maken.
Planuitwerkingsfase Begin 2015 is naar verwachting het ontwerpprojectplan klaar, dat daarna ter inzage gaat. Eind 2015 wordt de definitieve goedkeuring van het projectplan voorzien, zodat in 2016 met de versterkingswerkzaamheden kan worden gestart. In 2019 is de Waddenzeedijk daarmee weer veilig.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 71
Strijensas
Opgave In de derde toetsronde is gebleken dat de schutsluis Strijensas niet aan de constructieve eisen voldoet. Uit de sterkteberekening is gebleken dat de sluisvloer onder waterspanningen die tijdens maatgevende hoogwater optreden, kan opbarsten. De schutsluis ligt ingeklemd in het afgekeurde dijkvak uit de tweede toetsronde, dat binnen het HWBP-2-project Dijkversterking Hoeksche Waard-Zuid valt. Het project Strijensas is daarom gekoppeld aan dit project.
gekeerd. De handbediende ophaalbrug dateert uit 1906, ook de bediening van de sluisdeuren is handmatig. Zowel de schutsluis als de ophaalbrug zijn rijksmonument.
Omgeving Bij het project zijn gemeente Strijen, Jachthaven Strijensas, de bewoners aan de Sassendijk, HWBP-2 en provincie ZuidHolland betrokken.
Planuitwerkingsfase Situatie
waterschap hollandse delta dijkring 21 hoekse waard urgentie 160 deltaprogramma deelprogramma rijnmond-drechtsteden
De schutsluis Strijensas ligt aan het Hollandsch Diep in de Sassendijk aan de zuidzijde van de Hoeksche Waard in de gemeente Strijen. Behalve dat de schutsluis de vaarverbinding is tussen het Hollandsch Diep en de boezem van Strijen, vormt deze middels de ophaalbrug ook een belangrijke wegverbinding voor Strijensas. De schutsluis voorkomt dat buitenwater de boezem kan binnenstromen en schut pleziervaartuigen die vanuit het Hollandsch Diep de boezem op willen. De primaire waterkering aan weerszijden van de sluis is na de watersnoodramp van 1953 versterkt, maar de schutsluis niet. Deze hee wel op verschillende momenten hoge stormvloedwaterstanden
Het project bevindt zich momenteel in de aanbestedingsfase. De versterkingsmaatregelen van de schutsluis maken onderdeel uit van het projectplan Dijkversterking Hoeksche Waard-Zuid en worden vervolgens als een geheel met de dijkversterking uitgevoerd. De prognose is dat de gunning eind 2014 plaatsvindt en dat de uitvoering uiterlijk eind 2016 gereed zal zijn.
Putten S t r ij e n s c h e
ol
Ha
Strijense Polder
ven
Oud
eM
Strijensas Buitenlanden
Hol
l
sc and
ie h D
p
Sassenplaat
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 72
Gemaal De Schans
Opgave
Planuitwerkingsfase
Gemaal De Schans is op dit moment niet dubbelkerend door middel van afsluiters en daarom afgetoetst op de betrouwbaarheid van de afsluitmiddelen.
Het aanbrengen van afsluiters is onderdeel van het vervangen van het gemaal. Het vervangen van het gemaal is op dit moment in voorbereiding en wordt in 2015 uitgevoerd.
Situatie Gemaal De Schans ligt langs de Eem in het stedelijk gebied van Amersfoort en zorgt voor de afwatering van de wijk Schothorst. Het gemaal zal de komende jaren worden vervangen. Hierbij worden de benodigde werkzaamheden in het kader van de waterveiligheid meegekoppeld.
Omgeving
waterschap vallei en veluwe dijkring 45 gelderse vallei urgentie 162 deltaprogramma deelprogramma rivieren
Het waterschap gaat het Gemaal De Schans de komende jaren vervangen. Gemeente Amersfoort is met diverse projecten in de directe omgeving bezig, zoals de realisatie van een ecologische verbindingszone en de aanleg van een nieuwe busbaan. De waterveiligheidsopgave zal meegekoppeld worden met de vervanging van het gemaal. Hierdoor blij de impact op de omgeving minimaal.
De Ham
N199
Schothorst Zuid
Industriekwartier
Eem
De Koppel
Kruiskamp Soesterkwartier
Amersfoort
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 73
Noorderhaven Harlingen
Opgave
Omgeving
De Noorderhavendam in Harlingen is in 1949 aangelegd. Op de havendam ligt zandasfalt van kilometer 1,2 - 1,4 over een lengte van 217 meter. De sterkte van het zandasfalt is in de loop van de jaren zodanig afgenomen dat de kering niet meer aan de eisen van de Waterwet voldoet. Het zandasfalt is afgetoetst in de Verlengde Derde Veiligheidstoetsing (2013).
Met de omgeving is afgestemd en er zijn geen obstakels voor de uitvoering. De impact van het werk is dermate klein dat geen ontheffingen van Flora- en Faunawet of Natuurbeschermingswet nodig zijn.
Situatie De strekdam ligt aan de noordzijde van de haven en beschermt de haven, het aanliggende industrieterrein en de achterliggende kering voor golven vanaf de Waddenzee. Naar aanleiding van schade aan het asfalt bij de stormen van december 2013 wordt de versterking versneld uitgevoerd. Het werk is opgenomen in de programmering 2015-2020.
Realisatiefase Vanwege de grote urgentie is de voorbereiding voortvarend opgepakt. Verkenning- en planstudiefase zijn afgerond. Het bestek is gereed voor aanbesteding. Het werk komt direct na het stormseizoen, in maart 2015, in uitvoering.
wetterskip fryslân dijkring 6 fryslân en groningen urgentie nog te bepalen deltaprogramma deelprogramma waddengebied
Waddenzee rga
t
N390
Kim
ste
Haven Har
inxm
a kanaal
or
de
rpier
Va n
No
Bo
on
tje
s
Harlingen
N31
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 74
Delfzijl - Chemiepark en Chemiepark - Punt van Reide
De urgentie van de versnelde uitvoering van de versterking van het dijktraject Delfzijl - Punt van Reide is komen te vervallen. Uit een parallel lopend aardbevingsonderzoek in de provincie Groningen is gebleken dat er geen verhoogd risico is op eventuele schade(n) aan de primaire kering op het traject Delfzijl - Punt van Reide als gevolg van een aardbeving. In het onderzoek is uitgegaan van de maximale waarde van 5 op de schaal van Richter. Gelet op deze uitkomst hee het Waterschap Hunze & Aa’s besloten om de genoemde trajecten niet versneld uit te voeren. Voor de uitvoering van de opgaven binnen deze trajecten zal de oorspronkelijke ranking/urgentie uit het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015-2020 worden aangehouden.
waterschap hunze & aa’s dijkring 6 fryslân en groningen urgentie 89 en 97 deltaprogramma deelprogramma waddengebied
Duitsland
Eems Boch tv
Zeeha
venk
an W atum
ana
ollard Mond van de D
al
chemiepark
Delfzijl
unt
er Z
ijl
di
ep
Reider Buitenland
rm Te
N362
Wagenborgen
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 75
Projectoverstijgende verkenning Piping waterschappen rivierenland, groot salland, rijn en ijssel, vallei en veluwe, scheldestromen, aa en maas, de hoogheemraadschappen de stichtse rijnlanden, amstel, gooi en vecht, rijnland, schieland en de krimpenerwaard en het ministerie van infrastructuur en milieu trekker waterschap rivierenland deltaprogramma deelprogramma rivieren, zuidwestelijke delta en rijnmond-drechtsteden
terug naar inhoud
Opgave
Omgeving
Piping is een faalmechanisme waarbij kwelwater door of onder de dijk stroomt. Hierbij wordt grond meegenomen, waardoor de stabiliteit van de dijk afneemt. Het oplossen van piping met traditionele maatregelen (aanleggen van bermen en/of plaatsen van damwanden) is relatief duur. Piping is bovendien met veel onzekerheden omgeven. Aanvullend onderzoek naar de omvang van het probleem is daarom noodzakelijk. De projectoverstijgende verkenning gee daaraan invulling en hee als tweede doel om innovatieve en doelmatige oplossingen te vinden.
Vanzelfsprekend wordt nauw samengewerkt met kennisinstellingen en marktpartijen. Het Rijk en diverse keringbeheerders zijn betrokken en zij kunnen van de verwachte resultaten gebruikmaken in de projecten.
Situatie In 2014 zijn veertien deelverkenningen gestart en wordt voor vier nieuwe deelverkenningen een Plan van Aanpak opgesteld. Een deel van de resultaten wordt ingebracht bij het Weelijke Toets Instrumentarium (WTI) en de doorontwikkeling van de Werkwijzer Piping. Beheerders kunnen met de resultaten van het programma het veiligheidsoordeel onderbouwen. Ook gee de nieuwe kennis een nauwkeuriger inzicht in het aantal kilometer afgekeurde dijken door piping. Innovatieve maatregelen tegen piping worden verkend om praktisch toegepast te kunnen worden in daartoe kansrijke projecten.
Verkenning De verkenning bestaat uit vele deelverkenningen, die naar verwachting antwoord geven op diverse vragen, die rondom piping leven. Zo wordt bijvoorbeeld gekeken naar de invoer van gegevens van de ondergrond en tijdsaankelijkheid in de rekenregels. Verder wordt nagegaan hoe de praktijk dichter bij de theorie kan worden gebracht door de keringbeheerder een grotere rol te geven in de onderbouwing van het veiligheidsoordeel. Ook zijn er deelverkenningen gestart om te bepalen welk type maatregel het beste kan worden toegepast bij een bepaald pipingprobleem. Ten sloe zijn er deelverkenningen die zich richten op het stimuleren van innovaties uit de markt en het testen hiervan in de praktijk.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 76
Projectoverstijgende verkenning Waddenzeedijken wetterskip fryslân en de waterschappen noorderzijlvest en hunze en aa’s
dijkring 6 fryslân en groningen deltaprogramma deelprogramma waddengebied
Opgave Tijdens de Derde Toetsing zijn alle dijken langs de Waddenzee beoordeeld. Circa 106 kilometer waterkering is daarbij afgekeurd. In Fryslân zijn het vooral dijkbekledingen van steen, asfalt en gras die onvoldoende sterk zijn. In Groningen zijn dijken afgekeurd op macrostabiliteit binnenwaarts, dijkhoogte en bekledingen. Verder voldoen acht kunstwerken niet aan de norm.
Situatie De primaire waterkeringen binnen dijkring 6 zijn in beheer bij Weerskip Fryslân, waterschap Noorderzijlvest en waterschap Hunze en Aa’s. De IJsselmeerkeringen vallen buiten de projectoverstijgende verkenning Waddenzeedijken. De resultaten van de verkenning worden verwerkt in de versterkingsprojecten van dijkring 6 en kunnen eveneens van nut zijn voor keringen in Noord-Holland en Zeeland.
Omgeving
zodat een keuze gemaakt kan worden welke oplossingsrichtingen kansrijk zijn voor de projecten van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Hieronder vallen ook integrale oplossingen met gebiedsontwikkeling waar de kering een onderdeel van is.
Verkenning De verkenning is in twee delen geknipt. In 2014 worden kansrijke oplossingsrichtingen en benodigde onderzoeken geïnventariseerd en worden enkele actuele onderzoeken gestart. In de periode 2015-2017 worden de overige onderzoeken uitgevoerd en alle resultaten beoordeeld. Het doel van deze verkenning is om projectoverstijgend onderzoek uit te (laten) voeren naar oplossingsrichtingen die leiden tot het sneller, beter en goedkoper uitvoeren van de dijkversterkingen binnen dijkring 6 en binnen vergelijkbare dijktrajecten elders in Nederland. Het gaat hierbij om onderzoeken en pilots op het gebied van hydraulische belasting, productinnovaties en nieuwe dijkconcepten. Hierin wordt onder andere voortgebouwd op de resultaten van Deltaprogramma Deelgebied Waddenzee.
De verkenning wordt uitgevoerd in nauw overleg met de stakeholders. De oplossingsrichtingen van het Deltaprogramma Waddengebied worden in deze verkenning verder uitgewerkt,
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 77
Projectoverstijgende verkenning Centraal Holland hoogheemraadschappen de stichtse rijnlanden, rijnland, amstel, gooi en vecht en rijkswaterstaat middenn ederland, met medewerking van de provincies utrecht, zuid- holland en noord- holland en verschillende gemeenten. trekker: hoogheemraadschap de stichtse rijnlanden dijkringen 14 zuid holland, 15 lopikeren krimpenerwaard en 44 kromme rijn urgentie 1 deltaprogramma deelprogramma rivieren en rijnmond-drechtsteden
terug naar inhoud
Opgave In Centraal Holland is bij de Derde Toetsing een groot deel van de c-keringen en de kunstwerken langs de gekanaliseerde Hollandsche IJssel, het Amsterdam-Rijnkanaal en in het Noordzeekanaalgebied afgekeurd. Deze tekortkomingen leiden ertoe dat een overstroming vanuit de Nederrijn/Lek zich niet tot één dijkring beperkt, maar zich uitstrekt over meerdere dijkringen tot diep in de Randstad. Uit eerdere studies blijkt dat investeringen in de noordelijke Lekdijken veel kosteneffectiever zijn en een minder grote maatschappelijke impact hebben dan grootschalige verbetering van de c-keringen. De verkenning bestaat hiermee uit drie opgaven. Naast de opgave rondom de noordelijke Lekdijken is er een restopgave in de herwaardering van de huidige c-keringen. Als derde opgave wordt er direct ingespeeld op de nieuwe veiligheidsnormen. Bijzonder aan de verkenning is dat deze toewerkt naar een integrale oplossing in plaats van een reguliere verkenning, waarbij de verbeteropgave al bekend is vanuit de toetsing.
Situatie De projectoverstijgende verkenning Centraal Holland kent een uitgestrekt effectgebied dat drie dijkringen beslaat. In de jaren
tachtig hee hier een dijkverzwaring plaatsgevonden, waardoor de Lekdijk in de huidige situatie aan de normen voldoet. Het project kent circa 55 kilometer Lekdijk, dat naar verwachting deels versterkt moet worden. Daarnaast beslaat het project circa 112 kilometer aan c-keringen en vele kunstwerken, die voor een groot deel zijn afgekeurd. De totale opgave moet nog definitief worden vastgesteld.
Omgeving Naast een geografisch complex gebied is de verkenning bestuurlijk uitdagend door het grote aantal betrokken overheden en de vele belanghebbenden in het projectgebied. De verkenning is ook inhoudelijk complex vanwege de nog vast te stellen nieuwe normen, met nog in ontwikkeling zijnde toetsingsinstrumenten die belangrijk zijn voor de technische aakening van de scope en de omgang met de c-keringen in de toekomst.
Verkenning In 2017 wordt een voorkeursalternatief opgeleverd. Dit omvat per locatie de feitelijke verbeteropgave met urgentie, de oplossingrichting en concrete ruimtelijke en andere opgaven die in combinatie met de verbeteropgave kunnen worden aangepakt.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 78
Projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit waterschappen rivierenland, groot salland en hoogheemraadschap van schieland en de krimpenerwaard
deltaprogramma deelprogramma rivieren
terug naar inhoud
Opgave
Raakvlakken
Het doel van de projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit is om samen met de kennisinstellingen en het bedrijfsleven (de ‘gouden driehoek’) te komen tot kennisen productinnovaties, die kunnen worden toegepast bij de toekomstige dijkversterkingsprojecten en bijdragen aan de doelstelling van het hoogwaterbeschermingsprogramma: beter, sneller en goedkoper. Het faalmechanisme macrostabiliteit speelt in circa driehonderd kilometer van de totale opgave.
De kennis- en productinnovaties vertonen op onderdelen parallellen met het onderzoek binnen de WTI- programmering (weelijke toetsingsinstrumentarium), maar zijn meer gericht op directe toepassing binnen het ontwerp en de uitvoering van de projecten van het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Voor het generiek toepasbaar maken van de resultaten uit de projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit wordt aansluiting gezocht met de WTI-programmering. Bij de concretisering van de verkenning wordt gebruikgemaakt van de expertise van de stichting IJkdijk op gebied van monitoring. Constructieve innovatie is een belangrijk activiteit van de verkenning. Om de acceptatie van nieuwe technieken te stimuleren, worden ervaringen en kennis uitgewisseld met de projectoverstijgende verkenning Piping.
Situatie De verkenning wordt gekoppeld aan meerdere projecten van de betrokken waterschappen waarvan de verkenningsfase de komende jaren wordt uitgevoerd. De referentieprojecten zijn: • Gorinchem - Waardenburg, Waterschap Rivierenland; • Mastenbroek - IJssel , Waterschap Groot Salland; • Gouderak, Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard; • Ouderkerk - Krimpen, Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.
Verkenning Het voorstel is om de projectoverstijgende verkenning Macrostabiliteit te richten op de volgende onderwerpen: kennisinnovaties, nieuwe technieken en materialen en instrumentarium voor vervroegde marktbenadering. Tevens zal in het najaar een eerste praktijkproef gestart worden.
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 79
Urgentielijst Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015 - 2020
Ranking
Beheerder
Naam project
Ranking
Beheerder
Naam project
Ranking
Beheerder
Naam project
1
Zie POV
Centraal Holland
36
Scheldestr.
Zuid-Beveland Oost, Oosterschelde
70
Scheldestr.
Bestortingen 2014/2015
2
WSRL
Lingewaal – Neerijnen
37
WSRL
Winssen – Drutensche Waarden
71
ZZL
Randmeerdijk Noordoostpolder
3
WSRL
Opijnen – Ophemert
38
WSHD
Zeingsvloeiing V3T
72
WSBD
Geertruidenberg/Amertak
4
WSRL
Waardenburg – Opijnen
39
WSRL
Gameren
73
WGS
Gras Vechtdijken
5
WSRL
Gorinchem
40
Rijnland
IJsseldijk Gouda (urgent deel)
74
WSRL
Vianen
6
WSRL
Vuren – Haaen
41
HHNK
Wieringermeer (C-kering)
75
Aa&Maas
Groeningen
7
WSRL
Diefdijk
42
V&V
Trajecten IJssel 2
76
Scheldestr.
Havenkanaal Zierikzee oostzijde
8
WGS
Vecht- en Steenendijk
43
NZV
Lauwersmeer/Vierhuizergat
77
WSRL
Heerewaarden en VW24
9
WGS
Mastenbroek IJssel
44
HHSK
Capelle/Zuidplas
78
WRIJ
Rijnkade
10
WSRL
Wolferen – Sprok
45
Scheldestr.
Burghsluis – Schelphoek
79
Scheldestr.
Ouwerkerk
11
WGS
Zwolle
46
RWS ZN
Drongelens kanaal (P52)
80
WSRL
De Tollewaard
12
WGS
IJsselzone Zwolle
47
RWS WNZ
SVK Holl. IJsselkering (schuif)
81
ZZL
Randmeerdijk Flevopolder
13
WGS
Mastenbroek Zwarte Water
48
RWS WNZ
SVK Holl. IJsselkering (dijk + 2 kw)
82
WSRL
Nijmegen – Ewijkse Plaat
14
HHSK
Gouderak
49
Scheldestr.
Flaauwershaven/Borrendamme
83
HHNK
Dijkvakken Markermeer (D24 t/m D30)
15
NZV
Eemshaven – Delfzijl
50
WSRL
Ooij en Millingen
16
HHSK
Krimpen/Ouderkerk
51
V&V
Loswal Haem + Apeldoorns kanaal
84
Fryslan
Zurich – Koehool
17
WSRL
Neder Betuwe
52
Scheldestr.
Zuid-Beveland West, Westerschelde
85
Scheldestr.
Gras Schouwen/Zuid-Beveland West
18
WGS
Rondom Kampen
53
HHNK
Kunstwerken Markermeer (D17 en D19)
86
H&A
Punt van Reide – Kerkhovenpolder
87
Scheldestr.
Zierikzee/Sophiastrand/ Schorerpolder
19
HHNK
Noordzeekanaal (D31 t/m D37)
20
WSRL
Lingewaard
54
HHSK
Krimpen aan de Lek
Capelle/Moordrecht
55
V&V
Trajecten IJssel 3
88
Scheldestr.
Tholen-1
56
Fryslan
Koehool – West Holwerderpolder
89
H&A
Delfzijl – Chemiepark
21
HHSK
22
HHSK
Restopgave Hollandse IJssel
23
WSRL
Werkendam – Giessen
57
Scheldestr.
Emanuelpolder
90
NZV
Haven Lauwersoog
58
Scheldestr.
Inlaag Zuidhoek/Bruinisse
91
WSRL
Bommelerwaard
24
WGS
Mastenbroek Zwarte Meer
25
WGS
Olst – Wijhe
59
RWS MN
Zuidersluis ARK
92
WRIJ
Twentekanaal
60
V&V
Eemdijk/Spakenburg
93
Fryslan
Schiermonnikoog – Waddenzeedijk
26
WSRL
Culemborg
27
V&V
Randmeerdijk
61
Scheldestr.
Zuid-Beveland Oost, Westerschelde
94
WRIJ
Westervoortsedijk fase 3
62
HDSR
Oevererosie Klaphek
95
Scheldestr.
Vlissingen, Koopmanshaven
28
WGS
Genemuiden – Hasselt
29
Rijnland
IJsseldijk Gouda (fase 2)
63
WSHD
Hoeksche Waard
96
Scheldestr.
Noorderstrand
64
HHNK
Oosterdijk vd Vier Noorderkoggen
97
H&A
Chemiepark – Punt van Reide
30
WSRL
Peerenboom – Genderen
31
Fryslan
West Holwerderpolder – Lauwersm.
65
Fryslan
Lauwersmeerdijk
98
Rijnland
Uitwateringssluis Katwijk
WGS
Deventer
99
V&V
Gemaal Pouwel Bakhuis
WGS
Dalfsen
100
Scheldestr.
Kop van Ossenisse
NZV
Eemshaven
HHSK
Herinrichting watersysteem Krimpenerwaard
32
V&V
Trajecten IJssel 1
66
33
WSRL
Tiel
67
34
WRIJ
Pannerden/Loo
68
H&A
Kerkhovenpolder – Duitsland
101
35
WSRL
Leeuwen – Oude Maasdijk
69
Scheldestr.
Kanaal Zuid-Beveland
102
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 80
Urgentielijst Hoogwaterbeschermingsprogramma 2015 - 2020
Ranking
Beheerder
Naam project
Ranking
Beheerder
Naam project
Ranking
Beheerder
Naam project
103
Delfland
Delfland-1
136
HHNK
Dijkvak Markermeer (D18)
WRO
Bosscherveld (vak 6.2)
104
WRIJ
Industrieterrein Grutbroek
137
Scheldestr.
Bestorting ‘on hold’
WPM
Heel/Thorn
105
WGS
Keersluis Zwolle
138
Scheldestr.
Bestortingen 2013/2014
WRO
Ieren (vak 7)
106
HHNK
Wieringer Zeewering (D90)
139
HHNK
Den Helder (D85)
WRO
Kademuur St. Pieter
107
WSRL
Jannezand
140
Scheldestr.
WRO
108
HHNK
Koppelstuk Markermeerdijk
Zwakke schakels Zeeuws Vlaanderen
Limburglaan/Hoge Weerd Heugem/ Randwyck
109
HHNK
Kunstwerk Balgzanddijk
141
Fryslan
KW Waddenzee en IJsselmeer
WRO
Limmel
110
Delfland
Delfland-2
142
WRIJ
Havenstraat
WRO
Meers (vak 3)
111
Fryslan
Lemsterhoek
143
HHNK
Balgzanddijk (D88)
WPM
Restopgave Peel en Maasvallei
112
WRIJ
Koppelweg
144
HHNK
Dijkvak Markermeer (D22)
WRO
Roermond – Alexanderhaven
113
HHNK
Texel-dijkvakken
145
WSHD
WSHD-KW
WPM
Venlo
114
WRIJ
IJsselpaviljoen
146
WRIJ
Vispoorthaven
115
RWS WNN
Marken 1
147
Fryslan
Lemmer
Spaarndammerdijk
148
WRIJ
Waterradmolen
116 117
WRIJ
Bronsbergen
149
WRIJ
Industriehaven
118
Fryslan
Laaxum
150
ZZL
Kunstwerken Noordoostpolder
119
NZV
Emmapolder
151
WSBD
Tonnekreek, Moerdijk + schutsluis Waalwijk
152
RWS ZN
Schutsluis Engelen
120
RWS ZN
Sluis Bosscherveld
121
RenW
Keersluis de Whaa
122
HHSK
Stolwijkersluis
123
WSBD
Damwand Buitenpand Wilhelminakanaal (Oostoever, Oosterhout)
153
Scheldestr.
Kats
154
RenW
Blokzijl
155
HHNK
Kunstwerken Markermeer (D27)
156
HHNK
Koppelstuk WIJD-kunstwerken
124
Scheldestr.
Sint Annaland
157
HDSR
Waaiersluis te Gouda
125
RWS NN
Vlieland
158
WSHD
Goeree
126
Scheldestr.
Tholen-2
159
Scheldestr.
Zwin
127
Fryslan
Workum – Laaxum
160
WSHD
Strijensas
128
Scheldestr.
Bestorting verder onderzoek
161
RenW
Kunstwerken Vollenhove
129
Scheldestr.
Rihem/Baarland
162
V&V
Gemaal De Schans
130
WRIJ
Verholen keringen
163
Fryslan
Makkum
131
HHNK
Texel-gemaal Krassekeet
164
HHNK
Koppelstuk WIJD-dijkvakken
132
HHNK
Koppelstuk WIJD – Koegraszeedijk
165
WGS
Ganzensluis
133
Scheldestr.
Sloehaven
166
RWS WNN
Marken 2
167
Provincie Zuid Holland
Julianasluis Gouda
134
RWS WNN
IJmuiden
135
HHNK
Kunstwerken Markermeer (D18 en D22)
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 81
project Waardenburg – Ophemert
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 82
Colofon Dit is een uitgave van de Programmadirectie Hoogwaterbescherming Hoogwaterbeschermingsprogramma Koningskade 40, 2596 AA Den Haag Postbus 93218, 2509 AE Den Haag Na 1 januari 2015: Griffioenlaan 2, 3526 LA Utrecht www.hoogwaterbeschermingsprogramma.nl Grafisch ontwerp VormVijf, Den Haag Tekst Programmadirectie Hoogwaterbescherming en Marieke Bos (eindredactie) Fotografie Tineke Dijkstra, Den Haag Kaarten Mijs Cartografie en Vormgeving, Roerdam Druk Ando bv, Den Haag Oktober 2014
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 83
Hoogwaterbeschermingsprogramma De waterschappen en het ministerie van Infrastructuur en Milieu (Rijkswaterstaat) voeren in het Hoogwaterbeschermingsprogramma maatregelen uit om de primaire waterkeringen aan de veiligheidsnorm te laten voldoen, nu en in de toekomst. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma is onderdeel van het nationale Deltaprogramma.
terug naar inhoud
Hoogwaterbeschermingsprogramma | Projectenboek 2015 84