3 HOOFDSTUK 3 TOP BOUWEN OP TALENT Inleiding Dit hoofdstuk richt zich op de activiteiten in 2006 uit prioriteit C: Top bouwen op talent. Het volledige sporttechnische jaarprogramma voor het Toproeien inclusief evaluaties, actiepunten en planning is vanwege het detailniveau apart opgenomen in de bijlagen. Het maakt wel integraal onderdeel uit van het MJP en het totale jaarplan 2006.
Prioriteitenmatrix 2005-2008 Aandachtspunt
Actie
Resultaat
1 Programma gericht op A. ontwikkeling van talenten; zowel zij-instroom B. (studenten) als verticale instroom (vanuit traject C. junioren/U23)
Aanbieden uitdagend competitie en trainingsprogramma Talentidentificatie Uitbreiden
2 Ondersteuning aan D. verenigingen bij hun rol in opvang en opleiding van bovengenoemde talentenstromen E.
oprichting / groei toproeiacademie en min 6 dependances toproeiacademie talentcentra en 7 TC's
F.
talentvolgsysteem
communicatie
Wie
aangepast nationaal bondscoaches wedstrijdprogramma centrale trainingen Plan van aanpak verantwoordelijke bondscoach digitale database idem
2 jaarlijks overleg bondcoach-ver. coaches Plan structuur vrijwilligers incl visie op beloning
aandacht vrijwilligers structuur
werkgroep topoeiacademie iom bondscoaches en vrijwilligers bondscoaches
Wanneer 2005 en 2006 2005 plan, invoering 2006 ev 2005-2006
2005-2007
2005 ev Bestuurslid talenten en bondscoaches
2005-2006
3 Transparant programma G. en selectiebeleid waarin talenten zich kunnen laten H. zien
opstellen goede jaarplanning met Jaarplan meetpunten duidelijk communiceren (aanpassing Berichten via website/ in) procedure selectie emaillijst/coachoverleg
Bondscoaches en CTR Bondscoaches en CTR
2005 ev
4 Goede en efficiënte équipebegeleiding
I. J.
herstructurering technisch kader Organisatie uitzendingen
doorvoeren plan
CTR
dec 2004
aandacht voor ‘omgeving’ junioren medische begeleiding aandacht afsluiten toproeicarriere
tijdig draaiboek per wedstrijd bijeenkomsen voor ouders medisch beleidsplan informatieboekje
toproeimedewerker
K. L. M.
begin elk seizoen 2x pj
2005 ev
betrokken bondscoach bondsarts bondsarts
2005 ev 2006
5 Aandacht voor de N. opleiding van coaches op verenigingen O.
opleidingen conform richtlijnen NOC opleidingen WEB-2 niv opleidingen krijgen WEB-3 niv opleiding niveau-4 verenigingsbezoek waterdagen input bondscoaches via instructievideo Talentcentra, toproeiacademie en direct contact
commissie opleidingen en werkgroepen Bondscoaches
2005-2006 2006-2007 2008 2005 ev
6 Gebruik van talent toernooien in eigen land om talenten uitdaging/ stimulans te bieden
Wk U23, WK jun en Coupe
Organisatiecomite ism bondscoach Commissaris talenten
2005 en 2006 2007 2008
P. Q. R.
internationale juniorenwedstrijd in NL a la Gent
activiteitenplan en selectiebeleid Keus wedstrijd werving internationale deelname
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 1
ACTIVITEITEN UIT DE MATRIX Naast de jaarplannen van de KNRB, zoals verwoord in dit hoofdstuk, is de KNRB vanwege de subsidieverstrekkers gevraagd een groot aantal bijlagen te voorzien met betrekking tot de topsport. Een deel van deze bijlagen is in dit plan opgenomen. Een aantal bijlagen is separaat aan NOC*NSF toegezonden. Het betreft hier het assesment, de meerjarenbegroting, het voorbeeld trainingsschema en het krachttrainingsschema voor 2006. Vanzelfsprekend zijn al deze bijlage wel opvraagbaar bij het bondsbureau. Wel in de bijlagen opgenomen is een tekst conform het NOC*NSF format aangaande onze technische toproeiplannen 2006, een toelichting op het medische beleid, een stuk over talentidentificatie en de planning voor 2006. We willen er eveneens op wijzen dat het hier de topsportplannen betreft voor onze valide roeiers. Het toproeiplan voor aangepast roeien wordt op een later tijdstip aangeleverd. Hiervoor is bij NOC*NSF uitstel aangevraagd en gekregen. PROGRAMMA GERICHT OP ONTWIKKELING VAN TALENTEN A Aanbieden uitdagende competitie en trainingsprogramma In 2005 is in samenspraak met de bondscoaches het plan ontwikkeld om de NK in twee delen te splitsen. Daarbij worden de kleine nummers (skiff/tweezonder) vroeg in het seizoen gevaren in toernooivorm (tegelijkertijd officieel meetmoment waar top en talent met elkaar strijden). Het NK grote nummers blijft op de huidige plek in het programma, zodat nationale ploegen acte de presence kunnen geven in hun hoofdnummer. Deze opzet is uitdagender voor talenten en maakt dat toeval de ranking in de kleine nummers minder beïnvloedt. Bovendien wordt het NK op deze manier minder belastend voor de organiserende wedstrijdvereniging(en). Dit plan wordt in 2006 door het bestuur verder uitgewerkt. De nieuwe opzet van de Challenge Cup in 2005 blijkt als minder uitdagend te worden ervaren en gaat in 2006 terug naar een simpele opzet met alleen vier zonders. In het naolympische jaar 2005 is gedurende de winter door de bondscoaches gewerkt met brede trainingsgroepen en centrale trainingsdagen die openstonden voor iedereen met ambitie. Het competitie aspect in deze brede trainingsgroepen stimuleerde zowel talent als gevestigde toppers. In 2006 zullen de trainingsgroepen breed blijven. In 2006 wordt ook een format ontwikkeld voor talenten en coaches om hun eigen meerjarenprogramma’s op te stellen en te evalueren. Voor het opstellen hiervan wordt een vrijwilliger of stagiaire gezocht. B Talentidentificatie C Talentvolgsysteem In 2005 is door de bondscoaches een plan van aanpak ontwikkeld, waarbinnen talentidentificatie en het talentvolgsysteem verder wordt uitgerold naar de geïnteresseerde verenigingen. De gebruikte methodiek is onveranderd en te vinden in het jaarplan 2005. In 2006 wordt t.a.v. de talentidentificatie uitvoering gegeven aan het opgestelde plan van aanpak door normen te ontwikkelen op basis van de criteria voor talentidentificatie (zie bijlagen), worden de gegevens van de geïdentificeerde talenten bijgehouden, vindt scouting van talent plaats tijdens de NKIR en worden voor de geïdentificeerde talenten twee waterdagen georganiseerd.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 2
De talentcoach moet hier uren voor vrijmaken. De waterdagen kosten € 1.300 per dag, dit betreft de kosten voor de talentcoach en de testen. In 2006 wordt door de bondscoaches een concrete normering voor training, vaardigheid en prestaties opgesteld voor de verschillende ontwikkelstadia van talenten. In 2006 gaat de aandacht in het talentvolgsysteem voornamelijk uit naar de groep 18-20 jaar. In de eerste plaats, omdat in deze leeftijdsgroep veel talenten van vereniging wisselen (ze gaan studeren). In de tweede plaats omdat de studentenroeiverenigingen in deze leeftijdsgroep veel roeiers werven die nog de kans hebben om door te groeien naar het internationale podium. De uitvoering van deze activiteit vindt gescheiden plaats en is geen onderdeel van het takenpakket van de bondscoaches. Een goede afstemming met de bondscoaches is hierbij overigens wel essentieel. ONDERSTEUNEN VAN VERENIGINGEN BIJ HUN ROL IN OPVANG VAN TALENTEN D Toproeiacademie en Talentcentra (regionaal) Toproeiacademie De toproeiacademie, zoals beschreven in het meerjarenplan en het jaarplan 2005, is onvoldoende van de grond gekomen. In 2006 wordt de ontwikkeling van talenten op de verenigingen in overleg met de Olympische Netwerken ter hand genomen. In dat kader wordt ook bekeken of er bij de verenigingen een daadwerkelijke behoefte bestaat aan een structuur tussen de vereniging en de KNRB, zoals dat bij het juniorenroeien functioneert. Momenteel geven partijen aan dat de gezamenlijke trainingen van de senioren talent teams in voldoende mate aan de behoefte voldoet. Talentcentra In 2005/6 zijn op zes van de zeven aangewezen locaties talentcentra georganiseerd. Deze talentcentra fungeren als springplank voor jonge en talentvolle roeiers op weg naar een plek in het juniorentalentteam. Deze locaties zijn: Groningen, Enschede, Zwolle, Utrecht, Leiden en Tilburg. De verenigingen in Amsterdam blijken zelf sterk genoeg om deze rol te vervullen. In 2006 wordt onderzocht of in Noord-Holland (Alkmaar) behoefte bestaat om een regionaal talentcentrum te starten. Elk van de regionale talentcentra organiseert jaarlijks een zestal trainingen en bijeenkomsten voor roeiers en coaches. Als afsluiting zal deelname aan de Head en de Heineken Vierkamp vanuit de talentcentra worden gestimuleerd. Afvallers bij de selecties voor de internationale uitzendingen worden het jaar daarop opgevangen binnen de talentcentra en dienen als voorbeeldroeiers voor de minder ervaren talenten. Dit geldt ook voor de roeiers die gedurende het jaar om wat voor reden dan ook (tijdelijk) niet meer deel uitmaken van de kernploeg of het talentteam. De regionale talentcentra vinden aansluiting op en gaan samenwerken met de nieuw opgezette netwerkorganisatie van NOC*NSF (de voormalige Olympische steunpunten). De samenwerking richt zich in eerste instantie op: • afstemming van het aanbod dat meer opleidingsgericht wordt • gebruik van de expertise bij de netwerkorganisaties, met name op de generieke onderwerpen, zoals voeding, medische aspecten, etc. • hulp bij programma’s voor talenten die niet meer in de équipe meedraaien.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 3
In dit licht moet ook onderzocht worden in 2006 of mogelijkheden bestaan om talenten gebruik te laten maken van producten van de Olympische steunpunten. Hiervoor moet financiering gezocht worden. Daarnaast moet met de Olympische Steunpunten gekeken worden naar mogelijkheden om op regionaal niveau colloquia te organiseren voor de coach A opleidingen. Zie hiertoe ook de bijlage opleidingen. In 2006 worden verdere samenwerkingsverbanden niet uitgesloten. Zo wordt onderzocht of raakvlakken bestaan met andere sportbonden waarbij gebruik gemaakt kan worden van elkaars expertise. Ook andere samenwerkingen worden onderzocht. In 2006 wordt verder onderzocht of, en zo ja welke relatie bestaat tussen de nieuwe juniorencompetitie van de KNRB en de motivatie van jonge kinderen om te gaan trainen, als eerste stap in het talentontwikkelingstraject. E Communicatie bondcoaches-verenigingscoaches Communicatie is in 2005 punt van aandacht geweest. Zo heeft in de winter bij de damesseniorengroep een vergadering plaatsgevonden tussen betrokken bondscoaches en geïnteresseerde verenigingscoaches waarin planning en visie is uitgelegd en waar ruimte was voor vragen. Verder is tijdens de eerdergenoemde centrale (kracht) trainingen regelmatig contact geweest tussen bondcoaches en verenigingscoaches. Dit geldt tevens voor de junioren tijdens de najaars-trainingsweekenden. Daarnaast is de digitale snelweg veelvuldig gebruikt voor het centraal verspreiden van trainingsschema’s, aankondigingen, uitnodigingen en mededelingen en is een DVD met roeitechnische uitleg van bondscoaches verspreid. We moeten concluderen dat de kwantiteit wel vooruit gegaan is, maar dat de communicatiemomenten in 2006 nog meer gestructureerd plaats moeten vinden. F Aandacht voor vrijwilligers binnen de structuur In 2005 is meer duidelijkheid gekomen in de wijze waarop vrijwilligers rond de équipes beloond worden. Voor vrijwilligers die een onderdeel van het takenpakket van bondscoaches intensief en kwalitatief goed uitvoeren, maken we gebruik van halve of hele vrijwilligersbijdragen, al naar gelang de geleverde inspanningen. Dit is vooraf schriftelijk aan de betrokkenen gecommuniceerd. Daarnaast blijkt het van toenemend belang om de rol van elke vrijwilliger heel duidelijk te omschrijven en af te bakenen. Voor een select groepje is dat nu het geval. Voor de komende jaren streven we ernaar dit voor alle veelbetrokken vrijwilligers te doen. De vrijwilligers die elk verantwoordelijk zijn voor een regionaal talentcentrum hebben ook een vrijwilligersbijdrage gekregen (na schriftelijke vooraankondiging). In de structuur van de talentcentra wordt nog een stap gezet ten aanzien van verantwoordelijkheden en taken van de vrijwilligers en de gastverenigingen. Veel oud-toproeiers zijn actief betrokken als coach bij de talentcentra. Bij de senioren zijn wel gesprekken geweest met verenigingscoaches, maar is er vooralsnog geen behoefte aan een regionale structuur, zoals die bij de junioren bestaat.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 4
TRANSPARANT PROGRAMMA EN SELECTIEBELEID WAARIN TALENTEN ZICH KUNNEN LATEN ZIEN G Transparant programma en selectiebeleid De selecties en de communicatie rondom selecties zijn in 2005 over het algemeen helder en transparant geweest; het programma en de planning van selecties zijn tijdig gepubliceerd. Een tweetal voorvallen laat echter zien dat het probleem van ‘vermeende mondelinge toezegging door bondscoach’ nog aandacht verdiend. De meetpunten waren duidelijk, alleen het verwaaide NK viel in het water. Er zijn in 2005 weinig selectie issues geweest. Het feit dat de rolverdeling van bondscoaches en CTR bij selecties in het programma gepubliceerd was hielp hierbij. H Communicatie (aanpassing) selectie Communicatie van het programma verloopt voornamelijk via het blad Roeien, berichten op de website en via e-mail. Communicatie over selecties gaat via de website en email/brief (algemene zaken als timing en genodigden) en verder mondeling in centrale meeting (vaak begeleidt met schriftelijke bevestiging bv indien niet iedereen aanwezig kan zijn). Brieven worden door de doelgroepen nogal eens te laat opengemaakt. GOEDE EN EFFICIËNTE EQUIPEBEGELEIDING I Herstructurering technisch kader De herstructurering is doorgevoerd en het commitment in het gewijzigde coachteam is erg groot. Wel zijn nog wat aanpassingen nodig, met name in de verdere concretisering van de rolverdeling/ onderlinge verantwoordelijkheden. De begeleiding van junioren/talenten wordt gezien de MJP doelstellingen ook kritisch gevolgd. Verder krijgen de arbeidsvoorwaarden van de bondscoaches extra aandacht (aanstellingsomvang, persoonlijke ontwikkeling). Zo wordt bijvoorbeeld in samenwerking met iedere coach een POP geschreven. Zie ook bijlage topsport technisch jaarplan. J organisatie uitzendingen De uitzendingen zijn in 2005 allemaal goed verlopen, vooral door de gezamenlijke inspanningen van de programmamanager toproeien en van teammanager. Vanaf het WKU23 kan de teammanager zich fulltime op haar taak richten. Het opstellen van een draaiboek per uitzending (inclusief briefing en evaluatie) is komend jaar één van haar taken. Overigens is dit jaar echt gebleken dat het vooraf bekijken van de mogelijke toernooi-hotels veel ergernis (o.a. Gifu 2005) en/of kosten (o.a. Eton 2006) kan besparen. Dit wordt in de toekomst vaker overwogen. K organisatie uitzendingen In 2005 is voor de junioren een ouderbijeenkomst georganiseerd. Het nut hiervan is bewezen maar in 2006 en volgende jaren zal de voorbereiding beter moeten. Zo moeten onder andere de uitnodigingen eerder verstuurd worden. Zie hiertoe ook bijlage hoofdstuk 03 medisch beleid toproeien.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 5
L medische begeleiding De medische beleidsvorming wordt opnieuw ondergebracht als gevolg van een nieuwe beleidslijn van ‘NOC-NSF’ inzake het detacheringscontract van de bondsarts. Dat geldt ook voor het medische aftrainingsdocument. Met de komst van het Olympic Training Center staan in 2006 wekelijks de bondsarts, een manueel therapeut en masseur op de bosbaan de équipe ter beschikking. Ook de mentale begeleiding wordt in 2006 uitgebreid. Voor het uitgewerkte medisch beleidsplan verwijzen we naar de bijlage. M Aandacht afsluiten toproeicarriè re Zoals al eerde in dit plan opgemerkt wordt net als bij de regionale talentcentra ook voor de senioren meer aansluiting gezocht met de nieuw opgezette netwerkorganisatie van NOC*NSF (de voormalige Olympische steunpunten). Deze samenwerking richt zich eveneens op hulp bij programma’s voor topsporters die niet meer in de équipe meedraaien. Zie hiertoe ook punt D. talentcentra. Momenteel wordt verder aan een plan gewerkt waarbij oud-toproeiers meetrainen met talenten op verenigingen. Dit stimuleert de talenten en helpt de toproeiers bij wijze van aftraining. AANDACHT VOOR OPLEIDING VAN COACHEN OP VERENIGING N Modernisering opleidingen In 2004 is gestart met de modernisering van de opleidingen van de KNRB, conform de structuur die door NOC*NSF wordt aangeboden. De KNRB zal binnen deze structuur op niveau 2 een gecombineerde opleiding voor coach en instructeur aanbieden. Op niveau 3 biedt de KNRB twee gescheiden opleidingen aan voor resp. coach en instructeur. Tenslotte zal op niveau 4 een coachcursus worden aangeboden. Mogelijk wordt in samenwerking met NOC*NSF en/of collega bonden een opleiding aangeboden op niveau 5. Of hiertoe mogelijkheden bestaan wordt in 2006 nader onderzocht. Overigens wordt in de bijlage opleidingen een compleet overzicht gegeven van alle opleidingen binnen de KNRB. In 2005 zijn voor niveau 2, 3, en 4 de beroepscompetentieprofielen en de kwalificatieprofielen gereed gekomen evenals de proeven van bekwaamheid voor niveau 2 en 3. In het najaar is een start gemaakt met het ontwerp van de leergangen, waarbij ook klankbordgroepen zijn ingericht. Voor niveau 2 wordt al gewerkt aan een boekje in de reeks Sportimpuls, dat zich met name zal richten op de jeugd. Dit boekje wordt tijdens het WK junioren gepresenteerd. In 2006 komt het ontwerp voor alle leergangen (niveaus 2, 3, en 4) gereed. Tevens komt de inhoud van de leergang voor niveau 2 beschikbaar in 2006. Alle relevante informatie wordt op de website van de KNRB beschikbaar gesteld. Wij verwachten dat het proces om alle opleidingen van de KNRB te moderniseren 44 dagdelen in beslag neemt in 2006. Hiervan worden 30 dagdelen gebruikt voor de Cursus Roei Instructeur en de Cursussen Coach A en Coach B. De overige dagdelen worden gebruikt voor de modernisering van de basiscursussen. Voor functioneringskosten van de Commissie Opleidingen wordt € 7.850,00 uitgetrokken. De activiteiten op het gebied van opleidingen heeft tot gevolg dat een aantal groepen vrijwilligers is begonnen om de kwaliteit van de bestaande opleidingen een impuls te geven. Zij doen dat in de verschillende werkgroepen, die voor elk van de opleidingen bestaan. In de commissie opleidingen is nauwe afstemming met deze werkgroepen.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 6
Een andere groep vrijwilligers heeft in 2005 onder de verenigingscoaches een enquête gehouden. De resultaten van deze enquête zijn gebruikt in het coach-B colloquium dat in 2005 voor het eerst sinds een aantal jaren weer is gehouden. In 2006 vindt dit colloquium weer plaats. In 2006 wordt bekeken of de coaches-B in hun eigen regio ook coach-A colloquia kunnen organiseren (zie ook punt D en de bijlage opleidingen). Deelname aan deze colloquia vormt een belangrijk element in het aangekondigde licentiesysteem voor coaches. Dit licentiesysteem wordt ingevoerd als de modernisering van de opleidingen voldoende is gevorderd. Verder zijn in 2005 contacten gelegd met een aantal CIOS- en ALO-opleidingen, die geïnteresseerd zijn om roeien in het opleidingenpakket op te nemen. Naar verwachting resulteert dit in 2006 in de start van enkele opleidingen bij CIOS en/of ALO. Ook wordt in 2006 gestart met een samenwerkingtraject met de Kanobond en het Watersportverbond om gezamenlijk als watersportbonden een opleidingstraject aan de ROC’s, CIOS-sen en ALO’s te kunnen aanbieden. Verwacht wordt dat vanuit het bondsbureau en medewerking van tenminste 1 extra MDB’er 20 dagdelen in deze ontwikkelingen gestoken worden in 2006. O Kennisoverdracht bondscoaches De bondscoaches hebben in 2005 op de DVD “De Nederlandse Roeitechniek” hun visie op de roeihaal ter ondersteuning van de onderlinge kennisoverdracht uitgebracht. Deze DVD is ruim onder de betrokken coaches en verenigingen verspreid. Deze DVD is een belangrijk hulpmiddel gebleken en blijkt in een grote behoefte te voorzien. Momenteel gaan de gedachten uit naar de ontwikkeling van 2 nieuwe DVD producten: • een DVD met aandacht voor krachttraining • een DVD gericht op de coachopleiding, waarbij niet alleen de juiste roeihaal wordt getoond, maar ook aandacht is voor de verandering die een coach daarin kan aanbrengen. In 2006 wordt gestart met de ontwikkeling van deze 2 producten. Daarnaast worden extra middelen aangewend om het opleiden van verenigingscoaches binnen het coachteam structureel te borgen (functie-uitbreiding). Tenslotte wordt in 2006 gezocht naar fondsen om 2 geselecteerde (verenigings-)coaches naar het World Rowing forum uit te zenden. De kosten hiervan worden geraamd op € 2.500,-. GEBRUIK TALENTTOERNOOIEN IN EIGEN LAND OM TALENTEN TE STIMULEREN P WKU23, WKJ en Coupe Het WU23 toernooi in Nederland was een succes, en heeft onder de deelnemers, de toeschouwers en de talloze betrokken vrijwilligers voor veel inspiratie gezorgd. De mooie gouden en zilveren medailles laat aan toekomstige U23 roeiers zien dat zoiets mogelijk is, maar tevens dat het een senioren-trainingsprogramma vereist om zover te komen (alle medaillewinnaars op de WU23 waren lid van de senioren équipe) Helaas is niet geënquêteerd onder de verschillende doelgroepen, dus is niet vast te stellen hoeveel mensen zich geïnspireerd voelen op welke vlakken (korte termijn effect). Wel is het zo dat we de komende jaren moeten kunnen zien in hoeverre de U23 groep en seniorengroep aan gaat trekken in omvang en kwaliteit (langer termijn effect). Dit wordt d.m.v. het talentvolgsysteem in kaart gebracht. En uiteindelijk is het lange termijn effect de doelstelling.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 7
R Internationale juniorenwedstrijd in NL al la Gent Deze activiteit zal pas in 2007 worden opgepakt. OVERIGE ACTIVITEITEN Momenteel wordt onderzocht of op het gebied van kennis en innovatie een samenwerkingsverband kan worden gestart met de gemeente Amsterdam, NOC*NSF, TNO en de Vrije Universiteit (VU). Dit krijgt vorm in de plaatsing van een “field lab” aan de Bosbaan en zou de prestaties van de toproeier ten goede moeten komen. Wanneer dit project doorgaat en de resultaten positief zijn is het de bedoeling de resultaten ook in de breedtesport in te zetten.
Hoofdstuk 3 Top bouwen op talent - pagina 8